KWARTAALRAPPORT VERANTWOORD BELEGGEN REAAL Vierde kwartaal - 2014
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
Inhoud
1.
Introductie ..................................................................................................................... 2
2.
ESG-activiteiten en case studies .................................................................................... 4
3.
2.1
Duurzame ketens..................................................................................................... 4
2.2
Nieuwe uitsluitingen ............................................................................................... 5
2.3
Engagementoverzicht .............................................................................................. 6
2.4
Voorbeelden van engagements ............................................................................... 8
2.5
Publicaties en evenementen ................................................................................... 9
2.6
Stemtabel ...............................................................................................................11
2.7
Stemmen: voorbeelden en ontwikkelingen ............................................................11
2.8
Het Europese Best-in-Class Product .......................................................................13
2.9
Positieve selectie ...................................................................................................16
Appendix .......................................................................................................................17 3.1
Huidige uitsluitingen (bedrijven)............................................................................17
3.2
Huidige uitsluitingen (landen) ................................................................................18
1
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
1. Introductie De uitvoering van het verantwoorde beleggingsbeleid is door REAAL uitbesteed aan ACTIAM. In dit rapport doet ACTIAM verslag over het afgelopen kwartaal.
Op naar 2015 - het jaar van olie en klimaat Graag nemen we tegen het jaareinde de tijd om terug te blikken. Welke maatschappelijke vraagstukken stonden er op de agenda, en wat deden we daarmee? Alleen grote incidenten trekken nog de aandacht 2014 was een jaar vol sociale onrust in de wereld. Denk aan de Ebola-uitbraak, oorlogen en onlusten in grote delen van Afrika en het Midden-Oosten, de Oekraïne en Hong Kong. Het lijkt helaas alsof we er allemaal aan wennen. Toch hebben verantwoorde beleggers kwesties als arbeidsomstandigheden, mensenrechten en kinderarbeid niet uit het oog verloren. Uit overtuiging, maar ook om misstanden te voorkomen. Alleen voltrok zich dat vaak buiten de aandacht van de grote media. Wie onze inspanningen opmerkt, zijn belanghebbenden met verstand van verantwoord beleggen. De Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO) riep onze klanten Zwitserleven en REAAL in 2014 wéér uit tot de verzekeraars met het meest verantwoorde beleggingsbeleid in Nederland. Daar zijn we trots op. En de Eerlijke Verzekeringswijzer gaf ons een keurig cijfer van negen (uit tien) voor verantwoord vermogensbeheer! 2015 – een vooruitblik Het jaareinde gebruiken we ook om vooruit te blikken. Één zaak houdt beleggers sinds maanden in de greep, en dat is de olieprijs. Dit roept bij ons als verantwoorde beleggers verschillende vragen op. Wat gaat er gebeuren op het gebied van schaliegas, teerzandolie, of boringen in het Arctisch gebied? Als energieprijzen dalen, komen er dan geen zonnepanelen en windmolens meer bij? Naast de olieprijs was er in 2014 volop aandacht voor klimaatverandering, terug van weggeweest. Er zijn nieuwe klimaatdoelstellingen voor Europa, en de VS en China wisten elkaar eindelijk te vinden. De klimaattop in Parijs eind 2015, waarin wereldleiders het eens moeten worden over het inperken van broeikasgasemissies, wordt heel spannend. De uitkomst kan een dramatische impact op de prijs van CO2-emissies hebben, en daarmee ook op de prijs van energie. Sterk veranderende olieprijzen, politieke onzekerheid in productielanden, en een klimaattop: dat zijn de ingrediënten om van energie en klimaat top-thema’s voor 2015 te maken. Wij volgen deze ontwikkelingen nauwgezet. Ze kunnen veel impact hebben op onze focus op natuurlijke hulpbronnen (dus alles wat wij uit de natuur betrekken). Onze focus-sector olie en gas zal zeker in beweging blijven, net zoals de ‘green bonds’ waarover we afgelopen kwartaal vertelden. En een flink aantal van de bedrijven waarmee wij kritische gesprekken voeren zijn bezig met schaliegas of olieboringen in lastige gebieden. We gaan ons in 2015 dus zeker niet vervelen. Nu en hier, een ondergesneeuwd onderwerp: ‘productieketens’ In dit rapport vertellen wij meer over een onderwerp dat niet meteen te maken lijkt te hebben met klimaat, of met die sociale problemen die zo vaak onderbelicht blijven. We kijken naar ‘productieketens’. Dat is de weg van grondstof tot verkoop en vervolgens weggooien of hergebruik van een product. De bouw, bijvoorbeeld, begint bij het opgraven van grondstoffen in groeves. Denk daarbij aan zand of kalk. De arbeidsomstandigheden daar zijn vaak schrijnend, vooral in arme landen. Tijdens de
2
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
