INHOUDSOPGAVE. Voorwoord Cliëntenraad en WMCZ 4

JAARVERSLAG CLIËNTENRADEN 2012

INHOUDSOPGAVE

Voorwoord

3

1. Cliëntenraad en WMCZ

4

2.

Interne organisatie cliëntenraden 2.1 Lokaal niveau: locatieoverleg voor cliënten 2.2 Regionaal niveau: regionale cliëntenraad (RCR) 2.3 Centraal niveau: centrale cliëntenraad (CCR)

3.

Samenstelling cliëntenraden 3.1 CCR 3.2 RCR Den Haag 3.3 RCR Haagrand 3.4 RCR Midden-Holland 3.5 RCR Noord-Holland 3.6 RCR Rijnmond

7 7 9 10 11 12

4.

Advies- en informatierecht 4.1 CCR 4.2 RCR Den Haag 4.3 RCR Haagrand 4.4 RCR Midden-Holland 4.5 RCR Noord-Holland 4.6 RCR Rijnmond

13 14 14 15 16 17

5.

Evaluatie/resultaten werkplan 2012 5.1 CCR 5.2 RCR Den Haag 5.3 RCR Haagrand 5.4 RCR Midden-Holland 5.5 RCR Noord-Holland 5.6 RCR Rijnmond

18 19 19 20 20 21

6. Contact achterban

5 5 5

22

7.

Overige contacten 7.1 CCR 7.2 RCR Den Haag 7.3 RCR Haagrand 7.4 RCR Midden-Holland 7.5 RCR Noord-Holland 7.6 RCR Rijnmond

23 23 24 24 25 25

8.

Acties en projecten 8.1 Focus! 8.2 Pink Donut 8.3 Cliënttevredenheidsonderzoek 8.4 Klankbordgroep 8.5 Nieuwe huisstijl

27 27 28 28 28

9. Financiën

29

10. Tot slot

29

Contactgegevens

31

JAARVERSLAG CLIËNTENRADEN REAKT 2012

- 1

2 -


VOORWOORD Dit derde gezamenlijke jaarverslag van de vijf regionale cliëntenraden en de centrale cliëntenraad van REAKT geeft een overzicht van de activiteiten van alle raden in 2012. Begin 2012 vond de aangekondigde reorganisatie plaats in Rotterdam, Haagrand en Midden-Holland. Dit ging met heel wat onrust gepaard. Een fors aantal medewerkers werd boventallig verklaard en anderen werden op andere locaties ingezet. Voor velen van ons betekende het dat we het van de ene dag op de andere moesten stellen zonder die ene medewerker op wie we jarenlang hadden kunnen bouwen, die we zo waren gaan vertrouwen en van wie we gewoon waren gaan houden. Het was een periode van verlies. We moesten wennen aan nieuwe gezichten, ervaren dat medewerkers door tijdsdruk veel minder aandacht voor ons leken te hebben en accepteren dat we nog maar een paar uur per dag bij REAKT terecht konden voor de inloop en de hobby. Kort daarna ging op veel locaties de pilot van start van het project ‘Resultaatgericht werken’. Dankzij subsidie van de overheid in het kader van het programma In voor zorg! startten - verspreid over bijna alle regio’s teams met de nieuwe manier van werken. Op veel plaatsen kreeg de locatie bovendien een facelift. Waar voorheen de naam REAKT stond, prijken inmiddels de merknamen CONNECT en TRACK op de gevel, alles natuurlijk nog wel steeds onder de noemer van de REAKTGROEP. Waar in dit verslag nog gesproken wordt over REAKT moet REAKTGROEP gelezen worden. Tegen het eind van het jaar besloot de bestuurder de nieuwe werkwijze op alle locaties in te voeren. De openingstijden waren gelukkig weer uitgebreid en het activiteitenaanbod verbreed. Een aantal cliënten werd van meet af aan actief betrokken bij het uitproberen van de nieuwe werkwijze. Teams kregen ondersteuning van een coach om de nieuwe werkwijze aan te leren en weten zich inmiddels ook in 2013 verzekerd van die ondersteuning. De raden volgen alle ontwikkelingen op de voet en blijven de belangen van de cliënten zo goed mogelijk behartigen. In dit verslag kijken we terug op 2012, een turbulent jaar waarin maatregelen zijn doorgevoerd die soms pijn deden, maar wel noodzakelijk waren voor het voortbestaan van de REAKTGROEP. En dát is uiteindelijk het hoogste doel dat de raden nastreven voor hun achterban.

Namens de Raden,

Hilde Olvers

Voorzitter CCR

Gouda, mei 2013


- 3

1.

CLIËNTENRAAD EN WMCZ

Met het invoeren van de Wet op de Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) in 1996 kregen cliëntenraden wettelijk erkende bevoegdheden. De wet geeft een opsomming van de onderwerpen waarover de cliëntenraad advies of verzwaard advies mag uitbrengen. Bij een verzwaard advies kan de REAKTGROEP het advies niet zomaar naast zich neerleggen. Daarnaast kan de cliëntenraad ongevraagd advies uitbrengen over alle onderwerpen die voor cliënten van belang zijn. Daarmee is de cliëntenraad een serieuze gesprekspartner voor de REAKTGROEP. De taak van de cliëntenraad is volgens de WMCZ het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de cliënten. Om dat goed te kunnen doen, heeft de cliëntenraad het recht op informatie, het recht op overleg en het recht om te adviseren. Dit betekent dat de REAKTGROEP de cliëntenraad alle informatie moet geven die de raad voor zijn taak nodig heeft en overleg voert zoals met elkaar is afgesproken in de samenwerkingsovereenkomst. Met het maken van een jaarverslag zet de cliëntenraad op een rijtje wat de raad het afgelopen jaar heeft gedaan en heeft bereikt. Zo kan ook de achterban meekijken waarover gesproken is.

4 -


2.

INTERNE ORGANISATIE CLIËNTENRADEN

Medezeggenschap betekent dat cliënten en/of vertegenwoordigers op diverse niveaus binnen een zorginstelling, als collectief, gevraagd én ongevraagd invloed kunnen uitoefenen op voorgenomen besluiten die van invloed zijn op de positie van cliënten en de kwaliteit van zorg. De structuur van de medezeggenschap (lokaal, regionaal en centraal niveau) volgt zoveel mogelijk de organisatiestructuur van de REAKTGROEP. De cliëntenraden werken overeenkomstig de WMCZ. De samenwerkingsovereenkomst en het eigen huishoudelijk reglement geven ondersteuning bij het uitvoeren van de taken.

2.1 LOKAAL NIVEAU: LOCATIEOVERLEG VOOR CLIËNTEN De medezeggenschap begint op de plaats waar de zorg wordt verleend en dat is de locatie. Zeker op grotere locaties streeft de regionale cliëntenraad (RCR) ernaar in samenwerking met de regiomanager minimaal vier keer per jaar een locatieoverleg voor cliënten te organiseren. Hierbij zijn in principe de raadsleden aanwezig die binnen de regionale raad de locatie vertegenwoordigen, de coach/ondersteuner van de raad en de regiomanager, zodat cliënten op al hun vragen gelijk zo goed mogelijk antwoord kunnen krijgen. Vaste agendapunten tijdens het locatieoverleg voor cliënten zijn: - Algemene gang van zaken op de locatie; - Activiteiten/wensen van de cliënten op de locatie; - Ontwikkelingen binnen de REAKTGROEP; - Algemene gang van zaken bij de RCR; - Kiezen van kandidaat-raadsleden (een enkele keer).

2.2 REGIONAAL NIVEAU: REGIONALE CLIËNTENRAAD (RCR) De REAKTGROEP heeft vijf regionale cliëntenraden voor vier regio’s. De regio Haagrand/Midden-Holland heeft twee regionale raden. De regionale cliëntenraden bestaan uit vertegenwoordigers van de diverse locaties die deel uitmaken van de regio. Ze komen op voor de belangen van de cliënten op de locaties in die regio. Iedere RCR vergadert minimaal twaalf keer per jaar onderling en minimaal vier keer per jaar met de regiomanager(s). Vaste of regelmatig terugkerende agendapunten zijn: - Terugblik op de afgelopen periode; - Algemene gang van zaken op de locaties in de regio; - Activiteitenaanbod op de locaties in de regio; - Bezetting en bejegening op de locaties in de regio; - Inventarisatie knelpunten voor de CCR en nieuws uit de CCR; - Afspraken en plannen voor vernieuwing en ontwikkelingen op de locaties in de regio; - Beleid op uitvoeringsniveau (hoe ziet het beleid eruit op de locaties?); - Besluiten die in voorbereiding zijn en waarvoor de RCR om advies moet worden gevraagd.

2.3 CENTRAAL NIVEAU: CENTRALE CLIËNTENRAAD (CCR) De centrale cliëntenraad (CCR) is samengesteld uit afgevaardigden van de regionale cliëntenraden (in principe twee vertegenwoordigers per RCR) en vergadert minimaal acht keer per jaar onderling en minimaal zes keer per jaar met de bestuurder en de bestuurssecretaris (centrale overlegvergadering). Tot 2012 had de CCR minimaal vier keer per jaar een overleg met de directeur Holding en vier keer per jaar een vragenuurtje met de bestuurder. Daarnaast spraken de voorzitter van de CCR en de directeur Holding elkaar eens in de zes weken over de lopende zaken. In de loop van 2012 is de directiestructuur gewijzigd, waardoor de CCR vanaf september overleg voerde met de bestuurder. Het vragenuurtje werd hierdoor overbodig en met het oog op de transparantie werd besloten de individuele gesprekken niet voort te zetten. Verder heeft de CCR eens per jaar informeel overleg met de raad van toezicht. Tijdens dit informatieve overleg wisselen de leden van de raad van toezicht en de leden van de CCR van gedachten over de algemene gang van zaken. Ook heeft ieder jaar een gesprek plaats tussen de voorzitter van de CCR en de voorzitter van de raad van toezicht, waarbij de


- 5

voorzitter van de raad van toezicht onder andere feedback vraagt over het functioneren van de bestuurder. Vaste agendapunten tijdens de centrale overlegvergadering zijn: - Terugblik op de afgelopen periode; - Informatie vanuit de regio’s; - Algemene gang van zaken als geheel; - Beleidsuitvoering die voor de hele REAKTGROEP geldt; - Afspraken en plannen voor vernieuwing en ontwikkelingen; - Begroting en financiële verantwoording; - Besluiten die in voorbereiding zijn en waarvoor de CCR om advies moet worden gevraagd. Hierbij worden afspraken gemaakt over het tijdstip en de manier waarop de CCR in de verdere besluitvorming wordt betrokken.De voorzitter van de raad van toezicht vraagt onder andere de voorzitter van de CCR feedback op het functioneren van de bestuurder.

