INHOUDSTAFEL. jaarverslag

INHOUDSTAFEL

jaarverslag

2011

INHOUDSTAFEL

Verslag raad van bestuur

3

1. algemeen overzicht van de haventrafiek 2. toelichting van de trafiekcijfers

3 4

Activiteitenverslag

7

Ondernemingsplan

13

1. inleiding 2. infrastructuur / ruimtegebruik / investeringen 3. veiligheid 4. tewerkstelling 5. toegevoegde waarde 6. maatschappelijk dynamiek

13 16 20 20 21 21

Structuur AG Haven Oostende

22

1. raad van bestuur 2. werking

22 23

Kerngegevens

24

Jaarrekening

25

1. jaarrekening 2011 2. verslag van de commissarissen

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR 1. Algemeen overzicht van de haventrafiek

2010 - 2011

2010

2011

Roro-vracht (ton)

- 33,4 %

3 367 002

2 242 634

Passagiers (aantal)

- 40,1 %

189 118

113 303

Toeristische auto's (aantal) (roro)

- 53,5 %

29 128

13 547

Containers lo-lo (TEU)

-

-

-

General Cargo (ton)

+ 3,2 %

1 538 875

1 587 366

Algemeen totaal

- 22,1 %

4 935 005

3 843 547

jaarverslag 2011 AG Haven Oostende

p3

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR 2. Toelichting bij de trafiekcijfers Passagiers Transeuropa Ferries, die vaart op de route Oostende-Ramsgate is de enige lijn die passagiers vanuit Oostende meeneemt, en dan nog enkel passagiers per auto. Voetpassagiers en buspassagiers worden niet aanvaard. Het accent van de lijn blijft op vrachttrafiek liggen. Het passagiersverkeer is slechts een welgekomen aanvulling, omdat de schepen hiervoor toch uitgerust zijn. Na 1 jaar werd de samenwerking met LD-Lines stopgezet in maart 2011, waardoor meteen de Ostend Spirit werd teruggetrokken van de lijn. Het gevolg was dat niet alleen het aantal afvaarten per dag verminderde van 6 naar 4, maar natuurlijk ook de capaciteit om passagiers te vervoeren. Zolang er geen nieuwe capaciteit (extra schepen) op de lijn wordt ingezet zal ook de passagierstrafiek niet opnieuw kunnen groeien.

Het aantal cruise calls is dit jaar verdubbeld na een moeilijk jaar in 2010 met uiteindelijk 12 aanlopen. We werden dit jaar echter geconfronteerd met afzeggingen op het laatste moment. Dit heeft diverse redenen, maar een belangrijk feit is dat voor aanlopen van grotere cruises tot rond 200 m er heel wat extra voorwaarden opgelegd worden door het loodswezen. Dit schrikt nogal wat rederijen af die dan verkiezen om een andere haven aan te lopen. Dit moet dringend opgelost worden of Oostende is gedoemd om te stranden op een tiental kleinere cruises per jaar. Voor 2012 staan er voorlopig 20 cruises geboekt die hopelijk dit jaar met positief gevolg zullen kunnen aanmeren in Oostende. De steile opmars van het aantal aanlopen is het gevolg van de gezamenlijke promotie van de kusthavens in het buitenland. Voor het eerst staan er meer dan 100 aanlopen geboekt in Oostende en Zeebrugge samen. jaarverslag 2011 AG Haven Oostende

p4

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR RoRo De roro-sector blijft een heel belangrijke pijler voor Haven Oostende. Na het wegvallen van de rederij Cobelfret midden 2009 wordt er nog door 1 rederij een regelmatige verbinding met het VK verzorgd, met name Transeuropa Ferries. Die rederij baat een lijn uit op de zuidwest kust van het VK (naar Ramsgate) wat in maritieme kringen beter gekend is onder de naam ‘korte route’. Hun 4-uur durende overtocht is ideaal om de rij- en rusttijden te respecteren. Het gevolg hiervan is dan ook dat 85% van hun trafiek bestaat uit begeleide vracht (de chauffeur gaat mee met zijn trailer). Transeuropa Ferries heeft in maart 2011 beslist om de samenwerking met LDLines stop te zetten, waardoor het terugviel van 3 naar 2 schepen die 4 (ipv 6) aanlopen per dag verzorgden. Dit heeft natuurlijk zijn directe implicaties gehad op de trafiekcijfers. Het zoeken naar extra capaciteit blijft een hoofddoel al dan niet gecombineerd met het aantrekken van een externe partner. Het aantrekken van één of meerdere nieuwe roro-rederijen blijft een prioriteit voor Oostende, maar in een krimpende markt op het VK is dit niet eenvoudig.

