BELEIDSKADER 2013 -‐ 2016 CITYPASTORAAT DOMKERK Inhoudsopgave Hoofdstuk 0 Preambule Hoofdstuk 1 De visie van het Citypastoraat Domkerk Hoofdstuk 2 Diagnose Hoofdstuk 3 Inspirerende doelen en voornemens Hoofdstuk 4 Financiën
2 BELEIDSKADER 2013 -‐ 2016 CITYPASTORAAT DOMKERK Hoofdstuk 0 -‐ Preambule 2013 is een jaar waarin Utrecht bruist. De viering van 300 jaar Vrede van Utrecht is aanleiding voor een jaar vol bijzondere festiviteiten. In de Domkerk vindt op 11 april het grote Vrede van Utrecht Concert plaats en het sluitstuk van Trajectum Lumen -‐ in lumine tuo -‐ krijgt zijn beslag : de verbinding van Domkerk en Domtoren in licht. Ook verder door het jaar heen vinden in de Domkerk in het kader van de Vrede van Utrecht diverse religieuze, kunst-‐ en cultuur manifestaties plaats. 2013 is ook het jaar dat door Initiatief Domplein een begin wordt gemaakt met de bouw van Schatkamer II, de ondergrondse schatkamer onder het Domplein. Te midden van dit alles bevindt zich de gemeente van het Citypastoraat Domkerk, onderdeel van de Protestantse Gemeente Utrecht. Een gemeente die juist in 2013 een nieuw Beleidskader presenteert voor de komende jaren. In 2013 verscheen ook de biografie van ds. Hans van der Werf, de stichter van het Citypastoraat Domkerk. Een rijke schat om op terug te grijpen. Op Pinksteren 17 mei 1970 startte ds Hans v.d. Werf het Citypastoraat Domkerk. Doelgroep van dit Citypastoraat is drieledig: bewoners van de city, passanten en toeristen, en wie elders woont maar hier werkt. (Zie biografie, blz. 330) Sinds februari 1986 heeft het Citypastoraat Domkerk van de Protestantse Gemeente Utrecht de stedelijke opdracht om dagelijks open te zijn, de mogelijkheid te bieden kennis te nemen van het gebouw en de christelijke traditie, dagelijks een middaggebed te houden en gelegenheid te geven tot gedenken, gebed en gesprek, in de DomShop een cadeau met inhoud te kunnen kopen en in het DomCafé iets voor een schappelijke prijs te kunnen eten en drinken. Sinds 1 december 2004 is in de Domkerk, naast de predikant, een kerkelijk cultureel werker werkzaam, die op het grensvlak van Citypastoraat en Open Dom en op het grensvlak van kerk en cultuur activiteiten ontwikkelt. In haar taakomschrijving geeft de Protestantse Gemeente Utrecht het kerkelijk cultureel werk de volgende opdracht mee: 'Het leggen van verbindingen tussen kerk en samenleving door het signaleren van maatschappelijke ontwikkelingen die van betekenis zijn voor het Citypastoraat, het ontplooien van religieus-‐ culturele activiteiten en het profileren van de kerk in de samenleving.' Het Beleidskader dat nu voorligt, bouwt voort op het Beleidsplan 2007 -‐ 2011. In 2011 stelde de kerkeraad een beleidscommissie in die de aanzet moest geven tot een nieuw beleidsplan. Ter voorbereiding op een nieuw beleidsplan koos de kerkeraad van het Citypastoraat Domkerk op de kerkeraadsdag 2011 voor gastvrijheid als missionair model en noemde het liturgisch profiel, de meest passende typering van het Citypastoraat Domkerk. Op de kerkeraadsdag 2012 typeerde de kerkeraad zichzelf, de gemeente en de gasten d.m.v. mentality-‐milieus en doelgroepen.
3 Begin 2012 hield de beleidscommissie een enquête onder gemeenteleden en in juni 2012 een gemeenteberaad met een dialoogsessie. Op basis van de vergelijking tussen de visie en de evaluatie van de huidige praktijk (diagnose), koos de kerkeraad drie kernthema's die de speerpunten vormen voor het beleid in de komende jaren : 1. God: over de toekomst van vieren, liturgie en kerkmuziek in de Domkerk 2. Gastvrijheid: over het versterken van de Domkerk als gastvrije kerk 3. Gemeenschap: over groeien in onderlinge verbondenheid en gemeenschap Op de kerkeraadsdag 2013 formuleerde de kerkeraad een aantal inspirerende doelen. De methode 'Waarderend organiseren' werd gekozen om die doelen te bereiken. Op het gemeenteberaad van juni 2013 werd volgens deze methode gewerkt rond het thema 'groeien in gemeenschap en geloof '. Een aantal inspirerende doelen werden op basis van de bespreking toegevoegd. De uitwerking van de doelen is opgenomen in bijgaand werkplan. Het Beleidskader zal zowel dienen als bezinningsdocument als ook als concrete handleiding voor het werken en leven van kerkeraad en gemeenteleden. Thema's komen terug en worden uitgewerkt op kerkeraadsvergaderingen, werkgroepvergaderingen en gemeenteberaden. Het Beleidskader is als zodanig een levend document.