6 -


3.

SAMENSTELLING CLIËNTENRADEN

3.1 CCR Leden per 31 december 2012 Ben Bakker, Hetty van Beelen, Jan Willem Bijl, Jacques Demouge, Krien van der Meer, Hilde Olvers (voorzitter), Gerard Walsmit, Martijn Wijand en Johan van Zeijl In: Martijn Wijand en Hetty van Beelen Tijdelijk uit: Fred de Zoete Aspirant-leden: Jan Willem Bijl Dagelijks bestuur: geen Coach/ondersteuner: Anneke Heijdra, 16 uur per week Motivatie De leden van de CCR nemen deel aan deze raad om er te kunnen zijn voor mensen met een ggz-achtergrond. Ze benutten hun vaardigheid en kennis in het belang van andere ggz-cliënten en/of om op te komen voor mensen die het zelf niet goed kunnen verwoorden. Andere redenen die CCR-leden opgeven als motivatie zijn: het leuk vinden om met alle ontwikkelingen binnen de REAKTGROEP bezig te zijn, via ervaringen en ideeën de organisatie kunnen verbeteren, het delen en praktisch toepassen van de eigen (werk)ervaring en het opdoen van bestuurlijke ervaring. Werkwijze - - -

De voorzitter stelt in overleg met de ondersteuner de agenda samen. In 2012 vergaderde de CCR vijftien keer onderling, twee keer met de directeur Holding en vijf keer met de bestuurder, waarvan één keer een ingelast kort overleg in verband met de evaluatie van de samenwerkingsovereenkomst. Ook had de CCR een keer overleg met de raad van toezicht. De CCR organiseerde twee keer een gezamenlijke radendag. Op de radendagen wisselen de leden van de regionale cliëntenraden onderling ervaringen uit en doen ze nieuwe ideeën en inspiratie op. Tijdens de radendag in oktober werd de nieuwe samenwerkingsovereenkomst ondertekend. Deze wordt om de twee jaar geëvalueerd. De radendagen worden ook gebruikt om de raden te informeren over ontwikkelingen en om deskundigheid te bevorderen.

3.2 RCR DEN HAAG Leden per 31 december 2012 Ruud Dorlas, Didi de Groot, Herie Kemper, Mangala van Kessel, Krien van der Meer (voorzitter), Henk van Tongeren, Rob Willems en Johan van Zeijl In: geen Uit: geen Aspirant-leden: Herbie Kemper Dagelijks bestuur: nog in oprichting Coach/ondersteuner: Anneke Heijdra, 10 uur per week Motivatie De leden van de RCR Den Haag nemen deel aan de regionale cliëntenraad om op te komen voor de belangen van alle cliënten die de locaties in Den Haag bezoeken. Dat doen ze door naar de ervaringen van cliënten te luisteren en namens die cliënten kritische vragen te stellen aan de regiomanagers en via de CCR ook aan de bestuurder. Voor sommige leden is het opdoen van bestuurlijke ervaring een reden om deel te nemen. Werkwijze -

De RCR Den Haag streeft ernaar een proactieve raad te zijn. De raadsleden behartigen de belangen van de cliënten op de locaties De Brink, Johannes van Duuren, de Platinaweg en het Sterhuis.


- 7

- -

- - - -

De satellietlocaties het Koetshuis, Wateringseveld en de Zeester gingen per 15 februari 2012 over naar Anton Constandse. Naast de vaste onderwerpen van gesprek kwamen tijdens de raadsvergaderingen onderwerpen ter sprake die op dat moment de aandacht vroegen. In 2012 kwam de RCR iedere drie weken bij elkaar. De raad vergaderde vijftien keer, waarvan vier keer met de regiomanagers Hans Zeegers en Wilma Roerade. De frequentie met de regiomanager is op verzoek van de RCR verhoogd, mede door de pilots, waarmee de nieuwe werkwijze werd uitgeprobeerd. Hans Zeegers was extra aanwezig bij de vergaderingen van de RCR om deze ontwikkelingen door te spreken. De raadsleden namen deel aan de twee radendagen in Gouda. Drie leden uit Den Haag zitten in de klankbordgroep voor cliënten. De raad werkt op de Platinaweg met cliënten die als contactpersoon verbonden zijn aan de raad. Deze cliënten zijn niet lid van de raad, maar er wel actief bij betrokken. Twee raadsleden vertegenwoordigen de raad in de CCR, waarin ze meedenken over beleidszaken en de algemene belangen van de cliënten van de REAKTGROEP behartigen.

Locatieoverleg -

-

- - -

8 -

Op de locaties Platinaweg, het Sterhuis en Johannes van Duuren werd respectievelijk twaalf, drie en twee keer een locatieoverleg voor cliënten georganiseerd. Onderwerpen op deze locatieoverleggen waren onder andere: de nieuwe werkwijze met de merken CONNECT en TRACK, nieuws uit de regionale cliëntenraad en ontwikkelingen op de locatie in kwestie. Bij het Sterhuis vond een verkiezing van een raadslid plaats en werd gesproken over de veiligheid. Het voorgaande jaar waren samen met het team al acties ingezet om deze te verbeteren. Via een enquête onder de cliënten werd door de RCR het gevoel van veiligheid gepeild en besproken. Naar aanleiding daarvan werden aanvullende afspraken gemaakt. Bij Johannes van Duuren werd onder andere gesproken over het rookbeleid en gastvrije ontvangst. Thema’s op de Platinaweg waren ondermeer de kwaliteit van de lucht, de enquête: cliënt met verantwoordelijkheden en het ronde- tafel- gesprek. Deze is uitgebreid naar de andere Haagse locaties. Met de resultaten daarvan kan de raad de regiomanagers adviezen geven voor 2013. Op de klinische locatie De Brink is een locatieoverleg lastiger te organiseren. De raad heeft deze locatie wel een paar keer bezocht om met de cliënten daar in gesprek te gaan, naar hun wensen te vragen via een spreekuur en een rondje te maken langs de werkprojecten.


3.3 RCR HAAGRAND Leden per 31 december 2012 Hilde Olvers (voorzitter), Pim Tabink, Gerard Walsmit en Mariëlle Weerdenburg In: Pim Tabink Uit: Piet de Winter Aspirant-leden: Pim Tabink Dagelijks bestuur: geen Coach/ondersteuner: Yvonne van der Waal, 8 uur per week Motivatie De leden van de RCR Haagrand nemen deel aan de regionale cliëntenraad om zo goed mogelijk op te komen voor de belangen van de cliënten, ondermeer door te letten op de kwaliteit en het aanbod van de activiteiten op de locaties. Tijdens het overleg met de regiomanager stellen ze kritische vragen over de werkwijze op de locaties. Werkwijze -

- - -

-

- - - -

-

Begin 2012 werd de reeds geplande reorganisatie uitgevoerd. Helaas verliep de communicatie hierover naar de cliënten niet op de manier waarop de raad begin december 2011 had aangedrongen bij management en bestuurder. Cliënten werden van de ene dag op de andere geconfronteerd met het vertrek van vertrouwde gezichten en sluiting van de locatie voor een groot deel van de uren. Dit leidde hier en daar tot onrust en onzekerheid onder de cliënten, maar ook tot onvrede en een geringer aanbod van activiteiten. De leden van de RCR Haagrand behartigden de belangen van de cliënten op de locaties zo goed mogelijk, maar kregen desondanks te maken met cliënten die het de raad kwalijk namen te hebben ingestemd met de reorganisatie. De regio Haagrand bestond in 2012 uit de locaties Leidschendam, Voorburg, Wassenaar, Ypendael en Zoetermeer. De locatie Wassenaar werd in de loop van het jaar gesloten. Naast de vaste onderwerpen van gesprek werd tijdens raadsvergaderingen gesproken over onderwerpen die op dat moment de aandacht vroegen. De ondersteuner maakte de notulen en zorgde voor de verspreiding van agenda, notulen en adviesaanvragen en dergelijke. De meeste vergaderingen vonden plaats in Zoetermeer vanwege de geschikte vergaderruimte op die locatie, maar incidenteel bracht de raad ook een bezoek aan de locatie Leidschendam. Daar bleven raadsleden ook wel napraten met cliënten om hen te vragen naar hun mening over het activiteitenaanbod. De raad kwam in 2012 in totaal twintig keer bijeen voor een vergadering, waarvan vier vergaderingen officieel werden gecombineerd met een overleg met Henrie de Vogel, regiomanager van Haagrand. Daarnaast schoof de regiomanager enkele keren aan bij de onderlinge vergadering van de RCR om belangrijke ontwikkelingen te bespreken en ook vond tussentijds contact per e-mail plaats tussen de voorzitter van de raad en de regiomanager over zaken die dringend aandacht nodig hadden. Locatieoverleg Op de locaties in Voorburg en Zoetermeer vond drie keer een locatieoverleg voor cliënten plaats. Het locatieoverleg werd in het algemeen redelijk tot goed bezocht. In Zoetermeer werd het overleg in verschillende groepen gesplitst om ook cliënten die niet zo snel het woord nemen naar hun ervaringen te kunnen vragen. Cliënten werden op deze locaties geïnformeerd over de pilots die van start gingen in het kader van het project ’Resultaatgericht werken’. In Voorburg ging de pilot gepaard met een verbouwing en een facelift van de locatie. Deze is nu ingericht volgens de nieuwe richtlijnen wat betreft de huisstijl en maakt naar de mening van de raad een professionele en gastvrije indruk. Twee raadsleden vertegenwoordigen de raad in de CCR, waarin ze meedenken over beleidszaken en de algemene belangen van de cliënten behartigen.


