Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e
[email protected] www.tns-nipo.com
Rapport
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? In de perceptie van de werknemers is de brandveiligheid tamelijk goed geregeld op het werk; bedrijfsnoodplannen en brandoefeningen moeten nog wat vaker worden geïmplementeerd en bij het onderhoud van brandblusapparaten heeft een jaarlijkse onderhoud de voorkeur Arianne Boutkan
E4555 | 29 mei 2006 Vebon
Alle in dit document vermelde gegevens zijn strikt vertrouwelijk. Publicatie en inzage aan derden, geheel of gedeeltelijk, is zonder toestemming van TNS NIPO beslist niet toegestaan. © TNS NIPO | ISO 9001 | rapport nederlands.dot
Inhoud Samenvatting Inleiding 1 1.1
2 2.1 2.2 3 3.1.1
Bij brandveiligheid is de wet en regelgeving vooral een taak van de overheid, implementatie van de bedrijven In 1e instantie lijkt het bedrijfsleven verantwoordelijk voor regels aangaande brandveiligheid In 2e instantie zorgt de overheid vooral voor de wet en regels en het bedrijfsleven voor de implementatie De overheid is primair verantwoordelijk voor wet en regelgeving bij brandveiligheid Werkgevers zijn verantwoordelijk voor implementatie en onderhoud De veiligheidsmaatregelen tegen brand zijn iets belangrijker dan die tegen inbraak Het belang van inbraak- en brandveiligheid neemt toe naarmate de omvang van een bedrijf stijgt
1 4
6 6
8 8 10
12 13
4
De veiligheidsmaatregelen op de werkvloer zijn (ruim) voldoende
14
5 5.1 5.2
Maatregelen tegen brand komen vaker voor dan tegen inbraak In het algemeen zijn de genomen maatregelen voldoende De meerderheid weet de maatregelen te vinden, of kent ze althans
16 20 21
6 6.1 6.2
Gemiddeld zijn er drie brandblussers per verdieping De meerderheid van de brandblussers wordt regelmatig onderhouden De huidige onderhoudsfrequentie van eens per jaar geniet de voorkeur
22 23 24
7 7.1 7.2
De helft heeft een bedrijfsnoodplan Het bedrijfsplan is redelijk bekend Het bedrijfsnoodplan is wel noodzakelijk volgens een kleine meerderheid
26 27
8 8.1 8.2
De minderheid voert wel eens een brandoefening uit Men weet wat te doen bij een brand Noodzaak brandoefeningen wordt aarzelend onderschreven
29 30 31
9
Het aantal doden door brand wordt overschat; het aantal gewonden onderschat
32
Conclusie
33
10
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 |
28
1
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24
Bijlagen Vragenlijst
Inhoud figuren en tabellen Verantwoordelijk voor de regels op het gebied van brandpreventie en brandveiligheid Huidige verantwoordelijkheden overheid op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Huidige en potentiële verantwoordelijkheden overheid op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Huidige verantwoordelijkheden bedrijven & organisaties op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Huidige en potentiële verantwoordelijkheden bedrijven & organisaties op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Belang veiligheidsmaatregelen Belang veiligheidsmaatregelen – naar bedrijfsgrootte Mate waarin beveiligingsmaatregelen aanwezig zijn binnen bedrijven en organisaties Genomen veiligheidsmaatregelen - I Totaal brand- en inbraakbeveiligingsmaatregelen - huidige situatie Genomen veiligheidsmaatregelen – II Totaal maatregelen Tevredenheid met de genomen maatregelen tegen inbraak en brand Welke maatregelen weet men te vinden of kent men (basis is “aanwezig binnen bedrijf of organisatie”) Onderhoud & frequentie onderhoud (basis = heeft brandblussers n = 823) Onderhoud & frequentie onderhoud (alle ondervraagden n =989) Onderhoud & frequentie onderhoud naar aanwezigheid brandblussers Bedrijfsnoodplan – bedrijfsgrootte en verdiepingen Kennis van de inhoud van het bedrijfsnoodplan (basis = heeft een bedrijfsnoodplan) Noodzaak bedrijfsplan (n=989) Brandoefeningen (n=989) Kennis over de procedures bij brand – wel / geen brandoefeningen Noodzaak brandoefeningen (n=989) Aantal doden en gewonden door brand (n=989)
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 |
6 8 9 10 11 12 13 14 16 17 18 19 20 21 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32
Samenvatting In antwoord op de vraag “Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer in de perceptie van werknemers?” lijken de meeste werkgevers het redelijk te doen als het gaat om inbraak- en brandpreventie op de werkvloer. Althans in de perceptie van de betrokken werknemers. Het kan echter altijd beter. Het belang van veiligheidsmaatregelen op de werkvloer is evident. Men onderschrijft zowel het belang van brandveiligheid en inbraakveiligheid als de noodzaak van een bedrijfsnoodplan. Frequent onderhoud van brandblussers is ook gewenst. Zeker als men kennis neemt van het feit dat 20% van het materiaal tijdens het jaarlijks onderhoud als niet deugdelijk moet worden aangemerkt. Verantwoordelijkheden gesplitst In eerste instantie leggen werknemers de verantwoordelijkheid voor de regels op het gebied van brandpreventie en –veiligheid bij het bedrijfsleven. Als vervolgens de taken van respectievelijk de overheid en het bedrijfsleven op dit gebied worden aangeboden, blijkt men de verantwoordelijkheden echter goed te kunnen scheiden. De overheid wordt dan vooral verantwoordelijk geacht voor de wet en regelgeving op dit gebied, terwijl de implementatie van deze regels voor rekening van het bedrijfsleven komt. Ook hier geldt; het kan altijd beter. Bedrijven, maar vooral de overheid kunnen volgens de werknemers nog meer doen op dit gebied. Belang van maatregelen tegen brand en inbraak is groot Maatregelen tegen brand en inbraak op de werkvloer worden als zeer belangrijk ervaren. De maatregelen tegen brand zijn zelfs nog iets belangrijker dan die tegen inbraak. Bij brand is de persoonlijke veiligheid in geding, hetgeen leidt tot een nog groter belang bij een goede brandpreventie en –veiligheid. Circa negen van elke tien werknemers vinden brandpreventie en brandveiligheid op het werk belangrijk. Overigens speelt hier de omvang van het bedrijf of organisatie een rol; hoe groter het bedrijf des te belangrijker worden de te treffen maatregelen. In het algemeen treffen werkgevers voldoende maatregelen In het algemeen is men redelijk tevreden over de veiligheidsmaatregelen die zijn getroffen door werkgevers om brand en inbraak te voorkomen. Twee derde vindt de maatregelen tegen inbraak voldoende of zelf maximaal en dit stijgt tot drie kwart als het om de brandveiligheid gaat. Onder grote bedrijven en organisaties is men iets vaker ontevreden over de inbraakveiligheid dan in kleinere bedrijven en organisaties. Het tegenovergestelde geldt voor brand, waar de grote bedrijven en organisaties juist vaker aangeven dat het zeer goed geregeld is.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 1
Brandbeveiliging nog belangrijker dan inbraakbeveiliging Brandbeveiliging lijkt een iets groter belang te hebben dan inbraakbeveiliging. Dit wordt bevestigd door de gepercipieerde beveiligingsmaatregelen. 93% van de werknemers geeft aan dat er op het werk brandspecifieke maatregelen zijn getroffen, terwijl dit daalt tot 78% als het gaat om inbraakspecifieke maatregelen. In het totaal geeft 7% van de werknemers aan dat er bij hen geen maatregelen zijn genomen noch tegen brand noch tegen inbraak. De meerderheid (78%) geeft echter aan dat er op beide gebieden bepaalde maatregelen zijn genomen. Bij brand moet men vooral denken aan brandblussers, nooduitgangen, vluchtwegen, brandslangen en rookmelders. Bij inbraak gaat het vooral om een alarm en veiligheidssloten. Bij 85% is er door de werkgevers iets geregeld op het gebied van eerste hulp. Veelal gaat het dan om de EHBO kisten, terwijl reanimatiekits nu nog veel minder vaak aanwezig zijn. Bij ruim de helft zijn er veiligheidsinstructies en / of een bedrijfsnoodplan aanwezig. Er bestaat overigens verwarring tussen de strekking van beide zoals blijkt als direct wordt gevraagd naar de aanwezigheid van een bedrijfsnoodplan. Volgens 5% van alle werknemers is er binnen hun bedrijf helemaal niets ondernomen om de veiligheid te bevorderen. Dit lijkt op zich niet veel, maar per gebied zijn er toch nog redelijk veel bedrijven en organisaties waar er volgens de werknemers niets is geregeld. Zo heeft 7% geen maatregelen tegen brand ondernomen, terwijl 22% niets heeft geregeld om inbraak te voorkomen. Tenslotte heeft 45% van de werkgevers geen bedrijfsnoodplan