Jaarverantwoording zorginstellingen 2010
De Goede Zorg
Inhoudsopgave Jaardocument 2010 ............................................................................................................... 3 Voorwoord.............................................................................................................................. 4 2 Profiel van de organisatie ................................................................................................. 6 2.1 Algemene identificatiegegevens ..................................................................................................................... 6 2.2 Structuur van het concern ............................................................................................................................... 6 2.3 Kerngegevens ............................................................................................................................................... 11 2.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering....................................................................................................... 11 2.3.2 Cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten................................................................... 12 2.3.3 Werkgebieden........................................................................................................................................ 13 2.4 Samenwerkingsrelaties.................................................................................................................................. 13
3 Bestuur, toezicht , bedrijfsvoering en medezeggenschap .......................................... 24 3.1 Normen voor goed bestuur............................................................................................................................ 24 3.1.1
Zorgbrede Governance Code ........................................................................................................... 24
3.2 Raad van bestuur/directie ............................................................................................................................. 25 3.3 Toezichthouders (Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen) ............................................................. 26 3.4 Bedrijfsvoering ............................................................................................................................................... 29 3.5 Cliëntenraad .................................................................................................................................................. 32 3.6 Ondernemingsraad......................................................................................................................................... 36
4 Beleid, inspanningen en prestaties ............................................................................... 38 4.1 Meerjarenbeleid ............................................................................................................................................. 38 4.2 Algemeen beleid verslagjaar ......................................................................................................................... 39 4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid ............................................................................................................................. 40 4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten...................................................................................... 41 4.4.1
Kwaliteit van zorg .............................................................................................................................. 42
4.4.2
Klachten ............................................................................................................................................ 48
4.5 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers ........................................................................................................ 49 4.5.1
Personeelsbeleid............................................................................................................................... 49
4.6 Samenleving .................................................................................................................................................. 51
5 Jaarrekening .................................................................................................................... 53
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-2-
Jaardocument 2010
Maatschappelijk verslag
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-3-
Voorwoord Voor u ligt het jaardocument maatschappelijke verantwoording 2010 van Stichting De Goede Zorg. Met het jaardocument wil De Goede Zorg uitdrukking geven aan haar maatschappelijke positie en transparant verantwoording afleggen over het gevoerde beleid en beheer. Het document bevat het maatschappelijke verslag (ook wel jaarverslag genoemd) en de jaarrekening over het verslagjaar (wat gelijk is aan het kalenderjaar) 2010. Stichting De Goede Zorg heeft in het verslagjaar 2010 als zelfstandige stichting gefunctioneerd en heeft daarom geen deel uitgemaakt van een concern dan wel ander organisatorisch verband. De Goede Zorg participeerde in Stichting Disgenoten die met een aantal andere organisaties een centrale productiekeuken exploiteerde. In het verslagjaar besloot het bestuur van Stichting Disgenoten om de centrale productiekeuken te verkopen ingaande per 1 januari 2011, dit gezien de marktontwikkelingen. Met woningstichting De Goede Woning bestond een strategische alliantie, waarbinnen op basis van zelfstandigheid op diverse onderdelen werd samengewerkt. Er werd besloten deze strategische alliantie per ultimo het verslagjaar te beëindigen, aangezien beide stichtingen al sinds 1 januari 2007 organisatorisch niet meer aan elkaar zijn verbonden en bovendien de nieuw te ontwikkelen woonzorgcentra door De Goede Woning zijn verkocht. Verder was er sprake van diverse samenwerkingsovereenkomsten met andere organisaties. Het jaardocument dient ertoe formeel verantwoording af te leggen en hiermee te voldoen aan de wettelijke bepalingen dienaangaande. Tevens is het een instrument om intern en extern naar betrokkenen in de maatschappelijke context transparantie te betrachten. Het jaardocument is door de directeur/bestuurder opgesteld op 17 maart 2011. De accountantscontrole heeft plaatsgevonden in april 2011. De directeur/bestuurder heeft d.d. 19 april 2011 het jaardocument vastgesteld. Op basis van het door de directeur/bestuurder vastgestelde jaardocument heeft de accountant vervolgens d.d. 17 mei 2011 een goedkeurende verklaring verstrekt. De Raad van Toezicht heeft tenslotte in zijn vergadering d.d. 17 mei 2011 goedkeuring gegeven aan het document. Tenslotte is het document voor 1 juni 2011 zowel schriftelijk als digitaal gedeponeerd bij het CIBG, conform de procedure die van toepassing is. Daarnaast is het document toegezonden aan betrokken interne en externe partijen. Zoals blijkt uit de navolgende tekst, is De Goede Zorg erin geslaagd het grootste deel van haar voorgenomen beleid te realiseren. Dit resultaat kon slechts bereikt worden, zowel in de regio’s als op het centrale kantoor, door de inzet van onze medewerkers, vrijwilligers en samenwerkingspartners. Een bijzondere vermelding verdient ook de open en constructieve verhouding met de cliëntenraden en de ondernemingsraad, evenals met de Klachten- en Geschillencommissie en de vertrouwenspersonen voor de cliënten en de vertrouwenspersoon voor de medewerkers. Hiervoor spreek ik mijn dank en waardering uit. Het jaar 2010 was voor De Goede Zorg wederom een enerverend jaar. De toenemende concurrentie in de zorgsector heeft geleid tot de noodzaak op onderdelen tot een heroriëntatie te komen. De Goede Zorg is voorstander van een goede samenwerking binnen de zorgsector en met andere relevante partijen. Echter, er moet onderkend worden dat er inmiddels sprake is van een behoorlijke mate van marktwerking en concurrentie. Deze veranderende omstandigheden hebben geleid tot de noodzaak op onderdelen duidelijke keuzes te maken. Het zoeken naar het juiste evenwicht tussen enerzijds samenwerken en anderzijds concurreren is dan ook een thema dat in het verslagjaar nadrukkelijk aandacht heeft gekregen. Het maatschappelijke ondernemerschap in de zorgsector kent de nodige beperkingen. Daar waar er enerzijds sprake is van marktwerking, is er anderzijds sprake van een uitgebreide en vaak gedetailleerde regelgeving waaraan de zorgaanbieder moet voldoen. Bovendien is de financiële krapte, die onder meer tot uitdrukking komt in de zogenoemde zorgkloof, een vraagstuk dat instellingen lijkt te blijven achtervolgen. De ontwikkelingen met betrekking tot het vastgoed hebben veel aandacht gekregen. Met de nieuwe eigenaar van de woonzorgcentra De Matenhof en De Veenkamp en de aanpalende zorgwoningen, de
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-4-
landelijk werkende wooncorporatie WoonZorg Nederland te Amstelveen, vonden contacten plaats over de voorgenomen vernieuwing van het vastgoed van de woonzorgcentra. De veranderende regelgeving, onder meer met betrekking tot de te verwachten invoering van de normatieve huisvestingscomponent, werd gevolgd. In het verslagjaar heeft De Goede Zorg de vleugels verder uitgeslagen. Als gevolg van de overneming van de activiteiten van het thuiszorgbedrijf Zorgtransfer Apeldoorn (dat deel uitmaakte van Stichting Attent in de regio Arnhem), ingaande per 1 januari 2010, bood De Goede Zorg in geheel Apeldoorn thuiszorg. Hiermee werd een belangrijke strategische doelstelling van de stichting gerealiseerd. In het verslagjaar is dan ook veel geïnvesteerd om de thuiszorg goed neer te zetten, passend binnen het beleid van De Goede Zorg. Kleinschaligheid en overzichtelijkheid van de organisatie voor cliënten en medewerkers speelt hierin een belangrijke rol. 2010 was ook het jaar waarin ook Apeldoorn niet ontkwam aan personele krapte in de zorg, vooral in de thuiszorg. Alle zeilen moesten worden bijgezet om de kwaliteit en continuïteit van de zorg- en dienstverlening te kunnen waarborgen, vooral in de zomerperiode. Bij de toenemende onzekerheden en risico’s geldt dat het des te meer van belang is dat de organisatie keuzes maakt en kansen benut. Voor De Goede Zorg betekenden deze ontwikkelingen dat het strategische beleidsplan een looptijd kreeg van 2010 tot 2014. Tenslotte verdient een bijzondere vermelding het feit dat De Goede Zorg in het verslagjaar heeft besloten zich centraal in Apeldoorn te vestigen. De keus is hierbij gevallen op het kantoorpand Loolaan 1, op een herkenbare plek in de stad. In combinatie hiermee werd een geheel nieuwe huisstijl ontwikkeld. De verhuizing van het centrale kantoor vond tegen het einde van het verslagjaar plaats. De introductie van de nieuwe huisstijl werd voor begin 2011 gepland. Op veel onderdelen moest er nieuw beleid worden ontwikkeld en geïmplementeerd, regelmatig moesten er concreet toepasbare oplossingen voor knelpunten worden gevonden. In alle gevallen was het streven erop gericht de cliënt centraal te blijven plaatsen en dit uitgangspunt te combineren met een goed werkgeverschap voor het personeel. In diverse onderdelen van de tekst kunt u kennis nemen van de uitwerking van deze ontwikkelingen. Hoewel het jaardocument redelijk uitvoerig is, kan ik mij voorstellen dat u extra informatie wenst. Uiteraard is De Goede Zorg graag bereid in te gaan op uw vragen, opmerkingen en/of suggesties. Een open opstelling hoort ons inziens bij het maatschappelijk ondernemen in de zorg.
Apeldoorn, 19 april 2011 Stichting De Goede Zorg,
Drs. B.A. Blaauw Directeur/bestuurder
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-5-
2 Profiel van de organisatie 2.1 Algemene identificatiegegevens Stichting De Goede Zorg is een in Apeldoorn gevestigde rechtspersoon die ten behoeve van voornamelijk oudere cliënten drie woonzorgcentra exploiteert, te weten: - Woonzorgcentrum Avondzon in Apeldoorn-Zuid; - Woonzorgcentrum De Matenhof in De Maten; - Woonzorgcentrum De Veenkamp in Kerschoten. In de woonzorgcentra wordt zorg met verblijf (oftewel intramurale zorg) geboden. Hiernaast wordt in geheel Apeldoorn thuiszorg zorg zonder verblijf (oftewel extramurale zorg) geboden. Tevens zijn er in de woonzorgcentra enkele dagactiviteiten waaraan cliënten uit geheel Apeldoorn deel kunnen nemen. Algemene identificatiegegevens Naam verslagleggende rechtspersoon Adres
Stichting De Goede Zorg Sleutelbloemstraat 26 (per 29 december 2010 Loolaan 1) 7322 AG (per 29 december 2010 7314 AA) Apeldoorn 055-3696903 (per 29 december 2010 055 – 576 5050) 08079358
[email protected] www.degoedezorg.nl
Postcode Plaats Telefoonnummer Identificatienummer Kamer van Koophandel E-mailadres Internetpagina
2.2 Structuur van het concern De Goede Zorg kent de rechtsvorm van de stichting. De stichting werkt volgens het zogenoemde Raad-van-Toezicht-model, waarin de directeur/bestuurder het bestuur van de stichting vormt. De directeur/bestuurder legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht. De stichting had aan het begin van het verslagjaar een toelating voor alle zes functies die de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) kent, te weten: - verblijf; - persoonlijke verzorging; - verpleging; - ondersteunende begeleiding; - activerende begeleiding; - behandeling (extramuraal). Waar gewenst wordt op contractbasis met andere zorgaanbieders samengewerkt met als doel de kwaliteit en continuïteit van de zorg- en dienstverlening voor de cliënten te kunnen waarborgen. Dit geldt vooral voor de functie behandeling en voor medisch-specialistische zorg. Sinds 1 januari 2010 werkt de stichting met drie regio’s. Een regio is een deel van de Gemeente Apeldoorn, waarbinnen zowel intramurale als extramurale zorg- en dienstverlening beschikbaar is. De navolgende regio’s worden onderscheiden: - de Regio Noord, waarin De Veenkamp is gelegen; - de Regio Oost, waarin De Matenhof is gelegen; - de Regio Zuid, waarin Avondzon is gelegen. Door met deze regio’s te werken, blijft de stichting voor zowel de clienten als de medewerkers overzichtelijk en kan er kleinschalig worden gewerkt. Dit komt naar het oordeel van de stichting de kwaliteit ten goede. De stichting kent per regio een cliëntenraad (decentraal). Hiernaast bestaat sinds 1 januari 2010 een centrale cliëntenraad. De formele bevoegdheden van de cliëntenraad liggen bij de regionale cliëntenraden. De regionale cliëntenraden en de centrale cliëntenraad zijn een taakverdeling overeen Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-6-
gekomen met betrekking tot de vraag welke onderwerpen op regionaal respectievelijk centraal niveau worden behandeld. De stichting kent één ondernemingsraad voor de integrale stichting (centraal), dit vanuit het centrale werkgeverschap van de stichting. Bij de samenstelling en werkwijze van de ondernemingsraad wordt rekening gehouden met vertegenwoordiging en betrokkenheid van de medewerkers van de drie regio’s en het centrale kantoor. Voorts kent de stichting een klachten- en geschillencommissie voor de cliënten, alsmede drie cliëntvertrouwenspersonen voor de cliënten (één per regio, met dien verstande dat de vertrouwenspersonen werken als team en hiermee de continuïteit waarborgen). Verder is er een separate vertrouwenspersoon voor de medewerkers. De stichting kent het volgende organigram voor de stichting als geheel. Navolgend zijn ook de organogrammen die per regio worden gehanteerd weergegeven. Organigram Centraal Kantoor
Directeur/bestuurder
Raad van Toezicht
Centrale Cliëntenraad
Ondernemingsraad Centrale staf: - P&O - Controller - Beleid en Kwaliteit - EAD
Clientservicebureau: - Planbureau - Bereikbaarheidsdienst - Zorgtoeleiding
Regiomanager
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
Regiomanager
-7-
Regiomanager
Organigram regio Zuid Regiomanager Secretaresse
Zorgmanager “zorg met verblijf”
Vrijwilligerscoordinator
Vrijwilligers
Ontspannings -begeleiding
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
Verzorging en huishouding
-8-
Facilitair manager
Zorgmanager “zorg zonder verblijf”
Verzorging en huishouding
Medewerkers dagactiviteiten
Receptie
Facilitair medewerkers
Medew. technische dienst
Organigram regio Oost Regiomanager Secretaresse
Zorgmanager “zorg met verblijf”
Vrijwilligerscoordinator
Vrijwilligers
Ontspannings -begeleiding
Verzorging en huishouding Groepsverzorging
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-9-
Facilitair manager
Zorgmanager “zorg zonder verblijf”
Verzorging en huishouding
Medewerkers dagactiviteiten
Receptie
Facilitair medewerkers
Medew. technische dienst
Organigram regio Noord Regiomanager Secretaresse
Zorgmanager “zorg met verblijf”
Vrijwilligerscoordinator
Vrijwilligers
Ontspannings -begeleiding
Verzorging en huishouding Groepsverzorging
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-10-
Facilitair manager
Zorgmanager “zorg zonder verblijf”
Verzorging en huishouding
Medewerkers dagactiviteiten
Receptie
Facilitair medewerkers
Medew. technische dienst
Teneinde in geheel Apeldoorn thuiszorg te kunnen leveren, is per 1 januari 2010 een kleine thuiszorgorganisatie overgenomen, die is geïntegreerd in de regionale structuur en werkwijze van De Goede Zorg.
2.3 Kerngegevens 2.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering Stichting De Goede Zorg levert vooral uit de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) bekostigde zorg. Hiernaast wordt de huishoudelijke hulp bij zorg zonder verblijf, bekostigd uit de Wmo (Wet op de maatschappelijke ondersteuning), geleverd. Er is daardoor sprake van activiteiten die uit publieke middelen worden bekostigd. Een uitwerking hiervan is in de navolgende tabellen opgenomen. In de loop van het verslagjaar werd een toelating voor de functie behandeling extramuraal verkregen. AWBZ-functies geleverd door het concern Functie Persoonlijke verzorging Verpleging Ondersteunende begeleiding Activerende begeleiding Behandeling Verblijf op grond van de AWBZ
Ja/nee Ja Ja Ja Ja Ja (extramuraal) Ja
Overige AWBZ-prestaties geleverd door het concern Prestatie Uitleen verpleegartikelen Prenatale zorg Advies, instructie en voorlichting Voedingsvoorlichting
Ja/nee Nee Nee Nee Nee
Overige zorg geleverd door het concern Prestatie Dieetadvisering
Ja/nee Nee
Doelgroepen cliënten AWBZ-zorg Doelgroep Somatische aandoening of beperking Psychogeriatrische aandoening of beperking Psychiatrische aandoening Lichamelijke handicap Verstandelijke handicap Zintuiglijke handicap of communicatieve stoornis Psychosociale problemen
Ja/nee Ja Ja Nee Nee Nee Nee Nee
Private zorg Hebt u in 2010 zorg of diensten verleend gefinancierd vanuit niet-publieke middelen? Onderaanneming Hebt u in 2010 WTZI-zorgverlening uitbesteed aan een onderaannemer?
Ja/nee Nee
Antwoordcategorie Ja
Stichting De Goede Zorg richt zich op alle cliënten die in de woonzorgcentra en wat de thuiszorg betreft in geheel Apeldoorn woonachtig zijn. De dagactiviteiten staan open voor cliënten, onafhankelijk van de vraag waar zij woonachtig zijn. De dagactiviteiten worden uitgevoerd in de woonzorgcentra. De Goede Zorg stelt de keuzevrijheid van de individuele cliënt centraal. Die cliënten die kiezen voor De Goede Zorg als voorkeursaanbieder, ontvangen de geïndiceerde zorg rechtstreeks van De Goede Zorg. In die gevallen waarin De Goede Zorg de geïndiceerde zorg in eerste instantie niet zelf kan leveren, wordt zogenoemde transferzorg geregeld. Dit betreft tijdelijke zorg, die door een andere organisatie namens De Goede Zorg kan worden geleverd. Een dergelijke situatie kan zich voordoen als de cliënt als gevolg van een wachtlijst niet onmiddellijk in één van de woonzorgcentra of de omliggende woonservicegebieden kan gaan wonen. De primaire doelgroep van De Goede Zorg bestaat uit ouderen. Voor cliënten met een psychiatrische aandoening, psychosociale problematiek, een lichamelijke handicap, een verstandelijke handicap en/of een zintuiglijke handicap kan onder voorwaarden eveneens zorg worden geboden. In die gevallen wordt als regel met een in deze zorg gespecialiseerde zorgaanbieder samengewerkt. Eveneens kent De Goede Zorg twee overeenkomsten teneinde de kwaliteit en continuïteit in de verlening van zorg waarbij de functie behandeling aan de orde is, te kunnen waarborgen. Dit betreft overeenkomsten met de Stichting Zorggroep Apeldoorn e.o. en met Stichting Vérian. Deze treden in voorkomende gevallen als onderaannemer op bij cliënten van De Goede Zorg.
2.3.2 Cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten Kerngegevens VVT exclusief jeugdgezondheidszorg, kraamzorg en WMO-zorg Kerngegeven Cliënten Aantal cliënten met zorg en verblijf per einde verslagjaar (inclusief TO) Waarvan ZZP-cliënten met zorg en verblijf per einde verslagjaar Aantal cliënten dagactiviteiten per einde verslagjaar Aantal extramurale cliënten exclusief cliënten dagactiviteiten per einde verslagjaar Capaciteit Aantal beschikbare bedden/plaatsen met verblijfszorg per einde verslagjaar Productie Aantal dagen met zorg en verblijf in verslagjaar Waarvan ZZP-dagen met zorg en verblijf in verslagjaar Aantal dagdelen dagactiviteiten in verslagjaar Aantal uren extramurale productie in verslagjaar (exclusief dagactiviteiten) Personeel Aantal personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Aantal FTE personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Bedrijfsopbrengsten Totaal bedrijfsopbrengsten in verslagjaar Waarvan wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Waarvan overige bedrijfsopbrengsten en niet gebudgetteerde zorgprestaties
Aantal/bedrag Aantal 239 239 53 196
231 Aantal 84.044 84.044 6.931 40.674 Aantal 325 173 Bedrag in euro's 13.990.177 12.406.181 1.583.996
Alle verblijfsplaatsen van De Goede Zorg zijn voor beide doelgroepen geschikt. In totaal zijn er dus 231 verblijfsplaatsen beschikbaar. Deze worden, afhankelijk van het indicatiebesluit van de cliënt, ingezet voor somatische en/of psychogeriatrische zorg. De aangegeven getallen zijn dan ook indicatief. Capaciteitsgegevens verblijfplaatsen per einde verslagjaar Doelgroep Aantallen verblijfplaatsen per categorie zoals aangegeven in de prestatie-eisen ex artikel 10 WTZi Licht Zwaar Beveiligd Somatische aandoening of beperking 115 Psychogeriatrische aandoening of 116 beperking Psychiatrische aandoening Lichamelijke handicap Verstandelijke handicap Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-12-
Zintuiglijke handicap of communicatieve stoornis Psychosociale problemen
2.3.3 Werkgebieden De Goede Zorg is geografisch werkzaam in de regio 6 Apeldoorn op grond van de indeling van de (voormalige) Wet Ziekenhuis Voorzieningen (WZV) en met name in de gemeente Apeldoorn. De drie woonzorgcentra bevinden zich binnen deze gemeente. Er wordt zorg zonder verblijf geboden aan cliënten in de gehele Gemeente Apeldoorn. Tevens staan de dagactiviteiten open voor alle cliënten in Apeldoorn. Er worden buiten de gemeente geen activiteiten ontplooid. Zorgkantoorregio’s Nr Regio 6 Apeldoorn, Zutphen e.o.
