Hoofd sociale dienst 1. FUNCTIETITEL HOOFD SOCIALE DIENST 2. GLOBAAL DOEL VAN DE FUNCTIE - Diensthoofd/coördinator cluster sociale dienst. Leiding geven aan een multi-disciplinair team van medewerkers om een zo optimaal mogelijke maatschappelijke dienstverlening aan de bevolking te realiseren. - De coördinatie van het sociaal huis, beleidsvoorbereidend werken en de coördinatie van het Lokaal Sociaal Beleid. - Vervangt de secretaris bij afwezigheid. 3. PLAATS IN DE ORGANISATIE Werkt onder directe leiding van de OCMW – secretaris. 4. NIVEAU A1a – A3a. 5. HOOFDDOEL - Het team maatschappelijk werk(st)ers in staat stellen het recht op maatschappelijke dienstverlening te verzekeren aan cliënten. - De secretaris en de voorzitter voorzien van alle nuttige informatie. - Stimuleren en realiseren van maximale effectiviteit en efficiëntie van de sociale dienst en zijn medewerk(st)ers, vanuit Human Resources Management-principes om een vlot functioneren en betere dienstverlening te kunnen aanbieden. - Ondersteunen van de secretaris in het kader van de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van een HRM-beleid. 6. RESULTAATGEBIEDEN EN TAAKOMSCHRIJVING A. Leiding geven aan het team van de sociale dienst: - Ondersteunt de medewerkers door advies, informatie, coaching, supervisie, begeleiding bij vormingsplan… - Verdeelt de taken, begeleidt en controleert de werkzaamheden en de samenwerking tussen de diverse collega’s, onder andere: o Volgt de opdrachten van de medewerkers op; o is voorzitter van de teamvergaderingen, coördineert het dienstoverleg: agendabepaling, voorbereiding, leiding, verslaggeving en nazorg; o staat in voor een precieze en doelgerichte informatieverstrekking aan de medewerkers; o stimuleert de collegiale sfeer tussen de teamleden en stimuleert onderlinge samenwerking; o volgt op en organiseert een goede administratieve verwerking van de beslissingen genomen in het BCSD, individuele beslissingen en algemene beslissingen; o is medeverantwoordelijk voor de organisatie van de administratie voor de sociale dienst o streeft gelijkvormigheid in dossierbehandeling na, zowel wat de inhoudelijke verwerking als wat de uiterlijke presentatie betreft, bewaking van de inhoudelijke en vormcriteria waaraan de sociale verslagen en rapportering door de maatschappelijk assistenten aan de raad dienen te voldoen o …
-
-
-
Heeft de rol van vormingsverantwoordelijke t.a.v. de eigen medewerkers: coördineert de individuele vormingsplannen van de teamleden en ondersteunt hen hierin, voert functionerings- en evaluatiegesprekken. Verzekert de continuïteit van de dienst (verlofaanvragen, overuren, permanentie, werkroosters, …) en adviseert aan de bevoegde dienst over personeelszaken. Stimuleert, ondersteunt en coördineert de professionele samenwerkingsrelaties van de maatschappelijk werk(st)ers met hulpverleners, instanties en organisaties buiten het OCMW; stimuleert en volgt de participatie op van de medewerkers aan externe werkgroepen. Toepassen informatica: ondersteunt de medewerkers bij het gebruik van de specifieke software programma’s voor de sociale dienst en office toepassingen in het algemeen, Lokaal sociaal beleid. …
B. Beleidsvoorbereidend werken, coördinatie van het lokaal sociaal beleid en coördinatie van het sociaal huis: - Organiseert, coördineert, programmeert, plant en begeleidt de werkzaamheden van het sociaal huis, staat in voor de eindcoördinatie. - Bemiddelt in en coördineert de werkzaamheden van het sociaal huis met de werking van andere diensten binnen het OCMW en met de gemeente. - Stimuleert, ondersteunt en coördineert de professionele samenwerkingsrelaties van de maatschappelijk werk(st)ers met hulpverleners, instanties en organisaties buiten het OCMW. - Is voorzitter van de lokale adviescommissie. - Bemiddelen en onderling op mekaar afstemmen van de werkzaamheden van de sociale dienst met de werking van andere diensten (de administratieve diensten, de ontvanger,…). - Opvolgen kerngroepen van het lokaal sociaal beleid. - Samenroepen stuurgroep van het lokaal sociaal beleid. - Evaluatie, verantwoordelijk en bewaking tijdslijnen lokaal sociaal beleid. - Mee uitdenken en realiseren van nieuwe initiatieven of optimaliseren van de bestaande dienstverlening met raakpunten aan de sociale dienst (signaalfunctie). - Bijdrage leveren aan beleidsvoorbereidende werkzaamheden. - Werkt nauw samen met de dienst rechtshulp van het OCMW. - Verstrekt informatie over de werking van de dienst, over initiatieven en wetten, regels en procedures