General Cargo Voor het derde opeenvolgende jaar kon er hier een groei genoteerd worden, ditmaal met 3.2%. Een stevige nieuwkomer is de zouttrafiek, ook het ferrosilicium is een forse groeier. Er wordt blijvend verder gezocht naar nieuwe markten. Een aantal bedrijven zijn zich hierop aan het concentreren en bouwen gericht loodsen en opslagcapaciteit in de binnen- en achterhaven. Dit zou moeten leiden tot een stelselmatige groei wat op termijn een 2 mio ton overslag per jaar moeten geven.

Trein De treintrafiek blijft een moeilijk verhaal in Oostende. Het is natuurlijk niet eenvoudig om een regelmatige treintrafiek op te zetten als er weinig regelmatige lijnen zijn die vanuit de haven vertrekken. Toch is de haven van Oostende erin geslaagd om nu twee volwaardige spoorplatformen te hebben: de Tilbury bundel in de voorhaven en het Plassendale platform in de achterhaven, dat sinds 21 september 2011 eindelijk mag uitgebaat worden. Begin december mochten we er de eerste treinen verwelkomen. Een laatste pijnpunt is de volwaardige doortrekking van het Tilburyspoor naar het Zeewezendok. In 2010 zijn de werken hiervoor opgestart. Opnieuw worden we hier met heel wat problemen geconfronteerd. Tegen eind 2012 zouden de sporen er technisch moeten liggen. De vraag is of er dan reeds effectief een trein zal kunnen overrijden.


p5

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR Modal Split De Modal Split van de haven voor 2011 wordt hieronder samengevat. Die modal split geeft de relatie aan tussen de zeescheepvaart en de wijze waarop de goederen naar of van de haven gebracht worden.

binnenvaart = 2.19% verwerking = 0.36% trein = 0%

weg = 97,45%

In Oostende worden er ook goederen aangebracht die verwerkt wordt in plaatselijke ondernemingen en dus geen relatie hebben met de zeevaart. Zo zijn de eerste treinen in het najaar van 2011 op de Plassendale bundel louter bestemd voor be- en verwerking. Daarnaast is er heel wat binnenvaart toegekomen die geen relatie heeft met de zee. Leuke en positieve vaststelling hierbij is het feit dat de binnenvaart aan een exponentiële groei begonnen is. Dit jaar werd er maar liefst 310.294 ton goederen met de binnenvaart aan- of afgevoerd. Ten opzichte van 2010 is dat een spectaculaire stijging van 70%. Dit komt doordat een aantal bedrijven in de achterhaven van Oostende resoluut die kaart getrokken hebben.

Value Added Logistics (VAL) De terreinen in en rondom de haven, en dan vooral de terreinen op Plassendale 1, zijn bedoeld voor bedrijven die toegevoegde waarde creëren. Het aantrekken van nieuwe ondernemingen blijft een prioriteit. We menen dat met de nieuwe strategie van de hernieuwbare energiesector, waarvoor de haven gekozen heeft, er heel wat extra VAL kan gegenereerd worden.

Toekomstverwachtingen Binnen de beschikbare contouren van het havengebied opteert de haven van Oostende om volop de kaart te trekken van de offshore en hernieuwbare industrie. Hiervoor is de haven bereid om terminals ter beschikking te stellen met de nodige infrastructuur voor de constructie, assemblage, opslag, distributie en onderhoud van niet alleen windmolenprojecten maar ook van andere hernieuwbare energieprojecten. Dit alles wordt weloverwogen gedaan zonder de bestaande trafieken te verwaarlozen, laat staan na te laten nieuwe trafieken aan te trekken die binnen onze haven passen. Uiteindelijk moet dit kaderen in een verdere diversifiëring van trafieken en industrie wat de haven meer ademruimte zou moeten opleveren. We willen zo beter gewapend zijn mochten er zich nieuwe crisissen aandienen, wat ongetwijfeld het geval zal zijn.


p6

ACTIVITEITENVERSLAG Belangrijke gebeurtenissen Januari Op woensdag 19 januari meerde het eerste binnenschip voor de offshore aan de terminal van C-Power ter hoogte van de Halve Maan. Aan boord bevonden zich 6 buispalen. Dit luidde meteen het begin in van de tweede fase van de werken voor C-Power, de ontwikkelaar van het windmolenpark gelegen op de Thortonbank op zo’n 27 zeemijl voor de kust. Zaterdagavond 29 januari meerde het schip ‘Drentediep’ aan in de Oostendse haven aan het Vlotdok. Dit schip, met een lengte van 106 m, kwam van Egypte en had 5270 ton zout aan boord bestemd voor de Vlaamse wegen die dringend om strooizout verlegen zaten. Opdrachtgever was het zoutbedrijf Quattannens uit het naburige Snaaskerke.

