Bestuursverslag en jaarrekening SKVOB e.o. Bestuursverslag en jaarrekening

Bestuursverslag en jaarrekening 2014

SKVOB e.o.


1


Inhoudsopgave

A BESTUURSVERSLAG B JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS Voorstel resultaatbestemming Gegevens rechtspersoon Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders

2


BESTUURSVERSLAG Inleiding De Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Breda en omgeving biedt, zoals verwoord in haar visie, onderwijs aan in een open contact met de samenleving. Zij is een dynamische en ambitieuze organisatie die bestaat uit een netwerk van samenwerkende, sterke scholen met passie voor onderwijs. Onder de Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Breda e.o. ressorteren per 31 december 2014  Gymnasium Juvenaat H. Hart te Bergen op Zoom;  Newmancollege te Breda;  Onze Lieve Vrouwelyceum te Breda;  Scholengemeenschap Breda te Breda, bestaande uit de units Mencia de Mendoza, Markenhage en Tessenderlandt;  Orionlyceum. Stichting Orionlyceum en Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Breda e.o. zijn per 3 april 2014 gefuseerd, daarmee is Orionlyceum één van de scholen geworden die ressorteert onder SKVOB e.o. Organisatiemodel SKVOB e.o. werkt conform de wetgeving met een organisatiemodel waarbij een nadrukkelijk onderscheid wordt gemaakt tussen besturen en toezicht houden. Het bevoegd gezag van SKVOB e.o. wordt vanaf 1 augustus 2014 gevormd door het College van Bestuur, bestaande uit een voorzitter en een lid. De Raad van Toezicht, die momenteel uit vijf leden bestaat, houdt toezicht op het functioneren van het College van Bestuur en keurt, zoals opgenomen in de statuten, de jaarrekening, de begroting en het strategisch beleidsplan goed. Het College van Bestuur geeft leiding aan de Stichting en de scholen van de Stichting en stelt het strategische beleid vast. Strategisch beleidsplan 2014-2018 Het nieuwe strategisch beleidsplan is in de loop van 2014 afgerond en gedeeld met de medewerkers en de stakeholders. Bij het opstellen van het SBP heeft het bestuur er voor gekozen om de leidinggevenden van de scholen, de leden van de Raad van Toezicht en de leden van de GMR actief en vanaf het begin procesmatig en inhoudelijk te betrekken. Dit heeft de kwaliteit van het plan verbeterd en het draagvlak verbreed. SKVOB e.o. heeft de afspraak gemaakt dat de organisatie en de inrichting van het onderwijs aan de scholen is. Het is de ambitie van de Stichting dat leerlingen die het verschil gaan maken binnen die scholen worden opgeleid, waarbij zij zich realiseert dat het op verschillende manieren kan. Voorbereiden op de toekomst waarin de leerlingen van nu functies gaan vervullen die er nu nog niet zijn en waarbij zij met technologieën gaan werken die we nu nog niet kennen maakt dat de scholen

3


gevraagd wordt om zich te richten op de ontwikkeling van het adaptief vermogen van hun leerlingen. Diverse initiatieven op de scholen van SKVOB e.o. spelen in op deze richtinggevende uitspraak. Zo kent het Newmancollege een programma-onderdeel “Van leerling tot meester”. Dit biedt de leerlingen mogelijkheden om niet alleen als leerling maar ook als “leraar” op te treden. Bovenbouwleerlingen die hebben bewezen dat zij een bijdrage kunnen leveren aan het begeleiden van leerlingen mogen zich tutor noemen. Deze tutor krijgt één of meer leerlingen onder zijn hoede om die bij te spijkeren in diverse vakken. Daarnaast zijn er ook mogelijkheden voor examenkandidaten om in het kader van het profielwerkstuk lessen voor de basisschool te maken en deze ook daadwerkelijk te geven aan leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool.

Het Onze Lieve Vrouwelyceum heeft zich met het doel om het programma contextrijker en uitdagender aan te bieden aangesloten bij het initiatief 20-80 learning. Binnen dit progrramma krijgt een groep havo-leerlingen de mogelijkheid om hun reguliere opleiding te doen in 80% van de tijd. In de overige 20% volgt de leerling een geheel ander programma waarin ondernemerschap, vervolgstudie, competentieontwikkeling en toepassing van één of meer vreemde talen centraal staan. Gymnasium Juvenaat kiest in dit kader voor toetreding tot de vereniging van Begaafdheidsprofielscholen. Een begaafdheidsprofiel school is een school waar het curriculum op individueel niveau moet worden afgestemd door middel van compacting, verrijking of verdieping en top-downleren. De begaafdheidsprofielschool vervult een ambassadeursrol voor het begrip hoogbegaafdheid en voor goed onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen. Een belangrijk aandachtspunt is de sociaal-emotionele ontwikkeling. Orionlyceum is een Pleionschool (Platform Eigentijds Onderwijs) en is een school die leren ziet als iets wat je samen doet. Leerlingen worden aangemoedigd om niet alleen passief kennis tot zich te nemen, maar ook om zelf na te denken over wat ze willen leren, waar ze goed in zijn en op welke gebieden ze zich nog kunnen ontwikkelen. Binnen SG Breda overweegt Mencia de Mendoza een tweetalige havo in te voeren. Tessenderlandt heeft de integratie tussen Christoffel en Kompas afgerond. Markenhage, Orion Lyceum en Michaëlcollege ontwikkelen hun plannen voor de nieuwbouw. De opgave hier is om een goed evenwicht te vinden tussen datgene wat gezamenlijk georganiseerd kan worden en de uniciteit van de drie onderwijsconcepten.

4


ONDERWIJS Leerlingaantallen Het verloop van de leerlingaantallen in de afgelopen jaren met peildatum 1 oktober van enig jaar is als volgt: School OLV Newman Juvenaat SG Breda Orion Totaal

2010 1375 1067 434 4648

2011 1446 1114 443 4629

2012 1447 1225 474 4557

2013 1484 1313 469 4565

7524

7632

7703

7831

2014 1476 1371 435 4586 133 8001

Bovenstaand overzicht van de leerlingaantallen geeft het volgende beeld: Wederom is de Stichting als geheel gegroeid in leerlingaantal, zonder Orion met 37 leerlingen en met Orion met 170 leerlingen. De bestaande afspraken omtrent maximale schoolgroottes en instroom reguleren nog steeds de leerling-stromen binnen VO-Breda. Bij het Newmancollege en OLV is geloot. Alle leerlingen zijn geplaatst op de school van eerste, tweede of derde keuze. ISB De ontwikkeling van de ISB verloopt voorspoedig. In leerlingaantal was de school dusdanig gegroeid dat in 2013 het go is gegeven. In 2014 was er iets minder groei dan voorzien in het zgn. startdocument. De ISB en Mencia de Mendoza bereiden de realisatie van een internationale campus voor op het terrein van Mencia. Orion Lyceum Orionlyceum valt per 3 april 2014 onder het bestuur van SKVOB e.o. In administratieve zin is Orion per 3 april 2014 een kostenplaats binnen de boekhouding van SKVOB e.o. Conform de weten regelgeving is de balans opgenomen in die van SKVOB e.o. Afhandeling klachten In 2014 heeft het bevoegd gezag evenals in 2013 een 6-tal officiële klachten ontvangen. Vier klachten vielen onder de algemene klachtenregeling en twee klachten zijn doorgespeeld naar de Commissie van Beroep inzake de examens. Deze Commissie heeft geoordeeld dat zij aangaande één van de klachten die handelde over het ongeldig verklaren van een niet tot het (eind)examen behorende toets niet bevoegd was te handelen en na behandeling van de andere klacht inzake het niet bieden van een herkansingsmogelijkheid is de klager in het gelijk gesteld.

