Veiligheid
Duurzaamheid
Internationalisering
Ontmoetingsplaats
15 juni 2012
Schoolplan 2012-2016
Kwalitatief goed onderwijs
Zevenbergen
Inhoudsopgave 1. Inleiding………………………………………………………………………………………….…..3 2. Procesbeschrijving………………………………………………………………………………4 3. Missie/visie/kernwaarden……………………………………………………………….….6 4. Onderwijskundig beleid………………………………………………………………………7 5. Kwaliteit……………………………………………………………………………………………16 6. Personeelsbeleid……………………………………………………………………………….20 7. Inrichten onderwijs Tweede Fase………………………………………………………21 8. Duurzaam (ver)bouwen van de school………………………………………………22 9. Procedure met tijdpad ………………………………………………………….………….23
2
1. Inleiding Dit schoolplan voor de periode 2012-2016 geeft de koers aan van het Markland College Zevenbergen. Het is het resultaat van overleg met alle betrokkenen bij de school. De kaders werden gevormd door de onderstaande notities:
Het strategisch beleidsplan Stichting Markland College De uitkomsten uit het bestuursakkoord VO-raad en OCW De beleidsnotitie Markland Kwaliteit De aandachtspunten vanuit het Inspectierapport november 2011 Het kader Passend Onderwijs De afspraken uit de prestatiebox
Wat willen we als school? Als snel groeiende school zijn we ons bewust van kansen en risico’s. Kansen voor leerlingen en voor personeel. Het ontwikkelen van de beleidsterreinen vergen een inspanning van tijd en energie, maar ze geven ook energie. Evident is dat het Markland College Zevenbergen als snel groeiende school extra aandacht heeft voor kwaliteit en voor de veilige leer- en werkomgeving voor leerlingen en personeel.
3
2. Procesbeschrijving Het College van Bestuur heeft het strategisch beleidsplan ‘Regionale verbondenheid’ opgesteld en dit vormt het uitgangspunt voor de schoolplannen van de scholen van de Stichting Markland College. Daarnaast sluit het schoolplan aan bij de ontwikkelingen van het Markland College Zevenbergen. Het Markland College Zevenbergen is sinds 2011 een zelfstandige school met een eigen brinnummer. Hierdoor heeft de school ook de licentie om examens voor havo en vwo af te nemen. De school zal zich in een periode van 4 jaar omvormen van een school voor vmbo theoretische leerweg met een onderbouw van havo en vwo tot een zelfstandige mavo, havo en vwo school. Het schoolplan geeft richting aan deze ontwikkeling en maakt duidelijk welke school wij willen zijn in 2016.
Missie Identiteit Overtuigingen Vaardigheden Gedrag Omgeving Piramide van Bateson
De eerste stap was het scherp krijgen van de missie en visie van de school. Aan de hand van de piramide van Bateson hebben we deze geformuleerd. Er zijn docenten in een aantal teambijeenkomsten aan de slag gegaan met het formuleren van de missie van de school en hoe we van missie via overtuigingen naar vaardigheden en gedragsindicatoren komen. De piramide van Bateson geeft de logische lijn van boven naar beneden aan: missie-identiteitovertuigingen-vaardigheden-gedrag-omgeving. Het doel van deze methode is het vertalen van de missie in concreet gedrag. In een gezamenlijke bijeenkomst van de docenten aan het einde van schooljaar 2010-2011 is de eerste versie van het overzicht van beleidsterreinen besproken. Een tweede plenaire bijeenkomst is gehouden bij de start van het schooljaar 2011-2012.
4
Bij het schoolplan 2012-2016 gaat het om twee zaken: 1. Enerzijds gaat het om geformuleerde beleidsterreinen. Het schoolplan geeft de koers aan van de school. De doelen vormen de basis voor de teamplannen. 2. Anderzijds gaat het om de vraag wat nodig is om tot een cultuurverandering te komen waarbij de school zich ontwikkelt tot een professionelere organisatie.
5
3. Missie/visie/kernwaarden
‘Het Markland College Zevenbergen is een school waar leerlingen en medewerkers elkaar ontmoeten in een veilige, internationaal georiënteerde en duurzame leer- en werkomgeving en waar kwalitatief goed onderwijs de norm is!’
