Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar verslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarvers Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inho land 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar verslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarvers Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inho land 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar verslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarvers Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inho land 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar verslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarvers Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inho land 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar verslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarvers Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inho land 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar verslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarvers Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inho land 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar verslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarvers Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012-2010 Jaarverslag Inholland 2012-2010 Jaarverslag Inholland 2012-2010aarverslag Inholland 2010 Jaarver Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inho land 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaarverslag Inholland 2012 Jaar
Jaarverslag 2012
Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag 2012 van Hogeschool Inholland. Het jaarverslag beschrijft de belangrijkste activiteiten, de behaalde resultaten en ontwikkelingen en gaat uitgebreid in op de implementatie van het eind 2011 vastgestelde Strategisch Programma en de hiermee samenhangende ombuiging van de organisatie. Met het jaarverslag 2012 legt Hogeschool Inholland verantwoording af over het verslagjaar. Voor Hogeschool Inholland is 2012 een jaar van opbouw. Een jaar waarin een nieuwe Raad van Toezicht en nieuwe leden van het College van Bestuur zijn geïnstalleerd en waarin de in 2011 in gang gezette ontwikkelingen vorm krijgen. Inholland maakt dit jaar de keuze voor profilering op waarde(n)vol onderwijs. Het eind 2011 vastgestelde Strategisch Programma wordt geïmplementeerd en de in september 2011 afgekondigde reorganisatie krijgt zijn beslag: er wordt afscheid genomen van meer dan 500 collega’s. 2012 is ook het jaar waarin de vier in 2011 onder vuur liggende opleidingen (BE, CE, VTM en MEM) worden beoordeeld door de NVAO. BE en VTM worden geaccrediteerd en CE en MEM krijgen een herstelperiode om het niveau van het eindwerk op peil te brengen. Voorjaar 2012 start ook het traject ‘portfoliorationalisatie’: een samenhangend pakket maatregelen om invulling te geven aan zowel het Strategisch Programma als aan de bedrijfseconomische noodzaak om het portfolio financieel robuuster te maken. En tot slot wordt alles op alles gezet om de in 2011 sterk afgenomen instroom weer op peil te brengen. Als College van Bestuur zijn wij ons er zeer van bewust dat in het afgelopen jaar veel van alle medewerkers is gevraagd. Na een uiterst bewogen periode kan de balans opgemaakt worden en kan geconcludeerd worden dat er een nieuw fundament onder de hogeschool is gelegd. Het is in dit kader zeer bemoedigend dat de instroom van studenten zich herstelt. Maar ook nu nog ligt de hogeschool onder het vergrootglas van politiek en pers. Aanpassing van het portfolio past bij onze strategische keuzes en is noodzakelijk voor het vormgeven van een ander Inholland. Daarbij zijn nieuwe maatregelen onvermijdelijk en deze zullen in alle lagen van de organisatie worden gevoeld. Wij zijn er echter van overtuigd dat we op de goede weg zijn en dat we hiermee de basis leggen voor een ander Inholland. Zowel de NVAO als de staatsecretaris spraken in de zomer openlijk hun vertrouwen in de hogeschool uit en de instroomcijfers laten zien dat ook de studenten geloven in het andere Inholland. Maar komend jaar staan we als organisatie voor de enorme uitdaging om gedurende deze veranderingen de kwaliteit van ons onderwijs en onderzoek te verbeteren. Wij hebben er alle vertrouwen in dat we er met elkaar in zullen slagen deze ambities te realiseren.
Namens het College van Bestuur, Doekle Terpstra
3
4
Jaarverslag Inholland 2012
Inhoudsopgave Jaarverslag 2012 Voorwoord
3
1 Bestuurlijke verantwoording
7
1.1 Strategisch Programma en prestatieafspraken
7
1.2 Het andere Inholland
8
1.3 Samenwerking
8
1.4 Reorganisatie
8
1.5 Accreditatie van de opleidingen Bedrijfseconomie (BE),
9
Vrijetijdsmanagement (VTM), Media en Entertainmentmanagement (MEM) en Commerciële Economie (CE)
1.6 Instroom
9
1.7 Suriname
1.8 Onderwijs en Onderzoek
10
1.9 Portfoliorationalisatie
10
9
1.9.1 BBA
10
1.9.2 Inholland International College
11
2 Raad van Toezicht
12
3 Corporate Governance
14
3.1 Statuten
15
3.2 Bestuursreglement
15
3.3 Huishoudelijk reglement Raad van Toezicht
15
3.4 Integriteit
15
3.5 Veiligheid
15
3.6 Bestuur en Toezicht
16
3.6.1 College van Bestuur
16
3.6.2 Raad van Toezicht
17
3.6.3 Directeuren
18
3.6.4 Medezeggenschap
18
3.6.5 Control
18
3.6.6 Overlegstructuur
19
3.7 Communicatie naar de stakeholders
19
3.8 Marktactiviteiten
19
3.9 Klachtafhandeling
20
4 Onderwijs en Onderzoek
21
21
4.1 Onderwijs
4.1.1 Verbinding als Opdracht en Ruimte voor Presteren
21
4.1.2 Prestatieafspraken: Presteren in verbinding
22
4.1.3 Portfolio
22
4.1.4 Sirius programma
23
4.1.5 Accreditatie
23
24
4.2. Studentgegevens
4.2.1 Instroom 2012 nader bekeken
24
4.2.2 Ontwikkeling instroom 2012
24
4.2.3 Kengetallen studiesucces
25
4.3 Analyse profiel Inhollandstudent met een mbo-vooropleiding
31
4.4 Onderzoek
33
5
6
Jaarverslag Inholland 2012
5 Internationalisering
38
6 2012 – een jaar van opbouw
39
7 Feiten en cijfers
50
50
7.1 Financiële cijfers
8 Personeel en organisatie
53
9 Studentenaantallen
57
1 Bestuurlijke verantwoording Voor Hogeschool Inholland is 2012 een jaar van opbouw. Een jaar waarin na het roerige 2010 en 2011 een voltallige nieuwe Raad van Toezicht is geïnstalleerd en waarin het interim-College van Bestuur plaats maakt voor een College van Bestuur dat voor een aantal jaren benoemd wordt. Een jaar ook waarin de in 2011 in gang gezette ontwikkelingen vorm moeten krijgen en waarin Inholland de keuze maakt voor profilering op waarde(n)vol onderwijs. Het eind 2011 vastgestelde Strategisch Programma wordt vertaald in ambities ten aanzien van de onderwijsprestaties en het profiel van de toekomst. De in september 2011 afgekondigde reorganisatie krijgt zijn beslag en dat betekent een afscheid van een groot aantal collega’s. 2012 is ook het jaar waarin de vier in 2011 onder vuur liggende opleidingen (BE, CE, VTM en MEM) worden beoordeeld. Voorjaar 2012 start eveneens het traject ‘portfoliorationalisatie’: een samenhangend pakket maatregelen om invulling te geven aan zowel het Strategisch Programma als aan de bedrijfs economische noodzaak om het portfolio financieel robuuster te maken. Tot slot is 2012 het jaar waarin alles op alles wordt gezet om de in 2011 sterk gedaalde instroom weer op peil te brengen. Inholland is van nature een open hogeschool met oog voor elkaar en voor elkaars waarden. Studenten zijn divers in achtergrond, vooropleiding en in hun doelen voor de toekomst. Inholland staat open voor iedere aankomende student die de capaciteit en de ambitie heeft binnen nominale duur zijn studie af te ronden. Studenten krijgen het onderwijs dat bij hen past. Er is structuur mogelijk voor wie daar behoefte aan heeft en ruimte voor extra uitdagingen voor wie dat zoekt, bijvoorbeeld in een internationale context. Ongeacht de verscheidenheid van onze studentenpopulatie hebben studenten hun ambities gemeen: heldere en hoogwaardige ambities ten aanzien van hun opleiding bij Inholland en hun persoonlijke ontwikkeling. Inholland kiest voor een scherp onderwijs- en onderzoeksprofiel. Onderwijs en onderzoek staan centraal: meer docenten per student, professionalisering van docenten en uitstekende ondersteuning. Uitgangspunt is een structureel kleinere hogeschool: kwaliteit gaat voor kwantiteit. De organisatie komt in dienst van het onderwijs en dat betekent een totale ommekeer. 1.1 Strategisch Programma en prestatieafspraken In het Strategisch Programma wordt de nieuwe koers helder uiteengezet: anders dan voorheen wordt samenwerking en verbinding gezocht. Dat wordt het andere Inholland: een netwerkhogeschool die een betrouwbare partner is in een snel veranderende omgeving. Deze lijn sluit naadloos aan bij het beleid van het ministerie van OC&W. Staatssecretaris Zijlstra wil in 2012 in het kader van een hoofdlijnenakkoord prestatieafspraken sluiten met hogescholen. Op 5 mei stuurt Inholland het document ‘Presteren in Verbinding’ naar de Reviewcommissie Hoger Onderwijs en Onderzoek. Deze commissie beoordeelt de door Inholland ingediende prestatieafspraken in september als ‘zeer goed’ en op 1 november worden de afspraken getekend door de staatssecretaris van Onderwijs. Met de prestatieafspraken geeft Inholland vorm aan haar toekomst door zich op een aantal hoofdthema’s te profileren. Speerpunten zijn met name de creatieve economie, de gezonde samenleving en een duur zame techniek en groen. Om tot goed onderwijs te komen, zal het onderwijs waar mogelijk versterkt worden door samenwerking. Afbouw wordt niet uitgesloten als het kwaliteitsperspectief op termijn niet gevonden kan worden. Inholland neemt afscheid van het idee van versterken door concurreren. ‘Samenwerken is het nieuwe concurreren’ wordt het devies. De prestatieafspraken worden nader vormgegeven in onder meer de jaarplannen van de domeinen en door interne monitoring van de uitvoering van de prestatieafspraak. Alle opleidingen doen daaraan mee. Daar waar de hogeschool ook nadrukkelijk de verbinding met externe partners centraal stelt, zal ook in dat traject sprake zijn van veelvuldige interactie met de externe partners. 7
8
Jaarverslag Inholland 2012
1.2 Het andere Inholland Op 4 september vindt de jaaropening plaats en worden de contouren van het andere Inholland helder geschetst: een Inholland dat door een diep dal is gegaan en geleerd heeft van de lessen uit het verleden. Het startsein wordt gegeven voor ‘de weg van waarde(n)vol Inholland’. De keuze voor profilering op waarde(n)vol onderwijs biedt kansen om recht te doen aan de bestaande diversiteit in de hogeschool gemeenschap. Het andere Inholland is niet alleen een hogeschool die professionals opleidt; de complexe samenleving vraagt meer dan louter vaklieden. Professionals moeten in toenemende mate overweg kunnen met reflectie en zingevingsvraagstukken en worden geacht te kunnen denken in termen van oorzaak en gevolg. Het zijn begrippen die meer en meer aan de orde komen in een maatschappij die zich volop en fundamenteel aan het heroriënteren is. Inholland wil daar als een door ‘waarden’ gedreven hogeschool met waarde(n)vol onderwijs een bijdrage aan leveren. Of het nu gaat om betere afspraken, je thuis voelen, een actievere houding van studenten of een persoonlijke aanpak: iedereen hier heeft zijn eigen verhaal, zijn eigen waarden waarvoor ruimte is bij Inholland. Tijdens de jaaropening wordt ‘Wij-Inholland’ succesvol geïntroduceerd: een initiatief ter stimulering van de ambitie waarde(n)vol onderwijs. Jaarlijks kunnen maximaal vijf multidisciplinaire projecten in aanmerking komen; aanvragen worden beoordeeld op ondernemingszin, creativiteit en samenwerking met de regio. 1.3 Samenwerking Het streven tot samenwerken zoals verwoord in het Strategisch Programma resulteert in 2012 in het aangaan van een aantal concrete samenwerkingsovereenkomsten. Op 25 januari wordt een intentieverklaring getekend met de regio Noord-Holland Noord: gemeenten en bedrijven in de regio Noord-Holland Noord slaan de handen ineen om onderwijs en arbeidsmarkt in de regio nog intensiever met elkaar te verbinden. Hogeschool Inholland (Alkmaar) speelt daar als de belangrijkste hogeschool van de regio een grote rol in. Met de VU wordt op 8 juni jl. een convenant getekend waarin de intentie tot samenwerking wordt afgesproken. Dit convenant markeert een stap in een proces dat enkele jaren geleden is gestart en dat te zijner tijd moet uitmonden in een convenant over huisvesting en samenwerking. Op 25 juni tekenen de drie Colleges van Bestuur van Inholland, iPabo en Windesheim een intentiever klaring om te gaan samenwerken in een zogenaamde Educatieve Alliantie. Binnen deze alliantie willen zij de kwaliteit van het onderwijs gezamenlijk versterken. Centraal staat het gezamenlijk ontwikkelen van onderwijs, mét het werkveld. De lerarenopleidingen en daarmee samenhangend onderzoek en dienstverlening zullen worden versterkt door bundeling van expertise en door samen met het scholenveld het onderwijs verder te ontwikkelen waarbij nauw zal worden samengewerkt met de VU. 1.4 Reorganisatie Hogeschool Inholland gaat in 2012 niet alleen herprofileren maar ook reorganiseren. Een reorganisatie is nodig om een kwaliteitsslag te maken binnen de hogeschool. Bovendien zijn er de komende jaren door de afgenomen instroom aanzienlijk minder financiële middelen beschikbaar en wordt Inholland net als alle hogescholen getroffen door overheidsbezuinigingen. Dit alles vraagt om een forse kostenreductie. De reorganisatie moet het aantal voltijds arbeidsplaatsen per 1 januari 2013 met 470 verminderen. Op 15 september 2011 wordt de reorganisatie formeel afgekondigd. Op 1 februari 2012 worden de formatieplannen betreffende het Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP) voorgelegd aan de deel raden van de medezeggenschap en op 23 maart wordt het Inhollandbrede formatieplan Onderwijs Personeel (OP) de hogeschoolmedezeggenschapsraad (HMR) aangeboden. De nieuwe inrichting is erop gericht om docenten en docententeams in positie te brengen. De kwaliteit van onderwijs en onderzoek (het primaire proces) is een resultante van de kwaliteit van onderwijs gevenden en hun teams. De uitdaging is om de organisatie zodanig in te richten dat het primaire proces
met beduidend minder medewerkers optimaal wordt gefaciliteerd en ondersteund. In het nieuwe Inhollandmodel resulteert dit uitgangspunt in de keus voor een indeling in drie hoofdprocessen: primair, secundair en tertiair. Primair proces: alle werkzaamheden die nodig en noodzakelijk zijn voor het realiseren van de beoogde kwaliteit van het onderwijs en onderzoek en van de contractactiviteiten; Secundair proces: gestandaardiseerde en geconcentreerde vormen van directe ondersteuning aan onderwijs, onderzoek en organisatieonderdelen; Tertiair proces: gericht op het functioneren van de instelling als geheel, het bewaken van de eenheid van beleid, het afleggen van verantwoording naar de buitenwereld over de instelling als geheel en het vervullen van de expertfunctie. Conform planning krijgen alle ondersteunende medewerkers (OOP) voor 1 juli een brief waarin wordt aangegeven of ze een plaats in de nieuwe organisatie krijgen. Er wordt een mobiliteitscentrum ingericht ter begeleiding van diegenen die niet geplaatst worden. Doel is om met behulp van training en opleiding medewerkers zoveel mogelijk van werk naar werk te begeleiden. Het College van Bestuur benoemt vervolgens begin juli de stafhoofden voor de stafafdelingen Facilitaire Zaken en Huisvesting, Informatievoorziening, Financiën en Business Control, Bestuurszaken en de nieuw te vormen stafafdeling Onderwijsbeleid bestaande uit de voormalige diensten Onderwijs en Onderzoek (O&O), Internationale Zaken (IZ) en Onderwijsaudit. Per 1 november wordt het hoofd HRM benoemd. De aansturing van de stafafdeling Communicatie zal per 1 januari 2013 wijzigen; de aansturing van ICT blijft ongewijzigd. 1.5 Accreditatie van de opleidingen Bedrijfseconomie (BE), Vrijetijdsmanagement (VTM), Media en Entertainmentmanagement (MEM) en Commerciële Economie (CE) Begin juli worden de langverwachte uitkomsten van het door de NVAO uitgevoerde onderzoek naar het al dan niet intrekken van de accreditatie van de opleidingen Bedrijfseconomie (BE), Vrijetijdsmanagement (VTM), Media en Entertainmentmanagement (MEM) en Commerciële Economie (CE) bekend. Dit onderzoek is uitgevoerd op basis van een beoordeling van de opleidingen aan de hand van het accreditatiekader. De NVAO bevestigt in haar rapportage aan de staatssecretaris dat Inholland essentiële kwaliteitssprongen heeft gemaakt. De opleidingen BE en VTM voldoen nu op grond van de 16 door de NVAO gehanteerde standaarden aan de accreditatie-eisen. Voor MEM en CE geldt dat zij voldoende scoren op 15 van de 16 standaarden. Voor standaard 16 (‘toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties’) adviseert de NVAO de staatsecretaris beide opleidingen een verbeterperiode van een jaar te verlenen ten aanzien van de borging van het onderdeel afstuderen. Benadrukt wordt overigens dat de opleidingen wel beschikken over een adequaat systeem van toetsing, maar nog niet in voldoende mate kunnen aantonen dat gewaarborgd wordt dat afgestudeerden de beoogde eindkwalificaties hebben gerealiseerd. De staatssecretaris neemt dit advies van de NVAO over. 1.6 Instroom Voorjaar 2012 wordt een Taskforce Instroom gestart. De Taskforce zet alles op alles om de in 2011 ingezette tendens te keren. Domeinen worden intensief ondersteund bij de voorbereiding en uitvoering van wervingsactiviteiten en er wordt succesvol geëxperimenteerd met nieuwe activiteiten die beter aansluiten bij de verwachtingen van de huidige student. Een voorbeeld is ‘speeddating studiekeuze’, waarbij de potentiële student in korte tijd kan kennismaken met een aantal studierichtingen. Voor de ouders komen er speciale voorlichtingsavonden en op bestuurlijk niveau worden contacten met het mbo geïntensiveerd. Deze inspanningen resulteren in een toename van de instroom van 3,5% ten opzichte van de instroom in 2011 per 1 oktober. 1.7 Suriname Op 1 oktober wordt een overeenkomst getekend tussen Inholland Select Studies (ISS) en de Mr. F.H.R. Lim A Po Stichting (FHR) inzake de overdracht van de zeggenschap in en beheer van Stichting Hoger Beroepsonderwijs Suriname (SHBOS). Van belang bij deze overeenkomst is dat Inholland het dossier Suriname 9
10
Jaarverslag Inholland 2012
afwikkelt op een wijze waarop er geen kwetsbaarheid ontstaat op het gebied van onderwijswetgeving en borging van de kwaliteit van het geboden onderwijs. 1.8 Onderwijs en Onderzoek Het andere Inholland komt ook tot uiting in een herstructurering van het onderwijsmodel. In de nieuwe onderwijsvisie wordt afscheid genomen van de minorstructuur. De minors worden afgebouwd en in plaats daarvan komt er een steviger bachelorstructuur. De variëteit en diversiteit voor de student wordt door middel van afstudeerrichtingen georganiseerd. Tegelijkertijd staat de rol van de docent als vakbekwame professional centraal. In nieuw te vormen onderwijsteams nemen docenten binnen de teams zelf de leiding op de vormgeving en de inrichting van het onderwijs binnen de afgesproken kaders en wettelijke regelingen. Docenten krijgen dus meer professionele ruimte met als uitgangspunt dat verantwoordelijkheid genomen wordt en tegelijkertijd verantwoording wordt afgelegd over gemaakte keuzes. Daarnaast wordt een stevige onderzoeksagenda gekoppeld aan de prestatieafspraken. Veel aandacht voor praktijkgericht onderzoek zorgt niet alleen voor een kwalitatieve versterking van het onderwijs, maar legt ook een belangrijke verbinding met de omgeving en het werkveld. Praktijkgericht onderzoek helpt bij het realiseren van de maatschappelijke opdracht om betekenisvol te werken aan vraagstukken waar de samenleving mee worstelt. Om beter vorm te kunnen geven aan de nieuwe visie op onderwijs wordt in het kader van de reorganisatie besloten de afdelingen Onderwijs &Onderzoek, Internationale Zaken en Audit samen te voegen tot één stafafdeling Onderwijsbeleid. 1.9 Portfoliorationalisatie Conform het Strategisch Programma en de met het ministerie van OCW gemaakte prestatieafspraken is het noodzakelijk het opleidingenportfolio inhoudelijk robuust en financieel toekomstbestendig te maken. Voorop staat dat studenten de best mogelijke, gedegen (kennis)basis geboden wordt om hen voor te bereiden op hun professionele toekomst. Daarnaast speelt de nadrukkelijke wens vanuit het werkveld om overzicht en helderheid te creëren in het opleidingenportfolio. Dit kan gerealiseerd worden met het aanbrengen van focus en massa in het opleidingsaanbod. Een aantal opleidingen en opleidingsvarianten wordt geherstructureerd of afgebouwd en een aantal opleidingen wordt samengevoegd tot degelijke, voor het (regionale) werkveld herkenbare bredere opleidingen. Voorbeelden zijn de te vormen brede bachelor Business Management (BBA) en het Inholland International College. Daarnaast is er de absolute noodzaak om Inholland financieel solide te houden. De financiële gevolgen van de in studiejaar 2011-2012 sterk verminderde instroom zullen adequaat opgevangen moeten worden. Het sluiten van de desbetreffende opleidingen heeft geen effect voor zittende studenten. Wel zullen er gevolgen zijn voor de omvang van de personele formatie van de domeinen / opleidingen die het betreft. In de periode 2013-2017 zal dan ook een reductie plaatsvinden van een aantal arbeidsplaatsen. Het College van Bestuur neemt op 29 november een voorgenomen besluit over de start van het traject portfoliorationalisatie. In 2012 worden in het kader van de portfoliorationalisatie twee principebesluiten genomen om bestaande onderwijsvormen om te buigen naar een op moderner leest geschoeide variant: de introductie van de BBA en het Inholland International College. 1.9.1 BBA Om het brede aanbod van economische opleidingen meer te structureren wordt besloten om 6 oplei dingen binnen het economisch domein te clusteren tot een BBA met daaraan gekoppeld een aantal afstudeerrichtingen. Daarmee wordt een moderne 21e eeuwse variant op de heao neergezet. Deze ontwikkeling sluit goed aan bij de wensen van het ministerie van OC&W en biedt studenten een aantrekkelijke optie om de BBA-graad te verwerven. Tevens wordt met deze keuze tegemoet gekomen aan de dringende wensen vanuit het werkveld om overzicht en helderheid te creëren in het onderwijs aanbod.
