Jaarverantwoording 2013 Alle zorginstellingen
Jaarverantwoording zorginstellingen 2013 Model-Jaardocument Dit jaardocument is op onderdelen gewijzigd. De wijzigingen ten opzichte van verslagjaar 2012 en ten opzichte van het document 2012 zoals dat is vastgesteld door de Minister op 1 oktober 2012 (verslagjaar 2013) zijn geel gemarkeerd. Gebruikt u dit document om aan uw verantwoordingsverplichting verslagjaar 2013 te voldoen. Dit jaardocument bevat alle vragen voor verschillende soorten organisaties. U kunt via de website www.jaarverslagenzorg.nl een op uw organisatie toegesneden jaardocument bestellen of samenstellen.
1 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Inhoudsopgave
Inleiding 5 Wat is het jaardocument?6 Voor wie geldt het jaardocument? 7 Waaruit bestaat het jaardocument? 7 Het niveau van verantwoording 8
I
Jaarrekening
10
II
DigiMV
12
A DigiMV Profiel van de organisatie A.1 Nadere typering van het concern A.2 Kerngegevens: productie, personeel en opbrengsten A.3 Personeelsinformatie
13 13 18 32
B DigiMV Bestuur, toezicht en bedrijfsvoering B.1 Governancecode B.2 Bestuursstructuur B.3 Toezichthoudend orgaan B.4 Wettelijke transparantie-eisen bestuursstructuur B.5 Wettelijke transparantie-eisen bedrijfsvoering B.6 Samenstelling toezichthoudend orgaan B.7 Cliëntenraad (met uitzondering van particuliere FPC’s)
34 34 34 35 36 37 37 37
C DigiMV Beleid, inspanningen en prestaties C.1 Klachten C.2 Verloop personeel C.3 Ziekteverzuim C.4 Vacatures C.5 Bedrijfsvoering C.6 Beloning leden Raad van Bestuur/Directie C.7 Beloning/Vergoeding Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen/ Raad van Beheer C.8 Transparantie overschrijding bezoldigingsmaximum WNT
38 38 39 39 39 39 40
D
DigiMV D.1 D.2 D.3 D.4 D.5 D.6
42 43
Hoofdposten uit de Jaarrekening 45 Jaarrekening: balans 45 Jaarrekening: resultatenrekening 46 Kasstroomoverzicht 47 Toelichting op balans: materiële vaste activa 48 Toelichting op balans: financiële vaste activa 48 Toelichting op balans: overige vorderingen 49
2 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
D.7 Toelichting op balans: overige kortlopende schulden 49 D.8 Toelichting op balans: specificatie financieringsverschil 49 D.9 Toelichting op balans: niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen: toelichting heffingsgrondslag Macrobeheersinstrument 50 D.10 Toelichting op de resultatenrekening: opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties 50 D.11 Toelichting op de resultatenrekening: niet-gebudgetteerde zorgprestaties (exclusief DBC’s / DBC-zorgproducten A- en B-segment; inclusief Wmo-huishoudelijke hulp) 50 D.12 Toelichting op de resultatenrekening: omzet DBC’s / DBC-zorgproducten B-segment 51 D.13 Toelichting op de resultatenrekening: omzet DBC’s / DBC-zorgproducten A-segment 51 D.14 Toelichting op de resultatenrekening: opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen en honorariumplafonds 52 D.15 Toelichting op de resultatenrekening: subsidies (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties) 52 D.16 Toelichting op de resultatenrekening: overige bedrijfsopbrengsten 53 D.17 Toelichting op de resultatenrekening: personeelskosten 53 D.18 Toelichting op de resultatenrekening: overige bedrijfskosten 54 D.19 Bevestiging 54 E Wijzigingen ten opzichte van verslagjaar 2012
55
IV Achtergrondinformatie
56
F Toelichting DigiMV: teksten regelgeving, begripsomschrijving en afkortingenlijst F.1 Toelichting en definities Profiel van de organisatie F.2 Toelichting en definities Bestuur, toezicht, medezeggenschap en bedrijfsvoering F.3 Toelichting Beleid, inspanningen en prestaties F.4 Afkortingenlijst
74 78 89
G
92
Accountantscontrole
H Dataprotocol H.1 Definities H.2 Partijen H.3 Wettelijke basis H.4 Invoer van gegevens H.5 Beheer van gegevens H.6 Gebruik van gegevens H.7 Eigendom en zeggenschap H.8 Vaststellen en wijzigen dataprotocol H.9 Bijlage: procedure uitlevering niet-publieke informatie
3 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
57 57
93 95 96 97 97 98 98 99 99 99
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Dit jaardocument gaat over het verslagjaar 2013. Het omvat alle mogelijke verplichte verantwoordings vragen voor zorginstellingen. Dit betekent niet dat alle vragen op uw organisatie van toepassing zijn. Dit is afhankelijk van het type zorginstelling en de geboden zorg. Wanneer u uw kerngegevens invult in DigiMV kunt u een jaardocument op maat laten uitprinten waarin alleen de vragen opgenomen zijn die u voor uw organisatie hoeft in te vullen. In onderdeel E zijn de wijzigingen ten opzichte van het vorig jaar overzichtelijk weergegeven. Dit staat onderaan de paragraaf waarin wordt toegelicht waaruit het jaardocument bestaat. Het jaardocument 2013 is vastgesteld door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) op grond van de Regeling Verslaggeving WTZi. Met ingang van verslagjaar 2007 zijn alle zorgaanbieders die onder de reikwijdte van deze regeling vallen, verplicht om het jaardocument te gebruiken voor hun jaarverantwoording. Indien u het Jaardocument maatschappelijke verantwoording correct hebt ingevuld, voldoet u aan de volgende wettelijke verslag- en verantwoordingsverplichtingen: • verplichting tot het leveren van een jaarrekening volgens de eisen in het Burgerlijk Wetboek (BW, boek 2, titel 9) • verplichting tot het leveren van een kwaliteitsjaarverslag conform artikel 5 van de Kwaliteitswet zorginstellingen, • verplichting tot het leveren van een openbaar verslag over de klachtenregeling en hoe is omgegaan met de ingediende klachten (artikel 2 lid 7 Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector) • verplichting tot het leveren van een verslag over hoe is omgesprongen met medezeggenschap in uw instelling (artikel 8 Wet Medezeggenschap Cliënten Zorgsector) • verplichting tot het opgeven van de beloning van uw bestuurders, voor zover deze boven de vastgestelde norm uitkomt (artikel 4.1 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector) • verplichting tot het verstrekken van gegevens aan het CBS over de door u geleverde WTZi-zorg (artikel 28 Wet op het Centraal bureau voor de statistiek) De gegevens uit het jaardocument worden verzameld, beheerd en uitgeleverd door het CIBG, een agentschap van het Ministerie van VWS. VWS vraagt het jaarverslag niet meer uit, op www. jaarverslagenzorg.nl wordt informatie gegeven of u op grond van andere wetgeving een jaarverslag moet opstellen. Het jaardocument dient ingevuld te zijn vóór 1 juni 2014.
4 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Inleiding
5 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Wat is het jaardocument? Het jaardocument is een vragenset aan de hand waarvan zorgaanbieders zich verantwoorden over hun prestaties in het verslagjaar. Met het jaardocument zijn vroegere verplichte verantwoordings documenten vervallen, waardoor de administratieve lasten zijn verlicht. Uitgangspunt van het jaardocument is: éénmaal aanleveren, meermalen gebruiken. Daarmee wordt bedoeld dat het jaardocument gebruikt kan worden voor de verantwoording aan meerdere belanghebbenden. Denk aan interne belanghebbenden zoals de patiënten/cliëntenraad of ondernemingsraad, en aan externe belanghebbenden zoals de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ), zorgverzekeraars, het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Ministerie van Veiligheid en Justitie en het Ministerie van VWS. Meer dan twintig partijen, waaronder de brancheorganisaties van zorgaanbieders, zijn betrokken bij het jaardocument en willen zoveel mogelijk via het jaardocument in hun informatiebehoefte voorzien. Het jaardocument bevat verantwoording over belangrijke onderwerpen als kwaliteit, goed bestuur, financiële prestaties, productie en personeel. Partijen werken eraan om in de komende jaren nog meer verantwoordingsdocumenten overbodig te maken en op die manier de administratieve lasten verder te beperken. Het jaardocument vraagt gegevens die op grond van een wettelijke verplichting moeten worden aangeleverd.
Een belangrijk adres: www.jaarverslagenzorg.nl, een website van het CIBG. Hier vindt u alle informatie over het jaardocument. U kunt er ook jaardocumenten van voorgaande jaren inzien. Via de website kunt u ook de helpdesk bereiken.
6 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Voor wie geldt het jaardocument? Niet iedere zorginstelling in Nederland hoeft zich te verantwoorden met het jaardocument maatschappelijke verantwoording. In de WTZi, het Uitvoeringsbesluit WTZi, de Regeling Verslaggeving WTZi en de handleiding planning & control van DJI van het Ministerie van Veiligheid en Justitie is aangegeven wie zich moeten verantwoorden. Instellingen die de volgende categorieën van zorg leveren waarop aanspraak bestaat op grond van artikel 6 van de AWBZ of op grond van artikel 1 van de zorgverzekeringswet moeten zich verantwoorden met het jaardocument (artikel 2.1, lid 5 Uitvoeringsbesluit WTZi): • medisch specialistische zorg • persoonlijke verzorging • verpleging • begeleiding • behandeling • kraamzorg1 Aanvullend heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vastgelegd dat alle rechtspersonen of instellingen die vallen onder de reikwijdte van de Wet normering topinkomens (inclusief bijlage 1 en 3 bij de WNT), zich in het kader van de WNT moeten verantwoorden via het jaardocument. Daarnaast heeft het Ministerie van Veiligheid en Justitie vastgelegd dat ook instellingen die forensische zorg leveren zich moeten verantwoorden met het jaardocument (Hoofdstuk 7.3, Handleiding inkoop overige forensische zorg 2013).
Waaruit bestaat het jaardocument? Er zijn twee onderdelen van het jaardocument die u dient aan te leveren aan het CIBG: • de jaarrekening; • de kwantitatieve gegevens. De jaarrekening levert u digitaal aan en deponeert u in pdf. De variabelen die u in de jaarrekening opneemt moeten aansluiten bij de meest recente modeljaarrekeningen, zoals uitgelegd op de site www.jaarverslagenzorg.nl. De jaarrekening wordt met de accountantsverklaring op de website gezet en is openbaar. De kwantitatieve gegevens levert u aan via de webapplicatie DigiMV. U ontvangt van het CIBG een inlogcode. In DigiMV wordt ook een aantal hoofdposten uit de jaarrekeningen opgevraagd. Een aantal gegevens, met name de prestatie/kwaliteitsindicatoren, wordt op een andere manier verzameld en daarna overgezet naar DigiMV. Meer informatie vindt u op de website. De gegevens die u in DigiMV invoert, worden in een databank opgeslagen. Vanuit deze databank krijgen de instanties aan wie u verantwoording moet afleggen, hun gegevens automatisch aangeleverd. De meeste gegevens zijn openbaar. Uitgezonderd van openbaarheid zijn nadere gegevens over personeel en gegevens over uitbesteding en onderaanneming. Verder biedt het jaardocument de mogelijkheid om u te verantwoorden over enkele activiteiten die niet onder de Regeling Verslaggeving WTZi vallen. Als u besluit van deze mogelijkheden gebruik te maken, zijn de aangeleverde gegevens openbaar.
* 1 Met de sector kraamzorg is afgesproken dat de jaarverantwoording wordt gedaan via digiMV zoals dat ook het
geval is in andere sectoren. De kraamzorginstellingen zijn niet verplicht tot deze jaarverantwoording, met uitzondering van de Kwaliteitsparagraaf (onderdeel C). 7 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Via de webapplicatie DigiMV (Jeugdzorg) is tevens de mogelijkheid tot elektronische verstrekking opengesteld voor de verantwoordingsgegevens in het kader van de WNT (op grond van artikel 4.1). Het gebruik van DigiMV (Jeugdzorg) is als instrument voor de verantwoording in het kader van de WNT verplicht. Overigens is voor de niet-WTZi-instellingen die wel onder de reikwijdte van de WNT vallen een compacte versie van dit instrument beschikbaar, het zogenoemde DigiLight. U dient zich bij de NZa te verantwoorden over het wettelijk budget aanvaardbare kosten (de nacalculatie). Dit betreft voor een deel informatie die ook in het jaardocument wordt uitgevraagd, zij het soms op een meer gedetailleerd niveau. De informatie die in het kader van de nacalculatie wordt uitgevraagd, kunt u vinden op www.jaarverslagenzorg.nl. De handleiding bevat naast de in te vullen onderdelen van het jaardocument: • een overzicht van de belangrijkste wijzigingen van het jaardocument 2013 ten opzichte van het jaardocument 2012; • een toelichting met daarin relevante teksten uit wet- en regelgeving en definities van gebruikte begrippen; • een accountantsprotocol dat informatie geeft over inhoud en reikwijdte van de accountantscontrole; • een dataprotocol waarin afspraken zijn vastgelegd over beheer en gebruik van de verzamelde gegevens. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie is aangesloten bij het jaardocument. Het gaat dan om de jaarverantwoording van instellingen bij wie het ministerie zorg inkoopt. Deze module is geïntegreerd in dit jaardocument. Hetzelfde geldt voor het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Het gaat hier om de jaarverantwoording van gehandicaptenzorginstellingen die door het ministerie bekostigd onderwijs leveren aan hun patiënten/cliënten. Deze module is geïntegreerd in dit jaardocument. Voor gehandicaptenzorginstellingen die zowel zorg als onderwijs bieden, maar waarvoor de onderwijsfunctie het grootste bedrijfsonderdeel is, gelden de inrichtingsvereisten van OCW, waarbij uiteraard segmentatie wordt aangebracht tussen de verschillende bedrijfsonderdelen. Zie voorts hieronder.
Het niveau van verantwoording U verantwoordt zich in principe op het niveau van het concern, het hoogste organisatorische niveau. In het jaardocument is een concern gedefinieerd als de houder van de rechtspersoon die verantwoording aflegt. Een concern kan een grote maar ook een kleine organisatie zijn. Als dat wettelijk verplicht is, of als de situatie in onderdelen van uw concern duidelijk afwijkt van die in andere onderdelen, geeft u informatie op lagere organisatorische niveaus. In het jaardocument wordt dit aangegeven.
8 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De jaarrekening kan rechtstreeks geüpload worden in DigiMV. U dient daarna nog wel de geüploade informatie te controleren. Voorwaarde voor een succesvolle upload is dat u de modeljaarrekeningen gebruikt zoals die gepubliceerd worden op www.jaarverslagenzorg.nl daar vind u ook de gebruiks instructie voor het inlezen van de jaarrekeninggegevens in digiMV. Indien u geen gebruik wilt maken van het rechtstreeks uploaden kunt u net als voorgaande jaren uw gegevens ook handmatig invoeren. De jaarrekening moet voldoen aan richtlijn 655 van de Raad voor de Jaarverslaggeving. De jaar rekening kunt u opstellen met behulp van de modeljaarrekeningen op www.jaarverslagenzorg.nl. Deze voldoet aan de geldende richtlijnen. In onderdeel G zijn de vereisten voor de accountants controle opgenomen. In DigiMV wordt ook een aantal hoofdposten uit de jaarrekeningen opgevraagd. Voor de UMC’s en het NKI-AVL bevat de jaarrekening ook de verantwoording van de subsidie voor de uitvoering van de academische functie, bestaande uit topreferente zorg en innovatie en ontwikkeling. Deze verantwoording wordt in een bijlage opgenomen. Over het exacte format voor 2013, waarvoor het format 2012 het uitgangspunt vormt, worden nadere afspraken gemaakt.
9 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
I Jaarrekening
10 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
DigiMV is het deel van het jaardocument dat kwantitatieve/feitelijke gegevens bevat, die zich lenen voor aanlevering in tabelvorm. DigiMV is ook de naam van de invoertool die u voor de aanlevering gebruikt. Het aanleveren van de DigiMV-gegevens uit het jaardocument is verplicht, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld. Zo geldt dat ook alle rechtspersonen of instellingen die vallen onder de reikwijdte van de WNT ( inclusief bijlage 1 en 3 bij de wet) in het kader van de WNT verplicht zijn zich te verantwoorden via de webapplicatie DigiMV (Jeugd-zorg). Overigens is voor de niet-WTZi-instellingen die wel onder de reikwijdte van de WNT vallen een compacte versie van dit instrument beschikbaar, het zogenoemde DigiLight. Alle gegevens uit DigiMV zijn openbaar met uitzondering van de tabel Personeelsformatie, de vragen over onderaanneming en eventuele gegevens over activiteiten die niet onder de Regeling verslaggeving WTZi vallen. De jaarrekening en de gegevens uit DigiMV vormen samen de maatschappelijke verantwoording. Het jaardocument berust op de Regeling Verslaggeving WTZi. Sommige gegevens zullen echter altijd betrekking hebben op het gehele concern, ook als het zorg of diensten biedt die niet onder deze Regeling vallen. Voorbeelden zijn de governance-eisen en de financiële ratio’s. Andere gegevens hebben weer betrekking op specifieke onderdelen van het concern. Denk aan de prestatie/ kwaliteitsindicatoren van de IGZ, die expliciet worden opgevraagd voor de WTZi-zorg, vaak per organisatieonderdeel. Om misverstanden te voorkomen, is daarom steeds aangegeven op welk niveau de verantwoording wordt gevraagd.
11 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
II DigiMV
12 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A DigiMV Profiel van de organisatie Gevraagd wordt naar de situatie per einde verslagjaar, tenzij anders aangegeven. Alle gegevens in hoofdstuk A worden op concernniveau aangeleverd, tenzij anders aangegeven.
A.1 Nadere typering van het concern A.1.1
Typering concern
Deze tabel toont het keuzemenu dat u in DigiMV dient in te vullen. Het keuzemenu bepaalt welke tabellen u krijgt voorgelegd. Het is dus van groot belang het keuzemenu zorgvuldig in te vullen. Typering concern Typering
Ja/nee
Universitair Medisch Centrum Algemeen Ziekenhuis Categoraal Ziekenhuis Revalidatiecentrum Zelfstandig behandelcentrum
Indien UMC of ziekenhuis, revalidatiecentrum of ZBC:
vergunning of aanwijzing Wet bijzondere medische verrichtingen
Indien UMC of ziekenhuis: traumacentrum
Geestelijke gezondheidszorg Maatschappelijke opvang (MO) en vrouwenopvang (VO) Gehandicaptenzorg Indien gehandicaptenzorg: onderwijsinstelling vallend onder rechtspersoon die WTZi-zorg verleent Forensische zorg Verpleging, verzorging en thuiszorg
Indien VVT: jeugdgezondheidszorg
Kraamzorg Omvang concern kleiner dan 10 fte personeel Overige WNT-plichtige organisaties: (Stichting Vilans, Stichting Movisie, Stichting Nederlands Jeugdinstituut/NJi, Sanquin Bloedvoorziening, Zorgverzekeraars, NPCF, CG-raad, Landelijk Platform GGZ, Platform VG, LOC, PGO-Support)
Het keuzemenu vraagt verder naar: • het aantal locaties, instellingen of organisatorische eenheden binnen uw concern; • het aantal leden van de Raad van Bestuur in uw concern; • het aantal leden van de Raad van Toezicht in uw concern; • het aantal personen op wie de WNT van toepassing is.
13 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Deze gegevens worden gevraagd opdat DigiMV het juiste aantal tabellen kan aanmaken voor gegevens die moeten worden verantwoord per instelling/locatie/organisatorische eenheid, per lid van de Raad van Bestuur of Raad van Toezicht of per persoon op wie de WNT van toepassing is. Nadere typering Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang in het kader van de AWBZ en Forensische zorg Typering
Ja/nee
Forensische zorg (begeleiding) zonder verblijf Forensische zorg (begeleiding) met verblijf Kleinschalig wonen (voorheen: beschermd wonen) Begeleid Zelfstandig Wonen / ambulante begeleiding Dagactiviteiten
Toelichting: Bij kleinschalig wonen, begeleid zelfstandig wonen / ambulante begeleiding en dagactiviteiten zijn vervolgens de tabellen van toepassing zoals bij de GGZ sector. Instellingen die naast MO/VO ook GGZ behandeling of verslavingszorg aanbieden, moeten ook een ja zetten bij de sector Geestelijke gezondheidszorg.
A.1.2
Nadere typering medisch specialistische instellingen, PAAZ en PUK
Nadere typering medisch specialistische instellingen Typering
Ja/nee
Universitair Medisch Centrum Algemeen Ziekenhuis Revalidatiecentrum Dialysecentrum Brandwondencentrum Astmacentrum Abortuskliniek Epilepsiecentrum Integraal Kankerinstituut Radiotherapeutisch centrum Traumacentrum Sanatorium Militair Ziekenhuis Zelfstandig Behandelcentrum (ZBC) Ziekenhuiszorg > 365 dagen PAAZ en PUK Overig
14 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A.1.3
Bijzondere concernonderdelen
Bijzondere concernonderdelen Onderdeel
Ja/nee
Audiologisch Centrum Ambulancedienst en/of Centrale Post Ambulancevervoer (CPA) Trombosedienst Medisch laboratorium en/of huisartsenlaboratorium Erfelijkheidscentrum Apotheek Huisartsenpost Gezondheidscentrum
A.1.4
Specialismen medisch specialistische instellingen
Specialismen medisch specialistische instellingen Specialisme
Aanvinken
Anesthesiologie Cardiologie Cardio-thoracale chirurgie Dermatologie Heelkunde Interne geneeskunde Keel-, Neus en Oorheelkunde Kindergeneeskunde Klinische genetica Klinische geriatrie Longziekten en tuberculose Maag- darm, leverziekten Medische microbiologie Mondziekten en kaakchirurgie Neurochirurgie Neurologie Nucleaire geneeskunde Obstetrie en gynaecologie Oogheelkunde Orthopedie Pathologie Plastische chirurgie Psychiatrie Radiologie Radiotherapie Reumatologie Revalidatiegeneeskunde Urologie
15 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A.1.5
Nadere typering GGZ-instellingen en forensische zorg
Nadere typering GGZ-instellingen2 Typering
Ja/nee
Behandeling zonder verblijf Behandeling met verblijf Forensische behandeling zonder verblijf Forensische behandeling met verblijf Indien ja: justitieel FPC dan wel FPK met tbs-plaatsen Kleinschalig wonen (voorheen: beschermd wonen) Begeleid Zelfstandig Wonen / ambulante begeleiding Dagactiviteiten Verslavingszorg
A.1.6
Nadere typering GHZ-instellingen
Nadere typering instellingen voor gehandicaptenzorg: forensische zorg Typering
Ja/nee
Forensische zorg in het kader van een contract met het Ministerie van Veiligheid en Justitie
A.1.7 AWBZ-functies AWBZ-functies geleverd door het concern Functie
Ja/nee
Persoonlijke verzorging Verpleging Begeleiding Behandeling Verblijf op grond van de AWBZ
A.1.8
Overige AWBZ-functies
Overige AWBZ-prestaties geleverd door het concern Prestatie
Ja/nee
Uitleen verpleegartikelen Advies, instructie en voorlichting
2 Bijgaande typeringen gelden ook voor zorg geleverd voor het Ministerie van Veiligheid en Justitie, indien met het Ministerie van Veiligheid en Justitie een contract is gesloten. 16 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A.1.9
Doelgroepen AWBZ
Doelgroepen patiënten/cliënten AWBZ-zorg Doelgroep
Ja/nee
Somatische aandoening of beperking Psychogeriatrische aandoening of beperking Psychiatrische aandoening Lichamelijke handicap Verstandelijke handicap Zintuiglijke handicap of communicatieve stoornis
A.1.10 Private zorg- of dienstverlening Privaat gefinancierde zorg- of dienstverlening Ja/nee Hebt u in 2013 zorg of diensten verleend die zijn gefinancierd vanuit niet-publieke middelen?
