KWARTAALVERSLAG 1 E KWARTAAL 2004 CENTRALE ORGANISATIE WERK EN INKOMEN

KWARTAALVERSLAG 1E KWARTAAL 2004 CENTRALE ORGANISATIE WERK EN INKOMEN

Amsterdam, 12 mei 2004

INHOUDSOPGAVE Ten geleide ..................................................................................................................................3 DEEL I: DOELSTELLINGEN, REALISATIE EN EVALUATIE ........................................................4 1.

Belangrijkste resultaten in vogelvlucht................................................................................5

2. Omgevingsontwikkelingen........................................................................................................6 2.1. Arbeidsmarktontwikkelingen...............................................................................................6 2.2. Wet- en regelgeving...........................................................................................................7 3. Beleidsevaluatie doelstellingen en streefwaarden CWI 2004 ....................................................8 3.1. Balanced Scorecard CWI...................................................................................................8 3.2. Transparant maken van de arbeidsmarkt ...........................................................................9 3.3. Dienstverlening aan werkgevers ......................................................................................11 3.3.1. Vacaturematching voor werkgevers...........................................................................11 3.3.2. Ontslag- en tewerkstellingsvergunningen...................................................................12 3.4. Poortwachter WW en WWB en stimulator arbeidsparticipatie...........................................14 3.5. Ketensamenwerking (inclusief reïntegratievoorbereiding).................................................17 4. Indicatiestelling Wet sociale werkvoorziening .........................................................................19 5. Beleidsevaluatie managementdoelstelling CWI.......................................................................20 5.1. Resultaten klantgerichtheid..............................................................................................20 5.2. Resultaten doelmatigheid.................................................................................................20 5.3. Resultaten betrouwbaarheid van de bestuurlijke informatievoorziening............................21 5.4 Resultaten innovatie..........................................................................................................21 6. Financiën Baten/lasten t/m 1e kwartaal 2004 ..........................................................................22 6.1. Baten/lasten t/m 1e kwartaal 2004 (zie tabel 1).................................................................22 6.2. Uitputting (zie tabel 3) ......................................................................................................23 DEEL II: BIJLAGEN....................................................................................................................26 Bijlage A. Instrumenten poortwachter WW en Wwb en stimulator arbeidsparticipatie..................27 Bijlage B. Programma Ketenresultaten 2004 ..............................................................................31 Bijlage C. Wet- en regelgeving ...................................................................................................37 Bijlage D. Interne audits .............................................................................................................39 Bijlage E. Voortgangsrapportage projecten.................................................................................41 Projecten HRM .......................................................................................................................41 Projecten Communicatie.........................................................................................................51 Projecten Huisvesting .............................................................................................................53 Projecten Informatisering........................................................................................................61 Doelgroepvoorzieningen.........................................................................................................71 Projecten SONAR en HVS (vervanging primaire systemen)/Programma ORKA......................72 Bijlage F. Toelichting vernieuwde teldefinitie preventiequote ......................................................75

Kwartaalverslag 1 e kwartaal 2004

2

Ten geleide Het aantal werkzoekende klanten was in het eerste kwartaal met 217.000 even hoog als in het eerste kwartaal van 2003. Het aantal aanvragen voor ontslagvergunningen was zelfs hoger. Maar over hele linie zijn de prestaties beter. De afhandeling van de dossiers voldoet royaal aan de gestelde normen, er zijn meer vacatures geworven (61.000) en er zijn meer vacatures vervuld (21.000). Het ziekteverzuim was lager dan het jaargemiddelde van 2003. En de invoering van innovatieve werkprocessen verloopt volgens schema. Medewerkers en management zijn beter dan een jaar geleden voorbereid op grote drukte en gewend aan verbouwen terwijl de verkoop doorgaat. De organisatie CWI is robuust geworden. De digitale dienstverlening van CWI wordt steeds belangrijker. Het aantal vacatures van werkgevers en CV’s van werkzoekenden op de site www.werk.nl is fors gestegen en de site wordt door steeds meer mensen gebruikt. De belangstelling van andere (private) vacaturesites om met www.werk.nl samen te werken is groot. De plannen die CWI ontwikkelt om meer diensten aan werkgevers en werkzoekenden via internet aan te bieden, sluiten aan bij de huidige en toekomstige vraag van die klanten en leveren een bijdrage aan de vormgeving van de ‘andere overheid’. De vernieuwing van de geautomatiseerde ondersteuning van de interne werkprocessen (vacaturesignalering en bemiddeling, behandeling klantdossier) verloopt voorspoedig. Binnen de CWI organisatie, maar ook in samenwerkingsprojecten met gemeenten en UWV, is hard gewerkt aan de verbetering van identiteitscontrole, de bestrijding van fraude en het ontwikkelen van risicoprofielen. Om de jeugdwerkloosheid terug te dringen zijn verschillende activiteiten ontwikkeld. Zo is de vacaturesite werk.nl uitgebreid met een speciale jongerenmodule en is op elke CWI-vestiging een speciale jongerenadviseur aangesteld. Als voorbeeld aan andere werkgevers, heeft CWI op elk vestiging ook een tijdelijke arbeidsplaats voor jongeren gecreeerd. Daarnaast heeft CWI in het eerste kwartaal ruim 5.500 jongeren aan een baan geholpen. De resultaten van het eerste kwartaal rechtvaardigen de verwachting dat ook gedurende de rest van het jaar goede prestaties zullen worden geleverd. Amsterdam, 12 mei 2004, Raad van Bestuur van CWI,

drs. R. de Groot, voorzitter


3

DEEL I: DOELSTELLINGEN, REALISATIE EN EVALUATIE


4

1. Belangrijkste resultaten in vogelvlucht Transparantie van de arbeidsmarkt vergroot • Marktbereik vacatures nu 58,0%; • Eind eerste kwartaal 351.272 CV’s op www.werk.nl; • Aantal matchacties op vacatures en CV’s sterk gestegen. Prestatie omtrent te werven en te vervullen vacatures op koers • Aantal te werven vacatures 61.390 overstijgt de streefwaarde met 10,7%; • Aantal ingevoerde vacatures op www.werk.nl was 44.114, 85,7% boven de streefwaarde; • De realisatie van het aantal te vervullen vacatures was 20.954 en is daarmee 20,2% boven de streefwaarde; • Was het aantal jongeren in de door CWI vervulde vacatures in 2003 gemiddeld 3.952 per kwartaal, in het 1e kwartaal van 2004 is dat inmiddels gestegen naar 5.559. Prestatie bij ontslag- en tewerkstellingsvergunningen • De streefwaarde van 77,0% voor de tijdigheid ontslagaanvragen is met een realisatie van 74,7% niet gehaald. De tijdigheid van de tewerkstellingsvergunnignen kent een realisatie van 89,5% en ligt ruim boven de streefwaarde van 84,0%. Alle prestaties poortwachter in eerste kwartaal van 2004 aanzienlijk hoger • Preventiequote WW 18,9% met een streefwaarde van 18,0%; • Preventiequote WWB 47,5% met een streefwaarde van 40,0%; • Uitstroomquote WW 56,2% met een streefwaarde van 50,0%; • Uitstroomquote WWB 59,7% met een streefwaarde van 50,0%; • Poortwachterquote WW 66,5% met een streefwaarde van 60,0%; • Poortwachterquote WWB 87,6% met een streefwaarde van 75,0%. Goede prestatie omtrent ketenafspraken • De tijdigheid van de uitkeringsintake WW was 83,8% (streefwaarde 80,0%) en de volledigheid 97,9% (streefwaarde 85,0%); • De tijdigheid van de uitkeringsintake WWB was 96,2% (streefwaarde 96,0%) en de volledigheid 96,6% (streefwaarde 80,0%). Project Herinrichting Vacature Service (HVS) / Adviseurs Bemiddelings Service (ABS) • Stap 2 van 5: het realiseren en implementeren van ABS applicatie met bemiddelings- en matchingsfunctionliteit en een naar Oracle gemigreerde PGI applicatie is succesvol afgerond. Meer over dit project is opgenomen in de projectenbijlage. Project SONAR • Proeftuin 1: Het werkende systeem, gebaseerd op het huidige werkproces van de CWI adviseur en de functionaliteit van het CRM-Pakket heeft geresulteerd in de eerste versie van het nieuwe informatiesysteem. Meer over dit project is opgenomen in de projectenbijlage.

De cijfers zijn landelijke gemiddelden; per CWI doen zich verschillen voor. CWI werkt actief aan de betrouwbaarheid van cijfermateriaal via audits, kwaliteitsmetingen en verbeterprogramma’s.


5

2. Omgevingsontwikkelingen 2.1. Arbeidsmarktontwikkelingen In het eerste kwartaal van 2004 is het NWW-bestand gestegen met 35.500 van 678.500 eind 2003 naar 714.000 eind van het eerste kwartaal 2004. Deze stijging is geringer dan in het vierde kwartaal (+ 43.000), maar hoger dan in het derde kwartaal (+30.000). Het eerste kwartaal van 2003 gaf een groei te zien van 45.600. Uit deze cijfers kan geconcludeerd worden dat de groei van de NWW enigszins is afgeremd. In het jaarplan 2004 is uitgegaan van een NWW bestand eind 2004 van 735.000. Dit aantal afgezet tegen de ontwikkeling in het eerste kwartaal verwacht CWI een hogere NWW stand aan het eind van het jaar. De beroepsbevolking groeit volgens CBS op jaarbasis thans met 72.000. Een toename van de werkloze beroepsbevolking, terwijl de totale beroepsbevolking bescheiden groeit, treedt op bij een daling van de werkgelegenheid. De ontwikkeling van de conjunctuur is van invloed op de prestaties die CWI kan leveren op het gebied van preventie, uitstroom en vacaturevervulling. De volgende tabel geeft een beeld van de ontwikkeling van de conjunctuur, aan de hand van de voor CWI belangrijkste indicatoren. Arbeidsmarktontwikkelingen OntslagaanPercentage vragen CWI econobedrijfsecomische nomische groei achtergrond

Nietwerkende werkzoekenden

Prestaties CWI

Totale vacaturemarkt

Vervulde vacatures CWI

Vervulde vacatures CWI in % totale vacaturemarkt

Preventiequote WW

Preventiequote Abw

Uitstroomquote WW

Uitstroomquote Abw

realisatie 2002 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal jaartotaal

-0,1 0,2 0,7 0,1 0,2

11.265 9.124 10.227 13.074 43.690

498.200 487.500 508.500 547.300

213.000 200.000 160.000 162.000 735.000

12.568 13.189 13.071 11.226 50.054

5,9% 6,6% 8,2% 6,9% 6,8%

-----------

-----------

----61,5 51,1 56,5

----52,9 45,6 49,6

realisatie 2003 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal jaartotaal

-0,2 -1,1 -1,2 -0,4 -0,7

12.227 14.100 13.241 18.773 58.341

590.300 597.700 635.200 678.500

177.000 175.000 142.000 152.000 646.000

10.536 14.976 17.821 19.405 62.738

6,0% 8,6% 12,6% 12,8% 9,7%

12,8 18,1 17,5 19,0 17,3

34,1 54,5 43,4 50,5 45,6

----52,7 49,4 51,0

----49,8 51,1 50,4

jaarplan 2004 1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal jaartotaal

1,0 1,0 1,0 1,0 1,0

11.800 13.600 12.800 18.100 56.300

------735.000

171.080 171.080 140.530 128.310 611.000

16.500 16.500 16.500 16.500 66.000

9,6% 9,6% 11,7% 12,9% 10,8%

18,0 18,0 18,0 18,0 18,0

40,0 40,0 40,0 40,0 40,0

50,0 50,0 50,0 50,0 50,0

50,0 50,0 50,0 50,0 50,0

realisatie 2004 1e kwartaal

1,25

16.112

714.000

182.000

20.954

11,5%

18,9

47,5

56,2

59,7

Bronnen: 1. • • • 2. • • 3. 4. • •

Percentage economische groei: Realisatiecijfers 2002 en 2003: Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS); Raming/streefwaarde Jaarplan 2004: Meest actuele raming Centraal Planbureau (CPB) op het moment van totstandkoming Jaarplan CWI 2004; Realisatie 2004 1e kwartaal 2004: Meest actuele raming CPB op het moment van totstandkoming Kwartaalverslag 1e kwartaal 2004 CWI. Ontslagaanvragen met bedrijfseconomische achtergrond: CWI; Raming jaarplan 2004: Aandeel ontslagaanvragen met bedr ec achtergrond 2003 x raming totaal aantal ontslagaanvragen Jaarplan CWI 2004; Realisatiecijfers: CWI. Niet-werkende werkzoekenden: CWI. Totale vacaturemarkt: Realisatiecijfers 2002 en 2003: CBS; Raming jaarplan CWI: meest actuele raming CWI op moment totstandkoming jaarplan 2004;


6

•

Realisatiecijfer 1e kwartaal 2004: schatting CWI op basis van seizoenspatroon vacaturemarkt en actuele prognose jaarcijfer vacaturemarkt 2004. 5. Prestaties CWI: CWI.

Instroom werkzoekenden De instroom van werkzoekenden geeft een indruk van de drukte op de CWI’s. De instroom van cliënten in het eerste kwartaal was 216.814. Dit is 2,4% onder de raming van 222.2451. In vergelijking met het eerste kwartaal van 2003, instroom van 216.351 klanten, is de instroom van nieuwe klanten nagenoeg gelijk. Echter de stand NWW aan het begin van het eerste kwartaal van 2004 van 678.545 was 133.882 hoger dan de stand aan het begin van het eerste kwartaal van 2003, te weten 544.633. Uit het voorgaande kan geconcludeerd worden en tevens wordt ondervonden op de werkvloer dat de werkdruk als gevolg van de stijging van het NWW bestand gelijk is aan 2003 of zelfs nog hoger. Het aanhoudend slechte economisch klimaat zet de werkdruk nog meer onder druk. Klantstromen werkzoekenden CWI 1e kwartaal 2004 Instroom klantgroepen

1e kwartaal 2004 (1e 14 weken) Raming 222.245

Realisatie 216.814

Realisatie t.o.v. streefwaarde in % 97,6%

2.2. Wet- en regelgeving In het eerste kwartaal 2004 zijn wijzigingen doorgevoerd in een aantal bestaande wetten en regels die CWI uitvoert of de CWI-organisatie raken. In de bijlage C Wet- en regelgeving 1e kwartaal 2004 zijn deze wijzigingen opgenomen.

1

Aangezien het verslagjaar 2004 uit 53 weken bestaat, is de verslagperiode voor het eerste kwartaal van 2004 de eerste 14 weken. Dit houdt in dat de realisaties op 1 en 2 april worden toegerekend aan het eerste kwartaal. De raming wordt bepaald door de jaarraming te delen door 53 (weken) en vervolgens te vermenigvuldigen met 14 (weken).


7

3. Beleidsevaluatie doelstellingen en streefwaarden CWI 2004 3.1. Balanced Scorecard CWI VERSLAG PERIODE Rapportage t/m week, maand, kwartaal of jaar

REALISATIE Realisatie t/m ultimo verslagperiode

BALANCED SCORECARD CWI

NORMEN

AFWIJKING

Norm 2004 (Jaarnorm of norm cum t/m verslagperiode, afhankelijk van de KPI)

Afwijking realisatie t.o.v. norm

SIGNAAL

REALISATIE

Visuele weergave afwijking door middel van stoplichten

Groen

Oranje

Realisatie 2003

Rood

1.

CWI draagt zorg voor een transparante arbeidsmarkt

1.1.

Transparantiebereik (marktbereik) vacatures (%)

maand

58,0%

50,0%

8,0%

X

51,1%

1.2.1. 1.2.2.

Aantal matchacties www.werk.nl vacatures* Aantal matchacties www.werk.nl CV's*

week week

7.918.422 2.428.680

4.754.717 1.122.642

66,5% 116,3%

X X

22.575.925 5.710.474

1.3.1.

Aantal opgevraagde vacatures www.werk.nl*

week

16.955.902

11.622.642

45,9%

X

1.3.2. 1.3.3.

Aantal opgevraagde CV's www.werk.nl* Aantal geregistreerde CV's www.werk.nl

week week

1.800.975 351.272

2.773.585 375.000

-35,1% -6,3%

1.3.4.

Aantal raadplegingen www.werk.nl*

week

8.165.792

4.226.415

93,2%

X

2.

CWI vervult vacatures voor werkgevers

2.1.

Aantal door werkgevers in www.werk.nl ingediende vacatures

maand

44.114

23.750

85,7%

X

nvt

2.2.1. 2.2.2.

Aantal ingediende vacatures* Aantal vervulde vacatures met voorwerk CWI*

week week

61.390 20.954

55.472 17.434

10,7% 20,2%

X X

185.628 62.738

3.

CWI is poortwachter (incl. reintegratievoorbereiding)

3.1.1.

Preventiequote WW

week

18,9%

18,0%

0,9%

X

17,3%

3.1.2.

Preventiequote WWB

week

47,5%

40,0%

7,5%

X

45,6%

3.2.1. 3.2.2.

Uitstroomquote WW fase 1 Uitstroomquote WWB fase 1

week week

56,2% 59,7%

50,0% 50,0%

6,2% 9,7%

X X

51,0% 50,4%

3.3.1.

Poortwachtersquote WW

week

66,5%

60,0%

6,5%

X

60,8%

3.3.2. 3.4.1.

Poortwachtersquote WWB Kwaliteitscijfer reïntegratieadviezen UWV

week jaar

87,6% PM

75,0% 7,0

12,6%

X

87,3% nvt

3.4.2.

Kwaliteitscijfer reïntegratieadviezen gemeenten

jaar

PM

7,0

4.

CWI is ketenpartner Werk en Inkomen

4.1.1.

% tijdig aan UWV overgedragen uitkeringsaanvragen WW

week

83,8%

80,0%

3,8%

X

81,1%

4.1.2.

% volledig aan UWV overgedragen uitkeringsaanvragen WW

maand

4.2.1.

% tijdig aan gemeenten overgedragen uitkeringsaanvragen WWB

4.2.2.

% volledig aan gemeenten overgedragen uitkeringsaanvragen WWB

4.3.1. 4.3.2.

Kwaliteitscijfer kennisgevingen verwijtbaar gedrag UWV Kwaliteitscijfer kennisgevingen verwijtbaar gedrag gemeenten

5.

CWI behandelt ontslag- en tewerkstellingsvergunningen

5.1. 5.2.

Tijdigheidsquote ontslagvergunning (%) Tijdigheidsquote tewerkstellingsvergunning (%)

6.

CWI is een effectieve, doelmatige, klantgerichte, innovatieve

47.225.551 X X

11.432.075 306.738 18.746.902

nvt

97,9%

85,0%

12,9%

X

90,1%

week

96,2%

96,0%

0,2%

X

95,6%

maand

96,6%

80,0%

16,6%

X

86,6%

jaar jaar

PM PM

7,0 7,0

maand maand

74,7% 89,5%

77,0% 84,0%

nvt nvt

-2,3% 5,5%

X X

77,4% 82,3%

en transparante organisatie 6.1.1.

Waarderingscijfer werkgevers (1-10)

jaar

PM

7,0

7,1

6.1.2. 6.1.3.

Waarderingscijfer werkzoekenden (1-10) Waarderingscijfer intermediairs (1-10)

jaar jaar

PM PM

7,0 7,0

6,7 nvt

6.1.4.

Waarderingscijfer ketenpartner UWV (1-10)

jaar

PM

7,0

6.1.5. 6.2.1.

Waarderingscijfer ketenpartner gemeenten (1-10) Ziekteverzuim (%, exclusief bevallingsverlof, exclusief

jaar maand

PM 5,4%

7,0 6,0%

-0,6%

6.2.2.

% Staf

maand

12,9%

12,0%

0,9%

6.3.1.

Uitputting regulier budget (%)

maand

23,5%

25,0%

-1,5%

X

96,0%

6.3.2.

Uitputting incidenteel budget (%)

maand

6,4%

25,0%

-18,6%

X

44,0%

6.4.

Personeelstevredenheid (1-10)

jaar

PM

7,0

langdurend verzuim)

6,0 6,0 nvt

X X

12,6%

nvt

* Aangezien het eerste kwartaal van 2004 uit 14 weken bestaat is de streefwaarde voor deze KPI’s als volgt opgenomen: jaarstreefwaarde gedeeld door 53 weken en vervolgens vermenigvuldigd met 14 weken


8

3.2. Transparant maken van de arbeidsmarkt Doelstelling Een dynamische economie is gebaat bij een soepel reagerende arbeidsmarkt, waarbij het allocatieproces doeltreffend en efficient is georganiseerd. Het is immers van groot belang dat vragers en aanbieders elkaar -op eigen initiatief, zonder of met hulp van intermediairs- snel en gemakkelijk kunnen vinden en bij beide partijen een helder zicht hebben op wat de arbeidsmarkt te bieden heeft. CWI heeft zich ten doel gesteld de arbeidsmarkt transparant te maken en zelfwerkzaamheid op de arbeidsmarkt te bevorderen. CWI doet dat door het aanbieden van arbeidsmarktinformatie en instrumenten als www.werk.nl en door vraag en aanbod op de arbeidsmarkt voor werkzoekenden en werkgevers transparant te maken. CWI faciliteert de ontmoeting zowel thuis als op de CWI’s tussen werkgever en werkzoekende ook door informatie aan te bieden over beroepen, perspectieven en opleidingen. Een voorwaarde om effectief invulling te geven aan deze doelstelling is dat CWI een voldoende groot marktbereik op de totale vacaturemarkt in Nederland heeft, hetgeen betekent dat een substantieel deel van de vacatures bij CWI bekend en voor werkzoekenden toegankelijk is. Subdoelstellingen CWI biedt informatie over beroepen, arbeidsmarktperspectieven en opleidingen aan werkzoekenden en werkgevers. Ook maakt CWI voor hun het actuele aanbod van vacatures en arbeidsaanbod transparant. Dit doet CWI in fysieke vorm op de beursvloer in de vestigingen en virtueel op www.werk.nl. In beide gevallen stimuleert CWI zo de zelfwerkzaamheid van werkzoekenden en werkgevers. Voorts geeft CWI actief informatie over de arbeidsmarkt en wijst werkzoekenden op rechten en plichten rondom uitkeringsvoorzieningen, ontslag en tewerkstelling. Resultaten marktbereik vacatures Het aantal in het eerste kwartaal bij CWI’s ingediende vacatures bedroeg 61.390 vacatures, terwijl in dezelfde periode 44.114 vacatures via www.werk.nl zijn gemeld. In totaal derhalve 105.504 vacatures. De omvang van de totale vacaturemarkt in Nederland in het eerste kwartaal 2004 is naar schatting 182.000 vacatures.2 Hiermee komt het transparantiebereik (marktbereik) vacatures van CWI voor het eerste kwartaal 2004 uit op 58% (105.504 / 182.000). Dit is 8% hoger dan de streefwaarde van 50%.

Hierbij passen twee kanttekeningen. In de eerste plaats worden niet alle vacatures kenbaar gemaakt. Werkgevers werven ook heel direct en er zijn dus meer vacatures dan de genoemde 182.000 vacatures. In de tweede plaats zijn er nog enkele onzuiverheden in de tellingen (CWI) en kunnen ramingen en prognoses (ECORYS-NEI) niet uitkomen. In dit kader wordt op dit moment door CWI onderzocht wat de exacte definitie en telling is van de vacatures in de teller (ingediende 2

Het gehanteerde prognosecijfer voor de omvang van de totale vacaturemarkt in 2004 is afkomstig uit de ‘Arbeidsmarktprognose CWI 2003‘ (ECORYS-NEI). Dit in juni 2003 opgeleverde prognosecijfer is door CWI geactualiseerd en bedraagt nu 650.000 ontstane vacatures in 2004. De verdeling van de 650.000 ontstane vacatures over de vier kwartalen van 2004 is gebaseerd op een door CWI uitgevoerde meerjarige trendanalyse, waaruit het volgende naar voren is gekomen: e • in het 1 kwartaal ontstaan gemiddeld 28% vacatures: 182.000 van de 650.000 vacatures; e • in het 2 kwartaal 28% = 182.000 vacatures; e • in het 3 kwartaal 23% = 149.500 vacatures; e • in het 4 kwartaal 21% = 136.500 vacatures. Daarnaast komt eens per kwartaal via het CBS het realisatiecijfer voor de totale vacaturemarkt beschikbaar, circa 2,5 maand na het verstrijken van het betreffende kwartaal. Op het moment dat het CBS de realisatiecijfers bekend maakt, wordt de totale vacaturemarkt en dus ook het transparantiebereik voor het desbetreffende kwartaal met terugwerkende kracht aangepast.