5


De vier klachten die het Bevoegd Gezag zelf heeft afgehandeld hadden betrekking op:  Gedrag van een docent in de klas. Het Bevoegd Gezag heeft passende maatregelen genomen.  Klacht tegen geen uitzondering maken op een huisregel voor het verrichten van religieuze handelingen . Het Bevoegd Gezag heeft geoordeeld dat de school deze uitzondering ook niet hoefde te maken.  Klacht in het kader van passend onderwijs, waarbij de school een leerling had afgewezen. Na veelvuldig en langdurig overleg is in de minne geschikt, waarbij de betreffende leerling alsnog is toegelaten tot de school.  Klacht inzake een disproportionele straf n.a.v. een incident. Het Bevoegd Gezag heeft geoordeeld dat de straf niet als disproportioneel was aan te merken. Echter zij heeft de school wel laten weten dat er een onderscheid gemaakt diende te worden tussen de straf en een eventueel voornemen tot verwijdering. PERSONEEL Kengetallen personeel De gemiddelde personele bezetting over 2014 bedroeg 723 FTE tegen 708 FTE in 2013. De gemiddelde leeftijd van het personeel is 44,8 jaar in vergelijking tot 46 in 2013. Het personeelsbestand van SKVOB e.o. kende de volgende leeftijdsopbouw: Leeftijdscategorie 20-25 25-30 30-35 35-40 40-45 45-50 50-55 55-60 60-65 65 en ouder Totaal

Mannen 0,9% 3,5% 4,5% 3,7% 4,5% 5,0% 5,4% 8,4% 8,5% 0,9% 45,3%

Vrouwen 1,9% 5,6% 5,4% 5,3% 7,0% 5,4% 9,4% 8,0% 6,5% 0,2% 54,7%

Ziekteverzuimpercentage Het ziekteverzuimpercentage binnen SKVOB e.o. over 2014 bedraagt 3,49% t.o.v. 4,09% in 2013. Het lange verzuim tussen 6 en 52 weken blijft met 45,7% van het totale verzuim hoog. In vergelijking met de landelijke verzuimcijfers steekt SKVOB e.o. gunstig af.

6


Het eigen regiemodel en de goede samenwerking met De Arbodienst levert hier een positieve bijdrage aan. De re-integratietrajecten worden nauwgezet gemonitord en benodigde interventies en tweede spoor onderzoeken worden tijdig ingezet. Verzuimpercentages Verzuimpercentage landelijk Verzuimpercentage SKVOB e.o.

2012 5,3% 3,2%

2013 5,3% 4,1%

2014 5,0% 3,5%

WGA-uitkeringen In 2014 is één medewerker ingestroomd in een WIA-uitkering. Het betreft hier een IVA (volledig arbeidsongeschikt) uitkering. De kosten voor een IVA uitkering komen niet voor rekening van de werkgever. Daarnaast hebben twee ophogingen plaatsgevonden in het kader van de “oude” WAOuitkeringen. Ook hiermee zijn geen kosten gemoeid voor de werkgever. Wachtgelduitkeringen Conform de afspraken in de CAO-VO zijn de werkgevers verantwoordelijk voor 25% van de uit te keren wachtgelden aan werkloze ex-werknemers. Eind 2014 heeft SKVOB e.o. een verrekening van deze kosten ontvangen van € 104.600,00 over het hele kalenderjaar 2013 (hiervoor was geen balanspost opgenomen) en een verrekening over het eerste half jaar van 2014 van € 35.000,00. Deze kosten zijn terug te vinden op de post kosten WIA-WW. Voor het tweede half jaar 2014 is een balanspost opgenomen van eveneens € 35.000. Transferpunt In het overleg van het transferpunt in het voorjaar van ieder kalenderjaar wordt de personeelsbehoefte en het personeelsaanbod op elkaar afgestemd ter optimalisatie van de formaties. Door schommelingen in de leerlingaantallen en keuzes van leerlingen kunnen op een school boventalligen ontstaan die vanwege de aanstelling bij het bestuur herplaatst dienen te worden in interne vacatures. Indien mogelijk wordt bij de invulling ook gekeken naar wachtgelders. Er is geen sprake van externe met voorrang benoembare medewerkers (ex-medewerkers met een wachtgelduitkering). FINANCIËN Kengetallen Weerstandsvermogen SKVOB e.o. heeft op basis van een risicoanalyse bepaald dat er sprake is van een gemiddeld risicoprofiel. Bij dit profiel past een weerstandsvermogen (vrij besteedbaar vermogen afgezet tegen totale inkomsten) met een bandbreedte tussen 10 en 15%. Dit is noodzakelijk om de risico’s af te kunnen dekken. Per balansdatum is het kengetal voor het weerstandsvermogen 12,24% t.o.v. 13,75% in 2013.

7


Solvabiliteit De solvabiliteit geeft de mate aan waarin de organisatie in staat is om haar schulden te betalen. De solvabiliteit dient hoger de zijn dan 0,50. Per balansdatum is het kengetal voor de solvabiliteit 0,59 t.o.v. 0,58 in 2013. Quick Ratio De quick ratio geeft aan of de organisatie in staat is om op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen. Indien deze kleiner is dan 1 kunnen voor de korte termijn liquiditeitsproblemen ontstaan. Per balansdatum is het kengetal voor de quick ratio 0,94 t.o.v. 1,09 in 2013. Er zijn geen liquiditeitsproblemen geweest in de periode tussen 31 december 2014 en het opmaken van de jaarrekening in juni 2015. Deze worden ook niet verwacht. Kapitalisatiefactor De kapitalisatiefactor is een kengetal dat in het onderwijs wordt gebruikt om te signaleren of een onderwijsbestuur het kapitaal efficiënt benut. Dit kengetal wordt berekend door het balanstotaal te verminderen met de investeringen in gebouwen en dit te delen door de totale baten. Voor grote schoolbesturen zoals SKVOB e.o. geldt een signaleringsgrens van 35%, dat wil zeggen dat boven dit percentage het Ministerie van Onderwijs nadere toelichting wil van het schoolbestuur waarom een hoge reserve wordt aangehouden. Per balansdatum is het kengetal voor de kapitalisatiefactor 24,75% t.o.v. 26,42% in 2013 en derhalve onder de signaleringsgrens.

8


Reserves en voorzieningen Reserves SKVOB e.o. heeft een tweetal algemene reserves, te weten: een algemene reserve overheid en een algemene reserve eigen. In deze reserves zijn opgenomen twee bestemmingsreserves, te weten voor BAPO en voor het schoolfonds. De standen van de reserves per 31-12-2014 zijn inclusief de resultaatbestemming van negatief € 801.335 over 2014 de volgende: Algemene reserve overheid Algemene reserve eigen Totale reserves

5.908.479 1.642.186 ------------7.550.665

Deze reserves zijn inclusief de bestemmingsreserve voor bapo met een stand van € 1.023.346 en voor schoolfonds van € 7.755. Voorzieningen SKVOB e.o. heeft een voorziening voor groot onderhoud ter bekostiging van de kosten voor het uitvoeren van de meerjarige onderhoudsplannen voor de gebouwen in Bergen op Zoom, Zundert en Baarle Nassau. Aan deze voorzieningen wordt jaarlijks d.m.v. dotaties 1/10 van de totale kosten over 10 jaar toegevoegd en worden de kosten voor uitgevoerd onderhoud in het betreffende jaar onttrokken. De standen van de voorziening voor groot onderhoud per balansdatum 31-12-2014 zijn de volgende: Juvenaat Mencia Sandrode De la Salle Totaal

232.150 194.803 130.570 ---------557.523

Daarnaast heeft SKVOB e.o. een voorziening voor spaarverlof. Deze voorziening dekt de opgebouwde spaarverlofuren. Jaarlijks wordt een bedrag gedoteerd voor de opbouw en worden bedragen onttrokken indien een medewerker zijn opgespaarde verlof gaat opnemen. De stand van de voorziening voor spaarverlof bedraagt per balansdatum 31-12-2014 € 1.424.694. Verder heeft SKVOB e.o. een voorziening voor de jubilea. Bij de berekening voor deze voorziening zijn als uitgangspunten gehanteerd een pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar en een deelnemerspercentage van 100%. De uitgekeerde jubilea uitkeringen komen ten laste van deze voorziening. 9


De stand van de voorziening voor jubilea bedraagt per balansdatum 31-12-2013 € 582.139. Nieuw is de voorziening voor de gespaarde uren in het kader van Leeftijdsfasebewust Personeelsbeleid (LPB). Deze voorziening kent als parameters het aantal gespaarde uren per medewerker en het bruto uurloon. In de toekomst zal het opnemen van gespaarde uren leiden tot onttrekking hiervan uit de voorziening. De stand van deze voorziening is per 31-12-2014 € 169.233. Langlopende schulden Op de balans is opgenomen onder langlopende schulden een in 2006 bij de Rabobank afgesloten hypothecaire lening m.b.t. het pand van het Juvenaat aan de Pater Dehonlaan 63 te Bergen op Zoom met een looptijd van 25 jaar en een rentepercentage van 3-maands euribor tarief + 0,5% punt. Teneinde renteschommelingen te beperken is gelijktijdig een financiële derivaten overeenkomst afgesloten met een looptijd tot 2016. De overhedge is per april 2013 afgelost. Accountantskosten De in de jaarrekening opgenomen accountantskosten bedragen € 74.000. Vermogensbeheer Beleggingsportefeuille De koersresultaten over 2014 bedroegen € 141.317. Per balansdatum bestaat de portefeuille uit obligaties met een waarde van € 3.991.695. Er wordt defensief belegd in obligaties conform het treasurystatuut en de Wet beleggen en lenen.

