IVN-krant Nr. 2 | april 2010 | 15e jaargang | www.ivnnl.com Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Inhoud 2 3 5 7 9 10 12 16 18 19 23 24 25
IVN 40 jaar Regionale publicaties – Een nieuwe rubriek Kroniek (7) – Cultuur en literatuur op ’t web Christine Hermann (Universiteit van Wenen) Van het Certificaat Nederlands als vreemde taal – FLOT en CNaVT Overpeinzingen uit Leuven (21) – Joop van der Horst Nagasaki 2007–2010 (slot) – Jaap Grave Tentoonstellingenagenda Congressen, colloquia, symposia Van de IVN Berichten van buiten de muren Berichten van binnen de muren Bericht uit Woubrugge Colofon
Voor vacatures in de internationale neerlandistiek, zie: www.ivnnl.com > vacatures.
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
IVN 40 jaar Een jubileumjaar! Het berichtje over het veertigjarig jubileum van de IVN in de IVN-krant van februari jl., lokte een paar reacties uit. Onder anderen van William (Bill) Shetter, emeritus van Indiana University, Bloomington, VS, en auteur van enkele standaardwerken (zoals Introduction to Dutch. A Practical Grammar en The Netherlands in Perspective) die al vanaf 1967 betrokken was bij de voorganger van de IVN, de zogenaamde Werkcommissie. Hij mailde: Wat is dat allemaal toch onvoorstelbaar lang geleden! Bijna niet te geloven dat ik er zelf na al die tijd nog ben. De allereerste in 1961 heb ik niet meegemaakt - ik doceerde toen nog geen Nederlands al was mijn Nederlandse grammatica al een paar jaar oud (inmiddels zo'n 130.000 van verkocht), wel was ik bij het derde congres van de Werkcommissie aanwezig (ik ben toch niet de enige die nog overblijft?). En bij alle volgende ook - in Gent heb ik in 1970 de IVN helpen oprichten, al kan ik me niet herinneren welke rol ik daarbij zal hebben gespeeld - hoogstwaarschijnlijk niet meer dan JA stemmen. In ieder geval hartelijk gefeliciteerd! Dat moet inderdaad uitgebreid gevierd worden. W.Z.S. Gedichten en hun vertalingen voor een jubileum Begin dit jaar vroegen wij leden van de IVN en bezoekers van onze website gedichten voor te stellen die aansluiten bij dit jubileum. Er zijn vijf gedichten geselecteerd: De Taal, Jacob Israel de Haan (voorgesteld door Mieke Daniëls-Waterman, Jeruzalem) Ochtend aan de Gariepdam, Miriam Van hee (voorgesteld door Jozef Deleu, Rekkem) Nieuwe klinker, Maarten Inghels (voorgesteld door Hanne Bongaerts, Salamanca) Tijd, Rutger Kopland (voorgesteld door Judit Gera, Boedapest) Woorden, Hanny Michaelis (voorgesteld door Hanne Bongaerts, Salamanca) Leden/docenten/studenten moedigen wij aan een vertaling in te sturen van één of meer van die gedichten.Vertalingen kunnen ingestuurd worden tot en met 31 december 2010. Iedere in de website opgenomen vertaling wordt beloond met een symbolische, digitale boekenbon van 40 euro!
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
2
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Regionale publicaties
Een nieuwe rubriek In de IVN-krant zult u vanaf nu korte besprekingen aantreffen van regionale publicaties. De nieuwe rubriek wordt geopend met een bespreking door Claudia Huisman (Straatsburg, Frankrijk) van: Philippe Hiligsmann (red.), Met Nederlands aan de slag. Au travail, en néerlandais. Handelingen van het symposium georganiseerd op 17-18 oktober 2008 aan de Université catholique de Louvain. Actes du symposium organisé les 17 et 18 octobre 2008 à l’Université catholique de Louvain. Voorwoord van / Préface de Philippe van Parijs. Presses Universitaires de Louvain, 2009. 98 pp. ISBN 978 2 87463 148 1. De bundel bevat de handelingen van een symposium dat tot doel had een debat aan te gaan met zowel politici als actoren uit de onderwijswereld en de arbeidsmarkt: welke vormen kan het onderwijs Nederlands in Franstalig België aannemen om jonge mensen beter klaar te stomen voor de arbeidsmarkt? De deelnemers hebben in vier verschillende workshops ten eerste aandacht besteed aan didactische aspecten zoals leerplannen, evaluatie en eindtermen in het secundair onderwijs. Hierbij bleek onder meer dat de niveauomschrijvingen van het Europees Referentiekader nog niet voldoende worden toegepast. Ook kwamen aan bod de toekomstperspectieven van de vertaler. Carola Henn constateert dat de carrièrekansen van studenten met een algemene vertaalopleiding in Franstalig België vrij positief zijn. Daarentegen is de situatie van de literair vertalers Nederlands-Frans geenszins rooskleurig<(76-77). Tevens vond er een workshop plaats over de problematiek van het immersieonderwijs, het leren van een doeltaal door in die taal te leren, waarbij onder meer werd vastgesteld dat er een tekort is aan duidelijk omschreven leerplannen en aangepast didactisch materiaal. Tenslotte was er een workshop over de rol van het Nederlands in het bedrijfsleven en de taalvereisten bij de overheidsdiensten, waarop ik wat uitgebreider wil ingaan. In zijn voorwoord constateert Philippe van Parijs dat: ´de verbetering van de kennis van het Nederlands door de Franstalige bevolking van België helemaal niet spectaculair maar toch veel meer dan nauwelijks merkbaar is. Men ziet langzaam, te langzaam in dat zich de moeite getroosten de taal van de buurman te leren (<) geen ellendige of onbeduidende bezigheid is (<). Het gaat om een bevolking die in de buurt woont en zal blijven wonen, onze leverancier en onze klant is, een bevolking met wie we voor eens en voor altijd politieke instellingen zullen moeten delen (<). Vandaar dat het voor de Waalse bevolking van belang is en blijft veel beter Nederlands te kennen dan nu het geval is´. ( p. 6) Leverancier en klant: de Belgische arbeidsmarkt schijnt een schreeuwend gebrek te hebben aan tweetalige werknemers, die niet per se het alom aanwezige Engels maar het Nederlands of Frans als ‘vreemde’ taal beheersen. De enorme concurrentie van het Engels blijkt catastrofale gevolgen te hebben voor de kennis en de competentie van de andere landstaal. In Brussel verklaart slechts 10% van de werkzoekenden een hoog kennisniveau van de andere
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
3
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek landstaal te hebben en in Wallonië heeft 25,5% van de werklozen een vrij beperkte kennis van het Nederlands, aldus Philippe Lambrecht in zijn bijdrage over Het belang van de kennis van het Nederlands voor de arbeidsmarkt (p. 18-19). In 2006 moest soms tot 80% van de binnengekomen cv’s worden afgewezen, omdat het om ééntalige sollicitanten ging! Philippe Anckaert en Dany Etienne stellen in hun bijdrage over Het aanbod Nederlands in het hoger onderwijs in Franstalig België (p. 29-40) met zekerheid het volgende vast: ´De kennis van het Nederlands is en blijft een absolute troef voor de werkzoekende en een ontegensprekelijke economische meerwaarde voor de onderneming.´ (p. 30)
De Belgische arbeidsmarkt schijnt
Het spreekt dus vanzelf dat het panel van de workshop over het Nederlands in het bedrijfsleven en de taalvereisten bij de overheidsdiensten nogal wat aanbevelingen formuleerde met betrekking tot de afstemming van vraag en aanbod, de aanpassingen van de taalopleidingen aan de verwachtingen van de bedrijven, de integratie van het Europese taalpaspoort, enz. (p. 67-68). Kortom: willen Franstalige jongeren in België zonder al te veel problemen aan de slag raken, dan zullen zij het Nederlands goed moeten beheersen. Het is dus zaak om met spoed nieuwe initiatieven te ontplooien en pedagogische vernieuwingen in te voeren om het onderwijs van het Nederlands in Wallonië te promoten en zowel kwantitatief als kwalitatief te verbeteren. Ja, er is veel werk aan de winkel, dus dringend aan de slag, maar niet met de Franse<
een schreeuwend gebrek te hebben aan tweetalige werknemers
Claudia Huisman Claudia Huisman is universitair hoofddocent Nederlandse taal en cultuur en directeur van het Departement Nederlands aan de Universiteit van Straatsburg.