9

vacatures PGI en www.werk.nl) en de noemer (schatting omvang totale vacaturemarkt) van de prestatie-indicator. Op dit punt bestaan er nu verschillen tussen teller en noemer, onder meer ten aanzien van de mate waarin vacatures voor uitzend-, flex- en detacheringsbanen onderdeel uitmaken van respectievelijk teller en noemer. Bedoeling is om dit zoveel mogelijk te synchroniseren. Dit neemt niet weg dat het marktbereik van CWI op de vacaturemarkt aanzienlijk is en dat dit in de verslagperiode is toegenomen. Resultaten www.werk.nl De resultaten over het eerste kwartaal van 2004 van de internetsite www.werk.nl waren: • aantal uitgevoerde matchacties op vacatures: 7.918.422 (166,5% van streefwaarde 4.754.717); • aantal uitgevoerde matchacties op CV’s: 2.428.680 (216,3% van streefwaarde 1.122.642); • aantal opgevraagde vacatures: 16.955.902 (145,9% van streefwaarde 11.622.642); • aantal opgevraagde CV’s: 1.800.9753 (64,9% van streefwaarde 2.773.585); • aantal geregistreerde CV’s: 351.272 (93,7% van streefwaarde 375.000); • aantal raadplegingen van de site: 8.165.792 (193,2% van streefwaarde 4.226.415). Het aantal opgevraagde CV’s op www.werk.nl kent een onderrealisatie in het eerste kwartaal. Een verklaring hiervoor is dat vanaf december 2003 een werkgever allereerst een vacature dient in te voeren op www.werk.nl alvorens de werkgever CV’s kan opvragen. Tevens dient een inlognaam en wachtwoord opgegeven te worden. Deze verandering vermoeilijkt het misbruik van CV’s en biedt tevens een juridische grondslag voor het weren van personen die misbruik willen maken van CV’s op www.werk.nl. In de steefwaarde voor 2004, bepaald in 2003, wordt geen rekening gehouden met deze verandering. CWI verwacht dat de steefwaarde voor 2004 niet wordt gehaald. Resultaten transparantie voor de werkgever De werkgever die zelfstandig vacatures wil vervullen moet vacatures op eenvoudige wijze breed kenbaar kunnen maken, ook internationaal. Vervolgens kan de werkgever gericht zoeken in het beschikbare arbeidsaanbod of wordt de werkgever zelf benaderd door een werkzoekende of door het CWI. a.

b.

CWI heeft het werkgevers mogelijk gemaakt vacatures zelf in te voeren op www.werk.nl. In het eerste kwartaal van 2004 zijn op deze wijze 44.114 vacatures, 85,7% boven de streefwaarde, ingevoerd. Deze vacatures zijn met name door uitzendbureau’s ingevoerd; CWI stelde zich ten doel 375.000 CV’s inzichtelijk te hebben op www.werk.nl per ultimo 2004. Met 351.272 CV’s is deze streefwaarde nog niet gehaald.

Resultaten transparantie voor de werkzoekende De werkzoekende (al dan niet werkloos) die zelfstandig wil kunnen zoeken naar een baan moet vacatures kennen, ook in het buitenland, inzicht hebben in eigen mogelijkheden en in arbeidsmarktkansen. Hij moet ook kennis hebben van beroepen en opleidingen, ondersteunende instanties en rechten en plichten omtrent uitkeringen. Zowel thuis als op de CWI’s moet hij zijn zoektocht in gang kunnen zetten.

3

Het aantal opgevraagde CV’s is met 566.639 gecorrigeerd als gevolg van misbruik door één gebruiker die deze opvragingen automatisch heeft gecreëerd. Deze gebruiker is de toegang tot www.werk.nl ontzegd. In het tweede kwartaal wordt het oneigenlijk gebruik bemoeilijkt door extra beveiliging.


10

a.

Op alle CWI’s zijn ruime mogelijkheden om werk te zoeken op de beursvloer of op www.werk.nl. De streefwaarde voor het eerste kwartaal van 2004 van 55.472 (14/53 van de jaarstreefwaarde) te acquireren vacatures is met 61.390 ruimschoots gehaald.

Resultaten verstrekking arbeidsmarktinformatie CWI voorziet de politiek en de samenleving van veel actuele informatie over de aanbod- en vraagzijde van de arbeidsmarkt. De informatie is o.a. online inzichtelijk via de site www.cwinet.nl. Op de site wordt per maand de nieuwsflits gepubliceerd en gerapporteerd over de stand werkzoekenden en vacatures. Tevens is het arbeidsmarktjournaal nummer 13, maart 2004 uitgebracht.

3.3. Dienstverlening aan werkgevers 3.3.1. Vacaturematching voor werkgevers Doelstelling CWI ondersteunt de vacaturevervulling: door werkgevers instrumenten te bieden om zelf vacatures te vervullen en op verzoek daarin te ondersteunen. Deze dienstverlening loopt van extensief tot intensief, van multichanneling tot 1op1 benadering en van fysiek (CWI’s) tot virtueel (www.werk.nl). De streefwaarden voor het eerste kwartaal van 2004 waren het werven van 55.472 vacatures en het vervullen van 17.434 vacatures door de CWI’s. Naast deze 55.472 te werven vacatures was de streefwaarde voor het werven via www.werk.nl 23.750 vacatures. Resultaten ingediende en vervulde vacatures • Het aantal door werkgevers ingediende en op de CWI’s in behandeling genomen vacatures bedroeg in het eerste kwartaal 61.390, 10,7% boven de streefwaarde van 55.472 vacatures. • Het aantal vervulde vacatures bedroeg 20.954, 20,2% boven de streefwaarde van 17.434 vacatures. • Het aantal ingediende vacatures op www.werk.nl was 44.114 vacatures, 85,7% boven de streefwaarde van 23.750 vacatures. De oorzaken voor de goede resultaten in dit kwartaal zijn terug te voeren op een aantal zowel interne als externe ontwikkelingen. Door de opgedane ervaring in 2003 is de verdeling van streefwaarden en de daarbij behorende formatieve toedeling nog evenwichtiger over de CWI’s verdeeld waardoor de bemiddelingspotentie per CWI beter wordt benut. Tevens zijn door de implementatie van het nieuwe automatiseringssysteem ABS de matchingsmogelijkheden verruimt waardoor effectiever wordt gematched. Naast de eerder genoemde interene oorzaken doen steeds meer werkgevers een beroep op de bemiddeling door CWI als gevolg van de ruime arbeidsmarkt en de verbeterde marktpositie CWI.

Eures Onder de vlag van Eures (European Employment Services) organiseert CWI Europese bemiddeling. Eures is bedoeld voor Nederlandse werkgevers die buitenlandse werknemers zoeken uit de Europese Economische Ruimte (EER) en voor Nederlandse werkzoekenden die in andere landen van de EER willen gaan werken. Onderstaand de productiecijfers omtrent eures over het eerste kwartaal van 2004. Productiecijfers Eures Aantal klantcontacten W.v. individueel W.v. in groepsverband


1e kwartaal 2004 13.167 12.206 961

11

Aantal nieuw in behandeling genomen EURES vacatures Aantal bij EURES adviseurs ingediende vacatures Aantal door EURES adviseurs in behandeling genomen buitenlandse CV’s voor NL vacatures Aantal door EURES adviseurs in behandeling genomen Nederlandse CV’s voor vacatures elders in de EER

536 1.360 1.071

303

LTO Nederland In het project seizoenarbeid doen per 14 april 2004 671 werkgevers mee en zijn er reeds 7251 vacatures gemeld. De deelname van werkgevers aan het project blijft groeien (zie onderstaand overzicht) -2002: 6.629 vacatures -2003: 8.372 vacatures -14 april 2004 : 7.251 vacatures Vacatureoffensief De eerste tranche van het in 2003 gestarte vacatureoffensief is per 31 december 2003 afgerond. Hoewel het besluit is genomen om het vacatureoffensief in 2004 te continueren is het project tot op heden nog niet gestart. De beslissing om het Vacatureoffensief te financieren via een aanvraag bij het ESF heeft geleid tot het opschorten van de start van het vacatureoffensief naar 1 april 2004. In het eerste kwartaal van 2004 zijn wel alle voorbereidende werkzaamheden verricht om per 1 april daadwerkelijk van start te kunnen gaan. Drempelslechting In het eerste kwartaal van 2004 zijn voorbereiden uitgevoerd omtrent drempelslechting. Een ontwikkeld initiatief is de jeugdbaancheque die werkgevers tegemoetkomt in scholing- en begeleidingskosten. 3.3.2. Ontslag- en tewerkstellingsvergunningen Doelstelling CWI stelt zich ten doel om aanvragen van werkgevers voor ontslag- en tewerkstellingsvergunningen tijdig en correct te behandelen. Een instrument daarvoor is dat CWI informatie en advies geeft over ontslag en tewerkstelling alsmede over het doen van aanvragen.

Resultaten Tijdigheid ontslagaanvragen In het eerste kwartaal van 2004 is 74,7% van de aanvragen voor een ontslagvergunning binnen zes weken afgehandeld (streefwaarde 77,0%). Deze onderprestatie wordt voor het grootste gedeelte verklaard door meer procedurerondes als gevolg van de toename in de complexiteit van aanvragen en verweren, vooral bij collectieve aanvragen. Met een realisatiecijfer voor januari, februari en maart van respectievelijk 68,9%, 74,8% en 80,1% tekent zich wel een herstel. Tijdigheid tewerkstellingsvergunningen In het eerste kwartaal van 2004 is 89,5% van de aanvragen voor een tewerkstellingsvergunning binnen vijf weken afgehandeld (streefwaarde 84,0%).


12

Raming

Ontslagvergunningen ingediende aanvragen afgehandelde aanvragen Aanvragen Toets verwijtbaar werkloos ingediende aanvragen Tewerkstellingsvergunningen (TWV) ingediende aanvragen afgehandelde aanvragen Verklaringen (Regeling Schoonmaakpersoneel, Startkwalificatie) ingediende aanvragen afgehandelde aanvragen Informatie en Advies ingediende aanvragen afgehandelde aanvragen Juridische procedures ingediende procedures Wav (TWV) afgehandelde procedures Wav (TWV) ingediende overige procedures (centraal) afgehandelde overige procedures (centraal) ingediende overige procedures (decentraal) afgehandelde overige procedures (decentraal)

e

Realisatie 1 kwartaal 2004

Realisatie in % raming

22.722 23.431

109,5%

2.500

250

10,0%

10.500

9.905 9.123

94,3%

138

185 174

134,5%

55.000

46.121 46.121

83,9%

113

106 136 75 95 23 20

94,2%

e

1 kwartaal 2004

20.750

25

Percentage tijdig afgehandeld (verleend)

74,70%

89,50%

308,0%

Ontslagvergunningen Het aantal ingediende ontslagaanvragen in eerste kwartaal van 2004 was 22.722, 9,5% hoger dan de raming voor het eerste kwartaal van 2004 (20.750). Dit aantal is hoger dan het aantal van 19.209 in het eerste kwartaal van 2003 en lager dan het aantal van 26.301 in het laatste kwartaal van 2003. Aanvraag Toets verwijtbaar werkloosheid Het aantal door UWV ingediende verzoeken toetsingen verwijtbaar werkloosheid was 250, 10% van de streefwaarde van 2.500 voor het eerste kwartaal van 2004. Deze toetsingen worden op verzoek van UWV door CWI uitgevoerd. UWV onderzoekt intern wat de reden is van het sterk achterblijven van het aantal ingediende aanvragen. Tewerkstellingsvergunningen Het aantal ingediende aanvragen voor tewerkstellingsvergunningen (TWV) in eerste kwartaal van 2004 was 9.905, 5,7% lager dan de raming van 10.500. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat enerzijds werkgevers gezien de verwachte twv-vrijstelling bij de toetreding van de MOE-landen per 1 mei 2004 een afwachtende houding innemen en anderzijds dat voldoende prioriteit genietend aanbod beschikbaar is voor moeilijk vervulbare vacatures met laaggeschoolde arbeid. Alhoewel de instroom met 9.905 aanvragen achterblijft was de instroom in de maand maart van 4.507 fors hoger dan januari 2.423. Het aantal ingediende tewerkstellingsvergunning wordt nauwlettend gevolgd. Verklaringen (regeling schoonmaakpersoneel, startkwalificatie) Het aantal ingediende aanvragen (185) voor een verklaring was 35,5% hoger dan de streefwaarde. Het verhoogde aantal wordt voornamelijk veroorzaakt door een sterke vraag vanuit de schoonmaakbranche. Informatie en advies CWI adviseert en informeert werkgevers die voornemens zijn ontslagaanvragen in te dienen. Naast deze voorlichting aan werkgevers bereiken CWI ook veel vragen van werknemers en werklozen op arbeidsrechtelijk terrein. De instroom in het eerste kwartaal van 2004 was stabiel aan het niveau van 2003. De geprognosticeerde toename in het bedrijfsplan 2004 blijft vooralsnog uit. Klanttevredenheid werkgevers


13

Uit het intern uitgevoerde klanttevredenheidsonderzoek in het laatste kwartaal van 2003 onder werkgevers is naar voren gekomen dat de ontslagtaak met een 7,2 en dat de WAV-taak met een 6,9 wordt gewaardeerd. Uit het onderzoek omtrent de ontslagtaak zijn positief o.a. naar voren gekomen: het aanbevelen van CWI, privacy, correcte toepassing wet en regels, motivering en deskundigheid medewerkers. Voor de WAV-taak is o.a. positief naar voren gekomen: de telefonisch bereikbaarheid, het nakomen van afspraken door medewerkers en privacy. Uit beide onderzoeken is negatief naar voren gekomen de duur van de procedure. Audit Rechtmatige uitvoer van de ontslagtaak Uit de intern uitgevoerde audit met als onderzoeksvraag: “wordt de ontslagtaak binnen de juridische kolom van CWI rechtmatig en uniform uitgevoerd en wordt gelijke behandeling van gelijke gevallen voldoende gewaarborgd” is een positief beeld naar voren gekomen. Naast deze interne audit heeft het IWI een soortgelijke audit uitgevoerd. Uit deze audit is tevens een positief beeld naar voren gekomen. Dit beeld is gestoeld op de bereikte verbetering op de belangrijke punten uniformiteit, kwaliteit en rechtmatigheid.

3.4. Poortwachter WW en WWB en stimulator arbeidsparticipatie Het is een kerntaak voor CWI om de werkzoekende te stimuleren en ondersteunen bij het vinden van de kortste weg naar werk tegen de laagste kosten. Daarmee wordt talent voor de arbeidsmarkt behouden en instroom in een uitkering voorkomen. Doelstelling CWI behoudt talent voor de arbeidsmarkt en voorkomt instroom in een uitkering. Deze doelstelling kent de volgende subdoelstellingen: a. CWI voorkomt onnodige en onterechte instroom van direct kansrijke (aanstaande) werklozen in de WW of WWB; CWI bevordert daartoe zelfwerkzaamheid, geeft voorlichting, advies en ondersteuning, en hanteert handhavingsinstrumenten; b. CWI bekort de uitkeringsduur voor direct kansrijke, bemiddelbare werklozen; c. CWI geeft ondersteuning op verzoek aan niet direct kansrijke werkzoekenden; d. CWI stimuleert voortijdig schoolverlaters en herintredende vrouwen om op de arbeidsmarkt te participeren; e. CWI werft vacatures om de slaagkans van de werkzoekenden te vergroten. De poortwachtersdoelstelling is meetbaar gemaakt aan de hand van drie prestatie-indicatoren: de preventiequote, de uitstroomquote en de poortwachtersquote.


14

Resultaten poortwachter Preventiequote In het eerste kwartaal is de definitie van de preventiequote gewijzigd. Aanleiding hiervoor was dat de voorgaande teldefinitie van de preventiequote WW en WWB ervoor zorgde dat de preventiequote een (zeer) lage realisatie in het begin van het jaar kent en oploopt bij een gelijkblijvende prestatie in het verslagjaar. In bijlage G is de nieuwe teldefinitie opgenomen. De gerealiseerde preventiequote WW bedraagt 18,9%. Dit betekent dat CWI er voor heeft gezorgd dat 28.696 werkzoekenden binnen de overdrachtstermijn van 8 werkdagen geen beroep deden op de WW. De gerealiseerde preventiequote WWB was 47,5% en is daarmee hoger dan de streefwaarde van 40%. Dit betekent dat CWI er voor heeft gezorgd dat 32.416 werkzoekenden binnen de overdrachtstermijn geen beroep deden op de WWB. De score voor de WWB is hoger dan voor de WW, omdat WWB-cliënten eerder afzien van het aanvragen van een uitkering naar aanleiding van de gevoerde werkgesprekken, het geven van informatie en advies en de activerings- en controlegesprekken. Bij de WW is er sprake van een opgebouwd recht waar werkzoekenden een beroep op doen. Uitstroomquote De gerealiseerde uitstroomquote WW was 56,2% en voldoet hiermee ruimschoots aan de streefwaarde van 50%. De gerealiseerde uitstroomquote WWB was 59,7% en is daarmee 9,7% hoger dan de streefwaarde. Poortwachtersquote De gerealiseerde poortwachtersquotes WW en WWB zijn respectievelijk 66,5% (streefwaarde: 60%) en 87,6% (streefwaarde: 75%). Kortom een prima prestatie. Herintredende vrouwen en schoolverlaters zonder startkwalificatie CWI biedt specifieke dienstverlening aan twee bijzondere categorieën van werkzoekenden: herintredende vrouwen en schoolverlaters zonder startkwalificatie. In het eerste kwartaal van 2004 zijn 4.782 herintredende vrouwen ingestroomd, terwijl de streefwaarde 10.000 herintredende vrouwen bedroeg. De realisatie in procenten was 47,8%. Van deze gerealiseerde instroom behoren 1.135 herintredende vrouwen tot het fase 1 bestand. Dit is 28,7% van de totale instroom en daarmee 3,7% hoger dan de aanname van 25%. Van het aantal herintredende vrouwen fase 1 behoren 240 vrouwen tot de doelgroep etnische minderheid. Dit is 21,1% van de instroom herintredende vrouwen fase 1 en daarmee 2,9% lager dan de aanname van 24%. • • •

•

In het eerste kwartaal zijn 215 vacatures vervuld met herintredende vrouwen. Dit is 1,0% van het totaal aantal vervulde vacatures in het eerste kwartaal. In januari heeft er in Amsterdam een banenmarkt plaatsgevonden, speciaal voor herintredende vrouwen. Staatssecretaris Rutte heeft het 500ste arbeidscontract overhandigd aan een herintredende allochtone vrouw. De vervolgworkshop, gegeven in Hoofddorp, Amsterdam en Purmerend, waarin herintredende vrouwen begeleid worden in het schrijven van een stappenplan (reïntegratieplan) is succesvol afgerond. In het tweede kwartaal wordt deze workshop aan alle andere CWI’s aangeboden. Het convenant Herintredende Vrouwen is uitgebreid met afspraken over specifieke dienstverlening aan allochtone vrouwen.


15

• •

•

Onder het motto “Doe Mee” is er een wervingsteam team aangesteld dat de instroom van allochtonen vrouwen bevordert. In samenwerking met de commissie PaVEM hebben een 15-tal werkgevers zich bereid verklaard om 35 extra vacatures bij het CWI aan te melden voor allochtone vrouwen. Daarnaast is de basis gelegd voor een convenant herintredende vrouwen in de regio West Brabant, waarin 2500 vrouwen bemiddeld worden naar duurzame plaatsing, waaronder 300 herintreedsters. De internetmodule voor Herintredende Vrouwen is met een speciale flyer, die aan alle CWI is aangeboden, extra onder de aandacht gebracht.

In het kader van de aanpak van de jeugdwerkloosheid heeft CWI in het najaar van 2003 het convenant van de Raad voor Werk en Inkomen (RWI) ondertekend. CWI heeft samen met VNONCW het (Jongeren Ontwikkelings- en ervaringsPlaats) JOP-plan ontwikkeld, geeft ondersteuning aan JongActief en voert mede het MKB-leerbanen project uit. De aanpak Jeugdwerkloosheid heeft binnen CWI de werktitel Focus op Jongeren meegekregen. Naar analogie met de aanpak van Focus op Werk is in het eerste kwartaal vanuit een projectorganisatie gewerkt aan het implementeren van een specifiek op jongeren gerichte werkwijze, die nauw aansluit bij de aanpak die de Taskforce jeugdwerkeloosheid voorstaat. Was het aantal jongeren in de door CWI vervulde vacatures in 2003 gemiddeld 3.952 per kwartaal, in het 1e kwartaal van 2004 is dat inmiddels gestegen naar 5.559. Onderstaand is voor de volledigheid de doelstelling van Focus op Jongeren opgenomen. In het dienstverleningsconcept aan jongeren staat het realiseren van een sluitende aanpak centraal, analoog aan de sluitende aanpak voor kansrijke (fase 1) werkzoekenden. Doel is dat een jongere binnen een half jaar weer naar school of aan het werk is. Het dienstverleningsconcept bestaat uit vier stappen: • toeleiding naar school, in samenwerking met de RMC’s (Regionaal Meldpunt Coördinatie voortijdige schoolverlaters) en ROC’s, met name als er nog geen startkwalificatie is behaald; • actief bemiddelen naar een (leerwerk-)baan; • actief bemiddelen naar een instapbaan, JOP (Jongeren Ontwikkelings- en ervaringsPlaats) of werkstage; • overdracht naar gemeenten of UWV (als de eerste drie opties niet slagen). De sluitende aanpak kent twee belangrijke werkprocessen: werkintake en intensieve bemiddeling. In de werkintake wordt direct vastgesteld of de jongere behoort tot de categorie met of zonder startkwalificatie. De inspanningen voor jongeren zonder startkwalificatie zullen gemiddeld hoger zijn dan voor jongeren met startkwalificatie. De intensieve en sluitende bemiddeling van de jongeren zal plaatsvinden op basis van een 1 op 1 aanpak. Internationale Diplomawaardering (IDW) Voor werkzoekenden met een buitenlands diploma voert CWI sinds 1 januari 2003 de Internationale Diplomawaardering (IDW) uit, die een vergelijking met de Nederlandse onderwijskwalificaties mogelijk maakt en de kwaliteit van de bemiddeling versterkt. In bijlage A Instrumenten poortwachter WW en WWB en stimulator arbeidsparticipatie wordt hier verder op ingegaan.

Elders/eerder verworven competenties (EVC) CWI neemt deel aan het EVC-Equalproject van het Kenniscentrum EVC. CWI neemt hieraan deel omdat het onderkennen van competenties van werkzoekenden, in vergelijking met formele kwalificaties (diploma’s), steeds belangrijker wordt bij de bemiddeling van werkzoekenden en werklozen. In bijlage A Instrumenten poortwachter WW en WWB en stimulator arbeidsparticipatie wordt hier verder op ingegaan.