4 Hoofdstuk 1 -‐ De visie van het Citypastoraat Domkerk Visie Citypastoraat Domkerk Het Citypastoraat Domkerk Utrecht is een open en gastvrije gemeenschap, met grote aandacht voor liturgie en kerkmuziek, die zondag aan zondag de opstanding van Christus viert en dagelijks ruimte maakt voor de omgang met God, de omgang met gasten en met elkaar. De Kernwoorden Domkerk Utrecht De gotische Domkerk is door haar ligging gezichtsbepalend en door haar geschiedenis een monument: al eeuwen staat er op het Domplein een kerk. Van hieruit startte Willibrord de kerstening van de Lage landen. Citypastoraat Domkerk Op Pinksteren 1 mei 1970 startte ds Hans v.d. Werf het Citypastoraat Domkerk. Een manier van kerk zijn in een verstedelijkende samenleving, op het kruispunt van kerk en cultuur, van kerk en maatschappij, van kerk en politie. Liturgie, leerhuis, politieke betrokkenheid en intensieve diaconale actie gaan daarbij steeds samen op. (zie biografie, blz. 494). De City De naam Citypastoraat is betekenisvol. Citypastoraat richt zich dus op de City. De City is wat anders dan de binnenstad. De binnenstad is een geografisch gebied, maar de City is het hele stedelijke gebeuren met alles wat zich daarin afspeelt, van kennis en cultuur tot commercie. De City wordt bevolkt door binnenstadsbewoners; maar daarnaast door nog twee andere categorieën : degenen die er werken in overheidsdienst, op de universiteit, in de bedrijven, in de horeca, op de kantoren, de banken en in de winkels, en degenen die de binnenstad bezoeken, de toeristen uit binnen en buitenland, de mensen die er gaan winkelen, degenen die er komen voor het amusementsleven, en bovendien nog al diegenen die in het klimaat van de buitenwijken niet kunnen aarden, die de aansluiting met de maatschappij misten en zich beter thuis voelen in de binnenstad. Citykerk Het Citypastoraat Domkerk is een Citykerk. Dat is iets anders dan een binnenstadskerk of een kerk in een wijk. Citykerken zijn monumentale kerken in het centrum van steden. Voor de burgers van de stad zijn het herkenningspunten van de identiteit van de stad, voor de bezoekers van buiten culturele aantrekkingspunten. Bezoekers van Citykerken zoeken rust, spiritualiteit in de schaduw van het liturgisch gebruik van vroeger en van vandaag, maar ze zoeken ook een cultureel middelpunt in de veelkleurigheid van de stad. Voor de stadsbewoners zijn Citykerken zoveel als het historisch middelpunt van de stad en plaats van vereenzelviging. Ze hebben daardoor ook een integrerende betekenis. Ze grijpen terug op de betekenis die ze vroeger ook altijd al hadden en de mensen van nu worden deelgenoot van het programma van vroeger. De christelijke functie van Citykerken leeft verder in de
5 wekelijkse of zelfs dagelijkse praktijk van liturgie, spiritualiteit en in hun plek als oord van stilte en rust in een verder zo turbulente stad. Dat is dan ook het verschil met musea en andere monumenten in het publieke domein.(Zie : 'Citykerken werken zo', blz. 82, B.Kuipers) Citykerken kenmerken zich voorts o.a. door de dagelijkse openstelling, een programma dat gericht is op een breed segment van de samenleving, een professioneel niveau, en een beleid dat tegelijkertijd traditioneel en vernieuwend is en het experiment niet schuwt. In oktober 2008 is het Netwerk Citykerken Nederland opgericht. Een paar keer per jaar ontmoeten predikanten en musici elkaar in een van de aangesloten Citykerken. Momenteel zijn 13 kerken lid. Het profiel : Liturgisch profiel Het Citypastoraat heeft een liturgisch profiel. In dit profiel is er grote aandacht voor liturgie en kerkmuziek; en is de eredienst viering van de opstanding van Christus. In het liturgisch profiel staat de eredienst centraal. Die is in hoge mate gestileerd. Het gaat immers om een 'heilig spel' dat geen slordigheid en losheid verdraagt. Dit type eredienst wordt oecumenisch-‐protestant genoemd, en werd 'gereconstrueerd' door de Liturgische Beweging, die in antwoord op de moderniteit, in de tweede helft van de 19e eeuw begon, tot bloei kwam in de eerste helft van de 20e eeuw, en zich doorzette in de 60-‐ er en 70-‐ er jaren. De erediensten zijn diensten van Schrift en Tafel, gestructureerd volgens het oecumenisch ordinarium, met de gelijkblijvende gezongen onderdelen. In de liturgie aanbidt en belijdt de gemeente ( lofprijzing ).Er wordt symbolische, sacrale, sacramentele, objectieve taal gebruikt, er zijn vaste vormen. Een gedrukte orde van dienst waarbij zoveel mogelijk teksten uitgeschreven zijn, dient als catechetisch opvoedend middel. De muziek is Musica pro Deo, en is van hoge kwaliteit. De cantorij doet wekelijks mee. Verschillende (doel)groepen In 2012 bestond de kerkeraad vooral uit postmodernen, zoals Nieuw Conservatieven, Kosmopolieten, Postmaterialisten en Postmoderne Hedonisten. Dit betreft een indeling in mentality-‐milieus volgens een onderzoek van Motivaction (een onderzoek naar de manier waarop verschillende groepen in de Nederlandse bevolking omgaan met geloof, levensvragen en zingeving ). De diakenen bleken vooral Postmaterialisten. De Traditionele Burgerij en de Moderne Burgerij ontbreken. Het is een niet-‐typisch PKN beeld dat we hier zien. Als we ervan uitgaan dat de kerkenraad een afspiegeling van de gemeente is, kunnen we concluderen dat het Citypastoraat Domkerk een specifieke identiteit heeft, die specifieke groepen in de samenleving aanspreekt. Er zijn in het Citypastoraat Domkerk drie soorten binding aan de geloofsgemeenschap te onderscheiden. Er zijn bestendige blijvers, voorlopige blijvers en voorbijgangers. In onze beleidsdoelen en acties nemen we dit onderscheid in binding aan de Domkerk mee. -‐ De bestendige blijvers zijn de mensen die met het Citypastoraat Domkerk meeleven en zijn geschiedenis kennen, en die regelmatig naar de erediensten komen, soms in hoge,