- 9

3.4 RCR MIDDEN-HOLLAND Leden per 31 december 2012 Ben Bakker, Michael Breedijk, Jacques Demouge (voorzitter), Alie Landsmeer, Wil van der Weijden en Maarten Woerlee In: Maarten Woerlee en Alie Landsmeer Uit: Christine Schell Aspirant-leden: geen Dagelijks bestuur: geen Coach/ondersteuner: Yvonne van der Waal, 8 uur per week Motivatie De leden van de RCR Midden-Holland nemen deel aan de regionale cliëntenraad om zo goed mogelijk de belangen van de cliënten behartigen. De raadsleden voelen zich verantwoordelijk en betrokken bij de REAKTGROEP. Daarbij willen ze hun eigen kennis, bekwaamheid en ervaring op verschillende gebieden op een nuttige en zinvolle manier inzetten namens cliënten die dat niet kunnen. Werkwijze -

-

-

Begin 2012 werd de aangekondigde reorganisatie uitgevoerd. Dit ging gepaard met veel onvrede onder de cliënten. De RCR kregen het verwijt akkoord te zijn gegaan met de reorganisatie. Achter de schermen probeerde de raad echter - meer dan cliënten begrepen - de reorganisatie voor cliënten zo soepel mogelijk te laten verlopen. Door omstandigheden moest deze echter sneller worden uitgevoerd dan wenselijk was voor de cliënten. De leden van de RCR Midden-Holland behartigden in 2012 de belangen van de cliënten op de locaties Boskoop, Gouda en Schoonhoven. Naast de vaste onderwerpen van gesprek werd tijdens raadsvergaderingen gesproken over onderwerpen die op dat moment de aandacht vroegen. Wil van der Weijden maakte de notulen en de ondersteuner zorgde voor de verspreiding van de agenda, notulen en adviesaanvragen en dergelijke. De raad heeft een vaste vergaderruimte op de Hoge Gouwe 89 in Gouda. De raad kwam in 2012 twintig keer bijeen voor een vergadering, waarvan er vijf werden gecombineerd met een overleg met de regiomanager.

Locatieoverleg - -

- -

10 -

In Schoonhoven vond enkele malen een locatieoverleg voor cliënten plaats. Op de Hoge Gouwe 65 vond in 2012 op advies van de cliëntenraad sinds de zomer elke maand een locatieoverleg plaats. Dit overleg wordt georganiseerd en voorgezeten door een medewerker. Punten vanuit de cliëntenraad vormen een vast onderdeel van de agenda. De raad vond het belangrijk op deze locatie maandelijks een overleg voor cliënten te houden omdat verschillende doelgroepen werden samengevoegd, wat van iedereen nogal wat aanpassing vraagt. Regelmatig overleg maakte het mogelijk vragen en onduidelijkheden snel te bespreken. Cliënten werden in een aparte bijeenkomst geïnformeerd over het project ‘Resultaatgericht werken’ en hoe de nieuwe manier van werken werd geïntroduceerd en in pilots in de praktijk werd uitgeprobeerd. Twee raadsleden vertegenwoordigen de raad in de CCR, waarin ze meedenken over beleidszaken en de algemene belangen van de cliënten van REAKT vertegenwoordigen.


3.5 RCR NOORD-HOLLAND Leden per 31 december 2012 Hetty van Beelen, Edith de Best, Paul Harmse, Karin Hogema, Titus Krijgsman, Eric Seerden (waarnemend voorzitter), Ed Siegrest, (voorzitter), Oeno Vermeulen, Johan Visser en Martijn Wijand In: geen Uit: geen Apirant-leden: geen Dagelijks bestuur: Eric Seerden en Ed Siegrest Coach/ondersteuner: Linda Hokken, 8 uur per week Motivatie De belangrijkste motivatie van de (aspirant)leden om deel te nemen aan de RCR is de stem te laten horen van de cliënten in de organisatie. Daarnaast willen leden de organisatie beter leren kennen en de achterban hierover kunnen informeren, maar ook het aanbod van activiteiten en de laagdrempeligheid bewaken. Werkwijze - -

- - -

De leden van de RCR Noord-Holland behartigden in 2012 de belangen van de cliënten op de locaties Purmerend, Velsen (Smederij), Zaandam, Hoorn en een deel van Castricum. Ook behartigden ze de belangen van cliënten die deelnemen aan de werkprojecten Echt Bakkums Groen en Grip. Er werd één keer per maand vergaderd op basis van een agenda waarop naast een aantal vaste punten ook onderwerpen stonden die op dat moment de aandacht vroegen. Een week voor de raadsvergadering stelde het dagelijks bestuur in onderling overleg de agenda samen. Over lopende zaken overlegde het dagelijks bestuur tussendoor telefonisch of per e-mail en als dat nodig was, werd een extra overleg van het dagelijks bestuur en/of de raad ingepland. Per kwartaal werd twee keer vergaderd met een of beide regiomanagers. Vanuit de raad werden voor bepaalde onderwerpen kleine, kortlopende werkgroepen samengesteld. Ook namen leden soms zitting in andere werkgroepen en vertegenwoordigden leden de raad zo nu en dan bij externe bijeenkomsten en overleggen. Twee leden namen op verzoek van de raad zitting in de centrale cliëntenraad, zodat de RCR NoordHolland ook in de CCR goed vertegenwoordigd is.


- 11

3.6 RCR RIJNMOND Leden per 31 december 2012 Jan Willem Bijl, Rinus Groenendijk, Sjaak van de Ruit, Sascha Tschepurnoj en Fred de Zoete (voorzitter) In: Sascha Tschepurnoj Uit: Mo Agenaou, Aladin Alzarow en Arthur van den Does Aspirant-leden: Sascha Tschepurnoj Dagelijks bestuur: geen Coach/ondersteuner: Yvonne van der Waal, 6 uur per week De ondersteuning van de RCR Rijnmond is dit jaar verdeeld tussen twee coach/ondersteuners. Yvonne van der Waal biedt praktische ondersteuning rond de vergaderingen. Eva van Velzen is beschikbaar voor voorbereiding op beleidsgebied en werkte samen met de voorzitter aan het werkplan en het ontwikkelen van een visie op medezeggenschap. Motivatie De leden van RCR Rijnmond nemen deel aan de regionale cliëntenraad omdat ze iets willen betekenen voor de cliënten van de locaties die ze vertegenwoordigen en omdat ze de medezeggenschap voor cliënten willen waarborgen en handen en voeten willen geven. De raad vindt het als belangenbehartiger vooral belangrijk te pleiten voor voldoende mogelijkheden voor cliënten om zich te ontwikkelen, het zoveel mogelijk terugdringen van sociaal isolement en het stimuleren van zelfvertrouwen van cliënten. Werkwijze -

- -

-

Begin van 2012 werd de aangekondigde reorganisatie uitgevoerd. Dit ging gepaard met veel onvrede onder de cliënten. De RCR heeft achter de schermen - meer dan cliënten begrepen - geprobeerd de reorganisatie voor de cliënten zo soepel mogelijk te laten verlopen. Door omstandigheden moest deze echter sneller worden uitgevoerd dan wenselijk was voor de cliënten. De leden van de RCR Rijnmond behartigden in 2012 de belangen van de cliënten op de locaties Rietdijk, Soeda, Soeda Zevensprong, Vredehof en vanaf december 2012 de nieuwe locatie WestBlaak. De RCR kwam zestien keer bijeen voor een vergadering, waarvan er vier werden gecombineerd met een overleg met de regiomanagers. De voorzitter besprak de agenda met de ondersteuner. Vaste agendapunten voor de raad waren het nieuws vanuit de diverse locaties, nieuws uit diverse overleggen met andere organisaties, contact met de achterban, naamsbekendheid van de eigen raad en het werven van nieuwe leden. Met de regiomanagers werd gesproken over de algemene gang van zaken, plannen voor vernieuwing en ontwikkeling en voorgenomen besluiten waarvoor de raad om advies moest worden gevraagd. Een ander onderwerp van gesprek waren de pilots, die op verschillende locaties van start gingen om de nieuwe werkwijze uit te proberen.

Locatieoverleg - -

12 -

Bij de locatie Soeda is na een periode van afwezigheid het locatieoverleg voor cliënten in ere hersteld, zodat cliënten weer hun vragen en zorgen kunnen bespreken. Vertegenwoordigers van de raad zijn daarbij aanwezig en nemen punten die van belang zijn mee naar het overleg met de regiomanager. Er werd een opzet gemaakt voor een nieuw werkplan 2012/2013, waarin vooral doelstellingen zijn vastgelegd voor het opstellen van een visie vanuit het oogpunt van medezeggenschap, speerpunten waar aandacht voor moet komen en een communicatieplan. Hiervoor werd voorwerk gedaan door de voorzitter in samenwerking met coach/ondersteuner Eva van Velzen, die op de achtergrond ondersteuning biedt..


4.

ADVIES- EN INFORMATIERECHT

Het adviesrecht is voor een cliëntenraad een belangrijk middel om vanuit cliëntperspectief invloed te hebben op de zorg. Daarnaast biedt het bespreken van tal van zaken de raden de mogelijkheid steeds weer hun zorg uit te spreken over de effecten van besluiten voor de cliënt.

4.1

CCR

De raad behandelde in 2012 diverse adviesaanvragen. - Op 21 maart ontving de CCR een adviesaanvraag over een wijziging van de directiestructuur. Doel hiervan was de organisatie snel, slagvaardig en structureel voor te bereiden op de externe ontwikkelingen van de komende jaren. Twee vacatures op directieniveau werden niet ingevuld omdat de taakverdeling op dat moment voldeed. De CCR ging akkoord met deze wijziging. - Op 26 september ging de CCR in de centrale overlegvergadering met de bestuurder mondeling akkoord met het voorstel de onkostenvergoeding voor cliënten bij deelname aan een arbeidsproject te verhogen van €1,- naar €2,- per uur, zodat deze wijziging per 1 oktober kon worden doorgevoerd. Hoewel de CCR het niet nodig achtte hiervoor een schriftelijke adviesaanvraag af te wachten, stelde de CCR wel het recht op advies te willen behouden ten aanzien van de spelregels rond genoemde onkostenvergoeding. Deze volgden op 10 december en werden eveneens goedgekeurd door de CCR. - Op 16 oktober ontving de CCR een adviesaanvraag over de aanpassing van de barprijzen. Het prijsbeleid binnen REAKT was niet eenduidig meer en bij veel producten was de verkoopprijs inmiddels lager dan de inkoopprijs. De CCR ging akkoord met de aanpassing, ervan uitgaand dat prijsverhogingen puur samenhangen met hogere inkoopprijzen en niet bedoeld zijn om winst te maken. - Op 23 oktober ontving de CCR een adviesaanvraag over aanpassing van het klachtenreglement. Dit betrof een verzwaard advies. Doel was het reglement inhoudelijk aan te passen aan de dagelijkse praktijk. Zo is nu ook in het reglement vastgelegd dat de leden van de klachtencommissie personen van buiten de organisatie zijn. Een andere aanpassing is dat voor het indienen van een klacht voortaan een daartoe ontwikkeld formulier moet worden gebruikt. De CCR ging akkoord met de voorgestelde wijzigingen in het reglement, waarbij is afgesproken dat als een vertrouwenspersoon moet worden ingehuurd omdat een klacht niet kan worden opgelost, daartoe te allen tijde in overleg met het bestuur kan worden besloten op het moment dat dit nodig is. - Op 24 oktober ontving de CCR een adviesaanvraag over de vervanging van de REAKTIE door interactief intranet voor cliënten. Om een weloverwogen advies te kunnen geven, werd op locaties waar de REAKTIE verschijnt een enquête onder cliënten gehouden. Hun antwoorden speelden een belangrijke rol bij het opstellen van het uiteindelijke advies. De CCR verklaarde in te stemmen met de vervanging, mits de REAKTIE blijft verschijnen tot intranet voor cliënten toegankelijk is, het laatste nummer van de REAKTIE veel informatie bevat over interactief intranet, op alle locaties voldoende computers beschikbaar zijn voor cliënten om te kunnen inloggen, scholing wordt geboden in het gebruik van de computer en het werken met interactief intranet, activiteitenroosters op iedere locatie zichtbaar blijven en op alle locaties zo snel mogelijk een kabelkrant wordt ingevoerd waarop de actuele informatie te zien is die ook via intranet wordt aangeboden. Daarnaast gaf de CCR aan op de hoogte te willen blijven van de vorderingen van de werkgroep die het interactief intranet verder gaat ontwikkelen. - Op 13 november ontving de CCR een adviesaanvraag over de nieuwe manier van werken met de merken CONNECT en TRACK. De nieuwe werkwijze moet de kwaliteit van de dienstverlening verbeteren door medewerkers in staat te stellen cliënten zo goed mogelijk en doelgericht te ondersteunen in een traject via aanbod op maat. De CCR ging akkoord met deze nieuwe manier van werken, mits cliënten over de nieuwe werkwijze worden geïnformeerd via een stappenplan met tijdspad. Daarbij dient ondermeer duidelijk te worden gemaakt dat TRACK niet per se naar (betaald) werk toe leidt en dat er binnen CONNECT voldoende aandacht blijft voor de cliënten. De CCR gaf aan bijtijds te willen worden betrokken bij het opstellen van een productportfolio voor cliënten. Ook


