Les vins biologiques d’Allemagne sont-ils vraiment biologiques? Zijn er daadwerkelijk biologische wijnen in Duitsland?
Opdragen wil ik deze scriptie aan mijn kleindochter Elise en mijn toekomstige kleinkinderen, omdat ik hoop dat de wijnen steeds “gezonder” zullen worden en zij samen met hun generatie nog veel kunnen gaan genieten van wijn.
Les vins biologiques d’Allemagne sont-ils vraiment biologiques? Zijn er daadwerkelijk biologische wijnen in Duitsland?
Opgesteld door Marian van Pol Februari 2010 Examen-opdracht studie “Sommelier Conseil”
1
INHOUD. Motivatie en doel: blz 3 Dankwoord: blz 4 Inleiding: blz 5 Hoofdstuk 1: Wat betekent biologische wijnbouw? 1.1 - Wijnland Duitsland algemeen. 1.2 - Duitse wijngebieden. 1.3 - Uitleg begrip en geschiedenis. 1.4 - Soorten biologische wijnbouw. 1.5 - Biologische wijn en de regels in Duitsland. 1.6 - Biologische verenigingen in Duitsland.
blz. 6 blz. 7 blz. 8 blz. 10 blz. 13 blz. 15
Hoofdstuk 2: Biologische toepassingen in de Duitse wijnbouw. 2.1 - Wijnbouw. 2.2 - Kelderwerk. 2.3 - Toepassingen uit de praktijk.
blz. 17 blz. 25 blz. 27
Hoofdstuk 3: Interviews. 3.1 - Inleiding. 3.2 - Voorstelling geïnterviewde wijnbedrijven. 3.3 - Interviews van de wijnbedrijven.
blz. 28 blz. 28 blz. 32
Hoofdstuk 4: Stellingen en visies van internationale personen in de wijnwereld. 4.1 - Nicolas Joly. blz. 43 4.2 - Michel Chapoutier. blz. 43 4.3 - Kees van Leeuwen. blz. 44 Hoofdstuk 5: Invloeden van een bio-label: 5.1 op de consument. 5.2 op de wijnverkoopmarkt. Invloeden van biologische wijnbouw: 5.3 op de kwaliteit van wijn. 5.4 op de gezondheid. 5.5 op de natuur en het milieu.
blz.45 blz. 47 blz. 50 blz. 50 blz. 52
Beantwoording van de onderzochte vragen of stellingen. Eindconclusie. Samenvatting.
blz. 54 blz. 58 blz. 60
Literatuurlijst. Bijlagen
blz. 63 blz. 64
2
MOTIVATIE en DOEL:
Met deze scriptie wil ik onderzoek doen naar het bestaan van biologische wijnen in Duitsland, terplekke ook als ökologischer Wein aangeduidt. Uit eigen ervaring heb ik gemerkt, dat er in Duitsland een grote drang is, om wijnen te produceren, die zoveel mogelijk gemaakt worden in overeenstemming met de natuur, en deze dan ook zo weinig mogelijk willen belasten met chemische producten of andere verontreinigingen. Er zijn ook wijnmakers die de titel “biologisch” niet aan hun wijn willen geven en toch zeer begaan zijn met de belasting van de natuur. Dit roept bij mij een aantal vragen op. Wie levert een betere wijn? Heeft de status en vermelding “biologisch” op bijvoorbeeld een etiket waarde, of is de wijnmaker belangrijker? Is er alleen maar biologische wijnbouw? Zijn er ook mogelijkheden om in de kelder biologisch te werken? Kunnen er eigenlijk wel wijnen gemaakt worden die de status “biologisch”kunnen dragen? Gaat het hier om de eigen visie en filosofie? Ik heb daaruit onderstaande vragen opgesteld ter beantwoording.
Doel van dit onderzoek: Het onderzoeken van onderstaande vragen:
1. Heeft een label “biologisch” waarde? Is de wijnboer/wijnmaker belangrijker? 2. Is er alleen biologische wijnbouw? Wordt in de kelder ook biologisch gewerkt? Kan er wel biologische wijn gemaakt worden? 3. Zijn biologische wijnen beter in kwaliteit? Zijn biologische wijnen gezonder?
3
DANKWOORD:
Met hulp van velen, zowel in mijn directe omgeving, maar ook van elders heb ik dit onderzoek kunnen doen. Ik wil dan ook het thuisfront en vooral Thei en Dorien danken voor de hulp die ze mij gegeven hebben, en mij met raad en daad terzijde hebben gestaan. De diverse wijnboeren, andere wijnliefhebbers en wijnprofessionals die ik heb mogen bezoeken of ontmoeten en mij te woord hebben gestaan op beurzen, masterclasses en evenementen zoals Prowein. Daarnaast degenen die mij mee hebben genomen op wijnreis, aan hen wil ik ook mijn hartelijke dank uitspreken. In het bijzonder Alain Jacobs vertegenwoordiger van het Duitse wijninstituut in Nederland, met wie ik tweemaal op wijnreis naar Duitsland ben mogen gaan. Het gaf me de mogelijkheid om kennis te maken met een groot aantal wijnboeren. Verder aan Timo Dienhart, lid en voorzitter van ECOVIN en medewerker bij het ORWINE projekt, die ik bezocht heb en diverse malen ontmoet op Prowein. In 2007 heb ik deelgenomen aan zijn masterclass. Hij was bereid me aanvullende informatie te verstrekken.
4
INLEIDING:
Voor mijn eindexamen “Sommelier Conseil” hoort een scriptie gemaakt te worden waarbij het thema en het onderwerp “wijn” dient te zijn. Tijdens meerdere bezoeken aan Duitse wijngebieden, heb ik vastgesteld dat vooral goed opgeleide jonge wijnmakers zeer begaan zijn met de natuur, en toch vinden dat ze de status “biologisch” niet aan hun wijnen kunnen of willen geven. Hier moeten gegronde redenen voor bestaan. Anderen zijn juist overtuigd van de biologische manier waarop ze werken en willen dit ook naar buiten uitdragen. Ik kan het me niet voorstellen dat iemand NEE zegt tegen biologische wijnbouw en productie. Door mijn persoonlijke overtuiging, en mijn geloof in de natuur, die naar mijn mening zijn eigen regisseur is, vind ik dit een interessant onderwerp om te onderzoeken. Daar ik persoonlijk overtuigd ben van het positieve van “biologisch” werken, moeten er andere beweegredenen zijn voor de wijnmakers om geen bio-label te voeren.
5
Hoofdstuk 1: Wat betekent biologische wijnbouw? - 1.1 Wijnland Duitsland algemeen. - 1.2 Introductie Duitse wijngebieden. - 1.3 Uitleg begrip en geschiedenis. - 1.4 Soorten biologische wijnbouw. - 1.5 Biologische wijnbouw en de regels in Duitsland. - 1.6 Organisaties voor biologische en biologisch-dynamische wijnbouw in Duitsland.
1.1 Wijnland Duitsland algemeen. Duitsland is een wijnland waar de wijngebieden rond de 50ste breedtegraad liggen. Het heeft een veelvoud aan druivenrassen, steile wijngaarden die tot de steilste ter wereld behoren en een klimaat met een gemiddelde jaartemperatuur van rond de10 graden Celsius. Het bezit unieke micro-klimaten die in combinatie met mineraalrijke bodemsoorten zeer mooie wijnen voortbrengen. (bron www.Duitsewijn.nl) Kwaliteitsindeling Duitse wijnen: In 1971 werd wettelijk geregeld dat het suikergehalte van de druif, uitgedrukt in graden Oechsle, de graadmeter werd voor kwaliteit. De laagste klasse in Duitsland is de Landwein, gevolgd door de Qualitätswein bestimmter Anbaugebiete, kortweg QBA genoemd. Beide mogen angereichert, gechaptaliseerd worden. De hogere kwaliteitsklasse is Qualitätswein mit Prädikat en verdeeld in de volgende benamingen, steeds opklimmend in suikergehalte van de most. Kabinett, Spätlese, Auslese, Beerenauslese, Trockenbeerenauslese en Eiswein. Veel wijnboeren willen hun wijnen niet naar suikergehalte indelen. Er komen diverse andere benamingen op de markt, ook wettelijk geregelde namen. In de Rheingau hanteert men Erstes Gewächs. Bepaalde wijngaarden zijn geclassificeerd en hebben voorgeschreven opbrengstlimieten, handmatige pluk enz. Grosses Gewächs is een door VDP leden (zie uitleg begrip op blz 43) ingevoerde kwaliteitsnorm. Opbrengst van maximaal 50 hectoliter per hectare, verkoop vanaf 1 september volgend op het oogstjaar geldig voor wit en in het tweede jaar na de oogst voor rode wijnen enzovoorts. Ook begrippen als Classic en Selektion zijn begrippen die vrij recent, in het jaar 2000, ingevoerd zijn. Ook hier gelden opbrengstregels enzovoorts. Voor de consument is dit niet gemakkelijk en dit kan door de vele gebruikte benamingen op een etiket een doolhof zijn voor consumenten. Steeds meer kwaliteitshuizen kiezen voor eigen fantasienamen en versoberen daarmee het etiket wat de duidelijkheid bevordert. Echter hiermee moet de naam en faam van de wijnboer en/of wijnmaker garant staan voor kwaliteit.
6
Duitse wijngebieden: 13 Duitse wijngebieden: Ahr, Baden, Franken, Hessische bergstrasse, Mittelrhein, Mosel, Nahe, Pfalz, Rheingau, Rheinhessen, Saale-Unstrut, Sachsen en Württemberg.
7
1.2 Uitleg begrip en geschiedenis: Uitleg begrip. Het woord “Biowein” is er een dat in Duitsland eigenlijk niet gevoerd kon worden. Er bestond alleen wijn verkregen uit biologisch, in Duitsland “ökologisch”, geteelde druiven. Maar met de nieuwe regelgeving van de EU komt hier verandering in. Hierin wordt ook de productie-methode opgenomen. Deze wordt van kracht op 1 juli 2010. (meer hierover in het Hoofdstuk 1, Biologische wijn en de regels in Duitsland en bijlage1). Verder in mijn scriptie zal ik meestal spreken van Bio-wijn. Het principe van biologische wijnbouw is natuurlijk niet iets van de dag van vandaag. In samenhang met de landbouw is er bij de oorsprong alleen maar “biologische” wijnbouw mogelijk geweest. Maar mogen we dan spreken van wijnbouw? Ik vind dit moeilijk, want voor wijnbouw is toch meer ontwikkeling nodig dan voor akkerbouw. Onder wijnbouw verstaat men het produceren van het product wijn. Wijn is een product dat alleen ontstaat door verdere verwerking van druiven, die een agrarisch product zijn. Voor mij betekent de term Biologisch, dat ik te maken heb met een product dat totaal eerlijk is, totaal zuiver en totaal vrij van stoffen die ongezond zijn voor mens, milieu en natuur. Maar dit is in de praktijk niet mogelijk. Ook in de natuur zelf zijn er nl. processen aan de gang die schadelijk zijn voor mens, dier en milieu. In vele planten komen giftige stoffen voor die schadelijk kunnen zijn, in elke natuurramp zitten vernietigende krachten die ook bodem en lucht kunnen vervuilen enz. Dus moet ik mijn beleving van het begrip gaan bijstellen. Ik wil het begrip als volgt bijstellen: “Biologisch” is een term voor een product of methode die zo zuiver mogelijk is, die zo “natuurverbonden” mogelijk is en geen of zo weinig mogelijk schade toebrengt aan de mens, natuur en het milieu. Verder in mijn scriptie is het gebruik van het woord “biologisch” dus terug te leiden naar deze omschrijving. Bij de rubriek “soorten biologische wijnbouw” wordt het begrip verder omschreven.
Geschiedenis. In de loop van de geschiedenis heeft de mens steeds weer opnieuw geprobeerd om vooral gemakkelijker en met meer opbrengst te produceren. Sinds de industri le revolutie rond 1920 is dit voor de landbouw ook het geval. De mens ontdekt dat het gebruik van bepaalde stoffen hun uitwerking niet missen bij de landbouw of hier de wijnbouw, zoals het gebruik van nitraat als kunstmest. Het eenvoudige, gemengde wijn-en boerenbedrijf verandert van eenvoudig eerlijk produceren naar groot en meer, met zo laag mogelijke kosten en zo weinig mogelijk arbeid. Het gemengde wijnboerenbedrijf verdwijnt en men gaat over op intensieve wijn- of landbouw of veeteelt. Er ontstaan mono-culturen. Men ontdekt dat door het toevoegen van kunstmest de opbrengsten hoger worden, door pesticide te gebruiken de ziektes en plagen gemakkelijk bestreden kunnen worden en door inzet van machines, de vaak zware arbeid gemakkelijker en sneller gedaan kan worden. Er zijn echter dan al mensen die ontdekken dat dit niet de richting is die door de natuur bedoeld is en goed zou zijn voor de gezondheid, de natuur en het milieu. De bodem verschraalt en verhardt, er is weinig of geen leven meer in de bodem, ziektes en plagen moeten met steeds zwaardere middelen bestreden worden enzovoorts. Ook wordt er bij de gezondheid van de mens verband gelegd tussen het gebruik van bepaalde chemische stoffen en het voorkomen van sommige ziektes zoals kanker en ziektes van het zenuwstelsel en zelfs geboorte-afwijkingen. 8
Steeds zijn er mensen die op zoek gaan naar een andere manier van werken. Ze gaan terug naar de natuur en op zoek naar evenwicht voor milieu, en ook voor zichzelf, de mens. Er ontstaan groeperingen en bewegingen die zich verenigen in organisaties en anderen gaan op eigen houtje experimenteren. De biologische wijn-en landbouw heeft zijn echte aanvang gemaakt in de jaren 80 van de afgelopen eeuw. Ook bij de consumenten onstaat er bewustwording over de kwaliteit van ons voedsel. Er ontstaan stromingen en verenigingen die zich bezig houden met de voedselkwaliteit op alle niveau’s.
Start van de handmatige pluk op de steile hellingen in Trittenheim aan de Moezel october 2008
9
1.3 De soorten Biologisch in de wijnbouw zijn: A: Biologische wijnbouw B: Biologisch-dynamische wijnbouw A: Biologische wijnbouw. In Duitsland is de term biologisch vaak vertaald als ökologisch. Biologische wijnbouw is een methode waarbij de wijnboeren zichzelf een werkwijze opleggen. Men streeft naar het behoud van natuurlijke cycli en systemen en een sociaal-economische evenwichtige landbouw. Men streeft naar behoud en verbetering van de vruchtbaarheid, biologische activiteit op lange termijn; onderhoud en ontwikkeling van de biodiversiteit, behoud van genetische diversiteit; behoud van de kwaliteit van water en vermijding van vervuiling. Doel is de kwaliteit van het leven en van het produkt te verbeteren. (Bron: ©Vinoblesse Tjitske Brouwer MV 2007) Vaak zijn deze wijnboeren aangesloten bij een vereniging en voeren het embleem of keurmerk van de vereniging op het etiket. Ze vermelden dit bij extra informatie over hun bedrijf. Indien de bedrijven aangesloten zijn bij een biologische of biologischdynamische vereniging, hebben ze door de vereniging vastgestelde regels na te leven. De meeste verenigingen hanteren zwaardere richtlijnen dan de Duitse of EUwet voorschrijft. De organisaties staan in nauw kontakt met de politiek. Als een bedrijf wil toetreden tot een organisatie dan wordt een bedrijf meestal een aantal jaren gevolgd en meestal duurt de omstelling 3 jaar, (richtlijnen van ECOVIN), waarna het definitief mag toetreden. Het eerste jaar voldoet een bedrijf niet aan de voorwaarden en mag zich dan ook niet “biologisch” noemen. Het tweede en derde jaar mag men vermelden, Trauben aus der Umstellung auf den ökologischen Weinbau, vrij vertaald: druiven uit de overgang naar biologische wijnbouw. Er wordt dus gebruik gemaakt van het label van de vereniging na 3 jaar. Dit label moet dus garant staan voor de wijnbouwmethode die het bedrijf voert. ECOVIN voert de volgende richtlijnen: vertaling van de ECOVIN richtlijnen.
= Behouden en verbetering van de natuurlijke vruchtbaarheid van de bodem door geschikte wijnbouw. = Opkweken van gezonde resistente planten zonder inzet van herbicides, chemisch synthetische insecticides en organische fungicides evenals synthetische stikstofbemesting. = Het bevorderen en vermeerderen van biodiversiteit van planten- en dierwereld in biologisch wijnberg systeem, door doelgerichte groenaanplant. = Het tot stand brengen van een vergaand gesloten productiekringloop systeem. = Reducering van water- en bodemvervuiling. = Afwijzen van gengemanipuleerde planten en micro-organismen en alle producten daarvan. = Het scheppen van een zeker bestaan op basis van bevredigende levensvoorwaarden. origineel in bijlage 3.
10
Het volledige document met uitwerking is op te vragen bij ECOVIN. Hierin staat bijvoorbeeld een volledige uitwerking, waarin het gebruik van plakband, gebruikt om verpakkingen te sluiten, als volgt is omschreven: PVC klebebänder sind verboten. De controle wordt uitgevoerd door erkende bedrijven, die controleren naar de gestelde norm van de organisatie, bijvoorbeeld ECOVIN. Bedrijven zijn verplicht om zich te laten controleren. Indien een bedrijf niet geheel werkt volgens de biologische norm dan is het bedrijf verplicht om voor het deel dat niet biologisch werkt ook boek te voeren. Indien men niet aangesloten is bij een organisatie kan men zich zelf laten certificeren door een hiervoor in het leven geroepen instantie, bijvoorbeeld Ecocert. Dan kan men zijn bedrijf, een deel ervan of een enkele wijn laten certificeren en dan gebruik maken van het algemene label dat voor Duitsland geldt. Deze wijnen voldoen dus aan de richtlijnen van de Duitse wet en niet aan de richtlijnen van de Bio-verenigingen. Men valt in dit geval onder de Duitse wet voor biologische landbouw en dus ook wijnbouw.
Snoei van het hout dat druiventrossen geleverd heeft.
B: Biologisch-Dynamische wijnbouw. Hier gelden strengere restricties. Hier wordt verantwoordelijkheid gevraagd voor het totale Eco-systeem. Diverse middelen en technieken zijn absoluut verboden. Bij deze “manier van leven” wordt ervan uitgegaan dat ieder op zichzelf staand eco-systeem onderdeel is van een groot geheel, de kosmos. Een verandering ergens in het systeem be nvloedt de gehele cirkel. Ieder systeem kan zelfverzorgend zijn, alle middelen daarvoor zijn in principe door de natuur voorhanden. Een bio-dynamisch bedrijf kan men zien als een levend organisme. De stand van de zon, maan, planeten en sterren zijn belangrijk voor bepaalde toepassingen in het ecosysteem en daarmee in de bio-dynamie. Rudolf Steiner ging van dit idee uit en deze leer is later voortgezet en pas echt ontwikkeld door Maria Thun. Zij geeft ieder jaar een zaaikalender uit en velen werken hier dan ook naar. Vooral de maanstanden spelen een grote rol. Bij het fenomeen van eb en vloed speelt ook de aantrekkingskracht van de maan een grote rol. De maan volgt een baan om de aarde, hieruit volgt dat de maan in een bepaalde stand staat ten opzichte van de aarde, men spreekt van dalende en stijgende maan, die dan de sapstroom be nvloedt (bijv. ongunstig voor de snoei). Maar daarmee staat de maan tegelijkertijd in een bepaalde stand ten opzichte van de zon. Bij volle maan staat de zon rechttegenover de zon en geeft het vele licht meer leven in de wijnstok of druif (gunstig voor de oogst). De maan maakt geen ronde baan om de aarde, en er zijn dan ook verschillen in afstand tussen aarde en maan, deze hebben ook nog een invloed op de kracht van de maan. Ook de invloed van planeten en sterren spelen hierin een rol, de sterrenbeelden worden
11
gepasseerd door de aarde en maan en de diverse sterrenbeelden staan voor water, vuur, aarde en lucht . Als de maan de baan van de aarde t.o.v. zon doorkruist spreekt men van maanknopen, deze werken als stoorzender. In de bio-dynamie is dat een belangrijk aspect. Diverse werkzaamheden worden gedaan aan de hand van de zaaikalender van Maria Thun. De wijnboer is een onderdeel van het systeem. Er wordt veel arbeid en opmerkzaamheid van de wijnboer gevraagd. De leer van Rudolf Steiner en vooral van Maria Thun wil ik in deze scriptie enkel aanhalen en vermelden, daar de leer niet echt belangrijk is voor mijn onderwerp. Wel zal ik dieper ingaan op de manier van werken als die belangrijk is om de werkwijze te begrijpen. Bij de bio-dynamie is het doel de natuurlijke weerstand van het gehele systeem te bevorderen en te verhogen met natuurlijke middelen. wordt gestreefd naar optimale weerstand van organismen in dit geval de wijnstokken. Een vereniging die internationaal opereert is DEMETER. Wat zij zelf vertellen over hun werkwijze:
Er
Vertaling Demeter richtlijnen: = Een Demeter bedrijf is altijd als geheel biologischdynamisch werkzaam. De verordeningen van de EU gelden niet voor het gehele bedrijf en laten paralellen toe voor conventionele wijnbouw. = Op een Demeter bedrijf wordt in de regel verreweg het grootste deel van voeders zelf geproduceerd. Minstens 80% van de benodigde voeders van herkauwers, moet uit biologisch-dynamische productie stammen en minstens 50% uit eigen bedrijf. Gebruik van conventioneel geproduceerde voeders is niet toegestaan. = Demeter bedrijven gaan voor het houden van eigen vee. Het houden van herkauwers is verplicht. = De mest wordt met speciale zelfgemaakte heilzame preparaten ge nt, komposthopen aangelegd en is dan geschikt voor het bevorderen van de vruchtbaarheid, verlevendiging en heilzaamheid van de bodem. = Verdere preparaten uit koemest en kiezelpreparaten gemaakt, bevorderen ook de bodemvruchtbaarheid en regelen de plantengroei. = Koeien op Demeter bedrijven dragen horens, dit zijn belangrijke organen en niet voor verdediging, ze hebben invloed op de krachthuishouding van de dieren en op de spijsvertering, wat weer invloed heeft op het mest. = Veel Demeter bedrijven streven naar eigen zaadgoedverzorging en planten en dieren in hun eigen hoforganisme in te schakelen. = Biologisch-dynamische zaadgoedteelt werkt met levensovereenkomstige methoden. De planten worden in kweektuinen geteeld, niet in laboratoria. De zaden zijn zonder beperking vermeerderbaar en de daaruit voortkomende vruchten zijn goed smakend, vitaal en van hoge voedingskwaliteit. De EU-verordening verlangt dat conventioneel gekweekte planten een jaar op biologisch werkende gronden vermeerderd worden, de teelt is verder bij de EU niet geregeld. Voor originele tekst zie bijlage 4.
