Jaarverslag 2014 Universitair Medisch Centrum Groningen
Jaarverslag 2014 Universitair Medisch Centrum Groningen
Inhoud
Woord vooraf
4
Verslag van de Raad van Toezicht
6
Verslag van het Bestuur
15
1
Algemene informatie
17
2 Financiële informatie
22
3 Risicobeheersing en Interne Controle Systeem
25
4 Financiële instrumenten
28
5 Governancecode
29
6 Maatschappelijke aspecten van ondernemen
30
7 Onderzoek, onderwijs en opleiding
33
8 Actuele ontwikkelingen in het zorgproces
39
9 Toekomst
51
52
Tot slot
Bijlagen
53
I Nevenfuncties Raad van Toezicht en Raad van Bestuur
54
II Jaarrekening
58
3 Jaarverslag 2014 UMCG
Woord vooraf
Met veel genoegen bieden wij u hierbij ons jaarverslag 2014 aan. Hierin leggen wij verantwoording af over ons beleid en onze resultaten op de vier kerntaken van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG): patiëntenzorg, onderzoek, onderwijs en opleiding. Onze activiteiten op deze vier gebieden zijn nauw met elkaar verweven. Het UMCG legt over sommige thema’s voor specifieke doelgroepen meer in detail verantwoording af in aparte publicaties. Zo verschijnt er aan apart jaarverslag over de prestaties en ontwikkelingen op het gebied van Onderzoek en Onderwijs. Ook publiceert het UMCG het jaarverslag ‘Kwaliteit en Veiligheid in de patiëntenzorg 2014’ en een milieuverslag 2014. Deze verslagen zijn te vinden op www.umcg.nl Samen bouwen aan de toekomst van gezondheid. Dat is de missie van het UMCG. In 2014 hebben we onze geactualiseerde koers ‘Bouwen aan de Toekomst van Gezondheid 2020’ uitgebracht, die het resultaat is van vele interessante gesprekken en discussies met medewerkers uit de hele organisatie. In onze missie staat het belang van de patiënt als mens centraal. Waar we ook aan werken, we kijken en luisteren naar de mens, naar zijn verhaal en zijn behoeftes. Healthy Ageing is ons speerpunt in onderzoek, onderwijs en zorg. Ons onderzoek richt zich op de vraag hoe we gezond en actief ouder kunnen worden. In de zorg staat de vraag centraal hoe we de kwaliteit van leven van onze patiënten kunnen optimaliseren, zodat zij zo lang mogelijk in een zo goed mogelijke gezondheid kunnen leven. Het jaar 2014 kende voor het UMCG een groot aantal mooie successen, die bereikt zijn dankzij de grote inzet waarmee onze medewerkers elke dag werken aan onze gezamenlijke ambities. Om de beste zorg te garanderen is en blijft kwaliteit en veiligheid het speerpunt. Wij hechten grote waarde aan het ISO certificaat 9001:2008 (Healthcare), dat wij in 2014 als eerste UMC hebben behaald. Vanuit onze rol als innovatiecentrum blijven we de zorg vernieuwen. Zo zijn we er bijvoorbeeld trots op dat het UMCG als hét transplantatiecentrum van Nederland een techniek heeft ontwikkeld waarmee meer organen geschikt kunnen worden gemaakt voor transplantatie. Teneinde ook in de toekomst kwalitatief hoogwaardige zorg te kunnen bieden aan de inwoners van Noord-Nederland en daarbuiten, heeft het UMCG ook in 2014 weer een substantiële bijdrage geleverd aan het opleiden van medisch specialisten en andere zorgprofessionals. Voor het onderzoek was 2014 wederom een succesvol jaar. Het aantal publicaties en promoties is verder gestegen en de kwaliteit is van hoog niveau. Ook zijn we steeds succesvoller in het aantrekken van externe geldstromen en het valoriseren van kennis.
4 Jaarverslag 2014 UMCG
De kwaliteit van het onderwijs van het UMCG is onveranderd hoog. Om onze toppositie vast te kunnen houden, blijven we innoveren. In 2014 zijn we gestart met ons nieuwe curriculum G2020, ingericht met kleinere student-gemeenschappen (‘learning communities’) rond specifieke thema’s. Onze ambities voor de komende tijd zijn groot en vergen soms forse investeringen, terwijl de middelen beperkt zullen zijn. We nemen hierin onze gezamenlijke verantwoordelijkheid en maken, waar nodig, ook keuzes. Op die manier kunnen we ook de komende jaren samen verder bouwen aan de toekomst van gezondheid. Namens de Raad van Bestuur, Jos Aartsen
5 Jaarverslag 2014 UMCG
Verslag van de Raad van Toezicht
In januari 2015 is met uitzondering van mevrouw mr. L. Lindner een nieuwe Raad van Toezicht aangetreden. Dat brengt de ietwat bijzondere omstandigheid mee dat een nieuwe Raad van Toezicht verslag uitbrengt over zijn voorganger die op één lid na een heel andere samenstelling kende. Met het vertrek van de heer J.G.M. Alders en de heer prof. dr. L. Koopmans heeft de Raad van Toezicht afscheid genomen van twee zeer ervaren en zeer gewaardeerde leden, die ieder vanuit hun eigen expertises vanaf 2007 een belangrijke rol in de Raad van Toezicht hebben vervuld. Vanuit de politiek-bestuurlijke ervaring van de heer Alders en vanuit de financiële expertise en bestuurlijke ervaring in het bedrijfsleven van de heer Koopmans hebben zij het voorzitterschap respectievelijk vice-voorzitterschap op een buitengewoon gedreven en kundige wijze vormgegeven. Ook mevrouw prof. dr. H.J. Völker-Dieben heeft in 2014 afscheid genomen van de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht dankt mevrouw Völker-Dieben voor de wijze waarop zij vanuit haar ruimschootse ervaring op het medisch-klinisch terrein haar lidmaatschap van de Raad van Toezicht heeft ingevuld. Voorts dankt de huidige Raad van Toezicht zijn voorgangers uitdrukkelijk voor de zorgvuldige wijze waarop deze het toezicht in 2014 vorm heeft gegeven. De huidige Raad van Toezicht hecht er aan zijn grote waardering uit te spreken voor de wijze waarop zij hebben zorggedragen voor de overdracht aan zijn opvolgers. Namens de Raad van Toezicht, Andrée van Es, Voorzitter Raad van Toezicht
In Memoriam Op 28 februari 2015 is kort voor zijn beoogd aftreden de heer prof. dr. B. Witholt overleden. Met zijn ruime ervaring als hoogleraar en wetenschapper droeg de heer Witholt in belangrijke mate bij aan het toezicht op het terrein van onderzoek en onderwijs. Met zijn originele kijk op zaken wist hij aan vele discussies een extra dimensie toe te voegen. Het UMCG gedenkt de heer Witholt als een uitmuntende toezichthouder, die met zijn scherpe blik en ervaring van onschatbare waarde voor het UMCG was gedurende de bijna acht jaar dat hij deel uitmaakte van de Raad van Toezicht.
6 Jaarverslag 2014 UMCG
Invulling van het toezicht in 2014
Vergaderingen en bijeenkomsten In 2014 heeft de Raad van Toezicht vijf keer regulier vergaderd, waarbij telkens de Raad van Bestuur aanwezig was: 19 maart, 21 mei, 26 augustus, 29 oktober en 17 december. De discussies in de Raad van Toezicht zijn gevoerd op basis van door de Raad van Bestuur aangeleverde documenten, maar ook op basis van de algemene ontwikkelingen die zich voor doen in de maatschappij, in het wetenschappelijk onderzoek en in de zorgsector. In het tussen Raad van Bestuur en Raad van Toezicht vastgestelde informatieprotocol is vastgelegd welke informatie de Raad van Bestuur wanneer naar de Raad van Toezicht stuurt. De Raad van Toezicht ontvangt voorafgaand aan de vergadering een schriftelijke rapportage over de actuele ontwikkelingen binnen het UMCG op het gebied van governance, kwaliteit en veiligheid, personeel en organisatie, samenwerkingsverbanden, grote projecten en bedrijfsvoering. Kwaliteit en veiligheid van de patiëntenzorg is een vast en prominent punt op elke agenda van de Raad van Toezicht. Conform de afspraken in het informatieprotocol rapporteert de Raad van Bestuur hier uitvoerig over. Alle calamiteiten en klachten die worden ingediend bij de klachtencommissie worden gerapporteerd aan de Raad van Toezicht en zonodig besproken. De Raad van Toezicht heeft zich ervan vergewist dat de Raad van Bestuur veel aandacht heeft voor kwaliteit en veiligheid in het UMCG en dat het beleid van de Raad van Bestuur op gestructureerde wijze wordt geïmplementeerd, onder meer via de zogeheten leidende coalities van zorgprofessionals die op een zestal thema’s zijn ingesteld. De Raad van Toezicht constateert dat deze werkwijze zich steeds verder doorontwikkelt in positieve zin. Wel beraadt de Raad van Toezicht zich in 2015 op de beste en meest efficiënte wijze van informatiestrekking aan en toezicht door de Raad van Toezicht. De Auditcommissie van de Raad van Toezicht heeft op 21 mei 2014, onder leiding van voorzitter prof. Koopmans, vergaderd in aanwezigheid van de externe accountant. Daarbij zijn het verslag van de accountant bij de jaarrekening en de jaarrekening en het jaarverslag zelf met hem besproken en heeft hij vragen van leden van de Raad van Toezicht beantwoord. Ook de managementletter en de reactie van de Raad van Bestuur hierop is besproken. De accountant concludeert in dit document dat de administratieve organisatie en interne controle binnen het UMCG op orde zijn. De Raad van Toezicht neemt met instemming kennis van de constatering dat het UMCG geen derivaten bezit, dat het UMCG de risico’s nauwlettend bewaakt en waar noodzakelijk in de jaarrekening adequate voorzieningen heeft getroffen. Vanwege landelijke onzekerheden in de omzetverantwoording van ziekenhuizen heeft de Raad van Toezicht eerstens onder voorbehoud de jaarrekening van 2013 goedgekeurd en deze uiteindelijk op 3 september 2014 definitief goedgekeurd.
7 Jaarverslag 2014 UMCG
Op 17 maart 2014 heeft het jaarlijkse overleg tussen de voorzitters van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht van de Rijksuniversiteit Groningen en de voorzitter van de Raad van Toezicht en de voorzitter en decaan van de Raad van Bestuur van het UMCG plaatsgevonden. Hierin is onder meer de samenwerking tussen UMCG en universiteit en de UMCG begroting Onderwijs en Onderzoek besproken. Ook is hierbij uitdrukkelijk aan de orde gekomen hoe de Learning Communities binnen de opleiding Geneeskunde vorm hebben gekregen. Politiek en samenleving vragen van toezichthouders zichtbaar en aanspreekbaar te zijn binnen de organisatie en meer dan in het verleden zelf informatie te vergaren. De Raad van Toezicht geeft hier op verschillende manieren invulling aan en wenst zelf het toezicht op een actieve wijze vorm te geven. Daarbij volgt de Raad van Toezicht de governance code voor UMC’s zoals opgesteld door de NFU middels het principe ‘pas toe of leg uit’. De Raad van Toezicht heeft overleg gevoerd met de Ondernemingsraad (op 2 april resp. 5 november). Doel van dit halfjaarlijkse overleg is bijpraten over de ontwikkelingen in het UMCG. Afgelopen jaar is vooral gesproken over de invulling van de nieuwe Raad van Toezicht, regionale samenwerking, de overgang naar een nieuw EPD en het thema Kwaliteit en Veiligheid. Over dezelfde thema’s heeft de Raad van Toezicht met het bestuur van het Stafconvent gesproken op 18 februari 2014 en 5 november 2014. Voor het eerst heeft de Raad van Toezicht een gesprek gevoerd met de Cliëntenraad Academische Ziekenhuizen (CRAZ). De Raad van Toezicht kijkt uit naar de samenwerking met de opvolger van de CRAZ, de Cliëntenraad van het UMCG, in 2015. Ook met de Verpleegkundige Adviesraad heeft de Raad van Toezicht op 4 april 2014 een gesprek gevoerd. De Raad van Toezicht heeft diverse themabijeenkomsten op het gebied van kwaliteit en veiligheid bezocht, zoals de themabijeenkomst van het Stafconvent op 26 mei 2014. In 2014 zijn verder diverse afdelingen van het UMCG door de Raad van Toezicht bezocht. Besluiten en discussies De Raad van Toezicht heeft in 2014 goedkeuring verleend aan de volgende besluiten van de Raad van Bestuur: • Jaarverslag en jaarrekening 2013 • Begroting 2015 en Meerjarenbegroting 2015-2019 • Sluiten contract met Siemens in het kader van het EPD • Keuze aanbestedingstraject accountant in 2015 • Participatie van het UMCG in de A15 Apotheek BV
8 Jaarverslag 2014 UMCG
Naast het volgen van landelijke en zorgbrede ontwikkelingen en thema’s zoals het Prinses Maxima Centrum voor Kinderoncologie en het NFU project ROBIJN, stond verder het jaar 2014 voor de Raad van Toezicht in het teken van discussie over onder andere de volgende strategische onderwerpen: •
Risicomanagement
De Raad van Toezicht heeft zich gebogen over een integrale financiële risicoanalyse inclusief beheersingsmaatregelen, met specifieke aandacht voor lopende projecten (Lifelines, ERIBA, nieuwbouw, vervanging ZIS/EPD) en voorgenomen projecten (Protonenfaciliteit en samenwerking met de Ommelander Ziekenhuis Groep). Een aantal van de genoemde onderwerpen hebben in 2014 nadrukkelijk aandacht gekregen (zie ook hieronder). De analyse was er op gericht inzichtelijk te maken of bij een samenloop van ongunstige ontwikkelingen in de verschillende projecten een situatie kan ontstaan waarbij het UMCG in de problemen kan komen. Deze analyse geeft een bandbreedte aan waarbinnen projecten financieel op haalbaarheid kunnen worden getoetst. De Raad van Toezicht is verheugd met de uitkomst van deze analyse. •
Protonenfaciliteit
In 2014 is intensief overleg gevoerd tussen de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur omtrent het opzetten van een Protonenfaciliteit. De Raad van Toezicht heeft zich positief opgesteld met betrekking tot de komst van een protonenfaciliteit naar Groningen, doch volgt het proces nauwlettend. De Raad van Toezicht onderschrijft dat de komst van een protonenfaciliteit zeer relevant is voor het bieden van ‘state of the art’ medische zorg aan de patiënten van NoordNederland, voor de keuze van het UMCG voor oncologie als een van zijn speerpunten en voor het behouden van talent voor het UMCG. Door zowel de Raad van Bestuur als de Raad van Toezicht zijn heldere toetsingskaders opgezet om de risico’s en onzekerheden omtrent de Protonenfaciliteit voortdurend te monitoren. • Overgang naar een nieuw EPD De Raad van Toezicht heeft in maart 2014 toestemming gegeven aan de Raad van Bestuur om een contract te sluiten met leverancier Siemens voor een nieuw EPD/ZIS. Over het aanbestedingstraject dat hieraan vooraf ging, is de Raad van Toezicht frequent geïnformeerd. De Raad van Toezicht heeft vastgesteld dat de Raad van Bestuur in de aanloop naar de implementatie veel aandacht heeft voor standaardisatie van systemen en werkprocessen en voor het vooraf vastleggen en laten accorderen van de specificaties. De financiële kaders voor deze omvangrijke operatie zijn vastgelegd in de meerjarenbegroting. De Raad van Toezicht is vanaf het moment dat de voortgang van dit project problematisch verliep wekelijks geïnformeerd over de stand van zaken op dit dossier.
9 Jaarverslag 2014 UMCG
• Samenwerking met de Ommelander Ziekenhuis Groep (OZG) Teneinde kwalitatief hoogwaardige zorg beschikbaar te houden voor de bewoners van Noordoost Groningen en teneinde zich verder toe te leggen op complexe zorg, streeft het UMCG naar een samenwerking met de OZG. De Raad van Toezicht heeft instemmend gereageerd op het voorgenomen besluit van de Raad van Bestuur met betrekking tot deze samenwerking en volgt de ontwikkelingen binnen dit dossier nauwlettend. Ook hier zijn duidelijke randvoorwaarden, onder meer met betrekking tot de financiële risico’s, geformuleerd waar de Raad van Toezicht op toetst. •
Zorgcontractering
Het UMCG heeft over 2014 met alle zorgverzekeraars een contract afgesloten. De Raad van Bestuur heeft de Raad van Toezicht voortdurend op de hoogte gehouden van het verloop van de onderhandelingen, die soms moeizaam verliepen. De Raad van Toezicht steunt het streven van de Raad van Bestuur om meerjarenafspraken te maken met zorgverzekeraars, om gewenste verschuivingen van zorg in de regio te kunnen realiseren. •
Bouwplannen
De Raad van Bestuur heeft een prioritering van bouwprojecten opgesteld die door de Raad van Toezicht positief is ontvangen. De Raad van Toezicht constateert dat de Raad van Bestuur een groot draagvlak binnen het UMCG heeft weten te creëren voor deze bouwprioritering. De Raad van Toezicht wenst de bouwprioritering graag binnen het kader van de UMCG-brede risicoanalyse te bezien. Verder heeft de Raad van Toezicht kennis genomen van het gegeven dat kostenreducties noodzakelijk zijn om de bouwplannen te kunnen financieren. •
Functioneren topkader
Evenals in voorgaande jaren is in 2014 het functioneren van het gehele topkader (afdelingshoofden en directeuren) met de Raad van Bestuur besproken. Hiermee heeft de Raad van Toezicht zich een beeld verschaft van de kwaliteit van het topkader, de aandachtspunten die er zijn voor het bestuur en de te verwachten personele wisselingen. De Raad van Toezicht vindt dit een nuttige rapportage. De Raad van Toezicht signaleert op dit thema geen acute knelpunten. • Wetenschappelijke integriteit De Raad van Toezicht is door de Raad van Bestuur geïnformeerd over de aandacht die de Raad van Bestuur aan dit onderwerp heeft geschonken.
10 Jaarverslag 2014 UMCG
De werkgeversrol De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor het benoemen, beoordelen en belonen van de leden van de Raad van Bestuur. Met de individuele bestuursleden zijn in 2014 wederom de jaarlijkse functioneringsgesprekken gevoerd. De Raad van Toezicht stelt vast dat de Raad van Bestuur goed functioneert. Sinds 1 januari 2013 is de Raad van Toezicht bij nieuwe- en herbenoemingen op grond van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) gebonden aan het wettelijk bezoldigingsmaximum van 130% van een ministersalaris met inachtneming van overgangsrecht. De Raad van Toezicht ervaart een spanningsveld tussen enerzijds zijn opvattingen omtrent een beloning passend bij de zwaarte van de functie van de bestuurder van het UMCG en anderzijds het wettelijk normenkader van de WNT. Het baart de Raad van Toezicht zorgen of binnen de kaders van de WNT ook in de toekomst hooggekwalificeerde bestuurders aangetrokken kunnen blijven worden.
11 Jaarverslag 2014 UMCG
Terugblikken en vooruit kijken
De Raad van Toezicht staat in besloten bijeenkomsten regelmatig stil bij zijn eigen functioneren. De evaluatie van de relatie tussen de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht heeft in 2014 plaatsgevonden. Dit heeft plaatsgevonden met betrokkenheid van externe expertise en is specifiek gericht om de Raad van Toezicht in zijn nieuwe samenstelling in 2015 inzicht te bieden in de bevindingen van de leden van de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht ten aanzien van ontwikkelde gewoontes, gebruiken en methodes in het samenspel tussen Raad van Bestuur en Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht heeft in 2014 uitvoerig gesprekken gevoerd met de Raad van Bestuur, OR, Stafconvent, Verpleegkundige Adviesraad en vertegenwoordigers van de Cliëntenraad Academische Ziekenhuizen met het oog op de wensen en verwachtingen die binnen de organisatie bestonden voor de nieuwe leden van de Raad van Toezicht. Mede aan de hand van deze input is een profielschets gemaakt voor een nieuwe Raad van Toezicht. De doelstelling is daarbij geweest om kandidaten te vinden die als team het totale palet kunnen afdekken waarop de Raad van Toezicht geacht wordt toe te zien, met inachtneming van evenwichtige man-vrouwverhouding en diversiteit qua leeftijd. Aan de hand van deze profielschets zijn vier kandidaten gevonden en voorgedragen aan de minister. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft met deze voordrachten ingestemd. Benoemd zijn mevrouw drs. A. Ch. van Es, de heer prof. dr. B. Löwenberg, de heer ir. B.P. Voet en de heer drs. J.P.P. Bos RA. Per 1 januari 2015 zijn zij aangetreden binnen de Raad van Toezicht. Bij de vergadering van 17 december 2014 is stilgestaan bij het aftreden van de heer Alders als voorzitter van de Raad van Toezicht per 1 januari 2015 en het aankomend afscheid van de heer Koopmans per 1 februari 2015. De heer Koopmans heeft per 1 februari 2015 afscheid genomen van de Raad van Toezicht.
12 Jaarverslag 2014 UMCG
Slotwoord
De Raad van Toezicht wenst hierbij alle medewerkers van het UMCG voor hun inzet en de mooie resultaten die in het afgelopen jaar zijn behaald te danken. Er is grote waardering voor de inzet van professionals binnen het UMCG, niet alleen als centrum voor topreferente zorg waarin de patiënt als mens centraal staat, maar ook als centrum voor onderwijs en onderzoek. In 2015 staan belangrijke thema’s zoals kwaliteit en veiligheid, de samenwerking met de OZG, EPD, de grote bouwprojecten (waaronder operatie Hotfloor), de vervolgfinanciering LifeLines, het kostenreductieprogramma 2016-2019 en de Protonenfaciliteit op de agenda van het UMCG en daarmee ook op de agenda van de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht kijkt dan ook uit naar een nieuw jaar van constructieve samenwerking met alle betrokkenen in het prachtige UMCG, waarin opnieuw een bijdrage mag worden geleverd aan de kerntaken onderwijs en opleiding, onderzoek en patiëntenzorg en daarmee aan de gezondheidszorg en gezondheid in het Noorden van Nederland en daarbuiten.
13 Jaarverslag 2014 UMCG
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------De Raad van Toezicht van het UMCG is benoemd door de minister van OCW als toezichthouder in het UMCG. Op grond van artikel 12.12 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek is de Raad van Toezicht belast met het houden van een voortdurend toezicht op al wat het UMCG aangaat. De Raad van Toezicht oefent onafhankelijk toezicht uit op het UMCG; er is geen sprake van enige belangenverstrengeling tussen de leden van de Raad van Toezicht en het UMCG en geen van de leden is oud-medewerker van het UMCG. Samenstelling Raad van toezicht De samenstelling van de Raad van Toezicht van het UMCG is in 2014 als volgt geweest: • J.G.M. Alders, voorzitter • Prof. dr. L. Koopmans, vice voorzitter en voorzitter van de Auditcommissie • Prof. dr. B. Witholt • Mw. mr. L. Lindner • Mw. prof. dr. H.J. Völker-Dieben Huidige samenstelling van de Raad van Toezicht: • Mw. drs. A. Ch. van Es, voorzitter • Mw. mr. L. Lindner, vice voorzitter • Drs. J.J.P. Bos RA, voorzitter van de Auditcommissie • Prof. dr. B. Löwenberg • Ir. B.P. Voet De bezoldiging van de toezichthouders is opgenomen in de Jaarrekening. De nevenfuncties van de Raad van Toezicht zijn opgenomen in Bijlage 1, naast de nevenfuncties van de Raad van Bestuur. -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
14 Jaarverslag 2014 UMCG
Verslag van het Bestuur
Identificatie UMCG Verslagleggende rechtspersoon ------------------------------------------------------------------------------
------------------------------------------------------------------------------
Universitair Medisch Centrum Groningen
Medezeggenschapsstructuur
Postbus 30.001
Via de Ondernemingsraad (OR) van het UMCG vindt de
9700 rb Groningen
medezeggenschap van medewerkers plaats. De OR bestaat uit
Telefoon: 050 - 361 61 61
vijftien leden.
E-mailadres:
[email protected] Kamer van Koophandel: nr. 01169570
De sectoren en de ondersteunende onderdelen hebben hun eigen
Internetpagina: www.umcg.nl
medezeggenschapsorgaan – Onderdeelcommissies (OC) – met een zelfstandig advies- en instemmingsrecht.
Juridische structuur De publiekrechtelijke rechtspersoon Academisch Ziekenhuis
De Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Groningen (AZG) handelt sinds 2005 onder de naam UMCG.
bepaalt dat het Stafconvent meewerkt aan het bestuur van
Het UMCG is een samenwerkingsverband tussen het AZG en de
het ziekenhuis. In het Stafconvent zijn de medisch specialisten
Faculteit Medische Wetenschappen (FMW), onderdeel van de
vertegenwoordigd. Aan de vergaderingen nemen de
Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Naast het UMCG wordt de
afdelingshoofden deel.
UMCG-groep gevormd door een twintigtal aan het UMCG verbonden groepsmaatschappijen, waarin een beleids-bepalende
Studenten hebben een stem via de Onderzoek- en Onderwijsraad
invloed kan worden uitgeoefend. Deze staan vermeld in de
(O&O-raad). De O&O-raad bestaat uit veertien leden. Hiervan zijn
jaarrekening.
zeven student, de andere zeven leden zijn personeelsleden waarvan vier gekozen leden uit de OR, en drie leden uit de OC’s.
Toelating Het UMCG biedt zorg aan op grond van de Zorgverzekeringswet
De Verpleegkundige Adviesraad (VAR) adviseert de Raad van
en AWBZ. In dat verband is een toelating nodig in het kader van de
Bestuur over vraagstukken die het verpleegkundig vakgebied raken.
Wet toelating zorginstellingen (WTZi). Het UMCG is een toegelaten
De leden van de VAR hebben een verpleegkundige achtergrond en
instelling met instellingsnummer 1435.
bekleden verschillende functies in het UMCG. Patiënten oefenen medezeggenschap uit via de Cliëntenraad UMCG, die in september 2014 is geïnstalleerd (als opvolger van een centrale cliëntenraad voor UMC’s). Voor organisatorische, operationele aangelegenheden, zoals de organisatie van zorg, huisvesting en dergelijke, worden in principe via Zorgbelang Groningen patiënten (verenigingen) ingeschakeld.
------------------------------------------------------------------------------
15 Jaarverslag 2014 UMCG
------------------------------------------------------------------------------
Organogram UMCG 2014 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Raad van Toezicht
Raad van Bestuur
Ondernemingsraad
Stafconvent
Cliëntenraad
UMCStaf
IFM
Bouw & Facilitair
Sector A
Sector B
Sector C
Sector D
Sector E
Sector F
Langdurige Zorg, Vaten
Kortdurende Zorg, Vaten
Kinderen, Voortplanting, Revalidatie, Psychiatrie
Oncologie
Ondersteunende specialismen
Ontwikkeling en overdracht
Organisatorische structuur en bestuursmodel ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Zorg, onderzoek, onderwijs en opleiding zijn in het UMCG verdeeld over zes sectoren: A ‘Langdurige zorg en vaten’ B ‘Kortdurende zorg en buik’ C ‘Kinderen, voortplanting, revalidatie, psychiatrie’ D ‘Oncologie’ E ‘Ondersteunende specialismen F ‘Ontwikkeling en overdracht’ De (financiële) besturingsfilosofie van het UMCG gaat uit van decentrale resultaatverantwoordelijkheden, waarbij de controlfunctie in belangrijke mate is gedecentraliseerd bij de sectoren. Jaarlijks maakt de Raad van Bestuur afspraken met de sectoren over de doelstellingen en de middelen. Binnen de sectoren functioneren afdelingen, die de basis vormen voor de ordening van de patiëntenzorg, het onderzoek, de opleiding en het onderwijs in het UMCG. Het afdelingshoofd is, binnen de financiële en organisatorische kaders die gelden in het UMCG, verantwoordelijk voor de geneeskundige behandeling en verzorging van de patiënten van de afdeling. Daarnaast is het hoofd verantwoordelijk voor de realisatie van de doelstellingen op de overige drie kerntaken. De afdelingshoofden leggen rechtstreeks verantwoording af aan de Raad van Bestuur als het gaat om het beleid ten aanzien van patiëntenzorg, onderzoek, onderwijs en opleiding. -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
16 Jaarverslag 2014 UMCG
1 Algemene informatie
Kernactiviteiten en nadere typering ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Het bestuursreglement van het UMCG noemt de volgende taken voor het UMCG: • Patiëntenzorg in de meest brede zin van het woord • Het verzorgen van een opleiding tot medisch specialist • Het verzorgen van medisch-wetenschappelijk onderwijs • Opleiding en bij- en nascholing van medici, althans het leveren van een bijdrage hieraan en de
opleiding, bij- en nascholing van onder meer verpleegkundigen, (para)medici en ondersteunend
personeel • Het bijdragen aan de ontwikkeling en het verrichten van medisch-wetenschappelijk onderzoek ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Het UMCG is zowel universitaire kennisinstelling, ziekenhuis, onderwijs- en opleidingsinstituut als innovatiecentrum. Samen geven we inhoud aan onze ambitieuze missie: ‘Bouwen aan de Toekomst van Gezondheid 2020’ . De missie en visie van het UMCG is in 2013 verder aangescherpt met nieuwe plannen en ambities. In april 2014 hebben we onze nieuwe koers gepubliceerd (zie: www.umcg. nl). We willen in al onze kerntaken – patiëntenzorg, wetenschappelijk onderzoek, onderwijs en vervolgopleidingen – excelleren én innoveren, omdat we weten dat het altijd nog beter kan. Voor ons zijn drie uitgangspunten hierbij vanzelfsprekend: de patiënt als mens is leidend in alles wat wij doen, we pionieren in onderzoek en we delen onze kennis in (Noord)-Nederland en internationaal. Bij alles wat we doen staat het belang van de patiënt als mens centraal. Healthy Ageing is onze gemeenschappelijke focus: we willen mensen helpen om langer gezond en actief te blijven. Wij gaan verder dan de klassieke benadering van behandeling en genezing, door ook te kijken naar preventie, onderzoek te doen naar de oorzaken van veroudering en voorlichting te geven over gezondheid, preventie en kwaliteit van leven. Binnen het nieuwe Europese onderzoeksprogramma Horizon 2020 (het grootste onderzoeksprogramma ter wereld) is ook steeds meer aandacht voor deze levensloopbenadering.
17 Jaarverslag 2014 UMCG
Bouwen aan de toekomst van gezondheid 2020 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Missie
Excellente zorg
Waarom we bestaan
Excellent onderzoek
Excellent onderwijs en opleidingen
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Visie
Healthy Ageing
Wat we willen zijn
Belang van patiënt centraal in al onze activiteiten
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Kernwaarden
Samenwerken:
Waar we in geloven Veilig
Betrokken
Betrouwbaar
Respectvol
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Strategie
Voorbeeld zijn voor kwaliteit en veiligheid
Wat we moeten doen
Inspireren tot samenwerken in de keten
Zorg rondom patiëntengroepen organiseren
Internationale toppositie onderzoek, onderwijs
en opleiding behouden
Healthy Ageing vertalen naar kliniek en
medewerker
Behandeling en preventie combineren
Van zorg op maat naar personalized medicine
gaan
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Basis
Clinical Governance
Hoe we ons organiseren en gedragen
Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Bevlogen en kundige medewerkers
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Doelen
Comprehensive Centra:
Oncologie & transplantatie
Wat gaan we realiseren
Verdere uitbouw expert centra
Kenniscentrum kwaliteit & veiligheid
E-health & personalized health
Kennisbenutting en Valorisatie: bijv. HANNN-2
Onderwijs vernieuwen: Learning communities
Healthy@Work
Onderzoek stabiel in de top
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
18 Jaarverslag 2014 UMCG
Kwaliteit en patiëntveiligheid in de zorg is voor ons en voor patiëntenverenigingen het belangrijkste thema. Daar horen ook voor- en nazorg en palliatieve zorg bij, in afstemming en samenwerking met verwijzers, zoals andere ziekenhuizen, zorgcentra en huisartsen. We zijn als Noordelijke zorgaanbieders voor de kwaliteit en continuïteit van zorg in Noord Nederland sterk afhankelijk van elkaar. Het UMCG wil zich, samen met de andere faculteiten van Rijksuniversiteit Groningen, kunnen meten met de beste bio-medische kennisinstellingen van de wereld. Onze gemeenschappelijke focus én onze investeringen in onderzoeksfaciliteiten en in mensen (talentprogramma’s), leiden tot een sterke stijging in kwantiteit en kwaliteit van onze wetenschappelijke output. Zorgvuldigheid en integriteit staan bij al het onderzoek voorop. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Het UMCG herbergt alle poortspecialismen. Ze heeft een erkenning voor de functies Traumacentrum, Psychiatrie en Revalidatiecentrum. Er worden thans Comprehensive Centers ontwikkeld voor Oncologie, Transplantaties en Acute Zorg. Het UMCG is het enige ziekenhuis in Nederland dat alle vormen van orgaantransplantaties verricht, zowel enkelvoudige als gecombineerde transplantaties. Ook verricht het UMCG alle weefseltransplantaties. Het UMCG heeft bovendien een transplantatieprogramma voor kinderen. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Ons onderwijs en onze opleidingen ademen de brede maatschappelijke context waarin opgeleide professionals straks zullen werken. Samenwerking van medici is daarin belangrijk, net als goede communicatie: onderling en met de patiënten. Er is daarom per definitie aandacht voor aanpalende specialismen en overige zorgprofessionals. Voor een goede invulling van deze onderwijs & opleidingstaak werken we met diverse zorgaanbieders samen in de OOR-N&O: de Onderwijs- en Opleidingsregio Noord- en Oost-Nederland. Onze medewerkers vormen de verbindende kracht bij de keten die loopt van fundamenteel onderzoek naar translationeel onderzoek, klinisch onderzoek en topreferente zorg. Valoriseren doen we overal in die keten. Bijvoorbeeld bij het publiceren over wetenschappelijke resultaten en bij de vertaling daarvan naar onze eigen klinieken en naar andere zorgaanbieders. Met Healthy Ageing komt er ook steeds mee aandacht voor preventieprogramma’s. Met spin-offs genereren we bovendien extra financiële middelen voor nieuw onderzoek. Niet louter het exploreren en bedenken, maar ook het toepassen, doen en delen, laten het best onze meerwaarde zien. Daarom krijgen we toenemend ondersteuning vanuit de Europese Unie en willen ook diverse marktpartijen graag met ons samenwerken.