bouw ontstaat veel afval. Als een pand eenmaal staat verbruikt het decennialang grote hoeveelheden energie. En na de sloop willen we zoveel mogelijk reststoffen hergebruiken. Net zo’n lange weg maken etens- en drinkwaren. Van de plantage, via de winkel, tot in de keuken. Veel mensen kennen wel Fair Trade koffie. Maar wie weet dat vaak kindslaven op palmolieplantages aan het werk worden gezet en misbruikt? En dat palmolie in halvarine, wasmiddel, koekjes, douchegel, of elektriciteitsproductie zit? Een goede reden om er dit kwartaal aandacht aan te geven. Hartelijke groet,
Manuel Adamini Hoofd Verantwoord Beleggen, ACTIAM
3
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
2. ESG-activiteiten en case studies 2.1 Duurzame ketens De laatste jaren is er in de samenleving steeds meer aandacht voor de ketens achter de producten die wij (dagelijks) gebruiken. De herkomst en duurzaamheid krijgen veel belangstelling. Waar komt ons eten vandaan? Produceert een merk haar kleding op een eerlijke manier? Gebruikt een boer bestrijdingsmiddelen op de koffiebes of cacaovrucht? Bedrijven springen hier op in door bijvoorbeeld Fair Trade of biologische producten te verkopen. Elk van die producten heeft een keten en misschien valt er aan al die ketens wel iets te verbeteren. Toch zien we vooral de ketens van soft commodities in het nieuws komen. Soft commodities zijn grondstoffen uit de landbouw-, marine- en bosproductie. Veel producten vallen in deze categorie, zoals soja, katoen, papier en koffie. De boeren die deze grondstoffen verbouwen wonen vaak in landen met een ontwikkelende economie. Arbeidsrechten worden niet altijd goed nageleefd. Niet alleen het milieu, maar ook sociale problemen zijn dus aan de orde. Gelukkig zijn er ook positieve ontwikkelingen. Veel bedrijven willen hun producten duurzamer maken. Het verduurzamen van ketens kun je op verschillende plekken aanpakken. Niet alleen bij de producenten, zoals de boer die soja verbouwt, maar ook bij de handelaar of de retailer (verkoper). Sommige initiatieven richten zich op de hele keten. Voor palmolie bestaat er bijvoorbeeld de Roundtable on Sustainable Palm Oil (RSPO). Dit is een zogenaamde ‘Multi-Stakeholder Dialoog’, waarbij alle spelers die ertoe doen in gesprek gaan. Niet alleen producenten, maar ook handelaren, internationale bedrijven, universiteiten en maatschappelijke instellingen zijn betrokken. Als verantwoord belegger doen wij ook aan veel van deze activiteiten mee. Een aantal voorbeelden hiervan wordt omschreven in sectie 2.4 van dit rapport. De grootste uitdaging is dat ketens meestal heel ingewikkeld zijn. Grotere bedrijven hebben niet één suikerleverancier of één visser die de vis aanlevert. Soms zijn dit er wel tienduizenden. Toch is het belangrijk dat bedrijven met deze leveranciers in gesprek gaan. Uiteindelijk wordt er namelijk naar de laatste schakel in de keten gekeken: het merk dat de producten verkoopt. Grote namen zoals Unilever, Coca Cola, IKEA en Nestlé proberen daarom actief hun keten te verduurzamen. Vooral Unilever staat door haar ‘Sustainable Living Plan’ bekend om de inzet voor duurzaamheid. Dit Sustainable Living Plan heeft drie speerpunten: de gezondheid en het welzijn van mensen verbeteren, de milieu-impact verkleinen, en de levensstandaard van mensen verhogen. Het is voor deze bedrijven dus belangrijk om in te kopen bij leveranciers die hun werknemers goed behandelen en verstandig omgaan met het milieu. Een bekend voorbeeld waarbij de werkomstandigheden niet goed waren, is Bangladesh. In dit land ontstond veel onrust toen een kledingfabriek in Dhaka instortte in 2013. Bedrijven kunnen dit voorkomen door goed in de gaten te houden hoe en waar hun producten worden gemaakt. Een duurzame keten is dus ook belangrijk voor de reputatie en kosten van een bedrijf. Als een bedrijf haar product met minder grondstoffen kan maken, maakt het minder kosten dan de concurrent. Producten kunnen dan goedkoper verkocht worden. Kortom, er zijn verschillende redenen om met duurzaamheid in de keten aan de slag te gaan. Gelukkig zien we dat steeds vaker gebeuren. En met bedrijven die toch de fout ingaan, gaan we in gesprek. 4
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
2.2 Nieuwe uitsluitingen Alle organisaties waarin we beleggen worden onderzocht op milieu-, sociaal en bestuurlijk gebied. De beoordelingscriteria voor deze onderwerpen staan in onze Fundamentele Beleggingsbeginselen. Deze hebben betrekking op mensenrechten, fundamentele arbeidsrechten, corruptie, milieuvervuiling, wapens en productintegriteit. De Fundamentele Beleggingsbeginselen komen voort uit internationale verdragen, overeenkomsten en ‘best practices’ en zijn te vinden op onze website. Figuur 1 op de volgende pagina geeft een overzicht weer van de huidige uitsluitingen per onderwerp. Het onderzoeken van bedrijven heeft in het vierde kwartaal zes (nieuwe) uitsluitingen opgeleverd:
MDU Resources Group, Integrys Energy Group, NiSource, DTE Energy Op basis van ACTIAM’s beleid voor energie hebben wij bovenstaande bedrijven gevraagd of zij proberen hun uitstoot van broeikasgassen naar beneden te brengen. Daar wilden we dan ook geloofwaardig bewijs van zien. De vier bedrijven hebben dit niet geleverd. Daarmee passen zij niet meer in ons verantwoord beleggingsbeleid.
