postbus 150
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
5700 AD HELMOND tel. 0492-525246 fax 0492-546591 e-mail
[email protected] bankrelatie: 68.65.97.273 KvK 17147263
BESTUURSVERSLAG 2011 Het bestuursverslag en de financiële jaarrekening 2011 vormen samen het Jaarverslag 2011 van de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant.
1.
Algemene informatie
Inleiding Onderliggend bestuursverslag zal na definitieve vaststelling op de website www.janvanbrabantcollege.nl voor alle geïnteresseerde partijen in te zien zijn. De verantwoording van het bestuur vindt u terug in het bestuursverslag als onderdeel van het Jaarverslag en de financiële jaarrekening waarin het bestuur verslag doet van het voorgenomen en uitgevoerde beleid en de behaalde resultaten. De functie, vorm en inhoud van het jaarverslag zijn conform de landelijke criteria. Het jaarverslag is een instrument ten behoeve van de horizontale verantwoording. Voor u ligt nu het onderdeel bestuursverslag 2011, paragraaf van het Jaarverslag en de financiële jaarrekening 2011, waarin de inzet in het jaar 2011 wordt gepresenteerd. Het bestuur van de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant vindt het van groot belang dat er een goede communicatie is met eenieder die met het Jan van Brabant College verbonden is. Een goede relatie met onze stakeholders, in het bijzonder personeelsleden, leerlingen, ouders , gemeente, zakelijke relaties en de directe omgeving, is van belang voor de dialoog. We kijken als Jan van Brabant College terug op een jaar 2011 waarin we op o.a. onderwijskundig terrein enkele verbeterslagen te gaan hadden. De afdeling VWO dient in 2012 de resultaten naar een voldoende niveau gebracht te hebben. Een verbeterplan met een strakke planning en extra inzet vormen hiervoor de basis. De financiën zijn in deze periode van crisis, bezuinigingen, ombuigingen en eisen m.b.t. resultaten en opbrengsten op orde. Met betrekking tot onze bestaande gebouwen zijn er mooie renovaties doorgevoerd die passen bij de actuele onderwijskundige ontwikkelingen. De uitbreiding van de vestiging Molenstraat met het gebouw ‘L’ Étage’ en een vernieuwde fietsenstalling zijn in een afrondende fase. De tegenvallende instroom op de vmbo afdeling in De Groene Campus, het Inspectierapport 2010 en een aantal organisatieproblemen hebben er toe geleid dat beide besturen, OMO Scholengroep Helmond en het Jan van Brabant College, besloten hebben dat zij per 1 augustus 2013 geen nieuwe leerlingen meer laten inschrijven op de vmbo afdeling van De Groene Campus. De Inspectie van het Onderwijs heeft hiervan kennis genomen en zal de procedure, in relatie tot hun bevindingen, eind 2012 gaan afronden. Wilt u meer weten over de opbrengsten c.q. onderwijsprestaties en wat de Inspectie van het Onderwijs van het Jan van Brabant College vindt, zie dan de opbrengsten en inspectieverslagen op www.onderwijsinspectie.nl met de volgende brinnummers: 00NE Jan van Brabant College vestiging Deltaweg en 14 LF Jan van Brabant College vestiging Molenstraat en de Vensters voor Verantwoording van de VO-raad.
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 2
Missie, kernactiviteiten en burgerschap Als bevoegd gezag zijn wij verantwoordelijk voor het openbaar voortgezet onderwijs in de gemeente Helmond en de directe regio. Wij stellen ons ten doel het openbaar onderwijs te bevorderen voor een zo breed mogelijke doelgroep, daarbij strevend naar kwaliteit. Als het gaat over interne en externe kwaliteitszorg, dan participeert het Jan van Brabant College in een auditproject binnen het Onafhankelijk Regionaal Interscholair Onderwijs Netwerk, ORION en is het Jan van Brabant College ‘in te zien’ op de Vensters voor Verantwoording waarin de horizontale verantwoording via de digitale weg ontsloten wordt. Het Europees Platform is de instantie die de audits en de visitaties verzorgt bij de TTO afdeling van het Jan van Brabant College. Het Jan van Brabant College gaat zorgvuldig om met klachten van leerlingen, ouders en personeelsleden en heeft daarvoor o.a. drie vertrouwenspersonen aangesteld. Daarnaast is het Jan van Brabant College aangesloten bij de Landelijke Klachten Commissie voor het Openbaar Onderwijs. De LKC is te bereiken bij Onderwijsgeschillen in Utrecht, www.onderwijsgeschillen.nl . Het Jan van Brabant College staat voor kwalitatief goed onderwijs op openbare grondslag met respect voor algemeen geaccepteerde waarden en normen in een veilig en pedagogisch verantwoord klimaat. Met leerlinggericht onderwijs en leerlinggerichte begeleiding krijgen leerlingen kansen een diploma te halen dat past bij hun mogelijkheden en waarmee ze goed toegerust zijn voor het vervolgonderwijs. De Educatieve Agenda In de Educatieve Agenda van de gemeente Helmond zijn veel actiepunten geformuleerd, waarin het Voortgezet Onderwijs volgens de gemeente een duidelijke rol zou kunnen gaan spelen. Zowel het jeugdbeleid, het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd, schoolmaatschappelijk werk, Centra voor Jeugd en Gezin als Passend onderwijs zijn enkele van deze punten. Het Jan van Brabant College is actief in het platform sociale cohesie. Dit platform beoogt de integratiegedachte te bevorderen en preventief aan integratie gerelateerde problemen te voorkomen. In dit platform hebben naast de gemeente o.a. het onderwijs, politie, maatschappelijk werk en de besturen van moskeeën zitting. Het Jan van Brabant College neemt de maatschappelijke verantwoordelijkheid, die door de omgeving aan het Jan van Brabant gevraagd wordt. Niet voor niets staan burgerschap en sociale integratie hoog in het vaandel van het Jan van Brabant College.
