e g e l l o C k e e Kelleb 2010 g a l s r e v r Jaa
Jaarverslag 2010 Kellebeek College
Datum:
31 mei 2011
Inhoudsopgave Voorwoord..........................................................................................................................3 1.
2.
Directieverslag.........................................................................................................4 1.1
Algemene gegevens .......................................................................................4
1.2
Ontwikkelingen strategisch proces en positionering .......................................5
1.3
Speerpuntenbeleid opgenomen in het jaarplan 2010 en behaalde resultaten6
Jaarverslag.............................................................................................................11 2.1
Wettelijke vereisten.......................................................................................11
2.2
Opbrengst .....................................................................................................13
2.2a
Opbrengst educatie....................................................................................16
2.3
Programma ...................................................................................................17
2.4
Leerproces ....................................................................................................22
2.5
Trajectbegeleiding ........................................................................................25
2.6
Omgang en veiligheid ...................................................................................29
2.7
Systematische kwaliteitszorg ........................................................................30
2.8
Examinering ..................................................................................................32
2.9
Personeel......................................................................................................35
3. Resultatenbox ..............................................................................................................39 3.1
Innovatiebox .................................................................................................39
3.2
Stagebox.......................................................................................................40
3.3
VSV-projectgelden ........................................................................................40
3.4
Intensivering taal en rekenen........................................................................41
3.5
IBO gelden ....................................................................................................41
3.6
EVC ..............................................................................................................42
3.7
Duale trajecten..............................................................................................42
3.8
Laaggeletterdheid .........................................................................................42
3.9
Leerlinggebonden financiering, LGF.............................................................43
2
Voorwoord Het jaar van de RVT’s. In 2010 heeft het verder uitbouwen van de RVT’s nadrukkelijk bij iedereen op de agenda gestaan. Een logische, volgende stap was het verder afstemmen van de organisatie op het werken in teams.. Ook op managementniveau werd gekozen voor het werken in teams. Er ontstonden twee managementteams, met de voormalige unitdirecteur als voorzitter, een meewerkend voorman. Daarnaast werd verder vorm gegeven aan de rollen van sterrol- en domeinhouders. Dit facet zal zeker nog de nodige aandacht vragen in de komende periode. Een enerverend jaar, waarin de teamscans hebben plaatsgevonden en waarbij de teams hun bevindingen aan elkaar hebben gepresenteerd. Duidelijk werd dat er grote verschillen waren tussen de teams. Op zich natuurlijk niet verwonderlijk gelet op de diversiteit van startmomenten en ervaringen vanuit het verleden. Een aantal teams heeft de scholing op dit onderdeel al volledig afgerond, enkele teams zitten nu in de afrondende fase. Duidelijk wordt het dat de ingeslagen weg voldoende perspectief biedt om het concept verder uit te bouwen. De resultaten van de JOB enquête leverden wel enkele aandachtspunten voor de komende periode. Meer eenduidigheid tussen de docenten onderling als het gaat over de uitvoering van het onderwijs. Studenten willen nadrukkelijker betrokken zijn bij de inrichting van het onderwijs. Het project Matchpoint is dit jaar verder doorontwikkeld en heeft zeker een bijdrage geleverd aan het verminderen van het aantal voortijdige schoolverlaters. De doorstroom naar een vervolgopleiding laat nog te wensen over, tussentijdse instroom blijft een probleem. In het kader van de Plusvoorziening werd NOVA-plus opgestart. Kwetsbare jongeren wordt de kans geboden hun niveau 2 opleiding te vervolgen bij NOVA om hun kans van slagen te verhogen. Wat betekent “Find your destination” voor het personeelsbeleid. In dit kader is in de tweede helft van het jaar een begin gemaakt met het uitwerken van typerende competenties en gedragingen voor medewerkers van het Kellebeek College. Deze competenties kunnen o.a. een rol spelen bij werving en selectie, persoonlijke ontwikkelingsplannen, scholing en training. Het bouwterrein voor onze nieuwbouw heeft zijn vorm gekregen en is inmiddels bouwrijp. Aan het eind van het jaar was ook duidelijk dat een definitief akkoord met de gemeente voor handen was. Naast dit integrale jaarverslag kent het Kellebeek College nog een aantal jaarverslagen waar ik graag naar wil verwijzen. Nova en Via kennen ieder een zeer uitgebreid jaarverslag, per schooljaar. Ook het Bureau LeerlingenZorg kent zijn eigen jaarverslag.
G.H.M.S. Zacht Directeur Kellebeek College
3
1.
Directieverslag
1.1 Algemene gegevens In 2010 heeft er een wijziging is de lijnstructuur plaatsgevonden. Voor een deel is het werken in afdelingen verlaten en zijn de teams op een andere wijze geclusterd. Verder vormen de unitdirecteur en afdelingsmanager een managementteam, waarvan ieder lid een cluster van teams aanstuurt. De unitdirecteur heeft daarbij de rol van primus interparis. Lijnstructuur: Directie F. Zacht
Kellebeek College Nova en Via G. Suijkerbuijk, K. Luysterburg, F. Hagenaars, W. Sanders
Nova AKA K. Luysterburg 4 teams
Nova VAVO + ISK W. Sanders 4 teams
Via BE G. Suijkerbuijk 2 teams
Kellebeek College (MBO Dienstverlening) P. Lauwen, K. van Nieuwenhuijzen, H. Franken
Via NT2 F. Hagenaars 3 teams
OA, PW, UV Peter Lauwen 3 teams
AA, DA, TA, VP K. van Nieuwenhuijzen 4 teams
HZW, MZ, VZ H. Franken 3 teams
Stafstructuur: Directeur F. Zacht
Controller E. van de Pol
Onderwijs & Innovatie W. Buitendijk K. Asscher
Financiën M. Bastiaansen A. Deelen K. Luijkx F. Oerlemans E. Sijercic I. Kross Deelnemersadm S. Jansen H. Agyemang
Directiesecretariaat L. Jochems - Clarijs J. van Domburg Stafsecretariaat N. Lindenberg
Facilitair G. van Raalten M. Faas F. de Windt
4
Marketing & Communicatie M. de Bruijn
P&O W. Hermans H. Duijzer A. Haumahu R. Laming
De stand van het aantal medewerkers in december 2010 is: 485 medewerkers. De gemiddelde leeftijd van het personeel van het Kellebeek College op 31-12 2010 was 50 jaar. Het aantal personen dat in 2010 bij het Kellebeek College (ROC) in dienst is gekomen: 26 medewerkers (exclusief P3 e.d.). Het aantal personen dat in 2010 buiten het Kellebeek College (ROC) een bestemming heeft gevonden: 40 medewerkers (exclusief P3 e.d.).
1.2
Ontwikkelingen strategisch proces en positionering
In 2010 is in het kader van wat “Find your destination” betekent voor het personeelsbeleid een begin gemaakt met het uitwerken van typerende competenties en gedragingen voor medewerkers van het Kellebeek College. Deze competenties kunnen o.a. een rol spelen bij werving en selectie, persoonlijke ontwikkelingsplannen, scholing en training. Verder is er gewerkt aan de bekende speerpunten van beleid: • • • • •
Deelnemer begeleiden naar bestemming; Ontwikkelen van medewerkers en team; Partnership versterken; Merk versterken; Kwaliteitszorg optimaliseren.
Prestatie-indicatoren In 2010 is er aandacht geweest voor het operationaliseren van de prestatie-indicatoren. Dit proces loopt door in 2011. De eerste metingen hebben inmiddels plaatsgevonden.
Nieuwbouw Het jaar 2010 heeft in het teken gestaan van verdere onderhandelingen met de gemeente. Na een akkoord over de oplossingen van het parkeerprobleem is de architect met een geheel nieuw, voorlopig ontwerp gekomen. Vervolgens is intensief overleg gevoerd met de stedenbouwkundigen om het voorlopig ontwerp te toetsen aan de stedenbouwkundige uitgangspunten en het bestemmingsplan. Wederom brak een periode van intensief overleg aan met de gemeente. Twee principiële uitgangspunten conflicteerden met elkaar. Enerzijds een compact, energiezuinig gebouw, anderzijds een volledig bebouwd perceel dat als geluidswering voor de wijk kan dienen. In goed overleg is er aan het aan het eind van het jaar een concept overeenkomst geformuleerd. Deze overeenkomst zou in 2011 ondertekend worden (inmiddels heeft deze ondertekening plaatsgevonden).
5
1.3
Speerpuntenbeleid opgenomen in het jaarplan 2010 en behaalde resultaten
De opsomming in de tabel aan het einde van deze paragraaf laat zien dat er actieclusters niet volledig gerealiseerd zijn. Ondank het voornemen wat minder hooi op de vork te nemen hebben we ons toch weer enigszins verloren in te veel ambities. Op een aantal actiepunten heeft onvoldoende sturing plaatsgevonden. De meeste aandacht is uitgegaan naar de actieclusters in de opleidingsclusters. De situatie van Novalis was in 2009 al precair geworden. In 2010 is in deze situatie geen verbetering opgetreden. De gevolgen van de economische crises hebben een dermate groot effect op de bedrijfsresultaten van Novalis dat een verdere voorzetting niet verantwoord is. Derhalve is besloten Novalis op te heffen per 1 januari 2011 en de lopende activiteiten af te ronden onder het Kellebeek College Via. Er is onvoldoende gebruik gemaakt van het aanbod voor scholing op het gebied van ICT. De invoering van It’s Learning heeft een moeizame start gekend, maar is aan het eind van het jaar wel goed opgepakt. De acties in het kader van het ontwikkelen van de leerlingenzorg zijn verder geprofessionaliseerd. Inmiddels beschikt het Bureau Leerlingen Zorg over een scala van begeleidingsproducten die hun waarde hebben bewezen. (zie bijlage) Acties op het terrein van de kwaliteitszorg, opzetten zelfevaluaties, MIS en PDCA-cyclus liggen op schema. Ook het Kellebeek brede Coachingsteam heeft in het verslagjaar weer ondersteuning kunnen bieden aan de docenten en ondersteunend personeel. Met name de invoering van het CGO en de continuïteitszorg bij Nova en Via bleken omstandigheden die de vraag naar coaching onder het personeel levend hebben gehouden. Tot slot is in 2010 de totstandkoming van de Resultaat Verantwoordelijke Teams (RVT’s) vrijwel voltooid. De kleinere organisatorische eenheden, de onderwijsteams (OT’s) zijn samengesteld en vastgesteld. De onderwijsteams zijn op verschillende wijzen, afhankelijk van het ontwikkelniveau en de vraag dan wel behoeften, ondersteund en geschoold. Inmiddels hebben alle teams het scholingstraject vrijwel afgerond. De laatste teams die, als gevolg van een moeizame start, later zijn begonnen (Be Breda en Roosendaal) zijn goed op weg en zullen het traject in de eerste helft van 2011 afronden. . Inmiddels beschikken ook alle teams over een teamvoorzitter. Bij Kellebeek College MBO is de invoering van competentiegericht onderwijs, met de nieuwste versies van de kwalificatiedossiers als uitgangspunt, in 2010 gecontinueerd. Ook in 2010 heeft er scholing plaats gevonden op de nieuwe onderwijsrollen in het competentiegerichte onderwijs. Verder is veel aandacht geweest voor het verder implementeren van het werken met de methodiek van het consortium MBO. Dit heeft geleid tot meer eenduidigheid binnen de uitvoering van het onderwijs. Er is in het schooljaar 2010 – 2011 een start gemaakt met een Expertiseteam Onderwijs, bestaande uit domeinhouders onderwijs (docenten met specifieke taken op het domein onderwijs), clustermanager met de portefeuille onderwijs en de stafmedewerker onderwijs & innovatie. Dit expertiseteam heeft een beleidsvoorbereidende taak. Belangrijke zaken die door dit team zijn aangepakt: de invulling van de sterrollen in de onderwijsteams, de ontwikkeling van de opleidingswijzers, het opstellen van het invuldocument onderwijsprogrammering, het implementeren van de kaderstellende uitgangspunten van het de competentiegerichte examinering, het in kaart brengen van de processen in het primaire proces en de teamtaken die hieruit voortvloeien.