16

3.5. Ketensamenwerking (inclusief reïntegratievoorbereiding) Doelstelling CWI is samenwerkingspartner in de keten van werk en inkomen. Deze doelstelling kent de volgende subdoelstellingen: a. CWI levert tijdig en volledig de gegevens voor de uitkeringsbeoordeling aan de gemeenten en het UWV; b. CWI levert de gegevens voor de uitkeringsbeoordeling op verwerkbare wijze aan en stelt zich actief op bij het ontwikkelen van voorzieningen voor de elektronische gegevensuitwisseling; c. CWI stelt de ketenpartner in staat actie te ondernemen in geval van geconstateerde onregelmatigheden in informatieverstrekking en gedrag door de cliënt; d. CWI voorziet de ketenpartner van informatie en analyses inzake de reïntegratievoorbereiding voor werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt; e. CWI stelt zich actief op bij het realiseren van bedrijfsverzamelgebouwen; f. CWI faciliteert het Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (BKWI). CWI zoekt het overleg en stelt zich daarin actief op. Op landelijk niveau participeert CWI in het Algemeen Ketenoverleg (AKO) en het Programmateam Processen en Informatie (PPI), op regionaal niveau participeert CWI in het Regionaal Ketenoverleg (REKO). Tevens hecht CWI veel waarde aan de ontwikkeling van ketenoutcome-indicatoren. Resultaten tijdigheid en volledigheid WW en WWB WW • De gerealiseerde tijdigheid WW, een overdacht aan UWV binnen acht werkdagen, was 83,8% bij een streefwaarde van 80%. • 97,9% van de WW-dossiers is volledig overgedragen aan het UWV. Ten opzichte van 2003 is de streefwaarde verhoogd van 80,0% naar 85,0%. WWB • De gerealiseerde tijdigheid WWB, een overdracht aan de gemeenten binnen acht werkdagen na de uitkeringsintake, was 96,2% bij een streefwaarde van 96%. • 96,6% van de WWB-dossiers is volledig overgedragen aan gemeenten Een dossier is, conform de afgesproken definitie met de ketenpartners, volledig wanneer op het begeleidende overdrachtsformulier is aangegeven welke relevante gegevens en bewijsstukken in het dossier aanwezig zijn. Instrumenten gegevensoverdracht In bijlage B Programma Ketenresultaten 2004 wordt uitvoerig ingegaan op de initiatieven van CWI om de gegevensoverdracht te vereenvoudigen. Resultaten meldingen kennisgevingen CWI heeft in het eerste kwartaal van 2004 19.389 kennisgevingen verwijtbaar gedrag verstuurd aan gemeenten en het UWV. Ontwikkeling bedrijfsverzamelgebouwen Een optimale dienstverlening van de ketenpartners is pas echt mogelijk in een landelijk dekkend netwerk van Bedrijfsverzamelgebouwen (BVG-en). De gemeenten hebben hierin het initiatief. CWI informeert op verzoek van de minister van SZW over de stand van zaken van de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen. In het eerste kwartaal van 2004 is het BVG Leidsche Rijn opgeleverd. In totaal zijn er nu 24 BVG’s. Naast deze zijn er op 11 locaties CWI-panden die fungeren als BVG: de ketenpartners zijn in het pand gehuisvest, maar er is nog geen formele status van BVG aan gegeven en in de meeste situaties opteren partijen voor definitieve gezamenlijke huisvesting op een andere locatie.


17

Het BVG Amsterdam (gebouw Triade) is opgeleverd en de inrichtingswerkzaamheden voor BVG Rotterdam (gebouw Schiekade) zijn in een ver gevorderd stadium. De verwachting is dat het BVG in het tweede kwartaal wordt opgeleverd.


18

4. Indicatiestelling Wet sociale werkvoorziening Het kabinet is voornemens om de uitvoering van de indicatiestelling Wsw over te dragen van gemeenten naar CWI. Hiermee beoogt het kabinet de onafhankelijkheid van de uitvoering te versterken en de indicatiestelling Wsw te stroomlijnen met andere vormen van claimbeoordeling en indicatiestelling. De overdracht moet ook leiden tot een meer sluitende aanpak na afwijzing voor Wsw-indicatie en een grotere eenheid in de uitvoering. De Indicatiestelling Wsw past goed bij de poortwachterrol van CWI. Bovendien voert CWI de indicering uit voor reïntegratieactiviteiten binnen de keten van werk en inkomen. In 2003 heeft CWI gewerkt aan het organiseren van pilots, het formuleren van het kwaliteitsprogramma en het uitwerken van het communicatieplan. Er is een klankbordgroep gevormd, waarin naast CWI en het ministerie van SZW ook cliëntenorganisaties, VNG en Cedris (vereniging van Sw-bedrijven) participeren. Deze partijen worden rechtstreeks betrokken bij de inhoudelijke ontwikkeling van de uitvoering. In het eerste kwartaal van 2004 zijn de volgende stappen gezet: De 7 pilots op de CWI-vestigingen in Groningen, Den Haag, Schiedam, Nijmegen, Tilburg, Maastricht en Beverwijk zijn afgerond. Daarbij waren alle lokale partijen betrokken: CWI, gemeenten, Sw-bedrijven en Wsw-indicatiecommissies. De pilots hebben uitgewezen dat het ontwerpprocesmodel in de praktijk uitvoerbaar is voor zowel de CWI organisatie als voor de CWI medewerkers. De ervaringen uit de pilots zijn onder meer benut om het definitieve proces voor de Wsw-indicatiestelling bij CWI vorm te geven en zijn ook meegenomen in het ontwikkelingen opleidingsplan voor de medewerkers die de Wsw-indicatie gaan uitvoeren. Zo is naar voren gekomen dat voor een goede dienstverlening altijd persoonlijk contact tussen de beoordelende CWI medewerker en de aanvrager noodzakelijk is. Daarnaast is gebleken dat voor een goede beoordeling een enkelvoudig deskundigenadvies vaak voldoende is. Tot slot kan worden geconcludeerd dat de nieuwe taken door CWI-medewerkers, mits voldoende getraind, goed uitvaarbaar zijn. In alle 6 districten van CWI zijn in februari Wsw-coordinatoren aangesteld, die onder functionele aansturing van de landelijke projectleider-Wsw, de implementatie van de Wsw-indicatie in de districten zullen begeleiden. Inmiddels zijn de 28 CWI-vestigingen van waaruit de Wsw-indicatie wordt uitgevoerd bekend. Daarnaast zal op een groot aantal andere CWI’s spreeklokaties worden ingericht. Tevens hebben al diverse voorbereidingen plaatsgevonden, voor activiteiten die in het tweede kwartaal van 2004 zullen starten (na de goedkeuring van de Tweede Kamer). Dit betreft onder andere de werving en selectie van medewerkers die de Wsw-indicatie gaan uitvoeren. Tevens de Europese aanbesteding voor de uitvoering van het opleidingsplan en de inkoop van deskundigenrapportages van artsen, psychologen en arbeids(des)kundigen. Bovendien wordt in samenwerking met cliëntenorganisaties en Cedris gewerkt aan de communicatiemiddelen ten behoeve van potentiële Wsw-klanten. De bovenstaande zaken zijn opgenomen in het Ontwerpdocument Wsw-indicatie. Een document waarin alle onderdelen van het project en de implementatie worden benoemd en belegd. Ook is in een gedetailleerde planning opgenomen. Hierin zijn enige knelpunten ontstaan, mede als gevolg van de uitgestelde behandeling in de Tweede Kamer, maar er wordt vooralsnog vanuit gegaan dat implementatie per 1 oktober haalbaar is.


19

5. Beleidsevaluatie managementdoelstelling CWI Doelstelling en subdoelstellingen CWI stelt zich ten doel een effectieve, doelmatige, klantgerichte, innovatieve en transparante organisatie te zijn. Omdat de klant voorop staat, stimuleert CWI dat de klant, in de vorm van cliëntenparticipatie, meekijkt naar de dienstverlening en de onderliggende werkprocessen. In dit kader meet CWI periodiek via klanttevredenheidsonderzoeken de waardering voor de dienstverlening onder werkgevers, bezoekers/werkzoekenden en ketenpartners. Daarnaast is er een uniforme klachtenregeling van toepassing. CWI heeft in het eerste kwartaal 2004 verschillende interne audits uitgevoerd, met name gericht op het vaststellen van eventuele risico’s in bedrijfsprocessen en het inzetten van verbeteracties. In bijlage D Internal Audits 1e kwartaal 2004 zijn de uitgevoerde interne audits opgenomen.

5.1. Resultaten klantgerichtheid CWI werkt continu aan het verbeteren van de klanttevredenheid onder bezoekers/werkzoekende, werkgevers en natuurlijk de ketenpartners. Deze continue verbetering is binnen CWI op alle niveaus terug te vinden. Omtrent ketenpartners worden de aanbevelingen uit het uitgevoerde onderzoek in 2003 besproken en opgepakt in de REKO’s. Tevens worden op districtsniveau experimenten gehouden waarvan bijvoorbeeld de leverancierscontrole een voorbeeld is van een succes dat landelijk wordt ingevoerd. Speciale aandacht is uitgegaan naar het reïntegratieadvies waarvan nu bij overdracht gevraagd wordt aan de ketenpartner een reactie te geven op de kwaliteit en de bruikbaarheid van het reïntegratieadvies. In het tweede kwartaalverslag worden de resultaten van het klanttevredenheidsonderzoek onder ketenpartners opgenomen. Via het gebruikersplatform kunnen CWI-medewerkers verbetervoorstellen indienen. In het eerste kwartaal is hier goed gebruik van gemaakt en dit heeft geresulteerd in verbeteringen. In derde kwartaal wordt de klanttevredenheid onder werkgevers en het vierde kwartaal onder bezoekers/werkzoekenden gemeten. klachtenrapportage In het eerste kwartaal van 2004 zijn 144 klachten geregistreerd. Dit aantal is zeer laag aangezien de instroom van cliënten in het eerste kwartaal 216.814 was.

5.2. Resultaten doelmatigheid Ziekteverzuim (%) De streefwaarde voor het ziekteverzuim 2004 is 6%. Het voortschrijdend 12 maandsgemiddelde ziekteverzuim (exclusief langdurig ziekteverzuim en bevallingsverlof) bedroeg 5,4%. Aandeel stafpersoneel (%) Het aandeel stafpersoneel geeft inzicht in de mate waarin de ondersteuning van het primaire proces efficiënt is ingevuld. Het aandeel staf was in het eerste kwartaal van 2004 12,9% (streefwaarde 12,0%). De overschrijding wordt veroorzaakt doordat de norm voor het aantal indirecten (zie navolgende tabel) is gebaseerd op de reguliere personeelsbezetting. Feitelijk zal de bezetting in de indirecte sfeer hoger zijn dan de norm door de uitvoering van transformatieactiviteiten, specifieke projecten en door de geleidelijke afbouw van de personele bezetting in deze functies naar het streefniveau. De transformatie-activiteiten waarvoor extra personeel in dienst is genomen betreffen ICT-projecten, huisvesting (BVG-vorming) en HRM (opleidingen en uitvoering kwaliteitsslag). De specifieke projecten betreffen ondermeer hoogwaardig handhaven en WSW-indicatiestelling. Voor die projecten zijn extra projectbudgetten verkregen. Door afronding van de transformatieprojecten, specifieke projecten en realisatie van de geplande afbouw van de personele bezetting naar het streefniveau zal de overschrijding van het percentage indirecten geleidelijk afnemen. Kwartaalverslag 1 e kwartaal 2004

20

Staf

Streefwaarde

Realisatie

1e kw 2004

1e kw 2004

541,1

594,0

Uitvoering

4026,7

3.995,8

Totaal (staf + uitvoering)

4567,8

4.589,8

12%

12,9%

Aandeel staf in totaal

5.3. Resultaten betrouwbaarheid van de bestuurlijke informatievoorziening Het management informatie portaal (MIP) geeft wekelijks inzicht in de prestaties, de productie, de onderlinge ranglijst van de CWI’s en de analyses. Door middel van systeemverbeteringen (definities, procedures, soft- en hardware), incidentenonderzoek en audits tracht CWI permanent de betrouwbaarheid van de cijfers te verbeteren. CWI neemt vervolgens doorlopend maatregelen om de betrouwbaarheid van de bestuurlijke informatie te borgen. In 2004 wordt de betrouwbaarheid van de bestuurlijke informatievoorziening verder verbeterd door het vaststellen van streefwaarden omtrent betrouwbaarheid en door invoering van een uniforme werkwijze voor toepassing van de signaallijsten. Een onderdeel van dit hele geheel is een audit die CWI uitvoert naar de naleving van de registratierichtlijnen.

5.4 Resultaten innovatie CWI streeft naar constante verbeteringen van het werkproces. In dit kader is een Veranderagenda opgesteld, waarin de belangrijkste veranderingen en innovaties zijn opgenomen. Voor de meeste onderwerpen geldt dat de voorbereiding is gestart in 2003 en de feitelijke effectuering doorloopt in 2004. Indicatiestelling Wsw CWI gaat de indicatiestelling voor de Wet Sociale Werkvoorziening uitvoeren in dertig tot veertig CWI-vestigingen. Deze CWI-vestigingen gaan de kennis opbouwen om een objectieve beoordeling te borgen. In hoofdstuk 4 van dit verslag wordt hier nader op ingegaan. Route A en Route B CWI ontwikkelt samen met de ketenpartners in de vorm van experimenten een meer effectieve en doelmatige aanpak voor de huidige fasering. Uitgangspunt is dat iedereen bemiddelbaar is (route A) tenzij er omstandigheden zijn die dat belemmeren (route B). In dat laatste geval kan versnelde overdracht naar de ketenpartners plaatsvinden. Hoogwaardig handhaven CWI ontwikkelt samen met de ketenpartners methodieken om hoogwaardige handhaving te vervlechten in de werkprocessen. In bijlage A Instrumenten poortwachter WW en WWB en stimulator arbeidsparticipatie wordt hier nader op ingegaan.


21

6. Financiën Baten/lasten t/m 1 e kwartaal 2004 6.1. Baten/lasten t/m 1 e kwartaal 2004 (zie tabel 1) In tabel 1 wordt de gerealiseerde baten/lasten vergeleken met de begroting 2004 opgehoogd met de verkregen aanvullingen. Bij de vergelijking merken we het volgende op. •

Begroting (zie tabel 2)

De CWI begroting 2004 is goedgekeurd in de SZW brief W&I/2003/81251 d.d. 27 november 2003 voor een totaal bedrag van € 392 mln. Dit bedrag bestond uit: • • • • • •

Rijksbijdrage 2004 Benutting exploitatieresultaat 2003 Jaartranche 2004 trafo Boedelclaim Te ontvangen rente Totaal

€ 331,8 mln. € 30,9 mln. € 11,8 mln. € 15,0 mln. € 2,5 mln. € 392,0 mln.

Inmiddels laten zich - voornamelijk via de jaarrekening 2003 - een aantal mutaties toevoegen: •

Regulier additionele projecten

€

17,1 mln.

• •

Bestemmingsfonds overloop projecten De boedelclaim is naar aanleiding van de jaarrekening 2003 met onze brief CWI/2004/679 d.d. 12 02 2004 bijgesteld met Daardoor wordt het totaal

€

49,1 mln.

•

(voor de specificatie hiervan zie tabel 2)

€ 3,0 mln. € 461,2 mln.

Van het “Bestemmingsfonds overloop projecten” zullen voor € 10,8 mln. en € 5,1 mln. nog plannen ter goedkeuring aan SZW worden voorgelegd. •

Realisatie (zie tabel 1)

De realisatie betreft alle gemaakte en voorziene kosten. Deze kosten zijn niet zonder meer met de totale begroting 2004 te vergelijken omdat het incidentele deel van de begroting op basis van kostenmatching in de baten naar voren komt zoals is aangegeven in tabel 2. Op het reguliere budget rekenen we t/m het 1 e kwartaal met een overschot van € 6 mln. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door reguliere bedrijfsbrede activiteiten (zoals bijv. opleidingen) waarin het 1e kwartaal maar beperkt op werd uitgegeven. De 1 e kwartaal realisatie op transformatie- en overlopende en additionale reguliere projecten is nog niet in verhouding tot de beschikbare middelen. De Raad van Bestuur stuurt actief op de diverse geplande activiteiten zodat deze in 2004 conform de doelstellingen uitgevoerd worden. •

Prognose (zie tabel 1)

De jaarprognose wijkt op exploitatie niveau niet af van de begroting noch op het reguliere noch op het incidentele deel.


22

6.2. Uitputting (zie tabel 3) In de balanced scorecard zijn 2 financiële KPI’s opgenomen, te weten: • Uitputting regulier budget en • Uitputting incidenteel budget. Deze KPI’s zijn zichtbaar gemaakt in tabel 3 zowel voor het 1e kwartaal 2004 als voor de jaarprognose 2004. Daarnaast is de uitputting van de boedelclaim op de voormalige Arbeidsvoorziening separaat opgenomen. Tabel 1: baten/lasten Rapportage totale CWI-organisatie t/m 1e kwartaal 2004 (excl. BKWI)

Bedragen x € 1 mln *)

Realisatie januari t/m maart 2004 Trafo + Best.+ additoneel Regulier regulier

Boedel

Ttl

2004 Jaar Jaar Prognose Begroting

Verschil

Baten - SZW regulier - SZW regulier additionele projecten - SZW boedel - SZW trafo tranche 2004 + doorschuif proj. - Overig

91

Totaal baten

92

Lasten Personeelskosten Kosten extern personeel Afschrijvingskosten Huisvestingskosten ICT kosten Overige materiele kosten Rentelasten

53 5 0 8 11 7

4

91 0 4 5 1

363 17 18 61 4

363 17 18 61 3

0 0 0 0 2

5

4

100

463

461

2

1 1

2

2 1 0

0 1 0

54 8 0 11 13 7 0

234 20 5 37 67 33 0

232 20 5 37 67 33 0

2 0 0 0 0 0 0

0

66

66

0

5 1

Gespec. naar proj. maar niet categoraal verdeeld Ttl lasten Exploitatiesaldo

86

5

4

94

463

461

2

6

0

0

6

0

0

0

*) door afrondingen kan het voorkomen dat bedragen optisch niet lijken te sluiten.


23

Tabel 2: Begroting/beschikbaar 2004 Verslagperiode:

t/m 1e kwartaal 2004

Bedragen x € 1 mln Beschikbaar in realisatie via kosten matching:

et dg Bu

tie ica cif e sp

04 20

Baten Regulier budget Bestemmingsfonds Exploitatie overschot 2003 Transformatie Overige baten (BBSW/BKVA en rente)

et r dg lie bu gu l e re e l a n ta igi Or To

331,8 30,7 2,5

Boedel Projecten: Indicatiestelling WSW tranche 2004 Transformatie indicatiestelling WSW Comm.plan Vac. Off. Drempelslechting overloop 2003 Drempelslechting 2004 PVA Jongactief Jongerenmodule werk.nl

331,8 0,0 30,7 0,0

> en le 5 el ne 00 te tio 2 i en d v d d b i t c ra in an lie al rv gu ta aa Re W To

49,1 0,2 11,8 18,0

2,5 18,0

1,6 1,5 1,4 3,0

1,6 1,5 1,4 3,0

-3,1

8,0 1,4 0,2

8,0 1,4 0,2

20,2

-3,1

96,2

461,2

0,0 3,0 0,0

232,3 20,3 5,0

5,8 18,8 2,2 0,0

36,8 67,2 33,4 0,0

66,4

66,2

0,0

0,0

-0,2

-0,2

49,3

11,8

18,0

3,0

31,0 48,4 31,2 0,0

4,8 4,8 2,2

1,0 14,0

49,3

20,2

-3,1

0,0

365,0 365,0


0,0 18,0

8,0 4,5 0,2

232,3 17,3 5,0

0,0

331,8 49,1 30,9 11,8

0,0 0,0 0,0

232,3 17,3 5,0 31,0 48,4 31,2

Exploitatiesaldo

0,0 49,1 0,2 11,8

1,6 1,5 1,4 3,0

Lasten Personeelskosten Kosten extern personeel Afschrijvingskosten Huisvestingskosten ICT-kosten Overige materiele kosten

Totaal lasten

k hi sc be l a ta To

0,0 0,0 0,0 0,0

365,0 365,0

Gespecificeerd naar projecten maar niet categoraal verdeeld

3: 00 03 s 2 20 04 d p n 20 el .fo oo ed st erl rafo Be ov T Bo

2,5 0,0

Totaal baten

Rentelasten

n te ec oj pr

o af Tr

0,0

49,3

11,8

18,0

20,2

-3,1

96,2

461,2

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

04 20 ar ba

24

Tabel 3: Uitputtings kpi's

*)

2004

Totaal beschikbaar budget Uitputting 1e kwartaal 2004

Uitputtings% 1e kwartaal 2004

Regulier 365

Trafo+ best.+ additioneel regulier 78

Totaal excl. aanv. ov. Ov. aanv. Boedel baten baten Eindtotaal 18 461 461

86

5

4

94

94

23%

6%

21%

20%

20%

2004

Totaal beschikbaar budget Geprognosticeerde uitputting 2004

Geprognosticeerd uitputtings % geheel 2004

Regulier 365

Trafo+ best.+ additioneel regulier 78

Totaal excl. aanv. ov. Ov. aanv. Boedel baten baten Eindtotaal 18 461 2 463

365

78

18

461

100%

100%

100%

100%

2

463

100%

*) door afrondingen kan het voorkomen dat bedragen optisch niet lijken te sluiten.