- 13

liet de CCR weten zich zorgen te maken over de vanzelfsprekendheid waarmee de term zelfsturende teams wordt gebruikt. Dit vergt naar de mening van de raad meer tijd. Naast alle adviesaanvragen behandelde de CCR tal van andere onderwerpen. Van tijd tot tijd is iets dermate dringend dat de raad tijdens een onderlinge overlegvergadering besluit daarover een brief naar de bestuurder te sturen, maar meestal behandelt de CCR onderwerpen mondeling met de bestuurder tijdens het centraal overleg. En soms ziet de raad het als formeel de juiste manier om schriftelijk een voorstel in te dienen. In 2012 voerde de CCR ondermeer correspondentie over het rookbeleid, de nieuwe huisstijl, de procedure CTO, de onrust onder cliënten die ontstond na verhoging van de onkostenvergoeding bij deelname aan arbeidsprojecten en een voorstel tot aanpassing van de onkostenvergoeding van cliëntenraadsleden. In de meeste gevallen betrof de briefwisseling een ongevraagd advies. Ook won de CCR via e-mail informatie in over cijfers over in -, door- en uitstroom van cliënten en definities van de verschillende begrippen. Ter informatie ontving de CCR: - de beleidsdocumenten REAKT 2012 – 2014 en Toekomstvisie REAKT. - de kwartaal- en jaarcijfers - implementatieplannen voor de nieuwe werkwijze - uitleg over administratieve vereenvoudiging van de structuur van de REAKTGROEP. - Eind 2012 ontving de raad een toelichting op de ondertekening van de intentieverklaring door de bestuurders inzake aansluiting van de REAKTGROEP bij de Parnassia Groep. Dit nieuwe organisatieonderdeel moet zich gaan richten op het stimuleren en realiseren van maatschappelijke participatie door middel van activering, begeleiding en re-integratie in combinatie met psychiatrische/ psychologische zorg. - Het jaarverslag van de raad van toezicht en de plannen voor 2013

4.2. RCR DEN HAAG De raad behandelde in 2012 diverse adviesaanvragen. - In januari behandelde de raad een adviesaanvraag over de overdracht van de satellietlocaties het Koetshuis, Wateringseveld en de Zeester per 15 februari 2012 naar Anton Constandse. De RCR heeft informatiebijeenkomsten en achterbangesprekken gehad met cliënten op deze locaties. In het advies zijn hun wensen meegenomen. De RCR betreurde de noodzaak, maar begreep dat er gezien de politieke ontwikkelingen niet aan te ontkomen was. De RCR adviseerde onder voorwaarden positief. Voor cliënten van Anton Constandse bleef zo continuïteit in de dagbesteding op de betreffende vestigingen en voor alle ambulante cliënten uit de wijk moest er gezamenlijk gezocht worden naar alternatieven. - De RCR stuurde brieven naar directeur, bestuurder of regiomanagers over verbetering van het klimaat op de Platinaweg, een verzoek om overleg over de houtafdeling, roken op de locatie Johannes van Duuren, de nieuwe Brink en gastvrije ontvangst. Ter informatie ontving de raad: - Planningen wat betreft de pilot locaties en het communicatieplan over het project ‘Resultaatgericht werken’ (april), implementatieplan en draaiboek pilot locatie Platinaweg (mei), verlenging eerste pilot ronde (juni), reorganisatie REAKT Den Haag (juni) en rapportage CTO 2011 ter verspreiding.

4.3. RCR HAAGRAND De raad behandelde in 2012 diverse adviesaanvragen. - Naar aanleiding van het advies over de reorganisatie in Haagrand en Midden-Holland (december 2011) stelde de raad samen met de RCR Midden-Holland een protest op omdat de reorganisatie was uitgevoerd zonder de cliënten daar vooraf over te informeren, terwijl dat wel van tevoren was afgesproken met regiomanagers en directie. Tijdig en zorgvuldig informeren van de cliënten was een belangrijk onderdeel van het advies, maar in de praktijk werd daar volledig aan voorbijgegaan. De directie liet in een antwoord op het protest weten te onderkennen dat er in de communicatie met cliënten van alles fout was gegaan en in de toekomst beter te zullen letten op de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van afspraken. Ook zal de directie beter letten op het effect van maatregelen op het aanbod voor cliënten.

14 -


-

-

-

4.4.

Sluiting locatie Wassenaar, per 1 juli 2012. Reden voor sluiting was het geringe aantal cliënten op die locatie en het feit dat de locatie niet rendabel was. Voor de meeste cliënten kon geen financiering worden geregeld en de gemeente Wassenaar was niet bereid de kosten te dragen. De raad stemde in met de sluiting van deze locatie onder de voorwaarde dat samen met de cliënten naar alternatieven gezocht zou worden. De RCR begreep dat de organisatie zich niet kon veroorloven deze verlieslijdende locatie open te houden. Ter informatie ontving de RCR het bericht dat de houtwerkplaats in Leidschendam werd gesloten omdat er te weinig cliënten gebruik van maakten. Deze werkplaats viel onder de verantwoordelijkheid van GGZ Haagstreek, een van de regionale centra van de stichting Rivierduinen. De RCR had dan ook geen recht op medezeggenschap, maar vond de situatie erg vervelend voor de betrokken cliënten. Door de sluiting is er geen houtbewerking meer mogelijk in de regio en zijn cliënten aangewezen op Den Haag of Gouda. Ter informatie ontving de RCR de plannen om de nieuwe werkwijze - het project ‘Resultaatgericht werken’ - uit te proberen op de locaties in Voorburg en Zoetermeer. Veel cliënten zeiden in de praktijk maar weinig van de pilot te merken. Cliënten die evaluatieformulieren invulden, waren in het algemeen echter tevreden over de nieuwe werkwijze. Vooral cliënten die met een TRACK - traject startten, waren heel positief.

RCR MIDDEN-HOLLAND

De raad behandelde in 2012 de volgende adviesaanvragen: - Naar aanleiding van het advies over de reorganisatie in Haagrand en Midden-Holland (december 2011) stelde de raad samen met RCR Haagrand een protest op omdat de reorganisatie werd uitgevoerd zonder de cliënten daar vooraf over te informeren, terwijl dat wel was afgesproken met de regiomanagers en de directie. Tijdig en zorgvuldig informeren van de cliënten was een belangrijk onderdeel van het advies en juist daaraan werd in de praktijk volledig voorbijgegaan. De directie liet in een antwoord op het protest weten te onderkennen dat er in de communicatie met cliënten van alles fout is gegaan en in de toekomst beter te zullen letten op de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van afspraken. Ook zal de directie beter letten op het effect van maatregelen op het aanbod voor cliënten. - Huisvesting en aanbod in Gouda, per 1 juli. Het voorgenomen besluit omvatte sluiting van de locatie De Steeg, samenvoeging van het aanbod met dat van CONNECT op de Hoge Gouwe en verhuizing van de ontwikkelingsgerichte activiteiten van de Hoge Gouwe 65 naar de begane grond van de Gentseweg 5-11, die als TRACK locatie in gebruik zou worden genomen. De raad stemde onder


- 15

-

voorwaarden in met dit besluit. De raad had ernstige twijfels over de beperkte ruimte waarbinnen activiteiten moesten gaan plaatsvinden. Ook voorzag de raad problemen bij de integratie van de zeer verschillende doelgroepen van De Steeg en de Hoge Gouwe. Volgens de raad konden duidelijke afspraken over de huisregels, een maandelijks overleg met cliënten en een gevarieerder activiteitenaanbod bijdragen tot integratie van de verschillende groepen cliënten. Van een gevarieerd activiteitenaanbod was eind 2012 nog onvoldoende sprake. Het verplaatsen van de productieafdeling naar de Gentseweg bleek in de praktijk een minder groot probleem te zijn dan was voorzien. Ter informatie ontving de raad in oktober het pilot plan en draaiboek voor het uitproberen van de nieuwe werkwijze - het project ‘Resultaatgericht werken’ - en het onderscheid daarbij tussen CONNECT en TRACK.

