Verslag verantwoord beleggen SPW 2014
Inhoudsopgave Voorwoord
3
1. Verantwoord beleggen in cijfers
4
2. Beleid voor verantwoord beleggen
5
3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie
8
4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven 4.1 Inspelen op klimaatverandering 4.2 Fatsoenlijke arbeidsomstandigheden 4.3 Bewust belonen 4.4 Goed bestuurde ondernemingen 4.5 Mensenrechten
14 15 17 19 21 24
5. Uitgesloten bedrijven en staatsleningen
26
6. Vooruitblik 2015
27
Bijlagen
29 29
1: Bedrijven waarmee onze vermogensbeheerder contact had over duurzaamheid en goed bestuur 2: Overzicht uitgesloten bedrijven en staatsleningen
Colofon
31 32
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 |
2
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | Voorwoord
Voorwoord Verantwoord beleggen is een mooi begrip. Maar wat betekent het eigenlijk? Wat is verantwoord en wat niet? En wat doet een pensioenfonds dat zichzelf omschrijft als een verantwoord belegger in de dagelijkse praktijk? Op die vragen proberen we u een antwoord te geven in dit verslag over 2014. Voor ons als pensioenfonds is goed beleggen van levensbelang. Premies die werknemers en hun werkgevers elke maand opzij leggen, moeten groeien zodat ze een solide pensioen kunnen opleveren. Niet alleen nu maar ook nog over vijftig jaar. Daarom beleggen we in aandelen, obligaties, vastgoed, infrastructuur en grondstoffen. Hiermee zijn we actief in meer dan 60 landen wereldwijd. We kijken niet alleen naar rendementen en risico’s. Essentieel is ook dat bedrijven fatsoenlijk omgaan met het milieu en hun medewerkers. Goed bestuur is ook belangrijk. Dat zijn de kernpunten van ons ESG-beleid (environment, social en governance). Hierbij baseren we ons onder meer op de richtlijnen voor verantwoord ondernemen die zijn vastgesteld onder toezicht van de Verenigde Naties. Belangrijk zijn ook de internationale verdragen die Nederland heeft ondertekend om de productie en verspreiding van massavernietigingswapens tegen te gegaan. De uitvoering van dit beleid hebben we uitbesteed aan onze vermogensbeheerder APG. Mede namens ons spreekt APG met ondernemingen over ESG-onderwerpen. In 2014 werd wereldwijd met meer dan 200 ondernemingen gesproken (vaak via audio- of videoverbindingen). Daarnaast waren er bezoeken aan Chinese mijnen en kledingfabrieken in Bangladesh en Birma. Ook stemde APG (doorgaans van afstand) op de aandeelhoudersvergaderingen van de meer dan 4.000 bedrijven waarin wij beleggen. Verantwoord beleggen draagt bij aan een duurzamere economie. Daarom beperken we ons niet tot het aanspreken van ondernemingen die steken laten vallen. Met name binnen ons vastgoedportefeuille sporen we bedrijven aan om zuiniger om te gaan met water en energie en minder CO2 uit te stoten. Verder zijn we actief op zoek naar bedrijven die bijdragen aan oplossingen voor klimaatverandering, waterschaarste etc. Dit noemen we bedrijven met een hoge duurzaamheidswaarde. Onze beleggingen hierin zijn in 2014 meer dan verdubbeld. Voor ons is verantwoord beleggen meer dan een mooi begrip. Wij hopen dat we u dat via dit verslag duidelijk kunnen maken. Bestuur van SPW
3
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 1. Verantwoord beleggen in cijfers
1. Verantwoord beleggen in cijfers 10.453 miljoen euro Totaal belegd vermogen SPW eind 2014.
634 duizend ton CO2-voetafdruk SPW.
4.732 Aantal aandeelhoudersvergaderingen van bedrijven waarin SPW belegt en waar onze vermogensbeheerder stemde over 49.686 voorstellen.
9,2 miljoen euro Groei van het aantal green bondsbeleggingen.
100 Aantal ondernemingen in de Europese aandelenportefeuille die een brief kregen over hernieuwde beloningsrichtlijnen.
347 Aantal wereldwijde beleggers die samen met SPW een klimaatverklaring tekenden op VN-Klimaattop. 411 miljoen euro Belegd vermogen met een hoge duurzaamheidswaarde.
54 procent Percentage beloningsvoorstellen op aandeelhoudersvergaderingen waar SPW tegen stemde.
4
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 2. Beleid voor verantwoord beleggen
2. Beleid voor verantwoord beleggen De pensioenpremies die onze deelnemers en hun werkgevers elke maand afdragen, beleggen we zodanig dat ze een zo goed mogelijk rendement opleveren tegen een aanvaardbaar risico. Door verantwoord te beleggen, dragen wij tevens bij aan duurzame ontwikkeling. Ons beleid voor verantwoord beleggen kent drie doelen: ●
●
●
De risico- en rendementsverhouding verbeteren; Blijk geven van maatschappelijke verantwoordelijkheid; Bijdragen aan de waarborging van de integriteit van de financiële markten.
Uitvoering door onze vermogensbeheerder Ons beleggingsbeleid (en daarmee ook het beleid voor verantwoord beleggen) wordt vastgesteld door het bestuur dat hierbij onder andere wordt ondersteund door het bestuursbureau. De uitvoering is ondergebracht bij APG dat ons pensioenvermogen beheert. Dit gebeurt deels via externe managers. Doordat SPW het beleggingsbeleid laat uitvoeren door een grote vermogensbeheerder kan het meer invloed uitoefenen op hoe ondernemingen opereren. Onze belegger heeft een team van negen specialisten op het terrein van duurzaamheid en goed ondernemingsbestuur. Tot de taken van dit team behoren onder meer: portefeuillemanagers ondersteunen bij verantwoord beleggen, gesprekken voeren met bedrijven over verantwoord ondernemen, voorstellen voor niet-beursgenoteerde beleggingen beoordelen op duurzaamheid en goed bestuur en het stembeleid uitvoeren. Eén van de specialisten is gestationeerd op het kantoor van de vermogensbeheerder in Hongkong om voldoende aandacht te kunnen geven aan de beleggingen in Azië en Oceanië. De specialisten van onze vermogensbeheerder zijn actief binnen verschillende nationale en internationale samenwerkingsverbanden die zich via gesprekken met beleidsmakers en sectororganisaties inzetten voor het ontwikkelen van betrouwbare en efficiënte regelgeving. Het International Corporate Governance Network (ICGN) is daarbij van groot belang, net als de Principles for Responsible Investment
(PRI). In Nederland betreft dit onder meer institutionele beleggersvereniging Eumedion.
Milieu, sociaal beleid en goed bestuur Om goed te kunnen beleggen, willen wij de kansen en risico’s van onze beleggingen duidelijk in beeld hebben. Daarom wordt er bij beleggingsbeslissingen niet alleen afgegaan op de financiële prestaties en de bedrijfsprocessen, maar wordt ook gekeken of bedrijven beschikken over een goed milieu- en sociaal beleid en of zij goed worden bestuurd. Dit zijn de zogenoemde ESGfactoren: environment, social en governance. Door inzicht te krijgen in de kansen en risico’s van onze beleggingen op deze terreinen, kan dit worden meegenomen bij beleggingsbeslissingen.
Heldere verwachtingen
Voor ons beleid verantwoord beleggen hebben we heldere verwachtingen geformuleerd die aansluiten op nationale en internationale regelgeving. In de eerste plaats zijn dat de Nederlandse wetten en de internationale verdragen waarbij Nederland partij is. Van bedrijven en fondsen waarin wordt belegd, verwachten we dat ze handelen in lijn met de richtlijnen voor verantwoord ondernemen van de Verenigde Naties (Global Compact). Hierbij gaat het om mensenrechten, arbeidsrechten, anti-corruptie en milieu. Op verschillende manieren controleert onze vermogensbeheerder of bedrijven hieraan voldoen. Twijfels hierover kunnen aanleiding zijn voor een dialoog. Dialogen kunnen soms jaren duren. Als een bedrijf niet erin slaagt om ernstige tekortkomingen te verbeteren en er ook geen zicht is op verbetering in de nabije toekomst, kunnen wij tot uitsluiting overgaan waarna onze vermogensbeheerder ons belang in het bedrijf verkoopt. Dit is een laatste stap die slechts bij hoge uitzondering wordt gezet, al was het maar omdat we op een verkochte onderneming geen invloed meer kunnen uitoefenen. Belangrijk voor ons ESG-beleid zijn verder twee documenten van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). De OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen moeten er toe bijdragen dat bedrijven handelen in lijn met de relevante wet- en regelgeving. Ze gaan verder dan de VN Global Compact door ook aandacht te besteden aan
5
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 2. Beleid voor verantwoord beleggen
consumentenbelangen, de verspreiding van kennis en het afdragen van belastingen. De OESO-uitgangspunten voor goed ondernemingsbestuur moeten er aan bijdragen dat ondernemingen op een transparante manier bestuurd worden. Een duidelijke taakverdeling tussen toezichthoudende en uitvoerende functies is daarbij van groot belang. Verder verwachten we dat bedrijven handelen in lijn met de principes van het Internationale Corporate Governance Netwerk. Dit ICGN is een samenwerkingsverband van beleggers dat goed ondernemingsbestuur bevordert. De principes gaan onder meer over verslaggeving en accountantscontrole en de rechten en verantwoordelijkheden van bestuurders en aandeelhouders.
gevolgen hebben voor de waarde van de onderneming. Door een goed oog te hebben voor ESG-factoren was onze vermogensbeheerder meerdere keren in staat aandelen (deels) te verkopen voordat de koers scherp daalde. Ook heeft hij beleggingen (deels) van de hand gedaan nadat ondernemingen weigerden een serieuze dialoog aan te gaan. Daarbij ging het over onderwerpen met mogelijk grote gevolgen doordat toezichthouders drastisch konden gaan ingrijpen of vanwege potentiële problemen met maatschappelijke stakeholders. Slechte ESG-prestaties waren ook (mede) aanleiding om niet in zee te gaan met een niet-beursgenoteerde onderneming die vrij snel daarna ernstige problemen kreeg.
