Jaarrekening 2012 Stichting Pensioenfonds Cindu International
Versie 20 juni 2013
42
Balans per 31 december 2012 na bestemming resultaat (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
31-12-2012
31-12-2011
Activa Beleggingen voor risico pensioenfonds Direct onroerend goed Vastrentende waarden Aandelen Lopende Valuta termijntransacties Herbeleggingsrekeningen en diversen onbelegd
9.986 90.677 41.878 602 199
Herverzekeringsdeel technische voorziening Vorderingen en overlopende activa Vordering dividend en div. belasting Vordering Pensioenpremie Diversen vooruitbetaald of te vorderen Te vorderen rente bank
Liquide middelen Totaal
10.667 78.888 35.715 -/- 238 23 143.342
125.055
327
349
94 117 17 4
147 161 31 24
232
363
233
5.632
144.134
131.399 .
43
Balans per 31 december 2012 na bestemming resultaat (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
31-12-2012
31-12-2011
Passiva 10.968
Stichtingskapitaal en reserves Technische voorzieningen Pensioenverplichtingen voor risico pensioenfonds Premie-/schade-buffer WAO-/ANW hiaatverzekering Kosten backservice en indexatie Voorziening eigen risico Herverzekeringsdeel technische voorziening Totale technische voorziening Overige schulden en overlopende passiva Belastingen en sociale lasten Diversen, nog te betalen of vooruit ontvangen Vordering i.vm Voorzieningsfonds
Totaal
3.892
132.392
126.602
324
251
132.716 327
126.853 349 133.043
116 7
127.202
129 96 80 123
305
144.134
131.399
44
Staat van baten en lasten 2012 (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
2012 Baten Beleggingsresultaten voor risico pensioenfonds Gerealiseerd koersresultaat Directe beleggingsopbrengsten Overige opbrengsten i.v.m. beleggingen Ongerealiseerde opbrengsten Slotdividend Altera Vastgoed
2011
-/- 715 1.070 815 18.061 12
130 918 7.500 17 19.243
Premiebijdragen, koopsommen, waardeoverdracht Pensioenpremies Flexioenpremies ANW-hiaat premies Waardeoverdrachten inkomend
991 11 34 1
8.565
946 8 31 207 1.037
Overige baten BNYM Uitkeringen (her)verzekeringen Overig / diverse (incl. mutatie herverz.) Totaal baten
82 -/- 20
1.192 79 95 53
62 20.342
227 9.984
45
Staat van baten en lasten 2012 (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
2012
2011
Lasten Mutatie voorziening pensioenverplichtingen: Mutatie verplichtingen voor risico pensioenfonds (incl. ANW buffer) Afname herverzekeringsdeel techn. voorz.
5.863
8.295
-/- 22
-/- 39 5.841
Uitkeringen Pensioenuitkeringen Afkoop kleine pensioenen Uitgaande waardeoverdrachten
6.610 257 4
8.256 6.785 237 187
6.871 Overige lasten Kosten pensioenbureau/pensioenuitvoering Overige lasten herverz./ voorz. fds.
Totaal lasten Saldo baten en lasten
501 53
7.209 450 145
554
595
13.266 7.076
16.060 -/- 6.076
Voetnoot: kosten actuaris in 2011 22k te laag, extra genomen in 2012 Dus eigenlijk: 2011: 472; 2012:479
46
Kasstroomoverzicht 2011 2012 Kasstroom uit pensioenuitvoeringsactiviteiten Ontvangen premies Inkomende waardeoverdrachten Uitkeringen (o.a. herverzekering)
2011
1.080 1 94
824 207 174 1.175
Pensioenuitkeringen1 Uitgaande waardeoverdrachten Algemene kosten betaald (personeel, automatisering, advies, diensten, huur, notaris, opleiding) Afkopen kleine pensioenen
1.205
-/- 6.739 -/4
-/- 6.785 -/- 187
-/-
554
-/-
442
-/-
257
-/-
237
-/- 7.554 Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Netto Dividenduitkering Altera Vastgoed (incl. slotdividend vorige jaar) Onttrekking mandaat Robeco tbv pensioenbetaling Onttrekking Pimco High Yield obligaties Terugontvangen dividendbelasting Ontvangen rente bank
-/- 7.651
468
512
400
4.490
147 24
6.500 28 1.039
Kasstroom uit overige mutaties
Netto kasstroom
1
-/- 59
11.530 43
-/- 59
43
-/- 5.399
5.127
uitkering voor eigen rekening plus herverzekerde uitkeringen; incl. afkopen
47
Toelichting op de jaarrekening (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Inleiding De stichting heeft ten doel aan de deelnemers en hun nagelaten betrekkingen uitkeringen te verschaffen bij ouderdom of overlijden. De stichting kan haar doelstelling uitbreiden tot het verstrekken van geldelijke uitkeringen bij invaliditeit en/of voor aanverwante voorzieningen. De stichting tracht dit doel te bereiken door het vormen van een vermogen om daaruit de uitkeringen volgens het pensioenreglement te doen en andere middelen welke dit doel kunnen bevorderen. Algemeen Alle bedragen zijn vermeld in duizenden euro's, tenzij anders vermeld. Schattingswijziging Vanaf boekjaar 2012 is de grondslag voor overlevingskansen gebaseerd op de Prognosetafel 2012-2062 van het Actuarieel Genootschap (AG). De AGPrognosetafel 2012-2062 houdt rekening met de voorzienbare trend in overlevingskansen van de gehele Nederlandse bevolking. De algemene sterftekansen die volgen uit de tafel worden voor het fonds gecorrigeerd in verband met ervaringssterfte. Overeenstemmingsverklaring De jaarrekening is opgesteld volgens de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW. en met inachtneming van de richtlijnen voor de jaarverslaggeving.
