Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
1
Jaarverslag opvoedingswinkels 2011 Inhoudstafel Inhoudstafel ------------------------------------------------------------------------------------------------ 2 Woord vooraf ----------------------------------------------------------------------------------------------- 3 I Inleiding --------------------------------------------------------------------------------------------------- 4 II Overzicht 2011 Brasschaat en Zoersel--------------------------------------------------------------- 6 1 Pedagogisch advies en informatieverstrekking--------------------------------------------------- 6 2 Vormingen---------------------------------------------------------------------------------------------20 3. Opvoedingspunten ----------------------------------------------------------------------------------22 4. Evaluatie beleidsplan 2011 ------------------------------------------------------------------------26 III Beleidplan 2012 ---------------------------------------------------------------------------------------31 Bijlage: overzicht van de vormingen------------------------------------------------------------------- 34
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
2
Woord vooraf Voor u ligt ons tweede jaarverslag. Vorig jaar toonden we met veel trots de resultaten van ons eerste volledige werkjaar. Dit jaar tonen we u hoe we gegroeid zijn, kwantitatief maar ook kwalitatief. Uit de gepresenteerde cijfers kan u concluderen dat opvoedingsondersteuning het voorbije jaar meer op de kaart is gezet in onze regio’s. Steeds meer ouders vinden de weg naar onze opvoedingswinkels en –punten en naar de vormingen. Een woord van dank is hier op zijn plaats voor alle betrokkenen: medewerkers van de winkels, lokale besturen en alle diensten, voorzieningen, scholen, organisaties, … die mee opvoedingsondersteuning als thema promoten en het voor ouders gemakkelijker maken om hun vragen te stellen. Daarnaast toont dit jaarverslag dat we ons aanbod verdiept hebben. Door goed te luisteren naar alle betrokkenen in de regio’s kunnen we ons aanbod meer en beter afstemmen op de behoeften aan opvoedingsondersteuning. Door ons zelf te blijven vormen kunnen we ons aanbod kwalitatief verbeteren. Ondertussen zijn we 2012 en maken we volop plannen voor nieuwe initiatieven zoals de ontmoetingsplaatsen, een verbeterde dienstverlening (met een nieuw kwaliteitslabel) en bereikbaarheid voor kwetsbare doelgroepen. Ook hier gaan we voor samenwerkingsverbanden net zoals we deden bij de oprichting van de winkels. We zetten verder in op een nog ruimere bekendmaking. We hopen dat we met dit jaarverslag uw interesse kunnen opwekken en dat u door het lezen ervan onze begeestering voelt waarmee we dit initiatief verder willen uitbouwen tot een vaste waarde in het hulp- en dienstverleningslandschap voor ieder die met opvoeden bezig is.
De medewerkers van de winkels: Chantal Cierkens, Wendy De Cuyper, Inke Dierinck, Annemie Gedopt, Annelies Van Eyck en de initiatiefnemers Gie Janssens, Mia Gijs, Inge Waterschoot, Chantal Van Overvelt
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
3
I Inleiding De cijfers die u in dit jaarverslag gepresenteerd worden liegen er niet om: uit het stijgende aantal ouders en andere opvoedingsverantwoordelijken die de winkel binnen stappen of aanwezig zijn op de vormingsavonden, kunnen we opmaken dat veel ouders nood hebben aan ondersteuning bij hun opvoedingstaak. Expoo stelde dit jaar een rapport samen met een overzicht van resultaten uit een 20tal wetenschappelijke onderzoeken uit Vlaanderen en Nederland. Opzet van deze onderzoeken was een antwoord te formuleren op de vraag “hebben ouders behoefte aan opvoedingsondersteuning?”1 De 5 belangrijkste vaststellingen uit deze onderzoeken willen we u niet onthouden:
1. Ouders zijn meestal tevreden over het opvoeden De meeste ouders zien opvoeden als een positieve uitdaging met meer voor- dan nadelen. De meeste gezinnen genieten van de tijd die ze samen beleven. Ouders willen hun kinderen graag goed opvoeden; ze streven naar een warm en veilig nest waar de kinderen ruimte krijgen om hun talenten te ontwikkelen.
2. Veel ouders zijn wel eens bezorgd en stellen zich vragen Dat de meeste ouders tevreden zijn over het opvoeden, wil niet zeggen dat ze geen vragen hebben. Veel ouders zijn wel eens bezorgd over de opvoeding of ontwikkeling van hun kind(eren). Het gaat daarbij meestal niet om langdurige twijfels. Kleine vragen en zorgen rond opvoeding zijn normaal, ze komen bij elke ouder voor. Volgens recent onderzoek heeft 30 tot 50 % van alle ouders vragen. Ongeveer 20 tot 25 % heeft behoefte aan extra informatie of steun. Opvoedingsgerelateerde vragen reflecteren eerder de betrokkenheid van ouders dan echte problemen.
3. Vaak voorkomende vragen van ouders Ouders stellen zich in de eerste plaats vragen over de ontwikkeling van hun kind(eren). Op de tweede plaats staan vragen over schoolgerelateerde topics. Daarnaast stellen ouders vragen over hun rol als ouder en de aanpak van opvoeding in het algemeen. Ook over moeilijk en storend gedrag bij hun kind(eren) hebben ouders wel eens vragen.
4. De nood aan ondersteuning hangt sterk af van de gezinssituatie De vragen die ouders hebben hangen sterk af van de uniciteit van het gezin en de gezinssituatie. Veel gezinnen bevinden zich in een kwetsbare positie waardoor de draagkracht van ouders sterk onder druk wordt geplaatst. Dit kan een negatieve impact hebben op de opvoedingstaak.
1
Themabundel ‘hebben ouders behoefte aan opvoedingsondersteuning ?’ EXPOO, 2011
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
4
5. Ouders zoeken meestal steun of bevestiging in de eigen omgeving Ouders hebben behoefte om te praten over opvoeding. Dit doen ze bij voorkeur met mensen uit de eigen (informele) omgeving. In de praktijk krijgen ouders vooral steun van familie en vrienden, de kinderopvang, de school en het consultatiebureau van Kind en Gezin voor nietschoolgaande kinderen. Ouders halen ook informatie uit televisieprogramma’s, tijdschriften of het internet. Eén onderzoek geeft aan dat 20,8 % van de ouders behoefte heeft aan professionele hulp.2 In een ander onderzoek werd bevraagd wat ouders verwachten van professionele ondersteuners: ‘Ouders hebben regelmatig nood aan een uitlaatklep en geruststelling (…) De meerwaarde van een professionele ondersteuner ligt in de informatie die men kan bieden en het neutrale, objectieve advies. Een ondersteuner die geen emotionele band heeft met het kind kan een neutrale kijk geven op de situatie.’ Uit ditzelfde onderzoek blijkt tevens dat ‘(…) het onderscheid tussen het preventieve luik en de hulpverlening, niet aanwezig is in de hoofden van de respondenten.’ 3
2
‘Behoefte aan opvoedingsondersteuning : een onderzoek bij ouders in Maasmechelen’, K. Snijers, (2001) ‘Onderzoek naar de behoefte en opvoedingsondersteuning in de regio Tongeren’, B. Nielandt en T. Mertens, (2007) 3
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
5
II Overzicht 2011 Brasschaat en Zoersel In dit hoofdstuk willen we een duidelijk beeld geven van de realisaties van de opvoedingswinkels in 2011. We focussen daarbij op onze 3 belangrijkste opdrachten: 1. het verlenen van informatie 2. pedagogisch adviseren 3. het organiseren van vormingsavonden Om de werking van de beide opvoedingswinkels overzichtelijk te presenteren, opteren we voor een voorstelling van de cijfers per winkel. In een eerste paragraaf wordt de pedagogische advisering en het verlenen van informatie aan ouders en andere opvoedingsverantwoordelijke, voorgesteld. In een tweede paragraaf presenteren we de cijfers omtrent de groepsgerichte vormingen die we aanboden in de regio. We zullen telkens een korte vergelijking maken met de cijfers van het werkjaar 2010.