6
4. Onderwijskundig beleid 4.1 Kwalitatief goed onderwijs Onze school wil kwalitatief hoogstaand onderwijs bieden. Dat doen we door te investeren in lessen, in docenten en in leerlingen. In de periode 2012-2016 willen we werk maken van differentiatie in de klas. We willen zoveel mogelijk recht doen aan individuele leerstijlen van leerlingen door variatie aan te brengen in lessen en onze docenten te trainen in differentiatie. In 2016 moet onze school in vensters voor verantwoording en in het Inspectierapport een ‘voldoende’ scoren op differentiatie in werkvormen.
4.1.1
Passend onderwijs
Van onze school wordt steeds meer ‘passend onderwijs’ gevraagd. Dat gaat over leerlingen die specifieke hulpvragen hebben waar wij een antwoord op moeten bieden. We bereiden ons voor op de komst van passend onderwijs. De bestuurlijke voorbereiding vindt plaats op het niveau van het Regionaal Samenwerkingsverband Roosendaal/Halderberge/Moerdijk. Onze zorgcoördinator zal de arrangementen opstellen en de procedures beschrijven zodat we een passend aanbod hebben voor leerlingen die via het samenwerkingsverband worden geplaatst. Aan docenten bieden we scholing aan. Deze scholing richt zich op het leren omgaan met kinderen die recht hebben op een passend aanbod. Dat sluit aan bij onze ambitie om meer te differentiëren in de lessen en het denken in leerarrangementen. Scholing aan docenten gebeurt zo veel mogelijk binnen het Marklandrium, ons eigen kennis- en leercentrum voor medewerkers.
7
Naast de leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, zijn er ook leerlingen die juist wat extra uitdaging nodig hebben, de zogenaamde excellente leerlingen. Beter is om het werkwoord excelleren te gebruiken in plaats van het zelfstandig naamwoord. Hiermee wordt aangegeven dat alle leerlingen op hun eigen niveau excelleren. We halen eruit wat erin zit! Het verder verbeteren van het ‘omgaan met verschillen’. Hoe zorgen we er voor dat de 5% beste leerlingen uitgedaagd worden en hoe zorgen we er voor dat de 5% zwakste leerlingen aansluiting blijven houden? Hoe benaderen we de middengroep? Hoe gedifferentieerd is onze didactische aanpak? Hoe rijkelijk is onze didactische gereedschapskist gevuld? Deze vragen gaan deel uitmaken van de gesprekkencyclus en daar zullen de individuele scholingswensen uit voortkomen.
4.1.2
Determinatie
In 2011 zijn de plaatsingscriteria strenger geworden. We willen een kansenschool zijn voor die kinderen die een reële kans hebben om de gekozen opleiding af te maken. We zullen onze plaatsingscriteria blijvend evalueren en waar nodig bijstellen. Het verbeteren van de determinatie gebeurt door scholing van docenten. Onze schoolcoach zal docenten trainen in het verbeteren van discriminerende toetsen met de methode obittaks (opnemen, begrijpen, integreren, toepassen). Als ondersteuning aan dit proces zal de uitslag van de NIO-test (Nederlandse Intelligentie Onderzoek) ingezet worden. Het doel is dat de leerling in de tweede klas op de bij hem/haar horende opleiding zit: mavo, havo of vwo. Het advies van klas 1 wordt omgezet in een doelstelling, de teams worden verantwoordelijk voor het realiseren van deze doelstelling door opbrengstgericht te leren werken. De prestaties van leerlingen worden gevolgd en van iedere leerling wordt vastgesteld in hoeverre hij/zij voldoet aan de doelstelling die is geformuleerd. De leerlingbegeleiding gaat zich richten op de realisatie van de doelstelling. Voor het versterken van het onderwijs in de schoolvakken worden de vakleerplannen opgesteld. Hierin is specifiek aandacht voor differentiatie in de lessen, een doorlopende leerlijn, samenhang met de thema’s van het schoolplan en discriminerende toetsen. In het schooljaar 2011-2012 worden de vakleerplannen voor de mavo en de onderbouw vwo/havo vastgesteld. In het schooljaar 2012-2013 volgt de Tweede Fase. De doelstellingen uit de vakleerplannen worden daarna jaarlijks geëvalueerd volgens de plan-do-check-act methode.
4.1.3
Voortijdig schoolverlaten
Het terugdringen van het aantal Voortijdig School Verlaters (VSV’ers). Dit aantal kan kleiner worden als wij in staat zijn om leerlingen op hun eigen niveau te laten excelleren; als wij op de juiste wijze invulling weten te geven aan passend onderwijs. Hierdoor zal de motivatie van leerlingen toenemen waardoor het aantal VSV‘ers afneemt.