Bijdragen aan betere prestaties
Het risico van een incidentele of structurele waardedaling kan betrekking hebben op individuele bedrijven, maar ook op bedrijven in een bepaalde markt, bijvoorbeeld waar het overheidsbestuur niet op orde is. Een verstoorde machtsbalans in het ondernemingsbestuur is voor onze vermogensbeheerder ook een waarschuwingssignaal. Bedrijven moeten doorgaans eerst hun bestuursproblemen oplossen, voordat ze succesvol kunnen zijn. Doen ze dat niet dan zullen beleggers zelfs negatief reageren wanneer ze met nieuwe strategieën komen die op zich veelbelovend zijn. Er is dan geen vertrouwen dat die nieuwe strategieën ook zullen worden gerealiseerd.
Onze vermogensbeheerder staat voortdurend in contact met de bedrijven en fondsen waarin belegd wordt. Door goede relaties met het management te onderhouden, is hij niet alleen op de hoogte van de risico’s en kansen, maar kan hij ook meepraten over de strategie. Dit geldt voor zowel de beursgenoteerde beleggingen, als de niet-beursgenoteerde beleggingen. Ook hier hebben we heldere verwachtingen geformuleerd over de wijze waarop ons vermogen wordt beheerd. Onze vermogensbeheerder wendt zijn invloed aan om andere marktpartijen aan te sporen ook verantwoord beleggen centraal te stellen.
Rendement en verantwoord beleggen We zijn ervan overtuigd dat onze vermogensbeheerder betere risicogecorrigeerde rendementen kan behalen door bij zijn beslissingen structureel aandacht te schenken aan ESG-factoren. Die zorgen voor een completer beeld van risico’s en kansen, waardoor beter beslissingen kunnen worden genomen.
De ESG-score die onze vermogensbeheerder in 2014 heeft ontwikkeld voor de beleggingen in de kwantitatieve aandelenportefeuille geeft een goed zicht op risico’s van koersdalingen. Uit het onderzoek van de vermogensbeheerder, dat de basis voor deze score vormt, blijkt dat er een aantal milieuen bestuursfactoren zijn die duidelijk maken of een bedrijf grotere risico’s loopt.
ESG-factoren kunnen soms al in een vroeg stadium waarschuwen voor misstanden als omkoping en corruptie die mogelijk grote
6
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 2. Beleid voor verantwoord beleggen
7
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie
3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie De pensioenpremies van onze deelnemers hebben we belegd in verschillende beleggingsproducten: aandelen, obligaties, vastgoed, infrastructuur, private equity, hedgefondsen en grondstoffen. De beleggingen zijn verdeeld over verschillende
portefeuilles met ieder een eigen beleggingsstrategie. Verantwoord beleggen is onderdeel van elke strategie, maar wordt per categorie op maat uitgevoerd.
Figuur 3.1: Waarin beleggen we ons vermogen?
Eind 2014 hadden we een totaal belegd vermogen van 10.453 miljoen euro.
Actief beleggen door eigen beheerder We hebben er voor gekozen om het grootste deel van ons vermogen actief te laten beleggen. Dit betekent dat de ongeveer 90 portefeuillemanagers bij de vermogensbeheerders niet passief de marktindices volgen, maar beleggingsbeslissingen nemen op basis van eigen kennis van ondernemingen en marktinzichten. Daarnaast hebben we de meeste beleggingen (bijna 80 procent) in eigen beheer via onze vermogensbeheerder. Door deze manier van beleggen kunnen we duurzaamheid en goed bestuur een duidelijke plek geven in de beleggingspraktijk. In 2014 is onze vermogensbeheerder begonnen met het
percentage aandelen in eigen beheer verder te vergroten, met name in de sectoren waarin grote belangen worden aangehouden en de vermogensbeheerder over voldoende kennis beschikt (bijvoorbeeld door fundamentele aandelenbeleggingen in de VS). Hierdoor zal het rechtstreekse contact met bedrijven toenemen. Om ervoor te zorgen dat de portefeuillemanagers toegang hebben tot de meest actuele, relevante informatie over duurzaamheid en goed bestuur, heeft de vermogensbeheerder in de afgelopen jaren verschillende instrumenten ontwikkeld. Hieronder volgen de belangrijkste stappen die in 2014 zijn gezet bij het steviger verankeren van de aandacht voor duurzaamheid en goed bestuur in de beleggingspraktijk.
8
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie
Achtergrondpapers Om portefeuillemanagers en beleggingsstrategen beter in staat te stellen om in hun dagelijkse werk handen en voeten te geven aan verantwoord beleggen, heeft onze vermogensbeheerder in 2014 achtergrondpapers opgesteld. Deze gaan over de vier kernthema’s van de VN Global Compact die aan de basis ligt van ons beleid: mensenrechten, arbeidsrechten, milieu en anticorruptie. Het thema klimaatverandering is hieraan toegevoegd. Elk achtergrondpaper geeft uitleg over hoe de thema’s worden gezien binnen de VN Global Compact, hoe relevant ze zijn voor de beleggingsportefeuille en hoe portefeuillemanagers ze aan de orde kunnen stellen in de contacten met bedrijven. Eerder verschenen soortgelijke papers over schaliegas en human capital.
Sectorraamwerken Voor 38 verschillende bedrijfstakken heeft onze vermogensbeheerder in 2014 in beeld gebracht waar de grootste risico’s zitten op het terrein van duurzaamheid en goed bestuur. Daarbij is per bedrijfstak gekeken hoe groot de kans is dat een bedrijf met een bepaald risico te maken kan krijgen en wat vervolgens de gevolgen daarvan zijn. Dat kan zijn in de vorm van boetes, maar ook een waardedaling als gevolg van overheidsmaatregelen, druk van maatschappelijke organisaties of weerstand van lokale gemeenschappen. De raamwerken, die eind 2014 in een afrondende fase waren, zijn bedoeld voor de portefeuillemanagers die hierin aandachtspunten kunnen vinden voor hun gesprekken met bedrijven en vragen die ze kunnen stellen.
De Kwantitatieve duurzaamheidsscore Duurzaamheidsfactoren en kenmerken van goed bestuur hebben ook een duidelijke plek gekregen in de kwantitatieve (Quant) aandelenstrategieën. Het team dat bij onze vermogensbeheerder de kwantitatieve aandelenstrategieën beheert, heeft samen met het team dat actief is op het terrein van duurzaamheid en goed ondernemingsbestuur in 2014 een kwantitatief model ontwikkeld dat bedrijven in deze aandelenportefeuilles een score kan toekennen voor duurzaamheid en goed bestuur. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van gegevens van gespecialiseerde bureaus en een zelfontwikkeld algoritme dat nieuws analyseert (text mining) op negatieve berichtgeving over bijvoorbeeld omkoping en corruptie. Uitgebreid onderzoek door onze vermogensbeheerder heeft aangetoond dat bedrijven met een lage Quantduurzaamheidsscore hogere risico’s met zich meebrengen die in onvoldoende mate worden gecompenseerd door hogere
rendementen. De Quant-duurzaamheidsscore wordt inmiddels gebruikt in het beleggingsproces. Als vervolg op dit initiatief worden ideeën ontwikkeld om bedrijven te kunnen identificeren die niet alleen goed scoren wat betreft de verhouding tussen risico en rendement, maar ook positief bijdragen aan een duurzame samenleving.
Groei beleggingen met hoge duurzaamheidswaarde De beleggingen met een hoge duurzaamheidswaarde zijn in 2014 flink toegenomen. Eind 2013 was hier nog voor 196 miljoen euro in belegd, eind 2014 was dat bedrag gestegen naar 411 miljoen euro. Deze stijging wordt voor slechts een deel verklaard door de waardestijging van de hele portefeuille. Ook uitgedrukt als percentage van het totaal belegd vermogen is de stijging fors. Van 2,3procent eind 2013 naar 3,9 procent in 2014. Bij beleggingen met een hoge duurzaamheidswaarde (high sustainability investments, ofwel HSI’s) gaat het om activiteiten die bijdragen aan oplossingen voor klimaatverandering, waterschaarste, wateroverlast, vervuiling, verlies van leefgebieden of diersoorten en behoefte aan microfinanciering. Onder deze HSI’s vallen ook beleggingen in bedrijven die hoog scoren op de Acces to Medicine Index. Deze index, die gefinancierd wordt door onder andere de Nederlandse en Britse overheid, geeft weer in hoeverre farmaceutische bedrijven bijdragen aan een toegankelijke gezondheidszorg in landen waar de gemiddelde inkomens laag zijn. Zoals uit de onderstaande figuur blijkt, vallen de meeste HSI’s onder de aandelenbeleggingen. Binnen de categorie vastgoed was de grootste groei. Dit is het gevolg van de toename van het aantal zogenoemde green stars. Green stars zijn vastgoedbeleggingen die in de hoogste categorie scoren bij het jaarlijkse duurzaamheidsonderzoek dat wordt uitgevoerd door de Globale Real Estate Sustainability Benchmark (GRESB). Onze vermogensbeheerder spant zich al jaren er voor in dat onze vastgoedbeleggingen zich ontwikkelen tot green star. De groei binnen de beursgenoteerde aandelen en de bedrijfsobligaties wordt deels verklaard door het gebruik van betere research. Daaruit bleek dat sommige bedrijven die vorig jaar niet meegeteld werden wel degelijk omschreven kunnen worden als belegging met hoge duurzaamheidswaarde.
9
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie
Figuur 3.2: Verdeling van de beleggingen met een hoge duurzaamheidswaarde over de beleggingscategorieën
Opmars green bonds Binnen de beleggingen met een hoge duurzaamheidswaarde is ook het aantal green bonds sterk gegroeid. Dit zijn leningen die worden gebruikt voor de financiering van duurzame projecten. Onze green bonds zijn onder meer uitgegeven door de Europese Investeringsbank, de ontwikkelingsbank voor de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen en het Franse energiebedrijf GDF Suez. Green bonds zijn relatief nieuwe producten. Op 1 januari 2014 hadden we er twee ter waarde van 2,5 miljoen euro. Eind 2014 zijn het er twaalf met een totale waarde van bijna 14 miljoen euro. Deze groei was mogelijk doordat er relatief veel van dit soort obligaties op de markt kwamen die aan onze eisen voldeden. Onze eisen liggen op het terrein van het genereren van een marktconform rendement en dienen van voldoende omvang te zijn, waardoor ze onder meer beter verhandelbaar zijn. Ondanks dat er steeds meer green bonds op de markt verschijnen, is het totale aanbod nog steeds redelijk beperkt.