6 soms in lage frequentie. Zij verbinden zich met het ideaal van het Citypastoraat Domkerk, voelen zich verantwoordelijk voor het geheel, en hebben vaak ook allerlei taken binnen het Citypastoraat/Open Dom. -‐ De voorlopige blijvers zijn de mensen die geboeid zijn door wat het Citypastoraat Domkerk te bieden heeft, een tijdje de erediensten bijwonen, deelnemen aan een kring/cursus, en soms een taak op zich nemen. Het zijn met name studenten, expats, kinderen en jongeren. -‐ De voorbijgangers zijn mensen op doortocht die het Citypastoraat Domkerk/ de Open Dom even 'aandoen'. Het zijn de mensen die langskomen op de grote feesten zoals Kerst en Allerheiligen, op life-‐events zoals doop en huwelijk, maar ook shoppende zoekers, toeristen, toevallige passanten, kunstliefhebbers, huurders. Een open gemeenschap Het Citypastoraat Domkerk is een open gemeenschap. Wie zich bij ons thuis voelt, kan zich bij ons aansluiten. Dat kan op verschillende manieren, zoals door een voor iedereen toegankelijk gastlidmaatschap. En ieder die instemt met de lofzegging en de gebeden kan deelnemen aan de Maaltijd van de Heer. Sinds februari 1986 is de Domkerk dagelijks geopend, dankzij 180 vrijwilligers. Met de dagelijkse openstelling van de kerk ( Open Dom ) is het Citypastoraat Domkerk duidelijk aanwezig in het hart van de stad. Mensen kunnen binnenlopen, een rondleiding krijgen, even zitten, bidden, een kaars aansteken, een tentoonstelling bekijken, iets kopen in de DomShop of iets drinken en eten in het DomCafé. De Open Dom biedt een plaats om tot rust te komen in de hektiek van het leven van alledag, en de mogelijkheid tot dagelijks gebed, bezinning en reflectie binnen een eeuwenoude gotische kerk. En elke zaterdagmiddag is er een gratis concert. Een gastvrije gemeenschap Het Citypastoraat Domkerk heeft gekozen voor gastvrijheid als missionair model Er is een gemeenteopbouw-‐beweging binnen de kerken waarvoor het centrale kernbegrip gastvrijheid is. Een symbool dat haar inspireert is 'de herberg'. Gastvrijheid betekent hier concreet: -‐ De gemeente maakt ruimte voor gasten; die staan centraal. Zij moeten kunnen meedoen aan wat er toe doet (omgang met God, gemeenschap, dienst). Zoals Paulus antwoordt aan de gemeente van Korinthe ( 1 Korinthe 14 : 9 ) : Alles is goed; maar onder dit beslissend voorbehoud: alles moet voor buitenstaanders te volgen zijn. Ook Benedictus stelt de gast centraal . In zijn leefregel schrijft hij : 'De overste verbreekt omwille van een gast zijn vasten'. Gasten centraal stellen, uit zich ook in een andere manier van spreken; randleden worden geëerde gasten. -‐ Dat gasten centraal staan betekent in de tweede plaats dat leden van de gemeente bij elkaar te gast zijn; dat zij gast zijn in elkaars leven. Dat kan bijvoorbeeld gestalte krijgen als in een groep de vraag gesteld wordt : wat heeft jou in de afgelopen dagen beziggehouden? Dan ben je zomaar gast in het levensverhaal van de ander. Het gaat dus om wederkerigheid. De gastheer die geeft, wordt op zijn beurt de gast die ontvangt.
7 -‐ Dat de gast centraal staat in de gemeente betekent in de derde plaats dat de leden van de gemeente beseffen dat zij niet de eigenaars van de ruimte zijn, zelfs niet van het kerkgebouw. De eigenaar is Jezus Christus. Wij zijn bij hem te gast en worden bij Hem aan Tafel genodigd. Ook in de meer omvattende zin zijn wij gasten, nl. vreemdelingen en bijwoners. Vreemdeling zijn is een centraal aspect van onze identiteit. Parochie duidde oorspronkelijk op het bijeenkomen van par-‐oikoi, bijwoners, mensen die op weg zijn en een tijdelijk onderkomen zoeken. In de gastvrije gemeente vloeien de rollen van gastheer/gastvrouw, gast en God in elkaar over. Alleen als de gastheer/gastvrouw weet wat het is gast te zijn, kan hij/zij werkelijk gastheer/gastvrouw zijn. En de gast kan gastheer/gastvrouw worden. En God en Jezus verschuilen zich in de gast (Matth. 25 : 35). Vandaar dat ook vandaag nog de portier van een klooster de vreemdeling aan de poort begroet met Deo gratias. Bij gastvrijheid gaat het om vrijheid èn confrontatie. De gast is vrij, er wordt niets opgedrongen, maar de gastvrouw/gastheer laat zich wel zien en geeft een duidelijk inzicht in de eigen ideeën, meningen en manier van leven. Gastvrijheid is geen (nieuwe ) taak van de gemeente, maar een houding, een levensstijl, voor ieder persoonlijk, en voor de gemeente in al haar groepen. In onze visie staan ruimte voor de omgang met God, de omgang met gasten en de omgang met elkaar centraal. Dit zullen ook de speerpunten zijn voor de komende jaren. a. Ruimte voor de omgang met God In de eredienst van Schrift en Tafel op zondagmorgen, en in de Getijdendiensten, het morgengebed, het middaggebed en de vespers, maakt het Citypastoraat Domkerk ruimte voor de omgang met God. Maar ook in elk werkveld komen we iets op het spoor van God als metgezel. b. Ruimte voor de omgang met gasten In de eredienst van Schrift en Tafel op zondagmorgen, in de Getijdendiensten, in het diaconaat, in de benadering van de toeristen en bezoekers van de Open Dom, concertbezoekers en huurders, in het contact met de bewoners en de organisaties van het Domplein en omgeving, maken we ruimte voor de omgang met gasten. Maar ook in elk werkveld krijgen we de naaste in het vizier. c. Ruimte voor de omgang met elkaar In de eredienst van Schrift en Tafel op zondagmorgen, in de Getijdendiensten, in het koffiedrinken na de dienst, in het pastoraat, in de kerkeraad, in de kringen, in de werkgroepen maken we ruimte voor de omgang met elkaar. Maar ook in elk werkveld ervaren we de gemeenschap.
