ICT beleidsplan

ICT beleidsplan

CBS de Springplank Mark Uiterwijk December 2011

2011-2015

Rhenen

ICT beleidsplan CBS de Springplank

2011-2015

Inhoudsopgave

Voorwoord

4

1. Algemene schoolgegevens

5

2. Inleiding

6

3. Visie van de school

7

4. Beginsituatie

8

4.1

Infrastructuur 4.1.1

Hardware

4.1.2

Software

8

4.1.2.1 Leerlingensoftware 4.1.2.2 Leerkrachtensoftware 4.1.3 4.2

4.3

Het netwerk

Deskundigheidsbevordering 4.2.1

Directie

4.2.2

Groepsleerkrachten

4.2.3

ICT-er

4.2.4

Digibord

Onderwijskundig beleid

5. Toekomstplannen

10

11

13

5.1

Website

13

5.2

Digitalisering

14

5.3

5.2.1

Communicatie naar ouders

5.2.2

Communicatie naar leerlingen

Nieuwbouw

6. Doelstellingen 6.1

2

Algemene doelen

15

16 16


2011-2015

6.2

Concrete doelen

16

6.3

Stappenplan

18

6.4

Meerjarenplan

24

7. Taakverdeling 7.1

25

Taalverdeling binnen school 7.1.1

ICT coördinatoren

7.1.2

Werkgroep

7.1.3

Federatie

8. Gedragsprotocol

25

27

8.1

Algemeen

27

8.2

Diploma Veilig Internet

27

8.3

Gedragsregels internet (internetprotocol)

28

8.4

De website van de school

28

8.5

Het gebruikersreglement ICT

28

9. Bijlagen

29

9.1

Internetprotocol voor kinderen

29

9.2

Overzicht software op de server

30

9.3

Overzicht hardware op school

32

9.4

Meerjarenbegroting ICT

33

9.5

Checklisten vaardigheden leerkracht

36

3

9.5.1

Checklist ICT en Didactiek

9.5.2

Checklist vaardigheden Smartbord


2011-2015

Voorwoord Voor u ligt het ICT beleidsplan van CBS de Springplank uit Rhenen. Naast de wettelijke verplichting een beleidsplan voor ICT te ontwikkelen, is er bij het team van de Springplank de behoefte ontstaan om de reeds in gang gezette ontwikkelingen op het gebied van ICT nader in kaart te brengen. De afgelopen jaren is de school erin geslaagd om ICT stapsgewijs een plek te geven in het onderwijs. Hoewel door alle leerlingen reeds veelvuldig gebruik wordt gemaakt van de computer, gebeurt dit nog niet gestructureerd en is het gebruik nog teveel afhankelijk van de individuele leerkracht. Vanuit het team is duidelijk geworden dat ICT een speerpunt gaat worden in onze onderwijsvisie, waarin alle kinderen optimaal kunnen ontwikkelen. De randvoorwaarden moeten dan optimaal zijn en de leerkrachten moeten kundig gebruik kunnen maken van de computer als hulpmiddel. In dit beleidsplan zullen de huidige situatie, maar ook de gewenste situatie worden geschetst op het gebied van materiaal, scholing en ondersteuning vanuit de ICT werkgroep. Bij het tot stand komen van dit beleidsplan zijn alle geledingen in de school betrokken. Het plan omvat een periode van vier jaar, maar kan tussentijds worden bijgesteld. De ontwikkelingen op ICT gebied gaan dusdanig snel, dat het denkbeeldig is, dat dit ook daadwerkelijk gaat gebeuren.

4


2011-2015

Hoofdstuk 1

Algemene schoolgegevens

Adres school:

CBS de Springplank Groeneweg 62 3911 PG Rhenen

Telefoon:

0317-620144

E-mailadres:

[email protected] [email protected]

Website:

www.cbsdespringplank.nl

Directeur:

mevr. N. de Baat

( [email protected] )

ICT coördinatoren:

mevr. A. de Winter


dhr. M. Uiterwijk


Websitebeheer:

dhr. M. Uiterwijk mevr. A. de Winter

De school behoort bij het VPCO (Vereniging Protestant Christelijk Onderwijs) te Rhenen. De Springplank is ook aangesloten bij een samenwerkingsverband; de federatie Utrechtse heuvelrug, waarbij de scholen uit Rhenen, Amerongen en Leersum nauw contact hebben op het gebied van verscheidene onderwijsaspecten waaronder ICT. Adres bestuur:

VPCO Rhenen p/a Ericalaan 30 3911 XN Rhenen

Adres federatie:

Federatie Utrechtse Heuvelrug Postbus 20 3958 ZT Amerongen

5


Hoofdstuk 2

2011-2015

Inleiding

ICT op school is niet vrijblijvend. Kinderen krijgen er in toenemende mate in het dagelijks leven en straks op hun werk mee te maken. De school maakt deel uit van een maatschappij, waarin de computer niet meer weg te denken is. Om ICT op een goede en verantwoorde manier in het onderwijs te integreren krijgt de school geld van het ministerie. De school is vrij in de besteding van dit budget, maar moet zich wel verantwoorden. Elke school dient in een beleidsplan aan te geven hoe ICT gestalte wordt gegeven. Dit beleidsplan moet in relatie staan tot het schoolplan, waarin de school de algemene doelen en uitgangspunten van het onderwijs verwoordt. We kunnen bij ICT grofweg drie aspecten onderscheiden. 1.

De infrastructuur de hardware, de software, het netwerk

2.

Deskundigheidsbevordering scholing van personeel

3.

Onderwijskundig beleid hoe integreren we ICT (het gebruik van de computer) planmatig in ons onderwijs

In de volgende hoofdstukken gaat dit plan, volgens de 3 aspecten, in op de beginsituatie en de gestelde doelen.

6


Hoofdstuk 3

2011-2015

Visie van de school

Wij leven in een veranderende wereld. Overal om ons heen zien wij dat het gebruik van de computers voor diverse doeleinden steeds meer toeneemt. In vele bedrijven, maar ook in de thuissituatie, is de computer niet meer weg te denken. Het is dan ook vanzelfsprekend dat onze school daarop inspeelt. Onze school bereidt de kinderen voor op hun eigen rol in de samenleving. Daarbij hoort ook het goed en zinvol omgaan met de computer. Wij zien het gebruik van de computers op school als een instrument die onze taak, het lesgeven, ondersteunt en extra mogelijkheden biedt. Naarmate de kinderen ouder worden zal het onderwijskundig computergebruik binnen de school toenemen. De diverse programma’s op de computers helpen de leerlingen zich veelzijdig te ontplooien en te ontwikkelen, op basis wat wij in het stappenplan hebben gerealiseerd. Dit geldt voor de begaafden, maar zeker ook de minder begaafde leerlingen. De rol van de leerkracht zal niet alleen de lesgevende zijn, maar ook een sturende/begeleidende rol. De kinderen gaan van zelfstandig werken naar zelfstandig leren toe en werken aan hun zelfontplooiing binnen het computeronderwijs . De inrichting van de school is zich steeds meer gaan richten op het ICT gebruik. In alle klassen zijn 3 werkplekken voor de leerlingen gerealiseerd. Ook is er een werkplek voor alle leerkrachten die werken met een digitaal schoolbord. Op de gangen zijn werkplekken aanwezig (in totaal 16), zodat er ook met grote groepen gebruik kan worden gemaakt van de ICT mogelijkheden binnen school. In het schooljaar 2010/2011 hebben we in federatief verband een studiedag besteed aan onze visie op onderwijs, waarbij ICT ook een groot aandeel heeft. We kwamen tot de conclusie dat we het meeste leerrendement behalen als we ons onderwijs aanpassen naar de behoeften van de kinderen. We willen ieder kind leerstof aanbieden op zijn of haar eigen niveau. ICT is daar het ideale hulpmiddel voor.

