STUDIEGIDS
Tandheelkunde
2012 / 2013
Faculteit Medische Wetenschappen Universitair Medisch Centrum Groningen
Faculteit Medische Wetenschappen Universitair Medisch Centrum Groningen Rijksuniversiteit Groningen Openingstijden MWF-complex, Ant. Deusinglaan 1: maandag t/m donderdag:
07.30 – 21.00 uur
vrijdag
07.30 – 17.30 uur
Tel. receptie: 363 8000, bij calamiteiten: 363 8050 Speciale sluitingsdagen: Op de volgende dagen sluit het MFW-complex om 16.30 uur: 5 december en de dag voor Kerstmis. Op Goede Vrijdag en 28 augustus is het MWF-complex volledig gesloten.
Van alle studenten wordt verwacht dat zij elke dag Nestor, hun postbakje
nestor
en hun e-mail (via de facultaire e-mail: …@student.rug.nl) raadplegen voor het onderdeel dat op dat moment gevolgd wordt en bij de algemene mededelingen.
Belangrijke mededelingen, zoals wijzigingen in colleges, practica, tentamens, etc., worden op deze wijze aan de studenten meegedeeld. Een student is nooit gevrijwaard tegen de gevolgen van het niet tijdig lezen van dergelijke
mededelingen. Ook aanvullend onderwijsmateriaal kan via bovengenoemde kanalen verspreid worden. Kopieerfaciliteiten bevinden zich in de hal bij de garderobekastjes. Kopieerkaarten zijn verkrijgbaar bij de Uitgiftebalie bij de onderwijsingang.
De Universiteitskrant (UK) is een wekelijks verschijnende periodiek van de Rijks-
U
K
universiteit Groningen. Hierin staan, naast algemeen wetenswaardige zaken en rapportages, ook mededelingen en nieuwtjes over de afzonderlijke faculteiten. Het is belangrijk dat u zich hiervan met regelmaat op de hoogte stelt. De UK kunt u afhalen in de hal bij de studenteningang van het Onderwijsinstituut in het gebouw Ant. Deusinglaan 1.
Woord vooraf Deze studiegids 2012/2013 biedt u het programma van de opleiding Tandheelkunde. De opleiding, die in 2004 vernieuwd is, wordt aangeduid met T21. In deze studiegids is een korte beschrijving te vinden van de opleiding. Deze bestaat uit de Bachelor- en de Masteropleiding. De Bacheloropleiding duurt 3 jaar en de Masteropleiding 3 jaar: in totaal 6 jaar. Voor een goede opleiding is het belangrijk om steeds de kwaliteit ervan te verbeteren. Hiervoor is het nodig dat studenten hun oordeel over het onderwijsprogramma geven en dat daar ook rekening mee wordt gehouden. Studenten kunnen dat doen door deel te nemen aan de evaluatie van ieder programma onderdeel. Het invullen van de evaluatieformulieren is dus zeer belangrijk. De resultaten van de evaluaties vormen mede de basis voor discussies in de opleidingscommissies over kwaliteitsverbetering. Vanaf 1 januari 2005 vormen de Faculteit Medische Wetenschappen en het Academisch Ziekenhuis Groningen samen het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). De opleiding Tandheelkunde, die ondergebracht was bij de Rijksuniversiteit, Faculteit Medische Wetenschappen, maakt nu ook deel uit van het UMCG. Voor u als student betekent dit dat u wordt opgeleid in een inspirerende leeromgeving waar onderwijs, patiëntenzorg en onderzoek bij elkaar komen. De studiegids is een leidraad met regels, tips, boekenlijst etc. In die zin is het een echte gids in studieland, onmisbaar om met een goede studievoortgang het einddoel te bereiken. De onderdelen Onderwijs- en Examenregeling en de Regels en Richtlijnen zijn hoofdstukken die extra belangstelling verdienen. Studenten en docenten verwachten van elkaar dat zij deze regels kennen en zich aan deze regels houden. De onderwijs- en examenregelingen zijn, bij de wet geregeld, vastgesteld door het bestuur van het UMCG. Ten slotte. In deze gids staat veel over de opleiding Tandheelkunde zoals deze wordt aangeboden binnen de Rijksuniversiteit Groningen. Maar de Universiteit heeft veel meer te bieden dan deze studierichting alleen. Studium Generale, colleges bij andere faculteiten zoals talen, filosofie, bedrijfskunde, kunstgeschiedenis: mogelijkheden te over. Wanneer u zich in deze jaren aan de Universiteit uitsluitend verdiept in de Tandheelkunde dan heeft u uw kansen onvoldoende benut. Laat deze kansen niet liggen, kijk ook eens buiten uw vak! Ik wens u een leerzaam, prettig en succesvol studiejaar toe. Mede namens dr. N. Blanksma (curriculumcoördinator Bachelor) en dr. J. Tams, (curriculumcoördinator Master), Prof. dr. J.C.C. Borleffs Prodecaan Onderwijs UMCG/Faculteit Medische Wetenschappen
1
INHOUDSOPGAVE 1 KENMERKEN VAN DE OPLEIDINGEN TANDHEELKUNDE INLEIDING ........................................................................................................................................................................................ 5 DE KENMERKEN VAN HET ONDERWIJS ............................................................................................................................. 5 INHOUD EN VORMGEVING VAN HET ONDERWIJS VOOR DE OPLEIDING TANDHEELKUNDE........................................................................................................................................................................ 7 BESCHRIJVING ONDERWIJSEENHEDEN BACHELOR OPLEIDING .......................................................................... 11 BESCHRIJVING ONDERWIJSEENHEDEN MASTER OPLEIDING ................................................................................ 21
2 UMCG, ONDERWIJSORGANISATIE EN COMMISSIES UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM GRONINGEN ..................................................................................................... 26 ONDERWIJSINSTITUUT ........................................................................................................................................................... 27 COMMISSIES ................................................................................................................................................................................ 30 ONDERWIJSCOORDINATOREN TANDHEELKUNDE ................................................................................................... 32 UMCG, CENTRUM VOOR TANDHEELKUNDE EN MONDZORGKUNDE ............................................................ 34 TANDHEELKUNDE FACULTEITSVERENIGING ARCHIGENES.................................................................................... 36 NEDERLANDSE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER TANDHEELKUNDE (NMT) ................................ 36 ASSOCIATIE NEDERLANDSE TANDARTSEN (ANT) ..................................................................................................... 36 3 ALGEMEEN .................................................................................................................................................................................. PLANNING VAN HET STUDIEJAAR ...................................................................................................................................... 36 AANVRAAG BULLEN TANDHEELKUNDE .......................................................................................................................... 37 FACILITEITEN STUDENTEN TANDHEELKUNDE ................................................................................................ 38 CENTRALE MEDISCHE BIBLIOTHEEK (CMB)................................................................................................................... 40 INFORMATIE EN COMMUNICATIE TECHNOLOGIE (ICT) IN HET ONDERWIJS ................................................ 42 ALGEMEEN VORMENDE VAKKEN (AVV) ........................................................................................................................... 43 INTERNATIONALISERING / STAGES IN HET BUITENLAND ....................................................................................... 44 JUNIOR SCIENTIFIC MASTERCLASS.................................................................................................................................... 45 HONOURS COLLEGE ................................................................................................................................................................ 45 WETENSCHAPSWINKEL GENEESKUNDE EN VOLKSGEZONDHEID ............................................................ 46 DONALD SMITS CENTRUM VOOR INFORMATIE TECHNOLOGIE ............................................................ 47 ARBO-EN MILIEUZAKEN ................................................................................................................................................................... 47 STUDENTENZAKEN RUG................................................................................................................................................................... 48 STUDIEVERTRAGING ........................................................................................................................................................................... 48 STUDEREN MET EEN LICHAMELIJKE FUNCTIEBEPERKING, LANGDURIGE PSYCHISCHE KLACHTEN OF DYSLEXIE ........................................................................................................................................................................................ 49 VERTROUWENSPERSOON RUG .......................................................................................................................................... 49 INFECTIEBESMETTING EN DE OPLEIDING TANDHEELKUNDE ............................................................................... 50 VERZEKERINGEN TANDHEELKUNDE ................................................................................................................................. 52 REISKOSTENVERGOEDING VOOR STUDENTEN TANDHEELKUNDE ................................................................... 53 BOEKENLIJST STUDIERICHTING TANDHEELKUNDE BACHELOR 2012/2013.................................................... 55 BOEKENLIJST STUDIERICHTING TANDHEELKUNDE MASTER 2012/2013 ......................................................... 57 STUDIEKOSTEN OPLEIDING TANDHEELKUNDE........................................................................................................... 59 REGELING STUDIEGEBONDEN KOSTEN TANDHEELKUNDE................................................................................... 60 LEENREGELINGSFORMULIER ................................................................................................................................................ 62
2
STUDENT IN DE TANDARTSPRAKTIJK ............................................................................................................................... 63 SAMENVATTING GEDRAGSREGELS VOOR STUDENTEN TANDHEELKUNDE ................................................ 64
4 ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE OPLEIDING IN DE TANDHEELKUNDE INLEIDING ...................................................................................................................................................................................... 68 PARAGRAAF 1, ALGEMEEN .................................................................................................................................................... 68 PARAGRAAF 2, OPBOUW VAN DE OPLEIDING ............................................................................................................. 70 PARAGRAAF 3, POSTPROPEDEUSE ..................................................................................................................................... 71 PARAGRAAF 4, STUDIEVOORTGANG INCLUSIEF STUDIEADVIES......................................................................... 74 PARAGRAAF 5, TOELATING TO THET TWEEDE STUDIEJAAR VAN DE OPLEIDING, DE POSTPROPEDEUTISCHE FASE ............................................................................................................................................... 78 PARAGRAAF 6, DE POSTPROPEDEUTISCHE FASE VAN DE OPLEIDING............................................................... 79 PARAGRAAF 7,TENTAMENS EN EXAMENS VAN DE OPLEIDING .......................................................................... 84 PARAGRAAF 8, VOOROPLEIDING ....................................................................................................................................... 93 PARAGRAAF 9, STUDIEVOORTGANG EN STUDIEBEGELEIDING............................................................................ 96 PARAGRAAF 10, ZIJ-INSTROOM TANDHEELKUNDE .................................................................................................. 96 PARAGRAAF 11, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN ........................................................................................... 100 Bijlage: Eindtermen Bachelorfase en Masterfase ................................................................................................................ 101 Gedragsregels voor studenten tandheelkunde .................................................................................................... 111 5 ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE OPLEIDING IN DE TANDHEELKUNDE INLEIDING ................................................................................................................................................................................... 112 PARAGRAAF 1, ALGEMENE BEPALINGEN ..................................................................................................................... 113 PARAGRAAF 2, OPBOUW VAN DE OPLEIDING .......................................................................................................... 114 PARAGRAAF 3, TENTAMENS EN EXAMEN VAN DE OPLEIDING ......................................................................... 119 PARAGRAAF 4, TOELATING ................................................................................................................................................ 124 PARAGRAAF 5, STUDIEBEGELEIDING ............................................................................................................................. 125 PARAGRAAF 6, SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN.............................................................................................. 126 PARAGRAAF 8, SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN.............................................................................................. 115 Bijlagen: Eindtermen Bachelorfase en Masterfase ................................................................................................................ 127 Gedragsregels voor studenten tandheelkunde .................................................................................................... 134
6 REGELS EN RICHTLIJNEN EN PROTOCOLLEN EXAMENCOMMISSIE GENEESKUNDE EN TANDHEELKUNDE 2012-2013 .................................................................................................................................... 135
STUDENTENSTATUUT 2012-2013 RUG ................................................................................................................. 203
3
4
1 KENMERKEN VAN DE OPLEIDING TANDHEELKUNDE. INLEIDING In 1995 gingen in Groningen de opleidingen tot tandarts en mondhygiënist van start. Een belangrijk uitgangspunt bij deze start was het inter-professioneel samenwerken tussen beroepsbeoefenaren in de mondzorg. Beide opleidingen werden oorspronkelijk ingebed in de Faculteit Medische Wetenschappen. In aansluiting op de uitgangspunten van Curriculum C2000 van deze Faculteit, is de opleiding Tandheelkunde gebaseerd op de principes van probleemgeoriënteerd onderwijs. Het curriculum van de opleiding Tandheelkunde is ingrijpend veranderd: in september 2004 is de 3-jarige Bachelorfase van het nieuwe curriculum Tandheelkunde (T21) gestart. In september 2007 is de 2-jarige Masterfase van start gegaan. Ondanks dat de Masteropleiding pas is gestart in 2007 is er alweer een niet onbelangrijke verandering met betrekking tot de duur van de Masteropleiding. Met ingang van het studiejaar 2007 zal voor de studenten die met de Bacheloropleiding beginnen, het programma van de daarop volgende Masteropleiding 3 jaren duren. DE KENMERKEN VAN HET ONDERWIJS Integrale mondzorg Adequate mondzorg vereist een integrale en brede benadering van de patiënt en zijn mondgezondheid, waarbij alle aspecten van gezondheid en persoonlijke omstandigheden een rol kunnen spelen. Mede gezien de grote verschillen in mondgezondheid leidt dit tot een breed beroepsprofiel voor de tandarts met aandacht voor tandheelkundige, medische maar ook sociaaleconomische aspecten. De tandarts dient diagnostiek en behandeling van een breed scala problemen te beheersen. Vanuit dit overzicht moet hij in staat zijn een zorgplan op te stellen en de uitvoering van taken te coördineren en behandelingen uit te voeren. De mondzorgkundige richt zich op de volledige professionele preventie, waarvan screening en monitoring van de toestand van de mond en check-up een belangrijk deel uitmaken, eveneens gericht op een breed scala van mogelijke probleemvelden. Tot het takenpakket van de mondzorgkundige behoort tevens de behandeling van eenvoudige problemen, zoals de curatieve behandeling van primaire cariës. Vanuit deze brede benadering van mondzorg is gekozen voor integratie van inhouden en thema’s in een vijftal lijnen, die dwars door de traditionele tandheelkundige vakken heenlopen en samen het gehele kennisdomein van de mondzorg dekken. Minstens zo belangrijk als de (theoretische) ordening van leerinhouden is de werkwijze in de praktijk. Integrale mondzorg vereist van beroepsbeoefenaren een bedrijfsmatige aanpak, die tevens recht doet aan de maatschappelijke wens van toegankelijkheid en doelmatigheid. Daarbij zullen studenten zowel bij zorg- als beheerstaken protocollair moeten leren werken. Diagnostiek — screening — monitoring Door de snelle progressie van kennis en kunde, maar ook de verandering van de mondgezondheid bij individuele patiënten is het belangrijk dat studenten procesmatig leren denken en werken. Daarbij ligt in het Groninger onderwijs een sterk accent op diagnostiek. In het verlengde daarvan krijgt ook screening (beoordeling) en monitoring (het volgen) van aspecten van de mondgezondheid een belangrijke plaats. Om dit naar behoren te kunnen doen is een gedegen wetenschappelijke vorming van belang, waarbij studenten klinisch leren redeneren op grond van een kritisch wetenschappelijke houding. In het nieuwe curriculum T21 ligt sterke nadruk op het leren verantwoorden van de aangeboden mondzorg. Deze verantwoording dient inzichtelijk, redelijk en transparant te zijn, waarbij rekening wordt gehouden met de patiënt, de maatschappij, de beroepsgroep en wetenschappelijke standaarden. Hiervoor is het nodig dat studenten meer systematisch en diepgaand problemen leren analyseren en oplossen. 5
In het kader van diagnose, screening en monitoring past tevens het verwerven van een brede medische basis. Zo leren studenten de algemene gezondheid van patiënten te beoordelen, wat belangrijker wordt omdat mensen ouder worden en daarbij langer hun eigen gebit behouden. Individuele zorg op maat Centraal staat de patiënt. Het terugdringen van ziekten als cariës en parodontitis, en de variabele mondgezondheid leidt tot een verschuiving van het accent van behandeling naar zorg op maat. De nadruk ligt op gezondheidsbegeleiding (= zorg) van het individu. Dit is een beleid voor de langere termijn op grond waarvan een gerichte en verantwoorde keuze voor eventuele behandelingen mogelijk is. Studenten leren dit beleid expliciet vast te leggen in een individueel zorg- en behandelplan. In het zorgplan staat beknopte informatie over de patiënt en worden de doelen voor de zorg op termijn genoteerd. Voor de directe behandeling van problemen en afwijkingen dient het vertrouwde behandelplan, dat uiteraard op het zorgplan wordt afgestemd. Een adequaat zorg- en behandelplan bevordert de communicatie tussen patiënt en zorgteam. Een goede communicatie wordt als absolute voorwaarde beschouwd voor patiëntgerichte en dus variabele zorg. Diagnostische en communicatieve vaardigheden krijgen in het tandheelkunde curriculum dan ook hoge prioriteit. Waarbij behalve het contact tussen patiënt en zorgverlener ook de interactie tussen de zorgverleners onderling intensief wordt getraind. Samenwerkende opleidingen Teneinde tandartsen en mondzorgkundigen samen op te kunnen leiden is ook gekozen voor een onderwijsorganisatie, waarin universiteit en hogeschool samenwerken. Deze samenwerking krijgt voornamelijk gestalte binnen de kliniek. Op grond van hun brede beroepsprofiel dienen zowel tandarts als mondzorgkundige aan veel van hun individuele patiënten de volledige professionele zorg te kunnen verlenen. Het leren samenwerken concentreert zich binnen de Onderwijs Team Praktijk (OTP), een praktijksimulatie van een groepspraktijk. Binnen deze OTP’s worden teams gevormd van docenten, studenten Tandheelkunde en studenten Mondzorgkunde die, elk op hun eigen niveau, bijdragen aan de zorg voor patiënten en het beheer van hun praktijk.. Probleem- / patiëntoriëntatie Een breed beroepsprofiel voor Tandheelkunde en snel evoluerende kennis maken traditionele op reproductie gerichte onderwijsvormen minder bruikbaar. Het Groninger onderwijs richt zich op studeren vanuit patiëntcasuïstiek. Door studenten te confronteren met casussen en problemen, waarop zij actief en zelfstandig antwoorden dienen te vinden, leren ze denken en werken volgens een zelfde patroon als in de latere beroepspraktijk. Vanuit dit principe is gekozen voor verdere vormgeving in de zogenaamde leercyclus, een samenhangende periode van twee weken. De leercyclus is de eenheid van organisatie in de opleidingen, met een vast ritme van colleges, tutorgroepen, zelfstudie en preklinische en klinische practica. In elke cyclus staat een thema gerelateerd aan een patiëntencasus centraal. De cyclus begint met het patiëntencollege. Hierna gaan de studenten uiteen in tutorgroepen, waar onder begeleiding van een tutor volgens een vast stramien wordt gewerkt en samengewerkt. Discussie en rapportage van bevindingen op basis van de casussen en problemen staan centraal. De cyclus wordt plenair afgesloten met een responsie- en magistraalcollege. Een werkelijk uitnodigende leeromgeving wordt pas gerealiseerd als de toetsing integraal onderdeel is van het totale onderwijsprogramma. De wijze van toetsing mag niet haaks staan op het voorgestane probleem- en patiëntgeoriënteerde onderwijs, maar dient de essentie te raken. Er wordt dan ook grote waarde gehecht aan een goede afstemming tussen selecterende toetsen (met een beoordeling) en educatieve (diagnostische) toetsen welke de student volgen en ondersteunen bij het leerproces.
6
INHOUD EN VORMGEVING VAN HET ONDERWIJS VOOR DE OPLEIDING TANDHEELKUNDE De huidige doelstellingen van de opleiding Tandheelkunde T21 zijn gebaseerd op het Raamplan 2008 Tandartsopleiding. De eindtermen in het Raamplan voldoen aan de eisen van de wet BIG en de richtlijnen van de Europese Unie en daarmee aan (inter)nationaal geldende vakinhoudelijke en wetenschappelijke eisen van het actuele en toekomstige beroepenveld. De eindtermen hebben betrekking op een ongedeelde opleiding waarin de Bachelor of Science kan doorstromen naar de Masterfase van de opleiding tandheelkunde. In Groningen is dan ook nadrukkelijk ingezet op een geïntegreerd en aaneengesloten traject voor de bachelor- en Masterfase. Einddoelstelling opleiding T21 Kenmerkend voor de einddoelstelling van de opleiding T21 is dat de tandarts niet alleen moet kunnen ‘handelen’, maar zich hiervoor ook moet kunnen verantwoorden. Dit is in lijn met de nieuwe tandartseneed (2003) waarin is opgenomen dat de tandarts ‘zich open en toetsbaar dient op te stellen’ en ‘verantwoordelijkheid heeft richting de samenleving’. De opleiding hoopt een professional te vormen, die in staat is adequate zorg aan en behandeling van de individuele patiënt te leveren en de vaardigheden heeft hierop te reflecteren. De opgeleide tandarts moet kunnen beoordelen of zijn functioneren ‘professioneel’ is op basis van interne feedback (zelfreflectie) en externe feedback van patiënt, beroepsgroep, maatschappij en wetenschap. Het afleggen van verantwoording door deze academisch gevormde professional kent dus meerdere aspecten. Op grond van deze overweging is de einddoelstelling van de opleiding T21 als volgt geformuleerd:
‘De afstuderende tandarts dient minimaal over de kennis, vaardigheden en gedragingen te beschikken die hem in staat stellen zelfstandig en zonder supervisie aan de hulp- en zorgvraag onder normale omstandigheden te kunnen voldoen en hiervoor verantwoording af te leggen. ’ Ordening van leerinhouden Om de eindtermen van het Raamplan te vertalen in een onderwijsprogramma is gekozen voor een ordening die direct aansluit bij de latere beroepspraktijk van de tandarts. Binnen de mondzorg vervult de tandarts 5 ‘rollen’ die samenhangen met de verschillende aspecten van dit werk: 1. tandarts, die alle aspecten van zorg en behandeling afstemt op de gewenste en mogelijke individuele doelstellingen voor de mondgezondheid van de patiënt en in staat is deze zorg te verlenen en de hiertoe benodigde behandelingen uit te voeren en te verantwoorden; 2. medicus, die over voldoende kennis en vaardigheden beschikt om de mondgezondheid te plaatsen binnen het kader van de algehele gezondheidstoestand van de patiënt en zijn welbevinden; 3. zorgverlener, die door zijn gedrag en verworven communicatieve vaardigheden de zorg voor zijn patiënten optimaliseert en waar nodig inter-professioneel samenwerkt; 4. manager, die de organisatie van beleid en werkomgeving zodanig vorm geeft, dat de zorg voor de patiënt optimaal kan plaatsvinden, zowel ten aanzien van het individu als ten aanzien van de populatie in het zorggebied; 5. academicus, die in staat is zijn klinisch handelen te verantwoorden op basis van wetenschappelijk gefundeerde argumentatie alsook nieuwe ontwikkelingen te volgen en deze wetenschappelijk verantwoord te beoordelen. Rollen en lijnen Deze rollen vormen de basis voor de inhoudelijke ordening van het curriculum T21: de 5 lijnen waaruit het kerncurriculum is opgebouwd (tabel 1). 7
Rol
Lijn
Tandarts
Tandheelkundige Kennis en Vaardigheden (=Integrale Mondzorg in de 3-jarige Master) Medicus Medische Kennis en Vaardigheden Zorgverlener Gedragswetenschappelijke Kennis en Vaardigheden Manager Organisatie Mondgezondheidszorg en praktijk Academicus Wetenschappelijk Denken en Handelen
Tabel 1. Overzicht van rollen en lijnen in T21. Naast deze vijf lijnen zijn in T21 twee longitudinale lijnen geprogrammeerd: 6. Lijn Individuele profilering 7. Lijn Professionalisering Ad 6 Lijn Individuele profilering In deze lijn wordt het onderwijs behorend bij het keuzeonderwijs ondergebracht. Ongeveer 10% van het volume van het curriculum zal worden ingevuld vanuit deze lijn. Ad 7 Lijn Professionalisering De toevoeging van het element ‘verantwoording afleggen’ aan de einddoelstelling van T21 heeft consequenties voor de opbouw van het programma. Voor het vervullen van iedere afzonderlijke rol behoort de tandarts te beschikken over specifieke kennis, vaardigheden en gedragingen, zoals beschreven in de eindtermen. De afstuderende tandarts is echter niet enkel de som van vijf losse rollen, maar een professional die bij het verlenen van zorg de vijf rollen geïntegreerd kan uitvoeren én over zijn handelen verantwoording kan afleggen. Expliciete training van deze beide laatste aspecten is onderbracht in de lijn Professionalisering die als dwarsverbinding van de vijf hoofdlijnen in alle vijf jaren van het onderwijs wordt opgenomen. Het grootste deel van het curriculum wordt ingevuld vanuit de lijn Tandheelkundige Kennis en Vaardigheden. Deze lijn is verdeeld in drie compartimenten, namelijk het compartiment Tandheelkundige Kennis, het compartiment Tandheelkundige Vaardigheden en het compartiment Kennis van Vaardigheden. In Tandheelkundige Kennis is de ‘theorie’ ondergebracht die nodig is voor de toekomstige rol van tandarts. In de Tandheelkundige Vaardigheden is de ‘praktijk’ ondergebracht. Dit betreft het verwerven van vaardigheden, betrekking hebbende op ‘het doen’, op de prekliniek en kliniek. Met betrekking tot deze vaardigheden dient de student ook kennis te verwerven over de toepassing en uitvoering van deze vaardigheden (‘waarmee en hoe u het doet’). Deze theoretische kennis is ondergebracht in Kennis van Vaardigheden. Integratie lijnen De inhoud van iedere lijn is duidelijk herkenbaar en afgebakend. Bij de lijn Tandheelkundige Kennis en Vaardigheden horen specifieke tandheelkundige onderwerpen zoals cariës, parodontopathieën en de gemutileerde dentitie; bij de lijn Gedragswetenschappelijke Kennis en Vaardigheden bijvoorbeeld onderwerpen als communicatie. De 5 lijnen staan echter niet los van elkaar, maar hebben een onderlinge 8
verwevenheid. In de lijn Medische Kennis en Vaardigheden worden medisch biologische basisconcepten behandeld die nodig zijn voor het begrijpen van tandheelkunde (klinische) problemen zoals cariës en parodontale ontstekingen. De toepassing van tandheelkundige of medische kennis en vaardigheden kan niet los gezien worden van aspecten als ‘gedrag’ en ‘ethisch normatief handelen’ afkomstig uit de lijn Gedragswetenschappelijke Kennis en Vaardigheden of van aspecten als ‘organisatie’ of ‘financiering’ vanuit de lijn Organisatie Mondgezondheidszorg en praktijk. De lijn Wetenschappelijk Denken en Handelen biedt de wetenschappelijke context voor de andere vier lijnen. Semesters en leercyclus Binnen de Bachelor- en Masterstructuur wordt gewerkt met semesters. Ieder semester omvat 10 cycli (20 weken). Binnen de semesters (Bachelorfase) zijn twee thematische onderwijseenheden van 4 cycli (8 weken) geprogrammeerd rond een bepaald thema en met een inhoudelijke samenhang. Naar aanleiding van dit thema worden patiëntencasussen geselecteerd. De rest van het semester wordt ingevuld door onderwijseenheden die zowel in het eerste als in het tweede semester aangeboden worden. In het eerste semester van de Masterfase is sprake van één thematische onderwijseenheid. Binnen de thematische onderwijseenheden bevatten de leercycli een aantal vaste onderdelen, zoals:
-
Patiëntcollege Een plenaire bijeenkomst met alle studenten van een jaar, waarin een patiënt door een docent bevraagd wordt, meestal naar aanleiding van een specifieke klacht of probleem. Deze patiëntencasus dient als uitgangspunt voor de binnen die cyclus te bestuderen leerstof.
-
Tutorgroepbijeenkomst 1 ( in Bachelor jaar 1 en 2) Een tutorgroep bestaat uit ongeveer 9 studenten en wordt gecoacht door een docent; de tutor genaamd. Tijdens de eerste bijeenkomst presenteert een van de studenten zijn bevindingen van de patiëntendemonstratie. Vervolgens geven de studenten een aanzet voor de oplossing van het probleem van de cyclus door te brainstormen, te discussiëren, ideeën aan te dragen en vragen te stellen aan de hand van breed geformuleerde casussen / problemen.
-
Tutorgroepbijeenkomst 2 (in Bachelor jaar 1 en 2) Tijdens de tweede bijeenkomst presenteren studenten de antwoorden die zij op de gerezen vragen hebben gevonden. Zij relateren deze aan de problemen en casussen.
-
Responsiecollege Wanneer studenten bepaalde vragen niet hebben kunnen oplossen, of wanneer tijdens het leerproces nieuwe vragen gerezen zijn, dan kunnen deze worden voorgelegd aan een docent, die de vragen in een responsiecollege zal beantwoorden.
-
Magistraalcollege Na het responsiecollege volgt ter afsluiting van de cyclus nog een magistraalcollege. Hierin wordt in brede zin teruggeblikt naar het probleem van de cyclus. Nieuwe inzichten met betrekking tot het probleem of recente wetenschappelijke publicaties kunnen hierbij aan de orde komen. Vanzelfsprekend zijn naast de vaste onderdelen van de cyclus ook uren gereserveerd voor preklinische practica, patiëntenzorg en zelfstudie. Ook de toetsing vormt een integraal onderdeel.
Preklinisch en klinisch onderwijs
Het skillslab Een belangrijke plaats binnen de opleidingen wordt ingenomen door het preklinisch en klinisch werken. Tandartsen zijn in hun beroep sterk afhankelijk van goede vaardigheden op het gebied van communicatie, diagnose, gezondheidsbegeleiding en therapie. Gedurende de gehele studie is daarom veel tijd ingeruimd voor praktische training, zowel met als zonder patiënten. Deze praktische training vindt plaats binnen de 9
onderwijseenheden ‘Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden’ in de bachelor en in de onderwijseenehdne ‘Integrale Mondzorg’in de Master .
Kliniek en Onderwijs Team Praktijk In de loop van de studie komt in toenemende mate het accent te liggen op de patiëntenzorg. Afgezien van de externe praktijkstages zal de patiëntenzorg in de bachelorfase jaarklas gewijze plaatsvinden. In de Masterfase zal de patiëntenzorg grotendeels plaats vinden binnen de Onderwijs Team Praktijk (OTP): een praktijksimulatie op basis van een groepspraktijk. Ieder team van staf en studenten zal zoveel mogelijk functioneren als een echte praktijk, die een 'eigen' patiëntenbestand heeft en zelf zorg draagt voor de opvang van acute gevallen, administratie, hygiëne enzovoort. Uitgangspunt is het streven naar een optimale zorgverlening. Voor elke patiënt wordt een individueel zorg- en behandelplan opgesteld. Op grond daarvan kunnen bij behandeling behorende taken onder studenten worden verdeeld. Hun inzet wordt bepaald afhankelijk van al verworven vaardigheid en expertise, rekening houdend met de benodigde klinische oefening en de roostering van andere activiteiten. Daarbij geldt steeds dat de staf eindverantwoordelijk is voor de patiëntenzorg. Een team bestaat uit stafleden en studenten Tandheelkunde (Masterfase) en studenten Mondzorgkunde. Ieder team krijgt begeleiding van een teamleiders (tandarts). De teamleiders dragen er zorg voor, dat studenten op hun eigen niveau werken. Voorts stimuleren zij het groepsproces door rolverdeling binnen de groep. Een essentieel onderdeel van het werken in de OTP is de frequent voorkomende patiëntenbespreking, waar problemen besproken worden en waar behandel- en zorgplannen worden gemaakt in onderling overleg. Hierbij wordt in grote lijnen de werkwijze van de tutorgroepen toegepast. Ook het functioneren in het team kan in deze besprekingen aan de orde worden gesteld. In het eerste jaar van hun studie zullen studenten in een OTP team stage lopen en vooral kennis nemen van de organisatie. Naarmate hun eigen vaardigheid toeneemt, zullen ze meer ingeschakeld worden bij assisterende taken, tot uiteindelijk de taken van hun toekomstig beroep volledig worden uitgevoerd. Doelen per studiejaar Teneinde studenten verder inzicht in het onderwijsprogramma te verschaffen, zijn per studiejaar thematische tussendoelen geformuleerd. BACHELORFASE
Studiejaar 1 (propedeuse): Introductie/ oriëntatie/ selectie/ verwijzing De studenten krijgen in het eerste jaar inzicht in studie en beroep; de opleidingen krijgen enig inzicht in de potenties van de student. Dat betekent dat studenten met alle aspecten van hun beroepsprofiel kennis maken: de inhoudelijke aspecten, de beroepsuitoefening, de medische oriëntatie, de zorgverlening en de kritisch-wetenschappelijke benadering. Voorts wordt basale kennis verworven.
Studiejaar 2: Kennen/herkennen In dit jaar ligt de nadruk op het kennen en verklaren van de meest in de mondgezondheid voorkomende afwijkingen: cariës, parodontale afwijkingen, slijmvliesafwijkingen, kaakgewrichtafwijkingen en algemene gezondheidsproblemen. Verder verwerven studenten door intensieve training elementaire professionele vaardigheden. Binnen de onderwijseenheid Tandheelkundige Vaardigheden en Kennis van Vaardigheden wordt gestart met de patiëntenbehandeling waarbij de nadruk ligt op het leren onderzoeken, het diagnosticeren en het opstellen van een zorg- en behandelplan.
10
Studiejaar 3: Herkennen/diagnostiek Aan het einde van de Bachelorfase zijn studenten tandheelkunde in staat de meest voorkomende afwijkingen op het gebied van de mondgezondheid te diagnosticeren inclusief het gebruik van de daarvoor noodzakelijke hulpmiddelen. Bovendien zijn ze in staat de verschillende ‘eenvoudige’ behandelingen bij patiënten uit te voeren, zoals een gebitsreiniging, het restaureren van gebitselementen en het vervaardigen van een volledige prothese. MASTERFASE
Integratie 5 rollen, voorbereiding praktijkuitoefening In de Masterfase ligt, naast de theoretische componenten, de nadruk op het maken van zorg- en behandelplannen en zelfstandig complexere behandelingen uitvoeren. Naast de patiëntenzorg besteden de studenten een belangrijk deel van de Masterfase aan coschappen kaakchirurgie en orthodontie, wetenschappelijke vorming en aan hun Individuele Profilering. Maar ook de lijn Professionalisering is een belangrijke component van de Masterfase Beschrijving onderwijseenheden Bachelor opleiding Jaar 1 Zicht op beroep en vakgebied (8 EC) In deze eerste onderwijseenheid van de opleiding richt de student zich al direct op het eindresultaat: de tandarts die bekwaam is als tandheelkundig en medisch professional, zorgverlener, academicus en manager. Het vakgebied wordt belicht aan de hand van een drietal thema’s. Onder het thema ‘beleving van mond en aangezicht’ komen de vele aspecten van de mondgezondheid tot leven, zowel in tandheelkundig als sociaalpsychologisch en ethisch-wetenschappelijk opzicht. Vanaf het tweede thema, gewijd aan acute problemen, komen medische aspecten en de disciplines die daarvoor de basis vormen voor het voetlicht, veelal in afstemming met de activiteiten op en rond het skillslab. Bij het derde thema wordt het concept mondzorg nader uitgewerkt, evenals diverse aspecten van het werken in de mondzorg, waaronder samenwerkingsverbanden, communicatie en risico’s. Bewustwording van de diverse keuzemogelijkheden in het beroep van tandarts, waaronder differentiaties, specialisaties en typen praktijkvoering, sluit de onderwijseenheid af. In deze onderwijseenheid wordt gestart met het oefenen van vaardigheden, ook ten dienste van alle andere onderwijseenheden in dit jaar en komende jaren. Aan de hand van casus en problemen die themagebonden zijn en daarmee relevant voor het beroep van tandarts, wordt in tutorgroepen een constructieve benadering van studeren aangeleerd. Daarbij staat een algemeen toepasbare methodiek voor probleembenadering en -oplossing centraal. Hulp bij het zoeken en selecteren van literatuur wordt geboden vanuit de onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing 1. Door te studeren in een tutorgroep, dat model staat voor intercollegiale samenwerking, ontwikkelt de student het vermogen te werken in groepsverband en bepaalde rollen (voorzitter en notulist) daarbij te vervullen. Door daarbij tevens feedback te geven en ontvangen wordt, mede via activiteiten in het kader van de onderwijseenheid Professionalisering 1, individuele groei gestimuleerd.
11
Levensloop (8 EC) Aan de hand van problemen uit verschillende levensfasen van de patiënt bestudeert de student de ontwikkeling van het gebit en aangezicht, en in samenhang daarmee de lichaams- en psychosociale ontwikkeling. Het eerste thema betreft het volwassen gebit: een nadere studie van de functies, en een introductie van de concepten occlusie en articulatie. In relatie tot hun functie in het aangezicht worden spieren vanuit de (macroscopische en microscopische) anatomie en celbiologie belicht. De oudere mens dient zich aan als tweede thema. Problemen rond gebitsmutilatie en verandering van vorm en functie van het tandkaakstelsel staan daarbij centraal. Het concept veroudering krijgt ook gestalte op psychosociaal en celbiologisch niveau. Het derde thema gaat terug naar het prille begin. Een verstoorde embryonale en foetale ontwikkeling leidend tot afwijkingen in het hoofd/halsgebied (met schisis als voorbeeld) vormt het kader waarin de aanleg en ontwikkeling van het lichaam, aangezicht en gebit worden bestudeerd, van macroscopisch-anatomisch tot moleculair-biologisch niveau. Uit verdieping in casus en presentaties door het Schisisteam van het UMCG komt de noodzaak tot multidisciplinaire aanpak van de zorg voor een schisis-patiënt krachtig naar voren. De ontwikkeling van baby tot volwassene is het vierde thema, net als bij de voorgaande thema’s vanuit diverse disciplines bezien, waarbij het wisselgebit centraal staat. Het orale milieu (8 EC) In deze onderwijseenheid staat het onderwijs in de lijnen Tandheelkundige en Medische Kennis en Vaardigheden in het licht van de gezonde mond en de medisch gecompromitteerde patiënt. Het eerste thema betreft de gezonde mond, voeding en de voedselopname. Hierbij komen naast de anatomie, de functionele histologie en de functie van de tractus digestivus ook de cellulaire transport mechanismen met betrekking tot voedselopname aan de orde. In het tweede thema maakt de student kennis met de vorm en functie van harde en zachte orale weefsels in de gezonde mond. Daarnaast wordt ingegaan op de bouw van het kaakgewricht en de vascularisatie en innervatie van het hoofd-halsgebied. Ook worden de functies van het orofaciale systeem behandeld waarbij de kauwfunctie, smaak en reuk en de functie van de tong speciale aandacht krijgen. Het derde thema van deze onderwijseenheid staat in het licht van de medisch gecompromitteerde patiënt waarbij homeostase op de voorgrond staat. Hier zal ingegaan worden op algemene principes van regelmechanismen van het menselijk lichaam waarbij de endocriene organen, het autonome zenuwstelsel, en regeling van lichaamstemperatuur, ademhaling en lichaamsvloeistoffen speciale aandacht krijgen. Het vierde thema heeft betrekking op hart en circulatie. Hier worden de eigenschappen van bloed behandeld evenals de anatomie, het functioneren en de functionele histologie van het hart- en vaatstelsel. Tijdens de onderwijseenheid het orale milieu komt in het kader van het klinisch ethisch redeneren de betekenis en relevantie van de morele principes "niet schaden" en "goed doen" voor de mondzorg aan de orde. Bedreiging en bescherming (8 EC) In deze onderwijseenheid wordt ingegaan op het evenwicht tussen bedreiging en bescherming en hoe het lichaam reageert op verstoringen van dit evenwicht door exogene en endogene factoren. Ingegaan zal worden op mechanismen die het lichaam ten dienste staan om het oorspronkelijke evenwicht te herstellen dan wel om een nieuw evenwicht te bereiken. Het eerste thema omvat het onderwerp plaque en de hieraan gerelateerde functie van speeksel en microbiële aspecten waarbij algemene bacteriologische en microbiologische onderwerpen en de tandplaquevorming op de voorgrond staan. Verder wordt hier de gezondheidszorg nader belicht waarbij ingegaan wordt op de relatie tussen enerzijds gedrag en anderzijds de sociale omgeving en mondgezondheid/mondzorg. Het tweede thema betreft het bloedend tandvlees. De basis van dit thema wordt gevormd door de anatomie en fysiologie van het parodontium. Daarnaast komt de etiologie en pathogenese van aandoeningen van het parodontium aan bod evenals de klinische diagnose en specifieke microbiologie ervan. Als medische basis worden in het kader de afweer, de acute- en chronische ontstekingen en de beginselen van immunologie 12
behandeld. Dit thema wordt afgerond met onderwerpen uit de radiologie waarbij beeldvorming en beeldinterpretatie centraal staan. De ziekte cariës is het onderwerp van het derde thema . Behandeld zullen worden de etiologie, pathogenese en specifieke microbiologie van het cariësproces. Bij de specifieke microbiologie zal ook het metabolisme van bacteriën aan de orde komen. Daarnaast wordt verder inzicht gegeven in de opbouw en normale werking van de speekselklieren alsook de samenstelling en functie van het speeksel. Het thema wordt afgesloten met enkele aspecten van het klinisch ethisch redeneren die toegespitst zijn op het rechtvaardigheidsprincipe. Bij het laatste thema staat preventie centraal. Hierbij zal aandacht besteedt worden aan de primaire preventie en de rol van fluor bij het cariësproces en de toxiciteit van fluor. Ook wordt inzicht geboden in de wijze waarop voeding en gedrag de mondgezondheid en met name het cariësproces kunnen beïnvloeden. Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A (6 EC) Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B (9 EC) Het grootste deel van het curriculum wordt ingevuld vanuit de lijn Tandheelkundige Kennis en Vaardigheden. Deze lijn is daarom onderverdeeld in drie compartimenten, namelijk het compartiment Tandheelkundige Kennis, het compartiment Tandheelkundige Vaardigheden en het compartiment Kennis van Vaardigheden. In Tandheelkundige Kennis is de “theorie” ondergebracht die nodig is voor de toekomstige rol van tandarts. In de Tandheelkundige Vaardigheden is de “praktijk” ondergebracht. Dit betreft het verwerven van vaardigheden, betrekking hebbende op ‘het doen’, op het skillslab en kliniek. Met betrekking tot deze vaardigheden dient de student ook kennis te verwerven over de toepassing en uitvoering van deze vaardigheden (‘waarmee en hoe je het doet’). Deze theoretische kennis is ondergebracht in Kennis van Vaardigheden. In het eerste jaar wordt de student geïntroduceerd op het skillslab en kliniek en maakt hij kennis met diverse aspecten van de “mondzorg”. Het skillslab speelt een belangrijke rol voor het aanleren van manuele vaardigheden. Er wordt een begin gemaakt met de verwerving van de psychomotorische vaardigheden, zoals het leren hanteren van tandheelkundig instrumentarium voor onderzoek en behandeling. Er wordt geoefend in het prepareren en restaureren, waarbij het herstel van de vorm en functie van de tanden en kiezen een belangrijke rol speelt. Daarnaast wordt gewerkt aan het verwerven van vaardigheden op het gebied van steriliteit/hygiëne en ergonomie. Wetenschappelijke scholing 1 (6 EC) De onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing 1 vormt een deel van de lijn Wetenschappelijk Denken en Handelen binnen de opleiding Tandheelkunde. Het doel van deze lijn is dat studenten wetenschappelijke aspecten integreren als een vanzelfsprekend onderdeel van methodisch klinisch werken. Tevens dienen studenten vaardigheden te ontwikkelen die van belang zijn voor het begrijpen van onderzoeksverslagen en voor het feitelijk verrichten van onderzoek. De student is aan het einde van het eerste jaar in staat - problemen op systematische wijze te benaderen en op te lossen - kennisbronnen te traceren, daarbij doelgericht gebruik te maken van de faciliteiten van de Centrale Medische Bibliotheek en kritisch om te gaan met de keuze van kennisbronnen bij het verwerven van kennis - zoekstrategieën in wetenschappelijke databank(en) te ontwikkelen en uit te voeren ter beantwoording van klinische vragen vraag en deze uit te voeren - wetenschappelijke publicaties te screenen en globaal op algemene wetenschappelijke merites te beoordelen - de begrippen risico en etiologie te hanteren in relatie tot tandheelkundige aandoeningen en relevante literatuur hierover in relatie tot een actueel klinisch probleem te traceren en kritisch te beoordelen 13
- ziektebeloop en factoren die daarop van invloed zijn vanuit klinisch-epidemiologisch perspectief te beschrijven en de betekenis aan geven van kennis verkregen uit wetenschappelijk onderzoek als grondslag voor (klinische) beslissingen en acties - relevante beginselen van beschrijvende en analytische statistiek toe te passen bij de analyse van waarnemingsresultaten Professionalisering 1 (7 EC) Het doel van de opleiding Tandheelkunde is het opleiden van professioneel werkende tandartsen. Dat wil zeggen tandartsen, die bij de zorg voor de patiënt in staat zijn om de 5 rollen die een tandarts vervult, in samenhang te kunnen uitvoeren. Daarvoor is kennis en kunde nodig. In de toepassing daarvan zullen echter onder verschillende omstandigheden keuzes zijn: vaak kunnen behandeling ‘volgens het boekje’ worden uitgevoerd, maar soms ook niet. Echt sprake van professionaliteit is er in onze ogen pas als de tandarts in staat is het eigen handelen, inclusief de beslissingen en keuzes die daarin gemaakt worden, te beoordelen en verantwoorden. Professionaliteit wordt tevens getoond als de verantwoording leidt tot conclusies over en zo nodig aanpassing van het handelen. Verantwoording legt een tandarts af aan zichzelf, de patiënt, de samenleving en de beroepsgroep. Verantwoording dient inzichtelijk, redelijk en transparant te zijn, waarbij rekening wordt gehouden met de normen en waarden van degene aan wie verantwoording wordt afgelegd. Deze wijze van verantwoorden wordt geoefend met methodieken als reflectie, intervisie en dialoog. Daarmee wordt geleerd om op een systematische, open en onderzoekende wijze tot verduidelijking, analyse en conclusies te komen van bijvoorbeeld keuzes in het handelen als tandarts. De oefening van deze methodieken bestaat vooral door het aanleren van een aantal vaardigheden. Er zijn nog weinig contacten met patiënten. Daarom wordt functioneren van de student in en ervaringen met het (klinisch) onderwijs gebruikt als ‘materiaal’ om te oefenen in verantwoording afleggen. Van iemand die in staat is over dat functioneren en keuzes daarin verantwoording af te leggen (transparant, redelijk en begrijpelijk) en ook in staat zijn/haar gedrag aan te passen aan de eisen en omstandigheden verwachten we dat hij/zij in staat is voldoende professionaliteit als tandarts te ontwikkelen. In Professionalisering 1 maakt de student kennis met het concept ‘professionaliteit’, en de hiervoor genoemde methodieken en vaardigheden. In het eerste jaar ligt de nadruk op de vaardigheden ‘expliciteren’ en ‘concretiseren’. Zoals gezegd, activiteiten binnen het onderwijs bieden ‘oefenmateriaal’ voor de oefening van vaardigheden maar kunnen ook voor beoordeling gebruikt worden. Beoordelingen van uw functioneren in bijvoorbeeld de tutorgroep en de prekliniek en uw ervaringen met stages binnen en buiten de opleiding kunnen gebruikt worden om te oefenen met reflecteren en vaardigheden als expliciteren. U krijgt daartoe opdrachten om bijvoorbeeld de ervaringen in een stage te evalueren. Een zelf te kiezen onderwerp uit de evaluaties zal dan onderwerp van gesprek zijn in zogenaamde coachgroepen. Dit zijn groepen van 10 studenten (andere samenstelling dan tutor- en mentorgroepen), die onder leiding van een coach onderwerpen als hiervoor genoemd bespreken. Daarbij wordt ook geoefend in vaardigheden als expliciteren en concretiseren. Na afloop schrijft u individueel een reflectie over een voor u opvallend punt. En daarmee wordt dan ook geoefend in verantwoorden: waarom kiest u dat onderwerp en wat gaat u ermee doen. U krijgt op de reflectie feedback van de coach. Alle evaluaties en reflecties met feedback worden verzameld in een portfolio. Hieruit moet aan het einde van het jaar zichtbaar zijn of de student groei heeft doorgemaakt in het aanleren van de gewenste vaardigheden en methoden. Ook moet uit de portfolio blijken dat functioneren in het onderwijs voldoende is of tenminste verbetering toont. Onder het functioneren valt ook het functioneren in de coachgroep: de kwaliteit van de portofolio, afspraken nakomen, voldoende en actief aanwezig zijn. U wordt ook beoordeeld op het vermogen om in een mondelinge toets over een onderwerp uit het 2e 14
semester uit de tutorgroepen. De beoordeling betreft de presentatie maar ook de integratie van de rollen van de tandarts. Kortom: we beoordelen uw vermogen om professional te worden op uw functioneren in het onderwijs en uw vermogen om daarover verantwoording af te leggen. Jaar 2 Weefselverlies (6 EC) In deze onderwijseenheid wordt aandacht besteed aan de oorzaken en gevolgen van weefselverlies in de mondholte. Hierbij komen factoren en processen aan de orde die een rol spelen bij de aantasting van het de zachte weefsels. Ingegaan zal worden op het ontstaan van gingivitis en parodontitis. Hierbij speelt het verworven afweersysteem een belangrijke rol. Daarnaast komen factoren en processen aan bod die een rol spelen bij aantasting van de harde weefsels wat kan leiden tot cariës, erosie, abrasie of attritie. Bij aantasting van zowel zachte als harde weefsels speelt het evenwicht tussen aanval en afweer een cruciale rol. Welke factoren zorgen voor verstoring van het evenwicht en welke mechanismen staan het lichaam ten dienste om het oorspronkelijk evenwicht te herstellen dan wel een nieuw evenwicht te bereiken? De kennis die verkregen is bij “Bedreiging en bescherming “ (semester 1.2) zal worden uitgebreid, waarbij zowel de verworven afweer alsmede de speciële pathologie van parodontium en gebitselementen aan de orde zullen komen. Hierbij wordt uitgebreid aandacht besteed aan diagnostische technieken, risicofactoren, preventie en behandeling. Nadrukkelijk komt ook de totale mondzorg voor de patiënt aan bod, waarbij het concept diseasemanagement wordt geïntroduceerd. Orale geneeskunde (6 EC) In deze onderwijseenheid wordt aandacht besteed aan de basale kennis van het menselijk lichaam die nodig is om medisch gecompromitteerde patiënten adequaat te kunnen behandelen. Immers, bepaalde ziektebeelden en/of de medische behandeling hiervan kunnen gevolgen hebben voor de mondgezondheid en ook kunnen deze van invloed zijn op het tandheelkundig zorg- en behandelplan. Er wordt ingegaan op de fysiologie van hart, longen, lever en nieren, waarbij de relatie met tandheelkundig handelen centraal staat. Daarnaast wordt aandacht besteed aan allergie: allergische reacties die kunnen optreden bij de patiënt, maar ook beroepsallergie van de tandarts door het werken met bepaalde materialen. Een ander belangrijk onderdeel van deze onderwijseenheid wordt gevormd door de benigne, premaligne en maligne slijmvliesafwijkingen in het hoofd-halsgebied. Hierbij wordt aandacht besteed aan etiologie, diagnostiek en behandeling ervan. Een mogelijke oorzaak van slijmvliesafwijkingen is een systemische immuunziekte en ook het immuunpathologisch proces wat hieraan ten grondslag ligt, komt aan de orde. Odontogene ontsteking en acute pijn (6 EC) In deze onderwijseenheid staat de endodontologie centraal. In het algemeen kan de endodontologie worden beschreven als dat onderdeel van de tandheelkunde dat zich bezighoudt met de bouw en functie van het endodontium. Ook bestudeert de endodontologie de epidemiologie, pathologie, preventie en behandeling van de aandoeningen van het endodontium en de daarmee verband houdende aandoeningen van de weefsels die het gebitselement omgeven. In de eerste cyclus worden pulpitis en pulpanecrose besproken en de etiologische factoren. Uiteraard wordt hier ook de anatomie/histologie van de pulpa behandeld. Aangezien pulpitis gepaard kan gaan met intense pijn zal de neurofysiologie van pijn aan de orde komen. Ook is er aandacht voor de geneesmiddelen in de tandheelkunde en met name de analgetica inclusief de farmacologie. In de tweede cyclus wordt de uitbreiding van de pulpitis naar de weke delen besproken, de zogenaamde odontogene ontstekingen. Ontstekingen in het orofaciale gebied betreffen meestal menginfecties van de lichaamseigen orale flora. In het kader van deze ontstekingen 15
wordt vanuit de lijn Medische kennis en vaardigheden de pathogenese van infecties en de temperatuurregulatie toegelicht en wordt de bestrijding van infecties m.b.v. anti-infectieuze middelen besproken. De derde cyclus staat in het licht van de differentiële diagnostiek van aandoeningen van de pulpa en periapex. De diagnostiek van deze aandoeningen is moeilijk omdat de gegevens vaak vaag zijn en de ziektebeelden niet scherp van elkaar afgegrensd zijn. Voor pijnuitschakeling bij een endodontische behandeling wordt anesthesie gegeven. Daarom wordt in de vierde cyclus, naast de vraag herbehandeling wortelkanaal of chirurgie, dan ook de oppervlakte-, infiltratie- en geleidingsanesthesie behandeld. Om de hiervoor noodzakelijke gedegen kennis van de weefsels en structuren in het operatiegebied te verkrijgen zal er veel aandacht zijn voor de anatomie van het operatiegebied. Vanuit de lijn Gedragswetenschappelijke Denken en Handelen is aandacht voor omgaan met emoties met name angst voor tandheelkundige behandeling, de wijze waarop mensen gedrag aanleren en hoe gedrag met betrekking tot mondgezondheid veranderd kan worden. Tevens komt klinisch-ethisch redeneren m.b.t. de ethische grenzen van wetenschappelijk onderzoek aan de orde. Stoornissen in groei en ontwikkeling (6 EC) In deze onderwijseenheid worden de afwijkingen van het tand-kaakstelsel behandeld die ontstaan tijdens de ontwikkelingsfase en de groei. In cyclus 1 komen o.a. de stoornissen in de tandweefselstructuren, afwijkingen in het aantal gebitselementen en afwijkende tandvormen aan de orde. In samenhang met deze stoornissen zal de medische genetica belicht worden. Tandstand- en kaakstandafwijkingen of een combinatie van beide (orthodontische afwijkingen) is het centrale onderwerp in cyclus 2. In relatie met de orthodontische afwijkingen is er in de Medische lijn aandacht voor ontwikkelingsstoornissen en botziekten. In cyclus 3 zullen de statische (occlusie) en de dynamische contactrelaties (articulatie) tussen de gebitselementen van onder- en bovenkaak uitgediept worden. Hiernaast wordt een voorzichtig begin gemaakt met de stoornissen van het kauwstelsel met name slijtage. Uiteraard is er dan ook aandacht voor het herstel tot een kauwstelsel met voldoende kauwcomfort en mandibulaire stabiliteit en vrij van pathologie. In cyclus 4 wordt het mandibulaire bewegingsapparaat belicht in het bijzonder de anatomie, het bewegingsmechanisme ,de stoornissen en de hieraan ten grondslag liggende etiologie.en behandelstrategie. Eén van de etiologische factoren van de stoornissen van het mandibulaire bewegingsapparaat is de psychosociale factor (o.a. stress) Vanuit de lijn Gedragswetenschappelijk Denken en Handelen worden stress en stress vermindering (aanleren van “coping skills”) nader belicht. Het klinisch-ethisch redeneren m.b.t. ethische grenzen van wetenschappelijk onderzoek, waarmee gestart is in de Onderwijseenheid Odontogene ontsteking en acute pijn, wordt in de onderhavige onderwijseenheid vervolgd. In cyclus 3 en 4 zullen in de Medische lijn o.a. auto-immuunziekten, gewrichtsaandoeningen en KNO-afwijkingen behandeld worden. Tevens is tijd beschikbaar voor een practicum ter oefening van communicatieve vaardigheden. -Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A (12 EC) -Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B (8 EC) De practica van de Tandheelkundige vaardigheden kunnen worden onderverdeeld in practica die op zichzelf staan en practica die zijn geclusterd in een module. Samen met de betreffende theorie van de Kennis van vaardigheden vormt het een eenheid waaraan deeltoetsen (vaardigheden en theorie) gekoppeld zijn. Een module wordt aan de hand van deeltoetsen en practicum verplichtingen beoordeeld In totaal omvat het tweede jaar 4 modules: 1. module prepareren en restaureren II 2. module frontelementen 16
3. module endodontologie I 4. module kliniek De practica behorende bij de eerste 3 modules worden gegeven op het skillslab, röntgencabines, combizaal en de techniekruimte. In het tweede jaar wordt verder gegaan met het aanleren van de psychomotorische vaardigheden welke in het eerste jaar gestart zijn. Hierbij wordt o.a. doorgegaan met de oefeningen prepareren en restaureren. Er wordt kennis gemaakt met de theorie en praktijk van endodontologie (basis) en anesthesie. Ook vindt er occlusie en articulatie analyse plaats van de door de student op de kliniek gemaakte gebitsafdrukken. Tevens leren de studenten o.a. röntgenfoto’s maken en interpreteren daarvan, en het doen van een cephalometrisch onderzoek. In de module kliniek wordt de student geïntroduceerd op de kliniek waarbij kennis en vaardigheden getraind worden die nodig zijn voor de zorg en behandeling van patiënten. Een deel van het onderwijs zal bestaan uit het leren van de benodigde (klinische) basisvaardigheden en bij medestudenten geoefend worden, zoals het uitvoeren van onderzoek. Wetenschappelijke scholing 2 (5 EC) De student is aan het einde van het tweede jaar in staat - zoekstrategieën in wetenschappelijke databank(en) te ontwikkelen en uit te voeren ter beantwoording van klinische vragen van diagnostische aard en deze uit te voeren - zoekstrategieën in wetenschappelijke databank(en) te ontwikkelen en uit te voeren ter beantwoording van klinische vragen gericht op de effecten van interventies en deze uit te voeren - wetenschappelijke publicaties te screenen en globaal op algemene wetenschappelijke merites ten aanzien van de diagnostiek te beoordelen - wetenschappelijke publicaties te screenen en globaal op algemene wetenschappelijke merites ten aanzien van therapie-effect te beoordelen - de begrippen diagnostiek en therapie te hanteren in relatie tot tandheelkundige aandoeningen en relevante literatuur hierover in relatie tot een actueel klinisch probleem te traceren en kritisch te beoordelen - relevante beginselen van beschrijvende en analytische statistiek toe te passen bij de analyse van waarnemingsresultaten Deze doelen worden bereikt door middel van colleges, practica (waarin de beginselen van wetenschappelijke onderzoeksmethoden en van ‘evidence-based dentistry’ worden geoefend en toegepast in de context van diagnostiek respectievelijk therapie-effect) en thematische werkcolleges en in mentorgroepsbijeenkomsten. Professionalisering 2 (6 EC) In Professionalisering 2 zal de groei en ontwikkeling als professional verder vorm krijgen. Dat gebeurt vooral door de training in vaardigheden van de methodieken reflectie, intervisie en dialoog te verbreden en verdiepen. . De nadruk ligt dit jaar op de vaardigheden ‘analyseren’ en ‘diagnosticeren’. Natuurlijk wordt aan de andere vaardigheden ook aandacht besteed. De werkwijze komt grotendeels overeen met die van het eerste jaar: opdrachten uitwerken, bespreking in coachgroepen, reflecteren en verslaglegging verzamelen in de portfolio. Als oefenmateriaal komt waar mogelijk het klinisch onderwijs aan de orde. In dit jaar wordt een begin gemaakt met het aanleren van de methodiek van intervisie. Dat betreft het in de coachgroep gestructureerd bespreken van een ervaring, situatie of probleem die door een van de leden wordt ingebracht.