48
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Beleggingen en pensioenverplichtingen worden gewaardeerd op reële waarde. Overige activa en passiva worden gewaardeerd op geamortiseerde kostprijs, tenzij anders is vermeld. Grondslagen van valutaomrekeningen Activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de valutakoers op balansdatum. De verschillen, verband houdend met wijzigingen van wisselkoersen, worden in de staat van baten en lasten verwerkt op transactiedatum. Binnen het Robeco mandaat worden in principe alle valuta risico’s afgedekt. Beleggingen voor risico pensioenfonds Algemeen De beleggingen worden gewaardeerd op reële waarde. Slechts indien de reële waarde van een belegging niet betrouwbaar kan worden vastgesteld vindt waardering plaats op basis van geamortiseerde kostprijs. Participaties in beleggingsinstellingen, die gespecialiseerd zijn in een bepaald soort beleggingen worden gerubriceerd en gewaardeerd volgens de grondslagen van dat soort beleggingen. Direct vastgoed Het pensioenfonds belegd in een vastgoedfonds dat volledig met eigen middelen van pensioenfondsen wordt gefinancierd. Hierdoor kwalificeren deze beleggingen als beleggingen in direct vastgoed. Het fonds waarin wordt belegd waardeert zijn vastgoed op basis van de hieronder opgenomen grondslagen: Beleggingen in direct vastgoed zijn gewaardeerd op marktwaarde, met taxaties door onafhankelijke taxateurs, tenminste eenmaal per jaar, feitelijk overwegend eenmaal per kwartaal. Waardering van beleggingen in (direct) vastgoed geschiedt tegen de reële waarde, zijnde de marktwaarde onder aftrek van verkoopkosten. De bij aankoop geactiveerde aankoopkosten worden in het jaar van aanschaf bij de eerste waardering ten laste van het indirect beleggingsresultaat gebracht. Op vastgoed wordt niet afgeschreven. Ieder kwartaal worden alle objecten, met uitzondering van enkele homogene deelportefeuilles, getaxeerd door externe taxateurs. Van de objecten in de homogene deelportefeuilles wordt elk kwartaal circa een kwart extern getaxeerd en op jaareinde worden deze taxaties extern geactualiseerd. Marktwaarde is hierbij gedefinieerd als de waarde bij onderhandse verkoop in verhuurde staat; voor woningen betreft dit de complexgewijze verkoop aan een derde, als deze waarde hoger is dan de waarde bij voortgezette exploitatie. De taxaties vinden plaats volgens de richtlijnen van de IPD/ROZ. De taxateurs hanteren de methoden van de discounted cash flow (DCF) en het bruto of netto aanvangsrendement (BAR/NAR). Herontwikkelingen worden eveneens tegen de reële waarde opgenomen. Termijnbetalingen op nog op te leveren beleggingen worden opgenomen tegen de nominale waarde. Geactiveerde huurkortingen worden in aftrek gebracht op de marktwaarde en als afzonderlijke post gepresenteerd.