4.5. RCR NOORD-HOLLAND De raad behandelde in 2012 de volgende adviesaanvragen: - De raad heeft geen adviesaanvragen ontvangen, maar wel zelf een ongevraagd advies gegeven. De raad stelde het management voor binnen de regio een algemeen beleid te hanteren wat betreft de prijs en voorziening van koffie, waarbij alleen nog onderscheid bestaat tussen bijvoorbeeld werkprojecten en inloop locaties. Ter onderbouwing van het advies inventariseerde de raad de verschillen tussen de locaties. Daarnaast bracht de RCR het onderwerp ter sprake in de CCR, die kort daarna een adviesaanvraag kreeg over aanpassing van de horeca prijslijst. Onderwerpen waarover brieven zijn opgesteld naar het management: - De invoering van een eetlijst op locatie. De raad vroeg aandacht voor cliënten die niet snel bedenken dat ze zich nog moeten opgeven en daardoor het eten mislopen. Bovendien wees de raad het management op het feit dat dit onderwerp ter advies had moeten komen. - Communicatie. De raad vroeg aandacht voor het beter informeren van cliënten over zaken als het Centraal Administratiekantoor (CAK), CONNECT en TRACK en verhuizingen. De raad ontving een formeel antwoord, maar stelde dit onderwerp ook steeds aan de orde in overleggen waar het management bij aanwezig was. - Ter informatie ontving de raad in september een brief over de reorganisatie in Noord- Holland. In 2012 waren raadsleden aanwezig bij de opening van een aantal nieuwe locaties. De raad inventariseerde de ervaringen met de nieuwe panden en koppelde deze terug naar de CCR, die ze vervolgens meenam in de evaluatie van de huisstijl.

16 -


4.6. RCR RIJNMOND De raad behandelde in 2012 de volgende adviesaanvragen: - Huisvesting en aanbod REAKT Rijnmond op de zuidoever, per 1 april. Om kosten te besparen, moest het aantal vierkante meters van de locatie Soeda beperkt worden en Soeda Zevensprong in Hoogvliet inkrimpen. De locatie Soeda moest een meer laagdrempelige inloop bieden en activiteiten gericht op een brede groep cliënten. De locatie Rietdijk werd een locatie met een ontwikkelingsgericht aanbod. Inkrimping van Soeda Zevensprong betekende dat cliënten een dag minder op deze locatie terechtkunnen. Het betreft een vaste groep cliënten en een dag waarop al weinig cliënten kwamen. De RCR stelde in zijn antwoord op de adviesaanvraag te begrijpen dat kostenbesparende maatregelen moesten worden genomen, maar te betreuren dat de locatie werd ingekrompen. De raad sprak daarbij zijn zorg uit over het aanbod dat nog op deze locatie Soeda kon worden aangeboden. - Huisvesting en aanbod Rijnmond op de noordoever, per 1 september. De adviesaanvraag betrof onder andere het inkrimpen van de locatie Vredehof, omdat Bavo Europoort (de verhuurder) deze ruimte weer zelf wilde gebruiken. De REAKTGROEP wil in elke regio onderscheid maken tussen laagdrempelige inloop met gastvrijheid en een plek voor ontwikkelingsgericht aanbod en zocht hiervoor naar een nieuwe ruimte. In december werd hiertoe de locatie West - Blaak geopend. Een deel van de meer ontwikkelingsgerichte activiteiten op de locatie Vredehof werden naar de West - Blaak verplaatst. De RCR vond dat een positieve ontwikkeling en stemde hiermee in. De nieuwe indeling op de locatie Vredehof baarde de RCR eind 2012 nog zorgen, omdat de verhuurder de daadwerkelijke aanpassingen steeds had uitgesteld. Daardoor bleef ook onduidelijk waar cliënten in de toekomst een ruimte krijgen om te kunnen roken. De RCR benadrukte met klem dit op deze locatie van groot belang te vinden. - Stopzetten activiteiten op het natuureiland Tiengemeten, per 1 november. Het aanbod op het eiland was beperkt en eenzijdig, samenwerking met andere organisaties slaagde onvoldoende, de reistijd was lang en er namen maar weinig cliënten aan deel. Dit alles beperkte de mogelijkheden om cliënten bij hun herstel en ontwikkeling te ondersteunen en maakte de activiteit niet kostendekkend. De RCR betreurde het zeer omdat het een uniek project was. De REAKTGROEP vond een alternatief bij een ander bedrijf, met meer variatie in het aanbod zodat ook meer cliënten daar gebruik van kunnen maken. Helaas bleef de reistijd vrij lang en vormen de reiskosten een belemmering voor cliënten. - Ter informatie kreeg de RCR de pilotplannen en draaiboeken voor het uitproberen van de nieuwe werkwijze – project ‘Resultaatgericht werken’ - in de vorm van CONNECT en TRACK. Aan de hand van de plannen kon de raad aan de regiomanager gerichte vragen stellen over de voortgang van de pilots die op verschillende locaties werd uitgevoerd - Ter informatie ontving de RCR in oktober het besluit om de reproafdeling op de locatie Rietdijk te sluiten. Helaas waren de kosten in verhouding tot de opbrengt veel te hoog. De begeleiding van de cliënten die hier actief waren, was intensief en door het geringe aantal opdrachten waren de ontwikkelingsmogelijkheden voor cliënten onvoldoende.


- 17

5.

EVALUATIE/RESULTATEN WERKPLAN 2012

Aan het begin van elk jaar stellen de cliëntenraden een werkplan op waarin zij de speerpunten noemen waaraan zij dat jaar (extra) aandacht willen geven. De basis voor het werkplan is de evaluatie van het werkplan van het voorgaande jaar.

5.1 CCR Door de ongekend grote reorganisatie binnen de REAKTGROEP en de talloze adviesaanvragen die daarmee gepaard gingen, was de belasting van de individuele raadsleden in het begin van het jaar erg hoog. Daardoor kwam de CCR het eerste kwartaal niet toe aan het opstellen van een concreet jaarplan. Wel werden de onderwerpen vastgesteld die in elk geval aan bod zouden komen. De onderwerpen in alfabetische volgorde met een korte toelichting: - Adviesaanvragen vormen een standaard onderdeel van het werkplan. Helaas kan het bestuur niet van tevoren aangeven wanneer welke adviesaanvraag het medezeggenschapstraject ingaat. In de praktijk betekent dit dat de CCR eigen agendapunten moet doorschuiven zodra een adviesaanvraag binnenkomt. Om alle onderwerpen voldoende uit te kunnen werken, is het voor de raad dus zaak een strakke planning te volgen. - De begroting van de REAKTGROEP is voor de meeste raadsleden pittige kost, maar de CCR heeft een oud-accountant in zijn midden die de vragen van de raad voor zijn rekening neemt tijdens de toelichting hierop. Ook stelt hij, samen met de voorzitter en de coach/ondersteuner, de begroting van de CCR voor het komende jaar op. - Het beleid van de REAKTGROEP wordt doorgaans verwoord in strategische documenten waarin de plannen voor de komende paar jaar uiteen worden gezet. De CCR volgt de ontwikkelingen kritisch en let daarbij op de eerste plaats op de eventuele gevolgen van beleidsmaatregelen voor cliënten. - Begin 2012 rondde een extern bureau het Cliënttevredenheidsonderzoek (CTO) 2011 af. Het bureau onderzocht eind 2011 door middel van een steekproef aan de hand van een vragenlijst hoe tevreden de cliënten op dat moment waren over REAKT. Aan de hand van de resultaten van het CTO werd in samenwerking met de bestuurder een verbeterplan opgesteld. Hierin werden enkele aandachtsgebieden opgesomd die voor verbetering vatbaar waren. De REAKTGROEP en de CCR verplichtten zich de beschreven doelen te proberen te behalen. - Naar aanleiding van het CTO voerden de coach/ondersteuners van de cliëntenraden in de zomer in alle regio’s een verdiepend onderzoek uit naar communicatie en informatievoorziening. Daaruit kwam naar voren dat cliënten bij belangrijke veranderingen goed, op tijd en duidelijk willen worden voorgelicht. De een wordt echter bij voorkeur pas op de hoogte gesteld als alles concreet en duidelijk is, terwijl de ander nog enigszins inspraak wil kunnen hebben. In dat geval moeten de plannen weliswaar duidelijk zijn, maar ook nog kunnen veranderen. De CCR vraagt zich hoe dan ook bij ieder besluit af wat de gevolgen ervan zijn voor cliënten en hoe de achterban er het beste over kan worden geïnformeerd. Bovendien pleit de raad steeds weer voor eenduidige en heldere communicatie naar de medewerkers om onrust onder cliënten te voorkomen. - In april kwam tijdens de eerste radendag van 2012 duidelijk naar voren dat de grote wens bestaat te veranderen van een passieve naar een (pro)actieve raad. Ook de CCR heeft naar aanleiding daarvan bij de bestuurder aangegeven graag eerder en uitgebreider te willen worden geïnformeerd. Alleen dan kan de raad immers actief meedenken over oplossingen als aanpassing van het beleid noodzakelijk is. - Voor oktober stond de evaluatie van de samenwerkingsovereenkomst op de agenda. Daartoe werd beoordeeld wat voor verbetering in aanmerking kwam. Vervolgens werd de samenwerkingsovereenkomst CCR tijdens de tweede radendag in 2012 ondertekend door de bestuurder en de voorzitter van de CCR. - Een duidelijk omschreven visie en missie op het gebied van medezeggenschap kan het werk van de cliëntenraad vereenvoudigen en zijn taken verduidelijken. Ieder CCR- lid streeft ernaar de belangen van de achterban, de cliënten van de REAKTGROEP, zo goed mogelijk te behartigen. Om de term

18 -


-

-

belangenbehartiging te verduidelijken, wil de CCR graag kort en duidelijk omschrijven welke doelen de raad op welke manier wil bereiken. Dat dit in de praktijk niet zo eenvoudig is als het wellicht lijkt, blijkt wel uit het feit dat het de CCR eind 2012 nog niet gelukt was. In het eerste kwartaal van 2012 gaf Gerard Walsmit te kennen dat hij na twaalf jaar wilde terugtreden als voorzitter van de CCR. Na beschrijving van de taken van de voorzitter en de kwaliteiten die van hem of haar worden verwacht, werd Hilde Olvers in april gekozen om Gerard op te volgen. De raad bedankte Gerard daarbij welgemeend voor alle inspanningen in al die jaren en wenste Hilde veel succes. De nieuwe voorzitter startte met enkele voorstellen voor de werkwijze van de CCR. Aangezien de onderlinge vergaderingen steevast gepaard gingen met tijdsdruk, besloot de CCR voortaan iedere drie weken van 10.30 tot 15.00 uur te vergaderen, dus ook als ’s middags geen centraal overleg plaatshad. Daarnaast werd besloten de onderlinge vergaderingen van tijd tot tijd in andere regio’s te laten plaatsvinden. Ook kreeg ieder CCR- lid zijn eigen portefeuille met een of meer onderwerpen die hem of haar na aan het hart liggen. Werkgroepen onder leiding van een portefeuillehouder zouden voorbereidend werk kunnen doen. Helaas is dat in de praktijk niet gelukt doordat raadsleden doorgaans al een maximale werkdruk ervaren.