17
Aan het einde van het jaar zal uit de portfolio moeten blijken in hoeverre de student de vaardigheden en methodieken als basis voor verantwoording afleggen beheerst en sturing geeft aan de inhoud van de studie (individuele profilering). De kwaliteit van de portfolio betreft de volledigheid, organisatie en toegankelijkheid van de inhoud van de portfolio. De analyse van de eigen ontwikkeling betreft de inhoud van de portfolio en met de wijze waarop en de mate waarin reflecties een groei laten zien (bereiken van leerpunten). Ook nu zal het functioneren weer een van de onderdelen van beoordeling zijn. Daarbij wordt ook het functioneren in de coachgroep betrokken: aanwezigheid, maar ook het zich houden aan afspraken en actief participeren. Individuele profilering 2 (5 EC) De lijn Individuele Profilering (IP) geeft de student de kans om zijn/haar studie deels naar eigen voorkeur in te richten en daarmee de student in staat te stellen zijn/haar positie te bepalen in het wetenschaps- en beroepsveld. De functie van de lijn Individuele Profilering in de Bachelorfase zal vooral kennismaking en oriëntatie zijn op brede academische vorming, op beroepsmogelijkheden van de tandarts en op eigen voorkeuren en drijfveren binnen de studie. Dit zal gebeuren door het volgen van verschillende Beroepsen Inhoudelijke oriënterende stages, een JSM-project of een minor (voorheen Algemeen Vormend Vak). In de masterfase zal met name verdieping en verbreding zijn van bestaande kennis binnen een vakgebied naar eigen voorkeur. Jaar 3 Herstel van occlusie (5 EC) Er zijn verschillende oorzaken aan te geven waardoor gebitselementen verloren kunnen gaan. Een oorzaak waar deze onderwijseenheid mee begint is het dentale trauma. Mits de juiste diagnose wordt gesteld en vervolgens de juiste behandelingen worden uitgevoerd kan het element veelal behouden blijven. Wat eerst een dentaal trauma leek, zou bij nadere beschouwing ernstiger kunnen zijn. Ook voor het dentale trauma geldt dat het beter is om te voorkomen dan te genezen. Daarom zal er ook aandacht worden besteed aan de preventie ervan met bijvoorbeeld een gebitsbeschermer. Er wordt in deze onderwijseenheid naast de dentale trauma ook ingegaan op aangezichtsletsel. Hiervan is vooral de diagnostiek van belang voor de tandarts. In het tweede onderwerp van deze onderwijseenheid zal worden ingegaan op de technieken van extractie. Speciale aandacht hierin krijgt de verwijdering van de derde molaar. Er zal moeten worden geleerd om een juiste inschatting te kunnen maken wanneer deze zelf kan worden verwijderd en wanneer het beter is om de patiënt door te sturen voor een chirurgische verwijdering. Aansluitend hierop zal er worden ingaan op de farmacotherapie: een passende pijnstilling en een juist antibioticabeleid. Bij de laatste cyclus zit het onderwijs in “Basic Life Support”. In combinatie hiermee worden er nogmaals enkele ziektebeelden behandeld die een invloed hebben op de behandeling en een rol kunnen spelen bij acute situaties in de tandartspraktijk. Echter, de theorie redt geen levens en daarom zal er ook praktisch onderwijs zijn in “Basic Life Support”. Dit onderwijs loopt door in de tweede onderwijseenheid. Na de elementgebonden problematiek zal deze onderwijseenheid verder ingaan op de meer mondgebonden problematiek. Na het verlies van gebitselementen zal op de edentate kaak de volledige gebitsprothese volgen voor het herstel van de functie. Bij de ouderwordende edentate patiënt treden er een aantal veranderingen op in de kaak. Door deze veranderingen kan het moeilijker worden om een door de patiënt geaccepteerde prothese te vervaardigen. Dit maakt de prothetiek tot een zeer uitdagend onderdeel van het vak.
18
Complexe diagnostiek en behandeling (5 EC) Het slagen van een behandeling wordt mede sterk beïnvloed door de motivatie en het gedrag van de patiënt. In het eerste onderdeel van deze onderwijseenheid zal de aandacht uitgaan naar de invloed van het gedrag van de patiënt op de mondgezondheid. Hoe kan dit gedrag worden beïnvloed? Ook hier is het nodig om een goede diagnose te stellen. In deze onderwijseenheid zal verder gekeken worden naar de behandeling van patiënten waarbij een deel van de occlusie verloren is gegaan. Hierbij worden de mogelijkheden van herstel van occlusie door kronen en bruggen bekeken. Aandacht zal moeten worden besteed aan het opzetten van een uitgebreid behandelplan alvorens er begonnen wordt met behandelen. Na de voorbereidende behandelingen kan er een begin worden gemaakt met de behandeling met indirecte restauraties. Worden het volledig metalen kronen, metaalporselein of volledig keramische kronen? Of zou de patiënt beter af zijn met een partiële restauratie? Kortom: wat zijn de verschillende indicaties van de behandelmogelijkheden? Het 2e deel van deze onderwijseenheid staat in het teken van het fundament. Na een endodontische behandeling kan een element zodanig verzwakt zijn dat een kroon alleen niet voldoende retentie heeft. Het kan dan nodig zijn om het element op te bouwen met bijvoorbeeld een wortelstift. Wordt dit een confectiestift met een opbouw van plastisch materiaal of zal er een gegoten stiftopbouw nodig zijn? Naast deze factoren is er natuurlijk nog een ander belangrijk aspect van het fundament dat gezond moet zijn, namelijk het parodontium. Met betrekking tot de parodontologie gaat het erom de afwijkingen juist te diagnosticeren. Hierbij wordt ook rekening gehouden met oorzakelijke en beïnvloedende factoren. Onder andere de invloeden van restauratieve en prothetische voorzieningen en de invloeden van systeemziekten op de algemene gezondheid. In de zorg en behandeling is zelfzorg cruciaal. Er staan de tandarts en de mondhygiënist diverse mogelijkheden ter beschikking om de patiënt bij die gedragsaanpassing terzijde te staan. Samenwerken is hierbij een mogelijkheid om de effectiviteit te vergroten. Uiteindelijk komt het moment dat de initiële behandeling moet worden geëvalueerd. Als het resultaat onvoldoende is, dan zullen andere behandelingen moeten worden overwogen. Dat kan beginnen met het (her) overwegen van de diagnose en verder onderzoek, zoals bijvoorbeeld bacterieel onderzoek. Specialistische mondzorg 1 (5 EC) In deze onderwijseenheid zijn een tweetal disciplines leidend, te weten parodontologie en orthodontie. De bindende factor in deze onderwijseenheid is ‘klinisch redeneren’. Met betrekking tot de parodontologie gaat het erom de afwijkingen juist te diagnosticeren. Hierbij wordt ook rekening gehouden met oorzakelijke en beïnvloedende factoren. Hiertoe zijn te rekenen de invloeden van restauratieve en prothetische voorzieningen, die in voorgaande onderwijseenheden aan de orde zijn geweest. In de afwegingen van diagnoses en zorg/behandeling moeten ook de invloeden van systeemziekten worden meegenomen, terwijl ook zicht moet worden gehouden op de invloed van parodontale afwijkingen op de algemene gezondheid. In de zorg en behandeling is zelfzorg cruciaal.. Er staan de tandarts en de mondhygiënist diverse mogelijkheden ter beschikking om de patiënt bij die gedragsaanpassing terzijde te staan. Teamwork is hierbij een mogelijkheid om de effectiviteit te vergroten. Als de initiële behandeling voltooid is wordt deze na een tijd geëvalueerd. Als het resultaat onvoldoende is, dan zullen andere behandelingen worden overwogen. Dat kan beginnen met het (her) overwegen van de gestelde diagnose, door aanvullend onderzoek (bijvoorbeeld bacterieel onderzoek).
19
Kortom, met parodontologie als thema zullen onderwerpen uit verschillende lijnen (medische kennis en vaardigheden, gedragswetenschappelijke kennis en vaardigheden, organisatie van de gezondheidszorg) geïntegreerd aan de orde komen. Het tweede thema in deze onderwijseenheid is orthodontie. Ook hier staat het klinisch redeneren centraal. Wat doet een tandarts-algemeen practicus met afwijkingen van de tandstand en met vragen en wensen van de patiënt en ouders over gebitsafwijkingen? Nodig zijn inzicht in groei en ontwikkeling van de gebitselementen, het aangezicht en de criteria om in te grijpen of om door te verwijzen. In deze eenheid wordt daarom aandacht besteed aan model- en gelaatsanalyse. De doelen van een orthodontische behandeling zijn divers, hoewel verbetering van de esthetiek een (letterlijk) in het oog springend doel is. In aansluiting op stof in voorgaande jaren wordt ingegaan op gedragswetenschappelijke verklaringen van verwachtingen aangaande de esthetiek. Van de tandarts-algemeen practicus wordt verwacht dat deze een patiënt verwijst, of bij voldoende deskundigheid zelf ingrijpt. Daarvoor is voorbereiding, voorlichting en kennis nodig over hoe in te grijpen. Wat is het beste tijdstip en wat zijn eventuele gevolgen. Daarbij komen verschillende aspecten van de kindertandheelkunde aan de orde. Wat te doen bij een hoog cariësrisico? Hoe te handelen bij een (onvermijdelijke) extractie van een melkelement? Is de behandelbaarheid te vergroten? De ouders moeten worden voorgelicht over de aard van de behandeling, soms over de nazorg, zoals bij aangeboren afwijkingen, maar ook over de organisatie en de financiering van de zorg. Ook hier is er dus een integrale benadering vanuit verschillende lijnen en disciplines. Daarnaast zijn er practica ingeroosterd voor het oefenen van analyses en de aansluitende behandelplanning. Specialistische mondzorg 2 (5 EC) Het thema van deze onderwijseenheid wordt vrijwel grotendeels gewijd aan mondziekten en kaakchirurgie. Het overkoepelende thema daarbij is weer ‘klinisch redeneren’ maar dan vooral gericht op de vraag “monitoren, zelf ingrijpen of verwijzen’.Voortbouwend op het onderwijs in het eerste en twee jaar wordt aandacht besteed aan zwellingen en afwijkingen met een opbouw van benigne afwijkingen via ontstekingen naar maligne afwijkingen. Er is aandacht voor de meest frequent voorkomende cysten en cysteuze zwellingen, maar ook botafwijkingen en afwijkingen gerelateerd aan de speekselklieren. Aan bod komen ook orofaciale ontstekingen in de meer brede zin. In het kader van diagnose of monitoren worden ook de begrippen ‘dentogene foci’ en ‘focal infection’ behandeld. Zij spelen een belangrijke rol bij de tandheelkundige behandeling van voornamelijk patiënten met een endocarditisrisico, patiënten met endoprothesen en patiënten die behandeld worden voor een kwaadaardige aandoening met chemotherapie en/of radiotherapie. Daarom dient men op de hoogte te zijn van deze risico’s en van adequate voorzorgsmaatregelen. Het vroegtijdig herkennen van tumoren in het hoofdhals gebied is van groot belang en komt in deze onderwijseenheid aan bod, met name ook in relatie tot de andere zwellingen en afwijkingen. De vraag van al of niet verwijzen doet zich ook voor op het gebied van de dento-alveolaire chirurgie. Hierin maakt de student kennis met chirurgische ingrepen in en rond de mond, zoals de chirurgische endodontie, frenulumextirpatie, preprothetische correcties, etc. Ook het indiceren en plaatsen van implantaten behoort hiertoe. Tenslotte wordt aandacht besteed aan chronische pijn als gezondheidsprobleem, waarvoor al dan niet verwijzen een verantwoorde keuze moet zijn. Integratie met andere onderwerpen komt in deze onderwijseenheid tot stand door aandacht voor algemene ziekteleer, zoals oncologie en ziekten die worden beïnvloed door foci. Aandacht is er voor de 20
regels en procedures van verwijzen, maar ook voor communicatie, bijvoorbeeld met betrekking tot chronische pijn. Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 - Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 SL (Skillslab) (10EC) - Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 KL (Kliniek) (15EC) De practica van de Tandheelkundige vaardigheden kunnen worden onderverdeeld in practica die op zichzelf staan en practica die zijn geclusterd in een module. Samen met de betreffende theorie van de Kennis van vaardigheden vormt het een eenheid waaraan deeltoetsen (vaardigheden en theorie) gekoppeld zijn. Een module wordt aan de hand van deeltoetsen en practicum verplichtingen beoordeeld In totaal omvat het derde jaar 4 modules: a. module endodontologie II b. module de volledige prothese c. module kronen d. module kliniek De practica behorende bij de eerste 3 modules worden gegeven op het skillslab en de techniekruimte. In het derde jaar vormt de module endodontologie II een vervolg op de basiscursus van het tweede jaar. Een belangrijk deel van de onderwijseenheid zal ingevuld worden met het preklinisch vervaardigen van een volledige gebitsprothese en de oefeningen van de vaardigheden ten behoeve van het vervaardigen van gegoten restauraties, zoals prepareren, het maken van afdrukken en het vervaardigen van tijdelijke voorzieningen. In de module kliniek wordt een begin gemaakt met de patiëntenzorg in jaargroepen. Van de student wordt verwacht dat hij of zij aan het einde van het derde jaar aan de eisen voldoet om een volwaardig teamlid te zijn voor de onderwijspraktijk. Wetenschappelijke scholing 3 (3 EC)
Het onderwijs uit de lijn Wetenschappelijk denken en handelen in jaar 3 wordt voor een deel (2 EC) afgerekend bij de onderwijseenheid ‘Professionalisering’ en een deel (3 EC) in de onderwijseenheid ‘Wetenschappelijke scholing 3. De student is aan het einde van de bachelorfase (jaar 2 en 3) in staat - wetenschappelijke overwegingen te maken en te verantwoorden en deze aspecten als een vanzelfsprekend onderdeel van methodisch klinisch werken te integreren - vaardigheden toe te passen die van belang zijn voor het begrijpen van onderzoeksverslagen en voor het feitelijk verrichten van onderzoek Deze doelen worden bereikt door middel van groepsbesprekingen klinisch-wetenschappelijk-ethisch redeneren, colleges, practica (waarin de beginselen van wetenschappelijke onderzoeksmethoden en van ‘evidence-based dentistry’) en in mentorgroepsbijeenkomsten, waarin een leeronderzoek wordt opgezet en uitgevoerd om nader kennis te maken met de fasen van het wetenschappelijk onderzoeksproces. Professionalisering 3 (7 EC) Aan het einde van het derde jaar beheerst de student de methodieken (reflectie, intervisie en dialoog) die de basis vormen voor verantwoorden en bijbehorende vaardigheden op basisniveau. In dit laatste jaar van de bachelorfase kan de student oefenen op basis van zorg voor en behandeling van patiënten. Een aantal bekende onderdelen komen ook dit jaar aan de orde: ‘omgaan met beoordelingen van functioneren (in klinisch onderwijs)’, adoptiestage, coachgroepen en portfolio. 21
In de afgelopen jaren werd verantwoorden vooral ‘geoefend’ op eigen functioneren in onderwijs. Nu komt daar een belangrijk onderwerp bij: de KWER (Klinisch-wetenschappelijk-ethisch redeneren). In groepen wordt geoefend in de redenering om van de klacht/wens van een patiënt tot een diagnose, zorg en behandeling te komen. De methoden hiertoe zijn de wetenschappelijke dialoog en het afleggen van verantwoording in de verschillende rollen van de tandarts. Vaardigheden als expliciteren, concretiseren, analyseren (probleem oplossen) en generaliseren worden toegepast op wetenschappelijke, tandheelkundig inhoudelijke, ethische eb gedragsmatige onderwerpen. Schriftelijke weerslag van de KWER zal onderdeel van de portfolio uitmaken. De beoordelingen komen overeen met die van vorige jaren. Beoordelen van functioneren in klinisch onderwijs zal grotendeels daar plaats vinden. In de coachgroep zal echter de beheersing van vaardigheden en methodieken die ten grondslag liggen van transparant, begrijpelijk en redelijk te verantwoorden worden beoordeeld. In de beoordeling zal ook het functioneren in KWER en coachgroepen worden betrokken: aanwezigheid, afspraken nakomen en actief participeren. Individuele profilering 3 (5 EC) De lijn Individuele Profilering (IP) geeft de student de kans om zijn/haar studie deels naar eigen voorkeur in te richten en daarmee de student in staat te stellen zijn/haar positie te bepalen in het wetenschaps- en beroepsveld. De functie van de lijn Individuele Profilering in de Bachelorfase zal vooral kennismaking en oriëntatie zijn op brede academische vorming, op beroepsmogelijkheden van de tandarts en op eigen voorkeuren en drijfveren binnen de studie. Dit zal gebeuren door het volgen van verschillende Beroepsen Inhoudelijke oriënterende stages, een JSM-project of een minor (voorheen Algemeen Vormend Vak). In de masterfase zal met name verdieping en verbreding zijn van bestaande kennis binnen een vakgebied naar eigen voorkeur.
Beschrijving onderwijseenheden 3-jarige Master opleiding Theoretisch onderwijs In Master 1 zijn twee thematische onderwijseenheden ingeroosterd: de OWE Complexe mondproblemen (14 EC)en de OWE Specifieke zorggroepen (14 EC). Onderstaande tabel geeft een overzicht van de onderwerpen die aan bod komen. Overzicht onderwerpen van de thematische onderwijseenheden Master 1. OWE Complexe mondproblemen OWE Specifieke zorggroepen 1. Introductie klinisch onderwijs Master — 1. Kinderen Zorgverlening & Samenwerken. 2. Angststoornissen en behandeling extreem 2. Diagnostiek & behandeling van parodontale angstige volwassenen aandoeningen — Biofilm — Preventie 3. Psychoproblematiek 3. Diagnostiek - Risicoanalyse van de 4. Mandibulaire bewegingsstoornissen en gemutileerde dentitie orofaciale pijn 4. Functieherstel van de gemutileerde dentitie — 5. Complicerende situaties samenhangend met Brugwerk en esthetiek verstoringen van orofaciale functies 5. Functieherstel van de gemutileerde dentitie — 6. De oudere patiënt Uitneembare voorzieningen 7. Patiënten met een lichamelijke en/of 6. Functieherstel van de gemutileerde dentitie — verstandelijke beperking De immediaat prothese - Weefselregeneratie 8. Culturele diversiteit 22
7. Functieherstel van de gemutileerde dentitie — Implantologie 8. Diagnostiek & behandeling van acute klachten 9. Diagnostiek & behandeling van orthodontische afwijkingen - Kinderen & volwassenen 10. Behandeling van tumoren in het hoofdhalsgebied — implicaties voor de mondzorg
9. Patiënten met comorbiditeit 10. Samenwerken & kwaliteitsbeleid
In Master 3 wordt theoretisch ondewijs aangeboden in de OWE Mondzorg in de volle breedte (6 EC). Om de tandarts in zijn rol als ‘regisseur van de zorg’ te bekwamen, wordt in deze thematische onderwijseenheid in Master 3 ingegaan op diverse thema’s gekoppeld aan de regisseursrol van de tandarts, zoals de opbouw van de beroepskolom, het overzicht van de volledige breedte van het vakgebied (inclusief differentiaties en specialisaties) en het multi- en interdisciplinair samenwerken. Integrale Mondzorg De onderwijseenheid Integrale Mondzorg is de grootste eenheid in de Master en is als volgt verdeeld over de Master: Integrale mondzorg I (25 EC), Integrale mondzorg II (35 EC) en Integrale mondzorg III (23 EC). Het onderwijs staat in de Master vooral in het teken van de participatie in de zorg voor patiënten met complexe gebitsproblemen en afkomstig uit de bijzondere zorgroepen. De student maakt daarbij deel uit van één van de teams op de kliniek en leert in deze omgeving hoe samengewerkt kan worden in de mondzorg. In het derde jaar staat de rol van regisseur centraal en maakt de student nader kennis met de differentiaties en specialisaties in de mondzorg. Binnen het klinisch onderwijs worden verschillende leerdoelen bereikt waarbij het uiteindelijk ‘behandelen’ door de student een complexe en geïntegreerde vaardigheid is. De OWE Integrale Mondzorg I, II en III omvatten de volgende onderdelen: A. Klinisch onderwijs B. De coschappen C. Cursus stralingsbescherming D. Skillslab A. Klinisch onderwijs Het klinisch onderwijs bouwt voort op de start van de patiëntenzorg in de Bacheloropleiding. Hier ligt de focus op de beginselen van de zorgplanning en uitvoering van ‘enkelvoudige’ problematiek. In Master 1 ligt de focus op de zorgplanning bij patiënten met complexe / specifieke problematiek terwijl in Master 2 participatie in de zorgverlening door uitvoering van complexe behandelingen en/of bij specifieke groepen patiënten (o.a. behandeling van kinderen) en tegelijk het leren van bewaken van het zorgtraject van de individuele patiënt. In Master 3 ligt de nadruk op de regierol van de tandarts, het verder opbouwen van routine en oriëntatie op verschillende praktijk- en samenwerkingsvormen. In dit kader zal een externe stage ingeroosterd worden, die gelopen zal worden in een externe groeps- of gedifferentieerde praktijk.
B.
De coschappen 23
De coschappen bestaan uit drie onderdelen: 1. Mondziekten en Kaakchirurgie, 2. Dento-Maxillaire Orthopedie en 3. De Centrale polidienst De coschap Mondziekten en kaakchirurgie heeft als globaal doel kennismaking met de tweedelijns (mond)zorg door de kaakchirurg. Het coschap Kaakchirurgie duurt 6 weken. Het coschap bestaat uit meerdere onderdelen: een polikliniekstage, een poli-OK-stage en een stage operatiecentrum. Daarnaast is een stage op het Centrum Bijzondere Tandheelkunde ingeroosterd. De coschappen Kaakchirurgie vinden plaats in het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG), het Medisch Centrum Leeuwarden of de Isala Klinieken te Zwolle. Tevens is er een mogelijkheid om -in combinatie met keuzeonderwijs- het coschap te volgen in het Sint Elizabeth Hospitaal in Willemstad (Curaçao). Ter voorbereiding op het coschap wordt een entreetoets afgenomen zodat de student feedback krijgt over zijn (parate) kennis. Tijdens de stage wordt een onderwerp geselecteerd waarin de student zich verdiept en aan het einde van het coschap hierover een presentatie voor de vakgroep geeft. De coschap Dento-Maxillaire Orthopedie heeft als globaal doel kennismaking met de tweedelijns (mond)zorg door de orthodontist. Dit coschap wordt gelopen op de afdeling Orthodontie van het UMCG en omvat 1 week fulltime stage binnen de kliniek voor orthodontie (inclusief verslag schrijven). De student moet voor 1 patiënt een volledige analyse en behandelplan schrijven. Dit behandelplan wordt vervolgens gepresenteerd aan en besproken met één van de docenten. De Centrale polidienst heeft als doel het toepassen van de principes van klinisch denken en redeneren in geval van acute en spoedeisende (tandheelkundige) klachten. Het coschap duurt 3 weken en vindt plaats op de polikliniek van het CTM (UMCG). Tijdens de Centrale Poli Dienst kan de student verschillende taken uitvoeren. Het belangrijkste onderdeel vormt de klachtenopvang van patiënten (zowel ingeschreven als niet-ingeschreven patiënten).De student dient zorg te dragen voor een goede administratie afwikkeling (declaraties, verwijsbrieven, etc.) C. Cursus stralingsbescherming De cursus is wordt aangeboden zodat de student heeft voldaan aan de wettelijke eisen gesteld op het deskundigheidsniveau 5A. D. Skillslab In Master 1 en 2 is onderwijs op het skillslab ingeroosterd (o.a. preklinische vaardigheden gericht op behandeltechnieken van het gemutileerde gebit).
Wetenschappelijke Scholing Wetenschappelijk Scholing (in de lijn Wetenschappelijk denken en handelen) is als volgt verdeeld in de Master: Wetenschappelijke scholing I (5 EC) Wetenschappelijke scholing II (20 EC) en Wetenschappelijke scholing III (3 EC). De lijn Wetenschappelijk denken en handelen kent de volgende globale doelen: Het kunnen integreren van wetenschappelijke aspecten als een vanzelfsprekend onderdeel van methodisch klinisch werken Het zich eigen maken van vaardigheden die van belang zijn voor het begrijpen van onderzoeksrapportages en voor het feitelijk verrichten van onderzoek. In deze lijn ligt de nadruk sterk op het toepassen van wetenschappelijke kennis en methoden. De student leert de theoretische grondbeginselen, door zelfstudie, ondersteund door colleges (in deze volgorde) en wordt van meet af aan uitgedaagd zelf na te denken, structuur aan te brengen en de beginselen toe te passen in werkcolleges en practica. De stof wordt ook direct in de praktijk gebracht. Dit gebeurt onder 24
begeleiding van een mentor (die zelf actief is in wetenschappelijk onderzoek), waarbij een project uitgevoerd wordt gebaseerd op klinische vraagstellingen. De lijn heeft in de Bachelor drie aandachtsvelden, namelijk, het wetenschappelijk denken en redeneren, Evidence-based dentistry en klinische epidemiologie en biostatistiek. Wetenschappelijk denken en handelen wordt tevens zoveel mogelijk geoefend in de context van het onderwijs vanuit de andere lijnen. In jaar 3 van de Masterfase is een verbinding gemaakt tussen de onderwijseenheid Wetenschappelijke Scholing en de patiëntenbehandeling. Het doel van Wetenschappelijke Scholing van jaar 3 van de Masterfase is een aan een specifiek expertisegebied gekoppeld tandheelkundig probleem en de behandeling daarvan te analyseren tegen de achtergrond van de beschikbare kennis in de bestaande literatuur. Men leert de diagnostiek en behandelkeuze onderbouwen, de behandeling gedetailleerd te beschrijven en het resultaat kritisch te beoordelen. Hiertoe wordt een beschrijving gemaakt van een tandheelkundige behandeling van een eigen patient in de vorm van een Case Report en op basis daarvan een Critical Appraisal van de literatuur. Professionalisering Professionalisering is als volgt verdeeld in de Master: Professionalisering I (2 EC), Professionalisering II (5 EC) en Professionalisering III (5 EC). Professionaliteit is het vermogen om “de goede dingen goed te doen” met andere woorden: de juiste keuzes te maken op het juiste moment en de genomen beslissingen ook op de juiste wijze uit te voeren en daarover verantwoording te kunnen afleggen. De professional beweegt zich daarbij voortdurend tussen verantwoording nemen voor, verantwoording afleggen over en reflectie op het eigen handelen. In de Master is binnen de lijn Professionalisering vooral aandacht voor het functioneren in de patiëntenzorg en het verantwoorden van gemaakte keuzes in de zorg, het afleggen van verantwoording ten aanzien van de persoonlijke ontwikkeling en gemaakte keuzes in de opleiding. In Master 2 volgt de student tevens een praktijkgericht scholingsprogramma rondom de onderwerpen: ‘Leiderschap en regievoering’, ‘De ondernemende professional’ ‘Kwaliteitsbeleid en nascholing’ ‘De (on)gezonde tandarts’ De onderdelen staan nadrukkelijk in het teken van de tandarts als regievoerder. Verder komen er bedrijfsen organisatiekundige aspecten van de tandartspraktijk aan bod. De theorie wordt toegelicht door gastdocenten op een of meerdere lesdagen en workshops. Dit programma wordt afgesloten doormiddel van een opdracht waarin de externe stagepraktijk wordt geanalyseerd. Deze stageopdracht vindt plaats in het derde masterjaar en is gekoppeld aan de stageopdracht van Integrale Mondzorg. In Master 3 worden nieuwe aspecten toegevoegd, zoals het analyseren van de eigen rol in de zorg (bijv. als regisseur) en de eigen inhoudelijke ontwikkeling (bijv. motivatie keuzeonderwijs). INDIVIDUELE PROFILERING (23 EC) Het keuzeonderwijs is ingeroosterd in het derde Masterjaar. Individuele Profilering wordt modulair opgezet, waarbij de student als coassistent participeert in een differentiatie, specialisatie of ander specifiek onderdeel van het vakgebied. Bij de toelating wordt de motivatie van de student meegewogen. De volgende profielen worden onderscheiden: 1. Differentiaties en specialisaties 2. Zorg- en praktijkmanagement 3. Wetenschappelijk profiel 4. Individueel profiel (bijv. buitenlandstage) 25
2 UMCG, ONDERWIJSORGANISATIE EN COMMISSIES UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM GRONINGEN Ontstaan Sinds de oprichting van de ‘Groningsche Hoogeschool’ in 1614 maakt de opleiding Geneeskunde deel uit van de Groningse universiteit. De studie Geneeskunde bestond in 1614 voornamelijk uit het bestuderen van geschriften uit de Griekse oudheid en stond ver van het bed van de patiënt af. Hoogleraar Petrus Camper (1722-1789) moderniseerde het onderwijs door juist wel aandacht te besteden aan de medische praktijk. Pas aan het einde van de 18e eeuw werd onderwijs aan het bed van de patiënt mogelijk. Daarvoor werd een ‘ziekenhuis’ met acht bedden ter beschikking gesteld, het ‘Nosocomium Academium’. Langzamerhand breidde deze accommodatie zich uit en ontstond het ‘Algemeen Provinciaal Stads- en Academisch Ziekenhuis’ (APSAZ), dat gevestigd was aan de Munnekeholm in Groningen. In de loop van de 19e eeuw gaven allerlei natuurwetenschappelijke ontdekkingen steeds meer inzicht in de werking van het menselijk lichaam. Ook de mogelijkheden op het gebied van diagnose en behandeling verbeterden sterk. Deze ontwikkelingen maakten de bouw van een nieuw Academisch Ziekenhuis noodzakelijk. In 1903 werd een nieuw complex aan de Oostersingel betrokken. De Faculteit Geneeskunde verhuisde naar het nabij gelegen pand aan de Bloemsingel. In de jaren negentig is er een groot nieuwbouwcomplex verrezen op het terrein aan de Oostersingel. In dit complex werden patiëntenzorg, onderzoek en onderwijs onder één dak gehuisvest. Dit vergrootte de mogelijkheden voor een intensievere samenwerking tussen de faculteit en het ziekenhuis. De faculteit werd in 1995 uitgebreid met de opleiding Tandheelkunde en veranderde de naam in Faculteit Medische Wetenschappen (FMW). In 2004 werd ook de opleiding Bewegingswetenschappen onderdeel van de FMW. Met ingang van 1 januari 2005 is na een langdurig voorbereidingsproces het samengaan van faculteit en ziekenhuis geformaliseerd in het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Organisatie Het UMCG wordt bestuurd door de Raad van Bestuur, die bestaat uit vier leden, waaronder de decaan van faculteit Medische Wetenschappen. Binnen het UMCG bestaat een medezeggenschapsorgaan, de Ondernemingsraad (OR). Onderdeel van de OR is een Onderwijs- en Onderzoeksraad (O&O-Raad). De belangrijkste bevoegdheid van de O&O-Raad is het instemmingsrecht met (delen van) de OER (Onderwijs- en Examen Regeling). Voor de actuele samenstelling van de diverse gremia en commissies wordt verwezen naar: http://www.rug.nl/umcg/faculteit/bestuur/index
26
ONDERWIJSINSTITUUT (OWI) Algemeen Het Onderwijsinstituut coördineert het onderwijs aan het UMCG. De activiteiten van het instituut zijn gericht op de uitvoering van de onderwijsprogramma's, de kwaliteitsbewaking ervan en de voortdurende verbetering van de curricula. De Wet Modernisering Universitaire Bestuursorganisatie (MUB) ondersteunt deze centrale opzet. Om de kwaliteit van het onderwijs te optimaliseren en te waarborgen, is het Onderwijsinstituut nauw betrokken bij de disciplinegroepen van het UMCG
Tel. Curriculummanager Producenten
Producent-assistent Onderwijsbureau Roostering
Curriculumbureau Tandheelkunde 363 2009 dr. G.J. Deenen 363 3067 mw. R. Blikslager 363 3078 mw. L. Timmermans 363 8276 mw. E. Langendijk 363 8554 mw. M. Ruzius-Langerak 363 2009 mw. M. Ruzius-Langerak 363 8371 drs. R.M. Bezema 363 7860
Voor studenten Tandheelkunde is het Curriculumbureau veelal het eerste aanspreekpunt van het Onderwijsinstituut. Het Curriculumbureau Tandheelkunde is voor studenten van maandag tot en met donderdag 11.30 tot 14.00 uur geopend.
Studieadviseurs Nieuwe studie, verhuizing, heimwee, relaties, uitgaan, geld, studiefinanciering, studentenhuis, vrienden, familie, ouders, sport, vereniging, vakantie, buitenland, stage, studielast, studiedruk, herhalingstoetsen, studiestress, ziekte, uitstelgedrag, keuzes maken, bindend studieadvies. Bijna alle studenten maken vroeger of later een periode mee waarin het met de studie niet wil vlotten. Soms overleggen ze met vrienden, medestudenten of familieleden; soms komen ze er zelf uit, soms stappen ze naar een studieadviseur. 1001 vragen Studieadviseurs zijn er voor die 1001 vragen, bijvoorbeeld over studieplanning, studiemethode en studievertraging, maar ook over studeren met een handicap, problemen in de persoonlijke sfeer en psychische problemen. Studieadviseurs zijn vertrouwenspersonen, ze luisteren, geven informatie, advies en ondersteuning. Eventueel verwijzen ze door, bijvoorbeeld naar het Studenten Service Centrum (studentendecanen of de studentenpsychologen). Belangrijk: Ziekte of bijzondere omstandigheden (overmacht). In je studietijd kun je studievertraging oplopen door ziekte of bijzondere (familie-) omstandigheden (overmacht). Als je door overmacht studievertraging oploopt, dan ga je waarschijnlijk over je studiefinancieringtijd heen. Daarom bestaat de mogelijkheid financiële compensatie uit het Profileringsfonds aan te vragen, waarmee je je studie iets langer kunt financieren. Voorwaarde om in aanmerking te komen voor financiële ondersteuning uit het Profileringsfonds is, dat je de bijzondere omstandigheden tijdig (=direct) hebt gemeld bij je studieadviseur. Overmachtsituaties zijn bijvoorbeeld 27
ziekte, zwangerschap, een functiebeperking, bijzondere familieomstandigheden of onderwijskundige overmacht. Heb je te maken met een bijzondere omstandigheid die langer dan een maand gaat duren (studievertraging >5 ECTS), neem dan onmiddellijk contact op met je studieadviseur. Je studieadviseur verwijst je eventueel door naar de studentendecaan indien het ernaar uitziet dat de studievertraging groter wordt dan 15 ECTS. Indien de studieadviseur je doorverwijst naar de studentendecaan, moet je uiterlijk binnen 4 weken na melding bij de studieadviseur, een afspraak gemaakt hebben met de studentendecaan. Wil je een aanvraag doen of meer informatie over de procedure zie dan http://www.rug.nl/studenten/studiebegeleiding/studievertraging/index BindendStudieAdvies (BSA) Een BSA is een bindend advies van het College van Bestuur van de Universiteit dat bepaalt of je je opleiding, of opleidingen, kunt voorzetten of niet . Om tot een advies te komen wordt er een norm gehanteerd, de BSA-norm: De minimale norm waaraan je als student Tandheelkunde moet voldoen is: 1. het behalen van 45 studiepunten (EC) in het eerste inschrijvingsjaar voor de studie tandheelkunde en 2. de propedeuse in het tweede inschrijvingsjaar. Belangrijk: bijzondere omstandigheden Wanneer er sprake is van bijzondere omstandigheden (ziekte, familieomstandigheden, functiebeperking) die je studie vertraagd hebben is het zaak deze direct, te melden bij de studieadviseur! Daarnaast zijn er speciale regelingen voor topsporters en studenten die een bestuursfunctie bekleden. Maak, indien je denkt, dat je voor een aangepaste (=verlaagde) BSA norm in aanmerking zou kunnen komen, een afspraak met één van de studieadviseurs. Wie? Bij het onderwijsinstituut zijn drie studieadviseurs: mw. drs. G. Weesjes, drs. H. Gierveld, drs. G.R Terwisscha van Scheltinga. Voor wie? De studieadviseurs zijn er voor studenten Geneeskunde en Tandheelkunde. Hoe, wanneer, waar? Open spreekuur: maandag t/m vrijdag van 12.30-13.30 uur. Ook kun je een afspraak maken via het Curriculumbureau (050-3632009). Extra mogelijkheden: 1.
[email protected] Een korte vraag kun je ook per e-mail stellen. Daarvoor is
[email protected] bedoeld. Mail je vraag en je krijgt zo spoedig mogelijk antwoord van een van de studieadviseurs. Maak er gebruik van! 2. Voorzieningen voor studenten van de RUG; http://www.rug.nl/studenten/voorzieningen/index S(tudenten) S(ervice) C(entrum): http://www.rug.nl/studenten/voorzieningen/studentenservicecentrum/index Vragen over studiebegeleiding en studievertraging: http://www.rug.nl/studenten/studiebegeleiding/vertragingStudeerproblemen
28
WORKSHOPS TENTAMENVOORBEREIDING Aan de hand van concrete tentamenvragen wordt een aantal relevante aspecten die nodig zijn voor een goede voorbereiding op een toets aan de orde worden gesteld. Centraal in deze workshops staat dat je inzicht krijgt in je eigen studieaanpak en leert dat je zelf een verandering kan maken naar een meer actieve en effectieve studiemethode. In de twee workshops zullen aan de hand van tentamenvragen verschillende studievaardigheden aan de orde komen: bijvoorbeeld het maken van een goede studieplanning, omgaan met uitstelgedrag, leerdoelen uitwerken en bestuderen, hoofd- en bijzaken onderscheiden en het maken van toetsen met meerkeuzevragen. Niet alle onderwerpen die aan de orde komen zullen passen bij jou of op jouw persoonlijke situatie van toepassing zijn. Het doel van de workshops is dat je uit alle verschillende tips en adviezen die aan de orde zijn gekomen kan werken naar een meer academische manier van studeren. Met het oefenen en eigen maken van deze nieuwe technieken zal je studiemethode rationeler en doelgerichter worden en zullen je prestaties op de toetsen uiteindelijk verbeteren.
Nestorsteunpunt: http://www.rug.nl/umcg/onderwijs/nestor/index Nestorsteunpunt ing. J. van der Leest 363 2781
29
COMMISSIES De Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde De Examencommissie Geneeskunde -Tandheelkunde (EC) stelt op basis van de Onderwijs en Examen Regeling Tandheelkunde (OER), de 'Regels en Richtlijnen van de Examencommissie' vast. Beide (OER en R&R) zijn volledig in deze studiegids opgenomen. De Examencommissie TandheelkundeGeneeskunde is voorts belast met het vaststellen van de examens van de studierichting Tandheelkunde. Voorzitter Secretaris
Dr R.A. Tio drs G.A.H. Buist; email:
[email protected]
Opleidingscommissie Tandheelkunde De Opleidingscommissie Tandheelkunde (OCT) heeft tot taak het bestuur van de Faculteit Medische Wetenschappen /UMCG en de O&O-raad, gevraagd of ongevraagd te adviseren m.b.t. het onderwijs en het onderwijsbeleid. Per 01-06-2012 is dr. G. Stel voorzitter van de OCT. Secretaris is ir. A.W. Sillius; e-mail:
[email protected]
Facultaire commissie Bindend Studieadvies Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De decaan van de Faculteit Medische Wetenschappen (UMCG) delegeert het uitbrengen van het Bindend Studieadvies (BSA) aan de Facultaire commissie Bindend Studieadvies. De Facultaire commissie heeft daarmee ook als taak het al dan niet uitbrengen van een BSA aan een student met bijzondere omstandigheden. Adviezen worden door de commissie uitgebracht namens de decaan. De Facultaire commissie ziet er op toe dat de Bindende Studieadviezen op een verantwoorde wijze worden afgegeven. Taken - Bindend Studieadvies De Facultaire commissie BSA brengt, namens de decaan en rekening houdend met de bepalingen in de OER van de respectievelijke opleidingen, aan het einde van het studiejaar het BSA uit. - Student met bijzondere omstandigheden Voor studenten met bijzonder omstandigheden is het mogelijk de BSA-norm aan te passen. Studieadviseur en student maken samen een studieplan dat recht doet aan de omstandigheden. In dit studieplan wordt, als het studieplan dat vereist, een aangepaste BSA-norm vermeld. De Facultaire commissie BSA beoordeelt, desgewenst gedurende het studiejaar of aan het einde van het studiejaar, conform de voorgestelde studieplanning en de daarbij behorende aangepaste BSA-norm besloten zal worden. - Horen van studenten Alvorens een Bindend Studieadvies uit te brengen stelt de Facultaire commissie BSA (namens de decaan) de student hiervan op de hoogte gesteld door middel van een ‘voornemen tot Bindend Studieadvies’. Nadat dit voornemen is bekend gemaakt heeft de student de mogelijkheid gehoord te worden. De Facultaire commissie BSA verzorgt het ‘horen’. Bij het horen dienen minimaal twee leden van de commissie aanwezig te zijn. 30
- Rapportage De Facultaire commissie BSA brengt jaarlijks, direct na het uitbrengen van de adviezen, verslag uit van haar werkzaamheden aan de decaan. Samenstelling Facultaire commissie Bindend Studieadvies Voorzitter: drs. R.J. Hiemstra, directeur sector F Lid: prof.dr. R.H Henning, bachelorcoördinator Geneeskunde Lid: mw. dr N.G. Blanksma, bachelorcoördinator Tandheelkunde Lid: dr. Y.P.T. Kamsma, curriculumcoördinator Bewegingswetenschappen Ambtelijk secretaris: mw. drs. F.C. Okker, Onderwijsinstituut
31
OVERZICHT BACHELOR T21 & MASTER T2010 EXAMINATOREN TANDHEELKUNDE 2012-2013 BACHELOR T21 Jaar Onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied 1 Levensloop Het orale milieu Bedreiging en bescherming Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A en 1B Wetenschappelijke scholing 1
2
3
Professionalisering 1 Weefselverlies Orale geneeskunde Odontogene pijn en acute pijn Stoornissen in groei en ontwikkeling Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A en 2B Wetenschappelijke scholing 2 Professionalisering 2 Individuele Profilering 2 Herstel van occlusie Complexe diagnostiek en behandeling Specialistische mondzorg 1 Specialistische mondzorg 1 Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 Skills Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 Kliniek Wetenschappelijke scholing 3 Professionalisering 3 Individuele Profilering 3
3 jarige MASTER T2010 Jaar Onderwijseenheid Complexe mondproblemen 1 Specifieke zorggroepen Integrale Mondzorg I Professionalisering I
Examinator Drs W.J. Wolters Dr P.J.W. Jüch Drs P.J.L de Beukelaar Mw. Prof. dr W.M. Molenaar Drs E.E. Feenstra Mw. dr D. Opstelten Dr C.G. van Hoogmoed Drs P.J.L de Beukelaar Mw. Prof. dr W.M. Molenaar Drs E.E. Feenstra Dr P.J.W. Jüch Drs A.A.B. Krol Mw. A. Kunnen Drs P.J.L de Beukelaar Mw. drs I.M.A. Scholten Mw. Prof. dr W.M. Molenaar Drs E.E. Feenstra Dr P.J.W. Jüch
Examinator N. Droulias, DDS Drs E.E. Feenstra Mw. drs I.M.A. Scholten Drs E.E. Feenstra 32
Wetenschappelijke stage I
Mw. Prof. dr W.M. Molenaar
2
Integrale Mondzorg II Professionalisering II Wetenschappelijke stage II
Mw. drs I.M.A. Scholten Drs E.E. Feenstra Mw. Prof. dr W.M. Molenaar
3
Mondzorg in de volle breedte Integrale Mondzorg II Professionalisering II Wetenschappelijke stage II
Prof. dr H.J.A. Meijer Mw. drs I.M.A. Scholten Drs E.E. Feenstra Mw. Prof. dr W.M. Molenaar Prof. dr H.J.A. Meijer
Individuele Profilering
CURRICULUMBUREAU THK Curriculummanager THK
Dr. G. J. Deenen
Jaar Bachelor 1 Bachelor 2 Bachelor 3
Producent Mw. E. Langendijk Mw. E. Langendijk Mw. L. Timmermans
Assistent Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak
Master theorie Master planning Lijn Professionalisering Wetenschappelijk Denken en Handelen Bachelor Wetenschappelijk Denken en Handelen Master Individuele Profilering Bachelor Individuele Profilering Master Tandheelkundige Vaardigheden / Integrale Mondzorg Overig Adoptiestage KDO
Mw. R. Blikslager Mw. L. Timmermans
Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak
Mw. R. Blikslager Mw. E. Langendijk Mw. R. Blikslager Mw. E. Langendijk Mw. L. Timmermans Per jaarproducent
Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. M. Ruzius-Langerak
Mw. M. Ruzius-Langerak Mw. R. Blikslager
33
ONDERWIJSINSTITUUT Onderdeel Mw. dr E.A. van Hell Evaluatie onderwijs Master QauMatrix Professionalisering Bachelor Professionalisering Master
Consulent Mw. dr E.A. van Hell Mw. drs M. Heijne-Penninga Mw. drs E.A. van Akkeren Mw. drs F.C. Okker Mw. drs F.C. Okker
UMCG, CENTRUM VOOR TANDHEELKUNDE EN MONDZORGKUNDE Antonius Deusinglaan 1 (FB21) 9713 AV Groningen tel: 050 - 363 3092 webiste: www.ctm.umcg.nl
Organisatie CTM Voorzitter Chef de Clinique Manager Bedrijfsvoering
prof. dr. F. Abbas drs. H.J. Lohr mw. drs. A.J. Wildeboer
363 7593 363 8618 363 2671
Onderwijs Master coördinator Bachelor coördinator Hoofd Mondzorgkunde
dr. J. Tams mw. dr. N.G. Blanksma mw. M. Brandenburg
363 3088 363 2647 363 2713
Logistiek skillslab en kliniek Magazijn Zorgadministratie
363 8473 363 7505
Logistiek (poli)kliniek mw. T Eggens praktijkmanager polikliniek Drs. H.J. Lohr, hoofd polikliniek Polikliniek (patiëntenbalie) Polikliniek (tussenbalie)
363 2554 363 8618 363 7505 363 8727
Logistiek kliniek mw. M. de Vries, praktijkmanager onderwijskliniek Ing. E. Zwarteveen, manager behandelfaciliteiten OTP 1 (Terschelling) OTP 2 (Hoogeland) OTP 3 (Ameland) Skillslab
363 2766 363 8012 363 2576 / 6478 363 2561 363 8599/ 8597 363 6851
Logistiek uitgiftebalie D. Boekholt mw. M. Kuiper- Peetoom
363 8473 363 7504 34
E. Buikema mw. A.J.J. Eleveld mw. G. Hoving-Peelen P. Mollenhorst L. de Rijber mw. I. Roffel
363 8468 363 8598 363 8468 / 7591 363 7591 363 7935
Witte kleding van het UMCG Op de onderwijskliniek dient witte kleding van het UMCG gedragen te worden. De studenten die in het daaropvolgende studiejaar op de onderwijskliniek gaan werken worden in mei/juni opgeroepen om de maat op te laten nemen bij het Servicepunt Bedrijfskleding van het UMCG. De kleding wordt vervolgens besteld en komt per eind augustus/begin september beschikbaar. De kleding kan opgehaald worden bij Kledinguitgifteautomaat 5 (KUA 5), gebouwdeel 40, begane grond, onder “De Brug” tegenover het personeelsrestaurant. Om kleding uit de automaat te kunnen halen is een UMCG-pas nodig. Deze UMCG pas is, tevens vanaf eind augustus verkrijgbaar bij de personeelswinkel van het UMCG. Tijdens het op laten nemen van de maat wordt een informatieboekje meegegeven waarin o.a. staat hoe het brengen en halen van de witte kleding in zijn werk gaat.
Infectiepreventie in het UMCG Medewerkers en studenten die actief worden in de patiëntenzorg worden door het UMCG van tevoren gescreend op de infectueuze aandoeningen Hepatitis-B, TBC, en MRSA. Voor studenten die op de onderwijskliniek van het UMCG-Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde gaan werken vindt deze screening volgend op de vaccinatieronde bij de Arbodienst van de RuG plaats. Dat wil zeggen dat de betreffende studenten in mei/juni een oproep krijgen om zich te laten screenen bij het UMCG. Voor de screening van de dienst Arbeid en Gezondheid van het UMCG dient men een kopie van het vaccinatiebewijs Hepatitis-B/titerbepaling te overleggen. Daarnaast wordt gescreend op TBC, via een mantouxtest, en op MRSA. Studenten krijgen pas toegang tot de onderwijskliniek van het UMCG-Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde indien zij de screening goed hebben doorlopen. Studenten die de screening niet of niet volledig hebben doorlopen krijgen geen toegang tot de onderwijskliniek. Indien de screening niet voor aanvang op de onderwijskliniek wordt doorlopen dient de student zelf alsnog zorg te dragen voor de infectiepreventie via de GGD Groningen. De kosten komen in dat geval voor rekening van de student.
