Opleidingsplan urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis ‘s-Hertogenbosch
Inleiding Dit document betreft het opleidingsplan urologie van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ). In hoofdstuk 1 wordt ingegaan op de opleidingsgroep urologie. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 een toelichting gegeven op de opleiding tot uroloog en de verschillende onderdelen daarvan, zoals stagebeschrijvingen, toetsing etc. Daarin wordt tevens toegelicht hoe de regionale samenwerking met het UMCU (en het cluster urologie) inhoud wordt gegeven. De werkplekken worden in de vorm van stagebeschrijvingen uitgewerkt. Daarmee wordt inzichtelijk gemaakt wat er specifiek op welke plaats geleerd wordt. Vervolgens wordt een toelichting gegeven op een belangrijk instrument voor een goede opleiding, het portfolio van de aios. Tot de bijlagen met de nodige formulieren, zoals die gebruikt worden tijdens de opleiding in het JBZ. Daarnaast is er nog een aparte handleiding voor aios urologie betreffende de namen van medewerkers, werkafspraken en regels op de afdeling urologie.
Opleidingsgroep urologie JBZ Dr. H. Beerlage, opleider Dr. B. Schier, plaatsvervangend opleider Drs. C. den Rooyen, opleidingskundige JBZ Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis ‘s-Hertogenbosch
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
2
Inhoudsopgave
Inleiding
2
1
Inleiding
4
2
De opleiding
7
Stagebeschrijvingen
18
Portfolio
27
Formulieren
42
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
3
1 Inleiding De afdeling urologie van het JBZ in toekomstperspectief Het JBZ is een groot opleidingsziekenhuis met een vakgroep urologie dat het vakgebied in de volle breedte en in al zijn aspecten uitoefent. Het adherentie gebied voor de vakgroep is ongeveer 550.000 mensen en in 2009 bedroeg de productie bij 24 bedden 508 opnames, 1014 dagklinische opnames, 1942 EAC’s, 4137 poliklinische contacten en 949 consulten. In april 2011 zal het JBZ nieuwbouw betrekken en zal het aantal klinische bedden urologie toenemen van, landelijk al maximaal 24, naar 30 bedden. Dit waarborgt verdere groei van de vakgroep.
De opleidingsgroep In het JBZ werken 7 urologen. Allen zijn vakinhoudelijk breed georiënteerd op alle aspecten van de eindtermen van de opleiding en hebben daarnaast een specifiek verantwoordelijkheid voor: Opleider: Dr. H. Beerlage Plaatsvervangend opleider: Dr. B. Ph. Schrier Management Drs. E. van den Aker Co-assistent opleider Nijmegen: Dr. A. de Vylder De opleidingsgroep is verantwoordelijk voor de kwaliteit, inhoud en vormgeving van de opleiding tot uroloog in het JBZ binnen het cluster Utrecht van de NVU, in samenwerking met UMC Utrecht. Alle specialisten werken actief samen voor de gewenste kwalitatief hoogstaande opleiding. Hierin hebben een aantal specialisten extra taken en verantwoordelijkheden. Organisatie, taken en verantwoordelijkheden Dr. H. Beerlage is de opleider. Hij is primair verantwoordelijk voor alle zaken die de opleiding betreffen: - aannemen van a(n)io’s - introductiegesprek bij aanvang opleiding op de afdeling - stagerooster c.q. individueel opleidingsplan aios - eerst verantwoordelijke en aanspreekpunt bij problemen van aios betreffende de opleiding - stuurt de opleidinggroep aan en bewaakt het nakomen van afspraken gemaakt in het lokaal opleidingsplan - onderhoudt de contacten met regionale en landelijke gremia betreffende de opleiding - lid centrale opleidingscommissie JBZ - voorzitter opleidingsvergaderingen van de vakgroep - opstellen en implementeren van het nieuwe opleidingscurriculum - ontwikkelen en implementeren van nieuwe kwaliteitsinstrumenten, ter verdere verbetering van de opleiding - samenstelling onderwijsrooster - monitoren en bijhouden van de voortgang van de opleiding van de individuele aios door: o controle portfolio’s aios o houden van voortgangsgesprekken en toetsingsmomenten cf regelgeving CCMS/MSRC - aanvragen en voorbereiden van de opleidingsvisitatie
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
4
Dr. B.P. Schrier is plaatsvervangend opleider, hij neemt de verantwoordelijkheid van de opleider over waar deze niet in staat is deze in te vullen door afwezigheid of ziekte. Aandachtsgebieden per persoon Drs. E.S.S. van den Aker: functionele urologie, endourologie en steenbehandeling Dr. H.P. Beerlage: oncologie en minimaal invasieve chirurgie Dr. P. van Migem: functionele urologie, endourologie en minimaal invasieve chirurgie Drs. J.R. Oddens: oncologie en minimaal invasieve chirurgie Drs. R.A.Schipper: andrologie, endourologie en steenchirurgie Dr. B.Ph. Schrier: oncologie, minimaal invasieve chirurgie en functionele urologie Dr. A.M.A. de Vylder: kinderurologie en urethrachirurgie Communicatie Om de organisatie, de uitvoering en de kwaliteit van de opleiding vorm te geven is het noodzakelijk om met verschillende partijen op bepaalde momenten te overleggen en af te stemmen. Hieronder staan de verschillende overlegmomenten genoemd, inclusief doel, aanwezigen, frequentie, deelnemers en plaats waar notulen zijn te vinden. Opleidersoverleg Cluster Utrecht Doel: - Volgen ontwikkeling aios over instellingen heen - Toetsing en afstemming opleidingsschema’s regionale opleidingsinstellingen - Toetsing en afstemming lokale opleidingsplannen aan regionaal opleidingsplan - Toetsing en aanscherping regionaal opleidingsplan aan landelijke kaders - Evaluatie en afstemming opleidingszaken (organisatorisch en inhoudelijk) in regionaal verband - Selecteren van nieuwe urologen i.o., middels een getrapte sollicitatieprocedure Frequentie: 2x per jaar alle (plv) opleider en 1x per jaar een selectie van (plv) opleiders van de kandidaten voor het cluster die de landelijke selectie goed hebben doorstaan. Een aantal opleiders van het cluster doet mee aan de landelijke selectie. Voorbereiding: Op onderwerpen moeten stukken worden voorbereid en ideeën worden aangedragen (onder andere regionaal opleidingsplan, cursorisch onderwijs, opleidingsroosters, organisatie wetenschappelijk onderzoek). Notulen en vergaderstukken worden elektronisch verspreid en in het UMCU gearchiveerd. Centrale Opleidings Commissie (COC) van het JBZ Doel: Evaluatie en afstemming opleidingszaken (organisatorisch en inhoudelijk) in JBZ-verband met als doel om met elkaar de kwaliteit van de opleiding tot medisch specialist vorm te geven, te bewaken en te bevorderen conform de regelgeving KNMG (Kaderbesluit 2010). Frequentie: 5x per jaar op maandag van 17.00 – 18.30 uur. Deelnemers: Opleiders JBZ of plaatsvervangend opleiders JBZ, afgevaardigde aios, afvaardiging Raad van Bestuur, manager Leerhuis en afhankelijk van de agenda inhoudsdeskundigen (op uitnodiging). Voorbereiding: Op onderwerpen moeten stukken worden voorbereid en ideeën worden uitgedragen (o.a. lokaal opleidingsplan, discipline overstijgend onderwijs). Notulen: door secretaresse Leerhuis, die ook zorgt voor de archivering.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
5
Maatschapvergadering Doel: Alle relevante zaken betreffende de organisatie van de maatschap worden besproken, inclusief opleidingszaken als vast agendapunt. Frequentie: 12 x per jaar eerste dinsdagavond van de maand Deelnemers: alle maatschapsleden. Voorbereiding: Op onderwerpen moeten stukken worden voorbereid en ideeën worden uitgewerkt Notulen: B. Leijdens Aios-overleg Doel: Alle relevante zaken betreffende de opleiding worden besproken. Met name afstemming en voorbereiding op het overleg van de opleidingscommissie. Frequentie: 4 x per jaar Deelnemers: alle aios, opleider, plv opleider en urologen Voorbereiding: Op onderwerpen moeten stukken worden voorbereid en ideeën worden uitgedragen (o.a. lokaal opleidingsplan, cursorisch onderwijs, opleidingsroosters, etc). Notulen: worden afwisselend door aios gemaakt en bewaard in de map vakgroep/opleiding urologie. Alle urologen superviseren de aios bij (poli) klinische activiteiten en nemen actief deel aan overdrachten en onderwijsmomenten. Hiertoe volgen zij onder meer het Teach the Teachers nascholingsprogramma’s. De opleidingsgroep bewaakt de (individuele) medisch-inhoudelijke en professionele voortgang van de aios en begeleiden hem/haar tijdens de gehele opleiding. De supervisor wordt door de opleider betrokken bij de beoordelingen en toetsmomenten van de aios. De opleidingsgroep kiest er, in verband met de korte lijnen, niet voor om voor iedere aios een eigen mentor aan te wijzen. Aan het begin van de opleidingsperiode wordt de aios geïnformeerd over de mogelijkheid hiertoe en worden afspraken gemaakt. Daarnaast wordt de aios erop gewezen ten alle tijden een beroep op een supervisor te kunnen doen om zaken bespreekbaar te maken. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om zaken die dit overstijgen te bespreken met de decaan van het Leerhuis. De opleidingsgroep is verantwoordelijk voor het implementeren en bewaken van het lokale opleidingsplan. Dit plan is afgestemd met het regionale opleidingsplan PUUR wat is afgeleid van het landelijk opleidingsplan van de opleiding tot uroloog. Het voldoet aan de daarin gestelde eisen en aan de regelgeving met betrekking tot het specialisme urologie (kaderbesluit en specifiek besluit CCMS, KNMG, 2010).
