Het SMILE-project Lambert Berenbroek INHOLLAND Lectoraat eLearning 30 mei 2008 Vooraf Eind 2005 is het SMILE-project gestart als onderdeel van het Europese Leonardo da Vinci Programma. SMILE staat voor Supporting Vocational Education and Training through Mobile Learning Environments: onderwijs middels een Personal Digital Assistent (PDA) om onderwijs op maat te leveren dat niet gebonden is aan tijd en plaats. Het SMILE-project voorzag in het ontwikkelen van programmatuur voor de PDA’s alsmede een methodologie voor middelbaar beroepsonderwijs en training en in de ontwikkeling van leseenheden. Na het testen van de ontwikkelde leseenheden moet het project richtlijnen en good practices opleveren voor andere gebruikersgroepen binnen Europa. Gezien het internationale karakter van het SMILE-project werd er onder leiding van CERTH Griekenland samengewerkt met universiteiten, hogescholen en private instellingen uit Finland, Polen, Turkije en Duitsland, hetgeen een inspirerende ervaring was. Ondanks dat het merendeel van het overleg op afstand plaatsvond (een soort Distance Learning-proces) en er hierdoor toch een zekere vertragingsfactor in het spel was, pasten alle puzzelstukjes uiteindelijk precies binnen de gestelde tijdlimiet in elkaar! INHOLLAND was verantwoordelijk voor het zogenaamde Mobile Training-programma waarin het testen van de ontwikkelde leseenheden, gezien vanuit het standpunt van de tutor, centraal stond. Het onderzoek door INHOLLAND was er op gericht in hoeverre deze leseenheden deugdelijk zijn opdat deze kunnen worden gebruikt door andere eindgebruikers (Mobile Trainers) in Europa. Het ging er hier vooral om tijdens het gebruik van PDA’s fouten en problemen met de leseenheden te signaleren die op termijn kunnen worden verbeterd. Tijdens de uitvoering en de aanloop daartoe is gebleken dat het installeren van de ontwikkelde programmatuur geen sinecure is en dat dit veel eenvoudiger moet kunnen wil er sprake zijn van de beoogde wijdverspreide implementatie van de projectresultaten. Een WiFi-omgeving die een goede toegang biedt voor een PDA is een vereiste omdat online-toepassingen toegankelijk moeten zijn. De inhoud van de leseenheden liet te wensen over en de structuur ervan laat weinig ruimte over voor een rol van een Mobile Trainer (mTrainer). Ondanks de vele onvolkomenheden die tijdens het testen zijn gesignaleerd heeft de gehanteerde aanpak voor onderwijs middels PDA’s toekomst omdat deze voorziet in meer flexibiliteit van het onderwijs en bovenal vraaggestuurd is. Dit te meer omdat tijdens de laatste vergadering te Polen inhouden ten behoeve van PDA’s zijn getoond waarmee heel goed te werken valt. Het SMILE-project werd per april 2008 afgerond.
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 1
Context en achtergrond van het SMILE-project Waarom deed het INHOLLAND Lectoraat INHOLLAND mee aan dit project? Allereerst omdat het uitstekend past in de beleidsplannen. Hogeschool INHOLLAND is in 2006 gekomen met Backbone 2.0 ter nadere verfijning van een eerste versie. Enkele punten die met betrekking tot het onderwerp van het SMILE-project in het oog springen zijn: o Kennis en dan met name de toepassing ervan en technologie verouderen in een steeds hoger tempo, waardoor telkens hogere eisen worden gesteld aan het vermogen van medewerkers om nieuwe dingen te leren en toe te passen……. Het leren binnen de onderwijsinstelling beperkt zich niet tot college-uren, ‘on campus’leren of het voorgestructureerde afstandsleren. De nadruk ligt in toenemende mate op het leren op de werkplek en op blended learning, een combinatie van digitale en niet-digitale onderwijsvormen. Er is daarbij sprake van een voortdurende interactie en uitwisseling tussen samenleving, werkveld en onderwijs1. o De aanwezigheid van een ICT-rijke leeromgeving waardoor blended learning mogelijk wordt gemaakt, onder andere door het gebruik van een ELO (elektronische leeromgeving) en een EWO (elektronische werkomgeving). De ELO gaat uit van een onderwijsconcept gebaseerd op een leerstofaanbod, omgeven door een aantal tools om eventueel in samenwerking te leren, informatie uit te wisselen en te communiceren. …………De EWO en DLWO (digitale leer- en werkomgeving) gaan uit van het concept dat er geen of weinig onderscheid is tussen werken en leren. De omgeving is ingericht om vooral samen te werken en te communiceren, met daarbij de mogelijkheid om documenten (leerstof) beschikbaar te stellen. De gebruiker staat centraal2. Binnen de Kenniskring eLearning is reeds het nodige empirisch onderzoek verricht op het gebied van Blended Learning3 hetgeen aansluit bij Backbone 2.0. Via Blended Learning kan het hoofd worden geboden aan ontwikkelingen als een groeiende diversiteit bij de instroom [leeftijd en vooropleiding, culturele achtergrond, leerstijl / leerstrategie, begeleidingsbehoefte] resulterend in een vraagdifferentiatie. Studenten verwachten daarboven steeds