gemeente Eindhoven
Inboeknummer Veralagnummer tr Bladnummer t Aanutezig qr leden t2 oktober 2009
Verslag voor de raad van de gemeente Eindhoven Betreft openbare vergadering van 22 september 2009, locatie Raadzaal, Stadhuisplein 1, aanvang 21:00 uur, einde 22:00 uur. Uitnodiging aan
R. van Gijzel E.M. Abbou
voorzitter
E.F. Azeuini
SP
Th. Beenen mw. dr. mr. G.J.M. van den
Eindh. Nu
Aan’. Uitnodiging aan X drs. J. Verheugt X mw P.J.F.van Kessel-Jansen K.T. Kocak
PvdA CDA
X
LE
X mr. P.P.H.A. Leenders
CDA
X
PvdA
X PJ.van Liempd
PvdA
X
mw L.H. Lioe-Anjie X mw drs. M.C.T.M. List-de Roos
PvdA
X
GL
VVD
X
PvdA
X
Biggelaar mw. drs. J.G.C.L. Breuers
W.J. Burema
PvdA
M.J.A.M. van Bussel
LE
E.J.H. Cols
PvdA
mw. C.B.T. v. d. Crommert F J.A.G. Depla
BJ.M. Gerard mw. N.G.E.C. Habets mw. J.W.H.M. Heesterbeek-
X J.L. van der Meer X P.A. Mulder X R.G.J. Reker
OAE
SP
X A.J.A. Rennenberg
OAE
PvdA
X mw. drs. R.J.A. Richters
GL
X
SP
X ir. J. Rozendaal X mw. drs. M. Schreurs X J.C. Schut N.H. Stoevelaar X mr. M.C.J. Swart
VVD
X
D66
X
VVD
X
CDA
X
PvdA
X
PvdA
X
PvdA
X
CDA
X
LE
SP
Senders J.B. Helms
VVD
mw. H.J.M.C. van Herk
CDA
X Y. Torunoglu
M.J. Houben
CDA
E. Isik
PvdA
mw. H.M.E. Jacobs-van
VVD
X mw W.C.F.M. Verhees X J.J.H.M. Sloots X mw M.T.W.G. Vissers dr. ir. J. Vleeshouwers
Nisselrooij J.Jansen
Aanw.
griffier
LPF
PvdA
Stadspartij
mw. B.G.M.W. van Kaathoven
ChristenUnie X C.H.B. Weijs SP X mw drs. A.A. Zwierstra
VVD
mw M.T. Kamphorst
SP
GL
X J.F.A. van Zijl
CDA
X X X
verslagnummer n
Wethouders: drs. H-M. Don
mw. drs. M.C.T. Fiers
mw. drs. G.M. Mittendorff
drs. H.J.A. van Merrienboer drs. A.E.J. Brunninkhuis
gem.secr.
Afwezig met kennisgeving: de heer E.F. Azeuini, mevrouw P.J.F.van Kessel-Jansen, mevrouw M.T.W.G. Vissers en de heer J.F.A. van Zijl.
Verslagnummer n
Overzicht van het behandelde Opening en mededelingen II Vaststellen van de volgorde van de agenda.
Geen wijzigingen.
III Vaststellen van de notulen van de openbare vergadering van 16 juni 2009, Akkoord. 30 juni 2009 en 21 juli 2009.
IV Besloten vergadering. 1. Voorstel tot het aanwijzen van de accountant. (Voorstel 09.R3255.001).
Akkoord (unaniem).
V Onderwerpen waarover geen of nauwelijks discussie wordt verwacht om tot besluitvorming te komen. 1. Voorstel inzake voorbereidingskrediet voor Landelijk Strijp.
Akkoord (unaniem).
(Voorstel 09.R3249.001).
2. Voorstel tot het vaststellen van de Brandbeveiligingsverordening gemeente Eindhoven. (Voorstel 09.R3257.001). 3. Voorstel inzake voorwaarden kapitaalstorting en fusie NRE I ObN-NetH. (Voorstel 09.R3275.001).
Akkoord (unaniem).
Akkoord (unaniem). Amendement A1 is
aangenomen. (Zie onder voorstel).
Toezeggingen wethouder drs. H-M. Don. (Zie
bijlage). Amendement A1:
Stemming: 42
Voor: 40
PvdA, CDA, SP, VVD, ’leefbaar eindhoven’,
Tegen:
OuderenAppel, D66, De Stadspartij, Lijst Pim Fortuyn, ChristenUnie en Eindhoven Nu GroenLinks
Vl Raadsinformatiebrieven ter kennisname. Vll Ingekomen stukken. Voorgesteld wordt de stukken onder A voor kennisgeving aan te nemen
Akkoord.
Verslagnummer n
A1.Provincie Noord-Brabant te ’s-Hertogenbosch, brief d.d. 6 juli 2009. Inzake aangepast financieel toezicht tijdens de economische crisis. (09ink19048).
Akkoord.
A2.De heer F. Hoedemakers te Eindhoven, brief d.d. 10 juli 2009. Inzake (G)een graaicultuur? Echt wel!.
Akkoord.
A3.De heer F. Hoedemakers te Eindhoven, brief d.d. 18 juli 2009.
Akkoord.
Inzake ongeloofwaardig en onbetrouwbaar. (09ink20121).
