Jaarverantwoording zorginstellingen 2012
JAARDOCUMENT 2012 CHRISTELIJKE STICHTING BCM ZORG EN DIENSTVERLENING
Voorwoord
Hierbij bieden wij u het jaarverslag over het jaar 2012 van de Christelijke Stichting Zorg en Dienstverlening BCM aan. Met dit verslag willen wij verantwoording afleggen over het gevoerde beleid en de wijze waarop wij de doelen van de Stichting hebben geprobeerd te realiseren. Het beleidsplan 2011 – 2016 was o.a. uitgangspunt voor het gevoerde beleid in 2012. Met de cliëntenraad werden de verbeterpunten voor 2012 geagendeerd. Hier is in de loop van dit verslagjaar uitvoering aan gegeven. Het renovatietraject voor de locatie Beukenhof waarbij de eerste aanzet is gegeven in 2004 kwam tot een concrete invulling. In januari 2012 is met de sloop begonnen. De cliënten van Beukenhof zijn allen ondergebracht in het belendende pand en enkele cliënten zijn overgeplaatst naar de locatie Maarsheerd. Beukenhof werd in 2011 verkocht aan BCM Wonen om zo het door ons ingezette beleid – Het scheiden van wonen en zorg – verder gestalte te geven. Eind 2012 heeft een clienttevredenheidsonderzoek plaatsgevonden; de resultaten zijn goed te noemen en in 2013 zal de Cliëntenraad verbeterpunten aandragen en prioriteren. In het verslagjaar werd wederom de thuiszorg van BCM verder uitgebreid naar de omliggende complexen en naar toekomstige cliënten op de wachtlijst. De Christelijke stichting BCM Zorg en dienstverlening werkt nauw samen met de Christelijke stichting BCM Wonen. Kortheidshalve zullen we in dit verslag steeds spreken van BCM. De Stichting wenst zich te profileren als een ondernemende organisatie, die slagvaardig wil inspelen op ontwikkelingen op het gebied van wonen, zorg en welzijn. Mede dankzij de inzet van onze medewerkers en vrijwilligers zijn wij er in geslaagd om gestelde doelen te halen. Namens het bestuur, R. Veenstra
2
Inhoudsopgave 1.Uitgangspunten van de verslaggeving 2.Profiel van de organisatie 2.1. Structuur van het concern …………………………………………….. 2.2. Kerngegevens …………………………………………………………. 2.2.1. Werkgebieden…………………………………………………… 2.3. Belanghebbenden ……………………………………………………...
5 5/6 6 7 7
3. Bestuur, toezicht en bedrijfsvoering 3.1. Bestuur en toezicht …………………………………………………… 3.1.1. Zorgbrede Governance Code ………………………………….. 3.1.2. Raad van Bestuur …………………………………………….... 3.1.3. De medezeggenschapstructuur van cliënten …………………… 3.1.4. Medezeggenschap voor medewerkers………………………….. 3.1.5. Toezichthouders (Raad van Toezicht)…………………………. 3.1.6. Jaarverslag 2011 Raad van Toezicht ………………………….. 3.1.7. Jaarverslag Cliëntenraad………………………………………..
8 8 9 9 9 9/10 11/12 13
4. Beleid, inspanningen en prestaties 4.1. Meerjarenbeleid ………………………………………………………. 4.2. Algemeen beleid ……………………………………………………… 4.3. Algemeen kwaliteitsbeleid …………………………………………….
14 14 15
5. Cliëntperspectief 5.1. Cliënttevredenheid ………. …………………………………….. 5.2. Vertrouwenspersoon ………………………………………………… 5.3 Cliëntenraad ………………………………………………………….
15/16 16 16/17
6. Prestaties primaire processen 6.1. Normen verantwoorde zorg/zorginhoudelijke indicatoren…………… 6.2. Vervolgacties………………………………………………………....
17 17
7. Meldingen cliënten 7.1.Algemeen …………………………………………………………... .. 7.2. Externe klachtencommissie …………………………………………. 7.3. Klachtenregistratie ………………………………………………… .. 7.4. Conclusies en vervolgacties ………………………………………….
18 18 18 18
8. Personeelsbeleid 8.1. Verzuimbeleid………………………………………………………. . 8.2. Werkkostenregeling …………………………………………………. 8.3. Medewerkers tevredenheidsonderzoek ……………………………… 8.4. Melding sexuele intimidatie …………………………………………. 8.5. Meldingen ongevallen medewerkers (MIM) ………………………… 8.6. Arbocommissie ………………………………………………………. 8.7 Opleiding- en deskundigheidsbevordering …………………………… 8.8. Instroom/uitstroom ………………………………………………… . 8.9. Werving en selectie…………………………………………………… 8.10. Conclusies en vervolgacties …………………………………….......
18 18 18/19 19 19 19 19 19 20 20
9. Diensten door derden 9.1. Ketenzorg…………………………………………………………….
21
3
10. Toegankelijkheid 10.1. Veiligheid ………………………………………………………….. 10.2. Samenleving ………………………………………………………..
21 22
11. Resultaat 2012
23/24/25
4
Jaardocument 2012 Maatschappelijk verslag Maatschappelijk verslag 1 Uitgangspunten van de verslaggeving In dit hoofdstuk geven wij u informatie over onze stichting als rechtspersoon. Ook geven wij aan wat onze kernactiviteiten zijn. Daarnaast treft u gegevens aan over de omzet, personeelsformatie en het aantal cliënten.
2 Profiel van de organisatie Algemene identificatiegegevens Algemene identificatiegegevens Naam verslagleggende rechtspersoon Adres Postcode Plaats Telefoonnummer Identificatienummer Kamer van Koophandel E-mailadres Internetpagina 2.1
Wiekedreef 2 9501 EA Stadskanaal 0599 - 568800 41014377
[email protected] www.woonzorgbcm.nl
Structuur van het concern
BCM zorg en dienstverlening is een stichting met een Christelijke identiteit die wordt bestuurd door een Raad van Bestuur. De Christelijke Stichting BCM zorg en dienstverlening werkt nauw samen met de Christelijke stichting BCM wonen. De samenwerking ligt verankerd in een personele unie en wel op het niveau van de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur. Binnen de organisatie bestaat een management team. Binnen het management team worden de doelstellingen, die vastgelegd zijn in het strategisch meerjarenplan en in het uitvoeringsplan, bewaakt en bijgesteld. Het uitvoeringsplan is tevens de basis voor de afdelingsjaarplannen die door de afdelingshoofden worden opgesteld. Tevens wordt gezocht naar afstemming tussen de verschillende beleidsonderdelen en worden zo nodig de prioriteiten vastgesteld. Vast agendapunt is de financiële-, personele- en managementinformatie. Het Management Team komt eens per maand bijeen.
5
Per 31 december 2012 had het management team de volgende samenstelling: dhr. R. Veenstra, directeur/bestuurder mevr. M. Bolmer, afdelingshoofd (zorgzaken) dhr. K. Meijer, hoofd voedselvoorziening dhr. J. Gengler, hoofd technische dienst mw. I. Staal, personeelszaken mw. M. van Dijk, kwaliteitsfunctionaris mevr. G.J. Muthert, directiesecretaresse verzorgde het secretariaat De stichting BCM zorg en dienstverlening heeft één ondernemingsraad en één cliëntenraad voor beide locaties. Maandelijks vindt er overleg plaats met de Raad van Bestuur, periodiek overlegt de Cliëntenraad ook met een afvaardiging van de Raad van Toezicht. Twee keer per jaar vindt er een gezamenlijk overleg plaats; hierbij zijn de cliëntenraad, de ondernemingsraad, de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur aanwezig. Het eigen woningbezit van de stichting BCM zorg en dienstverlening is per 31 december 2011 als volgt samengesteld: 50 woningen. Met BCM wonen is een beheerovereenkomst gesloten waarin is geregeld dat deze stichting het beheer van alle woningen verzorgt. De toewijzing van de woningen vindt plaats onder de regie en uitvoering van de Christelijke stichting BCM wonen. De Christelijke stichting BCM zorg biedt clienten van naburige huurappartementen zorgcontracten aan; deze zorgcontracten worden op vrijwillige basis afgenomen. Periodiek vindt overleg plaats met de woonzorgcommissie en 2 x per jaar met de huurdersbelangenvereniging, de Koepel. Met de woonzorgcommissie wordt met name gesproken over zorg- en leefbaarheidsaspecten en met de Koepel worden daarnaast ook huurdersaangelegenheden besproken. 2.2
Kerngegevens
Kernactiviteiten en nadere typering BCM richt haar activiteiten op de ouderenzorg en geeft uitvoering en aan de intra- en extramurale prestaties die op de doelgroep van toepassing zijn. BCM beschikt over toelating voor het verlenen van persoonlijke verzorging, verpleging, ondersteunende begeleiding en de functie verblijf aan ouderen. BCM levert ook huishoudelijke zorg aan cliënten van de naastgelegen complexen middels een PGB. Het grootste deel van de zorg wordt gerealiseerd in de verzorgingshuizen. Binnen de verzorgingshuizen wordt zorg geleverd op basis van de geldende indicatie. Deze zorg betreft met name V & V - ZZP 1 t/m 7. Het verzorgingshuis Beukenhof richt zich meer op bewoners, die extra zorg en begeleiding behoeven betreffende hun sociale vaardigheden. Naast de 139 plaatsen voor duurzaam verblijf beschikt BCM ook over 2 plaatsen voor cliënten met een tijdelijke ZZP. In 2012 heeft BCM de capaciteit uitgebreid met een aantal plaatsen Volledig Pakket Thuis. Ook levert BCM extramurale thuiszorg in de producten persoonlijke verzorging, ondersteunende begeleiding en verpleging. Daarnaast heeft BCM een Dagopvang voor cliënten met COPD problematiek en voor cliënten met beginnende psychogeriatrische aandoeningen.