8
Bij de meeste leerlingen lukt dat, maar niet bij alle. Leerlingen hebben moeite met de studiekeuze of zitten niet lekker in hun vel, waardoor het moeilijk is om de aandacht bij de les te houden. De docent/mentor heeft dan de sleutel in handen om uitval te voorkomen: door tijdig te signaleren dat er problemen zijn en door te verwijzen naar een decaan of zorgen hulpverlener. Zij kunnen met de leerlingen werken aan het oplossen van hun problemen.
4.1.4
Bèta-onderwijs
Als school zijn wij gevestigd in een regio met veel werkgelegenheid voor technisch personeel. Wij vinden het onze maatschappelijke opdracht om leerlingen bewust te maken van de kansen die de technische sector biedt. Vandaar dat wij van de eerste klas tot en met de examenklas extra aandacht besteden aan bètavakken. Dit komt tot uitdrukking door bètavakkken een prominente plaats te geven in de lessentabel. Voor de mavo wordt onderzocht of het techneum een kans biedt en aansluit bij ons technasium. Verder bouwen we het technasium verder uit in de havo en de bovenbouw havo en vwo. We ontwikkelen opdrachten die uitdagend en aansprekend zijn voor onze leerlingen. De technasiumwerkplaats krijgt een centrale plaats in het nieuwe schoolgebouw. Verder neemt onze school deel aan het jeugd- en technieknetwerk (JETNET) en laten we leerlingen in buitenlesactiveiten kennismaken met toepassingen en beroepen in de techniek. Het is ons doel dat 40% van onze leerlingen examen doet in een bètarichting.
4.1.5
Taal en rekenen
In 2015 zullen de leerlingen die onze school verlaten ook de taal-rekentoets met goed gevolg moeten afsluiten. Hiervoor wordt het taal- en rekenbeleid uitgevoerd. Een taal- en rekencoördinator volgt in de onderbouw de ontwikkelingen van alle leerlingen door gebruik te maken van het CITO volgsysteem. Aan de hand van de toetsen wordt bepaald of de leerling moet onderhouden, moet versterken of dat er een remediërend programma nodig is. Zo krijgt iedere leerling een passend arrangement. Verder zal er voor taal én voor rekenen een leerlijncoördinator worden benoemd die het taal- en rekenonderwijs integreert in het bestaande curriculum.
9
4.1.6
Kernvakken
Door de landelijke invoering van de kernvakken en de verscherpte exameneisen, hebben wij als school daarop geanticipeerd door reeds vanaf klas 1 de leerlingen te volgen bij hun ontwikkelingen in de kernvakken. Dit komt tot uitdrukking in de overgangsnormen waar leerlingen steeds aan de nieuwe eisen dienen te voldoen. Wij geven meer lesuren in de kernvakken dan de adviestabel voorschrijft.
4.2 Veilige school/veiligheidsplan In 2016 is het Markland College Zevenbergen een school met meer dan 1000 leerlingen. De veiligheid die leerlingen nu ervaren moet worden behouden. Veiligheid is een voorwaarde om te kunnen presteren. Een school heeft een belangrijke socialisatiefunctie, op school leren leerlingen omgaan met elkaar maar ook omgaan met materialen, het gebouw en de omgeving. Al onze medewerkers hebben een rol als opvoeder en zij moeten aan onze leerlingen duidelijk maken wat gewenst én ongewenst gedrag is.
Het doel is om in de groter wordende school, voor de leerlingen en het personeel, een veilige leer- en werkplek te bieden. Om een veilige school te zijn, werken we samen met de omgeving. We maken deel uit van verschillende overlegstructuren en proberen daar de belangen van onze school en onze leerlingen in te behartigen. Samen met de gemeente, politie en justitie hebben we een veiligheidsprotocol opgesteld. Door het werken met protocollen weten alle betrokkenen wat hun rollen zijn en maken we duidelijk welke regels we hanteren. In de school heeft zich dit vertaald in een gedragsprotocol. Sinds twee jaar wordt er met het gedragsprotocol gewerkt. Het gedragsprotocol moet worden geëvalueerd in 2012 en worden bijgesteld.