of veiligheidsinstructies. Tevredenheid over de getroffen maatregelen In het algemeen is men tevreden over de genomen maatregelen tegen brand en inbraak. Het kan echter altijd beter. Onbekend maakt onbemind. Sommige werknemers die denken dat er geen maatregelen tegen inbraak zijn getroffen, vinden dat volkomen acceptabel. In het totaal geeft 14% aan dat maatregelen tegen inbraak of niet nodig of overbodig zijn. Bij de brandveiligheid is dit effect iets minder; 5% vindt deze maatregelen niet noodzakelijk. De meerderheid kent de maatregelen die volgens hen zijn genomen en men weet ze ook vaak te vinden. Toch zijn er ook maatregelen die wel aanwezig zijn, maar moeilijker te vinden, zoals bijvoorbeeld de reanimatiekit. Onderhoudfrequentie voor brandblussers bij voorkeur eens per jaar Volgens de werknemers worden de brandblussers binnen hun bedrijf regelmatig onderhouden. Slechts 6% van alle werknemers denkt dat het niet gebeurd en 12% twijfelt hier aan. Meestal gebeurt het onderhoud eens per jaar of zelfs iets vaker. De huidige wettelijke frequentie van eens per jaar wordt als precies goed ervaren (80%). Als de onderhoudfrequentie zou worden bijgesteld naar eens per twee jaar daalt de steun aanzienlijk. Drie van elke tien kunnen hier echter wel mee leven. De steun voor een lagere onderhoudfrequentie daalt nog verder als men weet dat een op de vijf brandblussers defecten vertoont bij het huidige jaarlijkse onderhoud. Slechts 23% steunt ook dan nog een tweejaarlijks onderhoud, terwijl 72% deze frequentie te laag vindt.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 2
Bedrijfsnoodplan nog in veel bedrijven en organisaties afwezig Ongeveer de helft van alle werkgevers heeft een bedrijfsnoodplan ontwikkeld. Hierbij is een sterke correlatie zichtbaar met het aantal werknemers en het aantal verdiepingen dat een bedrijf bezet. Hoe groter het bedrijf en hoe meer verdiepingen des te vaker heeft men een bedrijfsnoodplan. De meerderheid van de werknemers zijn redelijk tot goed op de hoogte van de inhoud van het noodplan. Een kwart heeft echter nauwelijks of geen een idee van hetgeen het noodplan voorstaat. De noodzaak van een bedrijfsnoodplan is niet voor iedereen duidelijk; vier van elke tien werknemers vinden het niet noodzakelijk of twijfelen aan de noodzaak. Zes van elke tien zijn echter doordrongen van de noodzaak. Dit zijn voornamelijk werknemers die nu ook al een noodplan hebben (44%), aangevuld met werknemers die er een zouden willen hebben (16%). Dit impliceert overigens wel dat 5% van de werknemers die nu een noodplan hebben er toch de noodzaak niet van inzien. Ook brandoefeningen ontbreken in veel bedrijven en organisaties Circa de helft van alle werkgevers laat brandoefeningen uitvoeren, meestal eens per jaar of zelfs vaker. Ook hier geldt hoe groter het bedrijf des te vaker doet men brandoefeningen. Hoewel brandoefeningen wel noodzakelijk zijn volgens een kleine meerderheid (61%), ziet toch ook een aanzienlijk deel de noodzaak van deze oefeningen niet in. Aantal dodelijke slachtoffers van brand wordt overschat, het aantal gewonden wordt echter onderschat Per jaar vallen er ongeveer 85 doden door brand op het werk en thuis. Er vallen aanzienlijk meer gewonden door brand; circa 1.100 per jaar. Het aantal dodelijke slachtoffers wordt door de werknemers sterk overschat; gemiddeld denken zij dat er circa 325 doden vallen door brand op het werk en thuis. Het aantal gewonden daarentegen wordt sterk onderschat. In plaats van de 1.100 gewonden door brand op het werk en thuis, denkt men aan bijna 800 gewonden.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 3
Inleiding Het Ministerie van VROM herziet momenteel het ‘Gebruiksbesluit brandveilig gebruik bouwwerken’. Doel hiervan is het harmoniseren van wet- en regelgeving op het gebied van brandveiligheid en het terugdringen van de administratieve lasten met 25% zonder het huidige veiligheidsniveau te verlagen. Volgens de brandbeveiligingsbranche VEBON zal de herziening juist ten koste gaan van de publieke veiligheid en de brandveiligheid in Nederland. Het VEBON standpunt is volledig in lijn met de conclusies van de derde consumentenmonitor van het Verbond van Verzekeraars, dat in april 2006 is gepubliceerd. Dit onderzoek, dat is uitgevoerd door het Centrum voor Verzekeringsstatistiek, stelt dat preventie (tegen brand en inbraak) van groot belang is voor verzekeraars, omdat het schade voorkomt. Uit de consumentenmonitor blijkt dat vrijwel alle consumenten (94%) preventiemaatregelen heel belangrijk vinden. VEBON is een voorstander van het nationaal harmoniseren van de relevante regelgeving, maar zonder de publieke veiligheid in gevaar te brengen. Het ministerie van VROM overweegt de onderhoudsfrequentie aan draagbare brandblusapparatuur te verlagen van eens per jaar naar eens per twee of drie jaar. Deze maatregel leidt volgens VEBON niet alleen tot grotere onveiligheid, maar ook tot een administratieve lastenverzwaring voor werkgevers. Volgens VEBON schiet de Minister hiermee haar doel voorbij: zowel de publieke veiligheid als de brandveiligheid komt hiermee in het geding. Immers, door een verlaging in de onderhoudsfrequentie wordt de kans dat een brandblusser faalt vergroot. Het is nu al zo dat bij een jaarlijkse onderhoud ongeveer 20% van de onderzochte blustoestellen één of meerdere defecten worden geconstateerd. Tegelijkertijd veroorzaakt de voorgenomen maatregel een lastenverzwaring voor de Nederlandse werkgevers en geen lastenreductie. VEBON heeft daarom een onderzoek uit laten voeren, waarin de mening wordt gepeild over het onderwerp brandveiligheid en brandpreventie. Hierin wordt de houding en het kennisniveau in kaart gebracht van werknemers. De reden hiervoor is dat deze argumenten in de afweging bij de ambtenaren van het ministerie van VROM vooralsnog geen rol lijken te spelen.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 4
Het onderzoek wordt uitgevoerd in TNS NIPObase CASI. TNS NIPObase is een panel waaraan circa 200.000 personen op incidentele basis meewerken aan onderzoek. Binnen TNS NIPObase is bekend welke personen werkzaam zijn. Vanuit de groep werkenden zal een representatieve steekproef van werkenden van 18+ worden getrokken. Het is een self completion onderzoek (CASI) waarbij de respondenten zelf de vragenlijst invullen via de PC op het moment dat het hen schikt. Uiteraard binnen de gestelde veldwerkperiode. Er werden in het totaal 989 werknemers ondervraagd in de periode 22 – 25 mei 2006. De centrale onderzoeksvraag van het onderzoek is: Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer in de perceptie van werknemers?
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 5
1
Bij brandveiligheid is de wet en regelgeving vooral een taak van de overheid, implementatie van de bedrijven
Werknemers leggen in eerste instantie de verantwoordelijkheid voor de regels op het gebied van brandpreventie & brandveiligheid bij het bedrijfsleven. Als echter de taken van zowel de overheid als het bedrijfsleven geholpen worden aangeboden, verandert men van gedachten. De overheid wordt dan vooral verantwoordelijk geacht voor de wet en regelgeving op dit gebied en de bedrijven voor de implementatie van deze regels binnen het bedrijf. Een duidelijke scheiding van de verantwoordelijkheden bij brandveiligheid en –preventie op het werk.
1.1
In 1e instantie lijkt het bedrijfsleven verantwoordelijk voor regels aangaande brandveiligheid
“Als we kijken naar brandpreventie en brandveiligheid, wie zijn er volgens u dan verantwoordelijk voor de regels op het gebied van brandpreventie & brandveiligheid op het werk? (meer antwoorden mogelijk)” In het algemeen achten werknemers het bedrijfsleven verantwoordelijk voor de regels op het gebied van brandpreventie en brandveiligheid. Zonder enige omschrijving van de taken geeft drie kwart aan dat deze verantwoordelijkheid bij het bedrijfsleven ligt, terwijl slechts een vijfde de overheid noemt. 1 | Verantwoordelijk voor de regels op het gebied van brandpreventie en brandveiligheid 3% 5%
17%
bedrijfsleven overheid anders weet niet
75%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 6
•
Werknemers van grote bedrijven en organisaties (100+) leggen de verantwoordelijkheid vaker bij de overheid dan kleinere (93%). Bedrijven en organisaties in de categorie 10 – 99 leggen juist vaker dan anderen de verantwoordelijkheid bij de overheid (24%).
