Hoe gaat Nederland met pensioen? In vergelijk met België, Zweden en Denemarken
Onderzoek van GfK september 2015
Inleiding Delta Lloyd doet doorlopend nieuwe kennis op over ontwikkelingen rondom pensionering van Nederlanders. Kennis die wij als Delta Lloyd graag delen om extra inzicht te bieden. De doorgevoerde wijzigingen in het Nederlandse pensioenstelsel hebben namelijk grote impact op ons inkomen voor later. Dit roept een aantal belangrijke vragen op. Zijn we eigenlijk wel klaar voor langer doorwerken? En zijn we al actief bezig met het treffen van maatregelen? Onderzoeksbureau GfK heeft in opdracht van Delta Lloyd in 2014 en 2015 een onderzoek uitgevoerd met de titel ‘Hoe gaat Nederland met Pensioen?’. In 2015 zijn dezelfde vragen tevens gesteld in Zweden, Denemarken en België en vergeleken met de Nederlandse antwoorden. Deze compacte rapportage bevat drie thema’s: 1. De kloof tussen wens en werkelijkheid wat betreft onze pensioenleeftijd. 2. Langer doorwerken. Welke pensioenleeftijd is haalbaar en welke leeftijd wordt gevreesd? 3. Het pensioenbewustzijn. Welk beeld hebben we van onze pensioensituatie?
Korte samenvatting De belangrijkste conclusies van dit onderzoek zijn: - De kloof tussen langer willen en moeten doorwerken is in Nederland groter geworden. - Nederlanders willen met 63,9 jaar nu eerder met pensioen dan in 2014. - Jongeren willen zelfs al op een leeftijd van 62,8 jaar stoppen met werken. - Voor slechts 15% van Nederlanders is doorwerken na 67 jaar bespreekbaar. - De Belgen willen met 60,8 jaar het vroegst stoppen met werken, de Denen willen met 65,1 jaar juist het langst door. - Nederlandse en Belgische werknemers verwachten dat ze langer moeten doorwerken dan voor hen haalbaar is. - Zweden en Denen denken juist langer door te kunnen werken dan nodig. - De helft van de Nederlanders heeft geen financieel beeld van de pensioensituatie, wel vertrouwen zij erop later voldoende inkomen te hebben. - De Denen zijn het meest positief over hun financiële toekomst, de Belgen het minst. - Driekwart van de Denen heeft een pensioen berekening gemaakt of laten maken, in Nederland geldt dat voor de helft van de mensen.
2
1. Pensioenleeftijd: tussen wens en werkelijkheid Op welke leeftijd willen werknemers in Nederland met pensioen en hoe oud verwachten zij te zijn als ze daadwerkelijk met pensioen gaan? Wat is er veranderd ten opzichte van 2014? En wat zijn de verschillen met België, Denemarken en Zweden?
De kloof tussen willen en moeten doorwerken wordt groter De gewenste leeftijd waarop Nederlandse werknemers met pensioen willen is in 2015 gemiddeld 63,9 jaar. In 2014 lag deze leeftijd met 64,2 jaar nog iets hoger. De verwachte pensioenleeftijd steeg echter naar 66,3 jaar in 2015. En de gevreesde pensioenleeftijd steeg naar 67,4 jaar. Nederlanders willen dus eerder met pensioen, maar verwachten juist later met pensioen te gaan. De kloof tussen willen en moeten doorwerken is hiermee groter geworden: 3,4 jaar in 2015.
Nederlander wil op 64ste met pensioen!
Landenvergelijk: Denen willen het langst doorwerken In vergelijking met Nederland willen de Belgen en Zweden nog eerder met pensioen, met respectievelijk 60,8 en 62,3 jaar. Bij de Denen is de gewenste pensioenleeftijd met 65,1 jaar juist hoger dan in Nederland. De Denen verwachten echter met een leeftijd van 65,8 jaar met pensioen te gaan. En de gevreesde pensioenleeftijd is 67,1 jaar. Daarmee is de kloof tussen gewenste en gevreesde pensioenleeftijd het kleinst in Denemarken: 2 jaar. In België wijken de leeftijden waarop men wil en moet doorwerken met 4,2 jaar juist het meest af. Belgische jongeren willen met 60,4 jaar eerder stoppen met werken dan de gemiddelde werknemer in België. De Zweedse jongeren willen echter met 63,2 jaar bijna een jaar later met pensioen dan de gemiddelde werknemer in Zweden. Deense jongeren lopen met een gewenste pensioenleeftijd van 65,2 jaar juist weer in de pas met de andere Deense werknemers.