meer maatwerk met betrekking tot hun persoonlijke profiel4. Bovenstaande punten uit Backbone 2.0 en de ervaringen met Blended Learning geven een stimulans tot het onderzoeken van digitale leermogelijkheden volgens al vastgestelde en vernieuwende paden. Een van de mogelijkheden hier is het gebruik van Personal Digital Assistants (PDA’s) waardoor Mobile Learning (mLearning) in beeld komt met mogelijkheden voor onderwijs op afstand: Distance Learning. Flexibilisering van het onderwijs met content op maat parallel met de mogelijkheid van het downloaden van ebooks geeft daartoe grote mogelijkheden. mLearning borduurt voort op eLearning waarbij de gedachte is dat een hogere mate van interactiviteit een een positieve invloed heeft op het leerproces doordat het o.a. de motivatie en de betrokkenheid van de deelnemers stimuleert. mLearning gaat uit van de individuele leerbehoefte en situatie van de deelnemer5. Ook over Mobile Learning heeft het Lectoraat eLearning nog onlangs 1
Backbone 2.0 p.5 Backbone 2.0 p.21 3 Blended learning wordt gedefinieerd als een combinatie van online en face-to-face leeractiviteiten [in de opleiding en in de beroepspraktijk], waarbij het gaat om distributie van leerinhouden, vormen van communicatie, didactische strategieën in relatie tot soorten leerprocessen, of om combinaties hiervan. (Notitie New Blends II, Guus Wijngaards, p.1). 4 Notitie New Blends II, Guus Wijngaards, p.1 5 Zie hiervoor o.a. www.docent-online.com/index.php?option=com_content&task=view&id=15&Itemid=29 16k – en www.okergroep.nl/docs/i(m)learning_1_concept.doc 2
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 2
gepubliceerd in een Verkenning die door Kennisnet en Surfnet is gepubliceerd: Fransen, J. (2008), Mobile Learning, een verkenning; stand van zaken en verwachtingen voor de nabije toekomst.6 Het bovenstaande verder uitgewerkt gaat het bij mLearning om de toepassing van7: 1. Embedded e-learning Bij embedded e-learning gaat het in principe om 'just-in-time training', die doorgaans is verpakt in computerprogramma's en door de gebruiker kan worden geraadpleegd wanneer hij daar behoefte aan heeft. Het komt tegemoet aan de behoefte om snel een oplossing beschikbaar te hebben als er zich een probleem voordoet. Het kan gaan om bruikbare informatie of een beperkte training, en er wordt in principe geen aanvullende begeleiding of ondersteuning geboden. 2. Telementoring and e-coaching Bij telementoring en e-coaching gaat het om persoonlijke begeleiding op afstand met gebruik van Internettechnologie, zoals e-mail, videoconferencing en instant messaging. Bij telementoring zou het gaan om langdurige trajecten, zoals loopbaanbegeleiding. Bij e-coaching zou het eerder gaan om kortlopende projecten met een duidelijk doel, bijvoorbeeld een specifieke training Onderstaande kenmerken zijn eveneens kenmerkend voor mLearning8: 1. E-learning by distribution: leerinhouden zijn gedigitaliseerd en worden verspreid met behulp van de nieuwe media. De lerende verwerkt de beschikbare informatie zelfstandig, waarbij de hulp of steun van anderen in principe niet nodig is [vergelijkbaar met learner-led e-learning]. Dit wordt ook wel learning from information genoemd. 2. E-learning by interacting: leerinhouden zijn specifiek ontwikkeld en didactisch uitgewerkt, zodat de lerende in interactie kan gaan met de leerstof. Dat kan een zelfstandig leerproces zijn, maar het is mogelijk dat hierbij steun en hulp kan worden geboden door een begeleider [te vergelijken met de embedded e-learning en vormen van e-coaching]. Dit wordt ook learning from feedback genoemd. 3. E-learning by collaborating: in processen van samenwerkend leren wordt kennis geconstrueerd op basis van uitwisseling van informatie en discussie. Dit soort leerprocessen behoeven begeleiding. Dit wordt ook wel learning from different perspectives genoemd. Bovenstaande punten worden in de literatuur ook ondergebracht onder de term ubiquitous learning9 waarbij onderwijs overal, altijd en op maat, waar WiFi aanwezig is, kan worden geleverd10. In Nederland zijn er projecten op het gebied van mLearning geweest als GYPSY en MANOLO, waarbij GYPSY eigenlijk de voorloper was en het er om ging "te komen tot kennis over hoe een technische infrastructuur kan worden ontwikkeld waarmee op een robuuste en beheerbare manier geografische informatie kan worden gepresenteerd, gedigitaliseerd en vorm 6
http://www.mobieleonderwijsdiensten.nl/attachments/session=cloud_mmbase+1651 969/Verkenning_Mobile_learning.pdf;jsessionid=F9457FC857E470E8E1C7881947B974 33
7
[Virtu@l Identity] Een gevalideerd competentieprofiel van de e-tutor, Jos Fransen p.9
8
Virtu@l Identity] Een gevalideerd competentieprofiel van de e-tutor, Jos Fransen p.13 Ubiquitous = pervasive, omnipresent, ever present, everywhere.
9
10
http://www.ascilite.org.au/conferences/perth04/procs/pdf/jones.pdf: Ubiquitous = pervasive, omnipresent, ever present, everywhere.