6
2.2.1
Werkgebieden
De Chr. Stichting BCM zorg en dienstverlening heeft haar werkgebied in de gemeente Stadskanaal. 2.3
Belanghebbenden
Hieronder wordt een overzicht gegeven van de contacten met de belangrijkste samenwerkingsrelaties. Zorgkantoor Contract, productie- en tariefafspraken Kwaliteitseisen Regionale ontwikkelingen Overheid en branche Wet- en regelgeving Normen verantwoorde zorg Inspectie Volksgezondheid Gemeente Stadskanaal Afstemmen van gemeentelijke ontwikkelingen Wijk- en service gericht werken Chr. Stichting BCM wonen Samenwerking op het gebied van huisvesting Personele Unie en gemene rekening Regionaal overleg ouderen beleid (ROOB) Platform en overleg functie Multi Maat Inhuren van medische en para medische diensten (zijnde geen kernactiviteit) Refaja Ziekenhuis Afstemming rondom ketenzorg Scholing personeel Service apotheek Medicijnverstrekking bewoners Scholing medewerkers Noorderpoort College Scholing medewerkers Leerlingen projecten
7
Zorggroep Meander Collegiaal overleg Stichting Philadelphia Samenwerking in dagopvang SDB groep bv. Inhuren van financiële- en administratieve dienstverlening Personeelszaken
Partners inzake ketenzorg dementie Bijna alle zorgaanbieders in de provincie Groningen Stichting Alzheimer Nederland Huisartsen Gemeenten in Groningen Zorgkantoor Menzis Leveringsafspraken zijn vastgelegd in contracten. Samenwerking met ketenpartners is vastgelegd in overeenkomsten.
3 Bestuur, toezicht en bedrijfsvoering 3.1
Bestuur en toezicht
3.1.1.Zorgbrede Governance Code De Chr. Stichting BCM zorg en dienstverlening hanteert de zorgbrede Governance Code als uitgangspunt. De bestuursstructuur van BCM bestaat uit een Raad van Toezicht (toezichthoudend) en een Raad van Bestuur(statutair en uitvoerend bevoegd). De Raad van Bestuur neemt besluiten conform de statuten omtrent het beleid van de organisatie. De Raad van Bestuur houdt zich onder andere bezig met het opstellen en vaststellen van het jaardocument maatschappelijke verantwoording. De Raad van Toezicht zal de jaarrekening moeten goedkeuren. Vanaf 2004 is de Zorgbrede Governance Code uitgangspunt van beleid geweest. In 2012 heeft de Raad van Toezicht vijf keer vergaderd, vier keer in het bijzijn van de Raad van Bestuur als adviseur en één keer zonder de aanwezigheid van de Bestuurder. In 2012 heeft de Raad van Toezicht een functioneringsgesprek gehouden met de Bestuurder. Daarnaast hadden een delegatie van de Toezichthouders en de Raad van Bestuur in 2011 één keer een overleg met een delegatie van de gezamenlijke cliëntenraden en de ondernemingsraad van BCM. De agenda voor deze bijeenkomsten wordt gezamenlijk opgesteld. De externe accountant woont de vergadering van de Raad van Toezicht bij waarin de jaarrekening wordt besproken en goedgekeurd. De externe accountant wordt benoemd en ontslagen door de Raad van Toezicht. In 2010 is gekozen voor Verstegen accountants en adviseurs voor een periode van 5 jaar.
8
3.1.2. Raad van Bestuur Samenstelling Raad van Bestuur Naam De heer R. Veenstra
Bestuursfunctie bestuurder
Nevenfuncties geen
De Raad van Bestuur functioneert conform de statuten van de stichting en hanteert de uitgangspunten van het directiereglement. Voor de bewaking van de beleidsuitgangspunten overlegt de Raad van Bestuur maandelijks met zowel de leden van het Management Team als met de hoofden van dienst. De Raad van Bestuur wordt in deze overlegvormen geadviseerd door de leden; er worden afspraken gemaakt inzake (kwaliteits)-beleid, productie, formatie, budget en onderhoud van de gebouwen. De bezoldiging van de bestuurder vindt plaats conform de CAO V & V en overstijgt niet het gemiddelde belastbare loon van onze ministers. 3.1.3. De medezeggenschapstructuur voor cliënten. De medezeggenschap voor cliënten is binnen onze stichting geregeld conform de Wet Medezeggenschap Cliënten en een instellingsbesluit. BCM heeft één cliëntenraad voor de verzorgingshuizen Beukenhof en Maarsheerd en deze cliëntenraad vertegenwoordigt ook de belangen van de extramurale zorgvragers. De cliëntenraad bestaat uit cliënten, familieleden van cliënten, vrijwilligers en afnemers van extramurale zorgdiensten. Vanuit de cliëntenraad heeft een voordracht plaatsgevonden voor een lid van de Raad van Toezicht.
3.1.4. Medezeggenschap voor medewerkers. De medezeggenschap voor medewerkers is binnen de stichting BCM geregeld conform de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) De ondernemingsraad wordt door de bestuurder maandelijks geïnformeerd. De ondernemingsraad krijgt gelegenheid om van het advies- dan wel instemmingsrecht gebruik te maken. Bij het uitzetten van nieuw beleid wordt de Ondernemingsraad in een vroeg stadium geïnformeerd. De ondernemingsraad geeft een eigen jaarverslag uit. BCM heeft een onafhankelijke en externe klachtencommissie voor cliënten en voor de medewerkers een extern vertrouwenspersoon.