A4.Gemeente Spijkenisse te Spijkenisse, brief d.d. 27 juli 2009. Betreft een aangenomen motie van de gemeenteraad van Spijkenisse, inzake voorgestelde bezuinigingen op het politieapparaat. (09ink20984).
Akkoord.
A5.Gemeente Bergeijk te Bergeijk, brief.d.d. 29 juli 2009. Akkoord. Betreft een aangenomen motie van de gemeenteraad van Bergeijk, inzake voldoende beschikbare financiele middelen binnen de begroting van de provincie Noord Brabant de komende jaren essentieel zijn om de IDOPS succesvol te implementeren in diverse kleine kernen in Noord Brabant. A6.Vereniging van Nederlandse Gemeenten te Den Haag, brief d.d. 31 juli 2009.
Akkoord.
Inzake beeindiging achtervangovereenkomsten HNG. (09ink21292). A7.Vereniging van Nederlandse Gemeenten te Den Haag, brief d.d. 6
Akkoord.
a u g u stu s 2009.
Inzake ledenraadpleging convenant bedrijventerreinen. (09ink21764).
Voorgesteld wordt de stukken onder B ter afdoening in handen te stellen van het college van burgemeester en wethouders. B1. De heer C. Guffroy te Eindhoven, brief d.d. 10 augustus 2009.
Inzake dat twee (oud) verenigingen uit Meerhoven samen een zaal moeten delen in hun eigen spilcentrum. (09ink22152). Vlll Sluiting.
Akkoord.
verslagnummer n
Verslag uan het gesprokene
Opening en mededelingen Voorzitter: Ik open de vergadering. Ik heet iedereen van harte welkom en verzoek de leden hun plaatsen in te nemen. Ik heet de toeschouwers op de publieke tribune van harte welkom. We zullen het vanavond zonder de kijkers thuis moeten doen. Ik zou u willen verzoeken om een moment stilte in acht te nemen om het belang van het werk van u en uw collega’s te overdenken. [Stilte] Ik dank u wel. Er is een bericht van verhindering binnengekomen van mijnheer Van Zijl in verband met ziekte. Wij wensen hem vanaf deze plaats beterschap. Tevens zijn er berichten van verhindering binnengekomen van mijnheer Azeuini en mevrouw Vissers. De heer Kocak heeft aangegeven dat hij iets later zal zijn.
We hebben vandaag een ongewoon tijdstip voor de raadsvergadering en misschien is het wel goed om even stil te staan bij de werkwijze van onze raad. Er zijn twee belangrijke elementen, twee zaken die door de raad zijn opgepakt en die verandering in de werkwijze met zich meebrengen. Het ene is de veel sterkere regievoering van de raad zelf, onder andere over de samenstelling van het presidium en over het met elkaar vaststellen van de agenda en het doornemen van de orde van de vergadering. We hebben daar al enige ervaring mee. Ik denk dat het resultaat ons tot de conclusie laat komen dat er tevredenheid over bestaat. Het is goed dat de fractievoorzitters dat verder met elkaar door blijven bespreken om te kijken of we die vooruitgang ook kunnen handhaven. Datzelfde geldt overigens ook voor het tweede punt. Het kost misschien iets meer moeite om eraan te wennen, omdat dit een stuk ingrijpender is. Het heeft met de vergadersystematiek te maken. Het is een systeem waarin we de commissie de mogelijkheid geven om tot een meer inhoudelijk debat te komen met maar een woordvoerder per fractie. Dat moet een grotere flexibiliteit opleveren. We moeten kijken hoe we daar met elkaar mee omgaan. Het is een leerproces. Laten we elkaar scherp houden, ook in het belang van het gezag dat de raad daardoor zelf kan ontwikkelen. We komen er natuurlijk nog verder over te spreken bij de evaluatie die het presidium gaat doen. Ik wil ons allen bij dat proces heel veel succes toewensen. Om dat succes beter mogelijk te maken, krijgt u een formulier en u krijgt ook op 6 oktober een formulier. Het verzoek is om daar goed kennis van te nemen, het in te vullen en te retourneren aan de griffier, zodat we de ervaringen mee kunnen
Verslagnummer n
nemen in de beoordelingsvorming. Dat is het met betrekking tot de huishoudelijke kant op dit moment.
II Vaststellen van de volgorde van de agenda Voorzitter: Er heeft in het presidium overleg plaatsgevonden met betrekking tot het aanwijzen van de accountant. Dat moet in beslotenheid plaatsvinden. U zult wel begrijpen waarom dat zo gaat, ook in het kader van de aanbestedingsregels. Om te voorkomen dat daarover toch informatie naar de aanbieders uitlekt, is er een besloten gedeelte. Om de vergaderorde niet te verstoren, stel ik u voor om het besloten punt als laatste punt op de agenda te zetten. Is dat akkoord? [instemming]
III Vaststellen van de notulen van de openbare vergadering van 16 juni 2009, 30 juni 2009 en 21 juli 2009 Voorzitter: Hier zijn geen opmerkingen over ontvangen. Is er iemand die daar toch nog een opmerking over wenst te maken? Dat is niet het geval. Dan zijn ze conform de toegezonden stukken definitief geworden met dank aan de notulist.