Ja/nee Ja
2.4 Samenwerkingsrelaties Algemeen In het algemeen ziet De Goede Zorg zich, vanuit haar missie en visie, als een maatschappelijke ondernemer. Hierbij behoort een opstelling waarin belanghebbenden en gesprekspartners serieus worden genomen en met respect worden bejegend. Vanuit inhoudelijke standpunten worden partijen benaderd om zoveel mogelijk in een open dialoog en goed overleg resultaten te bereiken. Daar waar er een verschil van inzicht en mogelijk een tegengesteld belang is, is het streven erop gericht dit te signaleren en vanuit deze openheid de grenzen van het haalbare op te zoeken. De Goede Zorg is een zelfstandige organisatie, die zich ook als zodanig opstelt. Samen met andere betrokken partijen streeft De Goede Zorg naar samenwerking waar dit in het belang van de organisatie en haar cliënten is. Bij concurrentie gaat De Goede Zorg deze evenwichtig aan, zonder dat de cliënt hiervan in redelijkheid hinder ondervindt. De Goede Zorg neemt hierbij te allen tijde de keuzevrijheid van de individuele cliënt als uitgangspunt. De Goede Zorg had in het verslagjaar met een reeks van belanghebbenden van doen. Navolgend wordt een overzicht van de voornaamste belanghebbenden gegeven, met een korte beschrijving van de relatie tussen de belanghebbende en De Goede Zorg en de wijze waarop de dialoog tussen de belanghebbende en De Goede Zorg heeft plaatsgevonden. Cliënten De Goede Zorg stelt de cliënten centraal en beschouwt hen als de belangrijkste belanghebbenden van de organisatie. De cliënten zijn via de regionale cliëntenraden betrokken bij het beleid en de activiteiten van de organisatie. Per 1 januari 2010 is er naast de regionale cliëntenraden een centrale cliëntenraad ingesteld. Hiernaast wil De Goede Zorg steeds een open oog en oor hebben voor wat cliënten te berde brengen en beoordelen wat met deze inbreng kan worden gedaan. In het verslagjaar is De Goede Zorg zich, naast clienten in de woonzorgcentra en de aanpalende zorgwoningen, gaan richten op clienten in de gehele gemeente Apeldoorn. De aanleiding hiervan is de overname van de activiteiten van een thuiszorgbedrijf en vervolgens de acquisitie die gericht was op de werving van clienten in geheel Apeldoorn. Met name de betrokkenheid van clienten in de thuiszorg is een punt dat in het verslagjaar met de cliëntenraden is besproken. Naast de formele kaders, wordt er ook regelmatig informatie aan cliënten gegeven en heeft De Goede Zorg ook informatiemateriaal ontwikkelt. Voor de bewoners in het woonservicegebied worden er ook bijeenkomsten belegd over de leefbaarheid in de wijk en activiteiten in en vanuit het woonzorgcentrum. In het verslagjaar vergaderden de cliëntenraden, die per regio zijn georganiseerd, regelmatig (eens per zes weken), waarbij de regiomanager het aanspreekpunt vanuit de organisatie is. Hiernaast vergaderde de centrale cliëntenraad zes maal over vraagstukken op het niveau van de stichting als geheel, waarbij de directeur/bestuurder het aanspreekpunt is. De wettelijke bevoegdheden berusten bij de regionale cliëntenraden, waarvan de centrale cliëntenraad een afgeleide is.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-13-
Zorgkantoor Apeldoorn/Zutphen e.o. De activiteiten van De Goede Zorg worden voornamelijk bekostigd uit de AWBZ. Het Zorgkantoor treedt op als instantie die de financiële middelen verdeelt over de betrokken instellingen. De Goede Zorg valt in het werkgebied waarvoor Agis Zorgverzekeringen te Amersfoort concessiehouder is. Agis vervult deze taak in een aantal WZV-regio’s (regio’s op grond van de voormalige Wet Ziekenhuis Voorzieningen), waaronder de regio Apeldoorn/Zutphen. Voor De Goede Zorg betekent dit dat de zogenoemde productieafspraken met het Zorgkantoor worden overeengekomen. Dit zijn afspraken over de aard en het volume van de te verlenen AWBZzorg aan verzekerden in het werkgebied van het Zorgkantoor. Verder heeft het Zorgkantoor de bevoegdheid om adviezen te geven over (voorgenomen) beleid van de zorginstelling. Hierbij kan gedacht worden aan initiatieven in het kader van het Lange Termijn Huisvestings Plan (LTHP) op het gebied van bouw, maar ook aan de verkrijging van toelatingen voor AWBZ-functies, toelatingen op grond van de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) en aan de ontwikkeling van nieuw beleid. De Goede Zorg heeft dan ook in 2010 regelmatig contact gehad met het Zorgkantoor. Eind 2009 was duidelijk geworden dat De Goede Zorg op basis van de ingediende offerte voor 2010 de AWBZ-productie in grote lijnen kon continueren. De Goede Zorg heeft in oktober 2010 een herschikking ingediend die grotendeels is gehonoreerd. Eveneens werd in juli 2010 een offerte voor de zorginkoop 2011 ingediend, waarover op hoofdlijnen overeenstemming werd bereikt. Een bijzondere vermelding hierbij verdient het feit dat de productie ten behoeve van cliënten die zijn overgenomen van Zorgtransfer Apeldoorn werd gehonoreerd; er is in feite hiermee sprake van een overheveling van financiële middelen van het Zorgkantoor Arnhem (waar de toenmalige eigenaar van Zorgtransfer Apeldoorn, Stichting Attent, de productieafspraken maakte) naar het Zorgkantoor Apeldoorn/Zutphen e.o. Tenslotte waren er met het Zorgkantoor diverse beleidsmatige punten van overleg, met name rondom het vastgoed en innovatie en samenwerking. Het zorgkantoor is geïnformeerd over de initiatieven die De Goede Zorg ter zake wil nemen en heeft zich hierover in positieve zin uitgesproken. In hoeverre dit leidt tot concrete steun en/of het maken van productieafspraken, vormt nog onderwerp van nader overleg. In het algemeen kan de verhouding met het Zorgkantoor als goed worden gekenschetst, zij het dat de beperkingen in de systematiek en de financiële mogelijkheden leiden tot op onderdelen onbevredigende uitkomsten van overleg. Zo blijft De Goede Zorg het als knelpunt ervaren, dat risico’s van overschrijding van productieafspraken en de beperkte mogelijkheden tot groei met name bij de zorgaanbieder liggen. Eveneens bleek in het verslagjaar dat er tengevolge van de wijze van aanbesteding door het zorgkantoor sprake is van een daling van de tarieven, terwijl de zorgaanbieder juist met een stijging van de kosten wordt geconfronteerd. Dit zet met name de thuiszorg onder druk. Gemeente Apeldoorn De Goede Zorg heeft een toenemend belang in het onderhouden van de goede betrekking met de gemeente op het terrein van zorg, wonen en welzijn. Vooral over de mogelijkheden en onmogelijkheden om in de huidige concurrerende verhoudingen samen te werken in de woonservicegebieden werd in het verslagjaar met de gemeente doorgepraat. De gemeente onderkent inmiddels dat de concurrentie en de invoering van de Wmo beperkingen opleveren voor de ontwikkeling van de woonservicegebieden. Het zogenoemde Afstemmingsoverleg Woonservicegebieden heeft zich in het verslagjaar gebogen over de definiëring van een realistisch ambitieniveau voor de ontwikkeling van woonservicegebieden. Dit laat onverlet dat De Goede Zorg zich blijft inspannen om in de woonservicegebieden te werken aan kwaliteit en diversiteit van het aanbod aan zorg, welzijn en wonen. Ook bredere vraagstukken als leefbaarheid en veiligheid komen hierbij aan bod. Er wordt dan ook geparticipeerd in het eerder genoemde Afstemmingsoverleg Woonservicegebieden, dat enkele keren per jaar bijeen komt en dat een informatief karakter heeft. De Goede Zorg heeft aan het gemeentebestuur uitgesproken, teleurgesteld te zijn in de gang van zaken rondom de aanbesteding van de huishoudelijke zorg. Waar de gemeente qua visie en beleid streeft naar locaal en kleinschalig, was de uitkomst van de aanbesteding vooral gericht op grootschaligheid en bovenlokale partijen. De Goede Zorg is van mening dat de gemeente in 2009
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-14-
ten onrechte een volumecriterium heeft toegevoegd aan het desbetreffende bestek en blijft de gemeente op deze problematiek wijzen. De gemeente heeft een grote invloed vanuit haar taken en bevoegdheden op het vlak van de ruimtelijke ordening. Hierdoor is het de gemeente die in hoge mate bepaalt welke mogelijkheden er zijn om geclusterde vormen van zorgwoningen te realiseren en om bouwgronden ter beschikking te stellen. Hier ligt ook een aangrijpingspunt met het LTHP van De Goede Zorg en de renovatie van winkelcentrum De Eglantier, Osseveld-Oost en Dok Zuid. Helaas bleken in het verslagjaar uitdrukkelijk de negatieve effecten van de stagnerende woningmarkt en haperende economie in het algemeen. Als gevolg hiervan stond de realisatie van nieuwe bouwprojecten in Apeldoorn sterk onder druk. Samen met Stichting Disgenoten is De Goede Zorg de discussie met de gemeente aangegaan betreffende de subsidiering van de maaltijden. Momenteel ontvangt slechts één aanbieder subsidie, wat niet langer houdbaar is. Er is informeel vernomen dat de gemeente voornemens is het beleid aan te passen en via een vorm van aanbesteding een aantal leveranciers te selecteren. Vervolgens kunnen geïndiceerde burgers kiezen voor een van de geselecteerde leveranciers. In het verslagjaar werd dit gemeentelijke besluit definitief. Echter, aan de uitvoering kwam de gemeente ook in het verslagjaar niet toe. De gemeente heeft in 2010 het overleg met de zorgaanbieders voort gezet om voor 2011 een vangnet uit de Wmo te vormen, teneinde cliënten van wie de indicatie voor dagactiviteiten kwam te vervallen deels continuering te bieden. Nadat begin 2010 de regeling voor 2010 werd vastgesteld, werd later in het jaar besloten de regeling tot medio 2011 te continueren. De Goede Zorg heeft in het verslagjaar deelgenomen aan diverse bijeenkomsten die (mede) door de gemeente werden georganiseerd. Ook werden regelmatig vergaderingen van de gemeenteraad (zowel in het kader van de politieke markt, die opiniërend is, als in het kader van besluitvormende vergaderingen) bijgewoond. Het nieuwe gemeentebestuur dat in april 2010 aantrad, had een deel van de gemeentelijke bezuinigingsdoelstelling zelf ingevuld; een ander deel zou moeten blijken uit een kerntakendiscussie, waarbij de gemeenteraad het voortouw nam. Deze politieke discussie leidde tegen het einde van het verslagjaar niet tot besluitvorming. De verwachting is dat de uitkomsten hiervan leiden tot een aanzienlijke bezuiniging op de Wmo-middelen, die niet zonder gevolgen zal blijven voor in ieder geval de huishoudelijke zorg die door de gemeente wordt bekostigd. Provincie Gelderland In het verslagjaar werd beperkt contact met de provincie Gelderland onderhouden. Met de onderbrenging van de woonzorgcentra in de AWBZ per 2001 heeft de provincie geen directe zeggenschap meer over de woonzorgcentra. Met name bij het Servicepunt Zuid in dok Zuid was de Provincie Gelderland als subsidiegever en inhoudelijk belangstellende betrokken. Indirect (via de gemeente) ontvangt dit project, waarin De Goede Zorg participant is, subsidiegelden van de Provincie Gelderland. In februari 2010 werd de conferentie ´Thuis geven in Gelderland´ bezocht. Deze conferentie had ten doel te komen tot informatieoverdracht en inspiratie op het gebied van vernieuwing in wonen/zorg/ welzijn. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport In het licht van de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi), die sinds 1 januari 2006 van kracht is, heeft De Goede Zorg 1 mei 2007 de aanvragen voor de renovatie met gedeeltelijke nieuwbouw respectievelijk nieuwbouw van De Matenhof en De Veenkamp ingediend bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Voor De Veenkamp wordt voorzien in vervangende nieuwbouw voor 38 plaatsen in de zogenoemde categorie licht en 18 in de zogenoemde categorie zwaar (waarbij aan groepswonen voor dementerenden gedacht moet worden). De overige 50 plaatsen worden nieuw gebouwd op basis van scheiding van wonen en zorg. Voor De Matenhof wordt voorzien in renovatie voor 33 plaatsen in de categorie licht en 12 in de categorie zwaar. Voor 9 plaatsen vindt renovatie plaats op basis van scheiding van wonen en zorg. Hiernaast worden 40 plaatsen overgeplaatst naar een nieuwe locatie aan de Deventerstraat, waar op
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-15-
het terrein van de GGZ-zorgaanbieder (Geestelijke GezondheidsZorg) GGNet nieuwbouw wordt gerealiseerd voor 20 plaatsen in de categorie zwaar en 20 in de categorie licht. Hiermee ontstaat een nieuwe locatie die een accent krijgt op het snijvlak van ouderenzorg en geestelijke gezondheidszorg. Er wordt op dit moment uitgegaan van een scenario waarbij op de diverse locaties het deel voor zorg met verblijf onder de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) wordt gerealiseerd. Uit een briefwisseling met aanvankelijk het CIBG (5 augustus 2010) en vervolgens het Ministerie van VWS mag de conclusie worden getrokken dat er bij het ministerie financiële middelen voor deze bouwprojecten blijven gereserveerd, tot het moment dat er daadwerkelijk een andere wijze van bekostiging van de kapitaalslasten wordt ingevoerd. Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) Het CIZ speelt een belangrijke rol in de keten van de AWBZ-zorg, aangezien dit het orgaan is dat inzake individuele cliënten indicatiebesluiten neemt. Deze vormen voor de individuele cliënt de basis voor de wettelijke aanspraak op AWBZ-zorg en voor de zorgaanbieder de rechtmatigheid van de zorgverlening en voor de bekostiging. Met het CIZ werd op operationeel niveau contact onderhouden over de voortgang van de indicatiestellingen. Deze voortgang verliep niet altijd probleemloos door achterstanden die bij het CIZ waren ontstaan. Dit betrof zowel indicaties van nieuwe cliënten als herindicaties van bestaande cliënten. Overigens trad er op dit punt in het verslagjaar een evidentie verbetering op. Dit komt mede doordat De Goede Zorg en het CIZ een overeenkomst sloten voor de digitale onderlinge communicatie. Vanuit de Gemeente had het CIZ een rol gekregen bij de indicatiestellingen in het kader van de Wmo. Staatstoezicht op de Volksgezondheid, Inspectie Gezondheidszorg Staatstoezicht op de Volksgezondheid, Inspectie Gezondheidszorg, heeft de wettelijke inspectietaak over de AWBZ-instellingen. In het verslagjaar vond er een algemeen inspectiebezoek plaats in Avondzon. Dit houdt in dat de inspectie eerst onaangekondigd en vervolgens met een gericht programma aangekondigd een bezoek brengt aan de organisatie. Op basis hiervan heeft de inspectie een rapportage opgesteld, waarin De Goede Zorg zich kon vinden. Op verzoek van de inspectie heeft De Goede Zorg eind 2010 op een aantal punten een verbeterplan opgesteld, omdat er enkele aandachtspunten waren geconstateerd. De hoofdlijn van het rapport schetst een positief beeld, zonder zwaarwegende opmerkingen. Voedsel en Waren Autoriteit De Voedsel en Waren Autoriteit heeft tot wettelijke taak toe te zien op de naleving van de eisen rondom de kwaliteit en hygiëne inzake de maaltijdbereiding en –levering aan de cliënten. In het verslagjaar vonden er enige inspecties plaats, waarbij geen bijzonderheden werden vastgesteld. De warme maaltijden betrekt De Goede Zorg van Stichting Disgenoten, waarvan De Goede Zorg mede-eigenaar is. Deze beschikt over het keurmerk voor veilig voedsel. Arbeidsinspectie De Arbeidsinspectie heeft tot wettelijke taak toe te zien op een correcte naleving van de arbowetgeving en andere aan medewerkers gerelateerde regelingen. In het verslagjaar werden door de Arbeidsinspectie diverse controles uitgevoerd, waarbij geen bijzonderheden werden vastgesteld. Vereniging de Zorgalliantie (dZA) In het verslagjaar werd de voormalige Vereniging dZA door de vereffenaars afgewikkeld. Deze regionale vereniging had in de jaren ’90 van de vorige eeuw gefungeerd als rechtspersoon waarbinnen diverse vormen van samenwerking tussen organisaties onderling werden ontwikkeld. Vervolgens, mede met de introductie van de marktwerking, heeft de vereniging een aantal jaren als overlegplatform gefunctioneerd. Aangezien de leden hadden geconstateerd dat het niet noodzakelijk en niet gewenst is hiervoor een aparte rechtspersoon in stand te houden, was in 2009 besloten de vereniging op te heffen. Per ultimo 31 december 2009 werd de Vereniging dZa ontbonden en uitgeschreven bij de Kamer van Koophandel. Hiermee kwam er ook een eind aan de formele binding van De Goede Zorg met deze vereniging. De directeur/bestuurder van De Goede Zorg en een lid van de raad van bestuur van Stichting Riwis traden op als vereffenaars. In het verslagjaar werden alle nog te verrichten handelingen door de vereffenaars afgewikkeld, waarmee per 1 december 2010 kon worden geconstateerd dat deze werkzaamheden waren afgerond.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-16-
De leden van dZa waren: - Stichting Zorggroep Apeldoorn e.o. te Apeldoorn/Beekbergen; - Stichting Riwis te Brummen/Eerbeek/Apeldoorn; - Stichting Trimenzo te Twello/Voorst; - Stichting Talma Borgh te Apeldoorn; - Stichting Viattance te Heerde (de rechtsopvolger van de voormalige Stichting Veluwe Borgh te Epe/Vaassen); - Stichting De Goede Zorg te Apeldoorn; - Woningstichting De Goede Woning te Apeldoorn. Stichting Zorggroep Apeldoorn en omstreken Met Stichting Zorggroep Apeldoorn e.o. bestond in het verslagjaar een structurele samenwerking. Deze kwam tot uitdrukking in een tweetal samenwerkingsovereenkomsten. Teneinde de kwaliteit en continuïteit van de functie behandeling te kunnen waarborgen, kocht De Goede Zorg expertise en activiteiten in bij de Zorggroep Apeldoorn e.o. Dit betreft de zogenoemde functie behandeling op de achtergrond, die deel uitmaakt van diverse zorgzwaartepakketten. De desbetreffende overeenkomst tussen beide stichtingen werd geactualiseerd, waarbij deze expertise ook voor clienten zorg zonder verblijf kon worden ingezet. Voorheen werd gesproken van de verpleeghuisarts, thans van de specialist ouderengeneeskunde. In 2005 was een samenwerkingsovereenkomst gesloten met als doel in de nieuwbouw van Avondzon een verpleegunit van de Zorggroep Apeldoorn e.o. te realiseren, waarbij De Goede Zorg de dagelijkse zorg gaat verlenen als integraal onderdeel van de werkorganisatie van Avondzon. In februari 2008 werd de verpleegunit in gebruik genomen. Deze samenwerkingsovereenkomst kent een looptijd van 20 jaar. In de loop van het verslagjaar vonden er diverse onderlinge contacten plaats over de inhoud en kwaliteit van de zorg en werd er bestuurlijk geëvalueerd. Parallel aan de samenwerkingsovereenkomst was er sprake van een huurovereenkomst, waarbij de Zorggroep Apeldoorn e.o. voor haar clienten de verpleegunit (groepswonen voor dementerenden) huurt van De Goede Zorg. Deze huurovereenkomst kent eveneens een looptijd van 2008 tot 2028. Tenslotte was er samenwerking in het kader van Stichting Disgenoten betreffende de gemeenschappelijke productiekeuken. Stichting Riwis Met Stichting Riwis werd samengewerkt in het kader van Avondzon. In 2008 was er een samenwerkingsovereenkomst gesloten, die de basis vormt voor een groep cliënten van Riwis, die wonen in Avondzon. Deze cliënten kennen met name psychosociale problematiek. De Goede Zorg biedt hier de basiszorg, terwijl Riwis de specialistische zorg levert. In dit verband was er parallel aan de samenwerkingsovereenkomst, een huurovereenkomst, door middel waarvan Riwis voor haar cliënten veertien appartementen in Avondzon huurt. De looptijd van deze samenwerkingsovereenkomst is van 2008 tot 2028. Ook de huurovereenkomst kent een looptijd van 2008 tot 2028. In het verslagjaar waren er contacten over de kwaliteit en continuïteit van de zorg- en dienstverlening. Stichting Trimenzo Met Stichting Trimenzo werd samengewerkt in het kader van Stichting Disgenoten betreffende de gemeenschappelijke productiekeuken. Woningstichting De Goede Woning te Apeldoorn Met woningstichting De Goede Woning te Apeldoorn bestond een strategisch partnerschap. Op basis van een overeenkomst en het gezamenlijke actieplan ´Samen aan de slag´ werkten beide stichtingen samen. Er is sprake van twee gelijkwaardige, formeel en organisatorisch zelfstandige organisaties. Deze werken door middel van een strategische alliantie samen door op onderdelen gezamenlijk beleid te ontwikkelen en concrete activiteiten te ontplooien. Er is hierbij geen sprake van exclusiviteit, maar wel van benutting van de gezamenlijke positie die beide organisaties op belangrijke plekken in Apeldoorn innemen. De Goede Woning had in 2008 besloten tot verkoop van De Matenhof en De Veenkamp, alsmede de aanpalende complexen met zorgwoningen. Deze verkoop werd in september 2009 notarieel verleden, waarbij de genoemde complexen door De Goede Woning werden verkocht aan de landelijk werkende wooncorporatie WoonZorg Nederland te Amstelveen. De effectuering hiervan vond per 1 januari 2010 plaats. Als gevolg hiervan kende De Goede Zorg nog slechts in Avondzon en het omliggende gebied een
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-17-