•
Ook jongere werknemers (18 – 24 jaar) denken vaker aan het bedrijfsleven dan anderen doen (100%).
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 7
2
In 2e instantie zorgt de overheid vooral voor de wet en regels en het bedrijfsleven voor de implementatie
Vervolgens werden voor zowel de overheid als het bedrijfsleven de taken op het gebied van brandveiligheid en brandpreventie getoond. Eenmaal geconfronteerd met deze takenpakketten, zien werknemers een andere scheiding in de verantwoordelijkheden. De overheid is op basis van de taken verantwoordelijke voor de wet en regelgeving. Bedrijven en organisaties moeten zorg dragen voor de implementatie van de regels.
2.1
De overheid is primair verantwoordelijk voor wet en regelgeving bij brandveiligheid
Geholpen voor de overheid: “Hieronder staat een aantal verantwoordelijkheden ten aanzien van brandpreventie en brandveiligheid op het werk. Welke daarvan behoren volgens u tot de verantwoordelijkheden van de overheid? (meer antwoorden mogelijk)”. Als het gaat om de brandpreventie en –veiligheid liggen wet en regelgeving duidelijk primair bij de overheid. Zij is echter ook verantwoordelijk voor het omzetten van de regels in brandveiligheidsvoorschriften, het bekendheid maken van de voorschriften aan werkgevers en het toezicht houden op de uitvoering daarvan. Tevens denkt men aan het informeren over wijzigingen, het uitvoeren van sancties als bedrijven en organisatie zich niet aan deze regels houden. Gemiddeld noemen zij bijna zes taken. 2 | Huidige verantwoordelijkheden overheid op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Wet en regelgeving brandpreventie en -veiligheid
91
Bekendmaken voorschriften
75
Informeren over wijzigingen in de voorschriften
74
Uitvoeren sancties
73
Formuleren van de voorschriften
71
Toezicht uitvoering voorschriften
70
Promotie brandpreventiemaatregelen en brandbeveiliging
41
Toezicht onderhoud brandveiligheidsapparatuur
36
Waarborgen niveau brandveiligheid
27
Toezicht training brandpreventie en -veiligheid
26
Anders Niets
1
Weet niet
3 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100 %
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 8
•
De middelgrote bedrijven en organisaties (10-99 werknemers) kennen de overheid meer verantwoordelijkheden toe dan kleine of grotere bedrijven en organisaties. Zij noemen dan ook nagenoeg alle verantwoordelijkheden vaker dan andere werknemers doen, terwijl zij gemiddeld ook meer verantwoordelijkheden noemen (gemiddeld 6,2 verantwoordelijkheden versus 5,6 onder de kleine bedrijven en organisaties).
•
Sekse en regio laten geen verschillen zien, terwijl ook leeftijd geen opzienbarende verschillen laat zien.
•
Diegenen die in eerste instantie de overheid ook al als de verantwoordelijke voor de regels op het gebied van brandpreventie en –veiligheid zagen, noemen geholpen gemiddeld meer verantwoordelijkheden voor de overheid (6,8 versus 5,9) dan diegenen die in eerste instantie het bedrijfsleven noemden. Alle verantwoordelijkheden worden door hen dan ook significant vaker genoemd.
Vervolgens werd gevraagd wat de overheid nog meer zou kunnen doen om de brandveiligheid op het werk te bevorderen. Hiervoor werd hetzelfde takenpakket weer aangeboden, exclusief de taken die men in eerste instantie al aan de overheid toeschreef. De meerderheid weet nog tenminste één extra taak te bedenken die ook tot het pakket van de overheid zou mogen behoren. Gemiddeld noemen zij nog twee extra taken. 33% is van mening dat het takenpakket van de overheid voldoende groot is met de taken die zij al hadden aangegeven en noemen verder niets. 3 | Huidige en potentiële verantwoordelijkheden overheid op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Wet en regelgeving brandpreventie en -veiligheid
3
91
Bekendmaken voorschriften
75
Informeren over wijzigingen in de voorschriften
74
Uitvoeren sancties
73
9 9 8
Toezicht uitvoering voorschriften
70
11
Formuleren van de voorschriften
71
8
Promotie brandpreventiemaatregelen en brandbeveiliging
21
41
Toezicht onderhoud brandveiligheidsapparatuur
16
36
Toezicht training brandpreventie en -veiligheid
26
18
Waarborgen niveau brandveiligheid
27
16
Anders
3
Niets 1 Weet niet
3 0
Huidige verantwoordelijkheden Extra verantwoordelijkheden 21 12 10
20
30
40
50
60
70
80
90
100 %
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 9
2.2
Werkgevers zijn verantwoordelijk voor implementatie en onderhoud
Bij werkgevers liggen de verantwoordelijkheden duidelijk anders. Werknemers achten bedrijven en organisaties primair verantwoordelijk voor de implementatie van de voorschriften aangaande brandpreventie en -veiligheid en het verzorgen van de apparatuur die hiervoor nodig is. Bij werknemers ligt de nadruk minder sterk op één specifieke taak dan bij de overheid het geval is. Alle opgenomen verantwoordelijkheden worden door circa 80% - 90% gezien als taken van werkgevers. Bedrijven en organisaties hebben dus een divers takenpakket als het om brandveiligheid gaat. Ze dienen werknemers te informeren over de brandveiligheidmaatregelen die er op de werkvloer zijn genomen, over de handelswijze bij brand en het oefenen van de procedures op dit gebied. Werkgevers dienen de wetten en de regels te kennen en zijn verantwoordelijk voor de uitvoering en het op papier stellen hiervan. De aanschaf en het onderhoud van de benodigde apparatuur valt ook beslist onder de verantwoordelijkheden van het bedrijf of de organisatie. Gemiddeld worden er voor werkgevers acht taken benoemt. Dit is hoger dan voor de overheid het geval is (gemiddeld bijna zes). 4 | Huidige verantwoordelijkheden bedrijven & organisaties op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Informeren werknemers handelswijze bij brand
89
Beschibaar maken brandveiligheidapparatuur
88
Uitvoeren wetten en regels brandveiligheid
87
Kennen wetten en regels
86
Onderhoud brandveiligheidapparatuur
85
Oefenen procedures ohg brandveiligheid
82
Aanstellen /opleiden verantw.personen brandveiligheid
81
Bekend maken genomen brandveiligheidmaatregelen
81
Op papier stellen genomen brandveiligheidmaatregelen
79
Anders Niets
1
Weet niet
3 0
% 10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 10
•
Hoe groter het bedrijf of de organisatie des te vaker geeft men ze taken op het gebied van brandpreventie en –veiligheid. Gemiddeld stijgt ook het aantal taken als het aantal werknemers binnen een bedrijf of organisatie stijgt; van 6,8 taken (tot 10 werknemers), via 8 taken (10 – 99 werknemers) tot uiteindelijk 8,2 taken (100+).
•
Sekse en regio laten geen verschillen zien, terwijl ook leeftijd geen opzienbarende verschillen laat zien.
•
Blijkbaar zijn diegenen die in eerste instantie al aangaven dat de verantwoordelijkheid voor de regels inzake brandveiligheid, bij de overheid liggen iets beter op de hoogte van de verantwoordelijkheden van zowel overheid als bedrijfsleven. Ook als het gaat om de taken van het bedrijfsleven zijn deze werknemers beter in staat aan te geven welke taken tot het bedrijfsleven behoren. Zij noemen alle verantwoordelijkheden vaker en ook gemiddeld noemen zij meer taken (8,3 versus 7,7).
