Jaarverantwoording 2012
Inhoudsopgave 2012 in het kort 1. Uitgangspunten van de verslaggeving
..........................................................................................4
2. Profiel van de organisatie..................................................................................................................5 2.1 Algemene identificatiegegevens ...................................................................................................5 2.2 Structuur van het concern ..........................................................................................................5 2.4. Samenwerkingsrelaties...............................................................................................................7 3. Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap.....................................................................9 3.1. Normen voor goed bestuur.........................................................................................................9 3.2. Raad van Bestuur / Directie.......................................................................................................9 3.3. Toezichthouders (Raad van Toezicht) ......................................................................................10 3.4. Bedrijfsvoering..........................................................................................................................13 3.5. Cliëntenraad ............................................................................................................................14 3.6. Ondernemingsraad ..................................................................................................................15 4. Beleid, inspanningen en prestaties ..................................................................................................17 4.1. Meerjarenbeleid .......................................................................................................................17 4.2. Algemeen beleid verslagjaar.....................................................................................................20 4.3. Algemeen kwaliteitsbeleid ........................................................................................................20 4.4. Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten ................................................................21 4.4.1. Kwaliteit van zorg .............................................................................................................21 4.4.2. Klachten (exclusief particuliere FPC’s)...............................................................................23 4.5. Kwaliteit ten aanzien van medewerkers ...................................................................................24 4.5.1. Personeelsbeleid ...............................................................................................................24 4.5.2. Kwaliteit van het werk .......................................................................................................26 4.6. Samenleving en belanghebbenden...........................................................................................27 4.7. Financieel beleid.......................................................................................................................27 5.1. Jaarrekening.
2012 in het kort
Op 16 maart werd het gerenoveerde Tobiashuis van Rudolf Steiner Zorg in Den Haag geopend waar somatische zorg wordt geboden. Het gebouw is aangepast aan de nieuwe eisen op het gebied van de privacy waardoor drie- en vierbedskamers nu tot het verleden behoren.
In april verhuisde het kinderdagcentrum de Appelboom naar zijn nieuwe pand in Tuitjenhorn. Veertien jaar geleden werd voor het eerst gesproken over een nieuwe behuizing en nu was het dan zover. Op 27 september vond de officiële opening plaats.
Op zaterdag 26 mei vond het openingsfeest plaats op de Dijkgatshoeve in Wieringerwerf. Die dag bezochten ongeveer 700 mensen het feest met livemuziek, een markt van streekproducten en veel meer. Dijkgatshoeve is een kleinschalige woon- werkgemeenschap in Wieringerwerf.
Prinses Maxima bezocht op 12 juni Zorgtuinderij Oosterheem in Broek op Langedijk. Bestuurder Pim Blomaard leidde haar rond. Bewoners maakten een praatje met de prinses.
In het najaar opende de GreenCanteen van het Rudolf Steinercollege in Haarlem. De 'groene' kantine wordt beheerd door bewoners van het nabijgelegen Ferm Rozemarijn. De broodjes en croissants worden gebakken door de bakkers van Rozemarijn Santé.
Lerende organisatie In de periode 2010 – 2012 zijn er ruim dertig leerkringen actief geweest. Een groot aantal is inmiddels afgesloten, sommige zijn nog actief. Het proces dat met het meerjarenbeleidsplan in gang is gezet, gaat nog steeds door. Met
1
de leerkringen heeft het begrip 'lerende organisatie' binnen de Raphaëlstichting handen en voeten gekregen. MVG De werkgroep Moeilijk Verstaanbaar Gedrag (MVG) heeft in 2012 twee symposia georganiseerd. Ook is men op bezoek geweest bij zorginstelling ASVZ om de tripple-C methode te bekijken. Het is de bedoeling om samen op te trekken op het gebied van de deskundigheid binnen de Raphaëlstichting. Er vindt een centrale aansturing plaats op dit gebied bijvoorbeeld m.b.t. het aanstellen van deskundigen. Opleiding en scholing In 2012 is een centrale scholingscoördinator aangesteld om instellingen te ondersteunen op het gebied van opleidingen enerzijds en het ontwikkelen van centraal beleid anderzijds. Ziekte en gezondheid Evenals in 2011 daalde het verzuim en bleef het gemiddelde verzuimpercentage van de gezamenlijke instellingen beneden het landelijk sectoraal gemiddelde: 5,01%. Rudolf Steiner Zorg scoorde een percentage van 4,5%. Het 'eigen regie model' dat in 2011 is ingevoerd, heeft ook in 2012 zijn vruchten afgeworpen. Kennis & onderzoek Op het gebied van onderzoek en kennis zet het bestuur in op innovatie en kwaliteit van zorg. Er is een coördinator Kennis & Onderzoek aangesteld die ondermeer betrokken is bij het warmteonderzoek op Rozemarijn en sociaaltherapeutisch werken. De focus was daartoe ook in 2012 gericht op het delen van beschikbare respectievelijk beschikbaar komende kennis, zowel in- als extern.
Tevreden De Raphaëlstichting heeft in 2012 een medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd. De resultaten waren over het algemeen vergelijkbaar of beter dan de benchmark. De tevredenheid was een 7,6 (benchmark 7,2). Op elke instelling is een eigen werkgroep aan het werk gegaan met de resultaten en zijn er verbeterplannen opgesteld in overleg met de OR en CR van de eigen instelling. Financiëen Het resultaat over 2012 bedraagt, na aftrek van incidentele posten, 3,5% van de omzet. Daarmee wordt de weerstandspositie van de Raphaëlstichting sterk verbeterd ten opzichte van eerdere jaren. Eveneens wordt ingelopen op het branchegemiddelde.
2
Jaardocument 2012 Maatschappelijk verslag
3
1. Uitgangspunten van de verslaggeving Voor u ligt het Jaardocument Maatschappelijke verantwoording Zorg 2012 van de Raphaëlstichting. Door middel van dit document leggen we graag integraal verantwoording af. De Raphaëlstichting is een dynamische organisatie met oog voor de maatschappelijke werkelijkheid. Zij wil groeien op basis van vraag en initiatiefkracht. De organisatie gelooft in sterke, relatief zelfstandige, lokaal/regionaal gewortelde eenheden die vanuit een kernlocatie een brede keten bieden. De aangeboden zorg betreft zorg- en dienstverlening aan kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen met een beperking. Daarnaast bestaat er een afdeling GGZ met poliklinische, voornamelijk kortdurende, behandeling en een afdeling V&V voor mensen met niet aangeboren hersenletsel die verpleging behoeven. Tevens wordt er psychogeriatrische en somatische verpleeghuiszorg geboden. De Raphaëlstichting wil het voor cliënten en medewerkers mogelijk maken zich naar lichaam, ziel en geest te ontplooien en samen een op geestelijke idealen bouwende gemeenschap te vormen. Mensen worden aangesproken op hun sociale vermogens en gesterkt in hun gevoelens van volwaardigheid. De begeleidingsstijl is gericht op gelijkwaardigheid. Met respect voor elkaar wordt gezocht naar wegen die ontwikkeling mogelijk maken. Dit wordt bijvoorbeeld zichtbaar door het bijdragen aan de leefbaarheid van een buurt- of dorpsgemeenschap, waardoor een meerwaarde ontstaat voor zowel de cliënten als de betreffende buurt. De Raphaëlstichting is een zelfstandige zorgaanbieder, die in dit jaardocument als geheel wordt belicht. De verschillende instellingen en locaties zullen in dit jaarverslag niet afzonderlijk worden besproken. Binnen de Raphaëlstichting werken zeven resultaatverantwoordelijke eenheden met elkaar samen waaronder vier intramurale instellingen: Scorlewald, Midgard, Breidablick en Rudolf Steiner Zorg. De overige instellingen zijn: Rozemarijn, Queeste en Iambe. Alle instellingen van de Raphaëlstichting zijn HKZ-gecertificeerd.
4
2. Profiel van de organisatie 2.1 Algemene identificatiegegevens Naam verslagleggende rechtspersoon Adres Postcode Plaats Telefoonnummer Identificatienummer Kamer van Koophandel E-mailadres Internetpagina
Raphaëlstichting Duinweg 35 1871 AC Schoorl 072-5099000 41238268
[email protected] www.raphaelstichting.nl
2.2 Structuur van het concern De Raphaëlstichting is een stichting met een tweehoofdige Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht. De Raad van Bestuur laat zich in haar beleid adviseren door het Managementteam, waarin alle eindverantwoordelijken van de instellingen zitting hebben. In het Managementteam worden ook de kaders afgesproken die de ruimte bepalen, waarin de instellingen zelfstandig kunnen besluiten en opereren. De Raphaëlstichting is geordend op basis van resultaat verantwoordelijke eenheden. Binnen iedere instelling is een eindverantwoordelijke benoemd en functioneert er een beleidsorgaan. De Raphaëlstichting is werkzaam in 4 zorgkantoor regio's (3 zorgkantoren) en toegelaten voor alle functies binnen de zorg voor verstandelijk gehandicapten. Ook heeft zij een toelating voor verblijf Verpleging en Verzorging en Lichamelijk Gehandicapten in de regio Zaanstreek/Waterland en voor verblijf Verpleging en Verzorging en Verstandelijk Gehandicapten in de regio Haaglanden. Verder is zij een toegelaten zorgaanbieder voor poliklinische psychiatrie. De medezeggenschap wordt uitgeoefend door de ondernemingsraden en cliëntenraden per instelling. Op stichtingsniveau bestaat een Centrale Ondernemingsraad, waarmee regelmatig overleg plaatsvindt en aan wie advies of instemming wordt gevraagd conform de WOR. Ook bestaat er een Centrale Cliëntenraad, uitsluitend voor het uitoefenen van het enquêterecht. De afzonderlijke cliëntenraden en ouderraden vormen op stichtingsniveau een platform waarop stichtingszaken worden besproken. In de Eindevaluatie Jaarplan 2012 geeft het bestuur een overzicht van alle gestelde doelen en de ondernomen acties. Dit jaarplan is beschikbaar en opvraagbaar bij het secretariaat van de stichting. Voor de organisatiestructuur: Zie organogram op de volgende pagina.
5
6
2.3 Kerngegevens en nadere typering De kernactiviteiten van de Raphaëlstichting zijn het verlenen van zorg van mens tot mens: betrokken en gericht op het ontwikkelen van ieders talenten en ondersteuning biedend bij de verstandelijke beperking, lichamelijke beperking, psychiatrische en/of psychosociale problematiek, psychogeriatrische zorg en somatische verpleeghuiszorg en autisme, in de vorm van wonen, logeren, behandeling, dagbesteding en thuisondersteuning. De zorg omvat dus een groot spectrum van de VG en V&V. In de instelling Breidablick in Middenbeemster bestaan twee afdelingen die speciaal gericht zijn op mensen met NAH (niet aangeboren hersenletsel), voor wie ook LG en V&V verblijfplaatsen beschikbaar zijn. Verder heeft Queeste een afdeling GGZ met poliklinische activiteiten, die grotendeels kortdurende zorg (behandeling) aanbiedt. Het aanbod van verschillende vormen van zorg wordt in samenhang met elkaar aangeboden en vormt een adequate mix, zodat voor de veelheid aan zorgvragen steeds een passend antwoord gegeven kan worden op de vraag van de cliënt. De Raphaëlstichting ontplooit geen private activiteiten.
