Methodiekbeschrijving Logeerhuis De Buren:
Doelstelling Beleidsdoel 1. Het bevorderen van zelfredzaamheid en zorgzame netwerken van Rotterdamse burgers; Er wordt vanuit het logeerhuis gewerkt aan versterking van het sociale netwerk van de gasten. Er zijn vele vrijwilligers betrokken bij het logeerhuis die ook buiten het logeerhuis de gast kunnen helpen.Voor vrijwilligers die de gast buiten het logeerhuis helpen wordt contact gezocht met andere organisaties zoals kerken, UVV, Zonnebloem, Motto, MDA etc. Het logeerhuis beschikt (nog) niet over vrijwilligers die de gasten nazorg thuis geven. Naast beleidsdoel 1 ‘het bevorderen van zelfredzaamheid en zorgzame netwerken van Rotterdamse burgers’, is sinds juli 2010 ook een voorzichtig begin gemaakt met beleidsdoel 2 ‘verbinding van het sociale met het fysieke domein en versterking van de samenhang tussen welzijn, wonen en zorg’ omdat bij St. Welzijn Feijenoord en de Deelgemeente Feijenoord belang is ontstaan om een logeerhuis de Buren te vestigen in het woonservice gebied dat in Vreewijk moet gaan starten. Er zijn al eerste stappen gezet.
Doelgroep Het WMO project De Buren, vangt mensen (gasten) op die geen of nauwelijks een sociaal netwerk hebben. Dat sociale netwerk dat van belang is om op terug te kunnen vallen als je net uit het ziekenhuis komt en het alleen thuis zijn of het huishouden zelf nog even niet aan kan. Ook kan het zijn dat er te weinig zorg nodig is voor een kortdurende opname in het verzorgingshuis en het beter is dat men nog niet direct naar huis gaat. De gasten die in het logeerhuis verblijven, moeten zich zelfstandig kunnen bewegen en `s nachts met behulp van de personenalarmering kunnen functioneren. Het verblijf is voor maximaal 6 weken. Andere doelgroepen: Het concept kan ook gebruikt worden voor andere doelgroepen al dan niet met een vangnet voor de momenten als er geen vrijwilliger aanwezig is.Te denken valt aan mannen/vrouwen opvang na huiselijk geweld.Een tussenfase voor mensen na een opname in een psychiatrisch intelling alvorens men weer naar huis gaat.Time –out voor overbelaste mantelzorgers en slachtoffers van ouderen mishandeling.
Maatschappelijk en praktische effecten Het logeerhuis is er voor mensen die geen indicatie voor verblijf in een AWBZ- gefinancierde instelling hebben en geen eigen sociaal netwerk hebben.Door verblijf in het logeerhuis komen deze mensen in beeld en kunnen doorverwezen worden naar andere hulpverleners. Verder draagt het logeerhuis er aan bij dat patiënten in het ziekenhuis geen bed bezet houden, omdat er thuis geen opvang is en komen ook niet in bijvoorbeeld een zorghotel terecht, waar ze eigenlijk ze een indicatie voor nodig hebben of het zelf moeten betalen. Omdat er meerdere mensen tegelijk in het logeerhuis kunnen verblijven, kunnen ze ook elkaar ondersteunen met zaken die de één wel en de ander niet kan. Vrijwilligers krijgen te maken met één huishouding, maar ondersteunen hiermee misschien wel drie of vier gasten tegelijk. En na hun weer anderen. Een taakverlichting dus.