1.9.2 Inholland International College Inholland heeft een relatief groot aantal internationale studenten en kent 7 internationale (Engelstalige) opleidingen of opleidingsvarianten verspreid over 2 domeinen: International Business and Management Studies (IBMS), Marketing Management (MM), International Communication Management (ICM), International Media and Entertainment Management (IMEM), Leisure Management (LM) en Tourism and Recreation Management (TRM). In het nieuw te vormen Inholland International College worden bestaande internationale opleidingen aaneen gesmeed tot een sterkere bacheloropleiding. Hiermee kan een belangrijke bijdrage geboden worden aan een daadwerkelijk internationale leeromgeving, zowel in curriculaire, als in facilitaire zin. Ook het positioneren van de opleiding als brede bachelor, met een aantal afstudeerrichtingen sluit goed aan bij de voorstellen van de Brede Bachelor Business Administration (BBA) zoals hierboven beschreven.
11
12
Jaarverslag Inholland 2012
2 Raad van Toezicht De Raad van Toezicht is in 2012 nauw betrokken geweest bij de stappen die het College van Bestuur in de richting van een ander Inholland zet: de ontwikkeling van de instroomcijfers, de stand van zaken rond de vier (en vanaf de zomer twee) onder curatele gestelde opleidingen, de reorganisatie, de overeenkomst met Inholland Suriname en het hoofdlijnenakkoord en de hieruit voortvloeiende prestatieafspraken zijn regelmatig terugkerende gespreksonderwerpen. De Raad van Toezicht is vanaf het voorjaar nauw aangesloten op het traject ‘portfoliorationalisatie’ en geeft eind november groen licht voor het starten van het traject. Met dit samenhangend pakket maatregelen wordt invulling gegeven aan zowel het Strategisch Programma als aan de bedrijfseconomische noodzaak om de portefeuille van opleidingen financieel robuuster te maken. De Raad van Toezicht heeft veel aandacht voor de verbetering van de kwaliteit van onderwijs en onderzoek en volgt de uitwerking van het eind 2011 vastgestelde Strategisch Programma nauwgezet. De Raad van Toezicht keurt de jaarrekening 2011 en de begrotingen 2011-2012 en 2012–2013 goed en stelt het huishoudelijk reglement van de Raad van Toezicht alsmede het rooster van aftreden van de Raad van Toezicht vast. Uitgangspunt van dit rooster is dat na de benoeming tweemaal kan worden herbenoemd. Hiermee wordt de continuïteit van de Raad van Toezicht op de langere termijn geborgd. De Raad van Toezicht vergadert regelmatig op de verschillende vestigingen en laat zich ter plekke door de betreffende vestigingsdirecteur bijpraten en rondleiden. Op die manier krijgt de Raad van Toezicht een beter beeld van de hogeschool in brede zin. Eind 2012 wordt op verzoek van de Raad van Toezicht een zelfevaluatie van het functioneren van de Raad van Toezicht gestart. Doel is het functioneren van de Raad van Toezicht in haar eerste jaar onder de loep te nemen. In december 2011 benoemt de Raad van Toezicht dr. M.J.W.T. Nollen als lid van het College van Bestuur. Hij volgt per 1 maart mr. H.J. Rutten op. Per 1 april 2012 benoemt de Raad van Toezicht vervolgens drs. H. de Deugd als lid van het College van Bestuur. In april wordt D. Terpstra tot medio 2014 herbenoemd tot voorzitter van het College van Bestuur omdat de Raad van Toezicht een voltallige bestuurs wisseling ongewenst acht in een fase die vraagt om bestuurlijke stabiliteit en continuïteit. De Raad van Toezicht komt in 2012 zes keer bijeen in een reguliere vergadering. De onderwijscommissie vergadert twee keer; de auditcommissie drie keer en de remuneratiecommissie komt tweemaal bijeen: de commissie bespreekt met het voltallige College van Bestuur de prestatieafspraken voor 2013 en met elk collegelid wordt een bilateraal gesprek gehouden. En ten slotte heeft de Raad van Toezicht tweemaal overleg gevoerd met de Hogeschool Medezeggenschapsraad (HMR). Samenstelling van de Raad van Toezicht per 31 december 2012 H.W. Breukink (voorzitter) Functie: commissaris ING Group, Haagwonen, Nieuwe Steen Investments, Brink Groep, voorzitter Raad van Commissarissen Heembouw Holding B.V., voorzitter Raad van Toezicht Omring Benoeming: 1 juli 2011 tot en met 1 juli 2015 M.F. Andriessen Functies: —— Interimbestuurder en adviseur Nevenfuncties: —— Instellingsauditor NVAO en FIBAA —— Voorzitter bestuur NVVE —— Voorzitter Raad van Toezicht Blijfgroep —— Voorzitter bestuur CEC
—— Voorzitter bezwaarcommissie NALL —— Lid Raad van Toezicht Adviesraad VOvA —— Lid Bestuur Klein Pompei Benoeming: 1 december 2011 tot en met 1 december 2015 L.E.C. van der Sluis Functie: —— Hoogleraar Strategisch Talent Management, Nyenrode Business Universiteit Nevenfuncties: —— Lid Raad van Toezicht ROC Leiden —— Buitengewoon hoogleraar North-West University, Vanderbijlpark, Zuid-Africa —— Vakgroepvoorzitter Leadership & Management Development, Nyenrode Business Universiteit —— Lid Jury Logistiek Manager van het Jaar Benoeming: 1 december 2011 tot en met 1 december 2015 K. van der Steenhoven Functie: —— Waarnemend SG van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Nevenfuncties: —— Voorzitter Raad van Toezicht Het Nieuwe Instituut te Rotterdam —— Lid Raad van Toezicht CVO te Rotterdam Benoeming: 1 december 2011 tot en met 1 december 2015 H.J. Rutten Functie: —— Interim lid College van Bestuur Hogeschool Inholland (tot 1 maart 2012) —— Lid College van Bestuur ROC Midden Nederland (vanaf 1 april 2012) Nevenfuncties: —— Voorzitter RvC Parnassia Groep ( GGZ Randstad) —— Voorzitter RvC SPF Beheer ( uitvoering Spoorweg Pensioenfonds e.a.) —— Voorzitter Stichting Studielink ( student inschrijving hoger onderwijs) Benoeming: 1 april 2012 tot en met 1 april 2016 Samenstelling Onderwijscommissie M.F. Andriessen (voorzitter) L.E.C. van der Sluis Samenstelling Auditcommissie K. van der Steenhoven (voorzitter) H.J. Rutten Samenstelling Remuneratiecommissie H.W. Breukink (voorzitter) L.E.C. van der Sluis
13
14
Jaarverslag Inholland 2012
3 Corporate Governance Hogeschool Inholland telt in het verslagjaar bijna 30.000 studenten. Verspreid over Noord- en Zuid-Holland worden op 10 locaties 72 bacheloropleidingen aangeboden op alle vakgebieden. Daarnaast heeft Inholland 9 Associate-degreeprogramma’s, 5 masteropleidingen en 2 universitaire pabo’s (Academische Lerarenopleiding Basisonderwijs). De opleidingen die Inholland in Suriname aanbiedt, worden de komende jaren afgebouwd. Basisstructuur Hogeschool Inholland College van Bestuur
Stafafdelingen – Bestuurszaken – Bestuurlijke informatievoorziening – Communicatie – Facilitaire Zaken + huisvesting – Finance, Business Control en CSA – Human Resource Management – Onderwijsbeleid – ICT
Inholland Service Organisatie
Domein Management, Finance en Recht
Domein Communicatie, Media en Muziek
Werving Instroom en Relatiemanagement
Domein Gezondheid, Sport en Welzijn
Domein Onderwijs, Leren en Levens beschouwing
Domein Techniek, Ontwerpen en Informatica
Domein Argriculture
Domein Marketing, Toerisme en Vrijetijds management
Rotterdam, Dordrecht & Delft Den Haag Amsterdam/Diemen Haarlem Alkmaar
Hogeschool Inholland sluit aan bij de Branchecode Governance Hogescholen, die vanaf februari 2006 van kracht is voor alle hogescholen in Nederland. In naleving van de branchecode Governance hechten het College van Bestuur en de Raad van Toezicht veel belang aan het verstrekken van inzicht in de bestuursstructuur en naleving van de code. Hogeschool Inholland voldoet volledig aan de branchecode zoals blijkt uit een onderzoek (d.d. medio april) van een onafhankelijke commissie die op verzoek van de HBO-raad onderzocht of hogescholen aan de verplichtingen voldoen.
3.1 Statuten Hogeschool Inholland is de naam voor de Stichting Hoger Onderwijs Nederland. In de statuten legt Inholland de grondregels en bepalingen van deze stichting vast. Zo beschrijft ze haar doelstellingen en grondslag, maar ook de verantwoordelijkheden en taken van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht. 3.2 Bestuursreglement Hogeschool Inholland legt in haar bestuursreglement de regels vast over de besturing van Hogeschool Inholland. Het reglement bevat bepalingen over benoemingen, schorsing en ontslag. Tevens omschrijft dit reglement de taken en bevoegdheden van het College van Bestuur, directeuren en afdelingshoofden. 3.3 Huishoudelijk reglement Raad van Toezicht Op het College van Bestuur van Hogeschool Inholland wordt toegezien door de Raad van Toezicht. In het Huishoudelijk Reglement is vastgelegd hoe de Raad van Toezicht dit doet. Het reglement bevat bepalingen over de taken en bevoegdheden alsmede over de samenstelling van de raad. Informatie over de leden van de Raad van Toezicht is te vinden onder het kopje Raad van Toezicht. 3.4 Integriteit Het College van Bestuur heeft in 2012 de integriteitscode vastgesteld. Hogeschool Inholland wil met deze Integriteitscode aangeven welke rol het begrip integriteit binnen de hogeschool speelt. Deze code bevat geen geboden of verboden, maar biedt een handvat waarin wordt aangegeven wat wordt verstaan onder integriteit. In de geest van de code kunnen besluiten over integriteitsdilemma’s genomen worden. Iedereen – bestuur, management, medewerkers, studenten en toezichthouders – is aanspreekbaar op naleving. De integriteitscode vormt de basis van Hogeschool Inholland en komt tot uiting in het handelen en gedrag van de organisatie, medewerkers en studenten. De integriteitscode wordt geconcretiseerd in een aantal regelingen en reglementen van Hogeschool Inholland waaronder: —— Klokkenluidersregeling —— Regeling vertrouwenspersonen —— Reglement Hoor- en adviescommissie personeel Inholland —— Klachtenregeling studenten (Studiegids art. 45 en 46) —— Regeling studeren met een handicap of functiebeperking —— Reglement Bruikleen apparatuur —— Declaratiereglement —— Treasurystatuut Daarnaast is externe regelgeving van toepassing, waaronder: —— Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek —— Branchecode Governance van de HBO-raad —— Cao HBO 3.5 Veiligheid De missie van Inholland op veiligheidsgebied kan als volgt worden samengevat: “Inholland streeft naar een studie en werkklimaat waarin onze studenten en medewerkers veilig zijn en zich veilig voelen in positieve verbintenis met de hogeschool, als belangrijke voorwaarde voor een zo optimaal mogelijk studie- en werkklimaat.” Nadrukkelijk wil Inholland er voor zorgen dat haar studenten en medewerkers niet alleen veilig zijn, maar zich ook veilig weten en voelen. Om dat optimaal te kunnen doen, wil Inholland dicht bij de student, medewerker, markt en maatschappij staan en gericht en actief inspelen op ontwikkelingen in de samen leving en de organisatie die van invloed zijn op de risico’s van de organisatie, medewerkers en/of studenten. Inholland conformeert zich daarbij aan geldende wet- en regelgeving in relatie tot arbeids omstandigheden en andere voor de veiligheid relevante wet- en regelgeving.
15
16
Jaarverslag Inholland 2012
Het begrip veiligheid heeft in deze context meerdere betekenissen. Veiligheid in de zin van geborgenheid als ook veiligheid in de zin van afwezigheid van risico’s op criminaliteit, ongevallen of rampen. In 2013 zal een integraal veiligheidsbeleidsplan worden vastgesteld, waarna met domeindirecteuren en stafhoofden zal worden uitgewerkt hoe implementatie vorm krijgt. De primaire verantwoordelijkheid voor veiligheid ligt niet bij een paar specialisten, maar bij de leidinggevenden en uitvoerenden van het normale primaire proces. Onder regie van de Inhollandbrede Regiegroep Veiligheid wordt systematisch gemonitord hoe het – Inhollandbreed en op verschillende deelgebieden - met de veiligheid gesteld is, worden zo nodig verdiepende analyses uitgevoerd en worden flankerende of ondersteunende activiteiten uitgevoerd. Inholland hanteert een groeimodel om het veiligheidsbeleid verder te verbeteren, aan te scherpen en actueel te houden. Daarbij worden periodiek deelterreinen geselecteerd waaraan een tijdlang extra aandacht wordt besteed om het beleid op dat deelterrein op een hoger plan te brengen. 3.6 Bestuur en Toezicht 3.6.1 College van Bestuur Het College van Bestuur is het centrale bestuursorgaan van Hogeschool Inholland. De leden worden voor bepaalde tijd benoemd door de Raad van Toezicht. Het College van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht. In de statuten van de Stichting Hoger Onderwijs Nederland en het huishoudelijk reglement van de Raad van Toezicht is vastgelegd voor welke besluiten goedkeuring nodig is van de Raad van Toezicht. Samenstelling 2012 D. Terpstra (voorzitter) Mw. Dr. B. E. van Vucht Tijssen (tot 1 april 2012) Mr. H.J. Rutten (tot 1 maart 2012) Dr. M.J.W.T. Nollen (vanaf 1 maart 2012) Drs. H. de Deugd (vanaf 1 april 2012) 3.6.1.1 Takenpakket Het College van Bestuur heeft een breed takenpakket, waaronder: het vaststellen van de strategie, missie en doelstellingen, het bewaken van de kwaliteit van het onderwijs, de zorg voor huisvesting en het beheer van financiële, materiële en personele middelen, de zorg voor de veiligheid en de gezondheid en overige arbeidsomstandigheden in de gebouwen en op de terreinen van Inholland. Het College van Bestuur beschouwt haar bestuurlijke opdracht als collectieve verantwoordelijkheid: collegiaal bestuur is het uitgangspunt. 3.6.1.2 Portefeuilleverdeling 2012 Het College van Bestuur wil een gedegen invulling geven aan de opdracht die zij heeft meegekregen en werkt samen in een stijl van onderlinge collegialiteit, verbondenheid, complementariteit en samenhang. Als uitgangspunt hanteert het College van Bestuur de sleutelwoorden uit het Strategisch Programma: Verbinding als opdracht. Dat betekent in de portefeuilleverdeling het op basis van vertrouwen gezamenlijk bewaken van samenhang en integraliteit in het besef dat voorbeeldgedrag in het topmanagement fundamenteel is in het veranderingsproces dat Inholland doorvoert.