Ook werkgevers kunnen nog meer doen om de brandveiligheid op het werk te bevorderen. Toch weet men veel minder vaak aanvullende taken te bedenken voor bedrijven & organisaties dan voor de overheid het geval is. 70% ziet geen andere verantwoordelijkheden voor de werkgevers. Uiteraard is dit mede een gevolg van het feit dat werkgevers in eerste instantie al meer taken toebedeeld kregen dan de overheid. 5 | Huidige en potentiële verantwoordelijkheden bedrijven & organisaties op het gebied van brandpreventie en – veiligheid Informeren werknemers handelswijze bij brand
89
Beschibaar maken brandveiligheidapparatuur
88
Uitvoeren wetten en regels brandveiligheid
87
Kennen wetten en regels
86
3
Onderhoud brandveiligheidapparatuur
85
5
Oefenen procedures ohg brandveiligheid
82
Aanstellen /opleiden verantw.personen brandveiligheid
81
Bekend maken genomen brandveiligheidmaatregelen
81
Op papier stellen genomen brandveiligheidmaatregelen
5 4 3
6 4 6 6
79
Anders
5
Niets 1 Weet niet
%
29
3 0
Huidige verantwoordelijkheden Extra verantwoordelijkheden
41
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 11
3
De veiligheidsmaatregelen tegen brand zijn iets belangrijker dan die tegen inbraak
Een ruime meerderheid vindt de veiligheidsmaatregelen die op het werk zijn getroffen tegen inbraak en / of brand heel erg belangrijk. 88% van de werknemers vindt de maatregelen om inbraak te voorkomen zeer tot tamelijk belangrijk, terwijl dit zelfs nog iets stijgt als het om veiligheidsmaatregelen tegen brand gaat. Dan geven ruim negen van elke tien aan hier (groot) belang aan te hechten (93%). Het verschil in belang is vooral te zien in het segment dat deze veiligheidsmaatregelen zeer belangrijk vindt. Bij brand geeft 70% aan dit heel belangrijk te vinden tegenover 53% bij inbraak. 6 | Belang veiligheidsmaatregelen Zeer belangrijk
Brand
Tamelijk belangrijk
Enigszins belangrijk
Niet belangrijk
70
Inbraak
23
53
0
20
Weet niet
35
40
60
4
8
2
2 2
80
100
%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 12
3.1.1
Het belang van inbraak- en brandveiligheid neemt toe naarmate de omvang van een bedrijf stijgt
Er bestaat een correlatie tussen het belang van inbraak- en brandveiligheid en de bedrijfsgrootte; hoe groter het bedrijf des te vaker hecht men zeer veel belang aan de veiligheidsmaatregelen. 7 | Belang veiligheidsmaatregelen – naar bedrijfsgrootte Zeer belangrijk
Tamelijk belangrijk
Maatregelen brand - 100+ werknemers
Enigszins belangrijk
Niet belangrijk
14
83
10 - 99 werknemers
Maatregelen inbraak - 100+ werknemers
56
36
10 - 99 werknemers
56
35
20
7
7
7
37
48
0
3
32
59
1 - 9 werknemers
21
23
74
1 - 9 werknemers
Weet niet
40
60
12
80
11
1
2
3 1
100
%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 13
4
De veiligheidsmaatregelen op de werkvloer zijn (ruim) voldoende
De maatregelen die op het werk zijn genomen tegen inbraak en brand worden in het algemeen als (ruim) voldoende ervaren. Twee derde (inbraak) tot drie kwart (brand) van alle werknemers geeft aan dat de veiligheidsmaatregelen op deze gebieden voldoende tot zelfs maximaal zijn afgedekt. Dit laat echter ook zien dat bij een derde van alle werkgevers de inbraakveiligheid - in de ogen van haar werknemers – nog te wensen over laat, terwijl dit bij een kwart van de werkgevers geldt als het om brandveiligheid gaat. 8 | Mate waarin beveiligingsmaatregelen aanwezig zijn binnen bedrijven en organisaties Maximaal
Brand
18
Inbraak
18
0
Voldoende
Laat te wensen over
Nauwelijks
Niet
Weet niet
66
9
59
20
40
16
60
11
21
80
5
5
100
%
Bron: TNS NIPO, 2006
•
Opvallend is dat werknemers van grote bedrijven en organisaties vaker dan anderen, aangeven dat de veiligheidsmaatregelen tegen inbraak nog wel iets te wensen overlaten. Zij geven dan ook iets minder vaak aan dat deze beveiliging voldoende is. Bij de maatregelen tegen brand is dat juist omgekeerd. Bij brand zijn de grote bedrijven en organisaties (100+) juist vaker dan kleinere maximaal beveiligd.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 14
•
Vrouwen staan iets kritischer tegenover de veiligheidsmaatregelen tegen inbraak en brand op het werk dan bij mannen het geval is. Mannen geven vaker dan vrouwen aan dat deze voldoende tot maximaal is. 80% van de mannen is tevreden over de beveiliging tegen inbraak en 86% als het gaat om brand. Bij vrouwen ligt dit lager op respectievelijke 70% en 78%. Vrouwen geven juist veel vaker aan dat deze maatregelen nog wel iets te wensen over laten (20% en 12% bij vrouwen versus 13% en 8% bij mannen).
•
Werknemers die de veiligheidsmaatregelen tegen brand en inbraak zeer belangrijk vinden, ervaren de op het werk genomen maatregelen vaker als maximaal dan diegenen die minder belang hechten aan deze maatregelen. Dit is zowel zichtbaar bij inbraak als bij brand Het tegenovergestelde is ook zichtbaar. Werknemers die het niet (zo) belangrijk vinden of er maatregelen zijn genomen, geven vaker dan anderen aan dat dergelijke veiligheidsmaatregelen bij hun werkgever te wensen overlaten of dat deze niet of nauwelijks zijn genomen. Blijkbaar leidt de bekendheid met en aanwezigheid van bepaalde veiligheidsmaatregelen tot een andere perceptie van het belang van dergelijke maatregelen.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 15
5
Maatregelen tegen brand komen vaker voor dan tegen inbraak
Bij 93% van alle werkgevers zijn - volgens haar werknemers – brandspecifieke maatregelen genomen. Hierbij moet vooral worden gedacht aan brandblussers, welke te vinden zouden zijn in 83% van alle bedrijven en organisaties. Daarnaast noemt men vooral de nooduitgangen, vluchtwegen, brandslangen en rookmelders. Bij 7% zijn geen brandspecifieke maatregelen genomen of althans niet bekend bij de werknemer. Inbraakspecifieke maatregelen komen wat minder vaak voor. In 78% van alle bedrijven en organisaties komen volgens de werknemers dergelijke maatregelen voor, waarbij het alarm de voornaamste maatregel is met 63%. Bij 22% van alle werkgevers zijn geen inbraakspecifieke maatregelen genomen. Als daarbij de maatregelen worden geteld die men (ook nog) noodzakelijk vindt dan verandert er niet veel aan het totaaloverzicht, maar wel aan de specifieke maatregelen. Sommigen laten na toevoeging van de extra noodzakelijke maatregelen een andere rangorde zien. 9 | Genomen veiligheidsmaatregelen - I Huidige maatregelen
Extra noodzakelijke maatregelen 1
93
Brandspecifiek - totaal Brandblussers
5
83
Nooduitgang
5
70
Brandslang
4
66
Vluchtwegen
64
Rookmelders
63
Blusdeken
10
20
Blusgasinstallatie
5
14 16
30
Sprinklerinstallatie
7
2
Inbraakspecifiek - totaal]
6
78
Alarm
7
63
Veiligheidsloten
11
36
Beveiliging
4
31
Pasjes
3
30
Camera's
8
27
Hekken
2
24 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100 %
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 16
In 7% van alle bedrijven en organisaties wordt er op dit moment niets aan preventie en beveiliging gedaan als het om brand of inbraak gaat. Bij 78% worden daarentegen zowel maatregelen getroffen tegen inbraak als tegen brand, terwijl er bij 15% alleen maatregelen tegen brand zijn getroffen. Er komen nauwelijks werkgevers voor waar alleen maatregelen tegen inbraak te vinden zijn. 10 | Totaal brand- en inbraakbeveiligingsmaatregelen - huidige situatie
7% 0%
15%
Zowel brand- als inbraakmaatregelen Alleen brandmaatregelen Alleen inbraakmaatregelen Geen van beide 78%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 17
Verder is er bij 85% van alle bedrijven en organisaties iets van eerste hulp aanwezig. Het grootste aandeel wordt hier geleverd door de EHBO kisten met 72%. In 15% van de bedrijven en organisaties zijn geen EHBO faciliteiten (bekend). Bij ruim de helft van de werkgevers bestaat er zoiets als een bedrijfsnoodplan of veiligheidsinstructies (55%). Het verschil hier tussen is niet altijd duidelijk. Vaak worden deze beide maatregelen als hetzelfde ervaren. Bij 45% van alle werkgevers zijn volgens de werknemers geen veiligheidsinstructies of bedrijfsnoodplannen aanwezig (of bekend). Als daarbij de matregelen worden opgeteld die men (ook nog) noodzakelijk vindt verandert er nauwelijks iets aan de rangorde. 11 | Genomen veiligheidsmaatregelen – II Huidige maatregelen 1e Hulp - totaal
Extra noodzakelijke maatregelen 2
85
6
72
EHBO kist
BHVers
4
67
7
50
EHBOers
Reanimatie kit
17
19
Plan - instructies - totaal
10
55
Veiligheidsintructies
9
50
Bedrijfsnoodplan
12
37 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100 %
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 18
Door 5% van alle werkgevers is er – volgens de werknemers – op dit moment geen enkele maatregel getroffen of weet men er in ieder geval niets van. Niet als het gaat om brandveiligheid, inbraakveiligheid, Eerste hulp of bedrijfsnoodplannen. Werkgevers die wel veiligheidsmaatregelen treffen, nemen vooral brand specifieke maatregelen. De veiligheidsinstructies / bedrijfsnoodplannen worden minder vaak aangetroffen. 12 | Totaal maatregelen
Brandspecifieke maatregelen
93
BHVers / EHBOers / EHBOkist / Reanimatiekit
85
Inbraakspecifieke maatregelen
78
Veiligheidinstructies / bedrijfsnoodplan
55
Anders
3
Geen / weet niet
5
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100 %
Bron: TNS NIPO, 2006
•
Eerder was al te zien dat diegenen die het zeer belangrijk vinden dat er maatregelen zijn getroffen tegen inbraak en brand, ook diegenen zijn die vinden dat hun werkgever goed bezig is met deze maatregelen. Dit verband is ook te zien als we kijken naar de specifieke maatregelen die zijn getroffen. Diegenen die veel belang hechten aan maatregelen tegen brand en inbraak, geven veel vaker dan anderen aan dat de opgenomen maatregelen op het werk aanwezig zijn. Ook hier geldt dus dat bekendheid met of aanwezigheid van veiligheidsmaatregelen van invloed is op het belang dat men er aan hecht.