8 Hoofdstuk 2 -‐ Diagnose In de visie hebben we beschreven wat we willen zijn. In dit hoofdstuk houden we de huidige situatie tegen het licht en gaan we na wat er afwijkt van de visie. Wat ontbreekt er nog of wat zou er moeten veranderen om te bereiken wat we in onze visie hebben geformuleerd? De uitkomsten van de enquête en de dialoogsessie op het gemeenteberaad vormen het uitgangspunt voor de samenvatting in dit hoofdstuk. Opgemerkt moet worden dat met name de bestendige blijvers hier bereikt zijn. Over het liturgisch profiel Bij het bepalen van het huidige profiel van het Citypastoraat kwam het liturgisch profiel eenstemmig naar voren. Als gewenst profiel waren er ook kerkeraadsleden die graag een combinatie zouden zien met een ander profiel. Sommigen spreekt het oecumenische missionair-‐diaconaal profiel aan, anderen het conciliaire profiel. In het oecumenische missionair-‐diaconale profiel is er vooral het verlangen om dienstbaar present te zijn in de samenleving, zowel dichtbij als ver weg. Er is ruimte voor een veelkleurig geloofsleven, want wat verenigt, is immers niet de leer, maar vooral de maatschappijkritische inzet. Liederen van Oosterhuis zijn geliefd. In het conciliaire profiel is samen zoeken misschien wel belangrijker dan vinden. Er is ruimte voor heel verschillende godsbeelden. Twijfel wordt niet gezien als tekort aan geloof, maar als behorend tot geloof. Pluraliteit is geen bedreiging, maar verrijking. Kerk zijn is in dit profiel een 'gezamenlijke trektocht', waarbij we niet precies weten waar we zullen uitkomen. De beweging gastvrije gemeente en de metafoor 'kerk als herberg' is geliefd. Oosterhuis en Taizé worden graag gezongen. a. Over een open en gastvrije gemeenschap en het ruimte maken voor God 138 gemeenteleden vulden de enquête in. Uit de antwoorden in de enquête blijkt dat de liturgie in de dienst op zondag heel vaak (71x) wordt benoemd met woorden als: verzorgd, professioneel, mooi, oecumenisch, klassiek, stijlvol. Regelmatig wordt ook de wekelijkse viering van het avondmaal als positief aspect genoemd. De preek wordt verschillend beleefd; van positief en lovend tot een enkele keer te weinig diepgang. In de antwoorden wordt 54 keer expliciet genoemd dat de muziek aansprekend is. Hier worden de cantor, cantorij, het orgelspel of de zaterdagmiddagmuziek genoemd. Ook wordt vaak (28 keer) expliciet benoemd dat het gebouw mede bepalend is voor wat mensen aanspreekt in de Dom met woorden als monumentaal, inspirerend, prachtig, geweldig en mooi. Als verbeterpunten voor de dienst op zondag wordt aangegeven (18x) dat men een kortere dienst op zondag wenst. Ook wordt er gepleit voor meer flexibiliteit; volgens sommigen is de liturgie te star. Durf het eens anders te doen: “organiseer bijvoorbeeld één maal per maand een bijzondere dienst.” Ook de preek zou anders moeten volgens een aantal respondenten. De preek zou meer exegese moeten bieden (7x) en de preek zou een kritisch geluid moeten laten horen t.a.v. onze maatschappij (11x). Er wordt met spijt geconstateerd dat er weinig kinderen/jongeren in de kerk komen. Zij zijn onze toekomst! Laat ze ook aanwezig zijn bij de maaltijdviering. We zouden meer ruimte
9 moeten bieden voor kinderen en jongeren. Maak gebruik van nieuwe media als Facebook en Twitter. We moeten oog voor toegankelijkheid houden, (15x), in taal, muziek en lengte van de dienst, vooral in de zondagochtenddiensten, maar ook in de vespers. Iemand zegt heel kernachtig: ‘gastvrij zijn, is ruimte bieden, ook binnen de liturgie.’ Ook wordt gezegd dat er ruimte moet zijn voor verandering en experiment (14x). Wel wordt verschillende keren benadrukt dat de kwaliteit van de liturgie gehandhaafd moet blijven. Zo wordt gezegd dat we moeten weten waar we goed in zijn en dat moeten vasthouden. We moeten duidelijk zijn over waarom we de dingen doen zoals we doen. Ook voor nieuwe mensen is dit nodig. b. Over een open en gastvrije gemeenschap en het ruimte maken voor gasten Het open, gastvrije karakter van het Citypastoraat komt in de antwoorden in de enquête 21 x expliciet naar voren. Daar wordt onder andere onder verstaan: iedereen is welkom, met wat voor achtergrond ook; diversiteit is goed. Meerdere mensen geven ook aan dat het oecumenische en in hun ogen vrijzinnige karakter van het Citypastoraat hen aanspreekt: liberaal, tolerant en anders mogen denken. Soms wordt hierover gezegd dat het vroeger beter was. Er wordt ook regelmatig opgemerkt dat mensen belangrijk zijn in de binding met de kerk. Er wordt benoemd dat mensen aardig, belangstellend en behulpzaam zijn geweest. Soms wordt dit zelfs als reden genoemd om lid te worden. De aandacht voor nieuwe mensen wordt belangrijk gevonden. Het welkom heten wordt verschillende keren genoemd als goed punt. Daarbij gaat het zowel om de mensen voorin de kerk bij de informatietafel als het welkom heten bij het begin van de dienst. Voor nieuwe mensen is de liturgie wel wennen (10x): wat is noord en zuid bijvoorbeeld? Ook bij de koffie zouden mensen verantwoordelijk gemaakt moeten worden voor het aanspreken en introduceren van nieuwe mensen. Daar valt nog wel eens iemand tussen wal en schip. Het gaat om het bewust worden en aanleren van een nieuwe attitude: betrokken zijn op de ander, ook als die niet bekend is. Iedereen hoort erbij! Dit is een opvallend blok in de beantwoording. Er moet nóg meer aandacht zijn voor PR en communicatie ( 18x). Men noemt dan de website en nieuwsbrief, maar ook veelvuldig de media benaderen met nieuws. De aanwezigen op het gemeenteberaad vinden het belangrijk dat de voorlopige blijvers mee doen. We zullen ze daartoe moeten uitnodigen. Dat betekent dat we ze actief moeten benaderen om ze bij de gemeente te betrekken. Er is duidelijk behoefte aan zingeving. Deze groep zoekt dat in het Citypastoraat Domkerk. Er zijn veel voorbijgangers in de Domkerk. We vinden het belangrijk om open en gastvrij naar deze mensen te zijn. Dat gaat niet vanzelf. We moeten dat organiseren. Het is goed dat er een welkomstgroep is voor het welkom heten aan het begin van een dienst. Maar ook na de dienst moeten er gastheren/-‐vrouwen zijn die mensen actief aanspreken. Het is daarbij belangrijk om niet opdringerig te zijn en mensen te vragen of ze aangesproken willen worden. Het moet ook mogelijk zijn om de Domkerk in anonimiteit te bezoeken.