Februari Begin februari werd nog eens 5000 ton zout aangeleverd voor zoutbedrijf Quatannens. Een schip met 28000 ton zout uit Barbados werd in Vlissingen gelost. Via zes binnenvaartschepen werd ongeveer één vijfde van dit schip naar Oostende gebracht. De catamaran Alexandros die reeds sinds 1994 in de achterhaven van Oostende lag, werd op donderdag 17 februari geladen op het cargoschip ‘Sudkap’ om zo de haven na meer dan 15 jaar te verlaten, richting Turkije. Vlaams Minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits doopte op 28 februari in Oostende het schip de Zeetijger, het nieuwe vaartuig van de DAB Vloot van het Vlaams Gewest. De Zeetijger is verantwoordelijk voor de signalisatie op zee.


p7

ACTIVITEITENVERSLAG Maart Op 14 maart vond een groot seminarie plaats in de haven over hernieuwbare energie met meer dan 80 deelnemers. Dit seminarie vond plaats aan de vooravond van de EWEA (European Wind Association) conferentie in Brussel, dat zich volledig op de windenergie focuste. Naar jaarlijkse gewoonte vond begin maart de jaarlijkse cruisebeurs plaats in Miami. Een onafhankelijke agent, die deeltijds als cruisemanager voor de haven werkt, bezocht in opdracht van AGHO, en sinds 2010 ook in opdracht van de MBZ, de grote cruiserederijen om de kusthavens aan te prijzen. Op dinsdag 29 maart werden de eerste buispalen, die per binnenschip waren aangeleverd, voor de fundering van de nieuwe windmolens voor de 2de en 3de fase van C-Power geladen op het de zeeschip ‘Maersk Finder’. Deze werden vervolgens getransporteerd naar de Thortonbank. Op 31 maart 2011 werd de nieuwe vestiging van de trailer operator Cool Solutions officieel geopend. Op dinsdag 6 november 2007 werd via een persconferentie aangekondigd dat Cool Solutions zijn activiteiten in de achterhaven van Oostende verder ging uitbouwen. Het bedrijf had hiervoor een concessie verkregen van het havenbedrijf. De plannen om een nieuwe vestiging op te richten in de logistieke zone Plassendale 1 kregen al snel vorm. Ondanks de economische crisis werd toch besloten om verder te doen met de investering. De eerste spadesteek werd gegeven na het bouwverlof in 2009. Anderhalf jaar later was alles afgewerkt.

Mei Van 10 tot 13 mei vond de tweejaarlijkse transport en logistiek beurs plaats in München. De Vlaamse havens stonden er samen op 1 stand. Dit is de grootste beurs in haar soort in Europa. Op vrijdag 13 mei vond de afsluitende conferentie plaats van het Interreg IV A programma C2C (Connect to Compete) in Lille. Dit programma had vooral tot doel om de transportcorridors tussen de deelnemende havens en regio’s te verbeteren. Op donderdag 19 mei 2011 voer de Sea Cloud II het cruiseseizoen in Oostende in. Het kwam van Amsterdam en zette nadien koers richting Newhaven in het VK.


p8

ACTIVITEITENVERSLAG Juni Op de vooravond van de Vlaamse Havendag werd Flanders Maritime Cluster gelanceerd met een conferentie voor de leden over de pas toegekomen SWATH (Small Waterplane Area Twin Hull) ‘Westdiep’ van DAB Vloot, waar zowel de technische bijzonderheden als de toepassingsmogelijkheden en vaargedrag van dit type schepen uit de doeken werd gedaan.

Op zaterdag 25 juni vond de tweede Vlaamse Havendag plaats. De Vlaamse Havendag had het weer jammer genoeg niet mee, zeker niet in de voormiddag toen het zwaar regende. Toch werd die ochtend de nieuwe veerdienst, die het stadscentrum met de oosteroever verbindt plechtig in gebruik genomen. Twee veerboten, die beide aangekleed zijn door de kunstenaar Roger Raveel, werden gedoopt door de meters: minister van mobiliteit en openbare werken Hilde Crevits en de vrouw van Roger Raveel.

Op woensdag 29 juni werden de kantoren van de THV Seawind officieel geopend door de voorzitter van het AG Haven Oostende, Dhr. J. Vande Lanotte. De kantoren zijn gelegen in de directe nabijheid van de werf op het Zeewezendok. De THV Seawind, wat een samengaan is van de bedrijven Deme en Fabricom, staat in voor de contracting - uitvoering van de natte werken - voor de tweede en derde fase van het C-Power project (offshore windmolens) op de Thortonbank. Zo’n 40 ingenieurs zullen hier gedurende de bouw permanent werken.