19 Jaarverslag 2014 UMCG
Samenwerkingsrelaties Het UMCG maakt samen met de zeven andere UMC’s deel uit van de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU). De NFU heeft als algemene doelstelling het behartigen van de gezamenlijke belangen van de UMC’s. Daartoe worden gemeenschappelijke beleidsvisies en standpunten ontwikkeld op alle terreinen die de acht UMC’s aangaan. Healthy Ageing is het onderwerp waar het UMCG, de RUG, de Hanzehogeschool Groningen, de gemeente Groningen en de provincie Groningen gezamenlijk op focussen. Vele organisaties en bedrijven nemen deel in het Healthy Ageing Network Northern Netherlands (HANNN). Noord Nederland is door de EU erkend als kennisregio op dit gebied. Internationaal werkt het UMCG in het kader van de Alliance for Healthy Ageing intensief samen met de Mayo Clinic (Rochester, Minnesota, USA). De Alliance for Healthy Ageing is opgericht met steun van de Noaber Foundation. Het doel van de Alliance is een bijdrage te leveren aan oplossingen voor het probleem van dubbele vergrijzing in de westerse wereld. Intensieve samenwerking vindt ook plaats met diverse centra in Europa (Kopenhagen, Jena, Newcastle, Rotterdam), Zuid-Amerika (o.a. Sao Paulo) en China (Shantou, Tianjin) en met een aantal private partners (onder andere met DSM Nutritional Products en Siemens). Voor diverse projecten op het gebied van Healthy Ageing zijn nationale- en EU-subsidies verworven. Vanuit LifeLines participeert het UMCG in verschillende (internationale) netwerken. LifeLines is een van de ‘founding’ partners van BBMRI-NL, de Nederlandse tak van het Europese project BBMRI (Biobanking and Biomolecular Research Infrastructures). Het UMCG is actief in het Parelsnoer Initiatief (PSI) van de NFU. Internationaal vindt vanuit LifeLines onder andere de coördinatie plaats van het Europese 7e Kader Programma BioShare-EU (Biobank Standardisation and Harmonisation for Research Excellence in the European Union. Uit wettelijk en beleidsmatig oogpunt onderhoudt het UMCG contacten met verschillende ministeries (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Economische Zaken, Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en vindt overleg plaats over financiering van onderzoeksprojecten. Ook de contacten met de toezichthouders, onder andere de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ), de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), de Autoriteit Consument & Markt (ACM) en de CCMO (Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek), kennen een wettelijke basis. Samenwerkingsrelaties op het gebied van onderzoek, onderwijs en opleiding en patiëntenzorg zijn opgenomen in respectievelijk hoofdstuk 7 en 8.
20 Jaarverslag 2014 UMCG
Hoofdzaken in cijfers ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ 2014
2013
188.500
191.673
Totaal consulten en bezoeken
815.311
789.037
waarvan consulten centrale spoedopvang
36.407
36.009
Zorg Eerste consulten*
Klinische opnames Verpleegdagen
34.671 37.249 307.420 305.632
Gemiddelde verpleegduur in dagen (inclusief Revalidatie en Psychiatrie) Totaal aantal meldingen van incidenten in het IMS
8.9
8.2
6.112
5.743
197
181
Onderwijs, onderzoek en opleiding Aantal promoties Aantal ISI publicaties
2.405
2.294
Aantal ingeschreven studenten (1 oktober)
4.021
3.854
419
382
1.111.9
1.073.6
17.7
15.8
Aantal AIOS (fte) Bedrijfsvoering Opbrengsten (x miljoen euro) Resultaat (x miljoen euro)
12.653
12.425
Aantal fte (per 31-12)
Aantal medewerkers (per 31-12)
9.167
9.003
Ziekteverzuim
3,6% 3,7%
Aantal gemelde vacatures
540
505
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
* In 2014 is de definitie aangescherpt. Dit verklaart de daling ten opzichte van 2013.
21 Jaarverslag 2014 UMCG
2 Financiële informatie
2.1 Financiële paragraaf Het UMCG heeft geen winstoogmerk. Gegeven de toenemende risico’s die ziekenhuizen moeten dragen en de investeringen die wij willen doen in ICT, bouw en innovaties is een goed weerstandsvermogen en aldus rendement echter wel vereist. Het enkelvoudige resultaat over 2014 bedraagt € 17,7 miljoen (2013: € 15,8 miljoen). Het resultaat is ten opzichte van 2013 dus licht gestegen met € 1,9 miljoen. De bedrijfsopbrengsten zijn ten opzichte van 2013 toegenomen met € 38,3 miljoen. De lasten zijn gestegen met € 36,4 miljoen, bestaande uit € 37,5 miljoen hogere bedrijfslasten en € 1,1 miljoen lager (saldo) financiële baten en lasten. Het resultaat is in belangrijke mate ontstaan door incidentele baten (vrijval van kortlopende reserveringen op basis van juridische status ad € 16,9 miljoen en lager uitgevallen transitiebedrag 2012 en 2013 ad € 3,8 miljoen) en incidentele lasten (versnelde afschrijvingen ad € 9,5 miljoen op voornamelijk gebouwen). De hogere opbrengst wordt vooral veroorzaakt door nacalculatieafspraken voor o.a. dure geneesmiddelen (circa € 17 miljoen) en een stijging van de subsidies (circa € 11 miljoen). De stijging van de bedrijfslasten komt vooral door een toename in de personele kosten (circa € 35 miljoen) en afschrijvingen (circa € 5 miljoen). De toename in de personele kosten is het gevolg van een hoger aantal personeelsleden in met name het primaire zorgproces en de O&O projecten. De toename van de afschrijvingskosten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een versnelde afschrijving van poliklinieken die op korte termijn plaats moeten gaan maken voor een nieuw operatiecentrum, intensive care en uitbreiding van de spoedeisende hulp (SEH). Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de jaarrekening. Het UMCG beschikt eind 2014 over een eigen vermogen van € 226,2 miljoen (2013: € 200,7 miljoen). Het eigen vermogen uitgedrukt als percentage van de totale bedrijfsopbrengsten, de zogenaamde solvabiliteitsratio, bedroeg 20,3% (2013: 18,7 %) en uitgedrukt als percentage van het balanstotaal 24,5% (2013: 21,4%). Het weerstandsvermogen, zijnde het eigen vermogen en de voorzieningen, bedroeg 38,9% (2013: 38,6%) van de bedrijfsopbrengsten. Het totaal aan liquide middelen bedroeg ultimo 2014 € 129,4 miljoen (ultimo 2013: € 114,9 miljoen). Het werkkapitaal, zijnde het verschil tussen de vlottende activa (voorraden, debiteuren, liquide middelen) en de vlottende passiva (crediteuren en overige kortlopende schulden) bedroeg ultimo 2014 € 228,4 miljoen positief, tegenover € 212,3 miljoen positief ultimo 2013. De financiering van de materiële vaste activa vond ultimo 2014 plaats met lang (eigen en vreemd) vermogen. Dit geldt ook voor het zogenaamde ‘vaste deel’ van de vorderingen. De loan-to-value
22 Jaarverslag 2014 UMCG
bedraagt eind 2014 64% (2013: 62%) en de DSCR (debt service coverage ratio) bedraagt 3,5 (2013: 3,2). Op basis van meerjaren kasstroomoverzichten wordt de financieringsbehoefte per jaar in kaart gebracht. Gedurende het jaar wordt op basis van liquiditeitsontwikkelingen en geplande (meerjaren) investeringsactiviteiten bepaald of financiering lang (kapitaalmarkt) of kort (geldmarkt) noodzakelijk is. Het UMCG merkt dat de beschikbaarheid van kapitaal in de huidige markt niet meer een vanzelfsprekendheid is. Financiers stellen hogere eisen en met name financiering voor de lange termijn is lastiger uit de kapitaalmarkt te halen. Op basis van de solide financiële positie, de financiële lange termijn begroting en de kapitaalbehoefte, verwacht het UMCG hier de komende jaren beperkt hinder van te ondervinden. 2.2 Overgang naar prestatiebekostiging en correct declareren Het verslagjaar 2014 stond, evenals 2013, voor wat betreft de financiering voor een belangrijk deel in het teken van de overgang naar (DOT-) prestatiebekostiging in de zorg. Deze overgang per 1 januari 2012 heeft tot op heden een grote impact op het financiële systeem van het UMCG vanwege de in enkele gevallen lange contractonderhandelingen met zorgverzekeraars. De uitloop in de contractonderhandelingen zorgen voor het laat kunnen factureren in het boekjaar van de geleverde zorgproductie. In 2014 kwam de facturatie net als voorgaand jaar pas in het derde kwartaal op gang. Door veel inspanning van betrokken afdelingen en goed overleg met zorgverzekeraars, zijn hiervoor passende oplossingen gevonden. Liquiditeitsproblemen bleven daardoor uit in zowel 2013 als 2014. Daarnaast was er in 2014 opnieuw sprake van onzekerheden ten aanzien van de verantwoorde DBC omzet. Voor 2014 is weer een landelijke handreiking opgesteld (Definitieve versie handreiking rechtmatigheidscontroles MSZ 2014), zij het een beperktere dan voor de jaren 2012 en 2013. Op basis van de huidige inschatting zal de correctie van de gedeclareerde zorgproductie 2014 lager uitvallen dan in 2012 en 2013 als gevolg van aanpassingen in de registratie en interne controle daarop. De DOTbekostiging brengt ook na 2014 onzekerheden met zich mee; het UMCG is volledig risicodragend ten aanzien van de te realiseren omzet. De landelijke onzekerheden zijn in 2012 ontstaan door gelijktijdige invoering van prestatiebekostiging in combinatie met een transitiemodel, wijzigingen in de DOT-productstructuur en de nieuwe werkwijze van contracteren met zorgverzekeraars. Diverse van de in 2012 en 2013 gesignaleerde problemen inzake de omzetverantwoording golden in 2014 nog steeds en werken door in de verantwoording en in de interne controle over 2014.
23 Jaarverslag 2014 UMCG
Wel zijn de landelijke onzekerheden waarmee instellingen voor medisch specialistische zorg tot en met 2013 geconfronteerd werden in de omzetverantwoording in 2014 aanzienlijk afgenomen met de vaststelling van: • de uitkomst van het aanvullend omzetonderzoek 2012-2013 van het UMCG door de
expertcommissie van zorgverzekeraars; en
• de transitiebedragen 2012 en 2013 door de NZa. • specifiekere registratie- en declaratienormen door de regelgever (laatstelijk in augustus 2014). De uitkomsten van het aanvullend omzetonderzoek 2012-2013 zijn verwerkt in de jaarrekening 2014. Door vaststelling van de uitkomsten van dit herstelplan heeft het UMCG duidelijkheid verkregen over de rechtmatigheidsaspecten en (resterende) onzekerheden hierin over de DBC-zorgproducten zoals die zijn afgesloten en gefactureerd in de jaren tot en met 2013. Met de vaststelling van het definitieve transitiebedrag 2012 en 2013 door de NZa eind november 2014 heeft het UMCG zekerheid gekregen over desbetreffende balanspost. Verschillen ten opzichte van eerdere inschattingen zijn als nagekomen baten en lasten uit het zelfonderzoek 2012-2013 en de definitief vastgestelde transitiebedragen verwerkt in deze jaarrekening. De onzekerheden die in de jaarrekening 2014 resteren zijn door het afsluiten van de oude jaren dan ook kleiner dan de onzekerheden in voorgaande jaren. In 2012 en 2013 was sprake van een correctie op de totaal gedeclareerde zorgproductie van < 1% van de totale zorgomzet. Het UMCG heeft de afgelopen jaren intern actief gestuurd om te komen tot juiste registraties en declaraties en heeft zijn interne controles aangescherpt. Gezien de aard van de afspraken met zorgverzekeraars, de behaalde omzet in 2013 en 2014 en de grootte van de vastgestelde afwijkingen, zullen de benodigde correcties niet altijd een directe invloed hebben op de som van de ingediende declaraties.
24 Jaarverslag 2014 UMCG
3 Risicobeheersing en interne controle systeem
3.1 Integraal risicomanagement Risicomanagement staat in directe relatie met de missie, visie en ambities van het UMCG. Dit betekent dat risicomanagement binnen het UMCG een brede scope heeft en aansluit bij de ambities van onze organisatie. Het UMCG onderschrijft het belang van adequaat risicomanagement. Enerzijds vanuit een intrinsieke motivatie om zijn doelstellingen te willen realiseren, waarbij aandacht voor risicomanagement noodzakelijk is, en anderzijds vanwege de toenemende eisen van externe stakeholders, blijkend uit wijzigende (nationale) regelgeving op het gebied van corporate governance en eisen van toezichthouders, zoals de IGZ. Met het oog op zijn doelstellingen monitort het UMCG processen en resultaten op het gebied van: • Bedrijfsvoering (financiën, personeel, ICT, arbo & milieu) • Patiëntenzorg (productie, patiëntveiligheid, kwaliteit, patiënttevredenheid) • Onderzoeksresultaten • Onderwijs, opleidingen Het UMCG werkt in dit kader met prestatie-indicatoren (PI’s), waarover binnen de planning & control-cyclus door bedrijfsonderdelen gerapporteerd wordt aan de Raad van Bestuur. Met de gerichte aandacht voor en sturing op (gevraagde) prestaties komen de risico’s, die het leveren van deze prestaties kunnen frustreren of dwarsbomen, goed in beeld. Dit komt onder meer naar voren door aandacht voor risicomanagement in de planning & controlcyclus en bij nieuwe beleidsinitiatieven. Zo rapporteren sectoren periodiek over uitgevoerde prospectieve risicoanalyses, waaronder de belangrijkste geïdentificeerde risico’s en getroffen maatregelen. Bij projecten wordt van de organisatieonderdelen gevraagd in de business case aandacht aan risicomanagement te besteden middels een risicoassessment en – indien noodzakelijk – scenarioanalyses. Ook bij interne audits (financiën, informatiebeveiliging, ICT, kwaliteitszorg, arbo en milieu) wordt gekeken op welke wijze organisatieonderdelen aandacht schenken aan risico-identificatie, beheersmaatregelen en monitoring. Uiteindelijk is integraal risicomanagement een lijnverantwoordelijkheid, vereist het een structurele en systematische aanpak en raakt het alle niveaus en medewerkers in de organisatie. Het lijnmanagement is de eerste verdedigingslinie. De tweede verdedigingslinie is de risk- en compliancefunctie en de derde verdedigingslinie is de audit. De eerste en tweede verdedigingslinie zijn binnen het UMCG nog veelal geïntegreerd. In 2014 heeft verdere invoering van risicomanagement als onderdeel van het kwaliteitsmanagement-systeem van afdelingen plaatsgevonden.
25 Jaarverslag 2014 UMCG
3.2 Interne controle systeem In 2014 heeft het UMCG deelgenomen aan het, landelijk binnen de zorgsector door alle partijen overeengekomen, aanvullend zelfonderzoek Correct Declareren voor de jaren 2012 en 2013. De impact van de financiële uitkomsten van dit zelfonderzoek is beperkt gebleken, omdat het UMCG zelf al langere tijd actief stuurt op juiste registraties en declaraties en hiertoe zelf al eerder correcties had uitgevoerd. In april 2015 is aan de hand van de landelijke ‘Handreiking rechtmatigheidscontroles MSZ 2014’ gestart met een soortgelijk onderzoek over het jaar 2014. Ter verdere versterking van de interne controles in de gehele controleketen is in het voorjaar van 2015 gestart met de opzet van een organisatiebreed controleraamwerk. Hieraan ligt de wens van het UMCG ten grondslag om sneller te kunnen inspelen op wijzigingen in regelgeving, zodat correcties (achteraf) tot een minimum beperkt kunnen worden. Verder ligt hieraan ook ten grondslag dat de NZa de regelgeving steeds verder aanscherpt (verduidelijking regelgeving en einde gedoogbeleid) en verzekeraars op de facturatie meer controles uitvoeren. Bij de opzet van de interne controle wordt aansluiting gezocht bij het landelijk convenant m.b.t. AO/IC inzake registratie en facturering, waarin diverse interne controles staan voorgeschreven. De doelstelling is om deze interne controles meer systematisch uit te gaan voeren volgens het three lines of defence model. In het voorjaar 2015 is per sector van het UMCG gestart met een pilot bij een afdeling. 3.3 Financiële risico’s Financiële risico’s en onzekerheden doen zich voor bij de (nieuwe) prestatiebekostiging. Deze systeemwijziging is complex gebleken door het verschil tussen omzet volgens de zorgaanbieder (jaarrekening) en de schadelast van de zorgverzekeraar (die in het contract met de zorgverzekeraar leidend is) en ook door de complexiteit van de regelgeving zelf. Daarnaast heeft het bezuinigingsprogramma van de ministeries van VWS en OCW effect op de toekomstige financiële situatie. Het UMCG heeft daarom in de periode 2012-2014 een omvangrijke bezuinigingsoperatie (‘Klaar voor de Toekomst’) uitgevoerd, die heeft geleid tot een structurele kostenvermindering van € 41 miljoen. Deze operatie is gepaard gegaan met een reductie van personeel in vooral ondersteunende functies. Naast deze operatie heeft het UMCG sinds 2007 Lean Six Sigma (LSS) breed in de organisatie uitgerold, waarbij op gestructureerde wijze processen worden geanalyseerd en verbeterd op doelmatigheid en kwaliteitsaspecten. In 2014 hebben ruim 600 medewerkers een training op basis van LSS gevolgd. Het UMCG ontving in 2014 met zijn LSS programma de EFMD ‘Excellence in Practice Gold Award 2014’.
26 Jaarverslag 2014 UMCG
De uitwerking van het Zorgakkoord waarin hernieuwde afspraken zijn gemaakt over maximale toegestane jaarlijkse groei van het zorgvolume en de onderhandelingen met zorgverzekeraars, betekenen een rem op de groeimogelijkheden terwijl de kosten voor het ziekenhuis wel toenemen, bijvoorbeeld als gevolg van toenemend gebruik van dure medicatie of loonkostenstijgingen. Tevens is er sprake van landelijke externe kortingen, zoals in 2015 op de Academische Component. Mede onder invloed van deze externe omstandigheden zal in 2015 worden gestart met de uitwerking van een kostenreductieprogramma voor de periode 2016-2019. Dit is noodzakelijke om financiële ruimte te creëren om in de toekomst te kunnen blijven investeren en innoveren.
27 Jaarverslag 2014 UMCG
4 Financiële instrumenten
Het UMCG beschikt over een treasurystatuut. Hierin is als algemene doelstelling opgenomen het bijdragen aan de financiële continuïteit van de organisatie. Hieronder valt onder meer het waarborgen van de financierbaarheid van de organisatie, het beheersen van de (potentiële) financiële risico’s van de organisatie, het optimaliseren van het rendement op de liquiditeiten en de renteresultaten binnen de limieten en richtlijnen van het treasurystatuut en het zorgdragen voor een effectief en efficiënt betalingsverkeer. Kapitaal wordt aangetrokken ter financiering van investeringen in materiële vaste activa. Er is geen sprake van derivaten. Het treasurystatuut is in 2015 geactualiseerd. De lange doorlooptijd van het volledige behandelingsproces (gemiddeld een half jaar) en de noodzaak van eigen voorfinanciering van het OHW, legt onvermijdelijk druk op de liquiditeiten. Echter, de effecten zijn voor het UMCG beperkt gebleven, vanwege de goede financiële uitgangspositie en afspraken met zorgverzekeraars.
28 Jaarverslag 2014 UMCG
5 Governancecode
Het UMCG voldoet aan de UMC-governancecode, die gebaseerd is op de governancecode van de Brancheorganisatie Zorg. In de UMC-governancecode zijn de specifieke verantwoordelijkheden ten aanzien van hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, opleidingen en de daarmee samenhangende zorg van UMC’s opgenomen. Kern van deze code is de heldere afbakening tussen de taken van de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. Ook is vastgelegd dat een UMC verantwoording over zijn optreden moet afleggen aan belanghebbenden die te maken hebben met het UMC. De UMC Governancecode is gepubliceerd op de website van de Nederlandse Federatie van UMC’s (NFU; www.nfu.nl).
29 Jaarverslag 2014 UMCG
6 Maatschappelijke aspecten van ondernemen
Het UMCG is een not-for-profit instelling met een publieke taak en een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Dat komt tot uiting in alle hoofdtaken die op eigen locatie worden uitgevoerd, maar die effecten hebben tot ver daarbuiten, in Nederland en in Europa. Het UMCG heeft bovendien een belangrijke functie als (grote) werkgever en draagt substantieel bij aan de economische bedrijvigheid in de regio. De activiteiten van het UMCG en hun ‘spin off’ vragen om voldoende ruimte, gebouwen en energie. Ze vragen bovendien om een uitgebreide logistiek en infrastructuur om tijdig en in grote aantallen patiënten, medewerkers, studenten, bezoekers en ook goederen op hun plaats van bestemming te krijgen (en er weer vandaan). Daarnaast zorgen de activiteiten van het UMCG, als bijproduct, voor een afvalstroom, huishoudelijk, chemisch en nucleair, en produceren sommige activiteiten geluid en geur, uiteraard binnen de wettelijke normen. 6.1 Duurzaamheid Het UMCG streeft bij zijn activiteiten naar duurzaamheid. Duurzaam wil zeggen dat we rekening houden met de impact van onze activiteiten voor personeel en andere belanghebbenden, voor milieu en leefomgeving en voor economie en financiën. Begin 2014 is een aantal bijeenkomsten gehouden met zowel interne als externe stakeholders over maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Met behulp van de input van deze stakeholders is het MVO-beleid aangescherpt en vastgesteld. Speerpunten voor de komende jaren zijn: • Voeding: van verantwoorde inkoop tot het verminderen van afval en van gezonde voeding voor
medewerkers tot voeding als medicijn voor patiënten;
• Healthy@Work: focus op fysiek en geestelijk welbevinden van medewerkers om ze langer
gezond te houden in werk en privé;
• Energie: niet alleen verbruik van elektriciteit en gas, maar ook verantwoord waterbeleid en het
verminderen van afval door verantwoorde inkoop en recycling of upcycling van afvalstromen.
Gedurende 2014 is MVO in steeds meer processen geïntegreerd. Zo wordt onder andere onderzoek gedaan naar duurzame alternatieven in schoonmaakmiddelen en speelt MVO een belangrijke rol bij het Europese aanbestedingstraject Afvalverwerking, waarin aandacht is voor het verminderen van afvalstromen en het zoeken naar duurzame alternatieven voor afvalverbranding. Daarnaast heeft het UMCG in 2014 geparticipeerd in een landelijk project gericht op het verduurzamen van dienstkleding.
30 Jaarverslag 2014 UMCG
Binnen Sector A en de Facilitaire Dienst heeft een pilot plaatsgevonden met de Gezondheidscheck van NIPED. Hierin werd medewerkers de mogelijkheid geboden hun fysieke en geestelijke gezondheid in kaart te laten brengen om hieruit een adviesrapport met mogelijke vervolgacties te genereren. Het UMCG is lid geworden van het netwerk Noorden Duurzaam, dat zich richt op duurzaamheid in de noordelijke provincies en daarin verbindingen legt tussen diverse partijen en sectoren binnen de keten. In 2014 is een aanzet gemaakt om binnen Noorden Duurzaam een sectortafel ziekenhuizen op te richten, in samenwerking met het Martini Ziekenhuis en de Ommelander Ziekenhuis Groep (OZG). 6.2 Dialoog met belanghebbenden Naast de stakeholderbijeenkomsten is het UMCG structureel met Zorgbelang Groningen in dialoog om het UMCG-beleid vanuit patiëntenperspectief te toetsen en om ons te laten adviseren, bijvoorbeeld over mogelijke kwaliteitsverbeteringen. Ook de Cliëntenraad UMCG vervult voor het UMCG deze rol. Het UMCG is tevens lid van het Zorg Innovatie Forum (Zif), dat zich inzet voor structurele vernieuwingen in de zorg, ondersteund vanuit een breed economisch draagvlak. Met bedrijven en ondernemers in de regio onderhoudt het UMCG contact via onder andere de Groninger City Club, de Vereniging Bedrijven Noord-Oost (VBNO) en het Ondernemersfonds Groningen. Met bewoners rondom het UMCG wordt contact onderhouden via de buurtvereniging. Naast SNN, waarin de drie noordelijke provincies samenwerken, is de gemeente Groningen gesprekspartner. De duurzame relatie tussen het UMCG en de Stad blijkt uit het Akkoord van Groningen om Groningen als dé kennis- en innovatiestad van Noord-Nederland verder te ontwikkelen. Vele organisaties en bedrijven in Noord-Nederland, waaronder het UMCG, nemen bovendien deel aan het Healthy Ageing Network Northern Netherlands (HANNN). Een belangrijke gesprekspartner en belanghebbende voor verwezenlijking van onze ambities is het eigen personeel. Ons personeelsbeleid is daarom gericht op: • Kwaliteit van werkzaamheden, onder andere veiligheid, klantgerichtheid, werkplezier, efficiënt
werken, samenwerken met in- en externe partners.
• Ontwikkeling en blijven leren, onder andere leiderschapsontwikkeling, vakinhoudelijke en
persoonlijke ontwikkeling, talentmanagement, geven en krijgen van feedback en jaargesprekken.
• Duurzame inzetbaarheid en werkvermogen, onder andere gezondheidsmanagement, het
toewerken naar een volwaardige arbeidsrelatie, goede arbeidsomstandigheden en voldoende
personeelsfaciliteiten.
31 Jaarverslag 2014 UMCG
6.3 Economische rol in de regio Het Center for Development and Innovation (CDI) is opgezet voor het bevorderen van de economische valorisatie van UMCG-kennis en het coördineren van samenwerking met het bedrijfsleven. Op regionaal niveau moet dit leiden tot een sterk netwerk van bedrijven waarin, bilateraal of met meerdere partners, wordt samengewerkt met het UMCG. Hieronder vallen ook regionale initiatieven zoals Food Circle en Food Future. De samenwerking met het bedrijfsleven krijgt vorm langs drie lijnen. Er worden ten eerste langdurige strategische allianties met bedrijven opgebouwd, vooral met internationale ondernemingen, met enkele consortia rond middelgrote bedrijven in de regio en met multilaterale consortia (topsectoren, FP7, Horizon 2020). Ten tweede is voor het faciliteren en aansturen van contractonderzoek de UMCG Research BV operationeel. Deze richt zich op kortere projecten die bestaande kennis commercialiseren. Ten derde vindt (straks) commercialisering van faciliteiten plaats vanuit de Healthy Ageing Campus. Voor het vormen van strategische allianties met het internationale bedrijfsleven zijn de contacten met een aantal farmaceutische, medisch-technologische en voedingsmiddelen ondernemingen verder geïntensiveerd. Ook is een consortium op het gebied van e-Health opgezet. 6.4 Bereikbaarheid en vervoer Het UMCG besteedt veel tijd en energie aan het overleg met de Gemeente Groningen om zijn bereikbaarheid langjarig te kunnen garanderen, ook met het oog op een verdere toename van activiteiten en de geplande bouwtrajecten aan wegen in en rond de stad Groningen. Het UMCG stimuleert daarom zelf ook maatregelen om het woon-werkverkeer van medewerkers te reduceren van en naar de UMCG-locatie in de binnenstad. De traumahelikopter van het Mobiel Medisch Team (MMT) krijgt in 2016 een nieuwe standplaats: Groningen Airport Eelde. Het huidige helidek op het dak van het UMCG blijft uitsluitend nog in gebruik om snel patiënten naar het UMCG toe te brengen als dat noodzakelijk is. Hiermee geeft het UMCG invulling aan afspraken met de provincie in het kader van het nieuwe Luchthavenbesluit. Voor omwonenden van het UMCG betekent dit een aanzienlijke vermindering van de geluidsoverlast.
32 Jaarverslag 2014 UMCG
7 Onderzoek, onderwijs en opleiding
7.1 Onderzoek 7.1.1
De prestaties
De scores van het UMCG op vaak gebruikte indicatoren laten zien dat het UMCG succesvol is in output, en vooral ook in de kwaliteit en impact van onze wetenschappelijke publicaties. Het totale aantal publicaties in internationaal erkende wetenschappelijke tijdschriften komt voor het UMCG in 2014 uit op 2.405 (2013: 2.294), waarvan het overgrote deel (>80%) in internationale vaktijdschriften in het bovenste kwartiel, hetgeen een indicatie is van hoge kwaliteit. Het UMCG was in 2014 goed voor liefst 30 artikelen in de belangrijkste internationaal erkende tijdschriften: een fraai aantal. De meeste topartikelen stonden evenals voorgaande jaren in Nature Genetics. In november 2014 werd de CWTS analyse (Centre for Science and Technology Studies) uitgebracht over de kwaliteit van het onderzoek van het UMCG (binnen internationaal gedefinieerde wetenschapsgebieden) in het tijdvak 2008-2012/2013. Deze analyse laat zien dat er in het UMCG geen onderzoek van lage kwaliteit aanwezig is en dat 87% van het onderzoek in het UMCG valt in de categorie ‘hoog’ ten opzichte van het wereldgemiddelde. Het aantal promoties steeg van 181 in 2013 naar 197 in 2014. Hiermee overtreffen we ruim de prestatieafspraken (180 promoties in 2015) die met de Rijksuniversiteit Groningen in 2010 zijn gemaakt. De omzet van extern gefinancierde projecten in 2014 is gestegen ten opzichte van 2013 en komt zeer dicht in de buurt van de omzet in het topjaar 2012. Beoordeling van onderzoek zal in de komende jaren in sterke mate de component “societal impact” omvatten. De wijze waarop dit gaat gebeuren is momenteel onderwerp van discussie. 7.1.2
Onderzoekssubsidies
In 2014 werd een aanzienlijk aantal persoonsgebonden subsidies toegekend aan onze toponderzoekers. Een onderzoeker van de afdeling Genetica van het UMCG ontving een prestigieuze Starting Grant van de European Research Council (ERC). Daarnaast werden onder meer twee VENIen twee VIDI-beurzen uit de Vernieuwingsimpuls van NWO toegekend aan onderzoekers van het UMCG. Naast persoonsgebonden subsidies werden ook vele programmasubsidies binnengehaald. Een selectie van deze subsidies is hieronder opgenomen. BBMRI-NL2 krijgt 10 miljoen van NWO In het kader van de Nationale Roadmap Grootschalige onderzoeksfaciliteiten van het NWO heeft BBMRI-NL2 (Biobanking & Biomolecular Resources Research Infrastructure Nederland) een subsidie
33 Jaarverslag 2014 UMCG
van € 10 miljoen ontvangen. BBMRI-NL2 staat onder leiding van een hoogleraar/afdelingshoofd van het UMCG. Het streven is om alle voor biomedisch onderzoek belangrijke informatie op een uniforme manier op te slaan, zodat het optimaal bruikbaar is voor onderzoek. Ruim twee miljoen voor onderzoek GRIAC Drie onderzoeksprojecten van het onderzoeksprogramma Groningen Research Institute of Asthma and COPD (GRIAC) hebben van het Longfonds samen € 2,2 miljoen subsidie gekregen voor onderzoek naar het ontstaan van astma en longweefselherstel. De onderzoeken worden uitgevoerd door drie consortia van kennisinstellingen onder leiding van onderzoekers van UMCG en RUG (Farmacie). Bijna 5,5 miljoen voor onderzoek naar kanker Verschillende onderzoekers van het UMGC ontvingen een Alpe d’Huzes-subsidie. Hiermee wordt onder meer onderzoek gedaan naar een zeldzame kankersoort die zich voordoet in het maag-darmkanaal en naar inflammatoir mammacarcinoom, een zeldzame vorm van borstkanker die vooral jonge vrouwen treft. Ook worden richtlijnen ontwikkeld voor een ondersteunende therapie voor kinderen met kanker. Voorts ontvingen onderzoekers van diverse afdelingen van het UMCG een subsidie van KWF Kankerbestrijding. Deze subsidies werden onder meer toegekend voor het onderzoek naar: het ontstaan van Hodgkin-lymfoom, het versterken van de natuurlijke afweerreactie tegen kankercellen, zaadbalkanker en nieuwe methoden om patiënten met leukemie te behandelen. Subsidie van ruim 7 miljoen euro voor Europees consortium Onderzoekers van het het UMCG en het RadboudUMC maken deel uit van een Europees consortium dat € 7,3 miljoen subsidie heeft ontvangen uit het Europese subsidieprogramma FP7 Rare Diseases. De subsidie is voor een internationaal onderzoek (BetaCure) onder kinderen met aangeboren hyperinsulinisme. 7.1.3
Ontwikkelingen in 2014
Nieuwe research code gelanceerd In 2014 stond het thema Wetenschappelijke Integriteit hoog op de agenda. Op 26 juni werd een symposium rond dit thema georganiseerd en werd tegelijkertijd de vernieuwde researchcode gelanceerd met daarin de uitgangspunten voor het op integere wijze doen van wetenschappelijk onderzoek in het UMCG. Langjarige samenwerking UMCG en Siemens UMCG en Siemens kondigden in september 2014 een unieke samenwerking aan; PUSH (Partnership
34 Jaarverslag 2014 UMCG
UMCG Siemens for building the future of Health). Dit is een samenwerking voor vijftien jaren. Siemens stelt de nieuwste medische beeldvormingssystemen in de vorm van een lease constructie ter beschikking en verzorgt het beheer en onderhoud hiervan. Daarnaast is er een fonds beschikbaar om gezamenlijke onderzoeksprojecten te starten. LifeLines naar onafhankelijke positie LifeLines is sinds februari 2014 overgegaan naar een BV waarvan het UMCG 100% aandeelhouder is. Hiermee heeft LifeLines een onafhankelijke positie gekregen in het contact met onderzoekers en onderzoeksinstellingen in binnen- en buitenland. Eind 2013 werd het streefaantal van ruim 167.000 deelnemers voor de eerste ronde van screening bereikt. De kracht van LifeLines zit in de vervolgmetingen. Daarom is LifeLines vanaf januari 2014 gestart met de tweede screening. Dit betekent dat alle deelnemers in de komende jaren uitgenodigd worden voor een tweede onderzoeksronde. Twee miljard voor consortium Innolife Eind 2014 werd Innolife, een consortium van meer dan 140 Europese onderzoeksinstituten, bedrijven en universiteiten, geselecteerd door het European Institute of Innovation and Technology (EIT) als Knowledge and Innovation Community (KIC) voor EIT Health. Het UMCG is partner in dit Europees consortium voor Healthy Ageing. Met een totaal bedrag van € 2,1 miljard is Innolife wereldwijd één van de grootste publiekprivaat gefinancierde initiatieven op het gebied van gezondheidszorg. De projecten van het consortium richten zich o.a. op big data, health literacy, healthy ageing at work, ageing brain, oncologie en het verbeteren van gezondheidssystemen. De activiteiten van EIT Health starten medio 2015. Research Register ingevoerd In 2014 is het UMCG Research Register ingevoerd. Alle onderzoekers moeten hun mensgebonden onderzoek en de risicoklasse waarin het onderzoek valt in dit Research Register invoeren. Dit geeft een goed inzicht in waar eventueel de hoogste risico’s ten aanzien van de patiëntveiligheid bij studies liggen en maakt deze risico’s beter beheersbaar. Het UMCG Research Register is onderdeel van een nieuw kwaliteitssysteem voor mensgebonden onderzoek, dat wordt ingevoerd onder de naam PROFIT. Hiervoor is inmiddels ook een toolbox beschikbaar. Het kwaliteitssysteem moet bijdragen aan het behalen van het ISO 9001certificaat voor onderzoek eind 2015. 7.2 Onderwijs Het UMCG is één van de grote aanbieders van initieel wetenschappelijk onderwijs in de medische wetenschappen in Nederland. Er zijn ruim 4.000 ingeschreven studenten Geneeskunde, Tandheel-kunde en Bewegingswetenschappen en daarnaast is het UMCG penvoerder van een tweetal (research)masteropleidingen op het gebied van respectievelijk de Life en Health Science.