35
TANDHEELKUNDE MONDHYGIËNE FACULTEITSVERENIGING ARCHIGENES De T.M.F.V. Archigenes: een breed georiënteerde vereniging. Het leven van de studenten Tandheelkunde en Mondzorgkunde in de mooie stad Groningen bestaat niet alleen uit het volgen van colleges, het boren van occlusaaltjes in plastic elementen en de behandeling van patiënten. Voor de nodige ontspanning in het leven naast het gebit is er de T.M.F.V. Archigenes. Deze vereniging, die in december 2002 het levenslicht zag, heeft de afgelopen tijd in recordtempo haar plek in tandheelkundig Groningen (en omstreken) weten te veroveren. Door het jaar heen worden tal van activiteiten georganiseerd waaronder excursies, borrels, symposia en feesten. Er wordt echter niet alleen goed gezorgd voor de student, ook afgestudeerden maken sinds december 2003 onderdeel uit van deze bloeiende vereniging en vormen zo de alumni-afdeling. Daarnaast heeft Archigenes een vinger in de pap als het gaat om het behartigen van belangen van studenten bij de verschillende facultaire instanties. Meer informatie? Bezoek onze website: www.archigenes.com
NEDERLANDSE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER TANDHEELKUNDE (NMT) Studentleden gebruik maken van de NMT-dienstverlening, waaronder diverse verzekeringen, de TandartsVacatureBank, praktijkbemiddeling, het Starterspakket, Startersseminars en voordelige individuele startersbegeleiding. Het student-lidmaatschap geeft bovendien recht op het bijwonen van de afdelingsvergaderingen. Meld je nu aan voor het gratis NMT-Studentlidmaatschap. Kijk op www.nmt.nl voor meer informatie en het inschrijfformulier of neem contact op met NMTLedenservice, 030 -6076380 of
[email protected] ASSOCIATIE NEDERLANDSE TANDARTSEN (ANT) Al meer dan 15 jaar zetten we ons bij de Associatie Nederlandse Tandartsen in voor de tandarts en tandarts in spé, dus ook voor jou! We doen er alles aan om ervoor te zorgen dat jij je (straks) als tandarts zo veel mogelijk kunt focussen op de relatie met je patiënten en de kwaliteit van je behandelingen. Daarom heb je een gratis lidmaatschap tijdens je studie en in het jaar van afstuderen. Meer informatie: www.ant-online.nl
[email protected]
3 ALGEMEEN PLANNING De opleiding tot tandarts omvat 6 cursusjaren: een Bachelor opleiding van 3 jaar en een Masteropleiding van 3 jaar. In De onderwijsactiviteiten van de Bachelor fase (jaar 1, 2 en 3) en de Masterfase (jaar 1) worden per semester ingeroosterd. Master jaar 2 en 3 kent geen semesterindeling meer. Elk semester heeft een eigen coördinator. De Wetenschapsbeoefening, Individuele Profilering en Professionalisering zijn niet semestergebonden; hiervoor zijn lijncoördinatoren aanwezig.
36
Ook voor de professionele vorming (skillslab, kliniek, klinische stages, keuzeprojecten) zijn aparte coördinatoren aanwezig. In de 3 jarige Master wordt professionele vorming benoemt als Integrale Mondzorg. De roostering van de onderwijsactiviteiten en andere informatie over het onderwijs staan vermeld in de semester leidraad. Deze leidraad wordt aan het begin van de het desbetreffende semester uitgereikt. Herhalingsperiode De herhalingen voor zowel skillslab alsook voor de andere (theoretische) onderwijsonderdelen zullen plaatsvinden in de maand juli 2013. De datum voor verlengd tentamen (in de maand juli 2013) zal in de maand juni 2013 bekend worden gemaakt, Een reparatie (volgend op een verlengd tentamen) wordt op een door de opleiding nader te bepalen tijdstip verstrekt.
AANVRAAG BULLEN TANDHEELKUNDE Propedeuse en Bachelorexamen Indien u, volgens de opleiding, alle examenonderdelen van de opleiding met goed gevolg heeft afgelegd, dan wel alle onderdelen van het door de examencommissie goedgekeurde programma met goed gevolg heeft afgelegd, vraagt de opleiding uw getuigschrift aan. De opleiding controleert na afloop van elk blok of studenten hebben voldaan aan de voorwaarden van een getuigschrift en vermeldt dit op Nestor. Indien u van mening bent dat voor u ten onrechte wel of geen getuigschrift is aangevraagd kunt u dat melden bij mevr. Ruzius-Langerak. Email:
[email protected] Als u wilt dat nog geen getuigschrift voor u wordt aangevraagd, kunt u dit aanvragen bij de examencommissie. Na vaststelling van de cijfers door de Examencommissie Tandheelkunde krijgt u bericht over het ophalen van uw bul. Alvorens de bul te ondertekenen en in ontvangst te nemen dient u zich te legitimeren met een geldige studentenkaart of geldig legitimatiebewijs. Voor de propedeuse en bachelor geslaagden wordt een uitreiking in het najaar georganiseerd. Indien u mee wilt doen met de uitreiking kunt u dit aangeven door het sturen van een e-mail naar
[email protected] Masterexamen Voor het Masterexamen gelden onderstaande regels: 1. Tijdens de periode waarin de tentamens voor het Masterexamen zijn behaald en op het moment van afstuderen, dient u ingeschreven te staan als student. 2. Om af te kunnen studeren, moet de student zijn tandartsbul aanvragen door middel van het invullen van een aanvraagformulier. Dit aanvraagformulier is te verkrijgen bij het Curriculumbureau. Uiterlijk 4 weken voor de datum van de tandartsbuluitreiking moet het aanvraagformulier zijn ingeleverd bij mw. M. Ruzius-Langerak, Curriculumbureau Tandheelkunde 3. Uiterlijk 2 weken voor de datum van de tandartsbuluitreiking moeten alle resultaten van de verplichte onderdelen binnen zijn bij mw. M. Ruzius-Langerak.
37
Diplomering Master Gedurende het studiejaar 2012/2013 zijn er 3 data gepland waarop de studenten hun Master diploma tandheelkunde ontvangen uit de handen van een van de leden van de Master-examencommissie. Dit gebeurt in een van de zalen van het Academiegebouw aan de Broerstraat. De data zijn (onder voorbehoud): - vrijdag 30 november 2012 - vrijdag 12 april 2013 - vrijdag 12 juli 2013 Daarnaast bestaat elke maand de mogelijkheid af te studeren door middel van het afhalen van een zogenaamde 'balie-bul', deze wordt door een medewerker van de het Curriculumbureau Tandheelkunde overhandigd. Studenten die op een andere datum dan de drie bovenstaande vaste data willen afstuderen én de bul uitgereikt willen krijgen door één van de leden van de examencommissie Tandheelkunde kunnen zich voor meer informatie wenden tot mw. M. Ruzius-Langerak, Curriculumbureau Tandheelkunde. Naam, adres en woonplaats van afgestudeerde tandartsen worden doorgegeven aan het ANT en het NMT-bureau ter publicatie in het Nederlands tandartsenblad. Studenten die hier bezwaar tegen hebben kunnen dat aangeven op hun aanvraagformulier voor het tandartsdiploma. FACILITEITEN STUDENTEN TANDHEELKUNDE Skillslab In het gebouw A. Deusinglaan 1 is op de begane grond het skillslab gehuisvest. Dit is een zaal waar momenteel 82 preklinische units opgesteld staan. Een preklinische unit bestaat uit een soort werkblad waaraan een kunststof kop bevestigd is. Studenten die op deze zaal gaan werken, moeten daar een kort wit jasje, witte broek en dichte schoenen dragen. Om te kunnen oefenen op deze zaal is instrumentarium nodig. Tegen betaling van een borgsom en een huurbedrag kunnen studenten de beschikking krijgen over een instrumentenkoffertje. Als studenten zorgvuldig met de instrumenten omgaan, krijgen ze deze borgsom terug. Eventuele onkosten ten gevolge van onzorgvuldig omgaan met het instrumentarium zijn voor eigen rekening. Kliniek Een zeer belangrijk onderdeel van de opleiding Tandheelkunde is de kliniek. De kliniek, die in het gebouw A. Deusinglaan 1 gehuisvest is, is verspreid over 3 aparte zalen. De kliniek omvat momenteel 78 behandelstoelen. De kliniek is onderverdeeld in een aantal OnderwijsTeamPraktijken, ook wel OTP's genoemd. Studenten leren in de OTP onder begeleiding van stafleden, samen met andere studenten Tandheelkunde uit verschillende jaren, alles wat te maken heeft met de latere beroepsuitoefening. Studenten die op de kliniek werken, moeten een kort wit jasje, een witte broek en dichte schoenen dragen. Om te kunnen oefenen op de kliniek hebben studenten instrumentarium nodig. Tegen betaling van een borgsom en een huurbedrag kunnen studenten de beschikking krijgen over een kastje met al het benodigde instrumentarium. Zelfstudieruimtes Op diverse verdiepingen van de gebouwen A. Deusinglaan 1 (ADL1) zijn tutorkamers. Deze tutorkamers zijn buiten de onderwijsuren vaak beschikbaar voor zelfstudie. Studeren kan ook in de studiezaal die 38
eveneens op de vierde verdieping ingericht is en in de Centrale Medische Bibliotheek (zie elders in deze gids). Computerruimtes In de Centrale Medische Bibliotheek is een dertigtal pc's (met centrale laserprinter) opgesteld, die gebruikt kunnen worden voor scripties en verslagen. Ook in de combizaal op de derde verdieping en in de nieuwbouw van het onderwijsinstituut (ADL1) staan pc's voor dit doeleinde. Kopiëren Bij de uitgiftebalie / repro Medische Wetenschappen kunnen kopieerpasjes gekocht worden. De kopieerapparaten staan op de begane grond van gebouwdeel 3215, A. Deusinglaan 1. Kantines De kantine in het gebouwdeel 3211 (souterrain) is dagelijks van 10.00 — 13.30 uur geopend. De kantine in het gebouwdeel 3214 (b.g.) is dagelijks van 9.00 — 16.30 uur geopend. Bereichtgeving aan studenten Als er wijzigingen aangaande het onderwijs te verwachten zijn, worden studenten hiervan per e-mail of via Nestor op de hoogte gebracht. Daarnaast hebben alle studenten Tandheelkunde de beschikking over een kast met een brievenvak. Sommige informatie wordt via het brievenvak verspreid. Het is dus voor studenten van belang om dagelijks de mail en Nestor én het brievenvak te controleren op nieuwe mededelingen en/of informatie. Het UMCG, sector F (Faculteit) voorziet in een aantal diensten en voorzieningen. Deze kunt u vinden op: http://www.rug.nl/umcg/faculteit/index Hieronder is een aantal diensten weergegeven. De ARBO en Milieuorganisatie Coördinator voor Arbeidsomstandigheden en Milieuzorg: De heer J. Hartsuiker Tel: (050) 363 28 67 Fax: (050) 363 68 53 E-mail:
[email protected] ICT-support De Helpdesk is op werkdagen van 8.15 tot 17.00 uur bereikbaar Telefoonnummer: (363) 7500 E-mail:
[email protected]
Onderwijs Ondersteunende Dienst (OOD) Hoofd Onderwijsondersteunende dienst Dhr. W.J. Deijs e-mailadres:
[email protected] telefoon: 050-3632825 (intern mobiel 95109) 39
http://www.rug.nl/umcg/diensten/onderwijsOndersteuning Voor reservering van ruimtes kunt u terecht bij zaal reserveringen, tel 363 7884 http://www.rug.nl/umcg/diensten/zalenLokalen
CENTRALE MEDISCHE BIBLIOTHEEK CMB online Het grootste deel van het aanbod van de CMB is toegankelijk via www.rug.nl/umcg/bibliotheek en via de mobiele site MobileCMB.nl Vanuit Nestor is de CMB gemakkelijk te bereiken via ‘CMB online’ bij My Courses Plus. Je vindt er: • E-books & sites • Zoekmachines • Tips & handleidingen Ook vind je hier een link voor het downloaden van de CMB Student Toolbar: vanaf elke plek op het web heb je direkt toegang tot Nestor, RUGmail, Gmail, MSN en je eigen netwerkruimte (x- en y). Als student van de RUG heb je ook thuis toegang tot de elektronische tijdschriften en boeken. Je kunt inloggen met je studentnummer en —wachtwoord op de proxy-server (http://proxy.ub.rug.nl/). (Computer)faciliteiten en studieruimtes Op de vierde verdieping vind je ongeveer 70 studentwerkplekken met pc’s. Er is een speciale studeerruimte voor studenten: een ‘learning grid’. Deze ruimte heeft flexibel opstelbaar meubilair, geschikt om te werken in kleine of grotere groepen. Voor tutorgroepen zijn er ook aparte ruimtes met pc beschikbaar, de sleutels zijn te verkrijgen bij de balie. Er zijn twee rijen pc’s beschikbaar voor artsen, co-assistenten en andere medewerkers van het ziekenhuis, deze pc’s zijn aangesloten op het netwerk van het ziekenhuis. De derde verdieping is de studieruimte, hier hoort het stil te zijn. Je vindt hier 12 individuele studiecabines met pc. Fotokopieermachines, scanners, een centrale printer, bagagekluisjes en een koffiecorner zijn aanwezig. Ook zijn er stopcontacten voor laptops. Waar vind je wat? De meeste tijdschriften zijn elektronisch beschikbaar, te vinden via de website. De tijdschriften die we nog in gedrukte vorm in abonnement hebben staan op de vierde verdieping, alfabetisch op titel. Beneden vind je de boeken, klinische lessen en proefschriften. De boeken zijn gerangschikt op onderwerp. Je vindt de onderwerpsindeling op de website, bij de boekenkasten en de balie. Online scripties vind je via de website. Lenen en kopiëren Boeken kun je lenen met je collegekaart. Verlengen en reserveren kan online (via de Catalogus), via de balie of telefonisch. De leentermijn is 4 weken. Studenten Mondzorgkunde kunnen bij de balie van de CMB een lenerspas laten maken. De lenerspas/collegekaart is geldig in alle bibliotheken van de RUG. Niet uitgeleend worden: tijdschriften, boeken met rode stip, woordenboeken, klinische lessen en verplichte studieboeken. Verplichte studieboeken staan achter de balie, je kunt er èèn tegelijk gebruiken tegen inlevering van je collegekaart (alleen voor gebruik in de bibliotheek). Van de meeste verplichte studieboeken is een derde 40
exemplaar aanwezig, dat uitgeleend wordt voor 10 dagen. Deze boeken staan op de derde verdieping. Kopieerkaarten kun je kopen bij de balie. Boeken en artikelen aanvragen Heb je (Geneeskundestudent) een boek of artikel nodig dat niet bij de CMB of een andere RUGbibliotheek aanwezig is, dan kun je dat zelf aanvragen in Picarta (een landelijke catalogus). Je opent bij de balie van de CMB een zogenaamd IBL-account, waar je contant geld opstort (min. € 1,50 per artikel en € 1,50 per boek). Ben je student Tandheelkunde dan kun je via een aanvraagformulier (verkrijgbaar bij de balie van de CMB) artikelen en boeken aanvragen. De betaling verloopt via het Curriculumbureau. Hulp bij het zoeken: vraag de baliemedewerker Bij de balie is dagelijks van 8.30-17.00 uur een medewerker beschikbaar om je te helpen bij het zoeken naar literatuur. Ook voor computerproblemen, wachtwoordproblemen e.d. Huisregels • Mobiele telefoon uit. In de koffiecorner is het toegestaan om te bellen. • Niet luid praten • Eten en drinken alleen in de koffiecorner achter de computerzaal • Tijdschriften en boeken na gebruik in de bibliotheek zelf op de juiste plaats terug zetten • Kopieermachines alleen gebruiken voor bibliotheekmateriaal Bezoekadres Universitair Medisch Centrum Groningen Hanzeplein 1, Groningen Winkelstraat 1 of Poortweg 12 4e verdieping, Y4.202 Contact: tel. (050) 363 3048 / 361 2596 Email:
[email protected] Website: http://www.rug.nl/umcg/bibliotheek Facebook & Twitter: cmbUMCG Openingstijden Maandag t/m donderdag Vrijdag Zaterdag en zondag
08.30 — 21.30 uur 08.30 — 18.00 uur 10.00 — 18.00 uur
NB. In de weekenden voorafgaand aan de tentamens is de CMB open tot 21.30 uur. Zie de website voor de precieze data. Postadres UMCG Centrale Medische Bibliotheek Postbus 30.001 9700 RB Groningen
41
INFORMATIE EN COMMUNICATIE TECHNOLOGIE (ICT) IN HET ONDERWIJS Inleiding Bij het realiseren van de doelstellingen van het medisch onderwijs aan de faculteit medische wetenschappen speelt ICT een belangrijke ondersteunende rol. Zo kunnen studenten met behulp van de elektronische leeromgeving Nestor onafhankelijk van tijd en plaats informatie en cursusmateriaal uitwisselen of (zelf)toetsen maken. Daarnaast kunnen diverse computerondersteunde leerprogramma's worden geraadpleegd in één van de onderwijsruimtes, waarvan sommige tevens zijn voorzien van audio- en videoapparatuur. Computerzalen De faculteit beschikt over 3 computerzalen. De grootste zaal (Combizaal) wordt gebruikt voor klassikale practica en zelfstudie door studenten geneeskunde, tandheelkunde en bewegingswetenschappen. De Combizaal bevindt zich op de derde verdieping van het faculteitsgebouw aan de Ant. Deusinglaan 1. Hier bevindt zich ook de Helpdesk waar de studenten terecht kunnen met ICT-problemen. In het nieuwe onderwijsgebouw bevinden 2 kleinere computerzalen en de overige tutorkamers. Alle tutorkamers zijn voorzien van een PC met beamer. De computers zijn in principe beschikbaar van maandag tot en met donderdag van 8.30 tot 20.00 uur en vrijdag van 8.30 tot 17.15 uur. De Combizaal kan tijdens practica (gedeeltelijk) gesloten worden. Centrale Medische Bibliotheek (CMB) Naast de computers in de zalen aan de Ant. Deusinglaan zijn in de Mediatheek van de CMB in het UMCG identiek geconfigureerde computers beschikbaar voor studenten. Voor toegang en openingstijden zie hoofdstuk: CMB. Computerzuilen Op diverse plaatsen in het onderwijsinstituut staan computerzuilen opgesteld. Hierop kunnen snel gegevens uit bijvoorbeeld Nestor worden geraadpleegd en e-mailberichten worden verzonden. Studentenwerkplek Met de studentenwerkplek heeft elke aan de RuG studerende student de beschikking over dezelfde standaard ICT-applicaties en een eigen netwerkgebied. Het maakt niet uit van welke plaats en welke faculteit wordt ingelogd: de studentenwerkplek verhuist als het ware mee. Vanuit het menu worden naast studentenmail, Progress WWW en Nestor, o.m. de volgende applicaties aangeboden: onderwijs- en COO-programma's bibliotheekdiensten en -databases gidsen en woordenboeken tekstverwerkingsprogramma's teken- en presentatieprogramma's wiskundige en statistische programma's database- en spreadsheetprogramma's.
42
Nestor/ICT Instructie In het begin van het studiejaar zal in de Combizaal een inloopinstructie over Nestor en ICT worden gegeven. Hierin worden de belangrijkste aspecten van het gebruik van Nestor, de studenten¬werkplek en de computerprogramma's uiteengezet. Huisregels Het is niet geoorloofd computerprogramma's te downloaden of te installeren. Evenmin is het toegestaan in de zalen te eten of te drinken en luidruchtig te converseren. De zalen zijn beveiligd d.m.v. videocamera's. Servicedesk Servicedesk Computerzalen Nestor coördinatie Servicedesk ICT- Support
tel. 363 7500 (tevens tel. Combizaal). e-mail:
[email protected] tel. 363 2781 of 363 8101 e-mail:
[email protected] tel. 363 7500 e-mail:
[email protected]
Bezoekadressen Computerzalen Combizaal 3214-311 (3e verdieping). In het niewe onderwijsgebouw bevinden zich 2 studielandschappen. - Studielandschap 1e etage: 3219-0167 - Studielandschap 2e etage: 3219-0263 Faculteitsgebouw Ant. Deusinglaan 1 9713 AV Groningen
ALGEMEEN VORMENDE VAKKEN (AVV) Studenten Tandheelkunde kunnen gebruik maken van een aantrekkelijk aanbod van Algemeen Vormende Vakken (AVV). Dat aanbod bestaat uit ca. 100 vakken - elk met een studielast van 5 EC’s - en is bedoeld om studenten kennis te laten maken met een tweede discipline. De achterliggende gedachte van dat aanbod is het volgende. Ieder vakgebied heeft zijn eigen manier van denken, zijn eigen manier van redeneren, zijn eigen manier van omgaan met feiten en theorie. Wie zijn eigen vakgebied voor even verlaat en op een ander terrein een kijkje neemt, verbreedt niet alleen zijn kennis, maar ontdekt ook die andere manieren van wetenschap bedrijven. Daardoor ontstaat het vermogen de eigen, vertrouwde manier van wetenschap bedrijven te relativeren. De informatie voor AVV is digitaal te vinden op internet: http://www.rug.nl/ocasys/avv . Alle studenten in de Bachelor of Science opleiding in de Tandheelkunde zijn verplicht minimaal 5 ECTS in te vullen met AVV; in jaar 2 of 3 van de opleiding.
43
INTERNATIONALISERING/STAGES IN HET BUITENLAND Internationalisering wordt door de Rijksuniversiteit Groningen, door de Faculteit Medische Wetenschappen en door de opleiding Tandheelkunde gezien als een belangrijk onderdeel van het onderwijs. In de woorden van de opleidingscommissie: 1. Het ontplooit de creativiteit van de student. 2. Het bevordert de internationalisering binnen de verschillende vakgebieden. 3. De student maakt kennis met een andere opzet van gezondheidszorg, een andere cultuur en kijk op ziekte, andere ziektebeelden en hierdoor wordt de opleiding breder. 4. Het versterkt de kritische blik van de student. Studenten Tandheelkunde worden daarom gestimuleerd om enige tijd in het buitenland te studeren, waarbij als uitgangspunt dient dat dit geen studievertraging hoeft op te leveren. Gezien het bijzondere karakter van de opleiding Tandheelkunde in Groningen, met integraal onderwijs en patiëntenzorg, het teamconcept etc., is een internationale uitwisseling voor de meeste onderdelen van het kerncurriculum niet eenvoudig. Tandheelkunde T21 heeft daarom gekozen voor het faciliteren van buitenlandse stages tbv 2 studieonderdelen in de 3-jarige Master: Wetenschappelijke stage (evt. verlengd) in het tweede Master jaar of IP Master in het derde Master jaar Specifiek voor Tandheelkunde zijn er momenteel vier Socrates-uitwisselingscontracten: met Göteborg (Zweden), Reykjavik (IJsland), Bratislava (Slowakije) en Graz (Oostenrijk). Daarnaast bestaan verschillende contacten binnen en buiten Europa, en kunnen studenten op eigen initiatief stageplaatsen zoeken. Voor Socrates-stages zijn vanuit de Europese Unie beurzen beschikbaar. Voor overige stages is er het Marco Polo fonds van het College van Bestuur en de Faculteiten. Ook voor congresbezoek zijn beurzen beschikbaar. Indien het Ministerie van Buitenlandse Zaken een negatief reisadvies heeft afgekondigd voor een land zal de student, indien hij/zij toch in dat land zijn stage volgt, daarvoor noch subsidie ontvangen noch studiepunten krijgen. Bovendien vervallen in een land waarvoor een negatief reisadvies geldt alle verzekeringen. Momenteel bestaat ook de mogelijkheid om de 6 week durende co-schap Mondziekten en Kaakchirurgie te volgen op Curaçao. Dit moet dan wel in combinatie met 13 weken keuzeonderwijs (IP) of in combinatie met de wetenschappelijk stage (ook 13 weken) . Het is raadzaam ten minste anderhalf jaar tevoren met de voorbereidingen van een buitenlandse stage te beginnen. U dient daarvoor afspraken te maken met de coördinator internationalisering van de opleiding Tandheelkunde: Dr. G.J. Deenen
44
Junior Scientific Masterclass De vraag naar artsen en tandartsen, die patiëntenzorg met wetenschappelijk onderzoek kunnen combineren, is bijzonder groot. Daarom wil de Junior Scientific Masterclass (JSM) gemotiveerde studenten geneeskunde en tandheelkunde vanaf hun eerste studiejaar betrekken bij toponderzoek binnen het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Wat heeft de JSM te bieden? In Groningen bestaat de mogelijkheid om binnen de geneeskunde- en tandheelkundestudie een extra opleiding te volgen, het JSM programma, gericht op het doen van wetenschappelijk onderzoek. Het JSM programma is op gebouwd uit twee fasen, het Bachelor 'Honours'-traject en het (D)MD/PhD-traject. Ook voor tandheelkundestudenten, die geïnteresseerd zijn in het doen van wetenschappelijk onderzoek, is het mogelijk onderdelen van het JSM programma te volgen. Voor wie is de JSM? Om onderdelen van het JSM programma te volgen hoef je geen bolleboos te zijn. Wel wordt enthousiasme en betrokkenheid verwacht, zoals ook geldt voor roeien of in een orkest spelen. De JSM wil geen elite-clubje zijn (ook al zou de naam 'Masterclass' dat misschien suggereren), maar een goede infrastructuur bieden voor studenten die willen weten of wetenschappelijk onderzoek iets voor hen is. Vragen? Studenten kunnen mw. Dr. J.M. van der Mark benaderen voor allerhande vragen met betrekking tot het onderwijstraject van de JSM. Korte vragen kunnen altijd per e-mail (j.m.van
[email protected]) worden gesteld. 'Open spreekuur' Elke woensdag van 12.00 - 13.00 (Kamer 138, 1ste verdieping, gebouw 3219). Daarnaast kan de student op een gewenst tijdstip ook een persoonlijke afspraak maken. Meer informatie op: www.jsmgroningen.nl www.jsmgroningen.nl/html/algemeen/jsm-inhetkort.php www.rug.nl/umcg/onderwijs/opleidingen/tandheelkunde/jsm
University of Groningen Honours College Het University of Groningen Honours College biedt talentvolle en gemotiveerde studenten de kans een uitdagend, additioneel opleidingstraject te volgen om meer uit jezelf te halen. Het Honours College kenmerkt zich door een omgeving waarin studenten kennis kritisch tegen het licht kunnen houden en uitgedaagd worden tot het vormen nieuwe inzichten en innovatieve manieren van denken. Het extra-curriculaire 'Honours-programma' bestaat uit een programma van 45 studiepunten, die studenten kunnen doorlopen, naast de reguliere bacheloropleiding (180 EC). Het programma kent globaal twee delen: een 'verbredend' en een 'verdiepend' deel. Het verbredende gedeelte wordt centraal 45
georganiseerd door het Honours College en omvat 20 EC. Het verdiepende gedeelte wordt binnen de faculteiten georganiseerd en heeft een omvang van 25 EC. Het verbredende gedeelte bestaat uit twee studieonderdelen van elk 5 ECTS, te volgen bij een andere dan de eigen faculteit, en de 'Petrus Camper leergang'. Binnen deze leergang werken studenten een actueel thema uit, gerelateerd aan één van de Honours modules, die gevolgd is. Doordat het thema vanuit meerdere perspectieven wordt benaderd en in een interdisciplinair verband wordt uitgewerkt, komt zowel een kennis-, vaardigheden- als persoonlijke ontwikkelingscomponent aan bod. Het verdiepende gedeelte dient geheel binnen de faculteit ingevuld te worden. Studenten, die tot de beste 10% behoren, ontvangen een uitnodiging om te solliciteren naar een plaats binnen het University of Groningen Honours College. Studenten die zeer gemotiveerd zijn, maar geen uitnodiging ontvangen, kunnen, mits zij goede studieresultaten hebben, ook solliciteren. Selectie vindt plaats op basis van studieresultaten, CV, schriftelijke motivatie en referenties alsmede op basis van een sollicitatiegesprek met een lid van de toelatingscommissie van het Honours College. Door het volgen van het 'Honours'-programma van 45 studiepunten naast de reguliere bacheloropleiding van 180 studiepunten kunnen studenten de vermelding 'Honours' op het getuigschrift ('diplomasupplement') van het Bachelorexamen verwerven. Vragen? Studenten kunnen dhr. G.J. ter Horst en mw. J.M. van der Mark benaderen voor allerhande vragen met betrekking tot het onderwijstraject van het Honours College. Korte vragen kunnen altijd per e-mail (
[email protected] of
[email protected]) worden gesteld. Voor meer informatie en de precieze selectievoorwaarden kijk op: http://www.rug.nl/umcg/informatieVoor/studenten/JSM/UoG-HonoursCollege www.rug.nl/honours
WETENSCHAPSWINKEL GENEESKUNDE EN VOLKSGEZONDHEID Studenten en medewerkers van de Faculteit Medische Wetenschappen (UMCG) kunnen vroeg of laat in contact komen met de Wetenschapswinkel Geneeskunde en Volksgezondheid. De Wetenschapswinkel Geneeskunde en Volksgezondheid van het UMCG behandelt vragen van klanten die niet of moeilijk toegang hebben tot onderzoeksinstellingen. Dat betreft vooral organisaties die niet draagkrachtig genoeg zijn om betaald onderzoek te laten verrichten. In overleg met de klant wordt de vraag waarmee hij komt vertaald in een wetenschappelijk te beantwoorden onderzoeksvraag. Vervolgens wprdt geprobeerd gevorderde studenten of een wetenschappelijke onderzoeker te vinden om die vraag te beantwoorden Voor nadere informatie kun terecht op: http://www.rug.nl/umcg/onderzoek/wetenschapswinkel/index
46
DONALD SMITS CENTRUM VOOR INFORMATIE TECHNOLOGIE Het Donald Smits Centrum voor Informatie Technologie (CIT) is een vooraanstaand landelijk en Europees expertisecentrum op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT) en streeft naar een geavanceerd gebruik van ICT binnen het hoger onderwijs en onderzoek en de daarvoor noodzakelijke ondersteunende processen. Informatie voor (bezoek)adressen en openingstijden: http://www.rug.nl/cit/index ARBO- EN MILIEUZAKEN
De student, de veiligheidszorg en de zorg voor het milieu binnen de sector F van het UMCG De Sector F (onderwijs en onderzoek) voert een actief veiligheids- en milieubeleid. Zij wil zich hiervoor systematisch inspannen en vraagt u hierbij, als student, om uw medewerking. De uitvoering van de arbowetgeving maar ook de uitvoering van de milieuwetgeving maakt het voor de Sector F noodzakelijk aan studenten voorlichting te geven op het gebied van de zorg voor zowel de veiligheid als voor het milieu. De arbeidsomstandighedenwet (Arbo-wet) beoogt de bevordering van de veiligheid, de gezondheid en het welzijn op de arbeidsplaats. Hiertoe is in de wet een aantal bepalingen opgenomen die verplichtingen met zich meebrengen voor zowel de werkgever als de werknemer.
Studenten worden door de Arbo-wet gezien als werknemers van de universiteit. In praktische zin betekent dit dat u als student mede belast bent met de zorg voor de doelstellingen die zijn geformuleerd in de Arbo-wet. Als student zult u gebruik maken van de faciliteiten van de Rijksuniversiteit. Als student mag u zich rechtens bevinden in de gebouwen en op de terreinen van de universiteit. Op deze terreinen en in de gebouwen van de universiteit geldt dat er regels bestaan ten aanzien van de zorg voor uw veiligheid en die van anderen. Deze regels kunnen o.a. betrekking hebben op brandveiligheid, ontruimingsprocedures en preventie van ongevallen. Van u wordt daarom verwacht dat u zich op de hoogte stelt van o.a. de plaats van nooduitgangen, de ontruimingsprocedures, de plaats van de brandblusmiddelen e.d. Het belangrijkste telefoonnummer in geval van brand of ongeval is 3045 of 8050 (buiten diensttijd). Dit is vanuit de universiteit de snelste manier om de hulpverlening op te roepen. De komende jaren zullen er op (en in de nabijheid van) het terrein van het gebouwencomplex Antonius Deusinglaan 1 belangrijke bouwwerkzaamheden plaats vinden. Dat kan gevolgen hebben voor de verkeerssituatie en voor de toegangswegen van het gebouwencomplex. Daarom wordt u geadviseerd u voortdurend op de hoogte te stellen van de actuele situatie. Practica U kunt te maken krijgen met het gebruik van instrumenten en apparatuur, het werken met chemicaliën, radioactieve bronnen etc. Ook op de diverse practica kunnen zich situaties voordoen waarbij extra aandacht voor de veiligheid vereist is. De practicumbegeleider geeft u, voor de aanvang van de practica, instructie en informatie over de veiligheidsaspecten. Stelt u zichzelf bovendien van tevoren zo goed mogelijk op de hoogte van de risico's van de stoffen, materialen en apparatuur waarmee u te maken heeft en aarzel niet hiervoor de practicumbegeleider om advies te vragen. Bereid u ook voor om adequaat op onverwachte gebeurtenissen en situaties te kunnen reageren. 47
Met de gedragsregels op practica en de veiligheidsaspecten van experimenten dient u onder alle omstandigheden rekening te houden.
Milieuzorg Ook ten aanzien van de zorg voor het milieu bent u mede belast met de uitvoering voor zover deze wordt voorgeschreven in de regels en instructies en zoals deze bestaan binnen de afzonderlijke eenheden van de Sector F en UMCG. Daarom dient u zich als student bewust bezig te houden met de aspecten van milieuzorg. Op deze wijze werkt u mee het veiligheids- en milieubeleid van de Faculteit Medische Wetenschappen en het UMCG gestalte te geven. Verdere informatie kunt u verkrijgen bij: Ing. J. Hartsuiker, Stafmedewerker Arbeidsomstandigheden-, Veiligheids- en Milieuzorg, Tel. 363 2867. E-Mail:
[email protected]
Studentenzaken Rijks Universiteit Groningen http://www.rug.nl/bureau/expertisecentra/sz/index De afdeling Studentenzaken is belast met de voorbereiding en uitvoering van het universitaire studentenbeleid. Verder is de afdeling belast met het beheer van de universitaire studentenvoorzieningen. Studentenzaken wordt gevormd door: • • • • •
Management en secretariaat, Sportcentrum RUG & HG; Studenten Informatie & Administratie (SIA); Studenten Service Centrum (SSC); Universitair Studenten Cultuur Centrum (USCC).
STUDIEVERTRAGING
PUNTEN KWIJT? MELD OP TIJD! Loop je door bijzondere omstandigheden studievertraging op, meld dat dan onmiddellijk bij je studieadviseur. Je studieadviseur doet voor jou een electronische melding van de vertraging bij het Studenten Service Centrum. Alleen als je je binnen uiterlijk een maand na het ontstaan van de studievertraging hebt gemeld kun je in aanmerking komen voor financiële compensatie van het afstudeerfonds van de universiteit. Je bent er als student zelf verantwoordelijk voor dat je je vertraging op tijd en bij de juiste instantie meldt. Zorg er dus zelf voor dat je goed op de hoogte bent van de regeling Profileringsfonds (Afstudeerfonds). Meer informatie vind je bij het Studenten Service Centrum en in het studentenstatuut.
48
STUDEREN MET EEN LICHAMELIJKE FUNCTIEBEPERKING, LANGDURIGE PSYCHISCHE KLACHTEN OF DYSLEXIE Neem contact op met de studieadviseur om te bespreken waar u bij het volgen van het onderwijs en/of het maken van tentamens tegenaan loopt en wat mogelijke oplossingen zouden kunnen zijn. Bij vertraging, financiële kwesties of andere specialistische zaken die u niet bij uw opleiding kunt regelen, neem contact op met de studentendecanen. Raadpleeg voor meer informatie http://www.rug.nl/studenten/studiebegeleiding/hoehetanderskan/index
VERTROUWENSPERSOON RUG (Seksuele) intimidatie, pesten, agressie, geweld en discriminatie zijn vormen van gedrag die niet thuis horen in een goed en stimulerend studieklimaat. Het College van Bestuur van de Rijks Universiteit Groningen probeert dit soort 'ongewenst gedrag' dan ook zoveel mogelijk te voorkomen en heeft in dit kader o.a. een vertrouwenspersoon aangesteld. Medewerkers en studenten respecteren over het algemeen elkaars grenzen. Grenzen die meestal heel vanzelfsprekend zijn, maar die af en toe expliciet gemaakt moeten worden omdat gedrag dat door de een als 'een leuke manier van omgaan' wordt beschouwd voor een ander te ver gaat. Soms echt te ver. Wanneer een ander u lastig valt met zijn of haar gedrag en u zelf niet meer weet hoe u de situatie op moet lossen kunt u verschillende dingen doen. U kunt de hulp van een medestudent, een docent of een andere contactpersoon binnen de faculteit inroepen. U kunt echter ook contact opnemen met de vertrouwenspersoon van de universiteit. Zij fungeert in eerste instantie als klankbord en kan u helpen om te zoeken naar een oplossing. Soms kan dat een informele oplossing zijn, waarbij de vertrouwenspersoon eventueel bemiddelt. Indien noodzakelijk of gewenst kan ze u ook doorverwijzen naar een andere instantie. Bij meer extreme vormen van ongewenst gedrag kan een formele oplossing meer voor de hand liggen. Binnen de R.U. Groningen bestaat een Klachtenregeling Seksuele Intimidatie, Agressie, Geweld en Discriminatie (SIAGD) en een Klachtencommissie SIAGD voor studenten en personeel. U kunt bij die commissie een formele klacht over ongewenst gedrag indienen. De vertrouwenspersoon kan u bijstaan bij het indienen van die klacht en bij de formele afhandeling daarvan. De vertrouwenspersoon heeft een onafhankelijke positie binnen de universiteit. Ze onderneemt geen actie zonder de uitdrukkelijke toestemming van degene die haar consulteert. Alle informatie wordt, zoals de naam 'vertrouwenspersoon' al suggereert, vertrouwelijk behandeld. Het Bureau Vertrouwenspersoon is de hele week geopend van 09.00 - 17.00 uur en werkt bij voorkeur op afspraak. Bezoekadres: Visserstraat 47/49 in Groningen, tel. (050) 363 5435. E-mail:
[email protected]. U kunt ons ook vinden op de website van de universiteit: www.rug.nl/vertrouwenspersoon
49
INFECTIEBESMETTING EN DE OPLEIDINGEN TANDHEELKUNDE Maatregelen ter bescherming van jezelf en patiënten Werken of verblijven in de gezondheidszorg is niet vrij van risico’s. Zowel patiënten als werkers in de gezondheidszorg lopen het risico besmet te worden door een ziekteverwekkende bacterie of virus. Veelal merken we niet dat dit gebeurt. Het lichaam reageert op een besmetting en probeert de ziekteverwekker te bestrijden. Onder invloed van een aantal factoren wordt men hier al dan niet ziek van. Afhankelijk van het soort besmetting kan dit leiden tot een onschuldige of ernstige infectieziekte. Bij patiënten met een verzwakte weerstand kan een infectieziekte leiden tot ernstige complicaties. Werkers in de gezondheidszorg kunnen besmet worden tijdens de uitoefening van hun beroep maar ook daar buiten. In beide gevallen kan de besmetting overdragen worden op een patiënt. Daarom is het van groot belang om besmettingsrisico te minimaliseren, ter bescherming van jezelf en de patiënt. De eerste stap daartoe is een goede (werk-)hygiëne. Het werken volgens protocol en het gebruik van beschermende kleding, handschoenen, mondmasker en spatbril neemt al een groot deel van de besmettingsrisico’s weg. Toch blijkt dit niet altijd toereikend te zijn, dit geldt in het bijzonder voor de mondheelkundige praktijk. Daarom zijn er ter bescherming tegen bepaalde infectieziekten aanvullende maatregelen noodzakelijk. Van alle werkers in de gezondheidszorg (inclusief studenten) wordt verlangd dat zij actief meewerken aan het voorkomen en verspreiden van deze infectieziekten. Dit is mogelijk door een goede vaccinatie of een periodieke screening. Hiermee wordt beoogd risico’s voor het overdragen van besmettelijke ziekten door professioneel handelen te voorkomen. De verplichting om mee te werken aan een vaccinatie of screening komt voort uit de arbo-wetgeving en de wettelijke verplichting tot bescherming van de patiënt. Zorginstellingen zullen studenten dan ook niet toelaten tot de patiëntenzorg (stageplaats weigeren) als zij niet kunnen aantonen dat zij geen potentieel risico vormen voor overdracht van bepaalde infectieziekten aan patiënten. Hieronder zullen de drie infectieziekten (hepatitis B, tuberculose en MRSA) beschreven worden waarop thans gecontroleerd wordt en wat de consequenties zijn voor de studievoortgang als een besmettingsrisico niet uitgesloten kan worden. Hepatitis B Hepatitis B is een ernstige vorm van leverontsteking die ontstaat door besmetting met het hepatitis B virus. Bij 10% van de mensen die besmet raakt is het lichaam niet in staat het virus te overwinnen. Dit kan leiden tot een (chronische) hepatitis B infectieziekte of een symptoomloos dragerschap. In beide gevallen is er sprake van besmettelijkheid, dat wil zeggen dat het virus overgedragen kan worden op anderen. Het virus kan lange tijd buiten het lichaam overleven en is zeer besmettelijk (100 maal hoger dan het HIV — het virus dat AIDS kan veroorzaken -). Meer informatie over hepatitis B en werken in de gezondheidszorg is te lezen op www.hepatitis.nl Besmetting met het hepatitis B virus wordt beschouwd als een beroepsrisico voor werkers in de gezondheidszorg. Een minimaal bloedcontact kan al leiden tot besmetting. Te denken valt aan een prikincident, een curatieve tandheelkundige behandeling, spatten van lichaamsvloeistoffen of mond-opmond beademing. Kortom de tandheelkundige praktijk is een werkplek met een hoog risico op besmetting met het hepatitis B virus. Passieve maatregelen zijn ontoereikend om afdoende bescherming tegen een besmetting te geven. Een adequate bescherming wordt alleen verkregen door een succesvolle vaccinatie. Er is sprake van een adequate bescherming indien na vaccinatie het lichaam antistoffen heeft aangemaakt die bij een besmetting het ziekmakend virus kunnen bestrijden. Daar is sprake van indien de Anti-HBs waarde in het bloed >10 E/L is. Een Anti-HBs waarde >100 E/L betekent een bescherming van 5
50
jaar, een waarde tussen 10 en 100 E/L betekent een bescherming voor de duur van 2 jaar, daarna is hervaccinatie noodzakelijk. Gezien de huidige inzichten moeten nieuwkomers in een tandheelkundig beroep adequaat gevaccineerd zijn alvorens zij toegelaten worden tot de patiëntenzorg. Daarom worden alle 1e-jaars studenten bij aanvang van de studie verplicht gevaccineerd. Een vaccinatieprogramma bestaat uit 3 vaccinaties. In september de 1e vaccinatie, in oktober de 2e vaccinatie en in maart de 3e vaccinatie. In april volgt dan bloedonderzoek om de titer te bepalen. Als de titer dan <10 E/L is dan volgt een aanvullend bloedonderzoek en extra vaccinaties. Blijft de titer daarna <10 E/L dan mag de student geen patiëntenzorg uitvoeren. Dit betekent dat de student de opleiding tot tandarts niet kan afronden. De kosten voor de vaccinaties en titerbepaling bedagen 50 euro. Ondanks een adequate bescherming tegen hepatitis B blijft voorzichtigheid in het werk geboden. Andere besmettingen met bloedoverdraagbare aandoeningen zoals hepatitis A en C of HIV blijven wel bestaan. De student is ‘zelf’ verantwoordelijk voor een goede uitvoering van het vaccinatieprogramma en het vermijden van risicovol gedrag. Hepatitis B kan immers ook door contacten in de privé-sfeer opgelopen worden (seksueel overdraagbaar). Verder is de student zelf verantwoordelijk voor het up-to-date houden van het vaccinatiepaspoort en toe te zien op hervaccinaties en titerbepalingen. De vaccinatie wordt uitgevoerd door de Arbo-dienst van universiteit. De Arbo-dienst zit aan de Visserstraat 47 in Groningen. De student krijgt na afloop van de Arbo-dienst een vaccinatiepaspoort waarin de vaccinaties en de titerwaarde zijn afgetekend. In het onderwijsrooster is opgenomen wanneer u zich voor de vaccinatie dient te melden bij de Arbodienst. Tuberculose en MRSA Een bepaalde vorm van tuberculose (TBC) en een dragerschap van MRSA (Meticilline Resistente Staphylococcus Aureus) levert een direct risico op voor de patiëntenzorg. Het overdragen van deze bacteriën op patiënten leidt tot een groot gezondheidsrisico voor patiënten. De aanwezigheid van MRSA op een verpleegafdeling leidt tot sluiting van deze afdeling. Het risico voor de patiënt en het economisch effect is daardoor groot. Tegen TBC en MRSA kan men zich niet preventief laten vaccineren. Wel kan men gescreend worden op de aanwezigheid van TBC of MRSA. Zorginstellingen kunnen van nieuw aan te stellen personeel (ook stagiaires) verlangen dat zij een recente TBC en MRSA verklaring kunnen overleggen. Veelal is dit bij een langdurige stage altijd noodzakelijk en bij een kortdurende stage niet. De stageverlenende zorginstelling bepaald in deze de regels. Enkele weken voor aanvang van de stage moet duidelijk zijn of een screening noodzakelijk is. De uitslag van deze screening duurt ongeveer een week. Als de test niet uitsluit dat men vrij is van TBC of MRSA kunnen aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn. Zorginstellingen kunnen hierbij verschillende richtlijnen hanteren. Het is dan ook onmogelijk om hier de exacte consequentie te beschrijven. Maar men moet er rekening mee houden dat een besmetting makkelijk kan leiden tot een studievertraging. Toch kan men ter preventie wel zelf enkele maatregelen treffen. Een goede lichaamshygiëne en voldoende rust nemen zijn de eenvoudigste hiertoe. Daarnaast is bekend dat een -langdurig- verblijf in het buitenland (m.n. Afrika) of een buitenlands ziekenhuis de kans op besmetting aanzienlijk verhoogt. Het is dan ook verstandig om zich na zo’n verblijf preventief te laten screenen bij de GGD, ook al gaat u niet direct in Nederland op stage. Mocht u naar aanleiding van bovenstaande vragen hebben dan kunt u contact opnemen met: 51
Drs. G.A.H. Buist, e-mail:
[email protected] VERZEKERINGEN TIJDENS DE OPLEIDING TANDHEELKUNDE De RijksuniversiteitGroningen (RuG) heeft een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor al haar ingeschreven studenten. De aansprakelijkheidsverzekering geeft dekking voor schaden (materiële en/of letselschade) als gevolg van een verwijtbare handeling van de student toegebracht aan derden. Voor RuG studenten geldt een dekking voor de gehele wereld, m.u.v. voor de VS en Canada (informeer hiervoor bij ondergetekende). De polis maakt onderscheid tussen niet-stage- en stagegebonden leeractiviteiten. Gedurende het reguliere niet-stagegebonden onderwijs geldt de volle omvang van de dekking. Tijdens stages (inclusief co-schappen) geldt ook de hierboven genoemde bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering, waarbij echter aangetekend dient te worden dat voor de dekking het een zogenaamde ‘secundaire dekking’ betreft; dat wil zeggen in eerste instantie een beroep gedaan moet worden op de aansprakelijkheidsverzekering van de stageverlener. Aansprakelijkheid De verzekering is ook van toepassing voor studenten die zich voor meerdere studies hebben ingeschreven. Studenten die in het kader van een brede maatschappelijke of een persoonlijke ontwikkeling buiten-curriculair en/of buiten-facultair onderwijs gaan volgen en daarvoor studiepunten kunnen verdienen, zijn op basis van dezelfde universitaire verzekering verzekerd. De RuG heeft enkel een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering (WA) afgesloten voor haar studenten. Dit betekent dat de student alleen verzekerd is voor schade die hij/zij aan derden (bv. patiënten, docenten, medestudenten) toebrengt. Indien de student zelf schade door eigen handelen heeft opgelopen, is deze schade vanzelfsprekend niet door de WA verzekering gedekt. In die gevallen moet de student terugvallen op een eigen verzekering (bv. ziektenkostenverzekering of ongevallenverzekering). Uitgesloten van wettelijke aansprakelijkheid is elke vorm van zelfstudie. Tandheelkunde studenten die voor hun opleiding (klinische) stage(s) gaan volgen in het buitenland (m.n. in de VS en Canada) worden aangeraden te informeren bij de coördinator internationalisering of een extra verzekering noodzakelijk is. Een organisatie die zich specifiek richt op studenten die stages in het buitenland volgen is IPS (Insurance Passport for Students). Klinische stages van de opleiding Studenten die (klinische) stages volgen in het ziekenhuizen of instellingen vallen mbt de beroepsaansprakelijkheid binnen de verzekering van het betreffende ziekenhuis of instelling. Aansprakelijkheid stageverlener en stageloper Een eventuele aansprakelijkheid van bijv. een specialist of tandarts uit de werkzaamheden van de student is niet door de universiteit afgesloten aansprakelijkheidsverzekering gedekt. Te denken valt aan b.v. gevallen waarin de stageverlener de student verkeerde instructies geeft waarvan de patiënt schade zou kunnen ondervinden. Schade die de patiënt ondervindt als gevolg van behandeling door de student, die niet verwijtbaar aan de student kan worden toegerekend, noch voor diens risico komt, valt buiten de verzekering van de RUG, evenals schade die de student zelf lijdt. Patiënten(be)handelingen De polis van de RuG maakt het mogelijk dat een patiënt die schade ondervindt als gevolg van een behandeling door een stagelopende student, een honoreerbare claim in dient bij de student. De aansprakelijkheidsverzekeraar zal dan vervolgens de claim in behandeling nemen en tot uitkering overgaan aan de patiënt als er sprake is van aansprakelijkheid van de student en als aan de overige 52
polisvoorwaarden is voldaan. Deze aansprakelijkheid geldt voor de stagelopende student zowel in binnenland alsook in het buitenland (m.u.v. VS en Canada voor Tandheelkunde studenten). Voor het bovenstaande geldt ook weer dat er alleen dekking betreft indien en voor zover op een andere polis geen dekking is. Voor leeractiviteiten van studenten Tandheelkunde uitgevoerd in de “onderwijs team praktijk” geldt de normale dekking. Nadere informatie dr. G.J. Deenen, Onderwijsinstituut UMCG (tel. (050) 363 3067) Curriculumbureau Tandheelkunde, Faculteit Medische Wetenschappen (UMCG)
REISKOSTENVERGOEDING VOOR STUDENTEN TANDHEELKUNDE Het UMCG kent een beperkte vergoedingsregeling voor reiskosten van de studenten Tandheelkunde die vanuit Groningen naar stageplaatsen moeten reizen. Deze regeling is alleen van toepassing op stage- onderdelen waarvoor de student ook reguliere studiepunten krijgt. Voor vergoeding komen slechts kosten in aanmerking die noodzakelijkerwijs gemaakt moeten worden (bijvoorbeeld geen OV-jaarkaart, geen overnachtingsfaciliteiten in het ziekenhuis) tegen het laagste tarief openbaar vervoer. Slechts wanneer aantoonbaar geen gebruik van openbaar vervoer gemaakt kan worden, kunnen reiskosten tegen laag kilometertarief (€ 0,09/km) gedeclareerd worden. • Voor het volgen van het co-schap Mondziekten en Kaakchirurgie In Zwolle of in Leeuwarden geldt dat studenten in aanmerking komen voor dan wel reiskosten-, dan wel verblijfkostenvergoeding. Het goedkoopste alternatief telt. • Voor het volgen van keuzeonderdelen (Individuele Profilering) in de Bachelor fase kan een student in aanmerking komen voor reiskosten vergoeding indien de student het keuzeonderdeel niet kan volgen in Groningen. • Voor de wetenschappelijke scholing wordt geen reiskostenvergoeding toegekend. • Voor Individuele Profilering in de Master wordt geen reiskostenvergoeding toegekend. Declaratieformulieren zijn verkrijgbaar op het curriculumbureau Tandheelkunde. Regeling reiskostenvergoeding studenten tandheelkunde Faculteit Medische Wetenschappen (UMCG) Het bestuur van het UMCG heeft besloten tot de onderstaande reiskosten regeling voor haar studenten: Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: lid 1 Noodzakelijk gemaakte reiskosten: de kosten die studenten maken voor vervoer van en naar het adres van de instelling waar de stage gevolgd wordt. lid 2 De stage: de adoptiestage, de orthodontiestage, stage tbv onderdelen van het keuzeonderwijs (IP) in de Bachelor fase, en de co-schap Mondziekten en Kaakchirurgie (in Zwolle en Leeuwarden). lid 3 De OV-studentenkaart: een kaart zoals bedoeld in art. 32a in de Wet op de studiefinanciering. lid 4 De studenten chipkaart: een kaart zoals bedoeld in art.1 in Regeling OV-studentenkaart 1994. Als in deze regeling het begrip OV-studentenkaart wordt gebruikt dan wordt daar tevens de studenten chipkaart onder begrepen. Voor reiskosten dan wel verblijfskosten worden geen voorschotten verstrekt. 53
Artikel 2 Bezit OV-studentenkaart lid 1 In deze reiskostenregeling wordt ervan uitgegaan dat studenten die recht hebben op studiefinanciering, op grond van de wet studiefinanciering, over een OV-studentenkaart beschikken. lid 2 Het risico van verlies, diefstal, beschadiging of andere situaties waardoor de student niet beschikt over een OV-studentenkaart is voor rekening van de student zelf. Artikel 3 Soort vergoedingen De student krijgt in principe een stageplaats in de eigen woonplaats of in die van de ouders c.q. verzorgers en komt niet in aanmerking voor reiskostenvergoeding. Als een dergelijke plaats niet mogelijk is, komt de student in aanmerking voor vergoeding van noodzakelijk gemaakte reiskosten. lid 1 De reiskosten die gemaakt worden per openbaar vervoer tweede klasse, en niet door de Ov- studentenkaart gedekt zijn komen voor vergoeding in aanmerking. lid 2 Indien een stageplaats moeilijk bereisbaar is, in casu plaatsen zonder uurdienst openbaar vervoer, geldt voor de auto een kilometer vergoeding van € 0,09 met een maximum van 100 km per enkele reis. Indien er kilometers worden gedeclareerd, dient duidelijk aangegeven te worden waarom de auto is gebruikt en welke trajecten men heeft gereden. lid 3 Alle in deze regeling niet genoemde situaties komen in principe niet voor vergoeding in aanmerking. lid 4 Boetes worden niet vergoed.
Artikel 4 Procedure reiskostenvergoeding lid 1 De student dient na afloop van de stage een verzoek in tot reiskostenvergoeding door middel van het declaratie formulier ‘Reiskosten binnenland’ met een kopie van het indelingsformulier en bijgevoegde bewijzen van gemaakte reiskosten. Dit kan d.m.v. de originele treinkaarten en/ of een print van het reis,- en transactie overzicht van de OV-chipkaart-account. Ook een overzicht van het persoonlijke account ( bijv. ‘mijn-ib’ of een overzicht van de Dienst Uitvoering Onderwijs) waarop de naam van de student mét de kaartsoort (week,- of weekend OV) staat dient verplicht ingeleverd te worden. Indien een student geen Ov-studentenkaart heeft moet een kopie van de identiteitskaart worden meegeleverd. lid 2 Het verzoek dient uiterlijk 3 maanden na beëindiging van de stage ingediend te worden bij het curriculumbureau Tandheelkunde. Na het verstrijken van deze periode wordt de declaratie niet meer in behandeling genomen. lid 3 De vergoeding van de reiskosten die daarvoor in aanmerking komen vindt plaats uiterlijk drie maanden na inlevering van de volledige declaratie en verlangde nota's.