Renteresultaten Rente banken Dividend/rente obligaties (inclusief koerscorrectie € 69.058)

€ 53.721 € 227.057

Totaal baten

€ 280.778

Provisie/kosten obligaties Hypotheekrente Juvenaat

€ 32.341 € 63.756

Totaal lasten

€ 96.097

Totaal renteresultaat

€ 184.681

10


Toelichting financieel verslag 2014 Resultaat Het resultaat over 2014 bedraagt negatief € 801.335. Het negatieve resultaat wordt veroorzaakt door:  Navordering vanwege achterstanden bij UWV/belastingen van € 104.600 aan wachtgeldlasten over 2013. Enig zicht op deze lasten ontbrak bij het afsluiten van de jaarrekening van 2013 en derhalve kon hiertoe ook geen balanspost worden opgenomen.  Het moeten aanleggen (nieuwe arbeidsvoorwaarde in de CAO-VO) van een reserve voor gespaarde uren LPB vanaf 1 augustus 2014 ad € 169.233. Hiervan was ten tijde van het opmaken van de begrotingen niets bekend.  Mindere lumpsumopbrengsten van € 191.880 i.v.m. afwijkingen in het leerlingaantal.  Mindere opbrengsten ouderbijdragen activiteiten van € 155.437 omdat door een gewijzigde systematiek van toewijzen van de baten op schooljaar waarin de reis ook plaatsvindt een deel van de omzet al meegenomen is in 2013.  De vervangingskosten voor verlof € 246.122 hebben bedragen terwijl deze voorheen in de loonkosten werden meegenomen en hier derhalve niet apart op was begroot.  Hogere uitgaven voor uitzendkrachten/payroll in verband met de nadere nieuwe Wet Werk en Zekerheid en het betrachten van enige voorzichtigheid bij het aangaan van vaste contracten.  Overschrijding van de uitgaven voor lonen en salarissen van € 74.449.  Hogere kosten voor de kopieer- en printfaciliteiten in verband met deels handhaven van lopende contracten naast nieuwe contracten i.v.m. problemen bij de migratie.  Hogere kosten voor licenties/software.  Daartegenover staan hogere opbrengsten van UWV in het kader van zwangerschapsuitkeringen, teruggaaf teveel betaalde premies WIA en hogere opbrengsten voor de detacheringen van personeel van Mencia bij de ISB. Tegenover dit negatieve resultaat stond een positief resultaat in 2013 van € 1.670.958. Dit resultaat werd onder andere veroorzaakt door een incidentele opbrengst van ruim € 500.000 i.v.m. het convenant jonge leerkrachten. Deze middelen zijn pas verstrekt in december 2013 en voor dat jaar genomen als winst in de winst en verliesrekening. Vanwege het tijdstip van het verstrekken van deze middelen hebben hier in 2013 geen activiteiten meer tegenover gestaan. In 2014 zijn de middelen ingezet om jonge leerkrachten in het onderwijs te laten instromen, hen te behouden en te (laten) begeleiden door coaches. Zij hebben o.a. extra faciliteiten gekregen in de normjaartaak van 20% extra tijd om deze te kunnen besteden aan lesvoorbereiding.

11


Analyse op hoofdlijnen cijfers begroting en realisatie 2014 3.1. Rijksbijdragen, 3.2. Overige rijksbijdragen en 3.5. Overige Baten De rijksbijdragen kennen een marginale positieve afwijking t.o.v. de begroting door kleine afwijkingen in de leerlingaantallen. De overige rijksbijdragen daarentegen zijn gerealiseerd op € 215.894 minder dan begroot. Dit als gevolg van geringere opbrengsten voor rugzakleerlingen. De overige baten kennen een positieve afwijking van € 523.597. Deze wordt veroorzaakt door een aantal niet voorziene inkomsten, zoals teruggaaf vanuit de belastingdienst van teveel betaalde premies WIA ( € 186.000), opbrengsten van detacheringen ISB die nog betrekking hadden op 2013 en eerst zijn gefactureerd in 2014 ( € 418.000). Voor het verantwoorden van de ouderbijdragen zijn in de jaarrekening drie posten onderscheiden, te weten reguliere ouderbijdragen, ouderbijdragen voor activiteiten en bijdragen voor meerdaagse reizen. Deze laatste sinds het begin van schooljaar 2014-2015. De consequente scheiding tussen deze posten bij het opstellen van de diverse deelbegrotingen en bij het boeken van de facturen behoeft nog bijstelling. Verdeling van de baten over het kalenderjaar zoals gebruikelijk vindt niet meer plaats, omdat de inkomsten per schooljaar lopen en worden gefactureerd in de periodes waarin de kosten voor bijvoorbeeld buitenlandse reizen ook worden gemaakt. Deze verandering heeft geleid tot het nemen van omzet van € 155.000 in 2013 die de factor tot 2014 behoorde. 4. Personeelslasten In de personele lasten zijn opgenomen de salarissen en daarnaast overige personele lasten, zoals reiskosten, vervangingskosten en kosten voor flexibel werk zoals uitzendkrachten en detacheringen. Analyse van deze lasten wijst uit dat de uitgaven voor lonen en salarissen voor regulier personeel een niet-materiële afwijking hebben t.o.v. de begroting van € 500.000 (1%.) De uitgaven voor WIA en WW uitkeringen zijn echter door een naheffing van de belastingdienst vanwege achterstanden in de verwerking van deze lasten bij de belastingdienst overschreden met € 244.000. Ook de kosten voor uitzendkrachten cq detacheringscontracten zijn € 199.000 hoger dan begroot, wat wijst op een groter gebruik van de flexibele schil vooruitlopend op de onzekerheid die de nieuwe Wet Werk en Zekerheid met zich meebrengt. Ook de kosten voor vervanging voor ziekteverlof en ander verlof als ouderschapsverlof kennen een overschrijding van € 100.000, mede veroorzaakt door de onvoorspelbaarheid van deze te maken kosten. 4.2. Afschrijvingen Met betrekking tot de afschrijvingslasten moet geconstateerd worden dat deze in de realisatie enigszins afwijken van de begroting. De realisatie is in deze juist en gebaseerd op de daadwerkelijke afschrijvingen op basis van de geactualiseerde activalijst en de gedane investeringen

12


4.3. Huisvestingslasten T.o.v. de begroting zijn er hogere lasten gerealiseerd voor electra en schoonmaak. Daarnaast zijn bij de huisvestingslasten opgenomen de kosten die Newmancollege heeft gemaakt voor de aanpassingen aan schoolterrein en sportveld naar aanleiding van de afronding van de nieuwbouw. Deze zijn niet geactiveerd en direct opgenomen in de exploïtatie. 4.4. Overige lasten Bij de overige lasten zijn in vergelijking met de begroting afwijkingen te zien, zowel in negatieve als in positieve zin. Dit resulteert in een totale overschrijding van een krappe 2% t.o.v. de begroting. De overschrijdingen zitten voornamelijk in de sfeer van de IT en de IT-ontwikkeling. Dit is een bewuste keuze die in de loop van het kalenderjaar is ingezet om de deadlock die was ontstaan in de doorontwikkeling van de IT te doorbreken. Deze keuze heeft geleid tot het inhuren van een interim projectmanager, het huren van hardware omdat bestaande hardware technisch instabiel was geworden, het plaatsen van firewalls voor de beveiliging, het upgraden van de netwerkverbindingen en het aanschaffen van licenties cq software voor beheersdoeleinden (b.v. topdesk en projectplace). 5. Financiële baten en lasten Het saldo van de financiële baten en lasten wordt gevormd door enerzijds de opbrengsten (rendement) van de obligaties en rente op de liquiditeiten en anderzijds de kosten voor het bancaire verkeer en de hypotheeklasten van het Juvenaat. Rentebaten worden conform de interne afspraak niet meegenomen in de (deel)begrotingen. Gesaldeerd levert dit een positief resultaat op van € 184.680.

