Jeugdzorg ... bij uitzondering lang Onderzoek naar jeugdigen uit Flevoland die langdurig gebruik maken van jeugdzorg.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 1
08-07-13 11:46
Voorwoord De provincie Flevoland heeft Bureau Jeugdzorg Flevoland gevraagd onderzoek te doen naar de doelgroep die langdurig gebruik maakt van de provinciaal gefinancierde jeugdzorg. De provincie wil dat er voor jeugdigen met chronische problematiek (zowel in de persoon gelegen en/of in het gezin) waarvoor een langdurig beroep op jeugdzorg waarschijnlijk is, passende trajecten bestaan. Als thuis wonen echt niet verantwoord is, moet er zo snel mogelijk duidelijkheid zijn over het perspectief van de jeugdigen. Het doel van het onderzoek is om een beter beeld te krijgen van de groep jeugdigen die langdurig gebruik maakt van jeugdzorg. En op basis hiervan voorstellen te doen om de zorg voor jeugdigen die langdurig zijn aangewezen op jeugdzorg te verbeteren. Er is een verkennend kwantitatief onderzoek uitgevoerd en op basis hiervan is in gesprek gegaan met deskundigen. In maart 2013 heeft een consultatie plaats gevonden waarvan de resultaten zijn verwerkt in dit rapport.
2
Een deel van dit onderzoek is uitgevoerd in het kader van een Post HBO opleiding Zorglogistiek bij Hogeschool Windesheim. Een publicatie van dit onderzoek is opgenomen in de afstudeerbundel “Zorglogistiek; een cliëntgerichte benadering”. In dit rapport is dankbaar gebruik gemaakt van de onderzoeksresultaten van twee medestudenten/medewerkers van Vitree: Rob Bosman en Ingeborg Angel. Zij hebben beide een belangrijke bijdrage geleverd aan het onderzoek naar het langdurig gebruik van jeugdzorg. Daarnaast ook dank aan Anny de Gier, studiegenoot opleiding Zorglogistiek en medewerker van de provincie Flevoland, voor het meedenken.
Colofon
Dit onderzoek is uitgevoerd door: Marjolande Prins, Bureau Jeugdzorg Flevoland, mei 2013
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 2
08-07-13 11:46
Samenvatting In dit rapport wordt ingegaan op hoe Bureau Jeugdzorg
cialiseerde behandeling wordt besproken, ingepland en
Flevoland in samenwerking met de aanbieders van Jeugd
zo nodig wordt bijgesteld als de situatie daarom vraagt.
& Opvoedhulp een bijdrage kan leveren aan het beter en slimmer organiseren van zorg voor jeugdigen die langdurig
Verwacht wordt dat een verdere implementatie van deze
gebruik maken van hulpverlening.
werkwijze er toe zal leiden dat meer jeugdigen bij uitzondering langdurig gebruik maken van gespecialiseerde zorg.
Uit dossieronderzoek blijkt dat minder dan 5% van de jeug-
Dat betekent dus een afname van het beroep op langdurige
digen met een indicatie voor provinciaal gefinancierde
zorg. En áls langdurig zorg noodzakelijk is, dat het aanbod
jeugdzorg langer dan 1,5 jaar gebruik maakt van specialis-
sneller en beter aansluit bij de vraag.
tische hulpverlening. Crisishulp is bij veel van deze jeugdigen het startpunt van een langdurig hulptraject. Tijdens de crisishulpverlening worden belangrijke keuzes gemaakt voor de ‘route’ van het hulpverleningsproces. De helft van de langdurig zorggebruikers ontvangt pleegzorg. De andere helft ontvangt in de loop van de tijd diverse vormen van hulp. Het aantal verschillende typen hulp waar de betreffende jeugdigen mee te maken hebben gehad, varieert tussen de een en de vijf. Hierbij zijn gelijktijdig of volgtijdig vaak meerdere organisaties voor Jeugd & Opvoedhulp betrokken. De aard van de problematiek van jeugdigen en hun gezinnen die uiteindelijk langdurig zorg ontvangen, blijkt al bij de
3
start van de hulpverlening ernstig en in meerdere opzichten gecompliceerd. Er zijn echter geen standaard jeugdzorgtrajecten van toepassing op deze groep. Zowel de volgorde als de duur als ook de vorm van de geboden hulpverlening was steeds een kwestie van maatwerk. De belangrijkste aanbevelingen zijn: • als een jeugdige wordt opgevangen in de jeugdzorg zal vanaf de start van het gebruik van zware zorgvormen zoals residentieel (crisis)verblijf of (crisis)pleegzorg onderzocht moeten worden wat het verdere perspectief is van de jeugdige en of terugkeer naar huis of het netwerk mogelijk is; • als er sprake is van ketenzorg zal er per gezin een herkenbare regie gevoerd moeten worden waarin het cliëntperspectief centraal staat; • er is een regisseur nodig die boven partijen staat en vanuit het cliëntenperspectief, leiding kan geven aan het zorglogistieke proces van alle jeugdigen met een complexe en vaak langdurige zorgvraag. Het gaat om het organiseren van een structureel (bovenlokaal/regionaal) aanmeldoverleg of zorgtafeloverleg tussen de jeugdzorgpartners (incl. GGZ en LVB zorgaanbieders) waarin het wenselijk vervolgperspectief van jeugdigen al bij start van de gespe-
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 3
08-07-13 11:46
1
Kim is in het verleden vaak getuige
Inleiding
geweest
De werkwijze van de jeugdzorgpartners
van
huiselijk geweld tussen
Als de problematiek van jeugdigen complex is en schadelijk
haar vader en moeder.
voor de ontwikkeling van jeugdigen en er sprake is van ern-
Nadat haar ouders zijn
stige opvoed- en opgroeiproblemen, komt Bureau Jeugd-
gescheiden,
heeft
Kim
zorg in beeld. De kerntaak van Bureau Jeugdzorg is om kin-
geen contact meer met haar
deren en jongeren die in hun ontwikkeling bedreigd worden
vader. Omdat de situatie thuis
de noodzakelijke bescherming te bieden en voor hen de
onveilig is, wordt Kim opgevangen in een
juiste zorg te organiseren. Dit kan voor jeugdigen en hun
pleeggezin. In dit gezin laat Kim moeilijk gedrag zien:
ouders die op vrijwillige basis hulp nodig hebben en voor
ze is voortdurend op zoek naar grenzen,prikkelbaar, jaloers
jeugdigen die beschermd moeten worden omdat zij niet op
op de andere kinderen en angstig. Besloten wordt om
een veilige manier kunnen opgroeien (jeugdbescherming).