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
6
2 De opleiding Opbouw van de opleiding De opleiding tot uroloog voor een startende aios is een samengestelde opleiding en bestaat uit 2 jaar vooropleiding heelkunde, 2 jaar urologie in een niet universitaire kliniek en 2 jaar urologie in een universitaire kliniek. De heelkunde jaren komen eerst, verder staat de volgorde niet vast. De opleiding urologie in het JBZ verzorgt de tweejarige perifere stage zowel aan het begin als aan het einde van de opleiding. Dit lokale plan omvat dan ook een vierjarige opleiding waarvan een aios twee jaar volgt. De vooropleiding urologie is conform de afspraken met Heelkunde. Voor de inhoud en afstemming hiervan wordt verwezen naar het regionale opleidingsplan PUUR. Binnen de 4-jarige specialistische opleiding urologie is, na overleg met en goedkeuring van de opleider ruimte voor verdieping in een aandachtsgebied, binnen aangegeven grenzen. Deze stage dient te voldoen aan de CCMS randvoorwaarden voor een stage (zie Kaderbesluit). In het regionale plan PUUR staan de specifieke eisen aan de vooropleiding uitgebreid vermeld. Het portfolio van de aios die in het 3de jaar instroomt zal hierop worden gecontroleerd. Specialistische opleiding urologie De specialistische opleiding urologie bestaat uit twee jaar urologie in een niet-universitaire kliniek en twee jaar in een universitaire kliniek. Binnen het cluster worden afspraken gemaakt over de volgorde waarin een aios de stages loopt. In de opleiding krijgen de aios de gelegenheid zich de competenties van de uroloog eigen te maken. De opleiding urologie JBZ vindt plaats binnen het cluster Utrecht. De vooropleiding heelkunde kan plaats hebben in het JBZ als ook in andere instellingen. De functie van het specialisme urologie en de opleiding tot uroloog in het Jeroen Bosch Ziekenhuis Functie urologie In 2001 heeft de NVU, bij monde van de Commissie 2000+, haar visie op de toekomst van de urologie weergegeven. Het was duidelijk dat de medische professie, en dus ook de urologie, belangrijke veranderingen zou ondergaan. De huidige algemene uroloog, de uroloog die alles van het vakgebied beheerst, zal gaan verdwijnen. Daarvoor in de plaats komen grotere vakgroepen waarin superspecialisatie gaat optreden. De uroloog zal als lid van een multidisciplinair team gaan functioneren. Hierdoor wordt het verschil tussen de uroloog in een academisch centrum en die in een groot perifeer ziekenhuis kleiner. Bovendien zal wetenschappelijk onderzoek niet alleen in de academische centra plaats vinden. Ook de grotere perifere centra gaan meer en meer in klinisch wetenschappelijk onderzoek participeren. De superspecialistische grote ingrepen zullen zowel in een academisch als in bepaalde perifere ziekenhuizen verricht gaan worden. Medische en verpleegkundige expertise voor de behandeling van deze patiëntengroep is essentieel en het aantal ingrepen per jaar moet voldoende zijn.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
7
In de urologie zijn de volgende aandachtsgebieden (super- of subspecialisaties), overeenkomstig de internationale benamingen, te onderscheiden: - andrologische urologie - functionele urologie, inclusief ’female urology’ - kinderurologie - oncologische urologie - minimaal invasieve urologie - transplantatie urologie De aios zal zich in al deze gebieden tot een bepaald niveau moeten bekwamen om daarmee een basis te ontwikkelen als uroloog. Afhankelijk van het opleidingscluster en de interesses van de aios zal in gezamenlijk overleg bepaald worden in welke onderdelen of super/sub-specialisme hij zich meer zal bekwamen. Binnen het Jeroen Bosch Ziekenhuis kunnen alle benoemde aandachtsgebieden aan bod komen behoudens de transplantatie urologie. Andrologie wordt enerzijds op hoog niveau bedreven (erectiele dysfunctie en TDS = testosteron efficiency syndrome) anderzijds is er minder aandacht voor fertiliteit chirurgie gezien het ontbreken van de mogelijkheid van ICSI in ons ziekenhuis. Huidige opleiding tot uroloog De huidige opleiding tot uroloog stelt de aios op efficiënte wijze in staat zich de competenties en eindtermen van de uroloog eigen te maken. De huidige klinische opleiding is al sterk in de intensiteit en de hoeveelheid directe observatie en coaching van de aios door urologen, die lid zijn van het opleidingsteam. Er is dus veel ‘training in action’ voor handen, waar de aios zeer positief over zijn. Tevens is er een positieve opleidingscultuur van laagdrempelig, horizontaal overleg tussen aios en urologen, waarin over en weer feedback kan worden gegeven. Opleidingsmethodiek De opleidingsmethodiek bestaat uit lijnleren. De aios volgt alle werkzaamheden in de urologische praktijk, zoals die zich gebruikelijk aandienen. In het begin zal de aios meelopen en leren zonder veel taken zelfstandig te kunnen uitvoeren. In vrijwel alles zal hij moeten worden begeleid en gesuperviseerd. Met het verstrijken van de opleidingsduur en het toenemen van ervaring en kennis zal de aios steeds meer taken zelfstandig kunnen uitvoeren. De supervisie en begeleiding worden steeds losser en lichter. Werkplekleren wordt gecombineerd met cursorisch onderwijsleren, dit laatste zoveel mogelijk in een actieve probleemgeoriënteerde vorm. De verdeling van deze onderwijsvormen over de specifieke competenties en het totaal aan opleidingsdoelen staat het meest gedetailleerd weergegeven in het regionale opleidingsplan PUUR en in het overzicht van lokaal onderwijs. Opleidingsinhoud: de thema’s De inhoud van de opleiding is ingedeeld in thema’s, die gezamenlijk het vakgebied van de urologie bestrijken. Deze thema’s vormen de bouwstenen voor de inhoud van de opleiding. De thema’s zijn: 1. Algemene en acute urologie 2. Andrologische urologie: - Endocrinologie - Medische seksuologie - Voortplantingsgeneeskunde
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
8
3. Functionele urologie - LUTS/benigne prostaathyperplasie - Stressincontinentie - urgency en urge-incontinentie - sphincterprothese - urethra-afwijkingen 4. Kinderurologie - Algemeen - Ziektebeelden 5. Oncologische urologie - Algemeen - Blaascarcinoom - Niercelcarcinoom - Prostaatcarcinoom - Pyelum- en uretertumoren - Testistumor - Peniscarcinoom 6. Minimaal invasieve urologie en steenlijden - Urolithiasis - Laparoscopische urologie 7. Transplantatie urologie - algemeen en pretransplantatie evaluatie - urologische complicaties en chirurgische aspecten Elk thema is gesplitst in diagnostiek en behandeling. De uitwerking van de thema’s staan in het landelijk opleidingsplan urologie vermeld. Deze omvatten de verschillende competenties. Per thema wordt voor de zeven competentiegebieden beschreven wat de aios moet leren. Niet voor elk thema zijn alle competentiegebieden even relevant. Om de relevante competenties te benadrukken en te concretiseren, zijn voor elk thema zogenaamde kritische beroepssituaties geformuleerd. Deze kritische problemen zijn vaak voorkomende voorbeelden van problemen die dienen om de toetsing per thema vorm te kunnen geven. Met de aios worden inhoudelijke doelen met betrekking tot deze thema’s gesteld. Gedurende een bepaalde periode zal de aios in overleg met de opleider zich verdiepen in de problematiek van de thema’s en hier ook op getoetst worden, zowel formatief als summatief. Deze toetsing is deels theoretisch en vindt dan plaats binnen het landelijke verplichte theoretische onderwijs en bijbehorende toets, en deels praktisch gekoppeld aan de KPB’s en OSATS’s die in die periode worden afgenomen. Groei en ontwikkeling Van de aios wordt verwacht dat er een toename plaatsvindt in het zelfstandig functioneren (afname supervisie) in steeds complexere situaties. Het kennen van eigen grenzen (en daarmee tijdig inschakelen van hulp) zijn belangrijke competenties die gedurende de opleiding ontwikkeld worden. Per jaar is aangegeven op welk niveau een thema (of onderdeel daaruit) beheerst moet worden. Door groei van de aios gedurende de gehele opleiding wordt het niveau van de uroloog bereikt voor alle competenties. Deze groei wordt bewaakt in de voortgangsgesprekken tussen opleider en aios.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
9
Verslaglegging en documentatie ten aanzien van deze groei is terug te vinden in het portfolio van de aios. Het einddoel is, dat de aios zonder de hulp van zijn supervisor de urologische handelingen kan verrichten. Voor de beoordeling van het niveau waarop de aios functioneert zijn voor de urologie de volgende niveaus geformuleerd: Niveau 1: De aios heeft kennis van een bepaald onderwerp of taak Niveau 2: De aios kan (delen van) de betreffende taak laten zien of uitvoeren onder strenge supervisie Niveau 3: De aios kan (delen van) de betreffende taak laten zien of uitvoeren onder globale supervisie Niveau 4: De aios functioneert zelfstandig ten aanzien van een bepaalde taak. Niveau 5: De aios is in staat om jongerejaars aios te superviseren In het laatste gedeelte van de opleiding wordt van de aios verwacht dat hij/zij op het niveau van chef de clinique kan functioneren. De aandacht voor de daarbij behorende competenties (met name samenwerking, organisatie en professionaliteit) zal daarbij navenant zijn. Tabel 1 Overzicht leermiddelen en toetsen Leermiddelen Introductie Leerhuis / opleider Ochtendoverdracht Radiologiebespreking Visite lopen Statusvoering Grote visite Gesprek met patiënten / familie Dienst Brieven Consult / aanvullend onderzoek aanvragen Bespreking gynaecologie Begeleiden co-assistenten PA- bespreking Probleempatiënt bespreking CAT Refereerbijeenkomst Multidisciplinaire bespreking Landelijk onderwijs Lokaal onderwijs waaronder skills Discipline overstijgend onderwijs Leerhuis/BMS/PAOG Voortgangstoetsen Bijeenkomsten wetenschappelijke vereniging
Toetsen aanwezigheid KPB overdracht KPB algemeen KPB algemeen Fiatteren status door supervisor KPB grote visite KPB algemeen en KPB slecht nieuws gesprek KPB dienst KPB brief KPB grote visite KPB algemeen KPB grote visite KPB Cat / referaat / Probleempatiënt / PA bespreking KPB Cat / referaat / Probleempatiënt / PA bespreking KPB Cat / referaat / Probleempatiënt / PA bespreking KPB Cat / referaat / Probleempatiënt / PA bespreking aanwezigheid aanwezigheid aanwezigheid certificaat certificaat certificaat
Opleidingsactiviteiten Het opleiden vindt met name op de werkplek plaats, tijdens de patiëntenzorg. Op elk moment kan er dan ook worden geleerd.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
10