relatie met De Goede Woning. Deze richtte zich met name op de relatie tussen de verhuurder en de huurder. De looptijd van de huurovereenkomst betreft de periode van 2008 tot 2028. Als gevolg van deze ontwikkelingen concluderen de directeur/bestuurders van De Goede Woning en De Goede Zorg dat hiermee de basis aan het strategische partnerschap tussen beide stichtingen de facto is komen te vervallen. Vandaar dat dit strategische partnerschap, met goedkeuring van de toezichthoudende organen van beide stichtingen, per ultimo 2010 werd ontbonden. Met het medio 2010 genomen besluit van De Goede Zorg om het kantoor van De Goede Woning te gaan verlaten, hetgeen per 29 december 2010 is geëffectueerd, kwam er ook aan de praktische samenwerking een eind. Het jaar 2010 was dan ook in de verhouding tussen beide stichtingen historisch te noemen, omdat de bijzondere verhouding tussen beide organisaties eind dit jaar werd beëindigd. Vervolgens zal er sprake zijn van een reguliere verhouding verhuurder/huurder. Stichting WoonZorg Nederland Tengevolge van de verkoop van de woonzorgcentra De Matenhof en De Veenkamp en de aanpalende complexen met zorgwoningen door De Goede Woning aan WoonZorg Nederland, is De Goede Zorg met deze landelijk werkende en te Amstelveen gevestigd wooncorporatie een aantal overeenkomsten aangegaan. In de eerste plaats betreft dit de huurovereenkomsten voor de woonzorgcentra De Matenhof en De Veenkamp. In het kader van de huurbescherming zijn deze onverkort in stand gebleven. Deze kennen een looptijd tot 1 november 2023 respectievelijk 1 november 2023. Op verzoek van WoonZorg Nederland werd er gesproken over het doorvoeren van enkele inhoudelijke aanpassingen. In de tweede plaats werden er tussen De Goede Zorg en WoonZorg Nederland overeenkomsten gesloten op het vlak van dienstverlening. Hierbij verleent De Goede Zorg diensten in het kader van het beheer van de woonzorgcentra en de naast gelegen zorgwoningen. In de derde plaats werden er oriënterende gesprekken gevoerd over nieuwbouw en renovatie van de woonzorgcentra. Stichting Mooiland/Vitalis Met de landelijk werkende wooncorporatie Mooiland/Vitalis te Amersfoort werd de overeenkomst gecontinueerd, waarbij De Goede Zorg de personenalarmering en zorgopvolging verricht in enkele complexen van deze wooncorporatie, gelegen in de nabijheid van De Matenhof. Stichting Zorggarant Per 1 maart 2010 is De Goede Zorg onderaannemer geworden bij de Stichting Zorggarant voor de huishoudelijke zorg bij clienten zorg zonder verblijf, die ressorteert onder de werking van de Wmo. Hiertoe sloten beide stichtingen een samenwerkingsovereenkomst voor de duur van de gunningen die de Gemeente Apeldoorn heeft toegekend, dat wil zeggen tot 31 december 2010. Cliënten kunnen kiezen voor huishoudelijke zorg extramuraal van De Goede Zorg, door hun keuze te maken voor de hoofdaannemer Stichting Zorggarant en hierbij aan te geven dat men zorg wens te ontvangen van De Goede Zorg. Zorggarant ontvangt van de Gemeente Apeldoorn hiervoor een vergoeding, die onder aftrek van een overeengekomen ´fee’ wordt doorbetaald aan De Goede Zorg. Met andere woorden: Stichting Zorggarant treedt op als hoofdaannemer en De Goede Zorg als onderaannemer. Voor deze constructie is mede gekozen doordat tengevolge van het beleid van de Gemeente Apeldoorn er een volumecriterium is ingevoerd, waardoor kleinere organisaties geen hoofdaannemer konden worden. Stichting Zorggarant is gevestigd te Heerenveen en locaal te Apeldoorn. Stichting Thuiszorg Service Nederland (TSN) Stichting Thuiszorg Service Nederland (TSN) te Almelo, heeft in het derde kwartaal van 2009 de activiteiten van het failliete Thuiszorg Jacobs b.v. overgenomen. Aangezien De Goede Zorg voor dit faillissement onderaannemer was van formeel Stichting Thuiszorg Jacobs en materiaal van Thuiszorg Jacobs b.v., is De Goede Zorg als gevolg van de genoemde overname een overeenkomst met TSN aangegaan. Deze liep tot 1 maart 2010. Deze overeenkomst strekte ertoe de huishoudelijke zorg bij clienten zorg zonder verblijf te kunnen verstrekken als onderaannemer bij TSN. TSN beschikte over een van de Gemeente Apeldoorn verkregen gunning.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-18-
Stichting Vérian Met stichting Vérian, de reguliere thuiszorgorganisatie in de regio, werd samengewerkt op het gebied van borging van de kwaliteit en continuïteit in de zorgverlening. Als grote thuiszorgorganisatie, beschikt Vérian over specialistische expertise, die bij complexe zorg bij cliënten van De Goede Zorg kan worden ingezet. Ook in situaties waarin de continuïteit van de zorg in gevaar dreigt te komen, kan De Goede Zorg een beroep doen op Vérian. In deze gevallen treedt Vérian op als onderaannemer van De Goede Zorg. Thuiszorg Beers b.v. Met dit particuliere thuiszorgbedrijf wordt samengewerkt in het Servicepunt Zuid in dok Zuid. Stichting Attent/Zorgtransfer Apeldoorn Per 1 januari 2010 werden de activiteiten van Zorgtransfer Apeldoorn, een kleine thuiszorgorganisatie, door De Goede Zorg overgenomen van Stichting Attent uit De Steeg, regio Arnhem. Stichting GGNet. Met de GGZ-instelling (Geestelijke Gezondheids Zorg) GGNet werd op drie manieren samengewerkt. In de eerste plaats kenden beide organisaties de dagactiviteit De Bonte Specht, gericht op cliënten met psychosociale en psychiatrische problematiek, die wordt gerealiseerd in woonzorgcentrum Avondzon door medewerkers van De Goede Zorg, waarbij specialistische zorg van GGNet beschikbaar is. Als regel zijn de cliënten namelijk cliënt van GGNet. Door middel van de dagactiviteit wordt vooral structuur geboden, wat preventief werkt ten opzichte van zwaardere vormen van zorg. De genoemde samenwerkingsovereenkomst behelst ook de mogelijkheid van een uitbreiding van de dagactiviteit in kwestie naar De Matenhof en naar De Veenkamp. In de tweede plaats bestond er een intentieovereenkomst met betrekking tot de realisatie van een gedeeltelijke nieuwbouw van De Matenhof op het terrein van GGNet aan de Deventerstraat. Tenslotte was er samenwerking in het kader van Stichting Disgenoten met betrekking tot de gemeenschappelijke productiekeuken. Stichting Pluryn te Oosterbeek/Beekbergen De Goede Zorg en Stichting Pluryn waren in de loop van 2005 in gesprek geraakt met als doel te onderzoeken of er een groep (oudere) verstandelijk beperkte cliënten van Pluryn in Avondzon zou kunnen gaan wonen. Eén en ander was in een notitie uitgewerkt, die eind 2005 op directieniveau was vastgesteld. De conclusie was dat dit goed mogelijk zou zijn, op voorwaarde dat de cliënten geen ernstige gedragsproblematiek vertonen en juist gebaat zijn bij een omgeving met veel prikkels. De Goede Zorg zou dan de reguliere zorg verrichten en Pluryn de specialistische zorg. Dit concept past uitstekend in de ontwikkeling van het woonservicegebied en het streven van De Goede Zorg om gebiedsgericht in samenwerking met andere zorgaanbieders een breed palet te kunnen aanbieden. Ook sluit het aan bij de afspraken die de Gemeente heeft gemaakt met de woningcorporaties om de zorg voor mensen met een beperking beter te spreiden over de stad. Inde desbetreffende samenwerkingsovereenkomst, daterend van 2008 met een looptijd van 20 jaar, wonen negen cliënten van Pluryn in Avondzon. Parallel hieraan is er sprake van een huurovereenkomst met een looptijd van 2008 tot 2028, door middel waarvan Pluryn tien appartementen huurt van De Goede Zorg. Stichting Wisselwerk te Apeldoorn Stichting Wisselwerk is in Apeldoorn de brede welzijnsorganisatie, bekostigd door de gemeente Apeldoorn op basis van beleidsgestuurde contractfinanciering. Gezien het belang van welzijnsactiviteiten voor grote groepen van cliënten van De Goede Zorg en burgers in het algemeen, was al geruime tijd geleden een samenwerking ontstaan. Met name in Avondzon werd er in het verslagjaar een hoge mate van integratie van de welzijnsactiviteiten gecontinueerd. De welzijnsactiviteiten van Wisselwerk in de desbetreffende wijk, onder de naam De Brummelhof, werden verricht vanuit woonzorgcentrum Avondzon. Wisselwerk en De Goede Zorg hebben hiertoe een gebruikersovereenkomst met een looptijd van 2008 tot einde gebruik gesloten. Naast cliënten van Wisselwerk uit de wijk, stonden de activiteiten ook open voor cliënten van De Goede Zorg. Verder lagen er contacten rondom de verdere ontwikkeling van de woonservicegebieden. In het verslagjaar richtten deze zich met name op de totstandkoming van een woonservicegebied in De Maten, onder meer rondom de locatie De Matenhof. Verder waren Wisselwerk en De Goede Zorg samenwerkingspartners in het kader van het Servicepunt Zuid.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-19-
Koninklijke Visio c.q. Visio Oost-Nederland te Apeldoorn Met Visio Oost-Nederland, het in Apeldoorn gevestigde instituut dat deel uitmaakt van Koninklijke Visio, een organisatie die is gespecialiseerd in de zorg voor visueel beperkten, werd een plan ten uitvoer gebracht om een gezamenlijke dagactiviteit voor cliënten met een visuele beperking aan te bieden. Clienten uit geheel Apeldoorn kunnen hiervan gebruik maken. Deze samenwerking is aangegaan voor onbepaalde tijd en wordt periodiek geëvalueerd. Stichting Disgenoten In Stichting Disgenoten participeert een aantal rechtspersonen met als doel gezamenlijk een Centrale Productie Keuken (CPK) te exploiteren. De betrokken organisaties hadden in de periode 2000/2001 vastgesteld dat het vanwege kwaliteitseisen in combinatie met bedrijfseconomische factoren niet langer mogelijk was om zelfstandig een keuken te exploiteren. Het betreft de navolgende rechtspersonen, die alle mede-eigenaar van Disgenoten zijn: - Stichting GGNet te Warnsveld/Apeldoorn; - Stichting Zorggroep Apeldoorn e.o. te Apeldoorn/Beekbergen, voor een aantal locaties; - Stichting Trimenzo te Twello/Voorst; - Stichting De Goede Zorg. De Goede Zorg sloot in 2003 een aansluitingsovereenkomst met een afnameverplichting tot 1 januari 2014. De Goede Zorg is voor een aandeel van 20,2 % eigenaar van Disgenoten, waaronder begrepen het gebouw van de centrale productiekeuken. Het doel van de CPK is voor de betrokken organisaties en hun cliënten kwalitatief hoogwaardige maaltijden voor een bedrijfseconomisch verantwoorde prijs te produceren en te leveren. De CPK is begin 2004 operationeel geworden. Na een moeizame start kan inmiddels geconstateerd worden dat de maaltijdvoorziening gemiddeld genomen van een goed niveau is. De kwaliteit van de maaltijden werd in het algemeen door cliënten als positief beoordeeld, afgaande op een in 2010 gehouden onafhankelijk onderzoek. Dit neemt niet weg dat de beleving van de kwaliteit van de maaltijd door cliënten wisselend is, hetgeen onder meer bleek uit het bij De Goede Zorg gehouden cliënttevredenheidsonderzoek. Bedrijfseconomisch functioneerde de CPK eveneens goed. Dit komt mede doordat zich in de periode van 2004 tot 2010 diverse partijen als klant van Disgenoten hebben aangesloten, waarmee een totale productie van zo’n 1.700 maaltijden per dag werd gerealiseerd. In het verslagjaar rondde het bestuur van Disgenoten een ondernemingsplan voor de langere termijn af. Hierbij bleek dat de positionering van de centrale productie keuken op langere termijn problemen zou geven. Factoren die hierbij een rol speelden waren met name de toenemende schaalvergroting in de markt van de grootkeukens, de toenemende extramuralisering waardoor continuering van de afnameverplichting problemen kan gaan geven en de toenemende wensen van clienten om diverse concepten te kunnen aanbieden. Alles overziende leidde dit medio 2010 tot een besluit om de centrale productie keuken te gaan verkopen. Na een marktanalyse werd met een aantal geïnteresseerde partijen gesproken. In het najaar 2010 leidde dit tot een bestuursbesluit om de gehele onderneming te verkopen aan de firma Huuskes te Enschede. In december 2010 werden de desbetreffende overeenkomsten getekend, waarna de verkoop per 1 januari 2011 effectief werd. Op hetzelfde moment ging elk van de betrokken stichtingen een bilaterale overeenkomst aan met de firma Huuskes, teneinde de levering van maaltijden te continueren tot 1 januari 2020. Als zelfstandige rechtspersoon brengt Stichting Disgenoten een eigen jaarverslag en jaarrekening uit. De directeur/bestuurder van De Goede Zorg maakt deel uit van het bestuur van Stichting Disgenoten. Servicepunt Zuid Onder de naam Servicepunt Zuid werd in het verslagjaar een breed loket voor burgers in ApeldoornZuid gecontinueerd, waar men terecht kan met informatieve vragen over onder meer welzijn en zorgen dienstverlening. Dit project betreft in feite een vorm van woonservicegebied, waar een aantal organisaties in samenwerkt. Dit betreft Stichting Riwis, Thuiszorg Beers b.v., Stichting Wisselwerk en De Goede Zorg. In het verslagjaar werd er door de projectleider met ondersteuning van twee baliemedewerkers, gewerkt aan vergroting van de naamsbekendheid. Uit de bijgehouden registraties bleek een forse toename van het aantal contacten en vragen, die door het Servicepunt Zuid werden behandeld. Echter, er bleek nauwelijks toeleiding naar uit de AWBZ en Wmo bekostigde zorg plaats te vinden. Dit
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-20-
aspect wordt door de samenwerkingspartners betrokken bij de evaluatie. Het streven van de samenwerkingspartners is erop gericht een vernieuwend en toegankelijk aanbod voor de bewoners van Apeldoorn-Zuid, met name in de nabijheid van dok Zuid, te realiseren. Met de enorme toename van het aantal contacten met mensen uit de wijk, lijkt de maatschappelijke kant van het project succesvol te verlopen. De partijen in kwestie hebben hiertoe een convenant met een looptijd van drie jaar (van medio 2009 tot medio 2011) gesloten. Hierbij wordt de keuzevrijheid van de individuele cliënt gerespecteerd. Door middel van subsidie van de Gemeente Apeldoorn (die deze gelden grotendeels van de Provincie Gelderland verkrijgt) vindt co-financiering plaats; de betrokken organisaties investeren namelijk zelf ook geld en menskracht in dit project. Platform Verzorging & Verpleging Apeldoorn Het Platform Verzorging & Verpleging Apeldoorn (Platform V&V Apeldoorn) betreft een informeel platform van een aantal zorgaanbieders in de gemeente Apeldoorn. Het platform heeft ten doel relevante informatie onderling uit te wisselen en knelpunten op gemeentelijk niveau te bespreken. Er wordt enkele keren per jaar onderling informatief overleg gevoerd, alsmede opiniërend overleg met de wethouder die zorg in portefeuille heeft. Vanuit het oogpunt van kwaliteit en innovatie, alsmede bespreking van knelpunten, vindt er bespreking plaats van inhoudelijke onderwerpen. In het verslagjaar is, mede voortkomend uit het overleg met het Platform V&V Apeldoorn met de wethouder, contact gelegd met het zorgkantoor. Er is in verkennende zin gesproken over de totstandkoming van een regionaal overleg van de gemeente, het zorgkantoor en de zorgaanbieders met als doel de kwaliteit en continuïteit in de regio te bespreken en knelpunten zoveel mogelijk te voorkomen danwel op te lossen. De Goede Zorg verzorgt het voorzitterschap en het secretariaat van het Platform V&V Apeldoorn. Platform Informele Zorg/Het Schakelpunt Verder heeft het Platform V&V Apeldoorn in het verslagjaar enkele keren een opiniërend overleg met het Platform Informele Zorg gehad. Het laatstgenoemde platform betreft en samenwerkingsverband van enkele tientallen organisaties van vrijwilligers. Via het loket van Het Schakelpunt vindt er bemiddeling van vrijwilligerszorg plaats. Er werd door het Platform V&V Apeldoorn en het Platform Informele Zorg met de gemeente een studiebijeenkomst gehouden met als doel te verkennen hoe het beleid ten aanzien van vrijwilligers die intramuraal actief zijn en vrijwilligers die extramuraal worden ingezet, elkaar kunnen versterken. Huisartsengroepen In 2006 was een intentieverklaring ondertekend inzake de koppeling van huisartsengroepen en woonzorgcentra. Als gevolg van dit beleid zijn er huisartsengroepspraktijken en woonzorgcentra aan elkaar gekoppeld. Hierdoor kunnen een huisartsengroep en een woonzorgcentrum goede afspraken met elkaar maken, waardoor de kwaliteit van de zorg en de efficiëntie worden bevorderd. Dit laat onverlet dat de individuele cliënt de vrije keus van huisarts behoudt. De woonzorgcentra wijzen hun cliënten wel uitdrukkelijk op de voordelen van gebruikmaking van de diensten van een huisarts die is aangesloten bij de huisartsengroep waarmee samenwerking bestaat. Als gevolg hiervan zijn veel cliënten gebruik gaan maken van de diensten van de huisartsengroep in kwestie, hetzij door over te stappen, hetzij in geval van nieuwe cliënten door meteen de keus voor deze huisartsengroep te maken. Als gevolg hiervan heeft een woonzorgcentrum, zeker op termijn, met aanzienlijk minder huisartsen van doen. Tevens kan op deze wijze worden gesproken over actiepunten en knelpunten die voortkomen uit de overeenkomsten tussen elk van de woonzorgcentra en de desbetreffende huisartsengroepen. Apotheken De Goede Zorg heeft in 2009 het beleid ten aanzien van samenwerking met de apotheek aangepast. In plaats van een overeenkomst met één apotheek voor het gehele werkingsgebied, kent De Goede Zorg inmiddels samenwerkingsovereenkomsten met drie regionale apotheken. Voor Avondzon/Regio Zuid is dit Apotheek De Taling, voor De Matenhof/Regio Oost de Apotheek De Maten en voor De Veenkamp/Regio Noord de Apotheek Kerschoten. Met de apotheken werden nadere afspraken gemaakt, teneinde incidenten met medicijnen zoveel mogelijk te voorkomen.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-21-
De individuele cliënt behoudt overigens bij dit beleid keuzevrijheid qua apotheek. Stichting Paraat Stichting Paraat is door de woningcorporaties, die in Apeldoorn actief zijn, opgericht en voorziet in personenalarmering en de organisatie van alarmopvolging. Enkele cliënten van De Goede Zorg hebben zelf een overeenkomst gesloten met Paraat. Als gevolg hiervan vinden er op onderdelen contacten plaats tussen De Goede Zorg en Paraat. Tevens heeft De Goede Zorg in het verslagjaar Paraat benaderd met als doel verkennend te spreken over mogelijkheden om in de avond- en nachtdienst tot een vorm van samenwerking te komen. Hierover heeft in het verslagjaar nog geen besluitvorming plaatsgevonden. Netwerk Dementie Oost-Veluwe Stichting De Goede Zorg was in het verslagjaar rechtstreeks aangesloten bij het Netwerk Dementie Oost-Veluwe (voorheen was er sprake van een indirecte aansluiting via de voormalige Vereniging de Zorgalliantie). Dit betreft een aansluiting voor onbepaalde tijd. Het Netwerk Dementie Oost-Veluwe heeft ten doel expertise met betrekking tot dementie in de regio op te bouwen en toegankelijk te maken voor betrokkenen, alsmede om concrete projecten te realiseren. In het verslagjaar werd er succesvol gewerkt aan projecten rondom een geheugensteunpunt en ´case management.’ De activiteiten werden voornamelijk bekostigd uit middelen van het zorgkantoor. Door de expertise te bundelen en vanuit het oogpunt van kwaliteit samen te werken, is er een toegevoegde waarde ontstaan voor cliënten met (vroeg-)dementie en hun naast betrokkenen. Het Netwerk Dementie Oost-Veluwe kent geen eigen rechtspersoonlijkheid. Er wordt wel een eigen jaarverslag uitgebracht. Netwerk Palliatieve Zorg Oost-Veluwe De Goede Zorg participeert in het Netwerk Palliatieve Zorg Oost-Veluwe. Het doel van dit netwerk is een expertisecentrum op het gebied van palliatieve zorg in de regio tot stand te brengen. De Goede Zorg ziet palliatieve zorg als een integraal onderdeel van de reguliere zorg, die ook in de woonzorgcentra wordt geboden. In bijzondere gevallen kan er gebruik worden gemaakt van bijvoorbeeld een hospice. Vanuit dit beleid is De Goede Zorg gebaat bij de mogelijkheden om van specifieke expertise op het vlak van palliatieve zorg gebruik te kunnen maken. Bovendien vindt De Goede Zorg het een maatschappelijke verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een dergelijk netwerk. ActiZ De Goede Zorg is lid van de brancheorganisatie verzorging, verpleging en thuiszorg, ActiZ te Utrecht. De Goede Zorg ziet dit lidmaatschap als een maatschappelijke verantwoordelijkheid, te meer omdat de brancheorganisatie aanspreekpunt en overlegpartner is voor de rijksoverheid en partijen op landelijk niveau, de collectieve arbeidsovereenkomst voor de sector afsluit als werkgeversorganisatie, zorgt voor belangenbehartiging en modelontwikkeling voor de sector en functioneert als expertisecentrum. De Goede Zorg heeft in het verslagjaar zoveel mogelijk deel genomen aan de algemene ledenvergaderingen, regionale bijeenkomsten en enkele studiebijeenkomsten. Verder heeft De Goede Zorg deelgenomen aan het door de branche ontwikkelde instrument van de Benchmark VV&T. Het lidmaatschap is aangegaan voor onbepaalde tijd. Er vindt betaling van contributie aan de vereniging ActiZ plaats. Cliënten De Goede Zorg ziet de cliënten als de belangrijkste belanghebbenden van de organisatie. Vandaar dat de visie en het beleid primair zijn gericht op de cliënten. De Goede Zorg investeert in een goede informatievoorziening van de cliënten, evenals een goede medezeggenschap via de cliëntenraden. Het accent wordt meer gelegd op de individuele cliënt. De individuele cliënt gaat immers de overeenkomst met de stichting aan en heeft specifieke wensen en vragen. De keuzevrijheid voor de individuele cliënt staat hoog in het vaandel. Het streven naar meer belevingsgerichte zorg, aansluitend bij de beleving van de individuele cliënt, wordt onder meer vertaald in het werken met zorgleefplannen. Deze zijn in het verslagjaar bij alle clienten ingevoerd. In paragraaf 3.5 wordt verder verslag gedaan van de cliëntenraden.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-22-
Medewerkers De Goede Zorg wil invulling geven aan goed werkgeverschap voor de medewerkers. Een goede zorg- en dienstverlening en hiermee realisering van de doelstelling van de stichting kan alleen dan worden waargemaakt, als de medewerkers optimaal kunnen functioneren. Er wordt een open en resultaatgerichte cultuur nagestreefd. Het management wil hierbij dicht bij de medewerkers functioneren. Naast de formele overlegstructuren en – situaties, bestaan er diverse contacten en activiteiten. In paragraaf 4.5.1 wordt nader ingegaan op het personeelsbeleid. Vrijwilligers De Goede Zorg kende ook in 2010 een groot aantal vrijwilligers. De Goede Zorg hecht zeer aan de inzet van de vele vrijwilligers. Zij vormen in toenemende mate een belangrijk onderdeel in de sociale omgeving van de cliënten. Zij zijn op allerlei gebieden actief, van facilitaire activiteiten tot begeleiding van de cliënt tijdens recreatieve activiteiten. Met elke vrijwilliger is een vrijwilligersovereenkomst gesloten waarin de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden en begeleiding zijn vastgelegd. Vrijwilligerswerk is immers wel vrijwillig, maar niet vrijblijvend. De Goede Zorg is haar vrijwilligers dankbaar voor hun inzet en de toegevoegde waarde ten behoeve van de kwaliteit van leven van de cliënten. Toezichthouders De Goede Zorg kende ook in 2010 het zogenoemde Raad-van-Toezicht-model. De toezichthouders functioneerden als Raad van Toezicht. In paragraaf 3.1.3 wordt hiervan separaat verslag gedaan. Officiële organen De Goede Zorg kent, conform de van toepassing zijnde wet- en regelgeving, een aantal interne officiële organen, te weten: - de cliëntenraden; - de ondernemingsraad; - de klachten- en geschillencommissie; - de vertrouwenspersonen voor de cliënten. Tevens is er een regeling getroffen voor de functie van vertrouwenspersoon voor de medewerkers. In het verslagjaar is hier een regeling voor de functie van vertrouwenspersoon voor de vrijwilligers aan toegevoegd. Stichting Vrienden van De Goede Zorg Stichting De Goede Zorg heeft Stichting Vrienden van De Goede Zorg in 2007 opgericht. Deze stichting het ten doel extra activiteiten te kunnen verrichten en aanschaffingen te kunnen doen voor met name cliënten van De Goede Zorg. De stichting heeft de status van ANBI (Algemeen Nut Beogende Instelling) en verkrijgt inkomsten uit onder meer giften, legaten en opbrengsten van activiteiten. Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen donateur worden, danwel incidenteel giften geven. De stichting beheert vier fondsen, één per locatie en één voor de stichting als geheel.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-23-
3 Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap 3.1 Normen voor goed bestuur WOPT (Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens). In 2010 was er een functionaris in dienst bij wie het belastbaar loon hoger is dan € 181.000. Het betrof hier een ontslagvergoeding voor een zorgmanager.