1 Pedagogisch advies en informatieverstrekking 1.1 Aantal mails, telefoons en bezoekers per gemeente In deze grafieken geven we weer hoeveel mails, telefoons en rechtstreekse contacten er waren in de opvoedingswinkels en in de opvoedingpunten. BRASSCHAAT
160
147
140 120 100 80
Rechtstreeks Telefonisch
61
Via mail
60 40
20
20 0 Grafiek 1a: aantal contacten Brasschaat
In totaal hebben we in de opvoedingswinkel 228 ouders bereikt, 66 meer dan in 2010. Daarbij zien we de grootste stijging in het aantal rechtstreekse contacten, m.a.w. de ouders komen meer en meer zelf naar de winkel. Het aantal rechtstreekse contacten steeg van 91 in 2010 naar 147 in 2011, een stijging met 62 % . Van de 228 contacten waren er 145 pedagogische adviesgesprekken, 83 contacten gingen over informatieverstrekking.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
6
In de opvoedingpunten bereikten we 70 ouders. Het totale aantal contacten in de winkel en de punten samengeteld bedraagt 298. Voor de opvoedingspunten kunnen we nog geen vergelijking maken met het vorige jaar omdat de meeste punten pas in januari 2011 opgestart zijn.
16 14
14
14
13
12
11 10
10
10
11 10
9
9 8
Telefoon
8 6
Gesprek
Mail Totaal
5 4
4
3
2
3
1
3
1
0
1 0
0
0
0
0 Kapellen
Kalmthout
Schoten
Wuustwezel
Stabroek
Essen
Grafiek 1b: aantal contacten opvoedingspunten Brasschaat
ZOERSEL
140
132
120 100
Rechtstreeks
80 60 40
Telefonisch 37
Via mail
26
20 0 Grafiek 1c: aantal contacten Zoersel
In de opvoedingswinkel van Zoersel bereikten we 195 ouders. Dit zijn er 35 meer dan het jaar daarvoor, een stijging met 22%. Het aantal gesprekken in de winkel steeg van 99 in 2010 naar 132 in 2011, een stijging met 32%. Van de 195 contacten waren er 92 pedagogische adviesgesprekken, 103 contacten gingen over informatieverstrekking. Wanneer we de cijfers van de 1ste en de 2de jaarhelft naast elkaar leggen, zien we een zeer groot verschil: 1ste helft: 121 contacten
Jaarverslag 2011
<-- >
2de helft: 74 contacten
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
7
Dit is een significante daling met 39%. We menen dat we deze daling kunnen toeschrijven aan de verandering van locatie. In juni 2011 is de opvoedingwinkel verhuisd van de dorpskern van St. Antonius naar het gemeentehuis. Ouders en intermediairen signaleren voortdurend dat onze nieuwe locatie onvindbaar is. De opvoedingswinkel is niet zichtbaar vanaf de straat en er staat geen verwijzing of signalisatie naar de opvoedingswinkel. Aan de gemeente werd dan ook de vraag gesteld om aan deze situatie iets te veranderen. 30 25
24 22
24 21
20
Winkel
15
Telefoon
15 10 8
10 5
6 3 1 1
Totaal
3 2
0
Mail
2 0
0 Schilde
Malle
Wijnegem
Zandhoven
Grafiek 1d: aantal contacten opvoedingpunten Zoersel
In de opvoedingspunten registreerden we in totaal 71 contacten, t.o.v. 55 in 2010. Een vergelijking per opvoedingpunt: 2010 Schilde 23 Malle 19 Zandhoven 3 Wijnegem 10
2011 24 24 8 15
1.2 Aantal gesprekken per vraag Onderstaande cijfers en grafieken geven de cijfers weer van de opvoedingswinkels. De registraties van de opvoedingpunten worden niet in detail geanalyseerd. We menen dat de cijfers voor de opvoedingwinkels op zich voldoende representatief zijn. In deze grafieken is af te lezen hoeveel gesprekken er per vraag nodig waren.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
8
BRASSCHAAT
114
120 110 100 90
1 gesprek
80
2 gesprekken
70
3 gesprekken
60
4 gesprekken
50
5 gesprekken
40
> 5 gesprekken
30 20
10
10
3
1
0 Grafiek 2a: aantal gesprekken per vraag
Meestal hebben ouders voldoende aan één enkel gesprek. Er waren nooit meer dan 4 gesprekken nodig per opvoedingsvraag.
ZOERSEL
120
105
100
1 gesprek 2 gesprekken
80
3 gesprekken
60
4 gesprekken
40 20
5 gesprekken 9
> 5 gesprekken
3314
0 Grafiek 2b: aantal gesprekken per vraag
Ook hier volstaat meestal 1 gesprek om een opvoedingsvraag te beantwoorden. Hier merken we wel dat er bij 5 gezinnen een traject van 5 of meer gesprekken nodig was.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
9
1.3 Opvoedingsverantwoordelijke Wie komt er naar de opvoedingswinkel? BRASSCHAAT 133
140
Mama
120
Papa
100
Beide ouders
80
Grootouder
60
Student
40
26
20
11
15
8
7
Opvoedingsondersteun er 6
anderen
0 Grafiek 3a: opvoedingsverantwoordelijke
ZOERSEL
100 90
88
80
Mama
70
Papa
60
Beide ouders
50
Grootouder
40
Student
30
30 20 10
Opvoedingsondersteuner 15 5 8
11
anderen 2
0 Grafiek 3b: opvoedingsverantwoordelijke
Net als vorig jaar zien we dus dat het vooral moeders zijn die een vraag stellen aan de opvoedingswinkel. De term “opvoedingsondersteuner” slaat op alle professionelen die een vraag stellen aan de opvoedingswinkel zoals bv. een onthaalmoeder.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
10
1.4 Leeftijd van de kinderen
BRASSCHAAT
60 53 50 0-1 jaar 40
1-3 jaar
34
3-6 jaar
29
30 21
6-12 jaar 12-16 jaar
20
20
16-18 jaar 9
8
10
> 18 jaar
0 Grafiek 4a: leeftijd van de kinderen
De meeste vragen betreffen kleuters. De helft van alle vragen betreft kinderen tussen 3 en 12 jaar. Ook deze cijfers liggen in de lijn van vorig jaar.
ZOERSEL
28
30
24
25
0-1 jaar 1-3 jaar
20
16
15
6-12 jaar
12
10 5
3-6 jaar
7 6 3
12-16 jaar 16-18 jaar > 18 jaar
0 Grafiek 4b: leeftijd van de kinderen
In vergelijking met 2010 werden er 50% minder vragen gesteld over jonge kinderen tot 3 jaar. Over kleuters (3 tot 6 jaar) waren er dan weer 50% meer vragen.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
11
1.5 Geslacht van de kinderen Onderstaande grafieken geven een beeld van de verhouding jongens/meisjes.
BRASSCHAAT
Jongen
42% 58%
Meisje
Grafiek 5a: verdeling jongens/meisjes
ZOERSEL
45%
jongen 55%
meisje
Grafiek 5b: verdeling jongens/meisjes
De gelijke verhouding meisjes – jongens zagen we ook in 2010.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
12
1.6 Aard van het gezin Onderstaande grafieken geven een beeld van de samenstelling van het gezin dat contact zoekt met de opvoedingswinkel. BRASSCHAAT
160 140 140 120 NSG
100
Samenwonend
80
Alleenstaand
60
Ander 35
40 17
20
2 0 Grafiek 6a: aard van het gezin
De meeste vragen worden gesteld door een ouder die uit een kerngezin komt (samenwonende ouders). Acht allochtone gezinnen stelden een opvoedingsvraag, zes gezinnen waren maatschappelijk kwetsbaar. Men spreekt van een maatschappelijk kwetsbaar gezin als het ofwel bedreigd is met uitsluiting vanwege een culturele of taalbarrière, ofwel bedreigd is omdat het gebrekkige toegang heeft tot maatschappelijk hooggewaardeerde goederen zoals werk, onderwijs, huisvesting, gezondheidszorg.