25

DEEL II: BIJLAGEN


26

Bijlage A. Instrumenten poortwachter WW en Wwb en stimulator arbeidsparticipatie Hoogwaardige handhaving In 2004 is het handhavingsbeleid van CWI vastgesteld. Prioriteiten zijn: identiteitsfraude, risicoprofielen, rondmaken van de keten en ketenbreed expertisecentrum. Eind 2003 is het programma Hoogwaardig Handhaven gestart om alle activiteiten van fraudebestrijding en handhaven binnen CWI te stroomlijnen. Het programma omvatte aanvankelijk 7 ketenprojecten met gemeenten, 5 ICT-projecten met BKWI en SZW, enkele te definiëren projecten met UWV, waar mogelijk in combinatie met gemeenten en 10 aanvullende acties en afspraken met ketenpartners en SZW. Het programma Hoogwaardig Handhaven wordt in 2004 uitgebreid met een project identiteitscontrole voor werkgevers. Het programma Hoogwaardig Handhaven wordt in 2004 meer ketenbreed opgepakt. In de lokale pilots werken CWI, UWV en/of gemeenten samen. De aansturing komt vanuit een te vormen Ketencoördinatiegroep onder de vlag van het AKO. De landelijke ondersteuning wordt georganiseerd vanuit een ketenbreed programmabureau (samenwerking van onder meer CWI en UWV). Het programmabureau zorgt voor de inhoudelijke ondersteuning en kwaliteitsborging van de projecten, de communicatie over het programma en de projecten en de rapportage en verantwoording. In de ketenprojecten met gemeenten en in samenwerking met de ketenpartners UWV en SVB en met partijen als StimulanSZ en Radar, worden 1e en 2e orde risicoprofielen en risicomodellen ontwikkeld. De beoogde resultaten uit de 7 ketenprojecten met gemeenten zijn: • Klantprofielen • Systeem van signaalsturing • Checklist fraudesignalen • Afspraken afhandelen fraudesignalen • Controlesystematiek met risicosturing • Werkprocessen (met) handhaving • Opleidingsmodulen handhaving • Ketenbrede handhavingsarchitectuur • Geschikte instrumenten voor het identiteitscontroleproces. In de ketenprojecten worden enkele handhavingshypothesen getoetst: • Gedifferentieerde uitkeringsintake • Estafettemodel CWI - gemeente • Versterkte identiteitscontrole • Dienstverlening met A en B stromen • Risicogestuurde controles en steekproeven • Verkorte aanvraag • Eén integrale klantmanager • Meer voorlichting • Intensievere bemiddeling • Individuele aanpak • Groepsgerichte aanpak • Inhoudelijke identiteitscontrole • Deskundigheid aan de kop van het proces. In 2004 worden de mogelijkheden voor (ICT-)ondersteuning van de ketenprocessen Handhaving verder onderzocht en uitgewerkt. Hoewel GBA-LRD (Landelijk Raadpleegbare Deelverzamelingen) nog niet beschikbaar is, zijn de technische pilots met VIS (stand alone) en MRZ (via SZW) afgerond. De voorlopige conclusies zijn: • Er zijn nauwelijks hits aan de poort Kwartaalverslag 1 e kwartaal 2004

27

• Een aanvullende (ketenbrede) aanpak voor identiteitsfraude moet worden ontwikkeld • MRZ kan hierbij een belangrijk instrument zijn • De inzet van Edison aan de balie lijkt nauwelijks zinvol. Plannen voor aanvullende pilots voor ketenbrede aanpak van de identiteitsfraude en de inzet van MRZ worden momenteel opgesteld. De implementatie van Edison is afhankelijk van het eindresultaat van deze pilots. In de Wwb- en WW-opleidingen is aandacht voor fraudealertheid, rechtmatigheid en controle op het bestaan van voorliggende voorzieningen. Documentherkenning is aan de orde in de Wwb- en WW-opleidingen en in de basisopleiding nieuwe medewerkers. Ook is fraudealertheid aan de orde in de training poortwachter. In algemene zin is fraudealertheid ook onderdeel van de basisopleiding voor nieuwe medewerkers van CWI. In de trainingen agressiereductie en gesprekstechniek komt fraudealertheid in de casuïstiek specifiek aan de orde. Zodra de ketenprojecten verbeterde modules fraudealertheid en documentherkenning opleveren, worden deze in de opleidingen geïmplementeerd en uitgerold. CWI werkt mee aan het opzetten van een ketenbreed expertisecentrum voor: • Het bundelen van kennis over handhaving en fraudebestrijding • De ondersteuning van medewerkers in de werkprocessen van Werk en Inkomen (helpdesk) • Het opstellen van 2e orde risicoprofielen • De aansturing van de controles in de werkprocessen • Het oppakken en afhandelen van signalen uit de werkprocessen. Momenteel worden bij overdracht aan de ketenpartners ook signalen (kennisgevingen) doorgegeven. In 2004 zal CWI haar bijdrage leveren in de aanvullende acties en afspraken onder regie van SZW: de intensieve voorlichting over handhaving en een schaduwgroep met jonge high potentials. CWI participeert in de ketenbrede sessies, meten van fraudealertheid onder regie van SVB. CWI participeert in de ketenbrede actie onder regie van UWV om: • De werkprocessen Werk en Inkomen in de keten sluitend te maken • Elkaars signalen op te volgen • De werkwijze en organisatie van de afhandeling fraudezaken af te stemmen • De terugmelding van afgehandelde zaken aan medewerkers te regelen. CWI zal participeren in de acties onder regie van SIOD: risicoanalyse en workshops samenwerken en kennisdelen. CWI participeert is de ketenbrede actie opstellen en uitvoeren van het plan Ketenaanpak Identiteitsfraude onder regie van UWV. CWI zorgt voor de organisatie van klantenpanels voor metingen op projecten en pilots. CWI heeft haar bijdrage geleverd aan het ketenbrede discussiestuk over rechtmatigheid versus doelmatigheid. Onder regie van CWI en met ketenbrede inbreng van diverse organisaties zijn er in 2004 voor vestigingsmanagers en projectleiders van de ketenprojecten en pilots enkele kennisuitwisselingsdagen georganiseerd over risicoprofielen, opleidingen fraudealertheid en technische mogelijkheden bij identiteitscontrole. Dit platform zal in 2004 en 2005 regelmatig bijeenkomen om: • de resultaten van en inzichten uit de projecten en pilots te bespreken • deze om te zetten in best practices en implementatievoorstellen aan de Ketencoördinatiegroep en aan de deelnemende organisaties.

Aanpak jeugdwerkloosheid

In het eerste kwartaal 2004 zijn door CWI een aantal forse stappen gezet in de bestrijding van de jeugdwerkloosheid. Allereerst werd eind maart de jongerenmodule in werk.nl opgeleverd, waarin jongeren op een hun aansprekende wijze ondersteund worden in het oriënteren op opleiding en beroep


28

en vinden van een baan. Daarnaast is er in het kader van multichanneling een forum ingericht waar jongeren onderling relevante informatie kunnen uitwisselen en waarbij ook adviseurs op het forum mee”praten”en adviseren. Tevens is een Europees CV geïnstalleerd, waar op basis van EU-normering jongeren geholpen worden met het opstellen van een digitaal CV, waarbij tevens voor het eerst uitgevraagd wordt op competenties. Daarmee kunnen jongeren zonder startkwalificatie werkgevers tonen over welke competenties ze beschikken. Pilots rond dit CV en het jongerenpaspoort van de Taskforce Jeugdwerkloosheid zullen in de komende periode moeten aangeven hoe de jongeren het best ondersteund kunnen worden. Daarnaast hield Focus op Jongeren, op 16 maart zijn interne kick-off, waarmee elk CWI klaar is om de 40.000 leerbanen van de Taskforce Jeugdwerkloosheid in ontvangst te nemen, waarbij de vacatures tevens onderscheiden kunnen worden naar leerbaan, werkstage en stage en er vervolgens ook op bemiddeld zal worden (voorzover het aanbod beschikbaar is). Vervolgens werden de drie frontoffices bij de drie landelijke werkgeversorganisaties – VNONCW, MKB-Nederland en LTO Nederland – vanuit het CWI bemand, waarmee de activiteitenplannen per organisatie verder ingevuld en uitgevoerd kunnen worden. Tenslotte is de voorbereiding van het samenwerkingsconvenant met COLO (en de Kenniscentra Beroepsopleiding Bedrijfsleven) afgerond en zal dat naar verwachting in het tweede kwartaal getekend worden. Internationale diploma waardering (IDW) Voor werkzoekenden met een buitenlands diploma voert CWI per 1 januari 2003 de Internationale Diplomawaardering (IDW) uit, waardoor een vergelijking met de Nederlandse onderwijskwalificaties mogelijk wordt. De inhoudelijke waardering van buitenlandse diploma’s wordt uitgevoerd door en ingekocht bij de Expertisecentra Colo en Nuffic, via het samenwerkingsverband Informatie Centrum Diplomawaardering (IcDW) en verricht onder verantwoordelijkheid van de minister van OC&W. Waar nodig worden vertalingen van diploma’s door hen ingekocht bij het Tolk en Vertaalcentrum Nederland (TVCN) te Utrecht. Voor het eerste kwartaal van 2004 was de streefwaarde 1.163 diplomawaarderingen. Aan het eind van het eerste kwartaal zijn er 1.850 aanvragen ingediend. Het aantal afgegeven waarderingen, waarbij een buitenlands diploma/getuigschrift of niet afgeronde buitenlandse opleiding naar het Nederlandse onderwijssysteem is vergeleken, was 1.356. De informatie over het onderstaande levert het IcDD aan vanaf het tweede kwartaal: • het aantal besluiten waarbij wordt aangegeven dat diplomawaardering niet mogelijk is, aangezien er onvoldoende informatie is, of omdat de opleiding te kort heeft geduurd; • het aantal afgesloten aanvragen, waarbij het dossier na 56 dagen wordt afgesloten, omdat er geen aanvullende informatie aan CWI geleverd wordt of de aanvrager dient een verzoek in om de aanvraag in te trekken; • het aantal aanvragen nog in behandeling bij het IcDW; Elders/eerder verworven competenties (EVC) Omdat het onderkennen van competenties van werkzoekenden, in vergelijking met formele kwalificaties, in toenemende mate van belang wordt bij de matching van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, neemt CWI deel aan het EVC-Equalproject van het Kenniscentrum EVC. Dit project richt zich op praktijkervaring, instrumentatie en kennisverspreiding van de herkenning respectievelijk erkenning van niet-formeel verworven competenties bij werkzoekenden met een zwakke arbeidsmarktpositie. Het project richt zich op het verbeteren van de klantherkenning, versterking van de zelfwerkzaamheid, profilering van de werkzoekende en het realiseren van een overdrachtsdocument naar ketenpartners. Om ook de mogelijkheden van het matchen op


29

competenties (MoC) te verkennen is besloten om naast de EVC-activiteiten (gericht op de aanbodzijde) pilots in te richten voor specifieke sectoren met moeilijk vervulbare vacatures. De portfolio-ontwikkeling ten behoeve van het arbeidsmarktpaspoort jongeren (Taskforce Jeugdwerkloosheid) en het implementeren van het Europees CV heeft in het 1e kwartaal prioriteit gehad. Een pilot bij het CWI-Tiel is van start gegaan. De ervaringen vormen input voor de uitrol naar andere pilot-projecten bij andere CWI’s. In aansluiting hierop worden proefprojecten voorbereid in de sector Techniek (Kenteq) en Horeca (HBI) gericht op het arbeidsmarktpaspoort inclusief het matchen van een persoonlijk competentieprofiel en vacaturecompetentieprofiel. Ook zijn er stappen gezet om te komen tot een pilot met betrekking tot (self)assessmenttoools en het realiseren van een pilot met een competentie-assessmentcentrum. Tevens zijn in voorbereiding pilots rondom de doelgroep arbeidsgehandicapten in samenwerking met het REA-college en vindt uitvoering plaats van de door SZW gefinancierde pilot Hoger Opgeleide Vluchtelingen in samenwerking met UAF, COA en Nuffic. Beleid ten aanzien van allochtone vrouwen (commissie Participatie van vrouwen uit etnische minderheidsgroepen (PaVEM) Doelstelling van de commissie PaVEM voor het project Werk is het verhogen van de arbeidsparticipatie van allochtone vrouwen in de G30 gemeenten. PaVEM wil graag aansluiten bij het vele werk dat CWI al verrichten voor deze vrouwen. Het maken van (lokale) afspraken tussen gemeenten, CWI en werkgevers zal de arbeidsparticipatie van allochtone vrouwen ten goede komen. PaVEM biedt aan om deze inspanningen lokaal te ondersteunen, door een actieve rol te spelen in een bijeenkomst met de gemeente, CWI, werkgevers en allochtone vrouwen waarin afspraken worden gemaakt dan wel bekrachtigd.


30

Bijlage B. Programma Ketenresultaten 2004 De resultaten die ketenpartners met elkaar zijn overeengekomen in het programma ketenresultaten vormen voor CWI de leidraad bij het inrichten van haar werk. Prestaties van CWI zijn ketenprestaties. De prestatieniveau-overeenkomsten (PNO’s), samenwerkingsafspraken met UWV aan de ene kant en met individuele gemeenten aan de andere kant, vormen een kader voor de uitvoering van het ketenprogramma. Voorop staat steeds het sluitend maken van het proces, gezien vanuit de klant. Bij het vormgeven aan het ketenprogramma staan voor CWI drie elementen voorop: • Uitgangspunt bij ontwikkeling, realisatie en implementatie van werkproceskoppelingen is de impact op de keten als geheel. • Het ketenprogramma wordt uitgevoerd als een gezamenlijk ontwikkeltraject en niet als een onderhandelingstraject. • Het sluitend maken van de kwaliteitscyclus door het inrichten van een “feedback”- instrument is standaard onderdeel van de realisatie van werkproceskoppelingen. Wat nog ontbreekt om deze processen sluitend te maken is dat partners UWV en gemeenten de wederkerigheid van deze processen systematisch inregelen in hun werkprocessen en logistiek. In het eerste kwartaal 2004 zijn door de keten processen uitgewerkt voor de modulaire inrichting uitvraag WW en de “warme overdracht” van de reïntegratierapportage van CWI naar UWV. Bij verbeteringen in de bestaande processen betrekt CWI haar eigen gebruikersorganisatie, maar ook die van de partners waar dat mogelijk is. Initiatieven voor verbeteringen komen vaak vanuit de samenwerking in de keten lokaal of regionaal. CWI heeft een procedure ingericht die ervoor zorgt dat deze initiatieven landelijk getoetst worden en als zogenaamde “best practices” kunnen worden ingezet. Zo lopen er in 2004 met gemeenten initiatieven op het gebied van risicosturing en met UWV op het gebied van modulair inrichten van uitvraag WW. De samenwerking bij het sluitend maken van het proces komt ook de realisatie van elektronische werkproceskoppelingen, een belangrijk element van het programma ketenresultaten, ten goede. Waar processen sluitend zijn en helder gedefinieerd is het mogelijk de specificaties voor koppelingen op te leveren en gezamenlijk de koppelingen te bouwen en te implementeren. Dat gebeurt nu voor de vooraankondiging WW, de kennisgevingen en de rapportage advies reïntegratie. Ook is een start gemaakt met het definiëren van relevante elektronische retourmeldingen door gemeenten en UWV op berichten verzonden vanuit CWI. CWI ziet, vanuit haar verantwoordelijkheid als poortwachter, het formuleren van ketenprestaties en het inrichten van wederkerigheid door ontvangende partijen als voorwaarde voor het realiseren van het programma ketenresultaten.


31

Voortgang resultaatgebieden Prestatie-afspraak CWI rapporteert in het kader van de bemiddelingsgesprekken en de uitkeringsintake systematisch aan UWV/ GSD en gemeenten over verwijtbaar gedrag d.m.v. kennisgevingen

programma ketenresultaten 2004 Prestatie-indicator Ontwikkeltraject gericht op rapportage: Percentage kennisgevingen CWI rapporteert systematisch aan UWV dat voldoet aan de eisen en gemeenten over verwijtbaar gedrag. m.b.t. kwaliteit en tijdigheid. CWI en UWV hebben in relatie tot het project werkproceskoppelingen afspraken gemaakt over inhoud en structuur van kennisgevingen. Een onderscheid wordt gemaakt tussen kennisgevingen verwijtbaar gedrag enerzijds en andersoortige mededelingen anderzijds. Deze koppeling heeft prioriteit voor realisatie voor het laatste kwartaal 2004, uitgevoerd in samenhang met de introductie van SONAR. UWV heeft de wederkerigheid voor de koppeling nog niet systematisch ingericht in het proces. Gemeenten hebben de wederkerigheid van de koppeling nog niet systematisch ingericht in het proces. De wederkerigheid is afhankelijk van lokaal initiatief. Een start is gemaakt met het definiëren van het elektronische retourbericht bij deze koppeling zowel voor gemeenten als UWV.


32

Afspraken over de minimaal over te dragen gegevenssets, de bijbehorende kwaliteitseisen en tijdigheid.

Volledigheid, juistheid, consistentie en tijdigheid overdracht gegevens CWI m.b.t. de uitkeringsintake.

CWI meet de tijdigheid van overdracht in overeenstemming met huidige PNO. Deze metingen zijn valide bevonden en resultaten zijn beschikbaar. UWV meet de volledigheid van de overgedragen gegevenssets. CWI en UWV werken gezamenlijk aan kwaliteitsverbetering, onder andere in een pilot WW in het district Zuidwest voor wat betreft de “melding einde uitkering”. De pilot in Zuidwest Nederland heeft laten zien dat bij directe feedback door UWV op de overdracht door CWI (het sluitend maken van de kwaliteitscyclus) de scores op de prestatie-indicatoren onmiddellijk toenemen. CWI en UWV werken samen aan een modulaire inrichting van de gegevensset WW op basis van door UWV geleverde doelgroepbeschrijving. De vernieuwde set, in het eerste kwartaal 2004 afgestemd met de gebruikersorganisatie van CWI en UWV, zal de bestaande set gaan vervangen. Bevindingen van gezamenlijke pilots CWI-UWV in Zuidwest Nederland en Noord Nederland zijn bij de samenstelling van de set verwerkt. De planning voorziet voor 2004 in het testen van de nieuwe modulaire set op verschillende locaties, in het in lijn brengen van e-intake WW met de modulaire uitvraag en de oplevering via SONAR. CWI en UWV hebben in het eerste kwartaal van 2004 vastgesteld dat de wensen van CWI voor SUWInet Inkijk betreffende de koppeling “einde uitkering” vanuit de gegevens van de UWV bestanden niet te realiseren zijn, omdat UWV deze gegevens, namelijk “beschikbaarheid voor bemiddeling” niet registreert.


33

Afspraken over de volledigheid, juistheid en tijdigheid van de reïntegratieadviezen

Percentage reïntegratieadviezen dat voldoet aan de kwaliteitseisen en analyserapporten werkbelemmeringen

In het eerste kwartaal 2004 is vastgesteld dat de nieuwe opzet rapportage reïntegratieadvies over het gehele land is geïmplementeerd en door partners in de keten als een verbetering wordt ervaren. Het reïntegratieadvies is beschikbaar in digitale formulieren.

Voor het reïntegratieadvies zijn kwaliteitseisen geformuleerd. CWI heeft de rapportage over de kwaliteit opgenomen in het overdrachtsformulier. De verdere inrichting van de kwaliteitscyclus (wederkerigheid) met UWV en met gemeenten is nog niet voldoende ingericht door UWV en gemeenten. Bij de besprekingen voor de PNO’s in 2004 met UWV en met gemeenten zal CWI deze wederkerigheid opnieuw benadrukken. UWV en CWI hebben in het eerste kwartaal 2004 een voorstel geformuleerd over de zogeheten “warme overdracht” van het reïntegratieadvies door CWI aan de casemanager UWV. Dit initiatief onderstreept het belang van de wederkerigheid en zou moeten bijdragen aan een verhoging van de kwaliteit van de adviezen en opvolging ervan. Deze koppeling heeft prioriteit voor realisatie voor het laatste kwartaal 2004, uitgevoerd in samenhang met de introductie van SONAR. Een start is ook gemaakt met het definiëren van het elektronische retourbericht bij deze koppeling zowel voor gemeenten als UWV.

Afspraken over beperking uitstroom WW naar Abw

Doorstroomquote WW/Abw (waarbij rekening wordt gehouden met conjuncturele aspecten)


CWI wil graag gekend worden in afspraken over doorstroom, in verband met mogelijke gevolgen voor de taakstelling indicering van CWI. De invoering van de WWB heeft impact op deze werkproceskoppeling.

34

Ketenpartners maken afspraken hoe de cliënttevredenheid over de keten wordt gemeten

Waarderingscijfer van klanten d.m.v. gezamenlijke onderzoeken naar klanttevredenheid

CWI wil haar bestaande onderzoeken naar klanttevredenheid in 2004 samen met UWV en samen met gemeenten uitbreiden met onderzoeken naar klanttevredenheid in de keten, te beginnen op BVG locaties. In het eerste kwartaal 2004 is CWI onderzoek gestart naar de tevredenheid van de ketenpartners over de inspanningen CWI. Bij het onderzoek zijn ook betrokken de ervaringen van CWI als partner in de keten.

Ketenpoortwachtersquote WW

Ketenpoortwachtersquote Abw en IOAW

Ketenuitstroomquotes

% met werkloosheid bedreigden / actief sollicitatieplichtige (potentiële) WW-ers, dat zich bij CWI meldt voor werk of inkomen dat binnen 6 maanden na datum melding uitstroomt. % met werkloosheidbedreigde/ actief sollicitatieplichtige (potentiële) Wwb’ers dat zich bij CWI meldt voor werk of inkomen dat na 6 maanden na datum melding uitstroomt Gemiddelde uitstroom naar betaald werk (gemeenten en UWV)

Ketenpoortwachtersquote is beschikbaar

Ketenpoortwachtersquote is beschikbaar

Samenwerking tussen UWV en CWI en gemeenten bij de ontwikkeling en operationalisering van deze quote is noodzakelijk. Bestaande systemen in de keten kennen beperkingen in rapportagemogelijkheden. Met de introductie van de WWB en de vermindering van de rapportageverplichtingen ven gemeenten kunnen deze beperkingen toenemen. Het AKO heeft in maart uitgesproken 2004 hoge prioriteit te geven aan een gezamenlijke formulering van ketenprestatie-indicatoren.

ICT-ondersteuning bij werkproceskoppelingen In het ketenprogramma zijn afspraken gemaakt over de realisatiedata van koppelingen tussen de ketenpartijen. CWI heeft als uitgangspunt dat de koppeling via Digiforms en SONAR wordt gerealiseerd. De koppeling via Digiforms is noodzakelijk tot het moment van volledig landelijke uitrol van SONAR. Met de vooraankondiging WW is CWI klaar met de koppeling en voorbereid op het verzenden van berichten. In eerste instantie via Digiforms en later via SONAR. Het ontvangen van berichten loopt planmatig mee met de planning van het eerste retourbericht. Koppeling

Einddatum volgen Aanpassing Ketenprogramma goedgekeurd


Laatste verwachting

Toelichting

35

door AKO Vooraankondiging WW Melding einde WW

01-04-2004

Aanvraag WW Overdachtsformulier Retourmelding Reïntegratie advies Kennisgeving + retourmelding CWI - UWV Overdrachtsformulier ABW Melding einde ABW Intake ABW

01-07-04

niet meer in CWI wensen zijn bekend. ketenprogramma UWV registreert gewenste gegevens niet. 31-12-04 Eind 2004 technisch mogelijk

01-07-04

31-12-04

UWV kan deze koppeling als bericht pas eind 2004 ondersteunen

01-07-2004

Deze datum is nog niet bevestigd door gemeenten

Retourmelding ABW

01-07-2004

Reïntegratieadvies Kennisgeving + retourmelding CWI – Gemeenten Aanvraag IOAW

01-07-04

Relatie met bericht SONAR gemeenten Relatie met bericht SONAR gemeenten 01-10-2004 Relatie met bericht SONAR gemeenten 01-10-2004 Relatie met bericht SONAR gemeenten

01-01-2004

01-07-2004

01-07-04


01-06-2004 01-07-2003

Deze datum is nog niet bevestigd door gemeenten Deze datum is nog niet bevestigd door gemeenten

Deze datum is nog niet bevestigd door gemeenten

PPI stelt aan AKO voor deze berichten voorlopig nog niet elektronisch uit te wisselen. Reden is omvang van de stroom.

36

Bijlage C. Wet- en regelgeving In het 1e kwartaal 2004 zijn wijzigingen doorgevoerd in een aantal bestaande wetten en regels die CWI uitvoert of de CWI-organisatie raken. Hieronder zijn deze wijzigingen opgenomen. Wetgeving Wet Sociale Werkvoorziening indicatie door CWI Op basis van de indicatiestelling door gemeenten, en op basis van de uitkomsten van de pilots,zijn recent uitgangspunten geformuleerd voor het werkproces zoals CWI dat gaat uitvoeren. Na afronding van de WSW-pilots eind januari, heeft TNO Arbeid een eindrapportage opgesteld. Daaruit blijkt dat CWI ruim op tijd klaar zal zijn voor de indicatiestelling per 1 oktober a.s. (Wetsvoorstel Wet Sociale Werkvoorziening, Kamerstukken 29 225) Wet op de uitgebreide identificatieplicht Met dit wetsvoorstel wordt beoogd de identificatieplicht van burgers uit te breiden. In verschillende bepalingen (bijv. art. 55 Wet Suwi) zijn voor specifieke gevallen identificatieverplichtingen opgenomen. Deze blijven inhoudelijk grotendeels ongewijzigd, evenals de in deze wetten opgenomen specifieke strafbepalingen (bijv. art. 84 Wet Suwi). Volgens het wetsvoorstel zullen rijbewijzen ook als identificatiedocument worden erkend. Op het terrein van de sociale zekerheid en de Wav acht het kabinet het rijbewijs echter niet geschikt als identiteitsbewijs. De Wet arbeid vreemdelingen (Wav) en de socialezekerheidswetten worden daarom redactioneel aangepast, zodat men zich in het kader van deze regelingen niet met een rijbewijs kan identificeren, zoals nu ook al het geval is. (Wijziging en aanvulling van de Wet op de identificatieplicht) Structuur van de uitvoering werk en inkomen Vanaf 1 juli 2004 kunnen uitkeringsgerechtigden die zich willen oriënteren op de mogelijkheden weer aan de slag te komen, een beroep doen op de hulp van een werkherkansingsadviseur. Het streven is dat de werkherkansingsadviseur op 20 tot 30 locaties van start gaat. Deze adviseur is onafhankelijk en moet de klant zodanig ondersteunen zodat de invloed van de klant op zijn eigen reïntegratie wordt versterkt. Uiteindelijke beslissing over het daadwerkelijke reïntegratietraject neemt de gemeente of het Uwv. De servicedesks met de adviseurs worden gevestigd in CWI’s en bedrijfsverzamel-gebouwen, waarin UWV, CWI, bedrijven en gemeenten gezamenlijk gevestigd zijn. Het is de bedoeling dat op 1 januari 2005 op 60 locaties werkherkansingsadviseurs actief zijn. Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid (inwerkingtreding: 1/5/2004) Deze wet strekt ertoe het maken van onderscheid op grond van leeftijd bij arbeid, beroep en beroepsonderwijs te verbieden. Hiermee wordt ten aanzien van deze discriminatiegrond uitvoering gegeven aan richtlijn 2000/78/EG van de Raad van de Europese Unie van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep (PbEG 2000, L 303). (Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid, Kamerstukken 28170, Staatsblad 2004,30). Er zijn ook een aantal kamervragen gesteld naar aanleiding van deze wet met betrekking tot CWI. Deze zijn te vinden in vergaderjaar 2003-2004, nr. 852, aanhangsel van de handelingen van de Tweede Kamer.