10
4.2.1
Preventie
Het werken aan een veilig schoolklimaat begint met preventie. Op preventief vlak wordt aan de volgende zaken gewerkt: 1) De basis van een veilig schoolklimaat wordt gevormd door leerlingbegeleiding die zich richt op het sociaal vaardig worden in het omgaan met elkaar. Op individueel- en groepsniveau wordt veiligheidsbeleving bespreekbaar gemaakt. 2) Het onderwijsondersteunend personeel wordt geschoold in het omgaan met agressie. 3) Bij de inrichting van de school kiezen we nadrukkelijk voor overzichtelijke ruimtes, functioneel toezicht en heldere gedragsregels. 4) In de generieke preventie nemen wij deel aan het project veilige publieke taak van HALT. De hoofdlijnen van het programma zijn het voorkomen van agressie en geweld, het aanpakken van de daders en het ondersteunen van medewerkers bij het ontwikkelen en uitvoeren van hun veiligheidsbeleid. 5) Het maken van ondersteuningsplannen ten behoeve van passend onderwijs die recht doen aan de behoefte van de leerling met een zorgvraag maar ook recht doen aan de draagkracht van de organisatie.
4.2.2
Gedrag
Als school leren we leerlingen omgaan met regels. Het gedragsprotocol, het pestprotocol en het leerlingenstatuut vormen hierbij het uitgangspunt maar ook maatwerk blijft noodzakelijk. Op dit vlak willen we de komende periode: 1) Het gedragsprotocol evalueren en bijstellen. 2) Het versterken van het leerlingendossier als instrument om gedrag te registeren en ontwikkelingen vroegtijdig te signaleren. 3) Het maken van arrangementen voor leerlingen die tijdelijk niet kunnen deelnemen aan het reguliere onderwijsprogramma.
4.3 Duurzame school Duurzaamheid staat in een centrum van aandacht. Juist als school zijn wij verantwoordelijk om leerlingen en personeel kennis over people, planet en profit mee te geven. Wij zijn tevreden als dit tot feitelijk ander gedrag leidt bij onze leerlingen en onze medewerkers. Wij willen leerlingen leren verantwoordelijkheid te nemen voor hun leefomgeving. Dit doen we wanneer we onze leerlingen leren dat kwaliteit van leven hand in hand kan gaan met een duurzaam gebruik van mensen en middelen. Wij zullen in de periode 2012-2016 initiatief nemen om deze doelstelling te bereiken. In dat kader werken we als:
11
4.3.1
Koploper in duurzaamheid
Het Markland College Zevenbergen is koploper in duurzaamheid naar de normen die gesteld zijn door het Bedrijf- en Industrieschap Moerdijk . Zij wil dit predicaat duurzaam inhoud geven. Dit wordt geconcretiseerd binnen het 3O-overleg van overheid, onderwijs en ondernemers in samenwerking met Avans Hogeschool Breda. Een koploper in duurzaamheid heeft als taak om op het terrein van people, leerlingen en medewerkers duurzaam te werken. Dat houdt in dat we een leerlingenzorg bieden met voor iedere leerling een mentor die kan coachen. Ten aanzien van het personeel willen we een duurzaam personeelsbeleid. De Stichting Markland College als werkgever streeft het keurmerk Investors in People (IiP) na. Op het terrein van profit ligt de focus op de opbrengst van onze inspanningen. Goede examenresultaten en een goede doorstroom zijn de opbrengsten van een school. Op het terrein van planet willen we duurzaam omgaan met natuurlijke hulpbronnen. Wij werken via de methode Eco-Schools aan het duurzaam omgaan met het milieu.
4.3.2
Eco-school
Planet krijgt gestalte door ons streven om Eco-School te worden. De Eco-School methode is een 7 stappenplan waarin wij als school doelen kunnen realiseren op het gebied van duurzaam energiegebruik en reductie van de afvalproductie. Kenmerkend voor de EcoSchool methode is dat er wordt gekozen voor een aanpak waarin ook uitdrukkelijk leerlingen worden betrokken bij het realiseren van de doelstellingen. In 2014 willen wij een Eco-School zijn.
4.3.3
Duurzaam bouwen
Voor de uitbreiding van ons gebouw kiezen we voor een duurzaam gebouw. We willen de exploitatielasten verlagen door minder energie te verbruiken en zoveel mogelijk gebruik te maken van duurzame en onderhoudsarme materialen. We willen de bewustwording van de leerlingen stimuleren door hen real-time te informeren over energieverbruik en afvalproductie door middel van een dashboard in de entree.