Juli Op zaterdag 2 juli werd het startschot gegeven voor de uitbreiding van het wetenschapspark in de achterhaven van Oostende. Een tweede incubatorvleugel wordt aangebouwd samen met een expositieruimte voor nieuwe energietechnologieën, beter bekend onder de naam The Energy Box (TEB).


p9

ACTIVITEITENVERSLAG Augustus De 17de augustus even na 06h00 liep het cruiseschip ‘The World’ de haven van Oostende binnen. Met 196m lengte tot nog toe het grootste vaartuig dat ooit Oostende is binnengevaren. The World bleef twee volle dagen in Oostende.

Verhelst Logistics opende op 29 augustus officieel zijn nieuwe logistieke site in de binnenhaven van Oostende. De groep Verhelst beschikt hiermee in de haven Oostende over 60.000m² overdekte en 40.000m² open opslagruimte. De nieuwe logistieke site in de haven van Oostende werd kracht bijgezet door het behalen van de prestigieuze “Truck Fleet Owner 2011” award door Verhelst Logistics. Deze award beloonde het beste vlootbeheer van een transportonderneming die ook eigen geproduceerde goederen vervoert.


p 10

ACTIVITEITENVERSLAG September Eind september 2011 kreeg Haven Oostende eindelijk het goede nieuws dat de spoorbrug in Plassendale operationeel mocht gebruikt worden. De brug was technisch reeds enkele jaren in orde maar de administratieve procedure om hem in gebruik te nemen bleef maar duren tot op 21 september het licht letterlijk op groen werd gezet. Eind september nog mochten we een brief van het Vlaams Gewest ontvangen waarbij ons consortium (AG Haven Oostende, MBZ, WVI, CFE en het Franse Vinci) die zich kandidaat had gesteld voor de uitbating van de luchthaven niet meer weerhouden werd.

Oktober Op maandag 24 oktober meerde het binnenschip ‘Freedom’ aan in de achterhaven van Oostende met als lading geluidskeerwanden die geplaatst moeten worden ter hoogte van de autoweg E40 in Jabbeke langs de westelijke zijde. Ditzelfde schip meerde een tweede maal aan op 10 november, ditmaal met zijn tweede lading geluidskeerwanden bestemd voor de oostelijke zijde van de autoweg. Gedurende de laatste week van oktober werd er deelgenomen door de haven van Oostende aan de prinselijke missie die doorging in China. Bedoeling was om de Chinese windturbinebouwers te overtuigen van de troeven van Oostende.


p 11

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR November Eind november werd de EWEA (European Wind Association) beurs in Amsterdam bezocht. Deze beurs vindt elk jaar in een andere stad plaats en was volledig gefocust op de offshore industrie.

December Een eerste trein werd op 5 december verwelkomd op het Plassendale treinplatform. Het was een trein uit Duitsland bestaande uit 17 wagons, met aan boord staalplaten. Deze staalplaten worden door het bedrijf Sytech, gelegen op Plassendale 1, behandeld om dan later af te leveren aan G&G uit Willebroek. Uiteindelijk worden deze staalplaten gebruikt voor de ‘transition pieces’ van offshore windmolens.

Het bedrijf Rebo (Renewable Energy Base Oostende) werd opgericht om te kunnen voldoen aan de marktvraag naar gespecialiseerde locaties voor de offshore wind industrie. In de voorhaven van Oostende werd een terminal van 10 ha aan het Zeewezendok in concessie gegeven door de haven om ingericht te worden rekening houdend met de specifieke noden van de offshore wind industrie. Een eerste fase van die aanpassingen werd op 21 december opgeleverd.


p 12

ONDERNEMINGSPLAN 1. Inleiding De Haven van Oostende heeft als strategische optie gekozen om naast de traditionele havenactiviteiten (ro-ro, general cargo en cruises) volop de kaart te trekken van de offshore en hernieuwbare energie. Op de tonnage zal dit weinig invloed hebben maar de industrialisatie draagt substantieel bij tot een stijging in tewerkstelling en toegevoegde waarde.