Wijziging van de werkloosheidswet in verband met afschaffing van de vervolguitkering Met deze wet wordt de vervolguitkering WW afgeschaft voor werknemers die werkloos worden op of na 11 augustus 2003 (tenzij de aanzeggingsdatum van de opzegging of de ontbindingsbeschikking van de kantonrechter is gelegen voor 11 augustus 2003). Dit is een van


37

de maatregelen van de regering om het beroep op de WW te beperken. De regering is namelijk van mening dat de lange duur van de WW-uitkering op gespannen voet staat met de gewenste activering in het stelsel van sociale zekerheid. De afschaffing van de vervolguitkering versterkt de prikkel tot werkhervatting en daarmee het activerende karakter van de WW. Regelgeving CWI Integriteitsregels CWI Deze integriteitregels bieden een kader waar medewerkers de organisatie en de organisatie de medewerker op kan aanspreken. De regels zijn opgezet als een raamregeling, waaronder de verschillende regels en richtlijnen voor specifieke onderwerpen en omstandigheden hangen. Iedere medewerker is persoonlijk verantwoordelijk voor, en aanspreekbaar op de naleving van deze regels. (Integriteitsregels CWI; 10 februari 2004). Regeling belangentegenstellingen CWI De regeling gaat in op de verhouding tussen de belangen van de medewerker en die van CWI. In maar ook buiten werktijd kan de medewerker door het nastreven van belangen de integriteit van CWI in gevaar brengen. In die gevallen moet het belang van CWI prevaleren boven dat van de medewerker. In deze regeling wordt aangegeven over welke belangen het gaat en hoe daarmee moet worden omgegaan. (Regeling belangentegenstellingen CWI; 10 februari 2004). Regeling integriteitsregels voorzitter en leden Raad van Bestuur Voorzitter en leden van de Raad van bestuur stellen bij hun handelen de kwaliteit van het openbaar bestuur centraal. Integriteit van het openbaar bestuur is daarvoor een belangrijke voorwaarde. De belangen van de Centrale organisatie werk en inkomen, en in het verlengde daarvan die van zijn cliënten, zijn het primaire richtsnoer. (Regeling integriteitsregels voorzitter en leden Raad van Bestuur CWI; 10 februari 2004). Wijziging Besluit werkgebieden CWI In het Besluit werkgebieden CWI staan de vestigingen van de CWI’s vermeld met de daarbij behorende werkgebieden. Elk werkgebied omvat een aantal gemeenten of een deel van een grote gemeente. Het besluit is aangepast i.v.m. onder meer gemeentelijke herindelingen. (Besluit van CWI van 9 februari 2004, CWI 2003/012, Stcrt. 2004, 34). Wijziging Beleidsregels inzake uitvoering Wet arbeid vreemdelingen CWI kan vreemdelingen uit andere landen dan de EER-landen toelaten tot de Nederlandse arbeidsmarkt door afgifte van een tewerkstellingsvergunning. Voor het verlenen van een tewerkstellingsvergunning is het vereist dat een werkgever zijn vacature tenminste vijf weken van te voren meldt bij CWI. Niet melden leidt tot weigering van de tewerkstellingsvergunning. In buitengewone omstandigheden kan worden afgeweken van de verplichting tot vacaturemelding. Het moet daarbij gaan om onverwachte situaties, die door de werkgever niet beïnvloedbaar waren en waarbij het noodzakelijk is dat op korte termijn personeel wordt geworven. In paragraaf 19 van de Uitvoeringsregels Wav is nader bepaald dat CWI met betrekking tot bepaalde categorieën functies kan besluiten dat de verplichte vacaturemelding gedurende een termijn van maximaal zes maanden achterwege blijft, indien zij van oordeel is dat prioriteitgenietend aanbod (Nederlanders en vreemdelingen uit EER-landen) niet als werkzoekend is geregistreerd en niet op korte termijn zal worden geregistreerd. In het onderhavige besluit heeft CWI vastgelegd dat er gedurende een periode van zes maanden, met ingang van 1 januari 2004, bij de aanvraag om een tewerkstellingsvergunning voor hogere leidinggevende en specialistische functies met een brutosalaris van ten minste € 3.900,= per maand, voor coaches sport en circusartiesten het vereiste van vacaturemelding niet geldt. (Besluit CWI van 20 januari 2004, 2004/002, Stcrt. 2004, 34, publicatiedatum 19 februari 2004).


38

Bijlage D. Interne audits CWI heeft in het 1e kwartaal 2004 door de interne afdeling Operational Audit de volgende audits laten uitvoeren. Audit Rechtmatige uitvoer van de ontslagtaak Onderzoeksvraag: wordt de ontslagtaak binnen de juridische kolom van CWI rechtmatig en uniform uitgevoerd en wordt gelijke behandeling van gelijke gevallen voldoende gewaarborgd. Rapportage: 4 februari 2004. Audit project BVG-Vorming Onderzoeksvraag: Is de projectorganisatie BVG-vorming dusdanig ingericht en wordt het proces op zo’n manier beheerst, dat de doelstelling op de meest effectieve en efficiënte wijze worden gerealiseerd.


39

Doorlooptijd: week 8 t/m week 20 Audit CWI-brede Risicoanalyse Onderzoeksvraag: Breng de risico’s in beeld welke een bedreiging vormen voor het behalen van de doelstellingen van CWI en geef aan hoe de organisatie deze risico’s heeft afgedekt. Doorlooptijd: week 10 t/m week 25


40

Bijlage E. Voortgangsrapportage projecten Deze bijlage bevat de voortgangsrapportage van de projecten in uitvoering gedurende het 1 e kwartaal 2004. Het merendeel van de projecten maakt onderdeel uit van het Masterplan Transformatie 2003-2005, dd 17 december 2003. Tevens bevat deze bijlage de rapportage over de projecten die zijn opgenomen in het Bestemmingsfonds en de projecten die voortkomen uit de Boedel Arbeidsvoorziening. Bij de projecten zijn de tot en met 2004 beschikbare begroting en de totale uitgaven genoemd, tenzij anders vermeld. Indien de jaartranche 2004 is toegevoegd, is dat apart vermeld.

Projecten HRM Met de start van CWI op 1 januari 2002 is begonnen met de implementatiefase van het veranderingsproces. Een fase waarin iedere medewerker daadwerkelijk te maken krijgt met wijzigingen in inhoud en organisatie van het werk, andere klanten, nieuwe collega’s en soms een gewijzigde standplaats. CWI wil een professionele organisatie zijn die effectieve, doelmatige, klantgerichte, innovatieve en transparante houding. Een proces dat een aantal jaren zal vergen. Zeker omdat de CWIorganisatie te maken heeft met een omgeving die sterk in beweging is en regelmatig nieuwe eisen stelt aan de dienstverlening. Van organisatie en medewerkers wordt verwacht dat zij adequaat kunnen inspelen op de wensen van opdrachtgever, klanten en ketenpartners en de veranderingen in hun werk snel en soepel kunnen oppakken. Om deze prestaties te kunnen leveren wordt geïnvesteerd in het opbouwen van een organisatiestructuur, instrumenten, cultuur, opleiding en ontwikkeling van medewerkers. Transformatieproject aanpak en afbouw (meegekregen) hoog ziekteverzuim Bij de oprichting van CWI is een te hoog ziekteverzuim overgenomen. CWI heeft, gebaseerd op het door de Raad van Bestuur CWI geaccordeerde verzuimbeleid, procedures vastgesteld die het ziekteverzuim structureel moeten verlagen. Op preventief gebied zijn er risico-inventarisaties en evaluaties gehouden. Per 1 januari 2003 is er een contract met een nieuwe Arbo-dienst van kracht. Ook zijn er trainingen geïmplementeerd in het voeren van verzuimgesprekken. De doelstelling voor 2004 is een ziekteverzuim van 7,5%, berekend als een voortschrijdend twaalfmaands gemiddelde. In het 1e kwartaal 2004 hebben er wederom trainingen plaatsgevonden in het voeren van verzuimgesprekken, het verstrekken van inzicht in aspecten die met verzuimcultuur te maken hebben en trainingen aan HRM adviseurs inzake het functioneren van Sociaal Medische Teams. Per eind maart 2004 is het ziekteverzuim ten opzichte van het feitelijke ziekteverzuim in 2003, t.w. 8%, gedaald met 0,4 % tot 7,6%. Het verzuim korter dan 1 jaar is gedaald met 0,3% tot 5,4% en het verzuim langer dan 1 jaar daalde met 0,1% tot 2,2%. Deze cijfers betreffen het 12-maands voortschrijdend gemiddelde. Eindproducten Mijlpalen

Risico’s

Afbouw hoog ziekteverzuim Eind 2005 is de structurele aanpak met betrekking tot bestrijding hoog ziekteverzuim geïntegreerd in de organisatie en zijn de plannen voor ieder “oud zeer” langdurig zieke afgerond. In 2004 is het ziekteverzuim tot gemiddeld 7,5% gedaald en in 2003 tot gemiddeld 8,5%. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.

Bedragen x € 1.000 Begroting


Realisatie

Verschil

41

CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

31

234 207

265

-58

Ten opzichten van het jaarverslag 2003 heeft een correctie plaatsgevonden op enkele kostenposten uit 2003. De hogere uitgaven zijn veroorzaakt door extra kosten van een werkdrukbelevenisonderzoek in 2003. Transformatieproject opleiding en ontwikkeling algemeen (medewerkers en managers) De doelstelling is te komen tot breed inzetbare zelfstandig opererende medewerkers die de dienstverlening CWI goed vorm en inhoud kunnen geven. Hiervoor worden trainingen en opleidingen ontwikkeld om kennis, vaardigheden en houding van de medewerkers CWI te verbeteren. In 2003 zijn 239 trainingen en opleidingen georganiseerd, waaraan door circa 2.900 medewerkers is deelgenomen. De doelstellingen op het gebied van het opleiden en ontwikkelen van medewerkers, management en staf zijn daarmee in 2003 grotendeels gerealiseerd. Door middel van massale programma’s ten behoeve van nieuwe taken zijn de CWI’s hiervoor klaar. Het accent heeft met name gelegen in de poortwachtersrol en de werkgeversbenadering, Management Development-programma’s en certificering. In afwachting van de goedkeuring van een nieuw plan van aanpak, zijn er in het eerste kwartaal geen activiteiten geweest. Eindproducten

Mijlpalen

Risico’s

Breed inzetbare, zelfstandig opererende medewerkers in de uitvoering, in het management en in de staf, die mede de CWIcultuur op adequate wijze inhoud geven. Medio 2004 zal ieder personeelslid in staat moeten zijn om in overeenstemming met de voor CWI geldende taakstelling te kunnen opereren. Tevens wordt de aanbod- en opleidingsinfrastructuur uit dit transformatieproject “omgebouwd” naar een regulier aanbod en een reguliere infrastructuur. Kwaliteit en kwantiteit van de dienstverlening komt onder druk in geval van onvoldoende opleiding of vervangende capaciteit. Achterblijven van de ontwikkeling van de managers. Vanwege de drukte op de vestigingen en de veranderingen in de dienstverlening kan er onvoldoende ruimte zijn bij de medewerkers om opleidingen te volgen.

Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit


Realisatie

Verschil

93 71

42

Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

8 2.917 3.445

3.089

356

Transformatieproject opleiding en ontwikkeling management (leergang operationeel management en workshops) Doelstelling is het bevorderen van de deskundigheid van het middle management door het aanbieden van een basis managementopleiding aan aankomende en recent gestarte vestigingsmanagers. Hiervoor is een leergang operationeel management ontwikkeld ten behoeve van het verduidelijken van de deskundigheidsvragen van vestigingsmanagers over de bedrijfsvoering, het bieden van een mogelijkheid de deskundigheid te vergroten in een workshop en het bieden van de mogelijkheid om tot uniforme definities en begrippen te komen in de bedrijfsvoering. Ook wordt de mogelijkheid geboden aan vestigingsmanagers om zich te ontwikkelen met betrekking tot coachend leidinggeven. CWI wil deze stijl van leidinggeven verankeren in de organisatie. In dit project worden de volgende opleidingen verzorgd: procesgerichte opleidingen (beursvloer, uitkeringsintake, kwalificerende intake), inhoudelijk gerichte opleidingen (oriëntatie sociale zekerheid) en communicatief gerichte opleidingen (gesprekstechnieken en agressiereductie). De eerste leergang operationeel management is in juni 2003 gestart. In maart 2004 is een vierde leergang georganiseerd. Gezien het grote succes zal dit project ook in 2005 voortgezet worden. Eindproducten Mijlpalen Risico’s

Breed inzetbare, zelfstandig opererende managers. Eind 2004 hebben alle managers de gelegenheid gehad om de leergang operationeel management en de workshops te volgen. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.

Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

12 319 478

331

147

Transformatieproject kwaliteitsslag Het vertrekpunt voor de kwaliteitsslag is het bij de start van CWI ingezette beleid dat iedere medewerker twee jaar de kans zou krijgen om zijn/haar functioneren in overeenstemming te brengen met de doelstellingen van het bedrijf en de daartoe vereiste houding, kennis en vaardigheden. Deze periode is nu beëindigd, waardoor -via een strak te hanteren beoordelingssystematiek- een aanvang is gemaakt met ingrijpender maatregelen. Dat betekent dat het proces in termen van kosten in het 4e kwartaal 2003 op gang is gekomen. De kwaliteitsslag omvat een op HRM gericht deel en een op Bedrijfsvoering gericht deel. Het HRM-deel bestaat uit:


43

a. b. c. d. e. f.

Ontwikkelingstraject poortwachter Competentiedenken (Matchen op competenties – Moc) Werkgeversbenadering Certificering van medewerkers Kwaliteit van bestuur, management en uitvoerend personeel (exit/outplacement) Tijdelijk personeel HRM

Het Bedrijfsvoeringsdeel bestaat uit g. h. i. j. k. l.

Pilot bedrijfsbureau COSO Model Verbetering financiële infrastructuur Effectiviteits- en efficiency-onderzoek Minderheden conferentie Herstelplannen district 6

Ad a. Ontwikkelingstraject poortwachter De doelstelling is dat alle medewerkers in de uitvoering trainingen volgen voor het ontwikkeltraject poortwachter. Per eind 1e kwartaal 2004 zijn bijna alle vestigingen getraind. De laatste volgen in april en mei. Ca 8% van de medewerkers zal niet getraind zijn in verband met langdurig zieken, tijdelijk personeel en personeelsschommelingen. Voor nieuwe medewerkers zal de poortwachtersrol in de basisopleiding opgenomen worden. Er worden voorbereidingen getroffen voor de eindevaluatie in juni 2004. Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

25 486 753 1.590

1.264

326

Ad b. Matchen op competenties (Moc) Bij competentiedenken in de matching staat in de verworven (en alternatief aanwendbare) kunde en kennis centraal en veel minder de beroeps- of functienaam. Deze benadering wordt van cruciaal belang geacht voor het opvoeren van de prestaties voor de bemiddeling. Met name voor werkzoekenden met een bijzondere problematiek (leeftijd, gehandicapt, buitenlandse opleiding/arbeidsverleden etc.) kan deze benadering betere kansen op een succesvolle matching betekenen. Het projectplan Moc richt zich: - aan de aanbodzijde op de ontwikkeling en toetsing van persoonlijke competentieprofielen met prioriteit voor toepassing in het Arbeidsmarktpaspoort van Jongeren, inclusief inzet van assessment tools; - aan de vraagzijde op de ontwikkeling en toetsing van vacature-competentieprofielen bij voorrang in de Techniek en Horeca; - bij de matching op het gebruik van de competentieprofielen en het testen van FlexMatcher CGEY e In het 1 kwartaal 2004: - is een competentiemodel ontwikkeld - is een dummy jongerenpaspoort gerealiseerd


44

-

is een inventarisatie van competentieprofielen en structurering inhoud klantportfolio gerealiseerd - is een versterking van de ondersteuning van de uitvoeringsstructuur gerealiseerd - zijn geschikte assessmentinstrumenten opgespoord en geëvalueerd - zijn verbetervoorstellen voor het werkproces Vacature Intake ontwikkeld - heeft multichanneling van Vacature Intake op basis van competenties plaatsgevonden - zijn FlexMatcher en FlexAbility van CGEY getoetst en is het gebruik en de bruikbaarheid van verschillende toepassingen beoordeeld (ook internationaal) Begin april 2004 heeft de Raad van Bestuur ingestemd met het visie document , het competentiemodel, de voortgang rond het assessmentinstrument en een principebesluit genomen m.b.t. een internationaal (competentie-)symposium en een EU-subsidie-aanvraag. Het plan van aanpak wordt begin mei 2004 ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur. Bedragen x € 1.000 Begroting

Realisatie

Verschil

2.200

0

2.200


Ad c. Werkgeversbenadering In 2003 is de dienstverlening aan werkgevers geïntensiveerd. Om de medewerkers hierin te ondersteunen is een ontwikkelingstraject werkgeversbenadering van start gegaan. Het ontwikkelingstraject speelt in op een breed gesignaleerde behoefte aan verdere deskundigheidsbevordering. Het ontwikkelingstraject bestaat uit een planfase en een uitvoeringsfase. Hoewel reeds in juli 2003 is gestart met een pilot in het district Zuid Oost Nederland, is om een aantal uiteenlopende redenen de doorlooptijd langer geweest dan gepland. Vanaf het 1e kwartaal 2004 is intensief gewerkt aan de planvorming. Dit heeft geresulteerd in een concreet opleidingsaanbod in maart 2004, waarmee eind april 2004 kan worden gestart. Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

9 880

9

871

Ad d. Certificering van medewerkers CWI is gestart met het certificeren van haar medewerkers. Het doel hiervan is het borgen van de kwaliteit van medewerkers. Het uitreiken van de eerste deelcertificaten in 2003 is conform planning verlopen. In het 1e kwartaal 2004 is de evaluatie van het pilot certificering afgerond en is op 6 april 2004 aangeboden aan de RvB. Naar aanleiding van de evaluatie zijn het instrumentarium en de toetsen verbeterd en gevalideerd. Daarnaast is een expertgroep ingesteld, een communicatie traject opgestart met o.a. een informatiemap, een workshopcyclus gestart ter


45

voorbereiding beperkte uitrol op 4 vestigingen, en een instemmingsaanvraag bij de OR ingediend. Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

13 507

33 1.760

552

1.208

Ad e. Kwaliteit van bestuur, management en uitvoerend personeel (exit/outplacement) De doelstelling is dat ultimo 2003 alle managers een beoordeling “+“ (goed) behalen. Eind 2003 is deze ambitie voor het management overwegend gerealiseerd. Vanaf eind 2003 tot en met het 1e kwartaal 2004 hebben 32 managementwisselingen plaatsgevonden, waarbij in 10 gevallen de outplacement/ exitprocedure is gestart. Tevens wordt er voor 86 medewerkers een oplossing buiten het bedrijf gezocht. In het 1e kwartaal 2004 heeft het project zich geconcentreerd op het laten uitstromen van 11 personen, die voldoen aan de criteria, conform de procedure en daarbij behorende regelingen.


Realisatie

Verschil

102

1.060 8.517

1.162

7.355

Ad f. Tijdelijk personeel HRM (Toekomstgericht HRM) Met de uitvoering van de projecten, zoals hiervoor beschreven, wordt een aanzienlijk beslag gelegd op de beschikbare HRM-personeelscapaciteit. Om de overige HRM-activiteiten niet in gevaar te brengen wordt voor de uitvoering daarvan de capaciteit van deze discipline aangevuld met 20 tijdelijke – extern – ingehuurde medewerkers. Hoewel hiervoor in het herziene Masterplan Transformatie een bedrag is opgenomen ter hoogte van € 2.8 mln. heeft de Raad van Bestuur dit bedrag verhoogd tot in totaal € 3,0 mln. Aangezien de afronding van enkele projecten pas in 2005 kan plaatsvinden zal sprake zijn van een beperkte doorloop in dat jaar. In het 1e kwartaal 2004 is veel aandacht besteed aan inventariseren en inrichten van het programma en de bemensing op projecten en op de HRM afdelingen van de districten. Eindproducten Mijlpalen


Gemoderniseerde HR-dienstverlening, uitgevoerd door adequaat toegeruste HRM-ers. • Het wegwerken van achterstanden in de districten op reguliere HRM-taken: afronding eind 2004 • Eind 2e kw. 2004 zijn de deelplannen beschreven m.b.t.: competentiemanagement, loopbaanbeleid, beoordelen en ontwikkelen, management development, management diversiteit, handboek HRM. Beschrijven

46

werkprocessen en deskundigheidsbevordering Eind 2004 zijn bovenstaande projecten geïmplementeerd en verankerd Medio 2005 is HRM vbtb-proof en is de extra professionaliseringsslag uitgevoerd Onvoldoende HRM-dienstverlening (kwantitatief en kwalitatief) •

Risico’s Bedragen x € 1.000

Begroting

Realisatie

Verschil

3.000

0

3.000


Begroting is inclusief de extra toezegging van Raad van Bestuur. De declaraties van de districten zijn nog niet ontvangen/verwerkt.


47

Ad g. Pilot bedrijfsbureau op CWI Hoofdkantoor In 2003 is een pilot bedrijfsbureau binnen het CWI Hoofdkantoor gerealiseerd. De tweeledige aanleiding hiervoor is het verbeteren van de communicatie en samenwerking tussen de afdelingen van het CWI Hoofdkantoor en de (centrale) financiële administratie, het realiseren van één administratie en het versterken van de verantwoording over de projecten die CWI uitvoert. Het bedrijfsbureau neemt de rol van financiële controller van de afdelingen van het CWI Hoofdkantoor op zich. In het 1e kwartaal 2004 heeft het bedrijfsbureau haar contacten met de nieuwe afdelingen versterkt en heeft het bureau zorg gedragen voor een verdere beheersing van de project coderingen. Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

277

434

277

177

Ad h. COSO-model (mededeling over de bedrijfsvoering en rechtmatigheid) In het kader van de spelregels VBTB, de eigen effectiviteits- en doelmatigheidsverklaring alsmede de rol van de accountant daarbij wordt een project “mededeling over de bedrijfsvoering” van groot belang geacht. Met ondersteuning van de accountant zal daarbij het zogenoemde COSO-model als intern beheersingssysteem worden geïmplementeerd. Dit vereist een leertraject voor alle medewerkers in het verantwoordingscircuit en zal naar verwachting in de loop van 2005 volledig kunnen zijn geïnternaliseerd, waarmee CWI volledig VBTB-proof is. Het project COSO-model kent 3 doelstellingen: 1. CWI is eind 2005 volledig VBTB-proof 2. de accountant geeft een goedkeurende verklaring c.q. oordeel over de mededeling over de bedrijfsvoering van de Raad van Bestuur CWI 3. de accountant geeft een goedkeurende verklaring over de rechtmatigheid van de jaarrekening In het 1e kwartaal van 2004 is de mededeling over de bedrijfsvoering vastgesteld voor het verslagjaar 2003. De mededeling is opgenomen in het jaarverslag 2003. Tevens zijn de voorbereidingen gestart voor het uitvoeren van een risico-analyse. De methodiek waarlangs de analyse wordt opgesteld is uitgewerkt. Bedragen x € 1.000 Begroting

Realisatie

Verschil


250

0

250

Ad i. Verbetering financiële infrastructuur Voor de doelstellingen en beleidsevaluatie van het financiële beheer wordt verwezen naar de mededeling over de bedrijfsvoering in het jaarverslag 2003.


