Inhoudstafel Voorzitter Het is de industrie die zorgt voor duurzame welvaart
2
Beslissingsorganen Fedustria
4
Samenstelling van het Bureau van Fedustria
5
Samenstelling van de Raad van Bestuur van Fedustria
6
Promotie
7
Conjunctuur De Belgische textielindustrie in 2008
10
De Belgische hout- en meubelindustrie in 2008
13
Europa
16
Economie
19
Sociaal
22
Milieu en techniek
26
Productgroepen
Hof-ter-Vleestdreef, 5/1 1070 Brussel Tel.: +32 2 528 58 11 Fax: +32 2 528 58 09 www.fedustria.be
Jaarverslag 2008 - 2009
Inleiding
30
Interieurtextiel
32
Technisch textiel
34
Kledingtextiel
36
Veredeling
38
Spinnerij en voorbereiding
39
Meubel
40
Houten plaatmateriaal
44
Houten constructie-elementen
45
Houten verpakkingen
46
Andere producten van hout
47
Diensten en contactpersonen Fedustria
Kerncijfers textiel-, hout- en meubelindustrie 2008(*)
14,3 %
12,6 %
18,3 %
16 14,8
14
8
Textiel
12,5
Exportaandeel (in %)
Hout en meubel
6,6
5,9
70
76
64
Handelssaldo (in miljard euro)
+2,3
+2,8
-0,5
Investeringen (in miljoen euro)
440
182,1
257,9
Toegevoegde waarde (werkelijke prijzen, in miljard euro)
2,9
1,3
1,6
Ondernemingen (aantal bedrijfsvestigingen)
2.500
860
1.640
Tewerkstelling (aantal werknemers)
52.300
28.500
23.800
91
84,9
94,4
4,6
6,7
Kleine ondernemingen (< 50 werknemers) (in %) Netto-rentabiliteit van het eigen vermogen (in %) (mediaan, gegevens 2006)
Bron: INR
5,9
3,2
3,7
3,4 2,6
2
Frankrijk (27,4 %)
Verenigd Koninkrijk (10,8 %)
Verre-Oosten (1,9 %)
Latijns-Amerika (0,6 %)
Overige EU-27 (18,3 %)
Italië (4,7 %)
Noord-Amerika (1,8 %)
Oceanië (0,5 %)
Nederland (14,3 %)
West-Europa niet EU (2,6 %)
Oost-Europa (1,8 %)
Duitsland (12,6 %)
Afrika (2,0 %)
Nabije- en Midden-Oosten (0,9 %)
2,5
2,3
1,5
1,4 0,5
0
1980
1985
1990
Invoer
Relatief belang van de productgroepen van de hout- en meubelindustrie (totale omzet 2008 = 5,9 miljard euro)
(*) schatting op jaarbasis
6,6
6,1 4,7
4
Diensten en
contactpersonen Fedustria
7,4
6 1,9 % 1,8 % 1,8 % 0,9 % 0,6 % 0,5 %
9,6
9,2
27,4 %
2,6 % 2,0 %
12,5 10,7
10
4,7 %
13,2
13
12
10,8 %
Totaal Omzet (in miljard euro)
In- en uitvoer en handelssaldo van de textiel-, hout- en meubelindustrie In miljard €
Bestemming van de textiel-, hout- en meubeluitvoer
1995
Uitvoer
2000
2005
2008
Handelssaldo
Bron: INR
Fedustria helpt de ondernemingen uit de textiel-, hout- en meubelindustrie bij het oplossen van alle problemen die ze bij hun ontwikkeling ondervinden. De dienstverlening van Fedustria gebeurt op maat, afhankelijk van de specifieke situaties waarin bedrijven zich bevinden. Dit kan gaan van algemene tot gepersonaliseerde bijstand. De dienstverlening bestrijkt zeer uiteenlopende domeinen: sociaal, juridisch, economisch, technisch, export, innovatie, milieu, energie en communicatie. Voor meer informatie over de diensten van Fedustria, verwijzen wij u graag door naar onze adviseurs (zie organogram hierna). Daarnaast kan u ook terecht op www. fedustria.be. Hoe een interne medewerker te bereiken? Hierna vindt u de dienstenstructuur van Fedustria. Naast de medewerkers per afdeling, vindt u trouwens ook de verantwoordelijken per groep en de regionale medewerkers (
[email protected]).
Relatief belang van de productgroepen van de textielindustrie (totale omzet 2008 = 6,6 miljard euro)
21,9 %
17,0 %
50,3 %
42,0 %
3,0 % 5,0 %
17,8 %
33,0 % 5,9 % 4,1 %
Tewerkstelling in de textiel-, hout- en meubelindustrie
282,6 257,9 248,7 222,1
200
228,5
223,9 209,8 200,0
206,2
40.000
Plaatmaterialen (21,9 %)
Verpakkingen (5,9 %)
34.719
30.970 28.434
182,1
28.500 26.681
26.146
25.000
25.334
8 6 5,7
24.783
24.311
23.800
3,7
3,2 1,8
2
4,1 2,3
1,2 1,3
0,5
0
20.000
-5,0 -6,8
-8,1
2004
2005
Hout- en meubelindustrie
2006
2007
2008
Textielindustrie Bron: BTW-aangiften, NIS
0
2002
2003
2004
Hout- en meubelindustrie
2005
2006
2007
2008*
* schatting Textielindustrie Bron: RSZ
-16
1529,8 1455,5
1603,71583,41627,61600,5 1494,7
1620,0
1479,0
1474,4
1567,2 1465,9 1319,3
800
-14,3
2000
2001
2002
2003
Hout- en meubelindustrie
2004
2005
2006
2007
Textielindustrie
2008 Bron: NIS
0
Fedustria Anderlecht Hof-ter-Vleestdreef 5/1 1070 Brussel Tel.: +32 (2) 528 58 11 Fedustria Gent Poortakkerstraat 96-98 9051 Gent (Sint-Denijs-Westrem) Tel.: +32 (9) 242 98 10 (soc.) +32 (9) 242 98 20 (econ.) Voor een wegbeschrijving kan u terecht op www.fedustria.be.
Dienstenstructuur van Fedustria
Algemene directie Fa Quix Guy Van Steertegem Roseline Dehaen Katia Thiebaut
Afdeling Communicatie Katja De Vos Catherine Gonze Nathalie Lopez Monique Mahieu
Afdeling Beheer André Cochaux Dirk Arnoes Arlette Rollé Bruno Debeuf Magda Brabant Eddy De Bremaecker Carine Lootens Eliane Gubbels Marianne Haustraete
Afdeling Economie Pierre Van Mol Sylvie Groeninck Didier Mommaerts
200
-14 2003
1607,7
1.600
1649,7
400
-12
5.000
1743,8
1788,4
600
-10
50
1782,1
1.000
-4,7
-8
10.000
2002
Bron: aandelen geschat door Fedustria op basis van de toegevoegde waarde
1.200
-1,7
-4
15.000
1.800
1.400
-0,7
-2
-6
0
Veredeling (5,0 %)
Spinnerij (3,0 %)
Bruto toegevoegde waarde tegen werkelijke prijzen in de textiel-, hout- en meubelindustrie
6,9
6,3
4
150
100
Technisch textiel (33,0 %)
Groeivoeten van de omzet in de textiel-, hout- en meubelindustrie
35.998
35.000
30.000
179,1
Kledingtextiel (17,0 %)
37.624
32.665
200,7
Bron: BTW-aangiften, NIS
Interieurtextiel (42,0 %)
40.240
217,1 193,3
Bouwelementen (17,8 %)
In %
250
45.000
Meubelindustrie (50,3 %)
Overige houtverwerking (4,1 %)
In miljoen €
300
Aantal werknemers
In miljoen €
Investeringen in de textiel-, hout- en meubelindustrie
Waar is Fedustria gevestigd?
2000
2001
2002
2003
Hout- en meubelindustrie
2004
2005
2006
2007
2008
Textielindustrie Bron: INR
Directeur-generaal Adjunct-directeur-generaal Directieassistente van Fa Quix Directieassistente van Guy Van Steertegem Directeur Vertalingen Assistente (3/5) Secretariaat Secretaris-generaal + Wallonië Boekhouder Boekhoudster (4/5) Informaticus Receptioniste Onderhoudstechnieker Logistiek Poortakker (1/2) Secretariaat (3/5) Secretariaat (3/5) Internationaal en federaal economisch beleid Directeur Adviseur (conjunctuur, studies, statistiek…) Adviseur (juridische en fiscale materies)
Secretariaat en statistiek (4/5) Secretariaat (4/5) Secretariaat (4/5) Secretariaat
Sabine Nimmegeers Griet Bonami Pascal Dewandeleer Véronique Vandecasteele
Sociaal adviseur (1/2) Sociaal adviseur Sociaal adviseur Secretariaat
Chris De Roock Karen Sprengers Dorothy Mingneau Luk Lafosse Marnix Voet Kris Van Peteghem Philippe Six Martine Van Volsom
Regionaal economisch beleid en innovatie Directeur Innovatieadviseur (nieuwe materialen en trends) Innovatieadviseur (productontwikkeling) Innovatieadviseur (productontwikkeling) Innovatieadviseur (procesinnovatie) Economisch adviseur (Vlaanderen) Economisch adviseur (Wallonië & Brussel) Secretariaat
Marc Blomme Griet Vandewalle Amanda Morel Yves Cammaert Pascale Zintz
Juridisch en textiel Directeur Sociaal adviseur (3/5) Sociaal adviseur Sociaal adviseur Assistente
Mark Vervaeke Caroline Sonneville Viviane Rogolle Bernard Deheegher Betty Van Der Linden
Export en promotie Directeur Adviseur technisch textiel Secretariaat (1/2) Adviseur meubelexport (BelgoFurn) Secretariaat (1/2) (BelgoFurn)
Ria Bekker Wim Van Goethem Lionel Schafer Jackie Bombaerts Afdeling Milieu, energie en techniek Bruno Eggermont Piet Vanthournout Ingrid Hontis Jan Dietvorst Guy De Muelenaere Daniëlle Havaux
Regionaal en hout Directeur Sociaal adviseur (Vlaanderen) Sociaal adviseur (Wallonië & Brussel) Secretariaat
Jeanne Meyskens Ginette Coopman Marleen Lenaerts Greta Hulstaert
Afdeling Sociaal Jan De Meyer Ronny Arryn Maryline Albers
Dienstverlening aan bedrijven Directeur Sociaal adviseur Sociaal adviseur
Adviseur (water, energie, textiel, REACH) Adviseur milieu en energie Adviseur milieu en energie Adviseur technische groepen hout Adviseur techniek en milieu (Wallonië) Secretariaat (4/5)
2008 2009
Jaarverslag
Voorzitter
Het is de industrie die zorgt voor duurzame welvaart De financiële crisis sloeg in de loop van 2008 keihard toe en leidde tot een zware economische recessie. Dit schudde ons allemaal brutaal doorheen. Van “business as usual” moesten de meeste bedrijven snel overschakelen op een “overlevingsstrategie”. Voor vele bedrijven werd de tijdshorizon van vele jaren die ze normaal in acht nemen plots herleid tot het overbruggen van liquiditeitsproblemen in de komende maanden. Niemand had ooit durven voorspellen dat de wereldeconomie zo snel en zo diep in de problemen zou geraken. De problemen in de financiële sector hebben de banken in de eerste plaats aan zichzelf te danken. Zij hebben geen goed risicomanagement toegepast, iets wat ze nochtans altijd van de industriële bedrijven vragen vooraleer hen krediet te verstrekken. De gevolgen van de bankcrisis zullen jammer genoeg niet enkel door de financiële sector worden gedragen, maar wegen op de ganse economie, inclusief op de industriële bedrijven als de onze.
© Sioen Industries
Er wordt gepleit voor het verhogen van de overheidstussenkomsten, voor maatregelen van keynesiaanse aard om de consumptie aan te zwengelen, tot nationalisering van banken en bedrijven toe. Dit zijn geen goede oplossingen, omdat ze eerder “Kurieren am Symptom” en niet de fundamenten van onze economie verstevigen. Akkoord dat men tijdelijk een aantal waarborgen geeft vanuit de overheid om erger onheil, zoals het faillissement van grootbanken te voorkomen, maar die tussenkomsten moeten uitzonderlijk zijn en beperkt blijven in de tijd. Het fundament van onze economie is immers de “maakindustrie”. Dat zijn onze industriële sectoren waar de textiel-, hout- en meubelbedrijven toe behoren, naast bv. de automobielindustrie, de chemie, de grafische nijverheid en de papierindustrie, de kleding, de voeding, de technologiesectoren, de glas-, staal- en betonproductie… Het is deze maakindustrie die hoge toegevoegde waarde levert. Bovendien halen we het gros van die toegevoegde waarde dankzij de export. Wij verkopen onze producten massaal in het buitenland, zodat er geld binnenkomt voor onze Belgische economie. Vele sectoren hebben hun plaats in een economie, maar er mag geen twijfel over bestaan dat het de exportgerichte maakindustrie is die de motor van onze welvaart is.
2
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Het is bijgevolg duidelijk dat het overheidsbeleid er in eerste instantie voor moet zorgen dat onze maakindustrie alle kansen krijgt om zich te ontplooien. Ze moet dus de belangrijke kostennadelen waarmee onze bedrijven kampen zo snel mogelijk wegwerken. Onze ondernemingen moeten immers competitief zijn op internationaal vlak. Onze kosten, niet alleen deze van arbeid, maar ook van energie, milieu, overheidsdiensten… moeten gelijk lopen met wat onze buitenlandse concurrenten hiervoor betalen. Dit laatste impliceert ook dat wij een afgeslankte en efficiëntere overheid nodig hebben, die zich beperkt tot haar kerntaken. Heel wat bedrijfsleiders worden trouwens moedeloos van de alsmaar uitdijende en niet-efficiënte overheidsdiensten die in ons land worden gecreëerd. Want dat kost alsmaar meer belastingen. Tot slot: welvaart is geen erfgoed. Welvaart is iets dat we allemaal samen elke dag moeten verdienen. En dit kan enkel indien er ruimte en kansen zijn om de bedrijven te laten groeien. De maakindustrie speelt een sleutelrol in de creatie van deze duurzame welvaart. Het is bijgevolg logisch dat de overheid een efficiënt macro-economisch kader creëert dat maximale kansen geeft aan de ontplooiing van de tienduizenden bedrijven die vandaag nog actief zijn in de industrie, zoals uw en onze bedrijven. Het is de industrie die de toekomst maakt. Deze nochtans eenvoudige, maar fundamentele boodschap wordt helaas nog al te vaak miskend. Moge de crisis van 2008 en 2009 ervoor zorgen dat deze boodschap door iedereen van hoog tot laag goed begrepen wordt.
Michèle Sioen, voorzitster Philippe Corthouts, vicevoorzitter
© Tasibel
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
3
Beslissingsorganen Fedustria
Fedustria is een vereniging zonder winstoogmerk (vzw) en heeft dus de klassieke beslissingsorganen: Algemene Vergadering, Raad van Bestuur, Bureau (dagelijks bestuur). Zij wordt geleid door een voorzitter en een vicevoorzitter. De Algemene Vergadering bestaat uit alle bedrijven die lid zijn van Fedustria vzw. Alle ondernemingen die actief zijn in de productie van textiel of van houten producten of meubelen in ons land, kunnen effectief lid worden van Fedustria vzw en hebben elk één stem in de Algemene Vergadering. Fedustria vzw is op 1 januari 2007 van start gegaan als fusiefederatie van de voormalige Febeltex vzw en Febelhout vzw. De termijn voor het voorzitterschap is drie jaar en de voorzitter zal beurtelings een vertegenwoordiger van de textielsector en een vertegenwoordiger van de hout- en meubelsector zijn. Sinds 3 mei 2007 neemt mevrouw Michèle Sioen het voorzitterschap van Fedustria waar en dit voor een periode van drie jaar. Zij wordt bijgestaan door de heer Philippe Corthouts (vicevoorzitter). Het dagelijks bestuur is in handen van een Bureau dat bestaat uit tien industriële leden, met name vijf bedrijfsleiders uit de textielsector en vijf bedrijfsleiders uit de hout- en meubelsector. De directeur-generaal, de adjunct-directeur-generaal en de secretaris-generaal wonen de vergaderingen van het Bureau bij zonder stemrecht. Het Bureau neemt het dagelijks bestuur waar en zorgt ervoor dat de genomen beslissingen worden uitgevoerd. Alle belangrijke standpunten en beslissingen van de federatie worden genomen door de Raad van Bestuur van Fedustria vzw. De Raad van Bestuur is zeer ruim samengesteld om een zo breed mogelijk beslissingsdraagvlak te hebben. Beide grote sectoren duiden elk twintig vertegenwoordigers aan: twintig bedrijfsleiders van de textielsector en twintig bedrijfsleiders van de hout- en meubelsector. Om het bestuur van de federatie soepel te houden, is deze Raad van Bestuur ook opsplitsbaar, hetzij sectoraal in resp. een deelraad textiel en een deelraad hout en meubel, hetzij regionaal waarbij alle Vlaamse leden apart kunnen beslissen over Vlaamse aangelegenheden en alle Waalse leden apart kunnen beslissen over Waalse aangelegenheden. Deze gewestelijke deelraden zijn dus m.a.w. Fedustria Vlaanderen en Fedustria Wallonië. Daarnaast zijn er ook nog twee belangrijke adviescolleges: een adviescollege voor sociale zaken en een adviescollege voor economische zaken. Zij geven advies aan de Raad van Bestuur, die de finale beslissingen neemt. Voor productspecifieke zaken kunnen ook de (product-)groepen worden samengeroepen (bv. houten plaatmateriaal, interieurtextiel, houten constructie-elementen, textielveredeling...). Zij kunnen ook beslissingen nemen, maar louter en alleen voor productspecifieke zaken. Binnen Fedustria bestaan er een 20-tal grote en kleine productgroepen.
