Jaarverslag 2011 Bestuursverslag en Jaarrekening 2011
Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
Inhoudsopgave VOORWOORD VAN HET COLLEGE VAN BESTUUR
5
VOORWOORD VAN DE RAAD VAN TOEZICHT
9
INLEIDING
11
1. STG. SPECIAAL ONDERWIJS NOORD EN MIDDEN LIMBURG
12
1.1 ALGEMEEN 1.1.1 GESCHIEDENIS 1.1.2 KERNTAKEN 1.1.3 MAATSCHAPPELIJKE OPDRACHT 1.2 KOERS 2012-2016 1.2.1 MISSIE 1.2.2 VISIE 1.2.3 KERNWAARDEN 1.2.4 DOELSTELLINGEN 1.2.5 STRATEGIE
12 12 12 12 13 13 13 14 15 15
2. ORGANISATIE
17
2.1 ORGANISATIESTRUCTUUR 2.1.1 RAAD VAN TOEZICHT 2.1.2 COLLEGE VAN BESTUUR 2.1.3 SCHOLEN/DIENSTEN SSONML 2.1.4 GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD (GMR)
17 18 18 19 21
3. ONDERWIJSKUNDIG BELEID
25
3.1 PASSEND ONDERWIJS 3.2 TRANSFER & EXPERTISE CENTRUM ARBEIDSINTEGRATIE 3.3 KENGETALLEN LEERLINGEN 3.4 WACHTLIJSTEN 3.5 UITSTROOMGEGEVENS EN OPBRENGSTEN SSONML 3.5.1. DE MAASKEI, EXPERTISE SO/VSO ZML/MG 3.5.2 MYTYLSCHOOL ULINGSHOF 3.5.3A SO VIJVERHOFSCHOOL 3.5.3B VSO VIJVERHOFSCHOOL, EXPERTISE VSO ZML/MG 3.6.5 HET POORTJE 3.5.5 ’T WILDVELD, SCHOOL VOOR PRAKTIJKONDERWIJS 3.5.7 VSO DE VELDDIJK 3.5.8 AMBULANTE DIENST
25 26 27 28 29 30 32 34 35 38 39 42 46
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
2
3.5.9 INTERDISCIPLINAIR TEAM 3.5.10 TRANSFER & EXPERTISE CENTRUM ARBEIDSINTEGRATIE (TECA)
48 51
4. SAMENWERKING
53
4.1 SAMENWERKINGSVERBANDEN VANUIT HET WETTELIJK KADER 4.2 SAMENWERKINGSVERBANDEN VANUIT ONZE MAATSCHAPPELIJKE OPDRACHT 4.3 SAMENWERKING MET MUTSAERSSTICHTING
54 55 56
5. KWALITEITSBELEID
58
5.1 KWALITEITSZORG IN DE ORGANISATIE 5.2 TOEZICHT OP DE KWALITEIT DOOR INSPECTIE EN BESTUUR SSONML 5.3 CODE GOED BESTUUR IN HET PRIMAIR ONDERWIJS 5.4 KLACHTENREGELING 5.4.1 VERTROUWENSCOMMISSIE
58 58 59 60 60
6. PERSONEELSBELEID
61
6.1 MEDEWERKERSTEVREDENHEIDSONDERZOEK 6.2 REORGANISATIEPLAN 6.3 SOCIAAL PLAN 6.4 SCHOLING EN FUNCTIEONTWIKKELING 6.4.1 FUNCTIEMIX EN SENIOR SCHAP 6.4.2 COMPETENTIEMANAGEMENT SCHOOLLEIDERS 6.4.3 HARMONISATIE GESPREKKENCYCLUS 6.4.4 BELEID GERICHT OP TAAK- EN FUNCTIEDIFFERENTIATIE 6.4.5 BELONINGSBELEID 6.5 ZIEKTEVERZUIM, RE-INTEGRATIE EN IPAP 6.6 PERSONELE KENGETALLEN 6.6.1 PERSONEELSBEZETTING 6.6.2 MAN/VROUW VERHOUDING 6.6.3 VERLOOP LEEFTIJD 6.6.4 ZIEKTEVERZUIM
61 63 65 66 66 67 67 68 69 69 71 71 71 72 72
7. HUISVESTINGSBELEID
73
7.1 STRATEGISCH BELEID 7.2 VISIE OP HUISVESTING 7.3 TALENTENCAMPUS 7.4 EXPERTISECAMPUS VENRAY 7.5 NIEUWBOUW DE VELDDIJK 7.6 VSO VIJVERHOFSCHOOL 7.7 NIEUWBOUW DE MAASKEI 7.8 INTEGRAAL HUISVESTINGSPLAN PRIMAIR & SPECIAAL ONDERWIJS 2010 - 2013
73 73 74 74 74 75 75 75
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
3
8. ICT BELEID
76
8.1 ALGEMEEN 8.2 ACTIVITEITEN EN PROJECTEN 8.3 OVERIGE PROJECTEN
76 76 78
9. FINANCIEEL BELEID
79
9.1 ALGEMEEN 9.2 FINANCIËLE POSITIE SSONML 9.2.1 SOLVABILITEIT 9.2.2 KAPITALISATIEFACTOR 9.2.3 WEERSTANDSVERMOGEN 9.2.4 LIQUIDITEIT 9.2.5 RENTABILITEIT 9.3 ANALYSE WERKELIJK 2011 MET BEGROTING 2011 EN WERKELIJK 2010 9.3.1 REALISATIE 2011 T.O.V. DE BEGROTING 2011 9.3.2 REALISATIE 2011 T.O.V. DE REALISATIE 2010 9.3.3 BEGROTING 2012 9.3.4 BESTEMMINGSRESERVES 9.4 TREASURYMANAGEMENT 9.4.1 UITGANGSPUNTEN 9.4.2 TREASURYSTATUUT 9.4.3 TREASURYPLAN 2011
79 79 80 80 81 81 81 82 82 83 85 87 89 89 89 90
Bijlage: Rapport inzake de jaarrekening 2011
92
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
4
Voorwoord van het College van Bestuur Voor u ligt het jaarverslag van de Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg over 2011. Het (primair)onderwijsveld, en in het bijzonder het speciaal onderwijs zoals onze stichting dat verzorgt, werd het afgelopen jaar gedomineerd door de ontwikkelingen rond en de voorbereidingen op Passend Onderwijs in combinatie met een rijks bezuiniging van 300 miljoen euro. Ontwikkelingen Passend Onderwijs De wet Passend Onderwijs wierp in 2011 nadrukkelijk haar schaduwen vooruit. SSONML werd bij brieven van het ministerie in februari en september geïnformeerd over de te realiseren bezuinigingen in de periode tot augustus 2015 van in totaal 4.2 miljoen euro. Dit betreft een vermindering van 20-25% ten opzichte van het budget 2011. Het kabinet wil dat leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, beter worden geholpen. Scholen zijn vanaf 1 augustus 2013 verplicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Het wetsvoorstel is op 29 november 2011 naar de Tweede Kamer gestuurd. De Tweede Kamer heeft inmiddels (maart 2012) ingestemd, de Eerste Kamer moet nog instemmen met het voorstel. Het is de bedoeling dat de wet passend onderwijs op 1 augustus 2012 in werking treedt. Daarna hebben scholen een jaar de tijd om zich voor te bereiden. Vanaf augustus 2013 moeten scholen ervoor zorgen dat er voor elk kind dat extra ondersteuning nodig heeft een passende plek is (zorgplicht). Dat kan zijn op de school waar de ouders hun kind hebben aangemeld, maar ook op een andere school die beter kan inspelen op de ondersteuning die het kind nodig heeft of in het speciaal onderwijs. Als de school van aanmelding het kind niet zelf kan plaatsen, wordt na overleg met de ouders een passende plek op een andere school geboden. Passend onderwijs betekent dat aan alle leerlingen een zo passend mogelijke plek in het onderwijs moet worden geboden. Dat kan zijn in het regulier onderwijs, maar ook in het speciaal onderwijs. Om de kwaliteit van het speciaal onderwijs te verbeteren, is naast het wetsvoorstel voor passend onderwijs, ook een wetsvoorstel om de kwaliteit van het speciaal onderwijs te verbeteren ontwikkeld. De invoering van passend onderwijs op zich wordt door onze stichting ondersteund, de combinatie met de bezuiniging van 300 miljoen wordt echter door een zeer groot deel van het (primair) onderwijsveld, inclusief onze stichting, sterk afgewezen. Reorganisatieplan Anticiperend op de aangekondigde bezuiniging van ruim 4.2 miljoen is in 2011 hard gewerkt aan de totstandkoming van een reorganisatieplan waarin de bezuiniging verwerkt wordt. Het grootste deel van de bezuiniging zal gedekt moeten worden uit een vermindering van de personeelsomvang, de grootste kostenpost binnen onze stichting. Daarnaast zijn maatregelen ter verbetering van efficiency noodzakelijk. Het reorganisatieplan werd in oktober aan de GMR aangeboden; deze onthield echter haar instemming aan het plan. Na
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
5
bijstellingen is het plan in februari 2012 met instemming van de GMR door het College van Bestuur vastgesteld. Het plan moet leiden tot een vermindering van het personeelsbestand van ruim 71 fte (op een totaal van ruim 300). Sociaal Plan Annex aan het Reorganisatieplan is veel energie gestoken in de totstandkoming van een Sociaal Plan. Aangezien de Stichting werkgelegenheidsbeleid voert is het uitgangspunt medewerkers naar nieuw passend werk te (bege)leiden. Tijdens het Decentraal Georganiseerd Overleg met de vakbonden in juni 2011 werd een onderhandelaarsakkoord gesloten waarna in juli door een overgrote meerderheid van de leden van de vakbonden met het plan werd ingestemd. Toch heeft het nog tot februari 2012 geduurd alvorens de vakbonden het, inmiddels op onderdelen aangepaste, plan ondertekenden. De late ondertekening werd veroorzaakt doordat de vakbonden gedurende het resterende deel van 2011 in onderhandeling waren met de minister van OCW over flankerend beleid. Niettemin is de uitvoering van het Sociaal Plan binnen de Stichting, zoals voorgenomen, gestart op 1 augustus 2011. Een speciaal hiertoe aangetrokken medewerker begeleidt de aanvragers en verzorgt samen met de hiertoe ingestelde Centrale Commissie Sociaal Plan de advisering aan het College van Bestuur. In 2011 hebben ruim 40 medewerkers een beroep gedaan op instrumenten uit het Sociaal Plan dat onder meer leidt tot een vrijwillig vertrek van circa 15 fte. Voor de uitvoering van het Sociaal Plan is, ten laste van de exploitatie, in 2011 een bedrag van 600.000 euro gereserveerd. Overleg Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad en Vakbonden Gezien de vele activiteiten die nodig waren teneinde de aangekondigde rijks bezuinigingen het hoofd te bieden (Sociaal Plan, Reorganisatieplan) heeft in het verslagjaar frequent overleg plaatsgehad met (vertegenwoordigers van) de GMR en de vakbonden. Vermeldenswaard is dat deze overleggen telkens in een zeer constructieve sfeer plaatsvonden en afgesloten werden met concrete resultaten. Vooral de bijzonder prettige samenwerking met de GMR heeft ertoe geleid dat een zwaar en voor de Stichting ongewoon proces op voortvarende wijze is vorm gegeven. Huisvesting Talentencampus Venlo Dit bijzondere gebouw, dat het meest actuele antwoord geeft op passend onderwijs, is na een zeer lange voorbereidingstijd in 2011 gerealiseerd en op 9 januari 2012 in gebruik genomen. In samenwerking met de Stichting Fortior is gezamenlijke huisvesting gerealiseerd voor 4 scholen; basisschool Hertog Reinoud, speciaal basisonderwijs De Opstap, en onze scholen Vijverhof (SO) en Het Poortje. Het gebouw en de inrichting worden zeer goed gewaardeerd en de ingebruikname is probleemloos verlopen. Er is erg veel (externe) belangstelling voor het gebouw en uiteraard voor de inhoud van het onderwijs.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
6
Maaskei Heel Het gebouw van de Maaskei in Heel is in 2011 deels gerenoveerd en met nieuwbouw uitgebreid. Op 23 januari 2012 is het gebouw opgeleverd en inmiddels naar tevredenheid in gebruik genomen. Velddijk De nieuwbouwplannen voor de Velddijk naderen concretisering. Inmiddels is duidelijk dat in samenwerking met de Mutsaersstichting/Wijnberg op het terrein van de Mutsaersstichting nieuwbouw zal plaatsvinden voor circa 175 leerlingen. De wijze waarop de beoogde samenwerking met Gilde Praktijk Opleidingen zal worden geconcretiseerd is nog onderwerp van studie. Budgetten (ca. 10 miljoen euro) zijn bij de gemeente Venlo gereserveerd. Vijverhof VSO De keuze voor de locatie van de nieuwbouw voor de Vijverhofschool VSO, momenteel gehuisvest aan De Breuken in Tegelen, is nagenoeg gemaakt. Zowel woningcorporatie Antares (bouwende/verhurende partij) als onze stichting (huurder) opteren voor nieuwbouw op het terrein van de Nieuwe Munt in Tegelen alwaar een nauwe samenwerking met de Zorggroep kan worden gerealiseerd. De gemeente Venlo twijfelt nog of de bestaande locatie De Breuken niet met de nieuwbouw van de school moet worden ingevuld. Budget voor de bouw is bij de gemeente Venlo gereserveerd. Droom van Venray In de zomer van 2011 is in overleg met alliantiepartner Mutsaersstichting en in afstemming met partner SPOV de huisvestingsaanvraag voor een duo locatie in Venray ingetrokken. Beide besturen waren er niet van overtuigd dat het aangeboden gebouw (Focus) voldoende mogelijkheden bood om de geformuleerde samenwerkingsvisie op toekomstbestendige wijze te realiseren. Inmiddels zijn de gesprekken met de gemeente Venray op basis van een geactualiseerde visie hervat. In 2012 wordt getracht tot overeenstemming te komen over de realisatie van de Droom van Venray. KOERS 2012-2016 In augustus 2011 is het strategisch beleid van de Stichting voor de periode 2012-2016 geformuleerd. Gezien de stichting brede inspanningen die tijdens de voorgaande jaren ten basis lagen aan het strategisch beleid is gekozen voor een onconventioneel proces (drie sessies met in totaal zes betrokkenen) dat zou moeten leiden tot een compact, inspirerend en richtinggevend document. Dit document heeft zijn eind vorm gevonden in een aantrekkelijk vorm gegeven uitklapbare A3-brochure die bij elke medewerker, voorzien van een persoonlijke foto, is thuisbezorgd. Vanaf 2012 wordt veel energie gestoken in het realiseren van de 35 beloften die in KOERS worden gedaan.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
7
Tot slot Hoewel er veel energie (en middelen) gestoken moesten worden in het negatieve proces van bezuinigen, reorganiseren en afscheid nemen van medewerkers, is 2011 ook het jaar waarin gestart is om de stichting met nieuw elan voor te bereiden op de jaren die komen gaan. Ik heb er alle vertrouwen in dat we met de expertise van onze medewerkers en de kracht van een nieuwe KOERS de toekomst met een gerust hart tegemoet kunnen zien. Onze leerlingen verdienen dat. Peter Freij Voorzitter College van Bestuur
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
8
Voorwoord van de Raad van Toezicht De Raad van Toezicht (RvT) houdt, zoals in de statuten is bepaald, toezicht op het beleid van het college van bestuur (CvB), op de gang van zaken binnen de stichting en de onder de stichting ressorterende scholen en diensten. Zij treedt op als werkgever van het college van bestuur en kan het college gevraagd en ongevraagd adviseren. Voor de samenstelling van de RvT verwijzen we naar het financiële deel van de jaarrekening. De vergoeding voor de raad van Toezicht is hierin opgenomen en conform het advies van Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen (VTOI). Naast het uitvoeren van de statutair vastgestelde taken zoals het vaststellen van de begroting, het vaststellen van de jaarrekening en het benoemen van de accountant besteedt de RvT bij het uitoefenen van het toezicht vooral aandacht aan de doelstelling en de maatschappelijke legitimatie van de stichting. Daarbij staan de volgende criteria centraal: realiseren van de missie, visie en het strategisch beleid van de stichting; bewaken van de kwaliteit van de onderwijsprocessen en –resultaten; bewaken van de continuïteit van de stichting, uitgedrukt in aantallen leerlingen, medewerkers en financiën; het uitoefenen van goed werkgeverschap; het nemen van maatschappelijke verantwoordelijkheid binnen de lokale en regionale omgeving; het afleggen van verantwoording. In een vijftal reguliere vergaderingen heeft de RvT begroting, jaarrekening, tussentijdse managementrapportages en inspectierapporten behandeld.
Bestuurswisseling Het eerste half jaar van 2011 heeft de heer Theo Brugman als interim-bestuurder het College van Bestuur van de Stichting gevormd. Werving en selectie van een nieuwe bestuurder heeft ertoe geleid dat per 1 juni 2011 Peter Freij het College van Bestuur van de Stichting vormt. Betrokkenheid bij Sociaal- en Reorganisatieplan De Raad van Toezicht is met regelmaat geïnformeerd over de voortgang van de totstandkoming van het Sociaal Plan en het Reorganisatieplan. De Raad heeft met genoegen geconstateerd dat dit proces op een zorgvuldige wijze is gevoerd en dat er met de medewerkers van de Stichting intensief over is gecommuniceerd. Financiële sturing De Raad heeft ten aanzien van het financiële beleid gewezen op de noodzaak van een grotere begrotingsdiscipline. Na sluiting van het boekjaar is met genoegen geconstateerd dat de Stichting er in is geslaagd begroting en realisatie weer dichter bij elkaar te brengen.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
9
Strategisch beleid De Raad van Toezicht heeft in twee vergaderingen het strategisch beleid van de Stichting behandeld. Het strategisch beleid onder de titel KOERS 2012-2016 is door de Raad van Toezicht in oktober 2011 vastgesteld. Tot slot De Raad van Toezicht constateert met genoegen dat de Stichting na roerige jaren bestuurlijk weer in rustiger vaarwater is beland. Niettemin staat de Stichting voor grote uitdagingen teneinde de komende rijks bezuinigingen en het beleid Passend Onderwijs op toekomstbestendige wijze vorm te geven. R.M.V. Wienen Voorzitter Raad van Toezicht
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
10
Inleiding Voor u ligt het bestuursverslag van Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg. Het bestuursverslag is bedoeld voor ieder die kennis wil nemen van de stichting en beoogt tevens verantwoording af te leggen over het door de stichting gevoerde beleid en de gemaakte keuzes. Het bestuursverslag is voornamelijk gericht aan het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Inspectie voor het onderwijs. Het bestuursverslag maakt integraal deel uit van het jaarverslag en neemt, zeker in het licht van de horizontale verantwoording, een prominente rol in binnen het totale jaarverslag. Onderdeel van het jaarverslag is ook het rapport betreffende de jaarrekening. Het rapport bestaat uit een balans per 31 december 2011 en een staat van baten en lasten over de periode 1 januari 2011 tot en met 31 december 2011, welke beide zijn voorzien van de nodige specificaties en toelichtingen.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
11
1. Stg. Speciaal Onderwijs Noord en Midden Limburg 1.1
Algemeen
1.1.1 Geschiedenis De Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg (SSONML) is in 2000 ontstaan uit een fusie van zes scholen in de regio's Noord- en Midden-Limburg en biedt Speciaal Onderwijs, Voortgezet Speciaal Onderwijs, Praktijkonderwijs en diensten op het gebied van ambulante begeleiding, diagnostiek en arbeidstoeleiding aan ongeveer 1863 leerlingen. Op 1 augustus 2006 heeft de SSONML haar expertise verder gebundeld. Alle expertisemedewerkers van de zes scholen vormen sindsdien een Interdisciplinair Team (IDT). Dit IDT vormt de brug tussen regulier onderwijs, speciaal onderwijs en zorg voor leerlingen met specifieke ontwikkelings- en opvoedingsvragen. De ambulante begeleiders vormen sinds 2007 de Ambulante Dienst. Vooral in het praktijkonderwijs ontstond de behoefte aan meer begeleiding en aansluiting van onderwijs op de arbeidsmarkt. In 2009 is daarom het Transfer- en Expertisecentrum voor Arbeidsintegratie opgericht. Deze begeleidt leerlingen op intensieve en praktijkgerichte wijze naar, zo mogelijk, een volwaardige arbeidsplek. 1.1.2 Kerntaken Het onderwijs biedt kinderen/jeugdigen met een beperking of handicap op een basisschool of een andere school voor voortgezet onderwijs vaak onvoldoende begeleiding. Deze leerlingen hebben juist extra begeleiding en ondersteuning nodig en een aan hun mogelijkheden aangepast programma. Deze steun in de rug kan gevonden worden in het (Voortgezet) Speciaal Onderwijs en Praktijkonderwijs van de Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg in de vorm van passend onderwijs of ambulante begeleiding. 1.1.3 Maatschappelijke opdracht Met betrekking tot de maatschappelijke opdracht voor de leerlingen die bij ons onderwijs volgen zijn, afhankelijk van de individuele ontwikkelmogelijkheden, de volgende uitstroomprofielen door de Overheid in voorbereiding: • Diplomagericht (reguliere (start) kwalificatie VO en/of MBO 2) • Arbeidsmarktgericht (MBO1/AKA, branchecertificaten, herkenbaar nieuwe kwalificatiestructuur speciaal onderwijs) • (arbeidsmatige) dagbesteding (portfolio) Deze uitstroomprofielen passen uitstekend bij ons onderwijskundig beleid (Hoofdstuk 3).
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
12
1.2 KOERS 2012-2016 In 2011 heeft SSONML haar missie en visie voor de komende jaren herijkt. Dit heeft geleid tot het document KOERS 2012-2016. Met KOERS 2012-2016 geeft de Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg op compacte, inspirerende en richtinggevende wijze weer waar de stichting in de periode 20122016 voor gaat en voor staat. KOERS is uitgewerkt in 5 hoofdstukken: 1. Missie 2. Visie 3. Kernwaarden 4. Doelstellingen 5. Strategie. De 35 beloften die in de drie programma’s Onderwijs, Omgeving en Organisatie zijn geformuleerd zullen de komende jaren in de vorm van concrete projecten gerealiseerd worden. Ons uitgangspunt blijft onveranderlijk dat anders voor ons gewoon is. En gewoon is wat kinderen en jongeren kúnnen. Niet wat hun beperkingen zijn. 1.2.1 Missie In onze MISSIE beantwoorden we de vraag Waartoe zijn wij op aarde? WIJ ZIJN ER OM HET MAXIMUM TE HALEN UIT DE TALENTEN VAN KINDEREN EN JONGEREN MET SPECIFIEKE OPVOEDINGS- EN ONTWIKKELINGSVRAGEN.
1.2.2 Visie Onze visie geeft antwoord op de vraag Welke inzichten dragen bij aan realisatie van onze missie? WE GAAN UIT VAN EIGEN KRACHT, SAMEN DUS NOOIT ALLEEN, MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONTWIKKELEN EN DOEN DAT KNAP EENVOUDIG.