7


Hoofdstuk 4

2011-2015

Beginsituatie

Om reële doelen te kunnen stellen is het noodzakelijk goed op de hoogte te zijn van de situatie waarin de school zich op dit moment bevindt.

4.1

Infrastructuur

4.1.1 Hardware In de school staat een ruime hoeveelheid computers. We werken vanaf maart 2011 met het systeem Ncomputing. Met N-computing wordt gebruik gemaakt van gedeelde computers. Er is één computer in een klas aanwezig waarop, naast het leerkrachtenbeeldscherm en het digitale schoolbord, nog 3 leerlingenbeeldschermen zijn aangesloten.

Op deze manier van werken creëer je meer werkplekken in dezelfde ruimte. Deze werkplekken zijn stiller in vergelijking met losse computers en zijn een stuk zuiniger in gebruik. Deze manier van werken is geheel geïntegreerd met onze serverbeheerder Andolan Naast de werkplekken in de klas (in iedere klas 3 werkplekken voor de leerlingen en 1 voor de leerkracht), staan er op diverse plaatsen in het gebouw werkeilanden. In het hoofdgebouw zijn 2 keer 4 werkplekken aangesloten en in het noodgebouw zijn 8 werkplekken extra aanwezig. De leerlingen kunnen op deze manier groepsgewijs gebruik maken van de ICT mogelijkheden binnen onze school. Ook in de directiekamer, de IB/RT ruimte en de lerarenruimte zijn computers aanwezig. Met een leerling-populatie van 240 kinderen (1 oktober 2011) en een computeraantal van 65 (inclusief leerkrachtenwerkplekken), hebben we een ratio van ongeveer 1:4. Op dit moment zijn alle groepen werkzaam met het Smartbord (7 groepen met de nieuwste versie).

4.1.2 Software Op school zijn verscheidene soorten software aanwezig. De software is bedoeld om leerlingen en leerkrachten te helpen in het onderwijs en extra oefening en visuele ondersteuning te bieden. 4.1.2.1 Leerlingensoftware Voor verscheidene methodes is de software aanwezig op school. Kinderen kunnen op deze manier de aangeboden stof nog extra oefenen en het zich eigen maken. Ondergenoemd een lijst met programmatuur bedoeld voor de leerlingen. Naast de methodesoftware zijn er extra programma’s aanwezig waar de kinderen naar eigen behoefte mee kunnen oefenen. Te denken valt aan de programma’s van microsoft office, paint, kunstprogramma’s, verkeer en diverse speloefeningen.

8


2011-2015

Groep 1/2

Spelen met de computer, Ambrasoft woordenstart, Schatkist, Taalverhaal, Rondje verkeer

Groep 3/4

Rondje verkeer, Veilig leren lezen, Ambrasoft, Taalverhaal, Leesladder

Groep 5-8

Ambrasoft, Taalverhaal, Maatwerk, Hier en Daar (6-8), Bubbles (7-8), oefeningen Digikidz, oefeningen Edurom.

4.1.2.2 Leerkrachtensoftware Er zijn ook genoeg programma’s die de leerkracht kunnen ondersteunen in het lesgeven. Zowel programma’s gericht op registratie, als programma’s gericht op lesondersteuning. Het digitale schoolbord wordt in bijna alle klassen gebruikt en dus ook de Smart notebook software wordt intensief gebruikt.

Registratie

Ondersteuning

Dotcom

Estafette

WIG registratie

Taalverhaal taal

Estafette

Taalverhaal spelling

Veilig leren lezen

WIG

LOVS

Veilig leren lezen

DHH

Pennenstreken Smart notebook

4.1.3 Het netwerk Het netwerk is in de loop der jaren veel veranderd. Het leerlingenaantal paste niet meer in het huidige gebouw. Daardoor is er een noodgebouw bijgekomen. Hier moesten dezelfde ICT faciliteiten worden geboden als in het hoofdgebouw. Geprobeerd is om dit met een draadloos netwerk op te lossen. Al gauw kwamen we tot de conclusie dat alles “aan draad” de beste en meest betrouwbare manier is. Het gebruikte netwerk was erg verouderd. Toen we in maart 2011 overstapten naar een nieuwe netwerkbeheerder is besloten een aantal dingen (switches, bekabeling, server) te vervangen om het netwerk optimaal te kunnen gebruiken. Momenteel loopt alles zonder grote problemen.

9


4.2

2011-2015

Deskundigheidsbevordering

In een team is het logisch dat de kundigheid op het gebied van ICT varieert. De één beheerst bepaalde vaardigheden al, terwijl een ander deze juist nog moet leren. De één leert het makkelijker en sneller aan dan een ander. De één ziet er meer het nut van in dan een ander. Om iedereen vanuit dezelfde vaardigheden voor de klas te laten staan, is het belangrijk dat er scholing plaatsvindt. In het verleden kon iedereen zich inschrijven voor de basiscursussen van microsoft office, de programmatuur waar iedereen uiteindelijk mee moet kunnen werken. Ook kon er voor cursussen worden ingeschreven waarbij randapparatuur centraal stond, denkend aan fotografie en videobewerking. Vanaf dit schooljaar werkt iedere leerkracht met een Smartbord. Om hier kundig mee om te gaan, heeft de federatie besloten dat iedereen een verplichte cursus moet volgen. Enkele leerkrachten hebben deze vorig jaar gevolgd, omdat deze leerkrachten vorig jaar al met het bord werkten. Alle andere leerkrachten volgen de cursus dit jaar. De cursus wordt gegeven door de twee ICT coördinatoren (Anneke de Winter en Mark Uiterwijk). Zij hebben afgelopen jaar de cursus “train-de-trainer” gevolgd en mogen de teamleden nu opleiden. Hieronder een overzicht van de vaardigheden, zoals die moeten worden beheerst door leerkrachten, directieleden en ICT-ers

4.2.1 Directie De directie kan inloggen op het netwerk en kent haar gebruikersrechten. Ze beheerst vaardigheden om te kunnen werken met Word, Excel, PowerPoint, e-mail, internet en de schooladministratie. Ze kan de gegevens halen uit programmatuur die zij voor hun dagelijks werk nodig hebben zoals bijv. administratieprogramma’s en het leerlingvolgsysteem. Ze kan informatie vanuit school naar ouders digitaal versturen/plaatsen. Ze kan inloggen in externe server van bv. administratiekantoor.