3.1.5. Toezichthouders (Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen) Samenstelling Raad van Toezicht/Raad van Commissarissen Naam Drs. Mr. J. S. Frankema
Aandachtsgebied voorzitter
Dhr. B.A. Wever
secretaris
Nevenfuncties Penningmeester stichting Aandacht + Secretaris van het College Kerkrentmeesters PKN te Stadskanaal Ouderling Kerkenraad Chr. Ger. Kerk Stadskanaal
9
Dhr. J. Scholtens Dhr. J. Warris
lid lid
Dhr. G. v.d. Wal
2e voorzitter
Geen Kerkoudste, secretaris Evangelische Gem. Stadskanaal Bestuurslid VCBO Zuid Oost Groningen Bestuurslid SBO De Baldakijn geen
De notitie “Zorgbrede Governance Code” van de branche organisatie, is uitgangspunt voor het functioneren van de Raad van Toezicht. Rekening houdend met de wettelijke verplichtingen (bijv. één lid op voordracht van de gezamenlijke cliëntenraden) bestaat de Raad van Toezicht uit 5 leden. De leden zijn allen woonachtig in het verzorgingsgebied van de stichting BCM. Het is van belang dat naast bestuurlijke ervaring een maatschappelijke betrokkenheid aanwezig is. Van de leden van Raad van Toezicht mag worden verwacht dat ze een positief kritische instelling, communicatieve vaardigheden en een achtergrond hebben, waardoor met name juridische, financiële, maatschappelijke en gemeentelijke vraagstukken kunnen worden beoordeeld. De Raad van Toezicht vervult al haar taken die in de statuten zijn genoemd. De belangrijkste zijn: -het bewaken van de doelstelling van de stichting -het goedkeuren van de begroting -het goedkeuren van de jaarrekening -het goedkeuren van het aangaan van samenwerkingsovereenkomsten, vervreemding en bezwaring van registergoederen -het benoemen van een externe accountant -benoemen, schorsen en ontslaan van de Raad van Bestuur -vaststellen van het salaris en overige arbeidsvoorwaarden van de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur is verantwoordelijk om de Raad van Toezicht, gevraagd en ongevraagd alle informatie te verschaffen die nodig is om te kunnen functioneren als toezichthouder. De Raad van Toezicht laat zich voorlichten door de externe accountant over de stand van zaken over interne beheer- en controle systemen. Daarnaast laat de Raad van Toezicht zich door de extern accountant ook inlichten over de bedrijfsresultaten. De Raad van Toezicht wordt geïnformeerd over de uitkomsten van in- en externe onderzoeken. De Raad van Toezicht bespreekt en evalueert met de Raad van Bestuur de strategie van de stichting aan de hand van beleidsstukken; hierbij worden ook de eventuele risico’s geanalyseerd. 3.1.6. Jaarverslag 2012 Raad van Toezicht Christelijke Stichting BCM voor zorg en dienstverlening. De leden van de Raad van Toezicht zijn geselecteerd op basis van onderstaande profielschets. Geen van de leden maakt deel uit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal of van het college van gedeputeerde staten van de provincie Groningen. Profielschets Op individueel niveau: • Onafhankelijk ten opzichte van in- en externe belangen; • In staat tot onafhankelijke oordeel- en besluitvorming; • Beschikken over bestuurlijke kennis, ervaring en vaardigheden;
10
• • • • • • • • •
Affiniteit met de doelstellingen van de Stichtingen. In staat en bereid zich te verdiepen in de problematiek van de zorg en of de woningbouw en/of beide en dat in de breedste zin van het woord; Het onderschrijven van de grondslag van de Stichtingen; Meelevend en bij voorkeur belijdend lid te zijn van een christelijke kerk; Brede maatschappelijke belangstelling en een aantoonbare maatschappelijke betrokkenheid; Goede contactuele en representatieve vaardigheden; Zowel klankbord voor als toezichthouder op de Raad van Bestuur en de gave te hebben op afstand te kunnen toezien en adviseren; Kunnen samenwerken in teamverband; Besluitvaardigheid bezittend;
Op collectief niveau: • Een relevant extern netwerk bezitten; • Oog voor en zicht hebben op diverse belangen binnen en buiten de organisatie; • Deskundigheid bezittend op de voor de organisatie relevante terreinen: financieel, personeel en organisatie, zorginhoudelijk, juridisch, medisch/ethisch, wonen en welzijn; • De samenstelling is evenwichtig, respectievelijk in overeenstemming met de behoefte van de Stichtingen; De Raad van Toezicht was in 2012 als volgt samengesteld
Dhr. J. S. Frankema, voorzitter (1952), rector van het Emelwerda College te Emmeloord. Zijn specifieke aandachtsgebieden binnen de raad zijn: Juridische Zaken, Personeel en Organisatie, Financiële zaken. Nevenfuncties: Ouderling PKN Stadskanaal Penningmeester stichting Aandacht+ Zijn zittingsperiode eindigt op 1 juni 2013. Dhr. G. van der Wal, 2e voorzitter (1961), vestigingsmanager UWV WERKbedrijf. Hij is benoemd op voordracht van de huurders- en woonbelangenvereniging De Koepel. Zijn specifieke aandachtsgebieden binnen de raad zijn: Wonen en welzijn, Personeel en Organisatie. Geen nevenfuncties. Zijn zittingsperiode eindigt op 1 januari 2015. Dhr. B.A. Wever, secretaris (1958), concerncontroller gemeente Stadskanaal. Zijn specifieke aandachtsgebied binnen de raad zijn de financiële zaken. Nevenfunctie: lid (ouderling) kerkenraad Chr. Geref. Kerk Stadskanaal. Zijn zittingsperiode eindigt op 1 januari 2014. Dhr. J. Scholtens, lid (1941), predikant. Hij is benoemd op voordracht van de cliëntenraad. Zijn specifieke aandachtsgebieden binnen de raad zijn: Zorg, Medisch-ethisch. Zijn zittingsperiode eindigt op 1 juni 2014. Dhr. J. Warris, lid (1946), voormalig wethouder van de gemeenten Stadskanaal en Winsum. Hij is benoemd op voordracht van de Woonzorgcommissie en de huurders- en woonbelangenvereniging De Koepel. Zijn specifieke aandachtsgebied binnen de raad is wonen en welzijn. Nevenfuncties: Kerkoudste, secretaris Evangelische-gemeente Stadskanaal Bestuurslid VPCBO Zuid Oost Groningen Bestuurslid SBO “De Baldakijn” Zijn zittingsperiode eindigt op 1 januari 2015.
11
De taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht zijn vastgesteld in het Reglement voor de Raad van Toezicht, zoals vastgesteld in 2005. De honorering van de leden van de raad bedraagt totaal € 3.150,00 per jaar. In 2012 heeft de raad vier keer vergaderd, waarbij de directeur/bestuurder als adviseur aanwezig was. De raad heeft daarnaast nog één keer informeel vergaderd zonder aanwezigheid van de directeur. Tijdens die bijeenkomst is het functioneren van de raad geëvalueerd. De raad is van mening dat het 2012 in voldoende mate zijn toezichtsfunctie heeft uitgevoerd. Een afvaardiging van de raad, waaronder de voorzitter, heeft een functioneringsgesprek met de bestuurder gehouden. De raad is in algemene zin content met het functioneren van de bestuurder. De raad heeft eind 2012 besloten om met ingang van 1 januari 2013 de heer G. van der Wal tot zijn voorzitter te benoemen, als opvolger van de heer Frankema. De heer Frankema blijft aan als lid van de raad tot zijn aftreden medio 2013. Een belangrijk toetsingskader voor de raad is het beleidsplan BCM 2011-2016. Dit beleidsplan is in 2011 vastgesteld. BCM is een organisatie die, op christelijke grondslag, een totaalconcept van wonen, zorg en welzijn aanbiedt. De missie van de organisatie is samengevat in de slogan: “BCM is meer dan een dak boven uw hoofd”. De organisatie wil een zo goed mogelijk woon- en leefklimaat bieden aan zijn cliënten en huurders. Centraal uitgangspunt is de zelfstandigheid en de eigen verantwoordelijkheid van de cliënt. De zorg en/of huisvesting wordt samen met de cliënt of bewoner overeengekomen en is afgestemd op de zorgindicatie en/of de medische verklaring voor de huisvesting. De Raad van Toezicht heeft in 2012 getoetst of de activiteiten van BCM bijdragen aan de realisatie van de doelstellingen en of die activiteiten beheersbaar verlopen en de eventueel daar aan verbonden risico’s aanvaardbaar zijn. Op basis van de christelijke grondslag van de stichting heeft de Raad van Toezicht ook oog voor de ethische aspecten van de zorg en het welzijn van de zorgvragers. De raad voelt zich daar voor mede verantwoordelijk en is daar op aanspreekbaar. De strategie en de risico’s verbonden aan de activiteiten van de