Binnen de urologie is een aantal activiteiten te benoemen die in de uitvoering van het werk regelmatig terugkomen. In deze activiteiten kunnen naast medisch handelen competenties worden onderscheiden waarin de aios gedurende de opleiding zich ontwikkelt (lijnleren). In deze ontwikkeling zijn voor het geven van feedback en het beoordelen van de aios ijkpunten te benoemen (wat moet een aios op een bepaald moment minimaal beheersen). In deze activiteiten is op twee wijzen de groei van de aios te expliciteren, namelijk: 1. in toenemende mate van zelfstandigheid en afnemende supervisie 2. in de veranderende (meer complexe) rol die de aios in de activiteit inneemt Tijdens deze opleidingsactiviteiten komen verschillende taken aan de orde die door een supervisor beoordeeld kunnen worden. De opleidingsactiviteiten zijn vastgelegd in het overzicht van een opleidingsjaar. Met behulp van een feedbackinstrument wordt overzichtelijk de ontwikkeling van de aios gevolgd. Toetsinstrumenten zijn dagelijkse feedback (niet geformaliseerd in formulieren), OSATS’s en Korte Praktijk Beoordelingen (KPB’s). Hiervoor wordt door de aios video-opnames gemaakt die met de supervisor worden nabesproken. Voor de ontwikkeling van kennis en wetenschap wordt o.a gebruik gemaakt van referaten en CAT. In Deel B worden de verschillende instrumenten toegelicht. Skills/training Landelijk is er een programma van 8 praktische cursussen over jaar 3 t/m 6 waarin technische vaardigheden onderwezen worden en hands-on getraind (zie tabel hieronder). Daarvoor, voor het begin van de urologie (in december van het tweede en laatste heelkunde jaar) is er de zogenaamde Upfront cursus waar basaal urologische onderzoekstechnieken en behandelingen praktisch geoefend worden als voorbereiding op de (vaak hernieuwde) intreden in de urologie. Bovendien wordt daar een zowel theoretische als praktische laparoscopie toets afgenomen welke met goed gevolg moet worden afgelegd alvorens men urologisch laparoscopisch aan de slag kan. Tijdens de opleidingsmiddag (donderdag) is er ook gelegenheid om te oefenen op laparoscopie simulatoren en met de test set van de DaVinci operatierobot. Voortgang en beoordelen Afhankelijk van de vorderingen, de feedback, beoordelingen en evaluaties moet het leertraject van tijd tot tijd worden bijgesteld. Hiervoor worden de reguliere voortgangs- en beoordelingsgesprekken gebruikt én wordt na het beëindigen van de stage beoordeeld of de inhoudelijke doelen behaald zijn. De voortgangsgesprekken vinden afwisselend plaats met de opleider en plaatsvervangend opleider. Om de ontwikkeling en voortgang van de aios tijdens de opleiding te monitoren en bij te stellen zullen daarnaast ook tussendoor regelmatig gesprekken worden gevoerd. In schema 2 zijn de verplichte gesprekken overzichtelijk opgenomen. Deze gesprekken hebben als doel de totale vorderingen van de aios te bespreken. Op basis van het portfolio (en de directe beoordeling van supervisoren middels OSATS’s en KPB´s) wordt de voortgang besproken.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
11
Wetenschap Het JBZ behoort tot de STZ-instellingen waarin naast opleiden wetenschap een belangrijke rol speelt in het verzorgen van topklinische zorg. Daarvoor is een wetenschapsbureau opgericht met een secretaris en epidemioloog. Speerpunten zijn op instellingsniveau benoemd en een en ander is vastgelegd in het visiedocument wetenschappelijk onderzoek JBZ. Voor de afronding van de opleiding is het vereist dat de aios tenminste één publicatie in een peerreviewed tijdschrift publiceert en/of een voordracht houdt op een internationaal congres. Binnen de vakgroep urologie begeleiden de opleiders de aios bij het doen van wetenschappelijk onderzoek. Afhankelijk van het individuele opleidingsschema van de aios kan in het JBZ de wetenschappelijke vorming verschillen, variërend van het verder uitwerken van elders in het cluster opgestart wetenschappelijk onderzoek, het opstarten van wetenschappelijk onderzoek in het JBZ dat clusterbreed elders wordt uitgewerkt, tot aan maximaal 2 jaar lijnleren van locaal in JBZ opgestart onderzoek. Thematisch zal het in het JBZ opgestart wetenschappelijk onderzoek aansluiten bij de thema’s die in de beleidsvisie van de vakgroep in 2010 zijn verwoord namelijk: oncologie, minimaal invasieve urologie, kinderurologie en de ouder wordende man. Cursorisch onderwijs Cursorisch onderwijs is onderwijs dat zich buiten de patiëntenzorg afspeelt, maar wel een duidelijk verband heeft met de patiëntenzorg. Het gaat hierbij om onderwijs op het gebied van algemene kennis, vakinhoudelijke kennis, vaardigheden en gedrag (waar mogelijk te realiseren deels met behulp van e-learning). De gestructureerde onderwijsmomenten, gekoppeld aan de thema’s en de competenties, bestaan uit lokaal gestructureerd onderwijs, regionaal onderwijs van het opleidingscluster, van de Opleidings- en Onderwijsregio (OOR) en landelijk onderwijs. De inhoud van het locaal cursorisch onderwijs wordt afgestemd op het landelijk cursorisch onderwijs. Er bestaat casuïstiek cursorisch onderwijs en CAT/ referaten, als onderdeel van de opleiding. Het discipline overstijgend onderwijs (DOO, JBZ-breed, georganiseerd door het Leerhuis en Brabant Medical School) is toegankelijk voor iedere aios. In Deel B is een overzicht van het DOO. Deelname certificaten en behaalde resultaten worden opgenomen in het portfolio. Door het Concilium Urologicum wordt landelijk onderwijs aan de aios aangeboden. Het theoretisch onderwijs wordt georganiseerd door de Commissie Cursorisch Onderwijs (CCO), die jaarlijks twee cursusdagen organiseert alsmede een jaarlijks examen. Deze cursus en examen zijn verplicht gesteld voor alle aios urologie. Het cursorisch onderwijs is zodanig gestructureerd dat gedurende de vier jaar dat de aios de specifieke urologische opleiding volgt, alle aspecten aan bod zijn gekomen. Daarnaast wordt door het Urologisch opleidingsinstituut (UOI) een aantal praktische cursussen georganiseerd. Ook deze cursussen zijn verplicht gesteld en moeten eenmaal in de opleiding worden gevolgd. Voor een overzicht van het landelijk en regionale onderwijs verwijzen wij naar het regionale opleidingsplan PUUR.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
12
Schema 1: Overzicht van de medische vervolgopleiding urologie in het JBZ De vooropleiding heelkunde is in dit schema niet opgenomen. Een aios zal twee jaar van de vier in het JBZ kunnen volgen
4 jaar opleiding urologie 3de jaar urologie*
4 de jaar urologie
5 de jaar urologie
6 de jaar urologie
OK
OK
OK
OK
2
Polikliniek 1 á 2 dagdelen p/wk
Polikliniek 1 á 2 dagdelen p/wk
Polikliniek 1 á 2 dagdelen p/wk
Polikliniek 1 á 2 dagdelen p/wk
3
POK
1
4
Diensten: Acute zorg en SEH Consulten
POK Diensten: Acute zorg en SEH Consulten
POK Diensten: Acute zorg en SEH consulten
POK Diensten: Acute zorg en SEH consulten
* Opleiden vindt voornamelijk in lijnleren plaats. Uitzondering hierop is andrologische urologie/man.poli (3 maanden): in overleg vindt dit gedurende de opleiding plaats. Aan het einde van de vooropleiding volgt de aios een extra cursus (UPFRONT) waarin de urologie wordt opgefrist. Daarin volgt de aios onderwijs en doet het laparoscopie-examen. Op basis van een zelfevaluatie wordt een plan van aanpak gemaakt wat sturing geeft aan de invulling van de opleiding.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Schema 2 Overzicht onderwijs- en toetsingsinstrumenten, competenties en beoordelingen Toetsing
Jaar 3
Jaar 4
Jaar 5
Jaar 6
Voortgangsgesprek1 Alle competenties
4x☺
1x☺
1x☺
1 x☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
2x☺
2x☺
2x☺
2x☺
6-10 per jaar
6-10 per jaar
6-10 per jaar
6-10 per jaar
Frequentie afhankelijk ontwikkeling Minimaal 6 per jaar Keuze uit: Echografie, Endo-urologie, Laser/elektronchirurgie Stralingshygiëne2 + 1 p/wk lokaal Totaal min. 10 dagen
Frequentie afhankelijk ontwikkeling Minimaal 6 per jaar Keuze uit: Echografie, Endo-urologie, Laser/elektronchirurgie Stralingshygiëne + 1 p/wk lokaal Totaal min. 10 dagen
Frequentie afhankelijk ontwikkeling Minimaal 6 per jaar Anatomie kleine bekken, Laparoscopie, Functionele urologie / urodynamica (evt 4de jaar) + 1 p/wk lokaal Totaal min. 10 dagen
Frequentie afhankelijk ontwikkeling Minimaal 6 per jaar
Geschiktheidsbeoordeling Alle competenties kennistoets Medisch handelen. Kennis en wetenschap Zelfreflectie Alle competenties CAT (Critical Appraised Topic) Kennis en wetenschap, organisatie KPB Alle competenties OSATS Medisch handelen, communicatie
Cursorisch onderwijs Alle competenties
Anatomie retroperitoneum evt. functionele urologie / urodynamica + 1 p/wk lokaal Totaal min. 10 dagen
1e auteur peer-reviewed artikel Minimaal 1 artikel, manuscript of presentatie op internationaal congres Kennis en wetenschap Rood: Summatieve toets Blauw: Formatieve toets Groen: de competenties die met betreffende instrument kunnen worden getoetst
1 2
Idem stagebeoordelingen waarin alle competenties beoordeeld worden cf themakaarten. Stralingshygiëne niet specifiek voor een opleidingsjaar en kan dus ieder jaar gevolgd worden. .
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Rooster vaste overlegmomenten c.q. opleidingsactiviteiten Ochtend
Middag
overig
Maandag
weekendoverdracht
avondoverdracht
PA bespreking (eerste maandag)
Dinsdag
ochtendoverdracht
avondoverdracht
kinderurologie
algemene oncologie Woensdag
ochtendoverdracht
MDO-bekkenbodem avondoverdracht
Donderdag
ochtendoverdracht
onderwijsmiddag, skillstraining, inclusief radiologie bespreking avondoverdracht
Vrijdag
ochtendoverdracht
avondoverdracht
Overig: Refereren: 8 keer per jaar in het cluster Utrecht
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
15
Overzicht indeling opleidingsjaar Werkplek Verpleegafdeling (aios 5/anios afwezig overname door andere aios))
Opleidingsactiviteiten c.q. accenten Dagelijks overleg supervisor nieuwe patiënten
Thema’s Alle thema’s komen aan bod.
BN* 3-5
Toetsen/portfolio KPB’s Documentatie ziektebeelden Briefbeoordelingen Verslagen gesprekken en beoordelingen
Operatiekamer
-
OK’s volgens planning
Alle thema’s komen aan bod.
3-5
-
OSATS
Polikliniek
-
Alle thema’s komen aan bod.
3-5
-
gestructureerde voor- en nabespreking nieuwe patiënten begeleiding chronisch zieken organisatie eigen poli
-
KPB nieuwe patiënt KPB organisatie eigen poli Briefbeoordelingen
POK
-
Behandelkamer ( dagdeel per week) Gestructureerde supervisie
Alle thema’s komen aan bod.
3-5
Consulten
-
Klinische consulten urologie
Alle thema’s komen aan bod.
3-5
-
OSATS KPB briefbeoordelingen documentatie KPB algemeen KPB briefbeoordelingen
-
3-5 Multidisciplinaire bespreking Diensten incl SEH Patiënteninformatiegesprek (incl.slecht nieuwsgesprek) Overdracht Cursorisch onderwijs Complicatiebespreking Patiëntbespreking: radiologie, gynaecologie, pathologie Wetenschappelijk onderzoek * Afname supervisie en toename zelfstandigheid en complexiteit. Eind jaar 4 niveau 3 en einde opleiding niveau 5 (zie schema PUUR) Overige activiteiten gedurende het jaar:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
KPB dienst KPB overdracht KPB complicatie/ probleemoplossende bespreking/referaat KPB patiëntbespreking Verslagen gesprekken en beoordelingen Autorisatie verrichtingen
16
Overzicht rooster aios
maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
Vrijdag
Aios 1 GZG
Vrij
OK OK
Poli GZG Poli GZG
Poli GZG onderwijs
OK OK
Aios 2 GZG
OK
Poli GZG Poli GZG
Zaal OK
OK Onderwijs
Vrij
Aios 3 GZG
POK GZG OK
vrij
OK OK
ESWL onderwijs
Poli Poli
Aios 4 CLZ
Poli CLZ Poli CLZ
vrij
OK OK
OK onderwijs
POK CLZ Vassen CLZ/Boxtel
Aios 5 GZG
Zaal/OK OK
Zaal/OK OK
vrij
Zaal/OK vrij
Zaal/OK OK
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Stagebeschrijvingen In het navolgende gedeelte zijn de stagebeschrijvingen opgenomen. Iedere stage is volgens eenzelfde format uitgewekt. Tijdens de stages wordt door de aios aan thema’s en competenties/leerdoelen gewerkt. Om aan de leerdoelen te kunnen werken zijn leermiddelen c.q. opleidingsactiviteiten benoemd. Deze zijn tevens in het weekrooster opgenomen. Tot slot zijn toetsen opgenomen en is aangegeven wat minimaal opgenomen moet worden in het portfolio. Afhankelijk van het opleidingsjaar zal de aios meer zelfstandig gaan werken en in toenemende mate complexere operaties/handelingen verrichten.
1. 2. 3. 4. 5.