Meer aandacht bij externe managers De externe managers bij wie onze vermogensbeheerder een deel van ons vermogen heeft ondergebracht, zijn in 2014 meer aandacht gaan besteden aan duurzaamheid en goed bestuur. Dat blijkt uit de herhaling van het onderzoek waarmee onze vermogensbeheerder in 2013 heeft vastgesteld hoe ver deze managers op verschillende terreinen waren met verantwoord beleggen. Van de 28 managers die aan beide onderzoeken meededen, lieten er 18 verbeteringen zien op één of meerdere terreinen, 7 bleven gelijk en 3 deden het minder dan in 2013. Een
manager die bij de vorige inventarisatie nog geen beleid had, beschikt daar nu wel over. Een ander had zijn beleid flink uitgebreid. Drie van de acht kwantitatieve managers zijn nieuwe ESG-gegevensbestanden gaan gebruiken of ontwikkelden methodes om ESG-factoren een plek te geven in hun beslissingsmodellen. Onze vermogensbeheerder gebruikt dit onderzoek bij de jaarlijkse evaluaties van de managers om te kijken hoe ze zich verder kunnen ontwikkelen.
Integratie in het beleggingsproces Hoe de aandacht voor milieu, sociaal beleid en goed ondernemingsbestuur een plek heeft gekregen in de verschillende strategieën van onze vermogensbeheerder, staat in de tabel hierna. Van alle beleggingen verwachten we dat ze handelen in lijn met de afspraken die in VN-verband zijn gemaakt over hoe bedrijven moeten omgaan met mensenrechten, arbeidsrechten, anti-corruptie en milieu. Het uitsluitingsbeleid geldt ook voor de gehele portefeuille. De Landenrisicometer, die onze vermogensbeheerder heeft ontwikkeld in samenwerking met een onderzoeksbureau, geeft portefeuillemanagers zicht op de risico’s van landen waar het gaat om duurzaamheid en goed bestuur. Verder worden voorstellen voor nieuwe beleggingen (boven een bepaalde omvang) in nietbeursgenoteerde ondernemingen en nieuwe mandaten voor externe managers ook beoordeeld door het team dat let op duurzaamheid en goed bestuur. Dit team heeft niet alleen adviesrecht maar is ook betrokken bij het opstellen van de voorwaarden die worden opgenomen in de overeenkomsten die
10
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie
de basis vormen voor de nieuwe beleggingen. Aandelen in eigen beheer Fundamenteel Alle portefeuillemanagers van de vermogensbeheerder hebben toegang tot het in eigen huis ontwikkelde ESG-dashboard dat een indruk geeft van hoe een bedrijf scoort op milieu- en sociaal beleid en goed ondernemingsbestuur. In het dashboard staan verder het stemgedrag van onze vermogensbeheerder bij het bedrijf, de correspondentie over ESG-factoren en de gesprekken die hierover hebben plaatsgevonden met het bedrijf. Ook staan er analyses in van drie onafhankelijke onderzoeksbureaus. Het ESGvergelijkingsprofiel voor bedrijfsrisico’s, dat onze vermogensbeheerder heeft laten ontwikkelen met dataleverancier Bloomberg, geeft portefeuillemanagers inzicht in trendmatige ontwikkelingen zoals het aantal ernstige ongelukken. Via dit model kunnen prestaties van een bedrijf worden vergeleken met die van sector- en branchegenoten. Risicowaarderingsmodellen voor duurzaamheid en goed bestuur geven zicht op de mate waarin de waarde van een belegging wordt beïnvloed door risico’s en kansen op één van de ESG-terreinen. Kwantitatief De in 2014 door de vermogensbeheerder ontwikkelde Quantduurzaamheidsscoremaakt het eenvoudiger om ESG-factoren een rol te laten spelen bij beleggingsbeslissingen in de omvangrijke portefeuille die vooral wordt beheerd met behulp van kwantitatieve modellen. Aandelen externe managers Bij elk nieuw mandaat dat bij een externe manager wordt ondergebracht, wordt gecontroleerd of dit gebeurt in overeenstemming met het beleid voor verantwoord beleggen. Ongeveer 30 grote vermogensbeheerders die voor onze vermogensbeheerder werken, zijn in 2014 voor het tweede achtereenvolgende jaar uitgebreid doorgelicht op de aandacht die ze geven aan milieu, sociaal beleid en goed ondernemingsbestuur. Deze analyse wordt elk jaar herhaald en de uitkomsten worden met de managers besproken. Staatsobligaties Onze vermogensbeheerder belegt niet in landen waarvoor de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties een wapenembargo heeft afgekondigd. Bedrijfsobligaties Alle portefeuillemanagers hebben toegang tot het ESG-
dashboard. De portefeuillemanagers nemen in de beleggingsvoorstellen de duurzaamheidsscores op. Als die lager zijn dan de scores van vergelijkbare bedrijven, volgt een meer gedetailleerde analyse. Vastgoed Bij nieuwe niet-beursgenoteerde vastgoedbeleggingen eist onze vermogensbeheerder dat ze voor de hele beleggingsperiode meedoen aan de Global Real Estate Sustainability Benchmark, de duurzaamheidsvergelijking voor vastgoed. Dit betekent een toetsing vooraf en een jaarlijkse meting van de prestaties. Waar nodig wordt een dialoog gestart om de prestaties te verbeteren. In 2014 vonden meer dan 50 van dit soort gesprekken plaats. Doordat onze vermogensbeheerder wereldwijd één van de grootste vastgoedbeleggers is, kan hij een significante invloed uitoefenen op de sector. Infrastructuur Onze vermogensbeheerder heeft samen met andere grote beleggers in 2014 gewerkt aan een nieuw onafhankelijk duurzaamheidsmeetinstrument voor infrastructuur. Dit zal een beter inzicht geven in de duurzaamheidsprestaties van infrastructuurbeleggingen en aanknopingspunten bieden voor gesprekken met managers om hun prestaties te verbeteren. Hedgefondsen Onze vermogensbeheerder verwacht van alle fondsen waarvoor dat relevant is dat ze een beleid hebben met aandacht voor milieu, sociaal beleid en goed ondernemingsbestuur. Onze vermogensbeheerder hanteert hierbij een op maat gesneden aanpak waarbij de strategie van het fonds voor een belangrijk deel bepaalt hoe die eisen eruitzien. Hedgefondsen worden aangemoedigd om lid te worden van de Hedge Fund Standards Board die transparantie, integriteit en goed ondernemingsbestuur promoot. Private equity Onze vermogensbeheerder streeft ernaar dat private equity managers een passend ESG-beleid hebben. Belangrijk is ook transparantie over hun prestaties op dit terrein. Om dit eenvoudiger te maken heeft onze vermogensbeheerder bijgedragen aan het opstellen van het ESG Disclosure Framework van de European Private Equity & Venture Capital Association. Dit raamwerk heeft hij geïntegreerd in zijn eigen procedures bij de due dilligence en de monitoring van de private equity beleggingen.
11
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie
Grondstoffen De beleggingen via termijncontracten in grondstoffen worden dusdanig beheerd dat er geen prijsopdrijvend effect optreedt.
12
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 3. Milieu, sociaal beleid en goed bestuur als onderdeel van de beleggingsstrategie
13
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven Onze vermogensbeheerder wil de bedrijven en fondsen waarin wordt belegd zo goed mogelijk kennen. Door relaties te onderhouden met het management blijft hij op de hoogte van de ontwikkelingen en kan hij meepraten over de strategie. Bedrijven worden aangesproken als er zorgen zijn over de duurzaamheid van de bedrijfsvoering of de bestuurspraktijk. Dit gebeurt op verschillende manieren en varieert van een mening geven tot een intensiever proces met gedragsverandering als doel. Dat laatste wordt ‘engagement’ genoemd en kan verschillende vormen aannemen afhankelijk van het bedrijf, de aard en omvang van de belegging en het onderwerp dat speelt. Regelmatig spelen meerdere onderwerpen tegelijk. Engagements heeft onze vermogensbeheerder niet alleen met bedrijven. Voor ons is het belangrijk dat overheden en marktpartijen regels afspreken die ertoe bijdragen dat we ook op de lange termijn kunnen blijven zorgen voor een goed pensioen voor onze deelnemers. Het goed functioneren van financiële
markten is daarvoor ook van belang, net als een stabiel klimaat zodat daar geen bedreiging van uit gaat voor de waarde van onze beleggingen. Om dit te bevorderen, overlegt onze vermogensbeheerder met verschillende partijen. Daarnaast oefent onze vermogensbeheerder invloed uit door te stemmen op aandeelhoudersvergadering. Met praktische en inhoudelijke ondersteuning van een extern bureau bracht hij in 2014 zijn stem uit over bijna 50.000 voorstellen op 4.732 vergaderingen van beursgenoteerde bedrijven waarin wij ons vermogen hebben belegd. Dit gebeurde op basis van ons ESGbeleid. Onze vermogensbeheerder was persoonlijk aanwezig op de aandeelhoudersvergaderingen van Ahold, Philips en Wereldhave. Op de volgende pagina's volgt een selectie van wat werd ondernomen op belangrijke gebieden in 2014.
14
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
4.1 Inspelen op klimaatverandering Het terugdringen van klimaatverandering is van groot belang voor SPW. Een wereldwijde temperatuurstijging kan grote gevolgen hebben. Hetzelfde geldt voor overheidsmaatregelen die klimaatverandering moeten tegengaan en de technologische innovaties die (mede) daaruit voortkomen.