EIGEN KRACHT Wij gaan uit van het talent en de eigen kracht van onze leerlingen. We nemen de zorg niet over maar zorgen ervoor dat de leerling zich, nu en later, op eigen kracht kan ontwikkelen. Het versterken van eigen kracht en autonomie en het stimuleren van voortdurende ontwikkeling is ook van toepassing op onszelf en op de leerkrachten, teams, scholen en partners waar we mee samen werken.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
13
ALLEEN SAMEN - DUS NOOIT ALLEEN Onze leerlingen staan niet op zichzelf. Zij maken deel uit van een gezin of ander samenlevingsverband, wonen in een wijk en hebben ambities. Ouders zijn belangrijke partners. Ons partnerschap is er niet alleen tijdens de schoolperiode; ook daarvoor en daarna zijn we er – samen met onze ketenpartners. We laten niemand alleen. Maar we kúnnen het ook niet alleen. Ieder kind is uniek en verdient een eigen plan. Dat betekent dat we samen met ouders en partners uit ons netwerk voor iedere leerling een uniek plan maken en uitvoeren; 1 kind 1 plan. Onze ketenpartners zijn de (jeugd)zorg, de samenwerkingsverbanden en scholen in het regulier onderwijs, organisaties in vervolgonderwijs/arbeid/dagbesteding, gemeenten en het bedrijfsleven. We doen het samen en werken op basis van gelijkwaardigheid en vertrouwen. MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONTWIKKELEN Onze leerlingen ontwikkelen zich zodanig dat zij naar maximaal eigen vermogen een zo zelfstandig mogelijke positie in de maatschappij kunnen innemen. Dit is niet alleen van belang voor de leerling zelf, maar ook voor zijn/haar omgeving en de maatschappij. Wij willen maximaal rendement halen uit de ons toevertrouwde leerlingen, ons menselijk kapitaal en uit de daartoe ter beschikking gestelde maatschappelijke middelen. KNAP EENVOUDIG We bieden een samenhangend geheel van specialistisch onderwijs, begeleiding, training en onderzoek. En we zijn goed in wat we doen. Resultaatgericht, flexibel en toegankelijk. We zorgen ervoor dat ouders en onze leerlingen geen last hebben van ingewikkelde regels en schotten tussen organisaties. Onze leerlingen, ouders en partners weten ons snel en gemakkelijk te vinden en vertrouwen ons. Eigenlijk is het knap en eenvoudig tegelijk. Knap eenvoudig dus. 1.2.3 Kernwaarden Welke waarden geven inhoud aan onze missie en visie? WE WERKEN MET PASSIE AAN ONTWIKKELING WE VERTROUWEN ELKAAR EN ZIJN BETROUWBAAR WE GAAN UIT VAN EIGEN KRACHT EN ZIJN ONSZELF WE HANDELEN VANUIT VAKMANSCHAP EN ONDERNEMERSCHAP WE HEBBEN PLEZIER IN ONZE DIENSTBAARHEID WE ZIJN TRANSPARANT EN LEGGEN VERANTWOORDING AF
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
14
1.2.4 Doelstellingen Welke resultaten definiëren wij om onze missie en visie te realiseren? Onze doelen formuleren we in drie programma's: Onderwijs, Omgeving en Organisatie. Gekoppeld aan deze programma’s worden beloften gedaan die wij zullen uitwerken in meetbaar geformuleerde doelen en vervolgens realiseren. Want belofte maakt schuld. ONDERWIJS WIJ BIEDEN SPECIALISTISCH ONDERWIJS VOOR ELKE LEERLING MET SPECIFIEKE OPVOEDINGEN ONTWIKKELINGSVRAGEN OP BASIS VAN ZIJN/HAAR TALENTEN EN MOGELIJKHEDEN. WIJ BEHALEN HIERBIJ DE BEST MOGELIJKE RESULTATEN EN ONZE ACTIVITEITEN DOORSTAAN IEDERE KWALITEITSTOETS. OMGEVING WIJ NEMEN ONZE ROL IN DE REGIONALE VERANTWOORDELIJKHEID VOOR PASSEND ONDERWIJS AAN ALLE LEERLINGEN. WIJ DOEN DIT IN NIET-VRIJBLIJVENDE SAMENWERKING MET SAMENWERKINGSVERBANDEN PO EN VO, ONDERWIJSINSTELLINGEN, (JEUGD)ZORG, ARBEIDSMARKT EN GEMEENTEN EN IN VOORTDURENDE DIALOOG MET LEERLINGEN EN OUDERS. ORGANISATIE WIJ FACILITEREN HET PRIMAIRE PROCES DOOR EEN ADEQUAAT EN TRANSPARANT BESTUURS- EN ORGANISATIEMODEL DAT EFFICIËNT EN EFFECTIEF OPEREERT. WIJ WERKEN IN EEN OPEN AANSPREEKCULTUUR WAARBIJ GEZAMENLIJKHEID, SAMENWERKING EN SYNERGIE UITGANGSPUNTEN ZIJN. Er zijn vervolgens 35 beloften in de drie programma’s Onderwijs, Omgeving en Organisatie n geformuleerd. Deze zullen de komende jaren in de vorm van concrete projecten gerealiseerd worden. 1.2.5 Strategie Welke wegen leiden tot realisatie van onze doelstellingen? Inhoud & Kwaliteit Wij zorgen er voor dat de inhoud en kwaliteit van ons werk zodanig is dat alle partijen dit blijvend herkennen en erkennen. SSONML onderscheidt zich door haar specifieke kwaliteiten in specialistisch onderwijs, diagnostisch onderzoek, training en begeleiding. Dat
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
15
betekent dat we er alles aan moeten doen om deze maximaal in te zetten bij het realiseren van onze doelstellingen. Netwerken & Samenwerken Het zorgvuldig onderhouden van onze relaties met ouders, (ex-)leerlingen en organisaties in het regionale netwerk is cruciaal. Netwerken is verbindingen leggen door met de juiste mensen in contact te zijn of te komen, dit te registreren en te onderhouden. Deze verbindingen leveren informatie, kennis, referenties, samenwerking en klanten op. In toenemende mate zoeken we inhoudelijke samenwerking met partners; zowel binnen als buiten het onderwijs. Zo maken we de keten sterker en de afnemer meer tevreden. De verbinding met de kernpartners (jeugd)zorg, onderwijsinstellingen, gemeenten en arbeidsmarkt is vanzelfsprekend; deze maakt dat we vanuit het full service concept inhoud geven aan passend onderwijs. Versterken & Ontschotten Doordat we goed de weg kennen in het woud van wetten, regelingen en procedures kunnen we onze relaties behoeden voor een langdurige dwaaltocht. We kunnen daardoor, zeker in combinatie met de kwaliteiten van onze partners, snel en goed maatwerk leveren. Dat versterkt niet alleen onze afnemers maar ook onze partners en onszelf. Zelfkritiek & Zelfbewustzijn De basis voor optimale kwaliteit ligt in een georganiseerd systeem van zelfkritiek en zelfevaluatie. We gebruiken hiervoor onder meer tevredenheidonderzoeken, visitaties en evaluaties met de samenwerkingsverbanden. Dat past niet alleen bij onze kernwaarden maar is ook een kwaliteitswaarborg voor onze partners en klanten. Deze basis vormt ook de grond voor een gezond zelfbewustzijn. “Be good and tell it” - daar is niks mis mee.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
16
2. Organisatie 2.1 Organisatiestructuur Het organigram ziet er vooralsnog als onderstaand uit. Naar aanleiding van KOERS zal dit naar alle waarschijnlijkheid gaan wijzigen.
Raad van Toezicht
College van Bestuur
GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
Bestuursbureau
Interdiciplinair Team
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
Ambulante Dienst
’t Wildveld - Pro
De Velddijk - VSO
De Maaskei - SO / VSO
Vijverhofschool - SO
Het Poortje - SO
Mytylschool Ulingshof - SO
Talentencampus Venlo
Vijverhofschool - VSO
TECA onderwijs
17
2.1.1 Raad van Toezicht De raad van toezicht houdt toezicht op het college van bestuur en bestaat per 31 december 2011 uit de volgende leden: - dhr. mr. R.M.V. Wienen Voorzitter kantoordirecteur/fiscalist accon■avm Venlo bestuurslid/penningmeester VVV-Venlo bestuurslid Vrinde van Jocus bestuurslid van beleggingsclub “os aortje” - dhr. J.G.M. Rutten
Vicevoorzitter
- mevr. J.M. de Leeuw-Steur MEM Lid Lid OGVO- academy Freelancer onderwijs & organisatie - dhr. drs. A.J.M.L. Kaumo Lid Manager Bedrijfsbureau KvK Limburg - dhr. drs. J.B.M. Titulaer Lid Docent Fontys Internationale Hogeschool Economie Lid GMR Stichting Fortior De bezoldiging van de raad van toezicht is in 2010 aangepast conform de richtlijnen van de Vereniging van Toezichthouders in Onderwijsinstellingen (VTOI). Vacatiegelden raad van toezicht: Voorzitter € 5.844 Leden € 2.949
2.1.2 College van Bestuur Het college van bestuur is verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding en wordt sinds 1 juni 2011 gevormd door: - dhr. P.C.M. Freij, voorzitter De beloning college van bestuur is opgenomen in de jaarrekening.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
18
2.1.3 Scholen/diensten SSONML De volgende scholen/diensten behoren tot de stichting: Scholen/ Diensten:
Schoolsoort:
Directeur:
Adres:
De Maaskei
SO en VSO ZMLK
Dhr. P. van de Laar
Wessemerweg 3, 6097 NA, Heel
Ulingshof
Mytyl- en tyltylschool
Dhr. N. Gerards
Ulingshofweg 26, 5915 PM, Venlo
De Vijverhofschool SO
SO voor ZMLK
Dhr. T. van Helvoirt
Rijnbeekstraat 8, 5913 GB, Venlo
De Vijverhofschool VSO
VSO voor ZMLK
Dhr. P. van de Laar, wrnmnd
De Breuken 7, 5931 PC, Tegelen
t Wildveld
Praktijkonderwijs
Dhr. J. Smulders
Roerdompstraat 5, 5912 BR, Venlo
De Velddijk
VSO ZMOK
Dhr. R. Steeghs, wrnmnd
Bergstraat 58, 5931 CE Tegelen
Het Poortje
SO ZMOK
Dhr. T. van Helvoirt
Rijnbeekstraat 8, 5013 GB Venlo
IDT
Interdisciplinair Team
Mevr. K. Janssen
Rijnbeekstraat 8, 5013 GB Venlo
Ambulante Dienst
Ambulante Dienst cluster 3/4
Dhr. L. Creemers
Rijnbeekstraat 8, 5013 GB Venlo
De Maaskei is een onderwijsexpertise school voor zeer moeilijk lerende kinderen (ZMLK) met een SO-afdeling voor kinderen van 4 jaar tot 12 jaar en een VSO-afdeling voor jongeren van 13 jaar tot 20 jaar. Ulingshof is een school voor mytyl- en tyltylonderwijs (onderwijs aan enkelvoudig of meervoudig beperkte kinderen, of langdurig zieke kinderen in de leeftijd van 3 tot 18 á 20 jaar). Aan de school is een revalidatieafdeling van Medisch Centrum VieCuri verbonden. Gezamenlijk geven we vorm aan onderwijs en revalidatie vanuit de visie “Eén kind, één plan”. De Vijverhofschool is een onderwijsexpertise school voor zeer moeilijk lerende kinderen (ZMLK) met een SO-afdeling voor kinderen van 4 jaar tot 12 jaar en een VSO-afdeling voor jongeren van 13 jaar tot 20 jaar. ’t Wildveld is een school voor praktijkonderwijs (VO) voor leerlingen van 12 tot ongeveer 18 jaar. De Velddijk is een school voor voortgezet speciaal onderwijs (ZMOK-school) die onderwijs en begeleiding op maat biedt aan jongeren van 12 tot 20 jaar met een (ernstige) gedragsstoornis en/of psychische problematiek, evenals onderwijs aan leerlingen met een Autisme Spectrum Stoornis (ASS) Het Poortje is een expertiseschool voor cluster-4-leerlingen en biedt onderwijs op maat aan leerlingen in de leeftijd van 6 tot 13 jaar. Er wordt ook onderwijs geboden aan leerlingen met een specifieke vraagstelling, te weten leerlingen met internaliserende problematiek, moeilijk lerende leerlingen en leerlingen met een Autisme Spectrum Stoornis (ASS).
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
19
Het Interdisciplinair Team (IDT) is de expertisedienst van SSONML en fungeert als een loket voor alle vragen rond speciaal en praktijkonderwijs en zorgt voor transparante onderzoekstrajecten, een snelle en efficiënte doorloop van aanmelding tot plaatsing, deskundig advies en zorgvuldige begeleiding. De Ambulante Dienst (AD) verzorgt begeleiding en ondersteuning van leerlingen geïndiceerd voor cluster 3 en 4 die onderwijs volgen in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs of middelbaar beroepsonderwijs en brengt samenhang en verbindingen binnen de sociale leeromgeving van deze leerling. Het Transfer & Expertise Centrum Arbeidsintegratie (TECA) is de arbeidstoeleidingsdienst van de Stichting. Hier werken professionals op het gebied van onderwijs, zorg en arbeid samen om jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar die moeilijk plaatsbaar zijn op de arbeidsmarkt, gericht naar werk te begeleiden. Stichting Dienstverlening SSONML is in 2009 opgericht. Eind verslagjaar zijn bij deze stichting de activiteiten van TECA dienstverlening ondergebracht. Deze activiteiten betreffen voornamelijk diensten op het gebied van werken, leren en werkgelegenheid, i.c. job coaching.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
20
2.1.4 Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) Samenstelling en organisatie De GMR heeft per 31.12.2011 de volgende samenstelling: Naam
Geleding
School/ afdeling
Zittingsperiode (van/tot)
Functie in (G)MR
Karin Knechten
Personeel
‘t Wildveld
Augustus 2006 tot heden
Voorzitter
Neeltje Cox
Personeel
AB & IDT
Augustus 2008 september 2011
Vice-voorzitter
Francoise op de Laak
Personeel
AB & IDT
September 2011 tot heden
Lid
Margriet Schouren
Personeel
het Poortje
Augustus 2007 tot heden
Lid
Twan Verbeek
Ouder
het Poortje
Augustus 2008 tot juli 2011
Lid
Jos Cremers
Personeel
Ulingshof
Augustus 2005 tot heden
Lid
Gaby Nissen
Personeel
De Maaskei
Augustus 2009 tot heden
Lid
Ruud Beeren
Personeel
Velddijk
Augustus 2010 tot heden
Lid
Ans Janssen
Personeel
Vijverhof VSO
Januari 2011 tot oktober 2011
Lid
Ans Janssen
Personeel
Vijverhof VSO
Oktober 2011 tot heden
Vice-voorzitter
Mariëlla Hilberink
Ouder
Vijverhof VSO
April 2011 tot heden
Lid
Anja Vlasveld
Personeel
Vijverhof SO
Augustus 2007 tot heden
Lid
Ron van de Hop
Ouder
Vijverhof SO
November 2011 tot heden
Lid
In de oudergeleding van ’t Wildveld, Ulingshof, De Maaskei en de Velddijk zijn er vacatures. Er wordt regelmatig aan de oudergeledingen in de afzonderlijke MR-en gevraagd of er ouders zijn die in de GMR willen aanschuiven. Het afgelopen schooljaar zijn de vacatures helaas niet ingevuld. Vanuit het college van bestuur was tot mei 2011 Theo Brugman bestuurder a.i. aanwezig bij de GMR-vergaderingen. Vanaf mei 2011 tot heden neemt Peter Freij, bestuurder, deel aan de GMR vergaderingen. De GMR functioneert op basis van het Medezeggenschapsstatuut en het GMR-reglement van de Stichting Speciaal Onderwijs Noord en Midden Limburg. Deze regelingen zijn te raadplegen via de portal van SSONML. De GMR vertegenwoordigt het personeel en de ouders in kwesties op bovenschools niveau binnen de Stichting Speciaal Onderwijs Noord en Midden Limburg. Op school- en dienstniveau functioneert een MR. Het postadres van de GMR is: SSONML, t.a.v. GMR Postbus 809, 5900 AV Venlo
[email protected]
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
21
Overleg en standpunten De GMR heeft in 2011 zes reguliere vergaderingen gehad met het College van Bestuur. Voorafgaand aan elke overlegvergadering, hebben de voorzitter en vicevoorzitter overleg gehad met het College van Bestuur. Verslagen van vergaderingen worden verspreid aan GMR-leden. Zij informeren de MR over belangrijke punten die in de GMR-vergadering besproken zijn. In 2011 zijn diverse onderwerpen besproken in de GMR. Een overzicht van de voornaamste onderwerpen en ontwikkelingen: Besproken onderwerpen
Ter instemming
Sollicitatieprocedure en aanstelling voorzitter College van Bestuur Nieuwe missie en visie SSONML (KOERS)
Ter advisering
X X
Project Passend Onderwijs FUWA + Jaarverslag 2010 MR statuut
X X X X
Jaarrekening/bestuursverslag 2010 Bestuursformatieplan 2011-2012 Begroting 2011 Marap
X
Meerjarenbegroting 2010-2014
X
Aanpassing afschrijvingstermijnen
X X X X X X X X X
Aanbevelingen Marcel Leenders OSG Bestuurlijke constructie Talentencampus Stand van zaken Talentencampus Stand van zaken Droom van Venray Stand van zaken nieuwbouw de Velddijk Stand van zaken huisvesting Maaskei Stand van zaken nieuwbouw VSO VHS Medewerkerstevredenheidsonderzoek
X
Voorlopig Treasury Statuut Treasury rapport 2010 Sociaal Plan Centrale Commissie Sociaal Plan Bezwarencommissie Sociaal Plan Reorganisatieplan Payrollconstructie
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
X X
X X X
Evaluatie studiemiddag SSONML
Huishoudelijk reglement GMR
Ter informatie
X X X X X X X
22
Nieuwe bestuurder SSONML De voorzitter en de vicevoorzitter van de GMR hebben zitting gehad in de sollicitatiecommissie ten behoeve van de aanstelling van de nieuwe bestuurder van SSONML. Deze procedure werd begeleid door Beteor. Sociaal Plan De GMR heeft In het kader van het tot stand komen van het sociaal plan een aantal extra overleg momenten met het CvB gevoerd. Er is afgesproken dat een aantal overlegmomenten wordt bijgewoond door een delegatie van de GMR (te weten voorzitter en vicevoorzitter). Zij communiceren dan weer met de overige leden van de PGMR. In het kader van het vaststellen van het sociaal plan is 2 keer DGO gevoerd. Voor elk DGO heeft er een overleg tussen GMR en Vakcentrales plaatsgevonden. Tijdens de ledenraadpleging op 07-07-2011 is het sociaal plan aangenomen. Na dit moment heeft er gedurende de verslagperiode nog een DGO plaatsgevonden. Hierin werd onder andere de werking van het sociaal plan besproken. Op 9 februari 2012 is het Sociaal Plan 2.2 uiteindelijk door de partijen vastgesteld en ondertekend door de vakcentrales. Reorganisatieplan De procedure rondom het tot stand komen van het reorganisatieplan heeft op dezelfde wijze plaatsgevonden als bij het sociaal plan. Ook hier hebben de voorzitter en de vicevoorzitter van de GMR extra overleg (5 keer) gevoerd met de projectleider Jack Kerkhofs en de voorzitter CvB. Daarnaast heeft de gehele PGMR 2 keer extra overleg gevoerd. De GMR heeft na bestudering van het reorganisatieplan 1.0 in eerste instantie aangegeven voorlopig niet in te stemmen. Nadat we aanvullende informatie hebben verkregen en extern advies hebben ingewonnen hebben we in december 2011 besloten niet in te stemmen. Vervolgens zijn er wederom besprekingen gevoerd en aanpassingen in het reorganisatieplan doorgevoerd, waarna op 27 januari 2012 de GMR met het Reorganisatieplan 2.2 heeft ingestemd en ondertekend.
Interne zaken Gedurende de verslagperiode heeft de GMR gebruik gemaakt van de volgende faciliteiten en mogelijkheden tot overleg met de achterban: 1. Ledenraadpleging vanuit de vakcentrales in het kader van het sociaal plan 2. Achterbanraadpleging over het concept reorganisatieplan Alle medewerkers hebben inzage gehad in het concept, waarna zij vragen en opmerkingen bij de GMR hebben neergelegd. De GMR heeft deze vragen/ opmerkingen meegenomen in haar standpuntbepaling.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
23
Gedurende de verslagperiode heeft de GMR twee keer gebruik gemaakt van externe deskundigen. 1. Via de NKO heeft Dhr. P. Vromans ons advies gegeven m.b.t. het concept reorganisatieplan. 2. We hebben Jan Verheyden (advocatenkantoor Utrecht) onze juridische vragen rondom het reorganisatieplan voorgelegd. De GMR heeft een kandidaat voor de Centrale Commissie Sociaal Plan voorgedragen: Dhr. Henk Roefs. Daarnaast heeft de GMR tevens een kandidaat voor de Bezwarencommissie sociaal plan voorgedragen: Dhr. P. Verhoeckx. Tot slot is er een evaluatief gesprek geweest tussen de Raad van Toezicht en de leden van de GMR, met een tweeledig doel: 1. Evalueren van de gang van zaken rondom de bestuurswisseling in 2010/2011 2. Bespreken van de voortgang in samenwerking tussen Raad van Toezicht en GMR, wat geresulteerd heeft in het voornemen om een keer per jaar met elkaar van gedachten te wisselen tijdens een informeel overleg.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
24
3. Onderwijskundig beleid In 2011 is met betrekking tot het onderwijskundig beleid op stichtingsniveau voornamelijk aandacht besteed aan de “nieuwe koers passend onderwijs” en de consequenties van de voorgenomen bezuinigingen. In het verslagjaar is volop gewerkt het opstellen van het Sociaal Plan en Reorganisatie Plan (zie hoofdstuk 6, paragraaf 6.2 en 6.3), waarbij de frictie tussen bezuinigingsopdracht en het leveren van kwalitatief onderwijs nadrukkelijk punt van discussie was.
3.1 Passend Onderwijs 2011 stond in het teken van de afsluiting van het “Veldinitiatief” van de regio Noord Limburg én de omzetting naar de definitieve regio-indeling, in het kader van de Wet Passend Onderwijs. De afsluiting van het “Veldinitiatief” vond plaats middels een regionale studiedag in Horst. Projecten die onder de verantwoordelijkheid van de regiegroep werden uitgevoerd, werden tijdens deze studiedag gepresenteerd en de resultaten kenbaar gemaakt aan de regio. SSONML was in de regiegroep en bij de uitvoering van een aantal projecten nauw betrokken. Te denken valt aan: zorgloket PO; flexibele ambulante dienstverlening i.s.m. Kerobei; de Talenten Campus en de Droom van Venray, samen met Fortior en SPOV; samen met het bestuur “Dynamiek” werd gewerkt aan een Brede maatschappelijke voorziening; het “Passer project” over onderwijs en begeleiding van jongeren met autisme in de onderbouw van Havo VWO, samen natuurlijk met partners in het VO. Deze thema’s waren feitelijke voorstudies en verkenningen, waarvan de ervaringen en opgedane kennis straks dienstbaar worden in de verdere uitwerking van Passend Onderwijs. De inhoudelijke contouren van de stelselwijziging, die de overheid in de nieuwe wet Passend Onderwijs wil realiseren, werden zichtbaar evenals de omvang en consequenties van de aangekondigde bezuinigingen op passend onderwijs. Er werden gesprekken gevoerd met beleidsmakers van het Ministerie over de regio-indeling en oriënterende gesprekken met de bestuurders van de nieuw te vormen
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
25
Samenwerkingsverbanden. Zo krijgt het bestuur SSONML te maken met zes nieuwe samenwerkingsverbanden voor het Primair en Voortgezet Onderwijs in drie regio’s: 1. Regio Noord rond Venlo en Venray; 2. Regio Limburg Midden, waarin naast Roermond, Leudal en Echt en Maasgouw, aansluiten en 3. Regio Weert/ Nederweert. De inhoud van die gesprekken ging over de routes die in de zes verbanden gelopen dienen te worden om de wet Passend Onderwijs te gaan realiseren. Daarbij werd m.n. aandacht gevraagd voor de overdracht van kennis en expertise van de Ambulante Dienst, waarop de Overheid zowel gaat bezuinigen, als waarvan de middelen naar de nieuwe verbanden gaan. Hóe die expertise behouden kan blijven voor het regulier onderwijs was één van de centrale thema’s. Bijvoorbeeld d.m.v. de “embedded” begeleider, in het regulier VO. Daarnaast werden de consequenties op financieel gebied in kaart gebracht waar in 2012 verder mee gewerkt zal worden. Kortom: 2011 werd gekarakteriseerd door de voorbereiding op een zeer uitdagende toekomst.
3.2 Transfer & Expertise Centrum Arbeidsintegratie SSONML ziet het als haar maatschappelijke opdracht jongeren de mogelijkheid te geven zich te ontwikkelen tot een actief burger die wil en kan participeren in onze samenleving en mede daardoor een plek kan verwerven in die samenleving. Optimale participatie in de samenleving als jong volwassene veronderstelt het hebben van werk, een door de jongere zelf als zinvol ervaren besteding van de vrije tijd en zo zelfstandig mogelijk kunnen wonen. Om dat te kunnen realiseren, is het belangrijk dat er een goede transfer plaatsvindt van school naar arbeid, dagbesteding of vervolgonderwijs. Om leerlingen van SSONML een zinvol en realistisch toekomstperspectief te bieden, is het noodzakelijk om samen te werken in een keten: leren-werken-wonen-vrije tijd. Om dit te kunnen realiseren is het Transfer & Expertise Centrum Arbeidsintegratie SSONML (TECA) opgezet. Binnen TECA wordt door diverse interne en externe docenten en professionals in projecten samengewerkt en kennis met elkaar gedeeld. Hierbij wordt bewust rekening gehouden met de wensen en eigen identiteit van leerlingen, scholen en betrokken bedrijven, instellingen en organisaties. TECA is een voorbeeld van een organisatie die met één been in het onderwijs staat en met het andere been in de arbeidsmarkt. TECA is er voor de jongere én voor de werkgever. Aan de ene kant helpen wij jongeren met hun ontwikkelingsperspectief en loopbaanvraag. Aan de andere kant zijn wij voor werkgevers de expert als het gaat om de invulling van een personeelsvraagstuk met leerlingen van SSONML. Door als schakel voor beide partijen op te treden, maakt TECA de transfer voor jongeren van school naar de arbeidsmarkt soepeler. Onderwijs en de arbeidsmarkt groeien steeds meer naar elkaar toe. De grens tussen leren en werken vervaagt en leerlingen van SSONML ontwikkelen zich steeds vaker via langdurige
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
26
leerwerktrajecten die niet stoppen bij het verlaten van een van de scholen van SSONML. Om deze jongeren te kunnen blijven ondersteunen en begeleiden tijdens hun leerwerktraject is TECA Dienstverlening sinds januari 2011 actief. Hierdoor kan TECA expertise en diensten aanbieden aan jongeren met specialistische loopbaanvraagstukken vanaf 15 tot 27 jaar.