49
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Aandelen Beursgenoteerde aandelen en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoers. Niet aan een beurs genoteerde fondsen zijn gewaardeerd tegen de reële waarde op basis van de door de vermogensbeheerder van het fonds afgegeven intrinsieke waarde, zijnde een benadering van de marktwaarde. Aandelen maken deel uit van het Robeco Fonds aan delen wereldwijd en aandelen Boston Partners. Robeco heeft de opdracht om zo volledig als mogelijk het valutarisico af te dekken. Dat is een activiteit die binnen het totale mandaat plaats door Robeco wordt uitgevoerd en waarvan de bemoeienis van het bestuur niet verder gaat dan verifiëren of Robeco deze opdracht nakomt; het bestuur beschouwt dit als onderdeel van het aandelenbeheer door Robeco. Per 31 december 2012 zijn er uitstaande valutatermijntransacties ter waarde van EUR 602k, aflopend per 11 januari 2013. Het betreft (ultimokoers) in EUR: 2012 (in € 1.000,-) Type contract Expiratiedatum Valutaderivaten AUD 11-1-2013 Valutaderivaten CAD 11-1-2013 Valutaderivaten CHF 11-1-2013 Valutaderivaten GBP 11-1-2013 Valutaderivaten JPY 11-1-2013 Valutaderivaten USD 11-1-2013 Valutaderivaten USD 11-1-2013 Totaal
Contractomvang 1.561 1.740 856 3.232 3.004 17.199 1.236 27.590
Saldo waarde 38 34 2 11 200 291 25 602
Vastrentende waarden Beursgenoteerde vastrentende waarden en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoers. Niet aan een beurs genoteerde fondsen zijn gewaardeerd tegen de actuele waarde op basis van de door de vermogensbeheerder van het fonds afgegeven intrinsieke waarde, zijnde een benadering van de marktwaarde. Gerealiseerde en ongerealiseerde resultaten worden ten gunste of ten laste van het resultaat gebracht.
50
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Technische voorziening De pensioenverplichtingen worden gewaardeerd tegen marktrente conform de rentetermijnstructuur zoals gepubliceerd door De Nederlandsche Bank. Rekenrente De pensioenverplichting wordt berekend op basis van de voor het fonds te hanteren rekenrente, voortvloeiend uit de rentetermijnstructuur gepubliceerd door De Nederlandsche Bank. Overlevingstafels Het pensioenfonds hanteert met ingang van de jaarrekening 2012 de AG prognosetafel 2012-2062. Er wordt sinds 2011 rekening gehouden met het verschil in overlevingskansen tussen de werkenden en de totale bevolking, door toepassing van een correctiefactor ervaringssterfte mannen en vrouwen binnen de industrie, vastgesteld door Towers Watson. De correctiefactoren zijn in de onderste tabel weergegeven: Mannen Vrouwen Tot 65 jaar 70% 95% Tussen 65 en 85 jaar Lineair oplopen van 70% naar 90% 95% Vanaf 85 jaar 90% 95% Zolang nog geen pensioenuitkering is ingegaan, wordt elke (gewezen) deelnemer verondersteld een partner te hebben. Voor gepensioneerden wordt uitgegaan van de werkelijke burgerlijke staat. Als leeftijdsverschil tussen partners wordt aangenomen dat de man drie jaar ouder is dan de vrouw. Van de kant van DNB is inmiddels schriftelijk bevestigd dat zij geen opmerkingen hebben over de wijze waarop het fonds tot deze gewijzigde correctie is gekomen. Voor (excasso-)kosten zijn de verplichtingen met 3% verhoogd. Indexatie Het fonds kent een voorwaardelijk indexeringsbeleid. Premievrijstelling wegens arbeidsongeschiktheid Aangenomen is, mede voor de vaststelling van de kostendekkende premie, dat de kosten, verbonden aan de in de toekomst te verlenen vrijstelling van premiebetaling wegens arbeidsongeschiktheid, kunnen worden gedekt door een risicopremie ter grootte van 5% van de premie.
51
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Wezenpensioen Aangenomen is, mede voor de berekening van de kostendekkende premie, dat de kosten verbonden aan de toekenning van wezenpensioen kunnen worden bestreden uit de risicopremie ter grootte van 0,5% van de premie. Administratiekosten De kosten verbonden aan de administratie en het beheer van het fonds zijn, mede voor de berekening van de kostendekkende premie, gesteld op 6% van de premie voor de pensioenen. Uitbetalingskosten In de voorziening pensioenverplichtingen is een opslag van 3% begrepen voor excassokosten. Bij uitbetaling van pensioenen valt het betreffende deel van deze excassoreserve weer vrij. Uitbetalingswijze De pensioenen worden uitgekeerd in maandelijkse termijnen bij achterafbetaling. Er is derhalve geen rekening gehouden met verschuldigd pensioen of pensioentegoed. Groepering De pensioenaanspraken en de contante waarden daarvan zijn individueel vastgesteld.