2.4. Samenwerkingsrelaties Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste belanghebbenden en de relatie van deze belanghebbenden tot de Raphaëlstichting. De instellingen hebben afzonderlijk eveneens relaties met verschillende belanghebbenden, waarmee apart geregelde overlegmomenten zijn ingericht. Tot de belanghebbenden behoren o.a. cliënten, hun ouders en verwanten, medewerkers, toezichthouders, zorgkantoren, gemeenten, uitvoeringsinstanties en banken. Samenwerkingspartners van de Raphaëlstichting (regionaal en bovenregionaal) " Met Zorgkantoren in de verschillende regio's (VGZ, ACHMEA, CZ en AGIS) zijn contracten afgesloten en wordt regelmatig overleg gevoerd. Daarnaast is een contract gesloten met zorgverzekeraar VGZ inzake de GGZ-activiteiten van Queeste. "
Woningbouwcorporaties. Met Wooncompagnie is een samenwerkings-overeenkomst gesloten inzake woonzorginitiatieven. Ook is een overeenkomst gesloten inzake het planmatig onderhoud op Midgard en inzake het opstellen van een meerjarenonderhoudsplanning van al het vastgoed in eigendom. Ook met corporaties als Elan Wonen en Haag Wonen worden contacten onderhouden.
"
Lidmaatschap van de VGN en Actiz (brancheorganisaties) en deelname aan het overleg met VGNcollega's in Noord Holland.
"
Stichting CCE Noord-Holland - Utrecht: deelname aan expertteam.
"
Overeenkomst met Gemeente Bergen inzake onderhoud Parnassiapark.
"
Overeenkomst met Staatsbosbeheer voor het beheer van het bosgebied in de Wieringermeer.
"
Overeenkomst met Stichting Veldzorg voor de onderhoudswerkzaamheden in natuurgebied Oosterdel in Broek op Langedijk.
"
Huurovereenkomsten met Stichting Schermer Molens en stichting 't Roode Hert voor de exploitatie van een korenmolen.
"
Actief binnen VGN (o.a. Voorzitterschap van de bestuurscommissie arbeidsmarkt bij het CoNo namens de VGN).
Antroposofische zorg (aanbieders) " Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders (NVAZ). Bij de NVAZ zijn de antroposofische zorgaanbieders en therapeutica aangesloten. Er is samenwerking op het gebied van inhoudelijke ontwikkeling, (wetenschappelijk) onderzoek, voorlichting en public relations, belangenbehartiging, uitwisseling van expertise, opleiding en bij- en nascholing en vertegenwoordiging in Europees verband. Een bestuurder van de Raphaëlstichting is lid van het bestuur van de NVAZ en gedelegeerd lid van het ECCE (Europees Samenwerkingverband voor antroposofische heilpedagogie en
7
sociaaltherapie en koepels van zorgaanbieders en landelijke ouderverenigingen) .
"
Er zijn regelmatig gesprekken geweest met andere antroposofische zorginstellingen zoals OlmenEs, Lievegoed Zorggroep, De Seizoenen en Rentray/ Zonnehuizen.
"
Er is een overeenkomst met het Edith Maryon College in Zeist dat initiële opleidingen verzorgt en ontwikkelt waaronder de opleiding Maatschappelijke Zorg (MZ3 en MZ4) en verschillende specifieke bij- en nascholingstrajecten aanbiedt. Het bestuur van de Raphaëlstichting is vertegenwoordigd in het bestuur van het EMC. Enkele medewerkers van de Raphaëlstichting treden als docent op.
"
Ferm Rozemarijn en de Rudolf Steinerschool hebben de samenwerking uitgebreid: het beheer van de kantine (Green Canteen) van de school gebeurt door jongeren die op Ferm Rozemarijn werken.
Wetenschappelijk Onderzoek " De Raphaëlstichting ondersteunt financieel en bestuurlijk de Bernard Lievegoed Leerstoel aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. De leerstoel is ingericht ter bevordering van het verrichten van wetenschappelijk onderzoek en het geven van onderwijs op het gebied van de ethische aspecten van zorg- en hulpverlening vanuit de antroposofie. Bijzonder hoogleraar is professor Hans Reinders. Een bestuurder van de Raphaëlstichting is lid van het Curatorium van deze leerstoel. "
Lectoraat Hogeschool Leiden beoogt met (praktijk)onderzoek, kennisuitwisseling en begeleiding van onderzoekers en studenten de wetenschappelijke basis van de kennis van de antroposofische gezondheidszorg te ontwikkelen en te vergroten. Zo namen aan de masterclass enkele medewerkers van de Raphaëlstichting deel.
"
Om tot een andere verantwoording van kwaliteit te komen is op initiatief van de Raphaëlstichting een project gestart onder de titel 'Beelden van Kwaliteit'. De leiding is in handen van Professor Hans Reinders.
Overheden " Ministerie van VWS. Er heeft een gesprek plaats gevonden met de directie Langdurige zorg van VWS en met de directie Maatschappelijke ondersteuning op VWS. Dit zal in 2013 een vervolg krijgen middels een werkbezoek. "
Verschillende gemeenten waar de instellingen hun locatie hebben (Alkmaar, Bergen, Harenkarspel, Middenbeemster, Zeevang, Hollands Kroon, Heemstede, Haarlem, Amsterdam, Texel, Den Haag).
Cliënten " Er bestaan samenwerkingsovereenkomsten met de familieverenigingen, ouderraden en verwantenraden van de diverse instellingen "
Er bestaat een platform van cliëntenraden binnen de Raphaëlstichting met wie structureel worden overlegd.
"
De Centrale Cliëntenraad is alleen afroepbaar in geval er gebruik wordt gemaakt van het enquêterecht.
Regionale bestuurders en zorgkantoren " Het bestuur heeft zich ingezet om het netwerk binnen Noord Holland actief te gaan bezoeken. Voor een aantal bezoeken komt een vervolg, soms met meer structureel karakter. Afgelopen jaar is contact geweest met: Lijn 5 en GGZ NHN en met de bestuurder van Esdege Reigersdaal. "
Zowel met Achmea als met VGZ hebben ook gesprekken plaatsgevonden ten aanzien van de voortgang.
8
3. Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap 3.1. Normen voor goed bestuur De Raphaëlstichting past de principes van de Zorgbrede Governance Code (versie 2010) toe als normgevend kader voor goed bestuur en toezicht, waardoor het afleggen van openbare verantwoording over het gevoerde beleid en de activiteiten wordt geborgd. Aan de transparantie-eisen van de WTZi wordt voldaan (zie ook de statuten van de Raphaëlstichting). Zowel de Raad van Toezicht als de Raad van Bestuur werken op basis van een reglement. Er is in 2012 een klokkenluidersregeling opgesteld die in het voorjaar 2013 is vast gesteld..
3.2. Raad van Bestuur / Directie Per 1 februari 2012 heeft de voorzitter van de Raad van Bestuur (Marinus van der Meulen) afscheid genomen vanwege het bereiken van de pensioen gerechtigde leeftijd. De Raad van Bestuur kent vanaf die datum een tweehoofdig collegiaal bestuur. Per 1 januari is Remco Bakker aangesteld als nieuw lid van de Raad van Bestuur naast Pim Blomaard. De portefeuilles zijn als volgt verdeeld. Pim Blomaard heeft als aandachtsgebied de portefeuilles zorg, ‘bouwzaken’, medewerkerszaken, PR, opleiding en onderzoek. Remco Bakker heeft de portefeuille financiën als belangrijkste aandachtsgebied en daarnaast de portefeuilles kwaliteit, ICT en juridische zaken. Nevenfuncties lid Raad van Bestuur: Pim Blomaard Voorzitter bestuur stichting De Grondslag Bestuurslid Stichting Raphaëlfonds Bestuurslid Ned.Ver.Antroposofische Zorgaanbieders Bestuurslid stichting Edith Maryon College Bestuurslid stichting Woonruimte voor Ouderen (Novalis) Lid curatorium van de Bernard Lievegoed Leerstoel (VU) Nevenfuncties lid Raad van Bestuur: Remco Bakker Lid Raad van Toezicht Prezzent Voorzitter bestuurscommissie arbeidsmarktzaken CONO Penningmeester stichting De Grondslag Lid curatorium Lievegoedleerstoel Lid Raad van Toezicht samenwerkende vrije scholen van ZW-Nederland Voorzitter bestuur EMC Belangenverstrengeling wordt voorkomen doordat volgens de regels van de Good Governance Code wordt gewerkt. Bezoldiging geschiedt eveneens conform de Governance Code. Toepassing van deze regels wordt door de Raad van Toezicht getoetst. Voor de gevoerde nevenfuncties wordt geen enkele bezoldiging ontvangen. De bezoldiging van de nieuwe bestuurder valt onder de regeling BBZ (Beloningscode Bestuurders Zorg). De informatievoorziening aan de Raad van Toezicht door de Raad van Bestuur is in de vernieuwde zorgbrede
9
Governance Code een belangrijk en centraal punt. Op basis van de Governance Code is een informatieprotocol opgesteld dat de informatievoorziening tussen Raad van Bestuur en Raad van Toezicht regelt. Buiten het gemeenschappelijke overleg vindt er overleg plaats wanneer het gebeurtenissen betreft die van een zodanig karakter zijn dat er een urgentie is om de Raad van Toezicht hiervan op de hoogte te stellen zoals bij: calamiteiten, verschijnen in de media van (instellingen van) de Raphaëlstichting of andere – dicht aan de Raphaëlstichting rakende zaken. Binnen het gemeenschappelijke overleg worden de onderstaande onderwerpen besproken: " " " " "
de vastgestelde jaarcyclus, zoals begroting, jaarplan van de Raphaëlstichting vaste agendapunten in het overleg zoals financiën, nieuwe initiatieven, bouw, kwaliteit, gang van zaken Raphaëlstichting het thematisch werken in het overleg, vaak met inbreng vanuit de instellingen een jaarlijkse ontmoeting van een vertegenwoordiging van de Raad van Toezicht met de Centrale Ondernemingsraad verspreiding van de concept- en vastgestelde verslagen Raad van Bestuur
In een overleg met de voorzitter Raad van Toezicht is afgesproken de informatievoorziening te versterken door: " " " " "
vóór iedere vergadering schriftelijke melding te doen door de Raad van Bestuur welke 5-6 punten de afgelopen of de komende tijd prominent aandacht vragen van de Raad van Bestuur . een jaarlijkse ontmoeting te hebben met een vertegenwoordiging van de Raad van Toezicht met het Platform Cliëntenraden. een jaarlijkse ontmoeting te hebben met een vertegenwoordiging van de Raad van Toezicht met de Centrale Ondernemingsraad. Een jaarlijkse ontmoeting met stakeholders. Elke vergadering wordt op een locatie georganiseerd waar aan de hand van een casus de locatie wordt gepresenteerd. Tevens wordt er een rondleiding gegeven.
3.3. Toezichthouders (Raad van Toezicht) Samenstelling van de Raad van Toezicht (RvT): De Raad van Toezicht van de Raphaëlstichting bestond per 31 december 2012 uit de volgende leden: Wouter van Ewijk, voorzitter Hans Nijnens, vice-voorzitter Jan Koopman, secretaris (op voordracht van de gezamenlijke cliëntenraden) Henny te Beest, lid en voorzitter auditcommissie Marten de Bruine, lid en lid auditcommissie Josephine de Zwaan, lid Rooster van aan- en aftreden De zittingsperiode bedraagt 3 jaar. Deze periode kan maximaal 2 keer worden verlengd. Vanzelfsprekend is herbenoeming pas aan de orde na een positieve evaluatie van het functioneren van de betreffende toezichthouder. Functies en nevenfuncties van de leden van de Raad van Toezicht in 2012: Wouter van Ewijk Functies : Lid van de Raad van Bestuur van het VU Medisch Centrum Nevenfuncties : Voorzitter Pest en Dolhuys, museum voor de psychiatrie Lid Raad van Toezicht GGZ Oostbrabant Hans Nijnens Functies :
Algemeen directeur Weleda Benelux SE
10
Nevenfuncties :
Voorzitter Raad van Toezicht Hogeschool Helicon
Jan Koopman Functies : Nevenfunctie :
Bedrijfsarts (tot 01-04-2011) N.v.t.
