De HAN
Jaarverslag 2009 Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
in beeld
De HAN in beeld De Raad van Toezicht had ook in 2009 de HAN goed in beeld. Onder andere via de periodieke managementrapportages is de Raad op adequate wijze door het College van Bestuur geïnformeerd over de ontwikkelingen en resultaten. Open en transparant, zoals de HAN ook met dit jaarverslag open en transparant verantwoording aflegt naar haar omgeving. De Raad van Toezicht stelt met tevredenheid vast, dat de HAN in dit eerste volledige jaar van het nieuwe Instellingsplan HAN 2008-2012, goede voortgang heeft gemaakt bij de realisatie van haar doelstellingen. De HAN heeft haar kwaliteit en goede reputatie weten vast te houden en waar nodig verder weten te versterken. Het groeiend aantal studenten en de stijgende tevredenheid van zowel studenten als medewerkers laten zien dat de HAN een aantrekkelijke hogeschool gevonden wordt om aan te studeren en te werken. Daarbij heeft de grote betrokkenheid van het management van de HAN, met een heldere focus en prioritering vanuit de faculteiten en instituten, ertoe geleid dat de HAN er ook in financieel en organisatorisch opzicht solide en stabiel voor staat. Als Raad van Toezicht spreken wij onze waardering uit voor de grote inzet waarmee de medewerkers van de HAN hebben bijgedragen aan de bereikte resultaten. Ook bedanken wij het College van Bestuur voor de open en plezierige samenwerking. Aangezien het volgende kabinet genoodzaakt zal zijn door bezuinigingen de overheidsfinanciën op orde te brengen, zal ook de HAN in spannender tijden gaan verkeren. Wij hebben er echter alle vertrouwen in dat met de blijvende inzet van alle medewerkers en op basis van een solide financieel-economische ondergrond, de HAN haar kracht zal kunnen vast houden.
Namens de Raad van Toezicht,
Harrie L.J. Noy, voorzitter (Het volledige verslag van de Raad van Toezicht over 2009 vindt u in het hoofdstuk Organisatie en Bestuur op pagina 113)
1
2
Vo o r w o o r d De HAN is een ambitieuze organisatie. We hebben ons als doel gesteld uitstekende accrediteringen te halen, te werken met tevreden studenten en medewerkers, we willen graag betekenisvol zijn voor onze omgeving en geloven in het ontwikkelen van onderzoek als kwaliteitsmotor voor het onderwijs. Zie daar in één zin de ambities zoals we die geformuleerd hebben in het instellingsplan 2008-2012. Uiteraard moeten vooral anderen oordelen over onze prestaties, maar wij zijn trots op wat we in dit jaarverslag kunnen laten zien: de HAN is heel goed op weg. De HAN is in 2009 weer fors gegroeid, we laten accrediteringen zien waarbij op verreweg de meeste facetten door deskundigen met “goed” geoordeeld wordt, de studenttevredenheid stijgt, evenals de medewerkertevredenheid en we slagen er steeds meer in dé kennispartner in de regio te zijn, met vaak een landelijke, soms internationale uitstraling. Waarbij we hebben laten zien betekenis te hebben ook in tijden van economische tegenspoed. Dat zijn de concrete resultaten van het jaar 2009. Daarnaast hebben we in dat jaar de kiem gelegd voor de resultaten in de toekomst. We hebben onze ambities rondom internationalisering fors opgeschroefd en onze organisatie er beter op ingericht, omdat we weliswaar geloven in regionale verankering, maar zeker ook in het internationale perspectief. Er is een ambitieus plan rondom duurzaamheid gelanceerd, met een fors investeringsschema dat betrekking heeft op onderwijs, onderzoek én onze eigen bedrijfsvoering. Tenslotte slagen we er steeds beter in ons onderzoek geprogrammeerd te krijgen in samenhang met ons onderwijs, zodat het fundament voor niveauverhoging ontstaat. De HAN is niet alleen een ambitieuze, maar ook een solide organisatie. We hebben het jaar kunnen afsluiten met een goed en verantwoord financieel resultaat, ook al hebben we last gehad van de crisis die ons land in 2009 in de greep had. Ook dat is een vertrouwenwekkend gegeven voor de toekomst. Wij danken oprecht onze studenten, externe relaties én onze medewerkers. Zij maken de kwaliteit waar de HAN voor staat. Ook die rijkdom en variëteit willen we laten zien in dit jaarverslag. Hoe onze mensen invulling geven aan hun professionaliteit en hoe ze de ruimte die hen daarin geboden wordt, aanwenden om onze belangrijke, maatschappelijke taak vorm te geven.
College van Bestuur, Ron Bormans (voorzitter) en Kristel Baele
3
D E
H A N I N B E E L D
4
Organogram Instituut Pabo Arnhem en Nijmegen
Instituut Paramedische Studies
Instituut International Business and Education
Instituut Engineering
Facilitaire Zaken
Instituut voor Leraar en School
Instituut Verpleegkunde
Instituut Bedrijfskunde
Instituut Applied Sciences
Financieel Economische Zaken
Afdeling Opleidingskunde
Instituut Sport en Bewegingsstudies
Instituut Financieel Management en Rechten
Instituut Built Environment
Informatie Communicatie Technologie
Informatica Communicatie Academie
International Office
Instituut Sociale Studies
Marketing Communicatie en Voorlichting
Afdeling Mondzorgkunde
Personeel en Organisatie Lectoraten Educatie
Lectoraten Gezondheid Gedrag en Maatschappij
Lectoraten Economie en Management
Lectoraten Techniek
Interstudie NDO BV
VDO Opleidingsen Adviescentrum
Expertisecentrum Economie en Management
Cursussen Post-hboen Masteropleidingen
Service Centrum Onderwijs Studentenzaken
HAN Masterprogramma’s GGM
Sensor Deelraad Service Bedrijf
F A C U LT E I T S R A D E N
Faculteit Educatie
Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij
Faculteit Economie en Management
Faculteit Techniek
Service Bedrijf
CENTRUM VOOR ONDERNEMERSCHAP
HAN SMART BUSINESS CENTER
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
CONCERNCONTROL
College van Bestuur Raad van Toezicht * Per december 2009 is het International Office opgericht en toegevoegd aan de Service Units onder het Service Bedrijf * Per 1-1-2009 zijn de contractactiviteiten en de masteropleidingen van de Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij, ondergebracht in VDO Opleiding en advies, gesplitst. VDO behartigt nu de contractactiviteiten en de masteropleidingen zijn samengebracht in een afdeling HAN Masterprogramma’s Gezondheid Gedrag en Maatschappij.
* Bij de stichting HAN is eveneens HAN Holding BV ondergebracht. Deze bevat twee BV’s waarin commerciële activiteiten zijn ondergebracht, namelijk Interstudie NDO BV en HAN-Flex BV. De Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen is de enige aandeelhouder van deze holding. Het College van Bestuur van de HAN is als directie belast met het bestuur van HAN Holding BV.
De samenstelling van de Raad van Toezicht, het College van Bestuur, het Management en een overzicht van alle opleidingen vindt u vanaf pagina 147. 5
D E
H A N I N B E E L D
Hoofdstuk 1 De HAN in beeld 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5 1.2.6
De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Het Instellingsplan 2008-2012 Kwaliteit van het onderwijs De HAN als Kennispoort Organisatieontwikkeling Operational excellence Financiën Koers voor de toekomst
Hoofdstuk 2 Onderwijskwaliteit 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Steeds beter onderwijs Studenttevredenheid Studierendement Zorg voor studenten Kaders voor goed onderwijs Kwaliteit van het onderwijs Groei door kwaliteit
Hoofdstuk 3 Kennispoort 3.1 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 6
Hét kenniscentrum in de regio Contractactiviteiten Lectoraten en onderzoek Masteropleidingen Ondernemerschap Evaluatie programma Kennispoort De HAN in de regio Bijzondere activiteiten en momenten in 2009 Internationalisering
9 12 12 15 17 18 18 19 20
23 26 26 30 33 36 38 41
45 48 48 49 51 54 56 56 58 60
Inhoudsopgave Hoofdstuk 4 Organisatieontwikkeling 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8
De HAN als werkgever De tevredenheid van de medewerkers Goed werkgeverschap Professionalisering en professionele cultuur Besteding decentrale arbeidvoorwaardenmiddelen Kerngegevens HAN-medewerkers Ontwikkeling rol faculteiten en instituten Duurzaamheid in de HAN
Hoofdstuk 5 Operational excellence 5.1 5.2 5.2.1 5.2.2 5.2.3 5.2.4 5.3
Optimale afstemming van voorzieningen en processen Kwaliteitsindex Tevredenheidsmetingen Roostering ICT-voorzieningen Huisvesting Interne informatievoorziening Het Service Bedrijf van de HAN
Hoofdstuk 6 Organisatie en bestuur 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9
De organisatie van de HAN Bestuur op basis van good governance College van Bestuur Raad van Toezicht Verticale en horizontale verantwoording Medezeggenschap Integraal risicomanagement Publiek-privaat Notitie Helderheid
69
Hoofdstuk 7 Financiën van de HAN 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
72 72 73 77 78 79 82 82
89
Financieel beleid Financiële prestaties De financiële positie van de HAN Financiering Treasury Deelnemingen Risicobeheersing Toekomstige ontwikkelingen
128 128 130 132 133 133 133 134
137
Bijlagen Overzicht HAN opleidingen Lectoraten Samenstelling Bestuur en Management Samenstelling Raad van Toezicht Samenstelling Medezeggenschapsraad
92 92 93 94 95 98 98
125
140 145 147 149 151
103 106 109 110 113 118 118 120 121 122 7
D E
H A N I N B E E L D
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
H O O F D S T U K
in beeld
1
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD EEN SPORTVELD IS VOOR MIJ EEN METAFOOR VOOR DE PROFESSIONELE RUIMTE VAN EEN WERKNEMER . JE HEBT IN PRINCIPE HET HELE VELD OM TE BESPELEN. JIJ KUNT IN OVERLEG MET JE TEAM EN LEIDINGGEVENDEN KIEZEN WELKE ROL JE INNEEMT EN HOE BREED JE DAT VELD BESPEELT. JIJ BEPAALT WELKE RUIMTE JE KRIJGT EN WELKE RUIMTE JE ZELF INNEEMT.
Professionele ruimte volgens Gerald Steverink Docent, opleidings- en clustercoördinator en trainer, Instituut voor Leraar en School
Contact met de student Mijn passie is het werken met mensen. De afgelopen jaren is mijn werk wel veranderd. Het welzijn van de student staat nog steeds voorop, maar mijn rol is nu meer faciliterend, in de tweede lijn. Eerder had ik vooral contact met studenten, nu zijn het vooral collega’s en relaties. Ik ben begonnen als docent biologie in het voortgezet onderwijs. Vervolgens heb ik deze baan gecombineerd met het lesgeven aan studenten van de lerarenopleiding. Daarna ben ik binnen de HAN doorgegroeid naar een leidinggevende en meer coördinerende functie. Dat vind ik fantastisch werk, maar de keren dat ik als trainer een groep professionals begeleid blijven voor mij de krenten in de pap. Ik denk dat we binnen de HAN veel professionele ruimte krijgen. Het gaat er om dat je ook om je heen kijkt en waar mogelijk je eigen kansen creëert. Ik heb altijd veel ruimte gekregen en heb ook vanuit veel verschillende rollen mijn werk kunnen doen en dat waardeer ik enorm. Het opleiden van leraren is ingewikkeld. Als lerarenopleider nemen we van nature tijd om na te denken over ons vak, samen met collega’s (bijvoorbeeld in intervisie) maar zeker ook met onze studenten. Als leidinggevende wil ik docenten van de opleiding de professionele ruimte geven die ze nodig hebben voor hun werk, ondanks hoge werkdruk of de waan van de dag. Tegelijk wil ik dat ook onze studenten nadenken over de professionele ruimte die ze krijgen. Daarbij is de band met de praktijk van groot belang. Daarom zijn onze studenten een groot deel van hun opleiding in een opleidingsschool (als stagiair of als leraar in opleiding). Onze docenten kennen zowel hun lesvak (bijvoorbeeld Natuurkunde of Engels) als de praktijk van dat vak in het mbo of voortgezet onderwijs. Ze hebben naast het lesgeven ook andere rollen, bijvoorbeeld studieloopbaanbegeleider of contactpersoon voor externe of internationale relaties. Zo kan iedere docent vanuit zijn eigen expertise zijn rollen kiezen en de professionele ruimte innemen.
11
1.1 De Hogeschool van Arnhem en
Kerncijfers HAN 2009
Nijmegen De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) is hét opleidingscentrum voor hoger beroepsonderwijs in de brede regio. Wij bieden aan studenten en cursisten onderwijs van hoog niveau, in een inspirerende omgeving. We bereiden onze studenten voor op de arbeidsmarkt en stimuleren ze om te werken vanuit een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Daarom hebben thema’s als duurzaamheid, ondernemendheid en innovatie een belangrijke rol in ons onderwijs. In 2009 boden we 63 bacheloropleidingen aan voor 28.381 studenten. Tevens verzorgde de HAN in 2009 18 masteropleidingen. Vanuit expertisecentra en lectoraten verzorgden we toegepast onderzoek, advies en (post-hbo)opleidingen voor bedrijven en instellingen.
Aantal bachelorstudenten
28.381
Studenttevredenheid
76,8%
Aantal medewerkers
3.013
Medewerkertevredenheid
7,7
Aantal bacheloropleidingen
63
Aantal masteropleidingen
18
Aantal lectoraten
37
Omzet waarvan uit marktactiviteiten
€ 236,4 miljoen € 28,9 miljoen
1.2 Het Instellingsplan 2008-2012
Onze missie
De afgelopen vijf jaar is de HAN sterk gegroeid: van 20.903 studenten in 2004 naar 28.381 studenten in 2009: een groei van ruim 35%. In deze periode hebben we veel aandacht gegeven aan het ontwikkelen van een gezamenlijke werkwijze, die professioneel, ondernemend en slagvaardig is. Ook hebben we veel geïnvesteerd in een meer praktijkgerichte en flexibele invulling van het onderwijs.
De HAN biedt studenten en cursisten onderwijs van hoog niveau in een inspirerende, ondernemende en innovatieve omgeving die afgestemd is op hun wensen en rekening houdt met verscheidenheid in talent en leerstijlen. De HAN verschaft jonge mensen een uitstekende startpositie op de arbeidsmarkt en stelt werkenden in staat zich verder te ontwikkelen. Ons onderwijs is van hoogwaardige kwaliteit en getoetst op betekenis voor het beroepenveld. Wij leggen ons erop toe het beste uit onze studenten te halen door hen een uitstekende opleiding te bieden, gecombineerd met intensieve begeleiding van deskundige medewerkers. Voor bedrijven, instellingen en individuen in de regio is de HAN hét opleidingscentrum en een van de belangrijkste kennispartners. Voor studenten en medewerkers is de HAN een aantrekkelijke en professionele omgeving die ontwikkeling, ondernemerschap en innovatie hoog in het vaandel heeft staan. De HAN wil in Nederland tot de beste hogescholen behoren.
In het instellingsplan voor de periode 2008-2012 staat vooral de kwaliteit van het onderwijs centraal. We gaan de eerder doorgevoerde vernieuwingen verdiepen, bestendigen en verankeren in onze opleidingen. Het HAN-onderwijs is gebaseerd op twee pijlers: de beroepscontext als inspiratiebron voor het onderwijs en de - tijdens de opleiding steeds toenemende - eigen verantwoordelijkheid van studenten voor hun leerproces. De HAN stelt zich ten doel om modern onderwijs te blijven ontwikkelen en aanbieden, het onderwijs beter te gaan organiseren en de ruimte voor de eigenheid van opleidingen en de betrokken medewerkers verder te benadrukken. 12
Dit doen we vanuit goed werkgeverschap: goede primaire arbeidsvoorwaarden en een uitdagende, professionele werkomgeving. Demografische prognoses laten zien dat het aantal studenten de komende jaren waarschijnlijk nauwelijks groeit: daarom streven we naar consolidatie van het aantal studenten. Dit zal uitmonden in een gedifferentieerde groei van het opleidingenaanbod.
differentiëren, 5. De kwaliteit van de docenten verder verhogen. Aan elke afspraak zijn meetbare streefdoelen verbonden.
De doelstellingen van de HAN Het instellingsplan heeft vier pijlers: de kwaliteit van het onderwijs, de HAN als kennispoort, de ontwikkeling van de organisatie en het streven naar operational excellence. Voor elk terrein zijn concrete doelstellingen geformuleerd. In 2009 hebben duurzaamheid en internationalisering een nadrukkelijker plaats gekregen in het instellingsplan.
De HAN streeft ernaar dat iedere bachelorafgestudeerde een aansluitende masteropleiding kan volgen bij een hogeschool of universiteit. Waar dat financieel haalbaar en gewenst is vanuit de markt, willen we passende masteropleidingen aanbieden bij onze eigen bacheloropleidingen. Vragen uit de markt kunnen door toegepast onderzoek een bijdrage leveren aan de innovatieve ontwikkeling van het beroepenveld en ons onderwijs. Daarom zoeken we naar verdergaande synergie tussen de onderwijsactiviteiten, toegepast onderzoek en contractactiviteiten.
Om onze doelstellingen te realiseren werken we bij de HAN met een strakke vorm van contractmanagement. Jaarlijks stellen het College van Bestuur en de managers van de verschillende organisatieonderdelen gezamenlijk een managementcontract op. De geformuleerde ambities en streefwaarden vertalen we in de plannen van faculteiten, instituten en het Service Bedrijf. Leidinggevenden bekijken samen met hun medewerkers hoe zij de geformuleerde doelstellingen vertalen in focus en prioriteiten binnen het werk. In de uitvoering krijgen de organisatieonderdelen - binnen de kaders van de HAN - vrijheid om te werken op de manier die het beste aansluit bij de branche(s) waar zij voor opleiden, de kwalificaties van het eigen personeel en de andere specifieke kwaliteiten van hun organisatieonderdeel.
Meerjarenafspraken OCW - HBO-Raad 2008-2011 Met ons instellingsplan voor 2008-2012 sluiten we aan bij de meerjarenafspraken tussen de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de HBO-raad ter uitvoering van ‘Het Hoogste Goed’; de strategische agenda voor het hoger onderwijs-, onderzoeks- en wetenschapsbeleid. De meerjarenafspraken richten zich op het vergroten van het studiesucces in het hoger beroepsonderwijs en de kwaliteit van het hoger beroepsonderwijs, wat uiteindelijk moet leiden tot een verhoging van de kwaliteit van de afgestudeerden. Daarnaast is voor de hogescholen een belangrijke rol weggelegd om bij te dragen aan de groei van het aantal hoger opgeleiden in Nederland. Dit als antwoord op de blijvende vraag van de arbeidsmarkt om meer hoger opgeleiden. Concreet zijn voor het hbo de volgende 5 afspraken gemaakt: 1. De functie van de propedeutische fase versterken, 2. Het studiesucces verhogen, 3. Maatregelen met betrekking tot de kwaliteit van de instroom, 4. Het onderwijsaanbod meer 13
D E
H A N I N B E E L D
In de volgende tabel staan de doelstellingen voor 2012, de behaalde resultaten in 2009 en ter vergelijking de resultaten in 2008. Resultaatgebied
Realisatie 2008
Realisatie 2009
Doel 2012
Onderwijskwaliteit Propedeuserendement*
54,7%
56,2%
70%
Hoofdfaserendement*
82,1%
81,2%
90%
Studenttevredenheid
74,5%
76,8%
80%
Omzet onderzoeksactiviteiten (in % van de totale HAN-omzet)
3,3% (omzet € 7,5 miljoen)
2,5 % (omzet € 5,8 miljoen)
10%
Groei marktactiviteiten (5% per jaar)
22,1% (omzet € 29,5 miljoen)
-/- 2,0% (omzet € 28,9 miljoen)
5% omzet per jaar
Kennispoort
Organisatieontwikkeling Betrokkenheid medewerkers
niet gemeten
60% van de medewerkers is op de hoogte van het instellingsplan 2008-2012; hiervan voelt 41% zich in enige mate en 50% zich in grote lijnen verbonden met de HANstrategie.
Medewerkertevredenheid Ziekteverzuim
75%
7,5
7,7
7,8
4,1%
4,1%
4,0%
Operational Excellence volgens kwaliteitsindex ICT–voorzieningen Roosters
72% docenten is tevreden en 65% studenten is tevreden
75% docenten is tevreden en 69% studenten is tevreden
Hoge tevredenheid van studenten en medewerkers
Huisvesting en faciliteiten Interne informatievoorziening * De rendementspercentages zijn gebaseerd op de nieuwe interne definities van de HAN. Het aantal gestudeerde jaren wordt hierin berekend vanaf het moment van instroom in de betreffende opleidingsfase.
14
1.2.1 Kwaliteit van het onderwijs
Niveau van het onderwijs De samenleving vraagt om professionals: studenten moeten beschikken over actuele kennis en vaardigheden als zij de opleiding afronden, terwijl zij ook in staat moeten zijn om deze steeds op het gewenste niveau te houden. Het niveau van het onderwijs is daarom van groot belang. Bij de accreditaties van de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO) is het uitgangspunt van de HAN dat alle opleidingen minimaal voldoende scoren. Daarbij is ons doel om bij NVAO-accreditaties scores op ‘excellent’ (minimaal 10%) en ‘goed’ (minimaal 75%) te behalen.
Studenten groeien steeds meer uit tot kritische consumenten en laten zich bij hun keuze voor opleidingen ook steeds meer leiden door reputaties van onderwijsinstellingen. Naast onderwijs van hoge kwaliteit hechten wij grote waarde aan de studenttevredenheid. Inspirerende, aantrekkelijke leeromgevingen en een goede organisatie van het onderwijs zijn absoluut vereist. ‘Operational excellence’ is daarbij de vereiste voorwaarde waar we de komende jaren gericht op sturen. Concreet willen wij in 2012 een score in het landelijke studenttevredenheidsonderzoek halen waarbij minimaal 80% neutraal of positief (bij elkaar opgeteld) oordeelt over de HAN.
Opleidingenaanbod De HAN streeft naar een compleet aanbod van opleidingen, verdeeld over de locaties Arnhem en Nijmegen. We willen in de komende periode op beide locaties alle economieopleidingen gaan aanbieden. Het in 2009 in gebruik genomen nieuwe gebouw voor de economieopleidingen op de HAN-Campus in Nijmegen is hiervan een uitdrukking. Daarnaast zal er - als antwoord op de vraag uit het Nijmeegse bedrijfsleven - ook in Nijmegen meer technisch beroepsonderwijs worden gerealiseerd. Enkele opleidingen, zoals de lerarenopleiding, zijn qua schaal kwetsbaar en hebben een groot maatschappelijk belang. In deze opleidingen streven we naar verdere groei. We concentreren onze onderwijsactiviteiten steeds op de campussen in beide steden. We streven naar optimale voorzieningen op de onderwijslocaties en een uitstekende bereikbaarheid.
Onderwijsintensiteit We geven modern, maar intensief onderwijs. De student wordt naarmate hij of zij vordert in de opleiding steeds meer aangesproken op de eigen verantwoordelijkheid. We sturen op drie normen met betrekking tot onderwijsintensiteit: 1. Opleidingen hebben minimaal 20 uur in de week contact met studenten, 2. De studielast bedraagt in principe minimaal 32 uur per week, 3. Docenten zijn voor minimaal 70% van hun tijd direct met onderwijs bezig. We vinden een goed studierendement zeer belangrijk. Uitval van studenten is hoogst ongewenst: de kostbare tijd van docenten en leerlingen wordt verspild. Ook zet uitval een grote domper op het enthousiasme van jonge mensen om een opleiding te volgen. Door goed in- en doorstroommanagement, adequate voorlichting en goede studieloopbaanbegeleiding willen we bereiken dat 70% van de studenten binnen 2 jaar de propedeuse behaalt. Een student die de propedeuse heeft behaald is in principe ook in staat om de hoofdfase met succes af te ronden. We willen dat in 2012 90% van de studenten binnen vijf jaar een diploma haalt.
Opleidingen op maat in de Achterhoek De HAN is in overleg met partijen uit de Achterhoek om een op dat gebied afgestemd aanbod aan hoger onderwijs te ontwikkelen. Het gaat daarbij in eerste instantie niet om een aanbod van volledige hbo-opleidingen, maar om zodanige structuren te ontwerpen dat het bestaande aanbod van HAN-opleidingen beter toegespitst raakt op de wensen van de Achterhoek. Dat kan via op de wensen van de regio toegesneden maatwerktrajecten, het ontwikkelen van leven lang leren 15
D E
H A N I N B E E L D
aanbod, associate degrees en participatie in innovatieve projecten, onder andere met als doel het bevorderen van duurzaamheid. Automotive campus in Helmond De HAN overlegt samen met Fontys Hogescholen met de gemeente Helmond over het eventuele aanbod van automotive-onderwijs en -onderzoek. In Helmond is een Automotive Campus in ontwikkeling en de HAN wordt uitgenodigd te participeren in het daar omheen groeiende netwerk van bedrijvigheid en kennisontwikkeling rondom automotive. Kenloo in Apeldoorn In november 2009 hebben de drie betrokken hogescholen, Saxion, Windesheim en de HAN, de Gemeente Apeldoorn laten weten te stoppen met Kenloo en daarmee de start van een viertal hbobacheloropleidingen in Apeldoorn. Kenloo zou in september 2009 starten, maar op dat moment was het aantal aanmeldingen te gering om op een verantwoorde wijze te starten in Apeldoorn. De ingeschreven studenten werden dit studiejaar voorlopig ondergebracht bij vergelijkbare opleidingen van de betrokken hogescholen. Ondanks verwoede pogingen om het aantal aanmeldingen naar een acceptabel niveau te krijgen, moest najaar 2009 vastgesteld worden dat dit niet gelukt is en er ook geen vertrouwen is op verbetering. Gezien de hoge kosten van het in de lucht houden van Kenloo en de onzekere opbrengst ervan, was doorgaan naar de mening van de bestuurders niet verantwoord. In overleg met de Gemeente Apeldoorn is de (financiële) afwikkeling in gang gezet. In hoofdstuk 2 leest u verder over de ontwikkelingen en resultaten op de kwaliteit van het onderwijs in 2009.
16
1.2.2 De HAN als Kennispoort De HAN wil studenten opleiden tot professionals met een innovatieve en ondernemende houding. Ook willen we ons onderzoek verder tot ontwikkeling brengen en actief blijven in de dienstverlening aan het bedrijfsleven in de regio. Daarbij is synergie een vereiste. Met ons toegepaste onderzoek - gebaseerd op vragen uit de markt - willen we niet alleen bedrijven helpen, maar ook innovaties realiseren in het beroepenveld en ons eigen onderwijs. Ook zien we een situatie voor ons, dat contractactiviteiten casuïstiek leveren voor het bacheloronderwijs terwijl tegelijkertijd het bacheloronderwijs expertise levert voor de contractactiviteiten. We willen daarom dat de onderzoeksactiviteiten qua omvang 10% gaan vormen van de omzet van de HAN, waarbij onze lectoren met hun kenniskringen de sleutelrol vervullen. Bij de marktactiviteiten streven we naar een groei van 5% omzet per jaar.
Ondernemerschap De kenniseconomie vraagt mensen die als ondernemer steeds op zoek zijn naar nieuwe kansen. Ondernemendheid is ook een houding die wordt gevraagd van professionals. Het Centrum voor Ondernemerschap (CvO) biedt cursussen en trainingen voor studenten en verzorgt de opleiding voor het landelijk erkende hbodiploma ‘Certificaat Ondernemerschap’. Het CvO adviseert startende en gevorderde ondernemers. Het biedt ook gespecialiseerde programma’s rond regionaal belangrijke thema’s zoals bedrijfsopvolging, internationaal ondernemerschap en innovatie. Met ArtEZ, hogeschool voor de Kunsten en de Radboud Universiteit Nijmegen werkt de HAN samen in het project Gelderland onderneemt (go!). Dit project brengt nog meer studenten in aanraking met ondernemerschap en organiseert masterclasses voor docenten. De HAN is penvoerder van het project.
Relaties met de omgeving De HAN stelt kennis ter beschikking aan haar omgeving en past haar onderwijs steeds aan aan de ontwikkelingen die daar plaatsvinden. Daartoe onderhouden onze medewerkers vele contacten met externe partijen. Stages, afstudeeropdrachten en praktijkprojecten spelen daarin natuurlijk een grote rol. Ook de contractactiviteiten bevorderen de contacten tussen de HAN en haar omgeving. In 2009 heeft de HAN een aantal activiteiten opgezet als reactie op de financiële crisis, waaronder de instelling van de HAN Ondernemersdesk voor ondernemers, bedrijven en instellingen.
Internationalisering Internationalisering krijgt een nadrukkelijker plaats in het HAN Instellingsplan 2008-2012. Uitgangspunt hierbij is dat de HAN haar internationaliseringsbeleid accentueert en concentreert. We gaan onze activiteiten nadrukkelijker regisseren. De HAN is al vele jaren actief op het terrein van internationalisering van het onderwijs. In 2009 is de stand van zaken instellingsbreed in kaart gebracht en geanalyseerd. Dit heeft geresulteerd in een Quick Scan, met een SWOT-analyse, op basis waarvan een Strategisch Beleidsplan Internationalisering 2010-2012 is vastgesteld. Het beleidsplan vormt een kader waarbinnen opleidingen eigen invulling kunnen geven aan hun internationaliseringsactiviteiten en waarbinnen een aantal gemeenschappelijke onderwerpen HAN-breed opgepakt wordt door het nieuw opgerichte International Office. We hebben hierbij de ambitie uit te groeien tot een van de belangrijkste spelers in Nederland, met inachtneming van de diversiteit in snelheid, mogelijkheden en ambities waarmee dat per opleiding kan en moet worden ingevuld. In hoofdstuk 3 leest u meer over de concrete resultaten van de HAN als kennispoort in 2009.
17
D E
H A N I N B E E L D
1.2.3 Organisatieontwikkeling
Medewerkertevredenheid Tevreden medewerkers zijn cruciaal voor het realiseren van onze doelstellingen. De houding en betrokkenheid van medewerkers zijn van groot belang voor de kwaliteit van de dienstverlening van de HAN. We streven daarom naar tevreden medewerkers die betrokken zijn bij onze organisatie. Concreet willen we dat in 2012 de medewerkertevredenheid minimaal een 7,8 scoort en minimaal 75% van de medewerkers zich betrokken voelt bij de HAN-strategie.
De HAN wil bekend staan om goed werkgeverschap. We bieden onze medewerkers goede primaire arbeidsvoorwaarden en een uitdagende werkomgeving. In de HRM-agenda stellen we de rol, de verantwoordelijkheid en de professionaliteit van onze medewerkers centraal. We investeren structureel in de kennisontwikkeling, de deskundigheidsbevordering en de professionalisering van onze medewerkers. Ook streven wij ernaar dat 70% van de docenten beschikt over een mastergraad. Omdat onderzoeksactiviteiten steeds belangrijker worden voor de HAN willen we dat in 2012 minimaal 10% van de docenten is gepromoveerd of bezig is met promoveren.
Duurzaamheid Duurzaamheid staat de komende jaren nadrukkelijk op de agenda. Niet alleen in de eigen bedrijfsvoering (denk aan huisvesting en energieafspraken), maar ook in het onderwijs en onderzoeksbeleid. We zijn gestart met het HAN-brede programma HAN Duurzaamheid en in 2009 lanceerde bestuursvoorzitter Ron Bormans tijdens de opening van het studiejaar een investeringsplan voor duurzaamheid. De HAN maakt € 10 miljoen vrij voor een geïntegreerde duurzame ontwikkeling van onderwijs, onderzoek en dienstverlening. Doel is om samen met andere instellingen en het bedrijfsleven in de regio slimmer en duurzamer uit de economische crisis te komen. Met de investering wil de HAN een bijdrage leveren aan het verduurzamen van de samenleving. We willen hiermee ook een kostenbesparing van € 550.000 per jaar realiseren. Een bedrag dat rechtstreeks weer ten goede kan komen aan de onderwijsuitvoering.
Medewerkers De HAN ervaart in sommige vakgebieden krapte op de arbeidsmarkt terwijl wij door de leeftijdsopbouw van het personeel te maken zullen krijgen met een aanzienlijke vervangingsvraag. De komende jaren staat het werven en binden van nieuwe collega’s dan ook hoog op de agenda. We streven daarbij naar een evenwichtige opbouw van ons personeelsbestand naar leeftijd en deskundigheid. Het is in het belang van de hogeschool en haar medewerkers dat de medewerkers gezond en vitaal zijn. Binnen de hogeschool bestaan daarom verschillende initiatieven om de gezondheid en vitaliteit van de medewerkers te bevorderen. Zo kunnen zij tegen gereduceerd tarief gebruik maken van de fitnesscentra van Achmea.
Meer over de ontwikkeling van de organisatie en behaalde resultaten in 2009 leest u in hoofdstuk 4.
HAN-cultuur Wij streven naar een cultuur die zich kenmerkt door ondernemend gedrag, betrokkenheid, openheid, vertrouwen, snelheid, daadkracht in de communicatie en ruimte voor een eigen identiteit. Het voeren van jaarlijkse Resultaat- en Ontwikkelgesprekken speelt daarin een belangrijke rol. Medewerkers worden uitgedaagd om zich ondernemend, proactief, resultaatgericht en flexibel op te stellen. Alleen zo kunnen wij inspelen op vragen uit de markt, accuraat en snel handelen. 18
1.2.4 Operational excellence Het leveren van goede prestaties vraagt goede voorzieningen en effectief management. In de afgelopen jaren is er binnen de HAN een goed georganiseerde planning- en controlcyclus ontstaan. Op basis
van het instellingsplan sluit het College van Bestuur ieder jaar managementcontracten met de faculteitsdirecteuren en de directeur van het Service Bedrijf. Het contract bevat specifieke, meetbare en realistische (SMART) afspraken over de te realiseren doelstellingen. Met behulp van de viermaandelijkse managementrapportages controleren betrokkenen in hoeverre de doelstellingen worden behaald en waar bijsturing nodig is. De HAN stelt zich ten doel dat zowel medewerkers als studenten tevreden zijn over de voorzieningen waarmee zij werken. Specifieke afspraken zijn gemaakt over ICTvoorzieningen, roosters, huisvesting en interne informatievoorziening.
Huisvesting en roostering De HAN concentreert haar activiteiten en voorzieningen op de campussen in Arnhem en Nijmegen. Op beide plaatsen is in 2009 nieuwbouw gerealiseerd. Duurzaamheid is ook bij huisvesting en vooral bij nieuwbouw een belangrijk thema. Het compartimenteren van onderwijsruimten maakt het roosteren meer beheersbaar. Het vergroot ook de eigenheid van opleidingen. Huisvesting en roostering zijn in de praktijk nauw met elkaar verbonden. Vroegtijdig roosteren maakt een goede planning voor docenten en studenten mogelijk en verhoogt daardoor de kwaliteit van het onderwijs. Wij gaan het roosterproces verder verbeteren: er moeten meer aangesloten roosters komen en de onderwijsactiviteiten moeten beter worden gespreid in de tijd. Door specifieke typen onderwijsactiviteiten toe te wijzen aan bepaalde momenten in de week worden de roosters meer voorspelbaar.
ICT Goede HAN-brede ICT-voorzieningen vormen de randvoorwaarden voor de realisatie van onze doelen als organisatie. De HAN investeert daarom continu in medewerkers en techniek om een betere afstemming van applicaties, beter beveiligde ICT-voorzieningen en een adequate beschikbaarheid te verwezenlijken. Uiteraard zorgden we in het afgelopen jaar voor voldoende
computers en werkplekken. ICT-voorzieningen zijn zo vanzelfsprekend geworden dat men verwacht dat de voorzieningen altijd en overal beschikbaar zijn: op alle HAN-locaties, ook vanuit huis en ook ’s avonds. Steeds meer studenten willen een laptop gebruiken. Daarom moeten we de totale server- en netwerkinfrastructuur van de HAN voortdurend zeer dynamisch en conform de laatste technische mogelijkheden aanpassen. Soms zijn de verwachtingen op het gebied van ICT te hoog gespannen; we hebben beperkte middelen en we kunnen dus niet altijd onbeperkte computerfaciliteiten bieden. Over de mogelijkheden en de onmogelijkheden geven we duidelijke voorlichting aan medewerkers en studenten, zodat iedereen weet wat hij van ons mag verwachten. In hoofdstuk 5 leest u meer over operational excellence.
1.2.5 Financiën De HAN wil haar doelstellingen realiseren binnen een financieel solide beleid, op basis van sluitende begrotingen, met ruimte voor innovatie. De HAN toont zich een solide organisatie. De solvabiliteit is 40%. Sectorbreed wordt 35% als norm gehanteerd. De current ratio ligt met 0,3 duidelijk onder de door de commissie Don geadviseerde bandbreedte van 0,5 tot 1,5. In verband met de voorgenomen overgang naar schatkistbankieren in 2010 heeft de HAN in 2009 maximaal gebruik gemaakt van de beschikbare liquide middelen om onder andere de nieuwbouwprojecten te kunnen financieren. Dit uit zich met name in de vermindering van het uitstaande depositosaldo. In 2010 moet deze ratio weer verbeteren. De belangrijkste financiële risico’s voor de HAN zijn achterblijvende baten als gevolg van dalende studentenaantallen, tegenvallende studierendementen, te lage marktresultaten en een onvoldoende indexatie van de rijksbijdrage ten opzichte van de loonontwikkeling. De regering heeft aangekondigd dat er op overheidsuitgaven 19
D E
H A N I N B E E L D
aanzienlijk zal moeten worden bezuinigd. Op het moment van het schrijven van dit verslag is nog onduidelijk wat de invloed hiervan op de HAN in 2010 en latere jaren zal zijn. Door middel van scenariodenken anticipeert de HAN op de mogelijkheden om de mogelijk komende bezuinigingen het hoofd te kunnen bieden. Twee faculteiten, Faculteit Techniek en Faculteit Educatie, hebben 2009 met rode cijfers afgesloten. Om tot structurele kostenreductie te komen is in 2009 een voorziening sociaal beleid gevormd met als doel om het aantal fte bij beide faculteiten gezamenlijk met ongeveer 40 fte verminderen. Een aanzienlijk deel van de verliezen wordt veroorzaakt door marktactiviteiten. Inmiddels zijn maatregelen genomen om vooral een zo realistisch mogelijke begroting te hanteren, zodat in een vroeg stadium kan worden geconstateerd of projecten commercieel voldoende levensvatbaar zijn. Daarnaast zal de financiële follow-up op de uitvoering van commerciële projecten worden versterkt. Meer over de financiën vindt u in hoofdstuk 7.