IV Onderwerpen waarover weinig discussie wordt verwacht. Voorzitter: Hierover heeft ook enig overleg plaatsgevonden. De verwachting is dat er wel enige discussie plaats zal vinden met betrekking tot de kapitaalstorting en de fusie van de NRE en ObN-NetH. We zullen daarnaar kijken, maar ik ga ervan uit dat we de agenda redelijk voortvarend kunnen afhandelen.
V Onderwerpen waar ook nauwelijks of geen discussie over wordt verwacht
1 Voorstel inzake voorbereidingskrediet voor Landelijk Strijp Voorzitter: Is er iemand die daar het woord over wenst te voeren? De heer Abbou: Ik heb wel een stemverklaring voorzitter. Eindhoven Nu gaat wel met de voorstellen instemmen, aangezien Eindhoven Nu verder niet in de commissie zit.
Voorzitter: Is er iemand anders die hier een stemverklaring over wil afleggen? Dat is niet het geval. Is er iemand die er stemming over wenst? Ook dat is niet het geval. Daarmee is het voorstel aangenomen
2 Voorstel tot het vaststellen van de brandbeveiligingsverordening gemeente Eindhoven
verslagnummer n
Voorzitter: Is er iemand die daar het woord over wenst te voeren? Is er iemand die
er een stemverklaring over wil afleggen? Mijnheer Abbou. De heer Abbou: Ook hier gaat Eindhoven Nu mee instemmen.
Voorzitter: Ook omdat u niet bij de commissie bent geweest? De heer Abbou: Ook omdat ik niet bij de commissie ben geweest. Voorzitter: Ja, dat is nu toch onhandig. We nemen er nota van.
De heer Abbou: Het zou heel vreemd zijn als ik een verslag lees over een raadsbesluit waarbij Eindhoven Nu geen stem heeft.
Voorzitter: Daar zullen we het over hebben. Uw stemverklaring heeft u nu gegeven. Is er iemand die hier stemming over wenst? Dat is niet het geval. Daarmee is het voorstel aangenomen.
3 Voorstel inzake voorwaarden kapitaalstorting en fusie NRE en ObN-NetH Voorzitter: Ik heb net aangegeven dat hier enige discussie over verwacht wordt. Intussen is er een conceptamendement. Er zijn meerdere mensen die hier het woord over willen voeren, onder andere mijnheer Weijs. De heer Van Bussel: Het is gebruikelijk dat de voorzitter van de commissie aangeeft waar we het over hebben. Voorzitter: U hebt volstrekt gelijk. Ik kijk even wie het woord erover wil voeren en dat zijn de heren Vleeshouwers, Cols en Rennenberg. Ja, is dit het rijtje? Dan geef ik nu het woord aan mijnheer Van Bussel. De heer Van Bussel: In wezen wil ik het politieke statement van ’leefbaar’ nu niet uiten. Van de werkgroep Voorinformatie weten we allemaal dat er een intensief contact plaatsvindt met de wethouder, waarbij we van stap tot stap behoorlijk meegenomen worden. We moeten voor 15 oktober voldoen aan de voorwaarden voor eigen kapitaal versus vreemd kapitaal. Op zijn Nederlands gezegd moet deze regionale monopolist gewoon meer vlees op de botten krijgen, en wel per direct. Op 21 juli 2009 heeft de gemeenteraad het besluit genomen ÃćâĆňâĂİ en dat werd zeer
breed gedragen ÃćâĆňâĂİ om het eigen vermogen aan te vullen en het college weer op te
dragen om voor een passende hoogte van de storting te zorgen en die hoogte inzichtelijk te maken voor de meerjarenbegroting.
Verslagnummer n
Een belangrijk deel van de raad zei: ’Laat het college van burgemeester en wethouders dat verder maar invullen, en dat komt dan wel weer naar ons toe’. De wethouder is ons toch voor een deel tegemoetgekomen door deze toch wel behoorlijke bedragen in een ordentelijk raadsvoorstel te gieten. Wij zijn daar in ieder geval blij mee. Voor ons ligt nu een voorstel van 186 miljoen euro. Dat valt eerlijk gezegd niet mee. Het is meer dan aanvankelijk werd verwacht. Hierbij geldt als uitgangspunt dat alle overige aandeelhouders van de NRE de formule ’samen uit, samen thuis’ toepassen, dus op dezelfde manier zullen bijstorten. Mocht onverhoopt een van de aandeelhouders hier toch niets voor voelen, dan hebben we wel te maken met een nieuw feit en dan moeten we in de raadsvergadering van 6 oktober a.s. de beslissing nemen dat we iets moeten bijpassen. Het voorstel ligt nu voor. Ik wil verwijzen naar het voorstel van 21 juli, waarbij de raad volgens democratisch recht heeft gezegd het goed te keuren en het college er invulling aan te laten geven. Het bedrag staat nu vast en we kunnen ons hooguit afvragen of wij op dit moment nog iets kunnen doen met de risico’s die vanuit Amerika op ons afkomen. Ik moet zeggen dat wij ons ten aanzien van de risico’ s over twee a drie jaar ons een beetje zorgen maken. De hoogte van de lening blijft namelijk wel nominaal, maar de herwaardering van het actief kan nog wel eens tussen de 10’/o en de 30’!o schommelen en dan hebben we zo met 20 of 30 miljoen te maken, waarbij de kritische grens van het eigen vermogen, dat niet meer zo ruim is, overschreden kan worden. We hebben geen zin in artikel 12, dus we hebben in het verleden een oproep gedaan om in het kader van onze stille reserves eens naar het Van Abbemuseum te kijken. Voorzitter: Maar wie is die "wij" in dezen? U spreekt nu als voorzitter van de
raadswerkgroep. De heer Van Bussel: Nee, ik heb een schakel gemaakt. Ik heb een voorzet gegeven.