[email protected]
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
4
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Kroniek (7)
Cultuur en literatuur op ’t web Christine Hermann (Universiteit van Wenen) Literair Lezen – Open Universiteit Nederland Antwoorden uw studenten op de vraag wat ze van een literaire tekst vinden, altijd maar 'mooi', 'saai' of 'spannend'? Wilt u hen een inleidende cursus verhaalanalyse aanbevelen, die openlijk toegankelijk is en die geen voorkennis van vakterminologie vereist? Kijk dan eens naar de cursus 'Literair lezen' van de Open Universiteit Nederland: http://www.opener.ou.nl/cultuurwetenschappen/literair-lezen. De Open Universiteit Nederland biedt met haar project OpenER een verzameling van zelfstudiemateriaal uit diverse vakgebieden als Open Educational Resources aan. Met dit project wordt beoogd de deelname aan het hoger onderwijs te vergroten. Door inleidende 'appetizer'-cursussen kan een breed publiek op een informele manier kennismaken met hoger onderwijs en, mocht deze kennismaking bevallen, vervolgens beslissen om zich voor een verdiepingscursus in te schrijven. In het vakgebied 'Cultuurwetenschappen' vindt u naast de erg interessante cursus 'Nederland in beeld' waarin de jaren '70 en '80 van de vorige eeuw via beeldmateriaal worden behandeld, een cursus over 'Veranderende grenzen' - nationalisme in Europa 18151989, en de cursus 'Literair lezen' die we hier voorstellen. Deze cursus richt zich op een breed publiek en veronderstelt geen vakkennis, wel belangstelling in literatuur en bereidheid zich er diepgaander mee bezig te houden. De cursus reikt hulpmiddelen aan om verhalende teksten te analyseren, te interpreteren en te beoordelen. Dit voegt een dimensie toe aan het leesgenot en maakt het gemakkelijker om over een boek te discussiëren, bijvoorbeeld in een leesclub. De cursus is geschikt voor zelfstudie, ook voor beginnende studenten, is praktijkgericht en biedt een reeks oefenteksten met zelftoetsen aan. De teksten zijn gemakkelijk te begrijpen, vaktermen worden doorgaans kort maar duidelijk verklaard en worden aan de hand van tekstfragmenten geïllustreerd. De leerdoelen zijn niet alleen voor de hele cursus, maar ook afzonderlijk bij elke leseenheid vermeld. Je weet als gebruiker dus meteen na het lezen van de introductie wat je het doorwerken van de leseenheid zal opleveren aan nieuwe kennis. Bij elke cursus wordt de werklast in studie-uren aangegeven (reken dus met 25 uren om deze cursus te bestuderen). Opbouw De cursus bestaat uit een algemene introductie en vier leereenheden (te bereiken via 'start cursus' in het linkermenu). Iedere leereenheid begint met de 'leerkern': een verklarende tekst met ingelaste opgaven en een zelftoets. Onder de noemer 'terugkoppeling' vindt men de uitwerkingen van de opgaven en modelantwoorden op de zelftoets, en ter afsluiting een lijst met definities van belangrijke termen, en de literatuurverwijzingen (bronnen van tekstvoorbeelden en gebruikte secundaire literatuur). Al deze delen staan voor iedere leereenheid als een enkel pdf- (of alternatief als rtf-)bestand voor download ter beschikking. De oefenteksten waarnaar in de leerkern verwezen wordt, zijn in afzonderlijke pdfbestanden toegankelijk. IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
5
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Les 1 begint met de vraag wat het begrip 'literatuur' eigenlijk inhoudt. Er worden verschillende literatuuropvattingen besproken, evenals de veronderstelde functies van literatuur, waardeoordelen en de canon, en ten slotte wordt één van de besproken literatuuropvattingen verder uitgewerkt. De gebruiker komt ook iets te weten over de meerduidigheid van teksten en de rol die de lezer speelt bij de interpretatie van literatuur. De volgende leereenheden gaan telkens over de analyse van verhalende teksten, over vertelsituaties en effecten (daarmee zijn de functies van de besproken structuurelementen bedoeld, bijvoorbeeld welke technieken kunnen effecten zoals spanning, identificatie, ontroering en humor teweeg brengen). Verspreid over de leerkern treft u opgaven aan waarmee u uw kennis kunt testen en aan de hand van tekstfragmenten in de praktijk kunt brengen. Opgaven kunnen ook als opstapje naar het volgende gedeelte dienen: voordat een onderwerp besproken wordt, wordt de gebruiker naar zijn mening gevraagd, en pas daarna worden uitleg en theoretische input aangereikt, waarna de gebruiker aangemoedigd wordt om aan de hand van de zojuist verworven kennis zijn eerste antwoord nog eens te reflecteren. Een vijfde eenheid bevat een eindtoets met vragen aan de hand van een kortverhaal, in verband met de in eenheid 1-4 behandelde thema's en begrippen. Oriëntatie en navigatie Oriëntatie en navigatie binnen de cursus zijn makkelijk. In het linkermenu zijn alle onderdelen van de cursus te bereiken: de leereenheden, downloads, een complete begrippenlijst van alle in de cursus behandelde vaktermen, een sectie 'Verder met studeren?' waar voor geïnteresseerden naar een opbouwende cursus - die echter met kosten verbonden is - verwezen wordt, en een feedbackformulier. Waar we echter een vraagteken bij willen zetten, is het gekozen formaat: de leerkern staat telkens in één pdf- of rtf-bestand (boek-layout, 25-35 bladzijden). Dat is prima om te downloaden en te printen, maar minder handig om er online mee te werken. Ook de zelftoets en de modelantwoorden maken deel uit van deze pdf en zijn dus niet als apart onderdeel in de virtuele cursus te bereiken. Om de lange tekst overzichtelijker te maken, staan echter links van de lopende tekst bij elk alinea enkele kernbegrippen in de marge, waardoor u stukken tekst eenvoudig kunt terugvinden en die de lezer helpen om de rode lijn te volgen en het wezenlijke te snappen.