•
Het ligt voor de hand dat hiermee ook de correlatie tussen de mate waarin men vindt dat er beveiligd is en het aantal maatregelen dat men neemt is aangetoond. Hoe beter beveiligd men het bedrijf of organisatie ervaart, des te vaker zijn er ook inderdaad veiligheidsmaatregelen getroffen. Werkgevers die niet of nauwelijks aan beveiliging doen hebben zelden een noodplan of veiligheidsinstructies en ook de andere maatregelen worden door hen veel minder getroffen.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 19
5.1
In het algemeen zijn de genomen maatregelen voldoende
Circa drie kwart van alle ondervraagden is tevreden met de maatregelen die door hun werkgever tegen inbraak en brand zijn genomen. Van diegenen die aangeven dat er maatregelen zijn genomen zijn acht van de tien tevreden met het pakket, terwijl 15% 17% vindt dat het te weinig is. Slechts een enkeling vindt het te veel. Onbekend maakt onbemind. Dit blijkt duidelijk uit het gegeven dat ruim de helft van de werknemers die geen maatregelen tegen inbraak op de werkvloer hebben, aangeeft daar wel vrede mee te hebben. Een kwart (24%) van hen vindt het te weinig, oftewel er zouden maatregelen moeten komen. Een vijfde (19%) van hen weet het niet. In het totaal geeft 14% aan dat de maatregelen tegen inbraak niet nodig zijn of dat er teveel maatregelen genomen zijn. Op basis van het totaal aantal werknemers vindt namelijk 12% het goed dat er geen maatregelen zijn genomen en 2% vindt dat het aantal genomen maatregelen te veel is. Bij brand is tot op zeker hoogte hetzelfde zichtbaar. De impact is echter minder door het geringe aantal werknemers dat aangeeft dat er bij hen geen maatregelen zijn getroffen tegen brand. Een derde (34%) van hen heeft daar geen problemen mee, terwijl 17% van hen vindt dat er wel maatregelen zouden moeten zijn. De helft van hen is in dubio. Op basis van alle ondervraagden betekent dit dat in het totaal 5% aangeeft dat de maatregelen tegen brand niet nodig zijn of dat er te veel maatregelen genomen zijn. 13 | Tevredenheid met de genomen maatregelen tegen inbraak en brand Weet niet
7
Totaal - brand
Hebben geen maatregelen
3
0
34
3
81
18
2
74
19
Hebben maatregelen
1
17
15
6
Totaal - inbraak
Te veel
77
49
3
Precies goed
15
Hebben geen maatregelen
Hebben maatregelen
Te weinig
24
57
17
79
20
40
60
2
80
100
%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 20
5.2
De meerderheid weet de maatregelen te vinden, of kent ze althans
De nooduitgangen zijn het best te vinden. 93% van de werknemers die hebben aangegeven dat zij nooduitgangen hebben, weten deze ook te vinden. De reanimatiekit daarentegen weet men het minst vaak te vinden. Slechts 59% van alle werknemers die een reanimatiekit hebben op het werk, weet waar ze die moeten zoeken. Opvallend is dat werknemers lang niet altijd in staat zijn bepaalde veiligheidsmaatregelen te vinden, ondanks de gepercipieerde aanwezigheid hiervan. 14 | Welke maatregelen weet men te vinden of kent men (basis is “aanwezig binnen bedrijf of organisatie”) 93
Nooduitgang
90
Vluchtwegen
88
Brandblussers
87
Brandslang
74
Rookmelders
72
Blusdeken
69
Blusgasinstallatie
65
Sprinklerinstallatie
87
Pasjes
87
Hekken
81
Camera's
76
Alarm
76
Veiligheidsloten
74
Beveiliging
91
BHVers
82
EHBOers
80
EHBO kist Reanimatie kit
59
74
Veiligheidsintructies Bedrijfsnoodplan
%
65
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 21
6
Gemiddeld zijn er drie brandblussers per verdieping
83% van alle werknemers geeft aan dat er op het werk brandblussers aanwezig zijn. Volgens hen zijn er per verdieping gemiddeld drie brandblussers. 17% van alle werknemers heeft dus de indruk dat er bij hen op de werkvloer geen brandblussers aanwezig zijn. Van diegenen die brandblussers op het werk hebben, weet 88% die te vinden (zie vorige hoofdstuk). Toch betekent het feit dat men de brandblussers weet te vinden niet automatisch dat men ze kan gebruiken. “Slechts” 78% van hen weet ze ook te gebruiken. Bijna een kwart (22%) weet niet wat ze er mee moeten doen. Dat is 18% op basis van alle ondervraagden. Bij brand heeft dus in het totaal 35% geen mogelijkheid om brandblusser te gebruiken; 17% geeft aan geen brandblussers te hebben en 18% weet niet hoe ze gebruikt moeten worden.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 22
6.1
De meerderheid van de brandblussers wordt regelmatig onderhouden
In de optiek van de werknemers laat de meerderheid van de werkgevers (83%) die brandblussers in huis hebben, deze door gespecialiseerde bedrijven onderhouden. Bij 6% is dat niet het geval. In het algemeen vindt er eens per jaar een onderhoud van de brandblussers plaats. 15 | Onderhoud & frequentie onderhoud (basis = heeft brandblussers n = 823)
Ja wordt onderhouden
83
Nee wordt niet onderhouden
6
Weet niet
12
Eens per half jaar of vaker
11
Eens per jaar
68
Eens per twee jaar
4
Minder vaak
0
Wordt niet onderhouden / weet niet
17 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 %
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 23
6.2
De huidige onderhoudsfrequentie van eens per jaar geniet de voorkeur
Op dit moment geldt een wettelijke verplichting voor bedrijven brandblussers eens per jaar te laten onderhouden. Deze frequentie is volgens een grote meerderheid precies goed (80%). Slechts 7% vindt het te vaak en eveneens 7% ervaart het als te weinig. Op het moment dat de frequentie – wettelijk bepaald - daalt naar eens per twee jaar, daalt ook de steun voor de frequentie. 30% van de werknemers vindt dat nog steeds voldoende, maar 56% vindt het te weinig frequent. 2% vindt het nog steeds te veel. De huidige cijfers bij het jaarlijks onderhoud van de brandblussers leren dat circa een vijfde van het materiaal defect is. Op het moment dat deze feitelijke informatie wordt gegeven, verandert de houding van de werknemers ten opzichte van een mogelijke tweejaarlijks onderhoud nog sterker. Deze kennis leidt ertoe dat de steun voor een tweejaarlijks onderhoud afneemt tot 23%, terwijl 72% het als te weinig ervaart. De afname van de onderhoudsfrequentie kan niet op een brede steun rekenen onder de werknemers, zeker niet als men op de hoogte is van de cijfers. 16 | Onderhoud & frequentie onderhoud (alle ondervraagden n =989) Te vaak
Eens per twee jaar + uitleg 20% 1 deffecten
23
Eens per twee jaar 2
Eens per jaar
Precies goed
Weet niet
72
30
4
56
7
0
Te weinig
12
80
20
40
7
60
80
6
100
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 9 mei 2006 | 24
Er is een verschil in perceptie te zien tussen werknemers die brandblussers op de werkvloer hebben en diegenen die denken dat dat niet het geval is. Ervaringsdeskundigen (hebben brandblussers) vinden een onderhoudsfrequentie van eens per twee jaar veel vaker te weinig dan diegenen die geen brandblussers hebben. De laatste groep heeft veel vaker geen mening. 17 | Onderhoud & frequentie onderhoud naar aanwezigheid brandblussers Weet niet Onderhoud eens per twee jaar wel kennis over % deffecten Wel brandblussers op de werkvloer 1
Te weinig
Precies goed
Te veel
