Stadsenquête 2005
Hoofdstuk H 11. Financiële situatie Samenvatting
verslechterd. Dit wordt bevestigd door het aandeel Leidenaren dat aangeeft rond te kunnen komen met hun inkomen. Dit jaar geeft bijna tweederde van de Leidenaren aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, een kwart komt net rond en 13% kan (zeer) moeilijk rondkomen. De lagere inkomensgroepen geven vaker aan (zeer) moeilijk te kunnen rondkomen. Vier op de tien Leidenaren, iets meer dan in de laatste jaren, heeft in de afgelopen 12 maanden geld geleend. Dit geldt relatief vaker voor 35-minners en de lagere inkomensgroepen. De meest gebruikte vorm van geld lenen is rood staan bij de bank of giro, gevolgd door een persoonlijke lening of doorlopend krediet. Vergelijkbaar met vorige jaren heeft 5% van de Leidenaren in het afgelopen jaar een betalings-achterstand (gehad) op hun vaste lasten of een lening. Circa een kwart van hen geeft aan door hun schulden in de problemen te zijn gekomen en 7% heeft in verband met de betalingsachterstand ook hulp gezocht bij een hulpverlenende instantie (met name de Sociale Dienst). Vragenlijst
VRAGENLIJST BLOK ZZ: FINANCIELE DIENSTVERLENING
De volgende vragen gaan over de financiële positie van de burgers van Leiden. De resultaten hiervan zijn van belang voor de gemeente om de juiste beleidsbeslissingen te kunnen nemen en daarmee de burgers die dat nodig hebben financieel te kunnen ondersteunen. We wijzen u er nogmaals op dat de door u gegeven antwoorden anoniem zijn. 1.
We willen graag weten hoe moeilijk of gemakkelijk uw huishouden kan rondkomen met het totale huishoudinkomen? zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk
2.
Het komt vaak voor dat mensen geld lenen voor bepaalde uitgaven. Ik noem hierna een aantal vormen van geld lenen. Wilt u aangeven of u daar in de afgelopen 12 maanden gebruik van heeft gemaakt? (meerdere antwoorden mogelijk) op afbetaling gekocht bij postorderbedrijf of winkels rood staan bij bank of giro persoonlijke lening of doorlopend krediet lening bij vrienden of familie lening in het kader van de studiefinanciering andere lening (geen hypotheek voor huis)
3.
Is bij de betaling van de aflossing van één of meer van deze schulden OF bij de betaling van uw vaste lasten in de laatste 12 maanden een achterstand ontstaan? ja, zowel bij schulden als vaste lasten ja, alleen bij schulden ja, alleen bij vaste lasten nee Æ ga verder bij vraag 9
1
Stadsenquête 2005
4.
Zo ja: om welke schulden ging het (meerdere antwoorden mogelijk) op afbetaling gekocht bij postorderbedrijf of winkels rood staan bij bank of giro persoonlijke lening of doorlopend krediet lening bij vrienden of familie lening in het kader van de studiefinanciering andere lening (geen hypotheek voor huis)
… of om welke vaste lasten ging het (meerdere antwoorden mogelijk) huur hypotheek energie en waterbedrijf belastingen verzekeringen andere betalingsachterstanden
5.
6.
Wanneer heeft uw huishouden voor het eerst te maken gekregen met deze betalingsachterstanden? in de afgelopen 6 maanden 6-12 maanden geleden 1-2 jaar geleden 2-5 jaar geleden >=5 jaar geleden
Zijn uw schulden zodanig, dat u in de problemen bent gekomen of zult komen? ja nee
7.
Heeft uw huishouden in verband met een betalingsachterstand hulp gezocht bij hulpverlenende instanties? (bijvoorbeeld de Sociale Dienst, het Maatschappelijk Werk, of de Kredietbank Stadsbank) ja Æ namelijk bij ______________________________(naam organisatie) Bent u daar geholpen met uw financiële problemen? ja, goed ja, matig/gaat wel, wat kon beter? ___________________________________ nee, waarom niet _____________________________________
8.
nee Æ Denkt u dat wel te gaan doen? ja nee Æ Waarom niet? omdat ik niet precies weet welke instantie mij kan helpen omdat ik zelf al een oplossing heb gevonden anders, nl ___________________________________
Heeft uw huishouden OP DIT MOMENT te maken met betalingsachterstanden? ja Æ Denkt u dat uw huishouden zonder hulp van andere personen of instellingen deze betalingsachterstand(en) kan oplossen? ja, binnen 3 maanden ja, dat duurt 3 tot 6 maanden ja, dat duurt 6 tot 12 maanden ja, dat duurt meer dan een jaar nee, mijn huishouden kan dat niet zonder hulp oplossen weet niet nee
2
Stadsenquête 2005
De volgende vragen gaan over de Stadsbank Leiden, gevestigd aan de Breestraat. 9.
Kent u de Stadsbank van naam? ja Æ Weet u waarvoor u bij de Stadsbank terecht kunt? (meer antw. mogelijk) schuldbemiddeling/schuldsanering/budgetbeheer geld lenen/doorlopend krediet goedkoper/flexibeler dan andere banken voor lagere inkomens anders, nl: ____________________________ nee, weet het niet
Heeft u er wel eens gebruik van gemaakt? ja Æ Was u tevreden met de dienstverlening? nee ο ja nee
ο nee, omdat: ______________________________
Mensen die nog nooit gebruik hebben gemaakt van de Stadsbank: 10. Bij de Stadsbank kunt u terecht voor financieel advies, leningen en voor hulp bij het oplossen van schulden en budgetbeheer. Nu u dit weet, denkt u hier in de toekomst gebruik van te gaan maken? ja, zeker ja, misschien nee 11.