De cursus is als een eerste
inleiding in de literatuuranalyse heel geschikt
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
6
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Wat ontbreekt? Multimedialiteit: De leerkern omvat wel enkele afbeeldingen, toch bestaat het overgrote deel van de cursus vooral uit tekst. Weblinks: Opvallend is het bijna volledige ontbreken van verwijzingen naar andere webstekken. Slechts op één plaats wordt in de afsluitende zelftoets naar websites verwezen. Communicatie: Bij het bestuderen van de gratis cursussen kan uiteraard geen beroep worden gedaan op een docent. Voor algemene vragen komt u terecht bij de sectie 'veel gestelde vragen'. Om toch een soort van communicatie tussen cursisten te bereiken, heeft men als experiment bij les 1 een annotatietool geïntroduceerd: een aparte pdf-versie van de lestekst bevat aantekeningen (opmerkingen, vragen, antwoorden op opgaven) van zeven medestudenten. Feedback van gebruikers is echter uitdrukkelijk gewenst. Er bestaan verschillende vragenlijsten naargelang u de cursus (al dan niet volledig) heeft bestudeerd, verder staat er ook een algemeen feedbackformulier ter beschikking. Gebruiksvoorwaarden De Open Universiteit Nederland publiceert de cursussen op deze website onder de Creative Commons-licentie 'Naamsvermelding – Niet-commercieel – GelijkDelen'. Dat betekent dat gebruikers het materiaal mogen gebruiken voor zelfstudie en voor onderwijs, ze mogen het ook bewerken en het afgeleide cursusmateriaal verspreiden voor niet-commerciële doeleinden mits de Open Universiteit en de cursusauteurs als makers van het materiaal vermeld worden. Conclusie De cursus is zowel geschikt voor zelfstudie als ook ter ondersteuning in het literatuuronderwijs. Uiteraard kan een korte inleidend cursus niet diepgaand zijn, theoretische achtergronden – aanpak, scholen, theoretici - worden hier niet vermeld. De nadruk ligt duidelijk op het praktische nut: er worden alleen begrippen en vaktermen ingevoerd die voor een concrete tekstanalyse aan de hand van de gebruikte tekstfragmenten nuttig zijn. Daardoor geeft de cursus een goed inzicht in praktische tekstanalyse en toont aan hoe u daardoor meer inzicht in een tekst kunt krijgen. De cursus is als een eerste inleiding in de literatuuranalyse dus heel geschikt.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
7
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Van het Certificaat Nederlands als vreemde taal
FLOT en CNaVT Sinds 1 februari 2010 is Fontys Lerarenopleiding Tilburg (FLOT) betrokken bij de ontwikkeling van het Certificaat Nederlands als Vreemde Taal (CNaVT). Het CNaVT is het officiële internationale examen Nederlands als vreemde taal en wordt wereldwijd afgenomen. FLOT ontwikkelt samen met de Katholieke Universiteit Leuven de examens in opdracht van de Nederlandse Taalunie. Het CNaVT toetst taalvaardigheid op een functionele manier binnen zes profielen. Deze profielen variëren van het Profiel maatschappelijke taalvaardigheid tot het Profiel academische vaardigheid en van het Profiel toeristische en informele vaardigheid tot het Profiel praktische beroepen. Het CNaVT-team werkt, naast het ontwikkelen van examens, ook aan de ondersteuning van docenten. Die ondersteuning vindt plaats in de vorm van workshops over aan toetsing gerelateerde onderwerpen maar ook in de vorm van digitale ondersteuning. Belangrijk voor dit laatste aspect is de website van het CVaVT: www.cnavt.org. Deze website bevat allerlei informatie over de examens maar er is ook een toetsenbank aan gekoppeld. In deze toetsenbank zitten allerlei voorbeeldopgaven (per profiel) die de docent tijdens de les en als voorbereiding op het examen kan gebruiken. Op de website verschijnt verder meermaals per jaar ToetsTip, een nieuwsbrief waarin ingegaan wordt op aspecten van toetsing. Zo kan je een ToetsTip vinden over het gebruik van authentieke materialen binnen toetsen, cultuur in taaltoetsen en ethisch verantwoord toetsen. De website bevat nuttige informatie voor eenieder die geïnteresseerd is in (taal)toetsing en is voor iedereen vrij toegankelijk. Petra Poelmans
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
8
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Oproep
University of Cologne Until Oktober 1st, 2010 a.r.t.e.s. Research School (Anthropology Reception Transculturation Episteme Language) of the Faculty of Arts and Humanities of the University of Cologne offers 20 PhD scholarships and 20 collegiate places over a period of three years. The only Research School for humanities and arts in NRW, Germany wants to facilitate the completion of the doctorate through a structured program and intensive individual mentorship. The main thematic emphasis lies on the extended unterstanding of epistemic processes including language, history, culture, mediality, anthropology, and ethics. Please send in applications until May 30th, 2010 (application receipt) a.r.t.e.s. Forschungsschule Universität zu Köln Dr. Artemis Klidis-Honecker Albertus Magnus Platz 50923 Köln Germany For further information on a.r.t.e.s. and the application procedure see: www.artes.uni-koeln.de.
Overpeinzingen uit Leuven (21)
Jespersen en het Latijn Wie alles weten wil over Otto Jespersen (1860-1943), moet zeker het boek van Arne Juul en Hans Nielsen lezen: Otto Jespersen: Facets of his Life and Work (1989). Hier en daar is het een beetje vervelend door de beate bewondering voor Jespersen, maar er staat veel interessants in. Het zit, geloof ik, de Britten nog steeds niet lekker dat de beroemdste Engelse grammatica niet door een Engelsman geschreven is, en zelfs niet door een Amerikaan, maar door een Deen. Jespersen heeft tientallen jaren gewerkt aan zijn A Modern English Grammar. Overigens worden er ook allerlei andere boeken van hem nog steeds gelezen en geciteerd, wat, na soms honderd jaar, iets zegt over de kwaliteit ervan. Zelf ben ik het meest onder de indruk van zijn boek Progress in Language uit 1894. Terwijl bijna de voltallige taalwetenschap ervan overtuigd was dat veranderingen de taal schaden, betoogde Jespersen doodleuk dat taalverandering de taal juist beter maakt.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
9
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Jespersen begon met rechten te studeren, zoals bijna iedereen in zijn familie. Maar na een paar jaar deed hij al zijn boeken weg en ging Frans studeren, bijvakken: Latijn en Engels. In 1893 werd hij hoogleraar Engels aan de universiteit waar hij zelf ook gestudeerd had: Kopenhagen. In 1925 ging hij met emeritaat. Dat moest wel, omdat hij zijn vrouw jaren tevoren de plechtige gelofte afgedwongen had dat zij hem zou doodschieten als hij na zijn 65-ste nog door zou gaan. Erg interessant is zijn mening over het Latijn. Het was destijds in Denemarken zo geregeld dat niet alleen op de middelbare school iedereen Latijn moest leren, maar het was ook een verplicht bijvak voor alle talenstudenten. Jespersen was een verklaard tegenstander. Het kan wel zijn dat hij na een paar jaar rechtenstudie, het onaangenaam vond om zich opnieuw met het Latijn te moeten bezighouden. In ieder geval heeft hij zich beijverd om dat verplichte bijvak afgeschaft te krijgen. En met succes. Maar de voorstanders van het Latijn wisten gedaan te krijgen, in het jaar na zijn pensionering, dat iedereen die een taal studeerde toch minstens een soort van toelatingsexamen voor dat vak behaalde. Dat is zo gebleven tot 1974. Sindsdien is Latijn niet meer nodig als je Engels studeert in Kopenhagen. Wat ik zo bijzonder vind, is het volgende. Ik wist helemaal niets over Deense universitaire toestanden en de belangstelling van Denen voor het Latijn. Toch, als ik iets had moeten raden, dan zou ik gezegd hebben: einde negentiende eeuw komen daar mensen die van dat Latijn afwillen. Die hebben een klein beetje succes. Maar het duurt nog tot rond 1970 voordat het Latijn er echt afgeschaft wordt. Sterker nog: ik heb dit ook gezegd, in een boek van een paar jaar geleden. En het blijkt te kloppen.