organisatie zijn regelmatig onderwerp van gesprek geweest in het overleg met de Raad van Bestuur. Belangrijke onderwerpen waarover gesproken is zijn: De ontwikkelingen van het rijksbeleid op het gebied van ouderenzorg. Er is zoveel mogelijke geanticipeerd op de organisatorische en financiële gevolgen voor BCM. De voortgang van de renovatie van het gebouw De Beukenhof in Musselkanaal. De vaststelling van de Klokkenluidersregeling. De vaststelling van het Treasurystatuut. De Raad van Toezicht heeft het financieel toezicht in 2012 vorm gegeven door periodiek de aangeboden managementinformatie te bespreken in het bijzijn van de financieel deskundige van de organisatie. In 2012 is de jaarrekening 2011 vastgesteld. De jaarrekening is voorzien van een goedkeurende verklaring door Verstegen Accountants en Adviseurs. De raad heeft voor de bespreking van het jaarverslag en de jaarrekening, de accountant in één van zijn vergaderingen uitgenodigd. De accountant heeft zijn bevindingen mondeling toegelicht en vragen van de leden van de raad beantwoord. De begroting 2013 is het verslagjaar aangeboden en door de raad vastgesteld. In 2012 heeft een delegatie van de raad deelgenomen aan een gezamenlijke vergadering met de ondernemersraad, de cliëntenraad en raad van bestuur. De Raad van Toezicht spreekt haar waardering en dank uit aan alle medewerkers, vrijwilligers en de Raad van Bestuur voor hun inzet en inspanningen in dit verslagjaar. J.S. Frankema, voorzitter
B.A. Wever, secretaris
12
3.1.7. Jaarverslag Cliëntenraad van BCM Binnen de Christelijke Stichting voor zorg en dienstverlening BCM functioneert een Cliëntenraad die de belangen van de cliënten behartigt. De Cliëntenraad bestaat uit cliënten, vertegenwoordigers van cliënten en vrijwilligers, met de nadruk op de cliënten. Haar aandachtsgebied omvat de cliënten van de hoofdgebouwen Maarsheerd en Beukenhof evenals de cliënten die thuiszorg van BCM ontvangen. Ondersteuner van de Cliëntenraad is de geestelijk verzorger en de verslagen van de vergaderingen worden gemaakt door het secretariaat van BCM. Elke laatste vrijdag van de maand vergadert de Cliëntenraad in aanwezigheid van directie en eventueel hoofden van afdelingen en diensten. Vanuit de Cliëntenraad functioneert een menucommissie voor overleg met het hoofd voeding. Aan de volgende zaken werd onder meer aandacht geschonken en in een of andere mate gevraagd of ongevraagd advies gegeven: -
Activiteiten Wasserij Aanpassing recreatiezaal Verbouw Beukenhof Voeding Zonwering zithoeken buiten Cliënttevredenheidsonderzoek Beleidsstukken en organisatiedocumenten Ledenverkiezing Tuinplan Beukenhof Ontwikkelingen in de zorg Herinrichting binnentuin Maarsheerd Investeringen Beukenhof
De Cliëntenraad van BCM is aangesloten bij de Landelijke Organisatie van Cliëntenraden (LOC) bezoekt de bijeenkomsten hiervan op regionaal niveau (ROC) en onderhoudt contacten met de Raad van Toezicht en de Ondernemingsraad via gezamenlijke bijeenkomsten en uitwisselingen. In het afgelopen jaar heeft de Cliëntenraad van BCM haar steentje bij kunnen dragen aan een zo optimaal mogelijk woon- en leefklimaat voor de cliënten. J. Huisman Ondersteuner
13
4.
Beleid, inspanningen en prestaties
4.1
Meerjarenbeleid
Het meerjarenbeleid van BCM vindt zijn basis in het beleidsplan 2011-2016. Hierin is de missie van BCM als volgt verwoord: Zorg en/of huisvesting “op maat"; daar draait het om en deze missie kent dan ook een korte en bondige samenvatting: “BCM is méér dan alleen een dak boven uw hoofd” BCM streeft naar een totaal concept van wonen, zorg en welzijn, op Christelijke grondslag. Daar waar nodig zal en wil BCM zorgen en ondersteunen, maar dan wel in een (veilige) omgeving waar de cliënt zelf richting aan het leven geeft. Ook voor onze cliënten/huurders in de overige gebieden binnen de gemeente Stadskanaal, maakt BCM zich sterk voor een zo goed mogelijk woon, zorg - en leefklimaat en BCM wil en zal mee participeren in wijkvernieuwings-trajecten. Centraal uitgangspunt is de zelfstandigheid en de eigen verantwoordelijkheid van de bewoner. Ieder mens, waaronder ook de ouder wordende, wil de maximale zeggenschap hebben en (be)houden over zijn eigen leven. Dat bepaalt mede de kwaliteit van het bestaan. Niet de afhankelijkheid van zorg maar juist de zelfbepaling en zelfredzaamheid staan voorop. 4.2
Algemeen beleid
BCM is een relatief kleine organisatie met korte lijnen. Om voor iedereen duidelijk te krijgen wat de afspraken zijn, wat de samenhang is en wanneer een en ander gerealiseerd moet zijn, is er een meerjarenbeleidsplan opgesteld. In het daaraan gekoppelde uitvoeringsplan staan de acties “wie doet wat en wanneer” opgenomen. De aansturing, de bewaking en voortgang vindt plaats in het M.T. Het meerjaren beleidsplan en het uitvoeringsplan worden besproken met de hoofden en er worden afspraken gemaakt over de realisatie hiervan. De hoofden vertalen het uitvoeringsplan naar hun afdeling door een jaarplan te maken. Elk jaar evalueren ze het oude jaarplan en stellen SMART geformuleerde doelen op voor het nieuwe jaarplan. Het meerjarenbeleidspan en de notulen van het hoofdenoverleg zijn voor iedereen te lezen op het intranet. De notulen van het M.T. worden besproken in het hoofdenoverleg. De afdelingshoofden worden door één afdelingshoofd vertegenwoordigd in het M.T De intramurale zorg verlening wordt aan de ene kant afgestemd op de vraag en aan de andere kant op de productieafspraken die gemaakt zijn met het zorgkantoor. De gemaakte afspraken worden uitgedrukt in ZZP dagen. BCM tracht een zo stabiel mogelijke bezetting te realiseren. Fluctuaties in de zorg worden door een flexibele inzet van het personeel opgevangen. BCM ziet een verschuiving in de zwaarte van de zorg: met name cliënten met ZZP 1 – 3 blijven meer als voorheen zelfstandig wonen, met meer of mindere begeleiding/ondersteuning in de thuissituatie. De wachtlijst van BCM laat een toename van cliënten zien met een zorgzwaartepakket van 4 en hoger. BCM speelt op dit beleid in door het verhogen van het deskundigheidsniveau van de zittende medewerkers, zodat BCM in de komende jaren verpleegkundigen kan inzetten op alle afdelingen. BCM is eind 2011 begonnen met de daadwerkelijke renovatie cq nieuwbouw van de locatie Beukenhof. Alle cliënten van Beukenhof hebben een tijdelijke huisvesting gekregen in het belendende appartementencomplex dat eigendom is van BCM Wonen. De cliëntenraad en de bewoners van Beukenhof worden voortdurende geïnformeerd over de vorderingen in dit proces. Begin 2013 kunnen de cliënten “de nieuwe Beukenhof” betrekken. Het pand Beukenhof werd in 2011 verkocht aan BCM Wonen. Het pand is in 2012 “gehuurd” van BCM Wonen. In de financiële planvorming rondom Beukenhof is uitgegaan van de normatieve huisvestingscomponent.
14
Ook naar de toekomst wil BCM zich meer gaan richten op het scheiden van wonen en zorg in 2012 zijn de extramurale zorgproducten verder uitgebreid; hierbij valt onder meer te denken aan het Volledig Pakket Thuis. In 2012 heeft BCM evenals voorgaande jaren veel aandacht geschonken aan de herkenbaarheid van onze organisatie. Dit geldt voor beide stichtingen BCM. Zo heeft BCM op al haar gebouwen duidelijke logo’s aangebracht, zijn alle vervoersmiddelen voorzien van naam en logo en alle buitendienst medewerkers voorzien van herkenbare bedrijfskleding. In 2012 was een speerpunt voor de organisatie het ontwikkelen van een nieuwe website. In 2011 zijn alle gebouwen van BCM fysiek onderworpen aan een keuring. Op basis van deze keuring is een meerjarenonderhoudsplan opgesteld. 4.3
Algemeen kwaliteitsbeleid
Het kwaliteitsmanagementsysteem is goed geborgd in de organisatie. De medewerkers zijn op de hoogte van de procedures en processen. Een aandachtspunt blijft het methodisch werken. Ook het invoeren van nieuwe protocollen of werkinstructies is een aandachtspunt. Het kost tijd voordat nieuwe protocollen gebruikt worden op de juiste manier door alle afdelingen. Hier moet goed op gestuurd worden door de hoofden en het intern auditteam controleert extra op het gebruik van nieuwe documenten.
Cliëntperspectief 5.2.