Bestuursverslag 2011
2
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 3
De scholen Onder de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant ressorteren twee zelfstandige scholen die samen het Jan van Brabant College vormen met in totaal 1846 leerlingen. Het Jan van Brabant College vestiging Molenstraat is een scholengemeenschap voor mavo/vmbo-t, havo, vwo en tweetalig vwo (en havo per 1 augustus 2012) met op 1 oktober 2011 1258 leerlingen. Van deze 1258 leerlingen zijn er 9 op de nevenvestiging vmbo-t De Groene Campus ingeschreven en 16 gedetacheerd (VAVO Volwassen Avond Voortgezet Onderwijs) bij ROC Ter AA. Het Jan van Brabant College vestiging Deltaweg is een categoriale mavo/vmbo-t, lwoo (leerweg ondersteunend onderwijs), eoa (eerste opvang anderstaligen) en het is een regiowijkschool met 588 leerlingen op de genoemde teldatum, met daarnaast de nevenvestiging De Cajuit met ca. 88 deelnemers (Eerste Opvang Anderstaligen Internationale Schakelklas). De aanmeldingen in 2012 vragen extra aandacht: 131 aanmeldingen (inclusief De Cajuit) minder dan in 2011. Het bevoegd gezag van het Jan van Brabant College is de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant. De eindverantwoordelijkheid van het Jan van Brabant College ligt bij de voorzitter college van bestuur de heer L. van Genugten. De leiding van de afzonderlijke scholen is in handen van twee vestigingsdirecteuren mw. C. Pepping en de heer C. Kuijpers, ondersteund door zeven afdelingsleiders (middenmanagement). Deze organisatiestructuur is conform het verzelfstandigingsproces en aanpassing van de bestuursfilosofie. Belangrijkste elementen van het gevoerde beleid De andere inrichting van de bestuurlijke samenwerkingsovereenkomst met Helicon Opleidingen en OMO Scholengroep Helmond ten aanzien van De Groene Campus aan de Suytkade, i.v.m. het stopzetten van de vmbo afdeling per 1 augustus 2013, vraagt voor de toekomst veel aandacht. Aandacht gaat ook uit naar de accentuering van mavo/vmbo-t en de eerste Opvang Anderstaligen (EOA De Cajuit). Op 1 augustus 2011 waren er twee eerste klassen, een tweede, een derde klas, en een vierde klas tweetalig VWO aan de vestiging Molenstraat van het Jan van Brabant College. Op 1 augustus 2012 start de eerste havo klas tweetalig onderwijs (TTO). In totaal zijn er op TTO al ruim 120 leerlingen ingeschreven. Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) en de sociale media spelen bij bijna alle onderwijsontwikkelingen een onmisbare, onderwijsondersteunende rol. Een Elektronische Leeromgeving en een goed functionerende website en webportal zijn en blijven hierbij onmisbaar. In 2011 is een Europese aanbesteding schoonmaak afgerond waarbij ICS uit Eindhoven de schoonmaak voor het Jan van Brabant College de komende jaren, hopelijk naar beider tevredenheid, gaat verzorgen. In mei 2009 is gestart met de Europese aanbesteding schoolboeken externe boekenfondsen. Acht ORION scholen zijn het traject ingegaan, na enkele gerechtelijke procedures is het contract uiteindelijk definitief gegund aan Iddink VO. Iddink VO heeft de levering van de gratis schoolboeken per 1 augustus 2011 in gang gezet. Daarbij dient vooral bewaakt te worden dat de uitgaven de inkomsten niet gaan overstijgen. Er is een bedrag van € 321,- per leerling beschikbaar, waaruit het contract met Iddink betaald dient te worden, alsmede de eigen Bestuursverslag 2011
3
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 4
administratieve inzet, de niet te verhalen schade, het zelf te ontwerpen materiaal, de experimenten binnen de digitale content, etc. Sturing vanuit de beide vestigingen in samenspraak met de vaksecties is van het grootste belang.