Verpleegafdeling Poli urologie POK OK Dienst en consulten
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
18
Verpleegafdeling Plaats: Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. Locatie: Groot Ziekengasthuis Duur: minimaal 2-3 maanden aan het begin van de opleiding (afhankelijk vooropleiding) Begeleiders/supervisoren: uroloog
LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios dient aan het eind van deze periode te beschikken over voldoende kennis betreffende het “urologisch denken”. Toont inzicht te hebben in laboratoriumdiagnostiek, beeldvormende diagnostiek en therapeutisch beleid, c.q. farmacotherapie. Heeft een goed probleemoplossend vermogen opgebouwd en is in staat om adequaat informatie aan patiënt en diens omgeving over te dragen. Kan samenwerken met andere zorgverleners rondom de patiënt en kent zijn eigen beperkingen. Specifieke leerdoelen: Het accent ligt tijdens deze stage op het aanleren van de anamnese, lichamelijk onderzoek, aanvragen vervolgonderzoek, statusvoering en het maken van adequaat beleid rondom een urologische patiënt. Praktische kennis vergaren van veel voorkomende pathologie en de zorg voor chirurgische patiënten. Inzicht in aanvraagbeleid en interpretatie van laboratorium- en beeldvormende diagnostiek. Adequaat voorschrijfgedrag medicatie met oog voor interacties en bijwerkingen. Empathisch houding t.a.v. patiënten en familie. Afbakening eigen competenties en leren samenwerken met collegae (aanvragen consulten), verpleging en andere hulpverleners. Leren begeleiden van co-assistenten. Dicteren van ontslagbrieven. Time management en ondersteuning werkzaamheden middels ICT mogelijkheden. LEERMIDDELEN - overdrachten, - radiologiebespreking, - visite lopen, - statusvoering, - gesprek met patiënten en familie. - omgang met co-assistenten. - consult aanvragen - röntgen onderzoek aanvragen - zelfstudie nav casuïstiek - ontslagbrieven. Daarnaast de diverse onderwijsmomenten en overlegsituaties als - probleempatiënt bespreking, - referaat en CAT - PA-bespreking - laboratorium onderwijs - onderwijs lokaal en landelijk
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
19
VAARDIGHEDEN - infuusbeleid - arteriepunctie - voorschrijven van geneesmiddelen - inbrengen transurethrale catheter - aanleggen spoelsysteem bij bloeding - verwijderen drains en nefrostomie catheters - echografie aan bed TOETSEN In totaal 4 KPB, verdeeld over: - KPB algemeen (betreffende directe observatie anamnese en/of onderdeel lichamelijk onderzoek) - KPB overdracht - KPB brieven - KPB probleempatiënt bespreking / referaat / PA bespreking / CAT - KPB gesprek met patiënt (en familie) Daarnaast: - Fiattering statusvoering - Participatie onderwijs - Certificaat discipline overstijgend onderwijs. - Certificaat deelname wetenschappelijke vereniging - Resultaat kennistoets Verplicht: - lokaal onderwijs - Deelname aan 1 thema in het kader van Discipline Overstijgend Onderwijs (DOO) georganiseerd door: het Leerhuis, Brabant Medical School PAOG Nijmegen. - Bijeenkomsten wetenschappelijke vereniging - 3 KPB verdeelt over de verschillende competenties. - voortgangsgesprek met de (plv) opleider. - 1 x CAT, 1 x referaat en/of 1 x probleempatientbespreking.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
20
Poli urologie Plaats: Locatie: Begeleiders:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. Groot Ziekengasthuis supervisor /uroloog (allen)
LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios dient aan het eind van de opleiding te beschikken over voldoende kennis en kunde betreffende het specialisme urologie. Toont inzicht te hebben in laboratoriumdiagnostiek, beeldvormende diagnostiek en therapeutisch beleid, c.q. farmacotherapie. Heeft een goed probleemoplossend vermogen opgebouwd en is in staat om adequaat informatie aan patiënt en diens omgeving over te dragen. Kan samenwerken met andere zorgverleners rondom de patiënt en kent zijn eigen beperkingen. Specifieke leerdoelen: Analyseren van problemen door huisarts en andere specialisten verwezen. De indicaties van aanvullende onderzoeken (laboratorium, endoscopieën, radiologische en functieonderzoeken) leren kennen en interpreteren. Daarnaast verwerven de aios specifieke deskundigheid in de behandeling en begeleiding van patiënten met chronische ziekten. De aios moet besluiten kunnen nemen in beperkte tijd en op basis van eenvoudige technieken. Kunnen beoordelen wanneer de behandeling weer aan de verwijzer kan worden overgedragen, middels een brief. De aios heeft hierbij met name in de laatste fase van de opleiding meer zelfstandigheid. LEERMIDDELEN Voor- en nabespreking casuïstiek, zelfstudie, bespreken video-opnamen van policontacten met supervisor, besprekingen radiologie en nucleaire geneeskunde en oncologiebespreking.. Bijwonen van de structurele locale, regionale en landelijke onderwijsbijeenkomsten, alsmede discipline overstijgend onderwijs. VAARDIGHEDEN - Urethrocystoscopie - Echografie prostaat en nieren - Inbrengen transurethrale catheters en inbrengen en wisselen suprapubische catheters TOETSEN - KPB overdracht (voorbereiden poli) - KPB algemeen* - KPB brieven - Fiattering statusvoering - KPB probleempatiënt bespreking / CAT / PA-bespreking - Participatie bespreking met nucleaire geneeskundige/radiologie - Participatie cursorisch onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs - Resultaat kennistoets *
Tweemaal wordt de aios gevraagd een dagdeel van zijn poli middels apparatuur van het Leerhuis vast te leggen. Hieruit kiest hij zijn beste en slechtste contact om te bespreken met de supervisor, middels een KPB. Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
21
-
Certificaat deelname wetenschappelijke vereniging Voortgangsgesprekken met supervisor en halfjaarlijks met (plv) opleider
Verplicht tijdens deze stage - Participatie urologische besprekingen - 4-6 KPB verdeelt over de verschillende competenties, waaronder 2 mbv een video-opname - 1x CAT of 1x referaat of 1x probleempatiëntbespreking. WERKINDELING
Per week minimaal 2 dagdelen polikliniek. Voor een nieuwe patiënt wordt 45 minuten en voor een controle patiënt 15 minuten ingeroosterd. Poliklinische patiënten worden in de eerste fase voor en na besproken, gedurende de verdere opleiding alleen de nieuwe patiënten. Bij problemen is er uiteraard direct overleg mogelijk met supervisor.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
22
Poliklinische operatiekamer Plaats: Locatie: Duur:
Begeleider:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. Groot Ziekengasthuis een dagdeel per week gedurende gehele opleiding met een equivalent van 6 maanden. Aan het begin van de opleiding urologie een intensief traject van 3 maanden superviserende uroloog
LEERDOELEN Algemene leerdoelen De aios leert specifieke behandelingen en diagnostische vaardigheden uit te voeren. Specifieke leerdoelen Na aanvang van de opleiding start de aios met een dagdeel POK, hetgeen gedurende de rest van de opleiding gehandhaafd blijft. Aan de orde komen kleine operatieve verrichtingen zoals vasectomie, circumcisio, frenulumplastiek en prostaatbiopsie. LEERMIDDELEN Onderzoek en behandeling mbv diverse technieken. Voor- en nabespreking casuïstiek, zelfstudie. TOETSEN - OSATS - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Participatie landelijk onderwijs Verplicht tijdens deze stage - 6-12 OSATS verdeelt over de verschillende verrichtingen - 1 x CAT of 1 x referaat of 1 x probleempatientbespreking. WERKWIJZE
Er is een dagelijkse supervisie, waarbij de urologen in een vast schema van ieder een vaste ochtend de supervisie hebben, de aios begeleiden en eigen ingrepen kunnen doen.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
23
Operatiekamer Plaats: Locatie: Duur: Begeleider:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. Groot Ziekengasthuis twee a drie dagdelen per week gedurende gehele opleiding. superviserende uroloog
LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios leert specifieke operatieve behandelingen en diagnostische vaardigheden uit te voeren. LEERMIDDELEN Onderzoek en behandeling mbv diverse technieken. Voor- en nabespreking casuïstiek, zelfstudie. TOETSEN - OSATS - Documentatie - operatieverslag - Correcties brieven en briefbeoordelingen - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Participatie skillsonderwijs Verplicht tijdens deze stage - 6-12 OSATS verdeelt over de verschillende verrichtingen - 1 x CAT of 1 x referaat of 1 x probleempatientbespreking. WERKWIJZE
Er is een dagelijkse supervisie, waarbij de urologen de aios begeleiden en eigen ingrepen kunnen doen.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
24
Consulten Plaats: Locatie: Begeleiders:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ‘s-Hertogenbosch Groot Ziekengasthuis alle urologen
De aios kan vanaf jaar 3 consulten verrichten.
LEERDOELEN Algemene leerdoelen: Tijdens deze stage leert de aios op adequate en efficiënte wijze adviezen te geven, in samenspraak met de aanvrager over urologische vraagstellingen bij patiënten die niet op de eigen verpleegafdeling behandeld worden. Specifieke leerdoelen: Na lezen vraagstelling en eventuele navraag ter verduidelijking, wordt na inzage van de klinische gegevens, anamnese en lichamelijk onderzoek verricht, om een plan van aanpak te maken. Daarbij worden adviezen geven voor aanvullende diagnostiek en voorlopig beleid. In een latere fase worden de resultaten hiervan beoordeeld, om te besluiten tot afronden van het consult of inzetten van een medebehandeling of overname patiënt. Organisatie van de werkzaamheden is hierbij van groot belang evenals samenwerking met de andere zorgverleners op de consultafdeling. LEERMIDDELEN - overdracht - röntgenbespreking - statusvoering - gesprek met patiënten en familie - omgang met co-assistenten - Ontslagbrieven bijzondere pathologie Daarnaast de diverse onderwijsmomenten en overlegsituaties: - bedside teaching - referaat en CAT, probleempatiëntbespreking - Onderwijs lokaal ( probleempatiëntbespreking) - Landelijk onderwijs conform leerjaar - Kennistoets (indien in periode valt) - Per jaar deelname aan 1 thema in het kader van Discipline Overstijgend Onderwijs (DOO) georganiseerd door: het Leerhuis, Brabant Medical School PAOG Nijmegen. - Bijeenkomsten wetenschappelijke vereniging; minimaal 1 dag per jaar
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
25
TOETSEN - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Correcties consultformulier - Fiattering status - Participatie onderwijs / probleempatiëntbespreking - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. - Voortgangsgesprekken. - Eventueel kennistoets Verplicht tijdens deze stage: - Gesprekken supervisor - Participatie urologische bespreking - 4-6 KPB verdeelt over de verschillende competenties. - 1 x CAT of 1 x referaat of 1 x probleempatiëntbespreking. WERKWIJZE Hoe te handelen Maak met de afdelingen duidelijk afspraken wanneer je langs komt voor de consulten, dit voorkomt veel onnodige telefoontjes. Consulten worden opgestuurd naar het secretariaat. De status wordt er bij gezocht en klaar gelegd voor de consulent. Van bekende patiënten doorschrijven in de klinische status. Van onbekende patiënten nieuwe urologie status maken. Op consultvel voor aanvragend specialist, kort de bevindingen en het vervolgplan. N.B.: van elke patiënt moet dus een status geschreven worden. Supervisie Deze wordt bij toerbeurt gedaan door een van de urologen. Spoedaanvragen Bij een spoedconsult dient de aanvrager zelf contact op te nemen met de “consulten-arts”. Bij bekende patiënt status opvragen op secretariaat. Na afsluiten consult Eventueel brief dicteren in overleg supervisor. Status zelf meenemen en in consultenkast leggen of via afdelingssecretaresse retour. Wanneer geen brief gedicteerd wordt: consult antwoordformulier in “consultenkast” op secretariaat maatschap interne geneeskunde bij postvakjes.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
26
Portfolio Inleiding Overeenkomstig de richtlijnen is de aios verplicht een verzameling bij te houden van documenten waarin op systematische wijze de voortgang in de opleiding wordt gedocumenteerd. Het portfolio en het voortgangsgesprek hangen nauw met elkaar samen. Het portfolio levert de informatie op basis waarvan het voortgangsgesprek wordt gevoerd. Daarmee vormen zij een leidraad in de opleiding. Het portfolio is een verzameling van informatiebronnen en beoordelingsgegevens op basis waarvan leerdoelen geformuleerd kunnen worden en reflectie op het functioneren van de aios door zichzelf en anderen kan plaatsvinden. Tevens worden verplichte onderdelen hierin afgetekend en toetsuitslagen verzameld. Aan het eind is een schema opgenomen dat laat zien wat er op welk moment in de opleiding minimaal in het portfolio opgenomen moet zijn. Daarin is tevens een overzicht opgenomen met de minimale toetsing gedurende de opleiding. Het portfolio van de aios omvat ten minste de volgende onderdelen: - een individueel opleidingsplan (IOP) inclusief opleidingsschema - reflectieverslagen - de documenten ten behoeve van de toetsing / beoordeling van de aios (KPB, OSATS, verslagen voortgangs- en beoordelingsgesprekken etc.) - stagebeoordelingen - de gehouden voordrachten en/of referaten - de gepubliceerde artikelen - de gevolgde cursussen, inclusief certificaten - deelname certificaten regionale en landelijke onderwijsdagen
Individueel opleidingsplan vs opleidingsschema Bij aanvang van de opleiding stelt de aios in samenspraak met de opleider een individueel opleidingsplan (IOP) op. In een begeleidend opleidingsschema worden de verschillende stages in een tijdpad aangegeven (zie overzicht opleiding JBZ). Daarnaast zijn in het IOP de individuele leerdoelen van de aios opgenomen. De inbreng van de aios in het individueel opleidingsplan (IOP) De aios dient over zijn ontwikkeling te reflecteren. Dit kan enerzijds aan de hand van de gekregen feedback (KPB, OSATS, 360 graden feedback), maar daarnaast is het noodzakelijk dat de aios bijhoudt welke ervaringen aan de ontwikkeling van de competenties van een bepaald thema gedurende de stages hebben bijgedragen. De doorgemaakte ontwikkelingen dienen in een individueel opleidingsplan (IOP) bijgehouden te worden. Hierin dient de aios per stage aan te tekenen hoe er aan een thema is gewerkt: bijvoorbeeld welk soort patiënten of pathologie er is gezien, wat er is geleerd en hoe dit is ervaren. Naast de toetsingsverslagen (KPB, OSATS etc.) reflecteert de aios middels het IOP over de vorderingen in de opleiding en bespreekt dit met de opleider tijdens de voortgangsgesprekken. De aios is zelf verantwoordelijk voor het bijhouden van zijn eigen portfolio. Zoals eerder gezegd is het portfolio een middel om tot een gefundeerd oordeel te komen, het is geen doel op zich. Daarom Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
27
zijn slechts minimumeisen opgesteld waaraan de inhoud van het portfolio moet voldoen Naar eigen wens en noodzaak kan de opleider dit (laten) uitbreiden.
Overzicht opleidingsactiviteiten voor een individuele aios Overzicht individuele begeleiding individuele aios tijdens zijn opleiding Onderstaande figuur geeft de globale structuur weer van de begeleiding van de individuele aios gedurende zijn opleiding urologie.
Kennismakingsgesprek met de opleider
Bespreken: -
IOP
-
Tijdens introductiegesprek afspreken: - Leerdoelen b. - Overzicht Thema’s van het - Toetsing
Opleidingsactiviteiten - Stage – KPB’s/OSATS - CAT - Uitvoering taken thema’s - Onderwijs - Referaat etc.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
CV Opleidingstructuur Modelinstructie aios Opleidingsschema Leerdoelen voor de komende periode Thema’s Toetsing (KPB, OSATS etc.) Voortgangsgesprek (tenminste elk half jaar) bespreken: - KPB’s (waaronder KPB van Critical incidents/complicaties) - Verrichtingen – OSATS - Briefbeoordelingen - Reflectiegesprek - Leerklimaat - Dynamisch CV: - cursussen - voordrachten - publicaties - etc. - Afspreken: - Leerdoelen - Thema’s - Toetsing - IOP - bijstelling - Toekomst
28
Het maken van een curriculum vitae Doel Curriculum vitae volgens vast stramien, zodat voor iedereen een snel te bekijken overzicht ontstaat.