4.2.2 Groepsleerkrachten Op groepsniveau is iedere leerkracht op de hoogte van de mogelijkheden die de educatieve programma’s voor zijn groep bieden en hij kan de kinderen instructies geven om met de software te kunnen werken. Iedere leerkracht kan de software die in zijn klas gebruikt wordt en die niet via het netwerk wordt onderhouden zelf beheren. De leerkracht bezit de vaardigheid en kennis die nodig is om kinderen te instrueren in het werken met Word, Internet, webmail. Leerkrachten kunnen inloggen op het netwerk en kennen hun gebruikersrechten. Leerkrachten kunnen zelf de toetsresultaten invullen en analyseren in het leerlingvolgsysteem. Leerkrachten kunnen de digitale reacties van ouders verwerken. Leerkrachten zijn vaardig in de administratieprogramma’s (Dotcom en LOVS) waarin een leerlingvolgsysteem aanwezig is. Leerkrachten kunnen e-mails lezen en versturen via de webmail. Leerkrachten kunnen een nieuw image maken indien aangegeven door de ICT-er. Zijn verantwoordelijk voor het up-to-date houden van de website van de groep waarin ze werken.

10


-

2011-2015

De leerkracht zet de tekst en foto’s op de server (L-schijf  Algemeen  Website). De ICT-er zet het dan op de website.

Afspraken hierover zijn: -

Criteria tussen iedere vakantie minimaal 1 keer een stukje tekst en/of foto’s maximaal 1 A4-tje tekst maximaal 4 foto´s het moet gaan over wat er is geweest of wat er nog komt

4.2.3 ICT-er ICT-ers beheersen de vaardigheden die nodig zijn om leerkrachten en directies te scholen en te begeleiden bij het uitvoeren van hun dagelijkse ICT-werkzaamheden zoals hierboven omschreven. Hij/zij is in staat het eenvoudige dagelijkse beheer zelf uit te voeren en kleine problemen op te lossen. Verantwoordelijk voor uitbesteding van technisch groot onderhoud. Verantwoordelijk voor de software licenties. Mede verantwoordelijk voor de financiën van ICT. Verantwoordelijk voor borging van het ICT-beleid. Het maken van een back-up of het updaten van een antivirus programma. Hij/zij is op de hoogte van de vernieuwingen op gebied van ICT. Hij/zij coördineert de uitvoering van het beleid. Verantwoordelijk voor de aanschaf van verbruiksmateriaal: cd-roms, cartridges, toetsenborden, koptelefoons e.d. De regiobijeenkomsten van de federatie bijwonen en hierin een actieve rol aannemen. Hij/zij Installeert programma’s op stand-alonepc’s Is verantwoording verschuldigd over het ICT beleid aan de directeur.

4.2.4 Digiborden Alle leerkrachten die werken met een digibord moeten de cursus master 1 en master 2 volgen bij Smart of de desbetreffende train-de-trainer op school. Er zijn 2 leerkrachten op onze school die de cursus Train de trainer gevolgd hebben. Zij hebben naast de master 1 en master 2 een verdiepende cursus gevolgd en zijn de specialist voor het digibord.

4.3

Onderwijskundig beleid

Onderwijs maken wij als leerkrachten samen. Wij hebben een visie op onderwijs en daar stemmen wij ons aanbod op af. Ook ICT speelt hier een grote rol in. Omdat wij het beleidsplan zo breed mogelijk willen dragen, is er een ICT werkgroep aangesteld. Deze bestaat uit de twee ICT coördinatoren (Anneke de Winter en Mark Uiterwijk), de directeur (Natalie de Baat) en een teamlid (Femke Marvin). Samen gaan wij kijken hoe wij vorm willen geven aan ons beleid en koppelen dit terug in het team. Belangrijk is dat we een beleid vormen waar we met zijn allen achter staan, om zo een gevoel van eigenaarschap te kunnen creëren. Op deze manier zal iedereen er enthousiast en gedreven mee aan het werk gaan. Met de ontwikkeling van dit beleidsplan wordt een overzicht gegeven van ICT-gebruik.

11


2011-2015

De wijze waarop de computer in de klas wordt ingezet zouden we kunnen onderverdelen in 6 aandachtsgebieden: Ter verwerking van de basisstof door alle leerlingen Ter verwerking of instructie van remediërende oefenstof Ter verwerking van extra oefenstof Zoeken naar informatie op het internet Typevaardigheid trainen Communicatief middel voor schoolwerk

12


Hoofdstuk 5

2011-2015

Toekomstplannen

Om kinderen op een juiste manier voor te bereiden op de maatschappij, moet een school meegaan met de laatste ontwikkelingen op onderwijsgebied. Voor ICT houdt dat in dat de laatste software, ondersteunende programma’s en oefenstof, up-to-date moeten zijn. Ook de materialen moeten correct blijven functioneren en goed onderhouden worden.

5.1

Website

De website is het visitekaartje naar ouders en geïnteresseerden. Een website moet aantrekkelijk zijn en goed onderhouden worden. Daar is de hele school verantwoordelijk voor. Leerkrachten leveren stukjes aan voor op de website en de aangewezen ICT-ers zetten de informatie op de website. Op deze manier zijn er altijd nieuwe en interessante dingen te lezen voor de buitenwereld.

De website wordt veelal gezien als informatievoorziening. Toch kan de website op verschillende manieren worden ingezet. Informatie, communicatie, registratie en oefenstof kan worden aangeboden via de website. Niet alleen de leerkrachten proberen via de site ouders op de hoogte te houden. Ook de medezeggenschapsraad en de ouderraad gebruiken de website om openheid naar de buitenwereld te creëren. Voor de toekomst is het belangrijk om ouders er op te wijzen dat de site de moeite waard is om te bekijken. Via de statistieken kan in de gaten worden gehouden of de site vaak wordt gebruikt en of er verbetering zichtbaar zijn in het gebruik van de website. Ook moeten leerkrachten vaker informatie aanleveren om op de website te zetten, zodat ouders de activiteiten van hun kind kunnen volgen. De site kan ook gebruikt worden voor inschrijvingen, zodat ouders zich via de site kunnen aanmelden voor oudercontactavonden, hulpmomenten en informatievoorziening.