Artikel 5 Hardheidsclausule lid 1 Indien een student van mening is dat de reiskosten regeling ten onrechte niet op hem of haar van toepassing is, dan kan hij/zij een beroep doen op de hardheidsclausule en schriftelijk met redenen omkleed verzoeken om alsnog voor een vergoeding in aanmerking te komen. lid 2 Dit verzoek moet uiterlijk 3 maanden na beëindiging van de stage ingediend worden bij de secretaris van de commissie Reiskosten. Binnen 6 weken na de indiening van het verzoek neemt de commissie hierover een beslissing. 54
lid 3 Indien de commissie negatief beslist kan de student binnen 4 weken een voor beroep vatbare beslissing bij de Raad van Bestuur van het UMCG aanvragen. Artikel 6 Inwerkingtreding lid 1 Deze regeling treedt in werking vanaf de eerste werkdag waarop de student wettelijk recht heeft op de OV-studentenkaart studiejaar 2012/2013 en geldt in principe voor onbepaalde tijd.
Boekenlijst Bachelor Tandheelkunde jaar 1 2012 / 2013
Aanschaf via de vakhandel/Archigenes: Titel Human Anatomy and Physiology Prometheus Anatomische atlas, hoofd, hals en neuroanatomie
Auteur(s) Marieb, E., e.a. Schünke, M., e.a.
Uitgever Addison Wesley Longman Inc.
Editie/Jaar/ ISBN 8e/2009/9780321584199
Bohn, Stafleu v. Loghum BV
2e/2010/9789031384617
Oral Anatomy, Histology and Embryology
Berkovitz, B., Holland, G. and Moxham, B.
Mosby
4e/2009/9780723434115
Essential Microbiology for Dentistry
Samaranayake, L.
Churchill Livingstone
4th revised ed/2011/ 9780702034848
Lippincott Williams & Wilkins
2e/2001/9780781727334
Materials in Dentistry
Ferracane, J.L.
Preventieve Tandheelkunde
Loveren van, C en Weijden van der, GA.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
2e/2000/9789031329427
Dental Caries: the disease and its clinical management
Fejerskov, O. and Kidd, E.
Blackwell
2e/2008/9781405138895
Psychology
Bernstein et al.
Houghton Mifflin Co.
8e/2008/9780618874071
Gebitsontwikkeling bij de mens
Linden van der, F.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
1e/2010/9789031375318
Rijkers, GT., Kroese, FGM., e.a.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
1e/2009/9789031342631
Onderzoek in de gezondheidszorg
Bakker,E. en Buuren van, H.
Noordhoff Uitgevers
1e/2009/9789001773076
Parodontologie
Beertsen, W.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
1e/2009/9789031368860
Immunologie
55
Mondzorg in sociaal perspectief
Dekker den, J.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
Medische Ethiek
Have ten, HAMJ en Meulen ter, RHJ.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
Gezondheidsrecht
Engberts, DP. en KalkmanBogerd, LE.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
2e/2009/9789031361489
Algemene Ziekteleer voor Tandartsen (13/14 er af)
Brand, HS., e.a.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
3e/2012/9789031387281
1e/2008/9789031353231 2009/heruitgave/ 9789031352081
Boekenlijst Bachelor Tandheelkunde jaar 2 2012 / 2013
Aanschaf via de vakhandel/Archigenes: Titel
Auteurs(s)
Uitgever
Editie/Jaar/ISBN
Algemene Ziekteleer voor Tandartsen (studiejaar 13/14 van de lijst af)
Brand, HS, e.a.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
3e/2012/9789031387281
Contemporary Orthodontics
Proffit, Fields
Mosby
4th Revised edition/maart 2012/9780323040464
Essentials of dental radiography and radiology
Whaites
Churchill Livingstone
4e/2006/9780443101687
Oral Pathology
Regezi et al
Elsevier
6th/2012/9781455702626
Mondziekten en Kaakchirurgie
Stegenga, B., e.a.
v.Gorcum & Comp BV
1e/2000/9789023235002 Boek wordt herschreven: prognose verschijnings-datum september 2012
Endodontologie
Thoden van Velzen, SK en Wesselink, PR.
Springer Media B.V.
3e/2010/9789031373765
Kleef van, M., e.a.
Datawyse
3e/1999//9789052782508
Amerongen van, WE.
Bohn Stafleu v. Loghum BV
2e/2009/9789031369218
Okeson, JP.
Mosby
6e/2008/9780323046145
Pijn en Pijnbehandeling Kindertandheelk. deel 1 Management of Tempomandibular Disorders and Occlusion
56
Oncologie voor de tandheelkundige praktijk
v.Gorcum & Comp BV
1e/2006/9789023242505
Mondzorg in sociaal perspectief (studiejaar 13/14 Dekker den, J. van de lijst af)
BSvL
1e/2008/9789031353231
Inleiding in Evidence-based Medicine.
Offringa, Assendelft, Scholten
Bohn Stafleu v. Loghum BV
3e/2008/9789031353200
Fundamentals Of Operative Dentistry
Schwartz, RS. en Summit, JB.
Handleiding MedischWetenschappelijk Onderzoek
Zielhuis, GA., e.a.
Vries de, J., e.a.
Quintessence Publishing Co.
3e/2006/9780867154528
Elsevier
6e/2010/9789035231900
Boekenlijst Bachelor Tandheelkunde jaar 3 2012 / 2013
Aanschaf via de vakhandel/Archigenes:
Titel
Auteurs(s)
Uitgever
Editie/Jaar/ISBN
De volledige gebits-prothese in woord en beeld
Kalk, W.
Bohn Stafleu Van Loghum
2e//2001//9789031321759
Samen werken in de mondzorg.
Schaub, RHM
Bohn Stafleu Van Loghum
1e/2008/9789031351640
Prothetiek en orale implantologie
Meijer, H. en Lange, G.
Bohn Stafleu Van Loghum
1e /2007/9789031341436
Speeksel, speekselklieren en mondgezondheid
Nieuw Amerongen van, A., e.a.
Bohn Stafleu Van Loghum
2e/2008/9789031351732
Contemporary fixed prosthodontics
Rosenstiel, SF.
Mosby
4e/2006/9780323028745
57
Boekenlijst Master Tandheelkunde jaar 1 2012/2013
Aanschaf via de vakhandel/Archigenes Titel
Auteurs(s)
Uitgever
Editie/Jaar/ISBN
De partiële gebitsprothese
Creugers, NHJ., e.a.
Bohn Stafleu van Loghum
3e/2011/9789031375752
Geriatrische Tandheelkunde. De problematiek van ouder worden en mondgezondheid
Baat,C en Kalk, W.
Bohn Stafleu Van Loghum
1e/1999/9789031322015
Lastige patiënten in de tandartspraktijk Jongh de, AJCM.
Bohn Stafleu Van Loghum
1e/2004/9789031342532
Kindertandheelkunde deel 2 (studenten editie)
Amerongen van, WE.
Bohn Stafleu Van Loghum
1e/2003/9789031337514
Teamrollen op het werk
Meredith Belbin, R.
Sdu Uitgevers
2e /2010/9789052617978
Angst voor de tandarts
Jongh de, AJCM., e.a.
v.Gorcum & Comp BV
1e/2006/9789023240556
Kwaliteit en veiligheid in patiëntenzorg
Wollersheim, H., e.a.
Bohn Stafleu Van Loghum
1/2011/9789031382354
Mondzorg bij mensen met een beperking
Broers, D.
Prelum Uitgevers
1/2011/9789085620983
58
STUDIEKOSTEN OPLEIDING TANDHEELKUNDE De studiekosten voor de opleiding Tandheelkunde worden hieronder per cursusjaar weergegeven. Eerste cursusjaar Bachelor In het eerste cursusjaar dient een student instrumentarium voor het skillslab te huren. Daarnaast verbruikt de student materialen tijdens het werk in het skillslab. De kosten voor aanschaf van instrumentarium en materialen zijn hoog. Studenten betalen om die reden huur voor het instrumentarium en een bijdrage in het materiaalverbruik. Deze bijdrage voor huur- en verbruik tezamen is € 200,00. Indien een student meer materiaal verbruikt dan € 160,00 dient hij of zij daarnaast het meerverbruik te vergoeden. Het bedrag van € 160,00 is gebaseerd op normaal tot ruim verbruik in het eerste cursusjaar. Als borg voor de bruikleen van het instrumentarium t.b.v. het onderwijs in het skillslab dienen studenten € 125,00 te betalen. Deze borgsom wordt bij inlevering van de instrumenten terugbetaald (zie ook: Terugbetaling van de borgsommen). In het eerste studeijaar wordt de student gevaccineerd voor HBV. De kosten hiervoor bedragen € 50,00. Tweede cursusjaar Bachelor Voor het tweede cursusjaar dient een student instrumentarium voor het skillslab en kliniek te huren. Daarnaast verbruikt hij of zij materialen tijdens het werk in skillslab en kliniek. De bijdrage voor huur en verbruik tezamen is € 200,00. Indien een student meer materiaal verbruikt dan € 160,00 dient hij of zij daarnaast het meerverbruik te vergoeden. Het bedrag van € 160,00 is gebaseerd op normaal tot ruim verbruik in het tweede cursusjaar. Als borg voor de bruikleen van het instrumentarium t.b.v. het onderwijs in de kliniek dienen studenten € 125,00 te betalen. Deze borgsom wordt bij inlevering van de instrumenten aan het eind van de studie terugbetaald (zie ook: Terugbetaling van de borgsommen). Derde cursusjaar Bachelor Voor het derde cursusjaar dient een student instrumentarium voor het skillslab en kliniek te huren. Daarnaast verbruikt hij of zij materialen tijdens het werk in skillslab en kliniek. De bijdrage voor huur en verbruik tezamen is € 200,00. Indien een student meer materiaal verbruikt dan € 140,00 dient hij of zij daarnaast het meerverbruik te vergoeden. Het bedrag van € 140,00 is gebaseerd op normaal tot ruim verbruik in het derde cursusjaar. Als borg voor de bruikleen van het instrumentarium t.b.v. het onderwijs in de kliniek dienen studenten € 125,00 te betalen. Deze borgsom wordt bij inlevering van de instrumenten aan het eind van de studie terugbetaald (zie ook: Terugbetaling van de borgsommen). In het tweede semester van het derde studiejaar krijgen studenten een articulator in bruikleen. Hiervoor moet € 50,00 borg worden betaald. Deze borgsom wordt bij inlevering van de articulator en de sleutel van de technieklocker, aan het eind van de studie, terugbetaald (zie ook: Terugbetaling van de borgsommen). Eerste cursusjaar Master Voor het eerste cursusjaar vande Master gebruikt een student instrumentarium voor op het skillslab en op de kliniek. Hiervoor wordt geen huur- en verbruiksvergoeding in rekening gebracht. Tweede cursusjaar Master Voor het tweede cursusjaar gebruikt een student instrumentarium voor op de kliniek en desgewenst instrumentarium voor op het skillslab (t.b.v. docent onafhankelijke training). Hiervoor wordt geen huuren verbruiksvergoeding in rekening gebracht. 59
Derde cursusjaar Master Voor het derde cursusjaar gebruikt een student instrumentarium voor op de kliniek en desgewenst instrumentarium voor op het skillslab (t.b.v. docent onafhankelijke training). Hiervoor wordt geen huuren verbruiksvergoeding in rekening gebracht. Terugbetaling van de borgsommen De borgsommen worden teruggestort na inlevering van het betreffende instrumentarium en in het geval van de borgsom voor het klinisch instrumentarium, ook de sleutel van de technieklocker, mits voldaan is aan de voorwaarden zoals vermeld in de huurovereenkomst. Voor het preklinisch instrumentarium is dit mogelijk vanaf het 1e cursusjaar van de Master, voor klinisch instrumentarium, articulator en sleutel van de technieklocker is dit aan het eind van de studie. Terugbetaling van bijdragen voor huur en verbruik bij afstuderen of bij stoppen van de studie Indien een student voor 1 januari 2013 stopt of afstudeert wordt de helft van de bijdrage voor huur en verbruik teruggestort. Bij afstuderen of stoppen na 1 januari 2013 vindt geen terugbetaling plaats. Kleding Studenten dienen zich te houden aan de kledingvoorschriften voor zowel het skillslab en de kliniek. Tevens dient men te zorgen voor een veiligheidsbril. REGELING STUDIEGEBONDEN KOSTEN TANDHEELKUNDE De RuG kent een ‘Prijsbeleid Studiekosten’. De regeling beoogt beheersing van de studiekosten, zodat die de component ‘studiekosten’ in het budget van de studiefinanciering niet te boven gaan. Men is dus niet meer geld aan studiemateriaal kwijt, dan de Minister ter beschikking stelt. Voor het studiejaar 2012-2013 is dit ‘plafondbedrag’ gesteld op € 680. Soms is het onvermijdelijk dat de kosten hoger zijn dan het plafondbedrag. Bij de studieadviseur en het Studenten Service Centrum is een brochure over de studiekosten en het universitaire prijsbeleid verkrijgbaar. Daar kan men ook terecht voor verdere informatie. Leenregeling In de eerste drie jaren van de opleiding Tandheelkunde wordt een overschrijding van het normbedrag voorzien. Hiervoor is een facultaire leenregeling ontworpen. Indien in een bepaald cursusjaar het plafondbedrag wordt overschreden kunnen studenten, in dat cursusjaar, gebruik maken van de ze facultaire leenregeling. Het betreft een renteloze lening. Het maximum bedrag dat een student in een cursusjaar kan lenen van de faculteit is gelijk aan de overschrijding van het plafondbedrag. Tot de kosten voor de opleiding worden o.a. gerekend de aanschaf van verplichte literatuur en de bijdrage die de student betaald voor gebruik van instrumentarium en materialen (zowel in het skillslab alsook in de kliniek). Terugbetaling is afhankelijk van het cursusjaar waarin men gebruik maakt van de leenregeling. De termijnen waarin het geleende bedrag dient te worden terugbetaald worden vermeld op het formulier ‘leenregeling studiekosten’. Wie van de regeling gebruik wenst te maken moet, vóór 28 februari 2013, een verzoek indienen, vergezeld van de op naam gestelde, originele nota’s. Daartoe kan gebruik gemaakt worden van het formulier dat is opgenomen in de studiegids of bij de studieadviseurs kan een exemplaar worden verkregen.
60
Definitieve bijdrage in studiegebonden kosten Indien een student na 6 jaar studie Tandheelkunde kan aantonen, met op naam gestelde, originele nota’s of bewijzen, dat de studiekosten over die 6 jaar hoger waren dan de som van plafondbedragen gedurende die 6 jaar, kan die student de helft van het verschil (studiekosten minus 6x plafondbedrag) terug vragen aan de Faculteit Medische Wetenschappen (UMCG).
61
Formulier leenregeling tandheelkunde Leenregeling studiekosten UMC Groningen (faculteit Medische Wetenschappen) voor studenten van de opleiding tandheelkunde (2012/2013) Ondergetekende, Naam en voorletters: Adres: Woonplaats: Studentnummer: Bank-/Girorekening: verklaart aan verplichte leermiddelen t.b.v. het onderwijsprogramma van de bachelor opleiding tandheelkunde te hebben uitgeven voor cursusjaar 1, 2, 3 (omcirkel betreffende cursusjaar) een bedrag: € …..,- (op naam gestelde, originele nota’s bijvoegen) en verzoekt het UMC Groningen om een lening van: bedrag: € ….. ,en verklaart vervolgens deze lening voor: 1 oktober 2018 (indien het een lening betreft voor het eerste cursusjaar) 1 oktober 2017 (indien het een lening betreft voor het tweede cursusjaar) 1 oktober 2016 (indien het een lening betreft voor het derde cursusjaar) terug te betalen. Bij tussentijds beëindigen van de studie (Bachelor of Master) is deze lening evenwel direct invorderbaar. Datum: Handtekening: _________________________________________________________________________ Curriculumbureau FEZ (UMCG):
62
Student in de tandartspraktijk
Notitie vastgesteld door de gezamenlijke opleidingen Tandheelkunde in Nederland 14 juli 2008 In Nederland vindt de klinische opleiding van tandartsen plaats binnen de muren van de onderwijskliniek. Een bewuste keuze, aangezien het aanleren van klinische vaardigheden, veelal met een onomkeerbaar resultaat, het beste gedijt in een omgeving waar eenheid en kwaliteit van klinisch onderwijs kan worden gewaarborgd, de onderwijskliniek. Daarnaast komt de student tandheelkunde buiten de muren van de onderwijskliniek in contact met patiënten op de volgende momenten: -- In Groningen wordt de student, in het kader van het adoptieproject, in alle studiejaren gevraagd twee dagen stage te lopen in een tandheelkundige praktijk om daarin observaties te doen en opdrachten uit te voeren. Er wordt geen opdracht verstrekt tot het uitvoeren van enige voorbehouden handeling, maar in de praktijk worden die incidenteel wel gedaan. - in Nijmegen loopt de student in het kader van het kaakchirurgisch onderwijs een stage in een perifere Mond-, Kaak- en Aangezichtschirurgie kliniek. De studenten zijn hier werkzaam onder toezicht van de lokale kaakchirurg. Met het desbetreffende ziekenhuis is een zg. affiliatiecontract afgesloten. Het blijkt echter dat studenten tijdens de studie in vakanties maar ook wel daarbuiten werkzaam zijn in een tandartspraktijk. Een recente scriptie van een Groningse student over dit onderwerp leert ons dat 22% van de Groningse studenten werkzaam is in een tandartspraktijk waarvan 75% uit het vijfde jaar. Zij verrichten daar(onder toezicht) klinische werkzaamheden en veelal ook de voorbehouden handelingen. Ook van studenten van de opleidingen in Amsterdam en Nijmegen is bekend dat zij voor het afstuderen in de tandartspraktijk werken. Aanleiding voor deze informatieve hand-out is de groeiende zorg die er zowel bij de opleidingen als bij de Inspectie Gezondheidszorg (IGZ) leeft ten aanzien van zaken als taakdelegatie en met name het uitvoeren van voorbehouden handelingen door niet-tandartsen in de tandartspraktijk. De door IGZ uitgegeven circulaire over dit onderwerp is als bijlage toegevoegd. U wordt verzocht ook daar goede nota van te nemen. Werkzaamheden De studenten die voorbehouden handelingen in de tandartspraktijk verrichten, zullen zich moeten realiseren dat zij hiermee een groot risico lopen. De IGZ heeft aangegeven dat wanneer zowel student als tandarts niet aan bepaalde voorwaarden voldoen strafrechtelijke, civielrechtelijke en voor de tandarts ook tuchtrechtelijke maatregelen getroffen worden. Deze voorwaarden zijn vastgelegd in de wet BIG en omvatten o.a. dat: - Er sprake dient te zijn van een opdrachtverstrekking door een (ongeclausuleerd) BIG geregistreerd tandarts. - Deze tandarts in staat en bereid moet zijn om in noodzakelijke gevallen in te grijpen, hetgeen praktisch betekent dat de tandarts tenminste in de praktijk aanwezig is. - De opdracht verstrekkend tandarts de bekwaamheid* van de student t.a.v. de gedelegeerde taak dient te kunnen aantonen. - De student zich bekwaam moet achten en voelen voor de handelingen die hij (zij) verricht. Hij/zij zal dat moeten kunnen aantonen. *
De wet BIG stelt samengevat: bekwaam is bevoegd. Het begrip bekwaamheid is niet verder uitgewerkt. Wel dient de bekwaamheid te stoelen op een relevante en aantoonbare opleiding. De student tandheelkunde is tot zijn afstuderen niet bekwaam tot het zelfstandig verrichten van voorbehouden handelingen. Bij de opdrachtgevend tandarts rust de primaire verantwoordelijkheid zich van de bekwaamheid van de student in geval van taakdelegatie te vergewissen, aangezien de gedelegeerde taak zich onder verantwoordelijkheid en toezicht van de tandarts afspeelt en de opleiding formeel geen enkele bekwaamheid zal erkennen tot het moment van uitreiking van de bul.
63
- Het de patiënt voorafgaand aan de behandeling duidelijk moet zijn dat de verrichting wordt uitgevoerd door een student tandheelkunde en de patiënt moet dit ook toestaan. Het voeren van een andere (beschermde) titel is strafbaar. (bijvoorbeeld assistent- tandarts of mondhygiënist) Aansprakelijkheid Tijdens de stages is de aansprakelijkheidsverzekering van kracht die de opleiding voor zijn studenten heeft afgesloten. De stageverlenend tandarts is hierover bij het aangaan van de stage schriftelijk geïnformeerd. De meeste tandartsen hebben overigens in hun beroepsaansprakelijksheidsverzekering ook dekking opgenomen voor zowel stagiairs als overige medewerkers in de praktijk. Buiten de door de opleiding gesuperviseerde stage periodes geldt de bovengenoemde aansprakelijkheidsverzekering niet en zal de student bij het werkzaam zijn in de tandartspraktijk zelf verzekerd moeten zijn voor de eventuele aansprakelijkheid die direct of indirect uit zijn handelen kan voortkomen. Gedragsregels voor studenten Tandheelkunde De opleiding tot tandarts kenmerkt zich door een aantal onderdelen, die van studenten vereist dat hierbij op een bepaalde manier wordt omgegaan met elkaar en (simulatie)patiënten. Dit betreft zaken die op het gebied van presentatie liggen (taalgebruik, kleding e.d.) tot elementen als vaardigheden van het relevant lichamelijk onderzoek die studenten, bij gebrek aan echte (simulatie)patiënten, onderling op elkaar moeten oefenen. Dit zijn in de opleiding tot tandarts, kenmerkende en onlosmakelijke eigenschappen. Het is van groot belang dat een ieder die de opleiding gaat volgen dan wel bezig is te volgen, zich hiervan terdege bewust is - studenten tandheelkunde dienen ruim tevoren, zo mogelijk reeds voor aanvang van de studie, op de hoogte te worden gebracht van plaats en aard van alle onderwijsonderdelen waarbij studenten geacht worden op elkaar te oefenen en van de daarvoor bestaande gedragsregels - het actief onderling oefenen van relevant lichamelijk onderzoek, zoals daar is mondonderzoek, acute geneeskunde, anatomie in vivo, het maken van röntgenfoto’s en het geven van lokaal anesthesie en wel bij beide geslachten, is verplicht voor alle studenten tandheelkunde - de faculteit dient zorg te dragen voor optimale leermogelijkheden en leeromstandigheden, controle op het beheersingsniveau van de vaardigheden, en adequate feedback - de faculteit verplicht zich zorg te dragen voor dusdanige voorzieningen dat bij het onderling oefenen de privacy van de studenten optimaal wordt gewaarborgd. , - persoonlijke belemmeringen bij een student voor het ondergaan van relevant lichamelijk onderzoek moeten ruim tevoren door de student zelf worden aangekaart bij de studieadviseur; het principe hierbij is: alle onderwijsonderdelen zijn in beginsel verplicht voor iedereen, tenzij de student reële argumenten aandraagt die worden ondersteund door de studieadviseur. - studenten mogen slechts dan echte patiëntcontacten aangaan (van welke aard dan ook, van anamnese tot actieve behandelinganamnese en relevant lichamelijk onderzoek) wanneer zij na zorgvuldige oefening een zekere bekwaamheid hierin hebben opgedaan bij beide geslachten - studenten mogen pas contacten met patiënten aangaan indien zij zijn gevaccineerd tegen hepatitis B en een minimum bescherming hebben opgebouwd. - wanneer bij onderdelen (stages) tijdens de opleiding kledingvoorschriften en voorschriften persoonlijke hygiëne worden gehanteerd zullen deze ruim tevoren worden bekend gemaakt; - bij onderdelen van de opleiding waarbij sprake is van directe of indirecte patiëntcontacten dienen studenten zich professioneel en functioneel te gedragen, zodanig dat zij niet in negatieve zin opvallen: optimale lichamelijke en geestelijke conditie, optimale hygiëne, geen onnodige last of ongemak voor de patiënt, geen vermijdbare belemmering of verstoring van het patiëntcontact, geen aanstoot geven aan anderen. 64
- studenten kunnen in beginsel geen beroep doen op persoonlijke bezwaren of belemmeringen bij patiëntcontacten en functioneren in dat opzicht als ‘verlengde arm’ van de tandartsopleider. - in een vroeg stadium van de opleiding dient studenten duidelijk te worden gemaakt dat zij zich, ten aanzien van patiënten in de breedste zin des woords, hebben te houden aan de geheimhoudingsplicht zoals die ook voor tandartsen geldt; dit geldt, mutatis mutandis, evenzeer ten aanzien van medestudenten; hiertoe zal iedere student een verklaring moeten ondertekenen of een eed moeten afleggen. Naast de hierboven vermelde gedragsregels zijn de de OER’en als bijlage aanvullende gedargsregels opgenomen
65
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Faculteit Medische Wetenschappen Bacheloropleiding Tandheelkunde Onderwijs- en ExamenRegeling 2012-2013
66
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Inhoud: Paragraaf 1
Algemene bepalingen
Paragraaf 2
Opbouw van de opleiding
Paragraaf 3
De propedeutische fase van de opleiding
Paragraaf 4
Studievoortgang inclusief Studieadvies
Paragraaf 5
Toelating tot het tweede studiejaar van de opleiding, de postpropedeutische fase
Paragraaf 6
De postpropedeutische fase van de opleiding
Paragraaf 7
Tentamens en examens van de opleiding
Paragraaf 8
Vooropleiding
Paragraaf 9
Studiebegeleiding
Paragraaf 10
Zij-instroom Tandheelkunde
Paragraaf 11
Overgangs- en slotbepalingen
Bijlage I Bijlage II
Raamplan Tandheelkunde 2008 Gedragsregels voor studenten Tandheelkunde
67
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Onderwijs- en Examenregeling Bachelor of Science opleiding in de Tandheelkunde Inleiding De voorliggende regeling beschrijft het onderwijs- en examenprogramma van de opleiding bachelor of science in de Tandheelkunde te Groningen Voor studenten die in september 2007 zijn gestart met de opleiding tandheelkunde bestaat het curriculum T21 uit een 3 jarige bacheloropleiding en een 3 jarige masteropleiding. Met ingang van september 2010 is de 2 jarige master vervangen door een 3 jarige master. De indeling in Bachelor en Master staat in het wettelijke kader van de Europese uitwisseling. Daarin kan na het behalen van het bachelor diploma gekeken worden welke masteropleiding in Nederland of binnen Europa aansluiting biedt. De opleiding kent een opbouw van twee semesters per studiejaar. In de bacheloropleiding omvatten de semesters meerdere onderwijseenheden. Het onderwijsprogramma voor de opleiding Tandheelkunde is dusdanig opgebouwd dat de zelfstudie en zelfwerkzaamheid van de studenten zoveel mogelijk gestimuleerd worden. De inhoud van het onderwijs is gericht op de door de gezamenlijke opleidingen tandheelkunde vastgestelde algemene eindtermen (voor de masterfase) zoals genoemd in het Raamplan Tandheelkunde 2008. Het onderwijs in de Faculteit Medische Wetenschappen te Groningen is geregeld in overeenstemming met de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW).
PARAGRAAF 1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1.1 — Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en de examens van de bachelor of science in de Tandheelkunde, verder te noemen: de opleiding. De opleiding wordt verzorgd binnen de Faculteit Medische Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen verder te noemen: de faculteit. Artikel 1.2 — Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW); b. student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en de examens van de opleiding; c. opleiding: de bacheloropleiding genoemd in artikel 1.1 van deze regeling, bestaande uit een samenhangend geheel van onderwijseenheden d. examinatoren: de door de examencommissie als zodanig aangewezen leden van het personeel die met het verzorgen van het onderwijs in de desbetreffende onderwijseenheid zijn belast alsmede daartoe aangewezen deskundigen van buiten de instelling; e. examencommissie: de door de decaan van de opleiding ingestelde commissie ten behoeve van het afnemen van examens en ten behoeve van de organisatie en coördinatie van de tentamens; f. studiepunt: eenheid uitgedrukt in ECTS, waarbij een studiepunt gelijk staat aan 28 uur studeren g. onderdeel: een onderwijseenheid van de opleiding, in de zin van de wet. h. propedeuse: de propedeutische fase van de bacheloropleiding, bedoeld in artikel 7.8 van de wet. i. postpropedeuse: het gedeelte van de bacheloropleiding dat volgt op de propedeutische fase. j. definitief studieadvies: advies als bedoeld in artikel 7.8 b, lid 1 van de wet.
68
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
k.
bindend studie advies (BSA): afwijzend definitief studieadvies als bedoeld in artikel 7.8 b, lid 3 van de wet, namens het College van Bestuur uitgebracht door het faculteitsbestuur, betreffende de inschrijving van de student voor de opleiding; l. studievoortgangsoverzicht: een overzicht van de gerealiseerde studielast. m. voorlopig studieadvies: een schriftelijk tussentijds studieadvies over de voortzetting van de opleiding n. toets: tentamen als bedoeld in artikel 7.10 van de wet; o. examen: het afsluitend bachelorexamen van de opleiding dat met goed gevolg is afgelegd als aan alle verplichtingen van de gehele bacheloropleiding is voldaan; p. studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar; q. semester: deel van het studiejaar, beginnend op 1 september en eindigend op een door het College van Bestuur te bepalen datum, dan wel beginnend op een door het College van Bestuur te bepalen datum en eindigend op 31 augustus. r. practicum: een praktische oefening, als bedoeld in artikel 7. 13 van de wet, in een van de volgende vormen: - het maken van een scriptie; - het maken van een werkstuk of een proef-ontwerp; - het uitvoeren van een (onderzoeks)opdracht; - het deelnemen aan veldwerk of een excursie; - het doorlopen van een stage; - het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden; - het actief deelnemen aan een tutorgroep, mentorgroep, coachgroep, (klinisch) werkcollege veldwerk, excursie of practicum; - het houden van een voordracht; - het onder supervisie uitvoeren van patiëntbehandelingen; s. bachelor examen: het examen dat toegang geeft tot de masterfase en recht geeft op het voeren van de titel BSc in de tandheelkunde De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent.
Artikel 1.3 - Doel van de opleiding De bacheloropleiding Tandheelkunde is de start van het opleidingscontinuüm van de tandarts. Met het behalen van het bachelordiploma is de student toelaatbaar tot de masteropleiding Tandheelkunde. De masteropleiding wordt afgesloten met het behalen van het masterdiploma (tandartsdiploma). Voor de algemene eindtermen van de opleiding tot tandarts wordt verwezen naar de bijlage van het Raamplan 2008 Tandheelkunde welke als bijlage is toegevoegd. Van de in Groningen opgeleide tandarts wordt verwacht dat hij/zij: kennis heeft van een zich verbredend vakgebied in staat is om oplossingen voor een breed scala van mondgezondheidsproblemen te genereren de regie voert over de zorg en behandeling en de zorg verleent in nauwe samenwerking met zorgverleners en met respect voor de wensen en voorkeuren van de patiënt. in staat is zijn/haar overwegingen en beslissingen te onderbouwen en zich hiervoor te verantwoorden
69
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 1.4 - Vorm van de opleiding De opleiding wordt uitsluitend voltijds verzorgd. Artikel 1.5 - Iudicium Abeundi 1.
In geval van ernstig laakbare gedragingen en/of uitlatingen van een student kan het College van Bestuur in bijzondere gevallen na advies van de examencommissie of van het faculteitsbestuur de inschrijving van een student beëindigen.
2.
Het College van Bestuur neemt een beslissing als bedoeld in het eerste lid eerst nadat de betreffende student is gehoord omtrent de voorgenomen beslissing, nadat een zorgvuldige afweging van alle belangen van de student en van de instelling heeft plaatsgevonden en nadat aannemelijk is geworden dat de student door zijn/haar gedragingen en /of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem/haar gevolgde studie opleidt, danwel voor de praktische voorbereiding op die beroepsopleiding. Het faculteitsbestuur, de examencommissie en het College van Bestuur nemen daarbij het Protocol Iudicium Abeundi in acht zoals dit door de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra op 1 november 2010 is vastgesteld.
PARAGRAAF 2
OPBOUW VAN DEOPLEIDING
Artikel 2.1 - Indeling en examens van de opleiding 1.
In de opleiding kunnen de volgende examens worden afgelegd: a. het propedeutisch examen; b. het afsluitend bachelorexamen.
2.
De opleiding is opgedeeld in een propedeutische fase en een postpropedeutische fase.
Artikel 2.2 - Studielast 1.
De opleiding heeft een studielast van 180 ECTS.
2.
De propedeutische fase heeft een studielast van 60 ECTS.
3.
De studielast wordt uitgedrukt in hele ECTS.
70
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
PARAGRAAF 3
DE PROPEDEUTISCHE FASE VAN DE OPLEIDING
Artikel 3.1 - Samenstelling propedeutische fase De propedeuse omvat de volgende onderwijseenheden met de daarbij vermelde studiepunten (in EC): Onderwijseenheden Jaar 1 Zicht op beroep en vakgebied Levensloop Het orale milieu Bedreiging en bescherming Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B Wetenschappelijke scholing 1 Professionalisering 1 Totaal
EC 8 8 8 8 6 9 6 7 60
Artikel 3.2 - Propedeutische practica De volgende onderwijseenheden van de propedeuse omvatten naast het onderwijs in de vorm van colleges ook practische oefeningen in de daarbij aangegeven vorm: 1.
Zicht op beroep en vakgebied: a. tutorgroepbijeenkomsten b. practica Zicht op beroep en vakgebied
2.
Levensloop: a. tutorgroepbijeenkomsten b. practica Levensloop
3.
Het Orale milieu: a. tutorgroepbijeenkomsten b. practica Het orale milieu
4.
Bedreiging en bescherming: a. tutorgroepbijeenkomsten b. practica Bedreiging en bescherming
5.
Tandheelkundige vaardigheden en kennis van Vaardigheden 1A: a. practica skillslab b. practica kliniek
6.
Tandheelkundige Vaardigheden en Kennis van Vaardigheden 1B: a. practica skillslab b. practica kliniek 71
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
7.
Wetenschappelijke scholing 1: a. practica Wetenschappelijke scholing 1 b. uitvoeren van opdrachten
8.
Professionalisering 1: a. coachgroepbijeenkomsten b. practica Professionalisering 1
Artikel 3.3 Vorm en samenstelling van de tentamens De tentamens van de onderwijseenheden genoemd in art. 3.1 worden op de aangegeven wijze afgelegd: 1. Het tentamen Zicht op beroep en vakgebied bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Zicht op beroep en vakgebied 1 - schriftelijke deeltoets Zicht op beroep en vakgebied 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Zicht op beroep en vakgebied waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt 2.
Het tentamen Levensloop bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Levensloop 1 - schriftelijke deeltoets Levensloop 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Levensloop waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
3.
Het tentamen Het orale milieu bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Het orale milieu 1 - schriftelijke deeltoets Het orale milieu 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Het orale milieu waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
4.
Het tentamen Bedreiging en bescherming bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Bedreiging en bescherming 1 - schriftelijke deeltoets Bedreiging en bescherming 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Bedreiging en bescherming waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
5.
Het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A bestaat uit de volgende onderdelen: - praktijktoetsen - stationstoetsen - practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica skillslab en kliniek behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A
6.
Het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B bestaat uit de volgende onderdelen: 72
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
-
praktijktoetsen stationstoetsen practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica skillslab en kliniek behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B
7.
Het tentamen Wetenschappelijke scholing 1 bestaat uit de volgende onderdelen: - deeltoets (schriftelijk en/of via elektronische leeromgeving) Wetenschappelijke scholing 1-1 - deeltoets (schriftelijk en/of via elektronische leeromgeving) Wetenschappelijke scholing 1-2 - voldoen aan practicumverplichtingen - uitvoeren opdrachten
8.
Het tentamen Professionalisering 1 bestaat uit - een assessment op basis van de volgende onderdelen: - kwaliteit van het portfolio - volledigheid van het portfolio - beoordelingen professioneel gedrag in alle werkvormen - verslagen - beoordeling van de mondelinge toets - aanwezigheidsverplichtingen
Artikel 3.4 - Verlengd tentamen en reparatie 1.
Studenten die in hun eerste jaar van inschrijving, na afronding van de herhalingsperiode, zeven van de acht onderwijseenheden, waaronder in ieder geval de onderwijseenheid Professionalisering 1, met voldoende resultaat hebben afgelegd en voor de onderwijseenheid waarvoor geen voldoende resultaat is behaald hebben voldaan aan de practicumverplichtingen, krijgen voor die onderwijseenheid een verlengd tentamen aangeboden om zodoende alsnog te kunnen voldoen aan het propedeutisch examen.
2.
Het in art. 3.4.1 genoemde verlengd tentamen wordt afgenomen indien het resultaat van de onderwijseenheid, waarvoor geen voldoende resultaat is behaald, voldoet aan de hieronder genoemde voorwaarden: - voor de onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied, of Levensloop, of het Orale milieu, of Bedreiging en bescherming of Wetenschappelijke scholing moet minimaal een 5 behaald zijn; - voor de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A of voor Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B mag op maximaal één van de modules een onvoldoende zijn behaald
3. Studenten die in hun eerste jaar van inschrijving, na afronding van de herhalingsperiode, - minimaal vijf van de acht onderwijseenheden hebben behaald maar minder dan 45 ECTS doch meer dan 36 ECTS, èn - de onderwijseenheid Professionalisering I met voldoende resultaat hebben afgerond, én - onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing 1 met voldoende resultaat hebben afgerond, én - voldaan hebben aan de practicumverplichtingen van alle propedeutische onderwijseenheden
73
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
krijgen in hun eerste jaar van inschrijving, voor een door de faculteit te bepalen onderwijseenheid waarvoor geen voldoende resultaat is behaald, de mogelijkheid aangeboden voor een verlengd tentamen. 4.
Het in art. 3.4.3 genoemde verlengd tentamen wordt uitsluitend afgenomen indien het resultaat van de onderwijseenheid, waarvoor een verlengd tentamen wordt aangeboden, voldoet aan de hieronder genoemde specifieke voorwaarden: - voor de onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied, of Levensloop, of het Orale milieu, of Bedreiging en bescherming moet minimaal een 5 behaald zijn; - voor de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A of voor Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B mag op maximaal één van de modules een onvoldoende zijn behaald.
5.
Na het met voldoende resultaat afleggen van een verlengd tentamen, kan de uitslag nooit hoger zijn dan een 6 of een V.
6.
Studenten genoemd onder artikel 3.4.1 en artikel 3.4.3, die hebben deelgenomen aan alle herkansingen en hebben deelgenomen aan het verlengd tentamen, maar na het verlengd tentamen nog niet hun propedeutisch examen hebben behaald of nog niet voldoen aan de BSA norm krijgen, onder in artikel 3.4.7 en 3.4.8 genoemde voorwaarden, de mogelijkheid van een reparatie aangeboden om zodoende alsnog te voldoen aan het behalen van het propedeutisch examen of alsnog te gaan voldoen aan de BSA-norm.
7.
Voor studenten die vallen onder artikel 3.4.1 wordt een reparatie verstrekt indien het resultaat van de onderwijseenheid, waarvoor geen voldoende resultaat is behaald, voldoet aan de hieronder genoemde voorwaarden: - op het schriftelijk deel van het verlengd tentamen een cijfer is behaald van groter danwel gelijk aan 5.00 met in achtneming van het bodemcijfer of als op het verlengd tentamen geen V is behaald.
8.
Voor studenten die vallen onder artikel 3.4.3 wordt een reparatie verstrekt indien het resultaat van de onderwijseenheid, waarvoor geen voldoende resultaat is behaald, voldoet aan de hieronder genoemde voorwaarden: - op het schriftelijk deel van het verlengd tentamen een cijfer is behaald van groter danwel gelijk aan 5.00 met in achtneming van het bodemcijfer of als op het verlengd tentamen geen V is behaald.
9.
Na het met voldoende resultaat afleggen van de reparatie, kan de uitslag nooit hoger zijn dan een 6 of een V.
PARAGRAAF 4
STUDIEVOORTGANG, INCLUSIEF STUDIEADVIES
Artikel 4.1 - Studievoortgangsoverzicht
74
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
In het jaar van eerste inschrijving ontvangt de student omstreeks week 13 van het studiejaar, doch in ieder geval gedurende het eerste semester van de opleiding een studievoortgangsoverzicht, met daarin een overzicht van de gerealiseerde studielast. Artikel 4.2 - Voorlopig studieadvies / bindend studieadvies 1.
Omstreeks week 23 van het studiejaar, en zo mogelijk vóór het begin van het tweede semester ontvangt de student een schriftelijk voorlopig studieadvies.
2.
Dit voorlopig studieadvies geeft een waarschuwing indien er sprake is van onvoldoende studievoortgang, zodat de student nog de gelegenheid heeft om zijn prestaties te verbeteren.
3.
Wanneer de studievoortgang zodanig is dat in redelijkheid niet te verwachten is dat de student aan de voorwaarden als genoemd in artikel 4.3. lid 2 zal gaan voldoen, wordt de student uitgenodigd voor een gesprek met de studieadviseur. Dit gesprek heeft tot doel het bespreken van de wijze van studeren, een heroverweging van de studiekeuze en een eventuele verwijzing naar een andere opleiding.
4.
Indien de resultaten hiertoe aanleiding geven wordt na het voorlopig studieadvies een bindend studieadvies als bedoeld in artikel 4.3 lid 2 uitgebracht, conform de procedure als beschreven in artikel 4.5.
5.
Indien de student de norm als bedoeld in artikel 4.3 lid 2, niet heeft behaald doch deze norm in hetzelfde studiejaar wèl heeft behaald bij een opleiding van de RUG waarvoor deze OER niet geldt, wordt voor de opleiding van deze OER geen bindend studieadvies afgegeven.
6.
Indien een student voor een WO-opleiding waarvoor deze OER niet geldt reeds het propedeutisch examen heeft behaald dan wel de propedeutische fase heeft afgerond wordt voor de opleiding van deze OER geen bindend studieadvies afgegeven.
Artikel 4.3 - Definitief studieadvies / bindend studieadvies 1.
Rond het einde van het tweede semester in het eerste jaar van inschrijving ontvangt de student nogmaals een schriftelijk advies over de voortzetting van zijn opleiding, het definitief studieadvies.
2.
Onverminderd het bepaalde in artikel 4.6 wordt aan dit studieadvies een afwijzing met een bindend karakter verbonden, indien de student minder dan 45 studiepunten heeft behaald in het eerste jaar van zijn inschrijving, danwel het propedeutisch examen niet heeft behaald aan het eind van zijn tweede jaar van inschrijving , het bindend studieadvies.
3.
De afwijzing geldt gedurende een termijn van 2 volgende studiejaren en heeft betrekking op de CROHO-opleiding van inschrijving, alsmede op de door het College van Bestuur aangewezen verwante CROHO-opleidingen als genoemd in de bijlage bij deze regeling.
4.
Bij het vaststellen van het aantal behaalde studiepunten tellen alleen de studiepunten van de vakken als bedoeld in paragraaf 3. Bij het vaststellen van het aantal behaalde studiepunten als bedoeld in dit artikel tellen de studiepunten van verworven vrijstellingen en de resultaten van behaalde deeltoetsen mee. 75
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 4.4 - Afwijkingen definitief studieadvies / bindend studieadvies 1.
Aan de student die een verzoek tot uitschrijving met ingang van 1 februari van het eerste jaar van inschrijving doet, wordt geen definitief studieadvies uitgebracht. Indien deze student zich in een volgend studiejaar opnieuw inschrijft, zal in dat volgende studiejaar het definitieve studieadvies worden uitgebracht.
2.
Voor de student die zich voorafgaand of met ingang van 1 februari uitschrijft voor een opleiding en zich daarna in hetzelfde jaar met ingang van 1 februari inschrijft voor een door het College van Bestuur aangewezen verwante CROHO-opleiding als genoemd in de bijlage bij deze regeling geldt geen aanpassing van de norm als bedoeld in art. 4.3 lid 2. De student krijgt een bindend studieadvies indien hij aan het eind van het tweede semester van het eerste jaar van inschrijving minder dan 45 studiepunten (bij een deeltijdopleiding minder dan 23 studiepunten) heeft behaald, danwel het propedeutisch examen niet heeft behaald aan het eind van zijn tweede jaar van inschrijving (bij een deeltijdopleiding aan het eind van zijn derde jaar van inschrijving). Voor het overige zijn de bepalingen als bedoeld in artikel 4.3 van overeenkomstige toepassing.
3.
Voor de student die zich voorafgaand of met ingang van 1 februari uitschrijft voor een voltijdopleiding en zich daarna in hetzelfde jaar met ingang van 1 februari inschrijft voor dezelfde CROHO-opleiding in deeltijd of voor een door het College van Bestuur aangewezen verwante CROHO-opleiding als genoemd in de bijlage bij deze regeling in deeltijd geldt geen aanpassing van de norm als bedoeld in art. 4.3 lid 2. De student krijgt een bindend studieadvies indien hij aan het eind van het tweede semester van het eerste jaar van inschrijving minder dan 45 studiepunten heeft behaald, danwel het propedeutisch examen niet heeft behaald aan het eind van zijn tweede jaar van inschrijving. Voor het overige zijn de bepalingen als bedoeld in artikel 4.3 van overeenkomstige toepassing.
4.
De student die zich vanaf 1 februari inschrijft voor een bacheloropleiding van de RUG en niet eerder in hetzelfde jaar als student stond ingeschreven, krijgt een bindend studieadvies indien hij aan het eind van het tweede semester van het eerste jaar van inschrijving minder dan 23 studiepunten van deze opleiding (bij een deeltijdopleiding minder dan 10 studiepunten) heeft behaald, danwel het propedeutisch examen niet heeft behaald aan het eind van zijn tweede jaar van inschrijving (bij een deeltijdopleiding aan het eind van zijn derde jaar van inschrijving). Voor het overige zijn de bepalingen als bedoeld in artikel 4.3 van overeenkomstige toepassing.
Artikel 4.5 - Procedure uitreiken definitief studieadvies / bindend studieadvies 1.
Het definitief studieadvies / bindend studieadvies wordt namens het College van Bestuur uitgebracht door het faculteitsbestuur.
2.
Alvorens een bindend studieadvies wordt uitgebracht, wordt de student in de gelegenheid gesteld te worden gehoord door of namens het faculteitsbestuur.
Artikel 4.6 - Persoonlijke omstandigheden 1.
In zijn afweging om een bindend studieadvies uit te brengen betrekt het faculteitsbestuur op verzoek van de student diens persoonlijke omstandigheden. 76
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Uitsluitend persoonlijke omstandigheden die door de student na intreden zo spoedig als redelijkerwijs kan worden verlangd bij de studieadviseur zijn gemeld, worden door het faculteitsbestuur betrokken in zijn afweging. 2.
Indien op grond van de omstandigheden als bedoeld in lid 1 van een bindend studieadvies wordt afgezien, wordt aan de student aan het einde van diens volgende studiejaar opnieuw het studieadvies als bedoeld in art 4.3 uitgebracht.
3.
Omstandigheden als bedoeld in het eerste lid leiden niet automatisch tot een succesvolle aanspraak op een uitkering uit het Profileringsfonds.
Artikel 4.7 — Beroepsbepaling In het besluit wordt melding gemaakt van de geldende rechtsbeschermingsvoorziening.
77
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
PARAGRAAF 5
TOELATING TOT HET TWEEDE STUDIEJAAR VAN DE OPLEIDING, DE POSTPROPEDEUTISCHE FASE
Artikel 5.1 - Criteria toelating postpropedeutische fase 1.
Toelaatbaar tot het tweede jaar van de opleiding, de postpropedeutische fase, is de bezitter van het propedeutisch getuigschrift;
2.
Voorwaardelijk toelaatbaar is de student die tenminste 45 ECTS in het eerste jaar van de propedeutische fase heeft behaald.
3.
De voorwaardelijke toelating vervalt indien niet is voldaan aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 4.3 lid 2.
78
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
PARAGRAAF 6
DE POSTPROPEDEUTISCHE FASE VAN DE OPLEIDING
De postpropedeutische fase bestaat uit het tweede en het derde opleidingsjaar en wordt afgesloten met het bachelorexamen. De onderwijseenheden van de postpropedeutische fase met de daarbij vermelde studiepunten worden hierna per afzonderlijk opleidingsjaar weergegeven. Artikel 6.1 — Samenstelling tweede opleidingsjaar van de postpropedeutische fase Het tweede opleidingsjaar omvat de volgende onderwijseenheden met de daarbij vermelde studiepunten (in EC):
Onderwijseenheden Jaar 2
EC
Weefselverlies Orale geneeskunde Odontogene ontsteking en acute pijn Stoornissen in groei en ontwikkeling Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 A Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 B Wetenschappelijke scholing 2 Professionalisering 2 Individuele profilering 2 Totaal
6 6 6 6 12 8 5 6 5 60
Artikel 6.2 — Practica tweede opleidingsjaar
De volgende onderwijseenheden van de propedeuse omvatten naast het onderwijs in de vorm van colleges ook practische oefeningen in de daarbij aangegeven vorm: 1.
Weefselverlies: a. tutorgroepbijeenkomsten b. practica Weefselverlies
2.
Orale geneeskunde: a. tutorgroepbijeenkomsten b. practica Orale geneeskunde
3.
Odontogene ontsteking en acute pijn: a. tutorgroepbijeenkomsten b. Odontogene ontsteking en acute pijn
4.
Stoornissen in groei en ontwikkeling: a. tutorgroepbijeenkomsten b. practica Stoornissen in groei en ontwikkeling
79
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
5.
Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A: a. practica skillslab b. practica kliniek
6.
Tandheelkundige Vaardigheden en Kennis van Vaardigheden 2B: a. practica skillslab b. practica kliniek
7.
Wetenschappelijke scholing 2: a. practica Wetenschappelijke scholing 2 b. uitvoeren opdrachten
8.
Professionalisering 2: a. coachgroepbijeenkomsten b. practica Professionalisering 2
9.
Individuele Profilering 2 a. practica en/of praktische oefeningen behorende bij het door de student gekozen onderwijs
Artikel 6.3 Vorm en samenstelling van de tentamens tweede opleidingsjaar De tentamens van de onderwijseenheden genoemd in art. 6.1 worden op de aangegeven wijze afgelegd: 1. Het tentamen Weefselverlies en vakgebied bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Weefselverlies 1 - schriftelijke deeltoets Weefselverlies 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Weefselverlies waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt 2.
Het tentamen Orale geneeskunde bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Orale geneeskunde 1 - schriftelijke deeltoets Orale geneeskunde 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Orale geneeskunde waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
3.
Het tentamen Odontogene ontsteking en acute pijn bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Odontogene ontsteking en acute pijn 1 - schriftelijke deeltoets Odontogene ontsteking en acute pijn 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Odontogene ontsteking en acute pijn waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
4.
Het tentamen Stoornissen in groei en ontwikkeling bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Stoornissen in groei en ontwikkeling 1 - schriftelijke deeltoets Stoornissen in groei en ontwikkeling 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij tutorgroepbijeenkomsten en bij practica Stoornissen in groei en ontwikkeling waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
80
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
5.
Het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A bestaat uit de volgende onderdelen: - praktijktoetsen - stationstoetsen - practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica skillslab en kliniek behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A
6.
Het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B bestaat uit de volgende onderdelen: - praktijktoetsen - stationstoetsen - practicumverplichtingen bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica skillslab en kliniek behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B
7.
Het tentamen Wetenschappelijke scholing 2 bestaat uit de volgende onderdelen: - deeltoets (schriftelijk en/of via elektronische leeromgeving) Wetenschappelijke scholing 2-1 - deeltoets (schriftelijk en/of via elektronische leeromgeving) Wetenschappelijke scholing 2-2 - schriftelijke verslagen opdrachten - voldoen aan practicumverplichtingen
8.
Het tentamen Professionalisering 2 bestaat uit - een assessment op basis van de volgende onderdelen: - kwaliteit van het portfolio - volledigheid van het portfolio - beoordelingen professioneel gedrag in alle werkvormen - verslag intakegesprek - beoordeling van de mondelinge toets - aanwezigheidsverplichtingen
9.
Het tentamen Individuele Profilering 2 bestaat uit de volgende onderdelen: - toetsvorm behorende bij het keuzeonderwijs - voldoen aan practicumverplichtingen bij het keuzeonderwijs - voldoen aan de aanwezigheidsverplichtingen bij het keuzeonderwijs
81
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 6.4 — Samenstelling derde opleidingsjaar van de postpropedeutische fase Het derde opleidingsjaar omvat de volgende onderwijseenheden met de daarbij vermelde studiepunten (in EC): Onderwijseenheden Jaar 3 Herstel van occlusie Complexe diagnostiek en behandeling Specialistische mondzorg 1 Specialistische mondzorg 2 Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 Skillslab (SL)
EC 5 5 5 5 10
Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 Kliniek (KL)
15
Wetenschappelijke scholing 3 Professionalisering 3 Individuele profilering 3 Totaal
3 7 5 60
Artikel 6.5 - Practica derde opleidingsjaar De volgende onderwijseenheden van de bachelor omvatten naast het onderwijs in de vorm van colleges ook practische oefeningen in de daarbij aangegeven vorm: 1.
Herstel van occlusie: a. practica Herstel van occlusie
2.
Complexe diagnostiek en behandeling: a. practica Complexe diagnostiek en behandeling
3.
Specialistische mondzorg 1: a. practica Specialistische mondzorg 1
4.
Specialistische mondzorg 2: a. practica Specialistische mondzorg 2
5.
Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 SL: a. practica skillslab
6.
Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 KL: a. patiëntgebonden dagdelen kliniek b. niet-patiëntgebonden dagdelen kliniek
7.
Wetenschappelijke scholing 3: a. practica Wetenschappelijke scholing 3 b. uitvoering onderzoekopdracht
8.
Professionalisering 3: 82
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
a. KWER-bijeenkomsten b. coachgroepbijeenkomsten c. practica Professionalisering 3 9.
Individuele profilering 3: a. practica en/of praktische oefeningen behorende bij het door de student gekozen onderwijs
Artikel 6.6 - Vorm en samenstelling van de tentamens derde opleidingsjaar De tentamens van de onderwijseenheden genoemd in art. 6.4 worden op de aangegeven wijze afgelegd: 1. Het tentamen Herstel van occlusie bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Herstel van occlusie 1 - schriftelijke deeltoets Herstel van occlusie 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica Herstel van occlusie waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt 2.
Het tentamen Complexe diagnostiek en behandeling bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Complexe diagnostiek en behandeling 1 - schriftelijke deeltoets Complexe diagnostiek en behandeling 2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica Complexe diagnostiek en behandeling waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
3.
Het tentamen Specialistische mondzorg 1 bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 1.1 - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 1.2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica Specialistische mondzorg 1 waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
4.
Het tentamen Specialistische mondzorg 2 bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 2.1 - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 2.2 - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica Specialistische mondzorg 2 waarvoor een aanwezigheidsverplichting geldt
5.
Het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 SL (Skillslab) bestaat uit de volgende onderdelen: - praktijktoetsen - theorie- en/of stationstoetsen - practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 SL. - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica skillslab behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 SL.
6.
Het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 KL (Kliniek) bestaat uit de volgende onderdelen: - beoordeling voortgang kliniek - practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 KL. - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica kliniek behorende bij de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 KL. 83
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
7.