35 Jaarverslag 2014 UMCG
De opleiding Geneeskunde is met een jaarlijkse instroom van ruim 410 eerstejaars studenten en 45 zij-instromers de grootste medische opleiding van Nederland. Het UMCG draagt ook in sterke mate bij aan het onderwijs van een aantal interfacultaire universitaire opleidingen op het gebied van de biomedische wetenschappen en biomedische technologie. 400 jarig bestaan van de Rijksuniversiteit Groningen In 2014 bestond de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) 400 jaar. Een maand lang, van 15 mei t/m 15 juni, werd Groningen ondergedompeld in een feestelijk programma rondom het RUG400-thema For Infinity (4∞). Vele studenten en medewerkers van het UMCG hebben actief deelgenomen aan lustrumactiviteiten. 7.2.1
Prestatieafspraken
Eind oktober 2012 heeft de RUG prestatieafspraken gemaakt met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Voor het UMCG zijn de (afgeleide) afspraken als volgt: ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Indicator
Prestatieafspraak UMCG
Excellentie
Minimaal 7%
Instellingsuitval jaar 1
Maximaal 7%
Switch binnen instelling
Maximaal 7%
Bachelorrendement na 4 jaar
Minimaal 76,5%
BKO
Minimaal 80%
Onderwijsintensiteit
>12 u p/w
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------De streefgetallen moeten in 2015 zijn gerealiseerd, maar aan sommige afspraken werd in 2014 al voldaan. De streefcijfers voor deelname aan excellentietrajecten en voor de onderwijsintensiteit werden bijvoorbeeld al ruimschoots gerealiseerd. Ook het bachelorrendement van 76,5% na vier jaar zal worden gehaald. Het gemiddelde bachelorrendement van de opleidingen Bewegingswetenschappen, Tandheelkunde en Geneeskunde bedraagt samen 82% (cohort 2010), ruim vijf procent boven de prestatieafspraak voor 2015. 7.2.2
Rankings
In 2014 staat de RUG voor het tweede jaar in de top 100 van twee belangrijke rankings; de Academic Ranking of World Universities (ARWU; ook vaak Shanghai-ranking genoemd) en de QS World University Rankings. De RUG is in de ARWU 2014 gestegen van de 92e naar de 82e positie. Dit is het tweede achtereenvolgende jaar waarin de RUG een grote sprong maakt in de ARWU, die wordt beschouwd als de meest betrouwbare kwaliteitsmeter van universiteiten wereldwijd. De onderwijs-
36 Jaarverslag 2014 UMCG
en onderzoekinspanningen van het UMCG hebben hier substantieel aan bijgedragen. Het vakgebied Clinical Medicine/Pharmacy behoort tot de beste 100 in de ARWU (76-100). De scores geven een goede impuls aan de gezamenlijke ambitie van de RUG en het UMCG om het internationale karakter van de academische gemeenschap in Groningen te versterken. Het is een stimulans voor aspirant-studenten en stafleden om naar het Noorden van Nederland te komen en helpt om de eigen positie in het internationale veld te versterken en sneller, meer en intensievere samenwerkingsverbanden aan te gaan met diverse instanties in Europa op het gebied van onderzoek, onderwijs en kennisvalorisatie. Geneeskunde, Bewegingswetenschappen en Tandheelkunde nummer één Volgens de Elsevier-enquête ‘De beste studies’ is de bacheloropleiding Geneeskunde van de RUG en het UMCG de (gedeelde) beste van Nederland. Een (gedeelde) eerste plaats is er ook voor de bachelor- en masteropleiding Sport Sciences en Human Movement Sciences van Bewegingswetenschappen en de master Tandheelkunde. Ook in de Nationale Studenten Enquête 2014 en de Keuzegids 2014 Hoger onderwijs scoren de bachelor- en masteropleidingen wederom goed: 70-74% van de studenten is tevreden tot zeer tevreden. De researchmaster Behavioural and Cognitive Neurosciences (BCN) en de Topmaster Medical Pharmaceutical Drug Innovation (MPDI) hebben het predicaat topopleiding gekregen in de Keuzegids Masters 2014. 7.2.3
Ontwikkelingen in 2014
Nieuw curriculum G2020 van start In september 2014 is gestart met het nieuwe geneeskunde curriculum. G2020 is een ambitieus, patiëntgericht curriculum waarin alle betrokkenen (docenten en studenten) gedeeld eigenaar zijn van de opleiding en waarin actief meedoen de norm is. In G2020 zijn de lijnen tussen studenten en docenten kort en is de interactie groot, waardoor binding en intrinsieke motivatie worden verhoogd. In G2020 wordt een groep van ca. 400 studenten verdeeld over vier gemeenschappen of Learning Communities (LCs), namelijk Global Health, Duurzame Zorg, Intramurale Zorg en Molecular Medicine. Iedere LC heeft een eigen inhoudelijke focus, profieldean en docentencorps. Binnen de opleiding Tandheelkunde is gestart met het ontwikkelen van een nieuw curriculum T2020 dat zal worden gebaseerd op dezelfde uitgangspunten als die van het curriculum G2020. Martini Ziekenhuis en Wilhelmina Ziekenhuis sluiten overeenkomst met UMCG In 2014 sloten het Wilhelmina Ziekenhuis Assen (WZA) en het Martini Ziekenhuis Groningen een overeenkomst met het UMCG om coassistenten op te leiden. Beide ziekenhuizen begeleiden in
37 Jaarverslag 2014 UMCG
totaal 128 geneeskundestudenten. Daarmee zijn ze de grootste partner van het UMCG als het gaat om M1-coschappen. Het Martini Ziekenhuis is al meer dan 40 jaar een affiliatieziekenhuis van het UMCG, het WZA komt daar nu bij. Eerste grensoverschrijdende geneeskundeopleiding In 2012 zijn de RUG, het UMCG en de Carl van Ossietzky Universiteit in Oldenburg (Duitsland) begonnen met een gezamenlijke grensoverschrijdende opleiding Geneeskunde. De ‘European Medical School’ is de eerste grensoverschrijdende geneeskunde-opleiding in Europa. In Oldenburg starten jaarlijks 40 Duitse studenten met deze medische opleiding, die is gebaseerd op het Groningse curriculum. Het afgelopen jaar is ook de uitwisseling van studenten in dit kader goed op gang gekomen. Zeker vijftien Groningse studenten hebben in Oldenburg hun coschappen gedaan en enkele Oldenburgse studenten hebben in Groningen een deel van hun bacheloropleiding gevolgd. De komende jaren zal dit aantal groeien. 7.3 Medisch specialistische vervolgopleidingen De vervolgopleidingen (specialistenopleidingen, opleiding tot huisarts en een aantal klinischtechnische vervolgopleidingen) worden verzorgd door opleiders in het UMCG en in de regio. Zij doen dit in het samenwerkingsverband Onderwijs- en Opleidingsregio Noord- en Oost-Nederland (OOR N&O). De minister van VWS heeft eind 2013 het verdeelplan “Instroom AIOS 2014” voor de OOR N&O vastgesteld. De minister heeft geopteerd voor de maximumvariant van de raming en advies van het Capaciteitsorgaan. Dit betekent dat de eerder verwachte verlaging van de totale instroom in medische - en tandheelkundige- en medisch technische vervolgopleidingen (Klinische fysica, - chemie en – farrmacologie) nog niet geëffectueerd wordt. In 2014 zijn in totaal in onze opleidingsregio 199 AIOS met hun vervolgopleidingen gestart. Hierbij is in de OOR N&O een 100% instroom gerealiseerd. De eerder door het Ministerie van VWS aangekondigde bezuinigingen op het ‘opleidingfonds’(i.c. beschikbaarheidbijdrage medische vervolgopleidingen) worden derhalve niet gevonden in een verlaging van de instroom AIOS. In overleg met de betrokken veldpartijen zullen deze bezuinigingen primair worden gerealiseerd door verkorting van de totale duur van de vervolgopleiding. Deze verkorting zal enerzijds gerealiseerd worden door invoering van het zogenaamde ‘schakeljaar’, anderzijds door het project ‘individualisering opleidingsduur’. Hierbij wordt rekening gehouden met de eerder opgedane ervaring en individuele competentieontwikkeling van AIOS. Het uiteindelijke doel van beide projecten is de totale opleidingsduur van alle AIOS gemiddeld een half jaar te verkorten. In vervolg op het ISO-certificeringstraject in de patiëntenzorg, wordt in 2015 een soortgelijk traject voor opleidingen doorlopen. Hierin zal aansluiting worden gezocht bij de gewijzigde rol van de Centrale Opleidingscommissie (COC) ten aanzien van de kwaliteit van de opleidingen.
38 Jaarverslag 2014 UMCG
8 Actuele ontwikkelingen in het zorgproces
8.1 Kwaliteit en patiëntveiligheid Het UMCG kiest voor de zorg voor patiënten met complexe, vaak meervoudige problemen, die vrijwel altijd door multidisciplinaire teams behandeld worden. Deze keuze heeft als belangrijke consequentie, dat in het UMCG aan kwaliteit en veiligheid van de zorg de hoogste prioriteit gegeven wordt. Excellente kwaliteit en veiligheid in het ziekenhuis komen tot stand aan het bed van de patiënt door toegewijde artsen, verpleegkundigen en vele andere disciplines, die daarbij ondersteund worden door bijvoorbeeld medisch administratieve medewerkers, kwaliteit medewerkers en managers. Als uitgangspunt voor het beleid ten aanzien van kwaliteit en veiligheid heeft het UMCG gekozen voor de principes van “Clinical Governance”. Dit houdt in, dat de medewerkers in het primaire proces (artsen, verpleegkundigen, diëtisten, fysiotherapeuten etc.) zelf het voortouw nemen wanneer het gaat om kwaliteit en veiligheid. Op grond van dezelfde principes heeft het UMCG ook gekozen voor ISO-certificering als kwaliteitsmanagementsysteem, omdat binnen de ISOsystematiek het mogelijk is om, uiteraard binnen de daartoe aanwezige wettelijke en professionele kaders, zelf doelen te formuleren, performance indicatoren vast te stellen en vervolgens deze in een PDCA-cyclus te volgen. In 2014 heeft het UMCG als derde ziekenhuis in Nederland en als eerste UMC het ISO 9001:2008 (Healthcare) in ontvangst genomen. Daarnaast heeft het UMCG voor informatiebeveiliging ISO certificering (27001) verkregen. 8.1.1
De patiënt
De patiënt is voor het UMCG een belangrijke partner in kwaliteitsverbetering. We staan open voor ideeën van de patiënt en maken graag gebruik van zijn unieke kennis en ervaringsdeskundigheid. Leren van onze patiënten en samen beter worden: we doen dat binnen onze organisatie op verschillende manieren. Er zijn kwantitatieve raadplegingen, waarvan de Consumer Quality-index (CQ-index) een (gevalideerd en) goed voorbeeld is. Daarnaast zijn er kwalitatieve raadplegingen. Voorbeelden hiervan zijn spiegelgesprekken, focusgesprekken en zorgvernieuwingtrajecten. In de verbetering van de kwaliteit van onze zorg gaan al deze vormen hand in hand. Natuurlijk leren we ook dagelijks door de patiënt continu te betrekken bij het zorgproces en daarover met de patiënt in gesprek te zijn. In 2014 is de visie ‘de patiënt als mens is leidend in alles wat wij doen’ ook het vertrekpunt geweest in vraagstukken waar samen met patiënten aan gewerkt werd. Diverse tripartite projecten (samenwerking tussen patiënten(organisaties), Zorgbelang, Menzis en UMCG) zijn afgerond en nieuwe projecten zijn gestart zoals Managed Clinical Network (MCN) gynaecologische oncologie en MCN kinderoncologie. Het samenwerkingsproject chirurgische patiëntengroep Ommelander Ziekenhuis Groep en UMCG
39 Jaarverslag 2014 UMCG
is afgerond in 2014 en biedt een lerend perspectief voor wat betreft de ervaringen van patiënten in een veranderend zorglandschap. Deze ervaringen worden benut in volgende samenwerkingsprojecten waarbij de patiënt betrokken wordt. In 2014 is het netwerk patiëntencommunicatie 2020 gestart in het UMCG. Dit netwerk, werkend vanuit het uitgangspunt “zonder goede patiëntencommunicatie geen goede patiëntenzorg”, is afgelopen jaar begonnen met het organiseren van dialogen tussen patiënten en medewerkers om voor beide partijen in kaart te brengen waar goede patiëntencommunicatie aan moet voldoen. Concreet heeft het netwerk een aantal pijlers gedefinieerd waar goede patiëntencommunicatie aan moet voldoen en best practices uitgewerkt die breder in de organisatie kunnen worden benut. In 2014 heeft het UMCG, in NFU-verband, voor de tweede maal deelgenomen aan de landelijke Consumer Quality-index ziekenhuis. Met behulp van de CQ-index worden klantervaringen in beeld gebracht. Dit wordt gedaan met behulp van een poliklinische vragenlijst of een vragenlijst ziekenhuisopname. In totaal hebben 12.500 patiënten van het UMCG een vragenlijst ontvangen. De respons op de enquête was 29%. Het UMCG als geheel kreeg een 8,2. Hiermee kenden patiënten ons een gedeelde eerste plaats (binnen de groep UMC’s) toe. In 2013 kreeg het UMCG als geheel ook een 8,2. Voor alle UMC’s en ook het UMCG geldt dat de scores op de volgende onderwerpen minder hoog zijn: het opnamegesprek (kliniek), informatie/ communicatie over medicatie (kliniek en polikliniek), informatie bij ontslag (kliniek) en inspraak van de patiënt (polikliniek). Er zijn centraal analyses gemaakt van de uitkomsten UMCG-breed en op enkele thema’s. Deze uitkomsten zijn via diverse kanalen en presentaties gedeeld in de organisatie. Daarnaast kunnen afdelingen zelf op detailniveau analyses doen. Op 22 september 2014 is de eerste zelfstandige cliëntenraad van het UMCG formeel geïnstalleerd, zoals ook in de andere UMC’s in dat najaar vergelijkbare adviesorganen zijn ingericht. Deze installatie vormt het sluitstuk van gezamenlijke inspanningen van de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), de Cliëntenraad Academische Ziekenhuizen (CRAZ) en de acht UMC’s om de structuur van centraal georganiseerde patiëntenmedezeggenschap om te vormen naar een decentraal model, waarin binnen iedere UMC een ‘eigen’ cliëntenraad functioneert. Daarnaast is er nu een Platform CRAZ, waarin de acht afzonderlijke cliëntenraden zijn vertegenwoordigd en dat dient als overkoepelend adviesorgaan van de NFU. Een bijzonder aandachtspunt in 2015 is het wijzigen van relevante wetgeving. De Wet medezeggenschap cliëntenraden zorginstellingen (Wmcz), die de huidige patiëntenmedezeggenschap regelt, wijzigt - met forse vertraging - naar verwachting in de loop van 2015 in de Wet Goed bestuur en intern toezicht (werktitel).
40 Jaarverslag 2014 UMCG
8.1.2
Leidende coalities en commissies
Het beleggen van de verantwoordelijkheid voor kwaliteit en veiligheid in de lijn en tegelijkertijd het bevorderen van het eigenaarschap ervan bij de professionals, zijn uitgangspunten van het kwaliteit en veiligheid beleid. Beide zijn van belang voor het vergroten van het gevoel van betrokkenheid en “in the lead” zijn van de medewerkers en daarmee ook essentieel voor het verbeteren en borgen van kwaliteit en veiligheid. Om dit te stimuleren werken we met leidende coalities, waarin een professional vaak het voortouw neemt. In een leidende coalitie wordt een specifiek thema – veelal een complex vraagstuk – besproken en uitgediept door diverse professionals uit verschillende zorgtrajecten, centra en/of afdelingen die betrokken zijn bij en/of kennis hebben over het thema. Leidende coalities werken vanuit hun kennis en betrokkenheid aan het analyseren van het vraagstuk en komen met (innovatieve) oplossingen die vervolgens in de praktijk getoetst worden. Zowel inhoudelijk als procesmatig wordt kennis over deze diverse thema’s met elkaar gedeeld in het zogeheten maandelijks stakeholdersoverleg Kwaliteit en Veiligheid waarin alle commissies en leidende coalities die op de thema’s binnen kwaliteit en patiëntveiligheid werken, vertegenwoordigd zijn. Commissie Calamiteiten Patiëntenzorg (CCP) Sinds april 2013 is de Commissie Calamiteiten Patiëntenzorg (CCP) actief. Het aandachtsgebied van de CCP wordt gevormd door onverwachte gebeurtenissen (potentiële calamiteiten) in de directe patiëntenzorg, waarbij sprake is van ernstige schade dan wel overlijden van de patiënt. De CCP heeft de opdracht om alle binnengekomen meldingen van mogelijke calamiteiten te beoordelen volgens de maatstaven van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). In 2014 zijn er 124 meldingen door de CCP beoordeeld. Hiervan zijn 33 meldingen als calamiteit doorgeleid naar de IGZ. Ten opzichte van de voorgaande jaren is een licht stijgende lijn in het totaal aantal meldingen waarneembaar. Op basis van de stijging van het aantal meldingen mag geconcludeerd worden dat de drempel om te melden lager is geworden en er sprake is van een toenemende transparantie op het gebied van incidenten binnen het UMCG. Een calamiteit wordt onderzocht met behulp van de PRISMA-methodiek. Een team onderzoekt de technische, organisatorische, patiëntgebonden, menselijke en overige aspecten van de calamiteit. In 2014 zijn 24 nieuwe PRISMA-onderzoekers opgeleid. Zorgverleners kunnen ernstige emotionele problemen en werkgerelateerde stress ervaren wanneer zij betrokken zijn (geweest) bij een calamiteit in de zorg. Om deze zorgverleners bij te staan is een Peer Support groep opgezet. Deze groep bestaat ondertussen uit 72 medisch specialisten en verpleegkundigen, die collegiale ondersteuning kunnen bieden wanneer daar behoefte aan is. Tijdens de week van patiëntveiligheid in november 2014 is er ziekenhuisbreed bekendheid aan het begrip Peer Support gegeven. In 2014 is besloten dr. Jo Shapiro, KNO-arts en hoofd van het Center
41 Jaarverslag 2014 UMCG
of Professionalism and Peer Support in Boston USA (Brigham and Women’s Hospital), een honorary professorship aan te bieden voor de periode van vijf jaar. Dat betekent dat zij de komende jaren aan Groningen verbonden zal zijn en onder meer trainingen zal geven op het gebied van Peer Support en disclosure gesprekken. Dit zijn gesprekken waarin professionals aan patiënten gemaakte fouten uitleggen, medeleven tonen en eventueel excuses aanbieden. Centrale en Decentrale Incident Meldingencommissies (CIM/DIM) In het UMCG is een groot aantal DIM-commissies geïnstalleerd, die zelfstandig de binnengekomen incidenten bespreken en van verbeteracties voorzien. De CIM kan geraadpleegd worden wanneer het idee bestaat dat een incident vaker ziekenhuisbreed optreedt en hier vanuit die optiek actie gevraagd wordt. Ook wanneer een situatie vaker voorkomt en de DIM commissie zelf te weinig invloed kan uitoefenen om het probleem op te lossen kan de CIM gevraagd worden. Tenslotte is er een rol weggelegd voor de CIM wanneer er zich een (zeer) ernstig incident voordoet en men de CIM hierover wil informeren. Het doel van CIM- en DIM-commissies is om het proces en de resultaten van het UMCG op het gebied van patiëntveiligheid aan de hand van incidentmeldingen inzichtelijk te maken. Veilig incident melden wordt effectief als het dicht bij het primaire proces plaatsvindt. In 2014 heeft de CIM zich met name gericht op het implementeren van het nieuwe Incident Meld Systeem (IMS) iTask en het verder verbeteren van de communicatie tussen de CIM en de verschillende DIM’s. De implementatie van het nieuwe incidentmeldsysteem is vooraf gegaan door een UMCG-brede scholing voor DIM-leden (“coördinatoren”). Op 1 januari 2015 zijn totaal 141 personen geschoold. Alleen wanneer de scholing gevolgd is, krijgt de coördinator toegang tot het nieuwe IMS.
42 Jaarverslag 2014 UMCG
Aantallen incidenten over 2014 Onderstaand overzicht is gegenereerd vanuit beide IMS-systemen en apart uitgevraagd bij afdelingen. Bepaalde afdelingen zijn niet direct gelieerd aan patiëntenzorg, maar zijn meer ondersteunend aan deze processen en moeten vanwege o.a. CCKL-normering op een andere wijze incidenten registreren. Tabel 1 Incidentmeldingen vanuit het IMS over 2013 en 2014 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ Medicatieincidenten Valincidenten Agressie-incidenten psychiatrie Medische middelen Bloedproducten Coördinatie van het zorgproces Uitvoering van zorg en diagnostiek Radiotherapie
2014
2013
1.595
1.761
288
276
31
28
503
465
41
54
896
1181
1.037
1.023
297
319
Interne geneeskunde* 738 Overige incidenten Totaal
686
636
------------ -----------6.112
5.743
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Commissie Onderzoek Overleden Patiënten (COOP) In 2014 is de commissie voor het eerst regulier aan het werk geweest. Per maand werden de, tijdens een ziekenhuisopname, overleden patiënten geïdentificeerd. De dossiers werden eerst door het team van verpleegkundigen onderzocht op de aanwezigheid van specifieke “triggers”. Deze triggers wijzen op een vergrote kans op het aantreffen van een “adverse event”, zijnde onbedoelde en potentieel vermijdbare zorggerelateerde schade. Dossiers met één of meer triggers werden daarna door het onderzoeksteam bestaande uit medisch specialisten vanuit verschillende disciplines onderzocht. Ongeveer 60% van de dossiers had triggers en werd nader onderzocht om vast te stellen of er zogenaamde adverse events te identificeren waren en of die dan vermijdbaar waren of niet. Hiertoe werden de dossiers door de specialisten bekeken en vervolgens in de commissievergadering besproken. Bij onduidelijkheden werden aanvullende vragen gesteld aan het betrokken afdelingshoofd en na beantwoording werd de casus andermaal in de commissievergadering besproken en werd definitief vastgesteld of er adverse events waren te identificeren en of die vermijdbaar waren en of er een relatie was tussen het adverse event en het overlijden van de patiënt. De eerste ervaringen van de COOP laten zien dat het gehele beoordelingstraject een tijdsintensief proces is. * De meldingen van de DIM Interne geneeskunde zijn in 2013 verweven in het totaal.
43 Jaarverslag 2014 UMCG
Leidende coalitie Certificering Momenteel zijn alle UMC’s met de certificering of accreditering van hun UMC of kwaliteitsmanagementsysteem bezig, waarbij men zelf een vorm kiest. Het UMCG heeft gekozen voor ISO (International Organisation for Standardization) ISO 9001:2008 (Healthcare) is een internationale norm en wordt door een onafhankelijke externe certificerende instelling, Det Norske Veritas (DNV), getoetst. Bij het certificeringtraject binnen het UMCG ligt de focus niet meer alleen op de processen binnen een afdeling, maar vooral op trajecten dwars door afdelingen en sectoren heen, de zogenaamde zorgtrajecten. Doelstelling van de leidende coalitie voor 2014 was het behalen van het ISO 9001:2008 (Healthcare) certificaat, hetgeen gelukt is. DNV is in juni en november in het UMCG geweest voor een audit. De 35 DNV-auditoren hebben 378 gesprekken gevoerd met 640 UMCG’ers. Er zijn veel organisatieonderdelen en afdelingen geaudit. Ook zijn er negen zorgtrajecten geaudit. Het doel voor 2015 is het consolideren van ISO 9001:2008 voor de zorg. Daarnaast wil het UMCG ook voor Onderwijs, Opleiden en Onderzoek (OOO) het ISO 9001:2008 certificaat te behalen, waartoe een separate leidende coalitie is ingesteld. Leidende coalitie Medicatieveiligheid De leidende coalitie Medicatieveiligheid heeft zich in 2014 geconcentreerd op onderstaande vier onderwerpen: • Verdere implementatie van medicatieverificatie bij opname en ontslag volgens de reeds eerder
vastgestelde planning (VMS thema 4)
Op het gebied van VMS thema 4 zijn verschillende stappen voorwaarts gezet. Zo is de verificatie bij opname gereed voor de electieve patiënten die via de anesthesiologiepoli (POPA) worden gescreend. Verder is onder meer aansluiting gerealiseerd op het Landelijk Schakel Punt voor de poliklinische en de ziekenhuisapotheek voor het inzien van verstrekkinggegevens van de eigen apotheek van de patiënt. • Verdere implementatie van klaarmaken en toedienen van high risk medicatie (VMS thema 8) In 2013 zijn verschillende acties uitgezet ten behoeve van verdere implementatie van het protocol toedienen van high risk medicatie, waar in 2014 een vervolg aan is gegeven. Zo is onder meer aan alle afdelingen gevraagd een realistisch plan van aanpak op te stellen voor verdere implementatie van dubbelcheck bij toedienen. • Opzetten en uitvoeren medicatieveiligheidsrondes Vanuit de themagroep medicatieveiligheid kwam een duidelijk signaal om de rondes op het gebied
44 Jaarverslag 2014 UMCG
van medicatieveiligheid te combineren met andere veiligheidsitems ter ontlasting van de afdelingen. Hierop is aansluiting gezocht bij nieuwe auditsystematiek. Er is een start gemaakt met het opzetten van kwaliteitsrondes, waarin medicatieveiligheid een vast onderdeel wordt. Dit loopt door in 2015. • Opstellen van UMCG-breed medicatiebeleid Er is vooronderzoek gedaan voor het op te stellen UMCG-breed medicatiebeleid. Er is verkend wat er beschikbaar is aan protocollen, hoe deze zich tot elkaar verhouden en hoe dit medicatiebeleid het beste vormgegeven kan worden. In 2015 wordt dit project verder opgepakt en uitgewerkt. Leidende coalitie Onderzoek & Onderwijs In augustus 2013 heeft de Raad van Bestuur de leidende coalitie Onderzoek en Onderwijs (O&O) ingesteld met als doel de primaire processen voor deze kerntaken in het kwaliteitssysteem van het UMCG onder te brengen. De taakstelling van de leidende coalitie O&O kent de volgende speerpunten: 1. Onderwijs 2. Mensgebonden onderzoek 3. Research data en biobanking en 4. Preklinisch onderzoek. Daarnaast is een beschrijving van de research governance gemaakt. Alle speerpunten (en de hiermee verbonden teams) zijn gekozen in het kader van het realiseren en verbeteren van betrouwbaar hoog kwalitatief onderzoek en onderwijs, dat aantoonbaar wordt gemaakt middels certificering volgens de norm van ISO 9001. Hierbij worden ook de relevante externe ontwikkelingen en wetgeving in acht genomen en vertaald naar het UMCG. Leidende coalitie Preventie van zorggerelateerde infecties Het doel van de leidende coalitie Preventie van zorggerelateerde infecties is de veiligheid van patiënten te verbeteren en patiënten te beschermen tegen behandelingsgeassocieerde infecties (ziekenhuisinfecties). De leidende coalitie faciliteert de Infectiecommissie als het belangrijkste afstemmende en adviserende orgaan voor het UMCG aangaande infectiepreventie in de breedste zin van het woord. Actuele maatschappelijke ontwikkelingen, het huidige kennisinzicht en de wens slagvaardig te kunnen handelen, heeft geleid tot de inrichting en positionering van de Infectiecommissie en de daaraan verbonden deelcommissies. In 2014 zijn de voorzitters en vice-voorzitters van de Infectiecommissie en de drie permanente deelcommissies benoemd. Er is een netwerkmanager aangetrokken en er zijn personen gezocht om zitting te nemen in een van de commissies: de Infectiepreventiecommissie, de Commissie Antimicrobiële Middelen (CAM) en de Tuberculosecommissie. De Infectiecommissie toetst vervolgens het ziekenhuisbeleid aan de landelijke richtlijnen, voert de regie over de surveillance van zorggerelateerde infecties en faciliteert de registratie hiervan. Zij bewaakt de voortgang en signaleert knelpunten op het gebied van infectiepreventie.
45 Jaarverslag 2014 UMCG
Leidende coalitie Risicomanagement De leidende coalitie Risicomanagement heeft in 2013 en 2014 gewerkt aan risicobewust veranderen en werken in de directe patiëntenzorg. Hiervoor zijn instrumenten ontwikkeld en beschikbaar gesteld. Uit gesprekken, die een delegatie van de leidende coalitie met de medische afdelingen heeft gevoerd, komt naar voren dat alle afdelingen het risicomanagement hebben opgepakt. Wel zijn er duidelijke verschillen tussen afdelingen zichtbaar. Best practices krijgen navolging, zij het op beperkte schaal. Eind 2014 heeft de Raad van Bestuur de leidende coalitie Risicomanagement decharge verleend van de haar opgedragen taak. De borging van veiligheid- of risicomanagement, de daarmee samenhangende uitvoering van risicoanalyses en de invoering en evaluatie van beheersmaatregelen is belegd bij de leiding van elk organisatieonderdeel. De kwaliteit van het risicomanagement wordt bewaakt met het UMCG brede auditprogramma. De doorontwikkeling van het risicomanagement is bestuurlijk belegd bij de recent ingestelde Risicocommissie. Het Veiligheidsmanagementsysteem Met de komst en ontwikkeling van een aantal leidende coalities voor specifieke onderdelen van het VMS (zoals Risicomanagement, Medicatieveiligheid, Infectiepreventie) en de doorontwikkeling richting een kwaliteitsmanagementsysteem met ISO-certificering onder de leidende coalitie Certificering, heeft het programmateam haar aandacht in 2014 kunnen richten op de (voorbereiding van) overdracht aan de lijnorganisatie en aan expertiseteams en/of leidende coalities. Ter ondersteuning van borging en doorontwikkeling van generiek beleid voor meerdere thema’s, voor het uitwisselen van goede praktijken en voor de afstemming met afdelingen zijn er wederom vanuit het programmateam diverse themabijeenkomsten georganiseerd. 8.2 Klachten Patiënten kunnen direct terecht op de afdeling met hun vragen, opmerkingen of klachten. Wanneer op afdelingsniveau de onvrede van de patiënt niet kan worden weggenomen of de klacht meer van algemene aard is, kan de patiënt via de medewerkers van de afdeling Patiënteninformatie & Klachtopvang zijn klacht kwijt. Deze medewerkers horen de klacht aan en kunnen desgewenst nader advies geven over de manier waarop de patiënt het probleem of de klacht formeel kan aankaarten. Vaak vinden patiënten het kunnen uiten van hun verhaal voldoende. Wanneer dit niet tot het gewenste resultaat leidt, of als de klager een formelere weg wil bewandelen, kan een schriftelijke klacht worden ingediend bij de onafhankelijke Klachtenfunctionaris. Alle schriftelijke klachten worden in eerste instantie door de Klachtenfunctionaris ter hand genomen voor bemiddeling.
46 Jaarverslag 2014 UMCG
Tabel 2 Totaal aantal klachten, afhandelingsduur en top 5 aard van de klachten 2013 en 2014 ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ 2014
2013
Aantal klachten
176
177
Afhandelingduur in kalenderdagen
41
46
Artsen: bejegening, communicatie en voorlichting
21,3
24,4
Organisatorisch 17,4% 14,9% Financieel: kosten tijdens verblijf, kosten verrichtingen
15,7%
12,5%
Medisch technisch handelen
15,0%
15,8%
Wachttijden 7,0% 7,9% ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------In 2014 is het aantal klachten gemeld bij de Klachtenfunctionaris vrijwel gelijk gebleven. De gemiddelde afhandelingduur is gedaald. Uit de klachten maken we op dat veel patiënten een klachtbrief schrijven omdat ze een excuus willen horen en ook omdat ze willen voorkomen dat wat hen is overkomen een ander overkomt. We zien dat afdelingen steeds beter de klachten oppakken om zo de zorg voor de patiënt te verbeteren. De patiënt wordt steeds vasthoudender, neemt geen genoegen meer met een schriftelijk reactie. Steeds vaker reageert de patiënt op de eindbrief van de Klachtenfunctionaris en steeds vaker refereert hij aan berichten vanuit de media. De Klachtencommissie heeft in 2014 27 klachtbrieven ontvangen. Eén daarvan is weer ingetrokken en 15 klachtbrieven zijn, na en in overleg met de klager, op een andere manier behandeld (veelal door de Klachtenfunctionaris). Elf klachtbrieven zijn in behandeling genomen. In 2014 is de behandeling van elf klachtbrieven afgerond. Vijf hiervan hadden betrekking op in 2013 in behandeling genomen klachten en zes op in 2014 in behandeling genomen klachten. Van vijf klachtbrieven die in 2014 door de Klachtencommissie in behandeling zijn genomen wordt in 2015 een uitspraak verwacht. 8.3 Hospital Standardised Mortality Ratio De Hospital Standardised Mortality Ratio (HSMR) is een methode om na te gaan of er in een ziekenhuis meer of minder sterfte plaatsvindt dan het landelijk gemiddelde. De ziekenhuizen die een kwalitatief goede LBZ (Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg) hebben op basis waarvan een HSMR berekend kan worden, ontvangen jaarlijks van Dutch Hospital Data (DHD) een rapport met daarin hun sterftecijfers, totaal en per patiëntencategorieën en diagnosegroepen. De HSMR in 2013 van het UMCG bedraagt 95 (2012: 97); het 95% betrouwbaarheidsinterval is 84 -107. Dit betekent dat het aantal sterfgevallen in het UMCG niet afwijkt van het landelijk gemiddelde en lager is dan de verwachte sterfte over 2013.
47 Jaarverslag 2014 UMCG
8.4 Kenniscentrum Kwaliteit en Veiligheid UMGC In 2014 is het Kenniscentrum Kwaliteit en Veiligheid in het UMCG gestart. De doelstelling van dit kenniscentrum is om kennis op het gebied van kwaliteit en veiligheid in de zorg te bundelen, te verspreiden, te implementeren en tevens nieuwe kennis te genereren. Om deze doelstelling te realiseren zijn we gestart met het leggen van een basis voor de vier pijlers van het kenniscentrum, te weten kennisdatabase, implementatieorganisatie, opleiding & training en onderzoek. Wat betreft de kennisdatabase zijn in 2014 de voorbereidingen getroffen voor het toegankelijk maken van de beschikbare kennis en het gestructureerd aanbieden daarvan en tevens het uitwisselen van ‘good practices’. De implementatieorganisatie betreft het netwerk van kwaliteitsmedewerkers en ambassadeurs op het gebied van kwaliteit en veiligheid. Om dit netwerk effectief in te kunnen zetten, is in kaart gebracht wie er deel van uitmaken en waar zij zich bevinden. Opleiding en training van medewerkers is belangrijk voor het op peil houden en voor het verspreiden van kennis op het gebied van kwaliteit en veiligheid. In 2014 is het thema kwaliteit en veiligheid opgenomen in de introductiebijeenkomst voor nieuwe medewerkers en in specifieke opleidingen. Daarnaast is bijgedragen aan het ontwikkelen en verzorgen van een onderdeel van de NFU-master. Binnen de pijler onderzoek is in 2014 een basis gelegd voor een onderzoeksagenda. De focus ligt op het onderzoeksthema Clinical Governance, waarbij we aandacht geven aan de diversen perspectieven, zowel patiënten-, medewerkers- en organisatieperspectief. 8.5 Nieuw EPD Om de ambities van het UMCG ook naar de toekomst toe vanuit een ICT perspectief te kunnen blijven ondersteunen, werkte het UMCG, in samenwerking met het Erasmus MC, aan de implementatie van een nieuw EPD (elektronisch patiëntendossier) van Siemens Health Services. Het UMCG beschouwt het EPD als een belangrijk middel om veilige, patiëntgerichte en efficiënte zorg en onderzoek mogelijk te maken. Helaas zagen het UMCG en Erasmus MC zich begin 2015 genoodzaakt de samenwerking met Siemens te beëindigen. Dit laat echter onverlet dat onze focus gericht blijft op de invoering van een nieuw EPD. Nu de implementatie hiervan op zich laat wachten, handhaven we de huidige systemen. Daar waar nodig, zullen aanpassingen worden gedaan om de continuïteit en patiëntveiligheid blijvend te waarborgen. Ook wordt bepaald welke projecten en activiteiten nodig zijn, onder andere om te (blijven) voldoen aan wet- en regelgeving. 8.6 Ontwikkeling van de zorgorganisatie Het UMCG kiest voor de focus op topreferente en complexe zorg, met als speerpunten oncologie, transplantatiegeneeskunde, psychiatrie, acute zorg, kindergeneeskunde en ouderenzorg / chronisch zieken.