De ontwikkelingen binnen Passend Onderwijs Het SWV VO/SVO Helmond regio staat voor een belangrijk beslismoment om de organisatie in te richten die uitvoering kan geven aan de Wet op Passend Onderwijs (1 augustus 2012). Op gemeentelijk niveau, maar ook in de regio, dient er een goede afstemming te komen en dienen vooral ook goede afspraken gemaakt te worden om verantwoord invulling te kunnen gaan geven aan de opdracht van passend Onderwijs. In afstemming met de WSNS (Weer Samen naar School Verbanden) van het primair onderwijs worden in Helmond en regio afspraken gemaakt om Helmond-breed een efficiënte onderwijs-ondersteunende overkoepeling te realiseren voor het speciaal en voortgezet onderwijs, met als doel kinderen binnen realistische afstanden passende zorg binnen het onderwijs te kunnen bieden. Onder de paraplu van het SWV VO/SVO Helmond e.o. en het SWV VO/SVO Eindhoven e.o. en de gemeentes Eindhoven en Helmond zijn afspraken met betrekking tot het terugdringen van voortijdig schoolverlaten vastgelegd in een convenant. De ROC’s van beide steden maken deel uit van genoemde samenwerkingsverbanden. De vestiging Deltaweg wil, naast zijn specifieke onderwijskundige concept, vooruitlopend op de veranderingen m.b.t. Passend Onderwijs een breed onderwijsondersteunend schoolprofiel gaan maken gebaseerd op hun ervaringen met leerlingen met de leerlinggebonden financiering (lgf/rugzakje) en leerweg ondersteunend onderwijs( lwoo). De focus van beide vestigingen blijft gericht op én aandacht voor leerlingen in het kader van Passend Onderwijs, met nu nog leerling-gebonden financiering (lgf/rugzakje), én het goed neerzetten van een interne rebound- voorziening voor risicoleerlingen. In Helmond is onder de paraplu van het SWV VO/SVO een externe rebound voorziening ingericht, Plusvoorziening, voor leerlingen die (tijdelijk) niet in het reguliere onderwijs te handhaven zijn. Interessant is te zien hoe de ontwikkelingen gekoppeld aan de in te voeren wet Passend Onderwijs (waarbij de lgf-financiering rechtstreeks naar het samenwerkingsverband gaat) zich verhouden met de dagelijkse intensieve zorgpraktijken van de afzonderlijke scholen en hun onderwijsondersteunings (zorg)profielen. Interne overlegstructuren en samenwerking/overleg met andere besturen.
Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad bestaande uit 9 personen (huidige praktijk), verdeeld over de beide vestigingen. Twee Medezeggenschapsraden, voor de afzonderlijke vestigingen elk een, met een verschillend aantal leden gekozen na twee/driejaarlijkse verkiezingen. Platform ORION (Onafhankelijk Interscolair Onderwijs Netwerk), gezamenlijke website www.orionscholen.nl Samenwerkingsverband Zorg VO/SVO Helmond regio. (SWV VO/SV) Samenwerkingsplatform van het Jan van Brabant College, Helicon Opleidingen en OMO Scholengroep Helmond en het bedrijfsleven in De Groene Campus (www.degroenecampus.nl ) Overleg structuur Stedelijk Overleg Voortgezet Onderwijs (SOVOH) van OMO SG Helmond, Jan van Brabant College en Praktijkschool Helmond.
Bestuursverslag 2011
4
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
2.
blad 5
Stichting Overleg Helmondse Schoolbesturen (OHS), een overlegorgaan van het Helmondse basisonderwijs, speciaal (voortgezet) onderwijs en het voortgezet onderwijs, www.ohs-helmond.nl
Raad van Toezicht
De instandhouding van de openbare scholen voor voortgezet onderwijs is in Helmond met ingang van 1 augustus 2002 opgedragen aan de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant. De Stichting heeft haar zetel in de gemeente Helmond. De Stichting heeft als doel het geven van openbaar onderwijs aan de scholen die onder haar gezag (zullen) vallen, met inachtneming van artikel 42 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs. De Stichting is opgericht voor onbepaalde tijd. De Stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nr. 17147263. Sinds 1 augustus 2002 is er geen rechtstreekse relatie meer met de gemeente. Schoolbesturen zijn eindverantwoordelijk voor alles wat zich in de school afspeelt, vooral voor de kwaliteit van het geboden onderwijs en de resultaten daarvan. Daarbij staat de vraag centraal welke bestuurlijke schaal en welke mate van autonomie de beste garanties bieden op goed onderwijs, tevreden docenten, tevreden ouders en leerlingen, een gevarieerd onderwijsaanbod en de meest effectieve en efficiënte besteding van middelen. Anderzijds worden aan schoolbesturen in toenemende mate ook andere eisen gesteld, bijvoorbeeld ten aanzien van transparantie van bestuur en de zogenaamde meervoudige publieke verantwoording en maatschappelijk gewenste rol. Het bestuur van de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant heeft per 1 augustus 2011 het toen vigerende bestuursmodel omgezet in een model Raad van Toezicht en College van Bestuur, dit in verband met de wet “goed onderwijs, goed bestuur”, die in werking is getreden op 1 augustus 2010. Deze wet verplicht de besturen om een scheiding aan te brengen tussen bestuur en toezicht.
Na verkregen goedkeuring van de gemeenteraad van Helmond en de GMR is per 1 januari 2011 een Raad van Toezicht (RVT)/College van Bestuur (CvB)-model ingevoerd. De zittende bestuursleden zijn door de gemeenteraad van Helmond per 1 januari 2011 tot leden van de RvT benoemd. De GMR heeft hiervoor instemming verleend. De Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant kent per 1 januari 2011 een RvT en een CvB. De RvT bestaat uit minimaal drie en maximaal zeven leden, doch altijd een oneven aantal. De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd door de gemeenteraad van Helmond en wel als volgt: * maximaal drie leden worden benoemd op bindende voordracht van de oudergeleding van de GMR; * de gehele GMR wordt in de gelegenheid gesteld tot het doen van een bindende voordracht van een lid; * maximaal drie leden worden benoemd op bindende voordracht van de RvT. De leden van het CvB worden benoemd door de RvT. Het CvB bestaat uit maximaal drie leden. De RvT stelt het aantal leden vast. De RvT heeft in de voorbereiding naar het nieuwe bestuursmodel het aantal leden van het CvB bepaald op één lid. De keuze voor een eenhoofdig CvB is mede ingegeven door de omvang van het Jan van Brabant College. Het CvB en de beide vestigingsdirecteuren vormen samen het directieteam.