Portefeuilleverdeling 2012 Leden College van Bestuur
Portefeuilles
Doekle Terpstra
—— Overall Strategie (incl internationaal), coördi- —— Regio Amsterdam
Voorzitter
natie en verbinding
Regio —— (Amsterdam,
—— Bestuurszaken
Amstelveen, Diemen,
—— Communicatie (Corporate woordvoering)
Haarlem)
—— Reputatiemanagement —— Externe vertegenwoordiging —— Hogeschoolmedezeggenschap —— Onderwijsaudit (Strategie) Marcel Nollen Lid
—— Financiën & Business Control (incl risico management)
portefeuille Bedrijfsvoering
—— Communicatie (operationele bedrijfsvoering)
—— Regio Rotterdam (incl Dordrecht en Delft)
—— Vastgoed —— Facilitaire Zaken —— Holdingactiviteiten —— Human Resource Management —— ICT —— Informatiebeleid en informatievoorziening —— Reorganisatie en programmaraad —— Instroom Huug de Deugd
—— Onderwijs- en Onderzoeksbeleid
Lid
—— Internationaal Onderwijs
portefeuille Onderwijs &
—— Kwaliteit, kwaliteitsbeleid, accreditatie en
Onderzoek
valorisatie —— Veiligheidsbeleid
—— Regio Den Haag (incl. regio Leiden). —— Regio Alkmaar (incl. regio Noord-Holland Noord
—— Studentondersteuning —— Docentenbeleid —— Onderwijsaudit (inhoud) —— International College
3.6.1.3 Bezoldiging De bezoldiging van de leden van het College van Bestuur wordt vastgesteld door de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht wordt hierin geadviseerd door de Remuneratiecommissie. Het is het beleid van de Raad van Toezicht om de vigerende bezoldigingscode te volgen. Voor hogescholen is dat de Uitwerking Bezoldiging Bestuurders Hogescholen. Voor de bezoldiging van College van Bestuur en de Raad van Toezicht wordt verwezen naar het hoofdstuk Financiën en Cijfers. 3.6.2 Raad van Toezicht De Raad van Toezicht van Hogeschool Inholland houdt toezicht op het beleid van het College van Bestuur en op de algemene gang van zaken in de Stichting Hoger Onderwijs Nederland en de met haar verbonden instellingen. Voor de selectie van de Raad van Toezicht in 2011 is een gespecialiseerd bureau ingeschakeld en is geadverteerd in diverse media zodat onafhankelijkheid geborgd werd. De profielschets voor de Raad van Toezicht is gepubliceerd via de website www.inholland.nl. Samenstelling per 31 december 2012 Drs. H.W. Breukink (voorzitter) Mw. Dr. M.F. Andriessen Prof. Dr. L.E.C. van der Sluis Drs. K. van der Steenhoven Mr. H.J. Rutten
17
18
Jaarverslag Inholland 2012
Conform het huishoudelijk reglement van de Raad van Toezicht wordt het rooster van aftreden jaarlijks door de Raad van Toezicht vastgesteld. Het rooster van aftreden wordt gepubliceerd op de website www.inholland.nl. 3.6.3 Directeuren De opleidingen bij Hogeschool Inholland zijn georganiseerd in 7 domeinen. Elk domein wordt aangestuurd door een directeur; de stafafdelingen worden aangestuurd door een stafhoofd. De verantwoordelijkheden en (gemandateerde) bevoegdheden van de directeuren en stafhoofden zijn vastgelegd in het directiereglement. De directeur/het stafhoofd is primair verantwoordelijk voor de gang van zaken en het resultaat van het eigen domein of stafafdeling. De directeuren en stafhoofden sturen vanuit hogeschoolbrede strategische kaders en zijn via het tweewekelijkse directieoverleg (College van Bestuur, domeindirecteuren, stafhoofden) mede-initiërend bij de totstandkoming, vormgeving en uitvoering van het strategisch beleid. Directeuren en stafhoofden kunnen worden belast met hogeschoolbrede taken en leggen verantwoording af aan het College van Bestuur. 3.6.4 Medezeggenschap De Hogeschoolmedezeggenschapsraad van Hogeschool Inholland speelt een rol bij de vaststelling van het beleid van de hele hogeschool door middel van advies- en instemmingsrecht. Er vindt regelmatig overleg plaats met het College van Bestuur over zaken op het gebied van onderwijs, organisatie en financiën. Medezeggenschap geeft studenten en medewerkers de mogelijkheid mee te praten over onderwerpen die belangrijk zijn voor werk en studie binnen de hogeschool. De medezeggenschap voor het hoger beroepsonderwijs is in de wet geregeld. Hogeschool Inholland kent medezeggenschap op verschillende niveaus: —— op hogeschoolniveau is er de Hogeschoolmedezeggenschapsraad (HMR); —— voor de ondersteunende diensten is er de Medezeggenschapsraad Ondersteunende Diensten (OMR) —— op domeinniveau zijn er Domeinmedezeggenschapsraden (DMR); —— er is een aparte deelraad voor Verloskunde. De HMR bestaat uit 24 leden, die voor de helft uit en door het personeel worden gekozen en voor de helft uit en door de studenten. De zittingstermijn is voor beide geledingen twee jaar. Na afloop van de zittingstermijn zijn de leden herkiesbaar. Naast de Hogeschoolmedezeggenschapsraad kent de hogeschool ook domeinmedezeggenschapsraden (DMR’en en de deelraad Verloskunde) en de OMR. Deze raden worden betrokken bij het beleid van hun domein of de stafafdelingen. De domeinraden tellen 10 leden en de deelraad Verloskunde telt 8 leden, waarvan de ene helft studenten en de andere helft medewerkers. De OMR telt 8 personeelsleden. De zittingstermijn voor leden van de domeinmedezeggenschapsraden, de deelraad Verloskunde en OMR bedraagt eveneens 2 jaar. Na afloop van de zittingstermijn zijn de leden herkiesbaar. 3.6.5 Control De controlfunctie bij Inholland is gericht op het verbeteren van de efficiëntie, kwaliteit, transparantie en de verspreiding van informatie. Beheersing van de financiële posities, processen en procedures en facilitering van het primaire proces zijn kerntaken. De belanghebbenden (intern en extern) worden voorzien van de benodigde (plannings)rapportages. De controlfunctie is ingericht naar de organisatieonderdelen instelling, domeinen en staven, en wordt (functioneel) aangestuurd door de concerncontroller. Control stelt kaders op basis van de uitgangspunten van het College van Bestuur en van geldende wet- en regelgeving en vertaalt dit naar een organisatiebrede P&C-cyclus.
3.6.5.1 Interne controle Inholland Onderwijsaudit, onderdeel van de stafafdeling Onderwijsbeleid, heeft als doel een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van de beheersing van de organisatie, zowel op het gebied van onderwijs en onderzoek (primaire processen) als op het gebied van onderwijsondersteunende processen, door middel van toetsing van opzet, bestaan en werking van de beheersingsmaatregelen (de PDCA cyclus). Zij voeren geen financiële audits uit. Onderwijsaudit werkt zowel ten behoeve van het (decentrale) management als het College van Bestuur van Inholland en werkt op basis van een Auditjaarplan dat wordt vastgesteld door het College van Bestuur. De opdrachtgevers van de individuele audits zijn in beginsel de proces eigenaren, doorgaans een domeindirecteur. Bij organisatiebrede audits kan het College van Bestuur ook als opdrachtgever fungeren. De rapportages van de audits zijn primair bestemd voor de opdrachtgever. De aandachtspunten die uit de audits naar voren komen, vormen een onderdeel van de management rapportages aan het College van Bestuur. 3.6.6 Overlegstructuur Het College van Bestuur hecht veel belang aan een efficiënte en effectieve beleidscyclus. Daarvoor is het noodzakelijk dat de agendering van het Collegeoverleg structureel inhoudelijk wordt opgepakt en dat het directieoverleg een beleidsinitiërende en beleidsvoorbereidende rol heeft. De beleidscyclus wordt ondersteund door een proactieve planning van de agenda’s van zowel het College-overleg als het directieoverleg. Voordelen hiervan zijn een meer professionele beleidsvoorbereiding, een professionele vergadercultuur en minder ad-hocgedrag. Het Directieoverleg is in principe het overlegorgaan voor beleidsvorming; besluitvorming vindt plaats in het Collegeoverleg. Beleidsvoorbereiding vindt plaats met participatie van domeinen en diensten en wordt besproken in het directieoverleg. Een definitief beleidsvoorstel gaat vervolgens voor besluitvorming naar CvB-overleg. Communicatie en monitoring vindt plaats via directieoverleg. De overlegstructuur is als volgt georganiseerd: —— Tweewekelijks directieoverleg met College van Bestuur, domeindirecteuren, stafhoofden en de directeur van de Holding, voorgezeten door de voorzitter van het College van Bestuur; —— Wekelijks overleg van het College van Bestuur. 3.7 Communicatie naar de stakeholders Hogeschool Inholland beschikt over een aantal communicatiemiddelen om de stakeholders te informeren. Voorbeelden hiervan zijn het jaarverslag, de kalenderjaarrekening, de collegejaarafsluiting, de website en intranet, het personeelsblad ENZO, persberichten en de ’CvB-updates’. Hogeschool Inholland zet steeds vaker social media in om contacten met de diverse doelgroepen te onderhouden. Het College van Bestuur bezoekt de verschillende vestigingen regelmatig om ter plekke contacten te onderhouden op de locatie. 3.8 Marktactiviteiten Verreweg de meeste studenten volgen een bacheloropleiding. Bachelors vormen het hart van het onderwijs van Inholland. Om hoogwaardige kwaliteit te kunnen bieden, wil Inholland haar opleidingen zoveel mogelijk in keten aanbieden verbonden met onderzoek, de beroepspraktijk en in netwerk of in samen werking met collega’s. Associate degrees vormen daar onderdeel van indien ze voorzien in een sterke vraag uit de markt, volume creëren en onderdeel kunnen worden van deze onderwijsketen. Juist de verbinding in deze driehoek van onderwijs, onderzoek en arbeidsmarkt door uitwisseling op kennis en praktijkrelevantie zorgt voor innovatiekracht in het onderwijs en is randvoorwaardelijk voor kwaliteit. Zowel door middel van post-initieel als ook deeltijdonderwijs heeft Inholland een breed aanbod voor leven-lang-leren. De basis is echter altijd verbonden met het voltijdaanbod in het initieel onderwijs. Het leven-lang-lerenaanbod is daaraan complementair, voor de deeltijdstudent, voor de alumnus en voor de docent die zijn professionaliteit wil verbreden of verdiepen. Op basis van de ambities van Inholland in het private domein zal op termijn het beleid inzake publiekprivaat worden herijkt. 19
20 Jaarverslag Inholland 2012
3.9 Klachtafhandeling Inholland hanteert de vigerende regelgeving op het gebied van klachten en bezwaren. Het studenten statuut 2011-2012 gaat in hoofdstuk 3.8 uitgebreid in op de procedures voor en de definities van klachten en geschillen. Dit studentenstatuut is via Intranet toegankelijk voor alle studenten. De geschillen die zijn gebaseerd op de regels in de onderwijs- en examenregeling (OER) worden behandeld door de examencommissies van de opleidingen. De geschillen als gevolg van geschillen over andere regels van het Studentenstatuut, zoals bijvoorbeeld het Inschrijvingsreglement of Profileringsfonds worden behandeld door de Bezwaarschriftenadviescommissies. De klachten worden behandeld door de klachtencoördinatoren van de domeinen. Zij zetten de klacht uit bij betrokken personen en zien toe op een adequate en tijdige afwikkeling. De klachten die via andere wegen binnenkomen, waaronder rechtstreeks via het College van Bestuur of de domeindirecteur worden eveneens via de klachtencoördinator afgehandeld, zodat een eenduidige afhandeling wordt geborgd. De klachtenprocedure van Inholland is via Intranet goed toegankelijk voor alle studenten en heeft dienstverlening als uitgangspunt. Waar een klacht tevens een bezwaar inhoudt of andersom, wordt deze waar nodig uitgesplitst voor klachtencoördinator, adviescommissie bezwaarschriften of een examencommissie. Per 1 september is een registratiesysteem voor alle klachten en geschillen in gebruik genomen. Hiermee zetten de klachtencoördinatoren van de domeinen en de juristen de klachten en geschillen in procedure en kan de afhandeling via het systeem gevolgd worden. Met dit systeem is het tevens mogelijk om in een vroegtijdig stadium trends en ontwikkelingen in de ingediende klachten en geschillen te signaleren zodat snel actie kan worden ondernomen. De aan dit systeem gekoppelde digitale studentportal is vanaf 1 november in gebruik. Studenten kunnen geheel digitaal via een keuzemenu en invulformulier een klacht of geschil indienen; waarna automatisch wordt doorgeleid naar de desbetreffende klachtencoördinator of jurist voor de verdere behandeling. Hogeschool Inholland is zich zeer bewust van het belang van een goede klachtafhandeling en doet er alles aan om de procedures helder en toegankelijk te maken, bureaucratie te voorkomen en binnen de daarvoor gestelde termijnen te reageren. Bij een gegronde klacht worden adequate maatregelen getroffen om herhaling in de toekomst te voorkomen.
4 Onderwijs en Onderzoek 4.1 Onderwijs 4.1.1 Verbinding als Opdracht en Ruimte voor Presteren In december 2011 heeft de hogeschool het nieuwe Strategisch Programma ‘Verbinding als Opdracht’ vastgesteld en de daarmee samenhangende onderwijsnotitie ‘Ruimte voor Presteren’. Het Strategisch Programma komt voort uit de noodzaak van een ingrijpende verandering van de hogeschool. In het Strategisch Programma worden vier nauw met elkaar samenhangende thema’s benoemd en uitgewerkt: —— Kwaliteit van onderwijs en onderzoek —— Onderwijsgerichte bedrijfsvoering —— Besturingsmodel —— Financiële ombuigingen Inholland kiest voor een kwaliteitsversterking die de professionele ruimte van de docent centraal stelt. Hoofduitgangspunt is dat het realiseren van kwaliteit ligt in de handen van degenen die het onderwijs uitvoeren: de individuele onderwijsprofessional en het opleidingsteam als geheel. Organisatie en processen binnen de opleiding worden zodanig ingericht dat het inhoudelijk primaat van de opleiding bij de docenten en het docententeam ligt. De professionele ankerpunten zijn leidend voor de inhoud van de opleiding. Concreet betekent het een uitwerking van de opleidingsorganisatie waarbij de wettelijke gedefinieerde commissies (examencommissie en opleidingscommissie) en de functie van curriculumontwikkeling en kwaliteitsborging van de toetsen expliciet worden georganiseerd en de interactie in de processen in de opleiding worden gedefinieerd. Daarenboven wordt de ondersteunende functie binnen de hogeschool zodanig ingericht dat deze maximaal in dienst staat van het onderwijs zelf. Het onderwijs van Inholland sluit aan bij de NVAO en Dublin-descriptoren en de geformuleerde basis elementen van het hbo-niveau: een gedegen theoretische basis, onderzoekend vermogen, professioneel vakmanschap en beroepsethiek en maatschappelijke en internationale oriëntatie. Het onderwijs van Inholland richt zich op de beroepspraktijk, waarbij het oplossen van complexe pro blemen in de praktijk centraal staat. In het opleidingsprogramma is expliciet aandacht voor de binnen competenties te onderscheiden componenten kennis, houding en vaardigheden. Het onderwijs van Inholland legt een duidelijk accent op de noodzakelijke en gevalideerde kennisbasis, mede in relatie tot praktijkonderzoek. In alle studiejaren heeft de kenniscomponent een herkenbare plaats. Inholland biedt intensieve, uitdagende en heldere programma’s waarbij gestreefd wordt naar een hoog niveau. Specialisatiemogelijkheden krijgen vorm door gestructureerde afstudeerrichtingen. Bovendien wordt de nadruk gelegd op, naast de door de NVAO beschreven criteria voor basiskwaliteit, constructieve samenwerking met de beroepspraktijk en stevige individuele toetsen. Inholland wil studiesucces bevorderen door ondersteuning van het keuzeproces bij de instroom, door de functies van de propedeuse sterk in te vullen, onder andere door verhoging van de norm voor het bindend studieadvies, en door aandacht voor en uitdaging van alle studenten. De kanteling naar een onderwijsgedreven instelling wordt mede gerealiseerd door de in oktober 2011 ingezette, en per 1 januari 2013 gerealiseerde, reorganisatie van de hogeschool. In de reductie in de omvang van het van personeelbestand zal prioriteit worden gegeven aan reductie van het onderwijs ondersteunend personeel en zal de student/docentratio worden verbeterd. 21
22 Jaarverslag Inholland 2012
4.1.2 Prestatieafspraken: Presteren in verbinding In het verlengde van de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en het eigen Strategisch Programma ‘Verbinding als Opdracht’ heeft Inholland in mei 2012 een voorstel ingediend voor het maken van een prestatieafspraak tussen de hogeschool en de Staatssecretaris van OCW. Dit voorstel is vervolgens door de Reviewcommissie Hoger Onderwijs en Onderzoek (RCHOO) als zeer goed beoordeeld. Op basis van dit advies is de prestatieafspraak bekrachtigd. In de prestatieafspraken kiest Inholland voor een drietal zwaartepunten. Die zwaartepunten zijn: Creatieve economie, Gezonde samenleving en Duurzame techniek en Groen. Daarmee samenhangend zal Inholland, samen met andere partners, uitwerking geven aan minimaal een tweetal Centers of Expertise. Dit zijn topcentra voor onderzoek en onderwijs met een landelijke uitstraling. Het betreft het Center of Expertise Creatief/ICT en een Center of Expertise in het Agrarisch Domein. De afspraken met betrekking tot het onderwijs gaan over het verhogen van de onderwijskwaliteit, het studiesucces en het terugbrengen van de indirecte kosten. De studenttevredenheid zal worden vergroot en het aantal docenten met een masterdiploma zal in 2016 tien procent hoger liggen. In de prestatieafspraken zijn daarnaast voornemens opgenomen ten aanzien van het opzetten van 3-jarige routes voor vwo’ers, masteropleidingen en excellentietrajecten in het onderwijs. Tevens zijn voornemens opgenomen ten aanzien van het onderwijsaanbod. Het gaat daarbij vooral om het voornemen de inter nationale opleidingen te clusteren in het Inholland International College en de invoering van de brede Bachelor Business Administration (BBA). 4.1.3 Portfolio 4.1.3.1 Brede Bachelor Business Administration en Inholland International College Inholland heeft in haar Strategisch Programma opgenomen en in de prestatieafspraken bevestigd om het onderwijsaanbod in de economische sector en het internationale onderwijs te herijken. Brede Bachelor Business Administration Het economisch opleidingsportfolio van Inholland bestaat nu uit acht bacheloropleidingen die op één tot vijf locaties worden aangeboden. Recente en verwachte externe (arbeidsmarkt)ontwikkelingen vragen om herijking van dit aanbod. In 2012 is gestart met de ontwikkeling van een brede bachelor Business Consultancy voortbouwend op de huidige opleidingen Commerciële Economie, Financial Services Management, Human Resources Management, Logistiek en Economie, Bedrijfskunde MER en Small Business &Retail Management. Beoogd wordt een planningsneutrale conversie en een start van de nieuwe opleiding per 1 september 2014. Inholland International College Het huidige opleidingsportfolio internationale/Engelstalige opleidingen van Inholland bestaat uit een internationale opleiding en vijf Engelstalige varianten van Nederlandse opleidingen. Met dit aanbod beschikt Inholland over belangrijke ingrediënten die de praktijk van het huidige innovatietijdperk nodig heeft: ‘traditional’ business en creativiteit. Deze ingrediënten worden nu echter los van elkaar aangeboden, terwijl de praktijk vraagt om een samensmelting. Inholland speelt op de externe ontwikkelingen in door met ingang van september 2014 in plaats van de zes bestaande internationale opleidingsvarianten een nieuwe internationale opleiding aan te bieden, op één locatie: International Business Innovation Studies. 4.1.3.2 Portfoliorationalisatie Het College van Bestuur neemt op 6 december een voorgenomen besluit over het aanpassen van het portfolio. De portfoliomaatregelen betreffen de volgende groepen van maatregelen: 1. Educational Engineering: het optimaliseren van de bedrijfsvoering van (groepen van) opleiding(svariant)en binnen de kaders van kwaliteit; 2. Stopzetten van een aantal opleidingen en opleidingsvarianten;
3. Het implementeren van de BBA, inclusief de planningsneutrale conversie dan wel beëindiging van een aantal bijbehorende opleidingen; 4. Het implementeren van het IIC, inclusief de planningsneutrale conversie dan wel beëindiging van een aantal bijbehorende opleidingen. Hiervan afgeleid zijn andere maatregelen te formuleren: 5. Aanpassen van de organisatie van en in de domeinen; 6. Aanpassen van de behorende ondersteunende organisatie in personele zin; 7. Aanpassen van de behorende ondersteunende organisatie in materiële zin: a. Huisvesting; b. ICT; c. Overig; 8. Het op basis van aanvullende besluitvorming doorvoeren van overige maatregelen in onderwijs en ondersteuning om de efficientie en effectiviteit te verhogen. Besluitvorming inzake de zgn. Educatieve Alliantie wordt opgeschort (maart 2013) in verband met het nog nader uitwerken van te maken afspraken. 4.1.4 Sirius programma Hogeschool Inholland neemt deel aan het Sirius Programma, een programma dat tot doel heeft de beste studenten in het hoger onderwijs te laten excelleren. Het is onderdeel van het Platform Bèta Techniek en wordt gefinancierd door het ministerie van OCW. Op 1 november 2012 heeft de tweede audit, de zogeheten mid-term review, plaatsgevonden. De con clusie van het auditpanel was onder andere dat Inholland kwalitatief goede honoursprogramma’s aanbiedt maar dat de studentenaantallen achter zijn gebleven bij de gestelde prognose aan de start van het project. Daarnaast stelde de auditcommissie vast dat Inholland een zeer uitdagende klus voor de boeg heeft in het laatste jaar van de projectperiode: welke resultaten kunnen gerealiseerd worden? Mede op basis van deze audituitkomsten heeft Inholland, in goed overleg met Sirius, besloten af te zien van verder gebruik van de subsidiegelden. Zij neemt langer de tijd om honoursprogramma’s op zetten in de betreffende domeinen (zoals opgenomen in de Prestatieafspraken). 4.1.5 Accreditatie In 2012 zijn de volgende opleidingen door de NVAO geaccrediteerd: 1. Landscape, Environment & Management 2. Plattelandsvernieuwing 3. Food, Commerce & Technology 4. Voedingsmiddelen Technologie 5. Luchtvaarttechnologie 6. Vrijetijdsmanagement 7. Werktuigbouwkunde 8. Bedrijfseconomie De NVAO heeft in juli 2012 de rapportages opgeleverd over de vier opleidingen die in 2011 door de Inspectie als ‘zeer zwak’ waren beoordeeld. Op basis van deze rapportages zijn twee opleidingen geaccrediteerd (Vrijetijdsmanagement en Bedrijfseconomie). Van twee opleidingen is vastgesteld dat deze voldoende scoren op 15 van de 16 NVAO-standaarden. Deze opleidingen, Commerciële Economie en Media en Entertainment Management worden in 2013 opnieuw beoordeeld op de standaard ‘Toetsing en gerealiseerd niveau’.