Cliënt tevredenheid
In 2012 is een cliënten raadpleging gehouden met behulp van de CQ-index. De resultaten zijn voor een ieder toegankelijk en staan vermeld op de landelijke website www.kiesbeter.nl In 2012 is een cliënttevredenheidsonderzoek gehouden. De resultaten van 2012 zijn vergeleken met de resultaten van 2010, een landelijke vergelijking is nog niet beschikbaar. Hieronder worden de conclusies uit dit onderzoek weergegeven. Maarsheerd: Op de vraag: zou u Maarsheerd aanbevelen bij vrienden en familie? Is gemiddelde gegevenvan7,8. Deze score is sterk negatief beïnvloed door 1 persoon die een 1 gegeven heeft. In 2010 is op de vraag: welk cijfer geeft u Maarsheerd, een 8,5 gegeven. Het aanbod aan activiteiten wordt positiever gewaardeerd dan twee jaar geleden. De extra vraag over de avondactiviteiten is positief beantwoord voor zover van toepassing. Een verbeterpunt in Maarsheerd is de onderlinge sfeer tussen cliënten. De interviewers gaven mee dat meerdere bewoners klaagden over pestgedrag onder elkaar. Dit komt ook tot uiting in vraag of bewoners prettig met elkaar om gaan en of de sfeer tijdens het eten goed is. Op beide vragen is in 2012 beduidend minder hoog gescoord dan in 2010. Een ander verbeterpunt lijkt te liggen in informatie. Er wordt in 2012 lager gescoord op de vraag of men kan meebeslissen over welke zorg geboden wordt en of men voldoende geïnformeerd wordt over hun rechten dan in 2010.
15
Vertegenwoordigers PG Maarsheerd Op de nieuwe vraag in 2012: zou u de instelling bij familie en vrienden willen aanbevelen? Krijgt de Meerzorg afdeling een gemiddelde van 9. Op de vraag die hier het meest op lijkt in 2010: welk cijfer geeft u de zorginstelling? Is een gemiddelde van 8 gegeven. Over het algemeen is net als de vorige keer erg hoog gescoord, verbeterpunten zijn nauwelijks te vinden in deze uitkomsten. Beukenhof Op de vraag: zou u Beukenhof aanbevelen bij vrienden en familie? is in 2012 een gemiddelde gegeven van 7,5. 6 bewoners geven een cijfer tussen de 4 en 7 en 8 cliënten geven een 8 of hoger. Op de vraag: welk cijfer geeft u Beukenhof? is in 2010 gemiddeld een 8,4 gegeven. Positief verbeterd is de sfeer onderling (er is positiever geantwoord op de vragen over de sfeer tijdens maaltijden en of bewoners prettig met elkaar omgaan dan twee jaar geleden). Ook het aanbod aan activiteiten wordt positiever gewaardeerd dan twee jaar geleden. Verbeterpunten zijn de veiligheid en de ervaren deskundigheid van het verzorgend personeel. (Op de vragen of zorgverleners goed op de hoogte zijn; of ze rekening houden met wat de cliënt kan; of ze aandachtig luisteren en of ze vragen goed beantwoorden wordt negatiever geantwoord dan 2 jaar geleden). Extramuraal Op de nieuwe vraag in 2012: zou u de instelling bij familie en vrienden willen aanbevelen, krijgt Thuiszorg BCM een gemiddelde van 8,8. Op de vraag die hier het meest op lijkt in 2010: welk cijfer geeft u de zorginstelling, is een gemiddelde van 8,9 gegeven. Over het algemeen is net als de vorige keer erg hoog gescoord. Verbeterpunten zitten met name op het meebeslissen welke hulpverlener komt en geïnformeerd worden wanneer er vervanging komt.
5.2 Vertrouwenspersoon Dit jaar is geen beroep gedaan op de vertrouwenspersoon van BCM.
5.3 Cliëntenraad Sinds januari 2011 zijn de cliëntenraden van de locaties Beukenhof en Maarsheerd samengevoegd tot 1 cliëntenraad die BCM vertegenwoordigd. De cliëntenraad bestaat uit cliënten, vrijwilligers en familieleden. De cliëntenraad vergaderd regelmatig in aanwezigheid van de directie. Het voordeel hiervan is dat er korte lijnen zijn en dat punten snel opgelost kunnen worden. De cliëntenraad vervult een belangrijke rol binnen BCM. Hun stem is belangrijk in het bepalen van het beleid binnen BCM. Punten die door de cliëntenraad zijn aangedragen zijn opgenomen in het meerjarenbeleidsplan van BCM. De cliëntenraad gaat naar aanleiding van het gehouden cliënttevredenheidsonderzoek in 2013 nieuwe verbeterpunten formuleren. Zodra dit gereed is zullen deze punten in het MT besproken worden en in het beleidsplan worden opgenomen. De uitkomsten van de CQ-index van 2010 zijn met de cliëntenraad besproken. De cliëntenraad heeft de volgende verbeterpunten voorgesteld waar BCM in 2011 en 2012 mee aan de slag is gegaan:
16
1. Steekproefsgewijs enquête op achterkant maaltijdformulier. In 2013 zal dit opnieuw plaatsvinden. Daarnaast heeft de menucommissie een actievere rol gekregen in de menukeuze. In maart 2013 zal een project plaatsvinden met het aanbieden van de maaltijd in buffetvorm in het restaurant. Ook zal in 2013/2014 een nieuw restaurant gebouwd worden om een voorziening in de wijk en voor bewoners te creëren. 2. In 2012 is afgesproken dat de activiteiten door de contactverzorgende worden geëvalueerd voor het MDO. Hierdoor zouden algemene activiteiten meer aansluiten bij de belevingswereld van de cliënten. Deze werkwijze heeft succes gehad blijkt uit het cliënttevredenheidsonderzoek. Het aanbod aan activiteiten wordt beduidend positiever beoordeeld dan in 2010. 3. Maak tijd voor een praatje om het mentaal welbevinden van cliënten te bevorderen. In 2012 wordt een achterwacht geïmplementeerd op twee afdelingen van Maarsheerd, waardoor de looplijst meer leidend kan zijn dan nu het geval is. Als er een zorgmoment van 10 minuten ingepland staat, kan de verzorgende ook echt 10 minuten besteden aan de cliënt, zonder dat tussendoor bellen beantwoord moeten worden. Dit onderdeel is nog niet geïmplementeerd in 2012 en is een speerpunt voor 2013. 4. Opvang nieuwe cliënten door zittende cliënten loopt niet. Afspraak is dat op elke afdeling een bewoner opnamecoach is. Deze opnamecoach leidt de nieuwe cliënt rond, zodat deze zich eerder thuis voelt en sneller de weg weet. Het blijkt soms lastig op afdelingen een geschikte opnamecoach te vinden, echter: dit is wel de afspraak! 5. Informeer cliënten bij wijziging medicijnen (sticker op zakjes door apotheek). Dit is in 2012 geïmplementeerd. 6. Bij bespreken zorgleefplan contactpersonen van cliënten uitnodigen. Dit is in 2011 geïmplementeerd. Twee keer per jaar wordt het zorgleefplan geëvalueerd met de cliënt en de contactpersoon wordt bij deze evaluatie uitgenodigd. Toch blijkt dat er weer laag gescoord is op inspraak in het zorgleefplan. Wellicht is het een idee om contactpersonen uit te nodigen bij het MDO.
6. Prestaties primaire processen 6.1. Normen verantwoorde zorg Zorginhoudelijke indicatoren In 2011 is voor het eerst middels het ECD gemeten. Alle contactverzorgenden hebben voor hun eigen cliënten de meetformulieren ingevuld in QIC. De formulieren zijn in december 2011 ingevuld en de resultaten zijn in maart 2012 op het internet gepubliceerd. 6.2 Vervolgacties BCM houdt metingen zoals wettelijk voorgeschreven door het kwaliteitskader. Uitkomsten worden besproken met de werknemers en met de cliënten. Gezamenlijk worden verbeterpunten opgesteld. Het kost tijd voordat verbeteracties daadwerkelijk de score beïnvloeden. Eind 2011 zijn observatielijsten ingevoerd. Deze observatielijsten zijn in 2012 goed gebruikt. De incidenten die plaatsvinden binnen BCM worden gemeld. De leden van de MIC-commissie bespreken alle incidenten die op hun eigen afdeling hebben plaatsgevonden maandelijks binnen het verzorgingsoverleg. Deze besprekingen zijn er op gericht om incidenten in de toekomst te voorkomen. Daarnaast heeft de MIC-commissie verbetervoorstellen gedaan aan het MT. Speerpunten in het beleid blijven het terugdringen van medicatie- en valincidenten. Daarnaast worden SNAQ kaarten geïmplementeerd, waardoor het risico op ondervoeding van de cliënten wordt verkleind.
