ip o I N S P E C T I E van hetONDERWIJS
DEFINITIEF RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ Obs De Meander
!
School/instelling: De Meander Plaats: Drachten BRIN-nummer: 27UC-1 Onderzoeksnummer: Onderzoek uitgevoerd op: 20 januari 2009 Conceptrapport verzonden op: 9 maart 2009 Rapport vastgesteld te Groningen op: 10 april 2009 Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
Format: 2680397-2
I N S P E C T I E van hetONDERWIJS 1.
ONDERZOEK
Onderzoek De inspectie heeft op 20 januari 2009 een onderzoek uitgevoerd op de Meander om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de naleving van wet- en regelgeving en/of van de kwaliteit van het onderwijs. Aanleiding De aanleiding was het volgende. Uit de risicoanalyse voor 2008 en de analyse van eerdere kwaliteitsonderzoeken die de inspectie heeft uitgevoerd kwam naar voren dat zich mogelijke tekortkomingen voordoen in zowel de opbrengsten als het onderwijsproces. Gesprek met bevoegd gezag Op 13 juni 2008 heeft de inspectie dit met het bevoegd gezag besproken. Namens het bevoegd gezag was aanwezig de algemeen directeur, de heer J . Balkema. Uit dit gesprek en uit de beschikbare informatie konden het bevoegd gezag en de inspectie niet eenduidig vaststellen of deze tekortkomingen al dan niet aanwezig zijn. De inspectie heeft daarom besloten een onderzoek uit te voeren om na te gaan of er daadwerkelijk sprake is van tekortkomingen. Onderzoeksmethode Deze rapportage is gebaseerd op: Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Onderzoek op locatie, waarbij o schooldocumenten zijn bestudeerd; o de onderwijspraktijk is geobserveerd; o gesprekken met de directie en zorgcoördinator zijn gehouden. Toezichtkader Het onderzoek is uitgevoerd op basis van het huidige toezichtkader en de bijbehorende normeringen. Deze documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Uit het waarderingskader zijn, naast de opbrengsten, indicatoren onderzocht uit de verschillende aspecten van onderwijskwaliteit die mogelijk samenhangen met de onvoldoende opbrengsten. Naast deze kwaliteitsaspecten heeft de inspectie tevens een aantal wettelijke aspecten onderzocht. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek. Bij vastgestelde tekortkomingen is tevens de onderbouwing van deze beoordelingen opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie uit het onderzoek en het vervolg van het toezicht, in de vorm van het toezichtarrangement.
Format: 2680397-2
lp o I N S P E C T I E van hetONDERWIJS 2. BEVINDINGEN
School: De Meander
Naleving De inspectie heeft onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van wettelijke voorschriften over onderstaande onderwerpen1.
Schoolplan in art. 16, lid 1 en 3 WPO Schoolgids in art. 16, lid 2 en 3 WPO Onderwijstijd in art. 8, lid 7, onder b WPO Zorgplan in art. 19, lid 1 en 3 WPO
Wel Wel Wel Wel
aanwezig aanwezig voldaan aan naleving aanwezig
Kwaliteit Legenda: In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen dit heeft geleid. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de indicator bijdraagt aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten)
Oordelen op indicatoren Resultaten 2
3
i l + i f r n r i w i n rtrt I n n r l ï r t r i a n o^r» h a t n ï n r l ï
liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 13.2 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.
1
Deze onderwerpen gelden voor het school c.q. cursusjaar 2008-2009. De inspectie stelt jaarlijks de onderwerpen vast.
Format: 2680397-2
INSPECTIE
van
hetONDERWIJS KwahteitS7orq 1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. 1.4 De school w e r k t planmatig aan verbeteractiviteiten. 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. 1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel.
•
•
Leerstofaanbod 1
2
3.1 De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde zijn dekkend voor de kerndoelen. 3 4 De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden t o t en met het niveau van leerjaar 8 3.5 De leerinhouden in de verschillende teerjaren sluiten op elkaar aan. 3 6 De leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. 3.8 De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlingengewicht biedt leerinhouden aan bij Nederlandse taal die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.
3
• • -
*
I«rf „4 4 De leraren maken efficient gebruik van de geplande onderwijstijd 4 . 5 De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal en rekenen en wiskunde af op de onderwijsbehoeften van leerlingen.
• •
Pedagogisch handelen 1
2
3 _
4
1
2
3 • •
4
5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar omgaan. Didactisch handelen 6.1 De leraren realiseren con taakgerichte werksfeer. 6.3 De leraren leggen duidelijk uit. 6.5 De leraren geven expliciet onderwijs in strategieën voor denken en leren.