23
24 Jaarverslag Inholland 2012
Voor de volgende opleidingen heeft Inholland in 2012 een accreditatieaanvraag ingediend: 1. Imam/Islamitische Geestelijk werker 2. Verloskunde 3. Culturele en Maatschappelijke Vorming 4. Informatica 5. International Business & Management Studies 6. Sociaal Juridische Dienstverlening 7. Verpleegkunde 8. Personeel en Arbeid/HRM 4.2. Studentgegevens 4.2.1 Instroom 2012 nader bekeken In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van de instroom bij Hogeschool Inholland. De instroom wordt bekeken aan de hand van criteria die ook worden gebruikt voor ramingen ten behoeve van de bekostiging. Daarbij wordt aangegeven hoeveel studenten voor het eerst bij Inholland aan een studie zijn begonnen in vergelijking met studenten die zich opnieuw inschreven al dan niet bij dezelfde opleiding. Bovendien wordt gekeken naar de vooropleiding van die studenten en de provincie waar zij vandaan zijn gekomen. Definities —— Instroom: Alle bekostigde studenten die in september van het aangegeven jaar voor het eerst stonden ingeschreven bij Hogeschool Inholland. Een student wordt als instromer gekenmerkt, als deze niet eerder bekostigd is geweest bij Inholland, ofwel; het eerste jaar dat een student bekostigd wordt. —— Aanmeldingen opleiding: Alle bekostigde studenten die in september van het aangegeven jaar voor het eerst stonden ingeschreven bij de opleiding. Dit is inclusief studenten die al eerder bekostigd zijn geweest bij Hogeschool Inholland (omzwaaiers). —— Omzwaaiers: Student die al eerder bij Hogeschool Inholland bekostigd is geweest, maar zich voor het eerst inschrijft voor de betreffende opleiding. 4.2.2 Ontwikkeling instroom 2012 Op grond van het fotobestand ‘Bekostiging & Aanmelders’ van oktober 2012 kan tabel 1 worden samengesteld. In de eerste kolommen wordt het aantal herinschrijvers en de nieuwe instroom van Hogeschool Inholland weergegeven, uitgesplitst naar haar locaties. In de laatste kolommen wordt eerst het aantal nieuwe aanmeldingen per opleiding (8310) weergegeven en daarnaast het aantal omzwaaiers (1454) binnen deze groep. Tabel 1. Instroom op locatieniveau herin-
instroom
totaal
aandeel
schrijving
aanmelding omzwaaiers
aandeel
opleiding
Alkmaar
2.522
914
3.436
13%
1.062
154
15%
Amsterdam
2.943
1.230
4.173
18%
1.523
314
21%
666
289
955
4%
298
12
4%
Den Haag
2.445
622
3.067
9%
742
124
17%
Diemen
3.672
962
4.634
14%
1.143
184
16%
245
69
314
1%
80
11
14%
Delft
Dordrecht Groningen Haarlem Hoofddorp Rotterdam 2012
106
48
154
1%
48
1
2%
4.331
1.384
5.715
20%
1.561
177
11%
117
1
118
0%
2
1
50%
5.836
1.382
7.218
20%
1.851
476
26%
22.883
6.901
29.784
100%
8.310
1.454
17%
De locaties Rotterdam en Amsterdam hebben de meeste omzwaaiers en Delft heeft in verhouding het laagste aantal studenten dat al eerder een andere opleiding deed (Groningen, Dordrecht en Hoofddorp worden buiten beschouwing gelaten). Opmerkelijk is dat de instroom voor Haarlem als kleinere locatie op hetzelfde niveau komt als Rotterdam. Verder is de instroom in 2012, met dezelfde criteria als in 2011, zo’n 3,5% hoger, voornamelijk door toenames in Haarlem en Amsterdam, respectievelijk in Alkmaar en Diemen. Als de ontwikkeling van de instroom in 2012 nader wordt bekeken ten opzichte van 2011 ontstaat het volgende beeld (tabel 2). Tabel 2. Kenmerken van de instroom: vooropleiding en herkomst Vooropleiding
2011
2012
Herkomst
2011
2012
HAVO
2.825
3.132
Noord Holland
2.138
2.531
MBO
2.281
2.516
Rijnmond
1.185
1.116
VWO
445
426
Amsterdam
839
980
Buit.Dip.
434
395
Haaglanden
755
861
21+
378
179
Flevoland
222
240
HBO
198
189
Rest Zuid Holl.
126
132
WO
54
46
Overig
1.370
1.041
Instroom
6.635
6.901
Overigen
20
18
Instroom
6.635
6.901
Wat betreft de proportionele verdeling over de vooropleidingen is er nauwelijks wijziging in de instroom, noch in de herkomst uit de gedefinieerde wervingsregio’s. Inholland kreeg alleen in Rijnmond 5% minder instroom, uit de rest van Nederland -24% (Overig). In de vooropleidingen daalde de instroom van studenten die met een 21+ toets werden toegelaten met -52,6% (-199). Uit een andere interne bron is bekend dat de afname van de instroom ook wordt veroorzaakt door minder herinschrijvingen (-8%), qua volume voornamelijk herleidbaar naar Diemen, respectievelijk Rotterdam en Haarlem. Qua instroom verloor Den Haag het meeste (-11%) gevolgd door Rotterdam (-9,5%). Het aantal omzwaaiers nam af met 357 (-19%), waarvan het grootste aandeel in Delft. Dat laatste is een illustratie van het bewuste keuzegedrag van de Delftse studenten. 4.2.3 Kengetallen studiesucces In deze paragraaf worden enkele kengetallen rond het studiesucces van Inhollandstudenten nader uitgewerkt. De kengetallen zijn gedefinieerd volgens de prestatieafspraken, die zijn gemaakt met het ministerie in het kader van het Hoofdlijnenakkoord. De gegevens betreffen alleen voltijdbachelorstudenten, die met hun inschrijving bij Inholland voor het eerst begonnen met een opleiding in het hoger onderwijs. Definities kengetallen studiesucces en legenda —— Instroom: Alle bekostigde voltijdbachelorstudenten, die in september van het aangegeven jaar voor het eerst stonden ingeschreven bij Hogeschool Inholland. In deze paragraaf worden onder instroom dus niet gerekend studenten die al eerder in het hoger onderwijs stonden ingeschreven. Bron: 1CijferHO (DUO). —— Cohort: Cohort is hier het jaar waarin de student bij Inholland is begonnen. —— Uitvallers: Het aandeel van het totaal aantal voltijdbachelorstudenten (eerstejaars ho) dat na één jaar niet meer bij Hogeschool Inholland staat ingeschreven. Bron: 1CijferHO (DUO). —— Switchers: Het aandeel studenten van het totaal aantal voltijdbachelorstudenten (eerstejaars ho) dat na 1 jaar studie staat ingeschreven bij een andere studie bij Hogeschool Inholland. Bron: 1CijferHO (DUO). —— Herinschrijvers: Het aandeel studenten van het totaal aantal voltijdbachelorstudenten (eerstejaars ho) dat zich na 1 jaar studie opnieuw inschrijft bij Hogeschool Inholland. Bron: 1CijferHO (DUO). —— Diplomarendement: Het aandeel van de voltijdbachelorstudenten die zich na het eerste studiejaar opnieuw bij Hogeschool Inholland inschrijven (herschrijvers) dat in de nominale studietijd + één jaar (C+1) bij Hogeschool Inholland het bachelorsdiploma behaalt. Bron: 1CijferHO (DUO). 25
26 Jaarverslag Inholland 2012
—— Legenda bij de tabellen en grafieken: Domeinen Hogeschool Inholland. Agri: Agriculture; CMM: Communicatie, Media en Muziek; GSW: Gezondheid, Sport en Welzijn; MFR: Management, Finance en Recht; MTV: Marketing, Toerisme en Vrijetijdsmanagement; GSW: Gezondheid, Sport en Welzijn; OLL: Onderwijs, Leren en Levensbeschouwing; TOI: Techniek, Ontwerpen en Informatica; Verlos: Verloskunde 4.2.3.1 Studiesucces: instroom en herinschrijving Vanaf het moment dat een student zich inschrijft bij Hogeschool Inholland begint een gezamenlijk streven van zowel student als instelling om binnen de gestelde tijd een diploma te halen. Het grootste deel van de studenten dat zich heeft ingeschreven zal zich na een jaar opnieuw inschrijven bij Inholland om de studie te vervolgen (herinschrijving). In figuur 1 staat de ontwikkeling van de instroom en de herschrijvingen na het eerste jaar. Uit de figuur blijkt dat de zowel de instroom cohort 2011 als de herinschrijvingen cohort 2010 zijn gedaald ten opzichte van de voorgaande cohorten. Figuur 1. Ontwikkeling instroom en herinschrijvingen Inholland 7000
instroom
6000
herinschrijf
5000 4000 3000 2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Bron: 1 cijfer ho bestand (DUO), maart 2012
Figuur 2. Ontwikkeling instroom op domeinniveau 1.600
2008 2009 2010 2011
1.400 1.200 1.000 800 600 400 200 0 CMM
GSW
MFR
MTV
OLL
TOI
Verlos
Agri
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
Inholland kent domeinen waarin verwante opleidingen zijn geclusterd. Als de ontwikkeling van de instroom wordt vergeleken op domeinniveau binnen Hogeschool Inholland (figuur 2), dan lijkt de dalende trend evenredig van toepassing op zes van de acht domeinen. Alleen bij de kleinere domeinen Agriculture en Verloskunde blijkt de daling niet of geringer te zijn ingezet.
4.2.3.2 Studiesucces: uitval, switch en diplomarendement Hogeschool Inholland wil betere prestaties op het gebied van studiesucces. Zo is het streven de groep studenten die zich voortijdig uitschrijft bij de opleiding (switch) of instelling (uitval) te verkleinen. Daarnaast is het doel een toename te realiseren van het aantal studenten dat binnen de gestelde tijd Hogeschool Inholland met een diploma (rendement) verlaat. Figuur 2 geeft een overzicht van de ontwik keling van deze drie indicatoren in de afgelopen jaren. Figuur 3. Ontwikkeling studiesucces hogeschool Inholland 70%
uitval na 1 jaar
60%
switch na 1 jaar
50%
rendement na 5 jaar
40% 30% 20% 10% 0% 2004
2005
2006
2007
2008
2009
Cohort
2010
Bron: 1 cijfer ho bestand (DUO), maart 2012
Uit de figuur blijkt dat zowel uitval als rendement onder druk staan. Uitval is ten opzichte van cohort 2009 gestegen met 6% terwijl het rendement ten opzichte van cohort 2005 is gedaald met 5%. De omvang van de groep switchers bleef relatief stabiel. Als de ontwikkeling van uitval, switch en rendement wordt vergeleken met die bij de vijf grote hoge scholen in de Randstad is het beeld dat, alhoewel hogeschool Inholland rond het gemiddelde presteert, de prestaties op het gebied van uitval en rendement bij Inholland wat sterker daalden dan bij de andere Randstedelijke hogescholen. Met andere woorden nam de uitval bij Inholland na 1 jaar toe en het diplomarendement nam af. De omvang van het switchen is bij Inholland relatief laag. Zie hiervoor tabel 3. Tabel 3. Ontwikkeling rendement, uitval en switchen bij G5 Randstad hogescholen Uitval (na 1 jaar)
Switch (na 1 jaar)
Rendement (na 1 jaar)
Cohort
2009
2010
2009
2010
2009
2010
Haagse Hogeschool
29%
29%
11%
12%
61%
61%
Hogeschool Inholland
28%
34%
8%
7%
66%
61%
Hogeschool Rotterdam
23%
24%
10%
11%
64%
64%
Hogeschool Utrecht
33%
32%
10%
10%
63%
63%
Hogeschool van Amsterdam
33%
30%
11%
12%
62%
59%
Randstad (G5, ongewogen)
29%
30%
10%
10%
63%
62%
Bron: overzichten prestatieindicatoren uit 1 cijfer ho, samengesteld door DUO (april, 2012)
27
28 Jaarverslag Inholland 2012
Studiesucces op domeinniveau Figuur 4 toont de ontwikkeling van uitval uit de instelling na 1 jaar, uitgesplitst naar de acht domeinen van Inholland. Figuur 4. Ontwikkeling uitval na 1 jaar (domeinniveau) 45%
2007 2008 2009 2010
40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% CMM
GSW
MFR
MTV
OLL
TOI
Verlos
Agri
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
Uit de figuur blijkt dat de domeinen TOI, MTV en MFR de hoogste uitval hebben voor cohort 2010. Verder is goed te zien dat er een stijging van de uitval is ten opzichte van cohort 2009 bij vrijwel alle domeinen. De domeinen TOI, MTV, CMM en Verloskunde hadden te maken met een iets sterkere stijging van uitval dan de andere domeinen. Bij het domein Agriculture is uitval juist afgenomen. Figuur 5 toont de ontwikkeling van de groep studenten, die van opleiding wisselde (switch). Uit de figuur kan worden afgeleid dat het percentage switchers bij de meeste domeinen is gedaald. Alleen bij GSW en bij Agriculture is er sprake van een stijging. Figuur 5. Ontwikkeling switch na 1 jaar (domeinniveau) 16%
2007 2008 2009 2010
14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% CMM
GSW
MFR
MTV
OLL
TOI
Agri
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
Net als bij de uitval is ook de daling van het rendement na 5 jaar bij vrijwel alle domeinen terug te vinden. Alleen bij het domein OLL is een lichte verbetering zichtbaar ten opzichte van cohort 2005 (zie figuur 6). Het rendement is bij de domeinen die de thema’s zorg en onderwijs verzorgen, over het algemeen hoger.