Voorzitter: Nee, we moeten hier zuiver in zijn. U hebt nu een statement gemaakt. Dat is helder. Nu gaat u als voorzitter van de werkgroep separaat het woord voeren. Overigens valt het me wel op dat u roept dat er meer vlees op de botten van de NRE en ObN-NetH moet komen, en de woordvoerder hierover is mijnheer Vleeshouwers. [Gelach] De heer Vleeshouwers: Toepasselijk. Neem me niet kwalijk dat ik hier sta, maar ik heb in het voortraject al laten weten dat als er een besluit genomen wordt, het een goed besluit moet zijn. Het eerste concept dat ik hiervan zag, was wel het besluit voor de uitgaven, maar het was niet gecombineerd met een besluit voor dekking daartoe. Ik heb daarna aan het college gevraagd om dat besluit aan te vullen. In de tekst bij het raadsvoorstel staat de dekking eigenlijk in grote lijnen genoemd. Ik vind het lastig om te zien dat, als ik een reactie geef, dit niet nodig was omdat het
Verslagnummer n
een budgettair neutrale operatie was. Ik vind dat eerlijk gezegd geen doen. Als ik thuis veel geld uitgeef zonder erbij te zeggen waar het geld vandaan komt en ik zeg ’budgettair neutraal’, dan krijg ik het ook niet voor elkaar. [Gelach] Daarom heb ik een tekst gemaakt ter aanvulling op het besluit. Er staat in grote lijnen niet meer in dan dat wat ook al in het raadsvoorstel zelf staat. Ik sluit me een klein beetje aan bij wat mijnheer Van Bussel net over de risico’s zei. Wat gaan we doen als we straks over twee a drie jaar merken dat het dividend van de NRE niet meer 9,3 miljoen is, maar slechts de helft? Dan zitten wij met een lening die we wel moeten aflossen en een dividend van de NRE dat volstrekt tekortschiet om de lening af te lossen en daar rente over te betalen. Ik denk dat wij op dat moment in de raad terug moeten komen voor een nieuw besluit. Ik heb met dit amendement een kleine voorzet gegeven om daaraan tegemoet te komen. Ik zou het op prijs stellen als het college kijkt of dit conform de opzet is. Als het college zegt dat dit niet conform de opzet is, vraag ik om dan met een aangepast amendement te komen. Ik stel wel prijs op deze aanvulling. Voorzitter: Dank u wel. Mijnheer Cols.
De heer Cols: Dank u wel, voorzitter. We zullen het voorstel steunen; dat staat niet ter discussie. In het voorlopige raadsvoorstel dat we in juli hebben behandeld, met name in de commissie en daarna in de raad, hebben we het echter gehad over de beloning van het bestuur van de NRE. Dat stond in het voorlopige raadsvoorstel omschreven als maximaal de Balkenendenorm. Als PvdA-fractie zeggen wij dat we de zwaarte van de functie te hoog vinden. We denken eerder aan de Van Gijzelnorm’, waarop de wethouder heeft gezegd dat hij dit zal veranderen in een nader te bepalen publieke norm en dat hij dat later dit jaar aan de raad ter vaststelling zal voorleggen. Nu is ons in de afgelopen dagen duidelijk geworden dat er eigenlijk geen voortgang is. We willen nogmaals aan de wethouder vragen wat hiervoor de planning is en of wij een dergelijk voorstel tegemoet kunnen zien voordat het huidige interim bestuur terugtreedt en voordat het definitieve bestuur gaat aantreden. We zullen het antwoord van de wethouder even afwachten en eventueel
hebben we nog een motie achter de hand om dit kracht bij te zetten. Voorzitter: Mijnheer Rennenberg. De heer Rennenber : Ja voorzitter, een korte opmerking. We gaan 180 miljoen euro lenen. We hebben gemiddeld, dat zien we in de jaarrekeningen, ieder jaar 150 miljoen euro geleend. Dan komt er een bezuiniging van 20 /a. We hebben een eigen bezuinigingsgolf, waarover aanstaande vrijdag meer bekend wordt gemaakt. Ik vraag me in alle ernst af hoe we dat ooit kunnen aflossen en op welke termijn die aflossing gaat plaatsvinden. Het kan niet zo zijn dat we over deze massale schuld
Verslagnummer n
tien of vijftien jaar doen, want dan blijven we met een groot probleem zitten. Ik zou dus graag willen weten waar het geld vandaan komt. Voorzitter: Oke. Mijnheer Gerard.
De heer Gerard: Voorzitter, het is een dossier waarbij het verleden ons keer op keer inhaalt. De verkoop heeft op een slechte basis plaatsgevonden en had niet hoeven plaatsvinden. De SP was tegen. De toen gemaakte afspraken kom je keer op keer tegen, bijvoorbeeld in de uitlatingen van Bureau Standard 5 Poor’s. Het is niet anders, voorzitter. Er moet nu op korte termijn een probleem worden opgelost. Er moet gehandeld worden. Datgene wat voorligt, is het enige dat je op korte termijn kunt doen. Het is van belang om de licentie te behouden. Het is van belang om de leveringszekerheid te behouden. Het is van belang voor de gemoedsrust van het personeel. Wij moeten dit besluit nemen en de SP steunt het.