3.1.1 Zorgbrede Governance Code Stichting De Goede Zorg past de Zorgbrede Governancecode toe, zoals deze oorspronkelijk op 23 juni 2005 door de betrokken brancheorganisaties is vastgesteld. Op basis van een evaluatie, is deze code op landelijk niveau per 1 januari 2010 geactualiseerd. Stichting De Goede Zorg heeft deze geactualiseerde ´governance-´ code in de loop van 2010 bestudeerd. De raad van toezicht en de directeur/bestuurder hebben de desbetreffende notities en protocollen, alsmede werkwijzen, hierop aangepast. Tegen het einde van het verslagjaar voldeed de stichting aan de geactualiseerde code, waarbij moet worden aangetekend dat er nog een klokkenluiderregeling moest worden opgesteld; hiermee heeft de stichting gewacht op het landelijke model, dat eind 2010 beschikbaar kwam. Dit betekent dat De Goede Zorg op transparante wijze verantwoording aflegt en hiervan door middel van het jaardocument maatschappelijke verantwoording blijk geeft. De algemene uitgangspunten van de zorgbrede governancecode worden onderschreven, hetgeen inhoudt dat: - de organisatie verantwoordelijkheid neemt voor verantwoorde en resultaatgerichte zorg; - de cliënt centraal plaatst; - een zo doelmatig en effectief mogelijke aanwending van de aan de stichting beschikbaar gestelde middelen nastreeft; - ervoor zorg wordt gedragen dat aan eigentijdse kwaliteitseisen wordt voldaan; - er goede betrekkingen worden onderhouden met de belanghebbenden; - overeenkomstig de wettelijke bepalingen de cliëntenraden (als regel op grond van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen, WMCZ) en de ondernemingsraad (als regel op grond van de Wet op de Ondernemingsraden, WOR) betrokken worden; - de statuten per 1 januari 2007 voldoen aan de eisen die de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) stelt aan de transparantie van de bestuursstructuur en aan de bedrijfsvoering; - de externe accountant wordt benoemd en werkt in overeenstemming met de ´governancecode,´ zoals hierna is uitgewerkt. Specifiek ten aanzien van de Raad van Bestuur geldt dat deze zich richt op het belang van de organisatie als een maatschappelijke ondernemer. Hiertoe neemt de Raad van Bestuur verantwoordelijkheid voor het beleid van de organisatie en de realisering hiervan, evenals voor de beheersing van de risico’s en de rapportage ter zake aan de Raad van Toezicht. De bezoldiging van de Raad van bestuur wordt openbaar gemaakt. De Raad van Bestuur ziet erop toe dat er geen sprake is van belangenverstrengeling en laat zich hierin transparant volgen door de Raad van Toezicht. Specifiek ten aanzien van de Raad van Toezicht geldt dat deze zich richt op het belang van de organisatie. De Raad van Toezicht en de leden hiervan dragen zorg voor hun onafhankelijkheid en vermijden belangenverstrengelingen. De bezoldiging van de leden van de Raad van Toezicht wordt openbaar gemaakt. De Raad van Toezicht neemt op zich adequaat toezicht te houden op het beleid van de Raad van Bestuur en de algemene gang van zaken binnen de organisatie. Governance Code Code Hanteert uw concern de zorgbrede Governance Code?
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
Ja
-24-
Zo nee, welke andere code? Noteer de reden waarom u de zorgbrede Governance Code niet hanteert Bestuursstructuur Structuur Welke bestuursstructuur is op uw concern van toepassing? Wat is de samenstelling van de Raad van Bestuur of directie?
1. Eindverantwoordelijke Raad van Bestuur met Raad van Toezicht 1. Eenhoofdig
Wettelijke transparantie-eisen bestuursstructuur Transparantie-eis Is er een orgaan dat toezicht houdt op het beleid van de dagelijkse of algemene leiding van de instelling en deze met raad ter zijde staat? Toelichting: geen persoon kan tegelijk deel uitmaken van het toezichthoudend orgaan en de dagelijkse of algemene leiding hebben. Hebben de leden van het toezichthoudend orgaan directe belangen bij de instelling, bijvoorbeeld als directeur, werknemer of beroepsbeoefenaar die zijn praktijk voert in de instelling? Legt de instelling schriftelijk en inzichtelijk de verantwoordelijkheidsverdeling tussen het toezichthoudend orgaan en de dagelijkse of algemene leiding vast, evenals de wijze waarop interne conflicten tussen beide organen worden geregeld? Heeft uw instelling de rechtsvorm van stichting of vereniging (als bedoeld in artikel 344 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek)? Zo ja, zijn er meer dan 50 personen werkzaam? (artikel 2 WOR) Zo nee, welke rechtsvorm heeft uw concern?
Ja/nee Ja
Nee
Ja
Ja Ja
Bevoegdheid in statuten tot indienen van verzoek door cliëntenvertegenwoordiging volgens BW Transparantie-eis Ja/nee Ja Kent u in uw statuten aan een orgaan dat de cliënten van de instelling vertegenwoordigt, de in artikel 346, onder c, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde bevoegdheid toe tot het indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 345 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek ( een verzoek tot enquête door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof in Amsterdam)? Bevoegdheid in statuten tot indienen van verzoek toegekend aan ander orgaan Aan wie heeft het concern deze bevoegdheid nog meer toegekend? Wijziging statuten Transparantie-eis Hebben er in de statuten of bedrijfsvoering veranderingen plaatsgevonden (als bedoeld in het uitvoeringsbesluit WTZi, toelichting bij hoofdstuk VI transparantieeisen)? Zo ja, welke veranderingen betrof het (antwoord in steekwoorden)?
-
Ja/nee Nee
3.2 Raad van bestuur/directie De verdeling van de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden tussen de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht is geregeld in de statuten van de stichting. De Raad van Bestuur is éénhoofdig en wordt aangeduid als directeur/bestuurder. De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de directeur/bestuurder zijn nader uitgewerkt in de taak- en functiebeschrijving.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-25-
In november 2010 zijn de raad van toezicht en de directeur/bestuurder een nadere uitwerking van de afbakening van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden overeen gekomen. Deze is in een separaat protocol vastgelegd. Voorts is de directeur/bestuurder vermeld in de inschrijving van de stichting bij de Kamer van Koophandel, waarbij zijn statutaire bevoegdheden zijn aangeduid. De directeur/bestuurder geeft leiding aan de regiomanagers, die verantwoordelijk zijn voor de aansturing van hun regio(s) en hiervoor verantwoording aan de directeur/bestuurder verschuldigd zijn. De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de regiomanagers zijn vastgelegd in de functiebeschrijving van de regiomanagers, alsmede in een autorisatie- en procuratieregeling. In 2010 hebben de navolgende personen de genoemde functies bekleed: - directeur/bestuurder: de heer drs. B.A. Blaauw (gehele verslagjaar); - regiomanager Regio Noord: de heer H.T.A.M. Draaijer (gehele verslagjaar); - regiomanager Regio Oost: de heer H.T.A.M. Draaijer (gehele verslagjaar); - regiomanager Regio Zuid: de heer J.Krul (van 1 januari 2010 tot 1 november 2010); de heer H.T.A.M. Draaijer (van 1 november 2010 tot en met 31 december 2010). De genoemde personen waren in dienst bij de stichting. De directeur/bestuurder van Stichting De Goede Zorg was uit hoofde van zijn functie tevens bestuurslid van Stichting Disgenoten en voorzitter van het bestuur van Stichting Vrienden van De Goede Zorg. Tenslotte was hij in het verslagjaar actief als medevereffenaar van de voormalige Vereniging de Zorgalliantie. De onderhavige activiteiten maken deel uit van de functie van directeur/bestuurder van De Goede Zorg. De directeur/bestuurder was in het verslagjaar tevens actief als secretaris van het bestuur van Stichting Present Apeldoorn te Apeldoorn. Deze stichting houdt zich bezig met op projectbasis uitgevoerd vrijwilligerswerk door een brug te slaan tussen aanbod en vraag ten behoeve van personen die in de knel dreigen te komen. Dit betreft een onbezoldigde nevenfunctie, waarvan de raad van toezicht heeft vastgesteld dat deze zich goed verhoudt tot de werkzaamheden als directeur/bestuurder van de stichting. Samenstelling Raad van Bestuur Naam Bestuursfunctie drs. B.A. Blaauw Directeur/bestuurder
M/V M
3.3 Toezichthouders (Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen) Algemeen De Goede Zorg werkt volgens het zogenoemde Raad-van-Toezicht-model. Samenstelling Raad van toezicht Naam Mr. M.J.G. de Jager-Stegem an R.J. van 't Geloof G.A. Bos -Gos s elink, MSc drs . E.J. van Eerde drs . A.A.J. Streppel Q.E. Lens velt-Ruys
voorzitter vice-voorzitter lid lid lid lid
Bestuursfunctie gehele vers lagjaar gehele vers lagjaar gehele vers lagjaar gehele vers lagjaar gehele vers lagjaar gehele vers lagjaar
De nevenfuncties van mevrouw de Jager-Stegeman zijn: Lid Raad van Advies Zorgkantoren Lid Dagelijks en Algemeen Bestuur GGD IJsselland Lid Portefeuilleoverleg Sociaal regio Stedendriehoek Lid Sociale Pijler G32 Lid VNG Adviescommissie Asiel en Integratie
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-26-
M/V
V M V M M V
-
Lid Platform Wonen, Zorg en Welzijn Lid Programmacommissie ZonMw Preventiekracht Thuiszorg en Zichtbare Schakel (sinds 2005)
De nevenfuncties van de heer van ’t Geloof zijn: - Reserveofficier Koninklijke Landmacht/Officier Veiligheidsregio Friesland De nevenfuncties van mevrouw Bos-Gosselink zijn: - Auditor bij Stichting Perspekt - Lid projectgroep NVZ vereniging van ziekenhuizen De nevenfuncties van de heer Van Eerde zijn: - Geen De nevenfuncties van de heer Streppel zijn: - Geen De nevenfuncties van mevrouw Lensvelt-Ruys zijn: - Voorzitter Stichting Mudanthe in Apeldoorn - Secretaris Golfclub De Breuninkhof, Bussloo - Voorzitter Algemene Waterschapspartij (AWP) Veluwe (Waterschap Veluwe) - Secretaris Adviesraad WMO gemeente Apeldoorn. Onafhankelijkheid van de leden van de Raad van Toezicht De Goede Zorg kent een profielschets voor leden van de Raad van Toezicht. Het doel hiervan is mede na te gaan of leden zowel deskundig als onafhankelijk zijn. Hiermee wordt aangesloten bij de statutaire bepalingen, die aangeven dat leden van de Raad van Toezicht niet actief mogen zijn bij organisaties die deel uitmaken van het netwerk van de stichting danwel waarmee een relatie wordt onderhouden waarin beïnvloeding mogelijk is. Bij de besluitvorming met betrekking tot nieuwe leden van de Raad van Toezicht, wordt door de Raad van Toezicht deze onafhankelijkheid getoetst. Deze onafhankelijkheid laat onverlet dat zowel de gezamenlijke cliëntenraden als de ondernemingsraad een bindend voordrachtsrecht hebben voor elk één van de leden van de Raad van Toezicht. Het lid van de Raad van Toezicht dat aldus wordt benoemd, is tevens zonder last of ruggespraak contactpersoon voor de desbetreffende geleding. Tevens wordt er bij de samenstelling van de Raad van Toezicht rekening gehouden met specifieke deskundigheden, bijvoorbeeld op politiek-bestuurlijk, juridisch en financieel-economisch terrein. In de evaluatieve vergadering die de Raad van Toezicht heeft gehouden op 7 december 2010, heeft de Raad van Toezicht vastgesteld dat er naar zijn oordeel sprake is geweest van waarborging van de onafhankelijkheid en tevens dat er op geen enkele wijze sprake is geweest van belangenverstrengeling tussen (leden van) de Raad van Toezicht en de stichting. De Raad van Toezicht heeft hierbij vastgesteld dat geen van de leden van de Raad van Toezicht nevenfuncties heeft vervuld die op gespannen voet kunnen staan met een correcte uitoefening van de toezichthoudende taak bij De Goede Zorg. Op 7 december 2010 werd mevrouw Bos-Gosselink, die per 1 januari 2011 reglementair aftredend zou zijn, herbenoemd voor haar tweede termijn als lid van de raad van toezicht. De wijze waarop de Raad van Toezicht invulling geeft aan haar taken In artikel 12 van de statuten van de stichting zijn de taken van de Raad van Toezicht, als volgt samen gevat, benoemd: - ´…toezicht te houden op het beleid van de directeur/bestuurder en op de algemene gang van zaken in de stichting…;´ - op verzoek van de directeur/bestuurder adviseren over strategische beleidsplannen en tussentijdse wijzigingen van de begroting; - de bevoegdheid vooraf goedkeuring te verlenen aan besluiten van de directeur/bestuurder over de jaarverslaglegging en de jaarrekening, de uitgangspunten voor de meerjarenprognose, aanvragen van faillissement en surséance van betaling, ontbinding van de stichting, wijziging van de statuten,
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-27-
belangrijke wijzigingen in de organisatie van de onderneming en van de verdeling van bevoegdheden binnen de onderneming, strategische samenwerkingsovereenkomsten, het meerjarenstrategische beleidsplan en tussentijdse wijzigingen van de begroting; - de bevoegdheid goedkeuring te verlenen aan de begroting; - de vaststelling van bedrijfsregelingen die van toepassing zijn op de directeur/bestuurder. De Raad van Toezicht geeft op een aantal wijzen invulling aan haar taken. De Raad van Toezicht houdt periodieke vergaderingen met de directie. In deze vergaderingen wordt de door de directie opgestelde kwartaalrapportage besproken en goedgekeurd. Tevens worden de begroting, waarin begrepen de jaarplanning, alsmede het jaardocument maatschappelijke verantwoording, goedgekeurd. Dit geldt eveneens voor de strategische beslissingen die de directie voornemens is te doen. Daar waar gewenst oriënteert de Raad van Toezicht zich binnen de organisatie, teneinde voldoende informatie in te winnen om tot standpunten en besluiten te kunnen komen. Met de geledingen in de organisatie worden hiertoe door de contactpersonen vanuit de Raad van Toezicht periodieke contacten onderhouden. De Raad van Toezicht benoemt jaarlijks een accountant, aan wie de opdracht wordt gegeven de controles overeenkomstig de wettelijke eisen te verrichten. In een evaluatieve vergadering van de Raad van Toezicht wordt eens per jaar besproken of de Raad van Toezicht haar taken adequaat uitoefent. De raad van toezicht kan de directeur/bestuurder in de gelegenheid stellen als toehoorder bij deze vergadering aanwezig te zijn. Eventuele verbeterpunten die de Raad van Toezicht signaleert, worden omgezet in concrete acties. De Raad van Toezicht is van mening dat in het verslagjaar aan al haar statutaire taken op adequate wijze uitvoering kon worden gegeven en ook daadwerkelijk is gegeven. Overleg met de Raad van Bestuur over de strategie en de risico’s In de vergaderingen van de Raad van Toezicht wordt aan de hand van de kwartaalrapportage met de Raad van Bestuur overleg gevoerd over de strategie van de organisatie en de risico’s die verbonden zijn aan de activiteiten van de organisatie. In de kwartaalrapportage besteedt de directeur/bestuurder uitdrukkelijk aandacht aan het risicomanagement. Dit gebeurt eveneens in het kader van de begroting en het jaardocument maatschappelijke verantwoording. De door de accountant opgestelde interim-rapportage en de bevindingen van de accountant bij het jaardocument maatschappelijke verantwoording worden binnen de Raad van Toezicht besproken. In het verslagjaar was het strategische beleidsplan, waarin begrepen meerjarige financiële prognoses, van toepassing. Dit in 2009 geactualiseerde en opnieuw vastgestelde plan is getiteld ´Van zorgaanbieder naar zorgondernemer’ een bestrijkt de periode tot 2014. Overleg met de Raad van Bestuur over de interne beheersings- en controlesystemen In de vergaderingen van de Raad van Toezicht wordt aan de hand van de kwartaalrapportage met de Raad van Bestuur overleg gevoerd over de interne beheersings- en controlesystemen. Van deze kwartaalrapportages maakt een rapportage van de stand van zaken ten aanzien van de Administratieve Organisatie en Interne Controle (AO/IC) deel uit. In de opdracht die aan de accountant wordt verstrekt, wordt met name gevraagd op een juiste toepassing van de interne beheersings- en controlesystemen in te gaan en hierover aan de Raad van Toezicht te rapporteren. Overleg met de externe accountant De Raad van Toezicht benoemt per verslagjaar een externe accountant, aan wie de opdracht wordt verleend om overeenkomstig de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen een controle te verrichten op zowel de toepassing van beheersings- en controlesystemen, als op het financiële en administratieve proces en de productie, alsmede op de financiële en andere administratieve uitkomsten van de bedrijfsvoering. Deze opdracht behelst tevens een schriftelijke rapportage aan de Raad van Toezicht en een presentatie hiervan in een reguliere vergadering van de Raad van Toezicht. Het reguliere overleg met de accountant is opgedragen aan de directie, echter de accountant rapporteert rechtstreeks aan zowel de Raad van Bestuur als de Raad van Toezicht.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-28-
Over het verslagjaar 2010 heeft de Raad van Toezicht PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. te Arnhem als accountant benoemd. Periodieke beoordeling van de Raad van Bestuur door de Raad van Toezicht Binnen De Goede Zorg is afgesproken dat de Raad van Toezicht tenminste eens per jaar een functioneringsgesprek alsmede een beoordelingsgesprek houdt met de directeur/bestuurder. Van elk van deze gesprekken wordt een verslag opgemaakt. In het verslagjaar is er een functioneringsgesprek alsmede een beoordelingsgesprek gevoerd op 24 november 2010. Van deze gesprekken zijn verslagen gemaakt, die voor de leden van de Raad van Toezicht toegankelijk zijn. Verslag van de Raad van Toezicht De Raad van Toezicht heeft een actieve betrokkenheid bij de organisatie. De maatschappelijke discussie met betrekking tot ´governance´ in (onder meer) de zorgsector, is door de Raad van Toezicht gevolgd. De Raad van Toezicht heeft zich in het verslagjaar samen met de directeur/bestuurder actief gebogen over de geactualiseerde ´governance-‘code en besluiten genomen over noodzakelijke aanvullingen op bestaande regelingen respectievelijk invoering van nieuwe regelingen. De Raad van Toezicht is van mening in het verslagjaar van de directie alle informatie aangereikt te hebben gekregen, die nodig was voor een adequate uitoefening van de toezichthoudende taak. De Raad van Toezicht onderkent hierbij ook zelf een verantwoordelijkheid te hebben die ertoe strekt zich voldoende te (laten) informeren. In het verslagjaar heeft de Raad van Toezicht zich onder meer uitgesproken over de navolgende onderwerpen: - het jaardocument maatschappelijke verantwoording 2009; - de herziene begroting 2010; - de kwartaalrapportages 2010, waarin aandacht werd geschonken aan de algemene, beleidsmatige, inhoudelijke en financiële zaken van de organisatie; - de begroting 2011; - zaken betreffende de Raad van Toezicht, waaronder begrepen de eigen evaluatie; - de herbenoeming van een reglementair aftredend lid van de raad van toezicht; - de actualisatie van de van toepassing zijnde ´governance-‘code voor de zorgsector; - de strategische ontwikkeling van de organisatie in het algemeen en met name met betrekking tot de gebouwelijke situatie. In het verslagjaar hebben de reguliere vergaderingen van de Raad van Toezicht plaatsgevonden op 9 maart, 18 mei, 14 september, 16 november en 7 december 2010. Bij al deze vergaderingen was de directeur/bestuurder aanwezig. Tevens heeft op 4 juni 2010 een strategische bijeenkomst van de raad van toezicht met de directeur/bestuurder plaatsgevonden. Tevens heeft op 7 december 2010 de al genoemde evaluatieve vergadering van de Raad van Toezicht plaatsgevonden, met aanwezigheid van de directeur/bestuurder als toehoorder. De begroting 2010 was op 8 december 2009 goedgekeurd en in de vergadering d.d. 7 december 2010 werd de herziene begroting 2010 goedgekeurd. Het door de directeur/bestuurder d.d.20 mei 2010 vastgestelde jaardocument maatschappelijke verantwoording 2009 werd goedgekeurd in de vergadering d.d. 18 mei 2010. De accountant heeft terzake een goedkeurende verklaring afgegeven. De directeur/bestuurder is décharge verleend voor het gevoerde beleid en beheer. In de vergadering d.d. 7 december 2010 werd de begroting 2011 goedgekeurd.