VN-Klimaattop Tijdens de VN-Klimaattop in New York kondigde onze vermogensbeheerder aan dat hij in drie jaar tijd zijn beleggingen in duurzame energieproductie wilde verdubbelen ten opzichte van begin 2014. Op dat moment had onze vermogensbeheer voor ongeveer een miljard in deze beleggingen belegd. Samen met ruim 300 andere beleggers ondertekende SPW een verklaring met de belofte om serieus op zoek te gaan naar beleggingen met een lage CO2-uitstoot, voor zover dat past binnen onze rol als (pensioenfonds)belegger. Daarnaast beloofden we om bedrijven waarin we beleggen aan te zetten om duidelijk en open te zijn over de risico’s die ze lopen door klimaatverandering. In haar toespraak op de top benadrukte bestuurder Kemna van onze vermogensbeheerder dat om de ergste vormen van klimaatverandering tegen te gaan wereldwijd een verdubbeling nodig is van het bedrag dat wordt geïnvesteerd in hernieuwbare energie. Dat bedraagt nu zo’n 250 miljard dollar. Ook pleitte ze ervoor dat het aanmerkelijk duurder wordt om CO2 uit te mogen stoten (via een wereldwijd handelssysteem in CO2uitstootrechten)en voor het afschaffen van subsidies op fossiele energie.
voert niet alleen overleg met beleidsmakers maar spreekt ook bedrijven aan op wat investeerders van hen verwachten over hoe zij inspelen op de risico’s van klimaatverandering.
Analyse risico fossiele beleggingen Onze vermogensbeheerder heeft een analyse gemaakt van de risico’s die onze beleggingen lopen door strengere overheidsmaatregelen om klimaatverandering tegen te gaan. Om de ergste gevolgen daarvan te voorkomen, zal de wereld minder energie moeten gaan gebruiken en overschakelen van kolen en olie naar het minder vervuilende gas en hernieuwbare bronnen. Dit zal vooral gevolgen hebben voor de beleggingen in energie die ongeveer 10 procent van onze portefeuille uitmaken. Een afname van de kolenvraag en een sterk stijgende CO2-prijs zouden negatief kunnen uitpakken voor mijnbouwbedrijven en kolencentrales. Een sterke toename van elektrische auto’s kan negatief uitpakken voor oliebedrijven. Onze vermogensbeheerder heeft geanalyseerd waar de grootste risico’s zitten als de wereldwijde CO2-uitstoot in 2020 zijn hoogtepunt bereikt en daarna afneemt. Dat is namelijk wat er volgens klimaatdeskundigen moet gebeuren om de gemiddelde temperatuurstijging aan het einde van de eeuw tot twee graden te beperken. De grootste risico’s voor het fonds zitten hierbij in de ondernemingen die sterk afhankelijk zijn van steenkool. Onze vermogensbeheerder was al voor de analyse begonnen om deze beleggingen te beperken en overweegt nu of een verdere afname nodig is.
Lobbyen voor Europese maatregelen Op de Klimaattop maakte toenmalig voorzitter Barroso van de Europese Commissie bekend dat de EU de CO2-uitstoot in 2030 met 40 procent wil terugbrengen ten opzicht van 1990. Hiermee volgde hij het pleidooi van onze vermogensbeheerder en nog zo’n 80 andere beleggers, verenigd in de Institutional Investor Group on Climate Change (IIGCC). Die heeft hiervoor gelobbyd bij de verschillende Europese instellingen (Commissie, Raad en Parlement). De IIGCC lobbyde eveneens voor een drastische hervorming van het Europese systeem van de handel in uitstootrechten omdat de huidige CO2-prijs veel te laag is om over te schakelen van kolen naar schonere alternatieven. Een besluit hierover is nog niet genomen. Doordat één van de duurzaamheidsspecialisten van onze vermogensbeheerder in het tienkoppige IIGCC-bestuur zit, wordt bijgedragen aan een beter internationaal klimaatbeleid. De IIGCC
De analyse geeft geen aanleiding om alle beleggingen in fossiele brandstofproducenten van de hand te doen, zoals een aantal maatschappelijke groeperingen in 2014 bepleitte. Onze vermogensbeheerder ziet de vraag naar energie de komende jaren nog stijgen en verwacht niet dat hernieuwbare energiebronnen daar in voldoende mate aan kunnen voldoen. Wel wordt een verandering in de energiemix verwacht: minder kolen en olie, meer gas en hernieuwbare energie.
Amerikaanse olie- en gasbedrijven Met acht olie- en gasbedrijven in Texas heeft onze vermogensbeheerder na afloop van de VN-Klimaattop gesproken over hoe zij in hun bedrijfsvoering rekening houden met mogelijk strengere milieumaatregelen van de overheid tegen klimaatverandering. Veel bedrijven blijken daarop nog nauwelijks in te spelen omdat ze ervan uitgaan dat die strengere 15
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
maatregelen er niet komen, althans niet in de mate dat het gevolgen heeft voor hun business model. Onze vermogensbeheerder vindt dat onverstandig omdat nieuwe olieinvesteringen mogelijk onvoldoende financieel zullen renderen. Andere oliebedrijven in de portefeuille laten zien dat ze wel hierop inspelen door zich bijvoorbeeld meer te gaan richten op de winning van gas. Daarbij lijken Europese bedrijven verder te zijn dan die in de VS. Vooruitgang merkte onze vermogensbeheerder in de gesprekken die hij met verschillende olie- en gasbedrijven voerde over schaliegas dat wordt gewonnen via fracking. Daarbij worden grote hoeveelheden water, zand en chemicaliën in de grond gespoten. Op die manier wordt het harde schaliegesteente gebroken, waarna het gas dat erin zit, kan worden gewonnen. Het Amerikaanse bedrijf Apache heeft aangekondigd minder chemische stoffen te gaan gebruiken en rapporteerde over 2014 al een afname van 47 procent ten opzichte van 2012. Ook wil het besparen op water- en energieverbruik en het aantal vrachtwagenritten van en naar winlocaties. Ook Encana (eveneens een bedrijf in de VS) is bezig het waterverbruik bij fracking terug te dringen.
CO2-voetafdruk in kaart gebracht De bedrijven in onze aandelenportefeuille stoten op jaarbasis ongeveer 634 duizend ton CO2 uit. Dat blijkt uit een analyse die onze vermogensbeheerder maakte om inzicht te krijgen in de CO2-voetafdruk van onze beleggingen. Voor elk bedrijf is (op basis van cijfers over 2013) bekeken hoe hoog de uitstoot is. Vervolgens is berekend hoeveel daarvan voor onze rekening komt gezien ons percentage van de aandelen. Het is voor het eerst dat SPW een analyse van de CO2-voetafdruk heeft gemaakt. Onze vermogensbeheerder doet dit al langer voor al zijn aandelenbeleggingen. Ten opzichte van vorig jaar daalde de CO2-voetafdruk van onze vermogensbeheerder met bijna 10 procent. Dat percentage is nog groter wanneer de uitstoot wordt
afgezet tegen het belegde vermogen. Vorig jaar was elk miljoen aan aandelenbeleggingen goed voor 305 ton CO2. Dit jaar is dat 237 ton. De uitkomsten van dit onderzoek wil onze vermogensbeheerder aan de orde stellen in de contacten met afzonderlijke bedrijven. De voetafdruk is vergelijkbaar met die van de benchmark. Een vergelijking met andere pensioenbeleggers is niet mogelijk omdat die veelal nog geen voetafdruk hebben. Fondsen die na afloop van de VN-Klimaattop van 2014 de zogenoemde Montreal Carbon Pledge tekenden, beloofden dat ze wel een voetafdruk zullen gaan berekenen en publiceren.
Milieuvoetafdruk vastgoed verbeterd De vastgoedbeleggingen waarin onze vermogensbeheerder een aandeel heeft, hebben hun CO2-uitstoot teruggebracht met 312 miljoen kilo.Dat komt overeen met de hoeveelheid die jaarlijks geproduceerd wordt door 125.000 auto’s. Het watergebruik nam af met 26,7 miljard liter (de inhoud van 10.000 olympische zwembaden) en het elektriciteitsgebruik met 579.000 megawattuur. Dat laatste is ongeveer evenveel als wat alle huishoudens in de stad Utrecht jaarlijks gebruiken. Deze gegevens blijken uit het jaarlijkse duurzaamheidsonderzoek van GRESB. Van de vastgoedbeleggingen van onze vermogensbeheerder rapporteert inmiddels 77 procent aan GRESB. Daaronder vallen de tien grootste beleggingen die samen goed zijn voor 27 procent van de vastgoedportefeuille. Het vastgoed van onze vermogensbeheerder scoort goed in het GRESB-overzicht. Terwijl de GRESB-deelnemers gemiddeld 46 punten halen op een schaal van 100, scoort de vastgoedportefeuille van onze vermogensbeheerder er gemiddeld 56. Van de niet-beursgenoteerde vastgoedbeleggingen die niet aan GRESB rapporteren, zat het merendeel al voor 2009 in portefeuille. Deze rapportageverplichtingen waren toen nog niet van kracht.
16
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
4.2 Fatsoenlijke arbeidsomstandigheden Werknemers moeten zich vrij kunnen verenigingen in vakbonden en collectief kunnen onderhandelen over arbeidsvoorwaarden. Gedwongen arbeid mag niet, net als discriminatie op de arbeidsmarkt en op de werkvloer en kinderarbeid. Dat staat in de VN Global Compact die aan de basis ligt van ons beleid voor verantwoord beleggen. Goed personeelsbeleid kan de waarde van een belegging vergroten.
respecteren. Het Nederlandse advies- en ingenieursbureau Arcadis, dat niet in het Amnesty-rapport wordt genoemd maar wel meewerkt aan bouwprojecten in Qatar, verzekerde dat het niet betrokken is bij arbeidsrechtenschendingen. Door deel te nemen aan een overheidscommissie die nieuwe nationale regelgeving moet ontwerpen, zet Arcadis zijn kennis op het terrein van gezondheid en veiligheid in om lokale regelgeving te verbeteren.
Compensatieregeling bedrijfsziekte Ex-medewerkers van Samsung Electronics die leukemie hebben gekregen tijdens hun werkzaamheden in een fabriek voor halfgeleiders, kregen in 2014 excuses van hun voormalige werkgever. Ook kondigde het Zuid-Koreaanse bedrijf aan dat het een compensatieregeling zou uitwerken samen met getroffen exwerknemers en nabestaanden van werknemers die inmiddels waren overleden. Eerder al had het bedrijf een nieuw gezondheidsbeleid opgezet. De inspanningen van onze vermogensbeheerder om dit te bereiken begonnen vier jaar geleden toen bekend werd dat negen voormalige medewerksters van de semiconductorfabriek waren overleden. Op dat moment hadden bij 23 ex-medewerkers zich gevaarlijke ziektes ontwikkeld, veelal leukemie. In de jaren daarna had onze vermogensbeheerder hierover contact met het bedrijf, vertegenwoordigers van de getroffenen, maatschappelijke organisaties, overheden en andere investeerders.