Henny te Beest Functies : Nevenfuncties : Marten de Bruine Functies : Nevenfuncties :
Josephine de Zwaan Functies : Nevenfunctie:
Chief Financial Officer / Lid Raad van Bestuur Amsterdam Trade Bank NV Bestuur Stichting Eigen Woning Castricum Lid Bestuur Mamma weet alles Voorzitter Raad van Bestuur Koninklijke Visio Arbiter bij het Scheidsgerecht Gezondheidszorg Lid Bestuur SKZ (Stichting Kantoorgebouwen Zorgsector) Lid Bestuur Stichting Fonds Harte wensen Lid Bestuur Jan Verschoor Zelfstandig (juridisch) adviseur Lid Raad van Toezicht Stichting Vilans Lid Bestuur St. Administratiekantoor Aandelen Triodos Bank Lid Bestuur Stichting de Zeister Vrije School Arbiter Stichting Scheidsgerecht Gezondheidszorg Arbiter Commissie Governance Stichting Scheidsgerecht Gezondheidszorg Lid Bestuur Stichting BSO 'De Bosplaat'. Lid Raad van Toezicht Hogeschool Leiden Lid bestuur Promotie Podiumkunsten Lid bestuur Stichting Zorgethiek Lid Algemeen Bestuur Iona Stichting
Vergaderingen De Raad van Toezicht heeft in 2012 vijf maal een reguliere vergadering gehouden. Twee maal werd vergaderd op het Centraal Bureau in Schoorl, eenmaal bij Koninklijke Visio in Huizen, eenmaal bij Rudolf Steiner Zorg in Den Haag en eenmaal bij de Dijkgatshoeve in Wieringerwerf. Bij de laatste 2 vergaderingen werd tevens een bezoek gebracht aan de betreffende instellingen om hierdoor meer zicht te krijgen op het dagelijks functioneren. De opkomst bij de vergaderingen was als volgt: Vier maal was een van de leden verhinderd. Functioneren Raad van Bestuur De Raad van Toezicht hield functioneringsgesprekken met de leden van de Raad van Bestuur, zowel met de individuele leden afzonderlijk als met het voltallige Bestuur. De Raad van Toezicht is tevreden over het functioneren van het Bestuur, zowel als team als over het afzonderlijk functioneren van de leden. De samenwerking tussen de Raad van Toezicht en het Bestuur wordt door beide partijen als positief ervaren, de informatie over en weer is goed evenals de onderlinge verhoudingen. Functioneren Raad van Toezicht De Raad van Toezicht heeft ook het eigen functioneren geëvalueerd, Zowel wat betreft de individuele leden als wat betreft het team is geconstateerd dat er voldoende kennis en
11
betrokkenheid aanwezig is maar dat het mooi zou zijn indien deze expertise kan worden uitgebreid met kennis op het gebied van HRM en omgang met sociale media. De Raad van Toezicht is van mening dat er een goede balans is tussen afstand en betrokkenheid, dat er voldoende verbinding is met de identiteit van de instellingen en dat ieder lid zich voldoende inzet voor het geheel. Verder wil de Raad van Toezicht nog vaker op locatie van de instellingen vergaderen om dusdoende nog beter te kunnen doorgronden wat er bij cliënten, verwanten en medewerkers speelt. Auditcommissie De auditcommissie is het afgelopen jaar vier maal bijeen geweest en heeft een aantal malen overleg gehad met de Raad van Bestuur en de concerncontroller. Hierbij is uitvoerig gesproken over de begroting, de jaarstukken en het vastgoedbeleid. Aantrekken nieuw lid Raad van Toezicht Het afgelopen jaar is overleg gevoerd met het cliëntenplatform over de voordracht van een nieuw lid van de Raad van Toezicht conform de statutaire bepalingen. Het cliëntenplatform is actief betrokken bij de sollicitatieprocedure en gevraagd om actief een voordracht te doen. Een en ander heeft geleid tot een heldere profielschets en een open sollicitatieprocedure via een advertentie in een landelijk en een regionaal dagblad. Deze procedure is in januari 2013 afgerond met het benoemen van een nieuw lid van de Raad van Toezicht. Bestuurlijke zaken In 2012 is evenals in 2011 veel aandacht besteed aan de problemen bij één van de instellingen. Deze problemen betroffen naast het financiële functioneren van de instelling ook het kwalitatief en inhoudelijk functioneren daarvan. Er is een verbeterplan opgesteld en in werking gezet. De eerste resultaten daarvan zijn inmiddels bekend en er is zodanige vooruitgang geboekt, dat ook de de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) tevreden is. Ontmoeting met de Centrale Ondernemingsraad van de Raphaëlstichting Zoals gebruikelijk heeft de voorzitter van de Raad van Toezicht in 2012 een overlegvergadering tussen de Raad van Bestuur en de Centrale Ondernemingsraad bijgewoond. Er is gesproken over: het Meer Jaren Plan, de benoeming van het nieuwe lid van de Raad van Bestuur en de grote maatschappelijke dynamiek waarmee de Raphaëlstichting te maken krijgt. Beleidsplan 2010-2012 De voortgang van het meerjarenbeleidsplan en het daaraan gekoppelde jaarplan is in 2012 is regelmatig aan de orde gekomen. Vastgoed De ontwikkelingen binnen de vastgoedportefeuille waren regelmatig aan de orde en staan prominent op de agenda van de auditcommissie. Landelijke ontwikkelingen bij de antroposofische zorgaanbieders De landelijke ontwikkelingen bij de antroposofische zorgaanbieders zijn regelmatig besproken en gebruikt ter lering. Beleidscyclus In mei zijn de jaarrekening 2011 en het jaardocument 2011 goedgekeurd in aanwezigheid van de accountant. Het jaarplan 2013 en de begroting voor dat jaar zijn in november aan de orde geweest en het jaarpan is toen goedgekeurd. De overeenkomst met KPMG is gecontinueerd. De Raad van Toezicht is tevreden met het behaalde resultaat. Veiligheid en kwaliteit
12
Veiligheid en kwaliteit is een vast onderwerp op de agenda die met de voltallige Raad van Toezicht is besproken. Op de agenda neemt de kwaliteit van zorg een vaste plaats in. In 2012 is een andere (zowel cijfermatige als kwalitatieve) manier van rapporteren ontwikkeld, afgeleid van de Balanced Score Card. Tevens is elk kwartaal verslag gedaan van de vorderingen op het gebied van de veiligheid en kwaliteit. Om de kwaliteit goed te kunnen monitoren heeft de Raad van Toezicht tevens besloten jaarlijks een gesprek met stakeholders te willen voeren. Dit gesprek heeft op 28-09-2012 plaats gevonden met vertegenwoordigers van het cliëntenplatform, de Gemeenten, de Centrale Ondernemingsraad, de Zorgkantoren en met het Management Team van de Raphaëlstichting. De gang van zaken bij de instellingen Elke vergadering wordt kort verslag gedaan van de gang van zaken bij de instellingen. Jaarprogramma 2013 Op de agenda staan in 2013: Beleidscyclus Kwaliteit en veiligheid Overleg met de Centrale Ondernemingsraad en het cliëntenplatform Strategische en maatschappelijke ontwikkelingen Voortgang van het verbeterplan bij Midgard Bevorderen van de samenwerking binnen het Management Team
3.4. Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering De audit van KPMG laat geen urgente verbeterpunten zien. Belangrijkste aandachtspunt is de registratie van de medewerkersuren waarvoor eigen software ontwikkeld werd. Deze wordt sinds 2012 gefaseerd geïmplementeerd binnen de stichting. Risicobeheersing en controlesystemen De volledige rapportage van de maand is binnen drie weken beschikbaar zodat afwijkingen tijdig gesignaleerd worden. De interne controle heeft in 2012 conform jaarplanning een aantal onderwerpen opgepakt. Bepaalde registraties, met name in de GGZ plus de controle van de AWBZ productie en de digitale zorgdossiers, is gedurende 2012 nog verder verbeterd. Inzake administratie en interne controle wordt aan de wettelijke eisen voldaan. In 2012 is het risicomanagement wederom geactualiseerd en het treasurystatuut vernieuwd en vastgesteld en door de Raad van Toezicht goedgekeurd. Voor de begroting is een eigen begrotingstool ontwikkeld dat voor de begroting 2012 goed heeft gefunctioneerd. In 2012 is aandacht besteed aan de commerciële activiteiten. De begroting 2013 is na een intensief traject in november 2012 gereed gekomen. Wijzigingen in de bedrijfsvoering Op 16 maart werd het gerenoveerde Tobiashuis van Rudolf Steiner Zorg in Den Haag geopend waar somatische zorg wordt geboden. Het gebouw is aangepast aan de nieuwe eisen op het gebied van de privacy waardoor drie- en vier- bedskamers nu tot het verleden behoren.
13
In april verhuisde het kinderdagcentrum de Appelboom naar zijn nieuwe pand in Tuitjenhorn. Veertien jaar geleden werd voor het eerst gesproken over een nieuwe behuizing en nu was het dan zover. Op 27 september vond de officiële opening plaats. Op zaterdag 26 mei vond het openingsfeest plaats op de Dijkgatshoeve in Wieringerwerf. Die dag bezochten ongeveer 700 mensen het feest met live-muziek, een markt van streekproducten en veel meer. Dijkgatshoeve is een kleinschalige woon- werkgemeenschap in Wieringerwerf. Hier wonen en werken 25 mensen (16 mensen met een verstandelijke beperking, zij wonen in twee groepen en negen mensen met een psychosociale hulpvraag, zij wonen in appartementen). Het werk op Dijkgatshoeve bestaat uit het onderhoud van een van de mooiste natuurgebieden in de Wieringermeer. Zichtbaarheid Aan de websites van de instellingen en de algemene site van de Raphaëlstichting is informatie over de ZZP's op inzichtelijke (en uniforme) wijze toegevoegd. Per instelling staat aangegeven welke zorgzwaarte er wordt geboden. Ook staan wachtlijstgegevens vermeld. Er zijn dit jaar veel initiatieven genomen om vrijwilligers te werven. Diverse locaties hebben folders en flyers laten drukken. Op de websites worden de vacatures voor vrijwilligers regelmatig geactualiseerd. Jubilea Rozemarijn bestond tien jaar. Op zaterdag 3 maart werd dit gevierd met een feest voor alle medewerkers van Rozemarijn, georganiseerd door de ouders. Fermento bestond dit jaar vijftien jaar. Op 19 oktober vond de aftrap plaats van de feestweek met de overhandiging van een boekje aan wethouder en loco-burgemeester Martin Hagen. Queeste bestond dit jaar tien jaar. Dit werd op 28 september gevierd met een studiemiddag. Overige Dankzij fondsenwerving wordt het zwembad van Midgard gerenoveerd. De keuken van Midgard heeft het voedselveiligheidscertificaat behaald van de stichting Veiligvoedsel. Dit is een bewijs dat de keuken voldoet aan de HACCP-eisen.Van de 100 zorginstellingen in Noord Holland staat Midgard met een 9,3 op de tweede plaats. Een hele mooie prestatie. Project sociale innovatie op Rudolf Steiner Zorg: Met behulp van subsidie van het ESF (Europees Sociaal Fonds) is het project sociale innovatie gestart. Er is gewerkt aan een visie en plan van aanpak voor het verbeteren van de zelfstandigheid en het eigen initiatief van de medewerker, de onderlinge samenwerking en de invulling van de zorg vanuit de antroposofische visie.