ZOERSEL
50
43
40
NSG 27
30 20
Samenwonend Alleenstaand
19
10
Ander 5
0 Grafiek 6b: aard van het gezin
In Zoersel bereikten we 5 allochtone en 11 maatschappelijk kwetsbare gezinnen. Het aantal allochtone en maatschappelijk kwetsbare gezinnen met een opvoedingsvraag is vergelijkbaar met 2010.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
13
1.7 Gezinsgrootte In de volgende grafieken wordt de gezinsgrootte weergegeven.
BRASSCHAAT 80 69
70 57
60
1 kind
50
2 kinderen
40
3 kinderen 4 kinderen
26
30
> 4 kinderen 20 7
10
2
0 Grafiek 7a: gezinsgrootte
ZOERSEL
40 34
35 30
29 1 kind
25
2 kinderen
20
3 kinderen
15
4 kinderen
11
> 4 kinderen
10 5
4 1
0 Grafiek 7b: gezinsgrootte
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
14
1.8 Woonplaats van de gezinnen Hieronder geven we een overzicht van de woonplaats van de gezinnen. BRASSCHAAT Gemeente Brasschaat Essen Ekeren Merksem Brecht/St. Job Kalmthout Lier Hoogstraten Schoten Wuustwezel Stabroek Kapellen Andere Totaal
Aantal gezinnen 89 7 11 2 8 6 1 1 6 9 9 9 5 163
Grafiek 8a: woonplaats gezinnen
De vetgedrukte cijfers geven aan hoeveel inwoners uit de gemeentes met een opvoedingpunt, naar de winkel in Brasschaat kwamen. Uit deze cijfers blijkt duidelijk dat vooral inwoners van gemeentes met een opvoedingpunt de weg vinden naar de opvoedingswinkel. Alhoewel Ekeren tot het grondgebied Antwerpen behoort, kennen inwoners uit Ekeren de opvoedingswinkel in Brasschaat en is deze voor hen gemakkelijk bereikbaar. Ook inwoners uit Brecht komen naar de winkel in Brasschaat. Deze gemeente maakt actief publiciteit voor de opvoedingswinkels waardoor hun inwoners ons aanbod kennen en er gebruik van maken. In de gemeente Brecht wordt ook 2 keer per jaar een vormingsavond georganiseerd vanuit de winkel in Zoersel.
ZOERSEL Gemeente Zoersel Schilde Malle Wijnegem Brecht Deurne Zandhoven Westerlo Lier Berchem Ranst Totaal
Aantal gezinnen 31 19 14 4 4 3 1 1 1 2 2 82
Grafiek 8b: woonplaats gezinnen
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
15
Wanneer we hier kijken naar de woonplaats van de gezinnen, merken we dat de winkel vooral gefrequenteerd wordt door gezinnen uit Zoersel, Malle en Schilde. (78% van het totaal aantal bezoekers). Gezinnen uit de 2 andere gemeentes met een opvoedingspunt komen veel minder naar de winkel. Een mogelijke verklaring voor de lage cijfers voor Ranst is dat deze gemeente niet actief deelneemt aan het regionaal overleg opvoedingsondersteuning. Vermoedelijk zijn de inwoners van deze gemeente weinig of niet geïnformeerd over de werking en de activiteiten van de opvoedingswinkel.
1.9 Aard van de vraag I In onderstaande tabellen geven we een overzicht van de inhoud van de vragen die ouders in de opvoedingswinkel stellen. BRASSCHAAT Lichamelijke ontwikkeling
50 44
45
Verstandelijke ontwikkeling Sociale ontwikkeling
42
40 35
Emotionele ontwikkeling
32
30
Spel en vrije tijd
24
25
21
20 15
14
15
14
Opvang en school Opvallend gedrag Aanpak opvoeding
10
6
5
4
0
Vraag naar info over de voorziening Info over opvoedingswinkel
Grafiek 9a: aard van de vraag I
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
16
ZOERSEL Lichamelijke ontwikkeling
60
56 Verstandelijke ontwikkeling
50
Sociale ontwikkeling Emotionele ontwikkeling
40
Spel en vrije tijd
31 30
Opvang en school 23
20
Opvallend gedrag
17
15
Aanpak opvoeding
12 10
6
7
Vraag naar info over de voorziening
1
Info over opvoedingswinkel
0 Grafiek 9b: aard van de vraag I
Verklaring van de probleemdomeinen: - Lichamelijke ontwikkeling: eetproblemen, snoepen, zindelijkheid, motorische ontwikkeling, duimzuigen, anorexia, tics… - Verstandelijke ontwikkeling: taal- en spraakontwikkeling, intelligentie, concentratieproblemen, hoogbegaafdheid, fantasie, ontwikkelingsstimulatie… - Sociale ontwikkeling: vrienden, pesten, ruzies, enig kind zijn, relatie met stiefbrussen, contactproblemen… - Emotionele ontwikkeling: temperament, angsten, slaapproblemen, nachtmerries, faalangst, rouwverwerking, verwerking echtscheiding, jaloezie, verlegenheid, zelfbeeld, weerbaarheid, psychische problemen, zelfmoordgedachten… - Spel en vrije tijd: speelgoed, speelomgeving, niet kunnen (samen) spelen, zakgeld, vakantiebesteding… - Opvang en school: niet naar school gaan, leerprestaties, problemen op school, relatie ouder-leerkracht en/of kind-leerkracht, kinderopvang, huiswerk… - Opvallend gedrag: agressief gedrag, druk, hyperactief, aandacht vragen, ongehoorzaamheid, koppigheid, driftbuien, teruggetrokken zijn, liegen, brutale woorden, stelen, roken, alcohol, drugs, gokken, vandalisme… - Aanpak opvoeding: verschil in aanpak ouder, relatie ouder-kind, beleving ouderschap, tienerouderschap, omgangsregeling, echtscheiding, botsing culturen, relatie grootouder… - Info over de voorziening: algemene informatie over een opvoedingsondersteunend aanbod, dienstverlening, hulpverlening,…
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
17
1.10 Aard van de vraag II Onderstaande grafieken geven een beeld van de ernst van de vragen. BRASSCHAAT
70
65
60 49
50
Opvoedingsvraag 40
Opvoedingsspanning
30
Opvoedingscrisis
25
Opvoedingsnood
20 12 10 0 Grafiek 10a: aard van de vraag II
ZOERSEL
35 30
31 28
25
Opvoedingsvraag
20
Opvoedingsspanning
15
Opvoedingscrisis
12
10
Opvoedingsnood 5
5 0 Grafiek 10b: aard van de vraag II
Verklaring van de termen: - Opvoedingsvraag: een gewone opvoedingssituatie, enkelvoudige en praktische opvoedingsproblemen over een bepaald aspect van de ontwikkeling of opvoeding van kinderen - Opvoedingsspanning: opvoedingsmoeilijkheden die al enige tijd bestaan en aanleiding geven tot spanning en ongerustheid. Ouders ervaren hun opvoedingshandelen als ontoereikend - Opvoedingscrisis: een escalerende stressvolle situatie of een plotse gebeurtenis waardoor ouders het niet meer aankunnen. Ouders hebben het gevoel dat er echt iets moet veranderen omdat het anders uit de hand zal lopen
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
18
-
Opvoedingsnood: problematische opvoedingssituatie. Hier is er sprake van complexe problemen die meestal al een langere periode bestaan. Ouders ervaren hun eigen situatie als uitzichtloos en komen er zonder hulp van buitenaf niet meer uit. Vaak zal doorverwijzing noodzakelijk zijn.
De opvoedingswinkel is een eerstelijnsdienst met een zeer laagdrempelige en preventieve opdracht. 76 % van de contacten met opvoedingsondersteuners betreft een opvoedingsvraag of er is een zekere spanning aanwezig. Dit betekent dat de opvoedingswinkel in zijn opzet slaagt om – vooraleer er werkelijk sprake is van crisis – al iets te betekenen. 1.11 Doorverwijzing Onderstaande grafieken geven een beeld van de diensten waar we ouders en andere opvoedingsverantwoordelijken naar doorverwijzen. BRASSCHAAT
35 29
30
Kind en Gezin CGGZ
25
Privétherapeut CLB
20
AWW
14
15 10
7 4
5
8
Bijzondere Jeugdzorg VESTA
8
Kruispunt
4 2
Andere
2
0 Grafiek 11a: doorverwijzing
Vesta is een thuisbegeleidingsdienst voor kinderen en jongeren met gedrags- en/of emotionele problemen. Kruispunt biedt eerste hulp bij psychosociale problemen. ZOERSEL 16
14
CGGZ
14
Privétherapeut
12 9
10
CLB AWW
8 6 4 2
Kind en Gezin
4
5 3
VAPH
4
3
VESTA 0
1
0
BJB Andere
Grafiek 11b: doorverwijzingen
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
19
2 Vormingen Vanuit de opvoedingswinkel organiseerden we in het voor- en het najaar steeds 1 vorming in elke gemeente waar een opvoedingspunt is, en 2 in de gemeente Zoersel. De gemeente Brecht sloot zich aan bij ons vormingaanbod: ook daar organiseren we telkens 1 vorming per half jaar. Voor 2011 ging het over 14 vormingen. Vanuit de opvoedingswinkel van Brasschaat organiseerden we pas vanaf het najaar in alle gemeentes waar een opvoedingpunt is, een vorming. Voor heel 2011 ging het over 12 vormingen. Een overzicht van het volledige vormingsaanbod vindt u in de bijlage. In de tabellen hieronder geven we het aantal aanwezigen per vorming weer. BRASSCHAAT Gemeente Brasschaat Brasschaat Kalmthout Kapellen Essen Brasschaat Wuustwezel Brasschaat Brasschaat Schoten Hoevenen Kalmthout Totaal
Vorming Triple P level 4/5 Samen partner, niet samen ouder Drukte rond de gezinstafel Cyberpesten Triple P -12 Hoogbegaafdheid Grootouders Niet straffen, niet belonen Neen, ik wil niet Faalangst opgroeien met een etiketje pubers: genen, grillen, grenzen
Aantal aanwezigen 12 14 16 16 17 29 35 42 55 73 75 40 424
In 2010 bereikten we met ons vormingsaanbod 182 mensen, verspreid over 8 vormingsavonden. Voor een beschrijving van de inhoud van de vormingen en een korte evaluatie per vorming, verwijzen we naar de bijlage.