Walmart Walmart is een grote Amerikaanse supermarktketen. Het bedrijf is veel in het nieuws geweest met betrekking tot arbeidsrechten. Om deze reden had ACTIAM Walmart al uitgesloten. Toch onderzochten we het bedrijf opnieuw. De Fundamentele Beleggingsbeginselen van ACTIAM op het gebied van wapens is namelijk aangescherpt. Als gevolg hiervan hebben wij Walmart om een tweede reden uitgesloten, namelijk het verkopen van wapens aan consumenten in de Verenigde Staten.
Motovilikha Plants JSC Motovilikha is een Russisch bedrijf dat betrokken is bij de productie van clusterwapens. Deze controversiële wapens passen niet bij onze Fundamentele Beleggingsbeginselen. Daarnaast is het in Nederland verboden om te investeren in ondernemingen die clustermunitie, of belangrijke onderdelen daarvan, produceren, verkopen of verhandelen.
5
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
Huidige uitsluitingen Voor een volledig overzicht van de bedrijven die per 31 december 2014 uitgesloten zijn van het beleggingsuniversum verwijzen we u naar Sectie 3.1 van de Appendix.
Figuur 1: uitsluitingen gesorteerd naar onderwerp. Sommige bedrijven zijn om meerdere redenen uitgesloten, daarom is het totaal van deze tabel hoger dan het totaal aantal uitsluitingen.
Klant- en productintegriteit
Aantal uitgesloten bedrijven per 31-12-2014
1
Fundamentele arbeidsrechten
3
Mensenrechten
5
Milieuvervuiling
11
Controversiële wapens
33
2.3 Engagementoverzicht Met een aantal bedrijven in ons beleggingsuniversum voeren we een actief gesprek, ook wel ‘engagement’ genoemd. Bijvoorbeeld als het met ongelukken of (mogelijk) omstreden activiteiten te maken heeft. Op die manier proberen we er achter te komen wat de oorzaak van het voorval is en hoe dit in de toekomst kan worden voorkomen. Samen kijken we kritisch naar het beleid en andere punten. Verbetermogelijkheden brengen we onder de aandacht. Figuur 2 en 3 geven weer hoe onze engagement-activiteiten verdeeld zijn, naar regio en sector. Figuur 2 en 3: verdeling engagements naar regio en naar se ctor Azië / Pacific; 10%
Kapitaalgoederen; 17%
NoordAmerika; 21%
Mijnbouw; 10%
Olie & gas; 24%
Voeding; 14% Europa; 69% Diversen; 35%
6
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
Natuurlijk kijken we naar het verloop van die dialoog. We beoordelen het succes van onze inspanningen op twee onderdelen. Onder de “kwaliteit in het algemeen” valt de relatie met het bedrijf: stelt het zich voldoende open op en is het bereid om in gesprek te gaan met de aandeelhouders? Het onderdeel “voortgang” gaat over de werkelijke stappen die door het bedrijf zijn gezet tussen het bespreekbaar maken van onze zorgen en het maken van concrete verbeteringen in beleid en gedrag.
Figuur 4: verdeling engagements naar algemene kwaliteit 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Goed
Gemiddeld 30-9-2014
Slecht 31-12-2014
Figuur 5: verdeling engagements naar voortgang 15
10
5
0 Mijlpaal 0
Mijlpaal 1
Mijlpaal 2 30-9-2014
Mijlpaal 3 7
31-12-2014
Mijlpaal 4
Mijlpaal 5
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
2.4 Voorbeelden van engagements Engagement voeren we niet altijd alleen, en niet altijd met individuele bedrijven. Wanneer het kan, werken we samen met andere investeerders die dezelfde doelen hebben. Maar het komt ook voor dat we met meerdere bedrijven gesprekken voeren. Bijvoorbeeld omdat we met een bepaald thema bezig zijn dat voor meer dan één bedrijf relevant is. Productieketens zijn bij uitstek een onderwerp waar meerdere bedrijven bij betrokken zijn. Een keten loopt van producent tot consument, en daartussen zitten veel verschillende partijen. Voor sommige onderwerpen heeft het daardoor weinig zin om maar één ‘schakel’ aan te spreken. Daarom nemen wij deel aan zogenaamde multi-stakeholderinitiatieven en sectorinitiatieven. Bij een sectorinitiatief spreken we met verschillende partijen binnen één sector. Dit geeft ons de mogelijkheid om regelgeving te verbeteren of sector-brede problemen aan te pakken. Ook zijn dergelijke samenwerkingen een belangrijke bron van informatie. Palmolie Palmolie is een bekend voorbeeld van een soft commodity waarbij veel problemen spelen. Ontbossing, verlies van biodiversiteit, erosie en sociale problemen door palmolieproductie komen vaak in het nieuws. Binnen Europa is Nederland de grootste importeur van palmolie. Als Nederlandse belegger vinden we daarom dat we een verantwoordelijkheid hebben om ons in te zetten voor gebruik en inkoop van duurzame palmolie. Het probleem bij palmolie is dat het in ontzettend veel producten zit: koekjes, zeep, boter, ijs en meer producten die in de supermarkt veel verkocht worden. We kunnen daarom de producenten aanpakken, maar als de vraag hoog blijft is de kans op succes klein. Initiatieven Om deze reden zijn we het afgelopen jaar betrokken geweest bij verschillende