17
7. Meldingen cliënten 7.1. Algemeen Meldingen van cliënten worden geregistreerd op een formulier en geanalyseerd door de kwaliteitsfunctionaris. De bevindingen worden elk kwartaal besproken in het MT om eventuele verbetertrajecten uit te zetten. 7.2. Externe klachtencommissie De externe klachtencommissie heeft geen officiële klachten binnengekregen. 7.3. Klachtenregistratie De werkwijze is dat het klasco-formulier wordt ingevuld en dat de leidinggevende binnen 2 weken terug reageert naar de cliënt op de ondernomen acties. Het klasco formulier is uitgelegd in de verzorgingsoverleggen, evenals de werkwijze en het nut van dit formulier. Ook vindt regelmatig voorlichting plaats in het huisorgaan, zodat de klachtenprocedure bij cliënten onder de aandacht gebracht wordt. De cliënten wordt gevraagd de klachten en complimenten op het klasco-formulier te (laten) noteren. In 2012 zijn er 2 suggesties, 30 klachten en 30 complimenten binnengekomen die allen zijn besproken in het MT. 7.4. Conclusie en vervolgacties Het klasco formulier wordt goed gebruikt en klachten worden doorgegeven. Complimenten worden goed ontvangen en klachten worden in de lijn opgelost. Tot nu toe is er niet iets uitgekomen waar een verbetertraject op gezet kan worden.
8. Personeelsbeleid Het personeelsbeleid is vastgelegd in het personeelshandboek. Alle personele regelingen staan op het intranet voor iedereen te lezen. 8.1 Verzuimbeleid Het ziekteverzuim (voorschrijdend) is in 2012 ten opzichte van 2011 behoorlijk gedaald. In 2011 lag het verzuim op 7,88% in 2012 ligt het verzuim op 5,39%. Over 2012 ligt het verzuim van BCM (5,39%) lager dan dat van de branche ( 5,80%). Reden voor de daling ligt voornamelijk in het afnemen van het langdurig verzuim. 8.2 Werkkostenregeling BCM is in 2012 ruim binnen de vrije ruimte van 1,4% van de totale fiscale loon gebleven. De invoering van de werkkostenregeling in 2011 heeft tot gevolg gehad dat er maximaal 10 medewerkers per jaar mee kunnen doen aan het fietsenplan. In 2012 zijn er 8 nieuwe aanvragen geweest en is 1 aanvraag meegenomen vanuit 2011. Gekeken zal worden in 2013 of er arbeidsvoorwaarden aangepast kunnen worden voor het personeel om de ruimte optimaal te benutten die er voor staat. 8.3 Medewerkerstevredenheidsonderzoek In 2012 zijn de verbeterpunten uit het MTO, gehouden in juni 2011, grotendeels gerealiseerd. Er is een teambuilding avond gehouden voor de keukenmedewerkers, nieuwe medewerkers ontvangen een informatiemap en er is een arbo-commissie aangesteld.
18
De medewerkers in de afwaskeuken kunnen gebruikmaken van een tropenrooster en er is gestart met het maken van een nieuwe website. 8.4 Meldingen seksuele intimidatie, agressie en geweld Er zijn in 2012 geen meldingen geweest van seksuele intimidatie, agressie en geweld. Op de vertrouwenspersoon is in 2012 geen beroep gedaan door het personeel. 8.5 Meldingen ongevallen medewerkers (MIM) Er zijn slechts 5 MIM-formulieren ingevuld en bij P&O ingeleverd. De formulieren zijn in het dossier gedaan. Het aantal van 5 formulieren wordt als te weinig ervaren. Vermoedt wordt dat niet iedere medewerker ook daadwerkelijk een incident meldt. Er wordt in 2013 een verbetertraject gestart met als doel de medewerker bewust te maken van het belang om een MIM-formulier in te vullen. Op de ingeleverde MIM-formulieren van 2012 heeft de adviseur P&O een analyse gedaan. De voorgekomen ongevallen waren incidenteel. 8.6 Arbocommissie Een verbeterpunt uit het MTO was dat er geen arbocommissie aanwezig was. In april 2012 is de arbocommissie, bestaande uit 5 leden, ingesteld. De commissie houdt zich bezig met het arbobeleid onder ander met het opstellen van de RI&E, bedrijfshulpverlening, ziekteverzuimbeleid en het nemen van kennis van de incidentenrapporten en het opstellen van richtlijnen en instructies over veilig en gezond werken. De commissie heeft 4 x vergaderd in 2012, een punt dat naar voren komt is dat er behoefte is aan een ergocoach per afdeling. Het MT heeft dan ook besloten om in 2013 per afdeling een ergocoach aan te stellen. 8.7 Opleiding en deskundigheidsbevordering Het opleidingsbeleid heeft een belangrijke plaats in het personeelsbeleid. De te verwachten krapte op de arbeidsmarkt en de toekomstige verzwaring van de zorg, het niet meer mogen opnemen van zzp 1 t/m zzp 3 in 2013, hebben er toe geleid dat in 2012 meer medewerkers een opleiding zijn gaan volgen dan in voorgaande jaren. In 2012 zijn 6 medewerkers gestart met de opleiding verpleegkundige niveau 4 en 2 medewerkers met de opleiding HBO-V, waarvan 1 medewerker inmiddels met de opleiding is gestopt. Daarnaast zijn 2 teamleiders van de locatie Maarsheerd gestart met een HBO-management opleiding. Eén medewerker van de locatie Beukenhof is gestart met de opleiding SPH niveau 5. Tevens hebben een aantal verzorgende medewerkers een verkorte opleiding tot verzorgende IG gedaan. BCM gaat in 2013 inspelen op de te verwachten krapte op de arbeidsmarkt door een 15 tal medewerkers met de functie van helpende, via een verkort traject van 1 jaar, om te scholen naar verzorgende IG. De intensiveringsgelden voor de zorg zijn in 2012, zijn naast het opleiden van medewerkers mede besteedt aan meer handen aan het bed in de zin van meer zorg tijdens piekuren, meer AB-ers en een achterwacht in Maarsheerd, zodat de looplijsten gevolgd kunnen worden. 8.8 Instroom / uitstroom In 2012 zijn er 40 medewerkers in dienst getreden. Het verschil tussen instroom en uitstroom houdt direct verband met de groei van de thuiszorg. Jaartal Dienstverbanden
Instroom totaal
2012
40
Uitstroom einde tijd. dienstverband 2
Uitstroom eigen verzoek 15
Uitstroom overig OBU/WIA 1
Uitstroom totaal 18
19
8.9 Werving en selectie Vacatures worden eerst intern geplaatst, wanneer de interne vacature geen geschikte kandidaat oplevert wordt er gekeken of er geschikte kandidaten in portefeuille zijn. Is dit niet het geval dan wordt de vacature extern geplaatst. Voor het extern plaatsen van vacatures wordt alleen gebruik gemaakt van Zorgplein Noord, een digitale vacaturesite. In 2012 zijn er 4 vacatures geplaatst op Zorgplein Noord, waarvan 1 voor invulling van de vakantieperioden. BCM merkt dat het invullen van een vacature voor verzorgende IG, door de krapte op de arbeidsmarkt, steeds moeilijker wordt en neemt hierop zelf actie door helpende medewerkers via een verkort traject in 2013 om te scholen naar verzorgende IG. De invulling van vacatures voor overige functies heeft kunnen plaatsvinden door gebruik te maken van de open sollicitaties in portefeuille. 8.10 Conclusie en vervolgactie Het personeelsbeleid is een continu proces. Op verzoek van het MT /OR of door een veranderde wet- en regelgeving wordt er nieuw beleid gemaakt of het huidige beleid aangepast. Het opleidingsbeleid heeft een prominente rol gekregen door de te verwachten krapte op de arbeidsmarkt en de toekomstige verzwaring van de zorg. Door zelf een groot aantal medewerkers in de functie van helpende om te scholen naar verzorgende IG verwacht BCM toekomstige vacatures makkelijker in te kunnen vullen. Het belang van het invullen van de MIM zal in 2013 onder de aandacht worden gebracht. De teamleiders krijgen hierin een belangrijke rol. De MIM zal als agendapunt op het maandelijks teamoverleg worden toegevoegd. Het personeelsbeleid is sinds 1 januari 2009 uitbesteedt aan SDB. Het personeelshandboek is doorgelicht en waar nodig aangepast. Ook zijn er een aantal nieuwe regelingen ingevoerd voor het personeel.