3.5. Cliëntenraad Organisatie cliëntenraden De medezeggenschap van cliënten en/of vertegenwoordigers wordt per instelling geregeld via de cliëntenraden. Regelmatig vinden vergaderingen plaats met de betreffende directies. Vanuit de diverse cliëntenraden van de instellingen is er een Centrale Cliëntenraad samengesteld. De Raad van Bestuur hecht er waarde aan om twee maal per jaar te overleggen met het Cliënten Platform. Daarnaast kan de Centrale Cliëntenraad het recht op enquête uitoefenen. De Centrale Cliëntenraad heeft hiervan geen gebruik gemaakt in 2012. In 2012 is een nieuwe voorzitter Centrale Cliëntenraad aangetreden. Daarnaast is er een overkoepelend cliëntenplatform dat wordt vertegenwoordigd door afgevaardigden vanuit de diverse cliëntenraden van de instellingen en die halfjaarlijks vergadert samen met de voorzitter Raad van Bestuur. Ondersteuning Naar behoefte kan elke cliëntenraad scholing en ondersteuning krijgen. Cliëntenraden worden ondersteund door medewerkers vanuit de instellingen of het centraal bureau of externen teneinde hun bijeenkomsten te
14
organiseren, notuleren en te communiceren naar directie en bestuur. Jaarverslag 2012: Platform Cliëntenraden Platform Cliëntenraden heeft in 2012 twee maal vergaderd met het bestuur bij Queeste en bij Midgard, met gelegenheid tot een rondleiding om kennis te kunnen maken met de diverse locaties van de instellingen. In de eerste vergadering van 18 april stelt Remco Bakker zich voor als nieuwe bestuurder. De rapportage van de externe audit van 31 oktober en 1 november 2011 wordt ter kennisgeving aangenomen. Als hoofdpunt wordt het cliënttevredenheidsonderzoek met de coördinator kwaliteit besproken. Uit het onderzoek komen resultaten en die worden in de cliëntenraden besproken. De cliëntenraden accorderen de verbetervoorstellen die door de directie van de instelling opgepakt worden. Directie stelt daartoe een plan van aanpak op wat door de cliëntenraden wordt gevolgd. Waar mogelijk zijn bewoners zelf geïnterviewd, waar het niet mogelijk was, de ouders. Onderwerpen waren onder andere wonen, werken, deskundigheid, bejegening, informatievoorziening en het zorgplan. Er wordt aandacht gegeven aan de Stichting bewindvoering, aan alle nieuwe cliënten wordt gevraagd wie de bewindvoering doet en wordt de stichting bewindvoering onder de aandacht gebracht. Jan Koopman treedt af per 01 januari 2013 als lid Raad van Toezicht namens de cliëntenraden vanwege het beëindigen van de zittingstermijn. Aan de cliëntenraden wordt gevraagd wie zij willen voordragen, ook is er vertegenwoordiging vanuit de Cliëntenraad in de sollicitatiecommissie. Vanuit de ouders is er een vraag om inzage te hebben in het digitale zorgdossier, dit is nu niet mogelijk. Het komt op het lijstje Plan van eisen voor een nieuwe versie zorgdossier, waaraan wordt gewerkt. Overige punten: bijdrage kosten die niet worden vergoed vanuit AWBZ. Kwaliteitsbeleid, advies is gegeven door Cliëntenraad. Tweede bezoek inspectie aan Midgard is positief verlopen, men was blij verrast over de vorderingen. Vergadering van 21 november 2012. De cliëntenraden zijn om advies gevraagd over 4 protocollen die in de Werkgroep Zorg ter bespreking zijn geweest: " Protocol grensoverschrijdend gedrag " Meldcode huiselijk geweld, kindermishandeling, ouderenmishandeling " Melding seksueel misbruik " Reanimatie- en euthanasiebeleid Als hoofdpunt wordt het meerjarenbeleidsplan besproken 2012-2015. Er wordt informatie gegeven over veranderingen in de financiering en de toenemende rol van gemeenten. Ook is de tendens dat er bezuinigingen zullen komen. Het belang om zichtbaar te zijn en om samen te werken wordt groter. Voorts wordt de kaderbrief besproken van het bestuur die ten grondslag ligt aan de begroting en het jaarplan voor 2013. Een belangrijk aandachtspunt is dat de vergoeding voor vervoer wat met name voor de kinderdagcentra impact heeft voor een groot deel wegvalt. Een ander punt is dat de indicatiestelling ZZP1-3 komt te vervallen, wat consequenties heeft voor het wonen. Bestuur legt uit dat de Raphaëlstichting het afgelopen jaar heeft gewerkt aan een reserve om nieuwe initiatieven in de toekomst ondanks de moeilijkere financiering niet uit te sluiten.
15
3.6. Ondernemingsraad Jaarverslag 2012 Centrale ondernemingsraad Begin 2012 werd als gevolg van pensionering van een van de bestuurders een vacaturen van lid Raad van Bestuur ingevuld in de zin van de Wet op de Ondernemingsraden. De Centrale Ondernemingsraad maakte in januari kennis met het nieuwe lid van de Raad van Bestuur. In zeker twaalf bijeenkomsten,waarvan er vijf waren met de bestuurder, heeft de Centrale Ondernemingsraad zich met uiteenlopende zaken bezig gehouden. Aan de orde kwamen o.a. de gebruikelijke financiële aangelegenheden, zoals begroting 2012, jaarrekening, kwartaalrapportages, maatschappelijk jaardocument, kaderbrief 2013 en de begroting 2013, en deze zijn ook met de bestuurder besproken. Ook is uitgebreid stil gestaan bij het “lenteakkoord” en de gevolgen daarvan. Voorts zijn besproken: eigen risicodragerschap WGA (Regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten), rapportages inzake kwaliteitsmanagement en arbeidsinspectie (incl. vervolgacties), implementatie van het digitaal declaratiesysteem (DDF), meldingsregeling en klokkenluidersregeling en protocol grensoverschrijdend gedrag. Daar waar dit aan de orde was kon dankzij instemming van de Centrale Ondernemingsraad de implementatie van e.e.a. ter hand worden genomen. De verkiezingen van de afzonderlijke ondernemingsraden leidde niet tot een verandering in de afvaardiging in de Centrale Ondernemingsraad. Het is, tot teleurstelling van de Centrale Ondernemingsraad, niet mogelijk gebleken om ook het aantal ondernemingsraden binnen de stichting te vergroten, ondanks gesprekken daarover met de instellingen. Op initiatief van de bestuurder zijn er gesprekken gaande met de bestuurder, maar ook binnen de Centrale Ondernemingsraad, over vormgeving van de medezeggenschap bij de Stichting. Dit thema sluit aan bij een training die door de Centrale Ondernemingsraad gevolgd is, met als thema “Eigen Visie”.
16
4. Beleid, inspanningen en prestaties
4.1. Meerjarenbeleid De Raphaëlstichting gaat in haar beleid uit van de kaders die de AWBZ (Care) aanreikt en baseert zich daarbij op het bieden van een ontwikkelingsperspectief aan cliënten en medewerkers om een zo optimaal mogelijke kwaliteit van zorgverlening en - begeleiding te realiseren. Zij doet dit vanuit een antroposofische zorgvisie in een zich herhalend proces van evaluatie en bijsturing, waarmee voortdurend ingespeeld wordt op de vragen die op de stichting afkomen. Vraagsturing betekent binnen de Raphaëlstichting het gezamenlijk op zoek gaan naar de ontwikkelingsvraag en het levensperspectief van de cliënt: in dialoog. Actuele wensen en keuzen van de cliënt worden in gezamenlijkheid geduid in het licht van zijn/haar biografie en levensfase, waarbij de cliënt zelf zoveel mogelijk kan sturen in zijn/haar eigen leven. Missie De Raphaëlstichting biedt zorg en begeleiding aan kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen met een beperking op lichamelijk of psychisch gebied. Zij wil het voor cliënten en medewerkers mogelijk maken zich naar lichaam, ziel en geest te ontplooien, al naargelang de leeftijdsfase. Zij tracht de individuele ontwikkeling te versterken vanuit een sociale samenhang, die bouwt op het streven naar zingeving. Hierbij hoort een breed gedragen cultuur om cliënten en medewerkers het vertrouwen en de ruimte te geven om zich te ontplooien en om initiatieven te nemen. Visie Iedere zorgvisie is gebaseerd op een mensvisie. Hoe je het menselijk leven beoordeelt, bepaalt wat je in de zorgverlening belangrijk vindt. De Raphaëlstichting baseert haar zorgvisie op de antroposofische mensvisie. Volgens deze mensvisie maakt ieder mens deel uit van drie werelden: "
de fysieke wereld die zintuiglijk waarneembaar is,
"
de innerlijke wereld die innerlijk ervaarbaar is, en
"
de geestelijke wereld die zich zowel in de zichtbare als in de innerlijke wereld uitdrukt en er samenhang aan geeft.
De op aarde levende mens is met deze drie werelden verbonden en bestaat uit lichaam, ziel en geest. De mens leeft als individualiteit op aarde. Hij wil ervaringen opdoen, zijn eigen talenten ontplooien en nieuwe vaardigheden leren. Ieder mens is een uniek wezen met een gezonde individuele kern. Ook zijn ontwikkelingsstoornis, hoe ernstig die ook is, doet daar niets aan af. Kinderen (in de heilpedagogie), jongeren en volwassenen (in de sociaaltherapie) en ouderen (in het verpleeghuis) worden aangesproken op hun sociale vermogens en gesterkt in hun gevoelens van eigenwaarde en volwaardigheid. Meerjarenbeleid In het meerjarenbeleidsplan 2010 – 2012, onder de titel 'No direction home', staan flexibiliteit in de situatie (houding), stabiliteit in de zorg (inhoud) en sensitiviteit voor de samenhang (verhouding) centraal. De organisatie wil zich in al haar geledingen voorbereiden op de toekomst. Zij wil zich daarbij laten leiden door de tijdgeest, door eigen identiteit en door de vragen die haar vanuit de samenleving worden gesteld. Onderdelen van het meerjarenbeleid die aan bod zijn geweest in 2012 zijn: 1. De Raphaëlstichting wil een ecologische organisatie zijn die zich tot in de kleinste delen bewust is van de samenhang binnen het geheel en van de samenhang met haar omgeving. 2. De Raphaëlstichting wil een lerende organisatie zijn. De vraag wordt gesteld: hoe leren wij (van elkaar)? Er wordt een gedeelde visie op (persoonlijk) leiderschap geformuleerd. 3. De Raphaëlstichting zoekt verankering in de samenleving. Zij wil zich in haar oriëntatie meer naar buiten richten. Verankering in de samenleving leidt tot nieuwe vormen, nieuwe verbindingen en een grotere
17
diversiteit.