•
Afstemming 1 7 1 De leraren volgen de vorderingen van hun leerlingen systematisch. 7.3 De leraren stemmen de instructie en verwerking af op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
2
3 •
#
Actieve en zelfstandige rol leerlingen 1 8 1 Do leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteit? n 8.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau.
Format: 2680397-2
2 _
3 •
0 O INSPECTIE
van
hetONDERWIJS Begeleiding 10 1 Do SLhool qebruikt 11 u rimenh ingond systeem von instrumenten on procedures voor het volqen van de prestJties t n de ontwikkehnq van de leerlingen
Zorg 11.2 Op basis van een analyse van de veizamelde gegevens, bepaalt de school de aard v a n de zorg voor de zorgleerlingen. 11.3 De school voert de zorg planmatig uit. 11.4 De school gaat de effecten van de zórg na.
Onderbouwing Algemeen beeld De inspectie heeft vastgesteld dat de kwaliteit van het onderwijs en de opbrengsten op o.b.s. De Meander volgens haar beslisregels als zwak moet worden aangemerkt. Daardoor komt de school in aanmerking voor een aangepast arrangement voor het toezicht. De leerresultaten aan het einde van de schoolperiode heeft de inspectie over de afgelopen drie jaar als onvoldoende beoordeeld. De leerresultaten op tussenmomenten voldoen wel aan het minimaal verwachte niveau. In het onderwijsleerproces zijn er met name tekortkomingen bij het didactisch handelen, de afstemming op verschillen en het zelfstandig werken, alsmede de zorg voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Bij dit laatste aspect is onder meer de normindicator van planmatige zorg als onvoldoende beoordeeld. In het jaarlijks onderzoek van 2006 constateerde de inspectie een ongunstig beeld van de kwaliteitszorg. In het huidige onderzoek is er sprake van een aanmerkelijke verbetering. De directie van de school wijst erop dat de afgelopen jaren belangrijke stappen zijn gezet in het professioneel handelen en de resultaatgerichtheid van de school. In het kwaliteitsonderzoek van 2005 oordeelde de inspectie dat de leerresultaten aan de maat waren, maar dat er ruimte was voor verbetering van de eindopbrengsten. Die verbetering heeft zich echter niet voorgedaan. In de kwaliteit van het onderwijs is enerzijds sprake van verbetering, zoals bij het onderdeel leerstofaanbod, maar blijken andere zwakke onderdelen van didactiek en zorg tamelijk hardnekkig aanwezig. Een eenduidige verklaring daarvoor is moeilijk te geven. De inspectie is van oordeel dat kwaliteit nog te wisselend in de school aanwezig is en dat strakke uitvoering van schoolbrede afspraken en werkwijzen nog te wensen over laat. Hieronder wordt een aantal oordelen bij aspecten en indicatoren nader toegelicht. Het betreft met name de onderbouwing van onvoldoende beoordelingen. Resultaten en de ontwikkeling van leerlingen De school heeft een enkele leerling die werkt met een eigen programma op een lager niveau. Evenals bij het jaarlijks onderzoek zijn de ontwikkelingsperspectieven van die leerlingen voor het eind van de basisschool onvoldoende vastgelegd met concreet daarvan afgeleide doelen voor de tussenmomenten. Wel is er een halfjaarlijks plan van aanpak.
Format: 2680397-2
I N S P E C T I E van hetONDERWIJS
Kwaliteitszorg De school heeft in voldoende mate inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingen en stemt haar onderwijsaanbod hierop af. Het voornemen bestaat om komend schooljaar het taalbeleid verder uit te werken. De school evalueert vanaf vorig schooljaar haar toetsresultaten en maakt daarbij gebruik van trendanalyses. Daarnaast evalueert de school de kwaliteit van het leren en onderwijzen. De gegevens uit de zelfevaluatie zijn vertaald in nieuw beleid. De doelen van de verbeteractiviteiten in het jaarplan zouden vaker in meetbare termen kunnen worden geformuleerd. Voorts zijn verantwoordelijkheden en evaluatie onvoldoende concreet belegd. Wel is bij enkele onderwerpen een nadere uitwerking in de vorm van een projectplan aanwezig. In algemene zin komen schoolbrede afspraken terug op het team- en bouwoverleg, maar van actieve borging is nog te weinig sprake, met uitzondering van een recent leesproject. De school heeft nog geen schoolspecifieke uitwerking van het bovenschools vastgestelde veiligheidsbeleid. Ook worden leerlingen nog niet structureel ondervraagd over hun veiligheidsbeleving. Het onderwijsleerproces Leerstofaanbod De school heeft een dekkend leerstofaanbod voor taal en rekenen en wiskunde en beschikt over aanvullende materialen voor leerlingen die extra