Daarnaast zijn er nu, staande de vergadering, twee initiatieven ingediend, waarvan ik er net een onder mijn neus heb gekregen en eentje nog niet. Voorzitter: U gaat nu verwarring stichten. Twee initiatieven? Er is een amendement. De heer Gerard: Er is er een aangekondigd. Voorzitter: Een motie, ja. Die bedoelt u?
De heer Gerard: Ja. Wat betreft het amendement, het lijkt mij dat het in zoverre in elk geval nog een punt 4d zou kunnen bevatten: toekomstige zijnde andere inkomsten uit het NRE. Ik neem aan dat dit in elk geval als limitatief bedoeld is. Ik wacht even op wat het college daarover zegt. Het verhaal van mijnheer Cols waarin hij begint over de beloning lijkt mij op zich een begrijpelijk verhaal. Ik wil de tekst van de motie even zien voordat ik oordeel, maar ik denk dat wij meer zaken hebben dan alleen maar een beloningsverhaal. NRE doet aan een bepaald maatschappelijk economisch handelen. Er is een dochteronderneming die in de energiebesparing zit. Het is een onderneming die wij willen inschakelen voor duurzame projecten. Ik zou eigenlijk willen dat wij een aandelenstructuur hebben waarin wij proberen wat meer ruimte te krijgen voor de aandeelhouders en dat wij deze structuur niet alleen maar voor het initiatief van mijnheer Cols gebruiken, maar ook voor de ruimere doelen die wij in deze stad op energiegebied hebben. Voorzitter: Dank u wel. Ik kijk naar de wethouder.
De heer Don: Goedenavond allemaal. Ik begin even bij mijnheer Van Bussel. Hij had het net over artikel 12. Je moet als artikel 12-gemeente echter ook aan andere criteria voldoen dan alleen maar het verdampen van je weerstandsvermogen. Ik wil
Verslagnummer n
u graag de criteria van een artikel 12-gemeente eens onder ogen brengen, zodat u rustig kunt slapen. Daarmee kan ik u aangeven dat wij nog lang geen artikel 12gemeente zijn, al zou ons weerstandsvermogen op zijn, om het zo maar eens te zeg gen.
Mijnheer Vleeshouwers, bij mij thuis gaat het soms anders. Als ik weer eens wat voor mijn fiets koop, vertel ik het gewoon niet. [Gelach] Hier gaat het echter over wat serieuzere zaken. Wat u voorstelt is de financieringsconstructie: hoe financier je 186 miljoen euro? Ik kijk ook even naar mijnheer Rennenberg. Wij moeten 186 miljoen euro in de NRE stoppen. Daarvoor sluiten wij een lening af en wij krijgen dividend terug. In principe zou dat in balans moeten zijn. Als het niet in balans is, heeft dat een positief of een negatief effect op de begroting.
Het is niet gebruikelijk om een financieringsconstructie in een raadsvoorstel op te nemen. Maar goed, het is een groot bedrag. Ik begrijp ÃćâĆňâĂİ en dat hoor ik ook een
beetje bij mijnheer Gerard ÃćâĆňâĂİ de noodzaak voor zekerheid. Voor mij hoeft het niet,
maar stelt u het op prijs, dan ben ik bereid om ten opzichte van het amendement in elk geval blijk te geven van positieve gevoelens. In principe is het voor mij niet noodzakelijk. Ik denk dat ik op die manier duidelijk ben.
Waar komt het geld vandaan, zo vraagt mijnheer Rennenberg. Voor een gedeelte gaan we dat bij een bank lenen. In eerste instantie zal dat 186 miljoen euro zijn, en door vrijval van onze beleggingen zal dat bedrag steeds kleiner worden. Dat is dus niet een lening, maar dat zullen meer leningen zijn. De vrijval van onze beleggingsportefeuille van 110 tot 115 miljoen euro gaat ook niet in een keer. Stapsgewijs zal dit elkaar afwisselen. De lening kost ons geld, dat kost ons percentages. Het investeren van eigen geld kost uiteindelijk ook geld, want dat betekent het niet derven van rendement. Als wij het in de NRE stoppen, is ons een dividend van 5’/o toegezegd. Dat zou voldoende moeten zijn om de eigen derving van niet binnengekregen beleggingsopbrengsten te kunnen dekken, of de rente die over de lening betaald wordt. De heer Rennenber : Dan moet je wel binnen twintig jaar aflossen, als ik het goed begrijp. De heer Don: Ja, op een bepaald moment moet een lening worden afgelost. Aan de andere kant stop je geld in een onderneming die ook een zekere waarde heeft. Wil je de lening gaan aflossen, dan zul je met wat hogere bedragen moeten komen. Ik ga in eerste instantie uit van het overhevelen van het vermogen. Indertijd hebben we geld uit het bedrijf gehaald. Dat stoppen we nu eigenlijk weer terug in het bedrijf.