1.2.6 Koers voor de toekomst In de komende periode blijven openheid en transparantie centraal staan in ons beleid. Omdat we een maatschappelijke organisatie zijn, willen we onze verantwoordelijkheid naar mensen en omgeving waarmaken. In dit hoofdstuk trof u heldere, meetbare doelstellingen aan voor onze organisatie. Wij blijven hierover in alle openheid rapporteren, op papier en ook op onze website. Daar staan het jaarverslag, het instellingsplan en de viermaandelijkse managementrapportages gepubliceerd voor iedereen die hiervan kennis wenst te nemen (zie: www.han.nl/jaarverslag).
20
Samengevat staan in de komende jaren de volgende thema’s centraal: het versterken van de kwaliteit van ons onderwijs, het functioneren als kennispoort voor de regio, het bestendigen en uitbouwen van onze professionele HAN-identiteit, meer synergie bereiken tussen onze kernactiviteiten, verdergaand doorvoeren van de resultaatgerichte werkwijze, operational excellence in organisatie, ICT, huisvesting en roostering, het behoud van goed werkgeverschap en een solide financieel beleid. Dit alles doen we in een open dialoog met medewerkers en leidinggevenden en in nauwe verbondenheid met onze externe omgeving. We volgen de realisatie van onze doelstellingen via de cyclus van managementcontracten en managementrapportages. In 2010 zijn we halverwege de periode van het instellingsplan. We zullen dan in nauwe betrokkenheid met onze managers de doelstellingen en de implementatiestrategie tegen het licht houden, aan de hand van waar we dan staan in de realisatie.
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
H O O F D S T U K
2
Onderwijskwaliteit
in beeld
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD EEN GROEP VOGELS IN EEN VOGELTREK VERBEELDT VOOR MIJ DE PROFESSIONELE RUIMTE VAN DOCENTEN. DE TREK STAAT VOOR BEWEGING EN LAAT GOED ZIEN DAT JE ALS TEAM GROTE STAPPEN KUNT ZETTEN. TIJDENS DE TREK WISSELEN DE VOGELS DE KOPPOSITIE, IEDER IS VERANTWOORDELIJK ,
Professionele ruimte volgens Irma Mosselman Opleider, trainer en adviseur bij VDO Opleidings- en Adviescentrum In mijn werk vind ik het mooi om te zien hoe studenten tijdens hun studie, hun blikveld en bewustzijn verbreden; inzicht krijgen in de complexe wereld in en om hen heen. Dat ze daarmee ook ervaren meer te kunnen bereiken dan ze ooit dachten. En het allermooiste: de eigen vleugels echt uit gaan slaan. Professionele ruimte is voor mij een combinatie van het streven naar optimale autonomie en optimale verbinding met mijn omgeving. Mijn ruimte en ontwikkeling zijn dan dienstbaar aan de opleidingen, de studenten waar ik voor werk.
ZET ZIJN EIGEN KWALITEIT IN, OVERIGENS ZONDER DE ANDEREN TE BESCHADIGEN. BUITEN DE TREK HEBBEN ALLE VOGELS WEER RUIMTE OM HUN EIGEN POSITIE TE KIEZEN, TE NESTELEN EN TE BEZINNEN.
We voeren regelmatig keukentafeldialogen met collega’s over professionele ruimte. Als mensen echt aan zo’n tafel zitten en het gesprek komt op gang dan komt er altijd iets nieuws boven tafel. De professionele ruimte is niet één begrip dat je ergens kunt vastleggen, het heeft individuele kanten en gezamenlijke kanten. Het kan gaan over innerlijke ruimte (reflectie, je hoofd leegmaken, mindfullness) en uiterlijke ruimte (de ruimte waar je werkt, de lesruimtes, het gebouw, financiële ruimte).
SCHARRELTIJD…
Mijn ideaal is een organisatie, waarin docenten ruimte hebben om het in mijn ogen massaal overgeslagen deel in de leercyclus van Kolb, de bezinningsfase, vorm te geven. Wellicht is het dan helpend dat professionele ruimte een onderdeel van de R&O-cyclus gaat worden. Manager en docent kijken dan jaarlijks welke professionele ruimte deze docent nodig heeft en in wil nemen, en bepalen samen hoe dit geconcretiseerd zou kunnen worden. Dan kan er een cultuur ontstaan waarin docenten hun vleugels ook uit willen slaan en die professionele ruimte op eigen wijzen gaan innemen. Wat anders is dan van bovenaf voor iedereen bepalen wat professionele ruimte zou moeten zijn, of individuele docenten die zonder verbinding met anderen hun eigen weg gaan.
2.1 Steeds beter onderwijs Verhoging studenttevredenheid De HAN heeft de maatschappelijke opdracht om onderwijs van hoogwaardige kwaliteit te verzorgen voor studenten en cursisten op hbo-niveau. We willen blijven behoren tot de beste hogescholen van het land. Daarom zetten wij onze kerntaak centraal: het uitvoeren van kwalitatief hoogwaardig bacheloronderwijs. Een belangrijke indicator hiervoor is de mate van studenttevredenheid. In 2009 stelden we ons ten doel dat gemiddeld 76% van de studenten tevreden zou zijn over de geboden opleiding. Dit doel hebben we bereikt: 76,8% van de studenten oordeelt in 2009 neutraal of positief over het geboden onderwijs. Dit is in lijn met de doelstelling van ons meerjarig beleid op weg naar 2012: een studenttevredenheid van minimaal 80%.
Verhoging studierendement We stellen ons ook ten doel om een goed studierendement te realiseren. Door goed instroommanagement, adequate voorlichting en goede studieloopbaanbegeleiding willen we bereiken dat 70% van de studenten binnen 2 jaar de propedeuse behaalt. Daarin zijn we nog niet geslaagd: van de studenten die in 2007 zijn gestart heeft in 2009 56,2% de propedeuse afgerond. De doelstelling van 70% blijft staan. De komende jaren bepalen we per faculteit gerichte strategieën hoe we deze ambitieuze doelstelling kunnen halen in 2012. Daarmee blijft het verbeteren van het propedeuserendement hoog op de prioriteitenlijst staan. We zetten ons in om het studiesucces in de propedeuse structureel te verhogen en studenten die een verkeerde studiekeuze hebben gemaakt tijdig een passend alternatief te bieden.
studenten binnen vijf jaar een diploma haalt. In 2009 hebben we dit resultaat nog niet gehaald. Van de studenten die in 2005 startten in de hoofdfase rondde 81,2% de studie in 2009 succesvol af. De komende jaren blijven we investeren in de kwaliteit van het onderwijs, studieloopbaanbegeleiding, aanvullende voorzieningen en operationele processen.
2.2 Studenttevredenheid De HAN wil een inspirerende, aantrekkelijke leeromgeving zijn voor studenten en onderwijs van hoge kwaliteit leveren. Studenten zijn kritische consumenten en kiezen een onderwijsinstelling op basis van de reputatie. We monitoren daarom voortdurend de studenttevredenheid. Daarbij zetten we verschillende instrumenten in. Op de eerste plaats gebruiken we het jaarlijkse HAN-studenttevredenheidsonderzoek (vanaf 2008 aangesloten op het landelijke studenttevredenheidsonderzoek van de HBO-raad). Daarnaast de resultaten van de jaarlijks gehouden Nationale Studenten Enquête uitgevoerd door Studiekeuze123, de onderzoeken van het weekblad Elsevier (thema Onderwijs) en de ranking van onze opleidingen in de Keuzegids Hoger Onderwijs (CHOI). Op basis van de resultaten van deze onderzoeken kunnen we ons richten op specifieke verbeterpunten. Met betrekking tot het onderwijs zijn studenten het meest tevreden over de inhoud van de opleiding, de beroepsoriëntatie en de docenten. Verbeterpunten zijn de betrokkenheid van de studenten bij de kwaliteitszorg, de roostering, de studielast, de toetsing, informatievoorziening en terugkoppeling van tevredenheidsonderzoeken (wat doen we met ideeën en verbeterpunten). Ook de tevredenheid over kwaliteit van de studiefaciliteiten, zoals ICT-voorzieningen, beschikbaarheid van werkruimtes en de studieloopbaanbegeleiding is nog te laag.
Een student die de propedeuse heeft behaald is in principe ook in staat om de hoofdfase met succes af te ronden. Soms staan persoonlijke omstandigheden - buiten onze invloedssfeer - daarbij in de weg. Daarom stellen wij ons ten doel dat in 2012 90% van de 26
De verbeterpunten sluiten aan bij de speerpunten uit het instellingsplan: de onderwijskwaliteit staat centraal en we investeren in een betere organisatie van het onderwijs.
Studenttevredenheidsonderzoek 2009 Ieder jaar vragen we alle bachelorstudenten hoe tevreden zij zijn over de verschillende aspecten van de opleiding. Wij willen in 2012 een studenttevredenheid realiseren waarbij minimaal 80% van de studenten neutraal of positief oordeelt over de kwaliteit van de opleidingen binnen de HAN als geheel. In 2009 haalden we een resultaat van 76,8% (doel was 76%). Omdat de meetsystematiek in de afgelopen jaren ingrijpend is gewijzigd benoemen we de prestaties in de periode 2004-2007 apart van de resultaten 2008, 2009 en de doelstelling voor 2012.
Studenttevredenheid 2004-2007, oude meetwijze HAN-studenttevredenheidsmeting
2004
2005
2006
2007
HAN-totaal
75%
79%
81%
74%
Sinds 2008 sluit het studenttevredenheidsonderzoek van de HAN aan bij dat van de HBO-raad. Dit studenttevredenheidsonderzoek (STO) bevat landelijk uniforme stellingen die afwijken van het onderzoek van 2008. We kunnen nog wel specifieke vragen voor de HAN aan het onderzoek toevoegen. Hierdoor kunnen de scores van de HAN beter vergeleken worden met scores van andere hogescholen. Een ander verschil is dat het oude onderzoek een steekproef was, terwijl het nieuwe onderzoek onder alle studenten wordt gehouden. Het oude onderzoek had een vierpuntschaal, het nieuwe heeft een vijfpuntschaal. Na een evaluatie van het STO in 2008 is in 2009 het onderzoek op een aantal kleine punten gewijzigd. In 2009 heeft de HBO-raad besloten om het STO vanaf 2010 te combineren met de Nationale Studentenenquete (NSE). Vanaf 2010 neemt de HAN deel aan dit nieuwe onderzoek en vervalt het STO. De NSE is een onderzoek van Studiekeuze123. De resultaten van het onderzoek zijn openbaar toegankelijk. Aankomend studenten (en andere geïnteresseerden, bijvoorbeeld ouders) kunnen de resultaten gebruiken bij de studiekeuze. Instellingen zelf kunnen de resultaten gebruiken om de kwaliteit en daarmee de tevredenheid te verhogen.
Studenttevredenheid vanaf 2008, doel 2012, nieuwe meetwijze
1
HAN-studenttevredenheidsmeting
Realisatie 2008 1
Realisatie 2009
Doel 2009
Doel 2012
HAN-totaal
74,6%
76,8%
76%
80%
Dit cijfer wijkt af van het jaarverslag 2008. Als gevolg van kleine wijzigingen in de vragenlijst in 2009 is dit kengetal voor 2008 opnieuw berekend.
27
D E
H A N I N B E E L D
Tevredenheid op deelaspecten Kijkend naar het STO is de studenttevredenheid op alle aspecten gestegen. De stijgende studenttevredenheid bevestigt dat we met het ingezette beleid op de goede weg zijn.
Studenttevredenheid HAN ten opzichte van andere hogescholen De HAN wil tot de beste hogescholen van Nederland behoren. De Keuzegids Hoger Onderwijs geeft een beeld van de HAN in vergelijking met andere hogescholen. De HAN is in de Keuzegids HO gestegen naar de 5e positie (37% van onze opleidingen staat in de top 3). Hierbij past de aantekening dat de verschillen tussen de hogescholen klein zijn. Opvallend is dat de HAN-opleidingen in de NVAO-accreditatieonderzoeken beter scoren dan in de landelijke tevredenheidsonderzoeken (waar accreditatiescores voor een kleiner deel meewegen). Bij een ranking op basis van totaaloordelen uit de accreditatieonderzoeken staat 64% van de HAN-opleidingen in de top 3. Klaarblijkelijk is er een verschil in waardering van de HAN wat betreft het oordeel van deskundigen versus het oordeel van studenten. HAN-breed zien we dat we goede resultaten halen op tevredenheid over docenten, inhoud en samenhang en de beroepsoriëntatie. We scoren onder het gemiddelde op onderdelen als toetsing, studiefaciliteiten, gebouwen en communicatie. De verbeterpunten sluiten direct aan bij de doelstellingen uit het instellingsplan. In 2010 willen we een systematiek ontwikkelen waarmee onze opleidingen beter inzicht krijgen in de vertaling van alle tevredenheidscijfers. Hierdoor kunnen we de knelpunten effectiever aanpakken.
28
Percentage tevreden studenten op deelaspecten 0%
10%
Overige faciliteiten
20%
30%
40%
50%
31%
60%
28%
Beroepsoriëntatie
28%
56%
Inhoud opleiding
29%
54%
40%
25%
Studielast
46%
30%
40%
27%
Rooster
40%
38%
Kwaliteitszorg neutraal
100%
39%
32%
Studiefaciliteiten
90%
59%
37%
Toetsen en beoordelen
80%
57%
Docenten
Informatie
70%
27% positief
Bron: HAN-STO 2009
29
D E
H A N I N B E E L D
2.3 Studierendement
Dit heeft tot gevolg dat de hier gepresenteerde cijfers niet meer vergelijkbaar zijn met de cijfers in de voorafgaande jaarverslagen. De trendgegevens zijn op basis van de nieuwe berekening herberekend.
Het uitvallen van studenten tijdens hun studie is ongewenst. Het kost de maatschappij veel geld en het is voor studenten demotiverend als ze zonder diploma een opleiding verlaten. De uitval van studenten is ook landelijk een belangrijk thema. De HAN stelt zich tot doel om een propedeuserendement te halen van 70% en een hoofdfaserendement van 90%. Dit sluit aan bij de meerjarenafspraak van de HBO-raad met de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Propedeuserendement De propedeuse heeft naast een opleidingsdoel ook een oriënterende, selecterende en verwijzende functie. Wie de propedeuse behaalt, moet in principe ook geschikt zijn om het einddiploma te halen. Ons doel is daarom dat 70% van de instromende studenten de propedeuse behaalt binnen twee jaar.
In 2009 haalden we een propedeuserendement van 56,2% en een hoofdfaserendement van 81,2%. Het verbeteren van de rendementen blijft dus hoog op de prioriteitenlijst staan. Per opleiding kijken we welke specifieke acties nodig zijn om de rendementscijfers te verbeteren. Afspraken over gerichte strategieën en acties zijn opgenomen in de managementcontracten.
Propedeuserendement 2006-2009, doel 2012 100%
80%
In 2009 is besloten de definities voor het propedeuse- en het hoofdfaserendement te herdefiniëren om een zuiverder beeld te krijgen van de rendementen per opleidingsfase op de verschillende aggregatieniveaus. Voor de berekening van de rendementen geldt nu dat het aantal gestudeerde jaren wordt berekend vanaf het moment van instroom in de betreffende opleidingsfase. De februari-instroom wordt hierdoor op gelijke wijze behandeld als de septemberinstroom. Het hoofdfaserendement is nu onafhankelijk van de studieduur in de propedeuse waardoor een zuiverder beeld van de hoofdfase wordt verkregen. De rendementen zijn berekend op basis van alle studenten die aan de HAN zijn ingestroomd en op enig moment hun (propedeuse)diploma hebben gehaald of zijn uitgevallen binnen de HAN als geheel. Studenten die binnen de HAN een andere opleiding kiezen zijn immers voor onze instelling geen uitvallers. Alleen studenten die in het volgende studiejaar niet meer staan ingeschreven aan de HAN worden als zodanig aangemerkt. 30
60%
40% 61,7 %
61,1 %
20%
0%
2006
54,7 %
2007 2008
56,2 %
63,3 %
70 %
2009 2009* 2012*
* Doelstelling
Deze rendementscijfers wijken door herdefiniëring af van de cijfers uit voorgaande jaarverslagen.
In het jaar 2009 werd voor de HAN als geheel een propedeuserendement gerealiseerd van 56,2% (instroom uit 2007). Het totale propedeuserendement van de HAN laat een lichte stijging zien van 54,7% naar 56,2%. De lagere uitval en de kortere studieduur hebben in gelijke mate bijgedragen aan het hogere propedeuserendement. De oorzaken van ongewenste studie-uitval en studievertraging verschillen sterk per opleiding. Ons streven om in 2012 een propedeuserendement van 70% te halen blijft hiermee onverminderd ambitieus. In 2009 is veel energie gestoken in het analyseren van het studierendement om zo de risicogroepen in beeld te brengen en belemmerende factoren in de opleiding op te sporen. Op deze manier zoeken we naar de juiste interventies op de juiste plek. De meeste aandacht gaat hierbij uit naar toetsing, studieloopbaanbegeleiding en intensiever contact met de instromende student.
nauw samen met ROC’s en voortgezet onderwijs in de regio (regionaal netwerk RxH). Er is een structurele samenwerking met het Platform VO-HO (samenwerking van vertegenwoordigers van de HAN, de Radboud Universiteit, de Wageningen Universiteit, van Hall/Larenstein, ArteZ en 53 scholen voor voortgezet onderwijs). Het Platform VO-HO is de afgelopen jaren fors gegroeid doordat steeds meer scholen een gezamenlijke verantwoordelijkheid ervaren voor de doorstroom naar en de aansluiting op het hoger onderwijs. En nog steeds groeit de vraag van vo-scholen om aan te mogen sluiten bij dit platform. Vanuit het platform werden verschillende bijeenkomsten georganiseerd, bijvoorbeeld over loopbaanoriëntatie (voor decanen) en over aansluitingsproblematiek bij Rekenen/ Wiskunde en Nederlandse Taal (voor docenten uit zowel voortgezet als hoger onderwijs).
Extra aandacht voor aankomende en eerstejaars studenten Voorafgaand aan het moment van inschrijving streven we naar zelfselectie, een goede studiekeuze en juiste verwachtingen bij de student. Om dit te bereiken organiseren we voorlichtingsbijeenkomsten voor decanen en studiebegeleiders, open dagen voor studenten, profielkeuzedagen, online proefstuderen en een digitale competentiewijzer. Ook zorgen we voor heldere en eerlijke informatie in brochures en op internet. We overwegen om in 2010 studiekeuzegesprekken te gaan voeren met specifieke risicogroepen. Daarnaast besteden we veel aandacht aan een goede inhoudelijke en didactische aansluiting op vooropleidingen (vanuit mbo, havo en vwo) door middel van doorstroomprogramma’s, summercourses en flankerend onderwijs.
De HAN organiseert ieder jaar een aantal profielkeuzedagen voor scholieren die hun profiel gaan kiezen. De vraag om deel te kunnen nemen aan de profielkeuzedagen was in 2009 zo groot dat er een extra profielkeuzedag is toegevoegd. In totaal bezochten 3.600 scholieren in 2009 een profielkeuzedag. Dit initiatief wordt zeer positief beoordeeld door scholieren. Een andere mogelijkheid om kennis te maken met de opleidingen van de HAN zijn meeloopdagen. Bij vier opleidingen kunnen studenten ook ‘online proefstuderen’.
Instroommanagement Als het onderwijs van de vooropleidingen van onze studenten goed aansluit op HAN-onderwijs is er minder kans op uitval. Ook de loopbaanoriëntatie van scholieren is een belangrijke factor in het slagen van een hogere (beroeps)opleiding. Daarom werkt de HAN
Ieder jaar koppelen we de studieresultaten van eerstejaars terug naar de instelling waar zij hun vooropleidingen hebben gedaan. Ruim 50 scholen in onze regio krijgen zo een goed beeld van de studieresultaten van hun leerlingen in het hbo. Ook de tevredenheid van de eerstejaarsstudenten over de aansluiting koppelen we terug naar deze scholen. Ook bespreken we met schoolleiders de aansluiting en het Loopbaanoriëntatiebeleid (LOB) van de school. Zo willen we samen de aansluiting tussen voortgezet onderwijs of mbo en onze bacheloropleidingen verbeteren en daarmee ook de uitval in het eerste jaar terugdringen. 31
D E
H A N I N B E E L D
Vanuit het samenwerkingsverband RxH onderzochten we de doorstroomprogramma’s van mbo naar hbo. De afgelopen jaren zijn meer studenten doorgestroomd naar het hbo, maar het propedeuserendement van deze studenten is afgenomen (er vielen relatief meer studenten uit in het eerste jaar). Uit het onderzoek bleek dat zowel de voorlichting vooraf, als de studieloopbaanbegeleiding niet optimaal waren. Daarnaast is het gewenst dat de HAN meer differentiatie biedt aan studenten met verschillende vooropleidingen. In de RxH-afspraken voor 2010 hebben deze punten prioriteit.
Hoofdfaserendement Het rendement van de hoofdfase is 81,2%. Om de doelstelling van 90% in 2012 te halen blijven we investeren in een beter rendement. Iedere student heeft een studieloopbaanbegeleider die hem of haar helpt om de voortgang in de studie te bewaken. Ook het studentendecanaat speelt indirect een grote rol bij de begeleiding van studenten. Naast de goede begeleiding van studenten is de onderwijsintensiteit een belangrijk aandachtspunt. We hanteren drie normen met betrekking tot onderwijsintensiteit: 1. Opleidingen hebben minimaal 20 uur in de week contact met studenten, 2. De studielast bedraagt in principe minimaal 32 uur per week, 3. Docenten zijn voor minimaal 70% van hun tijd direct met onderwijs bezig. In 2009 hadden studenten gemiddeld 21,5 contacturen in de propedeuse en 25,9 contacturen in de hoofdfase. Docenten besteedden gemiddeld 78,8% van hun tijd direct aan het onderwijs. Verder hebben we in 2009 extra aandacht besteed aan de kwaliteit van stageplaatsen. Bijvoorbeeld Faculteit Educatie werkt nauw samen met voortgezet onderwijsscholen in de regio aan gespecialiseerde opleidingsscholen waar studenten als leraar in opleiding hun eindstage lopen.
32
over de eerdergenoemde tweedelijnsvoorzieningen. Via vaste contactpersonen per opleiding informeert en adviseert het decanaat de studieloopbaanbegeleiders. Hierbij maken zij gebruik van informatie- en netwerkbijeenkomsten, workshops (voor nieuwe studieloopbaanbegeleiders) en een aparte site binnen Insite (het intranet van de HAN).
Hoofdfaserendement 2006-2009, doel 2012 100%
80%
60%
40%
77,7 %
79,4 %
82,1 %
81,2 %
83,3 %
90 %
20%
0%
2006
2007 2008
2009 2009* 2012*
* Doelstelling
Deze rendementscijfers wijken door herdefiniëring af van de cijfers uit voorgaande jaarverslagen.
2.4 Zorg voor studenten Campusdecanaat Het campusdecanaat is een tweedelijns voorziening in de studentbegeleiding (eerste lijn vormen de studieloopbaanbegeleiders). Het gaat hierbij om zaken als studiefinanciering, financiële of persoonlijke problemen, functiebeperking, ziekte, topsport of bestuurswerk. De HAN heeft vier decanen, twee voor campus Arnhem en twee voor campus Nijmegen. Voor de 1.200 studieloopbaanbegeleiders vormt het decanaat een expertisecentrum op het gebied van wet- en regelgeving en kennis
Ondersteuning van bijzondere studenten in bijzondere omstandigheden De bijzondere studenten in bijzondere omstandigheden vormen de tweede doelgroep van het campusdecanaat. Het decanaat verzorgt voor hen een uitgebreide serie van leaflets en een site met informatie. Uiteraard kunnen studenten ook persoonlijk advies krijgen. Zij worden door hun studieloopbaanbegeleider doorverwezen naar het decanaat. Het betreft studenten die advies of ondersteuning nodig hebben in verband met een functiebeperking (handicap of chronische ziekte), studenten met financiële of persoonlijke problemen, topsporters en soms studenten van allochtone afkomst. We zien een stijgende lijn in het aantal studenten dat een beroep doet op het campusdecanaat. In 2009 was dit 8% van de HAN-populatie (tegenover 7% in 2008). Deze stijging wordt deels veroorzaakt doordat de dienstverlening professionaliseert en steeds beter is ingebed in de studieloopbaanbegeleiding. Een andere oorzaak is de stijgende vraag van studenten met een functiebeperking of chronische ziekte. Doordat de faciliteiten en de ondersteuning steeds beter zijn, kunnen steeds meer studenten met een beperking gaan studeren. Bij persoonlijke en psychische problemen kunnen de campusdecanen studenten verwijzen naar de studentenpsychologen van de Radboud Universiteit in Nijmegen. In 2009 zijn 200 studenten doorverwezen (tegenover 280 in 2008). Studenten vinden dat zij veel baat hebben bij deze ondersteuning.
33
D E
H A N I N B E E L D
Studeren met een handicap
Noodfonds HAN
Om studenten met een handicap of functiebeperking beter te kunnen ondersteunen heeft de HAN deelgenomen aan het project “Studeren met een Handicap” (gefinancierd door het Ministerie van OCW). Het project is in 2009 afgesloten met een symposium waarbij ongeveer 150 personen van binnen en buiten de HAN aanwezig waren. Resultaten van het project zijn een voorlichtingsfilm, een handleiding voor studieloopbaanbegeleiders en docenten en de introductie van het softwareprogramma Kurzweil (voor dyslectici) binnen de HAN-studiecentra.
Het Noodfonds is een voorziening voor studenten die in een financiële noodsituatie verkeren, die op geen enkele andere wijze opgelost kan worden. In het kalenderjaar 2009 zijn 10 aanvragen voor financiële bijstand uit het Noodfonds afgehandeld, waarvan er 2 dateerden uit 2008. 4 van deze aanvragen zijn toegekend in de vorm van een gift en uitgekeerd. 3 Aanvragen zijn toegekend in de vorm van een lening en uitgekeerd. De lening uit het Noodfonds werd in 2008 in beginsel afgeschaft om problemen met de terugbetaling te voorkomen. De regeling geeft echter een uitzondering. Dit is het geval als de student al gelden heeft aangevraagd bij een andere organisatie en de uitkering nog op zich laat wachten. De leningen in 2009 zijn op basis van deze uitzondering in de regeling toegekend. Van 1 lening is geen gebruik gemaakt, 1 lening is terugbetaald en 1 lening is nog niet terugbetaald. Tot slot is 1 van de aanvragen afgewezen, 1 aanvraag is ingetrokken en 1 aanvraag is buiten behandeling gesteld. Het aantal aanvragen uit het noodfonds is ten opzichte van 2008 nagenoeg gelijk gebleven.
Fonds voorzieningen en hulpmiddelen Het fonds voorzieningen en hulpmiddelen is bedoeld voor studenten met een functiebeperking. Voor het fonds voorzieningen en hulpmiddelen is in totaal € 5.000,- per jaar beschikbaar gesteld. Indien een student met een functiebeperking een voorziening aanvraagt betaalt de desbetreffende opleiding de eerste € 1.000,zelf. Bedragen boven de € 1.000,- komen in aanmerking voor een vergoeding uit het fonds. Evenals in 2008 is in 2009 1 verzoek binnengekomen en gehonoreerd.
Bestuursbeurzen De bestuursbeurs is bedoeld voor studenten die vertraging oplopen in hun studie door verricht bestuurswerk bij een studentenvereniging, in een medezeggenschapsorgaan of in een opleidingscommissie. Als studenten een bestuursfunctie aanvaarden en vertraging verwachten kunnen ze een melding doen. Als er daadwerkelijk vertraging optreedt dient de student een aanvraag in. In 2009 zijn er in totaal 12 meldingen afgehandeld, waarvan 1 melding uit 2008. Ten opzichte van 2008 is het aantal meldingen toegenomen van 7 naar 11. De oorzaak hiervan is dat meer bekendheid is gegeven aan de bestuursbeurs. In 2009 zijn er 3 aanvragen afgehandeld, waarvan 1 uit 2008. Het aantal aanvragen ten opzichte van 2008 is afgenomen. De reden is het lage aantal meldingen in de voorgaande jaren. 34
Financiële situatie Noodfonds HAN Saldo 1 januari 2009 € 55.238,63 Uitgaven giften € 950,00 Saldo 31 december 2009 € 54.288,63 Verstrekte lening in 2009 € 500,-
Subsidie studentenbelangenorganisaties Subsidies aan studentenbelangenorganisaties worden verstrekt met als doel het stimuleren van collectieve belangenbehartiging van studenten en het bevorderen van participatie van studenten in studentenbelangenorganisaties. Voor 2009 stelde het College van Bestuur wederom een subsidie van € 1000,- beschikbaar voor organisaties die de belangen van HAN-studenten behartigen.
Er is 1 verzoek binnengekomen van de studentbelangenorganisatie AKKU. Dit verzoek is toegekend voor een bedrag van € 600,-.
Alle uitspraken van het College van Beroep Studenten HAN worden in anonieme vorm bekend gemaakt in het hogeschoolblad Sensor.
Klachtenregelingen bij de HAN
Vertrouwenspersonen Als studenten of medewerkers te maken krijgen met ongewenst gedrag in de vorm van seksuele intimidatie, agressie en geweld, pesten of werkdruk, dan kunnen zij contact opnemen met een vertrouwenspersoon van de HAN. In 2009 hebben 40 personen zich gemeld bij een vertrouwenspersoon, tegenover 30 in 2008. Dit waren iets vaker studenten dan medewerkers. In ongeveer de helft van de gevallen was dit een oriënterend gesprek. De overige meldingen zijn door de betreffende vertrouwenspersoon afgewikkeld.
De HAN wil dat studenten en medewerkers zich veilig voelen en dat zij gehoord worden als zij problemen ervaren. Voor verschillende klachten heeft de HAN specifieke procedures om de toegekende rechtsbescherming waar te maken. De belangrijkste in dit kader zijn het College van Beroep Studenten HAN, de Vertrouwenspersonen, de Ombudsman en de Klachten- en meldingsregeling ongewenst gedrag en werkdruk. Daarnaast is in 2009 een algemene klachtenafhandeling per instituut ingericht.
Rechtsbescherming rond de studie: College van Beroep Studenten HAN Als studenten een klacht hebben over bijvoorbeeld een negatief bindend studieadvies, een besluit over inschrijving of van een examencommissie, kunnen zij in beroep gaan tegen het betreffende besluit bij het College van Beroep Studenten HAN. Dit College heeft in 2009 47 beroepschriften ontvangen, in 2008 waren dat er 32. In 2009 zijn 46 ingediende beroepen afgehandeld. Voordat het College een zaak in behandeling neemt wordt deze terugverwezen naar partijen om te bezien of een minnelijke schikking in het geschil mogelijk is. Dit is in overeenstemming met de voorschriften in de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW). Deze terugverwijzing heeft ertoe geleid dat in 23 zaken een minnelijke schikking is bereikt en dat in 9 zaken de student het beroep voortijdig heeft ingetrokken. Het College van Beroep Studenten HAN heeft 14 zaken zelf behandeld en hierin een beslissing genomen, wat leidde tot de volgende uitspraken: vier maal gegrond verklaring van het beroep, zeven maal ongegrond verklaring van het beroep, eenmaal het treffen van een voorlopige voorziening, eenmaal het niet-ontvankelijk verklaren van de student, eenmaal het kennelijk onbevoegd zijn van het College van Beroep.
Klachten- en meldingsregeling ongewenst gedrag en werkdruk Naast een melding bij een vertrouwenspersoon kunnen medewerkers en studenten met klachten over ongewenst gedrag binnen de HAN, jegens hen geuit door medewerkers of studenten, een klacht indienen bij de Klachtencommissie Ongewenst Gedrag. Deze commissie heeft in 2009 twee zaken behandeld. Eén klacht is ingetrokken voordat de commissie over kon gaan tot de daadwerkelijke behandeling ervan, de andere klacht is ongegrond verklaard.
De Ombudsman Als een student of medewerker van mening is dat de HAN onzorgvuldig handelt en er voor de betreffende situatie geen reguliere regeling is dan kan hij of zij contact opnemen met de Ombudsman. In 2009 is de Ombudsman door 30 studenten benaderd met een klacht waarvoor een HAN-klachtenregeling bestaat. Zij zijn door hem doorverwezen. Verder heeft hij zes zaken behandeld. Alle zaken hebben tot een aanvaardbare oplossing geleid. Een extra aandachtspunt voor de ombudsman in 2009 was de interne bekendheid bij studieloopbaanbegeleiders en studenten.
35
D E
H A N I N B E E L D
Privacy
leerproces. De opleiding ontwikkelt ook het inzicht van studenten in de effecten van hun eigen professionele gedrag.
In het Privacyreglement van de HAN is geregeld dat gegevens van studenten en medewerkers worden beschermd tegen oneigenlijk gebruik en dat de rechten van betrokkenen worden gewaarborgd. Iedere betrokkene heeft recht op informatie, inzage en correctie van zijn of haar persoonlijke gegevens. In 2009 zijn er, evenals in 2008, geen verzoeken of meldingen van studenten gekomen op grond van het Privacyreglement.
Herijkt onderwijskader: Eenheid in verscheidenheid Op basis van de evaluaties en ervaringen van het in 2008 afgesloten project HAN Onderwijs Flexibilisering (HOF), is in 2009 stilgestaan bij de ontwikkeling van ons onderwijs. Er leefde binnen de HAN breed de behoefte binnen centrale kaders meer ruimte te krijgen voor eigen invulling van het onderwijs. Na een zorgvuldig besluitvormingsproces is met draagvlak in de organisatie het besluit genomen minder centrale kaders op te leggen en meer ruimte te geven voor een eigen invulling door opleidingen. Dat besluit is vastgelegd in de brochure ‘Eenheid in verscheidenheid’. Met Eenheid in verscheidenheid behouden we de goede elementen van de onderwijsvernieuwingen van de afgelopen vijf jaar. Tegelijk biedt het nieuwe kader meer ruimte voor verscheidenheid. De tot nu toe gehanteerde uitgangspunten blijven dezelfde: 1. bevordering beroepsgerichtheid van het leren via beroepstaken, 2. bevordering zelfsturing en daarmee de zelfstandigheid van de student, 3. flexibele onderwijsprogramma’s afgestemd op de behoeften van de doelgroep. De verandering zien we vooral in de uitvoering van de onderwijsvernieuwing. Opleidingen krijgen binnen globale kaders meer ruimte om naar eigen inzicht het onderwijs vorm te geven. Passend bij de beroepen waarvoor wordt opgeleid en passend bij de specifieke kenmerken van de opleiding en de doelgroep. En beter aansluitend bij de behoeften en mogelijkheden van de doelgroep. Tot slot kennen we meer belang toe aan de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van het onderwijs.
2.5 Kaders voor goed onderwijs Het onderwijsaanbod in 2009 De HAN bood in 2009 63 verschillende bacheloropleidingen, 6 Associate Degree Programma’s en 18 masteropleidingen aan. Een groot aantal van de bacheloropleidingen bieden we zowel in voltijd als in deeltijd aan. Bij een aantal opleidingen kunnen studenten werk en studie combineren (duale variant). Daarnaast kan een aantal opleidingen worden gevolgd via e-learning. Enkele opleidingen worden ook in het Engels of Duits aangeboden. Een volledig overzicht van onze opleidingen in 2009 vindt u in de bijlagen op pagina 140. De HAN levert professionals af waar de samenleving om vraagt: mensen die hun vak verstaan en die bijdragen aan de verdere ontwikkelingen van dat vak. Ons onderwijs is modern en competentiegericht. Door een intensieve aanpak en een duidelijke structuur zorgen we ervoor dat studenten beschikken over actuele kennis en relevante vaardigheden. Omdat studenten ook zelf verantwoordelijkheid moeten leren nemen, krijgen zij gedurende de opleiding stapsgewijs meer verantwoordelijkheid voor hun eigen
36
In de verdere uitwerking zijn markante verschillen van hoe de HAN het onderwijs nu wil gaan inrichten ten opzichte van wat centraal stond in het HOF-concept: • Studiepunten zijn exclusief gekoppeld aan onderwijseenheden en niet aan beroepstaken, waarmee we een grote reductie van complexiteit kunnen bewerkstelligen. • Toetsing is primair leerwegafhankelijk, maar het blijft mogelijk om met ander bewijsmateriaal aan te tonen over de vereiste competenties te beschikken (leerwegonafhankelijke toetsing). • Er is tijdens de opleiding op drie niveaus sprake van integrale beoordeling of de student de behandelde beroepstaken beheerst en of hij competent is voor de volgende fase. Onder integrale toetsing wordt verstaan: toetsing op het in samenhang toepassen van kennis, inzicht en vaardigheden bij het uitvoeren van beroepstaken én toetsing op inzicht in de verbanden tussen beroepstaken onderling op de verschillende niveaus.
Accreditatie
De nieuwe uitgangspunten zijn vertaald in een nieuw kader, dat de huidige Onderwijs- en Examenregeling en het Opleidingsstatuut (OER/ OS) zal gaan vervangen. Invulling van het nieuwe kader OER/OS op het niveau van de opleidingen wordt voor de zomer 2010 afgerond. Een tweede stap is de vertaalslag maken naar de administratieve systemen, waaronder het studentinformatiesysteem HAN-SIS. Daarmee sluit de HAN een periode af van doordenking van haar onderwijsconcept.
Accreditaties bij de HAN
De kwaliteit van bachelor- en masteropleidingen in Nederland wordt bewaakt door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO) op basis van door de Visitatie Beoordelende Instantie (VBI) opgemaakte visitatierapporten. Accreditatie is ‘het verlenen van een keurmerk dat aangeeft dat aan bepaalde maatstaven is voldaan’. In Nederland en Vlaanderen is accreditatie een voorwaarde voor bekostiging van een bacheloropleiding door de overheid en in Nederland bovendien een voorwaarde voor toekenning van studiefinanciering aan studenten. Daarnaast dient accreditatie als voor waarde om erkende diploma’s af te geven voor zowel bachelor- als masteropleidingen en zorgt zij in het licht van de internationalisering van studie en arbeidsmarkt voor (vergelijkbare) kwaliteitsborging binnen het hoger onderwijs. Bij accreditatie wordt de opleiding beoordeeld aan de hand van de doelstellingen van de opleiding, het programma, de inzet van personeel, de voorzieningen, de interne kwaliteitszorg en de behaalde resultaten.