Geen brandblussers op de werkvloer
19
63
17
1
23
74
1
Onderhoud eens per twee jaar geen kennis over % deffecten Wel brandblussers op de werkvloer
Geen brandblussers op de werkvloer
0
23
49
26
20
40
2
31
58
9
60
80
2
100
%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 25
7
De helft heeft een bedrijfsnoodplan
Circa de helft (49%) van alle werkgevers heeft een bedrijfsnoodplan volgens haar werknemers. Opvallend is dat dit veel lager lag toen het totale scala aan maatregelen werd aangeboden. Waarschijnlijk weet men toch niet helemaal exact wat een bedrijfsnoodplan is en wordt het ook verward met de veiligheidsinstructies. Er bestaat een correlatie met enerzijds de bedrijfsgrootte en anderzijds het aantal verdiepingen dat men bezet. Hoe groter en hoe meer verdiepingen men bezet des te vaker heeft men een bedrijfsnoodplan. 18 | Bedrijfsnoodplan – bedrijfsgrootte en verdiepingen Totaal
49
5-10+ verdiepingen
74
3-4 verdiepingen
64
1-2 verdiepingen
55
1 verdieping samen met anderen
39
thuiswerkend
8
100+
73
10-99 werknemers
60
1-9 werknemers
17 0
10
20
30
40
50
60
70
80 %
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 26
7.1
Het bedrijfsplan is redelijk bekend
Het feit dat er een bedrijfsnoodplan is betekent nog niet dat iedereen weet wat er in staat. Toch is de meerderheid redelijk tot zelfs goed op de hoogte van de inhoud van dit plan. Circa een kwart weet heel goed, terwijl de helft het wel zo ongeveer weet. Ruim een kwart weet er echter niet of nauwelijks iets van en voor hen is het vrij onbekende materie. Ook hier is er weer een correlatie met de bedrijfsgrootte. Hoe groter des te minder weet men wat er binnen dit plan aan de orde komt. 19 | Kennis van de inhoud van het bedrijfsnoodplan (basis = heeft een bedrijfsnoodplan) Kent de inhoud heel goed
Totaal
Kent de inhoud zo ongeveer
24
100+ werknemers
48
15
10-99 werknemers
21
50
20
14
54
40
60
Weet niet
13
20
36
0
Kent de inhoud niet
15
44
27
1-9 werknemers
Kent de inhoud op enkele punten
9
5
80
3 2
100
%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 27
7.2
Het bedrijfsnoodplan is wel noodzakelijk volgens een kleine meerderheid
Hoewel de meerderheid van mening is dat werkgevers een bedrijfsnoodplan moeten hebben, geeft een derde toch aan hier de noodzaak niet van in te zien, terwijl 8% twijfelt. 60% staat er echter positief tegenover. Deze 60% is opgebouwd uit werknemers die nu al een bedrijfsnoodplan hebben en dit ook noodzakelijk vinden (44%) en werknemers die er geen hebben of het niet weten, maar er de noodzaak wel van inzien (16%). 20 | Noodzaak bedrijfsplan (n=989) 8%
32%
60%
Ja Nee Weet niet
Bron: TNS NIPO, 2006
Vier van elke tien zien de noodzaak niet of weten het niet zo precies (40%). Deze groep is op gebouwd uit 5% werknemers die nu een noodplan hebben maar er geen behoefte aan hebben en 35% werknemers die het nu niet hebben en het ook in de toekomst niet noodzakelijk achten.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 28
8
De minderheid voert wel eens een brandoefening uit
Brandoefeningen zijn nog geen gemeengoed. Bij bijna de helft van alle werknemers vinden er brandoefeningen plaats. Bij 35% is dat eens per jaar of vaker en bij 11% minder vaak. 6% weet het niet. Hoe groter het bedrijf of de organisatie des te vaker heeft men brandoefeningen. 21 | Brandoefeningen (n=989) eens per half jaar of vaker
12
totaal
100+ werknemers
23
5
23
3
1-9 werknemers
7
eens per twee jaar
eens per drie jaar of minder
6
28
8
7
12
nooit
47
37
13
10-99 werknemers
eens per jaar
6
weet niet
6
13
14
41
6
4
83
3 %
0
20
40
60
80
100
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 299 mei 2006 | 29
8.1
Men weet wat te doen bij een brand
Brandoefeningen zijn dan wel geen gemeengoed, toch denkt de meerderheid precies te weten wat ze moeten doen bij een brand. Op het moment dat er een brand uitbreekt weet 77% van de ondervraagde werknemers exact wat er moet worden gedaan. Een vijfde (19%) weet niet of nauwelijks wat te doen, terwijl 4% twijfelt. Brandoefeningen hebben een positieve invloed op de kennis over de te volgen procedures bij brand. 89% van de werknemers die wel eens oefenen weet exact wat ze moeten doen tegenover 66% van diegenen waar geen brandoefeningen plaatsvinden. 22 | Kennis over de procedures bij brand – wel / geen brandoefeningen Ik weet precies wat ik moet doen bij brand
Wel brandoefeningen
Ik weet niet of nauwelijks wat ik moet doen
10
89
Geen brandoefeningen
26
66
0
20
Weet niet
40
60
8
80
100
%
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 30
8.2
Noodzaak brandoefeningen wordt aarzelend onderschreven
Volgens een kleine meerderheid zijn brandoefeningen wel noodzakelijk. Zestiende (61%) is voorstander en deze zijn vooral te vinden onder werknemers die nu al brandoefeningen doen. Hoe vaker men brandoefeningen uitvoert des te vaker ziet men de noodzaak van deze oefeningen. Werknemers die nooit een brandoefening doen zijn echter veel minder vaak voorstander. Van hen is slechts 31% overtuigd van het belang (= 14% van het totaal). Viertiende van de werknemers is dus niet overtuigd van de noodzaak van brandoefeningen en ook hier blijkt weer dat onbekend onbemind maakt. 23 | Noodzaak brandoefeningen (n=989) Ja
Nee / weet niet
61
Totaal
39
94
Tenminste eens per jaar
6
87
Eens per twee jaar
13
83
Eens per drie jaar of minder
17
31
Nooit
0
69
20
40
60
% 80
100
120
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 299 mei 2006 | 31
9
Het aantal doden door brand wordt overschat; het aantal gewonden onderschat
Per jaar vallen er ongeveer 85 doden door brand op het werk en thuis. Er vallen aanzienlijk meer gewonden door brand; circa 1.100 per jaar. In de perceptie van de werknemers liggen deze aantallen geheel anders. Het aantal dodelijke slachtoffers wordt sterk overschat; gemiddeld denken zij dat er circa 325 doden vallen door brand op het werk en thuis, waarvan de meerderheid thuis (213). Het aantal gewonden daarentegen wordt sterk onderschat. In plaats van de 1.100 gewonden door brand op het werk en thuis, denkt men aan bijna 800 gewonden, waarbij ook hier weer de meeste slachtoffers thuis vallen (480). 24 | Aantal doden en gewonden door brand (n=989)
werk
thuis
werkelijk cijfers
gewonden
dodelijke slachtoffers
312
112
480
110
85
213
Bron: TNS NIPO, 2006
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 299 mei 2006 | 32
10
Conclusie
In antwoord op de vraag “Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer in de perceptie van werknemers?” lijken de meeste werkgevers het redelijk te doen als het gaat om inbraak- en brandpreventie op de werkvloer. Althans in de perceptie van de betrokken werknemers. Het kan echter altijd beter. Het belang van veiligheidsmaatregelen op de werkvloer is evident. Men onderschrijft zowel het belang van brandveiligheid en inbraakveiligheid als de noodzaak van een bedrijfsnoodplan. Frequent onderhoud van brandblussers is ook gewenst. Zeker als men kennis neemt van het feit dat 20% van het materiaal tijdens het jaarlijks onderhoud als niet deugdelijk moet worden aangemerkt.