3.4 Bedrijfsvoering In het verslagjaar heeft De Goede Zorg extra aandacht besteed aan de bedrijfsvoering. Planning-en-controlcycli In het interne proces is de planning- en controlcyclus aangescherpt. Zowel de organisatorische planning als de automatisering heeft hierbij aandacht gekregen.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-29-
Administratieve organisatie en interne controle De administratieve organisatie en interne controle kregen in 2010 gestructureerd aandacht aan de hand van een draaiboek dat was opgesteld in verband met de desbetreffende kaderregeling. Als gevolg hiervan werd een aantal concrete maatregelen getroffen dat erop is gericht de administratieve organisatie en interne controle te versterken. In het verslagjaar werden met name als gevolg van de door de accountant uitgevoerde interim-controle verbeteringen in de toepassing van de interne controles uitgevoerd. Beheer/control samenwerkingsverbanden en de besturing hiervan De Goede Zorg heeft alle samenwerkingsverbanden contractueel vastgelegd. In de onderhavige overeenkomsten zijn afspraken opgenomen over de zeggenschap binnen de samenwerking en over de risico’s. De samenwerkingsovereenkomsten zijn opgenomen in een intern register. Ten aanzien van de lidmaatschappen van respectievelijke participaties in andere rechtspersonen is de besturing statutair geregeld. De risico’s voor De Goede Zorg zijn hierbij beperkt. In het bijzonder valt hierbij te denken aan Stichting Disgenoten, zoals eerder beschreven in paragraaf 2.4. Groepsmaatschappijen en hiermee samenhangende risico’s De Goede Zorg kent geen participatie in groepsmaatschappijen. De verhouding tussen De Goede Zorg en De Goede Woning kent per 1 januari 2007 geen elementen van een personele unie meer. Per de genoemde datum waren beide organisaties volledig organisatorisch ontvlochten. Dit betekent dat er in de betrekkingen tussen De Goede Zorg en De Goede Woning in het verslagjaar geen sprake was van een vorm van overwegende wederzijdse zeggenschap. Hiermee is er eveneens geen sprake meer van aanleiding tot consolidatie van de jaarrekeningen van beide stichtingen. Bovendien werd in het verslagjaar besloten per ultimo 2010 het nog bestaande strategische partnerschap te beëindigen. Voornaamste risico’s en onzekerheden De Goede Zorg werd in 2010 met een aantal risico’s en onzekerheden geconfronteerd, die een effect van materieel belang konden hebben op de bedrijfsvoering. In de eerste plaats leidt de systematiek die gehanteerd wordt bij de bekostiging op grond van de AWBZ tot relatief grote risico’s voor de zorgaanbieder. Eerst in de loop van het verslagjaar wordt namelijk duidelijk hoeveel productie er daadwerkelijk met het zorgkantoor kan worden afgesproken. Dit, terwijl er sprake is van een verplichting om geïndiceerde zorg te leveren aan cliënten die De Goede Zorg als voorkeursaanbieder kiezen. In hoeverre deze zorg ook daadwerkelijk vergoed wordt, is beperkt door (onder meer) de beschikbare financiële ruimte in de regio waarin het zorgkantoor actief is. In augustus 2009 werd De Goede Zorg geconfronteerd met het faillissement van Thuiszorg Jacobs b.v., het operationele bedrijf van Stichting Thuiszorg Jacobs. Deze organisatie is in voorgaande jaren voor De Goede Zorg opgetreden als hoofdaannemer voor de uitvoering van de huishoudelijke zorg die ressorteert onder de Wmo. Als gevolg hiervan bleken nog door de hoofdaannemer aan de onderaannemer te betalen vergoedingen voor geleverde zorg voor een bedrag van ongeveer € 53.000 mogelijk niet ontvangen te worden. De Goede Zorg heeft hiervoor zowel bij de desbetreffende stichting als bij de desbetreffende b.v. een claim ingediend. Helaas bleek in het verslagjaar geen duidelijkheid gecreëerd te kunnen worden in deze, ook juridisch, complexe situatie. In de derde plaats bleek ook in het verslagjaar het systeem van indicatiestelling en zorgtoewijzing niet optimaal te werken. Als gevolg hiervan loopt de zorgaanbieder het risico dat een deel van de geleverde zorg niet tijdig wordt voorzien van een geldig indicatiebesluit. Als gevolg hiervan is er financieel risico, omdat bij het ontbreken van een geldig indicatiebesluit de titel voor financiële vergoeding ontbreekt en indicatiebesluiten niet met terugwerkende kracht worden afgegeven. In de vierde plaats verkocht Woningstichting De Goede Woning in september 2009 de woonzorgcentra De Matenhof en De Veenkamp alsmede de hierbij gesitueerde complexen met zorgwoningen. De landelijk werkende woningcorporatie Stichting WoonZorg Nederland te Amstelveen
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-30-
werd de nieuwe eigenaar. Het beheer werd per 1 januari 2010 door De Goede Woning overgedragen aan WoonZorg Nederland. Voor De Goede Zorg leidde dit tot het risico dat de nieuwe eigenaar van de gebouwen plannen met betrekking tot deze gebouwen zou willen realiseren, die strijdig zijn met het beleid van De Goede Zorg. Een ander risico is een (ernstige) vertraging van de concretisering en realisatie van de plannen, waardoor het risico op leegstand in de bestaande woonzorgcentra toeneemt. Eveneens neemt het risico toe, dat geen gebruik meer kan worden gemaakt van de in 2008 verkregen toelatingen en de in samenhang hiermee gereserveerde financiële middelen. Eveneens is in dit verband het feit van belang, dat het nieuwe kabinet voornemens is grote deel van de thans nog intramurale zorgverlening te extramuraliseren. De onduidelijkheid over het invoeringstraject leidt ertoe dat er nauwelijks concreet op deze ontwikkeling kan worden geanticipeerd. Hetzelfde geldt voor uitblijvende duidelijkheid ten aanzien van de normatieve huisvestingscomponent (n.h.c.) aan de hand waarvan de bekostiging van de functie verblijf op termijn gaat plaatsvinden. Sinds 2009 is sprake van een transitiefase voor de bekostiging van de materiële vaste activa die tot op heden in aanmerking komen voor integrale nacalculatie. Het WTZi-bouwregime is afgeschaft en door het ministerie van VWS is aangegeven dat ook het systeem van integrale nacalculatie van kapitaallasten zal worden beëindigd. Het huidige, in beginsel risicoloze bekostigingssysteem wordt vervangen door een systeem van prestatiebekostiging. Kapitaallasten moeten voortaan gedekt worden via een component in de integrale tarieven (de normatieve huisvestingscomponent). Niet langer bestaat zekerheid over de inkomsten en daarmee de dekking van de huisvestingslasten. Afhankelijk van het zorgaanbod, de bezettingsgraad en de geleverde productie kunnen de inkomsten sterk fluctueren. Hierdoor ontstaan nieuwe risico’s voor het vastgoed, zoals exploitatierisico’s (leegstand, onderbezetting), boekwaarderisico’s (marktontwikkeling) en het risico van afwaardering bij exploitatieverliezen (impairment). Afschrijvingstermijnen moeten voortaan gebaseerd worden op de economische levensduur en niet meer op de oude bekostigingssystematiek. Voor nu nog nacalculeerbare huurcontracten van vastgoed treedt ook een bezettingsrisico op. Bij het vaststellen van de jaarrekening 2010 was nog onvoldoende zeker wanneer de nieuwe systematiek zal ingaan, wat de nieuwe tarieven worden en bestaat nog veel onduidelijkheid over de overgangsregeling. Hierdoor kunnen de daaruit voortvloeiende financiële gevolgen voor de waardering van de materiële vaste activa niet voldoende zeker worden bepaald. Onzeker blijft hoe definitieve vaststelling van de nieuwe bekostiging zal plaatsvinden. Om deze redenen en ingevolge artikel 3 sub h van de Regeling Verslaglegging WTZi is bij de waardering van de nacalculeerbare (materiële) vaste activa uitgegaan van het bestaande systeem van integrale vergoeding voor werkelijke afschrijvingskosten en rentelasten van de vaste activa. Er heeft derhalve nog geen impairment plaatsgevonden. Wel hebben wij op grond van de beschikbare informatie van het Ministerie van VWS en de Nederlandse Zorgautoriteit initiële berekeningen gemaakt van de gevolgen van de overgang naar het nieuwe systeem van prestatiebekostiging. Wel hebben wij op grond van berichten van het Ministerie van VWS (11 oktober 2010) en de NZa (9 februari 2011) initiële berekeningen gemaakt van de verwachte opbrengsten van de normatieve huisvestingscomponent en uit de voorgestelde overgangsregeling voor de jaren 2012 tot en met 2018. Hieruit concluderen wij dat naar schatting een bedrag van vergelijkbare omvang beschikbaar is voor afschrijvingen, rente en huurlasten van vastgoed. Het risico op toekomstige impairment van het vastgoed wordt daarom voorlopig ingeschat als beperkt. Onzeker blijft evenwel hoe de werkelijke exploitatie zich ontwikkelt, zolang de nieuwe bekostigingssystematiek niet definitief vaststaat. Afhankelijk van de definitieve vaststelling en de bijbehorende overgangsregeling kan alsnog in de komende jaren een impairment noodzakelijk blijken. Vanuit de specifieke kenmerken van het vastgoed van al onze locaties zijn wij van mening dat voor deze panden die gehuurd worden van derden momenteel wel specifieke aanwijzingen bestaan voor de hierboven genoemde nieuwe risico’s. De economische levensduur wijkt af van de thans gehanteerde afschrijvingsperiode op basis van de huidige NZa-beleidsregels.In komende jaren worden vastgesteld of afschrijvingen dienen te worden verhoogd of dat sprake is van bijzondere waardeverminderingen op grond van een kortere verwachte gebruiksduur of restwaarde. Wij beschikken op dit moment over onvoldoende gegevens om een goede inschatting te maken.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-31-
Naast deze exogene risico’s heeft De Goede Zorg de risico’s die voortvloeien uit de bedrijfsvoering zoveel mogelijk beperkt. Maatregelen die in dit verband zijn getroffen, zijn: - de verdere invoering van de Kaderregeling AO/IC en functiescheiding; - de verdere invoering van geautomatiseerde systemen; - het afsluiten en het periodiek actualiseren van bedrijfsverzekeringen; - de vorming van een reële bedrijfsreserve; - de vorming van een separate functie controller binnen de organisatie (in het verslagjaar kreeg deze functionaris tevens de functie van ´compliance officer´ in het kader van de mededingingswetgeving); - de toevoeging van een specifieke paragraaf over het risicomanagement aan de kwartaalrapportage door de directeur/bestuurder aan de Raad van Toezicht. Wat het laatstgenoemde punt betreft werd het beleid omtrent verdere opbouw van deze reserve voortgezet. In het licht van de toenemende risico’s als gevolg van de financiële krapte en de marktwerking, alsmede teneinde te kunnen voldoen aan de eisen die het zorgkantoor en de gemeentelijke overheid stellen aan de bedrijfseconomische continuïteit, is het streven erop gericht de reserve verder op te bouwen tot (indicatief) 20% van de exploitatie in 2014. Dit is vastgelegd in de financiële meerjarenplanning, die is opgenomen in het strategische beleidsplan. De vaststelling van het strategische beleid als zodanig is eveneens een bijdrage aan het geven van inzicht in en beperking van de risico’s voor de organisatie op lange(re) termijn. Tenslotte vinden er in het kader van het kwaliteitsbeleid enkele keren per jaar zogenoemde directiebeoordelingen plaats, waarbij wordt vastgesteld in hoeverre de organisatie zich houdt aan het vastgestelde beleid. Op basis van deze directiebeoordelingen worden zonodig aanpassingen doorgevoerd. Wettelijke transparantie-eisen bedrijfsvoering Transparantie-eis Heeft de instelling schriftelijk vastgelegd welk orgaan/organen van de instelling welke bevoegdheden heeft/hebben ten aanzien van welk onderdeel of aspect van de bedrijfsvoering? Heeft de instelling schriftelijk en inzichtelijk vastgelegd hoe de zorgverlening georganiseerd wordt, van welke andere organisatorische verbanden daarbij gebruik wordt gemaakt en wat de aard is van de relaties met die andere verbanden, waaronder begrepen verantwoordelijkheden, taken en beslissingsbevoegdheden? Worden de activiteiten van de instelling waarvoor de toelating(-en) geldt/gelden, in ieder geval financieel onderscheiden van andere activiteiten van de instelling? Zijn in de financiële administratie van de instelling ontvangsten en betalingen duidelijk traceerbaar naar bron en bestemming, en is duidelijk wie op welk moment welke verplichtingen voor of namens de instelling is aangegaan?
Ja/nee Ja
Ja
Ja Ja
3.5 Cliëntenraad Stichting De Goede Zorg heeft in het verslagjaar uitvoering gegeven aan artikel 2 van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ), door per regio een cliëntenraad te doen functioneren. Aan deze cliëntenraden per regio komen de wettelijke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden toe. Hiernaast is sinds 1 januari 2010 een centrale cliëntenraad ingesteld en actief. Deze houdt zich bezig met vraagstukken die de stichting als geheel betreffen. De toedeling van onderwerpen die centraal respectievelijk regionaal worden opgepakt, is in een document vastgelegd. De wettelijke bevoegdheden blijven berusten bij de regionale cliëntenraden, waarvan de centrale cliëntenraad een afgeleide is. De cliëntenraden richten zich in het bijzonder op de behartiging van de belangen van de cliënten van de stichting. Een en ander is vastgelegd in het ´Besluit tot instelling van de Cliëntenraad.´ Per regio zijn vier kieskringen geformeerd: - cliënten van het woonzorgcentrum (zorg met verblijf); - cliënten die thuiszorg ontvangen (zorg zonder verblijf); - cliënten die gebruik maken van zorg- en/of dienstverlening van het woonzorgcentrum;
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-32-
- cliënten van dagactiviteiten. Op verzoek van de cliëntenraden zelf en op advies van de Inspectie voor de Gezondheidszorg is het aantal leden verhoogd naar maximaal negen per cliëntenraad, om voldoende mogelijkheden te hebben om alle kieskringen adequaat te vertegenwoordigen. De cliëntenraden van De Goede Zorg functioneren sinds 1 november 1996. De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden alsmede de werkwijze van elk van de cliëntenraden is vastgelegd in een reglement van de cliëntenraad. Het reglement en het eerder genoemde besluit tot instelling geven tezamen vorm aan de wijze waarop de bevoegdheden zijn geregeld. De Goede Zorg houdt bij haar beleid en uitvoering hiervan rekening met deze getroffen regelingen. De cliëntenraden hebben in het verslagjaar besloten soepel om te gaan met de vertegenwoordiging vanuit de diverse kieskringen. Er werd prioriteit gegeven aan de beschikbaarheid en kwaliteit van de kandidaten. De cliëntenraden bepalen zelf hun vergaderplanning en de inhoud van de agenda, die grotendeels wordt bepaald door de actualiteit en adviesaanvragen. De cliëntenraden kwamen eens per zes weken bijeen. Vergaderingen van de cliëntenraden kunnen door alle cliënten als toehoorder worden bijgewoond. De regionale cliëntenraden kennen verder een periodiek overleg met de regiomanager met als doel regiogebonden onderwerpen te bespreken. De regiomanager wordt hiertoe door de cliëntenraad uitgenodigd. Hiernaast kent de centrale cliëntenraad eens per kwartaal een overlegvergadering met de directeur/bestuurder, met als doel onderwerpen op stichtingsniveau te bespreken. Tevens wordt in ieder geval de centrale cliëntenraad periodiek bezocht door het lid van de Raad van Toezicht dat portefeuillehouder is voor de cliëntenraden. De informatieverstrekking aan de cliëntenraden geschiedde deels dele mondeling tijdens het gevoerde overleg. Naast de formele vergaderingen waren er ook regelmatig informele contacten tussen de cliëntenraden en het management. De cliëntenraden werden extern gevoed door middel van het lidmaatschap van de Landelijke Organisatie Cliëntenraden (LOC) en het Regionaal Overleg Cliëntenraden Apeldoorn (ROC Apeldoorn). In de statuten van de stichting is vastgelegd dat de cliëntenraden het recht hebben een bindende voordracht te doen voor de benoeming van een lid van de Raad van Toezicht. Hieraan is per 19 december 2006 toegevoegd dat aan de cliëntenraden het enquêterecht, zoals dit wordt benoemd in de WTZi, wordt toegekend. Ondersteuning cliëntenraden De cliëntenraden worden door de organisatie ondersteund. Er wordt secretariële ondersteuning ter beschikking gesteld voor met name de opstelling van agenda’s en de verslaglegging. Tevens kunnen de cliëntenraden gebruik maken van de faciliteiten van de organisatie. De kosten die samenhangen met de activiteiten van de cliëntenraden, worden door de organisatie vergoed. Hiernaast ontvangen de cliëntenraden ondersteuning van de LOC en het ROC Apeldoorn. Uitgebrachte adviezen De cliëntenraden hebben in de loop van het verslagjaar over een veelheid van zaken advies uitgebracht. Deels gaat het hierbij om regiogebonden onderwerpen, deels gaat het om zaken op stichtingsniveau. Beïnvloeding van beleid en maatregelen naar aanleiding van adviezen cliëntenraden De Goede Zorg heeft de adviezen van de cliëntenraden zoveel mogelijk vertaald in het beleid en de maatregelen die zijn getroffen. De ontvangen officiële adviezen die de cliëntenraden hebben uitgebracht waren alle positief, waardoor er enerzijds geen sprake was van grote wijzigingen als gevolg van uitgebrachte adviezen, maar anderzijds komt dit ook doordat de cliëntenraden bij belangrijke onderwerpen tijdig betrokken waren. Hierdoor kon er door het management in een aantal
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-33-
gevallen op voorhand al rekening worden gehouden met opvattingen die leven in de kring van de cliëntenraden. Vertrouwenspersonen voor cliënten Met instemming van de cliëntenraden is een constructie tot stand gebracht waarbij er per regio één vertrouwenspersoon voor de cliënten functioneert. De drie vertrouwenspersonen voor de cliënten werken als team, waardoor de continuïteit is gewaarborgd en zij tevens onderling overleg kunnen voeren ter bevordering van de kwaliteit van hun functioneren. De organisatie faciliteert de vertrouwenspersonen voor de cliënten. De cliëntenraden hebben ingestemd met de natuurlijke personen die de functie van vertrouwenspersoon voor de cliënten vervullen. In de loop van het verslagjaar werd om diverse persoonlijke redenen afscheid genomen van de vertrouwenspersonen voor de clienten. De organisatie is er door middel van werving in geslaagd drie nieuwe cliëntvertrouwenspersonen te benoemen. Met hen werd tegen het einde van het verslagjaar de werkwijze afgestemd, waarmee de kwaliteit en continuïteit zijn gewaarborgd. In hun werkwijze zijn de vertrouwenspersonen voor de cliënten onafhankelijk. Tabel : Samenstelling Cliëntenraad De Goede Zorg Naam lid Jaar van aftreden volgens rooster Centrale cliëntenraad Dhr. R. Kneefel (De Matenhof) Mw. B. Schoep (De Veenkamp) Dhr. J.G. Lamberts (Avondzon) Dhr. T. de Bruin (Avondzon) Dhr. Th. Oving (De Matenhof) T. Meuleman (De Veenkamp) Regio Zuid Dhr. J.G. Lamberts Dhr. T. de Bruin Mw. E. Yilmaz Mw. C. Ehren Dhr. J. Berkhof Dhr. C. Geijteman
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
2009
Ingangsdatum 01-04-2010 Ingangsdatum 31-12-2010 2008
-34-
Aandachtsgebied of rol binnen cliëntenraad Voorzitter Tweede voorzitter Lid Lid Lid Lid
Voorzitter Lid Lid Lid Lid Lid
Regio Oost Dhr. R.R. Kneefel Mw. S. Brinkman Mw. M. Schreuder Mw. A. Groenheijde Mw. G. Kers Mw. M. Klabbers Mw. D. Jesse Dhr. T. Oving Mw. A. Memelink Mw. G. Kers-Blom Mw. H.H. Vink Regio Noord Mw. B. Schoep Mw. A.A. Otten-de Haas Mw. N. Pijl-van Raalte Mw. P. Somerwil mw. T. Kloek-Snoek Dhr. T. Meuleman Dhr. H. Ruseler Dhr. J.C. Deriga
Afscheid december 2010 Afscheid december 2010
Afscheid 13-01-2010
Overleden december 2010
Voorzitter Lid Lid Lid Lid Lid Lid Lid Lid Lid Lid
Voorzitter Secretaris Lid Lid Lid Vice-voorzitter Lid Lid
Adviezen Cliëntenraad Tabel : Formeel uitgebrachte gevraagde adviezen cliëntenraden De Goede Zorg Advies Jaardocument maatschappelijke verantwoording 2009 Management thuiszorg Toepassing nieuwe algemene leveringsvoorwaarden Herziene begroting 2010 Begroting 2011 Uitwerking cliëntservicebureau Vacatieregeling Communicatiestructuur Invoering elektronisch cliëntdossier Verbeterplan Geactualiseerde protocollen Verzwaard goedkeuringsadvies beëindiging strategisch partnerschap woningstichting De Goede Woning Goedkeuringsadvies kwartaalrapportages. Verzwaard goedkeuringsadvies centrale productiekeuken Regio Oost Verzwaard goedkeuringsadvies vertrouwenspersoon De Matenhof Regio Zuid Wijziging regiomanagement Verzwaard goedkeuringsadvies cliëntvertrouwenspersoon Regio Noord Postkasten in de hal van De Veenkamp Verzwaard goedkeuringsadvies cliëntvertrouwenspersoon
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-35-
Commissie van vertrouwenslieden De Goede Zorg heeft uitvoering gegeven aan de wettelijke regeling over de vertrouwenspersoon voor de cliënten. In de loop van het verslagjaar is deze regeling aangepast, ertoe leidend dat er per regio een vertrouwenspersoon voor de cliënten functioneert. De drie vertrouwenspersonen voor de cliënten hebben periodiek onderling contact over de uitvoering van hun functie en nemen elkaar in voorkomende gevallen waar, zodat ook de continuïteit gewaarborgd is. De vertrouwenspersonen voor de cliënten werken onafhankelijk. Aan de cliënten is informatie verstrekt over de structuur en werkwijze met betrekking tot de vertrouwenspersonen voor de cliënten. De cliëntenraden hebben positief geadviseerd met betrekking tot de personen die de functie van vertrouwenspersoon voor de cliënten uitvoeren. In 2010 is deze functie door de navolgende personen vervuld: - mevrouw H. Visser (tot juni 2010) en mevrouw D.J.S. Melchers (vanaf 15 augustus 2010) voor de cliënten van de Regio Zuid; - mevrouw Th. van den Heuvel (tot oktober 2010) en mevrouw B. Semmerkrot (vanaf 1 november 2010) voor de cliënten van de Regio Oost; - mevrouw R. Green (tot 1 oktober 2010) en de heer C.J.A.M. van Tongeren (vanaf 1 oktober 2010) voor de cliënten van de Regio Noord. Voorts kent De Goede Zorg de functie van vertrouwenspersoon voor de medewerkers. Deze functie is, met instemming van de ondernemingsraad, bij een onafhankelijke, gespecialiseerde functionaris neergelegd. De medewerkers zijn hierover geïnformeerd.