Keuze voor deze methodiek De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) doet een beroep doet op alle burgers. Wanneer er een behoeftevraag bestaat, gaat de wet ervan uit dat er in eerste instantie gekeken wordt of familie bij kan springen en er mantelzorg kan worden verleend. Meer en meer zal vrijwillige zorg een rol moeten gaan spelen. Door de WMO zijn ook de kerken meer betrokken bij hulpvragen. De tijd dat zorgvragers automatisch professionele hulp ontvangen is voorbij. Kerken zijn steeds meer een gesprekspartner
geworden van de lokale overheid en kunnen zo hun stem laten horen. Ze kunnen alleen, of samen met anderen, projecten starten die in de lijn van de WMO liggen.Er kan worden meegedacht over oplossingen en aan het uitvoeren van ideeën. Veel kerken en diaconieën hebbe de WMO als bedreiging op hen afkomen; hoe kunnen we hulp bieden aan zorgvragers? Wij zijn zelf al wat ouder, iedereen werkt, niemand heeft tijd maar er komt steeds meer op ons af………Hoe kunnen we daar handen en voeten aan geven? Project logeerhuis de Buren kan dan een uitkomst zijn. Het project is een initiatief van de Stichting voor Kerkelijk Sociale Arbeid (KSA/GCW) één van de partners van de Stichting Samenwerking. Argumenten die een rol spelen bij het ontwikkelen van de methodiek zijn: De gasten die gebruik maken van het logeerhuis houden in het ziekenhuis niet langer dan nodig een duur bed bezet omdat er thuis geen opvang is. Ze komen ook niet in bijvoorbeeld een zorghotel terecht, waar ze eigenlijk “te goed” voor zijn. Gasten die tijdelijk samen in het logeerhuis wonen, kunnen ook elkaar ondersteunen met zaken die de één wel en de ander niet kan. Ook krijgen de vrijwilligers te maken met één huishouding, maar ondersteunen hiermee misschien wel drie of vier gasten tegelijk. En na hun weer anderen. Een taakverlichting dus. In het logeerhuis logeren meestal mensen die geen goed sociaal netwerk hebben. Vaak alleen en/of eenzaam zijn. Door hun verblijf in het logeerhuis komen ze in zicht van de hulpverlening. Voor de KSA/GCW als bedenker van het concept logeerhuis de Buren is het vanaf het begin ook een doelstelling geweest om (kerkelijke) vrijwilligers een manier aan te bieden die efficiënt en passend is om invulling te geven aan de rol die hen wordt toebedacht in het kader van de Wmo. Vrijwilligers willen graag iets doen, maar weten vaak niet hoe. Bovendien is het efficiënter om voor 4 mensen tegelijk koffie te zetten, boodschappen te doen etc. dan op 4 verschillende adressen. Het project past binnen de wet WMO. De WMO gaat uit van de sturingsfilosofie: maatschappelijke ondersteuning als gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van burgers, professionele organisaties en de gemeente. Er zal worden gestuurd op samenwerking tussen bovengenoemde partijen. Zelfzorg, mantelzorg en vrijwillige zorg wordt gestimuleerd en versterkt. Het project voldoet aan die criteria. Het heeft een plaats binnen de zogenaamde ketenzorg. Er is sprake van zelfzorg, vrijwillige zorg en eventueel de professionele zorg. De thuiszorg kan zelfs drie of vier cliënten op één adres verzorgen. Daarnaast kan er voor huisvesting toenadering gezocht met woningbouw coöperaties.
Werkwijze Wat was er nodig om het project op te starten: Huisvesting Om het project te kunnen realiseren is een goede toegankelijkheid van de woning van grote waarde. (gelijkvloers) Afhankelijk van de beschikbare financiële middelen is de grote van de woning tot stand gekomen. Omdat wij kleinschaligheid erg belangrijk vinden is er gekozen voor een 5 kamerappartement. Belangrijk is dat er bij de woning in de buurt openbaar vervoer en winkels zijn. Contacten met woningbouw coöperaties zijn er bij dit project niet geweest, omdat wij in de gelukkige omstandigheden kwamen dat er een woning voor ons aangekocht is door de Johanitter Orde Nederland. Vrijwilligers In het logeerhuis zijn vrijwilligers van groot belang, zij vervullen een centrale rol binnen het reilen en zeilen van het logeerhuis. Zij worden begeleid door een coördinator. In totaal zijn er nu 14 vrijwilligers beschikbaar. Het aantal vrijwilligers is wisselend omdat er vrijwilligers afhaken door verschillende omstandigheden zoals: ziekte, verhuizing, werkomstandigheden, aflopen