Herverzekering De waarde van de verzekerde uitkeringen wordt vastgesteld op basis van de grondslagen van de voorziening pensioenverplichting van het fonds.
52
Grondslagen voor resultaatbepaling (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Algemeen Voor zover niet anders vermeld worden baten en lasten verwerkt in het resultaat van het jaar, waarop zij betrekking hebben. Beleggingsresultaten Opbrengsten onroerendgoedfondsen Onder directe opbrengsten worden de (te) ontvangen bruto dividenden verantwoord. Zowel de transactie – als de waarderingsresultaten (=indirecte opbrengsten) worden, via de rekening van baten en lasten, ten gunste dan wel ten laste gebracht van het eigen vermogen. Opbrengsten vastrentende waarden Onder directe opbrengsten worden de (te) ontvangen bruto interesten verantwoord. Zowel de transactie – als de waarderingsresultaten (=indirecte opbrengsten) worden, via de rekening van baten en lasten, ten gunste dan wel ten laste gebracht van het eigen vermogen. Opbrengsten aandelen Onder directe opbrengsten worden de (te) ontvangen bruto dividenden verantwoord. Zowel de transactie– als de waarderingsresultaten (=indirecte opbrengsten) worden, via de rekening van baten en lasten, ten gunste dan wel ten laste gebracht van het eigen vermogen. Premies en koopsommen Hieronder worden de van de aangesloten ondernemingen (te) ontvangen premies ten behoeve van pensioen en voor de ANW – hiaatverzekering verantwoord. Ook op de ingegane flexioenuitkeringen wordt premie ingehouden t.b.v. voortgaande pensioenopbouw.
53
Grondslagen voor resultaatbepaling (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Waardeoverdrachten Het fonds werkt mee aan waardeoverdrachten op grond van de uniforme rekenregels tussen pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. In dit kader worden koopsommen ontvangen en uitbetaald. Goedgekeurde waardeoverdrachten zijn in de pensioenverplichting verwerkt; per 31 december 2011 waren alle goedgekeurde waardeoverdrachten afgewikkeld en waren er in dit verband geen vorderingen of schulden. Pensioenuitkeringen De pensioenuitkeringen betreffen de aan deelnemers uitgekeerde bedragen. De pensioenuitkeringen zijn berekend op actuariële grondslagen en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. Uitvoeringskosten De pensioenuitvoeringskosten zijn toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben.
54
Grondslagen voor het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld conform de directe methode. Er is onderscheid gemaakt tussen kasstromen uit pensioenactiviteiten en beleggingsactiviteiten.
55
Toelichting op de balans (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Beleggingen voor risico pensioenfonds Op de twee volgende pagina’s is in een totaal schema het verloop van de beleggingen in 2012 weergegeven. De betreffende bedragen zijn gegroepeerd, terug te vinden in balans en baten-lasten overzicht. Verdeling Staatsobligaties / bedrijfsobligaties: 37,6%/62,4%. Toelichting: De portefeuille bij Pimco bestaat volledig uit bedrijfsobligaties. De obligatieportefeuille bij Robeco bevat per 31-12-2012 41,4% staatsobligaties -
Het Robeco mandaat omvat aandelen wereldwijd, ad EUR. 34.469 en premium equity aandelen ad EUR 7.267.
-
De obligaties bij Robeco bestaan per 31-12-2012 uit EUR 68.903 met ca. 20 jaar looptijd (de duration ligt tussen afgesproken marges en was per 31 december 2011 ca. 21 jaar; Voorts Robeco all Strategy Bonds ad EUR 13.290 met duration segment 5 - 7.
-
De aandelen in Altera Vastgoed N.V. worden beschouwd als direct vastgoed. Altera Vastgoed N.V. heeft uitsluitend pensioenfondsen als aandeelhouder en werkt in principe zonder vreemd vermogen.
-
De Pimco portefeuille bestaat uit high yield obligaties met gemiddelde rating BA- en gemiddelde duration 3,41 jaar; in het jaarverslag van Pimco wordt op de details ingegaan.
-
De Atlas portefeuille bestaat uit een klein restant slecht liquide participaties; in de loop van voorgaande jaren is de nog resterende portefeuille Bijna geheel geliquideerd en bestond uit deelname in een “fund of hedgefunds”.