haar op te nemen in een behandelgroep. Omdat deze niet op tijd beschikbaar is, wordt Kim tijdelijk opgenomen
Daarnaast biedt Bureau Jeugdzorg hulp en ondersteuning
op de crisisgroep. Na enkele maanden kan Kim naar de
aan jeugdigen die met het strafrecht in aanmerking zijn ge-
behandelgroep. Na een behandeling van 9 maanden is
komen (jeugdreclassering). Indien nodig stelt Bureau Jeugd-
de behandeling afgerond en is Kim toe aan de volgende
zorg een indicatie op waardoor de jeugdige en zijn gezin
stap. Dan blijkt dat de vervolgzorg nog een wachttijd van
recht krijgt op jeugdzorg. In deze indicatie wordt cruciale
een half jaar heeft. De gezinsvoogd trekt aan de bel en
informatie verzameld en staan behandeldoelen voor de
zorgaanbieders doen hun uiterste best om Kim eerder te
jeugdige en zijn ouders/verzorgers. Daarnaast wordt aan-
plaatsen. Kim raakt ondertussen gedemotiveerd wat zich uit
gegeven van welke zorg de jeugdige en zijn gezin gebruik
in negatief en opstandig gedrag.¹
wenst te gaan maken. Bureau Jeugdzorg treedt dus op als ‘vragende partij’ ten opzichte van organisaties voor Jeugd
4
Dit onderzoek richt zich op jeugdigen die langdurig gebruik
& Opvoedhulp. Binnen Flevoland zijn drie organisaties voor
maken van jeugdzorg. Alvorens daar verder op in te gaan
Jeugd & Opvoedhulp actief: LSG-Rentray (locatie Nieuw
eerst een korte schets van de werkwijze van Bureau Jeugd-
Veldzicht), Triade en Vitree. Daarnaast kunnen jeugdigen ge-
zorg en de rolverdeling tussen de jeugdzorgpartners zoals
plaatst worden binnen de gesloten jeugdzorg. Gezamenlijk
deze momenteel binnen Flevoland is georganiseerd.
bieden deze organisaties een breed scala aan hulp.
De taken zullen de komende tijd verschuiven als gevolg van
Bij een aantal jeugdigen is er gedurende hun zorgtraject
de transitie van jeugdzorg naar de gemeenten. Jeugdzorg
sprake van verschillende vormen van zorg (soms gebo-
zal als onderdeel van het sociale domein zoveel mogelijk
den door verschillende jeugdzorgaanbieders). Flevolandse
wijkgericht en lokaal worden georganiseerd en uitgevoerd.
jeugdzorgaanbieders hebben samen met Bureau Jeugdzorg
Gespecialiseerde hulp zoals verblijf (pleegzorg en behan-
een ketenverantwoordelijkheid om de hulpverlening goed
deling) zal bovenregionaal georganiseerd worden. Op het
op elkaar af te stemmen (Bureau Jeugdzorg, 2011). Hiertoe
moment van deze publicatie is nog niet helder hoe dit er
is o.a. het zorgtafeloverleg opgericht, aan deze tafel zitten
precies uit gaat zien.
de drie organisaties voor Jeugd & Opvoedhulp van Flevoland en Bureau Jeugdzorg. Het zorgtafeloverleg lost knel-
Onderstaande beschrijving is gebaseerd op de huidige
punten op ten aanzien van individuele casuïstiek. Het gaat
uitvoering. In de toekomst zullen hierin ongetwijfeld wijzi-
hierbij om jeugdigen waar Bureau Jeugdzorg een jeugdzor-
gingen plaats vinden. Dat laat onverlet dat het van belang
gindicatie voor heeft afgegeven. Bij deze casuïstiek is sprake
is om het beroep om langdurige zorg zo veel mogelijk te
van complexe hulpverleningssituaties waarbij afstemming
beperken.
tussen de verschillende zorgaanbieders noodzakelijk is, aangezien de casus niet bilateraal tussen Bureau Jeugdzorg en de zorgaanbieder of zorgaanbieders onderling opgelost kan worden. De leden van het zorgtafeloverleg hebben zitting met mandaat van hun bestuurders. Hierdoor kunnen zij slagvaardig handelen binnen hun eigen organisatie.
¹
om een beeld te geven van de inhoud en gang van zaken rond jeugdigen en hun gezinnen met langdurige en comlexe problematiek is op pagina 14 de situatieschets opgenomen van twee andere jeugdigen: Ivan en Anouk
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 4
08-07-13 11:46
Het zorgtafeloverleg is dus een belangrijk schakelstation
jeugdige (het te bereiken resultaat van de hulpverlening),
voor het oplossen van knelpunten in de zorgketen. Tijdens
welke tijd dit naar verwachting in beslag zal nemen, of terug
het zorgtafeloverleg kunnen tevens mogelijkheden worden
naar huis een reële optie is en of na de geboden hulp ver-
gezocht om knelpunten ten aanzien van de in-, door- en uit-
volghulp nodig is. Jeugdigen en hun gezinnen waarbij spra-
stroom in de Jeugdzorgketen gezamenlijk op te lossen. In
ke is van complexe problematiek vragen van hulpverleners
2011 zijn 40 jeugdigen besproken in het zorgtafeloverleg en
een goede samenwerking en de mogelijkheid om over de
voor al deze jeugdigen is een (eventueel tijdelijke) oplossing
eigen organisatie heen hulp te organiseren.
gevonden (Bureau Jeugdzorg, 2012).
De onderzoeksvragen De zorglogistieke organisatie van ketenzorg
Om antwoord te kunnen geven op de vraag op welke wijze Bureau Jeugdzorg en de organisaties voor Jeugd & Op-
De hulpverlening binnen de jeugdzorg kan gezien worden
voedhulp kunnen bijdragen aan een slim georganiseerde
als een ‘keten’ met verschillende onderdelen. De jeugdi-
keten van hulp, zijn de volgende vragen onderzocht.
gen kunnen in deze ‘jeugdzorgketen’ te maken krijgen met
• Hoeveel Flevolandse jeugdigen (en hun gezinnen) doen
meerdere hulpverleners en met meerdere jeugdzorgaanbieders en dus met schakelmomenten. Een schakelmoment ontstaat wanneer het hulpaanbod bij de ene zorgaanbieder
langdurig (≥ 1,5 jaar) een beroep op jeugdzorg? • Van welke zorgvormen maken deze jeugdigen gebruik en welke trajecten zijn te onderscheiden?
is afgerond en bij de volgende zorgaanbieder kan starten.
• Wat is de aard van de problematiek van de jeugdige en
Ook wanneer een jeugdige binnen één organisatie gebruik
zijn gezin (o.b.v. cliëntprofielen) die langdurige gebruik
gaat maken van een ander zorgaanbod, een andere groep
maakt van jeugdzorg en zijn hierin factoren die voor-
of een ander pleeggezin is er sprake van een schakelmo-
spellen of jeugdigen langdurig gebruik gaan maken van
ment. Het kunnen uitstromen van een jeugdige uit het ene
jeugdzorg?
zorgaanbod is afhankelijk van het kunnen instromen in het
• Welke knelpunten zijn zichtbaar en welke aanbevelingen
volgende zorgaanbod. Voor de jeugdige en zijn gezin is het
kunnen gedaan worden wanneer sprake is van langdurige
belangrijk dat de zorg goed op elkaar afgestemd wordt,
zorg?
