Jaarverslag. voor kinderen

Jaarverslag

2010

met In het

voor kinderen van de wijk

2 met hart voor kinderen

in het hart van de wijk

Voorwoord 1+1=3 Het voelt als vloeken in de kerk, ik weet het. Maar met de ‘rekenfout’ uit de titel van mijn inleiding op dit jaarverslag 2010 wil ik benadrukken hoeveel belang het OOH hecht aan samenwerking. Alleen nauwe samenwerking tussen alle partijen in het openbaar onderwijs, stelt ons in staat onze ambities waar te maken. En dan heb ik het over partijen als de kinderen, de ouders, de leerkrachten, de directeuren, het bestuur van de stichting en de gemeente. Op de volgende bladzijden treft u talloze voorbeelden van die samenwerking. Zoals met de gemeente en de andere scholen in Houten. Het afgelopen jaar zag de gemeente zich gedwongen 7% op de begroting te bezuinigen. Ook de scholen moesten daaraan een bijdrage leveren. Het OOH heeft toen het initiatief genomen om met alle andere scholen in Houten proactief met de gemeente een gesprek aan te gaan. Ons doel: behouden wat wij essentieel vinden voor verantwoord onderwijs. De wethouder die in maart 2010 is aangetreden, heeft ook zelf samenwerking hoog in haar vaandel staan. Zo worden lastige zaken als een dreigend tekort aan schoollokalen nu samen met de scholen besproken en opgelost.

Een school floreert niet zonder de inbreng van ouders. Dat gebeurt dan ook op velerlei terreinen. Een hoogtepunt in het afgelopen jaar vond ik de rolverandering van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. De GMR nam de stap om niet langer een voornamelijk passieve, controlerende rol te spelen, maar een meer actieve bijdrage te leveren. Van de beleidsvoornemens uit het strategisch beleidsplan wil de GMR een aantal beleidspunten die zij belangrijk vindt, actief op de agenda zetten. De GMR bepaalt op dit moment welke onderwerpen dat zijn. Dit is een prachtige nieuwe kans voor ouders om het onderwijs van het OOH mede vorm te geven.

Ook binnen het OOH groeit de samenwerking. In het DIRO, het directeurenoverleg van openbaar onderwijs, trekken de schoolleiders steeds meer samen op. Waar nodig, zijn ze in staat de belangen van het collectief te laten prevaleren boven het belang van hun eigen school. Tijdens een studiedag over teamontwikkeling in maart van het vorig jaar, hebben zij ervaren hoe juist de verschillen in karakter en vaardigheden een team sterk kunnen maken. Hoe originaliteit en creativiteit pas effectief zijn als ze een tegenwicht vinden in realisme en planmatigheid. Iets om rekening mee te houden bij het samenstellen van schoolteams en werkgroepen. Een andere vorm van interne samenwerking waar het OOH beter van wordt, is die tussen de interne begeleiders. Zij zijn begonnen met een gezamenlijke dossiervorming over de kinderen. Daarmee beschikken alle scholen over dezelfde informatie, die direct beschikbaar is als kinderen van school wisselen of als één van de IB’ers voor korte of lange tijd afwezig is.

Samenwerking staat of valt met luisteren. Luisteren naar de leerling, naar de ouder, naar de school, naar de leerkracht. We hoeven het lang niet altijd met elkaar eens te zijn. Dat is ook een illusie. Als we maar minstens willen begrijpen wat de ander bedoelt en nastreeft. Over oppervlakkige schermutselingen heen willen stappen. Soms de individuele belangen willen inruilen voor het gemeenschappelijk belang. Als we dat doen, breken we vanzelf de rekenkundige wet en maken we van één plus één drie. Floris Dekker



Inhoud Inhoud Onderwijs

5

Personeel

15

Communicatie en Samenwerking

17

Organisatie

20

Financiën

26

Visie, missie en ambitie

35

Strategisch beleid

38

Bijlagen

43



Onderwijs “Ik vind het positief dat iedereen elkaar respecteert”

Klavertje vier

Wie ben je? Mijn naam is Anna Heinen. Ik zit in groep 8 van Klavertje Vier. Ik ben lid van de Kinderraad. We zijn een ‘openbare’ school. Wat betekent dat en wat vind je daarvan? Het betekent dat iedereen er mag komen. Iedereen, van elke religie of afkomst. Ik vind het positief dat iedereen elkaar respecteert. Wat heeft jouw hart sneller doen kloppen het afgelopen jaar? Alle leuke activiteiten, zoals het kerstdiner en het schoolkamp. Wat wens je voor de scholen? Allemaal een schoon gebouw en veel groen rond het plein.

De hartslag van de school, hoogte- en dieptepunten in 2010: Hoogtepunten: • De overgang van fasenonderwijs naar een nieuw concept: Gelukkig Leren! • De positieve beoordeling bij het bezoek van de inspecteur. • De invoering van het vak techniek en het behalen van het bijbehorende certificaat. • Verbreding Techniek Basisonderwijs. Dieptepunten: • Een lekkend dak, de kopieermachine die vastloopt, het computernetwerk dat uitvalt. Gelukkig hebben we mensen, die dat snel kunnen verhelpen!

Met hart voor kinderen….’ was in 2010 als volgt zichtbaar: Klavertje Vier staat voor geluk. Door elkaar te respecteren, door veiligheid en vertrouwen te bieden, door elkaar te benaderen op basis van gelijkwaardigheid was iedereen in 2010 gelukkig en ging met plezier naar school. Door ruimte voor talent te bieden lieten we de kinderen uitblinken in workshops, talentenshow en presentaties. Met oog voor uw kind stellen we het kind centraal en bieden we hun wat ze nodig hebben. Met hart voor ieder kind. ‘In het hart van de wijk’ was in 2010 als volgt zichtbaar: Leren doe je niet alleen. Door samen te werken met elkaar, met ouders, met instanties stonden we middenin de wijk en wisten we wat er leefde bij de kinderen. In het kader van de Brede School vonden activiteiten plaats, georganiseerd door de bibliotheek, Stichting Enter en de natuurclub. De opening van de voetbalkooi was een gezellig samenkomen, waarbij teams van school, buurtbewoners, gemeente en Stichting Enter de sportieve strijd met elkaar aangingen. De kinderen van Klavertje Vier vormen een afspiegeling van de wijk. Tijdens onze jaarlijkse projectafsluiting konden we smakelijk genieten van elkaars culturen.

Ons hart loopt over van de volgende gebeurtenis in 2010: De afsluiting van het project ‘Kleurrijk Klavertje Vier.’ Enthousiaste kinderen, trotse ouders, tevreden leer-krachten. Muziek, presentaties en lekkere hapjes. Het gevoel om met z’n allen één school te zijn. Voor 2011 klopt ons hart vol verwachting voor: Verder uitwerken van ons concept ‘Gelukkig Leren’ en alle bruisende activiteiten die daarbij horen.



De Bijenkorf en De Regenboog

‘Met hart voor kinderen….’ was in 2010 als volgt zichtbaar: Op locatie De Bijenkorf is een actie gehouden voor de slachtoffers van Haïti. Alle kinderen van De Regenboog en De Bijenkorf hebben samen op school diverse activiteiten georganiseerd om geld op te halen. De actiedag werd afgesloten met een zeer succesvolle ‘dienstenveiling’. Leerkrachten boden per opbod een dienst aan. Zo zijn onder andere een voorleesjuf, fietsopknapbeurt, diner en bioscoopavond op school goed verkocht. De totale opbrengst was €2900,80.

Dieptepunten: • Het opheffen van De Regenboog. Half oktober 2010 besloot de gemeente om geen nieuwbouw te realiseren op De Slinger. Dit betekende het definitieve einde van De Regenboog. Opheffing volgde, de leerlingen vonden plek op 7 verschillende basisscholen. Meer dan de ºhelft ging gelukkig mee naar De Bijenkorf.

‘In het hart van de wijk’ was in 2010 als volgt zichtbaar: De Regenboog is in 2010 voortrekker geweest van de Brede School in het centrum. Dat gedachtegoed wordt door de Bijenkorf in 2011 voortgezet. Een school in een netwerk in de wijk, met onderwijs, opvang en activiteiten. Naast de activiteiten maakt de wijkvereniging van ‘De Borchen’ bijvoorbeeld kosteloos gebruik van De Bijenkorf voor hun vergaderingen. De sportinstuif van Van Houten en Co vindt ook plaats in de gymzaal. Deze bijeenkomst is voor leerlingen van de groepen 7/8 van alle scholen uit de wijk. De gymzaal van De Bijenkorf wordt door de andere wijkscholen gebruikt voor de gymlessen.

Voor 2011 klopt ons hart vol verwachting voor: • We willen dit jaar besluiten of we de schooltijden veranderen naar het vijf gelijke dagenmodel. Ook de ontwikkeling van de Brede School in Houten Noord west speelt hierin een belangrijke rol. • De Bijenkorf overlegt met een BSO1 organisatie om onderwijs en opvang geïntegreerd op De Bijenkorf plaats te laten vinden. Dit alles zal een plek krijgen in het nieuwe schoolplan (2012-2016) dat we dit jaar met het team maken.

Ons hart loopt over van de volgende gebeurtenis in 2010: Zie hoogtepunt.

De hartslag van de school, hoogte- en dieptepunten in 2010: Hoogtepunten: • In januari 2010 nam de gemeente een amendement aan waarin stond dat locatie De Slinger de plek is voor de nieuw te realiseren centrumschool. Hiervoor hadden alle betrokkenen hard gewerkt.

1

BSO staat voor Buiten Schoolse Opvang



De Brug

‘Met hart voor kinderen….’ was in 2010 als volgt zichtbaar: Elke schooldag is ‘Met hart voor kinderen….’ zichtbaar vanaf het moment dat de leerkracht om 8.20 uur bij de ingang van het lokaal de kinderen ontvangt met een persoonlijke begroeting. Daarnaast zijn er specifieke momenten geweest in 2010: • Het installeren en starten van de eerste Kinderraad • Het nieuwe meubilair • De aanleg van de N-computing • Het afscheidscadeau van de leerlingen en ouders van groep 8 • Het schilderwerk in de onderbouwhal.

• Inzamelactie voor het goede doel: De Dieren ambulance. • Betrokkenheid bij de ramp op Haïti De hartslag van de school, hoogte- en dieptepunten in 2010: Hoogtepunten: • Het opnieuw vorm geven van de visie door het MT2. Dieptepunten: • Het vertrek en afscheid van Wilfred Bijvoet. • Het afsluiten van het overblijven, zoals het jaren georganiseerd is geweest.

‘In het hart van de wijk’ was in 2010 als volgt zichtbaar: Elke schooldag is ‘In het hart van de wijk….’ zichtbaar op de prikborden in de school: op de ouderprikborden bij het onderdeel informatie, op Ezeltje Prik (het kinderprikbord) met bijvoorbeeld uitnodigingen voor uitstapjes. Wekelijks is de speelzaal op de dinsdag- en donderdagavond in gebruik voor yogalessen. Op woensdagavond zingt een koor in de bovenbouwhal en op zondag houdt de Maranatha-gemeente haar dienst in school. Daarnaast zijn er specifieke momenten geweest in 2010: • Tweemaal zijn er naschoolse activiteiten aangeboden via de activiteitenfolder van de Brede School Noord oost. • Tijdens de afsluiting van het schoolproject vond in de Dassenburg de expositie plaats van de kunstwerken die de kinderen hadden gemaakt. • Tweemaal heeft groep 8 buurtbrieven in de huizen rond de school uitgedeeld, waarbij onze buren onder andere werden uitgenodigd om een glühwein te drinken tijdens onze kerstviering.

Ons hart loopt over van de volgende gebeurtenis in 2010: Dag van de levering van het nieuwe meubilair.

2

Voor 2011 klopt ons hart vol verwachting voor: De beslissing over ons ‘Middagprogramma’: hoe gaan we verder met wereldoriëntatie en cultuureducatie.

MT staat voor het Management Team



Ridderspoor

‘Met hart voor kinderen….’ was in 2010 als volgt uit zichtbaar: ‘Met hart voor kinderen’ komt tot uiting in vrijwel alles wat we doen. Alle lessen die we geven, projecten die we doen, gesprekken die we voeren, keuzes die we maken, komen voor een belangrijk deel voort uit de vraag: dienen we hiermee het belang van onze kinderen? In onderwijs heb je soms te maken met veel verschillende en tegenstrijdige belangen. Het belang van ’onze’ kinderen staat daarbij altijd centraal!

onderwijsconcept sloot onvoldoende aan op onze wensen. Alhoewel het besluit om te stoppen goed is uit te leggen, was de teleurstelling binnen het team groot. We wilden zo graag vooruit.

Ons hart loopt over van de volgende gebeurtenis in 2010: Na een ingrijpende verbouwing die maanden heeft geduurd openden we eind maart de deuren van ons ‘nieuwe’ schoolgebouw. Een nieuwe, ruime, lichte centrale hal met volop ruimte voor onze gezamenlijke activiteiten en een kookeiland. Daarnaast een aantal nieuwe, lichte kantoren en werkplekken. We zijn er nog elke dag blij mee. Na maandenlang met stof, puin en herrie te zijn geconfronteerd vonden we het feit dat het klaar was wel reden voor een feestje. Feestje?!? We hebben het groots gevierd, zoals we op Ridderspoor gewend zijn. Daar bewaren we hele goede herinneringen aan…..

‘In het hart van de wijk….’ was in 2010 als volgt zichtbaar: ‘In het hart van de wijk’ was in 2010 het meest zichtbaar bij de feestelijke heropening van de school na de verbouwing. We organiseerden een spectaculair feest voor en met de kinderen, waar de buurt dankzij het prachtige weer heerlijk van kon meegenieten. Daarnaast gaven we ook een receptie, onder meer voor omwonenden. Leuk om de buurtbewoners te zien tijdens deze feestelijke gebeurtenis en hun waardering te horen voor hoe we met hen en hun wensen rond de verbouwing zijn omgegaan!

Voor 2011 klopt ons hart vol verwachting voor: De invoering van onze nieuwe methode Alles-in-1. We hebben ruim de tijd genomen om onze visie op onderwijs met elkaar vast te stellen. Vervolgens zijn we aan de slag gegaan met een oriëntatie op mogelijke onderwijsconcepten die hierop aansluiten. Uiteindelijk hebben we in Alles-in-1 een methode gevonden die naadloos aansluit op onze wensen: thematisch werken, veel mogelijkheden voor differentiatie, kind staat centraal, veel ruimte voor expressievakken. We hebben hoge verwachtingen van de methode. Door de verschillende vakken in themavorm aan te bieden verwachten we de kinderen meer te kunnen prikkelen en stimuleren zodat zij leren nog leuker gaan vinden. Omdat de leerstof in thema’s en dus in samenhang wordt aangeboden, verwachten we bovendien dat deze beter zal beklijven, wat de resultaten nog meer ten goede zal komen.

De hartslag van de school, hoogte- en dieptepunten in 2010: Hoogtepunten: • Groot feest in april ter gelegenheid van de heropening van de school na ingrijpende verbouwing. • Keuze voor methode Alles-in-1. • Bezoek van de onderwijsinspectie dat naar volle tevre denheid verliep en waar we echt mee verder kunnen. Dieptepunten: • Eerste contouren van de bezuinigingen die zichtbaar werden met vervelende gevolgen voor alle kinderen op school (grotere groepen, minder ondersteuning etc.) • We zijn vol enthousiasme begonnen met een pilot van werken met Ontwikkelingsgericht Onderwijs, maar dit



De Plantage

• De start van de Daltonopleiding. Dankzij deze opleiding zullen de nieuwe teamleden van de Plantage hun Daltoncertificaat behalen. Bovendien krijgt de Dalton- ontwikkeling van de hele school een fikse impuls. De resultaten zijn nu al merkbaar. Dieptepunten: • Het plotseling overlijden van een vader in maart 2010. • De gevolgen van de bezuinigingen voor de grootte van het huidige personeelsbestand. Dit werd in december zichtbaar voor het managementteam.

‘Met hart voor kinderen….’ was in 2010 als volgt zichtbaar: Op 17 november, de jaarlijkse Daltondag, organiseerden de oudere kinderen weer activiteiten voor de jongere kinderen: kookles, een spel, dans, knutselen, foto bewerken. Dit is letterlijk Kinderen voor Kinderen en telkens weer voor iedereen één van de leukste dagen van het jaar. Het blijkt steeds weer dat onze leerlingen veel meer aan kunnen en veel zorgzamer zijn dan menigeen denkt. De leerkrachten kunnen bij wijze van spreken thuisblijven. Een topdag, waarop de kinderen hun hart kunnen tonen!

Ons hart loopt over van de volgende gebeurtenis in 2010: • Alle leuke nieuwe mensen die we hebben aangenomen.

‘In het hart van de wijk….’ was op 14 april 2010 als volgt zichtbaar: We hebben gemerkt dat mensen met een andere culturele achtergrond zich in dit deel van Houten soms wat ‘verweesd’ voelen. De wijk is over het algemeen wit en er is weinig oog voor andere culturen. Daarom heeft de Plantage een Multiculturele dag georganiseerd. Het doel ervan was om niet alleen kinderen met een niet-Nederlandse achtergrond, maar ook hun ouders eens in het zonnetje te zetten. Deze dag is grotendeels door deze ouders zelf bedacht, georganiseerd en uitgevoerd. De sfeer was geweldig en het werd een absolute topdag. Doel meer dan bereikt!

Voor 2011 klopt ons hart vol verwachting voor: • De opbrengsten van de Daltonopleiding. • Het 10-jarig bestaan van de school. • Het definitieve besluit t.a.v. de schooltijden, waarover de directeur overleg voert met de ouders.

De hartslag van de school, hoogte- en dieptepunten in 2010: Hoogtepunten: • De verlenging van het Daltoncertificaat na het bezoek van de visitatiecommissie. • Onze interculturele dag, opgezet door ouders. Zie ‘Met hart voor de Wijk’.