6
In 2010 is de samenwerking met het beroepenveld en onze toeleverende scholen verder uitgebreid. Docenten hebben wederom stage gelopen in het beroepenveld. Tot slot is in 2010 het programma Multimove (sport, bewegen en gezonde lifestyle) verder geïmplementeerd in de opleidingen van het college. In het kader van het ontwikkelen van nieuw onderwijsaanbod en is er een start gemaakt met de minor “Creatief” waaraan ruim 20 studenten (middels vrije keuze) hebben deelgenomen. De afsluiting van deze minor zal plaatsvinden in het voorjaar van 2011. Met “Kleurrijk Brabant Zorgt” (provinciaal actieprogramma) is er aandacht geweest voor het werven van meer allochtone studenten voor de opleidingen in de zorg. Er heeft een expertmeeting op het Kellebeek College plaatsgevonden met vertegenwoordigers van een aantal grote zorgaanbieders en medewerkers van het Kleurrijk Brabant en Kellebeek College. De samenwerking met Kleurrijk Brabant heeft er mede toe geleid dat in schooljaar 2011 een minor “Ondernemerschap in Zorg en Welzijn” ontwikkeld en aangeboden zal gaan worden. Ook voor Nova en Via geldt dat bij het maken van de jaarplannen 2010 wederom vanuit een (te) hoog ambitieniveau is vertrokken. In 2010 is het inburgeringscontract met de gemeente Bergen op Zoom niet verlengd. Er bestaan ook grote zorgen omtrent de continuïteit van het inburgeringscontract met de gemeente Roosendaal. Door het verlies van deze opdrachtgever(s) treedt er een aanzienlijke daling op van het aantal deelnemers van de afdeling NT2 in Bergen op Zoom en mogelijk in 2011 in Roosendaal. Bij de Basiseducatie is wederom veel werk gemaakt van de aanval op de laaggeletterdheid (o.a. door de inzet van de netwerkdocenten en ambassadeurs alfabetisering) waardoor in onze gehele regio de deelnemersaantallen ondanks de bezuinigingen op het WEB-budget (zie later in de tekst) redelijk op niveau van vorig jaar konden worden gehouden. Hoogtepunt was de deelname van een van de ambassadeurs aan het TV-programma van Pauw en Witteman in de week van de alfabetisering 2010. Ook voor VAVO geldt hetzelfde als voor de basiseducatie en ISK realiseerden grotere deelnemersaantallen dan voorheen. Bij de AKA-trajecten is in het verslagjaar veel werk gemaakt van de verdere implementatie van het competentiegericht onderwijs met name voor wat betreft de toetsing in de BPV. Examinering d.m.v. assessment in de praktijk is gerealiseerd. Ook het modulair werken is ingevoerd waardoor het mogelijk is flexibel examen te doen en tussentijds in te stromen in de niveau 2 opleidingen bij de afdeling AKA (plusvoorziening) Zeker ook vermeldenswaardig zijn de verbeteringen in de huisvestiging bij NOVA en VIA. Zie hiervoor paragraaf 2.3 bij Voorzieningen. In 2010 is volop geanticipeerd op de bezuinigingen bij Educatie. Door het realiseren van een ESF-aanvraag bij het Agentschap SZW m.b.v. 13 gemeenten in West-Brabant met Breda als hoofdaannemer hebben we circa de helft van de bezuinigingen op het WEBbudget kunnen opvangen. Door de lessen VAVO iets te bekorten en bij BE en NT2 de groepen iets te vergroten hebben we ook nog een deel van de bezuinigingen kunnen opvangen. Per saldo hebben we de totale bezuiniging van 2010 en 2011 voor wat betreft het aantal deelnemersplaatsen kunnen beperken tot 10 a 15% i.p.v. 44%. In financieel
7
opzicht moesten we natuurlijk wel 25% inleveren hetgeen zijn impact heeft gehad op het voorzieningenniveau. In oktober 2010 hebben we, met onze partners, een 2de ESF aanvrage ingediend voor het schooljaar 2011/2012. Zo hopen we ook voor toekomst op korte termijn nog continuïteit te kunnen garanderen. Al deze ontwikkelingen hebben samen met het hoge ambitieniveau met betrekking tot het jaarplan er toe geleid dat niet alle items tijdig zijn afgerond. Een aantal actiepunten lopen door in 2011 of zullen in dat jaar worden afgerond.
Resultaten In de onderstaande tabel wordt op hoofdlijnen aangegeven welke acties in 2010 volgens planning zijn afgerond (kolom Gerealiseerd). Voor een aantal acties was voorzien dat ze slechts gedeeltelijk in 2010 gerealiseerd zou worden. In hoeverre deze acties volgens planning zijn uitgevoerd is te zien in de kolom “Op schema”. Als een actie niet is afgesloten of niet volgens schema verloopt, wordt in de kolom “Voorzien” aangegeven in welke periode van 2011 de realisatie van de geplande activiteiten wordt verwacht.
Op schema
Speerpunten/acties 2010
Gerealiseerd
Van de 44 acties is 63% (de gerealiseerde en de niet gerealiseerde maar wel op schema liggende acties) volgens planning verlopen. Bij de overige acties is om uiteenlopende redenen de planning niet gerealiseerd of vertraagd. 7% van de acties zijn volledig gestopt of zijn bijna gereed en worden in de staande organisatie afgewerkt. Er zijn ook acties die opnieuw opgenomen worden in het jaarplan 2011.
Ja/nee
Ja/nee
e 1 per.
st.org.*
Voorzien in 2011 2e per.
3e per.
Merk versterken 1
Intern en extern communicatiebeleid
nee
nee
2
Integratie van Novalis in Kellebeek College Via
nee
gestopt
nee
nee
Ontwikkelen van teams en medewerkers 3
POP-gesprekken
4
Instructeurs- en docentenstage in het. werkveld
ja
5
ICT deskundigheidsbevordering
ja
6
Scholing op BE competenties
7
Deskundigheidsbevordering onderwijspersoneel cgo
8
Taakvolwassenheid
9
Beheer flexpool BE / NT2
ja
10
Organisatiestructuur NT2
nee
nee
X X
ja
X
ja nee
8
ja
X X
nee
X
Gerealiseerd
Op schema
Speerpunten/acties 2010
Ja/nee
Ja/nee
Voorzien in 2011 e 1 per.
2e per.
3e per.
Deelnemer begeleiden naar bestemming 11
Instroommonitor VMBO-AKA
ja
12
Ontwikkelen IBEX-trajecten / Staatsex. en flex. Trajectengroepen
nee
nee
13
Sociale kaart
nee
gestopt
14
Scholing voor zorg
nee
nee
X
15
Loopbaanbegeleiding voor- en nazorg
nee
nee
X
16
Doorontwikkelen intakefase
ja
17
Afstemming methodiek Nova Breda/Bergen op Zoom
ja
18
Uitstroommonitor nazorg
nee
nee
X
19
Begeleidingstructuur VAVO
nee
ja
X
20
ISK zorgstructuur
nee
21
ISK onderwijsontwikkeling nazorg
nee
ja
22
Ontwikkelen toetsen NT2
nee
ja
23
Community-coaching
nee
gestopt
24
Samenwerking bibliotheken
ja
25
Creatieve opleidingen Welzijn
ja
26
Praktijk CGO’s
ja
X
27
Herontwerp opleidingen MBO
ja
X
28
MBO programma burgerschap, taal en rekenen
ja
X
29
Ontwikkelen nieuw onderwijsaanbod
ja
X
30
Implementatie It’s Learning
nee
nee
31
ELO 4 (didactiek)
nee
nee
32
ISK onderwijsontwikkeling
nee
ja
33
Verdieping pedagogiek en didactiek 3
nee
nee
9
X X st.org.*
st.org.* st.org.* X
X
st.org.* X st.org.*
Gerealiseerd
Op schema
Speerpunten/acties 2010
Ja/nee
Ja/nee
Voorzien in 2011 e 1 per.
2e per.
3e per.
Deelnemer begeleiden naar bestemming 34
Teamplay@West-Brabant
ja
35
Ontwikkeling nieuwe producten Via i.h.k.v. participatiebudget
ja
X
36
Multimove
ja
X
37
ETV
ja
X
38
BPV DA
ja
39
Uitbouwen Kenia-project
ja
X
Partnerships versterken 40
Acquisitie taal- en werkstageplaatsen
ja
Kwaliteitszorg optimaliseren 41
Uitbouwen planning & controlcyclus
42
Presentieregistratie Via
43
Doorontwikkelen prestatie-indicatoren
44
Administratieve organisatie NT2/BE verbeteren
ja nee
X nee
ja nee
* actie overgedragen aan de staande organisatie
10
X X
nee
X
2.
Jaarverslag
2.1
Wettelijke vereisten
Toegankelijkheid Het Kellebeek College is maximaal toegankelijk en biedt opleidingen aan voor heel veel verschillende doelgroepen, waaronder “kansarme” deelnemers. Binnen de Unit NOVAVIA worden opleidingen aangeboden BE , NT2 (WEB en WI), VAVO, ISK en MBO niveau 1 (veelal AKA). Er zijn vooral vanuit deze Unit intensieve contacten met ketenpartners. Zie voor een verdere uitwerking paragraaf 2.5 over trajectbegeleiding en het “Jaarverslag Bureau LeerlingenZorg 2009-2010”). Binnen het Kellebeek College (Dienstverlening) worden MBO-opleidingen aangeboden van niveau 1 t/m 4. De inrichting van het onderwijs (inclusief onderwijstijd) Sinds enkele jaren wordt binnen het Kellebeek College jaarlijks een controle uitgevoerd op de onderwijstijd, het aantal contacturen. De planning van de opleidingstrajecten wordt ruimer opgezet doordat het Kellebeek College voor het MBO een interne norm hanteert van 110%. Met een enkele uitzondering halen alle gestarte groepen deze planning inclusief de interne marge van 10%. Tijdens de controle op de onderwijstijd voor het schooljaar 2010-2011 is een lichte verbetering geconstateerd in de programmering van het onderwijs ten opzichte van het vorige schooljaar. Dit is mede te danken aan een meer gedetailleerd overzicht in de opleidingswijzers (voorheen de OER). De planning voor het VO bij de Internationale Schakelklas (ISK) is wederom een aandachtspunt. Ondanks de verlaging van de urennorm in het VO van 1040 naar 1000 contacturen is de interne marge van 5% extra geplande contacturen niet gerealiseerd. De inrichting van het onderwijs wordt beschreven in de Opleidingswijzers (voorheen Onderwijs- en Examenregelingen). Het format dat voor de opleidingswijzers wordt gehanteerd, is getoetst op de wettelijke vereisten gesteld in de WEB. Elk schooljaar wordt het gehanteerde format geëvalueerd en bijgesteld. Voor het schooljaar 2009-2010 is er gewerkt met een vernieuwd format voor de opleidingswijzers Kellebeek College MBO, tevens is er invuldocument onderwijsprogrammering (IDOP) ontwikkeld om een goede verantwoording te kunnen hebben voor wat betreft de contacttijdnormen). Dit document is voor het cohort 2010 in gebruik genomen. Examens Het Kellebeek College voldoet aan alle wettelijke vereisten. Deze betreffen: • Examencommissie Binnen het Kellebeek College zijn er per unit een examencommissie en daarnaast (daaronder) per opleidingscluster een subexamencommissie. De taken en verantwoordelijkheden van deze commissies zijn vastgelegd in het Kwaliteitshandboek Competentiegerichte examinering. • Commissie van beroep voor de examens Er is een Commissie van Beroep geïnstalleerd voor ROC West-Brabant. • Verantwoording in jaarverslag Er wordt verantwoording afgelegd met een jaarverslag van ROC West-Brabant. • Onderwijs- en examenregeling Voor alle Mbo-opleidingen is er een opleidingswijzer (voorheen: Onderwijs- en
11
Examenregeling), die voldoet aan onze plicht om studenten goed en op tijd te informeren. De stafmedewerker Audit & Control controleert jaarlijks steekproefsgewijs of het Kellebeek College nog steeds aan de wettelijke vereisten voldoet en bij gebleken tekorten worden deze direct hersteld. Hierover wordt middels interne rapportages verantwoording afgelegd. Er wordt tijdig geanticipeerd op voorgenomen wetswijzigingen. De kwaliteit van de examinering wordt uitgebreid beschreven bij de samenvatting van de zelfbeoordeling examinering 2010. Zie paragraaf 2.8. Meldingen bij afwezigheid De onderwijsteams hebben ieder een eigen verantwoordelijkheid voor de absentie- en presentieregistratie. Voor het MBO en de ISK (VO) is een uniform pasjessysteem voor de presentieregistratie; het implementatietraject verloopt minder voorspoedig dan verwacht. Op basis van deze registratie gecombineerd met de waarnemingen wordt gesignaleerd of een student langdurig afwezig is, waarna aangewezen functionarissen zorg dragen voor de noodzakelijke meldingen bij het Verzuimloket (BOL voltijd en VAVO) en/of de leerplichtambtenaar. Er is een procedure Verzuimloket opgesteld, die inmiddels is geïmplementeerd. Meldingen bij uitschrijving De procedure voor de meldingen bij uitschrijving ten behoeve van gemeenten is een centrale aangelegenheid en dit geldt voor het hele ROC West-Brabant. Op het centraal kantoor wordt periodiek een bevroren bestand op het portaal (intranet) geplaatst. Het LMC Breda heeft toegang tot deze informatie en filtert hieruit de gewenste informatie en zorgt voor verspreiding naar de betreffende gemeentes. Personeel In de WEB en de CAO-BVE alsmede in de Wet BIO zijn de wettelijke kaders vastgelegd voor de benoemingsvereisten en de bekwaamheidseisen van docenten. Medewerkers die worden aangesteld bij het ROC West-Brabant en werkzaamheden gaan verrichten bij het Kellebeek College krijgen, nadat zij zijn voorgedragen voor benoeming, een arbeidsvoorwaardengesprek bij de dienst P&O. De aanstelling is definitief als er een verklaring omtrent het gedrag kan worden overlegd waaruit blijkt dat er geen bezwaren tegen de aanstelling zijn. Tevens wordt bepaald of beoogde docenten aan de benoemingsvereisten voldoen. Bij het ontbreken van een Pedagogisch Didactische Aantekening (PDA) wordt de beoogde docent tijdelijk aangesteld als Opleider en krijgt hij/zij de gelegenheid om binnen twee jaar te voldoen aan de benoemingsvereisten, waarna alsnog een aanstelling als Docent kan volgen.. De algemene gedragsregel bij het Kellebeek College is dat de (beginnende) docent gedurende het eerste jaar van aanstelling ervaring opdoet met de doelgroep, de onderwijspraktijk en – methode. Na een positieve beoordeling op functioneren en (uiteraard) voldoende formatie volgt een verlenging van de tijdelijke aanstelling en worden er afspraken gemaakt om de PDA te halen. Het Kellebeek College voert functionerings- en beoordelingsgesprekken volgens het door het ROC West-Brabant geformuleerde beleid. Vast onderdeel tijdens deze gesprekken is de beoordeling of de medewerker voldoet aan de eisen die de Wet BIO stelt. Het PersoonlijkOntwikkelPlan (POP) wordt als een belangrijk instrument gezien om de ontwikkeling van medewerkers te volgen en te monitoren. In 2010 is voor het invoeren
12
van POP-gesprekken een notitie vastgesteld en is er een format en gebruiksinstructie opgesteld. Tevens is er binnen enkele opleidingsclusters een start gemaakt met het voeren van POP-gesprekken en het vaststellen van de daaruit voortvloeiende persoonlijke ontwikkelplannen. Op basis van de opgedane ervaringen zal dat in 2011 verder worden uitgebouwd binnen het gehele Kellebeek College.