Figuur 6. Ontwikkeling rendement na 5 jaar (domeinniveau) 85%
CMM
80%
GSW
75%
MFR
70%
MTV
65%
OLL
60%
TOI
55%
Agri
50% 45% 40% 2004
2005
Cohort
2006
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
4.2.3.3 Uitval en rendement gesplitst op etniciteit, geslacht en vooropleiding In de onderstaande figuren worden de uitval en het rendement in beeld gebracht aan de hand van kenmerken van de populatie studenten. Achtereenvolgens wordt gekeken naar etniciteit, geslacht en tenslotte naar vooropleiding. Vervolgens wordt het profiel van de mbo’er bij Hogeschool Inholland nader bekeken. Etniciteit Figuur 7 laat zien dat studieuitval onder westerse en vooral niet-westerse allochtonen hoger ligt dan onder autochtonen. Ook is uitval onder deze groepen bovengemiddeld gestegen ten opzichte van cohort 2009. Figuur 7. Ontwikkeling uitval na 1 jaar (etniciteit) 45%
autochtoon
40%
westerse allochtoon
35%
niet westerse allochtoon
30% 25% 20% 2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Cohort
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
Ditzelfde beeld zien we bij het diplomarendement. Figuur 8 laat zien dat de niet-westerse allochtonen zowel het laagste rendement als de sterkste daling van het rendement ten opzichte van het voorgaande cohort voor hun rekening nemen. Figuur 8. Ontwikkeling rendement na 5 jaar (etniciteit) 85%
autochtoon
75%
westerse allochtoon
65%
niet westerse allochtoon
55% 45% 35% 2004
2005
2006
Cohort
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
29
30 Jaarverslag Inholland 2012
Geslacht Vrouwen hebben in de afgelopen jaren beter gepresteerd dan mannen bij Inholland op zowel de indicator uitval als rendement. De kloof tussen man en vrouw bleef overigens stabiel (figuur 9). Van cohort 2009 en 2010 viel 9% meer mannen uit dan vrouwen. Figuur 9. Ontwikkeling uitval na 1 jaar (geslacht) 40%
man
35%
vrouw
30% 25% 20% 2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Cohort
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
Het percentage vrouwelijke studenten dat na 5 jaar het diploma haalt ligt maar liefst 19% hoger dan dat bij hun mannelijke collega’s (figuur 10). Die kloof is met 2% toegenomen ten opzichte van de kloof in cohort 2009. Figuur 10. Ontwikkeling rendement na 5 jaar (geslacht) 75%
man
65%
vrouw
55% 45% 2004
2005
2006
Cohort
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
Vooropleiding De vooropleiding van de studenten die bij hogeschool Inholland instromen is divers. Naast de reguliere vooropleidingen gaan ook studenten met diverse buitenlandse vooropleidingen bij hogeschool Inholland studeren. Figuur 11 toont dat uitval in cohort 2010 het hoogste is onder mbo’ers, net als in cohort 2009. De toename van uitval ten opzichte van cohort 2009 is evenredig verdeeld over de verschillende vooropleidingsprofielen. Overigens is de toename van uitval onder studenten met een buitenlandse vooropleiding en de groep overige vooropleidingen wel een fractie hoger (+1%) dan uitval onder havisten en mbo’ers. Uitval onder vwo’ers bleef stabiel. Figuur 11. Ontwikkeling uitval na 1 jaar (vooropleiding) 2007 2008 2009 2010
40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% havo
mbo
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
vwo
buitenlands
overig
Figuur 12 toont een iets sterker contrast als het gaat om het rendement van de verschillende groepen. Studenten met een buitenlandse vooropleiding en de groep overige vooropleidingen realiseerden het laagste rendement. Het rendement van de groep overige vooropleidingen is bovendien het sterkst gedaald. Rendement van mbo’ers hield gelijke tred met dat van havisten en is ten opzichte van 2005 licht gedaald. Figuur 12. Ontwikkeling rendement na 5 jaar (vooropleiding) 85%
havo
75%
mbo
65%
vwo
55%
buitenlands
45%
overig
35%
2004
2005
2006
Cohort
Bron: 1 cijfer HO bestand DUO; april 2012
4.3 Analyse profiel Inhollandstudent met een mbo-vooropleiding Hogeschool Inholland richt zich op de versterking van de relatie met het mbo. Het is daarom van belang het profiel van de studenten die uit het mbo komen in kaart te brengen. Het valt op dat daar waar de studieprestatie van havist en mbo’er zich in de afgelopen jaren vergelijkbaar ontwikkelde, de uitval van mbo’ers ten opzichte van de havisten iets is opgelopen. In cohort 2010 was de uitval van mbo’ers 5% hoger dan van havisten. Hoewel mbo’ers en havisten vergelijkbaar presteerden in de afgelopen jaren, blijken er toch interessante verschillen te bestaan tussen deze groepen als het gaat om samenstelling, studiekeuze en de studiebeleving in de eerste 100 dagen. Daar wordt in het vervolg nader op ingegaan. Tabel 4 toont de ontwikkeling van de samenstelling van de instroom gesplitst op leeftijd, etniciteit en geslacht. Tabel 4. Kenmerken van de havo en mbo instroom Cohort 2010
Cohort 2011
Leeftijd instroom
<20
20-24
24<
<20
20-24
24<
havo
92%
7%
1%
92%
8%
0%
23%
68%
9%
22%
69%
9%
Etniciteit instroom
nwa
aut
overig
nwa
aut
overig
havo
16%
77%
7%
13%
80%
7%
42%
52%
6%
35%
59%
6%
Geslact instroom
man
vrouw
man
vrouw
havo
43%
57%
43%
57%
36%
64%
38%
62%
mbo
mbo
mbo
Bron: 1 cijfer ho bestand (DUO), maart 2012; voltijdbachelorstudenten, eerste keer ho
Wat in het oog springt, is dat de mbo’er ouder is dan de havist. Dit hangt onder andere samen met de duur van de vooropleiding en de mogelijkheid voor de mbo’er om eerst werkervaring op te doen voordat wordt begonnen met een vervolgstudie. Uit de tabel kan verder worden afgeleid dat de instroom vanuit het mbo procentueel uit meer vrouwen en niet westerse allochtonen bestaat dan de instroom vanuit de havo. 31
32 Jaarverslag Inholland 2012
Ook in cohort 2011 blijft die samenstelling vrij redelijk stabiel, al is de groep niet-westerse allochtonen uit het mbo procentueel iets afgenomen. Jaarlijks wordt een aansluitonderzoek gedaan onder de eerstejaarsstudenten. In tabel 5 staan enkele resultaten uit het aansluitonderzoek dat in 2011 is afgenomen. Tabel 5. Bewust voor je studie gekozen? Schaal: oneens < 1 2 3 4 5 > eens heb ik goed nagedacht over de voor- en nadelen van de opleiding
*
was mijn beeld van de opleiding goed genoeg om te kunnen kiezen
havo
mbo
vwo
3,9
4,2
4,1
3,8
3,9
3,9
was ik zeker van mijn opleidingskeuze
*
4,0
4,3
4,2
had ik reeds een goed beeld van mijn toekomstig beroep
*
3,4
3,9
3,5
3,9
4,1
4,1
heb ik mijn eigen capaciteiten goed laten meewegen in mijn besluit Bron: Aansluitonderzoek 2011 (N=1275)
* sign. verschil havo-mbo (p<0,01)
Uit het aansluitonderzoek blijkt dat het verschil in profiel tussen havist en mbo’er resulteert in een iets ander keuzegedrag. Zo kiest de mbo’er bewuster voor een studie dan de havist en maakt de mbo-er een meer doordachte studiekeuze. Verder is de mbo’er zekerder van zijn of haar opleidingskeuze en heeft een beter beeld van het beoogde beroep dan de havist of de vwo’er. Dat hangt samen met het feit dat de mbo’er beschikt over een volwaardige startkwalificatie. De mbo’er is, zoals eerder opgemerkt, wat ouder en rijper en heeft meer inzicht kunnen ontwikkelen in de betekenis van werken en het werkveld op zich. Voor hun opleidingskeuze keken mbo’ers meer naar de kans op een baan en het beroepsperspectief. Ook het salarisperspectief, de toelatingseisen en de indruk van docenten hebben een grotere rol gespeeld bij die keuze (Aansluitonderzoek, 2011). Gekeken is verder naar mogelijke verschillen wat betreft de belangrijkste motieven om te stoppen met de studie, afhankelijk van de vooropleiding (tabel 6). Tabel 6. Belangrijkste motieven voor uitschrijven bij Inholland belangrijk < 1 2 3 4 5 > onbelangrijk, score 1&2
mbo
havo
vwo
Inholland
verkeerde studie gekozen
*
50%
63%
60%
56%
de inhoud van de studie viel tegen
*
42%
56%
55%
49%
35%
38%
41%
37%
moeite met de manier van onderwijs te weinig studiemotivatie
*
33%
45%
45%
39%
gebrekkige organisatie van de opleiding
*
30%
41%
47%
36%
gebrekkige informatie vanuit de opleiding
30%
36%
41%
34%
studieresultaten bleven achter
29%
27%
20%
27%
beroepsperspectief valt tegen
27%
30%
46%
29%
onvoldoende studiebegeleiding
25%
23%
20%
24%
25%
17%
9%
19%
de studie bleek te zwaar Bron: Exit interviews Inholland cohort 2010 (N=1502)
*
meest belangrijk
* sign. verschil havo-mbo (p<0,01)
Uit de tabel blijkt dat de belangrijkste argumenten voor de mbo’er om te stoppen met de studie bij hogeschool Inholland, een verkeerde studiekeuze en een tegenvallende studie zijn. Echter, deze motieven komen bij de mbo’er minder prominent naar voren dan bij havist, waarschijnlijk doordat de mbo’er wat rijper is en meer investeert in de studiekeuze. Daarnaast komt de zwaarte van de studie sterker naar voren als motief om te stoppen.
De aspecten van de studie waarmee de mbo’er gedurende de eerste 100 dagen bij Inholland de meeste problemen heeft gehad, blijken vooral samen te hangen met studeren op zich (tabel 7). Hierin verschilt de mbo’er weinig van de havist. Beide groepen moeten wennen aan de cultuur van het studeren. De mbo’er heeft verder wel meer moeite met taal en rekenen maar minder met bijvoorbeeld zelfreflectie. Tabel 7. Probleem in de eerste 100 dagen? geen problemen < 1 2 3 4 5 > veel problemen
mbo
havo
vwo
Inholland
Niveau van de lesstof
2,4
2,4
1,7
2,3
Hoeveelheid lesstof
2,9
2,9
2,4
2,8
Tempo van de studie
2,6
2,6
2,1
2,6
Zelfstandig werken
2,2
2,0
1,8
2,1
Samenwerken in groepen
2,4
2,3
2,5
2,4
Wiskunde of statistiek
*
2,4
3,0
1,8
2,5
Nederlandse taal
*
1,9
2,4
1,3
2,1
Engelse taal
2,1
2,3
1,7
2,1
Overige vreemde talen
2,1
2,2
1,7
2,1
Omgaan met de computer
1,7
1,7
1,6
1,7
2,2
2,0
2,1
2,1
2,6
2,2
2,6
2,5
Presenteren Bijhouden van een portfolio
*
Bron: Exit interviews Inholland cohort 2011 (N=1275)
meeste problemen
* sign. verschil havo-mbo (p<0,01)
Mbo’er kiest bewuster voor de studie maar heeft meer moeite met studeren Samengevat kan worden gesteld dat de mbo’er weloverwogen kiest en een beter beeld heeft van het beroep. De mbo’er kiest naast inhoudelijke interesse meer dan gemiddeld voor ‘focus op de arbeidsmarkt’ en persoonlijke ‘fit’ met de opleiding’. Dit hangt mede samen met het feit dat de mbo’er wat ouder en rijper is. Ondanks een meer bewuste studiekeuze vallen mbo’ers vaker uit. Belangrijkste redenen daarvoor zijn ‘een verkeerde studiekeuze’ en ‘niet uitgekomen verwachtingen’. Hoewel de mbo’er wel goed nadenkt over de studiekeuze is het beeld dat wordt ontwikkeld over het studeren mogelijk onvoldoende scherp. Daarnaast heeft de mbo’er met een afgeronde startkwalificatie volwaardig toegang tot de arbeidsmarkt. Ook de zwaarte van de studie komt wat vaker naar voren. Dat blijkt ook het feit dat de mbo-er de aan sluiting moeilijker dan gemiddeld ervaart. Belangrijkste struikelblokken zijn het studietempo en de hoeveelheid stof (universeel) maar specifiek rekenvaardigheid en taal. Inholland heeft de afgelopen tijd veel geïnvesteerd in de aansluiting van taal- en rekenvaardigheid van met name mbo’ers, door middel van bijspijkercursussen en summer schools. Verder moeten meeloop dagen, proefstuderen en intensievere contacten met de toeleverende mbo-instellingen het beeld dat de aankomende studenten hebben van een studie bij Inholland zoveel mogelijk verscherpen. 4.4 Onderzoek Lectoraten en daaraan verbonden onderzoeksactiviteiten leveren sinds de inbedding in 2010 in de domeinen een steeds belangrijker bijdrage aan de realisatie van de doelstelling op het gebied van praktijkgericht onderzoek van het domein en gezamenlijk aan de onderzoeksagenda van de hogeschool. Daarnaast hebben de lectoren en onderzoeksdocenten een belangrijke bijdrage geleverd bij de implementatie van leerlijnen onderzoek en aan de verhoging en borging van het niveau van afstuderen in de bachelor- en masteropleidingen van Inholland. De aansturing van het praktijkgericht onderzoek in de domeinen vindt plaats op een wijze die passend is in de structuur van het domein. Dit wordt mede bepaald door de omvang van het aantal en van de directe relatie van de lectoraten met het onderwijs. In alle domeinen is in 2012 de Handleiding Kwaliteitsbeleid Praktijkgericht Onderzoek Inholland geïmplementeerd. De onderzoeksprogramma’s van de lectoraten 33
34 Jaarverslag Inholland 2012
leveren een wezenlijke bijdrage aan de realisatie van het werkprogramma onderwijs en de onderzoeks agenda van de domeinen en worden door de domeindirecteur vastgesteld en opgenomen in de managementagenda van de directeur. Overzicht lectoraten Inholland 2012 Domein
Lectoraat
Lector
UA
Integrale Voedsel en Productieketens
dr. ir. Woody Mayers
Duurzame verbindingen in de Greenport
prof. dr. Olaf van Kooten
Geïntegreerd Pedagogisch Handelen
dr. Jeroen Onstenk
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
dr. Dorian de Haan
E-Learning
dr. Guus Wijngaards
Educatieve Dienstverlening
drs. Ruud Gorter
Grootstedelijk Onderwijs en Jeugdbeleid
prof. drs. Dolf van Veen
Onderwijs en Levensbeschouwing
dr. Ina ter Avest
Taaldidactiek en Onderwijs
prof. dr. Rick de Graaff
Intellectual Capital
dr. Daan Andriessen
HRM en Persoonlijk Ondernemerschap
dr. Petra Biemans
Boards and Governance
dr. Stefan Peij
Controlling
vacature
Public Reassurance
Marnix Eysink Smeets
Airport & Aviation
drs. Lex Oude Weernink
Digital World
drs. Frans van der Reep
City Marketing & Leisure Management
dr. Angelique Lombarts
Media, Cultuur, Burgerschap
dr. Joke Hermes
Communicatie- en Design Management
drs. Willy Geurts a.i.
Media en Entertainment Management
drs. Wes Wierda
Duurzaam Inrichten
vacature
Groot Composiet
dr. ir. Rogier Nijssen
GGZ-verpleegkunde
dr. Berno van Meijel
Dynamiek van de Stad
drs. Guido Walraven
Medische Technologie in de Oncologie
dr. Iain Bruinvis a.i.
Leefwerelden van Jeugd
dr. Pauline Naber
Maatschappelijk werk
drs. Margot Scholte
Kwaliteitszorg in de Intramurale
dr. Piet Bartels
OLL
MFR
MTV
CMM
TOI
GSW
Gezondheidszorg —— In 2012 is het initiatief genomen tot een verdere integratie van het lectoraat Controlling met het lectoraat Boards & Governance. Naar verwachting zal dit in 2013 leiden tot de opheffing van beide lectoraten en de oprichting van een nieuw breed lectoraat Governance, Finance & Accountancy. —— In augustus 2012 heeft Ruud Gorter, lector lectoraat Educatieve Dienstverlening vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd afscheid genomen van Inholland. Het lectoraat is opgeheven en de onderzoeksagenda van het lectoraat is inmiddels geïntegreerd in de onderzoeksagenda ’s van de lectoraten Grootstedelijk Onderwijs & Jeugdbeleid en Geïntegreerd Pedagogisch Handelen.
In 2012 is het volgende lectoraat ingesteld en is met de volgende lector een verbintenis aangegaan met Inholland: —— Domein Onderwijs, Leren en Levensbeschouwing : Lectoraat Taaldidactiek en Onderwijs, lector prof. dr. Rick de Graaff per 1 april 2012 Hogeschool Inholland, Hogeschool van Amsterdam, Hogeschool Windesheim, Hogeschool Arnhem en Nijmegen en Hogeschool Utrecht hebben besloten nauw samen te werken bij het aanvragen en inrichten van een aantal didactisch en inhoudelijk gerichte lectoraten. Het onderzoek binnen deze lectoraten wordt gekenmerkt door een evidence based benadering van de lerarenopleidingen. De bedoeling is dat de lector een kenniskring samenstelt bestaande uit deskundigen van de vijf verschillende hogescholen. Het lectoraat Taaldidactiek & Onderwijs is vanuit deze samenwerking met opdracht door Hogeschool Inholland opgericht. Op 27 november 2012 is lector Prof. drs. Dolf van Veen verkozen als lector van het jaar in een verkiezing georganiseerd door ScienceGuide en ISO. Overzicht van de promotieonderzoeken 2012 In 2012 werden onderstaande medewerkers door Hogeschool Inholland gefaciliteerd voor een omvang van 0,4 fte tot het uitvoeren van promotieonderzoek. In 2012 rondden de volgende medewerkers hun promotieonderzoek met een promotie af: Dr. Machteld de Jong, Vrije Universiteit Studie-uitval onder Marokkaanse studenten in het hbo Dr. Peter ‘t Lam, Vrije Universiteit Inpressions of European integration, The EU in newspapers and public opinion Dr. Jos Fransen, Open Universiteit Selecting effective teams through simulation Dr. Helen de Haan, University of Bath (UK) Increase the successfulness of internationalisation strategies in order to create competitive advantages for higher education institutions Dr. Rudy Snippe, Nyenrode Business University How can a B2B organisation with no R&D create a corporate context in which highly-educated professionals act innovatively? Dr. Raymond Zaal, Nyenrode Business University Reinforcing ethical behavior through organizational architecture Dr. Sylvia Bacchini , Universiteit van Amsterdam Eerste hulp bij tweede taal. Experimentele studies naar woordenschatdidactiek voor jonge tweedetaal verwervers.
35
36 Jaarverslag Inholland 2012
Onderwerp
Promovendus
Universiteit
Domein
Democratie leren door filosoferen
Rob Bartels
UvH
OLL
Studiekeuze, studievoortgang en rendement in de
Jeany Van Beelen-
RUG
MFR
propedeutische fase
Slijper
De kwaliteit van het aardrijkskundeonderwijs in de
Marian Blankman
VU
OLL
Ton Boode
UT
TOI
Petra Boersma
UvA
GSW
lerarenopleiding basisonderwijs Research for the implementation of an automatic system that, based non an event drive model, will generate a periodic real-time application Onderzoek naar de implementatie van de Veder Methode in de 24-uurs zorg op verpleeghuisafdelingen voor ouderen met dementie Een stepped-care interventieprogramma voor patienten
Annemarie Braam- VU MC
Pilot GGZ-
met hematologische maligniteit die chemotherapie
se
VU
Schrijfdidactiek voor het hoger beroepsonderwijs
Marleen Claessens RUN
CMM
De effectiviteit van de Systematische Activerings
Frans Clignet
Pilot
en stamceltransplantatie hebben ondergaan: een effectiviteitsstudie VU
Methode (SAM) voor ouderen met een depressieve
GGZ-VU
stoornis Integrated business-to-business branding and marketing Tom Dolkens
NBU
MTV
Van diploma naar portfolio
Ruud Duvekot
VU
OLL
Seksuele en relationele vorming in Ghana
Jolien van der
UM
GSW
Geugten Large Composite Wind Turbine Design and Control
Terry Hegberg
TU Delft
TOI
De betekenis van juridische interventies voor goede
Susanne van den
EUR
MFR
zorg aan Korsakov patienten
Hooff
Zorgbehoeften van thuiswonende ouderen met een
Wim Houtjes
VU
Pilot
depressieve stoornis
GGZ-VU
Moral concerns about ethical Caredroids (mogen we
Margo van Keme-
VU
GSW
menselijk handelen in de zorg vervangen door Robotica
nade
Autonomie van de client en dwang-en-drang trajecten
Fons Klaase
UvH
GSW
WUR
CMM
Marij Passier
UvA
OLL
Geagiteerd gedrag van ouderen met dementie.