56
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Verloopoverzicht beleggingen Vermogen begin periode Kapitaalmutaties stortingen onttrekkingen Saldo kapitaalmutaties Beleggingsresultaat dividenden (bruto, incl. te vorderen div.bel) Totaal directe beleggingsopbrengsten gerealiseerd koersresultaat op aandelen gerealiseerd koersresultaat op obligaties gerealiseerd resultaat valutatermijntransacties Totaal gerealiseerd beleggingsresultaat ongerealiseerd koersresultaat aandelen ongerealiseerd koersresultaat obligaties ongerealiseerd valutaresultaat val.term.transacties Totaal ongerealiseerd resultaat Overige resultaten resultaat op valuta interest op banken overige inkomsten (restit. Beheerfee) overige resultaten overige kosten (incl.bankkosten) Totaal diversen Totaal beleggingsresultaten Vermogen eind periode 31-12-2012
Robeco
Altera
PIMCO
106.846
10.667
-400 -400
-533 -533
513 513
533 533
54 134 -903 -715 4.827 12.018 840 17.685
557 4 282 -2 -2 839
Boston 7.427
Atlas 67
Totaal 48
-
-933 -933
1.046 1.046
-681
54 134 -903 -715
-
-
4.146 13.075 840 18.061
1.057 -681
125.055
1.057
-
-
-
-
-
557 4 282 -2 -2 839
18.322
-148
1.057
-
-
19.231
124.757
9.986
8.484
67
48
143.342
De vordering bruto slotdividend Altera over 2012 EUR 12.352 is niet in bovenstaand schema verwerkt
57
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Stand per 31-12-2012 Direct vastgoed Vastrentende waarden Aandelen Lopende valutatermijntransacties Herbeleggingsrekening en diversen onbelegd Totaal
Robeco
Altera
PIMCO
Boston
Atlas
Totaal
9.986 82.193 41.763 602 199 124.757
8.484
9.986
8.484
31-12-2012 Vorderingen en overlopende activa Pensioenpremies te vorderen van ondernemingen Dividend (-belasting), te vorderen Te vorderen rente Rabobank (betaald per 1 jan 2013) Diverse (RC Nationale Nederlanden, slotdividend Altera, vooruitbetaling) Totaal De vorderingen hebben allen een looptijd korter dan één jaar. Liquide middelen Fortis /ABN AMRO Bank New York Mellon Rabobank Totaal
67
48
67
48
9.986 90.677 41.878 602 199 143.342
31-12-2011
117 94 4 17
161 147 24 31
232
363
218 15 233
278 75 5.302 5.632
De liquide middelen zijn gewaardeerd op nominale waarde.
58
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Technische voorzieningen Pensioenverplichtingen eigen risico 2012
2011
127.202
118.945
Technische voorzieningen begin boekjaar Toename Benodigde interest Pensioenopbouw Benodigd voor toeslagen Inkomende waardeoverdrachten Risicopremie langleven Door overlijden ingegaan partnerpensioen
1.941 1.035 561 281 1.946 1.329
1.508 891 0 260 1.761 91
Afname Vrijval excassokosten Uitgaande waardeoverdrachten Uitkeringen Vrijval door afkoop Door overlijden vrijgevallen Risicopremie kortleven
207 4 6.605 296 3.613 545
207 272 6.897 219 1.309 515
Wijziging Wijziging marktrente Wijziging overlevingsgrondslagen Overige mutaties Wijziging actuariële grondslagen (bijv. kostenvoorziening)
8.904 0 1.114 -/0
Toename per saldo Technische voorziening per einde boekjaar
13.791 0 626 0 5.841 133.043
8.257 127.202
59
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Specificatie technische voorziening 2012 Actieven (2011 incl. arbeidsongeschiktheid) Arbeidsongesch. Gewezen deelnemers Flexioeners Pensioentrekkenden (2011 incl. nabestaanden) nabestaanden Schadebuffer Anw Technische voorziening per einde boekjaar
Aantal 138 18 478 6 634 465
1.739
2011
Voorz. 26.992 2.032 21.109 2.705 53.402 26.488 324
Aantal 158
Voorz. 26.791
560 7 1.124
20.616 3.410 76.134
133.043
1.849
251 127.202
60
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Indexatie Door het bestuur is in haar vergadering in december 2012 besloten ten aanzien van de flexioeners, slapers, invaliden en gepensioneerden met ingang van 1 januari 2013 de aanspraken te verhogen met 0,36%. Deze werden niet verhoogd per 1 januari 2012; ze werden wel verhoogd per 1 januari 2011 (ten laste van 2010) met 0,1%. De betreffende last is, met inbegrip van de last die is gemoeid met de gedeeltelijke toekenning van backservice voor actieve deelnemers bij de pensioenverplichtingen vermeld. Per 1 januari 2010 werd ook een indexatie van 0,1 procent toegekend, per 1 januari 2009 werd geen indexatie toegekend, per 1 januari 2008 werd wel een indexatie toegekend van1,5% (ten laste van het jaar 2007). De indexatie is voorwaardelijk, afhankelijk van de beschikbare middelen, een toegekende indexatie geeft geen recht op toekomstige indexaties. Backservicelast In