3.6 Ondernemingsraad Stichting De Goede Zorg kent een ondernemingsraad, die overeenkomstig de bepalingen van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) functioneert. Eveneens kent de CAO VV&T (Collectieve Arbeidsovereenkomst Verzorging, Verpleging & Thuiszorg) aan de ondernemingsraad enkele aanvullende bevoegdheden toe. De ondernemingsraad wordt door de organisatie gefaciliteerd. Deze facilitering houdt in dat er een budget beschikbaar wordt gesteld, evenals dat er een ambtelijk secretaris beschikbaar is. De leden van de ondernemingsraad zijn als medewerker in dienst bij de stichting en ontvangen, binnen de reglementaire bepalingen, salaris voor de werkzaamheden die zij als lid van de ondernemingsraad verrichten. De ondernemingsraad kent een eigen reglement, dat de goedkeuring heeft van de bevoegde bedrijfscommissie. De OR van De Goede Zorg begint het jaar 2010 in de volgende samenstelling: De Matenhof Jacqueline Badendorp Rolf van Otterlo (voorzitter) Joke van der Waals De Veenkamp Wilma Kaal Avondzon Lia Heijmans Laura Huiskamp (plaatsvervangend voorzitter) Centraal Kantoor Marian van Eyden In januari geven de voorzitter van de OR, Rolf van Otterlo, en de plaatsvervangend voorzitter van de OR, Laura Huiskamp, beiden te kennen enige tijd als OR-lid te willen terugtreden; de OR kiest Marian van Eyden tot plaatsvervangend voorzitter. In februari komt Margreet Bloem van De Veenkamp de OR versterken. Laura Huiskamp hervat in maart haar werkzaamheden en Rolf van Otterlo vertrekt in april definitief. De OR kiest Laura Huiskamp tot voorzitter. De samenstelling van de OR is daarna niet meer veranderd en is op 31 december 2010: De Matenhof De Veenkamp Avondzon Centraal Kantoor Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
Jacqueline Badenhop Joke van der Waals Margreet Bloem Wilma Kaal Lia Heijmans Laura Huiskamp (voorzitter) Marian van Eyden (plaatsvervangend voorzitter)
-36-
De ondernemingsraad kent interne vergaderingen en overlegvergaderingen met de ondernemer. De laatstgenoemde is de directeur/bestuurder van de stichting. De overlegvergaderingen vinden in principe maandelijks plaats. Eens per half jaar is er een overlegvergadering waarin de algemene gang van zaken in de onderneming wordt besproken. Aan deze vergadering neemt het lid van de raad van toezicht dat op voordracht van de ondernemingsraad is benoemd als toehoorder deel. De ondernemingsraad kent het statutaire voordrachtsrecht voor een lid van de raad van toezicht. Die onderwerpen waarover de ondernemingsraad het adviesrecht of instemmingsrecht heeft, worden door de ondernemer schriftelijk en met redenen omkleed aan de ondernemingsraad voorgelegd. Alle onderwerpen worden eveneens besproken in de overlegvergadering. Hierna neemt de ondernemingsraad standpunten in. In het verslagjaar zijn de navolgende instemmingsverzoeken en adviezen uitgebracht: Instemmingverzoeken Adviesaanvragen 1. Aanpassing aanstellingsbeleid 1. Uitvoeringsbesluit vrijwilligerscoördinatie 2. Regeling werkoverleg cum annexis 3. Werktijdenregeling Avondzon 2. Invoering ECD 4. Regeling werkoverleg 3. Aangepaste uitvoeringsbesluit 5. Protocol functioneringsgesprekken vrijwilligerscoördinatie 6. Aanpassing aanstellingsbeleid 4. Geactualiseerd protocol gedragscodes en 7. Benoeming arbodienst 2011 nettiquette Herziene begroting 2009 5. Diverse uitvoeringsbesluiten 6. Aanstelling interim-manager thuiszorg 7. Uitwerking cliëntservicebureau 8. Actualisatie functiewaardering 9. Verhuizing centraal kantoor 10. Wijziging regiomanagement 11. Herziene begroting 2010 12. Verkoop centrale productiekeuken 13. Beëindiging strategisch partnerschap 14. Project FWG 15. Begroting 2011 Voorts: 1. Uitbreiding verlofregeling 2. Voordracht lid Klachten- en Geschillencommissie 3. Begroting OR 2010 4. Begroting OR 2011
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-37-
4 Beleid, inspanningen en prestaties 4.1 Meerjarenbeleid Missie In haar missie beschrijft De Goede Zorg het bijzondere doel dat wordt nagestreefd en dat integraal (dat wil zeggen: in alle situaties die voorkomen in de organisatie) van toepassing is. De Goede Zorg heeft als haar missie geformuleerd: kwaliteitszorg voor mensen door mensen. Met deze missie wordt eraan gerefereerd dat De Goede Zorg een integrale benadering van de cliënt (voor wie wordt gewerkt) en de medewerker (door wie wordt gewerkt) nastreeft. De Goede Zorg streeft ernaar de zorg voor haar cliënten en de drijfveren van haar medewerkers zoveel mogelijk parallel te laten lopen, opdat zoveel mogelijk inhoud wordt gegeven aan haar naam: De Goede Zorg. Visie In haar visie beschrijft De Goede Zorg op welke wijze en binnen welke voorwaarden de organisatie haar missie en visie gestalte wil geven. Bij de visie staat dan ook de hoe-vraag centraal. De Goede Zorg heeft geconstateerd dat haar visie zich richt op optimalisering van de wijze waarop mensen (cliënten en medewerkers) met elkaar en met externe partijen omgaan. De bejegening staat centraal en deze is gebaseerd op het mensbeeld dat de organisatie hanteert. Mensbeeld Het mensbeeld van De Goede Zorg is dat mensen worden gezien als unieke persoonlijkheden die: - zelf verantwoordelijkheid dragen voor hun leven; - zelf beslissen over hun leven en levenswensen; - personen zijn die één geheel vormen van lichaam en geest; - personen zijn die functioneren in een sociale omgeving; - personen zijn die zich willen en kunnen ontplooien. Meerjarenbeleid De Goede Zorg is een zorgaanbieder die lokaal in Apeldoorn is verankerd. De organisatie heeft expertise en een goede naam opgebouwd in het leveren van zorg met verblijf (intramuraal) in de woonzorgcentra Avondzon, De Matenhof en De Veenkamp. Tevens is er sprake van een goede positie als leverancier van zorg zonder verblijf (extramuraal), aanvankelijk alleen in de woonservicegebieden rondom de drie woonzorgcentra, sinds 2010 in geheel Apeldoorn. Onder de titel ´De Goede Zorg, van zorgaanbieder naar zorgondernemer´ is in 2007 het strategische meerjarenplan van De Goede Zorg vastgesteld. Dit plan is medio 2009 geactualiseerd en heeft een looptijd tot 2014 gekregen. In dit strategische beleidsplan staat beschreven dat in een tijdshorizon richting 2014 De Goede Zorg de navolgende strategische doelen wil nastreven: - de transformatie van De Goede Zorg van een voornamelijk op zorg met verblijf gerichte organisatie, naar een organisatie waarin het gebiedsgericht leveren van zorg zonder verblijf centraal staat; - de cliëntgerichtheid verder vorm en inhoud geven op basis van individuele belevingsgerichte zorg; - de opneming van welzijn als integraal onderdeel van de individuele belevingsgerichte zorg; - een duurzame verankering van kwaliteit in zorg- en dienstverlening en wonen; - de ontwikkeling, in diverse varianten, van een hoogwaardige woon- en leefomgeving; - de inrichting van de organisatie in aansluiting bij de belevingsgerichte zorg; - de koppeling van de persoonlijke doelen van medewerkers aan de belevingsgerichte zorg voor de cliënten; - het behouden en verder ontwikkelen van een gezonde bedrijfsvoering, die de basis moet vormen voor de continuïteit van de organisatie; - het behouden en verder ontwikkelen van de nodige samenwerkingsrelaties, teneinde de kwaliteit en continuïteit te kunnen waarborgen. Deze doelen zijn grofweg onder te verdelen naar twee nieuwe ambities. Ten eerste een ‘gebiedsgerichte aanbieder zijn van wonen, zorg en welzijn’. De Goede Zorg is in de wijk beschikbaar, zodat mensen in hun vertrouwde wijk kunnen blijven wonen. De Goede Zorg is in het verslagjaar gegroeid van ongeveer 425 naar 475 cliënten. De Goede Zorg
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-38-
verwacht op grond van het meerjarenbeleidsplan dat bovengenoemd aantal in de komende jaren zal toenemen. Dit wordt gerealiseerd door meer samenwerking met andere instanties en ook zorg aan te bieden aan andere doelgroepen dan alleen ouderen. Deze gebiedsgerichte benadering richt zich inmiddels op de gehele gemeente. De tweede ambitie is een ‘professionele, ondernemende organisatie zijn die ook intern helemaal op orde en “bij de tijd” is’. Om de komende jaren op de krapper wordende arbeidsmarkt een aantrekkelijke partner te blijven, zal De Goede Zorg zich verder ontwikkelen tot een innovatieve organisatie, waarin wordt geïnvesteerd in zorgleefplannen, belevingsgerichte zorg en kleinschalig werken. De verwachting is hiermee een betere dienstverlening aan cliënten en meer werkplezier voor medewerkers en vrijwilligers te bewerkstelligen.
4.2 Algemeen beleid verslagjaar Het strategisch meerjarenbeleidplan is vertaald in jaarplannen voor de organisatie als geheel en voor onderdelen van de organisatie. Aan de hand van een cyclisch proces wordt vervolgens gemeten in hoeverre de gestelde doelen worden gerealiseerd en waar bijstelling nodig is. Aan de hand van zogenoemde directiebeoordelingen, wordt enkele keren in de loop van het jaar vastgesteld in hoeverre de organisatie de afgesproken activiteiten verricht en of hierbij wordt voldaan aan de van toepassing zijnde protocollen. Zonodig vindt op grond hiervan in de loop van het jaar bijstelling c.q. aanscherping plaats. In het verslagjaar werden de navolgende prestaties geleverd in het kader van geformuleerde strategische doelen. - In het vierde kwartaal 2010 werd de beleidscyclus 2010 afgerond. Mede op grond van drie gehouden directiebeoordelingen werd gemeten in hoeverre het voorgenomen beleid ook daadwerkelijk was uitgevoerd. Hiermee werd de derde beleidscyclus conform de eisen van de HKZ (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling Zorgsector) afgewikkeld. Tevens werd tegen het einde van het verslagjaar het jaarplan 2011 vastgesteld. Hierin werd in concrete termen verwoord welke activiteiten de organisatie in 2011 wil gaan verrichten en hoe deze zijn georganiseerd. - In het kader van het Lange Termijn Huisvestings Plan (LTHP) waren in 2008 toelatingen verkregen op grond van de WTZi voor de renovatie/gedeeltelijke nieuwbouw respectievelijk volledige nieuwbouw van De Matenhof en De Veenkamp. Deze behelzen tevens een toelating voor de functie behandeling (intramuraal) bij realisatie van de gebouwen. Gezien de ontwikkelingen in de regelgeving rondom het vastgoed en de verkoop van de panden, werd intern een heroriëntatie op het vastgoed in gang gezet. Eveneens werd bij het CIBG een verzoek ingediend tot verlenging van de geldigheidsduur van de verkregen toelatingen op grond van de WTZi. Er werden contacten gelegd met WoonZorg Nederland als nieuwe eigenaar van De Matenhof en De Veenkamp. Tevens werd tegen het einde van het jaar bij een aantal in bouwen in de zorg gespecialiseerde adviesbureaus een offerte opgevraagd voor de ondersteuning bij de ontwikkeling en realisatie van bouwplannen gedurende de komende jaren. - Per 1 januari 2010 werden de activiteiten (in de vorm van contracten met cliënten, contracten met medewerkers en de firmanaam) van Zorgtransfer Apeldoorn over genomen. Deze kleine, locaal werkende, thuiszorgorganisatie was eind 2008 door Stichting Attent (als eigenaar van de desbetreffende besloten vennootschap) aan De Goede Zorg te koop aangeboden. In de onderhandelingen die in de loop van 2009 waren gevoerd, werd overeenstemming bereikt. De formele en feitelijke overname van deze activiteiten vond per 1 januari 2010 plaats. Hiermee heeft De Goede Zorg de mogelijkheid gekregen om in geheel Apeldoorn thuiszorg te leveren. Hiermee is een belangrijke strategische doelstelling gerealiseerd. - In 2010 heeft De Goede Zorg een volledige audit voor het kwaliteitskeurmerk HKZ (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling Zorgsector) ondergaan. Deze is uitgevoerd door het geaccrediteerde bureau Kiwa te Goes. De eerste stap betrof de documentenstudie, die in augustus 2010 succesvol werd afgerond. De tweede stap betrof de beoordeling van het kwaliteitswerken in de praktijk door middel van audits. Ook deze stap verliep in september/oktober 2010 voorspoedig. Hiermee werd tegen het einde van het verslagjaar duidelijk dat De Goede Zorg het HKZ-keurmerk opnieuw kreeg uitgereikt. - In 2010 heeft de organisatie de uitkomsten van eerder gehouden onderzoek naar de cliënttevredenheid en medewerkertevredenheid, alsmede de bedrijfseconomische toets, ontvangen. Het betreft hier deelname aan de landelijke benchmarking van de branche. De scores zijn positief, waarbij De Goede Zorg in de categorieën cliënttevredenheid en bedrijfseconomische prestaties in hoogste categorie scoort en voor de medewerkertevredenheid in de op een na hoogste categorie. Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-39-
Tevens werd een vrijwilligertevredenheidsonderzoek uitgevoerd. Alhoewel deze module geen deel uitmaakt van de landelijke benchmarking, heeft De Goede Zorg hier zelf voor gekozen, gelet op het belang van de activiteiten van de vrijwilligers. - In 2010 werd een geheel nieuwe huisstijl ontwikkeld met als doel de organisatie een fris en herkenbaar gezicht te geven. Hiermee wordt ook de zelfstandige positionering van de organisatie onderstreept. Deze nieuwe huisstijl wordt tegelijkertijd met de officiële opening van het nieuwe centrale kantoor, dat eind 2010 is betrokken, gelanceerd. - In 2010 werden diverse organisatorische aanpassingen doorgevoerd. Deze vloeien voort uit de actualisatie van het strategische beleidsplan en zijn erop gericht de organisatie zo goed mogelijk toe te rusten voor de komende jaren. Zo werden per begin 2010 de drie regio’s geïntroduceerd. Medio 2010 werd een cliëntservicebureau ingevoerd, waarin diverse reeds bestaande cliëntgebonden activiteiten van de stichting werden ondergebracht. Door middel van een planbureau werd vanaf begin 2010 de thuiszorg voor de drie regio’s gepland. Teneinde het belang van het vrijwilligersbeleid te onderstrepen, werd een centrale vrijwilligerscoördinatie ingevoerd.