A.1.11 Uitbestede zorg en zorg in onderaanneming De gegevens uit onderstaande tabel over onderaanneming zijn niet openbaar. Doel van de gegevens is om uit te zoeken hoe een landelijke en niet tot individuele concerns herleidbare correctie voor dubbeltellingen kan worden aangebracht op landelijke totalen. De stuurgroep maatschappelijke verantwoording zal afspraken hierover vastleggen en publiceren op www.jaarverslagenzorg.nl. Uitbesteding en onderaanneming Onderaanneming
Antwoordcategorie
Hebt u in 2013 WTZi-zorgverlening uitbesteed aan een onderaannemer?
Ja/nee
Hoeveel kosten waren met deze uitbesteding gemoeid (betaling aan onderaannemers)?
Bedrag in euro’s
Aan welke zorgaanbieders hebt u zorg uitbesteed?
Tekstveld
Hebt u in 2013 WTZi-zorg verleend als onderaannemer?
Ja/nee
Hoeveel opbrengsten waren met deze uitbesteding gemoeid (betaling door
Bedrag in euro’s
hoofdaannemer)? Voor welke zorgaanbieders hebt u zorg in onderaanneming verleend?
Tekstveld
Hoe ziet u toe op de kwaliteit van de uitbestede zorg, zoals die door de door u genoemde
Tekstveld
onderaannemers is geleverd? KvK nummer van de hoofd- of onderaannemer
Tekstveld + nummers
17 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A.2 Kerngegevens: productie, personeel en opbrengsten De kerngegevens omvatten productie, personeel en opbrengsten. De vragen zijn toegespitst op zorg die valt onder de Regeling Verslaggeving WTZi, per zorgsector. Als u zorg verleent in meerdere sectoren, krijgt u meerdere tabellen voorgelegd. De bedoeling is dat u de personeelsleden en opbrengsten vermeldt die op deze zorg betrekking hebben. Het totale aantal personeelsleden en de totale opbrengsten van uw concern komen in de personeelstabel A.4 respectievelijk de jaarrekening naar voren.
A.2.1 Bedrijfsopbrengsten naar financieringsvorm
Totaal
Overige financiers 2)
Andere Overheden 1)
Min. OCW
Min. VenJ
Gemeenten (incl. Wmo)
PGB’s
(excl. subsidies en PGB’s)
AWBZ-budget
Zvw-budget (excl. subsidies)
teerde zorg en subsidies 3)
Bedrijfsopbrengsten naar financiersvorm Zvw en AWBZ: niet-gebudget-
Zorgtype (en overige activiteiten)
Ziekenhuiszorg in:
• Algemene ziekenhuizen
(excl. PAAZ) • Revalidatiecentra
• UMC’s (excl. PUK)
• PAAZ’en en PUK’en
• Categorale ziekenhuizen
• Zelfstandige behandelcentra
Overige curatieve zorg in:
• Integrale kankercentra
• Laboratoria, Bloedbanken,
Trombosediensten • Astmacentra • Audiologische centra
• Dialysecentra
• Centra voor
erfelijkheidsonderzoek • Radiotherapeutische centra
• Ambulancediensten en
Centrale Posten • Abortusklinieken
• Huisartsenposten
• Apotheken
Geestelijke gezondheidszorg
(incl. forensische zorg) Gehandicaptenzorg (incl. forensische zorg)
18 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Kraamzorg
Hulp bij het huishouden (HH)
Jeugdgezondheidszorg (JGZ)
Jeugdzorg (jeugd en opvoedhulp)
Maatschappelijke en
Kinderopvang
Welzijnswerk
Overige activiteiten
Totaal volgens jaarrekening
Verpleging, verzorging en thuiszorg (excl. HH, JGZ, kraamzorg)
vrouwenopvang (incl. forensische zorg)
1) Andere overheden: min. VWS, overig rijk (geen VenJ, OCW), provincies. 2) Overige financiers omvat: aanvullende zorgverzekeringen, eigen betalingen cliënten, instellingen en bedrijven. 3) Inclusief omzet DBC B-segment en opbrengsten kraamzorg
A.2.2
Productie en personeel UMC’s, ziekenhuizen en ZBC’s (exclusief revalidatiecentra en traumacentra, exclusief PAAZ en PUK)
Kerngegevens UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen en ZBC’s; exclusief revalidatiecentra en traumacentra Kerngegevens
Antwoordcategorie
Capaciteit
Aantal
Aantal beschikbare bedden/plaatsen voor klinische capaciteit en dag/ deeltijdbehandeling per einde verslagjaar Waarvan plaatsen voor cytostaticabehandelingen en dialyses Waarvan bedden/plaatsen voor dag/deeltijdbehandeling Waarvan wiegen voor gezonde zuigelingen Productie
Aantal
Aantal in verslagjaar geopende DOT zorgproducten (ontleend aan ZIS). Waarvan medisch specialistische zorg, uitgesplitst in:
Aantal in A-segment (tarieven Nza)
Aantal in B-segment (vrije prijzen)
Aantal in verslagjaar gesloten DBC’s/DOT-zorgproducten (ontleend aan ZIS) Waarvan medisch specialistische zorg, uitgesplitst in:
Aantal in A-segment (tarieven Nederlandse Zorgautoriteit (Nza)
Aantal in B-segment (vrije prijzen)
Aantal in verslagjaar aan verzekeraar in rekening gebrachte overige en ondersteunende producten – O(V)P’s –, waaronder verrichtingen op verzoek van de eerste lijn Aantal in verslagjaar aan verzekeraar in rekening gebrachte overige trajecten en verrichtingen Aantal in verslagjaar uitgevoerde operatieve verrichtingen in curatieve zorg (= som van zorgactiviteiten in DBC-zorgactiviteitentabel behorend tot zorgprofielklasse operatieve verrichtingen; ontleend aan ZIS) Aantal klinische opnamen exclusief interne overnamen in verslagjaar Aantal patiënten/cliënten met minimaal één afgesloten DBC/DOT – zorgproduct in verslagjaar
19 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Waarvan medisch specialistische zorg, uitgesplitst in:
Aantal in A-segment (tarieven Nza)
Aantal in B-segment (vrije prijzen)
Aantal eerste polikliniekbezoeken in verslagjaar Aantal overige polikliniekbezoeken in verslagjaar Aantal dagverplegingsdagen (normaal en zwaar) of deeltijdbehandelingen in verslagjaar Aantal klinische verpleegdagen in verslagjaar (inclusief verkeerde bed)
Waarvan verkeerde-bed-dagen
Aantal beschikbare operatiekamers
Personeel
Aantal
Aantal personeelsleden in loondienst exclusief medisch specialisten per einde verslagjaar (exclusief cytostaticabehandelingen en dialyses) Aantal cytostaticabehandelingen Aantal dialyses Aantal FTE personeelsleden in loondienst exclusief medisch specialisten per einde verslagjaar Aantal medisch specialisten loondienst Aantal medisch specialisten inhuur Aantal medisch specialisten vrij beroep Aantal FTE medisch specialisten loondienst Aantal FTE medisch specialisten inhuur Aantal FTE medisch specialisten vrij beroep Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.2.3
Productie en personeel PAAZ en PUK
Kerngegevens PAAZ/PUK
Aantal/bedrag
Totaal aantal patiënten/cliënten waaraan ggz wordt verleend
Aantal
Aantal patiënten in zorg op 1 januari van verslagjaar (a) Aantal nieuw ingeschreven patiënten in verslagjaar (b) Totaal aantal patiënten in zorg in verslagjaar (c=a+b) Aantal uitgeschreven patiënten in verslagjaar (d) (was aantal ontslagen patiënten in verslagjaar) Aantal patiënten/cliënten in zorg/behandeling op 31-12 van verslagjaar (e=c-d) Capaciteit
Aantal
Aantal bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor dagelijkse planning van opnames of verblijf Aantal plaatsen deeltijdbehandeling Productie Aantal openstaande DBC’s op 1 januari van verslagjaar Aantal in verslagjaar geopende DBC’s (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) Aantal in het verslagjaar gesloten DBC’s (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) Aantal openstaande DBC’s op 31-12 van verslagjaar Omzet gefactureerde DBC’s (exclusief verrekende bedragen met verzekeraars)
20 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aantal klinische opnamen exclusief interne overnamen in verslagjaar Aantal eerste polikliniekbezoeken in verslagjaar Aantal overige polikliniekbezoeken in verslagjaar Aantal psychiatrische deeltijdbehandelingen Aantal klinische verpleegdagen Personeel
Aantal
Aantal patiëntgebonden personeelsleden in loondienst op 31-12 van verslagjaar Aantal niet patiëntgebonden (overige) personeelsleden in loondienst op 31-12 van verslagjaar Aantal patiëntgebonden personeelsleden in FTE op 31-12 van verslagjaar Aantal niet patiëntgebonden (overige) personeelsleden in FTE op 31-12 van verslagjaar Aantal psychiaters in loondienst op 31-12 van verslagjaar Aantal psychiaters in FTE op 31-12 van verslagjaar Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.2.4
Productie en personeel revalidatiecentra
De volgende tabel gaat over revalidatiecentra en vervangt voor deze instellingen de tabel productie, personeel en opbrengsten UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen en ZBC’s. Kerngegevens revalidatiecentra Kerngegevens
Aantal/bedrag
Capaciteit
Aantal
Aantal beschikbare klinische bedden per einde verslagjaar
Waarvan voor kinderen tot 18 jaar
Waarvan voor volwassenen
Aantal beschikbare poliklinische behandelplaatsen per einde verslagjaar
Waarvan voor kinderen tot 18 jaar
Waarvan voor volwassenen
Productie
Aantal
Aantal klinische verpleegdagen in verslagjaar
Waarvan voor kinderen tot 18 jaar
Waarvan voor volwassenen
Aantal eerste consulten in verslagjaar
Waarvan voor kinderen tot 18 jaar
Waarvan voor volwassenen
Aantal klinische revalidatiebehandeluren in verslagjaar
Waarvan voor kinderen tot 18 jaar
Waarvan voor volwassenen
Aantal poliklinische revalidatiebehandeluren in verslagjaar
Waarvan voor kinderen tot 18 jaar
Waarvan voor volwassenen
Aantal klinische opnamen in verslagjaar
Waarvan voor kinderen tot 18jaar
Waarvan voor volwassenen
Aantal in verslagjaar gesloten DBC/DOT zorgproducten ontleend aan informatiesysteem instelling
21 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aantal in verslagjaar geopende DBC zorgproducten ontleend aan informatiesysteem instelling Personeel
Aantal
Aantal personeelsleden in loondienst exclusief medisch specialisten per einde verslagjaar Aantal FTE personeelsleden in loondienst exclusief medisch specialisten per einde verslagjaar Aantal medisch specialisten (loondienst + inhuur + vrij beroep) per einde verslagjaar Aantal FTE medisch specialisten (loondienst + inhuur + vrij beroep) per einde verslagjaar Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.2.5
Capaciteit per ziekenhuislocatie
Deze tabel wordt ingevuld per ziekenhuislocatie. UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen: capaciteit per locatie Type capaciteit
Aantal
Aantal beschikbare bedden per einde verslagjaar voor klinische capaciteiten dag-/ deeltijdbehandeling per einde verslagjaar (inclusief plaatsen voor cytostaticabehandelingen en dialyses Waarvan bedden voor hartbewaking Waarvan bedden voor intensive care met mogelijkheid voor beademing Waarvan bedden voor intensive care zonder mogelijkheid voor beademing
A.2.6
Spoedeisende hulp
Deze tabel wordt ingevuld per ziekenhuislocatie. UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen: spoedeisende hulp per locatie Ja/nee De locatie beschikt over een afdeling spoedeisende hulp per einde verslagjaar De afdeling spoedeisende hulp is een 7x24-uursafdeling van minimaal het basisziekenhuisniveau
22 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A.2.7
Wet bijzondere medische verrichtingen: vergunningen
UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen: vergunningen op grond van artikel 2 Wet bijzondere medische verrichtingen Categorie
Vergunning
Transplantaties
a. Niertransplantatie
Ja/nee
b. Harttransplantatie c. Longtransplantatie d. Levertransplantatie e. Pancreastransplantatie f. Transplantatie van de dunne darm g. Transplantatie van de eilandjes van Langerhans h. autologe stamceltransplantaties bij volwassenen i. autologe stamceltransplantaties bij kinderen j. allogene stamceltransplantatie bij volwassenen k. allogene stamceltransplantaties bij kinderen Stamceltherapie Radiotherapie
a) Radiotherapie b) Deeltjestherapie, waaronder protonentherapie
Bijzondere neurochirurgie Bijzondere interventies
a. Openhartoperatie (OHO)
aan het hart
b. Implanteerbare cardiovector defibrillatoren (ICD) c. Percutane coronaire interventies (PCI) d. Catheterabliaties e. Transcatheter hartklepinterventies (THI)
Klinisch genetisch onderzoek
Klinisch genetisch onderzoek (vergunning)
en erfelijkheidsadvisering Klinisch genetisch onderzoek in samenwerking met een centrum met een vergunning voor klinisch genetisch onderzoek Zo ja, met welke KG vergunninghoudende centra In vitro fertilisatie (IVF)
a. IVF (vergunning) b. Transport IVF in samenwerking vergunning houdende IVF centra Zo ja, met welke IVF centra
Preïmplantatie genetische
a. PGD (vergunning)
diagnostiek b. Transport PGD in samenwerking met vergunning houdend PGD centrum Neonatale intensive care unit (NICU) Mobiele intensive care unit (MICU)
23 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Orgaantransplantaties
Aantal
Nier – HB Nier - NHB Pancreas - HB Pancreas - NHB Nier met pancreas - HB Nier met pancreas - NHB Hart Long - HB Long - NHB Lever - HB Lever split - HB Lever - NHB Nier met lever - HB Nier met lever - NHB Pancreas met lever - HB Hart met long Dunne darm – HB Dunne darm met nier – HB Eilandjes van Langerhans
Implantatie van kunstorganen
Aantal
Left ventricular assist device: bridge to transplant Left ventricular assist device: bridge to recovery Left ventricular assist device: destination therapy
Hematopoietische stamceltransplantaties
Aantal
Autologe stamceltransplantaties bij kinderen Autologe stamceltransplantaties bij volwassenen Allogene stamceltransplantaties bij kinderen Allogene stamceltransplantaties bij volwassenen
Bijzondere interventies aan het hart
Aantal
Openhartoperaties bij kinderen Openhartoperaties bij volwassenen Implanteerbare cardioverter defibrillatoren bij volwassenen Percutane coronaire interventies bij volwassenen Catheterablaties bij volwassenen Transcatheter hartklepinterventies bij volwassenen, waarvan: • Aortaklep • Mitralisklep • Pulmonalisklep
24 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aantal
Radiotherapie Teletherapie: 1 Teletherapie: 2 Teletherapie: 3 Teletherapie: 4 Brachytherapie
Aantal
Bijzondere neurochirurgie Aandoeningen van schedel, hersenen en hersenvliezen. Vasculaire aandoeningen Trauma Infecties
Klinisch genetisch onderzoek en erfelijkheidsadvisering
Aantal
Prenataal biochemisch onderzoek Postnataal biochemisch onderzoek: biochemische basisdiagnostiek Postnataal biochemisch onderzoek: enzymendiagnostiek Afname foetaal materiaal: vruchtwaterpunctie Afname foetaal materiaal: chorionbiopsie Geavanceerd ultrageluid: groep I Geavanceerd ultrageluid: groep II Prenatale genotypering Postnatale genotypering Erfelijkheidsadvisering complex Erfelijkheidsadvisering enkelvoudig (consult)
Aantal
Preïmplantatie genetische diagnostiek Totaal aantal preïmplantatie genetische diagnostiek (uitsluitend in te vullen door academisch ziekenhuis Maastricht) Aantal preïmplantatie genetische diagnostiek in het kader van transport PGD (uitsluitend in te vullen door azM) Gestarte cycli in transportcentrum (uitsluitend in te vullen door transportcentrum)
IVF
IVF in het kader
ICSI
Cryo
Totaal
van transport PGD Aantal
%
Aantal
%
Aantal
%
Aantal
%
Aantal
%
Gestarte cycli Follikelpuncties Embryotransfers Zwangerschappen Doorgaande zwangersch. Betrouwbaarheidsinterval - eenling - tweeling - meerling
25 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aantal
Neonatale intensive care (NICU) Aantal opnames op NICU Gemiddelde duur opname (in dagen)
A.2.8
Wet bijzondere medische verrichtingen: aanwijzingen
UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen: aanwijzingen op grond van artikel 8 Wet bijzondere medische verrichtingen Aanwijzing
Ja/nee
Pediatrische intensive care unit (PICU) Hemofiliebehandeling Traumazorg HIV-behandelcentra (Humaan immunodeficiëntie virus) Uitnameteams orgaandonatie
A.2.9 Traumacentrum Traumacentrum/helicentrum Gegevens
Antwoordcategorie
Beschikt het traumacentrum over een helicentrum
Toelichting Tekstveld
Traumacentrum exclusief helicentrum Aantal fte per einde verslagjaar Inkomsten verslagjaar Helicentrum
Toelichting
Hoeveel uur per etmaal is de helikopter beschikbaar? 1. Aantal fte medisch coördinator per einde verslagjaar 2. Aantal fte Mobiel Medisch Team (MMT)-arts per einde verslagjaar 3. Aantal fte MMT-verpleegkundige per einde verslagjaar 4. Aantal fte chauffeur/piloot/landing officer per einde verslagjaar 5. Aantal fte administratief personeel per einde verslagjaar Totaal aantal fte per einde verslagjaar
Automatisch berekenen
Aantal vlieguren in verslagjaar Aantal inzetten helikopter in verslagjaar Inkomsten verslagjaar 1. Totale personeelskosten 2. Opleidingskosten en trainingen helikopter MMT 3. Huur helikopter 4. Kosten vlieguren 5. Overige kosten Totale kosten
26 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Automatisch berekenen
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A.2.10 Onderzoek en ontwikkeling UMC’s en Nederlands Kanker Instituut – Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis Topreferente zorg (TRF) Bedrag Bestedingen topreferente zorg
UMC’s verantwoorden zich kwalitatief en op aandoeningsspecifiek niveau op www.nfu.nl/trf. Ontwikkeling en Innovatie (O&I) Bedrag Bestedingen ontwikkeling en innovatie
Citatiescore CPP/FCSm 2012 Aantal publicaties
Aantal citaties per artikel
Citatiescore CPP/FCSm
Ontwikkeling en innovatie
Aantal publicaties in top 1% segment en tijdschriftimpact Aantal publicaties
Tijdschriftimpact JCSm/FCSm
Ontwikkeling en innovatie
Medisch Ethische ToetsingsCommissie (METC)-projecten, promoties, lopende octrooien en patenten Aantal
Aantal
Lopende
Waarvan nieuw
goedgekeurde
promoties
octrooien en
verworden
patenten totaal
octrooien en
METC-projecten
patenten Ontwikkeling en innovatie
Aantal projecten derde en vierde geldstroom Doelgroep
Aantal
Omzet
Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) Overheid (ministerie en overige Nederlandse overheid) Europese Unie Collectebusfondsen Bedrijven (binnen- en buitenland)
27 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A.2.11 Enquête beeldvormende diagnostiek Bij beeldvormende diagnostiek wordt de patiënt/cliënt blootgesteld aan ioniserende straling, met als onbedoelde bijwerking een licht verhoogde kans op het ontstaan van kanker. Daarom dient de dosis voor de patiënt/cliënt zo laag (als redelijkerwijs) mogelijk gehouden te worden, terwijl de beeldvorming van voldoende diagnostische kwaliteit moet zijn. Beeldvormende onderzoeken, nucleaire therapie en radiotherapie vinden plaats in algemene, categorale en academische ziekenhuizen en bij enkele Zelfstandige Behandelcentra. De enquête beeldvormende diagnostiek heeft als doel, het maken van ramingen van de dosis voor patiënten/ cliënten als bedoeld in artikel 12 van Richtlijn 97/43/Euratom. Het aanleveren van deze gegevens door instellingen is verplicht ingevolge Hoofdstuk 6, Artikel 74 van het Besluit stralingsbescherming. Het RIVM gebruikt de verkregen gegevens voor het actueel houden van het Informatiesysteem Medische Stralingstoepassingen (IMS). Deze website voor professionals in de gezondheidszorg verschaft inzicht in de aard en omvang van medische stralingstoepassingen in Nederland.