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 33
Bijlagen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 34
Bijlage 1 Vragenlijst
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 35
VRAAG 10 202L1
Wij willen graag het een en ander weten over de veiligheid binnen het bedrijf \ de organisatie waar u werkt. Om de resultaten goed te kunnen evalueren willen wij graag eerst enkele algemene zaken weten over het bedrijf \ de organisatie waar u werkt. Hoeveel personen werken er ongeveer binnen uw bedrijf \ organisatie? Indien het bedrijf \ de organisatie waar u werkt meer vestigingen heeft, wilt u dan aangeven hoeveel personen er ongeveer werken binnen uw vestiging? 1 2 3 4 5 6 7
1 2-9 10 - 99 100 - 249 250 - 499 500 of meer Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 20 203L2
Hoeveel verdiepingen heeft het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt in gebruik? (Als u vanuit uw huis werkt wilt u dat dan aangeven bij code 2? Als u niet vanuit huis werkt dan kunt u uw antwoord geven bij de codes 3 - 14.) 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
ª
ik werk vanuit huis GA VERDER NAAR VRAAG 21
1 verdieping samen met andere bedrijven \ organisaties 1 verdieping alleen voor ons bedrijf \ organisatie 2 verdiepingen 3 verdiepingen 4 verdiepingen 5 verdiepingen 6 verdiepingen 7 verdiepingen 8 verdiepingen 9 verdiepingen 10 verdiepingen of meer Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 30 205L1
Werken er nog meer bedrijven \ organisaties in het gebouw waar het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt, is gevestigd? 1 2 3
Ja Nee Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 21 INDIEN [ Q20 , 2 ] 206L1
U werkt vanuit huis. Wilt u de volgende vragen ook steeds vanuit die situatie beantwoorden? De vragen hebben voor u betrekking op uw werkomgeving en dat is in uw geval uw huis of een deel van uw huis. 9
Doorgaan
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 36
VRAAG 40 INDIEN [ Q30 , 1 ] 207L2
Uit hoeveel verdiepingen bestaat dit gebouw dan in het totaal? 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
1 verdieping 2 verdiepingen 3 verdiepingen 4 verdiepingen 5 verdiepingen 6 verdiepingen 7 verdiepingen 8 verdiepingen 9 verdiepingen 10 verdiepingen of meer Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 50
MEERVOUDIGE VRAAG 209L9
Als we kijken naar brandpreventie en brandveiligheid, wie zijn er volgens u dan verantwoordelijk voor de regels op het gebied van brandpreventie & brandveiligheid op het werk? (meer antwoorden mogelijk) 1 2 3 9
Het bedrijf \ de organisatie waar men werkt De overheid Nog anders Weet niet \ wil niet zeggen
NIET MEER TERUG
VRAAG 60
MEERVOUDIGE VRAAG 218L15
Hieronder staat een aantal verantwoordelijkheden ten aanzien van brandpreventie en brandveiligheid op het werk. Welke daarvan behoren volgens u tot de verantwoordelijkheden van de overheid? (meer antwoorden mogelijk) 2 3 4 5
6 7 8 9 10 11 12 14 15
Wet en regelgeving op het gebied van brandveiligheid Formulering van de brandveiligheidsvoorschriften Bekendmaken van de brandveiligheidsvoorschriften aan bedrijven \ organisaties Toezicht op de uitvoering van de brandveiligheidsvoorschriften bij bedrijven \ organisaties Waarborgen of verhogen van het huidige niveau van brandveiligheid Informeren van bedrijven \ organisaties over wijzigingen in de brandveiligheidsvoorschriften Het uitvoeren van sancties indien bedrijven \ organisaties in gebreke blijven bij de uitvoering van de brandveiligheidsvoorschriften Toezicht op het onderhoud van de betreffende brandveiligheidapparatuur Toezicht op training op het gebied van brandveiligheid en brandpreventie Promotie van brandpreventiemaatregelen en brandbeveiliging Anders Geen van deze \ niets Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 37
NIET MEER TERUG
VRAAG 70
MEERVOUDIGE VRAAG TOON GEEN ANTWOORDCATEGORIËN GENOEMD IN Q60 233L15
Wat zou de overheid volgens u (nog meer) kunnen \ moeten doen om de brandveiligheid op het werk te bevorderen? (meer antwoorden mogelijk) 2 3 4 5
6 7 8 9 10 11 12 14 15
Wet en regelgeving op het gebied van brandveiligheid Formulering van de brandveiligheidsvoorschriften Bekendmaken van de brandveiligheidsvoorschriften aan bedrijven \ organisaties Toezicht op de uitvoering van de brandveiligheidsvoorschriften bij bedrijven \ organisaties Waarborgen of verhogen van het huidige niveau van brandveiligheid Informeren van bedrijven \ organisaties over wijzigingen in de brandveiligheidsvoorschriften Het uitvoeren van sancties indien bedrijven \ organisaties in gebreke blijven bij de uitvoering van de brandveiligheidsvoorschriften Toezicht op het onderhoud van de betreffende brandveiligheidapparatuur Toezicht op training op het gebied van brandveiligheid en brandpreventie Promotie van brandpreventiemaatregelen en brandbeveiliging Anders Geen van deze \ niets Weet niet \ wil niet zeggen
NIET MEER TERUG
VRAAG 80
MEERVOUDIGE VRAAG 248L15
En welke van de onderstaande verantwoordelijkheden ten aanzien van brandpreventie en brandveiligheid op het werk, behoren volgens u tot de verantwoordelijkheid van het bedrijfsleven? (meer antwoorden mogelijk) 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 14 15
Het kennen van de wetten en regels op het gebied van brandveiligheid Het uitvoeren van de wetten en regels op het gebied van brandveiligheid Het op papier stellen van de brandveiligheidsmaatregelen die er binnen het bedrijf \ de organisatie zijn genomen Het bekend maken van de brandveiligheidsmaatregelen die er binnen het bedrijf \ de organisatie zijn genomen Het aanstellen en laten opleiden van personen in het bedrijf \ de organisatie die zich met de brandveiligheid bezighouden Zorgdragen dat de apparatuur die noodzakelijk is voor de brandveiligheid in voldoende mate in het bedrijf \ de organisatie aanwezig is Zorgdragen voor het onderhoud van de apparatuur die noodzakelijk is voor de brandveiligheid Informeren van de werknemers over de handelswijze bij brand Het oefenen van de procedures op het gebied van brandveiligheid Anders Geen van deze \ niets Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 38
NIET MEER TERUG
VRAAG 90
MEERVOUDIGE VRAAG TOON GEEN ANTWOORDCATEGORIËN GENOEMD IN Q80 263L15
Wat zou het bedrijfsleven volgens u (nog meer) kunnen \ moeten doen om de brandveiligheid op het werk te bevorderen? (meer antwoorden mogelijk) 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 14 15
Het kennen van de wetten en regels op het gebied van brandveiligheid Het uitvoeren van de wetten en regels op het gebied van brandveiligheid Het op papier stellen van de brandveiligheidsmaatregelen die er binnen het bedrijf \ de organisatie zijn genomen Het bekend maken van de brandveiligheidsmaatregelen die er binnen het bedrijf \ de organisatie zijn genomen Het aanstellen en laten opleiden van personen in het bedrijf \ de organisatie die zich met de brandveiligheid bezighouden Zorgdragen dat de apparatuur die noodzakelijk is voor de brandveiligheid in voldoende mate in het bedrijf \ de organisatie aanwezig is Zorgdragen voor het onderhoud van de apparatuur die noodzakelijk is voor de brandveiligheid Informeren van de werknemers over de handelswijze bij brand Het oefenen van de procedures op het gebied van brandveiligheid Anders Geen van deze \ niets Weet niet \ wil niet zeggen
NIET MEER TERUG
VRAAG 100 278L1
Hoe belangrijk vindt u beveiligingsmaatregelen tegen inbraak in het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt? 1 2 3 4 5
Zeer belangrijk Tamelijk belangrijk Enigszins belangrijk Niet belangrijk Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 110 279L1
Hoe belangrijk vindt u beveiligingsmaatregelen tegen brand in het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt? 1 2 3 4 5
Zeer belangrijk Tamelijk belangrijk Enigszins belangrijk Niet of belangrijk Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 120 280L1
Kunt u aan de hand van de onderstaande schaal aangeven in hoeverre er volgens u beveiligingsmaatregelen tegen inbraak zijn toegepast in het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt? 1 2 3 4 5 6
De veiligheidsmaatregelen tegen inbraak zijn maximaal De veiligheidsmaatregelen tegen inbraak zijn voldoende De veiligheidsmaatregelen tegen inbraak laten nog wel wat te wensen over Er wordt nauwelijks iets aan veiligheidsmaatregelen tegen inbraak gedaan Er wordt niets aan veiligheidsmaatregelen tegen inbraak gedaan Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 39
VRAAG 130 281L1
Kunt aan de hand van de onderstaande schaal aangeven in hoeverre er volgens u beveiligingsmaatregelen tegen brand zijn toegepast in het bedrijf of de organisatie / de vestiging waar u werkt? 1 2 3 4 5 6
De veiligheidsmaatregelen tegen brand zijn maximaal De veiligheidsmaatregelen tegen brand zijn voldoende De veiligheidsmaatregelen tegen brand laten nog wel wat te wensen over Er wordt nauwelijks iets aan veiligheidsmaatregelen tegen brand gedaan Er wordt niets aan veiligheidsmaatregelen tegen brand gedaan Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 140