die gelden voor de dienst, zowel aan het personeel als aan de bevolking via onder andere brochures, info- avonden, … - Volgt beroepsprocedures op. - Vangt meningsverschillen en klachten op van cliënten die niet akkoord gaan met of niet tevreden zijn over de hulpverlening door een medewerker of over de genomen beleidsbeslissing. - Coördineert de projecten en doet registratie naar subsidiërende overheden toe: ministerie, VDAB,…;onderhandelt met deze diensten om eventuele subsidiëring te bekomen, invullen of laten invullen van allerhande enquêtes of vragenlijsten. - Verzorgt en presenteert het jaarverslag van het sociaal huis. - Staat in voor de externe contacten met aanverwante organisaties, lokale actoren, hogere overheid, bevolking, pers … - Bouwt overlegstructuren en netwerken uit en onderhoudt deze, teneinde het implementeren van nieuwe wetgeving te vereenvoudigen, een betere klantgerichte maatschappelijke hulpverlening te kunnen uitbouwen en de signaalfunctie optimaal te kunnen verwezenlijken. - Participeert in de werking en vergaderingen van de plaatselijke afdeling van de welzijnsorganisaties, neemt deel aan overleg wat de dienst en het werkterrein betreft in samenwerkingsverbanden. - Verzorgt de public relations van de sociale dienst. - Opbouwen en onderhouden van algemene samenwerkingsverbanden met andere instanties en sleutelfiguren: huisartsen, apothekers, advocaten, deurwaarders, eigenaars, agentschappen, scholen, ziekenhuizen, onthaaltehuizen, justitiehuizen …
-
Sleutelrol in het lokaal sociaal beleidsplan. Werkt mee aan de uitwerking en actueel houden van een veiligheidsplan i.f.v. veiligheidscoördinatie en dossierbewaking, zoals opgelegd door de overheid. Verantwoordelijk voor de afhandeling van de briefwisseling van de sociale dienst (in en uit). …
C. Rol t.a.v. het beleid: - Fungeert als communicatiekanaal tussen het OCMW-bestuur, de secretaris, de ontvanger en het personeel van de dienst (briefwisseling, notulen BCSD). - Verzamelt en verwerkt gegevens over de productiviteit van het sociaal huis en over het werkgebied in het algemeen. - Bestudeert de literatuur die over het vakgebied gaat of erbij aansluit en verricht zelfstudie. - Mee uitdenken en realiseren van nieuwe initiatieven of optimaliseren van de bestaande dienstverlening met raakpunten aan de sociale dienst (signaalfunctie). - Bijdragen leveren aan beleidsvoorbereidende werkzaamheden. - Neemt het secretariaat waar van het Bijzonder Comité voor de sociale dienst. - Licht de secretaris in over de algemene noden die bij het vervullen van de taak worden vastgesteld en stelt maatregelen voor die daaraan tegemoetkomen. - Maakt deel uit van het managementteam. - Neemt deel aan afdelings - en dienstoverschrijdend overleg. - Coördineert het sociale luik van de beleidsnota bij de opmaak van het budget en doet terzake de nodige voorstellen; adviseert aan de bevoegde dienst over budget. Verruimende bepaling - Ingeval van tijdelijk personeelstekort de medewerkers bijstaan. - Op vraag van de secretaris kunnen bijkomend steeds bepaalde taken worden toegewezen indien dit noodzakelijk is voor de efficiënte werking van de diensten. 7. PROFIEL Specifieke kennis Bij indiensttreding : - Basiskennis van de OCMW-wetgeving (meer bepaald de organieke OCMW-wet van 8 juli 1976, de wet van 26 mei 2002 inzake het recht op maatschappelijke integratie, de wet van 2 april 1965 en het organiek decreet van 19 december 2008) en het besluit van de Vlaamse Executieve van 10 juli 1985 tot vaststelling van de normen voor o.a. een serviceflatgebouw, en Decreet Lokaal Sociaal Beleid van 19 maart 2004. - Kennis van de sociale wetgeving. - Inzicht in het algemeen welzijnswerk. - Het beheersen van diverse methoden en werkvormen m.b.t. hulpverlening en veranderingsprocessen. - Algemene kennis van burgerlijk en administratief recht. - Basiskennis van ICT-toepassingen voor het OCMW. Op korte termijn te verwerven bij de uitoefening van de functie : - Grondige kennis van de OCMW-wetgeving (meer bepaald de organieke OCMW-wet van 8 juli 1976, de wet van 26 mei 2002 inzake het recht op maatschappelijke integratie, de wet van 2 april 1965 en het organiek decreet van 19 december 2008), en het besluit van de Vlaamse Executieve van 10 juli 1985 tot vaststelling van de normen voor o.a. een serviceflatgebouw, en de functie van de OCMW-diensten. - Grondige kennis van de sociale wetgeving. - Grondige kennis van de toepassingssoftware t.b.v. de sociale dienst en office toepassingen. - Human Resources Management technieken.