10 Er wordt opgemerkt dat de liturgie niet altijd gastvrij is. Het is behoorlijk lastig om precies te begrijpen wat er allemaal van je gevraagd wordt, Iedereen is het er over eens dat het belangrijk is om veel aandacht te besteden aan de voorlopige blijvers en de voorbijgangers. Uit deze groepen kunnen bestendige blijvers voortkomen. En het is nodig dat de groep bestendige blijvers aangevuld wordt. Een mogelijkheid om meer mensen bij de gemeente te betrekken zou kunnen zijn om kringen van rond de tien gemeenteleden samen te stellen die betrokken zijn bij elkaar. Voorlopige blijvers zouden uitgenodigd kunnen worden om zich bij één van de kringen aan te sluiten. c. Over een open en gastvrije gemeenschap en het ruimte maken voor elkaar In de enquête wordt de suggestie gedaan om meer aandacht te hebben voor elkaar. Vaak wordt dan het bevorderen van een interne binding genoemd : een hechte gemeenschap vormen, meer samenhang creëren tussen de delen van het Citypastoraat, Open Dom en tussen gemeenteleden onderling. Sommige mensen voelen zich niet gezien en vinden dat er meer aandacht is voor nieuwelingen dan voor hen. Er is te veel incrowd en te weinig openheid naar anderen. Het is duidelijk dat de gemeente drijft op de bestendige blijvers. Het zijn de mensen die het meest betrokken zijn bij de gemeente en haar activiteiten. Er wordt vaak een beroep op deze mensen gedaan. We moeten zorgen dat deze groep niet overbelast wordt. Opgemerkt wordt dat we gemeenteleden die vanwege hun leeftijd niet meer kunnen komen, niet mogen vergeten. Er is behoefte aan meer mogelijkheden tot ontmoeting voor gemeenteleden in het algemeen en meer mogelijkheden voor betrokkenheid van ouderen: meer pastoraat, mogelijkheid tot kerktelefoon, gespreksgroepen en cursussen in de middag. Er is meer communicatie nodig vanuit moderamen en kerkeraad. Soms is er weinig contact na de dienst en ook niet een 'spreken uit het hart'. De groepen die er zijn, zijn te oppervlakkig. Is er een mogelijkheid voor geloofsverdieping? De voorbede is nu soms te onpersoonlijk en te hoogdrempelig. De namen die bij de bloemengroet genoemd worden, zijn vaak niet bekend.
11 Hoofdstuk 3 -‐ Inspirerende doelen en voornemens Drie kernthema's vormen de speerpunten voor beleid in de komende jaren. a. God: over de toekomst van vieren, liturgie en kerkmuziek in de Domkerk Ervaring van geluk, schoonheid, emotie speelt een belangrijke rol in de wijze waarop in de Domkerk de opstanding van Christus gevierd wordt. Ook de goede kwaliteit van muziek en liturgie, en de verbinding met levensmomenten worden als essentieel ervaren. Op twee aandachtsvelden willen we ons in de komende jaren richten: -‐ Catechese van de liturgie Om beter te verstaan (en misschien te waarderen ) wat er gebeurt in de liturgie en waarom het op deze wijze gebeurt, is het zinvol aandacht te hebben voor catechese van de liturgie. Het gaat daarbij om inwijding in de liturgie ( iets van 'het geheim' dat in de liturgie gevierd wordt delen ). Aanpassing van de liturgie teneinde de toegankelijkheid te vergroten, gebeurt binnen de kaders van het visiedocument 'Inzake experimenteren met liederen in de diensten van het Citypastoraat Domkerk', inclusief de liedcriteria die de kerkeraad in 2011 aannam. Zowel voor gasten/tijdelijke blijvers alsook voor mensen die de liturgie in de Domkerk vaak meevieren kan het vruchtbaar zijn het 'hoe en waartoe' van liturgie vieren te doordenken. Bij catechese van de liturgie denken we aan het volgende : Voor gasten/bezoekers: -‐ Een bord in de kerk met uitleg van de liturgie : schematisch en met foto's -‐ Een bord buiten met uitnodiging voor de diensten Voor tijdelijke/bestendige blijvers -‐ Voor deze doelgroepen ontwikkelen we workshops over liturgie en kerkmuziek. Hierin worden ook momenten opgenomen waarin de liturgie wordt doordacht en vernieuwd. -‐ Vernieuwing van de liturgie Om telkens nieuwe taal en muziek te vinden om de opstanding van Christus levend te houden en eigentijds te beleven, en omdat het beleid van het Citypastoraat Domkerk tegelijkertijd traditioneel en vernieuwend wil zijn, en het experiment niet wordt geschuwd, is een tweede aandachtsveld het vernieuwen van de liturgie. Het visiedocument 'Inzake experimenteren met liederen in de diensten van het Citypastoraat Domkerk', biedt hierbij opnieuw het kader. Om de vernieuwing van de liturgie te concretiseren denken we aan : -‐ muziek die in principe ( en uit principe ) eigentijds is en waarin op avontuurlijke manier muzikale ruimte gecreëerd wordt waarin traditie en actualiteit met elkaar worden verbonden, grenzen worden afgetast om vanuit een open houding een zo groot mogelijke bandbreedte aan vermenging van vormen, genres en stijlen te bewerkstelligen.