Globetrotter

‘Met hart voor kinderen….’ was in 2010 als volgt zichtbaar: We hebben van elke IPC3 unit weer een nieuwe ontdekkingstocht voor de kinderen gemaakt. Dat leverde de kinderen naast een gezonde uitdaging ook veel voldoening en plezier op. We hebben elke IPC unit kunnen afsluiten met een excursie in de directe omgeving van de school. Zo was er het bezoek aan een fort in Tull en ’t Waal. Daar nam een officier in klederdracht de kinderen mee op rondleiding. De kinderen werd geleerd hoe men vroeger de maat nam (Unit Schilderijen, afbeeldingen en foto’s). Een ander bezoek bracht ons op de oudheidkundige zolder in het oude stationsgebouw van Houten(Unit Samen leven, de gemeenschap). ‘In het hart van de wijk …’ was in 2010 als volgt zichtbaar: Als school staan we al in het hart van een wijk die langzaam om ons heen wordt opgetrokken. Het is jammer dat de oplevering van de woningen in de wijk Castellum niet is verlopen zoals verwacht. De economische recessie is daar mede oorzaak van. Het neemt niet weg dat wij met veel optimisme naar de toekomst kijken. De plannen om een Brede School te starten bijna op dezelfde plek als waar nu de Globetrotter gehuisvest is, bieden voldoende mogelijkheid om het openbaar onderwijs en dus de Globetrotter in de wijk nog zichtbaarder te maken. De hartslag van de school, hoogte- en dieptepunten in 2010: Hoogtepunten: • Het werken op een startende school met een prachtige toekomst; • Het blijven bouwen aan een uniek onderwijsconcept IPC. Onze IPC- coördinatoren gaan vier keer per jaar

op training om hun IPC-ervaringen te delen met andere scholen in het land. Ze komen elke keer weer enthou siast van terug, vol nieuwe ideeën. • De spirit om te mogen bouwen aan een nieuwe school. Een hoogtepunt was zeker de kerstborrel met de ouders. We hadden een onrustige periode achter de rug, maar die avond ontstond, mede door de inzet van ouders, een saamhorigheidsgevoel die we goed konden gebruiken. Dieptepunten: • De beperkingen van de tijdelijke locatie. • De wisselingen in personele bezetting. Vooral het vertrek van juf Judith in de onderbouw kwam aan het begin van het schooljaar op een ongelukkig moment. Dit heeft onrust gegeven onder ouders, maar elke keer zijn we er weer sterker uit gekomen. Ons hart loopt over van de volgende gebeurtenis in 2010: • Dat heeft te maken met de hoogtepunten in 2010, maar vooral met het vertrouwen van ouders en perso neel in de Globetrotter en de toekomst van de school. Voor 2011 klopt ons hart vol verwachting voor: • Een verdere groei van het aantal leerlingen in 2011 en een verdere borging van de kwaliteit van ons onder wijs. De Brede School komt weer iets dichter naar ons toe in onze beleving. We zoeken een architect die samen met ons de tekeningen van de Brede School kan maken. We zijn ook op zoek naar een partner om de BSO vorm te gaan geven. Uitdagingen zat. We kijken in elk geval uit naar een jaar vol beweging en activiteit.

Het IPC is een lesprogramma met een internationale insteek. Het programma is ontwikkeld voor en door een groep van veertien Nederlandse en internationale scholen over de hele wereld. De thematische IPC units zijn ontworpen om kinderen verbanden te laten leggen bij het leren. Zie www.ipcnederland.nl voor meer informatie.

3



Kwaliteitszorg In het kader van het kwaliteitsbeleid werkt het OOH met het INK-model van het Instituut Nederlandse Kwaliteit (INK). Deze onafhankelijke stichting is in 1991 opgericht op initiatief van het Ministerie van Economische Zaken. De basis van het model is een visie op het leren uitblinken en verbeteren van organisaties. Een belangrijk onderdeel van dit model is de PDCA-cirkel (Plan, Do, Check, Act). Om de continue verbetering te kunnen richten en sturen, werkt het OOH met een verbetercyclus die bestaat uit vier onderdelen: Plan (vaststellen): plannen van activiteiten en het stellen van doelen Do (uitvoeren): uitvoeren van geplande activiteiten Check (evaluatie): meten in hoeverre de afgesproken doelen zijn gehaald Act (bijstellen): aanpassingen op basis van de uitkomst in de checkfase Na de actfase start een nieuwe planfase. Actfase In 2010 is er veel aandacht geweest voor de checkfase: het analyseren van gegevens en daaruit conclusies trekken. Een belangrijke fase, want in 2011 worden de nieuwe schoolplannen geschreven. De evaluatie van de afgelopen vier jaar bepalen de stappen die de scholen de komende vier jaar zetten. Uit de evaluatie blijkt dat veel plannen worden gemaakt en uitgevoerd, maar dat beter en steviger kan worden geëvalueerd. Dit geldt zowel op het niveau van een handelingsplan voor een leerling in de klas, als voor het uitvoeren van stichtingsbreed beleid. Het is het van belang om: • Te weten wat je doel is (zonder doel kan je niet scoren) • Te weten hoe je dat denkt te bereiken (zonder bal of spelers scoor je ook niet) • Te weten hoe je bepaalt of je het bereikt hebt (zonder afspraken scoor je evenmin)

CITO-toetsen Op elke school worden de resultaten van de leerlingen vanaf groep 2 gevolgd met behulp van verschillende CITO-toetsen. Daarbij gaat het vooral om de vakken rekenen, taal, lezen en spelling. Afhankelijk van het vak wordt één of twee keer per jaar een toets afgenomen. We kijken stelselmatig hoe individuele kinderen pres teren, of deze prestaties in lijn zijn met wat we mogen verwachten en of de leerkracht/school actie moet ondernemen. Voor de scholen zijn de opbrengsten op leerling-, groeps- en schoolniveau van belang. Door het maken van een goede analyse kunnen ontwikkelingen tijdig in beeld worden gebracht en kan de school gepaste actie ondernemen. Vragen Soms leiden de CITO-resultaten op groeps- of schoolniveau tot vragen. Vragen over een vakgebied, zoals lezen of rekenen (waarom liggen de scores op het gebied van hoofdrekenen lager dan we mogen verwachten en wat gaan we daaraan doen?). Vragen over een groep die in de scores opvalt (deze groep scoort ieder jaar aanmerkelijk hoger dan gemiddeld op begrijpend lezen, hoe komt dat en wat betekent dat?). Of vragen over een leerjaar (waarom vertonen de scores op spelling iedere keer in groep 5 een dip?). Ook kan worden gekeken wat de effecten zijn van een nieuwe methode of werkwijze: zijn er veranderingen zichtbaar? In 2010 zijn belangrijke stappen gezet om deze vragen systematisch aan bod te laten komen. In juni hebben de directeuren, samen met de intern begeleiders, een studiedag gewijd aan de CITO-resultaten het analyseren van de uitslagen. Tijdens deze dag zijn de eerste stappen gezet voor het maken van die analyse. De scholen zijn hier intern mee aan de slag gegaan. Jaarlijks in maart maken de scholen een analyse van de recente CITO-toetsgegevens. Op basis daarvan wordt gekeken of de beoogde doelen zijn gehaald en worden zo nodig afspraken voor verbetering gemaakt.

In de afgelopen jaren zijn we vooral bezig geweest met het verzamelen van informatie en aan de hand daarvan vooruit te kijken. In 2010 is een belangrijke stap gemaakt om dieper op de materie in te gaan. Welke vragen roepen deze gegevens op en wat betekent dat? En hoe weten we nu of bijvoorbeeld die nieuwe spellingmethode er inderdaad voor zorgt dat de resultaten beter worden? En hoe meet je of de sfeer in de groepen is verbeterd? Een belangrijke stap op weg naar het opnieuw formuleren van doelen in 2011.



De CITO-gegevens worden ook gebruikt voor de verantwoording aan het bestuur en voor de gesprekken binnen het team, met de MR en de ouders. Daarnaast gebruikt de inspectie de gegevens om de kwaliteit van de scholen te bepalen. In 2010 heeft de inspecteur drie scholen bezocht en alle drie het ‘basisarrangement’, dat wil zeggen het vertrouwen van de inspectie, gegeven. Vanaf 2011 maken alle scholen jaarlijks een diepte analyse van de CITO-resultaten. Daarbij worden de gegevens verder geanalyseerd dan alleen op kindniveau. Welke ontwikkelingen worden zichtbaar? Is effect van de genomen acties al merkbaar? Deze analyse leidt zo nodig tot beleidsvoornemens en acties van de school. Doordat de analyse jaarlijks wordt gemaakt, wordt goed zichtbaar in hoeverre een beleidsvoornemen of actie het gewenste resultaat heeft.

Het afgelopen jaar hebben ouders tweemaal een klacht bij het bevoegd gezag ingediend. De ene was gericht tegen een leerkracht en een intern begeleider. Een poging van het bevoegd gezag om deze naar tevredenheid van de ouders op te lossen had geen resultaat. Daarop heeft het bevoegd gezag de klacht doorgestuurd naar de Landelijke Klachten Commissie (LKC). Partijen hebben schriftelijk hun standpunten kunnen toelichten en konden deze daarna komen toelichten. Nadat alle partijen tijdens de zitting van de commissie de vragen hadden beantwoord, kwam deze tot de conclusie dat de klachten tegen de leerkracht en de intern begeleider onterecht waren. Wel heeft de LKC het OOH geadviseerd af te spreken dat een mogelijke aanmelding voor onderzoek eerst mondeling met de ouders besproken wordt om dit soort misverstanden te voorkomen. Mondelinge aanmelding vormde al het beleid binnen het OOH en dat is nogmaals onder de aandacht van de scholen gebracht.

KMPO Naast de CITO-toetsen, die de opbrengsten van het onderwijs meten, gebruikt het OOH ook de Kwaliteits Meter Primair Onderwijs om informatie te krijgen over de beleving van het onderwijs. De KPMO is een instrument dat door middel van enquêtes informatie verzameld bij kinderen (groep 7-8), ouders, leerkrachten en management. Daarbij gaat het over alles in en om de school: het gebouw, het lokaal, de leermiddelen, de uitleg, de uitdagingen, de communicatie, de faciliteiten, de sfeer, de veiligheid, enzovoort. Deze informatie vormt een belangrijke aanvulling op de gegevens van CITO. Op die manier weet het OOH niet alleen wat de opbrengst is, maar ook hoe het onderwijs wordt ervaren. In 2011 neemt het OOH voor de derde keer de KMPO af. Dat gebeurt begin 2011 via internet. Nadat de vragenlijsten zijn ingevuld, worden de opbrengsten geanalyseerd. In 2011 leggen we de CITO-gegevens en de uitslag van de KMPO naast elkaar. Ook hier gaat het om het evalueren van gegevens, het aanpassen en vastleggen van afspraken en het opnieuw plannen van nieuwe doelen. Een belangrijke fase op een belangrijk moment: in 2011 schrijven de scholen het nieuwe schoolplan, met de doelen voor de komende vier jaar.

De tweede klacht betrof de ontwikkeling van een school. Een ouder maakte zich zorgen over de ontwikkeling en de verouderde methodes die de school gebruikt. De directeur van de school heeft de kou uit de lucht kunnen halen door openheid van zaken te geven over de ontwikkeling van de school en de voorwaarden die nodig zijn om tot een goede methodekeuze te komen. Uiteindelijk zijn ouder en school het erover eens geworden dat een volgende stap in de ontwikkeling van de school noodzakelijk is. Er is begrip voor elkaars perspectief.

Klachten 2010

ICT in het OOH

Kwalitief goed onderwijs, een goede sfeer en een veilige omgeving voor de kinderen. Onze leerkrachten en schoolbesturen werken hard om dat te realiseren. Natuurlijk kan er wel eens iets mis gaan of zijn er andere oorzaken waarom ouders wel eens ontevreden kunnen zijn. Als er klachten zijn, nemen we die altijd serieus en proberen we ze op te lossen.

ICT speelt een steeds belangrijker rol in het basis onderwijs. Het OOH volgt die ontwikkeling op de voet en wil, waar dat kan, de nieuwe mogelijkheden aan leerkrachten en leerlingen ter beschikking stellen. Daarom beschikt het OOH sinds 2007 over een bovenschoolse ICT-afdeling (ICT-OOH), die wordt ondersteund door leerkrachten met ICT-taken op elke school.



Ontwikkelingen in 2010 Om het werken met een digibord voor de leerkracht gemakkelijker te maken heeft Bert-Jan Mulder, onze bovenschoolse ICT-coördinator, een document opgesteld, getiteld digibord en didactiek. Dit is aan directeuren, school ICT- coördinatoren en leerkrachten met een ICT-taak aangeboden en ter inzage op servers geplaatst. De aanschaf en afschrijving van beamers waren voornamelijk gebaseerd op ervaringen en verslagen afkomstig van het voortgezet onderwijs. In praktijk blijken deze beamers in het primair onderwijs intensiever te worden gebruikt. Beamerlampen en ook beamers zelf blijken eerder vervangen te moeten worden en reiniging van beamers meer een noodzaak dan een luxe. Op dit terrein zijn in beleid, uitvoering en begroting de nodige aanpassingen doorgevoerd.

Zoals afgesproken, wordt op alle scholen in de bovenbouw via een zelf ontworpen lespakket uitgebreid aandacht besteed aan multimedia in het onderwijs. Uitwisseling met collega’s en eigen ervaring heeft ons doen besluiten dit lessenpakket te vernieuwen. Het geheel is nu in een nieuw jasje gegoten en nog doeltreffender van opzet. Het lessenpakket (inclusief films en voorbeeld bestanden) is voor de leerkrachten op alle schoolservers gezet, maar is ook voor een ieder vanuit elke plek met een internetverbinding eenvoudig te downloaden. De ICT nieuwsbrieven (eerst wekelijks, later maandelijks) zijn dit jaar vervangen door een Yurl (web) pagina. Daarop loggen alle leerkrachten en leerlingen automatisch in als zij Internet Explorer starten. Deze webpagina met links en informatie is ontworpen in samenwerking met ICT Wijk bij Duurstede. Leerkrachten kunnen nu sneller en eenvoudiger met ICT aan de slag. Onze bovenschoolse ICT-coördinator Bert-Jan Mulder heeft dit jaar zijn studie Middenmanagement voor de

zomervakantie succesvol afgerond. Na uitgebreide afweging is gekozen voor deze opleiding bij het SON, omdat deze het meest aansloot bij de wensen. Wellicht dat Bert-Jan in de nabije toekomst nog een studie Mediawijsheid of Mediacoach gaat volgen. Besloten is om zoveel mogelijk van de scholen aan te sluiten op glasvezel. Dit gezien de toenemende vraag naar bandbreedte. Zowel administratiepakketten, mailverkeer, als digibordtoepassingen en software worden steeds meer webbased. Op de Bijenkorf is inmiddels het proefproject positief afgesloten. ADSL van XS4ALL zal tijdelijk als back-up dienen, maar zo snel mogelijk worden beëindigd. In voorbereiding daarop zijn alle mailadressen overgeplaatst van XS4ALL naar Basisonline. Dit jaar is onze nieuwe systeembeheerder aangetreden: Jasper Schuiteman. Voor hem en de bovenschoolse ICTcoördinator stond 2010 vooral in het teken van inwerken. We hebben dan ook meer tijd voor begeleiding moeten inruimen. Jasper heeft gelijk zijn vuurdoop ondergaan met uitrol van Ncomputing. De uitrol van Ncomputing (een systeem om met meerdere gebruikers één computer te delen) is volop in gang gezet. De Globetrotter, Klavertje Vier, de Brug en een deel van de Plantage zijn dit jaar voorzien van Ncomputing pc’s. Qua werkplek en werking zijn we er met deze scholen duidelijk op vooruit gegaan. Sociale media. Dit jaar zagen we de sterke opkomst van onder andere Facebook en Twitter. Bekeken is of dit op een of andere wijze ten dienste kon worden gesteld van ons onderwijs. Dit heeft geresulteerd in Tweets van directeuren over hun school en zelfs het plaatsen van Twitter-berichten op enkele scholenwebsites. Gekeken is daarnaast naar aanvulling van de Internet protocollen, met betrekking tot omgang met deze sociale media en mobiel gebruik in ons onderwijs. Plaatsing van nieuwe kopieermachines op de scholen heeft ervoor gezorgd dat we efficiënter gebruik kunnen maken van de kopieermogelijkheden voor leerkrachten en leerlingen, maar ook voor een geavanceerder scan/mail systeem. Ook wordt met deze apparaten het (duurdere) gebruik van extra (laser- en inkt jet-) printers verminderd. Alleen bij directeur en IB’er zijn nog extra printers/scanners aanwezig voor de uitdraai van privacygevoelige documenten. Om beter overzicht te kunnen houden is dit jaar een uitgebreid vervolg gegeven aan het financieel ICT overzicht. De nodige verfijningen zijn aangebracht. Daarnaast zijn ook de hardware overzichten gestroomlijnd.



Belangrijkste ontwikkelingen voor 2011 zijn: Een vervolg aan de uitrol van Ncomputing, zodat op alle scholen dit systeem werkt. ICT-OOH gaat ervan uit voor einde 2011 een definitief vervolg te kunnen geven aan het instellen van een webbased Sharepoint omgeving als opvolger van het huidige tijd en energie verslindende statische systeem. In de eerst helft van 2011 gaan we onze gezamenlijke websites opfrissen. Vragen voor aanpassing worden geïnventariseerd en het OOH-logo wordt geactualiseerd. In 2012 worden alle servers vervangen. Dit betekent ook dat er een nieuw besturingssysteem (server 2008) moet worden geïnstalleerd en dat op de werkstations ook nieuwe besturingssoftware, Windows 7, gaat komen. Voor het gebruik van sociale media zijn voorbeeldprotocollen en aanbevelingen aan directeuren gestuurd. Om te onderzoeken hoe we, in samenhang met sociale media, nieuwe apparatuur als tablets (de toekomst!?) en smartphones in het onderwijs kunnen inzetten, starten we in 2011 op een van onze scholen een proefproject. Gekeken wordt dan ook naar de nodige aanpassingen aan ons draadloos systeem.



Personeel “Als je je werk echt leuk vindt, ga je er voor de volle 100% voor!”

Algemeen Goed werkgeverschap in het onderwijs is er allereerst op gericht het beste uit de medewerkers te halen. Alleen leerkrachten die de ruimte krijgen zich professioneel te ontwikkelen, zijn immers in staat ook het beste in de kinderen naar boven te brengen. Daarnaast voelen leerkrachten die zich kunnen ontplooien en met plezier naar hun werk gaan, zich verbonden met het OOH. Daarmee draagt goed werkgeverschap bij aan behoud van talent in een arbeidsmarkt met een groeiend tekort aan onderwijskrachten.

Wie ben je, wat doe je en wat is je relatie met het openbaar onderwijs Houten? Mijn naam is Tessa de Boer en ik ben 26 jaar. Ik werk nu vier jaar als leerkracht in het basisonderwijs. De eerste twee jaar was ik werkzaam op een school in Noord-Holland waar ontwikkelingsgericht onderwijs werd aangeboden: een visie waar ik me heel betrokken bij voelde. Ik wilde graag op OBS Ridderspoor werken, omdat deze school ook thematisch gaat werken. Inmiddels ben ik twee jaar werkzaam in groep 7 op Ridderspoor en ben ik erg blij met de weg die we als team zijn ingeslagen. Wij gaan vanaf volgend schooljaar werken met de methodes Alles-in-1 en Alles-apart.