Bestuursverslag 2011
5
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 6
Taken van de Raad van Toezicht
Goedkeuring van het strategisch beleidsplan Jan van Brabant College, de begroting en het rapport betreffende het jaarverslag van de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant dat bestaat uit de financiële jaarrekening en het bestuursverslag. Toezien op de naleving van “goed onderwijs, goed bestuur” De RvT legt in het jaarverslag van de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant verantwoording af van zijn toezichtstaak De RvT is de formele werkgever van het CvB.
Binnen de voor de stichting geldende statuten en reglementen vormt het CvB het bevoegd gezag van de stichting, zoals bedoeld in de onderwijswetgeving. De bevoegdheden, het handelen en de verantwoordelijkheden van het CvB zijn in overeenstemming met deze wet- en regelgeving.
Raad van Toezicht
College van Bestuur
GMR
Bestuurs- en beleidsondersteuning
Vestigingsdirecteuren
MR
Middenmanagement
Bestuursverslag 2011
6
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 7
Blauw = de sturingskolom Groen = medezeggenschap Rood = bestuurs- en beleidsondersteuning Overlegorganen en –platforms (bijvoorbeeld het directieteam) zijn niet in dit organogram opgenomen. Dit zijn namelijk communicatielagen en deze staan los van de regeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De verhouding tussen RvT en CvB wordt geregeld in de statuten. De verhouding tussen CvB en vestigingsdirecteuren evenals (op hoofdlijnen) tussen de vestigingsdirecteuren en het middenmanagement worden geregeld in het managementstatuut. De medezeggenschap is geregeld in de desbetreffende medezeggenschapsreglementen.
Bestuursverslag 2011
7
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 8
De huidige RvT telt zeven leden (een vacature). Zij houdt toezicht op de bestuurder, toetst belangrijke beleidsbeslissingen, moet goedkeuring verlenen aan begroting en jaarrekening en vraagt achteraf om rekening en verantwoording. De samenstelling getuigt van onafhankelijkheid en deskundigheid. De raad van toezicht kent een rooster van aftreden. Om de taken optimaal uit te oefenen heeft de RvT een aparte auditcommissie ingesteld die zich richt op belangrijke kwaliteitsindicatoren zoals financiën, onderwijs (kwaliteit, resultaten en opbrengsten), personeel en organisatie. Ook kent de RvT een uit twee personen bestaande renumeratiecommissie die de werkgeversrol in relatie tot het CvB invullen en de zelfevaluatie organiseert. De Raad van Toezicht heeft in 2011 vijfmaal vergaderd. De auditcommissie is acht keer bij elkaar gekomen en de renumeratiecommissie heeft twee bijeenkomsten belegd. In de vergaderingen en bijeenkomsten is invulling gegeven aan bovengenoemde taken en taken vermeld in de statuten. Extra aandacht krijgt de relatie met de stakeholders. Voor 2012-2013 worden hiervoor contactmomenten uitgewerkt. Concluderend kan gesteld worden dat het nieuwe bestuursmodel voldoet aan een concrete behoefte die binnen de nieuwe wettelijke kaders voorziet in een moderne wijze van aansturing van een complexe schoolorganisatie als het Jan van Brabant College.
Bestuursverslag 2011
8
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
3.
blad 9
Financiële situatie op balansdatum
Analyse begroot-werkelijk verslagjaar 2011 Het begrote exploitatie-resultaat voor het verslagjaar 2011 was € 97.000,- negatief. Het werkelijke resultaat over deze periode bedraagt + € 111.539,Door extra (doel)subsidies, onverwachte afrekening hogere subsidie en overige opbrengsten waren er meer baten; in de begroting was rekening gehouden met extra financiële lasten met betrekking tot huisvesting, hulp- en leermiddelen en overige instellingslasten, zoals extra onderhoud en de ict inhaalslag van beide vestigingen. Opgemerkt dient te worden dat het Jan van Brabant College ondermeer onderwijs verzorgt in twee monumentale panden uit respectievelijk 1867 en 1902. Qua onderhoud zijn deze gebouwen onevenredig duur, hetgeen niet overeenkomt met inkomsten aan de materiële kant. De inkomsten aan de materiële kant dalen bij een afname van het leerlingenaantal. Echter, de verplichtingen qua gebouwen, onderhoud, energie, schoonmaak zijn vaak gebaseerd op lange termijn contracten. Het resultaat is uiteindelijk (- € 97.000,- en € + 111.539,-) € 208.539,- hoger dan begroot. Dit heeft vooral te maken met o.a. verscherpte doelafspraken met betrekking tot extern personeel en hogere afrekening van subsidie. De cycli van managementrapportages, risicoanalyses, liquiditeitsprognoses, cycli van intern en extern controlesysteem, de op te stellen meerjarenbegrotingen en de al bestaande meerjaren formatieramingen dienen een transparante, controleerbare, voorspellende en beheersbare financiële huishouding tot stand te brengen. Ratio's Liquiditeit: Bij liquiditeit gaat het erom of het bestuur in staat is om op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen. Op advies van de commissie Don wordt vanaf 2010 het kengetal de current ratio gehanteerd. Deze ratio brengt de eventuele overliquiditeit in beeld. Dit blijkt uit de verhouding tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden. In 2011 bedroeg het kengetal liquiditeit (CFI) van het bestuur 2,77. In 