Taal is één van de middelen die we gebruiken om te communiceren. Het is een instrument voor denken, leren, integreren en participeren. Met behulp van taal kunnen we plannen maken, problemen signaleren, redeneren, alternatieven bedenken, problemen oplossen, fantaseren, voor spellen en nog veel meer. Het leren van taal is belangrijk voor een goede sociale, emotionele, intellectuele ontwikkeling en zelfredzaamheid. Gezinstaalcoaching is ontstaan door ervaringen uit de praktijk. Onze vrij willigers, die taallessen verzorgen, komen geregeld bij deelnemers thuis. Daardoor staan zij in contact met het gehele gezin. De vrijwilligers bemerkten dat naast de ouders ook de kinderen de taal onvoldoende beheersen.Vaak wordt thuis alleen de moedertaal gesproken en is er sprake van een beperkte taalactivering. Een gevolg van het niet of onvoldoende beheersen van de Nederlandse taal is dat de kinderen een taalachterstand oplopen, waardoor hun kansen op een succesvolle schoolloopbaan aanzienlijk worden verminderd.
Met dank aan het Europees Integratiefonds ligt voor u de methodiekbeschrijving van het unieke project Gezinstaalcoaching van Stichting LOV. Het Europees Integratiefonds (EIF) is een fonds van de Europese Unie (EU). Projecten die zich richten op de integratie van mensen die geen onderdanen van een EU-land zijn, kunnen vanuit dit fonds gefinan cierd worden. In het kader van de opdracht: ‘Landelijke overdracht van taaltrajecten op maat’, uitgevoerd door de Stichting LOV in samenwerking met Het begint met Taal is dit boekje tot stand gekomen.
2
Het LOV wil een steentje bijdragen om zowel de ouders als kinderen taalstimulering aan te bieden middels Gezinstaalcoaching. Uniek is het tweeledige doel. Enerzijds wordt de taal versterkt van de ouder (vaak de moeder) en leren de ouders op een speelse manier samen met hun kinderen met de Nederlandse taal bezig te zijn. Anderzijds krijgen de kinderen van logopediestudenten of speciaal daarvoor getrainde vrijwilligers taalcoaching op maat. Dit betekent taal activeren, stimuleren en gezamenlijk ontdekken door een goed taalaanbod. Het LOV heeft dit project al enkele jaren succesvol uitgevoerd op Rotterdamse scholen. Deze methodiekbeschrijving stelt andere taalaanbieders en thuisles organisaties in staat dit project ook uit te voeren, waardoor nog meer kinderen de mogelijkheid krijgen hun kansen optimaal te benutten. In de afgelopen jaren hebben wij, mede door de financiering van het Europees Integratiefonds, verschillende trainingen en workshops gegeven over dit onderwerp. Mocht u dit project willen uitvoeren en u heeft vragen dan kunt u contact opnemen met onze stichting. Wij hopen en wensen dat dit handzame boekje voldoende handvatten biedt om ouders, verzorgers en kinderen verder te helpen met het leren van de Nederlandse taal. Hatice Türkmen | Directeur Stichting LOV
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 3
Zelfstandig boodschappen doen, een praatje maken bij de dokter of een ouderavond bijwonen is niet voor iedereen vanzelfsprekend.Veel mensen van niet-Nederlandse afkomst kunnen of durven dit niet. Stichting LOV biedt hierin ondersteuning. Stichting LOV werkt al twee decennia lang aan vrijwilligerswerk. Rotterdamse vrijwilligers helpen kwetsbare migrantenvrouwen, - mannen en kinderen een stapje verder bij het verbeteren van hun taalniveau, vergroten van het sociale netwerk, het versterken van hun zelfvertrouwen én zelfredzaamheid. Het LOV voert verschillende taal- en participatietrajecten uit in Rotterdam voor multi-etnische vrouwen, mannen en hun gezin. De projecten zijn allen gericht op het versterken van de Nederlandse taal en participatie van de deelnemers èn zo ook van de vrijwilligers. Door de taal, sociale contacten en zelf redzaamheid van deelnemers te versterken, groeit hun zelfvertrouwen en de zelfstandigheid. Het overgrote deel van de deelnemers stroomt na een LOV-begeleidingstraject door naar andere activiteiten, zoals vrijwilligerswerk,
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 5
inburgeringsles, een andere taalactiviteit of sociale activiteit buiten de deur. Deelnemers worden zo laagdrempelig en op maat begeleidt naar een volgende stap op de participatieladder. Het LOV is een professionele organisatie met een aantal medewerkers en circa 200 vrijwilligers. Het LOV richt zich op de moeilijkst bereikbare doelgroep: namelijk kwets bare, geïsoleerd levende migranten in de samenleving – vrouwen en mannen met een andere culturele achtergrond die belemmeringen ervaren door hun taalachterstand, beperkte sociale netwerk, lage positie op de participatie ladder, dan wel in de thuissituatie.
Algemene methodiek Stichting LOV
Stichting LOV wil met haar projecten kwetsbare migranten - en hun gezin empoweren, door hun Nederlandse taalvaardigheid, integratie en participatie in de Nederlandse samenleving te versterken. Hiervoor hanteert het LOV een unieke methodiek: in de lestrajecten van het LOV wordt de Nederlandse taal op een zeer laagdrempelige manier geoefend samen met vrijwilligers. Dit kan bij de migrant thuis, op school, in een buurthuis, of op andere een makkelijk toegankelijke locatie in de wijk zijn. De lessen worden vaak meteen in praktijk gebracht door in de wijk specifieke praktijksituaties te beleven, zoals een gesprek op school, naar de winkel, huisarts te gaan of boodschappen te doen.
De taal- en participatietrajecten worden door vrijwilligers gegeven met ondersteuning van en begeleiding door het team van LOV. De inzet van vrijwilligers maakt het mogelijk om deelnemers op een laagdrempelige manier te benaderen en te stimuleren op hun pad naar meer zelfredzaam heid en participatie in de samenleving. Een groot aantal vrijwilligers komt in eerste instantie bij de deelnemers ‘achter de voordeur’, waar veel van de trajecten starten. De vrijwilliger zet zich in voor haar of zijn medeburger en probeert het beste uit de deelnemer te halen. Hierdoor snijdt het mes aan twee kanten: de deelnemer krijgt ondersteuning bij het betreden van de participatieladder èn de vrijwilliger participeert hier ook mee en is tegelijkertijd een stimulerend voorbeeld!