5
want bij elke overgang bestaat het risico dat de jeugdige niet de juiste zorg ontvangt, dat wil zeggen: op de juiste tijd en juiste plaats en geboden door de juiste organisatie of hulpverlener. Daarbij is het de wens van zowel de jeugdige als de hulpverlener om gedurende de ketenzorg zo weinig mogelijk ‘smoelen’ tegen te komen. Het beter organiseren van zorg in de keten is ook voor de organisatie c.q. de provincie (financier) van belang omdat effectieve en efficiënte zorg cliënten tevreden maakt en doelmatig gebruik van het jeugdzorgbudget een maatschappelijke opdracht is. Ketenzorg wordt gedefinieerd als ‘een samenhangend geheel van zorginspanningen dat door verschillende zorgaanbieders onder een herkenbare regiefunctie wordt geleverd, waarbij het cliëntenproces centraal staat’ (www.CBO.nl, 2012). De zorg dient daarbij te worden ingericht op basis van geldende richtlijnen en standaarden zodat de juiste zorg op de juiste plaats door de juiste persoon wordt geleverd Het samenwerkingsprotocol (Bureau Jeugdzorg, 2011(2)) beschrijft hoe organisaties voor Jeugd & Opvoedhulp hulp in ketens kunnen aanbieden. Geadviseerd wordt om bij start zo snel mogelijk te bepalen wat het perspectief is van de
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 5
08-07-13 11:46
2
Om antwoord te kunnen geven op de gestelde vragen is dossieronder-
Methode van onderzoek
zoek gedaan². Uit het Informatie systeem Jeugdzorg (IJ) zijn alle jeugdigen geselecteerd die op 1 janu-
ari 2012 langer dan 1,5 jaar een open dossier hadden bij Bureau Jeugdzorg en waarvan het dossier op of na 1 januari 2009 is gestart. Van deze groep jeugdigen (N=325) is op cliëntniveau onderzocht of ze in totaal ≥ 1,5 jaar bij één of meerdere aanbieders van Jeugd & Opvoedhulp binnen Flevoland en/ of bij een gesloten jeugdzorginstelling aansluitend in zorg waren. Zorg wordt aansluitend genoemd als er minder dan 30 dagen zitten tussen einde zorg en start nieuwe zorg. Bij deze groep jeugdigen is onderzocht van welke zorg gebruik gemaakt is of nog gebruik gemaakt wordt (een groot aantal jeugdigen is namelijk nog in zorg op de peildatum). Dit is onderzocht aan de hand van ‘zorgtoewijzingen’ (met start en einde zorg datum) zoals deze in het informatiesysteem van Bureau Jeugdzorg (IJ) zijn geregistreerd. Vervolgens is met behulp van CAP-J (Konijn et. al, 2009) op 6
basis van het diagnostische beeld uit het eerste indicatiebesluit (dus bij de start van de jeugdige in de jeugdzorg) een cliëntprofiel opgesteld. CAP-J is een classificatiesysteem om de aard van de problemen van kinderen, jongeren en ouders in te delen. Het classificatie systeem is onderverdeeld in vijf clusters van problemen, de zogenaamde assen: psychosociaal functioneren jeugdige; lichamelijke gezondheid jeugdige; vaardigheden en cognitieve ontwikkeling jeugdige; gezin en opvoeding; jeugdige en omgeving. Het systeem heeft een boomstructuur: de vijf assen bestaan elk uit een aantal groepen die weer rubrieken bevatten. Hoe verder je de boomstructuur volgt, des te specifieker het probleem geformuleerd is. Cliëntprofielen van jeugdigen die langdurig in zorg zitten zijn in dit onderzoek vergeleken met cliëntprofielen van een steekproef van jeugdigen (n=790) die in 2011 voor het eerst
Ook is gekeken of er bij start van de hulpverlening factoren
gebruik maakten van jeugdzorg. Door cliëntprofielen van de
te benoemen zijn die bepalen of jeugdigen langdurig van
groep ‘langdurig in zorg’ en ‘start zorg 2011’ naast elkaar
jeugdzorg gebruik gaan maken.
te leggen is geprobeerd aan te tonen of er een positieve relatie is tussen langdurige zorg en zwaarte van de proble-
De resultaten van het dossieronderzoek zijn besproken met
matiek.
de jeugdzorgpartners/gedragsdeskundigen die deel uitmaken van zorgtafel. Deze experts hebben meegedacht bij het formuleren van de aanbevelingen.
²
Bij dit onderzoek is tevens gebruik gemaakt van de onderzoeken van Ingeborg Angel en Rob Bosman. Begin 2012 is gezamenlijk met hen een onderzoeksplan geschreven over het zorglogistieke proces van de ketenzorg aan Flevolandse jeugdigen met een indicatie voor jeugdzorg en hun gezinnen
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 6
08-07-13 11:46
2
Bij het beschrijven van de
Van deze 110 jeugdigen (54 jongens en 56 meisjes) die lang-
resultaten wordt ingegaan
durig in zorg waren (of nog zijn) op de peildatum, zijn clus-
op het aantal jeugdigen
ters gemaakt op basis van de zwaarste vorm van zorg die
dat
gebruik
gedurende de periode van hulp is of nog wordt geboden
maakt van jeugdzorg en
(zie tabel 1). Van ‘lichte’ naar ‘zware’ hulpverlening zijn vijf
hun hulpverleningstraject.
vormen van zorg onderscheiden: ambulante hulp, deeltijd-
Vervolgens wordt de aard van
of dagbehandeling, pleegzorg, verblijf en gesloten jeugd-
Resultaten van het onderzoek
langdurig
de problematiek van de langdurig zorg gebruikers geanalyseerd.
zorg. Deze zorgvormen zijn als volgt gedefinieerd: • Onder ambulante zorg wordt verstaan: ambulante zorg thuis, ambulante spoedhulp en ambulante zelfstandigheidtraining.
Langdurige gebruikers van jeugdzorg en hun hulpverleningstraject
• Deeltijdbehandeling: dagbehandeling voor kinderen van 2 tot 7 jaar, naschoolse dagbehandeling en deeltijddagbehandeling.