2010 was dit 3,47. De liquiditeit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op korte termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. De liquiditeitspositie geeft de toestand op 31 december 2011 weer; er is dus sprake van een momentopname. Voor een goede liquiditeit moet dit getal minimaal boven de 1,00 liggen omdat er geen andere activa zijn die op korte termijn in contanten kunnen worden omgezet. Op grond van dit uitgangspunt is in de situatie Stichting openbaar Onderwijs Jan van Brabant sprake van ruim voldoende liquiditeit. Solvabiliteit: Bij solvabiliteit gaat het erom in hoeverre een bestuur op langere termijn, ook in tijden van tegenspoed, aan haar verplichtingen kan voldoen. Er wordt dan gekeken in welke mate tegenover alle bezittingen van de stichting geen schulden staan. Dit blijkt uit de verhouding tussen eigen vermogen exclusief voorzieningen en het totaal van de passiva. Dit is solvabiliteit 1. In 2010 bedroeg de solvabiliteit 1 van het bestuur exclusief voorzieningen 59,26 (0,59) en in 2011 63,03. De solvabiliteit is goed. Inclusief voorzieningen, solvabiliteit 2, respectievelijk in 2010 73,84 (0,74) en in 2011 72,76. Bestuursverslag 2011
9
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 10
Bij de bepaling van "voldoende" solvabiliteit achten wij een ondergrens van 25 % noodzakelijk. De minister spreekt hier van een bandbreedte van 10 % tot 40 %. Rentabiliteit De rentabiliteit geeft aan hoe effectief met de opbrengsten wordt omgegaan. Bij dit kengetal wordt gekeken naar de verhouding tussen het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering en de totale opbrengsten. Saldo gewone bedrijfsvoering / totale baten * 100%. Rentabiliteit was in 2010 -5,04 en in 2011 2,19. Bij rentabiliteit kijkt men in welke mate baten en lasten van de stichting met elkaar in evenwicht zijn. Weerstandvermogen Het weerstandvermogen geeft aan hoe de beschikbare reserves zich verhouden tot de exploitatie. Naarmate de reserves groter zijn zal het weerstandsvermogen groter zijn. (Eigen vermogen – Materiële vaste activa) gedeeld door de Rijksbijdragen * 100%. In 2010 was het weerstandsvermogen 22,13 en in 2011 22,08. Dit is een daling van ca. 0,03 %. Het kengetal Weerstandsvermogen is op advies van de commissie Don vanaf 2010 vervangen door het nieuwe kengetal kapitalisatiefactor. Vanaf 2010 wordt dan ook rekening gehouden met de grootte van de instellingen, tot uitdrukking gebracht door de hoogte van het totale jaarbudget dat het bevoegd gezag ter beschikking staat. Naarmate de reserves groter zijn zal het weerstandsvermogen groter zijn. Dit kun je op verschillende manieren opsplitsen. Specifiek kijkend naar eigen vermogen afgezet tegen de totale baten komt er voor 2010 een kengetal uit van 36,25 en voor 2011 35,07. Personeelslasten afgezet tegen de totale lasten geeft voor 2010 een kengetal van 76,55 en voor 2011 77,09. De materiële lasten afgezet tegen de totale lasten geeft voor 2010 een getal van 23,45 en voor 2011 22,91. Dit is ‘omgezet’ in een kapitalisatiefactor. De kapitalisatiefactor wordt dus gehanteerd om te signaleren of een onderwijsinstelling zijn kapitaal al dan niet efficiënt benut. Hier wordt het totaal vermogen afgezet tegen de totale lasten. Voor 2010 geeft dit een kengetal van 53,50 en voor 2011 geeft dit een kengetal van 47,81. Om alle eerder genoemde ontwikkelingen de ruimte te geven moet er formatief, op scholing, op externe deskundigen, facilitair, op ict, opleiden in school, tto-havo, op inrichting en gebouwelijk geïnvesteerd worden om de geschetste onderwijsontwikkelingen een succes te laten zijn. De door de overheid gestelde marges m.b.t. het weerstandsvermogen bieden voor het Jan van Brabant College nog voldoende ruimte om via vastgestelde projecten hieraan te voldoen. Met door het bestuur beschikbaar te stellen middelen en de beperkte financiële marges die de overheid biedt, wordt al het mogelijke gedaan om verantwoord de gestelde onderwijskundige ambities te verwezenlijken en verantwoord op de toekomstgericht personeelsbeleid te voeren. Voor het onderwijskundig personeel is hierbij de Wet BIO het uitgangspunt en instrument, evenals de functiemix. Een en ander vindt zijn weerslag in het bestuursformatieplan. Een aantal onderwijsprojecten, waarvoor een beroep gedaan wordt op aanzienlijke eigen investeringen, staat op stapel, of is in 2011 afgerond. Een voorbeeld: Opleiden in de school, een samenwerking tussen het Jan van Brabant College, het Stedelijk College Eindhoven en de lerarenopleidingen van Fontys Hogescholen om meer studenten aan de scholen te binden met Bestuursverslag 2011
10
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 11