© Xact Photography - Mobitec
4
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Samenstelling van het Bureau van Fedustria (op 29/04/09)
•
Michèle Sioen, voorzitster Sioen Industries
•
Philippe Corthouts, vicevoorzitter Recor
•
Jean-François Gribomont Utexbel
•
Pierre Hanet Microfibres Europe
•
Jan Ide Spano
•
Raymond Meers Mecam
•
Peter De Meyer LS Bedding
•
Jean-Baptiste Santens Santens
•
Erik Vandenbosch Coblo
•
Michel Verhelst Coverfil
© Fedustria
directeur-generaal, Fa Quix, vicevoorzitter, Philippe Corthouts, voorzitster, Michèle Sioen, adjunct-directeur-generaal, Guy Van Steertegem
Maken ook deel uit van het Bureau zonder stemrecht: •
Fa Quix, directeur-generaal Fedustria
•
Guy Van Steertegem, adjunct-directeur-generaal Fedustria
•
André Cochaux, secretaris-generaal Fedustria
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
5
Samenstelling van de Raad van Bestuur van Fedustria
Vertegenwoordigers van de textielindustrie •
Associated Weavers Europe Erik Deporte
•
Beaulieu International Group Dirk Dees
•
Bekaert Textiles Paul De Meulemeester *
•
Bonar Technical Fabrics Norbert Verfaillie
•
Concordia Textiles Manu Tuytens
•
Coverfil
(op 29/04/09)
•
Utexbel Jean-François Gribomont
•
Habo Jozef Luyckx *
•
Vanmarcke Textielveredeling Koen Buyse
•
Jonckheere.Wood Vincent Jonckheere
•
Verstraete & Verbauwede Stefaan Verstraete *
•
Keuleers Dirk Keuleers *
•
Vlerick Group Philippe Vlerick *
•
Labonorm Carl Van Marcke *
•
(past-voorzitter Febeltex) Filiep Libeert *
•
Lefevere Industries Luc Billiet *
•
Linopan Stephan Van Damme
•
LS Bedding Peter De Meyer *
•
Mecam Raymond Meers
•
Neo-Style Etienne Vanderpoorten
•
Neyt Gustaaf Neyt
•
Norbord Irvin Coussens *
•
Pasec Ferdinand Verveckken
•
Perfecta Anthony Vanderschelden
•
Recor Philippe Corthouts
•
Recor Marnix Magdelijns *
•
Recticel Bedding Jean-Pierre De Kesel
•
Sicame Jean-Pierre De Dobbeleer *
•
Spanogroup Jan Ide
•
Spanogroup Wim Seynaeve *
•
Theuns Theo Theuns
•
Unic Design Theo Peers *
•
Unilin Bernard Thiers
•
Van Houdt Bart Vansichen *
Vertegenwoordigers van de hout- en meubelindustrie
Michel Verhelst •
De Witte Lietaer Antoon Vandeginste *
•
Bevepal Jos Dewael *
•
Denderland-Martin Rudy De Lathauwer
•
Boone Jan Van Hecke
•
DesleeClama Jos Deslee
•
Brabo Parket Etienne Roels
•
Escolys Textiles Jean-Paul Depraetere
•
Brunet Emile Brunet *
•
Groep Masureel Veredeling Francis Verstraete
•
Coblo Erik Vandenbosch
•
IVC Herman Paridaens
•
De Coene Products Pascal Vanderhaeghen *
•
Iwan Simonis Marc Simonis
•
De Zetel Geert Behaegel *
•
Lano Pierre Lano
•
Decof Dirk Decoopman *
•
Libeco-Lagae Raymond Libeert
•
Deknudt Frames Bruno Deknudt
•
Maes Mattress Ticking Jef Maes
•
Demaco Bart Decuypere *
•
Microfibres Europe Pierre Hanet
•
Dewolf Edwin Dewolf
•
Osta Carpets Johan Dejager *
•
Dux International Paul De Poot
•
Santens Jean-Baptiste Santens
•
Ecolam Etienne de Cartier
•
Seyntex Arthy Seynaeve *
•
Engels Christophe Engels *
•
Sioen Industries Michèle Sioen
•
Eurolijsten Jean Pierre Cours *
•
Traitex Dominique Godin
•
Foresco Frédéric De Vel
© Omexco
6
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
* plaatsvervangende leden
Promotie
Futurotextiel 08 (Kortrijk, 08/10-07/12/2008) In totaal 30.225 bezoekers, waaronder opvallend veel geïnteresseerden van buiten de textielsector, menig buitenlander en ook zeer veel jonge mensen maakten dat dit imagobevorderend evenement, niettegenstaande de tegenvallende economische achtergrond, toch een onverwacht succes werd. Dankzij de zeer gewaardeerde materiële steun van zeer veel lidbedrijven en dankzij de dynamiek van de steden Kortrijk (vzw Design Regio Kortrijk) en Lille (Lille 3000) werd Futurotextiel 08 een zeer geslaagd evenement. Als actieve partner gelooft Fedustria in de Belgische textielsector: textiel is en blijft een volwaardige industrie, die constant innoveert en die zich constant transformeert teneinde aan de internationale concurrentie het hoofd te kunnen bieden. Meer dan ooit tevoren is de textielindustrie in België (zoals overal in West-Europa) verplicht om via artistiek-creatieve en technologisch-creatieve weg nieuwe, hoogwaardige producten te maken. Dit kan door nog beter in te spelen op de marktsegmentatie en door zich als specialist bijvoorbeeld te richten op delen van de contractmarkt (hospitality, transport...) of op de markt van de editeurs... In het ene geval zullen nieuwe technologieën en nieuwe materialen bijdragen tot het aanreiken van nieuwe marktrelevante functionaliteiten; in het andere geval zal het verschil gemaakt worden door het design; in nog andere gevallen wordt het een combinatie van deze beide elementen.
© Domani
Tegelijk gaf Futurotextiel 08 aan de textielindustriëlen uit de ruime regio een unieke kans om de dynamiek van hun bedrijf aan de buitenwereld te tonen: de eigen medewerkers, de klanten en leveranciers, de studenten, de pasafgestudeerden en de jonge werknemers binnen en vooral buiten de textielsector die nog gemakkelijk van werk veranderen. Kortom, alle stakeholders konden er zien en voelen dat de textielondernemingen van vandaag een visie hebben, er consequent naar werken en investeren. TEXstream.be Meer leerlingen en studenten aanmoedigen om textielonderwijs te volgen en meer werkzoekenden en schoolverlaters naar de textielsector toeleiden blijven de doelstellingen van TEXstream.be. Door samenwerking tussen onderwijs, textielbedrijven en Fedustria werden onder de TEXstream.be-vlag diverse acties uitgewerkt. Centraal staat de website www.TEXstream.be die geregeld aangevuld wordt met positieve berichten en wetenswaardigheden over textiel. De rubriek “vacatures” waarop textielwerkgevers gratis hun vacatures kunnen plaatsen, kent veel succes. De acties resulteerden in een eerste positief resultaat: voor het academiejaar 2008-2009 hebben 12 studenten zich aan de Hogeschool Gent ingeschreven voor het eerste jaar van de opleiding professionele bachelor textieltechnologie. In het academiejaar 2006-2007 was het voortbestaan van deze studierichting nog ernstig bedreigd. TEXstream.be was met een stand aanwezig op jobbeurzen waarbij de bezoekers konden kennismaken met alle vacatures in de textielindustrie.
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
7
Promotie ...
Door aanwezig te zijn op de studie- en informatiebeurzen worden de troeven en kansen van de textielsector kenbaar gemaakt bij potentiële studenten. Door textielleerlingen en -studenten ambassadeur te maken van hun studierichting wordt gemikt op een positief effect en een hogere instroom. Voor het schooljaar 2008-2009 werd ondersteuning en medewerking verleend aan het initiatief “ I love IT”. Zo’n vijfhonderd leerlingen nemen deel aan een wedstrijd om een stuk intelligent textiel te ontwikkelen en te realiseren. Textielonderzoekers en -deskundigen staan ter beschikking van de leerlingen om hen te helpen bij technische en praktische vragen. Textielbedrijven verlenen inhoudelijke medewerking aan dit project. Acties in het basisonderwijs Omdat onbekend onbemind is, ijvert Fedustria ervoor om kinderen op jonge leeftijd vertrouwd te maken met haar sectoren. Daarom wordt gewerkt aan twee projecten om voor leerlingen van het basisonderwijs sectorspecifiek didactisch materiaal aan te maken. Om de boodschap van de hout- en meubelsector verder uit te dragen, werkt Fedustria aan een educatief pakket “Hout Vasthouden” als vervolg op het gelijknamige stripverhaal. De doelgroep zijn de leerkrachten en leerlingen van het 5de en 6de leerjaar basisonderwijs. Het educatief pakket bestaat o.a. uit een lespakket met info voor de leerkrachten en doebladen voor de leerlingen, een klasposter, een educatieve film en een nieuwe website met daaraan gekoppeld een scholenwedstrijd. In 2009 zou het educatief pakket met ondersteunende tools bij de scholen worden gelanceerd. Een educatief textielgame, dat via het digitaal schoolbord in de klas kan worden gebracht, heeft als bedoeling interesse voor textiel op te wekken bij leerlingen van het 5de en 6de jaar basisonderwijs. In het voorjaar 2008 werd een textielfilm gerealiseerd die leerlingen en buitenstaanders een kijk geeft op de textielprocessen en -producten. Fedustria verleent haar medewerking aan het project TOS 21 van de Vlaamse overheid (Techniek op School voor de 21ste eeuw) met als doel het ontwikkelen van een leerlijn van 2,5 tot 18 jaar waarbij aan de betrokken leeftijd aangepaste didactische materialen en methodes worden aangeboden, die de brede vorming rond wetenschap en techniek ondersteunen.
© Balta
8
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Belgian Linen Mede dankzij de financiële ondersteuning vanuit Textirama vzw (Intirio & MoOD) brachten de 6 Belgische linnenwevers op Decosit 2008 een knappe brochure uit waarin de talrijke troeven van hun exclusief product in de verf werden gezet: “Belgian Linen” staat onmiskenbaar voor luxe en perfectie, voor authenticiteit, voor topkwaliteit en duurzaamheid, voor respect voor mens en natuur. Samen met de Europese collega’s wordt onder het label “MASTERS of LINEN” zwaar ingezet op de generieke promotie van het product VLAS en voor de promotie van top EU-kwaliteit in diverse toepassingsdomeinen, waaronder decoratie, technisch textiel en kledij. © Vandenberghe
Carpetteam© Net zoals vorig jaar heeft Carpetteam©, een bundeling van de promotionele krachten van 6 belangrijke Belgische tapijtconcerns, vooral ingezet op de organisatie van professionele verkoopstrainingen voor de verkopers in de Belgische detailhandel en de grootdistributie en voor de Belgische professionele plaatsingsbedrijven. Immers, het zijn deze partners die de eindconsument de vele voordelen van kamerbreed tapijt en tapijttegels best laten ontdekken: tapijt is antistresserend, tapijt is veilig en zacht, tapijt is natuurvriendelijk, tapijt is onderhoudsvriendelijk, tapijt isoleert het lawaai en helpt om uw verwarmingskosten te reduceren, tapijt is supergezond zelfs voor allergiepatiënten, tapijt biedt oneindige creatieve mogelijkheden... Meer hout gebruiken draagt bij tot duurzame ontwikkeling! Elke kubieke meter hout die als alternatief voor andere constructiematerialen wordt gebruikt, doet de CO2-uitstoot in de atmosfeer gemiddeld met 1,1 ton dalen. Als we daarbij de 0,9 ton koolstofdioxide tellen die in het houten product wordt vastgehouden, dan bespaart elke kubieke meter hout in totaal 2 ton CO2. Dit betekent dat, als we met zijn allen in Europa 10 % meer houten woningen zouden bouwen, we daardoor alleen reeds 25 % van de Kyotodoelstellingen voor de reductie van CO2-emissies zouden realiseren. Om deze boodschap kracht bij te zetten, werden alle ecologische voordelen van de grondstof hout in de strijd tegen de klimaatverandering door de Europese federaties CEI-Bois (Europese confederatie van de houtindustrie) en EPF (Europese federatie van het plaatmateriaal), samen met het vroegere Febelhout, verzameld in het boek “Tackle Climate Change, Use Wood”. Deze publicatie werd reeds in meerdere talen vertaald (ook Frans). In de loop van 2009 zal een Nederlandstalige editie verschijnen. De publicatie wordt actief ingezet als promotie- én lobbymiddel. Het is verkrijgbaar op eenvoudige aanvraag via
[email protected]. Het nieuwe extranet van Fedustria online Begin september 2008 werd het nieuwe extranet van Fedustria gelanceerd. Het gaat om een beveiligde internetzone, alleen toegankelijk voor de leden van Fedustria. Het nieuwe extranet van Fedustria vervangt het vroegere intranet van Febeltex en het vroegere extranet van Febelhout. Op het nieuwe extranet van Fedustria kan men een heleboel praktische bedrijfsinformatie raadplegen. Het nieuwe extranet is toegankelijk via www.fedustria.be, aan de hand van een persoonlijke login en paswoord. Samen met Fedustria News, het wekelijks ledenmagazine van Fedustria, vormt het nieuwe extranet een belangrijke tool in de communicatie tussen de federatie en haar lidbedrijven. De toegevoegde waarde zit hem in de “screening” van de verstrekte informatie door onze specialisten, waardoor de informatie up-to-date is en bovendien specifiek van toepassing is op de industriële bedrijven uit de textiel-, hout- en meubelsector.
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
9
Conjunctuur
De Belgische textielindustrie in 2008
© Van De Wiele
Zwakke activiteit met dieptepunt in vierde kwartaal 2008 De textielproductie kromp in 2008 met 12 % in volume en de omzet daalde met 14,3 %. In het eerste kwartaal was de activiteit reeds zwak (productievolume -5,7 % en omzet -8,6 %), maar in de loop van het jaar verergerde de situatie nog, met een absoluut dieptepunt in het vierde kwartaal, toen het productievolume met 22,4 % terugviel en de omzet met 23,7 %. Uit de conjunctuuronderzoekingen van de Nationale Bank blijkt dat het vertrouwen van de textielondernemers sinds begin 2008 pijlsnel achteruit ging. Na een miniem herstel in januari 2009, daalde het ondernemersvertrouwen in februari tot een nieuw dieptepunt. Dalende vraag in hoge kostenomgeving werkt verstikkend De textielconjunctuuromslag vond reeds plaats in de tweede helft van 2007 en heeft zich versterkt doorgezet in 2008. De achteruitgang begon bij het interieurtextiel dat sterk gericht is op de Britse en (in mindere mate) op de Amerikaanse exportmarkten, waar de woningcrisis reeds eerder had toegeslagen en de munten ongunstig stonden. Er was aldus een dubbel effect: sterke volumedaling in combinatie met een forse wisselkoersgedreven margekrimp. Vanaf oktober, de zwarte maand voor de financiële sector, kwam daar dan nog de algemene economische recessie bij. Hierdoor vertraagde de textielactiviteit nog meer en werden niet alleen het interieurtextiel, maar ook het kledingtextiel en zelfs het technisch textiel, getroffen. In 2008 verloor de Belgische textielindustrie naar schatting een miljard euro aan omzet.
80,0
Bezettingsgraad van de productiecapaciteit in de textielindustrie (in %)
79,0
De scherp dalende vraag in combinatie met stijgende energie- en grondstoffenprijzen, althans tijdens de eerste negen maanden van 2008, en de hoge loonkosten hadden een verstikkend effect. Om de concurrentiepositie niet nog meer aan te tasten, wer-
79,3
78,0 78,0
den de gestegen kosten meestal niet doorgerekend en werden er zelfs prijsconcessies gedaan. Als gevolg van de uiterst zwakke conjunctuur en de instorting van de ruwe olieprijs zijn de textielvezelprijzen sinds het vierde kwartaal van 2008 fors gedaald, wat de bedrijven tijdelijk weer wat ademruimte bracht.
78,4
77,0 77,0
76,0
76,6
75,0 74,0
74,3 73,7
73,0 72,0 71,0 70,0 Bron: NBB
2002
10
2003
2004
2005
2006
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
2007
2008
Synthetische conjunctuurcurve in de textielnijverheid (excl. confectienijverheid) Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Seizoengezuiverde bruto reeks
Bron: NBB
20 10 0 Motor van de uitvoer sputtert
-10 Op het eerste gezicht leek de textieluitvoer -20 nog goed stand te houden omdat tijdens de eerste negen maanden van 2008 deze -30 slechts met 0,5 % is achteruit gegaan. Dit -40 is echter met inbegrip van de doorvoer en pure handelsactiviteiten zoals bijvoor-50 beeld de uitvoer van breigoed die hoofd-60 zakelijk doorvoer is. Houdt men hiermee 2004 2005 2006 2007 rekening dan is de textieluitvoer tijdens de eerste drie kwartalen van 2008 evenwel al met zowat 4 % gedaald. In twee van de drie toepassingssegmenten viel de uitvoer terug. Interieurtextiel (ca. een vierde van de totale textieluitvoer) kende een daling met 10,4 % en kledingweefsels (aandeel van ca. 7 %) ging met 5,9 % achteruit. Enkel het technisch textiel (aandeel van ca. 30 %) kon de uitvoer nog met 10,7 % opdrijven tijdens de eerste negen maanden van 2008. Opgemerkt dient te worden dat de uitvoer vooral in het vierde kwartaal fors in mekaar is gezakt, en dat ook belangrijke productgroepen van het technisch textiel niet langer aan deze achteruitgang ontsnapten. Op de EU-markt, die goed is voor ca. 87 % van de totale Belgische textieluitvoer (zonder confectiekleding), bleven onze leveringen in waarde status-quo (-0,3 %). Frankrijk is de belangrijkste exportmarkt voor Belgisch textiel. Tijdens de eerste 9 maanden van 2008 daalden onze textielleveringen op de Franse markt evenwel met 1,6 %. De textieluitvoer naar Duitsland steeg met 1,4 % en wordt hiermee opnieuw de tweede belangrijkste exportmarkt. Door de daling van de textieluitvoer naar het Verenigd Koninkrijk met liefst 10,5 % valt dit land terug naar de derde plaats. Het aandeel van de textielleveringen aan het Verenigd Koninkrijk daalde hiermee van 14,4 % in 2006 naar 12,4 % in 2008. De export buiten de EU vertoont een uiteenlopend beeld al naargelang de regio’s. Sterke dalingen van de leveringen werden opgetekend op de Oost-Europese markt (-22,0 %), de Noord-Amerikaanse markt (-19,3 %, waarvan USA -25,3 %), de Latijns-Amerikaanse markt (-13,2 %) en naar het Verre-Oosten (-11,2 %). Naar West-Europa buiten de EU (+21,5 %), het Nabije- en Midden-Oosten (+31,7 %), Australië (+40,8 %) en Afrika (+2,5 %) stegen de textielleveringen daarentegen vaak fors. De export werd sinds de zomer 2008 in steeds grotere mate gehinderd door de restrictieve houding vanwege de kredietverzekeraars.