Voor jeugdigen in de jeugdzorg wordt een uithuisplaatsing
• Pleegzorg: naast reguliere pleegzorg en netwerkpleeg-
noodzakelijk als de inzet van ambulante jeugdzorg niet
zorg kan pleegzorg ook een gespecialiseerde vorm van
(meer) toereikend is. In de jeugdzorg wordt de visie gedeeld
pleegzorg zijn zoals therapeutische gezinsverpleging en/
dat jeugdigen dan het best opgevangen kunnen worden in
of intensieve pleegzorg.
een gezin, bij voorkeur in een gezin binnen hun eigen net-
• Verblijf: alle vormen van residentiële zorg zoals behandel-
werk (netwerkpleegzorg). Pleegzorg is dan ook de eerste
groepen, gezinshuizen, observatiegroepen, zelfstandig-
keus bij een uithuisplaatsing. Het streven in Flevoland is dan
heidtraining en moeder/kindzorg in een van de Moeder-
ook om jeugdigen ten allen tijde een gezinsomgeving aan
en kindhuizen.
te bieden.
• Gesloten jeugdzorg: zowel reguliere gesloten jeugdzorg als moeder en kind plaatsen.
jeugdzorg ontvangen in 2011 (2300) steekproef (790)
7
Tabel 1 Zwaarste vorm van zorg gedurende hulpverlening, N=110
in dossier BJZ vanaf 2009 (325) ‘langdurige zorg’ (110)
In 2011 hebben in Flevoland ruim 2300 jeugdigen een vorm
Zwaarste vorm van zorg
aantal jeugdigen
percentage
ambulant
2
2%
deeltijd
5
5%
pleegzorg
56
50%
verblijf
36
33%
gesloten
11
10%
110
100%
Totaal
van provinciaal gefinancierde jeugdzorg ontvangen. Van de 325 jeugdigen waarbij het dossier bij Bureau Jeugdzorg
De jeugdigen die binnen de pleegzorg opgevangen worden
vanaf 1 januari 2009 langer dan 1,5 jaar openstond, is bij
vormen het grootste aandeel van de jeugdigen die langdu-
110 jeugdigen, langdurige hulpverlening geboden door
rige zorg ontvangen. Als jeugdigen niet thuis kunnen wonen
een of meerdere organisaties voor Jeugd & Opvoedhulp in
is pleegzorg de meest wenselijke vorm van verblijf.
Flevoland of door een aanbieder van gesloten jeugdzorg. Dat is dus iets minder dan 5% van het aantal jeugdigen dat
Verblijf (zowel binnen de reguliere als de gesloten jeugd-
in 2011 jeugdzorg heeft ontvangen.
zorg) vormt een andere grote groep, gezamenlijk 47 jeugdigen. Dit is de groep die de meeste zorg vraagt en waar
De start van het dossier was voor 60 jeugdigen vrijwillige
de jeugdzorg druk mee is omdat er vaak meerdere zorgvor-
jeugdhulpverlening, 47 jeugdigen kwamen binnen bij de
men achtereenvolgens noodzakelijk zijn. Voor deze groep is
jeugdbescherming en 3 jeugdigen bij de jeugdreclassering.
door Bureau Jeugdzorg bij 16 jeugdigen een GGG indicatie
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 7
08-07-13 11:46
afgegeven met het verzoek tot het doen van onderzoek c.q.
Pleegzorg
behandeling binnen de Geneeskundige Geestelijke Gezondheidszorg. Doel van een GGG indicatie is zicht krijgen
Bij pleegzorg bleek het traject vrij overzichtelijk. Een groot
of er sprake is van psychiatrische problematiek en of en zo
deel (91%) van de jeugdigen die in een (crisis)pleeggezin
ja welke behandeling/begeleiding nodig is.
of ambulant zijn gestart, wonen op de peildatum nog in een pleeggezin. 9% ging, soms met ambulante hulp, terug
Vier jeugdigen kregen in de loop van 2012 na langdurige
naar huis. Of er gedurende de pleegzorgplaatsing nog spra-
jeugdzorg een AWBZ indicatie via Bureau Jeugdzorg: drie
ke is geweest van verhuizingen naar een ander pleeggezin
jeugdigen voor beschermd/begeleid wonen bij een GGZ
(en dus een ‘schakelmoment’) kan met de data van Bureau
aanbieder en één jeugdige voor een gezinshuis.
Jeugdzorg niet onderzocht worden. Pleegzorgorganisatie Vitree geeft aan dat de doorstroming van het ene naar het
De twee jeugdigen die ambulante zorg hebben ontvangen,
andere pleeggezin regelmatig problematisch verloopt. Zo
kregen geen andere vorm van hulp. De kleine groep van
hebben crisispleeggezinnen vaak jeugdigen langer in huis
vijf jeugdigen die gebruik maakt van deeltijdbehandeling, is
als de afgesproken crisistermijn omdat doorplaatsing naar
langer dan 1,5 jaar in zorg omdat ze voor of na de dagbe-
een ander pleeggezin nog niet mogelijk is.
handeling nog ambulante zorg kregen aangeboden. In de verdere analyse worden deze laatste twee zorgvormen bui-
Verblijf
ten beschouwing gelaten.
Van de jeugdigen die gebruik gemaakt hebben van verblijf (36) en gesloten jeugdzorg (11) als zwaarste vorm, is onderzocht welke en hoeveel schakelmomenten er waren in de keten van zorg. Jeugdigen maken gedurende de hulpverlening gebruik van een tot vijf verschillende zorgvormen. Gemiddeld is er in de keten bij de groep ‘verblijf’ sprake van
8
twee schakelmomenten en bij de groep ‘gesloten jeugdzorg’ is er gemiddeld sprake van drie schakelmomenten. Het aantal letterlijke ‘verhuizingen’ kan groter zijn omdat in het informatiesysteem van Bureau Jeugdzorg bijvoorbeeld
De samenstelling van de hulpverleningstrajecten
niet zichtbaar is of een jeugdige naar een andere behandelgroep van dezelfde zorgaanbieder verhuist.
Onderstaande tabel laat zien hoe de jeugdige de jeugdzorg instroomde (start hulpverlening) en welke vorm van zorg tijdens de geboden hulpverlening de zwaarste was. Tabel 2 Traject van instroom naar doorstroom bij langdurig gebruik Zwaarste vorm van zorg gedurende traject (naar) Start traject (van) ambulant
ambulant
deeltijd
pleegzorg
verblijf
gesloten
TOTAAL
2
4
16
13
5
40
deeltijd
1
1
pleegzorg
40
verblijf
2
1
43
21
2
23
3
3
11
110
gesloten TOTAAL
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 8
2
5
56
36
08-07-13 11:47
Van de jeugdigen die gedurende de hulpverlening gebruik
Van de jeugdigen die na crisispleegzorg terug naar huis
maken van ‘verblijf’ of ‘gesloten jeugdzorg’ maken 12 jeug-
gaan, komt een deel weer opnieuw in crisispleegzorg. Bij
digen (26%) ook gebruik van zelfstandigheidstraining. Door
de jeugdigen die na crisispleegzorg de reguliere pleegzorg
de jeugdzorg wordt de zelfstandigheidstraining als een
instromen (71%) is uit het dossier onderzoek bij Vitree niet
‘knooppunt’ gezien omdat de instroom naar de zelfstan-
zichtbaar of onderzocht is of zij na verloop van tijd terug
digheidstraining zowel rechtstreeks of na ambulante zorg
kunnen naar huis.