In het kader van talentontwikkeling organiseerde het OOH in 2010 een studiedag met als thema Ja Maar. De deelnemers werden uitgenodigd te kijken naar hun eigen gedrag in de klas en in hun omgeving. Ze leerden dat de eigen houding soms verbetering behoeft en dat het goed is erop te letten niet in een patroon vast te roesten. ‘Omdenken’ is een manier om routinegedrag te doorbreken en – waar nodig – collega’s op een professionele manier te kunnen aanspreken op hun manier van lesgeven. In de loop van het jaar kreeg de studiedag onder meer een vervolg door middel van Ja Maardilemmakaarten en Ja Maar-kerstpakketten.

Waarom het openbaar onderwijs Houten? Ik ben bewust op een openbare school gaan werken, omdat ik het belangrijk vind dat kinderen elkaar leren accepteren. Het is een verrijking om kennis te mogen maken met andere culturen. Openbaar onderwijs geeft kinderen een welkom gevoel en leert hen: iedereen is uniek en iedereen is gelijk. Wat heeft jouw hart sneller doen kloppen het afgelopen jaar? Dit jaar hebben wij voor het eerst een proefthema gedraaid van Alles-in-1. Ik heb met mijn groep gewerkt rondom het onderwerp Afrika en Azië. De kinderen hebben maskers gemaakt, piramides gekleid, bami gekookt, werkstukken gemaakt en nog zo veel andere betekenisvolle activiteiten gedaan. We sloten dit thema af met de musical The Lion King. De stralende gezichten op het podium deden mijn hart smelten. Daar stond een groep! Een groep waarin ik eerder dit jaar mijn handen vol aan had, omdat er een onveilige sfeer heerste. De kinderen waren ontzettend betrokken bij dit thema. Dit is hoe ik wil werken! Welk hart wil jij onder de riem van het OOH steken? Kinderen leren pas als er betrokkenheid is. Wat is leuker: een briefopdracht uit een taalboek of een echte brief schrijven waarin je gaat solliciteren naar een rol in de musical? Ja, dan wil je natuurlijk wel dat die brief er tiptop uit komt te zien. Als ik de kinderen dan vertel hoe zo’n brief er uit moet zien, is dat de perfecte timing! Zo werkt het ook bij leerkrachten. Als je je werk echt leuk vindt, ga je er voor de volle 100% voor!

Ziekteverzuim De afgelopen jaren kende het OOH dalende verzuimcijfers. Iets waar iedereen hard aan had gewerkt. In 2010 lagen de cijfers iets hoger dan de jaren daarvoor. Daarbij gaat het om een aantal mensen waarbij sprake was van een niet beïnvloedbare medische beperking. Dat wil zeggen dat voor deze mensen een medisch traject moest worden doorlopen, voordat re-integratie in de eigen functie aan de orde was. Bij drie personeels leden heeft dat traject langer geduurd dan verwacht. De getallen in het overzicht in de bijlage laten zien dat het ziekteverzuim weer afneemt.



Personeelsbeleid Functieboek Begin 2010 is het nieuwe functieboek voor de stichting OOH vastgesteld. Daarin zijn onder meer de LB-functie en bijbehorende functieprofielen opgenomen. Een LBleerkracht, ook wel senior leerkracht genoemd, heeft een afgeronde opleiding op hbo+ niveau, speelt een belangrijke rol in de schoolontwikkeling en heeft bij voorkeur een specialisatie. Verder bezit de LB-leerkracht de vaardigheid andere leerkrachten te coachen of te begeleiden. Om personeel te toetsen op geschiktheid voor de rol van LB-leerkracht gebruikt het OOH het zogenoemde Tool for Talent. De leerkrachten vullen daarbij een eigen bekwaamheidsdossier in en kunnen in een matrix zien waar verdere ontwikkeling mogelijk, gewenst of nodig is. Ook kunnen ze inzicht krijgen in de compententies die ze eventueel nog moeten ontwikkelen. De leerkracht die voor de LB-functie in aanmerking wil komen, levert het bekwaamheidsdossier in en kan vervolgens solliciteren naar de functie LB. In 2010 zijn op basis van de toetsing met het instrument Tool for Talent de eerste leerkrachten in LB benoemd. In 2011 zal dit een vervolg krijgen. Ook zal een hiervoor samengestelde commissie een aantal zaken verder onderzoeken, zoals de opleidingseisen, de bezetting van de sollicitatiecommissie en de te gebruiken uniforme beoordelingsformulieren. In het Convenant LeerKracht is tussen het ministerie en het onderwijs de afspraak vastgelegd dat meer leerkrachten in de LB-schaal benoemd moeten worden, tot ruim 40% in 2014. Het OOH streeft ernaar dit percentage te halen, maar stelt kwaliteit boven kwantiteit. In augustus 2010 zijn de eerste twee leerkrachten aangesteld in de LB schaal. Voor 1 augustus 2011 verwacht het OOH nog eens vijf à zes leerkrachten in de LB-functie te kunnen aanstellen.

aanstelling. Duidelijk is geworden dat het integrale personeelsbeleid, waaronder leeftijdsbewust personeelsbeleid, functionerings- en beoordelingsbeleid, taakbeleid (welke taken heeft een leerkracht naast het lesgeven) en het beleid op competentieontwikkeling, verbeterd moet worden. In lijn met het strategisch beleidsplan wil het OOH ook hier mogelijkheden creëren om recht te doen aan kwaliteit, ontwikkeling en goed werkgeverschap. Omdat iedereen een aanstelling bij de stichting heeft, is het van belang dat deze zaken op alle scholen vergelijkbaar zijn. Deze zullen in 2011 worden opgepakt. Participatiefonds In 2010 vroeg het Participatiefonds over drie personen gegevens te verstrekken om te kunnen beoordelen of het OOH nauwkeurig had gehandeld bij het ontslag beleid. Het fonds is door de sociale partners in het onderwijs opgericht om de werkloosheidsuitgaven in het primair onderwijs te beheren en terug te dringen. Alleen als een schoolbestuur kan aantonen dat het voldoende heeft gedaan om ontslag te vermijden, betaalt het fonds de uitkeringskosten. In twee gevallen moet het Participatiefonds nog een uitspraak doen. Daarbij bestaat de kans dat voor een van beide gevallen de uitkeringsgelden voor rekening van de stichting zullen komen.

Personeel en de toekomst Het strategisch beleidsplan 2011-2015 gaat onder meer over professionalisering en ontwikkeling van het personeel. Het schema hieronder geeft een overzicht van onderwerpen en doelstellingen. Onderwerp

Doel

11

12

13

Mobiliteit

Het OOH heeft in beeld wie welke talenten/kwaliteiten /expertise bezit

x

x

x

Nieuwe personeelsleden hebben de vanzelfsprekende houding dat ze werken voor de stichting en niet voor één school binnen de stichting

x

x

Alle personeelsleden kennen de afspraken die binnen OOH gelden op het gebied van mobiliteit

x

x

De directeur voert regelmatig gesprekken over de loopbaan/ mobiliteit van mensen

x

x

De werkwijze voor de afvloeiing personeel doet recht aan de samenstelling en kwaliteit van de organisatie (op schoolniveau en stichtingsniveau)

x

x

x

Tool for Talent is in gebruik op alle scholen van de stichting.

x

x

x

Elke school werkt met dezelfde gesprekkencyclus op basis van standaardformulieren

x

x

Er is tijdens OOH-studiedagen contact tussen mensen van verschillende scholen

x

x

Vertrek en nieuw personeel In 2010 hebben acht personeelsleden (drie mannen, vijf vrouwen) het OOH verlaten: één vanwege arbeidsongeschiktheid, één vanwege vervroegd pensioen (FPU), één door gedwongen ontslag (per 1 januari 2011) en drie op eigen verzoek. In de plaats van de vertrekkende leerkrachten zijn zes nieuwe leerkrachten aangetrokken. Het gaat om twee mannen en vier vrouwen. Competenties

Lager budget De bezuinigingen van overheidswege hebben ertoe geleid dat ook het OOH in 2011 beschikt over een lager budget dan in het jaar ervoor. Dit heeft consequenties voor het personeel en de mensen met een tijdelijke

Uitwisseling



x

14

15

x

x

Communicatie en Samenwerking

“De energie en het plezier van de leerkrachten zie je terug in het toneelstuk”

Samenwerking in het OOH Waar mensen samenwerken komt veel meer tot stand dan waar mensen hun eigen gang gaan. En het meest effectief is samenwerking waarbij mensen juist hun verschillen in ervaring, talent en karakter bundelen en in dienst stellen van één doel. Dit geldt voor elke organisatie en zeker ook voor een school of een verband van scholen, zoals het OOH. Daar is sprake van intensieve samenwerking tussen en binnen een groot aantal geledingen, zoals de schooldirecteuren, de intern begeleiders, de bouwcoördinatoren, de GMR en het bestuur. Een schoolteam dat goed functioneert, vergroot de kwaliteit van de school. Het is dan ook belangrijk dat de schooldirecteuren bewust sturen op de samenwerking binnen hun team. Hoe beter die samenwerking, hoe meer respect voor elkaars kwaliteiten, hoe makkelijker het wordt om problemen het hoofd te bieden en succesvolle activiteiten te ontwikkelen. Het tonen van leiderschap is daarbij van cruciaal belang. In dat kader hebben de directeuren in het voorjaar van 2010 een studiedag besteed aan de dynamiek van teams en teamontwikkeling. Onder leiding van een deskundige op het gebied van teamontwikkeling en teamfasen hebben de directeuren het functioneren van hun schoolteams onder de loep genomen, geleerd welk gedrag van hun leerkrachten bij welke fase past en aan welke ‘knoppen’ een directeur kan draaien om de volgende fase in de ontwikkeling van het team en de school in te gaan. De workshop heeft de directeuren extra inzicht en hulpmiddelen gegeven om beter sturing te geven aan het proces van teamontwikkeling.

Wie ben je, wat doe je en wat is je relatie met het openbaar onderwijs Houten? Mijn naam is Krijn de Haan (42 jaar) en ik ben getrouwd met Els. Wij hebben 2 jongens (groep 3 en 5) op De Plantage. Afgelopen 3 jaar ben ik actief geweest bij zowel de MR als de GMR. Ik werk bij het energiebedrijf Essent waar ik verantwoordelijk ben voor de ontwikkeling en het beheer van het klantinformatie- en het facturatiesysteem voor consumenten. Waarom het openbaar onderwijs Houten? Wij leven in een pluriforme en sterk veranderende samenleving. Voor mij staat openbaar onderwijs voor het actief omgaan met de verschillen in de samenleving. Kinderen leren zo respect voor elkaar te hebben en dat verschillen niet synoniem zijn aan tegenstellingen. Wat heeft jouw hart sneller doen kloppen het afgelopen jaar? Een open podium van de kinderen vind ik altijd fantastisch. Daar zit zo ontzettend veel in. Toneel prikkelt de fantasie en de emotie. Het is spannend en een belevenis om op te treden. Een bovenbouw en een onderbouw groep doen samen een toneelstuk, kinderen helpen elkaar. De energie en het plezier van de leerkrachten zie je terug in het toneelstuk. Ook de ouders zien op deze manier het best wat er gebeurt op school. Kortom school, ouder en kind zijn bij elkaar in een positieve en spannende omgeving. Super. Welk hart wil jij onder de riem van het OOH steken? Ik wens het OOH toe dat zij haar ambitieuze doelstellingen gaat realiseren en dat zij dit doet vanuit en met behoud van haar idealen.

Directeuren Ook de samenwerking tussen de directeuren onderling is van wezenlijk belang. Door hun verscheidenheid en elkaars kwaliteiten te zien en in te zetten vergroten zij de kwaliteit van het onderwijs. In de praktijk gebeurt dit steeds vaker en vanzelfsprekender, bijvoorbeeld bij het samenstellen van werkgroepen. In 2011 staat voor alle medewerkers een workshop op het programma over de verschillende teamrollen, met behulp van de teamrollentest van Belbin. Intern begeleiders De internbegeleiders van het OOH breiden hun samenwerking uit door de formulieren voor de leerling-dossiers voor alle scholen hetzelfde in te richten. Dat maakt het voor collega ib’ers en de leerkrachten makkelijker



om een kind over te nemen of op een andere school aan de slag te gaan. GMR In 2010 is er op een avond van GMR en bestuur gesproken over communicatie in het OOH. Hoe lopen de lijnen, met wie wordt er gesproken en wat is de volgorde. Aan de hand van deze avond werd ook gesproken over de mogelijke meerwaarde van de GMR als geleding, in hoeverre zij punten op de agenda zetten etc. Het effect van deze avond is dat de GMR zich, naast de formele rol met instemming en advies, actief bezig houdt met verschillende onderwerpen. Een vorm van samenwerking die de stichting duidelijk beter kan maken. Bouwcoördinatoren In 2010 is er ook gewerkt met een netwerk voor bouwcoördinatoren. Samenwerking op dit gebied bleek lastiger te zijn. De taak van de bouwcoördinator is op de scholen erg verschillend. Daarnaast bleek het in de praktijd erg lastig om de bouwcoördinatoren op hetzelfde moment op dezelfde plek te krijgen. In overleg is besloten hier mee te stoppen. Bestuur De samenwerking met het bestuur is ook goed te noemen. Het bestuur functioneert op afstand en heeft vertrouwen in de organisatie. Het bestuur heeft verschillende keren op diverse terreinen adviezen gegeven aan de algemeen directeur welke de organisatie verbeteren. Voor de algemeen directeur is het bestuur een plezierige sparringpartner om strategisch beleid uit te stippelen, of besluiten te toetsen, zonder daarbij het mandaat te verliezen. het voor collega ib’ers en de leerkrachten makkelijker om een kind over te nemen of op een andere school aan de slag te gaan.

Samenwerking buiten het OOH In het hart van de wijk Samenwerking en onderwijs horen bij elkaar. Het Openbaar Onderwijs Houten komt op vele momenten en plekken partners en instanties tegen waarmee het in meer of mindere mate samenwerkt. Aan deze samenwerking hecht het OOH veel waarde, omdat daardoor een netwerk ontstaat rond het kind waarvan het kind en zijn omgeving beter worden. Bovendien kunnen partijen van elkaar leren. Veel documenten zijn door anderen al geschreven, veel problemen zijn door anderen al ervaren en opgelost. Het OOH, op zijn beurt, wil de eigen ervaringen en oplossingen graag aan anderen ter beschikking stellen.

Brede School Sinds 2009 werkt de gemeente Houten aan de vorming van de Brede School Houten in elk kwadrant van de gemeente. Het concept Brede School betekent samenwerking tussen onderwijs, opvang en andere partijen (peuterspeelzaal, wijkcentrum, sportverenigingen, enzovoort). Het concept wordt vormgegeven door een werkgroep van betrokkenen (onderwijs, sport, welzijn) in elke wijk. Omdat de Brede School zich niet in één gebouw afspeelt, worden de activiteiten op verschillende locaties georganiseerd: in een school, op een sportveld of in de bibliotheek. De werkgroepen proberen samen met de kinderopvang-organisaties het contact te verbeteren en een sluitend dagarrangement af te spreken. Winst is onder meer te halen in de communicatie over het halen en brengen en over de opvang. Maar ook over opgedane kennis met kinderen, dossiers en trajecten kan meer worden uitgewisseld. Verder kunnen we meer gebruik maken van elkaars expertise en zouden we ook activiteiten beter op elkaar kunnen afstemmen. Het blijkt dat de Brede School niet voor iedereen prioriteit heeft. De aanwezigheid tijdens de werkgroepbijeenkomsten schommelt, waardoor het zetten van stappen lastig is. Ook werkt het terechte streven naar gezamenlijk optreden vertragend. Verder is de aanwezigheid van de gemeentelijke projectleider die het proces stuurt tijdelijk en moet ieder kwadrant de Brede School zelf gaan dragen. Toch bestaat wel degelijk de intentie de Brede School te realiseren en is vooruitgang merkbaar. De Brede School in de Kwadranten In Houten Noordoost is de Brede School ontstaan rond Klavertje Vier. De twee scholen van het OOH, De Brug en Klavertje Vier, zijn nadrukkelijk aanwezig in het werkgroepoverleg. Het merendeel van de activiteiten vindt plaats in en rond Klavertje Vier, zeker zolang de noodlokalen nog aan de school verbonden zijn. Omdat er geen klassen meer in de noodlokalen zitten, kunnen deze worden gebruikt voor bijvoorbeeld de Plusklas waarin hoogbegaafde kinderen een dagdeel per week extra instructie krijgen. Nu in Houten Noordwest op de locatie de Slinger, geen nieuw gebouw komt voor De Regenboog, onderzoekt de gemeente hoe de Brede School in deze kwadrant verder vorm kan krijgen. De directeur van de Bijenkorf zet de plannen die in de maak waren voor de samenwerkingsschool op de Slinger, voort vanaf de Bijenkorf-locatie. Daarbij zoekt hij steeds de samenwerking met de collegascholen en instanties.



uitgevoerd. Voorheen kon bijvoorbeeld de commissie die zich bezig hield met sport, sportimpuls en onderwijs, los opereren van ander overleg met de gemeente. Combineren van dit overleg, bijvoorbeeld met het overleg Brede School, voorkomt dat verschillende mensen met hetzelfde onderwerp aan de slag gaan. Het OOH werkt ook op andere terreinen samen met de gemeente. Zo benoemt de gemeenteraad op voordracht de bestuursleden van de stichting en is de gemeenteraad verplicht openbaar onderwijs aan te bieden en te handhaven. Die verantwoordelijkheid van de gemeente, zorgt voor de verbintenis met onze scholen.