ZOERSEL Gemeente Schilde Wijnegem Malle Zoersel Zoersel Zoersel Brecht Zandhoven
Vorming Zelfbeeld Depressie Pesten Examenstress Emotionele ontwikkeling Driftbuien bij pubers Begrenzen peuters en kleuters Opvoeden in verwenmaatschappij
Jaarverslag 2011
Aantal aanwezigen 10 21 23 25 25 41 45 45
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
20
Zandhoven Brecht Wijnegem Malle Schilde Zoersel Totaal
ADHD Hoogbegaafdheid Faalangst Genen, grillen, grenzen Opvoeden zonder straffen en belonen Tieners op vrijersvoeten
45 50 55 69 85 27 566
In Zoersel bereikten we in 2010 met ons vormingsaanbod 228 aanwezigen, het ging hier om 8 vormingsavonden. Het maximum aantal aanwezigen op een vormingsavond in 2010 was 50. We merken, vooral in het najaar 2011, dat onze lezingen een stijgend aantal geïnteresseerden bereikt, zowel in Zoersel als in Brasschaat.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
21
3. Opvoedingspunten: 3.1
Analyse van de registratiegegevens
Wanneer we de registratiegegevens van de in totaal 10 opvoedingpunten wat nader bekijken, merken we zeer grote verschillen. Onderstaande tabel zet de cijfers nog eens naast elkaar:
Gemeente
Permanentie Locatie
Opening Rechtstreekse contacten 17u-20u 22 9u-12u 21 17u-20u 10 9u-12u 10 16u-19u 11
Schilde Malle Wijnegem Kalmthout Stabroek
Wekelijks 2wekelijks 2wekelijks 2wekelijks 2wekelijks
Wuustwezel Schoten Essen Kapellen (sinds mei 2011) Zandhoven
Wekelijks 2wekelijks 2wekelijks Wekelijks
Sociaal huis Sociaal huis Sociaal huis Aparte locatie Sociaal centrum Kinderopvang 13u-16u 10 Gemeentehuis 17u-19u 10 Gemeentehuis 18u-20u 8 Gemeentehuis 9u-12u 5
2wekelijks
Sociaal huis
17u-20u 6 9u-12u
Telefoons Mails Totaal 1 3 1 3
1 3 2 3
24 24 15 14 14
3 1
13 11 9 9
1 5
2
8
Voor de opvoedingspunten van Zoersel zien we dat er overal een (lichte) stijging is van het aantal contacten tegenover het jaar voordien. Voor Brasschaat kunnen we uiteraard nog geen vergelijking maken. Uit deze cijfers blijkt dat er grote verschillen zijn in het aantal contacten tussen de verschillende opvoedingspunten. We zouden graag achterhalen vanwaar de verschillen in “succes” tussen de verschillende opvoedingspunten verklaard kunnen worden. We hebben een aantal mogelijke hypotheses: - locatie - openingsuren - frequentie: wekelijks of tweewekelijks - bekendmaking Op basis van bovenstaande tabel menen we te mogen stellen dat noch locatie, noch openingsuren, noch de frequentie van de permanentiemomenten op zich het succes van een opvoedingspunt kunnen verklaren. Wat kan deze verschillen dan wel verklaren? We nemen de cijfers wat gedetailleerder onder de loep en maken een overzicht per maand. Onderstaande tabel toont per maand hoe vaak de opvoedingspunten open waren en hoeveel bezoekers er kwamen.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
22
Maand Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober November December
Aantal permanentiemomenten 18 22 23 17 22 22 21 15 25 23 22 18
Aantal contacten 10 20 12 10 21 13 5 8 17 5 8 7
We merken uit deze cijfers dat de opvoedingspunten in de vakantiemaanden juli en augustus weinig bezoekers over de vloer kregen. Ook in het najaar (oktober, november en december) liggen de cijfers eerder laag. De maanden februari, mei en september springen eruit met een groot aantal contacten. Een mogelijke verklaring voor de hoge cijfers in februari zou kunnen liggen bij de grootschalige verspreiding van de vormingsfolders en de kennismakingsfolders (regio Brasschaat). Ook in mei werd er veel publiciteit gemaakt voor de opvoedingswinkels en de – punten: rond de week van de opvoeding werden er in de regio Zoersel en Brasschaat 136 000 broodzakken verspreid met de gegevens van de winkel en de punten. Deze broodzakkenactie haalde zelfs de lokale pers. Ook in de week van de opvoeding zelf waren er in verschillende gemeentes activiteiten. De massale publiciteit in de maand mei vertaalt zich ook in een groot aantal contacten in de opvoedingspunten. Toeval? Ook in september werden de vormingsfolders weer op grote schaal verspreid…de cijfers spreken voor zich. Om echte conclusies te trekken zouden we natuurlijk uitgebreider onderzoek moeten doen; toch menen we op basis van deze cijfers te mogen concluderen dat bekendmaking een rechtstreekse invloed heeft op het aantal bezoekers in de opvoedingspunten. We hebben deze conclusie meegenomen naar ons beleidsplan voor 2012. De bekendmaking van de opvoedingspunten is een gedeelde verantwoordelijkheid. In de samenwerkingsovereenkomst die we afsloten met de gemeentes staat immers: “Het
Gemeentebestuur zorgt voor de algemene communicatie met haar inwoners over de werking van het antennepunt. OLO vzw en CAW de Terp vzw zorgen voor leesbare artikels voor het gemeentelijk informatieblad, website en/of andere gemeentelijke communicatiekanalen.” We verwachten dan ook van de lokale coördinator opvoedingsondersteuning dat hij mee investeert in de bekendmaking. Uit de evaluatieronde bleek dat verschillende gemeentes reeds regelmatig een artikel rond een opvoedkundig thema publiceren in het gemeenteblad met een verwijzing naar het opvoedingspunt. We kunnen dit enkel toejuichen. De medewerkers van de opvoedingswinkel engageren zich bovendien om 2 keer per jaar een artikel aan te leveren.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
23
3.2
Een nieuw concept
Op basis van voorgaande analyses, weten we nu welke parameter een invloed heeft op het al dan niet succesvol zijn van een bepaald opvoedingspunt. We zijn echter nog een stapje verder gegaan en hebben ons afgevraagd of het huidige systeem van opvoedingpunten (een vaste locatie, een vast moment ) wel de meest efficiënte manier is om ouders en andere opvoedingsverantwoordelijken te bereiken…. We vinden het onze opdracht om de middelen die de gemeente ter beschikking stelt zo efficiënt en effectief mogelijk in te zetten. In sommige opvoedingspunten zit de medewerker nu soms te “wachten” op ouders. We willen de middelen op een andere wijze inzetten zodat er meer ouders bereikt worden. We blijven heel sterk geloven in de idee om een fysiek“opvoedingspunt” te hebben in iedere gemeente, maar we willen tegelijkertijd meer vraaggestuurd en outreachend werken. We hebben eind 2011 twee gemeentes aangesproken waar de opvoedingspunten minder mensen trekken: Zandhoven en Wuustwezel. Beide gemeentes verklaarden zich dadelijk akkoord om als pilootgemeente te fungeren. In beide gemeentes blijft het fysiek opvoedingspunt bestaan, in Zandhoven zal dit opvoedingspunt verhuizen naar de kinderopvang Stekelbees. De openingsuren van Wuustwezel blijven ongewijzigd: iedere woensdagnamiddag van 13u tot 16u. De openingsuren van Zandhoven (iedere 1ste maandag van 17u-20u en iedere 3de woensdag van 9u-12u) waren té complex en werden veréénvoudigd naar een opening iedere eerste maandag van de maand van 17u tot 19u. In het opvoedingspunt van Wuustwezel kan men enkel op afspraak terecht. In Zandhoven is de medewerker de eerste maandag van de maand vast aanwezig in Stekelbees. De overige uren kunnen in beide gemeentes op verschillende manieren worden ingevuld: -
-
-
-