2.2
Opbrengst
Kellebeek College 2009-2010 Met KC-bedrijfsgroep en zonder AKAwerk
Zonder KC-bedrijfsgroep en zonder AKAwerk
Jaar- DiplomaNiveau resultaat result 1 64,5% 49,8% 2 78,8% 77,6% 3 70,1% 73,0% 4 79,0% 84,0%
Niveau 1 2 3 4
Met KC-bedrijfsgroep en met AKA werk
Jaarresultaat 61,1% 75,5% 73,2% 79,0%
Diplomaresult 45,1% 67,3% 72,2% 84,0%
Zonder KC-bedrijfsgroep en met AKA werk
Jaar- DiplomaNiveau resultaat result 1 75,6% 62,7% 2 78,8% 77,6% 3 70,1% 73,0% 4 79,0% 84,0%
Niveau 1 2 3 4
Jaarresultaat 73,3% 75,5% 73,2% 79,0%
Diplomaresult 59,3% 67,3% 72,2% 84,0%
Met KC-bedrijfsgroep en zonder AKA-werk
Niveau N1 N2 N3 en N4
VOA dlnr 240 98
tot dlnr 295 156
Diplresult Diplresult Diplresult Diplresult %VOA VOA dlnr VOA % totaal dlrn totaal % 81,4% 85 35,4% 147 49,8% 62,8% 58 59,2% 121 77,6%
804 338
623
1255
143
77,5%
891
Met KC-bedrijfsgroep en met AKA werk
Niveau N1 N2 N3 en N4
VOA dlnr 240 98
tot dlnr 295 156
Diplresult Diplresult Diplresult Diplresult %VOA VOA dlnr VOA % totaal dlrn totaal % 81,4% 127 52,9% 185 62,7% 62,8% 58 59,2% 121 77,6%
804 338
1255
623 185
13
929
77,5%
Opbrengst niveau 1 (AKA) Wat betreft de AKA-opleiding is het duidelijk dat er vanuit grofweg 3 doelperspectieven gedacht moet worden als we het hebben over te verwachten rendement. De doelperspectieven zijn kortweg te benoemen als: • uitstroom naar de reguliere arbeidsmarkt • uitstroom naar een startkwalificerende opleiding • uitstroom naar een beschermde werkomgeving Dat betekent dat het behalen van een AKA-diploma binnen 1 jaar door maximaal 50% gerealiseerd zal kunnen worden. Daarnaast kunnen er nog specifiek beroepsgerichte niveau-1 diploma’s behaald worden. Velen zullen het diploma alsnog behalen na een 2e jaar. Voor een substantieel deel zal het behalen van deelcertificaten AKA het optimale zijn. Dit wordt door de afdeling Nova Aka ook gecommuniceerd en gereflecteerd met de omgeving. Het meest direct in de subexamencommissie middels de vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, maar ook in de samenwerking met de toeleverende instanties, zoals GGZWNB, VMBO, MBO, Sociale Diensten, leerplichtambtenaren etc. In het cohort 2009 -2010 zijn door de afdeling Nova AKA 152 diploma’s gegenereerd. Voor een totaal van 541 deelnemers betekent dit een rendement van 28%, een stijging van 4 procentpunten t.o.v. hert cohort 2008-2009.In acht moet worden genomen dat de 2jarige inschrijvingen hier eigenlijk buiten beschouwing gelaten dienen te worden en dan wordt het rendementcijfer zelfs 31% De steeds strengere AVO-eisen zijn wel van invloed op het rendement van onze deelnemers.. Opbrengsten MBO dienstverlening Voor alle niveaus (1 t/m 4) wordt de norm van de inspectie ruimschoots gehaald. Hierbij wordt de norm gehanteerd van Inspectie van het Onderwijs, Ministerie OC&W van 2009. Door een positieve score mag geconcludeerd worden dat de programma’s goed aansluiten op het niveau van onze deelnemers in deze trajecten. Tevens kan geconcludeerd worden dat verbeteracties uit het verleden om de resultaten opbrengsten te verhogen gewerkt hebben. Opvallend zijn de hoge scores bij niveau 4. Verklaring hiervoor is dat de intake-procedure is verbeterd en deelnemers bewust kiezen voor een niveau 4 opleiding.
14
Cijfers voortijdig schoolverlaten (VSV) Met KC-bedrijfsgroep en zonder AKA-werk niveau N1
afdeling Afdeling Bedrijfsgroepen KC Afdeling Verpleging en Verzorging KC Nova AKA Bergen op Zoom KC
Nova AKA Breda KC
Totaal N1 N2 Afdeling Bedrijfsgroepen KC Afdeling Uiterlijke Verzorging KC
Afdeling Verpleging en Verzorging KC
Totaal N2 Eindtotaal
Student Aantal Omgeving 1 Motivatie 1 Beperking 7 Bereikbaarheid 1 Gedrag 7 Motivatie 13 Omgeving 1 Gezondheid 1 Beperking 6 Bereikbaarheid 4 Gedrag 4 Motivatie 12 58 Omgeving 1 Beperking 1 Motivatie 7 Omgeving 5 Gezondheid 4 Beperking 1 Gedrag 5 Motivatie 1 25 83
School
Aantal
Geen
Administratieve redenen Administratieve redenen Opleidingsniveau
1 66 2
geen spec
2
Administratieve redenen
21
geen spec
5
geen spec geen spec
7 1 1
geen spec
1
90 Administratieve redenen Opleidingsniveau
1 1
Administratieve redenen
10
12 102
Toelichting cijfers VSV Nova AKA/Plus 2009-2010 De deelnemers bij Kellebeek College Nova AKA zijn geen Voortijdig SchoolVerlater wanneer ze: ‐ Aansluitend een vervolgopleiding in het MBO gaan volgen ‐ Na diplomering uitstromen naar werk Binnen de afdeling Nova AKA worden overbelaste jongeren geplaatst. Deze jongeren hebben vaak te maken met meerdere problemen in hun leven. In principe krijgt iedereen die zich bij Nova AKA aanmeldt de kans om aan de opleiding te beginnen. Er wordt alleen een grens gesteld met betrekking tot de verstandelijke capaciteiten en de vereiste begeleiding van een deelnemer. Omdat veel jongeren een kans krijgen en veel jongeren overbelast zijn, is er een groter risico op voortijdig schoolverlaten bij Nova AKA. De afdeling Nova AKA gaat hier zeer serieus mee om. Binnen de afdeling is er intensieve samenwerking met verschillende partijen zoals leerplichtambtenaren, jeugdzorg, reclassering, MEE, GGZ etc. Binnen de afdeling wordt de presentie van de deelnemers actief bewaakt. Maandelijks worden de presentiecijfers van deelnemers gepresenteerd en binnen de teams besproken. Deelnemers die een absentiepercentage van meer dan 60% hebben worden besproken. Per deelnemer wordt bepaald (vaak in overleg met Leerplicht, jeugdzorg, reclassering en anderen) hoe de presentie van de deelnemer omhoog kan en wat de reden van de enorme absentie is. Indien er geen perspectief is en blijkt dat Nova AKA niet de passende opleiding is voor een deelnemer, dan is het mogelijk dat er besloten wordt de deelnemer uit te schrijven. De school houdt zich uiteraard aan de inspanningsverplichting om een deelnemer in een ander traject te plaatsen. Zo’n ander traject is vaak geen onderwijs. Hierbij een aantal opmerkingen bij de cijfers VSV : Binnen Nova AKA hebben we te maken met continue in- en uitstroom mede doordat jongeren in (jeugd)detentie moeten en uit detentie komen. Deze jongeren worden als
15
Aantal
3 10
VSV-er beschouwd. Vaak komen de jongeren na een korte periode van een paar weken weer terug naar school. Het is echter wel noodzakelijk dat de deelnemer voor deze korte periode uitgeschreven wordt om te voorkomen dat er 2 schoolinschrijvingen zijn. Dit betekent echter voor Nova AKA dat de deelnemer als VSV-er wordt geteld. In principe is de AKA-opleiding drempelloos. Dit betekent echter niet dat alle deelnemers die instromen ook daadwerkelijk hun diploma kunnen behalen. Er stromen deelnemers in vanuit het praktijkonderwijs waarvoor het niet mogelijk blijkt het AKA-diploma te behalen met hun cognitieve capaciteiten. Deze deelnemers behalen hun diploma niet en worden dan ten onrechte als VSV-er mee geteld. De deelnemer kan echter via Nova AKA wel de juiste bestemming vinden in de vorm van bijvoorbeeld een arbeidstoeleidingstraject In schooljaar 2009-2010 zijn er 2 examenmomenten geweest. Er zijn deelnemers gediplomeerd in januari 2010. Voor deze deelnemers was het onmogelijk om rechtstreeks door te stromen naar een vervolgopleiding in het MBO wegens het ontbreken van meerdere instroommomenten in het schooljaar. Deze jongeren moesten dus hun schoolloopbaan na diplomering bij AKA even onderbreken voordat ze met een vervolgopleiding kon beginnen. Vaak kunnen deze jongeren dan geen arbeidscontract krijgen en dan worden deze deelnemers als VSV-er meegeteld. De jongeren stromen een half jaar later alsnog in een vervolgopleiding in om een startkwalificatie te behalen. De laatste jaren zien we dat er steeds meer jongeren zijn die met financiële problemen te kampen hebben. Er zijn dan ook steeds meer 18+ers die aangeven de opleiding voortijdig te willen verlaten en te gaan werken. Uiteraard gaan we met de jongeren in gesprek en benadrukken het belang van het behalen van een startkwalificatie. Het is echter onmogelijk om 18+ers te verplichten hun inschrijving te handhaven. Alle deelnemers worden gemeld bij de kwalificatiemedewerkers van de desbetreffende gemeente. Indien een deelnemer niet meer op school verschijnt moet hij uitgeschreven worden.
2.2a
Opbrengst educatie
Opbrengst Educatie In de productovereenkomst met de gemeenten zijn prestatieafspraken gemaakt. Deze zijn hieronder weergegeven (westelijk deel van onze regio). I. De opdrachtnemer voldoet aan tenminste 80% van de door de opdrachtgever aangegeven (specifieke) gemeentelijke educatievraag. De VAVO-populatie bestaat vrijwel volledig uit voortijdig schoolverlaters die alsnog hun Mavo, Havo of Vwo diploma/ certificaten willen behalen. Voor zover er sprake is van een Havo of Vwo diploma wordt tevens de startkwalificaties behaald. De deelnemers SR/ BMF volgen alle cursussen gericht op het verbeteren van basisvaardigheden zoals lezen, schrijven, rekenen, Engels, sociale vaardigheden, eenvoudig computergebruik, knoppencursus en ouderbetrokkenheid etc. Vaak gaat het hierbij om mensen die bijvoorbeeld bij de WVS werken of willen werken. Herintredende vrouwen maken zeker deel uit van deze groep cursisten. Binnen de NT2-afdeling hebben we per definitie te maken met allochtonen deelnemers. Zij volgen een alfabetiseringstraject of een vervolgtraject na de inburgering. (staatsexamen NT2 I of II of niveauverhoging)
16
II. Educatie heeft de volgende uitstroomresultaten behaald: • • •
VAVO NT2 regulieren BE
97,6% 91,3 % 100%
(norm productovereenkomst 65%) (norm productovereenkomst 80%) (norm productovereenkomst 80%)
9,2% 10,4% 7,2%
(norm productovereenkomst < 20%) (norm productovereenkomst < 10%) (norm productovereenkomst < 20%)
III. Uitval • • •
VAVO BE NT2
Verklaring hoge uitval BE. In het kader van de aanval op de laaggeletterdheid hebben gemeenten besloten ook de eigen bijdrage en de boekenkosten te vergoeden. Hierdoor werden de cursussen BE volledig gratis. Onder deze omstandigheden zijn deelnemers geneigd, zonder goed na te denken over de consequenties van het volgen van een cursus, in te stappen. Zodra men tegen de consequenties aan loop, haakt men af. Ten behoeve van de gemeenten vindt er separaat een uitgebreide verantwoording over educatie plaats middels een tweetal jaarverslagen. Hierin wordt onder andere over de ontwikkelingen van het afgelopen schooljaar, de voorziene trens, de in- door en uitstroomgegevens van de deelnemers en het rendement gerapporteerd. 2.3
Programma