3.3 Kengetallen leerlingen Het totaal aantal leerlingen van SSONML: School: Maaskei Ulingshof Vijverhofschool ‘t Wildveld Velddijk Het Poortje
1-okt-07 125 95 221 219 214 108
1-okt-08 127 92 221 220 241 129
1-okt-09 123 97 222 216 297 141
1-okt-10 126 102 210 216 287 167
1-okt-11 121 100 214 220 326 155
982
1030
1096
1108
1136
Totaal:
Uit de tabel is af te leiden dat het aantal leerlingen in 2011 in 3 scholen iets is afgenomen, De Velddijk laat een sterke stijging zien van 13,6% ten opzichte van 2010 en samen met de lichte stijging bij de Vijverhofschool en ’t Wildveld compenseert dit daarmee de gehele daling bij de andere scholen. De stijging voor totaal SSONML bedraagt 2,53% (in 2010 1,09%). Het totaal aantal ambulant begeleide leerlingen: Soort onderwijs:
1-okt-07
1-okt-08
1-okt-09
1-okt-10
1-okt-11
PO VO MBO
330 116 14
359 173 31
316 218 39
303 241 61
339 309 78
Totaal:
460
563
573
605
726
Het aantal leerlingen dat ambulant wordt begeleid is in 2011 sterk toegenomen, te weten met 20 % (in 2010 met 5,58%). De sterke stijging van het aantal leerlingen met een LGF financiering (rugzak) in 2011, heeft te maken met de volgende argumenten; - Er is een grote toename van in het bijzonder zorgvragen vanuit cluster 4 problematiek in het VO en MBO. VO; de mogelijkheden tot zorgondersteuning is breder in het PO waardoor vragen in het VO pas duidelijk naar voren komen en de problematiek kan leeftijdsgebonden sterker naar voren komen in het VO.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
27
MBO; er komt meer bekendheid binnen het MBO m.b.t. de zorgondersteuning en financiering hieromtrent waardoor de weg bekend wordt tot aanvraagroute. En er is een grotere doorstroming vanuit het VO naar MBO. De verwachting is dat als gevolg van Passend Onderwijs het aantal leerlingen in het (V)SOcluster 3 en Pro gelijk zal blijven ten opzichte van 2011-2012. Voor (V)SO-cluster 4 zal het leerlingenaantal afhankelijk zijn van de opnamecapaciteit van het regulier onderwijs en de nog te maken afspraken met de samenwerkingsverbanden. Ontwikkeling aantal leerlingen voor de komende jaren:
aantal leerlingen per 1-10
2008
2009
2010
2011
2012
2013
1030
1096
1122
1137
1150
1135
De verwachting is dat het leerlingenaantal vanaf 2012 zal gaan afnemen. Een krimp van het aantal leerlingen heeft invloed op de bekostiging, het aantal personeelsleden en de huisvesting.
Ontwikkeling aantal ambulante begeleide leerlingen voor de komende jaren:
aantal leerlingen per 1-10
2008
2009
2010
2011
2012
2013
563
573
605
726
700
550
Vanaf 2013 is er een grote onzekerheid in de prognose van het aantal leerlingen i.v.m. met het verminderen/wegvallen van het aantal beschikkingen i.h.k.v. de bezuinigingen en passend onderwijs: - Stoppen van de beschikkingen voor het MBO en het overhevelen van budget naar het MBO - Invoering passend onderwijs waardoor mogelijkheden tot vroegtijdige overheveling van expertise/financiering naar regulier onderwijs. Dit eveneens in relatie tot de bezuinigingsmaatregelen. - Verminderen van herindicaties en nieuwe beschikkingen.
3.4 Wachtlijsten In 2011 heeft vooral het cluster 4 en in het bijzonder VSO de Velddijk te maken gekregen met tussentijdse instroom van leerlingen. Dit heeft op momenten in het jaar geleid tot meer vraag naar onderwijsplekken dan bij aanvang van het schooljaar was geschat waardoor de dreiging van “niet kunnen plaatsen” naar voren is gekomen.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
28
Ondanks dat tussentijdse instroom voor de Ambulante Dienst tot de gebruikelijke gang van zaken behoort, was het m.n. in de tweede helft van 2011 een flinke uitdaging om de begeleiding voor nieuwe rugzakleerlingen vlot tot stand te brengen. Vanwege de aangekondigde stelselwijziging Passend Onderwijs en bezuinigingen werd de Ambulante Dienst geconfronteerd met vertrek van personeel waardoor de verhouding tussen vraag naar begeleiding en de personeelsformatie om te kunnen leveren regelmatig onder spanning stond. Het beleid van SSONML is er op gericht om alle jongeren die vanuit hun ondersteuningsvraag en wettelijke geldende regels in aanmerking komen voor speciaal onderwijs of ambulante begeleiding ook daadwerkelijk een onderwijsplek- of begeleiding aan te bieden. Daar waar er spanning tussen vraag en aanbod dreigde te ontstaan is er sprake geweest van een vertraging in plaatsingsproces. Daarnaast, is er consequent overleg gevoerd met College van Bestuur en het Samenwerkingsverband over de wijze van anticiperen hierop. Er zijn geen wachtlijsten ontstaan daar er oplossingen gevonden zijn in andere organisatievormen en tijdelijke uitbreidingen van formatie. Voor de toekomst ligt er een belangrijke opdracht en verantwoordelijkheid voor de nieuwe samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs waar SSONML onderdeel van uitmaakt- ten aanzien van de vormgeving en financiering van de (tussentijdse) instroom in en ondersteuning vanuit het speciaal onderwijs.
3.5 Uitstroomgegevens en opbrengsten SSONML Er bestaan diverse uitstroomprofielen met betrekking tot de maatschappelijke opdracht voor de leerlingen die bij ons onderwijs volgen. In 2010 zijn er in het VSO/VO totaal 176 leerlingen uitgestroomd/doorgestroomd. Deze leerlingen zijn als volgt uitgestroomd/doorgestroomd. Arbeidstoeleiding 2010 Maaskei (VSO)
Vervolgopleiding
Dagbesteding
Sociale werkvoorziening
2011
2010
2011
2010
2011
2010
2011
4
1
1
7
9
nb
0
Anders 2010
2011
Vijverhofschool (VSO)
4
0
2
1
15
16
nb
1
1
1
’t Wildveld (Pro)
14
25
20
16
0
0
nb
0
3
3
Velddijk (VSO)
9
11
20
52
6
6
nb
0
28
30
Totaal:
27
40
43
70
28
31
nb
1
32
34
Op de volgende pagina’s wordt per school gedetailleerde informatie gegeven over de uitstroom/doorstroom gegevens.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
29
3.5.1. De Maaskei, expertise so/vso zml/mg
Typering van De Maaskei De Maaskei is een school voor speciaal - en voortgezet speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerende kinderen (ZMLK). De school vervult een regio-functie voor het Midden-Limburgse en wordt momenteel bezocht door ongeveer 121 leerlingen (1 oktober telling 2011) die verdeeld zijn over 4 groepen SO, 6 groepen VSO en een onderwijs-zorg groep. Het jaar 2011 is gebruikt om de huisvesting uit te breiden en te herinrichten. De school heeft een katholieke signatuur, maar wordt ook bezocht door leerlingen afkomstig uit andere culturen, met hun eigen geloofsovertuigingen. Korte beschrijving leerling- en ouderpopulatie De leerlingen die onze school bezoeken hebben allen een ontwikkelingsachterstand. Ze hebben moeite met het zich eigen maken van kennis en vaardigheden. Bovendien kan het leren nog eens extra bemoeilijkt worden door bepaalde belemmeringen die een aparte aanpak vereisen. Hierbij denken we aan gedrags- , contact- , concentratiestoornissen, zintuiglijke handicaps etc. De leerlingen zijn aangewezen op een orthopedagogische en een orthodidactische benadering. Een goed contact en samenwerking met ouders is hierbij van groot belang. De ouders vertegenwoordigen de doorsnee bevolking van Nederland. De school wil het onderwijs zo inrichten, dat zij een bijdrage levert aan de vorming van een positief, doch reëel zelfbeeld van de leerling. Bij de keuze van de inhoud wordt een evenwicht gezocht tussen aandacht voor (sociale-) redzaamheid, praktische vaardigheden en cognitieve vaardigheden. Taal, lezen en rekenen spelen daarbinnen een functionele rol. Doel is dat de leerling de geleerde zo zelfstandig mogelijk kan toepassen in de maatschappij, c.q. zijn leefomgeving. De relaties en de wijze van in de wereld staan spelen hierbij een grote rol. Het werk- en leefklimaat in de school kenmerkt zich door een veilige, positieve maar ook uitdagende omgeving. De teamleden hebben oog voor de ontwikkelingsmogelijkheden van de leerlingen en zorgen voor succeservaringen van leerlingen als basis voor verdere groei. Het streven is om de aanwezige competenties en talenten van de leerlingen optimaal te ontwikkelen. De jongeren zijn ingedeeld in één van drie stromingen. Hierbinnen wordt zo veel als mogelijk maatwerk geleverd. De ervaring leert dat het goed werkt om te denken in drie stromingen. Deze indeling hangt overigens nauw samen met de begeleidingsintensiteit en -stijl die nodig is en dus ook met wat leerlingen later (na hun schoolse periode) qua leef- en werkomgeving aankunnen. Na de schoolloopbaan stromen de leerlingen rechtstreeks door naar een vervolgplek. Dit kan, afhankelijk van de mogelijkheden van de leerling en mogelijkheden in zijn omgeving,
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
30
betaald werk, arbeidsmatige dagbesteding of belevingsgerichte dagbesteding zijn. Omdat wij vanaf de start op school de leerlingen nauwgezet volgen en vanuit een verwacht ontwikkelingsperspectief hiernaar handelen en vormen, komt het een enkele keer voor dat leerlingen na één of twee jaar doorstromen naar het Praktijkonderwijs. Dit is dan meestal op 13, 14 of maximaal 15 jarige leeftijd. Het komt hierdoor zelden of niet voor dat een leerling na het VSO nog een vervolgopleiding gaat doen. Vanuit de ontwikkelingen Passend Onderwijs zullen andere indicatiecriteria gaan gelden. Dit houdt voor De Maaskei in, een oriëntatie op een passend aanbod en tijdig anticiperen op de mogelijk veranderende doelgroep. Korte beschrijving van de hoofdthema’s en de resultaten op de verschillende beleidsterreinen: Kwaliteitszorg: Cyclisch proces van kwaliteitszorg ontwikkeld. Onderwijs: Nieuw pedagogisch-didactisch kader ontwikkeld; Het wetsvoorstel kwaliteit (v)so in de doorgaande lijn ontwikkelingsperspectief uitstroomperspectief is hierin verwerkt. Eerste aanzet beschrijving pedagogisch klimaat: Gerealiseerd. Didactisch kader: Implementatie leerlijnen onder leiding van Veerkrachtgroep. Invoering DataCare. “Onderwijs in zorg” en “Zorg in onderwijs” vorm gegeven i.s.m. PSW. Zorg voor de leerling: Ontwikkelingsperspectieven: voor alle leerlingen is een ontwikkelingsperspectief vastgesteld door Commissie van Begeleiding. Personeel: + 10 medewerkers: Scholing Nederlands Met Gebaren opgestart en bijna afgerond. 2 medewerkers: Opleiding transitiecoach met succes afgerond. Werktijdenregeling ingevoerd. Financiën: Per kwartaal verschijnt een managementrapportage. Hierop vindt evaluatie plaats en eventueel bijsturing. Materieel: Huisvesting; vernieuwbouw gerealiseerd Digitale schoolborden: Alle groepen hebben een digitaal schoolbord en maken hier in hun onderwijsprogramma gebruik van. Relatie en strategie: De school wil in toenemende mate gezien worden als het expertisecentrum in Midden-Limburg. Zowel in het onderwijs als in samenwerking met ketenpartners.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
31
Allerlei overleg- en samenwerkingsvormen geven hier uitwerking aan. Ook de synergie met de V(S)O scholen van de stichting wordt nadrukkelijk gezocht. De samenwerking met PSW “onderwijs in zorg” is gecontinueerd. Nevenvestiging Weert aangevraagd. Uitstroom 2011 De Maaskei: Aantal 14 lln.
awbz
Sociale werkvoorziening
Begeleid Regulier werk
Andere school
9
0
4
1
Ten aanzien van de uitstroom awbz is er een grote diversiteit aan uitstroombestemmingen. De uitstroom en het traject zijn voor iedere leerling specifiek. 3.5.2 Mytylschool Ulingshof Algemeen Mytylschool Ulingshof is een regionale school voor speciaal onderwijs aan leerlingen met een lichamelijke of een meervoudige handicap en langdurig somatisch zieke kinderen. Als zodanig is het een REC 3-school. Onderwijs en revalidatie zijn op onze school geïntegreerd, dat wil zeggen: het is een school waarbij leerlingen de mogelijkheid hebben tijdens de lesuren behandeld te worden door de Kinderrevalidatieafdeling van VieCuri Medisch Centrum voor Noord – Limburg. Ruim 100 leerlingen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar bezoeken onze school. Ze zijn afkomstig uit de regio Noord – Limburg en het noordelijk deel van Midden – Limburg: kortom van Wellerlooi/ Venray tot en met Ospel/ Roermond. De school heeft momenteel (januari 2012) 102 leerlingen, verdeeld over 10 klassen of groepen. In elke groep staat een gespecialiseerde leerkracht en een klasse assistent. Beleidsplan schooljaar 2010-2011 en beleidsplan schooljaar 2011-2012 Onderdeel Leerlingenzorg: 1. Ontwikkelingsperspectieven: voor alle leerlingen van 8 jaar en ouder is een ontwikkelingsperspectief vastgesteld binnen de Commissie van Begeleiding. De eindperspectieven van de bovenbouwleerlingen zijn vastgesteld. 2. Zorgcommunicatie: verbetering van de communicatie van school en Vie Curi naar de ouders over de gezamenlijke inspanningen en de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Werkgroep is verantwoordelijk voor de organisatie en heeft beslissingsbevoegdheid. Concepten zijn opgesteld.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
32
Onderdeel Onderwijskundige vormgeving van de school: 3. Nieuw schoolplan opstellen, looptijd 2012-2016, tegen de achtergrond van Passend Onderwijs en daaraan gekoppeld het financieel beleid. 4. Laag-functionerenden: continuering van de samenwerking met Pedagogisch Sociaal Werk (PSW): onderwijs in de zorg, zorg in het onderwijs. 5. Start van VSO/ mg-groepen: wij kunnen leerlingen van 12 jaar en ouder - en met dagbesteding als eindperspectief – een onderwijsarrangement aanbieden. Tussentijdse evaluaties hebben opgeleverd, dat dit doel bereikt is bij de start van schooljaar 20112012. 6. Leerlijnen ontwikkelen: op het gebied van mondelinge taal, sociale vaardigheden, Engels, klok- en geldrekenen, omgaan met media, leren leren. De betreffende werkgroepen rapporteren periodiek schriftelijk de voortgang. 7. Ervaringsordening: werken volgens de methode van Ervaringsordening is geïntroduceerd tijdens het schooljaar 2009-2010. Het is tijd om de kennis op te frissen, afspraken te herhalen en te implementeren in de dagelijkse onderwijspraktijk. Dit onderwerp staat op de agenda van de studiedag van dit schooljaar. Onderdeel Kwaliteitszorg: 8. Mede op basis van het verslag van de onderwijsinspectie d.d. 13-05-2011, gaan we een cyclisch proces van kwaliteitszorg ontwikkelen. Hiertoe is samenwerking met BCO Onderwijsadvies tot stand gekomen. Verwacht resultaat: juni 2012. Onderdeel Personeel gebied: 9. Elke klas wordt in een tijdspanne van twee weken 2 tot 3 bezocht door de schoolleiding. Aansluitend vindt er een terugblik plaats met schriftelijke verwerking 10. De functioneringsgesprekken krijgen een meer specifieke inhoud op basis van de klassenbezoeken: ”Waar liggen de kansen en mogelijkheden tot verdere groei en ontwikkeling”. Onderdeel Relationeel en Strategisch beleid: 11. De school wil in toenemende mate gezien worden als hét expertisecentrum in Noord- en Midden-Limburg. Via het IDT zijn we de samenwerking met de psychiatrie aan het verkennen. Daarnaast zijn we bezig met de afstemming van het gehele clusteronderwijs (REC 3 en REC 4) inclusief de Mutsaersstichting.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
33
Uitstroom/ doorstroom Schoolverlaters eerste helft kalenderjaar 2011 PSW AC Reuver Twinkeling Horst Daelzicht Kej Koningslust Thuis
1 1 1 1
Totaal
4
Schoolverlaters per einde schooljaar 2010-2011 PSW AC Reuver St. Anna Heel Daelzicht Allerhande VSO Adelante Valkenburg VSO Werkenrode Groesbeek VSO ZML Vijverhof Tegelen Basisonderwijs Velden
1 1 1 2 1 1 1
Totaal
8
Dit is geen significant verschil met de uitstroom in voorgaande jaren, ook niet qua aantallen. Wat opvalt is de grote diversiteit in uitstroombestemmingen. De conclusie is gerechtvaardigd dat de uitstroom en het -traject voor iedere leerling heel specifiek is.
3.5.3a SO Vijverhofschool De Vijverhofschool so levert onderwijsexpertise zml so en is een REC 3 school voor kinderen met een verstandelijke beperking al dan niet in combinatie met gedragsproblemen. Deze kinderen zijn afkomstig van diverse scholen in de regio Noord-Limburg en gezien hun beperking aangewezen op deze vorm van onderwijs. Prestaties 2011: Binnen de gemengde units met groepen van het Poortje en Vijverhofschool so ontstaat een steeds intensievere vorm van samenwerken. Er is vordering gemaakt met denken in ontwikkelingsperspectieven van leerlingen. Het team van de Vijverhofschool so is ontvlochten tot twee teams. Eén team verzorgt het cluster 3-onderwijs voor de kinderen uit de regio Venlo en één team voor de kinderen uit de regio Venray. Groepen zijn samengesteld op basis van de vaardigheden van de kinderen t.a.v. de verschillende pedagogische milieus binnen het Campusonderwijs. Overleg over onderwijs-zorg arrangementen met Kleur. Betrokkenheid op afstand bij de zorg-onderwijs groep van Daelzicht. Krachtige doorontwikkeling van Campusonderwijs en Clusteronderwijs Venlo/Venray (Poortje – Wijnberg – Vijverhofschool) ten aanzien van aspecten als beleidsvoering, bedrijfsvoering, Visie & Beleidsontwikkeling, Stafontwikkeling, Campusvoorbereiding, alsook op het vlak van gezamenlijke professionalisering. Ten aanzien van het Clusteronderwijs is de samenwerking uitgebreid met Ulingshof en Maaskei (beiden SSONML).
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
34
Gezamenlijke professionalisering – de gezamenlijke clusterprofessionalisering met thema’s als het verder doorleven en verdiepen van de Pedagogische opdracht van de onderwijsexpertise. Daaraan gekoppeld is het actieve leertraject dat we ‘Preventie interventie’ noemen. Deze training wordt gegeven door Frank Murmans van de Mutsaersstichting. Brede STAF-ontwikkeling – anticiperend op en voortvloeiend uit de nieuwe wetgeving ten aanzien van Passend Onderwijs (01 augustus 2012) wordt er veel gevraagd van nieuw professioneel partnerschap van expertiseonderwijs. Een aantal thema’s, dat ook in het onderwijstoezicht hun plek zullen vinden, moeten tot expertiseprogramma gemaakt worden en in het gedrag van professionals geïncorporeerd worden. Waardevol Communiceren – een gedifferentieerd opleidingstraject (register-Post HBO gecertificeerd), in partnerschap met het Kenniscentrum van Hogeschool De Kempel, dat de professionele kwaliteiten van Waardevol Communiceren inzet ten behoeve van Schoolontwikkeling en Onderwijsopbrengsten. Het traject duurt 3 jaar. Er doen collega’s aan mee uit het gehele primair onderwijsnetwerk van onze regio. Een eerste leergroep is nu van start gegaan. Vanuit de Vijverhofschool so participeren 2 collega’s. Personeelshandboek – in een traject van 4 jaar (gestart in 2010/2011) realiseren we een gezamenlijk personeelshandboek Clusteronderwijs. Bijscholing: 1 medewerker afgestudeerd als Master SEN Specialist Cluster 3. 2 medewerkers hebben deelgenomen aan het ontwikkeltraject van de Kartrekkers Campusonderwijs (zij studeren af op 4 april 2012). het aanbieden van Nederlands met Gebaren als onderdeel van het onderwijsaanbod is belangrijk. Voor een bepaald gedeelte van de leerlingen is het zelfs essentieel voor het verwerven van communicatiecompetenties. In dat kader volgt een groep medewerkers een cursus Nederlands met Gebaren gegeven door de logopediste van de Vijverhofschool so. Uitstroom / doorstroom leerlingen 2010 / 2011 25 100% naar VSO
2009 / 2010 23 100% naar VSO
2008 / 2009 19 100% naar VSO
3.5.3b VSO Vijverhofschool, expertise vso zml/mg Typering van de VSO Vijverhofschool De school verzorgt onderwijs aan zeer moeilijk lerende jongeren. De school wil het onderwijs zo inrichten, dat zij een bijdrage levert aan de vorming van een positief, doch reëel zelfbeeld van de leerling.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
35
Bij de keuze van de inhoud wordt een evenwicht gezocht tussen aandacht voor (sociale-) redzaamheid, praktische vaardigheden en cognitieve vaardigheden. Taal, lezen en rekenen spelen daarbinnen een functionele rol. Doel is dat de leerling het geleerde zo zelfstandig mogelijk kan toepassen in de maatschappij, c.q. zijn leefomgeving. De relaties en de wijze van in de wereld staan spelen hierbij een grote rol. Het werk- en leefklimaat in de school kenmerkt zich door een veilige, positieve maar ook uitdagende omgeving. De teamleden hebben oog voor de ontwikkelingsmogelijkheden van de leerlingen en zorgen voor succeservaringen van leerlingen als basis voor verdere groei. Het streven is om de aanwezige competenties en talenten van de leerlingen optimaal te ontwikkelen. De VSO Vijverhofschool kent op 31-12-2011 12 groepen (ongeveer 153 leerlingen). De jongeren zijn afkomstig uit het SO (eigen afdeling c.q. het mytylonderwijs), uit het regulier onderwijs of SBO c.q. de ambulante begeleiding. De jongeren maken deel uit van één van drie stromingen. Binnen de stromingen wordt zo veel als mogelijk maatwerk geleverd. De ervaring leert dat het goed werkt om te denken in drie stromingen. Die lopen niet geheel parallel met de indeling qua didactisch niveau. De belangrijkste overwegingen bij de vorming van stromingen zijn pedagogische overwegingen en niet zozeer didactische. Het is gemakkelijker didactisch te differentiëren in een pedagogisch kloppende stroming dan pedagogisch te differentiëren in een qua didactisch niveau homogene groep. Deze pedagogische overwegingen hangen overigens nauw samen met de begeleidingsintensiteit en -stijl die nodig is en dus ook met wat leerlingen later (na hun schoolse periode) qua leefen werkomgeving aankunnen. Na de schoolloopbaan stromen de leerlingen rechtstreeks door naar een vervolgplek. Dit kan, afhankelijk van de mogelijkheden van de leerling en mogelijkheden in zijn omgeving, betaald werk, arbeidsmatige dagbesteding of belevingsgerichte dagbesteding zijn. Omdat wij vanaf de start op school de leerlingen nauwgezet volgen en vanuit een verwacht ontwikkelingsperspectief hiernaar handelen en vormen, komt het een enkele keer voor dat leerlingen na één of twee jaar doorstromen naar het Praktijkonderwijs. Dit is dan meestal op 13, 14 of maximaal 15 jarige leeftijd. Het komt hierdoor zelden of niet voor dat een leerling na het VSO nog een vervolgopleiding gaat doen. Vanuit de ontwikkelingen Passend Onderwijs zullen andere indicatiecriteria gaan gelden. Dit houdt voor de VSO Vijverhofschool in, een oriëntatie op een passend aanbod en tijdig anticiperen op de mogelijk veranderende doelgroep.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
36
Korte beschrijving van de hoofdthema’s en de resultaten op de verschillende beleidsterreinen: Kwaliteitszorg: Cyclisch proces van kwaliteitszorg ontwikkeld. Onderwijs: Nieuw schoolplan 2012-2015 opstellen: Gerealiseerd. Nieuw pedagogisch-didactisch kader ontwikkeld ten behoeve van nieuwe schoolplan. Eerste aanzet beschrijving pedagogisch klimaat: Gerealiseerd. Didactisch kader: Implementatie leerlijnen onder leiding van Veerkrachtgroep. Nieuwe schooltijden ingeregeld. Zorg voor de leerling: Ontwikkelingsperspectieven: voor alle leerlingen is een ontwikkelingsperspectief vastgesteld door Commissie van Begeleiding. Personeel: + 10 medewerkers: Scholing Nederlands Met Gebaren opgestart en bijna afgerond. 2 medewerkers: Opleiding transitiecoach met succes afgerond. Werktijdenregeling ingevoerd. Werkgroep onderlinge communicatie ingesteld. 13 medewerkers hebben een Agressietraining gevolgd en een certificaat ontvangen. Financiën: Per kwartaal verschijnt een managementrapportage. Hierop vindt evaluatie plaats en eventueel bijsturing. Materieel: Huisvesting, realisatie nieuwbouw: Plan van wensen geformuleerd. Overleg met partners. Digitale schoolborden: Alle groepen hebben een digitaal schoolbord en maken hier in hun onderwijsprogramma gebruik van. Relatie en strategie: De school wil in toenemende mate gezien worden als het expertisecentrum in Noord-Limburg. Zowel in het onderwijs als in samenwerking met ketenpartners. Allerlei overleg- en samenwerkingsvormen geven hier uitwerking aan. Ook de synergie met de V(S)O scholen van de stichting wordt nadrukkelijk gezocht. Uitstroom 2011 VSO Vijverhofschool: Totaal aantal
awbz
Sociale werk voorziening
20 leerlingen
16
1
Regulier werk 0
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
Andere school 1
Emigratie
Elders
1
1
37
Ten aanzien van de uitstroom awbz is er een grote diversiteit aan uitstroombestemmingen. De uitstroom en het traject zijn voor iedere leerling specifiek.