Taal- en participatietrajecten door Stichting LOV
De taal- en participatietrajecten uitgevoerd door Stichting LOV dragen bij aan: • Verbetering taalvaardigheid deelnemers • Kennis van de Nederlandse samenleving • Zelfredzaamheid en zelfvertrouwen deelnemers • Versterking van de sociale cohesie • Ondersteuning integratie en participatie • Betrokkenheid van een diverse groep vrijwilligers aan ondersteuning integratie en participatie • Deskundigheidsbevordering van vrijwilligers en medewerkers • Wederzijds begrip tussen verschillende culturen • Kennisdeling tussen vrijwilligers, deelnemers en samenwerkende partners • Ondersteuning bij het beklimmen van de participatieladder
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 7
Anita Berkhof Imalere is afkomstig uit Nigeria en heeft een zoon van bijna 4 jaar. “Ik wil graag dat mijn zoon leert om te puzzelen en spelletjes te spelen. Dit wilde hij tot voor kort niet. Hier had hij geen geduld en concentratie voor. Sinds ik gezinstaalcoaching volg merk ik dat ik een afspraak met mijn kind kan maken, dat is heel fijn. Hij kan zich steeds beter concentreren en een puzzel maken. Ook zie ik dat hij veel meer vragen stelt, zingen en dansen erg leuk vindt, niet verlegen is en graag dingen bouwt. “
Gezinstaalcoaching is gericht op de taalactivering van zowel de ouders als de kinderen in de eigen thuistaal én de Nederlandse taal. De taal verwerving door kinderen wordt geactiveerd door aandacht voor de motorische -, psychosociale- en cognitieve-ontwikkeling van het kind. Uiteindelijk hebben we taal nodig om ons te kunnen uitdrukken, om te kunnen verwoorden hoe we ons voelen, om te kunnen zeggen wat we allemaal meegemaakt hebben, om nieuwe dingen te leren op school, om een conflict uit te kunnen praten, en bovenal om ons te kunnen redden in de samenleving.
Taalactivering
Motorische ontwikkeling
Onder motoriek wordt hier verstaan het geheel aan bewegingen en bewegingspatronen, dat je in staat stelt je lichaam te bewegen, te gebruiken en voort te bewegen. Hoewel ieder kind zich in zijn eigen tempo ontwik kelt, komt er een bepaald moment, een bepaalde leeftijd waarop een kind een bepaalde taak of vaardigheid zou moeten kunnen beheersen. Dit is
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 11
gerelateerd aan het ‘normale’, gemiddelde ontwikkelingsverloop van de gemiddelde (vroeg)kinderlijke motorische ontwikkeling.1 Er is verschil tussen de grove en de fijne motoriek. Onder de grove motoriek valt de lichaamscoördinatie, de balans en het voortbewegen. Bij de fijne motoriek gaat het vooral om het functioneren van de handen. Kinderen ontwikkelen hun motoriek vooral tijdens het spontane acti viteiten, zoals het spelen. Een goede fysieke en motorische ontwikkeling is belangrijk, want uit onder zoek is gebleken dat een gebrek hieraan een negatieve invloed heeft op de leer- en schoolprestaties. Het is belangrijk om bewust ruimte te geven voor het bewegen van de kinderen.2 Juist door te bewegen, door dingen vast te pakken, door dingen te knutselen en bouwen, door boekjes vast te houden, pagina’s om te slaan, rollenspellen te doen, kan een kind spelend en ont dekkend leren. Psychosociale ontwikkeling
De psychosociale ontwikkeling betreft de ontwikkeling van kinderen in relatie tot hun sociale omgeving, de omgang met anderen. Bij het ont wikkelen van sociale interactie speelt imitatie een grote rol. Een voorbeeld daarvan is vadertje en moedertje spelen. Kinderen oefenen hierbij hun denkbeelden over de werkelijkheid en het is goed voor hun communica tieve vaardigheden. In de schoolperiode verschuift de vriendschap van uiterlijke factoren (mooi speelgoed, leuke kleren) meer naar sympathie, al blijven uiterlijke factoren wel een rol spelen. Kinderen willen graag aan de groepsnorm voldoen, want dat zorgt voor acceptatie.3 Een gezonde psychosociale ontwikkeling van het kind vergroot hun zelf redzaamheid en veerkracht.4 Ouders leren tijdens gezinstaalcoaching om gebruik te maken van de dagelijkse communicatie om hun kinderen emotioneel te ondersteunen en hun sociale competenties en probleem oplossend vermogen te stimuleren.
12
Cognitieve ontwikkeling
Bij cognitieve ontwikkeling gaat het niet alleen om het denken en de intelligentie, maar ook om creativiteit, waarneming en fantasie. Kinderen onderzoeken actief hun wereld rondom om zich hier een eigen beeld van te vormen.
Taalverwerving
Het leren van de (moeder)taal is een natuurlijk proces. Overigens betekent dit niet dat taalverwerving (het zich eigen maken van de taal) vanzelf gaat. Als een kind niet of maar weinig met taal in aanraking komt zal het kind de taal niet goed kunnen leren spreken en begrijpen. Het aanleren van een taal vindt plaats in samenhang met andere factoren. Aan een aantal voorwaarden moet in ieder geval worden voldaan: • E en kind moet geen problemen met de zintuigen hebben.Vooral het gehoor en gezichtsvermogen zijn belangrijk. • Het kind moet een bepaald niveau van intelligentie hebben. • De omgeving van het kind moet voldoende taal van een bepaald kwa litatief niveau aanbieden. Daarbij gaat het vooral om de interactie met het kind. Kinderen nemen initiatieven om in contact te komen met de mensen om hen heen. Ze hebben behoefte aan een omgeving die belangstelling voor hen heeft en op hen reageert. • Bij de vroege taalontwikkeling van kinderen is allereerst belangrijk wat het kind zelf meeneemt: het vermogen tot taalverwerving. Deze aanleg voor taal is eigenlijk de motor. Andere eigenschappen zoals extravert, introvert of verbale intelligentie bevorderen de werking van de motor.5
Interactie
Kinderen nemen vanaf de geboorte al initiatieven om in contact te komen met mensen om hen heen. Huilen, de eerste glimlach, de kirgeluidjes, alles is er op gericht om contact te maken. Dit betekent dat interactie tussen de ouders, verzorgers en het kind vanaf dag één erg belangrijk is. Het kind reageert ook op wat hij hoort en ziet rondom zich, de taalverwerving is gestart. Men zegt dat de taalverwerving al tijdens de zwangerschap start, de baby raakt in de baarmoeder al vertrouwd met de geluiden van de moeder en omgeving.
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 13
Bij een goede de taalverwerving door jonge kinderen is de interactie tussen ouders en het kind medebepalend. Het is belangrijk dat het taal aanbod van de ouders aan het kind aansluit op de taalvaardigheid van het kind. We spreken dan van een kwalitatief hoog taalaanbod.