12
Typische leisteenbodem aan de Moezel.
1.4 Biologische wijn en de regels in Duitsland: In principe is in Duitsland de wettelijke richtlijn van de EU geldig. Hierin wordt voor de biologische wijnbouw alleen vermeld de tekst: wijn gemaakt van biologisch geteelde druiven. Er bestaat dus geen biologische wijn volgens de wet. Alleen voor de biologische wijnbouw zijn er regels. Maar ten tijde van mijn scriptie is een nieuwe EUverordening opgesteld. Deze vervangt vanaf 1 juli 2010 de verordeningen die eerder van kracht waren. Vanaf 1 juli 2010 gaat voor de consument ook een nieuw logo in gebruik. Welk dit wordt is op dit moment nog niet vastgesteld. Door middel van een verkiezing kan men deelnemen aan de keuze uit drie overblijvende logo’s. Deze staan hieronder afgebeeld. De nieuwe richtlijnen waarin ook het werk in de kelder geregeld is zijn uitgewerkt door het projekt ORWINE. Dit internationale projekt is door de EU in samenwerking met diverse biologische organisaties opgezet. Het projekt is gestart in 2005. De EU heeft naar aanleiding van dit projekt de nieuwe verordening aangenomen en een folder uitgegeven, zie Bijlage 1. Het gehele rapport is te vinden op de site van Orwine www.orwine.org en omvat meer dan 230 pagina’s. Het rapport is tevens bedoeld als handboek voor de wijnmaker in de wijngaard maar vooral ook als leiddraad in de kelder. Belangrijke faktoren zijn het verbod van genetisch gemanipuleerde rassen en het gebruik van genetisch gemanipuleerde gisten. Ook het gebruik van ioniserende straling is verboden. (licht radioactieve straling gebruikt voor conservering). Het logo moet verplicht worden indien 95% van een product biologisch is geproduceerd. 13
Het logo dat in de EU nu gebruikt wordt.
Een van onderstaande logo’s wordt het nieuwe EU logo voor biologische producten. Waarschijnlijk het eerste omdat dit koploper is bij de stemming on-line.
Het label voor Duitse biologische landbouwproducten is hieronder afgebeeld. (bijbehorende tekst zie bijlage 2)
14
1.5 Biologische verenigingen in Duitsland: In Duitsland zijn een aantal biologische verenigingen opgericht die voornamelijk betrekking hebben op de agrarische sector, en daarmee ook gelden voor wijnbouw. De georganiseerde verenigingen zijn: ECOVIN, Demeter, Bioland, Gaä e.V ökologischer Landbau, Biokreis en Naturland. In 2008 bedroeg het aantal biologische wijnbedrijven in Duitsland 542 tegenover een totaal aantal wijnbedrijven van 25807. De beplante wijngaarden zijn voor biologische wijnbouw 4266 ha. Tegenover een totale aanplant van 102.339 ha. is dit slechts 4,17% (bron DLR Oppenheim, vermeldt op www.ecovin.de )
ECOVIN is de enige en grootste vereniging die zich alleen maar bezig houdt met wijnbouw. Opgericht in 1985 en heeft thans 210 leden in 10 duitse wijngebieden. De organisatie is gevestigd in Oppenheim. De volumes in 2008 waren 8 millioen liter wijn, en met een ökologisch bewerkt oppervlak van 1.300 ha. (bron site ECOVIN)
Er is de verplichting om te werken naar de strenge richtlijnen van de vereniging. De bedrijven worden regelmatig gecontroleerd en door ECOVIN zelf gecertificeerd. De richtlijnen gaan verder dan de EU richtlijnen. ECOVIN heeft korte verbindingen naar de politiek en is dus een meespreekpartner bij het vaststellen van nieuwe richtlijnen. Ook maakt ECOVIN deel uit van het onderzoeksteam van ORWINE. (bron www.ecovin.de en www.orwine.org )
DEMETER houdt zich bezig met biologisch-dynamische landbouw. Het is een internationale organisatie. In Duitsland is de organisatie gevestigd in Darmstadt. Aangezien er voor biologische-dynamische wijnbouw geen aanvullende wettelijke richtlijnen zijn, zijn de meeste bedrijven nog aangesloten bij een tweede vereniging die zich bezig houdt met biologische wijnbouw. (bron www.demeter.de )
BIOLAND is gevestigd in Mainz. De organisatie heeft als werkgebied Pfalz, Rheinhessen, Baden, Wurttemberg, Franken en strekt zich uit naar Süd-Tirol. Totaal 450 ha. en 90 wijnboeren. (Bron www.bioland.de )
Gäa e.V ökologischer Landbau Gäa is een landbouw organisatie gevestigd in Dresden. In Sachsen wordt er maar 0,2% van de totale hoeveelheid wijn in Duitsland gemaakt. (Bron: In Bio Veritas, ’n gezamelijke informatie uitgave van biologische verenigingen)
15
BIOKREIS is gevestigd in Passau. Ontstaan in 1979 in Passau in Beieren. Het is een landbouworganisatie waarvan de leden biologisch werken. (bron www.biokreis.de) NATURLAND is gevestigd in Gräfelfing. Opgericht in 1982 en internationaal opererend. Er zijn ongeveer 50.000 landbouwbedrijven bij aangesloten. Ze werken biologisch volgens eigen richtlijnen. Gentechnologie is verboden. (bron www.naturland.de )
Kontaktpersonen van de Bio-vereningingen: Eco-vin: Andrea Schurgers, Oppenheim Timo Dienhardt, Maria-Noviandt. Demeter: Ute Regensburg, Darmstadt Martin Rombach, Bioland: Ralf Arsfeld, Mainz Naturland: Carsten Veller, Gräfelfing Gäa-Vereinigung ökologischer Landbau e.V: Swantje Kohlmeyer, Dresden Biokreis e.V: Joseph Brunnbauer, Passau
Een wijngaard die in gebruik is voor experimenten en onderzoek. Het onderzoeksinstituut van Geisenheim werkt hier samen met Landesweingut Kloster-Pforta.
16
Hoofdstuk 2: Biologische toepassingen in de Duitse wijnbouw. 2.1 - Wijnbouw. 2.2 - Kelderwerk. 2.3 - Toepassingen uit de praktijk.
2.1 Wijnbouw: Biologische en biologisch-dynamische toepassingen hebben beiden tot doel het gebruik maken van biologische werkwijzen om een zo goed mogelijk kwaliteitsproduct te maken. Door het stimuleren van microbiologisch leven voorziet de bodem zelf in zijn voedingsstoffen. Eventuele tekorten worden aangevuld door bodembedekkers, gecomposteerde mest en kruidenpreparaten. Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van natuurlijke processen en kringlopen. Aan de bodem wordt bijzonder veel aandacht en arbeid besteed in de biologische en biologisch-dynamische wijnbouw. De goede biologische bodem wordt gemeten naar het voorkomen van de hoeveelheid organisch materiaal, de humus. Het bodemleven kan als volgt werken: Kleine zoogdieren zoals veldmuizen en mollen maken gangen die voor beluchting zorgen. Insekten, die tevens als voeding voor de kleine zoogdieren kunnen dienen, zorgen voor de vermenging van het organisch materiaal door de grond, en ook hun uitwerpselen dienen als voedingsbodem voor het nog kleinere micro-biologische leven (bacteri n en schimmels). In deze spelen de wormen de hoofdrol, deze maken ook verticale kanalen, omdat ze geregeld naar de oppervlakte komen. Ze zijn massaal aanwezig en zorgen voor een goede beluchting van de bodem en verteren het organisch materiaal in de bodem, ze composteren. Ook hier blijft de balans belangrijk. Doordat de micro-organismen reacties aangaan met stoffen in de bodem kan de wijnstok voedingsstoffen opnemen uit de bodem. De kwaliteit van de bodem wordt dan ook gemeten naar de hoeveelheid aanwezige biomassa inclusief koolstof en stikstof.
Handmatige pluk in een biologische wijngaard
Om de wortel vormt zich een soort film die de rizosfeer wordt genoemd. Hier hebben de uitwisseling tussen mineralen, organisch materiaal en de wortels plaats. Een schimmel die in symbiose leeft met de wortels, de mycorrhiza, verhoogt de capaciteit van water- en voedingsopname van de wijnstok. De plant wordt gestimuleerd om veel haarwortels aan te maken, omdat de schimmel zich voedt met de wortels. Hierdoor groeit de wortel dieper, waardoor de wijnstok beter bestand is tegen weersinvloeden. Tegelijkertijd zorgen de wortels zelf ook weer voor doorluchting. Dit verhoogt de vruchtbaarheid van de bodem De bodembedekkers verhogen de hoeveelheid organisch materiaal. 17
Ook brengen de bodembedekkers meer biodiversiteit mee. De bloemen trekken nuttige insecten aan en vervolgens hierdoor weer vogels, die ook de insecten als voedsel gebruiken. Er ontstaat een gezond stabiel milieu. Door te maaien en niet te diep te ploegen wordt de groei van bodembedekkers gecontroleerd. De plantenresten blijven in de bodem achter. Ook beschermt de begroeiing tegen erosie. Dit is een groot probleem in veel (steile) wijngaarden. Landbouwingenieur Claude Bourguignon, die zich vooral in de Bourgogne bezighoudt met dit probleem, geeft aan dat in bepaalde Franse streken in 5 jaar 40 ton per ha. verloren gaan. (bron: Pleidooi voor gezonde grond, betoog voor de koninklijke Vereniging van Nederlandse Wijnhandelaren in Den Haag).
De bodembedekkers stimuleren de biodiversiteit waardoor een evenwichtig milieu kan ontstaan. Ook functioneren ze als buffer voor stoffen zoals mineralen,die belangrijk zijn als meststoffen voor de plant. Bepaalde bodem planten hebben een signaalfunctie. Ze komen alleen voor bij het voorhanden zijn van bepaalde condities. Dit kan te maken hebben met bijvoorbeeld de waterhuishouding (de ranonkel), te zure bodem door gebrek aan fosfor en kalk ( zuring), teveel nitriet (groei van winde) enzovoorts. Er zijn tijdelijke of permanente begroeiingen over het gehele of gedeeltelijke bodemoppervlak. De bodembedekkers ontstaan in de natuur vanzelf of worden gezaaid, bijvoorbeeld bij de overgang van conventionele wijnbouw naar biologische wijnbouw. Er bestaan verschillende vormen van begroeiing, zoals zomeren winterbegroeiing, en vaak wordt er dan ook een plan opgesteld naar de lokale omstandigheden. In het algemeen moeten bodembedekkers niet diep wortelen omdat er anders concurrentie ontstaat met de wijnstok. Ook te hoge bedekkers kunnen nadelig zijn, ze zorgen voor teveel insecten en een vochtiger milieu, waardoor onbalans ontstaat en plagen of ziektes kunnen volgen. Ook is er een gevaar voor teveel stikstof. Stikstof bevordert een weelderige bladgroei die ten koste gaat van de kwaliteit van de druiven. Het ploegen heeft als doel het vruchtbaar houden van de bodem en om de wortels te beschermen tegen vorst en droogte. Hierbij wordt de grond om de stam tijdelijk opgehoogd of weer weggehaald. Het gebeurt met de tractor of voor een enkeling met het paard. Het organisch materiaal moet zoveel mogelijk in de bovenlaag blijven,hier bevinden zich nl. de organismen die composteren, dus het ploegen moet niet te diep. Het ploegen kan ook een economische factor zijn, het is veelal goedkoper dan chemische bestrijdingsmiddelen, maar vergt wel meer arbeid. Als de hellingen te steil zijn (steillagen) dan is men vaak aangewezen op chemische bestrijding, er is niet te werken met tractor of paard. Dit is een belangrijke factor bij de Duitse wijnbouw Klaarmaken van een nieuwe wijngaard voor beplanting en wel voor deze steillagen.
18
Het bemesten van de wijngaarden heeft als doel de vruchtbaarheid van de bodem te bevorderen en daarmee voedingstoffen voor de plant, de wijnstok. Het bemesten moet met mate gebeuren voor het behouden van kwaliteitsdruiven, omdat de voedingsstoffen anders de groei van loof bevorderen en de vruchtgroei, de druif, tekort komt. Bemesting is sterk afhankelijk van de toestand van de grondsoort. Bodembedekkers, afval van snoeimateriaal uit de wijngaard en gecomposteerd afval van de wijnbereiding zoals schillen en pitten worden hiervoor gebruikt. Meestal wordt eens in de 3 of 5 jaar bemest. Toegevoegde mest is afkomstig van gecomposteerde plantaardige en/of dierlijke mest. Er wordt koe- paarden- en/of schapenmest gebruikt. Deze is vermengd met stro. Ook wordt een juiste snoeimethode en een goede groeigeleiding van de wijnstokken in acht genomen. Deze kunnen zeer verschillend zijn en erg afhankelijk van lokale omstandigheden. Met een juiste snoei-methode kan men vele zaken bereiken die later een positieve invloed op de druiven hebben, bijvoorbeeld, het rendement in de hand houden, en daarmee een betere kwaliteit druiven oogsten. Men kan zorgen voor optimale bladpositie ten opzichte van de zon, de druiven tegen de zon beschermen of juist zoveel mogelijk zonlicht op te laten vangen. De doorluchting bevorderen door de juiste snoei en daarmee schimmelziektes of andere ziektes minder of geen kans geven. Plantenbeschermingsmiddelen zijn in de biologische maar vooral in de biologischdynamische wijnbouw vaak kruiden- of kiezelpreparaten, beschreven in bijlage 5 (bron © Vinoblesse Tjitske Brouwer MV 2007). In het vakblad, Sommelier feb/marz 2006 staat op blz. 38 en 39 een interessant artikel over het maken van deze preparaten. Deze worden op een bepaalde manier bereid en op een gunstig moment volgens de zaaikalender toegepast. Er worden vooral thee’s gemaakt. Ze zorgen voor bevordering van microbiologisch leven in de bodem en stimuleren de resistentie van de wijnstok. Meest gebruikte kruiden zijn: paardenstaart, brandnetel, smeerwortel, duizendblad, valeriaan, kamille, wilg en thuya. Het gebruik van plantenbeschermingsmiddelen is essentieel.
Begroeiing in een biologische wijngaard.
19
Ook het aanleggen of in stand houden van struikgewas rondom de wijngaarden geven de wijngaard bescherming tegen wind en erosie. Ook hiermee stimuleert men weer de diversiteit. Bovenaan staat het streven naar een evenwichtig ecosysteem. Een ziekte of een plaag ontstaat bij onbalans. De behandeling hiervan is dan ook in eerste instantie gericht op het opheffen van de onbalans en daarna pas op de bestrijding. Het gebruik van koper is omstreden. Koper, element Cu, wordt gebruikt ter bestrijding van schimmel en rot. Samen met kalk wordt het de zwaar bekritiseerde “Bordeauxse pap”. Het wordt ingezet bij peronospera (valse meeldauw). Het verdikt de schil zodat de schimmel de druif niet kan aantasten. Het koper wordt niet afgebroken en bindt zich aan organisch materiaal in de bodem. In het ORWINE projekt is het koper ook als een onmisbaar sporenelement omschreven, waarvan een bepaalde hoeveelheid nodig is voor plant en zoogdier. De hoeveelheid benodigd koper voor 1 ha wijngaard is 5 kg in 5 tot 8 jaar (bron www.orwine.org ). In de conventionele wijnbouw probeert men dit product te vervangen of te combineren met chemische producten. In de biologische en biologisch-dynamische wijnbouw is men zich terdege bewust van de zware belasting door het gebruik van koper. Door het te gebruiken in combinatie met een ander biologisch middel, bijvoorbeeld een kruidenpreparaat, wordt de werking versterkt of meer effectief, de dosis kan dus minimaal zijn. In Duitsland zal men helaas niet zonder kunnen, het voorkomen van voorheen genoemde ziektes zijn door het klimaat niet uit te sluiten. Maar de biologische wijnboeren hebben de instelling dat de wijnstok en het gehele ecosysteem daaromheen weerbaar gemaakt kan worden om zo de ziektes en plagen geen kans te gunnen, zodat de omstreden stoffen zo weinig mogelijk of niet gebruikt hoeven te worden. Belangrijke factor hierbij is het weer. Als de luchtvochtigheid laag blijft en de temperatuur vooral ’s nachts vrij koel blijft, is er weinig aan de hand, maar als de nachttemperatuur rond de 20 graden blijft en de luchtvochtigheid hoog, dan treedt schimmelvorming op.
Gespoten conventionele wijngaard bij aanvang van het groeiseizoen
Het voorkomen van een overhand van schadelijke insecten wordt door het gebruik van natuurlijke vijanden in de hand gehouden. Het inzetten van bijvoorbeeld lieveheersbeestjes wordt gebruikt bij het bestrijden van blad- en schildluis. Als biologische bestrijding van insecten nodig is, bijvoorbeeld bij de traubenwickler dan kan dit gedaan worden door het gebruik van de bacterie, bacillus thuringiensis of het gebruik van Spinosad in ernstigere gevallen. Het laatste is een vrij nieuwe insecticide dat ontstaat als vergistingsproduct van een bepaalde bodembacterie, echter
20
omstreden en slecht voor het bijenbestand. Bij bestrijding van andere insekten maakt men ook gebruik van zwavel.
Bij de bestrijding van bepaalde insecten worden vaak feromonen gebruikt. Dit zijn lokstoffen die de mannelijke insecten, door het grote aantal feromonen, in sexuele verwarring brengen, waardoor ze geen onderscheid tussen mannelijke en vrouwelijke soortgenoten kunnen maken. Deze feromonen zijn synthetisch gemaakt en dat is door biologisch of biologisch dynamisch werkende wijnboeren ter discussie gesteld. Ze worden in de wijngaarden opgehangen in kleine plastic houders.
De insecten in de hand houden door inzet van feromonen moet in een groter oppervlak van wijngaarden toegepast worden. Het heeft geen zin als een wijnboer dit op een klein perceel alleen toepast. In de biodynamische wijnbouw maakt men gebruik van preparaten. Door het verbranden van dode insecten en de as eerst te “dynamiseren” en in alcohol op te lossen ontstaat een preparaat om vervolgens te vernevelen. Feromonen hangen in de wijngaard
Dynamiseren is het preparaat de krachten van de kosmos te laten opnemen. Dit kan door krachtig doorroeren volgens een bepaald ritme. Verder wordt ook ge xperimenteerd met homeopathische middelen en aromatische oli n. De meest voorkomende ziektes is Duitsland: dium (echte meeldauw) wordt met zwavel bestreden of met bakpoeder, kaliumbicarbonaat. Peronospera (valse meeldauw) wordt met koper bestreden. Het wordt in de biologische wijnbouw soms ook preventief gebruikt. Vaak wordt het met tonerde (aluminiumoxyde) gebruikt dat aan het blad hecht en daardoor wordt de duur van de werkzaamheid verlengd. Praktijkervaringen van Hans Wöhrle van wijngoed Stadt Lahr. vertaald: we werken naar de richtlijnen van biologische wijnbouw. Afhankelijk van de neerslag tijdens de groeiperiode is de bestrijding van peronospora een bijzondere uitdaging. Ons doel is om de bestrijding met gebruikmaking van koper onder de 3 kg per ha te houden. Tegelijk met het gebruik van koper gebruiken we plantenextracten die zorgen dat opname verbetert en ook dat het middel langer effectief blijft. Tegelijkertijd maken we gebruik van zo goed mogelijk loofbeheer. Eventueel gebruiken we “Frutogard” als het echt nodig is. Dit middel is toegestaan in Duitsland sinds 2 april 2009 voor biologische wijnbouw. (BRON Der Deutsche Weinbau 20 maart 2009)
Flavescence Dorée wordt verspeidt door een insect, een cicade, de Scaphoideus titanus. De hele plant wordt hierdoor aangetast. Bij een echte aanval is vernietiging van de aangetaste wijnstokken door verbranding noodzakelijk. Komt in Duitsland lokaal voor. 21
Esca komt tegenwoordig voor in Duitsland. Het ontstaat door schimmels die via snijwonden in de wijnstok terechtkomen. Er is nog geen echt bestrijdingsmiddel. Uitgangspunt van diverse wijnboeren is dat in een gezonde bodem, voldoende antagonisten (vijanden, tegenstanders) voorkomen. Phomopsis en Roter Brenner zijn beiden schimmelziektes en behandeld als botrytis. Botrytis wordt bestreden door een goede snoeimethode. Zoveel mogelijk luchtcirculatie is van belang. Het gebruik van bakpoeder is een probaat middel. Ook het plaatsen van lokale weerstations is een hulp die in de toekomst vaker te zien zal zijn. Het weerstation helpt dan met het voorspellen van risico’s zoals hoge luchtvochtigheid en relatief hoge temperaturen.