Kunt u aangeven of u de volgende inkomensondersteunende regelingen kent en hier het afgelopen jaar een beroep op heeft gedaan? Zo nee: Waarom maakt u hier geen gebruik van? KWIJTSCHELDING GEMEENTELIJKE BELASTINGEN BIJZONDERE BIJSTAND DECLARATIEREGELING OF EENMALIGE UITKERING COLLECTIEVE AANVULLENDE ZIEKTEKOSTENVERZEKERING LANGDURIGHEIDSTOESLAG
12.
Indien wel 1 of meer regelingen bekend, maar geen gebruik: Waarom maakt u geen gebruik van de regelingen? ο ik kom hier niet voor in aanmerking ο ik weet niet hoe ik dit moet aanvragen ο te veel moeite om aan te vragen ο ik wil dit niet aanvragen ο anders, nl: ______________
13.
Heeft u zojuist informatie gehoord over bovenstaande regelingen, waardoor u mogelijk bij de gemeente informatie gaat inwinnen over deze inkomensondersteunende regelingen? ja Æ namelijk: ____________________________ nee
Uitkomsten
Aan de hand van een drietal trendvragen is in hoofdstuk 10 kort ingegaan op de financiële situatie van de Leidenaar. Dit hoofdstuk gaat verder in op de financiële positie van de inwoners van Leiden. Achtereenvolgens komen aan bod: de mate waarin men kan rondkomen, het afsluiten van leningen en betalingsachterstanden.
11.1 Rondkomen met het huishoudinkomen Van de Leidenaren geeft 62% aan gemakkelijk rond te komen met het totale huishoudinkomen, 24% komt net rond en 13% kan moeilijk rondkomen. Vergeleken met de twee voorgaande jaren komt men gemiddeld iets minder gemakkelijk rond. Logischerwijs geven de lagere inkomensgroepen relatief vaker aan moeilijk te kunnen rondkomen.
3
Stadsenquête 2005
Grafiek 11.1: Rondkomen met huishoudinkomen
2003
2% 8%
25%
2004
3% 7%
2005
2% 11%
54%
22%
Zeer moeilijk
12%
53%
24%
Moeilijk
15%
47%
Komt net rond
Gemakkelijk
15%
Zeer gemakkelijk
11.2 Afsluiten van leningen Vier op de tien Leidenaren had in de afgelopen 12 maanden een lening (hypotheken buiten beschouwing gelaten). Dit geldt relatief vaker voor 35-minners en de lagere inkomensgroepen. De meest gebruikte vorm van geld lenen is rood staan bij de bank of giro, gevolgd door een persoonlijke lening of doorlopend krediet. Het aantal mensen met een lening laat de afgelopen jaren een stijgende lijn zien, met name in de vorm van rood staan. Tabel 11.2: Gebruik vormen van geld lenen (meerdere mogelijk) 2003 2004 Rood staan bij bank of giro 26% 28% Persoonlijke lening of doorlopend krediet 12% 13% Lening studiefinanciering 8% 8% Op afbetaling bij postorderbedrijf, winkel 4% 5% Lening bij vrienden en familie 6% 6% Andere lening (geen hypotheek) 2% 3% Geen lening
65%
62%
2005 31% 13% 7% 5% 4% 2% 60%
11.3 Betalingsachterstand In de afgelopen 12 maanden heeft 5% van de Leidenaren te maken gekregen met een betalingsachterstand op hun vaste lasten (4%) of op een andere schuld (1%). Dit is vergelijkbaar met voorgaande jaren. Respondenten uit de lagere inkomensgroepen hebben relatief vaker te maken gekregen met een betalingsachterstand. Tabel 11.3a: Betalingsachterstand op schulden/ vaste lasten 2003 In dit jaar betalingsachterstand 5% Wel leningen, geen betalingsachterstand 30% Geen leningen 65% Totaal 100%
2004 6% 32% 62% 100%
2005 5% 36% 60% 100%
De betalingsachterstanden bij de vaste lasten hebben vooral betrekking op de energie- en waterrekening en de huur. De achterstanden bij leningen betreffen met name het rood staan, leningen bij vrienden of familie en afbetalingen bij postorderbedrijven of winkels.
4
Stadsenquête 2005
Wanneer betalingsachterstand ontstaan Voor zes op de tien respondenten die in de afgelopen 12 maanden te maken hebben gehad met een betalingsachterstand, geldt dat deze ook in deze periode is begonnen. Bij vier op de tien is de achterstand al eerder ontstaan. Tabel 11.3b: Wanneer betalingsachterstand begonnen (in % afgelopen jaar betalingsachterstand) 2003 2004 2005 In de afgelopen 6 maanden 29% 39% 39% 6-12 maanden geleden 32% 36% 23% 1-2 jaar geleden 23% 17% 20% 2-5 jaar geleden 13% 8% 16% Meer dan 5 jaar geleden 3% 1% 2% Totaal 100% 100% 100%
Circa een kwart van de Leidenaren die in het afgelopen jaar te maken hebben gehad met een betalingsachterstand geeft aan door hun schulden in de problemen te zijn gekomen. 7% heeft in verband met de betalingsachterstand ook hulp gezocht bij een hulpverlenende instantie, met name bij de Sociale Dienst.
5