2008
2009
China wordt 2de belangrijkste leverancier van textiel (zonder confectiekleding) op de Belgische markt De textielinvoer in België steeg tijdens de eerste negen maanden van 2008 met 3,2 % in waarde. China is met een aandeel van 13,3 % de 2de belangrijkste leverancier van textiel (zonder confectiekleding) op de Belgische markt. In 2007 stond China nog
© Gamma Holding
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
11
Conjunctuur ...
op de 4de plaats. Tijdens de eerste 9 maanden van 2008 steeg de Chinese textielinvoer in ons land met 20,0 % tot 815 miljoen euro. Enkel Duitsland (862 miljoen euro) leverde meer textiel op onze markt (+19,9 %). China is sowieso de 1ste textielleverancier van buiten de EU op de Belgische markt. Lage bezettingsgraad leidt tot daling investeringen Door de zwakke conjunctuur bedroeg de bezettingsgraad van het productievermogen in 2008 gemiddeld 73,7 % t.o.v. 78,4 % in 2007. In januari 2009 zakte de bezettingsgraad tot een nooit gezien dieptepunt van slechts 58,7 %. De lage bezettingsgraad, maar ook het gebrek aan financiële middelen, heeft de bedrijven er niet toe aangezet te investeren. Bijkomend werden de investeringsinspanningen gehinderd door de verminderde toegang tot bankkredieten. In 2008 vielen de textielinvesteringen met 9,3 % terug tot naar schatting 182,1 miljoen euro, al is het best mogelijk dat het definitieve cijfer nog een stuk lager zal uitvallen. Werkgelegenheid daalt en tijdelijke werkloosheid neemt toe In 2008 gingen zowat 2.500 jobs verloren in de textielindustrie, waardoor de tewerkstelling uitkwam op circa 28.500 directe jobs. Dit is een daling met 8,0 % t.o.v. 2007. Daarnaast is de tijdelijke werkloosheid fors opgeklommen. In het vierde kwartaal van 2008 lag de tijdelijke werkloosheid in de textielindustrie ongeveer dubbel zo hoog als in hetzelfde kwartaal van 2007 (eind 2008 werden ca. 20 % van de arbeidsdagen omgezet in tijdelijke werkloosheid tegenover gemiddeld 10 % voordien). Wapenen tegen de crisis De laatste maanden van 2008 kelderde de economische activiteit wereldwijd. De wereldhandel kreeg rake klappen met dramatische gevolgen voor de exportafhankelijke sectoren zoals de textielindustrie. Bij onze belangrijkste handelspartners wordt er voor de eerste helft van 2009 geen verbetering van de economische activiteit verwacht. De overheidsmaatregelen die wereldwijd genomen worden, zouden de wereldeconomie in de loop van het tweede semester van 2009 uit de recessie moeten halen. Ondanks de zeer flauwe resultaten voor het jaar 2008 zijn de textielondernemingen niet bij de pakken blijven zitten. Omdat de volumes en zeker de massareeksen niet meer aan de orde zijn, is de strategie van vooral de grotere fabrikanten steeds nadrukkelijker gericht op marktsegmentering, productontwikkeling en klantenservice. Het is duidelijk dat de keuze voor creatieve en innovatieve producten met meer toegevoegde waarde op maat van de klant een toekomstgerichte strategie is. Deze bedrijven staan klaar om hun mannetje te staan in de concurrentiestrijd, eens de wereldeconomie terug aantrekt.
© Libeco Home
12
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
De Belgische hout- en meubelindustrie in 2008 Evolutie van de omzet per segment In miljoen euro
2007
2008
08/07
Stoelen en zitmeubelen
934,0
833,5
-10,8 %
Kantoor- en winkelmeubelen
602,7
613,2
+1,7 %
Keukenmeubelen
343,4
323,7
-5,7 %
Eetkamer-, zitkamer-, slaapkamer-, tuin- en terrasmeubelen
977,2
936,0
-4,2 %
Matrassen en bodems
263,7
259,3
-1,7 %
3.121,0
2.965,7
-5,0 %
Plaatmaterialen
1.481,3
1.295,4
-12,5 %
Bouwelementen
1.083,7
1.052,0
-2,9 %
Verpakkingen
363,9
347,4
-4,5 %
Overige houtverwerking
282,5
241,6
-14,5 %
Subtotaal meubelindustrie (*)
Subtotaal houtindustrie
3.211,3
2.936,3
-8,6 %
Totaal hout- en meubelindustrie
6.332,4
5.902,0
-6,8 %
(*) inclusief meubelen van metaal en kunststof – Bron: NIS
Wereldwijde economische malaise doet omzet dalen De omzet van de hout- en meubelindustrie daalde in 2008 met 6,8 %. In het eerste semester bleef de achteruitgang beperkt tot 2,4 %, maar in het tweede semester daalde de omzet met liefst 11,4 %. De economische crisis heeft dus ook de hout- en meubelindustrie in zijn greep gekregen. Uitgedrukt in volume viel de activiteit met 7,2 % terug. Volgens de conjunctuuronderzoekingen van de Nationale Bank vertoont het ondernemersvertrouwen in de Belgische hout- en meubelindustrie sinds midden 2007 een dalende tendens. Competitiviteit in gevaar Het probleem van de kostencompetitiviteit stelde zich in 2008 nog nadrukkelijker. De versnellende inflatie en de automatische loonindexering, evenals de fors gestegen energieprijzen (de Belgische elektriciteitstarieven voor de industrie zijn gemiddeld duurder dan in de buurlanden) konden niet steeds worden doorgerekend, hetgeen de marges verder onder druk heeft gezet. Pas tegen het jaareinde kwam hier enige ademruimte.
© Decruy
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
13
Conjunctuur ... Synthetische conjunctuurcurve in de hout- en meubelindustrie Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Bron: NBB
Seizoengezuiverde bruto reeks
20 10 0 -10 -20 -30 -40 -50 -60 2004
2005
2006
2007
2008
2009
Investeringen, bezettingsgraad van de productiecapaciteit en tewerkstelling De hout- en meubelindustrie investeerde in 2008 voor 258 miljoen euro, een stijging met 18,4 % ten opzichte van 2007. Enerzijds geeft dit aan dat heel wat bedrijven nog steeds geloven in de toekomst. Anderzijds betekent dit ook dat de hout- en meubelindustrie kapitaalintensiever wordt. De bezettingsgraad van de productiecapaciteit in de hout- en meubelindustrie bedroeg in 2008 gemiddeld 79,1 % en lag hiermee onder de kritische drempel van 80 %. Onder de 80 % ontstaan er capaciteitsoverschotten die aanleiding kunnen geven tot jobverlies. In 2007 stelde de Belgische hout- en meubelindustrie 24.311 personen tewerk in 1.648 ondernemingen. De tewerkstellingsevolutie in 2008 kan worden geraamd op een daling met 2 %. Laag consumentenvertrouwen beperkt exportmogelijkheden Het consumentenvertrouwen is een belangrijke graadmeter van de koopintenties van de consumenten en dus ook van de potentiële vraag naar meubelen en andere duurzame interieurproducten. Het indexcijfer van het consumentenvertrouwen in België piekte in mei 2007 op +3, bleef de daaropvolgende maanden vrij stabiel, om vervolgens vanaf november 2007 af te glijden. Het consumentenvertrouwen bleef tijdens de eerste negen maanden van 2008 geleidelijk verzwakken, maar viel pas fors terug vanaf oktober 2008 als gevolg van de financiële crisis. In januari 2009 zakte de indicator van het consumentenvertrouwen in België tot -21. Bij onze belangrijkste handelspartners eindigde het consumentenvertrouwen in januari 2009 vaak nog lager: Frankrijk -35, Nederland -20, Duitsland -27, Verenigd Koninkrijk -35 en Spanje -44. Dit hypothekeert onze exportmogelijkheden. In 2008 bleef de meubelconsumptie in België met +0,9 % nog vrij constant. Of het binnenlandse verbruik zich in 2009 zal kunnen handhaven, is gezien het lage consumentenvertrouwen weinig waarschijnlijk.
© Halux
14
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
© Leda
Uitvoer binnen EU-27 daalde Tijdens de eerste negen maanden van 2008 voerde België voor 2,9 miljard euro aan houtproducten en meubelen uit (inclusief doorvoer). Dit is een daling met 1,5 % ten opzichte van de eerste negen maanden van 2007. De uitvoer naar de EU-27, met een aandeel van ca. 91 % de belangrijkste exportzone, daalde met 1,6 %. De belangrijkste exportmarkten voor de Belgische hout- en meubelindustrie zijn Frankrijk (34,3 % van de totale export), Nederland (28,1 %), Duitsland (9,1 %), het Verenigd Koninkrijk (6,4 %) en Spanje (3,3 %). Frankrijk blijft de belangrijkste exportmarkt; onze uitvoer van houtproducten en meubelen nam er nog met 5,1 % toe. De leveringen op de Nederlandse markt bleven met +0,6 % nagenoeg stabiel. De uitvoer naar Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Spanje moest fors inboeten, met respectievelijk -8,0 %, -26,9 % en -10,4 %. Buiten de EU-27 zijn Rusland (aandeel van 2,1 %) en de Verenigde Staten (aandeel van 1,4 %) de belangrijkste exportmarkten. De uitvoer naar Rusland kende voor het tweede jaar op rij een forse groei met liefst +55,2 % tijdens de eerste negen maanden van 2008. Door de sterke euro verloor de hout- en meubeluitvoer naar de Verenigde Staten opnieuw terrein: -30,6 % tijdens de eerste negen maanden van 2008. China dreef uitvoer terug op De invoer van houtproducten en meubelen daalde tijdens de eerste negen maanden van 2008 met 1,6 %. De sectorale handelsbalans blijft negatief met een export/import ratio van 87,8 %. De invoer uit de EU-27 (-4,3 % tijdens de eerste negen maanden van 2008) en Oost-Europa (-18,9 %) daalde, terwijl de invoer uit andere regio’s globaal met 6 % steeg. De Chinese invoer van houtproducten en meubelen in ons land nam met 11,3 % toe. China blijft hiermee met een importaandeel van 16,4 % de tweede belangrijkste buitenlandse leverancier van meubelen en houtproducten op de Belgische markt, na Duitsland (aandeel van 18,2 %; +2,9 %). Nederland, derde belangrijkste leverancier (aandeel van 15,0 %), kon zijn leveringen op de Belgische markt verhogen met 3,8 %, terwijl Frankrijk, vierde belangrijkste leverancier (aandeel van 10,7 %), minder verkocht op onze markt (-6,6 %). Proactieve strategie om woelige tijden te doorstaan
Bezettingsgraad van de productiecapaciteit in de hout- en meubelindustrie (in %)
In de huidige onzekere economische context is het bijzonder moeilijk en gewaagd om vooruitzichten voor de hout- en meubelindustrie voorop te stellen voor de komende maanden. Wat we wel met zekerheid kunnen stellen, is dat het volhouden door onze bedrijven van een proactieve en toekomstgerichte strategie van investeren, innoveren en exporteren de beste kansen biedt om deze woelige tijden te doorstaan.
84,0 83,0 82,7
82,8
82,0 81,0
81,1
81,0 80,0
80,0 79,0 79,1 78,7
78,0 77,0 76,0
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
2008
Bron: NBB
15
Europa
Toegang tot grondstoffen eindelijk een topprioriteit voor de EU! Momenteel zijn er wereldwijd ruim 450 exportbeperkende maatregelen van kracht op meer dan 400 verschillende grondstoffen in op zijn minst een 20-tal landen, vooral opkomende economieën waaronder China, Rusland, Oekraine, Brazilië, Argentinië, India en Algerije. Deze restricties kunnen de vorm aannemen van exporttaksen, niet-automatische exportvergunningen, dubbele grondstoffenprijzen, subsidies, restrictieve investeringsregels… Voor onze sectoren zijn er o.a. uitvoerheffingen op ureum, een basisgrondstof voor lijm, uit China en hout uit Rusland. Fedustria sprak dan ook zijn tevredenheid uit over de publicatie door de Europese Commissie op datum van 4 november 2008 van een strategiedocument ter zake. Daarbij stelt de Commissie de toegang tot grondstoffen op de internationale markten onder dezelfde voorwaarden als voor andere industriële concurrenten centraal. Inzake hernieuwbare grondstoffen zoals hout is de Commissie van plan de impact van de toegenomen vraag naar biomassa (lees: in essentie hout) op de sectoren die biomassa gebruiken, te monitoren en hierover te rapporteren. Tot zover het goede nieuws. In de praktijk stellen wij vast dat de straffe beleidsverklaringen niet steeds in daden worden omgezet. Getuige het voorbeeld van China, dat 373 uitvoertaksen hanteert, hoewel het WTO-toetredingsprotocol van 2001 in een limitatieve lijst van slechts 84 producten voorziet. Zo past China zeer hoge exportheffingen toe op ureum. Daardoor zijn lijmen duurder dan strikt noodzakelijk, hetgeen de competitiviteit van de Europese plaatmateriaalproducenten in het gedrang brengt. Wij hebben de Europese Commissie dan ook dringend opgeroepen om de bestaande WTO-akkoorden strikt toe te passen. Doha-round geraakt er niet uit – Wederkerigheid ontbreekt! De wereldwijde onderhandelingen over de vrijmaking van het internationaal handelsverkeer zitten in het slop. Voor textiel, hout en meubel ligt er op de tafel van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) géén evenwichtig en toekomstgericht akkoord klaar, dat tot daadwerkelijke nieuwe markttoegang leidt in de andere OESO-landen én in de opkomende economieën. Immers, terwijl het hoogste EU-invoertarief voor textiel en kleding zou moeten teruggebracht worden van 12 naar 4,8 %, zouden de ontwikkelingslanden inclusief de opkomende economieën zoals Brazilië en India tot 14 % van hun tarieflijnen kunnen uitsluiten van gehele of gedeeltelijke tariefreducties bij invoer bij hen. Op die manier zouden zij bijna een hele sector (bv. textiel of hout) kunnen uitsluiten van tariefverlagingen. De voorziene anticoncentratieclausule komt aan dit euvel slechts héél gedeeltelijk tegemoet. Een WTO-akkoord over handelsliberalisering moet per definitie een structureel langetermijnakkoord zijn, dat de krijtlijnen voor de komende decennia vastlegt. Het afsluiten van de grenzen van de opkomende economieën is daarbij geen optie. Voor Fedustria impliceert een aanvaardbaar akkoord op zijn minst volgende afspraken: • De invoertarieven (all-in) voor industriële goederen mogen in de opkomende economieën maximum 15 % bedragen; • De toegepaste invoerrechten in India en Brazilië moeten voor minstens 50 % van hun tarieflijnen (significant) dalen; • De flexibiliteiten die opkomende economieën toelaten tot 14 % van het aantal douanecodes tarifair af te schermen, moeten sterk ingeperkt worden en bovendien moeten zij uitgefaseerd worden in de tijd; • Last but not least moeten ook de exportheffingen en -belemmeringen (bv. op hout!) in het algemeen een volwaardige plaats krijgen op de onderhandelingsagenda.
16
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
China vervalst de concurrentie met exportsteun In de loop van 2008 verhoogde China progressief de btw-teruggave bij export van textiel en kleding. Daarbij werd de dekking van de maatregel uitgebreid tot nagenoeg alle textiel- en kledingproducten. Deze maatregel is op zijn minst in strijd met de WTO-praktijk. De facto komt een en ander neer op een verkapte exportsubsidie. Deze en andere textielsubsidies beu, kondigde de USA op 19 december 2008 aan dat het de WTO gevraagd had consultaties met China op te starten in het kader van het geschillenbeslechtingsmechanisme. Het gaat als eerste test case over een aantal door de WTO verboden exportsubsidies op merkproducten, waaronder textiel. Op 13 januari 2009 sloot de EU-Commissie zich bij de Amerikaanse actie aan. Midden november 2008 werd een
© Lano
Euratex-werkgroep samengesteld rond de Chinese subsidieproblematiek. Bedoeling is na te gaan welke acties mogelijk zijn, in een eerste fase wat betreft de expliciet verboden exportsubsidies, vervolgens ten aanzien van de ruimere problematiek. Teneinde de systematische onderfacturatie bij import uit China te bestrijden, werd door Fedustria in de loop van 2008 een samenwerking met de Belgische douane op het getouw gezet.
Oorsprongsregels textielbedrukking strikter geïnterpreteerd In het dossier van de bedrukking in de zelfkant, waarbij oneigenlijk gebruik van de oorsprongsregels werd vastgesteld, heeft de EU-Commissie eind 2008 een aanbeveling uitgevaardigd voor een uniforme, strikte interpretatie van de bedrukkingsregel in de gehele EU-27. Zij dreigt met juridische stappen tegen de lidstaten die zich niet aan een strikte toepassing houden. De EU neemt harde maatregelen tegen de invoer van illegaal gekapt hout De Europese Commissie legde op 17 oktober 2008 een voorstel van verordening neer, dat houtimporteurs en -producenten verplichtingen oplegt m.b.t. het op de markt brengen van hun producten. De eerste schakel in de handelsketen, m.a.w. de importeur, zagerij of producent, moet er alles aan doen om de herkomst van het hout te kunnen traceren, en moet nagaan of bij de houtlevering de regels van het land van oorsprong in acht werden genomen. Deze regels zouden tevens gelden voor bepaalde landen in de EU waar ook illegale houtkap is gerapporteerd. Het voorstel voorziet o.a. in de verplichting tot een zgn. “due diligence” met het oog op het verminderen van het risico van het op de markt brengen van illegaal hout of illegale houten producten. Een “due diligence” is te vergelijken met een audit, waarmee de legaliteit van het hout “naar best vermogen” kan worden aangetoond. Het voorstel van de Europese Commissie ligt nu ter goedkeuring bij het Europese Parlement en de Raad, die de verordening nog kunnen wijzigen. Dit dreigt de kosten in de sector verder de hoogte in te jagen. Een CEI-Bois werkgroep werkt een tegenvoorstel uit.
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
17
Europa ...
Amerikaanse “Lacey Act” belemmert invoer van producten op basis van hout Een soortgelijke regeling zag onlangs het daglicht in de USA onder de vorm van een geamendeerde “Lacey Act”. Daarbij treedt in fases een regeling in voege waarbij in de USA ingevoerd hout én de invoer van alle producten die van hout zijn afgeleid moeten vergezeld zijn van een speciaal aangifteformulier. Dit moet alle informatie bevatten over de soort en de oorsprong van de gebruikte houtsoort(en). Dankzij de lobbying van o.a. Fedustria zal deze maatregel wellicht niet van toepassing zijn op textielproducten op basis van hout (zoals viscosegarens op basis van houtpulp). De bedrijven uit de hout- en meubelsector zullen echter zeker onder de nieuwe regeling vallen. Dit is belangrijk aangezien de export naar de USA voor de Europese hout- en meubelsector 12 % vertegenwoordigt van de totale extra-EU-uitvoer. CEI-Bois vraagt om uitstel wegens het laattijdig vrijgeven van de modaliteiten. Vrij verkeer voor werknemers uit nieuwe EU-lidstaten vanaf 1 mei 2009 In 2008 werd er voor onderdanen van de nieuwe lidstaten van de EU geen significante vooruitgang geboekt inzake toegang tot de Belgische arbeidsmarkt. Het struikelblok is de hoofdelijke aansprakelijkheid van de ondernemers en opdrachtgevers voor het naleven van de loon- en arbeidsvoorwaarden van buitenlandse werknemers gedetacheerd in het kader van dienstverlening. Omdat er nogal wat onenigheid heerste over dit punt, liep dit dossier vast. De beperkingen op het vlak van vrij verkeer voor Bulgaarse en Roemeense werknemers worden dan ook behouden en dit ten laatste tot 31 december 2011. Enige verbetering in dit dossier: voor onderdanen van Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen, de Tsjechische Republiek, Slowakije en Slovenië, wordt het principe van vrij verkeer wellicht werkelijkheid vanaf 1 mei 2009. Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering Sinds 1 januari 2007 financiert het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering ten bedrage van 50 % een actief tewerkstellingsbeleid uitsluitend gebaseerd op hulp ten bate van werknemers ontslagen wegens de globalisering. Het gaat voornamelijk om bijstand bij het zoeken van werk, de beroepsoriëntatie, vorming en herscholing op maat. In december 2008 heeft de Europese Commissie maatregelen goedgekeurd voor het verbeteren van de werking van dit Fonds. Doel is o.a. om tijdelijke steun in te lassen voor werknemers ontslagen door de financiële en economische crisis, en om de ontvankelijkheidscriteria te versoepelen en de tussenkomst van het Fonds te verhogen tot 75 % van de steun. Europese sociale dialoog in de textiel-, hout- & meubelsector © Unilin
18
Euratex en de Europese vakbondskoepel, FSE:THC hebben verder gewerkt aan het oprichten van een Europees observatoriumnetwerk voor werkgelegenheid en vorming in de textiel- en kledingsector. Dit Europees netwerk moet zorgen voor de uitwisseling van sectorale informatie. Zij moet de ondernemingen de mogelijkheid bieden een efficiënte strategie te definiëren, op basis van de kennis van de sleutelsectoren en de producten waarmee ze competitief kunnen zijn. De Europese sociale partners hebben zich ook gewijd aan het promoten van de sociale dialoog in de nieuwe lidstaten en kandidaat-lidstaten. Tenslotte werd een gids uitgegeven over intellectuele eigendom om de onderneming te helpen namaak te voorkomen en zo nodig te bestrijden. De werkgeversorganisaties van de meubelsector (EFIC en UEA) en de werknemersvertegenwoordigers startten op 22 april 2008 een project met als doel het aantrekken van jongeren voor jobs in de meubelindustrie. Via dit project zullen de projectpartners een aantal “best practices” uitwisselen, ze bundelen en op een “gebruiksvriendelijke” manier ter beschikking stellen van vooral kleine ondernemingen. De werkgeversfederatie uit de houtsector CEI-Bois zette met de werknemersorganisaties de gesprekken verder over een aantal onderwerpen over “welzijn op het werk”, en bereikten een akkoord over acties inzake houtstof en formaldehyde.