48

De projectduur is geraamd tot eind april 2004. Daarna zullen de activiteiten moeten worden overgenomen door de “staande organisatie”. Het betreft hier o.a. kwaliteitsverbetering financiële kolom, bezetting financiële kolom districten, processen en procedures en financiële A.O., voortgang BVG-vorming en beschrijving inkoopprocedures. In het 1 e kwartaal 2004 is het accent met name gelegd op het overdragen van deze activiteiten. Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

172

131 400

303

97

Ad j. Effectiviteits- en efficiency-onderzoek CWI heeft als managementdoelstelling dat zij een effectieve organisatie wil zijn. In 2003 is een onderzoek gestart om methodieken te ontwikkelen die de effectiviteit van CWI moeten onderbouwen. De doelstelling van dit onderzoek is het ontwikkelen van een wetenschappelijk model om de prestaties van CWI die afhankelijk zijn van de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt c.q. de economische ontwikkelingen te voorspellen en te verklaren. Het onderzoek heeft niet het gewenste resultaat opgeleverd; de betreffende onderzoeksinstantie heeft de opdracht teruggegeven. In het 1e kwartaal 2004 is door CWI intern een initieel model ontwikkeld waarmee de prestaties van CWI kunnen worden voorspeld, verklaard en verantwoord vanuit de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, c.q. de economische ontwikkelingen. Het model is voorgelegd aan de Stuurgroep Arbeidsmarkt Kennis en Advies en aan de Raad van Bestuur. De werkgroep, die zorgdraagt voor de verdere ontwikkeling van het model, is inmiddels samengesteld. Het initiële model zal in de loop van 2004 verder worden ontwikkeld en geïmplementeerd. In het 4e kwartaal van 2004 wordt het, dan verder ontwikkelde, model ter validatie voorgelegd aan een extern bureau. Het ligt in de bedoeling het model toe te passen in het jaarverslag 2004. Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

213 281

213

68

Ad k. Minderheden conferentie Afgerond in 2003 Ad l. Herstelplannen district 6 (Noordwest Nederland) Medio 2003 is gestart met herstelplannen voor de vestigingen Den Helder, Haarlem, Amsterdam Nieuw-West en Amsterdam Oud-West van het district Noordwest Nederland. De prestaties in deze vestigingen bleven dermate achter dat extra investeringen benodigd waren om de vestigingen weer op peil te krijgen. Doelstelling van de herstelplannen was de uitspraak te kunnen doen: “Ja, de vestigingen zijn er klaar voor om de taakstellingen 2004 te behalen”.


49

Het resultaat van de ingezette herstelacties is positief: Den Helder en Amsterdam Oud West zijn per einde 2003 op een normaal niveau gebracht. De beide vestigingen in Haarlem ook, zij het dat het fundament iets minder stevig is dan in de andere twee “herstel”vestigingen. Amsterdam Nieuw West heeft zich in het eerste kwartaal 2004 ontwikkeld tot een normaal niveau. Het project is per 1 april afgerond, waarmee het district Noord West een normaal niveau heeft bereikt. Eindproducten Mijlpalen Risico’s

De vestigingen kwalitatief en kwantitatief op orde zijn en voldoen aan de gestelde normen District Noordwest Nederland in 2004 voldoet aan de normen. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.


Realisatie

Verschil

4 395

93 580

492

88

Boedelproject meerkosten Talenter CWI heeft vanuit de ontmanteling van Arbeidsvoorziening een verplichte afname van het inhuren van externe deskundigheid via Talenter. De kosten hiervan zijn hoger dan de kosten in de situatie dat CWI deze medewerkers zelf in dienst zou hebben. De meerkosten zijn ondergebracht in dit boedelproject. Eindproducten Mijlpalen Risico’s

Meerkosten Talenter gefinancierd uit de boedel. Eind 2004 geen meerkosten meer voor de inhuur van externe deskundigheid bij Talenter. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.

Bedragen x 1000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

1.198

3.000

1.198

1.802

De begroting en de kosten beslaan de jaartranche 2004. Boedelproject claims In verband met mogelijke juridische claims waarmee CWI kan worden geconfronteerd in verband met het rechtsopvolger zijn voor de Arbeidsvoorzieningsorganisatie, is in de boedel een bedrag van € 100.000,- per jaar opgenomen. Tot op heden is hiervan geen gebruik gemaakt en zijn er derhalve geen kosten. Er zijn claims te verwachten in 2004 en verdere jaren. Op dit moment is niet in te schatten wat de omvang wat deze claims zal zijn. Eindproducten Mijlpalen


Voorziening beschikbaar geweest voor eventuele juridische claims. De mijlpaal is gerealiseerd als CWI niet meer kan worden geconfronteerd met juridische claims in verband met het

50

Risico’s

rechtsopvolger zijn voor de Arbeidsvoorzieningsorganisatie. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.

Projecten Communicatie De dienstverlening CWI en de marktbenadering door CWI wijken sterk af van wat vroeger gebruikelijk was. CWI heeft te maken hebben met een veranderende organisatie in een complexe omgeving. De organisatie kan alleen succesvol zijn, als er steeds op deze veranderingen wordt ingespeeld, in lijn met de politieke doelstellingen en de situatie op de arbeidsmarkt. Het krijgen van waardering van onze cliënten, van werkgevers en van ketenpartners is een belangrijke doelstelling. Het veranderingsproces vraagt een intensieve informatievoorziening naar en communicatie met de interne en externe omgeving. Communicatie is een managementtool om dit proces te begeleiden, waarbij communicatie een afgeleide is van de missie en doelstellingen van de organisatie. Hieruit volgt de kern waarover het in de communicatie moet gaan: Werk boven inkomen is waar het om gaat in de dienstverlening. CWI zoekt naar de mogelijkheden om de deelname aan het arbeidsproces te bevorderen en de aansluiting tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt te verbeteren. In de communicatie wil CWI de opvattingen en het beleid van burgers en werkgevers over dit thema beïnvloeden. Werk boven inkomen vraagt een resultaatgerichte manier van werken. CWI zoekt met de ketenpartners naar de juiste balans om te komen tot dienstverlening op maat. Doelstelling in de communicatie is bekendheid te genereren over de nieuwe vormen van dienstverlening en een positieve beeldvorming te krijgen. Wat heeft CWI te bieden? CWI is een betrokken dienstverlener en heeft producten en diensten op maat. Deze producten en diensten maken duidelijk hoe gestalte wordt gegeven aan de andere manier van werken en laten direct resultaat zien, afgestemd op de wensen en verwachtingen van de klant. Dit betekent dat aan de verschillende klantgroepen duidelijk moet worden gemaakt waarvoor men terecht kan bij CWI. Dit alles vraagt om een andere mentaliteit en werkwijze van de medewerkers. De medewerkers vormen de kritische succesfactor voor CWI; zij zijn de ambassadeurs van de organisatie. Een positieve houding en motivatie en een grote betrokkenheid verhogen de slagingskansen. Daarnaast is er sprake van een lerende organisatie, men mag fouten maken en wordt niet onmiddellijk "afgerekend" als men iets niet goed doet. Een eerlijke, open en duidelijke communicatie naar de eigen medewerkers toe is essentieel. Ook voor hen moet de win-win situatie duidelijk zijn.

Transformatieproject externe naamsbekendheid en positief imago De doelstellingen zijn het vergroten van de bekendheid met de CWI-organisatie en het dienstpakket van CWI. Activiteiten in dit project zijn de huisstijlontwikkeling, de signage en inrichting van CWI-vestigingen, de vernieuwing van de brochures en publicaties, opzetten van communicatieprogramma’s en mediavoorlichting. De belettering, beursvloer, lichtbakken en andere huisstijlelementen op de vestigingen zijn ontwikkeld en doorgevoerd. De volgende stap is dit door te ontwikkelen naar de bedrijfsverzamelgebouwen. Het ontwerp voor de inrichting en signage hiervoor is verder uitgewerkt en voor een deel vertaald in een selectie uit bestaande typen meubilair. BVG Tiel is volgens dit ontwerp ingericht. De kantoorautomatisering is omgebouwd naar de nieuwe digitale posities. Mede op basis van eerdere onderzoeksresultaten is een vervolgplan ontwikkeld voor de versterking van het profiel en imago van CWI, met de nadruk op activiteiten in de sfeer van marketingcommunicatie als hefboom voor de versterking van profiel en imago.


51

Voor communicatieactiviteiten rond de vestiging van bedrijfsverzamelgebouwen en de bewaking van uniformiteit en herkenbaarheid, is in de herfst van 2003 een basisplan communicatie CWI/BVG ontwikkeld. In het 1e kwartaal 2004 is de huisstijlsite verder ontwikkeld en operationeel gemaakt. Een geheel nieuwe brochurereeks en nieuwe posters zijn ontwikkeld, geproduceerd en gedistribueerd naar de 130 CWI-vestigingen. Voor de revisie en samenvoeging van de websites werk.nl en cwinet.nl is een plan ontwikkeld. Eindproduct

Mijlpalen

Risico’s

Een naams- en dienstenbekendheid bij (potentiële) klanten op het niveau van het ‘oude’ arbeidsbureau en een positieve houding om bij werkloosheid – en meer algemeen, bij het zoeken naar werk of personeel - inderdaad gebruik te maken van de diensten van CWI. Geïnformeerde, gemotiveerde medewerk(st)ers. 31 december 2004 – naamsbekendheid bij werkgevers 85% en bij werkzoekenden 75%. 31 december 2005 – naamsbekendheid bij werkgevers 95% en bij werkzoekenden 85%. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.


Realisatie

Verschil

5 14 757 2.980

776

2.204

De jaartranche 2004 is toegevoegd aan begroting Ten opzichten van jaarrekening 2003 heeft een correctie plaatsgevonden met betrekking tot de kosten van het deelproject huisstijl. Deze waren in het jaarverslag 2003 ten lasten van het project interne communicatie gebracht, terwijl dit deelproject bij externe communicatie begroot is.


52

Transformatieproject de slag om een positief imago begint intern De doelstelling voor eind 2005 is goed geïnformeerde en gemotiveerde medewerkers. De daarvan afgeleide doelstellingen zijn het verbeteren van de taakvervulling, het creëren van betrokkenheid bij de organisatie en bij de gehele keten van werk en inkomen. De medewerkers zijn de kracht van de organisatie. De slag om een goed imago begint intern. In 2003 is een plan vastgesteld om te komen tot een gezamenlijke organisatiecultuur: CWWIJ. Voor het ontwikkelen van het interne imago en de gewenste bedrijfscultuur zijn in het 1e kwartaal 2004 geen betekenisvolle activiteiten ontplooid. Eindproduct Mijlpalen

Risico’s

Geïnformeerde, gemotiveerde medewerkers. Het uitbrengen van eenmaandelijks personeelsblad. Een interactieve campagne over werkstijl en cultuur. Eind 2005 is er sprake van goed geïnformeerde en gemotiveerde medewerkers. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.


Realisatie

Verschil

9

33 450

42

417

De jaartranche 2004 is toegevoegd aan de begroting. Zie tevens opmerking bij project externe communicatie.

Projecten Huisvesting De vorming en huisvesting van CWI-vestigingen betekent ten opzichte van de ‘traditionele’ arbeidsbureaus een ware metamorfose. Het einddoel is huisvesting in een Bedrijfsverzamelgebouw (BVG). Het initiatief voor de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen ligt bij de gemeenten. De achtergrond van BVG-vorming is dat de keten van werk en inkomen het best tot zijn recht komt als ketenpartners en intermediairs op één locatie de klanten kunnen bedienen (“één loket”). In slechts enkele gevallen zal een bestaande locatie als bedrijfsverzamelgebouw kunnen dienen. In alle andere gevallen zal naar nieuwe huisvesting moeten worden omgezien. Door het vertrekken van de vroegere bedrijfsonderdelen van Arbeidsbureau Nederland uit panden waar CWI bij de ontvlechting van Arbeidsvoorziening hoofdhuurder is geworden is leegstand ontstaan. CWI verwacht dat deze leegstand in de komende jaren verder toeneemt door de verhuizing naar bedrijfsverzamelgebouwen. De meeste huisvestingsprojecten hebben een tijdelijk karakter. De huisvestingsstaf CWI is om efficiencyredenen ingericht op de eindformatie. In de tussenliggende periode heeft CWI daarom forse meerkosten als gevolg van de inzet van extra medewerkers en specialisten.


53

Transformatieproject doorontwikkeling huisvesting De doelstellingen bij het doorontwikkelen van de huisvesting zijn dat (1) de huisvesting de uitvoering van het referentiewerkproces niet belemmert, (2) dat knelpunten op het gebied van arbeidsomstandigheden worden opgelost en tot slot (3) dat de bouwkundige indeling van de openbare ruimten (zoals de beursvloer, spreekkamers, sanitaire voorzieningen) daar waar noodzakelijk op orde is. In 2002 waren alle vestigingen al zodanig gehuisvest dat het referentiewerkproces kon worden uitgevoerd. In 2003 is echter gebleken dat er op diverse vestigingen nog steeds (relatief) kleinere knelpunten in de huisvesting zijn. De toegenomen klantenstromen maken een oplossing van deze knelpunten urgenter. Ook het gegeven dat de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen langzamer gaat dan gepland maakt het noodzakelijk om verbeteringen uit te voeren in de huisvesting van de vestigingen. In het 1e kwartaal 2004 hebben diverse interne verbouwingen plaatsgevonden. Voor andere vestigingen geldt dat verbouwingen in voorbereiding zijn (planvormingsfase). In relatie tot de geconstateerde vertraging van de BVG-vorming verwacht CWI dat dit jaar toch nog meer interne verbouwingen moeten worden uitgevoerd. Eindproduct

Mijlpalen Risico’s

Resterende knelpunten in de huisvesting zijn opgelost. De vestigingen functioneren volgens de minimale eisen die het referentiewerkproces stelt. 100% gereed 31 december 2005. Grootschalige verbouwingen kunnen een storende invloed hebben op het werkproces.


Realisatie

Verschil

60 1.939 10 8 2.650

2.017

633

De jaartranche 2004 is toegevoegd aan begroting Transformatieproject tijdelijke huisvesting De doelstelling van dit project is tijdelijke verhuizing te verzorgen voor vestigingen. Voor 5 vestigingen is in 2003 tijdelijke huisvesting gerealiseerd. In 2004 zal er volgens huidig inzicht één project worden uitgevoerd: de verhuizing van CWI Amsterdam-Oost van de Polderweg naar de Wibautstraat. Omdat de huur op de huidige locatie door de verhuurder is opgezegd, is CWI gedwongen zich op een andere locatie in het verzorgingsgebied te vestigen. Vooralsnog ziet het er echter niet naar uit dat de gemeente Amsterdam het pand aan de Wibautstraat zal bestemmen als BVG. Op den duur zal dit CWI dus weer verhuizen naar een BVG-locatie. Eindproduct Mijlpalen

Risico’s


Tijdelijke huisvesting voor een beperkt aantal CWI-locaties. Per tijdelijk huisvestingsproject: • Budgetvrijgave van de Raad van Bestuur; • Afsluiten nieuwe huurovereenkomst; • Opleveren uitvoeringswerkzaamheden. Als gevolg van verhuizing naar een ander pand is er wellicht sprake van een beperkte verstoring van het werkproces. Het vinden van een nieuw (tijdelijk) pand gaat niet gemakkelijk.

54


Realisatie

Verschil

9 271 5 600

284

316

Transformatieproject doorontwikkeling signing De doelstelling van dit project is dat alle vestigingen zijn voorzien van de juiste huisstijl. Er is een huisstijl ontwikkeld voor de herkenbaarheid van CWI in bedrijfsverzamelgebouwen. CWI Tiel, gehuisvest in BVG Rivierenland, dient hiervoor als pilot. In 2004 volgt de besluitvorming of het huisstijlconcept zal worden geïmplementeerd in de overige vestigingen die gehuisvest zijn in een bedrijfsverzamelgebouw. Voor een aantal vestigingen geldt dat definitieve huisvesting nog minstens 2 jaar zal duren. In dit kader dient voor deze vestigingen de tijdelijke signing vervangen te worden door definitieve signing, o.a. door lichtreclame aan de gevel te bevestigingen. Het streven is erop gericht deze lichtbakken mee te nemen naar de nieuwe vestiging. Voor de 50 vestigingen, die niet voor 1 januari 2005 zijn gehuisvest in een bedrijfsverzamelgebouw, zijn vergunningstrajecten in gang gezet voor het realiseren van (licht)reclame-uitingen. Voor vrijwel alle CWI’s die hiervoor in aanmerking komen is de vergunning ontvangen. Eind 2003 is de Europese Aanbesteding voor het leveren van de lichtreclame in gang gezet. In het 1e kwartaal van 2004 heeft CWI verdere stappen doorlopen in de procedure voor de Europese Aanbesteding van gevelreclame. In het 2e kwartaal zal gunning plaatsvinden, in het derde en vierde kwartaal vindt uitrol plaats. Eindproduct Mijlpalen

Risico’s

Alle CWI’s zijn van de juiste signing / huisstijl voorzien. De pilot inpandige huisstijl is per 31 december 2003 afgerond; de aanpassing van de uitwendige signing is medio 2004 afgerond. De signing wordt beïnvloed door de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen. Hierdoor is een adequate planning vrijwel niet mogelijk.


Realisatie

Verschil

123 648 25 1.000

796

204

Transformatieproject verhuizen CWI’s De doelstelling van dit project is dat alle medewerkers die verhuizen naar een bedrijfsverzamelgebouw een werkplek hebben die voldoet aan de gestelde eisen. De ontwikkeling van bedrijfsverzamelgebouwen is elders in dit verslag beschreven. In het 1e kwartaal van 2004 hebben twee verhuizingen naar een BVG plaatsgevonden: CWI Etten-Leur en CWI Leidsche Rijn. Eindproduct


Alle vestigingen zijn gehuisvest in een bedrijfsverzamelgebouw.

55

Mijlpalen

Risico’s

Inschatting te realiseren verhuizingen in 2004: 35; in 2005: 18; in 2006: 30; nà 2006: 20 à 25 (het initiatief voor het vormen van bedrijfsverzamelgebouwen ligt bij de gemeenten). Stijgende huurkosten (marktconform in de nieuwe situatie), gestegen bouwprijzen etc. zullen de in het verleden vastgestelde financiële kaders steeds verder onder druk zetten. Gemeenten kunnen nog niet de leidende rol vervullen bij het van de grond krijgen van bedrijfsverzamelgebouwen. Niet geplande vervangingsinvesteringen in de huidige gebouwen, vertraagde planningen etc. kunnen hiervan het gevolg zijn.


Realisatie

Verschil

258

950

258

692

De jaartranche 2004 is toegevoegd aan begroting Transformatieproject oplevering te verlaten panden De doelstelling van dit project is dat de panden die CWI verlaat voldoen aan de contractuele afspraken die zijn gemaakt met de verhuurders. In 2003 zijn er in totaal 15 CWI’s gehuisvest in een bedrijfsverzamelgebouw. Een beperkt aantal bedrijfsverzamelgebouwen is gerealiseerd op de locatie van CWI. In de andere gevallen diende het CWI te verhuizen naar een ander pand en dientengevolge het oorspronkelijk gehuurde pand op te leveren aan de verhuurder conform hetgeen hierover was afgesproken in het huurcontract. Omdat het tempo van de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen langzamer verloopt dan verwacht worden de resterende middelen overgeheveld naar 2004. In 2003 zijn 7 panden opgeleverd. In het 1e kwartaal 2004 zijn er, gelet op het beperkte aantal verhuisbewegingen, weinig panden opgeleverd, behoudens dan uiteraard de “oude” CWI-panden te Breukelen, Woerden en Etten-Leur. Eindproduct Mijlpalen Risico’s

Panden worden opgeleverd conform contractuele afspraken met verhuurders. Zie onderdeel verhuizingen. Het opleveren van te verlaten panden wordt beïnvloed door de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen. Hierdoor is een adequate planning vrijwel niet mogelijk.


Realisatie

Verschil

120

880

120

760

De jaartranche 2004 is toegevoegd aan begroting Kwartaalverslag 1 e kwartaal 2004

56

Transformatieproject beheersen/minimaliseren van de leegstandskosten De doelstelling van dit project is om de leegstandskosten die zijn ontstaan door de oprichting van CWI te beheersen (minimaliseren). Een oplossing daarvoor is bijvoorbeeld het exploiteren van leegstand door onderverhuur. Daarnaast wordt getracht de omvang van de leegstand te beperken door het optimaliseren van de huisvestingssituatie: herschikken, afstoten of terugdringen van de gehuurde kantooroppervlakte. In 2003 is een overzicht opgesteld van alle panden en de (toekomstige) leegstand per pand. Alle huidige (onder)huursituaties zijn nagenoeg in beeld gebracht. In het 1e kwartaal 2004 is door FM een stappenplan ontwikkeld om de onderhuur van ruimten te stimuleren. Dit stappenplan voorziet in eerste instantie in de aanpak van 18 vestigingen die het grootste deel van de leegstand veroorzaken. In overleg met lokale makelaars c.a. zullen partijen worden benaderd om een deel van het CWI-pand te huren.

Eindproduct Mijlpalen Risico’s

Beheerste leegstandskosten. Zie onderdeel verhuizingen. Toename van leegstandskosten. De kantorenmarkt is omgeslagen van een vraagmarkt naar een aanbodmarkt (aanbod is thans groter dan de vraag) waardoor de leegstandsrisico’s c.q. het afkopen van huurcontracten grotere financiële offers kan vragen. Het huren van extra vierkante meters ten behoeve van toekomstige ketenpartners leidt in de huidige markt tot grotere leegstandsrisico’s.


Realisatie


Verschil

95 8.665 45 11.090

8.805

2.285

De jaartranche 2004 is toegevoegd aan begroting.

Bestemmingsfondsproject projectmanagement huisvesting Facilitair Management is binnen CWI in opbouw. Gedurende het jaar 2003 is deze landelijke stafafdeling versterkt met de inzet van specialisten (terzake van beleidsondersteuning, planning en control, planning en organisatie). In 2003 was er een piek in de werkzaamheden als gevolg van de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen. In het 1e kwartaal 2004 liep het project conform planning. Een aantal medewerkers met expertise op het gebied van vastgoed, projectmanagement en bouwadvies is ingeschakeld ter ondersteuning van de reguliere afdeling Facilitair Management. De omvang, complexiteit en urgentie van het BVG-project heeft CWI ertoe genoodzaakt de geplande ondersteuning uit te breiden. De Raad van Bestuur is in dit kader accoord gegaan met een aanvullend budget ter grootte van € 300.000,--. Eindproduct Mijlpalen Risico’s Kwartaalverslag 1 e kwartaal 2004

Facilitair Management is ingericht. Eind 2004 is de stafafdeling facilitair management ingericht. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.