mogelijk perspectief op werk aan de scholen. Hiervoor is een bedrag van ca. € 60.000, - per jaar uitgetrokken. Verdere voorbeelden zijn: Uitbreiding TTO, ICT infrastructuur inhaalslag en voorbereidingen richting toekomst, interne aanpassingen aan gebouwen: afgerond is de facelift A-gebouw Molenstraat, dat dateert van 1867, en beperkte facelift ruimtes Deltaweg en De Cajuit. De gemeente Helmond is verantwoordelijk voor alle capaciteitsaanvragen onderwijshuisvesting Jan van Brabant College. Het verzoek van het Jan van Brabant College tot doordecentralisatie is eind 2010 door de gemeenteraad afgewezen, hetgeen ook inhoudt dat het volledige risico van de huisvesting bij de gemeente Helmond ligt (groei en krimp!) Huisvesting blijft wel druk leggen op de financiële huishouding. Aan de ene kant reserves aanhouden om onvoorziene zaken m.b.t. huisvesting te kunnen opvangen en tegelijkertijd reserves aanhouden om beleid richting toekomst ook fysiek aan te kunnen. Wellicht nog belangrijker is het niet vroegtijdig kunnen anticiperen op groei leerlingen aantal. Krimp, zoals eerder gememoreerd, is het risico van de gemeente. De groei van leerlingen leidt, naast de capaciteitsvragen, ook tot infrastructurele problemen (volle pleinen en volle fietsenstallingen). Voorzieningen Het Jan van Brabant College kent nog enkele voorzieningen: onderhoud, spaarverlof/jubilea, De Groene Campus ontwikkeling huisvesting. De onderhoudsvoorziening beoogt een kostenegalisatie voor de uitgaven van groot planmatig onderhoud aan. De voorziening bapo, tot 1 januari 2011, was opgebouwd om de kosten van de niet opgenomen bapo (gespaarde bapo) uit het verleden te kunnen betalen. Uit deze voorziening konden de vervangers en de werkgeversbijdrage betaald worden. Als gevolg van gewijzigde regelgeving is m.i.v. 01-01-2010 i de voorziening bapo vrijgevallen en toegevoegd aan de algemene reserve. Uit de voorziening spaarverlof/jubilea wordt de vervanger betaald bij het opnemen van spaarverlof en wordt de betreffende gratificatie uitgekeerd bij jubilea. Op dit moment spaart er nog één personeelslid tot 1 augustus 2012. Treasury management Op 14 mei 2003 heeft het bestuur een treasury statuut vastgesteld. Het treasury-beleid past binnen de kaders van de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 13 juli 2001, houdende regels over het beleggen en beheren van publieke middelen. Bij het aantrekken respectievelijk uitzetten van alle benodigde respectievelijk overtollige middelen wordt gehandeld in overeenstemming met de in deze regeling gestelde verplichtingen. Dit treasury statuut is medio april 2007 opnieuw vastgesteld. Er mag op geen enkele wijze risicovol belegd worden. De inleg dient gegarandeerd te worden. De enkele, eeuwigdurende obligatie () die met regelgeving van nu niet meer zou voldoen aan de wetgeving is eind 2011 afgelost met een ingecalculeerd verlies (zie afschrijving balans 2010). Wilt u zich verdiepen in de financiële achtergronden en die vergelijken met andere scholen dan kunt u terecht bij www.minocw.nl / www.duo.nl . / www.venstervoorveranwoording.nl
Bestuursverslag 2011
11
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
4.
blad 12
Leerlingengegevens (inclusief De Cajuit en De Groene Campus) en opbrengsten. 01-10-2010 Vestiging Deltaweg
01-10-2011
575
588
Vestiging Molenstraat
1.178
1.258
Totaal
1.753
1.846
De prognoses uit 2011 en de definitieve telling per 1 oktober 2011 lieten nog een constant stijgende lijn zien die mede te verklaard werd uit het kwalitatief uitstekende en gevarieerd aanbod van het Jan van Brabant College. De aanmeldingen 2012 laten nu een opmerkelijke daling zien in vergelijking met maart 2011 (100 aanmeldingen minder, niet meegeteld de terugval Bij De Cajuit). Een lichtpunt is de stijging van het aantal aanmeldingen voor het tweetalig onderwijs (tto). Een nadere analyse zal duidelijk moeten maken wat de redenen van deze tegenvallende aanmelding zijn. Dat deze verminderde aanmelding effecten heeft op het absolute leerlingaantal en daarmee consequenties voor de formatie op korte termijn en de begrotingen op langere termijn moge duidelijk zijn. Het Jan van Brabant College geeft uitvoering aan de afspraken binnen het SWV VO/SVO met betrekking tot de aansluiting PO/VO. Het advies van de basisschool is richtinggevend met daarbij een CITO score of gelijkwaardige test in het dossier. Het voortgezet onderwijs is verantwoordelijk voor de plaatsing. Komt het PO en VO met advies en plaatsing niet tot overeenstemming, dan kan er aanvullend onderzoek gepleegd worden. Jaarlijks wordt voor Helmond breed onderzocht of advisering, plaatsing en verdere schoolcarrière niet te ver uit elkaar lopen. De onderwijsprestaties, de in- en doorstoomgegevens en de examenresultaten zijn door de Inspectie voor de vestiging Molenstraat en voor de vestiging Deltaweg als voldoende gewaardeerd behoudens de afdeling VWO. De nevenvestiging De Groene Campus vmbo-t is niet voldoende en staat onder extra toezicht van de Inspectie met het doel om eind 2012 weer op voldoende niveau uit te komen. Hierbij dient opgemerkt te worden dat per 1 augustus 2013 geen nieuwe leerlingen meer zullen instromen in de afdeling vmbo-t van De Groene Campus. De beide vestigingen voldeden ook aan de gestelde criteria met betrekking tot onderwijstijd. Percentages geslaagden in 2011: Molenstraat vmbo-t 83 % 83 havo 79% vwo 83 % Deltaweg vmbo-t 93 % De Groene Campus 90 % Verdere informatie over onderwijskundige gegevens, zoals in- en doorstoomgegevens, examenresultaten en de opbrengstenkaarten van onze beide scholen kunt u vinden op: www.onderwijsinspectie.nl, www.duo.nl, in de schoolgidsen en op de schoolwebsite www.janvanbrabant.nl. en op www.vesnstersvoorverantwoording.nl
Bestuursverslag 2011
12
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
5.