48 Jaarverslag 2014 UMCG
Om de toenemende vraag naar deze topreferente en complexe zorg binnen de huidige capaciteit te kunnen opvangen, zal ruimte gecreëerd moeten worden. Dit betekent dat wij op geleide van de groei in complexe zorg, basiszorg willen verplaatsen naar andere ziekenhuizen in de regio. Dit proces wordt versterkt door het inkoopbeleid van zorgverzekeraars, die inzetten op aanscherping van ons academisch profiel. ‘Niet kiezen is geen optie’, zo luidt dan ook de boodschap voor onze organisatie. De transformatie van ons zorgaanbod zal de komende jaren aandacht blijven vragen. In 2014 hebben we inzichtelijk gemaakt in welke mate het zorgaanbod van het UMCG al complex is (met de zogenaamde Gupta-labels, zoals die door de NFU in het kader van het project Robijn zijn bepaald). In beleidsgesprekken tussen Raad van Bestuur en afdelingshoofden worden de uitkomsten hiervan vertaald naar concrete keuzes in het zorgportfolio. Daarnaast wordt hard gewerkt aan de oprichting van drie Comprehensive Centers: voor Oncologie, Transplantatiegeneeskunde en Acute zorg. Door kennis te bundelen en samen te werken in centra zetten we de patiënt centraal en kunnen we blijven excelleren op deze gebieden. Met het eerste centrum, het Comprehensive Center voor Oncologie, wil het UMCG patiëntenzorg, onderzoek en onderwijs op het gebied van oncologie integreren. Dit centrum staat bovendien niet op zich, maar maakt deel uit van de oncologie-netwerken in Noord-Nederland. Daarmee streeft het UMCG met de andere zorgaanbieders naar een volledig aanbod aan oncologische zorg in NoordNederland. Om deze reden spant het UMCG zich al jaren in voor een faciliteit voor protonentherapie. Begin 2015 heeft de Raad van Bestuur het besluit genomen om te starten met de bouw van een protonencentrum op het UMCG-terrein. De eerste patiënten kunnen eind 2017 behandeld worden in het protonencentrum van het UMCG. Het aantal met protonentherapie te behandelen patiënten in het UMCG zal gefaseerd toenemen tot 600 per jaar. Het UMCG beschikt over een volledige vergunning voor het aanbieden van protonenbehandelingen, inclusief de behandeling van kinderen. Een belangrijke voorwaarde waaraan voldaan moet zijn voordat we zorg verplaatsen, is dat de patiënt verzekerd blijft van kwalitatief goede zorg in de regio. Samenwerking is daarvoor onmisbaar. We sluiten daarom samenwerkingsovereenkomsten met omliggende ziekenhuizen en vormen zogeheten managed clinical networks in de regio. De verantwoordelijkheid die het UMCG voelt voor de continuïteit en kwaliteit van basiszorg in de regio ligt ook aan de basis van de op handen zijnde overname van de Ommerlander Ziekenhuis Groep (OZG). Na een zeer zorgvuldig voorbereidingstraject met alle stakeholders en nadat zorgverzekeraars hun expliciete steun hebben uitgesproken, is in 2014 een concentratiemelding ingediend bij de NZa. Begin januari 2015 oordeelde de NZa dat UMCG en OZG de procedures
49 Jaarverslag 2014 UMCG
voor overname op correcte wijze hebben doorlopen. Vervolgens heeft de ACM op 2 april 2015 goedkeuring verleend aan de overname van de OZG door het UMCG. De verwachting is dat de feitelijke overname nog voor de zomer van 2015 zal zijn afgerond. Afhankelijk van de uitkomsten van gesprekken met banken over de financiering en de NAM over aardbevingsbestendigheid bouwen, zal na de zomer gestart worden met de feitelijke bouw van het nieuwe ziekenhuis in Scheemda. Het UMCG maakt deel uit van verschillende lokale zorgnetwerken ter bevordering van de kwaliteit van het totale zorgtraject voor de patiënt, doelmatige zorgverlening en de uitwisseling van kennis. Zo vervulde het UMCG bij de ontwikkeling van een regionaal geriatrisch netwerk in het kader van het Nationaal Programma Ouderenzorg (NPO) een coördinerende, regisserende en ondersteunende rol. Deze rol is in juli 2014 overgenomen door HANNN/ Zorg Innovatie Forum. HANNN/ZIF werkt o.a. samen met het Universitair Netwerk Ouderenzorg (UNO). Een ander voorbeeld is het samenwerkingsnetwerk ZorgnaZorg, dat is opgericht om het transferproces vanuit ziekenhuizen naar andere zorgaanbieders te verbeteren. Met ingang van januari 2015 is ZorgnaZorg ondergebracht in een coöperatie, die is opgericht door de initiatiefnemers van ZorgnaZorg; UMCG, Zorggroep Groningen en Martini Ziekenhuis. Inmiddels zijn 24 ziekenhuizen en zorginstellingen lid van de coöperatie ZorgnaZorg en breidt dit netwerk zich uit naar Drenthe. Ook over de grens wordt samengewerkt. Het UMCG werkt al geruime tijd samen met Klinikum Oldenburg op gebied van o.a. kinderhartchirurgie. Ook op het gebied van(kinder)oncologie wordt, mede in het licht van de protonenfaciliteit, samenwerking verkend (kinderneurochirurgie). De samenwerking met Klinikum Oldenburg is begin 2015 bestuurlijk geformaliseerd met een intentieverklaring. Plannen om ook met andere nabijgelegen Duitse ziekenhuizen, vooral in het Eems-Dollard gebied, intensiever te gaan samenwerken worden de komende tijd verder uitgewerkt (Common Care).
50 Jaarverslag 2014 UMCG
9 Toekomst
Wij verwachten dat onze inkomstenstromen de komende jaren verder onder druk komen te staan. Tegelijkertijd zullen de eisen die de overheid en zorgverzekeraars stellen aan de kwaliteit steeds verder toenemen. ‘Meer kwaliteit met minder geld’, dat is de komende jaren dus onze uitdaging. Daarnaast moet kwaliteit steeds verder zichtbaar worden gemaakt. Zolang initiatieven op dit gebied daadwerkelijk bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit, juicht het UMCG verdere transparantie van kwaliteit van harte toe. Om bezuinigingen op te kunnen vangen en te kunnen blijven investeren, heeft het UMCG de afgelopen jaren een omvangrijk doelmatigheidsprogramma uitgevoerd. Dit programma, waarmee kostenreducties in met name de overhead en medische administratie zijn gerealiseerd, is weliswaar afgesloten in 2014, maar dat betekent niet dat er niet verder bezuinigd hoeft te worden. Een nieuw programma gericht op verdere kostenreductie is inmiddels in voorbereiding. Daarnaast is er blijvend aandacht voor de Lean Six Sigma-methodiek (LSS), waarmee we de afgelopen jaren veel winst in efficiency en effectiviteit hebben behaald. Mede onder invloed van deze externe omstandigheden zal in 2015 worden gestart met de uitwerking van een kostenreductieprogramma met als doel om vanaf 2016 thematisch te bezuinigen zodat het kostenniveau niet sneller stijgt dan de groei in opbrengsten. Dit om de noodzakelijke financiële ruimte te creëren om in de toekomst te kunnen blijven investeren en innoveren. We zoeken naar nieuwe financieringsbronnen voor onze activiteiten op het gebied van wetenschappelijk onderzoek. Bovendien zetten we sterk in op het valoriseren van vindingen om zo onze opbrengsten te verhogen. Als gevolg van de invoering van prestatiebekostiging in de zorg komen voor het UMCG minder middelen beschikbaar voor bouw. Dit betekent dat wij slechts een selectie van de bouwplannen kunnen uitvoeren. Eén van de grootste bouwprojecten voor de komende jaren is de zogeheten operatie hotfloor, die grootschalige verbouw van de acute kolom inclusief het OK-complex behelst. Ook onderzoeken we of er effiëntere alternatieven voor nieuwbouw zijn. Het besluit om de voorraadbereiding van geneesmiddelen en de hiermee samenhangende farmaceutische controle onder te brengen bij Apotheek A15 in Gorichem – een state-of-the-art GMP-bereidingsunit – is hiervan een voorbeeld. Het UMCG wordt voor vijftig procent mede-eigenaar van Apotheek A15, de andere vijftig procent is in handen van het Erasmus MC.
51 Jaarverslag 2014 UMCG
Tot slot
De ambities van het UMCG voor de komende jaren zijn onverminderd groot. We willen excelleren én innoveren in al onze kerntaken: patiëntenzorg, wetenschappelijk onderzoek, onderwijs en opleiding. Om onze ambities te kunnen blijven realiseren, zijn scherpere keuzes in onze activiteiten onontkoombaar nu de beschikbaarheid van middelen steeds verder onder druk komt te staan. Met onze focus op Healthy Ageing en complexe zorg hebben wij een helder kader gecreëerd waarbinnen wij verdere keuzes kunnen maken. Dankzij de gedrevenheid en deskundigheid waarmee onze medewerkers elke dag inhoud geven aan onze ambities zien wij de toekomst vol vertrouwen tegemoet. Met elkaar en samen met onze partners in de regio blijven wij ‘Bouwen aan de Toekomst van Gezondheid’, om meer gezonde en actieve levensjaren voor de bewoners van Noord-Nederland te realiseren.
52 Jaarverslag 2014 UMCG
Bijlagen
53 Jaarverslag 2014 UMCG
Bijlage I Nevenfuncties Raad van Toezicht en Raad van Bestuur
54 Jaarverslag 2014 UMCG
Nevenfuncties leden Raad van Toezicht per 31 december 2014 J.G.M. Alders • Voorzitter Energie-Nederland • Voorzitter Pensioenfonds Zorg en Welzijn • Voorzitter Alderstafels Schiphol, Eindhoven en Lelystad • Voorzitter Overlegorgaan Infrastructuur en Milieu • Voorzitter Raad van Toezicht Groninger Forum • Voorzitter Raad van Commissarissen Academische Opleidingen Groningen Contractonderwijs • Voorzitter Raad van Toezicht Stichting TKI Biobased Economy • Voorzitter Bestuurlijk overleg mosseltransitie (Ministerie van EZ) • President Commissaris ProRail • Lid Raad van Toezicht Rijksuniversiteit Groningen • Lid Raad van Advies Energy Delta Gas Research (EDGaR) • Lid Raad van Commissarissen Lysias Consulting Group • Lid Dagelijks Bestuur VNO-NCW • Kwartiermaker Omgevingsraad Schiphol (Ministerie van I&M) • Bestuurder Doelgelden landelijk hoogspanningsnet (Tennet) • Member Board Eurelectric • Member Board Eurogas • Ambassadeur Platform Biodiversity Ecosystems and Economy • Directeur Hans Alders Procesregie & Advies BV Prof. dr. L. Koopmans • Emeritus hoogleraar Economie van de gezondheidszorg (RUG) • President-commissaris Arriva Nederland • President-commissaris Siers groep • Voorzitter bestuur stichting TBI • Bestuurder Unilever Trust Office Prof. dr. B. Witholt – nevenfuncties per 31-12-2013 • Emeritus hoogleraar Biologie (ETH Zurich) • Oprichter Biosa BV • Partner Imenz Bioengineering BV • Lid Bestuur Noord Tech Venture • Lid NWO Commissie Roadmap grote projecten • Gast onderzoeker Laboratory for Organic Chemistry, ETH Zurich Mw. mr. L. Lindner Geen nevenfuncties
55 Jaarverslag 2014 UMCG
Nevenfuncties leden Raad van Bestuur per 31 december 2014 Mr. J.F.M. Aartsen Gelieerde organisaties (onderdeel van geconsolideerde jaarrekening): • Voorzitter Bestuur Stichting Zorgaanbod Hanzekliniek • Voorzitter Bestuur Stichting Thomassen a Thuessink • Lid Raad van Commissarissen Universitair Centrum Esthethische Chirurgie (UCEC) Niet-gelieerde organisaties: • Lid Bestuur Nederlandse Federatie van UMC’s (NFU) • Voorzitter Bestuurscommissie Sturing en Financiering (NFU) • Deelnemer bestuurlijk overleg Hoofdlijnenakkoord met VWS • Lid Raad van Commissarissen Ambulancezorg Fryslân BV • Lid Stichting UMC Groningen Thuis • Lid Dagelijks Bestuur LNAZ (landelijk netwerk acute zorg) • Lid Stuurgroep Akkoord van Groningen Prof. dr. F. Kuipers Gelieerde organisaties (onderdeel van geconsolideerde jaarrekening): • Lid bestuur Stichting Triade Niet gelieerde organisaties: • Lid Bestuurscommissie Onderwijs en Onderzoek (O&O, NFU) • Lid NFU Programmacommissie Data Infrastructuur • Lid Stakeholders LifeLines • Lid Board Center for Translational Molecular Medicine (CTMM)/TI Pharma • Lid Stuurgroep CardioVasculair Onderzoek Nederland (CVON) • Lid Advisory Board Nelson Stichting • Lid External Advisory Board Robert & Arlene Kogod Center for Aging Research,
Mayo Clinic, Rochester, MN, USA
• Lid CID (Zwaartekracht Consortium ‘Individual Development’) • Lid NASKHO (Nederlands-Caribische Stichting voor Klinisch Hoger Onderwijs) • Lid Executive Board European Medical School Oldenburg/Groningen (EMS) • Lid Steering Committee EIT-KIC Health • Lid Steering Committee European Center for Exascale Technology (ERCET) • Lid Strategic Board HANNN
56 Jaarverslag 2014 UMCG
Prof. dr. A.G.J. van der Zee Gelieerde organisaties (onderdeel van geconsolideerde jaarrekening): • Lid Bestuur Stichting UMCG Ambulancezorg • Lid Raad van Commissarissen Universitair Centrum Esthethische Chirurgie (UCEC) Niet gelieerde organisaties: • Voorzitter Bestuur Overleg Onderwijs- en Opleidingsregio Noord-Oost-Nederland (OOR-NO) • Lid Bestuur Stichting Kinderoncologie Groningen (SKOG) • Member Scientific Advisory Board Centre for Cancer Biomarkers, Bergen, Noorwegen • Lid Comité van aanbeveling Stichting Vrienden van Turiani Hospital Tanzania • Voorzitter Signaleringscommissie Kanker, KWF Kankerbestrijding • Lid External Scientific Advisory Board of the Tumorzentrum Ludwig Heilmeyer –
Comprehensive Cancer Center Freiburg
• Lid Gynecologic Cancer Steering Committee, National Cancer Institute (NCI), U.S.A. • Lid Bestuurscommissie Opleiding & Patiëntenzorg (NFU) Drs. H.A. Snapper RA RC Gelieerde organisaties (onderdeel van geconsolideerde jaarrekening): • Voorzitter Bestuur Stichting Triade • Voorzitter Raad van Commissarissen Universitair Centrum voor Esthetische Chirurgie (UCEC) Niet gelieerde organisaties: • Voorzitter bestuur Stichting Business Generator Groningen (SBGG) • Lid Bestuur Centrum voor Valorisatie & Ondernemerschap (CVO) • Lid Stuurgroep Zernike Sciencepark / Zernike Campus • Lid Bestuurlijk Overleg Bodenterrein • Lid Werkgroep gezondheidszorg van de Richtlijnen voor Jaarverslaggeving • Lid Bestuurscommissie Sturing en Financiering (NFU) • Lid Comité van Aanbeveling Stichting Geef Kleur
57 Jaarverslag 2014 UMCG
Bijlage II Jaarrekening 2014
58 Jaarverslag 2014 UMCG
1 Geconsolideerde jaarrekening 2014
59 Jaarrekening 2014 UMCG
1.1 Geconsolideerde balans per 31 december 2014 (na resultaatbestemming) 1.1 GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na resultaatbestemming)
Ref. ACTIVA
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
1.5.1 1.5.2 1.5.3
208 443.901 10.248 454.357
208 463.420 8.631 472.259
Vlottende activa Voorraden Onderhanden werk uit hoofde van dbc's/ dbc zorgproducten Vorderingen uit hoofde van bekostiging Overige vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa
1.5.4 1.5.5 1.5.6 1.5.7 1.5.8 1.5.9
11.963 87.950 7.285 267.318 155.266 529.782
10.008 74.145 6.621 300.492 132.952 524.218
984.139
996.477
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
3.475 212.110 52.502 268.087
3.475 194.185 48.664 246.324
208.495 208.495
216.242 216.242
Totaal activa
PASSIVA Eigen vermogen Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
1.5.10
Voorzieningen Voorziening uit hoofde van macrobeheersinstrument Overige voorzieningen Totaal voorzieningen
1.5.11
Langlopende schulden
1.5.12
223.030
243.542
Kortlopende schulden Schulden uit hoofde van bekostiging Kortlopende schulden en overlopende passiva
1.5.6 1.5.13
32.896 251.631 284.527
34.555 255.814 290.369
984.139
996.477
Totaal passiva
Pagina 4
60 Jaarrekening 2014 UMCG
1.2 Geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.2 GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014
Ref.
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
26.501 329.525 279.434 3.777 41.923 320.116 148.788
26.486 307.917 264.476 12.985 36.152 308.957 157.078
1.150.064
1.114.051
703.776 61.853 356.388
668.837 58.575 356.802
Som der bedrijfslasten
1.122.017
1.084.214
BEDRIJFSRESULTAAT
28.047
29.837
-6.939
-9.522
21.108
20.315
-
-
RESULTAAT BOEKJAAR
21.108
20.315
Mutatie bestemmingsreserve vooruitontvangen kap lasten OCW
-2.500
976
OPERATIONEEL RESULTAAT
18.608
21.291
BEDRIJFSOPBRENGSTEN Opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties Omzet DBC's/ DBC zorgproducten A segment Omzet DBC's/ DBC zorgproducten B segment Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen Niet gebudgetteerde zorgprestaties Subsidies Overige bedrijfsopbrengsten
1.9.1 1.9.2 1.9.3 1.9.4 1.9.5 1.9.6 1.9.7
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten
Financiële baten en lasten
1.9.8 1.9.9 1.9.10 1.9.11
1.9.12
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
1.9.13
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld:
Algemene reserves Bestemmingsreserves
Pagina 5
61 Jaarrekening 2014 UMCG
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
17.270 3.838
23.892 -3.577
21.108
20.315
1.3 Geconsolideerd kasstroomoverzicht over 2014 1.3 GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 Ref.
2014 x € 1.000
x € 1.000
2013 x € 1.000
x € 1.000
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat
1.2
Aanpassingen voor: - afschrijvingen - mutaties voorzieningen - aanpassing eigen vermogen
1.5.2 1.5.11 1.5.10
28.047
68.474 -7.747 655
29.837
64.681 -2.649 -1.874 61.382
Veranderingen in vlottende middelen: - voorraden - mutatie onderhanden werk dbc's / DBC zorgproducten - vorderingen - vorderingen/schulden uit hoofde van bekostiging - kortlopende schulden (excl. schulden aan kredietinstellingen)
1.5.4 1.5.5 1.5.7 1.5.6
-1.955 -13.805 33.174 -2.323
1.5.13
-9.894
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen interest Betaalde interest
1.9.12 1.9.12
-2.213 -38.635 10.832 -6.655 25.808 5.197
-10.863
94.626
79.132
2.095 -9.322
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
60.158
680 -10.281 -7.227
-9.601
87.399
69.531
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen immateriële vaste activa Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Mutaties in financiële vaste activa: - mutaties in deelnemingen - mutaties in leningen
1.5.1 1.5.2 1.5.2
-53.384 4.429
-54.806 6.376
1.5.3 1.5.3
-1.218 -111
-3.174 -230 -50.284
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
-51.834
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden
1.5.12 1.5.12
-14.801
25.000 -14.432
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
-14.801
10.568
Mutatie geldmiddelen
22.314
28.265
62 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.1 Algemeen Algemene informatie Naam verslagleggende instelling: Vestigingsplaats: Adres: Korte beschrijving hoofdactiviteiten:
Universitair Medisch Centrum Groningen Groningen Hanzeplein 1, Groningen Uitvoeren onderzoek, leveren patiëntenzorg, het bieden van onderwijs en opleiding en valorisatie
Consolidatie In de jaarrekening zijn overeenkomstig uniforme grondslagen volgens de integrale methode, de cijfers van de publiekrechtelijke rechtspersoon Academisch Ziekenhuis Groningen en de daaraan verbonden groepsmaatschappijen opgenomen. De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van het UMCG en zijn groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarover overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend dan wel waarover de centrale leiding bestaat. Groepsmaatschapppijen zijn deelnemingen waarin UMCG een meerderheidsbelang heeft, of waarop op een andere wijze een beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Participaties die zijn verworven uitsluitend met het doel om ze binnen afzienbare termijn te vervreemden, worden niet geconsolideerd. Nieuw verworven deelnemingen worden in de consolidatie betrokken vanaf het tijdstip waarop beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Afgestoten deelnemingen worden in de consolidatie betrokken tot het tijdstip van beëindiging van deze invloed. In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderlinge schulden, vorderingen en transacties geëlimineerd, evenals binnen de groep gemaakte winsten. In de geconsolideerde jaarrekening zijn de volgende rechtspersonen betrokken: Academisch Ziekenhuis Groningen Stichting Thomassen à Thuessink Stichting BEA (Bewegen en Ademhalen) B.V. Beatrixoord Stichting Duizendpoot Stichting Prenatale Screening Noord-Oost Nederland Stichting RAV UMCG waarin opgenomen: RAV UMCG B.V. Stichting Triade waarin opgenomen: Hanzeholding B.V. waarin opgenomen: Hanzepoort B.V. Hanzeborg B.V. Hanzeadministraties B.V. Hanzezorg B.V. waarin opgenomen: Hanzevision B.V. Stichting Zorgaanbod Hanzekliniek Verloskundige Stadspraktijk B.V. UMCG Services B.V. (51% belang) Universitair Centrum Esthetische Chirurgie B.V. UMCG Research B.V. Lifelines Databeheer B.V. waarin opgenomen: Medische Biobank Noord Nederland B.V. SteriNoord B.V. (51% belang)
Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Dilgtweg 5 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Vriezerweg 10
Groningen Groningen Haren Groningen Groningen Groningen Tynaarlo
Vriezerweg 10 Hanzeplein 1
Tynaarlo Groningen
Hanzeplein 1
Groningen
Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1
Groningen Groningen Groningen Groningen
Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Hanzeplein 1 Bloemsingel 1
Groningen Groningen Groningen Groningen Groningen Groningen Groningen
Bloemsingel 1 Jeverweg 3
Groningen Groningen
In 2014 zijn de volgende stichtingen opgeheven: Stichting voor Erfelijkheidsvoorlichting, Stichting Pathologisch Laboratorium Assen/Emmen en Hanze Stichting. Lifelines Databeheer B.V. en SteriNoord B.V. worden met ingang van 2014 mee geconsolideerd.
63 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.1 Algemeen Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De jaarrekening 2014 is opgesteld overeenkomstig de Regeling Verslaggeving WTZi en de relevante stellige uitspraken uit de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving). Met ingang van 2005 werken het Academisch Ziekenhuis Groningen (AZG) en de Faculteit der Medische Wetenschappen (FMW), onderdeel van de Rijksuniversiteit Groningen (RuG), samen in het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). In 2007 heeft deze samenwerking verder gestalte gekregen door een volledige financiële samenvoeging van het AZG en de FMW. Dit kwam ondermeer tot uitdrukking in de rechtspositionele overgang van FMW-medewerkers naar het AZG, alsmede een integratie van de overige financiële stromen. Dientengevolge zijn de financiële cijfers van de FMW met ingang van het boekjaar 2007 opgenomen in de jaarrekening van het UMCG. Continuïteitsveronderstelling De jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Vergelijking met voorgaand jaar De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld met toepassing van de grondslagen voor de waardering en de resultaatsbepaling van het UMCG. De financiële gegevens van de hiervoor vermelde rechtspersonen met een 100% belang zijn volledig in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen onder eliminatie van de onderlinge verhoudingen en transacties. Bij een belang kleiner dan 100% zijn de financiële gegevens opgenomen naar rato van het belang. De grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar, met uitzondering van het volgende: Stelselwijzigingen
Waardering deelnemingen in groepsmaatschappijen tegen netto vermogenswaarde Met ingang van 2014 worden deelnemingen en overige deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend conform wet- en regelgeving gewaardeerd tegen netto vermogenswaarde in de enkelvoudige jaarrekening (voorheen tegen verkrijgingsprijs). Voor vergelijkingsdoeleinden zijn de vergelijkende cijfers over 2013 aangepast. Het effect op het enkelvoudige resultaat 2013 bedraagt € 1,4 miljoen bate en een positief effect op het vermogen van € 5,7 miljoen.
Vooruitontvangen kapitaalslasten In 2014 is als stelselwijziging op grond van RJ 655 de egalisatierekening kapitaallasten OCW overgeheveld naar het eigen vermogen (bestemmingsreserve). Hiertoe zijn tevens de vergelijkende cijfers 2013 aangepast. Het effect op het resultaat 2013 bedraagt € 1,0 miljoen last en een positief effect op het vermogen van € 37,4 miljoen. Presentatiewijzigingen
Verzelfstandiging Lifelines Ondanks de oprichting van Lifelines Databeheer B.V. en Medische Biobank Noord Nederland B.V. eind 2013 is het UMCG richting subsidiegevers penvoerder gebleven voor het project Lifelines. Dit betekent dat de subsidiegelden lopen via het UMCG. Als gevolg hiervan worden vanaf 2014 de totale projectopbrengsten in de enkelvoudige jaarrekening als 'overige opbrengsten' gepresenteerd en de totale uitvoeringskosten als 'algemene kosten' gepresenteerd. Voor de vergelijkbaarheid zijn de cijfers over 2013 aangepast. Deze aanpassing heeft geen effect op het resultaat en het vermogen.
Voorziening transplantaties In 2014 heeft op basis van voortschrijdend inzicht een herrubricering plaatsgevonden van de kortlopende schuld inzake de opbrengst transplantaties 2008 tot en met 2012. Op basis van de juridische analyse van de verplichting is het UMCG van mening dat deze verplichting grotendeels een langlopend karakter heeft en de verplichting onzeker waardoor deze post als voorziening is opgenomen. De vergelijkende cijfers (€ 76,7 miljoen) zijn hiervoor aangepast.
Voorzieningen Op basis van voortschrijdend inzicht en de RJ zijn de voorzieningen volledig langlopend gepresenteerd. De vergelijkende cijfers zijn hiervoor aangepast. Transacties met verbonden partijen Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de instelling, haar deelnemingen en hun bestuurders en leidinggevende functionarissen. Er zijn met verbonden partijen geen transacties gesloten op nietzakelijke grondslag.
64 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 8
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.1 Algemeen Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat de Raad van Bestuur zich oordelen vormt, schattingen maakt en veronderstellingen doet die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en de hoogte van verplichtingen en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. De waarderingsgrondslagen met betrekking tot de post voorzieningen en omzetbepaling DBC's inclusief onderhanden werk zijn het meest kritisch voor het weergeven van de financiële positie en vereisen schattingen en veronderstellingen.
1.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva De toelichtingen op de mutaties in de balans en de resultatenrekening staan hoofdzakelijk vermeld in de enkelvoudige jaarrekening, behalve bij toelichtingen op mutaties van groepsmaatschappijen. Deze staan vermeld in de geconsolideerde jaarrekening. Toelichtingen in de balans en resultatenrekening zijn in de jaarrekening genummerd. Activa en passiva Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs (nominale waarde). Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar het UMCG zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico's met betrekking tot een actief of verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en/of betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde. Immateriële vaste activa en materiële vaste activa De immateriële en materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingstermijnen van immateriële en materiële vaste activa zijn gebaseerd op de verwachte gebruiksduur van het vast actief. De afschrijvingen worden berekend als een percentage van de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur. Op bedrijfsterreinen en op onderhanden projecten en vooruitbetalingen op materiële vaste activa wordt niet afgeschreven. De afschrijvingspercentages zijn vermeld in de mutatieoverzichten van de materiële vaste activa. Voor zover subsidies of daaraan gelijk te stellen vergoedingen zijn ontvangen als eenmalige bijdrage in de afschrijvingskosten, zijn deze in mindering gebracht op de investeringen. Materiële vaste activa De materiële vaste activa die op basis van OCW- of DHAZ- convenant, dan wel WZV- vergunning of WTG zijn gefinancierd, zijn gewaardeerd tegen aanschaffings-, vervaardigings- of goedgekeurde kosten minus jaarlijkse afschrijvingen met vaste percentages van die kosten conform de desbetreffende beleidsregels, danwel berekend over de geschatte (kortere) economische levensduur. Voor verkoop beschikbare activa worden gewaardeerd tegen boekwaarde of lagere opbrengstwaarde. De materiële vaste activa die behoren tot de niet OCW/DHAZ/WZV/WTG- gefinancierde vaste activa zijn gewaardeerd tegen aanschaffingskosten dan wel lagere bedrijfswaarde. Daarbij zijn de materiële vaste activa die met bijdragen van derden dan wel eigen financiering zijn bekostigd, volgens de netto methode in de balans gepresenteerd. De afschrijvingspercentages die gebruikt zijn, staan vermeld in de toelichting op de geconsolideerde balans in de mutatieoverzichten materiële vaste activa.
Pagina 9
65 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Mede vanwege de publieke functies van umc's hebben umc's en de betrokken ministeries (VWS en OCW) eind 2003 een convenant DHAZ (Decentralisatie Huisvesting Academische Ziekenhuizen) gesloten. Op basis van dit convenant zijn sindsdien de kapitaallasten van de umc's gefinancierd, naast de dekking vanuit het B-segment en de overige opbrengsten. In 2012 heeft de NZa een beleidsregel geïntroduceerd, met ingangsdatum 1-1-2013, betreffende de financiering van kapitaallasten (beleidsregel CU 2099 -Beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg universitaire medische centra). De kapitaallasten publieke functies blijven afzonderlijk bekostigd. De overige kapitaallasten moeten worden gedekt uit de (DOT) opbrengsten. Tot 2017 geldt een landelijke overgangsregeling. Het UMCG heeft bezwaar ingediend tegen de vaststelling van de kapitaallasten in het opleidingsfonds. De investeringen in facultaire gebouwen worden gedaan door de RuG. De kapitaallasten voor deze facultaire gebouwen worden op grond van de financiële afspraken tussen UMCG en RuG dan ook vergoed door de RUG. Op basis van de huidige inzichten verwacht het UMCG dat de kapitaallasten na 2014 adequaat bekostigd blijven. Vanuit DOT, overige opbrengsten en de bekostiging van de publieke functie worden voldoende middelen verwacht om toekomstige kapitaallasten voor de huidige activa te kunnen dekken. Vaste activa met een lange levensduur worden beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de geschatte contante waarde van de toekomstige netto kasstromen die het actief naar verwachting zal genereren. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen, worden bijzondere waardeverminderingen verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. In 2014 heeft geen afwaardering (impairment) plaatsgevonden van de vaste activa. De materiële vaste activa waarvan het UMCG krachtens een financiële leaseovereenkomst het economische eigendom heeft, wordt geactiveerd. De uit de financiële leaseovereenkomst voortkomende verplichting wordt als schuld verantwoord. De in de toekomstige leasetermijnen begrepen interest wordt gedurende de looptijd van de financiële leaseovereenkomst ten laste van het resultaat gebracht. Voor de kosten van periodiek groot onderhoud wordt een voorziening gevormd. Deze voorziening is opgenomen onder de overige voorzieningen aan de passiefzijde van de balans. De uitgaven groot onderhoud worden ten laste gebracht van deze voorziening. Financiële vaste activa Deelnemingen in groepsmaatschappijen en overige deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de nettovermogenswaardemethode. Invloed van betekenis wordt in ieder geval verondersteld aanwezig te zijn bij het kunnen uitbrengen van 20% of meer van de stemrechten. De nettovermogenswaarde wordt berekend volgens de grondslagen die gelden voor deze jaarrekening; voor deelnemingen waarvan onvoldoende gegevens beschikbaar zijn voor aanpassing aan deze grondslagen, wordt uitgegaan van de waarderingsgrondslagen van de desbetreffende deelneming. Deelnemingen waarop geen invloed van betekenis kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. Indien sprake is van een duurzame waardevermindering vindt waardering plaats tegen deze lagere waarde; afwaardering vindt plaats ten laste van de resultatenrekening. Ten aanzien van de onder de financiële vaste activa opgenomen langlopende leningen u/g is rekening gehouden met eventueel lagere waardering uit hoofde van oninbaarheid. Dividenden worden verantwoord in de periode waarin zij betaalbaar worden gesteld. Rentebaten worden verantwoord in de periode waartoe zij behoren, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende post. Eventuele winsten of verliezen worden verantwoord onder de financiële baten en lasten. De grondslagen voor overige financiële vaste activa zijn toegelicht in het hoofdstuk Financiële Instrumenten.
Pagina 10
66 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Voorraden De voorraden zijn gewaardeerd tegen de laatst bekende inkoopprijzen, onder aftrek van een bedrag voor incourantheid, voor zover daartoe aanleiding bestaat. Voor wat betreft de waardering van de zelf geproduceerde voorraad, met name de Apotheek, zijn de daarin begrepen salariskosten geëlimineerd. Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten handels- en overige vorderingen, geldmiddelen, (verstrekte) leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen posten. In de jaarrekening zijn de volgende categorieën financiële instrumenten opgenomen: handelsportefeuille (financiële activa en verplichtingen), gekochte leningen, verstrekte leningen en overige vorderingen en overige financiële verplichtingen. Deze posten worden gewaardeerd op nominale waarde rekening houdend met eventuele oninbaarheid of incourantheid. Financiële instrumenten omvatten tevens in contracten besloten afgeleide financiële instrumenten (derivaten). Ultimo 2014 beschikt het UMCG niet over dergelijke financiële instrumenten.