gevraagd wordt, maar ook na pleegzorg, residentiële behandeling of gesloten jeugdzorg nodig kan zijn. Daarbij is
Crisishulp is direct beschikbaar als hulp geen uitstel ver-
de zelfstandigheidstraining het laatste ‘station’ in de jeugd-
draagt. Bij start van de hulpverlening is crisiszorg soms
zorgketen, daarna wordt verwacht dat jeugdigen op eigen
noodzakelijk maar tijdens de reis door de jeugdzorg zal het
benen kunnen staan. De zelfstandigheidstraining wordt in
station ‘crisiszorg’ vermeden moeten worden. Dat de reali-
twee modules aangeboden (intensieve zelfstandigheids-
teit in complexe situaties anders is, blijkt uit de onderzoch-
training en zelfstandigheidstraining) en op twee plaatsen in
te trajecten. In de bijlage ter illustratie een schets van een
Flevoland: Almere en Lelystad. Soms is hierbij ook sprake
tweetal complexe situaties.
van doorstroom tussen (intensieve) zelfstandigheidstraining en zelfstandigheidstraining. Dus de instroom komt van vijf kanten en de jeugdige komt vervolgens (soms meermaals)
Langdurige zorg is maatwerk
op een van de vier instroomlijsten te staan. Het wordt nog ingewikkelder omdat enkele jeugdigen graag zo spoedig
Uit dit onderzoek blijkt dat er geen clusters zijn te maken van
mogelijk willen starten en andere jeugdigen pas als de lo-
gelijkluidende trajecten. Trajecten zijn grotendeels uniek, dat
pende behandeling is afgerond. Dit vraagt veel administra-
wil zeggen dat de opeenvolgende zorgvormen bij de meeste
tie en maakt zicht op wachttijden lastig.
jeugdigen (35 van de 47 jeugdigen) anders verloopt. Zowel de volgorde als de duur van de zorg en het geboden behandelaanbod verschilt.
Crisishulp Opvallend bij de jeugdigen die langdurig in zorg zitten is de
9
Aard van de problematiek
crisishulp. Van deze groep start bij 41 jeugdigen de hulpverlening met een vorm van crisiszorg (crisis ambulant of crisis
Om zicht te krijgen op de aard van de problematiek bij jeug-
verblijf of crisispleegzorg), dat is 37% van alle jeugdigen die
digen die langdurig gebruik maken van jeugdzorg is voor alle
in dit onderzoek onder ‘langdurig in zorg’ vallen. In de ge-
110 jeugdigen op basis van het diagnostisch beeld uit het
vonden trajecten valt op dat na een periode van hulpverle-
eerste door Bureau Jeugdzorg afgegeven indicatiebesluit een
ning soms de crisishulp weer ingeschakeld is.
cliëntprofiel ingevuld (CAP-J). In tabel 3 zijn de uitkomsten ge-
Bij plaatsing van de jeugdige in crisispleegzorg wordt niet
noemd die vaker dan 10% gescoord zijn bij de groep ‘lang-
altijd ambulante crisiszorg ingezet met als doel om te on-
durig in zorg’. Deze uitkomsten zijn vergeleken met dezelfde
derzoeken of een terugkeer naar huis of naar het netwerk
rubrieken van de 790 jeugdigen (steekproef) die in 2011 voor
mogelijk is.
het eerst gebruik maakten van jeugdzorg. Bij alle jeugdigen is op basis van de eerste indicatie een cliëntprofiel opgesteld.
Ingeborg Angel (2012) heeft onderzoek gedaan naar het perspectief van jeugdigen die uit huis zijn geplaatst. In het bijzonder heeft zij gekeken naar crisispleegzorg en de doorstroming naar andere vormen van hulp. In haar onderzoek komt naar voren dat van de 462 pleegzorgplaatsingen er 113 jeugdigen zijn gestart met crisispleegzorg. Bij slechts 18% van hen wordt direct ambulante spoedhulp (ASH) in het gezin ingezet. Onduidelijk is of bij de ander jeugdigen sprake is van VOTS (waarbij de gezinsvoogd samen met de gedragsdeskundige een inschatting maakt of inzet van ASH nodig is) of dat er al ambulante zorg in het gezin actief was en tijdens de crisisplaatsing ook actief betrokken bleef.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 9
08-07-13 11:47
Tabel 3 Vergelijking rubrieken CAP-J van jeugdigen langdurig in zorg (score >10%) versus zelfde rubrieken uit de steekproef 2011 Langdurig in zorg N = 110
2011 n = 790
Opstandig gedrag
30%
29%
Problemen bij verwerking ingrijpende gebeurtenissen
16%
10%
Ontoereikende opvoedingsvaardigheden
60%
65%
Problemen met ondersteuning
36%
21%
Jeugdige slachtoffer verwaarlozing
21%
6%
Jeugdige slachtoffer mishandeling
17%
7%
Huiselijk geweld
28%
16%
Problematische relatie tussen ouders
13%
12%
Antisociaal gedrag ouder
16%
4%
Gebruik van middelen verslaving ouder
13%
6%
Psychische psychiatrische problematiek ouder
30%
18%
Financiële problemen
26%
11%
Motivatieproblemen op school of werk
14%
9%
Bij de licht gearceerde rubrieken in deze tabel is een opmerkelijk verschil waarneembaar (verschil meer dan 10%) tussen jeugdigen ‘langdurig in zorg’ en jeugdigen die in 2011 de 10
jeugdzorg instroomden. De problematiek van de jeugdigen die langdurig gebruik maken van jeugdzorg is ernstiger (verwaarlozing, mishandeling, huiselijk geweld) en de problematiek van de ouder(s) van deze jeugdige is ook aanzienlijk groter. Duidelijk is dat bij jeugdigen die langdurig gebruik maken van jeugdzorg al bij start van de zorg sprake is van gezinnen met meervoudige problematiek. Met CAP-J is bij start zorg niet inzichtelijk te maken óf een jeugdige langdurig daadwerkelijk gebruik gaat maken van jeugdzorg. Het CAP-J beoogt dit ook niet: ‘classificeren is het ontdoen van bijzondere en individuele kenmerken van de problematiek zodat deze gegroepeerd kan worden voor het doen van onderzoek’ (Konijn et. al, 2009). Wel kan CAP-J gebruikt worden voor het inschatten van het risico op langdurige gebruik van jeugdzorg.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 10
08-07-13 11:47
4
De groep jeugdigen die werkelijk
Zorglogistieke analyse en conclusies
langdurig
Het besturingsmodel in de jeugdzorg is vraaggestuurde zorg
ge-
waarbij de professionele kennis van de hulpverlener serieus
bruik maakt van jeugd-
wordt genomen. Moeke (2012) geeft aan ‘Een kernopdracht
zorg is een stuk kleiner
bij het te kiezen besturingsmodel is het realiseren van een
dan tot nog toe werd aan-
goede balans tussen plannen en reageren. Plannen waar het
genomen namelijk 5% (110
kan en reageren waar het moet’. De groep die langdurig in
jeugdigen) van de jeugdigen
zorg is, doet vooral een beroep op het reagerend vermogen
in 2011 de jeugdzorg instroom-
van de betrokken organisatie. Uit dit onderzoek blijkt dat
den. Als pleegzorg niet mee wordt
het aantal (volume) jeugdigen wat een beroep doet op lang-
gerekend, is de groep nog veel kleiner, namelijk 2,4% (54
durige jeugdzorg relatief klein is, de variabiliteit is groot en
jeugdigen). Crisishulp is voor veel jeugdigen het instapsta-
de voorspelbaarheid van de zorg in de keten is klein.