Het tentamen Wetenschappelijke scholing 3 bestaat uit de volgende onderdelen: - schriftelijk eindverslag onderzoekopdracht - voldoen aan practicumverplichtingen
8.
Het tentamen Professionalisering 3 bestaat uit: - een presentatie klinisch-wetenschappelijk-ethisch-redeneren. - een assessment op basis van de volgende onderdelen: - kwaliteit van het portfolio - volledigheid van het portfolio - schriftelijke en mondelinge analyse van de eigen ontwikkeling - beoordelingen professioneel gedrag in alle werkvormen - aanwezigheidsverplichtingen
9. Het tentamen Individuele Profilering 3 bestaat uit de volgende onderdelen: - toetsvorm behorende bij het keuzeonderwijs - voldoen aan practicumverplichtingen bij het keuzeonderwijs - voldoen aan de aanwezigheidsverplichtingen bij het keuzeonderwijs
PARAGRAAF 7
TENTAMENS EN EXAMENS VAN DE OPLEIDING
Artikel 7.1 - Algemeen 1.
Het tentamen geeft de student zowel tussentijds als bij afsluiting van het onderdeel de nodige informatie of hij de gestelde leerdoelen zal bereiken resp. heeft bereikt.
2.
Het oordeel over een tentamen is voldoende dan wel onvoldoende, in cijfers uitgedrukt: 6 of hoger, respectievelijk 5 of lager. Indien uitgedrukt in een woordbeoordeling: goed (G) of voldoende (V), respectievelijk onvoldoende (O).
Artikel 7.2 - Verplichte volgorde 1.
Aan het onderwijs en de tentamens van de hierna te noemen onderwijseenheden kan niet eerder worden deelgenomen dan nadat de tentamens van de daarbij vermelde onderwijseenheden zijn behaald: - Weefselverlies, ná te hebben voldaan aan Zicht op beroep en vakgebied - Orale geneeskunde, ná te hebben voldaan aan Levensloop - Odontogene ontsteking en acute pijn, na te hebben voldaan aan Het orale milieu - Stoornissen in groei en ontwikkeling, ná te hebben voldaan aan Bedreiging en bescherming - Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A en 2B, ná te hebben voldaan aan Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A en 1B en ná te hebben voldaan aan Professionalisering 1 - Wetenschappelijke scholing 2, ná te hebben voldaan aan Wetenschappelijke scholing 1 - Professionalisering 2, ná te hebben voldaan aan Professionalisering 1 - Professionalisering 3, ná te hebben voldaan aan Professionalisering 2 - Herstel van occlusie, ná te hebben voldaan Weefselverlies - Complexe diagnostiek en behandeling, na te hebben voldaan aan Orale geneeskunde - Specialistische mondzorg 1, ná te hebben voldaan aan Odontogene ontsteking en acute pijn - Specialistische mondzorg 2, ná te hebben voldaan aan Stoornissen in groei en ontwikkeling 84
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
2.
Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3SL en 3KL, ná te hebben voldaan aan Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A. Wetenschappelijke scholing 3, ná te hebben voldaan aan Wetenschappelijke scholing 2 Individuele profilering 3, ná te hebben voldaan aan Individuele profilering 2
Het propedeutisch examen moet zijn behaald voordat aan de onderwijseenheden van het derde opleidingsjaar kan worden deelgenomen
Artikel 7.3 - Tijdvakken en frequentie tentamens 1.
Tot het afleggen van (onderdelen) van tentamens van de in de artikel 3.1., artikel 6.1. en artikel 6.4 genoemde onderwijseenheden wordt per jaar ten minste twee maal de gelegenheid gegeven, de eerste keer in aansluiting op het onderwijs.
2.
Wanneer het schriftelijk deel van een tentamen wordt afgenomen middels meerdere deeltoetsen geldt voor de afzonderlijke deeltoetsen een minimaal te behalen score van 4,50.
3.
Tot het afleggen van de praktijktoetsen behorend tot de tentamens van de in artikel 3.1., artikel 6.1. en artikel 6.4 genoemde onderwijseenheden wordt maximaal drie maal per jaar de gelegenheid gegeven. De eerste reguliere afname van de praktijktoets vindt plaats direct in aansluiting op onderwijs, daarna volgen twee herhalingsmogelijkheden.
4.
De data waarop tentamens of tentamenonderdelen worden afgenomen worden bekend gemaakt in de bij de onderwijseenheden behorende(digitale) leidraden. Het onderwijsinstituut van de faculteit draagt zorg voor tijdige bekendmaking van tijdstip en plaats. Aan het begin van het cursusjaar worden in ieder geval de daarbij betrokken weeknummers bekend gemaakt.
Artikel 7.4 - Vorm van de tentamens 1.
Op gemotiveerd verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd.
2.
Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun individuele handicap aangepaste wijze af te leggen. De examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen.
3.
De tentamens worden afgenomen in het Nederlands.
Artikel 7.5 - Mondelinge (onderdelen van) tentamens
1.
Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de examencommissie anders heeft bepaald.
2.
Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de 85
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
student daartegen bezwaar heeft gemaakt. Een tentamen of een onderdeel van een tentamen waarbij een persoon (patiënt) of identificeerbare persoonsgegevens besproken worden, is nooit openbaar.
Artikel 7.6 - Bevoegdheid examencommissie bij (keuze)onderdelen 1.
Voor beoordelingen en klachten over tentamens is de examencommissie bevoegd van de opleiding die het tentamen afneemt. Zulks geldt niet voor het indienen van een verzoek om een afwijkende tentamenregeling.
2.
Voor het afleggen van tentamen door studenten met een functiestoornis houdt de examencommissie van de opleiding als bedoeld in lid 1 zich aan de voorzieningen zoals deze worden toegestaan door de examencommissie van de opleiding waarvoor de student staat ingeschreven.
Artikel 7.7 - Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1.
2.
De examinator stelt binnen 1 werkdag na het afnemen van een mondeling (deel van) tentamen de uitslag vast en verschaft de onderwijs administratie van de opleiding de nodige gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student. De examinator stelt de uitslag van een schriftelijk(deel) tentamen vast binnen tien werkdagen na de dag waarop het is afgelegd, en verschaft de onderwijs administratie van de opleiding de nodige gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student.
3.
De examinator stelt de uitslag van een praktijktoets van een tentamen binnen tien werkdagen na de dag waarop het is afgelegd en verschaft de onderwijs administratie van de opleiding de nodige gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student.
4.
De uitslag van het tentamen van een onderwijseenheid wordt vastgesteld door de examinator en geschiedt binnen tien werkdagen na de dag waarop het laatste onderdeel van een tentamen is afgelegd. Tevens verschaft de examinator de onderwijs administratie van de opleiding de nodige gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student.
5.
Voor een op andere wijze dan mondeling, schriftelijk of via praktijktoets(en) af te leggen tentamen bepaalt de examencommissie tevoren op welke wijze en binnen welke termijn de student een schriftelijke of digitale verklaring omtrent de uitslag zal ontvangen.
6.
Op de schriftelijke of digitale verklaring omtrent de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het inzagerecht, bedoeld in artikel 7.9, eerste lid, alsmede op de beroepsmogelijkheid.
7.
Ingevulde tentamenformulieren worden gedurende één jaar gearchiveerd bij de onderwijs administratie van de opleiding.
86
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 7.8 - Geldigheidsduur 1.
De geldigheidsduur van tentamens voor een bepaalde fase is beperkt tot de duur van de fase plus 3 jaar.
2.
Bij een onderbreking van de studie van één jaar of meer vervalt de geldigheid van behaalde tentamens. Bij een voortzetting van de studie na onderbreking, kan de examencommissie behaalde resultaten opnieuw geldig verklaren, eventueel onder het opleggen van aanvullende eisen.
3.
Studenten die in een studiejaar hebben voldaan aan de tutorgroepverplichtingen behorende bij een onderwijseenheid maar die onderwijseenheid nog niet met voldoende resultaat hebben afgerond, worden uitsluitend in het jaar volgend op het jaar waarin zij hebben voldaan aan die verplichtingen, vrijgesteld van de tutorgroepverplichtingen van die onderwijseenheid.
4.
Voor studenten die in een studiejaar zijn ingedeeld voor de tutorgroepbijeenkomsten (of practicumverplichtingen) behorende bij een onderwijseenheid maar niet hebben voldaan aan de tutorgroepverplichtingen (of practicumverplichtingen), bepaalt de examinator in het jaar volgend op het jaar waarin zij niet hebben voldaan aan die verplichtingen een traject voor de student om alsnog te voldoen aan de tutorgroepverplichtingen (of practicumverplichtingen).
5.
Een student die in een studiejaar is ingedeeld voor de onderwijseenheden Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3SL en 3KL, maar in het voorafgaande jaar geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B, daarvoor bepaalt de examinator een traject voor de student om alsnog te voldoen aan het tentamen van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B
Artikel 7.9 — Inzagerecht 1.
Gedurende ten hoogste 20 werkdagen na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk afgelegd deel van het tentamen krijgt de student op verzoek inzage in zijn beoordeeld werk. Tevens wordt op zijn verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk.
2.
Gedurende de in het eerste lid genoemde termijn kan elke deelgenomen student kennis nemen van vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, evenals van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden.
3.
De examinator kan bepalen, dat de inzage of de kennisneming geschiedt op een van tevoren vastgestelde plaats en op ten minste twee van tevoren vastgestelde tijdstippen. Indien de student aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op de vastgestelde plaats en tijdstippen te verschijnen, wordt hem / haar een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in het eerste lid genoemde termijn.
Artikel 7.10 - Vrijstelling 1.
De examencommissie kan op voorstel van de desbetreffende examinator vrijstelling verlenen van een tentamen, indien de student:
87
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
a. hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b. hetzij aantoont door werk- c.q. beroepservaring over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken m.b.t. het desbetreffende onderdeel. 2.
Voor onderdelen van tentamens worden geen vrijstellingen verleend.
Artikel 7.11 - Examen 1.
De examencommissie stelt de uitslag van het examen vast, zodra de student de voor het examen benodigde tentamens heeft behaald, waarmee hij tevens de benodigde academische vorming heeft verworven en reikt daartoe een getuigschrift uit.
2.
Alvorens de uitslag van het examen vast te stellen kan de examencommissie een onderzoek instellen naar de kennis van de student met betrekking tot een of meer onderdelen of aspecten van de opleiding, indien en voor zover de uitslagen van de desbetreffende tentamens daartoe aanleiding geven.
3.
Met de vaststelling van de uitslag van het examen draagt de examencommissie tevens zorg voor een spoedige afhandeling van de buluitreiking.
4.
Indien de student de datum van zijn afstuderen wil uitstellen in verband met nog extra af te leggen tentamens, dient hij de examencommissie tijdig schriftelijk hiertoe te verzoeken.
Artikel 7.12 - Graad 1.
Aan degene die het Bachelor examen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt de graad “Bachelor of Science” verleend.
2.
De verleende graad wordt op het getuigschrift van het examen aangetekend.
Artikel 7.13 — Iudicium 1.
De examencommissie beoordeelt of aan het bachelorgetuigschrift een onderscheiding wordt toegekend.
2.
Hierbij dient aan de volgende voorwaarden te zijn voldaan: a. Het tentamenresultaat van onderdelen waarbij de uitslag wordt uitgedrukt in een woordbeoordeling, dient de hoogst haalbare woordbeoordeling zijn behaald b. Het onafgeronde gewogen gemiddelde van alle onderwijseenheden waarvoor het tentamenresultaat wordt uitgedrukt in een cijfer is: i. groter dan of gelijk aan 8,0 voor 'Cum laude'; ii. groter dan of gelijk aan 9,0 voor 'Summa cum laude'.
88
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
3.
Geen iudicium wordt toegekend indien de omvang van de vrijstellingen in ECTS meer dan de helft van het totaal aantal ECTS van de opleiding bedraagt.
4.
Voor het behalen van enig iudicium geldt dat het tentamen van een onderwijseenheid slechts eenmaal afgelegd mag zijn.
5.
Voor het behalen van een iudicium geldt dat voor geen enkele onderwijseenheid een cijfer lager dan 7,0 is behaald.
6.
De examinandus voor de bachelor fase een feitelijke inschrijvingsduur heeft verbruikt welke ten hoogste één en een kwart maal zo lang is als de cursusduur van de bachelor fase.
7.
In bijzondere gevallen kan de examencommissie afwijken van het bepaalde in de leden twee tot en met vijf van dit artikel.
8.
Voor studenten die vóór 1 september 2010 de opleiding hebben aangevangen blijft de iudiciumregeling van kracht die voor hen gold op 31 augustus 2010.
Artikel 7.14 — Toetsplan Er is een door het faculteitsbestuur vastgesteld toetsplan. Dit toetsplan bevat de volgende onderwerpen: 1. de eindtermen van de opleiding; 2. de curriculumonderdelen en leerdoelen van ieder curriculumonderdeel; 3. de relatie tussen curriculumonderdelen en eindtermen; 4. de toegepaste toetsvorm en de toetsmomenten per onderdeel; 5. de gehanteerde opstellingsprocedures, beoordelingsprocedures, beoordelingscriteria en de cesuurbepaling; 6. de verantwoordelijken voor de uitvoering van de verschillende onderdelen van het toetsbeleid; 7. de wijze van periodieke evaluatie.
Artikel 7.15 — Honours College 1.
De faculteit Medische Wetenschappen neemt deel aan het honoursprogramma van het University of Groningen Honours College door middel van een Gemeenschappelijke Regeling.
2.
Studenten die zijn toegelaten tot de bacheloropleiding Tandheelkunde kunnen aan dit honoursprogramma deelnemen, indien zij worden geselecteerd door de Dean van het University of Groningen Honours College. Voor de selectieprocedure wordt verwezen naar de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College.
3.
Op het honoursprogramma, waar het facultaire verdiepende deel een onderdeel van is, is de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College van toepassing.
4.
In het bij het bachelordiploma behorende diplomasupplement wordt van het behalen van de honoursbul een aantekening gemaakt.
89
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 7.15 — Honours College 5. 6.
7. 8.
De faculteit Medische Wetenschappen neemt deel aan het honoursprogramma van het University of Groningen Honours College door middel van een Gemeenschappelijke Regeling. Studenten die zijn toegelaten tot de bacheloropleiding Tandheelkunde kunnen aan dit honoursprogramma deelnemen, indien zij worden geselecteerd door de Dean van het University of Groningen Honours College. Voor de selectieprocedure wordt verwezen naar de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College. Op het honoursprogramma, waar het facultaire verdiepende deel een onderdeel van is, is de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College van toepassing. In het bij het bachelordiploma behorende diplomasupplement wordt van het behalen van de honoursbul een aantekening gemaakt.
Artikel 7.16 - Toepasselijkheid van de 'Honours'-programma’s 1. Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en de examens van de bacheloropleiding Tandheelkunde en is een aanvulling op genoemde opleiding. 2. De faculteit Medische Wetenschappen heeft een facultair, op wetenschappelijke vorming gericht Junior Scientific Masterclass (JSM) Bachelor 'Honours'-programma en neemt daarnaast deel aan het Honours-programma van het University of Groningen Honours College door middel van een Gemeenschappelijke Regeling. 3 Alle studenten die zijn toegelaten tot de bacheloropleiding Tandheelkunde kunnen deelnemen aan het facultaire JSM Bachelor 'Honours'-programma. Studenten kunnen deelnemen aan het Honoursprogramma van het University of Groningen Honours College, indien zij worden geselecteerd door de Dean van het University of Groningen Honours College. Voor de selectieprocedure wordt verwezen naar de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College 4 Op het JSM Bachelor 'Honours'-programma is de Onderwijs- en Examenregeling van de bacheloropleiding Tandheelkunde van toepassing. Op het verdiepende deel van het Honoursprogramma van het University of Groningen Honours College, wat studenten facultair dienen in te vullen met cursussen/activiteiten uit het JSM Bachelor 'Honours'-programma, is de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College van toepassing. 5 In het bij het bachelordiploma behorende diplomasupplement wordt van het behalen van een Honoursbul een aantekening gemaakt. Een student kan slecht één ‘Honours’-aantekening verwerven.
Artikel 7.17 - Begripsbepalingen In deze regeling zijn alle begripsbepalingen van toepassing zoals vermeld onder artikel 1.2 van de Onderwijs- en Examen Regeling.
90
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 7.18 - Omschrijvingen JSM Bachelor 'Honours'-programma en Honours-programma van het University of Groningen Honours College
1 JSM Bachelor 'Honours'-programma Het brede, facultaire JSM Bachelor 'Honours'-programma stelt zich ten doel binnen én buiten de opleiding tot basisarts een additionele, wetenschappelijke scholing aan te bieden. Het programma richt zich op gemotiveerde en getalenteerde studenten in de geneeskunde, die zich in het wetenschappelijk onderzoek willen bekwamen. Het programma biedt studenten binnen de opleiding tandheelkunde een infrastructuur aan, waaruit zij een individueel vakkenpakket samen kunnen stellen,
2 Honours-programma van het University of Groningen Honours College Het ‘Honours’-programma van het University of Groningen Honours College biedt studenten binnen èn buiten de studie de kans het beste uit zichzelf te halen. Het programma bestaat uit een verdiepend, facultair deel (25 EC) en een verbredend deel (20 EC). Binnen het University of Groningen Honours College kijken studenten over de disciplinegrenzen heen en staat de persoonlijke ontwikkeling centraal. Binnen het University of Groningen Honours College zijn studenten Geneeskunde verplicht het verdiepende, facultaire deel van het Honours-programma in te vullen met cursussen/activiteiten uit JSM Bachelor 'Honours'-programma. De student is vrij zelf een individueel programma samen te stellen. M.b.t. het verbredende deel dient de student cursussen/activiteiten te volgen welke in dit kader aangeboden worden door het University of Groningen Honours College. (http://www.rug.nl/ocasys/rug) 3 JSM (D)MD/PhD-traject Deelnemers aan het JSM Bachelor 'Honours'-programma of het Honours-programma van het University of Groningen Honours College hebben in aansluiting hierop de mogelijkheid om binnen het masterprogramma, een promotietraject te doorlopen en af te ronden, het JSM (D)MD/PhD-traject. Dit (twee-fasen) traject is bedoeld voor tandartsen, die later patiëntenzorg willen combineren met wetenschappelijk onderzoek.
Artikel 7.19 - Toelating en indeling 1a. Deelname aan het JSM Bachelor ‘Honours’-programma staat open voor alle studenten. Wie aan het eind van het tweede studiejaar minimaal 15 EC binnen de onderdelen van het ‘Honours’-programma behaald heeft, wordt als definitief toegelaten beschouwd. Definitief toegelaten studenten hebben de garantie van voldoende onderwijsaanbod om het programma binnen de in artikel 11.8 gestelde termijn af te kunnen ronden. 1b. Studenten kunnen deelnemen aan het Honours-programma van het University of Groningen Honours College, indien zij worden geselecteerd door de Dean van het University of Groningen Honours College. Voor de selectieprocedure wordt verwezen naar de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College. 2. Wanneer uit aanmeldingen blijkt dat voor een onderdeel uit het JSM Bachelor ‘Honours’-programma de beschikbare capaciteit ontoereikend is, zal in eerste instantie bezien worden of de capaciteit uitgebreid kan worden. Vervolgens worden definitief tot het JSM Bachelor 'Honours'-programma of het Honours-programma van het University of Groningen Honours College toegelaten studenten met voorrang geplaatst. Pas in tweede instantie volgt een selectieprocedure. In dat geval beoordeelt een 91
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
commissie van vier docenten onafhankelijk van elkaar de sollicitatiebrieven van studenten die toegelaten wensen te worden tot dat betreffende onderdeel. De commissie kan besluiten de selectieprocedure uit te breiden met sollicitatiegesprekken. 3. In afwijking van artikel 11.4 lid 2 geldt dat voor het onderdeel ‘Cursusweek’ altijd een selectiemethode toegepast wordt bestaande uit een sollicitatiebrief met curriculum vitae en eventueel sollicitatiegesprekken (zie http://www.jsmgroningen.nl).
Artikel 7-20 - Overige eisen en bepalingen Het JSM Bachelor ‘Honours’-programma valt onder de bacheloropleiding Geneeskunde en is behoudens de bepalingen in artikel 11.8 onderhevig aan de eisen en bepalingen van de bacheloropleiding Geneeskunde. Het ‘Honours’-programma van het University of Groningen Honours College valt onder de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College van toepassing.
Artikel 7-21 - Studielast
‘Honours’-aantekening voor wetenschap -
Om in aanmerking te komen voor de ‘Honours’-aantekening voor wetenschap in het kader van het facultaire JSM Bachelor ‘Honours’-programma dient een student minimaal 30 EC te behalen binnen het JSM Bachelor‘Honours’- programma. De Bacheloropleiding Tandheelkunde, inclusief het facultaire JSM Bachelor ‘Honours’-programma beslaat daarmee in totaal een studielast van minimaal 210 EC. Om in aanmerking te kunnen komen voor de ‘Honours’-aantekening voor wetenschap dient de student: - uit de onderdelen van jaar 2 èn van jaar 3 van het JSM Bachelor ‘Honours’-programma ieder minimaal 10 studiepunten te hebben behaald én - minimaal 1 JSM Proefproject (6 EC) te hebben afgelegd.
‘Honours’-aantekening i.h.k.v. het ‘Honours’-programma van het University of Groningen Honours College -
Om in aanmerking te komen voor de ‘Honours’-aantekening i.h.k.v. het Honours-programma van het University of Groningen Honours College dient de studenten minimaal 25 EC te behalen binnen het JSM Bachelor ‘Honours’-programma en minimaal 20 EC binnen het programma van het verbredende deel van University of Groningen Honours College. De bacheloropleiding Tandheelkunde inclusief het Honours-programma van het University of Groningen Honours College beslaat daarmee in totaal een studielast van minimaal 225 EC, Ten einde in aanmerking te kunnen komen voor de Honours-aantekening i.h.k.v. het Honours-programma van het University of Groningen Honours College dient de student: - uit de onderdelen van studiejaar 2 èn van jaar 3 van het JSM bachelor Honours-programma ieder minimaal 8 studiepunten te hebben behaald. - en minimaal 1 JSM Proefproject (6 EC) te hebben afgelegd.
Artikel 7.22 - Samenstelling JSM Bachelor 'Honours'-programma Het onderwijsaanbod ten behoeve van het JSM Bachelor 'Honours'-programma bestaat uit een jaarsgewijze opbouw van cursussen en activiteiten die in extenso beschreven staan op de internetsite van de Junior Scientific Masterclass. Het onderwijsaanbod beslaat in totaal ongeveer 55-60 EC, waarbij 92
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
studenten de mogelijkheid krijgen tot differentiatie en specialisatie. Het aanbod en de kwaliteitsbewaking van de cursussen en activiteiten vallen onder de verantwoordelijkheid van de Programmagroep JSM. Jaar Cursus 1
2
3
Introductiecollege GKBH1.1 GKBH1.2 GKBH1.3 GKBH1.4
EC
JSM mentorgroepen/extra opdracht Triple- B lectures (6 lectures per jaar) TTT-projecten CMB-cursus ‘Literatuuronderzoek, welke strategie?’
1 1 3 1
Introductiecollege GKBH2.1 GKBH2.2 GKBH2.3(A-H) GKBH2.4A GKBH2.4B GKBH2.5 GKBH2.6
Triple- B lectures (6 lectures per jaar) Critical Reading Classes Science Electives (meerdere cursussen) Wetenschapsmethodologie I; Laboratoriumtechnieken Wetenschapsmethodologie II; Patiënt-gebonden onderzoek JSM mentorgroepen, extra opdracht (blok 2.4) Cursusweek
1 1 3-6 4 4 2 4
GKBH3.1 GKBH3.2 GKBH3.3(A-H) GKBH3.4 GKBH3.6 GKBH3.7(A-D)
JSM-mentorgroepen, extra opdracht (blok 3.1) Critical Reading Classes Individuele ‘cursus op maat’ Proefproject Introductiecursus ‘Project Management’ Individueel onderzoeksproject
1 1 1-4 6+1 1 3-6
Artikel 7.23 - Geldigheidsduur De student dient binnen drie jaar na aanvang van de bachelor opleiding het JSM Bachelor 'Honours'programma of het Honours-programma van het University of Groningen Honours College met goed gevolg af te ronden om aanspraak te kunnen maken op de Honours-aantekening. In uitzonderlijke gevallen kan er besloten worden om deze termijn te verlengen. PARAGRAAF 8
VOOROPLEIDING
Artikel 8.1 — Wettelijke toelatingseisen In de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW) en de Regeling nadere vooropleidingseisen Hoger Onderwijs 2007 zijn de vooropleidingseisen aan studenten bij toelating tot de wetenschappelijke opleidingen aan de Nederlandse Universiteiten geregeld. Voor de Bachelor opleiding Tandheelkunde gelden de volgende vooropleidingseisen: 1.
Bij VWO profielen zoals die vanaf 1 augustus 2007 worden aangeboden a. VWO-diploma met het profiel Natuur en Gezondheid (wiskunde A (of B), biologie, scheikunde) met als aanvulling het profielkeuzevak natuurkunde. b. VWO-diploma met het profiel Natuur en Techniek (wiskunde B, natuurkunde, scheikunde) met als aanvulling het profielkeuzevak biologie. 93
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
2.
Bij VWO profielen zoals die tot 1 augustus 2007 werden aangeboden a. VWO-diploma met het profiel Natuur en Gezondheid (natuurkunde 1, scheikunde 1, biologie 1,2 en wiskunde B1). b. VWO-diploma met het profiel Natuur en Techniek (natuurkunde 1,2, scheikunde 1,2 en wiskunde B1,2) met als aanvullende vakeis biologie 1,2.
3.
Vervaldatum VWO profielen zoals die tot 1 augustus 2007 werden aangeboden. De vooropleidingseis genoemd in artikel 8.1.2 vervalt met ingang van 1 september 2014 (Regeling nadere vooropleidingseisen Hoger Onderwijs 2007, art. 7 ).
Artikel 8.2 — Equivalente vooropleiding De volgende diploma's secundair c.q. voorbereidend wetenschappelijk onderwijs geven toegang tot de opleiding, onverminderd het bepaalde in art. 8.1 en 8.3: - een VWO-diploma met het profiel Economie en Maatschappij of Cultuur en Maatschappij - een propedeutisch examen of bachelor diploma van het HBO - een afsluitend - of master diploma van het HBO - een propedeutisch examen of bachelor diploma van het WO - een afsluitend - of master diploma van het WO - een diploma vallend onder het Europees Verdrag 1953 (incl. protocol 1974) - een vrijstelling verleend door de Rijksuniversiteit Groningen op grond van een equivalente vooropleiding Aan bezitters van deze diploma’s of bezitters van een vrijstelling worden dezelfde inhoudelijke eisen gesteld als aan VWO’ers met het profiel Natuur en Gezondheid onverminderd het bepaalde in artikel 8.1.a. Het bezit van het VWO-diploma zonder profielen geeft met ingang van het studiejaar 2005-2006 geen toelatingsrecht meer. Het bezit van het VWO-diploma met profielen zoals die tot 1 augustus 2007 werd aangeboden geeft met ingang van het studiejaar 2014 -2015 geen toelatingsrecht meer. Verder gelden voor studenten die toegelaten wensen te worden tot de in artikel 8.1 genoemde opleiding en een deficiënte vooropleiding hebben, de onder artikel 8.3 vermelde bepalingen.
Artikel 8.3 — Aanvullende eisen bij deficiënte vooropleiding 1.
Categorieën ‘deficiënte aspirant studenten’: a. gegadigden met VWO-diploma zonder profielen b. vanaf 1 september 2014 gegadigden met VWO-diploma met profielen zoals die tot 1 augustus 2007 werden aangeboden c. gegadigden met VWO-diploma met het profiel Economie en Maatschappij of Cultuur en Maatschappij d. gegadigden met een HBO-propedeutisch examen of een afsluitend HBO-diploma of een WOpropedeutisch examen of een afsluitend WO-diploma e. Nederlanders van 21 jaar of ouder zonder VWO- of equivalent diploma (Colloquium Doctum voor Nederlanders, toelatingsonderzoek bedoeld in art. 7.29 WHW)) f. gegadigden met diploma’s vallend onder het Europees Verdrag 1953 (incl. protocol 1974) 94
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
g. gegadigden met buitenlandse diploma’s gelijkwaardig aan VWO-diploma h. buitenlanders van 21 jaar of ouder zonder VWO- of equivalent diploma (Colloquium Doctum voor buitenlanders, toelatingsonderzoek bedoeld in art. 7.29 WHW) 2. Algemene aanvullende eisen voor ‘deficiënte aspirant-studenten’ a. Profiel inhoudelijke eisen (geldend voor categorieën a t/m h); Deficiënties in de vooropleiding worden vervuld indien voldaan is aan de inhoudelijke eisen in de hierna genoemde vakken op VWO- eindexamenniveau: Vanaf 1 september 2010 een samengesteld pakket; - wiskunde A (of B); - scheikunde; - biologie; - natuurkunde. Tot 1 september 2014 - wiskunde B1; - scheikunde 1; - biologie 1, 2; - natuurkunde 1; b. Aanvullende taaleisen; Engelse taal; Toelating van gegadigden uit categorie e, f, g en h indien men heeft voldaan aan de ingangseisen t.a.v. profielinhoudelijke vakken ( 8.3.2.a) alsmede beheersing van de Engelse taal op VWOniveau. Nederlandse taal; Toelating van gegadigden uit categorie f, g, h indien men heeft voldaan aan de ingangseisen t.a.v. profielinhoudelijke vakken (8.3.2.a) alsmede beheersing van de Engelse taal op VWO-niveau en beheersing van de Nederlandse taal middels het Staatsexamen NT2-II. 3.
Deficiënties in de vooropleiding kunnen worden opgeheven door het halen van deelcertificaten of door het met goed gevolg afleggen van voortentamens en het halen van testimonia in het kader van een toelatingsonderzoek. Het toelatingsonderzoek wordt uitgevoerd door de facultaire Commissie Bijzondere Toelatingen. Deze kan of zelf onderzoek instellen, of oordelen op grond van testimonia die door de Centrale Commissies Voortentamen Natuurkunde, Scheikunde, Biologie en Wiskunde (CCVN, CCVS, CCVB, CCVW) zijn afgegeven. Toelating tot de opleiding van een student wordt geweigerd zolang de deficiënties niet zijn opgeheven.
4..
De facultaire Commissie Bijzondere Toelatingen kan besluiten bepaalde delen van de VWO-stof te schrappen als eis voor toelating tot de opleiding. De toetsen voor de afzonderlijke vakken worden twee- tot driemaal per jaar afgenomen door of namens de betreffende docenten uit de Commissie Bijzondere Toelatingen. De inhoud van de toetsen is vastgelegd in een “nadere regeling”. De werkingssfeer van een Colloquium Doctum dat is behaald aan de Rijksuniversiteit Groningen, is beperkt tot de Rijksuniversiteit Groningen.
95
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
5.
De facultaire Commissie Bijzondere Toelatingen kan vrijstelling verlenen van één of meer van de in lid 2 van dit artikel vermelde aanvullende eisen voor deficiënte aspirant-studenten op grond van: - een aan een andere Nederlandse Universiteit voor de gelijknamige opleiding afgelegd toelatingsonderzoek, of - anderszins verkregen bewijzen van voldoende kennis in één of meer genoemde vakken.
6.
Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Nederlandse taal voor houders van een buitenlands diploma wordt voldaan door het met goed gevolg afleggen van het staatsexamen NT2-II of een vergelijkbare toets afgenomen door het talencentrum van de Rijksuniversiteit Groningen.
7.
Aan de eis inzake voldoende beheersing van de Engelse taal wordt voldaan door het halen van een deelcertificaat Engels op VWO-niveau of een vergelijkbare toets afgenomen door het Talencentrum van de Rijksuniversiteit Groningen.
PARAGRAAF 9
STUDIEVOORTGANG EN STUDIEBEGELEIDING
Artikel 9.1 - Studievoortgangsadministratie De decaan van de opleiding draagt zorg voor een zodanige registratie van de studieresultaten, dat de studenten zich met behulp van het digitale netwerk van de faculteit op de hoogte kan stellen van de door de student behaalde resultaten in relatie tot het onderwijs- en examenprogramma van de opleiding. Artikel 9.2 - Studiebegeleiding De decaan van de opleiding draagt zorg voor studiebegeleiding van de studenten, die voor de opleiding zijn ingeschreven, mede ten behoeve van hun oriëntatie op mogelijke studiewegen in en buiten de opleiding. Artikel 9.3 - Studievoortgang De decaan van de opleiding draagt maximaal zorg voor een onbelemmerde studievoortgang. Daartoe zijn studenten gehouden aan de facultaire indelingen betreffende practica zoals bedoeld in art. 3.2, art 6.2 en art. 6.5. Studenten die de toegewezen plaats niet benutten, worden pas weer ingedeeld als daarmee de studievoortgang van andere studenten niet belemmerd wordt. De faculteit kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele nadelige effecten hiervan op de studievoortgang van de betrokken student.
PARAGRAAF 10
ZIJ-INSTROOM TANDHEELKUNDE
Programma Zij-Instroom-Tandheelkunde ten behoeve van toelating tot het Bachelor examen van de opleiding Tandheelkunde Artikel 10.1 - Toepasselijkheid van de regeling 10.1.1 Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en de examens van de bacheloropleiding Tandheelkunde en is een aanvulling op genoemde opleiding.
96
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
10.1.2 De faculteit Medische Wetenschappen heeft een facultair programma ‘Zij-instroom Tandheelkunde’, hierna te noemen ZIT, dat opleidt tot en toegang verschaft tot het Bachelor examen Tandheelkunde en geldt alleen voor die studenten die tot dit traject zijn toegelaten. 10.1.3 Op het ZIT programma is de Onderwijs- en Examenregeling van de bacheloropleiding Tandheelkunde van toepassing.
Artikel 10.2 - Begripsbepalingen In deze regeling zijn alle begripsbepalingen van toepassing zoals vermeld onder artikel 1.2 van de Onderwijs- en Examen Regeling. Artikel 10.3 - Doel van het programma Het ZIT programma is onderhevig aan dezelfde eindtermen en doelstellingen zoals omschreven in artikel 1.3 van deze Onderwijs- en Examenregeling. Het schakeljaar van het ZIT is bedoeld om de student voor te bereiden op instroom in de masteropleiding Tandheelkunde aan de faculteit Medische Wetenschappen van de RUG. Artikel 10.4 - Vorm van de opleiding De opleiding wordt uitsluitend voltijds verzorgd. Artikel 10.5 - Opbouw van de opleiding. Studielast: Het schakeljaar duurt een jaar en omvat een studielast van in totaal 80 EC. Artikel 10.6 - Samenstelling van het programma Artikel 10.6.1 Het schakeljaar omvat de volgende onderwijseenheden: 1. ZIT 1 (9 EC) - Weefselverlies (2.1) - Herstel van occlusie (3.1) 2. ZIT 2 (9 EC) - Orale geneeskunde (2.2) - Complexe diagnostiek en behandeling (3.2) 3. ZIT 3 (9 EC) - Odontogene ontsteking en acute pijn (2.3) - Specialistische mondzorg 1 (3.3) 4. ZIT 4 (9 EC) - Stoornissen in groei en ontwikkeling (2.4) - Specialistische mondzorg 2 (3.4) 5. ZIT 5 (20 EC) - Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 A - Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 B 6. ZIT 6 (20 EC) 97
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
- Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3 7. ZIT 7 (4 EC) Professionalisering Voor een beschrijving van de onderdelen van de onderwijseenheden ZIT1 tot en met ZIT 6 wordt verwezen naar paragraaf 6 van deze Onderwijs- en Examenregeling. Artikel 10.6.2 - Vorm van de tentamens 1. ZIT 1 - schriftelijke deeltoets Weefselverlies 1 - schriftelijke deeltoets Weefselverlies 2 - schriftelijke deeltoets Herstel van occlusie 1 - schriftelijke deeltoets Herstel van occlusie 2 2. ZIT 2 - schriftelijke deeltoets Orale geneeskunde 1 - schriftelijke deeltoets Orale geneeskunde 2 - schriftelijke deeltoets Complexe diagnostiek en behandeling 1 - schriftelijke deeltoets Complexe diagnostiek en behandeling 2 3. ZIT 3 - schriftelijke deeltoets Odontogene ontsteking en acute pijn 1 - schriftelijke deeltoets Odontogene ontsteking en acute pijn 1 - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 1-1 - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 1-2 4. ZIT 4 - schriftelijke deeltoets Stoornissen in groei en ontwikkeling 1 - schriftelijke deeltoets Stoornissen in groei en ontwikkeling 2 - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 2-1 - schriftelijke deeltoets Specialistische mondzorg 2-2 5. ZIT 5 - praktijktoetsen - theorie- en stationstoetsen - practicumverplichtingen zoals omschreven in de handleiding Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica skillslab en kliniek 6. ZIT 6 - praktijktoetsen - theorie- en stationstoetsen - practicumverplichtingen zoals omschreven in de handleiding Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden - voldoen aan aanwezigheidsverplichtingen bij practica skillslab en kliniek 6. ZIT 7 De onderwijseenheid Professionalisering ZIT 7 omvat een assessment op basis van de volgende onderdelen: - kwaliteit van het portfolio - volledigheid van het portfolio - schriftelijke en mondelinge analyse van de eigen ontwikkeling - beoordelingen professioneel gedrag in alle werkvormen - aanwezigheidsverplichtingen Artikel 10.6.3 - Beoordeling van de onderwijseenheden ZIT 1 tot en met 4 98
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Gemiddeld moet een voldoende (5.50 of >) behaald zijn voor de 4 deeltoetsen toetsen van de afzonderlijke onderwijseenheden ZIT 1 tot en met 4. Het bodemcijfer voor de afzonderlijke deeltoetsen is een 4.50.
Artikel 10.6.4 - Beoordeling van de onderwijseenheden ZIT 5 en ZIT 6 Voor ZIT 5 en ZIT 6 dient minimaal de woordbeoordeling V zijn behaald.
Artikel 10.6.5 - Beoordeling Professionalisering ZIT7 Voor ZIT7 dient minimaal de woordbeoordeling V zijn behaald
Artikel 10.6.6 - Vrijstelling Voor onderdelen van tentamens in het schakeljaar worden geen vrijstellingen verleend. Artikel 10.7 — Bachelor examen Tot het afleggen van het bachelor examen wordt de gelegenheid geboden indien de student van het programma ZIT: a. een voldoende eindresultaat (cijfer of woordbeoordeling) heeft behaald op alle onderwijseenheden . b. aan alle aanwezigheidsverplichtingen heeft voldaan.
Artikel 10.8 - Geldigheidsduur Een student mag niet langer dan twee jaar over het schakeljaar doen. Wordt deze termijn overschreden dan vervallen de eerder behaalde resultaten. In uitzonderlijke gevallen van overmacht kan de ZITcoördinator afwijken van deze regel.
Artikel 10.9 - Vooropleidingseisen, toelating en indeling Artikel 10.9.1 - Kandidaten die willen deelnemen aan het ZIT-programma dienen te beschikken over: 1. Een geldig WO of HBO bachelor examen 2. Een VWO diploma met hierin ten minste de vakken natuurkunde 1 en scheikunde 1 of een hieraan gelijkwaardig getuigschrift. Artikel 10.9.2 - Aanvullende eisen bij deficiënte vooropleiding Deficiënties in de vooropleiding (VWO) kunnen worden opgeheven door het halen van deelcertificaten of door het met goed gevolg afleggen van voortentamens en het halen van testimonia in het kader van een toelatingsonderzoek door de facultaire Commissie Bijzondere Toelatingen van het UMCG. 99
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 10.9.3 - Toelatingsexamen Kandidaten die aan bovengenoemde eisen voldoen moeten deelnemen aan een sollicitatieprocedure die bestaat uit schriftelijke toetsen. Jaarlijks worden de 12 best presterende kandidaten die de toetsen hebben behaald, toegelaten.
PARAGRAAF 11
OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 11.1 - Wijzigingen 1.
Wijzigingen van deze regeling worden door de decaan van de opleiding, bij afzonderlijk besluit vastgesteld na verkregen instemming van de O & O raad van de faculteit Medische Wetenschappen (UMCG), met inachtneming van het gestelde in art 9.38 van de WHW.
2.
Geen wijzigingen vinden plaats die van toepassing zijn op het lopende cursusjaar, behalve wanneer de belangen van de studenten daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad.
3.
Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op enige andere beslissing, die krachtens deze regeling door de examencommissie is genomen ten aanzien van een student.
4.
Belangrijke mededelingen inzake het onderwijs zoals bijv. wijzigingen in colleges, practica, leerstof, deeltoetsen etc. worden bekend gemaakt via de elektronische leeromgeving Nestor en/of via de email (……
[email protected]). Studenten worden geacht deze regelmatig te raadplegen. Men kan niet gevrijwaard worden tegen de gevolgen van het niet tijdig gelezen hebben van dergelijke mededelingen.
Artikel 11.2 - Bekendmaking 1.
De decaan van de opleiding draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de regelen en richtlijnen die door de examencommissie zijn vastgesteld, alsmede van wijzigingen van deze stukken.
2.
Elke belangstellende kan op het faculteitsbureau een exemplaar van de in het eerste lid bedoelde stukken verkrijgen.
Artikel 11.3 - Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2012. Aldus vastgesteld door de decaan in juli 2012.
100
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Bijlage I. Competenties van de tandarts (zesjarige opleiding) In deze Onderwijs en Examenregeling zijn de competenties van de tandarts, zoals opgenomen in het Raamplan Tandheelkunde 2008, als bijlage toegevoegd Competenties van de tandarts Er zijn verschillende definities van competenties in omloop. Aansluiting is gezocht bij de actuele medische (onderwijs)praktijk, waarin competenties worden omschreven als ‘clusters van vaardigheden, kennis, attituden, eigenschappen en inzichten. Ze zijn context gebonden en ondeelbaar, verbonden met
activiteiten of taken veranderlijk in de tijd en dus leerbaar.’ De competenties zijn onderscheiden in zes interdisciplinaire domeinen, die gezamenlijk het gehele veld van de tandarts algemeen practicus bestrijken: I. Hanteren van klinisch-tandheelkundige problemen II. Wetenschappelijk denken en handelen III. Communiceren en samenwerken IV. Maatschappelijk handelen V. Organiseren van mondzorg VI. Tandheelkundig handelen Daarnaast is het domein Professionaliteit als een overkoepelende competentie onderscheiden: Professionaliteit verbindt de zes hierboven onderscheiden competenties en stelt de tandarts in staat een verantwoorde en te verantwoorden mondgezondheidszorg te bereiken en te leveren. Eindniveau Bachelor- en Masteropleiding Om het niveau vast te stellen waarop de student de domeinen aan het einde van de Bachelor-, respectievelijk Masteropleiding verworven dient te hebben is onderscheid gemaakt in zes niveaus (waarvan de eerste vier betrekking hebben op de lerende student en de laatste twee alleen bereikt kunnen worden na enige jaren praktijkervaring): 1. 2. 3. 4. 5. 6.
“starter”: er heeft een eerste kennismaking met het vakgebied en zijn onderscheiden delen plaatsgevonden. “novice”: het vakgebied en zijn onderscheiden delen zijn theoretisch aan de orde geweest. Een eerste praktische (preklinische) toepassing kan aan de orde zijn geweest. “learner”: op afzonderlijke gebieden is er sprake van enige bekwaamheid maar zonder inzicht in het totaal en zonder zelfstandig te kunnen werken. “competent”: er is inzicht in het totaal, dagelijkse problemen kunnen zelfstandig worden opgelost. “experienced”: er is sprake van een aantal jaren praktijkervaring die is ondersteund met verdere ontwikkeling van bekwaamheden o.a. door postacademische scholing. “expert”: er is sprake van een grote ervaring in het vakgebied, een verstrekkend inzicht in de dynamiek van het vakgebied en erkenning onder vakgenoten als bij uitstek deskundig.
Hieronder wordt per te onderscheiden domein allereerst een omschrijving van het domein gegeven. Vervolgens wordt aangegeven welke competenties de student aan het einde van zijn Bachelor-, respectievelijk Masteropleiding minimaal verworven dient te hebben en op welk niveau. Het betreft hier competenties die elke student in de loop van de opleiding moet hebben verworven, onafhankelijk van een eventueel gekozen profiel. Op deze wijze wordt tevens een kort, overzichtelijk en samenhangend overzicht gepresenteerd van de minimumeisen die worden gesteld aan inhoud en niveau van de zesjarige opleiding tandheelkunde. 101
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Domein I Hanteren van klinisch-tandheelkundige problemen Omschrijving van het domein: De tandarts bezit de tandheelkundige kennis en vaardigheden die nodig zijn voor het inventariseren en analyseren van klinische problemen, zodat beslissingen worden genomen die leiden tot het bereiken en handhaven van een optimale mondgezondheid. Hij is zich tevens bewust van zijn beperkingen daarin en bezit voldoende kennis en vaardigheden om klinische beslissingen af te wegen tegen de achtergrond van de individuele medische en psychosociale status van de patiënt.
Competenties Domein I Hanteren van klinisch-tandheelkundige problemen a) neemt een anamnese af, omvattende de klachten en wensen van de patiënt, alsmede het fysiek en mentaal functioneren en de relevante tandheelkundige, medische, psychosociale en culturele achtergronden van de patiënt b) integreert aspecten van algemene lichamelijke en mentale gezondheid die van invloed zijn op de mondgezondheid en de mondzorg, en neemt maatregelen om schadelijke invloeden te voorkomen, dan wel te beperken c) voert lege artis intra- en extra-oraal onderzoek uit en legt de bevindingen adequaat vast d) herkent afwijkingen van het normale beeld van de weefsels en functies van het oro-faciale gebied en beoordeelt de mate van afwijking e) kiest effectief en efficiënt aanvullend diagnostisch onderzoek, voert deze uit, interpreteert de bevindingen en legt deze adequaat vast f) beoordeelt de algemene gezondheid van de patiënt, waaronder het gebruik van geneesmiddelen, in relatie tot de mondgezondheid en de te verlenen mondzorg en neemt in voorkomende gevallen maatregelen om een ongewenste interactie tussen algemene gezondheid en tandheelkundige pathologie dan wel tandheelkundig ingrijpen te voorkomen g) herkent orale manifestaties van systeemziekten h) herkent manifestaties van afwijkingen van botpathologie met behulp van relevante diagnostische hulpmiddelen i) herkent factoren die wijzen op een risico op ontstaan en/of progressie van oro-postiale ziekte of afwijking j) past de methoden van diagnostisch redeneren toe om te komen tot een (differentiaal) diagnose van (mogelijke) afwijkingen in het oro-faciale gebied op grond van klinische bevindingen, aanvullend diagnostisch onderzoek, kennis van ziekteverloop, predisponerende factoren en epidemiologische gegevens k) stelt samen met de patiënt een zorgplan op langere termijn op, gebaseerd op de prognose van ontstaan en verloop van ziekten en afwijkingen, waarin opgenomen de frequentie van periodiek onderzoek, te monitoren fenomenen, professionele preventie en eventueel te verdelen taken binnen samenwerkingsverbanden
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
3
4
3
4
3
4
3
4
2
4
2
4
1
3
2
4
2
4
2
4
102
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
l)
integreert de kennis van de verschillende relevante disciplines om te komen tot een individueel, adequaat, eventueel gefaseerd behandelingsplan en waar mogelijk alternatieve behandelingsplannen, gebaseerd op de gestelde diagnose en wensen en mogelijkheden en beperkingen van de patiënt
Domein II
3
4
Wetenschappelijk denken en handelen
Omschrijving van het domein: De tandarts is bekend met de grondbeginselen van wetenschappelijk onderzoek en heeft actief kennisgemaakt met de uitvoering daarvan. Hij beschikt over een gedegen wetenschappelijke achtergrond en kan gezondheidsproblemen systematisch benaderen en oplossen. Hij beoordeelt kritisch medische en tandheelkundige informatie. Hij toetst zijn kennis en vaardigheden aan de stand van de wetenschap en bevordert de verbreding en ontwikkeling van wetenschappelijke vakkennis. Hij ontwikkelt en onderhoudt zijn kennis en vaardigheden door middel van persoonlijke bij- en nascholingsactiviteiten. Hij bevordert de deskundigheid van zijn medewerkers.
Competenties Domein II Wetenschappelijk denken en handelen a) kent de grenzen van eigen kennen en kunnen en kan hierop reflecteren b) houdt de wetenschappelijk gefundeerde recente inzichten met betrekking tot alle aspecten van de mondzorg bij c) past synthetische activiteiten toe op recente wetenschappelijke inzichten en kan deze in een kader plaatsen d) past de principes van wetenschappelijke redeneren, reflecteren en oordeelsvorming toe bij besluitvorming in de te verlenen mondzorg en bij de beoordeling van literatuur en andere informatiebronnen e) evalueert systematisch ieder aspect van de eigen beroepsuitoefening en neemt op grond daarvan maatregelen om de eigen kennis en vaardigheden op wetenschappelijk niveau te houden f) registreert, ordent en analyseert de effecten en resultaten van de verleende mondzorg ten behoeve van kwaliteitsbewaking en -bevordering g) evalueert wetenschappelijke literatuur en andere informatiebronnen om beslissingen te kunnen nemen inzake tandheelkundige problemen volgens principes van evidence based dentistry en best practices h) ontwikkelt door middel van onderzoek zijn kennis en inzichten i) integreert wetenschappelijk denken en handelen in de klinische besluitvorming
Eindniveau Eindniveau Bachelor Master 3
4
3
4
2
4
3
4
2
4
3
4
3
4
2
3
2
4
103
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Domein III
Communiceren en samenwerken
Omschrijving van het domein: De tandarts bouwt een effectieve en respectvolle behandelrelatie met patiënten op en verkrijgt door goed te luisteren de relevante informatie. Deze informatie deelt en bespreekt hij met de patiënt en met collegae en andere zorgverleners die bij het bereiken en handhaven van de mondgezondheid van de patiënt zijn betrokken. Binnen het tandheelkundig team is de tandarts in staat om in voorkomende gevallen als primus inter pares bij de behandeling van de individuele patiënt op te treden. Hij legt de bevindingen zodanig vast dat samenwerking en overdracht ongestoord kunnen plaatsvinden. De tandarts overlegt doelmatig en met respect voor ieders competenties met collegae en andere zorgverleners. Hij verwijst adequaat, vraagt doeltreffend en tijdig intercollegiaal consult en draagt zo bij aan een doeltreffende interdisciplinaire samenwerking en ketenzorg. Competenties Domein III Communiceren en samenwerken a) communiceert met de patiënt en/of zijn naaste familie over zijn mondgezondheid met het oog op wederzijdse verwerving van kennis en begrip inzake wensen, mogelijkheden en verwachtingen b) verstrekt alle informatie aan de patiënt en/of zijn familie over de toestand van de mondgezondheid en de mogelijkheden van professionele preventie en curatieve behandeling c) ondersteunt de patiënt bij de besluitvorming met betrekking tot de keuzes van preventieve en curatieve zorg en bij de keuze en toepassing van maatregelen in de zelfzorg d) verkrijgt informed consent voor uit te voeren behandelingen, gegeven de wettelijke kaders e) geeft leiding aan/regisseert het zorgproces rondom de individuele patiënt f) ontwikkelt samen met de patiënt een preventieve en/of curatieve strategie voor één of meerdere orale ziekten of afwijkingen g) onderhandelt met betrokkenen, overbrugt eventuele meningsverschillen en handelt zonodig klachten af h) evalueert en rapporteert over de resultaten van verleende mondzorg in praktijk en regio i) communiceert mondeling en schriftelijk met collegae en andere zorgverleners over zaken die de mondgezondheid en mondzorg van patiënten aangaan j) past de beginselen van effectieve en efficiënte samenwerking met collegae en andere zorgverleners in de (mond)zorg toe, waaronder taakdelegatie en horizontale verwijzing, en is verantwoordelijk voor het inhoudelijk coördineren van werkzaamheden k) beoordeelt de bekwaamheden van medewerkers in verband met het opdragen van voorbehouden handelingen l) consulteert collegae en andere zorgverleners in de mond- en gezondheidszorg
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
3
4
3
4
3
4
1
4
3
4
2
4
1
4
2
4
2
4
1
4
2
4 104
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
m) verwijst naar collegae en andere zorgverleners voor behandeling
Domein IV
2
4
Maatschappelijk handelen
Omschrijving van het domein: De tandarts kent en herkent de determinanten van mond(on)gezondheid. Hij bevordert de mondgezondheid van patiënten en de gemeenschap als geheel en handelt volgens de relevante wettelijke bepalingen en gedragsregels. Bij vermoeden van huiselijk geweld of verwaarlozing verwittigt hij op adequate wijze de daartoe aangewezen instanties. Bij fouten, complicaties en klachten in de mondzorg treedt hij adequaat op. Competenties domein IV Maatschappelijk handelen a) onderkent externe factoren die invloed uitoefenen op de mondgezondheid en/of op het tandheelkundig handelen en neemt maatregelen ter bestrijding van die invloed b) past relevante wet- en regelgeving toe op de beroepsuitoefening en mondzorg c) onderkent de sociale en economische ontwikkelingen en analyseert de effecten daarvan op de mondzorg d) past wetenschappelijk gefundeerde maatregelen gericht op doelmatigheid aangaande alle aspecten van de mondzorg toe, zowel aan individuen als aan groepen, rekening houdend met beschikbare menskracht en economische middelen e) past wetenschappelijk gefundeerde methoden toe ten behoeve van voorlichting en informatie aan groepen uit de samenleving f) bevordert in de samenleving de functie van de mondzorg en de rol van de beroepsbeoefenaren daarin
Domein V
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
2
4
2
4
2
4
2
4
1
3
Organiseren van zorg
Omschrijving van het domein: De tandarts organiseert het werk op zodanige wijze dat er een balans is tussen patiëntenzorg en zijn persoonlijke ontwikkeling. De organisatie is zodanig dat de mondgezondheidszorg voor de patiënten optimaal kan plaatsvinden en de risico’s voor de eigen gezondheid en die van de medewerkers worden geminimaliseerd. Hij werkt doeltreffend en doelmatig en besteedt de beschikbare middelen voor de patiëntenzorg op verantwoorde wijze.