De HAN streeft bij NVAO-accreditaties naar scores op ‘excellent’ (minimaal 10%) en ‘goed’ (minimaal 75%). In 2009 werden 17 opleidingen beoordeeld; onderstaand een overzicht van de scores. Deze scores bevestigen de basiskwaliteit van de HAN, maar we signaleren ook dat we iets inleveren in de verhouding ‘goed’ versus ‘voldoende’.
Kwaliteitsoordelen van panels In 2009 voerde de VBI NQA (Netherlands Quality Agency) 17 visitaties uit. Alle visitatierapporten waren positief. Op basis van deze visitatierapporten heeft de HAN eind 2009 voor deze opleidingen een Aanvraag Accreditatie ingediend bij de NVAO. Opvallend waren de bijzonder goede resultaten van de hbo-bacheloropleidingen Management, Economie en Recht (vt,dt,du), Pedagogiek (vt), Logistiek en Economie (vt) en de Master of Control Systems Engineering (vt,dt). Zij haalden 75% goed op de NQA-oordelen.
2.6 Kwaliteit van het onderwijs De kwaliteit van het onderwijs aan de HAN wordt bewaakt door intern en extern onderzoek en door de procedures in het kader van accreditatie.
38
Gemiddelde accreditatiescore bacheloropleidingen 2005-2009 + doel 2012 Paneloordelen Aantal opleidingen Aantal varianten
2005
2006
2007
5
2008
6
13
2009 14
Doelstelling 2012 17
7
11
31
21
38
147
231
651
441
798
1,36%
0,43%
0,00%
0,00%
0,00%
10%
Goed
48,98%
58,44%
65,44%
72,34%
66,04%
75%
Voldoende
48,30%
41,13%
34,25%
27,66%
33,96%
Onvoldoende
0,00%
0,00%
0,31%
0,00%
0,00%
Geen oordeel
1,36%
0,00%
0,00%
0,00%
0,00%
Aantal oordelen Facetoordelen Excellent
Hbo Bachelor International Business & Languages Hbo Bachelor Logistiek en Economie Hbo Bachelor Management, Economie en Recht Hbo Bachelor Leraar Aardrijkskunde 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Economie 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Biologie 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Duits 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Engels 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Frans 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Geschiedenis 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Natuurkunde 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Nederlands 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Pedagogiek 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Scheikunde 2e gr. Hbo Bachelor Leraar Wiskunde 2e gr. Hbo Bachelor Pedagogiek Hbo Bachelor Creatieve Therapie
vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt vt
dt dt dt dt dt dt dt dt dt dt dt dt dt dt dt dt
Definitieve accreditatiebesluiten du du
In 2009 ontvingen we van de NVAO voor 6 bacheloropleidingen en 5 masteropleidingen het definitieve Accreditatie Besluit van heraccreditatie. Hiermee zijn deze opleidingen voor een nieuwe periode van zes jaar voorzien van het NVAO-kwaliteitskeurmerk. Het gaat om: Accreditatie t/m Hbo Bachelor Logopedie (vt) 31.12.2015 Hbo Bachelor Bio-Informatica (vt) 31.12.2015 Hbo Bachelor Elektrotechniek (vt,dt) 31.12.2015 Hbo Bachelor Leraar basisonderwijs Arnhem (vt,dt) Hbo Bachelor Leraar basisonderwijs Nijmegen (vt,dt) 31.12.2015 Hbo Bachelor Informatica (vt,dt) 31.12.2015 Hbo Bachelor Technische Informatica (vt) 31.12.2015 Hbo Master Advanced Nursing Practice (du) 15.11.2015 Hbo Master of Information Systems Development (vt, dt) 07.10.2015
vt = voltijd opleiding, dt = deeltijd opleiding, du = duale variant 39
D E
H A N I N B E E L D
Hbo Master in Human Resources Management (dt) Hbo Master Physician Assistant (du)
06.10.2015 13.10.2015
Op 31 december 2009 waren nog 2 aanvragen bij de NVAO in behandeling. Van deze opleidingen is de accreditatie van rechtswege verlengd tot definitieve besluitvorming van de NVAO: Hbo Bachelor HBO-Rechten Hbo Master in Management and Innovation
vt
dt dt
Toets Nieuwe Opleiding In 2009 werd voor 1 Bachelor- en 2 Masteropleidingen een Toets Nieuwe Opleiding aangevraagd bij de NVAO. Accreditatiebesluit Hbo Bachelor Medische Hulpverlening 18.11.2009 Registratie in CROHO eerst mogelijk na Doelmatigheidsbeoordeling Hbo Master of Automotive Systems (MAS) 08.07.2009 Hbo Master Sport- en Beweeginnovatie Positief, maar definitief besluit aangehouden omdat de Doelmatigheidsbeoordeling negatief is uitgevallen.
Doelmatigheidsbeoordeling Voor 2 nieuwe Bacheloropleidingen is een aanvraag Doelmatigheidsbeoordeling ingediend bij de Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs (CDHO). Vanaf medio 2009 gaat deze vooraf aan een beoordeling en accreditatie door NVAO. Beide aanvragen zijn nog in behandeling bij CDHO. Hbo Bachelor Medische Hulpverlening Hbo Bachelor Technologie en Samenleving
40
Interne kwaliteitszorg Het HAN-kader Kwaliteitszorg voor Bachelors en Masters geeft richting aan alle activiteiten op het terrein van kwaliteitszorg van instituten en faculteiten. Dit kader is volledig afgestemd op de externe eisen die aan de kwaliteitszorg van de HAN worden gesteld. De interne kwaliteitszorg kent een cyclus waarbij alle opleidingen halverwege de accreditatiecyclus een interne audit ondergaan met als resultaat een adviesrapport voor verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. In de komende accreditatieronde legt de NVAO de lat hoger: om weer een beoordeling ‘goed’ te krijgen moet een opleiding beter scoren dan in de voorgaande beoordeling. Onze interne auditsystematiek vervult hierbij een cruciale rol. Daarom zijn er in 2009 afspraken gemaakt om de functie van de audits verder aan te scherpen door nog kritischer te kijken naar het niveau van de inhoud van de opleiding, het niveau van de docenten, de functie van onderzoek in het programma en de verbinding met de lectoraten en de kwaliteitszorg. Ook de resultaten van het studenttevredenheidsonderzoek en de realisatie van de voorgenomen verbeteracties naar aanleiding van de vorige visitatie zijn belangrijke referentiepunten voor de audit. HAN Adviesraad Kwaliteitszorg Deze in 2008 opgerichte externe, onafhankelijke raad adviseert het College van Bestuur over de interne kwaliteitszorg. De adviesraad nodigen wij uit toe te zien op de wijze waarop wij kwaliteitszorg invullen en ons te adviseren over verdere kwaliteitsstappen in het licht van de doelstellingen van het instellingsplan. De HAN Adviesraad Kwaliteitszorg is in 2009 1 maal bijeen geweest.
2.7 Groei door kwaliteit Studentenaantallen In 2009 telde de studentenpopulatie van de HAN per 31 oktober 28.381 bachelorstudenten. Dit is een groei van 6,7% ten opzichte van 2008. In 2009 bedroeg de instroom 10.085 bachelorstudenten. Ten opzichte van 2008 groeide de instroom met 6,6%. Deze groei vond plaats in de voltijd- en de deeltijdopleidingen (respectievelijk +7,4% en +6,7%) terwijl de instroom in de duale opleidingen daalde (-10,2%). De grootste bijdrage werd geleverd door de sociale en paramedische opleidingen (+13,5% en +18,8%).
Aantal bachelorstudenten 35.000 31.307 28.588
30.000 25.000
23.033
24.968
25.771
26.591
28.381
20.000 15.000 10.000
8.124
8.877
8.901
9.459
10.163
10.085
11.070
5.000 0 2005
2006
Inschrijvingen
2007
2008
Instroom
2009
2009*
2012*
*) Prognose
De aantallen voor instroom en inschrijvingen zijn gebaseerd op de nieuwe interne definities van de HAN. Hierin worden ook niet-bekostigde studenten en studenten uit de februari-instroom meegerekend.
41
D E
H A N I N B E E L D
De HAN streeft naar gecontroleerde en gedifferentieerde groei, op basis van kwaliteit. Concreet willen we minimaal marktaandeel behouden en gericht groeien bij opleidingen die qua schaal kwetsbaar zijn en waarbij het maatschappelijke belang van groei relatief groot is. De landelijke bachelorinstroom groeide volgens cijfers van de HBO-raad met 6,0%. Hierin had de HAN met 5,8% een bijna gemiddeld aandeel. In 2009 behield de HAN voor haar opleidingen een marktaandeel van 11%. Gedifferentieerde groei werd gerealiseerd bij de ‘harde’ technische opleidingen, waar de instroom toenam met 0,8%. De instroom bij de Pabo’s blijft dalen (hoewel met 5,5% minder sterk dan vorig jaar (6,5%)). Ook bij de opleidingen in financiële dienstverlening is de dalende trend nog niet omgebogen (-1,8%). In de aanloop naar het komende studiejaar zullen de aanmeldingen weer nauwlettend worden gevolgd. Waar nodig nemen we aanvullende promotionele maatregelen. Ontwikkeling instroom en studentenaantallen bij specifieke opleidingen Instroom
Ontwikkeling instroom
Totaal
Pabo
600
-5,5%
2.094
Techniek
1.207
+0,8%
3.797
Financiële Dienstverlening
605
-1,8%
2.014
42
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
H O O F D S T U K
3
Kennispoort
in beeld
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD IK ZAG OP TV EEN TEST. EEN BIEREXPERT KON VERSCHILLENDE
Professionele ruimte volgens Toos Scheen Docent levensbeschouwing, afstudeerbegeleider en senior studieloopbaanbegeleider bij Pabo Groenwoud Nijmegen
BIERMERKEN NIET VAN ELKAAR ONDERSCHEIDEN. DOOR HET GEPERFECTIONEERDE, EFFICIËNTE PRODUCTIEPROCES SMAAKTEN ALLE MERKEN HETZELFDE. BIJ HET PRODUCEREN VAN WIJN ZIE JE IETS ANDERS . VEEL FACTOREN SAMEN, WAARONDER TIJD EN AANDACHT,
Tot bloei brengen Het belangrijkste in mijn vak vind ik dat ik studenten leer om zich bewust te worden dat er één wereld bestaat waarin we leven, maar wel een met een diepere laag met meer dimensies. Rond hun twintigste maken jonge mensen een belangrijk omslagpunt mee. Dit zie je terug in gebeurtenissen die zij meemaken en die ineens diep kunnen binnenkomen. Zo krijgen zij een andere (diepere) visie op het leven. Voor studenten is het belangrijk wat zij met deze ervaring doen, zowel in het beroep van leraar als in de eigen ontwikkeling. Dit is een mooi en belangrijk proces.
MAKEN DAT EEN UNIEK PRODUCT KAN ONTSTAAN DAT SOMS ZELFS GODDELIJK GENOEMD WORDT. IN HET ONDERWIJS IS DAT HETZELFDE. VERSCHIL IS NODIG . EN DAAR IS TIJD, RUIMTE EN VERDIEPING VOOR NODIG .
Het onderwijs is de laatste jaren steeds bedrijfsmatiger geworden. Je moet doelen halen en inkomsten genereren. Dit zijn grote bewegingen waar je als individu weinig tegen kunt doen. In mijn werk ben ik bezig met studenten inspireren. Ik vind het mooi als onderwijs ook betekent je toewijden aan het tot bloei komen van anderen op een manier die bij jou en de ander past. Het is een inspiratie met oude wortels die temidden van alle actuele ontwikkelingen nog steeds een waardevolle oriëntatie kan zijn. Studenten komen hier te weinig mee in contact. Vakken als levensbeschouwing, filosofie, kunsten worden vaak als eerste wegbezuinigd. Ik zou graag willen dat iedere student minimaal één module kan volgen waarin je bezig bent met die diepere dimensie zodat er een denkproces op gang komt. Met het oog op de toekomst en de vragen waar we als maatschappij mee te maken hebben lijkt mij dit zeer belangrijk. Filosoof Suzan Neiman zegt dat mooi: “redelijk denken houdt in dat je de waaromvraag steeds opnieuw stelt waardoor je anders leert kijken en denken”. Zo doe je een appèl op creativiteit. Het management kan dit faciliteren door hier nadrukkelijker voor te kiezen. Nu noemen ze in het instellingsplan wel maatschappelijke verantwoordelijkheid maar er staat niets over ruimte voor zoiets als levensverrijking, gericht op groei van een ander of het ontwikkelen van een mensvisie. Daar zou ik als docent graag meer professionele ruimte voor willen hebben.
VERBONDEN
47
I N K WA L I T E I T
3.1 Hét kenniscentrum in de regio
centraal. De wens om meer synergie te realiseren tussen contractactiviteiten, bachelor- en masteropleidingen, onderzoek en lectoraten, heeft in de afgelopen jaren geleid tot een aantal organisatorische wijzigingen. De contractafdelingen zijn in nauwe verbinding gebracht met de relevante instituten.
De HAN wil verder uitgroeien tot hét kenniscentrum in de regio om op die manier bij te dragen aan de innovatieve kracht van de omgeving. We werken daarbij vanuit het programma Kennispoort. Daarbij hanteren we twee doelstellingen: 1. In 2012 komt 10% van de omzet van de HAN voort uit onderzoeksactiviteiten. 2. De marktactiviteiten groeien met 5% omzet per jaar. De omzet uit onderzoeksactiviteiten bedroeg in 2009 € 5,8 miljoen. Dat is een daling ten opzichte van de omzet van 2008 (€ 7,5 miljoen). De gerealiseerde omzet in 2009 bedraagt 2,5 % van de totale omzet. Met dit percentage blijven we ver achter bij de doelstelling van 10% van de totale omzet. De totale omzet marktactiviteiten bestaat uit de omzet van contractactiviteiten, onderzoek en masteropleidingen gezamenlijk. De totale omzet op marktactiviteiten is met € 28,9 miljoen in 2009 ten opzichte van 2008 (€ 29,5 miljoen) met 2% gedaald. Door de financiële crisis was het niet mogelijk om de begrote omzet en de doelstelling van 5% omzetgroei in 2009 te halen. Vooral bij de contractactiviteiten was de financiële crisis goed te voelen: in de markt staan de tarieven onder druk, er is meer concurrentie en opdrachtgevers geven minder uit.
De contractactiviteiten bieden we aan vanuit vier gespecialiseerde afdelingen: - Interstudie NDO BV ( Faculteit Educatie), - VDO opleiding en advies (Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij), - Cursussen Post-hbo en Masteropleidingen (Faculteit Techniek), - Expertisecentrum Economie en Management (Faculteit Economie en Management). In 2009 is vooral bij de contractafdeling van Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij veel veranderd in de organisatie. De masteropleidingen worden sinds 2009 aangeboden vanuit de HAN Masterprogramma’s Gezondheid Gedrag en Maatschappij. VDO specialiseert zich in contractactiviteiten. Deze nieuwe organisatievorm moet bijdragen aan de verbetering van de synergie tussen bachelor- en masteropleidingen, onderzoek en contractactiviteiten. Het aanbod van post-hbo-opleidingen en adviesdiensten is geactualiseerd. Het vernieuwde aanbod is tot stand gekomen in overleg met vertegenwoordigers van externe organisaties zoals beroeps- en brancheorganisaties, zorgaanbieders en corporaties. NDO en Interstudie zijn per 1 januari 2009 gefuseerd. Het afgelopen jaar zijn beide organisaties verder op elkaar afgestemd tot het nieuwe Interstudie NDO BV. Interstudie NDO biedt nu dienstverlening vanuit drie subafdelingen: Onderwijs docent en team, Leiderschapsontwikkeling en Organisatie en HR.
3.2.1 Contractactiviteiten Bij marktactiviteiten wenden we onze kennis aan voor concrete vragen uit de omgeving en maken we tegelijkertijd gebruik van de kennis uit onze omgeving bij de inrichting van het onderwijs. Het streven naar synergie staat voorop: kwalitatief goede projecten staan
Bij Faculteit Economie en Management biedt het expertisecentrum steeds vaker doorlopende leerlijnen aan. De komende jaren 48
investeren we in het beter bereiken van werkenden op mbo-niveau. Voor deze groep ontwikkelen we incompany-trajecten en deeltijdbacheloropleidingen.
(waarvan de omzet onderdeel uitmaakt van de totale omzet onderzoeksactiviteiten) hadden in 2009 wel een hogere omzet (€ 5,5 miljoen ten opzichte van € 3,7 miljoen in 2008).
De afdeling Cursussen, Post-hbo en Masteropleidingen van Faculteit Techniek is ontstaan vanuit het contractonderwijs zoals dat voorheen vanuit de verschillende instituten van de Faculteit Techniek en de Informatica Communicatie Academie werd verzorgd. In 2009 is de nieuwe afdeling vormgegeven. Op het gebied van cursussen en post-hbo-opleidingen is 2009 succesvol verlopen.
Voor de verdere ontwikkeling van de onderzoeksfunctie is een 25-puntenprogramma opgesteld. Dit plan ondersteunt onze ambitie om tot de beste hogescholen van Nederland te behoren. We concentreren ons daarbij op de volgende elementen: - focus en massa rondom strategische speerpunten met een multisectorale onderzoeksprogrammering en een clustering van lectoraten rondom strategische speerpunten, - heldere verbindingen tussen onderzoek en onderwijs, - verbinding tussen het HRM-beleid en de onderzoeksfunctie, - vergroting van de onderzoekscapaciteit, - een adequate infrastuctuur voor onderzoek, - opzetten van een kwaliteitssysteem onderzoek, - verbetering van de kennisdisseminatie en communicatie.
In 2009 was de omzet uit contractafdelingen € 17,9 miljoen. Dit is een lichte daling ten opzichte van 2008 (€ 18,6 miljoen).
3.2.2 Lectoraten en onderzoek Naast onderwijs is onderzoek een kerntaak van de HAN. Het gaat daarbij om praktijkgericht onderzoek van lectoraten, dat geworteld is in de beroepspraktijk en bijdraagt aan de verbetering en innovatie van die beroepspraktijk. Het onderzoek kent een nauwe relatie met het onderwijs via de bijdrage aan onderwijsactiviteiten, de professionalisering van docenten en curriculumvernieuwing. De lectoren betrekken nadrukkelijk studenten, docenten en promovendi bij het onderzoek. Het aantal lectoraten is in de afgelopen jaren sterk gegroeid. In 2009 waren er bij de HAN 37 lectoraten met in totaal 40 lectoren en 4 associate lectoren. Voor vier lectoraten is in 2009 een aanvraagprocedure gestart. Een volledig overzicht van onze lectoraten vindt u op pagina 145. In 2009 was de omzet uit onderzoeksactiviteiten met € 5,8 miljoen lager dan de omzet van 2008 (€ 7,5 miljoen). Deze omzet bedraagt 2,5 % van de totale omzet. Met dit percentage blijven we ver achter bij de doelstelling van 10% van de totale omzet. De lectoraten
Verbinding onderwijs en onderzoek Onderzoek in het hbo moet sterk aangesloten zijn bij het bacheloren masteronderwijs. Daarmee willen we een kwaliteitsimpuls in het onderwijs bewerkstelligen. Daar sturen we gericht op. Lectoren zijn betrokken bij curriculumonderdelen van bacheloropleidingen en bij elke masteropleiding is minimaal een lector als adviseur betrokken. In het algemeen krijgt de onder zoekscompetentie van afgestudeerden van zowel de bachelor- als masteropleidingen meer aandacht. Daarvoor is in bijna alle opleidingen een leerlijn onderzoeksvaardigheden in ontwikkeling of geïmplementeerd en maakt een afstudeeronderzoek deel uit van het curriculum. Docenten die het afstudeeronderzoek van studenten begeleiden beschikken over een onderzoekscompetentie op master- of phd-niveau. Die competentie verwerven docenten door een mastertitel te halen of door te participeren in kenniskringen en onderzoeksgroepen.
49
D E
H A N I N B E E L D
De onderzoekscultuur
Wijzigingen bij lectoraten
De ontwikkeling van onderwijsinstelling naar kennisinstituut vraagt op allerlei terreinen aanpassing, ook buiten het onderwijs. Binnen de verschillende units van het Service Bedrijf zijn aanpassingen gedaan die de implementatie van de onderzoeksfunctie ondersteunen. De HAN-studiecentra hebben ten behoeve van het onderzoek hun collectie uitgebreid met digitale wetenschappelijke tijdschriften. De studiecentra werken samen met lectoren en beleidsmedewerkers aan ‘Open access’. Dit heeft tot doel dat onderzoeksresultaten openbaar en voor iedereen gratis toegankelijk zijn. De Haysystematiek is aangevuld met de functie Onderzoeker op 4 niveaus. Voor de werving, selectie en aanstelling van lectoren is een protocol vastgesteld. Hiermee garanderen we dat de onderzoeksgebieden van nieuwe lectoraten goed aansluiten bij het onderwijs en de beroepspraktijk waarvoor wij studenten opleiden. Om kennisuitwisseling tussen lectoren te bevorderen, netwerken te kunnen delen en ook nieuwe lectoren kennis te laten maken met andere lectoren, organiseren we vanaf 2009 twee keer per jaar een bijeenkomst voor alle lectoren.
In 2009 is dr. Rob van der Sande gestart (per 01-02-2009) bij het lectoraat Langdurige Zorg. Verder zijn er twee nieuwe associate lectoren gestart, dr. Lilian Vloet bij het lectoraat Acute en Intensieve Zorg (per 01-09-2009) en dr. Erik Jansen bij het lectoraat Lokale Dienstverlening vanuit Klantperspectief (gestart per 01-02-2009). Lector Prof. ir. Jaap van Till heeft eind november afscheid genomen vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. In mei 2010 is dr. Sharda Nandram benoemd als lector Ondernemerschap. Voor 3 andere lectoraten loopt nog een aanvraagprocedure.
Promotiebeleid De hogeschool wil meer gepromoveerde en academisch opgeleide docenten aantrekken. Er zijn meer onderzoeksvaardige docenten nodig voor de begeleiding van afstudeeronderzoek en er is behoefte aan geschoolde onderzoekers om te kunnen voldoen aan de onderzoeksprojecten die de hogeschool in samenwerking met of voor de beroepspraktijk uitvoert. We trekken meer gepromoveerde medewerkers aan en geven jaarlijks een aantal daarvoor geselecteerde HAN-medewerkers de kans om (voor een deel binnen hun aanstelling) te promoveren.
Om de kwaliteit van het onderzoek te bewaken is in 2008 een plan opgesteld voor de inrichting van de kwaliteitszorg onderzoek. In 2009 ontwikkelden we een systematiek. Hierin beschrijven we hoe we in een zesjaarlijkse cyclus de kwaliteit van onderzoek bewaken en welke normen we daarbij hanteren. Als voorbereiding op de externe beoordeling in 2010 hebben we voor de lectoraten binnen Automotive Research en Kwaliteit van Leren een zelfevaluatie gestart met een internationaal samengestelde visitatiecommissie.
Het promotiebeleid zoals dat in 2007 is vastgesteld is begin 2009 geëvalueerd. Naar aanleiding van de evaluatie hebben we een aantal veranderingen doorgevoerd. Zo zijn de instapeisen van een promotietraject aangescherpt. De werving en selectie van promovendi is transparanter gemaakt. In het aangepaste promotiebeleid is meer aandacht voor afspraken met betrekking tot de begeleiding, de opleiding, de planning en het volgen van de voortgang. De financiële afspraken worden vanaf 2009 protocollair vastgelegd. Vanaf 2009 krijgen ook medewerkers van het Service Bedrijf de mogelijkheid om onder dezelfde condities te promoveren.
50
In 2009 waren 32 medewerkers betrokken bij een promotietraject. In 2010 zullen de eerste HAN-promovendi hun proefschrift verdedigen. Gestarte promoties HAN
26
Promoties in voorbereiding
Kenniswerkers bij Autotechniek Vanaf 1 september 2009 zijn 19 kenniswerkers uit het bedrijfsleven gestart bij de HAN. Het gaat om ervaren onderzoekers en ontwikkelaars van bedrijven in de automotive branche. Zij worden voor anderhalf jaar gedetacheerd bij de lectoraten Voertuigmechatronica en Mobiliteitstechnoloie van de HAN. De bedrijven ondervinden directe hinder van de economische crisis en kunnen op deze manier ontslag van waardevolle medewerkers voorkomen. Dit is mogelijk dankzij een speciale regeling van de Ministeries van Economische Zaken en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Totaal toegekend budget 2007-2008-2009 6
€ 1,6 miljoen
Voor de financiering van de promotietrajecten is in 2009 gebruik gemaakt van de lumpsumgelden ten behoeve van promoties, aangevuld met gelden uit het programma Kennispoort (bedrag € 553.144).
Kennisvalorisatie
Leraren onderzoeken hun eigen onderzoekspraktijk In september 2009 is het boek ‘Praktijkonderzoek in de school’ op de markt verschenen. Dit handboek is ontwikkeld in samenwerking met het Instituut voor Leraar en School van de HAN en een aantal scholen voor voortgezet onderwijs in de regio. Het boek biedt leraren in opleiding een leidraad bij het voorbereiden en uitvoeren van hun praktijkonderzoek.
Met de ondertekening van het zogenaamde landelijke kennisvalorisatieakkoord eind 2008 behoort valorisatie (het vertalen van kennis in concrete producten, diensten en bedrijvigheid) tot een van de kernactiviteiten van de hogeschool. In 2009 zijn de eerste stappen gezet tot het ontwikkelen van een integrale infrastructuur voor valorisatie waarin in samenhang vraagarticulatie, scholing, onderzoek en ondersteuning van starters wordt vormgegeven. Dit krijgt in 2010 een vervolg in het project ‘HAN Science Park’. Overigens behoort valorisatie ook nu al tot een belangrijke doelstelling van ons onderzoek, met name via de zogenaamde RAAK-subsidies. Landelijk behoort de HAN tot een van de hogescholen met de meeste RAAKaanvragen en toekenningen. Dit onderstreept de succesvolle verbinding van ons onderzoek met de beroepspraktijk.
Viva Villa Domotica project Het Lectoraat Zorggericht Bouwen en studenten van de technische en economische opleidingen presenteerden in november 2009 het Viva Villa Domotica project op de beurs over Domotica / Ambient Intelligence in het Evoluon Eindhoven. In dit project doen we onderzoek naar de actuele ontwikkelingen in het aanbod van domotica en naar ervaringen met domotica in woonzorginstellingen.
Speciale onderzoeksprojecten bij de HAN Binnen de interne communicatiekanalen is de aandacht voor het onderzoek en de onderzoekers binnen de HAN toegenomen. Maar ook extern heeft de HAN met haar onderzoek(ers) op verschillende momenten de publiekspers gehaald. We noemen hier enkele interessante projecten.
3.2.3 Masteropleidingen De HAN stelt zich ten doel dat in 2012 iedere bachelorafgestudeerde een masteropleiding kan volgen bij een hogeschool of universiteit. Het is niet de bedoeling om aanbod van elders te dupliceren: we willen binnen financiële randvoorwaarden en in aansluiting op vragen uit de 51
D E
H A N I N B E E L D
52
markt - waar dat ontbreekt een passende masteropleiding aanbieden bij onze eigen bacheloropleidingen. De masteropleidingen van de HAN zijn gericht op verdere verdieping en/of verbreding van competenties die verworven zijn in de eerste cyclus hoger onderwijs. Zij hebben een sterke beroepsgerichte oriëntatie (‘professional master’) en zijn specifiek gericht op toegepast onderzoek en verdere ontwikkeling van het vakgebied en beroep. De HAN bood in 2009 18 eigen NVAOgeaccrediteerde masteropleidingen. Op pagina 144 vindt u een overzicht van alle masterprogramma’s. De meeste masteropleidingen worden niet bekostigd: bekostiging gebeurt alleen bij opleidingen waaraan een bijzondere maatschappelijke relevantie wordt toegekend, bijvoorbeeld omdat zij een speciale betekenis kunnen hebben voor het beroepenveld. In totaal worden 8 van de 18 masteropleidingen door de overheid bekostigd. Gezien de hoge kosten voor potentiële deelnemers hebben de niet-bekostigde masteropleidingen moeite om het benodigde aantal deelnemers te werven en ze laten dan ook vrijwel allemaal een negatief resultaat zien. Dit heeft met name bij de Faculteit Techniek geleid tot een sanering met onder andere als gevolg het direct stoppen van drie opleidingen. Ook in 2010 zullen we nauwlettend de resultaten van opleidingen evalueren en waar nodig opleidingen stopzetten of afbouwen. We brengen onze masteropleidingen naar buiten onder de naam HAN Masterprogramma´s (of in het Engels: HAN Masters programmes). De inhoudelijke ontwikkeling, uitvoering en exploitatie van de HAN Masterprogramma’s is de verantwoordelijkheid van de faculteiten. Wel ontwikkelt de HAN centrale kaders waarin zaken worden vastgesteld als het HAN-masterprofiel, de didactische en onderwijskundige visie, de instroomeisen, de kwaliteitszorg, de administratieve en ondersteunende processen, het merk HAN Masterprogramma’s en de richtlijnen voor de begrotingssystematiek. Dit proces is in 2009 gestart en krijgt in 2010 een vervolg.
De omzet van de masteropleidingen liet in 2009 een stijging zien. De niet-bekostigde masteropleidingen stegen van € 1,6 miljoen in 2008 naar een omzet van € 2,1 miljoen in 2009. Er was echter € 2,4 miljoen begroot. De omzet bekostigde masteropleidingen steeg van € 2,0 miljoen in 2008 naar € 4,9 miljoen in 2009. Ook hier was de begroting hoger (€ 5,2 miljoen). De totale omzet blijft dus enigszins achter bij de gestelde doelstellingen.
Subsidieregeling post-initiële masteropleidingen hoger beroepsonderwijs In augustus 2009 is de Subsidieregeling post-initiële masteropleidingen hoger beroepsonderwijs bekendgemaakt. De regeling betreft hbo-masters op de terreinen Creative industries, Grotestedenproblematiek, Plattelandsvernieuwing, Zorg, Technologie (waaronder ook zorgtechnologie), Logistiek en Bouw. Het doel van deze regeling is het beroepsgerichte karakter van het hoger beroepsonderwijs te versterken en de professionaliteit en kwaliteit te vergroten van werknemers op het niveau van het hoger beroepsonderwijs. Daarnaast moet deze regeling een bijdrage leveren aan Leven Lang Leren in het hoger beroepsonderwijs en moet ze de (internationale) aantrekkingskracht en de kwaliteit van het hoger onderwijs vergroten. De regeling houdt in dat een geaccepteerde post-initiële hbomaster voor een periode van 6 jaar financieel wordt ondersteund met een in omvang aflopend subsidiebedrag. Bij de aanvraag moet een plan van aanpak overlegd worden, waarin aannemelijk gemaakt wordt dat de betreffende beroepspraktijk, waarmee zowel de werkgevers als de werknemers (dat wil zeggen de potentiële studenten van de opleiding) worden bedoeld, op dit moment nog niet in de financiering kan voorzien, maar na afloop van de subsidieperiode wel. De betreffende master houdt dus formeel de
53
D E
H A N I N B E E L D
post-initiële niet-bekostigde status, maar de subsidieregeling maakt het mogelijk om bijvoorbeeld het instellingscollegegeld voor studenten langzaam te laten oplopen tot een volledig kostendekkend bedrag.
De “Schatkist Ondernemerschap” met lesmateriaal voor de leerlingen in het basisonderwijs. Een website www.samenonderwijsmaken.nl waarbij leraren kennis en lesmateriaal met elkaar delen. En een training ondernemendheid voor docenten van de Pabo. Het CvO stimuleert de aandacht voor ondernemerschap binnen alle opleidingen van de HAN. In 2009 is voor de opleiding Mondzorgkunde een nieuwe module ondernemerschap ontwikkeld. Studenten van de Faculteit Economie en Management krijgen in het eerste jaar een ondernemend introductieprogramma. Samen met de opleidingen Civiele Techniek en Bouwkunde werkt het CvO het innovation Camp verder uit.
De Master Neurorevalidatie van de HAN is in de aanvraagronde 2009 voor de regeling geaccepteerd. De Master of Automotive Systems en de Master Molecular Life Sciences zijn op formele gronden afgewezen en zullen in 2010 opnieuw worden ingediend.
3.3 Ondernemerschap
Het CvO werkt vanuit vier kernthema’s waar de activiteiten zich op toespitsen. Hieronder beschrijven we per thema de belangrijkste activiteiten in 2009.
Voor iedere Nederlander, dus ook voor alle studenten en personeelsleden van de HAN, is ondernemend gedrag belangrijk. Dit betekent bijvoorbeeld initiatief ontplooien, kansen zien, eigen verantwoordelijkheid nemen, maar ook je eigen werk goed organiseren en afspraken nakomen. Dit is zowel voor mensen in loondienst als voor zelfstandig ondernemers van groot belang. Daarom heeft de HAN een eigen expertisecentrum voor het stimuleren van ondernemendheid en ondernemerschap bij studenten, docenten, werknemers en (potentiële) ondernemers: het Centrum voor Ondernemerschap (CvO).
1. Onderwijs Het CvO biedt 3 minoren aan: Ondernemerschap, Adviseren en Innovatie. Totaal volgden in 2009 300 studenten een minor bij het CvO. De minor Ondernemerschap trekt de meeste studenten en voorziet echt in een behoefte. De minor Ondernemerschap in Health en Sport is onderdeel geworden van deze minor. De financiering van de Engelstalige minor kwam niet rond, daarom is deze uitgesteld. Het CvO is initiatiefnemer van de landelijke stichting Certificaat Ondernemerschap Nederland. Studenten kunnen bij deze stichting een landelijk erkend certificaat ondernemerschap behalen. Het CvO verzorgt het management en de directie van deze stichting.
Vanaf de start van het CvO in 2002 lag de focus vooral op ondernemerschap. Vanaf 2009 is er ook meer aandacht voor ondernemendheid en ondernemend gedrag. Om ondernemendheid en ondernemend gedrag te stimuleren moet je jong beginnen en daarom zijn de beide Pabo’s van de HAN nauw betrokken. De studenten van de Pabo spelen een belangrijke rol als toekomstig leraar bij het stimuleren van een ondernemende houding bij jonge kinderen. Daarom willen we deze Pabo-studenten en -docenten leren hoe ze dat kunnen doen. Hieruit is een aantal projecten voortgekomen.
2. Internationalisering Er is in 2009 een samenwerking gestart met de Russische Chelyabinsk University. Twee Russische docenten hebben 4 maanden stage gelopen bij het CvO. Ook is er in 2009 een samenwerking tot stand gekomen met de Deense Aarhus School of Business. In 2009 zijn ook de voorbereidingen voor IntEnt gestart. Het is de 20e keer 54
Go! (Gelderland Onderneemt)
dat dit congres wordt georganiseerd. De HAN is vanuit het project go! trekker van de organisatie. Bij dit congres wordt zowel nieuw wetenschappelijk onderzoek als ervaringen met ‘best practices’ gepresenteerd. Het congres wordt gehouden van 5 t/m 8 juli 2010 bij de HAN in Arnhem.
Go! is een samenwerkingsverband van de HAN met de Radboud Universiteit Nijmegen en ArtEZ, hogeschool voor de kunsten. Landelijk ondersteunen de Ministeries van Economische Zaken en Onderwijs Cultuur en Wetenschap zes ‘Centres of Entrepreneurship’ in het hbo en wetenschappelijk onderwijs. Go! is een van deze zes projecten. De HAN is penvoerder van go!. Binnen go! werken we samen met veel regionale partijen, zoals de provincie Gelderland, de gemeenten Arnhem en Nijmegen, de Stadsregio, SKIOG, Mercator Incubator, de Kamer van Koophandel en een aantal bedrijven. Het project loopt vier jaar, van 2008 tot en met 2011. We zijn nu halverwege en we liggen goed op schema met de gestelde doelen vanuit go!. We bereiken steeds meer studenten en docenten. De start&go!-pas wordt uitgereikt aan studenten (of net afgestudeerden) die een eigen bedrijf starten. De pas geeft recht op advies van een aantal partners van go!. Studenten zijn erg tevreden over deze service. In 2009 gaven we 92 passen uit tegenover 62 in 2008.
3. Valorisatie en innovatie Binnen de HAN zijn veel studenten, docenten en ook lectoren met innovaties bezig. Jaarlijks starten ongeveer 50 studentcompanies. Zij ontwikkelen vaak innovatieve producten of diensten. Studenten van de opleiding Autotechniek ontwikkelden bijvoorbeeld een ombouwset voor een schone tuktuk (zie ook paragraaf 4.8 over Duurzaamheid). Het CvO hielp de studenten bij het opzetten van hun eigen bedrijf, de uitwerking van het ondernemingsplan, het octrooi en een lening vanuit KERN (een technostartersfonds). 4. Onderzoek Vanuit het project go! (zie volgende paragraaf) ontwikkelde de HAN samen met het project IkStartSmart van de Gelderse Kamers van Koophandel een Startersvolgsysteem. Met dit systeem kunnen we de effecten meten van onderwijs in ondernemerschap. In 2010 kunnen we de eerste resultaten presenteren. In 2009 zijn we gestart met de voorbereidingen van een lectoraat Ondernemerschap. Het lectoraat gaat onderzoek doen naar de effectiviteit van onderwijs in ondernemendheid en ondernemerschap. De nieuwe lector en het lectoraat starten in mei 2010.
In 2009 is er een duidelijke groei van het aantal gestarte (student-) bedrijven (van 74 in 2008 naar 239 in 2009). Door de recessie is het aantal lager dan we in 2007 hadden begroot. We verwachten dat we, mede door de financiële crisis en recessie, de doelstelling van een totaal van 800 starters in 2012 niet halen. Binnen go! is er structureel een aantal vaste werkplekken voor studenten met een eigen bedrijf. De ervaringen die we opdoen bij deze zogenaamde broedplaatsen nemen we mee bij het verder ontwikkelen van een infrastructuur voor begeleiding van kansrijke starters vanuit de HAN.
Centrum voor Ondernemerschap X € 1.000,-
2005
2006
2007
2008
2009
Omzet
452
722
925
1.413
1.804
Resultaat
19
23
11
11
4
55
D E
H A N I N B E E L D
3.4 Evaluatie programma Kennispoort
rondom concrete thema’s en focusgebieden om van daaruit tot structurele relaties en partnerships te komen.