A.2.12 Productie en personeel GGZ inclusief forensische zorg en exclusief PAAZ en PUK Kerngegevens GGZ
Aantal/bedrag
Totaal aantal patiënten/cliënten waaraan ggz wordt verleend
Aantal
Aantal patiënten in zorg op 1 januari van verslagjaar (a) Aantal nieuw ingeschreven patiënten in verslagjaar (b) Totaal aantal patiënten in zorg/behandeling in verslagjaar (c=a+b) Aantal uitgeschreven patiënten in verslagjaar (d) Aantal patiënten/cliënten in zorg/behandeling op 31-12 van verslagjaar (e=c-d) Aantal ZorgZwaarte Pakket (ZZP)-patiënten/cliënten in zorg/behandeling op 31-12 van verslagjaar Capaciteit
Aantal
Het aantal bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor dagelijkse planning van opnames, verblijf of voor dagbehandeling. Waarvan kleinschalig wonen Productie Zorgverzekeringswet
Aantal
Aantal openstaande DBC’s op 1 januari van verslagjaar Aantal in verslagjaar geopende DBC’s (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) Aantal in het verslagjaar gesloten DBC’s (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) Aantal openstaande DBC’s op 31-12 van verslagjaar Omzet gefactureerde DBC’s (exclusief verrekende bedragen met verzekeraars)
Bedrag
Productie Forensische zorg (bekostigd door Min. v. Justitie)
Aantal
Aantal openstaande DBBC’s op 1 januari van verslagjaar Aantal in verslagjaar geopende DBBC’s (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) Aantal in het verslagjaar gesloten DBBC’s op (ontleend aan het instellingenysteem niet uit DIS) Aantal openstaande DBBC’s op 31-12 van verslagjaar
28 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Omzet gefactureerde DBBC’s (exclusief verrekende bedragen met verzekeraars)
Bedrag
Aantal ZZP-dagen in verslagjaar forensische zorg in justitieel kader Productie AWBZ
Aantal
Aantal ZZP-dagen in verslagjaar exclusief forensische zorg in justitieel kader Aantal geleverde dagdelen dagactiviteiten in verslagjaar Personeel GGZ
Aantal
Aantal patiëntgebonden (ggz-)personeelsleden in loondienst op 31-12 van verslagjaar (a) Aantal patiëntgebonden (ggz-) personeel in FTE op 31-12 van verslagjaar (b) Aantal niet-patiëntgebonden (overige ggz-) personeelsleden op 31-12 van verslagjaar (c) Aantal niet-patiëntgebonden (overig ggz-) personeel in FTE op 31-12 van verslagjaar (d) Totaal aantal (ggz-)personeelsleden in loondienst op 31-12 van verslagjaar (a+c) Totaal aantal (ggz-)personeel in FTE (b+d) Aantal psychiaters in loondienst op 31-12 van verslagjaar Aantal psychiaters in FTE op 31-12 van verslagjaar Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.2.13 Productie en personeel gehandicaptenzorg inclusief forensische zorg Kerngegevens gehandicaptenzorg Kerngegevens
Aantal/bedrag
Cliënten per einde verslagjaar
Aantal
Aantal cliënten in instelling op basis van een zzp met dagbesteding (dagbesteding staat aan) Aantal cliënten in instelling op basis van een zzp zonder dagbesteding (dagbesteding staat uit) Aantal cliënten met verblijf op basis van volledig pakket thuis (VPT) Aantal extramurale cliënten (inclusief cliënten met dagbesteding voor zover niet opgenomen in een instelling) Capaciteit
Aantal
Aantal beschikbare bedden/plaatsen met verblijfszorg per einde verslagjaar, inclusief vroegere gezinsvervangende tehuizen Productie AWBZ gedurende het verslagjaar
Aantal
Aantal dagen zorg met verblijf en dagbesteding (zie toelichting) Aantal dagen zorg met verblijf zonder dagbesteding (zie toelichting) Aantal dagen zorg op basis van volledig pakket thuis (VPT) Aantal dagdelen dagbesteding (zie toelichting) Aantal uren extramurale productie Personeel
Aantal
Aantal personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Aantal FTE personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Productie forensische zorg voor aantal openstaande DBBC’s Aantal openstaande DBBC’s op 1 januari van verslagjaar Aantal in verslagjaar geopende DBBC’s (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) Aantal in het verslagjaar gesloten DBBC’s op (ontleend aan het instellingenysteem niet uit DIS) Aantal openstaande DBBC’s op 31-12 van verslagjaar
29 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Omzet gefactureerde DBBC’s (exclusief verrekende bedragen met Ministerie van Veiligheid en Justitie) Aantal ZZP-dagen in verslagjaar forensische zorg in justitieel kader Aantal uren extramurale productie in verslagjaar forensische zorg in justitieel kader Aantal dagdelen extramurale productie in verslagjaar forensische zorg in justitieel kader Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.2.14 Particuliere FPC’s, tbs-plaatsen in FPK’s en Trajectum Kerngegevens door Justitie gecontracteerde zorg Kerngegevens tbs-plaatsen Gemiddelde bezettingsgraad patiënten/cliënten over verslagjaar
Percentage
Instroom, het aantal eerste opnames
Aantal
Doorstroom vervolgvoorziening
Aantal
Uitstroom per vertrekcategorie
Aantal
Aantal ontvluchtingen tbs-gestelden
Aantal
Aantal overige onttrekkingen tbs-gestelden
Aantal
Waarvan: onttrekking vanaf het terrein buiten de externe beveiligingsring
Aantal
Waarvan: onttrekking tijdens toegestaan verblijf buiten de kliniek
Aantal
Bijzonder voorval
Aantal
Aantal gegronde klachten patiënten/cliënten
Aantal
Aantal geweldplegingen tussen patiënten/cliënten
Aantal
Waarvan: aantal fysieke geweldplegingen
Aantal
Waarvan: aantal dreigingen met fysiek geweld
Aantal
Geweldplegingen tegen personeel
Aantal
Waarvan: aantal fysieke geweldplegingen
Aantal
Waarvan: aantal dreigingen met fysiek geweld
Aantal
Aantal recidive tijdens tbs
Aantal
Gemiddelde behandelduur
Aantal maanden
Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.2.15 Productie en personeel verpleging, verzorging en thuiszorg (exclusief Wmo, jeugdgezondheidszorg en kraamzorg) Kerngegevens VVT exclusief Wmo jeugdgezondheidszorg en kraamzorg Kerngegevens
Aantal/bedrag
Cliënten per einde verslagjaar
Aantal
Aantal cliënten in instelling op basis van een ZZP Aantal cliënten met verblijf op basis van volledig pakket thuis (VPT
30 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aantal extramurale cliënten (inclusief cliënten met begeleiding of dagbesteding (op basis van de functies BGI en/of BGG) voor zover niet opgenomen in een instelling) Capaciteit
Aantal
Aantal beschikbare bedden/plaatsen met verblijfszorg per einde verslagjaar, inclusief vroegere gezinsvervangende tehuizen Productie gedurende het verslagjaar
Aantal
Aantal dagen zorg met verblijf Aantal dagen zorg op basis van volledig pakket thuis (VPT) Aantal dagdelen dagbesteding (op basis van de functie Begeleiding in groepsverband (BGG) (zie toelichting) Aantal uren extramurale productie (exclusief dagbesteding op basis van de functie Begeleiding in groepsverband (BGG) en Wmo-zorg) Personeel
Aantal
Aantal personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Aantal FTE personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.2.16 Meerbedskamers verpleeghuizen De navolgende tabel wordt ingevuld op het niveau van afzonderlijke verpleeghuizen (intramurale zorg met behandeling). Aantal kamers verpleeghuizen naar beddengrootte Type kamer
Aantal
Aantal kamers met één bed Aantal kamers met twee bedden (niet bestemd voor gehuwden/ samen-wonenden) Aantal kamers met drie bedden Aantal kamers met vier bedden Aantal kamers met vijf bedden Totaal aantal kamers
A.2.17 Productie en personeel kraamzorg Kerngegevens kraamzorg Kerngegevens
Aantal/bedrag
Productie
Aantal
Aantal inschrijvingen in verslagjaar Aantal partusassistenties in verslagjaar Aantal partusassistentie-uren in verslagjaar Aantal intakes aan huis in verslagjaar Aantal kraamverzorgingen in verslagjaar Aantal kraamverzorgingsuren in verslagjaar (excl. Partusassistentie uren Aantal telefonische intakes in verslagjaar Personeel
Aantal
Aantal FTE personeelsleden in loondienst voor kraamzorg per einde verslagjaar
31 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aantal personeelsleden in loondienst voor kraamzorg per einde verslagjaar Aantal FTE kraamverzorgenden in loondienst per einde verslagjaar Aantal kraamverzorgenden in loondienst per einde verslagjaar Aantal leerlingen Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) kraamverzorgenden in opleiding in verslagjaar Aantal stagiaires kraamzorg in opleiding in verslagjaar Innovatie
Percentage van de bedrijfsopbrengsten
Bestedingen aan innovatie
A.3 Personeelsinformatie De informatie uit de tabellen is niet openbaar. De gegevens worden geleverd aan de brancheorganisaties, VWS, IGZ en het CBS. In onderstaande tabellen worden gegevens ingevuld voor het hele concern, oftewel zowel WTZi-zorg als overige activiteiten. Bij de kerngegevens in paragraaf A.2 worden gegevens over het totaal van personeel (fte’s en werkzame personen) per WTZi-zorgtype (ziekenhuizen VVT, etc.) gevraagd. Personeelskosten en -formatie concerns. Kleine instellingen (ca. 10 fte personeel of minder) wordt gevraagd om de gegevens zover mogelijk in te vullen. Geef duidelijk aan wanneer het voor u niet mogelijk is om bepaalde gegevens in te vullen A) Personeel in loondienst
Code
Salarissen van
Aantal
Aantal fte’s
rekeningschema
personeel in
werkzame
per einde
loondienst in
personen per
verslagjaar
verslagjaar, in
einde
euro’s
verslagjaar
1) Personeel cliëntgebonden functies in loondienst (excl. BBL) Verpleegkundig, verzorgend en
413600
sociaal- (ped)agogisch personeel Medisch en sociaal-
413700
wetenschappelijke functies Overig personeel patiënt/ cliëntgebonden functies in
413100 t/m 413500
loondienst Subtotaal personeel patiënt/
413000
cliëntgebonden functies in loondienst 2) Leerling-verpleegkundig, verzorgend en sociaal- (ped)agogisch personeel in loondienst Leerling-verpleegkundig,
414000
verzorgend en sociaal- (ped) agogisch personeel in loondienst 3) Management en ondersteunend personeel in loondienst
32 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
A) Personeel in loondienst
Code
Salarissen van
Aantal
Aantal fte’s
rekeningschema
personeel in
werkzame
per einde
loondienst in
personen per
verslagjaar
verslagjaar, in
einde
euro’s
verslagjaar
Personeel algemene en
411000
administratieve functies Personeel hotelfuncties
412000
Personeel terrein- en
415000
gebouwgebonden functies Subtotaal management en
411+412+415000
ondersteunend personeel in loondienst 4) Overig personeel in loondienst Overig personeel in loondienst Totaal personeel in loondienst
33 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
B DigiMV Bestuur, toezicht en bedrijfsvoering Alle gegevens in hoofdstuk B hebben betrekking op het concernniveau
B.1 Governancecode Governancecode Code
Antwoordcategorie
Hanteert uw concern de zorgbrede Governancecode?
Ja/nee
Zo nee, welke andere code?
Tekstveld
Nee, omdat...
B.2 Bestuursstructuur Bestuursstructuur Structuur
Antwoordcategorie
Welke bestuursstructuur is op uw concern van
1. Eindverantwoordelijke Raad van Bestuur met
toepassing?
Raad van Toezicht 2. D irectie vallend onder eindverantwoordelijk stichtingsbestuur 3. Anders, namelijk
Wat is de samenstelling van de Raad van Bestuur of
1. Eenhoofdig
directie?
2. Tweehoofdig met voorzitter 3. Tweehoofdig collegiaal 4. Drie- of meerhoofdig met voorzitter 5. Drie- of meerhoofdig collegiaal
34 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
B.3 Toezichthoudend orgaan Vraag
Tekstveld
Tekstveld
Houdt het toezichthoudend orgaan toezicht op
Zo ja, op welke manier en
Nee
de strategie en prestaties en de interne en
welke aspecten hebben
beheersings- en controlesystemen?
daarbij bijzondere aandacht?
Zijn nieuwe leden op openbare wijze geworven?
Zo ja, op welke manier
Zo nee, hoe zijn de nieuwe
precies?
toezichthouders dan
Zo ja op welke manier.
Nee
Ja
Nee
Zo ja welke?
Nee
Bestaan er commissies binnen het
Zo ja, welke commissies
Nee
toezichthoudend orgaan?
zijn dit, hoe zijn deze
geworven? Wordt de deskundigheid van toezichthouders gewaarborgd? Beschikt de raad over ten minste één lid met voor de zorgorganisatie relevante kennis en ervaring? Zijn er in besluiten van het bestuur waaraan het toezichthoudend orgaan dit verslagjaar goedkeuring heeft verleend?
samengesteld en wat zijn hun taken? Heeft u gewaarborgd dat de leden van het
Zo ja, op welke manier?
Nee
Heeft u een beleid met betrekking tot de
Zo ja, hoe ziet dit beleid eruit
Nee
bezoldiging van toezichthouders?
en op welke manier is dit in
toezichthoudend orgaan onafhankelijk zijn?
het verslagjaar in de praktijk gebracht? Heeft het toezichthoudend orgaan het bestuur
Zo ja, op welke manier?
Nee
Zo ja, op welke manier?
Nee
dit verslagjaar beoordeeld? Heeft het toezichthoudend orgaan haar eigen functioneren ge-evalueerd? Hoeveel vergaderingen heeft het
□ 1
□ 4
□ 7
toezichthoudend orgaan gehouden in het
□ 2
□ 5
□ 8
verslagjaar?
□ 3
□ 6
□ of meer
Bij hoeveel van deze vergaderingen was de raad
□ 1
□ 4
□ 7
van bestuur aanwezig?
□ 2
□ 5
□ 8
□ 3
□ 6
□ of meer
Bestaat er regulier overleg met de de externe
Zo ja, hoe is dit ingericht?
accountant?
Zo nee, op welke manier is het contact met de externe accountant dan ingericht?
Laat het toezichhoudend orgaan zich door
Zo ja op welke manier?
Nee
verschillende bronnen voorzien van informatie?
35 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
B.4 Wettelijke transparantie-eisen bestuursstructuur B.4.1
Wettelijke transparantie-eisen bestuursstructuur: algemeen
Wettelijke transparantie-eisen bestuursstructuur Transparantie-eis
Antwoordcategorie
Is er een orgaan dat toezicht houdt op het beleid van de dagelijkse of algemene leiding van
Ja/nee
de instelling en deze met raad ter zijde staat? Is het toezichthoudend orgaan zodanig samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar,
Ja/nee
de dagelijkse en algemene leiding van de instellingen en welk deelbelang dan ook onafhankelijk en kritisch kunnen opereren? Legt het concern schriftelijk en inzichtelijk de verantwoordelijkheidsverdeling tussen het
Ja/nee
toezichthoudend orgaan en de dagelijkse of algemene leiding vast, evenals de wijze waarop interne conflicten tussen beide organen worden geregeld? Heeft uw concern de rechtsvorm van stichting of vereniging (als bedoeld in artikel 344 van
Ja/nee
Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek)? Zo nee, welke rechtsvorm heeft uw concern?
B.4.2
Tekstveld
Wettelijke transparantie-eisen bestuursstructuur: stichting of vereniging met meer dan 50 werknemers
Bevoegdheid indienen enquêteverzoek Transparantie-eis
Antwoordcategorie
Als uw concern de rechtsvorm van een stichting of vereniging heeft: zijn er meer dan 50
Ja/nee
personen werkzaam (artikel 2 WOR)? Zo ja: Kent u in uw statuten aan een orgaan dat de cliënten van de instelling
Ja/nee
vertegenwoordigt, de in artikel 346, onder c van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde bevoegdheid toe tot het indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 345 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek (dit is een verzoek tot enquête [onderzoek naar beleid] door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof in Amsterdam)? Aan wie heeft het concern buiten het orgaan dat de cliënten vertegenwoordigt deze
Tekstveld
bevoegdheid toegekend?
B.4.3
Wettelijke transparantie-eisen bestuursstructuur stichting of vereniging: statutenwijziging
Wijziging statuten Transparantie-eis
Ja/nee
Hebben er in de statuten of bedrijfsvoering belangrijke veranderingen plaatsgevonden?
Ja/nee
Zo ja, welke veranderingen betrof het (antwoord in steekwoorden)?
Tekstveld
36 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
B.5 Wettelijke transparantie-eisen bedrijfsvoering Wettelijke transparantie-eisen bedrijfsvoering Transparantie-eis
Ja/nee
Heeft de instelling schriftelijk vastgelegd welk orgaan/organen van de instelling welke bevoegdheden heeft/hebben ten aanzien van welk onderdeel of aspect van de bedrijfsvoering? Heeft de instelling schriftelijk (en inzichtelijk) vastgelegd hoe de zorgverlening georganiseerd wordt, van welke andere organisatorische verbanden daarbij gebruik wordt gemaakt en wat de aard is van de relaties met die andere verbanden, waaronder begrepen verantwoordelijkheden, taken en beslissingsbevoegdheden? Ten behoeve van welke instellingen heeft u investeringen gedaan (ook indien in het buitenland
Tekstveld
gevestigd? Worden de activiteiten van de instelling waarvoor de toelating(-en) geldt/gelden, in ieder geval financieel onderscheiden van andere activiteiten van de instelling? Zijn in de financiële administratie van de instelling ontvangsten en betalingen duidelijk traceerbaar naar bron en bestemming, en is duidelijk wie op welk moment welke verplichtingen voor of namens de instelling is aangegaan?
B.6 Samenstelling toezichthoudend orgaan Samenstelling toezichthoudend orgaan Naam
Dhr/mw
Bestuursfunctie
Nevenfuncties
B.7 Cliëntenraad (met uitzondering van particuliere FPC’s) Ja/nee Heeft uw organisatie een cliëntenraad Wordt/worden de cliëntenraad/raden in financiële zin ondersteund? (zie ook de toelichting) Zijn er het afgelopen jaar door de cliëntenraad gevraagde adviezen uitgebracht, zo ja hoeveel Zijn er het afgelopen jaar door de cliëntenraad ongevraagde adviezen uitgebracht, zo ja hoeveel Hebben deze adviezen tot maatregelen geleid in de instelling, geef hier een
%
percentage Heeft uw concern een commissie van vertrouwenslieden ingesteld Heeft uw concern zich aangesloten bij een landelijke commissie
37 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
C DigiMV Beleid, inspanningen en prestaties De indicatorsets voor verslagjaar 2013 voor de JMV-plichtige sectoren en de wijze en het tijdstip van aanlevering worden zodra ze beschikbaar zijn gepubliceerd op www.jaarverslagenzorg.nl
C.1 Klachten Op concernniveau aan te leveren: Klachtenfunctionaris Gegeven
Antwoordcategorie
Kunnen patiënten/cliënten in uw concern terecht bij een klachtenfunctionaris
Ja/nee
U levert de gegevens aan op het niveau van organisatorische eenheden of instellingen zoals afgesproken met de IGZ. Aantallen klachten Gegeven Beschikt u over een regeling voor de behandeling van klachten jegens de cliënt van
Ja/nee
uw instelling conform de Wet klachtrecht cliënten zorgsector? Voldoet deze regeling aan de 6 gestelde eisen ingevolge deze wet?
Ja/nee
Werkt de klachtencommissie in overeenstemming met de gestelde eisen?
Ja/nee
Brengt u deze regeling bij al uw cliënten op een passende wijze onder de
Ja/nee
aandacht? Aantal klachten ingediend bij de klachtencommissie
Aantal
Aantal klachten als percentage van het gemiddeld aantal personeelsleden in fte’s
Automatisch berekenen
Aantal door de klachtencommissie in behandeling genomen klachten
Aantal
Aantal klachten waarover de klachtencommissie advies heeft uitgebracht
Aantal
Aantal klachten dat gegrond is verklaard
Aantal
Leveringsvoorwaarden VV&T en Kraamzorg Gegeven
Antwoordcategorie
Hanteert u de Algemene Voorwaarden voor zorg (met verblijf en/of zonder
Ja/nee
verblijf) van ActiZ en BTN? Hanteert u de Algemene Voorwaarden Kraamzorg
38 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ja/Nee
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
C.2 Verloop personeel Verloop personeel Verloop personeel
Aantal personeelsleden
Aantal fte
Instroom personeel in loondienst totale concern in verslagjaar Uitstroom personeel in loondienst totale concern in verslagjaar
C.3 Ziekteverzuim C.3.1
Ziekteverzuim alle sectoren met uitzondering van UMC’s
Ziekteverzuim exclusief zwangerschapsverlof alle sectoren met uitzondering van UMC’s Verzuim
Percentage
Verzuim totaal personeel in loondienst (alle sectoren behalve UMC’s)
C.3.2
Ziekteverzuim UMC’s
Ziekteverzuim exclusief zwangerschapsverlof, volgens de definitie in de toolkit van het Arboservicepunt HOO, UMC’s Verzuim UMC’s
Percentage
Verzuim totaal personeel in loondienst UMC’s
C.4 Vacatures Vacatures Vacatures
Totaal aantal vacatures per
Aantal moeilijk vervulbare
einde verslagjaar
vacatures per einde verslagjaar
Totaal personeel Waarvan personeel met patiënt/cliëntgebonden functies
C.5 Bedrijfsvoering Hanteert u een kwaliteitsmanagementsysteem
ja / nee
Is de gegevensbeveiliging geregeld
ja / nee
Is uw instelling voorbereid op calamiteiten
ja / nee
• bereikbaarheid bij brand • telefoonstoring • elektriciteit • beveiliging van gegevens
39 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
C.6 Beloning leden Raad van Bestuur/Directie Voor elk lid van de Raad van Bestuur vult u een afzonderlijke tabel in. Indien uw bestuurstructuur een directie vallend onder eindverantwoordelijk stichtingsbestuur is (zie ook B2), dient u hier de gegevens van de leden van de directie in te vullen. Wanneer een persoon tijdens het verslagjaar zowel in loondienst als extern ingehuurd de bestuursfunctie heeft uitgeoefend, dan moet voor deze persoon de tabel twee maal worden ingevuld. Mocht een lid van de Raad van Bestuur dan wel de totale Raad van Bestuur een niet-natuurlijke persoon zijn, dan moeten de gevraagde persoonsgegevens (als o.a. naam, rechtsvorm, domicilie, totale vergoeding, aard van de overeenkomst, de gehanteerde beloningsregeling) worden ingevuld over die rechtspersoon. In de rij “Opmerkingen” geeft u die elementen van/informatie over het inkomen van de bestuurder op die u niet kunt plaatsen onder een van de andere genoemde inkomenscategorieën. Een voorbeeld hiervan is een door de instelling verstrekte lening aan de bestuurder plus de eventueel aan de lening verbonden voordelen voor de bestuurder. Beloning leden Raad van Bestuur / Directie Naam
Naam
De heer of mevrouw
Geslacht
Bestuursfunctie
Naam functie
Nevenfunctie
Naam functie
Vanaf welke datum was de bestuurder voor het eerst in de
Datum
huidige functie van bestuurder werkzaam binnen de organisatie? Maakte de persoon op 31 december van het verslagjaar deel
Ja/nee
uit van het bestuur? Zo nee: tot welke datum was de persoon als bestuurder
Datum
werkzaam in uw organisatie? Is deze gewezen bestuurder sindsdien nog in dienst van uw
Ja/nee
organisatie (Zo ja: dan dienen de gegevens over de bezoldiging van deze gewezen bestuurder met functienaam en eigennaam te worden vermeld onder aan tabel C18) ?
40 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Wat is de aard van de arbeidsovereenkomst?
1. Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd 2. Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd 3. Interne waarnemer bestuursfunctie 4. Extern ingehuurd, dus geen dienstverband 5. Anders, namelijk …….
Welke salarisregeling is toegepast?
1. BBZ 2. NVTZ-regeling 3. Oude NVZD of VDZ regeling 4. AMS-regeling 5. CAO 6. Anders, namelijk ……
Wat is de deeltijdfactor in procenten?
Percentage %
Beloning: de som van de periodiek betaalde beloningen en
Bedrag in euro’s
de winstdelingen en bonusbetalingen, met uitzondering van belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen en met uitzondering van door werkgevers wettelijk of krachtens een algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde niet op de beloning ingehouden sociale verzekeringspremies Waarvan: verkoop verlofuren
Bedrag in euro’s
Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren
Bedrag in euro’s
Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in
Bedrag in euro’s
natura (oa huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc)? Belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen
Bedrag in euro’s
Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op
Bedrag in euro’s
termijn (oa werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc) Winstdelingen en bonusbetalingen
Bedrag in euro’s
Uitkeringen in verband met beëindiging van het
Bedrag in euro’s
dienstverband Totaal bezoldiging
Bedrag in euro’s (som wordt automatisch berekend)
Gecorrigeerde bezoldiging* (op basis van full-time
Bedrag in euro’s (som wordt automatisch berekend)
dienstverband en een volledig kalenderjaar).