In Houten Zuidwest, waar De Plantage staat, is de Brede School nog niet in ontwikkeling. Door de stormachtige groei van drie van de vier scholen in die wijk, is de aandacht eerst uitgegaan naar de interne organisatie. Nu die groei zich wat meer stabiliseert en het wijkcentrum Schonauwen in gebruik is, zal een begin worden gemaakt met de Brede School in deze wijk. In Houten Zuidoost realiseren De Globetrotter van het OOH, De Aventurijn van het RK en de Montessorischool een nieuw pand waar alle drie de scholen in zullen komen, inclusief andere voorzieningen. Dit wordt een multifunctionele accommodatie (MFA). Het gaat om een intensief traject dat veel overleg vereist. De samenwerking zorgt ervoor dat de fysieke ruimte optimaal kan worden benut en iedere school meer mogelijkheden heeft dan elke school afzonderlijk zou hebben in een eigen gebouw. Ook inhoudelijk zoeken de drie scholen samenwerking. Door de pedagogische lijn af te stemmen en door een organisatie voor buitenschoolse opvang nadrukkelijk bij het proces te betrekken, realiseren zij een sluitend aanbod voor de kinderen. Ook hier is vergaande samenwerking noodzakelijk, iets waarvan het OOH van meet af aan voorstander was. De Gemeente Het onderwijs en de gemeente treffen elkaar regelmatig in het LEA overleg. De Lokale Educatieve Agenda is, na de wetswijzigingen in het onderwijs(achterstanden)beleid in 2006, geïntroduceerd om het lokaal onderwijsbeleid vorm en inhoud te geven. Gemeenten, schoolbesturen en overige partners maken in dit kader afspraken over het onderwijs- en jeugdbeleid.

Afgezien daarvan is de gemeente een belangrijke partner als het gaat om huisvesting, jeugdbeleid en subsidies. De huidige financiële situatie en de opgelegde taakstelling van de gemeente Houten maken goed overleg belangrijker dan ooit. De euro’s die nog te besteden zijn, moeten goed worden ingezet. De gemeente heeft daar het overleg over gezocht. In het Algemeen Directeuren Overleg is besloten om als onderwijs gezamenlijk in te spreken bij het Ronde Tafel Gesprek over de Lokaal Educatieve Agenda en de bezuinigingen. Een goede manier om in een vroeg stadium de belangen van het onderwijs bij de raad neer te leggen. Het siert de gemeente dat ze in overleg is gegaan over de noodzakelijke bezuinigingen. Leuk is anders, maar het geeft alle scholen in Houten wel de kans om het goede te benoemen en mogelijk te behouden. Deze samenwerking van de onderwijspartijen zorgt voor winst. Buiten Houten Ook buiten Houten zoekt het OOH naar samenwerking. Zo nemen we, met verschillende besturen uit het midden van het land, deel aan het Partners In Onderwijs overleg. Trajecten worden opgezet, informatie wordt verzameld en verspreid en de belangrijkste ontwikkelingen worden voorbesproken. Met het openbaar onderwijs in Hilversum wisselen we ervaringen uit en praten we over het opzetten van een strategisch beleidsplan. Met het openbaar onderwijs Wijk bij Duurstede overleggen we regelmatig de Code Goed Bestuur die betrekking heeft op het scheiden van bestuur en toezicht in de organisatie.

De LEA biedt een kans om de verschillende momenten waarop de gemeente en het onderwijs elkaar treffen, te bundelen. Het is de bedoeling dat het aantal overleggen afneemt en trajecten meer in samenhang worden



Organisatie

“De uitdaging is om reëel te blijven en tegelijkertijd de kansen te blijven zien.”

Ontwikkelingen in het OOH Een belangrijke ontwikkeling in 2010 was het vaststellen van het meerjaren strategisch beleidsplan. Daarbij is vooral een onderscheid gemaakt tussen de verplichte en verantwoorde ontwikkeling van de organisatie en de wensen die we als organisatie hebben. Het gaat dan om zaken als kwaliteitszorg, opbrengsten en passend onderwijs. Steevast is de vraag ‘wat willen wij ermee’ en welk keuzes moeten we maken. Dat kiezen vinden we vaak lastig, omdat we vanuit onze ambitie meer kansen zien dan we kunnen realiseren. Het strategisch beleidsplan is verdeeld in vier gebieden: onderwijs, personeel, communicatie/samenwerking en organisatie. Deze indeling passen we ook toe in de schoolplannen die we in 2011 opstellen. Zij is ook terug te vinden in dit jaarverslag.

Wie ben je, wat doe je en wat is je relatie met het openbaar onderwijs Houten? Ik ben Stef van Hage, directeur van de openbare Daltonbasisschool De Plantage en tevens plaatsvervangend algemeen directeur van het OOH. Ik ben getrouwd met Nicolette Elen. Zij werkt ook bij het OOH als intern begeleidster op de Bijenkorf en op de Globetrotter. Ik ben vader van 2 dochters die beiden op De Bijenkorf hebben gezeten. Gezegd mag dus worden dat de relatie van ons gezin met het OOH zeer intensief is. Waarom het openbaar onderwijs Houten? Om twee redenen hebben we de keuze voor het openbaar onderwijs gemaakt, zowel voor onszelf als voor onze kinderen. Wij hebben geen geloof als achtergrond, bovendien vinden we het belangrijk dat (onze) kinderen in aanraking komen met mensen en kinderen met verschillende opvattingen en culturele achtergronden.

Allocatiemodel Eén van de meest in het oog springende ontwikkelingen is de omzetting van het allocatiemodel, zoals dat zo mooi heet. Het allocatiemodel is de wijze waarop het geld in de organisatie wordt verdeeld. Voorheen kregen de scholen één op één de gelden van het rijk. Dat gebeurde op basis van telgegevens (grofweg het administratieve nummer dat een school van het ministerie krijgt bij voldoende leerlingen en het aantal kinderen dat op een school zit). Deze situatie was niet langer toepasbaar op de scholen van het OOH. Doordat de groeiregeling op schoolniveau veranderde naar een regeling op bestuursniveau, ontstonden problemen voor de groeischolen in Houten-Zuid. In Houten-Noord is sprake van vergrijzing en daarmee teruglopende leerlingaantallen. Daardoor kan het OOH niet of slechts sporadisch gebruik maken van de nieuwe groeiregeling, terwijl aan de andere kant de Plantage er per schooljaar meer dan zestig kinderen bij krijgt en dus gedurende het schooljaar nieuwe groepen start.

Onze woonplaats is Houten, de keuze voor het OOH is daarom een logische keuze.

Wat heeft jouw hart sneller doen kloppen het afgelopen jaar? Het OOH is in roerig vaarwater beland. Enerzijds de scholen in Houten Zuid, waar groei mogelijk is, maar nog niet overal zichtbaar is, anderzijds de krimpende scholen in de rest van Houten, waarbij het voortbestaan van deze scholen in hun huidige vorm op termijn onzeker is. Dit betekent dat het OOH voor de toekomst zowel spannende als onvermijdelijke keuzes moet gaan maken. In 2010 werd helder dat de gevolgen van die keuzes ingrijpend zullen zijn. De uitdaging is om reëel te blijven en tegelijkertijd de kansen te blijven zien. Dit onderwerp houdt mij zeker bezig. En niet alleen vanwege de gevolgen voor mijn school, de Plantage.

Welk hart wil jij onder de riem van het OOH steken? In roerig water navigeren is nog een hele kunst. Ik gun het OOH wijsheid als kompas en een beetje geluk zodat de uitgezette koers uiteindelijk resulteert in het aanmeren in een veilige en welgevulde haven.



Om de groeischolen toch in staat te stellen deze extra groep te maken, hebben we ervoor gekozen zelf criteria voor de verdeling van de middelen te benoemen. Wat doen we bovenschools, welke zaken organiseren we gezamenlijk en wat hebben de scholen nodig? Op basis van aanwezige en verwachtte leerlingen dienen de scholen een plan in. De scholen maken ook een formatieplan voor de volgende vier jaar. De kracht van het OOH ligt ook hier in de samenwerking: het gezamenlijke belang dienen naast de individuele schoolbelangen. Het resultaat is een transparante en kansrijke wijze verdelen van geld. Het nieuwe allocatiemodel is mede in het leven geroepen om een antwoord te geven op de bezuinigingen van het rijk. Het stoppen van de groeiregeling per school en uitsluitend toepassen van deze regeling op het niveau van de stichting, betekende een inkomstenverlies van ongeveer € 125.000. Daarbij kwam nog de vermindering op de financiering van bestuur en management, wat nog eens € 60.000 extra aan bezuinigingen noodzakelijk maakte. We moeten het nadrukkelijk doen met minder geld. De onzekere toekomst en mogelijke bezuinigingen maken goed regie voeren over de financiën meer dan ooit noodzakelijk. Dankzij het nieuwe model zijn we daar nu beter toe in staat. De stevige gesprekken over financiën en de financiële consequenties van de keuzes, hebben het OOH een belangrijke kwaliteitsimpuls gegeven. Directeuren hebben nog meer inzicht gekregen in de ontwikkelingen van hun scholen, de opbouw van groepen en de instroom die nodig is om groepen in stand te houden.

schaal. Als het percentage niet gerealiseerd dreigt te worden, betekent dit dat de directeuren en de scholen aan de slag moeten om dit (mogelijk) alsnog te halen. Overige ontwikkelingen In oktober 2010 besloot de gemeenteraad definitief dat er geen nieuw schoolgebouw komt in het centrum, op de plek waar De Regenboog stond. De Regenboog was in 2009 gefuseerd met de Bijenkorf en het plan was om deze locatie in het centrum te handhaven. In een nieuw gebouw zou De Regenboog samen met de RK basisschool De Bengelbongerd invulling geven aan een culturele Brede Samenwerkingschool. Voor het OOH was de plek aan de Slinger van essentieel belang om zo’n Brede School vorm te geven. Het OOH heeft in 2009 al aangegeven uitsluitend op deze locatie een nieuwe, andere Brede School te kunnen realiseren. Door het besluit van de gemeenteraad moest het OOH afzien van het voornemen De Regenboog als zelfstandige locatie te handhaven. Het alternatief, vormgeven van deze school vanaf De Bengelbongerd locatie, heeft het OOH al in een heel vroeg stadium afgewezen. Het overgrote deel van de kinderen heeft op De Bijenkorf of op een andere school voor openbaar onderwijs een plek gevonden. Een aantal kinderen is naar De Bengelbongerd overgestapt. Het is jammer dat na zoveel investeringen in tijd, energie en geld, de gemeenteraad besloot iets moois niet te ontwikkelen. De huidige economische situatie maken keuzes echter noodzakelijk. Het OOH zet de ontwikkeling van een culturele Brede School met dagarrangementen nu voort vanaf de Bijenkorf locatie.

Convenant LeerKracht Ook met het Convenant LeerKracht ziet het OOH mogelijkheid om met het personeel te komen tot een kwaliteitsverbetering. In het convenant is afgesproken dat in 2014 40% van de leerkrachten een zogenaamde LB-functie heeft. Deze functie wordt ook wel seniorleerkracht genoemd. Om daarvoor in aanmerking te komen moet een leerkracht voldoen aan een aantal criteria. In het OOH hebben we ervoor gekozen niet alleen te voldoen aan de percentages die de wetgeving stelt, maar te kijken hoe we dit kunnen gebruiken om ons personeelsbeleid verder vorm te geven. Dit heeft geleid tot verschillende beleidsvoornemens die een plekje hebben gekregen in het strategisch beleidsplan. Daarbij is uitgesproken dat de kwaliteit belangrijker is dan de kwantiteit. Niet het percentage zoals dit in het convenant staat is leidend, maar de kwaliteit van de mensen bepaalt hoeveel leerkrachten benoemd kunnen worden in de LB-

De Globetrotter kende in 2010 wederom een aantal uitdagingen. Na een pittige start in januari 2010 heeft het team gewerkt aan het verstevigen van de basis van de school. De basisdocumenten en afspraken waarop een school gebouwd kan worden, zijn geformuleerd of in de maak. Het betekende vooral intern eerst de dingen goed op orde krijgen. Nu de basis staat is het zaak om te gaan bouwen. Er zijn vier belangrijke pijlers waarop dat succes kan steunen: er is een nieuwe locatieleider, de



school beschikt over goede en enthousiaste leerkrachten, de ouders dragen de school een warm hart toe en de nieuwe wijze van geld verdelen maakt een langdurige investering overbodig. Een andere ontwikkeling in Houten Zuidoost die ook te maken heeft met De Globetrotter, is de nieuwe huisvesting voor de school. Dit wordt een pand waar drie scholen gaan samenwerken: De Globetrotter, Aventurijn (RK) en De Montessori. De vierde partij wordt een organisatie voor buitenschoolse opvang. In dit nieuwe pand komen dertig leslokalen/ lokalen voor buitenschoolse opvang en er gaan zevenhonderd kinderen naar school. Het is een uitdaging om de samenwerking op deze wijze op te zoeken en mee te kunnen denken over een gebouw voor de toekomst. Het is ook een traject dat veel aandacht en tijd vraagt van de stichting en De Globetrotter.

Geografische ligging scholen De gemeente Houten is onderverdeeld in 4 kwadranten. Het Openbaar Onderwijs Houten is in 2010 met vijf brinnummers en acht locaties in elk kwadrant vertegenwoordigd. Houten Noordoost: Klavertje Vier en De Brug Houten Zuidoost: Ridderspoor (hoofdgebouw en dependance) en De Globetrotter (locatie) Houten Noordwest: De Bijenkorf en de Bijenkorf, locatie De Regenboog Houten Zuidwest: De Plantage



Bestuur en Management Taken en bevoegdheden Het Openbaar Onderwijs Houten (OOH) is sinds 1 januari 2009 een stichting. De stichting is het bevoegd gezag van vijf scholen voor het openbaar primair onderwijs in de gemeente Houten. De vijf scholen zijn verdeeld over acht locaties die verspreid liggen in Houten. Bestuur Het bestuur van de stichting bestuurt op hoofdlijnen. Het heeft in zijn managementstatuut, vastgesteld op 12 februari 2008, de algemeen directeur een mandaat gegeven voor alle taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zoals genoemd in artikel 4 lid 1 a t/m l van het managementstatuut. Algemeen directeur Het bestuur van de stichting heeft de algemeen directeur aangesteld. De algemeen directeur geeft leiding aan de medewerkers van het bestuurskantoor en hij is verantwoordelijk voor het bovenschools management. Daarnaast geeft hij leiding aan de schooldirecteuren en is hij voorzitter van het overleg van deze schooldirecteuren (DIRO). Het DIRO heeft een adviserende rol op het gebied van beleidsontwikkeling en komt elke drie weken bij elkaar. De taken en bevoegdheden zijn vastgelegd in het managementstatuut. Leden bestuur De heer M.C.M. Weusten, voorzitter Mevrouw C. Tydeman, secretaris, regio en gebouwen De heer P.P.M. Jansen, penningmeester De heer R. van Hensbergen, ICT De heer G. van Wanrooij, personeel, tot 1 augustus 2010 De heer R. Veldhuizen, PR en communicatie Mevrouw T. Jille-Wlczek, onderwijs Algemeen directeur De heer F.J.H. Dekker Management Elke school wordt geleid door een directeur. Naast de schoolleiding heeft de directeur ook een aantal bovenschoolse taken, door deelname in werkgroepen. Aan het begin van elk schooljaar wordt de taakverdeling vastgesteld. De taken, de bevoegdheden en de verantwoordelijkheden van de directeuren staan vermeld in het vastgestelde managementstatuut. Schooldirecteuren De heer J. Bunt, De Bijenkorf Mevrouw H. de Ridder, De Brug De heer. A. van Dam, Klavertje Vier

Mevrouw E. van der Ligt, Ridderspoor en eindverantwoordelijk voor de Globetrotter De heer S. van Hage, De Plantage en plaatsvervangend algemeen directeur Ondersteuning Op het kantoor wordt de algemeen directeur ondersteund door een directiesecretaresse. Zij ondersteunt ook de scholen op diverse terreinen. Voor huisvesting en de coördinatie van de tussenschoolse opvang op de scholen is een bovenschoolse ondersteuner aangesteld. Verder krijgen de scholen een aantal uren per week administratieve ondersteuning door twee parttimers. Er is een bovenschoolse coördinator voor de gehele ICT binnen de stichting. Daarnaast heeft het OOH, voor beheer en onderhoud aan de computers en de netwerken op de scholen, een systeembeheerder in dienst. Ondersteunend personeel Mevrouw I. Streumer De heer R. Homan Mevrouw. E. de Boer Mevrouw S. Assink De heer. B.-J. Mulder De heer J. Schuiteman Medewerkers van het bureau Onderwijs Service Groep (OSG) te Arnhem bieden de stichting ondersteuning op het gebied van de salaris- en personeelsadministratie en op het gebied van de financiën. Het bureau Infinite verzorgt ondersteuning en advisering o.a. op het gebied van de begroting, de analyse van de maandrapportages en het bestuursformatieplan.

Code Goed Bestuur Kwaliteitsverbetering Tot drie jaar geleden waren de vrijwillige bestuurs leden operationeel-bestuurlijk met de organisatie bezig. In jargon heette dat een ‘executief bestuur’. Met het managementstatuut, opgesteld in 2008, zette het bestuur een belangrijke stap om de professionals, dat wil zeggen de algemeen directeur en de directeuren in het directeurenoverleg (DIRO), de organisatie te laten leiden. Van een ‘executief bestuur’ naar een ‘bestuur-ophoofdlijnen’. Door die verandering kreeg ook het overleg met de GMR en het DIRO een andere inhoud. De lijnen werden korter, er kon sneller worden beslist en meer inhoudelijk worden gesproken.



Als tweede stap in deze ontwikkeling komt er nu een beroepsmatig bestuur en een toezichthoudend orgaan dat toezicht houdt op dat bestuur. Daarmee wordt een belangrijke verbetering voor de organisatie gerealiseerd: bestuur en toezicht worden uit elkaar gehaald. Voor een deel is dat praktisch al het geval: de algemeen directeur heeft een ruim mandaat en het bestuur houdt toezicht en staat ‘op afstand’. Vanaf augustus 2010 is het uitwerken en formaliseren van deze vervolgstap onderwerp van gesprek geweest in het bestuur en met de algemene directie. In 2011 zal deze bestuurlijke omzetting verder uitgewerkt worden.

Doel De scheiding tussen bestuur en toezicht die nu wordt aangebracht, staat beschreven in de Code Goed Bestuur van de PO-Raad. Het doel van deze code is duidelijkheid te scheppen over wie de organisatie bestuurt en wie daarop toezicht houdt. Het primair onderwijs is verplicht om deze Code vorm te geven in de organisatie. Het bestuur van de Stichting OOH heeft besloten om de scheiding tussen bestuur en toezicht vorm te geven op de meest zuivere en ook meest gangbare vorm: het model van een College van Bestuur (CvB) en een Raad van Toezicht (RvT). Hierbij tekenen we direct aan dat de term College van Bestuur tot verwarring kan leiden. Het College van Bestuur kan heel goed bestaan uit één persoon: de bestuurder. Gezien de grootte van de stichting OOH zal dat het geval zijn. Deze (professionele) bestuurder zal ook een aantal managementtaken ten behoeve van de gehele stichting blijven uitoefenen.