13


Analyse op hoofdlijnen cijfers realisatie 2013 en realisatie 2014 Vooraf Bij de analyse op hoofdlijnen tussen de cijfers realisatie 2013 en realisatie 2014 is een complicerende factor dat Orionlyceum eerst gedurende kalenderjaar 2014 is opgenomen in de cijfers van SKVOB e.o. Dit leidt over de hele linie uiteraard tot hogere baten en lasten (1,2 miljoen). 3.1. Rijksbijdragen, 3.2. Overige rijksbijdragen en 3.5. Overige Baten In 2014 zijn de baten t.o.v. die in 2013 nagenoeg gelijk ondanks de baten van Orionlyceum. Deze derhalve relatieve daling wordt veroorzaakt door lagere opbrengsten bij rijksbijdrage overig t.o.v. het vorige jaar. In 2013 is nog € 500.000,- bekostiging jonge leerkrachten ontvangen als éénmalige incidentele uitkering. De ouderbijdragen kennen een daling vanwege een gewijzigde toedeling, waarop de spaartegoeden vrijvallen in de maand waarin de reis vrijvalt. 4. Personeelslasten De personele lasten vertonen een stijgende lijn t.o.v. 2014. Evenals in 2013 t.o.v. 2012 heeft deze stijging als oorzaken, de invoering van de functiemix, waarvan de extra kosten ca. 1,7% bedragen, de de inkorting van de salarislijnen waardoor docenten eerder het maximum van de salarisschaal bereiken inclusief de daarbij behorende bindingstoelagen. Het stijgende leerlingaantal heeft voor extra inzet van personele formatie gezorgd en de vervangingskosten voor ouderschapsverlof nemen toe. Daarnaast is in 2014 een post lonen en salarissen LPB uren opgenomen ter vulling van de voorziening voor LPB uren. Deze post maakte in 2013 nog geen deel uit van de cijfers. 4.2. Afschrijvingen De kosten voor de afschrijvingen zijn in 2014 t.o.v. 2013 in een percentage afgezet t.o.v. de baten met 1% gestegen. Het percentueel grootste verschil is te vinden bij audiovisuele hulpmiddelen door de aanschaf van smartboards en de afdracht voor het ROC (hiervan is gebleken dat € 53.000 van een factuur van september 2013 abusievelijk is geboekt in 2014). 4.3. Huisvestingslasten De totale huisvestingslasten zijn iets gedaald t.o.v. 2013. In de afzonderlijke posten zijn wel positieve en negatieve afwijkingen, zo is het electraverbruik gestegen en het gasverbruik gedaald en de kosten voor schoonmaak gestegen door extra inzet voor vloeronderhoud en de kosten voor sanitaire voorzieningen gedaald onder invloed van het nieuw afgesloten contract.

14


4.4. Overige lasten Onderdeel van de overige lasten zijn de kosten voor de bedrijfsvoering. Deze zijn ca. € 500.000,-hoger dan in 2013. (waarvan 200.000 van Orionlyceum) . In 2014 waren er met name hogere lasten voor kopieerkosten (deels dubbele contracten), netwerkkosten IT (upgrade glasvezel, tijdelijke lease hardware en onderhoudscontracten firewalls), licenties software en wervingskosten voor de nieuwe rectoren cq conrectoren. In de categorie leermiddelen worden direct leerling-gerelateerde kosten verantwoord, zoals begeleidingskosten, kosten voor cultureel maatschappelijk vorming, meerdaagse reizen en verbruik en verstrekking lesmateriaal. In totaal zijn deze kosten in vergelijking met 2013 gestegen met ca. € 56.000 terwijl het aandeel van Orion in de kosten € 72.000. 5. Financiële baten en lasten In 2014 zijn in vergelijking met 2013 hogere rentes en dividend gerealiseerd. Prognose 2015 realisatie 2014

3.1 3.2 3.5

4.1 4.2 4.3 4.4

5

Baten Rijksbijdragen Overige rijksbijdragen Overige baten Totaal baten

51.989.125 4.747.931 4.943.951

Lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totaal lasten

48.870.158 1.024.767 3.515.555 9.256.543

Financiële baten en lasten

Netto resultaat

15

Begroting 2015

52.589.241 5.073.744 4.608.547 61.681.007

62.271.532

48.258.958 1.107.695 3.528.095 9.357.758 62.667.023

184.681

62.252.507 38.500

184.681

38.500

-801.335

57.525


Continuïteitsparagraaf

Kengetallen Raming baten Rijksbijdrage Overige subsidies Overige baten Totale baten

Raming lasten Personeelslasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Totale lasten

Saldo baten en lasten Saldo baten en lasten Saldo fin. bedrijfsvoering Totaal resultaat

2014

Prognose 2015

51.989.125 4.747.931 4.943.951 61.681.007

2014

52.589.241 5.073.744 4.608.547 62.271.532

Prognose 2015

48.870.158 1.024.767 3.515.555 9.256.543 62.667.023

2014

48.258.958 1.107.695 3.528.095 9.357.758 62.252.507

Prognose 2015 -986.016 184.681 -801.335

19.025 38.500 57.525

Prognose 2016 52.344.392 5.094.671 4.634.585 62.073.647

Prognose 2016 47.855.409 1.045.602 3.521.324 9.353.187 61.775.522

Prognose 2016 298.125 -409.33 257.192

Prognose 2017 52.375.850 5.260.071 4.631.050 62.266.972

Prognose 2017 48.288.713 981.685 3.520.430 9.412.848 62.203.676

Prognose 2017 63.296 -41.733 21.563

Beschrijving van de belangrijkste risico’s en onzekerheden Zoals in de continuïteitsparagraaf in het bestuursverslag over 2013 reeds aangegeven is het opstellen en in werking stellen van transitieplannen speerpunt voor SKVOB e.o. Dit enerzijds om te voldoen aan de in de sector gemaakte afspraken, maar zeker ook om een verbetering te bewerkstellingen in de financiële positie van SKVOB e.o. en dan met name van enkele scholen. De plannen zijn inmiddels nagenoeg voltooid en geven antwoorden op de vraag hoe de individuele scholen, ieder op de manier die past bij de cultuur en draagkracht van de school, hun exploitaties op grond van de toekenning van de basisfinanciering rond krijgen. De oplossingen liggen op het terrein van het aantal te geven lessen, het aantal uit te voeren specifieke schooltaken en het herverdelen van taken tussen onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel. In een enkel geval is in overleg met de vakorganisaties het percentage van de te bereiken functiemix bijgesteld. De effecten van de transitieplannen zijn zichtbaar in de prognoses voor de komende jaren, met name in de loonkosten. Deze besparingen worden grotendeels bereikt door het niet invullen van het grote natuurlijke verloop en het zo beperkt mogelijk houden van een dure flexibele schil. Ervaring leert dat de uitvoering van de plannen alertheid vereist, zowel van de schoolleidingen als van het College van Bestuur, en een verdere optimalisering van de monitoring op de formaties.