9. Diensten door derden BCM sluit, in principe, 2 jaarlijkse contracten af. Na afloop van het contract worden leveranciers, die naar tevredenheid van BCM hebben geleverd, opnieuw uitgenodigd te offreren. Hiertoe worden de kwaliteitseisen geëxpliceerd in een programma van eisen. Jaarlijks wordt beoordeeld of de dienstverlening aan de gestelde eisen voldoet. BCM betrekt een aantal diensten van derden die kritisch zijn voor het primaire proces, waar leveranciersbeoordelingen mee worden gehouden. Personeelsadvies evenals onderdelen m.b.t. ict worden ingekocht bij SDB, voor personeelsadvies en gedeeltelijk de financiële administratie. Onderhoud t.b.v. tilliften en andere hulpmiddelen is uitbesteed aan Vitalis, uit de leveranciersbeoordeling blijkt dat dit naar tevredenheid loopt; Schoonmaak wordt uitbesteedt aan Argo, uit de leveranciersbeoordeling blijkt dat dit naar tevredenheid verloopt; Arbodiensten zijn sinds 2010 uitbesteedt aan Ardyn/Maetis. De samenwerking verloopt naar tevredenheid. Er zijn regelmatig bijeenkomsten tussen de afdelingshoofden en de case-manager van Ardyn; Opleidingen en bijscholingen worden incidenteel ingekocht op basis van een programma van eisen. De praktijkopleiders evalueren de opleidingen en bijscholingen; Met de apotheek zijn regelmatig bijeenkomsten om knelpunten te bespreken en op te lossen. De samenwerking loopt naar tevredenheid;
20
Voeding wordt ingekocht bij Deli-XL. Uit de leveranciersbeoordeling blijkt dat dit naar tevredenheid loopt. 9.1. Ketenzorg BCM zit in ketenzorg voor dementie en het palliatief netwerk. Voor de ketenzorg dementie zit BCM in de stuurgroep en in de werkgroep vroegsignalering. In 2011 is een casemanager ingehuurd om de afdeling Meerzorg te ondersteunen bij de cliënten. Daarnaast wordt de casemanager ook ingezet om cliënten met dementie en mantelzorgers in de thuiszorg te ondersteunen. Het palliatief netwerk is een initiatief vanuit de regio Oost-Groningen. Inmiddels heeft BCM twee aandachtvelders geschoold die extra ondersteuning kunnen bieden bij de terminale fase van een cliënt, verzorgenden en familieleden. Andere ketenpartners voor BCM zijn Lentis en VNN. Gesprekken vinden regelmatig plaats om de verstandhouding goed te houden en eventuele knelpunten te bespreken.
10.Toegankelijkheid De verzorgingshuizen van BCM zijn beide zeer goed te bereiken met het openbaar vervoer; voor de deur van beide locaties is een bushalte gesitueerd. Ook zijn er voldoende parkeerplaatsen rondom beide verzorgingshuizen. De locatie Maarsheerd heeft een receptie die zeven dagen per week van 8.30 uur tot 17.00 bemenst is. ’s Avonds zijn er gastheren/gastvrouwen in de receptie aanwezig; daarnaast worden er vanaf mei 2012 iedere avond activiteiten georganiseerd in de recreatiezaal, gecoördineerd door een activiteitenbegeleidster. BCM is 24 uur per dag via een centraal nummer bereikbaar. Het verzorginghuis Maarsheerd is goed toegankelijk voor minder validen. De in 2012 ingezette nieuwbouw en renovatie van het verzorgingshuis Beukenhof voldoet ook aan deze eisen. BCM is voor de extramurale zorg 24 uur per dag bereikbaar voor alle zorgvragen,. Dit geldt zowel voor acute zorgvragen als voor zorgvragen die regelmatig optreden buiten de kantooruren. Bijna alle wooncomplexen bedoeld voor senioren zijn uitgerust met een alarmering voorzien van een spreek – luister - verbinding. De wachttijden voor opname in de verzorgingshuizen zijn lang. De wachttijd voor het verzorgingshuis Maarsheerd bedraagt ongeveer 5-7 maanden. Beukenhof had in het verslagjaar i.v.m. de renovatie een opnamestop. Zo mogelijk biedt BCM in eerste instantie overbruggingszorg aan, eventueel in combinatie met extramurale zorg. Voor een aantal cliënten is door deze combinatie een adequaat zorgaanbod geboden, waardoor opname in het verzorgingshuis overbodig is geworden. 10.1
Veiligheid
Veiligheid binnen de verzorgingshuizen van BCM kent een hoge prioriteit; dit geldt zowel voor de bewoners als medewerkers. BCM beschikt over een adequaat videotoezicht in de centrale hal en bij de ingangen van de seniorencomplexen. Om het toezicht in de centrale hal te vergroten is heeft BCM een vrijwilligersproject: Gastheer/Gastvrouw. Deze vrijwilligers bezetten in de avonduren, zeven dagen per week de receptie, hebben hier een toeziend oog en vervullen binnen bepaalde kaders een assisterende rol bij cliënten en/ hun bezoekers. Daarnaast heeft BCM in het verslagjaar evenals de voorgaande jaren verschillende veiligheidsaspecten aangepast en eventueel aangescherpt, te weten: Vaststellen van een schriftelijke instructie voor cliënten ” Wat te doen bij brand” en deze instructie maandelijks door middel van de huisbladen bekend blijven maken. Behalen van het “Veilig Voedsel” keurmerk e.e.a in het kader van de HACCP
21
Optimaliseren van het bedrijfsnoodplan e.e.a in samenwerking met de brandweer. In 2011 zijn er in de locatie Maarsheerd uitgebreidere voorzieningen getroffen inzake de brandveiligheid; hiermee voldoet het verzorgingshuis weer aan alle gestelde eisen Bijscholing bedrijfshulpverleners en preventie medewerker. Het afnemen van een RI&E, optimaliseren van het Arbobeleidsplan Legionella preventie Aanscherpen van het netwerkbeheer en de beveiliging van dit netwerk Vrijwilligerstevredenheidsonderzoek Clienttevredenheidsonderzoek waarin veiligheid van de bewoners onder de aandacht is gebracht. 10.2 Samenleving Vanuit een sociaal maatschappelijk oogpunt streeft BCM samen met haar samenwerkingspartners naar een kwalitatief goed welzijn - voorzieningen – niveau (voor onze doelgroep en in ons werkgebied) . Goede voorzieningen dragen bij aan de kwaliteit van het wonen, maar ook aan de mogelijkheden om zo lang mogelijk thuis te kunnen blijven wonen. BCM heeft in het verslagjaar evenals voorgaande jaren fors geïnvesteerd in het opzetten van een extramurale zorgverlening voor de bewoners van de seniorenwoningen rondom de verzorgingshuizen. Daarnaast zijn er samen met Wijkaanpak van de gemeente Stadskanaal, activiteiten ontplooid, gericht op de oudere bewoners van omliggende wijken. Centraal staat hier in het aanbieden van sociale contacten en het voorkomen van sociale eenzaamheid. Daarnaast wil BCM ook de komende jaren in toenemende mate investeren in diensten en voorzieningen, die er toe bij dragen om het zolang mogelijk zelfstandig wonen, “haalbaar en betaalbaar” te houden. Vrijwilligers zijn behulpzaam en onmisbaar bij het bereiken van onze doelstellingen. Omgekeerd geeft het de vrijwilliger vaak ook een gevoel van betekenis om zich in te kunnen zetten voor anderen. BCM vindt het belangrijk om goede voorwaarden te scheppen waarin de vrijwilligers uit de omgeving hun inzet kunnen plegen. BCM heeft in 2012 een vrijwilligers tevredenheidonderzoek gehouden. De resultaten waren bemoedigend; op enkele punten zijn verbeteracties ingezet. Samen met de gemeente Stadskanaal is BCM in 2008 begonnen met het inzetten van personen die met behoud van hun uitkering vrijwilligerswerk voor BCM verrichten. Dit project werd in 2012 gecontinueerd. BCM profileert en presenteert zich in de omgeving als maatschappelijk ondernemer. Bijvoorbeeld door het starten en continueren van projecten met verschillende doelgroepen (cliënten met een verstandelijke beperking functioneren in een winkel annex boodschappenservice en in het tuinonderhoud), het opzetten van een leerlingenproject met het Noorderpoortcollege (vmbo leerlingen niveau 2 en 3 lopen stage) en de sponsoring van 2 G - teams van de voetbalvereniging SJS.