WK voetbal Qatar Mensenrechtenorganisatie Amnesty International publiceerde een rapport over de slechte behandeling van werknemers die werken aan de bouw van hotels en andere voorzieningen voor het wereldkampioenschap voetbal in 2022 in Qatar. Naar aanleiding daarvan heeft onze vermogensbeheerder contact opgenomen met Hyundai Engineering & Construction. Een onderaannemer van dit Zuid-Koreaanse bouwbedrijf zou zijn buitenlandse personeel laten werken onder slechte arbeidsomstandigheden, de huisvesting was onder de maat en verblijfsvergunningen werden niet goed geregeld. Onze vermogensbeheerder nam ook contact op met het Franse bouwbedrijf Vinci dat zaken zou doen met leveranciers die hun werknemers zeven dagen per week lieten werken, slecht betaalden voor overwerk en onvoldoende aandacht hadden voor veiligheid. Beide bedrijven lieten weten dat ze de geconstateerde wantoestanden inmiddels hadden aangepakt, wat door Amnesty werd bevestigd. Ook legden ze uit welke procedures ze hanteerden om ervoor te zorgen dat hun onderaannemers en leveranciers werknemersrechten
Aanpakken onveilige werkomstandigheden Het Amerikaanse vastgoedbedrijf AvalonBay heeft op verzoek van onze vermogensbeheerder zijn arbeidsomstandighedenbeleid aangescherpt. Naar aanleiding van klachten van medewerkers over de veiligheid op bouwplaatsen, waar relatief veel ongelukken plaatsvonden, startte onze vermogensbeheerder twee jaar geleden een dialoog. Die leidde ertoe dat het bedrijf meerdere managers heeft aangesteld die voor meer veiligheid moeten zorgen. AvalonBay onderzoekt de mogelijkheden om bonussen toe te kennen aan managers van locaties met weinig ongelukken. Ook ontwikkelt het een systeem dat beter zicht moet geven op de arbeidsveiligheid bij onderaannemers. Onze vermogensbeheerder vond geen bewijs voor de beschuldiging van een Amerikaanse vakbond dat AvalonBay een anti-vakbondsbeleid voert waarbij werknemers niet vrij kunnen kiezen om zich bij een bond aan te sluiten. AvalonBay zegt zich volledig te houden aan de wet die de verhouding tussen sociale partners regelt (National Labor Relations Act). In een brief benadrukt het bedrijf te geloven in het recht van werknemers om zich al dan niet via een vakbond te organiseren. Een vakbond rapporteerde 11 dodelijke ongelukken bij Hyundai Heavy Industries in 2014. Naar aanleiding daarvan heeft onze vermogensbeheerder contact opgenomen met de ZuidKoreaanse scheepsbouwer en met andere scheepsbouwers in Azië die op hun werven meer aandacht moeten besteden aan veiligheid. Onze vermogensbeheerder wil ervoor zorgen dat ze zich gaan houden aan de wereldwijd erkende veiligheidstandaarden en open zijn over hun prestaties op het terrein van arbeidsveiligheid. Daarom heeft hij contact opgenomen met andere beleggers, bedrijven die schepen kopen, maatschappelijke organisaties en de OESO. Concreet resultaat heeft dit nog niet opgeleverd. Onze vermogensbeheerder bezocht een mijn en een titaniumfabriek in China. Het bezoek was een vervolg op de 17
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
dialoog die in 2011 startte na drie dodelijke ongelukken. De veiligheid op beide plekken leek voldoende verbeterd, mede doordat het management zich beter van de risico’s bewust leek.
Werken in de textiel- en palmolieproductie Om beter zicht te krijgen op de werk- en veiligheidsomstandigheden bij de textielproductie in opkomende markten, bezocht een duurzaamheidsspecialist van onze vermogensbeheerder zeven kledingfabrieken in Bangladesh en Birma. Daar sprak zij ook met internationale bedrijven en maatschappelijke organisaties. De bevindingen zullen worden gebruikt in gesprekken met kledingbedrijven die hun productie laten plaatsvinden in opkomende markten. Onze vermogensbeheerder bracht ook een bezoek aan een groot kledingmerk waarin belegd wordt via een private equity fonds. Een fonds dat investeert in meerdere kledingmerken gaat op verzoek van onder andere onze vermogensbeheerder een duurzaamheidsmedewerker aanstellen. Die moet bijvoorbeeld zorgen dat merken die minder scoren op ESG-terrein leren van merken in hetzelfde fonds die het beter doen. In gesprekken met zeven grote Indonesische palmoliebedrijven wees onze vermogensbeheerder op het belang van goede arbeidsvoorwaarden, redelijke huisvesting en werknemersbeloning en de noodzaak om gedwongen arbeid en kinderarbeid uit te bannen. Ook was er aandacht voor een verdere verduurzaming van de productie door onder meer geen waardevol bos te kappen of velden af te branden.
Scoren met goed personeelsbeleid Met verschillende bedrijven in de voedingsmiddelensector sprak onze vermogensbeheerder over hoe ze hun personeelsbeleid (of elementen daaruit) inzetten voor betere bedrijfsresultaten. Unilever heeft het beloningsbeleid deels gekoppeld aan werknemerstevredenheid. Ahold kreeg beter zicht op werknemerstevredenheid door onderzoeken die inmiddels – op aandringen van onze vermogensbeheerder - wereldwijd worden uitgevoerd. Soortgelijke gesprekken waren er ook met het Amerikaanse Kroger, het Duitse Metro en het Engelse Woolworths en Sainsbury. Bij al deze bedrijven dringt onze vermogensbeheerder aan op grotere openbaarheid over hun inspanningen. Wanneer ze gegevens over bijvoorbeeld werknemerstevredenheid en personeelsverloop systematisch opnemen in hun jaarverslagen, kunnen beleggers hen beter vergelijken. Metro en Woolworths publiceren al veel van dit soort data. Sainsbury gaf aan dat in zijn volgende jaarverslag ook te willen gaan doen. Hotelketen Lemon Tree is in de Noord-Indiase stad Gurgaon begonnen met de bouw van een hotel dat vrijwel geheel zal worden gerund door medewerkers die slecht kunnen horen, slecht kunnen zien of moeilijk ter been zijn. Lemon Tree is een keten van 24 hotels die al sinds 2007 een bewust beleid voert om mensen met een beperking aan het werk te helpen. Op die manier werkt het bedrijf aan een betrokken medewerkersbestand, tevreden klanten en een sterke merknaam. Van alle 2.700 personeelsleden die de keten eind 2014 in dienst had, had 11 procent een handicap. Drie jaar geleden lag dat percentage nog op 6. Volgens de volkstelling uit 2011 telt India ruim 20 miljoen gehandicapten waarvan nog geen 5 procent betaald werk heeft. In Westerse landen is dat percentage soms tien keer zoveel.
18
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
4.3 Bewust belonen Bestuurders moeten alleen bonussen krijgen op basis van duidelijke, vooraf vastgestelde doelstellingen die bijdragen aan het creëren van waarde voor een onderneming op de lange termijn en die uitstijgen boven een normale functievervulling. Dat staat in de beloningsrichtlijnen die onze vermogensbeheerder gebruikt in de contacten met de bedrijven waarin wordt belegd namens SPW. Welkomst- en vertrekbonussen waar geen duidelijke prestaties tegenover staan, zijn onwenselijk.
stemde hij tegen omdat ze niet voldeden aan onze eisen. In de VS stemt onze vermogensbeheerder vaker tegen (75 procent) dan in andere regio’s. Dat komt vooral door de omvang van de beloningen, met name bij overnames en verkoop. Grotere landen waar onze vermogensbeheerder vaak instemt met beloningsvoorstellen zijn Zweden (84 procent), Australië (78 procent) en Frankrijk (70 procent). Op de 16 Nederlandse aandeelhoudersvergaderingen met beloningsvoorstellen op de agenda stemde onze vermogensbeheerder 8 keer voor en 8 keer tegen.
In 2014 stemde onze vermogensbeheerder op meer dan 1.800 aandeelhoudersvergaderingen over ruim 1.900 beloningsvoorstellen. Bij meer dan de helft van alle voorstellen
Figuur 4.1: Hoe stemde onze vermogensbeheerder over beloningsvoorstellen bij bedrijven waarin wij beleggen?
Helderheid voor bedrijven In september stuurde onze vermogensbeheerder aan zo’n 100 belangrijke ondernemingen in de Europese aandelenportefeuille zijn hernieuwde beloningsrichtlijnen. Hierin wordt uitgelegd dat bonussen niet verbonden moeten zijn aan korte termijnwinsten maar aan waardecreatie voor aandeelhouders op de lange termijn. Bedrijven moeten nadenken over een koppeling van variabele beloningen aan sociale of milieuprestaties. Ook moeten ze letten op de verhouding tussen de beloning van het management en die van overige medewerkers. Onze vermogensbeheerder verwacht dat bedrijven hiermee rekening houden wanneer ze nieuwe beloningsvoorstellen presenteren aan hun aandeelhouders. Waar
nodig worden de hernieuwde richtlijnen aan de orde gesteld tijdens de gesprekken die portefeuillemanagers met bedrijven voeren. Bij ongeveer tien bedrijven is dat eind 2014 gebeurd. Eerder in 2014 had onze vermogensbeheerder een brief gestuurd aan ongeveer 25 banken in de Europese Unie over de nieuwe European Capital Requirements Directive. Deze richtlijn bepaalt dat bonussen die banken toekennen aan hun medewerkers niet groter mogen zijn dan het vaste inkomen. Alleen na expliciete toestemming van de aandeelhouders mogen ook bonussen tot maximaal 200 procent van het vaste inkomen worden toegekend. Onze vermogensbeheerder waarschuwde de banken om de nieuwe richtlijn niet aan te grijpen voor een salarisverhoging 19
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
waardoor ze hun medewerkers per saldo toch meer konden betalen. Deutsche Bank deed dat wel maar legde dit niet voor aan zijn aandeelhouders, zoals andere banken wel deden. Door tegen de decharge van de Raad van Commissarissente stemmen, heeft onze vermogensbeheerder zijn afkeuring kenbaar gemaakt. Samen met andere vermogensbeheerders binnen institutionele beleggersvereniging Eumedion heeft onze vermogensbeheerder zijn steun uitgesproken voor de plannen van de Europese Commissie om de richtlijn over aandeelhoudersrechten aan te passen. Aandeelhouders krijgen in alle EU-landen de mogelijkheid om te stemmen over beloningsbeleid voor bestuurders. Bedrijven zullen naar hun stem moeten luisteren. De richtlijn was eind 2014 nog niet behandeld door het Europees Parlement.