Ouders kunnen een afspraak maken met de medewerker van de opvoedingwinkel buiten de vaste openingsuren. Dit betekent een veel ruimere beschikbaarheid, ook voor ouders die zich moeilijker vrij kunnen maken. Intermediairen, bv. een ocmw-medewerker of een begeleider van een kinderdagverblijf kunnen de vraag stellen om ter plaatse bij hen in het kantoor een gesprek te hebben met een ouder met een opvoedingsvraag. Deze afspraken kunnen eveneens gepland worden op de beschikbare tijdstippen van de medewerker. De medewerker komt dan echter naar de ouder toe op een voor hem bekende plek (bv. het kinderdagverblijf, het OCMW, …) wat de drempel kan verlagen. De ouder wordt immers ondersteund door de intermediaire ter plaatse en hoeft niet zelf initiatief te nemen om een afspraak te maken of langs het opvoedingspunt te gaan. Deze intermediairen kunnen ook beroep doen op de medewerker als ze zelf vragen ivm opvoeding hebben over een gezin of een kind dat ze begeleiden. De medewerker van de opvoedingswinkel kan ter plaatse een team of individuele begeleider adviseren. De medewerkers van de opvoedingswinkel worden opgeleid om tripleP workshops te geven aan een groep ouders (ipv de individuele sessies). Ook deze workshops kunnen binnen de gemeente aangeboden worden.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
24
-
-
-
Vanuit de gemeente Zandhoven werd de vraag gesteld om 2 keer per jaar een speelnamiddag voor (groot)ouders en hun (klein)kinderen te organiseren: in de winter en in de zomer. De medewerker zal - doordat er meer vrije uren beschikbaar zijn - meer werk kunnen maken van bekendmaking in de gemeente. Ze kan scholen, kinderdagverblijven, CLB, lokale politie, onthaalmoeders, huisartsen,… bezoeken. Ze zal peilen naar eventuele noden en suggesties. De medewerker kan op regelmatige basis een toegankelijk artikel aanleveren rond het thema “opvoeden” voor het gemeentelijk informatieblad. …
Deze opsomming is niet exhaustief. We staan uiteraard open voor andere ideeën om opvoedingsondersteuning binnen de gemeente meer kleur te geven. Concrete acties zullen steeds in samenspraak met de gemeente en/of de lokale diensten gepland worden. In Wuustwezel is deze nieuwe regeling in voege getreden sinds 1 oktober 2011, in Zandhoven sinds 1 januari 2012. Na één jaar zullen we dit met de betrokken partners evalueren. De opvoedingswinkel engageert zich om op regelmatige basis aan de gemeente een transparant overzicht te geven van de gepresteerde uren en de manier waarop ze ingezet worden.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
25
4. Evaluatie beleidsplan 2011 In het vorige jaarverslag was het beleidsplan 2011 mee opgenomen. In wat nu volgt beschrijven we op welke manier we in 2011 aan deze doelstellingen hebben gewerkt. Doelstelling 1. Aanbod kansarmen Inhoud:
Realisaties:
To do:
We willen ons aanbod naar sociaal achtergestelde gezinnen uitbreiden. (art. 6, § 1,6) Het winkelmodel blijkt geen adequate werkvorm te zijn voor deze doelgroep. We willen meer outreachend werken en willen hiervoor samenwerken met organisaties die deze doelgroep wel bereiken. -De eerste oudergroep voor ouders van De Kar vond plaats op 22/02 en werd positief onthaald. -Ism Cedes4 is er een traject opgestart om te bekijken hoe we onze werking beter kunnen afstemmen op mensen in armoede, er wordt gewerkt aan een concrete methodiek. De medewerkers kregen van Cedes ook een vorming rond (kans)armoede. -In het najaar was er in Brasschaat een vorming gepland ism Open School gericht naar laaggeschoolde ouders. Er waren echter te weinig inschrijvingen voor deze cursus waardoor deze werd geannuleerd. -In het najaar van 2011 werden met Kabas 5een aantal afspraken gemaakt rond concrete samenwerking. (zie beleidsplan 2012) Uit de registraties blijkt dat het aantal maatschappelijk kwetsbare gezinnen dat naar de winkel komt, niet gestegen is tegenover het jaar daarvoor. Dit wil niet zeggen dat onze inspanningen niet lonen. Het maakt wel duidelijk dat we outreachend moeten werken naar deze doelgroep en niet mogen verwachten dat zij de winkel binnen stappen. Het traject met Cedes zal in 2012 verder gezet worden en moet resulteren in een concrete methodiek. (zie beleidsplan 2012)
Doelstelling 2. Uitbreiding samenwerkingsverband Inhoud:
Realisaties:
Conform de regelgeving zullen we het bestaande samenwerkingsverband tussen OLO, de Terp en de gemeentes uitbreiden. (art 6, § 1,2) We zullen hiervoor beroep doen op organisaties waarmee we nu reeds samenwerken. De bestaande samenwerking zal geformaliseerd worden. De engagementsverklaring werd door verschillende partners ondertekend: Vormingplus Antwerpen, Cedes vzw, OCMW Zoersel, vzw oudercomité GIB Brasschaat, lokale politie Brasschaat, gezinsbond Brasschaat, de Onderstroom, CGG Vagga, Antwerpen, CKG Horst Schoten, CLB GO! Brasschaat, BUSO Openluchtscholen Brasschaat, GIB Brasschaat, Jongerenwelzijn regio Antwerpen, koninklijk atheneum Brasschaat, oudercomité koninklijk atheneum Brasschaat, GSA Zoersel, landelijke kinderopvang Zandhoven, CKG Lentekind Vlimmeren, VAGGA jeugdteam Zoersel
4
Cedes is een organisatie die op vraag van andere organisaties bekijkt hoe ze hun werking beter kunnen afstemmen op mensen in armoede. 5 Kabas is een vereniging waar armen het woord nemen.
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
26
To do:
Doorheen de gewone werking zullen er steeds nieuwe samenwerkingsverbanden ontstaan. Indien nodig zullen we deze formaliseren via de ondertekening van de engagementsverklaring.
3. Doelstelling 3: Creëren van ontmoetingplaatsen Inhoud:
Realisaties:
To do:
Een ontmoetingplaats biedt ouders en hun (niet-schoolgaande) kinderen kansen tot spel en ontmoeting. Kinderen kunnen er in een stimulerende omgeving spelen in de nabijheid van of samen met één of beide ouders. Ouders kunnen er ook contacten leggen en ervaringen uitwisselen met andere ouders. (art 6 § 1,4 d) Op 22 september startte de ontmoetingplaats in Brecht, op 5 oktober die in Zoersel. De begeleiding van de ontmoetingplaats werd opgenomen door een medewerker van Vormingplus. De taak van de opvoedingswinkel was het mee zoeken naar en begeleiden van de vrijwilligers, de inbreng van onze deskundigheid en ervaring via intervisie en/of supervisie en het toeleiden van kandidaat-ouders. De opstart verliep moeizaam, we bereikten minder ouders dan gehoopt. Vormingplus besliste in december om zich terug te trekken uit het project. Vanuit de opvoedingswinkel blijven we echter sterk geloven in het concept. Samen met de gemeente Zoersel werd dan ook beslist Babybabbels verder te zetten. Ondertussen werden er ook 2 vrijwilligers gevonden. Op 13 oktober werd er in Brasschaat een eerste overleg gepleegd met verschillende partners rond de opstart van een ontmoetingplaats. Kind en Gezin heeft zijn medewerking aan dit project bevestigd. Als belangrijke realisatie willen we hier zeker ook de speelnamiddag in Zandhoven vermelden. Deze vond plaats op 25 mei en bereikte zeer veel kinderen en gezinnen. De uitbouw van de ontmoetingplaats is een belangrijke doelstelling voor 2012. Ondertussen blijken ook andere gemeentes interesse te hebben in het concept. Samenwerking lijkt ons opportuun.(zie beleidplan 2012) Een herhaling van de speelnamiddag in Zandhoven is reeds gepland.