grote initiatieven. Dat kunnen eenmalige bijeenkomsten zijn, of initiatieven voor de lange termijn. In november hielpen wij mee om samen met andere Nederlandse partijen een rondetafelgesprek over palmolie op te zetten. Hierbij waren niet alleen investeerders aanwezig, maar allerlei organisaties die relevant zijn in de palmolieketen, zoals vertegenwoordigers van de voedingsmiddelenindustrie. We bespraken wat bedrijven, naast het halen van een keurmerk, nog meer kunnen doen voor een duurzame keten. Daarnaast zijn we al langere tijd betrokken bij de International Working Group (IWG) on Palm Oil, een werkgroep die ondersteund wordt door de Verenigde Naties. In het begin sprak deze groep investeerders vooral de kopers van palmolie aan. Een van de doelen was dat deze partijen lid zouden worden van de Roundtable of Sustainable Palm Oil. Op dit moment ligt de aandacht meer bij de producenten en handelaren. Op deze manier loopt engagement met schakels door de hele palmolieketen. Een derde initiatief waar we betrokken bij zijn is de Land Governance Multi-Stakeholder Dialoog (LG MSD). Deze dialoog is een initiatief van minister Ploumen. Het doel is het bevorderen van verantwoord landgebruik. Het gaat hierbij dus vooral om het begin van de keten, voor palmolie een belangrijke fase. Bij de dialoog zijn banken, pensioenfondsen, ngo’s, universiteiten, overheid, brancheverenigingen en bedrijven betrokken. ACTIAM helpt actief mee met het vormgeven van deze dialoog. We dragen bij aan het team dat zich richt op palmolie. In december kwam de groep bij elkaar. Het feit dat er zo veel deelnemers zijn betekent dat er veel overlegd moet worden, maar ook dat afspraken breed gedragen zullen zijn. 8
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
Tot slot spreken wij met individuele bedrijven. Wanneer dat relevant is voor een bedrijf kaarten we het belang van duurzame palmolie aan. Bijvoorbeeld in onze engagement met een chocoladefabrikant. Of we nemen palmolie mee in gesprekken over bredere onderwerpen. Een voorbeeld zijn de gesprekken die we hebben met een voedingsmiddelenbedrijf. We richten ons daarbij op arbeidsomstandigheden en milieuvervuiling in de landbouwketen. Zo benaderen we problemen vanuit verschillende invalshoeken en hopen we de sector in beweging te krijgen.
2.5 Publicaties en evenementen Publicaties Het ESG Research team ACTIAM heeft in het vierde kwartaal van 2014 de onderstaande artikelen gepubliceerd:
Maand Oktober
Auteur M. Adamini
Medium IEX.nl
November
M. Adamini
IEX.nl
Titel (link) Gasexplosie in Myanmar Nieuwe klimaatkansen
December
M. Adamini, T. Oeljee
IEX.nl
Dure olie: Niet nodig
M. Adamini
IEX.nl
2015: olie en klimaat
Publieke optredens Het ESG Research team van ACTIAM heeft in het vierde kwartaal van 2014 in een actieve rol aan de onderstaande evenementen deelgenomen:
Maand
Deelnemer
Organisatie
November
M. Adamini
Lezing, georganiseerd door VBA Beleggingsprofessionals
M. Adamini
‘Werkgroep Den Haag’, georganiseerd door IUCN NL Conferentie, georgraniseerd door Crédit Agricole
December
M. Adamini
Evenement & locatie (link) Verantwoord Beleggen: kinderschoenen ontgroeid als volgende stap!, Amsterdam, Nederland IUCN Werkgroep Den Haag, Den Haag
Vorm
Onderwerp
Spreker en Panellid
Verantwoord beleggen
Spreker en Discussie
Klimaatfinanciering
Sustainability Bonds Conference 2014 (Crédit Agricole), Parijs
Spreker en Panellid
Duurzaam beleggen door middel van obligaties
.
9
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
10
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
2.6 Stemtabel Stemoverzicht Q4 2014 Aantal vergaderingen waar is gestemd Stemmen VOOR het bestuur Stemmen TEGEN het bestuur Totaal aantal voorstellen Stemmen VOOR Stemmen TEGEN Stemonthoudingen Totaal aantal bestuursvoorstellen Stemmen VOOR Stemmen TEGEN Stemonthoudingen Totaal aantal aandeelhoudersvoorstellen Stemmen VOOR Stemmen TEGEN Stemonthoudingen
Q1
Q2
Q3
Q4
YTD
21*
89
11**
9***
130
17
46
8
8
79
4
43
3
1
51
281
1.475
170
60
1.986
253
1.361
151
60
1.825
28
113
19
0
160
0
1
0
0
1
264
1.470
170
59
1.963
253
1.360
151
59
1.823
11
109
19
0
139
0
1
0
0
1
17
5
0
1
23
0
1
0
1
2
17
4
0
0
21
0
0
0
0
0
* Bij één AVA (Siemens NV, 28 januari 2014) is er wel (op tijd) gestemd, maar zijn de stemmen niet goed verwerkt door een fout. De stemmen van die AVA zijn daarom niet meegenomen in dit overzicht. ** Op 26 september was er een buitengewone vergadering van aandeelhouders van Kasbank NV. Deze vergadering ging over het aantellen van een nieuw lid van de Raad van Bestuur. Omdat deze vergadering slechts ter informatie was (er werd niet gestemd), is het niet meegenomen in de tabel. ***Dit getal is exclusief drie bijeenkomsten voor obligatiehouders. Twee bij Berica (Italië) op 17 november en 18 december 2014, en een bij E-Mac Program II (Nederland) op 20 november 2014.