In 2011 werden heel wat investeringen uitgevoerd om Oostende uit te bouwen als hub voor de offshore industrie. Verdere investeringen zijn voor 2012 gepland. Het nieuwe terrein aan het Zeewezendok werd op een draagkracht van 20 ton per m² gebracht. Deze infrastructuur werd reeds onmiddellijk in gebruik genomen door C-Power. Ondertussen werden er in 2011 reeds heel wat voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd op zee door diverse aannemers.


p 13

ONDERNEMINGSPLAN Deze evolutie laat zich nu reeds voelen in de tewerkstelling. Niet alleen zijn er nieuwe bedrijven aanwezig die voor C-Power werken, maar begint Oostende meer en meer gekend te worden als dé hub voor alles wat met offshore en hernieuwbare energie te maken heeft.

Ook in de achterhaven heeft Oostende de laatste jaren niet stilgezeten. Met Electrawinds, C-power, RePower, CMI is de aanzet gegeven in de offshore, verder is er de biodieselfabriek en de algenproductie van Proviron, Green Power Solutions, Greenbridge Incubator die een 15tal bedrijven uit de hernieuwbare energie bevat, Power-Link en de afdeling warmtepompen van Daikin. De keuze voor de hernieuwbare energie werd weloverwogen gemaakt en levert dus vruchten af.

printscreen website Proviron jaarverslag 2011 AG Haven Oostende

p 14

ONDERNEMINGSPLAN De Haven van Oostende verwacht een verdere en duurzame groei van de activiteiten rond de hernieuwbare energie, meer speciaal de offshore. Niet alleen de constructiefase maar straks voornamelijk de onderhoudsfase zal voor heel wat extra activiteit en dus tewerkstelling op lange termijn zorgen.

In die optiek staat Haven Oostende mee aan de wieg van nieuwe ontwikkeling in de energiesector. Voorbeeld daarvan is het initiatief en deelname tot opwekken van het Greenbridge Incubatiecentrum en de vzw Powerlink als cluster voor bedrijven in de hernieuwbare energie.

Een ander voorbeeld is de participatie van de Haven in het project “Flansea” dat het gebruik van golfslag als energiebron een praktische uitwerking wil geven.

De aangepaste strategische oriëntatie voor de Oostendse Haven naar een Energy Port brengt wel heel wat nieuwe uitdagingen met zich mee, maar er moet tevens voor gezorgd worden dat de bestaande trafieken niet verwaarloosd, laat staan doodgeknepen worden.

Integendeel, we moeten er blijvend voor zorgen dat er groei mogelijk blijft en als er zich nieuwe opportuniteiten zouden aanbieden, we steeds paraat staan om deze een kans te geven.


p 15

ONDERNEMINGSPLAN 2. Infrastructuur - ruimtegebruik - investeringen De beide strekdammen naderen hun voltooiing. Tegen de zomer van 2012 zou de ruwbouw en een gedeeltelijke afwerking om de dam bewandelbaar, te maken achter de rug moeten zijn. Inmiddels start ook de bouw van de nieuwe radartoren op de kop van de Oostelijke strekdam. Ondertussen is de nieuwe vaargeul reeds een tweetal jaar in dienst en wordt er zowel door de scheepvaart (zie o.a. de aanloop van The World) als door het offshore gebeuren (het vervoeren van geassembleerde rotorbladen aan een rotorkop) volop op ingespeeld.

In de voorhaven zijn heel wat investeringen gebeurd, specifiek om de offshore activiteiten hier te kunnen onderbrengen. De marktevolutie vereiste een hele snelle beslissing en uitvoering. De noodzakelijke investeringen werden deels gefinancierd door AG Haven en een groot gedeelte door het daartoe gecreëerde bedrijf Rebo nv, zonder tussenkomst van het Vlaamse gewest. In de eerste plaats waren er de werken aan de kop van het Zeewezendok om een kaai te verstevigen zodat ze lasten kunnen dragen tot 20 ton per m², met een achterliggend terrein van 4 ha. C-Power zal vanop dit terrein haar offshore activiteiten voor de tweede en derde fase organiseren.

20cm

Deze terreinen behoren tot de consessie van de nv Rebo (Renewable Energy Base Oostende) die instond voor de investeringen.