en veranderen van re-integratie traject, persoonlijke omstandigheden. De vrijwilligers vallen onder het vrijwilligersbeleid van KSA/GCW. Er is een taak/functie omschrijving aanwezig. Werven Het werven van vrijwilligers gebeurt continu proces. Het werven is gebeurd in de achterban van KSA/GCW, kerken, vrijwilligersorganisaties en scholen. Voor het werven zijn verschillende middelen gebruikt zoals internet, oproep in (kerk) bladen, flyers, affiches mond op mond reclame en er is een folder ontwikkeld. Ook zijn er contacten gelegd met organisaties zoals ID plein en de OK- Bank. Deze twee organisaties houden zich bezig met mensen die moeten re-integreren of met mensen die een afstand op de arbeidsmarkt hebben. Op deze manier krijgen deze personen bij het logeerhuis een kans om werkervaring op te doen. De ervaring is wel dat vrijwilligers van iD-plein en OK bank extra begeleiding nodig hebben. Sommigen behoren zelf tot de doelgroep die in het logeerhuis verblijft. Om het logeerhuis goed te laten draaien en vrijwilligers niet te over vragen is het noodzakelijk dat er voldoende vrijwilligers zijn. Door verschillende oorzaken vallen vrijwilligers af, en uit ervaring blijkt dat niet elke vrijwilliger geschikt is om in het logeerhuis te functioneren. Een aantal vrijwilligers hebben bij de start van het project meegeholpen met de schoonmaak en inrichting van het appartement. Trainen Na het voeren van de intakegesprekken, is er in samenwerking met de collega`s van Train (een onderdeel van KSA/GCW) een cursus voor de vrijwilligers georganiseerd. Er zijn verschillende onderwerpen aan de orde geweest, o.a.: - Wat is vrijwilligerswerk? - De rol van de vrijwilliger in het Logeerhuis; - Eenzaamheid. - Hoe zet je je eigen kwaliteiten in? Cliënten/gasten Binnen de setting van het logeerhuis spreken we over gasten. Om de juiste mensen binnen te krijgen zijn er criteria opgesteld. De criteria zijn zo opgesteld dat er die groep gasten in het logeerhuis verblijft die te behappen is door vrijwilligers. Werven Het werven van de juiste gasten kost heel veel inspanningen geduld. Het is te merken dat het logeerhuis een nieuw innovatief project is, dat nog een plek moet veroveren op de sociale kaart van de verwijzers. Hierbij geldt onbekend maakt onbemind. Er is veel aandacht besteed aan het netwerken bij diverse instanties, zoals ziekenhuizen en huisartsen. Tevens zijn er oproepen en artikelen geplaatst in streekbladen en kerkbladen om het project te introduceren. Tijdens het netwerken zijn er met een aantal organisaties afspraken gemaakt om, indien nodig, van elkaars diensten gebruik te maken. Zo zijn er o.a. met Humanitas afspraken gemaakt om gasten aan te melden voor het project “Eenzaamheid”. Omgekeerd kan Humanitas ook deelnemers vanuit hun project doorverwijzen naar het logeerhuis. Met Laurens is er een afspraak gemaakt met betrekking tot het geven van thuiszorg. Verder is er een folder en pr materiaal ontwikkeld. De folder is op diverse plaatsen bij huisartsen, wijkcentra`s, gezondheidscentra`s, bibliotheken en kerken neergelegd. Ook is er in het gebied rondom het logeerhuis huis aan huis een flyer bezorgd. Ook is belangrijk om goed contact te onderhouden met de maatschappelijke dienstverlening Alexander(MDA) en het project Motto wat zich bezig houd met zingeving en levens vragen. In het kader van PR en netwerken heeft logeerhuis meegedaan aan een buurtonderzoek in een flat in de wijk. Via dit buurtonderzoek is er kennis gemaakt met de ouderenbond, opbouwwerker en buurtwerk. Ook het staan op zorgmarkten is een prima manier om potentiële gasten te werven. Financiën Om het project te bekostigen is er gebruik gemaakt van diverse middelen. Een gedeelte van het project is bekostigd uit eigen financiële middelen van KSA/GCW. Verder heeft de Johanitter Orde Nederland de woning voor ons aangekocht. Voor het overige financieren is er gebruik gemaakt van fondsen, giften en subsidie. Voor het aanvragen van fondsen is gebruik gemaakt van het fondsenboek. Verder zijn de fondsen benaderd die projecten ondersteunen in Rotterdam.
Wat er verder kwam kijken bij de opstart: Om het project goed uit te kunnen voeren zijn er een aantal voorwaarden die uitgevoerd moeten worden zoals een vergunning aanvragen en de buurt informeren. Het aanvragen van de vergunning bij de deelgemeente is een langdurige procedure geweest, waarbinnen steeds termijnen in acht genomen werden waarop de omwonenden bezwaar konden aantekenen. Hierdoor heeft de start van het project behoorlijk(1 jr.) vertraging opgelopen. Door het aanvragen van de vergunning is er behoorlijk wat onrust in het appartementencomplex ontstaan. Om deze onrust in de kiem te smoren is er gekozen om zeer transparant te zijn naar de omwonenden. Er zijn persoonlijke gesprekken geweest en er is een informatie bijeenkomst gehouden. Verder zijn de omwonenden per brief op de hoogte gehouden van de verdere ontwikkelingen van het project. Als leerpunt uit deze situatie kan meegenomen worden dat het wenselijk is om eerst de omwonenden goed te informeren en dat dan pas de vergunningsaanvraag te publiceren. Op het moment dat het project klaar was voor de ontvangst van de eerst gasten is er voor de omwonenden een open huis gehouden. Veel omwonenden hebben het open huis bezocht.