4. De Raphaëlstichting zoekt verankering in de antroposofische visie. Dit vraagt om een voortdurende verduidelijking van wat de zorg vanuit deze identiteit in zijn diverse verschijnings- vormen inhoudt. 5. De Raphaëlstichting wil een veranderingsproces doorgaan. In dit proces zal het altijd gaan om de essentie: wat doe ik hier en waarom werk ik hier en wat is mijn verbinding. Hoe geef ik inhoud aan mijn persoonlijk leiderschap en wat betekent dit voor mijn team, mijn organisatie. Daartoe is het middel van de leerkring ingezet. Leerkringen Het meerjarenbeleidsplan 2010 – 2012 met de titel 'No direction home' gaf het startschot voor een actieve voorbereiding van de organisatie op een toekomst waarin de versnelde veranderingen zullen gaan plaatsvinden. Vandaar de oproep aan medewerkers, ouders/verwanten en cliënten om zélf in beweging komen en zélf een veranderings- of vernieuwingsproces aan te gaan en zodoende mee te werken aan de invulling van de beleidspunten uit het meerjarenbeleidsplan. Citaat van een van de deelnemers: “Een avontuurlijke weg met als doel een organisatie te worden die vanuit alle geledingen flexibel en creatief kan inspelen op de vragen van deze tijd”. In de periode 2010 – 2012 zijn er ruim dertig leerkringen actief geweest. Een groot aantal is inmiddels afgesloten, sommige zijn nog actief. Het proces dat met het meerjarenbeleidsplan in gang is gezet, gaat nog steeds door. Met de leerkringen heeft het begrip 'lerende organisatie' binnen de Raphaëlstichting handen en voeten gekregen. Theorie U Veel leerkringen werden begeleid door mensen die zich hebben laten inspireren door de Theorie U-methode die is ontwikkeld door Otto Scharmer. Deze methode beschrijft een manier van leidinggeven en samenwerken waarbij je wordt opgeroepen om je aandacht intens te verdiepen ten behoeve van een vernieuwingsvraag. Dit kan een vraagstuk zijn met bewoners, een samenwerkingsprobleem of iets dat je echt wil vernieuwen omdat de manier waarop je ‘het altijd al doet’ niet meer werkzaam genoeg is. Ook voor vraagstukken die om een nieuwe visie vragen is Theorie U geschikt. Terughouding van het eigen oordeel is daarbij belangrijk. Otto Scharmer schreef zijn boek Theorie U – leiding vanuit de toekomst die zich aandient (Christofoor, Zeist 2010) vanuit een groot aantal gesprekken met vernieuwende leiders en vanuit zijn verbinding met een spiritueel, antroposofisch mens- en wereldbeeld. Hij herkende in die gesprekken de oproep om vanuit het wezenlijke dat zich toekomstig op aarde wil realiseren, te werken. En hij herkende de werkzaamheid van antroposofie; de oproep om je bewust te zijn van je mens-zijn. Het is deels gelukt de leerkringen breder samen te stellen. Er zijn leerkringen van of met cliënten gevormd. Een leerkring van ouders kwam niet tot stand. Een leerkring met meerdere deelnemers van instellingen is wel gevormd: de 'Weimarleerkring'. Het onderwerp waar deze leerkring zich mee bezighield was: vernieuwing van werkplaatsvormen en werkplaatsproducten. De deelnemers maakten ondermeer een studiereis naar Weimar om zich te verdiepen in de Bauhaus-impuls. Citaat van een van de deelnemers: “Wat mij raakte was het enthousiasme van toen, de speelsheid en het kijken over je eigen grenzen. Daarbij het kunstzinnige in jezelf voeden en met weinig middelen toch iets kunnen maken. Belangrijk element was de gelijkwaardigheid tussen docent-studenten-bewoners.” Resultaat: In september 2012 is een opleiding gestart voor werkplaatsleiders waarin de samenhang tussen kunst, ambachtelijk en industrieel werken centraal staat. Iedere deelnemer ontwikkelt een nieuw product (presentaties mei/juni 2013). Tussendoor vormen zij inlevingsgroepen.
18
Onderstaand nog enkele voorbeelden van leerkringen op de instellingen. Breidablick: Op Breidablick was een leerkring actief met het onderwerp 'Administratieve lastposten' - over het verminderen van de papierdruk. Deze leerkring had als opgave om kritisch te kijken naar de hoeveelheid protocollen en voorschriften die in de loop der jaren zijn ontstaan. Zij keek naar de zaken die als belastend en demotiverend gezien werden door de medewerkers. De leerkring is met voorstellen gekomen voor de elf geconstateerde ' lastposten' (vastgelegd in een tussentijds verslag van juli 2011). Het betreft aanpassingen en wijzigingen met betrekking tot ondermeer het klachtenformulier, het formulier voor verbetertrajecten, het jaargesprekformulier en het inwerkplan nieuwe medewerkers woonhuizen. Uit het eindverslag: Duidelijkheid van overzichten Medewerkers van Skirnir zullen in de communicatie met overzichten een duidelijke uitleg meesturen over hoe deze overzichten geïnterpreteerd moeten worden en wat het 'gewicht' ervan is. Leidinggevenden kunnen altijd om mondelinge toelichting vragen. Midgard Op Midgard waren van september tot december 2012 zeven leerkringen actief. In deze leerkringen werden alle woonbegeleiders uitgenodigd om met collega's van een ander huis in gesprek te gaan over het (vermeende) woonprofiel van de bewoners in hun huis. Niet alleen de inhoud was daarin inspirerend, maar om dit onderwerp te bespreken met collega's van een ander huis gaf het ook een verbindende dimensie. Daarnaast was er een multi disciplinair samengestelde leerkring die vanuit hun (helikopter-) gezichtspunt meekeek in de ontwikkeling van deze woonprofielen. De opbrengsten van deze leerkringen vormden de basis voor het 'Toekomstplan Midgard'. Fragmenten uit de verslagen: Het zou kunnen helpen als we dagelijks, al is het maar een paar minuten, de beelden die wij hebben gemaakt van onszelf en van de anderen, levend voor de geest halen. Daarbij zullen ze in kracht toenemen, als we ze kunnen zien als ontwikkelingsbeelden: we zijn allemaal mensen onderweg, zowel ikzelf als iedere ander mens. De beelden die we hebben gemaakt, zijn de beelden van gisteren … iedere ontmoeting is een kans om nieuwe beelden in onszelf toe te laten. Op deze manier kunnen ze in ons werken en ons helpen, om het wezenlijke van de ander te leren zien, zodat we niet steeds tegen het 'anders-zijn' op botsen en niet steeds de “problemen” op de voorgrond zetten, maar de wil tot verbinding en de wil tot ontwikkeling van onszelf en van de ander. Scorlewald Op Scorlewald is in 2012 is een veranderingsproces in gang gezet met zgn. 'Stergroepen', een soort leerkringen. Het proces heeft tot doel: het veranderen van de organisatiestructuur en het versterken van de autonomie van de medewerkers. Ongeveer dertig leidinggevenden en een aantal stafmedewerkers komen gedurende zes scholingsdagen bijeen (begeleid door twee externe Theorie U deskundigen) om thema's te vinden waar de stergroepen mee aan de slag gaan. Deze groepen publiceren hun bevindingen in het weekbericht en geven tot slot een presentatie op een van de scholingsdagen. Daarnaast richten de deelnemers aan de scholingsdagen in hun eigen teams twaalf scholingsdagen in. De teams bepalen zelf wat de inhoud van deze ochtenden is. Alles in het kader van de autonomie en de daarmee gepaard gaande verantwoordelijkheid. Rudolf Steiner Zorg Bij Rudolf Steiner Zorg zijn in 2012 twee leerkringen (psychogeriatrie en somatiek) zich gaan richten op het verkennen van een andere werkwijze (kleinschalig werken op locatie De Brug). Dit heeft geleid tot integratie van leren in zorgoverleg / CWB- overleg (coördinerend werkbegeleider) voor zowel het team PG als somatiek. In 2012 heeft het thema 'Vraaggestuurd werken' centraal gestaan. Gastvrije zorg is tweemaal als thema aan de
19
orde geweest. Beide bijeenkomsten gaven goed inzicht dat het bij gastvrije zorg om meer gaat dan alleen de zorg leveren die is afgesproken. Het gaat om de “slagroom op de taart”, de extra inzet die de cliënt eigenlijk niet had verwacht en zeer waardeert. Er kwamen mooie voorbeelden op tafel waarvan iedereen meteen begreep dat dit echt gastvrij is. Als derde thema heeft het samenwerken tussen de dagbesteding en CWB'ers centraal gestaan. Aan de hand van een voorbeeld is er verkend wat er bij beide groepen medewerkers leeft en wordt beleefd aan elkaar. Dit gaf wederzijds inzichten met als gevolg enkele werkwijze-aanpassingen. Bevorderen nieuwe leerkringen De leerkringen zijn een levendig proces. Een markt in februari heeft voor enthousiasme en verbreding gezorgd. Er worden nog steeds nieuwe leerkringen gestart en binnen elke instelling heeft dit een duidelijke plek. De uitkomsten van de leerkringen zijn verzameld en uitgebracht in een verzamelband. Op basis van de resultaten is besloten om het initiatief van de leerkringen te blijven voortzetten. Tenslotte De uitkomsten van het Meerjarenbeleidsplan 2010-12 worden door het bestuur voorjaar 2013 verzameld en dienen als opmaat voor het volgende Meerjarenbeleid 2013-2015. Het bestuur is langs alle locaties geweest en heeft een bezoek gebracht aan de beleidsteams. Dit dient als input voor het Management team. Mei 2013 is het concept Meerjarenbeleidsplan klaar.
4.2. Algemeen beleid verslagjaar Ecologie/ inbedding Bedrijfsmatig is Rudolf Steiner Zorg geheel ingebed in de organisatie van de Raphaelstichting zowel op gebied van financiën als kwaliteit. Daarnaast is er samenwerking tussen de verschillende instellingen van de Raphaëlstichting geïnitieerd op verschillende terreinen zoals: -Medewerkers van het Etty Hillesumhuis in Breidablick (V&V) hebben een dag meegelopen op Rudolf steiner Zorg om kennis te nemen van hun werkwijze. -Werkgroep MT over ouderenzorg is actief. -Midgard heeft samenwerking met Queeste. -De medewerkers van de kinderdagcentra De Appelboom en Rozemarijn nemen samen deel aan de opleiding “Appels van eigen boom”. -Midgard neemt het voortouw in de opleiding van woonbegeleiders en middenkader. Interne Markt Ten aanzien van de interne markt zijn verschillende initiatieven geweest. Voorlopig wordt hier pas op de plaats gemaakt. In het nieuwe Meerjarenbeleidsplan wordt dit weer bekeken. WMO Er is ook een werkgroep WMO van start gegaan. De WMO is in een stroomversnelling gekomen door het kabinet Rutte 2 en het lenteakkoord. De werkgroep WMO heeft een regie-functie. Scheiden van wonen en zorg Scheiden van wonen en zorg is opgenomen in het vastgoedbeleid. Dit vraagt samenwerking bijvoorbeeld binnen de (arbeidsmatige ) dagbesteding. Identiteitsontwikkeling De biografie van Midgard is verschenen. Ook is er een biografie van Rozemarijn verschenen. Op dit moment wordt aan een biografie voor de RS gewerkt ivm het 40 jarig bestaan van de RS.
4.3. Algemeen kwaliteitsbeleid 20
Kwaliteitsmanagementsysteem (KMS) De Raphaëlstichting is gecertificeerd voor HKZ sinds februari 2008. Op elke instelling is een kwaliteitsmedewerker werkzaam. Coördinatie en afstemming vindt plaats in het maandelijks overleg van de kwaliteitsmedewerkers. Zij leggen verantwoording af aan de bestuurswerkgroep kwaliteit die vier keer per jaar bij elkaar komt. Daarnaast vindt er jaarlijks een systeembeoordeling plaats van elke instelling met de Raad van Bestuur en de directie van de betreffende instelling. Doelen op gebied van kwaliteit waren: 1.
Optimalisatie/ eigen maken van het kwaliteitsmanagementsysteem: zorgen dat het beter past bij de eigen instelling
2.
Verbeteren van de interne audits
3.
Behoud certificaat
4.