Rieneke Peijnen-
VU
GSW
Bouwstenen voor verpleegkundige en verzorgende
burg EUR
MFR
Eric Poldner
UU
OLL
Yvonne van Rijk
UvA
OLL
Janneke Scheer-
UvA
GSW
Stedelijk burgerschap; een onderzoek naar de betekenis Trees Moll van burgerschap in het alledaagse grootstedelijke leven Affectieve scaffolding in beroepsgerichte vakken in het VMBO
interventies Prognostische modellen in de medische besliskunde
Tjeerd van der Ploeg
Leidt het zichtbaar maken van competenties met ICT tools tot verbetering van de kwaliteit van reflectie Informatieve teksten leren lezen in de middenbouw van het basisonderwijs Nieuwe Media en Therapietrouw
man Corporate Governance binnen het bankwezen in 2007
Ellen Steijvers
VU
MTV
Collaborative care bij patienten met een borderline
Barbara Stringer
VU
Pilot
persoonlijkheidsstoornis: een effectiviteitsonderzoek Effectieve inzet van blended learning binnen leer praktijken
GGZ- VU Pieter Swager
VU
OLL
Het leren van de hogeschooldocent in relatie tot de
Fenna Swart
UU
CMM / OLL
Afke Theunissen
UU
MFR
Collaborative care bij patiënten met een bipolaire
Nienke van den
VU
Pilot
stoornis
Voort
Verbintenissenrecht als handvat om studievertraging
Annette van der
in het hoger onderwijs tegen te gaan
Weijden
Dark tourism De strategische positie van de muziekuitgeverij in
didactische en taalgerichte onderwijspraktijk Zorg om uit- en terugval; een onderzoek naar het minnelijke traject schuldhulpverlening GGZ-VU UT
CMM
Karel Werdler
LSBU (UK)
MTV
Wes Wierda
UL
CMM
Reputatie van de Avant-garde
Cees van Wijk
UvA
CMM
Metaforiek van kennismanagement
Jeroen Wittink,
VU
DBB
Afbreken van muren, bouwen van bruggen: de
Hasan Yar
VU
OLL
Nederland - historie en actualiteit
bemiddelende rol van islamitische organisaties tussen hun leden en de samenleving
37
38 Jaarverslag Inholland 2012
5 Internationalisering Facts and Figures In het collegejaar 2011-2012 hebben in totaal 645 studenten een buitenlandervaring in de vorm van een stage of studie opgedaan. De studie werd gevolgd aan een van de 251 partnerinstellingen van Inholland. 444 inkomende uitwisselingstudenten hebben bij Inholland aan een van de uitwisselingsprogramma’s deelgenomen. 42 docenten en 14 stafleden hebben als docent of staflid bij een van de partnerscholen aan een uitwisseling meegedaan, ten opzichte van 40 inkomende docenten en 5 inkomende stafleden. In totaal hebben ruim 1400 studenten een kortere buitenlandervaring opgedaan als onderdeel van hun studieprogramma in de vorm van projecten, studiereizen etc. Inholland verzorgt in studiejaar 2011-2012 acht internationale Engelstalige opleidingen: Aeronautical Engineering, Information Technology, International Business & Management Studies, International Communication Management, International Media & Entertainment Management en International Music Management, Leisure Management, en Tourism & Recreation Management. Voor zeven van deze opleidingen zijn 540 eerstejaarsstudenten ingeschreven, waarvan 170 buitenlandse (31%). Worden alle jaren meegenomen, dan volgen op dit moment 2.135 studenten deze internationale opleidingen, waarvan 680 buitenlandse (32%). Enkele highlights Studie en Stage Buitenland 2011-2012 —— Een student MEM liep stage bij Social Athletics Club, een eventagency in London; —— Een student IBL liep stage bij Mercedes-Benz BeLux in Brussel; —— Een student Verpleegkunde liep stage bij Kyotera Centre in Uganda; —— Twee studenten pabo volgden een minor over ervaringsgericht leren (Outdoor Life in Wintertime) aan de Universiteit van Stavanger in Noorwegen; —— Een student ICM studeerde een semester in Toowoomba Australië aan de Universiteit van Southern Queensland; —— Een student MEM studeerde in Korea aan de Sungkyunkwan University in Seoul; —— Een student Lerarenopleiding Engels studeerde een semester aan de University of Wolverhampton in het Verenigd Koninkrijk. Stimuleringsfonds Internationale Studentinitiatieven 2011-2012 Voor het derde achtereenvolgende jaar konden studenten die een buitenlandervaring wilden opdoen, maar zich dat niet helemaal konden veroorloven, in 2011-2012 een beroep doen op het Stimuleringsfonds Internationale Studentinitiatieven. Voorwaarde voor deelname aan dit fonds is dat de buitenlandactiviteit een eigen initiatief van de student (of groep studenten) is en geen verplicht onderdeel van het curriculum vormt. Verder dient de buitenlandactiviteit een concrete bijdrage te leveren aan de beroepsoriëntatie van de student en zijn internationale en crossculturele competentieontwikkeling. In 2011-2012 was in totaal € 30.000 beschikbaar voor het Stimuleringsfonds Internationale Student initiatieven, waar 59 studenten met succes een beroep op hebben gedaan. Enkele voorbeelden van studentinitiatieven: —— 2 studenten Sport en Bewegen deden een afstudeeropdracht bij Ajax Cape Town/Zuid-Afrika; —— 3 studenten hebben gedurende anderhalve maand bij Rookie Entertainment Company met hun bedrijf Young & Lost Productions een reportage gemaakt over het Zweedse Kalmar ter promotie van studie in Zweden; —— Een studente CMM deed een afstudeeronderzoek over zonne-energie bij een bedrijf in Cambodja; —— 36 studenten van de opleiding Technische Bedrijfskunde organiseerden een studiereis naar Berlijn.
6 2012 – een jaar van opbouw Januari
“Dit jaar wordt een keerpunt.” Dat zei collegevoorzitter Doekle Terpstra in zijn Nieuwjaarsboodschap. Terpstra blikt kort terug op het jaar 2011 met de inspectieonderzoeken, de inzet van de reorganisatie, de voortdurende toetsing van het Inhollandonderwijs aan de Wet Hoger Onderwijs en de voortdurende aandacht in de media. “De discussie over de hbo-sector is nog niet afgelopen,” constateerde hij. “We blijven kwetsbaar en zullen publicitair gezien voorlopig wel een speelbal blijven. Daar moeten we rekening mee houden.” Over 2012 zei hij: “Het wordt een cruciale periode, misschien wel de meest spannende in het bestaan van de hogeschool. Wij als college zullen er alles aan doen wat binnen ons vermogen ligt. Maar together we are one. Laten we elkaar dus ook aanmoedigen in ons werk en hand in hand, schouder aan schouder met elkaar optrekken.” De collegevoorzitter besloot met: “Ik ben van Inholland gaan houden. Deze hogeschool kan ontzettend veel. Er is veel veerkracht, veel betrokkenheid, veel energie, veel inzet, veel loyaliteit. Ik wil graag dat we dit jaar een pijnlijk deel van onze geschiedenis achter ons kunnen laten.” 19 Het lectoraat Grootstedelijk Onderwijs en Jeugdbeleid heeft plaats voor een promovendus die onderzoek doet naar multimethod coaching (MMC) van leerkrachten in het primair onderwijs. Lector Dolf van Veen en senior onderzoeker Patricia Vuijk hebben de beschikking gekregen over een subsidie van 700.000 euro van de Stichting Innovatie Alliantie.
39
40 Jaarverslag Inholland 2012
25 Inholland Delft participeert samen met drie andere ‘groene’ hogescholen in de ontwikkeling door Wageningen Universiteit van het Centre for Biobased Economy. Het centrum moet een bijdrage leveren aan de overschakeling naar een economie die draait op ‘groene’ in plaats van fossiele brandstoffen. Het doel is in eerste instantie kennis op te doen en die door te geven aan het bedrijfsleven en aan relevante opleidingen. 26 Conciërge Hassan Tabiat van Inholland Den Haag wordt onderscheiden met de titel ‘Haagse Conciërge van het jaar 2011’. Het is de zevende keer dat D66 Den Haag deze verkiezing organiseert. Basisscholen, middelbare scholen, maar ook hoger onderwijsinstellingen in de regio mogen hierbij hun topconciërges naar voren schuiven. D66 organiseert de verkiezing om te benadrukken dat de conciërge een onmisbare rol op school vervult.
Februari 01 Het College van Bestuur stelt eind januari het formatieplan Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP) vast. Daarin presenteert het CvB een technische beschrijving van het herontwerp van Inholland voor wat betreft het OOP. Het formatieplan komt tegemoet aan de behoeften van onderwijs en onderzoek op het gebied van ondersteunende processen bij de uitoefening van hun taken. Tegelijkertijd maakt het plan de noodzakelijke financiële middelen vrij om te kunnen investeren in het verhogen van de onderwijskwaliteit. Op 21 februari stemt de Deelraad Diensten (OMR) in met het plan na langdurig en intensief overleg. 02 Schelte Beltman, coördinator van de Research School van Inholland en verbonden aan de eenheid Bestuur en Beleid, wordt op 18 januari als Doctor of Philosophy (PhD) geïnaugureerd aan de Kingston University in Londen. Zijn promotieonderzoek was gericht op facetten van cultuur binnen hogeronderwijsinstellingen in Nederland en Engeland. Later in februari is er nog meer nieuws van het ‘wetenschappelijk’ front. Op 8 februari promoveert Peter ’t Lam, docent Communicatie in Diemen, aan de Vrije Universiteit op zijn proefschrift ‘Impressions of European Integration’; eveneens aan de Vrije Universiteit promoveert op 23 februari docent Machteld de Jong op haar dissertatie ‘Ik ben die Marokkaan niet!’, een onderzoek naar identiteitsvorming van Marokkaans-Nederlandse hbo-studenten’. 21 Een Inhollandmedewerker begint een handtekeningenactie om collegevoorzitter Doekle Terpstra ‘langer in huis te houden’ dan aanvankelijk zijn bedoeling was. In korte tijd stromen honderden steun betuigingen binnen. In de tussentijd benoemt de Raad van Toezicht Huug de Deugd per 1 april als lid van het College van Bestuur. De Deugd, tot dan toe secretaris van het College van Bestuur c.q. directeur Bestuur en Beleid, volgt dan interim-collegelid Lieteke van Vucht Tijssen op en richt zich met name op de portefeuille Onderwijs. 27 Interim-bestuurder Kees Rutten wordt per 1 april lid van het College van Bestuur van ROC Midden Nederland. Per 1 maart draagt hij zijn functie over aan Marcel Nollen. Na zijn vertrek zal Rutten, op voordracht van de Hogeschoolmedezeggenschapsraad, toetreden tot de Raad van Toezicht van Hogeschool Inholland.
Maart
“Alles moet draaien om de student.” Die opvatting uit Marcel Nollen als hij officieel Kees Rutten opvolgt als collegelid bij Hogeschool Inholland. Met een forse reorganisatie bij het Rotterdamse Albeda College achter de rug, neemt Nollen een schat aan informatie mee om Inholland als kwalitatieve onderwijsinstelling stevig op de rails te zetten. “Je werkt als hogeschool met een maatschappelijk mandaat. Dat betekent dat je niet jezelf voorop moet stellen, maar je studenten en het bedrijfsleven,” zegt hij in een ‘welkomst interview in het medewerkersblad ENZO. ‘Verbinding als opdracht’, de titel van het Strategisch Programma van Inholland, spreekt Nollen erg aan. Hij zegt zich dan ook graag in te zetten voor het bouwen van een nieuw Inholland. Hoe ziet hij de toekomst van Inholland, over pakweg een jaar? “We zullen een aantal stappen hebben gemaakt op een aantal zaken die we zelf in de hand hebben. Van personeelsreductie tot het op orde hebben van de basisprocessen. Ook hebben we dan een start gemaakt met de cultuurverandering. Uitgangspunt daarbij moet een gemeenschappelijke visie zijn. Daar gaat bij een grote organisatie als Inholland tijd overheen. En het gaat met vallen en opstaan.” 19 De master Special Educational Needs (SEN) is opnieuw positief geaccrediteerd door de NederlandsVlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO). Hogeschool Inholland biedt de opleiding aan in samenwerking met drie andere hogeronderwijsinstellingen. De opleiding scoort op twee van de drie onderzochte standaarden een ‘goed’ terwijl de derde standaard boven basiskwaliteit scoort. Daarmee onderscheidt de opleiding zich positief ten opzichte van de andere SEN-masteropleidingen in Nederland. Het NVAOpanel is zeer te spreken over het feit dat de opleiding zorg draagt voor enerzijds de competentieontwikkeling van studenten en anderzijds een stevige kennisbasis legt voor orthodidactiek lezen, orthodidactiek rekenen en orthopedagogiek. 27 Jolanda Visser, studente Small Business & Retail Management aan Inholland Haarlem, wint in Parijs met haar team de eerste Europese Global Enterprise Project Challenge (GEP). De ‘Magic Steps’, vloer tegels die energie opwekken door er over heen te lopen, zijn goed voor deze Europese onderscheiding. “Steden zullen groeien, er wonen en werken meer mensen dus de vraag naar energie stijgt,” zegt de prijswinnares. “Aan ons de opdracht om in dat opzicht een grote stad leefbaar te houden. Als je een paar meter energieopwekkende ‘Magic Steps’ bij een treinstation neerlegt, lopen daar dagelijks tienduizenden mensen overeen en dat levert behoorlijk wat energie op, om bijvoorbeeld de stationshal en perrons te verlichten.” 41
42 Jaarverslag Inholland 2012
30 Collegelid Lieteke van Vucht Tijssen neemt afscheid van Inholland. Haar inzet van 15 maanden om het onderwijs bij Inholland weer op orde te krijgen, levert haar een fraaie tweede plaats op de ranglijst van ScienceGuide. “Er was wel het nodige te doen,” zegt Van Vucht Tijssen in haar afscheidsinterview. Zij onderstreept dat de geboekte resultaten vooral het succes zijn van teamwerk. “Dit college heeft als team de focus verschoven van de ondersteunende diensten naar het onderwijs. Docenten nemen hun verantwoordelijkheid bij de ontwikkeling van het curriculum, de examencommissies en de accreditaties. Er worden enorme bergen werk verzet.”
April 01 Huug de Deugd treedt toe tot het College van Bestuur. “Ik heb de intense overtuiging dat we bij Inholland ver kunnen komen in de verbetering van de onderwijskwaliteit. Ik hoop dat ik als collegelid weer dichter bij het onderwijs sta dan de afgelopen jaren,” aldus De Deugd die voorheen secretaris van het college was. De Deugd begon als docent Engels in 1994 bij Ichthus Hogeschool, een van de rechtsvoorgangers van Hogeschool Inholland. Enkele dagen na het aantreden van De Deugd wordt bekend dat collegevoorzitter Doekle Terpstra zal aanblijven tot medio 2014. Dit in tegenstelling tot zijn oorspronkelijke plannen en mede op aandringen van de Raad van Toezicht. “De Raad is in zijn mening gesterkt door het signaal van binnenuit waarin de wens naar voren kwam voor continuïteit bij het uitvoeren van de ingezette strategische koers,” aldus raadsvoorzitter Henk Breukink. 05 Communicatiestudente Smahane Ghannou wint de NOS Media Award, onderdeel van de ECHO Awards. Met deze award wil de NOS excellent allochtoon talent uit het hbo of wo met kwaliteiten voor het vak journalistiek onder de aandacht te brengen. “Ik geloof in de krachtige werking van het geschreven woord,” zegt Smahane in reactie op dit persoonlijke succes. “Woorden raken het hart en vinden uiteindelijk hun weg naar het verstand. Ik wil mijn stem laten horen en mensen inspireren en motiveren om hun dromen na te jagen.” 10 “Ik adviseer mijn leerlingen juist nu voor Inholland te kiezen.” Die uitspraak deed een decaan uit het voortgezet onderwijs tijdens een bijeenkomst van de lokale decanenkring bij Inholland Haarlem. De gesprekken gaan zoals gewoonlijk over instroom, het laatste nieuws over hbo-opleidingen en andere studiekeuzegerelateerde onderwerpen. Een aantal van de aanwezige decanen ziet kansen voor hun ambitieuze leerlingen. Nu Inholland zich in de schijnwerpers weet te staan vanwege een aantal ongelukkige voorvallen, is het streven naar en de aandacht voor kwaliteit echt en gemeend. Die indruk wordt versterkt door een uitspraak van collegevoorzitter Terpstra die de decanen bijpraat: “Ik ben er van overtuigd dat wij straks de frontrunner zijn voor het andere hbo, omdat we nu een flink aantal keuzes maken die ons helpen om ons in die positie te krijgen.”
Mei “De Strategische Agenda van staatssecretaris Halbe Zijlstra komt voor Hogeschool Inholland zeer gelegen.” Dat zegt collegevoorzitter Doekle Terpstra over de profilering van Inholland in het kader van de prestatieafspraken die in het voorjaar 2012 met het ministerie zijn gemaakt. Met die prestatieafspraken geeft Inholland vorm aan haar toekomst: een ambitieuze en realistische toekomst. Terpstra: “Studenten opleiden tot goede professionals is de maatschappelijke opdracht van Inholland. Een opdracht die ons dwingt om te kijken waar we het beter kunnen doen en die ons dwingt keuzes te maken. Hoe kunnen we het best doen wat we nastreven, waar kiezen we voor als we ons profiel duidelijker willen maken en ons willen onderscheiden?” Inholland heeft haar nieuwe profilering al ingezet. “Wat onderwijsniveau betreft leggen we de lat hoger,” aldus Terpstra. Kwaliteit van onderwijs staat voorop. We bieden onze studenten een goede begeleiding en een kwalitatief stevig curriculum. Inholland richt zich op de lokale profilering, positionering en verankering waarin plaats is voor een betere samenwerking met het werkveld in de regio. Ons portfolio aan opleidingen moet dan ook aansluiten bij de wensen van de regio. Ons onderwijs zal zich bovendien kenmerken door een aspect dat wij waarde(n)vol noemen. Er is meer dan alleen het beroep waar je voor leert. Maatschappelijk functioneren vindt plaats in de beroepscontext maar ook in de complexe maatschappelijke context: een student moet meer meekrijgen dan de kennis en kunde van zijn beroep. Persoonlijke ontwikkeling zal daarom ook deel uitmaken van ons curriculum.”
15 De master Leren & Innoveren van Hogeschool Inholland is als beste beoordeeld door de Keuzegids Masters. De master is daarmee bovendien de nummer twee van alle beoordeelde hbo-masters. In een reactie op deze beoordeling zegt Jeroen Onstenk, academic director van de master: “We zijn trots op dit resultaat. Het is een beloning voor de kwaliteit en betrokkenheid van ons team én van onze studenten. De lat ligt nu weer een stukje hoger.” 24
Marnix Eysink Smeets, lector Public Reassurance aan Inholland, krijgt - samen met medeonderzoekers
Hans Moors, Koen van ’t Hof en Esther van den Reek Vermeulen - de NSV-VBO Beleidsprijs. De prijs is hun toegekend voor het rapport ‘Omgaan met de perceptie van overlast en verloedering - Een beknopt advies voor de bestuurspraktijk’. De jury kwam tot haar oordeel ‘vooral vanwege de sterke inbedding in sociaalwetenschappelijke theorie’. Met de eerder toegekende Inholland Onderzoeksprijs is het de tweede prijs die het lectoraat Public Reassurance dit studiejaar mag ontvangen. 25 Pabostudente Jip Boxma van Inholland Haarlem is de winnaar van de tweede landelijke finale van de Voorleeswedstrijd Pabo’s in Muziekcentrum Vredenburg in Utrecht. Ook de tweede plaats is voor een Inhollandstudente, Roxanne Biesheuvel van de Inhollandpabo in Dordrecht. Juryvoorzitter en kinderboekenschrijver Jacques Vriens is lovend over Jip. “Het moeilijke van voorlezen is om niet teveel te acteren. Jip verstaat de kunst van het voorlezen precies. Ze weet de hele zaal, inclusief jurytafel, mee te nemen in haar verhaal”.
Juni 08 De portal van het Mobiliteitscentrum Inholland is online. Degenen die als gevolg van de reorgani satie niet geplaatst zullen worden, kunnen hier aan de slag met instrumenten die kunnen helpen wanneer men zich beter wil profileren, ontwikkelen of op zoek is naar een nieuwe baan. De portal bevat onder meer arbeidsmarktinformatie en sollicitatietips, loopbaaninstrumenten, een opleidingengids en een vacaturebank. 13 Docent Geert Plug (Medisch Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken) van Inholland Haarlem krijgt de award voor de beste Erasmusdocent. De docent echografie en afdelingscoördinator internationalisering krijgt de prijs op grond van het feit dat hij “een uitstekende uitdrager is van het Erasmusprogramma door zijn gedrevenheid en inzet in de Erasmus Radiography Group (ERG).” Plug is sinds 2003 actief in ERG, onder andere als (vice)voorzitter. 43
44 Jaarverslag Inholland 2012
22 Studenten van Inholland zijn over het algemeen redelijk tevreden over hun opleiding. Dat blijkt uit de resultaten van Nationale Studenten Enquête 2012. De tevredenheid scoort over de gehele linie hoger dan in 2011. Erg tevreden zijn onze studenten over de inhoud van hun opleiding, de sfeer bij de opleiding en de studieomgeving. Net als een jaar eerder vinden de studenten echter dat de wijze waarop de opleiding gebruik maakt van de uitkomsten van onderwijsevaluaties beter kan. Dat geldt ook voor de manier waarop de opleiding op klachten en problemen reageert. 28 Kadene Vassell, atlete en vierdejaars student HLO Biochemie van Hogeschool Inholland, wint de Inholland Topsportprijs 2012. Kadene ontvangt de prijs vlak voor haar vertrek naar de EK Atletiek in Helsinki, in de aanloop naar de Olympische Spelen in London waarvoor zij zich eerder dit jaar kwalifi ceerde. Voetbalster Dominique Bruinenberg won de publieksprijs dankzij de fans die op haar stemden via de poll op www.facebook.com/inholland. 28 Onderwijsinstellingen, ondernemers en gemeenten in de regio Haaglanden ondertekenen de ‘Actieagenda Geslaagd in het Vak 2012 - 2015’, een samenwerkingsovereenkomst voor een goed functionerende regionale onderwijs- en arbeidsmarkt. Ondertekenaar Inholland Den Haag zet zich vooral in om personeelstekort in het onderwijs aan te pakken en ondernemerschap te stimuleren via het onderwijs.