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Economie 1 © Sawy 2 © Anker Bedding
1
2
Kredietverlening en -verzekering op peil houden Sinds het najaar van 2008 worden onze bedrijven geconfronteerd met moeilijkheden om voldoende betaalbaar krediet te verkrijgen. Fedustria heeft er bij de overheid op aangedrongen dat zij ervoor moet zorgen dat de banken continu betaalbare kredieten zouden blijven verstrekken. Minstens even belangrijk is een goed functionerende kredietverzekeringsmarkt. In het laatste kwartaal van 2008 werden vele kredietlimieten op klanten plots éénzijdig gereduceerd of zelfs geannuleerd. Frankrijk zette een bijkomende kredietverzekeringswaarborg op, herverzekerd door de Franse staat met staatswaarborg. Fedustria heeft er bij de Belgische overheid op aangedrongen om een soortgelijk systeem op te zetten. Innovatie stimuleren bij de bedrijven Voor de textiel-, hout- en meubelindustrie zijn innovatie en productontwikkeling essentieel om te overleven in de concurrentiestrijd. De leden van Fedustria kunnen hierbij rekenen op de stimulerende en adviserende rol van Optimo, de innovatiecel van Fedustria. De belangrijkste evenementen in 2008 waren: • Colloquium productontwikkeling, dat plaatsvond op 6 maart 2008, was opgebouwd rond twee centrale thema’s: duurzame ontwikkeling en experience design. De internationale eregast was designer Christophe Pillet (F); • Tijdens het trendseminarie dat plaatsvond op 5 juni 2008, bracht Optimo verslag uit over de belangrijkste meubel- en interieurbeurzen van het voorjaar. Externe gastspreker was trendwatcher Herman Konings; • Portfolio 08: de jaarlijkse tentoonstelling van eindwerken van de Vlaamse ontwerphogescholen vond in 2008 plaats in Kortrijk in het kader van Futurotextiel. De uitreiking van de awards vond plaats op 26 november 2008. Er waren openingstoespraken van Stefaan De Clerck, burgemeester van Kortrijk, en Dirk Wynants, zaakvoerder van Extremis. Portfolio werd in september 2008 bovendien goedgekeurd in het kader van de brugprojecten economie/onderwijs. Flanders InShape als competentiepool Er werd ook nauw samengewerkt met Flanders Inshape, de competentiepool productontwikkeling en industrieel design, voor de uitbouw van twee sectoroverschrijdende instrumenten, nl. de ontwerpersdatabank en de audit productontwikkeling. De ontwerpersdatabank is een instrument dat werd ontwikkeld door Optimo en dat, dankzij een uitbreiding van de zoekmogelijkheden, de bedrijven nog beter in staat zal stellen op zoek te gaan naar een geschikte ontwerper. Op 23 september werd een sectoroverschrijdend seminarie over het thema “kleur” georganiseerd. MateriO Belgium, een vat vol met inspirerende materiaalstalen MateriO Belgium is het eerste onafhankelijke informatiecentrum over nieuwe materialen in België met kantoren te Anderlecht (in het gebouw van Fedustria) en een fysieke materialenbibliotheek in Designcenter De Winkelhaak te Antwerpen. MateriO Belgium werkte in 2008 een complete dienstverlening uit rond het thema nieuwe materialen (zie www.materio.be). Ondanks zijn jeugdige leeftijd liet MateriO Belgium zich vorig jaar niet onopgemerkt. De feestelijke opening van de materialenbibliotheek op 8 mei 2008 werd bijgewoond door meer dan 200 geïnteresseerden. Voor Decosit/Decotec selecteerde MateriO Belgium 30 innovatieve textielstalen met een accent op outdoortoepassingen. Tijdens Interieur 08 mocht MateriO Belgium de spits afbijten met de allereerste forumlezing in het kader van Design@Work, gebracht door Elodie Ternaux. Bij de uitreiking van de Design@Work awards mocht MateriO Belgium een eervolle vermelding in ontvangst nemen. Op 12 december 2008 werd de formule van de “MateriO Matinee” opgestart, waarbij telkens één materialenfamilie in een interactieve voormiddagsessie wordt toegelicht.
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
19
Economie ...
Textivision Het programma van Textivision, dat trendinformatie voor het interieurtextiel selecteert en verspreidt, omvatte in 2008 volgende activiteiten: • Lifestyleprikkels I (27 februari); • Cahier Maison 2009 Nelly Rodi (20 maart); • Twins, de trends van Decosit 2008 (24 april); • Herman Konings (3 juli); • Geleid bezoek aan Futurotextiel 08 en voorstelling werken Summerschool@Home Vision (23 oktober); • Mode Information (27 november). Contacten met federale politici Uiteraard is het belangrijk dat Fedustria regelmatige contacten onderhoudt met politici met een federale verantwoordelijkheid. Uit de vele contacten kunnen we de volgende belangrijke onthouden: • Op 9 oktober 2008 ontving het Bureau van Fedustria CD&V-parlementslid Hendrik Bogaert, die het economisch en het begrotingsbeleid van de federale regering van zeer nabij opvolgt; • Samen met Agoria en essenscia werd op 30 oktober 2008 een kmo-forum georganiseerd over de mogelijkheid tot aantrekken van EU-onderdanen uit de nieuwe lidstaten voor knelpuntberoepen. Dit gebeurde in aanwezigheid van Annemie Turtelboom, minister van Migratie- en Asielbeleid; • De belangrijke post van minister van Economie in de federale regering wordt waargenomen door Vincent Van Quickenborne (Open VLD) en deze werd door de Raad van Bestuur van Fedustria op 20 november 2008 ontvangen. Belangrijke thema’s zoals de hoge energieprijzen wegens onvoldoende concurrentie, de problemen van de kredietschaarste en de hoge lasten op arbeid werden met duidelijke voorbeelden aan de minister voorgelegd. De minister engageerde zich om mee te helpen zoeken naar oplossingen voor deze belangrijke punten waar de industrie mee geconfronteerd wordt. Contacten met ministers van de Vlaamse regering Op 10 april 2008 ontving Fedustria Vlaams minister van Economie, Ondernemen, Wetenschap, Innovatie en Buitenlandse handel Patricia Ceysens. Samen met 12 bedrijfsleiders uit de sector ging zij in debat over een aantal stellingen en beleidsaanbevelingen uit het Witboek van de Vlaamse textiel-, hout- en meubelindustrie (zie hierna). Op 4 december 2008 kreeg Fedustria het bezoek van Vlaams minister-president Kris Peeters. De minister-president en de 19 aanwezige bedrijfsleiders, leden van de Raad van Bestuur van Fedustria, gingen vooral in op de economische crisis en de mogelijke relancemaatregelen. Vlaamse rondetafelconferentie voor de textiel-, hout- en meubelindustrie Op 16 juli 2008 werd de eerste fase van de Vlaamse rondetafelconferentie voor de textiel-, hout- en meubelindustrie afgerond met een plenaire vergadering met alle werkgevers- en werknemersorganisaties van de sector. Tijdens deze vergadering werd de definitieve versie van het Witboek, waarin de uitdagingen en knelpunten van de Vlaamse textiel-, hout- en meubelindustrie zijn beschreven, bekrachtigd. Daarop werd het Witboek overgemaakt
© Bara
20
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
© Libeco Home
aan de Vlaamse regering, die begin september het licht op groen zette voor de volgende fase van de rondetafelconferentie, nl. het bilateraal overleg tussen de sector en de Vlaamse overheid. Dit overleg werd georganiseerd in 3 werkgroepen: • De werkgroep Ondernemen, Innoveren & Internationaliseren, kwam samen op 6 november en 3 december 2008; • De werkgroep Milieu & Energie, kwam samen op 24 oktober en 21 november 2008; • De werkgroep Menselijk Kapitaal, kwam samen op 9 december 2008. De werkzaamheden van deze 3 werkgroepen resulteerden in 38 beleidsvoorstellen, die op 20 februari 2009 werden besproken op een plenaire vergadering met de betrokken Vlaamse ministers en vertegenwoordigers van de textiel-, hout- en meubelindustrie. De Vlaamse regering kondigde bij die gelegenheid haar actieplan voor de Vlaamse textiel-, hout- en meubelindustrie af. Samenwerkingsakkoord FIT-Fedustria Op 27 oktober sloten Flanders Investment & Trade (FIT) en Fedustria een convenant af. Doel is om door nauwere samenwerking aan de Vlaamse bedrijven uit de textiel-, hout- en meubelindustrie een nog betere, bredere en efficiëntere dienstverlening aan te bieden. Het convenant bespreekt hoe FIT en Fedustria zullen samenwerken, hoe ze elkaar zullen informeren, structureel overleg zullen plegen en elkaars netwerk en knowhow optimaal zullen benutten. Het uiteindelijk doel blijft de export van onze bedrijven nóg meer kansen te geven. Industrie Vlaanderen In samenwerking met de andere sectorfederaties van Industrie Vlaanderen werden contacten georganiseerd met de grootste Vlaamse politieke partijen, en dit in het vooruitzicht van de verkiezingen voor het Vlaams parlement van 7 juni 2009: • Op 25 september 2008 vond een ontbijtvergadering plaats met de CD&V over energie en milieu bij Sidmar te Gent; • Op 12 november 2008 vond een avondvergadering plaats met Open VLD over economie en innovatie bij Metris te Leuven; • Op 21 januari 2009 vond een ontbijtvergadering plaats met SP.A over de arbeidsmarkt en onderwijs bij Friesland Foods te Lummen. • Op 3 maart 2009 ontving Fedustria-lid Spano in Oostrozebeke Jean-Marie Dedecker en een delegatie van zijn partij LDD over ‘een industrievriendelijk beleid’. • Op 13 maart 2009 werd Groen! bij Bayer in Antwerpen ontvangen over het thema ‘duurzaamheid’. Subsidie-audit Dit instrument werd in de tweede helft van 2008 door Fedustria ontwikkeld en is intussen operationeel. Een korte vragenlijst laat de bedrijven toe om op een snelle en overzichtelijke manier te achterhalen voor welke steunmaatregelen zij eventueel in aanmerking kunnen komen. Dankzij de subsidie-audit van Fedustria mislopen de bedrijven geen enkele Vlaamse steun!
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
21
Sociaal
Interprofessioneel overleg Het jaar 2008 werd afgesloten met een “uitzonderlijk” interprofessioneel akkoord (IPA) voor 2009-2010. Op vlak van koopkracht voorziet het IPA m.b.t. de brutolonen alleen de indexering en de baremieke verhogingen volgens de sectorale modaliteiten. Daarnaast werd een netto-enveloppe voorzien die aan de werkgever maximum 250 euro (125 euro in 2009) per werknemer mag kosten op kruissnelheid. De werkgeverstussenkomst in het openbaar vervoer werd vanaf 1 februari 2009 opgetrokken tot 75 %, maar tegelijkertijd omgezet in forfaitaire bedragen in functie van de afstand. M.b.t. de loonkosten voorziet het IPA een belangrijke uitbreiding van de lastenverlaging voor ploegenen nachtarbeid en de interprofessionele loonkostcorrectie vanaf 1 juni 2009. De loonkostcorrectie wordt trouwens vanaf 1 januari 2010 nogmaals uitgebreid. Daarnaast moet ook de vereenvoudiging van de banenplannen bijdragen tot een verdere lineaire lastenverlaging via een versterking van de structurele bijdragevermindering. Ook het aantal goedkopere overuren wordt verder uitgebreid: in 2009 tot 100 uren en vanaf 2010 tot 130 uren op jaarbasis. In het stelsel van de herverdeling van de sociale lasten zal vanaf 2010 een plafonnering van de compenserende bijdrage van de grote ondernemingen voorzien worden. Tenslotte voorziet het IPA nog in de verlenging van een aantal lopende afspraken, o.m. m.b.t. brugpensioen, innovatiepremie en vrijstelling van startbaanverplichtingen onder bepaalde voorwaarden. Relanceplan Het IPA vormde het sluitstuk van het relanceplan “Herstel het vertrouwen”, waarmee de regering op 11 december 2008 uitpakte. Dit relanceplan bevat tal van maatregelen die aan de ondernemingen zuurstof moeten bieden om de economische crisis door te komen. Belangrijke maatregelen zijn o.a. de mogelijkheid voor de ondernemingen met liquiditeitsproblemen om gedurende drie kwartalen in 2009 op een soepelere manier een afbetalingsplan bij de RSZ te bekomen. Bedrijven in moeilijkheden zullen ook gedurende de eerste drie kwartalen van 2009 uitstel van betaling van btw en bedrijfsvoorheffing kunnen bekomen zonder dat daarbij boetes worden toegepast. Positief is ook de maatregel om de lastenverlaging voor onderzoekers met ingang van 1 januari 2009 verder op te trekken. Negatief is dan weer de beslissing om ondernemingen die herstructureren met bijkomende verplichtingen op te zadelen zoals de verplichte oprichting van een tewerkstellingscel, de betaling van de inschakelingsvergoeding en het outplacementaanbod aan alle getroffen werknemers ongeacht hun leeftijd.
© Santens
Sociale verkiezingen en kmo-akkoord De Europese Richtlijn 2002/14/EG voorziet dat ook in kmo’s sociaal-economische informatie aan de werknemers moet worden meegedeeld. Dat zorgde voor discussie over de voor de sociale verkiezingen toe te passen drempels. Uiteindelijk sloten de interprofessionele sociale partners op 23 november 2007 hierover het zgn. kmo-akkoord. Via een ingewikkelde bevoegdheidsverdeling tussen het CPBW en de vakbondsafvaardiging wordt zodoende ook in kmo’s een sociale dialoog opgestart, en in ruil kon de oprichtingsdrempel voor de ondernemingsraad op 100 werknemers blijven. Fedustria heeft de leden bij de sociale verkiezingen, die via een langdurige en complexe procedure verlopen, bijgestaan via twee infosessies, circulaires en telefonische permanentie. Versterkte samenwerking met de Vlaamse overheid Tot einde 2009 loopt voor de textiel-, hout- en meubelsector een convenant met de Vlaamse overheid. Dit convenant bevat afspraken die met de Vlaamse overheid werden gemaakt om binnen de sectoren acties op te zetten die de tewerkstelling en opleiding bevorderen. De sectorale opleidingscentra zijn de draaischijf in het coördineren en uitvoeren van die acties. In het kader van het economisch impulsplan “herstel het vertrouwen” van november 2008 zijn
22
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
de Fedustria-sectoren ingegaan op het aanbod om een addendum af te sluiten bovenop het bestaande convenant. Het is de bedoeling om samen met de Vlaamse overheid bijkomende maatregelen uit te werken om de gevolgen van herstructureringen en sluitingen op te vangen. Menselijk kapitaal: een werkgroep van de rondetafelconferentie Fedustria en de textiel-, hout- en meubelvakbonden hebben in voorbereiding op de Vlaamse rondetafelconferentie voor de textiel-, hout- en meubelindustrie intens gewerkt aan het hoofdstuk “menselijk kapitaal” van een witboek ter voorbereiding van deze conferentie. Er werden gezamenlijke voorstellen overgemaakt aan de Vlaamse regering en de Vlaamse minister van Werk in het bijzonder. Er werden o.m. voorstellen gedaan om de competenties van werknemers in bedrijven te versterken en om onderwijs beter af te stemmen op de industrie. De sociale partners vragen positieve aandacht voor tewerkstelling in de industrie en roepen de Vlaamse regering op mee te ijveren voor een verlaging van de lasten op arbeid. Grensarbeiders Een nieuw avenant van 12 december 2008 aan het Belgisch-Franse dubbelbelastingverdrag voorziet in essentie dat de grensarbeiderregeling gedurende de periode 2009-2011 verder van toepassing blijft voor de Franse grensarbeiders die hun beroepsactiviteiten in de Belgische grensstreek uitoefenen. Vanaf 1 januari 2012 tot 31 december 2033 blijft het grensarbeiderstatuut verder van toepassing voor de Franse grensarbeiders die op 31 december 2011 van deze regeling zullen genieten. Gezien bijna 2.500 Franse grensarbeiders in de textiel-, hout- en meubelsectoren werken, kan men zich over dit nieuw avenant, dat de aanvang van de uitdoofperiode van de grensarbeiderregeling met drie jaar uitstelt, verheugen. Opleidingsvragen worden specifieker en technischer In uitvoering van de sectorale cao’s met betrekking tot vorming en opleiding, blijft de hoofdopdracht van de sectorale opleidingscentra (Cobot, Cobot-Bedienden en OCH) het organiseren, coördineren en realiseren van opleidingen. Die opleidingen zijn sectorspecifiek maar kunnen ook algemeen zijn (cf. cursus leidinggeven). Bedrijven kunnen met hun opleidingsvragen terecht bij het sectoraal opleidingscentrum van hun sector. De opleidingsijver in de bedrijven blijft meer dan behoorlijk. Meer en meer blijkt dat textiel-, hout- en meubelbedrijven soms zeer specifieke en technische opleidingsvragen hebben, waarvoor er geen pasklaar antwoord op de opleidingsmarkt beschikbaar is en die maatwerk van specialisten vereisen. Sociale balans en het meten van opleidingsinspanningen De doelstelling dat 1,9 % van de loonmassa in België moet besteed worden aan vorming en opleiding, blijft onveranderd. De druk wordt opgevoerd om dit resultaat te bereiken. Fedustria heeft in het verleden steeds gewezen op het belang van een goede registratie van de opleidingsinspanningen. Op 1 december 2008 werd de sociale balans aangepast met als belangrijkste wijziging dat voortaan ook informele opleidingen dienen opgenomen te worden. Om de ondernemingen van de sector te ondersteunen bij de registratie van hun opleidingsinspanningen, werd aan het Opleidingscentrum Hout de opdracht gegeven een “meetinstrument” te ontwikkelen in Excel. Meer dan twintig ondernemingen hebben dit instrument een jaar lang gebruikt. Op basis van die registraties heeft het OCH alle omrekeningen gedaan en de in te vullen gegevens op de sociale balans aan de deelnemende bedrijven overgemaakt.