Opmerkingen
41 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
C.7 Beloning/Vergoeding Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen/Raad van Beheer Voor elk lid van de Raad van Toezicht vult u een afzonderlijke tabel in. Indien uw bestuurstructuur een directie vallend onder eindverantwoordelijk stichtingsbestuur is (zie ook B2), dient u hier de gegevens van de leden van het stichtingsbestuur in te vullen. Mocht een lid van de Raad van Toezicht dan wel de totale Raad van Toezicht een niet-natuurlijke persoon zijn, dan moeten de gevraagde persoonsgegevens (als o.a. naam, rechtsvorm, domicilie, totale vergoeding, aard van de overeenkomst, de gehanteerde beloningsregeling) worden ingevuld over die rechtspersoon. In de rij “Opmerkingen” geeft u die elementen van/informatie over het inkomen van de toezichthouders op die u niet kunt plaatsen onder een van de andere genoemde inkomenscategorieën. Beloning leden Raad van Toezicht/ Raad van Commissarissen/ Raad van Beheer (verder: toezichthouder) Naam
Naam
De heer of mevrouw
Geslacht
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in
Datum
de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van
Ja/ nee
Toezicht/ Raad van Commissarissen/ Raad van Beheer geweest? Nevenfunctie(s)
Naam functie(s)
Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en
Bedrag in euro’s
andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in
Bedrag in euro’s
natura (oa huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etc)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen
Bedrag in euro’s
Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op
Bedrag in euro’s
termijn (oa werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etc) Winstdelingen en bonusbetalingen
Bedrag in euro’s
Uitkeringen in verband met beëindiging van het
Bedrag in euro’s
dienstverband Totaal bezoldiging*
42 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Bedrag in euro’s (som wordt automatisch berekend)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Opmerkingen
C.8 Transparantie overschrijding bezoldigingsmaximum WNT Elke organisatie waarop de WNT van toepassing is, is verplicht om jaarlijks de bezoldiging van iedere functionaris wiens bezoldiging meer bedraagt dan het bezoldigingsmaximum op te geven. Publicatie op functienaam is hierbij voldoende. Daarnaast dient voor gewezen topfunctionarissen (dat wil zeggen voormalige bestuurders of leden van de raden van toezicht) die nog wel in dienst zijn van uw organisatie jaarlijks de bezoldiging te worden opgegeven. Van deze functi-onarissen moet naast de functienaam ook de eigennaam worden vermeld onder aan de tabel. De hoogte van de WNT-norm wordt per ministeriële regeling bekend gemaakt voor 1 november voorafgaand aan het kalenderjaar waarop deze betrekking heeft. Deze zogenoemde WNT-norm wordt gepubliceerd op www.topinkomens.nl. De WNT-norm voor 2013 is € 228.599.
43 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
In dienst In dienst
vanaf tot %
2013 2012 2013 2012 2012 2012
44 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
€ € € € € €
Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband
Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn
Bruto-onkosten vergoeding (vast en variabel)
Winstdelingen en bonus-betalingen
Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaars-uitkering en andere vaste toelagen)
Totaal beloning: bruto-inkomen, winstdelingen en bonusbetalingen (wordt automatisch berekend)
Totaal bezoldiging* *(wordt automatisch berekend)
Deeltijdfactor
Duur dienstverband
Functie/ functies*
Gegevens WNT
€
(ddmmjjjj) (ddmmjjjj)
2013 2012
* Verplicht toevoegen eigennaam van gewezen topfunctionarissen (dat wil zeggen voormalige bestuurders of leden van de raden van toezicht)
** Motivatie overschrijding van de maximale bezoldiging
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
D DigiMV Hoofdposten uit de Jaarrekening In deze sectie van DigiMV wordt u gevraagd om een aantal hoofdposten uit de jaarrekening over te nemen. Indien u de modeljaarrekening reeds heeft ingevuld kunt u de gegevens in dit hoofdstuk uploaden. (zie ook de handleiding uploadtool op www.jaarverslagenzorg.nl)
D.1 Jaarrekening: balans Balans per einde verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar Activa per einde verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar Vaste activa
Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa
Vlottende activa
Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Voorraden Onderhanden werk uit hoofde van DBC’s / DBC-zorgproducten Vorderingen uit hoofde van bekostiging Overige vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa
Totaal activa
Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Totaal activa (vast+ vlottend)
45 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Passiva per einde verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar Eigen vermogen
Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
Overige passiva
Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Voorzieningen Langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar) Schulden uit hoofde van bekostiging Overige kortlopende schulden Totaal overige passiva
Totaal passiva
Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Totaal passiva (eigen vermogen+ overig)
D.2 Jaarrekening: resultatenrekening Resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar Resultaat uit gewone bedrijfsvoering Bedrijfsopbrengsten
Bedrag in euro’s
Bedrag in euro’s vorig
verslagjaar
verslagjaar
Opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties Niet-gebudgetteerde zorgprestaties (exclusief DBC’s / DBC-zorgproducten A- en B-segment; inclusief Wmohuishoudelijke hulp) Omzet DBC’s / DBC-zorgproducten B-segment Omzet DBC’s / DBC-zorgproducten A-segment Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen en honorariumplafonds Subsidies (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties) Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten
46 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bedrijfslasten
Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Personeelskosten Honorariumkosten vrijgevestigd medisch specialisten die aan de instelling voor medisch specialistische zorg declareren Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa Overige bedrijfskosten Som der bedrijfslasten Bedrijfsresultaat Bedrijfsresultaat Financiële baten en lasten Financiële baten Financiële lasten Financieel resultaat Saldo Resultaat uit gewone bedrijfsvoering Belastingen resultaat uit gewone bedrijfsvoering Resultaat uit gewone bedrijfsvoeringen na belastingen
Buitengewone baten en lasten Buitengewone baten en lasten Buitengewone baten Buitengewone lasten Buitengewoon resultaat
Resultaat over verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar Resultaat
Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Resultaat
D.3 Kasstroomoverzicht Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
47 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
D.4 Toelichting op balans: materiële vaste activa Toelichting op de balans verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: materiële vaste activa Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen (zie specificatie in tabel hieronder) Bij: herwaarderingen Af: afschrijvingen Af: bijzondere waardeverminderingen Af: terugname geheel afgeschreven activa Af: desinvesteringen Boekwaarde per 31 december (=totaal materiële vaste activa)
Toelichting op de balans verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: investeringen naar type activa Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Investeringen in bedrijfsgebouwen en terreinen Investeringen in machines en installaties Investeringen in andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting Investeringen in materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa Investeringen in niet aan het bedrijfsproces dienstbare materiële activa Totaal investeringen
D.5 Toelichting op balans: financiële vaste activa Toelichting op de balans per einde verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: financiële vaste activa Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Deelnemingen Overige vorderingen Totaal financiële vaste activa
48 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
D.6 Toelichting op balans: overige vorderingen Toelichting op de balans per einde verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: overige vorderingen Bedrag in euro’s einde verslagjaar
Bedrag in euro’s per einde vorig verslagjaar
Vorderingen op debiteuren Overige vorderingen en overlopende activa Totaal overige vorderingen
D.7 Toelichting op balans: overige kortlopende schulden Toelichting op de balans per einde verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: overige kortlopende schulden Bedrag in euro’s einde
Bedrag in euro’s per
verslagjaar
einde vorig verslagjaar
Schulden aan kredietinstellingen Crediteuren Aflossingsverplichtingen langlopende leningen Overige kortlopende schulden en overlopende passiva Totaal overige kortlopende schulden
D.8 Toelichting op balans: specificatie financieringsverschil Toelichting op de balans verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: specificatie financieringsverschil (verwerkt in de posten Vorderingen respectievelijk Schulden uit hoofde van bekostiging) Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten AWBZ/Zvw-zorg (exclusief subsidies) Af: Vergoedingen ter dekking van het wettelijk budget Totaal financieringsverschil
49 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
D.9 Toelichting op balans: niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen: toelichting heffingsgrondslag Macrobeheersinstrument. Toelichting heffingsgrondslag Macrobeheersinstrument
jaar t
Tariefopbrengst van DBC’s, DBC-zorgproducten en overige zorgproducten in zowel het Aals het B-segment Verrekenbedrag op grond van de beleidsregel Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg Mutatie in het onderhanden werk
D.10 Toelichting op de resultatenrekening: opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Zvw-zorg Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten AWBZ (exclusief subsidies) Beschikbaarheidsbijdragen Totaal opbrengsten uit gebudgetteerde zorgprestaties
D.11 Toelichting op de resultatenrekening: niet-gebudgetteerde zorgprestaties (exclusief DBC’s / DBC-zorgproducten A- en B-segment; inclusief Wmo-huishoudelijke hulp) Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: niet- gebudgetteerde zorgprestaties Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Opbrengsten in opdracht van andere instellingen Eigen bijdragen en betalingen cliënten voor niet-verzekerde zorg en opbrengsten uit aanvullende zorgverzekering Persoonsgebonden en -volgende budgetten
50 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Opbrengst kraamzorg Opbrengsten uit Wmo-prestaties op het gebied van huishoudelijke hulp (inclusief onderaanneming) Overige niet-gebudgetteerde zorgprestaties Totaal niet-gebudgetteerde zorgprestaties (exclusief DBC’s / DBC-zorgproducten Aen B-segment; inclusief Wmohuishoudelijke hulp)
D.12 Toelichting op de resultatenrekening: omzet DBC’s / DBC-zorgproducten B-segment Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: omzet DBC’s / DBC-zorgproducten B-segment Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Gefactureerde omzet DBC’s / DBCzorgproducten B-segment Mutatie onderhanden werk DBC’s / DBCzorgproducten B-segment Totaal omzet DBC’s / DBC-zorgproducten B-segment
D.13 Toelichting op de resultatenrekening: omzet DBC’s / DBC-zorgproducten A-segment Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: omzet DBC’s / DBC-zorgproducten A-segment Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Gefactureerde omzet DBC’s / DBCzorgproducten A-segment Mutatie onderhanden werk DBC’s / DBCzorgproducten A-segment Totaal omzet DBC’s / DBC-zorgproducten A-segment
51 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
D.14 Toelichting op de resultatenrekening: opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen en honorariumplafonds Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen en honorariumplafonds Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Opbrengst uit hoofde van te verrekenen transitiebedrag medisch specialistische zorg Opbrengst uit hoofde van verrekenbedrag curatieve geestelijke gezondheidszorg De realisatie doorloop DBC’s 2012 onder aftrek onderhanden werk primo 2012 curatieve geestelijke gezondheidszorg Honorariumopbrengsten vrijgevestigd medisch specialisten die aan de instelling voor medisch specialistische zorg declareren Totaal opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen en honorariumplafonds
D.15 Toelichting op de resultatenrekening: subsidies (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties) Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: subsidies Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Subsidies AWBZ/Zvw-zorg Rijksbijdrage werkplaatsfunctie en medische faculteit van UMC’s Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van Veiligheid en Justitie Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS (waaronder opleidingsfonds) Overige Rijkssubsidies
52 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Subsidies vanwege Provincies en gemeenten (exclusief Wmohuishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties zoals maatschappelijke en vrouwenopvang, verslavingszorg, OGGZ) Overige subsidies, waaronder loonkostensubsidies en EU-subsidies Totaal subsidies (exclusief Wmohuishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties)
D.16 Toelichting op de resultatenrekening: overige bedrijfsopbrengsten Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: overige bedrijfsopbrengsten Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Overige dienstverlening (waaronder 2e-4e geldstroom UMC’s voor onderzoek) Overige opbrengsten (waaronder vergoeding voor uitgeleend personeel en verhuur onroerend goed) Totaal overige bedrijfsopbrengsten
D.17 Toelichting op de resultatenrekening: personeelskosten Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: personeelskosten Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Andere personeelskosten Personeel niet in loondienst Totaal personeelskosten
53 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
D.18 Toelichting op de resultatenrekening: overige bedrijfskosten Toelichting op de resultatenrekening verslagjaar respectievelijk vorig verslagjaar: overige bedrijfskosten Bedrag in euro’s verslagjaar
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten Algemene kosten Patiënt - en bewonersgebonden kosten Onderhoud Energiekosten gas Energiekosten stroom Energie transport en overig Huur en leasing Donaties en vrijval voorzieningen Totaal overige bedrijfskosten
D.19 Bevestiging Nadat DigiMV is ingevuld, wordt gevraagd om een bevestiging door de Raad van Bestuur. Alleen de RvB kan namelijk de gegevens verzenden. Daarmee geeft de RvB aan dat de gegevens naar waarheid zijn ingevuld. Nb. Deze verklaring heeft geen betrekking op het verslag van de Raad van Toezicht.
54 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
E Wijzigingen ten opzichte van verslagjaar 2012 Onderdeel
Wijziging
Algemeen Gehele document
Tekstuele verbeteringen en waar nodig aanpassingen i.v.m. wetswijzigingen
Toevoeging in de inleiding
Het jaardocument 2013 biedt ook het kader voor de jaarverslagen zoals bedoeld in artikel 8 van de wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen(WMCZ) en artikel 2 lid 7 van de wet klachtrecht cliënten zorgsector (WKCZ).
Maatschappelijk verslag Het gehele maatschappelijk verslag komt te vervallen, voor het verslagjaar 2012 is hier al op geanticipeerd. Jaarrekening DigiMV De Kwaliteitsparagraaf wordt vanaf 2013 niet meer met indicatoren benoemd in het JMV. Voor het verslagjaar 2013 zal er op www.jaarverslagenzorg.nl informatie worden gegeven over de kwaliteitsparagraaf. Als de uit te vragen set bekend is voor het jaar 2013 dan wordt deze op genoemde website gepubliceerd.
Deze wijzigingen gaan uit van het jmv dat in november 2012 op www.jaarverslagenzorg.nl is gepubliceerd.
55 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
IV Achtergrondinformatie
56 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F Toelichting DigiMV: teksten regelgeving, begripsomschrijving en afkortingenlijst De toelichting die betrekking heeft op DigiMV is in de invoertool op te roepen via de helpfunctie.
F.1 Toelichting en definities Profiel van de organisatie Deze toelichting heeft betrekking op deel A van DigiMV.
F.1.1
Kerngegevens alle sectoren
(toelichting op hoofdstuk A.2.1) Toe te lichten term
Toelichting
Per einde verslagjaar
Het gaat niet om de situatie op een specifieke datum, maar de situatie die representatief is voor het concern in 2014.
Productie WTZi
De productie is inclusief zorg die wordt gefinancierd via een Persoonsgebonden Budget.
Personeelsleden
Werknemers met een arbeidsovereenkomst inclusief oproepkrachten.
Innovatie
Innovatie heeft betrekking op nieuwe ideeën, goederen, diensten en processen. Bijvoorbeeld de bestedingen die de instelling zelf maakt omdat eigen personeel de innovatie bedenkt of invoert. Maar ook bestedingen in de lopende exploitatie (personele kosten) en de investeringskosten die daaraan vastzitten.
Ontwikkeling en Innovatie
Ontwikkeling en Innovatie betreft het bedenken van ontwikkelingen, deze
(O&I)
uitproberen en testen. Deze ontwikkelingen hebben betrekking op de direct patiënt/cliëntgebonden zorg, organisatie van zorg, aspecten die met voeding te maken hebben of bijvoorbeeld patiënten/cliënten-voorlichting. Ook de exportfunctie van kennis behoort tot deze taken.
57 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.1.2
Kerngegevens UMC’s, ziekenhuizen en ZBC’s
(toelichting op hoofdstuk A.2.2)
Patiënten/cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen en ZBC’s exclusief revalidatiecentra Toe te lichten term
Toelichting
Beschikbare bedden/
Het aantal plaatsen dat beschikbaar is voor de dagelijkse planning van de opnames en
plaatsen
van de dag/deeltijdbehandelingen (dagbehandeling: niet-psychiatrisch, deeltijdbehandeling: psychiatrisch). Plaatsen die tijdelijk niet beschikbaar zijn vanwege bijvoorbeeld een verbouwing, tellen niet mee. Plaatsen die wel beschikbaar zijn maar niet worden bezet, tellen wél mee.
Uitsplitsing medisch-
Nadere uitsplitsing van de productie in A- en B-segment (tijdelijk) toegevoegd op
specialistische zorg
verzoek van de NZa om de juistheid van de minimale dataset te kunnen toetsen. Met deze toevoeging is separate uitvraag door de NZa overbodig geworden. Zie ook de ‘Regeling verplichte aanlevering en verspreiding Minimale Dataset (MDS) CTG/ZAio’ Regeling CU/NR 100.038.
Eerste polikliniekbezoek
Er is sprake van een eerste polikliniekbezoek wanneer een patiënt/cliënt voor de eerste maal in het ziekenhuis een medisch specialist van een bepaald poortspecialisme consulteert. Er mag wederom (voor deze patiënt/cliënt) een eerste polikliniekbezoek worden geregistreerd indien in de 12 maanden vooraf aan het bezoek geen eerste polikliniekbezoek bij dat poortspecialisme is geregistreerd (bron: LAZR, Prismant en Enquêtejaarcijfers).
Dagverplegings-dagen
Exclusief cytostaticabehandelingen en poliklinische bevallingen.
Zware dagverplegings-
Een aantal uren durende vorm van verpleging in een ziekenhuis, in het algemeen te
dagen
voorzien en noodzakelijk in verband met het op dezelfde dag plaatsvinden van een behandeling door een medisch specialist, waarbij een verrichting uit tariefgroep C1 tot en met C7 wordt gedeclareerd. Het tarief is inclusief genees-, verband- en narcosemiddelen, klinisch-chemische en microbiologische laboratoriumonderzoeken (B2) en paramedische behandeling en onderzoek (E). Met verkeerde bed wordt gedoeld op patiënten/cliënten die eigenlijk een AWBZ plek zouden moeten hebben, maar nu een ZvW bed bezet houden.
Kerngegevens PAAZ/PUK (toelichting op hoofdstuk A.2.3) Toe te lichten term
Toelichting
Totaal aantal patiënten/cliënten
Betreft alle cliënten/patiënten in zorg, begeleiding of behandeling, geteld in
waaraan ggz wordt verleend
personen. Iemand die in een RIBW verblijft en ambulante zorg ontvangt, telt 1x mee. De gegevens over het aantal cliënten wordt gevraagd om een beeld te krijgen van hoeveel personen er gebruik maken van de ggz.
Aantal patiënten in zorg in PUK/
Betreft alle personen die vóór 1 januari van het verslagjaar in zorg zijn gekomen
PAAZ op 1 januari van verslagjaar
en administratief zijn ingeschreven en op 1 januari nog niet uit zorg zijn gegaan.
(a) Aantal nieuw ingeschreven
Betreft alle personen die in de periode van 1 januari tot en met 31 december
patiënten in PUK/PAAZ in
van verslagjaar nieuw in zorg zijn gekomen en administratief zijn ingeschreven.
verslagjaar (b) Totaal aantal patiënten in zorg in
Wordt automatisch opgeteld in DigiMV
PUK/PAAZ in verslagjaar (c=a+b)
58 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aantal uitgeschreven patiënten
Betreft alle personen die in de periode van 1 januari tot en met 31 december
in PUK/PAAZ in verslagjaar (d)
van verslagjaar uit zorg zijn gegaan en administratief zijn uitgeschreven.
(was aantal ontslagen patiënten in verslagjaar) Aantal patiënten/cliënten in
Wordt automatisch opgeteld in DigiMV
zorg/behandeling in PUK/PAAZ op 31-12 van verslagjaar (e=c-d) Aantal beschikbare bedden/
Het gaat hierbij om de situatie die representatief is voor het concern in een jaar
plaatsen in PUK/PAAZ dat
en niet om de situatie op een specifieke datum.
beschikbaar is voor dagelijkse
Bedden die wel beschikbaar zijn maar niet worden bezet, tellen ook mee.
planning van opnames, verblijf
Bedoeld is: totaal aantal bedden/plaatsen, inclusief kleinschalig wonen,
of dagbehandeling
deeltijdplaatsen en Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ)-aanmerking. Het totaal van de face-to-face, ear-to-ear, bit-to-bit contacten.
Aantal eerste polikliniekbezoeken in verslagjaar / waarvan PAAZ en PUK
In A.4 wordt het aantal personeelsleden per concern gevraagd; hier wordt specifiek gevraagd naar het aantal personeelsleden gericht op de ggz. Als uw concern alleen ggz-zorg verleent, dan is het aantal personeelsleden hier gelijk aan het aantal in A.4. Als u het onderscheid naar ggz en andere zorg niet kunt expliciteren, wordt u gevraagd een schatting te geven van het aantal personeelsleden dat zich op de ggz richt. Wordt voor de ggz automatisch opgeteld in DigiMV (a+c)
Aantal personeelsleden in loondienst in PAAZ en PUK op 31-12 van verslagjaar Aantal FTE personeelsleden in
Wordt voor de ggz automatisch opgeteld in DigiMV (b+d)
PAAZ en PUK in loondienst op 31-12 van verslagjaar Omzet gefactureerde DBC’s /
Som van opbrengsten uit aan zorgverzekeraars gefactureerde DBC’s/DBBC’s
DBBC’s
(inclusief verrekenpercentage) èn opbrengsten van DBC’s/DBBC’s die zijn afgesloten maar nog niet zijn gefactureerd (opnemen tegen het te verwachten werkelijke factuurbedrag); exclusief: - verrekende bedragen met zorgverzekeraars, - (mutatie van) onderhanden werk, oftewel DBC’s/DBBC’s die nog niet zijn afgesloten op 31 december.
F.1.3
Kerngegevens Revalidatiecentra
(toelichting op hoofdstuk A.2.4) Beschikbare bedden/
Het aantal plaatsen dat beschikbaar is voor de dagelijkse planning van de opnames en
plaatsen
van de deeltijdbehandelingen. Plaatsen die tijdelijk niet beschikbaar zijn vanwege bijvoorbeeld een verbouwing, tellen niet mee. Plaatsen die wel beschikbaar zijn maar niet worden bezet, tellen wél mee.
Citatiescore CPP/FCSm
Jaarlijks voert het Centrum voor Wetenschap- en Technologie Studies (CWTS) een
(over de afgelopen 10
bibliometrische analyse van het onderzoek van alle UMC’s uit. In het najaar van jaar t
jaar, inclusief
wordt gerapporteerd over de periode t-1 en eerdere jaren. Voor publicaties wordt in de
verslagjaar)
tabel het aantal en de citatiescore opgenomen over het tijdvak over de afgelopen 10 jaar, inclusief verslagjaar. De citatiescore CPP/FCSm betreft de impact van alle publicaties van een instelling vergeleken met het wereld-citatiegemiddelde in (sub) velden waarin de instelling actief is.