Reële waarde De reële waarde van de meeste in de balans verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, effecten, liquide middelen en lang- en kortlopende schulden wijken licht af van de geamortiseerde kostprijs ervan. Voor nadere toelichting op de financiële instrumenten wordt verwezen naar paragraaf 1.5.14. Onderhanden werk dbc's/dbc zorgproducten De toerekening van opbrengsten, kosten en winstneming op Onderhanden werk uit hoofde van DBC's/DBC-zorgproducten geschiedt naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum op basis van de tot de balansdatum gemaakte kosten voor de DBC/het DBC-zorgproduct. Uitgaven die verband houden met kosten voor de DBC/het DBC-zorgproduct die na de balansdatum tot te verrichten prestaties leiden, worden als activa verwerkt indien het waarschijnlijk is dat ze in een volgende periode zullen leiden tot opbrengsten. Verwachte verliezen op onderhanden projecten worden onmiddellijk in de winst- en verliesrekening als last verwerkt. Er is rekening gehouden met een gereedheidspercentage van 55% (2013: 57%). Op de onderhanden projecten worden de voorschotten die ontvangen zijn van verzekeraars in mindering gebracht. De waarde van de gesloten en nog niet gefactureerde dbc zorgproducten waarvoor het gereedheidspercentage 100 is, is verantwoord onder de post Nog te factureren. Vorderingen Bij de vorderingen is rekening gehouden met noodzakelijk geachte waarderingscorrecties in verband met oninbaarheid. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas-, banktegoeden en direct opeisbare deposito's met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courant schulden bij banken zijn gesaldeerd opgenomen onder de liquide middelen. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Eigen vermogen - grondslagen segmentering Het eigen vermogen is gesplitst in kapitaal, collectief gefinancierd vermogen en niet collectief gefinancierd vermogen. De segmentering van het vermogen en de gesegmenteerde resultatenrekening is gebaseerd op het onderscheid tussen collectief gefinancierde rechtspersonen en niet collectief gefinancierde rechtspersonen. De collectief gefinancierde rechtspersonen zijn: UMCG (UMCG Zorg inclusief het collectief gefinancierde deel van de FMW (UMCG O&O)), Stichting RAV UMCG, Verloskundige Stadspraktijk B.V., Stichting Zorgaanbod Hanzekliniek en B.V. Beatrixoord. De overige rechtspersonen (zie pagina 7) worden aangemerkt als niet collectief gefinancierde rechtspersonen, met uitzondering van UMCG O&O dat voor een deel collectief is en voor een deel niet collectief gefinancierd is. Deze verdeling voor UMCG O&O is gebaseerd op de financieringstromen van UMCG O&O.
Pagina 11
67 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Voorzieningen Een voorziening wordt in de balans opgenomen wanneer sprake is van: - een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een gebeurtenis in het verleden; en - waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en - het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is. Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. Waardering vindt plaats hetzij tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen en verliezen af te wikkelen, hetzij tegen de contante waarde van die uitgaven. In de enkelvoudige jaarrekening zijn de voorzieningen tekstueel nader toegelicht. Schulden Onder de langlopende schulden worden schulden opgenomen met een resterende looptijd van meer dan één jaar. De kortlopende schulden hebben een verwachte looptijd van maximaal één jaar.
1.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn, baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Baten en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar toegerekend. Opbrengsten De baten uit de academische component, de bijdrage voor de werkplaatsfunctie, de overige beschikbaarheidsbijdragen of daarmee gelijk te stellen middelen zijn berekend aan de hand van de voorschriften voor de bekostiging of subsidiëring. De overige opbrengsten zijn gebaseerd op het gefactureerde of doorberekende bedrag voor geleverde zorg, goederen en diensten, rekening houdend met mutatie OHW en specifieke contractuele afspraken met zorgverzekeraars en andere (zorg) instellingen. Sectorontwikkelingen omzetverantwoording medisch specialistische zorg 2012-2015
Inleiding De landelijke onzekerheden waarmee instellingen voor medisch specialistische zorg (ziekenhuizen, UMC’s en ZBC’s) tot en met 2013 geconfronteerd werden in de omzetverantwoording zijn in 2014 aanzienlijk afgenomen met de vaststelling van: - de uitkomst van het aanvullend omzetonderzoek 2012-2013 van het UMCG door de expertcommissie van zorgverzekeraars; - de transitiebedragen 2012 en 2013 door de NZa. De resterende onzekerheid in de omzetverantwoording 2014 van het UMCG betreft voornamelijk schattingsposten met betrekking tot: - in 2014 gesloten DBC’s, geopend in 2013 die buiten de scope van het aanvullend omzetonderzoek 2012-2013 vielen; - in 2014 geopende DBC-zorgproducten; - de afwikkeling van het FB-systeem in de loop van 2015. De schattingsposten hebben betrekking op de bepaling van financiële impact van de onrechtmatigheden over 2014, de impact op de omzetverantwoording en de toerekening aan boekjaren. Daarnaast is rondom een aantal onderwerpen nog sprake van interpretatieruimte in de registratievoorschriften. Bij de omzetbepaling van de DBC zorgproducten en overige zorgproducten, alsmede de opbrengsten uit hoofde van transitieregeling heeft het UMCG de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling gehanteerd zoals opgenomen in paragraaf 1.4.3. van deze jaarrekening. Hierbij is de “Handreiking Omzetverantwoording MSZ 2014” gevolgd, die door het Bestuurlijk Overleg onder voorzitterschap van het Ministerie van VWS is vastgesteld.
Pagina 12
68 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling
Oorzaken onzekerheden omzetverantwoording
De onzekerheden zijn in 2012 ontstaan door gelijktijdige invoering van prestatiebekostiging in combinatie met een transitiemodel, wijzigingen in de DOT-productstructuur en nieuwe wijzen van contracteren met zorgverzekeraars. Diverse van de in 2012 en 2013 gesignaleerde problemen inzake de omzetverantwoording golden in 2014 nog steeds en werken door in de verantwoording en in de interne controle over 2014. Open registratie- en declaratienormen zijn na afloop van het boekjaar 2013 nader geduid door de regelgever (laatstelijk in augustus 2014). Daarnaast zijn formele en materiële controles door de zorgverzekeraars geïntensiveerd.
Achtergrond landelijk herstelplan en stand van zaken herstelplan Voornoemde problematiek heeft geleid tot een landelijk herstelplan medio 2014 voor de ziekenhuizen zoals vastgesteld door de Minister van VWS. Kern van het herstelplan was: - Verduidelijking van normen door de NZa (medio 2014); - Een landelijk aanvullend omzetonderzoek over de jaren 2012 en 2013 en vaststelling door een expertgroep van zorgverzekeraars (ultimo 2014); - Het definitief afwikkelen van materiële controles tot en met 2011 in 2014 door zorgverzekeraars; - Definitieve vaststelling van het eerder onzekere transitiebedrag door de NZa (ultimo 2014); - Duidelijkheid over de garantieregeling kapitaallasten door de NZa; - Uitstel van de publicatietermijn van de jaarrekening 2013 tot 15 december 2014. Door vaststelling van de uitkomsten van het herstelplan heeft het UMCG duidelijkheid verkregen over de rechtmatigheidsaspecten en (resterende) onzekerheden hierin over de DBC-zorgproducten zoals die zijn afgesloten en gefactureerd in de jaren tot en met 2013. Met de vaststelling van het definitieve transitiebedrag 2012 en 2013 door de NZa in november 2014 heeft het UMCG zekerheid gekregen over de desbetreffende balanspost. Verschillen ten opzichte van eerdere inschattingen zijn als nagekomen baten en lasten uit het zelfonderzoek 2012-2013 en de definitief vastgestelde transitiebedragen verwerkt in deze jaarrekening. De onzekerheden die in de jaarrekening 2014 resteren zijn door het afsluiten van de oude jaren dan ook kleiner dan de onzekerheden in voorgaande jaren en betreffen: 1. Definitieve afwikkeling zelfonderzoek 2012/2013 met de zorgverzekeraars; 2. Rechtmatigheidscontroles MSZ 2014; 3. Toerekening van de contractafspraken met de zorgverzekeraars op schadejaar aan het boekjaar; 4. Afwikkeling FB tot en met 2011; 5. Macrobeheersinstrument; 6. Overgangsregeling kapitaallasten. Deze issues zijn (inclusief de afwikkeling hiervan) hierna toegelicht voor het UMCG.
1. Definitieve afwikkeling zelfonderzoek 2012/2013 met de zorgverzekeraars Het UMCG heeft de onderhandelingen met de zorgverzekeraars over de finale verrekening van het goedgekeurde rapportageformulier aanvullend omzetonderzoek 2012-2013 afgerond, bevestigd door de expertgroep d.d. 27 november 2014. De uitkomsten van de onderhandelingen hierover met de zorgverzekeraars zijn verwerkt in deze jaarrekening. Het UMCG mag er, behoudens vermoedens van fraude, die het UMCG niet heeft, op grond van de brief van de Minister van VWS van 22 mei 2014 dan ook op vertrouwen dat de jaren 2013 en eerder hiermee definitief afgesloten zijn.
2. Rechtmatigheidscontroles MSZ 2014 De NFU, NVZ en ZN hebben eind maart 2015 een Handreiking rechtmatigheidscontroles MSZ 2014 gepubliceerd. De NZa heeft bevestigd dat deze handreiking in overeenstemming is met publiekrechtelijke regelgeving. Naar analogie van het onderzoek over 2012/2013 kunnen instellingen zelf rechtmatigheidscontroles uitvoeren op in 2014 gesloten DBC’s en overige zorgproducten. Deze rechtmatigheidscontroles worden beoordeeld door de representerende zorgverzekeraars. Op basis van dit oordeel zullen alle verzekeraars gezamenlijk over de rechtmatigheid van de facturatie 2014 concluderen. Het UMCG heeft op basis van deze handreiking een onderzoek inzake 2014 uitgevoerd. De voorlopige uitkomsten zijn betrokken bij het opstellen van deze jaarrekening en het inschatten van de risico’s die voortvloeien uit geconstateerde onjuiste registraties en/of declaraties, rekening houdende met de contractafspraken met zorgverzekeraars. Naar verwachting zal het UMCG de definitieve rapportage vóór 30 juni 2015 aan de representerende zorgverzekeraars aanleveren en volgt voor eind oktober 2015 uitsluitsel over dit onderzoek. Dit kan naar verwachting van de raad van bestuur van het UMCG leiden tot niet-materiële, nagekomen baten of lasten. Waar nodig heeft het UMCG nuanceringen geboekt.
Pagina 13
69 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Sectorontwikkelingen omzetverantwoording medisch specialistische zorg 2012-2015 Naast de rechtmatigheidscontroles MSZ 2014 zoals opgenomen in de handreiking heeft de instelling op basis van een risicoanalyse onderzoek verricht naar de risico’s die voor het UMCG materieel zijn. In deze risicoanalyse zijn de uitkomsten van het aanvullend omzetonderzoek 2012/2013, de uitgevoerde steekproef en beschikbare overige in- en externe controles betrokken. Ook is een inschatting gemaakt van de DCM-controles over 2014 op basis van de uitkomsten 2012 en 2013 aangeleverd door zorgverzekeraars. Doelmatigheidscontroles over 2014 zullen door de zorgverzekeraars nog uitgevoerd worden, maar hoeven geen financieel effect met terugwerkende kracht te hebben op grond van publiekrechtelijke regelgeving. Ook privaatrechtelijk heeft het UMCG geen afspraken terzake gemaakt, anders dan verwerking van de aandachtspunten zoals opgenomen in het landelijke omzetonderzoek. De uit de genoemde werkzaamheden en controles voortvloeiende beste inschatting van het financieel effect op de omzet en daarmee samenhangende posten is verwerkt in deze jaarrekening.
3. Toerekening van de contractafspraken met de zorgverzekeraars op schadejaar aan het boekjaar Het UMCG heeft met de zorgverzekeraars voor 2014 schadelastafspraken op basis van aanneemsommen respectievelijk plafondafspraken gemaakt. Toerekening van de schadelastafspraken aan het boekjaar 2014 heeft plaatsgevonden op basis van een beste schatting van het voortgangspercentage ultimo 2014 in lijn met de Handreiking omzetverantwoording en rekening houdend met de verwachte effecten van het zelfonderzoek. Deze correcties zijn conform de Handreiking omzetverantwoording op de gefactureerde omzet 2014 in mindering gebracht. De uiteindelijke uitkomsten zullen later blijken uit de afrekeningen met zorgverzekeraars. In deze jaarrekening is de beste inschatting van het financieel effect op de omzet en daarmee samenhangende posten verwerkt.
4. Afwikkeling FB tot en met 2011 De NZa heeft met circulaire d.d. 4 juli 2014 de uitgangspunten voor finale afwikkeling FB kenbaar gemaakt zoals deze in overleg met de veldpartijen tot stand zijn gekomen. Tot op heden heeft nog geen verdere informatieverstrekking plaatsgevonden, anders dan dat over verdere procedures in de sector een convenant is gesloten tussen de koepels ZN, NVZ en NFU. Het UMCG heeft de jaren tot en met 2011 afgerekend, exclusief de effecten van materiële controles, welke in 2014 zijn afgerond en exclusief de aanpassing van het onderhanden werk ultimo 2011. De onzekerheid over de uitkomsten van de afwikkelingsprocedure blijft bestaan, zolang er geen sprake is van overeenstemming over de positie tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars en waar dus historische verschillen onopgelost zijn. Daarmee is sprake van onzekerheden over de juistheid en volledigheid van de opgenomen positie ultimo 2014 zoals opgenomen in de positie nog in tarieven te verrekenen bedragen in de balans.
5. Macrobeheersinstrument Uit de berekeningen van het ministerie van VWS blijkt een landelijke overschrijding van het zogenaamde macrokader ziekenhuiszorg van EUR 242 miljoen voor 2013 en voor 2014 is de overschrijding nog niet bekend. De minister neemt uiterlijk 1 mei 2016 een besluit of de handhaving van het MBI-omzetplafond 2013 wordt ingezet of dat er alternatieven zijn om de overschrijding 2013 te redresseren. Bij de opmaak van de jaarrekening is daarom niet betrouwbaar te schatten wat het effect gaat zijn van het macrobeheersinstrument voor 2013 en 2014 in latere jaren. Voor verdere toelichting rondom dit risico wordt verwezen naar paragraaf 1.5.14. inzake Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen.
6. Overgangsregeling kapitaallasten Het UMCG heeft op basis van de beleidsregel Garantieregeling kapitaallasten 2013-2016 (BR/CU-2139) en de door de NZa beschikbaar gestelde formulieren berekend op welke suppletie het UMCG recht heeft. Op basis van de berekeningen komt het UMCG tot de conclusie dat er geen rechten zijn tot suppletie.
Conclusie Raad van Bestuur De Raad van Bestuur heeft ten behoeve van de bepaling van het resultaat en de financiële positie de best mogelijke schattingen gemaakt op basis van de beschikbare informatie, onder andere met betrekking tot bovenstaande aspecten van de omzetverantwoording. De Raad van Bestuur is van mening dat, met voornoemde toelichting, de jaarrekening het vereiste inzicht geeft in het resultaat en de financiële positie van het UMCG op basis van de ons nu bekende feiten en omstandigheden.
Pagina 14
70 Jaarrekening 2014 UMCG
1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 1.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Personele kosten Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de resultatenrekening voor zover zij verschuldigd zijn aan werknemers. Pensioenen Het UMCG heeft voor haar werknemers een pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende medewerkers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij het UMCG. De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij bedrijfstakpensioenfonds ABP. Het UMCG betaalt hiervoor premies, waarvan 2/3 door de werkgever wordt betaald en 1/3 door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Vanaf 2015 moeten pensioenfondsen bij beleidsbeslissingen gebruikmaken van de zogenaamde beleidsdekkingsgraad. De beleidsdekkingsgraad is het gemiddelde van de laatste twaalf dekkingsgraden. De beleidsdekkingsgraad eind februari 2015 was 103,4%. Omdat de financiële situatie onvoldoende blijft, moet ABP voor 1 juli 2015 een nieuw herstelplan indienen bij de toezichthouder, De Nederlandsche Bank (DNB). In 2015 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van tenminste 105% te hebben. Het UMCG heeft geen verplichting tot het doen van aanvullende bijdragen ingeval van een tekort bij het ABP, anders dan het voldoen van toekomstig hogere premiebijdragen. Om deze reden worden de op een periode betrekking hebbende premiebijdragen in die periode ten laste van het resultaat gebracht. Voor de personeelsbeloningen en pensioenen is het uitgangspunt dat de in het boekjaar te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenfonds verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan, wordt hiervoor een verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal zijn van terugbetaling door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies. Financiële baten en lasten De financiële baten en lasten betreffen van derden en groepsmaatschappijen ontvangen (te ontvangen) en aan derden en groepsmaatschappijen betaalde (te betalen) interest. Tevens is hieronder opgenomen het aandeel van het UMCG in het resultaat van de op nettovermogenswaarde gewaardeerde deelnemingen danwel ontvangen dividenden van deelnemingen waarin geen invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend en waardeveranderingen van financiële vaste activa. Overige De rechten en verplichtingen uit hoofde van meerjarige financiële contracten, zoals huurcontracten, zijn niet in de balans geactiveerd en gepassiveerd. De hieruit voortvloeiende lasten zijn onder de bedrijfslasten verantwoord.
1.4.4. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. Betalingen welke voortvloeien uit langlopende leningen worden voor het gedeelte dat betrekking heeft op de rente opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als kasstroom uit financieringsactiviteiten. In deze opstelling is de mutatie van de kortlopende schulden aan de kredietinstellingen niet begrepen in de mutatie van de liquide middelen.
1.4.5. Waarderingsgrondslagen WNT Voor de uitvoering van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen in de (semi) publieke sector (WNT) heeft het UMCG zich gehouden aan de Beleidsregel toepassing WNT en deze als normenkader bij het opmaken van deze jaarrekening gehanteerd. Op het UMCG is de bezoldigingsklasse J voor de zorg van toepassing met een maximum van € 229.043. Het UMCG heeft zich geconformeerd aan de WNT, rekening houdend met de overgangsregeling.
71 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 15
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
1.5.1 Immateriële vaste activa De specificatie is als volgt: CO2 emissierechten
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
208
208
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen Af: afschrijvingen
208 -
208 -
Boekwaarde per 31 december
208
208
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Bedrijfsgebouwen en terreinen Machines en installaties Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa
303.834 44.303 79.066
328.227 50.771 76.771
16.698
7.651
Totaal materiële vaste activa
443.901
463.420
Het verloop van de immateriële vaste activa is als volgt weer te geven:
1.5.2 Materiële vaste activa De specificatie is als volgt:
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen Af: afschrijvingen Af: bijzondere waardeverminderingen Af: desinvesteringen
463.420 53.384 -68.474 -4.429
476.497 54.806 -61.507 -6.376
Boekwaarde per 31 december
443.901
463.420
Het verloop van de materiële vaste activa is als volgt weer te geven:
Naast de investeringen vermeld in de enkelvoudige jaarrekening (zie hoofdstuk 2.4.2) zijn er investeringen gedaan onder meer door de groepsmaatschappij Stichting Triade (aankoop pand L.J. Zielstraweg 2 ad. € 3,1 miljoen en verbouwing school Dirk Huizingastraat ad. € 0,7 miljoen). Voor een nadere specificatie van het verloop van de materiele vaste activa per activagroep wordt verwezen naar het mutatieoverzicht onder 1.6. In de post andere vaste bedrijfsactiva is een bedrag van € 4,3 miljoen begrepen voor medische apparatuur die onder een managed equipment services (MES) vallen (financial lease). Dit betreft een contract voor beeldvormende apparatuur waarbij door het UMCG kan worden beschikt over de laatste stand van de techniek.
72 Jaarrekening 2014 UMCG
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
1.5.3 Financiële vaste activa De specificatie is als volgt:
Deelnemingen Overige vorderingen Totaal financiële vaste activa
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
6.386 3.862
4.880 3.751
10.248
8.631
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt weer te geven:
Boekwaarde per 1 januari Bij: kapitaalstorting Bij: verstrekte leningen Bij: renteopbouw Af: waardeveranderingen Af: aflossingen Bij: overige (herrubricering vanuit overige vorderingen) Boekwaarde per 31 december
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
8.631 651 1.096 560 -690 -
7.346 961 1.052 20 -110 -638 -
10.248
8.631
De mutaties kapitaalstorting en verstrekte leningen betreffen hoofdzakelijk mutaties in de deelnemingen van Stichting Triade. De mutaties voorzover die het UMCG betreffen, zijn toegelicht in de enkelvoudige jaarrekening.
1.5.4 Voorraden 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
9.132 97 2.734
8.517 96 1.395
11.963
10.008
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Onderhanden werk DBC's/DBC zorgproducten A-segment (inclusief OVP) Onderhanden werk DBC's/DBC zorgproducten B-segment Af: ontvangen voorschotten
45.161 57.761 -14.972
38.636 60.321 -24.812
Totaal onderhanden werk
87.950
74.145
De specificatie is als volgt:
Medische middelen Voedingsmiddelen Overige voorraden Totaal voorraden
1.5.5 Onderhanden werk uit hoofde van dbc's /dbc zorgproducten De specificatie is als volgt:
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
73 Jaarrekening 2014 UMCG
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
1.5.6 Vorderingen en schulden uit hoofde van bekostiging Vorderingen uit hoofde van bekostiging:
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
1. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort 2. Vorderingen uit hoofde van transitieregeling 3. Vordering uit hoofde van Nacalculatie doorloop DBC's 2012
631 6.654 -
4.899 1.722 -
Totaal vorderingen uit hoofde van bekostiging
7.285
6.621
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
1. Schulden uit hoofde van financieringsoverschot 2. Schulden uit hoofde van transitieregeling 3. Schuld uit hoofde van Nacalculatie doorloop DBC's 2012 4. Schulden uit hoofde van macrobeheersinstrument
25.872 7.024 -
26.320 8.235 -
Totaal schulden uit hoofde van bekostiging
32.896
34.555
Schulden uit hoofde van bekostiging:
Specificatie vorderingen en schulden uit hoofde van financieringstekort respectievelijk financieringsoverschot t/m 2011
2012
2013
2014
totaal
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
-37.143
16.485
-763
-
-21.421
Financieringsverschil boekjaar Correcties voorgaande jaren Betalingen/ontvangsten
-49 63 1.336
182 -5.352
-49 245 -4.016
Subtotaal mutatie boekjaar
1.399
-5.170
-
-49
-3.820
-35.744
11.315
-763
-49
-25.241
Saldo per 1 januari
Saldo per 31 december
In aanvulling op hetgeen staat vermeld in de enkelvoudige jaarrekening geldt dat de nacalculatie voor RAV/AZG inzake 2014 is opgesteld en tot en met 2013 bij de NZa zijn ingediend en verwerkt.
Waarvan gepresenteerd als: - vorderingen uit hoofde van financieringstekort - schulden uit hoofde van financieringsoverschot
74 Jaarrekening 2014 UMCG
31-12-2014
31-12-2013
x € 1.000
x € 1.000
631 25.872
4.899 26.320
-25.241
-21.421
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
1.5.6 Vorderingen en schulden uit hoofde van bekostiging Specificatie financieringsverschil in het boekjaar
Wettelijk budget aanvaardbare kosten Vergoedingen ter dekking van het wettelijk budget Totaal financieringsverschil
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
19.641 19.690
19.496 20.259
-49
-763
Sec de stichting RAV / UMCG kent in 2014 een wettelijk budget. De overige groepsmaatschappijen worden op een andere wijze gefinancierd.
Specificatie vorderingen uit hoofde van transitieregeling en schulden uit hoofde van transitieregeling De specificatie is als volgt:
Schaduwbudget (o.b.v. afspraken met zorgverzekeraars) Af: A omzet (inclusief overloop) Af: B nieuw (binnen transitiemodel = B-2012) honorariumomzet loondienst met vergoeding in schaduwbudget in B nieuw Transitiebedrag
Waarvan gepresenteerd als: - vordering uit hoofde van transitieregeling - schulden uit hoofde van transitieregeling
De transitievordering kan als volgt worden gespecificeerd: Transitievordering 2013 CvR Transitieschuld 2012 Stichting Erfelijksheidsvoorlichting Transitieschuld 2013 Stichting Erfelijksheidsvoorlichting Voorlopige terugbetaling Stichting Erfelijksheidsvoorlichting De transitieschuld kan als volgt worden gespecificeerd: Transitieschuld 2012 UMCG Transitieschuld 2013 UMCG
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
75 Jaarrekening 2014 UMCG
Transitie % 95% 95% 70%
95% 70%
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
460.697 461.506 1.724
456.696 458.347 1.527
-2.533
-3.178
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
6.654 7.024 370
1.722 8.235 6.513
4.812 301 222 -2.365 6.654 4.044 2.980 7.024
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
1.5.7 Overige vorderingen 31-dec-14
31-dec-13
De specificatie is als volgt:
x € 1.000
x € 1.000
Vorderingen op debiteuren Nog te factureren omzet DBC's / DBC-zorgproducten Vooruitbetaalde bedragen Nog te ontvangen bedragen Overige vorderingen en overlopende activa
74.806 169.410 7.001 15.563 538
72.875 194.206 1.829 26.585 4.997
Totaal vorderingen en overlopende activa
267.318
300.492
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
-
-
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Bankrekeningen Depositorekeningen Kassen en kruisposten
148.193 7.035 38
63.867 69.057 28
Totaal liquide middelen
155.266
132.952
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
1.5.8 Effecten
Effecten
1.5.9 Liquide middelen De specificatie is als volgt:
76 Jaarrekening 2014 UMCG
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
1.5.10 Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten: 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
3.475 212.110 52.502
3.475 194.185 48.664
Totaal eigen vermogen
268.087
246.324
Kapitaal
Kapitaal
Saldo per 1-jan-2014
Resultaatbestemming
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2014
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
3.475
3.475
Collectief gefinancierd gebonden vermogen Het verloop is als volgt weer te geven: Saldo per 1-jan-2014
Resultaatbestemming
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2014
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
Algemene reserves
80.270
22.030
671
102.971
Bestemmingsreserves: Afschrijvingen materiële vaste activa Apparatuurfonds O&O Doelmatigheidsonderzoek Budgetreserve afdelingen/sectoren Richtlijn afschrijving inventaris Aanpassingen op het gebied van opleidingen Specifieke onderzoeksprojecten Vooruitontvangen kapitaalslasten
28.495 1.411 3.204 29.657 10.270 1.041 2.422 37.399
-1.253
Bestemmingsfondsen: Fundaties
-14 -10.625 3.957 675 2.500
16
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
194.185
27.242 1.411 3.190 19.032 14.227 1.041 3.097 39.899
17.270
-16
-
655
212.110
Een bedrag van € 0,7 miljoen onder de overige mutaties bij de algemene reserves betreft de vermogenscorrecties van twee groepsmaatschappijen waarvan de definitieve jaarcijfers 2013 afwijken van de cijfers zoals die zijn verwerkt in de UMCG jaarrekening 2013. Voor de toelichting op de mutaties van de resultaatsbestemming wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
77 Jaarrekening 2014 UMCG
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
1.5.10 Eigen vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Het verloop is als volgt weer te geven:
Saldo per 1-jan-2014
Resultaatbestemming
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2014
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
Algemene reserves: Groepsmaatschappijen
29.163
1.526
-
30.689
Bestemmingsreserves: Groepsmaatschappijen
19.501
2.312
Totaal niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
48.664
3.838
21.813 -
52.502
Eigen vermogen 2014
Resultaat 2014
x € 1.000
x € 1.000
268.087 226.248 41.839
21.108 17.681 3.427
Specificatie aansluiting geconsolideerd - enkelvoudig vermogen per 31 december 2014 en het resultaat over 2014
UMCG - geconsolideerd eigen vermogen en resultaat UMCG - enkelvoudig eigen vermogen en resultaat Verschil
Het verschil tussen het eigen vermogen en resultaat volgens de enkelvoudige jaarrekening en het groepsvermogen en resultaat (exclusief aandeel derden) volgens de geconsolideerde jaarekening wordt verklaard door de stichtingen die in de geconsolideerde jaarrekening zijn opgenomen.
UMCG - enkelvoudig eigen vermogen en resultaat
Eigen vermogen 2014
Resultaat 2014
x € 1.000
x € 1.000
226.248
17.681
114 1.903 437 725
-2 21 170 61
7.363 31.283 14 -
1.503 1.680 -26 20
268.087
21.108
Kernactiviteit Stichting Thomassen à Thuessink Stichting Bewegen en Ademhalen Stichting Duizendpoot Stichting Prenatale Screening Noord-Oost Nederland Stichting RAV/AZG Stichting Triade Stichting Zorgaanbod Hanzekliniek Overige (verwerkte vermogenssprongen)
Kunstgenootschap Exploitatie sportfaciliteiten Uitlenen personeel Kwaliteitsbewaking o.g.v. prenatale screening Ambulancediensten Service organisatie Patiëntenzorg (ZBC)
UMCG - geconsolideerd eigen vermogen en resultaat
78 Jaarrekening 2014 UMCG
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
1.5.11 Voorzieningen Voorziening uit hoofde van macrobeheersinstrument 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
-
-
Voorziening uit hoofde van marcobeheersinstrument (MBI) Voor nadere toelichting wordt verwezen naar 1.5.14 Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen.
Overige voorzieningen Het verloop is als volgt weer te geven: Claims, geschillen en rechtsgedingen
Sociaal beleid
Groot onderhoud
Overige voorzieningen
Totaal
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
Totaal voorzieningen per 1-1-2014 Bij: dotaties Af: onttrekkingen/vrijval
85.001 645 -17.473
35.188 11.079 -12.668
82.053 27.477 -17.607
14.000 800
216.242 40.001 -47.748
Totaal voorzieningen per 31-12-2014
68.173
33.599
91.923
14.800
208.495
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Langlopende schulden aan kredietinstellingen Overige langlopende schulden
197.185 25.845
211.530 32.012
Totaal langlopende schulden
223.030
243.542
Het verloop van de langlopende schulden aan kredietinstellingen is als volgt weer te geven:
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari Bij: nieuwe leningen Af: aflossingen
226.297 -14.801
215.729 25.000 -14.432
Stand per 31 december Af: aflossingsverplichting komend boekjaar
211.496 -14.311
226.297 -14.767
Stand langlopende schulden aan kredietinstellingen per 31 december
197.185
211.530
Voor een toelichting op de voorzieningen wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
1.5.12 Langlopende schulden De specificatie is als volgt:
79 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 23
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
1.5.12 Langlopende schulden
Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.) (aflossingsverplichtingen) Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.) (balanspost) Restschuld over 5 jaar
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
14.311 197.185 141.442
14.767 211.530 154.279
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden aan kredietinstellingen wordt verwezen naar de bijlage 1.8. en de enkelvoudige jaarrekening. De aflossingsverplichtingen voor 2015 zijn verantwoord onder de kortlopende schulden. De reële waarde van de langlopende leningen wijkt licht af van de geamortiseerde kostprijs van de langlopende leningen.
1.5.13 Kortlopende schulden en overlopende passiva De specificatie is als volgt:
Te betalen rente Crediteuren Aflossingsverplichtingen langlopende leningen Reservering (extra) persoonlijk budget Belastingen en sociale premies Schulden terzake pensioenen Nog te betalen salarissen Vakantiegeld en -dagen OTO-gelden Vooruitontvangen subsidies 3e geldstroom Overige schulden en overlopende passiva Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
1.575 31.042 14.311 10.244 31.898 9.596 3.765 46.102 885 59.435 42.778
1.777 36.994 14.767 7.861 30.984 10.449 3.411 45.063 802 56.412 47.294
251.631
255.814
1.5.14 Financiële instrumenten
Algemeen Het UMCG heeft een treasurystatuut waarin de procedures en gedragslijnen zijn vastgesteld ten aanzien van het handelen in financiële instrumenten. Dit statuut heeft ten doel het kredietrisico, rente- en kasstroomrisico, liquiditeitsrisico en valutarisico te beperken.
Kredietrisco Het UMCG heeft een treasurystatuut waarin de procedures en gedragslijnen zijn vastgelegd om de omvang van het kredietrisico te beperken. Het UMCG loopt kredietrisico over leningen en vorderingen opgenomen onder de financiële vaste activa, debiteuren en overige vorderingen. Het maximale kredietrisico bedraagt EUR 261 miljoen. Dit betreft hoofdzakelijk vorderingen op debiteuren en zorgverzekeraars. Deze vorderingen zijn verspreid over diverse zorgverzekeraars. Op basis van betalingsgedrag uit het verleden blijken hier geen grote risico’s uit.
Renterisico en kasstroomrisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij de meeste leningen is sprake van een vast rentepercentage gedurende minimaal tien jaar (met renteherziening). De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd. Renterisico's worden beoordeeld in relatie tot de geldende spreidingsnormen, de actuele rentestructuur en de verwachte renteontwikkelingen. Op basis hiervan wordt besloten welke acties worden ondernomen om renterisico's in te dekken of het renteresultaat verder te optimaliseren. Voor het indekken van renterisico's gelden interne richtlijnen, waarbij meestal conventionele instrumenten worden ingezet, maar waarbij ook het indekken met behulp van derivaten tot de mogelijkheden behoort. Pagina 24
80 Jaarrekening 2014 UMCG
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014
1.5.14 Financiële instrumenten
Liquiditeitsrisico Het UMCG bewaakt de liquiditeitspositie door middel van liquiditeitsprognoses. Het management ziet erop toe dat voor de instelling steeds voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen en dat tevens voldoende financiële ruimte onder de beschikbare faciliteiten beschikbaar blijft om steeds binnen de gestelde leningconvenanten te blijven.
Valutarisico Transacties in vreemde valuta worden meteen geboekt tegen de wisselkoers op datum van de transacties. Monetaire activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers per jaareinde.
1.5.15 Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen Verplichtingen uit hoofde van het macrobeheersinstrument Het macrobeheersinstrument (MBI) kan door de minister van VWS worden ingezet bij overschrijdingen van het macrokader zorg. Het MBI is uitgewerkt in de Aanwijzing macrobeheersmodel instellingen voor medisch specialistische zorg. Inzet van het MBI betekent een terugvordering bij instellingen voor medisch specialistische zorg. Jaarlijks wordt door de Nederlandse Zorgautoriteit (Nza) ambsthalve een MBI-omzetplafond vastgesteld. Tevens wordt door de NZa jaarlijks een omzetplafond per instelling vastgesteld, die afhankelijk is van de realisatie van het MBI-omzetplafond van alle instellingen gezamenlijk. Deze vaststelling vindt plaats nadat door de Minister van VWS de overschrijding van het MBI-omzetplafond uiterlijk vóór 1 december van het opvolgend jaar is gecommuniceerd. De verplichting uit hoofde van het MBI 2012 die er ultimo 2013 nog wel was, is vervallen en wordt meegenomen in de groeiruimte in 2016, zo heeft de Minister van VWS op 31 maart 2015 besloten. Op het beschikbare macrokader 2016 zal eenmalig € 70 miljoen in minder worden gebracht in verband met de overschrijdingen 2012. Het macrokader over 2013 is op basis van cijfers van het Ministerie van VWS overschreden met een te verrekenen bedrag van maximaal € 242 miljoen. De minister neemt uiterlijk 1 mei 2016 een besluit of de handhaving van het MBI-omzetplafond 2013 daadwerkelijk wordt ingezet, of dat er alternatieven zijn om de alsdan definitief vast te stellen overschrijding 2013 te redresseren. Voor 2014 is het MBI-omzetplafond door de NZa vastgesteld op € 18.269 miljoen (prijsniveau 2013). Bij het opstellen van de jaarrekening 2014 is niet bekend of sprake is van een overschrijding van het MBI-omzetplafond over 2014. Het UMCG is niet in staat een betrouwbare inschatting te maken of er uiteindelijk sprake zal zijn van een daadwerkelijke verplichting voor het UMCG voortkomende uit het MBI. Hierdoor is deze mogelijke verplichting niet tot uitdrukking gebracht in de balans van het UMCG per 31 december 2014.