Doelstelling 4: uitwerken vormingsaanbod Inhoud:
Realisaties:
Per semester werkt de opvoedingswinkel een vormingsaanbod uit. (art 6, § 1,4 e). In 2011 wilden we het vormingsaanbod nog beter afstemmen op de vragen en behoeften die we horen van ouders, de gemeentes en andere organisaties. We hebben een procedure uitgewerkt om te trachten de kwaliteit van de vormingsavonden nog te verbeteren. Een erg belangrijke stap in deze procedure is bv. het uitnodigen van de spreker om vraag en aanbod beter op elkaar te kunnen afstemmen. Er wordt steeds een verantwoordelijke bepaald per vorming. Er is een checklist opgesteld van noodzakelijke voorbereidingen die bij elke vorming gevolgd moet worden. De verantwoordelijke voor de vorming volgt de uitvoering hiervan op en is steeds aanwezig op de vorming waarvoor hij verantwoordelijk is. Voor iedere begeleiding is op voorhand ook een “co-begeleider” bepaald die inspringt bij ziekte van de verantwoordelijke. We besteden zeer veel zorg aan de keuze van de onderwerpen van de
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
27
To do:
vormingsavonden en de sprekers die we hiervoor uitnodigen. Uit het groeiend aantal aanwezigen op onze vormingsavonden leiden we af dat de thema’s ouders en andere opvoedingsverantwoordelijken aanspreken. Uit de evaluatieformulieren die we ontvangen merken we dat de aanwezigen meestal zeer tevreden zijn. We willen ons vormingsaanbod toegankelijker maken. We willen dit doen door meer variatie te brengen in het aanbod: we gaan niet enkel lezingen organiseren, maar het mag af en toe iets luchtiger zoals bv. een toneelstuk rond opvoeden of improvisatietheater rond herkenbare ouder-kind interacties.
Doelstelling 5: Opvoedingspunten Inhoud:
De werking van de opvoedingpunten moet geïntegreerd worden in de gemeentelijke dienstverlening (laagdrempelig en goed bereikbaar). Elke gemeente beschikt over een lokaal sociaal beleidsplan. We willen de gemeenten stimuleren om opvoedingsondersteuning als thema op te nemen en te verankeren in het gemeentelijk beleid.
Realisaties:
In de gemeentes Zandhoven en Wuustwezel is er een akkoord om opvoedingsondersteuning op een meer vraaggestuurde manier te implementeren (zie Hfst II, § 3) Het creëren van een gemeenschappelijk draagvlak van waaruit opvoedingsondersteuning in de gemeente wordt geïmplementeerd is een continu traject. De implementatie van een nieuw concept in de gemeenten Zandhoven en Wuustwezel is een belangrijke doelstelling voor dit jaar.
To do:
Doelstelling 6: uitbouwen bibliotheek Inhoud:
Realisaties:
To do:
Jaarverslag 2011
Uitbouwen van een bibliotheek (art 6, §1, 4 a). In beide opvoedingswinkels is er reeds een ruim aanbod van brochures en folders. Met de ondersteuning van EXPOO willen we dit aanbod nog verruimen en meer afstemmen op de behoeftes van ouders en andere opvoedingsverantwoordelijken. Ook op het vlak van vakliteratuur willen we het aanbod verruimen. Boeken kunnen in de winkel ingekeken worden, maar worden niet uitgeleend. In 2011 werd een groot aantal relevante boeken aangekocht. Expoo deed navraag bij de opvoedingswinkels waar er lacunes zijn op het vlak van folders voor ouders. Op basis van de resultaten ontwikkelden ze zes folders voor ouders rond volgende thema’s: kinderangsten, echtscheiding, genderbewust opvoeden, positief opvoeden, nieuw samengestelde gezinnen en veilig online. Ook deze folders werden aangekocht en kunnen verspreid worden. Het uitbouwen van de bibliotheek met actuele en relevante boeken en folders, is een continu proces.
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
28
Doelstelling 7: Opvoedingswinkel Mortsel Inhoud:
Realisaties:
To do:
De opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat en de 10 opvoedingpunten die hieraan verbonden zijn, dekken reeds een groot deel van de provincie af op het vlak van opvoedingsondersteuning. We willen de regionale werking echter nog verder uitbreiden in de provincie Antwerpen. In 2011 zijn er verschillende gesprekken geweest met de gemeentes uit de zorgregio Mortsel. De stad Mortsel heeft zich geëngageerd om een centraal gelegen locatie ter beschikking te stellen. De gemeentes Edegem, Borsbeek en Kontich zullen de nodige middelen vrijmaken om in hun gemeente een eigen opvoedingspunt te organiseren. In 2012 wordt er verder onderhandeld met de stad Mortsel en de 3 gemeentes die een opvoedingpunt willen organiseren. Dit wordt vooral opgenomen door CAW De Terp die de winkel al exploiteren.
Doelstelling 8: Registraties Inhoud:
Realisaties:
To do:
Een jaarverslag kan maar tot stand komen als alle contacten volledig geregistreerd worden. We wilden onze manier van registreren opnieuw onder de loep nemen. De manier van registreren moet voor beide opvoedingswinkels en –punten éénduidig verlopen. Registraties moeten ook volledig zijn. De aandachtige lezer zal zeker gemerkt hebben dat de registratiecijfers van 2011 veel vollediger en uitgebreider zijn dan die van het jaar daarvoor. Hiervoor zijn de nodige inspanningen geleverd: -er is een exell-formulier opgemaakt waarin opgelijst staat welke gegevens we willen registreren -er werd een nota verspreid rond éénduidige registratie, het doel hiervan is dat alle medewerkers op dezelfde manier gegevens registreren -er werd tevens een nieuw registratieformulier voorgesteld dat het mogelijk moet maken om de nodige gegevens te verzamelen per contact Correcte registratie blijft een belangrijk aandachtspunt dat regelmatig geëvalueerd zal worden.
Doelstelling 9: Personeelsbeleid Inhoud:
Realisaties:
Jaarverslag 2011
We willen een personeelsbeleid uittekenen dat ondersteunend is en de draagkracht van de medewerkers verstevigt. Dit houdt in: vorming organiseren zodat medewerkers de basisopdrachten verder kunnen uitbouwen een haalbare planning opstellen voor het bemannen van het opvoedingpunt, aanwezigheden bij vormingmomenten denkdagen voor het creëren van een gedragen visie en methodiek ter beschikking stellen van vakliteratuur maandelijkse gemeenschappelijke teamvergaderingen functionerings- en evaluatiegesprekken -op 30 mei vond de eerste teamdag plaats, dit werd door alle medewerkers zeer positief onthaald. De teamdag zal jaarlijks georganiseerd worden.
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
29
To do:
Jaarverslag 2011
-iedere eerste maandag van de maand is er een gemeenschappelijke teamvergadering voor de medewerkers van Zoersel en Brasschaat waar vooral inhoudelijke thema’s aan bod komen -maandelijks krijgen de medewerkers supervisie, hier worden de adviesgesprekken besproken -er is een haalbare planning gemaakt voor het bemannen van het opvoedingpunt, hiermee werd rekening gehouden met het geplande verlof van de medewerkers -de vormingsavonden worden gelijk verdeeld over de medewerkers: max 2 avonden per semester -iedere medewerker krijgt 1 functioneringsgesprek per jaar -binnen het vijfjarenplan vorming werd ingeschreven welke noden er zijn bij de medewerkers van de opvoedingswinkel: een vorming rond aware parenting en drugs zijn ingepland In het beleidsplan 2012 staat personeelsbeleid opnieuw ingeschreven als een belangrijke beleidsdoelstelling. De medewerkers van de opvoedingswinkels moeten zich verder kunnen bekwamen, het aanbod kwalitatief verder uitbouwen en versterkt worden in hun teamproces.
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
30
III Beleidplan 2012 In 2012 zullen de opvoedingswinkels van Brasschaat en Zoersel hun opdrachten verder kwalitatief en kwantitatief verder uitbouwen. Specifieke aandacht zal gegeven worden aan de doelgroep kansarmen en aan het creëren van ontmoetingsmomenten tussen ouders. Het actieplan van 2012: 1. Methodiek Cedes Inhoud:
In 2011 is de samenwerking met Cedes van start gegaan. Dit traject wordt in 2012 verder gezet.
Doelstelling:
- Bekijken hoe we het aanbod van de opvoedingswinkels meer toegankelijk kunnen maken voor kansarmen - Het uitwerken van een concrete methodiek
Werkwijze:
- Op 13/02 analyseren we de vormingsavonden op toegankelijkheid voor kansarmen. Dit gebeurt ism Cedes - Cedes ontwikkelt in samenspraak een methodiek specifiek gericht op opvoedingsondersteuning aan kansarmen, bruikbaar in de context van de opvoedingswinkel.
2. Samenwerking kabas Inhoud:
Na een overleg met Kabas in 2011 zijn er een aantal pistes vastgelegd rond samenwerking.
Doelstelling:
We willen een brug maken tussen Kabas en de opvoedingswinkel en ons aanbod meer laagdrempelig maken voor deze doelgroep.