...dat Jespersen toen
hij met pensioen ging, van de studenten een bloemenvaas kreeg
Verder vernemen we bij Juul en Nielsen ook nog dat Jespersen toen hij met pensioen ging, van de studenten een bloemenvaas kreeg. Joop van der Horst
Nagasaki 2007-2010 (slot) Voor mijn vertrek naar Japan heb ik een lijstje gemaakt met dingen die ik niet mocht vergeten. Nu ik terug ben in Berlijn, heb ik er één gemaakt met dingen die ik niet kan vergeten. Daarbij heb ik de wanorde met behulp van Het hoofdkussenboek van Sei Shōnagon (ca. 1100, Japan; vertaling: Jos Vos) in overzichtelijke banen geleid. Afschuwelijke dingen: Een stuiptrekkende halve vis op de tafel in een restaurant. Hurktoiletten. Bouwvakkers die gezamenlijk ochtendgymnastiek doen. Iemand die niest en zichzelf ‘gezondheid’ wenst. Fluimende mannen in de valavond.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
10
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Elegante dingen: Sneeuw gevallen op pruimenbloesem. Buigingen. Vrouwen in uniform. Parasols boven een hoofd. Geharkt grind in een tempeltuin. Een in touw gevangen steen. Gekookte rijst. Tabi’s. Ergerlijke dingen: Mensen die pas ’s ochtends laat hun handen wassen. Slapende studenten tijdens colleges. Een hond die blaft bij dag. Een splinter van een eetstokje in je bovenlip. Katten zonder staart. Pijnlijke dingen: Gecamoufleerde kaalheid door gebruik van schoenpoets. Iemand die in de tram in slaap sukkelt en zijn hoofd op je schouder laat rusten. Op toiletslippers een kamer binnen wandelen. Je eigen glas vullen in een restaurant. Dingen die er rein uitzien: Gewassen mensen die onder de tafels in het restaurant van het badhuis slapen. Kersenbloesem. Het groen van bamboebossen. Witte sokken in geta’s. Dingen die er vies uitzien: De schorten van de dames in het restaurant vlakbij de universiteit. Een kakkerlak die van de eettafel vlucht. Reuzenperen. Schattige dingen: Kinderen die ‘harro’ roepen en snel wegrennen. Studenten die voor het schriftelijke tentamen snoepjes uitdelen. Een minuscuul lotusblaadje dat je uit een vijver haalt om te bekijken. Beelden op begraafplaatsen met gehaakte rode mutsjes. Dingen waarvoor je op je hoede moet zijn: Boottochten. Geüniformeerde mannen met een rode en een witte vlag. Collega’s die in een restaurant na het eten en drinken groen worden, vervolgens in slaap vallen en meteen na het wakker worden voorstellen om nog ergens een uurtje te gaan zingen. Feestdagen. Forse dames met een houten been. Dingen waarvan je hart sneller gaat kloppen: Zwevende roofvogels in de ochtendzon. Klassieke Japanse muziek op een zonnige dag op zee. Mos op stenen. De tempel Otowasan Kiyomizudera in Kyoto. Drakendansen begeleid door snerpende trompetten. De geur van de zee. Een dienblad vol schaaltjes met gerechten in verschillende kleuren. IJs van groene thee. Een treinreis langs de kust bij ondergaande zon. Zingende monniken achter gesloten deuren. Jaap Grave
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
11
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Tentoonstellingenagenda In deze rubriek vindt u informatie over speciale tentoonstellingen in musea in Nederland en Vlaanderen. Alle in deze rubriek opgenomen tentoonstellingen hebben een relatie met de Lage Landen. Kijk ook eens op: www.tento.be en www.museumserver.nl Antwerpen Letterenhuis, Minderbroedersstraat 22 www.letterenhuis.be tot en met 31 december 2010 Expo. Dicht bij Elsschot Ter gelegenheid van Elsschots vijftigste sterfdag worden vanaf 30 mei 2010 allerlei activiteiten georganiseerd in Antwerpen. In het Letterenhuis aandacht voor onder meer brieven, kladhandschriften, typoscripten, enkele personalia en zakelijke documenten. Handschriften en verbeterde drukproeven van Lijmen, Het tankschip en Het dwaallicht laten zien hoe de auteur een tekst herwerkte en bijstuurde. Brussel Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Regentschapsstraat 3 www.fine-arts-museum.be tot en met 27 juni 2010 Het Symbolisme in België De tentoonstelling schetst de evolutie van het symbolisme vanaf de romantische schilderkunst aan het einde van de negentiende eeuw. Thematisch volgt de tentoonstelling de ontwikkeling in de meest uiteenlopende registers – het portret, het landschap, verhalen op de grens van droom en werkelijkheid, de twijfel, het vluchtige moment, religie, enz. De nauwe band tussen poëzie en beeldende kunst, en de voorliefde voor het totale kunstwerk – Gesamtkunstwerk – staan centraal.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
12
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Den Haag Mauritshuis, Korte Vijverberg 8 www.mauritshuis.nl tot 28 juni 2010 Kamers vol kunst Van de Antwerpse schilder Willem van Haecht (1593-1637) zijn slechts drie schilderijen van zijn hand en een klein aantal prenten bekend. Toch is zijn oeuvre opmerkelijk: zijn schilderijen stellen zogenaamde ‘kunstkamers’ voor, interieurs die gevuld zijn met schilderijen en andere kunstvoorwerpen. De drie schilderijen worden voor het eerst zullen ze gezamenlijk Ze vormen het hart van een kleine tentoonstelling die de fascinerende kunstwereld van Antwerpen in de eerste helft van de 17e eeuw tot leven brengt. van 22 mei tot en met 22 augustus 2010 De Jonge Vermeer Johannes Vermeer (1632-1675) is wereldberoemd geworden door zijn voorstellingen uit het dagelijkse leven maar toen hij rond zijn éénentwintigste met schilderen begon, legde hij zich vooral toe op het schilderen van traditionele onderwerpen uit de Bijbel en de klassieke mythologieën. Dat vroege werk verschilt niet alleen qua onderwerp van zijn latere schilderijen, maar ook qua schilderstijl. In de tentoonstelling worden drie schilderijen uit het begin van Vermeers carrière bij elkaar gebracht. Samen met Vermeers latere schilderijen Gezicht op Delft (c.1660) en Meisje met de parel (c.1665) uit de vaste collectie, worden de verschillen tussen het vroege en het late werk van Vermeer duidelijk.