verband met de financiële positie van het fonds heeft het bestuur eind 2008 besloten tot een aantal maatregelen: de indexatie per 1 januari 2009 voor de niet actieve deelnemers werd niet toegekend; de backservice van de eindloonregeling zou voorwaardelijk worden gemaakt, namelijk afhankelijk van een bestuursbesluit om deze per eerstvolgende januari niet of gedeeltelijk toe te kennen; de premie in 2009 voor de basisregeling zou worden gesteld op 21% in plaats van de geldende 19,5%, teneinde deze op basis van gedempte premie kostendekkend te laten zijn voor de pensioenopbouw in 2009. Deze besluitvorming diende vergezeld te gaan van een arbeidsvoorwaardelijke overeenkomst tussen aangesloten werkgevers en hun personeel, gebaseerd op overleg met Ondernemingsraden en vakorganisaties; deze besluitvorming kon pas in de eerste weken van januari 2009 worden afgerond, waardoor inmiddels een arbeidsvoorwaardelijk recht op deze backservice per 1 januari 2009 was ontstaan. In de systematiek van voorwaardelijke backservicetoekenning per 1 januari van enig jaar, is deze afhankelijk van een bestuursbesluit in het voorafgaande (boek-)jaar. In verband daarmee wordt nu dezelfde methodiek gevolgd als bij de last van de eventuele indexatie voor de niet actieve deelnemers, namelijk in het voorafgaande boekjaar. Per 1 januari 2013 is 49 procent van de backservice over 2012 toegekend; per 1 januari 2012 is geen backservice toegekend. Per 1 januari 2011 is 20 procent van de backservice toegekend aan actieve deelnemers. De betreffende lasten zijn toen ten laste van het boekjaar 2010 gebracht als onderdeel van de technische voorzieningen. De gecumuleerde backservice achterstand wordt geadministreerd als vermindering op een volledig eindloonresultaat. Deze vermindering is, rekening houdende met de gedeeltelijk per 1 januari 2013 toegekende backservice, per 31 december 2012 in totaal EUR 1.035 k. ouderdomspensioen respectievelijk EUR 186k partnerpensioen.
61
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Premie-/schade-buffer WAO-/ANW hiaatverzekering Op de balans is een voorziening premiebuffer ANW – hiaat vermeld. De verplichting zelf maakt onderdeel uit van de totale voorziening eigen risico. De waarde van de premiebuffer is aangepast met het beleggingsrendement ad 15,6% over 2012; aan deze voorziening wordt vervolgens jaarlijks de premie ANW – hiaat toegevoegd; voor nieuw ontstane uitkeringsrechten wordt de contante waarde van de uitkeringen, onttrokken aan de premiebuffer en toegevoegd aan de betreffende schadereserve. In 2011 en 2012 ontstonden géén nieuwe uitkeringen, waardoor de buffer groeide met premies en beleggingsrendement tot een niveau van EUR 324. Voorzieningsfonds Cindu Key & Kramer Op 1 mei 1993 zijn de pensioenverplichtingen ten behoeve van de heer drs. E.L. Kramer en mevrouw M. Schuringa – Pluygers, die ondergebracht waren in het Voorzieningsfonds Cindu Key & Kramer, door het pensioenfonds overgenomen. De pensioenen dienen jaarlijks aangepast te worden aan de regelingslonen van het betreffende jaar. In verband hiermee heeft vanuit het Voorzieningsfonds een extra storting van 20% van de voorziening pensioenverplichtingen in het pensioenfonds plaatsgevonden. De uiteindelijke pensioenverplichtingen blijven rusten bij Amsteldijk Beheer B.V. (v/h Cindu B.V.). Eventuele tekorten worden door Amsteldijk Beheer B.V. aangezuiverd. In de loop van 2012 is mevrouw Schuringa-Pluygers overleden. Basis van de toevoeging is het fondsrendement, verminderd met 0,5% kosten. Indien het overschot boven de 20% van de pensioenverplichting komt, dan vindt restitutie plaats van het meerdere. Over 2012 was dat EUR 7k, te betalen aan Amsteldijk beheer b.v. . Herverzekeringen Tot en met 1969 zijn voor de toenmalige werkmaatschappijen Key & Kramer en Cindu pensioenverzekeringen afgesloten bij verzekeringsmaatschappijen, waarbij de verzekeringstechnische risico’s bij de verzekeringsmaatschappij liggen. Vanaf 1970 zijn alle opgebouwde rechten bij het fonds in eigen beheer. De uitkeringen van verzekeringsmaatschappijen komen toe aan het fonds. Het restant herverzekerde waarde bedroeg per ultimo 2012 EUR 327. Het risico van niet opgebouwd partnerpensioen bij vooroverlijden was in 2011 verzekerd boven een schadebedrag van EUR 114.000,- per geval. Met ingang van 1 maart 2012 is dit risico bij een andere verzekeraar(Zwitserleven) ondergebracht, zonder eigen risico en met een no claim clausule.