Leren praten
De hele taalontwikkeling van een kind speelt zich grotendeels af tussen 0 en 5 jaar. Een kind zal gedurende het eerste levensjaar nog geen gesproken woorden gebruiken, toch begint het leren praten al in de wieg. Al vrij snel kunnen ouders aan het huilen van hun baby horen hoe het zich voelt; honger, verdriet, pijn. Daarnaast bestaat de non-verbale communicatie uit mimiek en bewegingen van hun kind waar de ouders op kunnen reageren door het te benoemen en te herhalen. Zoals bijvoorbeeld een baby laten spelen met een rammelaar. Het kind zal verrukt en blij zijn van het geluid dat de rammelaar maakt. De ouder kan dit bevestigen door te zeggen: “mooi geluid, leuk, nog een keer, pak maar, et cetera”. De ontwikkeling van deze non-verbale com municatie is een belangrijke voorloper van de talige ontwikkeling. Rond de negen maanden gaat een kind met natuurlijke gebaren en klanken duidelijk maken wat het bedoelt, een aantal maanden later komen de eerste woorden. Een goede taalverwerving in de eerste levensjaren wordt gestimuleerd door een kwalitatief hoog taalaanbod, passend bij de taalvaardigheid van het kind. De woordenschat en het begrippenkader groeit met grote sprongen tot 5 jaar. Om taalachterstand daarna proberen weg te werken is veel moeilijker dan in de eerste 5 levensjaren. Basisvoorwaarden
Basisvoorwaarden voor de taalontwikkeling zijn: • een kind moet verschillende geluidjes kunnen maken • een kind moet kunnen luisteren naar geluiden en deze kunnen lokaliseren • een kind moet handelingen en geluiden kunnen nabootsen • een kind moet zich een voorstelling kunnen maken van bijvoorbeeld een voorwerp dat niet aanwezig is • een kind moet in staat zijn objecten te herkennen voordat een kind voor werpen gaat benoemen6
14
Meertaligheid
De culturele achtergrond van thuis en de meertaligheid heeft invloed op het verloop van de taalontwikkeling van het kind. Wordt er veel of wordt er juist weinig gesproken in het gezin? Wordt er alleen in de moedertaal gesproken of wordt er zowel in de eigen thuistaal als in het Nederlands gesproken? De ontwikkeling van een goede moedertaal staat en valt met dat het jonge kind veel goede en gevarieerde taal in zijn directe omgeving krijgt aangeboden. Dus goed gevormde zinnen en woorden die duidelijk worden uitgesproken. Wanneer de ontwikkeling in de eerste taal, de moedertaal, niet goed verloopt zal het leren van een tweede taal moeilijker gaan. Het kind kent de woorden, zinnen en taalregels nog onvoldoende in de moedertaal en kan deze daarom in de tweede taal niet goed toepassen. Een goede basis in de thuistaal is belangrijk voor het aanleren van het Nederlands.7 Een positieve houding over meertaligheid helpt meertalige kinderen bij een positief ik-beeld. Een nieuwe taal leert een kind makkelijker als er met res pect en begrip over de thuistaal wordt gesproken. Meerdere talen aanbieden hoeft geen probleem te zijn.Voor een goede taalontwikkeling van het kind is het beter dat zowel vader als moeder de taal met het kind spreken die ze zelf voldoende beheersen; welke taal dit ook is. De taal waarin men zichzelf het beste weet uit te drukken. We noemen dit de moedertaal, de taal van het hart, de taal waarin men denkt en droomt. Er zijn twee vormen van meertaligheid. De simultane meertaligheid en de successieve meertaligheid. • S imultane meertaligheid betekent dat het kind twee of meer talen tegelijkertijd leert vanaf de geboorte. Belangrijk is dat de talen op een goede manier worden aangeboden; goed gevormde zinnen, goed uit gesproken woorden en het kind moet de taal vaak horen. • B ij successieve meertaligheid leert het kind vanaf de geboorte eerst één taal en op het moment dat het naar bijvoorbeeld de peuterspeelzaal gaat leert het een tweede taal. Het ontwikkelingsproces van de eerste taal, de moedertaal, verloopt hetzelfde als die van kinderen die eentalig worden opgevoed. De tweede taal, die het kind leert op het moment dat het de peuterspeelzaal bezoekt, verloopt gedeeltelijk anders. Het kind doorloopt
16
in de tweede taal geen brabbelfase, maar spreekt vanaf het begin in één of meer-woordzinnen. Bovendien past het kind de kennis van de eerste taal toe in de tweede taal. Veel kinderen die het Nederlands op latere leeftijd als tweede taal leren zwijgen in het begin als ze met het Nederlands in aanraking komen. Dit wordt de stille periode genoemd. De ontwikkeling staat dan niet stil, maar de kinderen nemen de taal in zich op. Ze wennen aan de klanken, gaan woorden herkennen en beginnen het Nederlands steeds beter te begrijpen.8
Taalstimulering
De taalontwikkeling van kinderen kan op verschillende manieren worden gestimuleerd.Van natura is het kind nieuwsgierig en leergierig en leert het meeste van wat hij rondom zich hoort en ziet. Daarnaast leert het kind van hoe er op hem wordt gereageerd. Spelenderwijs door de objecten rondom te benoemen, door plaatjes te bekijken, door liedjes te zingen, door te bewegen en dit te benoemen, door kieke-boe spelletjes te spelen, door emo ties te benoemen, spelen met andere kinderen, samen kinderprogramma’s bekijken. Dit ‘spelend leren’ helpt allemaal bij de taalontwikkeling van het kind. Bij wat oudere kleuters wordt taalaanbod aangepast aan het taalniveau en kunnen woordspelletjes worden gespeeld. Zoals woorden bedenken met een bepaalde beginletter, rijmwoorden, opsommingen van dieren, voor werpen of dingen om te doen. De mogelijkheden zijn eindeloos.
De leefwereld
Belangrijk is om ook kennis te hebben van de leefwereld van de deelnemers. Onder de leefwereld vallen de etnische, sociale en culturele achtergronden van de deelnemers. Het gaat hierbij om de etnische achtergrond waar toe de deelnemer behoort, bijvoorbeeld Marokanen, Turken, Polen, Senegalezen, et cetera. De maatschappelijke groepering waaruit de deelnemer komt, bijvoorbeeld arbeiders of artsen. Een combinatie van aanleg én omgevings factoren, die elkaar wederzijds beïnvloeden, zijn belangrijk voor de leer prestaties van kinderen. De leefwereld van de deelnemers is medebepalend voor het taalaanbod in het gezin.
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 17
De belevingswereld
De manier waarop een kind de wereld beleeft, heet de belevingswereld. Dit is afhankelijk van zijn ontwikkelingsleeftijd. Een kleuter kijkt anders tegen de wereld aan dan een kind van twaalf. Vierjarigen hebben vaak veel vertrouwen in ouders en verzorgers en leven in een vrij beperkte en relatief veilige leefomgeving. Dat geeft hun het vertrouwen om spelend en ontdekkend te leren. Ze zijn nog erg gevoelig voor prikkels van buitenaf en hebben veel fantasie. Ze willen graag alles zelf ontdekken en gebruik daarbij al hun zintuigen. Ze zijn niet erg taakgericht ingesteld, maar willen gelijk resultaat. Zij zijn nog wel erg egocentrisch ingesteld. Bij het spelen is het rollenspel favoriet.Vaak spelen ze rollen die in hun directe omgeving voorkomen. Bij vijf- tot achtjarigen breidt de ervaringswereld zich uit en komt er meer orde en structuur in. Zij kunnen fantasie en werkelijkheid goed scheiden. Ze verkennen de wereld door vragen te stellen, waarbij achtjarigen meer naar oorzaken vragen dan vijfjarigen.9 Bij gezinstaalcoaching is het belangrijk om de dagelijkse leefwereld van het kind ook te gebruiken om de belevingswereld van het kind te verruimen en te verrijken. Spelend en ontdekkend leren wordt gestimuleerd middels allerlei gemakkelijke, laagdrempelige en toegankelijke oefeningen.