blad 13
Personeel
De omvang van het personeelsbestand in bruto-fte's per 31 december 2011: Peildatum 31 december 2011 (excl. ingehuurde krachten en vervangers)
Voorzitter College van Bestuur Ondersteuning financiën en beheer Ondersteuning P en O Directie Middenmanagement Onderwijzend Personeel Onderwijs Ondersteunend Personeel Totaal * **
31-12-2010
31-12-2011
1,00 0,59 0,81 2,00 * 6,00 ** 104,93 21,01 136,34
1,00 0,59 1,14 2,00 * 7,00 ** 108,05 21,98 141,76
Binnen de zeven fte’s (2011) middenmanagement zit ongeveer een fte lesgevende taak (zuiver betekent dit zes fte middenmanagement en een fte onderwijzend personeel op 31 december 2011). Binnen de fte’s van het onderwijzend personeel is 1 personeelslid gedetacheerd naar De Groene Campus
De leeftijdsopbouw van het personeelsbestand per 31 december 2011. Peildatum 31 december 2011 (excl. ingehuurde krachten en vervangers)
leeftijd 00-24 25-34 35-44 45-54 55-59 60-67 totaal
bovenschools m v
vestigingsdirect euren m v
1 1 1 1 2
1 2
1 1
1
Afdelingsleiders/O P en OOP m v 3 5 21 23 10 15 25 21 15 10 11 2 85 76
In het verslagjaar 2011 zijn 18 medewerkers (2 personeelsleden door overlijden) uit dienst gegaan. In 2011 zijn in totaal 22 nieuwe medewerkers in dienst getreden. Het Jan van Brabant College is er zich van bewust dat een duidelijk personeelsbeleid perspectief dient te bieden, maar dat kan soms ook leiden tot vroegtijdig ontslag. De school is verantwoordelijk voor 25 % van een mogelijk te genieten uitkering. Dit zet nog meer druk op de werkgever om proactief te helpen, na ontslag, bij re-integratie naar ander werk. Met extra inspanning zijn wij er in 2011 toch in geslaagd alle openstaande vacatures in te vullen.
Bestuursverslag 2011
13
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 14
Verzuimcijfers (excl. zwangerschap) periode 1 januari 2011 tot en met 31 december 2011 Verzuimcijfers Verzuimpercentage Verzuimfrequentie Gemiddelde verzuimduur Deze periode Gemiddeld¹ Deze periode Gemiddeld¹ Deze periode Gemiddeld¹ Man 4,62 4,95 1,24 1,51 15,62 14,08 Vrouw 3,30 4,08 1,64 1,60 8,55 10,87 Totaal 4,08 4,61 1,43 1,55 11,85 12,55 ¹ = het 12 maandelijks voortschrijdend gemiddelde, berekend over de 12 maanden voorafgaand aan de opgevraagde periode
Verzuimpercentages kort-middel-lang Verzuimpercentage kort middel Man 0,84 0,15 Vrouw 1,31 0,49 Totaal 1,03 0,29
lang 3,63 1,49 2,76
Berekeningsgrondslag Gemiddelde personeelssterkte Man Vrouw Totaal
Bestuursverslag 2011
Aantal verzuimdagen 82,2 56,3 138,6
Aantal nieuwe Aantal meldingen meldingen beëindigd 1386 110 679 126 2066 236
109 125 234
14
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 15
Toekomstige ontwikkelingen
6.