In de schooljaren 2009-2010 en 2010-2011 hebben er in verschillende onderwijsteams zelfevaluaties plaatsgevonden met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. De zelfevaluaties zijn gebaseerd op het Toezichtskader van de onderwijsinspectie en het INK-model dat binnen het ROC West-Brabant wordt gehanteerd. Hierop volgend zijn er gesprekken gevoerd met (vertegenwoordigers uit) de onderwijsteams. Bij het team NOVA-AKA in Breda heeft er in november 2010 een interne audit plaats gevonden gebaseerd op het brede Toezichtskader van de onderwijsinspectie. De conclusie uit het auditrapport: Het Kellebeek College Nova AKA en het AKA team Breda voldoen op één kwaliteitsaspect na, aan de eisen gesteld in het toezichtkader van de inspectie. Het criterium Veiligheid is onvoldoende omdat men niet in alle opzichten voldoet aan de eisen die gesteld worden aan het waarborgen van een veilige leeromgeving. De afdeling Nova AKA verzorgt onderwijs op maat aan kwetsbare groepen. De afdeling is 2,5 jaar geleden ontstaan door het samenvoegen van de afdelingen Traject en Pasvorm. Vanaf de fusie werkt men aan het synchroniseren van de werkprocessen en het verbeteren van de resultaten. Voor het team in Breda is dit een ingrijpend proces. De gesprekken in het kader van de functioneringscyclus kunnen dit proces in positieve zin ondersteunen. Het daadwerkelijk voeren van de gesprekken verdient meer prioriteit dan nu het geval is. Het kwaliteitsdenken is sterk ontwikkeld op het niveau van het college. Met het invoeren van resultaatverantwoordelijke teams wil het management de verantwoordelijkheid voor kwaliteit en voor de resultaten ook in de teams verankeren. Het team Nova AKA Breda zelf heeft de gehele zelfevaluatie ingevuld en onderling besproken. Dit is een belangrijke
17
stap in de ontwikkeling van het team naar een RVT. In de zelfevaluatie ontbreken echter de resultaten. Het beschikbaar stellen en gebruiken van stuurinformatie op het niveau van het team is een punt dat nog de nodige verbetering behoeft. De resultaten zijn het bewijs van de geleverde kwaliteit en afgezet tegen de prestatie-indicatoren zijn de behaalde resultaten het vertrekpunt van kwaliteitsverbetering. De motivatie om kwaliteit te leveren is hoog. Het team slaagt erin een bij de doelgroep passend programma te bieden. Men brengt de filosofie in praktijk dat iedere leerling begeleid wordt naar zijn of haar bestemming. Het team is enthousiast en heeft hart voor de deelnemers. De deelnemersbegeleiding is professioneel van opzet en wordt ondersteund door het digitale leerlingvolgsysteem EA-match. De deelnemers zijn positief over de begeleiding die ze krijgen en ook de bedrijven zijn positief over de samenwerking. In schooljaar 2009-2010 heeft er bij MBO Dienstverlening onder studenten een eigen onderzoek plaats gevonden. Doelstellingen van dit onderzoek: - Meer duidelijkheid krijgen over hoe onze studenten het competentiegerichte onderwijs binnen ons college ervaren; - Verbeterpunten formuleren en acties hierop plannen, zodat de kwaliteit van het onderwijs verbetert; - Studenten meer inspraak geven over hoe het onderwijs binnen het Kellebeek College inhoud wordt gegeven en georganiseerd. Verder heeft het Kellebeek College MBO deelgenomen aan de JOB-monitor, een landelijk tevredenheidsonderzoek onder MBO-studenten. De totale respons op dit onderzoek was 51% en daarmee zijn de resultaten betrouwbaar. Op het niveau van onderwijsteam was de respons bij drie teams onder het van tevoren bepaalde streefrespons (teams Apothekers- en Doktersassistent en team NOVA AKA Breda). De resultaten van de JOB-monitor zijn ondertussen in de meeste teams besproken en zullen gebruikt worden als input om de teamplannen voor het nieuwe schooljaar op te stellen. Hieronder een overzicht van de belangrijkste aandachtspunten, met in het rood de belangrijkste items die verbeterd dienen te worden. Op de rode items zijn Kellebeek breed verbeteracties in gang gezet. Overzicht aandachtspunten en verbeterpunten JOB-monitor 2010 2 3 4 5 8 13 14 18 19 20 36 37 46 47 48
Vraag/item Opbouw opleiding bekend voor start opleiding Afwisseling zelfstandig en in groepen werken Uitval onderwijsactiviteiten Roosterwijzigingen op tijd doorgegeven Gebruik gekocht lesmateriaal Studenten zelfde wijze beoordeeld Begeleiding bij studie Tevredenheid begeleiding zelfstandig werken Mogelijkheid rustig studeren op school Voldoende computers Theorie sluit aan bij praktijk (BOL) Tevredenheid begeleiding stage door school (BOL) Voldoende contact leerbedrijf en school (BBL) Voldoende leren op school Mogelijkheid zelf vakken te kiezen
18
KC 3,1 3,4 3,4 2,7 2,8 3,4 3,5 3,3 3,0 3,4 3,4 3,5 3,2 3,4 2,5
49 51 53 54 55 56 57 58 59 60 64 65 67 69 70 72 1
Vraag/item Hulp bij keuzes tijdens studie Tevredenheid begeleiding vervolgkeuze Rekening houden vanuit school met handicap Geïnformeerd over rechten en plichten School past regels consequent toe Tevredenheid omgang school met klachten Studentinspraak op school School hecht waarde aan mening student Wens zelf actief meedenken over beleid op school In en om schoolgebouw schoon Sfeer op school Organisatie leuke activiteiten buiten lestijd Bereikbaarheid medewerkers Opnieuw kiezen voor opleiding Opnieuw kiezen voor school Rapportcijfer school Bekendheid met geldende gedragsregels
KC 3,3 3,3 3,1 3,4 3,3 3,0 3,4 3,3 2,8 3,3 3,4 2,5 3,4 3,4 3,0 6,4 3,4
Verder zijn de belangrijkste resultaten van de bovengenoemde onderzoeken verwerkt in de beschrijving van de onderdelen van het programma.
Samenhang Op grond van de zelfevaluaties en resultaten van de JOB-monitor mogen we concluderen dat er sprake is van een aantoonbare afstemming van de onderwijsprogramma’s op de betreffend eindtermendocument of kwalificatiedossier. De (competentiegerichte of integrale) opdrachten, kernactiviteiten, beroepsprestaties en projecten zijn afgeleid van de werkprocessen met daaraan gekoppeld de competenties uit de kwalificatiedossiers. Bij een aantal opleidingen zal worden nagegaan in hoeverre de benodigde vakkennis voldoende is ingebed in het onderwijsprogramma en zal nader onderzocht worden hoe er meer variatie en uitdaging kan worden aangebracht. Voor de Kellebeek College MBO Dienstverlening wordt gewerkt vanuit een gezamenlijk onderwijsconcept voor de competentiegerichte opleidingen (zie hiervoor “didactisch handelen” in paragraaf leerproces). In schooljaar 2010-2011 is een start gemaakt met het bijstellen van het onderwijsconcept op basis van evaluaties. Bij de opleidingen Zorg en Welzijn wordt er in de competentiegerichte programma’s gewerkt met het sturingsmateriaal van Stichting Consortium Beroepsonderwijs. De leer- en burgerschapscompetenties zijn in alle opleidingsprogramma’s verwerkt. Ook in 2010 is er een projectleider burgerschap, taal & rekenen actief geweest om vanuit het opgestelde visiedocument van het Kellebeek College meer uniformiteit te creëren in hoe deze onderdelen in de onderwijsprogramma’s worden gepositioneerd en ingevuld. Hiervoor zijn concrete plannen van aanpak opgesteld. In de meeste gevallen is er sprake van inhoudelijke en didactische consistentie in het programma. Dit blijkt uit de verschillende onderwijsvormen die worden gebruikt binnen de opleidingsprogramma’s. Ook is er afstemming tussen het onderwijs in de instelling en dat in de beroepspraktijk. In 2010 is er voor het MBO gestart met een Expertiseteam BPV,
19
waarin domeinhouders BPV en portefeuillehouders BPV vanuit het management zitting hebben, ondersteund door de stafmedewerker Onderwijs & Innovatie. In dit expertiseteam zijn / worden (verbeter)acties in gang gezet m.b.t. de informatievoorziening naar de leerbedrijven / afstemming school - BPV. Zie verder paragraaf 2.5 Beroepspraktijkvorming Maatwerk Bij de interne audit bij het team NOVA-AKA is er een voldoende gescoord op maatwerk. Er wordt op verschillende manieren tegemoet gekomen aan de verschillende onderwijsbehoeften van deelnemers. Steeds meer opleidingen van het Kellebeek College kennen meer dan één instroommoment, maar dit is nog niet structureel het geval. Bij NOVA-AKA kunnen deelnemers op elk moment starten! In alle opleidingsprogramma’s zijn maatwerktrajecten voor deelnemers die vertraging hebben opgelopen in hun studievoortgang. Er moet nog verder worden gewerkt aan meer flexibilisering van het aanbod, waardoor er nog meer mogelijkheden ontstaan voor tempodifferentiatie. In 2010 heeft het project “Matchpoint” steeds meer vorm en inhoud gekregen. “Matchpoint” is bedoeld voor: • Opvang dreigend VSV MBO niveau 1 t/m 4 • Deelnemers vanuit de gemeente betreffende leerwerkbeleid 18 – 23 jaar en kwalificatieplicht 18 – 23 jaar (op basis van contract) • Deelnemers die een diploma hebben behaald, maar die niet aan werk kunnen komen Deelnemers worden voor korte tijd (12 weken) bij Matchpoint geplaatst. Door heroriëntatie op opleiding en beroep kan de deelnemer een betere keuze maken welke opleiding geschikt is voor de deelnemer. Na deze periode van oriëntatie gedurende 12 weken wordt bekeken of de deelnemer weer teruggeplaatst kan worden naar zijn oude opleiding of doorgeplaatst kan worden naar een gekozen opleiding. Wanneer een deelnemer er achter is gekomen wat hij wil, kan de deelnemer geplaatst worden in Matchpoint Plus. Hier kan de deelnemer een maatwerkgericht traject volgen. Dit kan enerzijds een leerwerktraject zijn met als doel uitstroom naar arbeid of een schakeltraject naar een andere opleiding. Aan het einde van het leerwerktraject wordt de deelnemer begeleid door een jobcoach, aan het einde van het schakeltraject wordt de deelnemer begeleid door een nazorgfunctionaris. Door een schakelprogramma tussen opleidingen te bieden, wordt de deelnemer beter voorbereid op een instroom in een opleiding binnen het ROC. Het creëren en realiseren van meerdere instroommomenten binnen opleidingen van het ROC is hierbij ontzettend belangrijk. Het is noodzakelijk dat er flexibele in en uitstroom binnen Matchpoint kan plaatsvinden. Programmatijd Bij de interne audit bij het team NOVA-AKA is er een voldoende gescoord op programmatijd. Verbeterpunt: bij lesuitval zoveel mogelijk compenseren. In de meeste opleidingsprogramma’s is er sprake is van doelmatige studiebelasting en een zorgvuldige programmering van de programmatijd en studielast. Daarbij zijn de
20
verschillende programmaonderdelen en de –periodes niet te zwaar (studeerbaar) en niet te licht (doelmatig). Veel studenten van MBO Dienstverlening hebben in het onderzoek aangegeven dat zij niet tevreden zijn over de organisatie van het onderwijs en de communicatie hierover (b.v. de communicatie bij roosterwijzigingen). Hierbij wordt aangegeven dat docenten vaak niet op één lijn zitten voor wat betreft afspraken en regels. De resultaten van de JOB-monitor hebben dit bevestigd. Op deze punten zijn in 2010 o.a. de volgende verbeteracties gestart: • Het opstellen van een notitie over studieloopbaanbeleid en studieloopbaanbegeleiding met als doel te komen tot een meer eenduidige invulling van de begeleiding. Hierbij wordt een profiel van een studieloopbaanbegeleider opgesteld. • Het inrichten van een informatiesite voor studenten en ouders, waarop alle relevante informatie is te vinden met de daarbij horende documenten.