3.6.5 Het Poortje Het Poortje is een onderwijsorganisatie voor speciaal onderwijs (REC 4 – zmok) waar onderwijs gegeven wordt aan (op dit moment) 164 kinderen in de leeftijd van 6 tot 13 jaar die een CVI-beschikking cluster 4 hebben. Prestaties 2011: Binnen de gemengde units met groepen van het Poortje en Vijverhofschool so ontstaat een steeds intensievere vorm van samenwerken. Start implementatie van het administratief en leerlingvolgsysteem DataCare. Het team van het Poortje is ontvlochten tot twee teams. Eén team verzorgt het cluster 4onderwijs voor de kinderen uit de regio Venlo en één team voor de kinderen uit de regio Venray. Groepen zijn samengesteld op basis van de vaardigheden van de kinderen t.a.v. de verschillende pedagogische milieus binnen het Campusonderwijs. Overleg over onderwijs-zorg arrangementen met Kleur. Betrokkenheid op afstand bij de zorg-onderwijs groep van Daelzicht. Krachtige doorontwikkeling van Campusonderwijs en Clusteronderwijs Venlo/Venray (Poortje – Wijnberg – Vijverhofschool) ten aanzien van aspecten als beleidsvoering, bedrijfsvoering, Visie & Beleidsontwikkeling, Stafontwikkeling, Campusvoorbereiding, alsook op het vlak van gezamenlijke professionalisering. Ten aanzien van het Clusteronderwijs is de samenwerking uitgebreid met Ulingshof en Maaskei (beiden SSONML). Gezamenlijke professionalisering – de gezamenlijke clusterprofessionalisering met thema’s als het verder doorleven en verdiepen van de Pedagogische opdracht van de onderwijsexpertise. Daaraan gekoppeld is het actieve leertraject dat we ‘Preventie interventie’ noemen. Deze training wordt gegeven door Frank Murmans van de Mutsaersstichting. Brede STAF-ontwikkeling – anticiperend op en voortvloeiend uit de nieuwe wetgeving ten aanzien van Passend Onderwijs (01 augustus 2012) wordt er veel gevraagd van nieuw professioneel partnerschap van expertiseonderwijs. Een aantal thema’s, dat ook in het onderwijstoezicht hun plek zullen vinden, moeten tot expertiseprogramma gemaakt worden en in het gedrag van professionals geïncorporeerd worden. Waardevol Communiceren – een gedifferentieerd opleidingstraject (register-Post HBO gecertificeerd), in partnerschap met het Kenniscentrum van Hogeschool De Kempel, dat de professionele kwaliteiten van Waardevol Communiceren inzet ten behoeve van Schoolontwikkeling en Onderwijsopbrengsten. Het traject duurt 3 jaar. Er doen collega’s aan mee uit het gehele primair onderwijsnetwerk van onze regio. Een eerste leergroep is nu van start gegaan. Vanuit het Poortje participeren 2 collega’s.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
38
Personeelshandboek – in een traject van 4 jaar (gestart in 2010/2011) realiseren we een gezamenlijk personeelshandboek Clusteronderwijs. Bijscholing: 7 medewerkers zijn afgestudeerd als Master SEN Specialist Cluster 4. 3 medewerkers hebben deelgenomen aan het ontwikkeltraject van de Kartrekkers Campusonderwijs (zij studeren af op 4 april 2012). 1 collega is afgestudeerd als Master SEN Intern Begeleider. Uitstroom / doorstroom leerlingen 2010 / 2011 2009 / 2010 50 26 64% naar VSO 62% naar VSO 36% naar VO 38% naar VO
2008 / 2009 31 87% naar VSO 13% naar VO
In de aantallen is duidelijk te zien, dat er het afgelopen jaar veel uitstroom is geweest als gevolg van het groot aantal leerlingen in de bovenbouw. Procentueel gezien is ten opzichte van 2008 / 2009 een duidelijke toename te zien van het aantal leerlingen, dat naar het reguliere VO uitstroomt.
3.5.5 ’t Wildveld, school voor praktijkonderwijs ’t Wildveld is een opleidingsschool voor jongeren die vooral moeite hebben met theoretisch leren. Het onderwijsaanbod is vooral gericht op arbeidsmarkttoeleiding. De leerlingen zijn afkomstig uit Venlo en omliggende gemeenten. Op de teldatum 01-10-2011 stonden 219 leerlingen ingeschreven in de leeftijd van 12 tot 18 jaar.
Onderwijs “Hoe koersen we… als werk leidend is.” Nieuwe wet- en regelgeving maakt dat we in 2011 een andere koers hebben uitgezet: “Hoe koersen we… als werk leidend is”. De nadruk komt te liggen op arbeidsmarkttoeleiding. Daarvoor hebben we het vak Arbeidstraining, Loopbaanoriëntatie en de stagetrajecten op elkaar afgestemd en geïntegreerd in de ontwikkelingslijn van de individuele leerling. Deze ontwikkelingslijn wordt weergegeven in het Individueel OntwikkelingsPlan (IOP). Halfjaarlijks wordt van iedere leerling een uitstroomprofiel (Arbeid, Arbeid/vervolgonderwijs of Vervolgonderwijs) vastgesteld. Vanaf 2011 wordt middels een assessment het definitieve uitstroomprofiel op 15-16 jarige leeftijd vastgesteld waardoor we tijdig kunnen anticiperen met een passend schoolloopbaan-/stage traject.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
39
Leerlijnen In 2011 zijn -in navolging op de Missie en Visie van ’t Wildveld- de leerlijnen ontwikkeld. Voor elk afzonderlijk vak worden de vorderingen van de leerling geregistreerd en wordt inzichtelijk gemaakt wanneer een leerling een bepaalde module heeft afgerond. Door dit maatwerkonderwijs worden leerlingen meer verantwoordelijk en krijgen een beter beeld van hun eigen kennen en kunnen. Betekenisvol onderwijs Door betekenisvolle activiteiten oefenen leerlingen het functioneren in de maatschappij. Een hoogtepunt in 2011 was de verzorging van de catering -door de leerlingen van de afdeling Horeca- tijdens De Nacht van de Limburgse Sport in uitgaanscentrum Mondial in Beek. In het kader van TECA bereidden en serveerden de leerlingen diverse TastyLimburg hapjes aan ruim 600 gasten. Andere projecten die zijn gerealiseerd in 2011: leerlingen maakten een (winnend) filmpje voor de campagne: Fietsverlichting laat je zien, leerlingen verkochten door henzelf gekweekte en verzorgde perkplanten tijdens een grote plantenactie, voortzetting van de samenwerking met een naburig gelegen verzorgingstehuis, enz.
Kwaliteit Onderwijsconcept Om recht te doen aan de leer- en ontwikkelmogelijkheden van elke leerling hebben we het Onderwijsconcept geïmplementeerd. Het project De veranderende leerling - De veranderende docent is een integraal onderwijsconcept dat docenten de mogelijkheid biedt om de lessen zo in te delen dat er altijd ruimte is voor passend onderwijs aan alle leerlingen. Vanaf 2011 wordt het Onderwijsconcept als scholingstraject aangeboden aan derden. Inmiddels is een VMBO/MBO school gestart met het Onderwijsconcept, onder regie van ’t Wildveld. Effectief onderwijs In 2011 heeft het team een aantal studiemiddagen gevolgd met als thema: Onderwijsbegeleiding op maat. Uitgaande van de Missie en Visie van ’t Wildveld zijn persoonlijke doelen in beeld gebracht en knelpunten geïnventariseerd. In samenhang met het didactisch kader is het pedagogisch kader verder geconcretiseerd en ontplooid. Integrale benadering van effectief onderwijs en onderwijsbegeleiding op maat is geïmplementeerd: van kwaliteitsdenken naar kwaliteitshandelen. Wildveldexamenreglement (WER) Vanaf 2011 is ’t Wildveldexamenreglement (WER) van kracht. In dit WER staan voorwaarden, uitgangspunten en afspraken betreft het behalen van de PrO-kwalificatie waaronder het portfolio en eindgesprek voor schoolverlaters, deelname aan MBO niveau 1 opleiding en het gebruik van de planner/studiewijzer.
Vensters voor Verantwoording
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
40
Vanaf 2011 is ‘t Wildveld deelnemer aan het project Vensters voor Verantwoording, een initiatief van de VO raad. Dit Schoolvenster is een instrumentarium dat wordt gevuld met cijfermatige- en andere informatie. We laten zien hoe we presteren op de twintig belangrijkste graadmeters van het onderwijs, we leggen horizontale én verticale verantwoording af én het biedt ons de mogelijkheid om de schoolresultaten te benchmarken. Een nieuw onderdeel van Vensters voor Verantwoording waaraan ‘t Wildveld deelneemt is het Schoolkompas, hiermee wordt een andere doelgroep bereikt: leerlingen van groep 8 en hun ouders die een VO school zoeken. Zie: www.schoolvo.nl. Uitstroom/doorstroom Branche-erkende certificaten
Schoonmaak Magazijn Werken in de keuken Machinale houtbewerking Lassen Onderhoud plantsoen Winkelmedewerker Brug naar werk ECDL(computerrijbewijs) Veilig werken met de vorkheftruck Logistiek Totaal Behaalde diploma's MBO niveau 1
Horeca Zorghulp Techniek Verkoopmedewerker
2010-2011 2009-2010 aantal aantal deelnemers geslaagden deelnemers geslaagden 21 21 10 10 8 8 9 9 14 14 12 12 3 3 6 6 10 6 5 5 4 4 10 9 3 3 4 4 5 5 7 6 1 1 1 1 74
70
2010-2011 aantal deelnemers geslaagden 4 4 2 2 3 3 1 1
Totaal
10
59
57
2009-2010 aantal deelnemers geslaagden 5 5 4 4 4 4 -
10
13
Bestemming schoolverlaters Werk Vervolgopleiding niveau 1 Vervolgopleiding niveau 2 Werkzoekend/anders
2010-2011 26 70% 8 21% 3 9%
2009-2010 14 37% 12 31% 9 24% 3 8%
Totaal
35
38
13
Gegevens in bovenstaande tabel zijn gebaseerd op de uitstroomgegevens per 31-10-2011.
Het aantal leerlingen dat in 2010-2011 is uitgestroomd naar een vervolgopleiding is lager dan het voorgaande jaar, er zijn geen leerlingen uitgestroomd naar een externe MBO niveau
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
41
1-opleiding. De verklaring hiervoor is dat ’t Wildveld zelf steeds meer niveau 1 opleidingen aanbiedt. Het aantal leerlingen dat is uitgestroomd naar werk is beduidend hoger dan in het voorgaande jaar. Dit is in lijn met de opdracht van het Praktijkonderwijs en onze nieuwe koers “Hoe koersen we… als werk leidend is”.
3.5.7 VSO De Velddijk Algemeen: VSO De Velddijk is een Cluster 4 ZMOK-school die onderwijs en begeleiding op maat biedt aan jongeren van 12 tot en met 20 jaar met een (ernstige) gedragsstoornis en/of psychische problematiek. Vanuit een integrale aanpak (maatwerk, specialistisch aanbod van scholing, arbeidsinpassing en arbeidstoeleiding evenals behandelingsprogramma’s) wordt gezocht naar duurzame oplossingen die de jongeren en ouders/verzorgers een reëel toekomstperspectief bieden. Hierbij staat het bereiken van een zo groot mogelijke sociaal economische zelfstandigheid van de leerling centraal. De Velddijk kende per 31-12-2011: 328 leerlingen.
Aantallen Percentage
Onderbouw BGL 113 35%
Bovenbouw AGL 155 54%
Postweg TGL 23
37 11%
Schoolplan: Hieronder vindt u een samenvatting en opbrengsten uit de evaluatie van de in 2011 gestelde doelen vanuit het Meerjarenbeleidsplan 2009-2012. De opgenomen doelen in het MJB 20092012 zijn explicieter gemaakt in het jaarplan 2011. Onderwijsbeleid: In 2011 zijn de AKA-trajecten verder vorm gegeven. De opname van project Op de Rails en Herstart binnen de BZV is geëvalueerd. Vanuit deelname TECA is er verder vormgegeven aan brede arbeidstoeleiding. Tevens wordt er deelgenomen aan de ontwikkeling van een werkontwikkelingsroute voor kwetsbare jongeren. Er is een handboek stage beleid vastgesteld. Vanuit ESF project 2011-2012 worden thema’s ontwikkeld als Werk&Denkmodel “de Leerling in Beeld”, assessment, arbeidskundig onderzoek en leerling werkplaatsen. Verder is er vanuit project Vakgroepen overleg over de inhoudelijke en organisatorische vormgeving van uitstroomprofielen. Vanuit Passend Onderwijs en door wijzigingen in examineringen is het noodzakelijk geworden om de symbiose met het regulier onderwijs te
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
42
versterken. Hiervoor is een intentieverklaring overeengekomen met College den Hulster om dit te gaan uitwerken. VSO de Velddijk maakt gebruik van enkele leerwerkplaatsen Horeca, Fietsenmakerij en Wasserij op het terrein van de Mutsaersstichting. In haar onderwijs aanbod ten behoeve van arbeidstoeleiding kent de school schoolinterne onderwijsplaatsen, schoolexterne leerwerkplaatsen onder eigen regie en schoolexterne werkleerbedrijven onder regie van werkgevers. Horeca: gebruik van groot/keuken t.b.v. opleidingen MBO niveau 1 en 2 Fietsenmakerij: zelfredzaamheidprogramma en MBO niveau 1 opleiding. Wasserij: MBO niveau 1 en 2 opleiding Zorg & Welzijn. Kwaliteitsbeleid De uitbreiding van de kwaliteitscyclus (meerjarenbeleidsplan, jaarplan en jaarverslag) met afdelingsplannen leid tot een betere doorvertaling van het strategisch beleid. Binnen schoolleiding is accent gelegd op versterken van transformatief leiderschap m.b.t. externe ondersteuning. Voor het MT is er een nieuwe gesprekscyclus ontwikkeld waarvan de eerste gesprekken hebben plaatsgevonden. De planning & controle cyclus is uitgebreid verkend. Het systeem van leerlingenzorg is doorontwikkeld en heeft geleid tot andere werkwijzen en formats. Het medewerkers tevredenheidsonderzoek heeft laten zien dat de tevredenheid ten opzichte van 2007 op nagenoeg alle punten hoger is, behalve het onderdeel communicatie en inspraak. De planning & control cyclus financieel is opnieuw vastgesteld en volgens cyclus uitgevoerd en geëvalueerd. ICT beleid heeft een concept beleidsplan voor de Velddijk opgeleverd. Met betrekking tot huisvesting heeft er intern en extern overleg plaatsgevonden wat in 2012 gaat leiden tot definitieve besluitvorming over huisvesting. Op het gebied van deskundigheidsbevordering personeel is er door MT een scholingsbeleid opgesteld dat voorligt bij de MR. Onderwijskundig beleid Het project Verbeterteams heeft zijn voortgang gekregen in het project Vakgroepen waarbinnen de onderwijskundige inhoud vorm gegeven wordt. Het gaan werken met de uitstroomprofielen zal gaan leiden tot een herordening van het onderwijsaanbod. Uitgaand van de kerndoelen voor het VSO wordt de onderwijsinhoud omgebouwd. De ontwikkeling van een Velddijk-onderwijsconcept is niet gerealiseerd en zal in 2012 opnieuw op de ontwikkelagenda staan. In 2011 is er verder doorontwikkeling geweest van het leermiddelenbeleid en het werken met lesplanners.
Zorg & begeleiding
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
43
De vernieuwde zorgstructuur is bijgesteld en is onder invloed van Plan van Aanpak (inspectie verbeterplan) verder doorontwikkeld. Er heeft hierbij een verdere integratie van de locatie Postweg plaatsgevonden en er wordt nu gewerkt met een integraal zorg & begeleidingssysteem. In 2011 is de samenwerking tussen leerlingenzorg en administratie beter afgestemd met betrekking tot intake-processen en herindicatie-processen. Personeelsbeleid Ten aanzien van het personeelsbeleid heeft er een verdergaande decentralisatie plaatsgevonden met betrekking tot Taken en Verantwoordelijkheden. De gesprekkencyclus voor MT leden is ontwikkeld. Er heeft een integrale evaluatie plaatsgevonden van het scholingsplan 2010-2011, van waaruit het scholingsplan 2011-2012 vorm gegeven is. Op dit moment ligt het concept Scholingsbeleid voor ter instemming van de MR. Door de tussentijdse leerlingenaantal groei is er tijdelijke formatie toegekend en ingevuld. Het taakbeleid 2010-2011 is geëvalueerd en heeft geleid tot bijstellingen voor het taakbeleid 2011-2012 dat in het najaar door de afdelingsleiders met hun teamleden is vastgesteld. Ten aanzien van de verplichtingen CAOPO functiemix heeft de stichting besloten dit uit te stellen tot voorjaar 2012. Financieel beleid Er is in 2011 vormgegeven aan een planning & control cyclus financieel. Vanaf augustus 2011 wordt deelgenomen aan het ESF 2011-2012 project. Tevens heeft de afronding van het ESF project 2009-2010 plaatsgevonden dat een resultaat van 90% liet zien. Voor de afspraken geld volgt leerling is er een nieuwe procedure voor declaratie opgezet. Project Op de Rails en Herstart zijn voor schooljaar 2010-2011 gedeclareerd. De begroting 2012 is ingediend en wacht op definitieve vaststelling. Het exploitatieoverzicht laat een positief resultaat zien van 138.495 euro, hetgeen 41.749 euro hoger is dan begroot. Uitstroom / doorstroom:
Uitgestroomd naar: Arbeid-regulier UWV Wet WIJ Dagbesteding Gilde Praktijk opleiding Gilde opleidingen SW Opleiding anders Residentieel Tussentijdse uitstroom: - divers Totaal
Aantal leerlingen: 2010-2011 11 10 1 6 8 10 1 34 7 11 99
a. Opbrengsten:
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
44
Resultaat:
Aantal deelgenomen Behaald resultaat: leerlingen:
VMBO-T examen
21
7 diploma 1 herexamen 12 div. certificaten (31x)
VMBO-K examen
10
10 div. certificaten (24x)
VMBO-BB examen
66
66 div. certificaten (127x)
IVIO examens
108
58 diploma’s + div. certificaten
Cursus Brug naar Werk - B
27
Cursus Brug naar Werk - C
88
Las opleiding
9
10 lln diploma 17 lln 3 certificaten 20 lln 5 certificaten 17 lln 4 certificaten 47 lln 3 certificaten 3 lln 2 certificaten 1 lln 1 certificaat 5 lln diploma 4 lln certificaat
Consequenties/conclusies De pilot VMBO B & K examens via de Staatexamens geeft te zien dat er een toename is in behaalde resultaten. Door de vergrootte deelname aan de staatsexamens is het aantal leerlingen dat deelneemt aan de IVIO examens afgenomen. Er is een toename van leerlingen die deelnemen aan branchegerichte cursussen en dat afsluiten met het behalen van een certificaat, De AKA opleiding; in 2011 zijn hier weer meer leerlingen mee gestart waar we de eerste opbrengsten in 2012 verwachten. In kader van Symbiose is de Velddijk samen met College Den Hulster een samenwerkingstraject gestart met als doel de examineringsmogelijkheden voor de leerlingen te vergroten en structureel te kunnen borgen. De doorontwikkeling gaat zich vooral richten op de kwalificatiestructuur VSO die door het ministerie voorgesteld wordt en de uitstroomprofielen Vervolgonderwijs, Arbeidstoeleiding en Dagbesteding. Hierbij loopt de schoolontwikkeling haarfijn in de pas met de landelijke ontwikkelingen. De verbinding met reguliere onderwijspartners ligt op koers en zal in komend jaar verder uitgebreid worden.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
45
Ook zal de Velddijk zich sterker gaan richten op de transitie naar arbeid toe. In samenwerking met opleidingspartners, gemeente en bedrijfsleven zal gezocht worden naar een vergroting van duurzame arbeidsplaatsen voor onze leerlingen. Vanuit aanvraag ESF project zal getracht worden om in 2012 verdere uitbreiding van het onderwijsaanbod in arbeidstoeleiding te realiseren. Tevens richt zich het project op de transitie van leerlingen naar een duurzame vervolgplek. De uitstroom zal naast leerlingenkengetallen van de directe uitstroom na de Velddijk, ook kengetallen gaan verzamelen over de duurzame opbrengst van uitstroom na één en twee jaar na verlaten van de school. Dit is eind 2011 in opdracht van ministerie voor de eerste keer gebeurd. 3.5.8 Ambulante Dienst Algemeen De Ambulante Dienst begeleidt en ondersteunt ruim 700 lgf-leerlingen in het reguliere basisonderwijs, voortgezet onderwijs, en middelbaar beroepsonderwijs in de regio Noorden Midden-Limburg. De opdracht die de dienst zich stelt is leerlingen met specifieke onderwijsvragen volop kansen te bieden in het reguliere onderwijs. Bij de Ambulante Dienst werken onderwijsprofessionals met een brede ervaring en deskundigheid met betrekking tot leerlingen met een lichamelijke of verstandelijke beperking, langdurig zieken en leerlingen met psychiatrische en/of gedragsproblemen (REC3 en REC-4). Naast reguliere ambulante begeleiding bieden we preventieve ambulante begeleiding en diverse overige producten en diensten waaronder trainingen, workshops en cursussen. De Ambulante Dienst werkt nauw samen met de 6 scholen en het Interdisciplinair Team van de Stichting en samenwerkingspartners in Midden- en Noord-Limburg.
Activiteitenplan Vermindering van de bureaucratie. De eerste bezuinigingsronde van 13,6% op de LGF middelen van de ambulante dienst heeft tot een versobering van het aantal uren in de rugzak geleid. Om de begeleidingstijd zo minimaal mogelijk te belasten is ervoor gekozen om de bureaucratie waar mogelijk terug te brengen. In goed overleg met een aantal partners binnen de reguliere scholen zijn afspraken gemaakt over een samengevoegd handelings- en begeleidingsplan in combinatie met de overeenkomst. Het is onze doelstelling om zoveel mogelijk “handen in de klas” te bieden en het papierwerk tot een minimum te beperken.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
46
Innovatief en proactief. De ambulante dienst wil graag partner zijn binnen én buiten het onderwijs. Naast ambulante begeleiding ontwikkelen we, op vraag van partners, nieuwe producten en diensten, zoals “Het Schrijfcentrum” dat op 5 september 2011 geopend werd, het steunpunt Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH) ergotherapie en het depot, van waaruit materialen uitgeleend worden. Vanuit een inventarisatie van wensen vanuit het onderwijsveld, zijn/worden ambulant begeleiders geschoold tot MRT-ers, Rouw & Traumatherapeuten, job coaches en co-teachers e.d. Daarnaast delen we onze kennis en vaardigheden d.m.v. het geven van cursussen en trainingen. In 2011 rolde onze eerste productengids van de band. Deze gids is een bundeling van de expertise die sinds 2007, de start van de AB, is opgebouwd en uitgebreid ten dienste van het reguliere én speciale onderwijsveld. Verhuizing naar de Talentencampus (TC) 2011 stond, zeker vanaf de tweede helft van het jaar, in het teken van de verhuizing naar de Talentencampus. Een ideale plek voor een ambulante dienst: tussen de scholen van regulier en speciaal onderwijs in! Organisatieontwikkeling. In samenspraak met de directie van het InterDisciplinair Team is gewerkt aan conceptontwikkeling expertisecentrum. De bestuurswisseling, de aangekondigde stelselwijziging passend onderwijs en bezuinigingen zorgden in 2011 echter voor een pas op de plaats wat betreft de inhoudelijke koers van SSONML en een focus op financiën en reorganisatie. Aangezien het doek voor de ambulante dienst, in deze vorm, zal vallen in 2015, zijn medewerkers zich aan het bezinnen op hun toekomst. Een onzekere toekomst. Instrumenten uit het sociaal plan bieden ambulant begeleiders mogelijkheden hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten. In KOERS 2012 – 2016 is één van de beloften dat SSONML de mogelijkheid onderzoekt haar kennis(ontwikkeling), expertise en innovatiekracht in een expertisecentrum onder te brengen. Kengetallen In 2011 is een stijging te zien in het aantal ambulant begeleide leerlingen: van 605 leerlingen in 2010, naar 727 leerlingen in 2011. Een stijging van 17% t.o.v. het vorige jaar.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
47
(Cluster 4: Noord- Limburg, cluster 3: Noord en midden Limburg). 1 oktober 2011 Totaal Cluster 4 PO 339 46.6% 179 36.0% VO 310 42.7% 248 49.9% MBO 78 10.7% 70 14.1% Totaal aantal lln. 727 100% 497 100%
Cluster 3 160 62 8 230
69.5% 27.0% 3.5% 100%
De toename doet zich voornamelijk voor binnen cluster 4; meer specifiek binnen het VO. Soort onderwijs: PO VO MBO Totaal aantal lln.