Opvallend is dat jongeren met 62,8 jaar het vroegst met pensioen willen. Dit terwijl de AOW-leeftijd vanaf 2021 al 67 jaar is en naar verwachting zal stijgen omdat we ouder worden.
Pensioenleeftijdverwachting 60 61 62 63 64 65 66 67 68 Verwachte pensioenleeftijd
Gewenste pensioenleeftijd
Gevreesde pensioenleeftijd
Haalbare pensioenleeftijd
Nederland
België
Denemarken
Zweden
3
2. Langer doorwerken. Lukt dat? Wat is volgens de respondenten de haalbare pensioenleeftijd, en welke wordt juist gevreesd? Daarnaast werden werknemers uit de verschillende landen gevraagd wat hun houding is tegenover langer doorwerken na de pensioendatum.
Gevreesde pensioenleeftijd stijgt De haalbare pensioenleeftijd in Nederland is in 2015 met 65,5 jaar hetzelfde als een jaar eerder. De gevreesde pensioenleeftijd is wel licht gestegen van 67,0 naar 67,4 jaar.
Haalbare pensioenleeftijd is volgens Nederlanders 65,5 jaar Langer doorwerken? Liever niet! De houding van Nederlandse werknemers is in vergelijking met 2014 iets negatiever ten opzichte van langer doorwerken. In 2014 vond 22% het nog bespreekbaar om na hun 67ste door te werken,
in 2015 is dat nog slechts 15%. Voor een ruime meerderheid (55%) is het langer doorwerken na hun 67ste geheel niet bespreekbaar. Een jaar eerder lag dit percentage nog lager (47%). In Nederland is 27% positief ten aanzien van langer doorwerken tot 67 jaar en is 40% juist negatief. Landenvergelijk: Scandinaviërs kunnen meer hebben De haalbare pensioenleeftijd ligt volgens de respondenten in Denemarken met 67,5 jaar het hoogst. Ook in Zweden ligt deze leeftijd met 66,8 jaar hoger dan in Nederland. Opvallend: de gevreesde leeftijd in beide landen ligt lager dan de haalbare leeftijd. De Belgen denken daarentegen het minst lang door te kunnen werken, namelijk: tot 61,5 jaar. Zij vrezen door te moeten tot 65 jaar. De haalbare pensioenleeftijd wijkt hiermee in België met 3,5 jaar het meest af van de gevreesde leeftijd.
4
3. Pensioenbewustzijn: van berekening naar vertrouwen De AOW-leeftijd stijgt in Nederland naar 67 jaar. Niet meteen, de komende jaren wordt de AOW-leeftijd stapsgewijs hoger. Ook de pensioenrichtleeftijd is 67 jaar. In Denemarken en België gaat de pensioenleeftijd ook naar 67 jaar. In Zweden kan loongerelateerd pensioen worden opgenomen vanaf 61 jaar tot 67 jaar, waarbij een vroegpensioen wel tot een lagere pensioenuitkering leidt. Belangrijke vragen zijn hier nu: hebben Nederlanders, Belgen, Denen en Zweden een goed beeld van hun pensioensituatie? En hoe actief zijn zij eigenlijk met het inwinnen van informatie hierover? Daarnaast is in alle landen aan de respondenten gevraagd naar het verwachte inkomen na pensionering.
derde een goed of globaal beeld en Zweden volgt op de voet met 61%. Slechts één op de tien Zweden zegt nog helemaal niet over zijn pensioensituatie te hebben nagedacht en bij de Denen is dit 15%.
Beeld van eigen pensioensituatie
Pensioenberekening
Opmerkelijk: in Nederland hebben minder mensen een goed of globaal beeld van hun financiële pensioensituatie dan een jaar eerder. In 2015 is het percentage mensen met een goed of globaal beeld gedaald van 54% in 2014 naar 50% in 2015. Dit betekent dat toch de helft van de Nederlanders nog geen duidelijk beeld heeft van de eigen pensioensituatie. Een kwart heeft hier zelfs nog nooit over nagedacht.
In Nederland heeft de helft van de werknemers nog nooit een pensioenberekening gemaakt of laten maken. Dit percentage is in 2015 hoger dan een jaar eerder, in 2014 gaf namelijk 44% van de Nederlanders aan dit nog nooit te hebben gedaan.
Landenvergelijk: Belgen blijken minst pensioenbewust De Denen en Zweden hebben het beste beeld van hun pensioensituatie. In Denemarken heeft twee
In België zijn de mensen het minst goed op de hoogte van hun pensioensituatie: 34% heeft nog niet nagedacht over de financiële situatie tijdens het pensioen.