Verloopoverzicht investeringsruimte trekkingsrechten (Centrum voor Revalidatie) 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Nog niet bestede investeringsruimte per 1 januari Correctie investeringen 2012 Bij: indexering niet-bestede investeringsruimte Af: investeringen verslagjaar
10.262 -
19.647 -1.514 314 -8.185
Beschikbare investeringsruimte 31 december
10.262
10.262
Het verloop is als volgt weer te geven:
Gemelde, lopende en geplande investeringsprojecten leggen voor het gehele beschikbare bedrag beslag op deze investeringsruimte per 31 december 2014.
81 Jaarrekening 2014 UMCG
1.5 Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2014 1.5 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014
Overige Voor de locatie UMCG Radiotherapie Emmen is in 2012 een langdurig huurcontract (40 jaar) afgesloten voor een totale waarde van € 18,2 miljoen (gebaseerd op huidige jaarhuurprijs van € 454.860, zonder indexatie). De resterende huurverplichting is € 17,3 miljoen. Het UMCG heeft zich als borg garant gesteld voor leningen die door RAV/UMCG (onderdeel van de UMCG groep) zijn aangegaan voor een totale restschuld van € 3,2 miljoen, inclusief de contractuele aflossingsverplichtingen voor 2015. In 2014 heeft het UMCG een managed equipment services (MES) contract afgesloten met een looptijd van 15 jaar. Dit betreft een contract voor beeldvormende apparatuur waarbij door het UMCG kan worden beschikt over de laatste stand van de techniek. De jaarlijkse verplichting bedraagt circa € 8,1 miljoen exclusief btw. In 2015 is er een compliance audit geweest door een leverancier op de naleving van de sitelicentie van het UMCG. Hieruit is naar voren gekomen dat de leverancier mogelijk een claim indient bij het UMCG. Aangezien de omvang en definitieve hoogte van de te betalen claim niet betrouwbaar kan worden geschat, is deze mogelijke verplichting niet in de balans tot uitdrukking gebracht. Door het UMCG wordt in afstemming met de NAM B.V. een onderzoek gedaan naar de aardbevingsbestendigheid van onze gebouwen en de kritische apparatuur. Medio 2015 worden de uitkomsten gerapporteerd. De kosten van voorgaand onderzoek en de extra kosten bij nieuwbouwprojecten, welke starten in 2015, in het kader van aardbevingsbestendigheid worden door de NAM B.V. betaald.
1.5.15 Financiële kengetallen
2014
2013
Solvabiliteitsratio 1 = gecorrigeerd eigen vermogen / gecorrigeerd totaal vermogen 26,7% (vermogen wordt gecorrigeerd voor immateriële vaste activa, deelnemingen en vorderingen op groepsmaatschappijen)
24,3%
Solvabiliteitsratio 2 = eigen vermogen / totaal vermogen
27,2%
24,7%
3,7
3,6
61%
60%
Debt Service Coverage Ratio = EBITDA van het afgesloten boekjaar / jaarlijks bruto rentelasten plus aflossingen in het afgesloten boekjaar Loan To Value = totaal langlopende, rentedragende schulden als percentage van de waarde van alle onroerende zaken (gebouwen en installaties)
82 Jaarrekening 2014 UMCG
3.027
3.229
0,0%
Boekwaarde per 31 december 2014
Afschrijvingspercentage
5,0%
-161.458
-8.519
2,5%
137.599
299.057
11.546
-10.106
9.843
4.223
-1.359
-9.843
-10.347
241
147.705
308.659 -160.954
-4.223
-1.359
4.386
15.769 -11.383
x € 1.000
Permanente gebouwen
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
3.229
3.229
Boekwaarde per 1 januari 2014
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
3.229
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
Terreinvoorzieningen
Grond
1.6.1 WTZi/WMG - gefinancierde materiële vaste activa
1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
5,0%
0
-1.765
1.765
-769
-769
769
1.765 -996
x € 1.000
Semi-perm. gebouwen
Pagina 27
5%/10%
6.930
-10.671
17.601
-2.215
1.734
-1.734
-2.221
6
9.145
19.329 -10.184
x € 1.000
Verbouwingen
5,0%
10.639
-126.426
137.065
-3.264
9.280
-9.280
-3.264
13.903
146.345 -132.442
x € 1.000
Installaties
12,5%
52.748
-149.873
202.621
12,5%
4.665
-6.245
10.910
-55
1.091
30 1.677
-1.206
250
-250
-1.605
1.665
4.720
10.701 -5.981
x € 1.000
Vervoermiddelen
-4.344
7.262
-7.262
-18.492
24.483
51.071
189.744 -138.673
x € 1.000
Inventaris
33,3%
8.372
-35.021
43.393
3.422
3.229
-3.229
-4.953
8.375
4.950
38.247 -33.297
x € 1.000
Automatisering
0,0%
4.675
4.675
2.842
2.842
1.833
1.833
x € 1.000
Onderhanden projecten
231.884
-499.978
731.862
-9.827
1.121
-5.550
35.821
-35.821
-43.010
37.612
241.711
735.621 -493.910
x € 1.000
Subtotaal WTZi/WMG
1.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
83 Jaarrekening 2014 UMCG
84 Jaarrekening 2014 UMCG 5,0%
0,0%
14.647
Boekwaarde per 31 december 2014
Afschrijvingspercentage
-3.556
-3.556
14.647
18.203
1.223
18.203
1.223
-892
-892
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
2.115
13.424
16.088 -2.664
x € 1.000
Subtotaal
2.115
13.424
Boekwaarde per 1 januari 2014
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
16.088 -2.664
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
Onderhanden Projecten
Trekkingsrechten
1.6.2 WTZi-meldingsplichtige materiële vaste activa
1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
5,0%
6.610
-22.778
29.388
-2.643
6.610
-22.778
29.388
-2.643
5.683
5.683
-2.643
0
9.253
35.071 -25.818
x € 1.000
Subtotaal
-5.683
0,0%
x € 1.000
Onderhanden Projecten
-5.683
-2.643
9.253
35.071 -25.818
x € 1.000
Instandhouding
21.257
-26.334
47.591
-1.420
5.683
-5.683
-3.535
2.115
22.677
51.159 -28.482
x € 1.000
Subtotaal meldingspl. activa
1.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
0,0%
Afschrijvingspercentage
2,5%
34.292
2.328
Boekwaarde per 31 december 2014 5,0%
-955
-16.489
5,0%
-
955
50.781
1.656
Pagina 29
5,0%
213
-671
884
-45
5,0%
13.218
-15.530
28.748
-306
-1.178
13.524
27.876 -14.352
x € 1.000
Installaties
-1.615
-45
258
884 -626
x € 1.000
Verbouwingen
872
0
-
955 -955
x € 1.000
Semi-perm. gebouwen
3.271
32.636
47.510 -14.874
x € 1.000
Permanente gebouwen
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
2.328
2.328
Boekwaarde per 1 januari 2014
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
2.328
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
Terreinvoorzieningen
Grond
1.6.3 Niet WTZi/WMG-gefinancierde materiële vaste activa
1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
-1.338
-104
64.774
108.314 -43.540
x € 1.000
Subtotaal niet WTZi/WMG
12,5%
13.163
-11.061
24.224
-2.698
12,5%
0
0
33,3%
118
0
118
63.332
-44.706
108.038
-1.442
0
0
172
0,0%
x € 1.000
Onderhanden projecten
172
-48
217
-265
166
383 -217
x € 1.000
Automatisering
-172
0
14
-15
1
15 -14
x € 1.000
Vervoermiddelen
-172
1.269
-3.967
15.861
28.363 -12.502
x € 1.000
Inventaris
1.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
85 Jaarrekening 2014 UMCG
4.733
5.578
0,0%
Boekwaarde per 31 december 2014
Afschrijvingspercentage
5,0%
-2.437
-3.874
2,5%
15.729
18.166
-543
-331
5,0%
3.809
-2.803
6.612
Pagina 30
5%/10%
65.110
-68.076
133.186
-11.104
1.003
-17.320
531
8.607
5.578
-30
-331
6.216
76.214
127.973 -51.759
x € 1.000
-1.003
-608
-851
4.140
6.612 -2.472
x € 1.000
Semi-perm. Verbouwingen gebouwen en techn.inst.h.
-531
65
16.272
821
4.763
18.632 -2.360
x € 1.000
Permanente gebouwen
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
5.578
Boekwaarde per 1 januari 2014
7.786 -3.023
x € 1.000
x € 1.000
5.578
Terreinvoorzieningen
Grond
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
1.6.4 DHAZ-gefinancierde materiële vaste activa
1.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
5,0%
20.446
-9.352
29.798
-1.027
-1.481
454
21.473
29.344 -7.871
x € 1.000
Installaties
0,0%
12.023
12.023
6.205
6.205
5.818
5.818
x € 1.000
Onderhanden projecten
127.428
-86.542
213.970
-6.830
1.534
-1.534
-20.591
13.761
134.258
201.743 -67.485
x € 1.000
Subtotaal DHAZ
443.901
-657.560
1.101.461
-19.519
1.121
-5.550
43.210
-43.210
-68.474
53.384
463.420
1.096.837 -633.417
x € 1.000
Totaal materiële vaste activa
1.6 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
86 Jaarrekening 2014 UMCG
Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ
Brief-nummer
9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003
Datum
Verbouwing afd. C1 (CvR) Kleinere werken CvR Werken RAV/UMCG Werken St. BEA Aankoop pand L.J. Zielstraweg 2 (St. Triade) Verbouw Dirk Huizinga School (St. Triade) Kleinere werken Stichting Triade Uitbreiding infrastructuur Eemspoort Verbouwing ok-kleedruimten div.etages Verbouwing CCU Verbouwing beddenhuis D 2e verdieping Vervangen regelkasten bd. 54 Verbouwing Mortuarium Aanpassen inrit P-garage Noord Aanpassen/vervangen SER en PIA Nieuwbouw Data Center Vervanging basisinstallaties MVC Verbouw 2e en 3e verd. MVC-gebouw Diverse werken locatie Groningen
Omschrijving
Projectgegevens
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ
Trekkingsr. Trekkingsr.
WTZi-type
1.7.1 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN PROJECTEN (GECONSOLIDEERD)
1.7 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN EN GEREEDGEKOMEN PROJECTEN
23.109
7.651
Pagina 31
3.230
2.392 1.574 497 658
27 297 12
361
414 4.543 247 49 3.098 658 338 806 64 2.771 901 644 126 284 383 4.553
x € 1.000
1.701 132
2014 x € 1.000
t/m 2013
14.062
1.574 497 3.292
423
901
247 49 3.098 658 338 806 64
2.115
x € 1.000
16.698
596
296 383 6.945
671
3.132
4.675
x € 1.000
t/m 2014 ondergereed handen
Investeringen
x € 1.000
Nominaal bedrag WTZi x € 1.000
Indexering WTZi x € 1.000
Aangepaste goedkeuring
Goedkeuringen
2014 2015 2014 2014 2014 2014 2014 2014 2014 2015 2014 2015 2014 2015 2015 2015 2014 2014 2014/2015
Jaar van oplevering
1.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden en gereedgekomen projecten
87 Jaarrekening 2014 UMCG
Totaal
Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ
Brief-nummer
9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003
Datum
Verbouwing afd. C1 (CvR) Werken RAV/UMCG Werken St. BEA Aankoop pand L.J. Zielstraweg 2 (St. Triade) Verbouw Dirk Huizinga School (St. Triade) Kleinere werken St. Triade Uitbreiding infrastructuur Eemspoort Verbouwing Mortuarium Verbouwing beddenhuis D 2e verdieping Verbouwing ok-kleedruimten div.etages Verbouw 2e en 3e verd. MVC-gebouw Vervanging basisinstallaties MVC Diverse werken locatie Groningen
Omschrijving
Projectgegevens
n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ
Trekkingsr.
1.7.2 SPECIFICATIE IN HET BOEKJAAR GEREEDGEKOMEN PROJECTEN (GECONSOLIDEERD)
1.7 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN EN GEREEDGEKOMEN PROJECTEN
Pagina 32
9.919
806 423 901 64 497 1.574 3.292
2.115 247
WMG x € 1.000
WTZi x € 1.000
-
4.143
49 3.098 658 338
x € 1.000
Overige
Investeringen Totaal
14.062
2.115 247 49 3.098 658 338 806 423 901 64 497 1.574 3.292
x € 1.000
496
40 21 45 3 25 79 165
106 12
x € 1.000
x € 1.000
297
24 13 27 2 15 47 99
63 7
Toekomstige lasten Afschrijving WTZi Rentekosten
1.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden en gereedgekomen projecten
88 Jaarrekening 2014 UMCG
Totaal
FGH Bank FGH Bank FGH Bank NWB Bank ASN Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank ABN AMRO ING Bank BNG Bank BNG Bank Nat. Rest. Fonds BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank Rabobank Rabobank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank
Leninggever
11-3-1994 11-3-1994 20-8-1996 1-10-2001 30-11-2001 29-11-2001 2-12-2002 2-12-2002 15-4-2004 28-6-2004 25-10-2004 30-10-2014 18-7-2005 1-11-2005 1-5-2007 1-10-2009 1-12-2009 1-12-2009 1-10-2009 14-4-2010 14-4-2010 1-12-2011 1-12-2011 1-11-2013 1-11-2013
Datum
45.378 45.378 22.689 20.420 20.420 25.000 1.375 650 600 10.000 20.000 13.300 700 800 162 10.000 25.000 25.000 40.000 1.000 1.000 10.000 15.000 10.000 15.000
x € 1.000
Hoofdsom
20 40 40 30 30 30 40 40 40 30 30 10 40 40 30 10 20 30 30 25 25 7 20 20 7
Totale looptijd in jaren
Hypothecair Hypothecair Hypothecair Onderhands Onderhands Onderhands Hypothecair Hypothecair Hypothecair Onderhands Onderhands Onderhands Hypothecair Hypothecair Hypothecair Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Hypothecair Hypothecair Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands
Soort lening
5,142 5,848 5,848 3,215 3,560 3,390 4,850 4,850 4,200 3,050 3,990 2,070 3,400 3,520 1,000 4,430 5,000 5,470 5,420 3,200 4,150 2,680 2,645 2,860 1,920
%
Pagina 33
-
14.801
560 640 130 6.000 20.000 21.667 34.667 739 739 7.143 13.500 10.000 15.000
226.297
x € 1.000
454 1.134 567 681 681 833 34 17 15 333 14.000 -13.300 17 20 5 1.000 1.250 834 1.333 36 35 1.429 750 500 2.143
x € 1.000
454 21.157 11.472 12.252 12.252 15.000 997 471 457 7.000 14.000
x € 1.000
211.496
9.975 455 520 100
13.300 543 620 125 5.000 18.750 20.833 33.334 703 704 5.714 12.750 9.500 12.857
141.442
9.000 7.000 2.143
12.500 16.667 26.667 563 563
14.351 8.069 8.168 8.168 10.000 791 374 368 5.000
x € 1.000
20.023 10.905 11.571 11.571 14.167 963 454 442 6.667
x € 1.000
Werke- Restschuld Restschuld Nieuwe Restschuld Aflossing in lijke- 31 december leningen in 31 december 2014 over 5 jaar rente 2013 2014 2014
1.8 OVERZICHT LANGLOPENDE SCHULDEN AAN KREDIETINSTELLINGEN ULTIMO 2014
10 31 31 23 5 15 25 25 21 21 4 17 19 6
4 4 17 17 17 28 28 29 20 Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair
Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair
14.311
665 17 20 5 1.000 1.250 834 1.334 35 35 1.429 750 500 2.143
1.134 567 681 681 833 34 16 15 333
x € 1.000
Resterende looptijd in AflosAflossing jaren eind singswijze 2015 2014
Geen Borg AZG Borg AZG Hypotheek +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. Hypotheek Hypotheek +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus.
Hypotheek Hypotheek Rijk Rijk Geen Borg AZG Borg AZG Borg AZG Geen
Gestelde zekerheden
1.8 Overzicht langlopende schulden aan kredietinstellingen ultimo 2014
89 Jaarrekening 2014 UMCG
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 1.9.0 GESEGMENTEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014
Collectief gefinancierde rechtspersonen 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
26.501 329.525 279.434 3.777 39.071 320.116 32.093
26.486 307.917 264.476 12.985 32.987 308.957 21.338
1.030.517
975.146
637.824 60.420 305.715
591.542 53.943 298.908
Som der bedrijfslasten
1.003.959
944.393
BEDRIJFSRESULTAAT
26.558
30.753
Financiële baten en lasten
-8.392
-12.019
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING
18.166
18.734
-
-
18.166
18.734
BEDRIJFSOPBRENGSTEN Opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties Omzet DBC's/ DBC zorgproducten A segment Omzet DBC's/ DBC zorgproducten B segment Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen Niet gebudgetteerde zorgprestaties Subsidies Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten
Buitengewone baten en lasten RESULTAAT BOEKJAAR
90 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 34
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 1.9.0 GESEGMENTEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014
Niet collectief gefinancierde rechtspersonen 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Niet gebudgetteerde zorgprestaties Overige bedrijfsopbrengsten
2.852 116.695
3.165 135.740
Som der bedrijfsopbrengsten
119.547
138.905
65.952 1.433 50.673
77.295 4.632 57.894
Som der bedrijfslasten
118.058
139.821
BEDRIJFSRESULTAAT
1.489
-916
Financiële baten en lasten
1.453
2.497
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING
2.942
1.581
-
-
2.942
1.581
BEDRIJFSOPBRENGSTEN
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten
Buitengewone baten en lasten RESULTAAT BOEKJAAR
AANSLUITING TOTAAL RESULTAAT MET RESULTAAT SEGMENTEN 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
18.166 2.942
18.734 1.581
21.108
20.315
Resultaat volgens gesegmenteerde resultatenrekeningen Collectief gefinancierde rechtspersonen Niet collectief gefinancierde rechtspersonen Resultaat volgens geconsolideerde resultatenrekening
91 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 35
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 BATEN
1.9.1 Opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties De specificatie is als volgt: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten ZVW-zorg Beschikbaarheidsbijdrage vast segment
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
19.641 6.860
19.496 6.990
26.501
26.486
Voor een overzicht van de mutaties van het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten in 2014 ten opzichte van 2013 wordt verwezen naar 1.9.17 Mutatieoverzicht wettelijk budget voor aanvaardbare kosten ZVW-zorg.
1.9.2 Omzet DBC's/ DBC zorgproducten A segment (inclusief OVP) 2014
2013
De specificatie is als volgt:
x € 1.000
x € 1.000
Gefactureerde omzet DBC's/DBC-zorgproducten A segment Mutatie onderhanden projecten DBC's / DBC-zorgproducten A segment
323.000 6.525
311.822 -3.905
329.525
307.917
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
1.9.3 Omzet DBC's/ DBC zorgproducten B segment 2014
2013
De specificatie is als volgt:
x € 1.000
x € 1.000
Gefactureerde omzet DBC's/DBC-zorgproducten B segment Mutatie onderhanden projecten DBC's / DBC-zorgproducten B segment
281.994 -2.560
241.883 22.593
279.434
264.476
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
1.9.4 Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen De specificatie is als volgt: Opbrengst uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag medisch specialistische zorg Bijstelling geschatte omzet 2012 o.b.v. transitieregeling Opbrengst uit hoofde van verrekenbedrag curatieve geestelijke gezondheidszorg Realisatie doorloop DBC's 2012 onder aftrek van het onderhanden werk primo 2012 curatieve geestelijke gezondheidszorg
92 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 36
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
3.777 -
28.466 -15.481 -
3.777
12.985
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 BATEN
1.9.4 Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen Opbrengst uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag De opbouw per jaar is als volgt:
2014 x € 1.000
Transitiebedrag 2012 Transitiebedrag 2013
395 3.382 3.777
De transitiebate 2012 en 2013 betreft de bijstelling tussen de voorlopig en definitief toegekende verrekenbedrag voor 2012 en 2013. 1.9.5 Niet gebudgetteerde zorgprestaties
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Zorgprestaties tussen instellingen Zorgprestaties derde compartiment Overige zorgprestaties
8.384 755 32.784
7.851 773 27.528
Totaal
41.923
36.152
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
84.907 79.253 54.167 95.694 6.095
81.757 76.844 48.415 95.070 6.871
320.116
308.957
De specificatie is als volgt:
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
1.9.6 Subsidies De specificatie is als volgt: Rijksbijdrage ten behoeve van de werkplaatsfunctie RUG bijdrage ten behoeve van onderwijs en onderzoek Opleidingsfonds Academische component Overige subsidies
1.9.7 Overige bedrijfsopbrengsten
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
86.548 62.240
86.413 70.665
148.788
157.078
De specificatie is als volgt: Overige dienstverlening (2e t/m 4e geldstroom voor onderzoek) Overige bedrijfsopbrengsten
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening. 93 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 37
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN
1.9.8 Personeelskosten 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Overige personeelskosten
523.191 57.247 77.015 27.611
495.088 48.382 79.917 19.162
Subtotaal Personeel niet in loondienst
685.064 18.712
642.549 26.288
Totaal personeelskosten
703.776
668.837
Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in fte's):
2014
2013
Personeel algemene en administratieve functies Personeel hotelfuncties Personeel patiëntgebonden functies - Management en staf - Electronica en revalidatietechniek - Onderzoeksfuncties - Behandel- en behandelingsondersteunende functies - Psychosociale behandel- en begeleidingsfuncties - Verpleegkundig, opvoedkundig en verzorgend personeel - Medische en sociaal-wetenschappelijke functies Personeel terrein- en gebouwgebonden functies
2.436 832
2.342 822
39 51 1.449 634 97 2.389 1.481 157
40 49 1.409 647 93 2.328 1.434 156
Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van full-time eenheden
9.565
9.320
De specificatie is als volgt:
Op totaalniveau is sprake van een stijging van 245 fte. In het zorgproces is sprake van een toename van 224 fte, als gevolg van extra medisch en verpleegkundig personeel (108 fte), een stijging van het algemeen en administratief personeel (82 fte) en overige mutaties (34 fte). Bij UMCG, onderdeel O&O, is sprake van een stijging van 45 fte door een toename van het aantal projecten. Bij de overige groepsmaatschappijen is cumulatief sprake van een daling van ca 24 fte.
1.9.9 Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa De specificatie is als volgt:
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Nacalculeerbare afschrijvingen: - immateriële vaste activa - materiële vaste activa Overige afschrijvingen: - materiële vaste activa
-
-
61.853
58.575
Totaal afschrijvingen
61.853
58.575
Pagina 38
94 Jaarrekening 2014 UMCG
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN
1.9.10 Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa De specificatie is als volgt:
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
-
-
1.9.11 Overige bedrijfskosten 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten Algemene kosten Patiënt- en bewonergebonden kosten Onderhoud en energiekosten Huur en leasing Dotaties en vrijval voorzieningen
25.651 99.230 179.604 46.833 4.306 764
21.195 89.714 190.530 49.927 4.369 1.067
Totaal overige bedrijfskosten
356.388
356.802
De specificatie is als volgt:
Voor een nadere toelichting op de stijging van de overige bedrijfskosten wordt verwezen naar de enkelvoudige jaarrekening.
1.9.12 Financiële baten en lasten 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Rentebaten Rentelasten Waardeveranderingen financiële vaste activa
2.095 -9.322 288
680 -10.281 79
Totaal financiële baten en lasten
-6.939
-9.522
De specificatie is als volgt:
1.9.13 Buitengewone baten en lasten
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Buitengewone baten Buitengewone lasten
-
-
Totaal buitengewone baten en lasten
-
-
Pagina 39
95 Jaarrekening 2014 UMCG
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN 1.9.14 Bezoldiging bestuurders en toezichthouders Toepasselijk bestuursmodel: Eindverantwoordelijke Raad van Bestuur met Raad van Toezicht Samenstelling van het bestuur: Drie- of meerhoofdig met voorzitter De bezoldiging van de bestuurders en gewezen bestuurders over het jaar 2014 is als volgt: J.F.M. Aartsen
In dienst als bestuurder vanaf Maakt nog steeds deel uit van het bestuur Uit dienst als bestuurder Voorzitter in het verslagjaar Aantal maanden als voorzitter in het verslagjaar Aard van de (arbeids)overeenkomst Toegepaste salarisregeling Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen, incl. v.t., e.j.u. en andere vaste toel. Waarvan verkoop verlofuren Waarvan nabetalingen voorgaande jaren Bruto onkostenvergoeding Werkgeversbijdrage sociale lasten Werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU Ontslagvergoeding Bonussen Totaal inkomen Cataloguswaarde auto van de werkgever Eigen bijdrage auto van de werkgever
F. Kuipers
H.A. Snapper A. van der Zee
1-5-2008 ja
1-9-2008 ja
1-1-2013 ja
1-1-2013 ja
ja 12 aov onb.t. anders 100 254.624 7.115 40.030 301.769 n.v.t. n.v.t.
nee aov onb.t. anders 100 196.185 7.115 32.894 236.195 n.v.t. n.v.t.
nee aov onb.t. anders 100 190.426 7.115 33.177 230.719 n.v.t. n.v.t.
nee aov onb.t. anders 100 225.601 7.115 39.645 272.362 n.v.t. n.v.t.
Voor de uitvoering van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen in de (semi) publieke sector (WNT) heeft het UMCG zich gehouden aan de Beleidsregel toepassing WNT en deze als normenkader bij het opmaken van deze jaarrekening gehanteerd. Op het UMCG is de bezoldigingsklasse J voor de zorg van toepassing met een maximum van € 229.043. Het UMCG heeft zich geconformeerd aan de WNT, rekening houdend met de overgangsregeling. In 1999 heeft de Raad van Toezicht met de toenmalige leden van de Raad van Bestuur een regeling getroffen op grond waarvan deze leden vervroegd kunnen uittreden. Beoogd was daarbij gebruik te maken van de toen nog geldende FPU regeling. Deze regeling is nog van belang voor de heren Bruggeman en Jaspers. Waar de FPU op moment van terugtreden door de heer Bruggeman als voorzitter (1 juli 2012) respectievelijk de heer Jaspers als lid van de Raad van Bestuur (31 december 2012) niet meer van toepassing was, is de toegezegde pensioenregeling vervolgens ingevuld middels een buitengewoon verlof regeling waarmee de in de pensioenregeling toegezegde materiële voorwaarden worden gerealiseerd. Hierbij wordt opgemerkt dat in overleg tussen Raad van Bestuur en Raad van Toezicht is besloten niet op 60-jarige leeftijd terug te treden, maar op latere datum, mede in verband met de gewijzigde FPU regeling. Waar de heer Jaspers na zijn terugtreden nog voor 40% als adviseur binnen het UMCG werkzaam is gebleven, gelden gedurende dit adviseurschap nog de materiële voorwaarden zoals deze golden ten tijde van het lid zijn van de Raad van Bestuur. Voor de financiering van deze regeling is in 1999 in de jaarrekening een voorziening getroffen. Het brutoloon van de heer Bruggeman over het 2014 bedroeg € 159.078 en van de heer Jaspers € 225.419. Deze regeling stopt in 2015.
96 Jaarrekening 2014 UMCG
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN 1.9.14 Bezoldiging bestuurders en toezichthouders
J.G.M. Alders
In dienst als toezichthouder vanaf Maakt nog steeds deel uit van de Raad van Toezicht Uit dienst als toezichthouder Voorzitter in het verslagjaar Aantal maanden als voorzitter in het verslagjaar Nevenfuncties
Beloning, incl. salaris, vg., e.j.u. en andere vaste toel. Som eventuele vergoedingen in natura Bruto onkostenvergoeding Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen tbv beloning betaalbaar op termijn Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beeindiging dienstverband Totaal bezoldiging
L. Koopmans
B. Witholt
H.J.M. VölkerDieben L. Lindner
ja
ja
ja
nee
ja
ja 12
nee -
nee -
nee -
nee -
15.000 2.111 17.111
10.000 750 10.750
10.000 750 10.750
1.667 125 1.792
10.000 750 10.750
De bezoldiging is in overeenstemming met regelgeving vanuit het Ministerie van OCW. Voor nevenfuncties wordt verwezen naar het jaarverslag.
97 Jaarrekening 2014 UMCG
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9.15 WET NORMERING BEZOLDIGING TOPFUNCTIONARISSEN PUBLIEKE EN SEMIPUBLIEKE SECTOR (WNT) De bezoldiging van de functionarissen die over 2014 in het kader van de WNT verantwoord worden is als volgt: Functionaris (functienaam)
IngangsUitgangsOmvang Beloning datum dienst- datum dienst- dienstverband verband verband € AMS 1-10-2008 1,0 306.463 AMS 1-12-2007 1,0 275.470 AMS 1-9-2006 1,0 261.642 AMS 1-1-2005 1,0 255.990 RvB 15-10-1997 1,0 278.517 AMS 1-2-2002 1,0 246.322 AMS 1-5-1993 1,0 246.101 AMS 23-3-2009 1,0 243.741 AMS 1-1-1989 1,0 241.261 Adviseur (ex RvB) 1-9-1992 1,0 241.856 AMS 1-5-1989 1,0 236.541 AMS 1-7-1997 1,0 236.161 AMS 1-6-2011 1,0 213.708 AMS 1-4-1986 1,0 234.847 AMS 1-11-1997 1,0 231.686 RvB 1-8-1992 1,0 225.385 AMS 1-5-1989 1,0 223.968 AMS 1-2-1987 1,0 223.968 AMS 1-5-1989 1,0 223.968 AMS 1-4-1992 1,0 223.968 AMS 1-3-1988 1,0 223.187 AMS 1-3-2010 1,0 221.917 AMS 1-5-2009 1,0 216.188 AMS 2-12-2008 1,0 215.205 AMS 1-6-1994 1,0 214.806 AMS 1-1-1994 1,0 214.806 AMS 1-2-1998 1,0 214.806 AMS 1-3-2006 1,0 214.806 AMS 1-2-1994 1,0 213.708 AMS 1-9-2000 1,0 212.988 AMS 1-9-2007 1,0 212.988 AMS 1-9-1997 1,0 211.317 AMS 1-3-2011 1,0 210.870 AMS 1-11-1987 1,0 210.182 AMS 1-5-1993 1,0 209.684 AMS 1-6-2012 1,0 209.777 AMS 1-10-2013 1,0 212.954 AMS 1-10-2000 1,0 208.558 AMS 1-2-2012 1,0 208.397 AMS 1-10-2003 1,0 204.840 AMS 1-6-2011 1,0 208.783 AMS 1-4-2009 15-12-2014 1,0 217.942 AMS 1-11-2002 1,0 200.119 AMS 1-8-1998 1,0 199.049 AMS 1-5-2013 1,0 196.954 AMS/Adviseur 1-5-1989 1,0 189.078 RvB 1-10-2004 1,0 190.834 AMS 1-10-2009 30-11-2014 0,9 189.360 RvB 1-1-2007 1,0 186.176 AMS 20-11-2000 0,8 178.470 AMS 1-9-1999 0,8 177.193 AMS 1-6-1992 0,8 174.267 AMS 1-1-2004 0,8 165.818 AMS 1-7-1986 31-10-2014 0,6 158.150 AMS 1-2-2007 0,4 92.477 AMS 9-5-2011 16-1-2014 0,1 36.010 RvT 1-11-2007 31-12-2014 15.000 RvT 1-4-2010 10.000 RvT 1-6-2007 10.000 RvT 1-2-2007 10.000 RvT 1-3-2009 28-2-2014 1.667
Toelichting motivatie overschrijding: 1) Valt onder overgangsrecht 2) Toegestane bezoldiging; geen leidinggevende functie. 3) Toegestane bezoldiging conform CAO 4) Betreft gebruteerde vergoeding voor huisvesting
Bruto-onkosten Voorzieningen tbv Uitkeringen ivm Totaal Totaal Motivatie vergoeding beloningen betaal- beëindiging van bezoldiging bezoldiging overschrijding (vast en variabel) baar op termijn het dienstverband 2014 2013 € € € € € 361.472 295.485 55.009 3 324.480 319.950 49.010 3 308.072 306.395 46.430 3 297.454 41.464 3 318.546 271.997 40.030 1 289.704 281.604 43.382 3 289.692 289.144 43.591 3 286.869 297.965 43.128 3 285.294 286.929 44.033 3 284.635 296.641 42.779 2 278.360 277.400 41.819 3 277.895 276.414 41.734 3 25.000 276.303 267.558 37.595 3 en 4 276.170 269.754 41.323 3 272.609 271.892 40.923 3 265.030 262.246 39.645 1 263.468 262.631 39.499 3 263.468 262.631 39.499 3 263.468 262.631 39.499 3 263.468 262.631 39.499 3 258.164 237.618 34.977 3 256.638 255.585 34.720 3 254.233 253.002 38.045 3 253.099 252.614 37.894 3 252.626 250.026 37.820 3 252.626 250.026 37.820 3 252.626 248.414 37.820 3 252.626 250.026 37.820 3 251.303 250.376 37.595 3 250.463 249.619 37.474 3 250.463 249.619 37.474 3 248.492 247.961 37.174 3 248.045 234.100 37.174 3 247.131 246.433 36.950 3 246.529 245.362 36.845 3 245.946 36.169 3 245.734 32.780 3 244.489 35.931 3 240.781 32.385 3 240.582 230.906 35.742 3 240.097 31.314 3 238.168 20.226 3 235.200 233.982 35.080 3 233.932 232.659 34.883 3 231.463 34.509 3 231.077 41.999 2 224.011 251.270 33.177 1 221.040 230.972 31.680 3 219.071 265.549 32.894 3 209.441 219.991 30.971 3 207.508 207.029 30.315 3 204.007 204.007 29.739 3 188.844 23.026 3 181.393 265.229 23.243 3 16.928 3 109.405 117.488 3 36.010 316.418 3 15.000 15.000 3 10.000 10.000 3 10.000 10.000 3 10.000 10.000 3 1.667 10.000
98 Jaarrekening 2014 UMCG
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN
1.9.16 Honoraria groepsaccountant
2014
2013
x €1.000
x €1.000
317 25 43 188
189 47 18 98
573
352
De honoraria van de groepsaccountant zijn als volgt: 1 2 3 4
Controle van de jaarrekeningen Overige controlewerkzaamheden (w.o. Regeling AO/IC en Nacalculatie) Fiscale advisering Niet controlediensten
Totaal honoraria groepsaccountant
Pagina 43 99 Jaarrekening 2014 UMCG
1.9 Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening over 2014 1.9 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014 BATEN 1.9.17 Mutatieoverzicht wettelijk budget voor aanvaardbare kosten ZVW-zorg 2014 x € 1.000
Wettelijk budget aanvaardbare kosten voorgaand jaar Productieafspraken verslagjaar Overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling - prijsindexatie loonkosten - prijsindexatie materiële kosten
x € 1.000
2013 x € 1.000
x € 1.000
19.496
90.112
-
-
300 33
293 56 333
Uitbreiding erkenning en toelating - loonkosten - normatieve kapitaalslasten
349
-71
509 -71 -202
Beleidsmaatregelen overheid Nacalculeerbare kapitaalslasten - rente - afschrijvingen - overige
-23 108 -
-
5 67 85
72 -71.546
Overige mutaties Subtotaal wettelijk budget boekjaar Correcties voorgaande jaren Wettelijk budget aanvaardbare kosten
19.641
19.496
-
-
19.641
19.496
Sec de stichting RAV / UMCG kent in 2014 een wettelijk budget. Overige groepsmaatschappijen worden op een andere wijze gefinancierd.