Eind 2009 is het programma Kennispoort geëvalueerd en positief beoordeeld. Extern heeft de HAN in de afgelopen jaren duidelijk een regionale functie verworven binnen het sociaaleconomische krachtenveld. Denk aan het project Leren en werken in de regio, Kennisimpuls in de Achterhoek of de ontwikkeling van de regionale innovatiestrategie. Vanuit de lectoraten is veel interactie met bedrijven en instellingen in onze omgeving (bijvoorbeeld door middel van onderzoeksopdrachten, kennisdeling of adviestrajecten). De zakelijke dienstverlening is verder geprofessionaliseerd. Er is in de afgelopen jaren een apart loket ingericht voor vragen vanuit bedrijven en instellingen over onderzoek, maatwerkopleidingen, advies en EVCtrajecten. Docenten en studenten zijn steeds vaker betrokken bij onderzoek vanuit lectoraten of bij contractactiviteiten. Ook de verbinding tussen de lectoren en de opleidingen neemt toe. Lectoren zijn bijvoorbeeld betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van minoren, curriculumontwikkeling, afstudeeropdrachten en colleges. In 2010 maakt de HAN een nieuw plan voor het vervolg van het project Kennispoort. Hierbij ligt de nadruk op verbinding van focusgebieden (voor onderzoek) met de instituten en de bacheloren masteropleidingen. De verdere ontwikkeling en bundeling van de masteropleidingen is ook een onderwerp dat in het nieuwe plan wordt uitgewerkt.
3.5 De HAN in de regio
HAN Ondernemersdesk en de economische crisis In februari 2009 openden we de HAN Ondernemersdesk. Ondernemers kunnen bij deze desk terecht voor vragen over de opleidingsmogelijkheden van de HAN voor het bedrijfsleven in het kader van het vergroten en/of op peil houden van de employability van werknemers. Tevens zoeken we vanuit de desk actief aansluiting bij de vele initiatieven in de regio die zich richten op innovatie en duurzaamheid als antwoord op de crisis. Eind 2009 is besloten de ondernemersdesk te continueren waardoor de HAN in de toekomst beschikt over een centrale toegang voor bedrijven en instellingen. De dienst verlening van het loket is in 2009 uitgebreid met accountmanagement met name voor de zogenaamde EVC-trajecten (Erkenning Verworven Competenties) en Maatwerktrajecten. Enkele resultaten van de HAN Ondernemersdesk in 2009: er zijn 3.679 mails met verzoeken om informatie ontvangen en 3.848 telefonische verzoeken, totaal 7.527. Deze hadden betrekking op brochureaanvragen, stageaanvragen, onderzoek en incompany activiteiten, vacatures, EVC en informatie over opleidingen en cursussen. Op basis van monitoring van de vraag kan vastgesteld worden, dat in 2009 het aantal informatievragen in vergelijking met 2008 sterk is toegenomen. Het aantal brochureaanvragen is zelfs verviervoudigd. Verder zien we dat ook in tijden van economische recessie het aantal stageaanvragen sterk blijft toenemen. Enkele concrete activiteiten: veel MKB-bedrijven zijn met inzet van studenten en met ondersteuning van de ean-Kenniskring van de HAN gestart met een project gericht op het optimaliseren van de bedrijfsvoering door het toepassen van lean methodieken. Als antwoord op de crisis is in de Achterhoek een ‘duurzaamheidsoffensief’ gestart. Lectoren, expertiseteams en studenten van de HAN zijn betrokken bij vele initiatieven op dit terrein, onder andere
De HAN heeft een sterke regionale binding en koestert deze. Als kenniscentrum werken we in een voortdurende wisselwerking met de ons omringende bedrijven, instellingen en overheden. Op die manier kunnen we een herkenbare bijdrage leveren aan de regionale sociaaleconomische speerpunten. Wij zoeken naar samenwerking 56
rondom energieneutraal bouwen. Verder constateren we een toename van het aantal deelnemers aan de deeltijdopleidingen. Mobiliteitscentra De HAN participeert in de stuurgroepen van de diverse mobiliteitscentra in de regio. Op deze wijze bevorderen we een goede doorstroming van werknemers naar de diensten van de HAN. Actieplannen Jeugdwerkloosheid Vanuit het landelijke actieplan Jeugdwerkloosheid hebben we met 30 regio’s convenanten gesloten met alle relevante partijen in de driehoek overheid-onderwijs-ondernemingen met daarin concrete maatregelen voor iedere regio om de jeugdwerkloosheid te bestrijden. De HAN participeert in twee convenanten: Regio Gelderland-Zuid/Nijmegen en Regio Gelderland-Midden/Arnhem. Het 3Pact van Nijmegen In september heeft de HAN het 3Pact van Nijmegen ondertekend. Met de ondertekening van dit convenant willen de ondertekenaars (de gemeente Nijmegen, vertegenwoordigers van overheid, kennisinstellingen en bedrijfsleven) de gevolgen van de economische crisis zoveel mogelijk beperken. De focus ligt hierbij op het begeleiden van ontslagen werknemers, het voorkomen van werkloosheid onder jongeren en het behoud van hoogwaardige kennis. Power to Arnhem Voor de zomervakantie heeft de gemeente Arnhem samen met onder andere de Kamer van Koophandel een brainstormsessie met een grote groep stakeholders georganiseerd met als doel het formuleren van ideeën als antwoord op de crisis. Dit heeft geleid tot een groot aantal initiatieven op het terrein van zorg, duurzaamheid, toerisme, stadsmarketing etc. De HAN participeert in meerdere initiatieven, met name vanuit de faculteiten Techniek en Economie en Management.
De HAN in de Achterhoek De HAN is betrokken bij het onderzoek naar de wenselijkheid van hbo-onderwijs in de Achterhoek. Hoewel aanvankelijk vooral ingezet werd op eigen hbo-onderwijs in de Achterhoek tendeert de ontwikkeling nu in de richting van de vraag hoe het bestaande hboonderwijs meer te ontsluiten voor, en te richten op de Achterhoek. Vanuit dat perspectief is de HAN bij vele initiatieven in de Achterhoek betrokken die als gevolg van de economische crisis zijn genomen, met name op het terrein van duurzaamheid. Dit varieert van de ontwikkeling van een Duurzaamheidsacademie tot experimenten met energieneutraal bouwen.
Netwerken en convenanten De HAN is betrokken bij vrijwel alle relevante regionale netwerken in de driehoek onderwijs-overheden-ondernemingen, zoals: Platform Energie, Milieu en Technologie, B4You, Expertisecentrum Bètatechniek, Health Valley, Platform Leren en Werken in zowel de Achterhoek als in de regio Arnhem-Nijmegen, Projectgroep Werk Gemeente Arnhem, de Arnhemse Methode, regionale platforms Onderwijs-Arbeidsmarkt. Intensieve relaties onderhouden we met de provincie Gelderland, de gemeentes Arnhem en Nijmegen, de Radboud Universiteit Nijmegen, het Universitair Medisch Centrum Nijmegen, de ROC’s, de Kamer van Koophandel, de Euregio, MKB Oost-Nederland, diverse ondernemersverenigingen in met name het MKB en intermediaire relaties als Syntens, Oost NV en SenterNovem. Met een achttal belangrijke externe stakeholders heeft de HAN een convenant afgesloten voor de samenwerking: NOC*NSF, Zorggroep Zuid-Gelderland, Rabobank Arnhem-Nijmegen, Canisius Wilhelmina Ziekenhuis, Ernst & Young, Achterhoeks Centrum voor Technologie (ACT), Randstad Nederland en Dirkzwager advocaten en notarissen. Doel van deze samenwerking is de krachten te bundelen voor kennisontwikkeling, innovatie en opleidingen en meerjarige afspraken te maken over dienstverlening. 57
D E
H A N I N B E E L D
Kennis delen De HAN organiseert activiteiten om kennis te delen met partijen uit de regio. De kernactiviteiten zijn de Creative Masterclasses en het HAN Smart Business Center.
Het SBC werkt samen met Stichting KIEMT in het project EMT Radar. We willen hiermee in het netwerk van ondernemers en studenten kansrijke ideeën scouten en screenen in de milieu- of energiehoek. Dit project wordt gefinancierd door het Ministerie van Economische Zaken.
In 2009 is een masterclass georganiseerd met Dr. Hermann Scheer, sociaal democratisch lid van het Duitse parlement en belangrijke initiator van de Duitse wet om duurzame energieprojecten succesvol in te voeren. Dr. Hermann Scheer bepleitte in deze goed bezochte Masterclass een snelle overstap naar duurzame energie.
3.6 Bijzondere activiteiten en momenten in 2009 Ook in 2009 heeft de HAN verschillende bijzondere momenten en activiteiten gekend. Onderstaand een greep hieruit.
HAN Smart Business Center (SBC) Het Smart Business Center heeft een belangrijke rol in de (Eu)regiofunctie van de HAN en in de vraagarticulatie van onderzoek voor het midden- en kleinbedrijf. Het SBC is hét netwerk van regionale ondernemers en lectoren van de HAN, met als doel: het samen ontwikkelen, uitwisselen en toepassen van kennis ter vergroting van de toegevoegde waarde van het MKB. Zo’n 90 ondernemingen uit het MKB zijn inmiddels lid van dit netwerk. Naast het realiseren van individuele bedrijfsprojecten en het verwerven van nieuwe deelnemers heeft het SBC in 2009 netwerkactiviteiten en themabijeenkomsten voor haar leden en geïnteresseerden georganiseerd.
HAN (Faculteit Techniek) meest innovatieve instelling 2009 Op het event ‘vrienden van de wetenschap’ dat in december werd georganiseerd door het innovatieplatform, heeft de HAN (Faculteit Techniek) de prijs ontvangen voor de meest innovatieve instelling van 2009. Beoordelingscriteria waren onder meer kwantitatieve en kwalitatieve resultaten, good practices, relatie hogeschool en bedrijfsleven en duurzaamheid. HAN-studenten winnen met ondergronds bouwen Bouwkundestudenten van de HAN hebben de afstudeerprijs van Bouwend Nederland gewonnen met een door hen bedachte procedure voor ondergronds bouwen. In hun methode wordt tijdens de voorbereiding gekeken naar bemaling, funderingspalen en damwanden.
In 2009 is in samenwerking met bestuurders van zorgaanbieders uit de regio en lectoren van de HAN een aanzet tot een jaarprogramma voor Zorgalliantie.nu! uitgewerkt. Thema’s zijn: ‘vraagsturing en dienstverlening’, ‘zorggericht bouwen en domotica’ en ‘bedrijfsvoering en ondernemerschap’. Uit inventariserende gesprekken blijkt dat een grote groep bestuurders van zorgaanbieders in het netwerk Zorgalliantie.nu! wil participeren. Op basis van deze animo gaat het netwerk begin 2010 van start; de verwachting is dat tussen de 15 en 20 zorgaanbieders in het eerste jaar in zullen stappen voor de periode 2010-2012.
Studentbedrijven van de HAN in de prijzen De studentbedrijven zijn dit jaar bijzonder succesvol geweest in diverse landelijke en internationale competities. Zo wonnen techniekstudenten prijzen voor alternatieve terrasverwarming en duurzame verpakking en werd ‘Students2Business’ door de Stichting
58
Jong Ondernemen afgevaardigd naar de International Trade Fair in Noorwegen, waar ze de eerste prijs wonnen op het zwaarwegende onderdeel ‘Dragon’s Den’. De Student Company ‘Let’s Hip’ drong door tot de landelijke finale van studentbedrijven. HAN-onderzoek op ScienceGuide Sinds het voorjaar van 2009 heeft de HAN eigen ruimte op de website van ScienceGuide. Op de HAN worden veel interessante en voor de samenleving belangrijke onderzoeksprojecten uitgevoerd. Met publicaties op het HAN-podium van ScienceGuide wil de HAN meer bekendheid geven aan de onderzoeksresultaten. Minister Cramer opent duurzame nieuwbouw Tijdens de opening van het studiejaar 2009-2010 op 2 september, lanceerde de HAN een ambitieus investeringsplan voor duurzaamheid. Op dezelfde dag openden we ook het nieuwe gebouw voor de opleidingen van het instituut Engineering op de HAN-Campus in Arnhem. Minister Cramer van Ruimte en Milieu verrichtte de openingshandeling. Subsidie Leven Lang Leren De HAN krijgt € 1,2 miljoen subsidie uit de stimuleringsregeling ‘Leven Lang Leren HBO 2009’. Deze regeling is gericht op het stimuleren van EVC en maatwerkscholing voor werkenden. De HAN wil zich met behulp van dit project ontwikkelen tot één van de expertisecentra op het terrein van Leven Lang Leren in het hbo. Griepprik HAN-studenten Verpleegkunde assisteerden de GGD in het najaar bij het vaccineren van baby’s, peuters en ouders tegen de Mexicaanse griep. In november kregen ongeveer 16.000 personen in de Gelderse regio de speciale griepprik.
59
Strategisch beleidsplan internationalisering
Lectoraat Sport, Voeding en Leefstijl en Ziekenhuis Gelderse Vallei Het Lectoraat Sport, Voeding en Leefstijl van de HAN en de afdeling fysiotherapie van Ziekenhuis Gelderse Vallei gaan samen onderzoek doen op het gemeenschappelijke terrein van voeding, beweging en de lichamelijke conditie van de oudere, fragiele patiënt.
In het nieuwe strategisch beleidsplan internationalisering, dat in december 2009 is vastgesteld, positioneert de HAN zich nadrukkelijk als een instelling met een internationale ambitie. Daarbij houden we uiteraard rekening met de diversiteit, mogelijkheden en ambities van de verschillende opleidingen. Uitgangspunten in het beleidsplan zijn: - Mainstreaming: Internationalisering moet onderdeel zijn van reguliere activiteiten van opleidingen. - Internationalisation at home: We creëren een leeromgeving en onderwijs- en onderzoekskwaliteit die studenten en medewerkers internationale en interculturele professionele en maatschappelijke competenties biedt voor hun ontwikkeling. - Decentrale invulling: Opleidingen geven zelf invulling aan de internationale en interculturele dimensie en houden daarbij rekening met de specifieke behoeftes van vakgebied, student en expertise. - Verbinding met kernwaarden: Er is een duidelijke verbinding tussen de internationale activiteiten en de HAN-kernwaarden maatschappelijke betrokkenheid en duurzaamheid.
Samenwerking tussen pabo’s, basisscholen en universiteit Staatssecretaris Sharon Dijksma opende op 24 augustus het 1e wetenschapsknooppunt in Nederland: het Wetenschapsknooppunt Radboud Universiteit Nijmegen (WKRU). De Pabo van de HAN, de Christelijke Hogeschool Ede en Iselinge Hogeschool zijn hierbij als partner betrokken. In dit wetenschapsknooppunt ontwikkelen onderzoekers van de universiteit samen met docenten uit het basisonderwijs en pabostudenten lesmateriaal op basis van wetenschappelijke doorbraken.
3.7 Internationalisering De HAN wil zich ook internationaal profileren. In 2009 kreeg Internationalisering een nadrukkelijker plaats in het HAN Instellingsplan 2008-2012. Er is een Quick-Scan Internationalisering gemaakt. Het onderzoek omvatte een beleidsanalyse, inventarisatie en analyse van de activiteiten van de HAN en een beknopte analyse van de regionale en landelijke zichtbaarheid als internationale hogeschool. De eindrapportage concludeert dat de HAN weliswaar een breed scala aan succesvolle activiteiten kent, maar dat de onderlinge samenhang en beleidsmatige sturing beter kan. Ook de interne en externe zichtbaarheid moet verbeteren. Naar aanleiding van dit onderzoek positioneren we binnen het Service Bedrijf een HAN-breed International Office. Hiermee zijn beleid en uitvoering van internationalisering niet langer gescheiden en ontstaat een heldere aansturing.
Op corporate niveau richten we ons vooral op een adequate invulling van de randvoorwaarden zoals personeelsbeleid, beleidsontwikkeling en -uitvoering, huisvestingsbeleid, marketing en communicatie en op monitoring van de voortgang.
Stage en studie in het buitenland In het nieuwe beleidsplan blijft studentmobiliteit een belangrijk onderdeel van de internationale activiteiten. De HAN wil haar studenten goed voorbereiden op een steeds internationaler wordende arbeidsmarkt en moedigt daarom haar studenten aan een buitenlandse stage- of studieperiode op te nemen in hun studieloopbaantraject. We onderhouden een groot netwerk aan internationale contacten met buitenlandse bedrijven en
60
partnerinstellingen om die stages en studies te faciliteren. Elk jaar neemt het aantal studenten dat de wereld in trekt toe. Vooral het aantal studenten dat in het buitenland stage loopt stijgt: van 437 in studiejaar 2007-2008 naar 579 in 2008-2009. Wat opvalt is dat onze buurlanden België, Duitsland en Engeland en de Engelstalige landen als de V.S., Australië en Zuid-Afrika (HAN-Theewaterskloofproject) in trek zijn als stagelanden. Ook gaan steeds meer studenten voor stage naar China. Het aantal studenten dat een deel van de opleiding in het buitenland volgt, zowel uitgaande als inkomende, stabiliseert zich: 300 HAN-studenten gingen voor studie naar het buitenland, 239 studenten uit het buitenland kwamen naar de HAN (in 2008 respectievelijk 294 en 235). Aan het eind van deze paragraaf treft u een overzicht van uitgaande en inkomende studenten.
Overzicht van HAN bacheloropleidingen die in het Engels of Duits worden aangeboden Bachelor aangeboden in de Engelse taal aantal internationale studenten 2009 Business Logistics and Management
99
Communication Studies
61
Human Resources and Quality Management
27
International Business and Management Studies
184
International Finance and Control
30
Internationale ‘degree seeking’ students
Life Sciences
74
Op 1 oktober 2009 studeerden er 1.869 internationale studenten aan de HAN als zogenaamde degree seeking studenten. Onder internationale degree seeking studenten verstaan we studenten zonder een Nederlandse nationaliteit en met een buitenlandse vooropleiding die bij de HAN studeren om een bachelor-titel te behalen. Dit is exclusief de studenten van de 7 Engelstalige nietbekostigde opleidingen.
Bachelor aangeboden in de Duitse taal Kulturelle Sozialpädagogik (Berufsbegleitend)
66
Physiotherapie (kopstudie)
11
Logopädie
144
Sozialpädagogik (Berufsbegleitend)
692
De HAN biedt in totaal zes bacheloropleidingen aan in de Engelse taal en vier bacheloropleidingen in het Duits. Aan de Engelstalige opleidingen studeerden in 2009 475 internationale degree seeking studenten. Dertig procent van deze studenten heeft de Chinese nationaliteit en dertig procent heeft de Duitse nationaliteit. Aan de Duitstalige opleidingen studeerden in 2009 in totaal 913 international degree seeking studenten. Dit zijn voornamelijk Duitse studenten. Daarnaast studeerden er 481 internationale studenten aan een HANopleiding waarvan de studietaal Nederlands is. 80% van deze groep heeft de Duitse nationaliteit.
61
D E
H A N I N B E E L D
Zoals uit de cirkeldiagrammen is af te lezen bestaat het totaal van 1.869 internationale degree seeking studenten aan de HAN voor 3/4 uit studenten met de Duitse nationaliteit. Een andere grote groep zijn studenten met de Chinese nationaliteit.
Internationale ‘degree seeking’ studenten Latijns Amerika 17 Rusland/Oekraïne 24
VS/Canada 7
Overige 61 Azië overige 85
Mobiliteit van docenten
EER overige 108
Afgelopen jaar verzorgden 36 docenten gastdocentschappen bij Europese partnerinstellingen in het kader van het Erasmusprogramma. Daarnaast namen docenten regelmatig deel aan internationale congressen en trainingen.
China 146 Duitsland 1.421
Uitgaande docentenmobiliteit in Europa (het Erasmusprogramma)
Internationale ‘degree seeking’ studenten, EER exclusief Duitse studenten Oostenrijk 8 Italië 5 Denemarken 5
Bulgarije 21 UK 7 Roemenië 7 Overig 21 Polen 9
België 11
Frankrijk 17
62
België
3
Bulgarije
2
Denemarken
3
Duitsland
2
Finland
2
Frankrijk
2
Groot-Brittannië
2
Malta
1
Noorwegen
4
Oostenrijk
4
Portugal
2
Slovenië
3
Spanje
1
Turkije
4
Zweden
1
Totaal
36
Internationale projecten De HAN coördineert of participeert in meer dan 20 internationale projecten. Internationale projecten zijn een uitstekend instrument voor kennisdeling, kwaliteitsbevordering en professionalisering. Sinds 2009 is het HAN Adviesbureau Subsidies nauw betrokken bij de ondersteuning en het beheer van internationale projecten. Het project Theewaterskloof neemt een aparte plaats in. Samen met drie Zuid-Afrikaanse partnerinstellingen levert de HAN een duurzame
bijdrage aan de sociale en economische ontwikkeling van de allerarmsten in de gemeente Theewaterskloof. Er zijn meer dan 35 activiteiten waaraan jaarlijks ongeveer 70 HAN-studenten deelnemen. In 2009 behaalde Theewaterskloof een eervolle 2e plaats in de MacJannet Prize Competition. Deze organisatie heeft als doel de universitaire initiatieven op het gebied van wereldburgerschap en maatschappelijke verantwoordelijkheid te promoten. In 2010 onderzoeken we of we een soortgelijk project elders in de wereld kunnen opstarten.
Uitgaande en inkomende mobiliteit studenten 2006-2009 UITGAANDE MOBILITEIT
2006/2007*
INKOMENDE MOBILITEIT
2007/2008
Europa
Studie
België
4
26
Bosnië Herzegowina
3
1
Duitsland
Stage
2008/2009 Totaal
Studie
6
27
33
7
3
0
6
6
2
3
6
9
2
11
1
21
79
18
90
108
27
0
1
1
2
13
14
6
20
7
Bulgarije Denemarken
2008/2009
Estland
1
Finland
14
Frankrijk
14
18
23
9
32
22
3
12
0
0
0
3
43
52
42
29
71
17
1
1
1
2
4
13
8
6
1
7
4
7
5
Griekenland Groot-Brittannië Hongarije Ierland Italië
3
5
8
7
Kroatië
0
1
1
0
Letland
0
2
2
0
63
D E
H A N I N B E E L D
Uitgaande en inkomende mobiliteit studenten 2006-2009 UITGAANDE MOBILITEIT
2006/2007*
INKOMENDE MOBILITEIT
2007/2008
Europa
Studie
Litouwen Luxemburg Malta
2008/2009 Stage
2008/2009 Totaal
Studie
0
0
0
2
3
2
5
0
1 3
2
Noorwegen
9
14
9
3
12
2
Oostenrijk
3
1
2
1
3
2
Polen
1
2
2
0
2
6
Portugal
4
2
3
6
9
7
Roemenië
1
1
0
1
1
0
Slovenië
0
1
1
2
Slowakije
0
2
2
0
59
41
20
61
36
Spanje
29
Tsjechië
1
0
0
0
0
2
Turkije
21
30
2
6
8
7
Zweden
7
17
7
7
14
4
Zwitserland
5
6
0
3
3
2
210
360
191
232
423
175
IJsland
Totaal EU
1
64
Uitgaande en inkomende mobiliteit studenten 2006-2009 UITGAANDE MOBILITEIT
2006/2007*
INKOMENDE MOBILITEIT
2007/2008
Buiten Europa
2008/2009 Studie
Stage
2008/2009 Totaal
Studie
Australië
7
16
11
22
33
5
Bolivia
1
0
0
3
3
0
Brazilië
0
2
0
1
1
0
Cambodja
1
1
10
3
3
4
7
1
6
10
9
21
30
6
Dominicaanse Republiek
1
0
0
0
0
Ecuador
4
0
1
1
0
Ethiopië
0
5
5
0
Gambia
0
1
1
0
0
7
7
0
0
1
1
0
Canada China
Ghana
21
Guatemala
9 2
Honduras India
5
6
2
6
8
0
Indonesië
6
8
2
11
13
0
0
1
1
0
Iran Israël
1
Jamaica Japan
1
Kameroen
6 2
Korea
2
0
0
0
1
1
0
0
1
1
0
8
Kazachstan Kenia
0 0
6
Kyrgyzstan
65
0
1
1
0
6
1
7
5
0
1
1
1
D E
H A N I N B E E L D
Uitgaande en inkomende mobiliteit studenten 2006-2009 UITGAANDE MOBILITEIT
2006/2007*
INKOMENDE MOBILITEIT
2007/2008
Buiten Europa
Studie
Lesotho
2
Malawi
7
Nederlandse Antillen Nepal Nieuw-Zeeland
Stage 0
2
Maleisië Mexico
2008/2009
2008/2009 Totaal
2
Studie 2
0
0
9
9
0
0
3
3
0
6
10
4
8
12
3
31
48
1
47
48
0
2
3
0
1
1
0
10
10
2
12
14
0
Nicaragua
2
3
0
2
2
0
Oeganda
2
2
0
4
4
0
Peru
1
3
0
2
2
0
23
4
10
2
12
11
0
1
1
0
Rusland Singapore Sri Lanka Suriname
20
40
3
22
25
0
Taiwan
1
4
4
0
4
0
Tanzania
5
9
3
8
11
0
Thailand
4
5
3
4
7
1
Trinidad
2 66
40
43
83
29
0
2
2
0
0
4
4
V.S.
22
Verenigde Arabische Emiraten Vietnam Zuid-Afrika
0
14
81
5
78
83
2
Totaal niet-Europees
230
371
109
347
456
64
Totaal Europees en niet-Europees
440
731
300
579
879
239
* In 2006/2007 werd nog niet alle mobiliteit centraal geregistreerd 66
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
H O O F D S T U K
4
Organisatieontwikkeling
in beeld
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD JE MOGELIJKHEDEN BEPERKEN ZICH
Professionele ruimte volgens Titia Bredée
NIET TOT DE REGIO. JE HEBT DE
Faculteitsdirecteur Educatie
HELE WERELD WAAR JE NAARTOE KUNT. IK BEN HEEL BLIJ DAT VEEL VAN ONZE STUDENTEN EEN DEEL VAN HUN STUDIE IN HET BUITENLAND VOLGEN EN SOMS OOK IN HET BUITENLAND GAAN WERKEN. BEDENK GOED WAT JE WILT, MAAK EEN KEUZE. WIL JE LESGEVEN IN BELGIË? OF IN CHINA ? OF WERK JE TOCH LIEVER IN BEMMEL ? ALLES IS GOED, MAAR MAAK EEN BEWUSTE KEUZE DIE BIJ JOU PAST. DE WERELD LIGT AAN JE VOETEN. PAK DIE RUIMTE EN BLIJF JE ONTWIKKELEN!
De wereld ligt aan je voeten Professionele ruimte gaat over talent. Als manager kun je talent faciliteren. Het is goed om ook het onverwachte talent van je medewerkers te betrekken in hun werk. Ook onze docenten en studenten als leraar in opleiding, moeten niet bang zijn om talenten van studenten of leerlingen te gebruiken in de les. Als toegevoegd docent op de universiteit gaf ik les aan deeltijders en vond ik het geweldig als ik de kennis van mijn studenten kon verwerken in mijn colleges. Het is belangrijk dat mensen ruimte krijgen om hun talenten goed te kunnen benutten. Ik ben heel enthousiast over de bijzondere talenten en initiatieven van de medewerkers bij Educatie. We hebben bijvoorbeeld twee collega’s die naast hun werk als docent heel professioneel activiteiten voor de personeelsvereniging organiseren. Je ziet vaak dat eigen initiatieven van mensen het startpunt zijn voor nieuwe ontwikkelingen. Dus neem initiatief, blijf werken aan je ontwikkeling. Het diploma na je opleiding of studie is je startbewijs, in je werk blijf je jezelf ontwikkelen en professionaliseren. Als medewerkers mij faciliteiten vragen is het voor mij belangrijk dat de ontwikkeling binnen de kerntaak van de medewerkers ligt of daaraan grenst. En als manager moet je duidelijk zijn of die aanvraag wel of niet past op dat moment. We kunnen gelukkig heel veel talenten bij de HAN tot bloei laten komen. Als medewerker kun je ook kijken wat je met je team wilt bereiken. Hoe kan jouw team zich ontwikkelen, waar sta je volgend jaar rond deze tijd en wat heb je nodig om daar te komen? Ik daag mensen graag uit om hun grenzen te verleggen, nieuwe uitdagingen aan te gaan en om initiatief te blijven nemen.
71
4.1 De HAN als werkgever
Het aantal medewerkers van de HAN is de afgelopen jaren sterk gegroeid: van 1.965 medewerkers in 2003 naar 3.013 in 2009. Dit is logisch gezien de sterke groei van het aantal studenten in deze periode. Tegelijkertijd hebben we de afgelopen jaren veel vernieuwd in onze opleidingen. Sinds 2008 zitten we in een periode waarin wij de vernieuwingen willen bestendigen, verdiepen en verankeren in het onderwijs. Het personeel van de HAN speelt daarbij een belangrijke rol. In de agenda voor het HRM-beleid voor de komende jaren ligt de focus op ‘opleiden en ontwikkelen’ en ‘goed werkgeverschap’.
Om onze doelstellingen te bereiken is het noodzakelijk dat onze medewerkers tevreden zijn over de organisatie. Wij willen een inspirerende en aantrekkelijke werkomgeving bieden met een professionele cultuur. Hierbij hanteren we twee doelstellingen: 1. In 2012 voelt 75% van de medewerkers zich betrokken bij de strategie van de HAN. 2. De gemiddelde medewerkertevredenheid ligt op of boven het cijfer 7,8.
4.2 De tevredenheid van de medewerkers
Uit het medewerkertevredenheidsonderzoek 2009 blijkt dat de HAN nog een weg te gaan heeft met de eerste doelstelling. In totaal is 60% van de medewerkers meer of minder bekend met de doelstellingen uit het instellingsplan 2008-2012. Van deze groep medewerkers voelt 41% zich in enige mate en 50% zich in grote lijnen verbonden met de HANstrategie. Voor de tweede doelstelling liggen we goed op koers. In 2009 is de medewerkertevredenheid verder gestegen naar 7,7.
De laatste jaren is de medewerkertevredenheid gestegen van een 7,2 in 2004 naar een 7,7 in 2009. De HAN is trots op deze score, zeker gezien de groei van het aantal studenten en de ontwikkelingen binnen de opleidingen en organisatie. We verwachten dat we de langetermijndoelstelling van 7,8 in 2012 zullen halen. Medewerkertevredenheid 2005-2009
3.500
10
3.000
7,8
8 2.500
7,3
7,3
2005
2006
7,5
7,7
7,6
2009
2009*
6 2.000
aantal fte
4
1.500 2005
2006
2007
2008
2
2009
0 De HAN is een grote organisatie: er werkten in 2008 3.013 medewerkers in 2.278 fte. Dit zijn iets meer vrouwen (56,4%) dan mannen (43,6%). Uitgebreide informatie over het personeel van de HAN vindt u in paragraaf 4.6 Kerngegevens HAN-medewerkers.
2008
2012*
* doelstelling In 2007 is geen medewerkertevredenheidsonderzoek gehouden vanwege het vierjaarlijkse Preventief Medisch onderzoek aan de HAN.
72
Tevredenheid op onderdelen Medewerkers waarderen vooral de variatie in hun werk (8,9). De werkzaamheden sluiten goed aan bij de competenties van de medewerkers (8,6) en de samenwerking met collega’s beoordelen de medewerkers ook zeer positief (8,4). De medewerkers zijn in 2009 minder tevreden over de invloed die zij kunnen uitoefenen op de werkomstandigheden (7,0), de faciliteiten voor deskundigheidsbevordering (7,5) en de mogelijkheden voor loopbaanontwikkeling (7,4). Docenten zijn gelukkig steeds positiever over de roosters (van 6,6 in 2008 naar 6,8 in 2009) en ook bij de beoordeling van de werkdruk zien we een positieve ontwikkeling (7,4 in 2009 naar 7,6 in 2009). Medewerkers ervaren de HAN als een veilige werkomgeving (8,1) en zijn redelijk tevreden over de beloning (6,7).
4.3 Goed werkgeverschap
Tevredenheid van medewerkers over het werken bij de HAN 2008
zich in 2012 betrokken voelt bij de strategie van de HAN. Hier heeft de HAN nog een weg te gaan. In totaal is 60% (43% in enige mate en 17% goed) op de hoogte van het instellingsplan 2008-2012. Van deze groep medewerkers voelt 41% zich in enige mate en 50% zich in grote lijnen verbonden met de HAN-strategie. Dit gegeven was aanleiding om indringend met een aantal opleidingen in gesprek te gaan. Het beeld dat zich dan ontvouwt is genuanceerder. Medewerkers voelen sterke binding met het beleid dat ‘dichtbij’ (opleiding of instituut) tot ontwikkeling komt en zien ook de consistentie van wat daar gebeurt met de strategie van de HAN. Er is een verschil tussen het aangesloten zijn op de inhoud van de strategie en de documenten waarmee die uitgedragen wordt.
2009
Werkzaamheden aansluitend bij de competenties
8,5
8,6
Variatie in werkzaamheden
8,8
8,9
Sfeer op de afdeling
8,2
8,3
Veiligheid op de werkplek (fysiek en verbaal)
8,1
8,1
Invloed uitoefenen op taakinhoud
7,8
7,9
Werkomstandigheden algemeen
7,5
7,5
Werkinhoud algeheel
7,8
7,9
Werkdruk
7,4
7,6
Beloning in relatie tot zwaarte werk
6,6
6,7
De HAN wil een goede werkgever zijn. Daarom bieden wij onze medewerkers goede primaire arbeidsvoorwaarden, een uitdagende werkomgeving en de ruimte een eigen bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de organisatie. In de HRM-agenda voor de komende jaren ligt de focus op ‘opleiden en ontwikkelen’ en ‘goed werkgeverschap’. Wij gaan uit van de eigen rol, verantwoordelijkheid en professionaliteit van de medewerkers. In ons ontwikkelingsgericht personeelsbeleid hebben we bijzondere aandacht voor de Resultaat en Ontwikkel-cyclus, strategische personeelsplanning en Management Development (professionalisering). Ook gezondheid en veiligheid spelen een belangrijke rol in het personeelsbeleid.
Eigenaarschap
De Resultaat & Ontwikkel-cyclus
De veranderingen in het onderwijs en de rol van de HAN als kennispoort vragen van onze medewerkers om nieuwe rollen te vervullen en andere competenties te benutten. De HAN vindt het belangrijk dat alle medewerkers zich eigenaar voelen van deze ontwikkelingen in de organisatie. Ons doel is daarom dat minstens 75% van de medewerkers
In 2006 is de HAN gaan werken met de systematiek van de Resultaat & Ontwikkel (R&O-)cyclus. De R&O-cyclus heeft de volgende doelstellingen. In de eerste plaats willen we ervoor zorgen dat de individuele afspraken tussen medewerker en leidinggevende goed zijn afgestemd op de doelstellingen van het bedrijfsonderdeel en 73
D E
H A N I N B E E L D
Strategische personeelsplanning
daarmee de HAN. Ten tweede willen we zorgen voor een meer resultaatgerichte manier van werken. Ten derde willen we medewerkers meer aan het roer zetten van hun eigen ontwikkeling en stimuleren om hierin actie te ondernemen. En ten slotte willen we met de R&O-cyclus bijdragen aan een open cultuur binnen de HAN waarbij mensen elkaar aanspreken op hun prestaties en gedrag. De HAN is goed op weg om de gestelde doelen te realiseren. Individuele doelen worden afgestemd op de HAN-doelstellingen, medewerkers werken resultaatgerichter en er is meer aandacht voor ontwikkeling. De R&O-cyclus is breed gedragen onder medewerkers en men is over het algemeen tevreden over de wijze waarop de R&Ocyclus is ingericht. 71% van de medewerkers heeft een R&O-gesprek gehad, in 2004 was dit 20%. De meeste medewerkers krijgen het oordeel ‘goed’ (91%), 7% van de medewerkers krijgt ‘uitstekend’ en 2% ‘onvoldoende’. De behaalde doelen stemmen optimistisch, maar dat neemt niet weg dat er ruimte is voor verbetering. In 2009 is gewerkt aan deze verbeteringen op een viertal terreinen: invloed op cultuur, aandacht voor ontwikkeling, verbetering van de inrichting en optimalisatie van de materialen en logistiek van het beleid. Twee opdrachten zijn in een breder verband opgepakt: de digitalisering van de R&O-cyclus en de ontwikkeling en het opleiden van medewerkers. De R&O-cyclus is niet het enige instrument dat betrokken is bij de ontwikkeling van medewerkers. De R&O-cyclus draagt wel heel concreet bij aan het vormgeven van de ontwikkeling van de medewerker door de dialoog tussen medewerkers en leidinggevenden en door de evaluerende functie van het terugblikken. Het College van Bestuur heeft besloten om het vraagstuk van ontwikkelen en opleiden van medewerkers in een breder verband in 2010 op te pakken.
74
Een van de speerpunten in de HRM-agenda is het onderwerp strategische personeelsplanning. De importantie van dit onderwerp is vooral ingegeven door (externe) ontwikkelingen zoals uitstroom als gevolg van vergrijzing (uitstroom van kennis) en ontgroening van de arbeidsmarktpopulatie (krapte). Bij de HAN maken de verschillende organisatieonderdelen hun eigen strategische personeelsplannen. Zo kunnen zij reageren op de specifieke problemen in hun werkveld. De service unit P&O ondersteunt hen hierbij met behulp van checklists en modellen voor personeelsplanning.
Actieplan ‘Leerkracht van Nederland’ In het beleidsprogramma: ‘Samen werken, samen leven’, dat in juni 2007 is gepresenteerd, zijn de onderwijsambities van het kabinet opgenomen. In het daaruit voortvloeide actieplan ‘Leerkracht van Nederland’ presenteert het kabinet zijn concrete plannen om het lerarentekort aan te pakken en de kwaliteit en de positie van leraren te versterken. Hiervoor stelt het kabinet geld beschikbaar. De onderwijskundige en strategische overwegingen van de HAN, die leidend zijn bij het bepalen van de streefformatie 2008-2012, sluiten hier naadloos op aan. De HAN zal voor het onderwijzend personeel in de komende jaren invulling geven aan deze streefformatie op een wijze die aansluit bij de afspraken van het actieplan ‘Leerkracht van Nederland’. In 2009 is op hoofdlijnen een definitief akkoord met de vakorganisaties gesloten over het taakstellend kader en de uitkomsten van de inventarisatie: de HAN functie- en salarismix 2008-2012. Tevens is medio 2009 het ‘Uitvoeringsplan Convenantgelden 2009-2012 van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen’ opgesteld waarin de uitvoeringsregels staan beschreven op basis waarvan de convenantgelden die voor de HAN bestemd zijn intern worden verdeeld.