13


5.2

2011-2015

Digitalisering

5.2.1 Communicatie naar ouders ICT biedt veel voordelen in de communicatie naar ouders. Briefjes die mee naar huis moeten, worden vaak door kinderen vergeten mee te nemen, of blijven op de bodem van de schooltas liggen. Hierdoor ontstaat een situatie dat ouders niet op de hoogte zijn van de gebeurtenissen op school. Vanaf het schooljaar 2011-2012 zijn we begonnen met het inventariseren van de e-mailadressen van ouders. Het doel is om van 99 procent van de ouders een e-mailadres te ontvangen en deze digitaal te voorzien van informatie. Analyse van onze ouderpopulatie doet ons realiseren, dat wij geen percentage van 100 % kunnen verwachten. Ouders die niet in het bezit zijn van een e-mailadres of een computer thuis, krijgen de brief nog steeds op papier aangereikt. Voor de communicatie naar ouders toe is er een e-mailadres gemaakt: [email protected]. Op deze locatie worden de e-mailadressen van de ouders opgeslagen in zogenaamde distributielijsten. Per groep worden de adressen opgeslagen, zodat leerkrachten de groepen kunnen aanklikken waarvoor de informatie bedoeld is. Mailcorrespondentie wordt voorzien van een digitale handtekening (zie onder).

Ons doel is om zoveel mogelijk brieven te vervangen door e-mail. Op jaarbasis kan dit al gauw 5000 kopieën schelen, waarbij naast het financiële aspect ook de zorg voor het milieu om de hoek komt kijken.

5.2.2 Communicatie naar leerlingen Naast ons doel om ouders zoveel mogelijk digitaal te benaderen, streven wij er ook naar om de leerlingen uit de hogere groepen digitaalvaardig te maken. Een belangrijk onderdeel daarvan is het communiceren via internet en het veilig gebruiken van het internet.

14


2011-2015

In de groepen 6 t/m 8 zijn de kinderen in het bezit van een eigen gebruikersnaam op school. Dat houdt in dat daaraan een e-mailadres gekoppeld is. Dit e-mailadres wordt enkel gebruikt voor communicatie over school. Vanaf het schooljaar 2011-2012 wordt gekeken hoe de communicatie vorm gaat krijgen. Te denken valt aan: digitaal aanleveren van samenvattingen, inleveren van werkstukken, doorgeven van huiswerk etc. Door de kinderen bewust te maken van het gebruik van e-mail, wordt de overgang naar digitale leeromgevingen (waar vele Voortgezet Onderwijsscholen mee werken) minder groot. Kinderen leren met regelmaat te kijken op hun mail.

5.3

Nieuwbouw

In schooljaar 2010-2011 is door de gemeente Rhenen nieuwbouw voor de Springplank toegezegd. Het traject loopt al jaren, maar is eindelijk rond. Bij het ontwerpen van een nieuw gebouw moet goed worden nagedacht over inrichting en de koppeling aan onze visie op onderwijs. ICT speelt daar een grote rol in. Met het krijgen van het nieuwe gebouw, met de gestreefde opleverdatum van december 2013, wordt ook de complete bekabeling nieuw aangelegd. Er kan goed worden nagedacht over locatie van de server en de inrichting van de lokalen om eventuele storingen te voorkomen. Ook over de inrichting van lokalen met ICT werkplekken en de werkplekken in de gang moet worden nagedacht. In de werkgroep “nieuwbouw” zitten beide ICT-ers. Zij kunnen meedenken en vanuit hun eigen ervaringen tips bieden voor de inrichting van het nieuwe gebouw. Ook de netwerkbeheerder krijgt hier een rol in. Hardware, zoals die heden bestaat op school, wordt meegenomen naar het nieuwe gebouw en dus niet vernieuwd. Digitale schoolborden worden verhuisd door de leverancier.

15


Hoofdstuk 6 6.1

2011-2015

Doelstellingen

Algemene doelen

ICT maakt dagelijks en op ieder moment deel uit van ons onderwijs. We gebruiken ICT als ondersteuning en informatiemiddel. We leren kinderen te werken op de computer en op een veilige manier om te gaan met internet. Ook het omgaan met zoekmachines en het selecteren uit de veelheid van informatie heeft onze aandacht. Cyberpesten wordt op onze school niet geaccepteerd. Niet alleen is het gebruik van chatprogramma’s verboden, wij laten onze leerlingen uit de groepen 5 t/m 8 jaarlijks een gedragscode ondertekenen. Dit bespreken wij ook met onze ouders. We volgen een ICT beleidsplan waar onderwijskundige en pedagogische afspraken in staan vermeld. Op de Springplank werken in het schooljaar 2011-2012 twee ICT coördinatoren een dagdeel per week ambulant. Zij zijn eerste aanspreekpunt en vraagbaak voor leerkrachten. Daarnaast onderhouden zij de contacten met onze systeembeheerder en zijn zij verantwoordelijk voor de harden software. In de eerste helft van 2011 zijn wij overgestapt op het systeem van N-computing in iedere groepsruimte. Hiermee creëren wij 4 werkplekken: één voor de leerkracht en drie voor de leerlingen. Daarnaast hebben wij de beschikking over 16 extra werkplekken voor de leerlingen op de gangen. De Springplank heeft een eigen website waarop wij ons presenteren aan geïnteresseerden en waarop beleidsstukken en downloads staan voor onze ouders. Het is onze ambitie dat leerkrachten en leerlingen regelmatig nieuwe input voor onze website aanleveren. Onze ambities zijn: 1. Het ICT-beleidsplan is aangepast en schoolbreed ingevoerd. 2. De school maakt gebruik van een website als presentatie- en informatiebron voor kinderen en ouders. 3. De school beschikt over elf digitale schoolborden: in ieder groepslokaal één. 4. Alle leerkrachten volgen de ‘knoppencursus’ en “smart level 1 en 2” voor het werken met het digitale schoolbord. De ICT-ers hebben de ‘trainerscursus’ voor het werken met het digitale schoolbord gevolgd. 5. Leerkrachten en/of leerlingen schrijven minstens vijf keer per schooljaar een tekst om zich te presenteren op de website. Beoordeling: De ambities worden eens per vier jaar beoordeeld door het team, de leerlingen en de ouders met behulp van de WMK. Verbeterpunten: Wij beschikken over voldoende soft- en hardware voor onze leerlingen. Wij besteden voldoende aandacht en tijd aan de omgang met ICT en het werken met de computer. Wij zijn tevreden met de ICT voorzieningen voor het personeel. Wij werken met een leerlijn ICT. Onze interne en externe informatievoorziening is gedigitaliseerd.

6.2

Concrete doelen

De hierna geformuleerde concrete doelen zijn tot stand gekomen na een brainstormsessie van de ICTwerkgroep. Wij beschouwen ze als minimumdoelen, die door elke leerling en leerkracht beheerst dienen te worden. Wij realiseren ons dat een meer verfijnde uitsplitsing mogelijk zou zijn geweest, maar in het kader van dit plan achten we het niet van belang een opsomming te geven van alle handelingen die een leerling moet kunnen uitvoeren.

16


2011-2015

Alle doelen voldoen aan de SMART-eisen: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Reëel, Tijdgebonden De doelen zijn gerangschikt per groep en zijn cumulatief. Dit betekent dat wij ervan uitgaan dat de leerling de in de lagere groepen genoemde doelen beheerst. DE LEERLING MOET ……. GROEP 1+2

1. Onder leiding van een leerkracht of ouder de programma’s kunnen uitvoeren die voor deze groepen worden gebruikt (muis).