1 okt’10 303 241 61 605
1 okt ‘11 339 310 78 727
In 2010 werd de verwachting uitgesproken dat het leerlingenaantal vanaf 2010 zou gaan afnemen. De leerlingenaantallen vertonen immers op lange termijn een dalende trend. Deze verwachte krimp heeft zich niet voorgedaan. Ook voor komend schooljaar wordt nog rekening gehouden met een stijging tot ongeveer 750 leerlingen op tel datum 1 oktober 2012. Vooral vanaf 2013 is er een grote onzekerheid in de prognose van het aantal leerlingen i.v.m. de invoering (en bezuiniging) in het kader van passend onderwijs.
3.5.9 Interdisciplinair Team Algemeen Het Interdisciplinair Team (IDT) is de expertisedienst van SSONML. Het IDT is er voor iedereen in Noord- en Midden Limburg die te maken heeft met een kind of jongere voor wie de schoolcarrière niet vanzelf verloopt. De kernopdracht is het verbinden van onderwijs in al zijn facetten aan het leren en ontwikkelen van kinderen en jongeren met specifieke ontwikkelings- en opvoedingsvragen uitgaande van hun levens brede ontwikkelingsperspectief. Bij het IDT werken psychologen, orthopedagogen, maatschappelijk werkenden, psychodiagnostisch medewerkers en trajectbegeleiders. We zetten onze expertise in om leerlingen, ouders en professionals te ondersteunen en te versterken. Afhankelijk van de vraag en situatie doen we dat door middel van advies, begeleiding, (psychodiagnostisch) onderzoek, training, behandeling, deskundigheidsbevordering, visie- en beleidsontwikkeling en project(bege)leiding. IDT’ers staan met hun voeten in de klei van de dagelijkse (speciaal) onderwijspraktijk en er is sprake van nauwe verbinding en samenwerking tussen de IDT’ers, de scholen, de Ambulante Dienst en TECA. Geworteld in SSONML kunnen de IDT’ers een netwerk-en brugfunctie
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
48
vervullen op meerdere fronten. Een brug tussen regulier en speciaal onderwijs, een brug binnen het speciaal onderwijs (cluster 2, 3 en 4) en een brug tussen onderwijs en zorg. Wij bundelen, verbinden en delen aanwezige kennis en ervaring zodat expertise zichtbaar, bereikbaar en beschikbaar wordt in en voor alle lagen van de organisatie en daarbuiten. Activiteitenplan 2011 stond voor het Interdisciplinair Team in het teken van verder professionaliseren. Professionaliseren van de bedrijfsvoering, dienstontwikkeling en professionaliseren als team. Cyclisch en methodisch werken waren daarbij belangrijke uitgangspunten. Doelstellingen ten aanzien van de bedrijfsvoering lagen m.n. op het terrein van de financiële bedrijfsvoering, stroomlijnen werkprocessen en kwaliteitszorg Loket IDT, personeelsgesprekken en het evaluatie- en planningsproces van de dienstverlening aan de interne klanten van het IDT. Oriëntatie op en opzet van projectbegrotingen en debiteurenadministratie is gestart. Realisatie verwacht in 2012. Werkprocessen loket IDT zijn beschreven in een handboek trajectbegeleiding. De IDT monitor is doorontwikkeld ten behoeve van output managementrapportages (kengetallen). Oudertevredenheid in het kader van trajectbegeleiding is gemeten en resulteert in overwegend positieve beoordelingen. Cyclus van personeelsgesprekken (werkoverleggen en gesprekkencyclus) is geïmplementeerd. Evaluatie- en planningsproces dienstverlening is geïmplementeerd. Verhuizing naar de Talentencampus samen met de Ambulante Dienst gerealiseerd. Doelstelling ten aanzien van de dienstontwikkeling was het expliciteren van de dienstverlening: het zichtbaar en communiceerbaar maken van diversiteit aan mogelijkheden en soorten diensten door IDT. Daarnaast stond, in samenspraak met de Ambulante Dienst, de (door)ontwikkeling van het expertisecentrum op het programma. De expertisediensten van IDT zijn beschreven. Actieve communicatie en PR krijgen extra impuls in 2012. Dienstverlening van IDT is qua aard, omvang en kosten beschreven in offertes aan interne en externe klanten. Omdat alle Ieders op meer dan 1 plek werkzaam zijn in verschillende collegiale combinaties ontstaat er niet alleen kruisbestuiving ten behoeve van individuele leerlingen maar ook ten behoeve van teams en schoolorganisaties. Deze ‘goede praktijken’ delen we actief tijdens de evaluatiegesprekken met de scholen/AD. Het is zeker geen kwestie van “kopiëren en plakken” maar wel een kwestie van samen slim gebruik maken van de succesfactoren. In samenspraak met de directie van de Ambulante Dienst is gewerkt aan conceptontwikkeling expertisecentrum. De bestuurswisseling, de aangekondigde
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
49
stelselwijziging passend onderwijs en bezuinigingen zorgden in 2011 echter voor een pas op de plaats wat betreft de inhoudelijke koers van SSONML en een focus op financiën en reorganisatie. In KOERS 2012 – 2016 is één van de beloften dat SSONML de mogelijkheid onderzoekt haar kennis(ontwikkeling), expertise en innovatiekracht in een expertisecentrum onder te brengen. Individuele expertise-ontwikkeling en professionalisering zijn permanente doelstellingen van het IDT. Ten aanzien van professionaliseren als team stelden we ons ten doel om onze ambtelijke cultuur verder om te buigen naar een professionele cultuur en de invulling van de IDT-ochtenden vorm te geven aan de hand van een thematisch jaarplan. In 2011 is SSONML erkend als praktijkinstelling voor de postacademische opleiding tot Orthopedagoog-Generalist van RINO Zuid en is de eerste IDT-collega gestart met de tweejarige opleiding. IDT-ochtenden zijn van een overleg- naar een werkstructuur veranderd. Thematisch jaarplan 2011/2012 gerealiseerd met als thema’s: ontwikkelingsperspectief, pedagogische opdracht, onderwijs-zorg, assessment en expertisecentrum. Deze thema’s zijn kader stellend en richtinggevend voor activiteiten, projectmatig werken in subgroepen, congresbezoek etc.
Kengetallen Loket IDT Aantal nieuwe beschikkingen REC-4: Ambulante dienstverlening. Speciaal Onderwijs Voortgezet Speciaal Onderwijs Totaal
2009
2010
2011
75 42 45
88 49 31
135 35 27
162
148
197
Aantal indicaties voor ambulante dienstverlening is de afgelopen drie jaar fors gestegen. Aantal indicaties voor Speciaal Onderwijs is het laatste jaar gedaald. Aantal indicaties voor Voortgezet Speciaal onderwijs zit in dalende lijn, maar lijkt zich te stabiliseren. Aantal nieuwe beschikkingen REC-3: Ambulante dienstverlening Speciaal Onderwijs Voortgezet Speciaal Onderwijs Totaal
2009
2010
2011
59 88 20
67 63 24
35 Cijfers onvolledig Cijfers onvolledig
167
154
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
50
Niet alle gegevens van de SO en VSO-scholen cluster 3 van 2011 zijn opgenomen in de Leerling-Monitor. Aantal indicaties voor ambulante dienstverlening is in een dalende lijn. Aantal indicaties voor speciaal onderwijs lijkt te dalen.
3.5.10 Transfer & Expertise Centrum Arbeidsintegratie (TECA) Algemeen TECA Onderwijs is een expertisedienst die met een been in het onderwijs staat en met het andere been in de arbeidsmarkt. TECA is er voor scholen, de jongere én voor de werkgever. Voor de scholen worden methodieken en materialen ontwikkeld waardoor werkprocessen worden verbeterd en verdere professionalisering van docenten plaats vindt. TECA is zowel het interne scharnierpunt tussen scholen SSONML als het gaat om het bevorderen van samenwerking. Maar is ook het externe scharnierpunt tussen SSONML en ketenpartners als het gaat om arbeidstoeleiding. We helpen jongeren met hun ontwikkelingsperspectief en loopbaanvraag. Aan de andere kant zijn wij voor werkgevers de expert als het gaat om de invulling van een personeelsvraagstuk met leerlingen van SSONML. Door als schakel voor beide partijen op te treden, maakt TECA de transfer voor jongeren van school naar de arbeidsmarkt soepeler. Activiteiten TECA heeft dit jaar een meerjarenprogramma “Leren maak er Werk van” ontwikkelt waarbij het doel van leren in de uitstroomroute arbeid is, het afsluiten van een opleiding als beginnend beroepsbeoefenaar die heeft leren werken, zodanig dat hij in staat is om in een professionele werkomgeving aan de slag te gaan. De doelstellingen zijn onderverdeeld in programmalijnen: Vakgroepen & doorlopende leerlijnen Doel: leerling arbeidsmarkt relevante leerroute aanbieden tot en met MBO nivo1 Loopbaanbegeleiding & Assessment Doel: leerling toe leiden naar een realistisch en passend uitstroomperspectief Leerwerkbedrijven & Stage Doel: leerling een leeromgeving aanbieden zodanig dat hij aan het einde van zijn opleiding in staat is om direct in een professionele werkomgeving aan de slag te gaan Omslag denken Doel: onderwijs moet meer gericht worden op werk voor jongeren met een beperking. Hiervoor is er een cultuuromslag nodig in het beleid en bij professionals die met deze jongeren werken. Het gaat om een andere manier van kijken, denken en handelen. Opbrengsten TECA: De scholen zijn zelf verantwoordelijk voor het uitstroomresultaat. TECA adviseert, stemt af en verbindt zaken, wat de resultaten ten goede komt. De uitstroomoverzichten per school laten het aantal leerlingen zien die naar arbeid zijn toegeleid.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
51
Vakgroepen & doorlopende leerlijnen Er hebben periodiek overleggen plaats gevonden met GPO Gilde met als doel het verkennen waar we elkaar kunnen versterken en kunnen samenwerken als het gaat om doorlopende leerlijn MBO-niveau 1 en gezamenlijke huisvesting. In de periode januari – juni 2011 heeft TECA deelgenomen aan een onderzoek naar de optimale vormgeving en financiering van voorzieningen voor overbelaste en kwetsbare jongeren in de regio Noord en Midden Limburg. De aanbevelingen vanuit dit onderzoek zijn diverse malen besproken met betrokken ketenpartners. Het resultaat is een projectplan ‘Werkontwikkelingsroute’. Met als doel het realiseren van duurzame arbeidsinpassing voor jongeren die geen startkwalificatie (dreigen te) kunnen halen in het onderwijssysteem en niet zelfstandig de weg kunnen vinden naar duurzame arbeidsinpassing. Daartoe wordt een werkontwikkelingsroute opgezet. In 2012 zal dit project starten waarbij TECA intensief betrokken blijft. Loopbaanbegeleiding & Assessment In 2010 werd onder regie van TECA een visie, methodiek en toolbox assessment ontwikkeld waardoor een goed inzicht wordt verkregen in de arbeidsmogelijkheden van jongeren. Hierdoor kan aan de jongeren zelf, de ouders, werkgevers en (stage)docenten een loopbaanadvies worden gegeven dat leidt tot een realistisch en passend uitstroomperspectief. In dit jaar is begonnen om deze methodiek ‘de Leerling in Beeld’ te implementeren in het werkproces van een aantal scholen. Leerwerkbedrijven & Stage Woensdag 23 november 2011 heeft TECA SSONML in samenwerking met kring personeelsmanagers Venlo een bijeenkomst georganiseerd met als thema Maatschappelijk verantwoord ondernemen als personeelsmanager. Tussen de diverse lezingen werden de 50 personeels-managers door leerlingen van de Stichting voorzien van de nodige drankjes en zelf gemaakte hapjes Omslag denken In opdracht van het landelijk werkverband Praktijkonderwijs en de landelijke verenigingen Cluster 3 en Cluster 4 zijn voor de praktijkscholen en VSO scholen een aantal instrumenten ontwikkeld waardoor deze scholen gerichter kunnen inspelen op de ontwikkelingen in de externe omgeving zoals de nieuwe wetgeving VSO en de Wet werken naar Vermogen. In samenwerking met Saxion Hogeschool Academie mens en arbeid en de stagedocenten van de VSO/PRO scholen werd een post HBO opleiding “transitie coaching” ontwikkeld. Op 9 februari 2011 zijn 15 stagedocenten met deze 1-jarige opleiding gestart.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
52
4. Samenwerking In KOERS 2012-2016 worden een aantal beloftes gedaan in de programma’s Onderwijs en Omgeving waarbij nauwe samenwerking met onderwijsinstellingen, zorg- en ketenpartners en arbeidsmarkt van essentieel belang zijn. Om deze beloftes gestand te doen wordt mede gezien de invoering van passend onderwijs in 2012 sterk ingezet op een sterke positionering van de stichting en sluitende samenwerkingsafspraken met de nieuw te vormen Samenwerkingsverbanden PO en VO in zowel Midden- als Noord-Limburg. Programma Onderwijs: SSONML biedt onderwijs en begeleiding aan o.a. alle leerlingen die een behandeling in een (jeugd) zorginstelling krijgen en een beroep op ons specialistisch onderwijsaanbod doen SSONML heeft geen wachtlijsten. Voorwaarde hiervoor is borging van onze dienstverlening door de samenwerkingsverbanden SSONML biedt haar onderwijs en diensten op flexibele wijze en in samenwerking met partners zo thuisnabij mogelijk aan. SSONML past consequent onderwijsinnovaties toe in de lespraktijk. SSONM verbindt de lespraktijk aan onderzoek en deelt de opbrengsten met partners. Programma Omgeving: SSONML is bereid gezamenlijk met partners in het educatief netwerk verantwoordelijkheid te nemen voor het regionale onderwijs en invulling te geven aan de uitgangspunten van Passend Onderwijs. SSONML vervult een rol van betekenis in de samenwerkingsverbanden en is een betrouwbare partner in het bieden van specialistisch onderwijs en diensten voor kinderen en jongeren met specifieke opvoeding- en ontwikkelingsvragen. SSONML werkt in directe samenspraak, samenhang en samenwerking met leerlingen, ouders, samenwerkingsverbanden, onderwijsinstellingen, (jeugd)zorg, gemeenten, arbeidsmarktorganisaties en bedrijfsleven. SSONML geeft nadrukkelijk uitvoering aan de Alliantie met de Mutsaersstichting en kan daardoor een full serviceconcept bieden op het gebied van duurzame onderwijszorg arrangementen. SSONML communiceert actief en open met haar omgeving, ontwikkelt relatiemanagement en versterkt haar profilering. SSONML vormt een door samenwerkingsverbanden en ketenpartners erkend expert voor onderwijs aan, en begeleiding van leerlingen met specifieke opvoeding- en ontwikkelingsvragen. SSONML levert een duurzame bijdrage aan de zorgniveaus van het reguliere onderwijs door middel van ondersteuning, begeleiding, training en onderzoek.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
53
SSONML toetst met regelmaat zowel ervaren kwaliteit als behoeften bij leerlingen, ouders, partners en medewerkers en stemt haar interventies af op deze toetsing. SSONML versterkt haar interne en externe netwerk en legt de niet-vrijblijvende samenwerking met andere organisaties vast in overeenkomsten. SSONML biedt haar onderwijs en diensten aan in een geografisch en organisatorisch samenhangende regio. De samenwerking kan verdeeld worden in de verplichte samenwerkingsverbanden zoals die vanuit de wetgeving zijn geregisseerd en in de samenwerkingsvormen die aangegaan zijn om onze expertise, kwaliteit en service te ontwikkelen en te borgen.
4.1 Samenwerkingsverbanden vanuit het wettelijk kader
Onderwerp/thema
SSONML / School
Participerende partijen
Doel
Passend onderwijs
SSONML
Besturen en Samenwerkingsverband in Noord-Limburg
Gestreefd wordt naar passend onderwijs binnen elk van de deelregio’s, voor alle leerlingen.
Passend Onderwijs
SSONML
Midden-Limburg, regio Roermond, Leudal, Maasgouw Echt-Susteren
idem
Passend Onderwijs
SSONML
Midden-Limburg, regio Weert, Nederweert
idem
Regionaal Expertisecentrum cluster 3 Limburg (REC 3-Limburg)
De Maaskei Vijverhofschool Ulingshof
10 scholen voor ZMLK of mytyl/tyltyl onderwijs in Limburg
Vanuit het REC wordt een commissie voor indicatiestelling in stand gehouden. Voor toelating tot deze scholen komen alleen geïndiceerde leerlingen in aanmerking. Daarnaast heeft het REC3 als opdracht om de ambulante begeleiding te coördineren en vormt de begeleiding van ouders een doelstelling.
Regionaal Expertisecentrum cluster 4 Noord- en Midden- Limburg (RECdiRECt) VO/VS-31-01 Noord-Limburg
Het Poortje De Velddijk
7 scholen voor ZMOK en LZK (= langdurig zieke kinderen)
De opdracht is gelijk aan die van cluster3. Voor inhoudelijke uitwerking van de centra wordt verwezen naar de successievelijke bedrijfsplannen.
’t Wildveld (praktijkonderwijs) De Velddijk
VO en SVO scholen in de regio Noord-Limburg
Doel is het organiseren van de bijzondere leerlingenzorg in de regio NoordLimburg.
Praktijkonderwijs
’t Wildveld
Landelijk Werkverband Praktijkonderwijs (LWV) Platform, Praktijkonderwijs (IN PRAKTIJK GOED), Samenwerkingsverband PrO Limburg
Onderwijskundige vernieuwing en professionalisering, begeleiding bij diverse processen, met name arbeidsmarkttoeleiding.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
54
4.2 Samenwerkingsverbanden vanuit onze maatschappelijke opdracht
Onderwerp/thema
SSONML / School
Participerende partijen
Zorg
Ulingshof
VieCurie
Talentencampus: Bieden van een krachtige leeromgeving
Het Poortje (cl.4) Vijverhofschool (cl. 3)
Hertog Reinoudschool (Bao) De Opstap (SBO) Stichting Fortior Spring Kinderopvang
Droom van Venray: Bieden van een krachtige leeromgeving
Het Poortje (cl.4) Vijverhofschool (cl. 3)
SPOVenray SSO Eindhoven St.Peuterspeelzalen Venray (SPV) Kinderwereld Venray Spring kinderopvang Dichterbij Onderwijsstichting De Wijnberg Mutsaersstichting
1 kind – 1 plan Onderwijs-zorg keten
SSONML
Mutsaersstichting De Wijnberg
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
Doel Mytyl- en tyltylschool Ulingshof is een regionale school voor speciaal onderwijs aan leerlingen met een lichamelijke of een meervoudige handicap. Binnen de Ulingshofschool zijn onderwijs en revalidatie geïntegreerd. Dat wil zeggen dat leerlingen de mogelijkheid hebben om tijdens de schooltijd behandeld te worden door een van de medewerkers van de kinderrevalidatie-afdeling van VieCuri Medisch Centrum. Deze revalidatie-afdeling is gehuisvest binnen een aparte vleugel van VieCurie welke grenst aan de school
Door samen te werken met één team in één organisatie in één gebouw, kunnen we een rijkere en krachtige leeromgeving creëren met meer mogelijkheden voor de kinderen dan het huidige systeem hen biedt. We bieden onderwijs en opvang op maat aan, passend bij het ontwikkelingsperspectief van ieder kind. Daardoor zijn we in staat om het talent dat in elk kind zit, optimaal te benutten en te ontwikkelen en om nieuwe talenten te ontdekken. De ambitie is om samen te werken met één team in één organisatie in een passende huisvesting om een rijkere en krachtige leeromgeving te creëren met meer mogelijkheden voor de kinderen dan het huidige systeem hen biedt. We willen onderwijs en opvang op maat bieden, passend bij het ontwikkelingsperspectief van ieder kind. Daardoor zijn we in staat om het talent dat in elk kind zit, optimaal te benutten en te ontwikkelen en om nieuwe talenten te ontdekken. Dat is een droomwens van ieder kind, iedere ouder, leerkracht en leidster. Om jeugdigen met (ernstige) problemen weer zo snel mogelijk en zo gewoon mogelijk te laten deelnemen aan het onderwijs is SSONML een alliantie aangegaan met de Mutsearsstichting en Onderwijsstichting de Wijnberg. Door middel van afstemmen van de noodzakelijke zorg binnen de onderwijs- en zorgketen wordt onnodig wachten op een behandelsetting voorkomen en worden optimale kansen geboden op herstel. Daarnaast worden de mogelijkheden onderzocht voor het vergroten van de ondersteuning thuis en in de vrije tijd.
55
SSONML / School
Participerende partijen
Vervolgopleiding / arbeidstoeleiding
De Velddijk ‘t Wildveld
ROC Gilde opleidingen AOC CITAVERDE College
Behalen van met name MBO niveau 1 diploma Samenwerking op docent- en op beleidsniveau Doorlopende leerlijnen.
Vervolgopleiding / arbeidstoeleiding
De Maaskei
St. Anna Daelzicht
Het doel van de samenwerking is jongeren trainen in primaire arbeidsvaardigheden middels een cursusaanbod wat leidt tot certificering
Vervolgopleiding
De Velddijk
College den Hulster (OGVO)
Leerlingen van VSO De Velddijk worden in de gelegenheid gesteld een volledig VMBO – basis of kader diploma te behalen om zo door te stromen naar een vervolgopleiding binnen het ROC.
Arbeidstoeleiding
Vijverhofschool ’t Wildveld Velddijk
Werkgevers MKB zoals Vorstermans Companies, de Zorggroep en Intratuin
Leerlingen lopen stage bij verschillende bedrijven en instellingen, met kans op een arbeidsovereenkomst . Door intensieve begeleiding van zowel de leerling als de werkgever/werkcollega’s wordt een reële kans op deelname aan het arbeidsproces geboden.
Onderwerp/thema
Doel
De samenwerking met bedrijven en instellingen is belangrijk om leerlingen reële leerwerkplekken te bieden.
Convenant “Leren maak er werk van”
TECA, De Maaskei, De Velddijk, Vijverhofschool, ‘t Wildveld
UWV werkbedrijf, Gemeente Venlo, MEE
Realisatie van maatschappelijke participatie en passende arbeidsintegratie van jongeren met een beperking.
Culturele- en Kunstzinnige Vorming
‘t Wildveld
Theater De Garage
Kennismaken met- en ontwikkelen van podiumkunst.
4.3 Samenwerking met Mutsaersstichting SSONML, de Wijnberg, Aloysius Stichting Midden Limburg en de Mutsaersstichting vormen samen de Alliantie: een integraal en samenhangend aanbod van onderwijs en zorg met als uitgangspunt het ‘1 kind -1 plan’ denken en werken. In 2011 is de interne publicatie ‘Samen. Dat spreekt’ uitgebracht. Een uitgave waarin de goede praktijken in de groeiende Alliantie samenwerking in beeld zijn gebracht. Uit de ambulante teams binnen de Alliantie zijn in de vier regio’s van de Alliantie: Weert, Roermond, Venlo en Venray kleine Alliantie-teams geformeerd. De teams werken aan casuïstiek, een thema of project dat in die regio aan de orde is.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
56
Voor leerlingen die (nog) geen hele dag onderwijs aankunnen, is een onderwijszorgarrangement in ontwikkeling. Leerlingen komen deels naar school en worden voor het andere deel van de (school)dag begeleid door de Mutsaersstichting. Vanuit de locatie Postweg heeft VSO de Velddijk een versterkte samenwerking met de Mutsaersstichting en de Wijnberg. Vanuit afstemming, wordt frequent overleg gevoerd om het onderwijs- en behandelprogramma op elkaar af te stemmen en tot één plan te smeden. Een toegevoegde waarde voor de Velddijk is de realisatie in 2011, van de mogelijkheid tot inzage en bijdrage in het cliënt-volgsysteem van de MSS.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
57
5. Kwaliteitsbeleid Onder kwaliteitsbeleid wordt verstaan: Beleid dat gericht is op verbetering. Daartoe behoort het formuleren van doelen, het vertalen van doelen in bijpassende methoden en instrumenten, het bepalen van de wijze waarop de kwaliteitszorg ingericht wordt, het bepalen van gewenste bijstellingen op grond van in de kwaliteitszorg verzamelde informatie, evenals het organiseren van het besluitvormingsproces over dit alles. Iedere medewerker binnen de SSONML levert zijn of haar bijdrage aan kwaliteitszorg. Wat daarbij hoort is dat een ieder ook daarvoor de verantwoordelijkheid heeft. Kwaliteit bespreekbaar maken, dit met elkaar bespreken en het vervolgens zichtbaar maken dat dit plaatsvindt, is hierbij noodzakelijk.