Juli 01 Studente Kadene Vassell, winnaar van de Inholland Topsportprijs 2012, wint op het EK atletiek in Helsinki zilver op de 4x100 meter estafette. Inholland alumnus Patrick van Luijk, winnaar van de Inholland Topsportprijs 2007, wint zilver op de 200 meter en goud op de 4x100 meter estafette. 04 Hogeschool Inholland, de Hogeschool van Amsterdam (HvA) en Fontys luiden in Amsterdam de noodklok over de mogelijke gevolgen van de langstudeerboete voor topsportstudenten. Tijdens het Olympisch voorprogramma, een evenement voor alle topsporters en Olympiërs van de HvA, Inholland en de Universiteit van Amsterdam verklaren de bestuurders gezamenlijk dat zij “er bijzonder trots op zijn” dat ze zulke talenten in huis hebben, “die zich inzetten om op beide gebieden te excelleren.” De lang studeermaatregel zien ze als een van de bedreigingen die de maatschappelijke en sportieve toekomst van studerende sporters negatief kunnen beïnvloeden. 09 Docenten Roderick Balk en Kees van Dam overhandigen bij Inholland Haarlem vijf studenten de eerste diploma’s met de afstudeervariant Sportmanagement. Sportmanagement is onderdeel van de opleiding Bedrijfskunde MER (Management, Economie & Recht) en specifiek gericht op management functies in de sportsector. 17 Met een scriptie over de kweek van tomaten wint Arie Boers (Tuin- en Akkerbouw, Inholland Delft) de KNLC-prijs 2012 (Koninklijk Nederlands Landbouwcomité). De winnende scriptie gaat over ‘De invloed van topmethoden op trospositie en koploosheid bij de opkweek van tomaten’. “Een goede onderzoeksopzet met veel diepgang met een praktisch resultaat waar het stagebedrijf, Plantenkwekerij Vreugdenhil uit de Lier, zeer tevreden mee is”, aldus het juryrapport. 27 Locoburgemeester Jantine Kriens heet in het Rotterdamse Stadhuis de nieuwe lichting studenten uit Curaçao welkom in Nederland en Rotterdam in het bijzonder. 35 van de studenten doen mee aan de introductiedag van Inholland Rotterdam. Ieder jaar komt een groep studenten vanaf de eilanden naar Rotterdam om een opleiding te beginnen aan één van de Rotterdamse onderwijsinstellingen. De onderwijsinstellingen bieden diverse mogelijkheden voor studieondersteuning. De studenten komen immers in een nieuwe omgeving, zonder familie waarop ze kunnen terugvallen.
Augustus
Oud-Inhollandstudente en hockeyster Kim Lammers en haar teamgenoten winnen 10 augustus de gouden medaille tijdens de Olympische Spelen in Londen. Na een zinderende finale tegen Argentinië was de eindstand 2-0. Hogeschool Inholland feliciteert de hockeydames en natuurlijk ook de andere ‘Olympische Inhollanders’ met hun topprestatie. Voor de 31-jarige Kim Lammers is het in Londen haar olympische debuut. De spits haalt er ook nog de medaille op waar ze al haar hele carrière van droomt: de gouden. Lammers: “Ik ben een dolgelukkig mens. Vorige week zag ik de gouden plak van Marianne Vos al en toen wist ik het zeker: die moet ik ook hebben. En nu heb ik ‘m dan. Op mijn 31ste. Zo mooi.” 16 HTRO-student Alwin Westhof begint met ‘Responsible Suits’ een duurzaam productiebedrijf in maatpakken. Hij werkt hiervoor samen met een gezin van kleermakers in Vietnam. “Het ‘verantwoordelijke’ deel komt voort uit het feit dat de pakken in Vietnam, een laag loon land, worden geproduceerd, maar wél tegen een goede betaling. In Vietnam maakt een gezin van kleermakers de pakken, waarvoor zij goed en eerlijk betaald worden.” 22 Collegevoorzitter Doekle Terpstra doet in een opiniebijdrage aan NRC Handelsblad het voorstel de langstudeerboete te vervangen door een kortstudeerbeloning. Dat is een positieve prikkel die waarschijnlijk meer bijdraagt aan het verminderen van het aantal langstudeerders dan de langstudeerboete. Terpstra is zich er goed van bewust dat het langer studeren dan de norm – vier of vijf jaar – slecht is voor het afstudeerrendement. De langstudeerboete heeft hier volgens hem nog een extra negatief effect op. Is het niet beter de boete, die alleen al door de benaming een negatief imago heeft, om te zetten in een beloning voor kortstuderen, zo vraagt hij zich af. In oktober wordt de langstudeermaatregel overigens alsnog teruggedraaid. Reeds geïnde boetes worden zo spoedig mogelijk terugbetaald. 29 Met het afstudeerplan “Herberg voor Herstel” bedenken Bouwkundestudenten Andreas Toufexes en Dennis Meijerink een nieuwe invulling voor het monumentale Vuurtoreneiland in het IJmeer net uit de kust bij Durgerdam. “Het eiland is van oorsprong een plek van veiligheid, ruimte en rust. Dat is een goede basis om er een herstel- en wellnesscenter op te zetten.”
45
46 Jaarverslag Inholland 2012
September
Jaaropening 2012-2013 in teken van waarde(n)vol onderwijs “Aan de slag met het andere, waarde(n)volle Inholland” of “Samenwerken is het nieuwe concurreren” “De klus is nog niet geklaard, maar wij zijn samen een eind op dreef bij het vormgeven van het andere, waarde(n)volle Inholland!” Met die woorden opent collegevoorzitter Doekle Terpstra het collegejaar 2012-2013 bij Inholland Haarlem. Een collegejaar waarin de nieuwe contouren van het ‘andere’ Inholland zichtbaar worden. Terpstra: “We willen terug naar waar we voor zijn opgericht en hebben een maatschappelijke opdracht te vervullen ten behoeve van het (regionale) werkveld en we zijn ervoor om studenten goed toe te rusten voor een professionele carrière. En dat maakt dat het instituut Inholland daaraan ondergeschikt is. We willen korte metten maken met ouderwetse concurrentiemodellen en niet meer alleen denken in termen “what’s in it for me”. Samenwerken is het nieuwe concurreren en het aangaan van allianties met andere hogescholen, universiteiten en het mbo is wat ons betreft het nieuwe credo.” 03 Collegevoorzitter Doekle Terpstra behoort volgens het online magazine Science Guide tot de tien mensen die het meest invloedrijk en inspirerend zijn op het gebied van kennis en hoger onderwijs. Terpstra staat op een vijfde plaats, na onder andere de Italiaanse premier en hoogleraar Mario Monti en nanowetenschapper Leo Kouwenhoven, ‘vinder’ van het majoranadeeltje. “Desastreus dreigende aan meldingscijfers wist Terpstra te keren,” aldus de toelichting van ScienceGuide. 05 Collegelid Marcel Nollen lanceert tijdens de opening van het collegejaar in Haarlem het stimulerings programma Wij Inholland, een nieuw ‘keurmerk’ om ondernemende en innovatieve studenten van Inholland te ondersteunen en in de schijnwerpers te zetten. De eerste winnaars van de Wij Inholland award zijn de studenten Luchtvaarttechnologie die met hun zelf ontworpen Apollo meedoen aan de Shell Eco Marathon 2013 in Rotterdam. Ook het project ‘De Glazen Studentenbus’ krijgt de award. Met een mobiele studio willen studenten van verschillende opleidingen 100 uur live radio maken, waarvan de opbrengst gaat naar 3FM Serious Request 24 “Zeer goed.” Dat is het oordeel van de Reviewcommissie Hoger Onderwijs en Onderzoek over het voorstel voor prestatieafspraken van Hogeschool Inholland, ‘Presteren in Verbinding’, dat in mei 2012 aan de commissie werd voorgelegd. De commissie adviseert de staatssecretaris van Onderwijs en de minister
van Economische Zaken de voorstellen van Inholland als toereikend te beschouwen voor de voorwaarde lijke financiering en concludeert dat Inholland in aanmerking dient te komen voor middelen uit het selectief budget. De aanpak van het vormgeven van drie zwaartepunten wordt als positief beoordeeld. Die zwaartepunten zijn: Creatieve economie, Gezonde samenleving en Duurzame Techniek en Groen. 27 Om een structurele dialoog aan te gaan tussen het beroepsonderwijs, bedrijven en arbeidsbemid delaars, tekent de opleiding Informatica van Hogeschool Inholland Haarlem een convenant ondertekend met ondernemers tijdens het evenement ‘De Waarderpolder Werkt!’. Eén van de afspraken is de kloof tussen arbeidsmarkt en onderwijs te overbruggen. Te denken valt onder andere aan bedrijfsbezoeken voor zowel docenten als studenten.
Oktober Zes Inhollandopleidingen bovenaan in ranglijsten Keuzegids HBO Zes opleidingen van Hogeschool Inholland staan in de top 3 van hun categorie in de Keuzegids HBO Voltijd 2013. Met een gedeelde eerste plek komt de opleiding Bouwkunde van Inholland Haarlem als beste uit de bus. Met een totaalscore van 51 staat Hogeschool Inholland als laatste op de algemene landelijke ranglijst. Avans Hogeschool staat net als vorig jaar op nummer één. Alle lof heeft collegevoorzitter Doekle Terpstra voor de hoge noteringen van de zes opleidingen. Dat de algemene resultaten tegenvallen komt voor hem niet onverwacht. Doekle Terpstra: “Inholland heeft het afgelopen jaar een aantal belangrijke eerste verbeterstappen gezet om de kwaliteit van het onderwijsaanbod waar nodig te verhogen. Zo zijn onze opleidingen tegen het licht gehouden en hebben we besloten een aantal van onze opleidingen af te bouwen. Deze zijn of worden te klein om ze goed te kunnen aanbieden. Inholland houdt onverminderd vast aan haar primaire opdracht: het verzorgen van gedegen en kwalitatief goed onderwijs voor haar studenten.” 08 De website van Inholland is vanaf vandaag vernieuwd en vereenvoudigd. Belangrijkste verandering is dat de opleidingsinformatie centraal en overzichtelijker geplaatst is. Op www.inholland.nl is een nieuw kopje ‘locaties’ toegevoegd waar de locaties zich kunnen profileren. De veranderingen zijn noodzakelijk omdat bezoekers, veelal aankomende studenten, tot dusver moeite hadden om de juiste informatie te vinden. Ook bevatte de website veel dubbele informatie. De website is nu duidelijker, biedt doelgroepen meer kwaliteit en is met de huidige personeelsbezetting beter te onderhouden. 10 Om voor meer stage- en leerwerkplekken te zorgen voor studenten in de bouw, ondertekenen woningcorporaties, Hogeschool Inholland en andere onderwijsinstellingen in Noord-Holland Noord een convenant bij het Regionaal Platform Werk en Inkomen Noord-Holland Noord in Alkmaar. Doel is jongeren beter te kunnen voorbereiden op een baan in de bouw of een technisch beroep door meer praktijkervaring aan te bieden. 16 Studenten van het prestigieuze Berklee College of Music bezoeken Inholland Haarlem voor een week. Gezamenlijk bieden de instellingen de minor International Music Publishing aan. Naast overleg over verdere samenwerkingsvormen, krijgen studenten colleges over actuele ontwikkelingen in de muziekindustrie en krijgen ze lessen over songwriting, sampling en mixen. Het onderhandelen over muziekrechten krijgt speciale aandacht. Het bezoek geeft volgens collegevoorzitter Doekle Terpstra aan dat de programmering van Inholland er goed voor staat. “Als mensen van Berklee geïnteresseerd zijn in onze faciliteiten en de manier waarop we lesgeven over regelgeving, mogen we trots zijn. Voor ons is het heel belangrijk om de band met Berklee verder te ontwikkelen.”
47
48 Jaarverslag Inholland 2012
November
Dolf van Veen Lector van het Jaar 2012 Dolf van Veen, lector Grootstedelijk Onderwijs en Jeugdbeleid bij Hogeschool Inholland, wordt uitge roepen tot Lector van het Jaar 2012. De bijbehorende award ontvangt hij uit handen van Pieter Gerrit Kroeger, hoofdredacteur van ScienceGuide, die, om het hoge gehalte aan te geven van de voorgedragen kandidaten dit jaar, zei: “Je hebt alleen maar winnaars”. Van Veen is mede gekozen vanwege de bijzondere rol die hij vervult als het gaat om de versterking van het docentschap. In 2013 is Nederland namelijk gastland van de zogeheten ‘Obamasummit’, een wereldwijd door president Obama in het leven geroepen topconferentie over excellentie in het vak van docent. “Als gastland moet Nederland daarbij zijn beste inspiratoren de kans geven om inbreng aan zo’n summit te leveren”, aldus Kroeger. Het lectoraat van Van Veen doet onderzoek, verzorgt onderwijs en geeft advies in de beroepspraktijk in de ontwikkeling, toepassing, samenwerking en implementatie van kennis op het gebied van onderwijs en jeugdzorg. Het lectoraat heeft daarbij speciale aandacht voor leerlingenzorg, schooluitval, en de integratie van dienstverlening en de beleidsvoering op dat gebied. 09 Vierdejaars student Roeland van Schie van Inholland Haarlem wint met zijn plan van aanpak voor Wesseling Logistics de Lean and Green Challenge Award. En het bedrijf wint een Lean and Green Award als het plan wordt goedgekeurd. Het plan beschrijft hoe het bedrijf minimaal 20 procent CO2 kan besparen in 5 jaar tijd, en tegelijkertijd de winstgevendheid verhoogt. Het gaat hierbij om de logistieke activiteiten van het bedrijf. 13 Een uitgebreide test van studentenvakbond LSVb laat zien dat de voorlichtingsbrochures van Inholland erg volledig en informatief zijn. De organisatie legde 93 folders van 31 hogescholen naast elkaar en vergeleek ze op 39 punten. In het onderzoek ‘Studiefolders: voorlichting of verkooptruc?’ scoort Inholland op twee punten 100 procent: bij de informatievoorziening over de vereiste zelfstudie en de noodzakelijke inhoudelijke kennis die een student zal opdoen. De folders van de opleidingen Pabo en Informatica eindigen in de top 15 van meest informatieve. 16 Studenten van de Pabo van Inholland Alkmaar bezoeken de Tweede Kamer om in gesprek te gaan over de toekomst en de (financiële) staat van het basisonderwijs. Ze spreken er met Walfred Haans, beleidsmedewerker Onderwijs van de PvdA, naar aanleiding van een betoog van de PvdA tegen extra bezuinigingen in het basisonderwijs.
20 Ruim 400 ouders van eerstejaarsstudenten bezoeken de eerste kennismakingsavond van Inholland Rotterdam. De avond is georganiseerd omdat ouders steeds meer betrokken zijn bij het studiekeuze proces van hun kinderen. Ook tijdens de opleiding spelen zij een belangrijke rol. De ouders krijgen onder andere informatie over waarde(n)vol onderwijs en persoonlijke ontwikkeling, thema’s waar Inhollandstudenten de komende vier jaar mee te maken krijgen.
December “We willen een andere hogeschool worden” Doekle Terpstra blikt terug en vooruit naar 2013 Samen met decanen van middelbare scholen uit Haarlem en omstreken blikt collegevoorzitter Doekle Terpstra vlak voor de kerstdagen terug op 2012 en schetst het profiel van het ‘andere Inholland’ dat in 2013 gestalte moet gaan krijgen. “Het ministerie heeft onze plannen als ‘zeer goed’ beoordeeld. Dat is fantastisch. Maar dat moeten we nu wel waar gaan maken. We zijn een hogeschool en hebben een maatschappelijke opdracht te vervullen in dit beroepsonderwijs. In nauwe samenwerking natuurlijk met het wetenschappelijk onderwijs, de regio en het werkveld. Ook is het ongelooflijk belangrijk om de relaties met de toeleverende scholen goed te blijven organiseren. Dit geldt voor het voortgezet onderwijs en het mbo. Niet met de rug naar elkaar toe gaan staan. Maar actief luisteren en kijken wat we voor elkaar kunnen betekenen.” Terpstra licht de plannen voor 2013, en daarna, toe. Zo herstructureert de hogeschool het portfolio, mede tegemoetkomend aan wensen van het werkveld. Ook schroeft Inholland de eisen op voor de studenten en dan in het bijzonder voor het eerste jaar. Daar tegenover staat een goede begeleiding. “Onze opdracht is kwaliteit te bieden, op menselijke maat geschoeid dichtbij de student. Stevig aan de maat, dat wel, op de manier waarop wij vinden dat we het moet gebeuren. Wij willen een andere hogeschool worden.” 06 Inhollanddocenten Machteld de Jong en Peter ‘t Lam zijn genomineerd voor de FSW Dissertatieprijs 2012, die jaarlijks uitgereikt wordt door de Vrije Universiteit. De prijs beoogt kwalitatief hoogstaand empirisch promotieonderzoek op het brede terrein van de sociale wetenschappen te vergroten. Machteld de Jong is genomineerd voor haar proefschrift ‘Ik ben die Marokkaan niet! Onderzoek naar identiteitsvorming van Marokkaans-Nederlandse hbo-studenten’. De nominatie van Peter ‘Lam is gebaseerd op zijn proefschrift ‘Impressions of European Integration. A comparitive analysis of the impact of EU news in European newspapers on European audiences’. 13 Doekle Terpstra wordt in Zeist verkozen tot Influencer of the Year 2012. De prijs wordt jaarlijks tijdens het evenement Strategie Platform Onderwijs uitgereikt aan de meest invloedrijke persoon binnen de sector. “Uit deze benoeming blijkt dat het onderwijs vertrouwen heeft in ‘het andere Inholland’ waaraan we bouwen”, zegt de collegevoorzitter in een reactie. “Deze award is een erkenning voor mij persoonlijk maar vooral voor de hogeschool.” 17 De Glazen Studentenbus, een project naar voorbeeld van het Serious Request Glazen Huis van 3 FM, haalt in vier ‘Inhollandsteden’ ruim 12.500 euro op voor het Rode Kruis, na een non-stop radiomarathon van 100 uur. De mobiele radiostudio wordt gerund door studenten Media- en Entertainment Management en studenten Communicatie, onder begeleiding van radiodocent Sieb Kroeske. Een week later verhogen studenten van de opleiding Hoger Toeristisch en Recreatief Onderwijs de Inhollanddonatie voor Serious Request nog eens met 10.000 euro met een speciale activiteitenweek in het Stay Okay hostel in Bergen op Zoom.