12 -‐ significante kerkmuzikale vernieuwing, die in principe alle mogelijke liturgische momenten betreft. Dat betekent dat de aanwezige kerkmusici op gezette tijden composities voor de eredienst leveren, waarin mogelijk op planmatige wijze ordinaria, tafelgebeden, gemeentezang en Musica pro Deo aan de orde komen. In het bijzonder zal er aandacht zijn voor het kerklied, waarbij de onmisbare medewerking van gekwalificeerde dichters zal worden gevraagd. Het instrumentarium zal worden verruimd. Behalve beschikbare en door de kerkmusici bespeelbare instrumenten als de orgels, piano, klavecimbel en enig slagwerk zal er bij tijd en wijle beroep gedaan worden op externe musici en talenten in de gemeente. Voor tijdelijke/bestendige blijvers -‐ Voor deze doelgroepen denken we aan(muzikale) participatie van anderen in de dienst (gasten/tieners/kinderen). Zoals bijvoorbeeld eerder in de tienerdienst en de dienst met Cubanen. Een dienst op Driekoningen met participatie van kinderen is een eerste experiment. -‐ Het terugbrengen van de lengte van de dienst tot vijf kwartier b. Gastvrijheid: over het versterken van de Domkerk als een gastvrije kerk Het Citypastoraat Domkerk wil als levende gemeente omgaan met gasten. Dat betekent op de eerste plaats mensen uitnodigen om de kerk te bezoeken en als gasten te ontvangen. De Domkerk is als gebouw prominent aanwezig in de stad. Het Citypastoraat Domkerk kent een veelheid aan activiteiten, zowel vanuit de gemeente als vanuit de werkgroep zaterdagmiddagmuziek als de Open Dom. De bekendheid van de diverse activiteiten verschilt sterk. Er ligt een kans in het versterken van herkenbaarheid en zichtbaarheid van het totale aanbod. Op de tweede plaats betekent het een gastvrije opstelling, opdat een ieder zich uitgenodigd en daadwerkelijk gezien en opgemerkt voelt. Op de derde plaats dient het diaconaat zichtbaar en benaderbaar te zijn voor mensen die zorg behoeven of die zorg willen geven. -‐ Zichtbaarheid, herkenbaarheid en toegankelijkheid van het totale aanbod Doel is een duidelijke zichtbaarheid en presentatie van de verschillende activiteiten van het Citypastoraat Domkerk waardoor mensen in de stad zich uitgenodigd weten om aan die activiteiten deel te nemen. Hierbij denken we aan: - het tonen van een levende Domkerk in al haar facetten door middel van het maken van portretten van gemeenteleden die vervolgens gebruikt worden voor diverse publicitaire doeleinden; - het verbeteren van de digitale toegankelijkheid van het Citypastoraat Domkerk door het vernieuwen van de website. Het Citypastoraat Domkerk is aantrekkelijk voor studenten, 40-‐ers en 50-‐ers. Over het algemeen betreft het hoogopgeleiden.
13 Deze groepen zoeken in toenemende mate informatie via internet. De website dient in het licht van het kwaliteitsstreven van het Citypastoraat Domkerk, van hoog niveau te zijn; - het inzetten van social media als facebook en twitter; - het expliciet (en zo mogelijk persoonlijk) uitnodigen van bezoekers van de kerk en culturele activiteiten voor de andere activiteiten, zoals de vespers, gebeden, stiltemeditaties e.d. in de Domkerk. Gasten, voorbijgangers en Open Dommers nodigen we uit via de informatieborden, via de Nieuwsbrief en DigiDom. Tijdelijke en bestendige blijvers informeren we via de Handreiking en de Orde van dienst; - het consequent hanteren van de huisstijl in PR en andere communicatiemiddelen; -‐ Een andere mogelijkheid is een infovideo ( 5 minuten ) te maken over de liturgie in de Domkerk: wie zijn wij, hoe vieren wij, hoe zijn wij kerk in de stad? -‐ Ambassadeurschap Doel is dat de honderden gemeenteleden, Open Dommers en cantorijleden zich gedragen als ambassadeurs van het Citypastoraat Domkerk als geheel. Dit vanuit trots op het gebouw, de gemeenschap, de verbinding met elkaar en met God, de vespers en de diensten, en het aanbod van de winkel tot en met de zaterdagmiddagmuziek . Een dergelijk breed gedragen ambassadeurschap kan zich uiten door: - het uitnodigen/meenemen van bekenden, buren, familieleden en anderen om activiteiten in de Domkerk mee te beleven; - het gesprek aangaan met bezoekers van de Domkerk en hen bijvoorbeeld uitnodigen om deel te nemen aan de koffie na de dienst; - het organiseren van meet en greet bij de koffie. Dit ambassadeurschap kan versterkt worden door: - trots op het geheel te benoemen en positieve gebeurtenissen zichtbaar te maken; - vrijwilligers te scholen in gastvrijheid; - enkele gemeenteleden die zich van nature als ambassadeurs gedragen tot voorbeeld te stellen voor de hele groep. -‐ Diaconaat Het Citypastoraat Domkerk heeft oog voor de problemen waarmee de bewoners van de stad worden geconfronteerd. Onze diaconale activiteiten zijn gericht op het voorkomen of verminderen van met name sociaal-‐maatschappelijke nood van individuen en van groepen mensen en op het scheppen van rechtvaardige verhoudingen. We streven ernaar om problemen zichtbaar te maken en te werken aan oplossingen daarvan. Die activiteiten beginnen in de zondagse eredienst tijdens de dienst aan de Tafel van de Heer en bij het inzamelen van de gaven. De diaconie gebruikt die gaven om te helpen waar geen helper is, in de eigen gemeente, stad, land en in de wereld. Deze diaconale taak is een opdracht voor de hele gemeente. Diakenen functioneren daarbij stimulerend, coördinerend en organiserend. Zij gaan voorop in de zorg aan hulpbehoevenden en geven het goede voorbeeld.