5.1 Kwaliteitszorg in de organisatie Kwaliteitszorg is kunnen laten zien hoe wij als stichting/school/dienst structureel ons onderwijs en diensten organiseren, evalueren en waar nodig verbeteren. Uiteindelijk zullen verbeteringen moeten leiden tot het borgen of verbeteren van de geformuleerde opbrengsten en doelstellingen die door de klanten herkend en erkend worden. In 2011 zijn m.b.t. kwaliteitsbeleid aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: 1. Rapportage medewerkerstevredenheidsonderzoek en de daaruit voortvloeiende acties 2. administratieve organisatie/interne controle Het instrumentarium dat de SSONML voor het toezicht hanteert bestaat uit de volgende bestanddelen: 1. Bestuursverslag/jaarrekening 2. Kaderplan kwaliteitszorg 3. Code Goed Bestuur in het primair onderwijs 4. Jaarplan/jaarverslag 5. MARAP en overlegstructuur 6. Tevredenheidonderzoeken
5.2 Toezicht op de kwaliteit door inspectie en bestuur SSONML De inspectie heeft in dit jaar een aantal scholen bezocht in het kader van het toezicht kader voor het verkrijgen van een actueel beeld. Het bestuur ervaart de Inspecties als grondig en van toegevoegde waarde betreffende de kwaliteit van het onderwijs.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
58
De inspectie hanteert het vigerende toezicht kader en kijkt ook vooruit gelet op de toekomstige kwaliteitseisen. Op de VSO de Velddijk na, locatie Bergstraat, hebben alle scholen van SSONML een basisarrangement. Voor de Velddijk is in maart 2011 een plan van aanpak opgesteld om aan de eisen van het basisarrangement te voldoen. Uitvoering van het plan van aanpak wordt intensief gemonitord door de inspectie. In het voortgangsgesprek van 15 september 2011 met de inspectie wordt geconstateerd dat de doelen zoals gesteld in het plan van aanpak volgens planning gerealiseerd zijn. Het plan nog door in 2012. Algemeen kan worden gesteld dat SSONML op een goede wijze omgaat met de maatschappelijke opdracht en de wettelijke eisen betreffende de onderwijskwaliteit. Aandacht blijft nodig om de onderwijskundige vernieuwingen zowel binnen het huidige kwaliteitskader als het toekomstig vorm te geven en tegelijkertijd met sluitende processen weet te borgen.
5.3 Code Goed Bestuur in het primair onderwijs De leden van de PO-raad hebben op 21 januari 201 de Code Goed Bestuur (Code GB) in het Primair Onderwijs vastgesteld als leidraad voor goed bestuur in het primair onderwijs. Er is gekozen voor een code waarin vooral uitgangspunten voor goed bestuur centraal staan. De code roept op tot werken op basis van principes voor goed bestuur en vermijdt zoveel als mogelijk nieuwe plan- en regellast. Daarmee is er ruimte voor de onderwijsorganisaties voor een eigen wijze van invulling van die principes. In maart/april 2011 is besloten om, in het kader van artikel 4 lid1 van de Code, de Code GB te hanteren voor de gehele stichting, dus tevens voor ’t Wildveld, school voor praktijkonderwijs. In het verslagjaar zijn de principes getoetst aan de praktijk binnen de stichting. Hierbij zijn enkele verbeterpunten en hiaten naar voren gekomen. Deze betreffen: - Actualiseren van het vigerende managementstatuut - Opstellen en invoering van “klokkenluidersregeling” - Risicomanagement In het verslagjaar zijn alle punten aangepakt, maar nog niet geheel afgerond. In 2012 verwachten wij geheel aan de Code GB te voldoen. De Code Goed Bestuur zal opgenomen worden in de Planning en Control cyclus en jaarlijks getoetst worden aan de praktijk.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
59
5.4 Klachtenregeling 5.4.1 Vertrouwenscommissie Voor alle scholen/diensten is er een Vertrouwenscommissie ingesteld, waar ouders, leerlingen en medewerkers met hun probleem of klacht terecht kunnen. Wij streven ernaar om het onderwijs voor alle leerlingen goed en naar tevredenheid van alle betrokkenen te laten verlopen. Wanneer leerlingen, ouders/verzorgers of medewerkers daarover toch vragen hebben, kunnen zij altijd terecht bij de mentor of directie van de school. Er wordt naar gestreefd om problemen zo snel mogelijk en in goed overleg met alle betrokkenen op te lossen. Vertrouwenspersonen Voor alle gevallen waarin dat niet lukt of niet naar tevredenheid wordt afgehandeld is er de Vertrouwenscommissie. De voorzitter van het college van bestuur zorgt ervoor dat een van de vertrouwenspersonen contact opneemt met de betrokkene. De vertrouwenspersonen zijn: mevr. E. Caris,
[email protected] – bij afwezigheid mevr. E. Schippers,
[email protected] dhr. H. Engels,
[email protected] – bij afwezigheid dhr. P. Nagelmaeker,
[email protected] De vertrouwenspersonen zijn onafhankelijk. Zij hebben geen dienstverband met het schoolbestuur. De vertrouwenspersonen kunnen door bemiddeling zorgen dat het probleem opgelost wordt. Ook kunnen zij u helpen met het indienen van uw klacht bij de externe klachtencommissie. De stichting is aangesloten bij de externe klachtencommissie van het VKO. Landelijke Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs Postbus 82324, 2508 EH Den Haag 070 - 392 55 08 (van 9.00 – 12.00 uur) www.geschillencies-klachtencies.nl SSONML hanteert een klachtenregeling opgesteld conform modelklachtenregeling primair en voortgezet onderwijs, die via de portal voor iedere medewerker te raadplegen is. In 2011 is de vertrouwenscommissie niet in vergadering bijeen geweest. De contactpersoon heeft twee zaken behandeld: 1. een afronding van een contact van 2010; 2. een vraag i.v.m. een verstoorde werkrelatie binnen een team 5 gesprekken (3 in 2011 en 2 in 2012.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
60
6. Personeelsbeleid Het (integraal) personeelsbeleid van de Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en MiddenLimburg is gebaseerd op de gedachte dat het voeren van een goed personeelsbeleid bijdraagt aan het vergroten van de arbeidssatisfactie van de medewerkers, waardoor automatisch de kwaliteit van het onderwijs wordt verbeterd. Bij de implementatie van het personeelsbeleid wordt daarom veel waarde gehecht aan datgene ‘dat leeft op de werkvloer’ en dat wat medewerkers bezig houdt.
6.1 Medewerkerstevredenheidsonderzoek Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg vindt het belangrijk dat haar medewerkers zich geïnspireerd, gewaardeerd en verbonden voelen. Om inzicht te krijgen in deze belevingen wordt de tevredenheid van medewerkers periodiek gemeten. Dat is geen doel op zich, maar een belangrijk onderdeel van een continu verbetertraject. De uitkomsten van dit medewerkerstevredenheidsonderzoek geven aan welke aspecten van onze organisatie er echt toe doen als het gaat om de tevredenheid van medewerkers met betrekking tot hun werk en de organisatie. Eind 2010 is opnieuw een medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd. In het onderzoek wordt het integrale kwaliteitszorgmodel (INK model) gebruikt om de uitkomsten weer te geven. Het rapport is voorjaar 2011 gereed gekomen. De respons op de vragenlijst bij SSONML was 62% (261 van de 418 medewerkers hebben de vragenlijst ingevuld en geretourneerd). Bij de Ambulante Dienst was de respons op de vragenlijst 72% (39 van de 54). In de volgende tabel is een overzicht gegeven van de schalen en de gemiddelde schaalwaardes. De schaalwaarden uit dit onderzoek lopen in de meeste gevallen van 1 tot en met 5. Alleen bij de schaal die de vitaliteit van medewerkers meet, lopen de keuzemogelijkheden van 1 tot en met 7. Hoe dichter een waarde bij de 1 ligt, hoe kritischer de respondenten de schaal beoordelen en hoe dichter de waarde bij de 5 (of in het geval van de schalen ‘psychische gezondheid’, ‘bevlogenheid’ en ‘vitaliteit’ 7) ligt, hoe positiever de respondenten over dit aspect zijn. Bij de schalen ‘psychische gezondheid’, ‘bevlogenheid’ en ‘vitaliteit’ staat de waarde 7 voor ‘nooit’, de waarde 1 voor ‘altijd’. Hoe hoger een gemiddelde score voor deze schalen, hoe vaker een gebeurtenis zich voordoet volgens de onderzoekspopulatie. Het is voor deze schalen dus mogelijk dat een gemiddelde boven de 5,00 wordt gevonden.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
61
Tabel 1.1 Gemiddelde schaalwaarden van medewerkers SSONML in 2010
Kijkend naar de resultaten van dit onderzoek mag geconcludeerd worden dat de werkbeleving van de medewerkers van Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en MiddenLimburg voldoende tot goed is. 85% van de medewerkers van SSONML is tevreden met zijn/haar werk. Daarnaast geeft 93% van de respondenten aan dat het werk bij hem/haar past en gaat 90% met plezier naar zijn/haar werk.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
62
Tabel 1.2 Vergelijking meting 2007-2008 en 2010-2011. De relevante verschillen (Z-score) kunnen worden ingedeeld in drie groepen: klein, middelgroot en groot. De groepen zijn als volgt gedefinieerd; klein verschil (uitkomst berekening effectsize tussen 0,20 - 0,34); middelgroot verschil (uitkomst berekening effectsize tussen 0,35 – 0,64); groot verschil (uitkomst berekening effectsize > 0,65).
In vergelijking met de meting in 2007 zijn schaalscores voor werktijden en rolduidelijkheid aanmerkelijk verbeterd. De schaalgemiddeldes voor veiligheid, tevredenheid met het werk en tevredenheid met de organisatie zijn licht gestegen. De schaal communicatie en inspraak heeft een beduidend lagere gemiddelde score behaald namelijk 3,31 (vs 3,72 in 2007). Per school/dienst is er een apart rapport uitgebracht. Naar aanleiding van deze rapportages hebben de directeuren voor hun team actiepunten geformuleerd en opgenomen in hun schoolplan.
6.2 Reorganisatieplan Het (financieel) beleid van het Ministerie van OCW en de invoering van Passend Onderwijs hebben vergaande gevolgen voor de bekostiging van SSONML. De rijks bekostiging personeel voor het (voortgezet) speciaal onderwijs en de ambulante begeleiding (CAO PO) wordt, zoals
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
63
staat aangegeven in de februari 2011 brief van OCW, per 1 augustus 2015 verlaagd met € 4.113.200 t.o.v. het schooljaar 2010-2011. Bij praktijkonderwijs ’t Wildveld (CAO VO) vindt geen verlaging van de rijks bekostiging plaats. Op 1 september 2011 bestond het totale personeelsbestand van SSONML uit 312,55 fte. Het totale personeelsbestand is opgebouwd uit aanstellingen voor onbepaalde tijd, aanstellingen voor bepaalde tijd en de inhuur van tijdelijke medewerkers. Voor het bepalen van de reorganisatiedoelstelling wordt in dit Reorganisatieplan (RP) 2.2 uitgegaan van de personele gegevens per 1 september 2011. Bij ongewijzigd (financieel) beleid stevent SSONML ten gevolge van de Rijksbezuinigingen af op een financiële ondergang. Om het tij te keren is het van belang dat er structurele maatregelen worden genomen om de uitgaven terug te dringen en voor de langere termijn in balans te brengen en te houden met de inkomsten. Maatregelen tot het terugdringen van de exploitatielasten zullen vooral, maar niet uitsluitend, gericht moeten zijn op het terugdringen van de personeelslasten. Dit leidt onvermijdelijk tot vermindering van het aantal personeelsleden. Binnen SSONML zijn twee CAO’s van toepassing; de CAO PO en de CAO VO (m.n. van toepassing op het praktijkonderwijs – ’t Wildveld). SSONML dient daarom rekening te houden met de geldende wet- en regelgeving die niet altijd voor beide CAO’s gelijk is. Deze wet- en regelgeving m.b.t. ontslag en de uitwisseling van personeel tussen scholen die vallen onder de CAO PO en de school die valt onder de CAO VO heeft als gevolg dat binnen SSONML twee gescheiden trajecten noodzakelijk zijn in het kader van deze reorganisatie. De bezuinigingsopdracht van € 4.113.200 is vertaald naar het bruto ontslagvolume SSONML per 01-08-2015. SSONML heeft er voor gekozen, om de GPL (gemiddelde personeelslast) te hanteren van €. 57.956. Dit bedrag komt tot stand door de totale loonkosten van alle medewerkers te delen door het aantal fulltime equivalenten per 10-10-2011. De bezuinigingsopdracht gedeeld door de GPL resulteert in het bruto ontslagvolume SSONML en bedraagt 70,97 fte per 1-8-2015. Niet uit te sluiten valt dat na vaststelling van dit Reorganisatieplan 2.2 de komende tijd nog aanvullende wet- en regelgeving en/of afspraken over beschikbaarheid van middelen volgen in het kader van passend onderwijs die van invloed zijn op de rijks bekostiging personeel en financiële bijdragen van derden voor de periode tot 1 augustus 2015. Partijen spreken af dat in dat geval zo spoedig mogelijk overleg gevoerd wordt om te komen tot hernieuwde afspraken. Partijen verplichten zich om wijzigingen in de rijks bekostiging personeel, aanvullende wet- en regelgeving dan wel landelijke afspraken in te passen in het overeengekomen Reorganisatieplan.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
64
Op 27 januari 2012 is het Reorganisatieplan 2.2 door het college van bestuur en GMR vastgesteld en ondertekend.
6.3 Sociaal Plan Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg heeft de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de kwaliteit van haar onderwijs en haar medewerkers. Mede hierdoor heeft de stichting momenteel meer medewerkers in dienst dan waarvan de bekostigingsregeling binnen Passend Onderwijs op korte termijn uit zal gaan. Met het groeien van het aantal medewerkers heeft de stichting in haar personeelsbeleid de mobiliteit en kwaliteit van haar personeel als centraal thema gesteld. Personeelsbeleid is enerzijds gericht op kwaliteit en op continuïteit van de organisatie door de personeelsformatie af te stemmen op de beschikbare gelden. Anderzijds is het beleid gericht op welzijn, welbevinden en arbeidsbeleving. De bezuinigingen en de ontwikkelingen binnen Passend Onderwijs hebben gevolgen voor de personele bezetting. In 2009 heeft de stichting op basis van onderdeel 10 van de CAO-PO en artikel 11 van de CAO-VO gekozen om werkgelegenheidsbeleid te voeren. Het doel van dit werkgelegenheidsbeleid is zorgvuldigheid te waarborgen wanneer de werkgelegenheid van medewerkers gevaar loopt; het biedt een breed kader voor het sociaal beleid van het College van Bestuur. Het uitgangspunt is het voorkomen van gedwongen ontslagen en het Sociaal Plan richt zich op vrijwillige mobiliteit en op begeleiding van werk naar werk. Wettelijke kaders leiden ertoe dat de gedwongen fase van het Sociaal Plan niet van toepassing kan zijn op medewerkers vallend onder de CAO-VO. Medewerkers vallend onder de CAO-VO kunnen wel gebruik maken van de vrijwillige fase van het Sociaal Plan. Cumulatie van een vertrekpremie plus het werkgeversdeel van een bovenwettelijke uitkering is niet mogelijk. De eerdergenoemde bezuinigingen hebben voor de Stichting grote financiële consequenties. Zoals beschreven in het Reorganisatieplan (paragraaf 6.1) resulteert de bezuinigingsopdracht in het bruto ontslagvolume SSONML van 70,97 fte per 1-8-2015. Het bepalen van het bruto ontslagvolume SSONML naar bezuinigingsjaren en per organisatie onderdeel wordt gemaakt op grond van de Meerjarenbegroting voorjaar 2012 en het daaruit voortvloeiende meerjarenformatieplan. Het nader te bepalen jaarlijks netto ontslagvolume is onder meer afhankelijk van: Het beëindigen van inhuur van personeel Het beëindigen van detachering Natuurlijk verloop Pensionering en FPU
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
65
Vrijwillige externe mobiliteit Vrijwillige interne mobiliteit Leerlingengroei Verplichte winkelnering ambulante begeleiding Overige maatregelen en ontwikkelingen In 2011 zijn een aantal Decentraal Georganiseerde Overleggen (DGO’s) gevoerd tussen de vakcentrales van overheids- en onderwijspersoneel en het bestuur van de stichting. Begin 2012 is het onderhandelaarsakkoord bereikt waarna op 9 februari 2012 het Sociaal Plan versie 2.2 is ondertekend door de vakcentrales. Het vastgestelde Sociale Plan levert een belangrijke bijdrage aan het te voeren sociaal beleid bij reorganisatie en in die zin wordt het effectief in het laatste deel van de keten van personeelsbeleid dat bestaat uit in- door- en uitstroombeleid. Het Sociaal Plan kent in de basis twee fasen. Conform de CAO PO/VO worden in de eerste fase vrijwillige maatregelen genomen ter voorkoming van gedwongen ontslag. In de tweede fase worden maatregelen genomen voor personeelsleden die met ontslag worden bedreigd. Gelet op de financiële urgentie en verantwoorde werkbaarheid binnen SSONML kent het Sociaal Plan een doorlooptijd van in totaal 4 jaar, te weten van 1 augustus 2011 tot 1 augustus 2015. Met dit Sociaal Plan willen de stichting en de vakcentrales voorzien in maatregelen om de gevolgen van de reorganisatie op te vangen. Daarbij wordt gestreefd naar een brede preventieve aanpak waardoor reductie van de personele omvang en eventueel gedwongen ontslag kan worden verminderd door de maatregelen van het Sociaal Plan.
6.4 Scholing en functieontwikkeling 6.4.1 Functiemix en senior schap Op 1 juli 2008 is met werkgevers- en werknemersorganisaties (PO en VO) een akkoord bereikt onder de naam “Convenant Leerkracht”. In dit convenant zijn afspraken gemaakt om het beroep van leraar aantrekkelijker te maken door onder andere de loopbaanmogelijkheden voor leraren te verruimen. Tot op heden was het loopbaanperspectief voor leraren zeer gering. De invoering van de functiemix is verankerd in de CAO en houdt kort gezegd in dat besturen extra (lees “zwaardere” varianten) lerarenfuncties in moeten voeren. Naast de reguliere lesgevende taak, wordt de functie uitgebreid en ingericht met zwaardere taken en verantwoordelijkheden bijvoorbeeld op het gebied van onderwijsontwikkeling, professionalisering en kwaliteitsverbetering van de sector en coaching van collega’s.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
66
Stichting Speciaal Onderwijs Noord en Midden-Limburg heeft onderzocht welk type leraar in de toekomst nodig is en de uitkomsten hiervan zijn vastgelegd in een functiebeschrijving voor leraar LC/LD. De nieuwe functiebeschrijving sluit aan bij de ontwikkeling van de organisatie en is een afgeleide van de missie, de visie, de strategische plannen en de keuzes die de stichting op lange termijn wenselijk acht. De kwaliteitseisen van onderwijs en dienstverlening blijft het uitgangspunt. In het schooljaar 2010-2011 zijn 4 leerkrachten benoemd in de functie Leraar LC. In het schooljaar 2011-2012 wordt een en ader verder doorgevoerd. 6.4.2 Competentiemanagement schoolleiders Het inrichten van het functiebouwhuis heeft voor de stichting een degelijke basis gelegd voor verdere ontwikkeling van bijvoorbeeld competentiebeleid. Een goed omschreven profiel geeft een organisatie helderheid over de kennis en vaardigheden die nodig zijn bij het uitoefenen van de functie en het geeft de medewerker inzicht in de kaders, werkzaamheden en verantwoordelijkheden. De functiebeschrijvingen conform de FUWA-systematiek geven echter geen inzicht in de gevraagde competenties die nodig zijn bij het invullen van de functie. Voor de schoolleiders binnen onze organisatie heeft er een vertaalslag plaatsgevonden van de functiebeschrijving naar de gevraagde competenties. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een zogenaamde competentiescan welke begin 2009 is geïntroduceerd. Deze scan is, net zoals de functiebeschrijving van directeur op maat beschreven. Bij het formuleren van de (kern)competenties en de bekwaamheidseisen van schoolleiders is niet alleen gebruik gemaakt van de uitgangspunten van de stichting, maar ook van de uitgangspunten van de Nederlandse Schoolleiders Academie i.s.m. het Ministerie van OC&W en de VO-raad. De scan is een middel en geen doel op zich en geeft ruimte voor aanvullende competenties, andere accenten of een andere inkleuring. Het doel is om werknemer en werkgever inzicht in elkaars acteren te geven, maar bovenal is de scan een instrument voor zelfreflectie. Het competentiegesprek is onderdeel van de gesprekkencyclus en vindt minimaal 1 keer per 2 jaar plaats. Bezien wordt nog of de competentiescan ook voor overige medewerkers van de stichting wordt geïntroduceerd en of er een uniforme methodiek komt. Dit laatste punt heeft in het verslagjaar geen prioriteit gehad vanwege alle werkzaamheden rondom het reorganisatie plan en sociaal plan. 6.4.3 Harmonisatie gesprekkencyclus Een van de essentiële aandachtspunten binnen integraal personeelsbeleid is het vinden van de afstemming tussen de doelen van de school/organisatie met de wensen van de medewerker, om vervolgens de gewenste samenhang tussen de individuele en organisatorische ontwikkelingen mogelijk te maken. Het periodiek met elkaar spreken over
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
67
die doelstellingen en wensen is noodzakelijk bij het verder (door)ontwikkelen van de medewerker en de organisatie. Integraal personeelsbeleid kan niet zonder de dialoog tussen werkgever en werknemer en de gesprekkencyclus is dus een onmisbaar instrument binnen ons personeelsbeleid. Het is een uitstekend middel om op een gestructureerde en professionele wijze aandacht te geven aan de persoonlijke ontwikkeling van de medewerkers in relatie tot de ontwikkeling en het realiseren van de visie van de stichting. De stichting wil zich op een uniforme en centrale wijze inspannen om voorwaarden te creëren waaronder de medewerker zijn werk zo goed mogelijk kan doen. Tevens wil de stichting van haar kant op dezelfde uniforme wijze van de medewerker verwachten dat deze zich inzet om het belangrijkste doel van de stichting te verwezenlijken, nl. het bieden van maatwerk om een optimale bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van onze leerlingen, ongeacht in welke functie men werkzaam is. Iedere school of afdeling voert de gesprekken met de medewerkers op eigen wijze. Door het harmoniseren van de gesprekkencyclus wordt de kwaliteit van ons onderwijs op een eenduidige en planmatige wijze geborgd, wordt synergie en samenhang in de verschillende aspecten binnen het personeelsbeleid bewerkstelligd, daar waarbij ‘eigenheid en couleur locale’ van de school of afdeling behouden kan worden. Ook dit punt zal de komende periode nog meer aandacht moeten krijgen, rekening houdend met het feit dat onze stichting vooral veel tijd zal moeten besteden aan het lopende reorganisatie- en sociaal plan. 6.4.4 Beleid gericht op taak- en functiedifferentiatie Zoals gezegd heeft iedere medewerker een functieprofiel, waarin duidelijk beschreven wordt welke resultaatgebieden, werkzaamheden en verantwoordelijkheden bij zijn of haar functie hoort. Taakdifferentiatie is een onderdeel van het uitoefenen van de functie van een medewerker, maar valt buiten de beschrijving van de functie. Bij taakdifferentiatie worden zogenaamde taken binnen de school verdeeld veelal over mensen met een zelfde functie. Bij de verdeling wordt uitgegaan van het feit dat de taken gelijksoortig zijn aan de eigen werkzaamheden en dus passen bij de eigen functie. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan het mede organiseren van de kampweken, de vieringen op school, ICT-gerelateerde werkzaamheden binnen de school of arbo-werkzaamheden. Het toedelen van de diverse taken leidt in den regel niet tot een functiewijziging, tenzij de taak(en) een substantieel en structureel onderdeel gaan uitmaken van het uitoefenen van de functie. Normaliter leidt de verdeling van taken op hetzelfde niveau dan ook niet tot een hogere (of lagere) inschaling. Dit biedt de meeste flexibiliteit en mobiliteit voor zowel de werkgever als de werknemer. Tevens wordt
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
68
op deze manier horizontale loopbaanontwikkeling gestimuleerd; het biedt medewerkers een uitdaging om aan persoonlijke ontwikkeling te werken. Functiedifferentiatie gaat verder dan taakdifferentiatie omdat taken een zodanig substantieel onderdeel gaan uitmaken van de functie-uitoefening, dat ze structureel in de functie worden opgenomen. Bij functiedifferentiatie gaat het om het uitsplitsen van taken in een functie waardoor soms nieuwe functies kunnen ontstaan, die op basis van een procedure van functiebeschrijving en functiewaardering een eigen rechtspositionele status en salarisschaal krijgen. Dat kan organisatorisch wenselijk zijn vanwege het structurele en substantiële karakter van de taak. Denk daarbij bijvoorbeeld aan taken die in volume zo toenemen dat er niet langer van een taak gesproken kan worden: ambulant begeleider, intern begeleider en afdelingsleider. Door de gevolgen van de forse bezuinigingen in de komende tijd zal het onderwerp onder druk komen te staan. 6.4.5 Beloningsbeleid Personeel is het kapitaal van de organisatie. Door het voeren van goed personeelsbeleid kunnen we ons huidige personeel binden en boeien en zijn we een aantrekkelijke werkgever voor nieuw personeel. Eén van de onderdelen van dit personeelsbeleid is het voorliggende beloningsbeleid. We willen hiermee duidelijk maken dat we naast de reguliere vormen van beloning ook de extra ontwikkeling, inzet en prestaties van onze medewerkers op gepaste wijze willen belonen. In 2008 zijn alle functies binnen de Stichting beschreven en met behulp van FUWA beoordeeld. FUWA beschrijft wat een medewerker geacht wordt te doen en koppelt hieraan een structurele beloning. Deze beloning wordt op basis van de functiebeschrijving bepaald door een onafhankelijke gecertificeerde FUWA-specialist. Onder beloningsdifferentiatie wordt verstaan het incidenteel of structureel onderscheid maken in beloning tussen medewerkers in dezelfde functie op basis van verschillen in professioneel functioneren. Hiermee bedoelen we niet het taakbeleid. Het taakbeleid gaat over de wijze waarop het werk binnen de Stichting verdeeld wordt (zie hierboven).