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 3
gegeven met behulp van een PDA of een moderne mobiele telefoon." Het Manolo-project leverde de volgende conclusies op11: o Aantoonbare meerwaarde op 3 vlakken: • Praktisch (handig, tijdwinst, minder fouten) • Motivatie: nieuwe apparatuur en software is uitdaging • Onderwijskundig: o Meer en betere informatie (sneller, up-to-date) o Inhoudelijk zijn er nieuwe mogelijkheden o Leren over en leren met o Ondersteuning van mobiel leren is cruciale randvoorwaarde o Onzekerheid bij docenten over nieuwe technologie i.t.t. studenten Tijdens de Handheldlearning Conference te Londen in oktober 2006, vooral gericht op het gebruik van PDA’s in het basisonderwijs, was men over de gehele linie enthousiast over de bereikte resultaten met basisschoolkinderen. Kinderen krijgen opdrachten en kunnen het wereldwijde web benutten om materiaal op te zoeken (interactiviteit). Dit geldt eveneens bij excursies waar direct een verslag van kan worden gemaakt met tijdens de excursie gemaakte foto’s. De kinderen kunnen daarna direct de resultaten thuis laten zien. Nadelig vond men de relatief dure technologie en de teruggang van de handschriften. Inhoud en doelstellingen van het SMILE-project Het SMILE-project onderstreept het belang van het ontwerpen van een nieuwe generatie diensten op het gebied van beroepsonderwijs om te kunnen voldoen aan een vraaggestuurde levenslange leer competentie en ontwikkeling van vaardigheden, niet gebonden aan tijdstip of plaats. Het SMILE-project richt zich op de ondersteuning van de volgende doelgroepen12: 1 mTraining Content Suppliers, i.e. de eenheid die verantwoordelijk is voor het ontwerp en ontwikkeling van mTraining materiaal in de vorm van Learning Objects, geschikt voor mobiel gebruik. Deze eenheid wordt geacht hun bestaande eTraining materiaal aan te passen opdat het geschikt is voor mobiel en draadloos gebruik of daartoe of nieuw materiaal te ontwikkelen. 2 mTraining Activities Suppliers, i.e. de eenheid die verantwoordelijk is voor de het ontwerp van mTraining activiteiten gebaseerd op een vooraf gedefinieerd scenario. Deze eenheid dient training strategieën te definiëren die kunnen worden toegepast voor de ontwikkeling van hun mTrainings activiteiten. 3 mTraining Services Providers, i.e. de eenheid die verantwoordelijk is voor de het ontwerp van mTraining programma’s en het verstrekken van mTraining diensten aan eindgebruikers. Deze eenheid moet toegang hebben tot mTraining activiteiten teneinde mTrainingsdiensten aan te kunnen bieden aan hun eindgebruikers. De specifieke doelen van het SMILE-project zijn13: 11
http://130.37.78.10/projecten/manolo/deliverables/pdf/2005.09.16%20presentatie%2016%20september%20program ma.pdf 12 LEONARDO DA VINCI, Community action programme on vocational training, Procedure B Second phase: 2000 – 2006, PILOT PROJECTS, LANGUAGE COMPETENCES, TRANSNATIONAL NETWORKS DETAILED DESCRIPTION OF THE PROJECT, AGREEMENT No. 2005 [PP-148216], p.1 13 LEONARDO DA VINCI, Community action programme on vocational training, Procedure B Second phase: 2000 – 2006, PILOT PROJECTS, LANGUAGE COMPETENCES, TRANSNATIONAL NETWORKS
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 4
o o o o
Het ontwerp van technische hulpmiddelen / gereedschap via de laatste stand der ICTtechniek De ontwikkeling van een methodologie voor mobiel middelbaar beroepsonderwijs en training (mobile Vocational Education and Training methodology (VET)) in Europa Toepassing en testen van VET scenario’s Overdracht van de verkregen kennis als richtlijn en good practice voor andere gebruikersgroepen die de resultaten van SMILE in hun voordeel kunnen benutten.
Daartoe dienen de SMILE partnes een daartoe ontworpen procedure van evaluatiescenario’s en experimenten te doorlopen waarbij zowel ontwerpers van lesinhoud als programmatuur als eindgebruikers als INHOLLAND betrokken zijn. Het SMILE-project is gebaseerd en bouwt voort op de volgende Europese projecten14: 1 KOD (Knowledge on Demand): een project waarbij vraaggestuurd onderwijs werd bestudeerd met als achtergrond de technologische basis voor het ontwerp van web georiënteerde diensten en online content die maatgericht individueel kan worden aangeboden; 2 GO-DIGITAL: een eBusiness Training Portal voor Griekse kleine en middelgrote ondernemingen; 3 eLearning Land: een webgeoriënteerde omgeving ter ondersteuning van Learning Communities en Communities of Practice. De toegevoegde waarde van het SMILE-project t.o.v. bovengenoemde projecten is dat het SMILE-project tegemoet komt aan er steeds meer behoefte komt aan mobiele trainingsmogelijkheden en daartoe een nieuw paradigma (raamwerk) ondersteunt alsmede de mobiele kenniswerker op Europees en nationaal niveau.