14 Concreet doen we dat door: - aandacht te vragen voor problemen waar mensen in onze stad en in de wereld mee worden geconfronteerd, hierbij gebruik makend van de mogelijkheden die het Citypastoraat Domkerk biedt. Een voorbeeld daarvan is de uitreiking van de mantel van Sint Maarten; - gemeenteleden en bewoners van de stad bij het diaconale werk te betrekken. Bijvoorbeeld door het organiseren van een voedselinzameling voor de Voedselbank. Of door het bij activiteiten deelnemers iets geven. Niet alleen is geven plezierig, maar het nodigt ook uit tot een interactie van geven en ontvangen. Ook een uitnodiging is overigens iets geven. Voorbeeld hiervan is de uitnodiging voor een ontmoetingsmaaltijd in het DomCafé op zondag na de dienst. -‐ financieel bij te dragen aan initiatieven gericht op het oplossen of verminderen van nood; - duurzaamheid en fair trade te bevorderen; - het zoeken van samenwerking met anderen, in de eigen gemeente, in de Protestantse Gemeente Utrecht, met andere (binnenstads-‐)kerken en met andere instellingen in de stad die diaconaal actief zijn; - deelname aan het maatschappelijk debat en daarbij het aangaan van samenwerkingsrelaties met anderen; - de kerk open te stellen voor diaconale activiteiten van anderen ( b.v. straatpastoraat). c. Gemeenschap: over groeien in onderlinge verbondenheid en geloof Het Citypastoraat Domkerk wil ook duidelijk vorm geven aan de gemeenschap onderling en de omgang met elkaar. De verbondenheid via de voorbede, het bieden van mogelijkheden om met elkaar in gesprek te raken over ieders persoonlijk leven en geloofsbeleving, het aanbod van gesprekskringen en cursussen, de verbinding op organisatorisch niveau, en de bredere inzet van gemeenteleden willen we hiervoor inzetten. -‐ Gesprek over leven en geloofsbeleving Er is in de gemeenschap van het Citypastoraat Domkerk behoefte aan gemeenschap onderling en gesprek over ieders persoonlijk leven en geloofsbeleving. We willen dit als volgt bereiken: - de werkgroep pastoraat zet zich in om hiervoor mogelijkheden te creëren en ruimte te scheppen. 1x per maand de preek samen nabespreken is een goede mogelijkheid; - de kerkeraad/werkgroep pastoraat organiseert huiskamergesprekken/ groothuisbezoek - de groep voorbidders bezint zich op het persoonlijk maken van de voorbede; -‐ de programmacommissie die jaarlijks het aanbod van cursussen, gesprekskringen etc. samenstelt, presenteert een aanbod dat past bij de postmoderne Mentality-‐milieus. De mensen die behoren tot deze groepen gaan graag met anderen in debat als zij daarin maar de ruimte krijgen voor eigen inbreng en aanpak. Hierbij kunnen zij bijvoorbeeld geïnspireerd worden door bijzondere verhalen uit de Bijbel, mystieke denkers en de traditie van gebed, stilte en tot jezelf komen. De postmoderne Mentality-‐milieus gaan voor oorspronkelijkheid. De uitstraling is van nu, maar de
15 -
eigen authenticiteit van de kerk staat voorop. Ook is gezelligheid en gelegenheid voor informele ontmoeting van belang; de programmacommissie/werkgroep pastoraat ontwikkelt een aanbod gericht op ouderen en hun levensvragen; - bijzondere aandacht is nodig voor kinderen en jongeren. Ook voor hen moet de Domkerk een interessante plek zijn met een aantrekkelijk aanbod. Om de groep kinderen en jongeren voldoende groot te laten zijn, hebben we in de eerste helft van 2013 ondersteuning gekregen van studenten van de Christelijke Hogeschool Ede. Hieruit zijn de volgende doelen voortgevloeid: -‐ het instellen van een ontwikkelgroep Kerk op Schoot; -‐ het ontwikkelen van een leerlijn : kerk op Schoot -‐ Kinderkring -‐ Basiscatechese -‐ Domtieners -‐ het organiseren van een bijeenkomst voor ouders en kinderen van 0 tot 10 jaar -‐ aandragen en organiseren van 1 doopgetuige uit het Citypastoraat Domkerk -‐ het maken van een themanummer Handreiking : Jong in de Dom -‐ de programmacommissie biedt een cursus geloofsopvoeding aan. -‐ Onderlinge samenhang ( op organisatorisch niveau ) Het Citypastoraat Domkerk kent veel verschillende groepen met een specifieke taak. De gemeente heeft functionarissen, ambtsdragers, werkgroepen en commissies en er is een grote cantorij. De Open Dom kent ook diverse groepen (ontvangst, educatieve dienst, kosters, DomCafé, DomShop ). Er is een verlangen naar verbondenheid binnen en tussen deze groepen, en er is een verlangen betrokken te worden bij het beleid. Een gevoel van verbondenheid kan zich uiten in waardering en begrip voor het werk en de positie van de ander. Bij concrete activiteiten denken we naast de reeds bestaande activiteiten aan: - het twee maal per jaar organiseren van een gemeenteberaad; - het maken van een 'wie is wie boek'/bord' - het eens per twee jaar uitnodigen van functionarissen, afgevaardigden van werkgroepen en commissies bij vergaderingen van de kerkeraad en het moderamen. - het openstellen van activiteiten van subgroepen voor iedereen, bijvoorbeeld de nieuwjaarsreceptie; - betere communicatie over activiteiten, bijvoorbeeld door de introductie van een nieuwsbrief voor de Open Dom; -‐ het koppelen van nieuwe mensen aan een mentor die hen bekend kan maken met de loop der dingen binnen de gemeente, en kan voorstellen aan mensen. -‐ Bredere inzet van gemeenteleden Binnen het Citypastoraat Domkerk is een grote groep zeer actief. Er zijn echter ook bijvoorbeeld gemeenteleden die hebben aangegeven wel iets te willen doen, maar die tot dusver niet gevraagd worden. Dat is zonde, te meer daar betrokkenheid en gezamenlijke activiteiten de verbondenheid versterken. Er is dus bij meer mensen een verlangen actief te worden, dan die nu worden ingezet.