3

2. De voor deze groep beschikbare programma’s zelfstandig kunnen uitvoeren, die door de leerkracht zijn opgestart (bediening muis en toetsenbord).

4

3. De computer zelfstandig kunnen opstarten en inloggen. 4. Zelfstandig het gewenste programma kunnen opzoeken, starten en afsluiten.

5

5. Eenvoudig tekstverwerken met Word 6. Een document openen, opslaan en printen

6

7. Standaard tekstbewerkingen maken met Word 8. Informatie kunnen opzoeken via internet (kennisnet) 9. De lesstof doorlopen hebben van “Diploma Veilig Internet”en het afsluiten met het behalen van het diploma. 10. Informatie en plaatjes van internetsites kunnen knippen en plakken in een word-bestand. 11. De leerling kan zijn/haar persoonlijke werk opslaan in de daarvoor bestemde datamap.

7+8

12. Een werkstuk op de computer kunnen maken: -

Tekstverwerken met Word Informatie en plaatjes van internetsites kunnen knippen en plakken in een word-bestand. Kunnen werken met de standaardwerkbalk Plaatjes of tekeningen invoegen vanuit een bestand, alsmede Word-Art Een printscreen kunnen maken

13. Met powerpoint kunnen werken 14. Met paint kunnen werken Verdieping

15. Webkwesties maken (zoekopdrachten via het internet)

Wij bieden de kinderen de mogelijkheid aan om extern een typecusrus te volgen.

17


6.3

2011-2015

Stappenplan

Om de in het voorgaande hoofdstuk genoemde doelen te kunnen realiseren, dienen voorwaarden te worden geschapen. Te denken valt hierbij aan aanschaf van software, voldoende hardware, kennis en vaardigheden van de leerkracht, organisatie, tijd, enzovoorts. In dit hoofdstuk geven wij aan, hoe wij aan de voorwaarden kunnen voldoen. Bij elk doel: -

wordt welke stap gezet? wie is verantwoordelijk voor het resultaat van die stap? wanneer dient dit resultaat gerealiseerd te zijn? welke mensen zijn betrokken bij deze stap? welke middelen zijn beschikbaar voor deze stap?

18


2011-2015

DOEL 1

Onder leiding van een leerkracht of ouder de programma’s kunnen uitvoeren die voor deze groepen worden gebruikt (muis).

Welke stap(pen)

Gewenste programma’s installeren op de computers (ICT-er). Oefenen met de kinderen

Wie verantwoordelijk

Leerkracht.

Realiseren voor

Na een half jaar onderwijs.

Betrokken zijn

Leerkracht, ICT-er, eventueel ouders.

Middelen

3 computers per groep, software.

DOEL 2

De voor deze groep beschikbare programma’s zelfstandig kunnen uitvoeren, die door de leerkracht zijn opgestart (bediening muis en toetsenbord).

Welke stap(pen

- Gewenste programma’s installeren (ICT-er) - Oefenen met de leerling


Leerkracht.

Realiseren voor

Januari groep 2.

Betrokken zijn

Leerkracht, ICT-er.

Middelen

3 computers per groep, software.

DOEL 3

De computer zelfstandig kunnen opstarten en inloggen.

Welke stap(pen

Oefenen met de leerlingen.


Leerkracht.

Realiseren voor

Januari groep 4.

Betrokken zijn

Leerkracht.

Middelen

Minimaal 3 computers voor groep + 4 werkplekken op de gang.

19


2011-2015

DOEL 4

Zelfstandig het gewenste programma kunnen opzoeken, starten en afsluiten.

Welke stap(pen)

Oefenen met de leerling.


Leerkracht.

Realiseren voor

Januari groep 4.

Betrokken zijn

Leerkracht.

Middelen

Minimaal 3 computers voor groep + 4 werkplekken op de gang.

DOEL 5

Eenvoudig tekstverwerken met Word.

Welke stap(pen)

Gewenste programma’s installeren door de ICT-er. Les geven via digibord over hoe de basisbewerkingen werken met Word. Zo mogelijk leren van elkaar, eventueel oudere leerlingen inschakelen.


Leerkracht.

Realiseren voor

Eind groep 5.

Betrokken zijn

Leerkracht, eventueel oudere leerlingen.

Middelen

Digitale schoolbord, minsten 3 computers in de klas, werkplekken op de gang.

DOEL 6

Een document openen, opslaan en printen.

Welke stap(pen)

Eerst eenvoudig tekstverwerken aanleren Doelstelling aanleren zoals doel 5.


Leerkracht.

Realiseren voor

Eind groep 5.

Betrokken zijn

Leerkracht, eventueel oudere leerlingen.

Middelen

Minstens 3 computers in de klas, werkplekken op de gang.

20


2011-2015

DOEL 7

Standaard tekstbewerkingen maken met word.

Welke stap(pen)

Eerst doel 5 en 6 aanleren Aanleren lettertype, tekstgrootte, vet, cursief, onderstrepen (via een klassikale les met het digibord, daarna individuele hulp bieden).


Leerkracht.

Realiseren voor

Januari groep 6.

Betrokken zijn

Leerkracht.

Middelen

Word, pc’s, digibord

DOEL 8

Veilig informatie kunnen opzoeken via internet

Welke stap(pen)

Internet opstarten en webadres invullen Veilig surfen en zoeken op het internet via: www.kennisnet.nl (Davindi)


Leerkracht.

Realiseren voor

Januari groep 6.

Betrokken zijn

Leerkracht.

Middelen

Internet: www.kennisnet.nl

DOEL 9

De lesstof doorlopen hebben van “Diploma Veilig Internet”en het afsluiten met het behalen van het diploma.

Welke stap(pen)

Doorlopen van de methode “Diploma Veilig Internet”.


Leerkracht

Realiseren voor

Eind groep 6

Betrokken zijn

Leerkracht en ICT-er

Middelen

Internet, lesmaterialen “Diploma Veilig Internet”.

21


2011-2015

DOEL 10

Informatie en plaatjes van internetsites kunnen knippen en plakken in een Wordbestand.

Welke stap(pen)

Uitleggen hoe te knippen en te plakken (zowel rechtermuisknop als map bovenin: bewerken).


Leerkracht.

Realiseren voor

Eind groep 6.

Betrokken zijn

Leerkracht.

Middelen

Word, internet.

DOEL 11

De leerling kan zijn/haar persoonlijke werk opslaan in de daarvoor bestemde datamap.

Welke stap(pen)

Worddocumenten kunnen opslaan. Datamap openen voor de groep/leerling, leerling kan zelf de bestandsnaam veranderen en opslaan in deze map.


Leerkracht.

Realiseren voor

Eind groep 6.

Betrokken zijn

Groepsleerkracht.

Middelen

Microsoft Word.