DETAILED DESCRIPTION OF THE PROJECT, AGREEMENT No. 2005 [PP-148216], p.2. Zie hiertoe ook bijlage 2. 14 LEONARDO DA VINCI, Community action programme on vocational training, Procedure B Second phase: 2000 – 2006, PILOT PROJECTS, LANGUAGE COMPETENCES, TRANSNATIONAL NETWORKS DETAILED DESCRIPTION OF THE PROJECT, AGREEMENT No. 2005 [PP-148216], p.3
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 5
Deelnemers en taakverdeling De deelnemers aan het SMILE-project vormen een Consortium waarbinnen, zoals verderop te lezen valt, een duidelijke taakverdeling is vastgelegd. Het SMILE-project is gestructureerd volgens onderstaand schema15:
De projectleider of-coördinator was Professor Demetrios Sampson van CERTH-ITI16 (Centre for Research & Technology Hellas Informatics & Telematics Institute (CERTH-ITI, Greece)), die hierbij ondersteund werd door Projectmanager Pythagoras Karampiperis, later opgevolgd door Panagiotis Zervas. CERTH was verantwoordelijk voor het ontwerp van de evaluatiescenarios en het aanleveren van het evaluatie materiaal. Verder zorgde CERTH voor de analyse van de evaluatie data en het uiteindelijke Projectrapport17 en het onderhoud van de SMILE Portal18. Binnen het SMILE-project zijn de taken verdeeld en besproken tijdens de eerste bijeenkomst te Athene van 30 januari t/m/ 1 februari 2006. Dit gebeurde door middel van werkeenheden (workpackages19) die omschrijven wat er per binnen welke termijn door welke Consortiumpartner moest worden aangeleverd. De University of Joensuu20 (UJ ) uit Finland, vertegenwoordigd door Professor Kinshuk en dr. Jarkko Suhonen21, had als taak een methodologie te vast te stellen voor de te ontwikkelen content voor het SMILE-project: een set Reference Mobile VET Scenarios. Tevens zou de University of Joensuu twee gebruiksgroepen 15
LEONARDO DA VINCI, Community action programme on vocational training, Procedure B Second phase: 2000 – 2006, PILOT PROJECTS, LANGUAGE COMPETENCES, TRANSNATIONAL NETWORKS DETAILED DESCRIPTION OF THE PROJECT, AGREEMENT No. 2005 [PP-148216], p.22 16 http://www.certh.gr/iti.en.aspx 17 LEONARDO DA VINCI, Community action programme on vocational training, Procedure B Second phase: 2000 – 2006, PILOT PROJECTS, LANGUAGE COMPETENCES, TRANSNATIONAL NETWORKS DETAILED DESCRIPTION OF THE PROJECT, AGREEMENT No. 2005 [PP-148216], p.16 18 http://www.ask.iti.gr/smile/ 19 Zie daavoor bijlage 1 20 http://www.joensuu.fi/englishindex.html 21 Een zeer lezenswaardige dissertatie van Jarkko Suhonen op het gebied van digitale leeromgevingen: http://www.joensuu.fi/general/organizationframeset.htm
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 6
evalueren. Om daadwerkelijk mobiel per PDA content te kunnen aanleveren zou de PDA programmatuur (in casu de SMILE-player) worden ontwikkeld door het Laboratory for Mixed Realities22 (LMR) te Keulen. Het gaat hier om een zogenaamde plug-in applicatie voor PDA’s die kan worden gedownload van het SMILE Web Platform: de SMILE Portal. LMR wordt geleid door Jens Piesk en medewerker Kerstin Götze ontwikkelde de SMILE-player. Siemens Business Services Turkey23 (SBS-T) zou in samenwerking met IES24, vertegenwoordigd door Ali Türker uit Ankara, zou vervolgens de programma’s (content) aanmaken die zouden kunnen draaien op de PDA applicatie van LMR. Wanneer de PDA driver en de content gereed waren zouden EST Education Centre25 (EST, Wadowice, Poland) met als directeur Alexander Schejbal en INHOLLAND in beeld komen als mTraining Providers. EST en INHOLLAND zouden nagaan of de ontwikkelde mobiele programmatuur en content voldoet aan hun de eisen van hun beroeponderwijstraining. Est zou een onderzoek doen via de SMILE-player op de PDA’s naar de leerinhoud zoals studenten daar tegen aankijken. INHOLLAND zou eenzelfde testomgeving creëren, echter vanuit het perspectief van de tutor / docent. Een vereiste was de aanwezigheid van een WiFi Infrastructuur en dat er tenminste twee PDA’s kunnen worden ingezet, iets waaraan INHOLLAND eenvoudig kan voldoen. Verdere ontwikkelingen binnen het SMILE-project Tijdens de SMILE Consortium Meeting te Rotterdam in juli 2006 zijn onder voorzitterschap van Pythagoras Karampiperis de afspraken van Athene verder aangescherpt en is afgesproken dat de eerste stappen voor de uitvoering van het SMILE-project zouden worden gezet. In concreto betekende dat voor INHOLLAND dat wij tot de aanschaf van enkele PDA’s zouden overgaan, gesubsidieerd door SMILE, om met deze apparatuur enige voeling te krijgen. Ook was eind juni 2006 de SMILE Portal van start gegaan26. Op deze website zou in de loop der tijd de te downloaden SMILE-player en inhoud daarvoor komen te staan. Op de SMILE-bijeenkomst (Consortium Meeting) te Athene27 van 13-17 november 2006 werd de door IES geleverde Mobile Training Content besproken en doorgenomen. De lessen werden vervolgens besproken op inhoud (maak een curriculum vitae (Europass) in