HAN Vitaal De HAN zet zich actief in om haar medewerkers vitaal te houden. De focus van het project HAN Vitaal heeft dit jaar gelegen op het aanbieden van workshops met betrekking tot gezondheidbevorderende thema’s en voortzetting van de Health Checks voor medewerkers. Daarnaast is een voorstel geformuleerd, waarbij de standaardindeling BRAVO (beweging, roken, alcohol, voeding en ontspanning) als basis wordt gebruikt voor het initiëren van activiteiten op het gebied van gezondheid.
Bedrijfsfitness Sinds maart 2008 zijn alle medewerkers van de HAN in de gelegenheid deel te nemen aan bedrijfsfitness van het eigen Expertisecentrum voor Sport, Arbeid en Gezondheid ‘Seneca’ in Nijmegen of bij één van de Achmea Health Centra in Nederland. Bedrijfsfitness wordt gefinancierd vanuit de decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen. In 2009 hebben ruim 387 medewerkers van deze mogelijkheid gebruik gemaakt, een toename van ruim 54%.
RSI Net als voorgaande jaren hebben alle medewerkers in 2009 de gelegenheid gekregen om een analyse van de werkplekinrichting te laten maken of, indien nodig, een controle van de werkplek te laten uitvoeren. Dit laatste is van toepassing als er reeds fysieke klachten zijn. We bieden onze medewerkers de mogelijkheid om gebruik te maken van pauzesoftware. Ook kunnen zij zich inschrijven op maandelijkse beeldschermtips per e-mail. Daarnaast bieden we via het intranet ook een training sneltoetsen aan.
Ziekteverzuim Gemiddeld lag het ziekteverzuim in 2009 op 4,1 %. Hiermee is de hoogte van het ziekteverzuim nagenoeg gelijk gebleven aan 2008, toen dit 4,09 % bedroeg. Doel voor 2012 is een ziekteverzuim van maximaal 4,0%.
Ziekteverzuim bij de HAN 2005-2009 5% 4,5% 4% 3,5% 2005
2006
2007
2008
2009
Arbo De HAN draagt in haar streven naar goed werkgeverschap zorg voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden voor haar medewerkers. Twee centrale arbocoördinatoren dragen zorg voor de uitvoering van het arbobeleid. Wij werken met centraal uitgevoerde RisicoInventarisatie en -Evaluaties, het Periodiek Medisch Onderzoek en de Medewerkertevredenheidsonderzoeken. Uitvoering van deze werkzaamheden geschiedt in overleg en in samenwerking met het Service Bedrijf van de HAN en instituutsvertegenwoordigers. Alle nieuwe medewerkers ontvangen een Arbo-infoset. Voor medewerkers via uitzendbureaus is een verkort informatieblad Arbo opgesteld. De informatie richt zich op elementaire zaken als bedrijfshulpverlening, registratie (bijna)ongevallen, verzuim- en herstelmelding en RSIvoorlichting. Daarnaast geven we informatie via HAN-Insite op de deelsites Insite Arbo, Insite RSI en SOS-Nood! Deze laatste site geeft een overzicht van de handelwijzen rondom diverse crisissituaties, zoals brand, diefstal, ontruimingen, overlijden, (bijna)ongevallen etc.
Bedrijfscontinuïteit en Mexicaanse Griep In juni 2009 is de uitbraak van het virus Nieuwe Influenza A(H1N1 (voorheen Mexicaanse griep), door de overheid tot pandemie verklaard. Conform het advies van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid (RIVM) aan bedrijven en instellingen, heeft de HAN in 2009 een bedrijfscontinuïteitsplan opgesteld, met de bedoeling de eventueel negatieve gevolgen van mogelijk grote uitval van personeel zoveel mogelijk te beperken. De pandemie heeft tot eind 75
D E
H A N I N B E E L D
december 2009 een mild verloop gehad en niet geleid tot een extreem verzuim binnen de HAN.
Veiligheid Veiligheid is een belangrijk aspect van goede arbeidsomstandigheden. Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RIE’s) en bedrijfshulpverlening zorgen voor een veilige omgeving voor zowel medewerkers als studenten. In 2009 zijn drie RIE’s uitgevoerd. Op de overige plaatsen is de uitvoering van de Plannen van Aanpak gecontroleerd en gevolgd door middel van een rondgang. De geplande cyclus ontruimingsoefeningen is gehouden in de door de HAN beheerde panden. Alle oefeningen zijn goed verlopen. Wij zijn verheugd over het feit dat medewerkers en studenten steeds beter reageren op het ontruimingssignaal en dat de medewerking aan de oefening aanzienlijk verbeterd is. De Bedrijfshulpverlening (BHV)- en EHBO-trainingen zijn volgens schema gevolgd. Volgens afspraak is de bediening van een AED (Automatische Externe Defibrillator; hulp bij hartstilstand) als regulier onderdeel aan de BHV-training toegevoegd.
Vereniging van oud medewerkers van de HAN De HAN hecht grote waarde aan haar relatie met oud-medewerkers. Sinds 1993 bestaat de Vereniging van Oud-Medewerkenden (VOM), met het doel om oud-medewerkers in de gelegenheid te stellen op de hoogte te blijven van ontwikkelingen binnen de HAN en onderlinge contacten te onderhouden. De VOM telt 172 leden. De VOM wordt actief ondersteund door het College van Bestuur. Ter gelegenheid van de jaarlijkse ledenvergadering heeft bestuurslid Kristel Baele een lezing gegeven over de onderzoeksfunctie van de HAN.
76
4.4 Professionalisering en professionele cultuur De HAN is een gemeenschap van professionals. Zij moeten vanuit hun competenties en motivatie onze ambities waarmaken. De HAN vindt daarom de thema’s professionalisering en professionele cultuur erg belangrijk. Dit blijkt onder andere uit de HRM-agenda 2010-2012 die eind 2009 is vastgesteld. De twee speerpunten van deze agenda zijn ‘opleiden en ontwikkelen’ en ‘goed werkgeverschap’. In 2010 werken we uit wat we op deze thema’s willen bereiken in de komende jaren. Vanuit het oogpunt van goed werkgeverschap is in het voorjaar van 2009 een start gemaakt met de (bovenfacultaire) begeleiding van herplaatsingskandidaten en advisering van het management over voorrangsbeleid en mobiliteit.
Promotiebeleid De markt- en kennisgerichte onderzoeksactiviteiten van de HAN groeien. Promotieonderzoek speelt daarin een bijzondere rol (zie hiervoor ook paragraaf 3.2, onderdeel Promotiebeleid). Wij stimuleren daarom onze medewerkers om te promoveren. Het streven is dat in 2012 minimaal 10% van de docenten uit promoverenden of gepromoveerden bestaat. Daarnaast willen we dat 70% van de docenten over de mastergraad beschikt. Aan de totale onderzoekscapaciteit wordt ook gewerkt door op instituutsniveau scholing in onderzoeksvaardigheden en in het begeleiden van onderzoek te organiseren voor docenten. In het najaar van 2009 is een nulmeting uitgevoerd om de uitgangspositie te kunnen bepalen. Van het per ultimo 2009 aanwezige onderwijzend personeel bestaat 7,2% uit promovendi (1,8%) en gepromoveerde docenten (5,4%) en heeft 54,9% van de docenten een mastergraad. Daarmee liggen we iets boven het landelijke hbo-gemiddelde.
Professionele ruimte Docenten zijn professionals die ruimte nodig hebben om hun vak uit te oefenen en zich daarin te ontwikkelen. Landelijk is in het kader van het Actieplan Leerkracht afgesproken dat de hbo-instellingen daar spelregels voor zullen opstellen. De HAN laat dit door de professionals zelf doen. Hoe zien HAN-docenten zelf hun professionele ontwikkeling, hun passie voor het vak en de toekomst? Binnen de HAN gaan docenten op verschillende locaties in Arnhem en Nijmegen in zogenaamde keukentafelsessies met elkaar in dialoog over wat professionele ruimte voor hen betekent. Daarnaast hebben zij de mogelijkheid om interactief een bijdrage te leveren via een weblog. Docenten stellen zo zelf de professionele waarden op; een unieke aanpak in hbo-land. De dialogen zijn gestart in 2009. In 2010 volgt de presentatie van de uitkomsten van deze dialogen die uiteindelijk aan de HBO-raad worden aangereikt voor het landelijke overleg.
Management development Vanaf 2009 organiseren we het management development programma onder de naam ‘Leerplatform’. Het is een vervolg van het management developmenttraject van de Stichting Interacademiale Opleiding Organisatiekunde. De eerste kring deelnemers zijn de instituutsdirecteuren en hoofden van de service units. Ondanks de grote variëteit in behoefte met betrekking tot doel, inhoud en tijdsinvestering van een vervolgtraject bestaat een gedeelde behoefte aan een duurzaam, gezamenlijk platform om kennis uit te wisselen en te leren. Juist door de koppeling van het Leerplatform en de processen rond de implementatie van het instellingsplan geven we vorm aan de lerende organisatie. In 2009 is er ervaring en kennis uitgewisseld en zijn er drie modules verzorgd. De bijeenkomsten van het Leerplatform worden positief gewaardeerd.
77
D E
H A N I N B E E L D
4.5 Besteding decentrale
-
arbeidsvoorwaardenmiddelen
arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden, levensfasebewust personeelsbeleid, gezondheid/preventie, gezondheidsbeleid en professionalisering/scholing/loopbaanbeleid/heroriëntatie.
De besteding van de decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen 2009 is ongewijzigd ten opzichte van 2008. De budgetten zijn onveranderd besteed conform de verdeling over de clusters:
2009 (x € 1.000)
1,15% van de brutoloonsom= 1,15 X € 152.558,00=
€ 1.754
Restant 2008
€ 1.276
Budget 2009
€ 3.030
Besteding decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen (x € 1.000)
Begroot 2009
Betaald ouderschapsverlof
Besteed 350
Onbetaald ouderschapsverlof: pensioenpremie
334
5
Doelgroepenbeleid: kosten WIW
100
57
20
12
Aanvullende fietsregeling 0-10 km
220
168
Premie kinderopvang
320
333
Ouderenbeleid: schaal 1 t/m 5
Extra fietskilometervergoeding
30
Reductie werkdruk
200
Bedrijfsfitness
200
156
Regeling tegemoetkoming gebruik ICT-faciliteiten (1 jaar)
500
139
Loopbaanbeleid (3 jaar)
500
139
Waalsprinter (1 jaar)
30 200
89
Totaal 2009
HAN-Vitaal (3 jaar)
2.675
1.798
Resterend budget per 31-12-2009
1.232
78
Arbeidsvoorwaarden overleg In 2009 heeft drie keer overleg plaatsgevonden met de vakorganisaties in het AVO. In het kader van het Convenant Leerkracht van Nederland is een overeenkomst bereikt tussen de vakorganisaties en de HAN. Daarnaast waren de evaluatie van de R&O-cyclus, de beschikbaarheidsregeling van de HAN en aanpassing van de budgetten uit de decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen onderwerp van gesprek. Met de vakorganisaties in het AVO is eind 2009 afgesproken in het kader van de te verwachten belastingherziening ook de besteding van de decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen in het komende jaar te gaan herzien.
Ontwikkeling formatie in fte 2005-2009 2.500
2.000
1.500
1.000
500 2005
4.6 Kerngegevens HAN-medewerkers
2006 totaal
2007
2008
mannen
2009
vrouwen
Ontwikkeling van de formatie In 2009 werkten er 3.013 mensen bij de HAN in 2.278 fte. Volgens verwachting is het aantal medewerkers minder toegenomen dan voorgaande jaren (2009 3,4%, 2008 8,5% en 2007 9,3%). Twee faculteiten, Faculteit Techniek en Faculteit Educatie, hebben 2009 met rode cijfers afgesloten. Om tot structurele kostenreductie te komen is in 2009 een voorziening sociaal beleid gevormd met als doel om het aantal fte bij beide faculteiten gezamenlijk met ongeveer 40 fte te verminderen.
Ontwikkeling aantal medewerkers 2005-2009 3.500
3.000
2.500
2.000
1.500
1.000 2005
79
2006 totaal
2007 mannen
2008 vrouwen
D E
2009
H A N I N B E E L D
Leeftijdsopbouw personeel
Mannen en vrouwen Bij de HAN werken iets meer vrouwen dan mannen (in 2009 1.698 (56,4%) vrouwen en 1.315 (43,6%) mannen). Vooral bij het Onderwijs Beheer Personeel (OPB) groeit het aantal vrouwen meer dan het aantal mannen (verhouding 2:1). Bij het onderwijzend personeel bleef de verhouding ongeveer gelijk (1:1). Leeftijd
OP
OP
OBP
OBP
Totaal
Totaal
M
V
M
V
M
V
31
30
11
31
42
61
103
26 - 35
117
226
64
167
181
393
574
36 - 45
186
264
89
260
275
524
799
46 - 55
340
302
113
198
453
500
953
56 - >
279
127
85
93
364
220
584
Totaal
953
949
362
749
1.315
1.698
3.013
524
500
500
453 393
400
364 275
300
Totaal
< - 25
600
220 181
200 100
61 42
0 <-25
26-35
man
36-45
46-55
56->
vrouw
Gemiddelde leeftijd 44,9 jaar ( 44,6 jaar in 2008)
Deeltijd en voltijd werken bij de HAN
Bij de HAN bestaat bijna de helft van het management uit vrouwen. In 2004 werd 75% van de managementfuncties ingenomen door mannen. We hebben hier een flinke inhaalslag gerealiseerd.
In 2009 werkt 86,5% van de medewerkers in deeltijd. (Dit is een grote verschuiving ten opzichte van 2008 (64,5%)). Dat zijn meer vrouwen (82,7%) dan mannen (42,8 %). Er zijn meer deeltijdaanstellingen onder Onderwijzend Personeel dan in Onderwijs Beheer Personeel.
Flexibele formatie Het percentage tijdelijke aanstellingen, inclusief ziektevervanging, is in 2009 gedaald tot 15,3% (dat was 16,6% in 2008).
Deeltijdaanstellingen in 2009 OP
De flexibele formatie (als percentage van totale fte) 2005-2009 2005
aantal
17,19%
2006
18,88%
2007
18,85%
2008
16,57%
2009
15,33%
OBP
OBP
fte
aantal fte
Totaal
Totaal
aantal
fte
mannen
457
260,43
107
77,95
564
338,38
vrouwen
816
500,66
589
395,06
1.405
895,72
1.273
761,09
696
473,01
1.969
1.234,10
Totaal
80
OP
Salarisschaal
Uitstroom In 2009 zijn 364 medewerkers uitgestroomd. De belangrijkste redenen voor uitstroom zijn gelijk aan die van 2008: einde projectaanstelling, ontslag op eigen verzoek en FPU/pensionering. Uitstroom van personeel in aantallen
OP
OP
OBP OBP Totaal
Totaal
M
V
M
V
12 t/m 13
464
273
51
45
515
318
833
14 t/m 17
25
14
30
14
55
28
83
0
0
1
1
1
1
2
953
949
362
749
1.315
1.698
3.013
18
Ontslag op eigen verzoek
116
VUT/FPU
Totaal
V
M
Totaal
38
Ouderdomspensioen
5
Overlijden
4
Invaliditeitsontslag
3
Ontbinding kantonrechter
1
Einde projectaanstelling
Ontwikkelingen in de personeelsformatie 2005-2009 Totale formatie in fte
189
Einde ziektevervanging
4
Einde overurenbetrekking
0
Reorganisatie/geen omzetting D3->D2
1
2005
2006
2007
2008
2009
1.668
1.857
2.030
2.203
2.278
Formatie uitgesplitst naar OP en OBP in %
2005
2006
2007
2008
2009
OP
61,93
61,75
62,99
62,34
61,02
OBP
38,07
38,25
37,01
37,66
38,98
De man-/ vrouwverdeling in %
2005
2006
2007
2008
2009
OP man
52,92
51,55
51,49
50,21
50,11
Salarissen Onderwijzend Personeel
OP vrouw
47,08
48,45
48,51
49,79
49,89
Van het onderwijzend personeel wordt 38,7% van de mannen betaald in schaal 9-11 tegenover 61,2% van de vrouwen. Bij de schalen 12-13 is dat juist een tegenovergesteld beeld: 61,8% van de mannen wordt betaald in deze schalen tegenover 38,1% van de vrouwen.
OBP man
37,09
36,16
34,11
33,52
32,58
OBP vrouw
62,91
63,84
65,89
66,48
67,42
Totaal man
47,32
46,03
45,39
44,22
43,64
Totaal vrouw
52,68
53,97
54,61
55,78
56,36
De m/v-verdeling OP schalen 9-11 in aantal
2005
2006
2007
2008
2009
Gewichtige redenen
3
Totaal
Salarisschaal
364
OP
OP
OBP OBP Totaal
Totaal
M
V
M
V
V
M
Totaal
1 t/m 5
0
0
95
174
95
174
269
schaal 9-11 man
275
319
381
400
409
6 t/m 8
55
30
88
348
143
378
521
schaal 9-11 vrouw
382
453
524
594
632
9 t/m 11
409
632
97
167
506
799
1.305
Totaal
657
772
905
994
1.041
81
D E
H A N I N B E E L D
Ontwikkelingen in de personeelsformatie 2005-2009 De m/v-verdeling OP schalen 12-13 in aantal
2005
schaal 12-13 man
475
schaal 12-13 vrouw
274
Totaal
749
De m/v-verdeling in managementfunctie in personen
2005
2006 466
2007
2008
461
456
464
273
274
281
273
739
735
737
737
2006
2007
2008
definities, onderliggend aan de stuurparameters in de managementcontracten en -rapportages. Ook in 2009 zijn de Brede Management Conferenties (BMC) ingezet als instrument voor gezamenlijke beleidsontwikkeling. Thema’s die onder andere aan de orde waren zijn: de doorontwikkeling van het onderwijs en het Service Bedrijf, de strategische HRM-agenda, de strategie rondom huisvesting en internationalisering, de meerjarenbegroting en de professionele ruimte van de docent. De implementatie van het instellingsplan van de HAN stond opnieuw centraal in het management development programma voor instituutsdirecteuren en hoofden Service Units.
2009
2009
man
36
41
41
37
38
vrouw
16
25
25
26
29
In 2009 is een nieuwe mandaatregeling ontwikkeld die de financiële en contracterende bevoegdheden en verantwoordelijkheden op de verschillende managementniveaus definieert. De nieuwe mandaatregeling zal in de loop van 2010 gefaseerd worden ingevoerd.
4.7 Ontwikkeling rol faculteiten en instituten De HAN is geëvolueerd van een onderwijsinstelling met één dominant product: bacheloropleidingen, naar een kennisinstelling met een portfolio van vier kernactiviteiten: bacheloropleidingen, masteropleidingen, contractactiviteiten en toegepast onderzoek. De faculteiten spelen een belangrijke rol in het verder uitwerken en inrichten van de verbindingen tussen de vier kernactiviteiten. Dat heeft consequenties voor de organisatorische inrichting en besturing van de HAN. Het bacheloronderwijs is naar omvang en achtergrond dominant en vormt het fundament van de instelling. De bacheloropleidingen zijn nauw verbonden met de instituten. Daarom is ervoor gekozen de instituutsdirecties, als integrale managers, meer in de vraagstukken van besturing en strategische agendering te brengen. In 2009 hebben de rollen, verantwoordelijkheden en inbreng van de instituuts- en faculteitsdirecteuren verder vorm gekregen in de processen van sturing en beleidsontwikkeling. De sturing op het niveau van instituten via de planning- en controlcyclus is doorontwikkeld, waarbij met name veel aandacht is uitgegaan naar het HAN-breed vaststellen van de 82
4.8 Duurzaamheid in de HAN Vanuit onze maatschappelijke verantwoordelijkheid en zorg voor mens en omgeving hechten we groot belang aan duurzaamheid in zowel ons onderwijs als in onze eigen bedrijfsvoering. De HAN is al ruim 10 jaar voorloper als het gaat om het verduurzamen van de eigen bedrijfsvoering. Daarnaast heeft het integreren van duurzaamheid in haar onderwijsprogramma’s en in onderzoek prioriteit. In haar instellingsplan 2008-2012 heeft de HAN duurzaamheid nog nadrukkelijker op de agenda geplaatst: zowel in onderwijs en onderzoeksbeleid als in de bedrijfsvoering. In lijn hiermee is in 2008 het HAN-brede programma HAN Duurzaamheid gestart en lanceerde bestuursvoorzitter Ron Bormans tijdens de opening van het studiejaar het investeringsplan voor duurzaamheid. De HAN maakt € 10 miljoen vrij voor een geïntegreerde duurzame ontwikkeling van onderwijs, onderzoek en
dienstverlening. Doel is om samen met andere instellingen en het bedrijfsleven in de regio slimmer en duurzamer uit de economische crisis te komen. De HAN gaat zo investeren dat we niet alleen een bijdrage leveren aan het verduurzamen van de samenleving, maar dat we ook een kostenbesparing (van ca. € 550.000 per jaar) realiseren, die ten goede komt aan de onderwijsuitvoering. Bij de uitwerking kijken we naar twee wezenlijke spin offs: het betrekken van zowel eigen medewerkers en studenten als het regionale bedrijfsleven. Voor de realisatie van de plannen is een projectorganisatie gestart onder leiding van de voorzitter van het College van Bestuur. We hebben doelen geformuleerd die verder gaan dan alleen investeren: a. We kiezen voor een integrale aanpak binnen de HAN: bij de ontwikkeling en uitvoering van de (extra) investeringen gaan we eigen mensen inzetten, zoals lectoren, docenten, medewerkers én - niet in de laatste plaats - studenten. b. We willen een impuls geven aan de regionale duurzame (kennis)economie. c. We spreken de nadrukkelijke intentie uit in de komende jaren verder te gaan dan de bestaande convenanten die we rond energiebesparing hebben ondertekend. Een sprekend voorbeeld van de realisatie van de geformuleerde doelen is het geplande gebouw voor de Faculteit Educatie op onze campus in Nijmegen. We zullen de zogeheten “punt van de Kapittelweg” bebouwen met een pand dat qua duurzaamheid ‘top of the bill’ is. Aanvullend op wat we binnen de bestaande kaders al maximaal doen op het gebied van duurzaamheid doen we een extra investering van maximaal € 5 miljoen. Daarbij zien we twee spin offs. Ten eerste een ‘leerproject’ voor ons Instituut Built Environment en andere instituten van de HAN: studenten en docentonderzoekers die via innovatieve leer- en ontwikkelarrangementen geavanceerde kennis ontwikkelen en delen. Een tweede spin off is dat we regionale
84
bedrijven die inzetten op duurzaamheid extra werk bezorgen in een tijd waarin de bouw het moeilijk heeft. Het keuzeproces voor de architect is hier onderdeel van. Bij de selectie participeren studententeams van de opleiding Bouwkunde (de experts) en van de Faculteit Educatie (de gebruikers). Van de voorgestelde korte termijn maatregelen zijn de volgende in 2009 uitgevoerd: • Een website Duurzaamheid HAN waar we in beeld brengen wat de HAN doet. • Op bescheiden schaal zijn er zonnecollectoren geplaatst. • Met ingang van 1 januari 2009 is het energiecontract met onze energieleverancier gewijzigd naar volledige afname van groene stroom; • We hebben een interne conferentie rond de verwerking van afval georganiseerd. Daarbij waren zowel de afvalverwerker als de cateraars die diensten verlenen aan de HAN aanwezig. Opbrengst van de conferentie is het plan om volledige afvalscheiding te realiseren in de komende jaren. Als start zal in februari 2010 een experiment uitgevoerd worden in de nieuwbouw van de Faculteit Economie en Management op de campus in Nijmegen.
Energiegebruik In het kader van de Meerjarenafspraken energie-efficiencyverbetering is de HAN in 1995 begonnen met het verzamelen van relevante kengetallen. Deze kengetallen gebruiken we om ons energiebeleid te evalueren. In deze periode is het aantal studenten sterk gegroeid en daarmee ook het brutovloeroppervlak. De openingstijden zijn uitgebreid van gemiddeld 10 uur per dag naar gemiddeld 14 uur per dag. Met al deze wijzigingen is het elektriciteitsgebruik toegenomen. Maar het aardgasgebruik is gedaald; totaal is het gemiddeld verbruik per student met zelfs 40% afgenomen.
M3 KILOAARDGASEQUIVALENTEN
Energiegebruik HAN 4.000 3.500
3.000 2.500
2.000 1.500 1.000 500 0
1994
1995
1996
elektriciteit
1997
1998
1999
2000
2001
aardgas gemiddeld per temperatuurjaar
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
totaal
M3 AARDGASEQUIVALENTEN
Energiegebruik HAN per student (omgerekend naar standaard temperatuurjaar) 250 200 150 100 50 0 1995
1996
elektriciteit
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
aardgas gemiddeld per temperatuurjaar 85
D E
H A N I N B E E L D
De doelstellingen voor 2010 In 2010 ligt de focus op het versterken van de duurzame component in onderwijs en onderzoek. Faculteiten, instituten en lectoraten worden uitgenodigd met voorstellen voor verduurzaming van onderwijs en onderzoek te komen. Daarnaast zal het bouwproces van ‘de punt van de Kapittelweg’ zijn beslag krijgen. De architectenselectie zal in maart 2010 afgerond worden, waarna het creëren van het ontwerp en de selectie van duurzame bedrijven voor de uitvoering kan starten. Een derde belangrijk element is de verduurzaming van de oudbouw van de HAN. Bij het onderzoek naar mogelijke maatregelen om in de bestaande gebouwen van de HAN extra duurzame maatregelen te nemen zullen studenten en onderzoekers een grote rol spelen.
Enkele duurzame projecten en evenementen Studenten winnen Civiel Award Twee studenten van de opleiding Civiele Techniek hebben met het project ‘Brug naar Duurzaamheid’ de eerste prijs gewonnen in een nationale competitie tussen afstudeerders van hbo-opleidingen in de bouwkunde en civiele techniek. Studententeam Autotechniek wint internationale competitie in India Een team studenten van de opleiding Autotechniek streed mee in een internationale competitie met als doel Tuk Tuk’s in India duurzamer en zuiniger te laten rijden. Zij ontwikkelden op basis van bestaande technologie een ombouwkit waarmee de Tuk Tuk’s 40% zuiniger rijden en wonnen met hun concept de 1e prijs. Inmiddels hebben de studenten een bedrijf opgericht waarmee ze de Indiase markt, waar 3 miljoen Tuk Tuk’s rondrijden, hopen te veroveren. Dit is een mooi voorbeeld van een driedubbele win-win-situatie: de Tuk Tukchauffeurs, die behoren tot de armsten van India, zien hun inkomen met 40% stijgen, het milieu in de Indiase binnensteden wordt sterk verbeterd en de studenten verdienen er hun brood mee.
86
Nederlandse jongerenvertegenwoordiger bij de Verenigde Naties Michaela Hogenboom, student aan de Engelstalige opleiding Human Resource & Quality Management, is in april 2009 voor 2 jaar benoemd tot de Nederlandse jongerenvertegenwoordiger duurzame ontwikkeling bij de VN. Studenten winnen ontwerpwedstrijd terrasverwarming Twee studenten van de opleiding Industrieel Product Ontwerpen (IPO) hebben een gedeelde eerste prijs gewonnen in de wedstrijd Duurzame terrasverwarming. Hun idee is een stoel met kussen dat warm wordt zodra iemand er op gaat zitten. Het concept is eenvoudig en snel te realiseren, ook in bestaande horecagelegenheden. Zij ontvingen voor hun ontwerp van Minister Cramer een geldbedrag dat zij moeten gebruiken om hun ontwerp klaar te maken voor productie. Duurzame opleiding bij Instituut Autotechniek Bij dit instituut werkt een aparte propedeuseklas aan duurzame toepassingen in de autotechniek. Deze klas heet SMILE (Sustainable Mobility Innovations, a Learning Experience).
Minister Cramer gastvrouw Greenovator Tour bij HAN Techniek In een overvolle aula van HAN Techniek sprak Minister Cramer op 28 september met studenten, afgestudeerden, een lector en ondernemers van binnen en buiten de HAN over duurzaamheid. Door voorbeelden te stellen en te discussiëren over kansen en mogelijkheden wilde zij vooral jongeren stimuleren om in een tijd van crisis out-of-the-box te denken. Verschillende HAN-studenten lieten zien dat ze goede ideeën hebben op het gebied van duurzaamheid, zo ook Ruben Antvelink van het Tuk Tuk-team. Hij liet zien dat wedstrijden een stimulans kunnen zijn om goede duurzame ideeën op de markt te brengen. DHO-conferentie Op de jaarlijkse Duurzaam Hoger Onderwijs conferentie was het thema ‘Regionaal Samenwerken aan Duurzame Ontwikkeling’. Bestuursvoorzitter Ron Bormans (tevens bestuurslid van DHO) opende de dag met de aansporing dat duurzaam onderwijs niet een hobby kan en mag zijn van een bestuurder. ‘Het onderwerp duurzaamheid is dermate maatschappelijk relevant dat het hbo dit topic wel moet omarmen.’
Start expertisecentrum energieneutraal bouwen Energieneutraal bouwen is gericht op het realiseren van bebouwing die energie oplevert in plaats van energie gebruikt. Het expertisecentrum is opgericht om onze studenten nu al kennis te laten opdoen van het hoe en waarom van energieneutraal bouwen. De overheid wil in 2020 energieneutrale nieuwbouw verplicht stellen, sommige marktpartijen zoals woningbouwverenigingen willen dat in 2016 al. Het expertisecentrum wil als intermediair tussen het bedrijfsleven en de HAN optreden door kennis te verzamelen, te ontwikkelen en ook weer te verspreiden. Ook integraal ontwerpen, multidisciplinair samenwerken tussen studenten uit verschillende opleidingen, is een belangrijk doel van het expertisecentrum energieneutraal bouwen
87
D E
H A N I N B E E L D
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
H O O F D S T U K
5
Operational excellence
in beeld
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD IK ZEI AL DAT PROFESSIONELE RUIMTE VOOR MIJ OOK BUITEN MIJN WERK DOORLOOPT. IN MIJN VRIJE TIJD ZIT IK IN EEN ROCK & ROLLBAND. BINNENKORT TREDEN WE OP IN PARADISO. DE WEG NAAR DAT OPTREDEN TOE IS EIGENLIJK EEN CASE IN ORGANISATIEKUNDE. IK KAN ERVARINGEN UIT DIT PROJECT WEER GEBRUIKEN IN MIJN LESSEN. EEN OPTREDEN OP EEN PODIUM IS TE VERGELIJKEN MET DE PERFORMANCE VAN EEN DOCENT. ALS JE DICHT BIJ JE PASSIE BLIJFT KUN JE HET VUUR OVERBRENGEN EN ANDEREN INSPIREREN.
Professionele ruimte volgens Richard Cremers Docent Organisatie Personeel en Management voor de bacheloropleidingen en lid kenniskring bij Lectoraat Professional Leadership
Blijf dicht bij je kracht Voor mij is professionele ruimte de ruimte om het beste uit jezelf te kunnen halen. Als je het beste uit jezelf haalt dan sta je als docent ook anders voor de klas. Uit onderzoek blijkt dat we veel van onze talenten onbenut laten en dat is zonde. Je moet jezelf blijven ontwikkelen, jezelf leren kennen en je eigen talenten leren (her)kennen. Ervaar wat je van nature goed afgaat. Experimenteer, kom uit je comfortzone en ga dicht bij je eigen kracht werken. Je moet gerichte keuzes maken. Wat wil je wel en wat niet. Welk type student trekt jou als docent het meest aan. Ik merk zelf bijvoorbeeld steeds meer dat ik het heel erg leuk vind om les te geven aan de propedeusestudenten. Dan zoek ik dat ook meer op. De HAN geeft je veel professionele ruimte. Het ligt aan jezelf wat je daar mee doet. De HAN is groot, er gebeurt veel. Blijf rond kijken - er is veel mogelijk. En laat je gezicht zien als je iets wilt. Professionele ruimte vind ik niet alleen in mijn werk maar ook daarbuiten. Vorig jaar heb ik bijvoorbeeld als vrijwilliger meegewerkt aan de invoering van een managementinformatiesysteem voor een project in Nepal. De ervaringen uit dat project zijn een directe verrijking van mijn lessen. Talentmanagement staat bij de HAN eigenlijk nog in de kinderschoenen. Het is goed als een manager ziet wat de sterke kanten zijn van een medewerker en die medewerker dan ook begeleidt in zijn of haar keuzes (dit kun jij goed, hier komt jij goed uit de verf ). Je hebt uiteraard te maken met lesprogramma’s en roosters. Hier tegenover staan individuen met talenten. Hoe je het werk invult, daar ben je zelf bij. Jij kiest de vorm die bij jou past. Je moet ook niet altijd naar de korte termijn kijken maar kijk eens terug over een periode van vijf jaar en dan zie je ineens dat je een enorme ontwikkeling hebt doorgemaakt.
5.1 Optimale afstemming van
aandachtspunten. De index komt tot stand op basis van de resultaten van de bestaande onderzoeksinstrumenten: het Studenttevredenheidsonderzoek, het Medewerkertevredenheidsonderzoek en het Klanttevredenheidsonderzoek van het Service Bedrijf.
voorzieningen en processen Voor een toppositie in het Hoger Onderwijs in Nederland is optimale afstemming van de voorzieningen en de operationele processen op het bacheloronderwijs en de andere kernactiviteiten van de HAN noodzakelijk. De planperiode 2008-2012 staat nadrukkelijk in het teken van kwaliteitsverbetering en het verder op orde brengen van het eigen huis. De vernieuwingen van de afgelopen jaren hebben laten zien dat andere vormen van onderwijs andere vormen van organiseren en andere routines met zich meebrengen. We streven naar operational excellence, wat zich onder andere moet vertalen in tevredenheid van studenten en medewerkers over ICT-voorzieningen, roosters, huisvesting en faciliteiten en de interne informatievoorziening. Ook willen we de implementatieprocessen verbeteren en de planning- en controlcyclus verder op orde krijgen. De tevredenheid over ICT-voorzieningen, roosters, huisvesting en faciliteiten en interne informatievoorziening is in 2009 toegenomen: 69% van de studenten en 75% van de medewerkers was tevreden (tegenover respectievelijk 65% en 72% in 2008).
5.2 Kwaliteitsindex tevredenheidsmetingen Voor het bewaken van de kwaliteitsverbetering gebruiken we een kwaliteitsindex. Deze kwaliteitsindex geeft een indicatie van de door de studenten en docenten ervaren kwaliteit van bovengenoemde
92
De percentages geven weer hoeveel procent van de respondenten ‘neutraal’ of ‘positief’ scoorde op stellingen zoals ‘Ik ben tevreden over de onderwijsruimten’ (studentenonderzoek) en ‘In welke mate bent u tevreden over de ICT-infrastructuur’ (docentenonderzoek). Vaak liggen er meerdere vragen ten grondslag aan één samenvattend oordeel. Deze metingen geven het volgende beeld (tussen haakjes de resultaten van de meting van 2008): - Over de kwaliteit van voorzieningen en operationele processen als geheel is 74,5% (72,1%) van de docenten en 69,1% (65,0%) van de studenten tevreden. - Over de interne informatievoorziening is 64,3% (63,9%) van de docenten tevreden. Bij de studenten is dit 75,9% (73,2%). - Over huisvesting is 77,5% (72,0%) van de docenten tevreden. Bij de studenten ligt dit op 65,8% (60,9%). - Over ICT-voorzieningen zijn docenten veelal tevreden: 69,7% (85,8%). Bij studenten is dit 64,8% (61,5%). - Over de roostering is 72,6% (66,9%) van de docenten en 69,7% (64,2%) van de studenten tevreden. De resultaten van deze meting laten een stijgende lijn zien. Alleen bij de tevredenheid van medewerkers over ICT-voorzieningen zien we een daling. Op basis van deze cijfers zullen we vaststellen welke doelen we formuleren voor de komende jaren.
Kwaliteitsindex tevredenheidsmetingen 2009 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
64%
Informatievoorziening
76% 78% 66%
Huisvesting
70% 65%
ICT
73% 70%
Roosters
75% 69%
Totaal Docenten
Studenten
5.2.1 Roostering Voor studenten en medewerkers is een goede roostering van groot belang. We streven naar een roostersysteem dat flexibel en klantgericht onderwijs mogelijk maakt. Hoewel we een lichte stijging zien in zowel de tevredenheid van studenten als van mederwerkers over roosters is de roostering nog niet op orde. Daarom blijft roosteren een HAN-breed speerpunt en staat dit bij iedere faculteit hoog op de agenda. De roostering gebeurt op de faculteiten, het Service Bedrijf ondersteunt hierbij. Ter ondersteuning van het verbeterproces is een projectleider benoemd. De eerste prioriteit lag bij de verbetering van het proces. De roostering wordt beter afgestemd op de wensen uit het curriculum. Verder is de codering vereenvoudigd. De eerste aanpas-
singen aan het proces van roostering hebben positieve gevolgen. De totale waardering nam in 2009 licht toe. De waardering volgens het studententevredensheidsonderzoek steeg van 6,4 in 2008 naar 6,7 in 2009. De studenten hebben meer waardering voor het tijdig bekendmaken van roosters voor lessen en toetsen (respectievelijk 7,1 en 7,7). Het bekendmaken van rooster wijzigingen kan nog steeds beter, al is de waardering wel gestegen naar 6,1. De tevredenheid van medewerkers steeg van 6,6 naar 6,8. Bij de Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij zijn voorbereidende werkzaamheden gestart voor vervanging van het niet goed functionerende roostersysteem Untis. Ook worden processen geharmoniseerd en coderingen eenduidiger en simpeler gemaakt. Met ingang van het cursusjaar 2009-2010 is gestart met een geautomatiseerde inzetdatabase. Hiermee is de input voor het 93
D E
H A N I N B E E L D
roosterproces aanzienlijk verbeterd. Bekeken wordt of een aanpassing van de bedrijfsprocessen tot verdere verbetering kan leiden (onder andere door roostering per instituut of cluster van opleidingen met een daaraan gekoppeld vast team van roosteraars met een vooraf bepaald contingent lokalen). Bij Pabo Groenewoud is het roostersysteem overgenomen van Pabo Arnhem, dat daar al een paar jaar in gebruik is, en waarbij in eerste instantie op basis van de curriculumwensen en -eisen en de beschikbaarheid van vaklokalen een - volledig studentvriendelijk conceptrooster wordt opgesteld, zonder dat er meteen een koppeling aan docenten plaats vindt. Na de vaststelling van dit conceptrooster zijn de secties aan zet om de docenten op de roosterposities in te delen. Op basis van eerste positieve ervaringen wordt in 2010 bekeken of deze systematiek ook elders binnen de HAN kan worden overgenomen.