2.7 Stemmen: voorbeelden en ontwikkelingen Op de meeste markten zijn er in het vierde kwartaal weinig aandeelhoudersvergaderingen. Veel bedrijven houden hun Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) tussen maart en juni. De enige uitzondering daarop is Australië. In dat land houden de meeste bedrijven hun AVA in september of oktober. Wel organiseerde een aantal bedrijven een ‘Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders’ (BAVA). Bij een AVA worden meestal standaard onderwerpen besproken. Bijvoorbeeld het benoemen van een bestuurder of het bespreken van het beloningsbeleid. Bij een BAVA gaat het over speciale gebeurtenissen. Denk hierbij aan het goedkeuren van een lening aan het bedrijf, verkoop van het bedrijf, of overname van een ander bedrijf. 11
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
Een drukke periode van fusies en overnames Veel landen hebben moeite om hun economie weer te laten groeien. Dat komt omdat er veel aan de hand is in de wereld. De spanningen tussen Rusland en de Oekraïne, de economische sancties die de EU en de VS tegen Rusland hebben ingesteld, en de conflicten in het Midden-Oosten en Afrika. Dit soort ontwikkelen zorgt voor onzekerheid en remt economische groei. Toch doen bedrijven het financieel beter dan een paar jaar geleden. Ze waren de afgelopen jaren voorzichtig door de economische situatie. In plaats van te investeren hebben ze daarom hun geld op de bank gezet. Daardoor hebben ze nu recordhoge (cash) reserves. Deze cash hebben bedrijven het afgelopen jaar gedeeltelijk gebruikt voor fusies en overnames. Er werden daarom ook veel BAVA’s georganiseerd. De aandeelhouders konden op die vergaderingen laten weten wat ze van de plannen vonden. Ook in Europa kondigden bedrijven fusies en overnames aan. De Duitse farmaceut Bayer bood op een onderdeel van Merck. Dit onderdeel produceert medicijnen die zonder recept te verkrijgen zijn. Volkswagen deed een overnamebod op het overgebleven deel van Scania. En op DEA werd geboden door een groep geleid door de Russische tycoon Mikhail Fridman. DEA was onderdeel van het Duitse energiebedrijf RWE. Dit onderdeel zoekt en produceert olie en gas. Ook GlaxoSmithKline (VK) hield een BAVA, op 18 december 2014. Het bedrijf vroeg de aandeelhouders goedkeuring te geven voor een overname. Het wilde het vaccine-bedrijf van Novartis voor $5,25 miljard overnemen. Daarnaast wilde GSK met Novartis samenwerken om medicijnen te maken die zonder recept te kopen zijn. Met de deal werkt GSK een van haar zwakke punten in productontwikkeling weg. Daarnaast bouwt het voort op haar sterke kanten. Het bestuur gaf een overtuigende presentatie van de kostenbesparingen die het verwacht. We steunden daarom dit voorstel. Bijna 100% van de aandeelhouders stemde voor. Aandeelhouders kijken kritisch naar ‘gouden begroetingen’ en ‘gouden handdrukken’ Bij fusies en overnames kijken aandeelhouders goed naar beloningen of vergoedingen. Soms staat er in het contract van een bestuurder dat hij of zij een vergoeding krijgt als het bedrijf wordt overgenomen. Het is belangrijk dat de Raad van Toezicht van alle details op de hoogte is. Zij moet begrijpen wat de afspraken inhouden. Daarnaast moeten commissarissen ervoor zorgen dat er geen buitensporige beloningen worden gegeven. Bedrijven gaven ook vaak vergoedingen aan bestuurders als zij vertrokken, of juist als ze er kwamen werken. Het laatste noemen we een ‘(gouden) welkomstbonus’ of een ‘gouden begroeting’. Aandeelhouders protesteren vaak tegen dit soort bonussen. Er zijn namelijk al andere beloningen met hetzelfde doel. Bijvoorbeeld het salaris dat iemand krijgt, of een jaarlijkse bonus.
12
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
In juli stemde een meerderheid van de aandeelhouders, 52%, tegen beloningsplannen van het Britse bedrijf Burberry voor haar startend CEO Chris Bailey. Het is pas het zesde bedrijf in de geschiedenis van de Britse aandelenbeurs dat een stemming over beloning verliest. Grote aandeelhouders gaven aan dat dit een waarschuwing is. Zij zullen (buitensporige) beloningsplannen niet zonder meer accepteren. Wij hoorden bij die 52% en stemden tegen de toekenning van aandelen aan Bailey. De toekenning was namelijk niet afhankelijk van prestaties. We stemden ook tegen het onderliggende beloningsbeleid, net als 16% van de andere aandeelhouders. In het beloningsbeleid was te veel ruimte om nieuwe managers erg hoge beloningen te geven. Ook de beloningsplannen van BG Group zijn veelbesproken. BG group is een Brits olie- en gasbedrijf. Het wilde 12 miljoen pond ‘welkomstbonus’ geven aan startend CEO Helge Lund. Dit bedrag was hoger dan wat de aandeelhouders eerder hadden goedgekeurd. Daarom moest BG Group een nieuwe vergadering voor aandeelhouders organiseren. Deze werd gepland op 15 december. Voordat de vergadering plaatsvond uitten aandeelhouders al veel kritiek. BG Group heeft de bonus daarom verlaagd naar 10,6 miljoen pond. Dat viel wél binnen de grenzen die de aandeelhouders hadden gesteld. Er was dus geen vergadering meer nodig.