12
4.4 Internationalisering Onze leerlingen groeien op in een geglobaliseerde wereld. Het is onze overtuiging dat wanneer zij reeds op jonge leeftijd leren omgaan met mensen uit andere culturen dit een meerwaarde is voor hun gehele ontwikkeling. De toekomst van onze leerlingen is steeds internationaler en daar moeten wij hen op voorbereiden. Vandaar dat wij in de komende periode een internationale component willen toevoegen door: o Een partnerschap aan te gaan met een of meerdere vergelijkbare scholen in het buitenland. o Digitale uitwisseling met scholen in andere landen (e-twinning). o Het versterken van Engels, o.a. door middel van het Anglia-programma. o Het verwerken van internationalisering in de vakwerkplannen. o Het aanbieden van bijvoorbeeld Chinees taalonderwijs na schooltijd als excellent programma. o Het uitvoeren van taaldorpen bij de moderne vreemde talen. o Het ontwikkelen van een meerdaagse reizen programma voor de bovenbouw. o VVTO = vroeg vreemd taal onderwijs. Afspraken maken met het basisonderwijs over samenwerking.
4.5 Ontmoetingsplaats Het Markland College Zevenbergen wil een school zijn die actief participeert in de omgeving. Wij maken deel uit van verschillende netwerken en willen dat ook in het belang van onze leerlingen blijven doen. Het is onze overtuiging dat we als school actief onze omgeving dienen te benaderen en wij nodigen ook de omgeving waar mogelijk uit bij onze activiteiten. Zo versterken we elkaar en vergroten we de leefwereld van onze leerlingen, ouders en medewerkers. De school wil vooral voor leerlingen en personeel een ‘tweede thuis’ zijn. Binnen de school mogen de onderbouw en de bovenbouw ieder hun ‘eigen thuis(honk)’ hebben.
13
De school als ontmoetingsplaats krijgt vooral vorm en inhoud via Samenwerking met bedrijven, instellingen en verenigingen: Het project arbeidsoriëntatie laat alle leerlingen kennismaken met wellicht de werkplaats van hun toekomst. Het project maatschappelijke stage laat alle leerlingen ervaren hoe het is om je belangeloos in te zetten voor anderen. In het project Jet-Net proberen wij leerlingen te interesseren voor een carrière in een technisch beroep. Bij het technasium worden levensechte opdrachten aangeleverd door bedrijven in de omgeving. Het Markland College Zevenbergen is als enige school voor voortgezet onderwijs lid van een bedrijf- en industrieschap. Er wordt onderzocht of samenwerking mogelijk is met de bibliotheek VANnU ter vervanging van de mediatheek op school. Onze cultuurcommissie werkt samen met aanbieders van cultuur in ons verzorgingsgebied. Op termijn is het mogelijk dat zij deel uit zullen maken van de cultuurcommissie. Onze school werkt samen met externe zorgverleners in het belang van onze leerlingen, zo organiseren we zorg dicht bij leerlingen, waar mogelijk gewoon op school. Samenwerking met onderwijs: Het Markland College Zevenbergen neemt deel aan het PO en VO overleg in de gemeentes Moerdijk en Halderberge. Het Markland College Zevenbergen maakt deel uit van het VO-HO overleg. We hebben een samenwerking met Avans Hogeschool waarin we leerlingen en medewerkers laten kennismaken met de hogeschool. Samenwerking met omgeving: Het Markland College Zevenbergen huisvest het Centrum voor de kunsten Amadeus. Het gebruik van het schoolgebouw door buren, verenigingen en stichtingen is op contractbasis mogelijk. Samenwerking met ouders: Ouders worden actief betrokken in de begeleiding van hun kinderen middels informatieavonden en gesprekken over de vorderingen van de leerling. Onze school kent een eigen ouderraad. Er is een oudervertegenwoordiging in de medezeggenschapsraad. In 2012 -2013 wordt de notitie ouderbetrokkenheid opgesteld.
14
4.6 Burgerschapskunde Onze school is een oefenplaats voor jonge mensen die uiteindelijk als voorwaardig lid van de samenleving moeten functioneren. Daarin willen wij als school leerlingen bewust maken van de verantwoordelijkheid die zij dragen voor elkaar en de samenleving als geheel. In de hele schoolloopbaan zullen leerlingen daarom moeten oefenen met democratische principes door te leren werken in groepen of door deel uit te maken van een leerlingenpanel. Al onze leerlingen bezoeken in hun schoolloopbaan een keer het parlement en in samenwerking met de gemeente voeren we projecten uit op het gebied van lokaal bestuur. De maatschappelijke stage maakt deel uit van ons beleid op het gebied van burgerschapsvorming. Als school kiezen we voor heldere regels en maken we duidelijk dat we niet alles goed vinden. We durven ook te kiezen: we zijn een rookvrije school en willen een gezond aanbod in onze catering. Grenzen stellen gaat gepaard met grenzen handhaven. In hoofdstuk 4.2 veiligheid geven we aan hoe we daar vorm aan geven.