5.2 RCR DEN HAAG Punten waaraan de RCR Den Haag in 2012 extra aandacht wilde besteden: - Verbeteren van het contact met de achterban. Dit gebeurde via locatieoverleggen, gesprekken met cliënten, het aanleveren van een artikel over de activiteiten van de raad voor iedere REAKTIE en het bemannen van een kraam op het festival Indian Summer op de locatie Johannes van Duuren en een kraam op het symposium Van binnen naar buiten. Doelen die de RCR zich in dit verband stelde, waren het vergroten van de eigen bekendheid, het bevorderen van openheid, het meer toegankelijk maken van raadsleden en duidelijk maken wanneer een vraag of klacht bestemd is voor de RCR. Uiteindelijk bereikte de raad deze doelen slechts op enkele locaties doordat niet alle locaties (even ruim) in de raad vertegenwoordigd waren. Op de Platinaweg inventariseerde de raad geregeld welke vragen cliënten hadden, om die tijdens het overleg met de regiomanager aan de orde te kunnen stellen. De raad verstuurde de agenda en notulen van het locatieoverleg per e-mail naar cliënten die daar belangstelling voor hadden. De raad verrichte veel werk om cliënten te informeren, maar het contact met de achterban blijft een aandachtspunt. - Verbeteren van de kwaliteit. In dit verband kwam onder andere het veiligheidsbeleid in het Sterhuis ter sprake, werd de overdracht van satellietlocaties naar Anton Constandse nauwlettend gevolgd, werd nagegaan of op de werkprojecten werkoverleggen plaatsvonden, kwam de luchtkwaliteit op de Platinaweg ter sprake en werd gekeken naar de situatie van cliënten met verantwoordelijkheden bij werkprojecten. - Contacten extern. Leden van de RCR namen deel aan de werkgroep Pink Donut (cliëntenraden Palier, Brijder, Parnassia en REAKT) en de werkgroep Focus. Laatstgenoemde werkgroep had tot doel de stem van de ggz - cliënt te laten horen bij de gemeente Den Haag.

5.3 RCR HAAGRAND Punten waaraan de RCR Haagrand in 2012 extra aandacht wilde besteden: - Het vergroten van de eigen bekendheid. Om ervoor te zorgen dat cliënten weten wat de raad doet, besloot de raad ondermeer voor iedere REAKTIE een stukje te schrijven met als titel ‘Waarover praten zij’ en daarbij een lijstje met vertegenwoordigers van de locaties op te nemen. In Voorburg en Zoetermeer organiseerde de raad ook diverse keren een locatieoverleg. Daarnaast gingen raadsleden regelmatig in gesprek met cliënten op hun locatie zodat zij hun vragen en gesignaleerde knelpunten konden bespreken in het overleg met de regiomanager. In Zoetermeer en Voorburg werd aangegeven op welke tijden cliënten een raadslid konden spreken. Hiervan werd heel af en toe gebruikgemaakt. Genoemde inspanningen droegen wel bij aan het vergroten van de bekendheid van de raad, maar het blijft een aandachtspunt. - Uitbreiding van de raad. Om het raadslid te ondersteunen dat de belangen van de cliënten in Voorburg behartigt, wilde de raad graag een tweede raadslid die deze locatie kon vertegenwoordigen. Hiertoe hing de raad in Voorburg een poster op om kandidaten te werven en


- 19

-

-

besprak de raad tijdens het locatieoverleg het belang van versterking van de raad. Helaas zonder resultaat. Een van de raadsleden bezocht behalve de locatie in Zoetermeer ook geregeld die in Voorburg, waardoor ook die locatie uiteindelijk iets ruimer vertegenwoordigd was. Kwaliteit van het activiteitenaanbod. Omdat de raad veel waarde hecht aan een voldoende ruim activiteitenaanbod, zette de raad dit onderwerp standaard op de agenda voor het overleg met de regiomanager. Door de reorganisatie werden weinig nieuwe activiteiten gestart. Soms ging een activiteit niet door omdat er niet genoeg cliënten aan deelnamen, maar het kwam ook regelmatig voor dat een activiteit desondanks wel doorging. De RCR volgde ook de introductie van de nieuwe manier van werken in dit verband met aandacht. Stimuleren tot benutten indicatie. Naar aanleiding van gegevens vanuit de CCR kwam in overleg met de regiomanager naar voren dat lang niet alle cliënten hun geïndiceerde dagdelen volledig benutten. Naar de mening van de RCR zouden medewerkers cliënten hiertoe zoveel mogelijk moeten stimuleren omdat zij die dagdelen immers nodig hebben om verder te herstellen of te proberen stabiel te blijven. Dit gebeurde onvoldoende en bleef dan ook een aandachtspunt voor de raad.

5.4 RCR MIDDEN-HOLLAND Punten waaraan de RCR Midden-Holland in 2012 extra aandacht wilde besteden: - Het vergroten van de eigen bekendheid: Om de raad beter te profileren en cliënten beter te informeren, deed de RCR ondermeer verslag van zijn activiteiten via de vaste rubriek ‘Waarover praten zij’ in de REAKTIE. Daarnaast waren diverse raadsleden aanwezig bij een locatieoverleg. Bovendien zorgde de raad ervoor dat er op de hoofdlocatie een map ligt met verslagen van de cliëntenraad die alle cliënten kunnen lezen. Doordat in Gouda op veel kleine locaties activiteiten worden aangeboden, blijft het lastig alle cliënten betrokken te houden. Dit blijft dan ook een aandachtspunt. - Het behoud van een passend en kwalitatief goed activiteitenaanbod op de locaties. In dit verband benadrukte de raad in het overleg met de regiomanager dat persoonlijk en ondersteunend begeleiders cliënten goed op de hoogte moeten houden van de mogelijkheden. Met de verhuizing van De Steeg naar de Hoge Gouwe werden de productieafdeling en de mogelijkheden voor het volgen van een cursus verplaatst naar de Gentseweg. Hoewel de raad verwachtte dat dit veel weerstand zou oproepen, viel dat erg mee en vonden dankzij een goede begeleiding al snel veel cliënten hun weg naar de nieuwe locatie. De pilot met de nieuwe werkwijze vond pas aan het eind van het jaar plaats. - Aandacht voor samenvoeging doelgroepen op de Hoge Gouwe 65: de RCR heeft bij de medewerkers vaak aandacht gevraagd voor de sfeer op de Hoge Gouwe. Mede door het huiskamer overleg en duidelijke regels is de weerstand tussen de diverse cliënten langzaam afgenomen en ontstonden in de loop van de tijd aardige contacten - Stimuleren tot benutten indicatie: Naar aanleiding van gegevens vanuit de CCR kwam in overleg met de regiomanager naar voren dat lang niet alle cliënten hun geïndiceerde dagdelen volledig benutten. Naar de mening van de RCR zouden medewerkers cliënten hiertoe zoveel mogelijk moeten stimuleren omdat zij die dagdelen immers nodig hebben om verder te herstellen of te proberen stabiel te blijven. Dit gebeurde onvoldoende en bleef dan ook een aandachtspunt voor de raad.

5.5 RCR NOORD-HOLLAND Punten waaraan de RCR Noord-Holland in 2012 extra aandacht wilde besteden: - Verbeteren van de communicatie tussen management en cliënten. Om duidelijk te maken wat de RCR wilde bereiken, stuurde de raad daarover eerst een brief naar het management. Ook plaatste de raad het onderwerp standaard op de agenda bij overleg met het management. Bij nieuwe ontwikkelingen werd steeds gevraagd hoe cliënten hierover zouden worden geïnformeerd. - Behoud van laagdrempeligheid en divers activiteitenaanbod. Ook dit jaar was het bewaken van de laagdrempeligheid een belangrijk aandachtspunt. In de loop van het jaar werd de raad duidelijk, dat er met de plannen voor CONNECT weer meer aandacht gaat komen voor activiteiten en begeleiding in de inloop. Voor de locatie Echt Bakkums Groen ontwikkelden raadsleden een enquête die inzicht moest geven in de wensen van de cliënten van die locatie wat betreft het activiteitenaanbod. Aanleiding daartoe was de geplande verhuizing van de locatie. De RCR presenteerde de resultaten

20 -


-

van de enquête aan het management, die de uitkomsten zou meenemen in de verdere plannen. Verder bracht de RCR de inzet van cliënten bij het uitvoeren van activiteiten onder de aandacht bij de regiomanager en CCR. De RCR is van mening dat dit het aanbod kan vergroten. Het is dan wel belangrijk ervoor te zorgen dat nog voldoende kwaliteit wordt geleverd. Betere samenwerking. De RCR besteedde onder andere aandacht aan de samenwerking met andere raden en het management. Als gevolg daarvan werd nauwer samengewerkt met de cliëntenraad van Dijk en Duin. Bij onderwerpen die beide raden aangaan, wisselen de raden informatie uit en trekken ze samen op.

5.6 RCR RIJNMOND Punten waaraan de RCR Rijnmond in 2012 extra aandacht wilde besteden: - Een bredere vertegenwoordiging van de locaties in de raad. De basis van de RCR is nu wel redelijk stabiel, maar voor de locaties Rietdijk en Vredehof heeft de raad nog geen vaste vertegenwoordigers die deelnemen aan de activiteiten daar. Op deze locaties wordt daarom gezocht naar contactpersonen die de raad kunnen informeren. Ook brengen raadsleden regelmatig een bezoek aan de verschillende locaties om er de sfeer te proeven en geïnformeerd te worden over de gang van zaken. Hoewel het erg lastig is meer cliënten voor de RCR te werven, blijft de raad streven naar vertegenwoordiging van alle locaties. - Reorganisatie. In januari vond de reorganisatie plaats. Doordat teams vanaf dat moment met minder medewerkers moesten werken, was dat op verschillende locaties ook te merken aan het activiteitenaanbod. De RCR vroeg in het overleg met de regiomanagers steeds aandacht voor voldoende activiteiten en aandacht voor de cliënten. - Locatieoverleg voor cliënten. De raad bracht bij medewerkers de behoefte onder cliënten aan locatieoverleg voor cliënten onder de aandacht. Inmiddels is bij Soeda weer locatieoverleg opgestart.


- 21

6.