22


DOEL 12

2011-2015

Een werkstuk op de computer kunnen maken: Tekstverwerken met Word Kunnen werken met de standaardwerkbalk Plaatjes, informatie of tekeningen invoegen vanuit een bestand of internet, alsmede Word-Art Een printscreen kunnen maken

Welke stap(pen)

De standaardwerkbalk is bekend maar nog even herhalen. Word-Art uitleggen hoe in te voegen in een tekst of als voorkant van een werkstuk. De functie van de rechtermuisknop uitleggen rondom het knippen en plakken van plaatjes.


Leerkracht.

Realiseren voor

Eind groep 8 moet het routine zijn.

Betrokken zijn

Groepsleerkracht.

Middelen

Word en internet.

DOEL 13

Verdiepingsopdrachten: PowerPoint werken met paint webkwesties

Welke stap(pen)

Instructie geven over PowerPoint; hoe een presentatie neer te zetten en invoegen van plaatjes/geluiden/effecten. Instructie geven over de mogelijkheden van paint. Webkwesties worden aangereikt door de groepsleerkracht. De leerlingen moeten n.a.v. de vragen hun antwoorden op het internet vinden.


Groepsleerkracht.

Realiseren voor

variabel

Betrokken zijn

Groepsleerkracht en eventueel de ICT-er.

Middelen

PowerPoint, paint, internet

23


6.4

2011-2015

Meerjarenplan

Schooljaar 2011-2012 Vaststellen ICT beleidsplan 2011-1015 Aanschaf smartborden en N-computing door gehele school. Alle leerkrachten volgen de cursus Smart master 1 of master 2 voor het werken met een digibord. Alle kinderen vanaf groep 5 hebben een internetprotocol ondertekend die is opgesteld in de gedragscode van de federatie. Deze wordt jaarlijks geactualiseerd. Digitalisering communicatie. Oriëntatie gedetailleerde ICT leerlijn. Creëren van werkplekken op de gangen. Oriëntatie en aanschaf dyslexieprogramma. De ICT-coördinator volgt de bijbehorende scholing. Het gebruik van de website door alle groepen. Schooljaar 2012-2013 Invoering en borging dyslexieprogramma. Softwareonderzoek gebruik binnen school. Borging gebruik digitale schoolborden. Alle leerkrachten volgen de cursus Smart master 2 voor het werken met een digibord. Invoering van het “Diploma Veilig Internet”. Inrichting server. Invoering leerlijn ICT. e

Het invullen van de checklist Smart vaardigheden (1 helft schooljaar) Schooljaar 2013-2014 Inrichten van ICT nieuw gebouw. Borging leerlijn ICT. e

Invullen checklist ICT-gebruik (2 helft schooljaar)

Schooljaar 2014-2015

24


Hoofdstuk 7 7.1

2011-2015

Taakverdeling

Taakverdeling binnen school

7.1.1 ICT coördinatoren De ICT coördinatoren op de Springplank zijn mevr. A de Winter en dhr. M. Uiterwijk. dhr. M Uiterwijk en mevr. A de Winter  Taakomschrijving Verantwoordelijk voor uitbesteding van technisch groot onderhoud. Verantwoordelijk voor de software licenties. Verantwoordelijk voor het maken van het ICT-beleid. Bureaublad leerlingen en personeel beheer. Programma problemen. Hardware problemen. Accountbeheer. Beheer webmail. Verantwoordelijk voor de aanschaf van verbruiksmateriaal: cd-rom’s, cartridges, toetsenborden, koptelefoons e.d. De federatiebijeenkomsten bijwonen. Installeren van programma’s in samenwerking met Andolan. Controle van ICT storingslijst (L-schijf) Beheren van archief en materialen bv algehele administratie, laptops. Verantwoordelijk voor het ophogen van de verschillende programma’s. Beheren van de excelltoetsen. Digibordspecialist. Beheer van de website. Contact met de beheerder Andoburg.

25


2011-2015

7.1.2 Werkgroep dhr. M Uiterwijk, mevr. A de Winter, mevr F. Marvin, mevr. N. de Baat  Taakomschrijving

Verantwoordelijk voor de borging van het ICT-beleid.

7.1.3 Federatie De ict-coördinator is lid van de werkgroep ICT-federatie. Het netwerk ICT komt vier keer per jaar bijeen. De bovenschoolse ICT-er verzorgt de netwerken. Het netwerk ICT wordt gevormd door: Leersum:

Debbie van Beek (Hoeksteen)

Amerongen:

Martijn Clarijs (Regenboog), Erik-Jan van Ingen (Wilhelminaschool) Gerbert Boor (Wilhelminaschool);

Rhenen:

Ko Balk (Ericaschool); Anneke de Winter (Springplank), Mark Uiterwijk (Springplank);

Bovenschools ICT-er:

Henk van der Mheen

Namen (op alfabet) en e-mailadressen: Anneke de Winter

[email protected]

Debbie van Beek

[email protected]

Erik-Jan van Ingen

[email protected]

Gerbert Boor

[email protected]

Henk van der Mheen [email protected] Ko Balk

[email protected]

Mark Uijterwijk

[email protected]

Martijn Clarijs

[email protected]

26


Hoofdstuk 8 8.1

2011-2015

Gedragsprotocol (Overgenomen uit gedragsprotocol opgesteld vanuit de federatie)

Algemeen

De leerlingen maken gebruik van het internet ter verrijking van het onderwijs: om informatie te zoeken, contacten te leggen en deskundigen te kunnen raadplegen. Software verwijst steeds vaker naar internetsites voor aanvullend, actueel of alternatief materiaal. Internetactiviteiten worden hiermee steeds meer onderdeel van methodes en leergangen. De software bij methodes kan steeds vaker door kinderen ook via internet worden benaderd. Op school hebben alle medewerkers en leerlingen (vanaf groep 5) toegang tot internet. De toegang tot internet wordt aangeboden binnen het kader van het volgen van het onderwijs of ter ondersteuning aan de bedrijfsvoering van de school. Voor de klassensituatie geldt dat de leerkracht toestemming geeft aan leerlingen om gebruik te maken van internet. Er wordt in de lessen waarbij internet wordt ingezet gewezen op kindvriendelijke internetzoekmachines. Om veilig binnen de school om te gaan met internet zijn een aantal gedragsregels van toepassing, waarvan verwacht wordt dat een ieder zich daaraan houdt. Daarnaast wordt het lespakket ‘Diploma Veilig Internet’ aangeboden om veilig met internet leren om te gaan.