7.10 niveau bovenkant bestaande verharding

7.30

afwerkingslaag steenslag aan te vullen met betonpuin

10 cm klinkers

doorsnede terreinafwerking jaarverslag 2011 AG Haven Oostende

p 16

ONDERNEMINGSPLAN Daarop aansluitend werd en wordt onze haven meer en meer gecontacteerd door allerlei bedrijven en bedrijfjes die als onderaannemer en toeleverancier in de offshore wereld werken. Om hierop in te spelen werd beslist om een vroeger gebouw van de Marine (beter gekend onder de naam Most-gebouw) volledig te renoveren. Ondertussen wordt hieraan de laatste hand gelegd en is dit gebouw reeds volledig besproken. Op piekmomenten zullen er voor de bedrijven die in dit gebouw gehuisvest worden tot meer dan 100 personen werken. Om geen problemen te hebben werd daarom beslist om een aansluitende parking volledig her aan te leggen. Eind 2011 werd uiteindelijk beslist het laatste marinepersoneel uit de werkplaats oppervlaktebehandeling terug te trekken. Daardoor ontstaat de mogelijkheid voor Haven Oostende om te starten met een grote renovatie ten behoeve van bedrijven die actief zijn in de hernieuwbare energiesector. Verder werd er beslist om in de eigen werkplaats 3 extra pontons te maken om het aan- en afmeren van ‘crew vessels’ optimaal te laten verlopen. Deze zullen afgemeerd worden net voor het Rebo-gebouw, naast het reeds bestaande ponton dat door de firma DI is geplaatst geworden.

Ondanks de terugval in trafiek, blijft de haven kampen met een structureel plaatsgebrek in de voorhaven. De druk op bestaande haventerreinen kan dusdanig groot worden dat extra terrein moet gevonden worden door het gedeeltelijk dempen van het visserijdok zoals voorzien in het Strategisch Plan, dat ondertussen dateert van november 2004. Aan de visserijactiviteiten wordt er niet geraakt. Integendeel zelfs, de nieuwe ‘Vlaamse Visveiling’ engageert zich tot de bouw van een nieuwe vismijn en bijhorende infrastructuur. De plannen van de Haven en de Visveiling zijn op elkaar afgestemd met het oog op maritieme efficiëntie.


p 17

ONDERNEMINGSPLAN De offshore activiteiten kunnen heel wat ruimte nodig hebben in de nabije toekomst. Anderzijds verloochent de Haven zijn bestemming als roro haven niet noch als zijn bestemming voor andere general cargo trafieken. Met andere woorden, als er zich nieuwe trafieken aanbieden dan blijft de site Zeewezendok – Tijdok – Visserijdok een uitgelezen plaats om die trafieken te behandelen. Mochten in dit kader extra ruimte nodig zijn, dan kan er beroep gedaan worden op het gedeeltelijk dempen van het Visserijdok.

Op het einde van het Visserijdok bevinden zich twee scheepswerven, die aan belang winnen. Voor beiden is een oplossing voorhanden op een andere geschikte locatie mits een regeling voor kosten van herlocalisatie en verhuis. Uiteraard is de verhuis prioritair vooraleer de infrastructuurwerken kunnen starten. Dit brengt ons naadloos bij de spoorinvesteringen. Dit hele gebied zou moeten aangesloten worden op het spoor, dat voorzien wordt om doorgetrokken te worden vanaf de huidige spoorparking op de Tilbury-bundel. Deze werken zijn reeds opgestart in september 2010. Voorlopig zijn de werken geschorst. Hopelijk kunnen deze werken eindelijk afgewerkt geraken tegen eind 2012. De spoorbrug in Plassendale is eindelijk in gebruik en we mochten hier reeds de eerste treinen verwelkomen. Dit gebied is nu daadwerkelijk tri-modaal ontsloten. Dit is een extra troef voor potentiële kandidaat-investeerders.


p 18

ONDERNEMINGSPLAN Een terrein toebehorend aan Infrabel en gelegen tussen de binnen- en achterhaven ligt reeds jaren verlaten, na het faillissement van RSI (Rail Services International), de laatste gebruiker van dit terrein. De haven heeft interesse om dit terrein te verwerven, weliswaar rekening houdend met de huidige toestand van verval en de mogelijke saneringen die zullen nodig zijn in de ondergrond. Aansluitend op dit terrein ligt de oude Beliard-site. Deze site heeft het havenbestuur begin 2010 verworven. Dit terrein zal in de loop van 2012 klaargemaakt worden om volledig geïntegreerd te worden in het havenmidden. Zoals aangegeven zal de ontwikkeling van de hernieuwbare energie een nieuwe ontwikkeling van distributieactiviteiten tot gevolg hebben. Vooral de zone Plassendale 1 komt in aanmerking. In deze sector zijn ook andere activiteiten te situeren die verband houden met het transport van biomassa in de meest diverse vormen. Recent hebben een aantal bedrijven trouwens geïnvesteerd in extra opslagcapaciteit. Samen met Universiteit Gent ondersteunt Haven Oostende de ontwikkeling van Plassendale als innovatieregio. Hiertoe werd ca. 20 ha achterhaven als wetenschapspark bestemd, met het Greenbridge Incubatie- en Innovatiecentrum als startersfaciliteit en het energiekennisplatform Power-Link als drijvende kracht. Wegens het groeiend succes is er besloten om een tweede vleugel aan te bouwen. In het najaar 2012 zou deze tweede vleugel moeten afgewerkt zijn.