Wanneer De aios werkt het CV bij voorafgaand aan elk voortgangsgesprek en geschiktheidsbeoordeling.
Werkwijze Opbouw van CV: Statisch deel (voornamelijk): Algemeen Opleiding en diploma’s Werkervaring Dynamisch deel: Cursussen Voordrachten Publicaties Lidmaatschappen, nevenactiviteiten, interesses
Aandachtspunten Het dynamische deel wordt voor elk gesprek bijgewerkt door de aios.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
29
Het maken van een Individueel Opleidings Plan (IOP) Zie formulier IOP
Doel Overzicht over het opleidingsniveau van de aios en het beloop hiervan. Concrete beschrijving van (persoonlijke) leerdoelen.
Wanneer De aios vult dit in voor elk voortgangsgesprek en vult dit aan na het voortgangsgesprek.
Werkwijze De aios blikt gestructureerd terug op zijn functioneren gedurende de afgelopen periode van 3 of 6 maanden, met name voor wat betreft zijn niveau van functioneren op de 7 verschillende competentiegebieden. Daarbij wordt de informatie gebruikt van de themakaarten, de toetsmomenten gedurende die periode en bewijsmaterialen dat is vergaard in de afgelopen periode (gevolgde cursussen, gegeven presentaties e.d.). De aios analyseert deze gegevens en schrijft zijn bevindingen op in het IOP formulier.
Aandachtspunten -
-
Wat waren de afspraken bij het vorige gesprek? In hoeverre zijn de afspraken geëffectueerd? Hoe kijkt de aios nu terug op de afgelopen 3-6 maanden? Welke sterkte-zwakte analyse wordt nu gegeven en op basis van welk bewijs (bijv. worden alle competenties in de analyse betrokken; worden uitspraken gedaan die voortvloeien uit de verzamelde bewijsmaterialen; worden activiteiten genoemd die bijdragen tot het verbeteren van het functioneren voor wat betreft de “zwakke” punten dan wel het verder ontwikkelen van de “sterke” punten). Welke afspraken dienen gemaakt te worden tot het volgende voortgangsgesprek. Maak de afspraken zo specifiek mogelijk, haalbaar binnen een bepaalde tijdsperiode en toetsbaar.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
30
Het voeren van een introductiegesprek Doel Afspraken te maken tussen de aios en opleider over wederzijdse verwachtingen ten aanzien van het functioneren op de afdeling.
Wanneer Bij de start van de opleiding.
Werkwijze Afgesproken wordt, afhankelijk van de voorgeschiedenis van de aios, welke (onderdelen van) thema’s in de komende periode aan bod zullen komen en getoetst zullen gaan worden. De algemene richtlijn is dat tenminste 3 tot maximaal 6 (onderdelen van) thema’s per half opleidingsjaar getoetst worden. Ook het aantal Korte Praktijk Beoordelingen en brief beoordelingen wordt afgesproken. Richtlijn is dat per aios per maand één KPB en één briefbeoordeling wordt afgenomen tot een totaal van 6-10 KPB’s en 10 briefbeoordelingen per aios/ jaar. Daarnaast zal regelmatig een OSATS afgenomen worden met een gemiddelde van 6-10 per jaar, mede afhankelijk van de vorderingen. De aios en opleider bewaken beide of er tijdens de komende periode ook nog andere beoordelingen dienen te worden gegeven (360o feedback, CAT’s, vaardigheidstoetsen etc.).
Aandachtspunten introductiegesprek -
Wat waren de sterke en zwakke punten van de aios in de voorafgaande periode. Wat zijn de leerdoelen van de aios in deze periode. Wat kan de aios leren in komende periode. Hierbij moet niet alleen gedacht worden aan medisch handelen, maar ook aan andere competenties als communicatie, samenwerking en organisatie. Afspraken over welke thema’s worden getoetst. Afspraken over hoeveel KPB’s worden afgenomen. Ook worden afspraken gemaakt over het inhoudelijk domein waar de KPB’s over gaan. Afspraken over hoeveel briefbeoordelingen zullen worden afgenomen. Afspraken over het eventueel gebruik van andere beoordelingsinstrumenten tijdens de stage. Tijdstip van eerstkomend voortgangsgesprek. Alle gebruikte formulieren van de introductiegesprekken dienen te worden opgenomen in het portfolio.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
31
Het voeren van een voortgangsgesprek en geschiktheidsbeoordeling Doel De aios en opleider bespreken het functioneren van de aios van de afgelopen periode en meer specifiek: de voortgang en het niveau van de verschillende competenties die de aios ontwikkelt. Het voortgangsgesprek kan beschouwd worden als een tussentijdse evaluatie gericht op specifieke leermomenten voor de komende periode. Bij de geschiktheidsbeoordeling wordt door de opleider een oordeel uitgesproken over de geschiktheid van de aios als toekomstig uroloog.
Wanneer Het voortgangsgesprek vindt elke drie maanden plaats met de opleider. De aios wordt ieder jaar in zijn opleiding door de opleider beoordeeld of hij geschikt is de opleiding voort te zetten. Dat is een unilateraal oordeel. Op deze momenten kan de opleiding van de aios tussentijds worden gestaakt. Deze beoordeling vindt plaats op het AB formulier van de MSRC. Bij een onvoldoende oordeel wordt dit formulier naar de MSRC gestuurd (geschiktheidbeoordeling).
Werkwijze De aios en opleider bereiden beiden het voortgangsgesprek voor. De opleider stelt de agenda samen, mede op basis van de punten die door de aios worden aangedragen. Vraagt na bij leden opleidingsteam en andere medewerkers hoe de betreffende aios functioneert. De aios levert uiterlijk een week van tevoren de volgende stukken bij de opleider in: 1 Agendapunten voortgangsgesprek 2 Portfolio waaronder: a Zelfbeoordeling competenties (algemeen en specifiek); b Individueel Ontwikkelings Plan; c Thema’s en verrichtingen; d Beoordeling KPB’s/OSATS; e Andere beoordelingen; f CV; g informatie met betrekking tot relevante activiteiten op één of meerdere competentiegebieden; h reflectie op eigen functioneren op basis van voorafgaande informatie. 3 Leerklimaat 4 Toekomst
Aandachtspunten voortgangsgesprek/geschiktheidbeoordeling -
Identificeren sterke en zwakke punten. Vastleggen op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd. Vastleggen hoe deze verbetering getoetst wordt. Vastleggen van het bekwaamheidsniveau op het gebied van de verschillende thema’s en verrichtingen. Bespreken van zelfreflectie en mate van overeenkomst en eventuele discrepanties met het oordeel van de opleidingsgroep Bespreken opties differentiatie / specialisatie (in latere opleidingsjaren) Bespreken leerklimaat voor de aios Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio De opleider ziet erop toe dat er van het voortgangsgesprek / de geschiktheidsbeoordeling een
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
32
-
schriftelijke verslag gemaakt wordt dat zowel door de opleider als door de aios ondertekend wordt. Dit verslag wordt aan het portfolio toegevoegd. Onvoldoende oordeel dient in het dossier dat opleider van de aios heeft opgenomen te worden
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
33
Het beoordelen door middel van de themakaart Doel Aan de hand van de geformuleerde themagebonden taken een globale indruk te verkrijgen over het competentieniveau van de aios.
Wanneer Gedurende de komende periode (meestal een periode van 3-6 maanden) wordt de aios getoetst op een aantal taken binnen thema’s die op themakaarten te vinden zijn.
Werkwijze Aios en opleider / supervisor bespreken tijdens het introductie/voortgangsgesprek welke pathologie de aios kan verwachten in de komende periode. Aan de hand hiervan wordt bepaald welke thema’s aan bod kunnen komen. Welke taken binnen thema’s daadwerkelijk getoetst worden hangt ook af van de “voorgeschiedenis” van de aios.
Aandachtspunten bij beoordeling -
-
Medisch handelen: met vooral een focus op taken die duidelijk lager scoren dan het verwachtte opleidingsniveau. Andere competenties: focus vooral op taken die lager dan voldoende / verwachte niveau scoren. Wat gaat er goed? Maak concrete afspraken. Spreek een tijd af waarbinnen afspraken moeten worden gerealiseerd. Spreek af hoe getoetst wordt of afspraken zijn nagekomen. Maak afspraken die haalbaar zijn gezien de tijd die de aios heeft (en opleidingsniveau). Niet alle taken binnen één thema hoeven getoetst te worden. Het gaat erom dat uit de themakaart blijkt dat de aios in voldoende mate is geconfronteerd met specifieke taken behorend bij een bepaald thema. Wat “in voldoende mate” is wordt bepaald door de opleidingsgroep. Alle gebruikte themakaarten dienen te worden opgenomen in het portfolio. Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
34
Het beoordelen d.m.v. Korte Praktijk Beoordelingen (KPB) Zie KPB formulier
Doel Het vastleggen en het nabespreken van het functioneren van aios op onderdelen van competenties door middel van observatie m.b.v. een gestructureerd beoordelingsformulier.
Wanneer Op ieder moment tijdens de opleiding kan een aios geobserveerd worden op onderdelen van het functioneren. Dat betekent dat de observatiemomenten primair worden bepaald door de mogelijkheden die de bedrijfsvoering biedt. Binnen deze conditie verdient het aanbeveling de observatiemomenten zoveel mogelijk te spreiden. Zwakkere onderdelen kunnen dan vaker geobserveerd worden om te beoordelen of er verbetering is opgetreden. De Korte Praktijk Beoordeling (KPB) richt zich op de competenties van de arts in opleiding tot specialist (aios) in patiëntencontacten. Ze kan eenvoudig worden toegepast door stafleden als onderdeel van de dagelijkse routine en is geschikt voor de beoordeling van aios in diverse klinische settings. De KPB is een kortdurende observatie (10 minuten) van een aios patiënt contact. De combinatie van meerdere KPB’s geeft inzicht in het handelen van de aios. De KPB kan geregeld (iedere paar maanden) worden toegepast op de afdeling, op de poli, op de Spoedeisende Hulp of elders, zoals tijdens opname of ontslag. Als beoordelaars kunnen optreden: superviserende stafleden, afdelingshoofden en opleiders.
Werkwijze Het initiatief tot het afnemen van een KPB kan zowel door de aios als door de opleider/ supervisor genomen worden. Als regel geldt dat bij elke aios eenmaal per maand een KPB wordt afgenomen minimaal 6-10 per jaar. Waarover de KPB gaat wordt deels bepaald door wat de aios wil leren en deels door de klinische presentaties en de voor de opleiding relevante activiteiten van de betreffende stageplek. De inhoud van een KPB beperkt zich tot het beoordelen van een beperkt aantal competenties.
Mogelijkheden voor KPB -
overdracht, (grote) visite poli/SEH/afdeling consult (anamnese, LO, probleem, DD) acute opvang (grote) visite status voorzitten van een multidisciplinair overleg brief patiënt/familie/-gesprek slecht nieuwsgesprek voordracht/referaat
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
35
Aandachtspunten bij de beoordeling van de KPB -
Bepaal welke activiteiten waardevol zijn om aios te observeren en feedback te geven. Houdt bij de observatiemomenten rekening met de leerdoelen van de aios genoemd in het introductie- en voortgangsgesprek. Spreek tijdens introductie- of voortgangsgesprek al af wanneer en over welke taken in ieder geval een KPB wordt afgenomen. Beoordeel aios op een beperkt aantal competenties. Bespreek de observatie direct na met de aios. Alle gebruikte formulieren dienen te worden opgenomen in het portfolio. Neem tijd voor de toetsing en de aansluitende bespreking van de resultaten. Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
36
Het beoordelen van vaardigheden mbv OSATS Zie OSATS formulier
Doel Inzicht krijgen in het vaardigheidsniveau van de aios met betrekking tot relevante vaardigheden binnen de urologie.
Wanneer/werkwijze Tijdens de werkzaamheden van de aios op de OK/POK wordt regelmatig een OSATS (Objective Structured Assessment of Technical Skills) afgenomen van de verschillende verrichtingen. Indien de aios heeft aangetoond niveau 4 bereikt te hebben voor de desbetreffende ingreep, wordt de aios geautoriseerd/bekwaam verklaard om deze verrichtingen zelfstandig, zonder supervisie, uit te voeren. Dit wordt schriftelijk door de supervisor/opleider vastgelegd. Dit bewijs wordt toegevoegd aan het portfolio van de aios.