Migratie naar Office 2007
5.2.2 ICT-voorzieningen
Identity Management
Om problemen te voorkomen geven we hoge prioriteit aan goede voorzieningen voor opslag, back-up en restore. Ook het beheren van duizenden mailboxen, het zoveel mogelijk tegenhouden van spam en virussen en het afhandelen van incidenten op het gebied van informatiebeveiliging zijn substantiële taken binnen het ICTprogramma.
Een omvangrijk project in 2009 was de migratie naar een nieuwe versie van de Office-applicaties. Ongeveer 1.600 pc’s en 500 laptops werden vervangen of uitgebreid en 6.000 pc’s en laptops kregen een nieuwe Officeversie. Er werden 100 applicaties opnieuw ‘gepackaged’ en geautomatiseerd verspreid over de op het netwerk aangesloten pc’s. Meer dan 5.000 mailboxen werden gemigreerd naar Exchange 2007. En ruim 500 medewerkers volgden een bijscholingscursus. Voor 2011 staat de implementatie van Windows 7 in de planning.
Het project Identity Management heeft een structuur gelegd voor gecontroleerde toegang (op maat) tot ICT-voorzieningen van de HAN, ook voor de externe medewerkers en studenten. Via de HANaccount website kan iedereen die voor werk of studie toegang tot ICT-voorzieningen nodig heeft, zelf een account aanmaken en de desbetreffende toegang aanvragen. In 2009 werd het verkrijgen van toegang tot het digitaal toetsensysteem (QMP) en tot het draadloos netwerk gekoppeld aan het Identity Managementsysteem. In 2010 volgen Insite (het intranet van de HAN) en het digitaal portfolio van studenten.
HAN-brede toekomstvaste ICT-voorzieningen, die gebaseerd zijn op een goede informatiearchitectuur, vormen de randvoorwaarden voor de realisatie van onze doelen als organisatie. De HAN investeert daarom continu in medewerkers en techniek om een betere afstemming van applicaties, beter beveiligde ICT-voorzieningen en een adequate beschikbaarheid te verwezenlijken. ICT-voorzieningen zijn zo vanzelfsprekend geworden dat men verwacht dat de voorzieningen altijd en overal beschikbaar zijn; op alle HAN-locaties, ook vanuit huis en ook ’s avonds. Steeds meer studenten willen een laptop gebruiken. Daarom moeten we de totale server- en netwerkinfrastructuur van de HAN voortdurend zeer dynamisch, en conform de laatste technische mogelijkheden, aanpassen. Vergaande virtualisatie en het adaptief uitbreiden van (draadloze) newerkcapaciteit is dagelijks werk.
Studentinschrijving In samenwerking met de service units Studentzaken en Financiële Zaken is het proces ‘Studentinschrijving’ verbeterd en is beleid geïmplementeerd met betrekking tot de toegang tot ICT-voorzieningen. Het project wordt in 2010 afgerond en gaat dan over naar de staande organisatie. 94
Nieuwbouw Digitaal Portfolio (DPF) en migratie HAN-Scholar
van ‘usability’ onvoldoende opweegt tegen de kosten die gemaakt moeten worden. In 2010 kijken we hoe we dit project anders kunnen inrichten. - Verbeteringen in het systeem naar aanleiding van wensen vanuit het onderwijs en door de vaststelling van het herijkte onderwijskader. De eerste resultaten hiervan verwachten we in 2010.
In 2009 is een nieuw digitaal portfolio voor studenten gebouwd dat kan draaien op het platform Sharepoint 2007. In 2010 starten we met de implementatie van dit nieuwe portfolio. In 2010 migreren we ook de digitale leeromgeving HAN-Scholar naar Sharepoint 2007. Hiermee realiseren we ook een integratie tussen HAN-Scholar en HAN Digitaal Portfolio.
5.2.3 Huisvesting
HAN Studie informatie Systeem Het HAN-brede Studie Informatie Systeem (HAN-SIS) wordt intensief gebruikt. In 2009 hebben we onderzocht waar verbeteringen liggen. We werken aan drie verbeterlijnen: - Het voor docenten mogelijk maken om van huis uit met HAN-SIS te werken. Begin 2009 was er een pilot met een groep docenten. De resultaten waren positief, op basis daarvan zijn we overgegaan tot uitrol onder alle docenten. - Verbetering van de gebruiksvriendelijkheid (usability) van HAN-SIS. De belangrijkste processen voor studenten en docenten zijn in beeld gebracht. Er zijn aanpassingen gedaan en getest, maar dit proces loopt niet goed. De testen laten zien dat de winst in termen
Kwalitatief hoogwaardige en goed bereikbare huisvesting blijft een belangrijke voorwaarde voor een goede uitvoering van onze kerntaak: het geven van onderwijs. Bureau Huisvesting heeft in 2009 gewerkt aan een betere afstemming van haar werkzaamheden op de behoeften van de studenten en de medewerkers van de HAN en de HAN als organisatie. Met name de kwaliteit van de communicatie met (interne) klanten en de professionalisering van de werkzaamheden stonden daarin centraal. Daarnaast heeft Bureau Huisvesting het HAN-beleid met betrekking tot duurzaamheid verder uitgewerkt in concrete maatregelen en projecten. De HAN investeert voortdurend in de kwaliteit van haar huis-
Investeringen Nieuwbouw x € 1.000
2006
2007
2008
2009
budget
gereed
Nijmegen Uitbreiding HLO
148
Fase 4 Laan van Scheut
26
610
3.938
4.700
2009
624
1.309
12.064
15.914
2010
1.067
18.460
2011
621
1.780
2011
451
1.000
2011
5.253
14.300
2009
Fase C Laan van Scheut Infra Nijmegen fase 5
622
Infra Nijmegen fase 6 Arnhem Engineering
227
1.371
7.425 95
D E
H A N I N B E E L D
vesting. Nieuwbouw is daarbij nog steeds een noodzakelijk onderdeel. In de tabel ziet u welke bestedingen er in dat kader zijn gedaan. In 2009 is het Strategisch Huisvestingsplan Nijmegen vastgesteld en in uitvoering genomen. Aansluitend is er een start gemaakt met het Strategisch Huisvestingsplan Arnhem. In de strategische plannen worden de (bouw)activiteiten tot eind 2012 gedefinieerd en begroot. Op basis van het strategisch huisvestingsplan zal het College van Bestuur in 2010 besluiten over de toekomstige huisvestingssituatie van de HAN in Arnhem.
Parkeren In het nieuwe gebouw van de Faculteit Economie en Management bevindt zich ook een parkeerkelder met twee parkeerlagen. Hiermee is de parkeercapaciteit op de campus toegenomen. De alternatieve parkeervoorzieningen in de omgeving van de campus blijven in gebruik gezien de voortdurende bouwactiviteiten op de campus.
Campus Nijmegen Binnen het nieuwe bestemmingsplan zijn in 2009 op de campus in Nijmegen twee bouwprojecten opgeleverd. De eerste fase van de nieuwbouw voor de Faculteit Economie en Management aan de Laan van Scheut 10 (6.800 m2) is net voor de jaarwisseling opgeleverd. Hiermee krijgt deze faculteit een eigen gezicht en gebouw voor de Nijmeegse activiteiten. De tweede fase van het gebouw (7.000 m2) is voorbereid en aanbesteed in 2009 en wordt in 2010 en 2011 gerealiseerd. In Nijmegen is de uitbreiding van het gebouw van de Hogere Laboratorium Opleidingen van Faculteit Techniek (2.000 m2) aan de Laan van Scheut 2 in augustus 2009 opgeleverd en in gebruik genomen. Naast de Hogere Laboratorium Opleidingen hebben ook de Middelbare Laboratorium Opleidingen hier een prachtige plek gekregen en zullen in het nieuwe studiejaar beiden in nauwe verbinding met elkaar en het bedrijfsleven hun opleidingen aanbieden. In 2009 hebben we een start gemaakt met de selectie van een architect voor het nieuwe gebouw van de Faculteit Educatie. Medewerkers en studenten waren hierbij nauw betrokken. Dit gebouw, met een grootte van 14.000 m2 wordt, top-of-the-bill op het gebied van duurzaamheid en is gepland op de hoek van de Kapittelweg en de Heijendaalseweg. We verwachten dat we deze nieuwbouw in 2013 in gebruik kunnen nemen. 96
In 2009 is ook een compleet nieuw plan gemaakt voor het stallen van fietsen van HAN-studenten en -medewerkers. Dit plan, dat inmiddels volop in de uitvoering is, voorziet in een overdekte fietsenstalling (1.000 plaatsen), oplaadpunten voor elektrische fietsen, aangepaste fietspaden op het campusterrein en het groen op de campus. In het kader van duurzaamheid is de verlichting van deze fietsenstalling voorzien van energiezuinige LED-verlichting die wordt gevoed door zonnecellen. Mobiliteit Samen met de gemeente Nijmegen, Radboud Universiteit Nijmegen en UMC St Radboud werken we aan het “Rondje Heijendaal”, een project waarin we alle wegen rondom de universiteits- en HANcampus herinrichten en verbeteren. De werkzaamheden aan de Kapittelweg en de Heijendaalseweg zijn afgerond. De uitvoering heeft wat overlast met zich meegebracht, maar de nieuwe verkeerssituatie is een aanmerkelijke verbetering. Ook in 2009 heeft de HAN haar voortrekkersrol in het Convenant Mobiliteit op overtuigende wijze voortgezet. Het Convenant Mobiliteit is een initiatief van de Kamer van Koophandel, waarmee in de komende jaren de mobiliteit in de regio een stevige impuls krijgt. Voorbeelden zijn een snelle shuttle-verbinding (Waalsprinter) tussen het transferium bij Lent en de HAN-campus in Nijmegen en een Dynamisch Reis Informatie Systeem op de HAN-campus waarmee ‘realtime’ alle vertrektijden van het Openbaar Vervoer zichtbaar worden gemaakt. In het kader van mobiliteit is door Bureau
Huisvesting een onderzoek naar transferia voor onze Duitse studenten opgestart om daarmee de verkeersdruk rondom de campus te verminderen en de mobiliteit te behouden. Goede buur Bij de uitvoering van de verschillenden projecten hebben we nauw overleg gehad met de verschillende buurten en omwonenden. In de uitvoering van de verschillende projecten worden de buurtbewoners op een georganiseerde wijze betrokken. Daarmee laat de HAN ook in 2009 zien een goede buur te zijn.
Campus Arnhem In 2008 hebben we op de campus Arnhem hard gewerkt aan het nieuwe gebouw voor Faculteit Techniek (voor het instituut Engineering). In september 2009 is dit gebouw geopend door Minister Cramer en inmiddels is het volop in gebruik. Dit tot tevredenheid van studenten en medewerkers. In 2009 is een start gemaakt met het Strategisch Huisvestingsplan Arnhem. Naar verwachting zal dit plan gereed zijn in het voorjaar van 2010. In dit plan werken we eventuele (bouw)initiatieven verder uit.
Studentenhuisvesting In augustus 2009 is een nieuwe locatie voor studentenhuisvesting in Arnhem in gebruik genomen, de Blauwe Weide. De meeste eenheden zijn verhuurd aan HAN-studenten uit het buitenland.
Duurzaamheid De HAN heeft in het instellingsplan duurzaamheid nadrukkelijk op de agenda gezet. Huisvesting speelt een belangrijke rol in de realisering van deze ambities. Allereerst willen we van het nieuwe gebouw voor de Faculteit Educatie een van de duurzaamste hogeschoolgebouwen van Nederland maken. Ten tweede verduurzamen we bestaande gebouwen met duurzame maatregelen zonder daarbij het rendement van de investeringen uit het oog te verliezen. 97
5.2.4 Interne informatievoorziening
plaats- en tijdonafhankelijke dienstverlening. Niet alleen het drietalige aanbod van de website, maar ook allerlei instructies over de diensten en producten van de studiecentra (door middel van filmpjes en web 2.0-toepassingen zoals rss-feeds en weblogs) zorgen voor ondersteuning bij het zoeken, vinden en verwerken van informatie en het delen van kennis.
In aansluiting op het Instellingsplan HAN 2008-2012 is een communicatieplan ontwikkeld. Op basis daarvan zijn naar gelang de behoeften en wensen binnen de faculteiten en het Service Bedrijf diverse interne communicatieactiviteiten uitgevoerd. Hierbij is zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de bestaande communicatiekanalen en waar zinvol worden nieuwe sociale media ingezet. Eind 2009 is daarnaast als pilot bij twee faculteiten een begin gemaakt met de realisatie van een Gebouw-Informatie-Systeem (LCD-schermen met specifieke op locatie gerichte informatie voor studenten).
Doelgroepen De dienstverlening van de studiecentra heeft zich verder verbreed over meerdere doelgroepen. In het verleden waren de diensten voornamelijk gericht op het bacheloronderwijs, nu is de focus ook gericht op de masteropleidingen en lectoraten.
Kennisdeling In 2009 is de website HANovatie uitgebreid met informatie over ondernemerschap en masterprogramma’s. Op de site vinden medewerkers verder informatie over onderwijsontwikkeling, ICT en onderwijs en kwaliteit. Medewerkers kunnen via de site ook actief kennis delen. Daarnaast organiseren we netwerk- en etalagebijeenkomsten waar docenten kennis kunnen delen.
Open Access De studiecentra zijn betrokken bij landelijke Open Access-initiatieven om resultaten van onderzoek, die met publiek geld zijn gefinancierd, ook ten goede te laten komen aan de gemeenschap. Open Access stimuleert kenniscirculatie tussen onderzoek, onderwijs en werkveld. Deze initiatieven hebben zich vertaald in de doorontwikkeling van de HBO-kennisbank, het project Open Onderzoek en de organisatie van een seminar rondom dit thema, waarin de Berlin Declaration on Open Access ondertekend is door hb0-instellingen, HBO-raad en de Koninklijke Bibliotheek om Open Access te stimuleren.
Studiecentra HAN In 2009 hebben de studiecentra sterk ingezet op een verdere digitalisering van hun producten en diensten. De omvang van het digitale deel van de collectie, in de vorm van databanken, e-journals en e-books, is naast de fysieke collectie verder gegroeid. Ook de toegankelijkheid van de informatie is verbeterd. Het ‘any place, any time-gebruik’ (thuisgebruik) van digitale informatie is gerealiseerd. Daarnaast kunnen door de ingebruikname van zoekmachine HANQuest meerdere databanken tegelijk worden doorzocht. Ook de communicatie met studenten en medewerkers heeft een digitale vlucht genomen. De website van de studiecentra speelt hierin een belangrijke rol en is nadrukkelijk meer ingericht op een
5.3 Het Service Bedrijf van de HAN Voor kwalitatief toponderwijs is het noodzakelijk om naast optimaal ingerichte primaire processen de ondersteunende processen optimaal af te stemmen op de kernactiviteiten. We zetten middelen en mensen daarbij zo efficiënt en effectief mogelijk in. We willen
98
maximaal gebruik maken van de schaalvoordelen van een grote hogeschool. Daarom hebben we sinds 2002 de ondersteunende diensten ondergebracht in het Service Bedrijf. Dit Service Bedrijf bestaat uit acht units: Facilitaire Zaken, Financieel Economische Zaken, Informatie en Communicatie Technologie, Marketing, Communicatie en Voorlichting, Personeel en Organisatie, Studentzaken en Service Centrum Onderwijs. In 2009 zijn alle internationale activiteiten ondergebracht in een nieuwe service unit Internationalisering. Daarnaast is er een afdeling HAN Informatie Architectuur en Management.
Kosten Service Bedrijf per unit
In 2008 heeft het Service Bedrijf als beleidsplan een ‘Meerjarenagenda 2009-2012’ opgesteld. Het Service Bedrijf wil de communicatie met de klant (management, medewerkers en studenten van de faculteiten en de instituten) nog verder verbeteren. Hiervoor maakt het Service Bedrijf gerichter gebruik van accountmanagement. Verder wordt de wijze van procesvoering en positionering van activiteiten die dicht tegen het primair proces aanliggen goed geëvalueerd.
(in € 1.000) Directie en staf
Werkelijk 2008
Werkelijk 2009
Begroot 2009
3.097
3.052
2.713
SU-FAZ
13.550
13.976
14.004
SU-FEZ
3.205
3.753
3.909
SU-ICT
8.196
9.034
8.700
SU-MCV
4.573
5.396
5.304
SU-P&O *
3.367
3.756
3.858
SU-SZ
7.230
8.148
7.933
SCO
5.471
6.037
5.911
Totaal Service Bedrijf
48.689
53.152
52.332
Kosten HAN
217.039
234.990
231.542
22,4%
22,6%
22,6%
Kosten SB in % van de HAN
* Exclusief overheveling decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen
Wij richten ons op een verhoging van de medewerker- en studenttevredenheid met name op de gebieden ICT-voorzieningen, roosters, huisvesting en faciliteiten en de interne informatievoorziening. Ook werken we aan verbetering van implementatieprocessen en de planning- en controlcyclus.
In 2009 zijn de totale kosten van het Service Bedrijf (in absolute zin) gestegen. Dit is in lijn met de uitbreiding van de dienstverlening in een groeiende organisatie.
Personeel en financiën van het Service Bedrijf Eind 2009 telde het Service Bedrijf 718 medewerkers in 579 fte’s (= 24,9% van totaal aantal HAN-fte’s). De kosten van het Service Bedrijf lagen op 22,6% van de totale kosten van de HAN. Het Service Bedrijf bleef daarmee binnen de HAN-norm van maximaal 23,3%.
99
D E
H A N I N B E E L D
De waardering voor het Service Bedrijf Tevredenheid over dienstverlening Service Bedrijf
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 Doelstelling management Contract 2009
Studenten
7,7
7,5
8,0
8,8
7,8
9,3
9,5
7,8
Docenten
7,5
7,1
7,3
7,4
7,3
7,5
8,3
7,4
Management
7,4
6,3
6,9
7,5
8,5
8,2
8,5
7,5
De studenttevredenheid is wederom gestegen (van 9,3 naar 9,5) en zit derhalve ruimschoots boven de doelstelling. De docenttevredenheid stijgt fors naar 8,3. Ook het management oordeelt zeer positief met een 8,5. De medewerkers van het Service Bedrijf Naast de tevredenheid van de interne klanten, vormt ook de tevredenheid van het eigen personeel van het Service Bedrijf een belangrijke indicator van het succes van het Service Bedrijf. Deze stijgt gestaag. Bij de start van het Service Bedrijf in 2003 scoorde deze 6,8, nu is dat een 7,8. Het Service Bedrijf blijft op basis van de meerjarenagenda werken aan verdere verbetering van zowel de efficiency en kwaliteit van de dienstverlening als de klanttevredenheid, in overeenstemming met de missie, doelstellingen en ambities van de HAN.
Tevredenheid van medewerkers van het Service Bedrijf
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 Doelstelling management Contract 2009 6,8
7,0
7,2
7,3
*
7,6
7,8
7,6
* Over 2007 zijn geen gegevens met betrekking tot de medewerkertevredenheid beschikbaar. In dit jaar is geen medewerkertevredenheidsonderzoek uitgevoerd maar een Preventief Medisch Onderzoek.
100
101
VERBONDEN
I N K WA L I T E I T
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
H O O F D S T U K
6
Organisatie en bestuur
in beeld
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD EEN METAFOOR VOOR MIJN PROFESSIONELE RUIMTE IS EEN GROOT WIT FILMDOEK . HET IS NOG HELEMAAL LEEG , KLAAR OM INGEVULD TE WORDEN. IK BEN NOG MAAR NET BEGONNEN MET MIJN VAK . OP DIT MOMENT HEB IK BIJ WIJZE VAN SPREKEN NET EEN PAAR YOUTUBE- FILMPJES GEMAAKT, TERWIJL MENSEN DIE AL HEEL LANG LESGEVEN HELE SPEELFILMS OP HUN NAAM HEBBEN STAAN. HET ZOU MOOI ZIJN ALS LEERLINGEN EN COLLEGA’S , NET ALS OP YOUTUBE, EEN BEOORDELING KUNNEN GEVEN AAN JE WERK .
Professionele ruimte volgens Nena Bosga Student lerarenopleiding Biologie Ik werk graag met kinderen, daarom heb ik ook voor de lerarenopleiding gekozen. Na een zoektocht via Pedagogiek en pedagogische wetenschap aan de universiteit wist ik dat ik met pubers wil werken. Op de lerarenopleiding zit ik helemaal op mijn plek. Als leraar in het middelbaar onderwijs kun je echt een band opbouwen met leerlingen. Je ziet de wereld door hun ogen. Als ik aan professionele ruimte denk dan hoop ik dat ik van een toekomstige werkgever de ruimte krijg voor mijn eigen visie: de leerling staat centraal. Leerlingen zijn goed in staat zelf te kiezen wat ze willen leren. Als leraar ben ik hun coach. Daarnaast is je rol als leraar in de school belangrijk. Bijvoorbeeld hoe je met leerlingen omgaat. En ik hoop dat ik ook de ruimte krijg om mezelf te blijven ontwikkelen. Het vergaderen vind ik minder leuk. Dat verloopt ook niet altijd efficiënt. Ik ga er van uit dat ik tijdens mijn LIO-stage (Leraar In Opleiding) leer hoe ik kan bijdragen aan bijvoorbeeld efficiënt vergaderen. Ik denk sowieso dat leraren niet zoveel last zouden moeten hebben van al het gedoe er omheen. Een werkgever hoeft niet bang te zijn dat de kwaliteit dan niet meer bewaakt kan worden. Leraren zijn nu ook verantwoordelijk voor de kwaliteit van hun lessen. Je weet als leraar wat de kerndoelen zijn. Als leraar kun je dan zelf bepalen hoe je daar met je leerlingen komt. Het is wel goed als leraren meer kennis en materiaal met elkaar delen en bijvoorbeeld via intervisie feedback op elkaar geven. Als je een goede elektronische leeromgeving hebt dan kun je daar materiaal of verslagen van lessen delen en elkaar feedback geven. Ook leerlingen kunnen een rol spelen bij de kwaliteitsbewaking. Zij kunnen bijvoorbeeld vanuit een leerlingenraad feedback geven op lessen en lesmateriaal. Zo blijf je als docent steeds gemotiveerd om na te denken over de kwaliteit van je eigen onderwijs. En je blijft met collega’s en leerlingen in gesprek over de inhoud.
6.1 De organisatie van de HAN De HAN stelt zich ten doel om hoger beroepsonderwijs van hoogwaardige kwaliteit te bieden aan studenten en cursisten. Zij is betrokken bij de regio en biedt een aantrekkelijke professionele omgeving aan haar medewerkers. De structuur en organisatie van de HAN zijn erop gericht dit waar te maken. Vanuit vier faculteiten (Educatie, Gezondheid Gedrag en Maatschappij, Economie en Management en Techniek ) bieden we 63 bachelor- en 18 masteropleidingen aan 28.381 studenten. Elke faculteit omvat instituten die een aantal (bij die faculteit behorende en logisch samenhangende) bacheloropleidingen verzorgen. Om de synergie tussen onderwijs en praktijk te bevorderen, kent elke faculteit een afdeling contractactiviteiten. Ook de lectoraten zijn georganiseerd per faculteit, in nauwe verbinding met de instituten en opleidingen. De ondersteunende diensten van de HAN zijn ondergebracht in het HAN Service Bedrijf en hebben tot doel het primaire proces te ondersteunen. De diensten zijn verdeeld in zeven service units: Facilitaire Zaken, Financieel Economische Zaken, ICT, Marketing Communicatie en Voorlichting, Personeel en Organisatie, Service Centrum Onderwijs en Studentzaken. Per december 2009 is daar het nieuw opgerichte International Office als service unit bij gekomen. Bij de stichting HAN is eveneens HAN Holding BV ondergebracht. Deze bevat twee BV’s waarin commerciële activiteiten zijn ondergebracht, namelijk Interstudie NDO BV en HAN-Flex BV. De Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen is de enige aandeelhouder van deze Holding. In het volgende organogram ziet u hoe de HAN is georganiseerd.
106
Instituut Pabo Arnhem en Nijmegen
Instituut Paramedische Studies
Instituut International Business and Education
Instituut Engineering
Facilitaire Zaken
Instituut voor Leraar en School
Instituut Verpleegkunde
Instituut Bedrijfskunde
Instituut Applied Sciences
Financieel Economische Zaken
Afdeling Opleidingskunde
Instituut Sport en Bewegingsstudies
Instituut Financieel Management en Rechten
Instituut Built Environment
Informatie Communicatie Technologie
Informatica Communicatie Academie
International Office
Instituut Sociale Studies
Marketing Communicatie en Voorlichting
Afdeling Mondzorgkunde
Personeel en Organisatie Lectoraten Educatie
Lectoraten Gezondheid Gedrag en Maatschappij
Lectoraten Economie en Management
Lectoraten Techniek
Interstudie NDO BV
VDO Opleidingsen Adviescentrum
Expertisecentrum Economie en Management
Cursussen Post-hboen Masteropleidingen
Service Centrum Onderwijs Studentzaken
HAN Masterprogramma’s GGM
Sensor Deelraad Service Bedrijf
F A C U LT E I T S R A D E N
Faculteit Educatie
Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij
Faculteit Economie en Management
Faculteit Techniek
Service Bedrijf
CENTRUM VOOR ONDERNEMERSCHAP
HAN SMART BUSINESS CENTER
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
CONCERNCONTROL
College van Bestuur Raad van Toezicht * Per december 2009 is het International Office opgericht en toegevoegd aan de Service Units onder het Service Bedrijf * Per 1-1-2009 zijn de contractactiviteiten en de masteropleidingen van de Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij, ondergebracht in VDO Opleiding en advies, gesplitst. VDO behartigt nu de contractactiviteiten en de masteropleidingen zijn samengebracht in een afdeling HAN Masterprogramma’s Gezondheid Gedrag en Maatschappij.
* Bij de stichting HAN is eveneens HAN Holding BV ondergebracht. Deze bevat twee BV’s waarin commerciële activiteiten zijn ondergebracht, namelijk Interstudie NDO BV en HAN-Flex BV. De Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen is de enige aandeelhouder van deze holding. Het College van Bestuur van de HAN is als directie belast met het bestuur van HAN Holding BV.
De samenstelling van de Raad van Toezicht, het College van Bestuur, het Management en een overzicht van alle opleidingen vindt u vanaf pagina 147. 107
D E
H A N I N B E E L D
Het organisatieperspectief De HAN heeft als filosofie dat de aard en inhoud van het onderwijs bepalend zijn voor de organisatiestructuur. Verwante bacheloropleidingen zijn geclusterd tot instituten. Daarmee hebben de instituten een grote eigen verantwoordelijkheid voor het bacheloronderwijs. Faculteitsdirecteuren zijn met name verantwoordelijk voor de verbindingen tussen instituten en het bacheloronderwijs en de overige kernactiviteiten van de HAN: masteropleidingen, onderzoek en contractactiviteiten. De cyclus van planvorming, toetsing en verantwoording is hierop ingericht. De managementcontracten en -rapportages zijn specifiek gekoppeld aan de uitvoerende instituten. Met het Instellingsplan HAN 2008-2012 zijn de kwaliteit van het onderwijs en de organisatie van het onderwijsproces nadrukkelijk als speerpunten benoemd. Op basis hiervan zijn er concrete en specifieke, meetbare doelstellingen geformuleerd op HAN- en instituutsniveau. Na een periode waarin we hebben gewerkt aan de eenheid en de samenhang van onze organisatie is er nu ruimte voor de instituten om - binnen gezamenlijke HAN-kaders - op een meer eigen wijze de afgesproken doelen te realiseren, passend bij de eigen focus en prioriteiten.
Wijzigingen in de organisatie Oprichting van het International Office In december 2009 is het International Office opgericht. Het International Office is als zelfstandige unit ondergebracht in het Service Bedrijf HAN. Het International Office staat onder leiding van een hoofd. Naast uitvoerende medewerkers maken ook de vier facultaire beleidsmedewerkers internationalisering voor een deel van hun aanstellingsomvang deel uit van het International Office, dat in totaal uit 6,1 fte bestaat. Meer over het International Office leest u in paragraaf 3.7.
HAN Masterprogramma’s Per 1 januari 2009 zijn de contractactiviteiten en de masteropleidingen van de Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij, ondergebracht in VDO Opleiding en advies, gesplitst. VDO behartigt nu de contractactiviteiten en de masteropleidingen zijn samengebracht in een aparte afdeling HAN Masterprogramma’s. De splitsing brengt helderheid en duidelijkheid in de aansturing. Beide activiteiten krijgen nu de aandacht en het accent dat ze verdienen, waardoor verdere groei bevorderd kan worden.
Wijzigingen in het management In 2009 hebben verschillende managementwijzigingen plaatsgevonden. Faculteitsdirecteuren / directeur Service Bedrijf Op 27 Augustus heeft de HAN afscheid genomen van directeur Service Bedrijf, Louis Pullens. Hij is met vervroegd pensioen gegaan na een dienstverband van 36 jaar bij de HAN en haar rechtsvoorgangers. Als eerbetoon aan zijn uitzonderlijk goede werk voor de HAN is de HAN-Erespeld in het leven geroepen, die hij op zijn afscheid als eerste kreeg opgespeld door collegevoorzitter Ron Bormans. Henk Stomphorst is 1 september 2009 gestart als de nieuwe directeur Service Bedrijf. Tot die tijd werkte hij als directeur Facilitair Bedrijf bij het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen. Per 1 juni 2009 is de nieuwe faculteitsdirecteur Educatie, Titia Bredée, gestart. Tot die tijd werkte ze als directeur van de Academie voor Management en Bestuur bij Avans Hogeschool in Den Bosch. Zij volgde Jack Vogels op, die eind vorig jaar heeft aangegeven zich de laatste jaren tot aan zijn vervroegde pensioen vanuit een andere rol te willen inzetten voor de HAN. Hij doet dit als adviseur van het College van Bestuur.
108
Beide benoemingen zijn gedaan met positief advies van de betrokken deelraden en met goedkeuring van de Raad van Toezicht. Tot slot is op 16 november Jos Coonen gestart als ad interim faculteitsdirecteur bij de Faculteit Techniek. Per genoemde datum staat de Faculteit Techniek tot ca. juli 2011 onder tweehoofdige leiding van Ella Hueting (voorzitter) en Jos Coonen. Instituutsdirecteuren / hoofden service units In 2009 zijn vier nieuwe instituutsdirecteuren gestart. Menno Pistorius (12 januari 2009) als adjunct-instituutsdirecteur Paramedische Studies en Beatrijs Linford als instituutsdirecteur Engineering (1 januari 2009). Eric Holtman werd benoemd tot nieuwe directievoorzitter ICA. Hij is 1 juni 2009 gestart. Vanaf deze datum vormt hij samen met de zittende directeur Deny Smeets de instituutsdirectie ICA. Op 25 juni 2009 is Arthur Appelman gestart als instituutsdirecteur Automotive. Deze managementvacature was ontstaan na de opsplitsing van Engineering en Automotive in twee aparte instituten. Tot slot startten we in december met de werving van het hoofd van het nieuw opgerichte International Office. In januari 2010 heeft dit geleid tot de benoeming van Jan Pouwels. Hij is per 1 februari 2010 gestart. Arthur Appelman, Beatrijs Linford en Jan Pouwels werkten reeds bij de HAN; Menno Pistorius en Eric Holtman komen van buiten de HAN.
6.2 Bestuur op basis van good governance Vanuit haar maatschappelijke taak streeft de HAN naar openheid en transparantie naar haar omgeving. Wij willen beoordeeld worden op het realiseren van onze doelstellingen. Om die reden publiceren wij onder meer de viermaandelijkse managementrapportages op het internet van de HAN (www.han.nl, zie ‘over de HAN’). Ook in ons instellingsplan en het jaarverslag willen we duidelijk en volledig zijn over wat wij doen en hoe wij werken.
Good Governance In al onze activiteiten streven we naar Good Governance. De HAN sluit hierbij aan bij de Branchecode Governance Hogescholen die in februari 2006 van kracht is geworden. Naast openheid en transparantie houdt dit onder andere in dat de HAN werkt met een Integriteitscode, een Klokkenluidersregeling en een Klachtenregeling voor seksuele intimidatie, agressie en geweld, pesten en werkdruk. Meer informatie over de corporate governance structuur van de HAN is te vinden op de website van de HAN (www.han.nl, kies ‘Over de HAN’, kies ‘organisatie’, kies ‘bestuur’ en kies ‘good governance’).
Evaluatie branchecode Een compleet overzicht van de samenstelling (inclusief wijzigingen) van de Raad van Toezicht, het College van Bestuur en het management van de HAN in 2009 is te vinden in de bijlagen vanaf pagina 147.
De HBO-raad, de branchevereniging van hogescholen, heeft besloten dat in de zomer van 2010 de eerste evaluatie van de (invoering van de) branchecode zal plaats vinden. In de aanloop naar deze evaluatie is de HBO-raad eind 2009 nagegaan hoe het zit met de naleving van de formele publicatievereisten (via jaarverslag en website) die in de branchecode zijn opgenomen. Volgens de resultaten van deze deskresearch onder alle hogescholen voldoet de HAN op alle punten aan de publicatievereisten. Ook heeft de HBO-raad onder een beperkt aantal hogescholen, waaronder de HAN, een quick scan uit laten voeren naar de mate waarin hogescholen uitvoering geven aan 109
D E
H A N I N B E E L D
6.3 College van Bestuur
de branchecode. De HAN voldoet aan alle evaluatiepunten uit de quick scan, zij het dat de informatie over de interne risicobeheersings- en controlesystemen zich nog beperkt tot de aanpak. Verdere invoering van een risicobeheersings- en controlesysteem in de HAN vindt plaats in 2010.
Het College van Bestuur van de HAN is verantwoordelijk voor de realisatie van de strategie en doelstellingen uit het instellingsplan van de HAN. Aansluitend op de wet en de statuten van de Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen liggen de taken en bevoegdheden van het College van Bestuur vast in het bestuursreglement van de HAN. Het College van Bestuur stelt het instellingsplan vast, waarmee de kaders zijn geformuleerd waarbinnen de faculteitsdirecties en de directeur Service Bedrijf hun beleid kunnen voeren. In het instellingsplan zijn kernthema’s en resultaatafspraken beschreven. Deze bepalen ook hoe specifiek beleid en middelen op HAN-niveau zullen worden ingezet.
Structuur HAN Het College van Bestuur is belast met het bestuur van de HAN en de Raad van Toezicht met het toezicht daarop, een en ander volgens de statuten en het bestuursreglement van de HAN. Voor de aansturing van haar activiteiten heeft de HAN een planning- en controlcyclus ingericht die is gebaseerd op managementcontracten en viermaandelijkse managementrapportages. De faculteitsdirecteuren en de directeur Service Bedrijf rapporteren aan het College van Bestuur. Het College van Bestuur rapporteert op zijn beurt aan de Raad van Toezicht.
Managementcontracten
Mandaatregeling HAN De statuten regelen de bevoegdheden van de Raad van Toezicht en het College van Bestuur, het bestuursreglement regelt de bevoegdheden van het College van Bestuur, de faculteitsdirecteuren/directeur Service Bedrijf en instituutsdirecteuren/hoofden Service Units. Daarnaast kent de HAN een procuratieregeling. In aansluiting op deze bevoegdhedenstructuur is eind 2009 een HAN-mandaatregeling vastgelegd, waarin geregeld wordt wie op welk (lager) niveau wat kan. In een uitvoeringsreglement liggen verleende mandaten vast die HANbreed gelden. Hierin is opgenomen of ondermandaat kan worden verleend. Daarnaast zijn de bevoegdheden opgenomen die op basis van delegatie zijn overgedragen. Het uitvoeringsreglement en alle (adhoc en onder-) mandaten worden bij de controller ter inzage gelegd. Jaarlijks wordt het uitvoeringsreglement geactualiseerd en door het College van Bestuur vastgesteld.
110
Op basis van het instellingsplan sluit het College van Bestuur ieder jaar managementcontracten met de faculteitsdirecteuren en de directeur Service Bedrijf over de gewenste resultaten van dit beleid. Driemaal per jaar rapporteren de faculteitsdirecties en de directeur Service Bedrijf aan het College over de voortgang en de uitvoering van de gemaakte afspraken. Deze manier van werken biedt de eenheden een grote mate van vrijheid om binnen de afgesproken kaders zelf te bepalen hoe zij de afgesproken resultaten realiseren.
Managementrapportage De realisatie van de managementafspraken wordt gemonitord door middel van een viermaandelijkse managementrapportage op instituutsniveau. De rapportage bevat informatie over de financiële situatie van de HAN en de realisatie van de geformuleerde, kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen met betrekking tot onder andere de instroom, aantallen ingeschreven studenten, het studierendement, de studenttevredenheid, het onderwijs en de onderwijsorganisatie, de onderzoeksfunctie, het ziekteverzuim en de medewerkertevredenheid.
Het Instellingsplan HAN 2008-2012 Het in juni 2008 van kracht geworden instellingsplan vormt de basis van dit jaarverslag. Het Instellingsplan HAN 2008-2012 is gericht op het onderhouden en versterken van de kwaliteit en de goede reputatie van de HAN als basiskracht. Vanuit een versterkte focus op het bacheloronderwijs en de ambitie de bacheloropleidingen een uniek profiel te geven, is er de komende jaren ruimte voor verdergaande kwaliteitsverbetering van de vier kernactiviteiten: de bachelor- en masteropleidingen, toegepast onderzoek en zakelijke dienstverlening. De strategische samenhang tussen deze activiteiten is van groot belang. Kwaliteit, innovatie en synergie zijn de trefwoorden in dit verband. Verder is het beter in balans brengen van eenheid (in ambitieniveau) en verscheidenheid (bij specifieke vraagstukken van faculteiten, instituten en opleidingen) in de organisatie een belangrijke insteek. Voor een deel staat het plan ook in het kader van het borgen van de vernieuwingen die de afgelopen jaren zijn ingezet. De principes die aan deze vernieuwingen ten grondslag liggen worden hiermee bevestigd: principes die de beroepsgerichtheid van de opleidingen en de zelfstandigheid van onze studenten bevorderen.
Samenstelling College van Bestuur Het College van Bestuur bestaat uit twee leden met de volgende taakverdeling: Drs M.J.G. (Ron) Bormans (1957), voorzitter Zijn taken zijn: externe representatie, onderwijs en studentzaken, huisvesting en facilitaire zaken, ICT en marketing. Drs K.F.B. (Kristel) Baele (1959), lid Haar taken zijn: onderzoek en lectoraten, zakelijke dienstverlening, financiën, HRM en internationalisering.