Helft van Nederlanders heeft nog nooit een pensioenberekening gemaakt
Landenvergelijk: vooral Denen hebben berekening gemaakt In België heeft 69% nog nooit het pensioen berekend of laten berekenen. In Zweden geldt dit slechts voor 32% en in Denemarken 26%. Driekwart van de Denen heeft dus wel eens een pensioenberekening gemaakt of laten maken; zij zijn hiermee veruit koploper.
Pensioenberekening 0% 20% 40% 60% 80% 100% 50%
Nederland
24% 69%
België
20% 17%
6% 9%
5%
Denemarken
26%
43%
16%
15%
32% Zweden
niet eerder berekend laten berekenen of laten berekenen
31%
zelf wel eens berekend
22%
15%
zowel zelf berekend als laten berekenen
5
Vertrouwen in verwacht inkomen In Nederland denken nu meer mensen bij pensionering voldoende inkomen te hebben dan in 2014. Een stijging van 52% naar 57%. Wel denkt in 2015 nog altijd zo’n 17% veel te weinig inkomen te hebben zodra de pensioendatum is bereikt. Een andere uitkomst is dat nu iets minder mensen extra sparen of beleggen voor hun pensioen. In 2014 spaarde of belegde nog 17% speciaal voor het pensioen, tegen 16% in 2015. Wel zijn meer mensen van plan om te gaan sparen of beleggen. Landenvergelijk: Zweden en Belgen hebben minder vertrouwen Denen denken voldoende inkomen te hebben bij hun pensionering (54%) en nog eens 21% zegt zelfs ‘ruim voldoende’. Slechts een kwart denkt later te kort te komen. De Belgen en Zweden zijn minder overtuigd over hun inkomen voor later. Het percentage dat voldoende of ruim voldoende inkomen denkt te hebben is in zowel België als Zweden 41%. In deze landen verwacht dus een ruime meerderheid straks te weinig inkomen te hebben. In België zegt zelfs een derde later echt ‘veel te weinig’ te hebben en in Zweden is dat één op de vijf.
Het is dan ook niet vreemd dat de Belgen en Zweden het meest sparen en/of beleggen speciaal voor pensioen: 43% van de werknemers in België en 33% van de Zweden zegt dit te doen. Ter vergelijking: van de Deense medewerkers spaart of belegt 20% van de mensen speciaal voor het pensioen, in Nederland doet slechts één op de zes dit. Zweden is sowieso kampioen sparen en beleggen, blijkt uit het GfK onderzoek. Want de percentages als het gaat om sparen en/of beleggen in het algemeen, dus inclusief ‘speciaal voor pensioen’, zijn: Zweden (71%), België (66%), Denemarken (50%) en Nederland (42%). Nederlanders sparen en beleggen hiermee het minst extra bij van alle ondervraagde landen.
Benieuwd hoe je er zelf voor staat? Bereken met het Inkomenskompas in 3 stappen of je op koers ligt met je inkomen voor later. Op onze website vind je ook eenvoudig een onafhankelijk adviseur bij jou in de buurt. Ga naar deltalloyd.nl/inkomenskompas. Verhalen lezen over de keuzes van anderen? Bezoek deltalloyd.nl/eigenkoers.
6
Verantwoording
Het onderzoek uit 2014 is online uitgevoerd met het Online Panel van GfK. De panelleden kregen per e-mail een vragenlijst opgestuurd. In totaal vulden 1000 werknemers in loondienst de vragenlijst volledig in. De resultaten zijn gewogen naar leeftijd en opleiding zodat de verhouding representatief is voor de Nederlandse werknemer. De landenvergelijking uit 2015 is eveneens uitgevoerd door GfK. De vragenlijst is grotendeels identiek aan de meting uit 2014 en vertaald door lokale vertaalbureaus. De doelgroep bestaat uit Nederlandse, Belgische, Deense en Zweedse werknemers. De resultaten zijn gewogen naar leeftijd, zodat de verhouding representatief is voor de werknemerspopulatie in de ondervraagde landen. In totaal namen 1007 Nederlandse, 1042 Belgische, 1002 Deense en 1006 Zweedse werknemers deel aan het onderzoek. Definities uit het GfK onderzoek: - De verwachte pensioenleeftijd: de leeftijd waarop werknemers volgens de huidige pensioenregeling van hun bedrijf met pensioen gaan. - De gewenste pensioenleeftijd: de leeftijd waarop de werknemer met pensioen wil. - De gevreesde pensioenleeftijd: de leeftijd tot welke de werknemer denkt te moeten doorwerken. - De haalbare pensioenleeftijd: de leeftijd tot welke de werknemer denkt goed te kunnen doorwerken.