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 19
Shirley Levant verzorgt zowel de oudercursus Gezinstaalcoaching als het taalcoachingsdeel aan de kinderen. Shirley heeft zelf een pedagogische achtergrond en heeft veel werkervaring opgedaan tijdens haar werk bij peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en buitenschoolse opvang. Daarnaast heeft ze als medewerker van Stichting de Meeuw observaties van ‘zorg-kinderen’ verricht bij kinderdagverblijven. Sinds enige tijd werkt Shirley als gezinstaalcoaching vrijwilliger voor Stichting LOV. “De groep die ik coach is een leuke en enthousiaste groep. Het leuke is dat de deelnemers elkaar volop ondersteunen tijdens de ouder cursus door allerlei voorbeelden uit hun eigen leefwereld en belevings wereld van de kinderen te benoemen. Tijdens de start van de oudercursus behandelde ik de theorie van taalverwerving, taal activering en taalstimulering. Al snel merkte ik dat de deelnemers vooral
praktische voorbeelden willen hebben! We zijn met het thema lente aan de slag gegaan. Nu start ik de lessen met een klein stukje theorie om daarna gezamenlijk aan de slag te gaan met praktische voorbeelden zoals het zaaien van plantjes. Dit is dan een mooi gespreksonderwerp voor ouder en kind vanaf het begin van het zaaien tot en met het groeien van de plantjes. De meeste deelnemers
willen vooral hulp bij het aan de slag gaan met hun kinderen en hoe zij ondersteuning kunnen bieden bij het vergroten van de woordenschat van hun kind(eren). Ik laat zien dat je met hele simpele middelen die je thuis hebt al hele leuke spelletjes kan maken. Een vormen-kleurenspel, een memoryspel, spullen gewoon spelenderwijs naar leuke activiteiten vertalen. Ook het taalcoachingsdeel met de kinderen is boeiend. Eerst zijn ze even een beetje bang maar na een paar keer komen ze helemaal los. In het begin heb ik aandacht voor hun uitspraak: spreken ze duidelijk of ondui delijk. Wat zeggen ze zelf? Welke woorden gebruiken ze? Ver volgens gaan we ook spelen derwijs aan de slag met lezen, puzzelen, spelletjes om zo de taalverwerving te activeren en goed taalaanbod te geven met de juiste uitspraak.”
Veel kinderen van etnisch-culturele minderheden verlaten het kleuteronder wijs met een taalachterstand. Het project Gezinstaalcoaching wil deze vroege taal- en leerachterstand van kleuters voorkomen door de ouders te tonen hoe ze zowel in hun eigen thuistaal als in de Nederlandse taal de kinderen kunnen ondersteunen. Het project is speciaal voor gezinnen, waarvan zowel de ouders als de kinderen, tussen 2 en 6 jaar, nog niet goed de Nederlandse taal beheersen. Gezinstaalcoaching bestaat uit een oudercursus en een taalcoachingsdeel aan zowel de kinderen als de ouders en is gericht op de taalactivering van gezinnen. De ouders leren hoe zij de taalontwikkeling van hun kind kunnen stimuleren en verbeteren, gelijktijdig wordt het taalniveau van de ouders verbeterd. De ouders doen kennis en ervaring op om hun kind(eren) thuis blijvend te ondersteunen bij hun (taal)ontwikkeling. In groepsverband krijgen de ouders gedurende drie maanden een inter actieve gezinstaalcoaching-oudercursus. Allerlei thema’s rondom taal activering, taalverwerving en taalstimulering bij jonge kinderen worden behandeld.Vooral het plezier om met jonge kinderen en taal aan de slag te gaan staat centraal. Daarna wordt drie maanden lang taalcoaching op maat
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 23
aan de ouders én de kinderen gegeven. Er wordt gekeken wat het gezin precies nodig heeft. Zowel ouders als kinderen leren beter Nederlands te spreken, met anderen, maar vooral ook met elkaar. Hoofddoel is een taal- en leerachterstand bij peuters en kleuters preventief te voorkomen zodat zij beter aansluiting vinden op het bestaande schoolaanbod. Spelenderwijs leren ouders wat ‘spelend leren’ is. Ook wordt door communicatie en interactie tussen ouders en kind de eigen kracht van het gezin versterkt.
Gezinstaalcoaching Oudercursus
De deelnemers starten met de oudercursus van 10 lessen. De oudercursus word gegeven door vrijwilligers van het LOV. De lessen aan de ouders vinden wekelijks plaats op school en duren ieder 2 uur. Tijdens de lessen wordt aandacht besteed aan taalactivering, taalverwerving en taalstimulering bij jonge kinderen. De leefwereld, belevingswereld en de meertaligheid van de deel nemers maken een integraal onderdeel uit van de lessen. De ouders krijgen handvatten aangereikt om hun kind(eren) te ondersteunen om s pelenderwijs en op een ontdekkende manier taal te verwerven. De vrijwilligers worden begeleid en ondersteund door een praktijkcoach van het LOV. Oudercursus aandacht voor: • ‘Spelenderwijs leren’ • Eigen taal en tweede taal Nederlands • Taalactivering • Taalverwerving van de kinderen • Goed taalaanbod • Taalstimulering • Uitwisseling ervaringen
Taalcoaching
Na de oudercursus start het taalcoachingsdeel aan de kinderen én de ouders samen. Gedurende drie maanden krijgen de deelnemers taalcoaching van tweedejaars logopediestudenten van de Hoge School Rotterdam en Omstreken. De studenten werken hierbij volgens een vaste opbouw. Tijdens de kennismaking probeert de student een duidelijk beeld te krijgen van de
24
talige ontwikkeling van het kind én de talige mogelijkheden van de ouders. Daarnaast wordt gekeken naar de hulpvraag vanuit de ouder en het kind.Ver volgens start de student het onderzoek dat gericht is op het in kaart brengen van het talige niveau van het kind en de uitspraak indien nodig. Het onder zoek omvat het taalbegrip, het kunnen bedenken van Nederlandse zinnen en woorden en de manier waarop een kind de klanken van het Nederlands uitspreekt. Daarna worden de resultaten besproken met de ouder van het kind en wordt een coachingsplan opgesteld. Belangrijk hierbij is dat de ouder en student samenwerken. Het gaat immers niet alleen om het verbeteren van de taalvaardigheid van het kind maar ook om het geven van handvatten aan de ouder zodat deze zelf de taalvaardigheid van het kind kan stimuleren. Daarom is het ook van belang dat de ouder aanwezig is. Tijdens de coachingsessies oefenen de studenten met de kinderen. De studenten laten aan de ouders zien wat ze doen, leggen uit waarom ze het doen en laten de ouder meedoen. Zo kan de ouder thuis ook oefenen en begrijpt hij of zij het doel van de oefe ningen. Deze oefeningen zijn vaak in de vorm van taalspelletjes. Ook wordt er gesproken over het taalaanbod thuis. Hoe kan je als anderstalige of meertalige ouder het kind stimuleren in taalverwerving? Waar vind je middelen om de Nederlandse taal te stimuleren? De studenten worden begeleid, daar waar nodig, door de vrijwilligers en de praktijkcoach van het LOV. Taalcoaching aan kind én ouder aandacht voor: • Stimulerende taalspelletjes • Spelenderwijs leren • Observatie communicatievaardigheden kind • Interactie en communicatie met kind en ouder • Woordenschat en uitspraak
Coaching en begeleiding
De coaching en begeleiding wordt uitgevoerd door speciaal voor dit project getrainde vrijwilligers én tweedejaars studenten logopedie van de Hoge school Rotterdam. De vrijwilligers en studenten worden daarnaast door een professionele praktijkcoach van het LOV begeleidt.