15
5. Kwaliteit Het Markland College Zevenbergen is de afgelopen jaren door de Inspectie beoordeeld met een voldoende tot goed. Ook in de groter wordende school met de uitbreiding van de Tweede Fase, wil zij die kwaliteit minimaal blijven handhaven. Hierbij gaat het om het planmatig en systematisch verzorgen van kwalitatief goed onderwijs en het bieden van een goede begeleiding en de juiste zorg. Voor het Markland College Zevenbergen zijn de volgende acties leidend: - Systematisch analyseren van leeropbrengsten in kernteams. - Lessen observeren door teamleiders en externe deskundigen. - Vragenlijsten afnemen bij leerlingen en ouders. - Het versterken van de gesprekkencyclus met concrete ontwikkeldoelen. - Het toetsen van medewerkers aan gedragsindicatoren. - Uitvoeren van het implementatieplan Tweede Fase. - Uitvoeren van het taal- en rekenbeleid.
5.1 Opbrengstgericht werken Een groter opbrengstgerichtheid moet zich gaan vertalen in hogere leeropbrengsten van leerlingen. Het opbrengstgericht werken zal zichtbaar zijn in: A) De resultaten van de leerlingen. B) De primaire processen binnen de school. C) De professionaliteit van de teams. D) De kwaliteit van onderwijzen en leren. E) De sturingsmogelijkheden voor de directie. F) Een transparant monitorsysteem. Het Markland College Zevenbergen gebruikt het programma SOM voor registratie van resultaten. Binnen SOM is een deel ingericht speciaal voor de directie en dat heet MagnaView in SOM. Op drie niveaus kan invloed uitgeoefend worden op de prestaties en de ontwikkelingen van de leerlingen, te weten leerlingenniveau, docentniveau en schoolniveau. De grootste invloed is op docentniveau. De docent doet er enorm toe. Verbeteringen en vernieuwingen staan of vallen bij de betrokkenheid, de bevlogenheid en de deskundigheid van de docenten.
16
5.2 Werken in teams Het onderwijzend personeel is georganiseerd in teams in de opleidingen mavo, havo en vwo. De teams worden vervolgens opgesplitst in onderbouw- en bovenbouwteams. Zo zullen we op termijn groeien naar 6 teams. Twee per opleiding. De teams worden in de periode 2012-2016 steeds meer resultaatverantwoordelijk en zullen daarom geschoold worden in het opbrengstgericht leren werken. We willen dat de teams concrete doelen gaan stellen en toegang krijgen tot de resultaten zodat zij zelf kunnen nagaan of doelen worden gehaald. Vanuit de teams werken we in een matrixorganisatie aan de thema’s van het schoolplan en zorgen we zo voor de dwarsverbanden binnen de teams in relatie tot onze ambities.
5.3 Mavo De mavo sluit aan op MBO-niveau 3 en 4. Hoewel de leerlingen inhoudelijk voldoende voorbereid zijn is er toch sprake van uitval in het MBO. Vandaar dat leerlingen ook voorbereid moeten worden op de aanpak van het MBO. Dit doen we door in het programma loopbaanoriëntatie leerlingen kennis te laten maken met het MBO. Verder wordt in de teams aandacht besteed aan projectmatig werken. Leerlingen die na de mavo verder willen en kunnen om een havo-diploma te behalen worden hierin begeleid. We oriënteren ons op het aanhaken bij de ontwikkeling van het Techneum, het technasium voor de mavo ter versterking van het bètaprofiel. Het mavo team bovenbouw zal in de komende schoolplanperiode aandacht besteden aan de motivatie van leerlingen in de derde en vierde klas. We willen passende arrangementen aan leerlingen bieden die niet aan de doelen voldoen die we in de onderbouw voor hen hebben geformuleerd.
5.4 Havo De heterogeniteit van de havo populatie vraagt om een gerichte aanpak. We nemen deel aan het havo platform om kennis te delen op het gebied van havo specifieke vraagstukken. In de onderbouw proberen we gericht te determineren zodat we de leerlingen met kansen op een havo diploma goed selecteren. Leerlingen die in staat zijn om een schoolvak op vwo niveau af te sluiten, beginnen hiermee zo vroeg mogelijk in de onderbouw. We stellen ons ten doel om het aantal leerlingen dat onvertraagd naar het examen gaat te vergroten en de aansluiting met de hogeschool te versterken. In 2012-2013 wordt het programma loopbaanoriëntatie ontwikkeld voor de bovenbouw havo.