tion, de plek waar de hulpverlening start. Voor 37% van de jeugdigen die langdurig gebruik maken van de jeugdzorg
De keten van zorg was voor de meeste jeugdigen uniek, zo-
start de hulpverlening met de inzet van crisiszorg. Bij plaat-
wel de volgorde als de duur en de vorm van de geboden
sing in crisisopvang of crisispleegzorg wordt er nog onvol-
hulpverlening. Iemand (een ketencoördinator/gezinsmana-
doende ambulante crisishulp ingezet om het perspectief
ger/de meest betrokken hulpverlener/de gezinsvoogd) die
van de jeugdige te verhelderen en de mogelijkheden van
direct kan reageren op de veranderde vraag van de cliënt
terug naar huis of het netwerk te onderzoeken. Keuzes die
zal dan aan het stuur moeten zitten om of af te remmen of
tijdens de crisisinterventie gemaakt worden zijn bepalend
om bij een tussenstation te stoppen of om snel om te scha-
voor de jeugdzorgketen.
kelen naar een andere route. Om de langdurige zorg toch zoveel mogelijk te kunnen plannen is het noodzakelijk om
Bij jeugdigen die langdurig gebruik maken van jeugdzorg
bij start van de behandeling de duur van de behandeling
blijkt de aard van de problematiek complexer en ernstiger
af te spreken en helder te zijn over het perspectief van de
dan van de jeugdigen die in 2011 de jeugdzorg instapten.
geboden hulp.
De definitie van ‘ketenzorg’ geeft het belang aan van zowel
Door gebruik te maken van schaalvoordelen zou de wacht-
een herkenbare regiefunctie als ook het belang van het cen-
tijd van veelgevraagde zorgvormen zoals bijv. de zelfstan-
traal stellen van het cliëntperspectief. Omdat onduidelijk is
digheidstraining mogelijk verminderd kunnen worden
in dit onderzoek of de geboden keten ook de wens van de
(‘overstappen zonder vertraging’). Door de instroomlijsten
cliënt beantwoord heeft, is nader onderzoek nodig. Daarin
samen te voegen kan de fluctuatie in de vraag makkelijker
zou de vraag gesteld kunnen worden of een ketencoördi-
opgevangen worden. Bijkomend voordeel: de administra-
nator wenselijk is in de vrijwillige hulpverlening en wie deze
tieve last wordt kleiner en de jeugdige krijgt bij aanmelding
functie zou kunnen uitvoeren na de transitie van de jeugd-
een reëler beeld van de te verwachten wachttijd.
11
zorg naar de gemeente. De functie van een ketencoördinator zou zijn: vanaf start zorg en met mandaat van alle betrokkenen die werken met jeugd, inhoudelijk verantwoordelijk voor de afstemming van het aanbod op de hulpvraag en de wens van de cliënt (in brede zin: de jeugdige en zijn gezin). Deze ketencoördinator kan niet gelijktijdig organisatorisch verantwoordelijk zijn voor het bieden van een zo kostenefficiënt mogelijke uitvoering van de behandeling (organisatieperspectief). Daar waar sprake is van een kinderbeschermingsmaatregel ligt de ketencoördinatie bij de gezinsvoogd/medewerker jeugdreclassering van Bureau Jeugdzorg. In deze situatie is de invloed van de cliënt op vorm en inhoud van de zorg beperkter door het justitiële kader.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 11
08-07-13 11:47
Aanbevelingen
3. Gestructureerd ketenoverleg Vitree Pleegzorg en Triade zijn voor de jongere leeftijds-
De aanbevelingen zijn geformuleerd op basis van de uit-
categorie tot 13 jaar gestart met een structureel overleg
komsten van het dossieronderzoek en op basis van de ex-
waarin het wenselijk vervolgperspectief van jeugdigen
pertconsultatie. Tijdens het bespreken van de resultaten van
met een langdurige en complexe hulpvraag in gezamen-
het dossieronderzoek zijn vele situaties zoals die van Kim,
lijkheid wordt besproken. Hierbij wordt in eerste instantie
Ivan en Anouk besproken³.
onderzocht of terugkeer naar huis of netwerk mogelijk is
Met de implementatie van een aantal van de aanbevelingen
Indien voor een residentieel geplaatste jeugdige terug-
is al gestart.
keer naar huis geen optie is, wordt besproken of doorstroom naar een pleeggezin mogelijk is. Voor de leeftijds-
1. Sneller en beter inschatten of een jeugdige thuis (veilig) kan opgroeien.
categorie vanaf 13 jaar is Nieuw Veldzicht de aangewezen jeugdzorgpartner.
Bij de start van jeugdzorg is niet altijd duidelijk of de
Het meest wenselijke perspectief is dat jeugdigen zich in
jeugdige langdurig een beroep zal doen op jeugdzorg.
een stabiele gezinsgerichte omgeving kunnen ontwikke-
Voor elke jeugdige die gebruik maakt van een vorm van
len. Pleegzorg is daarvoor de eerste optie. Voor sommige
verblijf, zal met de inzet van ambulante hulpvormen beter
jeugdigen met ernstige gedragsproblemen en die niet in
en sneller onderzocht moeten worden wat het verdere
een pleeggezin kunnen functioneren, is een gezinshuis
perspectief is van de jeugdige en of terugkeer naar huis
voor een korte of langere periode de beste oplossing.
of netwerk mogelijk is. Binnen drie maanden moet het
Gestructureerd overleg tussen de ketenpartners over de
duidelijk moeten zijn of gewerkt wordt naar a) terug naar
groep jeugdigen met de meest complexe problemen en
huis of b) niet terug naar huis of c) na nog eens drie maan-
waarbij meerdere organisaties op enig moment betrok-
den overwegen of terug naar huis mogelijk is.