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 25
Het taalcoachingsdeel kan ook worden ingevuld door vrijwilligers die een logopedie, pedagogiek, onderwijs of een andere taalverwervingsgerichte achtergrond hebben. Het LOV heeft inmiddels ook goede ervaringen met vrijwilligers met andere achtergronden dan de logopedie-opleiding. Dit betekent dat het begrip ‘student’ in deze methodiekbeschrijving ook ver vangen kan worden door ‘vrijwilliger voor het taalcoachingsdeel’. Tips voor de vrijwillige gezinstaalcoaches: • Kies voor woorden die frequent zijn en die men vaak kan gebruiken • Praat duidelijk en zonder fouten, maar niet kinderachtig • Sluit aan bij de leefwereld/belangstelling van de deelnemer • Geef feedback door de zin in de correcte vorm te herhalen • Geef positieve feedback op resultaten • Zorg voor een veilige sfeer • Dwing niet tot productie (spreken/schrijven) • Gebruik non-verbale hulpmiddelen ter ondersteuning van de instructie • Vermijd abstract taalgebruik, zoals spreekwoorden, gezegden en uitdruk kingen • Heb een open houding: (culturele) misverstanden hinderen niet, sta er voor open • Herhaal de vorige les. Door herhaling wordt meer onthouden • Zorg dat deelnemers een eigen inbreng hebben (inter-actief) • Zorg voor gevarieerde werkvormen tijdens de les • Zorg dat deelnemers begrijpen dat fouten maken bij het leren hoort
Opbouw
consulenten, maatschappelijk werk, en mond tot mond reclame. Het LOV heeft goede en nauwe banden met diverse partners in de wijk en in de stad. Na aanmelding van de deelnemer volgt een uitvoerige intake door de praktijkcoach, op school of bij de deelnemer thuis om de deelname zo laag drempelig mogelijk te houden. Tijdens de intake wordt de zelfredzaamheid, motivatie voor de deelname besproken en een eerste inschatting gemaakt van het talige niveau van het gezin. Werving vrijwilligers
Vrijwilligers worden op verschillende manieren geworven. Sommige melden zich zelf aan via de website, telefoon of tijdens vrijwilligersmarkten. Andere reageren op specifieke oproepen voor vrijwilligers in Huis aan Huis bladen, via via, vactures Vrijwilligers Werk Rotterdam of rechtstreekse benadering door het LOV. Profielschets vrijwilliger, zowel voor oudercursus als taalcoachingsdeel: • Goed Nederlands spreken • Duidelijke uitspraak hebben • Ervaring hebben met het coachen van groepen • Affiniteit hebben met studenten en kinderen • Affiniteit hebben met de doelgroep (migranten) • Gedurende project 3 uur per week beschikbaar zijn voor de oudercursus lessen. Daarna nog 1 uur per week ter ondersteuning van de logopediestu dente (of vrijwilliger taalcoachingsdeel) en ouders • Ervaring met logopedie en taalverwerving is een pré • Contactvaardig om contacten te onderhouden met ouders, studenten, school, leerkrachten, leidsters, locatie en praktijkcoach LOV
De opbouw van de gezinstaalcoachingtrajecten ziet er alsvolgt uit: Werving deelnemers
Veel doorverwijzende instanties en individuele migranten weten het LOV te vinden dankzij diverse wervingsactiviteiten en door de naamsbekendheid via mediacontacten, voorlichtingsactiviteiten, advertenties in huis-aan-huisbladen en wervingsmateriaal. De werving van de deelnemers voor gezins taalcoaching verloopt via scholen, voor- en vroegschoolse educatie (VVE’s), peuterspeelzalen, opvoedwinkel, Centrum voor Jeugd en Gezin, ouder
26
De vrijwilligers volgen een drietal trainingen bij het LOV voor ze van start gaan met gezinstaalcoaching. De eerste training betreft het ‘Vrijwilligerswerk bij het LOV’. De vrijwilligers ontvangen informatie over het leren van de taal, omgaan met cultuurverschillen, omgaan met de doelgroep, grenzen aan vrijwilligerswerk en praktische informatie over het LOV. De tweede training betreft ‘Gebruik van Lesmateriaal’. Daarna volgt nog een additionele deskundigheidsbevordering van één dagdeel die specifiek bedoeld is voor de gezinstaalcoachingsvrijwilligers.
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 27
De inzet van vrijwilligers samen met de logopediestudenten (of vrijwilliger voor taalcoachingsdeel) is een van de belangrijkste aspecten binnen dit project. De laagdrempelige en persoonlijke vorm van begeleiding op maat brengt, onder de professionele begeleiding van de praktijkcoach, vele voor delen met zich mee: • De laagdrempelige methode zorgt dat moeilijk bereikbare en kwetsbare migranten op een informele manier kunnen worden bereikt • Door persoonlijk contact tussen de deelnemer, vrijwilliger en student kan de eventuele hulpvraag achter de vraag worden herkend en erkend • Door te werken in kleine groepen kan de vrijwilliger en student direct inspelen op een situatie van verminderde motivatie van de deelnemer • De deelnemer kan onzekerheden en moeilijkheden die zich voordoen bij de staalstimulering, taalverwerving en taalactivering meteen met de vrij williger en student bespreken
Voorwaarden voor een optimale inzet van de vrijwilligers en studenten: • Een goede selectie van vrijwilligers en studenten waarbij gelet wordt op motivatie, flexibiliteit, ervaring, inlevingsvermogen en beschikbaarheid • Professionele ondersteuning van de praktijkcoach bij vragen en moeilijk heden • Aanbieden van deskundigheidsbevorderingstraining Gezinstaalcoaching aan vrijwilligers en studenten • De mogelijkheid tot uitwisselen van ervaringen en ideeën met andere vrijwilligers en studenten bij intervisiebijeenkomsten • Heldere voorlichting aan deelnemers geven over vervolg mogelijkheden
Werving studenten
De werving van de tweedejaars Logopediestudenten Hogeschool Rotterdam en Omstreken verloopt via de stagecoördinator van de hogeschool. Door het LOV zijn afspraken gemaakt met de stagecoördinator over het aantal studenten dat jaarlijks geplaatst kan worden binnen het project Gezinstaal coaching, welke kennis en vaardigheden zij in ieder geval in huis moeten hebben en waaraan hun stage moet voldoen.
28
Optie: Werving vrijwilligers voor taalcoachingsdeel
Nazorg
Ook kunnen vrijwilligers voor het taalcoachingsdeel worden geworven. De voorkeur gaat uit naar vrijwilligers met een logopedie, pedagogiek, onderwijs of een andere taalverwervingsgerichte achtergrond.
Na afsluiting van het traject wordt nog enige tijd contact onderhouden met het gezin om te volgen of de doorstroom goed verloopt en het geleerde beklijft.