Cliënten/gasten methodiek Bij aanmelding van de gast wordt er altijd naar de situatie van de gast gevraagd. Hiervoor zijn de criteria leidend. Voordat de gast opgenomen wordt zo nodig thuiszorg aangevraagd, de gast kan pas komen logeren als dat geregeld is (vrijwilligers geven geen lichamelijke zorg) De vrijwilligers worden d.m.v. de communicatiemap die we binnen het project beruiken op de hoogte gebracht.( Hierin wordt globaal opgeschreven wat de gast voor klachten heeft ,de rest kan de gast zelf aanvullen tijdens de intake) Stappen De eerste dag wordt er intake gedaan met de gast.( indien mogelijk wordt dit al eerder gedaan ,maar de praktijk wijst uit dat de tijd tussen aanmelden en opname te kort is om vooraf de gast te bezoeken) Hiervoor gebruiken we de werkinstructie intake en het intakeformulier. De logeerovereenkomst wordt getekend en diverse zaken worden geregeld.( zie checklist) Hulpmiddelen Als de gast hulpmiddelen nodig heeft zoals een rollator, postoel, rolstoel e.d. worden deze geregeld op naam van de gast. Voor het eerste gebruik zijn deze op het project aanwezig. Verder is het persoonlijke contact met de gast een belangrijk hulpmiddel. Hierbij spelen de vrijwilligers een centrale rol. Gedurende het verblijf in logeerhuis De Buren zal de gast zoveel mogelijk gestimuleerd worden om de dingen die hij/zij zelf kan ook te blijven doen, het is immers de bedoeling dat de gast weer terug gaat naar huis. Doordat de gast zelf bezig blijf kan er geobserveerd worden of er bij lichamelijke verzorging en/of huishoudelijke activiteit nog hulp ingezet moet worden bij terugkeer naar huis. Duur van het verblijf Het verblijf in het logeerhuis is voor maximaal 6 weken. Binnen deze 6 weken is het mogelijk eerder naar huis te gaan. De duur van het verblijf wordt vast gelegd in de logeerovereenkomst. Het kan ook voorkomen dat 6 weken niet voldoende is omdat de gast bijvoorbeeld tijdens het verblijf een griep gehad heeft. In dat geval verlengen we met bijv. 2 weken Terugkeer naar huis. Als de gast weer in staat is om naar huis terug te keren, wordt er altijd gevraagd of de gast in de thuissituatie nog aanvullende hulp nodig heeft. Dit kan zijn thuiszorg, huishoudelijke hulp, vrijwilliger, personenalarmering, maaltijden etc. Vanuit het logeerhuis wordt er nog geen nazorg gegeven aan de gasten. Er wordt nagedacht om dit in de toekomst te ontwikkelen. Op het moment van vertrek vindt er een kort mondelinge evaluatie plaats tussen de gast en de coördinator
Taken en bevoegdheden Binnen het logeerhuis vervullen de vrijwilligers een grote rol. Zij voeren de dagelijkse taken uit. Deze taken zijn vast gelegd in de taakfunctie omschrijving. Er zijn vrijwilligers die de rol van gast heer/vrouw vervullen en slaapvrijwilligers. Slaapvrijwilligers zijn studenten die de eerste nacht dat er een gast in het logeerhuis verblijft in het logeerhuis slapen om de gast weg wijs te maken. Uit ervaring is gebleken dat de gasten dit als prettig ervaren. Ook kan er een beroepgedaan worden op een klusjesman .Verder is er een aantal uur een huishoudelijke hulp aanwezig Voor de coördinatie van het logeerhuis en de begeleiding van de vrijwilligers is een coördinator aangesteld. De vrijwilligers functioneren zelfstandig en lossen adhoc zaken zelf op de overige, de coördinator. Komen ze er niet uit dan vind er overleg plaats met de coördinator of haar vervanger. Voor sommige problematiek binnen het logeerhuis wordt een gele of rode kaart uitgedeeld door de coördinator. Opname criteria en huisregels spelen hierbij een belangrijke rol. Voorbeeld: In de huisregels staat dat er geen alcohol in het logeerhuis gebruikt mag worden. Wordt dit wel door een gast gedaan dan krijgt de gast een waarschuwing (gele kaart).Merken dat de gast weer alcohol gebruikt dan kan de gast vertrekken ( rode kaart).