Pagina 44
100 Jaarrekening 2014 UMCG
2 Enkelvoudige jaarrekening 2014
101 Jaarrekening 2014 UMCG
2.1 Enkelvoudige balans per 31 december 2014 (na resultaatbestemming) 2.1 ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na resultaatbestemming)
Ref.
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
2.4.1 2.4.2 2.4.3
208 414.843 8.240 423.291
208 434.307 6.988 441.503
2.4.4 2.4.5
11.854 87.843
9.998 73.253
2.4.6 2.4.7 2.4.8 2.4.9
7.285 265.003 129.402 501.387
6.955 291.318 114.947 496.471
924.678
937.974
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
3.475 209.370 13.403 226.248
3.475 185.250 11.949 200.674
206.228 206.228
213.605 213.605
ACTIVA
Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden Onderhanden werk uit hoofde van dbc's/ dbc-zorgproducten Vorderingen uit hoofde van bekostiging Overige vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa Totaal activa
PASSIVA Eigen vermogen Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
2.4.10
Voorzieningen Voorziening uit hoofde van macrobeheersinstrument Overige voorzieningen Totaal voorzieningen
2.4.11
Langlopende schulden
2.4.12
219.204
239.537
Kortlopende schulden Schulden uit hoofde van bekosting Kortlopende schulden en overlopende passiva Totaal kortlopende schulden
2.4.6 2.4.13
32.603 240.395 272.998
33.923 250.235 284.158
924.678
937.974
Totaal passiva
Pagina 46
102 Jaarrekening 2014 UMCG
2.2 Enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.2 ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 Ref.
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
6.860 329.524 279.434 3.777 26.759 320.116 145.478
6.990 288.188 264.476 11.502 21.821 308.957 171.712
1.111.948
1.073.646
669.553 58.447 359.107
634.327 53.660 361.563
Som der bedrijfslasten
1.087.107
1.049.550
BEDRIJFSRESULTAAT
24.841
24.096
-7.160
-8.253
17.681
15.843
-
-
RESULTAAT BOEKJAAR
17.681
15.843
Mutatie bestemmingsreserve vooruitontvangen kap lasten OCW
-2.500
976
OPERATIONEEL RESULTAAT
15.181
16.819
BEDRIJFSOPBRENGSTEN Opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties Omzet DBC's/ DBC zorgproducten A segment Omzet DBC's/ DBC zorgproducten B segment Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen Niet gebudgetteerde zorgprestaties Subsidies Overige bedrijfsopbrengsten
2.8.1 2.8.2 2.8.3 2.8.4 2.8.5 2.8.6 2.8.7
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten
Financiële baten en lasten
2.8.8 2.8.9 2.8.10 2.8.11
2.8.12
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
2.8.13
RESULTAATBESTEMMING
Het resultaat is als volgt verdeeld. Algemene reserves Bestemmingsreserves
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
20.987 -3.306
21.978 -6.135
17.681
15.843
GRONDSLAGEN VAN WAARDERING RESULTAATBEPALING 2.3 2.3 Grondslagen van waardering enENresultaatbepaling Voor een toelichting op de grondslagen van waardering en resultaatbepaling wordt verwezen naar de geconsolideerde jaarrekening. Pagina 47
103 Jaarrekening 2014 UMCG
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2.4.1 Immateriële vaste activa De specificatie is als volgt: CO2 emissierechten
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
208
208
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen Af: afschrijvingen
208 -
208 -
Boekwaarde per 31 december
208
208
Het verloop van de immateriële vaste activa is als volgt weer te geven:
Dit betreft de in 2012 geactiveerde CO2 emmissierechten voor de periode 2013-2020 in verband met de stroomopwekking van de eigen energiecentrale.
2.4.2 Materiële vaste activa 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Bedrijfsgebouwen en terreinen Machines en installaties Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa
282.748 41.815 73.582
309.502 48.860 68.294
16.698
7.651
Totaal materiële vaste activa
414.843
434.307
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen Af: afschrijvingen Af: bijzondere waardeverminderingen Mutatie desinvesteringen
434.307 53.631 -68.815 -4.280
445.750 50.929 -56.592 -5.780
Boekwaarde per 31 december
414.843
434.307
De specificatie is als volgt:
Het verloop van de materiële activa is als volgt weer te geven:
Voor een nadere specificatie van het verloop van de materiële vaste activa per activagroep wordt verwezen naar het mutatieoverzicht bij 2.5. In toelichting 2.6 zijn overzichten opgenomen voor de onderhanden en gereedgekomen projecten. In het totaal van de investeringen in 2014 is begrepen de aanschaf van apparatuur en inventaris (€ 28,5 miljoen). Daarnaast is onder andere geinvesteerd in een verbouwing Coronary Care Unit ad. € 2,8 miljoen en het Datacenter Eemspoort in aanbouw ad. € 4,6 miljoen. In de post andere vaste bedrijfsactiva is een bedrag van € 4,3 miljoen begrepen voor medische apparatuur die onder een managed equipment services (MES) vallen (financial lease). Dit betreft een contract voor beeldvormende apparatuur waarbij door het UMCG kan worden beschikt over de laatste stand van de techniek.
104 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 48
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2.4.2 Materiële vaste activa Onder de materiële vaste activa zijn begrepen de inventarissen O&O, voorzover aangeschaft na 1-1-2007. Deze activa zijn gefinancierd door de Rijksuniversiteit Groningen en hebben per 31-12-2014 een boekwaarde van € 12,7 miljoen.
2.4.3 Financiële vaste activa 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Deelnemingen Overige vorderingen
7.174 1.066
6.012 976
Totaal financiële vaste activa
8.240
6.988
De specificatie is als volgt:
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Boekwaarde per 1 januari Bij: kapitaalstorting Bij: renteopbouw Bij: verstrekte lening Bij: waardeveranderingen van deelnemingen Bij: overige (herrubricering vanuit overige vorderingen) Af: aflossingen
6.988 31 100 1.133 -12
7.046 20 -78 -
Boekwaarde per 31 december
8.240
6.988
Eigen vermogen
Resultaat
x € 1.000
x € 1.000
1.757 -559 138 396 18 20 5.486 18 13 -113
266 -162 -2 136
7.174
1.133
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt weer te geven:
De post deelnemingen kan als volgt worden gespecificeerd: Naam en rechtsvorm
RAV UMCG B.V. Verloskundige Stadspraktijk B.V. UMCG Services B.V. umcGroningen Thuis B.V. Univ. Centrum Esth. Chir. B.V. St. Administratiekantoor CNNN UMCG Research B.V. Lifelines Databeheer B.V. Sterinoord BV B.V. Beatrixoord
Kernactiviteit
Verkrijgingsprijs
Ambulancediensten Verloskundige zorg Schoonmaakdiensten Thuiszorg Esthetische chirurgie Aandelenbeheer Fondsbeheer Projecten Sterilisatie Ergotherapie
18 18 9 200 18 20 18 18 13 18 350
Kapitaalbelang
100% 100% 51% 50% 100% 1% 100% 100% 51% 100%
918
-23
UMCG Research B.V. heeft als kernactiviteit fondsenbeheer. Het vermogen van deze B.V. is bestemd voor o.a. onderzoeksdoeleinden en is niet vrij besteedbaar. De deelnemingen zijn gewaardeerd tegen netto vermogenswaarde (voorheen op basis van verkrijgingsprijs). Hiertoe zijn de vergelijkende cijfers over 2013 eveneens aangepast. Pagina 49
105 Jaarrekening 2014 UMCG
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2.4.4 Voorraden De specificatie is als volgt:
Medische middelen Voedingsmiddelen Overige voorraden Totaal voorraden
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
9.132 95 2.627
8.517 94 1.387
11.854
9.998
De stijging van de voorraad medische middelen wordt met name veroorzaakt door een toename van het aantal dure geneesmiddelen. Dit wordt veroorzaakt door overheidsmaatregelen (verplaatsing van verstrekking van bepaalde dure geneesmiddelen van eerste lijn naar tweede lijn (ziekenhuis)) en de introductie van nieuwe dure geneesmiddelen. De stijging van de overige voorraden wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door vooruitbetaalde ICT middelen.
2.4.5 Onderhanden werk uit hoofde van dbc's/dbc zorgproducten 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Onderhanden werk DBC's/DBC zorgproducten A-segment (inclusief OVP) Onderhanden werk DBC's/DBC zorgproducten B-segment Af: ontvangen voorschotten
45.053 57.762 -14.972
37.744 60.321 -24.812
Totaal onderhanden werk
87.843
73.253
De specificatie is als volgt:
Ten aanzien van de producten opgenomen in het onderhanden werk, waarvan de uiteindelijke zorgproducten ultimo 2014 nog niet zeker zijn, heeft het management een inschatting gemaakt op basis van een fractietabel. Het onderhanden werk betreft de waarde van de openstaande dbc zorgproducten voor het A-segment en B-segment. Dit betreft een waarde van € 102,8 miljoen. Voor zowel de berekening van het A- als B-segment is een gemiddelde verkoopprijs per zorgverzekeraar gehanteerd. Voor beide segmenten is rekening gehouden met een gereedheidpercentage van 55 (2013: 57). In 2014 zijn diverse voorschotten terugbetaald aan meerdere zorgverzekeraars. Met de meeste zorgverzekeraars zijn adequate afspraken betreffende bevoorschotting van het onderhanden werk en nog te factureren DBC zorgproducten (zie 2.4.7) gemaakt.
106 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 50
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2.4.6 Vorderingen en schulden uit hoofde van bekostiging Vorderingen uit hoofde van bekostiging:
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
1. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort 2. Vorderingen uit hoofde van transitieregeling 3. Vordering uit hoofde van Nacalculatie doorloop DBC's 2012
631 6.654 -
5.233 1.722 -
Totaal vorderingen uit hoofde van bekostiging
7.285
6.955
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
1. Schulden uit hoofde van financieringsoverschot 2. Schulden uit hoofde van transitieregeling 3. Schuld uit hoofde van Nacalculatie doorloop DBC's 2012 4. Schulden uit hoofde van macrobeheersinstrument
25.579 7.024 -
26.320 7.603 -
Totaal schulden uit hoofde van bekostiging
32.603
33.923
Schulden uit hoofde van bekostiging:
Specificatie vorderingen en schulden uit hoofde van financieringstekort respectievelijk financieringsoverschot t/m 2011
2012
2013
2014
totaal
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
-32.976
11.889
-
-
-21.087
Financieringsverschil boekjaar Correcties voorgaande jaren Betalingen/ontvangsten
-27 1.336
182 -5.352
-
-
155 -4.016
Subtotaal mutatie boekjaar
1.309
-5.170
-
-
-3.861
-31.667
6.719
-
-
-24.948
c c c
c c c
c c c
Saldo per 1 januari
Saldo per 31 december Stadium van vaststelling (per erkenning): Academisch Ziekenhuis Centrum voor Revalidatie Universitair Centrum Psychiatrie a= interne berekening b= overeenstemming met zorgverzekeraars c= definitieve vaststelling NZa
107 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 51
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2.4.6 Vorderingen en schulden uit hoofde van bekostiging
Waarvan gepresenteerd als: - vorderingen uit hoofde van financieringstekort - schulden uit hoofde van financieringsoverschot
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
631 25.579
5.233 26.320
-24.948
-21.087
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Wettelijk budget aanvaardbare kosten Vergoedingen ter dekking van het wettelijk budget
-
-
Totaal financieringsverschil
-
-
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
460.697 461.506 1.724
436.850 438.118 1.527
-2.533
-2.795
Specificatie vorderingen en schulden uit hoofde van transitieregeling De specificatie is als volgt:
Schaduwbudget (o.b.v. afspraken met zorgverzekeraars) Af: A omzet (inclusief overloop) Af: B nieuw (binnen transitiemodel = B 2012) honorariumomzet loondienst met vergoeding in schaduwbudget in B nieuw Transitiebedrag
In 2014 is in het schaduwbudget ook voormalig stichting Erfelijksheidsvoorlichting opgenomen (in 2013 cijfers opgenomen in het geconsolideerde transitiebedrag). Per 1 januari 2014 is deze stichting opgeheven en zijn alle financiële posities overgeheveld naar het UMCG.
Waarvan gepresenteerd als: - vordering uit hoofde van transitieregeling - schulden uit hoofd van transitieregeling
De transitievordering kan als volgt worden gespecificeerd: Transitievordering CvR 2013 Transitieschuld 2012 Stichting Erfelijkheidsvoorlichting Transitieschuld 2013 Stichting Erfelijkheidsvoorlichting Voorlopige terugbetaling Stichting Erfelijkheidsvoorlichting
Transitie % 95% 95% 70%
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
6.654 7.024 370
1.722 7.603 5.881
4.812 301 222 -2.365 1.842 6.654
De transitieschuld kan als volgt worden gespecificeerd: Transitieschuld 2012 UMCG Transitieschuld 2013 UMCG
95% 70%
108 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 52
4.044 2.980 7.024
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2.4.6 Vorderingen en schulden uit hoofde van bekostiging De NZa vereist in de Regeling Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg (NR/CU-208) dat een instelling voor medisch specialistische zorg de gerealiseerde omzet uit prestatiebekostiging en de omzet die zou zijn behaald onder de oude bekostigingssystematiek voor 2012 vaststelt (2013 is een afgeleide van 2012). Het verschil tussen beide bedragen wordt aangeduid met de term transitiebedrag. De zorginstelling neemt een vordering respectievelijk een schuld uit hoofde van de Regeling Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg op als afzonderlijke post in de balans. De transitiebedragen voor het UMCG zijn ultimo 2014 definitief vastgesteld. De hiervoor genoemde bedragen betreffen derhalve definitieve balansposities.
2.4.7 Vorderingen en overlopende activa 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Vorderingen op debiteuren Vorderingen op groepsmaatschappijen Nog te factureren Vooruitbetaalde posten Nog te ontvangen posten Overige vorderingen en overlopende activa
71.750 895 169.410 6.871 15.380 697
69.351 13.025 177.106 1.708 25.131 4.997
Totaal vorderingen en overlopende activa
265.003
291.318
De specificatie is als volgt:
Op de post debiteuren is ultimo 2014 een voorziening van € 2,0 miljoen (2013: € 6,0 miljoen) in mindering gebracht. Deze voorziening is gebaseerd op een ouderdomsanalyse van de uitstaande vorderingen. Op de post Nog te factureren zijn ontvangen voorschotten voor gereed product van zorgverzekeraars voor een totaalbedrag van € 61 miljoen in mindering gebracht (2013: € 62 miljoen). De vooruitbetaalde posten zijn gestegen met € 5,2 miljoen ten opzichte van vorig jaar. Deze stijging wordt veroorzaakt door vooruitbetaalde kosten 2015 voor het afgesloten MES contract inzake vervanging en onderhoud van medische apparatuur (zie ook de post materiële vaste activa). De daling van de post Nog te ontvangen posten wordt hoofdzakelijk verklaard door een aantal incidentele vorderingen ultimo 2013 die in 2014 zijn afgelopen. Dit betreft met name de eenmalige teruggave AOF premie over 2013 van € 2,3 miljoen en € 4,6 miljoen door te berekenen bouwkosten Lifelines ultimo 2013. In de overige vorderingen zijn geen vorderingen opgenomen langer dan een jaar.
109 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 53
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2.4.8 Effecten
Effecten
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
-
-
2.4.9 Liquide middelen 31-dec-14
31-dec-13
De specificatie is als volgt:
x € 1.000
x € 1.000
Bankrekeningen Depositorekeningen Kassen en kruisposten
129.376 26
54.929 60.000 18
Totaal liquide middelen
129.402
114.947
In 2014 is het volledige bedrag aan uitstaande deposito's van € 60 miljoen afgelopen. De geldmiddelen zijn vrij opneembaar. Bij de huisbankiers ING en BNG zijn kredieten in rekening-courant beschikbaar van tezamen € 50 miljoen (ieder € 25 miljoen).
2.4.10 Eigen vermogen 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
3.475 209.370 13.403
3.475 185.250 11.949
Totaal eigen vermogen
226.248
200.674
Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten:
Kapitaal
Kapitaal
Saldo per 1-jan-14
Resultaatbestemming
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2014
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
3.475
Kapitaal In 1980 is de Stichting Beatrixoord ontstaan door de afsplitsing van de Vereniging Beatrixoord. Middels vermogensoverdracht bij deze afsplitsing en enkele schenkingen is het stichtingskapitaal gevormd. In 1990 heeft een vermogensoverdracht aan de Stichting BEA plaatsgevonden. Sindsdien is het stichtingskapitaal ongewijzigd. In 2001 is de Stichting Beatrixoord geïntegreerd in het AZG.
110 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 54
3.475
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
2.4.10 Eigen vermogen Collectief gefinancierd gebonden vermogen Saldo per 1-jan-14
Resultaatbestemming
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2014
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
Algemene reserve
71.335
20.987
7.551
99.873
Bestemmingsreserves: Afschrijvingen materiële vaste activa Apparatuurfonds O&O Doelmatigheidsonderzoek Budgetreserve afdelingen/sectoren Richtlijn afschrijving inventarissen Aanpassingen op het gebied van opleidingen Specifieke onderzoeksprojecten Vooruitontvangen kapitaalslasten
28.495 1.411 3.204 29.657 10.270 1.041 2.422 37.399
-1.253
Het verloop is als volgt weer te geven:
Bestemmingsfondsen: Fundaties
-14 -10.625 3.957
185.250
358
675 2.500
16
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
27.242 1.411 3.190 19.390 14.227 1.041 3.097 39.899
16.227
-16
-
7.893
209.370
Algemene reserve Dit is het niet bestemde deel van het collectief gefinancierd vermogen. De overige mutatie in 2014 betreft de overheveling van het vermogen van Stichting voor Erfelijkheidsvoorlichting als gevolg van het opheffen van deze stichting per 1 januari 2014. Afschrijvingen materiële vaste activa In deze reserve is opgenomen de boekwaarde van het met eigen middelen gefinancierde deel van de nieuwbouw Voorzieningengebouw en Parkeergarage Noord. Daarnaast is de reserve bestemd voor de egalisatie van de afschrijving van de kleine werken inzake meldingsinvesteringen. Apparatuurfonds O&O Deze bestemmingsreserve heeft betrekking op een reservering voor nog te investeren inventaris O&O. In het kader van de financiële regeling die ten grondslag ligt aan de financiële integratie van de Faculteit der Medische Wetenschappen per 1 januari 2007 zijn in 2008 gelden voor het apparatuurfonds ad € 1,4 miljoen ontvangen. Deze gelden zijn verantwoord als bestemmingsreserve Apparatuurfonds O&O. Doelmatigheidsonderzoek Deze reserve komt voort uit de aanzet tot het stimuleren van (interne) doelmatigheidsprojecten. Het onderwerp van deze projecten kan op meerdere terreinen liggen zoals patiëntgebonden onderzoek, bedrijfseconomisch en organisatorisch onderzoek patiëntenzorg. Budgetreserve afdelingen/sectoren In het kader van de decentralisatie zijn afspraken gemaakt met de afdelingen en sectoren over activiteiten- en kostenbudgetten. Deze afdelingen kunnen een budgetreserve creëren. Om de bestedingen ten laste van deze reserves mogelijk te maken heeft het ziekenhuis middelen op de balans opgenomen. Een bedrag van € 0,4 miljoen onder de overige mutaties bij de budgetreserve afdelingen betreft de vermogenscorrectie als gevolg van de opheffing van Stichting Pathologisch Laboratorium Assen/Emmen welke is toegevoegd aan de afdelingsreserve van de afdeling Pathologie.
111 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 55
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
2.4.10 Eigen vermogen Richtlijn afschrijving inventarissen Hieronder wordt het verschil tussen de beschikbare budgettaire middelen en de werkelijke lasten opgenomen. Aanpassingen op het gebied van opleidingen Vanwege personeelsschaarste in medische, paramedische en verpleegkundige beroepen zullen de komende jaren extra inspanningen moeten worden gedaan in het opleiden van personeel. Hierbij zal gebruik worden gemaakt van nieuwe opleidingsconcepten. De reserve is bedoeld om noodzakelijke structurele aanpassingen op het gebied van opleidingen mogelijk te maken. In 2014 heeft geen mutatie plaatsgevonden. Specifieke onderzoeksprojecten Dit betreft de reserve in het kader van nieuwe onderzoekslijnen. De mutatie betreft o.a. bijdrage vanuit de Raad van Bestuur in onderzoeksprojecten 2014 (€ 0,8 miljoen) en uitgaven voor kosten onderzoek Protonen (€ 0,1 miljoen). Vooruitontvangen kapitaalslasten Dit betreft een egalisatiereserve waarbij ten behoeve van investeringen kapitaalslasten worden ontvangen in een ander tempo en ritme dan het betreffende afschrijvingsregime. Ook komt het voor dat bedragen ten behoeve van het betreffende investeringskader op grond van planning vooruit worden ontvangen in relatie tot het moment van daadwerkelijk investeren en activeren (bijvoorbeeld bouwmiddelen). Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Het verloop is als volgt weer te geven:
Bestemmingsreserves: Parkeergarages
Saldo per 1-jan-14
Resultaatbestemming
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2014
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
11.949
1.454
13.403
Parkeergarages De jaarlijkse mutatie betreft het saldo van de baten (parkeeropbrengsten) en lasten (beheerskosten) van de parkeergarages Zuid en Noord.
2.4.11 Voorzieningen Voorziening uit hoofde van macrobeheersinstrument
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
-
-
Voorziening uit hoofde van marcobeheersinstrument (MBI)
Voor nadere toelichting wordt verwezen naar 1.5.14 Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen.
112 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 56
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
2.4.11 Voorzieningen Overige voorzieningen Het verloop van de overige voorzieningen is als volgt weer te geven: Claims, geschillen en rechtsgedingen
Sociaal beleid
Groot onderhoud
Overige voorzieningen
Totaal
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
x € 1.000
Totaal voorzieningen per 1-1-2014 Bij: dotaties Af: onttrekkingen/vrijval
85.001 645 -17.473
34.807 10.663 -12.637
79.797 26.895 -16.270
14.000 800
213.605 39.003 -46.380
Totaal voorzieningen per 31-12-2014
68.173
32.833
90.422
14.800
206.228
Van het langlopende deel loopt 5 jaar of langer:
-
1.422
15.800
-
17.222
Voorziening uit hoofde van claims, geschillen en rechtsgedingen In deze voorziening is een post van € 59,8 miljoen opgenomen inzake een verschil van inzicht met de NZa in de berekeningssystematiek met betrekking tot de opbrengst orgaantransplantaties over de jaren 2008 tot en met 2012. In dit verslagjaar is op basis van de NZa en juridische analyse van de verplichting de schuld betreffende 2006 en 2007 ad. € 16,9 miljoen vrijgevallen. Daarnaast bestaat deze post voor € 8,4 miljoen uit de voorziening uit hoofde van de medische aansprakelijkheidsverzekering. Deze voorziening heeft betrekking op verplichtingen inzake nog niet afgewikkelde schadezaken voorzover het UMCG een financieel risico loopt. Voorziening sociaal beleid In de voorziening sociaal beleid zijn verplichtingen opgenomen in het kader van reorganisaties en verplichtingen aan het personeel. Hieronder vallen de toekomstige jubileaverplichtingen, de WIA, seniorenregelingen en wachtgeld. Evenzo valt de voorziening mobiliteit in het kader van personele gevolgen van bezuinigingen hieronder. Het ziekenhuis kent een toegezegde pensioenregeling, die wordt uitgevoerd conform de pensioenregeling ABP. Het ziekenhuis heeft geen verplichtingen tot het voldoen van aanvullende bijdragen in het geval van een tekort bij het bedrijfstakpensioenfonds van het ABP, anders dan het voldoen van toekomstige hogere premies. De toegezegde pensioenregeling is daarom in de jaarrekening (net als in voorgaande jaren) verwerkt als een toegezegde bijdrageregeling. Voorziening voor groot onderhoud De voorziening groot onderhoud wordt gevormd voor verwachte kosten inzake periodiek groot onderhoud aan panden, installaties e.d. Op basis van het meerjarenonderhoudsplan is de omvang van de voorziening per balansdatum bepaald. De voorziening is gebaseerd op nominale waarde. In deze voorziening zijn ook de nog te verwachten kosten inzake groot onderhoud van infrastructurele werken opgenomen waaronder ICT.
113 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 57
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
2.4.11 Voorzieningen In 2014 heeft een dotatie voor groot onderhoud plaatsgevonden van € 17,5 miljoen op basis van een hernieuwde inschatting van het te plegen onderhoud in de komende tien jaar. Enerzijds is er besluitvorming geweest om belangrijke investeringen te doen in modernisering van het hart van het ziekenhuis waaronder operatieruimte en spoedeisende hulp. Anderzijds om het bestaande medisch complex optimaal te onderhouden waardoor het onderhoudsvolume toeneemt. Tevens is een voorziening gevormd voor het project Nieuw EPD ad € 14,7 miljoen (2013: € 14,2 miljoen). De voorziening zal aangewend worden voor de financiële consequenties van het stopzetten van het project. Overige voorzieningen Dit betreft o.a. een voorziening voor het project LifeLines ad € 12,0 miljoen, waarvoor naar verwachting de toegekende subsidies niet geheel toereikend zullen zijn voor de dekking van de totaal begrote kosten.
2.4.12 Langlopende schulden 31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
Langlopende schulden aan kredietinstellingen Overige langlopende schulden
192.809 26.395
206.976 32.561
Totaal langlopende schulden
219.204
239.537
De specificatie is als volgt:
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden aan kredietinstellingen wordt verwezen naar de bijlage 2.7 Overzicht langlopende schulden aan kredietinstellingen ultimo 2014. De post overige langlopende schulden betreft hoofdzakelijk de lening à fonds perdu financiering. In 2014 is als stelselwijziging op grond van RJ 655 de egalisatierekening kapitaallasten OCW overgeheveld naar het eigen vermogen. Hiertoe zijn tevens de vergelijkende cijfers aangepast. Het verloop van de langlopende schulden aan kredietinstellingen is als volgt weer te geven: 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari Bij: nieuwe leningen Af: aflossingen
221.564 -14.622
210.778 25.000 -14.214
Stand per 31 december Af: aflossingsverplichting komend boekjaar
206.942 -14.133
221.564 -14.588
Stand langlopende schulden per 31 december
192.809
206.976
Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.) (aflossingsverplichtingen) Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.) (balanspost) Restschuld over 5 jaar
14.133 192.809 137.708
14.588 206.976 150.438
De aflossingsverplichtingen 2015 zijn verantwoord onder de kortlopende schulden. De reële waarde van de in de balans opgenomen leningen benadert de boekwaarde daarvan.
114 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 58
2.4 Toelichting op de enkelvoudige balans per 31 december 2014 2.4 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 PASSIVA
2.4.13 Kortlopende schulden en overlopende passiva De specificatie is als volgt:
Te betalen rente Crediteuren Aflossingsverplichtingen langlopende leningen Reservering (extra) persoonlijk budget Belastingen en sociale premies Schulden terzake pensioenen Nog te betalen salarissen Vakantiegeld en -dagen OTO-gelden Rekening courant groepsmaatschappijen Vooruitontvangen subsidies 3e geldstroom Overige schulden en overlopende passiva Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
31-dec-14
31-dec-13
x € 1.000
x € 1.000
1.575 31.390 14.133 10.185 30.194 8.709 3.202 44.150 885 738 59.913 35.321
1.777 40.408 14.588 7.861 29.599 9.650 2.739 42.752 802 670 56.412 42.977
240.395
250.235
De vooruitontvangen subsidies 3e geldstroom betreft nog te besteden projectgelden O&O. Onder de overige schulden en overlopende passiva is een schuld opgenomen welke een looptijd heeft langer dan een jaar. Dit betreft de matchingsbijdrage aan Lifelines voor de periode 2015 tot en met 2016 ad € 2,8 miljoen.
2.4.14 Financiële kengetallen 2014
2013
Solvabiliteitsratio = gecorrigeerd eigen vermogen / gecorrigeerd totaal vermogen 23,8% (vermogen wordt gecorrigeerd voor immateriële vaste activa, deelnemingen en vorderingen op groepsmaatschappijen)
19,7%
Solvabiliteitsratio 2 = eigen vermogen / totaal vermogen
24,5%
21,4%
3,5
3,2
64%
62%
Debt Service Coverage Ratio = EBITDA van het afgesloten boekjaar / jaarlijks bruto rentelasten plus aflossingen in het afgesloten boekjaar Loan to value = totaal langlopende, rentedragende schulden als percentage van de waarde van alle onroerende zaken (gebouwen en installaties)
115 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 59
Pagina 60
-3.264
9.280
-9.280
-3.264
13.903
146.345 -132.442
x € 1.000
Installaties
6.900
-6.900
-18.050
24.085
49.734
187.067 -137.333
x € 1.000
Inventaris
3.027
2.470
0,0%
Boekwaarde per 31 december 2014
Afschrijvingspercentage
5,0%
-158.651
-8.519
2,5%
133.333
291.984
11.546
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
5,0%
0
-1.764
1.764
5,0%
6.889
-10.591
17.480
5,0%
10.639
-126.426
137.065
12,5%
51.489
-148.483
199.972
1.755
-2.204
1.606
-1.606
-2.204
9.093
19.086 -9.993
x € 1.000
Verbouwingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
-769
-769
769
1.764 -995
x € 1.000
Semi-perm. gebouwen
-4.280
-10.139
9.841
4.223
-1.359
-9.841
-10.139
143.472
301.825 -158.353
-4.223
-1.359
4.386
15.769 -11.383
x € 1.000
Permanente gebouwen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
2.470
2.470
Boekwaarde per 1 januari 2014
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
2.470
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
Terreinvoorzieningen
Grond
2.5.1 WTZi/WMG-gefinancierde materiële vaste activa
2.5. MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
12,5%
1.195
-1.701
2.896
-41
250
-250
-377
336
1.236
2.810 -1.574
x € 1.000
Vervoermiddelen
33,3%
8.232
-34.830
43.062
3.398
3.040
-3.040
-4.903
8.301
4.834
37.801 -32.967
x € 1.000
Automatisering
0,0%
4.676
4.676
2.843
2.843
1.833
1.833
x € 1.000
Onderhanden projecten
221.950
-490.965
712.915
-9.780
0
-4.280
35.140
-35.140
-41.065
35.565
231.730
716.770 -485.040
x € 1.000
Subtotaal WTZi/WMG
2.5 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
116 Jaarrekening 2014 UMCG
117 Jaarrekening 2014 UMCG 5,0%
0,0%
14.647
Boekwaarde per 31 december 2014
Afschrijvingspercentage
-3.557
-3.556
14.646
18.203
1.222
18.203
1.223
-893
-892
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
2.115
13.424
16.088 -2.664
x € 1.000
Subtotaal
2.115
13.424
Boekwaarde per 1 januari 2014
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
16.088 -2.664
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
Onderhanden projecten
Trekkingsrechten
2.5.2 WTZi-meldingsplichtige materiële vaste activa
2.5. MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
5,0%
6.611
-22.777
29.388
-2.642
6.611
-22.777
29.388
-2.642
5.683
5.683
-2.642
0
9.253
35.071 -25.818
x € 1.000
Subtotaal
-5.683
0,0%
x € 1.000
Onderhanden projecten
-5.683
-2.642
9.253
35.071 -25.818
x € 1.000
Instandhouding
21.257
-26.334
47.591
-1.420
5.683
-5.683
-3.535
2.115
22.677
51.159 -28.482
x € 1.000
Subtotaal WTZi-meldingsplichtige activa
2.5 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
0,0%
Afschrijvingspercentage 2,5%
19.435
1.164
Boekwaarde per 31 december 2014 5,0%
-955
-7.928
5,0%
-
955
-
-
955 -955
x € 1.000
Semi-perm. gebouwen
27.363
-684
-684
20.119
27.363 -7.244
x € 1.000
Permanente gebouwen
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
1.164
1.164
Boekwaarde per 1 januari 2014
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
1.164
x € 1.000
x € 1.000
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
Terreinvoorzieningen
Grond
2.5.3 Niet WTZi/WMG-gefinancierde materiële vaste activa
2.5. MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
Pagina 62
5,0%
213
-671
884
-44
-44
257
884 -627
x € 1.000
Verbouwingen
5,0%
10.730
-12.789
23.519
-882
-882
11.612
23.519 -11.907
x € 1.000
Installaties
12,5%
12.666
-8.869
21.535
175
-2.015
2.190
12.491
19.345 -6.854
x € 1.000
Inventaris
12,5%
x € 1.000
Vervoermiddelen
33,3%
x € 1.000
Automatisering
0,0%
x € 1.000
Onderhanden projecten
44.208
-31.212
75.420
-1.435
-3.625
2.190
45.643
73.230 -27.587
x € 1.000
Subtotaal niet WTZi/WMG
2.5 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
118 Jaarrekening 2014 UMCG
4.733
5.578
0,0%
Boekwaarde per 31 december 2014
Afschrijvingspercentage 5,0%
-2.436
-3.874
2,5%
15.730
18.166
-542
-331
5,0%
3.809
-2.803
6.612
Pagina 63
5%/10%
65.109
-68.076
133.185
-11.104
1.003
-17.320
531
8.607
5.578
-30
-331
6.216
76.213
127.972 -51.759
x € 1.000
-1.003
-607
-851
4.140
6.612 -2.472
x € 1.000
Semi-perm. Verbouwingen gebouwen en techn. inst.h.
-531
65
16.272
821
4.763
18.632 -2.360
x € 1.000
Permanente gebouwen
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve herwaarderingen - cumulatieve afschrijvingen
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- desinvesteringen
aanschafwaarde cumulatieve herwaarderingen cumulatieve afschrijvingen
- terugname geheel afgeschreven activa
Mutaties in het boekjaar - investeringen - herwaarderingen - afschrijvingen - extra afschrijvingen
5.578
Boekwaarde per 1 januari 2014
7.786 -3.023
x € 1.000
x € 1.000
5.578
Terreinvoorzieningen
Grond
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
2.5.4 DHAZ-gefinancierde materiële vaste activa
2.5. MUTATIEOVERZICHT MATERIELE VASTE ACTIVA
5,0%
20.446
-9.352
29.798
-1.027
-1.481
454
21.473
29.344 -7.871
x € 1.000
Installaties
0,0%
12.023
12.023
6.205
6.205
5.818
5.818
x € 1.000
Onderhanden projecten
127.428
-86.541
213.969
-6.829
1.534
-1.534
-20.590
13.761
134.257
201.742 -67.485
x € 1.000
Subtotaal DHAZ
414.843
-635.052
1.049.895
-19.464
0
-4.280
42.357
-42.357
-68.815
53.631
434.307
1.042.901 -608.594
x € 1.000
Totaal materiële vaste activa
2.5 Mutatieoverzicht materiële vaste activa
119 Jaarrekening 2014 UMCG
Datum
9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003
Brief-nummer
Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ
Trekkingsr.