Oudercursus
De vrijwilligers worden gekoppeld aan een groep deelnemers, de ouder cursus kan nu starten. De groepen bestaan meestal uit 6 tot 8 deelnemers. Gezinstaalcoaching begint met een oudercursus van 10 lessen. Per les krijgt de ouder handreikingen voor de bevordering van de taalstimulering en – activering van het gezin in het algemeen en het kind in het bijzonder. De volgende onderwerpen komen onder andere aanbod: • Spraaktaalontwikkeling • Taalstimulatie en ‘spelenderwijs leren’ • Workshop door VoorleesExpress of studenten • Woordenschatuitbreiding • Taalaanbod • Interactief voorlezen Taalcoaching
Na de oudercursus start de taalcoaching door de logopediestudenten (of taalcoachingsvrijwilligers). Het kind en de ouders worden gedurende een periode van 3 maanden 1 tot 1,5 uur per week begeleid door twee logopediestudenten (vrijwilligers) die op maat taalcoaching aan kind en ouders geven. Afsluiting en doorstroom
Het LOV heeft een schakelfunctie. Graag ziet het LOV dat deelnemers doorstromen naar andere taal- of participatietrajecten in een Nederlands talige omgeving, zoals een cursus of sociale activiteit. De kinderen worden zoveel mogelijk toegeleid naar de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Dit gebeurt door de ouders te motiveren, voorlichting te geven en mee te helpen om drempels weg te nemen.Verder worden de ouders meer betrokken bij peuterspeelzaal of school van hun kind. Ze worden zich bewust van de taalontwikkeling van hun kind en weten hoe ze hiermee kunnen omgaan.
30
Gebruikte lesmethodieken/lesmaterialen
• M ethodiek voor taalcoaching volwassenen thuis: Thuis in Taal en Spreektaal • Methodiek voor versterken taalaanbod: onder ander uit FotoTaal (CEDgroep) Spraak Makend (CED), LOV materiaal Taalstimulering • Methodiek voor de kinderen: De gebruikelijke logopedische methodieken voor peuters en kleuters (FIT en TenT), lesmethodes van school of peuterspeelzaal onder andere Puk & Ko, Ik & Ko, Schatkist en Tolk Het project Gezinstaalcoaching heeft overeenkomsten met programma’s van de Voor- en Vroegschoolse Educatie.
Wilt u in uw eigen organisatie ook starten met gezinstaalcoaching? Hieronder vindt u een eenvoudig stappenplan.
Gezinstaalcoaching – aan de slag in uw eigen organisatie
Ter voorbereiding op een goede start is het verstandig eerst een projectplan Gezinstaalcoaching op hoofdlijnen uit te werken. In dit projectplan komen onder ander de volgende onderwerpen aan de orde: • Projectleider Gezinstaalcoaching • Doelstelling project Gezinstaalcoaching • Doelgroepen • Werving en selectie deelnemers • Werving en selectie vrijwilligers • Begeleiden en behouden van vrijwilligers • Werving logopedie-studenten (of vrijwilligers voor taalcoachingsdeel) • Werving deelnemers • Communicatie-instrumenten
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 35
• Samenwerkende partijen • Opbouw project (met hierin helder rol vrijwilligers, logopedie studenten (of vrijwilliger), deelnemers in beschreven) • Uitrol project • Beoogde resultaten, evaluatie en vervolg • Budgetdekking en mogelijke financiers
Toelichting projectplan
Benoem een projectleider Gezinstaalcoaching
Wie gaat de kar trekken binnen uw eigen organisatie voor de opbouw, uitvoering en afronding van het project Gezinstaalcoaching? Benoem een projectleider Gezinstaalcoaching die het projectplan verder op maat voor uw organisatie uitwerkt, de uitvoering en afronding begeleidt en aanstuurt. Doelstelling project Gezinstaalcoaching
Formuleer een heldere doelstelling voor het project. Gezinstaalcoaching leert ouders hoe zij de taalontwikkeling van hun kind kunnen stimuleren, verbetert het taalniveau van ouder en kind en helpt de taalachterstand bij jonge kinderen tegen te gaan. Doelgroepen
• G ezinnen met kinderen in de leeftijd 2 – 6 jaar. Zowel autochtoon als allochtoon • Vrijwilligers met grote affiniteit voor taalstimulering binnen gezinssituaties • Logopediestudenten en / of vrijwilligers met een logopedie, pedagogiek, onderwijs of taalverwervingsgerichte achtergrond Werving en selectie deelnemers
Deelnemers worden geworven via Centra voor Jeugd en Gezin, scholen, peuterspeelzalen,VVE’s, maatschappelijk werk, buurthuizen en overige door verwijzende instanties. Deelnemers zijn ouders of verzorgers van kinderen in de leeftijd van 2- 6 jaar met een taalachterstand. Maak heldere en con crete afspraken over de deelname aan het project Gezinstaalcoaching, zoals aanwezigheid tijdens de lessen en het taalcoachingsdeel, wederzijdse ver wachtingen, waar en wanneer de lessen plaatsvinden.
36
Werving en selectie vrijwilligers
Vrijwilligers met een grote affiniteit met taalontwikkeling en taalstimulering binnen een gezin met jonge kinderen zijn een pré. Daarnaast is het belang rijk te weten waar en hoe vrijwilligers voor dit project kunnen worden geworven en welke selectiecriteria belangrijk zijn. Denk hierbij aan bepaalde competenties en ook beschikbaarheid qua tijd. De vrijwilligers moeten in ieder geval voor de duur van het project tijd beschikbaar hebben om zich voor het project in te kunnen zetten. Ook is het belangrijk om bij de wer ving en selectie aandacht te besteden aan de ‘grenzen’ van het vrijwilligers werk; wat is onderdeel van het vrijwilligerswerk en wat niet meer? Sluit hier een vrijwilligerscontract voor af. Begeleiden en behouden vrijwilligers
In de dagelijkse praktijk van vrijwilligersorganisaties is het belangrijk om de vrijwilligers, daar waar nodig is, begeleiding en ondersteuning te bieden vanuit uw professionele- of vrijwilligersorganisatie. Denk hierbij aan de volgende aspecten: • Zorg voor een goede introductie in uw organisatie • Maak heldere en concrete afspraken over het takenpakket van de vrijwilliger, de verwachtingen ten aanzien van de deelnemers en de verwachtingen van de vrijwilliger met betrekking tot de ondersteuning vanuit uw organisatie • Bespreek of onkostenvergoeding van toepassing is voor de vrijwilligers. Zo ja, waarvoor en onder welke voorwaarden • Bied een vrijwilligerscontract voor de duur van het project • Bied deskundigheidsbevordering in het algemeen over uw organisatie en in het bijzonder over het project Gezinstaalcoaching. Dit tijdens een aantal trainingsmodules worden aangeboden. Het LOV kan hierbij ondersteuning bieden • Geef goede begeleiding, zorg voor intervisie en wees bereikbaar voor vragen • Zorg voor een evaluatie na afloop van het project en bespreek gezamenlijk doorgroeimogelijkheden en/ of inzet op nieuwe trajecten
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 37
Werving logopedie studenten (of vrijwilligers voor taalcoachingsdeel met eventueel logopedie of peda gogiek achtergrond)