Den Haag Gemeentemuseum, Stadhouderslaan 41 www.gemeentemuseum.nl tot en met 16 mei 2010 Voor een nieuwe wereld. Georges Vantongerloo en zijn omgeving van Piet Mondriaan tot Max Bill Dat het werk van de Vlaamse kunstenaar Georges Vantongerloo in het Gemeentemuseum in Den Haag getoond kan worden, is bijzonder te noemen. Vantongerloo had het niet zo op Nederland en ook niet (meer) op De Stijl, de groep waartoe hij aanvankelijk hoorde. Zijn speelsere, vrijere werken die hij in de laatste twintig jaar van zijn leven (1886-1965) maakte, oogsten de meeste lof: ´Mobiles, sculpturen van gebogen staaldraad, schilderijtjes met spetterende sterren en planeten, een studie naar het Noorderlicht dat Vantonmgerloo op hoge leeftijd nog in Noorwegen gaat bezichtigen: de blijdschap en de vrijheid spat eraf.´(Sacha Bronwasser in de Volkskrant, 29 januari 2010) IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
13
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Haarlem Frans Hals Museum, Groot Heiligland 62 www.franshalsmuseum.nl tot 10 mei 2010 Judith Leyster. De eerste vrouw die meesterschilder werd Judith Leyster ( 1609 – 1660) is de bekendste vrouwelijke schilder uit de Nederlandse Gouden Eeuw. Terwijl veel vrouwelijke kunstenaars zich toelegden op precieze, natuurgetrouwe weergave van bloemen en insecten, waagde zij zich aan ambitieuze figuurstukken. Ze experimenteerde met vernieuwende lichteffecten in suggestieve, nachtelijke scènes. Niet voor niets werd ze in 1633 ‘meesterschilder’, voor zover bekend als eerste vrouw in de Westerse wereld. Ze kreeg daarmee het recht een eigen werkplaats te openen en leerlingen aan te nemen. Centraal in de tentoonstelling staat Leysters meesterlijke 'Zelfportret' (c. 1632-33), waarin ze zich met verve presenteert als portrettist én schilder van vrolijke gezelschappen. Samen met tien andere topstukken van haar hand laat het schilderij de ambitie en het talent zien van deze uitzonderlijke schilder. Oostende Mu.ZEE, Romestraat 11 www.muzee.be tot en met 29 augustus 2010 Bij Ensor op bezoek James Ensor (1860-1949) woonde bijna zijn hele leven in Oostende, tot zijn 57e in zijn ouderlijk huis dat zich boven een souvenirwinkel bevond. Maskers en skeletten werden zijn handelsmerk op carnavaleske tentoonstellingen die het onbegrip, de hypocrisie en de bekrompenheid van de massa en de gevestigde kunstwereld moesten bespotten. De expositie vindt plaats in Ensors huis, en met name in de Blauwe Salon waar hij zijn bezoek placht te ontvangen. Er hangt één origineel schilderij van de meester (en veel reproducties); zwartwit-foto´s uit Ensors archief, brieven, zijn boekenkast enz.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
14
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Utrecht Centraal Museum, Agnietenstraat 2 www.centraalmuseum.nl tot en met 22 augustus 2010 Kiki Lamers / Hoofden (én Pyke Koch) Kiki Lamers (1964) heeft als beeldend kunstenares bekendheid verworven met haar realistische portretten en figuren. Foto’s van kinderen vormen de basis van haar schilderijen. Het kindergezicht is nog ongetekend door emoties en volgens Lamers daarom het ideale projectievlak voor expressie. Een letterlijke betekenis of symboliek is er niet; het zijn beelden om intuïtief te ervaren. Naast het werk van Kiki Lamers is een selectie werken van Pyke Koch (1901-1991) te zien. Voorburg Huygensmuseum Hofwijck, Westeinde 2A www.hofwijck.nl Stadsmuseum Leidschendam-Voorburg, Herenstraat 101 www.stadsmuseum-lv.nl tot en met 27 juni 2010 Vrouwen rondom Huygens Op een dubbelportret dat Jacob van Campen (schilder en architect) rond 1635 schilderde, staat het echtpaar Huygens: hij en profil en zijn vrouw Suzanna die ons aankijkt. Na tien gelukkige jaren stierf Suzanna van Baerle, vlak na de geboorte van haar vijfde kind. Constantijn Huygens bleef de rest van zijn lange leven ongehuwd. Niet dat er geen vrouwen in zijn omgeving voorkwamen. Met portretten en objecten worden de bijzondere vrouwen voorgesteld. In het Stadsmuseum wordt een meer algemeen/cultuurhistorisch beeld gegeven van vrouwen en meisjes in de zeventiende eeuw.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
15
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Congressen, colloquia, symposia
Authentiek materiaal in de taalklas 5 mei 2010 Association des néerlandistes de Belgique francophone et de France organiseert op 5 mei 2010, van 13.30 – 16.30 uur een workshop over bovenstaand onderwerp, waarin de volgende vragen behandeld: wat is authentiek materiaal precies, waarom is het nuttig en wat kun je er allemaal mee doen? Vervolgens wordt op een praktische manier te werk gegaan: de deelnemers maken en bespreken een aantal opdrachten op basis van gedrukte teksten (kranten, tijdschriften, literatuur en allerlei drukwerk),audiovisueel materiaal (muziek, luister- en videofragmenten) en internetpagina´s, sites, combinaties van al het voorgaande). De deelnemers zullen aan het einde van de workshop veel nieuwe ideeën hebben opgedaan en lesmateriaal mee naar huis kunnen nemen. De workshop zal worden geleid door Evie Tops en Ingrid Degraeve, projectleiders bij het Taaluniecentrum-NVT te Brussel. Université catholique de Louvain, Institut des langues vivantes, lokaal ESOP15 Traverse d'Esope 1, 1348 Louvain-la-Neuve Inschrijving: Gelieve zich zo snel mogelijk via mail aan te melden bij Julien Perrez:
[email protected] of
[email protected] Zodra het maximum aantal deelnemers (20 personen) is bereikt, wordt u op een wachtlijst geplaatst voor een herhaling van de workshop. Deelname is gratis voor ANBF-leden*. Niet-leden worden verzocht €15 te storten op rekeningnummer: 001-2693456-36 met mededeling: ‚ANBFworkshop 5 mei 2010‛. Contact: Julien Perrez,
[email protected]
Vertaalatelier Nederlands-Portugees 21 en 22 mei 2010 Portugees Centrum voor Nederlandstudies, Universiteit van Coïmbra, Portugal Kinderliteratuur van Annie M.G. Schmidt Het Portugese Centrum voor Nederlandstudies organiseert op 21 en 22 mei een vertaalatelier gewijd aan Minoes van Annie M.G. Schmidt als satellietactiviteit van de Internationale Vertaaldagen met het thema kinder- en jeugdliteratuur georganiseerd door de Letterenfaculteit van de Universiteit van Coïmbra. Dit vertaalatelier is bestemd voor mensen met een goede (passieve) kennis van het Nederlands en een uitstekende kennis van het Portugees. Vertaalervaring is niet noodzakelijk. De organisatie en begeleiding is in handen van Arie Pos, docent aan de FLUC en FLUP en literair vertaler, Joana Seixas, vertaalster en docent aan de Artesis Hogeschool Vertalers en
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