Ondernemerschap, duurzaamheid, internationalisering, ambitie, innovatie, technologie / bèta, excellentie, kwaliteit, onderzoekend denken, school als laboratorium, uitdagend leren, diversiteit, differentiatie, openheid, benutten onderwijs ondersteunend internet en sociale media, en eigenstandigheid vormen een aantal ‘kernwaarden’ waarin het Jan van Brabant College zich nog meer kan gaan onderscheiden en/of profileren. •
•
•
•
•
•
•
In de komende tijd zullen wij ons intensief bezighouden met een aantal zaken die hieronder beschreven zijn: Uitwerken van het Bestuursakkoord VO-raad –O CW 20122015, vertaald naar het Jan van Brabant College. Dit akkoord geldt voor alle scholen voor voortgezet onderwijs in Nederland. De uitwerking van dit akkoord met betrekking tot meer rendement op de kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde, het opbrengstgericht werken, differentiatie, excellentie en professionalisering. In maart 2012 wordt er per leerling een bedrag van € 110,26 beschikbaar gesteld. Voor leerlingen VWO 4, 5 en 6 komt er nog een extra bedrag van € 66,- beschikbaar om de leerprestaties van de 20 % best presterende VWO -leerlingen aantoonbaar te laten stijgen. In een addendum van de schoolplannen van het Jan van Brabant College vestiging Molenstraat en vestiging Deltaweg zal de uitwerking van dit bestuursakkoord opgenomen worden. In het Jaarverslag 2013 dient uitleg over de besteding van deze middelen gegeven te worden. De aanpassing en herschikking invulling samenwerkingsovereenkomst Helicon en OMO Scholengroep Helmond De Groene Campus. Een kenniscentrum op het Suytkadeterrein waar onderwijs wordt gegeven op vmbo (t/m 2013)-, mbo-, en hbo-niveau en waarin het bedrijfsleven een integraal onderdeel gaat vormen. Met aandacht voor ‘voedsel’ (foodlab), ‘gezondheid (fitland)’ en ‘sport (fitland en gemeente)’. Bèta-onderwijs. Het verder uitwerken van de doelen met betrekking tot het bètaonderwijs op de vestiging Molenstraat via Jet Net, Universum (Platform Bèta-Techniek) en Horizon en het vmbo Ambitie Programma (Platform Bèta-Techniek). Uitwerking geven aan de afgesloten convenanten met TU/e en Fontys Hogescholen betreffende stimulering bètakeuzes. Het verder implementeren van programma Hi-Level met daarin het project Junior Masterclass (Molenstraat) ten behoeve van onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen in Helmond In het kader van het ‘Convenant voortijdig schoolverlaten’ van OC en W, de projecten ‘Programma van Maatregelen’ en Aanval op Verzuim’ i.s.m. ORION, OMO en ROC’s implementeren. Begeleiding met mentor als makelaar en oplossingsgericht werken als onderwijsondersteunings visie m.b.t. Passend Onderwijs een vaste plaats geven op de vestiging Deltaweg (als project Voortijdig School Verlaten VSV). Accentueren zorgverlening mede onder de vlag van Passend Onderwijs (onderwijsondersteuning) vestiging Deltaweg met lwoo (leerwegondersteunend onderwijs) en lgf als specialismen. In 2012 wordt voor alle andere scholen met een mavo/vmbo-t afdeling, in het Samenwerkingsverband VO/SVO Helmond regio, via een Regionaal Plan Onderwijsvoorzieningen (RPO), indien ze voldoen aan de criteria, een lwoo licentie aangevraagd. Start tweetalig HAVO onderwijs vestiging Molenstraat per 1 augustus 2012.
Bestuursverslag 2011
15
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
• •
• •
•
blad 16
De verdere uitwerking van het kwaliteitsbeleid en intervisie op beide vestigingen o.a. via het project Vensters voor Verantwoording en ORION. Internationalisering Molenstraat. Samenwerking met de partnerschool Gesamtschule Ruhort uit Duisburg en het project ‘Industry in our area and its influence on our lives’ waarin ook I.E.S. Laguna uit Santa Cruz Spanje participeerde. Het e-twinning project samen met partnerschool in Mumbai India is in 2011 van start gegaan. Aandacht voor sociaal burgermanskunde. ICT. Complementeren infrastructuur ICT op beide vestigingen mede in relatie tot virtualisatie, elektronische leeromgeving en de sociale media. Een visie uitwerken aan de hand van praktijkvoorbeelden. Zoals pilot wiskunde in L’ Étage, Molenstraat. Leermiddelenbeleid uitwerken met o.a. als doel om binnen 4 jaar 25 % digitale content aan te bieden en de sociale media als onderdeel van het onderwijsproces een plaats te geven. Het aantal SMART-borden uitbreiden in overeenstemming met de onderwijskundige vraag met het doel om in 2013 alle lokalen van een SMART-bord te voorzien. Na de pilot, convenant Opleiden in School i.s.m. Stedelijk College Eindhoven, het Jan van Brabant College en Fontys Lerarenopleidingen in Tilburg en Eindhoven, is het de bedoeling om een vast aantal studenten te gaan opleiden en onderzoek te laten doen in onze scholen (mede ook om ‘uit eigen kweek’ sneller (specifieke tekortvakken) vacatures ingevuld te krijgen).
Bestuursverslag 2011
16
Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
blad 17
De begroting 2012 waarin het bovenstaande verwerkt is geeft volgens onderstaand overzicht op hoofdlijnen het volgende resultaat. Begroot 2012 Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen en subsidies Overige baten Totaal baten
€ € € €
12.193.569 69.500 698.500 12.961.569
Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten
€ € € € €
9.912.223 239.772 845.500 2.083.074 13.080.569
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten (rente) Resultaat negatief
€ € €
-119.000 79.000 -40.000
Vanaf 2011 wordt op advies van de commissie Don bij de beoordeling van de financiële positie uitgegaan van twee aspecten, namelijk het vermogensbeheer en het budgetbeheer. Bij de beoordeling van het vermogensbeheer gaat het om de vraag of de stichting het beschikbare kapitaal optimaal inzet voor het onderwijs. Bij de beoordeling van het budgetbeheer gaat het om de vraag wat de capaciteit is van de stichting om tegenvallers op korte of middellange termijn op te vangen. Uit deze beoordeling kunnen nog geen conclusies worden getrokken. Zie schrijven Inspectie van het Onderwijs februari 2011 ‘Onderwijscontroleprotocol OCW/EL&I 2011 5 december 2011.
Helmond, juni 2012 Namens de Stichting Openbaar Onderwijs Jan van Brabant
Drs. L.M.M. van Genugten voorzitter college van bestuur
Bestuursverslag 2011
17