17
5.5 Vwo Het vwo is de afdeling met de meeste vormen van onderwijs. Wij zijn als school een gymnasium, een technasium en een atheneum. Om de organiseerbaarheid hiervan te waarborgen kiezen we voor een model waarbij technasium is opgenomen in de natuurprofielen van de bovenbouw en daardoor kan samengaan met gymnasium en atheneum. We kiezen ervoor om voorlopig geen start te maken met de invoering van het tweetalig onderwijs. De onderbouw van het vwo is gericht op het bieden van een brede algemeen vormende basis die leerlingen in staat stelt een weloverwogen keuze te maken voor het profiel in de Tweede Fase; daar wordt loopbaanoriëntatie gericht op de keuze voor de vervolgopleiding. Vanwege onze focus op bètaonderwijs zullen we hiervoor, naast een reguliere universiteit, ook de samenwerking zoeken met een technische universiteit.
5.6 Buitenlesprogramma Naast de uitvoering van het verplichte curriculum, bieden wij als school een programma buiten de lessen. Betekenisvol leren kan plaatsvinden wanneer leerlingen indrukken opdoen en kennismaken met een breed aanbod van activiteiten. Daarom bieden wij voor iedere leerling tenminste twee excursies per schooljaar aan. Vanuit een of meerdere vaksecties worden programma’s gemaakt die aansluiten bij het onderwijsprogramma. Voor de excursies worden kostendekkende ouderbijdragen gevraagd. Wanneer ouders niet hieraan kunnen voldoen is er een betalingsregeling of een vervangend programma op school.
5.6.1
Cultuur
Creativiteit is een vaardigheid die in elk beroep en in iedere rol in de samenleving meerwaarde kan bieden. Vandaar dat we de creativiteit van onze leerlingen willen stimuleren door hen een breed aanbod te bieden van culturele activiteiten. De cultuurcommissie stelt een jaarprogramma vast met een evenwichtig aanbod in het beleven, ervaren en participeren in culturele activiteiten. We zoeken daarbij ook de samenwerking met lokale aanbieders van cultuur zodat we elkaar kunnen versterken.
5.7. Tevredenheid Als school werken we aan kwaliteit en dat zal moeten blijken uit goede rapporten van de onderwijsinspectie. Hierbij gaat het met name om de harde indicatoren ten aanzien van de opbrengst van het onderwijs. Dit zijn: het rendement onderbouw, aantal leerlingen dat onvertraagd naar het diploma gaat ,het gemiddeld cijfer van het centraal examen en het verschil tussen het cijfer van het centraal examen en het cijfer van de schoolexamens. Toch willen we ook van weten onze stakeholders van ons vinden, vandaar dat we de tevredenheid meten onder ouders, leerlingen en personeel. In de periode 2012-2016 zullen we ook een meting doen naar de tevredenheid van toeleverende basisscholen.
18
5.7.1
Ouder- en leerlingentevredenheid
De gemiddelde score van ouders en leerlingen over de tevredenheid van de school, moet in 2012 in Vensters voor Verantwoording minstens een 7 bedragen en de jaren erna steeds minimaal een 7,5.
5.7.2
Tevredenheid personeel
De tevredenheid van het personeel wordt tenminste 4-jaarlijks gemeten. Het is onze doelstelling dat de tevredenheid van het personeel met minimaal een 7 wordt beoordeeld.
19
6. Personeelsbeleid We streven ernaar dat onze medewerkers in alle opzichten in staat zijn hun taak zo goed en zo professioneel mogelijk uit te voeren. Hiervoor gaat onze aandacht uit naar prettige arbeidsomstandigheden, goede arbeidsvoorwaarden en stellen we mensen in staat om hun potentie waar te maken. De Stichting Markland College maakt het integraal personeelsbeleid en streeft naar het keurmerk Investors in People (IiP).
6.1 Arbeidsomstandigheden Door middel van de wettelijk verplichte risico inventarisatie en evaluatie worden knelpunten in kaart gebracht en aangepakt. De facilitaire dienst houdt toezicht op de ARBO-eisen en voert de noodzakelijke verbeteringen uit. Bij het opstellen en uitvoeren van nieuw beleid is het van belang aandacht te hebben voor de werkdruk. We willen de werkdruk reduceren door efficiënter en doelmatiger te werken en de werkdruk evenwichtig te verdelen over de medewerkers.