49
50 Jaarverslag Inholland 2012
7 Feiten en cijfers 7.1 Financiële cijfers Onderstaande cijfers zijn ontleend aan de kalenderjaarrekening 2012, waarbij door KPMG Accountants N.V. op 15 mei 2013 een goedkeurende verklaring is afgegeven. Geconsolideerde balans
x 1000 euro Toelichting
Werkelijk
Begroot
Werkelijk
Werkelijk
31 december
31 december
31 december
31 december
2012
2012
2011
2010*
205.828
217.047
227.404
244.171
Activa Vaste activa Vorderingen
(a)
30.000
29.817
29.817
32.322
Liquide middelen
(b)
27.424
14.885
8.567
12.214
263.252
261.749
265.788
288.707
76.445
76.573
72.198
102.714
375
0
353
489
Voorzieningen
34.597
21.304
27.304
4.983
Langlopende schulden
68.921
75.261
77.321
45.654
Passiva Eigen vermogen
(c)
Aandeel derden
Kortlopende schulden
(d)
82.914
88.611
88.612
134.865
(e)
263.252
261.749
265.788
288.707
0,69
0,50
0,43
0,33
Kerncijfers Current ratio
(a+b) / (d)
Solvabiliteit
(c) / (e)
Werkkapitaal
(a+b) – (d)
29,0%
29,3%
27,2%
35,6%
– 25.490
– 43.909
– 50.228
– 90.329
* Aangepast voor vergelijkingsdoeleinden
Solvabiliteit Met solvabiliteit wordt aangegeven in hoeverre de stichting haar financiële verplichtingen aan de verschaffers van vreemd vermogen kan nakomen. Met andere woorden: solvabiliteit is de verhouding tussen het eigen vermogen en het totaal vermogen op de balans. Inholland streeft, net als het Waarborgfonds HBO naar een solvabiliteit van minimaal 20%. Met een solvabiliteit van 29% blijft Inholland boven de norm van 25%. Voorzieningen Onder de post Voorzieningen zijn opgenomen de voorzieningen Reorganisatie, Leegstand, Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling Hoger Beroepsonderwijs, WAO Eigen Risico, Langdurig zieken en Jubileumuitkering.
Geconsolideerde staat van baten en lasten
x 1000 euro Werkelijk
Begroting
Werkelijk
Werkelijk
2012
2012
2011*
2010*
Rijksbijdragen
200.544
193.279
196.013
193.257
Collegegelden
49.818
55.117
55.345
53.406
5.407
17.360
7.547
7.861
17.437
7.511
16.684
20.695
273.206
273.267
275.588
275.218
198.946
203.418
239.085
201.951
Afschrijvingen
25.254
23.689
22.790
20.444
Huisvestinglasten
19.004
14.727
15.516
17.136
Baten
Baten werk i.o.v. derden Overige baten Totaal baten Lasten Personele lasten
Overige instellingslasten Totaal lasten Saldo baten & lasten
22.606
23.166
25.580
27.878
265.809
265.000
302.972
267.409
7.396
8.267
-27.384
7.809
Financiële baten en lasten Financiële baten
171
173
228
125
Financiële lasten
– 2.731
– 4.369
– 3.228
– 2.887
Totaal financiële baten en lasten
– 2.560
– 4.196
– 3.000
– 2.762
4.836
4.071
-30.384
5.048
– 16
- 49
– 49
– 61
– 551
0
0
0
Resultaat uit gewone bedrijfsvoering Vennootschapsbelasting Resultaat Deelneming Aandeel derden Exploitatieresultaat
- 22
0
– 85
– 99
4.247
4.022
- 30.518
4.888
* Aangepast voor vergelijkingsdoeleinden
51
52 Jaarverslag Inholland 2012
Resultaatbestemming
Toevoeging/onttrekking aan algemene
Werkelijk
Begroting
Werkelijk
Werkelijk
2012
2012
2011*
2010*
4.906
4.022
- 13.192
11.888
- 659
0
- 17.326
- 6.200
4.247
4.022
- 30.518
4.888
reserve Toegevoegd aan bestemmingsreserve Resultaat * Aangepast voor vergelijkingsdoeleinden
Het resultaat over 2012 is ten opzichte van de begroting ca. € 2 mln. hoger. De belangrijkste afwijkingen ten opzichte van de begroting zijn: —— De rijksbijdragen in 2012 zijn hoger dan begroot door aanpassing van het macrobudget (andere verdeling naar instellingen), de afschaffing van de langstudeerdersmaatregel en de ontvangen prijscompensatie. —— Collegegelden wijken af van de begroting door de afschaffing van de langstudeerders-maatregel. —— De baten in opdracht van derden en overige baten lopen achter op de begroting door de afname van het contractonderwijs (Holding), minder opbrengsten uit detachering personeel en de studentbijdragen die teruglopen. —— De personele lasten zijn lager dan begroot door de afname van personeel in het kader van de reorganisatie. In het kader van de bezuinigingen wordt er sterk gestuurd op het verminderen van externe inhuur. Dit is terug te zien in een daling van deze kosten in de rubriek personele lasten. Daarnaast veroorzaken de dotaties (€ 9,5 mln.) in de personele voorzieningen (met name de reorganisatievoorziening) personele lasten die niet begroot waren. —— De afschrijvingen zijn hoger dan begroot en de afwijking wordt verklaard door de afwaardering (€ 1,8 mln.) van de verbouwingen in de huurpanden in Amstelveen en Hoofddorp die per 1 september 2013 leegstaan. —— De huisvestingslasten zijn hoger dan begroot door de vorming van een leegstandsvoorziening (€ 4,4 mln.) voor de huurpanden in Hoofddorp en Amstelveen die per 1 september 2013 leegstaan. —— Het saldo van de financiële baten en lasten wijkt af van de begroting, met name door de lagere rentelasten. In de financiële baten en lasten is ook de afwaardering (€ 0,5 mln) van de deelneming Stichting Hoger Beroeps Onderwijs Suriname verwerkt.
8 Personeel en organisatie Formatie OP/OOP 2009
2010
2011
2012
fte
aantal
fte
aantal
fte
aantal
fte
aantal
OP
1.185
1.601
1.251
1.690
1.175
1.579
1.100
1.486
OOP
1.132
1.298
1.134
1.298
1.080
1.240
869
995
Totaal
2.317
2.899
2.385
2.988
2.255
2.819
1.968
2.481
Formatie Man/Vrouw 2009
2010
2011
2012
FTE Man
1.133
1.153
1.071
923
FTE Vrouw
1.184
1.232
1.184
1.045
FTE M+V
2.317
2.385
2.255
1.968
Aantal Man
1.329
1.344
1.252
1.084
Aantal Vrouw
1.570
1.644
1.567
1.397
Aantal M+V
2.899
2.988
2.819
2.481
OP m
OP v
OOP m
OOP v
december 2008
49,38
45,37
43,59
41,80
december 2009
49,57
44,81
43,54
41,48
december 2010
49,68
44,51
43,56
42,29
december 2011
50,06
45,61
44,62
42,58
december 2012
50,49
45,90
45,59
43,68
Gemiddelde leeftijd
Leeftijdverdeling OP-OOP 0,200%
0,20%
0,193%
0,18% 0,16%
15% 0,140%
0,14%
0,131% 0,011%
0,12% 0,10%
0,138%
0,130%
0,104% 0,092%
0,089%
0,08%
0,077%
0,06%
0,056% 0,037%
0,04% 0,02%
11%
0,155%
0,012%
0,053%
0,007%
0,002% 0,001%
0% <21 % OP
21-25
26-30
31-35
36-40
41-45
46-50
51-55
56-60
61-64
>=65
% OOP 53
54 Jaarverslag Inholland 2012
Formatie Leeftijd (OP/OOP; M/V) FTE
FTE
FTE
OP
OOP
OP+
FTE
FTE
Man Vrouw
FTE Aantal Aantal Aantal M+VOP man
OOP
OP
OOP
Vrouw
Man
Aantal OOP Vrouw
<21
-
10
10
5
5
10
-
-
5
6
21 - 25
8
33
40
15
25
40
5
4
12
23
26 - 30
61
67
128
39
89
128
26
62
24
49
31 - 35
98
102
200
66
135
200
42
90
35
80
36 - 40
114
127
241
105
136
241
56
99
62
85
41 - 45
115
114
229
91
138
229
67
98
41
95
46 - 50
154
114
268
103
165
268
95
121
30
101
51 - 55
213
135
348
189
159
348
144
132
74
80
56 - 60
233
121
354
214
139
354
192
111
57
81
61 - 64
102
47
148
95
53
148
86
54
29
24
1
1
1
1
1
1
2
-
-
2
923 1.045 1.968
715
771
369
626
>=65 Leeftijd totaal
1.100
869 1.968
Verzuim%* 2009
2010
2011
2012
4,9
4,1
4,9
5,5
Leeftijd Totaal
* Betreft het gewogen ziekteverzuim over het gehele kalenderjaar.
Formatie Deeltijd/Voltijd FTE M+V Deeltijd Voltijd
Aantal M+V
2009
2010
2011
2012
2009
2010
2011
2012
1.009
1.078
1.033
908
1.585
1.681
1.597
1.421
1.314
1.307
1.222
1.060
1.314
1.307
1.222
1.060
2.323
2.385
2.255
1.968
2.899
2.988
2.819
2.481
Formatie Aard van het dienstverband FTE M+V
Aantal M+V
2009
2010
2011
2012
2009
2010
2011
2012
1.751
1.834
1.801
1.682
2.162
2.256
2.214
2.083
430
445
360
215
640
670
547
351
Bepaalde tijd muo OT*
22
13
7
5
28
17
11
6
Tijdelijke uitbreiding**
49
53
40
32
237
259
195
154
Stagiair
57
40
42
33
61
41
43
36
Onbepaalde tijd Bepaalde tijd
* Bepaalde tijd met uitzicht op aanstelling voor onbepaalde tijd ** Geeft dubbeltelling bij het aantal
Verhouding M/V in topposities (Talent naar de Top) 2011
2012
FTE Aantal
FTE
FTE
FTE
Man
Vrouw
M+V
M+V
Man
2012
2011
Aantal
Aantal Aantal
Vrouw
M+V
M+V
Functieschalen 13 en 14
88,63
(62%)
53,58
(38%) 142,21 139,32
94
(61%)
59
(39%)
153
151
Functieschalen >=15
17,30
(63%)
10,00
(37%)
27,30 33,01
21
(64%)
12
(36%)
33
41
71 (38%)
186
192
Totaal
105,93 (62%) 63,58 (38%) 169,51 172,33
115 (62%)
Formatie OP naar functie 2009 FTE
2010
Aantal
FTE
2011
Aantal
FTE
2012
Aantal
FTE
Aantal
Lector 1
4,6
7
5,8
8
5,8
9
5,8
8
Lector 2
7,8
12
8,2
13
8,2
13
6,6
10
Associate Lector 1
1,4
4
0,6
3
0,6
3
3,6
6
Associate Lector 2
1,6
4
2,1
4
2,6
5
3,3
5
Specialist
8,8
17
7,2
15
6,6
13
2,8
5
Docent 1; Specialist
180,5
209
197,2
234
225,0
269
225,3
273
Docent 2
575,6
739
618,0
790
567,9
740
516,3
688
Docent 3
346,1
522
327,2
508
260,5
399
199,2
321
Docent-Expert 1
0,0
0
6,8
8
13,6
16
20,7
24
Docent-Expert 2
0,0
0
4,5
5
20,2
24
38,1
45
Docent-Expert 3
0,0
0
4,4
5
8,4
10
12,1
14
Honoursdocent
0,0
0
2,0
3
6,2
8
8,4
9
Onderwijsassistent 1
15,0
17
18,9
22
10,0
12
13,9
17
Onderwijsassistent 2
2,9
4
5,6
6
3,7
5
14,5
19
Onderwijsassistent 3
4,9
8
4,6
8
3,6
6
3,3
5
Praktijkdocent Onderwijs.
34,6
55
37,3
56
31,9
45
25,4
36
1.183,8
1598
1.250,6
1688
1.174,7
1577
1.099,4
1485
Formatie OOP naar salarisschaal 2009 Nominaal
2010
2011
2012
FTE
Aantal
FTE
Aantal
FTE
Aantal
FTE
Aantal
69,3
74
45,6
47
48,4
49
41,5
50
Schaal 1
0,4
1
0,4
1
-
-
-
-
Schaal 2
0,6
1
0,6
1
-
-
-
-
Schaal 3
-
-
-
-
-
-
-
-
Schaal 4
45,6
54
42,8
49
40,2
47
33,1
38
Schaal 5
57,2
70
46,4
57
39,4
47
25,0
30
Schaal 6
121,7
149
124,6
153
108,0
133
85,3
105
Schaal 7
156,7
189
165,8
199
146,6
180
100,1
122
Schaal 8
110,0
131
111,9
134
102,5
124
96,9
114
Schaal 9
79,5
90
77,8
90
81,9
95
68,4
78
Schaal 10
89,0
99
101,8
113
99,1
110
75,9
84
Schaal 11
127,0
142
123,4
138
129,5
148
107,1
121
Schaal 12
114,6
133
140,5
159
131,2
150
99,5
113
Schaal 13
112,4
117
100,2
104
102,9
106
88,5
92
Schaal 14
23,5
24
28,4
29
29,2
30
28,3
29
Schaal 15
8,0
8
9,8
10
8,8
9
9,9
10
Schaal 16
16,0
16
14,0
14
11,0
11
9,0
9
Schaal 17
-
-
-
-
1,0
1
-
-
Schaal 18
-
-
-
-
-
-
-
-
1.131,6
1.298
1.134,1
1.298
1.079,7
1.240
868,6
995
55
56 Jaarverslag Inholland 2012
Uitstroom van medewerkers Studiejaar 2011-2012
Uitstroom vrouwen
Uitstroom mannen
Aantal
Fte
Aantal
Fte
Aantal
Fte
4
2,6
1
0,5
5
3,1
Beeindigingsregeling
75
54,0
74
63,5
149
117,5
Eigen verzoek
62
46,1
28
23,3
90
69,3
Arbeidsongeschikt
Einde tijdelijk dienstverband
Uitstroom Totaal
160
112,7
122
92,3
282
205,0
FPU volledig
9
6,2
12
8,5
21
14,7
Ontslag op staande voet
0
0,0
1
1,0
1
1,0
Overlijden
2
1,3
2
1,7
4
3,0
Overlijden (geen smartegeld)
0
0,0
-
0,0
0
0,0
Pensioen
5
5,3
12
10,3
17
15,6
Tijdens proeftijd
0
0,0
-
0,0
0
0,0
317
228,1
252
201,1
569
429,2
Totaal
9 Studentenaantallen Onze gegevens over studentenaantallen betreffen de inschrijvingen per domein en locatie. De gebruikte terminologie is als volgt: —— Een inschrijving is een (her)aanmelding waarvoor geldt dat op de wettelijke peildatum aantoonbaar aan alle inschrijvingsvoorwaarden is voldaan. —— De inschrijvingen betreffen de interne cijfers van Inholland (PeopleSoft). —— Bij het overzicht inschrijvingen staat het totaal aan nieuwe inschrijvingen en herinschrijvingen opgenomen. Nieuwe inschrijvingen zijn die inschrijvingen waarvoor geldt dat de student in het vorig studiejaar niet voor dezelfde opleiding ingeschreven stond bij Inholland. —— Voor de hbo-bekostiging (OC&W) gelden afwijkende aantallen. Deze zijn op de site van de HBO-raad gepubliceerd en aldaar terug te vinden met bijbehorende definities. De aantallen zijn weergegeven naar de verschillende domeinen en naar de verschillende locaties van Inholland. Sinds 2008 is de opleiding tot Verloskundige verbonden aan Inholland met vestigingen in Amsterdam en Groningen. Ook zijn de aantallen verdeeld naar de OCW-clusters waardoor vergelijking met landelijke ontwikkelingen binnen die clusters mogelijk is. De betekenis van de OCW-clusters / onderwijssectoren is als volgt: Cluster
Sector
hao-cluster
agrarisch
heo-cluster
economie
hgzo-cluster
gezondheid
hpo-cluster
educatie
hsao-cluster
gedrag en maatschappij
hto-cluster
techniek
kuo-cluster
kunst
Naast bachelors en Associate degrees bestaat de Inholland-populatie ook uit masterstudenten en inschrijvingen in een hoger jaar. De mbo-opleidingen zijn inmiddels afgebouwd.
57
58 Jaarverslag Inholland 2012
Overzicht Inschrijvingen totaal per domein Per Domein
Peildatum
Actuals 2011
1-10-2012
01-10-2011
Domein Agriculture
920
552
Domein Communicatie, Media en Muziek
5.869
6.290
Domein Gezondheid, Sport en Welzijn
5.749
6.214
Domein Management, Finance en Recht
5.655
6.151
Domein Marketing, Toerisme en Vrijetijdsmanagement
5.330
5.733
Domein Onderwijs, Leren en Levensbeschouwing
3.194
3.570
Domein Techniek, Ontwerpen en Informatica
2.344
2.516
Verloskunde
361
353
Totaal hbo-bachelorstudenten
29.422
31.379
Domein Gezondheid, Sport en Welzijn
204
195
Domein Onderwijs, Leren en Levensbeschouwing
72
76
Totaal hbo-masterstudenten
276
271
Totaal hbo-bachelor- en masterstudenten
29.698
31.650
Nieuwe inschrijvingen incl februari doorstroom
Peildatum
Actuals 2011
1-10-2012
1-10-2011
Hbo - Bac exclusief februari
7.518
7.262
Hbo - Bac februaridoorstroom
659
993
Hbo - MAS
136
89
Totaal
8.313
8.344
In 2011 is er sprake geweest van een flinke daling van nieuwe inschrijvingen. Tegelijkertijd is het aanbod aan opleidingen voor eerstejaars verkleind. In 2012 is de verkleining van het aanbod voor eerstejaars verder doorgevoerd maar is er weer toename te zien in de nieuwe inschrijvingen. De februaridoorstroom daarentegen lag op een lager niveau dan vorig jaar (het aantal herinschrijvingen dat overbleef van de februari-instroom). Het totaal aantal studenten is tegen de 30.000 uitgekomen. Overzicht Inschrijvingen totaal per locatie Per Locatie
Peildatum 1-10- Actuals 2011 2012
01-10-2011
Alkmaar
3.433
3.542
Amsterdam
4.162
4.193
Delft
956
1.119
Den Haag
3.072
3.329
Diemen
4.624
5.109
Dordrecht
314
367
Groningen
154
152
Haarlem
5.700
5.907
Hoofddorp
115
173
Rotterdam
7.168
7.744
Zaanstad
0
15
Totaal hbo-bachelor- en masterstudenten
29.698
31.650
Inschrijvingen per OCW cluster Mutatie clusters inschrijvingen totaalpopulatie 2012 t.o.v. 2011 o.b.v. aantallen 1-10-2012 hao-cluster
-1,72%
heo-cluster
-7,73%
hgzo-cluster
0,87%
hpo-cluster
-10,48%
hsao-cluster
-4,24%
hto-cluster
-2,19%
kuo-cluster
-10,50%
Bachelor Master Associate Degree Totaalpopulatie
-6,32% 1,85% 3,18% -6,17%
Profileringsfonds 2012 Aantal EER studenten met tegemoetkoming uit het Profileringsfonds in het kalenderjaar 2012 Subtotaal van deze verstrekte vergoedingen (x 1.000) Aantal niet EER studenten met een vergoeding uit het Profileringsfonds Subtotaal van deze verstrekkingen (x 1.000) Grand totaal van de in 2012 verstrekte vergoedingen uit het Profileringsfonds (x 1.000)
457 376K 27 51K 427K
59
60 Jaarverslag Inholland 2012