p 19

ONDERNEMINGSPLAN 3. Veiligheid De veiligheid in een haven bestaat uit verschillende aspecten: - op de werkvloer, waarvoor elke onderneming zorg draagt; - van de installaties en infrastructuur, die constant wordt opgevolgd; - van het transport en het behandelen van goederen; - van het havengebied, waarbij vooral gedoeld wordt op de grensbewaking en grenscontrole. Dit laatste aspect is een fenomeen van het laatste decennium waar in onze buurt alle kanaalhavens mee geconfronteerd worden. Er zijn hierin heel wat investeringen gebeurd de laatste jaren, gaande van verbeterde omheiningen met grote weerstand en indringingsdetectie, over detectiematerialen allerhande tot een camerasysteem die de cruciale punten in de haven continu bewaakt. Hiervoor werd een zevental jaar geleden een nieuwe firma opgericht: E-Port. De solidariteit tussen alle havengebruikers en officiële diensten (scheepvaartpolitie, scheepvaartbegeleiding, vloot, haven) is de basis voor dit uniek systeem, dat mede de ISPS certificatie (International Ship and Port Facility Security Code) van alle operatoren garandeert. Uiteindelijk dient deze aanzienlijke inspanning ten goede te komen aan alle klanten die de diensten in de Oostendse haven gebruiken om hen te beschermen tegen alle ongemakken te wijten aan illegale migratie, smokkel, diefstal, vandalisme en andere criminele activiteiten.

4. Tewerkstelling In en rond de havenzone van Oostende zijn er ongeveer 300 bedrijven actief. Op basis van de gegevens die gepubliceerd worden door de Nationale Bank van België en die betrekking hebben op 2010, realiseren de bedrijven in het havengebied van Oostende een directe tewerkstelling van 5000 personen. Dit is een sterke stijging vergeleken met het jaar 2000. De tewerkstelling in de voorhaven (dus zonder achterliggende industriezone Plassendale) bedroeg in 2001 628 personen. In maart 2008 was dit gestegen tot goed 800. Eind 2011 werken er 839 mensen in de voorhaven. De tijdelijke terwerkstelling die verbonden is met de constructiefase van C-power is daarbij niet meegerekend. Deze loopt sommige maanden op tot 200 personen. De groei is bijna volledig toe te schrijven aan de nieuwe activiteiten in de offshore industrie. De groei zal nog toenemen aangezien we pas in de voorbereidende fase zitten.


p 20

ONDERNEMINGSPLAN 5. Toegevoegde Waarde In dezelfde studie van de Nationale Bank van België wordt ook telkens de directe toegevoegde waarde vermeld die in de Oostendse zeehaven wordt gerealiseerd. Er worden hierin twee clusters onderscheiden: de maritieme en de niet-maritieme cluster. De maritieme cluster zijn deze bedrijven die rechtstreeks betrokken zijn bij het zeehavengebeuren, terwijl de niet-maritieme cluster deze bedrijven zijn die een heel sterke band hebben met de zeehaven: meer bepaald de industrie, groothandel, transport en logistieke dienstverlening. Ook hier zijn enkel de cijfers t.e.m. 2010 bekend. De totale toegevoegde waarde is in 2010 gestegen, tot het hoogste ooit. Dit geeft aan dat de bedrijven in en rondom de haven sterk aan het investeren zijn. Dit moet de volgende jaren ongetwijfeld sterk stijgen, rekening houdend met de nieuwe ingeslagen weg van Energy Port. Alle getallen vermeld zijn in miljoenen euro’s. 2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