© Indera 2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
23
Sociaal ...
Er wordt nu gewerkt om een “online” tool te ontwikkelen en die via website aan te bieden aan de bedrijven. Een enquête bij de hout- en meubelbedrijven wijst uit dat uitgedrukt in % ten opzichte van het aantal arbeidsuren per jaar, een inspanning van bijna 3 % wordt bereikt. Ondersteuning voor een strategisch competentiebeleid In het kader van de competentieagenda 2010 © Sawy van de Vlaamse overheid, werden de sectoren aangemoedigd meer in te zetten op competentiebeleid. Daartoe hebben de sectorale opleidingscentra (OCH, Cobot en Cobot-bedienden) een bevraging georganiseerd met als doel bestaande “goede praktijken” in kaart te brengen. In 2009 moet dit resulteren in een concreet aanbod om alle bedrijven te ondersteunen een competentiebeleid op maat van het bedrijf en van de werknemers op te starten. Het ervaringsbewijs: een bewijs van vakbekwaamheid Het “ervaringsbewijs” is een initiatief van de Vlaamse overheid om werknemers zonder diploma of getuigschrift de kans te geven hun ervaring en vaardigheden te bewijzen aan de hand van een officieel attest. De werkgever krijgt de garantie dat de werknemer over de vereiste beroepscompetenties beschikt. In december 2008 werden de eerste Ervaringsbewijzen voor 18 “platwevers” uitgereikt in de textielsector. Er kan ook een Ervaringsbewijs “dubbelstuk tapijtwever” behaald worden en binnenkort ook “dubbelstuk fluweelwever”. Voor de hout- en meubelindustrie wordt dit jaar gestart met de voorbereidingen om een Ervaringsbewijs “meubelstoffeerder” te realiseren. Het Ervaringsfonds: investeren in oudere werknemers Voor de Fedustria-sectoren werd voor de jaren 2008 en 2009 een samenwerkingsprotocol gesloten met het federale Ervaringsfonds. Doel van deze samenwerking is werknemers ouder dan 45 jaar langer aan de slag te houden binnen het bedrijf en een leeftijdbewust personeelsbeleid te promoten. In totaal werden 42 projecten uit hout- en meubelbedrijven ingediend en 17 uit textielbedrijven. De projecten gaan van “het meten” van werkbelasting over “investering” in verbeteringsprojecten (o.m. opleidingen rugpreventie) tot aanpassingen aan de arbeidsorganisatie waarbij oudere werknemers “anders” worden ingezet en hun kennis overdragen aan de jongere collega’s. Begeleiding van ontslagen werknemers Textiel-, hout- en meubelbedrijven die herstructureren, kunnen rekenen op een belangrijke dienstverlening van Fedustria. Voor de getroffen werknemers worden vanuit de betrokken sector acties op touw gezet. Op infomomenten krijgen de werknemers praktische informatie en krijgen zij ook een vacaturelijst met werkaanbiedingen uit de sector. Voor werknemers uit de textielindustrie die getroffen worden door sluitingen en herstructureringen hebben de sociale partners het initiatief genomen om samen met de Vlaamse overheid een dossier in te dienen bij het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (EGF). Vanuit dit fonds kunnen middelen vrijgemaakt worden voor “actieve arbeidsmarktmaatregelen”. Voor de werknemers van de hout- en meubelindustrie is de outplacementbe-
24
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
geleiding gesolidariseerd; de kostprijs ervan is vervat in de bijdrage van 0,15 % ten voordele van de risicogroepen. Een sectoroverschrijdende opleiding product- en procestechnologie Samen met de sectoren voeding en chemie, hebben de textiel- en de houtsector een studierichting “product- en procestechnologie” in het leven geroepen. In deze schoolse opleiding leren leerlingen machines instellen, bedienen, bijregelen, opvolgen en onderhou© Frako den. Met deze opleiding willen de sectoren de keuze voor technisch onderwijs bevorderen en een antwoord bieden op de kwalitatieve tekorten op de arbeidsmarkt. Samen met de overheid en de onderwijskoepels zal getracht worden deze opleiding ingang te doen vinden in het regulier onderwijsaanbod van secundaire technische scholen. Kadervorming Fedustria organiseert op geregelde tijdstippen seminaries voor zaakvoerders en personeelsverantwoordelijken van haar leden. Volgende thema’s kwamen in 2008 aan bod: kostenbewust aanwerven van personeel, het Ervaringsfonds, resultaatsgebonden voordelen, de sociale verkiezingen, basisinformatie werknemerspensioenen, ergonomie, en economische migratie. In januari 2009 kwam het thema drugs- en alcoholpreventie aan bod, terwijl een workshop over brandpreventie in het voorjaar wordt voorzien.
Tewerkstelling in de textiel-, hout- en meubelindustrie 70.000
68.674 6.778
64.305 6.443
60.000
Textiel bedienden 62.144 6.284
60.053 6.123
5.970 50.000 Aantal werknemers
Textiel arbeiders
57.448 55.281 5.833
52.300 5.367
Hout en meubel arbeiders
33.462 31.181
40.000
29.714
Hout en meubel bedienden
28.596
26.695
25.137
23.133
30.000 5.071
4.947
4.930
4.861
4.939
4.967
4.862
20.473
19.844
19.344
18.938
20.000
10.000
23.363
21.734
21.216
Bron: RSZ * schatting
0 2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008*
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
25
Milieu en techniek
Belangrijke voorstellen van Fedustria voor hout- en textielsector aanvaard Op 19 september 2008 werd een omvangrijke aanpassing van de Vlaamse milieuwetgeving (Vlarem) goedgekeurd. Dit besluit werd van kracht vanaf 1 maart 2009. Zowel voor de hout- als voor de textielsector zijn er belangrijke veranderingen in deze wetgeving, waarvan er een aantal door Fedustria werden voorgesteld. Eén hiervan is het verbeteren van de definitie van houtafval. “Onbehandeld” houtafval wordt ook opnieuw erkend als minst schadelijke houtafvalstroom, die aan eigen specifieke vereisten bij verbranding moet voldoen. Een ander aanvaard voorstel van Fedustria gaat over het vermijden van een dubbele solventwetgeving voor bedrijven die hout coaten. Bovendien krijgen ook kleinere solventgebruikers in de nieuwe wetgeving bijkomende mogelijkheden om aan de wetgeving te voldoen. Een laatste concreet voorstel dat door Fedustria voor de houtsector werd ingediend, na onderbouwing door Vito en in grondige samenspraak met de spaanplaatsector, is het voorstel voor emissienormering van spaandrogers. Ook dit voorstel is quasi ongewijzigd opgenomen in de nieuwe Vlaremwetgeving. De herziening van de sectorale lozingsvoorwaarden voor de textielsector in de Vlaremwijziging houden in belangrijke mate rekening met de constructieve voorstellen die Fedustria heeft geformuleerd met betrekking tot een aantal knelpunten. Fedustria vraagt het respecteren van BBT-principes In sommige provincies wenste de vergunningverlenende overheid voor een aantal gelijklopende milieuvergunningsdossiers met een kleine houtverbrandingsinstallatie de normen voor grote installaties op te leggen. Fedustria reageerde tegen deze “gold plating” van de milieureglementering op subregionaal vlak bij de voorzitter van de milieuvergunningscommissie. Deze argumentatie werd aanvaard. Dienstverlening “milieu” aan bedrijven Naast het telefonisch en schriftelijk beantwoorden van allerhande vragen met betrekking tot milieu, staat de dienst milieu en energie ook ter beschikking van de bedrijven om milieuadvies ter plaatse te geven. Het opstellen van vergunningen of het geven van milieuadvies op structurele basis aan de interne milieucoördinator worden het meest gevraagd. De milieudienst zorgde voor een sectorspecifieke begeleiding bij het opstellen en/of verdedigen van 10 milieuvergunningen voor bedrijven uit de houtsector en 2 voor de textielsector. Deze begeleiding houdt het opstellen van vergunning en/of beroepsschrift in, en/of het verdedigen van de vergunning/ het beroep tijdens de hoorzittingen. De sectorspecifieke invalshoek van de dienst werd ook dit jaar bijzonder gewaardeerd door de bedrijven.
© Bexco
Milieubijstand Zoals andere jaren werden ook de bedrijven in het kader van de milieubijstand bezocht en geadviseerd. De bijstand omvatte o.a. het concretiseren van de milieukalender 2008, het toelichten van de gewijzigde wetgeving omtrent bodem, het bijstaan in rapportering van o.a. verpakkingen en afval, integraal milieujaarverslag… Ook bij een bezoek van de milieu-inspectie kan er op de dienst milieu en energie een beroep worden gedaan. Dienstverlening “energie” aan bedrijven Aangezien Fedustria de bezorgdheid van bedrijven over de stijgende prijzen van elektriciteit deelt, werden er naast het PRESTI-project omtrent energie (zie verder) nog andere acties ondernomen.
26
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Voor de bedrijven die zich geengageerd hebben om toe te treden tot het benchmarkconvenant werd er, bij het starten van de tweede ronde, een begeleiding voorzien door Fedustria. Samen met de federaties essenscia, Fevia en Fedis heeft Fedustria het initiatief genomen om voor de geïnteresseerde leden een gemeenschappelijke energieaankoop te organiseren. Dit sectoroverschrijdend initiatief kon op veel interesse rekenen. In samenwerking met een consultant werden de verschillende energieleveranciers bevraagd en geëvalueerd om zodoende contracten te kunnen afsluiten met de meest gunstige aanbieder. Daarnaast werd met SPE/Luminus overeengekomen dat leden van Fedustria een voordeeltarief krijgen.
© Vanheede
Febeliec: bundeling van de industriële kracht Aangezien alle industriële sectoren benadeeld worden door de gebrekkige vrijmaking van de elektriciteitsmarkt en de te hoge prijzen van energie, hebben deze zich verenigd in een nieuwe structuur, Febeliec. Febeliec zal systematisch de energieproblematiek onder de aandacht van de overheden brengen. Ook Fedustria maakt deel uit van deze vernieuwde lobbystructuur. Groene stroom: hout is geen brandstof Een specifieke problematiek voor de houtsector m.b.t. elektriciteit betreft de zogenaamde groene stroom, met name die groene stroom uit biomassa (hout). Om hout te vrijwaren als grondstof en te verhinderen dat dit hout vroegtijdig als brandstof gebruikt wordt door elektriciteitsproducenten, gaf Fedustria concreet input aan administraties en het kabinet ter verduidelijking van de regelgeving hieromtrent. Deze regelgeving stelt dat enkel bepaalde houtstromen, die niet gebruikt kunnen worden in de houtverwerkende industrie zelf, ingezet kunnen worden voor het winnen van elektriciteit. Sectorspecifieke REACH-informatie Niettegenstaande REACH, de Europese Verordening 1907/2006 betreffende de Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemicaliën al sinds 1 juni 2007 van kracht was, was het voornamelijk naar aanleiding van de start van de preregistratiefase (die liep van 1 juni 2008 t.e.m. 1 december 2008) dat de meeste textiel-, hout- en meubelbedrijven daadwerkelijk werden geconfronteerd met de REACH-wetgeving. REACH is een omvangrijke en ingrijpende wetgeving die alle textiel-, hout- en meubelbedrijven aanbelangt. Fedustria heeft dan ook een specifieke dienstverlening ontwikkeld om haar leden optimaal te informeren en te begeleiden bij de implementatie van deze nieuwe wetgeving, zowel via projecten als individueel. REACH: VLARIPtextiel De textielsector is een belangrijke gebruiker van chemische stoffen. REACH brengt dan ook tal van nieuwe verplichtingen met zich mee voor de textielbedrijven. Om de textielbedrijven te ondersteunen bij de implementatie van hun REACH-verplichtingen, heeft Fedustria Vlaanderen samen met Centexbel én essenscia Vlaanderen een REACH-implementatieproject opgezet. Dit project onder de naam VLARIPtextiel (Vlaanderens REACH Implementatie Project voor de textielindustrie) geniet de steun van de Vlaamse Overheid en Europa.
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
27
Milieu en techniek ...
© Ecolam
VLARIPtextiel heeft als doel de specifieke aandachtspunten en verplichtingen van de textielbedrijven op het gebied van de REACH-regelgeving in kaart te brengen. Dit gebeurt door het opstellen van een handleiding “REACH voor de textielsector”. Daarnaast zijn er twee werkgroepen die zich focussen op thema’s rond communicatie en strategie. In de werkgroep “communicatie” staan onder andere de vragen rond het faciliteren van de informatie-uitwisseling met de leveranciers over blootstellingscenario’s, risicobeheersmaatregelen, en de rol van (bestaande) labels als communicatiemiddel naar de afnemer/consument centraal. In de tweede werkgroep “strategie” ligt de focus op hoe om te gaan met kritische chemicaliën, het definiëren van innovatieprojecten om zorgwekkende stoffen te vervangen en het verduurzamen binnen de textielindustrie. Het project is op 1 september 2008 van start gegaan en loopt over een periode van 2 jaar. PRESTI-Project “Keten rond, Aarde gezond!” Dit preventie-stimulerend project (PRESTI) omtrent integraal ketenbeheer, dat in 2007 startte, heeft als bedoeling de bedrijven aan te zetten om hun aankoop-, productie- en afzetstrategie te bekijken vanuit milieuperspectief. Daartoe werd er een handleiding met heel wat achtergrondinformatie ontwikkeld, en tevens een checklijst, een zogenaamde “ketenbeheersaudit”. Hiermee kunnen bedrijven zelf aan de slag om punten af te lijnen waar zij concreet mee te werk kunnen gaan als het op integraal ketenbeheer aankomt. De ketenbeheersaudit werd uitgevoerd bij 17 bedrijven. De resultaten hiervan werden ingebracht in de handleiding. Al deze bedrijven kregen een screening en een verslag met opsomming van hun individuele aandachtspunten. Bedrijven die aan bepaalde voorwaarden voldeden, konden aanspraak maken op een brochure, waarin de inspanningen van dit bedrijf op vlak van milieu verduidelijkt werden. Deze brochure kan verder verdeeld worden naar klanten. PRESTI-Project “Rationeel energiegebruik in de hout- en meubelindustrie” In het kader van het preventie-stimulerend project “Rationeel energiegebruik in de hout- en meubelsector” werden er bij 20 bedrijven individuele energie-audits uitgevoerd door een extern energiedeskundige. Er werden concrete maatregelen voorgesteld aan de betrokken bedrijven. Zowel de resultaten van die audits als andere sectorspecifieke informatie werden gebundeld in een handleiding “rationeel energiegebruik”. Deze is geordend in verschillende thema’s en voorzien van een “checklijst energiescan” om bedrijven de mogelijkheid te geven zelf een eerstelijnsenergieaudit te doen. Een ander resultaat van het project was het maken van een overzicht van het globale energiegebruik in de sector. De thema’s uit de handleiding werden in detail toegelicht tijdens 4 studiedagen in het voorjaar 2008. De interesse van zowel hout- als textielbedrijven bleek aanzienlijk (167 deelnemende bedrijven). Voor bedrijven die zelf aan de slag wilden gaan in het eigen bedrijf werd bovendien een sensibiliseringspakket samengesteld. De kant-en-klare cartoons en slogans vormen een ludieke manier om mensen aan te sporen zuiniger om te springen met energie.
28
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Opmaak BBT broomhoudende vlamvertragers (BVV), perfluortensiden en nonylfenolen Eind 2008 is het BBT-Kenniscentrum (Vito) gestart met een studie omtrent de Best Beschikbare Technieken (BBT) voor broomhoudende vlamvertragers, perfluortensiden en nonylfenolen in de textielindustrie. Aan de hand van deze studie wil men nagaan welke waterzuiveringstechnieken als best beschikbare techniek kunnen weerhouden worden voor het verwijderen van deze stoffen uit het afvalwater. Fedustria én Centexbel maken deel uit van het begeleidingscomité die deze studie opvolgt. BBT-studie omtrent hernieuwbare brandstoffen Fedustria nam deel aan de begeleidingscommissie voor de BBT-studie hernieuwbare brandstoffen die door Vito werd opgesteld. In deze studie werd hout als één van de belangrijkste brandstoffen bestudeerd, en meer bepaald de technieken die nodig zijn om bepaalde emissies te verminderen. Globaal gezien nam Fedustria het standpunt in dat deze studie te onvolledig en voorbarig was om er een BBT-conclusie uit te kunnen afleiden. Technische aangelegenheden en labels De problematiek rond het onevenwicht van FSC- en PEFC-gelabeld hout in Vlaanderen werd aangekaart bij de bevoegde administraties. Vlaanderen stimuleert immers veel meer FSC- dan PEFC-gelabeld hout, wat volgens Fedustria niet aanvaardbaar is en tevens de brede bekendmaking van gelabeld hout bij de consument in de weg staat. Met name voor de aankoop van gelabeld hout door gemeenten zal er een omzendbrief komen vanwege de administratie dat FSC en PEFC op gelijke voet behandeld zullen worden. Gemeenten kunnen dan voor beide labels een subsidie krijgen in het kader van hun samenwerkingsakkoord met het gewest. Structurele communicatie Door het publiceren van gerichte artikels inzake milieu en energie werden de leden op de hoogte gehouden van de actualiteit hieromtrent. Naast de Fedustria News en de circulaires op het extranet werden dergelijke artikels ook via de maandelijkse elektronische Milieuflits verspreid (leden houtsector) en via de maandelijkse Milieufax (leden textielsector). Vorming en informatiesessies milieu en energie In het voorjaar van 2008 werden er 7 studiedagen omtrent milieu en energie georganiseerd: 4 omtrent energie (PRESTI energie), 1 omtrent ketenbeheer (PRESTI ketenbeheer) en 2 omtrent REACH. Vanaf juni 2008 werden de bestaande opleidingen en vormingssessies voor textiel en hout geïntegreerd in één kalender, waarbij er maandelijks een “contactmoment” wordt voorzien voor bedrijven omtrent milieu of energie. De “vorming milieu en energie” of VME, de opleidingssessies “wegwijs in milieu” en de werkgroepen milieucoördinatoren smolten aldus samen.
© Desso Sports Systems
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
29
Inleiding productgroepen
Onze industrie is een schitterende mozaïek De sterkte van de Belgische economie is haar diversiteit. Inderdaad, onze economie is niet afhankelijk van één bepaalde sector of van één bepaalde bedrijvigheid. Integendeel, we hebben in alle segmenten en alle sectoren van de economische activiteit sterke bedrijven. Wij staan sterk zowel in de primaire sector (landbouw), als in de secundaire sector (de industrie), als in de tertiaire sector (de diensteneconomie). In de industrie hebben wij bovendien in alle sectoren sterke pijlers: de technologiebedrijven, zeer zeker, maar ook bedrijven in de zogenaamde maakindustrie waartoe onze bedrijven uit de textiel-, hout- en meubelindustrie behoren, maar ook in de grafische sector en papier, in bouwmaterialen en baksteen, in glas, staal en beton, in voeding en mode… in al deze productgroepen hebben wij vele sterke bedrijven die op een duurzame wijze toegevoegde waarde creëren. En binnen elk van deze sectoren vinden we opnieuw een veelheid van bedrijven die actief zijn in talloze onderscheiden niches. Onze industrie is als een schitterende mozaïek, waar elk bedrijf een steentje is dat haar plaats in de markt gevonden heeft.