ken zijn, levert vanuit inhoudelijk en zorglogistiek oogpunt winst op
2. Perspectief in de vorm van een trajectplan 12
Als terugkeer naar huis of het netwerk niet mogelijk lijkt,
4. Integrale zorgtoewijzing bij complexe hulpvragen
zal zo spoedig mogelijk een plan opgesteld moeten wor-
De zorgvormen waarbij verblijf (pleegzorg of behandel-
den met daarin het toekomst perspectief voor de jeugdi-
groep) noodzakelijk is, zullen in de toekomst (boven)regi-
ge en een schets van de stappen die daarvoor nodig zijn.
onaal georganiseerd gaan worden. Van belang om deze
Om de langdurige zorg toch zoveel mogelijk te kunnen
zorg goed te monitoren zodat de juiste zorg op het juiste
plannen wordt het perspectief van de jeugdige, het be-
moment geboden kan worden en dus alleen als uithuis-
handeltraject en de duur van de behandeling vastgelegd.
plaatsing als enige mogelijkheid wordt gezien. Wenselijk
Voor zowel de jeugdige en diens gezin als ook de orga-
is dat er een vorm van zorgtoewijzing ontstaat waaraan
nisatie die op enig moment betrokken zijn bij het traject
zowel zorgaanbieders jeugdzorg als zorgaanbieders LVB
moet duidelijk zijn “waar de reis naartoe gaat en welke
en GGZ deelnemen onder voorzitterschap van een boven
stations zijn noodzakelijk om het einddoel te bereiken”.
de partijen staande organisatie.
Door na drie maanden hulp (bij de eerste tussenevaluatie) altijd een indicatie af te geven voor de gewenste
5. Kwalitatief hoogwaardige crisishulp
vervolgzorg kan Bureau Jeugdzorg de jeugdzorgaanbie-
Is een essentiële schakel in de zorg voor jeugdigen en
ders tijdig op de hoogte stellen van de komst van een
hun gezinnen met ernstige problematiek. De ambulan-
jeugdige. Deze indicatie kan gezien worden als een ‘tra-
te crisiszorg zal intensieve vormen van hulpverlening aan
jectindicatie’, dat wil zeggen dat zorg op een bepaald
moeten blijven bieden om uithuisplaatsing te voorkomen
moment in de tijd nodig is. Van belang is om de verwach-
en om jeugdigen thuis te kunnen laten opgroeien. Van
te behandelduur van de huidige zorg in deze indicatie
belang is om te werken met methodieken die aantoon-
op te nemen zodat de vervolgzorg weet wanneer ze een
baar effectief zijn zoals Families First.
jeugdige welkom kunnen heten.
³
Kim, Ivan en Anouk zijn gefingeerde namen. De beschreven situaties zijn niet te herleiden tot personen.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 12
08-07-13 11:47
6. Wijs een ketencoördinator aan
8. Benut schaalvoordelen
Als duidelijk is dat er naar alle waarschijnlijkheid sprake
Om uit te zoeken of zorglogistieke oplossingen mogelijk
zal zijn van langdurige traject/ketenzorg, stel dan zo snel
zijn om de in-, door- en uitstroom bij schaarse en/of veel-
mogelijk een ketencoördinator aan. Deze is vanaf de start
gevraagde zorgvormen zoals bijv. de zelfstandigheids-
van de zorg inhoudelijk verantwoordelijk voor de afstem-
training soepeler te laten verlopen, is onderzoek nodig.
ming van het aanbod op de hulpvraag en de wens van
Naast zicht op de behandelduur en moment van instroom
de jeugdige en zijn gezin. Deze ketencoördinator werkt
(direct of op termijn) zal onderzocht kunnen worden of de
met mandaat van alle betrokken organisaties die werken
modules intensieve zelfstandigheidstraining en zelfstan-
met jeugdigen/het gezin. Als werkwijze kan het model
digheidstraining samengevoegd kunnen worden en wat
van Bureau Jeugdzorg Amsterdam als voorbeeld dienen
de consequenties zouden zijn van deze keuze.
(2011, Lange). Een belangrijk uitgangspunt bij gezinsmanagement is het aansluiten bij en het versterken van de eigen mogelijkheden van de betrokken gezinnen. De ge-
Discussie
zinsmanager staat dus met één been in het gezin, werkt gezinsgericht en organiseert indien nodig de juiste hulp.
In dit onderzoek is niet onderzocht of het geboden traject
Als deze gezinsmanager zowel vrijwillige jeugdhulpver-
aansluit bij de wens van de jeugdige (en het gezin) en de
lener, jeugdbeschermer als jeugdreclasseerder kan en
betrokken hulpverleners. Mogelijk hebben jeugdigen een
wettelijk gezien mag zijn, kan hij alle jeugdigen in het ge-
periode gewacht op gewenste zorg en werd vervangende
zin bedienen en ook in het gezin blijven als er van kader
zorg ingezet omdat de gewenste zorg niet beschikbaar was.
(gedwongen/vrijwillig) wordt veranderd. Als voor deze
Of er werd direct ‘second best’ gekozen omdat de wacht-
gezinsmanager gekozen wordt, is het belangrijk dat alle
lijst van de gewenste zorg lang was. Als er in de toekomst
ketenpartners de zich committeren aan de werkwijze.
opnieuw onderzoek wordt gedaan naar langdurig gebruik, verdient dit apart aandacht.
7. Werk generiek en gezinsgericht
Een groep jeugdigen en hun gezin is wel langdurig in zorg
Daar waar drang/dwang noodzakelijk is (jeugdbescher-
maar valt buiten dit onderzoek. Dit zijn de jeugdigen die
ming en/of jeugdreclassering) kan Bureau Jeugdzorg de
een periode zorg ontvangen en dan tijdelijk zonder hulp
generiek gezinsgerichte werker (gezinsmanager) inzetten
verder kunnen, maar na een periode (langer dan 30 dagen)
om de regie van de zorg op zich te nemen en alle nood-
opnieuw een beroep doen op de jeugdzorg. Aanbevolen
zakelijke hulp in te zetten voor de jeugdige/ouders/ge-
wordt om nader onderzoek te doen hoe de hulpverlening
zin. Daarnaast zal deze werker zich in moeten zetten op
aan deze groep jeugdigen effectief en efficiënt ingezet kan
versterken en inzetten van het netwerk.
worden.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 13
13
08-07-13 11:47
Bijlage
Anouk
wordt in 1996 geboren. Ze groeit op
Bureau Jeugdzorg stelt in overleg met Nieuw Veldzicht,
met haar zus en broer bij haar ouders. Als Anouk 10 jaar
ouders en Anouk een plan op. Verschillende opties worden
is, ontstaan er veel spanningen in het gezin, vooral omdat
besproken. Het gezin van Anouk balanceert voortdurend
Anouk zich onttrekt aan het ouderlijk gezag. Het gezin
tussen onvoldoende vertrouwen in het slagen van de thuis-
krijgt ambulante hulp. In 2007 wordt de 11-jarige Anouk
plaatsing van Anouk en de wens om Anouk thuis te laten
twee weken opgenomen in een crisisgroep.