6.5 Ziekteverzuim, re-integratie en IPAP De stichting pleit voor een proactief ziekteverzuimbeleid. De insteek van een actief ziekteverzuim- en re-integratiebeleid heeft vooral invloed op bewustwording en de wijze waarop omgegaan wordt met zowel langdurig- als kortdurend ziekteverzuim. Aspecten die in toenemende mate bijdragen aan de bewustwording zijn zaken als kostenreductie en
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
69
kostenbeheersing. Tevens is het vanuit sociaal oogpunt een aandachtsveld dat niet meer is weg te denken binnen het concept van het voeren van een integraal en “maatschappelijk verantwoord” personeelsbeleid. Wetten veranderen continu, de rol van de werkgever verandert, maar ook die van de werknemer. Daarbij is de veranderende maatschappelijke en organisatorische kijk op verzuim van wezenlijke invloed op de wijze waarop omgegaan wordt met verzuim processen. Het bouwen aan een gezonde organisatie betekent ook werken aan gezonde medewerkers; goed werkgeverschap en medewerkers die lekker in hun vel zitten. Aan het geformuleerde langdurig re-integratiebeleid van de stichting ligt een aantal uitgangspunten ten grondslag, die voor zowel de werkgever als de werknemer een heldere kijk geven over de verdeling van de verantwoordelijkheden in een verzuimtraject. De stichting heeft de laatste jaren nauwelijks een daling van de verzuimcijfers en/of de meldingsfrequentie laten zien. Dat zou kunnen impliceren dat medewerkers onvoldoende stimulans ervaren om hun verzuim en het verloop daarvan op enige wijze te beïnvloeden (lees positief te beïnvloeden). Tevens wijst de hogere meldingsfrequentie er zeer waarschijnlijk op, dat de medewerkers geen hoge drempel ervaren wanneer het op ziekmelden aan komt. Weliswaar zijn de meeste meldingen voornamelijk van korte duur, maar dat impliceert vaak ook dat het om “beheersbare” ziektebeelden lijkt te gaan. Het is van belang voor de stichting om actief(er) te sturen op kortdurende ziektegevallen en te achterhalen wat de oorzaak is van de laagdrempeligheid bij het ziekmelden. SSONML heeft een collectieve IPAP verzekering afgesloten bij Loyalis. Door het collectief afsluiten van deze verzekering kan de werkgever zowel curatieve als preventieve subsidies aanvragen ten behoeve van re-integratie van (dreigend) langdurig zieken: De wettelijke regelingen rondom ziekte en arbeidsongeschiktheid zijn de afgelopen jaren flink versoberd. Voor werkgevers zijn de financiële risico’s fors toegenomen. Preventie en een snelle re-integratie zijn nog belangrijker. In de verslagperiode is het ziekteverzuim aan het stijgen. Het is van belang dat het ziekteverzuim onderworpen wordt aan een andere analyse. Daarbij zou het verzuim door zwangerschappen gescheiden moeten worden vermeld. Dat is nu niet het geval. Verder lijkt het er op, dat het ziekteverzuim ook stijgt door de gevolgen van de aangekondigde reorganisatie. De dreiging van de RDDF heeft geen positieve invloed op het ziekteverzuim, evenals de afname van de formatie waardoor achterblijvers meer werkdruk ervaren.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
70
6.6 Personele Kengetallen 6.6.1 Personeelsbezetting (exclusief vervangend personeel) Dir
Oop
Op
Totaal:
0-25
8
4
12
25-35
40
55
95
35-45
1
32
41
74
45-55
8
38
58
104
55-60
5
16
34
55
60-100
3
12
13
28
Totaal:
17
146
205
368
6.6.2 Man/Vrouw verhouding (exclusief vervangend personeel) Man
Vrouw
Totaal:
0-25
2
10
12
25-35
11
84
95
35-45
18
56
74
45-55
39
65
104
55-60
29
26
55
60-100
12
16
28
Totaal
111
257
368
De verhouding man/vrouw bedraagt 30%:70%. Deze verhouding is nagenoeg gelijk aan vorig jaar (29%:71%) en vergelijkbaar met andere onderwijsstichtingen.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
71
6.6.3 Verloop leeftijd StamnummersAantal
20 18
Aantal / Bruto factor
Totaal Wtf
16 14 12 10 8 6 4 2 0
Leeftijd
6.6.4 Ziekteverzuim
2011
TAP %
FUNCTIEGROEP
GESLACHT LEEFTIJDOPBOUW
Totaal TAP: GAP: FTE: ZV1 ZV2 GZD1: ZMF NZ:
TAP
GAP
FTE
ZV1
ZV2
GZD1
ZMF
NZ
Dir
4,09%
17
16,59
15,42
23,36
9,80
70,72
0,90
33,68
Oop
41,83%
174
151,07
116,75
9,69
7,25
16,23
1,94
24,69
Op
54,09%
225
204,18
172,08
5,92
5,29
15,88
1,24
40,72
M
28,37%
118
112,42
102,03
11,34
8,45
26,44
1,41
35,41
V
71,63%
298
259,42
202,22
6,88
5,35
14,47
1,55
33,23
0-25
7,45%
31
21,75
17,84
5,48
5,48
8,70
2,21
16,12
25-35
28,85%
120
105,90
89,35
6,93
5,04
14,55
1,55
25,42
35-45
17,55%
73
66,23
54,26
6,25
4,31
12,48
1,69
35,12
45-55
27,88%
116
103,55
89,04
8,39
6,53
18,87
1,35
39,35
55-60
13,46%
56
55,25
41,22
10,67
7,05
29,47
1,19
44,23
60-100
4,81%
20
19,16
12,54
17,47
17,47
40,73
1,62
37,37
100,00%
416
371,84
304,25
8,23
6,29
17,84
1,51
33,89
totaal aantal personeelsleden Gemiddeld aantal personeelsleden netto werktijdfactor ziekteverzuimpercentage ziekteverzuimpercentage (zonder langdurige ziekte) gemiddelde ziekteduur Ziektemelding frequentie nul verzuim
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
* exclusief BAPO en exclusief vervangend personeel
72
7. Huisvestingsbeleid 7.1 Strategisch beleid In 2011 heeft SSONML in haar strategisch beleidsplan 2012-2016 een aantal strategische doelen (zie hieronder) geformuleerd die het kader vormen voor het huisvestingsbeleid en afgeleide doelen. Het belangrijkste uitgangspunt is dat de onderwijskundige/maatschappelijke opdracht uitgevoerd kan worden. Strategische doelen in het kader van Huisvesting SSONML hanteert een huisvestingsbeleid dat gericht is op toekomstige onderwijsontwikkeling, dat een passend didactisch en pedagogisch klimaat biedt en waarin samenwerking met partnerorganisaties centraal staat. SSONML biedt haar onderwijs en diensten op flexibele wijze en in samenwerking met partners zo thuisnabij mogelijk aan. SSONML organiseert haar facilitaire diensten vanuit het principe “Centraal wat kan, decentraal wat moet”. SSONML ondersteunt het primaire- en bestuurlijke proces door (interne of externe) professionele diensten op de terreinen Financiën & Control, Facilitaire Zaken, PR & Communicatie, Informatisering & Automatisering en Personeel & Organisatie. SSONML biedt haar onderwijs en diensten aan in een geografisch en organisatorisch samenhangende regio.
7.2 Visie op huisvesting SSONML heeft als visie op huisvesting dat het onderwijs verzorgd wordt in passende onderwijsvoorzieningen die passen bij de fasering van onderwijsprogramma dat door de leerlingen gevolgd wordt. De meeste leerlingen volgen voor een groot deel hun gehele onderwijs bij onze stichting. Naast een passend aanbod op “schoolleeftijd” is variatie in schoolsoort bij voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs belangrijk om te kunnen aanbieden. Dit is van groot belang voor het perspectief en motivatie van onze leerlingen en om onze onderwijsdoelen te kunnen behalen. Het idee daarachter is dat onderwijs en onderwijshuisvesting een integraal onderdeel van elkaar zijn. De school is meer dan een onderwijsinstituut; het is een plek waar onze leerlingen zich breed kunnen ontwikkelen. Deze aanpak vindt zijn weerslag in het plannen voor c.q. het ontstaan van bredeschoolvoorzieningen en multifunctionele voorzieningen, waarin de onderwijsfunctie gecombineerd is met sport, welzijn, zorg en/of wonen. In aansluiting op het strategisch doel om efficiënt en effectief de middelen in te zetten, onderzoekt SSONML met nadruk de mogelijkheid om voorzieningen samen met partners te delen waar mogelijk. De ketenpartnerbenadering kan dan hand in hand gaan met kostenbesparingen. Ook is regionale spreiding hierdoor eerder mogelijk.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
73
7.3 Talentencampus Talentencampus Venlo is een samenwerkingsverband van Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg, Stichting Fortior en Spring Kinderopvang. Talentencampus Venlo krijgt een nieuw gebouw, waarin de talenten van de kinderen optimaal tot ontwikkeling kunnen komen. In januari 2012 zijn de SO scholen de Vijverhofschool en ’t Poortje gedeeltelijk samen met twee scholen van Fortior en Spring Kinderopvang naar de Talentencampus verhuisd. De Talentencampus biedt zowel vanuit de onderwijskundige samenwerking en kinderopvang als vanuit de mogelijkheden van het gebouw een voorziening voor Passend Onderwijs “avant la lettre“.
7.4 Expertisecampus Venray De Droom van Venray is een initiatief van: • Stichting Primair Onderwijs Venray, • Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg, • Onderwijsstichting De Wijnberg, • Stichting Speciaal Onderwijs Eindhoven, • Stichting Peuterspeelzalen Venray, • Stichting KinderWereld Venray, • Spring Kinderopvang, • Dichterbij, • Mutsearsstichting. In maart 2011 zijn namens de bestuurders van SSONML, SPOV, Mutsaersstichting en De Wijnberg, aanvragen ingediend voor de realisatie van een bilocale huisvesting. Hierbij was de gedachte om De Droom van Venray op twee bestaande locaties te realiseren: 1. de realisatie van het Centrum Passend Onderwijs op de locatie van de Toverbal én 2. de realisatie van het Expertisecentrum op de locatie van SBO de Focus. De nadere uitwerking van deze twee bouwplannen leverde echter een ontoereikende huisvesting voor de leerlingen van het Speciaal Onderwijs. Bovendien paste het geheel niet bij de onderwijskundige visie van de Droom van Venray. Momenteel worden alternatieve mogelijkheden onderzocht. Door de vertraging is het nodig dat de locatie op de Simon Stevinstraat langer in gebruik blijft. Inmiddels is dit met de gemeente Venlo afgesproken. Deze locatie moet totdat de huisvesting in Venray is gerealiseerd blijven zorgen voor een goede huisvesting
7.5 Nieuwbouw de Velddijk SSONML gaat samen met de Mutsaersstichting en Stichting de Wijnberg nieuwbouw realiseren op het terrein van de Mutsaersstichting. Ten behoeve van leerlingen van de
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
74
Veldlijn die het ontwikkelingsperspectief arbeidstoeleiding hebben onderzoekt SSONML het gebruik van gezamenlijke voorzieningen met Gilde Opleidingen. Uit politiek en ambtelijk overleg blijkt dat SSONML nog steeds kan beschikken over de gereserveerde middelen. Juist de samenhang met partijen lettend op de maatschappelijke opdracht maakt dat er geïnvesteerd kan worden in passende huisvesting. Het bestuurlijk overleg met zowel de Mutsaersstichting als Gilde Opleidingen verloopt positief. Verdere uitwerking van de concrete Programma van Eisen vindt momenteel plaats.
7.6 VSO Vijverhofschool In 2011 is het overleg tussen SSONML, de Gemeente Venlo en Woningbouwvereniging Antares verder geïntensiveerd ten behoeve van Nieuwbouw VSO Vijverhofschool. De locatie de Nieuwe Munt in Tegelen biedt de mogelijkheid voor een op maat gemaakte nieuwbouw in combinatie met omgevingskenmerken om het onderwijs te verzorgen conform de wensen van en behoeften van de gebruikers. De huidige locatie op de Breuken komt hiermee te vervallen. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de randvoorwaarden. De verwachting is dat de vervolgfasen in een vlot tempo kunnen verlopen gelet op het gedegen voorwerk, de al voorbereide locatie en de ervaring vanuit de woningbouwvereniging.
7.7 Nieuwbouw de Maaskei In december 2011 is de Nieuwbouw/verbouw van de Maaskei opgeleverd. Door een combinatie van nieuwbouw en verbouw is het nu mogelijk om voor alle doelgroepen van de Maaskei een passende huisvesting te bieden. Bij de nieuwbouw is veel aandacht besteed aan een passende en herkenbare “volwassen” omgeving voor de VSO leerlingen. De praktijklokalen en ook het “appartement” en de instructieruimte maken het mogelijk om op een professionele wijze invulling te geven aan onderwijs gericht op arbeid en ook zelfstandig wonen en verzorgen. Bij de verbouw is tevens rekening gehouden met huisvesting voor de meervoudig gehandicapte kinderen.
7.8 Integraal huisvestingsplan primair & speciaal onderwijs 2010 - 2013 SSONML is in de periode tot 2013 bezig met de realisatie van een aantal nieuwbouwprojecten: nieuwbouw de Velddijk en nieuwbouw VSO Vijverhofschool. SSONML heeft in 2011 opdracht gegeven voor een Huisvestingsplan afgeleid van het strategisch beleid. Dit plan wordt medio 2012 opgeleverd.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
75
8. ICT Beleid 8.1 Algemeen Er is 2 à 3 jaar geleden een nieuwe en stabiele ICT omgeving gecreëerd. We kunnen ICT nu als nutsvoorziening zien. Ondersteunend aan het primaire proces en de bedrijfsvoering. Op ICT gebied is er in 2011 veel gebeurd. Er zijn belangrijke strategische stappen genomen en de infrastructuur is bij de tijd gehouden. Vanwege personeelswisselingen en ziekte van medewerkers is er veel tijd en energie gestoken om iedereen op goede wijze in functie te positioneren.
8.2 Activiteiten en projecten Handboek ICT en ICT Beleidsplan Er vond een herijking van de geldende afspraken rondom ICT plaats met hulp van een tijdelijke werkgroep. Een herschreven Handboek ICT en ICT Beleidsplan waren het resultaat. Hierin staat ook het vernieuwde onderwijskundig beleid beschreven dat gebaseerd is op de 4-in-balans methode van Kennisnet. Binnen het ICT Coördinatoren overleg is het werken met een actie-, projecten en rollenlijst ingevoerd. Via werkgroepen zijn adviezen naar het DO uitgebracht op het gebied van het ELD/DOD en het digitale portfolio. Het cyclisch werken zal komend jaar ingevoerd worden. Informatiebeveiligingsplan Midden 2011 vond de afronding plaats van het project rondom het Informatiebeveiligingsplan dat ingericht is als kwaliteitssysteem. Het ICT beleid is goedgekeurd door bestuur en directies. En omdat het ICT beleidsplan als volledig dekkend bezien kan worden, is het ook op de portal gezet zodat het personeel de afspraken kan inzien. ICT Beleidsoverleg In januari bleek dat er in de Stuurgroep ICT geen bestuurslid meer zitting had, daarom is deze groep in afgeslankte vorm overgegaan naar een ICT Beleidsoverleg. Van hieruit worden beleidsadviezen voorbereid naar het bestuur en de directeuren. Naast het opstellen van de ICT projectplanning zal het Hoofd ICT vanuit deze groep ook opereren als ICT adviseur naar het bestuur. Hij bereidt niet alleen de beleidsvoorstellen voor, maar bewaakt ook namens het bestuur de geldende beleidsafspraken (ICT Beleid en Handboek ICT). Onderhoud In 2011 zijn bij een aantal locaties de servers vervangen. Deze waren nodig aan vervanging toe. Ook zijn een paar centrale servers geüpgraded, waaronder een inlog-server, de backup-
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
76
server en de hardware van het portal-systeem. Flinke operaties die soepel en voor de gebruikers zo goed als onopgemerkt verlopen zijn. Leerlingvolgsystemen Na de voorbereiding in 2010 is in de 1e helft van 2011 de centralisatie van LVS2000 uitgerold voor 5 scholen. Alle scholen beschikken nu over een LVS met een zeer hoge mate van beschikbaarheid dat van thuis uit benaderbaar is. Over het thuis werken in het LVS is beleid opgesteld. Vanaf mei heeft DataCare de centrale hosting voor LVS2000 gerealiseerd. Wildveld blijft bij Magister als LVS, hetgeen dezelfde strategische voordelen kent. Stuurgroep LVS is overgegaan van een (pro)actief sturende groep naar een ad hoc bevraagbare. Daarnaast is er voor de praktische vragen een werkgroep DataCare opgericht die op aanvraag ad hoc zal overleggen. De LVS-en binnen SSONML kennen nu een hoge mate van borging en dragen sterk bij aan de missie en visie van SSONML. Softwareondersteuning Voor de meeste gebruikers ligt de focus bij ICT op softwareapplicaties. Voor nieuwe software gelden duidelijke afspraken. Software wordt zoveel mogelijk centraal vanaf de servers geïnstalleerd. Vanuit de gedachte anytime-anyplace-anywhere genieten webbased oplossingen de voorkeur en kan men webbased bij de mail, de portal (intranet, bestanden, groepswerk) en het LVS. In 2012 moet ook het office-pakket webbased te gebruiken zijn. Voor werk ‘buiten de deur’ worden mobiele oplossingen (laptop, smartphone, tablet) gebruikt. En voor gebruik thuis kunnen collega’s en leerlingen voor goedkope licenties aankloppen bij SurfSpot. Bezuinigingen Voorbereidend binnen het werkgebied ICT op de komende bezuinigingen binnen Passend Onderwijs is in 2011 een upgrade van het tokensysteem niet door gegaan. In plaats daarvan zijn de tokens juist uit gefaseerd. Ook zijn de afschrijvingstermijnen van de servers verlengd met 1 jaar. Binnen het nieuwe internetcontract met CDS is ook ingezet op kostenbesparing. Verder is de voorbereiding gestart voor de upgrade van het portalsysteem. De hardware is dringend aan vervanging toe. Maar ook moeten we kijken naar Sharepoint2010, wat een uitvoerig upgradetraject zal inhouden en goed voorbereid moet worden op meerdere niveaus. ICT Talentencampus Ook is er veel tijd en energie gestoken in de voorbereidingen van de uitrol van ICT op de Talentencampus. Direct in 2012 gaan de deuren open. Bij de opzet van ICT is gekozen voor een flexibele en modulaire opzet die binnen het hele campusonderwijs ingezet kan worden. De projectplannen zijn opgezet door de ICT Coördinator van Fortior en het Hoofd ICT van SSONML. De praktische fase is in februari gestart door Harm Claus als projectleider ICT te laten fungeren. Hij zal na december ICT Coördinator zijn binnen het campusonderwijs.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
77
8.3 Overige projecten Tot slot hieronder een korte opsomming van de belangrijkste gebeurtenissen die zich binnen de ICT projecten hebben afgespeeld, naast de reeds bovengenoemde onderwerpen: Er is via sponsoring van de Lions Club een 2e Webchair aangeschaft binnen de Stichting met als standplaats de Ambulante Dienst. Een mooi voorbeeld hoe ICT toegepast kan worden binnen speciaal onderwijs. De twee binnen de Stichting aanwezige Webchairs kunnen door alle scholen geleend worden. Midden 2011 is afdeling ICT gestart (en ook bijna afgerond) met de uitrol van Microsoft Office 2010. Wat betreft de Microsoft software gebruiken we binnen de Stichting nu hoofdzakelijk producten uit de 2010-lijn. Voor mail/agenda, office en backup. In de toekomst willen we ook voor de portal naar de 2010-versie overstappen. De internetlijnen zijn binnen een vernieuwd contract met de firma CDS in snelheid verdubbeld. Maar ook zijn de maandelijkse kosten tegelijkertijd behoorlijk gedrukt. Er is een nieuwe fase van uitrol van de digiborden geweest. Ook is een uitgebreid scholingstraject afgerond. De digiborden hebben hiermee een duidelijke plaats gekregen binnen het onderwijskundig ICT concept van de Stichting. In de firma Solid Circle heeft de Stichting een leverancier gevonden die voor de Stichting minimaal kostenneutraal overtollige ICT hardware afvoert. Dit gebeurt op een manier waarbij volledig gecertificeerd digitale gegevens vernietigd worden en eventueel milieucorrect verwerkt.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
78
9. Financieel Beleid 9.1 Algemeen Het nettoresultaat van - € 539.000 in 2011 is bijna drie ton negatiever dan begroot. Het is veel negatiever dan het resultaat van 2010. Indien we echter de dotatie aan de Voorziening Sociaal Plan van 6 ton buiten beschouwing laten, nadert het resultaat van 2011, net als in 2010, de nul. In 2008 is een risicoanalyse gemaakt en de belangrijkste conclusie daarbij was dat het weerstandsvermogen op het gewenste niveau is. In 2009 is door het Ministerie van OCW een nieuw kengetal geïntroduceerd om de rijkdom van een bestuur te bepalen: de kapitalisatiefactor. Eind 2011 is deze factor 51,4%, waar de signaleringsbovengrens van het ministerie 35% is voor een bestuur van de grootte van SSONML. Gezien de grote bezuinigingen, die op SSONML afkomen in het kader van Passend onderwijs, lijkt deze factor niet te hoog. Het bestuur streeft in de toekomst naar een rendement, dat past bij de bedrijfsvoering Om een rendement van ongeveer nihil te bereiken is het monitoren van de tussentijdse resultaten noodzakelijk. Er wordt gewerkt met kwartaalrapportages. Dit systeem is in de loop van de tijd steeds verder verfijnd. Toch blijven er verbeterpunten. In het algemeen kan gesteld worden dat het decentrale beleid zowel financieel als personeel risico’s met zich meebrengt. Alleen als adequate centrale sturing op de decentrale processen wordt gerealiseerd, kan het integraal leiderschap van de directeuren een synergetische werking hebben ten behoeve van de stichting. In 2010 is gebleken dat deze synergie ontbrak. Reden waarom op personeelsgebied eind 2010 de regie naar het centrale niveau is getrokken. In 2011 zijn maatregelen voorbereid om personeel en financiën beter te koppelen en om een meer continue monitoring vanuit het centrale niveau te realiseren. Ook het begroten vooraf aan het kalenderjaar blijft lastig. In een dynamische en groeiende organisatie als deze blijft er een gat zitten tussen begroting en werkelijkheid. Vooral lastig te begroten zijn de inkomsten van LGF-gelden (op basis van maandelijkse t-bekostiging). 9.2 Financiële positie SSONML Om de financiële gezondheid van de stichting te beoordelen worden hieronder de kengetallen liquiditeit, solvabiliteit, rentabiliteit, weerstandsvermogen en kapitalisatiefactor vermeld. Vanuit de Inspectie kijkt men naar het vermogensbeheer i.d. kan de stichting aan haar verplichtingen voldoen in relatie tot continuïteit. Daarnaast wordt gekeken naar het budgetbeheer, dit wordt bekeken i.v.m. de rechtmatigheid en doelmatigheid van de middelen die SSONML ter beschikking krijgt.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
79
Vermogensbeheer Kengetal Berekening
Ondergrens
Solvabiliteit 1
25%
Solvabiliteit 2 Kapitalisatiefactor Weerstandsvermogen Budgetbeheer Liquiditeit Rentabiliteit
E. V. excl. voorzieningen/Balanstotaal E. V. incl. voorzieningen/Balanstotaal Balanstotaal/Totale Baten
Geen*
Boven grens
35%
Eigen vermogen x 100%/ totale baten Current ratio: vlottende activa/vlottende passiva Exploitatieresultaat/Totale baten
2011
2010
48,8%
57,7%
64,6%
68,4%
51,4%
48,0%
25,1%
27,6%
0,5
1,5
1,56
0,88
0%
5%
-2,39%
-0,06%
*Signaleringswaarde voor de kapitalisatiefactor, rekening houdend met de grootte van de instelling 9.2.1 Solvabiliteit De solvabiliteit geeft de verhouding aan tussen eigen en vreemd vermogen en verschaft inzicht in de financieringsopbouw. In welke mate kan de organisatie op lange termijn aan haar verplichtingen voldoen. De solvabiliteit 1 (voor formule zie hierboven) is sterk gedaald, doordat er een bedrag van 6 ton gedoteerd is aan de nieuw gevormde Voorziening Sociaal Plan, waardoor het eigen vermogen met dit bedrag afnam. De solvabiliteit per eind 2011 van 48,8% is echter nog ruim voldoende. 9.2.2 Kapitalisatiefactor Aangezien het Ministerie van OCW de voorstellen van het rapport van de Commissie Don uit 2009 betreffende de financiële structuur van onderwijsinstellingen bijna integraal heeft overgenomen, is de kapitalisatiefactor geïntroduceerd om de financiële situatie van een schoolbestuur te beoordelen. Het ministerie gebruikt in het vervolg dit kengetal ipv het weerstandsvermogen als financiële indicator. De kapitalisatiefactor is de verhouding tussen het totale kapitaal excl. gebouwen en terreinen gedeeld door de totale baten incl. financiële baten. Eind 2011 was deze factor voor SSONML 51,4% (eind 2010: 48,0%). Dit is boven de signaleringsbovengrens van 35%, die het ministerie aanhoudt voor grote schoolbesturen.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
80
Gezien de grote bedreigingen, die in het kader van (de bezuinigingen op) Passend onderwijs op SSONML afkomen en het gegeven, dat een groot deel van het eigen vermogen bestemd is en daarmee niet vrij besteedbaar, is van een te hoge factor geen sprake. 9.2.3 Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is het vermogen om tegenvallers op te vangen zonder dat de continuïteit van de organisatie in gevaar komt. Het weerstandsvermogen kan worden uitgedrukt als de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal van de baten incl. financiële baten. Voor de stichting bedroeg het weerstandsvermogen per eind 2011 25,1%. Eind 2010 was deze 27,6%. 9.2.4 Liquiditeit De liquiditeit geeft aan in hoeverre de organisatie op korte termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Het kengetal wordt berekend aan de hand van de verhouding tussen de vlottende activa (totaal liquide middelen en vorderingen) en de kortlopende schulden. De liquiditeit is in 2011 gestegen van 0,88 naar 1,56. Dit heeft te maken met gewijzigd treasurybeleid. Er is in 2011 voor gekozen om de vrijvallende effecten niet opnieuw te beleggen, maar op een termijn-deposito onder te brengen. In tegenstelling tot de effecten, die onder de vaste activa vallen, vallen de termijndeposto’s onder de vlottende activa.