111
Overzicht bezoldiging College van Bestuur 2008 en 2009 Bruto salaris incl. vakantietoeslag
Onkostenvergoeding
Werkgeverslasten, incl. pensioenpremie
Autokosten
2008 Marcel Wintels, voorzitter (januari t/m mei *)
Gratificatie
Bruto arbeidskosten
Over 2007 1.326
17.103
10.580
14.774
123.116
145.450
3.180
32.383
28.468
11.719
221.200
92.381
2.385
22.905
9.888
-
127.559
317.164
6.891
72.391
48.936
26.493
471.875
Ron Bormans, voorzitter
148.920
3.180
37.603
32.133
11.747
233.583
Kristel Baele
131.758
3.180
30.327
12.213
10.370
187.848
Totaal 2009
280.678
6.360
67.930
44.346
22.117
421.431
Ron Bormans, voorzitter ** Kristel Baele (april t/m december ***) Totaal 2008
79.333
2009
Over 2008
* Heeft per 1 juni 2008 de HAN verlaten; de salarisgegevens in bovenstaande opstelling beslaan de maanden januari t/m mei 2008 ** Per 1 maart 2008 benoemd tot voorzitter College van Bestuur ***Is per 1 april 2008 in dienst getreden van de HAN als lid College van Bestuur; de salarisgegevens beslaan de maanden april t/m december 2008. Daarnaast heeft Kristel Baele in 2008 een verhuiskostenvergoeding ontvangen van € 763,- netto
De collegeleden zijn samen en ieder afzonderlijk verantwoordelijk voor de wijze waarop zij hun taken uitvoeren. Zij leggen verantwoording af aan de Raad van Toezicht. Zowel de voorzitter als het lid van het College van Bestuur heeft een arbeidsovereenkomst voor de termijn van vier jaar. Na het verlopen van deze termijn is herbenoeming mogelijk.
haar medewerkers - en dus ook het College van Bestuur - een beloning ontvangen die deze normering niet overstijgt.
‘Balkenende-’ en WOPT-norm
Bezoldiging College van Bestuur De bezoldiging van voorzitter en lid College van Bestuur van de HAN gaat uit van de ‘Uitwerking bezoldiging bestuurders hogescholen’ van november 2006, die onderdeel uitmaakt van de Branchecode Governance Hogescholen. Daarnaast heeft de HAN een expliciet beleid, vastgesteld door de Raad van Toezicht, dat zij zich conformeert aan de zogeheten balkenendenorm. Dat betekent dat al 112
Met een jaarsalaris van € 160.667 (zijnde het bruto jaarsalaris, inclusief vakantietoeslag ad. € 148.920 + een bonus van € 11.747 ), blijft het jaarsalaris van bestuursvoorzitter Ron Bormans binnen de zogenaamde balkenendenorm. In het overleg van de voorzitters van Raden van Toezicht van 2 december 2008 is de balkenendenorm vastgelegd als onderdeel van een leidraad voor de bepaling van de bovengrens van de bezoldiging van bestuurders van hogescholen. Hierbij is op basis van technische informatie van de HBO-raad vastgelegd, dat de balkenendenorm is opgebouwd uit het (vaste) bruto jaarsalaris inclusief vakantietoeslag + een eventuele
eindejaarsuitkering + variabele beloningselementen. De WOPT-norm is voor 2009 vastgesteld op € 188.000. Met een jaarsalaris van € 193.141 (zijnde het belastbaar loon volgens de jaaropgaaf ad. € 155.538 + de pensioenafdracht, zowel werkgevers- als werknemersdeel, ad. € 37.603 + overige voorzieningen betaalbaar op termijn ad. € 0 + ontslagvergoedingen voor zover deze niet zijn opgenomen in het belastbaar loon ad. € 0) komt het salaris van de bestuursvoorzitter boven de WOPTnorm. Wij hebben dit volgens de geldende regels gemeld. De WOPTnorm is opgebouwd uit de vier hierboven genoemde componenten. De leden van het College van Bestuur bouwen pensioen op conform de ABP-regeling. Naast het vaste salaris hebben zowel voorzitter als lid een gratificatie ontvangen van 70% van de maximaal haalbare gratificatie van anderhalf maandsalaris. Deze gratificatie is vastgesteld door de Raad van Toezicht, op voorstel van de remuneratiecommissie, en ligt binnen de geldende bandbreedte voor variabele beloning volgens de ‘Uitwerking bezoldiging bestuurders hogescholen’. Het bedrag is gebaseerd op de beoordeling van vooraf overeengekomen performancecriteria, die enerzijds gericht zijn op de realisatie van de concrete prestatie-indicatoren en anderzijds op het algeheel leiderschap.
Nevenfuncties College van Bestuur De nevenfuncties van de leden van het College van Bestuur zijn de volgende.
Ron Bormans Lid commissie Toekomstbestendig HO-stelsel (Commissie Veerman) (onbezoldigd), Lid bestuur Stichting Duurzaam Hoger Onderwijs (DHO) (onbezoldigd), Lid Platform ICT en organisatie Stichting SURF (onbezoldigd), Lid bestuur Health Valley (onbezoldigd), Bestuurslid Stichting Studiekeuze123 (onbezoldigd), Voorzitter Board B4You (onbezoldigd), Voorzitter Raad van Toezicht Gymnasium Leiden (onbezoldigd), Voorzitter Raad van Toezicht Europees
Platform (bezoldigd), Lid Raad van Toezicht ROC Leiden (bezoldigd), Docent Tias Nimbas (bezoldigd).
Kristel Baele Voorzitter go! (onbezoldigd), Lid bestuur Van Bergen Fund (onbezoldigd), Lid raad van advies kiEMT (Kennis en Innovatie in Energie en Milieutechnologie) (onbezoldigd), Lid bestuur Han Fortmann Centrum voor Mindfulness (onbezoldigd). Tegenstrijdige belangen De HAN en het College van Bestuur vermijden elke vorm en schijn van belangenverstrengeling. Als er bij een te nemen besluit sprake is van tegenstrijdigheid in belangen tussen een lid van het College van Bestuur en de HAN, dan neemt de Raad van Toezicht of een lid van de Raad van Toezicht dat hiervoor is aangewezen dit besluit.
6.4 Raad van Toezicht De Raad van Toezicht van de HAN ziet toe op een adequate besturing van de HAN door het College van Bestuur. De taken van de Raad van Toezicht zijn expliciet beschreven in de statuten van de Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Hierin staat ook omschreven welke besluiten het College van Bestuur alleen mag nemen met goedkeuring van de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven leden. De leden hebben zitting voor een termijn van vier jaar. Zij treden af volgens een door de Raad vastgesteld rooster, dat gepubliceerd staat op de website van de HAN. Ze zijn onmiddellijk herkiesbaar na de eerste termijn van vier jaar. In principe kunnen de leden van de Raad van Toezicht niet langer dan acht jaar aaneengesloten zitting hebben in de Raad. De Medezeggenschapsraad heeft adviesrecht bij de voorgenomen benoeming van een lid van de Raad van Toezicht. In lijn met de Branchecode Governance Hogescholen heeft de Raad van Toezicht 113
D E
H A N I N B E E L D
een algemeen profiel Raad van Toezicht vastgesteld, dat eveneens gepubliceerd is op de website van de HAN.
heeft een voorbereidende taak met betrekking tot de benoeming van leden van de Raad van Toezicht en het College van Bestuur en het functioneren en arbeidsvoorwaardenbeleid van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht. In 2009 werd afgesproken dat de remuneratiecommissie zich ook zal buigen over het strategische HRM-beleid, in het bijzonder voor wat betreft management development en opvolgingsplanning. De taakstelling van de selectieen remuneratiecommissie ligt vast in een reglement.
Samenstelling Raad van Toezicht De Raad van Toezicht bestaat per 31 december 2009 uit vijf leden, te weten: ir. H.L.J. Noy (voorzitter), drs. J.C. Houwert, prof. dr. C.W.P.M. Blom, prof. dr. H. Maassen van den Brink en dr. ir. C.C. Krijger. Mevrouw Maassen van den Brink en mevrouw Krijger zijn per 1 januari 2009 nieuw tot de Raad van Toezicht toegetreden. Zij volgden ing. J.W. Ramaekers en mr. E.M. d´Hondt op, die vanwege het einde van hun tweede zittingstermijn per 1 april 2009 zijn afgetreden. In verband met deze wisseling heeft de Raad van Toezicht een aangepast Rooster van Aftreden vastgesteld. De Raad van Toezicht is zodanig samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar, het College van Bestuur en andere mogelijke belanghebbenden en deelbelangen, onafhankelijk en kritisch kunnen opereren. Een overzicht van de samenstelling van de Raad van Toezicht, inclusief hoofd- en nevenfuncties, is te vinden in de bijlagen op pagina 149.
Kerncommissies Volgens de Branchecode Governance is het bij een Raad van Toezicht van vijf leden niet verplicht om kerncommissies in te stellen. De Raad van Toezicht van de HAN heeft er voor gekozen wel twee kerncommissies in te stellen. Selectie- en remuneratiecommissie De Raad van Toezicht kent een selectie- en remuneratiecommissie, bestaande uit ir. H.L.J. Noy en dr. ir. C.C. Krijger, die per 1 april 2009 vertrekkend raadslid Ramaekers heeft opgevolgd. Deze commissie
In 2009 is de commissie tweemaal bijeen geweest. In maart over een gratificatie- en beloningsvoorstel voor voorzitter en lid College van Bestuur op basis van de realisatie van de performancecriteria 2008. In november waren aan de orde: de werkwijze voor evaluatie van het functioneren van de Raad van Toezicht en het College van Bestuur, de beloning Raad van Toezicht, werkwijze en reglement Remuneratiecommissie en de agendavoorbereiding voor de bijeenkomst in maart 2010. Het advies van de commissie over gratificatie en beloning van het College van Bestuur en het verslag van de bijeenkomst in november 2010 zijn besproken in de voltallige Raad van Toezicht. Auditcommissie Met ingang van 2009 heeft de Raad van Toezicht ook een aparte auditcommissie ingesteld, bestaande uit drs. J.C. Houwert en prof. dr. H. Maassen van den Brink. De auditcommissie heeft een voorbereidende taak met betrekking tot financiële rapportages, inclusief de jaarrekening, de werking van de interne risicobeheersings- en controlsystemen, de financiële informatieverschaffing, de naleving van de aanbevelingen van de externe en interne accountants en belangrijke investeringen. De taakstelling ligt vast in een reglement, dat 17 december 2009 door de Raad van Toezicht is vastgesteld. In 2009 is de auditcommissie driemaal bijeen geweest, in het bijzijn van het bestuurslid met financiën in haar portefeuille en de concern-
114
controller. In mei is gesproken over de werkwijze van de auditcommissie, inclusief het reglement. In november waren aan de orde de eindejaarsprognose 2009 in relatie tot de managementrapportage over januari t/m augustus 2009, de financiering van het Strategisch Huisvestingsplan HAN in Nijmegen, het te verwachten resultaat en de (meerjaren)begroting 2010 van de Faculteit Techniek. In december is gesproken over de begroting HAN 2010. De verslagen van de bijeenkomsten zijn in de voltallige Raad van Toezicht besproken. Daarnaast heeft de auditcommissie gesproken met de kandidaat instellingsaccountant en het benoemingsadvies uitgebracht aan de Raad van Toezicht.
Vergoeding Raad van Toezicht De totale vergoeding van de Raad van Toezicht bedroeg in 2009 € 43.750. De voorzitter ontvangt € 10.000 bruto per jaar en elk lid € 7.500 bruto per jaar. Aan de twee per 1 april 2009 vertrokken leden is de vergoeding naar rato uitbetaald. De vergoeding van de Raad van Toezicht past binnen de ‘Uitwerking bezoldiging toezichthouders hogescholen’, die sinds mei 2007 onderdeel uitmaakt van de Branchecode Governance Hogescholen.
Verslag van de Raad van Toezicht In maart heeft de Raad van Toezicht afscheid genomen van ing. J.W. Ramaekers en mr. E.M. d´Hondt, die na acht jaar vanwege het einde van hun tweede zittingstermijn, per 1 april 2009 zijn afgetreden. Daarbij is vanuit de Raad grote waardering uitgesproken voor de bijdrage die zij gedurende vele jaren hebben geleverd. De Raad van Toezicht is in 2009 vijf maal bijeen geweest, in het bijzijn van het College van Bestuur. Daarnaast hadden de voorzitters van het College en de Raad regelmatig bilateraal (voor)overleg. De vergaderingen vonden plaats op basis van een vooraf vastgestelde inhoudelijke jaarplanning, met specifieke (vaste) agendapunten, themabesprekingen en presentaties.
In een besloten deel van de aprilvergadering vond, buiten aanwezigheid van het College van Bestuur, de evaluatie van het College van Bestuur over 2008 plaats. De uitkomsten zijn in diezelfde vergadering gedeeld met het College van Bestuur. Op basis van de realisatie van de vooraf overeengekomen performancecriteria voor 2008 besloot de Raad van Toezicht op voorstel van de remuneratiecommissie tot een gratificatie voor zowel de voorzitter als het lid van het College van Bestuur van 70% van de maximaal haalbare gratificatie van anderhalf maandsalaris. Dit is gebaseerd op enerzijds de realisatie van de concrete prestatie-indicatoren en anderzijds op het algehele leiderschap, dat zich heeft vertaald in een adequate implementatie van het nieuwe instellingsplan en een HAN die er in zowel financieel als organisatorisch opzicht solide en stabiel voor staat. Deze gratificatie past binnen de geldende bandbreedte voor bezoldiging volgens de ‘Uitwerking bezoldiging bestuurders hogescholen’. In het verlengde van de evaluatie heeft de Raad van Toezicht de performancecriteria College van Bestuur voor 2009 vastgesteld. De salarisverhoging met ingang van 1 januari 2009 werd voor beide bestuursleden vastgesteld op 1%. Daarbij is rekening gehouden met de verhoging van de rijksoverheidsalarissen in 2008, de balkenendenorm en de inflatieverwachting voor 2009. In december vond buiten aanwezigheid van het College van Bestuur de evaluatie van het eigen functioneren van de Raad van Toezicht en dat van het College van Bestuur plaats. Daarbij werd vastgesteld dat het College van Bestuur op transparante wijze de Raad van Toezicht informeert. Het regelmatig uitnodigen van faculteitsdirecteuren en andere staf- of lijnfunctionarissen in de Raad van Toezicht bevalt goed. Een thema waar de Raad van Toezicht meer aandacht aan wil besteden is het strategisch HRM-beleid, met name in het kader van management development. Afgesproken is dat dit een van de aandachtspunten voor de selectie- en remuneratiecommissie wordt.
115
D E
H A N I N B E E L D
In april 2009 gaf de Raad goedkeuring aan de Jaarrekening en het Jaarverslag HAN 2008. Met de controlerend accountant en in het bijzijn van de concerncontroller werd de controle van de jaarrekening inclusief het bijbehorende accountantsverslag en de meerjarenprognose besproken. De Raad van Toezicht is positief over het feit, dat het (positieve) resultaat meer in lijn is met de begroting en dat de extra inzet van middelen in het onderwijs, vanuit de speerpunten in het instellingsplan, duidelijk herkenbaar is in de ontwikkeling van het resultaat. Expliciet is stilgestaan bij de Faculteit Techniek, die het jaar met een negatief resultaat afsloot. De Raad van Toezicht maakte kennis met de per juni 2008 nieuw aangestelde concerncontroller. In aanvulling op de bespreking van de jaarrekening hield hij een presentatie over de inrichting van de controlfunctie in de HAN. Buiten aanwezigheid van het College van Bestuur werd gesproken met de instellingsaccountant, waarbij geen bijzonderheden werden geconstateerd. De Raad van Toezicht gaf in mei zijn goedkeuring aan het Strategisch Huisvestingsplan 2008-2012 van de HAN in Nijmegen. Hij ging hierbij akkoord met de investeringen die hieruit voortvloeien. De wijze van financiering werd goedgekeurd met de goedkeuring van de begroting 2010. De Raad nam kennis van het totale HAN Strategisch Huisvestingsplan door middel van een presentatie van de hoofden Huisvesting en Facilitaire Zaken van de HAN. Tevens werd een aanpassing van het Reglement Raad van Toezicht vastgesteld, waarmee dit in lijn werd gebracht met de geactualiseerde statuten van de Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, zoals in juni 2008 door de Raad van Toezicht goedgekeurd. Op basis van een door de HBO-raad uitgevoerde quick scan stelde de Raad van Toezicht met tevredenheid vast dat de HAN voldoet aan de Branchecode Governance Hogescholen. De Raad van Toezicht benadrukte hierbij dat invoering van een adequaat risicobeheersings116
en controlesysteem expliciete aandacht verdient in 2010. De Raad van Toezicht gaf goedkeuring aan de benoeming van de nieuwe faculteitsdirecteur Educatie, Titia Bredée, en de nieuwe directeur Service Bedrijf, Henk Stomphorst. In december gaf de Raad van Toezicht goedkeuring aan de begroting 2010. De Raad constateerde dat de begroting een duidelijker koppeling heeft met het beleid en dat het spanningsveld in financieel opzicht toeneemt wat financiële sturing nog belangrijker maakt. De Raad van Toezicht nam kennis van de managementcontracten 2010 zoals afgesloten tussen het College van Bestuur en de faculteitsdirecteuren en de directeur Service Bedrijf. Over de voortgang in de realisatie van de doelstellingen uit het Instellingsplan HAN 2008-2012 informeerde het College van Bestuur de Raad van Toezicht met viermaandelijkse managementrapportages. Daarnaast heeft de Raad van Toezicht kennis gemaakt met de verschillende faculteitsdirecteuren en met hen gesproken over hun vertaling van het instellingsplan in beleid en acties voor de faculteit. Ook heeft de Raad verschillende themadiscussies gevoerd. Onderwerpen waren het 25-puntenprogramma voor de verdere ontwikkeling van de onderzoeksfunctie van de HAN, de studenteninstroom, het studierendement en de studenttevredenheid in relatie tot de onderwijskwaliteit van de HAN en de doorontwikkeling van het onderwijs op basis van de evaluatie van de onderwijspraktijk na vijf jaren HAN Onderwijs Flexibilisering (project HOF). Het College van Bestuur heeft de Raad van Toezicht met regelmaat bijgepraat over ontwikkelingen in het Hoger Onderwijs. Ook werd gesproken over de positie van de HAN in de regio, onder andere in relatie tot Doetinchem en Kleve, en over samenwerking met Fontys voor wat betreft Automotive in Helmond. Verder nam de Raad van Toezicht kennis van het besluit, in november genomen door de drie betrokken hogescholen waaronder de HAN, om te stoppen met
Kenloo, het initiatief voor een viertal hbo-bachelor-opleidingen in Apeldoorn. Het College van Bestuur heeft de Raad van Toezicht geïnformeerd over het bedrijfscontinuïteitsplan, dat de HAN mede naar aanleiding van de ‘Mexicaanse griep’ pandemie heeft opgesteld. Evaluatie instellingsaccountant In lijn met de Branchecode Governance Hogescholen heeft in 2009 onder regie van de concerncontroller de vierjaarlijkse evaluatie plaats gevonden van de externe accountant. Hoewel de uitkomst van deze evaluatie positief was, heeft de Raad van Toezicht op advies van het College van Bestuur en in goed overleg met de externe accountant, besloten over te gaan tot een partnerwissel, met behoud van het controlerende kantoor (KPMG). In zijn vergadering van 6 oktober heeft de Raad van Toezicht op advies van de Auditcommissie en overeenkomstig het advies van het College van Bestuur de heer drs. J.F.G. Morsink RA van KPMG benoemd tot de nieuwe instellingsaccountant van de HAN. Overleg met de medezeggenschapsraad In mei vond het jaarlijkse overleg van (een delegatie van) de Raad van Toezicht met de Medezeggenschapsraad plaats. Naast het algemene reilen en zeilen van de HAN kwamen de volgende meer specifieke punten aan de orde: de docent als professional, ook in het kader van het Convenant Leerkracht, het belang van waardering voor de docent, de managementstructuur, de herijking van het onderwijskader HOF en investeringen in het onderwijs. Het overleg had evenals voorgaande jaren een open en plezierig karakter, waarbij de Raad van Toezicht de grote betrokkenheid en het constructief meedenken van de Medezeggenschapsraad in de ontwikkelingen van de hogeschool bijzonder positief vindt.
117
D E
H A N I N B E E L D
6.5 Verticale en horizontale
voor de instituten/opleidingen in de zin van kansen en bedreigingen en de eigen bedrage in het realiseren van de doelstellingen.
verantwoording De HAN legt op twee manieren verantwoording af: verticaal en horizontaal. Het jaarverslag en de managementrapportages zijn belangrijke instrumenten in zowel de verticale als horizontale verantwoording. De verticale verantwoording vindt plaats naar de Minister van OCW. Intern rapporteert het College aan de Raad van Toezicht. De HAN kent vele vormen van horizontale dialoog en verantwoording. Naar studenten en medewerkers onder andere via de medezeggenschapsorganen en opleidingscommissies. Het werkveld (bedrijven, beroepsgroepen en instellingen) is betrokken in de opleidingscommissies en de werkveld-/beroepenveldcommissies voor de bewaking van de kwaliteit van het onderwijs. Daarnaast kennen verschillende organisatieonderdelen een aparte Raad van Advies. Om een goede basis te bieden voor de dialoog ontvangt het volledige HAN-management en de Medezeggenschapsraad de viermaandelijkse managementrapportages van het College van Bestuur aan de Raad van Toezicht. Deze rapportages staan ook op het intranet voor alle HANmedewerkers en -studenten. Verder stelt de HAN de rapportages beschikbaar aan externe doelgroepen via de HAN-website. Naast deze vormen van formele verantwoording en dialoog is het College van Bestuur van de HAN vooral ook gemotiveerd om de informele dialoog te voeren. Zo brengt het College elk jaar werkbezoeken aan de instituten en opleidingen en de service units. Op deze manier spreekt het College met veel medewerkers en studenten over alle goede en minder goede zaken die zij in hun werk en studie ervaren. Centraal in de werkbezoeken in 2009 stond het nieuwe Instellingsplan HAN 2008-2012 en de vraag wat het plan betekent 118
Naast regulier bestuurlijk overleg met de Gemeenten Arnhem en Nijmegen, de Radboud Universiteit en collega-hogescholen, ontvangt de HAN graag externe stakeholders voor ‘werkbezoeken’. In 2009 hebben verschillende partijen de HAN bezocht. Onder andere de Commissaris van de Koningin van Gelderland en alle gedeputeerden, burgemeester en wethouders van de Gemeente Doetinchem, burgemeester en gemeenteraad van de Gemeente Helmond, de directeur-generaal van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, de directeur Innovatie van het Ministerie van Economische Zaken, directeur en medewerkers van de Nuffic, de afdeling beleidsaangelegenheden van de HBO-raad. Daarnaast bracht staatssecretaris Marja van Bijsterveld een gecombineerd bezoek aan de lerarenopleidingen van de HAN en de Radboud Universiteit en deed minister Cramer van Milieu de HAN aan in het kader van de Greenovator Tour.
6.6 Medezeggenschap Medezeggenschapsstructuur De medezeggenschapsstructuur van de HAN kent een medezeggenschapsraad op hogeschoolniveau en deelraden op het niveau van faculteiten en Service Bedrijf. In de medezeggenschapsraad en de faculteitsraden hebben personeelsleden en studenten zitting. Het College van Bestuur en de Medezeggenschapsraad (MR) verhouden zich tot elkaar op de manier die is vastgelegd in het medezeggenschapsreglement. Volgens dit reglement heeft de MR algemene bevoegdheden voor wat betreft de bespreking van alle aangelegenheden die de hogeschool betreffen. Daarnaast zijn er bijzondere bevoegdheden van instemming en advies.
• Instemmingsbevoegdheid geldt bij principiële beleidsdocumenten en regelingen voor personeel en/of studenten; • Adviesbevoegdheid heeft de MR bij de uitwerking van andere belangrijke zaken met name gerelateerd aan het instellingsplan, de begroting en beslissingen rondom inkrimping of uitbreiding van de werkzaamheden van de hogeschool.
HAN Algemeen Oprichting service unit Internationalisering (instemming) Jaarlijks overleg met leden van de Raad van Toezicht Nieuwe leden Raad van Toezicht (positief advies) Vormgeving concerncontrol (instemming) Richtlijn omgangsvormen (besluitvorming in 2010)
Ook in 2009 was het College van Bestuur op vrijwel elke vergadering van de Medezeggenschapsraad aanwezig voor een algemeen voortgangsverslag, nadere toelichting of overleg over specifieke onderwerpen. Daarnaast hadden het Dagelijks Bestuur van de Raad en de collegevoorzitter om de drie weken regulier overleg. Ook dit jaar is het overleg tussen MR en College van Bestuur constructief en plezierig verlopen.
Financiën en huisvesting Jaarrekening HAN 2008 Begroting 2010 / kaderbrief (positief advies) Diverse managementrapportages Strategisch Huisvestingsplan Nijmegen (instemming) Plannen van aanpak Risico-Inventarisatie en -Evaluatie van de gebouwen (RIE’s)
Activiteiten Medezeggenschapsraad De Medezeggenschapsraad vergaderde in 2009 dertien keer plenair. Daarnaast kwamen de drie vaste raadscommissies Financiën en Huisvesting, Organisatie, Personeel en ARBO en Student zaken en Onderwijs ieder twaalf keer bij elkaar. Met ingang van september zijn de taakomschrijvingen van de commissies enigszins gewijzigd. De aandachtsgebieden zijn herverdeeld over de commissies en de commissies hebben daarmee ook een andere naam gekregen. Verder is afgesproken dat de studentengeleding op een beperkt aantal onderwerpen afzonderlijk een advies formuleert voor de plenaire vergadering. De geleding van studenten vergaderde aansluitend aan de commissievergaderingen op grond van een eigen agenda. Het Dagelijks Bestuur van de Medezeggenschapsraad vergaderde vrijwel wekelijks. Hieronder een opsomming van besluiten en aandachtspunten (in willekeurige volgorde) met, waar van toepassing, de mededeling dat de raad positief adviseerde of instemde met het genoemde besluit. De raad publiceert ieder voorjaar ook een uitgebreid jaarverslag. Daarin worden onderstaande onderwerpen verder uitgewerkt.
Personeelsaangelegenheden Bewaartermijnen personeelsdossiers / Handleiding personeelsdossiers (instemming) Werktijdenregeling (instemming) Gratificatiebeleid voor medewerkers en managers (instemming) Invoering HAY-functieprofiel Informatiemanager (instemming) Besluit wijzigingsprocedure van de HAY-profielen (instemming) Invoering HAY-functieprofiel Jurist (instemming) Onderwijsorganisatie Studentenstatuut, OER en OS (instemming) Promotiebeleid bij de HAN (instemming) Doorontwikkelen van het onderwijs met nieuwe kaders voor OER en OS tot gevolg (besluitvorming in 2010) Studentzaken Vaststelling lijst bestuursbeurzen (instemming) Aandacht voor ontspanning op de HAN Aandacht voor meer betrokkenheid vanuit de studentenpopulatie 119
D E
H A N I N B E E L D
Medezeggenschapsraad Wijziging Medezeggenschapsreglement (instemming) Plannen om de raad meer met de ‘achterban’ te laten communiceren Voordrachten Voordrachten voor (her)benoemingen van leden voor het College van Beroep Studenten HAN Voordrachten voor de Commissie Taaktoedeling en Beoordelingszaken Voordrachten voor de Redactieraad van Sensor Voordracht voor de Klachtencommissie Ongewenst Gedrag Voordracht voor Interne Beroepscommissie Werktijdenregeling HAN Voordracht functionaris Klokkenluidersregeling Het overzicht met de leden van de medezeggenschapsraad in 2009 is te vinden in de bijlagen op pagina 151.
6.7 Integraal risicomanagement In de Branchcode Governance is onder de verantwoordelijkheden van het College van Bestuur opgenomen: “In de hogeschool is een op de hogeschool toegesneden intern risicobeheersings- en controlesysteem aanwezig. Als instrumenten van het interne risicobeheersings- en controlesysteem hanteert de hogeschool in ieder geval risicoanalyses van de operationele en financiële doelstellingen van de hogeschool.” Binnen de HAN is hieraan slechts gedeeltelijk voldaan. Bij één faculteit is twee keer een risicoanalyse uitgevoerd, bij twee faculteiten één keer en bij één faculteit nog niet. Omdat de analyses op verschillende manieren zijn uitgevoerd is consolidatie tot één overkoepelende HAN-analyse nog niet mogelijk gebleken.
120
Om de activiteiten met betrekking tot risicomanagement te focussen zal in de eerste helft van 2010, in aansluiting op de risicodoelstellingen zoals verwoord in het rapport van de commissie Vermogensbeheer onderwijsinstellingen (‘commissie Don’), een risicoanalyse bij alle faculteiten, het Service Bedrijf en de HAN als geheel worden uitgevoerd. De commissie Don geeft aan dat de volgende risico’s (voor een belangrijk deel) niet beheersbaar zijn: fluctuatie in studentaantallen, financiële gevolgen van arbeidsconflicten, instabiliteit in de bekostiging en onvolledige indexatie van de bekostiging. Om deze risico’s op te kunnen vangen dient de HAN een voldoende financiële buffer te hebben. De HAN voldoet, met uitzondering van liquiditeit, aan de financiële ondergrenzen die de commissie Don adviseert. De risico-inventarisatie in de eerste helft van 2010 zal zich richten op de wel beheersbare risico’s: kwaliteit van onderwijs, personeel, organisatie, huisvesting en inventaris en apparatuur. Het is de bedoeling om deze inventarisatie jaarlijks te updaten.
Toetsing regelgeving inschrijving en bekostiging Om elke mogelijkheid van onrechtmatig handelen uit te sluiten, kent de HAN een systeem van voortdurende centrale toetsing en afstemming op interpretatie van ministeriële regelgeving inzake inschrijving en bekostiging. Het College van Bestuur heeft hiertoe Richtlijnen Inschrijving en Bekostiging vastgesteld die bindend zijn voor de beleids- en uitvoeringsorganisatie. Een apart ingestelde Toetscommissie Inschrijving en Bekostiging (TIB) is belast met voortdurende advisering betreffende benodigde interpretatie van regelgeving inzake inschrijving en bekostiging in bijzondere gevallen. In 2009 resulteerde dit onder meer in de hantering van een aangescherpt kader voor zogenaamde maatwerkovereenkomsten, in een eenduidige en zuivere interpretatie van het wettelijk opleidings-
begrip en in een normstelling voor een financiële bijdrage aan anderstalig onderwijs in Nederlandstalige opleidingen. De HAN kent verder één hogeschoolbrede Studenten Inschrijf Administratie met eenvormig gehanteerde instructies en procedures. Tot slot vindt jaarlijks door de externe accountant een beoordeling plaats van de kwaliteit van en controle op de administratieve organisatie, administratieve bedrijfsvoering en interne controles, waarvan de bevindingen worden weergegeven in het accountantsverslag en de adviesbrief. Het accountantsverslag wordt met de Raad van Toezicht in het bijzijn van de externe accountant besproken.
6.8 Publiek - privaat Het bekostigde onderwijs wordt niet uitbesteed aan private organisaties. De rijksbijdrage wordt niet besteed aan investeringen in private activiteiten. De opbrengsten en kosten worden zoveel mogelijk toegerekend aan de betreffende door de overheid bekostigde onderwijsactiviteiten of de overige vanuit de markt gefinancierde activiteiten. Echter in toenemende mate hebben veel activiteiten, zoals bijvoorbeeld vanuit de lectoraten, effect op zowel het reguliere onderwijs (dus overheidsbekostigde activiteiten) als op door de markt gefinancierde (private) activiteiten. De financiële scheiding tussen onderwijs en marktactiviteiten is daardoor niet altijd strikt te hanteren. In 2010 zal, mede in samenhang met de implementatie van een nieuw financieel pakket, additionele aandacht worden geschonken aan de administratieve processen om de administratieve scheiding tussen publieke en private activiteiten blijvend te kunnen waarborgen.
121
D E
H A N I N B E E L D
6.9 Notitie Helderheid Uitwisselingsovereenkomsten Er worden geen delen van curricula elders gevolgd. Wel zijn er projectmatige vormen van uitwisseling.
Hieronder volgt een korte stand van zaken van de punten uit de ‘Notitie Helderheid in de bekostiging van het Hoger Onderwijs’: Uitbesteding van bekostigd onderwijs Het initiële onderwijs is niet (deels) uitbesteed aan andere (niet bekostigde) organisaties.
Maatwerktrajecten Voor de volgende bacheloropleidingen zijn met de volgende bedrijven/instellingen maatwerkovereenkomsten voor het daarbij gegeven aantal studenten/werknemers aangegaan:
Investeren van publieke middelen in private activiteiten Zie paragraaf 6.8.
Opleiding
Met bedrijf/Instelling
Aantal Maatwerktrajecten
Deelnemers
Techniek AD Civiele Techniek Projectuitvoer
diverse bouwondernemingen
1
37
AD Civiele Techniek Directievoeren
diverse bouwondernemingen
1
23
Civiele Techniek DU
diverse bouwondernemingen
1
133
Bouwkunde DU
diverse bouwondernemingen
1
40
Zes politiecorpsen
1
8
Careander
1
17
6
258
Economie en Management Management Economie en Recht Gezondheid Gedrag en Maatschappij AD Management in de Zorg Educatie Geen HAN Totaal
122
123
D E
H A N I N B E E L D
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
H O O F D S T U K
7
Financiën van de HAN
in beeld
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD OM KENNIS TE DELEN MET (NIEUWE) STUDIELOOPBAANBEGELEIDERS HEBBEN WE EEN DIGITALE BOOM VAN INFORMATIE OPGEZET. IEDEREEN KAN HIER KENNIS EN MATERIALEN DELEN. BIJVOORBEELD LESMATERIAAL , PRESENTATIES , TIPS VOOR STUDIELOOPBAANBEGELEIDERS , ARTIKELEN EN NOG VEEL MEER . DOORDAT IEDEREEN INFORMATIE MET ELKAAR KAN DELEN EN ZELF KAN TOEVOEGEN BLIJFT HET EEN LEVENDE VERZAMELING VAN LESMATERIAAL EN INFORMATIE DIE JE ALS STUDIELOOPBAANBEGELEIDER NODIG HEBT. DAAROM STAAT DE BOOM VOOR MIJ ALS METAFOOR VOOR ONZE PROFESSIONELE RUIMTE. DE LOSSE ONDERDELEN (BLADEREN, STAM , TAKKEN) VORMEN EEN GEHEEL .
Professionele ruimte volgens Jan Schepers Docent en studieloopbaanbegeleider Instituut Built Environment Voordat ik bij de HAN kwam werken heb ik 15 jaar als communicatieadviseur gewerkt. Ik vind het geweldig dat ik mijn kennis en ervaring nu in het onderwijs kan delen. Het werk bij de HAN geeft veel voldoening. Als docent en studieloopbaanbegeleider help ik jonge mensen bij hun ontwikkeling. Voor studenten zijn communicatievaardigheden heel belangrijk. Een student die in een project samenwerkt met andere studenten heeft er belang bij dat iedereen goed samenwerkt. Je hebt de leden van je projectgroep niet altijd voor het kiezen. Denk ook aan conflicthantering of reflecteren. En hoe leer je van je fouten? Doe je het de tweede keer anders? Het is goed dat studenten daar actief iets mee doen. Het mooie van de HAN vind ik dat ik als docent direct invloed heb op het onderwijs wat we geven. We hebben daarin veel professionele ruimte. We hebben bijvoorbeeld dit jaar een voorstel uitgewerkt voor aparte werkgroepen per beroepstaak. Binnen de opleiding Bouwkunde hebben we een aantal courses. Daarin komen bouwtechniek, organisatie, constructie en architectuur terug. Naast de vier modulen lopen ook thema’s als duurzaamheid, energieneutraal bouwen, recylebare grondstoffen en nieuwe ontwikkelingen door de opleidingen heen. Voor sommige docenten was er niet voldoende verbinding tussen de verschillende onderdelen. Daarom hebben we voorgesteld dat een werkgroep van docenten van verschillende vakken verantwoordelijk is voor de onderwijsontwikkeling binnen een beroepstaak. De woordvoerder van deze werkgroep is het aanspreekpunt voor het managementteam. Zo heb je korte communicatielijnen kun je meteen stappen zetten. Het voordeel is dat je zo een opleiding hebt waar de onderdelen op elkaar zijn afgestemd. En je hebt enthousiaste en betrokken docenten. Er is meer tijd nodig voor overleg en intervisie. Maar daar staat tegenover dat niet alleen individuen groeien maar dat het hele team zich ontwikkelt. Dat is mooi.
7.1 Financieel beleid Uitgangspunt voor het financiële beleid van de HAN is het instellingsplan, waarin de kwaliteit en de (regionale) betekenis van het onderwijs en onderzoek centraal zijn gesteld. Om de strategische doelstellingen kracht bij te zetten zijn voor de realisatie van de speerpunten extra inspanningen en dus investeringen nodig. Meer over het Instellingsplan HAN 2008-2012 is te lezen in hoofdstuk 1. Uitgaande van de twee hoofddoelstellingen worden per faculteit en voor het Service Bedrijf afspraken gemaakt over kwantitatieve en kwalitatieve resultaten. Deze afspraken worden vastgelegd in managementcontracten die worden afgesloten tussen het College van Bestuur en de faculteitsdirecteuren en het College van Bestuur en de directeur Service Bedrijf. Deze afspraken vinden hun financiële vertaling in de onderliggende begrotingen. De directeuren zijn integraal verantwoordelijk voor de betreffende eenheden. De faculteiten en het Service Bedrijf dienen minimaal een sluitende begroting te realiseren. De voortgang van deze afspraken wordt als onderdeel van het integrale planning- en controlproces door middel van viermaandelijkse managementrapportages en bilateraal overleg daarover gemonitord. Alhoewel het behalen van een maximaal financieel resultaat niet het hoofddoel is van de HAN, dient de uitvoering van het beleid en de managementcontracten te gebeuren op een gezonde financiële basis en binnen de financiële ruimte die de HAN meerjarig ter beschikking staat. De opbrengsten en kosten worden zoveel mogelijk toegerekend aan de betreffende door de overheid bekostigde onderwijsactiviteiten of de overige vanuit de markt gefinancierde activiteiten. Echter in 128
toenemende mate hebben veel activiteiten, zoals bijvoorbeeld vanuit de lectoraten, effect op zowel het reguliere onderwijs (dus overheidsbekostigde activiteiten) als op door de markt gefinancierde (private) activiteiten. De financiële scheiding tussen onderwijs en marktactiviteiten is daardoor niet altijd strikt te hanteren. Toch is hier een zo consistent mogelijke toerekening toegepast.