© Royal Botania
Het is uiteraard geen sinecure om dit plaatsje in de markt te vinden en te behouden. Dit is immers het gevolg van een bedrijfsstrategie die vier strategische elementen op een originele wijze combineert: vooreerst een juiste productkeuze, daarnaast een efficiënte productie vaak via geautomatiseerde processen, verder ook een uitgekiende logistiek, distributie en klantenservice, en tenslotte ook een proces van innovatie om op een duurzame wijze toegevoegde waarde te kunnen blijven creëren.
Relatief belang van de productgroepen van de textielindustrie (totale omzet 2008 = 6,6 miljard euro)
17,0 % 3,0 %
42,0 %
5,0 %
33,0 %
Interieurtextiel (42,0 %) Technisch textiel (33,0 %)
30
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Kledingtextiel (17,0 %) Veredeling (5,0 %)
Spinnerij (3,0 %) Bron: aandelen geschat door Fedustria op basis van de toegevoegde waarde
In de textielindustrie onderscheiden we drie grote toepassingsgebieden: ten eerste textiel bestemd voor kleding en daar speelt de mode een zeer belangrijke rol, ten tweede textiel voor de woningdecoratie zoals tapijten, meubelstoffen, gordijnstoffen, huishoudtextiel maar ook matrastijk, wanddecoratie… Daar spelen design en productontwikkeling een belangrijke rol. Een derde toepassing is het technisch textiel dat eigenlijk een textieloplossing is voor een technische uitdaging, zoals veiligheid (beschermtextiel zoals brandweerpakken) of natuurbescherming (geotextiel voor versterking van wegen en dijken) of voor een betere gezondheid (medisch textiel gebruikt in het ziekenhuis). Functionaliteit op maat van de klant is hier de stelregel. Dezelfde diversiteit vinden we in de hout- en meubelindustrie. Ook hier is een belangrijke groep van bedrijven actief in het interieurgebeuren: meubelen en zitmeubelen, slaapcomfort, en andere interieurproducten zoals laminaatvloeren, parket, binnendeuren… Maar daarnaast is er ook nog de belangrijke groep van de plaatmaterialen, zowel de ruwe platen op basis van hout als de beklede platen. Voor heel wat houtproducten is de bouwsector de belangrijkste afzetmarkt: deuren, ramen, parket, geprefabriceerde spanten… En dan zijn er de diverse producten zoals de houten verpakkingen (kisten, laadborden, houten verpakkingen op maat…), maar ook kaders en lijsten, borstels en penselen, houten speeltuigen en muziekinstrumenten…
© Libeco Home
De specialisatie heeft ervoor gezorgd dat al deze productiebedrijven actief in de textiel-, hout- en meubelindustrie unieke bedrijven zijn die hun plaats in het mozaïek van producten en markten hebben gevonden.
Relatief belang van de productgroepen van de hout- en meubelindustrie (totale omzet 2008 = 5,9 miljard euro)
21,9 % 50,3 % 17,8 %
5,9 % 4,1 %
Meubelindustrie (50,3 %)
Bouwelementen (17,8 %)
Plaatmaterialen (21,9 %)
Verpakkingen (5,9 %)
Overige houtverwerking (4,1 %) Bron: BTW-aangiften, NIS
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
31
Interieurtextiel
De productgroep ”Interieurtextiel“ omvat: tapijt (geweven, tuft, naaldvilt, badsets…), meubelstoffen (plat, fluweel, uni, jacquard, bedrukt…), decoratiestoffen (overgordijnen, wandbekleding…), huishoudlinnen (keuken-, tafel-, bed- en badlinnen), matrasbekledingsstoffen, passementerie…
© Helioscreen
De hoopvolle stemming van het voorjaar sloeg totaal om in de zomer Textiel en zeker interieurtextiel zijn een bijzonder goede barometer voor de algemene economische conjunctuur. In tegenstelling tot de rest van de economie had de interieurtextielsector reeds vanaf november 2007 met een verzwakte conjunctuur te maken en dit bleef ook in heel 2008 zo doorgaan. Dit ligt voornamelijk aan het feit dat interieurtextiel sterk op de Britse en de Amerikaanse afzetmarkten gericht is, waar de woningcrisis reeds eerder had toegeslagen en waar de munten voor ons ongunstig stonden. Tegelijk werden de bedrijven in de eerste negen maanden van 2008 door stijgende energie- en grondstoffenprijzen gewurgd die niet (volledig) aan de klanten konden worden doorgerekend. Vanaf de zomer kwam daar dan nog de algemene economische recessie bij en vanaf oktober de financiële crisis. Hierdoor vertraagde de activiteit nog meer. Het verlies aan productieactiviteit ligt dus vooral aan de zwakke export naar het Verenigd Koninkrijk en de USA, die op het einde van het jaar nog veralgemeend werd naar de rest van de afzetmarkten, als gevolg van de algemene economische recessie. Zelfs beloftevolle groeimarkten zoals Centraal-Europa, Rusland en Oekraïne begonnen flink te haperen. Voor het geheel van het Belgische interieurtextiel ramen we een productiedaling met 15 % en een omzetdaling met 13 %. Maar de Belgische textielondernemers geven niet op. Ze hebben hun bedrijfsstrategie scherp gesteld in het licht van de diepe economische crisis en mikken vooral op productvernieuwing en klantenrelatie. Omdat de volumes en zeker de massareeksen niet meer aan de orde zijn, is de strategie van de grote fabrikanten steeds nadrukkelijker op marktsegmentering, productontwikkeling en klantenservice gericht. Dit omschakelingsproces stelt twee grote uitdagingen aan de bedrijven: enerzijds het opdrijven van de inspanningen in creatie, design en innovatie, en anderzijds het beheersen van een proces van down-sizing om minder volume (maar meer waarde) te kunnen realiseren. Het is duidelijk dat deze keuze voor creatieve en innovatieve producten met meer toegevoegde waarde op maat van de klant een toekomstgerichte strategie is. Creatie en innovatie De innovatiecel binnen Fedustria, het technologiecentrum Centexbel en ook Textivision vzw reiken voortdurend concrete informatie aan en ondersteunen actief de doorgedreven creatie- en innovatie-inspanningen van de industrie. Op die manier wordt gepoogd om het hoofd te bieden aan de conjuncturele impasse en is men optimaal voorbereid op het moment dat de conjunctuur herpakt. In dit kader werden in 2008 het 3de Wereldtapijtcongres (Kortrijk Expo, 6-7/11/08) met “nieuwe technologieën” en “duurzaamheid” als voornaamste thema’s en ook de imagobevorderende en productinspirerende tentoonstelling “Futurotextiel 08” (Kortrijk, 9/10-7/12/08) door Fedustria mee georganiseerd. Sputterende consumptiemotor rem op onze levensnoodzakelijke export! Niettegenstaande reeds tal van belemmerende factoren zoals de negatieve valutaverhouding van dollar en Brits pond t.o.v. de euro, stijgende grondstof-, energie- en transportprijzen, roet in het eten gooiden, zijn de voorjaarsbeurzen Heimtextil en Domotex in een gematigd optimistische stemming verlopen. Geen pessimisme, maar toch
32
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
werd ontegensprekelijk een onzekerheid vastgesteld omdat alle prijselementen onze industrie op hetzelfde moment parten speelden. Naar jaarlijkse gewoonte organiseerde Fedustria op zowel Heimtextil (Frankfurt, 9-12/1/2008) als Domotex (Hannover, 12-15/1/2008) opnieuw een aantal groepsstanden. In totaal namen hieraan 20 lidbedrijven deel. London Fabric (26-28/2/2008), het kleinschalig doch internationaal event voor zetel- en gordijnstoffen in GrootBrittannië en krachtdadig ondersteund door FIT (Flanders Investment & Trade) en Fedustria, is qua concept, timing, locatie en hoogstaand niveau van de bezoekers uitgegroeid tot een succesvolle show. De aanwezige 11 Belgische bedrijven brachten een duidelijk statement naar de Britse meubelindustrie en stoffenhandel toe. In nauwe samenwerking met FIT was Fedustria opnieuw medeorganisator van de collectieve standen op Domotex asia/Chinafloor (Shanghai, 11-13/3/2008) en Domotex Middle East (Dubai, 25-27/5/2008). In Shanghai telde het Belgisch paviljoen 19 exposanten die met volle overtuiging inspeelden op de opportuniteiten die de booming markt van Azië biedt. Niettegenstaande de zwakke dollar onze exportinspanningen sterk bemoeilijkt, tracht de sector zich van de concurrentie te onderscheiden door steeds nieuwe, hoogwaardige producten aan te bieden. Domotex in Dubai was aan zijn derde editie toe, maar is er tot op heden niet in geslaagd om een duidelijk internationaal profiel uit te bouwen. Deze manifestatie werd algemeen en zeker door de 10 Belgische groepsdeelnemers als te kalm bestempeld, hetgeen deels te verklaren was door de snel duurder wordende levensomstandigheden en vertragende consumptie in de VAE-regio. Met een dure euro is tevens de concurrentie met de Turkse en Arabische aanbieders haast onmogelijk geworden. Als mogelijk alternatief voor de Index in Dubai en tevens wellicht een nieuw initiatief voor het Belgisch interieurtextiel werd de nieuwe beurs Interiors UAE (Abu Dhabi, 30/3-2/4/2008) geprospecteerd. Deze eerste editie was eerder als kleinschalig te bestempelen, doch heeft in zich sterke troeven om in de nabije toekomst uit te groeien tot een hoogwaardig interieurgebeuren met nadruk op design en contract business. Op Decosit Brussels (13-16/9/2008) heeft ook Fedustria zich sterk ingespannen om de dertigste verjaardag extra onder de aandacht van exposanten en bezoekers te brengen. Een speciaal persverhaal “Decosit Originals” werd samen met het tijdschrift Fabrics & Furnishings uitgewerkt. Tot slot organiseerde en coördineerde Fedustria opnieuw het project “Hotel Rooms” ditmaal met het thema “Twisted Dreams”. Vanaf 2009 wordt Decosit omgedoopt tot MoOD (8-11/9/2009).
© Calcutta
Aantal bedrijven of bedrijfsafdelingen Aantal werknemers Omzet (in miljoen euro) Exportquote Evolutie van de activiteit in 2008 Aandeel in de totale toegevoegde waarde van de Belgische textielsector
200 13.700 2.525 94 % -15 % 42 %
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
33
Technisch textiel
Agrotech
Innovatie door samenwerking
(Textiel voor landbouw, tuinbouw en visvangst) o.a. grondbedekkingsdoek, beschermdoek voor serres, visserijgarens…
Technisch textiel is eigenlijk het samenbrengen van een veelheid van diverse subsectoren die we gemakshalve in 9 productgroepen opdelen: agrotech, buildtech, geotech, indutech, medtech, mobiltech, packtech, protech en sporttech. Voor 2008 ramen we de groei voor de volledige sector van technisch textiel op 3 % (productie) en op +5 % qua omzet. Daarmee vertegenwoordigen de 130 betrokken bedrijven zowat 33 % van de totale toegevoegde waarde van de Belgische textielindustrie, een aandeel dat jaar na jaar groeit. © Bonar TF
Buildtech (Textiel voor de bouw en lichte constructies) o.a. isolatiematerialen, zonnewering, roofingtextiel…
© Helioscreen
Vandaar het belang van de tweemaandelijkse bijeenkomsten van de werkgroep “Technisch textiel”; vandaar ook het belang van de collectieve deelnames aan gespecialiseerde vakbeurzen in het buitenland.
Geotech (Geotextiel) o.a. doek voor water-, wegen- en bodemwerken, afdichtingsdoek, waterfilterdoek…
Exportpromotie via beurzen
© Bonar TF
Techtextil Rossija (27-29 mei 2008), Moskou, Rusland In samenwerking met de collega’s van Clubtex (Noord-Frankrijk) werd op deze beurs een “Product Sample Booth” georganiseerd. Vier Belgische bedrijven en een Frans bedrijf hebben hieraan met succes deelgenomen. Mtex (3-5 juni 2008), Chemnitz, Duitsland Mtex is een beurs voor textiel en composietmaterialen gebruikt in transport. In totaal namen 5 Belgische bedrijven deel aan de beurs, al dan niet op de Product Sample Booth georganiseerd door Fedustria.
Indutech (Textiel voor industriële toepassingen) o.a. transportbanden, afdichtingskoorden voor tunnelovenwagens (steenbakkerijen), wolvilt voor bv. drukpersen…
© Milliken
34
De werking van de groep “Technisch Textiel” binnen Fedustria spitst zich toe op de promotie en op het stimuleren van “networking” tussen de betrokken leden onderling en niet in het minst ook met derden buiten de textielsector. Deze vinden via technisch textiel een oplossing voor hun concrete uitdagingen: bijvoorbeeld “sterkte” combineren met “gewichtsreductie” (toepasselijk in de vliegtuigbouw, in de automobielsector, bij de constructie van windturbines, in de sport...), “waterdicht” combineren met “verluchten” (toepasselijk in de sport, in de beschermkleding, in de medische wereld...), “sterkte” combineren met “zachtheid en comfort”... Veelal komen dergelijke oplossingen tot stand door partnerships: samen worden nieuwe toepassingen ontdekt en uitgewerkt; dagdagelijks doet men concreet aan toegepaste innovatie. Innovatie is immers de sleutel van het verder succes.
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Architex (1-2 juli 2008), Torino, Italië Naar aanleiding van het “U.I.A. XXIII World Congress of Architecture”, dat plaatsvond in Torino, werd de eerste editie van Architex georganiseerd. Deze beurs wordt “the trade showroom for the technical and innovative textiles for buildings and home architecture” genoemd. Zes Belgische bedrijven exposeerden op de Product Sample Booth van Fedustria.
Medtech (Medisch textiel) o.a. hydrofiel verbandgaas, steunverbanden, hospitaallinnen, luiers (baby’s, incontinentie), therapeutische elastische kousen…
© Concordia Textiles
Mobiltech Cinte Techtextil China (20-22 december 2008), Shanghai, China Door de sterk groeiende vraag naar technisch textiel in China (stijging van minstens 10 % per jaar) kozen 4 Belgische bedrijven om deel te nemen aan de groepsstand. Een goede voorbereiding van de deelnemende bedrijven inzake contacten met potentiële klanten had tot gevolg dat ze uiterst tevreden waren met de resultaten. Matchtex® In 2008 werd op verzoek van de leden nog meer dan ooit ingezet op “networking”: samen met 35 enthousiaste leden, met de computertechnische ondersteuning vanwege Inside Communications uit Waregem en met de financiële ondersteuning vanuit MoOD (Textirama) heeft Fedustria op donderdag 4 december onder de naam Matchtex® in Flanders Expo te Gent een B2B-contactdag voor technisch textiel/loonveredeling georganiseerd. Via een vooraf opgemaakt afsprakenprogramma voerden de 35 “aanbieders” meerdere korte verkennende gesprekken met potentieel geïnteresseerden, teneinde mekaar en mekaars “kunnen” op het vlak van technologie, knowhow, procédé, textielproduct (beter) te leren kennen. De aanwezige aanbieders en bezoekers waren unaniem zeer lovend over het gekozen concept. Er is grote vraag om ook in 2009 een nieuwe Matchtex® te organiseren.
(Textiel voor voertuigen) o.a. autogordels, weefsels voor airbags, binnenbekleding van auto’s, weefsels voor autobanden, tapijt voor autobussen, vliegtuigen en schepen… © Sioen Industries
Packtech (Textiel voor transport en verpakking) o.a. canvas/ dekzeil (bache), postzakken/zakken voor linnengoed/geldzakken, cargo- en containernetten…
© Sioen Industries
Protech
Futurotextiel 08 Tot slot en niet in het minst werd in 2008 samen met de initiatiefnemers, Stad Kortrijk en Stad Lille, zeer intens meegewerkt met de imagobevorderende tentoonstelling Futurotextiel 08 van 9 oktober tot 7 december 2008 in Kortrijk. Nagenoeg alle leden uit de groep Technisch Textiel boden opmerkelijke materialen aan waarmee de textielsector aan het grote publiek heeft getoond dat de textielsector in België zeker nog een toekomst heeft. Belgisch textiel heeft immers veel in petto. Denken we maar aan “smart textiles”, een begrip dat de laatste tijd steeds vaker opduikt en dit voor een grote waaier aan toepassingen. Onze innoverende textielindustrie stapt ook in het domein van “interactief textiel”, een begrip dat refereert aan actief, multifunctioneel textiel dat minstens één unieke en waardevolle eigenschap uitoefent die als “intelligent” kan worden beschouwd. Gonzende woorden als intelligent textiel, geavanceerd, biomimetica, elektrotextiel… zijn begrippen die zo genomen kunnen zijn uit een computerwoordenboek. Dit alles wijst erop dat textiel programmeerbaar en interactief is!
(Textiel voor bescherming en veiligheid) o.a. brandwerende materialen, waterdichte weefsels, NBC-beschermend textiel…
© Sioen Industries
Sporttech (Textiel voor sporttoepassingen) o.a. kunstgras, doek voor parachutes en/of luchtballons, weefsels voor sporttassen, rugzakken…
© Debomat
Aantal bedrijven of bedrijfsafdelingen Aantal werknemers Omzet (in miljoen euro) Exportquote Evolutie van de activiteit in 2008 Aandeel in de totale toegevoegde waarde van de Belgische textielsector
130 8.500 2.300 70 % +4 % 33 %
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
35
Kledingtextiel
© Madeleine Wermenbol
De productgroep “Kledingtextiel” omvat weefsels en gebreide stoffen voor sportkleding, vrijetijdskleding, regenkleding, nachtkleding, werkkledij, ondergoed, fashion wear, voeringen en afgewerkte breigoedproducten zoals baby- en kinderkleding, joggings, pulls en andere bovenkleding, beenbekleding en T-shirts.