Spuiten in conventionele wijnbouw
PIWI’s : Pilzwiderstandsfähige neue Rebsorte: dit zijn hybrides bijvoorbeeld regent, johanniter en prior. De wijnstokken ontstaan door kruising uit een ras afkomstig van de soort, Vitis Vinifera ( van deze soort stammen alle internationale rassen af zoals chardonnay, riesling, pinot noir enz.) en bijvoorbeeld de Amerikaanse soort Vitis Riparia (deze soort is eigenlijk niet geschikt om druivenrassen geschikt voor wijnbouw voort te brengen, maar heeft wel een natuurlijke resistentie tegen bepaalde ziektes). Het doel is meer resistentie voor schimmelziektes bij de druivenrassen te kweken en daardoor minder chemische stoffen nodig te hebben. Deze PIWI’s zijn ontstaan door het grote probleem met de druifluis, eind 19e en begin 20e eeuw. Toen is men gaan zoeken naar oplossingen in de vorm van kruisingen. Deze brachten echter weinig resultaat. Vooral de smaak en de houdbaarheid van de wijnen zijn vaak teleurstellend. De periode dat men bezig is om een dergelijke kruising tot een goed resultaat te brengen is soms meer dan 30 jaar. De regent is de meest geslaagde kruising. Deze brengt al vele jaren wijnen voort waarover men zeer tevreden kan zijn. (bron. www.piwiinternational.org/ en www.weingut-stegeler.ch)
22
Genetisch gemanipuleerde druivenrassen. Het gebruik van genetisch gemanipuleerde druivenrassen of gisten “GGO’s” is nog geen “hot-item” in de Duitse wijnwereld. De biologische organisaties verbieden het. Wat is gentechniek of genetisch gemanipuleerd? In een onderzoeksrapport van de Universiteit Hohenheim, geschreven door Dr. Rolf Blaich staat een duidelijke uitleg. Allereerst geeft hij aan dat er zeer veel kritiek op is. Belangrijkste kritiek is dat de mens voor God speelt, en weer anderen zien de methode als een wonder. Het heeft niets met “klonen” te maken. Letterlijk ”dem Weinbauern ist der Vorgang des Klonens etwas seit Jahrtausenden geläufiges: er vermehrt seine Pflanzen durch Stecklinge-dies hat überhaupt nichts mit Gentechnik zu tun. Das Anfertigen von “Stecklingen” aus einem Schaf oder Menschen ist in Gottes Schöpfungsplan normalerweise nicht vorgesehen und deshalb zurecht ethisch umstritten. Vitis vinifera
Hij geeft hier dus aan dat het stekken van wijnstokken, klonen, reeds duizenden jaren toegepast is bij planten. Bij dier en mens ligt dit anders. Men zou dus uit een deel (de cellen) van een dier of mens een volledig identiek nieuw mens of dier kunnen laten groeien. Dit wijst hij resoluut af. Hij schrijft het volgende over gentechniek. Letterlijk: Die Gentechnik hingegen ist ein molekularbiologisches Verfahren, das es erlaubt, Informationsträger für einzelne Eigenschaften (bei der rebe z.B Für die Beerenfarbe, die Pilzresistenz, den Geschmack) aus einem Spenderorganismus wieder einzubauen. Vertaald: De gentechniek daarentegen is een moleculair-biologische methode, die het mogelijk maakt om informatiedragers van een eigenschap, (bijvoorbeeld, druivenkleur, schimmelresistentie, de smaak) uit een donor weer in te bouwen. Verder beschrijft hij dat het al tot goede resultaten heeft geleid bij de microorganismen, bijv. het maken van menselijke insuline door bacteri n. Bij “hogere” planten is men nog beperkt. (“hogere planten” heeft betrekking op de indeling van de plantenwereld, de plantentoxonomie). Er zijn al genetisch gemanipuleerde sojabonen die een bepaalde resistentie hebben. In de gentechniek is het belangrijk om de eigenschappen te kennen van ieder gen apart. Men moet deze genen isoleren en dit is een zeer ingewikkeld proces. Er zijn genen die beschikken over eigenschappen die bijvoorbeeld bij een aanval van schimmels ervoor zorgen dat op deze plaats de schilhuid verdikt en daarmee het binnendringen van de schimmel kunnen voorkomen. Het is echter een samenbrengen van eigenschappen van meerdere genen die dan een gewenst resultaat geven. Bij kruisen van rassen moet men duizenden kruisingen toepassen, waarbij men dan zoekt naar die ene plant met de goede eigenschappen.
23
Hier kan de gentechniek helpen. Men gaat dus genen met bepaalde eigenschappen toevoegen aan het genetisch materiaal zonder het bestaand erfelijk materiaal te veranderen. Voor de toekomst zou men zelfs andere genen kunnen toevoegen, helemaal niet afkomstig van de vitis. Het is echter zeer ingewikkeld om één gen te isoleren dus voorlopig is de wetenschap hier nog wel mee bezig. Blaich schrijft letterlijk: Trotzdem betone ich hier ausdrücklich, dass die gentechnik auch für den Weinbau sehr wichtig ist, denn derzeit geht es garnicht um das Produkt, die genmanipulierte Rebe, sondern um die gentechnischen Methoden als Werkzeuge! Um ein Beispiel zu gebrauchen, das sich beliebig vermehren liesse: Genausowenig wie ich diesen Artikel von Hand schreibe wird ein Schreiner, der anspruchsvolle Holzmöbel individuell herstellt, mit Stemmeisen, Handhobel und Säge arbeiten, sondern hat elektrische betriebene, elektronisch gesteuerte Arbeitsgeräte das Product ist immer noch ein Möbelstück aus Holz, aber ohne die modernen Geräte wäre der Handwerker nicht mehr Konkurrenzfähig. Hij geeft hier aan dat hij de techniek als een werktuig ziet. Vertaald: om een voorbeeld aan te geven. Net zoals ik dit artikel niet met de hand schrijf, of dat een timmerman een houten meubelstuk niet met handzaag en schaaf maakt maar met electrisch aangedreven en electronisch gestuurde machines, het gaat om het eindproduct en dat is een meubelstuk uit hout, maar zonder electrische machines is de timmerman niet meer in staat te concurreren. ( bron: rapport Gentechnik bei Reben www.uni-hohenheim.de)
Pneumatische pers
De uitgeperste druiven, de schillen en de pitten .
24
2.2 Kelderwerk Vinificatie: Hier moet projekt ORWINE (organic viticulture and wine-making) duidelijkheid gaan geven. Dit onderzoek in opdracht van de EU naar biologische landbouw en wijnbouw geeft ook richtlijnen voor de productie. Het rapport en advies wordt gebruikt voor de nieuwe EU-richtlijn voor biologische productie. De gehele Orwine documentatie van het projekt is te vinden op www.orwine.org Zeer belangrijk is om grote zorg te besteden aan een gezonde, gave oogst en aan hygi ne, dit om besmettingen en oxydatie te voorkomen. Het gebruik van hulpmiddelen bij de bereiding van wijn, moet zoveel mogelijk vermeden worden bij de biologische en zeker bij de biologisch-dynamische wijnbereiding. Biologische wijn mag alleen maar gemaakt worden van biologisch geteelde druiven en dus biologisch gecertificeerd. Er zijn bioorganisaties die handmatige pluk als eis stellen en andere die het aanraden. Het gebruik van gekweekte gisten is ook verschillend. ECOVIN staat het gebruik toe en DEMETER verbiedt het gebruik. Reincultuurgisten.
Biologische bedrijven maken vaker gebruik van de zwaartekracht. In plaats van het overpompen van de ene naar de andere cuve of vat laat men de wijn van een hoger geplaatste cuve naar een lager geplaatste lopen. De persing is lichter en zorgvuldiger, maar duurt langer. De klaring gebeurt vaak door het laten bezinken van de vaste stoffen. Aan de most kunnen diverse middelen worden toegevoegd. Middelen die dienen om de most te verbeteren alvorens de vergisting begint.
Toevoeging van kristalsuiker alvorens de gisting begint.
Toevoeging van geconcentreerde most uit biologisch geteelde druiven of kristalsuiker, om het alcoholgehalte te verhogen is toegestaan. De middelen die een schimmelwerende werking hebben en/of middelen die dienen als conserveringsmiddel, of toevoeging van tannine om de kleur te stabiliseren of om het neerslaan van ijzer en wijnsteenzuur tegen te gaan. Klaringsmiddelen zoals eiwitten zijn algemeen toegestaan.
25
Veel middelen zijn bij de bio-dynamische organisaties verboden terwijl bij de biologische organisaties zeer wisselend een verbod geldt of het gebruik is toegestaan. Het gebruik van gekweekte gisten wordt over het algemeen toegelaten. Bij spontane vergisting wordt gist vaak aangemaakt door vooraf druiven te plukken en deze te laten vergisten. Ook het gebruik van voedingsstoffen voor gisten is bij de een verboden en de ander staat het toe. Bij het gebruik van enzymen is men ook verdeeld, ook hier staat de ene organisatie ze toe en de ander verbiedt ze. Alle organisaties staan een gebruik van sulfiet toe, echter met het advies om zo weinig mogelijk te gebruiken, en sommige organisaties geven een maximale hoeveelheid aan. Op Europees niveau is ook geregeld dat aanwezigheid van sulfiet op het etiket vermeld moet staan en dat men zich houdt aan de toegestane dosis. Het achterwege laten van sulfiet kan de stabiliteit van de wijn ernstig in gevaar brengen. Vervangende middelen voor sulfiet, de zgn. antioxydanten, zijn in de biologische wijn verboden.
Verder kan men het zuurgehalte van de wijn verhogen door onrijpe druiven toe te voegen aan de most. Het zuurgehalte kan men verlagen door de melkzuurvergisting toe te laten en daarmee het neerslaan van wijnsteenzuur. In de witte wijnen zal men echter de zuren meestal willen behouden. Het gebruik van technische apparaten of technieken worden ook zeer verschillend toegestaan of verboden. Beluchtingstechnieken van de gistende wijn of gebruikt bij de opvoeding van de wijn zijn over het algemeen toegestaan. Concentratie- technieken zijn bij biologisch dynamische wijnbouw verboden. Het inweken van de druiven wordt meestal toegestaan. Inweking van most van spätburgunder druiven.
Afvalverwerking is ook belangrijk bij de biologisch of biologisch dynamisch werkende wijnbedrijven. Zoveel mogelijk afvalstoffen worden vermeden, men zal zoeken naar of zelfverwerkbare afvalstoffen of afvalstoffen die het milieu en de natuur niet of minimaal belasten. Het afvoeren van afvalwater wordt bij biologische bedrijven met zorg gedaan. Het reinigen van apparatuur en ruimtes is in richtlijnen van organisaties aangegeven. Soms wordt water “biologisch” gezuiverd met behulp van bacteri n. Het gebruik van asbestfilters is veelal verboden. Bij gebruik van verpakkingen zullen zoveel mogelijk materialen gebruikt worden die weer te verwerken zijn. Er staat in de richtlijnen van de organisaties precies omschreven wat toegestaan of verboden is bij verpakkingen. Waarschuwing voor verstikkingsgevaar tijdens de gisting
26
2.3 Andere toepassingen uit de praktijk: Ik heb hier twee wijnboeren om extra informatie gevraagd bij enkele vragen die bij mij gerezen zijn tijdens de tijd die ik met dit onderzoek bezig ben. In diverse artikelen en werkwijzen van biologisch werkende wijnbedrijven kwam ik tegen dat “Bordeauxse pap” vermengd wordt met tonerde, aluminiumoxyde een wit poeder dat gebruikt wordt bij de productie van bijvoorbeeld porselein. Het gebruik van dit middel vermengd met de bordelaise pap zou een langere werkingstijd ten gevolg hebben van dit preparaat en dus het gebruik van koper verminderen. Bij mij rees de vraag of de mondopeningen van de bladeren niet verstikken bij het gebruik van preparaten die toch een klevende functie hebben. Dr. Randolf Kauer gaf aan dat dit geen probleem is maar wel dat het tot bladverbrandingen kan leiden. Timo Dienhart antwoordt als volgt: Ja, das gibt TOTALSCHADEN. Wir spritzen keine Bordelaiser Brühe, das wäre eine Löschkalk+Cu verbindung. Das wirkzame Teil guter Tonerdepräparate sind die Aluminiumionen. Die Mischung ist absolut Phytotox. Ich fahre entweder mit Kupfer oder mit Gesteinsmehl, wobei die Wirkung letztes häufig unbefriedigend ist. Für PIWI’s ist das aber eine gute Sache.
Lift die aan de Moezel gebruikt wordt voor zeer steile wijngaarden .
27
Hoofdstuk 3: Interviews 3.1 - Inleiding. 3.2 - Voorstelling geïnterviewde wijnbedrijven. 3.3 - Interviews van de wijnbedrijven.
3.1 Inleiding. Om een zo goed mogelijk beeld te krijgen op de vragen in mijn scriptie heb ik een aantal wijnbedrijven ge nterviewd. Ik heb verschillende bedrijven gekozen. Er zijn bedrijven die biologisch werken en dit ook met overtuiging naar buiten uitdragen, en bedrijven die moeite hebben met de term biologisch. Met meerdere bedrijven heb ik voor mijn interview kennis gemaakt tijdens een bezoek in voorafgaande jaren. Anderen heb ik nog niet bezocht maar staan hoog op mijn persoonlijke lijst om te bezoeken.
3.2 Voorstelling geïnterviewde wijnbedrijven. Weingut zur Romerkelter: dit kleine familie-bedrijf is gelegen in Maria-Noviand aan de Moezel. Het bedrijf wordt gevoerd door Timo Dienhart en zijn vader die al vroeg met biologische wijnbouw begonnen is. Overtuigd van biologisch en gedeeltelijk zelfs biodynamisch werken en daarom ook aangesloten bij ECOVIN en voorzitter van deze vereniging. Bezocht in 2007, ik heb een masterclass over Ecovin bijgewoond in 2007 en Timo regelmatig gesproken bij Prowein. Weingut Jacob Schneider: familie-bedrijf sinds 1575 en gelegen in Niederhausen, Nahe. Het bedrijf wordt momenteel gerund door Jacob Schneider, de 13e generatie. Het bedrijf heeft een aantal hectares in bezit van de bekende Hermannshöhle, die algemeen als toplokatie wordt gezien in de Nahe. Diverse malen bezocht, voor het laatst in augustus 2009. Jacob maakt deel uit van “Generation Riesling”1. Weingut Knipser: Een 40 ha. groot familiebedrijf uit Laumersheim, Pfalz. Het bedrijf wordt momenteel gerund door Volker en Werner Knipser. Oprichters van het “Deutsche Barrique forum”2 en VDP-lid3. Vooral bekend om hun rode wijnen. Kontaktpersoon is Stephan Braun. Kontakt op Prowein, Düsseldorf 2008 en 2009, en proeverij bij wijnimporteur Goessens. April 2008 Weingut Spreitzer: Een 17 ha. groot familiebedrijf met een traditie teruggaand naar 1641. Gelegen in Oestrich, Rheingau. VDP-lid. Het bedrijf wordt heden gerund door Andreas en Bernd Spreitzer. Winzergenossenschaft Moselland: Grootste wijncoöperatie van Rheinland-Pfalz. In 1969 ontstaan uit 3 regionale coöperaties en met z’n hoofdzetel in Bernkastel-Kues, Moezel. Ongeveer 3200 deelnemende leden kwaliteit hoog in het vaandel dragen. Bezocht in 0ctober 2008 en op Prowein 2008.
28
Weingut Steffen Cristmann: Steffen Cristmann runt dit familie bedrijf sinds 1996. Sinds juni 2007 is hij president van de VDP. Het bedrijf werkt volgens de bio-dynamie en is lid van “La Renaissance des Appellations”4. Het bedrijf is gevestigd in Gimmeldingen, Pfalz. Weingut Dr. Kauer: Dit nog jonge wijnbedrijf wordt gerund door de eerste professor voor Ökoweinbau. Dr. Randolf Kauer geeft les aan de Fach-Hochschule in Wiesbaden. Het bedrijf is aangesloten bij ECOVIN. Gevestigd in Bacharach, Mittelrhein. Bezocht october 2009.
Dr. Randolf Kauer eerste professor voor biologische wijnbouw in Duitsland.
Weingut Sander: het bedrijf dat als een van de eersten in Duitsland startte met biologische wijnbouw. Het is een familiebedrijf gelegen in Mettenheim, Rheinhessen. Het bedrijf werkt bio-dynamisch en behoort tot “La Renaissance des Appellations”, Naturland en Demeter en “Message in a bottle”5. Winzergenossenschaft Mayschoss: opgericht in 1868. Ongeveer 300 leden en ongeveer 115 ha wijnbouw. Gevestigd in Mayschoss en Altenahr, aan de Ahr. Reeds meerdere malen bezocht, voor het laatst in februari 2009. Weingut Markus Molitor: familiebedrijf, gevestigd in Wehlen, Moezel. Markus Molitor runt het bedrijf sinds 1983. Het bedrijf staat achter slow-food 6 verenigingen. Lid van de Bernkasteler Ring7. Bezocht in oktober 2008.
Markus Molitor tijdens zijn werk in de kelder.
29
Weingut Eymann: Familiebedrijf, gelegen in Gonnheim, Pfalz. Het bedrijf is ongeveer 15 ha. groot en werkt volgens de bio-dynamie. Ze behoren tot “La Renaissance des Appellations” en Demeter en Naturland. Weingut Koegler: Gevestigd in Eltville, Rheingau. Familiebedrijf, groot 34 ha. Oenologe is Young-Hwa Kim. Bezocht in oktober 2009.
Young-Hwa Kim die vanuit China naar Duitsland kwam om wijnbouw te studeren.
Weingut Georg Breuer: gelegen in Rüdesheim, Rheingau. Familiebedrijf. Groot 30 ha., lid van het “Deutsche Barrique Forum”. Bezocht in augustus 2007. Schloss Reinhartshausen: gevestigd in Eltville-Erbach, Rheingau. Een historisch landgoed in privé bezit. Lid van de VDP. Bezocht in oktober 2009.
30
Weingut Balthasar Ress: gevestigd in Hattenheim, Rheingau. Familiebedrijf, vijf generaties wijnmakers Ress 43 ha. groot. Sinds 1989 VDP lid. Bezocht in oktober 2009.
Uitleg en proeverij door Dhr Ress.
1 Generation Riesling zie blz.. 42 2 Barrique Forum zie blz. 42 3 VDP zie blz.. 42 4 Renaissance des Appellations blz . 42 5 Message in a Bottle blz. 42 6 Slow-Food zie blz. 42 7 Bernkasteler Ring zie blz. 42
31
3.3 Interviews van de wijnbedrijven. Aangezien ik een beeld wilde hebben van de zienswijze van de verschillende wijnboeren heb ik een vragenlijst opgesteld en deze per e-mail verstuurd. Ik wilde graag zowel conventionele, duurzame, biologisch en biologisch dynamische werkende bedrijven interviewen. Evenzo 2 coöperaties. Hieronder volgen de vragen met beantwoording. Vraag 1: Sind Sie angeschlossen zu einen Bio-verein, oder führen Sie ein Bio-label? Bent u aangesloten bij een biologische vereniging of voert u een bio-label? Antwoorden: Van de 15 bedrijven zijn er slechts 4 aangesloten bij een vereniging voor biologische of biologisch-dynamische wijnbouw. Bij “Moselland” heeft men zelf wijnen laten certificeren. Weingut Cristmann werkt biologisch dynamisch en is niet aangesloten bij een biologische vereniging in Duitsland, maar wel lid van de organisatie van Nicolas Joly “La Renaissance des Appellations”. Men is ook vaak aangesloten bij andere verenigingen zoals VDP, Barrique Forum, Generation Riesling, Bernkasteler Ring enz. Weingut Römerkelter is aangesloten bij ECOVIN maar werkt toch deels ook biologisch dynamisch. Ook zijn er bedrijven die bij meerdere organisaties zijn aangesloten, zoals Weingut Sander en Weingut Eymann. Vraag 2: Gibt es fur Sie spezielle Gründen um zu einen Bio-Verein zu gehören, oder Gründen warum nicht? Zijn er voor u speciale redenen om niet of wel aangesloten te zijn bij een biologische vereniging? Antwoorden: De vier aangesloten leden zien de vereniging als een verrijking. Veel know-how om uit te putten, ervaringen uitwisselen, gezamenlijk naar buiten treden op beurzen en proeverijen, PR, regelgeving en daarmee duidelijkheid voor de consument, gezamenlijke, gunstige inkoop van benodigde materialen bij solide handelaren, aanspreekpartner en invloed op politiek niveau. Nu kunnen we laten zien hoe we werken, zeggen zij. Als negatief wordt door de niet leden aangedragen: hoge kosten van lidmaatschap, hoge arbeidskosten in de Steillagen, geen kwaliteitsverbetering van de wijn. Zij willen verkoop halen door goede wijnen met authenticiteit te maken en niet door lid te zijn van een bio-organisatie. Ze willen zich niet onderwerpen aan regels die ze niet altijd kunnen waarmaken, zoals het omstreden kopergebruik.