16
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Tolken, Antwerpen, en Antoinet Brink, vertaalster en docent aan de FLUC. Het atelier wordt mogelijk gemaakt dankzij financiële steun van het ELV. Voor meer informatie kunt u zich wenden tot Antoinet Brink:
[email protected] of (00351) 966168924
De manke usurpator
18 en 19 oktober 2010 Studie- en discussiedagen over het Verkavelingsvlaams In 1989 constateerde Geert van Istendael in Het Belgisch labyrint of De schoonheid der wanstaltigheid dat er ‘iets vuils’ de taal in de zuidelijke Nederlanden ‘aan het doodknijpen’ was: ‘Het is een manke usurpator in kale kleren, maar hij heeft de verwaandheid en de lompheid van een parvenu. Hij heet ‚Verkavelingsvlaams‛’ (p. 108). De naam van deze usurpator dook al snel op in de nieuwsmedia, drong links en rechts een schoolboek binnen en ging uiteindelijk deel uitmaken van de officiële woordenschat toen Van Dale ‘Verkavelingsvlaams’ definieerde als de ‘informele spreektaal in Nederlandstalig België die geen dialect is maar ook geen Algemeen Nederlands’ (1999, p. 3688). Om de even gehate als succesvolle usurpator beter te leren kennen, organiseren we aan de Universiteit Antwerpen op 18 en 19 oktober twee studiedagen. We kijken uit naar taalkundige beschrijvingen en ontledingen van het Verkavelingsvlaams, maar willen de discussie verruimen en verwelkomen in het bijzonder onder meer ook sociologisch, cultuurhistorisch, literatuurwetenschappelijk, taalpedagogisch, (taal)politicologisch en communicatiewetenschappelijk onderzoek. Een kruisbestuiving van disciplines lijkt ons noodzakelijk om te kunnen achterhalen wat het Verkavelingsvlaams is, welke fenomenen ermee worden bedoeld, waar het vandaan komt, waarom het wordt verfoeid, op welke manieren erover wordt gesproken, wie het spreekt of schrijft en waarom. De studiedagen hebben plaats op 18 en 19 oktober 2010 in het Hof van Liere (Stadscampus Universiteit Antwerpen, Prinsstraat 13, 2000 Antwerpen). Bijdragen kunnen maximum 20 minuten duren (exclusief discussietijd). Abstracts (250 à 400 woorden) voor 15 mei 2010 versturen naar
[email protected]. Meer informatie, mogelijke invalshoeken en een voorschot op de discussie: www.demankeusurpator.wordpress.com. Contacten: Kevin Absillis (
[email protected]), departement letterkunde; Sarah Van Hoof (
[email protected]), departement taalkunde en Jürgen Jaspers (
[email protected]), departement taalkunde.
Zie ook www.ivnnl.com > Congressen voor een volledig en actueel overzicht
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
17
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Van de IVN
Uit het bestuur Het derde internationale DO-HA colloquium te Olomouc 28 - 31 maart 2010 Na Bratislava en Wrocław zijn doctorandi en habilitandi van de regio Centraal Europa in het kader van de Comenius Vereniging in Olomouc bijeengekomen om hun lopende onderzoek te presenteren. Docenten die deze beproevingen al achter de rug hebben, waren uitgenodigd om het werk van toekomstige collega's te beoordelen. Enkele deelnemers en beoordelaars uit Nederland en Vlaanderen hebben de diversiteit van de deelnemers uit Centraal Europa verhoogd. Er waren meer dan veertig lezingen waarop de beoordelaars uitvoerig reageerden. Op het programma stond eveneens de Algemene Ledenvergadering van de Comenius Vereniging waar tot ieders genoegen ook Marja Kristel aanwezig was. Bij deze gelegenheid vond de prijsuitreiking van de essay-wedstrijd plaats. De prijs werd uitgereikt door de hoofdredacteur van het tijdschrift, Jan Pekelder aan Júlia Kemendi (Boedapest, ELTE) voor haar essay over het werk van Marion Bloem. Tijdens het congres werd het studieboek Inleiding literatuurgeschiedenis voor de internationale neerlandistiek (Verloren) van Judit Gera en A. Agnes Sneller gepresenteerd. Exemplaren die in de plaatselijke boekhandel aanwezig waren, werden snel verkocht. De motor achter deze evenementen was Wilken Engelbrecht, hoofd van de vakgroep neerlandistiek en vice-decaan aan de Universiteit van Olomouc. Hij en zijn team zorgden voor alles: voor het programma, voor onderdak en prachtig eten, voor het bezoek aan het stadhuis, recepties, concert en vooral voor een vrolijke en onvergetelijke sfeer. Aan dit laatste heeft de stad met zijn prachtige kerken, kronkelende straatjes en barokke architectuur in grote mate bijgedragen. Namens de regio dank ik Wilken hartelijk voor dit voortreffelijke congres. Judit Gera
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
18
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Berichten van buiten de muren
Centraal-Europa In het februarinummer 2010 van de fraaie digitale Nieuwsbrief Comenius (jaargang 4, nr.1) jaarverslagen van verschillende werkgroepen uit de regio (Bratislava, Brno, Ljubljana, Boedapest, Praag, Zagreb, Lublin en Wenen; verslagen van enkele evenementen in 2009 (het regionaal colloquium in Boedapest in 2009, de zomercursus in Poznań) en aandacht voor toekomstplannen. De website van Comenius: http://comenius.ned.univie.ac.at/node/11140
Polen Gepromoveerd Op 19 maart 2010 promoveerde aan de Universiteit Wrocław (bij prof. dr hab. Stanisław Prędota) Jacek Karpiński. In zijn dissertatie: ´Syntaxis van de nominale woordgroepen in Nederlandse en Poolse formulieren´ wordt de syntactische structuur van nominale woordgroepen in het Nederlands en het Pools onderzocht. Ook wordt de toepassing van de resultaten van de analyse gepresenteerd in het kader van de didactiek van het Nederlands als vreemde taal en van de didactiek van het Pools als vreemde taal. In het theoretische deel van deze dissertatie komen onder meer de volgende onderwerpen aan bod: algemene karakteristiek van nominale woordgroepen, hun typologie, syntactische en semantische functies in de zin, alsook hun structuur (voor- en nabepalingen). Een belangrijk onderdeel van dit boek is het praktijkgerichte deel. Er worden 1200 Nederlandse en 1200 Poolse nominale woordgroepen geanalyseerd, die in verschillende formulieren in de periode van 2005 tot 2009 zijn verschenen. De focus van de analyse richt zich op overeenkomsten en verschillen tussen het Nederlands en het Pools. Het corpus van nominale woordgroepen is ontstaan na de gedetailleerde analyse van bijna 1000 Nederlandse en Poolse formulieren, die in verschillende instellingen in Nederland, Vlaanderen en Polen werden verzameld.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
19