De heer Rennenber : Dat hebben we opgemaakt!
verslagnummer n
De heer Don: Ja, dat hebben wij samen opgemaakt. We hebben het niet helemaal opgemaakt, want we hebben het uiteindelijk geinvesteerd in de stad, in het publieke domein, en daarvoor hebben we ook andere zaken teruggekregen en die krijgen we daar nog steeds voor terug. En of u het dan eens bent met waar we het hebben ingestopt en hoe we het hebben gedaan, dat is dan ook een beetje politiek. Uiteindelijk hebben we het geld echter wel volgens bepaalde criteria in de stad gestopt. Uiteindelijk hebben we daar een goede beleggingsportefeuille in zitten.
Mijnheer Gerard, u zegt dat we niet alleen naar het beloningsverhaal moeten kijken. Mijnheer Cols, ik heb u de discussie toegezegd en die gaan we krijgen. Voor het einde van deze vergadering zal ik u een datum geven, zodat u in ieder geval naar huis kunt gaan met een datum op zak. Die discussie gaat dus komen. Voorzitter: Mijnheer Cols wil natuurlijk voor de besluitvorming weten wat de datum is, en niet voor het eind van de vergadering. De heer Don: Mijnheer Cols, ik wil daar wel het volgende over zeggen. Wij hebben in Nederland voor een norm gekozen, en dat is de norm van de minister-president. Het kiezen van een andere norm op lokaal niveau, daar ben ik niet zo’n voorstander van. Maar goed, ik heb u de discussie beloofd. Ik wil u ook even zeggen hoe het gaat met de beloning in de NRE. Als aandeelhouders hebben wij de mogelijkheid om het kader vast te stellen. Daarmee kunnen we ook iets zeggen over de hoogte van de beloning. Hoe de beloning precies wordt ingevuld, is aan de raad van commissarissen. De raad van commissarissen kan van het verzoek van de aandeelhouders afwijken. Dan is er een andere situatie. Dan wordt je als aandeelhouder boos op de raad van commissarissen en is er een conflict. Dan kan het zijn dat je op zoek moet gaan naar een andere raad van commissarissen. De raad van commissarissen kan hierin vrij en autonoom handelen. Ik heb al eens stoer geroepen dat ik vind dat we, als we er geld in stoppen, ook iets over de beloningsstructuur mogen zeggen. Dat blijft overeind! Ik zorg ook dat u de datum krijgt, zodat wij de discussie kunnen voeren. Ik zeg u ook toe dat wij de discussie zullen hebben gevoerd voordat er een nieuwe directie wordt aangesteld. De uitkomsten van die discussie neem ik dan mee in de AVA, zodat het kader vastgesteld kan worden. Ik hoop dat u daarmee gerustgesteld bent.
Mijnheer Gerard, u wilt de discussie over de toekomst van het bedrijf breder trekken. Ik heb u ook verteld dat we eerst het stortingsverhaal afronden en, dat is een volgende stap, in de commissievergadering verder praten over wat wij vinden, over wat wij als gemeente zouden willen en wat onze publieke rol in de NRE dan betekent. Die discussie komt tot gang, maar eerst wil ik even de tijd en de energie
Verslagnummer n
hebben om ervoor te zorgen dat de kapitaalstorting plaatsvindt. Ik zorg ervoor dat de discussie over de hoogte van de beloning in november plaats zal vinden. Voorzitter: Mijnheer Cols, is dat akkoord?
De heer Cols: Ja, dat is voldoende. Als we eventueel nog een datum zouden kunnen krijgen, is het helemaal geweldig. Voorzitter: November, ja
Mevrouw Fiers: Misschien moeten we nog een jaartal noemen. [Gelach] De heer Don: 2011?
Voorzitter: Goed, dan zijn we aan het einde gekomen van de eerste termijn. Intussen is het amendement officieel ingediend. Is er iemand die behoefte heeft aan een tweede termijn? Mijnheer Gerard en mijnheer Van Bussel. Mijnheer Gerard.
De heer Gerard: Mijnheer Vleeshouwers, zouden wij aan het amendement niet ’... en andere niet-voorziene bronnen’ toevoegen? Anders zou je die bijna uitsluiten. De heer Vleeshouwers: Ja. Het geldt alleen als er extra inkomsten zouden zijn die daarvoor ingezet zouden kunnen worden. Voorzitter: Mijnheer Van Bussel.
De heer Van Bussel: Uit de woorden van de wethouder begrijp ik dat hij 186 miljoen euro gaat lenen. Dat staat in het raadsvoorstel niet expliciet vermeld. Daar staat gewoon dat er 186 miljoen euro gestort wordt. U zegt dat we de 115 miljoen euro niet in een keer kunnen losmaken, dus op zich komt mijnheer Vleeshouwers nu met punt 1 op punt 3. Ik vind het een stap te ver om een lening van 186 miljoen euro te sluiten.
De heer Don: Ik heb gezegd dat we in het begin hoger zullen moeten lenen, vervolgens staffelen. De heer Van Bussel: Er is nooit sprake geweest van een lening van 186 miljoen euro.
Voorzitter: De opmerking van mijnheer Van Bussel gaat over punt 3 van het amendement. Daar moet u even zorgvuldig naar kijken. De heer Van Bussel: Het gaat ook om de tekst die uitgesproken is.
verslagnummer n
Voorzitter: Mijnheer Vleeshouwers wil graag van u weten of er sprake is van een storting van 186 miljoen euro of een andere constructie. Mijnheer Don. De heer Don: Het gaat om een storting van 186 miljoen euro. Daarbij zullen we eerst moeten kijken naar wat we zelf op de plank hebben liggen. Het gaat inderdaad om een storting van 186 miljoen euro.