Voorzieningen Ook in 2010 is er binnen het Kellebeek College veel gewerkt aan het optimaliseren van de voorzieningen ten behoeve van de uitvoering van het onderwijs. In het kader van het jaarplan hebben er vele verbeteringen plaatsgevonden (en worden nu nog steeds gecontinueerd) voor wat betreft de voorzieningen. De renovaties van de Zomergemstraat in Breda en de Hoogstraat 126 in Roosendaal zijn volledig afgerond. Locatie Hoogstraat 126 Alle metalen kozijnen zijn vervangen door kiep-/kantelramen. Dubbelglas in gecoat aluminium uitvoering, schilderwerk is afgewerkt en er is mechanische ventilatie in lokalen en werkruimten aangebracht. Locatie Rooseveltlaan De aankleding van het (hoofd)gebouw is opgepimpt, de lokalen zijn geschilderd, een gedeelte van het meubilair is aangepast. Voorgestelde aanpassing plafonds, verlichting en luchtbehandeling leerruimten wordt doorgeschoven naar 2011. Locatie Vervierstraat Alle metalen kozijnen van de lokalen zijn vervangen door aluminium profielen, dubbel glas, klepramen. Er is een luchtbehandelingsysteem aangebracht in alle lokalen en in een aantal werkruimten waar meerdere mensen hun werkplek hebben. Er is (elektrische) zonwering geplaatst aan de buitenzijde bij de lokalen. Verlichting en plafonds zijn gerenoveerd en de receptieopstelling is aangepast. Daarnaast heeft het pand Vervierstraat een lift gekregen. Locatie Zomergemstraat 4 Renovatie 2e fase bestaande uit aanpassen plafond en verlichting in kantine en gangen. Uitbreiding gebouw met ruimten voor locatieleiding, conciërge en spreekkamers. Inrichting en stoffering ruimten cursistenadministratie, docentenwerkkamer. Alle lokalen zijn voorzien van luchtbehandeling. Er is een liftvoorziening t.b.v. gehandicapten aangebracht. Aanpassing en uitbreiding van het gebouw is volledig afgerond. Locatie Beemd 10 Renovatie 2e fase bestaande uit verbouwing centrale gedeelte van het gebouw. Het gehele pand is inmiddels voorzien van aluminium kozijnen met dubbel glas en kiep/kantelramen. De kantine is volledig gerenoveerd. De leerkeuken volledig opnieuw
21
ingericht. Plafond en verlichting van deze ruimten zijn aangepast. De 3e fase ( zgn. zorgvleugel) zal in 2012 worden uitgevoerd. In het kader van het investeringsprogramma 2010 zijn op al onze locaties in totaal 17 Activ-boards geplaatst. Daarnaast zijn de grotere gebouwen toegerust met (bewakings-) cameratoezicht. 2.4 Leerproces Het Kellebeek College streeft er naar dat deelnemers een leerzame en leuke tijd hebben op school. In 2010 hebben er lunchgesprekken plaatsgevonden met studenten om met hen de resultaten van de JOB-monitor en het eigen uitgevoerde onderzoek te bespreken. Hiermee is verder gegaan met het realiseren van meer inspraak van studenten op de inhoud van de opleidingen. Samen met studenten zijn er verbeteracties opgesteld. Belangrijk aandachtspunt voor het college is dat de voortgang van de verbeteracties wordt bewaakt. Leertijd Bij alle opleidingen wordt een eigen presentieregistratie bijgehouden, maar de invoering van het pasjessysteem voor het gehele college is zeer moeizaam verlopen. In de praktijk is gebleken dat te weinig studenten hun aanwezigheid scannen. Er is hierop inmiddels actie ondernomen. In de BPV wordt gewerkt met af te tekenen urenregistratielijsten, die gecontroleerd worden door (studie)loopbaanbegeleiders en in geval van gestelde exameneisen stelt de subexamencommissie vast of een deelnemer voldoende BPV-uren heeft gemaakt om in aanmerking te komen voor de afronding van zijn/haar opleiding. Didactisch handelen Het onderwijs binnen het Kellebeek College is doorlopend in ontwikkeling. In het visiedocument “Visie op leren en onderwijs van het Kellebeek College” is een onderwijskundig kader beschreven. In dit kader staan een aantal duidelijke uitgangspunten die gehanteerd worden bij het ontwikkelen van de opleidingsprogramma’s. Deze visie wordt concreter uitgewerkt in een beschrijving van een onderwijsconcept. Voor de opleidingen van de Unit Dienstverlening en NOVA-AKA is er groeidocument ontwikkeld met een dergelijke beschrijving. Bij NOVA-VAVO is in schooljaar 2009-2010 een start gemaakt in het ontwikkelen van een onderwijsconcept, maar door m.n. het synchroniseren van de werkprocessen in de beide VAVO-teams is deze ontwikkeling gestagneerd. In 2011 zal er een “doorstart” plaatsvinden. De onderwijsconcepten kennen een zelfde structuur. In het onderwijsconcept worden de volgende aspecten van het onderwijs beschreven: - Visie op het (competentiegerichte) onderwijs - Pedagogische en didactische uitgangspunten - Begeleiding van de student - Leerklimaat en leeromgeving - Competentiegericht beoordelen / Examineren - Organisatie van het onderwijs en onderwijsrollen Er blijft in de komende jaren veel aandacht voor het verder ontwikkelen van onderwijsprogramma’s waarbij de gehanteerde werkvormen onderling samenhangend,
22
afwisselend en stimulerend zijn. Er zal meer gebruik gemaakt gaan worden van digitale leermiddelen en een elektronische leeromgeving. Het competentiegericht opleiden vraagt van docenten een andere rol, waarvoor verdere scholing noodzakelijk is. In de afgelopen schooljaren heeft er veel scholing plaats gevonden en er vindt nog steeds scholing plaats voor wat betreft de invulling van de nieuwe onderwijsrollen (studieloopbaanbegeleiding, assessor). Deelnemers van de opleidingen Allround Grimeur, Maatschappelijke Zorg, Onderwijsassistent en Apothekersassistent geven aan dat zij onvoldoende worden uitgedaagd om te leren. Op de vraag of docenten gevarieerd onderwijs bieden is de meerderheid van de deelnemers van de opleidingen positief, met uitzondering van de opleidingen Allround Grimeur, Onderwijsassistent en Apothekersassistent. Uit de zelfevaluaties komt naar voren dat er bij het aanbieden van werkvormen nog meer aandacht wenselijk is voor de leerstijlen van de deelnemers. Nader onderzoek heeft inmiddels plaats gevonden en verbeteracties zijn opgesteld. Begeleiding Naar aanleiding van de uitgevoerde onderzoeken onder studenten is er m.b.t. de begeleiding een discussienotitie studieloopbaanbeleid en studieloopbaanbegeleiding opgesteld. Ook is er een profiel opgesteld voor de studieloopbaanbegeleider in het MBO. Beroepspraktijkvorming Zoals al aangegeven is er in 2009 in ROC West-Brabant een tevredenheidsonderzoek uitgevoerd bij de leerbedrijven van de MBO-opleidingen. De resultaten van dit onderzoek laten voor het Kellebeek College een positief beeld zien over de samenwerking met de leerbedrijven. Positieve waardering kregen vooral de aspecten samenwerking, planning en opstart, randvoorwaarden, inhoud van de stageopdrachten, beoordelen in de beroepspraktijkvorming, wetgeving en administratieve processen. Voor wat betreft de informatievoorziening over onderwijsvernieuwingen en verwachtingen van de praktijkopleider, de helderheid van de stageopdrachten zijn er verbeteringen mogelijk. Onder MBO-studenten wordt er voor bij alle betrokken opleidingen een positieve waardering gegeven aan de volgende stellingen: - Het onderwijs is vooral gericht op de competenties die ik nodig heb in het beroep. - Het onderwijs van het Kellebeek College is echt praktijkgericht Op de stelling “De stages sluiten goed aan op wat ik op school leer” geven alleen de deelnemers van de Allround Grimeur en Tandartsassistent een onvoldoende oordeel. Tenslotte geven de deelnemers een voldoende voor de stelling “Ik vind dat er een goede balans is tussen theorie en praktijk” met uitzondering van de studenten van de opleidingen Allround Grimeur, Verzorgende-IG en Apothekersassistent. In 2010 zijn deze punten nader onderzocht door in gesprek te gaan met groepen studenten van de betrokken opleidingen en zijn er verbeteracties opgesteld.
Internationalisering Studentenmobiliteit Studenten binnen Unit Dienstverlening worden geïnformeerd over de mogelijkheid tot stage in het buitenland in informatiebijeenkomsten, die twee keer per jaar georganiseerd worden. Tijdens deze avonden krijgen studenten en hun ouders/verzorgers informatie
23
over algemene zaken met betrekking tot stage in het buitenland. Er worden presentaties getoond en ervaringen verteld door studenten die al naar het buitenland geweest zijn. Deze informatiebijeenkomsten zijn goed bezocht, gemiddeld 30 studenten per bijeenkomst. De mobiliteit van de studenten binnen Unit Dienstverlening is in 2010 voorzichtig toegenomen. Het aantal studenten dat gekozen heeft voor een stage in het buitenland, met een verblijf van 3 weken of meer, is gegroeid van 35 in 2009 naar 42 studenten in 2010. De meest favoriete bestemmingen voor studenten zijn Spanje en Kenia. Daarna volgt Finland. Vanuit de opleidingen van Welzijn zijn de meeste studenten op een internationale stage geweest, waarbij de studenten vanuit de zorgopleidingen het minst hebben gekozen voor een stage in het buitenland. De studenten geven aan dat zij met het werken en verblijven in het buitenland vooral hebben geleerd om voor zichzelf te zorgen, voor zichzelf op te komen en om te kunnen werken in een andere omgeving met andere middelen. Docentenmobiliteit De mogelijkheid voor docentenmobiliteit is afhankelijk van subsidie, binnen Europa de Leonardo da Vinci subsidie, buiten Europa gaat het om subsidie die verstrekt wordt per project. In 2010 had het Kenia project subsidie vanuit het ministerie van Economische zaken en zodoende konden meerdere docenten kennis maken met Kenia. Bezochte landen en aantal docenten: - Finland 3 - Frankrijk 2 - Kenia 5 - USA 1 Van de mogelijkheid om als buitenlandse student via het Kellebeek College stage te lopen in Nederland, wordt maar mondjesmaat gebruik gemaakt. Er zijn twee Finse studenten voor een stage in Nederland geweest. Verder kregen wij bezoek van een docent uit de USA en een docent uit Schotland. Team internationalisering Kellebeek College Dienstverlening kent het team internationalisering, waarin vanuit ieder opleidingscluster twee docenten deelnemen. Deze docenten hebben als taak de studenten te informeren over stagemogelijkheden in het buitenland en ze te begeleiden voor, tijdens en na de stage in het buitenland. De coördinator internationalisering is de voorzitter van dit team. Drie keer per jaar komt dit team bijeen om ervaring met betrekking tot de begeleiding uit te wisselen, procedures te bespreken en samen internationalisering binnen Dienstverlening een plaats te geven. Coördinator internationalisering De coördinator internationalisering richt zich op internationalisering in de brede zin van het woord. Het gaat hierbij niet alleen om stages in het buitenland. Onder andere de samenwerking met andere colleges of ROC’s iin het binnen en het buitenland geeft nieuwe informatie over de aanpak van internationalisering. Hieruit ontstaan nieuwe projecten, of, een Kellebeek College dienstverlening, brede aanpak. Daarbij is het creëren van het draagvlak voor internationalisering bij collega’s een van de speerpunten. Het
24
informeren wat er mogelijk is en wat er gebeurd binnen internationalisering gebeurd dmv berichten op de portal of presentaties binnen de teams. Kenia-project Het Kenia project kent sinds 2010 een officiële samenwerking met Avans Hogeschool, afdeling verpleegkunde en fysiotherapie. Studenten vanuit Avans kunnen gebruik maken van stageplaatsen die het Kenia-project kent. Er zijn 4 studenten fysiotherapie naar Kenia geweest, voor de duur van 3 maanden. De samenwerking met de Kellebeek studenten die er op dat moment ook waren, is als goed ervaren. Er is een samenwerkingsovereenkomst getekend met het Da Vinci College afdeling Welzijn. Eind december zijn de eerste studenten van Da Vinci College meegegaan met de groep vanuit het Kellebeek College. De samenwerking tussen beide scholen verloopt goed en geeft een meerwaarde aan het Kenia-project, omdat studenten leren hoe andere scholen zaken aanpakken en uitvoeren. Samenwerking andere colleges of ROC’s: Het Kellebeek werkt ten aanzien van internationalisering nauw samen met: - het Vitalis College te Breda - het Da Vinci College, afdeling Welzijn te Dordrecht - Avans Hogeschool Verpleegkunde en fysiotherapie te Breda - Koning Willem 1 College te ‘s Hertogenbosch - Helsinki City College of Social and Health Care te Helsinki, Finland Plan van aanpak 2010 Binnen het plan van aanpak internationalisering is in 2010 gerealiseerd: - samenwerking internationalisering Dienstverlening breed blijft - samenwerking met andere ROC’s blijft in stand - aantal studenten dat gebruik heeft gemaakt van stage in het buitenland, is gegroeid - binnen de onderwijsteams is meer aandacht voor internationalisering Blijvend aandacht voor: - het vergroten van de studentenmobiliteit; - het vergroten van del docentenmobiliteit; - het verhogen van het aantal inkomende studenten; - het verhogen van het aantal inkomende docenten; - het opzetten van Europese projecten.
2.5 Trajectbegeleiding Het Kellebeek College vindt het heel belangrijk dat haar deelnemers zorgvuldig worden begeleid in hun schoolloopbaan. Zoals gezegd is de rol van de studieloopbaanbegeleider in de onderwijsteams MBO besproken en is er inventarisatie gemaakt van het aantal uren die besteed wordt binnen de verschillende MBO-opleidingen van het college. De resultaten zullen er in 2011 toe leiden dat er meer duidelijkheid zal zijn over de invulling van de rol van de SLB’er.
25
Intake De intake in stappen: Stap 1 Aanmelding en het maken van de intaketest Na aanmelding bij het Kellebeek College ontvangt de kandidaat-student een bevestiging van ontvangst en kort daarna een uitnodiging voor het maken van de AMN-intaketest. Deze intaketest wordt in groepen afgenomen. Korte tijd na afname van de intaketest, ontvangt de kandidaat-student een uitnodiging voor een individueel intakegesprek van ongeveer 15 minuten. Stap 2 Een individueel intakegesprek Intakers van het Kellebeek College bereiden zich voor op het intakegesprek door het doorstroomdossier en de resultaten van de AMN-intaketest van de kandidaat-student te bestuderen. In het gesprek komen o.a. aan de orde: - Persoonlijke kennismaking - Motivatie en achtergrond van de keuze voor de opleiding - Opleidingbeeld en beroepsbeeld - De resultaten van de intaketest - Eventuele bijzonderheden Stap 3 Het intakeadvies Op grond van het doorstroomdossier, de resultaten van de intaketest en de bevindingen tijdens het intakegesprek wordt er door de intaker een intakeadvies geformuleerd. In de meeste gevallen zal er sprake zijn van een positief intakeadvies en zal de kandidaat-student uitgenodigd worden voor de informatiebijeenkomst waarbij ook de onderwijsovereenkomst ondertekend wordt. In het geval van gerede twijfel over de juiste opleidingskeuze of een negatief intakeadvies, zal de kandidaat-student uitgenodigd worden voor een vervolggesprek, waarin een duidelijke toelichting/uitleg gegeven zal worden over de twijfels over de juiste opleidingskeuze of de reden van het negatieve advies. Bovendien zal er met de kandidaat-student worden gesproken over andere (opleidings)mogelijkheden en/of zal er worden doorverwezen. In deze gevallen zal er terugkoppeling plaatsvinden met de toeleverende school. De implementatie van de intakeprocedure heeft plaats gevonden in het voorjaar 2010 en is in het najaar 2010 met betrokkenen geëvalueerd. Uit deze evaluatie zijn met name verbeterpunten gekomen m.b.t. de organisatie van de intakeprocedure. Verder is de twijfel uitgesproken over het gebruik van de AMN-intaketest bij de deelnemers van de AKAopleiding en andere niveau 1 opleidingen. Er is afgesproken om de intaketest in schooljaar 2010-2011 nog wel bij alle potentiële MBO-studenten af te nemen.
Studieloopbaanbegeleiding Wanneer de leerling de MBO-opleiding start komt hij onder de hoede van een (studie)loopbaanbegeleider (SLB-er), waarmee hij samen een persoonlijk ontwikkelingsplan opstelt en de planning van zijn opleiding maakt. De SLB-er begeleidt het leerproces in het primaire proces en lost samen met de student de kleinere problemen op vanuit de coachende rol. De SLB-er ondersteunt de student, zeker in het begin van de opleiding, bij het leren in het competentiegerichte onderwijs, zoals het overzien van zijn taak, plannen van zijn werkzaamheden, samenwerken met medestudenten en tenslotte evalueren en reflecteren.