Andere methodieken Logeerhuis de Buren is een nieuwe innovatief project in Rotterdam. Een project wat gerund wordt door vrijwilligers die aan gasten burenhulp geven. Voor zover bij ons bekend het eerste logeerhuis dat op deze manier functioneert. Voor verblijf in het logeerhuis is geen indicatie verblijf nodig. Voor lichamelijke verzorging wordt zo nodig wordt er wel een indicatie voor thuiszorg aangevraagd. De vrijwilligers geven geen lichamelijke verzorging aan de gasten. Vergelijkbare methodieken kunnen wij niet aangeven, het logeerhuis is een project wat met vrijwilligers werkt.Ook hebben de gasten geen indicatie nodig voor verblijf.
Lessen Gedurende het hele traject zijn we regelmatig zaken tegen gekomen die met het nieuwe van het project te maken hebben. Een aantal hiervan is al in deze methodiek beschreven. Het grootste leerpunt uit de afgelopen periode m.b.t. logeerhuis de Buren is de constatering dat het echt een innovatief concept is. Zo innovatief dat bestaande organisaties zich moeilijk een beeld kunnen maken wat het logeerhuis is omdat hun referentiepunt het bestaande aanbod is. Reacties zoals ‘u heeft het over een zorghotel’ zijn in dit verband veelzeggend. Dat er ook een voorziening kan bestaan waarvoor geen indicatie nodig is blijkt moeilijk te bevatten. Daarnaast ontmoeten we ook weerstand bij zorginstellingen om naar het logeerhuis te verwijzen. Hoewel het niet hard te maken is, hebben we inmiddels het idee dat door de marktwerking en de aandacht voor het halen van de productie, mensen die eigenlijk geen indicatie nodig hebben die toch krijgen. Vanuit de zorginstelling goed te begrijpen, maar het maakt de zorg onnodig duur. Zij hebben in de meeste ziekenhuizen een medewerker gestationeerd, waardoor de lijn naar de zorgaanbieder kort is. Het logeerhuis wordt als concurrentie gezien en niet als aanvulling op het huidige zorgverleningaanbod. Verder horen we regelmatig van zorgaanbieders dat zij binnen hun eigen instellingen leegstand hebben en er alles aan doen om zelf een cliënt binnen te halen. Een ander belangrijk punt is pr en netwerken. Hieraan is veel aandacht besteed. We merken dat het nodig is herhaling van bepaalde pr nodig is om bekendheid te krijgen. Er is foldermateriaal ontwikkeld om meer van het logeerhuis te laten zien. Ook zijn er regelmatig stukjes in de wijkkranten geplaatst. Verder is er in de wijk huis aan huis een flyer bezorgd. Door de coördinator zijn een aantal presentaties gegeven en zij heeft zich aangesloten bij netwerkbijeenkomsten in de stad. Is erg belangrijk om je project bekend te maken. Ook is er een pr plan voor de lange termijn ontwikkeld, open huis gehouden voor verwijzers.( zie bijlage) Verder is er met de ziekenhuizen opnieuw contact gezocht. Tijdens het netwerken is ervaren dat huisartsen een moeilijk te benaderen groep is, als het er om gaat het logeerhuis te introduceren. Persoonlijk bezoek of op een overleg langskomen is niet gelukt. Van 1
huisarts hebben we het advies gekregen om de informatie over het logeerhuis als ingekomen stuk op de agenda van het waarnemingsoverleg te introduceren. In het begin van het project was het moeilijk om voldoende vrijwilligers te krijgen. Nu het project wat langer open is melden zich regelmatig nieuwe vrijwilligers aan. Merkbaar is de trend dat mensen niet meer op vaste dagen en in het weekend vrijwilligerswerk willen doen, maar kort en tijdelijk als vrijwilliger willen werken. Hiervoor heeft het logeerhuis haar verwachting bijgesteld: door het vaste dagdeel per week los te laten en vrijwilligers in te roosteren naar beschikbaarheid. Dat betekent dat er meer veel vrijwilligers nodig zijn. Momenteel wordt de mogelijkheid onderzocht om voor o.a. de weekenden studenten in te zetten die vrijwilligerswerk voor hun opleiding moeten doen. Er is een speciale folder voor het werven van vrijwilligers ontwikkeld. Gedurende het traject melden de verwijzers regelmatig niet de juiste doelgroep aan. Zoals mensen die op de wachtlijst staan voor opname in een verzorgingshuis, met huisvestingsproblemen en met hoogcomplexe zorg en begeleiding. Op deze aanmeldingen kan niet ingegaan worden. Belangrijk is om de verwijzers goed van de criteria op de hoogte te brengen.