het Engels en maak een gedetailleerd reisplan) en niveau (beginner tot gevorderde) en hoe dit concreet moest worden toegepast in een PDA-omgeving. Daarna werd de SMILE-webportal doorgenomen met de Learning Objects die nodig zijn om de inhoud kenbaar en toegankelijk te maken naar de Trainer (uit te voeren door INHOLLAND) en naar de Student (uit te voeren door EST) middels de PDA’s. Via een powerpointpresentatie en een PDA werden de met behulp van een PDA te nemen menustappen gedemonstreerd en werd gelet op functionaliteit, hetgeen ook de bedoeling is tijdens de uitvoerende fase, die wat INHOLLAND betreft, in februari 2007 zou gaan plaatsvinden. Op dat moment zaten er enige foutjes in de menustructuur die echter zouden worden verholpen door LMR. Omdat EST en INHOLLAND in februari het door de andere SMILE-partners geleverde werk zouden gaan uitvoeren hebben wij (Alexander Scheijbal en ik) uitgebreid met de huidige CERTH-contactpersoon Panagiotis Zervas gesproken over de aanlevering van het evaluatiemateriaal voor de uitvoerende fase, waarvan werd toegezegd dat dit materiaal er aan het eind van 2006 zou zijn. De uiteindelijke evaluatie moet door EST en
22
http://www.lmr.khm.de/ http://www.pressebox.de/pressemeldungen/siemens-business-services-gmbh-co-ohg-5/boxid-24203.html waaruit blijkt dat SBS-T o.a betrokken is in een groot eGovernment Project. 24 IES Egitim ve Bilgi Teknolojileri Anomim Sirketi 25 http://www.est.iq.pl/teachers_en.php 26 www.ask.iti.gr/smile 27 Consortium Meeting Minutes November 15th 2006 23
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 7
INHOLLAND in april worden geleverd. Verder hebben wij materiaal meegekregen in de vorm van posters en vouwblaadjes om het SMILE-project meer bekendheid te geven28. Een ander onderdeel van het SMILE-programma casu quo SMILE-contract bestond uit het bijwonen van de 4e WMUTE 2006 conferentie (WMUTE = Wireless, Mobile and Ubiquitous Techniques in Education) op 16 en 17 november 200629. Tijdens deze conferentie werd meer ingegaan op de technologische kant van de het leren via PDA’s en werden voorbeelden gegeven van ervaringen met omgevingen waarin mobiele netwerken (bluetooth bijvoorbeeld) worden gebruikt. Hilarisch was het voorbeeld van een Zwitserse spreker die aan de hand van een filmpje liet zien dat PDA-gebruikers dermate geconcentreerd waren op hun schermpje dat zij binnen de universiteit tegen elkaar en de pilaren opliepen en alles via de PDA deden, ook als zij het aan anderen twee meter verderop konden vragen (‘Focus is not the solution but the problem’ door Gerhard Schwabe30). Maar aan de andere kant kun je studeren waar en wanneer het je uitkomt zoals aan de digitale universiteit van Athabasca te Canada blijkt (Latika Nirula). Aan het eind van de dag was er nog een demonstratie van de SMILE-portal via een PDA met daarom heen borden met de poster. De volgende dag werden wij tijdens een presentatie door Prof. Tak-Wai Chan uit Taiwan meegenomen door de tijd om te zien hoe men in Taiwan tot de huidige aanpak en techniek gekomen was: van twee computers aan elkaar geknoopt als netwerk tot het huidige wireless. Ook daarna waren de presentaties vooral van technische aard (interoperability) en minder gericht op de leeraspecten van Mobile Learning. Uitvoering SMILE-project Tijdens de Consortium Meeting te Athene werd afgesproken dat INHOLLAND en EST in februari zouden beginnen met het uitvoeren van hun deel van het SMILE-project. Echter eind februari 2007 was er nog niets beschikbaar qua lesinhoud noch qua software waardoor er een druk email- en Skype verkeer volgde met Panagiotis Zervas van CERTH als projectleider van SMILE. Op 24 maart 2007 heeft SBS-Turkey het benodigde lesmateriaal aangeleverd maar dat was helaas nog niet te gebruiken omdat de SMILE-player nog niet operationeel was. Dus in principe bestond de menustructuur wel, maar ontbrak de player waarmee deze bediend kan worden. Eind april 2007, net voor de meivakantie, kwam de SMILE-player ter beschikking31. Van Alexander Scheijbal van EST te Wadowiece kregen wij diverse e-mails dat er problemen waren met de flash player. De aldaar aanwezige ICT-assistent kreeg de SMILE-player na dagen onderzoek werkend na bestanden te hebben hernoemd, hetgeen niet conform de instructie op de SMILE PORTAL was32. Frank Schenk, ICT docent en werkzaam voor de Kenniskring eBusiness, heeft bijzonder veel werk moeten verrichten om de door hem gebruikte HP iPAQ HW 6500 überhaupt aan de praat te krijgen. Met de door het SMILE Consortium geleverde flash player traden er blokkades op tijdens het installeren of werd SMILE “niet gezien”. Lastig was dat de SMILE Portal33, waar de handleidingen en de benodigde programma’s op staan, steeds weer andere informatie gaf. Na LMR te hebben geconsulteerd vroeg Kerstin Goetze van LMR Köln ten einde raad maar een aantal PDA’s op te sturen om zelf maar eens te kijken wat er fout ging. Op internet vond Frank 28