2.8 Het Europese Best-in-Class Product Voor het Europese Best-in-Class product wordt elk bedrijf langs de duurzame meetlat gelegd. Daarbij selecteren wij alleen de meest toonaangevende bedrijven op milieu-, sociaal- en bestuursvlak (‘Best-in-Class’). Dit doen we met sectoronderzoeken: we maken per sector een rangorde van de bedrijven. Alleen de beste 40% van de in Europa genoteerde bedrijven in die sector keuren we goed als mogelijke belegging. ‘Best-In-Class’ wordt door REAAL in haar beleggingsverzekeringen gehanteerd voor alle actief beheerde Europese aandelen. Deze rangorde komt tot stand door meer dan 100 indicatoren voor duurzaam ondernemerschap te wegen. Zo beoordelen we of en hoe bedrijven ervoor zorgen dat de arbeidsvoorwaarden van hun leveranciers in orde zijn. Hieronder vallen bijvoorbeeld een leefbaar loon en acceptabele werktijden. Ook kijken we naar bedrijven die met grote hoeveelheden klantgegevens werken, zoals banken en telecombedrijven. Die bedrijven moeten een beleid hebben waarin staat hoe ze aan privacywet- en regelgeving voldoen. Maar we kijken niet alleen naar beleid. De daden van een bedrijf controleren we door de data over bijvoorbeeld ziekteverzuim, milieuboetes en trends in de uitstoot van broeikasgassen in de gaten te houden. Ook doen wij onderzoek naar de maatschappelijke aspecten van de producten van een bedrijf. We kijken bij supermarkten bijvoorbeeld of en hoeveel biologisch eten zij verkopen. En bij banken kijken we of en hoe zij financiële zelfredzaamheid bevorderen. Hoewel de sectoronderzoeken elke twee jaar plaatsvinden, is tussentijdse afkeuring of goedkeuring van bedrijven mogelijk. Als een bedrijf bijvoorbeeld ernstige veiligheidsincidenten heeft, keuren wij het af. Zo is vorig jaar het particuliere en militaire beveiligingsbedrijf G4S verwijderd uit het Best-in-Class product. Ondanks de aangescherpte veiligheidseisen, in de door G4S beheerde gevangenissen, kwam het bedrijf opnieuw negatief in het nieuws. Dit naar aanleiding van een gerechtelijk onderzoek naar vermeende misstanden (elektroschokken, gedwongen medicatie en ernstig geweld tegen gevangenen en G4S werknemers) in een Zuid Afrikaanse gevangenis.
13
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
In de loop van het vierde kwartaal van 2014 onderzochten we alle Europese bedrijven in de volgende drie sectoren:
Olie en gas toeleveranciers Financiële instellingen Bouwmaterialen
De analyse van deze sectoren leidde afgelopen kwartaal tot de volgende wijzigingen: SECTOR
AANDEEL
VORIGE STATUS
NU
Olie en gas toeleveranciers
Geen wijzigingen aangebracht in deze sector
-
-
Financiële instellingen
Eurazio
Afgekeurd
Toegelaten
Deutsche Bank
Goedgekeurd
Verwijderd
Imerys
Afgekeurd
Toegelaten
Heidelberg Cement
Goedgekeurd
Verwijderd
Bouwmaterialen
Bouwmaterialen – duurzame ketens van steengroeve tot consument Het onderzoek naar de sector bouwmaterialen gaf ons inzicht in de keten van de sector en de schakels die daarin zitten. In deze sector worden veel grondstoffen gebruikt. Vooral hergebruik van materialen is een belangrijke stap naar het duurzamer maken van de keten. Duurzaam bouwen is al bijna geen keuze meer. Met Europees beleid wordt namelijk ingezet op energieneutraal bouwen in 2020. Energieneutraal bouwen betekent dat een gebouw geen energie van buitenaf nodig heeft. In een ideale situatie wekt het gebouw ook genoeg energie op voor het energieverbruik van de bewoners of gebruikers. Nederlandse nieuwbouw zou dan niet meer van gas afhankelijk zijn. Maar energiezuinigheid is niet het enige dat een gebouw duurzaam maakt. Het gaat bijvoorbeeld ook om minder watergebruik en goede ventilatie. In de bouwfase is de keuze voor verantwoorde bouwmaterialen belangrijk. Die keuze is bepalend voor levensduur, onderhoud, comfort, energiegebruik en mogelijkheden voor recycling. In het vierde kwartaal van 2014 onderzochten wij vijf bedrijven in de sector ‘bouwmaterialen’: Imerys (Frankrijk), CRH (Ierland), Holcim (Zwitserland), Lafarge (Frankrijk) en Heidelberg Cement (Duitsland). Zij willen in hun hele keten een effect hebben. Dit begint al bij de winning van mineralen, zoals kalksteen, waarna gebruik en onderhoud van de bouwmaterialen volgt. Het laatste punt is recycling, wat ook weer de start is van een nieuw proces. Natuurlijk is winst belangrijk voor deze bedrijven. Als zij minder materialen gebruiken, maken ze minder kosten. Dus blijft er meer winst over. Maar tegelijkertijd zorgen zij voor een lagere impact op het milieu en een gezonder leefklimaat. In het onderzoek naar deze sector stonden we uitgebreid stil bij de vraag wat duurzaamheid betekent in deze keten. Grondstoffen – zand en kalksteen In de bouw worden veel verschillende grondstoffen gebruikt, waaronder zand. Zand is een kostbare grondstof die onmisbaar is voor een groot aantal producten, bijvoorbeeld voor het maken van beton en asfalt. Maar ook in elke auto zit ruim 50 kg kwartszand. In Nederland wordt het meeste zand 14