Beelden van kwaliteit
Resultaten: ad 1. In 2012 heeft een onderzoek plaats gevonden onder medewerkers naar wat zij als kwaliteit van zorg ervaren. Verassend was dat zij daarbij zaken noemden als tijd, deskundigheid maar geen zaken zoals protocollen of interne audits. Dit onderzoek krijgt een vervolg in 2013 onder leidinggevenden. ad 2. De auditoren zijn in 2012 getraind door een extern bureau Walvis in het doen van waarderende audits. Daarbij is extra aandacht besteed aan het zoeken van de verbeterpunten ten aanzien van de uitvoering van de interne audits. ad 3. De externe audit heeft eind 2012 plaatsgevonden en de Raphaëlstichting heeft het certificaat behouden. Er waren een aantal verbeterpunten waarvoor een plan van aanpak is geschreven. Januari 2013 ging DNV akkoord met het plan van aanpak. ad 4. In 2012 heeft een tweede onderzoek van “Beelden van kwaliteit” onder leiding van P rofessor Hans Reinders op Rozemarijn plaatsgevonden. De Raphaëlstichting ziet dit onderzoek als een manier om meer recht te doen aan het werken aan goede kwaliteit. De resultaten waren bemoedigend wat betreft de methodiek. De commissie Goede Zorg De commissie goede zorg is gestart in 2012. De commissie Goede zorg is een nieuw idee en moet nog vorm krijgen. Het doel is om via observatie cultuur observaties te doen en elkaar wakker te houden. Er ontstaan soms situaties in een team die door gewenning zijn ontstaan maar die niet wenselijk zijn. Bv een bewoner die niet gezien wordt. In 2013 zullen 2 pilots plaats vinden.
4.4. Kwaliteitsbeleid ten aanzien van patiënten/cliënten 4.4.1. Kwaliteit van zorg Moeilijk verstaanbaar gedrag (MVG) De werkgroep Moeilijk Verstaanbaar Gedrag (MVG) heeft in 2012 2 symposia georganiseerd. Ook is men op bezoek geweest bij zorginstelling ASVZ om de tripple-C methode te bekijken. Het is de bedoeling om samen op te trekken op het gebied van de deskundigheid binnen de Raphaëlstichting. Er vindt een centrale aansturing plaats op dit gebied bv t.a.v. het aanstellen van deskundigen. Bopz,
21
De instellingen zijn toegerust en opgeleid met betrekking tot voorkoming van vrijheidsbeperkende maatregelen. Op 15 juni 2012 heeft hiertoe een scholing/een inspiratiedag van Vilans plaats gevonden op Midgard voor alle medewerkers van de Raphaëlstichting. Doel was om de bewustwording bij medewerkers op gang te brengen. De dag is goed bezocht. De beleidsnotitie BOPZ en de bij behorende formulieren zijn aangepast. Midgard is in 2012 bezocht door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Er wordt actief afgebouwd. In uitzonderingssituaties heeft dit geleid tot actief uitplaatsen van cliënten. BOPZ op Rudolf Steiner Zorg In 2012 heeft het beleid middelen en maatregelen conform de wet BOPZ aandacht gehad zowel bij de psychogeriatrische zorg als bij de VG zorg. Geen van de cliënten uit de VG-zorg (Artaban) vallen op dit moment onder de wet BOPZ. Wel zijn er een tweetal cliënten die gerichte aandacht nodig hebben. Het gaat daarbij om moeilijk verstaanbaar gedrag dat bij onjuiste signalering tot ontsporing kan leiden. Bij deze cliënten is een signaleringsplan in het zorgplan opgenomen waar het team en familie houvast aan heeft. Dit plan is in samenspraak met de cliënt en/ of diens vertegenwoordiger tot stand gekomen. Het team van Artaban heeft deelgenomen aan een scholing over moeilijk verstaanbaar gedrag en het opstellen en werken met signaleringsplannen. Op de afdeling psychogeriatrie zijn geen middelen en maatregelen toegepast in het kader van de wet BOPZ. Er is bij een aantal cliënten wel sprake van een bewust genomen risico. Dit altijd in samenspraak met de vertegenwoordiger en vastgelegd in het zorgplan. Er zijn in 2012 vier cliënten opgenomen die naast de PG problematiek ook (ernstige) psychiatrische problematiek hebben. Bij een cliënt heeft het CCE (Centrum voor Consultatie en Expertise) meegekeken en geholpen een signaleringsplan te maken. Bij de andere drie is met ondersteuning van Parnassia en in overleg met de vertegenwoordiger een adequaat zorgplan gemaakt. Een scholing over de BOPZ heeft plaatsgevonden in 2012. Kwaliteitsverbetering in samenspraak met cliëntenraad Op de instellingen voor cliënten met een verstandelijke beperking heeft in 2011 het cliëntentevredenheidsonderzoek plaats gevonden. De resultaten en de verbeterplannen zijn besproken met de cliëntenraden en uitgewerkt in 2012. In 2013 vindt een nieuw cliëntentevredenheidsonderzoek plaats. Rudolf Steiner Zorg. In 2010 heeft een cliënttevredenheidsonderzoek op Rudolf Steiner Zorg plaatsgevonden. De resultaten van dit onderzoek zijn besproken met de cliëntenraad. In gezamenlijkheid is een verbeterplan tot stand gekomen met daarin 3 speerpunten. Dagbesteding: Een duidelijkere profilering van dagbesteding voor bewoners met een somatische indicatie en bewoners met een PG indicatie. Vooral in opnamefase gerichte individuele aandacht. Privacy: Het realiseren van een- en twee-persoonskamers voor alle bewoners ten behoeve van de privacy. Toiletbezoek: Bewoners ervaren geen personele belemmeringen meer als zij naar het toilet willen en daar hulp bij nodig hebben. Sociale innovatie: Naast deze bovengenoemde punten uit het cliënttevredenheidsonderzoek is ook het project sociale innovatie in overleg met de cliëntenraad tot stand gekomen met als onderliggende thema's: Gastvrije zorg, vraaggestuurde zorg vanuit de antroposofische identiteit. Dit is een meerjarenproject waarvoor in 2012 het fundament is gelegd. Resultaat Acties dagbesteding: " De dagbesteding heeft 4 uur uitbreiding gekregen. Door de verhuizing van de PG cliënten naar een nieuwe locatie is er een nieuw programma gemaakt voor zowel de doelgroep somatiek als de doelgroep PG. " Het aantal direct contactmomenten is verhoogd van 43 % van de werktijd naar ruim 80% van de
22
werktijd. Een deel van deze contactmomenten worden gerealiseerd op de woonkamers waardoor ook bewoners die niet snel meegaan naar een activiteit bereikt worden. " Er is 16 uur per week een biografisch consulent aanwezig die in de opname fase intensief contact heeft met de cliënt en familie en ondersteunt in het wennen aan de nieuwe fase in het leven Resultaat dagbesteding: " In het cliënttevredenheidsonderzoek 2012 scoort de zinvolle dagbesteding op de PG boven het landelijk gemiddelde en wordt de dagbesteding expliciet gewaardeerd. Op de somatiek scoort de zinvolle dagbesteding onder het landelijk gemiddelde maar wel hoger dan in 2010. Aan de hand van deze score is in overleg met de cliëntenraad het aantal contactmomenten verhoogd op de woongroepen somatiek. Het resultaat daarvan is nog niet gemeten maar wordt gevolgd. Acties en resultaat privacy: " Door verhuizing van de PG naar Swaenestate en de verbouwing Nieuwe Parklaan zijn alle 3 en 4 persoonskamers verdwenen en zijn overal 1 en 2 persoonskamers gerealiseerd conform afspraak met cliëntenraad. Onderwerp is daarmee afgesloten. Acties en resultaat toiletbezoek: " Er is gerichte aandacht voor toiletbezoek door leidinggevende en de coördinerend woonbegeleider. Individuele knelpunten daarin zijn besproken en opgelost. " In het cliënttevredenheidsonderzoek 2012 is het geen algemene vraag meer maar het komt niet als thema naar boven in de vrije ruimte van het onderzoek zowel op de PG als de somatiek. Ook in de gesprekken bewoners / cliëntenraad is het geen onderwerp van belang meer gebleken voor bewoners omdat het over het algemeen naar wens gaat. Onderwerp is daarmee afgesloten. Acties en resultaat project Sociale innovatie / 1e jaar: " In 2012 heeft BOAG conform project planning met ons een probleemanalyse gemaakt en een daarbij horend stappenplan uitgaande van onze toekomst met diverse kleinschalige zorgvormen. Medewerkers zijn hier nauw bij betrokken geweest. Uit deze probleemanalyse zijn de thema's vraaggestuurde zorg en gastvrije zorg vanuit de antroposofische identiteit uitgewerkt. De stijl van leidinggeven is daarbij aan de orde geweest. Er is een omslag van hiërarchisch leidinggeven naar coachend leidinggeven in gang gezet. Deze stap is nodig om de verantwoordelijkheden zo laag als mogelijk in de organisatie neer te leggen (persoonlijk leiderschap) De cliëntenraad volgt het traject en heeft akkoord gegeven voor het uitgewerkte stappenplan voor de jaren 2013 en 2014. Project loopt door in 2013 en 2014. Kwaliteitskader Er is meegedaan aan het kwaliteitskader. Toelichting resultaten kwaliteitskader Pijler 1 De resultaten voor pijler 1 waren goed. Op het punt van de risico-analyse cliënten scoort de Raphaëlstichting iets minder omdat de risico-analyse nog niet bij alle cliënten was ingevoerd (tussen de 75 en 95%). Ook het gebruik van aanvullende methodieken bij de incidenten analyse scoort iets lager. Dit punt is nog in ontwikkeling. Er is een start gemaakt met de Prisma-analyse. Toelichting resultaten kwaliteitskader pijler 2A De resultaten van pijler 2A waren ook goed. Tevens zal bekeken worden hoe visusonderzoek, gehooronderzoek en borstkankeronderzoek structureel kan worden ingebed. Zorg diversen Er is in 2012 een aanbestedingstraject geweest voor een nieuwe apotheker. Per 1-1-2013 is de Raphaëlstichting overgestapt naar een andere leverancier voor Breidablick, Midgard en Scorlewald. Het reanimatie en euthanasiebeleid, protocol huiselijk geweld, protocol seksueel misbruik en protocol grensoverschrijdend gedrag is geactualiseerd in 2012. De nieuwe richtlijnen van de sector zijn hierin verwerkt.
23
Goede zorg Op de locatie Rozemarijn is in 2012 een tweede pilot gestart van beelden van Kwaliteit. In 2015 zal er een pilot op Rudolf Steiner Zorg plaatsvinden.
4.4.2. Klachten (exclusief particuliere FPC’s) Verslag klachtencommissie cliënten 2012 Klachtenregeling Binnen de Raphaëlstichting is een klachtenregeling voor cliënten. Daarnaast is er een route voor officiële klachten en niet-officiële klachten. De officiële klachten worden ingediend bij een onafhankelijke klachtencommissie. De niet-officiële klachten worden direct binnen de instelling opgepakt door de betreffende leidinggevende. Daarnaast is er de mogelijkheid voor cliënten om contact te zoeken met de vertrouwenspersoon voor een luisterend oor en/of advies. Informatie over de klachtenprocedure en de vertrouwenspersonen wordt op verschillende manieren onder de aandacht gebracht, bijvoorbeeld via nieuwsbrieven, door bij groepen langs te gaan of door een folder. Ook staat de informatie op de websites. Samenstelling klachtencommissie De klachtencommissie bestaat uit: Jan Blokland, rechter te Alkmaar. Onafhankelijk voorzitter en jurist. Anne Wit-Zuidema, psycholoog. Voorgedragen namens de cliëntenraden. Rika van den Berg, orthopedagoge/GZ-psycholoog voor het Maartenhuis. Lid voor zover de klacht niet het Maartenhuis betreft. Werkwijze Een klacht wordt schriftelijk aan de commissie voorgelegd. Aan de behandeling van de klacht wordt door alle drie de leden van de klachtencommissie deelgenomen. Beide partijen worden gehoord. Klachten Cliënten Raphaëlstichting De commissie is in 2012 niet bijeen geweest omdat er geen klachten waren ingediend ( in 2011 waren vijf klachten ingediend). Er heeft wel afstemming plaatsgevonden over afronding van een aantal klachten uit 2011. Vertrouwenspersonen Binnen de Raphaëlstichting zijn er per instelling vertrouwenspersonen voor cliënten aangesteld. Jaarlijks brengen zij verslag uit aan de leden Klachtencommissie Cliënten en aan het bestuur. Informatie over de klachtenprocedure en de vertrouwenspersonen staat op de diverse websites. Vanaf 2010 komen de vertrouwenspersonen regelmatig bij elkaar om ervaringen uit te wisselen. In 2012 zijn de vertrouwenspersonen twee maal bij elkaar geweest. Bij de vertrouwenspersoon cliënten hebben zo'n 30 gesprekken plaatsgevonden. Onderwerpen die daarbij ter sprake kwamen waren: situatie werkplek cliënt, situatie woonplek cliënt, privé situatie, personeelsbezetting, omgang kinderen, wegraken hulpmiddelen, geen goede stomazorg, vertrek deelnemer, verslaglegging en bejegening. De vertrouwenspersonen proberen samen met de klager tot een oplossing te komen.