59 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.1.4
Spoedeisende hulp
(toelichting op hoofdstuk A.2.6)
UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen: spoedeisende hulp per locatie Toe te lichten term
Toelichting
Basisziekenhuis-niveau
Omschreven door het Bouwcollege in de uitvoeringstoets gewenste ziekenhuisspreiding, eerste tranche 14 januari 2002 (rapport nr. 520). http://www.bouwcollege.nl/Pdf/CBZ%20Website/Publicaties/Uitvoeringstoetsen/ Ziekenhuizen/ut520.pdf
Samenleving: acute zorg
Bijlage bij de Regeling tot vaststelling beleidsregels WTZi 3.1.1. 3.1.1. Borging spreiding en bereikbaarheid van acute zorg Basisziekenhuizen, topklinische ziekenhuizen, academische ziekenhuizen, de crisisfunctie van GGZ-instellingen, regionale ambulancevoorzieningen en huisartsenposten nemen op een constructieve wijze deel aan het op initiatief van het traumacentrum georganiseerde regionale overleg acute zorgketen. De in dat overleg gemaakte afspraken dienen te worden nagekomen. De instelling legt in het jaarverslag verantwoording af over de wijze waarop de instelling invulling heeft gegeven aan de in het overleg gemaakte afspraken. De afspraken in het regionale overleg moeten ertoe leiden dat deelnemers aan het overleg alleen (tijdelijk) kunnen stoppen met functies op een bepaalde locatie als de 45-minutennorm om een Spoedeisende Eerste Hulp afdeling van een basisziekenhuis te bereiken, niet in gevaar komt.
F.1.5
Wet bijzondere medische verrichtingen
(toelichting op hoofdstuk A.2.7 en A.2.8)
UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen: Wet Bijzondere Medische Verrichtingen (WBMV)
WBMV artikel 2: vergunning 1 Indien gewichtige belangen daartoe aanleiding geven, kan Onze Minister bij ministeriële regeling bepalen: a dat het verboden is zonder zijn vergunning medische verrichtingen van een bij de regeling aangegeven aard uit te voeren; b dat het verboden is zonder zijn vergunning apparatuur van een bij de regeling aangegeven aard ten behoeve van het uitvoeren van medische verrichtingen aan te schaffen of te gebruiken. 2 Een regeling, als bedoeld in het eerste lid vervalt uiterlijk vier jaar na de inwerkingtreding. Voortzetting van het verbod, kan slechts geschieden bij algemene maatregel van bestuur.
60 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
WBMV artikel 8: aanwijzing 1 Onze Minister kan met betrekking tot medische verrichtingen waarop niet een regeling als bedoeld in artikel 2 of 3 van toepassing is en die niet behoren tot de ontwikkelingsgeneeskunde, zijn beleidsvisie bekend maken ten aanzien van bijzondere aspecten van die verrichtingen, welke aspecten die verrichtingen onderscheiden van andere medische verrichtingen. 2 Een instelling kan Onze Minister verzoeken haar aan te wijzen voor de uitvoering van de bijzondere aspecten van de in het eerste lid bedoelde verrichtingen. Onze Minister kan zodanige aanwijzing uitsluitend weigeren indien het geven daarvan in strijd zou zijn met zijn beleidsvisie, bedoeld in het eerste lid. 3 Onze Minister kan aan een aanwijzing voorschriften verbinden, voor zover die voortvloeien uit de beleidsvisie. Artikel 6, derde lid, is van overeenkomstige toepassing.
F.1.6 Traumacentra (toelichting op hoofdstuk A.2.9)
UMC’s, algemene en categorale ziekenhuizen: traumacentra Toe te lichten term
Toelichting
Traumacentra: totale
Ook de sponsorgelden aangeven. De reserves ook aangeven als het voorgaande jaren
inkomsten en uitgaven
betreft. Dit geldt zowel voor gegevens traumacentrum exclusief helicentrum als voor gegevens helicentrum.
F.1.7
Ontwikkeling, Innovatie en topreferente zorg
(toelichting op hoofdstuk A.2.10) Toe te lichten term
Toelichting
academische component
De academische component is een jaarlijks bedrag, een lumpsum, om de meerkosten te dekken van de specifieke bij de UMC’s belegde publieke functies. De academische component bestaat uit twee onderdelen, te weten topreferente zorg (TRF) en ontwikkeling en innovatie (O&I). Elk UMC maakt een uitsplitsing in uitgaven naar TRF en O&I.
Topreferente zorg (TRF)
TRF wordt gedefinieerd als zeer specialistische patiënten/cliëntenzorg gepaard gaande met bijzondere diagnostiek en behandeling. Het betreft een last resort functie waarbij het vaak om tertiaire verwijzing gaat (huisarts – algemeen ziekenhuis – academisch ziekenhuis). Topreferente zorg vereist een infrastructuur waarbinnen vele disciplines samenwerken ten behoeve van de patiënten/cliëntenzorg en die gekoppeld is aan fundamenteel patiënt/ cliëntgericht onderzoek.
Ontwikkeling en Innovatie
Ontwikkeling en Innovatie betreft het bedenken van ontwikkelingen, deze
(O&I)
uitproberen en testen. Deze ontwikkelingen hebben betrekking op de direct patiënt/cliëntgebonden zorg, organisatie van zorg, aspecten die met voeding te maken hebben of bijvoorbeeld patiënten/cliënten-voorlichting. Ook de exportfunctie van kennis behoort tot deze taken.
61 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Citatiescore CPP/FCSm
Jaarlijks voert het Centrum voor Wetenschap- en Technologie Studies (CWTS)
(over de afgelopen 10 jaar,
een bibliometrische analyse van het onderzoek van alle UMC’s uit. In het najaar
inclusief verslagjaar)
van jaar t wordt gerapporteerd over de periode t-1 en eerdere jaren. Voor publicaties wordt in de tabel het aantal en de citatiescore opgenomen over de afgelopen 10 jaar, inclusief verslagjaar. De citatiescore CPP/FCSm betreft de impact van alle publicaties van een instelling vergeleken met het wereldcitatiegemiddelde in (sub)velden waarin de instelling actief is.
Aantal publicaties in top 1%
Het aantal publicaties in top 1% segment per UMC over het tijdvak 1999-2004/5
segment en tijdschriftimpact
en de tijdschriftimpact (hoe past een tijdschrift in het veld) over de afgelopen 10
voor de UMC’s
jaar, inclusief verslagjaar)
Aantal publicaties in top 1%
Het NKI-AVL verwijst hier naar de publicatie ‘Wetenschaps- en Technologie-
segment en tijdschriftimpact
Indicatoren 2005’ van het Nederlands Observatorium van Wetenschap en
voor het NKI-AVL
Technologie (NOWT). http://www.nowt.nl/docs/NOWT-WTI-2005.pdf
Projecten tweede, derde en
Voor de onderzoeksprojecten gefinancierd door derden is een indeling gemaakt
vierde geldstroom
naar 2e, 3e en 4e geldstroom. Het betreft de in de financiële administratie geregistreerde boekingen van geopende en lopende projecten.
F.1.8
Kerngegevens GGZ
(toelichting op hoofdstuk A.2.12)
Patiënten/cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten GGZ. (Ook voor FZ) Toe te lichten term
Toelichting
Totaal aantal patiënten/cliënten waaraan
Betreft alle cliënten/patiënten in zorg, begeleiding of behandeling,
ggz wordt verleend
geteld in personen. Iemand die in een RIBW verblijft en ambulante zorg ontvangt, telt 1x mee. De gegevens over het aantal cliënten wordt gevraagd om een beeld te krijgen van hoeveel personen er gebruik maken van de ggz.
Aantal patiënten in zorg op 1 januari van
Betreft alle personen die vóór 1 januari van het verslagjaar in zorg zijn
verslagjaar (a)
gekomen en administratief zijn ingeschreven en op 1 januari nog niet uit zorg zijn gegaan.
Aantal nieuw ingeschreven patiënten in
Betreft alle personen die in de periode van 1 januari tot en met 31
verslagjaar (b)
december van verslagjaar nieuw in zorg zijn gekomen en administratief zijn ingeschreven.
Totaal aantal patiënten in zorg in verslagjaar
Wordt automatisch opgeteld in DigiMV.
(c=a+b) Aantal uitgeschreven patiënten in
Betreft alle personen die in de periode van 1 januari tot en met 31
verslagjaar (d)
december van verslagjaar uit zorg zijn gegaan en administratief zijn uitgeschreven.
Aantal patiënten/cliënten in zorg/
Wordt automatisch opgeteld in DigiMV.
behandeling op 31-12 van verslagjaar (e=c-d) Aantal ZorgZwaarte Pakket (ZZP)-
Dit aantal is ook opgenomen in bovengevraagde gegevens. Er wordt
patiënten/cliënten in zorg/behandeling op
hier expliciet gevraagd naar het aantal personen dat vergoed wordt
31-12 van verslagjaar
vanuit de AWBZ, om een beeld te krijgen van de grootte van de groep AWBZ-gefinancierden.
Capaciteit
62 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Het aantal bedden/plaatsen dat
Het gaat hierbij om de situatie die representatief is voor het concern in
beschikbaar is voor dagelijkse planning van
een jaar en niet om de situatie op een specifieke datum.
opnames, verblijf of voor dagbehandeling.
Bedden die wel beschikbaar zijn maar niet worden bezet, tellen ook mee. Bedoeld is: totaal aantal bedden/plaatsen, inclusief kleinschalig wonen, deeltijdplaatsen en Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ)-aanmerking.
Productie Zorgverzekeringswet Aantal ambulante contacten in verslagjaar
Het totaal van de face-to-face, ear-to-ear, bit-to-bit contacten.
Personeel GGZ Aantal patiëntgebonden, ggz-georiënteerde
Vergelijk A.4- A1 en A2: (laatste) subtotalen, waarbij hier wordt
personeelsleden in loondienst op 31-12 van
gevraagd naar (een schatting van) ggz-personeel “handen aan het
verslagjaar (a)
bed”.
Aantal patiëntgebonden, ggz-georiënteerd
Vergelijk A.4-A1 en A2: (laatste) subtotalen, waarbij hier wordt
personeel in FTE op 31-12 van verslagjaar (b)
gevraagd naar (een schatting van) ggz-personeel “handen aan het bed” in FTE.
Aantal overige ggz-georiënteerde
Vergelijk A.4-A3 en A4: subtotalen, waarbij hier wordt gevraagd naar
personeelsleden op 31-12 van verslagjaar (c)
(een schatting van) niet-patiëntgebonden ggz-personeel.
Aantal overig, ggz-georiënteerd personeel
Vergelijk A.4-A3 en A4: subtotalen, waarbij hier wordt gevraagd naar
in FTE op 31-12 van verslagjaar (d)
(een schatting van) niet-patiëntgebonden ggz-personeel in FTE.
Aantal ggz-georiënteerde personeelsleden
Wordt voor de ggz automatisch opgeteld in DigiMV (a+c).
in loondienst op 31-12 van verslagjaar Aantal ggz-georiënteerd personeel in FTE
Wordt voor de ggz automatisch opgeteld in DigiMV (b+d).
Omzet gefactureerde DBC’s / DBBC’s
Som van opbrengsten uit aan zorgverzekeraars gefactureerde DBC’s/ DBBC’s (inclusief verrekenpercentage) èn opbrengsten van DBC’s/ DBBC’s die zijn afgesloten maar nog niet zijn gefactureerd (opnemen tegen het te verwachten werkelijke factuurbedrag); exclusief: - verrekende bedragen met zorgverzekeraars, - (mutatie van) onderhanden werk, oftewel DBC’s/DBBC’s die nog niet zijn afgesloten op 31 december.
F.1.9
Kerngegevens gehandicaptenzorg
(toelichting op hoofdstuk A.2.13)
Cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten gehandicaptenzorg. Toe te lichten term
Toelichting
Cliënten
Personen aan wie het concern zorg en diensten levert, die gefinancierd worden met publieke middelen. De gehandicapte zelf telt als cliënt, de ouders worden hier niet meegerekend. Een cliënt telt als één cliënt, ongeacht het aantal producten dat hij of zij afneemt.
63 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Toe te lichten term
Toelichting
Verblijfszorg (op basis
Verblijf op grond van de AWBZ: het gedurende een etmaal verblijven in een instelling
van een zzp of
indien de persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding, of behandeling
anderszins)
noodzakelijkerwijs gepaard gaat met een beschermende woonomgeving, therapeutisch leefklimaat of permanent toezicht. Verblijf kan tijdelijk of duurzaam zijn. Onder verblijf valt niet de dagzorg, de dagopvang en de nachtopvang. Die zorg valt onder de twee begeleidingsfuncties. ‘Logeren’ in de zin dat de verzekerde gedurende de dag en nacht een plaats in de instelling bezet, valt wel onder verblijf. Indien het echter gaat om ‘logeren’ louter als nachtopvang, dan valt deze onder begeleiding. Bron: Toelichting op Besluit zorgaanspraken AWBZ. Verblijfszorg valt uiteen in twee varianten: verblijf op grond van een zzp-indicatie met daarbij een bekostiging in zzp-termen verblijf op grond van een extramurale indicatie (voor minder dan vier dagen verblijf per week), zoals logeeropvang en bekostigd vanuit de extramurale beleidsregel van de NZa.
Aantal beschikbare
Het aantal plaatsen dat beschikbaar is voor verblijf. Bedden die tijdelijk niet
plaatsen
beschikbaar zijn vanwege bijvoorbeeld een verbouwing, tellen niet mee. Bedden die wel beschikbaar zijn maar niet worden bezet, tellen wél mee.
Dagactiviteiten
Dagactiviteiten die worden bekostigd via de beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven dagbesteding en vervoer AWBZ.
Extramuraal
Alle zorg die niet gepaard gaat met verblijf.
Extramurale productie
Het aantal uren extramurale productie in deze tabel is exclusief dagactiviteiten.
Productie
Onder 1 vallen alle dagen zorg met verblijf waarbij dagbesteding wordt genoten bij de verblijfsaanbieder (integraal pakket) of als de dagbesteding via onderaanneming plaatsvindt. Onder 2 vallen alle dagen zorg met verblijf waarop de aanbieder geen dagbesteding verstrekt (hetzij omdat cliënten geen indicatie hebben voor dagbesteding, hetzij omdat cliënten hun dagbesteding ontvangen bij een andere aanbieder die daar zelfstandig productieafspraken voor maakt met het zorgkantoor) Onder 4 vallen alle dagdelen dagbesteding die gerealiseerd zijn en waarvoor de dagbestedingsaanbieder aparte productieafspraken (los van verblijf) heeft gemaakt met het zorgkantoor (dus niet de dagdelen die op basis van onderaanneming worden geproduceerd en ook niet de dagbesteding bij de verblijfsaanbieder zelf (integraal pakket). Het bovenstaande betekent dat in de productieopgave de productie van zorg (onderdelen) van dezelfde cliënt uitgesplitst kan worden over verschillende regels (bijvoorbeeld combinatie van 1&2&4 of 2&4)
64 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.1.10 Aanvullende kerngegevens particuliere FPC’s en tbs-plaatsen in FPK’s en (Trajectum) (toelichting op hoofdstuk A.2.14) Toe te lichten term
Toelichting
Bezettingsgraad (percentage)
Aantal bezette plaatsen als percentage van de capaciteit die is afgesproken in het kader van de productieafspraak. Dit is het aantal werkelijk gerealiseerde verpleegdagen gedeeld door de (relatieve) productieafspraak x 100%. De productieafspraak is de in de jaarafsprakenbrief overeengekomen gemiddelde capaciteit. In de bezetting telt niet mee het niet aanwezig zijn vanwege: ongeoorloofde afwezigheid na 24 uur, verblijf in Pieter Baan Centrum (PBC) en Huis van Bewaring (HvB)/politiecel. Bij ziekenhuisopname worden de dagen tot een maximum van 7 dagen vergoed. Indien een langere opname nodig is, dan is toestemming van de accountmanager vereist.
Instroom, het aantal eerste
Het aantal bezette plaatsen als percentage van de capaciteit die is afgesproken
opnames
in het kader van de productieafspraak is het aantal werkelijk gerealiseerde verpleegdagen gedeeld door de (relatieve) productieafspraak x 100%). De productieafspraak is de in de jaarafsprakenbrief overeengekomen gemiddelde capaciteit. In de bezetting telt niet mee het niet aanwezig zijn vanwege: ongeoorloofde afwezigheid na 24 uur, verblijf in PBC en HvB/politiecel. Bij ziekenhuisopname worden de dagen tot een maximum van 7 dagen vergoed. Indien een langere opname nodig is, dan is toestemming van de accountmanager vereist.
Doorstroom vervolgvoorziening
Het aantal patiënten/cliënten dat een transmuraal traject is gestart. De patiënt/cliënt zal het FPC verlaten naar een transmurale voorziening en behoort tot de verantwoordelijkheid van het FPC, uitgesplitst naar: a het aantal patiënten/cliënten waarbij een transmuraal traject wordt gestart. Het betreft hier alleen transmurale voorzieningen in eigen beheer (huur of koop) waarvoor een machtiging van de minister van Veiligheid en Justitie noodzakelijk is; b Het aantal patiënten/cliënten waarbij een transmuraal traject wordt gestart. Het betreft hier plaatsing in een (GGZ-)voorziening zoals FPA, APZ, RIBW, waarvoor een machtiging van de minister van Veiligheid en Justitie noodzakelijk is; c overige bestemming (casus en bestemming kort omschrijven). U dient bij a, b en c geen proefverloven op te nemen. De achtergrond van deze prestatie/kwaliteitsindicator is om de doorstroom van de intramurale behandeling naar transmurale behandeling te volgen.
65 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Uitstroom
a alle beëindigingen tbs-maatregel, conform verlengingsadvies van het FPC b alle beëindigingen tbs-maatregel, contrair verlengingsadvies van het FPC c alle voorwaardelijke beëindigingen tbs-maatregel d het aantal proefverloven dat heeft geleid tot een (voorwaardelijke) beëindiging van de tbs-maatregel. e saldo van a,b, en c minus d (wilt u erop toezien dat er geen dubbeltellingen plaatsvinden) f overplaatsing naar andere FPC binnen de tbs-sector ( wederzijdse overplaatsingen, herselecties en overige overplaatsingen) g overplaatsing naar andere (justitie) voorziening buiten de Tbs-sector waardoor capaciteit vrijkomt (geen tijdelijke plaatsingen). h het aantal proefverloven gestart tijdens de verslagperiode i het aantal proefverloven ingetrokken tijdens verslagperiode j saldo h minus i Bij deze prestatie/kwaliteitsindicator worden bij de a, b en c categorie alle beëindigingen gemeld. Bij d worden alleen de beëindigingen gemeld die vanuit proefverlof zijn gerealiseerd. Bij de categorie b dienen alle contraire beëindigingen te worden vermeld. Ook de contraire beëindigingen waarbij het FPC een voorwaardelijke beëindiging adviseert en de rechter een onvoorwaardelijke beëindiging uitspreekt. Bij beëindiging tbs-maatregel telt u de onherroepelijke beslissingen. Indien de uitslag van het hoger beroep nog niet bekend is na verstrijken van de rapportageperiode, dan hanteert u de datum van het werkelijke einde tbs in verband met dubbeltellingen. U wordt verzocht aan te geven waar, de in het verslagjaar verleende, proefverloven ten uitvoer worden gelegd. Het saldo bij e betreft de uitstroom uit de tbs. De totale uitstroom uit de capaciteit van de kliniek betreft het totaal van e, f, g en j.
Ontvluchtingen tbs-gestelden
Het aantal patiënten/cliënten dat vanuit het klinieksgebouw van een FPC of vanaf het terrein is ontvlucht. Hiermee wordt bedoeld het terrein binnen de externe beveiligingsring (bijv. ringmuur of hekwerk) is ontvlucht. Elke ontvluchte patiënt/cliënt dient te worden geteld; een gelijktijdige ontvluchting van meer dan één persoon geldt als even zovele ontvluchtingen. U dient als toelichting op de 4-maandenrapportages aan te geven of de tbspatiënt/cliënt na ontvluchting in het FPC is teruggekeerd, tijdens het verslagjaar. Indien een patiënt/cliënt na ontvluchting, op of buiten het kliniekterrein direct door het personeel wordt staande gehouden en teruggeleid, zonder dat tevens ‘derden’ hebben ingegrepen dan geldt dit als een ontvluchtingspoging en niet als een ontvluchting.
66 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Overige onttrekkingen tbs-
Het aantal patiënten/cliënten dat:
gestelden
a vanaf het terrein buiten de externe beveiligingsring (bijv. ringmuur of hekwerk) is weggelopen / zich heeft onttrokken aan toezicht, transmurale voorziening; b zich tijdens toegestaan verblijf buiten het FPC bijv. tijdens een verlofsituatie of anderszins heeft onttrokken. Onder ‘b’ wordt begrepen: alle vormen van begeleid verlof, onbegeleid verlof, woonverlof, proefverlof of transport onder verantwoordelijkheid FPC. Elke onttrokken patiënt/cliënt moet worden geteld. Een gelijktijdige onttrekking van meer dan een persoon geldt als even zovele onttrekkingen. U dient als toelichting aan te geven of de zich aan het toezicht onttrokken tbs-patiënt/ cliënt is teruggekeerd in het FPC, tijdens het verslagjaar. Indien een patiënt/ cliënt na onttrekking buiten het terrein van de kliniek direct door het personeel wordt staande gehouden en teruggeleid, zonder dat tevens ‘derden’ hebben ingegrepen geldt dit als een onttrekkingspoging en niet als een onttrekking.
Bijzonder voorval
Het aantal meldingen uitgebracht op basis van de Ministeriële Regeling “melding bijzondere voorvallen verpleegden” (14 december 1999/Nr. 809711/99/DJI), uitgesplitst naar gedane schriftelijke meldingen in de categorieën: a natuurlijke dood b suïcide c onnatuurlijke dood (anders dan suïcides) d alle overige geweldsincidenten die niet worden geregistreerd onder de prestatie/kwaliteitsindicator ‘geweldpleging tussen patiënten/cliënten’ en ‘geweldpleging tegen personeel’. e elk ander incident in of buiten het FPC van ernstige, politiek gevoelige of publiciteitsgevoelige aard
Aantal gegronde klachten
Het aantal door een onder ‘toelichting1’ vermelde autoriteit, onherroepelijk
patiënten/ cliënten
gegrond verklaarde klachten. Deze klachten worden gegrond verklaard door de alleensprekende beklagrechter, de beklagcommissie of door de beroepscommissie uit de sectie tbs van de Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ). Het gaat om het aantal afzonderlijke klachten (vervat in mogelijk eenzelfde schrijven). Een beklag van een ingeslotene kan bestaan uit meerdere klachten, waarvan er bijv. een enkele gegrond wordt verklaard.
Aantal geweldplegingen tussen
Het aantal patiënten/cliënten dat:
patiënten/ cliënten
a fysiek geweld heeft gebruikt tegen een andere patiënt/cliënt; b daarmee heeft gedreigd, althans voor zover dit heeft geleid tot oplegging van een beklagwaardige sanctie. Sanctie betreft hier een ‘individuele’ maatregel of disciplinaire straf van afzondering in een separeer- of afzonderingsvoorziening. Indien bij een voorval meer dan één patiënt/cliënt fysiek geweld gebruikte of daarmee dreigde, dient het aantal individuele patiënten/cliënten te worden geteld dat als gevolg van dat voorval een sanctie zoals omschreven kreeg. In de realisatiecijfers moet u onderscheid maken tussen fysiek geweld en dreigen met fysiek geweld.