Verbouwing afd. C1 (CvR) Kleinere werken CvR Uitbreiding infrastructuur Eemspoort Verbouwing CCU Verbouwing beddenhuis D 2e verd. Vervangen regelkasten bd. 54 Verbouwing ok-kleedruimten div.etages Verbouwing Mortuarium Aanpassen inrit P-garage Noord Aanpassen/vervangen SER en PIA Nieuwbouw Data Center Vervanging basisinstallaties MVC Verbouw 2e en 3e verd. MVC-gebouw Diverse werken locatie Groningen DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ
WTZi-type
Omschrijving
Projectgegevens
2.6.1 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN PROJECTEN (ENKELVOUDIG)
2.6 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN EN GEREEDGEKOMEN PROJECTEN
18.719
7.651
Pagina 64
3.230
2.392 1.574 497 658
297 12
27
361
414 4.543 806 2.771 901 644 64 126 284 383 4.553
x € 1.000
1.701 132
2014 x € 1.000
t/m 2013
9.672
1.574 497 3.292
64 423
901
806
2.115
x € 1.000
16.698
596
296 383 6.945
671
3.132
4.675
x € 1.000
t/m 2014 ondergereed handen
Investeringen
x € 1.000
Nominaal bedrag WTZi x € 1.000
Indexering WTZi x € 1.000
Aangepaste goedkeuring
Goedkeuringen
2014 2015 2014 2015 2014 2015 2014 2014 2015 2015 2015 2014 2014 2014/2015
Jaar van oplevering
2.6 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden en gereedgekomen projecten
120 Jaarrekening 2014 UMCG
9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003 9-12-2003
Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ Convenant DHAZ
Totaal
Datum
Brief-nummer
WTZi-type
Trekkingsr. DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ DHAZ
Omschrijving
Verbouwing afd. C1 (CvR) Uitbreiding infrastructuur Eemspoort Verbouwing beddenhuis D 2e verd. Verbouwing ok-kleedruimten div.etages Verbouwing Mortuarium Vervanging basisinstallaties MVC Verbouw 2e en 3e verd. MVC-gebouw Diverse werken locatie Groningen
Projectgegevens
2.6.2 SPECIFICATIE IN HET BOEKJAAR GEREEDGEKOMEN PROJECTEN (ENKELVOUDIG)
2.6 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN EN GEREEDGEKOMEN PROJECTEN
Pagina 65
9.672
2.115 806 901 64 423 1.574 497 3.292
WMG x € 1.000
WTZi x € 1.000
-
x € 1.000
Overige
Investeringen
-
Totaal
9.672
2.115 806 901 64 423 1.574 497 3.292
x € 1.000
484
106 40 45 3 21 79 25 165
x € 1.000
x € 1.000
290
63 24 27 2 13 47 15 99
Toekomstige lasten Afschrijving WTZi Rentekosten
2.6 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden en gereedgekomen projecten
121 Jaarrekening 2014 UMCG
Totaal
FGH Bank FGH Bank FGH Bank NWB Bank ASN Bank BNG Bank BNG Bank ABN AMRO ING Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank BNG Bank
Leninggever
11-3-1994 11-3-1994 20-8-1996 1-10-2001 30-11-2001 29-11-2001 28-6-2004 25-10-2004 30-10-2014 1-10-2009 1-12-2009 1-12-2009 1-10-2009 1-12-2011 1-12-2011 1-11-2013 1-11-2013
Datum
45.378 45.378 22.689 20.420 20.420 25.000 10.000 20.000 13.300 10.000 25.000 25.000 40.000 10.000 15.000 10.000 15.000
x € 1.000
Hoofdsom
20 40 40 30 30 30 30 30 10 10 20 30 30 7 20 20 7
Totale looptijd in jaren
Hypothecair Hypothecair Hypothecair Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands Onderhands
Soort lening
5,142 5,848 5,848 3,215 3,560 3,390 3,050 3,990 2,070 4,430 5,000 5,470 5,420 2,680 2,645 2,860 1,920
%
Werkelijke rente
2.7 OVERZICHT LANGLOPENDE SCHULDEN AAN KREDIETINSTELLINGEN ULTIMO 2014
Pagina 66
-
14.622
6.000 20.000 21.667 34.667 7.143 13.500 10.000 15.000
221.564
x € 1.000
Aflossingen in 2014
454 1.134 567 681 681 833 333 14.000 -13.300 1.000 1.250 834 1.333 1.429 750 500 2.143
x € 1.000
Nieuwe leningen in 2014
454 21.157 11.472 12.252 12.252 15.000 7.000 14.000
x € 1.000
Restschuld 31 december 2013
206.942
9.975
13.300 5.000 18.750 20.833 33.334 5.714 12.750 9.500 12.857
137.708
9.000 7.000 2.143
12.500 16.667 26.667
14.351 8.069 8.168 8.168 10.000 5.000
x € 1.000
Restschuld over 5 jaar
20.023 10.905 11.571 11.571 14.167 6.667
x € 1.000
Restschuld 31 december 2014
10 5 15 25 25 4 17 19 6
4 4 17 17 17 20
Resterende looptijd in jaren eind 2014
Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair
Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair Lineair
Aflossingswijze
14.133
665 1.000 1.250 833 1.334 1.429 750 500 2.143
1.134 567 681 681 833 333
x € 1.000
Aflossing 2015
Geen +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus. +/- Hyp.claus.
Hypotheek Hypotheek Rijk Rijk Geen Geen
Gestelde zekerheden
2.7 Overzicht langlopende schulden aan kredietinstellingen ultimo 2014
122 Jaarrekening 2014 UMCG
2.8 Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.8 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 BATEN
2.8.1 Opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten ZVW-zorg Beschikbaarheidsbijdrage vast segment
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
-
-
6.860
6.990
6.860
6.990
Voor een overzicht van de mutaties van het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten in het verslagjaar ten opzichte van het voorafgaande jaar wordt verwezen naar 2.8.14 Mutatieoverzicht wettelijk budget voor aanvaardbare kosten ZVW-zorg. 2.8.2 Omzet DBC's/ DBC zorgproducten A segment (inclusief OVP)
2014
2013
De specificatie is als volgt:
x € 1.000
x € 1.000
Gefactureerde omzet DBC's/DBC-zorgproducten A segment Mutatie onderhanden projecten DBC's / DBC-zorgproducten A segment
322.215 7.309
292.393 -4.205
329.524
288.188
Op basis van de afgesproken aanneemsommen is een inschatting gemaakt van de prijzen en volumes van DBC zorgproducten. Voor het A segment zijn de maximum NZa tarieven gehanteerd. Voor het B segment zijn de tarieven per DBC zorgproduct per zorgverzekeraar vastgesteld (vrij onderhandelbaar). Het totaal van aantal maal prijs sluit aan bij de overeengekomen aanneemsommen per zorgverzekeraar. De verdeling tussen A en B segment omzet is gebaseerd op de productieverhoudingsgetallen. De stijging in 2014 wordt met name veroorzaakt door de verantwoording van de SEV opbrengsten in 2014 onder A segment (circa € 20 miljoen). In 2013 is deze opbrengst nog verantwoord onder de overige bedrijfsopbrengsten. Deze overheveling wordt veroorzaakt door de opheffing van Stichting voor Erfelijkheidsvoorlichting. Daarnaast is sprake van hogere nacalculatieafspraken voor dure geneesmiddelen. 2.8.3 Omzet DBC's/ DBC zorgproducten B segment
2014
2013
De specificatie is als volgt:
x € 1.000
x € 1.000
Gefactureerde omzet DBC's/DBC-zorgproducten B segment Mutatie onderhanden projecten DBC's / DBC-zorgproducten B segment
281.994 -2.560
241.883 22.593
279.434
264.476
De verdeling tussen A en B segment omzet is gebaseerd op de productieverhoudingsgetallen.
123 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 67
2.8 Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.8 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 BATEN 2.8.4 Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen De specificatie is als volgt: Opbrengst uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag medisch specialistische zorg Bijstelling geschatte omzet 2012 o.b.v. transitieregeling Opbrengst uit hoofde van verrekenbedrag curatieve geestelijke gezondheidszorg Realisatie doorloop DBC's 2012 onder aftrek van het onderhanden werk primo 2012 curatieve geestelijke gezondheidszorg
Opbrengst uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag De opbouw per jaar is als volgt: Transitiebedrag 2012 Transitiebedrag 2013
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
3.777 -
30.658 -19.156
-
-
-
-
3.777
11.502
2014 x € 1.000
395 3.382 3.777
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar 2.4.6. Vorderingen en schulden uit hoofde van bekostiging. 2.8.5 Niet gebudgetteerde zorgprestaties
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Zorgprestaties tussen instellingen Zorgprestaties derde compartiment Overige zorgprestaties
8.384 755 17.620
6.043 773 15.005
Totaal
26.759
21.821
De stijging van de zorgprestaties tussen instellingen in 2014 wordt met name veroorzaakt door de verantwoording van de opbrengsten van het PA-lab van circa € 1,6 miljoen als gevolg van de opheffing van de stichting Pathologisch Laboratorium Assen/Emmen. In 2013 is deze opbrengst nog verantwoord onder de overige bedrijfsopbrengsten. De overige zorgprestaties zijn in totaal gestegen met € 2,6 miljoen ten opzichte van 2013. De stijging wordt met name veroorzaakt door hogere opbrengsten bereiding geneesmiddelen van € 0,7 miljoen en eerstelijns zorg van € 1,6 miljoen (met name mondzorg).
124 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 68
2.8 Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.8 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 BATEN
2.8.6 Subsidies
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
84.907 79.253 54.167 95.694 6.095
81.757 76.844 48.415 95.070 6.871
320.116
308.957
De specificatie is als volgt: Rijksbijdrage ten behoeve van de werkplaatsfunctie RUG bijdrage ten behoeve van onderwijs en onderzoek Opleidingsfonds Academische component Overige subsidies Overige subsidies
Onder overige subsidies wordt ook verantwoord de verrekening met de RUG in het kader van de zogenoemde Financiële Regeling. Afgesproken is dat positieve en negatieve saldi uit de exploitatie van UMCG O&O worden verrekend met een bestemmingsreserve bij de RUG. In 2014 is sprake van een verrekening van € 2,4 miljoen aan de RUG (2013: € 2,2 miljoen verrekening aan de RUG).
2.8.7 Overige bedrijfsopbrengsten
Overige dienstverlening (2e t/m 4e geldstroom voor onderzoek) Overige bedrijfsopbrengsten
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
86.548 58.930
86.413 85.299
145.478
171.712
De daling van de overige bedrijfsopbrengsten wordt met name veroorzaakt door de overheveling van de opbrengsten SEV van circa € 20 miljoen naar het A segment. Per 1 januari 2014 is de de stichting Erfelijkheidsvoorlichting opgeheven en vindt facturatie van deze opbrengsten vanuit het UMCG plaats. Per die datum zijn alle financiële posities overgeheveld naar het UMCG.
125 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 69
2.8 Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.8 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN
2.8.8 Personeelskosten 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Overige personeelskosten
495.114 52.890 74.142 25.926
468.788 44.528 76.865 17.359
Subtotaal Personeel niet in loondienst
648.072 21.481
607.540 26.787
Totaal personeelskosten
669.553
634.327
De specificatie is als volgt:
De stijging van de personeelskosten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een stijging van het aantal fte in het primaire proces. Voor een overzicht van het aantal fte wordt verwezen naar de geconsolideerde jaarrekening. Onder andere als gevolg van de beëindiging van de levensloopbijdrage in 2014 zijn de pensioenlasten licht gedaald ten opzichte van vorig jaar. De mutaties in de personeelsvoorzieningen worden verantwoord onder de post overige personeelskosten. De stijging van de overige personeelskosten in 2014 ten opzichte van 2013 wordt met name veroorzaakt door de vrijval in 2013 van de gevormde voorziening ten behoeve van een pensioenovergang naar PFZW ter grootte van € 7,0 miljoen. Deze overgang is van de baan en de voorziening is in 2013 vrijgevallen (bate).
2.8.9 Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
-
-
-
-
Overige afschrijvingen: - materiële vaste activa
58.447
53.660
Totaal afschrijvingen
58.447
53.660
De specificatie is als volgt:
Nacalculeerbare afschrijvingen: - immateriële vaste activa - materiële vaste activa
De stijging van de afschrijvingskosten wordt met name veroorzaakt door versnelde afschrijving van poliklinieken die op korte termijn plaats moeten gaan maken voor een nieuwe IC, operatiecentrum en uitbreiding SEH (operatie hotfloor).
126 Jaarrekening 2014 UMCG
2.8 Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.8 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN
2.8.9 Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Aansluiting afschrijvingen mutatieoverzichten materiële vaste activa en de resultatenrekening
2014 x € 1.000
Afschrijvingen WTZi/WMG gefinancierde materiële vaste activa Afschrijvingen WTZi - meldingsplichtige materiële vaste activa Afschrijvingen niet WTZi/WMG gefinancierde materiële vaste activa Afschrijvingen DHAZ gefinancierde materiële vaste activa
41.065 3.535 3.625 20.590
Totaal afschrijvingen materiële vaste activa volgens de mutatieoverzichten Afschrijvingen immateriële vaste activa
68.815 -
Totaal afschrijvingen verwerkt in de balans Totaal afschrijvingen volgens de resultatenrekening:
68.815 58.447
Verschil Dit betreft: Afschrijvingen via overige langlopende schulden (egalisatierekening) Egalisatie kapitaallasten CvZ Afschrijvingen verantwoord onder onderhoudskosten Afschrijving in verband met overname inventarissen SEV
10.368
2.8.10 Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
-4.782 -218 -1.796 -3.572 -
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
-
-
2.8.11 Overige bedrijfskosten 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten Algemene kosten Patiënt- en bewonergebonden kosten Onderhoud en energiekosten Huur en leasing Dotaties en vrijval voorzieningen
27.597 103.274 179.736 43.272 4.986 242
22.640 99.154 185.524 49.281 4.443 521
Totaal overige bedrijfskosten
359.107
361.563
De specificatie is als volgt:
127 Jaarrekening 2014 UMCG
2.8 Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.8 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 LASTEN
2.8.11 Overige bedrijfskosten Specificatie onderhoud- en energiekosten: - Onderhoud - Energie gas (niet 100% groen) - Energie stroom (niet 100% groen) - Energie transport en overige
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
34.051 5.965 2.127 1.129
38.581 4.776 3.815 2.109
43.272
49.281
De stijging van voedingsmiddelen en hotelmatige kosten wordt met name veroorzaakt door de aanschaf van nieuwe bedden en beddenkastjes voor de verpleegafdelingen ad € 2,5 miljoen. De algemene kosten zijn gestegen met € 6,3 miljoen ten opzichte van 2013. Deze stijging wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een hogere dotatie aan ICT gerelateerde voorzieningen in 2014 ten opzichte van 2013 (circa € 12 miljoen). Daarnaast is sprake van een lagere BTW suppletie ad € 2,8 miljoen. Bij UMCG O&O is sprake van een daling van de algemene kosten met circa € 4,0 miljoen. De daling van patiënt- en bewonersgebonden kosten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de vrijval van zorggerelateerde reserveringen ad € 16,9 miljoen. Daarnaast zijn de kosten van dure gemeesmiddelen gestegen met € 4,4 miljoen ten opzichte van voorgaand jaar. Zie ook de toelichting op de post Voorraden in de balans (2.4.4). Tevens zijn de kosten van het MES contract (€ 1,2 miljoen) nieuw in 2014 en zijn diverse overige kosten (hulpmiddelen, kunst, onderzoek, lab chemicaliën, onderhoudscontracten etc) gestegen met € 4,2 miljoen ten opzichte van 2013. De daling van de onderhoud- en energiekosten wordt met name verklaard door een lagere dotatie aan de voorziening groot groot onderhoud in 2014. In 2013 is € 21 miljoen gedoteerd als gevolg van een herziene nieuwe berekeningswijze op basis van voortschrijdend inzicht. In 2014 bedroeg deze dotatie € 17,5 miljoen. Zie ook de toelichting op de post Voorzieningen in de balans (2.4.11). De resterende daling van € 3 miljoen voor onderhoudskosten wordt met name veroorzaakt door een eenmalige desinvestering in verband met het vervallen van het DHAZ investeringskader.
2.8.12 Financiële baten en lasten 2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Rentebaten Rentelasten Waardeveranderingen financiële vaste activa
708 -9.119 1.251
356 -10.075 1.466
Totaal financiële baten en lasten
-7.160
-8.253
2014
2013
x € 1.000
x € 1.000
Buitengewone baten Buitengewone lasten
-
-
-
-
Totaal buitengewone baten en lasten
-
-
De specificatie is als volgt:
2.8.13 Buitengewone baten en lasten
128 Jaarrekening 2014 UMCG
2.8 Toelichting op de enkelvoudige resultatenrekening over 2014 2.8 TOELICHTING OP DE ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING OVER 2014 BATEN 2.8.14 Mutatieoverzicht wettelijk budget voor aanvaardbare kosten ZVW-zorg 2014 x € 1.000
x € 1.000
2013 x € 1.000
x € 1.000
Wettelijk budget aanvaardbare kosten voorgaand jaar
-
49.267
Productieafspraken verslagjaar
-
-
Korting prestatiecontract (efficiencykorting)
-
-
Overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling Prijsindexatie materiële kosten
-
-
Uitbreiding en erkenning - loonkosten
-
-
Nacalculeerbare kapitaalslasten: - rente - afschrijvingen
-
-
Overige mutaties
-
-49.267
-
-49.267
Subtotaal wettelijk budget boekjaar
-
-
Correcties voorgaande jaren
-
-
Wettelijk budget aanvaardbare kosten
-
-
Als gevolg van de nieuwe bekostigingstructuur vanaf 1 januari 2012 is er geen sprake meer van een wettelijk budget voor het UMCG.
Pagina 73
129 Jaarrekening 2014 UMCG
3 Overige gegevens
130 Jaarrekening 2014 UMCG
3 OVERIGE GEGEVENS 3 OVERIGE GEGEVENS
3.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening 3.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening 3 OVERIGE GEGEVENS
3.1 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening 3 OVERIGE GEGEVENS De van Bestuur van het UMCGjaarrekening heeft de jaarrekening 2014 vastgesteld in de vergadering 3.1Raad Vaststelling en goedkeuring De van2015. Bestuur van het UMCG heeft de jaarrekening 2014 vastgesteld in de vergadering vanRaad 12 mei 3.112 Vaststelling van mei 2015. en goedkeuring jaarrekening De Raad van Bestuur van het UMCG heeft de jaarrekening 2014 vastgesteld in de vergadering De van2015. Toezicht van het UMCG heeft de jaarrekening 2014 goedgekeurd in de vergadering vanRaad 12 mei De Raadvan vanToezicht Bestuur van het UMCG heeft de jaarrekening 2014 vastgesteld in in dede vergadering De goedgekeurd vergadering vanRaad 26 mei 2015. van 12 mei 2015. van 26 mei 2015. De Raad van Toezicht van het UMCG heeft de jaarrekening 2014 goedgekeurd in de vergadering 3.2 van Resultaatbestemming 26 mei 2015. 3.2 Resultaatbestemming De Resultaatbestemming Raad van Toezicht van het UMCG heeft de jaarrekening 2014 goedgekeurd in de vergadering 3.2 van 26 mei 2015. Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in de resultatenrekening. 3.2 Resultaatbestemming Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in de resultatenrekening. 3.2 Resultaatbestemming 3.3 na balansdatum Het Gebeurtenissen resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in de resultatenrekening. 3.3 Gebeurtenissen na balansdatum Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in de resultatenrekening. 3.3 Gebeurtenissen na balansdatum Tot mei 2015 hebben geen materiële gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan. 3.3 26 Gebeurtenissen na zich balansdatum Tot 26 mei 2015 hebben zich geen materiële gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan. 3.3 Gebeurtenissen na balansdatum 3.4 door bestuurders en toezichthouders Tot Ondertekening 26 mei 2015 hebben zich geen materiële gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan. 3.4 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders Tot 26 mei 2015 hebben zich geen materiële gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan. 3.4 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders
3.4 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders 3.4 Ondertekening door bestuurders en toezichthouders J.F.M. Aartsen J.F.M. Aartsen
A. Ch. Van Es A. Ch. Van Es
J.F.M. Aartsen
A. Ch. Van Es
J.F.M. Aartsen
A. Ch. Van Es
F. Kuipers F. Kuipers
L. Lindner L. Lindner
F. Kuipers
L. Lindner
F. Kuipers
L. Lindner
H.A. Snapper H.A. Snapper
J. Bos J. Bos
H.A. Snapper
J. Bos
H.A. Snapper
J. Bos
A.G.J. van der Zee A.G.J. van der Zee
B. Löwenberg B. Löwenberg
A.G.J. van der Zee
B. Löwenberg
A.G.J. van der Zee
B. Löwenberg
B.P. Voet B.P. Voet Pagina 75 Pagina 75 Pagina 75 Pagina 75
131 Jaarrekening 2014 UMCG
B.P. Voet B.P. Voet
3.5 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Aan: de Raad van Bestuur van het Universitair Medisch Centrum Groningen Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening over 2014 van het Universitair Medisch Centrum Groningen te Groningen gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2014 en de geconsolideerde en enkelvoudige resultatenrekening over 2014 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur De Raad van Bestuur van het Universitair Medisch Centrum Groningen is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met de Regeling verslaggeving WTZi en de bepalingen van en krachtens de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ), alsmede voor het opstellen van het bestuursverslag in overeenstemming met de Richtlijn voor de Jaarverslaggeving 655 ‘Zorginstellingen’. De Raad van Bestuur is voorts verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als hij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de Raad van Bestuur van het Universitair Medisch Centrum Groningen gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Universitair Medisch Centrum Groningen per 31 december 2014 en van het resultaat 2014 in overeenstemming met de Regeling verslaggeving WTZi en de bepalingen van en krachtens WNT.
132 Jaarrekening 2014 UMCG
Benadrukking van onzekerheden omzetverantwoording 2014 ten gevolge van sectorontwikkelingen 2012-2015 Wij vestigen de aandacht op paragraaf Sectorontwikkelingen omzetverantwoording medisch specialistische zorg 2012-2015 in de Grondslagen van waardering en resultaatbepaling in de toelichting op de jaarrekening waarin de Raad van Bestuur een nadere toelichting heeft opgenomen op de onzekerheden in de omzet en de rechtstreeks hiermee samenhangende posten in de balans als gevolg van sectorontwikkelingen 2012-2015. Deze situatie doet geen afbreuk aan ons oordeel. Geen controlewerkzaamheden verricht ten aanzien van de klassenindeling bezoldigingsmaximum In overeenstemming met het Controleprotocol WNT en de brief van VWS van 20 februari 2015 hebben wij het bezoldigingsmaximum WNT zoals bepaald en verantwoord door de instelling als uitgangspunt gehanteerd voor onze controle en hebben wij geen werkzaamheden verricht op de totstandkoming van dit bezoldigingsmaximum. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2 Regeling verslaggeving WTZi juncto artikel 2:393 lid 5 onder e BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Verklaring betreffende het bestuursverslag Wij vermelden dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het bestuursverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de Richtlijn voor de Jaarverslaggeving 655 ‘Zorginstellingen’ is opgesteld. Tevens vermelden wij dat het bestuursverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening.
Zwolle, 29 mei 2015 KPMG Accountants N.V. W.G. J. Dijkstra RA
133 Jaarrekening 2014 UMCG
3.6 Verantwoording over de besteding van de bijdrage werkplaatsfunctie 2014 3.6 VERANTWOORDING OVER DE BESTEDING VAN DE BIJDRAGE WERKPLAATSFUNCTIE 2014 1. Algemeen De Rijksbijdrage die jaarlijks door het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) van het Ministerie van OCW via de Rijksuniversiteit Groningen wordt ontvangen, is bedoeld ter financiering van de kosten van de werkplaatsfunctie. De werkplaatsfunctie is de ondersteunende inspanning van het UMCG voor onderwijs en onderzoek. Met de vorming van het UMCG zijn ook de bestuurlijke voorwaarden vastgelegd om te komen tot een geïntegreerd beleid op het gebied van onderwijs, onderzoek, patiëntenzorg en de opleiding tot medisch specialist. Overeenkomstig de "Intentionele afspraken met betrekking tot het Plandocument", zoals vastgesteld op 7 november 1991 in een bestuurlijk overleg tussen het College van Bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen en de Raad van Bestuur van het Academisch Ziekenhuis Groningen, heeft het Gemeenschappelijk Beleids Orgaan in december 2013 het Plandocument 2014 vastgesteld. In het Plandocument 2014 zijn afspraken vastgelegd over de samenwerking en afstemming op de in de vorige alinea genoemde gebieden.
2. Kostentoerekening werkplaatsfunctie 2014
Kosten gebouwen en terreinen Kosten medische en overige inventaris Kosten personeel Vertragingskosten Overige kosten
Totalen
Plandocument 2014
Uitkomst toerekening 2014
x € 1.000
x € 1.000
17.729 10.601 42.810 28.664 3.031
24.994 12.392 38.206 30.415 3.265
102.835
109.272
De kosten worden in het Capgemini-model toegerekend op basis van vastgestelde normpercentages.
KOSTENTOEREKENING WERKPLAATSFUNCTIE 2014 (WPF) Grondslag
% WPF
WPF
Aandeel in Rijksbijdrage 2014
Kosten gebouwen en terreinen Genormeerde rente en afschrijvingen
43.030
25%
10.757
12,7%
Overige gebouwgebonden kosten Dotatie voorziening voor groot onderhoud Indirecte kosten 20%
29.879 17.577 9.491
25% 25% 25%
7.470 4.394 2.373
8,8% 5,2% 2,8%
24.994
29,4%
99.977
Pagina 78 134 Jaarrekening 2014 UMCG
3.6 Verantwoording over de besteding van de bijdrage werkplaatsfunctie 2014
KOSTENTOEREKENING WERKPLAATSFUNCTIE 2014 (WPF)
Kosten medische en overige inventaris Afschrijvingen Kosten van kapitaal Huur, lease Verbruik, onderhoud en reparatie Indirecte kosten 20%
Grondslag
% WPF
WPF
Aandeel in Rijksbijdrage 2014
19.528 976 1.375 22.843 4.844
25% 25% 25% 25% 25%
4.882 244 344 5.711 1.211
5,7% 0,3% 0,4% 6,7% 1,4%
12.392
14,6%
49.566 Kosten personeel
Medisch specialisten & ondersteuning Loonkosten medisch specialisten Functiegebonden kosten med. specialisten Loonkosten niet-wetenschappelijk personeel Indirecte kosten 20%
89.324 2.913 20.753 22.598
20% 20% 20% 20%
17.865 582 4.151 4.519
21,0% 0,7% 4,9% 5,3%
31.863 14.338 9.240
20% 20% 20%
6.373 2.868 1.848
7,5% 3,4% 2,2%
38.206
45,0%
Overige wetenschappelijke staf & ondersteuning Loonkosten wetenschappelijke staf Loonkosten niet-wetenschappelijk personeel Indirecte kosten 20%
191.029 Vertragingskosten Totaal aanvaardbare kosten A-segment Af: correctie op A-segment (45%) Relevante zorgproductie A-segment
208.853 -93.984 114.869
10%
11.487
13,5%
Totaal opbrengsten dbc's B-segment Correctie op B-segment (45%) Relevante zorgproductie B-segment
344.146 -154.866 189.280
10%
18.928
22,3%
30.415
35,8%
304.149 Overige kosten 347 35
100% 100%
347 35
0,4% 0,0%
2.883
100%
2.883
3,4%
3.265
3,8%
109.272 84.907 24.365
128,7% 100,0% 28,7%
Affiliatievergoedingen Indirecte kosten 10% Wachtgelden
3.265 Totaal berekend Rijksbijdrage werkplaatsfunctie 2014 Verschil
135 Jaarrekening 2014 UMCG Pagina 79
3.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden en gereedgekomen DHAZ projecten 3.7 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN EN GEREEDGEKOMEN DHAZ PROJECTEN 3.7.1 DHAZ - Verantwoording middelen 2014 OCW-deel
VWS-deel
Totaal
x €1.000
x €1.000
x €1.000
Saldo DHAZ-middelen Indexering 2014 3% over saldo VWS-deel Toegekende middelen 2013 Toegekende middelen 2014
11.809 P.M. P.M.
40.385 1.212 P.M. P.M.
52.194 1.212 P.M. P.M.
Totaal beschikbare DHAZ-middelen
11.809
41.597
53.406
Desinvesteringen 2013
-1.856
-5.567
-7.423
Bestedingen 2014 Projecten Uitbreiding infrastructuur Eemspoort Herinrichting ontvangsthal Renovatie OK/IC-complex Renovatie diverse verpleeglagen Renovatie Coronary Care Unit Nieuwbouw Data Center Eemspoort Diverse werken locatie Groningen
202 2 28 225 693 1.138 144
604 6 83 676 2.078 3.415 432
806 8 111 901 2.771 4.553 576
Sub-totaal projecten
2.432
7.294
9.726
681 328
2.042 985
2.723 1.313
3.441
10.321
13.762
10.224
36.843
47.067
Kleine werken Technische instandhouding Totaal bestedingen 2014 Saldo DHAZ-middelenkader per 31-12-2014 ten behoeve van geoormerkte, nog niet gereedgekomen projecten
DHAZ-middelen zijn middelen ten behoeve van het instandhouden van de huisvesting van het UMCG, voorzover dit geen door de Rijksuniversiteit Groningen gefinancierde huisvesting betreft. Investeringen in het Lifelinesgebouw (o.a. Lifestore) zijn in deze verantwoording niet meegenomen omdat deze investeringen op basis van de subsidievoorwaarden in één keer ten laste van de exploitatierekening worden verantwoord.
Pagina 80
136 Jaarrekening 2014 UMCG
3.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden en gereedgekomen DHAZ projecten 3.7 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN EN GEREEDGEKOMEN DHAZ PROJECTEN 3.7.2 DHAZ - Projecten in uitvoering 2014
Briefnummer
Datum
Projectgegevens Omschrijving
t/m 2013 x €1.000
Investeringen Desinvest. 2014 t/m 2014 tot en met 2014 gereed onderh. x €1.000
x €1.000
x €1.000
x €1.000
177.326/RvB
28-6-2004
Projecten Kleine werken Technische instandhouding
12.663 3.565 7.398
12.663 3.565 7.398
182.197/RvB
22-11-2004
Projecten Kleine werken Technische instandhouding
5.462 2.397 7.578
5.462 2.397 7.578
195.330/RvB
30-11-2005
Projecten Kleine werken Technische instandhouding
6.307 5.566 10.180
6.307 5.566 10.180
206.980/RvB
29-11-2006
Totalen Projecten Kleine werken Technische instandhouding
9.035 3.417 7.747
9.035 3.417 7.747
218.102/RvB
29-11-2007
Totalen Projecten Kleine werken Technische instandhouding
11.807 3.909 8.943
11.807 3.909 8.943
-1.762
Totalen Projecten Kleine werken Technische instandhouding
5.879 3.215 11.992
5.879 3.215 11.992
-765
Totalen Projecten Kleine werken Technische instandhouding
15.101 2.799 9.452
15.101 2.799 9.452
-578
Voorbereidingskosten diverse projecten Herstructurering/verbouw CSO/Revalidatie ERIBA-gebouw Nieuwbouw tweede cyclotron (bunker) tbv PET Diverse verbouwprojecten Renovatieprojecten Diverse werken
610 3.000 1.291 3.525 495 247
610 3.000 1.291 3.525 495 247
Totalen projecten Kleine werken Technische instandhouding
9.168 2.770 8.202
9.168 2.770 8.202
228.511/RvB
240.135/RvB
251.914/RvB
1-12-2008
27-11-2009
30-11-2010
137 Jaarrekening 2014 UMCG
-1.406
-1.875
-20 -1.875 -20 -414
3.7 Specificatie ultimo boekjaar onderhanden en gereedgekomen DHAZ projecten 3.7 SPECIFICATIE ULTIMO BOEKJAAR ONDERHANDEN EN GEREEDGEKOMEN PROJECTEN 3.7.3 DHAZ - Projecten in uitvoering 2014
Briefnummer
262.716/RvB
273.113/RvB
Datum
30-11-2011
3-12-2012
Projectgegevens Omschrijving
13-12-2013
x €1.000
x €1.000
23 740
806
23 1.546
251 2.569
Totalen projecten Kleine werken Technische instandhouding
3.583 2.713 8.793
Huisvesting ICT/EPD Tijdelijk gebouw tbv poliklinieken Huisvesting CSA Eemspoort Datacenter Eemspoort Herschikking functies verbouw en nieuwbouw Herinrichting ontvangsthal Coronary Care Unit Diverse kleinere projecten
Protonenfaciliteit Psychiatrie Datacenter Eemspoort Overige nieuwbouwprojecten Realisatie Dagcentrum op D1 Herordeningen functies en aanpassingen Overige verbouwprojecten Renovatie Apotheek Renovatie OK/IC-complex Renovatie diverse verpleeglagen Renovatie huisvesting CSA Renovatie Radiologie Renovatie Coronary Care Unit Renovatie Verloskunde en Neonatologie Overige renovatieprojecten
Investeringen Desinvest. 2014 tot en met 2014 t/m 2014 gereed onderh.
x €1.000
Voorbereidingskosten diverse projecten Tijdelijke huisvesting radiologie en revalidatie Afvaloverslagstation Huisvesting CSA Eemspoort Infrastructuur Eemspoort Vriezeropslag Eemspoort Datacenter Eemspoort Verbouwprojecten Renovatieprojecten
Totalen projecten Infrastructuur en bouwrijp maken Psychiatrie Verpleegkundige zorgunit A3VA Verbouw bd.55 2e verdieping Kleine werken Technische instandhouding
283.113/RvB
t/m 2013
x €1.000
251 2.569 806
4.389 2.713 8.793
2.392
0 -603
2.392
10 361 1.732
8
4.495 556 569 555 3.278 6.974
8
18 361 1.732 1.732 556 569 555 3.278 6.974
4.553
1.010
x €1.000
2.771
4.553
576
702
111 901
111 901
2.771
884
2.771
Totale projecten Kleine werken Technische instandhouding
1.010 621 1.712
8.912 2.723 1.313
1.714 3.217 2.108
8.208 127 917
Totalen besteding t/m 2014 Projecten Kleine werken Technische instandhouding
86.190 34.250 88.971
9.726 2.723 1.313
84.937 36.846 89.367
10.979 127 917
-3.281 -20 -4.122
Totalen besteding t/m 2014
209.411
13.762
211.150
12.023
-7.423
Pagina 82 2014 UMCG 138 Jaarrekening
Colofon
Uitgave Universitair Medisch Centrum Groningen Samenstelling UMCG Basisvormgeving en opmaak StudioTW Productiebegeleiding UMC-staf, Communicatie
© UMCG, 2015 Universitair Medisch Centrum Groningen Hanzeplein 1 Postbus 30 001 9700 rb Groningen
139 Jaarrekening 2014 UMCG
www.umcg.nl