57


Realisatie

Verschil

9 877 181 -31 1.448

1.036

112

Begroting is inclusief de extra toezegging van Raad van Bestuur. Bestemmingsfonds en boedelproject beveiliging/antiagressie/inbraakbeveiliging (2 samenhangende projecten) De (inbraak)beveiliging was begin 2003 niet op orde (Voor verdere argumentatie zie de Boedelclaim). Om inbraken te voorkomen dienen de vestigingen beter te worden beveiligd. De doelstelling van dit project is om de beveiliging te realiseren. De vestigingen zijn voorzien van aangepaste, uniforme, elektronische beveiliging. Tevens zijn braakwerende voorzieningen aangebracht, zoals PC-kluizen. Ook zijn alle vestigingen aangesloten op de centrale meldkamer van Securitas. Op alle vestigingen zijn de noodzakelijke organisatorische maatregelen doorgevoerd, waaronder adequate alarmopvolging, sleutelbeheer en instructies met betrekking tot sluitrondes. Het project Inbraakbeveiliging nadert haar voltooiing. In een klein aantal CWI’s worden nog nazorg werkzaamheden verricht en wellicht zullen in de loop van 2004 nog een aantal vestigingen voorzien worden van een toegangscontrolesysteem. Door het toenemende agressierisico doet CWI al het mogelijke om de veiligheid van de medewerkers te borgen. Deels kan dit worden bewerkstelligd door goede organisatorische afspraken te maken en trainingen te organiseren voor het personeel, maar ook fysieke aanpassingen en hulpmiddelen kunnen bijdragen tot een beheersbare situatie. Voor dit laatste aspect zijn verschillende systemen van alarmering getest. In het kader van het project Anti-agressie is in het 1e kwartaal 2004 gestart met het opstellen van een zogenaamd agressie-protocol. Dit protocol omschrijft hoe de organisatie is in te richten op het voorkomen van en het handelend optreden bij vormen van agressie jegens de CWImedewerkers. Ook is een inventarisatie uitgevoerd bij diverse risico-vestigingen m.b.t. het aanbrengen van paniek-/alarmknoppen zodat in geval van nood direct signalen kunnen worden afgegeven aan collega’s binnen het gebouw. Eindproducten Beveiligde vestigingen. Beleid antiagressie ontwikkeld en geïmplementeerd. Mijlpalen Eind 2003 zijn de vestigingen beveiligd. Eind 2004 is het beleid ontwikkeld samen met de ketenpartners voor antiagressie. Medio 2005 is het beleid antiagressie geïmplementeerd. Risico’s Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen. Project Anti-agressie (bestemmingsfonds) Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten


Realisatie

Verschil

51 35

58

Totaal additionele kosten:

357

Project Inbraakbeveiliging (boedel) Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

86

271

Realisatie

Verschil

57

81 203

138

65

De begroting en de kosten beslaan de jaartranche 2004. Boedelproject huisvestingskosten Het besluit van het Ministerie van SZW dat CWI geen panden in eigendom mocht hebben, heeft tot gevolg gehad dat deze panden door Arbeidsvoorziening zijn verkocht aan derden. Hieraan was gekoppeld dat de historisch lage huren die CWI betaalde, zouden worden omgezet in marktconforme huurbedragen om een lucratieve verkoop mogelijk te maken. Voor de compensatie van deze hogere huurbedragen is in de jaren 2003 t/m 2007 een deel van de boedel gereserveerd. De jaarlijkse totale huursom die het betreft is circa €5,6 mln. Hiervan is in 2003 € 0,482 mln. geclaimd als compensatie voor de hogere huren. In 2004 zal dit bedrag hoger zijn, aangezien de compensatie in 2003 ‘slechts’ 6 maanden betrof (vanaf juli 2003). In het 1e kwartaal 2004 zijn er tot nog toe geen veranderingen opgetreden in de te declareren som.

Eindproducten Mijlpalen Risico’s

Dekking van de huisvestingskosten. Compensatie tot en met 2007. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.


Realisatie

Verschil

241

1.000

241

759

De begroting en de kosten beslaan de jaartranche 2004 Bestemmingsfonds contractsanering De doelstelling van dit project is om vanwege efficiencyredenen en beheersmaatregelen te komen tot een herschikking van de contracten die CWI heeft met diverse leveranciers. Dit zal leiden tot vermindering van leveranciers en facturen, hetgeen weer zal leiden tot besparingen op inkoop en inkoopkosten. Contractsanering en Europese Aanbesteding van goederen en diensten gaan hand in hand. Per eind maart 2004 zijn 10 Europese Aanbestedingsprocedures afgerond en is gunning verleend aan de leverancier die het beste uit de selectie naar voren is gekomen. Het gaat hierbij o.a.


59

diverse zaken, variërend van drukwerk tot ziektenkostenverzekering en IP-switches. Voor circa 40 producten/diensten is de Europese Aanbesteding-procedure nog lopende; deze zullen in het 2e en 3e kwartaal van 2004 worden afgerond. Eindproduct Mijlpalen Risico’s

Sanering contracten; zoveel mogelijk overgaan op raamcontracten. Eind 2005 is de contractsanering afgerond. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.



Realisatie

Verschil

377 16 134 830

527

303

60

Projecten Informatisering Bij een effectieve, doelmatige en klantgerichte dienstverlening hoort een adequate ondersteuning van informatiesystemen. Bij de oprichting van CWI werd niet aan deze randvoorwaarde voldaan. CWI was genoodzaakt om de volledige informatiehuishouding te herzien. Hiervoor zijn sinds 2002 diverse projecten gestart. Om de managementdoelstelling te kunnen waarmaken dient de organisatie te beschikken over een adequate configuratie van stuursystemen. Het Management Informatie Portaal is daarvan de belangrijkste, in samenhang met de Balanced Scorecard (voor de organisatie als totaal en voor de onderdelen afzonderlijk). Deze instrumenten staan ten dienste van de transparantie en zelfevaluatie. Om deze instrumenten adequaat te vullen is integere informatie nodig aangaande resources, productie, resultaten en kosten. Daartoe dienen ook de onderliggende systemen op orde te zijn: personeelsinformatiesysteem, financiële administratie en verplichtingenadministratie, centrale inkoop(project)administratie en productie-, kwaliteits- en prestatiemetingssysteem. Transformatieproject inrichting uitwijkomgeving CWI De doelstelling van dit project is het realiseren van een tweede locatie waar de dienstverlening met betrekking tot de kantoorautomatisering binnen een tijdsperiode van 48 uur na de beslissing om de uitwijk op te starten, gerealiseerd is. De uitwijk van de kantoorautomatiseringsomgeving bevat de noodzakelijke netwerkvoorziening, de basisvoorziening voor een computercentrum en de complete apparatuur voor de uitwijk van alle kantoorautomatiseringssystemen (inclusief een systeem voor opslag van alle data van CWI op disk en een tape-library voor back-up op tape en restore van de tape). Voor de realisatie van de uitwijk van de bedrijfsapplicaties is in het 1e kwartaal 2004 het plan van aanpak in concept gereed gemaakt. De voorbereidingen voor de verhuizing zijn inmiddels gestart. Medio mei 2004 zal de ene omgeving worden verhuisd naar Amsterdam DCA (Productieomgeving) en medio juni 2004 de andere omgeving naar Amsterdam Level 3 (Uitwijkomgeving). De uitwijkomgeving dient in 2004 te zijn gerealiseerd. Eindproduct Mijlpalen Risico’s

Een volledig ingerichte uitwijkomgeving. In 2004 is de uitwijkomgeving ingericht. De doorlooptijd met betrekking tot de realisatie van de nieuwe verbindingen van het rekencentrum waar de uitwijk plaatsvindt. Continuïteit van de dienstverlening op het moment dat de uitwijk voor de eerste maal bijgeschakeld wordt. De aanwezigheid van een verbinding tussen de beide rekencentra van CGEY.


Realisatie

Verschil

228

700

228

472

Transformatieproject www.werk.nl In de beleidsevaluatie van de doelstelling van het transparant maken van de arbeidsmarkt staat CWI uitgebreid stil bij de effectiviteit van het instrument werk.nl in de dienstverlening. De ervaringen van gebruikers van de internetsite www.werk.nl gaven aanleiding om de site te


61

verbeteren. De doelstelling van dit project is om die verbeteringen te realiseren. Een belangrijk deel van de verbeteringen is reeds in 2003 gerealiseerd. In het 1e kwartaal 2004 zijn de volgende activiteiten verricht: - het opleveren van de jongerenmodule - het opleveren van de partnermodule - het opleveren van een bijdrage ten behoeve van de taskforce jeugdwerkloosheid Eindproduct

Mijlpalen

Risico’s

Een op het internet operationele Vacature en Sollicitantenbank met mogelijkheid van matching zonder tussenkomst CWI. Tevens kan de klant interactief advies krijgen. Verbeteringen naar aanleiding van de gebruikerservaringen in 2003. Onder deze verbeteringen valt ook het initiatief in de BVG Nijmegen. CWI gaat voor het eerst in deze omvang op het Internet. Dit heeft beveiligings-, performance- en beheerrisico’s. Om deze risico’s te beperken is een audit uitgevoerd op deze aspecten. O.b.v. de resultaten worden stappen feitelijk geëffectueerd.


Realisatie

Verschil

227 987

1.675

1.214

461

Transformatieproject digitale formulieren Om de ketensamenwerking doelmatig in te richten dienen ketenpartners elektronisch gegevens met elkaar te kunnen uitwisselen. In 2003 heeft CWI een tijdelijke applicatie geïmplementeerd voor Digitale Formulieren. Hiermee is een belangrijke stap gezet in de richting van standaardisatie van het uitwisselen van papieren gegevens in de keten. De volgende stap is het mogelijk maken dat cliënten formulieren kunnen opvragen en invullen via Internet. In 2003 is een pilot met de WW-aanvraag gerealiseerd en op vier vestigingen beproefd. In 2004 worden nieuwe digitale formulieren in productie genomen bijvoorbeeld ten behoeve van de klantportfolio. Het plan van aanpak voor de landelijke uitrol van E-intake is in het 1e kwartaal 2004 opgesteld en goedgekeurd. De implementatie zal in stappen gaan: eerst alleen via het Intranet (beursvloer) en vervolgens op het Internet. De implementatie zal in juni 2004 starten op 12 vestigingen. In augustus/september 2004 zal E-intake volledig zijn uitgerold. De voorbereidingen voor het beschikbaar stellen via Internet en gebruik van de Nationale Authenticatie Voorziening zijn inmiddels gestart. Het project E-intake (Goudvis) is een logisch vervolg op digitale formulieren en heeft overlap met het project gegevensuitwisseling in de keten. De meerkosten van E-intake zullen dan ook worden gecompenseerd met de lagere kosten van het project gegevensuitwisseling in de keten. Eindproduct Mijlpalen

Risico’s


Een afgeronde ‘tijdelijke’ en beperkte applicatie, met inkijk door ketenpartners. Februari 2003 landelijk ingevoerd. In 2003 is gestart met Digitale Formulieren via Internet, dit loopt door in 2004. Bouw inkijkoptie is afhankelijk van de ketenpartners. Acceptatie door de ketenpartners. Om elektronische formulieren tot een succes te maken zijn de ketenpartners in alle stadia van het project betrokken.

62


Realisatie

Verschil

93 1.283

838

1.376

-538

Transformatieproject uitrol VoIP De doelstelling van dit project is het inrichten van een telefoonfunctie die voldoet aan de eisen van het referentiewerkproces. Alle vestigingen beschikken over conventionele telefooncentrales. Deze centrales zijn verouderd en volledig afgeschreven. Met deze telefooncentrales is het niet mogelijk om het telefoonverkeer tussen vestigingen te routeren. Bovendien zijn er hoge kosten gemoeid met het telefoonverkeer tussen vestigingen. Met de introductie van Voice Over IP (telefonie over Internet) is het mogelijk om vestigingen te koppelen en de telefoniefunctie zo in te richten dat deze het referentiewerkproces ondersteunt. Eind januari 2004 is een nieuw platform ingericht en alle vestigingen zijn met succes naar dit nieuwe platform gemigreerd. Eind februari 2004 is een tweede platform ingericht. De vervolguitrol is thans in voorbereiding. Het aantal uitgerolde vestigingen is inmiddels 30. Het project loopt door tot eind 2004. Eindproducten Mijlpalen Risico’s

Alle vestigingen hebben VoIP operationeel. De telefoons en de benodigde switches zijn Europees aanbesteed. Volledige invoering per 31 december 2004. Zie pilots VoIP.


Realisatie

Verschil

151 972 69 2.800

1.191

1.609

Transformatieproject pilots met VoIP Dit project is de vervolgstap van het transformatieproject: uitrol VoIP. Met het uitvoeren van pilots op locatie is in 2003 met een aantal concepten geëxperimenteerd. Eind 2003 is gestart met de pilot CALVI op twee vestigingen en het hoofdkantoor. CALVI is een management-informatietool waarmee o.a. informatie kan worden verkregen over de bereikbaarheid en de snelheid waarmee telefoontjes worden opgenomen. De aanvankelijke mijlpalenplanning heeft enige vertraging ondervonden. I.t.t. hetgeen in onderstaande tabel staat vermeld is het systeem eind maart 2004 geëvalueerd en is het systeem geschikt bevonden om landelijk te worden ingevoerd. Voorwaarde blijft wel dat VOIP is uitgerold. Naar verwachting zullen in het 4e kwartaal 2004 alle vestigingen met VOIP zijn uitgerold. Eindproducten Mijlpalen Kwartaalverslag 1 e kwartaal 2004

Een ingerichte telefoniefunctie die voldoet aan de eisen van het referentiewerkproces. Zomer 2003 zijn de pilots operationeel. In september 2003

63

Risico’s

evaluatie en in december 2003 landelijke invoering (zie tekst) Er hebben zich technische problemen voorgedaan waardoor de landelijke invoering is vertraagd.


Realisatie

Verschil

108

150

108

42

Transformatieproject invoeren systeem CWI Juridische Zaken Eén van de belangrijke peilers in de CWI-organisatie is de juridische dienstverlening: het behandelen van aanvragen voor ontslagvergunningen en tewerkstellingsvergunningen. Om de efficiency van deze dienstverlening te verhogen dienen de huidige systemen te worden vervangen door één geïntegreerd systeem. De doelstelling van dit project is het ontwikkelen en implementeren van één systeem voor de juridische dienstverlening. Het functioneel ontwerp voor dit systeem is nagenoeg afgerond. Het project is echter vertraagd in verband met de wens de JZsystemen in de SONAR-omgeving te realiseren en daarmee een integrale ICT-oplossing te bieden voor alle CWI-medewerkers. In het 1e kwartaal van 2004 is gestart met de voorbereiding van de Europese Aanbesteding van het project. De doorlooptijd van het project wordt door de Europese Aanbesteding verlengd. Om die reden is besloten om in de tussenliggende periode diverse quick wins te realiseren en te implementeren. Eindproducten


De juridische systemen: ARCOS, AVV en VOBES zijn vervangen door één nieuw geïntegreerd systeem; link met poortwachtersactiviteiten (aan met werkloosheid bedreigden). Volledige invoering eind 2005. De samenhang tussen het ontwikkelen van een nieuw systeem van juridische zaken en het vervangen van het primaire systeem voor CWI (SONAR voor PGI) vraagt om flexibiliteit in de planning.


Realisatie

Verschil

341

1.500

341

1.159

Transformatieproject gegevensuitwisseling in de keten Voor de beleidsevaluatie van dit project wordt verwezen naar de evaluatie van de doelstelling van ketensamenwerking en de resultaten uit het AKO Programma Ketenresultaten 2003-2004. De vooraankondiging UWV is bouwgereed in Digitale Formulieren en wordt in het 1 e kwartaal 2004 getest. Begin mei 2004 zal een en ander worden geoperationaliseerd binnen CWI. UWV zal in juni 2004 volgen.


64

De overige koppelingen met UWV en GSD zijn in de definitie- en ontwerpfase. De GSDkoppelingen zullen aansluiten bij SONAR. Een belangrijk hiermee samenhangend project is E-intake. Dit project is een logisch vervolg op het project digitale formulieren. Als gevolg hiervan vindt bij het project gegevensuitwisseling in de keten een onderuitputting plaats en bij het project digitale formulieren een overschrijding. Een belangrijk hiermee samenhangend project is E-intake als vervolg op het project digitale formulieren. Zie tevens het project digitale formulieren. Eindproducten Mijlpalen Risico’s

Inkijk en koppelingen in de keten. Eind 2004 gereed. Acceptatie door de ketenpartners. Het gehele traject wordt samen met de ketenpartners uitgevoerd.


Realisatie

Verschil

12 144

2.000

156

1.844

Transformatieproject salaris- en personeelsinformatiesysteem Het salaris- en personeelsinformatiesysteem van CWI zijn sterk verouderd. Dat brengt risico’s met zich mee in de interne beheersing van de organisatie. De doelstelling van dit project is om een nieuw salaris- en persoonsinformatiesysteem te ontwikkelen en te implementeren. Dit nieuwe systeem dient gekoppeld te zijn aan de financiële systemen en de stuursystemen. Het 1e kwartaal 2004 is, voor wat betreft het salarissysteem, gericht geweest op de selectie (in het bijzonder de afronding van het programma van eisen en de selectie van het salarissysteem en het opstarten en begeleiden van de Europese Aanbesteding). De totale realisatie van dit project is voorzien in 2005. Voor wat betreft het informatiesysteem, is het 1e kwartaal gericht geweest op het inrichten van processen, het maken van afspraken omtrent definities en het ontwikkelen van hulpmiddelen t.b.v. monitoren van de juiste invoer. Eindproduct

Mijlpalen

Risico’s

Advies betreffende en aanpassing van het salaris- en personeelsinformatiesysteem inclusief koppeling met financiële administratie en stuursystemen. Nieuw salarissysteem geïmplementeerd per 31 december 2004. Nieuw personeelsinformatiesysteem geïmplementeerd per 31 december 2005. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.



Realisatie

Verschil

589 209 23 4.609

821

3.788

65

Transformatieproject centraal inkoopsysteem en vervolmaken financiële administratie CWI beschikt niet over een centrale (inkoop)administratie. Dit brengt risico’s met zich mee in de interne beheersing van de organisatie. In dit project wordt een centraal inkoopsysteem gerealiseerd en wordt een nieuwe werkwijze binnen de organisatie geïntroduceerd, waarbij rechtstreeks bestellingen kunnen worden verricht via één systeem. In 2003 is de implementatie in de districten van deze verplichtingenadministratie afgerond. In het verlengde hiervan is ook de projectomgeving verder ingevuld. In 2004 dient het systeem volledig functioneel te zijn. Definitieve afronding van het project is voorzien per 31 december 2004. Onderdeel van het centrale inkoopsysteem is de implementatie van I-procurement. Aan het eind van het 1e kwartaal 2004 zijn de volgende resultaten behaald: - alle vestigingen en districtskantoren (inc. JuZa) zijn in productie - uitrol hoofdkantoor in uitvoering - uitvoering applicatie-scan door KPMG afgerond. Acties voor verbeteringen zijn in de organisatie uitgezet. - E-catalogus Aqua op productie I-procurement beschikbaar gesteld - Laatste installatie van patches I-procurement vanuit project succesvol gerealiseerd - Technische projectomgeving I-procurement per eind maart opgeheven

Eindproduct Mijlpalen

Risico’s

Integrale centrale(inkoop)administratie. Technische invoering gereed op 31 januari 2003, pilot hoofdkantoor 1 maart 2003, volledige uitrol 31 december 2003. N.B.: het project is uitgelopen t.g.v. tegenslag bij technische inmplementatie. Definitieve oplevering van het project is voorzien per 31 december 2004. Bij het project zijn diverse externe zowel als interne medewerkers betrokken, waardoor de kans op stagnatie als gevolg van het uitvallen van personeel minimaal is.


Realisatie

Verschil

866 89 13 1.400

968

432

Transformatieproject koeriers en formulieren Voorzien wordt dat het berichtenverkeer tussen CWI en UWV op termijn via electronische weg kan plaatsvinden. Bij CWI wordt hiertoe in SONAR een voorziening getroffen. Vervolgens zal ook de UWV hierop een voorziening moeten treffen. In de tussentijd moet worden voorzien in een logistieke oplossing met behulp van koeriers om dossiers bij de ketenpartners te brengen. De doelstelling van dit project is het treffen van tijdelijke voorzieningen voor berichtenverkeer tussen de ketenpartners door middel van koeriers en formulieren. Deze doelstelling is gerealiseerd. Voor de verzending van dossiers van CWI naar UWV wordt gebruik gemaakt van koeriersdiensten. Onder het project valt ook het drukwerk van formulieren ten behoeve van de uitkeringsintake. Eindproducten Mijlpalen

Risico’s


Tijdelijk werken met koeriers en formulieren. Kosten drukwerk verminderen met in gebruik nemen digitale formulieren. Koeriersdiensten blijven tenminste tot de integrale invoering van SONAR nodig (medio 2005). Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.

66


Realisatie

Verschil

484 1.072

484

588

Transformatieproject integreren informatiesystemen voor management en arbeidsmarktinformatie Eén van de hoofddoelstellingen van CWI is het transparant maken van de arbeidsmarkt. De beleidsevaluatie van deze doelstelling is al beschreven in het Jaarverslag. Een onderdeel van de managementdoelstelling van CWI is het willen zijn van een transparante organisatie. Op dit moment beschikt CWI zowel over een datawarehouse voor managementinformatie (ten behoeve van de verantwoording) als over een datawarehouse voor arbeidsmarktinformatie (ten behoeve van het transparant maken van de arbeidsmarkt). De doelstelling van dit project is: • inrichten van een robuust, schaalbaar en centraal rapportagesysteem voor CWI; • inrichten van processen en organisatie om de kwaliteit en continuïteit van de rapportagefunctie te kunnen waarborgen; • optimaliseren van ontwikkel-, test-, beheer- en exploitatieprocessen met als doel het reduceren van kosten. De definitiestudie is uitgevoerd en afgerond. Alvorens de ontwerpfase in te gaan wordt het resultaat getoetst aan SONAR. In het 1e kwartaal van 2004 is gestart met de voorbereiding van de Europese Aanbesteding. De planning is dat dit systeem medio 2005 operationeel zal zijn. Eindproducten Mijlpalen Risico’s

Eenduidig rapportagesysteem voor zowel managementinformatie als voor arbeidsmarktinformatie. Eind 2005 eenduidig rapportagesysteem beschikbaar. Dit project wordt gerealiseerd na stap II van het project HVS. Uitloop van project HVS heeft ook consequenties voor dit project.


Realisatie

Verschil

26 194

1.500

220

1.280

Transformatieproject informatiebeveiliging In de jaarlijks uit te voeren audit naar de informatiebeveiliging is vastgesteld dat de opzet en het bestaan van de informatiebeveiligingsmaatregelen niet voldoen aan de SUWI-wetgeving. De doelstelling van dit project is om de informatiebeveiliging binnen CWI te implementeren. Eind januari 2004 is het project afgerond. De overschrijding van het budget is veroorzaakt door de niet begrote audits van KPMG.


67

Eindproducten Mijlpalen Risico’s

Implementatie van de informatiebeveiliging op centraal en decentraal niveau en bij de ICT-partners van CWI. Implementatie in 2003. Doorvoeren van aanbevelingen uit de audit in 2004. Uit het verleden is gebleken dat aan informatiebeveiliging geen structurele aandacht is besteed. Dat blijkt ook uit de resultaten van de gehouden audit. Er zal nog veel werk moeten worden verzet om informatiebeveiliging te borgen.


Realisatie

Verschil

204 952 3 1.028

1.159

-131

Transformatieproject inbelvoorziening voor banenmarkten en externe presentaties In 2002 is de infrastructuur van CWI stap voor stap ingericht. Voor banenmarkten en externe presentaties kon geen gebruik worden gemaakt van deze infrastructuur. Voor de banenmarkten zijn in het 1e kwartaal 2004 nieuwe pc’s besteld. Deze worden in april 2004 geleverd. De nieuwe inbelvoorziening is inmiddels opgeleverd. Deze zal in mei 2004 aan beheer worden overgedragen. Eindproducten Mijlpalen

Een inbelvoorziening voor banenmarkten. Augustus 2003 de bouw gereed en in november 2003 geïmplementeerd. Project is uitgelopen a.g.v. vertraging bij de oplevering van de inbelvoorziening door de leverancier

Risico’s Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

13 60

185

73

112

Transformatieproject contentmanagement De doelstelling van dit project is: 1. Het implementeren van het Content Management Model bij alle onderdelen van CWI die een rol hebben in de levenscyclus van contentmanagement (Internet, intranet en Werk.nl); 2. Het volledig en volgens het Content Management Model ontvlechten van de organisatie van Werk.nl. Het project omvat het uitfaseren van de externe medewerkers die zijn betrokken bij het ontwikkelen van www.werk.nl. Randvoorwaarde is dat de continuïteit en kwaliteit van de dienstverlening van CWI via meerdere kanalen kan worden vormgegeven.