6.2
Arbeidsvoorwaarden
Het actieplan Leerkracht en de functiemix maken dat wij als school groeien in het aantal beschikbare LC en LD schalen. Wij streven naar een zo transparant mogelijke toekenning van functies en schalen. Iedereen die voldoet aan de competenties kan in aanmerking komen voor een hogere functie.
6.3 Professionalisering In de schoolplanperiode 2012-2016 gaan we door met de reeds ingezette professionalisering. Door middel van de gesprekkencyclus stellen we ontwikkelpunten vast en werkt iedere medewerker aan zijn of haar persoonlijke groei. We streven ernaar de scholing zo dicht mogelijk aan te laten sluiten bij de persoonlijke ontwikkelpunten en deze zullen worden opgenomen in het bekwaamheidsdossier. Verder zullen we de beschreven competenties herzien en daar de nieuwe gedragsindicatoren in verwerken.
20
7. Inrichten onderwijs Tweede Fase Onze school maakt zich op voor de Tweede Fase. Vanaf 2013-2014 geven wij onderwijs aan klas 4 havo en vwo. We hebben ons voorbereid en ervoor gezorgd dat we klaar zijn om deze groep leerlingen goed onderwijs te kunnen bieden. De voorbereidingen vinden plaats op het gebied van: Personeel Huisvesting Organisatie Onderwijs Begeleiding Kwaliteit
We kiezen ervoor om voor alle vakken bevoegde mensen in te zetten. We zorgen voor tijdelijke huisvesting en streven ernaar de uitgebreide school in 2014-2015 in gebruik te kunnen nemen. De lessentabel wordt in 2012 vastgesteld en vormt daarmee de basis voor de inrichting van het onderwijs. Per 2013-2014 is er een vastgesteld vakwerkplan voor ieder vak, is er een buitenlesprogramma en wordt het examenreglement uitgevoerd. Per 2013-2014 is er een programma voor loopbaanoriëntatie en Begeleiding en is het mentoraat van de Tweede Fase opgezet. In 2013-2014 hanteren we de PDCA (plan-do-check-act) cyclus voor het vastgestelde beleid.
De invoering van de Tweede Fase is uitgewerkt in het beleidsdocument Implementatietraject Tweede Fase.
21
8. Duurzaam (ver)bouwen van de school De uitbreiding van het aantal leerlingen gaat samen met de uitbreiding van het gebouw. Dat gebouw moet passen bij onze visie op onderwijs en ons faciliteren in de uitvoering van onze doelen. Omdat het onderwijs altijd in ontwikkeling is willen we ook dat het gebouw geschikt is voor verschillende werkvormen. Verder kiezen we uitdrukkelijk voor de benadering van één school, één gebouw. We hebben onze visie op het nieuwe gebouw verwoord in het startdocument.
Vanaf de start van het schooljaar 2012-2013 tot 2014 zullen we gebruik maken van tijdelijke huisvesting. We kiezen ervoor om afgebakende groepen aan de dependance Doctor Ariënslaan 90 te huisvesten, zodat we het pendelen tussen de twee locaties tot het minimum beperken. De plannen zijn erop gericht dat we in het schooljaar 2014-2015 ons vernieuwde gebouw in gebruik kunnen nemen. Omdat de uitbreiding van het gebouw samengaat met het in bedrijf zijn van de school, moeten we aandacht hebben voor de organisatie. Vandaar dat we inzetten op de uitbreiding van ons roosterbureau om de afstemming in goede banen te leiden.
22
9. Procedure met tijdpad * PMRZ mee laten ontwikkelen
maandag 19 maart 2012
* MRZ mee laten ontwikkelen
dinsdag 3 april 2012
* Bespreken met personeel
dinsdag 10 april 2012
* Bespreken met ouders/ouderraad
maandag 14 mei 2012
* PMRZ mee laten ontwikkelen
maandag 21 mei 2012
* Voorleggen aan MRZ
dinsdag 5 juni 2012
* Instemming MRZ
dinsdag 5 juni 2012
* Bespreken met leerlingenraad
donderdag 14 juni 2012
* Voorleggen aan College van Bestuur
vrijdag 15 juni 2012
* Vaststelling door directeur
woensdag 20 juni 2012
* Aanleveren Inspectie
woensdag 1 oktober 2012
* Bespreken met personeel
maandag 20 augustus 2012
* Vastgesteld door de directie Markland College Zevenbergen
dinsdag 4 september 2012
* Aanleveren Inspectie
woensdag 1 oktober 2012
23