CERTH verzorgde dit als onderdeel van Workpackage 3 http://www.ask.iti.gr/wmute/2006/ 30 http://www.ask.iti.gr/wmute/2006/ Conference Program 31 http://www.ask.iti.gr/smile/services/index.php?sec=tools : SMILE Tools 32 http://www.ask.iti.gr/smile/services/index.php?sec=scenarios : Scenarios of use 33 http://www.ask.iti.gr/smile/index.php 29
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 8
Schenk bij toeval de Bryht player, die na installatie de SMILE infrastructuur herkende (voor de techneuten onder ons: de .swf-bestanden konden aan flash worden geknoopt)! De moeilijkheid was vervolgens dat de HP een voor het SMILE menu te klein scherm (240x240 dpi) heeft hetgeen niet in de projectspecificaties staat. Vervolgens installeerde Frank Schenk de Bryht player op de QTEK S200 met een resolutie van 240x320 dpi 34waarmee het volledige SMILE menu te zien is. De QTEK werkte binnen 5 minuten, maar een tweede QTEK werkte pas na vijf (!) uur omdat de NL versie niet herkend werd. Dus installeer eerst de US versie om vervolgens US te hernoemen in NL en het werkt. Maar dat laatste kostte wel 5 uur om er achter te komen waar het aan schort. Het zal duidelijk zijn dat een relatieve leek niet zo maar met SMILE kan werken en dat is toch echt de bedoeling van het project. Nu de SMILE-player werkte konden wij half juni aan de slag met studenten, 19 in het getal. De test werd gespreid over een aantal dagen in de laatste week van juni 2007 afgenomen. Ook enkele docenten wilden hun medewerking verlenen. De gehanteerde werkwijze om de PDA operationeel te krijgen was wat omslachtig daar de WiFi-omgeving binnen INHOLLAND niet optimaal functioneert en er derhalve sporadisch internet connectiviteit is. Met de QTEK wordt de content gedownload en dan kan een leseenheid (Course) worden ingevoerd35, of als alternatief worden de elders gedownloade leseenheden via de SD-geheugenstick ingevoerd. Vervolgens wordt de leseenheid, dat Learning Objects bevat, met de SMILE-player afgespeeld en kunnen de studenten in voorkomende gevallen de bijbehorend quizvragen beantwoorden en bediscussiëren via het SMILE forum op internet. Helaas was in deze proefperiode de inhoud nog van een te eenvoudig niveau en niet uitdagend voor onze studenten en laat dit er zowel aan de student- als tutor zijde weinig over voor discussie. Het kostte trouwens nogal wat tijd om internet aan de praat te krijgen en als het werkt valt de verbinding nog wel eens uit en kunnen er geen forumdiscussies (exchange with peers) plaatsvinden waardoor het testresultaat minder bevredigend is. Empirische onderzoeksresultaten In deze paragraaf worden de bevindingen en opmerkingen van studenten als docenten na het testen weergegeven: Je speelt een Course af en dan volgt “Congratulations” terwijl je niets hebt gedaan. Dus je kunt ondertussen iets anders doen en steeds na een Course “Congratulations” horen (!). In de history staan de Courses, maar je ziet niet voor welke je geslaagd bent. In de MENUstructuur van de SMILE-player lijken DOWNLOAD CONTENT en IMPORT COURSE identiek. Het commando Continue LAST COURSE (zelfde als Open COURSE en HISTORY) heeft geen effect: je moet weer opnieuw beginnen. Achter de vijf knoppen lijken twee functionaliteiten schuil te gaan. Via de SMILE Portal wordt een Learning Object gegeven en vervolgens een vraag daarover gesteld waarmee iemand die geen kennis van de Engelse taal heeft niet verder komt (de tekst in het gepresenteerde Curriculum Vitae is te klein en deze tekst wordt voor een beginner te snel doorgenomen). Wie de Engelse taal enigszins beheerst vindt het gebodene te eenvoudig en kan er ook niets mee. Als je in een Learning Object of een Course zit kun je niet zomaar overspringen naar een andere (dus tussen de menu’s swappen), maar moet je het hele menu van begin af aan weer doorwerken. Voor (ongeduldige) studenten is dit niet werkbaar en die willen dan snel afhaken. Er wordt aan het eind van de Course gevraagd ervaringen te vergelijken terwijl er over het item maar een of hooguit drie vragen zijn gesteld en er eigenlijk niets te vergelijken valt. De conclusie is dat de inhoud vooralsnog waardeloos is.
34 35
dpi = dots per inch http://www.ask.iti.gr/smile/metadata/metadata_browse.php?aggrlevel=2
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 9
Bovenstaande bevindingen werden door de proefpersonen vastgelegd in door Joensuu ontwikkelde vragenlijsten36 teneinde een uniform beeld te krijgen m.b.t de testresultaten bij de verschillende SMILE partners. De vragen die wij moesten laten beantwoorden ten behoeve van het project hebben louter betrekking op de toegankelijkheid en hebben niets van doen met de inhoud en zijn niet erg diepgaand. Het in te vullen schema op p.62 is lastig te evalueren want: o o o
er is geen introductie er is geen tutorial er is geen forumdiscussie (exchange with peers.)