Medezeggenschap In 2010 was het voornamelijk de algemeen directeur die de agenda van het GMR-overleg bepaalde. De beleidsstukken die hij aanleverde, werden kritisch gelezen en besproken in vier werkgroepen: financiën, Arbo, beleid en formatie en onderwijs. Iedere werkgroep bereidde de agendapunten van zijn specifieke taakgebied voor. Waar dat nodig was, volgde advies dan wel instemming van de GMR op de beleidsvoornemens. Naar aanleiding van een GMR-AB vergadering op 26 oktober 2010 over communicatie en rolgedrag besloot de GMR voortaan een actieve bijdrage te gaan leveren aan de samenstelling van de overlegagenda. Begin 2011 is de GMR begonnen met inventariseren van de speerpunten. De GMR heeft in december 2010 een cursus georganiseerd voor de GMR-leden en een aantal MRleden bij de AOb. Deze cursus was bedoeld om beter thuis te raken in de mogelijkheden om de medezeggenschap goed uit te voeren. De GMR was zeer positief over de cursus en wil zich graag nog verder verdiepen in de materie, mede gezien bovengenoemde intentie tot actievere participatie. Hiertoe wordt een cursus georganiseerd in de eerste helft van 2011. Vergaderonderwerpen GMR: • Het nieuwe overblijven • Fuwasys en het functieboek • De Globetrotter • Jaarverslag bestuur • Formatieplan • Begroting • Blok en continurooster • Jaarrekening • Zorgplan • Formatiesystematiek nieuwe schooljaar • Vakantierooster nieuwe schooljaar • Sollicitatieprocedure nieuwe kandidaat bestuur • Bestuursformatieplan • Strategisch beleidsplan • Allocatiemodel • Revisie reglementen GMR/MR

De belangrijkste voordelen van dit nieuwe bestuursmodel: • Duidelijke verantwoordelijkheden bij de juiste personen en organen • Slagvaardigheid in het bestuur • Korte lijnen in de organisatie • Onderwijsexpertise aan het roer • OOH is een gelijkwaardige gesprekspartner ten opzichte van andere besturen • Het model is in lijn met de ontwikkeling van de afgelopen tijd en toekomstbestendig



GMR-leden: De Plantage personeelsgeleding: Eddie Heerings, Rutger Baartscheer De Plantage oudergeleding: Krijn de Haan Klavertje Vier personeelsgeleding: Hanny Wagenbuur, Ina de Groot Klavertje Vier oudergeleding: Karen Kooi Ridderspoor personeelsgeleding: Loes van Ramselaar, Annemarie van der Steen Ridderspoor oudergeleding: Manon Jager, Michel Feldkamp De Brug personeelsgeleding: Gemma Hoes, Simone Terpstra De Brug oudergeleding: Karel Strasters Bijenkorf personeelsgeleding: Marika Csik, Ton de Vaal Bijenkorf oudergeleding: Frank van der Woerdt Secretariaat GMR: Yvonne ten Wolde

Onder andere de volgende grote werkzaamheden zijn in 2010 uitgevoerd: • Vervangen vloerbedekking in de bovenbouwhal in De Bijenkorf • Opnieuw voegen van het speellokaal op De Brug • Schilderen van de kozijnen en de muren van de onderbouw binnen op De Brug • Vervangen van de thermostaten op Klavertje Vier • Vervangen van de zonneschermen aan de westkant op Klavertje Vier • Schilderen van de wanden in de hal en 2 lokalen op Klavertje Vier. Om de twee jaar voert Asset Facility een schoolscan uit om de staat van onderhoud vast te stellen. Dit bureau stelt ook een meerjarenplan met begroting op. In november 2010 is de scan uitgevoerd en in januari 2011 vastgesteld. Mede aan de hand van deze scan worden de huisvestingsaanvragen aan de gemeente gedaan.

Beheer scholen De Plantage, Ridderspoor en De Globetrotter vallen nog onder het beheer van de gemeente. Dit neemt niet weg dat het OOH vaak wordt betrokken bij werkzaamheden op één van bovengenoemde scholen. Dat gebeurde bijvoorbeeld met de verbouwing van Ridderspoor, die in juli 2009 begon. De school is op 29 april heropend. Bi j dit project is de samenwerking met de gemeente prima verlopen en over het resultaat was iedereen uitermate tevreden. Op De Bijenkorf, locatie De Regenboog, zijn alleen de hoogst noodzakelijke werkzaamheden uitgevoerd. Door de ontwikkeling van het Centrumplan waren investeringen niet meer noodzakelijk. Wel hebben we ervoor gezorgd dat de werkplek voor kinderen, leerkrachten en ouders op niveau bleef.

Veel kosten bespaard Door zorgvuldige coördinatie, koppeling van werkzaamheden en goede controle hebben we veel kosten kunnen besparen en zijn de kosten van de geplande werkzaamheden binnen de begroting Groot Onderhoud 2010 gebleven.

In 2010 zijn op Klavertje Vier de schuiframen vervangen op kosten van de gemeente naar aanleiding van het ingediende plan. Voor 1 april 2010 zijn de aanvragen voor 2011 gedaan met onder andere het verzoek de dak ramen op De Bijenkorf te mogen vervangen. Inmiddels zijn deze werkzaamheden uitgevoerd. De rapportage van Asset van 2010 geeft aan dat de gebouwen in goede tot zeer goede staat verkeren. In 2009 stelde de overheid subsidie beschikbaar voor energiebesparende en binnenklimaat verbeterende maat regelen in de scholen. Uit verschillende onderzoeken was gebleken dat het binnenklimaat van de scholen slecht is. Te weinig frisse lucht, wat kan leiden tot gezondheidsklachten en verminderde concentratie. De gemeente heeft de subsidie aangevuld, zodat op zes scholen in Houten het binnenklimaat kan worden verbeterd. Voor het openbaar onderwijs worden De Brug en Ridderspoor meegenomen in het subsidietraject in het voorjaar van 2011. Wat met de andere scholen in Houten en van het openbaar onderwijs gebeurt is nog niet bekend. Elke vier jaar moeten scholen een R.I.E. (Risico Inventarisatie en Evaluatie) uitvoeren. De R.I.E. werpt licht op hinderlijke, gevaarlijke en schadelijke situaties op de werkplek, die voor de medewerker risico kunnen opleveren. De vorige inventarisatie is in 2006 zeer uitgebeid uitgevoerd. In 2010 kon worden volstaan met een actualisering. Dat gebeurde in oktober/november en leidde tot een plan van aanpak voor het verbeteren van enkele situaties. De volgende uitvoerige R.I.E. heeft plaats in 2014.



Financiën

“Openbaar onderwijs Houten is een leuke en aantrekkelijke klant om voor te werken”

Algemeen Het OOH is financieel gezond. Weliswaar kende de begroting over 2010 een negatief resultaat, maar dat was het gevolg van bewuste strategische keuzes. Daarnaast werd het onderwijs in de loop van 2010 geconfronteerd met bezuinigingen van het rijk: het schrappen van de gelden voor bestuur en management en de groeiregeling voor basisscholen. Door in de loop van 2010 opnieuw keuzes te maken kon het OOH toch de groei van Plantage bekostigen. De daarvoor noodzakelijke wijzigingen in de interne bekostigingsystematiek veroorzaakte een versnelde bezuiniging voor de scholen die terugliepen in leerlingaantal. Door een overgangsregeling konden we daar waar knelpunten werden gesignaleerd deze oplossen.

Wie ben je, wat doe je en wat is je relatie met het openbaar onderwijs Houten? Rick de Wit, als senior adviseur en accountmanager werkzaam bij Infinite Financieel. Het bedrijf dat onderwijsorganisaties helpt grip te krijgen en te houden op hun bedrijfsvoering, financiën, administratieve organisatie en risico’s. Sinds 2009 begeleiden en adviseren wij Openbaar Onderwijs Houten bij het verder verbeteren van het financieel management. Waarom het openbaar onderwijs Houten? Openbaar onderwijs Houten is een leuke en aantrekkelijke klant om voor te werken. De algemeen directeur geeft met visie en enthousiasme leiding aan de organisatie, de directeuren zijn bereid breder dan het eigen schoolbelang te kijken en de medewerkster op het stafbureau professionaliseert zich op financieel terrein. Wat heeft jouw hart sneller doen kloppen het afgelopen jaar? We hebben erg genoten van de wijze waarop Openbaar Onderwijs Houten met onze hulp een nieuwe manier van begroten en het verdelen van de middelen heeft ingevoerd. Toen in het proces ook duidelijk werd dat er bezuinigd moest worden, dachten de directeuren direct actief en constructief mee. Heel vaak zien we in dit soort situaties ja-maar gedrag, bij OOH niet. Welk hart wil jij onder de riem van het OOH steken? Openbaar Onderwijs Houten heeft in korte tijd grote stappen vooruit gezet in het beheersen van de financiën. Het gaat vast en zeker lukken snel uit de rode cijfers te komen. En het beschikbare geld precies op die manier uit te geven die het beste past bij de onderwijskundige doelstellingen die men wil bereiken. Daarin is men nu al verder dan menige vergelijkbare onderwijsorganisatie.

In de loop van 2010 hebben we de situatie doorlopend gemonitord, geanalyseerd en verwerkt in de begroting voor 2011 en de eerste versie van de meerjarenbegroting voor 2012-2015. Vanaf augustus 2012 verwachten we weer in rustiger financieel vaarwater terecht te komen en zelfs (iets) minder uit te geven dan we ontvangen, we werken dan weer met een sluitende exploitatie. Om dat te bereiken zal er nog iets meer bezuinigd moeten worden. Daarbij zijn algemene, landelijke ontwikkelingen nog wel een risico. Doorontwikkeling planning en control OOH heeft in 2010 veel tijd en energie gestoken in het verbeteren van het financieel management. Via een proces van betrokkenheid en draagvlak is een nieuw allocatiemodel ontwikkeld. Op basis van dit model voor de toewijzing van de gelden aan de verschillende scholen zijn de begroting 2011 en een globale meerjaren begroting opgesteld.



Met administratiekantoor OSG zijn begin 2010 afspraken gemaakt over kwalitatieve verbetering van de financiële tussenrapportages. Deze betroffen met name het volledig toepassen van de baten-lasten systematiek. Deze verbeterde financiële rapportages werden vervolgens door het bestuurskantoor voorzien van een eindejaarsprognose. Zo werd er in de laatste eindprognose voorspeld dat er een tekort zou zijn van €325.000. Uiteindelijk is dit €280.000 geworden. Ontwikkeling nieuw allocatiemodel Sinds de invoering van lumpsum in 2006 keert de overheid de voor de scholen bestemde middelen feitelijk uit aan het bestuur, dat de middelen vervolgens op nader te bepalen wijze over de scholen verdeelt. Hierbij is het aantal leerlingen de belangrijkste variabele. Veel schoolbesturen sluizen de rijksbekostiging naar rato door naar de scholen, na inhouding van een percentage voor de bovenschoolse kosten. In een eerder stadium heeft OOH uitgesproken vanaf 2011 te willen werken met een verdelingsmodel dat sterker gebaseerd is op de beleidsdoelstellingen. De middelen worden dan niet direct volgens de rijkssystematiek aan de scholen toebedeeld, maar volgens een specifieke, meer bij de organisatie gekozen manier: geld wordt ingezet waar nodig.

De Europese drempelvoorwaarden voor leveringen en diensten zijn voor 2010 en 2011 vastgesteld op € 193.000. Het OOH laat zich op het gebied van administratieve processen ondersteunen door het bureau OSG. Daarmee is op jaarbasis €73.000 gemoeid. Het bestaande contract tussen OOH en OSG is een driejaarcontract, met steeds een stilzwijgende verlenging voor drie jaar, tenzij OOH anders besluit. De huidige driejaarsperiode eindigt op 31 december 2012. Om te voldoen aan de regeling Europees aanbesteden zal het contract per 31 december 2012 worden opgezegd. Met Ricoh heeft het OOH een ander groot contract, voor levering en onderhoud van de kopieerapparatuur. Dat contact is op 1 juli 2010 ingegaan en eindigt op 30 juni 2016. Het jaarbedrag is € 32.000. Gerekend over de contractperiode is dit contract niet aanbesteding plichtig.

Op 14 september vond de startbijeenkomst van dit proces plaats voor alle directeuren. Tijdens de bijeenkomst is informatie over theoretische verdeel- en allocatie modellen gedeeld en zijn de globale uitgangspunten geformuleerd. Aansluitend is een werkgroep in het leven geroepen om de nadere uitwerking van het allocatiemodel te verzorgen. De werkgroep is drie maal bijeen geweest. Op 27 oktober is het voorlopige model gepresenteerd aan de werkgroep financiën van het bestuur. Deze adviseerde op de ingeslagen weg voort te gaan. Op 3 november heeft de werkgroep de werkzaamheden afgerond en het concept allocatiemodel aan de algemeen directeur aangeboden. Deze heeft het model op 15 november voorgelegd aan de GMR, die er positief op reageerde. Het allocatiemodel is vervolgens in gebruik genomen en benut om de begroting 2011 en de meerjarenbegroting 2012-2015 op te stellen. Treasury en Europese aanbesteding OOH heeft in haar treasurystatuut bindende afspraken gemaakt over de wijze waarop verantwoording wordt afgelegd over en toezicht wordt gehouden op de financiële vermogenswaarden, stromen en posities en de hieraan verbonden risico’s. In 2010 heeft de stichting geen gelden belegd. De vrije middelen zijn verspreid ondergebracht op spaarrekeningen bij diverse banken.



De jaarrekening Het financiële resultaat 2010 OOH ontving in 2010 ruim 5.5 miljoen aan inkomsten, voor het grootste deel inkomsten van de rijksoverheid. Hieronder een verkorte staat van baten en lasten 2010. OOH was bij het maken van de begroting uitgegaan van een verlies van € 183.000, het uiteindelijke resultaat kwam, door gemaakte keuzes, uit op een verlies van € 280.000.

Staat van baten en lasten 2010 Onderstaand is de verkorte balans per 31-12-2010 en exploitatierekening over 2010 opgenomen Begroting

Personele lasten

2010

2009

692.055

584.795

Vlottende activa

1.987.105

2.280.595

Totaal Activa

2.697.160

2.865.390

MVA4

1.544.015

1.824.340

Voorzieningen

273.604

271.055

Kortlopende schuld

861.541

769.995

2.679.160

2.865.390

Totaal passiva

Conclusie Ten opzichte van 2009 is het balanstotaal afgenomen. Door het negatieve exploitatieresultaat is het eigen vermogen afgenomen. Aan de activazijde van de balans is de vlottende activa afgenomen. Bij de analyse van de financiële positie van OOH wordt hier nader op ingegaan.

2009 4.696.010

112.227

126.666

89.953

Huisvestingslasten

377.873

404.406

381.183

544.820

506.762

548.868

Totaal lasten

5.677.270

5.820.789

5.716.014

Rijksbijdrage

5.467.893

5.280.051

5.256.415

Overige overheidsbijdrage

86.563

86.055

80.000

Overige baten

88.285

164.407

178.200

5.454.899

5.506.877

5.726.093

Totaal baten

Financiële baten/lasten Exploitatie

Eigen vermogen

2010 4.782.955

Afschrijvingen

Overige lasten

Balans 31 december 2010 Verkorte balans per 31-12-2010

2010 4.642.350

39.200

33.587

46.292

-183.171

-280.325

56.3715

Analyse financiële resultaat 2010 Het financiële resultaat over 2010 is lager dan begroot. In de begroting 2010 werd rekening gehouden met een verlies van € 183.000. Dit is uiteindelijk € 280.000 geworden.

In de jaarrekening 2010 is op grond van de gewijzigde verslaggevingregels een stelselwijziging doorgevoerd. Met ingang van 2010 is de voorziening Bapo vrijgevallen ten gunste van het eigen vermogen en zijn de bapokosten als periodelasten verwerkt. Omwille van de vergelijkbaarheid van de jaarcijfers 2009 en 2010 zijn de vergelijkende cijfers over 2009 aangepast in de jaarrekening. In de vastgestelde jaarrekening 2009 bedroeg het eigen vermogen € 1.718.493. Als gevolg van de stelselwijziging is het eigen vermogen 2009 toegenomen met € 105.847.

Baten 1. Minder inkomsten van de overheid

24.000 -

2. Meer overige baten

76.000 +

Lasten 3. Hogere personele lasten 4. Hogere afschrijvingslasten

141.000 15.000 -

5. Hogere huisvestingslasten

26.500 -

6. Lagere overige lasten

38.000 +

7. Lagere financiële baten/lasten

5.600 -

MVA staat voor materiële vaste activa. Dit zijn alle investeringen die langer dan 1 jaar in gebruik zijn. Vlottende activa bestaat met name uit debiteuren en liquide middelen. 5 Als gevolg van de stelselwijziging van de bapovoorziening is het resultaat over 2009 € 80.898 hoger dan de vastgestelde jaarrekening 2009.

4



De voornaamste verklaringen voor de afwijkingen zijn: Ad 1: Een deel van het verschil is te verklaren door de stopzetting van de subsidie Bestuur en Management per 1 augustus 2010, € 25K6. Door het niet kunnen doen van een groeitelling op 1 augustus 2010, is de rijksbijdrage bijna € 35K lager uitgevallen. Door de extra subsidies, € 33K, die in 2010 zijn ontvangen is het tekort uiteindelijk minder laag geworden. Ad 2: Er is meer geld (€ 15K) binnengekomen o.a. van het samenwerkingsverband WSNS. Daarnaast is € 61K meer ontvangen dan begroot, onder andere door niet begrote bijdragen voor kamp, schoolreis en detachering van personeel. Verder zijn er op schoolniveau nog enkele meevallers door teruggave van elektriciteitskosten en vrijval van subsidies.Tot slot heeft de verkoop van een aantal goederen van de opgeheven locatie De Regenboog ook nog geld opgeleverd. Ad 3: Aan personele lasten is beduidend meer uitgegeven dan begroot (€ 141K). Dit is grotendeels te verklaren door hogere inzet van de formatie in het Bestuurformatieplan 2010-2011 (€ 125K). Ad 4: De hogere afschrijvingslasten worden veroorzaakt door de versnelde afschrijving van de materiële vaste activa van de opgeheven locatie De Regenboog. Ad 5: De huur van de (nood)lokalen was iets te laag begroot, de schoonmaakkosten zijn hoger uitgevallen en verder heeft de gemeente de scholen nog een achterstallige rekening gestuurd over het tuinonderhoud en zandbakkosten over meerdere jaren. Ad 6: Dit betreft lagere realisatiekosten bij o.a. TSO, PR, deskundigheidsadvies, ICT, representatiekosten en facilitering medezeggenschap. Ad 7: Met de komst van de financiële crisis is het te behalen rendement op spaarrekeningen beduidend lager geworden. In de begroting was ook niet meegenomen dat voor de investeringen van 2010 extra geld beschikbaar moest komen waardoor het rendement nog lager uitviel.