Onduidelijke prestatiecriteria Onze vermogensbeheerder stemde tegen de decharge van de Raad van Commissarissen van Heineken. De beloningscommissie van de bierbrouwer had het voor zijn bestuursleden eenvoudiger gemaakt om in aanmerking te komen voor een bonus door de criteria te versoepelen (hercalibreren). Dit betekende dat de CFO en de CEO alsnog in aanmerking kwamen voor beloningen met een totale waarde van respectievelijk bijna 1 en 2 miljoen euro, hoewel ze de vooraf vastgestelde doelen niet hadden gehaald. Onze vermogensbeheerder was het hiermee oneens omdat dit inging tegen het beloningsbeleid dat de aandeelhoudersvergadering eerder had goedgekeurd. Over de versoepeling zelf konden de aandeelhouders zich niet uitspreken. Door tegen de decharge van de commissarissen te stemmen, maakte onze vermogensbeheerder zijn ongenoegen duidelijk. Op de aandeelhoudersvergadering van Wereldhave keerde onze vermogensbeheerder zich tegen de speciale bonus van 50.000 euro die de CEO zou krijgen als bijzondere waardering voor zijn prestaties in 2013. Wij vinden dat bestuurders alleen moeten worden beloond op basis van geleverde prestaties die zijn
vastgelegd in het beloningsbeleid dat de aandeelhouders hebben goedgekeurd. Het Britse energiebedrijf BG Group paste het beloningspakket voor de nieuwe CEO aan na kritiek van onder meer onze vermogensbeheerder. BG Group wilde de topman een speciale beloning in het vooruitzicht stellen van ruim 15 miljoen euro in aandelen voor prestaties die tot zijn normale takenpakket behoren. Nadat beleggers hun bezwaren kenbaar hadden gemaakt, haalde het bedrijf het voorstel van tafel. In een nieuwe regeling wordt een duidelijke koppeling gelegd met de ondernemingsprestaties. Het Oostenrijkse AMS trok een beloningsvoorstel in voordat de aandeelhouders erover konden stemmen. De plannen van de producent van sensoren waren te onduidelijk over de prestatiecriteria en zouden te makkelijk kunnen worden gewijzigd buiten de aandeelhouders om. Ook het Noorse TGS Nopec trok een beloningsvoorstel in na kritiek van onze vermogensbeheerder. De dienstverlener voor de olie- en gasindustrie wilde een nieuwe systematiek invoeren die ook bij een negatief totaalrendement ertoe zou leiden dat bestuurders aandelen kregen toegekend. Alhoewel dit geen grote aantallen betrof, ging dit in tegen onze opvatting dat onderprestatie niet moet worden beloond. Het bedrijf zal in 2015 met een nieuw voorstel komen. Ook het Franse Pernod Ricard komt in 2015 met nieuwe beloningsvoorstellen. De producent van wijn en gedestilleerde dranken kreeg op de aandeelhoudersvergadering onvoldoende steun voor zijn plannen om bestuurders te belonen met aandelenopties. Onze vermogensbeheerder stemde tegen omdat de prestatiecriteria onduidelijk waren en onvoldoende uitdagend.
20
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
4.4 Goed bestuurde ondernemingen Een goed ondernemingsbestuur is gevarieerd samengesteld en kent een duidelijke taakverdeling tussen uitvoering en toezicht. Dat laatste is met name belangrijk in landen waar niet zoals in Nederland aparte raden van commissarissen bestaan die toezicht houden op het bestuur. Belangrijk is ook dat er voldoende onafhankelijke bestuurders zijn die letten op de belangen van de (minderheids)aandeelhouders. Bestuurders zorgen voor een soepele opvolging. Onze vermogensbeheerder belegt namens SPW in landen met vaak verschillende regelgeving en tradities wat betreft ondernemingsbestuur.
auditors. Het percentage voorstemmen bij bestuursverkiezingen was in 2014 exact gelijk aan dat in 2013. De in 2014 voorgestelde auditors konden op iets meer steun rekenen dan die van een jaar eerder. Toen kreeg 86 procent een voorstem, nu 90 procent. In Engeland en Canada konden alle voorgestelde auditors (respectievelijk 202 en 187) op een voorstem rekenen. Het slechtst scoorde Indonesië waar dat slechts voor 1 van de 45 voorgestelde auditors gold. Dat onze vermogensbeheerder tegen de overige auditors stemde, kwam doordat bedrijven voorafgaande aan de vergadering geen of onvoldoende informatie over hen hadden verschaft.
Onze vermogensbeheerder stemde in 2014 in met het grootste deel van de voorgestelde (her)benoemingen van bestuurders en
Figuur 4.2: Hoe stemde onze vermogensbeheerder over voorgestelde bestuurders en auditors bij bedrijven waarin wij beleggen?
Ongewenste functiecombinaties Onze vermogensbeheerder stemde tegen de benoeming van de bestuursvoorzitter van het Britse Betfair. De beoogd voorzitter van het onlinewedkantoor had nog twee andere voorzitterschappen die samen te veel tijd zouden kosten om de nieuwe functie goed te kunnen uitoefenen. Onze vermogensbeheerder volgt de Nederlandse Corporate Governance code die stelt dat bestuurders van beursgenoteerde bedrijven maximaal vijf bestuursfuncties mogen combineren waarbij voorzitterschappen dubbel tellen. Maar waar de
Nederlandse code alleen kijkt naar functies in Nederland, telt onze vermogensbeheerder ook functies mee in andere landen. Vanwege een te grote functiestapeling kreeg ook een bestuurder bij de Britse supermarktketen Wm Morrisons een tegenstem. Met verschillende Franse bedrijven sprak onze vermogensbeheerder over de noodzaak om de uitvoerende en toezichthoudende taken in het bestuur beter te scheiden. Frankrijk is één van de laatste Europese landen die het wettelijk toestaan om de functies van CEO en bestuursvoorzitter te combineren op voorwaarde dat een bedrijf hierover een 21
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
toelichting geeft. Omdat wij het beter vinden om beide functies te scheiden, stemt onze vermogensbeheerder op Franse aandeelhoudersvergaderingen tegen dit soort dubbele benoemingen. Gesprekken over dit onderwerp die onze vermogensbeheerder al sinds 2012 voert met Orange hebben ertoe geleid dat het telecombedrijf een zogenoemde lead independent director wil aanstellen. De nieuwe functionaris zal de voorzitter vervangen waar diens rol als toezichthouder in conflict dreigt te komen met zijn rol als CEO. Ook moet hij opkomen voor de rechten van (minderheids)aandeelhouders. Met automaker Renault is gesproken om de opvolging van de huidige voorzitter aan te grijpen om de functies van voorzitter en CEO te scheiden. Ook in de VS zijn de functies van voorzitter en CEO vaak in een hand. Omdat hierover binnen het Amerikaanse bedrijfsleven nauwelijks discussie bestaat, stemt onze vermogensbeheerder niet per definitie tegen wanneer een bedrijf één kandidaat voor beide functies voordraagt. Wel gaat hij met zo’n bedrijf in gesprek om zijn bezwaren uit te leggen. Voorafgaand aan het aandeelhoudersseizoen heeft onze vermogensbeheerder deze bezwaren ook uiteen gezet in een brief aan zijn 22 grootste Amerikaanse vastgoedbeleggingen. Bedrijven die kandidaten wilden (her)benoemen voor de dubbelfunctie CEO/voorzitter, kregen de aankondiging dat onze vermogensbeheerder zich van stemming zou onthouden. In dezelfde brief pleitte onze vermogensbeheerder voor meer openheid over donaties aan politieke partijen, strengere regels voor ontslagvergoedingen voor bestuurders en scherpere eisen voor het benoemen van bestuurders. Nu is het vaak al voldoende wanneer die op aandeelhoudersvergadering meer stemmen krijgen dan eventuele concurrenten. Wij willen dat ze minimaal de helft van de stemmen plus een stem moeten hebben.
Onafhankelijke bestuurders Na gesprekken met onze vermogensbeheerder benoemde de Japanse vastgoedonderneming Aeon Mall voor het eerst in zijn geschiedenis een onafhankelijke bestuurder. Staalbedrijf Nippon Steel deed hetzelfde. Onze vermogensbeheerder pleit al jaren voor meer onafhankelijke bestuurders in Japan dat tot voor kort als één van de laatste landen ter wereld geen verplichtingen op dit terrein kende. Sinds begin 2014 is het wettelijke verplicht om minimaal een bestuurszetel te reserveren voor een onafhankelijke kandidaat, maar bedrijven kunnen er onderuit wanneer ze daarvoor een verklaring geven. Onze vermogensbeheerder sprak met zeven grote Japanse bedrijven om ze ertoe aan te zetten onafhankelijke kandidaten te benoemen. In Zuid-Korea gaf de topman van KB Financial Group aan meer onafhankelijke leden in zijn bestuur te willen opnemen nadat onze vermogensbeheerder
daarop had aangedrongen. Een belangrijke reden om te blijven hameren op meer onafhankelijke bestuurders in Zuid-Korea en Japan is dat bedrijven daar relatief gezien lage dividenden uitkeren terwijl ze over grote financiële reserves beschikken. Toen Hyundai Motor in 2014 zo’n 10 miljard dollar stak in de aankoop van land, was dat voor onze vermogensbeheerder aanleiding om namens een groep van bijna 20 beleggers het bedrijf aan te spreken op zijn bedrijfscultuur. Dit leidde tot een hogere dividenduitkering. Ook elektronicagigant Samsung kwam met een hoger dividend nadat onze vermogensbeheerder het bedrijf hierop had aangesproken. Dankzij steun van onze vermogensbeheerder zijn 24 onafhankelijke commissarissen benoemd bij 11 Italiaanse ondernemingen. De Italiaanse wetgeving maakt het makkelijk voor onafhankelijke kandidaten om gekozen te worden. Voorwaarde is dat de aandeelhouders die hen voordragen een minimumpercentage van de uitstaande aandelen houden. Dit percentage wordt jaarlijks vastgesteld en varieert tussen 0,5 en 4,5 procent. Om meer onafhankelijke bestuurders bij Italiaanse ondernemingen te krijgen, werkt onze vermogensbeheerder al enkele jaren samen met de Italiaanse beleggersvereniging Assogestioni. >Gesprekken met het Amerikaanse vastgoedbedrijf Vornado zullen naar verwachting leiden tot een vernieuwing van het bestuur (twee bestuursleden maken plaats) en meer duidelijkheid over de precieze rol van de lead independent director. Die laatste moet onafhankelijk toezicht kunnen houden op de voorzitter die tevens CEO is. Onze vermogensbeheerder wil dat het Amerikaanse vastgoedbedrijf nog verder gaat en de dubbelrol van voorzitter/CEO splitst. Ook moet er majority voting worden ingevoerd waardoor bestuurders alleen kunnen worden benoemd wanneer een meerderheid van de aandeelhouders zich voor hen uitspreekt. Op verzoek van onze vermogensbeheerder heeft het Spaanse bedrijf Viscofan zijn kandidaat voor de auditcommissie teruggetrokken. De producent van synthetische worstenvellen wilde een kandidaat benoemen die niet onafhankelijk genoeg was omdat ze al ruim 15 jaar in het bestuur zat.