Verrichtingenlijst is opgenomen in het portfolio Werkwijze Vaardigheden kunnen op verschillende wijzen worden beoordeeld. Meestal zal dit middels een OSATS gebeuren, soms kan een KPB voor dit doel gebruikt worden.
Aandachtspunten bij beoordeling vaardigheden -
Maak de criteria aan de hand waarvan getoetst wordt van tevoren aan de aios duidelijk. Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
37
Critically Appraised Topic (CAT) Zie KPB formulier CAT Een CAT is een kritische beoordeling van een artikel, gerelateerd aan een concreet klinisch scenario. Dit leidt vervolgens tot een gestandaardiseerd, op basis van recente literatuur gebaseerd, antwoord op een klinische vraag. Een dergelijke exercitie begint bij het formuleren van een bruikbare vraagstelling, vervolgt in het omzetten van de vraagstelling in een gerichte literatuursearch, waarna selectie van relevante literatuur plaatsvindt. Het eindigt vervolgens in een conclusie die antwoord geeft op de initiële vraag. Deze methode komt tegemoet aan de noodzaak vakliteratuur te lezen, interpreteren en op waarde te schatten in relatie tot de dagelijkse praktijk. De referaten, klinische presentaties en CAT’s worden met een specifiek beoordelingsformulier beoordeeld.
Referaten De aios dient tijdens de opleiding minimaal 8 CAT’s (minimaal 2 per jaar) te verzorgen.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
38
De briefbeoordeling Zie KPB formulier Brief
Doel Het vastleggen en nabespreken van de kwaliteit van de brieven (ontslag-, polikliniek-, consultbrieven etc.) d.m.v. een gestructureerd beoordelingsformulier.
Wanneer Op ieder moment van de opleiding kan een briefbeoordeling plaats vinden. Hiermee kunnen met name de competenties medisch handelen en communicatie getoetst worden. Per jaar worden er tenminste 10 briefbeoordelingen verricht. De aios en opleider waken ervoor dat de briefbeoordelingen verhoudingsgewijs min of meer gelijkelijk (ontslag-, polikliniek-, consultbrieven e.d.) verdeeld is.
Werkwijze Het initiatief voor een briefbeoordeling kan zowel bij de aios als bij een lid van de opleidingsgroep liggen. Alle briefbeoordelingen worden samen met de aios nabesproken.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
39
Het bespreken van “critical incidents” / complicatiebespreking Zie KPB formulier probleem patiëntbespreking
Doel Bespreken van situaties waar de aios veel van geleerd heeft/kan gaan leren.
Wanneer Wanneer zich een bepaalde situatie heeft voortgedaan.
Werkwijze Zowel aios als supervisor kan het initiatief nemen voor het bespreken van een critical incident aan de hand van een kort verslag. Besproken wordt wat de rol van de aios was en wat hier goed in was, wat er beter had gekund en wat het leerdoel van deze situatie is/is geweest. Voorbeelden van situaties: reanimatie, VIM, slecht nieuwsgesprekken, agressieve ouders, moeilijke patiënten, interessante DD, etc.
Aandachtspunten moet leiden tot concreet (behaald) leerdoel; beperken tot kern van de zaak; beperken in aantal.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
40
Het beoordelen van het portfolio Doel Inzicht krijgen in en zicht krijgen op alle competenties van de aios Longziekten en Tuberculose.
Werkwijze Het portfolio is het verzamelpunt van alle informatie die over de aios beschikbaar is. De aios is verantwoordelijk voor deze informatie. Het portfolio wordt gebruikt als onderliggend document bij het voortgangsgesprek. Het portfolio dient naast andere formulieren (zie voortgangsgesprek) een week van tevoren te worden ingeleverd zodat de opleider de tijd heeft deze informatie te bekijken en nog om aanvullende informatie te vragen. De hieronder vermelde aandachtspunten vormen voor een belangrijk deel de agenda van het voortgangsgesprek.
Aandachtspunten 1. Is het portfolio op tijd ingeleverd? (Zegt iets over de competenties organisatie en timemanagement.) 2. Bevat het portfolio minimaal de volgende informatie: - zelfbeoordeling algemene competenties; - Vorderingen in thema’s; - Individueel Ontwikkelings Plan; - beoordelingen KPB/OSATS; - Andere beoordelingen; 3. Informatie met betrekking tot relevante activiteiten op één of meerdere competentiegebieden; - Reflectie op eigen functioneren op basis van voorafgaande informatie. - Het bespreken van discrepanties in de beoordeling van de opleider/supervisor 4. De kwaliteit van de reflectie wordt beoordeeld: - goede aansluiting met sterke en zwakke punten; - juiste conclusies uit reflectie; - er worden toetsbare voornemens gemaakt. 5. Identificeren sterke en zwakke punten. - Vastleggen op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd. - Vastleggen hoe deze verbetering getoetst wordt. 6. Wat is de kwaliteit van het totale portfolio. De opleider dient de informatie ten opzichte van elkaar te wegen. Is er twijfel over de kwaliteit van het portfolio dan is het wenselijk leden van de opleidingsgroep in het oordeel te betrekken. 7. Hoe ervaart de aios het “leerklimaat” op de afdeling? 8. Komen de afspraken gemaakt bij het introductiegesprek overeen met de werkelijk verrichte activiteiten? 9. Wat dient voor de volgende keer te worden afgesproken? En hoe kan dit getoetst worden? 10. Neem tijd voor de bespreking van de resultaten (minimaal 30 minuten). 11. Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio. 12. Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
41
Formulieren
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
42
Curriculum Vitae Algemene informatie Curriculum Vitae bij aanvang opleiding Naam: Geboortedatum: Adres: BIG registratie: Telefoonnummer: E-mail: Ingeschreven opleiding Lid van ...
Behaalde diploma’s:
Werkervaring:
Presentaties/congressen:
Publicaties:
Opleidingsschema: schema tot op heden: huidige stage: opleidingsschema vervolg: wijzigingen opleidingsschema Andere relevante gegevens:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
43
Formulier introductiegesprek stage Introductiegesprek Naam aios
Naam supervisor
Stage
Datum gesprek
Periode/jaar Samenvatting gesprek Aandachtspunten uit vorige stages
Aandachtspunten bij komende stage
Te toetsen thema’s/taken binnen deze stage, inclusief hoe
Opmerkingen
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
44
Formulier voortgangsgesprek oordeel opleider/aios algemene competenties Stage: Opleider:
Aios:
Datum:
Specialist
Basisarts
Schrijf uw overwegingen bij dit oordeel voor iedere competentie kort op. Welke individuele leerdoelen komen hieruit naar voren in de reflectie met de aios?
Handtekening gezien aios:
Handtekening gezien opleider:
© J.P.J Slaets interne geneeskunde UMCG v:21-09-07
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
45
Korte Praktijk Beoordeling algemeen
Naam Aios:
Supervisor:
Datum:
Type Patient: Focus van het contact:
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Handtekening gezien aios:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Handtekening gezien supervisor:
46
Korte Praktijk Beoordeling algemeen Medisch Handelen deelcompetentie 1: Bezit kennis en vaardigheid naar de stand van het vakgebied De aios is in staat op een gestructureerde en effectieve wijze medische informatie naar anderen te verwoorden Medisch Handelen deelcompetentie 2: Past het diagnostisch en therapeutisch arsenaal van het vakgebied goed en waar mogelijk evidence-based toe. De AIOS verwerft specialistische kennis, en past deze adequaat toe, op het terrein van: Diagnostiek: Anamnese: de AIOS beheerst de vaardigheid van de anamnese tot in de details. Lichamelijk onderzoek: de AIOS is deskundig op het gebied van lichamelijk/fysisch-diagnostisch onderzoek. Laboratoriumdiagnostiek: de AIOS leert gegevens uit het laboratoriumonderzoek te interpreteren en heeft kennis van afwijkende laboratoriumbevindingen behorend bij de specifieke urologische ziektebeelden. Beeldvormende diagnostiek: de AIOS leert gegevens uit beeldvormende diagnostiek (radiologie, CT, MRI, echografie, isotopenonderzoek) te interpreteren en adequaat toe te passen. Functieonderzoek: de AIOS leert gegevens uit functieonderzoek te interpreteren en adequaat toe te passen Probleemoplossend vermogen: De AIOS beheerst het efficiënt opstellen van een probleemlijst met bijbehorende werkhypothesen in de vorm van een differentiaaldiagnose, daarbij gebruikmakend van de informatie direct bij de patiënt verkregen, alsmede integratie van overige diagnostische gegevens in combinatie met kennis en ervaring. Essentieel hierbij is de integratie van gegevens uit de anamnese, lichamelijk onderzoek en voortgezet onderzoek. Het bepalen van een effectief en doelmatig diagnostisch beleid behoort tot de specifieke deskundigheden van de internist. Therapeutisch beleid: De AIOS is in staat om, op grond van de diagnostiek en context van de medische problemen, advies te formuleren over de behandeling, met name ten aanzien van leefstijl, voeding en farmacotherapie, niet-farmacologische behandelingen en prognose. Speciale aandacht dient de AIOS te geven aan bijwerkingen op korte en lange termijn van het ingestelde therapeutisch beleid. Deskundigheid wordt vereist de evaluatie van het therapeutisch beleid. Farmacotherapie: De AIOS verkrijgt specifieke deskundigheid op het gebied van de farmacotherapie, stoelend op kennis van de farmacokinetiek en farmacodynamiek, mogelijkheden en beperkingen van de farmacotherapie, interacties en bijwerkingen van geneesmiddelen en het effect van polyfarmacie. Met name wordt deskundigheid vereist op het gebied van individualiseren van farmacotherapie. Deelcompetentie M3: Levert effectieve en ethisch verantwoorde patiëntenzorg. De aios: herkent en incorporeert ethische aspecten die bij medische beslissingen in het geding zijn, en is in staat morele vragen die in het medisch handelen ontstaan te analyseren. is in staat om de eigen morele standpunten met argumenten te verduidelijken en tegenover patiënten en collegae gezondheidswerkers te verantwoorden. neemt kennis van het binnen de afdeling geldende medische beleid en de regels, afspraken en protocollen, en past deze adequaat toe nover patiënten en collegae gezondheidswerkers te verantwoorden Deelcompetentie 4: vindt snel de vereiste informatie en past deze goed toe De AIOS verzamelt op een adequate wijze informatie rondom de zorg van een patiënt waarvoor hij de verantwoordelijkheid heeft aanvaard; hiertoe weet hij op gepaste wijze gebruik te maken van raadpleging van andere betrokkenen in het zorgproces resp. medische en niet-medische deskundigen ( huisarts, specialisten, thuiszorg, GGZ, etc) Communicatie deelcompetentie 1 Is in staat om een voor de patiënt veilige omgeving te creëren met respect voor vertrouwelijkheid, privacy en autonomie Heeft een open houding ten aanzien van patiënten, ongeacht de eigen sekse of die van de patiënt, ongeacht levensfase, sociale en economische status, opleiding, etnische achtergrond, cultuur, seksuele geaardheid en levensovertuiging, en ongeacht de aard, de prognose en het stadium van hun gezondheidsprobleem of handicap. Communicatie deelcompetentie 2 Is in staat om informatie te verzamelen en te synthetiseren gebruikmakend van andere bronnen zoals de familie, artsen en andere hulpverleners. Is in staat adequaat uitleg te geven over de bevindingen en over de redenen waarom (nog geen) verdere behandeling wordt voorgesteld.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
47
KPB Overdracht
Naam aios:
Supervisor:
Datum:
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Handtekening gezien aios:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Handtekening gezien supervisor:
48