67 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Geweldplegingen tegen
Het aantal patiënten/cliënten dat:
personeel
a fysiek geweld heeft gebruikt tegen een personeelslid; b daarmee heeft gedreigd, voor zover dit heeft geleid tot oplegging van een beklagwaardige sanctie. Sanctie betreft hier een ‘individuele’ maatregel of disciplinaire straf van afzondering in een separeer- of afzonderingsvoorziening. Indien bij een voorval meer dan één ter beschikking gestelde fysiek geweld gebruikte of daarmee dreigde, dient het aantal individuele ter beschikking gestelden te worden geteld dat als gevolg van dat voorval een sanctie kreeg opgelegd. In de realisatiecijfers moet u onderscheid maken tussen fysiek geweld en dreigen met fysiek geweld.
Aantal recidive tijdens tbs
Het aantal opgemaakte processen verbaal ten aanzien van tbs-waardige delicten gepleegd door tbs-patiënten/cliënten tijdens de uitvoering van de tbs-maatregel gedurende het kalenderjaar. De startdatum is het moment van opname in het FPC. De einddatum is de (voorwaardelijke) beëindiging van de tbs-maatregel (de periode is dus inclusief het proefverlof). De in de definitie bedoelde delicten moeten kunnen leiden tot een veroordeling, waarbij de duur van de nieuwe sanctie minimaal 6 maanden gevangenisstraf bedraagt en/of een nieuwe tbs-oplegging.
Gemiddelde behandelduur
Het aantal patiënten/cliënten –niet zijnde longstay patiënten/cliënten - dat het FPC heeft verlaten uitgesplitst naar: a het aantal proefverloven gestart tijdens de verslagperiode vanuit intra- of transmurale capaciteit; b het aantal voorwaardelijke beëindigingen tijdens verslagperiode vanuit intra- of transmurale capaciteit; c uitstroom over verslagperiode vanuit intra- of transmurale capaciteit niet zijnde a. of b. of overplaatsingen, gesplitst naar reden: a afgelopen termijn gelimiteerde tbs b beëindiging tbs conform advies Openbaar Ministerie (OM) c contraire beëindiging tbs door OM d beëindiging tbs conform advies rechter e contraire beëindiging tbs door rechter f beëindiging tbs wegens vormfouten g einde vorig tbs i.v.m. nieuwe uitspraak h overlijden, natuurlijke dood i overlijden, suïcide j Officier van Justitie (OvJ) dient geen vordering in k OvJ trekt vordering in.
68 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.1.11
Kerngegevens verpleging, verzorging en thuiszorg
(toelichting op hoofdstuk A.2.15)
Patiënten/cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten VVT Toe te lichten term
Toelichting
Patiënten/-cliënten
Personen aan wie het concern zorg en diensten levert die gefinancierd worden met publieke middelen. Patiënten/cliënten die meer dan één product leveren, worden als één patiënt/cliënt geteld.
Zorg en Verblijf (op
Verblijf op grond van de AWBZ: het gedurende een etmaal verblijven in een
basis van een zzp of
zorgvoorziening indien de persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding, of
anderszins)
behandeling noodzakelijkerwijs gepaard gaat met een beschermende woonomgeving, therapeutisch leefklimaat of ‘permanent toezicht’. Verblijf kan tijdelijk of duurzaam zijn. Onder verblijf valt niet de dagzorg, de dagopvang en de nachtopvang. Die zorg valt onder de twee begeleidingsfuncties. ‘Logeren’ in de zin dat de verzekerde gedurende de dag en nacht een plaats in de instelling bezet, valt wel onder verblijf. Indien het echter gaat om ‘logeren’ louter als nachtopvang, dan valt deze onder begeleiding. Bron: Toelichting op Besluit zorgaanspraken AWBZ. Verblijfszorg valt uiteen in twee varianten: verblijf op grond van een zzp-indicatie met daarbij een bekostiging in zzp termen verblijf op grond van een extramurale indicatie (voor minder dan vier dagen verblijf per week), zoals logeeropvang en bekostigd vanuit de extramurale beleidsregel van de NZa.
Aantal beschikbare
Het aantal bedden dat beschikbaar is voor verblijf. Bedden die tijdelijk niet beschikbaar
plaatsen
zijn vanwege bijvoorbeeld een verbouwing, tellen niet mee. Bedden die wel beschikbaar zijn maar niet worden bezet, tellen wél mee.
Extramuraal
Alle zorg die niet gepaard gaat met verblijf.
Extramurale productie
Het aantal uren extramurale productie in deze tabel is exclusief dagactiviteiten.
Personeel niet in
Dit zijn alle personen die binnen de instelling werken, maar niet op de loonlijst staan
loondienst
(bijv. uitzendkrachten, consulenten, freelancers).
F.1.12 Personeelsinformatie (toelichting op hoofdstuk A.3)
Personeelsinformatie Toe te lichten term
Toelichting
Code
Code volgens het rekeningschema voor de gezondheidszorg. Opgesteld door Prismant in overleg met NVZ, ActiZ (voorheen Arcares en LVT), VGN, GGZ Nederland. Een aantal codes ontbreekt omdat deze nooit zijn aangemaakt.
69 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Rekeningschema
Indeling rubriek 41, rekeninggroepen 411 tot en met 415: in de rekeninggroepen 411 tot en met 415 zijn de grootboekrekeningen voor salarissen opgenomen. Als onderscheidend criterium ten opzichte van de sociale kosten kan gesteld worden dat: • salarissen betrekking hebben op uitbetalingen aan personeel op grond van een (collectieve) arbeidsovereenkomst en als zodanig inkomsten voor de werknemer vormen, waarop inkomstenbelasting en premieheffing van toepassing zijn; • sociale kosten voortvloeien uit wettelijke dan wel sociale verplichtingen van de werkgever, die niet leiden tot rechtstreekse uitbetalingen door de werkgever aan het personeel, zoals betaalde (verzekerings-)premies in verband met ziekte, werkloosheid, arbeidsongeschiktheid en pensioen. Op grond van dit onderscheid worden tot de salarissen gerekend: • brutosalaris (volgens inschalingstabellen) inclusief doorbetaalde salarissen tijdens ziekte; • vakantiebijslag; • vergoedingen voor overwerk, onregelmatige dienst, bereikbaarheids-, aanwezigheids- en slaapdienst; • eindejaarsuitkeringen e.d. Vergoedingen voor salariskosten die aan derden in rekening zijn gebracht, bijvoorbeeld in het kader van detacheringsovereenkomsten, worden conform de uitgangspunten inzake het onderscheid tussen kosten en opbrengsten verantwoord in rubriek 82. Voor de onderverdeling van de salarissen op het 3e en 4e cijfer van de grootboekrekening (de zogenaamde rekeninggroepen) is uitgegaan van de indeling van functies volgens het systeem van de Functiewaardering voor de gezondheidszorg (FWG), te weten: • 411 Algemene en administratieve functies • 412 Hotelfuncties • 413 Patiënt/cliënt- c.q. bewonergebonden functies • 415 Terrein- en gebouwgebonden functies Door deze indeling sluit de financiële administratie direct aan op de personele administratie. In de coderingslijst van rubriek 41 is van de gebruikte FWGbenamingen voor kernfuncties en referentienamen uitputtend gebruikgemaakt. Indien een personeelslid meer dan één functie vervult, kan bij de boeking het salaris eventueel worden gesplitst naar het inzicht van de instelling. Indien niet wordt gesplitst vindt de boeking van het salaris plaats naar de hoofdfunctie.
70 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Rekeningschema
Rekeningschema voor zorginstellingen Teneinde onderlinge bedrijfsvergelijking respectievelijk landelijke uniforme enquêtering mogelijk te maken wordt dringend geadviseerd: • niet af te wijken van de indeling op het eerste vijfcijferige coderingsniveau van rekeninggroepen; • van alle salariscomponenten (brutosalaris, toeslagen en het doorbetaalde salaris tijdens ziekte) de eerste viercijferige rekeninggroep te administreren. Grootboekrekeningen binnen 411 tot en met 415 De indeling van deze rekeninggroepen naar vier- of meercijferige grootboekrekeningen wordt geheel aan de instelling zelf overgelaten.
Aantal werkzame personen per
Indien een werkzaam persoon meerdere banen heeft, dan worden de banen
einde verslagjaar
geteld. Het gaat dan dus om de banen van werkzame personen.
Aantal fte’s per einde verslagjaar
Het (aantal banen van) werkzame personen omgerekend naar voltijdequivalenten. Het voltijdequivalent van een baan van een werknemer wordt bepaald door de overeengekomen jaarlijkse arbeidsduur behorende bij deze baan te delen door de overeengekomen jaarlijkse arbeidsduur behorende bij een voltijdbaan.
Personeel in loondienst
Inclusief oproepkrachten en leerling-werknemers (waaronder BeroepsBegeleidende Leerweg=BBL).
Personeel algemene en
Algemeen directeuren, leidinggevend en niet-leidinggevend personeel
administratieve functies
administratie, personeelszaken, automatisering en interne opleiding. Ook: kwaliteitsfunctionarissen. Exclusief: leidinggevend personeel directe zorg.
Personeel hotelfuncties
Leidinggevend en niet-leidinggevend personeel huishoudelijk, voor zover niet patiënt/cliëntgebonden. Ook: personeel uitleen en transport hulpmiddelen.
Personeel terrein- en
Leidinggevend en niet-leidinggevend personeel technisch.
gebouwgebonden functies Management en staf patiënt/
Leidinggevend personeel directe zorg, oftewel diensthoofden en
cliëntgebonden functies
stafmedewerkers van medische, paramedische, therapeutische en verpleegafdelingen. Exclusief: algemeen directeuren, leidinggevend en nietleidinggevend personeel administratie, personeelszaken, automatisering en opleiding.
Personeel medische elektronica,
Leidinggevend en niet-leidinggevend personeel medische elektronica,
revalidatietechniek en
revalidatietechniek, beeldvormende techniek, functie-onderzoek,
onderzoeksfuncties
laboratorium.
personeel behandel- en
inclusief diëtisten, ergotherapeuten, logopedisten, oefentherapeuten,
behandelingsondersteuning
fysiotherapeuten, mondhygiënisten, medewerkers apotheken, radiotherapeutisch laboranten.
personeel psychosociale
inclusief activiteitenbegeleiders, arbeidstherapeuten, bewegingstherapeuten,
behandeling en begeleiding
creatief therapeuten.
Verpleegkundig en verzorgend en
Leidinggevend en niet-leidinggevend.
sociaal-(ped)agogisch personeel Medisch en sociaal-
Inclusief stafartsen jeugdgezondheidszorg, consultatiebureau-artsen en
wetenschappelijk personeel
consultatiebureau-assistenten, AVG, huisarts, basisarts en nurse practitioner.
Verpleegkundigen en sociaal-
Inclusief wijkverpleegkundigen.
(ped)agogische hulpverleners (al
Niveau D van het Beroepscompetentieprofiel Gehandicaptenzorg (HBO-
of niet in opleiding) niveau 5
niveau) zoals ondersteuningscoördinator, persoonlijk begeleider/coach, coördinerend (groeps)begeleider, dienstverleningscoördinator of zorgcoördinator.
71 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Verpleegkundigen en sociaal-
Inclusief verpleegkundigen in de wijk medewerker volwassenenwerk niveau 4.
(ped)agogische hulpverleners (al
Coördinerend begeleider niveau C van het Beroepscompetentieprofiel
of niet in opleiding) niveau 4
Gehandicaptenzorg (MBO-4 niveau).
Verzorgenden en sociaal-(ped)
Inclusief kraamverzorgenden, wijkziekenverzorgenden, verzorgenden C,
agogische hulpverleners (al of
verzorgenden D, verzorgenden E en inclusief medewerker maatschappelijke
niet in opleiding) niveau 3
zorg niveau 3. Uitvoerend begeleider niveau B van het Beroepscompetentieprofiel Gehandicaptenzorg (MBO-3 niveau).
Helpenden (al of niet in
Inclusief verzorgingshulpen B.
opleiding) niveau 2
Assisterend begeleider niveau A van het Beroepscompetentieprofiel Gehandicaptenzorg (MBO-2 niveau).
Zorghulpen (al of niet in
Inclusief thuishulpen A.
opleiding) niveau 1 Overig personeel in loondienst
Functionarissen die buiten het terrein van de WTZi werkzaam zijn. Bijvoorbeeld onderwijspersoneel (onderwijs gefinancierd door OCW).
Salarissen van personeel in
Bruto loon, vakantiegeld, doorbetalingen bij ziekte, onregelmatigheidstoeslag,
loondienst
overwerk, eenmalige uitkeringen, vergoeding woon-/werkverkeer. Niet inbegrepen: sociale lasten, pensioenpremies, andere personeelskosten (zoals kosten opleiding, kantine, arbodiensten, werving). Rekeningschema: Bij salariskosten is sprake van in dienstbetrekking verrichte arbeid op basis van een arbeidsovereenkomst. De instelling treedt op als werkgever en is uit dien hoofde inhoudingsplichtig voor de loonbelasting en premieheffing. Het is belangrijk dat het bedrag voor salarissen van personeel in loondienst vermeld in de tabel naadloos aansluit op het bedrag voor salarissen vermeld in de (toelichting bij) de resultatenrekening (personeelskosten).
72 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Kosten van ingehuurd personeel
Vergoedingen voor niet in loondienst verrichte arbeid (waaronder
en zelfstandigen
uitzendkrachten, consulenten, freelancers). Het is belangrijk dat het bedrag voor kosten van ingehuurd personeel en zelfstandigen vermeld in de tabel naadloos aansluit op het bedrag voor kosten van personeel niet in loondienst vermeld in de (toelichting bij) de resultatenrekening (personeelskosten). Rekeningschema: Bij vergoedingen is geen sprake van een dienstbetrekking. De instelling is niet inhoudingsplichtig. Het personeel voert de door haar opgedragen werkzaamheden echter wel uit onder de (directe) leiding van de instelling, en maakt daarbij veelal gebruik van faciliteiten, materialen en gereedschappen van de instelling. Voorbeelden hiervan zijn: • uitzendkrachten en freelance medewerkers; • oproep- en invalkrachten voor zover de instelling daarvoor niet inhoudingsplichtig is; • medische en andere specialisten niet in loondienst. Bij uitbestede werkzaamheden worden werkzaamheden niet uitgevoerd onder leiding van de instelling. Hiervoor koopt de instelling diensten in en geeft aan derden opdracht tot uitvoering en leiding van dergelijke werkzaamheden. Voorbeelden hiervan zijn: • schoonmaakwerkzaamheden (veelal op contractbasis) door een (extern) schoonmaakbedrijf; • laboratoriumverrichtingen door een extern laboratorium. De daarmee gemoeide kosten worden niet als personele maar als materiële kosten beschouwd en worden daarom verantwoord in de rubrieken 43 en volgende.
Inhuur van management en staf;
Algemeen management, stafpersoneel algemene en administratieve functies.
algemeen en administratief
Stafmedewerkers. Zie Rekeningschema-code 411100.
Onbetaald personeel
Werkzame personen die geen betaalde arbeid verrichten maar uitsluitend een onkostenvergoeding ontvangen. Bijvoorbeeld stagiaires (waaronder BeroepsOpleidendeLeerweg=BOL) en vrijwilligers.
73 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.2 Toelichting en definities Bestuur, toezicht, medezeggenschap en bedrijfsvoering Deze toelichting heeft betrekking op deel B van DigiMV.
Voorschriften Verslaggeving WTZi, algemene inleiding Governance Governance wordt transparant gemaakt door informatie te verstrekken over de verdeling van taken en verantwoordelijkheden in de organisatie en de wijze waarop deze zijn verankerd in managementsystemen. Daarnaast is ook het proces van vaststellen van de bedrijfsstrategie, inclusief risico’s en kansen voor de organisatie van belang en hoe hier toezicht op wordt gehouden.
F.2.1
Normen voor goed bestuur
(toelichting op hoofdstuk B.1)
Voorschriften Verslaggeving WTZi, normen voor goed bestuur De zorginstelling dient aan te geven welke van toepassing zijnde openbaar gemaakte normen zij hanteert voor goed bestuur en het afleggen van openbare verantwoording over haar beleid en activiteiten. Het ligt voor de hand om hierbij de Zorgbrede Governance code te hanteren. Via het principe van pas toe of leg uit wordt aangegeven van welke normen wordt afgeweken en waarom. In de voorschriften wordt melding gemaakt van de Zorgbrede Governance Code. De verantwoording over hoe deze code wordt toegepast, is daarmee een integraal deel van de verantwoording inzake governance.
Governancecode Toe te lichten term
Toelichting
Zorgbrede Governance
Bedoeld is de Zorgbrede Governance code die in 2005 is vastgesteld door de
code
brancheorganisaties Arcares en LVT, (voorgangers ActiZ), GGZ Nederland, NVZ en VGN, dan wel een recentere versie daarvan. De governancecode gaat niet op voor de kraamzorg
74 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.2.2
Toezichthouders (Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen/ Raad van Beheer)
(toelichting op hoofdstuk B.6)
Voorschriften Verslaggeving WTZi, toezichthoudend orgaan De zorginstelling moet verslag doen van de uitoefening van de rol en het functioneren van het toezichthoudende orgaan. Informatie wordt opgenomen over onder andere de samenstelling, nevenfuncties van de leden, profiel, aantal vergaderingen dat gehouden is, het aantal malen dat het bestuur aanwezig was bij deze vergaderingen, de ingestelde commissies (zoals een auditcommissie en een commissie voor de beloning van de bestuurders) inclusief de samenstelling ervan, de taken en de wijze waarop het toezichthoudende orgaan toezicht houdt op de strategie en prestaties van de organisatie. Hoe de toezichthoudende rol is ingevuld en welke werkzaamheden het toezichthoudende orgaan en de commissies hebben uitgevoerd moet u ook op hoofdlijnen beschrijven. Ook dient informatie te worden gegeven over de wijze waarop het toezichthoudende orgaan overleg voert met de externe accountant.De zorginstelling doet in deze paragraaf mededeling van het beleid aangaande de bezoldiging van haar toezichthouders en de wijze waarop dit beleid in het verslagjaar in de praktijk is gebracht. In de kraamzorg is er geen sprake van een Raad van Toezicht of een Raad van Beheer hier wordt uitgegaan van een directie.
Raad van Toezicht/Commissarissen Toe te lichten term
Toelichting
Toezichthouder
Als toezichthouder (commissaris) geldt de persoon die krachtens de statuten of wettelijke regeling met het toezicht op het bestuur is belast. Voor de zorginstellingen die niet volgens een RvB/RvT model werken maar volgens het Raad van Beheermodel, geldt dat de leden van het (stichtings) bestuur als toezichthouders worden beschouwd. Een Raad van Beheer model voldoet als de leden van de Raad van Beheer niet gelijktijdig deel uitmaken van de dagelijkse leiding en dat de leden geen directe belangen hebben bij de instelling. Daarnaast dient uit de statuten te blijken dat er een heldere verdeling is in de taken van de dagelijkse leiding en die van de raad van beheer.
Voorschriften Verslaggeving WTZi, artikel 3 In afwijking van of in aanvulling op Titel 9 boek 2 BW: ….. f. wordt aan het jaarverslag een verslag toegevoegd van het hoogste orgaan van de zorginstelling, de Raad van Toezicht of welke benaming daar ook in de desbetreffende instelling voor wordt gebruikt, waarin hij verantwoording aflegt over zijn handelen door verslag te doen van zijn werkzaamheden, haar toezichthouders en de wijze waarop dit beleid in het verslagjaar in de praktijk is gebracht.
75 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.2.3
Wettelijke transparantie-eisen
(toelichting op hoofdstuk B.4)
Wettelijke transparantie-eisen: Statutenwijziging Toe te lichten term
Toelichting
Veranderingen
Het betreft hier wijzigingen als bedoeld in het uitvoeringsbesluit WTZi, toelichting bij hoofdstuk VI transparantie-eisen: wijzigingen die relevant zijn voor de toelating. Bijvoorbeeld: wijzigingen als gevolg van een fusie, verandering van rechtsvorm, wijzigingen in het statutair doel van de toegelaten instelling, wijzigingen met betrekking tot winstoogmerk, in de organisatie van de zorgverlening, verkoop van onroerend goed of aandelen of afsplitsing van onroerend goed binnen en buiten het concern.
Wettelijke transparantie-eisen: Bestuursstructuur Toe te lichten term
Toelichting
Een orgaan dat toezicht houdt op het beleid van de
Geen persoon kan tegelijk deel uitmaken van het
dagelijkse of algemene leiding van de instelling en deze
toezichthoudend orgaan en de dagelijkse of algemene
met raad ter zijde staat?
leiding hebben.
Wettelijke transparantie-eisen: Bestuursstructuur enquêterecht
Burgerlijk wetboek Boek 2: recht enquêteverzoek Artikel 344 De bepalingen van deze afdeling zijn van toepassing op: a. de coöperatie, de onderlinge waarborgmaatschappij, de naamloze vennootschap en de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid; b. de stichting en de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid die een onderneming in stand houden waarvoor ingevolge de wet een ondernemingsraad moet worden ingesteld. Artikel 345 1. Op schriftelijk verzoek van degenen die krachtens de artikelen 346 en 347 daartoe bevoegd zijn, kan de ondernemingskamer van het gerechtshof te Amsterdam een of meer personen benoemen tot het instellen van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van een rechtspersoon, hetzij in de gehele omvang daarvan, hetzij met betrekking tot een gedeelte of een bepaald tijdvak. Onder het beleid en de gang van zaken van een rechtspersoon zijn mede begrepen het beleid en de gang van zaken van een commanditaire vennootschap of een vennootschap onder firma waarvan de rechtspersoon volledig aansprakelijke vennoot is. 2. De advocaat-generaal bij het gerechtshof te Amsterdam kan om redenen van openbaar belang een verzoek doen tot het instellen van een onderzoek als bedoeld in het eerste lid. Hij kan ter voorbereiding van een verzoek een of meer deskundige personen belasten met het inwinnen van inlichtingen over het beleid en de gang van zaken van de rechtspersoon. De rechtspersoon is verplicht de gevraagde inlichtingen te verschaffen en desgevraagd ook inzage in zijn boeken en bescheiden te geven aan de deskundigen.
76 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Artikel 346 Tot het indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 345 zijn bevoegd: a. indien het betreft een vereniging, een coöperatie of een onderlinge waarborgmaatschappij: de leden van de rechtspersoon ten getale van ten minste 300, of zoveel leden als ten minste een tiende gedeelte van het ledental uitmaken, of zoveel leden als tezamen bevoegd zijn tot het uitbrengen van ten minste een tiende gedeelte der stemmen in de algemene vergadering; b. indien het betreft een naamloze vennootschap of een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid: een of meer houders van aandelen of van certificaten van aandelen, die alleen of gezamenlijk ten minste een tiende gedeelte van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen of rechthebbenden zijn op een bedrag van aandelen of certificaten daarvan tot een nominale waarde van € 225.000 of zoveel minder als de statuten bepalen; c. degenen, aan wie daartoe bij de statuten of bij overeenkomst met de rechtspersoon de bevoegdheid is toegekend.
Artikel 347 Tot het indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 345 is voorts bevoegd een vereniging van werknemers die in de onderneming van de rechtspersoon werkzame personen onder haar leden telt en ten minste twee jaar volledige rechtsbevoegdheid bezit, mits zij krachtens haar statuten ten doel heeft de belangen van haar leden als werknemers te behartigen en als zodanig in de bedrijfstak of onderneming werkzaam is.