De financiële positie van OOH op 31 december 2010 Kengetallen In het algemeen kan worden gesteld dat OOH door het negatieve resultaat vermogen verliest, maar dat de financiële positie van OOH nog steeds gezond is te noemen. 6

Onderstaand zijn diverse kengetallen opgenomen om de financiële positie van een schoolbestuur te kunnen beoordelen. Het betreft de volgende kengetallen: • Solvabiliteit 1: Kan OOH op lange termijn aan haar verplichtingen voldoen. • Solvabiliteit 2: Kan OOH op lange termijn aan haar verplichtingen voldoen, maar hierbij worden de voor zieningen ook meegeteld bij de berekening. • Liquiditeit: Kan OOH op kort termijn aan haar verplichtingen voldoen. • Rentabiliteit: Is een overschot of een tekort opge treden op de exploitatie. • Weerstandsvermogen: Hoe goed is OOH in staat tegenvallers binnen de exploitatie op te vangen zonder dat de continuïteit op korte of langere termijn in gevaar komt. • Kapitalisatiefactor: Worden delen van het kapitaal niet of niet efficiënt gebruikt. Bij het vergelijken van de kengetallen moet rekening worden gehouden met het feit dat een aantal zaken die voor OOH van belang kunnen zijn niet zijn meegenomen: • Er is geen rekening gehouden met eventuele verplichtingen die het bestuur voor de toekomst is aangegaan. • Er is geen rekening gehouden met eventuele bestedingsplannen van het bestuur. • Er wordt van uitgegaan dat de eerste waardering van de materiële activa volledig de juiste balanswaarde heeft. Om beter inzicht te krijgen in de financiële positie van OOH zijn de eerder genoemde kengetallen afgezet tegen de waarde van vergelijkbare instellingen. Deze vergelijkingsgroep (hieronder aangeduid als PO3) bestaat uit alle instellingen voor primair onderwijs met tussen de 5 en 10 scholen. Hierbij dient wel rekening te worden gehouden met het feit dat nog geen landelijke gemiddelde cijfers over 2010 beschikbaar zijn. De waarde van de kengetallen over 2010 is daarom vooralsnog gelijk gehouden aan 2009, terwijl in werkelijkheid een verslechtering verwacht wordt.

K staat voor € 1.000,-



Solvabiliteit 1

Solvabiliteit 2

0,70

0,80

0,65

0,75

0,60

0,70

0,55

0,65

0,50

0,60 2007

2008

2009

2010

2007

2008

2009

2010

Rentabiliteit

Liquiditeit 10,00%

4,00 3,00

5,00%

2,00 0,00%

1,00

‐5,00%

0,00 2007

2008

2009

2010

40,00%

0,60

30,00%

0,55

20,00%

0,50

10,00%

0,45

0,00%

0,40 2009

2010

2007

gegevens van OOH PO 3

Conclusie De waarde van de kengetallen van het OOH ligt onder die van de vergelijkingsgroep.

2008

2009

2010

Signaleringsgrenzen Om te kunnen bepalen of dit wil zeggen dat de financiële positie van het OOH te laag of die van de vergelijkingsgroep eigenlijk te hoog is, zijn de waarden van de kengetallen van het OOH ook afgezet tegen een aantal andere signaleringsgrenzen. Als eerste is in onderstaande grafieken een vergelijking gemaakt met de grenswaarden zoals die door het ministerie van OCW zijn geformuleerd.


2010

-----------------

2009

!"#$%"&$'"()*"+%,-.

Weerstandsvermogen

2008

2008

‐10,00%

2007

2007


Solvabiliteit 2

+,-./0

Solvabiliteit 1 0,80

0,80

0,60

0,60

0,40

0,40

0,20

0,20

0,00

0,00 2007 2008 2009 2010

2007

2008

2009

2010

Rentabiliteit

Liquiditeit 4,00

10,00%

3,00

5,00%

2,00 0,00%

1,00

‐5,00%

0,00 2007

2008

2009

2010

‐10,00%

---------------------------------

2007

2008

2009

2010

Conclusie De waarde van de meeste kengetallen van OOH ligt boven de signaleringsgrenzen die het ministerie van Onderwijs in het verleden heeft afgegeven. Alleen de rentabiliteit ligt in 2009 en 2010 onder deze waarde. Het is echter met name bij de rentabiliteit van belang deze over een langere periode te beoordelen. Indien naar de gemiddelde waarde van de rentabiliteit over de afgelopen jaren wordt gekeken, komt deze boven de 1% uit en kan daarmee als gemiddeld worden gekwalificeerd.

Waarde bij OOH Te hoog Gemiddeld Te laag

Tot slot wordt de positie van OOH afgezet tegen de door de Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen (CVO, ofwel de Commissie Don) ontwikkelde signaleringsgrenzen.



Solvabiliteit 2

Liquiditeit

0,80

4,00

0,60

3,00

0,40

2,00

0,20

1,00

0,00

0,00 2007

2008

2009

2010

2007

2008

2009

2010

!"#$%"&$'"()*"+%,-.

Rentabiliteit 10,00%

0,60

5,00%

0,40

0,00%

0,20

‐5,00%

2007

2008

2009

2010

2007

‐10,00%

-------------------------

0,00 2008

2009

2010

Conclusie Op de rentabiliteit na liggen de waarde van de verschillende kengetallen in 2009 en 2010 boven de signaleringsgrenzen. Het is echter met name bij de rentabiliteit van belang deze over een langere periode te beoordelen. Indien naar de gemiddelde waarde van de rentabiliteit over de afgelopen jaren wordt gekeken, komt deze boven de 1% uit en ligt daarmee tussen de signaleringsgrenzen ‘te hoog’ en ‘te laag’.

Waarde bij OOH Te hoog Te laag



risico’s als een plotselinge noodzaak tot het inhuren van een interim-kracht of het afhandelen van conflictsituaties. In zowel het onderzoek “Vermogenspositie van het Primair Onderwijs” van PricewaterhouseCoopers uit 2008, als in het onderzoek van de “Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen” (Commissie Don) uit 2009 zijn percentages genoemd waaraan deze buffer moet voldoen.

Personele lasten / Rijksbijdrage 95,00% 90,00% 85,00%

OOH heeft globaal laten becijferen welk percentage van de jaarlijkse rijksbijdrage als risicobuffer moet worden aangehouden, zodat de stichting financieel gezonde instelling blijft.

80,00% 2007

2008

2009

2010

-----------------

gegevens van OOH PO 3

Bij de berekening van de risicobuffer is uitgegaan van onderstaande percentages: Risico

Percentage van

Onverwachte terugloop leerlingenaantal

2,4 %

Rijksbijdrage*

Personele lasten In 2010 is een percentage van 90,9% (berekend over de totale Rijksbijdrage) aan personele lasten uitgegeven tegen 85,8% in 2009. In de komende jaren wordt dit percentage weer naar beneden bijgesteld. In 2011 is hier al een begin mee gemaakt met de inkrimpende formatie per 2011-2012. Op termijn (augustus 2012) zal de formatie budgetneutraal zijn.

Arbeidsconflict

0,9 %

Risico’s op overige baten

0,0 %

Beleidswijziging overheid

1,0 %

Restrisico’s

3,0 %

Totaal % bruto risico’s

7,3 %

*rijksbijdrage (inclusief subsidies) in 2010 is €5.256.415

Voor de bufferfunctie is daarom circa € 400.000 nodig. Vermogenspositie Bovenstaand is de vermogenspositie van het OOH beoordeeld op basis van kengetallen en signaleringsgrenzen. Er is ook nog een andere methode mogelijk. Hierbij wordt gekeken naar de verschillende functies die het vermogen heeft. Dit wordt onderstaand uitgewerkt. Het vermogen heeft een aantal functies: • Buffer- of weerstandsfunctie • Financieringsfunctie Buffer- of weerstandsvermogen Het buffer- of weerstandsvermogen is dat deel van het vermogen dat bedoeld is voor het opvangen van risico’s die niet op een andere wijze kunnen worden afgedekt. Voorbeelden hiervan zijn plotselinge leerling-dalingen (of stijgingen), maar ook minder voor de hand liggende

Op 19 april 2011 heeft OOH een brief van de inspectie over haar vermogensbeheer ontvangen, waarin de jaarcijfers 2009 op min of meer vergelijkbare wijze worden beoordeeld. De inspectie komt voor de stichting OOH voor 2009 tot een vergelijkbaar percentage, namelijk van 8,71%. De inspectie oordeelt dat de financiële positie van het OOH dusdanig is dat geen nader onderzoek nodig is. De inspectie focust namelijk op schoolbesturen met een te hoge kapitalisatiefactor (1,5 maal hoger dan de signaleringsgrens van 60% voor kleinere bestuursinstellingen) in combinatie met één of meer (zeer) zwakke scholen. OOH heeft in 2009 een kapitalisatiefactor van 49,63% en heeft geen zwakke scholen.



Financieringsfunctie Een deel van het aanwezige vermogen vormt de tegenhanger van de bezittingen van de instelling (materiële vaste activa). Als een investering in vaste activa gedaan wordt (bijvoorbeeld digitale schoolborden, onderwijsleerpakket of meubilair), dan kan dit met eigen middelen of geleende middelen worden bekostigd. Het lenen van geld kost extra geld, daarom worden binnen het primair onderwijs de meeste investeringen uit eigen middelen (eigen vermogen) gedekt. Daarnaast moet eigen vermogen aanwezig zijn om ook morgen (op kort termijn dus) investeringen te kunnen doen. Er bestaan een aantal manieren om te berekenen hoeveel eigen vermogen hiervoor nodig is. Berekend is dat in de situatie van het OOH hiervoor € 975.000 nodig is.

Begroting 2011 De op 18 januari 2011 goedgekeurde begroting sluit met een tekort van € 244.572. Dit tekort vloeit grotendeels voort uit het eerder genoemde Bestuursformatieplan 2010-2011. Hierin werd besloten meer formatie in te zetten dan er bekostigd wordt (€ 300.000 op schooljaarbasis, waarin ongeveer € 175.000 t.l.v. de maanden januari – juli 2011). Tevens is er een frictiebudget van € 131.000 gecreëerd om op de scholen boventallig verklaard personeel tijdelijk onder te brengen, in afwachting van definitieve reductie van de formatie. De situatie van over-formatie wordt vanaf augustus 2011 snel afgebouwd. Vanaf augustus 2012 wordt naar een situatie van begrotingsevenwicht gestreefd. Verkorte begroting Begroting 2010

Voor beide functies samen is in totaal € 1.375.000 nodig. Personele lasten

Voorzieningen Aangezien de voorzieningen die bij het OOH aanwezig zijn een langlopend karakter hebben, kunnen deze worden gebruikt om een deel van de vermogensbehoefte te dekken.

Omschrijving

Bedrag

Totaal huidig “benodigd” vermogen

1.375.000

Gedekt door voorziening

1.101.396

Huidig eigen vermogen 31-12-2010

1.544.015

Vrij eigen vermogen 31-12-2010

442.619

Conclusie Op 31 december 2010 bedroeg het vrije vermogen dus ruim 4 ton. Daarnaast is er dan nog steeds ruim 1,3 miljoen aanwezig voor de buffer- en financieringsfunctie. Deze bufferfunctie bepaalt dat het OOH financieel gezond is. Eind 2010 is de financiële positie van OOH nog steeds goed. De stichting kan zich geen blijvende grote negatieve resultaten veroorloven. Zeker als het begrote negatieve resultaat over 2011 (minus € 244.000) in de analyse betrokken wordt is er weinig “vrij” eigen vermogen. Daarmee is er minder extra vrije vermogen op de bank en is de vermogensposities binnen alle kaders die gehanteerd worden. Het OOH is daarmee financieel gezond en het geld komt volledig ten goede aan het primair proces.

366.544

5.665.245

Rijksbijdrage

5.207.896

Overige baten Totaal baten

Financiële baten/lasten Exploitatie

75.143 107.634 5.390.673

30.000 -244.572

2010 versus 2011 Het begroot resultaat 2011 (-/- € 244.000) is € 36.000 beter dan het gerealiseerd resultaat 2010 (-/- 280.000). De verbetering ontstaat als volgt: Minder baten Mindere personele lasten Minder overige lasten Per saldo een resultaatverbetering van


472.112

Totaal lasten

Overige overheidsbijdrage

273.604

Te dekken uit eigen vermogen

126.182

Huisvestingslasten Overige lasten

Op basis van bovenstaande cijfers kan dan worden bepaald of er vrij vermogen is:

4.700.407

Afschrijvingen


€ 120.000 € 83.000 € 73.000 € 36.000

Visie, missie en ambitie

“Het ‘open’ karakter van openbaar onderwijs is van het hoogste belang”

Visie en missie Met hart voor kinderen in het hart van de wijk

Wie ben je, wat doe je en wat is je relatie met het openbaar onderwijs Houten? Mijn naam is Raymond van Hensbergen en ik woon sinds 2001 in Houten met mijn vrouw en (inmiddels) drie kinderen. Een zoon van 14 en twee dochters van respectievelijk 12 en 6. Ik werk in een dienstverband en ben parttime ondernemer. Het dienstverband heb ik met Atos Origin; een dienstverlener op het gebied van ICT. Als zelfstandig ondernemer coach en adviseer ik mensen individueel, in teams of organisaties. Ik ben lid van het bestuur van de stichting en daarvoor was ik lid van de bestuurscommissie. Roerige jaren waarin het onderwijslandschap stevig veranderde, waar we ook voor de komende jaren nog grote uitdagingen tegemoet gaan.

Met hart voor kinderen Binnen duidelijke structuur met afspraken en regels geven gepassioneerde onderwijzers kinderen de ruimte om zichzelf te ontwikkelen.

Waarom het openbaar onderwijs Houten? Het best vat ik dat samen in mijn idee dat het ‘open’ karakter van openbaar onderwijs van het hoogste belang is. Open staat voor toegankelijk, maar ook ontvankelijk. Zonder (voor-) oordelen en voor iedereen. Een mooie term is: gericht op actieve pluriformiteit. Niet passief afwachten wat er allemaal gebeurt in en om de school, maar actief onderweg met alles wat onze maatschappij in zich draagt. Alle culturen, stromingen en overtuigingen. Daarmee ontwikkelen wij onze kinderen op de juiste manier en bereiden ze voor op die pluriforme maatschappij.

In het hart van de wijk Onze scholen staan middenin de wijk. De scholen fungeren als ontmoetingsplek en we zoeken, waar mogelijk, samenwerking met organisaties in de wijk. Ruimte voor jezelf Kinderen krijgen de ruimte en de kansen die hen stimuleren om zichzelf in een veilige omgeving verder te ontwikkelen. Met hart voor kinderen dagen we kinderen uit om vertrouwen te krijgen in zichzelf. Door een positieve benadering en nadruk op de zelfstandigheid van de kinderen.

Wat heeft jouw hart sneller doen kloppen het afgelopen jaar? Voor het onderwijs is mijn hart sneller gaan kloppen van de grote dynamiek en vooral de ontwikkelingen rond financiering. Ik zie dat dat grote consequenties en impact heeft op scholen en de teams die daar werken. Dat is een taak voor ons allen om dat op de goede manier het hoofd te bieden. Verder is het verhaal rond De Regenboog en De Bijenkorf heel spannend geweest. Daar hebben we kunnen zien hoe pech en verdriet soms dicht aan liggen tegen hele mooie prestaties en resultaten. Ik wil een compliment maken aan alle mensen die in dat verhaal hun bijdrage hebben geleverd! Klasse.

Ruimte voor een ander Ook andere kinderen mogen er zijn. Kinderen leren om andere kinderen de ruimte te geven. Door taakgericht samen te werken leren kinderen elkaars verschillen waarderen en respecteren. Want verschillen mogen er zijn.

Welk hart wil jij onder de riem van het OOH steken? Samen staan we sterk. Een cliché, maar de problemen en uitdagingen die er nu zijn en die zeker ook zullen blijven komen, kan niemand alleen dragen. En dat hoeft ook niet. Ik merk binnen het bestuur, bij directeuren en ook bij de leerkrachten die ik zo nu en dan spreek een goede binding en verbinding. Ik weet zeker dat dat het OOH stappen verder helpt. En dat het ook regelmatig kan leiden tot feestjes die we moeten blijven vieren!

Primaire taak Het Openbaar Onderwijs Houten voorziet in onderwijs aan kinderen van 4-12 jaar. Het creëren van een uitdagende leeromgeving waardoor kinderen zich ontwikkelen en kennis en vaardigheden leren is onze primaire taak. Deze kennis en vaardigheden hebben de kinderen



nodig om hun weg te vinden in de maatschappij. Verder beschouwen we de scholen als dé plek waar kinderen ervaring opdoen voor later. Ervaring in omgaan met elkaar, functioneren in een groep en kennismaken met andere culturen, gebruiken en meningen. Een openbare school is een ontmoetingsplek. De kinderen van het OOH hebben een stevige basis door kennis en vaardigheden en de ervaringen die ze hebben opgedaan. Het zijn ondernemende kinderen, zelfstandig en bewust van hun talenten. De kinderen van het OOH kunnen goed samenwerken. Normen en waarden De normen en waarden van het openbaar onderwijs zijn gebaseerd op afspraken tussen leraren en ouders en sluiten aan bij: • De rechten van de mens • De rechten van het kind • De grondwet Wij geloven in de kracht van samenwerking. Samen met ouders (en kinderen) zijn we verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de kinderen. Door samen de problemen te bespreken en oplossingen te bedenken is de kans op succes groot. Onze normen en waarden komen van onderop. De kracht zit hem in het feit dat de normen en waarden gelden voor iedereen, ongeacht geloof of overtuiging. Dat geeft ruimte aan de eigenheid van elk individu. Diversiteit Diversiteit is een van de pijlers onder het openbaar onderwijs. Het OOH is een organisatie met zes locaties die onderling met elkaar verbonden zijn, maar tegelijk een eigen identiteit koesteren. Het Openbaar Onderwijs Houten kiest ervoor om ‘samen apart’ te zijn. Dit komt terug in de onderwijsconcepten van de scholen die veel raakvlakken hebben, maar ook verschillend zijn.

Visie Het motto, de kerntaken en de normen en waarden, zoals hier beschreven, komen allemaal voort uit de visie die de OOH in 2005 als volgt heeft geformuleerd: Primair proces • Onze scholen stimuleren de ontplooiing van sociaalemotionele, creatieve en lichamelijke vaardigheden, opdat leerlingen opgroeien tot maatschappelijk en sociaal vaardige persoonlijkheden. • Onze scholen bereiden leerlingen optimaal voor op het vervolgonderwijs en hun plaats in de samenleving.