Leerdoelen Overdracht Communicatie deelcompetentie 4: Doet adequaat mondeling en schriftelijk verslag over patiëntencasus. De aios geeft blijk van deskundigheid en zorgvuldigheid op het gebied van statusvoering: verslag anamnese, lichamelijk onderzoek, problemenlijst, differentiaaldiagnose, aanvullend onderzoek, beloop, interpretatie adviezen consulten. Samenwerking deelcompetentie 2: Verwijst adequaat. De aios is in staat naar de juiste persoon of instantie te verwijzen zowel in de eerste als in de tweede lijn en de mate van urgentie hierbij te bepalen. De aios vraagt adequaat consult en stelt hierbij de juiste vraag. De aios is in staat tot het interpreteren van consulten. deelcompetentie 3: Levert effectief intercollegiaal consult. De aios is in staat een intercollegiale consultvraag adequaat te beantwoorden. De aios is in staat de gezondheidstoestand van een patiënt te optimaliseren in relatie tot de operatieve zorg De aios is in staat de post-operatieve patiënt te begeleiden en adequaat te reageren op problemen in het post-operatieve traject. Draagt bij aan een effectieve Reflectie deelcompetentie 3: Kent de grenzen van de eigen competentie en handelt daarbinnen. De aios geeft blijk van besef dat voor het functioneren als internist vereist is dat hij eigen beperkingen kan onderkennen De aios geeft blijk om te kunnen gaan met onmachtsgevoelens. De aios geeft blijk van besef dat het voor het functioneren als internist vereist is, dat hij grenzen en mogelijkheden van de gegeven situatie, van de eigen beroepsuitoefening en van de medische professie in het algemeen kan beoordelen. De aios geeft blijk van om te kunnen gaan met fouten van zichzelf of anderen, bij eigen fouten deze durft te erkennen tegenover patiënten en collega’s en er lering uit kan trekken. De aios heeft een eigenstandige zorgplicht en zal tijdens de opleiding geen handelingen verrichten die buiten zijn kennis en vermogens liggen. Aandachtspunten voor supervisor (= dienstdoende achterwacht algemene interne geneeskunde) Tijdens overdracht van zorg de aios kan: Hoofd- en bijzaken onderscheiden Benoemt reële differentiaal diagnose Benoemt expliciet die zaken uit probleemlijst die niet binnen de werkdiagnose vallen Doet voorstellen voor aanvullend onderzoek Betrekt prognose van patiënt in het gevoerde beleid Neemt verantwoording voor gevoerd beleid Benoemt eigen twijfels over diagnostisch en therapeutisch handelen Is actief bij selectie te bespreken patiënten met rapportvoorzitter Kan uit de voeten met instructie om patiënten zonodig kort te bespreken Maakt problemen organisatie zorg bespreekbaar (hulponderzoeken, samenwerking andere specialismen) -
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
KPB Dienst
Naam aios:
Supervisor:
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Handtekening gezien aios:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Handtekening gezien supervisor:
Datum:
Leerdoelen Dienst Communicatie deelcompetentie 4: Doet adequaat mondeling en schriftelijk verslag over patiëntencasus. De aios geeft blijk van deskundigheid en zorgvuldigheid op het gebied van statusvoering: verslag anamnese, lichamelijk onderzoek, problemenlijst, differentiaaldiagnose, aanvullend onderzoek, beloop, interpretatie adviezen consulten. zorgvuldigheid door in het medisch dossier vast te leggen wanneer en waarover de patiënt is geïnformeerd. Samenwerking Deelcompetentie 2 Verwijst adequaat De aios is in staat naar de juiste persoon of instantie te verwijzen zowel in de eerste als in de tweede lijn en de mate van urgentie hierbij te bepalen. Deelcompetentie 3: Levert effectief intercollegiaal consult. De aios is in staat de gezondheidstoestand van een patiënt te optimaliseren in relatie tot de operatieve zorg De aios is in staat de post-operatieve patiënt te begeleiden en adequaat te reageren op problemen in het post-operatieve traject. De aios vraagt adequaat consult en stelt hierbij de juiste vraag. De aios is in staat tot het interpreteren van consulten. De aios is in staat een intercollegiale consultvraag adequaat te beantwoorden. Deelcompetentie 4 draagt bij aan een effectieve interdisciplinaire samenwerking en ketenzorg. De AIOS blijkt in staat om adequaat in teamverband te kunnen functioneren, en daarbij de verschillende hiërarchische en functionele rollen te herkennen en te respecteren. De aios levert in de praktijk een adequate bijdrage aan de continuïteit van zorg voor de patiënt
Deelcompetentie Besteedt de beschikbare middelen voor de gezondheidszorg verantwoord De aios laat zien over de kennis en vaardigheden te beschikken om op passende wijze gebruik te maken van de beschikbare middelen en voorzieningen in de zorg, en bij te dragen aan een zo effectief en efficiënt mogelijke bedrijfsvoering en gezondheidszorgsysteem door: de indicatie voor eventueel aanvullend onderzoek adequaat te stellen. De aios houdt daarbij in de afweging tussen wel of geen aanvullend onderzoek rekening met: de te verwachten opbrengst (inclusief fout-positieve/fout-negatieve uitkomsten); de relevantie voor het verdere besluitvormingsproces; de wensen van de patiënt; de belasting voor de patiënt en zijn sociale omgeving: (bijvoorbeeld mantelzorg) en/of verwanten; (bijvoorbeeld genetisch onderzoek); de eventuele complicaties en de kosten. Waar mogelijk volgens richtlijnen te werk gaan Deelcompetentie 3 Werkt effectief en doelmatig in een gezondheidszorgorganisatie De aios geeft er blijk van op de hoogte te zijn van de wijze waarop de afdeling en het ziekenhuis zijn ingericht en maakt adequaat gebruik van de diverse informatiestromen, procedures en protocollen
Reflectie deelcompetentie 3: Kent de grenzen van de eigen competentie en handelt daarbinnen. De aios geeft blijk van besef dat voor het functioneren als internist vereist is dat hij eigen beperkingen kan onderkennen De aios geeft blijk om te kunnen gaan met onmachtsgevoelens. De aios geeft blijk van besef dat het voor het functioneren als internist vereist is, dat hij grenzen en mogelijkheden van de gegeven situatie, van de eigen beroepsuitoefening en van de medische professie in het algemeen kan beoordelen. De aios geeft blijk van om te kunnen gaan met fouten van zichzelf of anderen, bij eigen fouten deze durft te erkennen tegenover patiënten en collega’s en er lering uit kan trekken. De aios heeft een eigenstandige zorgplicht en zal tijdens de opleiding geen handelingen verrichten die buiten zijn kennis en vermogens liggen.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
CAT/referaat/probleempatiëntbespreking
Naam aios:
Reflectant:
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Handtekening gezien aios:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Handtekening gezien supervisor:
Datum:
Leerdoelen CAT/referaat/probleempatientbespreking Communicatie Deelcompetentie 3 Bespreekt medische informatie goed met patiënten en familie, en anderen De aios is in staat op een gestructureerde en effectieve wijze medische informatie naar anderen te verwoorden Aandachtspunten Technische aspecten: lay-out dia’s, bewaken tijd, heldere agenda, afgebakend onderwerp, vermijd afdwalen, gebruik pointer Verbale communicatie: Contact met zaal, intonatie, tempo, dia’s ter ondersteuning dwz niet voorlezen van..., woordkeus Houdt rekening met kennisniveau publiek Presentatie, houding, uitstraling, boeiend? Uitstraling Het adequaat samenvatten Kan met powerpoint een presentatie vorm geven Kennis en Wetenschap Deelcompetentie 1 Beschouwt medische informatie kritisch. Kennis en Wetenschap Deelcompetentie 2 Bevordert de verbreding en ontwikkeling van wetenschappelijke vakkennis. Kennis en Wetenschap Deelcompetentie 4 Bevordert de deskundigheid van studenten, AIOS, collegae, patiënten, verpleegkundigen en andere betrokkenen in de gezondheidszorg. Organisatie Deelcompetentie 4 Gebruikt ICT adequaat voor optimale patiëntenzorg en voor het eigen leerproces (incl bij- en nascholing). Aandachtspunten Focus, afbakenen onderwerp Relevantie Samenhang Niveau van detaillering Wetenschappelijk niveau (kritische waardering (appraisal): beoordelen van de wetenschappelijke kwaliteit van de literatuur, inclusief design, methode en analyse; dit gaat over interne en externe validiteit en vormen van vertekening (bias en confounding) CAT: formuleert PICO; licht zoekstrategie toe; licht selectie literatuur toe Is in staat elektronische databestanden te ontsluiten Begripsverduidelijking (uitleggen methodologische of fysiologische begrippen bv ROC curve, kappawaarde, LH ratios etc) Professionaliteit Deelcompetentie 2 Kan reflecteren. Professionaliteit Deelcompetentie 4 Reflecteren met een professional. Aandachtspunten Wetenschappelijke reflectie: wat is de betekenis van deze kennis, wat zijn de implicaties, wat voegt het toe aan de praktijkvoering, zowel persoonlijk als in het algemeen. Eigen visie, onderkent onzekerheden. ‘reflection-on-action’: terugkijkend op handelingen uit het verleden, de ‘evidence’ plaatsen in de context van een individuele klinische gebeurtenis; dat kan ook betekenen gemotiveerd afwijken van deze “evidence” . Autonomie : Selectie onderwerp (CAT: door eigen praktijk ingegeven; Referaat: doet voorstel dat past bij het thema van de week) Geeft onzekerheden of onduidelijkheden aan Kan omgaan met feedback en vragen uit gehoor. Heeft zich hierop voorbereid Volgt eerder gegeven adviezen ter verbetering op, zoekt wanneer aangewezen hulp bij derden Nodigt inhoudsdeskundigen actief uit om aanwezig te zijn Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
KPB Briefbeoordeling
Naam Aios:
Reflectant:
Datum:
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Handtekening gezien AIOS:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Handtekening gezien supervisor:
54
Leerdoelen Briefbeoordeling Medisch Handelen deelcompetentie 2 Past het diagnostisch en therapeutisch arsenaal van het vakgebied goed en waar mogelijk evidence-based toe De aios geeft blijk dat hij pathofysiologisch kan denken en juiste conclusies heeft getrokken op basis van (differentiaal) diagnose, onderzoeken, ziekteverloop en behandeling. Dit wordt kort, bondig en op heldere wijze weergegeven: de integratie van gegevens uit de anamnese, lichamelijk onderzoek en voortgezet onderzoek. Voorgeschiedenis: Is chronologisch en volledig weergegeven met vermelding van jaar ziekte/operatie. (Tip: controleer op volledigheid oa mbv oudere correspondentie. Zie ook in de PC en verwijs typiste hiernaar, vul ontbrekende gegevens aan). Anamnese: De relevante, ernstige hoofdklacht(-en) is kort bij de tractus anamnese (dus niet alle tracti vermelden) beschreven De huidige status quo is duidelijk vermeld De ziektegeschiedenis is bondig en adequaat weergegeven Onderzoeksbevindingen en conclusies Bevindingen lichamelijk onderzoek is bondig en volledig beschreven, inclusief bloeddruk, etc Bevindingen van diagnostiek zijn helder weergegeven: volledig, vermeld ook aanvullend laboratorium onderzoek na de dag van opname! Bij afwijkende waarden: vermeld de hoogte en de eenheden van de bepaling. Bij verbetering of verslechtering van bepaalde bepalingen: beschrijf beloop: dus bijv. Hb 3,2 stijgend tot 7,0 mmol/l na transfusie. Bij normale waarden: vermeld niet de uitslag, maar alleen dat de bepalingen normaal waren: bijv. normaal bili, AF, GammaGT, ASAT, ALAT, Amylase . Vergeet urine onderzoek niet: algemeen onderzoek (of sediment) en 24 uurs verzameling. Kweken: Kort met datum en uitslag Rontgen onderzoek: vermeld kort de conclusie. ECG: idem relevante conclusies zijn helder weergegeven Bespreking: hoofddiagnose is kort beschreven therapie en in het kort het verloop staan beschreven vervolgens zijn neven diagnosen met therapie en verloop beschreven Medicatie bij ontslag: volledig met juiste dosering, inclusief evt. stopdatum van medicatie Follow-up gepland follow-up beleid is goed aangegeven de reden van follow-up is aangegeven Communicatie Deelcompetentie 4 Doet adequaat mondeling en schriftelijk verslag over patiëntencasus De aios geeft in de praktijk blijk van: deskundigheid en zorgvuldigheid op het gebied van het schrijven van brieven betreffende de behandeling op het gebied van de urologie (waarin o.a.: reden van opname, anamnese, lichamelijk onderzoek, laboratoriumonderzoek, röntgenonderzoek, verder onderzoek, ingreep, consulten, conclusie, eventueel beloop of bespreking, medicatie bij ontslag, prognose, informatie gegeven aan de patiënt). Aandachtspunten Communicatie familie het inlichten van familie/omgeving is vermeld Helderheid brief De brief is compact Aanhef brief is correct: opnameperiode en reden van opname De brief heeft een logische opbouw: adressering aan huisarts, aanvang, voorgeschiedenis, anamnese, bevindingen lichamelijk onderzoek, bespreking en samenvatting kopie gestuurd aan: Specialisten waar patiënt onder controle is (of recent nog was) Specialisten, die patiënt in consult hebben gezien tijdens opname Dialyse afdeling als patiënt behandeld wordt met hemodialyse of peritoneaal dialyse De brief bevat geen irrelevante informatie overbodig jargon is vermeden Samenvatting: medische diagnose is puntsgewijs beschreven (geen nadere toevoegingen als therapie noodzakelijk) Tot slot aandachtspunten bij dicteren: Bandjes verkrijgbaar op ..... Binnen 2 weken na ontslag moet de brief aan de huisarts gedicteerd zijn en bij de huisarts en andere behandelaars binnen zijn! Er mogen geen statussen van de polikliniek meegenomen worden naar huis of naar de afdeling. Dicteer de brief namens de specialist die “kliniekarts/supervisor” was tijdens opname. Meld daarbij: specialist die de huidige opname superviseerde. Patiënt wordt teruggezien door: (naam van specialist bij wie patiënt bekend is) Deze brief bevat de informatie die ik graag heb als ik de volgende arts ben die de patiënt ziet
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
55
IOP
Naam Aios:
Supervisor/opleider:
Datum:
Periode Individuele leerdoelen:
Wat is er goed?