Vernieuwing en diversiteit In gesprekken met de CEO en de bestuursvoorzitter van Siemens kwam meer duidelijkheid over de vernieuwing van het bestuur. De benoeming van twee nieuwe bestuurders is een stap in de goede richting. Onze vermogensbeheerder wil dat Siemens verder gaat door aan te kondigen dat de voorzitter voor 2018 plaatsmaakt voor een opvolger. Aan de voorzitter van de Raad van Commissarissen van Deutsche Euroshop, die medio 2015 moet aftreden omdat zijn termijn erop
22
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
zit, is gevraagd om meer duidelijkheid over wie hem gaat opvolgen. Hoewel het vastgoedbedrijf die duidelijkheid niet gaf, benoemde het wel een vicevoorzitter. Onze vermogensbeheerder onthield zich van stemming bij de decharge van de CFO van TNT Express omdat er ten tijde van zijn vertrek nog geen accountantscontrole was geweest van de financiële gegevens waarvoor hij verantwoordelijk was. Daardoor was er onvoldoende informatie om voor de kwijting te kunnen stemmen. Op aandringen van onze vermogensbeheerder is het Franse transportbedrijf Veolia afgestapt van het uitgangspunt dat alleen bestuursleden uit Franstalige landen kunnen worden benoemd. Veolia wilde alleen bestuurders die Frans als moedertaal hadden. Onze vermogensbeheerder heeft hen gewezen op andere Franse bedrijven die prima kunnen functioneren met bestuurders uit andere landen. Inmiddels zitten ook een Tsjech en een Qatarees in het bestuur.
Tegengaan corruptie Bij het Braziliaanse oliebedrijf Petrobras heeft onze vermogensbeheerder samen met andere beleggers gepleit voor de instelling van een werkgroep die bestuurlijke oplossingen moet vinden om corruptie tegen te gaan. Aanleiding hiervoor waren grootschalige omkoopschandalen bij de bouw van
raffinaderijen in het noorden van Brazilië en in de VS en bij een petrochemisch complex in de buurt van Rio de Janeiro (Comperj). Het eigen onderzoek hiernaar van Petrobras lijkt onvoldoende resultaat op te leveren. De nieuwe werkgroep moet rechtstreeks rapporteren aan het bestuur. Ook de aandeelhouders moeten op de hoogte worden gebracht van de uitkomsten. Verder moet de werkgroep eisen formuleren aan de onafhankelijkheid van bestuurders en andere belangrijke medewerkers in de onderneming. Dat is van groot belang omdat Petrobras voor het grootste deel in handen is van de overheid. Politieke motieven mogen geen rol spelen bij bedrijfsbeslissingen. Het Zwitsers-Britse Glencore is lid geworden van het internationale samenwerkingsverband van mijnbouw- en metaalbedrijven dat probeert de verduurzaming van deze sectoren te bevorderen. Het mijnbedrijf vergrootte de diversiteit van zijn bestuur door voor het eerst een vrouwelijke bestuurder te benoemen en kondigde formeel aan dat het zich aan de regels van de VN Global Compact zal gaan houden. Op al deze zaken had onze vermogensbeheerder in meerdere gesprekken aangedrongen nadat het bedrijf enkele jaren geleden in verband was gebracht met verschillende milieu- en omkopingsschandalen.
23
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
4.5 Mensenrechten Volgens de VN Global Compact moeten bedrijven voorkomen dat ze door hun activiteiten bijdragen aan schendingen van mensenrechten. Mensenrechtenschendingen die direct verbonden zijn aan hun activiteiten of producten moeten ze zien te stoppen, ook wanneer ze niet zelf aan deze schendingen hebben bijgedragen. Het Zuid-Afrikaanse MTN heeft na aandringen van onze vermogensbeheerder een mensenrechtenbeleid geformuleerd en gepubliceerd. Zo’n beleid was nodig omdat het telecombedrijf actief is in dictatoriaal geregeerde landen als Syrië en Iran. Onderdeel van het nieuwe beleid zijn duidelijke regels over hoe MTN omgaat met verzoeken van overheden om gegevens van klanten en het afsluiten van netwerken. Afstaan van klantgegevens is alleen nog mogelijk als er sprake is van een justitieel verzoek. Bij het beoordelen van dergelijke verzoeken zal het bedrijf meer kijken naar mensenrechtenoverwegingen. Pogingen van onze vermogensbeheerder om ook bij het Britse beveiligingsbedrijf G4S een duidelijk mensenrechtenbeleid van de grond te krijgen dat stevig is verankerd in de praktijk, zijn nog in volle gang. G4S, dat met ruim 600.000 medewerkers tot de grootste werkgevers ter wereld behoort, zorgt onder meer voor de veiligheid in gevangenissen, vluchtelingenkampen en asielzoekerscentra. Gezien de aard van het werk en de omgeving
waarin het wordt uitgevoerd, is het noodzakelijk dat het bedrijf een stevig mensenrechtenbeleid heeft dat ook daadwerkelijk wordt geïmplementeerd. Daarvoor zal er een klachtenregeling moeten komen voor medewerkers en andere belanghebbenden waarop het hoofdkantoor toeziet. Dit zal het bedrijf helpen om misstanden al in een vroeg stadium te signaleren, waarna het in actie kan komen. Bij het Franse Schlumberger heeft onze vermogensbeheerder eveneens aangedrongen op een krachtig mensenrechtenbeleid. De dienstverlener in de olie- en gassector vindt dit niet nodig omdat de bepalingen die onderdeel zouden moeten zijn van dat beleid al zijn opgenomen in de eigen gedragscode. Onze vermogensbeheerder vindt deze gedragscode niet krachtig genoeg en verlangt een duidelijker mensenrechtenbeleid waarbij ook een procedure moet komen voor klachten over de naleving van dit beleid. Het Canadese olie- en gasbedrijf Pacific Rubiales, dat vooral actief is in Zuid-Amerika, heeft na gesprekken met onze vermogensbeheerder zijn mensenrechtenbeleid uitgebreid en zijn klachtenregeling in Colombia geprofessionaliseerd. Onze vermogensbeheerder zal met het bedrijf in gesprek blijven over de effectiviteit van de procedures en uitbreiding van het systeem in andere productielanden
24
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 4. Verduurzaming en beter bestuur bij bedrijven
25
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 5. Uitgesloten bedrijven en staatsleningen
5. Uitgesloten bedrijven en staatsleningen Op dit moment staan 17 bedrijven op onze uitsluitingslijst (zie bijlage 2). Daarbij gaat het in de meeste gevallen om bedrijven die clusterwapens produceren. Sinds 2013 geldt in Nederland een wettelijk verbod om in deze bedrijven te beleggen. Voor ons was clusterwapenproductie al langer een uitsluitingsgrond. Verder beleggen we niet in bedrijven die betrokken zijn bij het maken van antipersoons(land)mijnen, chemische en biologische wapens. Op dit moment zijn bij onze vermogensbeheerder geen beursgenoteerde bedrijven bekend die bij de productie hiervan zijn betrokken. Bedrijven die kernwapens produceren, worden uitgesloten als ze dit doen in tegenspraak met het door Nederland geratificeerde internationale verdrag dat kernwapenverspreiding moet tegengaan (Nonproliferatieverdrag). Concreet betekent dit dat het alleen is toegestaan om kernwapens te produceren voor en door landen die volgens dit verdrag over kernwapens mogen beschikken (de vijf permanente leden van de VN-Veiligheidsraad). Het schenden van de VN Global Compact-regels kan eveneens tot uitsluiting leiden. Elk jaar maakt onze vermogensbeheerder een selectie van bedrijven die mogelijk deze regels overtreden. Dit leidt doorgaans tot een engagementtraject dat meerdere jaren kan duren, met als doel om hun gedrag te verbeteren. Uitsluiting is een middel dat onze vermogensbeheerder als laatste stap kan inzetten. Eind 2014 liepen er vijf engagements met mogelijke Global Compact-schenders. Eind 2014 besloten we twee nieuwe bedrijven toe te voegen aan de lijst van uitgesloten ondernemingen. De Russische
wapenfabrikant Motovilikha Plants JSC werd uitgesloten omdat het betrokken is bij clusterwapenproductie. We hadden op dat moment geen beleggingen in het bedrijf. Het Indiase Larsen & Toubro werd uitgesloten vanwege mogelijke betrokkenheid bij de productie van kernwapens voor een land dat volgens het Nonproliferatieverdrag niet over kernwapens mag beschikken (India). Naar aanleiding van berichten hierover verzocht onze vermogensbeheerder het bedrijf herhaaldelijk om publiekelijk te bevestigen dat het hierbij niet was betrokken. Toen Larsen & Toubro dat weigerde, was dat voor ons aanleiding om de onderneming uit te sluiten. Eind 2014 heeft onze vermogensbeheerder onze beleggingen in Larsen & Toubro verkocht.