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Rusland ´Russin promoveert op W.F: Hermans´ Zo af en toe dringt de extramurale neerlandistiek door in de dagbladen in de Lage Landen. Zo stond´Russin promoveert op W.F: Hermans´ boven een vierkolomsbericht in NRC Handelsblad van 29 maart 2010. In het artikel doet Wilbert Smulders (universitair docent Moderne Letterkunde, Universiteit Utrecht en Hermans-kenner) verslag van de perikelen rond de promotie van Olga Ovechkina, oud-studente van professor Irina Michajlova, op het werk van Willem Frederik Hermans. Nalezen kan via: http://www.nrc.nl/digitaleeditie/NH/20100329___/2_018/
Verenigde Staten E.M. ('Monty') Beekman overleden Eric Montague ´Monty´ Beekman, 69, of Northampton, professor emeritus of German and Scandinavian Studies, died of cancer on November 4, 2008. Born in Amsterdam, the Netherlands, as World War II spread across Europe, he survived a precarious childhood, including time in Indonesia, which sparked his love of tropical nature. He emigrated to the U.S. in 1957. After a brief stint in the U.S. Army, he worked as a railroad oilman, bartender, factory worker, janitor, bouncer and lab assistant before earning his B.A. from the University of California at Berkeley in 1963 and his Ph.D. from Harvard University in 1968. He was appointed professor in 1980 and in 1986, he became Multatuli Professor of Dutch Literature, Language and Culture. He retired in 2003 with 35 years of service. In 1998, he was made a Knight of the Order of the Netherlands Lion (Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw) by Queen Beatrix of the Netherlands for his contributions to the study of Dutch language and literature and his effort to promote and appreciation and understanding of the culture of the Netherlands. That same year, he was elected to the Dutch Academy of Letters. The author of several scholarly books, two novels and two poetry collections, he was devoted to literature and the life of the mind. His interests extended to music, especially jazz, and film and detective fiction. His inquiring mind led him late in life to the wonders of nature and particularly the works of the 17th-century naturalist Georg E. Rumphius. With the backing of the National Tropical Botanical Garden, he began the enormous task of translating the seven-folio volume of Rumphius' Herbal when he had just been diagnosed with multiple myeloma in 2000. At the time of his death he had finished his task. Yale University Press will publish his master work posthumously.
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
20
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Fighting Nazism with the printed word Tentoonstelling over het Nederlandse verzet ten tijde van de Tweede Wereldoorlog aan de University of California in Berkeley In de tentoonstelling die tot en met 31 augustus 2010 te zien is, wordt aandacht besteed aan de rol van clandestiene kunst, literatuur en pamfletten en posters in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Berkeley blijkt een van de grootste collecties clandestiene teksten te hebben, er is sprake van meer dan 500 documenten, waaronder Jan Camperts gedicht ´De lied der achttien doden´. De tentoonstelling werd ingericht door Jeroen Dewulf, die de Queen Beatrix Chair aan de University of Berkeley bekleedt, en James Spohrer, bibliothecaris van de Bancroft Library aan dezelfde universiteit. De opening van de tentoonstelling vond op15 april plaats door Kader Abdolah - voor een verder verslag van zijn activiteiten in de VS, zie hierna. http://www.berkeley.edu/news/media/releases/2010/03/30_dutchlit.shtml
Kader Abdolah in Amerika Begin maart kwam Kader Abdolah naar Amerika en verbleef enige dagen bij vijf van de Nederlandse programma's in de VS. De eerste stop was Columbia University in New York, waar Wijnie de Groot hem verwelkomde. Wijnie begint haar relaas met een citaat van een studente: 'Kader Abdolah is een beetje vreemd maar aardig en interessant ook. Ik vond zijn verhalen leuk. Het verhaal dat we hebben gelezen was emotioneel en mooi.´ De studenten hadden zich grondig voorbereid, zowel de intermediate als advanced studenten hebben in de weken voorafgaand aan zijn bezoek wat videoclips van interviews met hem gezien en korte verhalen gelezen. Vanaf de eerste minuut had Abdolah de aandacht van de studenten, iedereen was enorm van hem onder de indruk. De tweede stop was Cornell University of Ithaca, New York, waarover onze collega Chrissy Hosea het volgende schrijft. Abdolah gaf hier twee lezingen getiteld 'The Dutch and their foreigners, and what it is like to be one of them' en 'Writing in a foreign language' en hij bezocht de lessen Nederlands, waarbij studenten en andere geïnteresseerden ruim de tijd hadden hem vragen te stellen over zijn leven en zijn werk. Hieronder slechts een van de vele reacties van de studenten:
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
21
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek 'Ik hou ook van de stijl van zijn schrijven. Hij schrijft met informele taal, mooie details en interessante uitdrukkingen. Het is ook interessant dat hij vaak schrijft over zijn eigen leven, maar dat dan in de literatuur zet' (Ika Nurhayani – student Linguistiek). Vervolgens reisde Kader Abdolah verder naar Ann Arbor, waar hij een bezoek bracht aan het Nederlandse programma van Ton Broos, die daarover het volgende schrijft: Het karakteristieke hoofd met snor van Kader Abdolah hing al een tijdje in de gangen voordat de auteur zijn opwachting maakte aan de universiteit van Michigan van 17-22 maart. ‘Writer on the Run’ was de titel van zijn lezing die hij hield in het department of comparative literature, bijgewoond door comparatist Anton Shammas wiens boek ‘Arabesques’ zelf ook weer onderwerp was van een colloquium de volgende dag. Dat vond plaats nadat Kader Abdolah de eerstejaars Nederlands op zijn karakteristieke wijze van flamboyant optimisme het hemd van het lijf had gevraagd en hun een bemoedigend hart onder de riem had gestoken. En het meeste ging ook nog in hun Nederlands. Het was jammer dat er niet genoeg tijd was om nog meer te horen over zijn visie op de volgens hem belangrijkste Nederlandse schrijvers Multatuli, W.F.Hermans, Annie M.G. Schmidt en Nescio. De tweedejaars hadden al een tijdje enthousiast zitten ploeteren op enkele Volkskrantcolumns. Verschillende woorden moeten gracieus omzeild worden als ze moeilijk vertaalbaar zijn, zoals ‘poldermodel’ of ‘stok achter de deur’. Andere begrippen zijn gevoeliger, ‘homo’ is zeer negatief in het Amerikaans, twee billen van een persoon is maar één ‘buttock’ in het Engels. Kader Abdolah vond in het Germanic Department dichtregels van de middeleeuwse Hendrik van Veldeke, geclaimd door de Duitse en Nederlandse literatuur, die naast Hadewych hun weg vonden in de Volkskrant-column van die week ter begroeting van de lente. Na Michigan was Indiana University in Bloomington aan de beurt. Esther Ham schrijft over dat bezoek het volgende: Op de regenachtige maandag dat Kader Abdolah aankwam begon de Nederlandse Week in Bloomington. ‘s Avonds was de eerste lezing waar Kader al met wat leden van de Nederlandse gemeenschap in Bloomington kon kennismaken. Dinsdag zou Abdolahs 'Spijkerschrift' in de literatuurcursus besproken worden. Maar voordat de les begon nam hij het heft in handen en begon direct alle studenten vragen te stellen. Wat studeerden ze en waarom, waarom volgden ze een Nederlandse literatuurcursus, enzovoort, enzovoort. IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