26
Wanneer de problemen van de leerling niet langer binnen het primaire proces kunnen worden opgelost, kan dit worden aangemeld bij de leerlingbegeleider van het Bureau LeerlingenZorg. Er is in 2010 gewerkt aan een betere afstemming en aan een duidelijkere terugkoppeling vanuit het Bureau LeerlingenZorg. De leerlingbegeleider onderzoekt de begeleidingsbehoefte en gaat met de deelnemer aan de slag, ofwel in een aantal individuele gesprekken ofwel in groepsverband, zoals bij trainingen sociale vaardigheden of faalangstreductie. Op verzuim wordt nauwlettend toegezien. De registratie ervan biedt inzicht en mogelijkheid tot aanpak en er zijn goede contacten met de leerplichtambtenaren. Bij dreigende schooluitval wordt er door de leerlingbegeleider samen met de leerling naar een vervolgmogelijkheid gezocht. Dit kan zijn een andere opleiding binnen ROC WestBrabant, waarbij de doorstroom gedurende het schooljaar nog niet optimaal verloopt. Daarnaast is er de mogelijkheid van doorverwijzing naar NOVA, waar een AKA opleiding tot de mogelijkheden behoort. Zorg deelnemers specifieke behoeften In het primaire proces geven de docenten en studieloopbaanbegeleiders zoveel mogelijk begeleiding op het leerproces van de student. Daarnaast is voor veel studenten echter een steuntje in de rug nodig. Hiervoor werd, naar aanleiding van de zorgnotitie 20082010, de zorgstructuur van Kellebeek College in 2010 verder vormgegeven. Het Bureau LeerlingenZorg (2delijns begeleiding) werd dit jaar ingevuld met 8,8 fte aan formatie aan specifieke deskundigheid, verdeeld over de volgende taken: - Leerlingbegeleiders. Deze zijn werkzaam binnen elke afdeling en begeleiden de student, die ondersteuning nodig heeft bij het leren (planning, studievaardigheden), gedragsproblemen (assertiviteit, sociale en communicatieve vaardigheden). Zij onderhouden de communicatie rondom zorg binnen de afdeling, met studieloopbaanbegeleiders, sterrolhouders, domeinhouders en adviseren desgewenst docenten met betrekking tot de aanpak in de groep; - Orthopedagogische ondersteuning/ontwikkelingspsycholoog. Deze doet onderzoek met betrekking tot leer- gedragsproblemen of op het terrein van capaciteiten, niveaubepaling, intelligentie, sociaal-emotioneel gedrag, concentratie enz. Via rapportage en handelingsplannen adviseert deze aan docenten of vraagt extra middelen aan voor intensievere begeleiding; - Schoolmaatschappelijk werk wordt ingezet, wanneer de student complexere problemen tegenkomt, waar veelal ook de thuisomgeving of vriendenkring bij betrokken is. De SMW begeleidt de student, verwijst student of gezin door naar hulpverlening en geeft ondersteuning en advies aan docenten met betrekking tot de aanpak van de student op school, individueel of in de groep; - Bestemmingscoördinator begeleidt de studenten die complexe keuzeproblemen hebben en maakt de weg vrij voor een betere tussentijdse doorstroom naar andere opleidingen in het ROC West- Brabant; - De LGF coördinator (Leerling Gebonden Financiering) zorgt voor de aanvraag en begeleiding van studenten die op basis van een LGF indicatie extra hulp nodig hebben tijdens hun opleiding in het Kellebeek College; - Nazorg/transfercoach begeleidt studenten, die extra begeleiding nodig hebben in hun overgang naar een vervolgopleiding of tijdens de eerste periode in de vervolgopleiding; - Zorgcoördinator is verantwoordelijk voor het opzetten en versterken van de zorgstructuur in het Kellebeek College en zorgt voor de inhoudelijke aansturing van medewerkers Bureau LeerlingenZorg.
27
Naast deze interne begeleiding in de 2de lijn is het mogelijk om ondersteuning of begeleiding te betrekken van: - Servicecentrum voor Studie en Beroep, dat ROC breed actief is voor diagnose, beroepskeuze en het volgen van trainingen; - Het Steunpunt GGZ, dat binnen de school functioneert en waar studenten met psychische of psychiatrische problemen de mogelijkheid hebben om via een korte gesprekscyclus tot een oplossing te komen of om op een laagdrempelige wijze in behandeling te komen bij GGZWNB. Vervolgens zijn er korte lijnen naar de 3de lijns begeleiding bij externe hulpverlenende instanties. Het team van Bureau LeerlingenZorg heeft structureel overleg gevoerd, heeft gewerkt aan eigen professionaliteit door opleiding, training, studiedagen en workshops. Daarnaast is sinds dit schooljaar intervisie ingevoerd. Op basis van competentieprofielen voor alle medewerkers van Bureau LeerlingenZorg zijn ontwikkelingsgesprekken gevoerd ter ondersteuning en ontwikkeling van personeel. Om het aanbod van Bureau LeerlingenZorg goed onder de aandacht te brengen in de organisatie, zodat er optimaal gebruik kan worden gemaakt is het volledige aanbod van ondersteuning en begeleiding beschreven in de “Begeleidingswijzer”, Zo zijn alle docenten en studieloopbaanbegeleiders op de hoogte van wat zij van Bureau LeerlingenZorg kunnen verwachten. In alle onderwijsteams is deze “Begeleidingswijzer” mondeling toegelicht. Naast het interne overleg van Bureau LeerlingenZorg participeert de zorgcoördinator ook in het zorgcoördinatoren overleg ROC breed om de afstemming met andere colleges van ROC West-Brabant vorm te geven. Ook in overleg met de gemeenten wordt meegedacht over het aandeel van MBO in de zorgstructuur, zoals deze wordt beschreven in de Lokaal Educatieve Agenda. Samenwerking met ketenpartners Met hulpverlenende instanties is een samenwerking opgebouwd, waardoor de doorverwijzing snel kan plaatsvinden. Er zijn korte lijnen naar de leerplichtambtenaren, Bureau Jeugdzorg, Het Veiligheidshuis, de politie, Novadic Kentron, GGZ, Maatschappelijk Werk en de gemeente (loopbaan 23). In Bergen op Zoom/Roosendaal is een Zorg Advies Team (ZAT) actief, in Breda zijn voorbereidingen hiertoe gaande. In samenwerking met GGZ WNB zijn gastlessen voor studenten in het MBO verzorgd, o.a. over dwangstoornissen en over autisme. Tevens is samen met GGZWNB het project “Ben jij Gek!?” (een initiatief van het Landelijk Fonds Psychische Gezondheid om psychische problemen uit de taboesfeer te halen) uitgevoerd verschillende afdelingen van het MBO. Zorgdossier Omdat het huidige onderwijs meer samenwerking vraagt rondom de student door medewerkers in de 1ste en 2de lijn is een digitaal zorgdossier onontbeerlijk. In het afgelopen jaar zijn daarom voorbereidingen getroffen voor het ontwikkelen van een digitaal zorgdossier in Edictis. We verwachten dat dit in 2011 operationeel is. Schoolmaatschappelijk werk In de afdeling NOVA-AKA van het Kellebeek College is schoolmaatschappelijk werk reeds jaren ingeburgerd. Voor de overige afdelingen van Kellebeek College was dit echter nieuw. Dit schooljaar is dan ook veel tijd geïnvesteerd in het bekend maken van de
28
mogelijkheden van schoolmaatschappelijk werk. Personeel en studenten zijn geïnformeerd en er is een spreekuur ingesteld. Intern is er gewerkt aan de afstemming van diverse taken tussen leerlingbegeleiders en schoolmaatschappelijk werkers en de doorverwijzing. Nieuwe speerpunten Naar aanleiding van de bevindingen van het afgelopen jaar zijn de volgende speerpunten uitgangspunt voor 2011: 1. Bekendheid van Bureau LeerlingenZorg verder vergroten, door professioneel werk af te leveren door de medewerkers en door het aanbod van Bureau LeerlingenZorg expliciet in de teams onder de aandacht te brengen. 2. Aanbieden van scholing aan medewerkers in het primair proces om de handelingsbekwaamheid met betrekking tot deelnemers met gedragsproblemen te versterken: herkennen en erkennen van de problematiek, werkvormen aanleren om ermee om te gaan, leren signaleren en doorverwijzen. 3. Verbeteren van de interne structuur, met name de doorverwijzing tussen leerlingbegeleiding en schoolmaatschappelijk werk, ortho, bestemmingscoördinatie 4. Stroomlijnen van het gebruik van bestemmingscoördinatie gedurende het leerproces en minder achteraf. Standaardiseren van de uitstroomprocedure in samenwerking met Onderwijs en Innovatie en het vormgeven van alumnibeleid. 5. Beschrijven van beleidsuitgangspunten voor zorg en begeleiding in het Kellebeek College in een vervolg zorgplan. Uitgebreide informatie en onderbouwing door cijfermateriaal met betrekking tot specifieke begeleiding van studenten is beschikbaar in het jaarverslag 2009- 2010 van Bureau LeerlingenZorg. 2.6
Omgang en veiligheid
Bejegening en veiligheid In 2010 is er door de arbo-commissie van het Kellebeek College een concept arbobeleidsplan ter vaststelling voorgelegd. In 2010 wordt al gewerkt volgens de plannen die daarin zijn opgenomen. In dit beleidsplan zijn ook een aantal zaken met betrekking tot Omgang en veiligheid opgenomen. De directie van het Kellebeek College streeft naar optimale arbeidsomstandigheden voor haar personeel en studenten. Het arbobeleid is gericht op waarborging van de veiligheid en gezondheid van medewerkers en studenten en op het voorkomen of beheersen van psychosociale arbeidsbelasting. (seksuele intimidatie, agressie, geweld, pesten en werkdruk) De thema’s die binnen de BVE en VO onderwijs als extra risicovol worden gezien krijgen binnen het Kellebeek College ook extra aandacht. Die thema’s zijn: agressie & geweld, werkdruk, psychische en fysieke belasting. Daartoe is beleid vastgesteld op zowel (centraal) ROC West-Brabant als op (decentraal) Kellebeek College niveau. Dat beleid is vastgelegd of uitgewerkt in: • Schoolveiligheidsplannen
29
• • • • •
Deelnemersstatuut Klachtenregeling Notitie vertrouwenspersonen Verzuimbeleid- en begeleiding Bedrijfshulpverleningsorganisatie
De bedrijfshulpverlening binnen het Kellebeek College is zodanig georganiseerd dat voor alle locaties voldoende BHV-ers/EHBO-ers zijn opgeleid en aangewezen. In een aantal grotere locaties is ook een AED aanwezig. Door middel van scholing en bijscholing wordt de kennis actueel en op peil gehouden. Er zijn bij het Kellebeek College drie vertrouwenspersonen aangesteld waar de studenten/deelnemers en desgewenst ook de medewerkers terecht kunnen. Voor medewerkers is het ook mogelijk om een externe vertrouwenspersoon te raadplegen. Aantal geregistreerde incidenten, klacht en afhandeling In 2010 zijn er binnen het Kellebeek College 19 incidenten geregistreerd zoals beschreven in de MBO-incidentenmonitor. van bekend van vandalisme, eenmaal heeft zich een calamiteit voorgedaan. Daarnaast was er vijftien keer sprake van “gezondheid” gerelateerde incidenten (o.a. onwel worden van een student). Geregistreerde incidenten in 2010
Soort incident of situatie
Aantal
Vechtpartij, mishandeling Handel in gestolen en/of illegale spullen EHBO Ongeval met licht letsel Uitschelden/beledigen Bedreiging betrokkene, bedreiging familie, intimidatie Diefstal Verkeersongeval Vechtpartij, mishandeling Bijna ongeval Ontruiming Overig
1 2 4 1 2 2 1 1 1 1 1 3
Bijzonderheden
Leerling > docent Oud VC stagiaire > leerling
Vanwege rookalarm liftschacht
Ook dit jaar zijn de meeste incidenten nog niet formeel geregistreerd. De ingebruikname van de Arbo-monitor van de Mbo-raad is helaas vertraagd. Inmiddels is de techniek en toegang gerealiseerd en is de werkwijze geïmplementeerd. Op een groot aantal locaties liggen inmiddels de formulieren die ingevuld kunnen worden om een incident, calamiteit en/of ongeluk te melden en de eerste schriftelijke meldingen zijn ontvangen. In de loop van 2011 hebben de BHV-coördinatoren op de locaties digitaal toegang gekregen tot de MBO-incidentenmonitor zodat de incidenten digitaal kunnen worden geregistreerd. 2.7 Systematische kwaliteitszorg Een van de speerpunten van beleid, kwaliteitszorgstructuur optimaliseren, is voortgezet in 2010. De acties gericht op de kwaliteitszorg in het algemeen zijn in het jaarplan onder dit speerpunt verzameld. Naast het borgen van de kwaliteit van examinering is er veel gewerkt aan een goede planning & controlcyclus. Denk hierbij aan het verder
30
implementeren van het INK managementmodel en de PDCA-cyclus, het ontwikkelen van managementinformatie (zowel op operationeel als strategisch niveau) en de implementatie van onze strategische prestatie-indicatoren. In het schooljaar is er gestart met het opstellen van zelfevaluaties binnen de onderwijsteams m.b.t. de kwaliteit van het onderwijs met behulp van een digitaal instrument (YUCAN) Kwaliteitszorg Binnen het Kellebeek College is de kwaliteitszorg als volgt belegd bij de verschillende diensten, waarbij per dienst de aandachtsgebieden worden aangegeven. • Audit & Control: integratie van beleid, planning & control, processen en procedures, verantwoording, risicomanagement • Onderwijs & Innovatie: primair proces, beleid, evaluaties, audits, verantwoording, examinering • Arbo-cie: gezondheid, welzijn, sociale en fysieke veiligheid Vanuit de planning & controlcyclus is de basis gelegd voor de systematische kwaliteitszorg door in de afgelopen jaren de onderwijsteams steeds meer te betrekken bij het strategisch beleid en de jaarplannen. Waar voorheen het management het jaarplan bedacht en aan het primair proces oplegde is in 2010 sprake van een grote input vanuit de onderwijsteams. De jaarplannen worden bewaakt aan de hand van de PDCA cyclus van Deming. In onderstaand overzicht worden de stappen zichtbaar die hiervoor in de afgelopen jaren zijn gezet. Elk team heeft in een eigen bijeenkomst nagedacht over de wenselijke en noodzakelijke acties binnen de kaders van het strategisch beleid aan de hand van twee instrumenten, een SWOT analyse (sterktes,zwaktes, kansen en bedreigingen) en een teamscan (ontwikkelgebieden voor het resultaat verantwoordelijk team). De uitkomsten van deze teamsessies hebben als basis gediend voor het nieuwe jaarplan en voor de eerste teamplannen.