2008: volumes in vierde kwartaal onder zware druk In 2008 liep de activiteit in de Belgische breigoedsector met naar schatting 6 % terug. Daarmee presteert deze deelsector relatief beter dan de rest van de textielbranche, al dient gezegd dat ook hier het vierde kwartaal desastreus uitdraaide. De afzetprijzen bleven vrij stabiel. Een en ander houdt allicht verband met het feit dat de afgewerkte breigoedartikelen (beenbekleding, ondergoed en bovengoed, in casu pulls) de voorbije jaren reeds rake klappen incasseerden en de overblijvende bedrijven al bij al behoorlijk presteren. In de kledingweverij was de daling meer uitgesproken: -15 %. Daar waren de ontwikkelingen in de katoentype weverij niet vreemd aan. Zo scoorde de Europese kwaliteitsdenimsector het voorbije jaar opnieuw bijzonder zwak met een verdere terugval van zowat 25 % bovenop de knik met 10 % in 2007. Tegelijk explodeerde de invoer van jeansbroeken uit China tot ongekende hoogtes. Deze evolutie zette uiteraard een domper op de Belgische katoenweverij. Opvallend was tevens de uiterst zwakke prestatie op de binnenlandse markt, wat het aanvoelen bevestigt dat de overheid haar overheidsaankopen vertraagde. In de filamentweverij (synthetische stoffen) kromp de productie met 10 % en de omzet (zowel in waarde als in volume met zo’n 15 %). De omschakeling naar technisch textiel zet zich versneld door. De vlasweverij presteerde niet slecht met een beperkte productiedaling en een vrij stabiele omzet. Algemeen werden de textielbedrijven in de eerste negen maanden van 2008 gewurgd door stijgende energie- en grondstoffenprijzen die niet volledig konden worden doorgerekend aan de klanten. Naar het jaareinde klapten de grondstoffenprijzen evenwel in mekaar. De Europese branches CELC, de Europese vlasfederatie, gaat voluit voor een nieuwe promotiestrategie. Deze moet een antwoord bieden op de globalisering en de banalisering van vlas. Het nieuwe beleid beoogt vooral de unieke eigenschappen van vlas, zoals zijn ecologische troeven en technische mogelijkheden o.a. naar composietmaterialen toe, een betere bekendheid te geven. Duurzame ontwikkeling is één van de sleutelwoorden. De promotie zal nog meer worden opengetrokken naar decoratie en ameublement toe, het eindgebruik waar de Belgen sterk in scoren. Het door de VN tot internationaal jaar van de natuurlijke vezels uitgeroepen 2009 zal initieel als kapstok dienen. In 2008 werd Aiuffass, de organisatie van de Europese filament- en zijdeproducenten, geconfronteerd met een verzoek op technische gronden tot vrijstelling van de lopende antidumpingrechten op afgewerkt polyesterdoek uit China. Het diende een tegendossier in. Het EU-onderzoek ter zake loopt nog. Aiuffass slaagde er tevens in om met zijn garenleveranciers, verenigd in CIRFS, een door de sector gesmaakte doorbraak te onderhandelen naar de toekomstige preferentiële oorsprongsregels toe. China maakte na een intense lobbycampagne grotendeels komaf met het verplichte, discriminatoire kwaliteitscertificaat voor uitgevoerde ruwe zijde, wat neerkwam op een de facto exporttaks van zo’n 2 %. Eurocoton, de Europese katoenbranche, was opnieuw zeer actief op het handelspolitieke front. Eurocoton bekwam van de EU-Commissie een verder statistisch a posteriori toezicht (na dedouanering) op de invoer van de meest gevoelige katoenproducten uit China voor het jaar 2009. Eind 2008 verviel het stelsel van dubbel a priori toezicht (uit- & invoerlicentie). Aanvang 2009 vervielen de definitieve antidumping- en -subsidierechten op bedlinnen uit Pakistan en India. Eurocoton blijft echter alert en blijft opkomen voor het behoud van een efficiënt handelsdefensief instrumentarium.
36
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
Overheidsopdrachten 2008 was een jaar waarin verschillende overheden belangrijke beleidsinitiatieven namen m.b.t. overheidsopdrachten. Fedustria volgt die ontwikkelingen op de voet, zowel als rechtstreekse partner (op nationaal en regionaal niveau), als via ons engagement binnen Promptex (Europees niveau). Deze initiatieven beantwoorden aan de visie van Fedustria dat overheden zich bij hun aankopen niet enkel zouden mogen laten leiden door het prijscriterium, maar daarentegen aandacht moeten hebben voor ecologische en sociale criteria en innovatie. Ten andere, met het actieplan “Innovatief Aanbesteden (2008-2010)” wil de Vlaamse overheid via overheidsopdrachten onderzoek en innovatie stimuleren. De Vlaamse overheid wil met haar actieplan “Duurzame Overheidsopdrachten” structureel een duurzaam aankoopbeleid uitbouwen. Belangrijk is dat voor het eerst een definitie werd vastgelegd van “duurzame overheidsopdrachten”. Men bakende ook een aantal productgroepen af waarvoor specifieke acties en doelstellingen voor quick wins werden opgesteld. Categorieën waar onze leden rechtstreeks of onrechtstreeks bij betrokken zijn: kantoorgebouwen, duurzaam hout, en werk- en beschermkledij. De Europese Commissie vroeg in het kader van het Lead Market Initiative naar de mening van beroepsfederaties inzake innovatief aanbesteden. Dit initiatief focust op markten die erg innovatief zijn en die beantwoorden aan noden van consumenten én die tevens een sterke technologische en industriële basis in Europa hebben. Er werden 6 specifieke markten afgebakend w.o. “Protective Textiles”, een markt die van het grootste belang is voor overheidsopdrachten. Fedustria heeft haar visie hieromtrent rechtstreeks aan de Commissie meegedeeld, evenals via Promptex. De overheid moet continu gesensibiliseerd worden inzake (potentiële) innovaties. Bovendien moet “Protective Textiles” ruimer bekeken worden dan alleen beschermende kleding. Tal van andere textieltoepassingen kunnen gebruikers beschermen. Bovendien moet men ook oog hebben voor ontwikkelingen in andere sectoren waardoor synergieën in innovaties elkaar kunnen ondersteunen. Bedrijfsleven ondersteunt Duurzame Handel Het VBO heeft op 29 mei 2008, samen met zijn lid-federaties Fedis, Fedustria en Fevia, een brochure uitgebracht over duurzame handel. De praktijk leert dat er verschillende mogelijke benaderingen bestaan op het vlak van duurzame handel. Welke benadering een onderneming kiest, hangt o.a. af van haar bedrijfscultuur. Het is van belang dat alle positieve initiatieven worden aangemoedigd. Enkel op die manier zal de markt van duurzame producten gevoelig kunnen groeien en zullen de producenten in het Zuiden hiervan de vruchten plukken. Ook in onze sectoren zijn er steeds meer bedrijven die producten van duurzame handel op de markt brengen. Bedrijfstoeren i.s.m. EROV Naar analogie met de textieltoeren van de voorbije jaren, organiseerde Fedustria opnieuw samen met EROV (de Economische Raad voor Oost-Vlaanderen) twee bedrijfstoeren voor beleidsmensen en politici uit Oost-Vlaanderen. Aan de hand van bedrijfsbezoeken en grondige gesprekken met bedrijfsleiders en -verantwoordelijken uit de sectoren textiel, hout en meubel en confectie werd een duidelijk beeld geschetst van de vooruitstrevendheid van onze bedrijven, maar ook van hun bekommernissen. Ook Creamoda verleende zijn medewerking aan dit initiatief.
Aantal bedrijven Aantal werknemers Productie (in ton) Omzet (in miljoen euro)) Exportquote Evolutie van de activiteit in 2008 Aandeel in de totale toegevoegde waarde van de Belgische textielsector
Weverij 20 2.100 20.250
Breierij 47 1.000 6.700
320
180
79 % 40 % -15 % -6 % voor weverij + breierij 17 %
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
© Eclair Prym
37
Veredeling
De productgroep ”Veredeling“ • wast, bleekt, verft, bedrukt en coat diverse textielartikels (garens, weefsels, tapijt, breigoed, non-wovens, geconfectioneerde artikelen…); • maakt ze vuilafstotend, krimpvrij, brandvertragend… en brengt ”coatings“ aan; • omvat zowel loonveredeling (dienstverlening aan derden) als geïntegreerde veredeling (die werkt voor de eigen textielactiviteiten van de onderneming).
Textielveredeling is een verzamelnaam voor een belangrijke waaier aan activiteiten en is in ieder stadium van het textielproductieproces terug te vinden. Textielveredeling gaat van het voorbehandelen (zoals het wassen en bleken) van ongesponnen materie zoals vezels, over het verven van garens of weefsels tot afwerkingsactiviteiten zoals het aanbrengen van coatings. Veredelen kan geïntegreerd gebeuren in activiteiten van een spinnerij, een weverij… maar het gebeurt ook door gespecialiseerde toeleveranciers, de loonveredelaars. De veredelingssector is sterk afhankelijk van de lokale textielproductie. De activiteitsgraad in de veredelingssector volgt dan ook in belangrijke mate deze van de andere subsectoren. De globale activiteit in de veredelingssector viel in 2008 met een vijfde terug. Stijgende energieprijzen ondermijnen rendabiliteit Uit de aard van hun activiteit zijn de veredelingsbedrijven energie-intensief. De meeste processen zoals verven, drogen, stomen… vergen namelijk veel (thermische) energie. Dit heeft als gevolg dat de veredelingsbedrijven dan ook sterk te lijden hebben onder de stijgende energieprijzen. Problematisch hierbij is dat de veredelingsbedrijven onmogelijk deze kostenstijgingen volledig kunnen doorrekenen als gevolg van de concurrentiële omgeving waarin deze bedrijven, alsook hun klanten, opereren. Milieu is belangrijk aandachtspunt voor de veredelingsbedrijven
© Gamma Holding
Inherent aan heel wat veredelingsprocessen (verven, wassen, bleken…) is de grote behoefte aan water. De veredelingsbedrijven worden dan ook blijvend geconfronteerd met de waterproblematiek. Enerzijds moeten alternatieven worden gezocht voor het schaarser wordende grondwater. Anderzijds worden de bedrijven ook geconfronteerd met alsmaar strengere voorwaarden voor het lozen van hun afvalwater. De totale waterkost (vers water én afvalwaterbehandeling) is voor de veredelingsbedrijven dan ook een heel belangrijke en stijgende kostenfactor. Water is echter niet de enige milieu-uitdaging voor de veredelingsbedrijven. Nu REACH (d.i. de Europese richtlijn inzake registratie, evaluatie en autorisatie van chemische stoffen) ten volle van kracht geworden is, hebben de veredelingsbedrijven heel wat bijkomende verplichtingen m.b.t. het gebruik van chemische stoffen. Om hun REACH-verplichtingen optimaal te kunnen nakomen nemen de meeste veredelingsbedrijven dan ook deel aan VLARIPtextiel (Vlaanderens REACH Implementatieproject voor de textielsector) dat Fedustria samen met Centexbel en essenscia heeft opgezet (zie ook hoofdstuk “Milieu & Techniek”).
Aantal bedrijven (*) Aantal werknemers Productie (veredeld volume in ton-loonveredeling) Omzet (in miljoen euro) Exportquote Evolutie van de activiteit in 2008 (volumes) Aandeel in de totale toegevoegde waarde van de Belgische textielsector (*) alleen bedrijven met 10 of meer werknemers
38
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
68 (25 loon en 43 geïntegreerd) 3.250 (1.920 loon en 1.330 geïntegreerd) 86.700 138 25 % -20 % 5%
Spinnerij en voorbereiding
© Denderland Martin
Katoentype spinnerij: 2 geïntegreerde bedrijven sluiten de deuren In 2008 liep de Belgische productie van katoentype garens met maar liefst 30 % terug tot 22.500 ton. Tijdens de eerste drie kwartalen slinkte de activiteit telkens met 25 %, tijdens het laatste kwartaal liep de krimp op tot 45 %. In de loop van het vierde trimester sloten 2 geïntegreerde katoentype spinnerijen definitief de deuren; de sterke vraagval in hun geïntegreerde weverijen in combinatie met toegenomen importen van o.a. broeken uit China en interieurtextiel uit Turkije was hieraan debet; gedeeltelijke herlocalisatie op kostengronden speelde daarbij eveneens een rol. Katoen bleef ook in 2008 de belangrijkste vezel, goed voor zowat twee derden van het totale vezelverbruik. Dat katoen komt vooral uit de CIS (voormalige Sovjetlanden), op respectabele lengte gevolgd door de USA, Griekenland en Afrika (o.a. fair trade katoen). Langs de invoerzijde liepen de EU-importen van katoen- en vooral viscosegarens fors terug. In beide garentypes consolideerde India zijn eerste plaats als extra-EU-leverancier, gevolgd door Turkije bij de katoengarens en Indonesië bij de garens in kunstmatige stapelvezels.
De productgroep ”Spinnerij en Voorbereiding“ omvat de voorbereiding en de productie van filament (uit polyester PES en polyamide PA), vezels van polyamide PA, polyester PES, polypropyleen PP…, garens (zuiver en gemengd) van katoen, wol, vlas, enz.
Vlasspinnerij: hoopvol ondanks de huidige crisis! Na een sputterend eerste kwartaal (-9 %) volgde een behoorlijk tweede kwartaal (+ 15 %), zodat het eerste semester 2008 kon worden afgesloten met een minieme groei van 1,5 %. Na het zomerreces ging de activiteit echter fiks in het rood met een min 30 % tijdens het tweede halfjaar voor gevolg. Het ganse jaar vlagde uiteindelijk af op een -13,5 %. Desondanks blijft de sector dankzij een aantal recente technologische innovaties geloven in de toekomst. Sinds de aanvang van het nieuwe zwingelseizoen in september zijn de prijzen van de vlasvezel in vrije val. Vlas staat daardoor op zijn laagste absolute prijspeil van het lopende millennium. Oorzaak zijn o.a. de ruime overcapaciteit in de Chinese vlasspinnerij en de stokkende afzet op de Amerikaanse markt. De vlasoogst 2008 is in ieder geval van betere kwaliteit dan in 2007, met ook hoger dan gemiddelde rendementen per ha. Dit kwaliteitsherstel is onontbeerlijk voor de hoogkwalitatieve Europese vlasgarenproductie. Wolspinnerij: de crisis slaat bijzonder hard toe De Belgische wolspinnerij scoorde over de hele lijn negatief en dit was zeer zeker het geval voor het kaardwoltype. De totale wolgarenproductie daalde in 2008 met circa 40 % en de leveringen met ongeveer 6 %. Voor wol is, na een jaar van zeer hoge prijsnoteringen, de prijsdaling vanaf het begin van het tweede kwartaal zowel in dollar als in euro significant en dit ten gevolge van de gedaalde vraag. De zwakke conjunctuur eist duidelijk zijn tol. De Belgische spinnerijen kampen net zoals andere textielbedrijven met een dalende vraag, hoge loonkosten en stijgende grondstofprijzen. Vooral de vele herstructureringen en faillissementen in de tapijtsector brengen de wolspinnerijen in ernstige liquiditeitsproblemen. Daarenboven profiteren de Britse spinnerijen volop van de gunstige koers van het pond, hetgeen voor de continentale spinnerijen een bijkomende hinderpaal betekent. Onze “vergroenende” samenleving zou daarentegen wol moeten omarmen. Daar wordt ook sterk op ingespeeld. Tal van initiatieven werden in die zin onlangs gestart, zoals de relance van het Woolmark en het feit dat 2009 door de Verenigde Naties uitgeroepen werd als internationaal jaar van de natuurlijke vezels.
Aantal bedrijven Aantal werknemers Productie (in ton) Omzet (in miljoen euro) Exportquote Evolutie van de activiteit in 2008 Aandeel in de totale toegevoegde waarde van de Belgische textielsector
Katoentype 4 382 22.500 42 31 % -30 %
Vlastype 3 84 2.250 10,7 78 % -13,5 %
Woltype 11 ca. 9001 14.500 101 (*) 65 % -25 %
1,5 %
...
1,5 %
(*) uitsluitend levering aan derden
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
39
Meubel
© Royal Botania
De “Meubelindustrie” omvat naast de meubelen (eetkamers, slaapkamers, keukens, bureaumeubelen…) en zitmeubelen (salons, zetels, stoelen…) ook de matrassen en bedbodems.
Belgische meubelindustrie neemt haar verantwoordelijkheid in woelige tijden Naar aanleiding van de Internationale Meubelbeurs Brussel, die plaatsvond van 2 tot en met 5 november 2008, maakte Fedustria de balans op van de economische toestand in de Belgische meubelindustrie onder de noemer “Belgische meubelindustrie neemt haar verantwoordelijkheid in woelige tijden”. De Belgische meubelindustrie in 2008 Vorig jaar realiseerde de Belgische meubelindustrie een omzet van 2,9 miljard euro. Dit maakt de meubelindustrie tot de grootste deelsector binnen Fedustria. In 2008 daalde de omzet niettemin met 5,0 %. Hiermee noteert de Belgische meubelindustrie voor het eerst sinds 2003 opnieuw een omzetdaling. Ook de meubelsector ontsnapt dus niet aan de gevolgen van de wereldwijde economische malaise. Vorig jaar investeerde de Belgische meubelindustrie 123,3 miljoen euro, dit is 21,5 % meer dan in 2007. Enerzijds geeft dit aan dat heel wat bedrijven nog steeds geloven in de toekomst. Anderzijds betekent dit ook dat de meubelindustrie kapitaalintensiever wordt. In de loop van 2008 is het indexcijfer van het consumentenvertrouwen in België geleidelijk aan verzwakt. Deze negatieve evolutie zette zich, sinds het uitbreken van de financieel-economische crisis, versterkt door in het najaar van 2008. Desondanks ligt het consumentenvertrouwen in België nog steeds hoger dan het Europees gemiddelde. De ontvangen bestellingen in de Belgische meubelhandel stegen in 2008 nog licht met 0,9 %. We kunnen dus stellen dat het meubelverbruik in België zich nog kon handhaven op het hoge peil van 2007. De impact inschatten van de crisis op de Belgische meubelsector is vrijwel onmogelijk. In de huidige onzekere economische context is het dan ook bijzonder moeilijk en gewaagd om vooruitzichten voorop te stellen. Wat we wel met zekerheid kunnen stellen, is dat de Belgische meubelindustrie haar verantwoordelijkheid neemt. Het volhouden van een proactieve en toekomstgerichte strategie – investeren, innoveren en exporteren – biedt de beste kansen om deze woelige tijden te doorstaan.