7.2 Financiële prestaties In deze paragraaf wordt (in het kort) ingegaan op de exploitatierekening 2009 en balanspositie. Daar waar mogelijk worden verschillen tussen begroting en realisatie 2009 en tussen realisatie 2008 en 2009 toegelicht en wordt ingegaan op de ontwikkeling in de meerjarencijfers. Het totale resultaat van de HAN over 2009 is € 0,6 miljoen. Dit is € 0,8 miljoen lager dan begroot (€ 1,4 miljoen). Dit is het saldo van hogere baten (€ 2,7 miljoen), hogere lasten (€ 4,5 miljoen) en een hoger saldo financiële baten en lasten (€ 1,0 miljoen). Bij marktactiviteiten is het totale resultaat € 2,8 miljoen negatief op een omzet van € 28,9 miljoen terwijl een omzet van € 31,9 miljoen en een resultaat van € 0,7 miljoen begroot was. De baten uit rijksbijdragen vallen ten opzichte van de begroting 2009 en de werkelijke cijfers 2008 € 4,9 miljoen respectievelijk € 10,0 miljoen hoger uit. De belangrijkste oorzaak hiervan is een groter aantal ingeschreven studenten, hogere compensatie voor prijsstijgingen en meer ontvangen Ontwikkel en Onderzoeksgelden. Door de stijging van het aantal studenten zijn ook de collegegelden hoger.
Exploitatierekening X € 1.000
2005
%
2006
%
2007
%
2008
%
2009
%
Begroot 2009
%
Prognose 2012
%
Baten 106.349
64
112.573
62
128.496
65
144.128
65
154.151
65
149.233
64
168.230
64
1.490
1
1.745
1
2.035
1
1.722
1
2.998
1
3.022
1
3.494
1
Collegegelden
29.570
18
33.414
18
36.507
19
38.667
17
41.513
18
40.078
17
48.099
18
Baten werk i.o.v. derden
17.892
11
21.053
12
22.083
11
30.081
13
27.789
12
30.864
13
32.195
12
9.845
6
11.848
7
7.663
4
9.668
4
9.952
4
10.546
5
10.344
5
165.146
100
180.633
100
196.784
100
224.226 100
236.403
100
233.743
100
262.362
100
144.712
69
125.119
69
144.365
73
164.133
74
180.498
76
178.876
77
196.532
75
Afschrijvingslasten
7.601
5
8.327
5
8.649
4
9.404
4
9.447
4
10.031
4
11.401
4
Huisvestingslasten
8.327
5
9.582
5
11.896
6
17.280
8
13.869
6
14.279
6
11.166
5
Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen
Overige baten Totaal Baten Lasten Personele lasten
28.489
17
26.365
15
24.752
13
30.146
13
32.242
14
28.357
12
36.420
14
159.129
96
169.394
94
189.662
96
220.943
99
236.056
100
231.543
99
255.519
98
Saldo baten en lasten
6.017
4
11.239
6
7.122
4
3.323
1
347
0
2.200
1
6.843
3
Saldo financiële lasten
-193
0
38
0
216
0
648
0
277
0
-758
0
-3.196
-1
5.824
4
11.277
6
7.338
4
3.971
1
624
0
1.442
1
3.647
2
Overige instellingslasten Totaal lasten
Netto resultaat
De baten uit werk in opdracht van derden en overige baten zijn € 3,7 miljoen lager dan begroot. Ten opzichte van 2008 is een daling van deze baten te zien van 5,0% (€ 2,0 miljoen). Aan de lastenkant zijn de personele lasten per saldo € 1,6 miljoen hoger dan begroot. Deze hogere personele lasten worden aan de ene kant veroorzaakt door een dotatie aan de voorziening Sociaal Beleid (€ 2,9 miljoen) en anderzijds door het niet volledig uitputten van beleidsbudgetten waarvoor extra inzet van personeel was voorzien en lagere overige personele lasten.
Ten opzichte van 2008 zijn de personele lasten met circa 10% (€ 16,4 miljoen) gestegen wat voornamelijk verklaard wordt door een stijging van het aantal fte’s als gevolg van de groei van het aantal studenten, de CAO loonaanpassingen en hogere dotatie personele voorzieningen en lagere overige posten. De afschrijvingslasten zijn iets lager dan begroot. Ten opzichte van 2008 zijn de afschrijvingslasten min of meer gelijk gebleven. De huisvestingslasten zijn ten opzichte van de begroting 2008 en de werkelijke cijfers 2008 €0,4 miljoen respectievelijk € 3,4 miljoen 129
D E
H A N I N B E E L D
7.3 De financiële positie van de HAN
lager. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door een extra dotatie aan de voorziening onderhoud in 2008 van € 3,5 miljoen. De overige instellingslasten zijn € 3,9 miljoen hoger dan begroot. Ten opzichte van de jaarrekening 2008 zijn deze gestegen met € 2,1 miljoen. Het saldo financiële baten en lasten is € 1,0 miljoen hoger dan begroot. Dit is vooral veroorzaakt door een hoger rentepercentage dan begroot.
De materiële vaste activa zijn ten opzichte van 2008 toegenomen met € 23,3 miljoen, de reguliere afschrijvingen zijn lager dan de gedane investeringen in de nieuwbouw. De nieuwbouwprojecten in 2009 betroffen in Nijmegen de uitbreiding Hogere Labatorium Opleidingen en het project Laan van Scheut voor Faculteit Economie en Management en in Arnhem het gebouw van Engineering.
Balans per 31 december (na resultaatbestemming) (x € 1.000)
2005
%
2006
%
2007
%
2008
%
2009
%
Activa Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
114.023
79
120.272
81
119.898
75
127.383
77
150.671
88
98
0
51
0
51
0
51
0
51
0
459
0
3.202
2
26
0
30
0
171
0
6.684
5
7.086
5
13.408
8
11.223
7
13.496
8
Vlottende activa Voorraden en onderhanden werk Vorderingen Effecten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
23.181
16
18.039
12
26.834
17
25.918
16
6.572
4
144.445
100
28.493
20
39.769
Voorzieningen
33.928
23
25.596
Schulden op lange termijn
24.021
17
23.142
Schulden op korte termijn
58.003
40
60.143
40
144.445
100
Liquide middelen Totaal activa
148.650 100
160.217 100
164.605 100
170.961 100
Passiva Eigen vermogen
Totaal Passiva
130
27
57.906
36
17
18.520
12
16
22.227
14
61.564
38
58.753
148.650 100
160.217 100
67.835
41
68.459
16.764
10
18.443
11
21.253
13
20.260
12
36
63.799
37
164.605 100
40
170.961 100
De vorderingen zijn per saldo € 2,3 miljoen hoger dan in 2008 wat met name veroorzaakt wordt door een toename van het saldo van lopende projecten. De liquide middelen zijn met € 19,3 miljoen afgenomen ten opzichte van 2008. Dit wordt met name veroorzaakt door de investeringen in de nieuwbouw, die gefinancierd zijn uit eigen middelen.
Na toevoeging van het resultaat van € 0,6 miljoen is het eigen vermogen toegenomen tot € 68,5 miljoen. De voorzieningen zijn per saldo toegenomen met € 1,7 miljoen. Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar de navolgende tabel.
Voorzieningen 2009 (x € 1.000)
Saldo 31-12-2008
Personele voorzieningen
Mutaties 2009 Dotaties
Saldo 31-12-2009
Onttrekkingen
Vrijval/overboeking
Wachtgelden
5.533
-
1.245
-/-1.233
3.055
Sociaal Beleid
1.462
2.859
928
1.192
4.585
799
123
76
-
846
Jubileumuitkering WAO/WIA
1.928
297
127
-
2.098
Totaal personele voorzieningen
9.723
3.279
2.376
41
10.584
989
1.395
905
5.234
1.273
876
Verlieslatende projecten
1.479
Overige voorzieningen Onderhoud Afstudeerfonds Totaal overige voorzieningen Totaal voorzieningen
-
5.631
819
-
70
-
749
6.053
1.273
946
-
6.380
16.764
5.947
4.227
41
18.443
Liquiditeit Current ratio per 31 december 2005
2006
2007
2008
2009
HAN
0,5
0,5
0,7
0,6
0,3
HBO-gemiddelde
0,9
0,8
0,7
De liquiditeitspositie, uitgedrukt in de current ratio (de verhouding tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden) bedraagt 0,3. Ten opzichte van 2008 is deze ratio flink gedaald. Dit wordt veroorzaakt door investeringen in nieuwbouw uit eigen middelen. Het beleid van de HAN is gericht op het aanhouden van een zo laag mogelijk saldo liquide middelen. Een ratio van 0,5 ziet de HAN als voldoende om de kortlopende schulden op tijd te voldoen. In de loop van 2009 is de ratio onder de 0,5 gekomen doordat er nog geen 131
D E
H A N I N B E E L D
externe financiering is aangetrokken voor lopende nieuwbouwprojecten. De voorbereidingen voor externe financiering zijn in 2009 gestart en worden naar verwachting in het eerste half jaar van 2010 gerealiseerd. Tijdelijke liquiditeitsbehoefte wordt via een rekening courant krediet opgevangen.
Vermogenspositie Solvabiliteit per 31 december 2005
2006
2007
2008
2009
HAN
19,7%
26,8%
36,1%
41,2%
40,0%
HBO-gemiddelde
20,1%
37,0%
36,7%
Door toevoeging van het resultaat aan het eigen vermogen is dit gestegen van € 67,8 miljoen naar € 68,5 miljoen. De solvabiliteit daalt ten opzichte van 2008 met 1,2%. Door de investeringen in nieuwbouw is het balanstotaal toegenomen waardoor deze daling, ondanks een positief resultaat, wordt veroorzaakt. De solvabiliteit is boven de HAN-norm van 20%, de financiële positie van de HAN is solide.
7.4 Financiering Kasstroomoverzicht (x €1.000) Operationele activiteiten Investeringsactiviteiten Financieringsactiviteiten Mutatie kasstroom 132
2005 17.661
2006 10.268
2007 17.985
2008
2009
16.947
14.382
-/-22.044 -/-14.529 -/- 8.275 -/- 16.889
-/-32.706
-/- 848
-/- 879
-/- 915
-/- 974
-/- 993
-/- 5.231
-/- 5.142
8.795
-/- 916
-/-19.346
De investeringen hebben voornamelijk betrekking op de uitbreiding van het gebouw van de Hogere Labatorium Opleidingen in Nijmegen, de nieuwbouw aan de Laan van Scheut in Nijmegen voor Faculteit Economie en Management en de nieuwbouw van Engineering in Arnhem. De investeringen zijn volledig gefinancierd uit de aanwezige middelen en uit de operationele kasstroom.
7.5 Treasury Het liquiditeitsbeheer wordt in eigen beheer uitgevoerd en is gericht op maximalisatie van het renteresultaat. Daartoe zijn rekeningcourantcontracten afgesloten met de huisbankier, waar ook het grootste deel van de deposito’s is afgesloten. Er wordt geen actief beleggingsbeleid gevoerd. Mede in relatie tot de investeringen in vastgoed en de speerpunten wordt een strakke monitoring van de liquiditeitenplanning toegepast, waarbij de ontvangsten en uitgaven gematcht worden.
7.6 Deelnemingen De meerderheidsdeelnemingen zijn hieronder met enige kerngegevens weergegeven. (x €1.000)
Omzet Eigen vermogen 2009 per 31 dec. 2009
Resultaat Begroot 2009 resultaat 2009
HAN Holding BV excl. deelnemingen
991
29
-
-
Interstudie NDO BV
979
8.343
-236
246
HAN-Flex BV
131
4.946
32
0
13.318
-204
246
HAN Holding geconsolideerd
HAN Holding BV heeft als dochterondernemingen: Interstudie NDO BV en HAN-Flex BV. Interstudie NDO BV is een onderwijsadviesbureau dat in 2000 is verzelfstandigd. De omzet van Interstudie NDO BV is k€ 8.343, dit is bijna 5% lager dan begroot (k€ 8.745). Het resultaat is met negatief k€ 236 veel lager dan begroot (begroot k€ 246 positief). HAN-Flex BV verzorgt voor de HAN de inleen van gastdocenten, surveillanten en dergelijke. Het resultaat is k€ 32.
7.7 Risicobeheersing De belangrijkste financiële risico’s voor de HAN zijn: achterblijvende baten door dalende studentenaantallen en slechte rendementen, onvoldoende indexatie van de rijksbijdrage in relatie tot de loonontwikkeling en tegenvallende omzet uit marktactiviteiten. Om deze risico’s op te kunnen vangen maakt de HAN zoveel mogelijk gebruik van een flexibele schil in zowel haar huisvestingsals personeelsbestand. In 2009 bleek de zeer snelle teruggang van de marktomzet niet overal in voldoende mate te kunnen worden opgevangen door kostenreducties. In 2010 is het streven erop gericht om bij marktactiviteiten zoveel mogelijk met flexibele kosten te werken, zodat eventuele verdere omzetteruggang zoveel mogelijk kan worden opgevangen door kostenreducties. Tevens is de omzet voor 2010 en later conservatief begroot. Door de eerder genoemde viermaandelijkse managementrapportages worden alle organisatieonderdelen gemonitord, zodat afwijkingen van de (zowel financiële als niet financiële kwantitatieve en kwalitatieve) resultaten in relatie tot de begrotingen en doelstellingen tijdig gesignaleerd kunnen worden. De financiële risico’s van calamiteiten zoals brand zijn gedekt door 133
D E
H A N I N B E E L D
afgesloten verzekeringen. Om te zorgen dat de verzekerde bedragen up to date blijven wordt eenmaal per drie jaar door een extern bureau een controle uitgevoerd op de aanwezige risico’s en de dekking daarvan. Daarnaast heeft de HAN een WA-verzekering ter dekking van de wettelijke aansprakelijkheid van bestuur, personeel en studenten. Zie ook hoofdstuk 6.7 Integraal Risicomanagement.
7.8 Toekomstige ontwikkelingen De begrotingscijfers voor het jaar 2010 zijn als volgt vastgesteld door het College van Bestuur: x €1.000
Begroting 2010
Baten Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies
159.335 82
College-, cursus-, les- en examengelden
44.417
Baten werk in opdracht
31.135
Overige baten
11.798
Totaal Baten
246.767
Lasten Personeelslasten
188.273
Afschrijvingen
10.898
Huisvestingslasten
14.457
Overige lasten
30.623
Totaal Lasten
244.251
Saldo Baten en Lasten Financiële baten en lasten Resultaat
2.516 - 1.626 890
Belastingen
-
Resultaat deelnemingen
-
Resultaat na belastingen Aandeel derden in resultaat Nettoresultaat
890 890
. De cijfers in dit hoofdstuk zijn ontleend aan de jaarrekening 2009 van de HAN, waarbij door KPMG een goedkeurende verklaring is afgegeven. 134
D E
H A N
I N
B EEL D
De HAN
Bijlagen
in beeld
PROFESSIONELE RUIMTE IN BEELD
ALS METAFOOR VOOR DE PROFESSIONELE RUIMTE ZIE IK EEN STEVIG GEBOUW. HET ONDERWIJS , DE INTERACTIE TUSSEN DOCENTEN EN STUDENTEN, IS WAT BINNEN HET HUIS GEBEURT. MAAR BIJ EEN GOED EN WARM HUIS HOORT OOK EEN STEVIG FUNDAMENT (DE TUSSENLAAG , DE KADERS), EN EEN VEILIG DAK (MANAGEMENT). SAMEN MAKEN ZIJ HET ONDERWIJS , SAMEN BEPALEN ZIJ EEN VEILIGE PROFESSIONELE RUIMTE.
Professionele ruimte volgens Peter Schuszler Hoofddocent bij ICA en lid Kenniskring Networked Applications In mijn vak vind ik het mooi om kennis over te dragen, om mensen vooruit te helpen, mensen te zien groeien. Maar ook om zelf veel te blijven leren. Voordat ik bij de HAN kwam werken heb ik 17 jaar als universitair docent gewerkt. Op de universiteit was een andere cultuur dan we hier bij de HAN hebben. Wat een groot verschil is, is dat we bijvoorbeeld bij de Informatica Communicatie Academie met collega’s met elkaar over het onderwijs praten, ideeën uitwisselen. Daar namen we op de universiteit echt veel minder ruimte voor. Toen ik voor het eerst de heidagen van ICA meemaakte vond ik dat geweldig. Wat een inspiratie. Een ander groot verschil is het type studenten. Op de universiteit willen studenten eerst horen hoe iets in elkaar zit en gaan er daarna zelf mee aan de slag. Hbo-studenten willen graag meteen aan de slag. Als docent op het hbo vind ik het ook leuk om studenten die misschien in eerste instantie weerstand hebben om iets te doen, toch enthousiast te krijgen voor een opdracht en het resultaat. Bij de rondetafelgesprekken over professionele ruimte vond ik het opvallend dat mijn collega’s direct enthousiast waren. Er was meteen dialoog. Als ik dat weer vergelijk met de universiteit dan hebben we in het hbo echt veel ruimte. Het klinkt misschien raar maar soms vind ik dat wij bij ICA zelfs teveel professionele ruimte hebben. We hebben een platte organisatiestructuur. Dat is prettig want daardoor zijn er korte communicatielijnen. Maar het zou goed zijn als er een inhoudelijke tussenlaag zou zijn van mensen met visie die projecten vooruit trekken. Docenten zouden elkaar ook meer moeten aanspreken op hun verantwoordelijkheden, ook dat hoort bij professionele ruimte.
H A N
E N O P L E I D I N G R O L E H B A C
Taal
X
Duaal
Deeltijd
X
e-learning
Voltijd
HBO BACHELOROPLEIDINGEN
X
N
Domein Educatie B Opl leraar VO 2e gr in Aardrijkskunde B Opl leraar VO 2e gr in Economie
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Biologie
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Duits
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Engels
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Frans
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Geschiedenis
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Natuurkunde
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Nederlands
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Pedagogiek
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Scheikunde
X
X
X
N
B Opl leraar VO 2e gr in Wiskunde
X
X
X
N
B Opleiding tot leraar Basisonderwijs
X
X
N
B Opleidingskunde
X
X
N
B Autotechniek
X
X
B Elektrotechniek
X
X
N
X
N
Domein Engineering X
N
B Embedded Systems Engineering
X
B Werktuigbouwkunde
X
N
B Industrieel Product Ontwerpen
X
B Technische Bedrijfskunde
X
X
N
B Technische Informatica
X
X
N
X
X
N
Domein Built Environment B Bouwkunde
140
X
N
Taal
X
Duaal
Deeltijd
X
e-learning
Voltijd
HBO BACHELOROPLEIDINGEN
X
N
Domein Built Environment B Civiele Techniek Ad Civiele Techniek Projectuitvoering en Realisatie Ad Civiele Techniek Directievoering Domein Applied Sciences B Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek
X
X
N&E
B Chemie
X
X
N
B Bio-informatica
X
N
Domein ICT + Communicatie B Technische Informatica
X
X
N
B Bedrijfskundige Informatica
X
X
N
B Informatica
X
X
N
B Communicatiesystemen
X
X
B Communication & Multimedia Design
X
X
X
N N
Domein Health B Opleiding tot Fysiotherapeut
X
N
B Opleiding voor Ergotherapie
X
N
B Opleiding voor Logopedie
X
N/D (vt)
B Voeding en Diëtetiek
X
N
B Opleiding Mondzorgkunde
X
N
Domein Nursing B Opleiding tot Verpleegkundige
X
X
X
N
B Opl leraar 2e gr in Gezondheidszorg en Welzijn Ad Onderwijsondersteuner Gezondheidszorg en Welzijn
X
N
B Management in de Zorg
141
D E
H A N I N B E E L D
X
Taal
e-learning
X
Duaal
Deeltijd
Voltijd
HBO BACHELOROPLEIDINGEN
Domein Nursing Ad Management in de Zorg
N
Domein Sport B Sport, Gezondheid en Management
X
N
B Opl leraar VO 1e gr in de Lichamelijke Oefening
X
N
B Sport- en Bewegingseducatie
X
N
Domein Social Studies B Maatschappelijk Werk en Dienstverlening
X
X
X
B Sociaal Pedagogische Hulpverlening
X
X
X
B Pedagogiek
X
X
B Culturele en Maatschappelijke Vorming
X
X
B Creatieve Therapie
X
X
B Toegepaste Psychologie
X
N X
N&D (vt)
X
N&D (dt)
N N N
Domein Commerce B Commerciële Economie
X
B Small Business en Retail Management
X
B International Business and Languages
X
X
X
N
X
N N
B International Business and Management Studies
X
E
B Food & Business
X
N
Domein Communicatie B Communicatie
X
X
X
N&E (vt)
B Logistiek en Economie
X
X
X
N&E (vt)
B Facility Management
X
X
X
Domein Logistiek en Dienstverlening
142
X
X
X
X
X
Ad Accountancy
X
X
B Bedrijfseconomie
X
X
Taal
X
B Personeel en Arbeid
Duaal
Deeltijd
B Opleiding voor Management, Economie en Recht
e-learning
Voltijd
HBO BACHELOROPLEIDINGEN
X
N&E (vt)
Domein Logistiek en Dienstverlening N
Domein Rechten B Hbo-Rechten
X
N
Domein Economics B Accountancy X
N N&E (vt)
B Fiscale Economie Ad Assistant Fiscalist
X
X
N
B Financial Services Management
X
X
N
143
D E
H A N I N B E E L D
H A N
G R A M M A ’ S O R P R E T M A S
Deeltijd
Master in Control Systems Engineering
X
X
Master in Information Systems Development
X
Duaal
Voltijd
HBO MASTERPROGRAMMA’S Studiepunten (conform WHW en OER) 75 70
Master Management & Innovation
X
67,5
Master Human Resources Management
X
67,5
Master of International Business
X
X
90
Master Advanced Nursing Practice *
X
120
Master Physician Assistant *
X
150
Master in Molecular Life Sciences
X
Master Pedagogiek *
X
72
X
90
Master Bedrijfskunde Zorg en Dienstverlening
X
Master of Telecommunication Management
X
Master in Social Work *
70
X
68
X
60
Master Leraar Algemene Economie *
X
90
Master Leraar Engels *
X
90
Master Leraar Nederlands *
X
90
Master Leraar Wiskunde *
X
Master Neurorevalidatie (vanaf 2009) Master of AutomotiveSystems
X
* bekostigde masteropleidingen
144
90
X
60
X
90
L E C T O R A T E N
Economie en Management Human Communication Development Lector dr. E.C.M. (Els) van der Pool Innovatie in de Publieke Sector Lector drs. F.J. (Frans) Nauta Internationale Handel voor het MKB Lector drs. L.B. (Louise) van Weerden (gestopt per 01-03-2010) Kunst, Cultuur en Economie Lector prof. dr. D. (Dany) Jacobs Logistiek en Allianties Lector drs. S.J.C.M. (Stef ) Weijers Professional & Leadership Development Lector ir. J.J.M. (Hans) Timmermans Total Quality Management in Organisatienetwerken Lector drs. G.J. (Gerard) Berendsen Ondernemerschap Lector dr. S. Nandram (start per 01-05-2010)
Techniek Experimentele Akoestiek / Vehicle Acoustics Lector dr. ir. H.E. (Hans-Elias) de Bree Industriële Microbiologie Lector prof. dr. C.A.M.J.J. (Kees) van den Hondel en assiocate lector dr. B.C. (Christien) Lokman Meet- en Regeltechniek Lector prof. dr. ir. B. (Brian) Roffel Mobiliteitstechnologie Lector dr.ir. J.P. (Joop) Pauwelussen Telecommunicatie Netwerken Lector prof. ir. J.W.J. (Jaap) baron van Till (gestopt per 01-11-2009)
Voertuigmechatronica Lector dr. P.A. (Bram) Veenhuizen Zorggericht Bouwen Lector mr. T. (Tom) Vroon en assiocate lector ir. J.A. (Jarno) Nillesen Data Architectures & Metadata Management Lector drs. G. (Guido) Bakema Mens, Computer, Interactie Lector drs. T.M.J. (Dick) Lenior Networked Applications Lector dr. ir. R.R. (René) Bakker
Onderwijs en Opleiden Duurzaam Beoordelen Lector dr. D.M.A. (Dominique) Sluijsmans Governance en Innovatiedynamiek in het Onderwijs Lector dr. F.J. (Frans) de Vijlder Innovatie van Leren in Organisaties Lector dr. J.M. (Jürg) Thölke Leren in Veranderende Organisaties Lector dr. G.J. (Gertjan) Schuiling Leren met ICT Lector dr. M.H. (Marijke) Kral Ontwerpen van Innovatieve Leerarrangementen Lector dr. B. (Bregje) de Vries Ontwikkelen van Competenties op de Werkplek Lector dr. R. (Ruud) Klarus Pedagogische Kwaliteit van de Leraar Lector drs. A.J. (Arjan) Dieleman
145
D E
H A N I N B E E L D
Gezondheid, Gedrag en Maatschappij Acute en Intensieve Traumazorg Lector dr. A.J. (Joke) Mintjes, associate lector dr. L.C.M. (Lilian) Vloet (gestart per 01-09-2009) Arbeid en Gezondheid: Preventie en Reïntegratie Lectoren dr. Y.F. (Yvonne) Heerkens en dr. J. (Josephine) Engels Levensloopbegeleiding bij Autisme Lector dr. J.P.W.M. (Jan-Pieter) Teunisse Human Resource Management Lector dr. R.M. (Robert) Verburg Lokale Dienstverlening vanuit Klantperspectief Lector dr. M.A.W. (Martha) van Biene, associate lector dr. E.L. (Erik) Jansen (gestart per 01-02-2009) Management van Zorg en Dienstverlening vacature Neurorevalidatie Lector dr. B.J.M. (Bert) de Swart Professionalisering van Agogische Beroepen en Vaktherapeuten Lectoren dr. C.H.E. (Kitty) Kwakman en dr. M.J.C. (Marion) van Hattum Werkzame Factoren in de Jeugdzorg Lector dr. H.M. (Huub) Pijnenburg Zorg voor Mensen met een Verstandelijke Beperking Lector dr. P.J.C.M. (Petri) Embregts Langdurige Zorg Lectoren dr. M.J.M. (Marian) Adriaansen en dr. R. (Rob) van der Sande (gestart per 01-02-2009) Sport, Voeding en Leefstijl Lectoren dr. ir. G. (Gertjan) Schaafsma en dr. V.V.A.M. (Victor) Schreurs
146
S A M E N S T E L L I N G
B E S T U U R
College van Bestuur
M A N A G E M E N T
Drs. M.F.J. (Menno) Pisterius (adj.) (vanaf 12-01-2009) Drs. K.E. (Kathelijne) van Kammen (vz) Drs. A.P.M. (Ans) Gielen Drs. T. (Tjeerd) de Jong Drs. C. (Caroline) van Mierlo-Renia Drs. G.J.B.M. (Gerard) Knuppel (adj.) Drs. M.A.M. (Tjeu) Verhagen
Drs. M.J.G. (Ron) Bormans Drs. K.F.B. (Kirstel) Baele
“
Sociale Studies “ Sport en Bewegingsstudies Verpleegkundige Studies “ HAN Masterprogramma’s Gezondheid Gedrag en Maatschappij Drs. F.M.G.D. (Fernand) van Westerhoven VDO Opleiding en advies
Faculteit Educatie Faculteitsdirectie J.T.J.J. (Jack) Vogels (tot 01-06-09) Drs. A.T. (Titia) Bredée (vanaf 01-06-09) Instituutsdirectie Drs. J.W.G. (Jacques) van Meegen
Instituut voor leraar en School (ILS HAN) Drs. H. (Hennie) Komduur (adj.) “ G.J.M. (Gert-Jan) Jansen Opleidingskunde* B.T.M. (Betty) van Waesberghe (vz) Pabo (Arnhem en Nijmegen) Y.T.J.M. (Yvonne) Visser “ M.G.A.P. (Rien) van Domburg (adj.) “ E.H.M. (Erny) Holla (adj.) “ Drs. H. (Hans) van Gansewinkel MCM Directeur Interstudie NDO
Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij Faculteitsdirectie F.H.J. (Frank) Stöteler Instituutsdirectie M.M.A. (Marijke) Beckers MSM Th.H.M. (Theo) Joosten MSM
E N
Faculteit Economie en Management Faculteitdirectie Drs. H.V.C. (Jetty) Schaap Instituutsdirectie Drs. E.H.M. (Lilian) Prevoo (vz) A.W. (Ad) van Dijk C. (Cees) de Jong (vz) Drs. P. (Peter) Hoekstra Drs. W.G. (Gert) de Groot (vz) M.M. (Masja) van Fruchten Drs. R.D. (Rob) Westerdijk
Bedrijfskunde “ Financieel Management & Rechten “ International Business & Communication “ Expertisecentrum Economie en Management
Mondzorgkunde* Paramedische Studies *
Is vooralsnog niet ondergebracht in een instituut en valt rechtstreeks onder faculteitsdirectie
147
D E
H A N I N B E E L D
Faculteit Techniek
Service Bedrijf HAN
Faculteitsdirectie Mr. E.J. (Ella) Hueting J.H.W.M. (Jos) Coonen (a.i.) (vanaf 16-11-2009)
Directie L.J.M. (Louis) Pullens (tot 01-09-09) Ir. H. (Henk) Stomphorst (vanaf 01-09-09)
Instituutsdirectie Drs. C.W. (Cees) van Verseveld Ir. A.G. J. (Arthur) Appelmans (vanaf 10-07-09) Drs. R.A.M. (René) Tönissen Drs. B.S. (Beatrijs) Linford-Moojen (vanaf 01-01-2009) E. (Eric) Holtman (vz) (vanaf 01-06-2009 Ir. D.A.J (Deny) Smeets A.C. (Bram) Steennis MSc
Hoofden Service Units Drs. G.W. (Geert) van Gessel F.J. (Francien) Hoek A.J. (Ad) Sanders (tot 01-12-09)
Applied Sciences Automotive
Facilitaire Zaken Financieel Economische Zaken Informatica en Communicatie Technologie Ir. D.A.J. (Deny) Smeets “ Drs. J.A.M. (Hans) Brouwer Marketing Communicatie en Voorlichting Mr. B. (Betty) Euser Personeel en Organisatie Mr. M.M. (Marianne) Nannings MSc Service Centrum Onderwijs Drs. P.J.M. (Jan) Lemmens Studentzaken Drs. J.G. Pouwels International office
Built Environment Engineering Informatica Communicatie Academie “ Cursussen Post-hbo en Masteropleidingen
Programmamanagement Dr. J.C. (Jaap) Gall Noël Maertens Concerncontroller Drs. M.J.M. (Thijs) Beelen
148
Informatiemanager HAN Kennispoort HAN
S A M E N S T E L L I N G
Volgens het geldende Rooster van Aftreden kunnen voorzitter en leden maximaal tweemaal voor een periode van vier jaar zitting hebben in de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht bestaat uit:
R A A D
V A N
T O E Z I C H T
Benoeming 01-09-02 tot 01-09-06 Tweede periode ingegaan: 01-09-06 tot 01-09-10
Dhr. prof. dr. C.W.P.M. Blom (1946) Hoofdfunctie • Persoonlijk Hoogleraar Biologie Radboud Universiteit Nijmegen; tevens lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen; oud Rector Magnificus Radboud Universiteit Nijmegen; Ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw. Belangrijkste nevenfuncties • Voorzitter Raad van Toezicht Alliantie Voortgezet Onderwijs voor Nijmegen en Land van Maas en Waal • Lid Hochschulrat Universität Duisburg-Essen • Diverse adviseurschappen bij universitaire, departementale en EU-commissies
Dhr. ir. H.L.J. Noy (1951), voorzitter Hoofdfunctie • Voorzitter Raad van Bestuur ARCADIS NV, Arnhem Belangrijkste nevenfuncties • Commissaris bij NV Nederlandse Gasunie • Diverse bestuurslidmaatschappen, o.a. bij VNO-NCW, Vereniging Effecten Uitgevende Ondernemingen • Lid Adviesraad Uitgevende Instellingen Euronext • Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Vilente (ouderenzorg)
Benoeming 01-01-08 tot 01-03-12
Benoeming 01-06-03 tot 01-06-07 Tweede periode ingegaan: 01-06-07 tot 01-06-11
Dhr. drs. J.C. Houwert (1949)
Nieuw benoemd in de Raad van Toezicht per 1 januari 2009
Hoofdfunctie • Adviseur Raad van Bestuur Koninklijke Wegener NV, Apeldoorn Belangrijkste nevenfuncties • Diverse commissariaten, o.a. bij Eden Design & Communication en Goudse Verzekeringen • Diverse bestuurslidmaatschappen in de uitgeversbranche, o.a. bij Nederlands Uitgevers Verbond • Voorzitter Raad van Toezicht Groninger Museum • Lid Bestuur Introdans
Mw. dr. ir. C.C. Krijger (1960) Hoofdfunctie • Manager Personeel en Organisatie en Facilitair Bedrijf TenneT TSO BV Belangrijkste nevenfuncties • Geen nevenfuncties Benoeming 01-01-09 tot 01-01-13
149
D E
H A N I N B E E L D
Mw. prof. dr. H. Maassen van den Brink (1954) Hoofdfunctie Hoogleraar Onderwijs- en Arbeidseconomie Universiteit van Amsterdam, Hoogleraar Evidence Based Onderwijs Universiteit Maastricht Belangrijkste nevenfuncties • Diverse bestuurslidmaatschappen, o.a. bij MaGW Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (voorzitter), Eric, evaluating research in context (voorzitter), Stichting UVA Economisch Onderzoek (penningmeester) • Diverse toezichthoudende functies, o.a. RVU Mediapark Hilversum (vicevoorzitter), Raad van Toezicht Leids Universitair Medisch Centrum (vicevoorzitter), Raad van Toezicht Rijksakademie van Beeldende Kunsten Amsterdam • Actief in o.a. de Commissie Sorgdrager OCW (kwaliteit en bekostiging), Innovatie Netwerk Onderwijs - OCW, Wetenschappelijke Adviesraad ST GAK (SIG) en Pro-Raak (beoordelingscommissie onderzoeksvoorstellen HBO) Benoeming 01-01-09 tot 01-01-13
Afgetreden per 1 april 2009, in verband met einde zittingstermijn Dhr. mr. E.M. d’Hondt (1944) Hoofdfunctie • Gepensioneerd; daarvoor Voorzitter GGD Nederland, Utrecht; Officier in de Orde van Oranje Nassau Belangrijkste nevenfuncties • President-Commissaris Continuon NV en Commissaris Goudse Verzekeringen • Voorzitter bestuur, o.a. bij Museum Het Valkhof en Stichting Parlementaire Geschiedenis • Vicevoorzitter Bestuur Nederlandse Rode Kruis
• Lid bestuur Academie voor Wetgeving • Voorzitter Raad van Commissarissen bij de Brinkgroep • Lid Raad van Commissarissen BMC • Voorzitter Raad van Toezicht Canisius Wilhelmina Ziekenhuis te Nijmegen • Lid Raad van Toezicht Politieacademie Benoeming 01-03-01 tot 01-03-05 Tweede periode 01-03-05 tot 01-03-09
Dhr. ing. J.W. Ramaekers (1947), Hoofdfunctie • Gepensioneerd; daarvoor Landenmanager NXP Nederland en Site Director Eindhoven en Nijmegen Belangrijkste nevenfuncties • Commissaris bij DAR milieudiensten • Diverse bestuurslidmaatschappen, o.a. bij Kamer van Koophandel, VNO NCW Midden (regio Arnhem-Nijmegen), Nederlandse Maatschappij voor Nijverheid en Handel (afdeling Nijmegen), Industriële Kring Nijmegen en Omstreken en Universiteitsfonds TU Twente • Lid Innovatieplatform Nijmegen • Lid Adviesraad ROC Sector Economie • Lid Klankbordgroep TU Delft • Lid Dagelijks Bestuur Stichting Health Valley • Voorzitter ExPat Platform Nijmegen Benoeming 01-03-01 tot 01-03-05 Tweede periode: 01-03-05 tot 01-03-09
150
S A M E N S T E L L I N G
M E D E Z E G G E N S C H A P S R A A D
Studentengeleding
Personeelsgeleding
Kiesgroep HAN algemeen Wendy Harmsen, Arjan Jebbink (tot 31-7-09), Maartje Emons (v.a. 19-09), Nick van Meerwijck (tot 31-7-09), Bram Steins (vanaf 1-9-09) Dolf Senders (tot 1-2-09), Vincent Verhoeven (vanaf. 1-5-09)
Kiesgroep HAN algemeen Koen Sieben (tot 1-2-09), Ria Derksen (vanaf 1-2-09), Marijke Pape (tot 10-9-09), Eduard Vooren (vanaf 1-9-09)
Kiesgroep Faculteit Economie en Management Iris Drenth (tot 1-5-09), Alette Ouwens (vanaf 7-5-09 tot 31-7-09), Manon Bruinekreeft (vanaf 1-9-09 tot 9-9-09), Ewoud Schut vanaf 17-9-09)
Kiesgroep Faculteit Economie en Management Ineke Takke (tot 31-7-09), Marijke Pape (vanaf 1-9-09) Kiesgroep Faculteit Educatie Ina Boersma
Kiesgroep Faculteit Educatie Sophia Kelders, Elke Zeller (vanaf 10-9-09 plaatsvervanger van Sophia Kelders)
Kiesgroep Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij Amy van Duijnhoven (tot 31-7-09), Nanda van Doremalen (vanaf 10-9-09)
Kiesgroep Faculteit Techniek Sander Jansen (tot 31-7-09), Mark Adam (vanaf 1-9-09)
Kiesgroep Faculteit Techniek Jean Hendriks
Kiesgroep Faculteit Gezondheid Gedrag en Maatschappij Maarten Venhovens
Kiesgroep Service Bedrijf Hanneke de Natris, Mieke Rombouts
151
D E
H A N I N B E E L D
Colofon Realisatie HAN Marketing Communicatie en Voorlichting Bestuurssecretaris HAN
Ontwerp & uitvoering ter Haar Romeny & Ketel
Fotografie Rob Gieling
Drukwerk Drukkerij Efficiënt Nijmegen Met dank aan alle HAN-medewerkers die een bijdrage hebben geleverd aan de totstandkoming van dit jaarverslag. Informatie over de inhoud van het Jaarverslag HAN 2009 kunt u opvragen bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, telefoon (026) 369 15 07.
152