16


Voor wat betreft de inkomsten wordt rekening gehouden met voorlopig, tot 1 januari 2018, gelijkblijvende rijksbijdrage. Vanaf 2018 moet rekening worden gehouden met een vereenvoudiging van het bekostigingsmodel in het VO. De hoofdelementen zijn een vaste voet per vestiging en tarieven voor twee categorieën leerlingen, een wat hoger bedrag per praktijkgerichte leerling en een wat lager bedrag per theoretische leerling. Het is nog niet exact bekend of iedere vestiging dezelfde vast voet krijgt of dat gekozen wordt voor een hoger bedrag voor de eerste vestiging van een bestuur. Welke gevolgen deze wijziging voor SKVOB e.o. zal hebben wordt in een later stadium duidelijk en zal dan uiteraard worden meegenomen in het vormgeven van het meerjarenbeleid. Voor de additionele middelen en incidentele gelden wordt rekening gehouden met de prognoses die de VO-raad hiervoor heeft afgegeven. Deze prognoses zijn gebaseerd op toekomstig beleid van de overheid en kunnen beïnvloed worden door begrotingsproblematiek . Een tijdlang was onduidelijk wat de gevolgen voor SKVOB e.o. zouden zijn van de komst van passend onderwijs en de daarmee gepaard gaande wijziging in de budgetten voor de ondersteuning van leerlingen. Het nieuwe regionale samenwerkingsverband ontvangt deze budgetten en kent deze volgens een verdeelmodel toe aan de individuele scholen. Dit verdeelmodel is gunstig gebleken voor SKVOB e.o. Enige zorg is er wel over de situatie die gaat ontstaan als ook de gelden voor LWOO naar het Samenwerkingsverband gaan. Hierover moeten nog nadere afspraken worden gemaakt. Rapportage aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersings- en controlesysteem Het interne risicobeheersings- en controlesysteem volgt de planning- en controlcyclus zoals die binnen SKVOB e.o. is vastgelegd in haar financiële beleidsplan. Deze cyclus bestaat uit de volgende fases: Planningsfase Eenmaal per jaar wordt een meerjarenbegroting voorzien van een toelichting opgesteld c.q. geactualiseerd. Deze wordt afgestemd op nieuwe beleidsuitgangspunten, gewijzigde inzichten en actuele weten regelgeving. Hiervan afgeleid wordt de jaarbegroting vervaardigd. De meerjarenbegroting is afgestemd op een beleidsperiode van 4 jaar. De jaarbegroting betreft geen evenredig deel van de meerjarenbegroting. Immers (delen van) het beleid zal/zullen niet altijd evenredig worden gerealiseerd. Controlfase Viermaal per jaar worden de Raad van Toezicht, het Rectoren- en directeurenoverleg en de portefeuillehouders financiën geïnformeerd over de stand van zaken, mede in relatie tot de begrotingen d.m.v. tussentijdse managementrapportages. Na afloop van het jaar wordt middels het jaarverslag verantwoording afgelegd over de realisatie in dat jaar, wederom mede in relatie tot de begrotingen.

17


De managementrapportages bevatten meer dan alleen cijfers. Er wordt een verschillenanalyse opgesteld met betrekking tot de begroting, voorstellen opgenomen ten aanzien van budgetwijzigingen en er wordt ingegaan op de stand van zaken met betrekking tot de beleidsrealisatie en uitputting van de budgetten.

18


Jaarverslag Raad van Toezicht Vooraf Bestuurlijke schandalen in maatschappelijke ondernemingen, zoals ziekenhuizen, woningbouwcorporaties en onderwijsinstellingen, hebben geleid tot meer aandacht voor het functioneren van de betrokken toezichthouders. In de discussies over falend toezicht wordt benadrukt dat de interne toezichthouders de maatschappelijke kerntaak en waarde van de organisatie moeten bewaken, zich dienen te verantwoorden en daarover communiceren met de directe belanghebbenden. De Raad van Toezicht van Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs e.o.is zich bewust van deze aandacht en verantwoordt zich via dit jaarverslag over de uitvoering van het toezicht in 2014. De Raad van Toezicht ziet er op toe dat het College van Bestuur onze stichting op adequate wijze bestuurt. De taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht zijn expliciet beschreven in de statuten van de Stichting en het hierop gebaseerde Reglement Raad van Toezicht. De wijze waarop de Raad van Toezicht zijn taak uitvoert is beschreven in de regeling Good Governance, die is gepubliceerd op de site van SKVOB e.o. Daarnaast kent de stichting ook nog de landelijke klokkenluidersregeling.

Samenstelling Raad van Toezicht De Raad van Toezicht bestaat uit minimaal drie en maximaal vijf leden. De leden hebben zitting voor een termijn van vier jaar, met de mogelijkheid van herbenoeming voor opnieuw 4 jaar, indien er sprake is van bijzondere omstandigheden. Zij treden af volgens een door de Raad vastgesteld rooster. De Raad van Toezicht is zodanig samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar, het College van Bestuur en andere mogelijke belanghebbenden en deelbelangen, onafhankelijk en kritisch kunnen opereren.

Bijeenkomsten Raad van Toezicht De Raad van Toezicht is in 2014 vier maal bijeen geweest, in het bijzijn van het College van Bestuur. Daarnaast had het College en de Raad regelmatig bilateraal (voor)overleg met de voorzitter van de Raad van Toezicht. De vergaderingen vonden plaats op basis van een vooraf vastgestelde inhoudelijke jaarplanning, met specifieke (vaste) agendapunten, themabesprekingen en presentaties. Puntsgewijs kwamen onder andere de volgende onderwerpen aan de orde. 1. Bestuur  Managementrapportage (periodiek)  Strategisch Beleidsplan 2014-2018  Fusie met het Orion Lyceum  ISB (o.a. uitreden Kober)  Code Goed Bestuur, klachtenregeling, etc.  Bestuurlijke samenwerkingsverbanden  Inzet van Transitieplannen 2. Onderwijs en kwaliteit  Aanmeldingen en examenresultaten 19


    

Venster voor Verantwoording Schoolplannen Inspectieresultaten Kaders Collegiale Visitatie Profilering individuele scholen (OLV, Orion Lyceum, Newmancollege)

3. Personeel  Belangrijke personele mutaties  Expertisecentrum / SKVOB-Academie 4. Financiën en beheer  Financiële kwartaal- en jaarcijfers  (Meerjaren) Begroting en transitieplannen  Jaarverslagen SKVOB e.o. en ISB  Centralisatie IT  Building Breda, o.a. bouwplannen Markenhage en Mencia de Mendozalyceum/ISB

Jaarrekening en Jaarverslag De Raad van Toezicht geeft goedkeuring aan de Jaarrekening en het Jaarverslag 2014, onder de complimenten aan het College van Bestuur voor het goede financiële en inhoudelijke resultaat. De Raad stelt vast dat veel aandacht is besteed aan de opvolging van de punten uit de managementletter 2013; de aanbevelingen zijn grotendeels opgevolgd. Er zijn belangrijke verbeteringen doorgevoerd in de financiële beheersing en sturing. Het structureel sturen op de liquiditeitsontwikkeling vindt de Raad van Toezicht een aandachtspunt. Met de controlerende accountant en in het bijzijn van de directeur Servicebureau werd de controle van de jaarrekening, het bijbehorende accountantsverslag en de adviesbrief besproken. In dit overleg zijn geen zaken aan de orde gekomen die het goedkeuren van de jaarstukken belemmerden of anderszins bijzondere vermelding behoeven. De accountant heeft een goedkeurende controleverklaring inzake de jaarrekening afgegeven.