zorg of uitdaging behoeven. Uit halfjaarlijkse groepsplannen blijkt dat het aanbod daadwerkelijk wordt uitgevoerd en dat vrijwel alle leerlingen de leerstof tot en met het niveau van groep 8 krijgen aangeboden. Ten opzichte van het vorige onderzoek is de kwaliteit van de groepsplanning verbeterd. Didactisch handen, afstemming en zelfstandig werken In de groepsbezoeken is merkbaar dat leraren er in slagen om een voldoende pedagogisch klimaat en een taakgerichte werksfeer te realiseren. Hoewel de kwaliteit van uitleg over het geheel genomen voldoende is, kan het door de school gehanteerde model van effectieve instructie nog scherper worden uitgevoerd, met name door het benoemen van lesdoelen, het stellen van controlevragen en het samenvattend afsluiten van de instructie. De inspectie blijft kritisch over de wijze waarop de leraren aandacht besteden aan strategieën voor denken en leren. Bij kleuters zou met name de talige interactie met leerlingen veel sterker naar voren moeten komen. Verder is de vakdidactiek van rekenen en wiskunde en begrijpend lezen bij meerdere leraren onvoldoende strak zichtbaar. Zo zou bij de instructie voor begrijpend lezen het leesdoel en de aanpak meer direct aan de tekstanalyse moeten worden gekoppeld. Bij rekenen en wiskunde is het vergelijken en structureren van de verschillende aanpakken van leerlingen te weinig aangetroffen, waardoor leerlingen regelmatig met weinig efficiënte oplossingswijzen werken. Daarbij is de kwaliteit van het automatiseren van bewerkingen een punt van zorg.
Format: 2680397-2
0 o I N S P E C T I E van hetONDERWIJS Hoewel in alle groepen instructietafels aanwezig zijn en de groepsplannen de intentie hebben om gedifferentieerd te werken, heeft de inspectie een ongunstig oordeel over de kwaliteit van de afstemming op verschillen. Te weinig is zichtbaar dat afgesproken principes, zoals het bieden van voorinstructie worden uitgevoerd. Als er sprake is van verlengde instructie beperkt deze zich t o t hulp bij de verwerking van opdrachten. Een gerichte extra instructie waardoor zwakkere leerlingen zelfstandig de verwerkingsstof aan kunnen is weinig waargenomen. Daarnaast is de verwerkingsstof te vaak voor alle leerlingen hetzelfde. De inspectie herhaalt kritische opmerkingen uit het vorige kwaliteitsonderzoek over de invulling van de takentijd. Van een eenduidige lijn van werken in de takentijd is geen sprake, zowel naar inhoud als didactiek. Te weinig is zichtbaar dat het zelfstandig werken en de eigen verantwoordelijkheid van leerlingen worden bevorderd. Een eenduidige aanpak voor uitgestelde aandacht tijdens zelfstandig werken ontbreekt. Zorg en begeleiding Het systeem van leerlingenzorg voorziet in het adequaat volgen en signaleren van mogelijke zorg. Deelname aan een project gericht op verbetering van leesresultaten heeft een impuls gegeven aan de zorg. Beleidsmatig is de zorg in ontwikkeling naar een meer preventief gerichte werkwijze. De intern begeleiders vervullen een duidelijke coördinerende en coachende rol naar het team. Dossiervorming en organisatie van leerling- en groepsbesprekingen zijn op orde. De inspectie is echter van oordeel dat de kwaliteit van de handelingsplanning verbetering behoeft. Er zijn weliswaar algemene doelen opgenomen, die toetsbaar zijn met het leerlingvolgsysteem, maar specifieke doelen gerelateerd aan diagnose van de (leer-)problemen ontbreken veelal, evenals een gerichte aanpak. Met name de halfjaarlijkse plannen van aanpak geven daardoor weinig zicht op de gewenste gerichte intensivering van het onderwijs aan zorgleerlingen. In het verlengde hiervan is de evaluatie nog onvoldoende specifiek. Er zijn nieuwe formats voor evaluatie van groepsplanning en handelingsplanning in ontwikkeling.
Format: 2680397-2
•È
o
I N S P E C T I E van hetONDERWIJS 3.
CONCLUSIE EN VERVOLG
Het onderwijs is van zwakke kwaliteit vanwege de onvoldoende eindresultaten over de laatste drie jaar en onvoldoende kwaliteit van uitvoering van planmatige zorg. Toezichtarrangement Op grond van het voorgaande, heeft de inspectie voor obs De Meander een aangepast arrangement vastgesteld. Het onderwijs^ op de Meander vertoont belangrijke tekortkomingen. De inspectie intensiveert het toezicht. Het bevoegd gezag draagt zorg voor opheffing van de geconstateerde tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs. De inspectie heeft met het bestuur afspraken gemaakt over het verbetertraject. Over een jaar voert de inspectie een heronderzoek uit naar de tekortkomingen.
Format: 2680397-2