Werkwijze:
- de “wat is er aan de hand”-krant als methodiek gebruiken - cursus van Open School georganiseerd door de medewerkers van de OW in Kabas - pedagogisch adviesgesprekken in Kabas organiseren - medewerkers zullen regelmatig aanwezig zijn op de groepsactiviteiten die Kabas organiseert zodat de medewerkers meer een vertrouwd gezicht worden.
3. Ontmoetingsplaats Zoersel Inhoud:
De gemeente Zoersel organiseert in samenwerking met de opvoedingswinkel een ontmoetingsplaats. De vrijwilligers worden ondersteund door de medewerkers van de OW.
Doelstelling:
Ondanks de beperkte opkomst sinds de opstart van de ontmoetingplaats, geloven we in de meerwaarde van een dergelijk initiatief. Wetenschappelijk onderzoek en eigen ervaringen leren ons dat ouders het een meerwaarde
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
31
vinden om met andere ouders ervaringen uit te wisselen rond de opvoeding van hun kinderen. Werkwijze:
- extra vrijwilligers aantrekken - bekendmaking ontmoetingsplaats - op zoek gaan naar interessante activiteiten (babymassage, babyzwemmen,…) om ouders te mobiliseren - voorstelling ontmoetingplaats op de teamvergadering van Kind en Gezin - de vraag stellen aan Kind en Gezin om gebruik te mogen maken van hun logo
4. Ontmoetingplaats Brasschaat Inhoud:
In de gemeente Brasschaat zijn er geïnteresseerden om in samenwerking met de OW een ontmoetingsplaats te organiseren. De eerste contacten met Kind en Gezin en andere belangrijke partners zijn reeds gelegd.
Doelstelling:
Zie 3.
Werkwijze:
- uitkijken naar een geschikte locatie en tijdstip voor de ontmoetingplaats. (eventueel Mater Dei tijdens de openingsuren van het consultatiebureau) - vrijwilligers aantrekken - bekendmaking ontmoetingsplaats: flyer opmaken, publicatie in gemeenteblad,… - op zoek gaan naar interessante activiteiten (babymassage, babyzwemmen,…) om ouders te mobiliseren - samenwerking met andere gemeentes die hetzelfde initiatief willen opstarten - voorstelling ontmoetingplaats op de teamvergadering van Kind en Gezin - de vraag stellen aan Kind en Gezin om gebruik te mogen maken van hun logo
5. Opvoedingspunten Inhoud:
Er is een groot verschil tussen de verschillende opvoedingspunten wat betreft het aantal contacten.
Doelstelling:
We willen de middelen die we van de gemeentes krijgen om opvoedingsondersteuning op de kaart te zetten, zo efficiënt en effectief mogelijk inzetten. Hiervoor willen we meer vraaggestuurd en outreachend werken.
Werkwijze:
In de pilootgemeenten Zandhoven en Wuustwezel organiseren we de opvoedingsondersteuning op een nieuwe manier. Zie 3.2
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
32
6. Bekendmaking Inhoud:
Uit de cijfers van de opvoedingspunten blijkt dat bekendmaking een belangrijke invloed heeft op het aantal contacten.
Doelstelling:
We willen bekendmaking van de opvoedingswinkel en de –punten structureel inbouwen in de werking.
Werkwijze:
- per jaar organiseren we 2 grote acties: de sintactie (of een andere actie) in november en een activiteit tijdens de week van de opvoeding in mei - we zullen een artikel aanreiken aan de gemeente met als onderwerp het thema van de vorming van die gemeente. Bij de bibliotheek informeert de verantwoordelijke welke boeken er beschikbaar zijn over dit onderwerp, deze boekenlijst kan toegevoegd worden aan het artikel. - per jaar stellen we 2 artikels ter beschikking: in februari en september: per jaar wordt er een verantwoordelijke aangesteld die ervoor zorgt dat deze artikels doorgestuurd worden naar de 12 gemeentes met een opvoedingswinkel of –punt.
7. Personeel Inhoud:
De belangrijkste factor bij het realiseren van een kwalitatief hoogstaande werking, zijn de medewerkers.
Doelstelling:
De medewerkers van de opvoedingswinkels kunnen zich verder bekwamen, hun aanbod kwalitatief verder uitbouwen en hun teamproces versterken.
Werkwijze:
- we zullen een introductiekaart voor nieuwe medewerkers opstellen en implementeren. - we gaan de competenties omschrijven en functionerings- en evaluatiegesprekken houden met alle medewerkers - we bieden specifieke vormingen, intervisies en supervisies aan, collectief en individueel
Jaarverslag 2011
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
33
Bijlage: overzicht van de vormingen Brasschaat 13, 20 en 27 januari, 3 en 10 februari: “Samen partner, niet samen ouder” – Jo Knockaert en Indra Sips, CAW De Terp Locatie: Inhoud: Aanwezigen:
Brasschaat Een cursus voor partners waarvan één of beiden kinderen heeft/hebben uit een vorige relatie. 14
25 januari, 1, 8, 15 en 22 februari, 1 en 29 maart: “Positief opvoeden met triple P” – Maggy Wijnen en Hilde Van Laer, CKG Koraal Locatie: Inhoud: Aanwezigen:
Brasschaat Een cursus voor ouders met kinderen tussen 0 en 12j. Er worden eenvoudige tips gegeven voor veel voorkomende opvoedingsvragen. 12
17 februari: “Drukte rond de gezinstafel” – An Vandeputte Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Kalmthout Lezing rond eetproblemen bij pubers. 16 De vorming was interessant maar geen uitschieter.. De spreekster sprak vanuit veel ervaring en gaf veel algemene tips. Er werd voor deze vorming een flyer gedrukt door de gemeente Kalmthout, toch waren er niet zoveel inschrijvingen.
7 april: “Hoogbegaafdheid” – Annick Mertens, Responsa Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Brasschaat Lezing rond hoe hoogbegaafdheid te herkennen en ermee om te gaan. 29 Zeer interessante vorming. Vlotte spreker die haar publiek wist te boeien en de aandacht wist vast te houden. Er werden veel voorbeelden uit de praktijk gebracht en er was ook voldoende plaats voor interactie met het publiek. Mensen konden vragen stellen en hun verhaal kwijt.
5 mei: “Niet straffen, niet belonen” – Jurgen Peeters, De Onderstroom Locatie: Inhoud:
Jaarverslag 2011
Brasschaat Lezing rond alternatieven voor straffen en belonen om toch gewenst
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
34
Aanwezigen: Evaluatie:
gedrag te verkrijgen. 42 Groot aantal aanwezigen, er moesten zelfs geïnteresseerden geweigerd worden wegens plaatsgebrek. Zeer goede lezing, boeiende spreker, geeft veel voorbeelden uit zijn eigen gezin. Veel ruimte voor vragen van de aanwezigen.
6, 13 en 20 oktober: “Triple P lezingen -12” – Anne Van Maercke en Hellen Renders Locatie: Inhoud:
Aanwezigen: Evaluatie:
Essen Tijdens de 3 lezingen wordt er ingegaan op 3 onderwerpen: kinderen vaardigheden aanleren, kinderen leren communiceren en kinderen helpen omgaan met emoties 17 Veel algemene en bruikbare tips voor -12 jarigen. Bij de inschrijvingen was het niet duidelijk dat dit een reeks van 3 avonden was…mensen schreven vaak in voor 1 avond. Duidelijk en overzichtelijk gebracht, gezellig zaaltje en goed ondersteund met didactisch materiaal.
6 oktober: “Pubers: genen, grillen, grenzen” – Lutgart van der Veken Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Kalmthout Lezing rond grenzen stellen aan en verwachtingen naar pubers. Speciale aandacht voor geldbeheer. 40 Goede en ervaren spreekster die een interessante theoretische uiteenzetting gaf met voorbeelden uit haar eigen praktijk en privéleven. Ze slaagde erin om het publiek te motiveren voor onderlinge interactie en discussie, welke zij goed kon leiden. Er was veel ruimte voor vragen van de aanwezigen na de lezing.
13 oktober: “Grootouders, de kunst om er te zijn” – Marijke Bisschops ism de gezinsbond Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Wuustwezel Lezing rond de rol van grootouders bij de opvoeding van hun kleinkinderen. 35 Het was een korte avond. De spreekster deed veel moeite om mensen aan het praten te krijgen. Ze bracht voorbeelden uit de praktijk. Er bleven wel wat mensen nog wat napraten. Toch kon er meer uit deze avond gehaald worden.