Overleg met de Medezeggenschapsraad In het najaar vond er overleg plaats van de Raad van Toezicht met de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Centraal stonden het wederzijdse delen van ervaringen in het afgelopen jaar. Het overleg had evenals voorgaande jaren een constructief en open karakter, met een positief kritische opstelling van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Ferdinand van Kampen (Voorzitter)

20


A1 Balans per 31 december 2014

31-12-2014 Vaste activa 1.2 Materiële vaste activa 1.3 Financiele vaste activa

7.697.876 3.991.695

31-12-2013

8.060.763 3.293.670

11.689.571

Vlottende activa 1.5 Vorderingen 1.6 Effecten 1,7 Liquide middelen

Eigen vermogen 2.1 Eigen vermogen

479.672 0 5.189.584

11.354.433

1.763.520 0 5.523.336 5.669.256

7.286.856

17.358.827

18.641.289

7.550.665

8.599.348 7.550.665

8.599.348

2.3 Voorzieningen

2.733.590

2.249.136

2.4 Langlopende schulden

1.024.032

1.088.028

2.5 Kortlopende schulden

6.050.540

6.704.777

17.358.827

18.641.289

21


A.1.2. Staat van baten en lasten over 2014

Begroting 2014

2014

2013

in % baten

in % baten

Baten 3.1

Rijksbijdragen

51.989.122

84%

51.828.762

49.644.121

80%

3.2

Overige rijksbijdragen

4.747.932

8%

4.963.826

7.304.072

12%

3.5

Overige baten

4.943.952

8%

4.420.355

5.421.225

9%

100%

61.212.943

Totaal baten

61.681.006

62.369.418

100%

Lasten 4.1

Personeelslasten

48.870.155

79%

47.852.445

47.266.233

76%

4.2

Afschrijvingen

1.024.767

2%

1.044.118

934.455

1%

4.3

Huisvestingslasten

3.515.556

6%

3.371.792

3.548.687

6%

4.4

Overige lasten

9.256.544

15%

9.205.239

9.073.733

15%

102%

61.473.594

60.823.108

-260.651

1.546.310

Totaal lasten

62.667.022

Saldo baten en lasten

5

22


-986.016

184.681

124.648

98%

0%

87.359

0%

184.681

0%

87.359

124.648

0%

Resultaat na belasting

-801.335

-1%

-173.292

1.670.958

3%

Netto resultaat

-801.335

-1%

-173.292

1.670.958

3%


Staat van baten en lasten 2014 per school Bestuur /

Newman

Juvenaat H.

Orion

Stichting

serv. bureau

SG Breda

college

O.L.V.

Hart

Lyceum

51.989.125

0

31.416.038

7.723.002

8.928.097

2.941.743

980.245

3

Baten

3.1

Rijksbijdragen

3.2

Overige rijksbijdragen

4.747.931

0

2.662.314

843.804

836.298

296.838

108.677

3.5

Overige baten

4.943.951

137.764

3.303.822

402.066

600.320

416.378

83.601

61.681.007

137.764

37.382.174

8.968.872

10.364.715

3.654.959

1.172.523

48.870.158

1.283.783

29.654.240

6.575.679

7.675.202

2.783.197

898.056

Totaal baten

4

Lasten

4.1

Personele lasten

4.2

Afschrijvingen

1.024.767

8.269

519.261

150.603

217.592

111.495

17.547

4.3

Huisvestingslasten

3.515.555

52.967

2.108.419

494.679

554.115

225.958

79.417

4.4

Overige lasten

9.256.543

-714.836

6.074.063

1.386.440

1.616.016

689.032

205.828

Totaal lasten

62.667.023

630.183

38.355.983

8.607.401

10.062.925

3.809.682

1.200.848

Saldo baten en lasten

-986.016

-492.419

-973.808

361.471

301.790

-154.724

-28.326

184.681

248.239

0

0

0

-63.756

198

Resultaat na belasting

-801.335

-244.180

-973.808

361.471

301.790

-218.480

-28.128

Netto resultaat

-801.335

-244.180

-973.808

361.471

301.790

-218.480

-28.128

5

23



A.1.3. Kasstroomoverzicht over 2014 2014

2013

Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat correctie intrest

-801.335 -184.680

1.670.958 -124.648

-Afschrijvingen

892.895

934.455

-Mutaties voorzieningen

484.453

354.456

Aanpassingen voor:

391.333

2.835.221

Veranderingen in vlottende middelen -Effecten -Vorderingen -Schulden

0

0

1.283.848

-846.015

-654.238

9.231

Kasstroom uit bedrijfsoperaties

Ontvangen intrest Betaalde intrest

629.610

-836.784

1.020.943

1.998.437

248.436

170.335

63.756

45.687

Totaal kasstroom uit operationele activiteiten

184.680

124.648

1.205.623

2.123.085

Kasstroom uit investerings activiteiten Investeringen in materiele vaste activa

-777.354

-1.004.572

-63.996

-63.996

-698.025

-169.420

Desinvesteringen in materiele vaste activa Mutatie leningen Overige investeringen in financiele vaste activa

Totaal kasstroom uit investerings activiteiten

-1.539.375

-1.237.988

-333.752

885.097

0

0

Totale kasstroom

-333.752

885.097

Mutatie liquide middelen

-333.752

885.097

Kasstroom uit operationele en investeringsactiviteiten

Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten

24


B1 Grondslagen Grondslagen van waardering en van bepaling van resultaat De jaarrekening is opgesteld volgens de richtlijnen van OCW Materiële vaste activa De gebouwen en aanpassingen van gebouwen, welke met eigen middelen zijn aangeschaft, zijn in de balans opgenomen tegen verkrijging- of vervaardigingsprijs, onder aftrek van toegepaste afschrijvingen. De afschrijvingstermijn varieert tussen 20 en 30 jaar, afschrijving geschiedt volgens de lineaire of annuïteiten methode. Gebouwen en aanpassingen worden eerst volledig in de balans verantwoord op het moment van ingebruikname. De reeds gedane, nog niet in gebruik genomen investeringen, zijn vermeld onder vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering. Inventaris en apparatuur De inventaris en apparatuur zijn in de balans opgenomen tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs, onder aftrek van toegepaste afschrijvingen. Tenzij afzonderlijk vermeld vinden de afschrijvingen plaats volgens de lineaire methode op basis van de geschatte levensduur. Op de in een verslagjaar aangeschafte inventaris en apparatuur wordt vanaf de maand na ingebruikname van het actief voor het eerst afgeschreven. De activeringsgrens bedraagt € 500,-. Aanschaffingen beneden deze grens worden direct ten laste van de exploitatie gebracht. De afschrijvingspercentages voor de inventaris en apparatuur zijn als volgt: Categorie Apparatuur Beamers/active boards Computers Inventaris overig Leermiddelen Meubilair Stoffering en gordijnen

Percentage 14,3% 14,3% 20% 6,67% 33,33% 5% 10%

Termijn 7 jaar 7 jaar 5 jaar 15 jaar 3 jaar 20 jaar 10 jaar

Financiële vaste activa Onder financiële vaste activa worden de in obligaties duurzaam vastgelegde middelen bij eerste waardering gewaardeerd tegen reële waarde. De vervolgwaardering is tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen via de winst- en verliesrekening. Er wordt gebruik gemaakt van kostprijs hedge acounting. Overige activa en passiva Indien niet anders aangegeven worden activa en passiva gewaardeerd tegen nominale waarden. Hierbij wordt op vorderingen, indien daartoe aanleiding bestaat, een voorziening in mindering gebracht. Resultaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Het resultaat wordt bepaald door het verschil tussen baten en lasten.

25


B5 Toelichting op de afzonderlijke posten van de balans 1 Activa 1.2. Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen 1.2.1.1

Inventaris en apparatuur 1.2.2

Totaal

Aanschafwaarde Afschrijvingen tm 2013 Boekwaarde 01-01-2014

2.594.718 431.378 2.163.340

14.629.053 8.731.630 5.897.423

17.223.771 9.163.008 8.060.763

Inbreng Orion Lyceum Afschrijvingen tm 2013 Boekwaarde 01-01-2014

0 0 0

214.888 119.881 95.007

214.888 119.881 95.007

0 0 -1.057 0 2.162.283 69.234 2.093.049

563.523 0 0 0 6.555.953 951.126 5.604.827

563.523 0 -1.057 0 8.718.236 1.020.360 7.697.876

Investeringen 2014 Desinvesteringen 2014 Onderhanden werk 1-1 Onderhanden werk 31-12 Afschrijvingen Boekwaarde 31-12-2014