Vraag 3: Möchten Sie im Zukunft ein Bio-verein angehören? Wilt u in de toekomst lid zijn van een bio-organisatie? Antwoorden: Diegenen die aangesloten zijn willen dit ook blijven, en enkele niet-leden overwegen misschien in de toekomst te kiezen voor een vereniging, maar zijn er niet bewust mee bezig.
32
Vraag 4: Gehören Sie eine andere Gesellschaft an, zum beispiel, VDP, Bernkasteler Ring usw.? Behoort uw bedrijf tot een andere organisatie aan, bijv. VDP, Bernkasteler Ring enz.? Antwoorden: VDP, Message in a bottle/Rheinhessens junge Winzer, Bernkasteler Ring Barrique Forum Vraag 5: Ist für Sie im algemeinen die Belastung der Natur oder Umwelt wichtig? Is voor u in het algemeen de belasting van de natuur en milieu belangrijk? Antwoorden: Slechts een enkeling antwoordt met een eenvoudig JA, de meesten geven een toelichting van de belangrijkheid van dit thema. Alle antwoorden zijn positief. De toelichtingen zijn: - Ja, zelfs zeer belangrijk. Het milieu, de natuur, de bodem zijn de basis voor alle wijnbouw. Daarom is de omgang hiermee voor ons het centrale thema. - Jazeker, we hebben een verplichting aan de volgende generaties. - Ja, onze bodems en wijnbergen zijn voor ons het waardevolste bezit. Ze gezond te houden voor komende generaties is voor ons extreem belangrijk. - Het allerbelangrijkste is de bescherming van het milieu en daarna volgt een uitstekende kwaliteit wijn te maken. - Natuurlijk, we werken met pheromonen in plaats van pesticide te gebruiken. Ook proberen we synthetische meststoffen te vermijden en compost door begroeiing te verkrijgen. - We willen zo weinig mogelijk de natuur belasten, we willen helemaal het tegendeel. - Natuurlijk, daarom werken we al vanaf 1983 organisch-biologisch en vanaf 2006 biodynamisch. - Ja, zeer zelfs. - Ja, de belasting van het milieu moet tot een minimum beperkt worden, maar we moeten toch een economisch verantwoorde productie kunnen maken. - Ons wijnhuis doet steeds moeite om voorkomend met de natuur om te gaan. We gaan streng om met de regels van de VDP. Innovaties op het gebied van milieu worden door ons aangespoord en we gebruiken bijvoorbeeld natuurlijke energiebronnen. We produceren klimaat neutrale wijnen. Vraag 6: Ist Ihrer Meinung nach nur biologischer Arbeit möglich im Weinberg oder auch im Keller? Is naar uw mening alleen biologisch werken mogelijk in de wijngaarden of ook in de kelder? Antwoorden: Hier zijn de antwoorden meer uiteenlopend, er zijn eenderde nee-zeggers en de overigen geven aan dat het werk in de wijngaard het allerbelangrijkste is. Hieronder volgen de reacties: - Dat is allebei, hoewel in de wijngaarden grotere verschillen zijn. - In de wijngaarden wordt de basis voor alles gelegd. - Nee, ook de biologisch werkende wijnbouwers moeten compromissen sluiten, als men dit thema eerlijk wil benaderen. - Beiden, anders kan men niet gecertificeerd zijn. - De wijngaarden zijn belangrijker. - Ook in de kelder hoewel de verschillen niet groot zijn. - Allebei mogelijk.
33
- Zoals eerder gezegd werken wij 100% biologisch in de kelder, het is mogelijk, het betekent alleen meer werk. - Allebei is mogelijk. Er worden net in de EU richtlijnen opgesteld voor het werk in de kelder, die voor iedereen gaan gelden die gecertificeerd wil worden of lid is van een organisatie. - Om deze vraag goed te kunnen beantwoorden is het nodig om te beschikken over de nieuwe grondregels voor biologische wijn. Deze zijn echter nog in ontwikkeling. - Op dit moment concentreert zich het “biologische” deel alleen op de wijnbergen. In de kelder zijn er nog geen eenduidige voorschriften voor wijnproductie. In het bijzonder omdat men niet zonder zwavel kan. Vraag 7: Haben Bio-weinen mehr “terroir” und warum? Hebben bio-wijnen meer “terroir”en waarom? Antwoorden: Hier liggen de antwoorden nog verder uiteen. Vier bedrijven vinden dat er zeker meer terroir in de wijn te vinden is. Vijf vinden dat niet en 3 geven iets anders aan. - Ja de druivenstok vangt met zijn “wezen”alles op waarmee hij omgeven is, en verpakt het in de druif. Dat geeft meer diepgang als men okologisch werkt. - Nee, nooit. Eerder minder omdat ze tekort komen. - Dit kan men zo niet beantwoorden. Het hangt van verschillende omgevingsfactoren af. - Niet alleen bio is een garantie voor terroir. - Nee, terroir is geen kwestie van bio. Nee, de methode van werken is belangrijker. - Ja omdat de druivenstokken volledig in harmonie zijn met het leven in de bodem. - De wijnen hebben een sterk karakter. De reden daarvoor is een gezonde bodem met veel humus en levende organismen. - Nee. Zo kan men dat niet zeggen. Wijnen die spontaan vergist zijn, zonder toevoegingen, weerspiegelen meer hun terroir als andere wijnen. - In de regel wel. Omdat er gewerkt wordt met lagere rendementen, vaak ook met spontane gisting. - Ik denk niet dat bio-wijn meer terroir hebben. - Ja dat is een mogelijkheid, bij intensievere bodembewerking. Voor een algemeen oordeel ontbreekt het mij aan proefervaring. - Nee, terroir ontstaat door meer factoren, zoals klimaat, geografische ligging, het potentieel van de bodem, en tot slot de wijnboer. Terroir in een wijn te brengen hangt van het samenspel van deze factoren af. Het maakt hierbij niet uit of de wijn conventioneel of biologisch gemaakt is, dat is meer een vraag van de filosofie dan van de kwaliteit. Druif die vocht verliest en daardoor een hogere concentratie suikers en aroma’s krijgt.
34
Vraag 8: Was können Sie machen oder vorbeugen gegen Pilzkrankheiten oder Schädlingen? Wat kunt u doen tegen schimmelziektes of schadelijke insecten e.d? De antwoorden zoals genoemd: - Het belangrijkste zijn de minerale en plantaardige preparaten. Maar ook het cree ren van een balans in de omgeving door voeding van de druivenstok en nuttige insecten. - Goede loofwandstructuur en beteugelde groei. Eventueel gebruiken we phytohormonen en bioregulatoren (GIBB 3 en Regalis). Deze middelen zijn verboden voor öko wijnbouw. - Er zijn verschillende uitgangspunten. Er is geen patentrecept. Dit is afhankelijk van de bodem (waterdoorlaatbaarheid, warmteopslag, humusaandeel enz). Weer, begroeiing, snoei en opvoeding enz. Kan dus zeer verschillend zijn. - Milieu-sparende en ge ntegreerde wijnbouw (…………. - Er zal zo weinig mogelijk aan spuitmiddelen worden gebruikt. Ook het economisch aspect is hier een belangrijke factor. Spuit- en andere middelen zijn duur en worden daarom zo weinig mogelijk gebruikt. - Biologisch werken, goede aanplanttechniek, goede bodemverzorging (begroeiing) en koper en zwavel zo weinig mogelijk gebruiken. - Bio-dynamische toepassingen, plantenthees, en intensief loofwandbeheer. - Er wordt zeer accuraat snoeiwerk verricht, gebruik gemaakt van thee, bakpoeder zwavel, kleiaarde (aluminiumoxyde) en andere preparaten die gespoten worden. - Met zwavel, thee en koper werken. - Zwavel, mild koper, thee’s, hoornmest en hoornkiezelpreparaten, gesteentemeel, pheromonen, precies snoeiwerk, lage rendementen, precies toepassen van spuitmiddelen, druivenstokken matig voeden met natuurlijke mest en zaaisels. - Lage rendementen, gezonde wijnstokken met goede weerstand. - Alleen preparaten die nuttige insecten en planten niet schaden worden gebruikt. Sinds enkele jaren worden geen insecticides gebruikt, natuurlijke plantenversterkingsmiddelen, in combinatie met moderne plantenbeschermingsapparaten en verschillende prognose modellen. - Het precies en optimaal in de gaten houden van onze wijngaarden. Gebruik van natuurlijke antagonisten8. Wijngaard niet overbemesten, aangepaste rendementen. Doelmatig en vakkundig gebruik van toegestane middelen en een zo laag mogelijke dosis.
8 ANTAGONISTEN, zijn tegenstanders. In de biologische wijnbouw kunnen ze de wijnstok koloniseren en daardoor kunnen geen ziekteverwekkende organismen op de plant groeien. BRON WIKIPEDIA
35
Vraag 9: Spielt das Wetter eine grosse Rolle um biologisch arbeiten zu können? Speelt het weer een grote rol om biologisch te kunnen werken? Hier heb ik bewust het woord “weer “ geschreven, hoewel ik denk dat sommigen het klimaat begrepen hebben. De meesten zijn het erover eens dat het weer een grote rol speelt. De antwoorden: - Nee, wij zijn beter bewapend tegen extreem weer. - Ja, primair wel maar niet alleen maar. - Ja. - Natuurlijk. In gebieden waar het weer stabieler is en gebieden waar de neerslag eerder gematigd is, bijv. Zuid-Europa en de USA is het eenvoudiger, maar het wil niet zeggen dat de bodem daar vanzelf gezonder is. - Ja dat is cruciaal. - Vermoedelijk gaat het hier al erg goed, maar in Zuid-Europa is het nog eenvoudiger. - Natuurlijk. Bij het beschermen van de plant met alleen biologische middelen kan men schimmel bij de plant bij sterke aantasting niet verhinderen. Zelfs moet men dan dubbel zoveel plantenbeschermingsmiddelen gebruiken dan bij ge ntegreerde wijnbouw. - Goed weer is gunstig voor de biologische wijnbouw. - Ja hoe lager de neerslag en de luchtvochtigheid, hoe eenvoudiger. - Ja het weer maakt het onderscheid. Landen als Spanje of Zuid-Amerika zijn qua klimaat bevoorrecht. Zij kunnen door een warmer en droger klimaat toekomen met een zeer laag gebruik van spuitmiddelen. In Duitsland wisselt het weer steeds, van warmte naar vochtig weer wat een snelle ontwikkeling van verschillende schimmelziektes veroorzaakt. Vraag 10: Ist die Rebsorte wichtiger bei biologischer Weinbau als bei conventioneller Weinbau? Is het druivenras belangrijker bij biologische wijnbouw dan bij conventionele wijnbouw? Zelfs degene die met nee, maar antwoordt is in feite positief. Er is een voorkeur voor robuste en/of schimmelresistente rassen. De antwoorden: - Nee, maar in de toekomst zullen PIWI’s wel een belangrijke rol spelen. - Nee. - Bij riesling is er wat meer speelruimte, met betrekking tot plantenbescherming zeker beter. - Ja, mogelijk “robust”. - Ja, ook, maar klassieke rassen als riesling zijn tamelijk stabiel. - Ja, men moet robuuste rassen kiezen. - Ja, schimmelresistente rassen hebben de voorkeur. - Ja, hoe schimmelgevoeliger het ras hoe moeilijker. - Ja, er zijn rassen die nagenoeg resistent zijn tegen bepaalde ziektes en schimmels, daar waar andere rassen zeer snel aangestoken worden met ziektes en schimmels. Deze laatste rassen hebben veel meer arbeid en middelen nodig.
36
Vraag 11: Denken Sie das der Consumer Bio-wein bevorzugt? Denkt u dat de consument aan bio-wijn de voorkeur geeft? Zes wijnproducenten zien hier duidelijk een trend, eveneens zes geven aan dat de consument een voorkeur heeft voor bio-wijn. Het maakt veel uit of de consument op de hoogte is van biologische wijnbouw. De antwoorden zijn uiteenlopend. - Ja, iedereen die bij ons in de wijngaarden gestaan heeft en de verschillen ontdekt en gezien heeft. - Bio-wijn is trend en populair, maar niet in het top kwaliteitsniveau. - Ja, hoewel het erop aankomt langs welke verkoopstak de wijn verhandeld wordt. - Nee, dat is toch maar een trend. Je vind in Duitsland bio-wijnen voor dumping-prijzen net zoals bij andere wijn. - Ja maar de consumentenprijs blijft belangrijk. - Nee, alleen beperkt. - Dat kan zijn, is voor ons niet belangrijk. Wij zijn alleen gecertificeerd, omdat we daarmee duidelijk maken dat we echt biologisch werken. - Niet algemeen. - Op dit moment wel. Op dit moment is in Duitsland een bio-boom aan de gang. - De consument heeft een voorkeur voor wat smaakt. - Alleen de “verlichte” consument die op de hoogte is. - Alleen beperkt. Ik vermoed dat de konsument ook bij andere wijnen het basisvertrouwen heeft in een milieubesparende productie. - Op dit moment is “bio” een tijdelijke trend. En omdat de kwaliteitsverschillen klein zijn, is het meer een kwestie van de persoonlijke filosofie. Vraag 12: Wenn ja, würde das für Sie einen Grund sein sich anzuschliessen bei einen Bio-verein? Indien dit zo is, is dit voor u een reden u aan te sluiten bij een bio-vereniging? Zeer diverse antwoorden maar “nee” heeft toch de overhand, hoewel een enkeling de vraag niet beantwoord of enige twijfel laat bestaan. De antwoorden: - Kan ik in deze niet zo zeggen, voorgaande redenen zijn toch krachtig genoeg, of niet? - Nee, we lopen niet achter elke trend aan. - Nee, omdat we onze wijnen zeer transparant en zeer dicht bij de konsument staand verhandelen. Ons zou dit niets extra brengen. - Nee, het is ook een economisch aspekt. We zijn een groot bedrijf en moeten een bepaalde fee van de omzet afdragen. - Nee. - Nee, dat is alleen maar een trend. Bij levensmiddelen is het op de langere termijn steeds gebleken dat uiteindelijk de prijs-kwaliteitsverhouding belangrijker is. - Nee, of ik heb de overtuiging om biologisch te werken of ik doe het niet. Het alleen voor je klanten doen is niet zinvol of van blijvende invloed. - Nee, dat is te weinig - Als het grootste deel van de markt naar bio wijnen gaat vragen dan moeten we deze stap overwegen.
37
Vraag 13: Wie denken Sie über Neuzüchtungen, PIWI”s? Hoe denkt u over Neuzüchtungen, PIWI’s? Aangezien dit een veel besproken thema is ben ik verrast door de antwoorden. De meesten twijfelen aan de kwaliteit van de PIWI’s, deze hebben zich nog te weinig bewezen, met uitzondering van regent. De wijnbouwer en ook de Duitse consument zijn traditioneel ingesteld en houden vast aan vanouds beproefde kwaliteit en smaak. De antwoorden: - Een goede zaak. Hoewel de Duitsers zeer vasthouden aan klassieke rassen als riesling en spätburgunder. - Oninterressant, te gering kwaliteitsniveau. - Het is moeilijk om daar een eenduidig antwoord op te geven, de bandbreedte van de rassen is te groot. - Geen interresse in. - Alleen regent is interressant. Er zijn alweer een aantal piwi’s verdwenen of worden al minder gebruikt. - Zeer goed, alleen jammer genoeg nog geen betekenis in de markt - Deze wijnen smaken me niet. - Als het klonen zijn van traditionele rassen dan is dat ok. Zeker als ze helpen om de Steillagen wijnbouw in stand te kunnen houden. - Wij concentreren ons op vanouds beproefde kwaliteit, de riesling. - Goed idee, maar moeilijk te verkopen. De wijndrinker is zeer conservatief in de keuze van rassen. - Voor ons geen thema, wij blijven bij riesling - Voordeel voor de wijnboer, maar voor een deel “abartiges” (ontaard, verbasterd) smaakpatroon. - Moeilijk thema. We hebben een PIWI soort aangebouwd en weer gerooid na een paar jaar. De eigenschappen waren niet stabiel. Ook de consument is niet vertrouwd met de namen met uitzondering van regent. Hier helpen dan fantasienamen en nieuwe merken. - Deze zijn zeer belangrijk. Ze nemen echter tientallen jaren in beslag om volledig in de wijnbouw ingezet kunnen worden. Ze moeten aan de voorwaarden die aan de smaak gesteld worden voldoen.
Vraag 14: Wie denken Sie über genmanipulierten Reben? Hoe denkt u over genetisch gemanipuleerde rassen? Er is duidelijk een negatief en afwijzend beeld over genmanipulatie. Er is een afwijkend antwoord. Duidelijke antwoorden: - Die heeft geen mens nodig. - In de wijnbouw zelden het geval. - Buiten beeld, geen thema. - Geen interesse. - Geen thema. - Dit hoort niet bij bio- wijnboeren. - Moeilijke vraag, weet niet. - Genmanipulatie wijs ik direkt af. - Is door de bio-richtlijnen verboden. - Tegen. - Daar ben ik tegen.
38
- Uiteindelijk is genmanipulatie een rekbaar begrip als men het exact neemt. Zo zijn alle in Europa geplante wijnstokken al gengemanipuleerd door kruisingen en “Züchtung” (kweken of veredelen). Het is dus niets bijzonders. Vraag 15: Wie denken Sie über das Gebrauch von Kulturhefen? Hoe denkt u over het gebruik van cultuurgisten? Negen wijnbouwers reageren positief op het gebruik van deze gisten. Deze gisten geven de zekerheid dat de gisting niet stilvalt. Vier wijnbouwers maken alleen gebruik als het niet anders kan. Een reactie wijst gengemanipuleerde gist af. De antwoorden: - Goede zaak, moet echter niet. Gengemanipuleerde gisten blijven hopelijk in de EU verboden. - Wij gebruiken voor de premium wijnen natuurlijke gisten en voor de basiswijnen reincultuurgisten9. - Deze gisten zullen altijd een rol spelen bij de wijnboeren. En vanuit milieu en natuur is daar ook niets op tegen. - Bij bepaalde wijntypen zeer positief. - Goed, voorkeur voor reincultuurgisten. - Ok, indien noodzakelijk. - Kan nodig zijn, is echter de slechtere keuze. - Als het nodig is kunnen ze gebruikt worden. Wat is er niet biologisch aan gisten? Dat is wijnethiek. - Oorspronkelijk geloof ik dat ze niet persé gebruikt hoeven te worden. In grote wijnbedrijven en coöperaties geven ze zekerheid dat de gisting niet stilvalt. Ik vind het gebruik positief. - Alleen als het niet anders kan. Spontane gisting heeft de voorkeur. - Ok. - Ze zijn voor een hoge zekerheid van de productie onmisbaar. Spontane vergisting is bij bedrijven met kleine wijnhoeveelheden zinvol. Er kunnen dan wijnen met een interessant smaakpatroon ontstaan maar dat geldt ook hier niet voor alle spontaan vergiste wijnen. Voor ons is dit niet toepasbaar. - De cultuurgisten zijn tegenwoordig beter en ook individueel inzetbaar en voor een zuivere en marktverantwoordelijke wijnproductie onvermijdelijk. 9 Reinculturen is gelijk aan Kulturhefen. Een reincultuur is een verzameling van micro-organismendie afstammen van één enkele cel. De reincultuur wordt verkregen door het kweken van het organisme op een geschikte voedingsbodem. Alle individuen zijn genetisch identiek, dus klonen. Bron Wikipedia)
Vraag 16: Wie denken Sie über ungeschwefelte Weinen? Hoe denkt u over ongezwavelde wijnen? De meeste wijnboeren denken dat deze wijnen geen lang leven beschoren is. Ook de smaak wordt negatief be nvloed. Drie sluiten niet uit dat er in de toekomst een mogelijkheid is om wijnen te maken zonder zwavel. Concrete antwoorden: - Niet te drinken. Bijvoorbeeld, als ik na enkele minuten alleen nog acetaldehyde ruik dan kunnen de druiven zo goed zijn als ze maar willen. SO2 opname is geen probleem voor ons lichaam. Bij normale voeding nemen we per dag ongeveer 10.000 mg op. In een fles goede, droge wijn zit tussen de 100 en 140 mg per liter. - Te onstabiel, kunnen niet ouderen.