• Onze scholen hebben elk de ruimte om vanuit een specifiek pedagogisch-didactische visie onderwijs te geven. • Onze scholen dragen normen en waarden over en maken kinderen bewust van hun eigen mogelijkheden. • Op onze scholen is de leerling-populatie een afspiegeling van de maatschappij. Intermenselijk • In onze scholen bevorderen wij de ontmoeting tussen mensen en de uitwisseling van ideeën in al hun verscheidenheid, omdat variatie in geloof, overtuiging, cultuur en persoonlijke eigenschappen onze samen leving kenmerken en verrijken. • Wij communiceren open met leerlingen, ouders, leerkrachten, directie en bestuur en wij doen dat respectvol, eerlijk en democratisch. Personeel • Ons personeelsbeleid kenmerkt zich door kwaliteitsverhoging, professionaliteit en persoonlijke ontwikkeling. Ruimte voor jezelf, ruimte voor een ander. GMR • De GMR is positief kritisch naar de stichting OOH en de beleidsvoornemens. Het doel van de GMR is het openbaar onderwijs nog beter te maken, vanuit het perspectief van de ouders en het personeel • De GMR oefent instemming- en adviesrecht uit, zoals vastgesteld in het reglement; • De GMR denkt actief mee in het te formuleren beleid en de keuzes die gemaakt moeten worden. Bestuur • Onze scholen en ons bestuur zijn transparant: We geven inzicht in de doelen die we stellen, de manier waarop we die doelen willen bereiken en wij verantwoorden wat wij bereiken. • Wij voeren een gezond financieel en materieel beleid: middelen, materialen en huisvesting zijn adequaat en er is een verantwoorde financiële basis.



Missie Het OOH laat zich leiden door de volgende missie: ‘Wij bieden kwalitatief hoogwaardig basisonderwijs dat voor iedereen toegankelijk is. Onze scholen bieden leerlingen, ouders en leerkrachten een veilige omgeving waar vanuit democratische waarden en normen ruimte is voor het met respect uitwisselen van levensbeschouwelijke, culturele en maatschappelijke opvattingen. Binnen ons onderwijs ontwikkelen al onze leerlingen optimaal hun sociale, maatschappelijke en intellectuele vaardigheden.’

Ouders en betrokkenen zijn goed op de hoogte van de ontwikkelingen en gebeurtenissen. Zij denken mee en hebben inspraak. Proactief Het OOH anticipeert op interne en externe ontwikkelingen. In een vroeg stadium worden betrokkenen meegenomen in de ontwikkelingen. De websites zijn actueel. Er wordt regelmatig gereageerd op actuele zaken in de media. Ouders en leerkrachten zijn regelmatig in gesprek over de kinderen. Ouders zijn goed op de hoogte over de vorderingen van hun kinderen en worden tijdig ingelicht bij veranderingen. Het OOH is klaar voor de toekomst. Kwaliteit Het OOH kan zelf verslag doen van de ontwikkelingen op en de prestaties van de scholen. De Kwaliteitsmeter Primair Onderwijs (KMPO), CITO en financiën staan in één lijn. Inspectiebezoeken bevestigen onze eigen bevindingen. De PDCA-cirkel (Plan, Do, Act, Check) is een vanzelfsprekend onderdeel van ons verbetertraject, evenals evalueren en werken met concrete doelen. De scholen zijn in staat de uitslagen van de KMPO en CITO te analyseren en om te zetten in verbetertrajecten.

Ambitie In 2015 is het OOH een professionele, transparante, dynamische en proactieve organisatie, herkenbaar en zichtbaar in Houten. Professioneel In 2015 is er duidelijk en herkenbaar personeelsbeleid. Nieuw en bestaand personeel is op de hoogte van dit beleidsplan en wat het betekent. Het OOH is een professionele organisatie met heldere afspraken over taakbeleid, functieontwikkeling en het functiewaarderingssysteem. Het personeelsbeleid is dynamisch en flexibel, het geeft mensen kansen om te groeien en zich te ontwikkelen. Mobiliteit in een school en tussen de scholen is gewoon. Talenten van mensen worden benut en ingezet. Door te werken met een kweekvijver en de grote mobiliteit van het personeel in 2015, kunnen we kwaliteiten van mensen op meerdere scholen inzetten. Specialismen worden ingezet. Het OOH kan helpen ambities van mensen met talenten waar te maken. Kwaliteit wordt gewaardeerd.

Aanwezig Scholen van het OOH staan in Houten bekend om de kwaliteit. Maar ook vanwege het unieke karakter van het openbaar onderwijs: de verbondenheid met de maatschappij en afspiegeling van de samenleving. Juist omdat het OOH een breed perspectief heeft en de wereld niet vanuit één geloof aanschouwt, is goed onderwijs in geestelijke stromingen kenmerkend voor het OOH. Kennis hebben van leidt tot inzicht en wederzijds begrip. Levensbeschouwing en democratisch burgerschap zijn kenmerkende onderwerpen van het Openbaar Onderwijs. Het OOH draagt de kernwaarden voor het openbaar onderwijs zichtbaar uit. Het OOH staat ook bekend om het plezier, plezier in het leren, het werken en de ontwikkeling. Het OOH staat verder bekend als professioneel werkgever, waar men met plezier werkt. Men wil graag werken bij het OOH.

Transparant Het OOH staat in 2015 bekend als stichting waar klantgericht wordt gewerkt. Een organisatie die open en helder communiceert, toegankelijk en herkenbaar is. Een organisatie die verbonden is met de samenleving.



Strategisch beleid “Iedereen is zich bewust van het grotere geheel”

Leven is meervoud van Lef Het OOH heeft een strategisch beleidsplan geformuleerd dat een hoge ambitie heeft en toch realistisch is. Dit plan bepaalt de richting voor de komende vier jaar. Niet alleen de richting van de stichting, maar ook de richting van de scholen. Elke school schrijft in 2011 een schoolplan waarin het beleid op schoolniveau verder wordt uitgewerkt.

Wie ben je, wat doe je en wat is je relatie met het openbaar onderwijs Houten? Ik ben Inge Streumer. Ik ben getrouwd en heb 2 kinderen, die toen ze nog klein waren op Klavertje Vier zaten. Ik ben jarenlang lid geweest van de MR van Klavertje Vier en ben vervolgens ook GMR lid geworden. In november 2006 ben ik gaan werken voor het Openbaar Onderwijs Houten en ben om niet met een dubbele pet op te zitten gestopt met de GMR.

‘Leven is meervoud van Lef’, zo staat op de voorkant van het beleidsplan. Niet omdat het een gewaagd plan is, of omdat we de grenzen van het toelaatbare opzoeken, maar omdat we keuzes maken. Een hoge ambitie met hoge verwachtingen leidt tot hogere resultaten. De kunst zal zijn om in de komende ongetwijfeld roerige periode, waarin bezuinigingen ook een rol gaan spelen, de ambitie als leidend te zien en niet als molensteen te ervaren. Een uitdaging die we vol vertrouwen aangaan.

Waarom het openbaar onderwijs Houten? Mijn man en ik hebben destijds niet bewust voor het openbaar onderwijs gekozen, maar ik heb het openbaar onderwijs wel leren kennen als een instelling met een veilige omgeving voor de kinderen, waar respect heerst voor elkaars verschillen, waar ieder kind telt én wat voor een ouder heel belangrijk is waar een kind met veel plezier naar toe gaat. Wat heeft jouw hart sneller doen kloppen het afgelopen jaar? Het afgelopen jaar heb ik me intensief mogen bezig houden met de financiële kant van de organisatie. Mij hier verder in mogen ontwikkelen heeft mijn hart zeker sneller doen kloppen. Ik hoop deze ontwikkeling ook de komende jaren verder te mogen uitbouwen en op die manier mijn steentje bij te dragen aan het realiseren van de doelen uit het strategisch beleidsplan.

Het strategisch beleidsplan heeft invloed op vier gebieden: • Onderwijs • Personeel • Communicatie • Organisatie en beheer

Welk hart wil jij onder de riem van het OOH steken? De onderlinge samenwerking/ communicatie is iets waar we als organisatie trots op mogen zijn. Iedereen is zich bewust van het grotere geheel. Ik verwacht dat OOH zich verder zal ontwikkelen en onderscheiden op het gebied van de kwaliteit voor kinderen, personeel en ouders.

Onderwijs Het OOH kenmerkt zich door de verbondenheid met de samenleving. Daarbij komen met name twee onderwerpen naar voren komen: democratisch burgerschap en sociaal emotionele ontwikkeling. In democratisch burgerschap en geestelijke stromingen ziet het OOH hét grote verschil met op één religie gebaseerd onderwijs: een open blik op de wereld, gebaseerd op de Rechten van



de Mens en de grondwet. Het democratisch burgerschap is iets dat daadwerkelijk beleefd wordt in het OOH. Ons onderwijs sluit niemand uit op basis van geloof of overtuiging, zolang deze niet strijdig is met de wet. Iedereen die de grondwet en de rechten van de mens accepteert, is welkom. Wel kijken we of de school dat wat een kind nodig heeft, ook kan leveren. Er zijn kinderen die, ondanks de kwaliteit van ons onderwijs, elders beter op hun plek zitten. Gewoon omdat de behoeften van het kind niet aansluiten bij de mogelijkheden van de school. In de huidige maatschappij zijn de geestelijke stromingen regelmatig onderwerp van gesprek, de verschillen, de overeenkomsten en de gevaren. Goed onderwijs in geestelijke stromingen verhoogt begrip, de basis voor respect. Het draagt ook bij aan het herkennen van gevaren en risico’s. Resultaten De resultaten zijn belangrijk voor de scholen van het OOH. Jaarlijks maken de scholen een analyse van de opbrengsten. De analyse geeft aan waar de school goed presteert en waar de school zich kan verbeteren. De analyse wordt gemaakt op groepsniveau, schoolniveau en leerkrachtniveau, per vakgebied. De analyse is voor het bevoegd gezag een instrument om mede te bepalen hoe de scholen ervoor staan. De opbrengsten, de waardering en de financiën vormen de basis voor het kwaliteitsbeleid binnen het OOH. Onderwerp

Doel

Sociaal emotionele ontwikkeling

In 2015 werken alle scholen met een methode voor Sociaal Emotionele Ontwikkeling, conform de afspraken.

Democratisch burgerschap/ godsdienst- onderwijs

In 2015 is democratisch burgerschap en godsdienst- onderwijs kenmerkend aanwezig op de openbare scholen.

Kinderraad

Op alle scholen van het OOH functioneert een kinderraad.

Resultaten

De opbrengsten van de scholen worden als goed beoordeeld.

Personeel Het OOH wil werken met kwalitatief sterk personeel, in een professionele cultuur, omdat dan alleen kwalitatief onderwijs mogelijk is. Onze kracht is dat we als kleine stichting met intensieve samenwerking tussen de openbare scholen in Houten de talenten van ons personeel benutten. Elke school maakt gebruik van de kracht van de mensen die we hebben. Dit vraagt een beroepsfocus die verder reikt dan de eigen klas of school. De schoolleider is bij de personeelsontwikkeling motivator, perspectiefbieder, richtinggever, kadersteller en grensbewaker. Professionaliteit en ontwikkeling Strategische onderwerpen met betrekking tot het personeel gaan voornamelijk over professionaliteit en ontwikkeling. Allereerst met het doel het onderwijs aan de kinderen verder te verbeteren. Maar ook omdat het aansluit bij onze visie om het beste te halen uit kinderen én medewerkers. Binnen het OOH zit onder de medewerkers veel talent. Dat kan meer ontwikkeld en ingezet worden voor beter onderwijs. Met de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt zal het meer en meer van belang zijn dat het personeel met plezier naar het werk gaat, enthousiast is en zich kan ontwikkelen. Op die manier kan de organisatie personeel aan zich binden. Helpen het talent te ontwikkelen kan van belang zijn voor een andere rol binnen de organisatie in de toekomst. De leerkracht probeert het beste uit ieder kind te halen, de directeur probeert het beste uit ieder personeelslid te halen.

Jaarlijks wordt er een analyse van de CITO resultaten gemaakt. CITO resultaten leiden tot beleidsvoornemens. CITO resultaten worden betrokken bij het formuleren van doelen en de evaluatie daarvan. CITO resultaten vormen samen met de KMPO en de financiën de basis voor het kwaliteitsbeleid van het OOH. Leerling-zorg

Uniformiteit administratie/dossiers. Ontwikkelperspectieven voor zorgleerlingen zijn geformuleerd.

Veiligheidplan

Elke school heeft een goed functionerend veiligheidsplan.

Hoogbegaafdheid

Op alle scholen is beleid ontwikkeld en wordt beleid uitgevoerd voor de meer- en hoog begaafde kinderen in Houten. In 2011 doen alle scholen mee met het traject van het SWV Houten

Passend Onderwijs

Het OOH geeft mede vorm aan de inrichting van het passend onderwijs. Zie Zorgplan SWV-Houten.



Communicatie

Strategische doelen Onderwerp

Doel

Mobiliteit

Het OOH heeft in beeld wie welke talenten/kwaliteiten/expertise heeft. Deze mensen worden waar mogelijk ingezet ten behoeve van de kwaliteit van het onderwijs. De mogelijkheden en kwaliteiten van onze mensen worden ingezet om knelpunten in één van de scholen op te lossen. Nieuwe personeelsleden hebben de vanzelfsprekende houding dat ze werken voor de stichting en niet voor één school binnen de stichting. Alle personeelsleden kennen de afspraken die binnen OOH gelden op het gebied van mobiliteit. Personeelsleden binnen het OOH hebben een positieve grondhouding t.a.v. mobiliteit. De directeur voert regelmatig gesprekken over de loopbaan/ mobiliteit van mensen. De werkwijze voor de afvloeiing personeel doet recht aan de samenstelling en kwaliteit van de organisatie (op schoolniveau en stichtingsniveau). De afspraken die worden gemaakt over indeling van mensen in de functies LA, LB, LC, doet recht aan de kwaliteiten van die mensen. De afspraken dragen bij aan de effectiviteit van de organisatie.

Onderwerp

Doel

Ontwikkeling

De mentaliteit van personeelsleden is dat zij zich willen ontwikkelen. Alle personeelsleden hebben een proactieve houding en zijn zelfreflectief. In 2015 is er passend scholingsbeleid geformuleerd en ingevoerd, zowel op stichtings- als op schoolniveau. Het OOH kent een realistisch levensfasebeleid. De kern is de vraag: ‘Hoe is de organisatie goed voor jou en hoe ben jij goed voor de organisatie?’.

Onderwerp

Doel

Competenties

Tool for Talent is in gebruik op alle scholen van de stichting. Tool for Talent is zo ingericht dat de competenties per functie recht doen aan de functie-eisen en mensen actief gebruik maken van de beschikbare instrumenten om hun competenties in beeld te brengen.

Op de basisschool treffen drie partijen elkaar: leerlingen, ouders en leerkrachten. Elke partij heeft een eigen verantwoordelijkheid en een eigen rol in het dagelijkse samenspel. Elke partij levert ook een eigen bijdrage aan de ontwikkeling van de leerling, het doel van dit alles. Daarbij moeten we dagelijks keuzes maken. Voor een deel zijn deze scherp omlijnd. De kerndoelen en referentieniveaus zijn heel duidelijk over wat een kind moet kunnen. In hoeverre een kind dat kan, wordt getoetst, methodegebonden en via de CITO-toetsen. Deze opbrengsten worden ook door de inspectie in de gaten gehouden. Minder duidelijk zijn de doelen die met betrekking tot gedrag, houding, instrumenten en vaardigheden kunnen worden ingezet. Bovendien is de opbrengst niet goed meetbaar. We hebben het dan over zelfstandig werken, leren plannen, toepassen van oplossingstrategieën, vaardigheden in het omgaan met anderen. Ook dit moet worden bijgehouden en wordt gevolgd door de inspectie. Tot slot zijn er nog zaken die we graag zouden willen. Of juist niet. En met we bedoelen we dan kinderen, ouders, maatschappij en professionals in het onderwijs. Wel of geen voorleesontbijt? Hoort Sinterklaas op de basisschool, of kan de lestijd beter worden gebruikt? In het onderwijs moeten scholen hierin doorlopend een afweging maken. En daar waar al deze vragen en belangen samenkomen, bestaat iets gemeenschappelijks. Het OOH streeft ernaar vergroting van dat gemeenschappelijke.

Elke school werkt met dezelfde gesprekkencyclus op basis van standaardformulieren. De mensen hebben een realistisch beeld van hun competenties en zij zetten stappen om hun competenties te vergroten. Het personeel heeft een proactieve houding, is actief, neemt initiatieven, anticipeert op ontwikkelingen en neemt verantwoordelijkheid voor de keuzes.

Onderwerp

Doel

Uitwisseling

Een aantal creatieve ideeën rondom uitwisseling is uitgevoerd. Tijdens OOH-studiedagen bestaat contact tussen mensen van verschillende scholen. Schoolleiders hebben een proactieve rol in het realiseren van ontmoetingen tussen personeelsleden van verschillende scholen.



Deze cirkels laten zien dat naarmate het gemeenschappelijke toeneemt, de onderlinge samenwerking ook toeneemt. Daarmee wordt de effectiviteit van het handelen vergroot. Met elkaar kunnen we ervoor zorgen dat de kinderen zich optimaal ontwikkelen. Met andere worden, de samenwerking op groeps-, school- of stichting niveau is van wezenlijk belang. Hoe vergroot je het gemeenschappelijke deel? Dat begint bij luisteren. Luisteren naar de leerling, naar de ouder, naar de school of de leerkracht. Met luisteren wordt niet bedoeld dat we het altijd eens zijn, of dat er gedaan wordt wat een ander zegt. Met luisteren bedoelen we: begrijpen wat de ander bedoelt en wil. Een gesprek over de inhoud en niet over de details. Uiteindelijk zal elke partij vanuit de eigen verantwoordelijkheid keuzes moeten maken. Een school zal bijvoorbeeld altijd het gemeenschappelijke tegen het individuele belang moeten afwegen. Daarnaast heeft een school simpelweg aan een aantal doelstellingen te voldoen.

Verder is het belangrijk dat onze omgeving goed en duidelijk geïnformeerd wordt over onze plannen, over de planning en over zaken die op een school spelen. Transparant zijn in waar we goed in zijn en wat we gaan verbeteren, daar gaat het om. Dat betekent ook het tijdig informeren van de omgeving. Aan de andere kant is het belangrijk dat informatie de school tijdig bereikt.