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
gebruikt om de kustlijn te verstevigen. Als we beperkt zand van de zeebodem halen, kan de natuur zichzelf herstellen. Het water voert dan weer nieuw zand aan. Maar als we zand van het vaste land halen (zandgroeven), kan de natuur het bijna niet herstellen. Bedrijven moeten dan bedenken wat de nieuwe bestemming van het gebied wordt. In ons onderzoek zagen we daar verschillende voorbeelden van, zoals het inzetten van het gebied voor hoogwaterbestrijding, of voor het kweken van vis. Sommige stukken grond veranderden naar landbouwgrond of recreatieplassen. Bij al deze ideeën moet een bedrijf rekening houden met de lokale biodiversiteit. Naast het milieu zijn arbeidsomstandigheden in de groeven een belangrijk aspect bij grondstoffenwinning. Vooral in landen als China en India hebben werknemers vaak weinig rechten. Dit kan voor conflicten zorgen. Bekende voorbeelden zijn ongeoorloofd overwerk, onrealistisch hoge productiequota en het niet erkennen van vakbonden. Ook de gezondheid van werknemers is belangrijk. Bij slechte omstandigheden hebben zij vaak een verhoogd risico op (fatale) ongelukken en aandoeningen aan de luchtwegen. Uit ons onderzoek bleek dat de goedgekeurde bedrijven CRH en Imerys de afgelopen jaren niet betrokken zijn geweest in dit soort voorvallen. Productie van bakstenen en cement Nadat de grondstoffen zijn gewonnen worden deze verwerkt in fabrieken om er bijvoorbeeld bakstenen of cement van te maken. Beton is het belangrijkste bouwmateriaal ter wereld; bestratingen, bruggen, rioleringen, kantoorgebouwen en vloeren en wanden van woningen zijn vaak gemaakt van beton. Na water is beton het meest gebruikte materiaal per wereldbewoner. De verwachting is dat de globale cementproductie zal verdubbelen in de komende 40 jaar. Dit is vooral het gevolg van de snelle verstedelijking in landen als China en India. Cement is het bindmiddel van beton. Om cement te maken is veel energie nodig. Daardoor kan de gasrekening van de onderzochte bedrijven torenhoog oplopen, tot 40 procent van de gemaakte productiekosten. Cement is niet alleen het meest energie-intensieve bestanddeel van beton, het is ook het meest kostbare. Minder cement gebruiken bespaart dus ook kosten. Er bestaan alternatieve vormen van cement, die veel minder CO 2 uitstoten. Dat komt door het (her)gebruik van andere grondstoffen. Maar die alternatieve producten zijn niet overal beschikbaar. Daarnaast zullen veel bedrijven die producten willen kopen. Daardoor stijgt de prijs. Dit is een lastige opgave, maar er zijn dus wel goede ontwikkelingen. Gebruik en onderhoud van het gebouw De gebruiksfase duurt het langst en is daarom het meest bepalend voor de totale CO2-uitstoot in de bouwketen. Volgens Nederlands onderzoek is ongeveer 80% van de totale CO2-uitstoot in de bouwketen afkomstig uit de gebruiksfase. Bewoners gebruiken namelijk de verwarming en elektriciteit. Het is daarom noodzakelijk dat architecten kijken naar de duurzame eigenschappen van bouwmaterialen. Kalkzandsteen kan zowel ademen als veel warmte vasthouden. Kalkzandproducent CRH denkt door deze eigenschappen energieneutraal wonen een stapje dichterbij brengen. In ons sectoronderzoek bleek verder dat Imerys dakpannen levert waarmee energie kan worden opgewekt via ingebouwde zonnepanelen. Het aandeel van dit soort producten in de totale omzet van Imerys is nu nog klein. We denken dat dit soort innovaties steeds belangrijker worden. 15
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
Sloop en recycling In de laatste fase van de bouwketen zijn ook interessante ontwikkelingen. Sloop- en renovatiewerkzaamheden zorgen voor veel afval. Momenteel komt het puin van kalkzandsteen, beton en metselwerk in de container terecht. Daarna wordt het gebruikt in het funderingsmateriaal in de wegenbouw. Door strengere regelgeving op dit gebied wordt het voor bedrijven interessanter om met andere partijen in de keten samen te werken. Ze kunnen dan samen investeren in nieuwe manieren om het puin te gebruiken. Op het gebied van recycling testen bedrijven in de bouwsector en de bouwmaterialensector nieuwe technieken al in de praktijk. De bruikbare onderdelen van het bouwpuin zijn daarbij succesvol als nieuwe grondstof voor cement ingezet.