Management
Management
Management
Management
Speerpunten
Speerpunten
Speerpunten
Acties
Acties
TEAMPLAN
JAARPLAN
Afdelingen
JAARPLAN
Afdelingen
DEELPLAN
DEELPLAN
Afdelingen
Teams
31
SWOT teamscan
Interne audits Het ROC West-Brabant zet audits in als instrument voor het beoordelen van producten en processen. In 2010 hebben er binnen het Kellebeek College twee interne audit plaats gevonden. Eén audit op basis van het Toezichtskader BVE bij het team NOVA-AKA in Breda. De resultaten van deze audit zijn reeds beschreven in paragraaf 2.3. De andere audit is uitgevoerd op de examenproducten en processen bij de opleidingen Schoonheidsverzorging en Verzorgende IG. De resultaten van deze audit staan beschreven in paragraaf 2.8 over examinering. Verder is er binnen het Kellebeek College door gegaan met het opstellen van zelfevaluaties op het niveau van de onderwijsteams. De teams zijn hierbij ondersteund door de stafmedewerker Onderwijs & Innovatie, die als zelfevaluatieleider is opgetreden. In het schooljaar 2010-2011 hebben de volgende teams een zelfevaluatie en een verbeterplan opgesteld: Team NOVA-AKA Breda Team ISK Bergen op Zoom Team VAVO Breda Team VAVO Roosendaal Beoordeling Op het niveau van ROC West-Brabant wordt een driejaarlijkse cyclus van tevredenheidsonderzoeken gehanteerd, waarbij het Kellebeek College aansluit. Daarnaast heeft de uitwerking van het strategisch beleidsplan voor de periode 2008-2012 geleid tot het definiëren van een aantal prestatie-indicatoren waarmee onder andere de oordelen van de verschillende stakeholders op de verschillende speerpunten van beleid worden gemeten. In de operationalisering en implementatie van deze prestatieindicatoren is in 2010 veel energie en tijd geïnvesteerd. Inmiddels zijn de eerste indicatoren ‘live’ gegaan. 2.8
Examinering
Examenorganisatie In 2010 heeft het Expertiseteam Examinering MBO van het Kellebeek College verder gestalte gegeven aan de inrichting van de examenorganisatie, in overeenstemming met de reorganisatie in resultaatverantwoordelijke teams. - In september 2010 is gestart met een nieuwe clustering van opleidingen in de subexamencommissies. Het betreft niet langer een clustering op basis van branche of afdeling, maar op basis van niveau. Zo vertegenwoordigt Subexamencommissie A alle MBO-opleidingen op niveau-4. Verder is ook de samenstelling van de commissies aangepast; de sterrolhouders examinering zijn toegevoegd. Dit heeft als voordeel dat het hele reilen en zeilen rond examinering dieper doordringt tot de werkvloer en omgekeerd weet het management beter en sneller wat er leeft. - Verder is in september 2010 de vaststellingscommissie Kellebeekbreed voor alle MBO-opleidingen van start gegaan. De vaststellingscommissie bestaat uit geselecteerde docenten die veelal ook als interne auditor optreden (of opgeleid worden). Streven is om alle kwalificerende examens de vaststellingscommissie te laten passeren alvorens het examen af te nemen. De vaststellingscommissie opereert in opdracht van de beide examencommissies en wordt ondersteund door het examenbureau. Het examenbureau legt een archief van moederexamens aan; digitale
32
-
-
archivering op de portal zal in 2011 verder ingericht worden. Rondom deze commissie is een notitie voorhanden. Vanaf 1 jan 2011 zal er ook een vrijstellingscommissie van start gaan. Ook deze commissie zal door het examenbureau ondersteund worden. De notitie voor deze commissie is in 2010 voorbereid en goedgekeurd door de beide examencommissies Kellebeek en NOVA. In 2010 is het project examenbureau afgerond. Vanaf 1 jan 2011 zal er één examenbureau zijn onder leiding van een coördinator; NOVA houdt vooralsnog haar eigen examenbureau. In 2010 is begonnen om de examenprogramma’s van alle opleidingen en alle cohorten samen te vatten in zogenaamde examenkaarten. Deze examenkaarten vormen de basis voor de examendossiers van de studenten, die uiteindelijk moeten leiden tot diplomering. Er zijn met de teams afspraken gemaakt over het tijdig en volledig aanleveren van onderliggende examendocumenten. De archiefruimte van het examenbureau is opgeruimd en opnieuw ingericht. Naast de geplande diplomeringen zijn er maandelijkse tussentijdse diplomeringen uitgevoerd, zodat elke student de aandacht krijgt die hij verdient. De organisatie van de uitreikingen is aangepast, waarbij een duidelijke taakverdeling is gemaakt voor met name het examenbureau en de sterrolhouders examinering. Daarnaast zijn de werkzaamheden tussen examenbureau en deelnemersadministratie verder afgestemd.
Zelfevaluatie Binnen het Kellebeek College wordt in het MBO gewerkt met een kwaliteitscyclus examinering. Hierbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: - Hanteren van een meerjarencyclus, waarbij evaluaties en verbeteracties plaatsvinden rondom de standaarden van de Inspectie; - In de cyclus wordt de PLAN-DO-CHECK-ACT methodiek gebruikt; - Het is duidelijk welke actoren er zijn met welke taken en verantwoordelijkheden; - Er is een grote mate van transparantie zowel voor de interne organisatie als voor de externe betrokkenen; - De zelfevaluatie-cyclus leidt tot een zichtbare kwaliteitsverbetering. In het overzicht is te zien welke standaarden bij welke actoren onderwerp zijn van evaluatie en wanneer. Iedere standaard is bij minimaal twee groepen actoren onderwerp van evaluatie. Elke groep actoren evalueert minimaal één keer per drie jaar. Het proces van evaluatie verloopt als volgt. - Voor elke groep actoren worden verschillende evaluatie-instrumenten ingezet. De basis van deze evaluatie is een vragenlijst gebaseerd op de aangegeven standaarden. - Naar aanleiding van de ingevulde vragenlijsten (ROC-spiegel) kunnen ter verduidelijking / aanvulling gesprekken/interviews plaatsvinden met betrokken actoren. - Na elke evaluatie worden de bevindingen vastgelegd in een rapportage, die besproken wordt in de subexamencommissies. - De subexamencommissies formuleren naar aanleiding van de rapportage verbeteracties, die worden voorgelegd aan de examencommissie. - De examencommissie stelt de verbeteracties vast en stelt vast wanneer de resultaten van de verbeteracties besproken dienen te worden.
33
Overzicht kwaliteitscyclus examinering Kellebeek College 2009-2011
x
x
x x x x x x x x x x
x x x x x
x x x x x x x x x x
x x x x x
x x x x x x x x x x
9
9
x
9 9
9 9
9 9
x x
Interne audits examinering In 2010 hebben twee interne audits plaatsgevonden, waarvan één op de (competentiegerichte) examinering. Onderzochte opleidingen: Schoonheidsverzorging, crebonummer 91190, cohort 2008 Verzorgende IG, crebonummer 94830, cohort 2008
5 Transparantie processen
6 Borging processen
V
V
V
V
Verzorgende-IG
V
V
V
V
V
eisen
4 Instrumenten: toetstechnische
V
Instrumenten: uitstroomeisen
Schoonheidsspecialist
2 Deskundigheid betrokkenen
3
Beide opleidingen hebben op de standaarden 2, 3, 4, 5 en 6 van de onderwijsinspectie een positieve beoordeling gehad door de auditcommissie. Hieronder worden de conclusies geciteerd uit het auditrapport.
Standaard
Sept - Dec
Mei - Aug
9
De evaluatie van de examenproducten vindt elk jaar plaats (steekproefsgewijs) bij studenten, interne en externe assessoren! Uitvoering van de evaluatie bij de aangegeven actoren ROC-breed onderzoek
34
Jan - Apr
x
x Bij standaard 3 en 4 kunnen verschillende evaluatie-instrumenten gebruikt worden voor de product- en procesevaluatie 9
Sept - Dec
Mei - Aug
Jan - Apr
Sept - Dec
Mei - Aug
Jan - Apr
Standaard 7 De insteling voldoet aan de wettelijk vereisten
Standaard 6 De examenkwaliteit is voldoende geborgd
Standaard 5 De examenprocessen van afname, beoordeling en diplomering zijn deugdelijk
Standaard 3 Het exameninstrumentarium voldoet inhoudelijk aan de uitstroomeisen Standaard 4 Het exameninstrumentarium voldoet aan toetstechnische kwaliteitseisen
Standaard 2 De deskundigheid van betrokkenen is geborgd
Actoren 1 Studenten 2 Beroepenveld 3 Constructeurs en vaststellers 4 Interne assessoren 5 Externe assessoren (ber.veld) 6 Surveillanten 7 Docenten / SLB-ers 8 Administratieve ondersteuning 9 (Sub)examencommissie 10 Examenbureau
Standaard 1 Het beroepenveld heeft vertrouwen in de examenkwaliteit
2009 2010 2011
Conclusies uit het auditrapport De examenproducten van de opleidingen Schoonheidsverzorging en Verzorgende-IG voldoen aan de gestelde eisen. Zowel de toetsinhoudelijke als de toetstechnische vereisten zijn op orde. Tijdens de audit bleken de betrokken constructeurs en beoordelaars goed op de hoogte van de inhoud en de opbouw van de examens. Bij Schoonheidsverzorging valt de hoge mate van dekking van de examenvereisten op. Middels de examenmix stelt men zeker, dat zowel de kennis en de vaardigheden als zodanig aan het vereiste niveau voldoen, maar ook dat deze in een reële context kunnen worden toegepast. Bij Verzorgende-IG wordt zorgvuldig nagegaan welke competenties in welk onderdeel van het examen aan de orde komen en of de gekozen toetsvorm bij de desbetreffende competenties past. Bij Schoonheidsverzorging zijn de belangrijkste verbeterpunten het volledig uitwerken van de vaardigheidstoetsen en een klein aantal redactionele wijzigingen in verschillende examenproducten. Het belangrijkste verbeterpunt bij Verzorgende-IG is het nog eens goed overwegen van de cesuur en het vereenvoudigen van de praktijkbeoordeling en daaraan gekoppelde beoordelaarinstructies. De deskundigheid van de betrokkenen is met de getroffen maatregelen in afdoende mate geborgd. Het platform Examinering en de examencommissies zien daar op toe. De examenprocessen van afname, beoordeling en diplomering zijn deugdelijk. Er zijn duidelijke kaders in het handboek Examinering vastgelegd. Het platform Examinering neemt zijn verantwoordelijkheid voor de implementatie van het handboek. De examenorganisatie (examencommissies, subexamencommissies, sterrolhouders examinering in de teams en de examenbureaus) bieden waarborgen dat binnen de vastgestelde kaders wordt gewerkt, waarbij tegelijkertijd oog is voor de specifieke situaties van de onderscheiden opleidingen. Het platform Examinering vergewist zich met gepaste frequentie en grondigheid van de integrale kwaliteit van de examinering.
2.9
Personeel
Formatie kalenderjaar 2010 Het betreft de inzet van medewerkers in dienst van het ROC West-Brabant. Naast deze medewerkers wordt ook nog formatie ingezet door middel van detachering en inhuur uitzendkrachten. Vooral bij de unit NOVA/VIA NT2 en BE. Periode
Aantal p-leden
Aantal fte’s
Januari December gemiddelde
473 456 over 12 mnd
337,7 323,4 331
In dienst
26
De gemiddelde leeftijd is: (volgt, opgevraagd bij centraal) Inzet derden per december 2010: Detachering via P3 29 medewerkers Inzet via BSW (structureel) 4 medewerkers Via Uitzendbureau 1 medewerker Totaal inzet via derden 34 medewerkers Bron: BO-objects en analyses loonkosten
35
Uit dienst
Gemiddelde fte
40
0,7140 0,7092
Verzuimgegevens kalenderjaar 2010 Omschrijving
Norm
toelichting
Het deel van de werktijd dat is verloren gegaan wegens verzuim; 12-maands voortschrijdend Het gemiddeld aantal verzuimmeldingen per medewerker op jaarbasis; 12-maands voortschrijdend.
verzuim %
7,93 %
4%
verzuimfrequentie
1,2
1,3
Verzuimfrequentie nulverzuim Regulier Hoog
43,16 % 42,39 % 14,45 %
% dat zich niet heeft ziek gemeld % dat zich 1 of 2 keer heeft ziek gemeld % dat zich 3 x of vaker heeft ziek gemeld
Bron: BO-objects verzuimoverzichten
Vijf tot zes keer per jaar vindt een Sociaal Medisch Overleg plaats waarin de langdurige verzuimgevallen worden besproken en tevens het kort frequent ziekteverzuim aan de orde kan komen. In verband met het hoge ziekteverzuim bij het Kellebeek College zal het komende jaar extra aandacht worden geschonken aan de oorzaken, de gevolgen en het terugdringen dan wel voorkomen van ziekteverzuim. Vacatureoverzichten kalenderjaar 2010 Omschrijving
Aantal
Uitgezette vacatures*
81,1 fte
Waarvan
Direct (Primair proces) Indirect (ondersteuning) Onvervulde vacatures (direct)
62,4 fte 18,7 fte 0,4 fte
Bron: overzicht vacaturemeldingen KC 2009-2010 en 2010-2011 * Hieronder vallen ook de vervangingen wegens ziekte
Beheersing uitkeringen na ontslag Het ROC West-Brabant is eigen risicodrager. Dat betekent dat de kosten van de ontslaguitkeringen verhaald wordt op het ROC West-Brabant. Daarmee worden deze medewerkers eigen wachtgelders. De registratie van de eigenwachtgelders is in handen van de Centrale dienst P&O van het ROC West-Brabant. Bij ontslag wordt door de betreffende medewerker in voorkomende gevallen een werkloosheidsuitkering aangevraagd. De aanvraag wordt, indien nodig, begeleid door de medewerkers van de dienst P&O van het Kellebeek College. Deskundigheidsbevordering In 2010 is wat de deskundigheidsbevordering bij het Kellebeek College (MBO) betreft voortgegaan op de trajecten die betrekking hebben op de teamontwikkeling en doorgroeien naar Resultaatverantwoordelijke teams en scholing op het gebied van didactiek en examinering. In voortgezette scholingstrajecten zijn de onderwijsteams wederom extern ondersteund en/of geschoold in het kader van werken in resultaatverantwoordelijke teams. Daarvoor hebben meerdere scholingsdagen voor elk onderwijsteam plaatsgevonden. In dit kader is dit jaar ook scholing aangeboden aan de teamvoorzitters.