Competenties domein V Organiseren van zorg a) past de uitgangspunten toe voor een effectieve en efficiënte opzet en organisatie van de tandartspraktijk, met de daarbij behorende bedrijfsvoering en ondernemersvaardigheden b) voert een effectieve en controleerbare financiële administratie c) voert een personeelsbeleid dat gericht is op arbeidsvreugde en ontplooiing van de medewerkers, gegeven wettelijke en andere arbeidsvoorwaardelijke kaders
Eindniveau Eindniveau Bachelor Master 2
4
1
3
1
3 105
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
d) e)
f)
g)
h) i)
j)
past de gebruikelijke vormen van informatietechnologie en informatiemanagement toe treft alle maatregelen inzake infectiebeheersing, milieu- en stralingsbescherming binnen wettelijke kaders en algemeen gehanteerde normen en leeft deze na stelt binnen de eigen praktijkvoering richtlijnen en protocollen op inzake behandeling en praktijkvoering, evalueert deze tijdig en past ze waar nodig aan handelt binnen en overeenkomstig de structuur, organisatie en financiering van de Nederlandse gezondheidszorg in het algemeen en de mondzorg in het bijzonder legt de gegevens van patiënten doelmatig vast in een dossier en beheert deze binnen de gegeven wettelijke kaders creëert voor zichzelf en zijn medewerkers een veilige werkomgeving, daarbij rekening houdend met de werkhouding, verlichting, de unit en het instrumentarium neemt maatregelen voor zichzelf en zijn medewerkers ter preventie van mentale belasting, stress en specifieke beroepsziekten
Domein VI
4
4
3
4
2
4
2
4
4
4
4
4
4
4
Tandheelkundig handelen
Omschrijving van het domein: De tandarts besluit op basis van een verantwoorde diagnostische afweging tot een tandheelkunde interventie en bezit daartoe de tandheelkundige en technische kennis en vaardigheden. Hij is zich bewust van zijn beperkingen daarin en is in staat, als hij zelf niet over de benodigde kennis en/of vaardigheden beschikt, deze elders te (laten) verkrijgen.
Competenties Domein VI Tandheelkundig handelen a) voorkomt, dan wel handelt zodanig in medische noodsituaties die zich al dan niet als gevolg van tandheelkundig handelen in de praktijk voordoen, dat de patiënt in een stabiele toestand komt en kan blijven totdat adequate hulp beschikbaar is b) verleent mondzorg aan specifieke groepen, zoals extreem angstigen, gehandicapten, ouderen, medisch gecompromitteerde patiënten en patiënten met psychiatrische aandoeningen c) verleent mondzorg, inclusief curatieve zorg buiten de praktijk, thuis of in een instelling voor gezondheidszorg d) voert effectieve en efficiënte professionele preventie uit en ondersteunt zelf- en/of mantelzorg e) selecteert en schrijft geneesmiddelen voor in het kader van te verlenen mondzorg f) beoordeelt eerder gerestaureerde gebitselementen op gezondheid, esthetiek en functie g) behandelt aangetaste, beschadigde of in hun ontwikkeling
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
1
3
1
3
4
4
2
4
3
4
106
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
geremde gebitselementen dient in voorkomende gevallen en waar nodig lokaal anesthesie toe, rekening houdend met beoogd effect en mogelijke ongewenste bijwerkingen i) behandelt ontstoken, geïnfecteerd dan wel necrotisch pulpaweefsel j) extraheert gebitselementen en wortelresten k) behandelt parodontale ontsteking en/of botafbraak l) herstelt esthetische problemen van gebitselementen m) herstelt esthetiek en functie bij het ontbreken van alle of een deel van de gebitselementen n) voert dento-alveolaire en pre-prothetische/preimplantologische ingrepen uit in niet-gecompliceerde situaties o) behandelt storingen van het mandibulaire bewegingsapparaat p) behandelt aandoeningen van de mucosale weefsels q) behandelt trauma van het gebit en de alveole en eenvoudige weke delenverwondingen van het mondslijmvlies en de lippen r) behandelt ontwikkelingsstoornissen van de oro-faciale weefsels s) behandelt ontstekingen en infecties van mucosa en kaakbot van dentogene oorsprong t) behandelt, met eenvoudige ortodontistische apparatuur, dan wel verwijst, stoornissen in groei en ontwikkeling van het kaakstelsel u) verleent tandheelkundige noodhulp
3
4
4
4
2 1 3 2
4 4 4 4
2
4
1
3
2
4
2 1
3 4
2
3
2
4
2
3
2
4
h)
Domein Professionaliteit Omschrijving van het domein: Het domein Professionaliteit verbindt de zes genoemde onderscheiden domeinen met elkaar en overkoepelt deze. De tandarts is in staat om in zijn dagelijks handelen deze competenties te integreren, er verantwoordelijkheid voor te nemen en te verantwoorden. Deze drie kernbegrippen van professionaliteit (integreren, verantwoordelijkheid nemen en verantwoording afleggen) worden hieronder kort toegelicht. Integreren competenties De tandarts toont bekwaamheid en deskundigheid op het gebied van de verschillende competenties en kan deze integreren. Hij kent de grenzen van de eigen competenties en handelt daarbinnen, voor het overige verwijst of delegeert hij. Hij heeft kennis van protocollen, richtlijnen en standaarden, ontwikkelt deze en past ze toe ten behoeve van de zorg voor de individuele patiënt. Verantwoordelijkheid nemen De tandarts handelt ethisch en toont respect voor de (integriteit) van de patiënt. Hij houdt rekening met de persoonlijke omstandigheden van de individuele patiënt bij onderzoek, advies, behandeling en begeleiding. Hij gaat zorgvuldig om met ‘kwetsbare’ groepen in de mondzorg en onderneemt actie om goede mondzorg te leveren en de continuïteit hierin te garanderen. 107
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
De tandarts toont een houding van levenslang leren en kent de grenzen van de eigen belastbaarheid en die van zijn team. Hij deelt verantwoordelijkheid met patiënten, beroepsgenoten en andere professionals in de mondzorg en werkt met duidelijke afspraken over taken, verantwoordelijkheden en regie in de mondzorg. Het nemen en afleggen van verantwoordelijkheid wordt gevangen in het begrip professioneel gedrag. Verantwoording afleggen De tandarts toont reflectieve vaardigheden en is zelfkritisch. Hij zorgt voor systematische organisatie van de kwaliteit van de praktijk en legt verantwoording af aan de patiënt (informatieplicht, financiële consequenties), binnen de beroepsgroep (deelname aan intercollegiale toetsing, kennis van professionele standaard, aanspreken van collega’s die niet aan de professionele standaard voldoen), binnen wetenschappelijke kaders (kritische wetenschappelijke probleemoplossende houding) en aan de samenleving (zorgverzekeraars, overheid). De tandarts kent de grenzen van zijn professionele autonomie.
108
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING BACHELOR OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Bijlage II: Gedragsregels voor studenten tandheelkunde In de gezondheidszorg worden medewerkers geacht hun kennis en vaardigheden in dienst te stellen van alle mensen die hulp nodig hebben en daarom vragen. Daarbij wordt van hen verwacht dat zij zich betamelijk gedragen, geen aanstoot geven in hun gedrag, collega’s en de opleiding niet in diskrediet brengen, de privacy van patiënten respecteren en zich onderwerpen aan de medische geheimhoudingsplicht. Dit alles volgens de normen en waarden die gelden in de medische beroepscultuur. De beoordeling van het professioneel gedrag van studenten tijdens de opleiding speelt zich af tegen deze achtergrond. Tijdens de opleidingen geneeskunde en tandheelkunde is het gebruikelijk dat studenten bij sommige practica op elkaar oefenen, bijvoorbeeld het oefenen van lichamelijk onderzoek. Bij het op elkaar oefenen worden studenten willekeurig aan elkaar gekoppeld. Men kan zich bij zo’n koppeling aan een andere student niet beroepen op ras, geloof, geslacht, etc om deelname te weigeren. Ook bij dit onderwijs is de geldende beroepscultuur leidend. Aspirant-studenten die op basis van geloof of anderszins een probleem hebben met fysieke aanraking van personen van de andere sekse, onbedekte onderarmen en/of een onbedekt gezicht (het dragen van een witte hoofddoek is overigens wel toegestaan) dienen zich te realiseren dat tijdens de opleiding van de behandelplicht, communicatieprincipes en hygiënevoorschriften niet kan worden afgeweken. Slechts in uitzonderlijke gevallen, wanneer sprake is van persoonsgebonden bijzondere omstandigheden (te denken valt bijv. aan een lichamelijke handicap), kan een student op verzoek vrijgesteld worden van de plicht zich tijdens oefensessies te laten onderzoeken door collega-studenten. Met een dergelijk verzoek dient de student zich te wenden tot de studieadviseur van de opleiding. Studenten van de faculteit Medische Wetenschappen hebben toegang tot de ICT-voorzieningen van de Rijks Universiteit Groningen. Deze voorzieningen dienen als communicatiemiddel tussen studenten onderling en tussen de student en de faculteit. Verwacht wordt van de student dat deze voorzieningen voor studiegerelateerde doeleinden worden gebruikt en hierbij de in Nederland gebruikelijke fatsoennormen in acht neemt. Hieruit volgt dat de ICT-voorzieningen niet gebruikt mogen worden voor informatie over of promotie van personen, organisaties of politieke partijen die niet gerelateerd zijn aan de faculteit. Overige communicatie van en naar de student verloopt uitsluitend op diens expliciete wens. Algemene berichten van een student aan alle medestudenten dienen op het daarvoor bestemde discussiebord op Nestor geplaatst te worden. Bij twijfel over deze gedragsregels dient men zich tot het hoofd van het Onderwijsinstituut te richten.
109
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Faculteit Medische Wetenschappen Onderwijs- en ExamenRegeling Masteropleiding Tandheelkunde
110
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Inhoud: 1
Algemene bepalingen
2
Opbouw van de opleiding
3
Tentamens en examens van de opleiding
4
Toelating
5
Studiebegeleiding
6
Overgangs- en slotbepalingen
Bijlage I Bijlage II
Raamplan Tandheelkunde 2008 Gedragsregels voor studenten Tandheelkunde
111
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Onderwijs- en Examenregeling Master of Science opleiding in de Tandheelkunde Inleiding De voorliggende regeling beschrijft het onderwijs- en examenprogramma van de driejarige opleiding Master of science in de Tandheelkunde te Groningen . De indeling in Bachelor en Master staat in het wettelijke kader van de Europese uitwisseling. Daarin kan na het behalen van het bachelordiploma gekeken worden welke masteropleiding in Nederland of binnen Europa aansluiting biedt. De opleiding kent een opbouw van twee semesters per studiejaar. In de masteropleiding omvatten de semesters meerdere onderwijseenheden. Het onderwijsprogramma voor de opleiding Tandheelkunde is dusdanig opgebouwd dat de zelfstudie en zelfwerkzaamheid van de studenten zoveel mogelijk gestimuleerd worden. De inhoud van het onderwijs is gericht op de door de gezamenlijke opleidingen tandheelkunde vastgestelde algemene eindtermen (voor de masteropleiding) zoals genoemd in het Raamplan Tandheelkunde 2008. Het Masterdiploma geeft toelating tot inschrijving in het BIG-register. Het onderwijs in de Faculteit Medische Wetenschappen te Groningen is geregeld in overeenstemming met de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW).
112
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
PARAGRAAF 1 - ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1.1 — Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en de examens van de master of science in de Tandheelkunde, verder te noemen: de opleiding. De opleiding wordt verzorgd binnen de Faculteit Medische Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen verder te noemen: de faculteit. Artikel 1.2 — Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW); b. student: degene die is ingeschreven aan de universiteit voor het volgen van het onderwijs en/of het afleggen van de tentamens en de examens van de opleiding; c. opleiding: de masteropleiding genoemd in artikel 1.1 van deze regeling, bestaande uit een samenhangend geheel van onderwijseenheden d. examinator: de door de examencommissie als zodanig aangewezen leden van het personeel die met het verzorgen van het onderwijs in de desbetreffende onderwijseenheid zijn belast alsmede daartoe aangewezen deskundigen van buiten de instelling; e. examencommissie: de door de decaan van de opleiding ingestelde commissie ten behoeve van het afnemen van examens en ten behoeve van de organisatie en coördinatie van de tentamens; f. studiepunt: eenheid uitgedrukt in ECTS, waarbij een studiepunt gelijk staat aan 28 uur studeren g. onderdeel: een onderwijseenheid van de opleiding, in de zin van de wet. h. studievoortgangsoverzicht: een overzicht van de gerealiseerde studielast. i. toets: tentamen als bedoeld in artikel 7.10 van de wet; j. examen: het afsluitend masterexamen van de opleiding dat met goed gevolg is afgelegd als aan alle verplichtingen van de gehele masteropleiding is voldaan; k. studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar; l. semester: deel van het studiejaar, beginnend op 1 september en eindigend op een door het College van Bestuur te bepalen datum omstreeks 31 januari, dan wel beginnend op een door het College van Bestuur te bepalen datum, en eindigend op 31 augustus. m. practicum: een praktische oefening, als bedoeld in artikel 7. 13 van de wet, in een van de volgende vormen: - het maken van een scriptie; - het maken van een werkstuk of een proef-ontwerp; - het uitvoeren van een onderzoeksopdracht; - het deelnemen aan veldwerk of een excursie; - het doorlopen van een stage; - het deelnemen aan een andere onderwijsleeractiviteit, die gericht is op het bereiken van bepaalde vaardigheden; - het actief deelnemen aan een tutorgroep, mentorgroep, coachgroep, (klinisch) werkcollege veldwerk, excursie of practicum; - het houden van een voordracht - het onder supervisie uitvoeren van patiëntbehandelingen; n. masterexamen: het examen dat recht geeft op het voeren van de titel MSc in de tandheelkunde De overige begrippen hebben de betekenis die de wet daaraan toekent.
113
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 1.3 - Doel van de opleiding De bacheloropleiding Tandheelkunde is de start van het opleidingscontinuüm van de tandarts. Met het behalen van het bachelordiploma is de student toelaatbaar tot de masteropleiding Tandheelkunde. De masteropleiding wordt afgesloten met het behalen van het masterdiploma (tandartsdiploma). Voor de algemene eindtermen van de opleiding tot tandarts wordt verwezen naar het Raamplan 2008 Tandheelkunde welke als bijlage is toegevoegd. Van de in Groningen opgeleide tandarts wordt verwacht dat hij/zij kennis heeft van een zich verbredend vakgebied in staat is om oplossingen voor een breed scala van mondgezondheidsproblemen te genereren de regie voert over de zorg en behandeling en de zorg verleent in nauwe samenwerking met zorgverleners en met respect voor de wensen en voorkeuren van de patiënt. in staat is zijn/haar overwegingen en beslissingen te onderbouwen en zich hiervoor te verantwoorden Artikel 1.4 - Vorm van de opleiding De opleiding wordt uitsluitend voltijds verzorgd. Artikel 1.5 - Iudicium Abeundi 1.
In geval van ernstig laakbare gedragingen en/of uitlatingen van een student kan het College van Bestuur in bijzondere gevallen na advies van de Examencommissie of van de decaan de inschrijving van een student beëindigen.
2.
Het College van Bestuur neemt een beslissing als bedoeld in het eerste lid eerst nadat de betreffende student is gehoord omtrent de voorgenomen beslissing, nadat een zorgvuldige afweging van alle belangen van de student en van de instelling heeft plaatsgevonden en nadat aannemelijk is geworden dat de student door zijn/haar gedragingen en/of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem/haar gevolgde studie opleidt, danwel voor de praktische voorbereiding op die beroepsopleiding. De decaan, de Examencommissie en het College van Bestuur nemen daarbij het Protocol Iudicium Abeundi in acht zoals dit door de Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra op 1 november 2010 is vastgesteld.
PARAGRAAF 2
OPBOUW VAN DEOPLEIDING
Artikel 2.1 - Studielast 1.
De opleiding heeft een studielast van 180 ECTS.
2.
De studielast wordt uitgedrukt in hele ECTS.
Artikel 2.2 - Programma opleiding In de opleiding kan het masterexamen worden afgelegd: de masteropleiding wordt afgesloten met het masterexamen dat toegekend wordt indien de tentamens behorende bij de onderwijseenheden van deze opleiding voldoende zijn gemaakt. Het examen geeft recht op het voeren van de titel Master of Science (MSc) in de opleiding tandheelkunde. 114
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 2.3 - Samenstelling programma De master is opgebouwd uit 3 opleidingsjaren (elk bestaande uit 2 semesters). Naast een aantal semester gebonden onderwijseenheden zijn er ook onderwijseenheden (zoals Integrale mondzorg en Professionalisering) die door studenten gedurende het gehele studiejaar worden gevolgd. 1.
Samenstelling eerste opleidingsjaar
Het eerste opleidingsjaar omvat de volgende onderwijseenheden met de daarbij vermelde studiepunten:
2.
Onderwijseenheden Masteropleiding jaar 1
EC
Complexe mondproblemen Specifieke zorggroepen Integrale mondzorg I Professionalisering I Wetenschappelijke scholing I Totaal
14 14 25 2 5 60
Practica
De onderwijseenheden zoals genoemd in art. 2.3.1 omvatten, naast het onderwijs in de vorm van colleges, verplichtingen in de daarbij aangegeven vorm, waaraan de student moet deelnemen: 1.
Complexe mondproblemen a. practica Complexe mondproblemen b. werkcolleges
2.
Specifieke zorggroepen a. practica Specifieke zorggroepen b. werkcolleges c. practicumtoets Culturele Diversiteit d. practicumtoets Mandibulaire bewegingsstoornissen & orofaciale pijn
3.
Integrale mondzorg I a. kliniek b. practica skillslab
4.
Professionalisering I a. coachgroepbijeenkomsten b. communicatie c. klinisch wetenschappelijk ethisch redeneren
5.
Wetenschappelijke scholing I a. practicum Wetenschappelijke scholing I 115
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
3.
Vorm en samenstelling van de tentamens
De tentamens van de onderwijseenheden genoemd in art. 2.3.1 worden op de aangegeven wijze afgelegd: 1.
Het tentamen Complexe mondproblemen bestaat uit de volgende onderdelen: a. schriftelijke toets bestaande uit 4 delen b. voldoen aan practicumverplichtingen
2.
Het tentamen Specifieke zorggroepen bestaat uit de volgende onderdelen: a. schriftelijke toets bestaande uit 4 delen b. voldoen aan practicumverplichtingen
3.
Het tentamen Integrale Mondzorg I bestaat uit de volgende onderdelen: a. beoordeling kliniek b. praktijktoetsen c. voldoen aan practicumverplichtingen
4.
Het tentamen Professionalisering I bestaat uit de volgende onderdelen: a. beoordeling portfolio en assessment b. voldoen aan practicumverplichtingen
5.
Het tentamen Wetenschappelijke scholing I bestaat uit de volgende onderdelen: a. voldoen aan practicumverplichtingen (aanvraag wetenschappelijke stage)
116
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
4.
Samenstelling tweede opleidingsjaar
Het tweede opleidingsjaar omvat de volgende onderwijseenheden met de daarbij vermelde studiepunten:
5.
Onderwijseenheden Masteropleiding jaar 2
EC
Integrale Mondzorg II Professionalisering II Wetenschappelijke scholing II Totaal
35 5 20 60
Practica
De onderwijseenheden zoals genoemd in art. 2.3.4 omvatten, naast het onderwijs in de vorm van colleges, verplichtingen in de daarbij aangegeven vorm, waaraan de student moet deelnemen: 1.
Integrale mondzorg II a. kliniek b. practica skillslab c. coschappen
2.
Professionalisering II a. coachgroepbijeenkomsten b. communicatie c. klinisch wetenschappelijk ethisch redeneren d. professie in praktijk
3.
Wetenschappelijke scholing II a. practicum Wetenschappelijke scholing II
6.
Vorm en samenstelling van de tentamens
De tentamens van de onderwijseenheden genoemd in art. 2.3.4 worden op de aangegeven wijze afgelegd: 1.
Het tentamen Integrale mondzorg II bestaat uit de volgende onderdelen: a. beoordeling kliniek b. beoordeling coschappen c. voldoen aan practicumverplichtingen
2.
Het tentamen Professionalisering II bestaat uit de volgende onderdelen: a. beoordeling portfolio en Professioneel toetsingsgesprek II b. voldoen aan practicumverplichtingen
3.
Het tentamen Wetenschappelijke scholing II bestaat uit de volgende onderdelen: a. verslag wetenschappelijk verslag / scriptie b. voldoen aan practicumverplichtingen
117
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
7.
Samenstelling derde opleidingsjaar
Het derde opleidingsjaar omvat de volgende onderwijseenheden met de daarbij vermelde studiepunten:
8.
Onderwijseenheden Masteropleiding jaar 3
EC
Mondzorg in de volle breedte Integrale mondzorg III Individuele profilering Professionalisering III Wetenschappelijke scholing III Totaal
6 23 23 5 3 60
Practica
De onderwijseenheden zoals genoemd in art. 2.3.7 omvatten, naast het onderwijs in de vorm van colleges, verplichtingen in de daarbij aangegeven vorm, waaraan de student moet deelnemen: 1.
Mondzorg in de volle breedte a. werkcolleges Mondzorg in de volle breedte
2.
Integrale mondzorg III a. kliniek b. cursus stralingsbescherming
3.
Individuele profilering a. practica en/of praktische oefeningen behorende bij het door de student gekozen onderwijs
4.
Professionalisering III a. professie in praktijk b. communicatie c. klinisch wetenschappelijk ethisch redeneren
5.
Wetenschappelijke scholing III a. practicum Wetenschappelijke scholing III
9. Vorm en samenstelling van de tentamens De tentamens van de onderwijseenheden genoemd in art. 2.3.7 worden op de aangegeven wijze afgelegd: 1.
Het tentamen Mondzorg in de volle breedte bestaat uit de volgende onderdelen: a. schriftelijke toets b. voldoen aan practicumverplichtingen
2.
Het tentamen Integrale mondzorg III bestaat uit de volgende onderdelen: a. beoordeling kliniek b. toets stralingsbescherming c. voldoen aan practicumverplichtingen
3. Het tentamen Individuele profilering bestaat uit de volgende delen: a. beoordeling verslagen en/of referaat b. voldoen aan practicumverplichtingen 118
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
4. Het tentamen Professionalisering III bestaat uit de volgende onderdelen: a. beoordeling portfolio en Professioneel toetsingsgesprek III b. voldoen aan practicumverplichtingen 5.
Het tentamen Wetenschappelijke scholing III bestaat uit de volgende onderdelen: a. beoordeling verslagen en/of referaat b. voldoen aan practicumverplichtingen
PARAGRAAF 3
TENTAMENS EN EXAMEN VAN DE OPLEIDING
Artikel 3.1 - Algemeen 1.
Het tentamen geeft de student zowel tussentijds als bij afsluiting van het onderdeel de nodige informatie of hij de gestelde leerdoelen zal bereiken resp. heeft bereikt.
2.
Het oordeel over een tentamen is voldoende dan wel onvoldoende, in cijfers uitgedrukt: 6 of hoger, respectievelijk 5 of lager. Indien uitgedrukt in een woordbeoordeling: goed (G) of voldoende (V), respectievelijk onvoldoende (O).
Artikel 3.2 - Verplichte volgorde 1.
Studenten die worden toegelaten tot de Masteropleiding zijn gehouden aan hun facultaire indeling.
2.
Aan het onderwijs en de tentamens van de hierna te noemen onderwijseenheden kan niet eerder worden deelgenomen dan nadat de tentamens van de daarbij vermelde onderwijseenheden zijn behaald: - Integrale Mondzorg II, na te hebben voldaan aan Integrale Mondzorg I - Integrale Mondzorg III, na te hebben voldaan aan Integrale Mondzorg II én na te hebben voldaan aan Wetenschappelijke scholing II - Professionalisering II, na te hebben voldaan aan Professionalisering I - Professionalisering III, na te hebben voldaan aan Professionalisering II én na te hebben voldaan aan Wetenschappelijke scholing II - Wetenschappelijke scholing II, na te hebben voldaan aan Wetenschappelijke scholing I - Wetenschappelijke scholing III, na te hebben voldaan aan Wetenschappelijke scholing II - Individuele profilering, na te hebben voldaan aan Integrale mondzorg II én na te hebben voldaan aan Wetenschappelijke scholing II
3.
Alle onderwijseenheden behorende bij het eerste opleidingsjaar moeten met voldoende resultaat zijn afgerond voordat aan de onderwijseenheden van het derde opleidingsjaar kan worden deelgenomen.
Artikel 3.3 - Tijdvakken en frequentie tentamens; bepalingen met betrekking tot onderdelen van tentamens 1.
Tot het afleggen van (onderdelen) van tentamens van de in art. 2.3.1, 2.3.4 en 2.3.7 genoemde onderwijseenheden wordt per jaar tenminste twee maal de gelegenheid gegeven, de eerste keer in aansluiting op het onderwijs.
2.
Tot het afleggen van de praktijktoetsen behorend tot de tentamens van de in art. 2.3.1, 2.3.4 en 2.3.7 genoemde onderwijseenheden wordt maximaal drie maal per jaar de gelegenheid gegeven. De 119
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
eerste reguliere afname van de praktijktoets vindt plaats direct in aansluiting op onderwijs, daarna volgen twee herhalingsmogelijkheden. 3.
De data waarop tentamens of tentamenonderdelen worden afgenomen worden bekend gemaakt in de bij de onderwijseenheden behorende digitale leidraden. Het onderwijsinstituut van de faculteit draagt zorg voor tijdige bekendmaking van tijdstip en plaats. Aan het begin van het cursusjaar worden in ieder geval de daarbij betrokken weeknummers bekend gemaakt.
Artikel 3.4 - Vorm van de tentamens 1.
Op gemotiveerd verzoek van de student kan de examencommissie toestaan dat een tentamen op een andere wijze dan vorenbedoeld wordt afgelegd.
2.
Aan studenten met een functiestoornis wordt de gelegenheid geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aan hun individuele handicap aangepaste wijze af te leggen. De examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen.
3.
De tentamens worden afgenomen in het Nederlands.
Artikel 3.5 - Mondelinge (onderdelen van) tentamens
1.
Mondeling wordt niet meer dan één persoon tegelijk getentamineerd, tenzij de examencommissie anders heeft bepaald.
2.
Het mondeling afnemen van een tentamen is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student daartegen bezwaar heeft gemaakt. Een tentamen of een onderdeel van een tentamen waarbij een persoon (patiënt) of identificeerbare persoonsgegevens besproken worden, is nooit openbaar.
Artikel 3.6 - Bevoegdheid examencommissie bij keuze-onderdelen 1. Voor beoordelingen en klachten over tentamens is de examencommissie bevoegd van de opleiding die het tentamen afneemt. Zulks geldt niet voor het indienen van een verzoek om een afwijkende tentamenregeling. 2.
Voor het afleggen van tentamen door studenten met een functiestoornis houdt de examencommissie van de opleiding als bedoeld in lid 1 zich aan de voorzieningen zoals deze worden toegestaan door de examencommissie van de opleiding waarvoor de student staat ingeschreven.
Artikel 3.7 - Vaststelling en bekendmaking tentamenuitslag 1.
De examinator stelt binnen 1 werkdag na het afnemen van een mondeling (deel van een) tentamen de uitslag vast en verschaft de onderwijs administratie van de opleiding de nodige gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student.
2.
De examinator stelt de uitslag van een schriftelijk (deel) tentamen vast binnen tien werkdagen na de dag waarop het is afgelegd, en verschaft de onderwijs administratie van de opleiding de nodige 120
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student. 3.
De examinator stelt de uitslag van een praktijktoets van een tentamen binnen tien werkdagen na de dag waarop het is afgelegd vast en verschaft de onderwijs administratie van de opleiding de nodige gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student.
4.
De uitslag van het tentamen van een onderwijseenheid wordt vastgesteld door de examinator en geschiedt binnen tien werkdagen na de dag waarop het laatste onderdeel van een tentamen is afgelegd. Tevens verschaft de examinator de onderwijs administratie van de opleiding de nodige gegevens ten behoeve van de uitreiking van het schriftelijk of digitaal bewijsstuk omtrent de uitslag aan de student.
5.
Voor een op andere wijze dan mondeling, schriftelijk of via praktijktoets(en) af te leggen tentamen bepaalt de examencommissie tevoren op welke wijze en binnen welke termijn de student een schriftelijke of digitale verklaring omtrent de uitslag zal ontvangen.
6.
Op de schriftelijke of digitale verklaring omtrent de uitslag van een tentamen wordt de student gewezen op het inzagerecht, bedoeld in artikel 3.9 , eerste lid, alsmede op de beroepsmogelijkheid.
7.
Ingevulde tentamenformulieren worden gedurende één jaar gearchiveerd bij de onderwijs administratie van de opleiding.
Artikel 3.8 - Geldigheidsduur 1.
De geldigheidsduur van behaalde onderwijseenheden is 4 jaar.
2.
In aanvulling op het in lid 1 gestelde kan de examencommissie, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het desbetreffende examen, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen voor tentamens die langer dan 4 jaar geleden zijn behaald.
3.
Bij een onderbreking van de studie van één jaar of meer vervalt de geldigheid van behaalde tentamens. Bij een voortzetting van de studie na onderbreking, kan de examencommissie behaalde resultaten opnieuw geldig verklaren, eventueel onder het opleggen van aanvullende eisen.
Artikel 3.9 — Inzagerecht 1.
Gedurende ten hoogste 20 werkdagen na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk afgelegd deel van het tentamen krijgt de student op verzoek inzage in zijn/haar beoordeeld werk. Tevens wordt op zijn/haar verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van dat werk.
2.
Gedurende de in het eerste lid genoemde termijn kan elke deelgenomen student kennis nemen van vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, evenals van de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden.
3.
De examinator kan bepalen, dat de inzage of de kennisneming geschiedt op een van tevoren vastgestelde plaats en op ten minste twee van tevoren vastgestelde tijdstippen.
121
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Indien de student aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op de vastgestelde plaats en tijdstippen te verschijnen, wordt hem/haar een andere mogelijkheid geboden, zo mogelijk binnen de in het eerste lid genoemde termijn.
Artikel 3.10 - Vrijstelling 1.
De examencommissie kan op voorstel van de desbetreffende examinator vrijstelling verlenen van een tentamen, indien de student: a. hetzij een qua inhoud en niveau overeenkomstig onderdeel van een universitaire of hogere beroepsopleiding heeft voltooid; b. hetzij aantoont door werk- c.q. beroepservaring over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken m.b.t. het desbetreffende onderdeel.
2.
Voor onderdelen van tentamens worden geen vrijstellingen verleend.
Artikel 3.11 - Examen 1.
De examencommissie stelt de uitslag van het examen vast, zodra de student de voor het examen benodigde tentamens heeft behaald, waarmee hij tevens de benodigde academische vorming heeft verworven en reikt daartoe een getuigschrift uit.
2.
Alvorens de uitslag van het examen vast te stellen kan de examencommissie een onderzoek instellen naar de kennis van de student met betrekking tot een of meer onderdelen of aspecten van de opleiding, indien en voor zover de uitslagen van de desbetreffende tentamens daartoe aanleiding geven.
3.
De examendatum die door examencommissie op het getuigschrift wordt vermeld is de datum waarop naar oordeel van de examencommissie het laatste examenonderdeel met goed gevolg is afgelegd, ook al ligt de datum waartoe de examencommissie heeft besloten in een volgend studiejaar en dient de student voor dat studiejaar dan te zijn ingeschreven.
4.
Met de vaststelling van de uitslag van het examen draagt de examencommissie tevens zorg voor een spoedige afhandeling van de buluitreiking.
5.
Indien de student de datum van zijn afstuderen wil uitstellen in verband met nog extra af te leggen tentamens, dient hij de examencommissie tijdig schriftelijk hiertoe te verzoeken.
Artikel 3.12 - Graad 1.
Aan degene die het Master examen met goed gevolg heeft afgelegd, wordt de graad “Master of Science” verleend.
2.
De verleende graad wordt op het getuigschrift van het examen aangetekend.
Artikel 3.13 — Iudicium 1.
De examencommissie beoordeelt of aan het mastergetuigschrift een onderscheiding wordt toegekend. 122
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
2.
Hierbij dient aan de volgende voorwaarden te zijn voldaan: a. Het tentamenresultaat van onderwijseenheden waarbij de uitslag wordt uitgedrukt in een woordbeoordeling, dient de hoogst haalbare woordbeoordeling zijn behaald. b. Het onafgeronde gewogen gemiddelde van alle onderwijseenheden waarvoor het tentamenresultaat wordt uitgedrukt in een cijfer is: i. groter dan of gelijk aan 8,0 voor 'Cum laude'; ii. groter dan of gelijk aan 9,0 voor 'Summa cum laude'.
3.
Geen iudicium wordt toegekend indien de omvang van de vrijstellingen in ECTS meer dan de helft van het totaal aantal ECTS van de opleiding bedraagt.
4.
Voor het behalen van enig iudicium geldt dat het tentamen van een onderwijseenheid slechts eenmaal afgelegd mag zijn.
5.
Voor het behalen van een iudicium geldt dat voor geen enkele onderwijseenheid een cijfer lager dan 7,0 is behaald.
6.
De examinandus voor de master fase een feitelijke inschrijvingsduur heeft verbruikt welke ten hoogste één en een kwart maal zo lang is als de cursusduur van de master fase.
7.
In bijzondere gevallen kan de examencommissie afwijken van het bepaalde in de leden twee tot en met vijf van dit artikel.
Artikel 3.14 — Toetsplan Er is een door het faculteitsbestuur vastgesteld toetsplan. Dit toetsplan bevat de volgende onderwerpen: 1. de eindtermen van de opleiding; 2. de curriculumonderdelen en leerdoelen van ieder curriculumonderdeel; 3. de relatie tussen curriculumonderdelen en eindtermen; 4. de toegepaste toetsvorm en de toetsmomenten per onderdeel; 5. de gehanteerde opstellingsprocedures, beoordelingsprocedures en beoordelingscriteria; 6. de verantwoordelijken voor de uitvoering van de verschillende onderdelen van het toetsbeleid; 7. de wijze van periodieke evaluatie.
Artikel 3.15 — Honours College 1.
De faculteit Medische Wetenschappen neemt deel aan het honoursprogramma van het University of Groningen Honours College door middel van een Gemeenschappelijke Regeling.
2.
Studenten die zijn toegelaten tot de masteropleiding Tandheelkunde kunnen aan dit honoursprogramma deelnemen, indien zij worden geselecteerd door de Dean van het University of Groningen Honours College. Voor de selectieprocedure wordt verwezen naar de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College.
3.
Op het honoursprogramma, waar het facultaire verdiepende deel een onderdeel van is, is de Onderwijs- en Examenregeling van het University of Groningen Honours College van toepassing.
4.
In het bij het masterdiploma behorende diplomasupplement wordt van het behalen van de honoursbul een aantekening gemaakt. 123
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
PARAGRAAF 4
TOELATING
Artikel 4.1 — Vooropleiding 1.
De bezitter van het diploma van de bachelor opleiding Tandheelkunde van de Rijksuniversiteit Groningen wordt geacht te beschikken over de vereiste kennis en vaardigheden en wordt uit dien hoofde toegelaten tot de opleiding.
2.
Zij-instroomstudenten/cursisten die met goed gevolg het ‘brugjaar’ van het zij-instroomtraject Tandheelkunde van de opleiding Tandheelkunde te Groningen hebben afgesloten, krijgen eveneens toelating tot de masteropleiding Tandheelkunde.
3.
Zowel voor art. 4.1.1 alsook voor art. 4.1.2 is bepaald dat studenten/cursisten binnen een jaar na het behaald hebben van het bachelor diploma Tandheelkunde danwel met goed gevolg het zij-instroom traject Tandheelkunde te hebben afgelegd, ingeschreven dienen te staan als student van de masteropleiding Tandheelkunde in Groningen. Indien dit niet het geval is kan de Examencommissie aanvullende dan wel vervangende tentamens opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot de Masteropleiding Tandheelkunde.
4.
Voor toelating heeft de opleiding Tandheelkunde twee inschrijf momenten per studiejaar: de student kan zich per 1e dag van de maand september en zich per 1e dag van de maand februari inschrijven.
Artikel 4.2 — Toelatingscommissie 1.
De toelating tot de opleiding is opgedragen aan de toelatingscommissie van de opleiding. De toelatingscommissie bestaat uit minimaal 3 personen.
2.
Als adviserend lid, tevens secretaris, wordt aangewezen een studieadviseur van de faculteit of een overeenkomstige facultaire medewerker.
3.
De aanwijzing van de leden van de toelatingscommissie geschiedt door de decaan, die tevens het toelatingsreglement vaststelt.
Artikel 4.3 — Toelatingsonderzoek master honour’s-opleiding: criteria Met het oog op de toelating tot de opleiding als bedoeld in artikel 4.1 onderzoekt de toelatingscommissie of de kandidaat voldoet aan de voor de opleiding gestelde voorwaarden van kennis, kunde en vaardigheden. De commissie betrekt bij haar onderzoek tevens de motivatie en ambitie van de kandidaat m.b.t. de desbetreffende opleiding, alsmede de kennis van de kandidaat van de taal waarin het onderwijs van het programma wordt verzorgd. Artikel 4.4 — Toelatingsonderzoek: hardheidsclausule In situaties dat het achterwege laten van de toelating jegens de student aantoonbaar leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan de toelatingscommissie afwijken van het in artikel 4.1.1 bepaalde. In dat geval moet er sprake zijn van een unieke persoonlijke omstandigheid die zodanig onderscheidend is dat de toelating redelijkerwijs niet achterwege kan blijven.
124
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 4.5— Toelatingsonderzoek: tijdstippen Het toelatingsonderzoek vindt tweemaal per jaar plaats m.b.t. het begin van de opleiding in het eerste en het tweede semester.
PARAGRAAF 5
STUDIEBEGELEIDING
Artikel 5.1 - Studievoortgangsadministratie De decaan van de opleiding draagt zorg voor een zodanige registratie van de studieresultaten, dat de studenten zich met behulp van het digitale netwerk van de faculteit op de hoogte kan stellen van de door hem/haar behaalde resultaten in relatie tot het onderwijs- en examenprogramma van de opleiding. Artikel 5.2 — Studiebegeleiding De decaan van de opleiding draagt zorg voor studiebegeleiding van de studenten, die voor de opleiding zijn ingeschreven, mede ten behoeve van hun oriëntatie op mogelijke studiewegen in en buiten de opleiding. Artikel 5.3 - Studievoortgang De decaan van de opleiding draagt maximaal zorg voor een onbelemmerde studievoortgang. Daartoe zijn studenten gehouden aan de facultaire indelingen betreffende practica zoals bedoeld in art. 2.3.2, 2.3.5 en 2.3.8, keuzeprojecten, stages en patiënten behandelingen. Studenten die de toegewezen plaats niet benutten, worden pas weer ingedeeld als daarmee de studievoortgang van andere studenten niet belemmerd wordt. De opleiding kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele nadelige effecten hiervan op de studievoortgang van de betrokken student.
PARAGRAAF 6
OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 6.1 - Wijzigingen 5.
Wijzigingen van deze regeling worden door de decaan van de opleiding, bij afzonderlijk besluit vastgesteld na overleg met de O & O raad van de faculteit Medische Wetenschappen (UMCG), met inachtneming van het gestelde in art 9.38 van de WHW.
6.
Geen wijzigingen vinden plaats die van toepassing zijn op het lopende cursusjaar, behalve wanneer de belangen van de studenten daardoor redelijkerwijs niet worden geschaad.
7.
Een wijziging kan voorts niet ten nadele van studenten van invloed zijn op enige andere beslissing, die krachtens deze regeling door de examencommissie is genomen ten aanzien van een student.
8.
Belangrijke mededelingen inzake het onderwijs zoals bijv. wijzigingen in colleges, practica, leerstof, deeltoetsen etc. worden bekend gemaakt via de elektronische leeromgeving Nestor (webrooster) en/of via de e-mail (……
[email protected]). Studenten worden geacht deze regelmatig te raadplegen. Men kan niet gevrijwaard worden tegen de gevolgen van het niet tijdig gelezen hebben van dergelijke mededelingen.
125
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Artikel 6.2 - Bijzondere omstandigheden
1.
De Raad van Bestuur (UMCG) kan voor een individuele student in verband met zwangerschap, zorgtaken, persoonlijke overmacht situaties, bijzondere onvoorziene omstandigheden of specifieke facultaire belangen op zijn/haar verzoek een aangepast examenprogramma vaststellen of anderszins afwijken van de Onderwijs en Examen Regeling (OER). De Raad van Bestuur delegeert deze bevoegdheid aan de Examencommissie.
2.
De Raad van Bestuur kan een aspirant student op zijn/haar verzoek toelating verlenen tot een hoger studiejaar van de opleiding. De Raad van Bestuur delegeert dit aan de facultaire toelatingscommissie.
Artikel 6.3 - Bekendmaking 1.
De decaan van de opleiding draagt zorg voor een passende bekendmaking van deze regeling, van de regelen en richtlijnen die door de examencommissie zijn vastgesteld, alsmede van wijzigingen van deze stukken.
2.
Elke belangstellende kan op het faculteitsbureau een exemplaar van de in het eerste lid bedoelde stukken verkrijgen.
Artikel 6.4 - Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 september 2012. Aldus vastgesteld door de decaan in juli 2012
126
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Bijlage I. Competenties van de tandarts (zesjarige opleiding) In deze Onderwijs en Examenregeling zijn de competenties van de tandarts, zoals opgenomen in het Raamplan Tandheelkunde 2008, als bijlage toegevoegd Competenties van de tandarts Er zijn verschillende definities van competenties in omloop. Aansluiting is gezocht bij de actuele medische (onderwijs)praktijk, waarin competenties worden omschreven als ‘clusters van vaardigheden, kennis, attituden, eigenschappen en inzichten. Ze zijn context gebonden en ondeelbaar, verbonden met
activiteiten of taken veranderlijk in de tijd en dus leerbaar.’ De competenties zijn onderscheiden in zes interdisciplinaire domeinen, die gezamenlijk het gehele veld van de tandarts algemeen practicus bestrijken: VII. Hanteren van klinisch-tandheelkundige problemen VIII. Wetenschappelijk denken en handelen IX. Communiceren en samenwerken X. Maatschappelijk handelen XI. Organiseren van mondzorg XII. Tandheelkundig handelen Daarnaast is het domein Professionaliteit als een overkoepelende competentie onderscheiden: Professionaliteit verbindt de zes hierboven onderscheiden competenties en stelt de tandarts in staat een verantwoorde en te verantwoorden mondgezondheidszorg te bereiken en te leveren. Eindniveau Bachelor- en Masteropleiding Om het niveau vast te stellen waarop de student de domeinen aan het einde van de Bachelor-, respectievelijk Masteropleiding verworven dient te hebben is onderscheid gemaakt in zes niveaus (waarvan de eerste vier betrekking hebben op de lerende student en de laatste twee alleen bereikt kunnen worden na enige jaren praktijkervaring): 7.
“starter”: er heeft een eerste kennismaking met het vakgebied en zijn onderscheiden delen plaatsgevonden. 8. “novice”: Het vakgebied en zijn onderscheiden delen zijn theoretisch aan de orde geweest. Een eerste praktische (preklinische) toepassing kan aan de orde zijn geweest. 9. “learner”: op afzonderlijke gebieden is er sprake van enige bekwaamheid maar zonder inzicht in het totaal en zonder zelfstandig te kunnen werken. 10. “competent”: er is inzicht in het totaal, dagelijkse problemen kunnen zelfstandig worden opgelost. 11. “experienced”: er is sprake van een aantal jaren praktijkervaring die is ondersteund met verdere ontwikkeling van bekwaamheden o.a. door postacademische scholing. 12. “expert”: er is sprake van een grote ervaring in het vakgebied, een verstrekkend inzicht in de dynamiek van het vakgebied en erkenning onder vakgenoten als bij uitstek deskundig.
Hieronder wordt per te onderscheiden domein allereerst een omschrijving van het domein gegeven. Vervolgens wordt aangegeven welke competenties de student aan het einde van zijn Bachelor-, respectievelijk Masteropleiding minimaal verworven dient te hebben en op welk niveau. Het betreft hier competenties die elke student in de loop van de opleiding moet hebben verworven, onafhankelijk van een eventueel gekozen profiel. Op deze wijze wordt tevens een kort, overzichtelijk en samenhangend overzicht gepresenteerd van de minimumeisen die worden gesteld aan inhoud en niveau van de zesjarige opleiding tandheelkunde.
127
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Domein I Hanteren van klinisch-tandheelkundige problemen Omschrijving van het domein: De tandarts bezit de tandheelkundige kennis en vaardigheden die nodig zijn voor het inventariseren en analyseren van klinische problemen, zodat beslissingen worden genomen die leiden tot het bereiken en handhaven van een optimale mondgezondheid. Hij is zich tevens bewust van zijn beperkingen daarin en bezit voldoende kennis en vaardigheden om klinische beslissingen af te wegen tegen de achtergrond van de individuele medische en psychosociale status van de patiënt.
Competenties Domein I Hanteren van klinisch-tandheelkundige problemen m) neemt een anamnese af, omvattende de klachten en wensen van de patiënt, alsmede het fysiek en mentaal functioneren en de relevante tandheelkundige, medische, psychosociale en culturele achtergronden van de patiënt n) integreert aspecten van algemene lichamelijke en mentale gezondheid die van invloed zijn op de mondgezondheid en de mondzorg, en neemt maatregelen om schadelijke invloeden te voorkomen, dan wel te beperken o) voert lege artis intra- en extra-oraal onderzoek uit en legt de bevindingen adequaat vast p) herkent afwijkingen van het normale beeld van de weefsels en functies van het oro-faciale gebied en beoordeelt de mate van afwijking q) kiest effectief en efficiënt aanvullend diagnostisch onderzoek, voert deze uit, interpreteert de bevindingen en legt deze adequaat vast r) beoordeelt de algemene gezondheid van de patiënt, waaronder het gebruik van geneesmiddelen, in relatie tot de mondgezondheid en de te verlenen mondzorg en neemt in voorkomende gevallen maatregelen om een ongewenste interactie tussen algemene gezondheid en tandheelkundige pathologie dan wel tandheelkundig ingrijpen te voorkomen s) herkent orale manifestaties van systeemziekten t) herkent manifestaties van afwijkingen van botpathologie met behulp van relevante diagnostische hulpmiddelen u) herkent factoren die wijzen op een risico op ontstaan en/of progressie van oro-faciale ziekte of afwijking v) past de methoden van diagnostisch redeneren toe om te komen tot een (differentiaal) diagnose van (mogelijke) afwijkingen in het oro-faciale gebied op grond van klinische bevindingen, aanvullend diagnostisch onderzoek, kennis van ziekteverloop, predisponerende factoren en epidemiologische gegevens w) stelt samen met de patiënt een zorgplan op langere termijn op, gebaseerd op de prognose van ontstaan en verloop van ziekten en afwijkingen, waarin opgenomen de frequentie van periodiek onderzoek, te monitoren fenomenen, professionele preventie en eventueel te verdelen taken binnen samenwerkingsverbanden x) integreert de kennis van de verschillende relevante disciplines om te komen tot een individueel, adequaat, eventueel
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
3
4
3
4
3
4
3
4
2
4
2
4
1
3
2
4
2
4
2
4
3
4 128
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
gefaseerd behandelingsplan en waar mogelijk alternatieve behandelingsplannen, gebaseerd op de gestelde diagnose en wensen en mogelijkheden en beperkingen van de patiënt
Domein II
Wetenschappelijk denken en handelen
Omschrijving van het domein: De tandarts is bekend met de grondbeginselen van wetenschappelijk onderzoek en heeft actief kennisgemaakt met de uitvoering daarvan. Hij beschikt over een gedegen wetenschappelijke achtergrond en kan gezondheidsproblemen systematisch benaderen en oplossen. Hij beoordeelt kritisch medische en tandheelkundige informatie. Hij toetst zijn kennis en vaardigheden aan de stand van de wetenschap en bevordert de verbreding en ontwikkeling van wetenschappelijke vakkennis. Hij ontwikkelt en onderhoudt zijn kennis en vaardigheden door middel van persoonlijke bij- en nascholingsactiviteiten. Hij bevordert de deskundigheid van zijn medewerkers.
Competenties Domein II Wetenschappelijk denken en handelen j) kent de grenzen van eigen kennen en kunnen en kan hierop reflecteren k) houdt de wetenschappelijk gefundeerde recente inzichten met betrekking tot alle aspecten van de mondzorg bij l) past synthetische activiteiten toe op recente wetenschappelijke inzichten en kan deze in een kader plaatsen m) past de principes van wetenschappelijke redeneren, reflecteren en oordeelsvorming toe bij besluitvorming in de te verlenen mondzorg en bij de beoordeling van literatuur en andere informatiebronnen n) evalueert systematisch ieder aspect van de eigen beroepsuitoefening en neemt op grond daarvan maatregelen om de eigen kennis en vaardigheden op wetenschappelijk niveau te houden o) registreert, ordent en analyseert de effecten en resultaten van de verleende mondzorg ten behoeve van kwaliteitsbewaking en -bevordering p) evalueert wetenschappelijke literatuur en andere informatiebronnen om beslissingen te kunnen nemen inzake tandheelkundige problemen volgens principes van evidence based dentistry en best practices q) ontwikkelt door middel van onderzoek zijn kennis en inzichten r) integreert wetenschappelijk denken en handelen in de klinische besluitvorming
Domein III
Eindniveau Eindniveau Bachelor Master 3
4
3
4
2
4
3
4
2
4
3
4
3
4
2
3
2
4
Communiceren en samenwerken
Omschrijving van het domein: De tandarts bouwt een effectieve en respectvolle behandelrelatie met patiënten op en verkrijgt door goed te luisteren de relevante informatie. Deze informatie deelt en bespreekt hij met de patiënt en met collegae en andere zorgverleners die bij het bereiken en handhaven van de mondgezondheid van de patiënt zijn betrokken. 129
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Binnen het tandheelkundig team is de tandarts in staat om in voorkomende gevallen als primus inter pares bij de behandeling van de individuele patiënt op te treden. Hij legt de bevindingen zodanig vast dat samenwerking en overdracht ongestoord kunnen plaatsvinden. De tandarts overlegt doelmatig en met respect voor ieders competenties met collegae en andere zorgverleners. Hij verwijst adequaat, vraagt doeltreffend en tijdig intercollegiaal consult en draagt zo bij aan een doeltreffende interdisciplinaire samenwerking en ketenzorg. Competenties Domein III Communiceren en samenwerken n) communiceert met de patiënt en/of zijn naaste familie over zijn mondgezondheid met het oog op wederzijdse verwerving van kennis en begrip inzake wensen, mogelijkheden en verwachtingen o) verstrekt alle informatie aan de patiënt en/of zijn familie over de toestand van de mondgezondheid en de mogelijkheden van professionele preventie en curatieve behandeling p) ondersteunt de patiënt bij de besluitvorming met betrekking tot de keuzes van preventieve en curatieve zorg en bij de keuze en toepassing van maatregelen in de zelfzorg q) verkrijgt informed consent voor uit te voeren behandelingen, gegeven de wettelijke kaders r) geeft leiding aan\regisseert het zorgproces rondom de individuele patiënt s) ontwikkelt samen met de patiënt een preventieve en\of curatieve strategie voor één of meerdere orale ziekten of afwijkingen t) onderhandelt met betrokkenen, overbrugt eventuele meningsverschillen en handelt zonodig klachten af u) evalueert en rapporteert over de resultaten van verleende mondzorg in praktijk en regio v) communiceert mondeling en schriftelijk met collegae en andere zorgverleners over zaken die de mondgezondheid en mondzorg van patiënten aangaan w) past de beginselen van effectieve en efficiënte samenwerking met collegae en andere zorgverleners in de (mond)zorg toe, waaronder taakdelegatie en horizontale verwijzing, en is verantwoordelijk voor het inhoudelijk coördineren van werkzaamheden x) beoordeelt de bekwaamheden van medewerkers in verband met het opdragen van voorbehouden handelingen y) consulteert collegae en andere zorgverleners in de mond- en gezondheidszorg z) verwijst naar collegae en andere zorgverleners voor behandeling
Domein IV
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
3
4
3
4
3
4
1
4
3
4
2
4
1
4
2
4
2
4
1
4
2
4
2
4
Maatschappelijk handelen
Omschrijving van het domein: De tandarts kent en herkent de determinanten van mond(on)gezondheid. Hij bevordert de mondgezondheid van patiënten en de gemeenschap als geheel en handelt volgens de relevante wettelijke bepalingen en gedragsregels. Bij vermoeden van huiselijk geweld of verwaarlozing verwittigt hij op 130
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
adequate wijze de daartoe aangewezen instanties. Bij fouten, complicaties en klachten in de mondzorg treedt hij adequaat op. Competenties domein IV Maatschappelijk handelen g) onderkent externe factoren die invloed uitoefenen op de mondgezondheid en/of op het tandheelkundig handelen en neemt maatregelen ter bestrijding van die invloed h) past relevante wet- en regelgeving toe op de beroepsuitoefening en mondzorg i) onderkent de sociale en economische ontwikkelingen en analyseert de effecten daarvan op de mondzorg j) past wetenschappelijk gefundeerde maatregelen gericht op doelmatigheid aangaande alle aspecten van de mondzorg toe, zowel aan individuen als aan groepen, rekening houdend met beschikbare menskracht en economische middelen k) past wetenschappelijk gefundeerde methoden toe ten behoeve van voorlichting en informatie aan groepen uit de samenleving l) bevordert in de samenleving de functie van de mondzorg en de rol van de beroepsbeoefenaren daarin
Domein V
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
2
4
2
4
2
4
2
4
1
3
Organiseren van zorg
Omschrijving van het domein: De tandarts organiseert het werk op zodanige wijze dat er een balans is tussen patiëntenzorg en zijn persoonlijke ontwikkeling. De organisatie is zodanig dat de mondgezondheidszorg voor de patiënten optimaal kan plaatsvinden en de risico’s voor de eigen gezondheid en die van de medewerkers worden geminimaliseerd. Hij werkt doeltreffend en doelmatig en besteedt de beschikbare middelen voor de patiëntenzorg op verantwoorde wijze.
Competenties domein V Organiseren van zorg k) past de uitgangspunten toe voor een effectieve en efficiënte opzet en organisatie van de tandartspraktijk, met de daarbij behorende bedrijfsvoering en ondernemersvaardigheden l) voert een effectieve en controleerbare financiële administratie m) voert een personeelsbeleid dat gericht is op arbeidsvreugde en ontplooiing van de medewerkers, gegeven wettelijke en andere arbeidsvoorwaardelijke kaders n) past de gebruikelijke vormen van informatietechnologie en informatiemanagement toe o) treft alle maatregelen inzake infectiebeheersing, milieu- en stralingsbescherming binnen wettelijke kaders en algemeen gehanteerde normen en leeft deze na p) stelt binnen de eigen praktijkvoering richtlijnen en protocollen op inzake behandeling en praktijkvoering, evalueert deze tijdig en past ze waar nodig aan q) handelt binnen en overeenkomstig de structuur, organisatie en financiering van de Nederlandse gezondheidszorg in het algemeen en de mondzorg in het bijzonder
Eindniveau Eindniveau Bachelor Master 2
4
1
3
1
3
4
4
3
4
2
4
2
4 131
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
r) s)
t)
legt de gegevens van patiënten doelmatig vast in een dossier en beheert deze binnen de gegeven wettelijke kaders creëert voor zichzelf en zijn medewerkers een veilige werkomgeving, daarbij rekening houdend met de werkhouding, verlichting, de unit en het instrumentarium neemt maatregelen voor zichzelf en zijn medewerkers ter preventie van mentale belasting, stress en specifieke beroepsziekten
Domein VI
4
4
4
4
4
4
Tandheelkundig handelen
Omschrijving van het domein: De tandarts besluit op basis van een verantwoorde diagnostische afweging tot een tandheelkunde interventie en bezit daartoe de tandheelkundigentechnische kennis en vaardigheden. Hij is zich bewust van zijn beperkingen daarin en is in staat, als hij zelf niet over de benodigde kennis en/of vaardigheden beschikt, deze elders te (laten) verkrijgen.