39
- Met zekerheid een verrijking voor de wijnmarkt. Maar er is nog niet veel kennis over de ontwikkeling. Het is afwachten. - Die hebben geen zin. - Voorzichtig mee om gaan, zeer riskant. - In de regel niet om te genieten en niet te bewaren. - Smaken me niet, zeker bij fruitige witte wijnen. Deze wijnen verliezen hun hele fruitige elegantie. - Wijn is een cultuurgoed en geen natuurgoed. Zwavel is absoluut nodig voor het maken van wijnen die typisch zijn voor onze regio’s. - Dit is een praktijk die geen echte toekomst heeft. Hoe lang moet zo’n wijn meegaan? Ook is het een groot gevaar dat zich fouten openbaren in de wijn. - Voor ons niet interressant. We willen wijnen maken die een lang leven tegemoet gaan. - Ouderen te snel en zijn oninterressant. - Moeilijk. - Nog moeilijk, omdat zwavel voor een deel aanwezig is door de natuur, door het vat enz. - Die hebben we niet nodig omdat ze bijna niet te maken zijn. - Dit is in 90% van de gevallen niet mogelijk. - Dit is een heel speciale en zeer arbeidsintensieve methode. Vraag 17: Ist Ihrer Meinung nach das EU-recht ausreichend für BIO-label? Is naar uw mening het EU-recht toereikend voor bio-label? Twijfel overheerst enigszins (vijfmaal), er zijn drie wijnboeren die de wetgeving voldoende vinden en drie vinden het niet. De biologisch dynamische wijnbouw zou een aparte categorie moeten vormen. De regels van ECOVIN zijn strenger dan de EUregels. De antwoorden: - Ja en nee. Natuurlijk moeten er standaard regels zijn. De privaatrechtelijke regels (zoals bij ECOVIN) geven eenvoudig meer zekerheid voor de consument. We leggen hier en daar de lat wat hoger. - Nee. - Geen idee. - Ja. - Ja und nein. - Het EU-recht is zeer uitgebreid en gaat ook in de bio-richting. Bedrijven die echter consequent met de methode van Steiner werken, zouden in een aparte categorie moeten worden ondergebracht. - Nee, het ontbreekt aan richtlijnen voor de kelder. - Ja. - Nee, het zou duidelijker voor de consument kunnen zijn. - Dit kan ik niet beoordelen, hier heb ik onvoldoende informatie over. - Het ontbreekt aan internationale regels. Vraag 18: Was ist für Sie das Beste an Bio-wein? Wat is voor u het beste aan bio-wijn? Er wordt door twee bedrijven aangegeven dat het belangrijk is om over de eigen manier van werken te blijven nadenken. Vier maal wordt de smaak als pluspunt gezien. Acht maal wordt het milieuvriendelijk werken en de gezondheid genoemd. Eenmaal het schone geweten en een vindt bio niet bijzonder.
40
Antwoorden : - De totaliteit van biologisch werken maakt de kwaliteit en vaak geniale smaak. - De verbondenheid met de natuur. - Het basisprincipe. - Dat men blijft nadenken over zijn eigen beproefde manier van werken. - Wijn moet lekker en zuiver zijn. - Het goede geweten. - Dat een goede wijn het verhaal van de wijngaard nog intensiever vertelt, weergeeft. - De heilzaamheid. - Algemeen brengt het mensen aan de wijn. Speciaal aan bio-wijn vind ik niks bijzonders. - Veelzijdigheid in smaak en geur. - Het rekening houden met de natuur. - Milieuvriendelijk werken. - Dat hij bestaat. Deze producenten zijn een verrijking voor ons vak en steeds weer een reden om naar onze eigen manier van werken te kijken. Vraag 19: Was ist für Sie das Schlechteste an Bio-wein? Wat is voor u het slechtste aan bio-wijn? Biologische wijnen vormen een bedreiging voor de conventionele wijnbouw waar het gaat om gezondheid, milieu en natuur. De bio-boeren vinden het gebruik van koper een minpunt en geven aan dat hygi ne zeer belangrijk is, waardoor ze meer risiko’s lopen, terwijl de prijzen achterblijven. Antwoorden: - Dat vele consumenten denken dat deze wijnen niet smaken. Dit is definitief niet zo. - Bio als marketing instrument te gebruiken. - Dat het grondprincipe helaas soms alleen maar als marketing instrument gebruikt wordt. - Dat mensen kunnen denken dat conventioneel gemaakte wijnen minder gezond voor mens en natuur zouden kunnen zijn. - Wijn moet zuiver en lekker zijn. - Het gebruik van koper. - Alleen als ökologisch tot onzuiver en ziekte voert. - Ook hier zijn er slecht smakende wijnen. - K.A - De risiko’s. - Niet slechter. - Smaak en belasting van het milieu. - Hij bereikt op de markt steeds zeldzamer hogere prijzen dan de wijn uit het herkomstgebied. Vraag 20: Ist die Kontrolle auf Bio-wein ausreichend? Is de controle op bio wijnen voldoende? Vier antwoorden met ja en viif maal nee en een heeft geen mening. Er wordt verwezen naar wetgeving die in de maak is, bedoeld is ORWINE. Antwoorden: - Ja. - Nee. - Nee, maar controles brengen altijd maar weinig.
41
- Het zou de ethische kwestie moeten zijn, die achter de zorg voor het milieu en de natuur steekt, die nog meer vertegenwoordigd moet worden en er moet een bredere openlijke discussie over bio gevoerd worden. - Op dit moment eigenlijk niet. Vaak worden de bio-wijnen als marketing-instrument gebruikt. - Prima in Duitsland. - Absoluut. - Helaas kan ik dit niet beoordelen. Ik heb zo’n controle nog nooit meegemaakt. - Ja, dat wat aan richtlijnen aanwezig is wordt genoeg gecontroleerd. - Nee, het kan inhoudelijk strenger zijn. 1
Generation Riesling: Is een samenwerking van jonge wijnbouw talenten opgezet met medewerking van het Duitse wijninstituut. De wijnmakers moeten jonger zijn dan 35 jaar en reeds hun kunnen bewezen hebben. 2
Deutsch Barrique Forum: of barrique-union genoemd is een verband van 30 wijnbedrijven, opgericht in 1991 en met het doel de barrique opvoeding uit te breiden en te perfektionerenom meer complexe wijnen te kunnen maken. 3
VDP: Verband Deutscher Prädikats- und Qualitätsweingüter e.V, opgericht in 1910 en heden ruim 200 leden. Makkelijk te herkennen aan de adelaar op de capsule van de fles. Het doel is het behoud van de Duitse wijnhistorie, het steeds verbeteren van de kwaliteit, het aanmoedigen van natuur aangepaste wijnbouw enz. de leden moeten aan eigen strenge regels voldoen. De organisatie is onderverdeeld in 12 regionale verenigingen. 4
La Renaissance des appellations: is een organisatie van biologisch dynamische wijnbedrijven. Ze hebben een gedreven instelling. Opgericht in 2001 in Frankrijk, in 2009 175 leden in 13 verschillende landen. Ze werken met 3 niveaus in de vorm van groene sterren. De hoogste, 3 sterren staan voor absoluut zeer strenge restricties. Nicolas Joly is hier een goed voorbeeld van. 5
Message in a Bottle: is een samenwerkingsverband tussen 20 JUNGWINZER in Rheinhessen. Ze treden samen naar buiten op beurzen en andere evenementen. Het zijn zeer talentvolle wijnmakers die vaak internationaal ook zeer bekend zijn. Vooral Philip Wittmann die als beste “Winzer” van Duitsland bekend staat. 6
Slow-food is internationaal bezig met activiteiten, beurzen en dergelijke die betrekking hebben op ons voedsel. Het moet verantwoord geproduceerd zijn, met respect voor mens, dier en milieu, het moet een goede smaak hebben, en ook de handel moet eerlijk zijn. 7
Bernkasteler Ring: opgericht in 1899, met het belangrijkste doel het behoud van het wijnkultuurlandschap aan de Moezel. Thans is het streven naar beste kwaliteit en natuurzuivere wijnbouw.
42
Bernkastel-Kues aan de Moezel
Hoofdstuk 4: Stellingen en visies van internationale personen. 4.1- Nicolas Joly 4.2- Michel Chapoutier 4.3- Kees van Leeuwen Mijn idee was het om persoonlijke vragen beantwoord te krijgen van enkele voor de wijnwereld invloedrijke personen. Dit is me niet gelukt. Een enkeling heeft te kennen gegeven dat er geen tijd voor was, het thema te gedetailleerd is en dat ze daar eerst voorbereiding voor nodig hebben, of andere zaken. Hieronder staan de zaken die ik interessant vind.
4.1 Nicolas Joly: groot voorstander en oprichter van “La Renaissance des appellations”. Dhr. Nicolas Joly heeft op 31 augustus 2009 een masterclass met proeverij gegeven in Amsterdam. Ik heb deze bezocht om over een paar zaken duidelijkheid te krijgen. Op de vraag naar het gebruik van koper in de biologischdynamische wijnbouw, gaf hij als antwoord dat koper in de natuur voorkomt. Het belangrijkste is echter de dosis. De wijnstok moet zoveel mogelijk weerstand opbouwen en optimaal beschermd worden door de juiste snoeitechniek, zodat men zo weinig mogelijk koper hoeft te gebruiken. Vanzelfsprekend is het weer en de ligging van de wijngaard ook van grote invloed. Op de vraag wat men als vervanger van kopervitriool zou kunnen gebruiken, antwoordde hij: het leven. Ook gaf hij antwoord op de vraag: Is bio-wijn betere wijn: antwoord: nee maar er is wel meer leven in de wijn en dat maakt hem beter. In een verslag over de uitgave van zijn boek, vermeldt in vakblad van DEMETER, stelt Nicolas Joly zijn Duitse collega’s de volgende vraag: Willst du “Wine-maker” sein oder “Nature assistant”.
4.2 Michel Chapoutier: gevestigd in het wijngebied Rhône en wel in de appellatie Hermitage. Een 34 ha. groot bedrijf en daarmee het grootste wijnbedrijf in deze appellatie. Er wordt volledig biologisch-dynamisch gewerkt. Volgens Michel Chapoutier zelf: de enige manier om herkomst en terroir optimaal tot uitdrukking te brengen. (vermeldt in perswijn nr.1 2010). Overtuigd aanhanger van de stroming van Nicolas Joly, Renaissance des Appellations. Tegenwerken van de natuur levert niets op, accepteren en meewerken des te meer. ’n Motto van Chapoutier die in de moderne tijd ook zaken als publiciteit en marketing combineert met het groene geloof. Hij heeft geen moeite met de punten die Parker aan zijn wijnen geeft. 43
4.3 Kees van Leeuwen: afgestudeerd als oenoloog in Bordeaux. Professor sinds 1991, van 1992 tot 1996 technisch directeur op “Cheval Blanc”, 1996 wetenschappelijk medewerker aan de landbouwuniversiteit in Bordeaux, partime werkzaam op “Chateau Cheval Blanc” en in 2004 benoemd tot hoogleraar wijnbouw. In zijn boek, Terroir, Techniek, Zonlicht en Emotie besteedt hij een hoofdstuk aan “duurzame wijnbouw”. Hij beschrijft hierin letterlijk: de druk van het grootwinkelbedrijf. In de jaren zeventig voerde het gebruik van spuitproducten, onkruidbestrijdingsmiddelen en kunstmest hoogtij. Een natuurlijke reactie op deze excessen was dat het niet zo door kon gaan. Verder heeft hij het over een aanpassing van de wijnboeren die moeten leren leven met planten die niet puntgaaf zijn. Maar hij geeft een verrassende wending aan zijn verhaal enwel: uiteindelijk komt de vooruitgang uit een onverwachte hoek: de grootwinkelbedrijven. Deze willen producten uit duurzame landbouw omdat de klanten ernaar vragen. Verder geeft hij in een hoofdstuk aan dat gras in de wijngaard positief is. Het is goedkoper dan ploegen en minder schadelijk voor het milieu dan het gebruik van onkruidverdelgers. Bovendien voorkomt gras erosie in de wijngaarden op steile hellingen. En bij regen voor de oogst is er aanzienlijk minder kans op het vastlopen van de oogstmachine. Ook voor de stikstofhuishouding van de wijngaard, hetgeen soms positieve en soms negatieve gevolgen kan hebben. Het gras neemt stikstof op uit de grond en hierdoor is er minder beschikbaar voor de wijnstokken. Bij rode druiven stimuleert een stikstofgebrek de synthese van tannine en kleurstof, hetgeen de kwaliteit ten goede komt. Bij witte wijn wordt het aroma potentieel aangetast. De percelen leveren dus minder aromatische witte druiven. Dit levert neutrale wijnen op, die bovendien versnelt rijpen en dus minder lang meegaan. Op de steile hellingen kan dit dus een probleem zijn, enerzijds is het gras voor erosie aan te bevelen en anderzijds is het voor de witte wijnen weer nadeliger.
44
Wijngaarden volgen de slingerende beweging van de Moezel. Er ontstaat een soort kom.
Hoofdstuk 5: 5.1 Invloeden van een bio- label: A -Invloed op de consument. B -Invloed op de wijnverkoopmarkt.
5.2 Invloeden van biologische wijnbouw: A -Invloed op de kwaliteit van wijn. B -Invloed op de gezondheid. C -Invloed op de natuur en milieu.
5.1 Invloeden van een bio-label: 5.1 A - Invloed op de consument: De consument is zeker bezig met bio-labels. Er wordt dan ook veel aandacht besteed aan dit onderwerp. Ik heb een enquete opgezet en een vijftig-tal consumenten benaderd die regelmatig wijn kopen en drinken. Er zijn een aantal vragen te beantwoorden. De vragen met antwoorden zijn als volgt: 1e vraag: Zou u eerder een fles wijn kopen, die voorzien is van een bio-zegel en zou u bereidt zijn hier meer voor te betalen?
45
Antwoorden: 56% van de consumenten zou eerder een fles bio-wijn kopen, 40% zou dit niet doen en 1% heeft geen mening. Als het om meerprijs gaat is 23% bereid meer te betalen, maar 25% zou dit niet doen. De overigen hebben diverse andere redenen en opmerkingen, bio-wijn is niet lekker, misbruik bio-label, wijnhuis belangrijker enz. 2e vraag: Leest u informatie op een achteretiket en Vindt u de informatie op een wijnfles voldoende en duidelijk genoeg of is dit voor u slecht te begrijpen? 84% geeft aan het achteretiket te lezen, 12% doet dit soms en slechts 4% doet dit niet. Of de informatie duidelijk genoeg is of slecht te begrijpen geeft 43% aan dat de informatie onduidelijk is, 25% vind de informatie voldoende, 14% geeft aan dat vreemde talen een probleem is, de overige antwoorden zijn sobere informatie, te specialistisch enzovoorts. 3e vraag: Is het voor u belangrijk om te weten hoe de wijn gemaakt wordt of is de smaak belangrijker? 40% geeft aan het belangrijk te vinden hoe wijn gemaakt wordt, 36% geeft aan dit niet belangrijk te vinden, de rest interesseert het niet. Op de vraag of de smaak meer belangrijk is geeft maar liefst 98% aan, de smaak belangrijker te vinden. 4e vraag: Zou u willen weten welke stoffen in de wijn zitten en vindt u het goed dat op het etiket vermeldt staat, bevat sulfiet? 84% geeft aan te willen weten welke stoffen er in de wijn te vinden zijn en 80% geeft aan het belangrijk te vinden dat “bevat sulfiet” op het etiket vermeldt is, maar 1% geeft aan dat de hoeveelheid sulfiet belangrijker is. 5e vraag: Denkt u dat biologische wijnen beter zijn voor de gezondheid en voor natuur en milieu? 40% geeft aan dat het beter is voor de gezondheid en toch 34% denkt dat het niet gezonder is, maar als het over natuur en milieu gaat is 70% overtuigd dat het beter is voor natuur en milieu. 6e vraag: Bent u bekend met biologisch-dynamische wijnbouw, indien ja: heeft u hier een mening over? 50% is bekend en 45% is niet bekend met bio-dynamie. De 50% die bekend is met de bio-dynamie hebben zeer verschillende reakties, maar 18% is positief over deze methode de rest geeft aan: ’t is hocus-pocus, zweverig, stand van planeten hebben niets met biologisch te doen enzovoorts. 7e vraag: Vind u dat de verschillende bio-organisaties duidelijker moeten laten horen en zien welke regels zij hanteren voor hun leden? 84% van de ondervraagden geeft aan dat dit duidelijker gecommuniceerd moet worden naar de consument. Duidelijke regels van de EU als wetsorgaan en ook controle zou meer duidelijkheid verschaffen. 8e vraag: Gaat u af op informatie op het etiket, of vraagt u informatie aan de verkoper zowel bij supermarkt als bij speciaalzaak? 50% laat zich leiden door het etiket, 23% zeker niet en 27% soms. Maar liefst 66% vraagt verdere informatie over een wijn maar niet bij de supermarkt, alleen bij de wijnspeciaalzaak. 9e vraag: Als wijnboeren biologisch werken moeten ze dit dan vermelden op het etiket? 45% geeft aan van wel maar 27% geeft aan de wijnboer te vertrouwen in zijn manier van werken en zoekt dus zelf meer informatie over een wijn.
46
Verrassende uitslagen van de enquete. Er zijn mensen die de gezondheid van de mens volledig loskoppelen van de toestand van de natuur en het milieu. Ook het gebruik van voedsel, in dit geval wijn, wordt los gezien van de productiemethode van in dit geval wijn. Het vertrouwen in de productie van voedsel is groot. In veel tijdschriften en vakbladen wordt aan het onderwerp biologisch steeds meer aandacht gegeven. De consument wil steeds meer aandacht voor biologische producten in allerlei tijdschriften en andere media-middelen. Er zijn de laatste jaren zelfs films gemaakt over bijvoorbeeld tegenstellingen in de wijnbouw. “Mondovino” is een film die gebaseerd is op de verhouding tussen klassieke wijnboeren tegenover de moderne bedrijven. Vrij recent is een nieuwe film verschenen “Kissed by the grape”. Deze heb ik echter nog niet kunnen zien.
5.1.B - Invloed op de wijnverkoopmarkt: In het vakblad voor DEMETER-leden van september 2009 is een deel gewijd aan de wijnbouw, en daarmee biologisch-dynamische producerende wijnbouwers. In een interview met Georg Meissner, als Doktor verbonden aan de universiteit van Geisenheim, vraagt men hem: Biodynamik ist ein aktueller Trend, vor allem bei Spitzenwinzern. Was sind die Gründe? Hier steht oft der Qualitätsgedanke im Vordergrund. Durch die Umstellung auf biologisch-dynamisch erhoffen sich viele Betriebe wieder lebendigere und finessenreichere Weine. Aber auch die Erkenntnis, dass man eine gewisse Verantwortung für das Stückchen Erde, das man bewirtschaftet, hat, ist ein Motiv, so wie das Bewusstsein für die eigene Gesundheit und die der Mitmenschen. Bei vielen spielt das Vermarktungsargument natürlich auch eine Rolle. Aber ist es nicht grossartig, dass es die biologisch-dynamische Bewegung geschafft hat, dass Biologisch-dynamisch ein Verkaufsargument geworden ist?
Vertaald en samengevat: Er wordt gesteld dat bio-dynamie een actuele trend is bij de top van de wijnmakers. Wat zijn de redenen. De zorg voor kwaliteit staat op de voorgrond. Ze willen levendige wijnen met finesse maken. Ook de verantwoording voor hun wijngaarden en hun eigen gezondheid zijn redenen. Ook het marketingaspect speelt een rol. Maar is het niet geweldig dat de bio-dynamie het klaarspeelt en een verkoopsargument geworden is?
47
Verder staat er in dit artikel: Biodynamik ist ein Vermarktungsargument-allerdings werden so erzeugte Produkte, auch Wein, wenn die Wirtschaftsweise ausgelobt wird, mit dem Demeter-label gekennzeichnet. Dazu ist die Mitgliedschaft im Demeter-verband nötig- schreckt das manche Winzer ab? Dazu habe ich einen ganz persönlichen Standpunkt: Die Biologisch-dynamische Wirtschaftsweise stellt für mich eine besondere Form der Landwirtschaft dar. In der Forschung nennen wir das ein landwirtschaftliches System. Hier in Geisenheim haben wir einen Systemvergleich zwischen integriertem, biologischorganischem und biologisch-dynamischemWeinbau aufgebaut. Das ist kein System-vergleich zwischen Verbänden! Aber wenn nun Menschen, die biologisch-dynamisch wirtschaften, sobald sie dies kommunizieren, gedrängt werden, sich einem bestimmten Verband anzuschliessen finde ich das problematisch, auch wenn das rechtlich aus der Markennützung folgt. Der Demeter-verband hat es nicht nötig, diesen Schritt zu gehen. Es gibt genug positive und überzeugende Argumente, sich Demeter anzuschliessen. Alle Betriebe, die sich ernsthaft mit der Umstellung auf bio-dynamie auseinandersetzen, sollten mit offenen Armen aufgenommen werden, damit der Einfluss der Präparate viele Hektar Land erreichen kann.