4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid Om de activiteiten in het kader van kwaliteit te sturen, stelt de kwaliteitscoördinator jaarlijks een kwaliteitsjaarplan op. Aan de hand daarvan zijn de doelstellingen voor de korte termijn bepaald. Het kwaliteitsbeleid voor de lange termijn vindt vooral zijn weerslag in het werken met het kwaliteitsmanagementsysteem. Het kwaliteitsmanagementsysteem is voor De Goede Zorg een hulpmiddel om de kwaliteit van de zorg te kunnen meten, bewaken en verbeteren. Tevens wordt hiermee aan cliënten, verzekeraars, overheden duidelijk gemaakt dat De Goede Zorg op een systematische wijze met kwaliteit bezig is. De Goede Zorg heeft in 2007 het HKZ-kwaliteitscertificaat behaald (overigens is in 2006 reeds, als voorloper op het officiële HKZ-certificaat, het Bronzen Keurmerk via stichting Perspekt behaald). De certificerende instantie TNO Certification BV gaf aan dat De Goede Zorg met glans het HKZcertificaat had behaald; er zijn zelfs geen ‘rode en oranje’ kaarten uitgereikt (dit betekent dat er geen afwijkingen zijn aangetroffen die aantonen dat het kwaliteitssysteem niet functioneert). Door de jaarlijkse vervolgaudits houdt De Goede Zorg het kwaliteitsniveau op peil. Hiertoe zijn in het verslagjaar diverse maatregelen genomen, waaronder het actualiseren van de protocollen en procedures, uitvoeren van directiebeoordelingen, leveranciersbeoordelingen, houden van interne audits en het informeren en enthousiasmeren van medewerkers. In 2010 is de overgang gemaakt naar een andere certificerende instantie. Per 6 april 2010 was namelijk de accreditatie die TNO Certification BV had voor HKZ-certificatieschema’s ingetrokken door de Raad van Accreditatie. Dit betekent dat TNO niet meer mocht certificeren voor HKZcertificatieschema's. Voor organisaties met een HKZ certificaat van TNO betekende dit dat hun certificaat binnen 6 maanden moest worden overdragen aan een collega certificerende instelling met de betreffende HKZ accreditatie. Na deze termijn was het certificaat ongeldig. De Goede Zorg heeft na gedegen onderzoek gekozen voor KIWA als ‘nieuwe’ certificeerder. Met KIWA menen we een organisatie gevonden te hebben die niet alleen op deskundige wijze kan toetsen, maar ook iets extra’s kan bieden in de zin van ondersteuning bij het optimaliseren van de organisatie. Het is een goede keuze gebleken. Op 22, 23 en 24 september 2010 werd, na een documentenstudie in de maand augustus 2010, door twee auditoren een bezoek afgelegd aan De Goede Zorg. Er werden geen afwijkingen geconstateerd; slechts enige observaties. De algemene indruk van De Goede Zorg zoals verwoord door KIWA: “De Goede Zorg is een innoverende en sociale organisatie. Er is draagvlak om (verander)doelstellingen te realiseren. In de invoering van alle veranderingen heeft men duidelijk getoond dat zij een capabele organisatie is waar vertrouwen en toewijding om het beste te doen voor cliënten wordt weerspiegeld in de waarden. Namelijk professionele normen van gedrag, teamwork, zorg en respect, verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid. Het is voor De Goede Zorg van essentieel belang dat men in de overetende vrije zorgmarkt die zich meer en meer aandient, verantwoorde keuzes blijft maken”. De auditrapportage is eind 2010 van verbetermaatregelen voorzien. De maatregelen, die in 2011 zullen doorlopen, betreffen onder andere: - Voorstel voor beschrijving criteria voor toewijzing zorgwoning - Cliëntdossier volgens nieuwe structuur op intranet opnemen - Voorstel voor meer SMART formuleren van zorgdoelen Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-40-
- Systematische peiling van ketenpartners opnemen in directie/beoordeling De Goede Zorg hecht veel waarde aan een goede communicatie, informatievoorziening, registratie, gegevensbeveiliging. De communicatie met de cliënt, en zonodig diens contactpersoon, uit zich onder andere in de koppeling van cliënten aan een contactverzorgende (cliëntondersteuner), structurele cliëntbesprekingen, open en naar behoefte communiceren, cliënten worden uitgenodigd om verbeterwensen te uiten. Binnen De Goede Zorg zijn de communicatiestructuren geformaliseerd. De communicatiestructuur wordt jaarlijks geëvalueerd en besproken met de cliëntenraden. Registratie van gemaakte afspraken vinden plaats in het cliëntdossier. In het verslagjaar is door de projectgroep ECD (Elektronisch Cliënt Dossier) onderzocht in hoeverre de registratie middels elektronisch dossiervorming geoptimaliseerd kon worden. Eind 2010 was dit echter nog niet helemaal uitgekristalliseerd. Vooralsnog voldoet het papieren dossier als middel om de afspraken te noteren en borgen. Tijdens interne audits en interne controles worden dossiers steekproefsgewijs beoordeeld; hieruit komt naar voren dat over het algemeen de dossiers goed worden bijgehouden. Vanuit de KIWA is wel opgemerkt dat de wijze van formuleren van zorgdoelen aangescherpt kan worden (meer SMART); in het verbeterplan zijn hiertoe maatregelen bepaald die in 2011 uitgezet worden. Elektronisch registeren biedt tevens voordelen ten aanzien van gegevensbeveiliging. De Goede Zorg is voornemens de organisatie in te richten via de NEN-norm 7510. Eind 2010 is gestart met een inventarisatie ten aanzien van de NEN-norm. Hierbij vindt ondersteuning plaats door een extern bureau. Op basis van de inventarisatie zal in 2011 een plan van aanpak opgesteld worden. De Goede Zorg hecht veel waarde aan de kwaliteit van haar gebouwen. Deze positie is lastig aangezien De Goede Zorg als huurder vaak afhankelijk is van de woningstichtingen. Middels de met betrokken partijen opgestelde Lange Termijn Huisvestingsplannen (LTHP) trachten we de wensen van de cliënten ten aanzien van huisvesting zoveel mogelijk centraal te stellen. De keuzevrijheid van de cliënt staat voor De Goede Zorg centraal. In het verslagjaar bleek dat De Goede Zorg een relatief gewilde zorginstelling is, kijkend naar de wachtlijsten. Het dilemma dat hierdoor ontstaat, is dat cliënten een wachttijd hebben alvorens zij daadwerkelijk zorg met verblijf kunnen ontvangen. De gebouwelijke, fysieke omgeving heeft de aandacht. Er is sprake van een RI&E en een calamiteitenplan. Bedrijfshulpverlening is goed geregeld; er is aandacht voor scholing en bijscholing van bedrijfshulpverleners. Periodiek wordt er een ontruimingsoefening gehouden. Er is een preventiemedewerker aangesteld. Er is aandacht voor beveiliging van het pand, voor zover de woonfunctie dit toelaat. Naast fysieke toegankelijkheid acht de stichting het tevens noodzakelijk om via informatievoorziening toegankelijk te zijn. Het Handboek Kwaliteitszorg, waarin alle vastgestelde documenten zijn opgenomen, biedt hiertoe handvatten. In is het PR- en Communicatiebeleid verder vormgegeven. Zo wordt de website van De Goede Zorg periodiek geactualiseerd; de toegankelijkheid voor cliënten, maar ook andere partijen wordt hiermee geoptimaliseerd. De normen verantwoorde zorg zijn voor De Goede Zorg belangrijke peilers om de zorgverlening op een kwalitatief verantwoord niveau te behouden en zelfs deze te verbeteren. Ook in het verslagjaar is wederom deelgenomen aan het kwaliteitskader. De visie van De Goede Zorg op dit punt wordt ondersteund door deelname aan de Benchmark Verpleging, Verzorging en Thuiszorg (VVT) van de brancheorganisatie ActiZ, die onderlinge vergelijking met andere zorgondernemers mogelijk maakt. Uitkomsten van dergelijke onderzoeken zijn beschikbaar op diverse websites, waaronder www.kiesbeter.nl. Door deze transparantie verwacht De Goede Zorg de toegankelijkheid te bevorderen.
4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten De rechten van cliënten van De Goede Zorg liggen vast in wet- en regelgeving. Cliënten worden door middel van gerichte informatievoorziening op hun rechten geattendeerd.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-41-
De Goede Zorg heeft in het verslagjaar haar Algemene Leveringsvoorwaarden aangepast aan de Leveringsvoorwaarden van ActiZ. Hiermee voldoen de voorwaarden aan de landelijke standaarden. De cliënten zijn hierover geïnformeerd en hebben de mogelijkheid gekregen bezwaar te maken. Geen van de cliënten heeft bezwaar aangetekend. Na vaststelling zijn de Leveringsvoorwaarden op intranet geplaatst zodat deze voor alle betrokken inzichtelijk zijn. Ze zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel. De cliëntenraad wordt, binnen wettelijke kaders, middels een vaste besluitvormingsroute, betrokken bij het opstellen en zonodig bijstellen van kwaliteitsdocumenten c.q. protocollen. Verder is de werkwijze binnen De Goede Zorg in hoge mate geprotocolleerd, in het kader van het HKZ-systeem dat is ingevoerd. Het beleid van De Goede Zorg is dat er een maal per twee jaar onafhankelijke cliëntenraadpleging plaatsvindt. De Goede Zorg heeft in 2005 een uitgebreide onafhankelijke cliëntenraadpleging gehouden via stichting Cliënt en Kwaliteit. Op basis hiervan is een plan van aanpak geschreven waarin de cliëntenraden zelf hebben bepaald welke maatregelen zij wilden treffen op basis van de uitkomsten van het onderzoek. In 2005 en 2006 is uitvoering gegeven aan de acties die uit het plan van aanpak volgden. In 2007 heeft wederom een cliëntenraadpleging plaatsgevonden, onder cliënten zorg met verblijf en cliënten zorg zonder verblijf, uitgevoerd door onderzoeksbureau Facit. De uitkomsten zijn besproken met de cliëntenraden. De uitkomsten zijn meegenomen in de continue ‘benchmark’. Zij vormen hiermee integraal onderdeel van de benchmarkrapportage. In 2008 zijn voorbereidingen getroffen betreffende de maatregelen voortkomend uit de integrale benchmarkrapportage. In 2009 heeft opnieuw een cliëntenraadpleging plaatsgevonden, onder cliënten zorg met verblijf en cliënten zorg zonder verblijf, uitgevoerd door onderzoeksbureau Facit. Over het algemeen scoort De Goede Zorg bovengemiddeld, zowel ten aanzien van somatiek (De Goede Zorg: 8,2 ten opzichte van referentiegroep: 7,8) als de thuiszorg (De Goede Zorg: 8,1 ten opzichte van referentiegroep: 8,1)*. De verbeterpunten hadden onder andere betrekking op: wooncomfort, maaltijden en beschikbaarheid van personeel. In samenspraak met de cliëntenraden is een verbeterplan opgesteld, die in 2010 uitvoering heeft gekregen. Het betreft onder andere het gestructureerd toetsen van gerechten op locatie, het indienen van klachten via de website van stichting Disgenoten, het meer bekend maken van de ontspanningsactiviteiten in de wijk, de inzet van een extra trainer verpleegtechnisch handelen ten behoeve van de situatie zorg zonder verblijf en het aanstellen van ergocoaches binnen de discipline facilitair. * gegevens op basis van ‘mijnscorecard’, ActiZ benchmark 2010
4.4.1 Kwaliteit van zorg De Goede Zorg gaat uit van de autonomie en zelfstandigheid van de cliënt (zorgvisie/protocollen). Dit komt naar voren in alle facetten van de zorgverlening. De Goede Zorg wil, naast de kwaliteit van de zorg, ook de continuïteit waarborgen. Door de omvang van de stichting en het voeren van een stabiel en financieel gezond beleid en beheer, wordt de continuïteit van de zorg zoveel mogelijk gewaarborgd. Teneinde een optimale maatschappelijke, politieke en financiële facilitering van zorgorganisaties te doen plaatsvinden, is De Goede Zorg lid van de brancheorganisatie ActiZ. De Goede Zorg is een organisatie die gericht samenwerkt met andere partijen vanuit haar eigen kracht om integraal, cliëntgericht en kleinschalig tot zorgverlening te komen. Daartoe participeert De Goede Zorg in diverse platforms met andere zorgaanbieders, zoals het Platform Verpleging en Verzorging Apeldoorn. Ook voert De Goede Zorg gesprekken met andere aanbieders van wonen, zorg en welzijn. De keuzevrijheid van de cliënt staat voor De Goede Zorg voorop. Middels cyclisch roosteren van medewerkers verzorging wordt tevens getracht de continuïteit te waarborgen. De Goede Zorg hecht erg aan duidelijkheid; om deze reden zijn contactverzorgenden gekoppeld aan cliënten, zodat de cliënt weet bij wie hij/zij voor vragen terecht kan, dit is beschreven in het betreffende protocol. Indien de vaste contactpersoon van een cliënt uitvalt voor langere periode, dan wordt de cliënt hiervan op de hoogte gebracht; een nieuwe, eventueel tijdelijke, contactverzorgende wordt dan benoemd.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-42-
Waardering kwaliteit van zorg door patiënt/cliënt 1. Heeft u in het verslagjaar (voor de sector gehandicaptenzorg: over het verslagjaar) een cliëntenraadpleging uitgevoerd waarin is gevraagd naar de waardering van de kwaliteit van zorg? 2. Hanteert u of uw sector een norm voor het oordeel van cliënten over de kwaliteit van zorg? Indien nee bij 1: In welk jaar heeft de laatste cliëntenraadpleging plaatsgevonden Indien ja bij 2: Omschrijving van de gehanteerde norm
Nee
Ja
2009
CQ-index
Indien ja bij 1 en ja bij 2 Uitkomst van de cliëntenraadpleging op basis van normering sector Heeft u de uitkomsten van de cliëntenraadpleging voorgelegd aan de cliëntenraad? Waardering kwaliteit van zorg door medewerker 1. Heeft u in het verslagjaar (voor de sector gehandicaptenzorg: over het verslagjaar) een medewerkerraadpleging uitgevoerd waarin is gevraagd naar de waardering van de kwaliteit van zorg? 2. Hanteert u of uw sector een norm voor het oordeel van medewerkers over de kwaliteit van zorg? Indien nee bij 1: In welk jaar heeft de laatste raadpleging plaatsgevonden Indien ja bij 2: Omschrijving van de gehanteerde norm
Ja
Nee
Ja
2009
MedewerkerMonitor
Heeft u de uitkomsten van de raadpleging voorgelegd aan de cliëntenraad?
Ja
Kwaliteit van zorg VVT: verantwoorde zorg 1. Zorgleefplan De concrete invulling van de te leveren zorg- en dienstverlening vindt zijn weerslag in een individueel zorgleefplan per cliënt dat is opgesteld in samenwerking met de cliënt zelf, zonodig in samenwerking met diens vertegenwoordiger/familie. Het zorgleefplan wordt minimaal tweemaal per jaar geëvalueerd met de cliënt, zonodig diens eerste contactpersoon. De aard en hoeveelheid van gestructureerde dagactiviteiten wordt afgestemd op de behoefte van de cliënt. In 2009 is De Goede Zorg gaan werken met het zorgleefplan, volgens het model van Verantwoorde Zorg. Cliënten reageren erg positief op de nieuwe zorgleefplannen. Al was het alleen maar om het feit dat er uitgebreid met hen wordt gesproken en niet allen gevraagd wordt wat ze niet kunnen, maar juist die zaken waarin zij ondersteund willen worden. Zo langzamerhand ontstaat daardoor een “ja” cultuur. Dit wordt verder doorgevoerd in een ´cultuurtraject´ (sturen op attitudes die voor De Goede Zorg leidend zijn: bewust worden van visie, ambitie, leiderschap en ondernemerschap, meer zelfstandigheid). In 2010 zijn hiervoor de eerste aanzetten gegeven, in 2011 zal dit nader vorm krijgen en tot uitvoering komen. De werkgroep ECD (elektronisch cliëntdossier) heeft onderzocht op welke wijze de integratie van het zorgleefplan in het elektronisch cliëntdossier (CURA) het beste kan plaatsvinden. Dit was eind 2010 nog niet geheel afgerond en krijgt in 2011 zijn vervolg. De Goede Zorg vindt het werken volgens c.q. voldoen aan het zorgleefplan zodanig belangrijk dat zij als kwaliteitsdoelstelling heeft gesteld dat er “0% structurele afwijkingen van het zorgleefplan mogen
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-43-
plaatsvinden”. Twee maal per jaar tijdens de directiebeoordeling wordt bepaald of de kwaliteitsdoelstelling c.q. het streefcijfer is behaald. Voor 2010 geldt dat dit is bereikt. De zorgleefplannen worden eveneens regelmatig beoordeeld in het kader van de AO/IC-regeling en de interne audits; tijdens het verslagjaar bleek dat aan een groot aantal van de gestelde eisen wordt voldaan. Vanuit de KIWA is wel opgemerkt dat de wijze van formuleren van zorgdoelen aangescherpt kan worden (meer SMART); in het betreffende verbeterplan zijn hiertoe maatregelen bepaald die in 2011 uitgezet worden. 2. Communicatie en informatie De Goede Zorg hecht veel waarde aan een goede communicatie met de cliënt, en zonodig diens contactpersoon. Dit uit zich onder andere in de koppeling van cliënten aan een contactverzorgende (cliëntondersteuner), structurele cliëntbesprekingen, open en naar behoefte communiceren, cliënten worden uitgenodigd om verbeterwensen te uiten. Vier maal per jaar verschijnt de ‘Vita’, een magazine voor alle cliënten van De Goede Zorg waarin diverse wetenswaardigheden en nieuwsfeiten worden vermeld, met als doel alle cliënten te informeren over de organisatorische ontwikkelingen. Daarnaast zijn alle cliënten welkom tijdens het info-uurtje in de woonzorgcentra. Binnen De Goede Zorg zijn de communicatiestructuren geformaliseerd. De communicatiestructuur wordt jaarlijks geëvalueerd en besproken met de cliëntenraden. In het verslagjaar is uitvoering gegeven aan het PR- en communicatiebeleidsplan; er is een nieuw logo en huisstijl ontwikkeld die beter aansluiten op de doelen van De Goede Zorg. Het oude logo was afgeleide van het logo van De Goede Woning. Met het definitief opzeggen van de strategische alliantie met De Goede Woning kwam steeds meer de behoefte aan een eigen specifieke identiteit die beter aansluit op de cultuur binnen De Goede Zorg. In 2010 is, onder begeleiding van adviesbureau Emotion te Apeldoorn, de nieuwe huisstijl vormgegeven. Bestaande brochures zijn hiermee in een nieuw jasje gestoken, cliënten zijn hierover tijdig geïnformeerd en belanghebbenden (zoals leden van de cliëntenraad, cliëntvertrouwenspersonen, leden klachten en geschillencommissie) zijn betrokken bij het opstellen van de tekstinhoud. De Goede Zorg heeft een kwaliteitsdoelstelling inzake de communicatie: ‘kwaliteit op agenda van het werkoverleg’, met als streefcijfer 100%. Deze doelstelling werd in 2010 behaald (meting tijdens de directiebeoordeling). 3. Lichamelijk welbevinden Binnen De Goede Zorg zijn de medewerkers getraind en alert op tijdige herkenning van gezondheidsrisico’s, zoals decubitus, incontinentie, verantwoord medicijngebruik. Medewerkers gebruiken hiertoe de betreffende verpleegtechnische protocollen. Er vindt jaarlijkse scholing plaats van de verpleegtechnische handelingen; hiervoor wordt het systeem van train-detrainer gehanteerd. Tevens worden over deze onderwerpen regelmatig klinische lessen gegeven. Er is passende ondersteuning tijdens de zorgverlening, zodat de cliënt zich schoon en verzorgd kan voelen. Wensen van de cliënten in dit kader worden genoteerd in het zorgleefplan en cliëntdossier. Om de maaltijden smakelijk te laten verlopen krijgen de cliënten de mogelijkheden middels keuzemenu’s waarbij ze uit verschillende componenten kunnen kiezen. Relevante onderwerpen betreffende de maaltijdvoorzieningen worden in de cliëntenraden besproken. Er vindt regelmatig overleg plaats met stichting Disgenoten, de leverancier van de warme maaltijden voor de cliënten, ten behoeve van het optimaliseren van de maaltijdvoorziening. In 2010 heeft Stichting Disgenoten cliëntenonderzoek uitgevoerd; De Goede Zorg heeft de uitkomsten opgenomen in haar beleidsafspraken. Daarnaast gaven de uitkomsten vanuit de CQ-index aanleiding om verbetermaatregelen te treffen inzake de maaltijdvoorziening. De maatregelen zijn in 2010 en verder uitgezet. Het betreft onder andere het gestructureerd toetsen van gerechten op locatie (cliëntpanels proeven maaltijden, componenten proeven tijdens het info-uurtje), het indienen van klachten via de website van stichting Disgenoten (sinds september 2010 is de website van Stichting Disgenoten toegankelijker gemaakt, waardoor het indienen van klachten is vereenvoudigd. De terugkoppeling van de antwoorden/reactie
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-44-