1.3. Financiële vaste activa 2013

2014

2014

2014

2014

Desinvesteringen

Koersresultaten

Balanswaarde

Balanswaarde

Investeringen

1.3.6 Obligaties

3.293.670

3.238.394

2.681.687

141.317

3.991.695

Totaal

3.293.670

3.238.394

2.681.687

141.317

3.991.695

Specificatie obligaties Specificatie obligaties

Nominale

Koers per

Balans per

waarde

31-12-2014

31-12-2014

1,870% Bank Nederlandse Gemeenten

900.000

103,100

927.900

1,229% Bank Nederlandse Gemeenten

300.000

103,260

309.780

4,000% België

100.000

125,175

125.175

1,784% Nederlandse Waterschapsbank

1.250.000

103,000

1.287.500

5,500% Nederland

350.000

156,040

546.140

1,249% Rabobank Nederland

800.000

99,400

795.200 3.991.695

26


1.5. Vorderingen

2014 1.5.1 Debiteuren 1.5.7 Overige vorderingen 1.5.8 Overlopende activa

1.5.1 Debiteuren Debiteuren leerlingen Betalingen onderweg incasso Overige debiteuren Debiteuren overheid

1.5.7 Overige vorderingen Lening u/g Orion Lyceum Rekening courant ISB

223.202 15.241 0 238.443

2014 130.660 0 134.708 -42.167 223.202

2014 0 15.241 15.241

2013 725.743 207.176 830.601 1.763.520

2013 163.024 4.705 97.338 460.676 725.743

2013 201.000 6.176 207.176

Het SKVOB e.o. en Stichting Orion Lyceum zijn per 3 april 2014 een bestuurlijke fusie aangegaan, welke is goedgekeurd door OCW, de GMR van SKVOB e.o. en de MR van Orion Lyceum. Deze vordering is per 3 april 2014 verrekend met de schuld van Orion Lyceum waardoor deze vordering en schuld in 2014 nihil is geworden. Er een vordering op de Internationale School Breda ad € 15.241. Dit betreft voorgeschoten kosten die in 2015 worden doorbelast.

27


Overlopende activa Vooruitbetaalde bedragen Overige overlopende activa

Liquide middelen 1.7.1 Banken 1.7.1 Banken Orion Lyceum 1.7.2 Kasmiddelen 1.7.2 Kasmiddelen Orion Lyceum 1.7.1 Kruisposten

2014 0 241.229 241.229

320.141 510.460 830.601

2014 5.199.942 0 28.436 0 -38.794 5.189.584

2013 5.512.297 47.990 23.207 128 -12.168 5.571.454

N.B.: Voor een gedetailleerd overzicht in het verloop van de liquide middelen wordt verwezen naar het kasstroomoverzicht.

28

2013


2 Passiva 2.1. Eigen vermogen 2.1. Reserves uit overheidsmiddelen Saldo 31-12-2013

Inbreng Orion Lyceum

Bestemming resultaat 2014

Mutaties

Saldo

2014

31-12-2014

Servicebureau 2.1.2 Algemeen 2.1.3 ass. eigen risico bapo Totaal

356.480

0

-250.155

0

106.325

0

0

0

0

0

5.975

0

-5.975

0

0

362.455

0

-256.130

0

106.325

1.915.657

0

-1.056.315

0

859.342

0

0

0

0

0

427.873

0

-82.507

0

345.366

2.343.530

0

-1.138.822

0

1.204.708

2.422.789

0

361.471

0

2.784.260

0

0

0

0

0

Scholengemeenschap Breda 2.1.2 Algemeen 2.1.3 ass. eigen risico bapo Totaal

Newmancollege 2.1.2 Algemeen 2.1.3 ass. eigen risico bapo Totaal

35.933

0

0

0

35.933

2.458.722

0

361.471

0

2.820.193

1.845.390

0

299.849

0

2.145.239

OLV 2.1.2 Algemeen 2.1.3 ass. eigen risico

0

0

0

0

0

34.810

0

-1.941

0

32.869

1.880.200

0

297.908

0

2.178.108

-185.250

0

-218.480

0

-403.730

0

0

0

0

0

97.505

0

0

0

97.505

-87.745

0

-218.480

0

-306.225

2.1.2 Algemeen

0

-247.348

-28.128

0

-275.476

2.1,3 ass. eigen risico

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

-247.348

-28.128

0

-275.476

6.355.066

-247.348

-891.758

0

5.215.960

0

0

0

0

0

602.096

0

-90.423

0

511.673

6.957.162

-247.348

-801.335

0

5.908.479

bapo Totaal

Juvenaat H. Hart 2.1.2 Algemeen 2.1.3 ass. eigen risico bapo Totaal

Orion Lyceum

bapo Totaal

Stichting 2.1.2 Algemeen 2.1.3 ass. eigen risico bapo Totaal

29


2.1. Reserves uit eigen activiteiten

Saldo

Bestemming

Mutaties

Saldo

31-12-2013

resultaat 2014

2014

31-12-2014

Servicebureau 2.1.2 Algemeen

-154.730

0

0

-154.730

Totaal

-154.730

0

0

-154.730

2.1.2 Algemeen

1.256.240

0

0

1.256.240

Totaal

1.256.240

0

0

1.256.240

2.1.2 Algemeen

29.288

0

0

29.288

Totaal

29.288

0

0

29.288

407.470

0

0

407.470

7.755

0

0

7.755

415.225

0

0

415.225

2.1.2 Algemeen

96.163

0

0

96.163

Totaal

96.163

0

0

96.163

2.1.2 Algemeen

0

0

0

0

Totaal

0

0

0

0

1.634.431

0

0

1.634.431

7.755

0

0

7.755

1.642.186

0

0

1.642.186

Scholengemeenschap Breda

Newmancollege

OLV 2.1.2 Algemeen Schoolfonds Totaal

Juvenaat H. Hart

Orion Lyceum

Stichting 2.1.2 Algemeen Schoolfonds Totaal

30


Beschikbaar vermogen

31-12-2014

31-12-2013

Algemene reserves Alg.reserve overheid

5.908.479

6.957.162

Alg.reserve eigen

1.642.186

1.642.186

0

0

7.550.665

8.599.348

Gebouwen en terreinen

2.093.049

2.163.340

Inventaris

5.604.827

5.897.423

Totaal vastgelegde middelen

7.697.876

8.060.763

Lange termijn financiering

1.024.032

1.088.028

Beschikbaar vermogen

876.821

1.626.613

Weerstandsvermogen

12,24%

13,75%

Investeringssubsidies Totaal alg.reserve Vastgelegde middelen

2.4. Voorzieningen 2.4.1. Onderhoudsvoorziening

Saldo

Dotatie

Onttrekking

Saldo

1-1-2014

2014

2014

31-12-2014

146.572

54.499

6.268

194.803

92.085

47.447

8.962

130.570

Juvenaat H.Hart

204.111

54.516

26.477

232.150

Totaal stichting

442.768

156.462

41.707

557.523

Mencia Sandrode De La Salle

Onderhoud voorziening

31

Saldo

Dotatie

Onttrekking

Saldo

01-01-2014

2014

2014

31-12-2014

442.768

156.462

41.707

557.523


2.4.3. Overige voorzieningen 2.4.3. Overige voorzieningen

Spaarverlof

Saldo

Inbreng

Mutatie

Saldo

1-1-2014

Orion

2014

31-12-2014

1.344.048

0

80.646

1.424.694

462.320

12.439

107.380

582.139

0

0

169.234

169.234

1.806.368

12.439

357.260

2.176.067

Jubilea LPB

2.5. Langlopende schulden 2014 Schuld per 1 januari (hypotheek Juvenaat) Aangegane leningen

Aflosssing Saldo 31 december

2013

1.088.028

1.152.024

0

0

1.088.028

1.152.024

63.996

63.996

1.024.032

1.088.028

679.619

761.183

679.619

761.183

1.916.880

2.051.049

659.453

720.050

2.6. Kortlopende schulden 2.6.3. Crediteuren Crediteuren

2.6.6. Belastingen en premies sociale verzekeringen Loonheffingen Pensioenen Omzetbelasting

31.377

4.770

2.607.710

2.775.869

2.6.9. Overlopende passiva Vakantieuitkering en diverse premies

1.492.590

1.632.303

Kassierschool door te storten

50.153

312.419

Netto salarissen

60.120

46.926

Aflosverplichtingen

64.000

64.000

Personeelfonds/overige

16.404

13.579

Ouderbijdrage/spaarregeling leerlingen

540.885

522.193

Te betalen bedragen

539.060

576.305

2.763.211

3.167.725

32


B7 Overzicht verbonden partijen

Overige verbonden partijen (minderheidsdeelneming en geen beslissende zeggenschap) Naam

Juridische vorm

Statutaire zetel

Code act.