Wat kan er beter?
Handtekening gezien aios:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Handtekening gezien supervisor:
56
Prototype OSATS beoordelingsformulier (Objective Structured Assessment of Technical Skills) Beoordelaar: Aios: Verrichting: Complexiteit:
Datum : Opleidingsjaar: laag
gemiddeld
Voorlichting 1 De voorlichting aan de patiënt en de voorbereiding is onvoldoende
hoog
2
3 De voorlichting en voorbereiding zijn voldoende
4
5 De AIOS demonstreert een grote mate van vakbekwaamheid met betrekking tot de voorlichting en voorbereiding
2
3 Gaat zorgvuldig om met weefsel, incidenteel weefselschade
4
5 Consistente zorgvuldige behandeling van weefsel met minimale schade
2
3 Redelijk efficiënte bewegingen, nog enkele onnodige bewegingen
4
5 Economische bewegingen, maximale efficiëntie
2
3 Kundig gebruik van instrumenten, komt af en toe stijf of onhandig over
4
5 Vloeiende bewegingen, kundig
2
3 Kent de namen van de meeste instrumenten en gebruikt het juiste instrument op het juiste moment
4
5 Duidelijk bekend met de benodigde instrumenten, correct benaming
2
3 Gebruikt assistentie grootste deel van de tijd adequaat.
4
5 Gebruikt assistentie strategisch, benut deze optimaal
2
3 Er is een redelijke planning van de procedure, er is een gestage vordering
4
5 Duidelijke planning van de procedure, moeiteloos van de ene naar de andere stap
2
3 Kent de belangrijkste aspecten van de procedure
4
5 Demonstreert een grote mate van kennis van de hele procedure
2
3 De nazorg is voldoende
4
5 De AIOS demonstreert een grote mate van vakbekwaamheid met betrekking tot de nazorg
Tevredenheid beoordelaar met de OSATS 1
2
3
4
5
Tevredenheid aios met de OSATS 1
2
3
4
5
Weefselgevoel 1 Gebruikt onnodige kracht of veroorzaakt weefselschade door onjuist gebruik instrumenten Tijd en beweging 1 Frequente onnodige bewegingen Hanteren van instrumenten 1 Maakt herhaaldelijk onhandige en/of onzekere bewegingen Instrumenten kennis 1 Vraagt regelmatig verkeerde instrumenten of onjuist gebruik van instrumenten Gebuik van assistentie 1 Zeer matige instructie assistentie of onvoldoende gebruik assistentie Voortgang procedure 1 Er is geen duidelijke planning in de procedure Kennis van de procedure 1 Onvoldoende kennis, heeft bij vrijwel elke stap instructie nodig Nazorg 1 De nazorg is onvoldoende
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
Gestructureerde Beoordeling van Chirurgische Vaardigheden Urologie (OSATS) Endoscopie AIOS: ………………………………………………………….
Datum: ……………………..………
Supervisor: …………………………………………………………Opleidingsjaar: ……………………………. Operatie: ……………………………………………………………Complexiteit: laag – gemiddeld - hoog Oriëntatie 1
2
2
2
Coördinatie 1
2
Mist regelmatig de oog-handvoetcoördinatie, zoekt nog vaak naar handbediening of pedaal
Voortgang operatie 1
2
Rommelig en incompleet
3
4
3
2
5 Vloeiende bewegingen, kundig
4
5 Is duidelijk vertrouwd met de procedure, goede coördinatie
3
4
5 Duidelijke planning van operatie, moeiteloos van de ene stap naar de volgende
3
4
Kent de meest belangrijke aspecten van de operatie
2
5 Economische bewegingen, maximale efficiëntie
Demonstreert voorwaartse planning, gestage vordering operatie
Onvoldoende kennis, heeft bij bijna elke volgende stap specifieke instructie nodig
Perioperatieve zorg 1
4
Weet meestal een goede coördinatie tussen oog, hand en voet te demonstreren
Stopt frequent met opereren, vraagt vaak om instructie
Kennis van procedure 1
3
Kundig gebruik van instrumenten, komt af en toe stijf of onhandig over
Maakt herhaaldelijk onzekere en/of onhandige bewegingen
5 Heeft goed overzicht over de anatomie
Redelijk efficiënte bewegingen, nog enkele onnodige bewegingen
Frequent onnodige bewegingen
Hanteren van instrumenten 1
4
Heeft redelijk overzicht over de anatomie, is nog maar zelden de oriëntatie kwijt
Is regelmatig het overzicht kwijt, moet zich telkens opnieuw oriënteren
Tijd en beweging 1
3
3
5 Demonstreert een grote mate van kennis van de hele operatie
4
Voert goed uit, maar nog instructies nodig
5 Zelfstandig zorgvuldig en compleet
Tevredenheid supervisor over de verrichte chirurgische vaardigheid 1 2 3
4
5
Tevredenheid AIOS over de verrichte chirurgische vaardigheid 1 2 3
4
5
Handtekening beoordelaar
Handtekening AIOS
Positieve punten:
Aandachtspunten:
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010 versie 4
58
Specifieke eisen wat betreft medisch handelen: wordt in overleg met cluster Utrecht nog uitgewerkt Streefaantallen van diagnostische en therapeutische ingrepen Diagnostisch Anamnese:
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 50 x een algemene urologische anamnese afgenomen. 50 x een andrologische anamnese afgenomen. 50 x een anamnese afgenomen op het gebied van functionele urologie. 50 x een kinderurologische anamnese afgenomen. 50 x een oncologische anamnese afgenomen. 50 x een anamnese afgenomen op het gebied van de minimaal invasieve urologie/urolithiasis
Lichamelijk onderzoek
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 50 x een algemeen urologisch lichamelijk onderzoek verricht. 50 x een andrologisch lichamelijk onderzoek verricht. 50 x een lichamelijk onderzoek verricht op het gebied van functionele urologie. 50 x een kinderurologisch lichamelijk onderzoek verricht. 50 x een oncologisch lichamelijk onderzoek verricht. 50 x een lichamelijk onderzoek verricht op het gebied van de minimaal invasieve urologie/urolithiasis
Laboratorium
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: Algemeen en specifiek gebruikelijk relevant laboratoriumonderzoek aangevraagd en de resultaten geïnterpreteerd. zoals algemene urologie: bloed (nierfunctie) andrologische urologie: bloed (hormonen), semenanalyse, urethrale uitstrijk oncologische urologie: bloed en urine (tumormarkers), urinecytologie minimaal invasieve urologie/urolithiasis: bloed (metabool), urine (24-uurs), steenanalyse
Endoscopisch onderzoek
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 100 x cystoscopie verricht.
Beeldvormend onderzoek
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 50x echografie van de nieren verricht. 50x echografie van de blaas mbt residu verricht. 30x scrotale echografie met of zonder doppleronderzoek verricht. 30x transrectale echografie van de prostaat verricht. Gedurende de opleiding heeft de uroloog: andrologie: 3x een testisbiopsie verricht. functionele urologie: 30x urodynamisch onderzoek verricht. 30x flowmetrie beoordeeld 30x vaginale inspectie/incontinentie onderzoek uitgevoerd 20x calibratie urethra verricht. oncologie: 30x prostaatbioptie verricht. 10x selectieve urinesampling verricht. minimaal invasieve urologie/urolithiasis: 5x retrograad pyelo/ureterografie uitgevoerd.
Aanvullend specifiek onderzoek
Therapeutisch, nietoperatief
Gedurende de opleiding heeft de uroloog verricht: algemene urologie: andrologie: functionele urologie: minimaal invasieve urologie/urolithiasis:
Therapeutisch, operatief Toelichting
Algemene en acute urologie
100x algemene en specifieke urologische medicamenteuze therapie voorgeschreven 50x transurethrale katheter geplaatst 5x intracaverneuze injectie gegeven 15x patiënt verwezen naar bekkenfysiotherapeut 10x suprapubische katheter geplaatst 15x opvoeren JJ katheter
De omschrijving ….heeft verricht (of uitgevoerd) duidt er op dat voor de betreffende operatie aan het eind van de opleiding een vaardigheid op bekwaamheidsniveau 4 wordt verlangd (“does”). De omschrijving … heeft onder begeleiding (gedeelten van) … uitgevoerd duidt er op dat voor de betreffende operatie aan het eind van de opleiding een vaardigheid op bekwaamheidniveau 3 wordt verlangd (“shows how”). Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 30x een voorhuidbehandeling uitgevoerd (bij volwassenen en kinderen, zie ook kinderurologie).
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010
(circumcisie, preputiolyse, voorhuidplastiek, frenulotomie of frenulumplastiek). 50x een algemene scrotale ingreep verricht (bij volwassenen en kinderen, zie ook kinderurologie, voortplantingsgeneeskunde en prostaatcarcinoom) (hydrocèle, spermatocèle, epididimectomie, orchiectomie). 10x een torsio testis operatie uitgevoerd. 5x een simpele nefrectomie verricht (zie ook oncologie en minimaal invasieve urologie). 5x specifieke blaaschirurgie (simpele of partiele cystectomie, diverticulectomie) uitgevoerd. 5x een eenvoudige urineafleiding (Bricker) aangelegd (zie ook blaascarcinoom). 5x een algemene, eenvoudige (dwz niet complexe) laparoscopische ingreep (bv pelvine lymfklierdissectie, nefrectomie)
Andrologische urologie Medische seksuologie
Andrologische urologie Voortplantingsgeneeskunde
Functionele urologie BPH/LUTS
Functionele urologie Stressincontinentie
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 2x een cavernoplicatie of Nesbit operatie uitgevoerd. Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 3x een testisbiopsie verricht. 30x een vasectomie verricht. 5x een vasovasostomie verricht. 5x een varicocèlebehandeling verricht. Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 20x een transurethrale prostaatresectie verricht. 20x een blaashalsincisie of transurethrale prostaatincisie verricht. 5x een meatotomie verricht. 10x een otis urethrotomie verricht. 10x een sachse urethrotomie verricht. 5x een open prostatectomie verricht. Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 10 x een tape-operatie (bv TVT) uitgevoerd.
Kinderurologie
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 20x een voorhuidbehandeling uitgevoerd. 20x een inguinale of scrotale ingreep verricht wegens hydrocèle. 20x een orchidopexie of funicolyse verricht. 5x onder begeleiding (gedeelten van) een eenvoudige pyelumplastiek uitgevoerd. 5x onder begeleiding (gedeelten van) een eenvoudige antireflux ingreep verricht.
Oncologische urologie
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 30x een transurethrale blaastumorrresectie of -biopsie verricht. 5x een pelvine lymfklierdissectie uitgevoerd(zie ook prostaatcarcinoom) 5x onder begeleiding (gedeelten van) een radicale cystectomie uitgevoerd. 5x een eenvoudige urineafleiding (Bricker) aangelegd.
Blaascarcinoom
Oncologische urologie Niercelcarcinoom
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 5x een radicale nefrectomie verricht. 5x onder begeleiding (gedeelten van) een open partiële of een laparoscopisch radicale nefrectomie uitgevoerd.
Prostaatcarcinoom
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 5x een pelvine lymfklierdissectie uitgevoerd (zie ook blaascarcinoom). 5x onder begeleiding (gedeelten van) een radicale prostatectomie (open of laparoscopisch) uitgevoerd.
Oncologische urologie
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 2x een nefro-ureterectomie verricht.
Oncologische urologie
Pyelum/uretercarcinoom
Oncologische urologie Testiscarcinoom
Minimaal invasieve urologie Urolithiasis
Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 5x een inguinale orchidectomie verricht Gedurende de opleiding heeft de uroloog: 10x een antegrade of retrograde drainage van de nier verricht. 10x een ESWL-behandeling verricht. 5x een nefrectomie verricht 5x onder begeleiding (gedeelten van) een PNL uitgevoerd. 10x een URS verricht. 5x een lithotripsie van blaasstenen verricht 2x een sectio alta verricht.
Opleidingsplan Urologie Jeroen Bosch Ziekenhuis 2010