vanuit Stichting Disgenoten op de ingediende klacht is helderder/compacter en wordt eerlijker beantwoord. 4. Zorginhoudelijke veiligheid Om de zorginhoudelijke veiligheid te waarborgen worden protocollen gehanteerd. Ten behoeve van het voorkomen c.q. verminderen van incidenten worden de (bijna)-incidenten geregistreerd. Er wordt, indien nodig, op basis van een melding direct actie ondernomen door de zorgmanagers; tevens wordt twee maal per jaar een verslag gemaakt ten behoeve van het beoordelen van trends. Het verminderen van de incidenten is een speerpunt in het beleid van De Goede Zorg. Het aantal incidenten liet namelijk in de loop der tijd een stijgende lijn zien. Het aantal meldingen waarbij als oorzaak ‘onbekend’ werd aangegeven was namelijk erg hoog. Daarom zijn in dat jaar de verzorgenden expliciet verzocht om de oorzaken beter te registreren door dit aan de cliënten (door) te vragen en te noteren. In 2009 is, om aan gestelde maatregel meer kracht bij te zetten, op het meldingsformulier de toevoeging gemaakt ‘alleen de mogelijkheid ‘onbekend’ aankruisen als na uitdrukkelijke navraag bij de cliënt/derden blijkt dat de oorzaak niet bekend is’. Er zijn in 2010 grote afwijkingen te zien in vergelijking met de vorige periode. Het aantal valincidenten met oorzaak onbekend is enorm gedaald. Dit is naar alle waarschijnlijk terug te voeren op bovengenoemde aanvulling op het MIC-formulier. Het aantal incidenten inzake ‘gezondheidsproblemen, duizeligheid, onwel worden’ is wel erg toegenomen in vergelijking met de vorige periode. Eind 2010 was het voorstel dit tijdens de jaarlijkse evaluatie met apothekers te besproken. Zij kunnen nagaan of het medicatiegerelateerde is; in dat geval kunnen gerichte maatregelen getroffen worden. De medicatie-incidenten worden geregistreerd. Een van de maatregelen in het verslagjaar om het aantal incidenten te verminderen betrof het experiment bij woonzorgcentrum De Veenkamp, waarbij de 39-diensten in de periode van november tot januari 2011 de medicijnen overdag deelden waarbij ze een fluoricerend hesje droegen. Het idee was dat de medewerkers dan minder gestoord zouden worden door invloeden van buitenaf. In 2011 wordt bepaald of dit experiment ook in de andere woonzorgcentra wordt doorgevoerd. Er wordt met een drietal apothekers samengewerkt, in plaats van een apotheek voor de gehele stichting. Het grote voordeel is gelegen in het feit dat de apothekers dicht bij het woonzorgcentrum gelegen zijn. Tevens is in HAGRO verband al sprake van een verregaande samenwerking dat de zorgverlening ten goede komt. Ook in 2010 heeft een evaluatiegesprek plaatsgevonden, waarbij tegelijkertijd de leverancierbeoordeling is uitgevoerd. Tijdens de evaluatie stond onder andere het onderwerp verminderen van het aantal incidenten centraal; er zijn in dit kader nadere afspraken gemaakt. Ten aanzien van de medicatie-incidenten is er een kwaliteitsdoelstelling bepaald; deze wordt besproken tijdens de directiebeoordeling. Het streefcijfer is: “maximale aantal medicatie-incidenten is het gemiddelde van het voorgaande jaar minus 10%”. Tijdens de directiebeoordeling 2010 kwam naar voren dat het resultaat niet bereikt was. 5. Woon- en leefomstandigheden De cliënt is vrij zijn/haar appartement in te richten volgens diens eigen wensen. Hiervan wordt melding gemaakt bij de aanvang zorg door de maatschappelijk werkster; tevens staat dit vermeld in de informatiebrochures. Door te werken aan de hand het zorgleefplan wordt dit thema explicieter dan voorheen besproken met de cliënt (woon- en leefomstandigheden is een van de vier domeinen binnen het zorgleefplan). Er zijn procedures ten aanzien van bejegening en privacy. Uit de CQ-index kwam naar voren dat De Goede Zorg goed op deze onderwerpen redelijk scoort. Naar aanleiding van gesprekken met cliëntenraad inzake de CQ-index hebben we voor onszelf nog een aantal verbetermaatregelen gesteld. Het betreft het inventariseren van de individuele wensen in het kader van de pluspakketten. Tevens het nagaan wat de behoefte is van cliënten aan toiletverhogers, vanuit zorgvisie worden die niet structureel aangeboden; contactverzorgende overlegt hierover met de cliënt.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-45-
6. Participatie en dagstructurering Er worden binnen de zorgcentra diverse activiteiten aangeboden waar cliënten gebruik van kunnen maken. Voor cliënten met een indicatie bestaat de groepsverzorging. Groepsverzorging is “het volgens een bepaald programma aanbieden van georganiseerde activiteiten met een therapeutisch karakter, afgestemd op de behoeften van de cliënten”. De behoefte aan dergelijke voorzieningen worden steeds groter bij de cliënten. Bij zowel De Matenhof als De Veenkamp zijn 2 van dergelijke groepen. Ouderen (zorg zonder verblijf) die graag contact willen hebben met leeftijdgenoten, die in lichte mate hulpbehoevend zijn of wat vergeetachtig worden, kunnen bij de “dagactiviteiten” terecht. Tevens is het bedoeld voor ouderen die het wenselijk vinden om sociaal isolement tegen te gaan en behoefte hebben om activiteiten te ondernemen. Binnen alle 3 de woonzorgcentra bestaat een dergelijke voorziening. Het welzijnscomponent is in 2010 verder opgepakt. Zo worden onder andere producten tussen ontspanningsbegeleiders van de verschillende locaties steeds meer uitgewisseld. Ten behoeve van de financiële haalbaarheid is de uitbreiding van welzijn toekomstgericht bekeken; het dient te passen binnen de beleidsregels. 7. Mentaal welbevinden De cliënt heeft de mogelijkheid zijn/haar leven op diens eigen wijze invulling te geven; de medewerkers ondersteunen hierbij. Indien de cliënt het wenst, kan de geestelijke verzorger worden ingeschakeld. Cliënten die een overeenkomst hebben met De Goede Zorg kunnen indien wenselijk een beroep doen op een cliëntvertrouwenspersoon. Er zijn 3 cliëntvertrouwenspersonen, elk gelieerd aan een woonzorgcentrum. In 2010 is afscheid genomen van de cliëntvertrouwenspersonen en zijn 3 nieuwe personen aangesteld. Eenmaal per jaar vindt in het Centraal Managementteam evaluatie van de werkwijze en bevindingen plaats en worden zonodig maatregelen genomen ter verbetering. 8. Veiligheid wonen en verblijf Ten aanzien van de fysieke toegankelijkheid, is er structureel aandacht voor de appartementen en voorzieningen binnen de woonzorgcentra. Bij de nieuwbouwplannen en renovatieplannen wordt rekening gehouden met de fysieke toegankelijkheid van het gebouw en de appartementen. Bij het analyseren van de M.I.C.-registraties wordt nagegaan of er acties ondernomen dienen te worden ten aanzien van de fysieke toegankelijkheid. De Goede Zorg besteedt op diverse niveaus aandacht aan de veiligheid. - Door in hoge mate geprotocolleerd te werken, bevoegd en bekwaam personeel in te zetten en zorg te dragen voor actualisatie van de kennis van het personeel, wordt ernaar gestreefd de zorg kwalitatief zo verantwoord mogelijk te bieden. Dit komt in alle aspecten van de zorg, waaronder het omgaan met geneesmiddelen, tot uitdrukking. - De M.I.C en M.I.M.-registratie brengt (bijna)incidenten ten aanzien van gebruik van hulpmiddelen en materialen, onveilige omgeving, medicijnen, etc. aan het licht; zonodig wordt hierop actie ondernomen - De gebouwelijke, fysieke omgeving heeft aandacht. - Er is sprake van een RI&E en een calamiteitenplan. Jaarlijks worden volgens planning calamiteitenoefeningen gehouden, zo ook in 2010 bij elk woonzorgcentrum. - Bedrijfshulpverlening is zo goed mogelijk geregeld en er is aandacht voor scholing en bijscholing van bedrijfshulpverleners. - Er is een preventiemedewerker werkzaam. - Er is aandacht voor beveiliging van het pand, voor zover de woonfunctie dit toelaat. - Er is aandacht voor leefbaarheid in de wijk, alhoewel De Goede Zorg hiervoor geen directe - De Goede Zorg heeft beleid opgesteld ten aanzien van diverse onderdelen van veiligheid; dit document kan worden beschouwd als een ‘leeswijzer’. - Ten behoeve van de veiligheid kunnen cliënten gebruik maken van een oproepsysteem. - Er is een overeenkomst gesloten met beveiligingsbedrijf Vigilat, waarbij medewerkers in geval van mogelijke verdachte situaties een beroep kunnen doen op de surveillancedienst van Vigilat. Daarnaast kan ook voor andere vormen van assistentie de hulp van de surveillancedienst worden opgeroepen.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-46-
9. Voldoende en bekwaam personeel Scholing vindt plaats volgens het jaarlijkse opleidingsplan dat volgt uit het meerjarenopleidingsbeleidsplan. Het jaarplan wordt op drie niveaus uitgewerkt: 1. centraal niveau 2. team niveau 3. individueel niveau Voor 2010 zijn de volgende punten op centraal niveau benoemd: BHV Reanimatie Ergocoaches Train de trainer Cultuur ECD Zorgregistratie NEDAP En op teamniveau: scholing schrijven redactieleden De doelen uit het opleidingsjaarplan 2010 zijn grotendeels behaald. Met uitzondering van de scholing met betrekking tot cultuur; deze is doorgeschoven naar 2011. Het bleek dat de ideeën hieromtrent nog onvoldoende waren uitgekristalliseerd om een gedegen scholingprogramma op te kunnen stellen. De Goede Zorg heeft begin 2010 Thuiszorgbureau Zorgtransfer overgenomen, inclusief de medewerkers en cliënten. Hiermee werd een start gemaakt om in de gehele gemeente Apeldoorn thuiszorg te leveren. De Thuiszorg kampt met een chronisch tekort aan uitvoerende medewerkers. Zowel in kwantitatieve zin als in kwalitatieve zin. Ondanks dat het kabinet aangeeft dat er veel geld wordt uitgetrokken voor extra menskracht in de zorg, zal het moeilijk zijn de mensen te vinden. Dat geldt ook voor De Goede Zorg. Er zal steeds meer van technologische oplossingen gebruik worden gemaakt. De problematiek van vergrijzing en daarbij behorende problematiek van een toenemend aantal cliënten die lijden aan dementie, eenzaamheid, sterke fysieke beperking in de thuissituatie vraagt andere kwaliteiten van de verzorgenden. Het cultuurtraject (attituden) waar in het verslagjaar binnen De Goede Zorg een start mee is gemaakt en verdere uitwerking krijgt in 2011, zal hierbij aan de verzorgenden ondersteuning moeten bieden. De Goede Zorg acht een goede communicatie met medewerkers van uiterst belang. Maandelijks komt een digitale medewerkermagazine, de K-Link, uit. Medewerkers hebben, indien ze dat wenselijk vinden, de mogelijkheid ook thuis in te loggen en de K-Link in te lezen. Tevens worden regelmatig kwaliteitsavonden georganiseerd. Zo ook in 2010. De onderwerpen die centraal stonden: uitkomsten MedewerkerMonitor en CQ-index, de resultaten TNO audit 2009, de nieuwe opzet interne audits. Nadien was er gelegenheid om samen “De Goede Zorg te proeven“ tijdens een buffet. 10. Ketenzorg De Goede Zorg is een organisatie die gericht samenwerkt met andere partijen vanuit haar eigen kracht om integraal, cliëntgericht en kleinschalig tot zorgverlening te komen, zodat de cliënt de zorg ontvangt die nodig is (terug te vinden in het samenhangend zorgleefplan). Daartoe participeert De Goede Zorg in diverse platforms met andere zorgaanbieders, zoals het Platform Verpleging en Verzorging Apeldoorn. Ook heeft De Goede Zorg contacten met andere aanbieders van wonen, zorg en welzijn. De keuzevrijheid van de cliënt staat voor De Goede Zorg voorop. In het verslagjaar is, mede op advies van KIWA, bepaald dat de systematische peiling inzake de ketenpartners wordt opgenomen in de directie/beoordeling. De Goede Zorg werkt in principe alleen samengewerkt met gecertificeerde organisaties. Er wordt gestreefd naar harmonie met het door De Goede Zorg gehanteerde kwaliteitsysteem, het HKZkwaliteitssysteem.
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-47-
4.4.2 Klachten De Goede Zorg ziet een klacht als een advies tot verbetering. Overeenkomstig de Wet Klachtenrecht Cliënten Zorginstellingen is er een klachtencommissie. Deze commissie werkt volgens het reglement Klachten- en geschillenbehandeling. Naast de vergadering van de klachtencommissie zorgt de zorgaanbieder dat er informatief overleg wordt georganiseerd tussen de klachtencommissie en de zorgaanbieder. Deze vindt twee maal per jaar plaats. Het blijkt dat op- en aanmerkingen over de zorg en de dienstverlening van cliënten en/of familie vaak uitgepraat kunnen worden binnen de afdeling. Cliënten kunnen hun klachten, maar ook verbeterpunten, melden via een daartoe bestemd ‘verbeterpunten- en klachtenformulier’. De procedure hieromtrent staat beschreven in het ‘protocol omgang met verbeterpunten/klachtenformulier’. De organisatie wil immers graag openstaan voor opmerkingen, verbeterpunten en klachten, zodat gericht gewerkt kan worden aan een open en toegankelijke organisatie. De formulieren hangen op toegankelijke plaatsen binnen de woonzorgcentra. In het protocol is een registratieformulier opgenomen dat het tevens mogelijk maakt om de verbeterpunten/klachten beter te kunnen registreren; dit formulier wordt gehanteerd bij de tweejaarlijkse directiebeoordeling. In het ‘format kwaliteitdoelstellingen’ is een streefcijfer opgenomen, dat tijdens de directiebeoordeling wordt besproken. Als streefcijfer (per maand per locatie) geldt: Voeding <5 Algemeen <5 Officiële klachten <1 In het verslagjaar is niet voldaan aan de norm wat betreft de voeding. Verbetermaatregelen ten aanzien van de voeding in deze betreffen de inzet van cliëntpanels en het bespreken van de cijfers met de leverancier van de warme maaltijden Stichting Disgenoten tijdens de leveranciersbeoordeling. In 2010 zijn geen officiële klachten gemeld bij de klachtencommissie. Aangezien de streefcijfers ten aanzien van de klachten over langere perioden niet behaald werden, is in 2010 beleid opgesteld ten aanzien van het koppelen van sancties aan niet behalen van gestelde doelen/streefcijfers. Aan de leveranciersbeoordelingen zijn consequenties verbonden: bij meer dan 3 keer een slechte (‘slecht’ = niet voldaan aan afgesproken criteria) beoordeling wordt de overeenkomst opgezegd. Echter, in een aantal gevallen is het verbinden van consequenties geen optie. Het gaat dan om externen waarmee enige vorm van verbintenis c.q. afhankelijkheid bestaat. Door echter de beoordelingen met deze partijen te handhaven, houdt De Goede Zorg grip op de geleverde producten en diensten. Het verbinden van consequenties aan doelstellingen met betrekking tot de interne organisatie was vooralsnog niet haalbaar. De Goede Zorg zou hiervoor eerst prestatiegerichte beoordelingsmogelijkheden moeten benoemen. De Goede Zorg onderzoekt de mogelijkheden. In het kader van het FWG-traject wordt deze problematiek erkent; de functiebeschrijvingen die in 2010 (en verder in 2011) worden opgesteld, zijn grotendeels resultaatgericht opgezet. Aantallen klachten in het verslagjaar Aantal klachten ingediend bij de klachtencommissie Aantal klachten als percentage van het gemiddeld aantal personeelsleden in fte’s Aantal door de klachtencommissie in behandeling genomen klachten Aantal klachten waarover de klachtencommissie advies heeft uitgebracht Aantal klachten dat gegrond is verklaard
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-48-
Aantal 0 Automatisch berekenen 0 0 0
4.5
Kwaliteit ten aanzien van medewerkers
De verantwoording over kwaliteit ten aanzien van medewerkers omvat het personeelsbeleid en de kwaliteit van het werk.
4.5.1 Personeelsbeleid Doelstelling P&O De missie van De Goede Zorg is “Kwaliteitszorg voor onze mensen door onze mensen”. De kwaliteit van zorg- en dienstverlening komt bij de cliënt door interactie tussen medewerkers en cliënt. De Goede Zorg kan alleen kwaliteit bieden met behulp van haar medewerkers. De Goede Zorg gaat uit van de HRM benadering (Human Resource Management). Onder het personeelsmanagement verstaan we de personele en de sociale aspecten van het besturen van de organisatie. Uitgangspunten voor het personeelsmanagement zijn: - geïntegreerd in het totaalbeleid - intern en extern gericht - de medewerkers zijn de belangrijkste factor voor succes van de organisatie - coachende / sturende rol voor managers. In de beleidsontwikkeling vormen commissies een belangrijke rol. Te denken valt aan de arbocommissie, verschillende werkgroepen en projectgroepen. Belangrijk is dat medewerkers ruim de mogelijkheid krijgen te participeren in werkgroepen en commissies. Medewerkers kunnen er op rekenen dat hun stem in werkgroepen en commissies door de organisatie gehoord wordt. CAO De Goede Zorg past de collectieve Arbeidsovereenkomst Verpleeg-,Verzorgingshuizen en Thuiszorg (CAO VVT) toe. Meerkeuze systeem arbeidsvoorwaarden (MKSA) In 2010 hebben 20 medewerkers deelgenomen aan het Fietsplan, 3 medewerkers aan de Regeling vergoeding kosten vakbond en 27 aan de regeling reiskosten. Protocollen - het Opleidingsjaarplan 2011 is vastgesteld. - het protocol Functioneringsgesprekken is geactualiseerd - aanvullende verlofregeling is vastgesteld Functie Waardering Gezondheidszorg Het project Functie Waardering Gezondheidszorg (FWG) is opgestart en zal in 2011 worden afgerond. Een extern bureau biedt hierbij ondersteuning. Een stappenplan is opgesteld. In de projectgroep bestaat uit de extern adviseur, de p&o functionaris en een afgevaardigde van de ondernemingsraad. Verloop personeel Verloop personeel Instroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar Uitstroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar
Aantal personeelsleden 145 85
Aantal fte 33,8 23,9
Ziekteverzuim exclusief zwangerschapsverlof, volgens de definitie van Vernet in percentages Nb. Het gaat hier om de definitie volgens Vernet, dus niet om aanlevering via Vernet Nb2. Deze specifieke tabel geldt voor alle sectoren behalve de UMC’s Personeelsformatie (alle sectoren behalve UMC’s) Percentage Verzuim totaal personeel in loondienst (alle sectoren behalve UMC’s) 6,61%
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-49-
Vacatures Vacatures
Totaal aantal vacatures per einde verslagjaar
Totaal personeel Personeel met patiënt-/cliëntgebonden functies
4.5.2
4 3
Aantal moeilijk vervulbare vacatures per einde verslagjaar 0 0
Kwaliteit van het werk
Kwaliteit van het personeel De Goede Zorg kent een opleidingsbeleid, waarin er sprake is van een meerjarenopleidingsbeleidsplan. Dit wordt in opleidingsjaarplannen per kalenderjaar doorvertaald, waarbij vanuit het management accenten worden gelegd op grond van zowel wettelijke verplichtingen als het eigen beleid. Deze worden geconcretiseerd in scholingsplannen per locatie per kalenderjaar. Bij de totstandkoming van de concrete plannen zijn zowel de teams die binnen de organisatie werken betrokken, alsook heeft de individuele medewerker de mogelijkheid om van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) gebruik te maken en kunnen in functioneringsgesprekken gesignaleerde opleidingswensen worden doorvertaald. Verantwoordelijkheidstoedeling De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden binnen De Goede Zorg zijn vastgelegd in het organigram van de organisatie en de functiebeschrijvingen die voor alle functies binnen de organisatie bestaan. Arbodienst / Verzuim Met VerzuimReductie heeft in het verslagjaar 2 keer een evaluatie plaatsgevonden, waarbij tevens de Ondernemingsraad aanwezig was. De evaluaties zijn over het algemeen positief geweest. Het ziekteverzuim is in het verslagjaar gestegen t.o.v. 2009. De meldingsfrequentie is in het verslagjaar ook gestegen t.o.v. 2009. Waardering kwaliteit van het werk door de medewerker 1. Heeft u in het verslagjaar een medewerkerraadpleging (voor de sector gehandicaptenzorg: over het verslagjaar) uitgevoerd waarin is gevraagd naar de waardering van de kwaliteit van het werk? 2. Hanteert u of uw sector een norm voor het oordeel van medewerkers over de kwaliteit van het werk? Indien ja bij 1: Gebruikte meetmethode
Nee
Ja
MedewerkerMonitor
Indien nee bij 1: In welk jaar heeft de laatste raadpleging plaatsgevonden Indien ja bij 2: Omschrijving van de gehanteerde norm
2009
MedewerkerMonitor
Indien ja bij 1 en ja bij 2 Uitkomst van de raadpleging op basis van normering sector Heeft u maatregelen getroffen naar aanleiding van de uitkomst?
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-50-
Ja
4.6 Samenleving De Goede Zorg wil vanuit haar maatschappelijk ondernemerschap zich bewust en actief in de samenleving opstellen. Hiertoe behoort ook transparantie in de werkwijze en activiteiten. De keuze om reeds vanaf het verslagjaar 2003 het jaardocument maatschappelijke verantwoording te hanteren, is hiervan mede een uiting. De Goede Zorg onderhoudt dan ook structurele contacten met de betrokken organisaties en partijen op lokaal niveau. De Goede Zorg stelt zich actief en betrokken op in de lokale samenleving. De voortrekkersrol ten aanzien van de ontwikkeling van woonservicegebieden en de aandacht voor leefbaarheid in de wijk zijn hiervan een exponent. Deze opstelling komt verder tot uitdrukking in een actieve houding ten opzichte van het gemeentelijke beleid. De Goede Zorg gaat graag met maatschappelijke actoren in gesprek om een actieve bijdrage te leveren aan de samenleving. De Goede Zorg heeft ook aandacht voor de milieuaspecten van haar activiteiten. Het milieubeleid is vastgelegd in een protocol dat dienst doet als interne richtlijn. Op operationeel niveau wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met beperking van de belasting van het milieu. Er valt hierbij te denken aan de milieuvriendelijke afvoer van incontinentiemateriaal en de medewerking aan hergebruik van oud papier. De Goede Zorg heeft een actief veiligheidsbeleid. Dit komt tot uitdrukking in aandacht voor een veilige woon- en leefomgeving voor de cliënten, alsmede een veilige werkomgeving voor de medewerkers, en de opstelling en periodieke actualisatie van de risico- inventarisatie en evaluatie ten aanzien van de werkzaamheden die worden verricht, dit als onderdeel van het arbobeleid. Specifieke punten die in het verslagjaar zijn opgepakt zijn: - training van de bedrijfshulpverleners van de stichting, ook ten aanzien van reanimatie; - de beschikbaarheid van automatische externe defibrillatoren in alle woonzorgcentra en het centrale kantoor; - de periodieke calamiteitenoefeningen in de woonzorgcentra en het centrale kantoor; - de participatie in de planvorming door de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR).
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-51-
Jaardocument 2010 Jaarrekening
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-52-
5 Jaarrekening
Jaardocument 2010 Stichting De Goede Zorg
-53-