24
4.5. Kwaliteit ten aanzien van medewerkers 4.5.1. Personeelsbeleid Personeelsbeleid algemeen Aan het medewerkersbeleid bij de Raphaëlstichting wordt voor een deel centraal vorm en inhoud gegeven en voor een deel decentraal binnen de instellingen zelf. Bij de instellingen wordt gewerkt op basis van ontwikkelingsgericht medewerkersbeleid. De focus van het centrale medewerkersbeleid in 2012 was o.a. gericht op scholing resp. duurzame inzet van medewerkers. Ontwikkelingsgericht medewerkersbeleid Instellingen, maar ook medewerkers gaan een ontwikkelingsweg. Daarbij geldt dat zowel eigen vragen aan de orde zijn maar ook vragen c.q. eisen die vanuit de omgeving worden gesteld. Centraal in het ontwikkelingsgerichte medewerkersbeleid van de instellingen staan de medewerkersgesprekken die uiteraard ook in dit verslagjaar zijn gevoerd. In essentie gaan deze gesprekken over de vraag hoe de ontwikkeling van de organisatie en van de medewerker vruchtbaar aan elkaar kunnen zijn. Daartoe worden in de medewerkersgesprekken o.a. de effecten van de gevolgde opleidingen aan de orde gesteld. Scholing en opleiding In 2012 is een centrale opleidingscoördinator aangesteld. De functie praktijkopleider is nieuw ingericht en geëvalueerd binnen het MT. De functie is werkzaam op de grote instellingen. Zowel voor de initiële opleiding Maatschappelijke Zorg als voor overige scholingswegen en opleidingsroutes geldt het uitgangspunt dat het echte leren in de praktijk, op de werkvloer, plaatsvindt. In 2012 is een centrale scholingscoördinator aangesteld om instellingen te ondersteunen op het gebied van opleidingen enerzijds en het ontwikkelen van centraal beleid anderzijds. De initiële opleiding Maatschappelijke Zorg wordt voor onze instellingen als een interne en van overheidswege erkende opleiding gerealiseerd door het Edith Maryon College (EMC) in samenwerking met ROC Midden Nederland. In 2012 is onder meer de interne leergang Middenkader Ontwikkelings Traject van start gegaan voor leidinggeven op middenmanagementniveau, alsmede de opleiding Productvernieuwing voor werkplaatsleiders. Hierin worden werkplaatsleiders opgeleid om kennis te maken met andere technieken. Gezondheid en verzuim, arbeidsomstandigheden: duurzame inzet medewerkers Evenals in 2011 daalde het verzuim en bleef het gemiddelde verzuimpercentage van de gezamenlijke instellingen beneden het landelijk sectoraal gemiddelde: 5,01%. Rudolf Steiner Zorg scoorde een percentage van 4,5%. Het 'eigen regie model' dat in 2011 is ingevoerd, heeft ook in 2012 zijn vruchten afgeworpen. Verder is in 2012 besloten om vanaf 2013 het eigenrisicodragerschap voor de WGA te aanvaarden, onder meer in het kader van de verdere terugdringing van het (op zich al wel beperkte) volume blijvende arbeidsongeschiktheid. Eind 2012 zijn enkele instellingen in het kader van het landelijke project psycho-sociale arbeidsbelasting bezocht door de Directie Arbo van SZW. De algehele indruk was positief, met name de grote betrokkenheid van medewerkers en de zinvolle dagbesteding vielen daarbij op. Wel waren enkele aanvullende maatregelen noodzakelijk, o.a. op het gebied van arbeids- en rusttijden c.q. werkdruk. Het digitale urendeclaratiesysteem is gestart met de implementatie in 2012 en zal in 2013 verder worden uitgerold. Onderzoek en kennis Op het gebied van onderzoek en kennis zet het bestuur in op innovatie en kwaliteit van zorg. Er is een coördinator Kennis & Onderzoek aangesteld die ondermeer betrokken is bij het warmteonderzoek op Rozemarijn
25
en sociaal-therapeutisch werken. De focus was daartoe ook in 2012 gericht op het delen van beschikbare respectievelijk beschikbaar komende kennis, zowel in- als extern. Onderzoek sociaal-therapeutisch werken In 2008 is een onderzoek naar sociaal-therapie en werken gestart. Nadat het onderzoek een tijdje heeft stil gelegen is het in 2012 weer opgepakt. Aanleiding voor het onderzoek was de zorg die in de onderzoekswerkplaats naar voren kwam over het behouden van het antroposofisch gedachtegoed in het dagelijks werken met de bewoners. Aan de hand van interviews, vragenlijsten en een symposium is gekeken hoe in de werkplaatsen van de Raphaëlstichting met de sociaaltherapie wordt gewerkt. Wordt de huidige kijk op werk nog geïnspireerd door de antroposofie? En hoe kunnen we dat onderhouden? En als dat niet zo is, wat moet er dan gebeuren? Het onderzoek levert verschillende aanbevelingen op. Zo is er behoefte aan scholing in sociaal- therapeutische thema's en antroposofie, zou er meer aandacht moeten worden besteed aan de kwetsbare balans tussen de kwaliteit van de producten, toenemende zorgzwaarte en toenemende administratieve eisen en is er behoefte aan meer samenwerking en het delen van ervaringen.
4.5.2. Kwaliteit van het werk Medewerkerstevredenheid De Raphaëlstichting heeft in 2012 een medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd. De resultaten waren over het algemeen vergelijkbaar of beter dan de benchmark. De tevredenheid was een 7,6 (benchmark 7,2). Op elke instelling is een eigen werkgroep aan het werk gegaan met de resultaten en zijn er verbeterplannen opgesteld in overleg met de OR en CR van de eigen instelling. De verbeterplannen zullen in 2013 worden uitgevoerd. Aandachtspunt vanuit het medewerkerstevredenheidsonderzoek is de sociale veiligheid van medewerkers. Werkdruk De werkdruk wordt op enkele instellingen als hoog ervaren. Dit bleek ook uit het medewerkerstevredenheidsonderzoek. Dit punt heeft de aandacht van de preventiemedewerkers op de instellingen. Er is gestart met het onderwerp werkdruk uit de ARBO-catalogus. Deze zal in 2013 verder worden uitgewerkt. Brandveiligheid De ontruimingsoefeningen en vluchtplattegronden zijn op alle instellingen geactualiseerd. De instellingen hebben het aantal ontruimingsoefeningen verhoogd om ervoor te zorgen dat de medewerkers goed geoefend zijn. De brandveiligheid wordt in de aandacht gehouden, door oefeningen en gesprekken op de instellingen. Verslag klachtencommissie medewerkers 2012 Klachtenregeling Binnen de Raphaëlstichting is een klachtenregeling voor medewerkers. Er is een route voor officiële klachten en niet-officiële klachten. De officiële klachten worden ingediend bij een onafhankelijke klachtencommissie. De niet-officiële klachten worden direct binnen de instelling opgepakt door de betreffende leidinggevende. Daarnaast is er de mogelijkheid voor medewerkers om contact te zoeken met de vertrouwenspersoon voor een luisterend oor en/of advies. Informatie over de klachtenprocedure en de vertrouwenspersonen wordt op verschillende manieren onder de aandacht gebracht, bijvoorbeeld via nieuwsbrieven, door bij groepen langs te gaan of door een folder. Ook staat de informatie op de websites. Samenstelling klachtencommissie De klachtencommissie bestaat uit:
26
* Mw. C. Kuipéri-Botter, voorzitter Advocaat * Dhr. F. Duijvestijn Lid Centrale Ondernemingsraad en medewerker Midgard * Vacature Werkwijze Een klacht wordt schriftelijk aan de commissie voorgelegd. Aan de behandeling van de klacht wordt door alle drie de leden van de klachtencommissie deelgenomen. Beide partijen worden gehoord. Klachten medewerkers Raphaëlstichting In 2012 zijn er geen klachten door medewerkers ingediend bij de officiële klachtencommissie. Naast de officiële klachten die via de klachtencommissie kunnen worden ingediend, zijn er ook niet-officiële klachten die bij de vertrouwenspersonen medewerkers terecht komen. Vertrouwenspersonen Binnen de Raphaëlstichting zijn er per instelling vertrouwenspersonen voor medewerkers aangesteld. Jaarlijks brengen zij verslag uit aan de leden Klachtencommissie medewerkers en aan het bestuur. Informatie over de klachtenprocedure en de vertrouwenspersonen staat op de diverse websites. Vanaf 2010 komen de vertrouwenspersonen regelmatig bij elkaar om ervaringen uit te wisselen. In 2012 zijn de vertrouwenspersonen twee maal bij elkaar geweest. Bij de vertrouwenspersoon medewerkers zijn 5 gesprekken geweest. Onderwerpen die ter sprake kwamen waren: overbelasting/werkdruk, conflicten in de werksituatie, rooster, functioneren/ samenwerken collega's, omgang met ouders en communicatie. De vertrouwenspersonen proberen samen met de klager tot een oplossing te komen.
4.6. Samenleving en belanghebbenden In de samenleving De Raphaëlstichting streeft ernaar, dat de zorg wordt aangeboden, daar waar de vraag het grootst is en waar initiatiefnemers zich hebben gemeld om te komen tot het opstarten van een voorziening. Dat kan inhouden dat de zorg niet alleen voor cliënten maar, als uitvloeisel daarvan, ook voor de betreffende wijk of buurt tot een meerwaarde kan leiden. Dit komt onder andere tot uiting in het gebruik maken van monumenten met cultuurhistorische waarde om werkgelegenheid (dagbesteding) te creëren voor cliënten (zoals Korenmolen de Otter in Oterleek), waardoor een dorpsgemeenschap tevens een winkel rijker wordt en de leefbaarheid vergroot wordt. Ook het werk bieden aan cliënten van Fermento, een winkel/bakkerij, annex lunchroom in het centrum van Alkmaar, maakt dat integratie heel gewoon wordt. In buurtschap Ferm Rozemarijn in Haarlem wonen medewerkers, jongeren met een pychosociale hulpvraag, kinderen met een meervoudige beperking en mensen 'van buiten' samen. De nieuwe winkel (Rozemarijn Santé) die daar vlakbij ligt, richt zich op het multiculturele karakter van de buurt. De inpandige bakkerij die in open verbinding met de winkel staat bevordert uitwisseling tussen buurtbewoners en de jongeren die er werken. Verder wordt regelmatig door bedrijven en niet zorg-gerelateerde instellingen gebruik gemaakt van de gastvrijheid van de voorzieningen om in het kader van personeelsdagen, veelal in samenwerking met de cliënten, werkzaamheden te verrichten op de terreinen van de instellingen. Hierdoor ontstaat een plezierige wederzijdse band en wordt integratie bevorderd.