334

353.6

397.2

410.5

438.7

478.7

461

508.8

6. Maatschappelijke dynamiek Oostende blijft de ferry-haven die ze altijd geweest is – de roro is een belangrijk onderdeel van de maritieme trafiek en vervult een onmisbare rol in de logistieke keten voor vele bedrijven. Anderzijds heeft Haven Oostende ervoor geopteerd om naast de bestaande trafieken volop in te zetten op de belangrijke ontwikkelingen in het offshore gebeuren, meer specifiek de bouw en het onderhoud van de windmolenparken. Vooreerst moet daartoe voorzien worden in de nodige infrastructuur: een deel van de vroegere roro terminal werd in 2011 omgebouwd tot een volwaardige windenergie-terminal met kaaien en terreinen die een draagkracht bieden tot 20T/m2. Verder is er voorzien in het beschikbaar stellen van de nodige accommodatie voor de bedrijven die actief worden in de offshore zelf en in de vele nevenactiviteiten die dat met zich meebrengt. Nieuwbouw en renovatie is aan de gang voor kantoren, assemblage en opslag van componenten van windmolens. Deze activiteiten zijn volop in ontplooiing en genereren veel tewerkstelling en toegevoegde waarde, wel weinig havenoverslag in tonnage. Onterecht wordt havenactiviteit nog altijd enkel in behandelde tonnage uitgedrukt. De offshore windindustrie is een nog jonge industrie, slechts een heel klein deel van de geplande windmolenparken in de Noordzee zijn nu operationeel of in aanbouw. Heel wat opportuniteiten dus voor verdere ontwikkeling om mee te groeien met de snel evoluerende technologieën en de aanpassingen in de logistieke behandeling van de steeds groter en zwaarder wordende onderdelen. Een sector met heel wat dynamiek waarin de Haven van Oostende zich helemaal terugvindt.


p 21

STRUCTUUR AG HAVEN OOSTENDE

directie comitee

1. Raad van Bestuur voorzitter Johan Vande Lanotte

afgevaardigd bestuurder Paul Gerard

bestuurder directeurs Eddy Pannecoucke - Bart Tommelein - Jean Vandecasteele - Bart Bronders

bestuurders Georges Allaert - Frank Blomme - Tom Bulcke - Luc De Vleminck - Wouter De Vriendt Kelly Debreuck - Nancy Moyaert - Geert Lambert - Jacky Maes - Eddy Tulpin - Christiane Van Rijckegem - Christian Verougstraete

havencommissaris Antoon Colpaert

commissarissen Deloitte bedrijfsrevisoren vertegenwoordigd door Dirk Van Vlaenderen Hilde Veulemans - Yves Miroir


p 22

STRUCTUUR AG HAVEN OOSTENDE

2. Werking Het Autonoom Gemeentebedrijf Haven Oostende (AGHO) heeft 18 bestuurders, bestaande uit 11 gemeenteraadsleden en 7 deskundigen, die gemiddeld éénmaal per trimester vergaderen onder het voorzitterschap van Johan Vande Lanotte. Daarnaast komt een directiecomité, bestaande uit 5 bestuurders, om de 14 dagen bij elkaar om over de lopende zaken te beslissen. Het dagelijks bestuur tenslotte wordt verzorgd door Paul Gerard als afgevaardigd bestuurder. Hij staat aan het hoofd van een team met 5 diensten die 55 personen tewerkstellen. De 5 diensten zijn Administratie & Financiën, Technische dienst, Nautische dienst, Milieudienst en de Commerciële dienst.

Daarnaast heeft het Autonoom Gemeentebedrijf Haven Oostende een aantal filialen: - de nv Multitech (99.9%) die ontstaan is in de schoot van de werkplaats en die opdrachten uitvoert voor derden, voornamelijk in het domein van de oppervlaktebehandeling van diverse materialen - de nv E-Port Communications Systems (50%) die het havenbeveiligings- en communicatiesysteem aanlegt, beheert en uitbreidt wanneer de opportuniteit zich voordoet - de vzw Power-Link om structuur te geven aan de inspanningen omtrent hernieuwbare energie - de nv Greenbridge incubatie- en innovatiecentrum waarin AGHO deelneemt voor 8,6% van het kapitaal - de nv Rebo (Renewable Energy Base Ostend (15%) die tot doel heeft op te treden als logistiek ontwikkelaar in de haven van Oostende op bepaalde terreinen ten dienste van hernieuwbare energie - de cvba Buitengoed waarbinnen gewerkt wordt aan de realisatie van een groen lint rond Oostende, samen met andere projecten zoals de ecologische en recreatieve invulling van de Oosteroever van Oostende


p 23

KERNGEGEVENS 2011

De totale opbrengsten voor het boekjaar 2011 bedragen 10.276.608 euro. De kosten bedragen 9.545.597 euro, waarvan 2.781.417 euro afschrijvingen die gedeeltelijk gecompenseerd worden met de kapitaalsubsidies op de infrastructuur ten belope van 1.217.973 euro. De cash-flow bedraagt 2.294.455 euro. Op een balanstotaal van 45.519.338 euro bedraagt het eigen vermogen 41.549.620 euro. Voor infrastructuurwerken op de c-power site werd een lening op 15 jaar aangegaan voor 1.950.000 euro waarvan op balansdatum reeds 345.481 euro was terugbetaald.


p 24

JAARREKENING 2011


p 25

INHOUDSTAFEL. jaarverslag

Recommend Documents