8.2

‘Diploma Veilig Internet’

In het omgaan met internet zullen de kinderen begeleid moeten worden. In dit kader wordt binnen de school een lespakket ‘Diploma Veilig Internet’ aangeboden, waarvan Technika 10 Nederland mede-ontwikkelaar is in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. Het lespakket ‘Diploma veilig Internet’ draagt bij aan een veilig gebruik van de elektronische snelweg. Leerlingen zijn gemiddeld 2,5 uur per dag online. Internet biedt geweldige mogelijkheden, maar regelmatig worden ze geconfronteerd met de onprettige aspecten van het gebruik van internet. Kinderen kunnen deze problemen vaak niet zelf oplossen. Het Diploma Veilig Internet leert leerlingen met de risico's om te gaan. Het Diploma Veilig Internet is bestemd voor leerlingen in de groepen 6 t/m 8 van de basisschool. Binnen onze school wordt het lespakket ‘Diploma Veilig Internet’ in één van deze groepen aangeboden. Het lesmateriaal van het Diploma Veilig Internet leert leerlingen op een verantwoorde en veilige manier om te gaan met de risico's van het gebruik van het internet. Het Diploma Veilig Internet bestaat uit een serie lessen, gevolgd door een toets die leidt tot een diploma. De lessen ‘Veilig Internet’ zijn gericht op veilig internetgebruik, waarbij ook aandacht wordt besteed aan computerverslaving en de houding achter de computer. In acht hoofdstukken worden diverse thema's/lessen behandeld, zoals de gevaren van het verstrekken van privégegevens, chatten, e-mailen, downloaden en digitaal pesten. Om de lessen voor zoveel mogelijk leerlingen toegankelijk te maken, kan het lespakket gratis gedownload worden vanaf de website www.diplomaveiliginternet.nl

27


8.3

2011-2015

Gedragsregels internet (Het internetprotocol)

Het internetprotocol voor de kinderen is opgenomen in bijlage 1. In het internetprotocol staan regels waar de kinderen zich aan moet houden als ze op school aan het internetten zijn. Het ‘Diploma Veilig Internet’ ondersteunt de gemaakte afspraken binnen internetprotocol. Zie ook bijlage 1. Federatie Utrechtse Heuvelrug versie: januari 2011 Gedragscode 15

8.4

De website van de school

De ICT coördinator draagt zorg voor de inhoud van de website van de school, m.u.z. van de klassenpagina’s. Voor de klassenpagina is iedere groepsleerkracht van de betreffende groep zelf verantwoordelijk. Op de website kunnen bijvoorbeeld werkstukken en foto’s van leerlingen worden geplaatst. Op de website worden enkel en alleen voornamen vermeld.

8.5

Het gebruikersreglement ICT

Het gebruiksreglement ICT is een protocol, waarin de regeling tot gebruik van computer, netwerk, e-mail en internet wordt weergegeven voor personeel, leerlingen en gasten van de school, één en ander mede in het kader van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Het protocol bevat regels en afspraken over computergebruik door personeel, leerlingen en gasten, hierna te noemen gebruikers, op alle computers van de school die deel uitmaakt van de Federatie Utrechtse Heuvelrug. Voor het protocol gebruiksreglement ICT verwijzen wij naar bijlage 2. Federatie Utrechtse Heuvelrug versie: januari 2011 Gedragscode 16

28


Hoofdstuk 9 9.1

2011-2015

Bijlagen

Internetprotocol voor kinderen

Een internetprotocol is een lijst afspraken die je met iemand maakt t.a.v. internetgebruik. In het internetprotocol staan regels waar je je aan moet houden als je op school aan het internetten bent. Door dit formulier te ondertekenen laat je zien dat je het eens bent met de regels en gaan de meesters en juffen ervan uit dat je je hier aan zult houden. We maken deze afspraken met elkaar om te voorkomen dat jij problemen krijgt door het gebruik van internet op school en om ervoor te zorgen dat internet leuk blijft.

29


9.2

2011-2015

Overzicht software op de server

Algemeen

Digibord

Adobe reader 8 Internet explorer iview Microsoft office access 2007 Microsoft office excel 2007 Microsoft office frontpage 2007 Microsoft office infopath 2007 Microsoft office word 2007 Microsoft office powerpoint 2007 Microsoft office publisher 2007 Quick time player Windows media player

Beeldschermcontroller Console Geluid naar Smartboard Orienteren Smart-board hulpmiddelen 2011 Smart keyboard Smart notebook 10 Smart recorder Smart tools Smart video player Stoplicht Welkomscentrum

Bureau accesoires Kladblok Paint Rekenmachine Windows movie maker Wordpad

Websites Dotcomschool Leerkrachtassistent/ toetssite Veilig leren lezen Leerkrachtmodule Pennenstreken Leerkrachtassistent/ toetssite Estafette Malmberg digitaal schoolbord portaal Google earth Leerkrachten (2) Printstudio thema 9 Protocol leesproblemen en dyslexie Taalverhaal digibord Taalverhaal leerkracht ½ Taalverhaal leerkracht 3 Taalverhaal taal 4 administratie Taalverhaal taal 4 printoefeningen Taalverhaal taal 5 administratie Taalverhaal taal 5 printoefeningen Taalverhaal taal 6 administratie Taalverhaal taal 6 printoefeningen Taalverhaal taal 7 administratie Taalverhaal taal 7 printoefeningen Taalverhaal taal 8 administratie Taalverhaal taal 8 printoefeningen Toetskasteel leerkracht Veilig leren lezen demo Veilig leren lezen introfilmpje Veilig leren lezen stappenplan Werken aan techniek 1 Woordkasteel leerkracht Zwijssen software manager

Leerkrachten (1) Ambrasoft database manager Ambrasoft database manager woordenstart Handleiding Woordkasteel Hier en Daar 6 leerkrachtengedeelte Hier en Daar 6 printbladen Hier en Daar 7 leerkrachtengedeelte Hier en Daar 7 printbladen Hier en Daar 8 leerkrachtengedeelte Hier en Daar 8 printbladen LOVS 4 Maatwerk rekenen blauw - leerkracht Maatwerk rekenen groen - leerkracht Maatwerk rekenen geel - leerkracht Maatwerk rekenen oranje - leerkracht Maatwerk rekenen rood – leerkracht Printstudio thema 1 Printstudio thema 2 Printstudio thema 3 Printstudio thema 4 Printstudio thema 5 Printstudio thema 6 Printstudio thema 7 Printstudio thema 8

30


Leerlingen (1) Ambrasoft Bubbles 1 Bubbles 2 Digikidz breukenrom 7-8 Digikidz deelsommen 5-6 Digikidz deelsommen 7-8 Digikidz sommenrom 7-8 Edurom breukentrainer Edurom eurotrainer Edurom ontleden Edurom procententrainer Edurom rekentrainer Edurom werkwoordspelling Edurom zelfstandig lezen deel 2 Google earth Hier en Daar 6 Hier en Daar 7 Hier en Daar 8 Klikbijbel Leesladder 1 Leesladder 2 Leesladder 3 Leesladder 4 Leukste museum LOVS 4 digitale toetsen Maatwerk rekenen blauw Maatwerk rekenen groen Maatwerk rekenen geel Maatwerk rekenen rood Maatwerk rekenen oranje Rembrandt Rondje verkeer 1 Rondje verkeer 2 Rondje verkeer 3 Rondje verkeer 4