© De Zetel
40
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
De werking van de groep “Meubel & zitmeubel” In 2008 kwam het Gemeenschappelijk Uitvoerend Bureau (GUB), dat binnen Fedustria de belangen van de Belgische producenten van meubelen, zitmeubelen en slaapcomfort vertegenwoordigt, vier keer samen. Tijdens deze bijeenkomsten werd o.m. de collectieve werking van Fedustria inzake innovatie (Optimo, zie hoofdstuk economie) en export (BelgoFurn, zie verder) besproken. Een ander veelbesproken thema was e-business. Rond dit thema vond op geregelde tijdstippen overleg plaats op Benelux-niveau, samen met de Centrale Bond van Meubelfabrikanten (CBM) in Nederland. Als resultaat van dit overleg kwam er een samenwerking tot stand tussen het Belgische Qina en het Nederlandse Telemos, waarbij beide e-businessplatformen een naadloze onderlinge uitwisseling van elektronische berichten garanderen. Binnen de groep “Meubel & zitmeubel” werd een werkgroep marketing opgericht, waarin zowel meubelproducenten als -handelaars zetelen. Deze werkgroep boog zich in 2008 over 2 projecten: een enquête bij de Belgische meubelhandel en een consumentenonderzoek. Zowel het enquêtestaal als de vragenlijst van de enquête bij de Belgische meubelhandel werden door de werkgroep marketing geactualiseerd. Deze enquête werd voor het eerst in een volledig elektronische vorm gehouden, via een webapplicatie, en stond zes maanden online (van begin juli tot begin december). De resultaten staan via het extranet van Fedustria ter beschikking van alle leden van de groep “Meubel & zitmeubel”. Wegens het uitbreken van de financieel-economische crisis in het najaar van 2008 werd beslist om het consumentenonderzoek uit te stellen tot 2009. Daarnaast kwamen in de werking van de groep “Meubel & zitmeubel“ nog volgende agendapunten aan bod: • De economische toestand in de meubelsector; • De Meubelbeurs Brussel; • Gemeenschappelijke garantievoorwaarden voor meubelen; • De Vlaamse rondetafelconferentie voor de textiel-, hout- en meubelindustrie; • Het ervaringsfonds; • Het meetinstrument voor de opleidingsinspanningen van de hout- en meubelindustrie; • Bediendenopleidingen in samenwerking met Cevora; • Het interprofessioneel akkoord 2009-2010; • Het actieprogramma van Fedustria voor 2009; • … BelgoFurn, een kwaliteitslabel bij de buitenlandse meubeldistributie BelgoFurn (Belgian Furniture Export Association, zie ook www.belgofurn.com) is de exportpromotiecel voor de groepen meubel, zitmeubel en matrassen. De doelgroep die wordt bewerkt, is de buitenlandse meubeldistributie. Dit zijn zo-
© G.Desmet
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
41
Meubel...
wel individuele meubeldetaillisten, aankoopgroeperingen, filiaalbedrijven als megastores, kortom de klanten van haar leden. BelgoFurn stelt daartoe jaarlijks een actieprogramma op om de exportpositie in onze buurlanden te bestendigen en om een sectorale exportstrategie voor verre en nieuwe afzetmarkten uit te stippelen. De acties van BelgoFurn staan open voor alle bedrijven die, via een afzonderlijke ledenbijdrage, lid zijn van deze dynamische exportclub. Met een tiental acties was 2008 een intensief jaar wat de exportpromotie betreft. De buitenlandse meubelhandel werd via publicaties en exportbrochures op de hoogte gebracht van de nieuwste tendensen in ons exportaanbod. Er werd een representatief, 60 pagina’s tellend, exportrepertorium samengesteld, waarin quasi het volledige exportaanbod van de Belgische meubelindustrie op een attractieve wijze werd gepresenteerd. Dit document werd op 8.000 exemplaren verspreid. Daarnaast werd een specifieke exportbrochure voor de Duitstalige markten gepubliceerd. Buitenlandse prospectiereizen staan jaarlijks op het actieprogramma van BelgoFurn. Om de kennis van de distributie in Nederland nog te verfijnen en om er de exportkansen te vergroten, namen meer dan twintig leden deel aan een prospectiereis naar Nederland. Het afsprakenprogramma was gericht op de aankoopgroeperingen Euretco en Trendhopper. Een dergelijke actie biedt voor beide betrokken partners, nl. de Belgische industrie en de Nederlandse distributie, een aantal opportuniteiten. Vooreerst raken onze leden nog meer vertrouwd met de talrijke aspecten eigen aan de Nederlandse distributie die met haar talrijke winkelformules, samenwerkingsvormen, concepten en private labels een gans specifiek karakter bezit. Dit laat hen toe om inzake collectieaanbod nog meer gericht te opereren. Voor de Nederlandse gastheren biedt een dergelijke België-dag de mogelijkheid om in een minimum aan tijd na te gaan, welke nieuwe collecties er sedert de laatste beurs van Brussel werden ontwikkeld, en of deze in aanmerking kunnen komen voor verdere selectionering. Tenslotte verstevigt een dergelijke contactname de persoonlijke banden tussen handel en industrie in Beneluxverband, wat ondanks de mondialisering van de laatste jaren, toch bijzonder belangrijk is. Ook nieuwe markten werden via een prospectiereis bewerkt, nl. Ierland en Noord-Ierland. Ter voorbereiding hiervan stelde BelgoFurn een uitgebreid marktrapport samen. De missie vond in februari 2008 plaats. In mei 2008 bezocht een Ierse Harvey Norman delegatie met acht filiaalhouders een aantal bedrijven die aan deze prospectiereis deelnamen.
© Van Houdt
42
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
© De Keyzer
Alle hoofdrolspelers in de distributie in Estland, Letland en Litouwen werden in december 2008 door BelgoFurn persoonlijk geprospecteerd. Op basis van deze gesprekken werd een marktanalyse samengesteld. De groepsprospectiereis zal in 2009 plaatsvinden. In maart 2008 werd voor de achtste maal een oriëntatiereis naar China georganiseerd. Een delegatie van veertien personen bezocht er het zuiden met op het programma de meubelbeurzen van Houjie, Shenzhen en Ghuangzhou. Daarnaast werden in de regio ook “furniture malls” bezocht. Met deze missie beoogt BelgoFurn de deelnemers een zo volledig en actueel mogelijk beeld te bieden van zowel de kansen als de gevaren die de bijzonder snelle evoluties in China voor onze industrie met zich meebrengen. In Frankrijk werd er telkens in samenwerking met FIT collectief deelgenomen aan de meubelbeurzen van Parijs en Reims. In 2008 vond de beurs van Parijs voor de eerste maal plaats in Le Bourget. Via de groepsdeelname in Reims beoogde BelgoFurn de lacune aan hedendaagse meubelen in het Franse aanbod in te vullen om aldus het enorme potentieel dat ons land biedt in het moderne marktsegment een grotere ingang te doen vinden bij de Franse meubeldistributie. Via een gemeenschappelijke actie BelgoFurn - Meubelbeurs Brussel (2-5 november 2008) werden een zevenhonderdtal belangrijke buitenlandse inkopers naar de Heizelpaleizen gebracht. Bij deze actie werd vooral aandacht geschonken aan het kwalitatieve aspect van de genodigden: er werd in de eerste plaats gestreefd om de omzetdragers van onze industrie naar Brussel uit te nodigen. Er viel een stijgende aanwezigheid op van de handel uit Nederland en Frankrijk. Naast inkopers uit de traditionele markten werden ook belangrijke inkopers uit verdere landen uitgenodigd. Tenslotte besteedt BelgoFurn veel energie om de collecties van onze industrie via talrijke bijdragen in de vakpers onder de aandacht te brengen van de buitenlandse distributie. Zo verschenen er regelmatig artikelreeksen in het Vakblad Meubel in Nederland, le Courrier du Meuble et de l’Habitat in Frankrijk en in Möbelmarkt in Duitsland.
© Ilwa
Aantal ondernemingen (*) Aantal werknemers (*) Omzet (in miljoen euro) Exportaandeel Evolutie omzet Aandeel in de totale omzet van de Belgische hout- en meubelsector
1.118 14.609 2.966 58,3 % -5,0 % 50,3 %
(*) 2007
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
43
Houten plaatmateriaal
De productgroep ”Houten plaatmateriaal“ omvat de fabrikanten van spaanplaten, MDF, OSB, multiplex en fineer. Deze platen worden ook bekleed, bv. met fineer, melamine, laminaten…
De productie van houten plaatmateriaal kende in 2008 een belangrijke terugval, ten gevolge van de economische crisis. Het aantal marktspelers blijft dan ook verder afnemen, in België en Europa. De acties voor deze bedrijven gebeuren op regionaal, nationaal, Europees en internationaal vlak, o.a. via de Europese federatie van het houten plaatmateriaal (EPF) en de Europese federatie van multiplexfabrikanten (FEIC) waarin België een belangrijke rol speelt. Houtbevoorrading Er zijn wereldwijd meer en meer investeringen in de productie van zogenaamd “groene” energie op basis van de verbranding van “biomassa” (lees “hout”). Uit een studie van de Universiteit van Hamburg en het Timber Committee van de Verenigde Naties en de FAO blijkt dat de verdere groei van de houtverbranding aanleiding zou geven tot een tekort van bijna 400 miljoen m3 hout in de lan© Decospan den van de EU-27 en EFTA tegen 2020. Hierover werden vergaderingen opgezet met de Europese Commissie en met het Europees Parlement, binnen de zogenaamde “Club du Bois” in Straatsburg. Fedustria organiseerde vergaderingen met de Belgische Europarlementsleden in Brussel. Op federaal en regionaal vlak wordt alles gedaan om de ondersteuning van “groene energie” niet ten koste te laten gaan van het gebruik van hout als grondstof. De sector is hierover in permanent overleg met de overheden. Europese en internationale normen Fedustria neemt het voorzitterschap waar van de Europese commissies die de normen vastleggen voor het op de markt brengen van spaanplaten, vezelplaten en OSB. In dit kader werden verschillende wijzigingen aangebracht om de normen te doen overeenkomen met de “stand der techniek” (o.a. nieuwe vrijwillige norm over formaldehydearme platen, onder de noemer “EPF-S”). Energie Hoewel de verwerking van hout op zich weinig energie-intensief is, behoren de producenten van houten platen door hun grootte toch tot de meer belangrijke energieverbruikers. Reeds in 2005 toonden de Belgische bedrijven aan dat ze tot de wereldtop behoren inzake energie-efficiëntie, op basis van de benchmarkstudie die door Fedustria werd opgesteld. In 2008 werden alle bedrijven onderworpen aan een verdere doorlichting, met opnieuw een positief resultaat. Op Europees vlak wordt gewerkt aan de erkenning van de sector als energie-efficiënt, zodat kan worden vermeden dat de bedrijven uitvlaggen naar andere landen. Milieu De studie die Fedustria maakte over de best beschikbare technieken om de emissies bij de productie van platen te verminderen, leidde in 2008 tot een belangrijke herziening van de Vlarem-reglementering. In 2008 werd ook meegewerkt aan de studie over BBT en hernieuwbare energie. Voor 2009 staat een herziening van de BBT-studie voor de houtverwerking op het programma. Aantal ondernemingen (*) Aantal werknemers (*) Omzet (in miljoen euro) Exportaandeel Evolutie omzet Aandeel in de totale omzet van de Belgische hout- en meubelsector (*) 2007
44
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
55 3.400 1.295 85,5 % -12,5 % 22,0 %
Houten constructieelementen
Bouwproductenverordening De Europese bouwproductenrichtlijn, die essentiële kwaliteitseisen voor bouwproducten oplegt, zal in de toekomst vervangen worden door een Europese bouwproductenverordening. In dit belangrijke dossier nam Fedustria, zowel op Europees als op nationaal vlak, het voortouw om te streven naar een begrijpelijke tekst die garanties biedt voor een eenvormige toepassing in heel de Europese Unie.
De productgroep ”Houten constructie-elementen“ bestaat uit bedrijven die actief zijn op het vlak van de industriële fabricage van deuren, ramen, parket, gelijmd gelamelleeerde spanten, houtverduurzaming, dakspanten met knoopplaten en houten woningen.
Buitenschrijnwerk Omwille van de stijgende energieprijzen en de toenemende bezorgdheid om het klimaat, stellen de overheid en de consumenten steeds hogere eisen op het gebied van isolatie. Om aan die vraag tegemoet te komen, werd de ontwikkeling van superisolerende houten ramen ondersteund. Hiervoor werkte © TPB Fedustria samen met het Technisch Centrum der Houtnijverheid (TCHN) en met Bouwunie-Schrijnwerkers. Dit project werd in 2008 afgesloten met een succesrijke studiedag, waaraan meer dan 100 bedrijven deelnamen. Fedustria begeleidt ook een onderzoeksproject dat de kwaliteit van lakken, vernissen, beitsen e.a. voor houten buitenschrijnwerk bestudeert. Brandwerende binnendeuren Brandwerende deuren zijn erg belangrijk voor de veiligheid van gebouwen. Omdat overheden en bouwheren op dit vlak geen risico’s willen lopen, is externe certificering van veiligheidsproducten een absolute noodzaak. De optimalisering van een dergelijke certificering vereist heel wat kennis. De afdeling “binnendeuren” waakte er daarom over dat er geen expertise verloren ging bij de hervorming van de Belgische certificeringsinstelling voor brandwerende deuren. Bovendien bekeken de fabrikanten samen met de certificeringsinstellingen en proeflaboratoria hoe de toekomstige Europese harmonisering van de brandveiligheidsregels verzoend kan worden met de Belgische bouwtraditie. Een studiebezoek aan de Belgische fabrikanten van vlasplaten bood de gelegenheid om van gedachten te wisselen over de toekomstige bevoorrading van dit specifieke basisproduct en om de zakelijke banden tussen verschillende subsectoren van de houtindustrie aan te halen. Pro-parket De Belgische parketfabrikanten werkten actief mee aan de vakbeurs Europarket 2008 te Kortrijk. In samenwerking met het TCHN bestudeerden zij daarnaast de dimensionele stabiliteit van diverse houtsoorten en legden de basis voor een collectief onderzoek naar de brandreactie van verschillende soorten parketvloeren.
Aantal ondernemingen (*) Aantal werknemers (*) Omzet (in miljoen euro) Exportaandeel Evolutie omzet Aandeel in de totale omzet van de Belgische hout- en meubelsector
278 3.990 1.052 23,3 % -2,9 % 17,8 %
(*) 2007
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
45
Houten verpakkingen
De productgroep ”Houten verpakkingen“ produceert kisten, paletten, laadkisten en -plateaus, kabelhaspels, vaten en tonnen. Naast verpakkingen met gestandaardiseerde afmetingen, zoals de EUR®-paletten, wordt in deze sector ook veel maatwerk gedaan. Ook zijn er bedrijven die grote machines veilig verpakken, stuwen en verzenden. Omdat hout het herbruikbaar materiaal bij uitstek is, zitten in deze deelsector ook heel wat herstellers van tweedehandse verpakkingen.
Verpakkingen voor de export Sommige exportbestemmingen vereisen dat houten verpakkingen voor het vertrek een speciale hitte- of gasbehandeling krijgen om het risico op de verspreiding van schadelijke uitheemse organismen uit te schakelen. Het secretariaat van de groep “Kisten en laadborden” bij Fedustria heeft een grote kennis opgebouwd over de specifieke eisen die elke exportbestemming oplegt. Naast verpakkingsbedrijven maken ook heel wat exporterende textiel- en houtbedrijven dankbaar gebruik van deze gegevens. Door deze kennis en de nauwe band met de verpakkingsfabrikanten en -reparateurs kon Fedustria ook pertinente opmerkingen formuleren bij de herziening van de internationale norm voor fytosanitaire maatregelen voor houten verpakkingen, de ISPM 15. Dit onderwerp was in 2008 overigens het voornaamste werkthema van Fefpeb, de Europese federatie van fabrikanten van houten verpakkingen, waarvan Fedustria een actief lid is. Grondstoffen Stijgende grondstofprijzen hebben een aanzienlijke impact op de prijs van verpakkingen, uit welk materiaal ze ook gemaakt zijn. Om de leden toe te laten deze evolutie beter op te volgen, verzamelde en publiceerde de groep “Kisten en laadborden” hierover statistieken. EUR®-paletten Veel bedrijven gebruiken uitwisselbare multirotatiepaletten, zoals de EUR®-paletten. Het groot succes van dit type paletten brengt malafide bedrijven er echter toe deze paletten na te maken. Dankzij een sensibiliseringsactie van Belepal vzw, de vereniging van Belgische fabrikanten en reparateurs van EUR®-paletten, zijn de inspecteurs van de economische inspectie op de hoogte van deze praktijken. Deze inspecteurs konden reeds verschillende ladingen frauduleuze paletten onderscheppen en vernietigen. Door het ontradend effect van deze acties, blijft de kwaliteit van de pool EUR®-paletten gehandhaafd.
© CBV
Aantal ondernemingen (*) Aantal werknemers (*) Omzet (in miljoen euro) Exportaandeel Evolutie omzet Aandeel in de totale omzet van de Belgische hout- en meubelsector (*) 2007
46
Jaarverslag Fedustria 2008 - 2009
76 1.020 347 37,9 % -4,5 % 5,9 %
Andere producten van hout
Speeltoestellen
© Europlay
De Belgische leveranciers van speeltoestellen en uitrusting voor de publieke ruimte zijn verenigd in de vzw Recreabel. In Vlaanderen organiseert Recreabel sinds geruime tijd vormingen voor uitbaters van speeltuinen, in samenwerking met de vzw Speelom. Samen met de Nationale vereniging van controleorganismen van speelterreinen en speeltoestellen (NVCS), waarvan Fedustria ook het secretariaat voert, volgt Recreabel daarnaast de ontwikkeling van veiligheidsnormen voor speeltoestellen. In 2008 rees de vraag hoe de overheid de herziene Europese normenreeks 1176-1177 zou gebruiken. Zouden alle speeltoestellen die de afgelopen jaren geplaatst werden aangepast moeten worden of zou, zoals in de andere EU-lidstaten, de nieuwe normenreeks enkel het veiligheidsniveau vastleggen voor nieuwe toestellen? Na tal van besprekingen ziet het ernaar uit dat de Belgische overheid toch geen Europees buitenbeentje zal zijn inzake de normentoepassing. De verkopers van de Recreabel-leden kregen in 2008 een specifieke vorming over de nieuwe normen.
De veelzijdige productgroep ”Andere producten van hout“ omvat zowel het houtdraaiwerk (kleine houten voorwerpen) als de fabricage van speeltoestellen, kaders en lijsten, borstels en penselen, muziekinstrumenten, doodskisten, enz.
Borstels en penselen De groep “Borstels en penselen” zette zijn inspanningen verder om te komen tot nuttige handels- en productiestatistieken van grondstoffen, halffabrikaten en afgewerkte producten, zowel op Belgisch als op Europees vlak. Bijzondere aandacht ging naar de stijging van de prijs van het varkenshaar. De fabrikanten van hygiënisch borstelwerk riepen een Europees technisch comité in het leven, dat een up-to-date Europees Charter opstelde voor borstelproducten voor gebruik in ziekenhuizen, voedselverwerkende bedrijven enz. Het charter wordt bekend gemaakt via www.hygienebrush.eu. De traditionele ondersteuning van het Izegemse Borstelmuseum liep uiteraard door in 2008. Hout voor buiten Bovenop de opvolging van de vraagstukken i.v.m. houtverduurzaming, ving Fedustria in ad hoc werkgroepen de studie aan van normen voor zwembaden en speeltoestellen voor privégebruik. Kaders en staaflijsten Deze groep boog zich over de import vanuit Azië en Oost-Europa, over de veranderende distributiekanalen en over de tendensen op het gebied van de wanddecoratie. Wat dit laatste betreft, sluiten een aantal leden aan bij de activiteiten van Optimo, de innovatiecel van Fedustria, op het gebied van de ontwikkeling van interieurproducten. Doodskisten De afdeling “Doodskisten” onderzocht diverse wetgevende initiatieven op het vlak van de lijkbezorging en zorgde ervoor dat de doodskistenfabrikanten sneller toegang kregen tot de Belgische sterftestatistieken.
Aantal ondernemingen (*) Aantal werknemers (*) Omzet (in miljoen euro) Exportaandeel (inclusief doorvoer) Evolutie omzet Aandeel in de totale omzet van de Belgische hout- en meubelsector
121 1.292 242 241 % -14,5 % 4,1 %
(*) 2007
2008 - 2009 Jaarverslag Fedustria
47
Coördinatie Katja De Vos Vertaling Catherine Gonze Tekstrevisie Roseline Dehaen Monique Mahieu Grafisch ontwerp Nathalie Lopez Verantwoordelijke uitgever Fa Quix Hof-ter-Vleestdreef, 5/1 1070 Brussel Drukwerk Drukkerij J. F. De Jonghe 1080 Brussel