2.9 Positieve selectie Bedrijven die niet in de oorspronkelijke top 40%-selectie zitten willen we graag prikkelen tot beter gedrag. Als een bedrijf voorloopt op het gebied van bijvoorbeeld hernieuwbare energie, gezond en vitaal ouder worden, slimmer grondstoffengebruik en duurzame innovaties, selecteren we het voor ‘engagement’. We bespreken waar en op welke manier de onderneming de prestaties op milieu-, sociaal en bestuurlijk vlak kan verbeteren. Het doel van deze dialoog is dat het bedrijf een hogere gemiddelde ESG-prestatie (environmental, social, governance) in de sector bereikt. Zo kan het alsnog in de top 40% komen. In het Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen over het derde kwartaal van 2014 gaven we het proces voor het Best-in-Class product schematisch weer. In de komende rapporten vertellen we elk kwartaal welke bedrijven we kiezen voor positieve selectie. In het vierde kwartaal van 2014 selecteerden we één nieuw bedrijf: Smurfit Kappa. Dit bedrijf maakt papier en karton in meer dan 30 landen. In Nederland maakt het bedrijf vooral golfkartonnen verpakkingen op basis van 100% oud papier. We moedigen aan dat bedrijven ‘circulaire economie’ toepassen. Dit betekent dat ze producten hergebruiken en zoveel mogelijk waarde uit grondstoffen halen. Afval voor de ene sector kan ook een waardevolle grondstof in de andere sector zijn. Smurfit Kappa werkt nauw samen met andere partijen om dit te bereiken.
16
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
3 Appendix 3.1 Huidige uitsluitingen (bedrijven) Bedrijf
Sector
Regio
Reden
Aeroteh SA*
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Airbus Group N.V. (EADS)
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Alliant Techsystems Inc*
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Alpha Natural Resources Inc*
Energie
Amerika
Milieuvervuiling
Arch Coal Inc*
Energie
Amerika
Milieuvervuiling
Aryt Industries Ltd*
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Ashot Ashkelon Industries Ltd*
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Babcock & Wilcox Co/The* Babcock International Group PLC
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
BAE Systems PLC
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Barrick Gold Corp
Materials
Amerika
Milieuvervuiling
Boeing Co/The
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Bridgestone Corp
Pacific
Fundamentele arbeidsrechten
Computer Sciences Corp
Autoproducenten Financiële instellingen (diverse)
Amerika
Controversiële wapens
CONSOL Energy Inc
Energie
Amerika
Milieuvervuiling
DTE Energy Co
Energie
Amerika
Milieuvervuiling
Exelis Inc*
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Finmeccanica SpA
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Fluor Corp
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Freeport-McMoRan Copper & Gold Inc
Mijnbouw
Amerika
Milieuvervuiling, mensenrechten
GenCorp Inc*
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
General Dynamics Corp
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Hanwha Corp*
Mijnbouw
Pacific
Controversiële wapens
Honeywell International Inc
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Integrys Enegry Group Inc
Energie
Amerika
Milieuvervuiling
Jacobs Engineering Group Inc
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Larsen & Toubro Ltd*
Kapitaalgoederen
Pacific
Controversiële wapens
Lockheed Martin Corp
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
MDU Resources Group Inc
Energie
Amerika
Milieuvervuiling
Motovilikha Plants JSC*
Kapitaalgoederen
Rusland
Controversiële wapens
NiSource Inc Norinco International Cooperation Ltd*
Energie
Amerika
Milieuvervuiling
Kapitaalgoederen
Pacific
Controversiële wapens
Northrop Grumman Corp
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Poongsan Corp*
Mijnbouw
Pacific
Controversiële wapens
Raytheon Co
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Rheinmetall AG*
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Rio Tinto PLC
Mijnbouw
Europa
Controversiële wapens
17
Kwartaalrapport Verantwoord Beleggen – Q4 2014
Bedrijf
Sector
Regio
Reden
Rolls-Royce Group PLC
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Safran SA
Kapitaalgoederen Zakelijke dienstverlening
Europa
Controversiële wapens
Europa
Controversiële wapens
Splav SRPA* ST Engineering (Singapore Technologies)
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Kapitaalgoederen
Pacific
Controversiële wapens
TEPCO (Tokyo Electric Power Co Inc)
Elektriciteit, water en gas
Pacific
Mensenrechten
Textron Inc
Kapitaalgoederen
Amerika
Controversiële wapens
Thales SA
Kapitaalgoederen
Europa
Controversiële wapens
Vedanta Resources PLC
Mijnbouw
Europa
Wal-Mart Stores Inc
Detailhandel
Amerika
Mensenrechten, milieuvervuiling Fundamentele arbeidsrechten, wapens
Serco Group PLC
3.2 Huidige uitsluitingen (landen) Land
Overtreden principe
China
Controversiële wapens
Finland
Controversiële wapens
Griekenland
Controversiële wapens
Mexico
Mensenrechten
Polen
Controversiële wapens
Zuid Korea
Controversiële wapens
Turkije
Controversiële wapens
Verenigde Staten
Controversiële wapens
18