16 Er zijn tenminste twee soorten binding aan de Domkerk te onderscheiden. Er zijn bestendige blijvers en voorlopige blijvers. Bestendige blijvers zijn trouw aan de Domkerk, voelen zich verantwoordelijk voor het geheel, en verbinden zich met het ideaal van ( het Citypastoraat) Domkerk. Voorlopige blijvers zijn trouw aan zichzelf en vooral op zoek naar een boeiende deeltaak -‐ of zaak. Het is goed als ze allebei een plek in het Citypastoraat Domkerk hebben, en je af te vragen welk onderdeel van het gemeenteleven vraagt meer om bestendige blijvers en welk meer om voorlopige blijvers. Bij concrete activiteiten om de groep actieve leden te vergroten denken we aan: - het inventariseren van taken en de mogelijkheden van gemeenteleden om iets voor de gemeente of een ander te betekenen; - het benaderen van mensen voor deze taken. - het oriënteren op de mogelijkheid van een vrijwilligerscoördinator Van bestendige en voorlopige blijvers beiden wordt een open houding ten opzichte van voorbijgangers gevraagd. Voorbijgangers behoren vaak tot de moderne Mentality-‐milieus, en komen voorbij op die momenten dat zij behoefte hebben aan traditie en ritueel, zoals tijdens feestdagen of het vieren dan wel markeren van life-‐events als doop, bruiloft en begrafenis. Dat is een moment dat zij een rol van de kerk verwachten. Een open en gastvrije houding van het Citypastoraat Domkerk is ook dan van belang.
17 Hoofdstuk 4 -‐ Financiën De financiële situatie van het Citypastoraat Domkerk is enigszins zorgelijk. Jaarlijks is sprake van een tekort op de balans1 en wordt een garantstelling van DMO ter financiering van het kerkelijk cultureel werk ingeroepen. Daarbij speelt een rol dat de Domkerk als historisch middelpunt, en herkenningspunt, met de dagelijkse openstelling, een Cityfunctie heeft, waardoor jaarlijks 250.000 mensen de Domkerk bezoeken, en de Domkerk gezichtsbepalend is voor de stad en de Protestantse Gemeente Utrecht. Het tekort kon tot dusver uit de eigen reserve van het wijkvermogen worden aangezuiverd. De komende jaren wordt er evenwel gestreefd naar een sluitende begroting, in de wetenschap dat het College van Kerkrentmeesters niet blijvend akkoord zal gaan met het interen van het wijkvermogen. Onze grote omzet vergt dat we over een gezond wijkvermogen moeten kunnen blijven beschikken om onvoorziene klappen op te kunnen vangen. De vraag is dan ook tot welke (extra) kosten de uitvoering van dit beleidsplan zal leiden en hoe tot een sluitende begroting gekomen kan worden. Dit beleidsplan zal naar verwachting niet tot noemenswaardige extra kosten leiden. Voor de uitvoering van het beleidsplan is van belang dat de huidige personele bezetting wordt gecontinueerd. De kerkelijk cultureel werker ondersteunt daarbij de aanwezigheid van de kerk in stad en land door middel van kerkelijk culturele activiteiten (zoals exposities en culturele zondagen), missionaire activiteiten (zoals feesten voor de stad) en events (zoals de preek van de leek). We willen dan ook deze functionaris graag behouden. Zelfstandige financiering is tot dusver niet mogelijk gebleken. DMO zal derhalve opnieuw worden gevraagd om het kerkelijk cultureel werk te blijven ondersteunen. Daarnaast zullen externe fondsen ter financiering moeten worden gevonden. Onder regie van de wijkraad van kerkrentmeesters zal hierop onverkort actie worden ondernomen. Om tot een sluitende begroting te komen, is het aantal bezoekers van de Domkerk van groot belang. Het is een blijvende uitdaging zichtbaar aanwezig te zijn in de stad op een wijze dat het aanbod van het Citypastoraat Domkerk en de Open Dom bekend zijn bij potentiële bezoekers. In het beleidsplan is dan ook voorzien in activiteiten om de zichtbaarheid van de Domkerk te vergroten. Daarnaast zijn initiatieven beschreven om gasten welkom te heten bij het Citypastoraat Domkerk en de gemeenschap te versterken. Hopelijk leiden deze activiteiten tot een groei van het aantal (betrokken) leden. Door middel van groei van het aantal leden en hun financiële bijdragen kan de financiële positie van het Citypastoraat Domkerk worden verbeterd. Onderstaande statistieken tonen het aantal betalende leden en de mate waarin zij bijdragen aan het Citypastoraat Domkerk. Uit de eerste grafiek volgt dat het grootste aantal leden 40 tot 60 euro of 100 tot 200 euro bijdraagt.
1 Uit de staat van baten en lasten over 2011 respectievelijk 2012 blijkt een negatief resultaat van € 16.017 en € 7.811,-.
18 De afgelopen tijd is de ledenadministratie bijgewerkt en worden de geldwervingsacties consequent uitgevoerd. Daarnaast wordt de financiële situatie van het Citypastoraat Domkerk (in de Handreiking) uitgelegd door de wijkraad van kerkrentmeesters. Aldus wordt getracht om de leden duidelijk te maken hoe essentieel hun bijdrage is om het werk van het Citypastoraat Domkerk voort te zetten. Daarbij wordt aan de leden gevraagd om hun bijdrage te verhogen. Dit zal de komende tijd worden gecontinueerd. Uitgangspunt is overigens dat de leden naar draagkracht bijdragen. Of leden dat daadwerkelijk doen, is een vraag die alleen zijzelf kunnen beantwoorden.
19 Figuur 1: Aantal betalenden per AKB bijdrage
Uit de volgende drie grafieken volgt dat met name de groep oudere gemeenteleden veel geeft.
20 Figuur 2: opbouw AKB inkomsten over de leeftijdscategorieën
21 Figuur 3: aantal betalenden per leeftijdscategorie
Figuur 4: gemiddelde AKB bijdrage per leeftijdscategorie
De oudere leden die relatief veel geven zullen ons op enig moment – helaas – ontvallen. Jongere leden zullen zich in toenemende mate verantwoordelijk moeten gaan voelen voor het voortbestaan van het Citypastoraat Domkerk en dit moeten vertalen in een hogere financiële bijdrage. De kerkrentmeesters sporen in het bijzonder jongere gemeenteleden, herhaaldelijk aan tot verhoging van hun bijdrage. Dit zal de komende tijd echter een aandachtspunt moeten zijn van de hele gemeente.