CONTACT ACHTERBAN

De cliëntenraden proberen op allerlei manieren contact te houden met hun achterban. Zij willen immers van de cliënten die gebruik maken van de activiteiten op de vele locaties weten of de manier van werken aansluit bij de wensen van de cliënten. De cliëntenraden bepleiten dat op elke locatie met regelmaat een algemeen overleg plaatsvindt met de cliënten die de locatie bezoeken. De leden van de RCR zijn vaak actief betrokken bij de agenda van dit overleg. Voor de raden is dit overleg misschien wel de beste manier om te horen wat er allemaal op een locatie speelt. De punten die de RCR uit dit overleg meeneemt, bespreekt de raad ook tijdens het overleg met de regiomanager. Dit jaarverslag is een andere manier om de achterban op de hoogte te houden. In de diverse hoofdstukken staat beschreven welke activiteiten de verschillende raden hebben uitgevoerd. Verder zijn op iedere locatie folders beschikbaar over de cliëntenraad en is op een centrale plaats een blauwe map te vinden met informatie over de raad. Deze bevat agenda’s en verslagen van de regionale raad, het verslag van het laatstgehouden locatieoverleg voor cliënten en een exemplaar van de huisregels, maar ook verslagen van de centrale cliëntenraad. Bovendien is de vernieuwde website van de REAKTGROEP een bron van algemene informatie.

22 -


7.

OVERIGE CONTACTEN

De cliëntenraden onderhouden in de uitoefening van hun taken diverse contacten, zowel binnen als buiten de organisatie.

7.1 CCR Binnen de REAKTGROEP had de raad in 2012 contact met de raad van toezicht, de bestuurder, de financieel directeur, afdeling PR & Communicatie, het projectbureau, de ondernemingsraad en andere medewerkers en cliënten. Activiteiten buiten de eigen organisatie: - De raad had onder andere contact met het Landelijk Overlegorgaan Cliëntenraden (LOC) Zeggenschap in zorg. Naast een nadere kennismaking met de contactpersoon van het LOC, nam de raad deel aan bovenregionale overleggen. Bovendien liet de raad zich adviseren over een effectievere manier van vergaderen.

7.2. RCR DEN HAAG Binnen de REAKTGROEP had de raad in 2012 contact met directie, regiomanagers, de afdeling PR & Communicatie, andere medewerkers, andere regionale raden via de radendagen en de klankbordgroep en andere cliënten. Activiteiten buiten de eigen organisatie: - Diverse raadsleden hadden via het project Focus! contact met de gemeente en de commissie samenleving en via Pink Donut met de cliëntenraden van Palier, Brijder en Parnassia. Hierop wordt in hoofdstuk 8 nader ingegaan. - Op 21 maart maakte Krien van der Meer, de voorzitter van de RCR, gebruik van de mogelijkheid tot inspraak tijdens een bijeenkomst van de commissie Samenleving van de gemeente. Hij benadrukte het belang van dagbesteding en een goede overgang van extramurale begeleiding van de AWBZ naar de WMO en sprak zijn zorg uit over de stapeling van eigen bijdrages. - De raad nam deel aan een lunchbijeenkomst met de wethouder. - Raadsleden hadden contact met de politieke partijen CU en Stadsbelang. - Op 5 juni was de RCR aanwezig op het festival Op de kaart; van Binnen naar Buiten. Drie raadsleden en de coach/ondersteuner bezochten het symposium. Ook stonden raadsleden met een kraam op het festival, waar zij contact legden met belangstellenden en hen over de RCR informeerden. Aan de hand van twee stellingen nodigden de raadsleden de bezoekers uit hun mening te geven over medezeggenschap. Ook werd hier een afspraak gemaakt met wethouder Rabin Baldewsingh van Volksgezondheid voor een werkbezoek bij de REAKTGROEP. - Op 12 juli woonde de raad de opening van het kluizenproject bij. Daklozen kunnen hier hun bagage opslaan. Dit initiatief van De Achterban, Brijder en REAKT is tegelijk een werkproject voor cliënten. - Op 11 oktober bezocht wethouder Baldewsingh het Sterhuis in het kader van project Focus! De RCR en Wilma Roerade gaven hem een rondleiding en benadrukten het belang van dagbesteding voor cliënten. De wethouder stelde ook kritische vragen over het doorstroombeleid en de veiligheid. Hij deed de toezegging cliëntenraden te betrekken bij de overheveling van extramurale begeleiding van de AWBZ naar de WMO en hij verzekerde dat de gemeente tot 2014 subsidie blijft verlenen voor het Sterhuis. - De RCR bezocht de gezamenlijke overleggen van Kompassie (spreekbuis naar de gemeente) en alle Haagse (O)GGZ cliëntenorganisaties waarbij de thema’s bezoek wethouder en informatievoorziening/communicatie (inzet van (social) media voor cliënten) centraal stonden. In december had een gesprek plaats met wethouder Baldewsingh. - Rond de keuring van dagbesteding door De Achterban hadden gesprekken plaats met De Achterban.


- 23

-

-

-

In november hielden vrijwilligers van het Straat Consulaat, verenigd in De Achterban, interviews met cliënten op de Platinaweg en in het Sterhuis. Met behulp van de antwoorden werden verbeterplannen gemaakt. Inmiddels is het certificaat hiervoor uitgereikt. Het Bureau Discriminatiezaken van de gemeente voerde gesprekken met cliënten over hun ervaringen met discriminatie. Het bureau riep daarbij op discriminatie te melden en deelde posters uit voor de Haagse locaties. De raadsleden bespraken discriminatie ook op het locatieoverleg met de cliënten en daarnaast verscheen er een artikel over in de REAKTIE. Op 22 november bezocht een afvaardiging van de RCR de conferentie Samen deskundig in zorg en kwaliteit. De conferentie was een initiatief van het Landelijke Platform GGz en de organisatie was in handen van Zorgbelang Zuid-Holland, in samenwerking met het Basisberaad Rotterdam, ZON ZuidHolland, Zorgvragers Organisatie GGZ Midden Holland (ZOG MH) en Stichting Kompassie. Cliënten en zorgverzekeraars bespraken hoe ervaringsdeskundigheid het ggz - zorgaanbod kan versterken en de kwaliteit van de ggz - zorg kan verbeteren. Op 27 november bracht een raadslid samen met de coach/ondersteuner een bezoek aan het evenement Je leven op de rails. De organisatie hiervan was in handen van Stichting Anton Constandse.

7.3. RCR HAAGRAND De raad in 2012 had contact met de regiomanager, andere medewerkers, de redactie van de REAKTIE, andere regionale raden via de radendagen en de klankbordgroep en individuele contacten met cliënten op de locaties. Activiteiten buiten de eigen organisatie: - Van de Zorgvragersraad Zoetermeer ontving de raad geregeld informatie en verslagen van bijeenkomsten. - Raadsleden namen deel aan een bovenregionaal overleg via het LOC Zeggenschap in zorg, waar ervaringen tussen diverse cliëntenraden werden uitgewisseld. - Een van de raadsleden nam deel aan de werkgroep Welzijn en WMO van de Participatieraad om de gemeente Leidschendam Voorburg te adviseren. Deze werkgroep bracht de wensen van cliënten in kaart. Daarmee werd tijdens een bijeenkomst de gemeentelijke politiek op de hoogte gesteld van wat cliënten in de geestelijke gezondheidszorg nodig hebben of wenselijk achten in het kader van een goede en zinvolle dagbesteding. - Een van de raadsleden nam deel aan het project Focus! om het belang van dagbesteding onder de aandacht te brengen bij de gemeente Zoetermeer. Het raadslid bezocht een door de gemeente georganiseerde conferentie rond de transitie van de extramurale zorg van de AWBZ naar de WMO, nam daarbij deel aan verschillende workshops en vulde digitaal een uitgebreide enquête in over dit onderwerp. Verder woonde het raadslid een algemene informatiebijeenkomst van de gemeente rond de WMO bij en vervolgens verschillende bijeenkomsten van de Zoetermeerse WMO-raad. In hoofdstuk 8 staat meer informatie over het project Focus!

7.4. RCR MIDDEN-HOLLAND De raad had in 2012 contact met de regiomanager, andere medewerkers, de redactie van de REAKTIE en cliënten (ondermeer via het locatieoverleg). Ook waren leden van de raad aanwezig tijdens de twee radendagen voor alle cliëntenraden. Activiteiten buiten de eigen organisatie: - Twee raadsleden vertegenwoordigden de raad in het regionaal overleg via de Zorgvragers Organisatie GGZ Midden-Holland (ZOG MH). Deelnemende cliëntenraden uit de regio wisselen daarbij ervaringen uit en worden geïnformeerd over regionale ontwikkelingen. - Raadsleden namen deel aan het bovenregionaal overleg van het LOC Zeggenschap in Zorg. - Een van de raadsleden nam deel aan het overleg met het zorgkantoor over de contracten die worden afgesloten over het zorgaanbod. - Twee raadsleden namen deel aan een bijeenkomst vanuit de gemeente Gouda waar werd gesproken over de wensen van cliënten op het gebied van dagbesteding, in het kader van de WMO. - Een van de raadsleden gaf informatie over activiteiten aan de wethouder tijdens een bezoek aan enkele locaties in Gouda.

24 -


7.5. RCR NOORD-HOLLAND De raad had in 2012 contact met regiomanagers, andere medewerkers en cliënten. Ook waren leden van de raad aanwezig tijdens de twee radendagen voor alle cliëntenraden. Activiteiten buiten de eigen organisatie: - Enkele raadsleden namen deel aan bijeenkomsten georganiseerd door onder andere de gemeente Zaanstad, de WMO -raad Purmerend en Zorgbelang. - Daarnaast had de raad nauw contact met andere cliëntenraden, zoals die van Dijk en Duin en de RIBW.