Bij het LOV worden studenten van de Hogeschool Rotterdam en Omstreken ingezet voor het taalcoachingsdeel. Wellicht is er een soortgelijke opleiding bij u in de buurt, dan wel kan uw organisatie gebruik maken van logopediestudenten die een stage willen lopen. Ook kunnen vrijwilligers met een logopedie- of pedagogiekachtergrond (afgestudeerde logopedisten, peda gogen) of taalverwervingsgerichte achtergrond ingezet worden. Ook hier is belangrijk om duidelijke afspraken te maken met betrekking tot beschikbaar heid en inzet van de vrijwilligers. Communicatie-instrumenten
• F lyers gezinstaalcoaching voor informeren van vrijwilligers, deelnemers, studenten, ouderconsulenten VVE-scholen, kinderdagverblijven, CJG’s, buurthuizen, huisartsen, overige doorverwijzers • Websitetekst gezinstaalcoaching op eigen site • Advertenties of advertorials in plaatselijke bladen, huis aan huis bladen • Informatiebijeenkomsten op scholen, in wijkcentra of bij andere door verwijzers; • Lesmateriaal oudercursus (beschikbaar via LOV) • Lesmateriaal taalcoaching deel kinderen en ouders • Overige Samenwerkende partijen
Met welke partijen kunt u samenwerken om het project tot een succes te maken? Dit kunnen scholen, buurthuizen, opleidingen, consultatiebureaus (Centra voor Jeugd en Gezin), peuterspeelzalen of anderszins zijn. Opbouw project
In groepsverband krijgen de ouders een interactieve cursus van drie maanden aangeboden over allerlei thema’s rondom taal en taalstimulering bij jonge kinderen. Deze cursus wordt verzorgd door speciaal hiervoor getrainde vrijwilligers. De oudercursus bestaat uit 10 lessen waarin aandacht wordt besteed aan de begrippen taalverwerving, taalstimulering en taal activering. De lessen vinden 1 keer per week gedurende 2 uur plaats. Daarna krijgt het kind (samen met zijn/haar ouders/ verzorgers) drie maanden lang
38
taalcoaching en begeleiding van studenten van de opleiding Logopedie voor 1 keer per week gedurende 1,5 uur. In deze unieke werkwijze worden begeleiding van ouder en kind dus geïntegreerd. Door de taalontwikkeling Nederlands op jonge leeftijd te stimuleren wordt voorkomen dat een kind met een taalachterstand op school komt. Ook wordt door de communicatie en interactie tussen ouders en kind de eigen kracht van het gezin versterkt. Rol vrijwilliger, student en deelnemer
De vrijwilliger geeft in groepsverband voor een periode van 3 maanden 2 uur per week les aan de ouders. Deze lessen kunnen op school of in een buurthuis plaatsvinden. Allerlei thema’s rondom taal en taalstimulering bij jonge kinderen komen aanbod. Het LOV beschikt over een ‘Beschrijving Oudercursus Gezinstaalcoaching’ waarin het lesmateriaal beschreven wordt. Vervolgens krijgt het kind en de ouders voor een periode van 3 maanden 1,5 uur taalcoaching van een logopediestudent (of vrijwilliger voor taal coachingsdeel). Van de deelnemers wordt verwacht dat zij aanwezig zijn tijdens de groeps lessen in de eerste drie maanden en bij voorkeur ook tijdens de taalcoaching in de daaropvolgende 3 maanden. Bij dreigende uitval is het altijd goed om door de vrijwilliger of de student contact op te laten nemen.Vaak helpt direct contact om uitval te voorkomen. De rol van de vrijwilliger en student omvat dan ook de verantwoordelijkheid om met de deelnemers contact op te nemen bij afwezigheid zonder melding. Uitrol project
Zodra er voldoende deelnemers gekoppeld zijn met één of meerdere vrijwilligers en de logopediestudenten kan de planning van cursusdata en locaties klaargemaakt worden. Dit is mede afhankelijk van de beschikbaarheid van cursuslocaties, beschikbaarheid van de vrijwilligers, studenten en deel nemers, schoolvakanties en overige planningscriteria die van toepassing zijn. Zorg ervoor dat alle cursusdata en locaties op tijd met alle deelnemers en vrijwilligers worden gedeeld. Informeer indien van toepassing ook de scholen wanneer het kind de taalcoachingslessen heeft en dus niet aanwezig zal zijn in de les,VVE of peuterspeelzaal. Stel een naam, adres, telefoonnummer en eventueel e-mailgegevenslijst samen met daarop alle gegevens van de
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 39
vrijwilligers, studenten (of vrijwilligers taalcoachingsdeel) en deelnemers. Probeer vroegtijdige uitval te voorkomen door de vrijwilligers contact op te laten nemen met de deelnemers bij een niet-gemelde afwezigheid. Beoogde resultaten, evaluatie en vervolg
Welke resultaten hoopt uw organisatie in ieder geval met het project Gezinstaalcoaching te bereiken? Beschrijf dit bij de aanvang van het project en plan een evaluatie aan het einde van het project. Hebben de inspanningen dat opgeleverd wat u voor ogen had? Zo ja, wat zijn de successen? Zo nee, wat kan worden verbeterd en aangepast? Wat is het vervolg? Projectplandekking en financiers
Een project Gezinstaalcoaching opstarten is ondanks het gebruik van veel vrijwilligers niet gratis. Denk aan kosten die gemaakt moeten worden voor: • Kosten professionals • Vrijwilligersonkostenvergoeding • Drukwerk • Reiskosten en telefoonkosten • Locaties en eventueel koffie en thee • Administratiekosten • Huisvesting en bureaukosten Bepaal bij aanvang van het projectplan wat de omvang van het project mag zijn tegen welke kosten. Wellicht start u met een pilot en een beperkt aantal trajecten. Om financiering aan te trekken van externe fondsen en, of gemeentelijke financiering heeft u een goed projectplan nodig met een trans parant dekkingsvoorstel waarvoor de financiering wordt aangevraagd.
40
Trajectplanning Fase 1: Opstarten nieuwe trajecten gezinstaalcoaching: • Werving deelnemers • Individuele intakegesprekken met deelnemers • Werving vrijwilligersgroep • Werving studenten / vrijwilligers logopedie • Individuele selectiegesprekken met vrijwilligers, studenten en vrijwilligers logopedie • Training vrijwilligersgroep • 1x basistraining interculturele communicatie/ eigen organisatie • 1x dagdeel taalles aan ouders/migranten • 1 x dagdeel Gezinstaalcoaching • Koppelingsgesprek vrijwilliger / student en groep
Fase 2: Coaching en evaluatie trajecten • Begeleiding van ieder groepstraject door de projectleider (vanuit uw eigen organisatie) • Intervisie 1x een dagdeel voor vrijwilligersgroep • Oudercursus afsluiten en overdracht aan studenten/ vrijwilligers logopedie • Begeleiding van logopedie-coachingsdeel aan de kinderen en ouders
Fase 3: Afsluiting en evaluatie: • Slotbijeenkomst en certificatenuitreiking • Evaluatie en aanbevelingen • Vervolg?
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 41
Chinyere Obihara komt uit Nigeria en heeft twee dochters van bijna 4 en 2,5 jaar. “Als leerdoel heb ik het vergroten van de woordenschat van mijn kinderen. Mijn oudste kon bijvoorbeeld niet goed de verschillende kleuren benoemen. Bij de oudercursus hebben we een spel gemaakt met vormen en kleuren dat we nu met onze kinderen spelen. Dit heeft heel goed geholpen bij zowel de woordenschat als kleurenkennis. Ook heb ik zelf geleerd veel meer open vragen te stellen. Ik merk dat mijn oudste nu zelf ook vragen stelt: Mama wat is dit? Mama wat is dat?”