27 oktober: “Neen, ik wil niet “ – Mieke Van Herck ism de gezinsbond Locatie: Inhoud:
Jaarverslag 2011
Brasschaat Lezing rond hoe je als ouder het best kan omgaan met typisch peutergedrag.
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
35
Aanwezigen: Evaluatie:
55 Deze vorming werd niet goed gegeven door de spreekster. De groep was te groot voor haar, ze wilde eerder met interactieve groepjes werken. Het publiek was ook niet tevreden.
7 november: “Opgroeien met een etiketje” – Anne Hermans ism de gezinbond Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Stabroek Lezing rond wat het betekent voor ouders en kinderen om een diagnose te hebben. 75 Veel aanwezigen. We hebben mensen moeten weigeren omdat we over het max aantal deelnemers zaten. Een heel boeiende spreekster. Ze wist het publiek zeker te boeien. Er was ook veel plaats voor praktijkvoorbeelden en voor vragen en verhalen uit het publiek. Het was een leerrijke avond voor zowel de aanwezige ouders als voor de professionals in de zaal.
16 november: “Cyberpesten” – Frans Adriaenssens ism de gezinsbond Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Kapellen Lezing rond wat cyberpesten inhoudt en hoe je er als ouder mee kan omgaan. 16 Vorming was goed georganiseerd door de gezinsbond van Kapellen. Zaal was zeer geschikt. Beperkte opkomst (maar de helft van het aantal inschrijvingen) misschien mede door dichte mist. Spreker had een goede powerpoint, maar hield zich er nogal strak aan. Het kwam over als een spreekbeurt.
15 december: “Faalangst” – Ilse Dewitte Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Jaarverslag 2011
Schoten Lezing rond wat faalangst is en hoe je als ouders het zelfvertrouwen bij je kinderen kan opkrikken. 73 Zeer goede vorming. Zeer vlotte spreekster. Ze kon haar publiek ook echt geboeid houden door de vele praktijkgerichte voorbeelden. Deze vorming kon ook rekenen op een grote opkomst.
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
36
Zoersel 1 februari: “Het zelfbeeld van kinderen” – Tania Lens, Vormingplus Locatie: Inhoud:
Aanwezigen: Evaluatie:
Schilde Praktische workshop rond wat je als ouder kan doen om een gezond zelfbeeld en goede communicatieve vaardigheden bij je kind te ondersteunen. 10 Een lage opkomst, mogelijks omdat de vormingfolders te laat werden verspreid. Er werden veel voorbeelden gebruikt uit het dagelijkse leven, maar te weinig achtergrond en/of theorie.
10 maart: “Kinderen en depressie” – Ria Van Noyen Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Wijnegem Lezing rond wat depressie bij kinderen is, signalen en hoe je je kind kan beschermen. 21 Boeiende spreekster. Goede theoretisch achtergrond aan de hand van een (iets té uitgebreide) powerpoint-presentatie met veel voorbeelden uit de praktijk. Haar bekwaamheid en bedrevenheid als psychologe kwam sterk naar voren. Er was voldoende mogelijkheid tot individuele vragen nadat de lezing was afgerond.
22 maart: “Pesten” – Maurits Wysmans Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Malle Lezing rond wat je als ouder kan doen als je kind pest of gepest wordt 23 Boeiende spreker die ouders concrete tips kan geven om kinderen te ondersteunen wanneer ze gepest worden. Er werden heel wat vragen gesteld door de ouders en de spreker hanteerde een interactieve manier van werken.
28 april: “Examenstress” – Rik Prenen Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Zoersel Tijdens deze lezing worden tips gegeven hoe je als ouder je kind kan ondersteunen tijdens de examenperiode. 25 Boeiende voordracht, toch werden er minder concrete tips gegeven specifiek naar examenstress. Vooral faalangst werd behandeld en geduid,ouders waren desondanks toch geboeid en tevreden.
11 mei: “Begrenzen van peuters en kleuters” – Jurgen Peeters, De Onderstroom Locatie:
Jaarverslag 2011
Brecht
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
37
Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie
Lezing rond wat het belang is van grenzen stellen, mogelijke belemmeringen en hulpmiddelen 45 Zeer goede lezing. De spreker geeft veel herkenbare voorbeelden vanuit zijn eigen gezinssituatie. Er was veel ruimte voor vragen en inbreng van de aanwezigen.
24 mei: “Opvoeden in een verwenmaatschappij” - Marijke Bisschops Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Zandhoven Lezing rond wat kinderen nodig hebben om echt gelukkig te worden. 45 Zeer goede lezing. Aan de hand van voorbeelden gaf de spreker ons haar visie mee. De aanwezigen werden erg betrokken en waren over het algemeen zeer tevreden.
31 mei: “Driftbuien bij pubers” – Jo Voets Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Zoersel Lezing rond hoe je als ouder moet omgaan met opstandige pubers. 41 Zeer goede lezing. Spreker was zeer deskundig in zijn onderwerp en gebruikte veel voorbeelden. Er kwamen heel wat vragen en de aanwezigen waren erg enthousiast. Enkel het lokaal was veel te klein waardoor er mensen moesten rechtstaan of op tafels zitten.
5 oktober: “ADHD” – Maurits Wysmans Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Zandhoven Lezing rond ADHD en hoe je als ouder het hoofd koel kan houden. 45 Zeer boeiende lezing, veel theoretische achtergrond, maar op een boeiende manier gebracht. Er waren vooral ouders van kinderen met (vermoeden van) ADHD aanwezig, de spreker nam ruim de tijd voor hun vragen en bedenkingen.
6 oktober: “Opvoeden zonder straffen en belonen” – Jurgen Peeters, De Onderstroom Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Jaarverslag 2011
Schilde Lezing rond alternatieven voor straffen en belonen om toch gewenst gedrag te verkrijgen. 85 Lezing was een groot succes. Het onderwerp boeide de aanwezigen enorm en was goed gebracht. Een aantal aanwezigen vroegen naar verdieping. Jammer dat de wissel van locatie slecht werd gecommuniceerd, hierdoor zijn er enkele mensen terug naar huis gegaan.
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
38
13 oktober: “Omgaan met conflicten in de opvoeding”, Lutgart van der Veken Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie
Malle Lezing rond hoe je als ouder kan omgaan met conflicten met je kinderen. 69 Ouders waren erg tevreden, wel minder afgestemd op de kansarme ouders die er ook waren.
25 oktober: “Tieners op vrijersvoeten” – Saartje smet, Sensoa Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Zoersel Tijdens deze lezing wordt inzicht gegeven in de seksuele ontwikkeling van tieners en tips om beter te communiceren. 27 Goede lezing. Het vlaggensysteem werd heel duidelijk en met veel voorbeelden uitgelegd. Hiermee konden de aanwezigen zelf aan de slag. Als hulpverlener was deze lezing zeker zeer zinvol, maar sommige ouders hadden concretere tips verwacht.
16 november: “emotionele ontwikkeling bij jonge kinderen” – Rik Prenen Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Zoersel Lezing rond hoe je als ouder de emotionele ontwikkeling van jonge kinderen kan bevorderen. 25 Goede lezing. Er was veel aandacht voor theorie. De aanwezigen die praktische tips verwachtten bleven wel wat op hun honger zitten.
22 november: “Kinderen ondersteunen in sociale vaardigheden” – Ilse Grouwels Locatie: Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie:
Wijnegem Tijdens deze lezing krijgen ouders praktische tips en handvaten om kinderen te laten opgroeien tot weerbare en zelfbewuste individuen. 55 Aan de hand van rollenspelen lieten Ilse Grouwels en haar collega zien hoe zij dit aanpakken in hun praktijk. Met zeer praktische en bruikbare tips om als ouder mee te nemen in de opvoeding van je eigen kinderen. De theoretische achtergrond die werd afgelezen en hierdoor iets minder boeiend was, was misschien overbodig aangezien die tijdens de praktijkvoorbeelden ook uitgebreid aan bod kwam. Sommige ouders waren teleurgesteld omdat zij meer specifieke informatie rond het thema faalangst verwachtten.
7 december: “Hoogbegaafdheid” – Annick Mertens, Responsa Locatie:
Jaarverslag 2011
Brecht
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
39
Inhoud: Aanwezigen: Evaluatie
Jaarverslag 2011
Lezing rond hoe hoogbegaafdheid te herkennen en ermee om te gaan. 50 Zeer boeiende lezing. Theorie werd afgewisseld met veel praktijkvoorbeelden uit de eigen gezinssituatie. De meeste aanwezigen hadden zelf hoogbegaafde kinderen, er was veel aandacht voor hun verhaal en vragen.
Opvoedingswinkels Zoersel en Brasschaat
40