MEERVOUDIGE VRAAG 282L25
Hieronder staat een aantal beveiligingsmaatregelen die kunnen worden genomen om inbraak en \ of brand te voorkomen. Welke daarvan worden er in het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt toegepast, zijn er te vinden binnen het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt? (meer antwoorden mogelijk) 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25
BHVers (bedrijfshulpverleners) EHBOers EHBO kisten Reanimatie kit Brandslang Brandblussers Rookmelders Blusdekens Sprinkler installatie Blusgas installatie Nooduitgangen Vluchtwegen Veiligheidsinstructies Veiligheidssloten op ramen en deuren Alarm Entreepasjes Hekken Camera’s Beveiliging Bedrijfsnoodplan Anders Geen van deze Weet niet \ wil niet zeggen
NIET MEER TERUG
VRAAG 150 307L1
Vindt u de veiligheidsmaatregelen die binnen uw bedrijf \ de organisatie zijn genomen tegen inbraak te veel, te weinig of precies goed? 1 2 3 4
Te veel Precies goed Te weinig Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 40
VRAAG 160 308L1
Vindt u de veiligheidsmaatregelen die binnen uw bedrijf \ de organisatie zijn genomen tegen brand te veel, te weinig of precies goed? 1 2 3 4
Te veel Precies goed Te weinig Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 170
MEERVOUDIGE VRAAG TOON GEEN ANTWOORDCATEGORIËN GENOEMD IN Q140 309L25
En welke van deze beveiligingsmaatregelen zouden volgens u (nog meer) noodzakelijk zijn binnen het bedrijf \ de organisatie waar u werkt? (meer antwoorden mogelijk) 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25
BHVers (bedrijfshulpverleners) EHBOers EHBO kisten Reanimatie kit Brandslang Brandblussers Rookmelders Blusdekens Sprinkler installatie Blusgas installatie Nooduitgangen Vluchtwegen Veiligheidsinstructies Veiligheidssloten op ramen en deuren Alarm Entreepasjes Hekken Camera’s Beveiliging Bedrijfsnoodplan Anders Geen van deze Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 41
NIET MEER TERUG INDIEN [ Q140 , 24 TO 25 ] GA VERDER NAAR VRAAG 190
VRAAG 180
MEERVOUDIGE VRAAG TOON ALLEEN ANTWOORDCATEGORIËN GENOEMD IN Q140 334L25
En welke van de huidige maatregelen \ personen weet u ook te vinden, kent u? (meer antwoorden mogelijk) 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25
BHVers (bedrijfshulpverleners) EHBOers EHBO kisten Reanimatie kit Brandslang Brandblussers Rookmelders Blusdekens Sprinkler installatie Blusgas installatie Nooduitgangen Vluchtwegen Veiligheidsinstructies Veiligheidssloten op ramen en deuren Alarm Entreepasjes Hekken Camera’s Beveiliging Bedrijfsnoodplan Anders Geen van deze Weet niet \ wil niet zeggen
NIET MEER TERUG
VRAAG 190 INDIEN [ Q140 , 8 ] 359L1
Hoeveel brandblussers zijn er per verdieping binnen uw bedrijf \ organisatie? 1 2 3 4 5 6
1 2 3 4 5 of meer Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 200 INDIEN [ Q140 , 8 ] 360L1
Weet u hoe de brandblussers moet gebruiken? 1 2 3
Ja Nee Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 42
VRAAG 210 INDIEN [ Q140 , 8 ] 361L1
Worden de brandblussers binnen uw bedrijf \ de organisatie onderhouden? Hiermee bedoelen we dat er door een gespecialiseerd bedrijf \ de organisatie wordt gekeken of er mankementen zijn, of ze moeten worden vervangen etc. 1 2 3
Ja Nee Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 220 INDIEN [ Q210 , 1 ] 362L1
Hoe vaak worden de brandblussers gecontroleerd volgens u? 1 2 3 4 5
Eens per half jaar of vaker Eens per jaar Eens per twee jaar Eens per drie jaar of minder vaak Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 230 363L1
Heeft het bedrijf \ de organisatie waar u werkt een bedrijfsnoodplan? 1 2 3
Ja Nee Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 240 INDIEN [ Q230 , 1 ] 364L1
Weet u wat er in dit bedrijfsnoodplan staat? 1 2 3 4 5
Ja, heel goed Ja, zo ongeveer Ja, enkele punten Nee, niet Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 250 365L1
Vindt u een bedrijfsnoodplan noodzakelijk binnen uw bedrijf? 1 2 3
Ja Nee Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 270 366L1
Stel dat er brand uitbreekt in het bedrijf of de organisatie \ de vestiging waar u werkt, weet u dan precies wat u moet doen en aan welke regels u zich moet houden? 1 2 3
Ik weet precies wat ik moet doen Ik weet niet of nauwelijks wat ik moet doen Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 43
VRAAG 271 367L1
Wordt er binnen uw bedrijf \ de organisatie wel eens een brandoefening gedaan? Bij een brandoefening gaat het brandalarm af en moet u zich volgens de regels zo snel mogelijk kalm naar buiten begeven. 1 2 3 4 5 6
Ja, eens per half jaar of vaker Ja, eens per jaar Ja, eens per twee jaar Ja, eens per drie jaar of minder vaak Nee, nooit Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 280 368L1
Vindt u brandoefeningen binnen uw bedrijf \ de organisatie noodzakelijk? 1 2 3
Ja Nee Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 290 369L1
Op dit moment zijn bedrijven \ organisaties wettelijk verplicht de brandblussers eenmaal per jaar te laten onderhouden. Vindt u dit te vaak, te weinig of juist goed. 1 2 3 4
Te vaak Precies goed Te weinig Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 300 370L1
Stel dat de overheid deze wettelijke verplichting aanpast en dat bedrijven \ organisaties dan wettelijk verplicht zijn de brandblussers eenmaal in de twee jaar te onderhouden in plaats van een keer per jaar. Wat vindt u daar dan van, is dat te vaak, te weinig of juist goed? 1 2 3 4
Te vaak Precies goed Te weinig Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 44
VRAAG 310 371L1
Bij het jaarlijks onderhoud van de brandblussers in bedrijven \ organisaties blijkt één op de vijf brandblussers niet goed te werken of vervangen te moeten worden (=20%). Met deze kennis stellen wij u de vorige vraag nogmaals. Stel dat de overheid deze wettelijke verplichting aanpast en dat bedrijven \ organisaties dan wettelijk verplicht zijn de brandblussers eenmaal in de twee jaar te onderhouden in plaats van een keer per jaar. Wat vindt u daar dan van, is dat te vaak, te weinig of juist goed? 1 2 3 4
Te vaak Precies goed Te weinig Weet niet \ wil niet zeggen
NIET MEER TERUG INDIEN [ Q20 , 2 ] GA VERDER NAAR VRAAG 350
VRAAG 320
MEERVOUDIGE VRAAG 372L25
Welke van deze preventiemaatregelen heeft u thuis? (meer antwoorden mogelijk) 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 24 25
BHVers (bedrijfshulpverlener) EHBOer EHBO kist(en) Reanimatie kit Brandslang Brandblusser(s) Rookmelder(s) Sprinkler installatie Blusdeken Nooduitgang(en) Vluchtweg(en) Veiligheidssloten op ramen en deuren Alarm Entreepas(jes) Hek(ken) Camera(’s) Beveiliging Anders Geen van deze Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 45
NIET MEER TERUG
VRAAG 330
MEERVOUDIGE VRAAG TOON GEEN ANTWOORDCATEGORIËN GENOEMD IN Q320 397L25
En welke van deze preventiemaatregelen zou u (nog meer) willen gebruiken \ aanschaffen? (meer antwoorden mogelijk) 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 24 25
BHVers (bedrijfshulpverlener) EHBOer EHBO kist(en) Reanimatie kit Brandslang Brandblusser(s) Rookmelder(s) Sprinkler installatie Blusdeken Nooduitgang(en) Vluchtweg(en) Veiligheidssloten op ramen en deuren Alarm Entreepas(jes) Hek(ken) Camera(’s) Beveiliging Anders Geen van deze Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 340 INDIEN [ Q320 , 8 ] 422L1
Laat u uw brandblusser(s) wel eens onderhouden \ vervangen door een daarin gespecialiseerd bedrijf? 1 2 3
Ja Nee Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 350 423L2
Tenslotte een aantal afrondende vragen. Weet u ongeveer hoeveel dodelijke slachtoffers er per jaar in Nederland vallen door brand thuis? 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
1 - 49 50 - 99 100 - 199 200 - 299 300 - 399 400 - 499 500 - 749 750 - 999 1000 of meer Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 46
NIET MEER TERUG
VRAAG 360 425L2
En weet u ongeveer hoeveel gewonden er per jaar in Nederland vallen door brand thuis? 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
1 - 49 50 - 99 100 - 199 200 - 299 300 - 399 400 - 499 500 - 749 750 - 999 1000 of meer Weet niet \ wil niet zeggen
VRAAG 370 427L2
Weet u ongeveer hoeveel dodelijke slachtoffers er per jaar in Nederland vallen door brand op het werk? 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
1 - 49 50 - 99 100 - 199 200 - 299 300 - 399 400 - 499 500 - 749 750 - 999 1000 of meer Weet niet \ wil niet zeggen
NIET MEER TERUG
VRAAG 380 429L2
En weet u ongeveer hoeveel gewonden er per jaar in Nederland vallen door brand op het werk? 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
1 - 49 50 - 99 100 - 199 200 - 299 300 - 399 400 - 499 500 - 749 750 - 999 1000 of meer Weet niet \ wil niet zeggen
Hoe staat het met de brandveiligheid op de werkvloer? | E4555 | © TNS NIPO | 29 mei 2006 | 47