Competenties Domein VI Tandheelkundig handelen v) voorkomt, dan wel handelt zodanig in medische noodsituaties die zich al dan niet als gevolg van tandheelkundig handelen in de praktijk voordoen, dat de patiënt in een stabiele toestand komt en kan blijven totdat adequate hulp beschikbaar is w) verleent mondzorg aan specifieke groepen, zoals extreem angstigen, gehandicapten, oudere, medisch gecompromitteerde patiënten en patiënten met psychiatrische aandoeningen x) verleent mondzorg, inclusief curatieve zorg buiten de praktijk, thuis of in een instelling voor gezondheidszorg y) voert effectieve en efficiënte professionele preventie uit en ondersteunt zelf- en/of mantelzorg z) selecteert en schrijft geneesmiddelen voor in het kader van te verlenen mondzorg aa) beoordeelt eerder gerestaureerde gebitselementen op gezondheid, esthetiek en functie bb) behandelt aangetaste, beschadigde of in hun ontwikkeling geremde gebitselementen cc) dient in voorkomende gevallen en waar nodig lokaal anesthesie toe, rekening houdend met beoogd effect en mogelijke ongewenste bijwerkingen dd) behandelt ontstoken, geïnfecteerd dan wel necrotisch pulpaweefsel ee) extraheert gebitselementen en wortelresten ff) behandelt parodontale ontsteking en/of botafbraak gg) herstelt esthetische problemen van gebitselementen hh) herstelt esthetiek en functie bij het ontbreken van alle of een deel van de gebitselementen ii) voert dento-alveolaire en pre-prothetische/preimplantologische ingrepen uit in niet-gecompliceerde situaties
Eindniveau Bachelor
Eindniveau Master
3
4
1
3
1
3
4
4
2
4
3
4
3
4
4
4
2 1 3 2
4 4 4 4
2
4
1
3 132
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
jj)
behandelt storingen van het mandibulaire bewegingsapparaat kk) behandelt aandoeningen van de mucosale weefsels ll) behandelt trauma van het gebit en de alveole en eenvoudige weke delenverwondingen van het mondslijmvlies en de lippen mm)behandelt ontwikkelingsstoornissen van de oro-faciale weefsels nn) behandelt ontstekingen en infecties van mucosa en kaakbot van dentogene oorsprong oo) behandelt, met eenvoudige ortodontistische apparatuur, dan wel verwijst, stoornissen in groei en ontwikkeling van het kaakstelsel pp) verleent tandheelkundige noodhulp
2
4
2 1
3 4
2
3
2
4
2
3
2
4
Domein Professionaliteit Omschrijving van het domein: Het domein Professionaliteit verbindt de zes genoemde onderscheiden domeinen met elkaar en overkoepelt deze. De tandarts is in staat om in zijn dagelijks handelen deze competenties te integreren, er verantwoordelijkheid voor te nemen en te verantwoorden. Deze drie kernbegrippen van professionaliteit (integreren, verantwoordelijkheid nemen en verantwoording afleggen) worden hieronder kort toegelicht. Integreren competenties De tandarts toont bekwaamheid en deskundigheid op het gebied van de verschillende competenties en kan deze integreren. Hij kent de grenzen van de eigen competenties en handelt daarbinnen, voor het overige verwijst of delegeert hij. Hij heeft kennis van protocollen, richtlijnen en standaarden, ontwikkelt deze en past ze toe ten behoeve van de zorg voor de individuele patiënt. Verantwoordelijkheid nemen De tandarts handelt ethisch en toont respect voor de (integriteit) van de patiënt. Hij houdt rekening met de persoonlijke omstandigheden van de individuele patiënt bij onderzoek, advies, behandeling en begeleiding. Hij gaat zorgvuldig om met ‘kwetsbare’ groepen in de mondzorg en onderneemt actie om goede mondzorg te leveren en de continuïteit hierin te garanderen. De tandarts toont een houding van levenslang leren en kent de grenzen van de eigen belastbaarheid en die van zijn team. Hij deelt verantwoordelijkheid met patiënten, beroepsgenoten en andere professionals in de mondzorg en werkt met duidelijke afspraken over taken, verantwoordelijkheden en regie in de mondzorg. Het nemen en afleggen van verantwoordelijkheid wordt gevangen in het begrip professioneel gedrag. Verantwoording afleggen De tandarts toont reflectieve vaardigheden en is zelfkritisch. Hij zorgt voor systematische organisatie van de kwaliteit van de praktijk en legt verantwoording af aan de patiënt (informatieplicht, financiële consequenties), binnen de beroepsgroep (deelname aan intercollegiale toetsing, kennis van professionele standaard, aanspreken van collega’s die niet aan de professionele standaard voldoen), binnen wetenschappelijke kaders (kritische wetenschappelijke probleemoplossende houding) en aan de samenleving (zorgverzekeraars, overheid). De tandarts kent de grenzen van zijn professionele autonomie.
133
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING MASTER OF SCIENCE TANDHEELKUNDE 2012-2013
Bijlage II: Gedragsregels voor studenten tandheelkunde In de gezondheidszorg worden medewerkers geacht hun kennis en vaardigheden in dienst te stellen van alle mensen de hulp nodig hebben en daarom vragen. Daarbij wordt van hen verwacht dat zij zich betamelijk gedragen, geen aanstoot geven in hun gedrag, collega’s en de opleiding niet in diskrediet brengen, de privacy van patiënten respecteren en zich onderwerpen aan de medische geheimhoudingsplicht. Dit alles volgens de normen en waarden die gelden in de medische beroepscultuur. De beoordeling van het professioneel gedrag van studenten tijdens de opleiding speelt zich af tegen deze achtergrond. Tijdens de opleidingen geneeskunde en tandheelkunde is het gebruikelijk dat studenten bij sommige practica op elkaar oefenen, bijvoorbeeld het oefenen van lichamelijk onderzoek. Bij het op elkaar oefenen worden studenten willekeurig aan elkaar gekoppeld. Men kan zich bij zo’n koppeling aan een andere student niet beroepen op ras, geloof, geslacht, etc om deelname te weigeren. Ook bij dit onderwijs is de geldende beroepscultuur leidend. Aspirant-studenten die op basis van geloof of anderszins een probleem hebben met fysieke aanraking van personen van de andere sekse, onbedekte onderarmen en/of een onbedekt gezicht (het dragen van een witte hoofddoek is overigens wel toegestaan) dienen zich te realiseren dat tijdens de opleiding van de behandelplicht, communicatieprincipes en hygiënevoorschriften niet kan worden afgeweken. Slechts in uitzonderlijke gevallen, wanneer sprake is van persoonsgebonden bijzondere omstandigheden (te denken valt bijv. aan een lichamelijke handicap), kan een student op verzoek vrijgesteld worden van de plicht zich tijdens oefensessies te laten onderzoeken door collega-studenten. Met een dergelijk verzoek dient de student zich te wenden tot de studieadviseur van de opleiding. Studenten van de faculteit medische wetenschappen hebben toegang tot de ICT-voorzieningen van de Rijks Universiteit Groningen. Deze voorzieningen dienen als communicatiemiddel tussen studenten onderling en tussen de student en de faculteit. Verwacht wordt van de student dat deze voorzieningen voor studiegerelateerde doeleinden worden gebruikt en hierbij de in Nederland gebruikelijke fatsoennormen in acht neemt. Hieruit volgt dat de ICT-voorzieningen niet gebruikt mogen worden voor informatie over of promotie van personen, organisaties of politieke partijen die niet gerelateerd zijn aan de faculteit. Overige communicatie van en naar de student verloopt uitsluitend op diens expliciete wens. Algemene berichten van een student aan alle medestudenten dienen op het daarvoor bestemde discussiebord op Nestor geplaatst te worden. Bij twijfel over deze gedragsregels dient men zich tot het hoofd van het Onderwijsinstituut te richten.
134
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
Rijksuniversiteit Groningen
Faculteit Medische Wetenschappen Regels en Richtlijnen van de Examencommissie voor examinatoren van de bachelor- en masteropleidingen Geneeskunde en Tandheelkunde
Opleiding Bachelor of Science in de Geneeskunde Variant BSc Geneeskunde (Nederlandstalig) Variant BSc in Medicine (Engelstalig) Opleiding Bachelor of Science in de Tandheelkunde Opleiding Master of Science in de Geneeskunde Opleiding Master of Science in de Tandheelkunde
2012-2013
135
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
Regels en Richtlijnen zoals bedoeld in artikel 7.12b, eerste en derde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek voor: • De opleiding bachelor tandheelkunde, curriculum T21 • De opleiding master tandheelkunde, curriculum T2010 • De opleiding bachelor geneeskunde, curriculum G2010 o BSc Geneeskunde (Nederlandstalig) o BSc in Medicine (Engelstalig) • De opleiding master geneeskunde, curriculum G2010 De examencommissie voor de bachelor en master opleidingen Geneeskunde en Tandheelkunde gelet op: artikel 7.12b, eerste en derde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek; BESLUIT: De volgende regels en richtlijnen van de Examencommissie voor de bachelor en master opleidingen tandheelkunde en geneeskunde vast te stellen:
136
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
Artikel 1 — Begripsomschrijvingen In deze regels en richtlijnen wordt verstaan onder: - OER: de onderwijs- en examenregelingen voor de opleidingen: o bachelor tandheelkunde, curriculum T21 o master tandheelkunde, curriculum T21 o bachelor geneeskunde, curriculum G2010 BSc Geneeskunde (Nederlandstalig) BSc in Medicine (Engelstalig) o master geneeskunde, curriculum G2010 * - voor elk van bovenstaande opleidingen is een opleiding specifieke OER door het faculteitsbestuur vastgesteld welke op 1 september 2012 in werking treedt. - Examinandus: degene die zich onderwerpt aan een tentamen of examen; - Tentamen: de beoordeling van de kennis en/of vaardigheden van de examinandus m.b.t. een bepaald onderdeel van de opleiding; - Student: degene die is ingeschreven voor de opleiding. Artikel 2 — Dagelijkse gang van zaken examencommissie 1. De examencommissie wijst uit haar midden een commissie van drie leden aan (dagelijks bestuur) die belast is met de behartiging van de dagelijkse gang van zaken van de examencommissie. 2. Tot de dagelijkse gang van zaken worden onder meer gerekend: a. Beslissingen omtrent de goedkeuring van onderwijseenheden, zoals bedoeld in artikel 7.3d. WHW (vrij onderwijsprogramma in het wetenschappelijk onderwijs); b. Beslissingen omtrent regelingen die in afwijking van de geldende bepalingen op verzoek van de student kunnen worden getroffen; c. Beslissingen omtrent vrijstellingen; d. Voorbereiding van de vaststelling van de uitslag van examens; e. Het treffen van maatregelen bij inbreuk op de orde tijdens een tentamen, bedoeld in artikel 11 en bij fraude, bedoeld in artikel 12. 3. De commissie (dagelijks bestuur) is verantwoording verschuldigd aan de examencommissie. Artikel 3 — Het afnemen van tentamens 1. De examencommissie wijst voor het afnemen van elk tentamen één examinator aan. 2. Elk tentamen omvat het door de examinator te verrichten onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. 3. In geval dat één en hetzelfde tentamen door meer dan één examinator wordt afgenomen, ziet de examencommissie erop toe, dat die examinatoren beoordelen aan de hand van dezelfde normen. Daartoe worden de betreffende normen door de betrokken examinatoren tevoren schriftelijk vastgelegd. Zo nodig wijst de examencommissie een voor het tentamineren eerst verantwoordelijke examinator aan. 4. De examinator stelt vast of is voldaan aan de voorwaarden voor toelating tot het tentamen. Artikel 4 — Aantal personen bij mondelinge deel van een tentamen Met de instemming van de te examineren personen kan een examinator besluiten, dat een bepaald tentamen door hen tezamen mondeling zal worden afgelegd.
137
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
Artikel 5 — Vaststelling uitslag tentamen 1. Het dagelijks bestuur van de examencommissie bevestigt de uitslag van het tentamen binnen 10 werkdagen na afname van het laatste onderdeel van het tentamen Artikel 6 — Tentamen vereisten per onderwijseenheid 1. De examencommissie stelt per onderwijseenheid vast aan welke eisen de examinandus moet voldoen om minimaal een voldoende resultaat te behalen op de betreffende onderwijseenheid. 2. Indien de examinandus aan alle eisen van de onderwijseenheid voldoet dan is de examinandus geslaagd voor de onderwijseenheid. 3. De examencommissie stelt per onderwijseenheid vast welke mogelijkheid er tot herkansing is binnen het lopende studiejaar. 4. Indien de examinandus aan alle vereisten van de onderwijseenheid voldoet met uitzondering van het schriftelijk deel van het tentamen dan behouden de behaalde verplichtingen hun geldigheid in het aankomende studiejaar. Deze regeling geldt niet voor eerstejaars studenten van de opleiding Geneeskunde die zich voor 1 februari hebben uitgeschreven en zich het volgend studiejaar weer inschrijven 5. Indien de examinandus niet aan alle eisen van de onderwijseenheid heeft voldaan, doordat aan één of meerdere van de verplichtingen niet is voldaan (niet zijnde het schriftelijk deel van het tentamen) dan verliezen alle behaalde resultaten van de onderwijseenheid hun geldigheid en moet de gehele onderwijseenheid overgedaan worden. Artikel 7 — Tijdstippen 1. Schriftelijke onderdelen van tentamens worden afgenomen op de tijdstippen, die tenminste twee maanden voor de aanvang van het betreffende semester door de opleiding zijn vastgesteld, gehoord de betreffende examinatoren en met inachtneming van het bepaalde in de OER. 2. Bij de vaststelling van de tijdstippen, bedoeld in het eerste lid, wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat (onderdelen van) tentamens gelijktijdig worden afgenomen. 3. Wijziging van een in het eerste lid bedoeld tijdstip vindt uitsluitend plaats in geval van overmacht, bijvoorbeeld wegens het niet beschikbaar zijn van de benodigde tentamenruimte. 4. Mondelinge onderdelen van tentamens worden op een door de betreffende examinator dan wel examinatoren, zo mogelijk na overleg met de examinandus, te bepalen tijdstip afgenomen. 5. Het bepaalde in het vierde lid is zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing op tentamens die anders dan schriftelijk of mondeling worden afgenomen. Artikel 8 — Procedure voor vaststellen uitslag tentamen 1. Het resultaat van een tentamen wordt niet eerder vastgesteld dan nadat de examinandus aan alle verplichtingen behorende bij de onderwijseenheid heeft voldaan. Indien niet aan alle verplichtingen is voldaan is het resultaat een onvoldoende (O)Het resultaat op een tentamen wordt alleen vastgesteld indien de examinandus voldoet aan de volgtijdigheid zoals bedoeld in de Onderwijs- en Examenregeling. 2. De examencommissie stelt voor het tweede en derde studiejaar van de bachelor opleiding een flexibiliteitsregeling vast. Geselecteerde studenten kunnen daarmee een versnelling van het studieprogramma bewerkstelligen 3. Aanmelden voor deelname aan een schriftelijk (deel van een) tentamen is niet van toepassing.
138
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
4. Voor examinandi die als geneeskunde student staan ingeschreven geldt een verplichte deelname aan de interuniversitaire voortgangstoets. De uitslag van een schriftelijk deel van een tentamen wordt binnen 10 werkdagen bekend gemaakt. 5. De uitslag van een mondeling tentamen wordt binnen 24 uur bekend gemaakt. 6. De uitslag van een schriftelijk werkstuk wordt binnen 20 werkdagen bekend gemaakt. Artikel 9.a — Vaststellen uitslag Bachelor examen 1. Op het moment dat de examinandus voldaan heeft aan het laatste verplichte studieonderdeel van de bachelor opleiding wordt het examen afgelegd. 2. De buldatering wordt vastgesteld op de dag waarop de examinandus het laatste tentamen heeft afgelegd. 3. De examinandus kan indien hij/zij daartoe een bijzondere reden heeft de examencommissie verzoeken tot uitstel van het afleggen van het bachelor examen. a. De examencommissie verleent uitstel van het afleggen van het bachelor examen voor de duur van maximaal één inschrijfjaar en verstrekt de student informatie over de consequenties hier van. 4. Indien de examencommissie uitstel verleent dan wordt de buldatering vastgesteld op de dag waarop de examinandus bij de examencommissie een verzoek indient om het bachelor examen te mogen afleggen. 5. De examencommissie stelt een protocol op waarin de procedure rondom het afstuderen is beschreven. Artikel 9.b — Vaststellen uitslag Master examen 1. Op het moment dat de examinandus voldaan heeft aan het laatste verplichte studieonderdeel van de master opleiding wordt het examen afgelegd. 2. De uitslag van het master examen wordt binnen 20 werkdagen vastgesteld. 3. De buldatering wordt vastgesteld op de dag waarop de examinandus het laatste tentamen heeft afgelegd. 4. De examencommissie stelt een protocol op waarin de procedure rondom het afstuderen is beschreven. 5. De examinandus kan indien hij/zij daartoe een bijzondere reden heeft de examencommissie verzoeken tot uitstel van het afleggen van het master examen. 6. Indien de examencommissie uitstel verleent dan wordt de buldatering vastgesteld op de dag waarop de examinandus bij de examencommissie een verzoek indient om het master examen te mogen afleggen. Artikel 10 — Vrijstellingsverzoek 1. Vrijstelling wordt alleen verleend indien een examinandus voldoet aan het geheel van eisen dat aan de kennis, het inzicht, de vaardigheden en gedrag wordt gesteld met betrekking tot de beoogde onderwijseenheid. Voor onderdelen van een onderwijseenheid wordt geen vrijstelling verleend. 2. Bij de opleiding geneeskunde dient de examinandus acht weken voor aanvang van de beoogde onderwijseenheid een met redenen omkleed schriftelijk verzoek voor vrijstelling in bij de examencommissie. 3. Bij de opleiding tandheelkunde kan de examencommissie op voorstel van de desbetreffende examinator vrijstelling verlenen van een tentamen. 4. Bij de opleiding geneeskunde hoort de examencommissie de betreffende examinatoren, alvorens te beslissen op het verzoek. 139
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
5. De examencommissie beslist binnen een maand na ontvangst van het verzoek. De verzoeker wordt onverwijld in kennis gesteld van de beslissing.
. Artikel 11 - De orde tijdens onderdelen van een tentamen 1. De examencommissie draagt er zorg voor, dat ten behoeve van de schriftelijke (onderdelen van) van een tentamen voldoende surveillanten worden aangewezen, die erop toezien dat het tentamen in goede orde verloopt. De examencommissie kan deze zorg opdragen aan de betreffende examinator. 2. De examinandus is verplicht zich op verzoek van of vanwege de examencommissie te legitimeren door middel van zijn collegekaart. 3. De examinandus is verplicht de aanwijzingen van de examencommissie c.q. de examinator, die voor de aanvang van het tentamen zijn gepubliceerd, alsmede aanwijzingen die tijdens het tentamen en onmiddellijk na afloop daarvan worden gegeven, op te volgen. 4. Volgt de examinandus een of meer aanwijzingen als bedoeld in het derde lid niet op, dan kan hij/zij door de examencommissie c.q. de examinator worden uitgesloten van de verdere deelname aan het betreffende tentamen. De uitsluiting heeft tot gevolg dat geen uitslag wordt vastgesteld van dat tentamen. Voordat de examencommissie c.q. de examinator een besluit tot uitsluiting neemt, stelt zij de examinandus in de gelegenheid te worden gehoord. 5. De duur voor onderdelen van een tentamen is zodanig dat de examinandus redelijkerwijs voldoende tijd heeft om de vragen te beantwoorden. 6. De opgaven van een schriftelijk deel van een tentamen mogen na afloop niet door de examinandi worden meegenomen. Uitzondering hierop zijn de reguliere schriftelijke onderdelen van tentamens bij de bachelor opleiding geneeskunde en de voortgangstoetsen.
Artikel 12 - Fraude 1. Onder fraude wordt verstaan het handelen of nalaten daarvan van een examinandus dat erop is gericht het vormen van een juist oordeel omtrent zijn kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk te maken. 2. De examencommissie treft maatregelen om frauduleuze handelingen te voorkomen. Zoals: • duidelijke communicatie over de strafmaat bij fraude • het organiseren van tentamens, zowel toetsen als practica en overige verplichtingen, op een zodanige wijze dat frauduleuze handelingen zoveel als mogelijk worden bemoeilijkt. 3. In geval van fraude tijdens het afleggen van (onderdelen van een) tentamen of het verstoren van de goede orde tijdens verplichte onderdelen van het tentamen kan de examencommissie de betrokkene het recht ontnemen één of meer door de examencommissie aan te wijzen tentamens of examens af te leggen, gedurende een door de examencommissie te bepalen termijn van ten hoogste een jaar. Bij ernstige fraude kan het College van Bestuur op voorstel van de examencommissie de inschrijving voor de opleiding definitief beëindigen. 4. De beslissing inzake uitsluiting wordt genomen naar aanleiding van het schriftelijk verslag van de surveillant danwel examinator van de door hem/haar geconstateerde of vermoede fraude. 5. Voordat de examencommissie een beslissing neemt, als bedoeld in het vierde lid, stelt zij de examinandus in de gelegenheid te worden gehoord. 6. In spoedeisende gevallen kan de examencommissie een voorlopige beslissing tot uitsluiting nemen op grond van een mondeling verslag van de surveillant en/of examinator. Hij/zij draagt zorg dat dit verslag terstond na afloop van het onderdeel van het tentamen op schrift wordt gesteld en in afschrift aan de examinandus wordt verstrekt.
140
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
7. Een uitsluiting heeft tot gevolg, dat geen uitslag wordt vastgesteld voor het in het derde lid bedoelde tentamen.
Artikel 13 - Vragen en opgaven 1. De vragen en opgaven voor (onderdelen van het) het tentamen gaan de tevoren bekend gemaakte bronnen waaraan de tentamenstof is ontleend niet te buiten. Deze bronnen worden voor de aanvang van het onderwijs dat op het tentamen voorbereidt in hoofdzaak bekend gemaakt. Uiterlijk een maand voor het afnemen van het tentamen wordt de precieze omvang van de stof definitief bekendgemaakt. Bij de opleiding Tandheelkunde 2. De vragen en opgaven van het tentamen zijn zo evenwichtig mogelijk gespreid over de tentamenstof. 3. Het tentamen representeert de onderwijsdoelen naar inhoud en vorm. 4. De vragen en opgaven van een tentamen zijn duidelijk en ondubbelzinnig, en bevatten voldoende aanwijzingen voor de vereiste detaillering van de antwoorden. 5. De examencommissie stelt ten behoeve van de examinator per onderwijseenheid een protocol op over de eisen die gesteld worden aan het tentamen van de onderwijseenheid en de wijze waarop de uitslag wordt vastgesteld, inclusief de mogelijkheid van herkansing. 6. Geruime tijd voor het afnemen van een tentamen stelt de examencommissie of de examinator de examinandi zo mogelijk in de gelegenheid kennis te nemen van een schriftelijke proeve van een dergelijk tentamen alsmede van de model-beantwoording en de normen aan de hand waarvan de beoordeling heeft plaatsgevonden. Artikel 14 — Vaststelling propedeutisch, bachelor en master examen 1. Men is geslaagd voor het propedeutisch examen indien alle tentamens met voldoende resultaat zijn afgelegd. Tentamens worden beoordeeld met een cijfer (voldoende = cijfer > 6) of uitgedrukt worden in: Onvoldoende (= O); Voldoende (= V); Goed (= G). 2. Men is geslaagd voor het bachelor of master examen indien alle tentamens behorende bij de bachelor opleiding of behorende bij de masteropleiding met voldoende of goed resultaat zijn afgelegd. Tentamens worden beoordeeld met een cijfer (voldoende = cijfer > 6) of worden uitgedrukt in een woordbeoordeling: Onvoldoende (= O); Voldoende (= V); Goed (= G). 3. Vrijstelling van het afleggen van een tentamen wordt gelijkgesteld met de beoordeling: Voldoende (V) en aangeduid met: VR 4. Voor het schriftelijk deel van het tentamen stelt de examencommissie voor de examinator richtlijnen op over: a. het opstellen van de toets, b. de analyse van de toetsresultaten, zowel psychometrische analyse als inhoudelijke overleg met jaarvertegenwoordiging en toetspanel. c. de bepaling van de cesuur. 5. Voor tentamen onderdelen die niet met een schriftelijke toets worden getentamineerd stelt de examinator ten behoeve van de examencommissie een protocol op waarin de procedure en beoordelingscriteria worden beschreven. 6. De wijze van beoordeling is zodanig dat de examinandus kan nagaan hoe de uitslag van zijn (onderdelen van) tentamen tot stand is gekomen. 7. De examencommissie zal tijdig bekendmaken in welke gevallen zij zelf een onderzoek als bedoeld in artikel 7.11 van de OER zal instellen.
141
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
Artikel 15 - Nabespreking 1. Zo spoedig mogelijk na de bekendmaking van de uitslag van een mondeling deel van een tentamen vindt desgevraagd dan wel op initiatief van de examinator een nabespreking plaats tussen de examinator en de examinandus. Alsdan wordt de gegeven uitslag toegelicht. 2. Gedurende een termijn van zes weken, die aanvangt op de dag na de bekendmaking van de uitslag van een anders dan mondeling afgelegd onderdeel van een tentamen kan de examinandus aan de betreffende examinator om een nabespreking verzoeken. De nabespreking vindt plaats op een door de examinator te bepalen plaats en tijdstip. 3. Indien door of vanwege de examencommissie een collectieve nabespreking wordt georganiseerd, kan de examinandus een verzoek als bedoeld in het vorige lid pas indienen wanneer hij/zij bij de collectieve nabespreking aanwezig is geweest en zijn verzoek motiveert, of indien hij/zij door overmacht verhinderd is geweest bij de collectieve nabespreking aanwezig te zijn. 4. Het bepaalde in het derde lid is van overeenkomstige toepassing, indien de examencommissie dan wel de examinator aan de examinandus de gelegenheid biedt om zijn uitwerking te vergelijken met model-antwoorden. 5. De examencommissie c.q. examinator kan afwijkingen toestaan van het bepaalde in het tweede en het derde lid.
Artikel 16 - Maatstaven De examencommissie c.q. de examinatoren nemen bij hun beslissingen de volgende maatstaven als richtsnoer: 1. het behoud danwel verbetering van kwaliteits- en selectie-eisen van elk tentamen; 2. doelmatigheidseisen, onder meer gericht op: a. het beperken van tijdverlies voor studenten, die snelle voortgang maken met de studie; b. tijdig staken van de studie door studenten, waarvan het onwaarschijnlijk is dat zij zullen slagen voor een examen; 3. bescherming tegen zichzelf van de student die een te grote studielast op zich wil nemen; 4. mildheid jegens studenten, die door omstandigheden buiten hun schuld, studievertraging hebben ondervonden. Artikel 17 — Beroepsrecht Tegen beslissingen van de examencommissie of van examinatoren staat beroep open bij het College van beroep voor de examens als bedoeld in artikel 7.60 WHW. Artikel 18 - Wijziging regels en richtlijnen Geen wijzigingen vinden plaats, die van toepassing zijn op het lopende studiejaar, tenzij de belangen van studenten hierdoor redelijkerwijs niet worden geschaad. Artikel 19 - Inwerkingtreding Deze Regels en Richtlijnen treden in werking op 1 september 2012
Voortvloeiend uit deze Regels en Richtlijnen van de Examencommissie worden per opleiding bijlagen toegevoegd met aanwijzingen en protocollen ten behoeve van examinatoren en studenten. Deze worden opleidings specifiek toegevoegd: - toetsrooster bachelor geneeskunde (RR artikel 7) 142
Regels en Richtlijnen Examencommissie Geneeskunde en Tandheelkunde 2012-2013
-
-
toetsrooster bachelor tandheelkunde (RR artikel 7) tentamenvereisten per opleiding (RR artikel 6) o bachelor geneeskunde o bachelor tandheelkunde o master geneeskunde o master tandheelkunde flexibiliteitsregeling (RR artikel 8 lid 2) protocol masterexamen en diplomering geneeskunde (RR artikel 9.b. lid 4) protocol masterexamen en diplomering tandheelkunde protocol samenstellen schriftelijk deel van het tentamen (RR artikel 13) protocol toetsanalyse schriftelijk deel van het tentamen (RR artikel 14 lid 4) protocol cesuur- en cijferbepaling schriftelijk deel van het tentamen(RR artikel 14 lid 4)
Protocollen overige tentamens - Portfolio - Professionele ontwikkeling,/Professionalisering - Stage wetenschap/wetenschappelijke scholing - Klinische stages - Mondeling deel van het tentamen - Keuze onderwijs/ Individuele Profilering Protocol faciliteiten Protocol dyslexie
143
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Protocol Tentamenvereisten Bachelor Tandheelkunde In dit protocol wordt beschreven op welke wijze de student aan de tentamenverplichtingen behorende bij de onderwijseenheden van de bachelor tandheelkunde kan voldoen. Bij punt A worden de gebruikte toetsvormen binnen de bachelor opleiding tandheelkunde benoemd. Bij B wordt per onderwijseenheid beschreven aan welke voorwaarde de student moet voldoen om een voldoende beoordeling voor de onderwijseenheid te krijgen. Bij C is de mogelijkheid voor herkansing beschreven. Indien na de herkansing alsnog is voldaan aan B dan is het tentamen van de onderwijseenheid behaald. Tot slot wordt bij D de consequentie van een onvoldoende resultaat op het tentamen van de onderwijseenheid beschreven. Tandheelkunde bachelor jaar 1 (propedeutisch jaar) Tentamen Onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied A. Het tentamen van de onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimalen en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of
144
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Zicht op beroep en vakgebied dan wordt opnieuw het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student in het nieuwe studiejaar beide deeltoetsen opnieuw afleggen om een voldoende resultaat te kunnen behalen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Levensloop A. Het tentamen van de onderwijseenheid Levensloop bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Levensloop met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen van de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Levensloop zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing. Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijke deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Levensloop kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen
145
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Levensloop dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen, het (voldoende) resultaat. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Het orale milieu A. Het tentamen van de onderwijseenheid Het orale milieu bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. a. De eerste deeltoets van het schriftelijk deel van het tentamen bestaat een schriftelijke toets en een rondloop toets. Beide delen tellen gelijkwaardig mee voor het resultaat op de eerste deeltoets. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid orale milieu met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Het orale milieu zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende:
146
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Het orale milieu kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a.
een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50,
b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c.
een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen
2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a.
Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of
b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Het orale milieu dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Bedreiging en bescherming A. Het tentamen van de onderwijseenheid Bedreiging en bescherming bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid bedreiging en bescherming met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 147
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Bedreiging en bescherming zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Bedreiging en bescherming kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a.
een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50,
b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c.
een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen
2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a.
Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of
b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Bedreiging en bescherming dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A A. Het tentamen van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A bestaat uit: 1. Praktijk toetsen, 148
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Stationstoetsen, 3. Practicum- en aanwezigheidsverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O.: 1. Voor alle praktijktoetsen is een uitslag voldoende behaald. 2. Voor alle stationstoetsen is een uitslag voldoende behaald. 3. Heeft aan alle practicumverplichtingen voldaan. 4. Heeft voldaan aan de aanwezigheidsverplichtingen bij practica behorend bij de onderwijseenheid. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder A, de mogelijkheid tot herkansing. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. De herhaling van één of meerdere praktijk- of stationstoetsen is mogelijk op de datum die in het rooster is vastgelegd. 2. De laatste herhalingsmogelijkheid van één of meerdere praktijk- of stationstoetsen is mogelijk in de herhalingsperiode. 3. Herkansing practicum- of aanwezigheidsverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicum- of aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a.
Het niet voldoen aan de verplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of
b. Het niet voldoen aan de verplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 4 Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1A dan wordt het resultaat onvoldoende (O) opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden. Tentamen Onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B A. Het tentamen van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B bestaat uit: 1. Praktijk toetsen, 2. Stationstoetsen, 3. Practicum- en aanwezigheidsverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Voor alle praktijktoetsen is een uitslag voldoende behaald. 2. Voor alle stationstoetsen is een uitslag voldoende behaald. 3. Heeft aan alle practicumverplichtingen voldaan. 149
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
4. Heeft voldaan aan de aanwezigheidsverplichtingen bij practica behorend bij de onderwijseenheid . C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. De herhaling van één of meerdere praktijk- of stationstoetsen is mogelijk op de datum die in het rooster is vastgelegd. 2. De laatste herhalingsmogelijkheid van één of meerdere praktijk- of stationstoetsen is mogelijk in de week volgend op het einde van het tweede semester. 3. Herkansing practicum- of aanwezigheidsverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicum- of aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de verplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de verplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 2. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 1B dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden .
Tentamen Onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing 1 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 1 bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. 2. Uitwerken van opdrachten 3. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 1 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit beide bij de onderwijseenheid behorende schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer op de schriftelijke toets wordt uitgedrukt in twee decimale. 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Uitwerken opdrachten: het cijfer voor de uitwerking van de opdrachten is 5,50 of hoger. 4. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 1 zijn vervuld. 5. Indien aan 1 t/m 4 is voldaan dan wordt het eindcijfer de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 1 berekend. Het resultaat op de onderwijseenheid is voldoende indien het eindcijfer 5,50 of hoger is. Het eindcijfer wordt bepaald door het gemiddelde te bereken van het cijfer op het schriftelijk deel van het tentamen en het cijfer op de uitwerking van de opdrachten. Het 150
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
berekende cijfer wordt afgerond op een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1).
C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 1 kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: 2. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, 3. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst 4. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 5. indien het cijfer voor de opdrachten < 5.50 wordt eenmaal een herkansing geboden in de vorm van het uitwerken van een nieuwe opdracht aan het einde van het studiejaar. De examinator geeft de opdracht en stelt de inlever termijn vast. 6. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 7. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Bedreiging en bescherming dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. Tentamen Onderwijseenheid Professionalisering 1 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Professionalisering 1 bestaat uit een Assessment van de volgende onderdelen: 1. Portfolio. 2. Professioneel gedrag bij alle werkvormen. 3. Mondelinge toets. 4. Aanwezigheidsverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Professionalisering 1 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Portfolio: de kwaliteit en volledigheid van het tijdig ingeleverde portfolio voldoet aan de standaard voor voldoende of goed. 2. Professioneel gedrag: het eindresultaat op de beoordelingen professioneel gedrag in alle werkvormen voldoet aan de standaard voldoende of goed.
151
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
3. Mondelinge toets: de beoordeling van de mondelinge toets voldoet aan de standaard voor voldoende of goed. 4. Heeft voldaan aan de practicum- en aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Professionalisering 1. C. Binnen het studiejaar wordt er voor ieder tentamenonderdeel zoals genoemd onder B beoordeeld of en op welke wijze een herkansing mogelijk is. De examinator bepaalt of en hoe een herkansing mogelijk is. In globale zin kunnen zich twee situaties voordoen: a. Het niet voldoen aan één of meerdere tentamen onderdelen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan één of meerdere tentamen onderdelen is der mate omvangrijk dat het niet binnen het lopend studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. D. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend.
152
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tandheelkunde bachelor jaar 2 Tentamen Onderwijseenheid Weefselverlies A. Het tentamen van de onderwijseenheid Weefselverlies bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Weefselverlies met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Weefselverlies zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Weefselverlies kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Weefselverlies dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 153
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Orale geneeskunde A. Het tentamen van de onderwijseenheid Orale geneeskunde bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Orale geneeskunde met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Orale geneeskunde zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Orale geneeskunde kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Orale geneeskunde dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 154
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Odontogene ontstekingen en acute pijn A. Het tentamen van de onderwijseenheid Odontogene ontstekingen en acute pijn bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Odontogene ontstekingen en acute pijn met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Odontogene ontstekingen en acute pijn zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen:het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Odontogene ontstekingen en acute pijn kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen.
155
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Odontogene ontstekingen en acute pijn dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Stoornissen in groei en ontwikkeling A. Het tentamen van de onderwijseenheid Stoornissen in groei en ontwikkeling bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Stoornissen in groei en ontwikkeling met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Stoornissen in groei en ontwikkeling zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Stoornissen in groei en ontwikkeling kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: 156
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
a.
Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Stoornissen in groei en ontwikkeling dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A A. Het tentamen van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A bestaat uit: 1. Praktijk-, theorie- en/of stationstoetsen van twee van de drie modules, 2. Alle practicum- en aanwezigheidsverplichtingen van gehele studiejaar. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Voor iedere afzonderlijke praktijk-, theorie- en/of stationstoets van twee van de drie modules een uitslag voldoende heeft behaald. 2. Heeft aan alle practicumverplichtingen van het gehele studiejaar voldaan. 3. Heeft voldaan aan de aanwezigheidsverplichtingen bij alle practica van het studiejaar . C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. De herhaling van één of meerdere praktijk-, theorie- en/of stationstoetsen is mogelijk op de datum die in het rooster is vastgelegd. 2. De laatste herhalingsmogelijkheid van één of meerdere praktijk- of stationstoetsen is mogelijk in de week volgend op het einde van het tweede semester. 3. Herkansing practicum- of aanwezigheidsverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicum- of aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de verplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of
157
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
b. Het niet voldoen aan de verplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 4. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden. Tentamen Onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B A. Het tentamen van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B bestaat uit: 1. Praktijk-, theorie- en/of stationstoetsen van de module die niet valt onder het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B, B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2B met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Voor iedere afzonderlijke praktijk-, theorie- en/of stationstoets een uitslag voldoende heeft behaald van de module die niet valt onder het tentamen Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A, 2. Op het tentamen Onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A voldoende resultaat heeft behaald . C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder A, de mogelijkheid tot herkansing . Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. De herhaling van één of meerdere praktijk-, theorie- en/of stationstoetsen is mogelijk op de datum die in het rooster is vastgelegd. 2. De laatste herhalingsmogelijkheid van één of meerdere praktijk- of stationstoetsen is mogelijk in de week volgend op het einde van het tweede semester. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden 2B dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student en dienen de onvoldoende praktijktoetsen en theorie- of stationstoetsen incl. bijbehoerende practicumverplichtingen in het derde opleidingsjaar, waar mogelijk op reguliere practicumtijden van het tweede opleidingsjaar, herkanst c.q. herhaald te worden. Indien na de laatste herkansingsperiode niet voor de module kliniek een voldoende resultaat is behaalt, vindt herbeoordeling van de gehele module plaats en bepaalt de examinator het individuele vervolgtraject. Voor het uitvoeren van verrichtingen bij patiënten als onderdeel van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 en 3, geldt als ingangseis dat voor de modules of practica van betreffende verrichtingen op het skillslab een voldoende resultaat is behaald. Dit betekent dat indien voor een module of practicum van de tentamens Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A en 2B niet voor alle praktijktoetsen en theorie- of stationstoeten een voldoende resultaat is behaald, voor de praktijktoetsen en theorie- of stationstoetsen van de onvoldoende module of practicum alsnog een voldoende resultaat moet worden behaald voordat met het uitvoeren van betreffende verrichtingen bij patiënten als onderdeel van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 en 3 mag worden begonnen.
158
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tentamen Onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing 2 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 2 bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. 2. Jaaropdracht bestaande uit twee schriftelijke verslagen (respectievelijk systematisch literatuuronderzoek en onderzoeksprotocol). 3. Practicumverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 2 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer op het schriftelijk deel van het tentamen (WS2) wordt berekend door het gewogen gemiddelde van de deeltoetsen WS2-1 en WS2-2 te bepalen. De weegfactor voor deeltoets WS2-1 is ‘1’ en de weegfactor voor deeltoets WS2-2 is ‘2’ (dus WS2-1 : WS2-2 als 1:2). In de berekening van het gewogen gemiddelde worden de cijfers van de deeltoetsen in twee decimale gebruikt. Het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen wordt rekenkundig afgerond op twee decimale. 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Jaaropdracht: het cijfer op elk afzonderlijk verslag van de jaaropdracht is 5,50 of hoger. Het cijfer voor de jaaropdracht wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde van beide cijfers te bepalen. Het cijfer op de jaaropdracht wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 4. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 2 zijn vervuld. 5. Indien aan 1 t/m 4 is voldaan dan wordt het eindcijfer de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 2 berekend. Het resultaat op de onderwijseenheid is voldoende indien het eindcijfer 5,50 of hoger is. Het eindcijfer wordt bepaald door het gemiddelde te bereken van het cijfer op het schriftelijk deel van het tentamen en het cijfer op de Jaaropdracht. Het berekende eindcijfer wordt afgerond op een geheel getal. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 2 kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: 2. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, 3. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst 4. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 5. bij een onvoldoende beoordeling op een of beide verslagen van de jaaropdracht bepaalt de examinator op welke wijze de student binnen het studiejaar als nog kan voldoen aan het vereiste en stelt daarbij een tijdslimiet vast. 6. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of 159
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 7. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Bedreiging en bescherming dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. Tentamen Onderwijseenheid Professionalisering 2 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Professionalisering 2 bestaat uit een Assessment van de volgende onderdelen: 1. Portfolio. 2. Professioneel gedrag bij alle werkvormen. 3. Mondelinge toets. 4. Aanwezigheidsverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Professionalisering 2 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Portfolio: de kwaliteit en volledigheid van het tijdig ingeleverde portfolio voldoet aan de standaard voor voldoende of goed. 2. Professioneel gedrag: het eindresultaat op de beoordelingen professioneel gedrag in alle werkvormen voldoet aan de standaard voldoende of goed. 3. Mondelinge toets: de beoordeling van de mondelinge toets voldoet aan de standaard voor voldoende of goed. 4. Heeft voldaan aan alle aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Professionalisering 2. C. Binnen het studiejaar wordt er voor ieder tentamenonderdeel zoals genoemd onder B beoordeeld of en op welke wijze een herkansing mogelijk is. De examinator bepaalt of en hoe een herkansing mogelijk is. In globale zin kunnen zich twee situaties voordoen: 1. Het niet voldoen aan één of meerdere tentamen onderdelen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of 2. Het niet voldoen aan één of meerdere tentamen onderdelen is der mate omvangrijk dat het niet binnen het lopend studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. Tentamen Onderwijseenheid Individuele profilering 2 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Individuele profilering 2 bestaat uit: 1. Een toetsvorm die behoort bij het keuzeonderwijs dat gekozen is. 2. Practicum verplichtingen behorende bij het keuzeonderwijs dat gekozen is. 3. Aanwezigheidsverplichtingen behorende bij het keuzeonderwijs dat gekozen is. 160
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Individuele profilering 2 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Een beoordeling voldoende of goed (of een cijfer > 5,50) op de gebruikte toetsvorm bij het gekozen keuzeonderwijs. Indien het keuzeonderwijs met een cijfer wordt beoordeeld dan wordt het cijfer afgerond tot een geheel getal (cijfer > x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Heeft aan alle practicumverplichtingen voldaan. 3. Heeft aan de aanwezigheidsverplichting voldaan C. Indien niet aan alle tentamenvereisten voor Individuele profilering 2, zoals genoemd onder B, is voldaan dan geldt voor een herkansing het volgende: 1. De student kan binnen het lopende studiejaar gebruik maken van de herkansingsmogelijkheid zoals dat bij het gekozen keuzeonderwijs wordt aangeboden, 2. De student overlegt met de examinator van de onderwijseenheid Individuele profilering 2 over de mogelijkheid tot herkansing. Globaal kunnen zich de volgende twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a.
Het niet voldoen aan de tentameneisen voor Individuele profilering 2 is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of
b. Het niet voldoen aan de tentameneisen voor Individuele profilering 2 is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De examinator maakt afspraken met de student over de wijze waarop en binnen welke tijdbestek de onderwijseenheid of onderdelen daarvan herkanst kunnen worden. 3. Bij deelname aan de herhaling van de onderwijseenheid wordt na afloop opnieuw het tentamenresultaat vastgesteld. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat ‘V’ vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de geboden herkansing opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Individuele profilering 2 dan wordt het resultaat O (onvoldoende) opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden.
161
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tandheelkunde bachelor jaar 3 Tentamen Onderwijseenheid Herstel van occlusie A. Het tentamen van de onderwijseenheid Herstel van occlusie bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Herstel van occlusie met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Herstel van occlusie zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Herstel van occlusie kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Herstel van occlusie dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 162
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Complexe diagnostiek en behandeling A. Het tentamen van de onderwijseenheid Complexe diagnostiek en behandeling bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Complexe diagnostiek en behandeling met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Complexe diagnostiek en behandeling zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Complexe diagnostiek en behandeling kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend.
163
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Complexe diagnostiek en behandeling dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Specialistische mondzorg 1 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 1 bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 1 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 1 zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 1 kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of 164
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 1 dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Specialistische mondzorg 2 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 2 bestaat uit: 1. Eén schriftelijk toets die in twee afzonderlijke deeltoetsen wordt afgenomen. Uit het resultaat op de schriftelijke deeltoetsen wordt het cijfer op de schriftelijke deel van het tentamen berekend. 2. Practicum verplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 2 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde te bepalen uit de twee schriftelijke deeltoetsen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimale en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer >x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Schriftelijke deeltoetsen: het cijfer op iedere afzonderlijke schriftelijke deeltoets is 4,50 of hoger. Het cijfer op de schriftelijke deeltoets wordt rekenkundig afgerond op 2 decimalen. 3. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 2 zijn vervuld. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Voor practicumverplichtingen geldt een afwijkende regeling. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijk deel van het tentamen: het schriftelijke deel van het tentamen op de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 2 kan herkanst worden door in de herhalingsperiode deel te nemen aan één of beide schriftelijke deeltoetsen. De keuze wordt bepaald door onderstaand: a. een deeltoets met cijfer < 4,50 moet worden herkanst tot een cijfer >4,50, b. een deeltoets met een cijfer ≥5.50 mag niet worden herkanst c. een deeltoets met een cijfer ≥4.50 doch < 5.50 mag worden herkanst om te komen tot een uitslag van ≥5.50 op het schriftelijk deel van het tentamen 165
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Specialistische mondzorg 2 dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan moet de student beide deeltoetsen opnieuw afleggen. Voor resultaten behaald voor september 2012 geldt dat een deelcijfer > 4,50 niet herkanst hoeft te worden. 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B3) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3
SL A. Het tentamen van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden 3SL (skillslab) bestaat uit: 1. Praktijk-, theorie- en/of stationstoetsen, 2. Practicum- en aanwezigheidsverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3SL met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Voor iedere afzonderlijke praktijk-, theorie- en/of stationstoets een uitslag voldoende heeft behaald. 2. Heeft aan alle practicumverplichtingen voldaan. 3. Heeft voldaan aan de aanwezigheidsverplichtingen bij practica behorend bij de onderwijseenheid. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder A, de mogelijkheid tot herkansing . Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. De herhaling van één of meerdere praktijk-, theorie- en/of stationstoetsen is mogelijk op de datum die in het rooster is vastgelegd. 2. De laatste herhalingsmogelijkheid van één of meerdere praktijk- of stationstoetsen is mogelijk in de week volgend op het einde van het tweede semester. 3. Herkansing practicum- of aanwezigheidsverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicum- of aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is:
166
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
a.
Het niet voldoen aan de verplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de verplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 4. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3SL dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student en vindt herbeoordeling van de gehele module plaats en bepaalt de examinator het individuele vervolgtraject waarbij de onvoldoende praktijk-, theorie- of stationstoetsen incl. bijbehorende practicumverplichtingen en aanwezigheidsverplichtingen op reguliere practicumtijden van het derde opleidingsjaar herkanst c.q. herhaald dienen te worden.. Voor het uitvoeren van verrichtingen bij patiënten als onderdeel van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 en 3, geldt als ingangseis dat voor de modules of practica van betreffende verrichtingen op het skillslab een voldoende resultaat is behaald. Dit betekent dat indien voor een module of practicum van de tentamens Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2A en 2B niet voor alle praktijktoetsen en theorie- of stationstoeten een voldoende resultaat is behaald, voor de praktijktoetsen en theorie- of stationstoetsen van de onvoldoende module of practicum alsnog een voldoende resultaat moet worden behaald voordat met het uitvoeren van betreffende verrichtingen bij patiënten als onderdeel van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 2 en 3 mag worden begonnen. Tentamen Onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden
3KL A. Het tentamen van de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3KL (kliniek) bestaat uit: 1. Praktijktoetsen, 2. Beoordeling voortgang kliniek, 3. Practicum- en aanwezigheidsverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3KL met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Voor iedere praktijktoets een uitslag voldoende heeft behaald. 2. Voor de beoordeling kliniek een uitslag voldoende is behaald 3. Heeft aan alle practicum- een aanwezigheidsverplichtingen bij practica behorend bij de onderwijseenheid voldaan. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. De herhaling van één of meerdere praktijktoetsen is mogelijk op de datum die in het rooster is vastgelegd. 2. Herkansing practicum- en aanwezigheidsverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicum- en aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de verplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of 167
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
b. Het niet voldoen aan de verplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Tandheelkundige vaardigheden en kennis van vaardigheden 3KL dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student en vindt herbeoordeling van de gehele onderwijseenheid plaats en bepaalt de examinator het individuele vervolgtraject. Tentamen Onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing 3 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 3 bestaat uit: 1. Een schriftelijk deelverslag van de jaaropdracht aan het eind van het eerste semester (voortgangsverslag) 2. Bachelorscriptie 3. Beoordeling proces door begeleider 4. Verzorgen van presentatie van het eigen onderzoek en deelname aan discussie met anderen B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 3 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Verslag mentorgroep opdracht: het cijfer op verslag mentorgroep opdracht is 5,50 of hoger. Het cijfer op het verslag wordt uitgedrukt in een getal met twee decimale. 2. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 2 zijn vervuld. 3. Indien aan 1 en 2 is voldaan dan wordt het eindcijfer de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing 2 vastgesteld waarbij het cijfer op het verslag mentorgroep opdracht wordt afgerond op een geheel getal. C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamen onderdeel zoals genoemd onder B, de mogelijkheid tot herkansing . Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Bij een onvoldoende beoordeling op het verslag mentorgroep opdracht dan krijgt de student de mogelijkheid om voor 15 juli 2013 een verbeterde versie in te leveren. 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het nieuwe studiejaar jaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Bedreiging en bescherming dan wordt het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student.
168
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tentamen Onderwijseenheid Professionalisering 3 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Professionalisering 3 bestaat uit een Assessment van de volgende onderdelen: 1. Toets klinisch-wetenschappelijk-ethisch redeneren. 2. Portfolio. 3. Professioneel gedrag bij alle werkvormen. 4. Mondelinge toets. 5. Aanwezigheidsverplichtingen. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Professionalisering 3 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Toets klinisch-wetenschappelijk-ethisch redeneren voldoet aan de standaard voor voldoende of goed zoals vermeld in de handleiding. 2. Portfolio: de kwaliteit en volledigheid van het tijdig ingeleverde portfolio voldoet aan de standaard voor voldoende of goed. 3. Professioneel gedrag: het eindresultaat op de beoordelingen professioneel gedrag in alle werkvormen voldoet aan de standaard voldoende of goed. 4. Mondelinge toets: de beoordeling van de mondelinge toets voldoet aan de standaard voor voldoende of goed. 5. Heeft voldaan aan alle practicum- en aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Professionalisering 3. C. Binnen het studiejaar wordt er voor ieder tentamenonderdeel zoals genoemd onder B beoordeeld of en op welke wijze een herkansing mogelijk is. De examinator bepaalt met de commissie Professionalisering hoe en wanneer een herkansing mogelijk is. In globale zin kunnen zich twee situaties voordoen: 1. Het niet voldoen aan één of meerdere tentamen onderdelen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of 2. De examinator legt na een herbeoordeling van alle onderdelen van de onderwijseenheid Professionalisering 3 het dossier voor aan de commissie Professionalisering 3. De commissie adviseert de examinator over de wijze waarop herkansing mogelijk is en stelt eventueel een individueel traject met beoordelingscriteria voor (inclusief tijdspad). Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. Tentamen Onderwijseenheid Individuele profilering 3 A. Het tentamen van de onderwijseenheid Individuele profilering 3 bestaat uit: 1. Een toetsvorm die behoort bij het keuzeonderwijs dat gekozen is. 2. Practicum verplichtingen behorende bij het keuzeonderwijs dat gekozen is. 3. Aanwezigheidsverplichtingen behorende bij het keuzeonderwijs dat gekozen is. B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Individuele profilering 3 met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Een beoordeling voldoende of goed (of een cijfer > 5,50) op de gebruikte toetsvorm bij het gekozen keuzeonderwijs. Indien het keuzeonderwijs met een cijfer wordt beoordeeld dan wordt het cijfer afgerond tot een geheel getal (cijfer > x.50 wordt afgerond tot x + 1). 169
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Heeft aan alle practicumverplichtingen voldaan. 3. Heeft aan de aanwezigheidsverplichting voldaan C. Indien niet aan alle tentamenvereisten voor Individuele profilering 3, zoals genoemd onder B, is voldaan dan geldt voor een herkansing het volgende: 1. De student kan binnen het lopende studiejaar gebruik maken van de herkansingsmogelijkheid zoals dat bij het gekozen keuzeonderwijs wordt aangeboden, 2. De student overlegt met de examinator van de onderwijseenheid Individuele profilering 2 over de mogelijkheid tot herkansing. Globaal kunnen zich de volgende twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a.
Het niet voldoen aan de tentameneisen voor Individuele profilering 3 is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of
b. Het niet voldoen aan de tentameneisen voor Individuele profilering 3 is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De examinator maakt afspraken met de student over de wijze waarop en binnen welke tijdbestek de onderwijseenheid of onderdelen daarvan herkanst kunnen worden. 3. Bij deelname aan de herhaling van de onderwijseenheid wordt na afloop opnieuw het tentamenresultaat vastgesteld. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat ‘V’ vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de geboden herkansing opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Individuele profilering 3 dan wordt het resultaat O (onvoldoende) opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden
Afsluitend Bachelor Examen 1. Op het moment dat de examinandus alle tentamens behorende bij de bachelor opleiding tandheelkunde met het cijfer 6 of hoger, of een waardering V of G heeft afgerond stelt de examencommissie het judicium op het bachelor examen vast. 1. Bij het vaststellen van het judicium beoordeelt de examencommissie (conform de OER) of aan het bachelorgetuigschrift een onderscheiding wordt toegekend.