Uitgesloten staatsleningen Medio 2014 voegden we de Centraal-Afrikaanse Republiek toe aan de lijst met landen waarvan we geen staatsleningen willen hebben. Dit was een rechtstreeks gevolg van het wapenembargo dat de Veiligheidsraad van de VN had afgekondigd. Wij beleggen niet in staatsobligaties van landen waarvoor een dergelijke wapenembargo van kracht is. Dit betekent dat er in de portefeuille eveneens geen obligaties zitten van Congo, Eritrea, Irak, Iran, Ivoorkust, Liberia, Libië, Noord-Korea, Soedan en Somalië. We hadden geen beleggingen in staatsschuld van de Centraal-Afrikaanse Republiek.
26
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 6. Vooruitblik 2015
6. Vooruitblik 2015 Aan het eind van 2015 organiseren de Verenigde Naties een nieuwe mondiale klimaattop. Tijdens deze bijeenkomst in Parijs zullen overheden bindende afspraken moeten maken over de CO2-uitstoot om de opwarming van de aarde en de daarmee gepaard gaande klimaatverandering binnen de perken te houden. Het monitoren van de portefeuille op risico’s die samenhangen met klimaatverandering zal meer structurele aandacht krijgen. Onze vermogensbeheerder werkt aan een vervolg op de Quantduurzaamheidsscore die in 2014 werd ontwikkeld om beter zicht te krijgen op duurzaamheids- en bestuursrisico’s bij bedrijven in de kwantitatieve aandelenportefeuille. De nieuwe methode moet het eenvoudiger maken om bedrijven te identificeren die verantwoord ondernemen. Overheden en maatschappelijke organisaties zullen in 2015 op dit terrein ook meer verwachten van grote beleggers als pensioenfondsen. Dat komt mede doordat de Verenigde Naties de zogenoemde Millenniumdoelstellingen, die rond de eeuwwisseling werden vastgesteld om onder meer armoede uit te bannen, zullen vervangen door doelen op het gebied van
duurzame ontwikkeling. Voor het realiseren daarvan zal minder overheidsgeld beschikbaar zijn in de vorm van bijvoorbeeld ontwikkelingshulp en zal meer worden gekeken naar private financieringsmogelijkheden waarbij ook pensioenfondsen in beeld zijn. Portefeuillemanagers zullen bij hun beleggingsbeslissingen en hun contacten met bedrijven gebruik gaan maken van de sectorraamwerken die onze vermogensbeheerder in 2014 ontwikkelde. Daarin is per bedrijfstak (38) in kaart gebracht wat de belangrijkste factoren zijn op het terrein van duurzaamheid en goed bestuur. In Azië zal onze vermogensbeheerder blijven ijveren voor veilige arbeidsomstandigheden in de scheepsbouw en meer onafhankelijke bestuurders bij grote ondernemingen. Ondernemingen in met name Japan en Zuid-Korea beschikken over grote financiële reserves terwijl ze tegelijkertijd lage dividenden uitkeren. Bestuurders zullen meer aandacht voor aandeelhouders moeten hebben.
27
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | 6. Vooruitblik 2015
28
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | Bijlagen
Bijlagen 1: Bedrijven waarmee onze vermogensbeheerder contact had over duurzaamheid en goed bestuur In 2014 had onze vermogensbeheerder contact met 218 beursgenoteerde bedrijven over duurzaamheid en goed bestuur. Een overzicht van het soort onderwerpen dat bij bedrijven aan de orde werd gesteld staat hieronder. Met verschillende bedrijven werd gesproken
Milieu (68 ondernemingen) Alstria; Anadarko Petroleum Corporation; Apache; Astra Agro; Atrium RE; AvalonBay Communities; Bakrie Sumatera; BHP; Boston Properties; BP; BW Plantation; CeGeREAL; Centrica; Citycon; CLS HOLDINGS; ConocPhillips; Corio; Derwent London; Deutsche Bank; Devon; Drax; EDF; Equity One; Equity Residential; Exxon; First Resources; GDF Suez; Gecina; Glencore; Golden Agri; Grainger; Great Portland Estates; Hammerson; Health Care REIT; Host Hotels & Resorts; ICADE; Indofood Agri; Kilroy Realty Corporation; Kimco Realty Corporation; Land Securities; Liberty Property Trust; Marathon Oil Corporation; Nestlé; POSCO; Prologis; Regency Centers Corporation; Renault; Repsol; Sampoerna Agro; SEGRO; Shaftesbury; Shell; Simon Property Group; Sponda; Technopolis; Tesla; Total; Transocean; Unibail-Rodamco; Unilever; Unite Group; Value Retail; Ventas; Vesta; Volkswagen; Vornado Realty Trust; Wereldhave; Workspace Group.
Sociale onderwerpen (98 ondernemingen) Ahold; Alstria; Anglo American; Apache; Arcadis; Astra Agro; Atrium RE; AvalonBay Communities; Bakrie Sumatera; Bank Hapoalim; Bank Leumi; Bank of America Corporation; BG Group; BHP; Boston Properties; BP; Brasil Foods; BW Plantation; CeGeREAL; Centrica; Charoen Pokphand Foods; Chevron; Citycon; CLS Holdings; CNOOC; ConocPhillips; Corio; Costco; Danone; Derwent London; Deutsche Bank; Deutsche Telekom; Devon; Drax; EDF; Equity One; Equity Residential; Exxon; First Resources; G4S; Gecina; Glencore; Golden Agri; Grainger; Great Portland Estates; Hammerson; Health Care REIT; Hon Hai Precision / Foxconn; Host Hotels & Resorts; Hyundai Engineering & Construction; ICADE; Indofood Agri; K+S; Kilroy Realty Corporation; Kimco Realty Corporation; Kroger; KT Corp; Land Securities; Larsen & Toubro; Liberty Property Trust; Lonmin; Metro; Mizrahot Tefahot Bank; MTN; Nestlé; Onex Corporation; Pacific Rubiales; POSCO; Prologis; Regency Centers Corporation; Repsol; Sainsbury; Sampoerna Agro; Schlumberger; SEGRO; Shaftesbury; Shell; Siemens; Simon Property Group; Société Générale; Sponda; Technopolis; Total; Transocean; Tullow; Unibail-Rodamco; Unilever; Unite Group; Value Retail; Ventas; Vesta; Vinci; Vornado Realty Trust; Wereldhave; Wood Group; Woolworths; Workspace Group.
Goed bestuur (151 ondernemingen) Abbott Laboratories; Aegon; Aeon Mall; Airbus Group; Alexandria Real Estate Trust; Alstria; AMS; Apache; Arkema; Asahi Group Holdings; Atrium RE; AXA; Axis Bank; Axis Capital; Bank of America Corporation; Barclays; Barrick Gold; BBVA; Betfair Group; BG Group; BHP; BP; Britvic; Cairn India; Capital & Counties Properties; Centrica; Citigroup; Cobalt International Energy; Compagnie Financière Richemont; ConocPhillips; Corporate Office Properties; Credit Suisse; Derwent London; Deutsche Bank; Deutsche Euroshop; Deutsche Wohnen; Devon; Dexus Property Group; Domtar Corporation; Dr Pepper Snapple Group; DTE Energy; Elementis; E-Mart; ENEL; ENI; Exxon; Gazprom; GDF Suez; GlaxoSmithKline; Glencore; GPT; Grainger; Groupe Eurotunnel; Hammerson; Hana Financials; Hon Hai Precision / Foxconn; HSBC; Hyundai Department Store; Hyundai Heavy Industries; Hyundai Mobis; Hyundai Motor; IBM; ING; Inmarsat; Itau; JP Morgan; K+S; KB Financial Group; KDDI; KEPCO; Kia Motor; KT Corp; KT&G; Land Securities; LG Chemical; LG Display; LG Electronics; LG Household & Health; Lotte Shopping; Mahindra Mahindra; Morrisons; Naver Corp; Nestlé; News Corp.; Nippon Steel; Novartis; Novo Nordisk; Nutreco; ONGC; Orange; Pepsico; Pernod Ricard; Petrobras; Philips; Pirelli & C; POSCO; Post NL; Prudential; Renault; Repsol; Roche; Rotork; Ryanair; SAIL; Sainsbury; Saipem; SAMCO; Samsung Electronics; Samsung Fire & Marine; Samsung Life Insurance; SBM Offshore; SEGRO; Shell; Shinhan Financial Group; Shinsegae; Siemens; SK Hynix; SK Innovation; SK Telecom; SMC; SNC Lavalin; Société Générale; Solvay; Standard Chartered; State Bank of India; Sumimoto Realty; Sun Hung Kai Property; Suzuki Motor; 29
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | Bijlagen
Swiss Life Holdings; Swiss Re; Target Corp.; Tecan; Telefonica; Tesco; TGS Nopec; Time Warner; TNT Express; Total; Transocean; Unicredit; Ventas; Veolia Environnement; Viscofan; Volkswagen; Vornado Realty Trust; Wereldhave; Western Digital; Wm Morrison Supermarkets; Wood Group; Woori Finance Holding; Yahoo Japan.
30
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | Bijlagen
2: Overzicht uitgesloten bedrijven en staatsleningen Uitgesloten vanwege betrokkenheid bij de productie van clusterwapens Aeroteh S.A. Roemenië Alliant Techsystems Inc. VS Aryt Industries Ltd. Israël Ashot Ashkelon Israël China Aerospace International Holdings China China Spacesat China Hanwha Corporation Zuid-Korea Motovilikha Plants JS CRusland Norinco International Corporation Ltd.China Poongsan CorporationZuid-Korea Poongsan Holdings Corporation Zuid-Korea Singapore Technologies Engineering Singapore Textron VS
Uitgesloten vanwege kernwapenproductie in strijd met Non-proliferatieverdrag Larsen & Toubro India
Uitgesloten vanwege schending VN Global Compact PetroChina China TEPCO Japan Walmart VS
Uitgesloten staatsobligaties vanwege wapenembargo Veiligheidsraad Verenigde Naties Centraal-Afrikaanse Republiek Democratische Republiek Congo Eritrea Irak Iran Ivoorkust Liberia Libië Noord-Korea Soedan Somalië
31
Verslag verantwoord beleggen SPW 2014 | Colofon
Colofon Redactie: SPW Vormgeving en realisatie: Mattmo, Amsterdam © SPW juli 2015 Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming van SPW worden verveelvoudigd.
32