9.2.5 Rentabiliteit De rentabiliteit geeft aan of er sprake is van een positief dan wel negatief bedrijfsresultaat in relatie tot de totale baten. De omzet van de stichting bedraagt in 2011 € 22,6 miljoen. De rentabiliteit is gedaald van -/- 0,06 in 2010 naar -/- 2,39 in 2011. Een analyse is opgenomen bij de exploitatie. Geconcludeerd kan worden dat de verschillende kengetallen voldoen aan minima zoals bedrijfseconomisch gangbaar zijn. Of de omvang van het weerstandsvermogen en de kapitalisatiefactor voldoende zijn, kan eerst worden beoordeeld nadat er een vernieuwde risicoanalyse heeft plaatsgevonden.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
81
9.3 Analyse werkelijk 2011 met begroting 2011 en werkelijk 2010 9.3.1 Realisatie 2011 t.o.v. de begroting 2011 De begroting 2011 gaf een negatief nettoresultaat van De werkelijkheid 2011 gaf een negatief nettoresultaat Een negatieve afwijking van
€ 265.000,€ 539.000,€ 274.000,-
Deze afwijking wordt veroorzaakt door: Baten: De totale baten (exclusief financiën) zijn € 564.000 hoger dan begroot. Dit komt deels doordat de Rijksbijdragen OCW € 366.000 hoger zijn dan begroot. Er zijn (niet-begrote) CAO-aanpassingen geweest en er is een niet-begrote personele groei geweest. De post Overige Overheidsbijdragen kwam € 66.000 lager uit dan begroot. Dit komt door een lagere inzet op ESF-subsidies: € 88.000 (o.a. Wildveld € 23.000 lager, Maaskei € 40.000 lager). Daarentegen waren de gemeentelijke bijdragen € 22.000 hoger dan begroot, vooral door de niet begrote huurvergoeding van de gemeente Venlo voor de Velddijk: € 15.000. De totale Overige baten zijn per saldo € 263.000 hoger dan begroot. Dit heeft de volgende oorzaken. De vergoeding salariskosten waren € 108.000 hoger, de ouderbijdragen € 10.000 en de restpost overige baten is veel hoger dan begroot: € 263.000. Een specificatie hiervan staat op blz. 108 van het rapport inzake de jaarrekening. Daarentegen is er veel minder dan begroot ontvangen voor detachering personeel: € 86.000, en voor verhuuropbrengsten: € 32.000. Dit houdt verband met de boeking van de interne verhuur binnen SSONML: huur lokaal Vijverhofschool SO aan ’t Poortje. De financiële baten zijn lager dan begroot: € 37.000. De oorzaak is een waardecorrectie van de obligatieportefeuille voor in totaal € 96.000, voornamelijk door de afwaardering van de staatsobligaties van Portugal (€ 124.000). Daardoor zijn de overige financiële baten per saldo ruim lager dan begroot: € 78.000. Dit komt ook door de treasurystrategie, waarbij een deel van de effectenportefeuille is verkocht en de liquide middelen op een termijndeposito zijn gestort. Daardoor zijn de rentebaten van de spaarrekeningen wel veel hoger dan begroot: € 43.000. Lasten: De totale lasten exclusief financieel zijn € 791.000 hoger dan begroot.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
82
Een belangrijke oorzaak hiervan zit hem in de personele lasten. Hier is een budgetoverschrijding van ruim € 615.000. De belangrijkste stijging zit in de niet begrote dotatie aan de voorzieningen. Aan de nieuw gevormde Voorziening Sociaal Plan is € 600.000 gedoteerd. Daarnaast is er veel meer ingezet op inhuur van extern personeel: € 431.000. Op lonen en salarissen is er daarentegen € 395.000 minder besteed. Dit houdt verband met het beleid in 2011 om meer mensen in te huren i.p.v. in dienst te nemen. Niet begrote kosten waren de extra kosten voor de Expertisecampus Venray, die eigenlijk betrekking hadden op 2010: € 82.000, een niet begrote dotatie aan de voorziening Jubilea van € 37.000 en € 33.000 extra aan werving personeel. Daarentegen was er € 200.000 begroot voor mogelijke frictie en innovatie in de scholen, maar dit budget is niet ingezet. De afschrijvingskosten zijn hoger dan begroot: € 20.000. Dit komt vooral door hogere investeringen in ICT, waardoor de afschrijvingskosten € 20.000 hoger uitvielen dan begroot. De totale huisvestingslasten zijn € 59.000 lager dan begroot. De huurkosten zijn lager dan begroot: € 27.000. Dit houdt verband met de interne verhuur binnen SSONML: huur lokaal Vijverhofschool SO aan ’t Poortje. Ook het onderhoud is € 9.000 lager en energie en water € 48.000 lager. Daarentegen is er € 16.000 meer besteed aan de verzamelpost Overige huisvestingslasten en € 9.000 meer aan schoonmaakkosten. De totale overige instellingslasten zijn € 215.000 hoger dan begroot. Daarbij spelen de volgende posten een rol. De kosten voor Overige administratie en beheer zijn €174.000 hoger dan begroot. Vooral de ESF-kosten van het Wildveld zijn aanzienlijk hoger: € 229.000, dit houdt verband met het feit dat veel van deze kosten op andere plaatsen zijn begroot. Hoger waren verder de post Overige leermiddelen: € 73.000, overige inventaris, apparatuur en leermiddelen: € 44.000, reproductiekosten: € 14.000 en telefoon- en portikosten: € 19.000. Lager dan begroot waren de posten Overige instellingslasten: € 47.000 (begrote kosten ESF voor € 45.000 geboekt op Overige administratie en beheer) en representatiekosten: € 29.000. Dit laatste komt door veel lagere kosten op het bestuurskantoor. Verder waren er veel andere kosten, die iets lager waren dan begroot, zoals excursies/werkweek € 5.000 en buitenschoolse activiteiten € 3.000.
9.3.2 Realisatie 2011 t.o.v. de realisatie 2010 De werkelijkheid 2011 gaf een negatief nettoresultaat van De werkelijkheid 2010 gaf een negatief nettoresultaat van
een negatieve afwijking van
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
€ 539.000 € 14.000 ----------------€ 525.000
83
Deze afwijking wordt veroorzaakt door: Baten: De totale baten (exclusief financieel) in 2011 zijn gelijk aan de baten in 2010. De lagere Overige overheidsbijdragen: € 410.000 en lagere Overige baten € 36.000 worden volledig gecompenseerd door de hogere de Rijksbijdragen OCW € 447.000 in vergelijking met 2010. De hogere Rijksbijdragen OCW van € 447.000 hebben de volgende oorzaken. De lumpsum personeel is € 593.000 hoger dan in 2010 door hogere vergoedingen i.v.m. CAOaanpassingen en door een groei van het aantal leerlingen: 28. Daardoor is ook het personeels- en arbeidsmarktbudget gestegen in 2011: € 131.000. Er was daarentegen voor € 237.000 minder groeibekostiging in 2011 en er kwamen minder LGF-gelden binnen: € 32.000. De Overige overheidsbijdragen zijn veel lager (€ 410.000) door lagere ESF-subsidies (totaal € 404.000 minder, o.a. bij de Velddijk en de Vijverhofschool VSO). De Overige baten zijn ruim € 36.000 lager dan in 2010. Dit betreft o.a. een daling van de inkomsten van detacheringen € 21.000, vergoeding salariskosten: € 59.000 en lagere verhuuropbrengsten: € 20.000. Een specificatie van de restpost Overige baten die gestegen is met ruim € 66.000 staat op blz. 108 van het rapport inzake de jaarrekening. De financiële baten zijn € 54.000 hoger dan in 2010. De belangrijkste oorzaak is de hogere rentevergoeding, die € 37.000 hoger dan in 2010, doordat een deel van de effectenportefeuille is verkocht en op de termijndeposito is gestort. Daarnaast zijn ook de opbrengsten van de financiële vaste activa hoger dan in 2010: € 20.000. Dit ondanks de koersdalingen van de effectenportefeuille van € 96.000 en de verkoop van een deel van de portefeuille. In 2010 was deze koersdaling nog hoger: € 104.000. Lasten: De totale lasten zijn in 2011 € 570.000 hoger dan in 2010. Een belangrijke oorzaak hiervan zit hem in de personele lasten: een toename in 2011 van € 883.000. De belangrijkste stijging zit in de dotatie aan de voorzieningen. Aan de nieuw gevormde Voorziening Sociaal Plan is € 600.000 gedoteerd. Verder is er € 422.000 meer uitgegeven dan in 2010 aan uitzendkrachten en flexwerkers, is er € 35.000 meer gedoteerd aan de voorziening jubilea en € 49.000 aan salarissen. De overige personele lasten zijn sterk
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
84
gedaald: € 225.000, voornamelijk door de incidentele stamrechtuitkering uit 2010 van € 321.000 en € 43.000 aan ESF-bestedingen. Daarentegen zijn de ontwikkelingskosten voor de Expertisecampus met 174.000 gestegen. Dit komt omdat een rekening uit 2010 van € 82.500 pas werd verstuurd toen de jaarrekening 2010 al klaar was, waardoor deze nu in 2011 is meegenomen. De afschrijvingskosten zijn in 2011 met € 22.000 gestegen t.o.v. 2010, voornamelijk door investeringen in ICT, waardoor de ICT-afschrijvingen met € 15.000 zijn gestegen. De totale huisvestingslasten zijn in 2011 € 103.000 lager dan in 2010. Dit komt voornamelijk door de lagere kosten op energie en water: € 99.000, onderhoud € 24.000 (diverse scholen hebben minder hierop ingezet) en huur: € 12.000. De lagere kosten voor energie houden verband met grote afrekeningen in 2010 bij de Velddijk en de Vijverhofschool VSO voor gas, hetgeen in 2011 niet speelde. Hogere kosten waren er vooral op schoonmaakkosten : € 25.000. Dit houdt verband met de hogere schoonmaakkosten in de Maaskei door de bouw/verbouwing. De totale overige lasten zijn € 232.000 lager dan in 2010. Dit heeft de volgende oorzaken. De verzamelpost Overige instellingslasten is met € 76.000 gedaald in 2011. Dit heeft betrekking op ESF-kosten, die in 2010 op deze post zijn geboekt en in 2011 op de post Overige administratiekosten. Ook op veel andere posten zijn de kosten afgenomen t.o.v. 2010. De belangrijkste posten zijn leermiddelen: € 55.000, representatiekosten € 29.000, administratie en beheer: € 11.000, inventaris € 11.000 en apparatuur: € 19.000. De financiële lasten zijn € 10.000 hoger dan het jaar ervoor. Dit wordt met name verklaard door een hogere fee aan ING.
9.3.3 Begroting 2012 Hieronder staat de geconsolideerde en verdichte begroting voor 2012. Het begrote resultaat van 2012 is beduidend positiever dan het begrote resultaat van 2011. Doelstelling van de stichting is zo veel mogelijk vooruitlopen op de komende ontwikkelingen, hetgeen betekent dat er reeds in 2012 zo scherp mogelijk begroot wordt.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
85
1
Jaarbegroting Staat van Baten en Lasten
Baten
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Werkelijk 2010 20.098.514 57.807 0 0 2.181.829
20.218.680 275.300 0 0 1.280.553
21.027.874 501.550 0 0 1.046.405
Totaal baten
22.338.150
21.774.533
22.575.829
Werkelijk 2010
Begroot 2011
Begroot 2012
Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten
19.243.877 301.858 1.110.531 1.884.659
19.511.777 304.325 1.066.660 1.437.040
19.307.080 312.878 965.551 1.950.292
Totaal lasten
22.540.925
22.319.802
22.535.801
-202.775
-545.269
40.028
Saldo baten en lasten
Werkelijk 2010
5
Begroot 2012
Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en -subsidies Les- en examengelden Baten in opdracht van derden Overige baten
Lasten
4.1 4.2 4.3 4.4
Begroot 2011
Begroot 2011
Begroot 2012
Financiële baten en lasten
188.825
280.630
175.466
Resultaat
-13.950
-264.639
215.494
6
Belastingen
0
0
0
7
Resultaat deelnemingen
0
0
0
Resultaat na belastingen
-13.950
-264.639
215.494
8
Aandeel derden in resultaat
0
0
0
9
Buitengewoon resultaat
0
0
0
-13.950
-264.639
215.494
Totaal resultaat
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
86
9.3.4 Bestemmingsreserves Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg heeft een risico-analyse uitgevoerd. Deze analyse is uitgevoerd in lijn met de bevindingen van de Commissie Don. Op basis van deze analyse zijn bestemmingsreserves gealloceerd om deze risico’s op te vangen. Reserve BAPO Door gewijzigde wet- en regelgeving is het niet meer toegestaan een Voorziening voor uitgestelde BAPO op te nemen op de balans. Het bedrag dat hierdoor vrijkomt moet worden toegevoegd aan de reserves. De toekomstige verplichtingen inzake uitgestelde BAPO zijn door de nieuwe regelgeving niet gewijzigd. Daarom heeft SSONML ervoor gekozen de voorziening over te laten gaan in een bestemmingsreserve BAPO. Het gaat eind 2011 om een bedrag van € 1.132.835,- . Reserve Huisvesting De Reserve Huisvesting is in het leven geroepen om de risico’s op te vangen die voortvloeien uit de bouwprojecten. De reserve wordt gesteld op 2% van het bouwproject. Het gaat om de volgende budgetten: Nieuwbouw Velddijk: € 9.800.000,Verbouwing Maaskei: € 700.000,Verbouwing Vijverhofschool (I.H.P.): € 900.000,Totaal: € 11.400.000,Voor deze bedragen heeft SSONML het bouwmeesterschap geaccepteerd. De Reserve Huisvesting dient dus 2% x € 11.400.000 = € 228.000,- te bedragen. Daarnaast is SSONML betrokken bij het project “Droom van Venray”. Ook voor dit project, met een begroting van € 1 miljoen, zal SSONML het bouwmeesterschap aanvaarden. Indien dit project doorgang vindt, zal de reserve € 20.000,- hoger uitvallen. De reserve komt dan uit op € 248.000,-. Reserve Personele Frictie De Reserve Personele Frictie is in het leven geroepen om de gevolgen van Personele Frictie die (onder andere) een gevolg zijn om te kiezen voor een werkgelegenheidsbeleid (Sociaal Statuut) in plaats van een ontslagbeleid (RDDF). In 2010 hebben zich een aantal fricties voorgedaan die ten laste van deze reserves zijn gebracht. Eind 2011 is de Voorziening Sociaal Plan gevormd, waarmee de noodzaak van deze bestemmingsreserve vervalt. Deze vervalt daarom per ultimo 2011.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
87
Reserve Bekostigingsrisico Het Ministerie van OC&W heeft alle besturen van primair onderwijsinstellingen een brief gestuurd waarin de gevolgen van de voorgenomen bezuinigingen op Passend Onderwijs worden doorgerekend. SSONML wordt per 1 augustus 2013 gekort op de bekostiging. Doordat SSONML een werkgelegenheidsbeleid hanteert, heeft de Stichting minder reactiesnelheid. Er dient rekening mee gehouden te worden dat personeel gedurende een geheel jaar in dienst gehouden moet worden. Op grond daarvan is per eind 2010 de bestemmingsreserve vastgesteld op € 2.700.000 Reserve Passend Onderwijs De Reserve Passend Onderwijs is in het leven geroepen toen de eerste signalen opkwamen dat er binnen Passend Onderwijs mogelijk op Ambulante Begeleiding bezuinigd zou worden. Eind 2011 is de Voorziening Sociaal Plan gevormd, waarmee de noodzaak van deze bestemmingsreserve vervalt. Deze vervalt daarom per ultimo 2011. Reserve expertiseontwikkeling De reserve expertiseontwikkeling is in het leven geroepen om expertiseontwikkelingsprojecten te kunnen financieren. Hierbij kan worden gedacht aan projecten uitgevoerd door het IDT voor het vergroten van de deskundigheid bij het omgaan met zorgleerlingen, het versterken van het samenwerkingsverband en dergelijke. Hiervoor heeft SSONML een bedrag van € 600.000,- gereserveerd. Van deze reserve is in 2010 een bedrag van € 56.000 ten laste gegaan, waardoor deze reserve een saldo heeft van € 544.000,-. In 2011 hebben zich geen mutaties voorgedaan in deze reserve. Reserve innovatie SSONML heeft € 400.000 gereserveerd voor onderwijskundige innovaties. Dit bedrag wordt onder andere ingezet om de Stichting voor te bereiden op haar nieuwe maatschappelijke opdracht vanuit de wetgeving. Te denken valt aan projecten op het gebied van de drie uitstroomprofielen, arbeidstoeleiding en dergelijke. Voor dit doel is een bedrag van € 400.000,- gereserveerd. In 2010 is een bedrag van € 56.000,- in innovatie geïnvesteerd. Hierdoor bedraagt de reserve per 1 januari 2011 € 344.000,-. In 2011 hebben zich geen mutaties voorgedaan in deze reserve.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
88
Reserve Apparatuur en Inventaris Vanuit de ESF zijn in het verleden een aantal (verplichte) eenmalige investeringen uitgevoerd in inventaris. Deze investeringen mochten volgens de ESF regels niet geactiveerd worden. Daarnaast zijn er in het verleden een aantal investeringen uitgevoerd zonder dat deze geactiveerd zijn. Zowel het huidige als ook het toekomstige onderwijsprogramma, gelet op onze uitstroomprofielen, maakt dat inventaris en apparatuur een belangrijk onderdeel zijn. Daarom is in het verleden een bedrag van € 300.000 gealloceerd voor het opvangen van de risico’s met betrekking tot deze activa. In 2011 hebben zich geen mutaties voorgedaan in deze reserve. Reserve Exploitatierisico’s Deze reserve kan worden gezien als de Algemene Reserve. 9.4 Treasurymanagement 9.4.1 Uitgangspunten Beleggingen dienen plaats te vinden binnen de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, t.w. de Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010. In de regeling wordt verstaan onder: beleggen en belenen: het uitzetten van middelen die tijdelijk niet worden aangewend ten behoeve van de uitoefening van de wettelijke taak; risicomijdend beleggen en belenen: het behoud van de hoofdsom dient gegarandeerd te zijn door een financiële instelling. risicomijdend beleggingen: directe beleggingen in aandelen of daarvan afgeleide producten zijn niet toegestaan, tenzij de belegging over een hoofdsomgarantie van een financiële instelling beschikt. 9.4.2 Treasurystatuut In 2010 is een begin gemaakt met het Treasurystatuut, dat begin 2011 is vastgesteld. Hierin wordt het bestaande Treasurybeleid voortgezet en uitgebreid met een aantal bepalingen omtrent de AO/IC. Daarnaast is opgenomen het beleid inzake alle liquide middelen inclusief beleggingen. De treasurydoelen zijn: - het garanderen van liquiditeit en - het maximaliseren van het rendement op tijdelijk overtollige liquide middelen binnen de voornoemde kaders Het beleggingsdoel is: Toekomstige bestedingsdoeleinden.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
89
Er wordt niet belegd met geleend geld. De beleggingsportefeuille is opgebouwd uit directe obligaties. De beleggingshorizon: minimaal 4 tot 8 jaar De beleggingen vinden plaats conform het beleggingsprofiel Beperkt Risico (zeer defensief). Binnen dit profiel bedraagt de normweging voor aandelen 10%, voor vastrentende waarden luidt de norm 90%. SSONML streeft naar een beleggingsportefeuille met een zeer beperkt risico. De portefeuille bestaat voornamelijk uit vastrentende waarden en leent zich bij uitstek om een regelmatige inkomensstroom te genereren. Dit beleggingsprofiel vereist een minimale beleggingshorizon van 2 tot 5 jaar. 9.4.3 Treasuryplan 2011 Door de tegenvallende resultaten van het gevoerde treasurybeleid en de onzekere waarde van sommige obligaties is in 2011 besloten om de obligatieportefeuille anders samen te stellen. In 2011 is het vrijgekomen geld door aflopende obligaties of door verkoop van obligaties niet meer herbelegd, maar in een termijndeposito gestort. De hoogte van de rekening courant wordt zoveel mogelijk afgestemd met de verplichtingen. Alle overbodige liquide middelen zijn ook de termijndeposito gestort.
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
90
Overzicht: Omschrijving
Koerswaarde Koerswaarde 31-12-2011 31-12-20
Balans Waarde 31-12-2010
Rating
Looptijd
Rente
Jaar van aanschaf
Allianz Finance II 4 % 06
DE 159.930,00
154.942,50
158.489,00
AA
23-11-2016 4,000%
Austria 4,65 % 03
AT 449.040,00
440.600,00
432.784,00
AAA
15-1-2018 4,650%
Barclays Bank 5,25 % 09
GB 311.640,00
320.655,00
300.000,00
A+
27-5-2014 5,250%
Barclays Bank 4 % 10
GB 173.530,00
174.667,50
175.000,00
A+
20-1-2017 4,000%
Belgium (OLO49) 4 % 07
BE 411.000,00
409.320,00
411.000,00
Aa3
28-3-2017 4,000%
Bk Ireland 4 % 10
IE
119.790,00
118.560,00
119.790,00
BBB+
28-1-2015 4,000%
2010
BK Nederl. Gemeenten 3,875 % 09
EU 187.618,00
181.562,50
185.483,00
AAA
4-11-2019 3,875%
2010
Dexia Mun Agency 3,50 % 09
FR 290.100,00
301.635,00
300.000,00
AAA
16-9-2016 3,500%
2010
Finland 3,875 % 06
EU 139.475,00
134.737,50
137.009,00
AAA
15-9-2017 3,875%
2010
Finland 4,375 %
FI
259.718,00
247.027,50
253.899,00
AAA
4-7-2019 4,375%
2010
Flemish Community 3,875 % 09
EU 102.280,00
104.375,00
102.280,00
AA
20-7-2016 3,875%
2010
Fortis Bank 5,757 %
BE 141.840,00
161.122,50
150.000,00
A
4-10-2017 5,757%
HBOS 4,875 %
GB 129.990,00
142.642,50
150.000,00
BB+
20-3-2105 4,875%
ING Bank 3,375 % 10
NL 182.420,00
175.980,00
178.465,00
AAA
23-3-2017 3,375%
ING Bank 5,25 % 02
NL 75.750,00
77.550,00
75.750,00
A-
4-1-2013 5,250%
ING Bank 5,5 % 01
NL 44.996,00
50.376,00
45.000,00
A-
4-1-2012 5,500%
Netherlands 4 % 08
NL 170.385,00
161.850,00
165.296,00
Aaa
15-7-2018 4,000%
2010
NL WaterschapsBk 3,875% 05
NL 162.495,00
154.125,00
159.626,00
AAA
17-2-2020 3,875%
2010
Nordea Bank 3,75 % 10
SE 152.955,00
151.470,00
152.955,00
AA-
24-2-2017
2010
Portugal 4,45 % 08
PT 228.240,00
351.800,00
228.240,00
BBB-
15-6-2018 4,450%
Rabobank Ned. 4,75 % 08
NL 242.550,00
239.400,00
242.550,00
AA
15-10-2018 4,750%
Bestuursverslag 2011 Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden-Limburg
3,75%
2010
2010
2010
2010
91