Regionaal SamenwerkingsVerband Breda e.o. Stichting Rebound Breda e.o. Building Breda Samenwerkingsverband VO International School

stichting

Breda

4

stichting coöperatieve ver. stichting stichting

Breda Breda Bergen op Zoom Breda

4 4 4 4

Langlopende verbindingen Naam

Betreft

Jaarbedrag

Gom schoonmaken Dyade De Arbodienst Building Breda Van Dijk Educatie Xerox DVEP Ennatuurlijk

schoonmaak onderhoudsbeheer arbodienstverlening huisvesting leermiddelen kopieerapparatuur energielevering energielevering

965.000 65.000 71.100 450.000 2.800.000 161.000 266.000 137.000

33


B8 Toelichting op de afzonderlijke posten van de exploitatierekening 3 Baten 3.1. Rijksbijdragen Rijksbijdragen aansluiting

2014

2013

3.1.1 Normvergoeding personeel

45.530.571

43.794.295

3.1.1 Normvergoeding materieel

6.458.551

5.849.826

3.1.2 Overige Rijksbijdragen: Overige rijksbijdr./best.kr.bund

4.747.932

Totaal rijksbijdragen

7.304.072 4.747.932

7.304.072

56.737.054

56.948.193

56.737.054

56.948.193

Aansluiting met jaaroverzicht van Ministerie: Opgenomen in exploitatie Af : Correctie betaalritme personeel Gem. ontvangen subs. rente geldlen. Overlopende subsibies per 31-12

0

0

-315.335

-134.268 315.335

Bi j: Samenwerkingsverband Overlopende subsidies per 1-1 afboeking verschil

Ontvangen volgens jaaroverzicht

134.268

1.371.293

2.230.286

-134.268

-307.622

426 1.237.451

1.922.664

58.289.840

59.005.125

58.289.840

59.005.125

0

0

3.5.2 Ouderbijdragen 2014 Ouderbijdragen regulier Ouderbijdragen activiteiten Ouderbijdragen meerd. Reizen

34

Begroting

2013

508.519

785.347

397.005

1.298.748

1.544.417

2.112.985

367.060

0

0

2.174.327

2.329.764

2.509.990


3.5 Overige baten 2014 3.5.4

Verhuur gebouwen

3.5.5

Detachering personeel

3.5.6

Overdrachtsgelden Michael

3.5.8

Automatenverkopen

Begroting

2013

56.351

51.171

40.360

1.386.844

968.171

714.847

0

0

145.000

97.365

92.283

90.442

915

2.117

2.969

Overige baten leerlingen

119.217

106.214

136.648

Overige baten derden

843.002

641.804

1.519.494

Ontvangen LGF gelden

29.766

0

0

Gemeentelijke bijdragen

228.098

220.956

232.125

8.067

7.875

29.350

2.769.625

2.090.591

2.911.235

Opbrengst fotocopieen

Detachering / doorstroom leerlingen Totaal

4 Lasten 4.1.

Personele lasten

4.1.1

Lonen en salarissen

2014

Begroting

2013

37.583.368

47.431.438

46.896.493

Sociale lasten

4.512.842

0

0

Pensioenlasten

5.867.048

0

0

4.1.3

Overige personele lasten

534.025

142.406

556.350

4.1.3.2

Uitzendkrachten, declaranten, e.d.

548.968

349.734

0

4.1.4

Uitkeringen

-176.096

-71.133

-186.610

48.870.155

47.852.445

47.266.233

Totaal personeelslast

4.2.

Afschrijvingen

4.2.2

Gebouwen en terreinen

4.2.3

Inventaris en apparatuur

2014

Totaal

69.234

Begroting

2013

100.766

67.528

955.533

943.352

866.945

1.024.767

1.044.118

934.473

4.3.

Huisvestingslasten

4.3.1.

Huren

670.246

605.997

518.319

4.3.2.

Dotatie onderhoudsvoorziening

156.462

145.358

135.039

4.3.4.

Energie (gas, elektra, water)

837.831

798.266

951.305

4.3.5.

Schoonmaakkosten

1.143.562

1.162.450

1.222.698

4.3.6.

Heffingen ivm huisvesting

73.048

64.384

54.989

4.3.7.

Onderhoud

2014

Totaal

35

Begroting

2013

634.407

595.337

666.337

3.515.556

3.371.792

3.548.687


4.4.

Overige lasten

4.4.1

Administratie, beheer en bestuur

3.679.868

3.603.821

3.571.931

4.4.2.

Leer- en hulpmiddelen

5.353.545

5.427.763

5.296.851

223.132

173.655

204.951

9.256.544

9.205.239

9.073.733

2014

Kleine onderhoudskosten Totaal

Begroting

2013

5 Financiële baten en lasten 5.1. Financiële baten 5.1.

Rentebaten

Samenstelling financiële baten 5.1

Rente banken rek. courant Rente obligaties incl. koersresultaten

2014 53.721

Begroting 66.667

227.057 280.778

2013 51.258 119.077

66.667

170.335

5.2.1.

Financiële lasten

5.5

Rente geldleningen

63.756

66.808

336

Provisie / kosten obligaties

32.341

-87.500

45.351

96.097

-20.692

45.687

184.681

87.359

124.648

2014

Totaal Totaal financiële baten en lasten

36

Begroting

2013


C. Overige gegevens

C3 Voorstel resultaatbestemming Over het jaar 2014 is een negatief exploitatieresultaat bereikt van € --801.335,00 Het resultaat is als volgt samengesteld: Bestuur/bestuursbureau

-244.180

Scholengemeenschap Breda

-973.808

Newmancollege

361.471

Onze Lieve Vrouwelyceum

301.790

Juvenaat H. Hart

-218.480

Orion Lyceum

-28.128

Totaal resultaat Stichting

negatief

-801.335

Vooruitlopend op de vaststelling van de jaarrekening wordt voorgesteld het resultaat te bestemmen als volgt: Toevoeging

Onttrekking

Totaal

-250.155

250.155

5.975

-5.975

Bestuur/bestuursbureau Reserve uit eigen activiteiten, algemeen reserve bapo

0 Scholengemeenschap Breda

0

Reserve overheid reserve bapo

-1.056.315

1.056.315

82.507

-82.507 0

Newmancollege

0

Reserve overheid

361.471

reserve bapo

-361.471 0 0

Onze Lieve Vrouwelyceum

0

Reserve overheid

299.849

-299.849

1.941

-1.941

Reserve schoolfonds

0

reserve bapo

0 Juvenaat

0

Reserve overheid

-218.480

reserve bapo

218.480 0 0

Orion Lyceum Reserve overheid

-28.128

28.128

-801.335

801.335

reserve bapo 0

37


38


D. Bijlagen D1 Gegevens rechtspersoon Naam instelling

Stichting Katholiek Voortgezet Onderwijs Breda e.o.

Adres

Van Riebeecklaan 2

Postcode/plaats

4818 EB Breda

Telefoon

076-5141405

E-mail

[email protected]

Bestuursnummer

42992

Contactpersoon

A.P.H.M. Harrison-Hoogedoorn

Telefoon

076-5141405

E-mail

[email protected]

Brinnummers Naam

Brinnummer

Sector

Scholengemeenschap Breda Onze Lieve Vrouwelyceum Newmancollege Juvenaat Stichting Orion Lyceum

25GC 16RF 14SZ 16QN 28DB

VO VO VO VO VO

39


A.1.8. Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders Raad van Toezicht

2013

2014

F. van Kampen P. v.d. Ven M. v.d. Hoed H. van Beek C. Elion

4.000,00 2.000,00 2.000,00 2.000,00 2.000,00

4.000,00 2.000,00 2.000,00 2.000,00 2.000,00

College van Bestuur

2013

2014

C.M. Clarijs salaris Toelage College van Bestuur G.H.J.M. Olthof salaris Toelage College van Bestuur

126.330,00 11.700,00 125.770,00 11.700,00

119.697,00 11.700,00 119.554,00 11.700,00

40

Bestuursverslag en jaarrekening SKVOB e.o. Bestuursverslag en jaarrekening

Recommend Documents