Vertaald: Bio-dynamie is een verkoopsargument, in dit opzicht worden zo gemaakte producten, ook wijn, als de werkwijze gevolgd wordt, gekenmerkt met het Demeterlogo. Daar is lidmaatschap voor nodig. Schrikt dit wijnboeren af? Persoonlijk standpunt is, dat dit geen kwestie van verschillen in organisaties, maar van verschillen in werkmethoden, duurzaam, biologisch en bio-dynamisch zijn. Als wijnboeren bekend maken dat ze werken met bio-dynamie, opgedrongen wordt zich bij een bepaalde organisatie aan te sluiten, vind ik dit een probleem. Demeter heeft het verkoopsargument niet nodig. Er zijn genoeg overtuigende redenen om zich aan te sluiten bij Demeter. Alle bedrijven die serieus met bio-dynamie willen gaan werken moet men omarmen, zodat de preparaten op steeds meer hectares gebruikt gaan worden. De wijnverkoopmarkt haakt gretig in op de markt van biologische wijnen. Diverse importeurs geven een extra vermelding, of een aanduiding in diverse vormen in hun catalogussen en prijslijsten. Er wordt soms ook met verschillende kleuren aangegeven welke vorm van biologische wijnbouw gebruikt is, bijvoorbeeld als het om biologische wijnbouw gaat een rood blaadje en bij biologisch dynamische wijnbouw een groen blaadje. Ook worden diverse adviezen gegeven zoals onderstaand bericht. In een vakblad voor horeca- en wijnwederverkopers wordt de volgende tip gegeven: Om restaurantbezoekers direkt naar het drinken van een biologische wijn te verleiden. Ruim daarom op uw wijnkaart een aparte sectie in voor bio-wijnen, of vermeld ze op een los tafelkaartje. Met wat toelichting over hoe en wat bent u uw gasten nog meer van dienst.(bron WeetvanWijn, nr.3 2007) En ook berichten die nergens op slaan, zoals onderstaand bericht. In vakblad van , De Monnik Wijnkenner nr.1 2008, wordt vermeldt naar de toenemende vraag van bio-producten en ook biowijn. Men geeft het volgende advies aan de verkopers: Het gebruik van sulfiet is tot een minimum beperkt. Biologische wijnen zijn daardoor meer kwetsbaar dan reguliere wijnen. Plaats deze wijnen dan ook niet in de volle zon maar geef ze een beschermde
48
plaats in de winkel. Alsof conventioneel gemaakte wijn in de volle zon gezet kan worden. Ook zijn er diverse importeurs die hun assortiment alleen nog maar invullen met biologisch of biologisch-dynamisch geproduceerde wijnen. In Nederland is dit bijvoorbeeld Vinoblesse en Lovian.
49
5.2 Invloed van biologische wijnbouw: A -Invloed op de kwaliteit van wijn. B -Invloed op de gezondheid. C -Invloed op de natuur en milieu. 5.2.A -Invloed op de kwaliteit van wijn: Biologische wijnboeren geven soms aan dat hun wijnen een hogere zuurgraad hebben, wat een gevolg is van het achterwege laten van kunstmest. De PH van de bodem is lager dan bij conventionele wijnbouw. Het gebruik van bijvoorbeeld kaliumcarbonaat (potasse) zorgt voor een meer basische bodem. Weingut Eymann, is al lange tijd bezig met biologische wijnbouw en sinds enkele jaren helemaal op biologisch-dynamisch werken overgestapt. Reageert op mijn vraag naar de verandering in de kwaliteit van de wijn van biologisch naar biologisch dynamisch; durch den Einsatz der Präparate und die Präferenz von Spontanvergährung sowie Zulassen des biologischen Säureabbaus ensteht auch ein weicherer fülliger Weintyp. Als nebeneffekt beobachten wir eine längere Haltbarkeit der Weine. Samengevat en vertaald geeft ze aan dat de wijnen anders zijn door spontane vergisting en BSA, Biologischer Säure Abbau, de malolactische gisting. De wijnen zijn voller en zachter. Als neveneffect letten we op de langere houdbaarheid van de wijnen. Persoonlijk heb ik hier mijn twijfels over omdat de zuren toch juist een conserverende werking hebben. Eventueel is het natuurlijk in de praktijk het beste te ervaren door wijnen te proeven van conventionele wijnbouw en daarnaast van biologisch en biologisch-dynamische wijnbouw. Het beste vergelijk kan men dan maken als de omstandigheden zoveel mogelijk vergelijkbaar zijn. 5.2.B -Invloed op de gezondheid: Over wijn en gezondheid zijn allerlei onderzoeken gedaan. Er zijn diverse berichten te lezen. Enkele opmerkelijke heb ik hier aangehaald. Op 27 maart 2008 in Brussel zijn er gegevens naar buiten gebracht van een onderzoek naar pesticide in wijn. Het onderzoek is uitgevoerd door PAN, Europees Pesticide Action netwerk. 40 wijnen van Europese oorsprong zijn onderzocht op restanten van pesticide. 6 wijnen waren van biologische oorsprong en 34 van conventionele wijnbouw. Er werden 24 restanten van pesticide aangetroffen, in de meeste wijnen meer dan 1 restant van een pesticide. In slechts 1 biologische wijn werd 1 restant van pesticide gevonden. Diverse reacties hierop geven een alarmerend beeld: Het BFR, Bundesinstitut für Risikobewertung, heeft de resultaten op gezondheids risiko’s voor de gebruiker bekeken en vastgesteld dat geen van de wijnen een risiko is voor de gebruiker. Het gezondheidsonderzoek heeft gekeken naar, risiko’s op kankerverwekkende stoffen en voortplantingsrisiko’s of hormonale risiko’s. De voorkomende dosis in de wijn zijn niet een onmiddellijk gevaar voor de gebruiker. NRC handelsblad vermeldt op 27 maart: Europese wijn blijkt een Grand Cru Pesticide. Tot wel 10 verschillende verschillende soorten pesticiden in één wijn.
50
Nicolas van Larebeke, hoogleraar kankerpreventie in Gent: Ik ga mijn vrouw wel vragen biologische wijn te kopen . In slechts 1 biologische wijn werden nl. sporen van één pesticide aangetroffen. Bundesministerium für Ernährung, Landwirtschaft und Verbraucherschutz maken bekend op 28 maart 2008 dat: wenn wir eine ernstzunehmende Diskussion führen wollen, sollten wir auf einer sachlichen Ebene bleiben und keine Panik schüren. Als we een serieuze discussie willen voeren moeten we wel op een zakelijke lijn blijven en geen paniek zaaien. Sat3 nano: heeft op 28 maart 2008 een programma gewijd aan bio en gezondheid en is dieper ingegaan op een onderzoek door wetenschappers uitgevoerd. De titel is “Ist bionahrung tatsächlich gesünder als konventionelle? Vertaald: Is biologische voeding gezonder dan conventionele? Allereerst voert men ratten wortels uit conventionele landbouw en wortels uit biologische landbouw. Uiterlijk zijn de wortels gelijk. Men doet dit verschillende malen. Resultaat: De ratten hebben een voorkeur voor biologisch geteelde wortels. Gegeven verklaring: vermoedelijk ruiken de ratten de pesticiden. Het tweede onderzoek wordt uitgevoerd in een klooster van nonnen in het Schwarzwald. 2 weken kregen de nonnen maaltijden gemaakt van vers, conventioneel bereidt voedsel. Vervolgens kregen de nonnen 2 weken maaltijden bereidt met biologische producten. Resultaat: de nonnen geven aan dat ze in laatste 2 weken van het onderzoek zich fitter en beter hebben gevoeld, en ook weinig last van hoofdpijn hebben gehad. Echter men heeft de nonnen ook medich onderzocht, en zowel in het bloed en in de stoelgang zijn geen wezenlijke verschillen gevonden. Verklaring: de nonnen zijn door het weten dat ze biologisch voedsel aten zich beter gaan voelen. Er wordt nog verwezen naar enkele andere zaken in deze uitzending. In planten bevinden zich vele stoffen die op verschillende manieren bijdragen aan onze gezondheid. Fhenole im Apfel und Lycopin in den Tomaten schützen die Zellen des Körpers vor angriffslustigen Molekülen, den Radikalen. “Bio”enthält zwischen zehn und fünfzig Prozent mehr dieser wichtigen Stoffe, keine Pesticide und ist auch nicht gentechnisch verändert. Samengevat: in bijvoorbeeld appels en tomaten komen stoffen voor die de gezondheid positief ondersteunen. In bio bevinden zich 10 tot 50% meer van deze belangrijke stoffen, geen pesticide en ook niet gentechnisch gemanipuleerd. Verder wordt er nog verwezen naar een onderzoek in Baden-Württemberg in 2004. Uit 1200 steekproeven bij conventioneel geteelde producten werd bij elk zesde product de waardes van pesticide overschreden, dus hoger dan de toegestane hoeveelheid. In Duitsland worden jaarlijks 30.000 ton pesticide gespuit in de land- en tuinbouw. De wijnbouw neemt een relatief groot aandeel van deze hoeveelheid voor zijn rekening. Biologisch geteelt is over het algemeen met een faktor 200 minder belast. Verder gevolg is een geringere belasting van het water. (uitspraken van een Duitse biowijnboer).
Verder bevatten de vruchten meestal minder water, waardoor meer aroma’s in de vruchten en dus meer smaak.
51
Zwavel en gezondheid (Bron: de Wijnhoek, thema wijn en gezondheid) Zwavel werd al gebruikt door de Grieken en Egyptenaren om wijn te conserveren en wordt bij matig gebruik als veilig voor de gezondheid beschouwd. Het heeft een antiseptische en conserverende werking. Bekend conserveermiddel, E220 is zo’n zwavelproduct. Het gaat hier om SO2, (zwaveldioxide) dat als sulfiet aangeduid wordt. Een teveel aan sulfiet is te herkennen aan een scherpe geur en veroorzaakt bij gebruik hoofdpijn. In de biologische wijnbouw wordt meestal alleen gebruik gemaakt van SO2 terwijl in de conventionele landbouw ook nog andere verbindingen gebruikt worden, bijvoorbeeld kaliumbisulfaat dat als E228 herkent wordt. In 2005 is er een EU verordening voor wijn vastgesteld die aangeeft de verplichting op het etiket te vermelden: bevat sulfiet. Dit in de taal die in het land gevoerd wordt en bij een hoeveelheid vanaf 10 mg per liter. Er zijn maximale waardes vastgesteld die zich in de wijn mogen bevinden. Deze algemene waardes zijn: rode wijnen maximaal 160 mg per liter, witte droge wijnen maximaal 210 mg per liter enz. In Duitsland wordt voor de biologische wijnen een waarde van 100 mg per liter aanbevolen, zowel voor rood als droge witte wijn.(aanbevelingen van ECOVIN) Men kan verder het sulfietgebruik beperken door bijvoorbeeld druiven te gebruiken die gaaf en gezond zijn en zeer strenge hygi neregels te hanteren. Op de schil van de druiven bevindt zich al een kleine hoeveelheid sulfiet wat bij maceration pelliculaire dienst kan doen, als conservering. Ook een snelle start van de vergisting geeft een CO2 laag die reductief werkt, dus conserverend. In de biologische wijnbouw wordt veel gedaan om het gebruik van sulfiet te reduceren. Het algemene effect dat wijn op onze gezondheid heeft is al diverse malen bewezen. Vooral in rode wijn, het middel resveratrol heeft als anti-oxydant, een positieve invloed op ons gestel. Echter matig drinken is hierbij essenti el. Onze lever kan alcohol afbreken door het enzym alcoholhydrogenase. Echter bij overschrijding en langdurig gebruik van alcohol is dit niet toereikend en zal de lever een soort nood-enzym produceren dat echter gepaard gaat met het degenereren van de lever.(bron vakblad: Der Deutsche Weinbau, maart 2009) 5.2.C -Invloed op de natuur en milieu: Biologische wijnbouw en zeker biologisch dynamische wijnbouw belasten de natuur en het milieu beduidend minder met chemische verontreiniging dan conventionele wijnbouw. Een steeds groter aantal Duitse wijnboeren kiezen ervoor om integriert te werken. Dit is geen biologische wijnbouw maar een methode van werken die gericht is op duurzaamheid. Integrierter wijnbouw
In Frankrijk noemt men deze methode “Lutte Raisonnée”. De methode kiest voor natuurvriendelijke alternatieven. Er wordt voorrang gegeven aan milieubesparende maatregelen indien het toepassen ervan de economische doelstellingen zo weinig mogelijk belemmeren. Het thema van duurzaam werken is een hot-item op wereldniveau. Door de “grote klimaatconferentie”, zoals onlangs in Kopenhagen, 52
worden er richtlijnen opgesteld. Deze worden bindend voor ieder land dat vertegenwoordigd is en accoord gaat met het streven naar de doelstellingen. Echter op wereldniveau is het moeilijk om de neuzen eenzelfde richting op te laten wijzen. Elke natie heeft zijn eigen problemen en economische aspecten spelen een grote rol. Het is niet te ontkennen dat, los van kopergebruik, de overgrote meerderheid biologisch werken als beter voor natuur en milieu ziet. De meeste bedrijven in de wijnbouw steven naar het zo weinig mogelijk belasten van hun bodem. De overtuiging dat dit belangrijk is voor de duurzaamheid van hun bedrijf is algemeen verspreid. Er worden in de wijnbouw relatief meer chemische (spuit)middelen gebruikt dan in de normale landbouw. De laatste jaren is echter ook bij deze gebruikte producten in de conventionele wijnbouw steeds meer aandacht voor de natuur en het milieu, en daarmee voor de kwaliteit van ons voedsel. Streven naar een betere werkzaamheid en kleinere hoeveelheden van ingezette producten is belangrijk. Ook het vermelden van milieubelastende factoren van een product bij gebruik, kan men vinden op de bijsluiter of website van een producent. Een bedrijf als ,Staehler Deutschland GmbH&Co, maakt voor de afnemers, de wijnboeren een kompleet plan, in de vorm van een zeer mooie folder om op te hangen. Er staan adviezen op van te gebruiken middelen van jonge aanplant tot volop producerende wijngaarden. Een zo genaamd Spritzplan bevindt zich aan de binnenzijde van de folder. Een kalender met aanbevolen middelen. Ook staat er duidelijk bij wanneer het middel gebruikt mag worden en in welke hoeveelheid. Ook het toestaan van bepaalde middelen die ter discussie staan wordt vermeld. De folder vermeldt nog een in hun ogen positieve nieuwigheid: letzte meldung: Aktuan, das praxisbewährte Fungizid gegen Peronospera, Schwarzflecken und Roter Brenner wird rechtzeitig zur Saizon 2009 wieder zugelassen! Het middel wordt geproduceerd bij Basf en op hun site vind je bijvoorbeeld de vermelding: zeer giftig voor waterorganismen en verder , verdacht van kankerverwekkend. (bron www.agrar.basf.at) Er wordt veel geld geinvesteerd in de promotie van de vele middelen die voorhanden zijn. Er zijn ook problemen die bij de biologische land-en/of wijnbouw kunnen ontstaan. Er is namelijk een probleem in Duitsland met de Mari nkäfer, het lieveheersbeestje. Door de inzet van de Aziatische soort verdringt deze de oorspronkelijke soort, omdat de Aziatische soort beter overwintert, zich beter vermeerderd, genoegen neemt met allerlei soorten voedsel, niet alleen luizen e.d. waar de inzet oorspronkelijk voor bedoeld was. In extreme gevallen van voedselnood zou deze soort zelfs de wijnstok of druiven kunnen bedreigen. ( BRON: TV, ZDF drehscheibe, 23 september 2009) Ook dit onderwerp heb ik aangekaart bij Dr. Randolf Kauer en Timo Dienhart, beiden ECOVIN-lid, ze geven allebei aan dat het probleem serieus aanwezig is en dat het kritisch zou kunnen worden. CO2 neutraal produceren is essentieel voor alle producerende bedrijfstakken en dus ook de wijnbouwtak. Veel bedrijven zijn hier mee bezig. Maar dit geldt zowel voor conventionele als ook voor biologische wijnbouw. Alternatieve energie-bronnen worden door biologische bedrijven volop ingezet. Het gebruik van zonne- en windenergie is een veel gebruikt alternatief voor energievoorziening. Bij voertuigen gebruikt men vaak alternatieve brandstoffen zoals bio-olie.
53
Beantwoording van de onderzochte vragen of stellingen. 1: Heeft een label “biologisch” waarde? Is de wijnboer/wijnmaker belangrijker? Heeft een label “biologisch waarde? Ja dit heeft zeker waarde. Er zijn vastgestelde werkwijzen en richtlijnen van de verschillende organisaties, die garant staan voor een eerlijker product. Uit de enquete blijkt dat de consument waarde hecht aan een label. Er is echter teveel onduidelijkheid over de verschillende labels. Elk label heeft eigen richtlijnen voor de leden en de consument ziet door de bomen het bos niet meer en is niet op de hoogte van de richtlijnen. Het nieuwe EU logo gaat misschien meer duidelijkheid bieden, maar dat is nog maar afwachten. Uit de beantwoording van de enquete blijkt dat er zelfs wantrouwen is over het juiste gebruik van een bio-label. Het laten zien van resultaten en controles zal de consument zekerder maken van een bio-label. Er is behoefte aan betere voorlichting. Het is misschien zaak om kenbaar te maken welke stoffen gebruikt mogen worden in de conventionele wijnbouw, maar misschien schaadt dit uiteindelijk de hele wijnsector. De verschillende organisaties moeten mekaar ook niet in het vaarwater gaan zitten. En soms heb ik die indruk.
Is de wijnboer/wijnmaker belangrijker? Zeker waarheid voor diegenen die zich voor wijn interesseren. Iemand die zich wil verdiepen in de geschiedenis achter een wijn gaat op zoek naar informatie over de wijn en de technische details, maar ook naar de naam en faam van de wijnboer/wijnmaker. Er is een selecte groep die, door ervaring, afgaat op een eigen beoordeling. Ik meen dat je een bedrijf meerdere malen moet bezoeken om de wijnboer of wijnmaker op manier van werken te kunnen beoordelen. En dan is het nog een zaak van vertrouwen. Er zijn wijnboeren die niet aangesloten zijn bij een organisatie en ook geen biologisch label voeren en toch zeer goede eerlijke wijnen maken. Voor een leek is dit mijns inziens moeilijk te beoordelen. Niet alles wat de wijnboer vertelt is ook gestoeld op waarheid. Bij veel wijnboeren wordt er maar een verhaal verteld, ze willen verkopen en de consument wordt naar de mond gepraat. Ik heb enkele websites bekeken, soms op aanraden van consumenten, en merk op dat er niet in detail gesproken wordt over de manier van werken, de opbrengsten per ha. enz. Ze hebben mooie websites, laten mooie plaatjes zien van hun wijngaarden, gebruiken het woord biologisch en dit in combinatie met de gunstige prijs voor hun wijnen. Zaken die bij mij niet samengaan.
54
Creatieve etiketten van Weingut Dr. Kauer.