De heer Vleeshouwers: Misschien om het wat gemakkelijker te maken: mijnheer Cols suggereerde om 186 miljoen euro maximaal in te voeren. Ik denk dat dit goed Is.
Voorzitter: Volgens mij is het correct om, voor het mogelijk maken van de storting van 186 miljoen euro, een lening aan te gaan tot maximaal 5 /o. Dan wordt in het midden gelaten hoe hoog de lening is. De heer Vleeshouwers: Ja, dat is wat ik ook zei.
Voorzitter: Ja? Dan wordt het zo: om een storting van 186 miljoen euro mogelijk te maken, wordt een lening aangegaan tegen een maximaal rentepercentage van 5 /o. Dan is dat het amendement, met dien verstande dat aan 4C is toegevoegd: ’... en andere niet-voorziene bronnen’. Klopt dat, mijnheer Vleeshouwers? Ja? De heer Helms: Ik vraag me wel af wat mijnheer Vleeshouwers van plan is als de kapitaalmarkt om wat voor reden dan ook op zijn kop komt te staan en we het niet onder de 5
De heer Vleeshouwers: In dat geval hoop ik dat het college snel bij ons terugkomt met een nader voorstel. Naarmate de rente waartegen wij moeten lenen hoger wordt, wordt de noodzaak om andere reserves voor de financiering aan te spreken, dringender. Voorzitter: Mijnheer Van Bussel.
De heer Van Bussel: Ik ben blij met deze verbetering van punt 3. Nu kom ik bij punt 4. Daar staat expliciet dat er per jaar 20 miljoen euro moet vrijkomen. Ik vind dat zo directief. We weten hoe snel het op de markt met de waardes is gegaan en we weten hoe snel het nu gaat. Het is zo strikt voorgeschreven. Eigenlijk bedoelt mijnheer Vleeshouwers dat de wethouder moet proberen om zo daadkrachtig mogelijk te handelen en proberen om, met alle vrijkomende middelen, zo snel mogelijk af te lossen, zodat wij zo snel mogelijk van de schuld af zijn. Hij moet slim met zaken omgaan. Dat is eigenlik de essentie van dat wat ik lees en dan steunt mijn partij het ook. Zoals het hier staat, denk ik dat we de wethouder belasten met een opdracht waarbij je je kunt afvragen: mag het geen 19 of 21 miljoen euro zijn?
verslagnummer n
Ik vind het eigenlijk niet juist om het zo te doen. Zo als het er nu staat, denk ik dat we het niet moeten doen. Voorzitter: Mijnheer Cols.
De heer Cols: De verbeteringsactie die daarnet geformuleerd is, vind ik een beetje vreemd, want die zou toelaten dat het college een groter bedrag zou kunnen lenen. Dat zou ik wel heel vreemd vinden. Voorzitter: Mijnheer Don.
De heer Don: We kunnen dadelijk wel een miljard lenen, maar we hebben natuurlijk ook nog wel common sense. Tijdens dit proces hebben we tot nu toe ook met common sense gehandeld. Vanuit de raad begrijp ik dat u wat meer vastigheid wilt hebben over marges en constructies voor de financiering. Die ruimte bied ik u, maar we hebben common sense. Ik ga natuurlijk geen 250 miljoen euro lenen om een storting van 186 miljoen euro te doen die ik, bij wijze van spreken, met 100 miljoen euro zelf kan financieren. Gun mij ook een beetje het vertrouwen. We hebben tot nu toe laten zien dat we in dit dossier fatsoenlijk handelen. Doe ik het niet goed, dan hebt u achteraf altijd de mogelijkheid om mij ter verantwoording te roepen. Voorzitter: We zouden dit tot een discussiepunt maken, maar er niet al te veel discussie over voeren. Mijnheer Cols. De heer Cols: Wat ons betreft gaat het niet om vertrouwen, maar het gaat wel om een vrij hoog bedrag. Volgens mij is het best netjes dat je, als je het over zo’n hoog bedrag hebt, dit in de raad vaststelt.
Voorzitter: Mijnheer Vleeshouwers, mijnheer Van Bussel zei dat we de wethouder niet zo aan die 20 miljoen euro moeten binden. De heer Vleeshouwers: Ik zie dat bij punt 4a, nee 4c eigenlijk alleen maar een uitleg is, dat kan eventueel weg.
Voorzitter: ... De invulling van de NRE, de beleggingsportefeuille niet groter dan .. Mevrouw Schreurs: Ik constateer dat dit in essentie een technische discussie is. Ik
heb behoefte aan een kleine schorsing, waarin er overleg kan zijn tussen de portefeuillehouder, de indiener van het amendement en iemand die er verstand van heeft, om te zorgen dat er een ordentelijk besluit komt te liggen waar iedereen het eigenlijk over eens is. Dit is namelijk raar.