170
Protocol voorbereiden deeltoets en vaststellen uitslagen Bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
PROTOCOL VOORBEREIDEN DEELTOETS EN VASTSTELLING UITSLAGEN BACHELOR Tandheelkunde, reguliere afname Samenstellen deeltoets Voor het samenstellen van een schriftelijke deeltoets dient de volgende richtlijn te worden gehanteerd: • het totaal aantal vragen dient in verhouding te staan met de onderwerpen per cyclus (representativiteit) • beperk zoveel mogelijk het gebruik van juist/onjuist stellingen Toetsservice (consulent) en toetspanel De deeltoets wordt door de toetsservice (consulenten) en een toetspanel (examinator, tandarts en (pre)klinisch docent) aan resp. een vormtechnische- en inhoudelijke beoordeling onderworpen. Hiervoor wordt de volgende richtlijn gehanteerd: o op een door de examinator vastgesteld tijdstip, tenminste 2 werkweken voor afname van de deeltoets, dient de door de examinator geautoriseerde deeltoets inhoudelijk door een toetspanel en vormtechnisch door de toetsservice te worden beoordeeld Evalueer de deeltoets met de jaarvertegenwoordiging (JV) Psychometrische analyse Aan de hand van de psychometrische analyse van het UOCG vindt door de examinator controle plaats van de antwoordsleutel en worden items die niet voldoen verwijderd aan de hand van de volgende stappen: •
controleer voor elk item de juistheid van de antwoordsleutel: Als …. antwoordsleutel fout* bij 2-keuze beide antwoorden juist bij 3-/4-keuze meer dan 1 antwoord juist *
•
dan … antwoordsleutel corrigeren item verwijderen resp. 2-/3-keuze vraag van maken
aanwijzigingen voor een fout: - p-waarde antwoordsleutel < p-waarden van andere alternatieven - p-waarde < de som van de andere alternatieven
controleer elk item Als … item vormtechnisch of inhoudelijk niet voldoet p-waarde ≤ de raadkans*
twijfel over item o.g.v. combinatie p- en rit-waarde** oftewel item meet mogelijk niet wat beoogd wordt te meten * **
dan … item verwijderen item verwijderen, tenzij de toetsservice, het toetspanel én de examinator eensluidend van oordeel zijn dat verwijdering niet nodig is. De motivatie voor handhaving van een item moet aan de ECTG worden voorgelegd, zodat de ECTG de zorgvuldigheid van de procedure kan controleren. item herbeschouwen door examinator of verwijdering nodig is
2/3/4-keuze-vraag resp. p-waarde ≤ 0,50/0,33/0,25 ± = twijfel over item
171
Protocol voorbereiden deeltoets en vaststellen uitslagen Bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2-keuze-vragen p-waarde > 0,77 - ≤ 0,92 > 0,63 - ≤ 0,77 > 0,50 - ≤ 0,63
rit-waarde negatief significant niet significant ± ± ± ± ±
3-keuze-vragen p-waarde > 0,70 - ≤ 0,90 > 0,50 - ≤ 0,70 > 0,33 - ≤ 0,50
rit-waarde negatief significant niet significant ± ± ± ± ±
4-keuze-vragen p-waarde > 0,66 - ≤ 0,89 > 0,44 - ≤ 0,66 > 0,25 - ≤ 0,44
•
rit-waarde negatief significant niet significant ± ± ± ± ±
indien er sleutelaanpassingen en/of itemverwijderingen hebben plaatsgevonden, moet de toets opnieuw psychometrisch geanalyseerd worden (heranalyse UOCG)
Cijferbepaling deeltoets •
beoordeel de deeltoets aan de hand van tevoren schriftelijk vastgestelde en bekendgemaakte normen, zoals in het volgende rekenvoorbeeld:
Vraag
Aantal
2k
50
Score o.b.v. raden (sr) / max. aantal punten (max) sr = 25
3k
30
sr = 10
4k
20
sr = 5
essay
10
max = 65
Formule
Voorbeeld
[score – 25 × wf1 ] × 10 = cijfer 2k [ 50 – 25 ] [score – 10 × wf2 ] × 10 = cijfer 3k [ 30 – 10 ] [score – 5 × wf3] × 10 = cijfer 4k [ 20 - 5 ] [score × wf4 ] × 10 = cijfer essay [ 65 ]
[ 38 – 25 × 0,20 ] × 10 = [ 50 –25 ] [25 – 10 × 0,20 ] × 10 = [30 – 10 ] [15 – 5 × 0,20 ] × 10 = [20 – 5 ] [38 × 0,4 ] × 10 = [65 ]
(deel)eindcijfer 1,04 1,50 1,33 2,34
deeltoetscijfer =
•
•
6,21
in het kader van de kwaliteitscontrole legt de examinator de voorlopige uitslag van de deeltoets binnen 7 werkdagen voor aan het DB-ECTG; de examinator dient het DB-ECTG hierbij het volgende te doen toekomen: • de psychometrische analyse(s), • de deeltoetsuitslag, • het protocol deeltoetsverslag, inclusief uitleg indien meer dan 30% van de deelnemende studenten geen voldoende dreigt te halen, over wat naar zijn/haar mening de oorzaak hiervan is en wat de mening van de JV is. • Zo mogelijk kan op advies van het DB-ECTG de uitslag worden bijgesteld. maak de uitslag van het tentamen binnen tien werkdagen na de dag waarop het laatste onderdeel daarvan is afgelegd via het onderwijsinstituut bekend door middel van publicatie op het daarvoor bestemde publicatiebord en Nestor
172
Protocol voorbereiden deeltoets en vaststellen uitslagen Bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013 •
de voorlopige uitslag van de deeltoets wordt in de eerst volgende vergadering van de examencommissie besproken; indien de examencommissie de voorlopige uitslag met instemming heeft getekend, moet de uitslag door de examinator definitief worden vastgesteld
Cijferbepaling tentamen •
zodra de uitslagen van alle deeltoetsen bekend zijn, moet een voorlopige uitslag van het tentamen worden vastgesteld, aan de hand van het volgende rekenvoorbeeld: Onderwijseenheid X, heeft twee deeltoetsen, weegfactoren: 1 : 1 Berekening cijfers deeltoetsen : zie hierboven 1e deeltoets 6,48
2e deeltoets 5,35
Berekening eindcijfer onderwijseenheid X Weegfactoren Dt1 : Dt2 = 1 : 1, derhalve:
6,48 + 5,35 Eindcijfer onderwijseenheid = 2 wordt x + 1" = 6
= 5,915, volgens regel "x.50…
NB indien één der deeltoetsen kleiner dan 4,50 en/of het resultaat van het schriftelijk deel van het tentamen kleiner dan 5,50, dan kan geen eindcijfer worden vastgesteld (zie artikel RR.12)
• maak de uitslag van het tentamen binnen tien werkdagen na de dag waarop het laatste onderdeel daarvan is afgelegd via het onderwijsinstituut bekend door middel van publicatie op het daarvoor bestemde publicatiebord en Nestor
173
Protocol voorbereiden deeltoets en vaststellen uitslagen Bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
PROTOCOL VOORBEREIDEN DEELTOETS EN VASTSTELLING UITSLAGEN BACHELOR Tandheelkunde, herhalingsafname Samenstellen deeltoets Voor het samenstellen van een schriftelijke deeltoets dient de volgende richtlijn te worden gehanteerd: • het totaal aantal juist/onjuist stellingen c.q. meerkeuze vragen dient in verhouding te staan met het onderwerp of de onderwerpen per cyclus (representativiteit) • beperk het gebruik van juist/onjuist stellingen zo veel mogelijk Toetsservice (consulent) en toetspanel De deeltoets wordt door de toetsservice (consulenten) en een toetspanel (examinator, tandarts en (pre)klinisch docent) aan resp. een vormtechnische- en inhoudelijke beoordeling onderworpen. Hiervoor wordt de volgende richtlijn gehanteerd: • op een door de examinator vastgesteld tijdstip, tenminste 2 werkweken voor afname van de deeltoets, dient de door de examinator geautoriseerde deeltoets inhoudelijk door een toetspanel en vormtechnisch door de toetsservice te worden beoordeeld Controle items op juistheid van antwoordsleutel Als …. antwoordsleutel fout bij 2-keuze beide antwoorden juist bij 3-/4-keuze meer dan 1 antwoord juist *
dan … antwoordsleutel corrigeren item verwijderen resp. 2-/3-keuze vraag van maken
aanwijzigingen voor een fout: - p-waarde antwoordsleutel < p-waarden van andere alternatieven - p-waarde < de som van de andere alternatieven
Cijferbepaling deeltoets & tentamen •
beoordeel de deeltoets aan de hand van tevoren schriftelijk vastgestelde en bekendgemaakte normen, zoals in het volgende rekenvoorbeeld:
Vraag
Aantal
2k
50
Score o.b.v. raden (sr) / max. aantal punten (max) sr = 25
3k
30
sr = 10
4k
20
sr = 5
essay
10
max = 65
Formule
Voorbeeld
[score – 25 × wf1 ] × 10 = cijfer 2k [ 50 – 25 ] [score – 10 × wf2 ] × 10 = cijfer 3k [ 30 – 10 ] [score – 5 × wf3] × 10 = cijfer 4k [ 20 - 5 ] [score × wf4 ] × 10 = cijfer essay [ 65 ]
[ 38 – 25 × 0,20 ] × 10 = [ 50 –25 ] [25 – 10 × 0,20 ] × 10 = [30 – 10 ] [15 – 5 × 0,20 ] × 10 = [20 – 5 ] [38 × 0,4 ] × 10 = [65 ]
(deel)eindcijfer 1,04 1,50 1,33 2.34
deeltoetscijfer =
•
6,21
zodra de uitslagen van alle deeltoetsen behorende tot één onderwijseenheid bekend zijn, moet een voorlopige uitslag van het tentamen worden vastgesteld, aan de hand van het volgende rekenvoorbeeld: Onderwijseenheid X, heeft twee deeltoetsen, weegfactoren: 1 : 1 Berekening cijfers deeltoetsen : zie hierboven 1e deeltoets 6,48
2e deeltoets 5,35
174
Protocol voorbereiden deeltoets en vaststellen uitslagen Bachelor opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Berekening eindcijfer onderwijseenheid X W e 6,48 + 5,35 e Eindcijfer onderwijseenheid = 2 g wordt x + 1" = 6 factoren Dt1 : Dt2 = 1 : 1, derhalve:
6,48 + 5,35 Eindcijfer onderwijseenheid = 2 wordt x + 1" = 6 NB
•
•
= 5,915, volgens regel "x.50…
= 5,915, volgens regel "x.50…
indien één der deeltoetsen kleiner dan 4,50 en/of het resultaat van het schriftelijk deel van het tentamen kleiner dan 5,50, dan kan geen eindcijfer worden vastgesteld (zie artikel RR.12)
in het kader van de kwaliteitscontrole legt de examinator de voorlopige uitslag van de deeltoets binnen 7 werkdagen voor aan het DB-ECTG; de examinator dient het DB-ECTG hierbij het volgende te doen toekomen: • de psychometrische analyse(s), • de deeltoetsuitslag, • het protocol deeltoetsverslag, inclusief uitleg indien meer dan 30% van de deelnemende studenten geen voldoende dreigt te halen, over wat naar zijn/haar mening de oorzaak hiervan is en wat de mening van de JV is. • Zo mogelijk kan op advies van het DB-ECTG de uitslag worden bijgesteld. maak de uitslag van het tentamen binnen tien werkdagen na de dag waarop het laatste onderdeel daarvan is afgelegd via het onderwijsinstituut bekend door middel van publicatie op het daarvoor bestemde publicatiebord en Nestor
175
Protocol deeltoetsverslag Bachelor Tandheelkunde voor de Examencommissie 2012-2013
PROTOCOL DEELTOETSVERSLAG Bachelor Tandheelkunde voor de EXAMENCOMMISSIE
Cursusjaar Onderwijseenheid (naam / code) Deeltoets Datum afname deeltoets Examinator Beoordeling vooraf Toetsservice Toetspanel Beoordeling achteraf Overleg JV Toetsservice Toetspanel
Datum
Aanwezigen (namen)
Vragen verwijderd na afname
Aantal (redenen vermelden bij Opmerkingen*)
Juist/onjuist-vragen Tweekeuzevragen Driekeuzevragen Vierkeuzevragen Essayvragen Andere Resterende deeltoets
vragen
in
Aantal
Score op basis van raden (sr)
Weegfactor (wf)
Juist/onjuist-vragen Tweekeuzevragen Driekeuzevragen Vierkeuzevragen Essayvragen Andere Wijze van berekening eindcijfer deeltoets juist / onjuist :
driekeuze :
vierkeuze :
essay :
score − sr * score − sr * score − sr * score × wf + × wf × wf + × wf + totaal * * − sr totaal * * − sr totaal * * − sr totaal * * cijfer = 10
(* als score ≤ sr dan wordt score - sr = 0 ) (**totaal = maximaal voor deze soort vragen realiseerbare score) Uitslag Cohort …………… Aantal deelnemers (n)
n=
100 % 176
Protocol deeltoetsverslag Bachelor Tandheelkunde voor de Examencommissie 2012-2013
Aantal (x) en percentage (%) gelijk aan of groter dan cijfer 5,5 Aantal (y) en percentage (%) kleiner dan cijfer 4,50
x= y=
% %
Uitslag recidivisten Aantal deelnemers (n) Aantal (x) en percentage (%) gelijk aan of groter dan cijfer 5,5 Aantal (y) en percentage (%) kleiner dan cijfer 4,50
n= x= y=
100 % % %
Publicatie datum
paraaf/handtekening
Ondertekening door examinator Publicatie van de uitslag door
Uitslag door Examencommissie Tandheelkunde gezien Verslag gesprek JV en eventuele opmerkingen / problemen in de tekstkaders.
Verslag gesprek met Jaarvertegenwoordiging
Problemen
Opmerkingen
177
Protocol tentamen verslag bij deeltoetsen 2012-2013
PROTOCOL TENTAMENVERSLAG BIJ DEELTOETSEN Cursusjaar : Onderwijseenheid (naam / code) : Examinator :
/
Berekening eindcijfer onderwijseenheid Resultaat deeltoetsen:
Weegfactoren deeltoetsen:
Cohort ………………. (aantal (n) en percentage (%) deelnemers met een cijfer ≥ 5.50) deeltoets 1: n = , % deeltoets 2: n = , % , % deeltoets 3: n = :n= , %
deeltoets 1: deeltoets 2: deeltoets 3: :
Recidivisten (aantal (n) en percentage (%) deelnemers met een cijfer ≥ 5.50) deeltoets 1: n = , % deeltoets 2: n = , % , % deeltoets 3: n = :n= , %
deeltoets 1: deeltoets 2: deeltoets 3: :
Het tentamen heeft een mondeling deel
ja / nee
Overzicht resultaat einduitslag van de onderwijseenheid – Cohort ………… Totaal aantal deelnemers (N) 100 %
N=
Aantal (n) en percentage (%) voldoende tentamencijfer (V) %
nV=
Aantal (n) en percentage (%) onvoldoende (O) %
nO =
Overzicht resultaat einduitslag van de onderwijseenheid – Recidivisten Totaal aantal deelnemers (N) 100 %
N=
Aantal (n) en percentage (%) voldoende tentamencijfer (V) %
nV=
Aantal (n) en percentage (%) onvoldoende (O) %
nO =
178
Protocol tentamen verslag bij deeltoetsen 2012-2013
nb.
Aantal (n) en percentage (%) studenten waarvan het tentamencijfer nog niet kan worden vastgesteld, omdat nog niet aan alle practicumverplichtingen is voldaan n = , %
Het resultaat van de onderwijseenheid is voor publicatie voorgelegd aan de examencommissie
ja / neen
Handtekening voorzitter examencommissie
Het resultaat van de onderwijseenheid is op (datum) door de examinator vastgesteld.
ja / neen
Handtekening examinator De uitslag is gepubliceerd op (datum)
door (paraaf)
Eventuele opmerkingen / problemen op de achterzijde van dit formulier vermelden. Problemen
Opmerkingen
179
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Protocol Tentamenvereisten Masteropleiding Tandheelkunde In dit protocol wordt beschreven op welke wijze de student aan de tentamenverplichtingen, behorende bij de onderwijseenheden van de master tandheelkunde, kan voldoen. Bij punt A worden de gebruikte toetsvormen binnen de masteropleiding tandheelkunde benoemd. Bij B wordt per onderwijseenheid beschreven aan welke voorwaarde de student moet voldoen om een voldoende beoordeling voor de onderwijseenheid te krijgende. Bij C is de mogelijkheid voor herkansing beschreven. Indien na de herkansing alsnog is voldaan aan B dan is het tentamen van de onderwijseenheid behaald. Tot slot wordt bij D de consequentie van een onvoldoende resultaat op het tentamen van de onderwijseenheid beschreven.
Beoordelen van examinandi Om examinandi te kunnen beoordelen op tentamenonderdelen zoals: - beoordeling kliniek, - beoordeling coschappen, - beoordeling praktijktoetsen, - beoordeling professionalisering, - beoordeling wetenschappelijke scholing, is het noodzakelijk dat de beoordelingscriteria geformuleerd zijn. Daartoe stelt de examinator een beoordelingsformulier met bijbehorende beoordelingscriteria op en legt dit ter instemming voor aan de examencommissie. De examinator informeert de examinandus voorafgaande aan de onderwijseenheid over het beoordelingsformulier en de beoordelingscriteria. Voor schriftelijke toetsen maakt de examinator gebruik van het protocol ‘toetsservice’ en het protocol beoordelen schriftelijk deel van het tentamen.. Voor beoordelingen van ‘voldoen aan practicumverplichtingen’ wordt door de examinator vastgesteld wat de geldende norm is en dit wordt vastgelegd in de onderwijseenheid.
180
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tandheelkunde masteropleiding jaar 1 Tentamen Onderwijseenheid Complexe mondproblemen A. Het tentamen van de onderwijseenheid Complexe mondproblemen bestaat uit: 1. Eén schriftelijke toets die in vier afzonderlijke delen wordt afgenomen. 2. Practicum verplichtingen.
B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Complexe mondproblemen met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door de vier schriftelijke delen samen te voegen tot één toets en daaruit het cijfer op het schriftelijk deel van het tentamen te bepalen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimalen en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer > x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Complexe mondproblemen zijn vervuld. 3. Indien de examinandus niet heeft voldaan aan datgene wat vermeld staat onder B1 en B2 dan wordt het tentamen als onvoldoende beoordeeld en als zodanig opgenomen in de studievoortgangrapportage.
C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamenonderdeel, zoals genoemd onder A, éénmaal de mogelijkheid tot herkansing. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijke deel van het tentamen: de schriftelijke toets van de onderwijseenheid Complexe mondproblemen kan herkanst worden door in de herkansingsperiode deel te nemen aan de herkansingstoets. De herkansingstoets omvat de volledige studiestof van de onderwijseenheid Complexe mondproblemen. Er is geen mogelijkheid om alleen delen van de schriftelijke toets te herkansen. 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling van de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is dermate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het volgende studiejaaroverdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan datgene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend.
D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Complexe mondproblemen dan wordt (opnieuw) het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan heeft de student de mogelijkheid om in het volgende studiejaar opnieuw deel te nemen aan het schriftelijk deel van het tentamen
181
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B2) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheid Specifieke zorggroepen A. Het tentamen van de onderwijseenheid Specifieke zorggroepen bestaat uit: 1. Eén schriftelijke toets die in vier afzonderlijke delen wordt afgenomen. 2. Practicum verplichtingen.
B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Specifieke zorggroepen met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Het cijfer van het schriftelijk deel van het tentamen wordt berekend door de vier schriftelijke delen samen te voegen tot één toets en daaruit het cijfer op het schriftelijk deel van het tentamen te bepalen. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimalen en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer > x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Specifieke zorggroepen zijn vervuld. 3. Indien de examinandus niet heeft voldaan aan datgene wat vermeldt staat onder B1 en B2 dan wordt het tentamen als onvoldoende beoordeeld en als zodanig opgenomen in de studievoortgangrapportage.
C. Binnen het studiejaar is er voor ieder tentamenonderdeel, zoals genoemd onder A, eenmaal de mogelijkheid tot herkansing. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijke deel van het tentamen: de schriftelijke toets van de onderwijseenheid Specifieke zorggroepen kan herkanst worden door in de herkansingsperiode deel te nemen aan de herkansingstoets. De herkansingstoets omvat de volledige studiestof van de onderwijseenheid Specifieke zorggroepen. Er is geen mogelijkheid om alleen delen van de schriftelijke toets te herkansen. 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling van de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is dermate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het volgende studiejaaroverdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan datgene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend.
D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Specifieke zorggroepen dan wordt (opnieuw) het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 182
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan heeft de student de mogelijkheid om in het volgende studiejaar opnieuw deel te nemen aan het schriftelijk deel van het tentamen 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B2) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid.
Tentamen Onderwijseenheden Integrale mondzorg I, II en III (Master jaar 1, 2 en 3) Het onderwijs Integrale mondzorg I, II en III is een longitudinaal onderwijsprogramma in de drie jarige masteropleiding tandheelkunde. Per studiejaar wordt door de examinator een oordeel gevormd over de voortgang in dit proces. Het klinische onderwijs is opgebouwd uit verschillende klinische programma’s per studiejaar. Binnen deze klinische programma’s zijn formatieve en summatieve beoordelingen ingepland. De begeleider (beoordelaar) stelt aan het einde van ieder programma een voorlopige uitslag vast (‘advies’) voor de examinator. Op basis hiervan stelt de examinator de uitslag van de desbetreffende onderwijseenheid vast. De onderwijseenheden Integrale mondzorg I, II en III spelen zich in belangrijke mate af in de kliniek en worden daar beoordeeld. Dit geldt voor alle drie studiejaren. Daarnaast zijn er per studiejaar practicumverplichtingen geformuleerd. In het tweede jaar van de onderwijseenheid Integrale mondzorg worden er de coschappen gelopen en in het derde jaar van Integrale mondzorg is de cursus stralingsbescherming een onderdeel van het tentamen. In het document ‘toetsing en beoordeling klinisch onderwijs’ behorende bij de verschillende jaren van deze onderwijseenheid wordt beschreven aan welke eisen de student dient te voldoen om te voldoen aan de tentamenvereisten per studiejaar. De examencommissie heeft de toetsings- en beoordelingsmethode geaccordeerd. A. Het tentamen van de onderwijseenheden Integrale mondzorg I, II en III in de masteropleiding bestaat per studiejaar uit de volgende tentamenonderdelen: 1) Onderwijseenheid Integrale mondzorg I master jaar 1: a. beoordeling kliniek b. praktijktoetsen, c. practicumverplichtingen 2) Onderwijseenheid Integrale mondzorg II master jaar 2: a. beoordeling kliniek b. beoordeling coschappen c. practicum verplichtingen. 3) Onderwijseenheid Integrale mondzorg III master jaar 3: a. beoordeling kliniek b. toets stralingsbescherming c. practicum verplichtingen.
B. Het resultaat van het tentamen op de onderwijseenheden Integrale mondzorg I, II en III wordt per studiejaar toegekend met bijbehorende EC’s indien de student aan alle onderstaande voorwaarden heeft voldaan: In alle andere gevallen is het resultaat een O. 183
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
1) Onderwijseenheid Integrale mondzorg I master jaar 1: a. de beoordeling kliniek is voldoende of goed, b. de beoordeling op de praktijktoetsen is voldoende of goed c. heeft aan alle practicumverplichtingen voldaan 2) Onderwijseenheid Integrale mondzorg II master jaar 2: a. de beoordeling kliniek is voldoende of goed b. de beoordeling van de coschappen is voldoende of goed c. heeft voldaan aan alle practicum verplichtingen. 3) Onderwijseenheid Integrale mondzorg III master jaar 3: a. de beoordeling kliniek is voldoende of goed b. de beoordeling op de toets stralingsbescherming is voldoende indien het cijfer > 5,50 c. heeft voldaan aan de practicum verplichtingen.
-
Beoordelingscriteria Het tentamenresultaat is goed indien a en b beiden als goed zijn beoordeeld en aan c is voldaan. Het tentamenresultaat is voldoende indien a en b voldoende of goed zijn beoordeeld en aan c is voldaan. Het tentamenresultaat is onvoldoende indien één van de onderdelen a of b met een onvoldoende is beoordeeld of aan c niet is voldaan.
C. Herkansingen van tentamenonderdelen Integrale mondzorg I,II en III zoals genoemd onder A, is maatwerk. De examinator stelt na overleg met de examinandus vast op welke wijze en binnen welk tijdspad herkansing mogelijk is. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Voor de herkansing van de ‘kliniek’ en/of ‘coschappen’ bepaalt de examinator op welke wijze en binnen welk tijdvak de examinandus dit onderdeel van het tentamen kan herkansen. Dit wordt vastgelegd in een verslag dat wordt toegevoegd aan het dossier van de examinandus. 2. Indien de examinandus een herkansing op de kliniek of een coschap nodig heeft dan volgt altijd een gesprek om de aard van de onvoldoende te bespreken en aanwijzingen te geven om bij herhaling tot een voldoende te komen. Indien de examinator van mening is dat een herkansing niet zonder meer succesvol is dan volgt de examinator het protocol ‘niet functionerende student’, en stelt de examencommissie hiervan op te hoogte. 3. Voor de herkansing van de praktijktoetsen bepaalt de examinator op welke wijze en binnen welk tijdvak de examinandus dit onderdeel van het tentamen kan herkansen. Dit wordt vastgelegd in een verslag dat wordt toegevoegd aan het dossier van de examinandus. 4. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de verplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de verplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het volgende studiejaar overdoen.. 5. Voor de herkansing van de toets stralingsbescherming is de examinandus aangewezen op de eerst volgende mogelijkheid dat deze toets regulier wordt aangeboden. 6. Bij deelname aan de herhaling van de onderwijseenheid wordt na afloop opnieuw het tentamenresultaat vastgesteld. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene 184
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend.
D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Integrale mondzorg I, II of III dan wordt het resultaat O (onvoldoende) opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden. De examinator volgt het protocol ‘niet functionerende student’, en stelt de examencommissie op de hoogte van de hernieuwde onvoldoende beoordeling.
Tentamen Onderwijseenheden Professionalisering I, II en III (master jaar 1, 2 en 3) Het onderwijs Professionalisering I, II en III is een longitudinaal onderwijsprogramma in de drie jarige masteropleiding tandheelkunde. Per studiejaar wordt door de examinator een oordeel gevormd over de voortgang in dit proces. Indien de examinandus aan de verwachte voortgang voldoet dan gaat hij/zij door naar de volgende stap in dit proces. Daarnaast zijn er per studiejaar practicumverplichtingen geformuleerd. In de handleiding behorende bij de verschillende jaren van deze onderwijseenheid wordt beschreven aan welke eisen de student dient te voldoen om te voldoen aan de tentamenvereisten per studiejaar. De examencommissie heeft de beoordelingsmethode geaccordeerd. A. De tentamens van de onderwijseenheden Professionalisering I, II en III bestaan per studiejaar uit de volgende onderdelen: Onderwijseenheid Professionalisering I - Master jaar 1: 1) Portfolio-opdrachten 2) Bijdrage coachgroepbijeenkomsten 3) KWER-bijeenkomsten 4) Communicatiepractica 5) Evaluatie studievoortgang 6) Aanwezigheidsverplichtingen a. Coachgroepbijeenkomsten b. KWER-bijeenkomsten Beoordelingscriteria - Het tentamenresultaat is goed indien de onderdelen 1, 2, en 5 allen als goed zijn beoordeeld en alle overige onderdelen als voldoende zijn beoordeeld en aan alle verplichtingen is voldaan. - Het tentamenresultaat is onvoldoende indien één van de onderdelen 1 t/5 met een onvoldoende is beoordeeld of niet aan de verplichtingen is voldaan. - In de overige gevallen is het resultaat een voldoende. Onderwijseenheid Professionalisering II - Master jaar 2: 1) Portfolio-opdrachten 2) Bijdrage coachgroepbijeenkomsten 3) KWER-bijeenkomsten 185
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
4) 5) 6) 7) 8)
-
-
Communicatiepractica Evaluatie studievoortgang Opdracht Professie in Praktijk 1 Professioneel Toetsingsgesprek Aanwezigheidsverplichtingen a. Coachgroepbijeenkomsten b. KWER-bijeenkomsten c. Professie in Praktijk 1 Beoordelingscriteria Het tentamenresultaat is goed indien de onderdelen 1, 2, 5, 6 en 7 allen als goed zijn beoordeeld en alle overige onderdelen als voldoende zijn beoordeeld en aan alle verplichtingen is voldaan. Het tentamenresultaat is onvoldoende indien één van de onderdelen 1 t/7 met een onvoldoende is beoordeeld of niet aan de verplichtingen is voldaan. In de overige gevallen is het resultaat een voldoende.
Onderwijseenheid Professionalisering III - Master jaar 3: 1) Portfolio-opdrachten 2) Evaluatie zorg PTG-patiënt 3) Opdracht Professie in Praktijk 2 4) Professioneel Toetsingsgesprek 2 5) Aanwezigheidsverplichtingen a. Professie in Praktijk 2 Beoordelingscriteria - Het tentamenresultaat is goed indien de onderdelen 1 t/m 4 als goed zijn beoordeeld en aan alle verplichtingen is voldaan. - Het tentamenresultaat is onvoldoende indien één van de onderdelen 1 t/m 4 met een onvoldoende is beoordeeld of niet aan de verplichtingen is voldaan. - In de overige gevallen is het resultaat een voldoende. B. Het resultaat van het tentamen op de onderwijseenheden Professionalisering I, II en III wordt toegekend met bijbehorende EC’s indien de student aan alle tentamen onderdelen zoals vermeld onder A heeft voldaan. Indien een of meerdere onderdelen met een onvoldoende worden beoordeeld dan volgt een gesprek met de commissie Professionalisering. De commissie bepaalt op welke wijze en binnen welk tijdvak de examinandus het tentamen of onderdelen daarvan kan herkansen. C. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan datgene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Professionalisering dan wordt het resultaat O (onvoldoende) opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden. De examinator stelt de commissie Professionalisering van de hernieuwde onvoldoende beoordeling. De examinandus moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overdoen. 186
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tentamen Onderwijseenheden Wetenschappelijke scholing I, II en III
(master jaar 1, 2 en 3) Het onderwijs wetenschappelijke scholing in de masteropleiding tandheelkunde is beschreven in een protocollenboek behorende bij deze onderwijseenheid. In het protocollenboek staat beschreven welke eisen aan de examinandus worden gesteld om te voldoen aan de tentamenvereisten van jaar 1, jaar 2 en jaar 3 van de master. De examencommissie heeft de beoordelingsmethode geaccordeerd. A. Het tentamen van de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing in de master opleiding tandheelkunde bestaat uit: 1. Master jaar 1: opstellen van een aanvraag voor de wetenschappelijke stage. 2. Master jaar 2: uitvoeren wetenschappelijk onderzoek op basis van goedgekeurde aanvraag en verslaglegging daarvan. 3. Master jaar 3: schrijven van een case-report met bijbehorende kritische analyse (CAT).
B. Het resultaat van het tentamen op de onderwijseenheid Wetenschappelijk scholing wordt toegekend met bijbehorende EC’s indien de student aan alle onderstaande voorwaarden heeft voldaan. In alle andere gevallen is het resultaat O.: 1. Jaar 1: De aanvraag voor een wetenschappelijke stage is met een voldoende beoordeeld. 2. Jaar 2: Zowel de beoordeling van de uitvoering van de stage als stageverslag is beoordeeld met een cijfer 5,50 of hoger. Het stageverslag wordt pas beoordeeld als de uitvoering van een stage is beoordeeld met een cijfer 5,50 of hoger. Het cijfer op de uitvoering van de stage en het stageverslag wordt uitgedrukt in 2 decimalen. Het tentamencijfer op wetenschappelijke scholing jaar 2 is het rekenkundig gemiddelde uit beide deelcijfers en wordt afgerond op een geheel getal (cijfer > x.50 wordt afgerond tot x + 1). 3. Jaar 3: het case-report met bijbehorende CAT is beoordeeld met een ‘goed’ of met een ‘voldoende’.
C. Voor ieder tentamenonderdeel zoals genoemd onder B wordt de mogelijkheid tot herkansing van het tentamen geboden: • In het protocol van de wetenschappelijke scholing masteropleiding tandheelkunde is beschreven op welke wijze student een onvoldoende resultaat kan herkansen. • De herkansing gebeurt op geleide van de opmerkingen die bij de beoordeling zijn gegeven. • Indien de examinandus er niet in slaagt om met de opmerkingen een nieuw werkstuk in te leveren, welke tot een voldoende beoordeling leidt, dan beslist de examinator of een nieuwe opdracht tot verbeteren kan worden gegeven of dat examinandus opnieuw de onderwijseenheid moet volgen en in welk tijdsbestek dit mogelijk is. • Het tentamen van wetenschappelijke scholing jaar 1 moet met voldoende beoordeeld zijn alvorens de student wordt toegelaten tot de wetenschappelijke scholing jaar 2. Het tentamen van wetenschappelijke scholing jaar 2 moet met een cijfer 5,50 of hoger beoordeeld zijn alvorens de student wordt toegelaten tot het 3e jaar van de masteropleiding.
187
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tandheelkunde masteropleiding jaar 2 Tentamen Onderwijseenheid Professionalisering II Zie bij tentamen Onderwijseenheid Professionalisering I. Daar staat beschrijving van de Professionalisering tijdens de gehele masteropleiding. Tentamen Onderwijseenheid integrale mondzorg II Zie bij tentamen Onderwijseenheid Integrale mondzorg I. Daar staat beschrijving van de Integrale mondzorg tijdens de gehele masteropleiding. Tentamen Onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing II Zie bij tentamen Onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing I. Daar staat beschrijving van de wetenschappelijke scholing tijdens de gehele masteropleiding.
188
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tandheelkunde masteropleiding jaar 3 Tentamen Onderwijseenheid Mondzorg in de volle breedte A. Het tentamen van de onderwijseenheid Mondzorg in de volle breedte bestaat uit: 1. Een schriftelijke toets. 2. Practicum verplichtingen.
B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Mondzorg in de volle breedte met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. Schriftelijke deel van het tentamen: het cijfer op het schriftelijke deel van het tentamen is 5,50 of hoger. Daarbij geldt dat het cijfer wordt uitgedrukt in twee decimalen en vervolgens wordt afgerond tot een geheel getal (een gemiddeld cijfer > x.50 wordt afgerond tot x + 1). 2. Practicumverplichtingen: alle practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid Mondzorg in de volle breedte zijn vervuld. 3. Indien de examinandus niet heeft voldaan aan datgene wat vermeldt staat onder B1 en B2 dan wordt het tentamen als onvoldoende beoordeeld en als zodanig opgenomen in de studievoortgangrapportage.
C. In het volgende semester is er voor ieder tentamenonderdeel, zoals genoemd onder A, eenmaal de mogelijkheid tot herkansing. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Herkansing schriftelijke deel van het tentamen: de schriftelijke toets van de onderwijseenheid Mondzorg in de volle breedte kan herkanst worden door in de herkansingsperiode deel te nemen aan de herkansingstoets. 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling van de practicumverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. het niet voldoen aan de practicumverplichtingen is dermate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het volgende studiejaar overdoen. 3. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan datgene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend.
D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Mondzorg in de volle breedte dan wordt (opnieuw) het resultaat O opgenomen in de studievoortgang van de student. 1. Indien de student na de herkansing op het schriftelijk deel van het tentamen een cijfer heeft behaald < 5,50 dan heeft de student de mogelijkheid om in het volgende studiejaar opnieuw deel te nemen aan het schriftelijk deel van het tentamen 2. Indien de student na de herkansing op het onderdeel practicumverplichtingen (B2) een oordeel O heeft staan dan moeten alle tentamen onderdelen behorende bij de onderwijseenheid over gedaan worden, geen van de onderdelen onder B behoudt dan zijn geldigheid. 189
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tentamen Onderwijseenheid integrale mondzorg III Zie bij tentamen Onderwijseenheid Integrale mondzorg I. Daar staat beschrijving van de Integrale mondzorg tijdens de gehele masteropleiding.
Tentamen Onderwijseenheid Individuele profilering A. Het tentamen van de onderwijseenheid Individuele profilering bestaat uit: 1. Beoordeling verslagen en/of referaten 2. Practicum verplichtingen
B. Voor het behalen van een voldoende resultaat op de onderwijseenheid Individuele profilering met bijbehorende EC’s dient de student aan alle onderstaande voorwaarden te voldoen. In alle andere gevallen is het resultaat een O. 1. een beoordeling voldoende of goed op de verslagen en/of referaten. 2. heeft aan alle practicumverplichtingen voldaan. C. In het volgende semester is er voor ieder tentamenonderdeel, zoals genoemd onder A, eenmaal de mogelijkheid tot herkansing. Afhankelijk van datgene wat onvoldoende is geldt het volgende: 1. Voor de herkansing van de beoordeling op de verslagen en/of referaten bepaalt de examinator op welke wijze en binnen welk tijdvak de examinandus dit onderdeel van het tentamen kan herkansen. 2. Herkansing practicumverplichtingen: bij een onvoldoende beoordeling voor het voldoen aan de practicum- of aanwezigheidsverplichtingen behorende bij de onderwijseenheid kunnen zich twee situaties voordoen, waarbij de examinator bepaalt wat van toepassing is: a. Het niet voldoen aan de verplichtingen is gering en kan door een aanvullende opdracht binnen het studiejaar gerepareerd worden, of b. Het niet voldoen aan de verplichtingen is der mate dat het niet binnen het studiejaar gerepareerd kan worden. De student moet de gehele onderwijseenheid (inclusief alle toetsen en verplichtingen) in het volgende studiejaar overdoen. 3. Bij deelname aan de herhaling van de onderwijseenheid wordt na afloop opnieuw het tentamenresultaat vastgesteld. Indien de student door de herkansing heeft voldaan aan dat gene wat onder B vermeld staat dan wordt het tentamenresultaat ‘V’ vastgesteld en worden de bijbehorende EC’s toegekend. D. Indien de student na de herkansingsperiode opnieuw geen voldoende resultaat heeft behaald op de onderwijseenheid Individuele profilering dan wordt het resultaat O (onvoldoende) opgenomen in de studievoortgang van de student en moet de gehele onderwijseenheid in het nieuwe studiejaar overgedaan worden.
190
Regels en richtlijnen examencommissie: protocol tentamenvereisten Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Tentamen Onderwijseenheid Professionalisering III Zie bij tentamen Onderwijseenheid Professionalisering I. Daar staat beschrijving van de Professionalisering tijdens de gehele masteropleiding. Tentamen Onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing III Zie bij tentamen Onderwijseenheid Wetenschappelijke scholing I. Daar staat beschrijving van de wetenschappelijke scholing tijdens de gehele masteropleiding.
Afleggen afsluitend masterexamen tandheelkunde • Op de dag dat examinandus het laatste tentamenonderdeel van de masteropleiding jaar 3 inlevert ter beoordeling legt de examinandus formeel het masterexamen af. • Indien uit de beoordeling blijkt dat student heeft voldaan aan dit laatste tentamenvereiste dan wordt de bul gedateerd op de dag dat het laatste tentamenonderdeel is ingeleverd ter beoordeling. • Indien uit de beoordeling blijkt dat het tentamen nog niet voldoende is dan geldt de datum waarop de herkansing wordt ingeleverd als datum bul.
191
Protocol voorbereiden schriftelijk toets en bepaling cesuur en cijfer Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
PROTOCOL VOORBEREIDEN SCHRIFTELIJKE TOETS EN BEPALING CESUUR EN CIJFER MASTER opleiding TANDHEELKUNDE, reguliere afname Samenstellen schriftelijke toets • de schriftelijke toets wordt in 4 delen afgenomen • de onderlinge verhouding van de hoeveelheid vragen over bepaalde studiestof is representatief voor de omvang van de studiebelasting van de studiestof • op het voorblad van elk deel van de schriftelijke toets staat het te behalen aantal punten voor ieder type vraag en de wijze van beoordeling (bijvoorbeeld: 2 keuze-vraag = 1,00 punten 3 keuze-vraag = 1,33 punten 4 keuze-vraag = 1,50 punten open vraag = x punten (x bepalen aan de hand van de zwaarte van die open vraag in vergelijking met de meerkeuze vragen) Toetsservice (consulent) en toetspanel Elk deel van de schriftelijke toets wordt door de toetsservice (consulenten) en een toetspanel (examinator, tandarts en (pre)klinisch docent) aan resp. een vormtechnische- en inhoudelijke beoordeling onderworpen. Hiervoor wordt de volgende richtlijn gehanteerd: o op een door de examinator vastgesteld tijdstip, tenminste 2 werkweken voor afname van het deel van de schriftelijke toets, dient de door de examinator geautoriseerde toets inhoudelijk door een toetspanel en vormtechnisch door de toetsservice te worden beoordeeld Evalueer elk deel van de schriftelijke toets met de jaarvertegenwoordiging (JV) Psychometrische analyse per deel van de schriftelijke toets Aan de hand van de psychometrische analyse van het UOCG vindt door de examinator controle plaats van de antwoordsleutel en worden items die niet voldoen verwijderd aan de hand van de volgende stappen: •
controleer voor elk item de juistheid van de antwoordsleutel: Als …. antwoordsleutel fout* bij 2-keuze beide antwoorden juist bij 3-/4-keuze meer dan 1 antwoord juist *
•
aanwijzigingen voor een fout: - p-waarde antwoordsleutel < p-waarden van andere alternatieven - p-waarde < de som van de andere alternatieven
controleer elk item Als … item vormtechnisch of inhoudelijk niet voldoet p-waarde ≤ de raadkans*
•
dan … antwoordsleutel corrigeren item verwijderen resp. 2-/3-keuze vraag van maken
dan … item verwijderen item verwijderen, tenzij de toetsservice, het toetspanel én de examinator eensluidend van oordeel zijn dat verwijdering niet nodig is. De motivatie voor handhaving van een item moet aan de ECT worden voorgelegd, zodat de ECT de zorgvuldigheid van de procedure kan controleren.
indien er sleutelaanpassingen en/of itemverwijderingen hebben plaatsgevonden, moet het deel van de schriftelijke toets opnieuw psychometrisch geanalyseerd worden (heranalyse UOCG) 192
Protocol voorbereiden schriftelijk toets en bepaling cesuur en cijfer Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Bepaal de score per deel van de schriftelijke toets •
laat de schriftelijke toets psychometrisch analyseren
•
verwijder vragen met een p-waarde lager dan de raadkans, tenzij de toetsservice, het toetspanel én de examinator eensluidend van oordeel zijn dat verwijdering niet nodig is
•
bepaal de maximaal te behalen score voor het deel van de schriftelijke toets door het toegekende aantal punten voor elke vraag bij elkaar op te tellen
•
bepaal de score per student door ieder goed antwoord te scoren en deze scores bij elkaar op te tellen
•
leg de voorlopige scores en de psychometrische analyse(s) voor aan de toetsservice; de toetsservice gaat na of gehandeld is volgens het protocol c.q. of de voorlopige scores moeten worden bijgesteld
•
maak de voorlopige scores na instemming van de toetsservice en binnen tien werkdagen nadat het deel van de schriftelijke toets is afgenomen via het onderwijsinstituut bekend d.m.v. publicatie op het daarvoor bestemde publicatiebord en Nestor
•
bepaal de cesuur (= score bij kennispercentage (gecorrigeerd voor raden) van 55%) van de schriftelijke toets zodra de scores van alle delen van de schriftelijke toets bekend zijn: Cesuur = nr + (n - nr) x p Rekenvoorbeeld:
Soort vraag
Aantal vragen
Raadkans *
2-keuze
80
3-keuze
30
4-keuze
10
80/2 = 40,0 30/3 = 10,0 10/4 = 2,50 NVT
5 Totaal: 125
essay
Score per vraag*
Score o.b.v. raden* (nr)
Maximale score* (n)
1,00
40 x 1,00 = 40,00
1,33
10 x 1,33 = 13,30
1,50
2,50 x 1,50 = 3,75
80 x 1,00 = 80,00 30 x 1,33 = 39,90 10 x 1,50 = 15,00 10,00 n = 144,90
0
NVT nr = 57,05
Vereiste kennis % p = 0,55
* afronden op 2 decimalen
Cesuur = 57,05 + (144,90 – 57,05) x 0,55 = 105,37
Onvoldoende: score ≤ 105 Voldoende: score ≥ 106
Bepaal het cijfer van de schriftelijke toets: o Onvoldoende score -> geen cijferbepaling, uitslag O o Voldoende score -> cijferbepaling a.d.h.v. formule: Cijfer = 5,50 + (score* – cesuur**) x 4,50 / (n*** – cesuur)) * ** ***
score = de score van de student (2 decimalen) cesuur = de bepaalde cesuur van de toets (2 decimalen) n = maximale score (na eliminatie) (2 decimalen)
193
Protocol voorbereiden schriftelijk toets en bepaling cesuur en cijfer Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
score 106,00 110,00 140,00
• •
•
•
Rekenvoorbeeld: cesuur Maximale score (n) 105,37
144,90
Cijfer 5,50 + ((106 – 105,37) x 4,50 / (144,90 – 105,37)) = 5,57 5,50 + ((110 – 105,37) x 4,50 / (144,90 – 105,37)) = 6,03 5,50 + ((140 – 105,37) x 4,50 / (144,90 – 105,37)) = 9,44
leg de voorlopige uitslag van het tentamen voor aan de toetsservice; de toetsservice gaat na of alle regels voor het vaststellen van de uitslag correct zijn gevolgd maak de voorlopige uitslag van het tentamen na instemming van de toetsservice binnen tien werkdagen na de dag waarop het laatste onderdeel daarvan is afgelegd via het onderwijsinstituut bekend door middel van publicatie op het daarvoor bestemde publicatiebord en Nestor
in het kader van de kwaliteitscontrole legt de examinator de voorlopige uitslag van de deeltoets binnen 7 werkdagen voor aan het DB-ECTG; de examinator dient het DB-ECTG hierbij het volgende te doen toekomen: • de psychometrische analyse(s), • de deeltoetsuitslag, • het protocol deeltoetsverslag, inclusief uitleg indien meer dan 30% van de deelnemende studenten geen voldoende dreigt te halen, over wat naar zijn/haar mening de oorzaak hiervan is en wat de mening van de JV is. • Zo mogelijk kan op advies van het DB-ECTG de uitslag worden bijgesteld. maak de uitslag van het tentamen binnen tien werkdagen na de dag waarop het laatste onderdeel daarvan is afgelegd via het onderwijsinstituut bekend door middel van publicatie op het daarvoor bestemde publicatiebord en Nestor
194
Protocol voorbereiden schriftelijk toets en bepaling cesuur en cijfer Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
PROTOCOL VOORBEREIDEN SCHRIFTELIJKE TOETS EN BEPALING CESUUR EN CIJFER MASTER Opleiding TANDHEELKNDE herhalings afname Samenstellen schriftelijke toets • de schriftelijke toets wordt in één herhalingstoets afgenomen • de onderlinge verhouding van de hoeveelheid vragen over bepaalde studiestof is representatief voor de omvang van de studiebelasting van de studiestof • op het voorblad van elke toets staat de te behalen score voor ieder type vraag en de wijze van beoordeling (bijvoorbeeld: 2 keuze-vraag = 1,00 punten 3 keuze-vraag = 1,33 punten 4 keuze-vraag = 1,50 punten open vraag = x punten (x bepalen aan de hand van de zwaarte van die open vraag in vergelijking met de meerkeuze vragen) Toetsservice (consulent) en toetspanel De herhalingstoets wordt door de toetsservice (consulenten) en een toetspanel (examinator, tandarts en (pre)klinisch docent) aan resp. een vormtechnische- en inhoudelijke beoordeling onderworpen. Hiervoor wordt de volgende richtlijn gehanteerd: o op een door de examinator vastgesteld tijdstip, tenminste 2 werkweken voor afname van de herhalingstoets, dient de door de examinator geautoriseerde herhalingstoets inhoudelijk door een toetspanel en vormtechnisch door de toetsservice te worden beoordeeld Controle items op juistheid van antwoordsleutel Als …. antwoordsleutel fout* bij 2-keuze beide antwoorden juist bij 3-/4-keuze meer dan 1 antwoord juist *
dan … Antwoordsleutel corrigeren item verwijderen resp. 2-/3-keuze vraag van maken
aanwijzigingen voor een fout: - p-waarde antwoordsleutel < p-waarden van andere alternatieven - p-waarde < de som van de andere alternatieven
Bepaal de maximaal te behalen score voor de gehele toets door de toegekende score voor elke vraag bij elkaar op te tellen Bepaal de score per student door ieder goed antwoord te scoren en deze scores bij elkaar op te tellen Bepaal de cesuur (= score bij kennispercentage (gecorrigeerd voor raden) van 55%) van de herhalingstoets: Cesuur = nr + (n - nr) x p
195
Protocol voorbereiden schriftelijk toets en bepaling cesuur en cijfer Master opleiding Tandheelkunde 2012-2013
Rekenvoorbeeld:
Soort vraag
Aantal vragen
Raadkans *
80
80/2 = 40,0 30/3 = 10,0 10/4 = 2,50 NVT
2-keuze 3-keuze
30
4-keuze
10 5 Totaal: 125
essay
Score per vraag* 1,00
Score o.b.v. raden* (nr)
Maximale score* (n)
40 x 1,00 = 40,00
80 x 1,00 = 80,00 30 x 1,33 = 39,90 10 x 1,50 = 15,00 10,00 n = 144,90
1,33
10 x 1,33 = 13,30
1,50
2,50 x 1,50 = 3,75
0
NVT nr = 57,05
Vereiste kennis % p = 0,55
* afronden op 2 decimalen
Cesuur = 57,05 + (144,90 – 57,05) x 0,55 = 105,37
Onvoldoende: score ≤ 105 Voldoende: score ≥ 106
Bepaal het cijfer van de schriftelijke toets: o Onvoldoende score -> geen cijferbepaling, uitslag O o Voldoende score -> cijferbepaling a.d.h.v. formule: Cijfer = 5,50 + (score* – cesuur**) x 4,50 / (n*** – cesuur)) * ** ***
score 106,00 110,00 140,00
score = de score van de student (2 decimalen) cesuur = de bepaalde cesuur van de toets (2 decimalen) n = maximale score (na eliminatie) (2 decimalen)
Rekenvoorbeeld: cesuur Maximale score (n) 105,37
144,90
Cijfer 5,50 + ((106 – 105,37) x 4,50 / (144,90 – 105,37)) = 5,57 5,50 + ((110 – 105,37) x 4,50 / (144,90 – 105,37)) = 6,03 5,50 + ((140 – 105,37) x 4,50 / (144,90 – 105,37)) = 9,44
• in het kader van de kwaliteitscontrole legt de examinator de voorlopige uitslag van de deeltoets binnen 7 werkdagen voor aan het DB-ECTG; de examinator dient het DB-ECTG hierbij het volgende te doen toekomen: • de psychometrische analyse(s), • de deeltoetsuitslag, • het protocol deeltoetsverslag, inclusief uitleg indien meer dan 30% van de deelnemende studenten geen voldoende dreigt te halen, over wat naar zijn/haar mening de oorzaak hiervan is en wat de mening van de JV is. • Zo mogelijk kan op advies van het DB-ECTG de uitslag worden bijgesteld.
• De examinator maakt de definitieve uitslag van het tentamen zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen tien werkdagen bekend aan de studenten d.m.v. publicatie op het daarvoor bestemde publicatiebord en Nestor én middels een door de (gedelegeerde) examinator ondertekend Excel-uitslagen-bestand aan de examencommissie
196
Protocol toetsverslag Master opleiding Tandheelkunde voor de examencommissie 2012-2013
PROTOCOL TOETSVERSLAG Master Tandheelkunde voor de EXAMENCOMMISSIE Cursusjaar Onderwijseenheid (naam / code) Toets Datum afname toets Examinator Beoordeling vooraf Toetsservice Toetspanel
Datum
Aanwezigen (namen)
Beoordeling achteraf Overleg JV Itemanalyse Toetsservice Toetspanel
Datum
Aanwezigen (namen)
Vragen verwijderd na afname
niet van toepassing
Aantal (redenen vermelden bij Opmerkingen*)
Juist/onjuist-vragen Tweekeuzevragen Driekeuzevragen Vierkeuzevragen Essayvragen Andere Resterende vragen in toets
Aantal
Score per vraag
Juist/onjuist-vragen Tweekeuzevragen Driekeuzevragen Vierkeuzevragen Essayvragen Andere Totaal Uitslag Aantal deelnemers (n) Gemiddelde score (z) Aantal (x) en percentage (%) gelijk aan of groter dan z Aantal (y) en percentage (%) kleiner dan z
n= z= x= y=
100 % % %
197
Protocol toetsverslag Master opleiding Tandheelkunde voor de examencommissie 2012-2013
Publicatie datum
paraaf/handtekening
Ondertekening door examinator
Publicatie van de uitslag door
Uitslag door Examencommissie Tandheelkunde gezien
* Eventuele opmerkingen / problemen in de tekstkaders op de volgende pagina.
198
Protocol toetsverslag Master opleiding Tandheelkunde voor de examencommissie 2012-2013
Problemen
Opmerkingen
199
Protocol tentamenverslag Master opleiding Tandheelkunde voor de examencommissie 2012-2013
PROTOCOL TENTAMENVERSLAG Masteropleiding Tandheelkunde voor de examencommissie Cursusjaar Onderwijseenheid (naam / code) Examinator
Cesuurbepaling
Aantal vragen
Juist/onjuistvragen Tweekeuzevragen Driekeuzevragen Vierkeuzevragen Essayvragen Andere TOTALEN nr = score op basis van raden n = maximale score totaal p = vereiste kennisproportie (55%) Cesuur (2 decimalen) = nr + (n nr) × p
Score op basis van raden (nr)
Score per vraag
Max. score (n)
nr:
n:
0,55
Berekening cijfer schriftelijke toets Cijfer (2 decimalen)= 5,50 + ((score student – cesuur) × (4,5 / (maximale score totaal – cesuur))) Overzicht resultaat uitslag van de onderwijseenheid Totaal aantal deelnemers (N) Aantal (n) en percentage (%) voldoende tentamencijfer (V) Aantal (n) en percentage (%) onvoldoende (O) N.B.: Aantal (n) en percentage (%) studenten waarvan het tentamencijfer nog niet kan worden vastgesteld, omdat nog niet aan alle practicumverplichtingen is voldaan
N= nV= nO= n=
100 % % % %
Publicatie datum
paraaf/handtekening
Publicatie van de voorlopige uitslag door
Voorlopige uitslag voorgelegd aan de Examencommissie
200
Protocol tentamenverslag Master opleiding Tandheelkunde voor de examencommissie 2012-2013
Vaststelling van het resultaat van de onderwijseenheid door de examinator Publicatie van de definitieve uitslag door
Eventuele opmerkingen / problemen in de tekstkaders op de volgende pagina.
201
Protocol tentamenverslag Master opleiding Tandheelkunde voor de examencommissie 2012-2013
Verslag gesprek met Jaarvertegenwoordiging
Problemen
Opmerkingen
202
VEREENVOUDIGDE VERSIE STUDENTENSTATUUT 2011-2012
STUDENTENSTATUUT Rijksuniversiteit Groningen Studiejaar 2012-2013 Het studentenstatuut is te vinden op de website van de RuG: http://www.rug.nl/studenten/regelingen/studentenstatuut/index
203