36
De in 2008 in gang gezette scholingstrajecten voor de onderwijsteams van V&V en Welzijn liepen ook dit jaar door en zijn gericht op de nieuwe docentenrollen: Studieloopbaanbegeleider, projectbegeleider en Evalueren en beoordelen. Ook de teams van de opleidingsclusters UV en AG hebben dit jaar deelgenomen. Bij de afdeling AG zijn Instructeurs op stage geweest in de praktijk in het kader van deskundigheidsbevordering. Binnen het consortium zijn er professionaliseringstrajecten geweest en bij de afdeling UV heeft scholing plaatsgevonden m.b.t. de beoordeling van de beroepspraktijk. Een aantal medewerkers heeft zich geschoold in de didactiek van Taal- en rekenonderwijs in het MBO wat wederom een aantal gecertificeerde medewerkers heeft opgeleverd. Dit jaar is er ook aandacht besteed aan meer specifieke onderwerpen met betrekking tot de Pedagogiek en in het kader van de professionalisering van de medewerkers van het Bureau LeerlingenZorg. Daartoe werden symposia, congressen en conferenties bezocht en zijn er buitenlandse studiereizen gemaakt. Naast de door de afdeling of unit georganiseerde teamscholingen, hebben diverse docenten gebruik gemaakt van incidentele scholing, zoals op het gebied van coaching of persoonlijke effectiviteit. In 2010 hebben wederom een aantal docenten/opleiders de scholing BVE-scholing gevolgd voor het halen van hun pedagogisch didactisch bewijs, waarmee zij voldoen aan de benoemingsvereisten als docent in het MBO. Bij de zittende docenten is een toenemende belangstelling voor het volgen van een studie met behulp van de lerarenbeurs. Bij de centrale en ondersteunende diensten worden nog steeds medewerkers geschoold in het gebruik van Edictis en zullen daarvoor in 2011 proeven van bekwaamheid voor worden afgelegd. In het kader van de bedrijfshulpverlening heeft er wederom scholing en –bijscholing plaatsgevonden voor het opleiden van nieuwe BHV-ers en het bijscholen van de reeds aangewezen BHV-ers. Deskundigheidsbevordering voor Nova en Via vanuit het jaarplan 2010: Unit NOVA - VIA - Werken in Resultaat verantwoordelijke Teams (3e jaar van een 3 -jarig traject) - Aanvang ontwikkeling en scholing teamvoorzitters (start gemaakt met intervisiebijeenkomsten voor de teamvoorzitters). NOVA- AKA: - Verdieping in pedagogiek en didactiek (ZIN) - Pedagogische/didactische bekwaamheid - Competentie gericht onderwijs (ook in de BPV) - Scholing gebruik HP-match als DVS - Trainingen Omgaan met agressie NOVA-VAVO: - Vernieuwde 2de fase Havo en Vwo ·
37
NOVA - ISK: - Training intake VIA - NT2 / BE: - Scholing op BE competenties - Beheer flex. Pool NT2/BE - Samenwerking Bibliotheken (i.h.k.v. Laaggeletterdheid) - Ontwikkeling nieuwe producten i.h.k.v. Participatiebudget (BE) - ETV-Brabant (i.h.k.v. Laaggeletterdheid) - Basisprogramma inburgering - Training assessor - Uitspraakproblemen · Naast de collectieve scholing vanuit het jaarplan 2010 hebben in dit jaar ook een groot aantal individuele scholingen plaats gevonden. Deze scholingen hadden veelal betrekking op het werkterrein van de geschoolde functionaris (vernieuwing vakinhoud etc.).
38
3. Resultatenbox De speerpunten van beleid voor 2010 zijn onder andere gefinancierd met geoormerkte gelden, zoals innovatiebox, stagebox, VSV en Plusvoorziening, en de Regeling Intensivering Taal en Rekenen. Van de ontvangen subsidies is over het totaal bezien de begroting volledig gerealiseerd. In onderstaand overzicht zijn de totale projectkosten opgenomen, welke niet volledig ten laste van de subsidie zijn gebracht. Subsidie Innovatiebox Stagebox VSV en Plusvoorziening Regeling Intensivering Taal en Rekenen Totaal
begroot 2010 (euro) 158.500 233.500 430.000 133.000 955.000
Besteed 2010* (euro) 152.408 115.662 546.757 122.460 937.287
* De kolom besteed is inclusief eventuele cofinanciering.
De sterke inzet in 2008 en 2009 op beter projectmanagement en scherpere projectverantwoording is ook in 2010 voortgezet. De nadruk bij deze verantwoording is komen te liggen op de verantwoording van projecturen en een integrale voortgangsrapportage. Drie keer per jaar wordt deze voortgang van de projecten door de projectleiders aan de directie en aan elkaar gepresenteerd, waarbij over alle drie de periodes een verantwoording wordt gegeven over de bereikte resultaten. Zie de jaarrekening voor een volledig overzicht van de financiële verantwoording van de genoemde subsidies. 3.1 Innovatiebox Het Kellebeek College heeft zich in 2010 voor de innovatiebox gelden beperkt tot vier acties, waarbij het grootste deel is ingezet op het herontwerpen van de MBO-opleidingen gevolgd door de scholing van de teams op taakvolwassenheid. De rol van de docent is met de komst van het competentiegericht onderwijs veranderd en het vraagt andere competenties. Hierin zijn docenten bijgeschoold en getraind. Innovatiebox Totaal te besteden in 2010
152.000
Projectomschrijving Taakvolwassenheid Implementatie It's Learning Herontwerp opleidingen MBO Deskundigheidsbevordering onderwijspersoneel CGO
Eindsaldo
Kdr K005 K042 K107 K124
Begroot 22.500 17.500 100.000 18.500
Kosten 22.500 11.408 100.000 18.500
158.500
152.408
408-
39
3.2
Stagebox
Stagebox Totaal te besteden in 2010
291.813
Projectomschrijving
Kdr
Begroot
Kosten
Uitbouwen Kenia project Instructeurs- en docentenstage in het werkveld BPV DA Teamplay @ West-Brabant
K044 K123 K135 K293
107.500 45.000 15.000 66.000
37.335 6.600 7.478 64.248
233.500
115.662
Eindsaldo
176.151
In het bovenstaande overzicht staan de projecten die in het kader van de stageboxgelden hebben plaatsgevonden. Omdat het Kenia project verschillende financieringsbronnen kent, is ervoor gekozen om in dit overzicht uitsluitend de door de stagebox gelden gedekte kosten te vermelden. De totale kosten voor het Kenia project bedroegen in 2010 €103.000, waar de volgende financiering nog tegenover stonden, namelijk €52.000 EVD en €22.000 eigen bijdrage van studenten. Er is door een aantal docenten en instructeurs gebruik gemaakt van de mogelijkheid om stage te lopen in het werkveld, maar dit heeft zich beperkt tot een klein aantal onderwijsteams. Niet alle teams bleken in staat om stages te realiseren. 3.3
VSV-projectgelden
VSV en Plusvoorziening Totaal te besteden in 2010
294.702
Projectomschrijving Scholing voor zorg Een juiste bestemming voor iedere leerling ISK (VSV) Matchpoint (Transfercoach) NOAD in de klas Streetleague Transfercoaches Nova Plus
Eindsaldo
Kdr k035 k296 k297 K307 K308 K309 K311
Begroot 5.438 108.000 3.310 12.475 57.000 243.777
Kosten 3.298 342.443 10.344 53.143 137.530
430.000
546.757
252.055-
In het bovenstaande overzicht is te zien welke projecten er in het kader van VSV op het Kellebeek College gestalte hebben gekregen en hoe de VSV-projectgelden zijn besteed.
40
Het project Matchpoint is zeer succesvol gebleken met als gevolg een grotere toestroom van studenten en hogere kosten dan begroot. Het project Nova Plus is begroot voor het gehele kalenderjaar 2010, maar is wegens omstandigheden pas per augustus 2010 opgestart. 3.4
Intensivering taal en rekenen
Regeling Intensivering Taal en Rekenen Totaal te besteden in 2010
133.000
Projectomschrijving MBO programma burgerschap, taal en rekenen
Kdr
Begroot
Kosten
K040
133.000
122.460
133.000
122.460
Eindsaldo
10.540
Voor 2010 is een uitgebreide inhoudelijke verantwoording opgesteld ten aanzien van de bestede intensiveringgelden taal en rekenen binnen het Kellebeek College. Kort samengevat hebben er acties plaatsgevonden op de volgende aspecten: Nederlandse taal A. Aanpassingen in de pedagogiek en didactiek van de beroepsopleidingen met het oog op de intensivering van het taal - en rekenonderwijs B. Toetsing van deelnemers C. Extra onderwijstijd D Nieuwe of aangepaste faciliteiten E. Professionalisering van docenten en overige functionarissen op het gebied van taal en rekenen Rekenen A. Aanpassing didactiek en pedagogiek B. Toetsing deelnemers D Nieuwe of aangepaste faciliteiten E. Professionalisering van docenten en overige functionarissen 3.5
IBO gelden
De ontvangen IBO gelden zijn ingezet op het inrichten van de systematische zorgstructuur binnen het Kellebeek College. Hierbij moet onder andere gedacht worden aan de volgende acties: - Loopbaanbegeleiding voor- en nazorg - Doorontwikkelen intakefase
41
3.6
EVC
In 2010 hebben er binnen het Kellebeek College geen EVC-procedures plaats gevonden. Deze zijn door P3Tranfer uitgevoerd. Wel is het Kellebeek College betrokken bij de uitvoering van maatwerktrajecten die na verschillende EVC-procedures worden uitgevoerd (de zogenaamde Bedrijfsgroepen). 3.7 Duale trajecten Binnen de afdeling NT2 krijgen alle alfabetiseringscursisten buitenschoolse opdrachten uit te voeren. Deze opdrachten betreffen circa 15 %van de totale studielast. Bij de staatsexamengroepen wordt een kort traject verzorgd gericht op het afleggen van het staatsexamen. Op verzoek van de deelnemer of de docent kan er een taalervaringsplaats worden aangeboden, Hiervan wordt o.a. gebruik gemaakt door deelnemers die geen werk hebben of weinig taalcontact met Nederlands sprekenden. Binnen de inburgeringtrajecten is veel ruimte gemaakt voor de duale component. Elk deelnemer krijgt een taalstage bij bedrijf of instelling die circa 8 klokuren per week omvat. Met namen voor deze groep deelnemers is ook gebleken (o.a. uit wetenschappelijk onderzoek dat activiteiten in de praktijk zeer efficiënt zijn m.b.t. de taalverwerving.
3.8 Laaggeletterdheid Van niet te onderschatten belang is de aandacht die we moeten geven aan het “werven” van de deelnemers. Er rust immers voor velen een enorm taboe op deze problematiek. Het Kellebeek College doet vele inspanningen om deze doelgroep ook daadwerkelijk te bereiken. • In 2002 hebben wij als eerste in Nederland ambassadeurs alfabetisering opgeleid en gecertificeerd. Prinses Laurentien heeft deze certificaten destijds uitgereikt; • In 2008 hebben we samen met 6 gemeenten in westelijk West-Brabant een aanvalsplan laaggeletterdheid “Gewoon Doen!” gemaakt en in uitvoering genomen; Een voor Nederland uniek aanpak die geleid heeft tot een sterke toename van het aantal deelnemers aan de cursussen; • In september 2010 was Prinses Laurentien in Breda aanwezig op het station om samen met cursisten ‘elfjes’ te beschrijven; • Begin 2010 heeft onze cursist Dook Buijse het boekje “Brieven aan de Prinses” uitgereikt aan prinses Laurentien in de Martinikerk in Groningen; • In september 2010 is een van onze cursisten te gast geweest in het programma van Pauw en Witteman om haar verhaal als ex-laaggeletterde te vertellen in het kader van de week van de alfabetisering 2010; • De bezuinigingen op de middelen voor de volwasseneneducatie vanuit de WEB (44%) hebben wij voor een deel op kunnen vangen door een aanzienlijk ESFproject te realiseren. Dankzij deze extra middelen hebben we het onderwijsaanbod voor deze doelgroep redelijk op peil kunnen houden.
42
3.9 Leerlinggebonden financiering, LGF. Voor een aantal studenten binnen het Kellebeek College wordt gebruik gemaakt van de leerlinggebonden financiering. Over het schooljaar 2009-2010 zijn de volgende gegevens bekend: LGF instroom
2
3 10
34
REC1 REC 2 REC 3 REC 4
LGF uitstroom
1 1 1
1
1
7
4 7
3
3 8
7 2de jaar AKA
volgend leerjaar MBO
werk verwijderd
diploma behaald >Zorg, Welzijn 2 gesloten setting
Jeugdzorg Radius Colege
ROC Tilburg BBL
verwijzing bestemmingscoördinator
uitgeschreven
43