27
4.7. Financieel beleid Het financieel beleid is gericht op stabilisatie en weerbaarheid van de exploitatie tegen een achtergrond van maatschappelijke ontwikkelingen (eigen regie en participatie) en veranderende regelgeving bij de overheid (overheveling begeleiding naar WMO, beperking toegang AWBZ en bezuinigingen) waarbij sprake is van een toenemend en mogelijk stapelend aantal risico's. Doelstelling was minimaal 1 % rendement te realiseren uit de (positieve) exploitatie. Het resultaat wordt toegevoegd aan de reserve teneinde het weerstandsvermogen verder te verstevigen. Het resultaat over 2012 bedraagt na aftrek van incidentele posten 2% van de omzet. Daarmee wordt de weerstandspositie van de Raphaëlstichting sterk verbeterd ten opzichte van eerdere jaren. Eveneens wordt ingelopen op het branchegemiddelde. Bovendien versterkt het onze positie om waar nodig (langlopende) verplichtingen te kunnen aangaan. Het beleid is in de loop van het jaar aangescherpt en wordt ondersteund door risicomanagement, bewaking van de liquiditeit, treasury, interne controle en samenhangend versterking van de controlling en rapportage. Risicomanagement is actueel en wordt per kwartaal geactualiseerd en gerapporteerd. De investeringen evenals de projectenportefeuille zijn opnieuw beoordeeld en geprioriteerd tegen de achtergrond van de toenemende risico's als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen en veranderende regelgeving. Met name de inzet op scheiden van wonen en zorg waarbij uitbreiding in intramurale capaciteit gemaximeerd is en dus niet meer gehonoreerd wordt, heeft de heroriëntatie bepaald. Dat heeft geleid tot vertraging van projecten en in een enkele situatie het stopzetten van een voorgenomen project. Voorts is in beeld gebracht wat de gevolgen van een zich wijzigend overheidsbeleid zou betekenen voor de stichting. Dit was in beeld voor de overheveling van de begeleiding en is aangevuld met de gevolgen van het verdwijnen van de aanspraak van de zorgzwaartepakketten 1 en 2 per 2013 voor nieuwe cliënten (krimpscenario). Daarnaast zijn de risico's becijferd en zijn er verschillende scenario's in geval het voorgenomen regeerakkoord zich vertaalt in beleid. Met verschillende uitwerkingen (en dus consequenties) wordt gerekend, terwijl feitelijk anticiperen lastig is in het huidige politieke klimaat. Grootste uitdaging daarin is de financierbaarheid en flexibiliteit van het vastgoed dat in eigendom is. Met elke locatie is op exploitatieniveau gekeken naar weerbaarheid en flexibiliteit van de exploitaties van de eenheden en zijn plannen van aanpak opgesteld. Deze plannen hebben zich na het Lenteakkoord en het najaarsakkoord steeds geactualiseerd en een verbinding gekregen met de begroting 2013. In de begroting van 2013 is een taakstelling gerealiseerd met een (gemiddelde) bezuiniging van 4,3 %. Er is intensief met het Waarborgfonds (Wfz) contact geweest over de borging van een lening ter waarde van 2,3 miljoen. Deze procedure is aangescherpt als gevolg ook van eerder genoemde ontwikkelingen en heeft veel tijd gevraagd. Nieuw beleid van het Wfz maakt ook dat elke volgende lening ongeborgd gefinancierd dient te gaan worden vanwege een maximum aan geborgde leningen dat gesteld wordt. De financieringsstructuur wordt nog nader onderzocht waarbij gestreefd wordt om ook hier én weerbaar te zijn én flexibeler te worden. De bewaking van de liquiditeit is dagelijks en wordt per maand gerapporteerd. In 2012 is er nieuw beleid opgesteld als gevolg waarvan investeringen en onderhavige projecten opnieuw geprioriteerd zijn. Rode draad in het nieuwe beleid is grote investeringen extern te financieren, de kredtietfaciliteit uitsluitend aan te spreken om fluctuaties op te vangen en het rendement van de instelling in de loop van 2012 te vergroten naar ten minste 2%. Samenhangend is het treasurybeleid geactualiseerd en wordt periodiek besproken met de toezichthouders. De interne controle wordt per kwartaal uitgevoerd op ondermeer de productieregistratie en de zorgdossiers. Aan de hand van een AO/IC (jaar-) plan wordt de controle uitgevoerd. Tevens wordt bij de opstelling van de het jaarplan gekeken naar de eisen die ondermeer (de verschillende ) zorgkantoren en overheid stellen aan onze administratie. Bijzondere aandacht is er door het jaar heen geweest voor Careview in aansluiting op de AZR en de elektronische declaratie AW319 en het meer en meer gebruiksvriendelijk maken van de zorgdossiers; met name de nieuwe updates en bijbehorende releases heeft veel van de organisatie gevraagd.
28
Het berichtenverkeer met de zorgkantoren middels AZR is tijdig en correct ondanks de complexiteit en aansluitbaarheid van AZR met de gevraagde releases. De controlling is afgelopen jaren uitgebreid vanwege toenemende eisen en regelgeving en daarmee samenhangend het toenemend aantal risico's. Dat maakt dat intern sterk behoefte is ontstaan aan de functie van business-controlling ter ondersteuning aan het management van de verschillende locaties. Met de uitbreiding is een aanzet van de functie gegeven die in de loop van 2013 binnen de afdeling controlling verder vorm zal gaan krijgen De maandrapportage is verbeterd. Per kwartaal wordt een rapportage gegeven op 6 prestatievelden ! kwaliteit van zorg ! cliënt- en leverancierswaardering ! medewerkersontwikkeling en waardering ! eigen identiteit ! bedrijfsvoering en financiële continuïteit ! ketenpartners Dit vormt een (integraal) geheel met de vereenvoudigde maar verscherpt inzichtelijke maandcijfers. Financiële positie In financieel opzicht was 2012 een bijzonder jaar. Met een stevig positief resultaat van 1,2 mln ten opzichte van een begroot resultaat van 0,5 mln heeft de stichting ruim voldaan aan de door haar bijgestelde eis rondom het rendement. Zij groeit daardoor in weerstandsvermogen naar een percentage van 15,4 %. Het genormaliseerd resultaat is hoger dan begroot als gevolg van het inzetten van de voor 2012 toegekende convenantmiddelen alsmede het toekennen van gerealiseerde overproductie. Tegenvallers waren het deels niet toekennen van gerealiseerde overproductie, een opgelegde boete van de gemeente Schagen ivm brandveiligheid op Midgard, een naheffingsaanslag WGA/WIA van oudere jaren en het reeds eerder genoemde stopzetten van een nieuwbouwproject heeft geresulteerd in een afboeking van gemaakte aanloopkosten. Daarnaast is op basis van verschillende scenario-analyes waarin onder meer rekening gehouden is met te verwachten overheveling begeleiding naar de WMO en scheiden wonen-zorg een extra afschrijving toegepast op een aantal objecten. De liquiditeitspositie is als gevolg van een herziening van investeringen en prioritering van projecten sterk verbeterd, wat verder verstevigd wordt door het goede resultaat. Resultaten Het financieel beleid wordt op stichtingsniveau gevoerd en verslagen. Per locatie is geen afwijkend beleid. Het resultaat wijkt significant af van het begrote resultaat. Enerzijds door bovenbeschreven bijgesteld beleid, anderzijds door groei van verschillende locaties die in de productie gehonoreerd zijn door het Zorgkantoor. De groei is met name zichtbaar bij Rozemarijn. De (bezuinigings-) taakstelling ten aanzien van de begroting van 2013 maakte dat al halverwege 2012 geanticipeerd is om deze taakstelling in januari 2013 gerealiseerd te kunnen hebben, hetgeen een positief effect heeft op de exploitatie eind 2012. Rudolf Steiner Zorg kent een negatieve exploitatie als gevolg van een stapeling van tegenvallers in de exploitatie. Deels uit voorgaande jaren, deels leegstand (tijdelijk) en deels niet gehonoreerd krijgen van (extra) middelen van het Zorgkantoor ondermeer op innovatie. In zijn algemeenheid blijft Rudolf Steiner Zorg kwetsbaar vanwege krimp in de instroom van nieuwe cliënten en een grillig verloop rondom de productie. Er is ingezet op een plan van aanpak hetgeen in het najaar resultaat liet zien. Er wordt met regelmaat (ten minste per kwartaal) binnen het MT extra aandacht besteed aan financiële managementsessies. Centraal staan de maatschappelijke ontwikkelingen en de veranderende regelgeving vanuit de overheid. Daarnaast worden de gebruikelijke gesprekken over de maandcijfers gevoerd, vinden per half jaar gesprekken plaats over de voortgang van de plannen van aanpak in het kader van weerbaarheid en flexibiliteit. Er is veel aandacht geweest voor de zorginkoop in onderlinge afstemming met de locatie, de kaderbrief en de begroting.
29
Het verzuim is verder gedaald tot onder het landelijk gemiddelde. Het besluit voor Eigen Risico Dragerschap is voorbereid en zal per 2013 een feit zijn. Convenantmiddelen Bijzonder was de ophoging van de tarieven van de zorgzwaartepakketten met tijdelijke convenantmiddelen. Deze middelen hadden ten doel de kwaliteit van zorg te intensiveren door inzet van extra personeel en extra inzet op scholing. De stichting heeft daarvoor plannen ingediend bij de zorgkantoren en de middelen ondergebracht in een separate (project-) begroting. De verantwoording heeft volgens deze begroting plaatsgevonden en keerde maandelijks terug in de financiële rapportage. Op verzoek is ook (periodiek) hierover verantwoording afgelegd aan de zorgkantoren, zowel voor de inzet als de inhoudelijke besteding van de middelen. Halverwege 2012 heeft VWS het convenant dat aanvankelijk voor drie jaar stond, opengebroken en heeft laten weten dat de middelen na 2012 niet meer bestaan voor de gehandicaptenzorg. De ouderenzorg heeft de convenantmiddelen behouden. Dat betekent voor de locaties waar gehandicaptenzorg geleverd wordt dat de inzet zich niet structureel vertaald heeft in extra inzet, behoudens een enkele uitzondering die toegevoegde waarde heeft laten zien en (uiteindelijk) opgebracht kan worden zonder inzet van extra middelen. Informatie over de financiële instrumenten De automatisering van PGB/PVB-facturen is eind 2012 geïmplementeerd. Daarnaast is het digitaal verwerken van inkoopfacturen voorbereid en met ingang van 1 januari 2013 geïmplementeerd. Het digitaal declareren van gewerkte medewerkersuren is verder geïmplementeerd en uitgerold en zal naar verwachting midden 2013 in zijn geheel over de stichting zijn uitgerold. Er heeft oriëntatie plaatsgevonden op een B.I.-tool en voor het verwerken en verfijnen van de risico-analyse op het vastgoed in combinatie met een meerjarenbegrotingsmodel is een nieuw pakket aangeschaft. Voor een toelichting op het gebruik financiële instrumenten, risicobeheer en afdekkingsbeleid en de met het houden van financiële instrumenten samenhangende prijs-, krediet-, liquiditeits- en kasstroomrisico’s wordt verwezen naar de toelichting op de jaarrekening. De Grondslag De steunstichting De Grondslag is in het kader van good governance ondergebracht in de structuur van bestuur en toezichthouders. Vanwege de steunactiviteiten is dit gerealiseerd middels een personele unie. De jaarrekening van De Grondslag wordt in 2012 apart verslagen en voorzien van een beoordelingsverklaring door de accountant. Gebeurtenissen na de balansdatum Er hebben zich geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan met een effect op de cijfers per 31 december 2012.
30
5.1 JAARREKENING 2012 Raphaëlstichting