62
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Stichtingskapitaal en reserves Algemene reserve begin boekjaar
2012 3.892
2011 9.968
Resultaatverdeling / saldo baten & lasten
7.076
-/- 6.076
10.968
3.892
Algemene reserve einde boekjaar De buffer voor het minimum vereist eigen vermogen bedraagt 4,2% van de pensioenverplichtingen eigen risico:
De buffer voor het vereist eigen vermogen bedraagt op basis van de feitelijke beleggingsmix 110,8% van de pensioenverplichtingen eigen risico, ofwel : Uitgaande van de voorheen geldende strategische beleggingsmix (in herziening o.b.v. ALM) was dit
5.588
14.423 19.342
Herstelplan Als gevolg van het reservetekort en het dekkingstekort per eind 2008, is ingaande 1 januari 2009 een herstelplan bij De Nederlandsche Bank ingediend. Het plan voorziet dat de dekkingsgraad in 5 jaar, dus uiterlijk per 31 december 2013 weer op het vereiste niveau gebracht kan worden, door het niveau van de werkgeverspremie en door het achterwege laten van indexatie van ingegane pensioenen en bepaalde rechten van actieve deelnemers. De laatste maal dat de dekkingsgraad zich beneden de minimum vereiste dekkingsgraad bevond, was augustus 2012. Een korte termijn herstelplan loopt af nadat de dekkingsgraad van een fonds zich negen maanden boven de minimum vereiste dekkingsgraad heeft bevonden. Dat zou in principe in juni 2013 het geval moeten zijn. Voor een nadere toelichting over het herstelplan wordt verwezen naar het jaarverslag. Risicobeheersing Hiervoor wordt ook verwezen naar het betreffende hoofdstuk in het jaarverslag van het bestuur. Een maatstaf voor het financiële risico waartegen het fonds zich wil indekken door middel van het aanhouden van buffers is de vaststelling van het vereist vermogen. Het totale financiële risico van het fonds wordt weergegeven in de vereiste dekkingsgraad die bij de stand van de beleggingen van 110,6%, leidend tot een benodigde buffer van EUR 14.423.
63
Toelichting op de balans (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Deze buffer is als volgt opgebouwd (zie ook hoofdstuk 3.3 actuarieel rapport):
Risico S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S4 Commodities risico (grondstoffenrisico) S5 Kredietrisico 6 Verzekeringstechnische risico’s Correlatie effect Totaal
Benodigde buffer op basis van actuele mix actuele mix resp. . 2.377 11.963 1.475 0 3.595 3.964 -8.951 14.423
Bij de berekening van de buffers past het pensioenfonds de standaardmethode toe. Voor de samenstelling van de beleggingen wordt uitgegaan van de feitelijke asset mix in de evenwichtssituatie. Overzicht Kortlopende schulden 31-12-2012 R/C Amsteldijk Beheer B.V. Loonheffing / Zvw inhouding Diverse te verwachten / nagekomen kosten in verband met betreffend boekjaar Totaal kortlopende schulden De kortlopende schulden hebben allen een looptijd korter dan één jaar.