22
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Daarna was het de beurt aan de studenten om vragen te stellen. Elke vraag werd zorgvuldig en met heel veel extra uitleg beantwoord. Duidelijk was dat de studenten het fantastisch vonden om persoonlijk met de auteur kennis te maken. Maar het hoogtepunt van Kader Abdolahs bezoek waren zonder enige twijfel zijn gesprekken met de studenten in de Nederlandse taallessen. Met de eerste- en tweedejaars studenten heeft hij een interessant vraag-en-antwoordspel gevoerd. Op vrijdagavond sloten we de allereerste Nederlandse Week af met een drukbezochte en succesvolle lezing van Kader Abdolah. Van 27 maart tot 2 april was Kader Abdolah vervolgens gast in het Nederlandse programma aan de University of Minnesota. Behalve de avond met de leesgroep had Kader Abdolah met geïnteresseerden van verscheidene afdelingen een onderhoudend gesprek over de Islam in Europa en voor het programma Creative Writing gaf hij een presentatie over schrijven in een andere taal en cultuur. De hoogtepunten die week waren echter de lessen Nederlands die hij op heel originele manier en tot groot plezier van de studenten helemaal van mij overnam. Het was al met al een prachtige week die de studenten nog heel lang in herinnering zal blijven, daar ben ik van overtuigd. Op 2 april bracht ik Kader Abdolah naar het vliegveld, van waar hij naar Berkeley vertrok, waar hij nog tot het eind van de maand als 'writer in residence' werkzaam zal zijn. Jenneke Oosterhoff
Berichten van binnen de muren
Antwerpen 2010 / het jaar van Elsschot Op 31 mei 2010 is het vijftig jaar geleden dat Willen Elsschot overleed. Daar wordt uitgebreid aandacht aan geschonken met het literair stadsfestival De Stad van Elsschot dat vanaf die datum vijf maanden lang Willem Elsschot eert als schrijver van verhalen en gedichten die iedereen aanspreken. Voor een volledig overzicht van alle activiteiten zie www.destadvanelsschot.be
Lieve Joris geridderd Frankrijk heeft de Belgische schrijfster Lieve Joris benoemd tot Chevalier dans l´Ordre des Arts et des Lettres. Ze krijgt de onderscheiding voor haar boeken over vergeten gebieden en hun verhalen. Zeven boeken, vooral over Afrika, zijn in het Frans vertaald. Joris schreef na haar studie journalistiek in Utrecht voor onder meer de Nederlandse krant NRC Handelsblad en glossy Avenue. Ze kreeg eerder de Henriette Roland Holst/prijs )1993) en de Cultuurprijs van de Vlaamse Gemeenschap (1999). Overgenomen uit ´Media & Mensen´, de Volkskrant, 8 maart 2010
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
23
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Discovering the Dutch Onder redactie van Emmeline Besamusca en Jaap Verheul verscheen deze maand Discovering the Dutch, een als handleiding bij de Nederlandse cultuur en maatschappij bedoelde Engelstalige uitgave waarin thematisch aandacht wordt besteed aan de Nederlandse cultuur (Gouden Eeuw, Randstad, tolerantie, literatuur, religie, poldermodel). ISBN 978 90 8964 100 7, Amsterdam, AUP, 2010. 320 p. met illustraties. € 29,95.
Bericht uit Woubrugge Joop van der Horst schrijft in zijn 21e column over de Deense wetenschapper Otto Jespersen die met zijn vrouw een dwingende afspraak had hem dood te schieten mocht hij na zijn 65ste nog doorgaan met werken (zie p. 9) Tjee. Je vraagt je onwillekeurig af hoe zoiets in z´n werk gaat. Is het een uitroep van wanhoop geweest waarmee hij zijn vrouw, die hem moest delen met de wetenschap, met een kluitje in het riet stuurde? Maar, stel dat het serieus was: zouden ze de bijbehorende inkopen hebben gedaan? Enig idee hoe het in Denemarken met het wapenbezit wettelijk was geregeld eind negentiende, begin twintigste eeuw? Zou mevrouw Jespersen geoefend hebben? Vragen waarmee je gemakkelijk een uurtje mijmerend in de voorjaarszon kunt doorbrengen.
En nu ik toch in de zon zit: met pensioen gaan is niet iets dat je even doet. Daar moet je je op voorbereiden. Zo worden je dagen nog gedomineerd door digitale agenda's en deadlines en plotseling zit je met een vaas als afscheidscadeau thuis. Al die vrije tijd die wacht om ingevuld te worden; ik geef het je te doen. Het kan een schrikbeeld zijn voor het thuisfront: er komt iemand 'thuis' die zich gaat bemoeien met zaken die helemaal geen extra bemoeienis nodig hebben. In dat licht is zo'n afspraak die meneer en mevrouw Jespersen hadden zo gek nog niet! Marja Kristel
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
24
Nieuwsbrief Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Colofon De IVN-krant is een uitgave van de Internationale Vereniging voor Neerlandistiek Van Dorthstraat 6 2481 XV Woubrugge, Nederland tel. ++ (31) 172 518 243, fax ++ (31) 172 519 925 e-mail
[email protected] website www.ivnnl.com (Dinsdag, woensdag en donderdag bereikbaar via de Universiteit Leiden (Nederlands/Dutch Studies), tel. + 31 71 527 2110;
[email protected]). Eindredactie: Marja Kristel Correspondenten: Mona Arfs (Noord-Europa), Antoinet Brink (Zuid-Europa), Eliza Gustinelly en Yanna Parengkuan (Indonesië), Stefan Kiedroń (Centraal- en Oost-Europa), met de volgende lokale verslaggevers: Orsolya Varga (Boedapest), Rinaldo Neels (Lublin), Agnieszka Śmiertka (Warschau), Babara Kalla (Wrocław); Henriette Louwerse (Verenigd Koninkrijk), Lut Missinne (Duitsland), Laurent Réguer (Franstalige gebied), Jenneke Oosterhoff (Noord-Amerika). Deadline kopij voor de volgende editie: 4 juni 2010. De IVN-krant verschijnt vijf tot zes maal per jaar in een elektronische editie. Voorgaande nummers, vanaf jaargang 7 (2002), zijn in te zien via www.ivnnl.com, klik door naar IVN-krant. Wilt u de IVN-krant niet meer ontvangen? Het is voldoende om een e-mail met die boodschap te sturen naar
[email protected].
IVN-krant |nr. 2 | april 2010 |15e jaargang | www.ivnnl.com
25