2: Is er alleen biologische wijnbouw? Wordt er in de kelder ook biologisch gewerkt? Kan er wel biologische wijn gemaakt worden? Is er alleen biologische wijnbouw? Nee er is niet alleen biologische wijnbouw. In de wijngaarden is het wel het meest duidelijk dat er biologisch gewerkt wordt. De verschillen kunnen zeer groot zijn met de conventionele wijnbouw. Wel is de kwaliteit van de oogst misschien wel het allerbelangrijkste voor biologische of biologisch dynamische wijnbouw. Ik heb een bedrijf gezien waar de koffie nog gemaakt wordt door middel van een ouderwets filterpot. Ook geen enkel ander hulpmiddel heb ik gezien in de keuken, wat voor ons in het dagelijks leven onmisbaar lijkt. Toch is deze wijnboer jong en beslist geen geitewollen sokkentype. Als je op deze manier leeft en werkt, moet je toch wel zeer veel moed hebben. Het hele leven is afgestemd op de natuur, dus zowel in de wijngaard alsook in de kelder of elders. Wordt er in de kelder ook biologisch gewerkt? Ja in de kelder kan biologisch gewerkt worden. In hoofdstuk twee, Biologische toepassingen in de Duitse wijnbouw, wordt dit uitgelegd. En ik heb met grote verwondering mogen lezen en zien, dat er ook in het algemeen een groot streven is naar goed gemaakte wijn. Wijnboeren die conventioneel werken hebben een grote speelruimte in het gebruik van chemische middelen en technische methodes. De oogst die binnengehaald wordt is vaak van redelijke kwaliteit en zal in de kelder toevoegingen van hulp- en correctiemiddelen nodig hebben. Er zijn een groot aantal mogelijkheden om de kwaliteit van de oogst, en most op te vijzelen. Een perfecte oogst is er echter niet vaak bij. De oogst, en daarmee de most moet een zo goed mogelijke kwaliteit hebben om te vergisten tot een goede, stabiele en lekkere wijn. De wijnboeren die heel zorgvuldig oogsten en sorteren hoeven in de kelder minder gebruik te maken van diverse verbeteringsmiddelen en hulpmiddelen. De kwaliteit van de oogst is essentieel. Ook het economische aspekt speelt hier een grote rol. Hoeveel wijnboeren en wijnbedrijven kunnen hun oogst in meerdere keren
55
binnenhalen? Gebruiken alleen de gave en totaal gezonde druiven? Tijdens mijn bezoek aan Markus Molitor, (geen absoluut biologisch werkend bedrijf vanwege de steillagen), is mij duidelijk geworden dat aan deze wijnen een prijskaartje moet hangen. De vele arbeidsuren en de zorg waarmee de druif omgeven wordt, kan niet lijden tot een laag prijsniveau. Het blijft vaak toch zoeken naar een compromis. Ideaal toestand zou kunnen zijn: het weer speelt positief mee(zeker in Duitsland), men beschikt over het juiste micro-klimaat, een goede bodem is voorhanden, de juiste druivenrassen aangeplant, goede geografische ligging en niet gewerkt hoeft te worden voor noodzakelijke winstgevendheid. Presentatie door oenoloog bij Weingut Markus Molitor
Kan er wel biologische wijn gemaakt worden? Als ik uitga van de allereerste uitleg van de term biologisch zeg ik, nee. Maar als ik uitga van de algemene en re le uitleg van het begrip kan ik antwoorden met ja. Als je eerlijk kijkt naar de maatregelen die genomen worden door de biologische en zeker de biologisch-dynamische wijnboeren dan is de natuur hier alleen maar mee gebaat. Wij kunnen een zo eerlijk mogelijk glas wijn drinken. Zeker in de conventionele wijnbouw vraag ik me af in hoeverre het product wijn nog bij de natuur staat. Gelukkig geldt dit voor een groot aantal wijnen niet, maar voor bedoelde wijnen is de economische factor de belangrijkste. Een “gekunstelde” wijn verkopen voor een zo laag mogelijke prijs met behoud van zoveel mogelijk winst. Er wordt niet genoeg biologische wijn gemaakt en dat is nog jammer. In Duitsland zijn er faktoren, zoals het weer in soms slechtere wijnjaren, die ingrijpen met minder vriendelijke middelen noodzakelijk maken. Vaak moet men dan een compromis zoeken. Er zijn wijnboeren die dan een zeer kleine oogst prefereren van goede kwaliteit, boven een oogst van middelmatige kwaliteit met een grotere opbrengst en deze dan met alle toegelaten techniek in huis bewerken. Voor mij is het duidelijk, er kan biologische wijn gemaakt worden.
3: Zijn biologische wijnen beter in kwaliteit? Zijn biologische wijnen gezonder? Zijn biologische wijnen beter in kwaliteit? “De kwaliteit van de wijn is niet beter maar er zit wel meer leven in de wijn”, deze uitspraak deed Nicolas Joly in Amsterdam. In deze uitspraak kan ik me vrij goed vinden. Het geldt zeker niet voor alle biologische wijnen, want het vak van wijnmaker, oenoloog is een vak. Er zijn natuurtalenten zoals in alle takken van sport, hier het wijnmaken bedoeld, die geweldige wijnen maken. Deze vind men echter ook bij andere vormen van wijnbouw. En dan wat wordt bedoeld met kwaliteit? Met kwaliteit is hier bedoeld dat het product van een hoger niveau is dan gemiddeld. Kwaliteit is in feite hoedanigheid, volgens Wikipedia. Als ik Wikipedia raadpleeg voor een definitie dan is het opeens een moeilijk begrip. Ook hier ontbreekt een gedegen
56
uitleg. Het beantwoorden van bepaalde doelen. Maar ik wil me in de materie van een begrip niet verder verdiepen.
Zijn biologische wijnen gezonder? Ik wil hier met een duidelijk ja op antwoorden. Het ontbreken van reststoffen van chemische producten is misschien niet schadelijk op korte termijn. Echter blootstelling gedurende een lange periode en van meerdere reststoffen tegelijk zal mijns inziens op den duur schadelijk zijn voor de mens. Ook de wijnboer heeft verantwoording voor zijn eigen gezondheid, gezin en medewerkers. Bij het onderzoek van de nonnen in hoofdstuk 5 is twee weken experimenteren in mijn ogen tekort voor resutaten. Ik denk niet dat het zo werkt. Het resultaat moet op de lange termijn gezien worden. Ik denk dat het al positief werkt als de psyche van de nonnen positief gestemd zijn, dit is een gezondheidsaspect voor de korte termijn. De meeste onderzoeken die naar schadelijkheid, en het instellen van waardes van bepaalde stoffen worden gedaan, zijn van toepassing op deze ene stof. Echter men wil onderzoek naar wisselwerking tussen stoffen en daar is men nu ook mee bezig. Het duurt echter erg lang. De machtige chemische industrie wil mijns inziens voorkomen dat bepaalde zaken anders ge nterpreteerd kunnen worden. Een product kan immers verboden worden. Er is veel geld gestoken in ontwikkeling, en als er patent op een product rust dan brengt dit veel geld op. Het tijd rekken voor ontwikkeling van andere producten is denk ik erg belangrijk. De nieuwe ontwikkelingen kunnen producten met heel specifieke eigenschappen zijn die in de voedselproductie toegediend kunnen worden of zelfs voedsel kunnen vervangen. Ik ben bang dat de wijnstok in de toekomst gevoed gaat worden met middelen die aan de wijn specifieke eigenschappen meegeven. En ook bij de wijnproductie zelf, dat smaakmakers, aroma’s, vitamines toegediend gaan worden onder het motto: goed voor de gezondheid. Er zijn nu al gisten die ontypische geuren en smaken aan de wijn geven en dat is alleen voor de smaak, waarom dan geen stoffen als mineralen of zelfs cholesterolverlagers of vetafbrekers enzovoorts, allemaal goed voor onze gezondheid.
Druiven van een late oogst
Druiven door botrytis aangetast
57
Eindconclusie: Tijdens de lange tijd die ik bezig ben met deze scriptie ben ik steeds meer betrokken geraakt bij de productie van wijn. Het romantische beeld van wijnboer en wijnmaker is op de achtergrond geraakt en realistischer geworden. Wijn is een product dat tot de aangename voedselproducten behoort, de genotmiddelen. Het is niet noodzakelijk om wijn te drinken, maar het leidt bij velen en ook bij mijzelf tot aangename en positieve momenten in een mensenleven. Het beeld over hoe wijn tot stand komt is echter soms ontnuchterend geweest. De niet geringe hulpmiddelen die gebruikt worden om wijn in vaak grote hoeveelheden te produceren, met een kwaliteit die algemeen als goed bevonden wordt, leveren bij mij een bijsmaak op. De machtige chemische industrie draagt hierin een belangrijk steentje bij. De reklamecampagnes en onderzoeken, gefinanciert door deze industrie maakt wijnboeren soms zelfs tot slachtoffers. Met het gebruik van diverse middelen is het gemakkelijker en economisch gunstiger om wijn te produceren. Een grote verleiding voor de wijnboeren. Ik vind het dan ook positief om te zien dat er steeds meer wijnboeren zijn die proberen een zo zuiver mogelijk product te maken. Kennis van zaken is erg belangrijk.
Zeer steile wijngaarden. Het kenmerk van Duitse wijngaarden .
Echter het economische aspect speelt ook in Duitsland een grote rol. Door de steile wijngaarden is er reeds een veel hogere kostenpost, de arbeidskosten. Indien men dan volledig biologisch gaat werken gaan deze kosten nogmaals fors omhoog. De wijn moet ook nog een acceptabel prijskaartje dragen, zodat de consument de prijs wil betalen. Het is dus zoeken naar compromis. Een wijnboer die vlakkere hellingen heeft, zal dan ook eerder biologisch kunnen werken. Het is vaak geen kwestie van niet willen, maar zich terdege bewust zijn van de verantwoording van het voeren van een bio-label van welke organisatie dan ook. Mij is opgevallen dat er diverse bedrijven zijn met reeds gevestigde naam die overgaan op bio-dynamisch werken. Enige financi le buffer van een wijnbedrijf is zeker aan de orde. Ik zie weinig bedrijven die voorheen tot de “geitewollen sokken” cultuur gerekend werden. Het zijn vaak goed gerunde, moderne bedrijven met een standvastige inzet en een gedegen achtergrond en met een degelijke financi le basis. Bedrijven met grote naam, zoals Bürcklin-Wolf die sinds 2005 volledig bio-dynamisch werken en aangesloten zijn bij BIODYVIN, hebben daarnaast nog een eigen klassificatie-systeem. Dit systeem is gelijk aan de grand cru in Frankrijk. Ze geven de riesling wijnen een extra vermelding op het etiket, zoals PC (premier cru) of GC (grand cru). Ze maken het onderscheid als volgt: lager rendement voor GC (35 hl. per ha.) en
58
PC (45 hl per ha). Verkoop bij de PC vanaf 1 mei en bij de GC vanaf 1 september enz. (BRON Newsletter, Prowein 2009). Het kwaliteitsniveau in Duitsland is enorm gestegen. Zich onderscheiden door het maken van kwaliteitswijnen is bijna een must geworden. Meerdere bedrijven zijn aangesloten bij andere organisaties die ook bezig zijn met eigen kwaliteitseisen. Persoonlijk ben ik overtuigd geraakt door de energie en de wil van de Duitse wijnboeren om goede wijnen van hoge kwaliteit te willen maken. De wijnboeren die duurzaam, integriert, werken zijn ook zeer bezig met natuur en milieu. Ze houden echter een slag om de arm en laten de mogelijkheid open om terug te vallen op chemische middelen. Het is de vraag of de consument meer wil betalen voor een zo eerlijk mogelijk gemaakte wijn, want zonder afzetmarkt kan geen bedrijf blijven bestaan. Het wordt tijd voor het gebruik van een duidelijk EU label, dat herkenbaar is voor de consument. In juli 2010 wordt het nieuwe logo gelanceerd. Als het goed gepromoot wordt zal de consument zeker meer vertrouwen krijgen in biologisch of biologischdynamische wijn. De organisaties van biologische of biologisch-dynamische land- of wijnbouw die nu bestaan zullen voorlopig zeker niet overbodig zijn. Het zal nog vele jaren duren eer de consument het nieuwe logo herkent en ook weet dat daar een gezonder en beter product tegenover staat. Voor de wijnboeren die biologisch-dynamisch werken heb ik grote bewondering. Echter met een maar. Het maken van preparaten in een koehoorn, daar kan ik nog in meegaan. De horens zijn inderdaad een levend product, en begraven in de grond kunnen er reacties onstaan die als resultaat een heilzaam product kunnen opleveren. Om de kosmos hierbij te betrekken vind ik zeer moeilijk. Niet dat ik denk dat dit geen invloed kan hebben, maar ik twijfel of dit algemeen toepasbaar is. Hoe ver moet de wetenschap van de wijnboer rijken. De invloed van de kosmos is een aparte wetenschap die velen bezighoud. Om bio-dynamie te kunnen toepassen moet men al gedeeltelijk wetenschapper zijn, tenminste als men het goed wil toepassen. Als je deze methode volgt op intu tie en kennis uit het verleden maak je niet veel kans in deze moderne tijd. In het verleden leed je honger en armoede en hoopte op betere tijden als de omstandigheden niet goed waren of bij een fout maar in deze moderne tijd draait de bank bij een misstap de geldkraan dicht en je bedrijf is weg. Ik zie dan ook veel degelijke bedrijven met al een gevestigde naam en veel kennis in huis deze methode toepassen. Of de wijnboeren kiezen voor een biologische organisatie is van diverse factoren afhankelijk. Als ze eenmaal deze keuze gemaakt hebben moeten de regels nageleefd worden. Er moet een contributie betaald worden. Dit zijn bedragen van bijvoorbeeld 1% van de omzet, niet van de winst. Een grote hindernis voor de wijnboeren. Ze zullen kennis moeten verwerven en energie steken in de nieuwe opzet van hun bedrijf. Ze worden gecontroleerd en ook dit willen velen niet. Ze willen geen adviezen die anders werken voorschrijven,dan ze vaak al heel lang gewend zijn. Ze voelen zich minder vrij in doen en laten. De wijnbedrijven hebben vaak een lange traditie en willen dit niet doorbreken. Het brengt meer werk met zich mee. De arbeid in de wijngaard is niet altijd te verwezelijken. De steile hellingen hebben al genoeg problemen om de wijnbouw in
59
stand te houden. Als zoon of dochter van een wijnboer kun je immers ook een ander vak leren. Dan hoef je niet in de kou of regen buiten te werken, en ook nog eens veel risico’s te nemen op financieel gebied. Elk wijngebied heeft eigen problemen en specifieke oplossingen vind men ook niet altijd terug bij de verenigingen. Ik heb begrip voor deze wijnmakers. Het idee van vrij ondernemer zijn wordt ten dele aangetast. Er zijn geregeld negatieve berichten te horen over het misbruik van een bio-label. Als men alleen een wijn laat certificeren is dit, denk ik, alleen maar een verkoopargument. Misschien dat deze mogelijkheid moeilijker wordt door ORWINE. De druiven, afkomstig uit biologische teelt, is nu genoeg voor certificering van de wijn. Met de nieuwe wet zal dit moeten veranderen. Het wordt toegepast door grotere bedrijven, die naar eigen zeggen de geldelijke bijdrage veel te hoog vinden van de verenigingen. En inderdaad als een groot bedrijf of coöperatie 1% van de omzet moet afdragen, is dit een enorme kostenpost. Ook zijn er bedrijven die het woord biologisch gebruiken terwijl ze niet gecertificeerd zijn noch lid zijn van een organisatie. De gunstige prijzen wordt regelmatig aangehaald. Dit is dus misbruik van het woord biologisch en niet van een vereniging. Er zullen zeker wijnboeren zijn die in een biologische vereniging de kantjes ervanaf lopen, maar dat mag zeker geen reden zijn om daar algemeen misbruik in te zien. Maar ik persoonlijk zal zeker meer aandacht in mijn winkel geven aan bio-wijnen. De wijnboeren die ik persoonlijk heb mogen ontmoeten, verdienen grote waardering. Echter ook andere wijnboeren die duurzaam werken hebben eerlijke intenties. Ze verdienen respect. In grote lijnen zou je mogen stellen dat de conventionele wijnbouw toch steeds dichter naar biologische wijnbouw toegroeit. Hier zie ik echter het nieuwe gevaar van alle toevoegingen aan voedsel, die de chemische industrie aan het ontwikkelen is, onder het mom van gezondheid. Hier wil ik nog een programma op de Duitse TV aanhalen, programma januari 2010 ZDF Quarks&Co. De documentaire ging over de ontwikkeling van koeien. De melkproductie van een koe die sinds 1970 meer dan verdubbeld is, door het scheppen van ideale omstandigheden en ik noem het maar “supervoedsel”. Eindconclusie van deze uitzending was dat deze koeien buiten op een almweide niet meer zouden overleven. Ze zouden wegkwijnen omdat ze het voedsel niet meer kunnen verdragen en geen weerstand hebben tegen ziektes die buitenkoeien wel opbouwen. Is dit een nieuwe bedreiging van de chemische industrie, Worden we tot kasplanten gemaakt?
60
Samenvatting: Na het vaststellen van een sobere, wettelijke omschrijving voor biologische wijn, ben ik me gaan verdiepen in het ORWINE project. Het project dat regels moet aangeven voor de wijnboer. Het is een zeer uitgebreide documentatie, waar op duidelijke manier vele zaken beschreven staan. Als niet-wijnmaker kun je hier aardig mee overweg. De vele onderzoeken die gedaan zijn door het projectteam en de duidelijke omschrijving hiervan kunnen voor de wijnboeren een handige leidraad zijn. Ook lokale factoren krijgen, mijns inziens, de aandacht. Er zullen zeker niet alle zaken die een wijnboer nodig heeft, goed beschreven zijn, maar ik denk dat het een duidelijke aanvulling is. Voor de consument zal het echter nog even duren. De nieuwe regels worden vanaf 1 juli 2010 van kracht. Dan zijn er ook nog bepaalde overgangsperiodes geregeld. De consument moet het nieuwe logo gaan herkennen, en ook het vertrouwen hierin gaat nog wel even duren. Door mijn enquete onder een vijftig-tal wijndrinkers was ik verrast over het wantrouwen dat er is voor bio-logo’s. Duidelijkheid ontbreekt hier voor de wijnconsument, en dit heeft onverschilligheid en wantrouwen geschapen. Het grote vertrouwenvan vele consumenten in onze voedselproductie, in dit geval wijn, vind ik verontrustend. Er is bij velen een blind vertrouwen dat de producenten het beste voorhebben met de consumenten en dat producten anders niet op de markt te vinden zijn. De wijnboeren zijn harde werkers, het zijn boeren. De meesten denken ook aan hun eigen gezondheid en aan hun eigen bodem, de wijngaarden, zoals blijkt uit de beantwoording van de vragen die ik aan hun gesteld heb. De wijngaarden zijn hun bron van inkomsten. Ze zullen het werken, net als ieder werkend mens, makkelijker en eenvoudiger willen maken. Als je de hele dag in oogsttijd tegen een steile helling druiven plukt, ga je ook nadenken of dit niet makkelijker kan. Een machine kan dan veel voordelen hebben, mits de helling dit toelaat. De meeste wijnboeren gaan met gebruikte spuitmiddelen goed om. De middelen kosten immers handen vol geld. De biologisch-dynamische wijnboeren zijn een aparte categorie. Ze schuwen het werk niet of hebben voldoende arbeidskrachten om het vele werk te verrichten. Het is een leefwijze, wil je dit goed toepassen. Ze moeten veel algemene en gedegen kennis in huis hebben, over veel meer zaken dan wijnmaken alleen.
61
De verschillende organisaties hebben het nadeel dat er te weinig biologische en zeker biologisch-dynamische wijnbouw is in Duitsland. Het oppervlak van iets meer dan 4%, voor biologisch of biologisch-dynamische wijnbouw, van de totale aangeplant van 102.339 ha. wijngaarden, is veel te gering. De organisaties moeten moeite doen, om herkenbaar te zijn voor de wijnconsument. Ze zouden het bij een vereniging voor biologische wijnbouw en een voor biologischdynamische land- en wijnbouw moeten laten. Er zijn teveel logo’s en organisaties in Duitsland, voor dit kleine oppervlak.
De invloed van een bio-label algemeen is in zekere zin hoopgevend. Algemeen wil de consument liever bio-wijn. Wel duidelijk met de gedachte dat de consument daarmee wat goeds doet voor de natuur en het milieu. De invloed op de eigen gezondheid wordt niet zo erkend. Vooral de smaak en de prijs spelen de grootste rol. De wijn moet niet veel meer gaan kosten dan “gewone” wijn, slechts 5 tot maximaal 10 % meer. Niemand van de vijftig wijnconsumenten, wil koste wat kost, alleen maar biologische wijn drinken. De wijnmarkt grijpt gretig de bio-labels aan als verkoopargument. In de wijnverkopen wordt een aanduiding of link naar bio graag gemaakt. Het wordt als toegevoegde waarde verkocht. De invloed van de biologische wijnbouw op de kwaliteit van de wijn is een persoonlijke visie van de wijnboer. Of het “gezonder” zijn van de wijn door het achterwege blijven van resten van bijvoorbeeld pesticide moet als kwaliteitskenmerk gezien worden. De invloed op de gezondheid van de mens, door bio-wijnbouw, is in onderzoek. Veel onderzoek is heden gericht op wisselwerking van restanten van chemische stoffen op de gezondheid van de mens. Het enkel onderzoeken of maximale waardes overschreden worden krijgt meer en meer kritiek. Het effect van schadelijkheid op lange termijn is al aan de gang. Er zijn in de vetcellen van mensen restanten gevonden van chemische stoffen En andere stoffen, die dan ook niet meer afgebroken worden. Dit heeft een lange onderzoeksperiode nodig. Natuur en milieu zijn zeker gebaad bij biologische of biologisch-dynamische wijnbouw. De wijngaarden bevatten veel meer leven in de bodem na overstap op biologisch werken. Het geheel is natuurlijker mits er balans is. Bij onbalans door ziekte of plaag, moet er met man en macht gewerkt worden met middelen die voorgeschreven zijn door een organisatie of door de algemene richtlijnen. Het gebruik van koper wordt hierbij zeker niet verzwegen. De zorgvuldigheid en het bewustzijn om zo weinig mogelijk te gebruiken, ook van zwavel is echter een positieve factor.
62
Literatuurlijst en Bronvermelding: - boeken, vakbladen en tijdschriften. - internet. Boeken: - Riesling, van Cristina Fischer, Ingo Swoboda. Uitgeverij Hallwag. - Wijn, Terroir, Techniek, Zonlicht en Emotie, van Kees van Leeuwen, Perswijn. - Vruchtbare landbouw op biologisch-dynamische grondslag. Van Rudolf Steiner, - Uitgeverij Vrij Geestesleven. - Oz Clarke’s Wijnatlas, uitgeverij Kosmos. - What is biodynamic Wine? Nicolas Joly.