Tijdens de evaluatie te Krakau eind augustus 2007 werden de door EST, Joensuu en INHOLLAND geleverde testresultaten doorgenomen. Opgevallen is dat de methodologie als voorgesteld door Jarkoo Suhonen (Joensuu) niet of slechts ten dele is toegepast waardoor de coherentie tussen de SMILE COURSES ontbreekt en daarbovenop de vragen alsmede de bijbehorende Student QUIZ totaal niet aansluiten bij de SMILE COURSES waardoor de deelname aan het SMILE FORUM op de SMILE Portal nutteloos wordt. Ook zijn er COURSES die zo maar afbreken terwijl de COURSES niet geschikt zijn voor beginners en te eenvoudig voor gevorderden. Harde kritiek dus met de kanttekening dat een PDA niet geschikt is voor klassikaal werk bij talen maar wel voor Distant Learning programma’s. Panagiotis Zervas demonstreerde een planningprogramma (te vinden op de SMILE Portal) dat wel een gestructureerde aanpak heeft en een duidelijk inzicht geeft wat iemand allemaal nodig heeft om een les te kunnen geven37. Zo kan het dus ook en dat geeft dan direct de meerwaarde aan van een project als SMILE. Conclusie Het SMILE-project is voortgekomen uit en gefinancierd door de Europese Unie. Een project met internationale partners vergt in verhouding veel meer tijd dan wanneer een dergelijke aanpak op nationaal of regionaal niveau wordt gehouden. Vandaar ook dat de tijd die nodig bleek tot de uiteindelijke uitvoering van het SMILE-project veel langer was dan de uitvoering van het SMILEproject zelf. Uitgaande van de beschreven kenmerken van mLearning en de in navolging van het Leonardo da Vinci programma geformuleerde specifieke doelstellingen van het SMILE-project kan worden gesteld dat voldaan is aan de ontwerpeis van techniek gegeven de laatste stand (state of the art) der ICT-techniek. Zij het dat zowel de INHOLLAND als EST de grootste moeite hadden om deze techniek (SMILE-player) te implementeren en dat hier een veel gebruiksvriendelijker methode voor moet komen of een doorontwikkeling van de huidige techniek. Ten tweede is er wel een methodologie ontwikkeld voor mobiel middelbaar beroepsonderwijs en training (mobile Vocational Education and Training methodology (VET)) door Joensuu om de SMILE content ordelijk en coherent te kunnen uitvoeren waardoor de SMILE COURSES los van elkaar staan en de toetsen (Student Quiz) daar ook niet op aansluiten. Ten derde bij het testen door INHOLLAND van de VET scenario’s als mTraining Services Providers zijn er na het werkend krijgen van de SMILE-player de volgende problemen geconstateerd:
36
D1.1 Scenarios for SMILE Demonstrator (Detailed Activity Flows) http://www.ask.iti.gr/smile/metadata/metadata_browse.php?aggrlevel=2; zie onderaan Course nummer 45: Preparing a Training Course en nummer 46 Planning a Training Course
37
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 10
o o o
o
o
Na het afspelen van de Content gaat het programma er van uit dat je voor dit onderdeel bent geslaagd terwijl alleen de instructie getoond is. Achteraf valt niet uit de “History”op te maken welke Courses met voldoende resultaat zijn doorlopen. De infrastructuur van het Menu heeft weliswaar vijf knoppen maar slechts 2 functionaliteiten zodat commando’s geen enkel effect resulteren. In een Course kun je niet zomaar doorspoelen om direct naar de vragen te gaan maar moet je steeds weer van voren af aan beginnen. Een frustrerend gegeven te meer daar gebruikers gewend zijn dat dit met programma’s van bijvoorbeeld Microsoft wel werkt. Vergelijking met anderen (peerevaluation) is een vereiste bij het Project evenals het geven van feedback over de resultaten na het doorlopen van een leseenheid. Door de beperking van het aantal vragen per leseenheid (2 of 3) is vergelijking van resultaten via de SMILE Portal niet zinvol terwijl door de beperkte WiFi mogelijkheden voor PDA’s binnen INHOLLAND dit onderdeel nauwelijks van de grond is gekomen. De content is noch geschikt voor beginners noch voor gevorderden in de Engelse taal.
Ten vierde gaat het binnen het SMILE-project om overdracht van de opgedane ervaringen als good practices voor anderen. Qua inhoud van de leseenheden (Courses) kan worden gesteld dat deze in de huidige vorm onvoldoende is en voor verbetering vatbaar evenals de huidige programmatuur. Al met al kan de vraag worden gesteld of de aanpak en resultaten van het SMILE-project hebben geleid tot meer inzicht in de inzet van PDA’s ter aanvulling op het vigerende onderwijs. Gegeven bovenstaande punten valt er nog veel te verbeteren aan zowel functionaliteit als inhoud maar toont de laatst ontwikkelde content (o.a. Planning a Training Course) aan dat er wel degelijk gestructureerde programma’s bestaan die tevens van nut kunnen zijn. Ook gaat het hier om een vraaggestuurde aanpak omdat je overal en altijd een stukje leerstof draadloos tot je kunt nemen. Wie bijvoorbeeld de avond voor een tentamen nog enige multiple choices wil doornemen om te zien of je gereed bent voor een toets, wordt hier toe in staat gesteld en zelfs onderweg naar de toets kun je nog dooroefenen. Zo is SMILE meer een verdere aanzet voor Distance Learning dan wanneer je in een klas met een PDA in de hand gezamenlijk een leseenheid oproept en bestudeert. EST wil daarom de (dan goed functionerende) SMILE structuur gaan gebruiken met een betere content. Kortom, wanneer de aansturing en inhoud van de leseenheden verbetert kan de aanpak van het SMILE-project met betrekking tot de inzet van PDA’s bijdragen tot flexibeler en maatgerichter onderwijs.