opgroeien. Ondanks de inzet van IPT en systeemgesprekken blijven er onaanvaardbare spanningen tussen ouders en
Begin 2009 is er opnieuw sprake van een crisis. Ambulan-
Anouk en de veiligheid van Anouk kan niet altijd worden
te crisishulp bereikt onvoldoende en Anouk wordt opnieuw
gewaarborgd. Anouk woont wisselend thuis of verblijft bij
in de crisisopvang geplaatst en vervolgens in een observa-
Nieuw Veldzicht en vervolgens bij Vitree in een behandel-
tiegroep. In de zomer van 2009 wordt door de kinderrech-
groep. School gaat moeizaam, haar prestaties gaan achteruit
ter aan Anouk een tweejarig reclasseringstraject opgelegd
en ze is toenemend zonder reden afwezig. Ouders en Anouk
omdat Anouk heeft gestolen. De problemen thuis escale-
geven aan dat betrokkenheid van hulpverlening noodzake-
ren. Anouk dreigt zichzelf met een mes iets aan te doen.
lijk blijft omdat Anouk in haar leven veel heeft meegemaakt.
Anouk wordt meerdere malen tijdelijk op Nieuw Veldzicht
Anouk is aangemeld voor behandeling bij de GGZ en woont
geplaatst. Tijdens de behandeling en als vervolg daarop
op dit moment thuis.
wordt steeds Intensieve Pedagogische Thuishulp (IPT) aangeboden maar door de voortdurende escalaties thuis is er nauwelijks effect.
Ivan
wordt in 2001 geboren in Brazilië, zijn broer
Gabriel is dan ruim 1 jaar oud. In 2003 worden beide jochies 14
In 2009 wordt door de kinderrechter een voorlopige en la-
geadopteerd door een tante. Ouders zijn niet in staat om de
ter een ondertoezichtstelling, opgelegd beide in combina-
jongens op te voeden, beide zijn verslaafd en zitten in het
tie met een uithuisplaatsing. Anouk gaat opnieuw naar de
criminele circuit. Tante neemt de jongens in 2005 mee naar
crisisopvang van Nieuw Veldzicht en daarna naar een be-
Nederland.
handelgroep. Daar wordt haar een veilige, gestructureerde
In 2007 komt Ivan onder de aandacht bij Bureau Jeugdzorg
en voorspelbare woonomgeving en behandeling geboden.
omdat er vragen zijn over de gedragsproblemen van zijn
De ouders van Anouk worden nauw bij de behandeling be-
broer Gabriel. Al snel blijkt dat de adoptie niet geldig is in
trokken. Door inzet van systeemtherapie wordt geprobeerd
Nederland. In 2008 geeft de Raad voor de Kinderbescher-
de communicatie in het gezin te verbeteren en ouders te
ming voor beide jongens de voogdij aan Bureau Jeugdzorg
helpen om tot een positievere opvoedingssituatie te komen.
omdat er sprake is van een gezagsvacuüm. De jongens groeien verder op bij tante totdat er ernstige zorgen zijn
Vanwege aanhoudende en ernstige gedragsproblemen
over beide jongens en er sprake blijkt te zijn van mishande-
wordt in 2010 door de GGZ onderzoek gedaan naar de per-
ling (opsluiten, slaan, ernstige dreigementen). Begin 2010
soonlijkheidsontwikkeling van Anouk. De diagnose is oppo-
worden zowel Ivan als Gabriel opgenomen in de crisisop-
sitioneel opstandige gedragsstoornis (ODD). De diagnose
vang ‘De Notenkraker’. Na 2,5 maand op de crisisgroep
wordt door Anouk en ouders herkend en de behandeling
wordt Ivan overgeplaatst naar de behandelgroep van Tria-
van Anouk en de systeemtherapie met ouders wordt hierop
de. Hij verblijft daar een jaar langer als wenselijk omdat er
afgesteld.
geen pleeggezin voor hem gevonden wordt. In 2012 wordt een pleeggezin gevonden wat maximaal een jaar voor hem
In de loop van de volgende jaren laten ouders een wisse-
kan zorgen. In deze periode wordt opnieuw naarstig ge-
lende betrokkenheid bij Anouk zien, wat resulteert in on-
zocht naar een pleeggezin. Gelukkig wordt er in maart 2013
duidelijkheid, boosheid en verdriet bij Anouk. De escalaties
een pleeggezin gevonden waar Ivan kan opgroeien.
tussen Anouk en ouders blijven bestaan. Ouders geven aan dat Anouk niet meer thuis kan wonen.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 14
08-07-13 11:47
Literatuurlijst • Angel. I. 2012, Uithuisgeplaatst: voor altijd?! Lelystad: Vitree. • BJZ, 2011. Inkoopadvies Bureau Jeugdzorg 2012. Lelystad. • BJZ, 2011 (2). Samenwerkingsprotocol Bureau Jeugdzorg en Jeugdzorgaanbieders Flevoland, Lelystad. • BJZ, 2012. Jaarplan Bureau Jeugdzorg Flevoland. Lelystad. • Bosman, R. 2012 Eén kind, één plan, meerdere zorgaanbieders, Lelystad: Vitree. • Engelbregt, J. 2008. Logistiek voor dienstverlenende organisaties. Amsterdam: Boom onderwijs. • Moeke, D., & Verkooijen, L. 2012. De levering van zorg, een inleiding (concept). Leeuwarden: Windesheim. • Konijn, C. et. al, 2009. Classificatiesysteem voor de aard en problematiek van cliënten in de jeugdzorg. Utrecht: NJI. • www.CBO.nl/thema/Ketenzorg [Geopend 9 32012]. • Lange.M, & van Haaren.S. 2011. De MPG-aanpak. Organiseren van de hulpverlening rondom het gezin. Utrecht: NJI.
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 15
08-07-13 11:47
Hoofdkantoor Postadres: Bezoekadres: Telefoon: Fax:
Postbus 1011 8200 BA Lelystad Maerlant 16b 8224 AC Lelystad 0320 267 100 0320 267 111
Locatie Almere Postadres: Bezoekadres: Telefoon: Fax:
Postbus 1163 1300 BD Almere Haagbeukweg 149 1318 MA Almere 036 548 69 69 036 363 03 60
Locatie Emmeloord Postadres: Postbus 1011 8200 BA Lelystad Telefoon: 0527 630 430 Website: www.bjzflevo.nl 7/2013 © Bureau Jeugdzorg Flevoland Ontwerp en productie: MultiCopy Lelystad/Almere
531379_Brochure_onderzoek_langdurige_Zorg_A4.indd 16
08-07-13 11:47