Tijdschriften en vakbladen: - La Vigne, nr. 207 mars 2009, Les mycorhizes. - Lebendige Erde, nr. 5 september, Demeter. - Der Deutsche Weinbau, nr. 6 20maart 2009. - Perswijn, nr. 1 januari 2010. - Tijd om te genieten, Duits Wijninstituut. - De Proefkrant, september/oktober 2009. - WeetvanWijn, nr.1 2009. - Meininger’s, 5 october 2009. - Sommelier magazin, nr. 2 feb/märz 2006. - “In bio veritas” ECOVIN.
Internet: Winzergenossenschaft Moselland:
[email protected] Weingut Roemerkelter:
[email protected] Weingut Markus Molitor:
[email protected] Weingut Dr. Kauer:
[email protected] Weingut Sander:
[email protected] Schloss Reinhartshausen:
[email protected] Weingut Koegler:
[email protected] Weingut Georg Breuer:
[email protected] Weingut Balthasar Ress:
[email protected] Weingut Spreitzer:
[email protected] Weingut Knipser:
[email protected] Weingut Cristman:
[email protected] Weingut Eymann:
[email protected] Weingut Jacob Schneider:
[email protected] Winzergenossenschaft Mayschoss:
[email protected]
63
Bijlage 1 Folder voor consumenten door de EU uitgegeven. De nieuwe EU –verordening voor biologische landbouw Europese Commissie Landbouw en plattelandsontwikkeling.
Goed voor de natuur, goed voor jou. De nieuwe Europese wetgeving inzake biologische landbouw In juni 2007 werden de Europese ministers van landbouw het eens over een nieuwe verordening, bedoeld om de biologische landbouw binnen de Europese Unie te reguleren (Verordening (EG) Nr. 834/20071 van de Raad). Deze verordening van de Raad is aangevuld met twee verordeningen van de Commissie die de verordening van de Raad moeten effectueren: Verordening (EG) Nr. 889/20082 inzake gedetailleerde bepalingen voor productie, etikettering en controle Verordening (EG) Nr. 1235/20083 inzake de import van biologische producten. Met ingang van 1 januari 2009 vervangen deze samen de oude wettelijke bepalingen van de Raad bekend als Verordening (EEG) Nr. 2092/914). Het Europese actieplan voor biologisch geproduceerde voedingsmiddelen en biologische landbouw vormt de politieke basis voor de herziening van de Europese wetgeving. Dit actieplan fungeert als algemeen strategisch concept voor de bijdrage van de biologische landbouw aan het gezamenlijke landbouwbeleid van de EU en werd in 2004 aangenomen door de Raad van Europese ministers van landbouw. Deze drie verordeningen vormen het nieuwe wettelijke kader en beoogt meer transparantie, helderdere structuren en een duidelijkere toekenning van verantwoordelijkheden door de respectievelijke instanties. Het is de wettelijke basis voor een duurzame ontwikkeling van biologische productie, met inbegrip van veelomvattende doelstellingen en basisprincipes voor alle stadia van productie, bewerking en distributie van biologische producten en de controle daarvan. Er wordt rekening gehouden met de zorgen van consumenten met betrekking tot genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s). Producten die zijn geproduceerd met of door middel van GGO’s kunnen niet als biologisch worden aangemerkt. Voor de consument zal het met name van belang zijn te weten dat met ingang van 1 juli 2010 het gebruik van het nieuwe EU-logo voor biologische landbouw verplicht zal zijn op alle verpakte biologische producten uit de EU op de gehele gemeenschappelijke markt. Bovendien moet het codenummer van het controleorgaan of de autoriteit voor biologische landbouw en de plaats van herkomst van de grondstoffen worden vermeld. Alleen voedingsmiddelen die landbouwingrediënten bevatten waarvan 95% op biologische wijze is geproduceerd, kunnen als „biologisch” worden aangemerkt. Gist moet met ingang van 31 december 2013 ook worden opgenomen als biologisch of niet-biologisch ingrediënt. De details Het nieuwe wettelijke kader begint met een aantal doelstellingen en principes . De eerste prioriteit is het waarborgen van een duurzame ontwikkeling van biologische productie door: 1. het beschermen van natuurlijke kringlopen en ecosystemen ten behoeve van de gezondheid van dieren en planten, de vruchtbaarheid van de bodem en de waterkwaliteit;
64
2. het waarborgen van biodiversiteit; 3. het verantwoord gebruiken van energie en natuurlijke bronnen; 4. het zorgen voor hoge standaarden voor dierenwelzijn, die voldoen aan de behoeften en het gedrag van de relevante diersoorten. De tweede prioriteit is het produceren van voedingsmiddelen van hoge kwaliteit voor de consument. De derde prioriteit is de productie van een grote verscheidenheid aan voedingsmiddelen en andere landbouwproducten via productiemethoden die het milieu of de gezondheid en het welzijn van mensen, dieren en planten niet schaden. De algemene principes beschrijven dat biologische productie gestoeld moet zijn op ecologische systemen met gebruik van natuurlijke hulpbronnen (= circulaire economie). Dat wil zeggen dat er in de eerste plaats productiemiddelen die op de boerderij zelf aanwezig zijn, moeten worden gebruikt in plaats van productiemiddelen van buitenaf. Het gebruik van chemische, synthetische middelen is streng gelimiteerd. Slechts een beperkt aantal producten is toegestaan, onder zeer specifieke voorwaarden. Biologische landbouw is een grondgebonden productiemethode. Kenmerken als regionale verschillen, klimaatomstandigheden en plaatselijke omstandigheden zullen bij biologische productie in overweging worden genomen om de ontwikkeling daarvan te waarborgen. De algemene principes geven nauwgezette instructies voor de implementatie van deze principes. Met name de aanbevelingen voor preventieve maatregelen, zoals de selectie van plantensoorten die zijn aangepast aan de plaatselijke omstandigheden en het gebruik van resistente diersoorten, moeten bijdragen aan de gezondheid van gewassen en het welzijn van dieren. Ook maatregelen zoals het gebruik van biologische ingrediënten, de beperking van additieven en hulpstoffen bij de verwerking, het behoud van de aard van het product en het gebruik van voornamelijk biologische, mechanische en fysieke productiemethoden moeten in dit licht worden gezien. De stoffen die zijn goedgekeurd voor de biologische landbouw en biologische verwerking zijn vastgelegd in de verschillende positieve lijsten van de verordening (EG) Nr. 889/2008 van de Europese Commissie. De toegestane stoffen zijn eerst grondig door deskundigen geëvalueerd. In deze verordening zijn de gedetailleerde regels vastgelegd voor de productie van gewassen en dieren en voor de verwerking van biologische producten (met inbegrip van biologische gist). Gedetailleerde regels inzake import zijn vastgelegd in verordening (EG) Nr. 1235/2008 van de Europese Commissie. Daarin worden bijvoorbeeld landen vermeld die productieen controlesystemen hebben die gelijkwaardig zijn aan het systeem van de EU. Dit betekent dat biologische producten uit die landen mogen worden geïmporteerd. Daarnaast kunnen de EU-lidstaten importlicenties uitgeven voor bepaalde producten nadat de gelijkwaardigheid is geverifieerd. Deze mogelijkheid wordt echter uitgefaseerd en vervangen door een lijst met geauthoriseerde controleorganen of authoriteiten. Een korte geschiedenis De eerste EU-verordening over de biologische landbouw werd in 1991 aangenomen. Deze wettelijke verordening was onderdeel van de hervorming van het gemeenschappelijk EU-landbouwbeleid en vormde de eerste officiële erkenning van biologische landbouw in de EU. Met verordening (EEG) Nr. 2092/91 van de Raad werd Europese wetgeving geïntroduceerd voor de productie van plantaardige biologische producten, de verwerking van biologische voedingsmiddelen en de controle daarvan. De eerste EU-wetgeving over de biologische landbouw werd in de jaren daarna uitgebreid en aangepast. Zo werd bijvoorbeeld voorzien in de mogelijkheid om een EU-logo voor biologische landbouw te ontwikkelen. Daarnaast werden verscheidene technische verordeningen toegevoegd, bijvoorbeeld voor het etiketteren en importeren van biologische producten. In 1999 werden gedetailleerde bepalingen toegevoegd voor het op biologische wijze houden van dieren. Ook werd een verbod op het gebruik van genetisch gemodificeerde organismen bij de biologische productie toegevoegd. Door de talloze supplementen werd de wetgeving die de biologische landbouw reguleert allesomvattend maar tegelijkertijd steeds complexer, moeilijker te begrijpen en te interpreteren. Met de nieuwe wetgeving is beoogd de regels voor biologische landbouw transparanter en beter gestructureerd te maken.
65
Bijlage 2 De Duitse richtlijnen voor de biologische landbouw zijn in onderstaand bericht samengevat:
Das deutsche staatliche Bio-Siegel ist ein sechseckiges, grün-schwarz-weißes Symbol, mit dem in Deutschland Lebensmittel und andere Produkte gekennzeichnet werden können, die den Kriterien der EG-Öko-Verordnung genügen. Wie alle Gütesiegel soll auch das Bio-Siegel, das im September 2001 im Rahmen der Agrarwende eingeführt wurde, eine Orientierungshilfe für den Verbraucher bieten. Mit zunehmender Marktdurchdringung in Deutschland wächst auch sein Bekanntheitsgrad in den angrenzenden Staaten, vor allem in Frankreich. Demnach dürfen mit dem Siegel gekennzeichnete Lebensmittel •nicht zur Konservierung radioaktiv bestrahlt werden, •nicht durch und mit gentechnisch veränderte/n Organismen erzeugt werden, •nicht mit Einsatz von synthetischen Pflanzenschutzmitteln und •nicht mit Hilfe von leicht löslichen mineralischen Düngern erzeugt werden, •jedoch bis zu 5 % konventionell erzeugte Bestandteile enthalten - das aber nur auf in der Verordnung im Anhang VI c gelistete Rohstoffe begrenzt Weitere Inhalte der EG Öko-VO: •die Verwendung von Zusatz- und Hilfsstoffen bei verarbeiteten Produkten ist stark (durch Anhang VI a und b) eingegrenzt - Geschmacksverstärker, künstliche Aromen und Farbstoffe sind ebenfalls wie Emulgatoren nicht erlaubt •die Einfuhr von Rohwaren und Produkten aus Drittländern ist geregelt und wird streng, chargenbezogen kontrolliert •die Verwendung von Pflanzenschutzmitteln ist verboten Es wird gefordert, •Fruchtfolgen (Zwei-, Drei- und Vierfelderwirtschaft) abwechslungsreich zu gestalten, •Tiere artgerecht zu halten und •mit ökologisch produzierten Futtermitteln ohne Zusatz von Antibiotika und Leistungsförderern zu füttern. Bei konventionellen wie auch biologischen Produkten nicht kennzeichnungspflichtig ist •das Auszeichnen von Fleisch, Milch und Eiern (sowie daraus entstandene Produkte) von Nutztieren, welchen genmanipulierte Pflanzen verfüttert wurden (siehe dazu: Gentechnisch verändertes Lebensmittel) und •ein GVO-Anteil unter dem Schwellenwert von 0,5 % (Stand: 6. Februar 2006). Im Jahr 2004 wurde das 20.000. Produkt mit dem Bio-Siegel ausgezeichnet. Ende September 2007 nutzten 2.431 Unternehmen das Siegel für 41.708 Produkte.[2
66
Bijlage 3: ECOVIN, beknopte versie van de richtlijnen. = Erhaltung und steigerung der natürlichen Bodenfruchtbarkeit durch geeignete Kulturmassnahmen. = Erziehung gesunder, widerstandsfähiger Pflanzen ohne Einsatz von Herbiziden, chemisch-synthetischen Insektiziden ond organischen fungiziden sowie synthetischen Stickstoff-dünger. = Förderung und Mehrung der Artenvielfalt der pflanzen- und Tierwelt im Ökosystem Weinberg durch gezielte Begrünungsmassnahmen. = Herstellung eines weitgehend geschlossenen Produktionskreislaufs. = Reduzierung der Gewässer- und Bodenbelastung. = Ablehnung genmanipulierter Pflanzen, Mikroorganismen sowie deren Erzeugnisse. = Schaffung einer sicheren Existenz auf der Basis befriedigender Lebensbedingungen. Bron: ECOVIN-BÖW, (ECOVIN Bundesverbandes Ökologischer Weinbau).
67
Bijlage 4 Richtlijnen door Demeter aangegeven. Die biologisch-Dynamische Landwirtschaft ist im wesentlichen, Gestaltung von Lebenszusammenhängen. Durch den Aufbau der Bodenfruchtbarkeit, die Pflege der Kulturpflanzen, des Saatgutes und der Haustiere kann ein Betrieb zu einem lebendigen Organismus ausgebildet werden. Das führt haufig auch zu besonderen Gestaltungen im sozialen Miteinander. Insofern ist die Entstehung der DemeterQualität prozessorientiert und in hohem Masse Spiegelbild der Gestaltung des Betriebsganzen, was auch in den Richtlinien widerspiegelt. Richtlijnen zijn de volgende: = Ein Demeter-betrieb ist immer als Ganzes auf die biologisch-dynamische Wirtschaftsweise umzustellen. Die Vorgaben der EU-Verordnung berücksichtigen nicht die Ganzheit eines Betriebes und lassen parallel eine konventionelle produktion zu. = Auf Demeter-Betrieben wird in der Regel der weitaus grösste Teil der Futtermittel auf den eigenen Betrieb erzeugt. Mindestens 80% der Futterration von Wiederkäuern muss aus anerkannt biologisch-dynamischer Erzeugung stammen und mindestens 50% aus dem eigenen Betrieb. Der Einsatz konventioneller Futtermittel ist nicht erlaubt. = Demeter-Betrieben setzen auf die eigene Tierhaltung. Die Haltung von Raufutterfressern ist obligatorisch. = Der anfallende Mist wird mit speziellen selbst hergestellten Heilpflanzen-Präparaten beimpft, auf Haufen kompostiert und eignet sich dann besonders zur Steigerung der Bodenfruchtbarkeit und zur Verlebendigung und Gesundung des Bodens. = Weitere Präparate, aus Kuhmist uns Kieselkristall hergestellt, fördern ebenfalls die Bodenfruchtbarkeit und regulieren das Pflanzenwachstum. = Die Kühe auf Demeter-Betrieben haben Hörner. Die Hörner sind wichtige Organe der Tiere- nicht zur Verteidigung- Sie haben vielmehr einen Einfluss auf den Kräftehaushalt der Tiere und auf die Verdauungsleistung, was sich vor allem auch auf die Düngerqualität auswirkt. = Viele Demeter-Betriebe sind bestrebt ihr eigenes Saatgut zu pflegen und die Pflanzen ebenso wie die Tiere in den Hoforganismus einzugliedern. = Biologisch-dynamische Saatgutzüchtung arbeitet mit Lebensgemässen Methoden. Die Pflanzen werden im Zuchtgarten gezüchtet, nicht im Labor. Die Samen sind ohne Einschränkung reproduktionsfähig und die daraus erwachsenden Früchten sind wohlschmeckend, vital und von hoher Ernährungsqualität. Die EU-verordnung fordert lediglich, dass konventionell gezüchtete Pflanzen ein Jahr lang auf ökologisch bewirtschafteten Flächen vermehrt werden. Die Züchtung ist dort nicht näher geregelt. (BRON www.demeter.de)
68
BIJLAGE 5 Uitleg van gebruikte preparaten in de biologisch-dynamische wijnbouw. Spuitpreparaten 500 en 501 Deze preparaten nemen een belangrijke plaats in de biologisch-dynamische landbouw in. Een kleine hoeveelheid koemest of kiezel rijpt in een koehoorn. Dit wordt in homeopathische hoeveelheid over het land gestrooid. Het vervangt compost niet, maar dient als aanvulling. De koe en haar mest Steiner ziet de koe in haar hele verschijning als een spiritueel dier. Haar spijsverteringskanaal is in feite een enorme spiraalvormige omvormer. Voedsel wordt vermengd met speeksel, gekauwd, herkauwd en is optimaal verteerd wanneer het wordt uitgescheden. Een unicum in de dierenwereld. Door haar kwaliteiten geeft ze persoonlijkheid aan het boerenbedrijf, dat uiteindelijk voedsel voor de mens levert. Als de mens zijn persoonlijkheid vormt in de hersenen, dan geeft de koe daartoe een voorzet, doordat haar mest bij een biologisch-dynamisch bedrijf aan de basis staat van de voedselproductie voor de mens, aldus Steiner. Kiezel De functie van kiezel in de landbouw is om de kosmische activiteiten verbonden met licht en warmte te activeren. Steiner zag in koemest en kiezel elkaars tegenpolen. Koemest werkt op calciumprocessen, kiezel op siliciumprocessen. Kalk werkt in het donker, kiezel in het licht. De koehoorn Wat draagt een koehoorn bij aan het preparaat? Koehoorns zijn doorbloed, en spelen een rol bij de warmtehuishouding, melkproductie en spijsvertering. Spiritueel gezien houden ze de krachten in de koe vast, sluiten ze in haar op. Pas na de eerste dracht is de koehoorn volgroeid en heeft zijn spiraalvorm gekregen. Vervolgens wordt elke dracht gemerkt door een ring op de hoorn. Koemestpreparaat De positieve invloed van koemest en koehoorns is al langer bekend. Vroeger werden wortels van planten gedrenkt in de koemest alvorens ze geplant werden. En na het planten van een boom werd een koehoorn in de buurt begraven. Het 500 preparaat wordt gemaakt door koehoorn te vullen met koemest en in een vruchtbaar terrein in te graven. Het beste moment hiervoor is september als de krachten van de aarde ontwaken. De dagen worden korter en de energie richt zich meer op het binnenste van de aarde. In de lente wordt het mengsel opgegraven om verder te rijpen in een kelder. Het preparaat wordt in een homeopathische dosis over de aarde verspreid: 1-4 koehoorns vol, oftewel 120-240, gram per hectare. Het heeft een gunstige invloed op de bodemstructuur en humusgehalte doordat het wormen, bacteriën en gunstige schimmels aantrekt waardoor voedingsstoffen en mineralen uit de bodem opneembaar gemaakt worden. Het geeft energie en vitaliteit aan de wortels waardoor deze dieper de bodem ingaan en de wijnstok zijn identiteit ontwikkelt. Claude Bourguignon heeft onderzoek gedaan in de wijngaarden van Domaine Leflaive in Puligny-Montrachet. In het perceel dat het 500-preparaat heeft gekregen waren de wortels dikker en langer dan die van het perceel zonder. Ze bevatten ook meer micorrhiza. Het koemestpreparaat wordt in de vroege avond over het land gesproeid. Het kan in het voorjaar worden toegepast om de bodem voor te bereiden op de ontluikende wijnstok en in het najaar om omzetting van oogstresten te helpen verteren. Van het 500 koemestpreparaat vermengd met diatomeeënaarde64 wordt snoeiwondenpasta gemaakt. Dit wordt op grote snoeiwonden gesmeerd of in de winter op de bodem verneveld. Compostpreparaat van Maria Thun Maria Thun ontwikkelde een eigen compost; in Frankrijk bekend als ‘compost de bouse M.T.’ in Nederland is deze compost bekend als het koeflattenpreparaat. De basis is koemest die voor humus zorgt, daaraan worden basalt -jonge vulkanische klei- en eierschalen toegevoegd. Dit mengsel wordt gedynamiseerd en vermengd met de 6 preparaten. Als het na 27 dagen klaar is wordt het in afgesloten potten in de kelder bewaard. Het wordt veelal toegepast in combinatie met het koemestpreparaat (500). Volgens François Bouchet werkt deze compost goed om een door chemicaliën aangetaste bodem weer evenwichtig en levendig te maken.
69
500P-preparaat Dit is een variant die is ontwikkeld door de Australiër Alex Podolinsky. Het wordt gebruikt en voorgeschreven door de Franse biologisch-dynamisch wijnbouwadviseur Pierre Masson. Het is een mengsel van het 500 preparaat met biologisch-dynamische compost. Het wordt gedynamiseerd en in water opgelost alvorens over de bodem wordt verneveld. Het wordt vaak door bedrijven die op grotere schaal werken toegepast, het is makkelijker in gebruik. 501-kiezelpreparaat Hiertoe wordt bergkristal in zijn oervorm uit de rots vermalen en met water tot een pasta vermengd waarmee een koehoorn wordt gevuld. Deze worden in de zomer in een vruchtbare bodem ingegraven. Met kerst worden ze opgegraven en wordt het mengsel in de zon gedroogd. Eenmaal klaar wordt het in glazen potten in het licht bewaard. Het kiezelpreparaat werkt op het bovengrondse gedeelte van de plant. Stimuleert de fotosynthese en beschermt tegen schimmelziektes en insectenplagen en verbetert de bewaarbaarheid na de oogst. Het middel moet ’s morgens vroeg op het land worden gespoten. Als het in de lente wordt gebruikt stimuleert het de opwaartse groei van de plant en zijn vermogen om zich voor te planten door zowel de celdeling als de vruchtzetting te stimuleren. Bron © Vinoblesse Tjitske Brouwer MV 2007 Letterlijk gecopieerd uit deze scriptie met toestemming van Tjitske Brouwer.
70