7 116 123
31-12-2011 80 129 96 305
64
Toelichting op de Staat van Baten en Lasten (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Feitelijke premie, kostendekkende premie en gedempte kostendekkende premie De feitelijke premie van 21% van de pensioengrondslag vermeerderd met de premies voor flexioen en Anw-hiaat kwam overeen met een bedrag van EUR 1.036. Deze premie is hoger dan de kostendekkende premie ad EUR 988 op basis van gedempte premie; een niet gedempte premie op basis van de RTS (rentetermijnstructuur) zou EUR 1.300 bedragen en leiden tot een premiepercentage van ca. 26,3%. Onderstaand de premieopbouw per onderdeel o.b.v. RTS Pensioenopbouw 1.035 Risicopremie overl. 33 Risicopremie arb. ongesch. (5%) + 52 Totaal onvoorw. Onderdelen 1.120 Solvabiliteitsopsl. (10,6%) 119 Kosten 62 Totaal 1.301
Gedempt 772 27 + 39
Feitelijk
838 89 62 989
1.036
Het fonds heeft ervoor gekozen om gebruik te maken van de mogelijkheid tot demping van de premie. Premiedemping kan bereikt worden door gebruik te maken van een (over maximaal 10 jaar) gemiddelde marktrente, c.q. verwacht rendement en eventueel een verwachte gemiddelde salarisstijging. Het pensioenfonds gebruikt een gedempte kostendekkende premie als toerekeningsgrootheid. De feitelijke (doorsneepremie) wordt periodiek getoetst en dient minimaal gelijk te zijn aan de kostendekkende premie op basis van 4%. De dekkingsgraad per 31 december 2010 lag beduidend boven de minimum vereiste dekkingsgraad van 104,2%. In 2011 is dus geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om voor een jaar ontheffing te vragen van het moeten betalen van een premie die bijdraagt aan herstel in het korte termijn herstelplan. Voor 2012 is die ontheffing wel gevraagd en door DNB bevestigd. Voor 2013 speelt deze problematiek niet, gezien de dekkingsgraad. Beleggingsresultaten Verwezen wordt naar de toelichting van de financiële beleggingen op de balans.
Mutatie pensioenverplichtingen en uitkeringen en resultaatanalyse Voor de mutatie pensioenverplichtingen wordt verwezen naar de toelichting van de pensioenverplichting eigen risico op de balans.
65
Toelichting op de Staat van Baten en Lasten (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Kosten pensioenbureau en bestuurskosten 2012 Personeelskosten/ lonen derden Huisvestingskosten Advieskosten/accountantskosten (accountant, beleggingsadvies, kosten actuaris, pensioenjurist) Kosten uitkeringsverwerking/automatisering Doorbelasting arbodienst, kantine, services, administrateur, e.d. Assurantie Overige kosten, drukwerk, abonnementen, lidm. DNB, AFM, OPF, GBA
2011
135 4
125 5
160 39 116 6 41 501
129 39 114 7 31 450
Tot de dekking voor de kosten van het pensioenbureau kunnen worden gerekend: de vrijval van de excassoreserve over de pensioenbetalingen ad. EUR 206k, plus EUR 56, zijnde de 6% opslag in de kostendekkende premie voor administratiekosten (d.w.z. de kostendekkende premie exclusief opslagen daarbij voor solvabiliteitsmarge). De totale dekking voor de kosten van het pensioenbureau zijn EUR 262. In de post Advieskosten etc. is begrepen een bedrag ad EUR 22 in verband met een te lage schatting van de kosten betreffende 2012. Gecorrigeerd hiervoor zou de telling over 2011 uitkomen op EUR 472, over 2012 op EUR 479. Met deze correctie is het tekort aan kostendekking ten laste van het fonds EUR 479 -/- EUR 262 = EUR 217. Een deel van de kosten van het pensioenbureau, geschat EUR 50, wordt niet veroorzaakt door pensioenbeheer en – administratie, maar wordt besteed aan vermogensbeheer/ beleggingsbeleid. Zie ook de toelichting in het jaarverslag,. De accountantskosten bestaan uitsluitend uit controlekosten.
66
Toelichting Staat van Baten en Lasten (vervolg) (indien niet anders vermeld, luiden de bedragen in duizenden EUR).
Personeelsleden en bezoldiging Bij het fonds zijn geen werknemers in dienst. De werkzaamheden worden verricht door werknemers die in dienst zijn van een van de aangesloten ondernemingen en ingehuurde medewerkers. De hieraan verbonden kosten worden door de aangesloten onderneming in rekening gebracht. Het bestuur ontvangt geen bezoldiging. Belastingen De activiteiten van het fonds zijn vrijgesteld van belastingheffing voor wat betreft de vennootschapsbelasting.
Uithoorn, 20 juni 2013 Stichting Pensioenfonds Cindu International Het bestuur: R.A. van Pernis, voorzitter
R.S. Koene, 2e voorzitter
J.W.F. Schroers, 2e secretaris
W.B. Meijer, secretaris
M. Alderlieste, bestuurslid
H.J.M. de Jong, bestuurslid
______________________________________________________________________________________________________
67
Overige gegevens Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn na de balansdatum geen gebeurtenissen geweest van dien aard dat een wezenlijk ander beeld zou ontstaan van de financiële positie per einde 2012 dan op grond van dit verslag kan worden verkregen. Resultaatverdeling De reserves zijn bedoeld voor het opvangen van verzekeringstechnische- en beleggingsrisico’s.
68