7.6. RCR RIJNMOND De raad had in 2012 contact met regiomanagers, de afdeling PR & Communicatie, andere medewerkers, de CCR en andere cliënten op locaties. Ook waren leden van de raad aanwezig tijdens de twee radendagen voor alle cliëntenraden. Tijdens de opening van de locatie West Blaak voerde de voorzitter namens de RCR het woord en vestigde de aandacht op het belang van dagbesteding in aanwezigheid van extern betrokkenen vanuit de gemeente. Activiteiten buiten de eigen organisatie: - Buiten de eigen organisatie was de raad vertegenwoordigd in het Basisberaad Rijnmond en het Platform Cliëntenraden Rijnmond. Helaas moest ook het basisberaad bezuinigen, waardoor het moest inkrimpen. Het platform vroeg de betrokken zorginstellingen om financiële steun om het overleg tussen de diverse raden van de zorginstellingen in stand te kunnen houden. De RCR Rijnmond en de REAKTGROEP staan hierachter en zullen financiële steun verlenen. - Op verschillende momenten had de raad contact met leden van de Rotterdamse gemeenteraad om in het kader van de WMO de noodzaak van het bestendigen van dagbesteding onder de aandacht te brengen. Waar dit mogelijk was, werd de wethouder sociale zaken uitgenodigd aanwezig te zijn op een locatie, zoals bij de opening van de locatie West Blaak. - De voorzitter sprak in de deelgemeente Hoogvliet tijdens een vergadering over het belang van dagbesteding. - Op 22 november bezocht een van de raadsleden en de coach/ondersteuner van de RCR de conferentie Samen deskundig in zorg en kwaliteit. De conferentie was een initiatief van het Landelijke Platform GGz en de organisatie was in handen van Zorgbelang Zuid-Holland, in samenwerking met het Basisberaad Rotterdam, ZON Zuid-Holland, Zorgvragers Organisatie GGZ Midden Holland (ZOG MH) en Stichting Kompassie. Cliënten en zorgverzekeraars bespraken hoe ervaringsdeskundigheid het ggz -zorgaanbod kan versterken en de kwaliteit van de ggz-zorg kan verbeteren.


- 25

26 -


8.

ACTIES EN PROJECTEN

8.1. FOCUS! Met het oog op de overgang van de extramurale begeleiding van de AWBZ naar de WMO, is het van groot belang dat de gemeenten de stem van de ggz -cliënt horen. Op initiatief van de CCR werd hiervoor in 2011 al subsidie aangevraagd bij ZonMw. In 2011 werd deze subsidie voor één jaar toegekend. Er werden werkgroepen opgezet waarin ook raadsleden actief waren. In het kader van het project Focus! volgden cliënten een training die hen inzicht gaven in de manier waarop gemeenten tot besluitvorming komen en hen in staat stelde op verschillende manieren hun stem bij hun gemeente te laten horen. Diverse cliënten vertelden hun ervaringsverhaal aan leden van gemeenteraad en gemeentelijke commissies. Het project richtte zich op de gemeente Den Haag, Boskoop, Zoetermeer en Purmerend. Het traject resulteert in een overdraagbare methodiek voor andere (cliënten)organisaties en gemeenten. Het project is in 2012 geëvalueerd, waarbij de CCR voorstelde REAKT het project in 2013 zelf voort te zetten, zodat ook in andere gemeenten waar de REAKTGROEP actief is cliënten kunnen worden getraind om het belang van dagbesteding voor het voetlicht van de gemeenten te brengen of te houden. Voor meer informatie over het project Focus! kunt u contact opnemen met Eva van Velzen, projectleider, T (06) 41 56 49 01.

8.2. PINK DONUT De werkgroep Pink Donut bestaat uit een groep vertegenwoordigers van de cliëntenraden van Brijder, Palier, Parnassia en de REAKTGROEP. Zij hebben zich tot doel gesteld de bekendheid van alle activiteiten bij de cliënt te vergroten, het activiteitenaanbod te verbeteren en aandacht te vragen voor de noodzaak van het volgen van activiteiten en het hebben van zinvolle dagbesteding in het kader van herstel. Zij worden hierbij geholpen door stafmedewerkers vanuit de genoemde bedrijven en een vertegenwoordiging vanuit het Maatschappelijk Steunsysteem (MSS) Den Haag die meedenken op het gebied van activering, dagbesteding en maatschappelijke participatie. Op deze manier willen zij een impuls geven aan innovatie vanuit cliëntperspectief en zorgbedrijven stimuleren zich op het gebied van activering meer te laten sturen door de vraag dan door het aanbod. De werkgroep Pink Donut is medio 2011 van start gegaan en komt maandelijks bij elkaar. Resultaten: - Symposium. In de regio Den Haag heeft Pink Donut onder meer een symposium geïnitieerd en mede georganiseerd in het Paard van Troje. Doel hiervan was aandacht te vragen voor de noodzaak van maatschappelijke participatie, empowerment en inzet van ervaringsdeskundigen. Het symposium trok ruim 800 belangstellenden. - Oprichting Ambassade van Activering. Een innovatief project dat ervaringsdeskundigen inzet als ambassadeur om voorlichting te geven over het belang van activering en een zinvolle daginvulling of -structurering. Daarnaast begeleiden de ambassadeurs cliënten om naast de vraag naar zorg ook te komen tot een vraag naar participatie. - Meer synergie binnen en tussen de zorgbedrijven. Doordat de verschillende zorgbedrijven in de werkgroep Pink Donut en de Ambassade van Activering vertegenwoordigd zijn, kunnen zij gebruikmaken van elkaars expertise op het gebied van activering en participatie. Vraag en aanbod komen zo beter bij elkaar. - Aanmoedigingsprijs Parnassia Groep. De werkgroep Pink Donut was samen met veertig andere inzendingen in de race voor de Parnassia Groep Innovatieprijs 2012. Er waren drie hoofd- en zes aanmoedigingsprijzen. Pink Donut ontving een aanmoedigingsprijs ter waarde van Euro 2.000,-. De werkgroep wil het prijzengeld ondermeer gebruiken om een eigen Pink Donut prijs in het leven roepen. Voor meer informatie over de Pink Donut kunt u contact opnemen met Eva van Velzen, projectondersteuner Pink Donut, T (06) 41 56 49 01.


- 27

8.3. CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK Begin 2012 werden de resultaten gepresenteerd van het Cliënttevredenheidsonderzoek (CTO) 2011. Naar aanleiding van het CTO vond in elke regio een verdiepend onderzoek plaats naar informatievoorziening en communicatie. In kleine groepjes werd aan de hand van vragen gesproken over de manier waarop de REAKTGROEP cliënten informeert over veranderingen. Conclusies daaruit zijn besproken met de bestuurder en vormen een aandachtspunt in de jaarplannen van 2013. Uit het CTO kwamen geen zorgwekkende resultaten naar voren. Toch werden naast informatievoorziening en communicatie nog drie andere aandachtspunten geselecteerd die nog voor verbetering vatbaar zijn. Het gaat hierbij om REAKT en buiten, inbreng en invloed en het resultaat van de begeleiding. Ruim een op de drie cliënten wil uiteindelijk deelnemen aan de maatschappij en een op de zes cliënten zou meer contacten en activiteiten elders willen hebben. De bestuurder verwacht dat de nieuwe werkwijze wat dit betreft tot verbetering zal leiden. Bijna een op de drie cliënten weet niet dat er cliëntenraden zijn en twee op de drie cliënten kan zich niet herinneren ooit informatie te hebben gekregen over de klachtenprocedure. En dat terwijl dit belangrijke instrumenten zijn voor inbreng en invloed. De cliëntenraden spannen zich in de eigen zichtbaar te verbeteren. De bestuurder verwacht dat de nieuwe werkwijze ook op dit punt tot verbetering zal leiden. Medewerkers worden namelijk gestimuleerd cliënten om feedback te vragen (wat gaat al goed en wat kan nog beter?). Wat betreft de resultaten van de begeleiding antwoorden vier op de vijf cliënten dat ze hun doel een beetje tot goed bereiken, terwijl ruim een op de drie cliënten stelt dat ze ongeveer hetzelfde functioneren als een jaar geleden. De bestuurder verwacht dat de nieuwe werkwijze ertoe zal leiden dat cliënten hun doelen beter bereiken.

8.4. KLANKBORDGROEP Voor de invoering van de nieuwe werkwijze - het project ‘Resultaatgericht werken’ - heeft de REAKTGROEP subsidie van de overheid gekregen in het kader van het programma In voor zorg!. Dit programma helpt organisaties in de langdurige zorg hun werkprocessen in te richten met het oog op een toekomst waarin de arbeidsmarkt krapper wordt, de financiële en economische druk toeneemt en het overheidsbeleid verandert. Het programma bundelt bestaande kennis en biedt organisaties praktische ondersteuning in hun eigen veranderingstraject. Tijdens het traject waarin de nieuwe manier van werken wordt ingevoerd, dat doorloopt tot in 2013, is een klankbordgroep voor cliënten opgericht. Hieraan nemen cliënten uit de verschillende regionale cliëntenraden en de CCR deel. De projectleider legt de klankbordgroep ideeën en plannen voor en vraagt naar reacties en ervaringen in de praktijk.

8.5. NIEUWE HUISSTIJL Met de plannen voor de invoering van de nieuwe werkwijze werd ook voor een nieuwe huisstijl gekozen. Er werden onder andere nieuwe folders ontwikkeld die werden voorgelegd aan de werkgroep nieuwe huisstijl. Ook de CCR was vertegenwoordigd tijdens bijeenkomsten van die werkgroep. Bovendien kregen de eerste panden een facelift in de nieuwe huisstijl, waardoor de locaties een professionele en gastvrije uitstraling krijgen.

28 -


9.

FINANCIËN

Voor 2012 werd een aparte begroting voor de raden opgesteld. Per regio is een afgesproken budget beschikbaar voor de praktische uitvoering van het raadswerk.

10.

TOT SLOT

Dit jaarverslag is tot stand gekomen in samenwerking met de regionale cliëntenraden, hun coach/ ondersteuners en P& ontwerp (vormgeving). Heeft u vragen, opmerkingen of tips naar aanleiding van het verslag, e-mail of bel met de coach/ondersteuners van de raden.


- 29

30 -


Wilt u contact met een van de regionale cliëntenraden of reageren op dit jaarverslag? Neem dan contact op met de voorzitter van de CCR of een RCR. Of neem contact op met een van de onderstaande coach/ondersteuners.

Contact met de CCR via Anneke Heijdra Platinaweg 20 2544 EZ Den Haag T 06 51 71 78 89 E [email protected]

Contact met de RCR Den Haag via Anneke Heijdra Platinaweg 20 2544 EZ Den Haag T 06 51 71 78 89 E [email protected]

Contact met de RCR Haagrand via Yvonne van der Waal Hoge Gouwe 89 2801 LD Gouda T 06 41 59 28 60 E [email protected]

Contact met de RCR Midden-Holland via Yvonne van der Waal Hoge Gouwe 89 2801 LD Gouda T 06 41 59 28 60 E [email protected]

Contact met de RCR Noord-Holland via Linda Hokken Mahoniehout 24a 1507 ED Zaandam T 06 12 87 04 62 E [email protected]

Contact met de RCR Rijnmond via Yvonne van der Waal en Eva van Velzen Rietdijk 12 3087 BE Rotterdam T 06 41 59 28 60 E [email protected]


- 31

INHOUDSOPGAVE. Voorwoord Cliëntenraad en WMCZ 4

Recommend Documents