31

2011-2015

Leerlingen (2) Rondje Windows XP Schatkist 1 Manje is jarig Schatkist 2 Haas is verhuisd Schatkist 3 Een nieuw vriendje Schatkist 4 Familie muis in het pretpark Schatkist 5 Kris en Bram lopen weg Spelen met de computer Spelen met maanroosvis Starten met de computer Taaltoets alle kinderen Taalverhaal 1-2 Taalverhaal 3 Taalverhaal taal 4 Taalverhaal taal 5 Taalverhaal taal 6 Taalverhaal taal 7 Taalverhaal taal 8 Thema 1 Naar school Thema 2 In het huis Thema 3 Vandaag is het feest Thema 4 Tom is ziek Thema 5 Op vakantie Thema 6 Vandaag speel ik buiten Thema 7 Papa kookt vandaag Thema 8 Wat is dat voor een beest Thema 9 Nynke krijgt een broertje Toetskasteel Van Gogh Verder spelen met maanroosvis Verkennen van de computer Werken aan techniek 2 – de uitdaging Werken aan techniek 3 – test je kennis Werken met de computer Woordkasteel Zwijssen leerlingmenu


9.3

2011-2015

Overzicht hardware op school

Klassikaal (11 maal) 1 hostcomputer N-computing 1 werkplek leerkracht 3 werkplekken leerling

Gangen 1 hostcomputer N-computing 4 werkplekken leerling 12 werkplekken leerling (NEC computers)

Digitaal “Smart” schoolbord Beamer (Smart of NEC)

Een werkplek bestaat uit: toetsenbord, muis, beeldscherm en koptelefoon.

Een werkplek bestaat uit: toetsenbord, muis, beeldscherm en koptelefoon. Directie 5 werkplekken leerkracht Een werkplek bestaat uit: Computer, toetsenbord, muis, beeldscherm en koptelefoon.

Overige 1 netwerklaptop 2 stand-alone (LGF) laptops 2 beamers Reservelampen beamer

32

Netwerk Server Terminal server voor thuiswerkplekken 1 Kopieermachine (scanfunctie, printfunctie) 1 netwerk kleurenprinter 1 stand-alone kleurenprinter


9.4

Meerjarenbegroting ICT

33

2011-2015


34

2011-2015


35

2011-2015


9.6

2011-2015

Checklisten vaardigheden leerkrachten

9.6.1 Checklist ICT en Didactiek Didactiek 1. Ik kan ICT inzetten zodat leerlingen gemotiveerd zijn om te leren. 2. Ik kan leerlingen begeleiding geven bij educatieve oefenprogramma's. 3. Ik kan mijn leerlingen zo begeleiden bij het gebruik van internet dat zij zelf relevante informatie leren vinden en beoordelen. 4. Ik kan leerlingen begeleiding geven bij e-mailen. 5. Ik kan leerlingen feedback geven na het werken op de computer. 6. Ik weet welke educatieve programma's er voor mijn klas beschikbaar zijn. 7. Ik kan bij het geven van computeropdrachten rekening houden met verschillen in niveau, interesse en tempo van mijn leerlingen. 8. Ik kan voor leerlingen die bij bepaalde onderdelen extra tijd of oefening nodig hebben remediërende of verrijkende ICT-programma’s inzetten.

1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5

Lesvoorbereiding 1. Ik kan internetpagina's vinden met relevante informatie voor mijn onderwijs. 2. Ik kan voor de leerlingen werkbladen maken met behulp van de computer. 3. Ik kan presentaties maken op de computer/smartbord voor uitleg aan mijn leerlingen. 4. Ik kan plaatjes van internet kopiëren en plakken in een zelfgemaakt instructieblad/notebookbestand . 5. Ik kan software beoordelen op bruikbaarheid voor mijn lessen. 6. Ik kan websites beoordelen op geschiktheid voor mijn onderwijs. 7. Ik kan opdrachten, lesmaterialen en bronnen klaarzetten op het smartboard.

1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5

Organisatie 1. Ik kan het ICT-gebruik in mijn lessen zodanig voorbereiden dat de benodigde computerprogramma's startklaar zijn. 2. Ik kan de tijd waarin leerlingen gebruik maken van ICT optimaal organiseren door bijvoorbeeld een rooster of doorschuifschema te maken. 3. Ik weet welke lichaamshouding mijn leerlingen of ik moeten aannemen als we aan de computer werken 4. Ik kan ICT-gebruik structureel inpassen in mijn les- en activiteitenplanning

1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5

Rondom onderwijs 1. Ik kan een fotopresentatie van bv. een excursie via de computer (powerpoint/smartboard) laten zien. 2. Ik kan onderwijskundige informatie op internet zoeken voor mijn eigen informatie. 3. Ik kan mijn documenten via mappen en submappen gestructureerd opbergen op de server. 4. Ik kan gebruik maken van een adresboek bij e-mailen. 5. Het lukt me aardig de ICT-ontwikkelingen op mijn vakgebied/klas bij te houden.

36

1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5 1-2-3-4-5


2011-2015

9.6.2 Checklist vaardigheden Smartbord Naam: Ingevuld op: Basisvaardigheden

Beheers ik voldoende

Wil ik leren/beheersen

1. Het programma SMART Notebook correct opstarten en afsluiten 2. Schakelen tussen SMART notebook en mijn bureaublad 3. Teksten intypen in een dia 4. Plaatjes invoegen uit de galerie of eigen plaatjes 5. Nieuwe dia’s aanmaken 6. Met het digitale toetsenbord werken en teksten aanpassen 7. Het vergrendelen van tekst en plaatjes 8. Filmpjes koppelen aan tekst of plaatjes 9. Achtergronden van dia’s veranderen 10. Diverse vormen gebruiken in diverse diktes. 11. Functie verfpot gebruiken 12. Wisgereedschap gebruiken 13. Speciaal gereedschap gebruiken, o.a. rolgordijn, toverpen, dobbelsteen, liniaal, timer, passer. 14. Plaatjes toevoegen aan de bibliotheek 15. Met de rechtermuisknop extra functionaliteiten oproepen 16. Het effect “pagina omslaan” veranderen 17. De afdruk (print) functie gebruiken. 18. Gemaakte notebooklessen opslaan en openen vanuit een map op de server 19. Functie “fototoestel” in zijn totaliteit gebruiken 20. In de lesson activity center bestanden kunnen zoeken en vinden 21. Lessen ontwerpen met interactieve opties 22. Paginanotities toevoegen aan de notebooklessen 23. Flash animaties invoegen 24. Videobestanden invoegen 25. Objecten vergrendelen en ontgrendelen 26. Objecten van laag veranderen 27. Objecten groeperen 28. De videofunctie gebruiken 29. Een object koppelen aan een geluid 30. Een object koppelen aan een videofragment 31. Eigen leerdoel? _______________________________________________Nadat ik deze lijst heb ingevuld kom ik tot de volgende conclusie: (svp nummers noteren) Ik beheers de volgende onderdelen: Ik wil graag de volgende items leren:

37

ICT beleidsplan

Recommend Documents