Verslagnummer n
Voorzitter: Zo raar is het niet, maar ik vind het voorstel op zich wel goed. Er kan een eenduidig voorstel komen. Het is wel goed om even te verkennen welke
aanvullende amendementen of subamendementen in het geding zijn. Misschien kan mijnheer Vleeshouwers even met de wethouder overleggen, zodat we tot een gezamenlijk amendement komen. Ik schors 2 minuten. [Schorsing] Voorzitter: Ik heropen de vergadering en verzoek de leden hun plaats in te nemen. Neem even de stukken erbij. Mijnheer Vleeshouwers. De heer Vleeshouwers: Ik zal langzaam voorlezen wat het uiteindelijk geworden is. Het is niet heel veel anders geworden dan dat het net was. Toe te voegen aan punt 3: "... om de storting mogelijk te maken een lening aan te gaan met een maximaal rentepercentage van 5’/a en een maximale looptijd van 15 jaar". Dat is met de toezegging van de wethouder dat hij op een verstandige manier met de lening omgaat en dus geen 1 miljard zou gaat lenen. Bij punt 4A vervalt de zin "... die de komende jaren ..." enzovoort, want dit is niet essentieel. Bij C vervalt het tweede deel van de zin "... en er geen zicht meer is op aflossing van de lening voor 2024", want dat is een eerste deel van het amendement, vervat in die looptijd van vijftien jaar. Aan punt D wordt ten slotte toegevoegd: "... andere niet-voorziene bronnen". Dat is de uiteindelijke tekst. Voorzitter: Ik kijk naar de wethouder. Wat is uw oordeel hierover?
De heer Don: Dat hebben we afgesproken.
Voorzitter: Wil iemand hier nog nadere vragen over stellen? Dat is niet het geval. Dan kunnen we nu overgaan naar de besluitvorming. Wil iemand een stemverklaring afleggen? Mijnheer Reker. De heer Reker: Zoals u weet is de Lijst Pim Fortuyn altijd tegen de verkoop van nutsbedrijven geweest. We staan nu met de rug tegen de muur en kunnen niet anders doen dan voor stemmen.
Voorzitter: Anderen nog? Mijnheer Helms.
De heer Helms: Met het voorstel op zich stemmen we natuurlijk in, want we kunnen niet anders. Voor de VVD blijft het echter nog steeds een discussiepunt of we al ons geld in dit soort bedrijven moeten stoppen of dat we het beter in veilige obligaties kunnen stoppen. Voor ons was dit amendement niet nodig. Wij kunnen de wethouder inderdaad vertrouwen. Tot nu toe heeft hij het heel keurig gedaan, in samenspraak met de werkgroep. Dat zou voor ons voldoende zijn geweest, maar
Verslagnummer n
omdat de wethouder hiermee kan leven, is er voor ons geen reden om tegen te stemmen. Voorzitter: Mijnheer Gerard.
De heer Gerard: Hetzelfde, voorzitter. Kan mijnheer Vleeshouwers een amendement dat potentieel ingrijpende consequenties heeft, voortaan van tevoren sturen? Dit moet eigenlijk in de commissie. Voorzitter: Ja, dat kan ik niet goed beoordelen. Op zichzelf zou het in de commissie besproken moeten zijn. Dat laat onverlet dat u altijd tot een nader inzicht kan komen in de raadsvergadering zelf.
Dan gaan we nu over tot stemming. Allereerst is het amendement van mijnheer Vleeshouwers met een aantal subwijzigingen aan de orde. Wie is voor het amendement? [Stemmen bij handopsteken] Wie is tegen? [Stemmen bij handopsteken] Met de tegenstem van de fractie van GroenLinks is het amendement aangenomen. Wie is voor het gewijzigde voorstel zoals het nu voorligt? [Stemmen bij handopsteken] Wie is tegen? [Stemmen bij handopsteken] Het voorstel is met algemene stemmen aangenomen.
Vl Raadsinformatiebrieven ter kennisname Voorzitter: Dan gaan we nu naar agendapunt Vl. Mijnheer Beenen.
De heer Beenen: Ons bereikte raadsinformatiebrief R11, waarin de GGD ernstige bezorgdheid uitspreekt over de luchtkwaliteit van bepaalde gebieden in Eindhoven. Het college kiest voor een bepaalde aanpak van dat probleem. De kwaliteit van de lucht die wij inademen betreft ons natuurlijk allemaal. Onze fractie zou daarom de raadsinformatiebrief voor de commissie willen agenderen, om te bekijken of de commissie de gekozen aanpak steunt, of er wellicht nog andere opties zijn, wat het plan van aanpak van het college precies inhoudt, et cetera. Voorzitter: Dit lijkt me duidelijk, fracties hebben het recht om dit te doen. U had het overigens ook schriftelijk kunnen doen, door het gewoon even aan te melden bij de griffie, dan was het ook goed gekomen.
Vll Ingekomen stukken Voorzitter: Dan komen we bij punt Vll. Voorgesteld wordt om de stukken onder A voor kennisgeving aan te nemen? Wil iemand daar iets over zeggen? Dat is niet het
verslagnummer n
geval. Dan komen we bij de stukken onder 8, waarbij het voorstel is om deze ter afdoening in handen te stellen van het college van burgemeester en wethouders. Heeft iemand een ander voorstel? Nee? Dan kunt u daarmee instemmen.
Dan komen wij nu bij het eerder uitgestelde besloten deel van de vergadering en ik stel voor om de vergadering voor een halve minuut te schorsen. Ik verzoek hen die geen deel uitmaken van de raad of het college de vergadering te verlaten.
[Einde openbaar gedeelte]
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 17 november 2009.
J. Rozendaal, waarnemend voorzitter.
J. Verheugt, griffier
gwo/HA09043930