Vaardigheden - Goede mondelinge uitdrukkingsvaardigheid, begrijpbaar voor alle doelgroepen. - Correcte en duidelijke schriftelijke afhandelingen van problemen met een taalkundig juist gebruik. - Professionele betrokkenheid bij de cliënt en bij het OCMW. - Beschikken over leidinggevende vaardigheden teneinde een team te motiveren, coördineren, evalueren en bij te sturen. - Op het juiste moment een correcte keuze kunnen maken uit verschillende beslissingsmogelijkheden en deze beslissing krachtdadig met voldoende diplomatie doorvoeren. - Relationele en communicatieve vaardigheden om doelgericht te kunnen omgaan met mensen en culturen. - Kunnen werken in teamverband en overzichtelijk kunnen rapporteren. - Systematisch projecten kunnen organiseren en doorgeven. - Beschikken over administratieve en technische vaardigheden om de nodige administratieve gegevens te kunnen opstellen en bijhouden. - Kunnen opstellen van en werken aan een begeleidingsplan, beleidsplan, de sociale kaart. - Kunnen werken met visies en concepten en deze kunnen overbrengen aan derden. - Kunnen beoordelen van problemen en conflicten, zowel intern als extern. - Kunnen overleggen en samenwerken met andere diensten. Attitude - Zin voor analyse, zorgvuldigheid en kwaliteit - Zin voor synthese, systematiek en samenhang - Verantwoordelijkheidszin - Besluitvaardigheid - Onafhankelijkheid en zin voor deontologie van het OCMW Retie - Openheid naar cliënten, collegae, leidinggevenden en beleidsmensen - Bereidheid om verworven vaardigheden te hanteren en verder te ontwikkelen - Bereidheid tot supervisie en intervisie, permanente vorming, opvolgen van relevante vakliteratuur - Zelfstandig en autonoom kunnen werken - Kunnen presteren in stress situaties - Dienstverlenende ingesteldheid naar beleidsmensen en ander diensten maar vooral naar de - eigen personeelsleden - Het principe van de zwijgplicht en recht tot spreken juist kunnen interpreteren. - Initiatief nemen - Bereidheid tot werken op onregelmatige tijdstippen en zich te verplaatsen, flexibiliteit.
HOOFD SOCIALE DIENST (A1a – A3a) Aanwervingsvoorwaarden Algemene aanwervings-en bevordingsvoorwaarden: Voldoen aan de algemene aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden zoals opgenomen in het administratief statuut voor het personeel van het OCMW. Bijzondere aanwervingsvoorwaarden: - Houder zijn van een diploma, dat aanleiding geeft tot een aanstelling op A-niveau. - Slagen voor het aanwervingsexamen. - Geschikt bevonden worden in een psychotechnische proef. - Binnen twee jaar na aanstelling een grondige kennis verwerven van de wetgeving zoals gespecificeerd in het functieprofiel. De vaste benoeming is alleszins afhankelijk van een gunstige evaluatie tijdens en bij afloop van de proeftijd. Examenprogramma – bekwaamheidsproef Schriftelijk gedeelte – 60 punten : 1.a. Kennis van de: (30 punten) - Organieke wet op het OCMW van 8 juli 1976, zijn wijzigingen en zijn uitvoeringsbesluiten; - Wet van 2 april 1965 omtrent de ten laste neming van de steun, zijn wijzigingen en zijn uitvoeringsbesluiten; - Wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, zijn wijzigingen en zijn uitvoeringsbesluiten; - Organiek decreet van 19 december 2008; - Besluit van de Vlaamse Executieve van 10 juli 1985 tot vaststelling van de normen waaraan een serviceflatgebouw, een woningcomplex met dienstverlening of een rusthuis moet voldoen om voor erkenning in aanmerking te komen, en uitvoeringsbesluiten; - Decreet Lokaal Sociaal Beleid van 19 maart 2004, ministeriële omzendbrief van oktober 2004, en uitvoeringsbesluiten; - Toetsing van de diverse aspecten behandeld in het profiel. 1.b. Gevalstudie: (30 punten) De kandidaat wordt geconfronteerd met een probleemsituatie die zich tijdens de uitoefening van de functie kan voordoen. De totale context van de problematiek wordt uitgebreid geschetst, waarna de kandidaat een oplossing uitwerkt en deze aan de hand van een verslag weergeeft (Bij de inschrijving voor de examens zullen de kandidaten een gedetailleerde lijst ontvangen van de diverse wetten en besluiten waarover ondervraagd zal worden) Mondeling gedeelte – 40 punten: Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat, met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn organisatievermogen, zijn motivatie en sociale vaardigheden. Om geslaagd te zijn, moet de kandidaat 50 % van de punten behalen op elke proef, 50 % op elk gedeelte en 60 % op het geheel van het examen. Samenstelling examenjury • •
3 OCMW-secretarissen of –ambtenaren van minstens niveau A van een OCMW-bestuur. Secretaris van de examenjury: OCMW-secretaris van het eigen bestuur.