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 11
Literatuurlijst 1. Bulletin EU 5-1998, Onderwijs, beroepsopleiding en jongeren 2. COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Brussel, 22.12.2000 COM(2000) 863 definitief, VERSLAG VAN DE COMMISSIE Eindverslag over de tenuitvoerlegging van de eerste fase van het communautaire actieprogramma Leonardo da Vinci (1995-1999) 3. LEONARDO DA VINCI, Community action programme on vocational training, Procedure B Second phase: 2000 – 2006, PILOT PROJECTS, LANGUAGE COMPETENCES, TRANSNATIONAL NETWORKS DETAILED DESCRIPTION OF THE PROJECT, AGREEMENT No. 2005 [PP-148216] p.1 t/m 3 4. Suhonen, J. (2005). A Formative Development Method for Digital Learning Environments in Sparse Learning Communities. 6. Consortium Meeting Minutes CERTH Athens November 15th 2006 7. Consortium Meeting Minutes CERTH Athens January 30th 2006, D1.1 Scenarios for SMILE Demonstrator (Detailed Activity Flows) 12 Backbone 2.0 13 Notitie New Blends II, Guus Wijngaards, p.1 14 Concept voor blended learning, Okergroep, p.1 t/m p.9 15. [Virtu@l Identity] Een gevalideerd competentieprofiel van de e-tutor, Jos Fransen, p.13 16 Seminar Mobiel Leren, 16 september 2005, VU, Presentatie Manolo. 17. (Besluit 94/819/EG van de Raad tot vaststelling van een actieprogramma voor de ontwikkeling van een beleid van de Europese Gemeenschap inzake beroepsopleiding "Leonardo da Vinci" - PB L 340 van 29.12.1994 en Bull. 12-1994, punt 1.2.227) .
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 12
Bijlagen Bijlage 1 - SMILE en het Leonardo da Vinciprogramma Eind 1994 is het in de Raad van Europa en het Europese Parlement gekomen tot een besluit over de tweede fase van de communautaire actieprogramma's respectievelijk op het gebied van onderwijs (Socrates) en beroepsopleiding (Leonardo da Vinci). Voor het Leonardo da Vinci programma werd 1 miljard ECU (= 1 miljard Euro) beschikbaar gesteld38. De Commissie van de Europese Gemeenschappen vindt dat het Leonardo da Vinci-programma39 geschikt is om een sleutelrol te vervullen bij de implementatie van beleid op het gebied van levenslang leren, waarbij Europees beleid op het gebied van onderwijs, opleiding en werkgelegenheid op elkaar kunnen worden afgestemd40. De gezamenlijke doelstellingen van de Socrates en Leonardo da Vinci programma’s en de flankerende maatregelen daartoe zijn41: de fysieke mobiliteit van personen; de virtuele mobiliteit via het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën; de ontwikkeling van innovatie via op transnationale partnerschappen gebaseerde modelprojecten; de ontwikkeling van Europese samenwerkingsnetwerken; de bevordering van de linguïstische en culturele vaardigheden; permanente verbetering van de communautaire middelen ter verbetering van de systemen en beleidsvormen op het vlak van onderwijs, opleiding en jeugd van de lidstaten (gegevensbanken, uitwisseling van goede praktijken). De verwachting was in 1998 dat dankzij deze nieuwe generatie programma’s zo’n 2,5 miljoen Europeanen gebruik zouden kunnen maken van een mobiliteitsprogramma. Ter uitvoering van bovengenoemde tweede fase van het Leonardo da Vinci programma is onder meer het SMILE-project geëntameerd, waarvoor in september 2005 door de Commissie toestemming is verleend om per 1 december 2005 te beginnen. SMILE staat voor Supporting Vocational Education and Training through Mobile Learning Environments: onderwijs middels een Personal Digital Assistent (PDA) om onderwijs op maat te leveren dat niet gebonden is aan tijd en plaats.
38
http://europa.eu/bulletin/nl/9805/p102097.htm: (Besluit 94/819/EG van de Raad tot vaststelling van een actieprogramma voor de ontwikkeling van een beleid van de Europese Gemeenschap inzake beroepsopleiding "Leonardo da Vinci" - PB L 340 van 29.12.1994 en Bull. 12-1994, punt 1.2.227) . 39 http://ec.europa.eu/dgs/education_culture/publ/graphics/agencies/progr_en.htm 40 http://ec.europa.eu/dgs/education_culture/evalreports/training/2000/leoi_expost/leoIxpCOM_nl.pdf p.25 41 http://europa.eu/bulletin/nl/9805/p102097.htm
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 13
Bijlage 2 Work packages waarbij INHolland was betrokken
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 14
Bijlage 3: projectresultaten
INHolland Lectoraat eLearning – Lambert Berenbroek: Het SMILE-project
Pagina 15