68

In het 1e kwartaal 2004 zijn, op één persoon na, alle externe medewerkers uitgefaseerd. De laatste externe medewerker zal, naar verwachting, op 1 juli 2004 het CWI verlaten. Een deel van de activiteiten in het kader van het implementeren van het Content Management Model is in het 1e kwartaal 2004 ondergebracht bij de reguliere activiteiten van contentmanagement. Daarnaast wordt het restant van de activiteiten ondergebracht bij het project Herinrichting Werk.nl. Eindproducten


Ingericht Content Management Model bij alle onderdelen in de CWI-organisatie. Gewaarborgde kwaliteit en continuïteit van de dienstverlening via Internet, intranet en Werk.nl. Medio 2004 gereed. Het project is vanwege prioriteitenstelling tijdelijk stopgezet.


Realisatie

Verschil

1.502 17 6 2.132

1.525

607

Transformatiebudget Multichanneling In zowel het meerjarenplan als het jaarplan is het gebruik opgenomen van meerdere kanalen (multichanneling) voor de contacten met onze klanten. Multichanneling stelt hoge eisen aan de bedrijfsprocessen en een analyse toont aan dat onze processen nog niet multichannel-proof zijn. Om zo ver te komen is een extra inspanning nodig, die zich zelf overigens zal terugbetalen door een hogere efficiency en een betere dienstverlening. Die extra inspanning vraagt om een helder, concreet perspectief waarmee de vele organisatieveranderingen, nieuwe systemen en procesveranderingen richting krijgen. Werk.nl heeft in een paar maanden aangetoond dat het CWI ook via internet helpt met het vinden van een baan en van nieuwe medewerkers. CWI zal zich in 2004 steeds meer via andere kanalen dan de CWI’s gaan presenteren: telefonie, mobiel, etc. De mogelijkheden van IPtelefonie en integratie van telefonie met applicaties zullen nadrukkelijk worden onderzocht. Het KCC+ (Klanten Contact Centrum plus) zal, naast het huidige werk.nl Klantencentrum, alle ongeplande klantcontacten afhandelen. Dit KCC+ moet leiden tot betere service aan de klanten en tot efficiency-winst. Met een afgewogen multichanneling-dienstverlening kan aan werkgevers en werkzoekenden passsende dienstverlening worden aangeboden via de CWI-adviseur, internet, telefoon en op de beursvloer. Eindproduct

Mijlpalen Perspectief 2006


Het aanbieden van passende dienstverlening via de CWIadviseur, internet, telefoon en op de beursvloer t.b.v. werkgevers en werkzoekenden. 1e kw. 2004: afronden discussienota (nota om uitvoeringsbreed te discussiëren over welke klanten CWI, langs welke kanalen, welke diensten kan aanbieden) 2e kw. 2004: na discussie strategie vaststellen die vervolgens raamwerk wordt voor klantbenadering in komende jaren

69

Mijlpalen Klanten Contact Centrum plus

Risico’s

1e kw. 2004: opstellen hoofdlijnennotitie 2e kw. 2004: opstellen Plan van Aanpak en ontwerp pilot 3e kw. 2004: voorbereiding bouw pilot 4e kw. 2004: pilot (zal lopen tot 2e kw. 2005) Beperkt. Invoeringsstrategie moet zicht bieden op evt. implementatieproblemen.


Realisatie

Verschil

107

4.500

107

4.393

Bestemmingsfonds Belastbaarheidsfilter Match Arbeidsgehandicapten (BMA) Tussen UWV en CWI is een samenwerking gestart om te beoordelen of de belastbaarheidscriteria, die het UWV gebruikt bij de beoordeling van arbeidsgehandicapten, kunnen worden gebruikt voor matchingsdoeleinden. Gezien de complexiteit van de materie wordt een korte en een lange termijn doelstelling gehanteerd: Korte termijn: een haalbaarheidsstudie, die zal moeten resulteren in een voorstel met onderbouwing, op basis waarvan een gefundeerd besluit kan worden genomen over de realisatie en implementatie van de BMA. Lange termijn: (eventuele) realisatie en implementatietraject. In het 1e kwartaal 2004 is door de Raad van Bestuur voor dit project een bedrag goedgekeurd van € 50.000,- voor de haalbaarheidsstudie. Hiermee is besloten het project opnieuw te starten. Over activiteiten zal in het 2e kwartaal 2004 weer melding worden gemaakt.

Eindproduct

Mijlpalen

Risico’s

De haalbaarheidsstudie zal resulteren in een voorstel met onderbouwing, op basis waarvan een besluit kan worden genomen over de realisatie en implementatie van BMA (Go/No Go). De uiteindelijke doelstelling van het project BMA is de realisatie van een belastbaarheidsfilter voor één of meer gebruikersgroepen. 2004: Korte termijndoelstelling: haalbaarheidsonderzoek Lange termijndoelstelling: implementatie van BMA CWI gaat voor het project BMA een samenwerking aan met UWV. Hierdoor moet rekening worden gehouden met verschil in belangen en bijbehorende (project-)prioriteiten.



Realisatie

Verschil

70


400

0

400

Bestemmingsfonds ICT pilots voor de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen Steeds meer vestigingen van CWI worden gehuisvest in bedrijfsverzamelgebouwen. De partijen die zijn gehuisvest in een bedrijfsverzamelgebouw maken voor een deel gebruik van hun eigen ICT-systemen. De doelstelling van dit project is te beoordelen welke mogelijkheden er zijn om meer in samenhang gebruik te maken van de ondersteuning door ICT in bedrijfsverzamelgebouwen. Begin april 2004 wordt een BVG cliëntbegeleidingssysteem voor de afhandeling aan de BVGbalie operationeel. Hiermee zal in het 2e kwartaal 2004 ervaring worden opgedaan. Meerdere BVG-partners zullen van dit systeem gebruik gaan maken. Eindproduct Mijlpalen Risico’s

ICT pilots gehouden in bedrijfsverzamelgebouwen. Eind 2005 meer bekendheid met de mogelijkheden van ICT ondersteuning in bedrijfsverzamelgebouwen. Op dit moment zijn er geen risico’s te onderkennen.


Realisatie

Verschil

24

188 250

212

38

Doelgroepvoorzieningen In 2003 is gestart met de ontwikkeling van een informatiemodule voor jongeren, die op 1 maart 2004 gereed zal zijn. De hoofdblokken met informatie in de jongerenmodule gaan over werken en leren, aan het werk, “back to school” en wat wil je worden. Het verwerven van een startkwalificatie krijgt veel aandacht. Aan de jongerenmodule is een forum verbonden, waar jongeren met elkaar informatie kunnen uitwisselen en een expert kunnen raadplegen. Veel aandacht wordt verder besteed aan de in- en externe communicatie van de nieuwe module, aangezien jongeren (zonder startkwalificatie) Internet nog niet veel gebruiken bij sollicitaties. Voor de realisatie van de informatiemodule voor oudere werkzoekenden is in 2003 marktonderzoek uitgevoerd. In 2004 zal deze module worden gerealiseerd. Veel aandacht is nodig voor de onderdelen solliciteren (curatief) en leeftijdsbewuste loopbaanplanning (preventief). Een forum waarbij ervaringen met leeftijdsgenoten uitgewisseld en een adviseur geraadpleegd kan worden, gaan onderdeel uitmaken van de module. De matchingtool voor etnische minderheden is niet gerealiseerd. Nieuw onderzoek is gewenst over de noodzaak van dit instrument. De matchingtool arbeidsgehandicapten wordt meegenomen in het belastbaarheidfilter.


71

Status doelgroepmodules

Opmerkingen

Herintredende vrouwen Etnische minderheden (Voortijdig) Schoolverlaters zonder startkwalificatie Ouderen Aanpassing doelgroepeningang Matchingtool Arbeidsgehandicapten Matchingtool etnische minderheden

Gereed Gereed Het onderdeel werkzoekenden zal in het 1e kwartaal 2004 worden afgerond Realisatie begin 3 e kwartaal 2004 Gereed Nog niet gestart Nog niet gestart


Realisatie

Verschil

77 99 138 1.615

315

1.300

Projecten SONAR en HVS (vervanging primaire systemen)/Programma ORKA Het Programma Orka richt zich op de vernieuwing van de primaire systemen van CWI. Het is de doelstelling van het project om het primaire proces van CWI volledig te ondersteunen met een nieuw ICT-systeem voor CWI en tevens aansluitingen (koppelingen) te realiseren met de ICTsystemen van de ketenpartners Het programma in opgeknipt in twee deelprojecten: HVS (Herinrichting Vacature Service)richt zich op het ondersteunen van de werkgevervacatureprocessen incl. matching en transport m.b.v de servicebus. Sonar richt zich op de ondersteuning van het werkzoekende proces incl. koppelingen met de ketenpartners en de koppelingen met de overige interne CWI-systemen. In de praktijk betekent dit dat er twee nieuwe applicaties worden gerealiseerd (ABS voor de werkgever en vacatureprocessen en Sonar voor de werkzoekendeprocessen). Eindproducten Mijlpalen Risico’s


Nieuw primair systeem voor Werk en Inkomen. Eind 2005 geïmplementeerd bij alle vestigingen. Het vervangen van het primaire systeem is een forse operatie. Medewerkers moeten leren werken met een nieuw systeem. Dat proces zal moeten inslijten. Daarenboven is de dienstverlening van CWI volop in ontwikkeling (hoogwaardig handhaven, route A/ route B, invoering indicatiestelling WSW, dienstverlening via meerdere kanalen, consequenties WWB). Hierdoor ontstaat het risico van stapeling. Bij de implementatie van SONAR zal steeds een zorgvuldige keuze moeten worden gemaakt ten aanzien van de continuïteit van de dienstverlening.

72

Project HVS HVS richt zich op het verbeteren van het matchen van werkzoekenden en vacatures, waarmee de beperkingen op dit terrein van het huidige PGI worden opgeheven. Hiervoor is de applicatie ABS (Adviseurs Bemiddelings Service) ontwikkeld die stapsgewijs bemiddeling, werkgever- en vacaturefunctionaliteit uit PGI vervangt. HVS hangt samen met het project SONAR, gericht op vernieuwing van de werkzoekendefunctionaliteit. Tezamen realiseren deze projecten de vervanging van het primaire informatiesysteem PGI binnen het CWI. HVS is gefaseerd in 5 stappen. Onderstaand worden de stappen benoemd. Stap 1: Het inrichten van de match-engine uit Werk.nl ten behoeve van ABS en het inrichten van een “service-bus” om berichtenverkeer (zoals CV’s en vacatures) tussen applicaties onderling te kunnen uitwisselen. Stap 2: Het realiseren en implementeren van de ABS applicatie met bemiddelings- en matchingfunctionaliteit en een naar Oracle gemigreerde PGI applicatie (noodzakelijke activiteit ivm ouderdom en toegankelijkheid PGI data). Stap 3 centralisatie van PGI: PGI is decentraal georganiseerd, produktiedata van verschillende vestigingen worden vastgelegd in verschillende databases. ABS en SONAR zijn landelijke applicaties met één database. Ten behoeve van de migratie van data van PGI naar SONAR en ABS wordt binnen deze stap een centraal bestand gerealiseerd. Per 1 augustus zal de eerste vestiging (Harderwijk) die met SONAR gaat werken een werkzoekendenbestand hebben waarbij het bestand geconverteerd is uit deze centrale PGI database. Per 1 oktober zal de uitgebreide ABS applicatie met werkgever en vacaturedata uit dit centrale bestand worden gevuld. Stap 4 uitfaseren Coda: in de huidige situatie dient Coda als een medium tussen een aantal systemen zoals PGI, Werk.nl, Suwinet, Teletekst en Vacaturezuilen. Het resultaat van deze stap is een uitgefaseerd Coda. Hiermee zijn de gegevens op alle systemen actueel, traceerbaar en wordt fors bespaard in de exploitatiekosten. Stap 5 Doorvoeren van werkgevers en vacaturefunctionaliteit in ABS: ABS wordt in deze stap uitgebreid met de volledige werkgever- en vacaturefunctionaliteit uit PGI. De implementatie van deze uitbreiding staat gepland voor oktober 2004 Realisatie / voortgang van de geplande stappen. Stap 1 Deze stap is op planning in maart 2003 gerealiseerd. Stap 2 Deze stap was oorspronkelijk gepland in mei/juni 2003. Hierop is uitloop ontstaan doordat de leverancier niet tijdig kon opleveren. Stap 2 is hergepland en op nieuwe planning geïmplementeerd in oktober 2003. Tot half december 2003 zijn er problemen geweest met betrekking tot de stabiliteit van PGI, deze zijn sinds die tijd onder controle. Per 1 februari 2004 is dit projectonderdeel overgedragen naar de beheerorganisatie CWI. Stap 4 De eerste testen worden momenteel uitgevoerd. De implementatie staat gepland voor het weekend van 17 april 2004. Stap 5 Deze stap is later gestart dan initieel gepland vanwege de uitloop in stap 2.


73

Project SONAR SONAR richt zich op de implementatie van een nieuw primair processysteem van CWI. Het nieuwe informatiesysteem dient mede ter vervanging van het huidige informatiesysteem van de CWI-adviseurs. SONAR wordt gerealiseerd door de leverancierscombinatie Ordina, IBM en Siebel in samenwerking met CWI. Het project SONAR valt binnen het programma Orka. De fasering van het project SONAR kent een aantal proeftuinen in de periode van 1 oktober 2003 tot 1 oktober 2004, gevolgd door de implementatie van het nieuwe systeem op alle CWIvestigingen en het ingericht beheer. Onderstaand worden de stappen toegelicht. • •

• • • •

Proeftuin 1: Het werkende systeem, gebaseerd op het huidige werkproces van de CWIadviseur en de functionaliteit van het CRM-pakket Siebel. Proeftuin 2: Het werkende systeem, gebaseerd op het huidige werkproces van de CWIadviseur en de functionaliteit van Siebel, met werkende koppelingen met andere informatiesystemen. Proeftuin 2 omvat de realisatie van 18 koppelingen, waaronder de koppelingen met de relevante CWI-applicaties en met de gemeente-applicaties. Proeftuin 3: Het werkende systeem, gebaseerd op het werkproces 2004 en de functionaliteit van Siebel, met werkende koppelingen met andere systemen. Proeftuin 4: Het in de vestiging Harderwijk werkende systeem met werkende koppelingen met andere systemen. Proeftuin 4 is gepland van 1 augustus tot 1 oktober 2004. Implementatie: De implementatie van het operationele informatiesysteem op alle CWIvestigingen. De start van de implementatie is gepland op 1 oktober 2004. Ingericht Beheer: Het kunnen (doen) uitvoeren van de voor beheer benodigde werkzaamheden, tijdens en met name na het project SONAR. Inrichting van het beheer is gereed op 1 maart 2005 zodat het beheer 1e jaar in kan gaan.

Realisatie / voortgang van de geplande stappen. Proeftuin 1 is gerealiseerd in de periode 1 oktober 2003 – februari 2004 en heeft geresulteerd in de eerste versie van het nieuwe informatiesysteem. Proeftuin 2 is gestart per 1 maart 2004. Afronding is gepland op 1 augustus 2004. Proeftuin 3 is komen te vervallen aangezien het niet mogelijk is gebleken de specificaties voor 1 april 2004 helder te hebben. Budgetuitputting van HVS en SONAR Bedragen x € 1.000 Begroting CWI Medewerkers Externe capaciteit Huisvestingskosten Automatisering Overige kosten Totaal additionele kosten:

Realisatie

Verschil

1.043 1.048 52 14.000

2.143

11.857

De begroting en de kosten beslaan de jaartranche 2004.


74

Bijlage F. Toelichting vernieuwde teldefinitie preventiequote Aanleiding voor het aanpassen van de teldefinitie van de preventiequotes is dat de huidige teldefinitie van de preventiequotes WW en Wwb ervoor zorgt dat de preventiequote een (zeer) lage realisatie in het begin van het jaar kent en oploopt bij een gelijkblijvende prestatie in het verslagjaar. De preventiequote WW wordt in deze bijlage als voorbeeld aangehouden. Het verschil met de preventiequote Wwb is dat deze quote uit gaat van de datum indicering Wwb in plaats van de 1 e werkloosheidsdag. Onderstaand eerst de huidige verkorte teldefinitie voor de preventiequote WW. De teller Alle werkzoekenden met indicering WW waarvan de 1e werkloosheidsdag passeert in de verslagperiode en die uitgeschreven zijn of niet overgedragen zijn aan UWV op of na de 23e werkdag. Indien de klant na 23 werkdagen alsnog wordt overgedragen dan wordt deze niet meer meegeteld in de teller van de preventiequote (Uitgeschreven werkzoekenden worden tellen dus direct mee en ingeschreven werkzoekenden pas na 23 werkdagen als de werkzoekenden dan niet zijn overgedragen aan UWV). De noemer Alle werkzoekenden met indicering WW waarvan de 1e werkloosheidsdag passeert in de verslagperiode Het verloop van de preventiequote en dan met name de lage realisatie aan het begin van het jaar wordt veroorzaakt doordat in de teller werkzoekenden die niet zijn uitgeschreven pas meetellen als ze op of na de 23e werkdag na de 1e werkloosheidsdag niet zijn overdragen aan het UWV. Aangezien de preventiequote opnieuw begint te tellen vanaf 1 januari 2004 wordt deze groep de eerste weken niet meegenomen. Na 23 werkdagen in het nieuwe jaar wordt deze groep meegenomen met de eerder genoemde vertraging van 23 werkdagen (±5 weken). Om dit effect te verduidelijken is het navolgende voorbeeld opgenomen. De eerste 13 weken stromen er 20 werkzoekenden per week in waarvan er in dezelfde week 2 worden uitgeschreven en 2 worden niet overgedragen op of na de 23 e werkdag na datum 1e werkloosheidsdag en de overige 16 worden overgedragen. De feitelijke preventiequote is dus 4 (de werkzoekenden die niet overgedragen worden) delen door 20 is 20%. Volgens de oude definitie ontwikkelt de preventiequote zich in de loop van de tijd als volgt:

Uit de bovenstaande tabel komt duidelijk het vertragingseffect van de 23 werkdagen naar voren. Tevens komt naar voren dat bij een gelijk blijvende prestatie de realisatie toeneemt maar nog


75

lang onder de feitelijke waarde van 20% blijft. De waarde van 20% zal nooit worden bereikt omdat er altijd een groep werkzoekenden is die buiten de telperiode valt doordat de 23 werkdagen nog niet voorbij zijn. Omdat deze problematiek op te lossen is de volgende teldefinitie ingevoerd. Werkzoekenden betrekken in de berekening nadat de 23 werkdagen gepasseerd zijn. De teldefinitie zag er als volgt uit. Wijzigingen ten opzichte van de oude teldefinitie zijn in het groot en cursief aangegeven. De teller Alle werkzoekenden met indicering WW waarvan de 1e werkloosheidsdag + 23 werkdagen passeert in de verslagperiode en die uitgeschreven zijn of niet overgedragen zijn aan UWV op of na de 23e werkdag. Indien de klant na 23 werkdagen alsnog wordt overgedragen dan wordt deze niet meer meegeteld in de teller van de preventiequote. De noemer Alle werkzoekenden met indicering WW waarvan de 1e werkloosheidsdag + 23 werkdagen passeert in de verslagperiode Deze teldefinitie wordt aan de hand van het eerder beschreven voorbeeld toegelicht. De eerste 13 weken stromen er 20 werkzoekenden per week in waarvan er in dezelfde week 2 worden uitgeschreven en 2 worden niet overgedragen op of na de 23 e werkdag na datum 1e werkloosheidsdag en de overige 16 worden overgedragen. Kalenderweek Instroom Verslag week Instroom Direct uitgeschreven Niet overgedragen Teller Noemer Preventiequote 1 20 2 3 4

20 20 20

5 6

20 20

1

20

2

2

4

20

20,0%

7 8

20 20

2 3

20 20

2 2

2 2

8 12

40 60

20,0% 20,0%

9 10 11

20 20 20

4 5 6

20 20 20

2 2 2

2 2 2

16 20 24

80 100 120

20,0% 20,0% 20,0%

12 13

20 20

7 8

20 20

2 2

2 2

28 32

140 160

20,0% 20,0%

14 15

9 10

20 20

2 2

2 2

36 40

180 200

20,0% 20,0%

16 17

11 12

20 20

2 2

2 2

44 48

220 240

20,0% 20,0%

18

13

20

2

2

52

260

20,0%

In bovenstaande tabel wordt het vertragingseffect van de 23 werkdagen (ca. 5 weken) weergegeven. Nadeel is dat er in de 1e 5 weken van het jaar niet over de preventiequote van datzelfde jaar kan worden gerapporteerd. Over de instroom in week 1 wordt gerapporteerd in week 6. In week 7 wordt vervolgens gerapporteerd over de instroom in week 1 en 2. Vervolgens wordt in week 8 gerapporteerd over de instroom in week 1 t/m 3 enzovoorts. De laatste kolom laat zien dat het realisatiepercentage bij een gelijk blijvende prestatie ook gelijk blijft en al direct op de feitelijke waarde van 20% uitkomt. In de navolgende tabel is de situatie aan het eind van het jaar opgenomen.


76

Kalenderweek Instroom Verslag week Instroom Direct uitgeschreven Niet overgedragen Teller Noemer Preventiequote 20 2 2 47 20 42 168 840 20,0%

48 49 50 51 52 53 1 2 3 4 5 6 7 8 9

20 20 20 20 20 20 20 20 20 20 20 20 20 20 20

43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 1 2 3 4

20 20 20

2 2 2

2 2 2

20 20

2 2

2 2

20 20

2 2

2 2

20 20 20

2 2 2

2 2 2

20 20

2 2

2 2

20 20

2 2

2 2

20

2

2

172 176 180 184 188 192 196 200 204 208 212 4 8 12 16

860 880 900 920 940 960 980 1000 1020 1040 1060 20 40 60 80

20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0% 20,0%

Het verslagjaar voor de preventiequote 2004 loopt van 1 januari t/m 31 december 2004. Uit bovenstaande tabel is af te leiden dat in week 5 van 2005 gerapporteerd wordt over de weken 1 t/m 53 2004. Deze periode is gelijk aan het verslagjaar 2004. Vanaf verslagweek 1 2005 wordt er weer opnieuw geteld. De teller is dan weer 4 en de noemer 20 resulterend in een preventiequote van 20%. De voordelen zijn: • dat de realisatie van de preventiequote bij een gelijkblijvende prestatie van CWI ook gelijk blijft. Er is geen sprake van een oplopend of dalend verloop van de realisatie; • dat de preventiequote weer opnieuw begint op 1 januari van het nieuwe jaar; • dat de preventiequote nu eenzelfde berekeningmethodiek heeft als de uitstroomquote. Er wordt nu niet 6 maanden gewacht maar 23 werkdagen. De nadelen zijn: • In een nieuw verslagjaar duurt het 6 weken alvorens over de preventiequote van dat jaar kan worden gerapporteerd; • Aan het einde van een kwartaal of verslagjaar is de preventiequote niet direct beschikbaar is. Bijvoorbeeld aan het eind van het eerste kwartaal is de preventiequote beschikbaar over de instroom van werkzoekenden in de weken 1 t/m 8. Op deze cijfers kan dan een voorlopige conclusie worden gebaseerd. Voordat het kwartaalverslag verstuurd dient te worden, is het realisatiepercentage over het eerste kwartaal beschikbaar en kan dan toegevoegd worden alvorens het verslag wordt verstuurd.


77

KWARTAALVERSLAG 1 E KWARTAAL 2004 CENTRALE ORGANISATIE WERK EN INKOMEN

Recommend Documents