Onderzoek wijst uit dat de taalontwikkeling van kinderen voor het grootste gedeelte in de eerste levensjaren plaatsvindt (van 0 tot 6 jaar). Ouders en de naaste omgeving spelen bij deze taalontwikkeling een belangrijke rol. In de dagelijkse praktijk blijkt dat kinderen in migrantengezinnen vaak al op een jonge leeftijd een taalachterstand oplopen door de beperkte taalstimulering in het gezin. Deze doelgroep van migrantengezinnen weet vaak niet goed op welke manier zij hun kinderen thuis kunnen stimuleren in de taalontwikkeling en worstelen vaak met de problematiek van twee-taligheid. Ondersteuning op het gebied van gezinstaalcoaching kan (migranten) gezinnen helpen om het taalaanbod aan hun kinderen te verbeteren om zo te voor komen dat de kinderen een taalachterstand oplopen.Voorlezen, rollen-spelen, zelf verhalen vertellen, kortom spelenderwijs leren, zijn belangrijke manieren om de taalontwikkeling van kinderen te stimuleren.Veel en divers taalaanbod van de omgeving heeft een gunstig effect op de taalverwerving.10 Opgroeien met meer dan één taal hoeft geen probleem te zijn. Echter het is dan wel belangrijk dat er sprake is van goed taalaanbod in de beide of meer dere talen binnen het gezin.11 Gezinstaalcoaching van het LOV kan hierbij de gezinnen ondersteunen om zo de Nederlandse taalvaardigheid te versterken.
І
Methodiekbeschrijving gezinstaalcoaching 45
Gezinstaalcoaching draagt bij aan de interactie tussen ouder en kind, taal stimulatie en spraak- taalontwikkeling.12 Tevens wordt een bewustwording ten aanzien van het belang van taalontwikkeling op gang gebracht bij de ouders. De ervaringen met Gezinstaalcoaching leveren de volgende aanbevelingen op: • Verleng de looptijd van het project tot 1 jaar • Bepaal vooraf het taalniveau van de ouders, deel deze op taalniveau in • Bied individuele taalcoaching aan op school, ook met het oog op ouder betrokkenheid en participatie • Stimuleren motivatie ouders erg belangrijk om uitval te voorkomen • Maak duidelijke afspraken over functie-eisen, taakomschrijving en planning • Plan evaluatiemomenten in met zowel vrijwilligers, studenten als de deelnemers • Maak heldere rapportage van project voor voortschrijdend inzicht Heel veel succes met Gezinstaalcoaching!
46
Naima Darnoun is afkomstig uit Marokko en heeft een dochter van 3 jaar. “Ik wil graag leren hoe ik op een speelse manier met mijn kind kan lezen en de taal stimuleren. Door gezinstaalcoaching ben ik me veel bewuster geworden van wat ik mijn kind elke dag leer. Mijn dochter sprak eerst alleen maar losse woorden, nu leer ik haar zinnen te maken. Ik babbel veel meer met haar, ik lees veel meer met haar én ik ben me veel bewuster van de dingen die we samen doen. Dus ik geef het ook meer tijd en ik geef mijn kind meer bewuste tijd! Zij kan zich nu veel beter uitdrukken en is daardoor veel minder boos en schreeuwt minder. Dat is heel fijn!”
• h ttp://www.ggdrotterdamrijnmond.nl/huiselijk-geweld/meldcode.html • http://www.moetd.nl/ • http://mens-en-samenleving.infonu.nl/pedagogiek/26071-motorischeontwikkeling-signalen-ontwikkelingsproblemen.html http://wij-leren.nl/ ontwikkelingspsychologie-1.php http://link.springer.com/article/10.1007/ BF03085444#page-2 http://kindentaal.logopedie.nl/site/taalverwerving • http://wij-leren.nl/leerlingen-leren-kennen.php
Interviews Literatuur
• T aalcoaching: meer dan taal alleen. Een waarderingsonderzoek van het project Taalcoach voor inburgeraars. – Samenvatting – Regioplan Beleids onderzoek april 2011 • Taalcoaching: meer dan taal alleen. Een waarderingsonderzoek van het project Taalcoach voor inburgeraars. –Eindrapport – Regioplan Beleids onderzoek april 2011 • Samenvatting Taalbegeleiding – Verwey Jonker Instituut, in samenwerking met Gilde SamenSpraak en Stichting LNT • Het fundament van Triple P – Theoretische onderbouwing en onderzoek – Paula Speetjes, Ireen de Graaf, Geraldien Blokland • De taalontwikkeling van het kind – A.M. Schaerlaekens (2008) Groningen, Wolters-Noordhof • Spraak- en Taalproblemen bij kinderen – M. Welle-Donker (2001) Groningen,Van Gorcum • Succes voor migrantengezinnen begint met taal - Khadija Bouda, afstudeerscriptie Hogeschool Inholland Rotterdam, januari 2012
Websites • • • •
50
http://www.stichtinglov.nl http://www.participatieladder.nl/treden-participatieladder.html http://www.hetgoed.nl/Organisatie/Werkgelegenheid.aspx http://www.ggdrotterdamrijnmond.nl/huiselijk-geweld/ huiselijk-geweld.html
Shirley Levant Naima Darnoun Chinyere Obihara Anita Berkhof Imalere
1
http://mens-en-samenleving.infonu.nl/pedagogiek/26071-motorische-ontwikkeling-signalenontwikkelingsproblemen.html
2
http://wij-leren.nl/ontwikkelingspsychologie-1.php
3
http://wij-leren.nl/ontwikkelingspsychologie-1.php
4
http://link.springer.com/article/10.1007/BF03085444#page-2 Het fundament van Triple P – Theoretische onderbouwing en onderzoek – Paula Speetjes, Ireen de Graaf, Geraldien Blokland
5
http://kindentaal.logopedie.nl/site/taalverwerving
6
http://kindentaal.logopedie.nl/site/taalverwerving
7
http://kindentaal.logopedie.nl/site/taalverwerving
8
http://kindentaal.logopedie.nl/site/taalverwerving
9
http://wij-leren.nl/leerlingen-leren-kennen.php
10
De taalontwikkeling van het kind – A.M. Schaerlaekens (2008) Groningen, Wolters-Noordhof
11
Spraak- en Taalproblemen bij kinderen – M. Welle-Donker (2001) Groningen,Van Gorcum
12
Succes voor migrantengezinnen begint met taal – Onderzoek door Khadija Bouda, Hoge School Inholland Rotterdam, 2011
52
Gezinstaalcoaching is een project van Stichting LOV Leer- en Ontmoetingsproject voor Vrouwen Zomerhofstraat 71, Unit 254 Postbus 702 3000 AS Rotterdam 010 – 4439055 (telefonisch spreekuur dinsdag en donderdag 9.30 – 11.30 uur) www.stichtinglov.nl
[email protected] Tekst Anna Marie Hazenberg Met dank aan Jamila Ben Kassem, praktijkcoach Gezinstaalcoaching en Het begint met Taal, www.hetbegintmettaal.nl Fotografie binnenwerk Team LOV, Hans Tak Fotografie omslag Photoxpress.com, Fumie Grafisch ontwerp Knalrood Drukwerk Veenman+ Het project Gezinstaalcoaching is mede mogelijk gemaakt door de bijdragen van het Europees Integratiefonds – Van EU naar lokaal en de Deelgemeente Kralingen Crooswijk, Rotterdam. Mei 2014, 1e druk © Stichting LOV
56