Een tweede manier om het gemeenschappelijke te vergroten is eigenaarschap te delen. Niet alleen de school is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van een kind. Het kind zelf en de ouders hebben daarin ook een verantwoordelijkheid. Net zo goed zijn niet alleen de ouders verantwoordelijk voor de opvoeding, het kind en de school hebben daarin ook een verantwoordelijkheid. Als we die verantwoordelijkheden nemen en bespreekbaar maken, wordt het gemeenschappelijke vergroot.

Onderwerp

Doel

Communicatie-plan

Elke school en het OOH hebben een communicatieplan. Dit geeft invulling aan de positie van het OOH in de samenleving.

Websites

Actuele interactieve websites. Ouders en leerkrachten kunnen inloggen om aanvullende informatie te krijgen over school en hun kinderen. Binnen het OOH wordt gewerkt met een SharePoint omgeving. Het OOH is een zichtbare partner in het basisonderwijs in Houten. Tweejaarlijks worden er enquêtes afgenomen. Scholen communiceren transparant over de uitslag en actiepunten. (G)MR maken meer gebruik van het medezeggenschap. Het jaarverslag wordt gebruikt om verantwoording tegenover de buitenwereld af te leggen. Op elke school hebben kinderen zichtbaar de mogelijkheid input te geven aan de ontwikkeling van de scholen.



Organisatie Eind 2010 staat het OOH er goed voor. De financiën zijn op orde, de organisatie is stabiel en er is veel vertrouwen in de toekomst. Vanuit die positie is het goed om over de toekomst na te denken. Er ligt een aantal uitdagingen op ons te wachten. De belangrijkste is het langetermijnperspectief voor de organisatie: hoe staat het OOH er in 2020 erbij?

Onderwerp

Doel

Allocatiemodel

In 2015 wordt gewerkt met een allocatiemodel dat toekomstbestendig is en recht doet aan de ontwikkelingen van de scholen.

Planning en control

In 2015 is de driehoek van planning en control volledig: beleid, opbrengsten en financiën zijn met elkaar verbonden. In 2015 is op het kantoor voldoende financiële expertise aanwezig om het financiële beleid en de planning en control cyclus vorm te geven.

Samenwerking

In 2015 is er een uitspraak over de toekomst: samen werking, zelfstandig blijven of doorgaan met zoeken. In 2015 heeft elke school een langetermijnperspectief in het schoolplan beschreven.

In de toekomst is het wellicht verstandig om nadrukkelijker samen te gaan werken met een partner. Schaalvergroting kan er mede voor zorgen dat de toekomst van goed openbaar onderwijs in Houten gewaarborgd blijft. Een grotere organisatie heeft meer financiële armslag en expertise. Bijvoorbeeld op het gebied van financiën, personeel, onderwijskunde, zorg. Op dit moment is het OOH klein in omvang. Dat heeft voordelen. De lijnen zijn kort en de verbintenissen groot. De samenwerking tussen de scholen en het personeel is goed. Eventuele uitbreiding van de samenwerking moet daarom wel betekenen dat we er beter van worden: behouden wat goed is, verbeteren wat nodig is.

Organisatie scholen Houten

In 2015 is het beleidsdocument: ‘Openbaar Onderwijs Houten nu en in de toekomst’ klaar. In dat document zijn de perspectieven voor de scholen en de stichting uitgewerkt.

Code goed bestuur

De stichting voldoet ten minste aan de eisen voor financiering voor zover betrekking op bestuur en toezicht.

Financiën Het OOH is financieel gezond. De komende periode staat in het teken van een nieuw allocatiemodel (wijze waarop de gelden worden verdeeld). Door het stopzetten van de groeiregeling en de te verwachten toekomstige veranderingen in de financiering, zal het bestuurskantoor een grotere rol gaan spelen in het verdelen van de budgetten. Organisatie scholen Houten De ontwikkelingen in Houten zijn dynamisch. Aan de ene kant hebben we te maken met scholen die kleiner worden of gelijk blijven. Aan de andere kant met scholen die nog steeds groeien of aan de start van een groei staan. Om niet verrast te worden, heeft het OOH voor elke school een langetermijnperspectief beschreven. Deze verschillende perspectieven vormen de basis voor het langetermijnperspectief van de hele Stichting. Code goed bestuur Op 1 augustus 2011 moet de stichting voldoen aan de code goed bestuur. In de periode daarvoor zal gekeken worden welke wijze het beste past bij onze stichting.



Bijlagen Organogram 2010

Stichting Openbaar Onderwijs Houten

Secretariaat

Algemeen directeur

GMR

Directeurenoverleg

Directeuren

Klavertje Vier

Bijenkorf en locatie De Regenboog

De Brug

MR per school (Globetrotter: deelraad MR)

Ridderspoor



De Globetrotter

De Plantage

Adressenlijst Naam school

Adresgegevens

Naam directeur

Klavertje Vier Adres

BRIN 09IE Eggeveld 4-6 3993 GE Houten 030-6342620 [email protected]

Directeur: Dhr. Albert van Dam

BRIN 21LP Riddersborch 143 3992 BK Houten 030-6353515 [email protected]

Directeur: Dhr. Jasper Bunt

BRIN 22KN Beverakker 19 3994 EK Houten 030-6342800 [email protected]

Directeur: Mevr. Hetty de Ridder

BRIN 26AL Horigenland 50 3994 TK Houten 030-6361066 [email protected]

Directeur: Mevr. Ellen van der Ligt

Beekmos 7 3994 KZ Houten 030-6364696 [email protected]


BRIN 27JR Plantagepolder 1 3991 ZE Houten 030-2436894 [email protected]

Directeur: Dhr. Stef van Hage

BRIN 26AL Raaigras 101 3994 MB Houten 030-6361798 [email protected]


BRIN AM82 De Haag 2-I 3993 AW Houten 030-6343685 [email protected]

Algemeen directeur: Dhr. Floris Dekker

Telefoon E-mail De Bijenkorf Adres Telefoon E-mail De Brug Adres Telefoon E-mail Ridderspoor Adres Telefoon E-mail Adres dependance Telefoon E-mail De Plantage Adres Telefoon E-mail De Globetrotter Adres Telefoon E-mail Bestuurskantoor Adres Telefoon E-mail

Locatieleider: Dhr. H. Elzer



Leerlingaantallen In het noorden van Houten vindt vergrijzing in de wijken plaats. Het aantal 4-jarige kinderen (nieuwe leerlingen) loopt terug. De scholen (Klavertje Vier, De Bijenkorf) vertonen daarom een dalende lijn in de leerlingaantallen. Ook de onzekerheid rond de nieuwbouw van een centrumlocatie (voormalige locatie De Regenboog) en de daaropvolgende beslissing van de gemeente hiervan af te zien, heeft er toe geleid dat een aantal leerlingen van de locatie De Regenboog elders een school hebben gevonden. Bij De Brug blijft het leerlingaantal, ondanks een lichte daling in 2011, naar verwachting stabiel. In het zuiden van de gemeente worden veel nieuwe woningen opgeleverd, veelal aan jonge gezinnen met kinderen of een kinderwens. Op De Plantage is dit duidelijk zichtbaar in het groeiende aantal aanmeldingen. Ook voor de toekomst verwachten we hier nog groei. Mede door de economische crisis is er een achterstand bij de bouw in Houten Zuidoost. De Globetrotter, meegenomen in het leerlingaantal van De Ridderspoor, groeit daarom niet zoals verwacht. OOH ondersteunt De Globetrotter om deze periode te overbruggen, zodat deze school in de toekomst verder kan groeien. Leerlingaantallen OOH (inclusief prognose)

1 oktober telling

2006

2007

2008

Prognose

Prognose

2009

2010

2011

2012

De Regenboog

132

115

100

Klavertje vier

197

169

154

129

113

106

104

De Bijenkorf

229

207

210

287

258

211

202

De Brug

167

168

159

172

170

162

171

Ridderspoor

313

340

342

361

376

381

385

De Plantage

129

193

244

295

336

381

388

1167

1192

1209

1244

1253

1241

1250

Totaal



Ziekteverzuim

De drie overzichten hieronder tonen per denominatie het percentage kinderen van de gemeente Houten op 1 oktober 2010, het leerlingaantal over de jaren 20062010 en de instroom van 4 jarigen..

De Arbo-wet verplicht alle instellingen die werknemers in dienst hebben, een actuele Risico Inventarisatie & Evaluatie op te stellen. Deze RI&E geeft een totaaloverzicht van alle bestaande risico’s op het gebied van veiligheid, gezondheid en psychosociale arbeidsbelasting tijdens de arbeid. Daarnaast vormt zij het uitgangspunt voor maatregelen om de gezondheidsrisico’s voor werknemers te beperken.

Overzicht bezetting onderwijs in Houten

1102010 4%

2% 7%

22%

OOH

In 2010 heeft een externe Arbodienst de RI&E voor de stichting OOH geactualiseerd. Het rapport bevat onder andere onderstaande verzuimcijfers van het openbaar onderwijs in Houten. Deze cijfers zijn gebaseerd op hele schooljaren, behalve die in de kolom met de percentages van de laatste vijf maanden van 2010.

Fectio

23%

Fluenta Bogerman 42%

Montessori Triangel

IJk aantal medewerkers

1-810 / 31-1210

2009/ 2010

2008/ 2009

2007/ 2008

De Bijenkorf*

21

5,3

5,0

5,0

3,0

De Brug

12

1,4

9,2

0,9

3,3

Klavertje vier

17

7,8

5,1

2,5

6,0

De Plantage

27

0,4

1,5

3,5

5,0

Ridderspoor**

34

9,7

10,9

7,8

2,5

5

0,0

0,1

0,0

8,6

Man

23

0,8

1,0

1,0

1,5

Vrouw

93

6,2

7,5

5,3

4,8

116

5,2

6,1

4,4

4,0

School

Deelname openbaar onderwijs in Houten 2006-2010 2500 2000

Bestuurskantoor

OOH

1500

Fectio Fluenta

1000

OOH totaal

Montessori * De verzuimcijfers van De Bijenkorf betreffen zowel De Bijenkorf als De Regenboog (opgeheven per 1-1-2011); ** De verzuimcijfers van Ridderspoor betreffen zowel Ridderspoor als De Globetrotter (dat valt onder het brinnummer van Ridderspoor). (bron: RI&E Rienks Arbodienst)

overig

500 0 2006

2007

2008

2009

2010

Investeringen per school

Instroom 4 jarigen per denominatie 400 350 300 OOH

250

Fectio

200

In onderstaande tabellen wordt per school aangegeven welke investeringen stonden gepland en welke ook daad werkelijk (en met welk bedrag) zijn gedaan. Onder de tabel staat de verklaring van de directeur waarom er eventueel afgeweken is van de oorspronkelijke investering.

Fluenta

150

Montessori

100

overig

50 0 2006

2007

2008

2009

2010

Verder heeft de overheid de bestemmingsbox taal en rekenen in het leven geroepen waarbij de scholen geld ontvangen ter verbetering van het niveau van taal en rekenen. Elke directeur geeft hieronder aan waaraan zij het geld hebben besteed of gaan besteden.



Klavertje vier

investering 2010

Realisatie 2010

levensbeschouwing/actief burgerschap

2.000

0

geschiedenis

5.000

0

vervanging taalmethode

500

0

vervanging materiaal onderbouw

500

0

smartbord

2.000

2.000

beamer

1.400

1.450

0

5.800

vervanging leesmethode groep 3

Om de overgang van fasen naar groepen goed vorm te kunnen geven is gekozen om van de investeringsplanning af te wijken en te investeren in een nieuwe leesmethode voor groep 3. De totale investeringen zijn minder dan gepland om de investeringen in de toekomst niet te zwaar te laten drukken op de exploitatie.

De Brug

investering 2010

Realisatie 2010

aanschaf compact en verrijkings methode rekenonderwijs

1.500

0(1)

aanschaf softwarepakketten smartboard

2.000

1.240(2)

aanschaf taalmethode

15.000

16.296(3)

licenties taalmethode

0

7.130

aanschaf delen methode cultuureducatie

1.500

0(4)

aanschaf schatkist locatie Regenboog

1.500

0(5)

vervanging leesmethode groep 3

3.000

0(6)

taakspel

0

3.433(7)

Cito LVS

0

2.777(8)

Realisatie 2010

nieuwe kast onderbouw

1.500

*

extra meubilair grote hal/ kamer coördinatoren

3.000

*

60.000

57.514

taalmethode

1.500

701

godsdienst/burgerschap

1.500

**

wereldoriëntatie

2.500

**

muziek en beeldende vorming

2.000

**

meubilair groep 1 t/m 8

Bestemmingsbox taal en rekenen is besteed aan: • Begeleiding van de leerkrachten van de groepen 1-2 en 3-4, bij de overgang van fasen naar groepen. Bijenkorf en locatie Regenboog

investering 2010

vernieuwen Cito-toetsen smartboard

Er is een overschrijding van de verwachtte investering. Dit betekent dat er nagenoeg geen investeringen meer worden gedaan in 2011. De overschrijding zit voor een groot deel in het afkopen van de softwarelicenties voor de nieuwe taal- en spellingmethode. Een nieuw investeringsoverzicht wordt gemaakt a.d.h.v. het nieuwe schoolplan 2012-2016.

3.411

Bestemmingsbox taal en rekenen is besteed aan: • Het Estafettelezen. investering 2010

Realisatie 2010

aanvulling meubilair

3.000

2.166

leermiddelen

5.000

2.209*

mediatheek/bibliotheek smartboard

500

0**

3.500

3.304

* er is minder geïnvesteerd in leermiddelen omdat de geplande overstap naar ontwikkelingsgericht onderwijs niet is doorgegaan en investeringen dus werden uitgesteld. ** de aanschaf voor de bibliotheek en mediatheek zijn vanuit de exploitatie betaald.

Bestemmingsbox taal en rekenen is besteed aan: • Verdieping rekenonderwijs in de groepen 1-2. • Opleiden van een taal- of rekenspecialist voor de hele school. Keuze wordt in april/mei 2011 gemaakt.

Bestemmingsbox taal en rekenen is besteed aan: • We hebben alle toetsen voor taal en rekenen vervangen voor de nieuwste versie.


**

5.000

* deze investering is uitgesteld naar begin 2011 ** De Brug is op zoek naar een methode voor wereldoriëntatie gecombineerd met cultuureducatie. Wat De Brug wil is niet op de markt verkrijgbaar. Daarom wordt er gezocht naar een alternatief. Zodra de keuze gemaakt wordt, is ook duidelijk of muziek in de methode is geïntegreerd waardoor die niet apart hoeft te worden aangeschaft. Hetzelfde geldt ook voor democratisch burgerschap en de sociaal-emotionele ontwikkeling.

Ridderspoor

(1) Methode compacten en verrijken is compleet (2) Is nu compleet (3) Taalmethode is compleet vernieuwd, inclusief de spellingmethode en differentiatiemateriaal (4) Er is een nieuwe muziekmethode aangeschaft, nu er geen muziekleerkracht meer is op school. Nota voor cultuureducatie is voldaan in februari 2011 (5) Zit voldoende differentiemateriaal in de nieuwe taal- en spellingmethode (6) Aanschaf hoorde nog bij schooljaar 09-10, is nu compleet (7) taakspel hoort nog bij schooljaar 09-10 voor de Regenboog (8) CITO Lvs. De CITO’s zijn vervangen met gelden uit de bestemmingsbox. De toetsen zijn nu bijna volledig vervangen.

500


De Plantage

investering 2010

Realisatie 2010

aanvulling meubilair

15.500

13.986

taalmethode vervangen

20.000

19.198

aanv.methodes ivm groei

5.000

3.191

inrichting kleutergroepen

2.500

2.348

taalmethode kleuters vervangen

8.000

6.443

aanvulling wereldoriëntatie

2.000

1.652

materialen hoogbegaafdheid

2.000

347*

leesbibliotheek

4.000

3.707

muziek

1.500

1.033

0

1.672**

Cito LOVS

* de investering in materialen hoogbegaafdheid is uitgesteld. In 2010 is gezamenlijk met de andere scholen van de stichting besloten dit traject uit te stellen tot het schooljaar 2011-2012. ** deze aanschaf stond gepland voor 2011 maar was al in 2010 besteld en betaald.

Bestemmingsbox taal en rekenen is besteed aan: • De bestemmingsbox taal/rekenen zal worden ingezet voor de aanvulling van Kleuterplein, de taalmethode voor kleuters Globetrotter aanvulling meubilair

investering 2010

Realisatie 2010

10.000

4845

aanvankelijk lezen

1.000

*

technisch lezen

1.000

*

taal/spelling

1.000

*

rekenen

1.000

*

engels

1.000

*

leermiddelen

2.000

*

* aan lesmethodes is in totaal €2521,- geïnvesteerd. Als je kijkt naar het totale plaatje zitten er verschillen tussen de begroting en de gerealiseerde uitkomst. Dat heeft voornamelijk betrekking op het feit dat wij bij de Globetrotter bij het maken van de begroting nog niet weten of er tijdens het schooljaar veel leerlingen gaan instromen. We moeten de ruimte hebben om hier wel adequaat op te reageren.

Bestemmingsbox taal en rekenen is besteed aan: • Daar hebben wij nog niets mee kunnen doen doordat het om een klein bedrag gaat, aangezien we een kleine school zijn.



Colofon Met dit jaarverslag legt het bestuur van het OOH verantwoording af voor zijn beleid aan de ouders van de leerlingen en de diverse geledingen binnen het Openbaar Onderwijs Houten, aan het ministerie van Onderwijs, de gemeente Houten en de Inspectie van Onderwijs. Dit jaarverslag is samengesteld door: Floris Dekker, algemeen directeur Inge Streumer, directiesecretaresse Met medewerking van: Albert van Dam, directeur Klavertje 4 Jasper Bunt, directeur Bijenkorf en locatie Regenboog Hetty de Ridder, directeur De Brug Ellen van der Ligt, directeur Ridderspoor Stef van Hage, directeur De Plantage Hans Elzer, locatieleider Globetrotter Bert-Jan Mulder, bovenschools ICT coördinator Reinder Homan, beheer Yvonne ten Wolde, secretaris GMR Joop Berger, eindredactie Henry Streumer, fotografie Drukkerij Karaat, vormgeving en druk Een exemplaar van dit jaarverslag kunt u aanvragen via [email protected] of 030-6343685.



De Haag 2-I • 3993 AW Houten • t: 030-6343685 I: www.oo-h.nl • e: [email protected]

Jaarverslag. voor kinderen

Recommend Documents