Wettelijke transparantie-eisen: Bedrijfsvoering Toe te lichten term
Toelichting
Beleidsregels behoud van
Het betreft de beleidsregels ex artikel 4 van de WTZi. Hierin is opgenomen dat een
waarde voor de zorg
instelling de waarde van onroerende zaken dient te gebruiken ten behoeve van zorg, opleiding, wetenschappelijk onderwijs of onderzoek ten behoeve van zorg. De regel is bedoeld om bij fusie of verkoop de waarde van het onroerend goed te behouden voor de zorg.
77 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.2.4 Cliëntenraden (toelichting op hoofdstuk B.7)
Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen Hoofdstuk II Cliëntenraden Artikel 2 Lid 1. De zorgaanbieder stelt voor elke door hem in stand gehouden instelling een cliëntenraad in, die binnen het kader van de doelstellingen van de instelling in het bijzonder de gemeenschappelijke belangen van de patiënten/cliënten behartigt. Hoofdstuk IV Openbaarheid Artikel 8 De zorgaanbieder stelt jaarlijks een verslag op over de wijze waarop ten aanzien van de instelling deze wet is toegepast. Door Justitie gecontracteerde zorg De interne rechtspositie van tbs-gestelden die verblijven in particuliere FPC’s is geregeld in de Beginselenwet Verpleging Terbeschikkinggestelden (Bvt). Hierover hoeft op deze plaats niet te worden gerapporteerd.
Toe te lichten term
Toelichting
Financieringsregeling
Om hun rol goed te kunnen vervullen, moeten cliëntenraden zich onafhankelijk kunnen opstellen ten opzichte van de zorgaanbieder. Een waarborg daarvoor is een goede regeling van de faciliteiten waarover cliëntenraden kunnen beschikken en van de kosten die zij kunnen maken om hun taak goed te kunnen vervullen. Iedere zorgaanbieder moet volgens de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (Wmcz) zo’n regeling opstellen.
F.3 Toelichting Beleid, inspanningen en prestaties Deze toelichting heeft betrekking op deel C en D van DigiMV.
F.3.1
Algemeen kwaliteitsbeleid
Voorschriften Verslaggeving WTZi Het algemene kwaliteitsbeleid van de organisatie en de behaalde prestaties dienen te worden weergegeven conform het in de inleiding bij hoofdstuk 4 vermelde. Met de term algemeen kwaliteitsbeleid wordt gedoeld op beleid dat niet specifiek is gericht op patiënten/cliënten of medewerkers, maar dat de gehele organisatie betreft. Gedacht kan worden aan aspecten als het gehanteerde kwaliteitsmanagementsysteem en certificering of accreditatie.
78 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Justitie De zorginstelling verantwoordt zich in dit hoofdstuk over de volledige reikwijdte van het inkoopcontract voor forensische zorg met het Ministerie van Veiligheid en Justitie, waaronder de daarin genoemde kwaliteitsspeerpunten en eventuele individuele aanvullende afspraken die met de instelling zijn gemaakt. Zie handleiding Inkoop Forensische Zorg 2013. Voor particuliere FPC’s geldt dat zij zich verantwoorden over de inhoud van de ‘Handleiding Forensisch Psychiatrische Centra (Particuliere inrichtingen) Planning & Control 2013’.
F.3.2
Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten
Tekst Kwaliteitswet artikel 5c 1. De zorgaanbieder legt jaarlijks vóór 1 juni per instelling een verslag ter openbare inzage, waarin hij verantwoording aflegt van het beleid dat hij in het afgelopen kalenderjaar heeft gevoerd en van de kwaliteit van de zorg die hij in dat jaar heeft verleend. Met de Regeling Kwaliteitsjaarverslag Zorginstellingen wordt voor bepaalde sectoren het meten met de indicatoren zoals vastgesteld in de sectorale Stuurgroepen Zichtbare Zorg verplicht gesteld voor de verantwoording op dit onderdeel. 2. In dat verslag geeft de zorgaanbieder daartoe onder meer aan: a. of en zo ja, op welke wijze hij patiënten/cliënten of consumenten bij zijn kwaliteitsbeleid heeft betrokken; b. de frequentie waarmee en de wijze waarop binnen de instelling kwaliteitsbeoordeling plaatsvond en het resultaat daarvan.
Voorschriften Verslaggeving WTZi Ten aanzien van de stakeholdersgroep patiënten/cliënten dient in de eerste plaats het beleid te worden beschreven en is het voorts verplicht inzicht te geven in de kwaliteit van zorg, de toegankelijkheid van de zorg en in de omvang van de geleverde zorg (prestatievelden). Naast concrete informatie over de kwaliteit van de geleverde zorg dient tevens inzicht te worden gegeven in de processen en maatregelen die dienen ter borging van de kwaliteit en continuïteit van de zorg.
79 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Toe te lichten term
Toelichting
CQ-index
De CQ-index is een gestandaardiseerde systematiek voor meten, analyseren en rapporteren van klantervaringen in de zorg. De systematiek is ontwikkeld door het NIVEL, in samenwerking met de afdeling Sociale Geneeskunde van het AMC, met financiering door Agis, de Stichting Miletus (een samenwerkingsverband van verzekeraars) en ZonMw. Het Centrum Klantervaring Zorg (CKZ) is in 2006 opgericht om te zorgen voor de ontwikkeling van wetenschappelijke waarborging, implementatie en bewaking van de CQ-index. Met de CQ-index wordt op gestandaardiseerde wijze de kwaliteit van zorg vanuit patiënten/cliëntenperspectief in kaart gebracht. De vragenlijsten geven inzicht in twee zaken: wat patiënten/ cliënten belangrijk vinden én wat hun ervaringen zijn met de zorg. Binnen de VVT sector geldt de afspraak dat deze ervaringen eens in de twee jaar gemeten moeten worden. Binnen andere sectoren gelden andere afspraken.
F.3.3 Klachten (toelichting op hoofdstuk C.1)
Tekst Kwaliteitswet artikel 5c 1. De zorgaanbieder legt jaarlijks vóór 1 juni per instelling een verslag ter openbare inzage, waarin hij verantwoording aflegt van het beleid dat hij in het afgelopen kalenderjaar heeft gevoerd en van de kwaliteit van de zorg die hij in dat jaar heeft verleend. 2. In dat verslag geeft de zorgaanbieder daartoe onder meer aan: ….. c. welk gevolg hij heeft gegeven aan klachten en meldingen over de kwaliteit van de verleende zorg.
80 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Wet klachtrecht cliënten zorgsector Artikel 2 Lid 1. Elke zorgaanbieder treft een regeling voor de behandeling van klachten over gedragingen van hem of van voor hem werkzame personen jegens een patiënt/cliënt. Hij brengt de getroffen regeling op passende wijze onder de aandacht van zijn patiënten/ cliënten. Lid 2. De in het eerste lid bedoelde regeling: a. voorziet erin dat de klachten van patiënten/cliënten worden behandeld door een klachtencommissie die bestaat uit ten minste drie leden, waaronder een voorzitter die niet werkzaam is voor of bij de zorgaanbieder; b. waarborgt dat aan de behandeling van een klacht niet wordt deelgenomen door een persoon op wiens gedraging de klacht rechtstreeks betrekking heeft; c. waarborgt dat de klachtencommissie binnen een in de regeling vastgelegde termijn na indiening van de klacht de klager, degene over wie is geklaagd en, indien dit niet dezelfde persoon is, de zorgaanbieder, schriftelijk en met redenen omkleed in kennis stelt van haar oordeel over de gegrondheid van de klacht, al dan niet vergezeld van aanbevelingen; d. waarborgt dat bij afwijking van de onder c bedoelde termijn de klachtencommissie daarvan met redenen omkleed mededeling doet aan de klager, degene over wie is geklaagd en, indien dit niet dezelfde persoon is, de zorgaanbieder, onder vermelding van de termijn waarbinnen de klachtencommissie haar oordeel over de klacht zal uitbrengen; e. waarborgt dat de klager en degene over wie is geklaagd, door de klachtencommissie in de gelegenheid worden gesteld mondeling of schriftelijk een toelichting te geven op de gedraging waarover is geklaagd; f. waarborgt dat de klager en degene over wie is geklaagd, zich bij de behandeling van de klacht kunnen laten bijstaan. Lid 5. De zorgaanbieder deelt de klager en de klachtencommissie, bedoeld in het tweede lid, onder a, binnen een maand na ontvangst van het in het tweede lid, onder c, bedoelde oordeel van de klachtencommissie schriftelijk mede of hij naar aanleiding van dat oordeel maatregelen zal nemen en zo ja welke. Bij afwijking van de in de eerste volzin genoemde termijn, doet de zorgaanbieder daarvan met redenen omkleed mededeling aan de klager en de klachtencommissie, onder vermelding van de termijn waarbinnen de zorgaanbieder zijn standpunt aan hen kenbaar zal maken.
81 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Wet klachtrecht cliënten zorgsector Artikel 2 lid 7 Lid 7. De zorgaanbieder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar verslag wordt opgesteld, waarin worden aangegeven: a. een beknopte beschrijving van de regeling, bedoeld in het eerste lid; b. de wijze waarop de zorgaanbieder die regeling onder de aandacht van zijn patiënten/cliënten heeft gebracht; c. de samenstelling van de klachtencommissie, bedoeld in het tweede lid, onder a; d. in welke mate die klachtencommissie haar werkzaamheden heeft kunnen verrichten met inachtneming van de waarborgen, bedoeld in het tweede lid; e. het aantal en de aard van de door die klachtencommissie behandelde klachten; f. de strekking van de oordelen en aanbevelingen van die klachtencommissie; g. de aard van de maatregelen, bedoeld in het vijfde lid.
Toe te lichten term
Toelichting
Klachten
Een klacht is een uiting van ontevredenheid die aan het concern kenbaar is gemaakt met het oogmerk daarop een reactie te ontvangen. Een klacht ingediend bij de klachtencommissie is een uiting van ontevredenheid die aan het concern schriftelijk kenbaar is gemaakt met het oogmerk dat het concern daarop reageert en (beleids)maatregelen treft.
Gemiddeld aantal
Gemiddeld aantal fte in loondienst en niet in loondienst in verslagjaar zoals opgegeven in de
personeelsleden
jaarrekening (toelichting op de resultatenrekening) op grond van RJ 655.340.
F.3.4 Personeelsbeleid Personeelsbeleid
Voorschriften Verslaggeving WTZi Personeelsbeleid: hiermee geeft de instelling inzicht in het beleid en de belangrijkste prestaties ten aanzien van de stakeholdersgroep personeel
Personeelsbeleid: verloop (toelichting op hoofdstuk C.2) Toe te lichten term
Toelichting
Verloop
Mate waarin in een bedrijf personeel in dienst komt, blijft en uit dienst gaat.
Instroom personeel
Instroom is gelijk aan aangenomen personeel.
in loondienst
Personeel in loondienst zijn werknemers op de eigen loonlijst, waarvoor loonbelasting dient te worden afgedragen ( inclusief: oproepkrachten). Exclusief: stagiaires, uitzendkrachten, zelfstandige specialisten in vrij beroep, consulenten, alfa-helpenden, overig ingehuurd personeel en vrijwilligers.
82 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Toe te lichten term
Toelichting
Uitstroom personeel
Uitstroom is gelijk aan vertrokken personeel. Personeel in loondienst zijn werknemers op
in loondienst
de eigen loonlijst, waarvoor loonbelasting dient te worden afgedragen ( inclusief: oproepkrachten). Exclusief: stagiaires, uitzendkrachten, zelfstandige specialisten in vrij beroep, consulenten, alfa-helpenden, overig ingehuurd personeel en vrijwilligers.
Personeelsbeleid: verzuim (toelichting op hoofdstuk C.3) Toe te lichten term
Toelichting
Ziekteverzuim
Van alle werknemers wordt elke ziektedag in de periode vermenigvuldigd met de bij die
(alle sectoren met
dag behorende parttime factor en de arbeidsongeschiktheidsfactor, waarna zij worden
uitzondering van
opgeteld. Van alle werknemers (ziek en niet ziek) wordt elke dienstverbanddag in de
UMC’s)
periode vermenigvuldigd met de bij die dag behorende parttime factor, waarna zij worden opgeteld. Het totaal aantal ziektedagen wordt gedeeld door het totaal aantal dienstverbanddagen en vermenigvuldigd met 100%.
Ziekteverzuim
Het verzuimpercentage geeft aan welk deel van de werktijd in een bepaalde
volgens HOO
verslagperiode verloren is gegaan wegens verzuim. In formule voor UMC’s:
(uitsluitend UMC’s)
het totaal van de gewogen verzuimde kalenderdagen in verslagperiode t. Potentieel beschikbare dagen in periode t x 100% VP = Gewogen kalenderdagen verzuim Met gewogen verzuimde kalenderdagen bedoelen we dat per verzuimgeval het aantal verzuimde kalenderdagen vermenigvuldigd wordt met de deeltijdfactor en het aopercentage. Welke gevallen tellen mee? Voor het verzuimpercentage tellen alle verzuimgevallen mee, maar alleen de dagen die binnen de verslagperiode vallen. Potentieel beschikbare dagen in de periode: De meest nauwkeurige manier om dit te berekenen is als volgt: Stap 1: Bereken van elke persoon het aantal kalenderdagen dat hij in de periode in dienst was; Stap 2: Vermenigvuldig dit getal per persoon met de deelbetrekking; Stap 3: Tel de uitkomsten uit stap 2 van alle mensen bij elkaar op. Een grovere methode om dit te berekenen is: Stap 1: Bepaal welke mensen op de eerste dag van de periode in dienst waren (kijken naar datum in dienst en uit dienst); Stap 2: Tel de deelbetrekkingen van de mensen uit stap 1 bij elkaar op; Stap 3: Bepaal welke mensen op de laatste dag van de periode in dienst waren (kijken naar datum in dienst en uit dienst); Stap 4: Tel de deelbetrekkingen van de mensen van stap 3 bij elkaar op; Stap 5: Tel de uitkomst van stap 2 en stap 4 bij elkaar en deel door 2; Stap 6: Vermenigvuldig het getal van stap 5 met het aantal kalenderdagen in de periode. Zwangerschap Het zwangerschaps- en bevallingsverlof valt niet meer onder de ziektewet. Voor de berekening van het verzuimpercentage betekent dit dat het zwangerschaps- en bevallingsverlof niet meegerekend moet worden.
83 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Personeelsbeleid: vacatures (toelichting op hoofdstuk C.4) Toe te lichten term
Toelichting
Vacatures
Definitie: Een arbeidsplaats waarvoor, binnen of buiten een instelling, personeel wordt gezocht dat onmiddellijk of zo spoedig mogelijk geplaatst kan worden. Tot de vacatures worden ook gerekend: - Vacatures waarvoor zich reeds sollicitanten hebben gemeld. Ook wanneer al gesprekken worden gevoerd met deze sollicitanten. - Vacatures waarvoor de sollicitatieprocedure zoveel tijd zal kosten dat de feitelijke indiensttreding niet op korte termijn valt te verwachten. - Vacatures waarvoor uitzendkrachten of ander tijdelijk personeel worden gezocht. - Open plaatsen voor leerlingen en personen in opleiding, mits het daarbij gaat om een arbeidsovereenkomst (dus geen onbetaalde stageplaatsen). Met betrekking tot vacatures bij overheidsinstellingen zij opgemerkt, dat een open plaats alleen dan als vacature dient te worden gezien als normale interne of externe werving is toegestaan. Open plaatsen bij reorganisaties of afslankingen die alleen mogen worden bezet door medewerkers waarvan een arbeidsplaats verdwijnt mogen niet als vacature worden opgevat. Bij de vermelding van de vacatures dient alleen het personeel in loondienst te worden meegenomen. Dus: inclusief oproepkrachten; exclusief uitzendkrachten en stagiaires.
Totaal aantal
Het aantal vacatures ongeacht de verwachte termijn van indiensttreding.
vacatures Moeilijk vervulbare
Vacatures waarvoor de sollicitatieprocedure zoveel tijd zal kosten dat de feitelijke
vacatures
indiensttreding niet binnen 3 maanden is gerealiseerd.
F.3.5
Financieel beleid
Samenleving: rampen en crises (toelichting op hoofdstuk C.5)
Bijlage bij de Regeling tot vaststelling beleidsregels WTZi 4.1.1. 4.1.1. Voorbereiding op opgeschaalde hulpverlening Basisziekenhuizen, topklinische ziekenhuizen en academische ziekenhuizen bereiden zich in samenwerking met andere zorgverleners en diensten uit de acute ketenzorg voor op inzet in opgeschaalde situaties. Hiervoor dient de zorginstelling over een Rampen Opvang Plan te beschikken. Het Rampen Opvang Plan dient regelmatig te worden bijgesteld op grond van ervaringen uit trainingen en oefeningen, regionaal overleg acute zorgketen. De in dat overleg gemaakte afspraken dienen te worden nagekomen. De zorginstelling doet in de jaarverantwoording jaarlijks verslag over de wijze waarop de instelling hier invulling aan heeft gegeven.
84 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.3.6
Financieel beleid
Financieel beleid
Voorschriften Verslaggeving WTZi, BW 2 titel 9 artikel 391 Er dient ten minste aandacht te worden besteed aan: • • • • • • •
de gang van zaken tijdens het boekjaar en toestand per balansdatum; de behaalde omzet en resultaten; de financiële positie (solvabiliteit en liquiditeit, in DigiMV); de kasstromen en financieringsbehoeften; activiteiten op het gebied van onderzoek en ontwikkeling; gebeurtenissen na balansdatum; verwachte gang van zaken, waaronder: • investeringen waartoe het bestuur heeft besloten; • toekomstige financieringsbehoefte en hoe hierin zal worden voorzien; • personeelsbezetting; • omstandigheden waarvan de ontwikkeling van de opbrengsten afhankelijk is.
Beloning leden Raad van Bestuur (toelichting op hoofdstuk C.6) Toe te lichten term
Toelichting
Deeltijdfactor
In uw CAO staat aangegeven wat uw volledige werkweek dient te zijn. Indien u minder uur werkt dan daar aangegeven, dan vult u hier een percentage in van de uren die u wel werkt. Bijvoorbeeld als uw CAO 36 uur aangeeft, maar u werkt 30 uur, dan heeft u een deeltijdfactor van 83%. Een deeltijdfactor kan niet hoger zijn dan 100%.
85 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semi-publieke sector (WNT) (toelichting op hoofdstuk C.8)
WNT Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) in werking. Deze wet stelt een maximum aan de bezoldiging van bestuurders, hoogste leidinggevenden en toezichthouders in de publieke en semipublieke sector. Ook verplicht deze wet dat alle rechtspersonen of instellingen deze beloningen openbaar maken. De WNT onderscheidt een drietal beloningsregimes, te weten: 1. maximering (tot 130% van een ministersalaris) 2. normering door middel van een sectorale regeling 3. openbaarmaking De WNT is van toepassing op alle instellingen in de zorg in brede zin. Zorginstellingen vallen onder regime 1. Zorgverzekeraars vallen onder regime 2. Alle publieke en semipubliek instellingen vallen ook onder regime 3. Bovendien kent de WNT openbaarmakingplicht van de bezoldiging van andere functionarissen voor zover deze uitstijgt boven het beloningsmaximum gebaseerd op 130 procent van het brutosalaris van een minister plus de onkostenvergoeding en het werkgeversdeel van het pensioen (de zogenoemde WNT-norm). Deze vermelding is anoniem. De WOPT (Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens) gaat hiermee over in de WNT. Meer informatie vindt u op www.topinkomens.nl
Toe te lichten term
Toelichting
Bezoldiging
De som van de beloning, de belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen en de beloningen betaalbaar op termijn, dan wel, indien een functie wordt vervuld anders dan op grond van een aanstelling of een arbeidsovereenkomst, de som van de vergoeding voor het vervullen van de functie en de onkostenvergoeding, exclusief de omzetbelasting;
Beloning
De som van de periodiek betaalde beloningen en de winstdelingen en bonusbetalingen, met uitzondering van belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen en met uitzondering van door werkgevers wettelijk of krachtens een algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde niet op de beloning ingehouden sociale verzekeringspremies;
Sociale
Door werkgevers wettelijk of krachtens een algemeen verbindend verklaarde
verzekeringspremies
collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde niet op de beloning ingehouden sociale verzekeringspremie;
Beloningen betaalbaar op
Het werkgeversdeel van de beloningen betaalbaar op termijn met uitzondering van
termijn
het werkgeversdeel van de beloningen betaalbaar op termijn die betrekking hebben op de beëindiging van het dienstverband;
86 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Uitkeringen wegens
De som van uitkeringen bij beëindiging van het dienstverband en beloningen
beëindiging van het
betaalbaar op termijn die betrekking hebben op de beëindiging van het
dienstverband
dienstverband, met uitzondering van uitkeringen die voortvloeien uit een algemeen verbindend verklaarde collectieve ar-beidsovereenkomst of een wettelijk voorschrift;
Financiële variabelen Toe te lichten term
Toelichting
Wettelijk budget voor
Wettelijk budget voor AWBZ- en Zvw-gefinancierde zorg, welke toegekend wordt
AWBZ/Zvw-zorg, exclusief
door de NZa. Hieronder NIET opnemen:
subsidies
• niet-gebudgetteerde zorg (waaronder ziekenhuiszorg DBC-B, kraamzorg); • opbrengsten Wmo-huishoudelijke hulp; • subsidies (waaronder subsidies AWBZ- en Zvw-zorg, subsidies door VWS); • opbrengsten uit zorg in opdracht van andere zorginstellingen.
Niet-gebudgetteerde
Alle opbrengsten uit zorgverlening en Wmo-dienstverlening die niet ter dekking van
zorgprestaties (exclusief
het wettelijk zorgbudget worden verkregen. Zorgverlening wordt hierbij gedefinieerd
DBC B-segment, inclusief
als (para)medische handelingen zoals bedoeld in de Wet Beroepen in de Individuele
Wmo-huishoudelijke
Gezondheidszorg (BIG). Dit betreft o.a.
hulp)
• opbrengsten Wmo-huishoudelijke hulp (al dan niet in onderaanneming); • opbrengsten uit zorg in opdracht van andere zorginstellingen; • eigen bijdragen van cliënten met AWBZ/Zvw-zorg; • betalingen door cliënten voor zorg niet verzekerd o.b.v. AWBZ/Zvw; • betalingen uit hoofde van aanvullende zorgverzekeringen; • betalingen uit persoonsgebonden AWBZ-budgetten; • kraamzorg. Hieronder NIET opnemen: • omzet ziekenhuiszorg DBC B-segment; • subsidies van Rijk (waaronder min. OCW, min. Veiligheid en Justitie), (zorg) opleidingsfonds, stagefonds, universiteit, provincie (waaronder jeugdzorg) en gemeenten (waaronder jeugdgezondheidszorg, Wmo-maatschappelijke opvang en vrouwenopvang).
Omzet DBC B-segment
Opbrengsten voor afgesloten en gehonoreerde DBC’s en mutatie onderhanden werk DBC’s in het B-segment voor ziekenhuiszorg.