22
11.Resultaat 2012 Resultaat 2012: Het jaar 2012 is voor de Christelijke Stichting voor Zorg en Dienstverlening BCM te Stadskanaal afgesloten met een voordelig resultaat van € 599.513,-. Uitgesplitst naar de bedrijfssegmenten bedragen de saldi: Ouderenzorg AWBZ € 555.243,voordelig en voor activiteiten overige dienstverlening, de verhuur van woningen € 44.270,voordelig. Het resultaat AWBZ is toegevoerd aan de Reserve Aanvaardbare kosten en het resultaat van de verhuur van de woningen aan de Algemene Reserve. Managementrapportages: Maandelijks worden de ontwikkelingen in de productie ten opzichte van de begroting gerapporteerd. Periodiek, per kwartaal, wordt een integraal exploitatieoverzicht opgesteld waarin de ontwikkeling in de opbrengsten en de kosten worden gerapporteerd. Waar nodig vindt gedurende het boekjaar bijsturing plaats. De managementrapportages worden periodiek in het Management Team en de vergaderingen van de Raad van Toezicht besproken. Toelichting resultaat: Wettelijk budget: Het wettelijk budget wordt jaarlijks bepaald aan de hand van de werkelijke productie zorgproducten, met een maximum van de gemaakte productieafspraken. De productieafspraken worden met Zorgkantoor Menzis te Groningen gemaakt. De gemaakte afspraken zijn voor het laatst aangepast per 1 november 2012. BCM Zorg en Dienstverlening heeft een capaciteit van 139 zorgplaatsen welke in 2012 gemiddeld voor 131,1 plaatsen bezet waren. Door renovatie van de Beukenhof (33 plaatsen) waren daar 22,3 plaatsen bezet, de bezetting van Maarsheerd (106 plaatsen) was gemiddeld 108,8 plaatsen. De productie extramuraal is in 2012 ten opzichte van 2011 verder uitgebreid tot 18.445 uur (2011 13.596 uur) zorgverlening en 4059 dagdelen dagactiviteiten (2011 3.609). In 2012 is verder gegaan met de invulling van intramurale zorgverlening aan cliënten welke nog zelfstandig thuis wonen. Dit product: Volledig Pakket Thuis (VPT) zal naar onze mening in de nabije toekomst verder groeien doordat de overheid inzet op het langer zelfstandig laten wonen van ouderen. Beperking hierop is de eis van het zorgkantoor Menzis dat deze vorm van zorgverlening uitsluitend in een geclusterde woonomgeving gegeven mag worden. BCM Zorg en Dienstverlening is uitstekend, door de concentratie van aanleunwoningen rondom de zorgcentra, in staat deze zorgverlening te verzorgen. In 2012 werden 1.622 dagen VPT zorg verleend. In 2012 bleek dat de productieafspraken welke waren gemaakt met het Zorgkantoor Menzis onvoldoende waren om de productie volledig vergoed te krijgen. Hierdoor werd een vergoeding van € 37.335,- misgelopen. 2012 is het eerste jaar dat de kapitaalslasten niet meer volledig worden vergoed. Op basis van de historische uitgangspunten komt 90% nog voor vergoeding in aanmerking. De resterende 10% wordt vergoed op basis van de NHC (Normatieve Huisvestings Component) en is afhankelijk van de gerealiseerde productie intramuraal en een tarief per dag. In 2012 werd over voorgaande jaren een inhaalafschrijving toegekend. Deze is onder de correcties voorgaande jaren verantwoord.
23
Personeelskosten: De personeelskosten nemen een belangrijk deel van de stijging van de kosten voor hun rekening. Door verdere groei van de zorgverlening nam de formatie toe met 6,09 fte. Afschrijvingen: De NZa heeft in 2012 een wijziging in de afschrijvingsmethodiek voor de locatie Maarsheerd toegestaan. Deze wijziging (inhaalafschrijving), afschrijven van een deel van het gebouw over 20 jaar (renovatie) in plaats van 50 jaar, zorgt voor een eenmalige extra toename van de afschrijvingslasten met € 516.000,-.
Reserve en balansverhoudingen: De totale reserves van de Stichting zijn in 2012, als gevolg van het positieve resultaat, verder toegenomen. De reserve aanvaardbare kosten bedraagt op dit moment € 1.812.861,-. Het saldo voor de overige reserves bedraagt € 468,Verder is beschikbaar als niet collectief gefinancierd vermogen een bedrag van € 2.506.734,-. Onderstaand geven wij de verschillende balansposities in diverse ratio’s weer: 2012 Resultaatratio: AWBZ gefinancierde resultaten
2011
6,1 %
3,2 %
Resultaatratio: niet -AWBZ gefinancierde resultaten
13,5 %
3,3 %
Liquiditeitsratio: Vlottende activa / kortlopende schulden
358 %
333 %
Solvabiliteitsratio: Eigen vermogen / balanstotaal
23,1 %
20,7 %
Solvabiliteitsratio: Eigen vermogen / totaal opbrengsten
46,0 %
45,8 %
In 2012 zien we aan de kengetallen een verdere verbetering van de diverse ratio’s. Samenvattend kunnen we stellen dat de Stichting BCM Zorg en Dienstverlening over een gezonde bedrijfsvoering beschikt en over voldoende middelen beschikt om in de toekomst, mogelijke, tegenvallende exploitatie tekorten en risico’s op te vangen. Ontwikkelingen 2013: Zoals bij de toelichting al aangegeven is het maken van productieafspraken een belangrijk moment voor het verkrijgen van de financiering van de geleverde productie. In 2013 wordt de geleverde productie in relatie tot de productieafspraken nauwgezet gevolgd. Het zorgkantoor Menzis geeft in hun berichtgeving aan dat zij verwachten dat er onvoldoende middelen in 2013 beschikbaar zijn om alle productie te kunnen vergoeden. Hiervoor zal het beslag op het regiobudget bepalend zijn. De overheid heeft eind 2012 besloten dat cliënten die door het CIZ geïndiceerd worden voor een ZZP 1 en ZZP 2 indicatie niet meer in aanmerking komen voor opname in het verzorgingshuis. Deze groep cliënten ontvangt, in plaats van een intramurale zorgindicatie, een extramurale zorgindicatie en ontvangen thuis zorg. Cliënten die op 31 december 2012 nog over een indicatie beschikken (en op de wachtlijst staan) mogen in 2013 nog wel worden opgenomen.
24
De overheid is voornemens om per 1 januari 2014 cliënten met een ZZP 3 indicatie te extramuraliseren en deels cliënten met een ZZP 4 indicatie vanaf 1 januari 2015. Voorts treft de overheid maatregelen om de kosten voor extramurale zorgverlening beter te gaan beheersen. Op termijn worden waarschijnlijk de aanspraken voor de persoonlijke verzorging en de begeleiding (inclusief de dagverzorging) overgeheveld naar de WMO. Een precies tijdspad hiervoor is nog niet aan te geven. Voor de kapitaalslasten is in 2012 een begin gemaakt met de invoering van de Normatieve Huisvestings Component (NHC). Dit betekent dat de vergoeding voor de huisvesting (kapitaalslasten) gebaseerd wordt op een landelijk vastgesteld tarief per verzorgingsdag. Hiermee komt een einde aan de nacalculatie van de kapitaalslasten en komt de risico’s voor huisvesting volledig bij de zorginstelling te liggen. Voor 2012 tot en met 2018 geldt er een overgangsregeling. In 2013 wordt 80% voor huisvesting nog op basis van nacalculatie vergoed en 20% op basis van de gerealiseerde productie (NHC’s). In de jaren tot 2018 wordt deze verhouding verder aangepast. Berekeningen van de toekomstige lasten voor huisvesting afgezet tegen de vergoeding van de NHC’s tonen aan dat BCM op basis van de gerealiseerde productie 2012 in staat is om kostendekkend aan deze verplichtingen te kunnen voldoen.
Slotwoord
Wij vertrouwen er op dat wij u met dit maatschappelijk verslag een getrouw beeld hebben gegeven van onze activiteiten en ons gevoerd beleid in 2012. Uitvoering aan dit beleid kon slechts worden gegeven dankzij de inzet van al onze medewerkers en vrijwilligers!
Stadskanaal, mei 2013 R. Veenstra, directeur en bestuurder
25