Subsidies (exclusief Wmo-
Opbrengsten uit subsidies. Hieronder opnemen:
huishoudelijke hulp;
• subsidies AWBZ/Zvw-zorg;
inclusief overige Wmo-
• Rijkssubsidie vanwege het Ministerie van OC&W (waaronder werkplaatsfunctie en
prestaties)
medische faculteit van UMC’s); • Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van Veiligheid en Justitie (waaronder forensische psychiatrische zorg in strafrechtelijk kader); • Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS (waaronder opleidings- en stagefonds, academische component voor UMC’s); • overige Rijkssubsidies; • subsidies vanwege Provincies en gemeenten (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties zoals maatschappelijke en vrouwenopvang, verslavingszorg, OGGZ); • overige subsidies, waaronder loonkostensubsidies en EU-subsidies. Hieronder NIET opnemen: • opbrengsten Wmo-huishoudelijke hulp (al dan niet in onderaanneming).
87 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Toe te lichten term
Toelichting
Overige
Opbrengsten uit geleverde diensten (met uitzondering van zorg en Wmo-diensten)
bedrijfsopbrengsten
en overige opbrengsten. Hieronder WEL opnemen: • overige dienstverlening; • overige opbrengsten, waaronder vergoeding voor uitgeleend personeel en verhuur onroerend goed. Hieronder NIET opnemen: subsidies, opbrengsten Wmo-huishoudelijke hulp.
Opbrengsten uit Wmo-
Opbrengsten uit Wmo-dienstverlening op het gebied van huishoudelijke hulp uit
prestaties op het gebied
hoofde van contract met gemeente.
van huishoudelijke hulp Onderaanneming Wmo-
Opbrengsten uit Wmo-dienstverlening op het gebied van huishoudelijke hulp in
diensten huishoudelijke
opdracht van andere instellingen (onderaanneming).
hulp Zorgprestaties tussen
Opbrengsten uit zorg in opdracht van andere instellingen (onderaanneming).
zorginstellingen Persoonsgebonden en
Betalingen uit persoonsgebonden AWBZ-budgetten (PGB’s).
-volgende budgetten Overige dienst-verlening
Opbrengsten uit geleverde diensten (met uitzondering van zorg en Wmo-diensten) zoals catering, winkelverkopen en parkeergelden.
Overige opbrengsten
Overige bedrijfsopbrengsten niet eerder genoemd. Vergoedingen voor uitgeleend personeel, verhuur onroerend goed en dergelijke.
88 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
F.4 Afkortingenlijst AICD Automatic Implantable Cardiovector Defibrillator AMC Academisch Medisch Centrum AMS Arbeidsvoorwaardenregeling Medisch Specialisten AO Arbeids Ongeschiktheid AO (kaderregeling) Administratieve Organisatie APZ Algemeen Psychiatrische Ziekenhuizen AWBZ Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten BBL BeroepsBegeleidende Leerweg BIG (wet) Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg BOL BeroepsOpleidende Leerweg BOPZ Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen BOZ BrancheOrganisaties Zorg BTN Branchebelang Thuiszorg Nederland BVT Beginselenwet Verpleging Terbeschikkinggestelden BW Burgerlijk Wetboek CBS Centraal Bureau voor de Statistiek CEAP-classificatie Classificatie van soorten spataderen CIBG Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg COS Controle- en Overige Standaarden CPA Centrale Post Ambulancevervoer CTG College Tarieven Gezondheidszorg CWTS Centrum voor Wetenschap- en Technologie Studies DBC Diagnose BehandelingsCombinatie DIS DBC InformatieSysteem DJI Dienst Justitiële Inrichtingen FPA Forensisch Psychiatrische Afdeling FPC Forensisch Psychiatrisch Centrum (bekend als tbs-kliniek) FPK Forensisch Psychiatrische Kliniek FPT Forensisch Psychiatrisch Toezicht FPU Flexibel Pensioen en Uittreden FTE FullTime-Equivalent FVA Forensische Verslavings Afdelingen FVK Forensische Verslavings Klinieken FWG FunctieWaardering voor de Gezondheidszorg GGZ Geestelijke GezondheidsZorg GZ Gehandicaptenzorg HIV Humaan Immunodeficiëntie virus HKZ Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector HvB Huis van Bewaring IC (AWBZ) Interne Controle IG/AG verzorgenden Individuele Gezondheidszorg / Algemene Gezondheidszorg IGZ Inspectie voor de Gezondheidszorg IMS Informatiesysteem Medische Stralingstoepassingen INK Instituut Nederlandse Kwaliteit IVF In Vitro Fertilisatie JGZ Jeugd GezondheidsZorg KNAW Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen 89 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
LAZR Landelijke Ambulante Zorg Registratie LVG Licht Verstandelijk Gehandicapt LVT Landelijke Vereniging voor Thuiszorg MDS Minimale Data Set METC Medisch Ethische ToetsingsCommissie MMT Mobiel Medisch Team NICU Neonatale Intensive Care Unit NIVRA Nederlands Instituut Van RegisterAccountants NKI-AVL Ziekenhuis Nederlands Kanker Instituut – Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis NOvAA Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten NOWT Nederlands Observatorium van Wetenschap en Technologie NVTZ Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen NVZ Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen NVZD Nederlandse Vereniging van Bestuurders in de Gezondheidszorg NWO Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek NZa Nederlandse Zorgautoriteit O&I Ontwikkeling & Innovatie OHO Open Hart Operatie OM Openbaar Ministerie OTO Opleiden Trainen Oefenen OvJ Officier van Justitie O(V)P’s Ondersteunende Producten PAAZ Psychiatrische Afdeling Algemeen Ziekenhuis PA-diagnose Diagnose dmv onderzoek bij familieleden PBC Pieter Baan Centrum PICU Pediatrische Intensive Care Unit PkI Preklinische Interventie PPC Psychiatrisch Penitentiair Centrum of Penitentiair Psychologisch Centrum PTCA Percutane Transluminale Coronaire Angioplastiek PUK Psychiatrische Universiteitskliniek RIBW Regionale Instelling voor Beschermd Wonen RIVM RijksInstituut voor Volksgezondheid en Milieu RJ Raad voor de Jaarverslaggeving RSJ Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming RvB Raad van Bestuur RvC Raad van Commissarissen RvT Raad van Toezicht SG Sterk Gedragsgestoord tbs terbeschikkingstelling TRF TopReFerente zorg TUR Trans Urethrale Resectie UMC Universitair Medisch Centrum VAS/NRS/VRS Verbal Rating Scale / Numeric Rating Scale / Visual Analogue Scale VDZ Vereniging Directies Zorgsector VGN Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland VG zorg Instelling voor Verstandelijk Gehandicaptenzorg VP Verzuim Percentage VUT Vervroegde UitTreding VVT Verpleging, Verzorging en Thuiszorg WBMV Wet Bijzondere Medische Verrichtingen Wmo Wet maatschappelijke ondersteuning 90 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
WNT Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector WOR Wet op de OndernemingsRaden WTZi Wet Toelating Zorginstellingen Zaio Zorgautoriteit in oprichting ZBC Zelfstandig Behandel Centrum ZiZo Zichtbare Zorg Zvw Zorgverzekeringswet ZZP Zorg Zwaarte Pakket
91 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
G Accountantscontrole Het controleprotocol behorende bij de jaarverantwoording zorginstellingen wordt momenteel geactualiseerd in verband met een wijziging van de Regeling verslaggeving WTZi. Deze wijziging heeft specifiek betrekking op dit controleprotocol. Het geactualiseerde controleprotocol wordt zo spoedig mogelijk gepubliceerd op www.jaarverslagenzorg.nl.
92 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
H Dataprotocol Inleiding Voorliggend dataprotocol is een integraal onderdeel van het jaardocument. Dit protocol gaat over de werkwijze van de gegevens van verslagjaar 2013. Het dataprotocol is een beschrijving van het gebruik van de gegevens die door middel van het informatiesysteem DigiMV (webenquête-tool te benaderen via www.jaarverslagenzorg.nl) worden ingevoerd, opgeslagen en verspreid. De gegevens en de structuur van de gegevens worden beschreven in het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording. De inhoud van het Jaardocument wordt jaarlijks door de Minister vastgesteld. Zorginstellingen dienen hun jaarverslaggeving aan te leveren bij het CIBG, dat zal fungeren als ontvangstloket. De jaarrekening wordt aangeleverd in Word of vergelijkbaar format, of pdf en de jaarrekening in Excel of pdf. Het CIBG is in opdracht van het Ministerie van VWS verantwoordelijk voor de uitvoeringsactiviteiten rond het jaardocument. De zorginstellingen dienen hun feitelijke gegevens (zoals beschreven in het Jaardocument evenals de bijlage over de gegevensuitvraag van branche organisaties) via DigiMV in te vullen ter vulling van de databank. Het invullen van de gegevens van het jaardocument gebeurt middels het webenquêtesysteem DigiMV. In DigiMV kunnen de gegevens door de gegevensleverende partijen definitief worden verklaard. Vanaf dat moment kunnen de gegevens niet meer worden gewijzigd. De gegevens worden daarna conform de voorwaarden in dit dataprotocol en volgens de ‘verdeling’ zoals opgenomen in het jaardocument beschikbaar gesteld aan de gegevensontvangende partijen. Het gebruik van het informatiesysteem DigiMV wordt verdeeld in een drietal elementen: invoer, opslag en uitvoer. Dit dataprotocol beschrijft deze drie elementen en richt zich met name op de uitlevering van gegevens. Voor de overige twee onderdelen wordt waar nodig verwezen naar interne procedures van de gegevensleverende partijen of procedures van de beheerorganisatie.
93 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderstaande figuur geeft een en ander schematisch weer. Figuur 1 Kader omgang met gegevens jaardocument
Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording
Zorginstelling
Invoer
Opslag
Verspreiding
Informatievragende Partijen
DigiMV Toelichting Ondersteuning Helpdesk DigiMV
Opslag
Verspreiding
In dit dataprotocol zijn de afspraken vastgelegd over: • de doelen waarvoor informatie zal worden uitgewisseld, • de wijze van informatie-uitwisseling, • de wijze van toegang tot gegevens, • de wijze van beveiliging, • de zeggenschap over de uitgewisselde informatie en • kwaliteitseisen als tijdigheid, uniformiteit, samenhang, juistheid, volledigheid en documentatie. Bovenstaande onderwerpen zijn opgenomen in de onderstaande opeenvolgende hoofdstukken van het dataprotocol: • Partijen • Wettelijke basis • Invoer van gegevens • Beheer van gegevens • Gebruik van gegevens • Eigendom en zeggenschap • Vaststellen en wijzigen dataprotocol
94 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
H.1 Definities DigiMV Het webenquêtesysteem ter ondersteuning van het proces van het invoeren en verwerken van de feitelijke gegevens in het jaardocument. DigiMV bevat tevens de gegevensbank ten behoeve van de verstrekking van de verantwoordingsgegevens van de zorginstellingen. Gegevens De verantwoordingsgegevens benoemd in het Jaardocument MV 2013 zoals door de zorginstellingen aangeleverd aan en opgeslagen in DigiMV en uitgeleverd conform de afspraken opgenomen in dit protocol. Gegevensleverende partij De zorginstelling die gebruikmakend van DigiMV verantwoordingsgegevens betreffende de eigen instelling ter beschikking stelt aan gegevensontvangende partijen. Gegevensontvangende partij De partij die de voor haar (volgens wettelijk voorschrift of onderlinge overeenkomst tussen partijen) bestemde verantwoordingsgegevens ontvangt en gebruikt voor afgesproken doel(en). Instelling Iedere zorginstelling die gebruik maakt van DigiMV. Jaardocument Het document waarin de jaarverantwoording is opgenomen. Het betreft de weergave van de jaarlijkse maatschappelijke verantwoording over de activiteiten en resultaten van de zorginstellingen.
95 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
H.2 Partijen De gegevensleverende partijen • De individuele zorginstelling. De gegevensontvangende partijen • De individuele zorginstelling; • Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; • Het Ministerie van Veiligheid en Justitie; • Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen; • ActiZ; • NVZ vereniging van ziekenhuizen; • Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra; • Orde van Medisch Specialisten; • Revalidatie Nederland; • Geestelijke GezondheidsZorg Nederland; • Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland; • Branchebelang Thuiszorg Nederland; • Federatie Opvang; • Zelfstandige Klinieken Nederland • Landelijke Organisatie Cliëntenraden; • Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie; • Zorgverzekeraars Nederland; • Centraal Bureau voor de Statistiek; • College voor Zorgverzekeringen; • Nederlandse Zorgautoriteit; • Inspectie voor de Gezondheidszorg; • Het RIVM. De beheercommissie • Commissie, bestaande uit vertegenwoordigers van de brancheorganisaties van zorgaanbieders, die besluit over informatieleveringen zoals benoemd in paragraaf 6 van dit protocol. De beheercommissie wordt ingesteld door de stuurgroep Maatschappelijke Verantwoording. De beheerorganisatie • De uitvoeringsorganisatie(s) die onder verantwoordelijkheid van het Ministerie van VWS zorg draagt/dragen voor het beheer en de beveiliging van de applicatie DigiMV, de databank, de technische omgeving en voor de uitlevering van gegevens.
96 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
H.3 Wettelijke basis De rechtmatige levering van, de toegang tot en het gebruik van de gegevens uit het jaardocument is gebaseerd op de volgende wettelijke regelingen: • Burgerlijk Wetboek; • Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi, voorheen Wet ziekenhuisvoorzieningen); • Regeling Verslaggeving WTZi (voorheen Regeling Verslaggeving Zorginstellingen); • Wet Bijzondere Medische Verrichtingen; • Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ); • Kwaliteitswet Zorginstellingen; • Wet Marktordening Gezondheidszorg; • Wet klachtrecht cliënten zorgsector; • Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen; • Wet op het Centraal Bureau voor de Statistiek en het op die wet gebaseerde Besluit Gegevensverwerving CBS. Op basis van de taken en bevoegdheden die partijen op grond van bovenstaande wet- en regelgeving toebedeeld hebben gekregen is bepaald welke partij welke gegevens ontvangt middels DigiMV. Daarnaast kunnen partijen gegevens ontvangen op basis van onderlinge overeenkomsten, zoals tussen brancheorganisaties en hun leden. Zie voor de toegang tot de gegevens H 6.
H.4 Invoer van gegevens De gegevens worden door de gegevensleverende partijen middels een - door de beheerorganisatie beheerde - beveiligde internetverbinding ingevoerd in DigiMV. Het invoeren van gegevens kan alleen na identificatie van de gegevensleverende partij middels een inlogcode. De inlogcode wordt door de beheerorganisatie ter beschikking gesteld aan de gegevensleverende partij. Gegevensleverende partijen dragen zelf zorg voor een interne procedure voor de invoer van gegevens. De wijze waarop de gegevens in DigiMV worden ingevoerd en definitief gemaakt is vastgelegd in de handleiding van DigiMV. Het bestuur van een instelling is verantwoordelijk voor de volledige, juiste en tijdige levering van de gegevens conform de vereisten vermeld in de wet- en regelgeving. Zolang de gegevens niet elektronisch door de gegevensleverende partij via DigiMV worden aangeleverd, is de beheer organisatie niet verantwoordelijk voor verschillen tussen de door hen aangeleverde gegevens en de uiteindelijk in DigiMV opgenomen data. De gegevensleverende partijen kunnen ingevoerde gegevens wijzigen en/of aanvullen totdat de gegevens door de gegevensleverende partij definitief zijn gesteld.
97 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
H.5 Beheer van gegevens De gegevens worden op een veilige wijze beheerd door de beheerorganisatie, waarbij de ontvangen, opgeslagen en aan gegevensontvangende partijen ter beschikking gestelde gegevens op geen enkele wijze door de beheerorganisatie worden gemuteerd of zonder toestemming van de beheercommissie worden gemanipuleerd. Tevens zorgt de beheerorganisatie voor een zodanige veilige opslag van de gegevens dat onbevoegden op geen enkele wijze toegang tot de gegevens hebben. De beheerorganisatie draagt zorg voor een backup faciliteit. De beheerorganisatie stelt zich op als een ‘Trusted Third Party’. De beheerorganisatie stelt derhalve alleen die gegevens aan de gegevensontvangende partijen ter beschikking, waar deze partijen recht op hebben conform paragraaf 6 van dit protocol. De beheerorganisatie kan daarnaast alleen nietpublieke gegevens aan niet-geregistreerde en niet-geautoriseerde partijen leveren indien de beheercommissie of de betreffende gegevensleverende partij daar toestemming voor heeft verleend zoals eveneens bepaald in paragraaf 6 van dit protocol. De beheerorganisatie stelt slechts gegevens beschikbaar die door de gegevensleverende partij definitief zijn gesteld. De bewaartermijn van de jaarverantwoording is ten minste zeven jaar. De gegevens in DigiMV worden conform deze termijn bewaard.
H.6 Gebruik van gegevens Alle gegevens vastgelegd in de jaarrekening (hoofdstuk 5) en DigiMV zijn openbaar. Er zijn twee uitzonderingen. De eerste is de tabel Personeelsinformatie (kosten en formatie); de tweede is de tabel Uitbestede Zorg en Onderaanneming. Deze gegevens zijn niet-openbaar en worden slechts geleverd aan de aangegeven partijen. De in het document bijgevoegde separate branchespecifieke gegevens zijn eveneens niet-openbaar. Deze worden alleen doorgeleverd aan de betreffende brancheorganisaties (zie paragraaf 2). Gegevensontvangende partijen kunnen niet direct de database van DigiMV benaderen. Gegevens worden via aparte gegevensbestanden beschikbaar gesteld. Na de deadline van deponering van de gegevens op 1 juni 2014 zal de beheerorganisatie in ieder geval vanaf eind juli tot begin september van dat jaar definitieve gegevensbestanden beschikbaar stellen aan de gegevensontvangende partijen op basis van de op dat moment definitief gestelde jaardocumenten. Gegevensontvangende partijen ontvangen eenmalig een compleet gegevensbestand met de gegevens waar zij recht op hebben. De gegevens kunnen beschikbaar worden gesteld in Excel, SPSS en Acces. Over het exacte aanleverformaat worden separaat afspraken met de gegevensontvangende partijen gemaakt. De gegevensontvangende partijen gebruiken de gegevens te allen tijde alleen voor de doelen zoals beschreven in de wet- en regelgeving of overeenkomst op basis waarvan zij recht hebben op gebruik van de gegevens. Gegevensontvangende partijen zijn zelf verantwoordelijk voor de wijze van verwerking van de ontvangen gegevens.
98 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Andere gegevensvragers dan de in paragraaf 2 genoemde gegevensontvangende partijen kunnen de beheerorganisatie verzoeken openbare gegevens uit de databank aan hen ter beschikking te stellen. De beheerorganisatie zal de gegevens tegen een vergoeding aan deze partijen ter beschikking stellen. De beheerorganisatie stelt niet-publieke gegevens over één gegevensleverende partij uit de databank alleen beschikbaar aan andere partijen dan de daartoe gerechtigde gegevensontvangende partijen, wanneer bij het verzoek daartoe een schriftelijke verklaring van toestemming van de gegevensleverende partij is gevoegd. De beheerorganisatie stelt niet-publieke gegevens over meerdere gegevensleverende partijen uit de databank alleen na toestemming van de beheercommissie beschikbaar aan andere partijen dan de daartoe gerechtigde gegevensontvangende partijen. De procedure die de beheercommissie daarbij volgt is in bijlage 1 van dit protocol opgenomen. De beheerorganisatie zal de gevraagde gegevens geanonimiseerd beschikbaar stellen aan de vragende partij.
H.7 Eigendom en zeggenschap Het Ministerie van VWS is eigenaar van de webenquête tool DigiMV en de bijbehorende databank. Het eigendom van de aangeleverde gegevens berust bij de gegevensleverende partij.
H.8 Vaststellen en wijzigen dataprotocol Het dataprotocol is in werking getreden per 1 januari 2011. Voorstellen tot wijzigingen in of beëindiging van het dataprotocol worden op initiatief van één of meerdere partij(en) voorgelegd aan de stuurgroep Maatschappelijke Verantwoording en vervolgens opgenomen in het modeljaardocument zoals genoemd in de Regeling Verslaggeving WTZi artikel 8a.
H.9 Bijlage: procedure uitlevering niet-publieke informatie De beheerorganisatie van de databank handelt aanvragen naar niet-publieke informatie zoals bedoeld in paragraaf 6 van dit protocol af in twee stappen: Allereerst beoordeelt de beheerorganisatie de informatievraag aan de hand van de volgende criteria: a. de gegevensvrager formuleert in zijn aanvraag het exacte doel waarvoor hij de informatie wil gebruiken. De gegevens mogen alleen worden gebruikt voor onderzoek; b. de gegevensvrager verklaart dat de verstrekte gegevens alleen worden gebruikt voor de in de aanvraag gespecificeerde (onderzoek)doeleinden; c. de gegevensvrager verklaart dat eventuele rapportages/publicaties geen herleidbare gegevens over individuele instellingen bevatten; d. de gegevensvrager verklaart dat hij de gegevens niet verstrekt aan andere partijen; e. de gegevensvrager verklaart dat de gegevens, zodra deze niet langer door de vrager benodigd zijn, worden vernietigd; f. de gegevensvrager verklaart dat hij bij publicaties waarin de gevraagde gegevens zijn verwerkt, bronvermelding toepast en de verwerkingsmethode, gehanteerde terreinafbakeningen en definities expliciteert; g. de gegevens worden verstrekt tegen kostprijs. 99 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Indien een gegevensvraag niet voldoet aan bovenstaande criteria, dan levert de beheerorganisatie de gevraagde informatie niet. De beheerorganisatie stelt de gegevensvrager hiervan op de hoogte. Wanneer de gegevensvraag aan de criteria voldoet, legt de beheerorganisatie de vraag per e-mail met een positief advies voor aan de branchesectoren waar de aanvraag betrekking op heeft. De betreffende brancheorganisatie(s) reageert/reageren binnen één week op het voorstel van de beheerorganisatie. Als één van de betrokken brancheorganisaties niet akkoord gaat met het doorleveren van gegevens, dan worden de gegevens niet doorgeleverd. Geen reactie binnen de gestelde termijn van een lid van de beheercommissie wordt opgevat als instemming met het advies van de beheerorganisatie. De beheerorganisatie stelt de gegevensvrager op de hoogte van de beslissing van de beheercommissie en levert in geval van akkoord door de betrokken brancheverenigingen de informatie uit.
Start
Beheerorganisatie checkt gegevens aanvraag voldoet aan criteria Voldoet aan criteria
Nee
Ja
Beheerorganisatie legt aanvraag voor aan relevante brancheorganisaties
Gelijk
Is de meerderheid van de brancheorganisaties voor levering?
Tegen
Voor
Beheerorganisatie levert de gegevens
Afwijzing door beheerorganisaties
Eind
100 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Dit is een uitgave van Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Bezoekadres Parnassusplein 5 | 2511 vx Den Haag Postadres Postbus 20350 | 2500 ej Den Haag Telefoon 070 340 79 11 Telefax 070 340 78 34 www.minvws.nl Meer informatie Met vragen kunt u terecht bij Postbus 51: bel 0800-8051 (gratis) of kijk op www.postbus51.nl. De medewerkers zijn op werkdagen telefonisch bereikbaar van 0.800 tot 20.00 uur december 2012 101 | Jaarverantwoording zorginstellingen 2013
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport