Gemeente Bunschoten
Woningmarktonderzoek 2015
20 oktober 2015
DATUM
20 oktober 2015
TITEL
Woningmarktonderzoek 2015
ONDERTITEL
Boulevard Heuvelink 104 6828 KT Arnhem Postbus 1174 6801 BD Arnhem OPDRACHTGEVER
Gemeente Bunschoten
[email protected] www.companen.nl (026) 351 25 32 @Companen BTW NL001826517B01 IBAN NL95RABO0146973909 KVK 09035291
AUTEUR(S)
Pim Tiggeloven Theo van der Waals
PROJECTNUMMER
313.102
Inhoud 1
Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Werkwijze 1.3 Werkwijze
2
Demografische ontwikkelingen en woningbehoefte 2.1 Terugblik 2.2 Migratiebewegingen 2.3 Toekomstige woningbehoefte 2.4 Samenstelling woningvoorraad 2.5 Toekomstige behoefte sociale huur 2.6 Verkoopgegevens 2.7 Druk op de huurmarkt 2.8 Wonen met zorg
3 3 4 5 7 8 10 13 13
3
Woontevredenheid 3.1 Tevredenheid woning 3.2 Tevredenheid woonomgeving
15 15 16
4
Verhuisgeneigdheid 4.1 Verhuisgeneigdheid 4.2 Verhuismotieven
18 18 19
5
Kwalitatieve woningbehoefte 5.1 Woonwensen starters 5.2 Woonwensen doorstromers 1 + 2 persoonshuishoudens 5.3 Woonwensen alleenstaanden 5.4 Woonwensen gezinnen 5.5 Locatievoorkeuren 5.6 Interesse koopconstructies huurwoning 5.7 Gewenste duurzaamheidsmaatregelen
20 20 21 22 25 26 29 29
6
Kansrijke en kwetsbare marktsegmenten 6.1 Huursector 6.2 Koopsector 6.3 Woonwensen bij aanhoudende economische crisis 6.4 Vergelijking met regionale behoefte
31 31 33 35 37
7
Wonen met zorg
39
8
Samenvatting en conclusies
41
Bijlage I: Tabellenboek
1 1 1 2
1
1 Inleiding 1.1 Aanleiding In 2015 stelt de gemeente Bunschoten haar nieuwe Woonvisie op. Sinds de vaststelling van de vorige Woonvisie (2011-2016) is de woningmarkt sterk veranderd. Waar het vorige woningmarktonderzoek en de woonvisie nog midden in de economische en woningmarktcrisis plaatsvond, zien we nu al enige tijd een voorzichtig herstel. Het aantal woningverkopen neemt toe, nieuwbouwprojecten komen van de grond. Anderzijds blijft de hypotheekruimte voor veel mensen beperkt. Maar ook op andere fronten hebben zich ontwikkelingen voorgedaan. De nieuwe woningwet is ingevoerd, waarmee de speelruimte voor woningcorporaties sterk is ingeperkt. Verder is de nieuwe Huisvestingswet van kracht geworden en is de extramuraliseringsopgave (het langer zelfstandig wonen voor mensen met een zorgvraag) in de praktijk gebracht. Deze en andere ontwikkelingen vragen om een actueel woonbeleid voor de gemeente Bunschoten. Om tot goede beleidskeuzes te komen, is niet alleen kennis van deze landelijke trends belangrijk, maar ook een actueel beeld van de lokale woonwensen. Daarom is er in het voorjaar van 2015 een woningmarktonderzoek gehouden, waarvan deze rapportage het eindproduct is. De uitkomsten van het onderzoek bieden ons goede richtingen voor om de toekomstige opgaven voor het wonen in onze gemeente te bepalen, welke we gaan vastleggen in de nieuwe Woonvisie.
1.2 Werkwijze Statistische analyse bestaande bronnen Het eerste deel van onderzoek bestaat uit een statistische analyse van een aantal trends op de Bunschotense woningmarkt; de bevolkings- en huishoudensontwikkeling (zowel in het recente verleden als de toekomst), migratiebewegingen, de huidige woningvoorraad en een analyse van de bewegingen in zowel de koop- als huursector.
Enquête onder zelfstandige huishoudens en starters Daarnaast is er een enquête onder zelfstandige huishoudens en starters in de gemeente Bunschoten gehouden. De enquête is gehouden onder zo’n 3.190 zelfstandige huishoudens (bestaande alle huishoudens woonachtig in Eemdijk en een aselecte steekproef van 3.000 huishoudens uit onder alle huishoudens Bunschoten-Spakenburg). Daarnaast zijn alle potentiële starters in de gemeente (inwonende jongeren tussen de 18 en 30 jaar) aangeschreven om deel te nemen aan de enquête. In de enquête (die zowel via internet heeft gelopen, als telefonisch is afgenomen) is men ondervraagd over onder andere: de huidige woonsituatie, eventuele verhuisplannen en hun woonwensen. De telefonische enquête is gehouden om voldoende verhuisgeneigde huishoudens te ondervragen over hun woningvoorkeuren. Voor een representatief beeld, dat wil zeggen een betrouwbaarheid van 95% en een nauwkeurigheid van 5% was vereist dat 250 geslaagde enquêtes onder verhuisgeneigde huishoudens werden afgenomen. Daarnaast was het belangrijk om na te gaan in hoeverre huishoudens naar tevredenheid wonen of wel iets anders willen, maar toch geen plannen hebben, bijvoorbeeld vanwege de huidige economische omstandigheden. Voor dit inzicht was een respons benodigd van 250 huishoudens (al dan niet verhuisgeneigd).
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
1
Tabel 1.1: Gemeente Bunschoten. Respons woonwensenonderzoek onder zelfstandige huishoudens (naar kern) en starters
Totaal aantal woonadressen Aantal aangeschreven Aantal respondenten Waarvan verhuisgeneigd % respons
Zelfstandige huishoudens BunschotenEemdijk Spakenburg 7.698 290 2.897 290 520 61 229 23 18% 21%
Starters Totaal 7.988 3.187 581 252 18%
1.915 1.915 140 103 7%
Bron: Woonwensenonderzoek Companen (2015).
In totaal hebben 581 zelfstandige huishoudens aan het onderzoek meegedaan. Hiervan waren 252 huishoudens verhuisgeneigd en 329 niet. Daarnaast hebben 140 starters aan het onderzoek meegewerkt. De respons ligt daarmee iets lager dan bij het woningbehoefteonderzoek uit 2010 (destijds 653 zelfstandige huishoudens en 327 starters als respons), maar is ruim voldoende om betrouwbare uitspraken op gemeenteniveau te doen, uitgaande van een betrouwbaarheidsniveau van 95% en 5% nauwkeurigheid.
1.3 Werkwijze De rapportage van het woningmarktonderzoek kent de volgende opbouw: In hoofdstuk 2 worden de resultaten van de statistische analyse beschreven. Dit betekent een bondig overzicht van bestaand cijfermateriaal, zoals de bevolkingsontwikkeling en de migratiebewegingen van de laatste jaren, een overzicht van de huidige woningvoorraad en de en de ontwikkelingen op de koop- en huurwoningmarkt. Daarnaast een vooruitblik naar de toekomstige bevolkings- en woningbehoefteontwikkeling. Hoofdstuk 3 t/m 7 beschrijven de uitkomsten van de enquête die is gehouden onder zelfstandige huishoudens en potentiele starters in de gemeente. Hoofdstuk 3 geeft de tevredenheid over de huidige woning en woonomgeving weer. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de verhuisgeneigdheid en motieven om wel of niet te verhuizen. Hoofdstuk 5 gaat in op de woonwensen per doelgroep. Welke woning zoekt men en welke laat men achter? We kijken ook naar specifieke voorkeuren, zoals de interesse voor zelfbouw, het kopen van een huurwoning en wensen met betrekking tot duurzaamheid. De woonwensen voor Rengerswetering en Eemdijk worden nader uitgelicht. In hoofdstuk 6 worden de fricties op de woningmarkt in beeld gebracht. In welke marktsegmenten zit nog ruimte om woningen de komende jaren toe te voegen en waar juist niet? Hierbij zijn twee scenario’s uitgewerkt; het oorspronkelijke wensbeeld (direct afgeleid uit de enquête) en een crisisscenario (uitgaande van aanhoudende economische crisis). Hoofdstuk 7 vat de belangrijkste conclusies van het onderzoek samen.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
2
2 Demografische ontwikkelingen en woningbehoefte 2.1 Terugblik Op 1 januari 2015 woonden er ongeveer 20.650 personen in de gemeente Bunschoten. De bevolkingsontwikkeling laat zien dat de afgelopen jaren de bevolking is toegenomen. Figuur 2.1: Gemeente Bunschoten. Demografische ontwikkelingen en ontwikkeling woningvoorraad 2004-2013*.
300 250 200 150 100 50 0 -50 -100 -150 -200 -250
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Geboorteoverschot
Binnenlands migratiesaldo
Buitenlands migratiesaldo
Woningvoorraadontwikkeling
2012
2013
Bevolkingsgroei *Migratiegegevens over 2014 zijn nog niet bekend Bron: CBS (2015)
Het geboortecijfer in Bunschoten ligt relatief hoog vergeleken met het landelijke cijfer. In de laatste jaren zien we een lichte afname. Toch is er sprake van redelijke constante lijn. Het binnenlands migratiesaldo is over de hele periode negatief. Er vertrekken dus meer mensen dan er in Bunschoten vestigen. Het buitenlandse migratiesaldo is wel licht positief. Vooral het laatste jaar is het aantal immigranten sterk toegenomen. Hierbij gaat het vooral om arbeidsmigranten en in mindere mate om statushouders. Het hoge geboortecijfer heeft in de afgelopen jaren het vertrekoverschot gecompenseerd. Hierdoor kende de gemeente een redelijke bevolkingsgroei. De laatste jaren is de bevolking vooral toegenomen door de sterke stijging van het aantal buitenlandse vestigers en de natuurlijke aanwas. De binnenlandse migratie loopt redelijk synchroon met de woningvoorraadontwikkeling. In jaren van hoge productie (2007 t/m 2009 en 2012) loopt het vertrekoverschot terug. Door nieuwbouw toe te voegen is het gelukt om een deel van de potentiële vertrekkers binnen de gemeente te houden / vestigers aan te trekken, zij het nog op beperkte schaal. In de periode 2011 tot en met 2014 zijn er 350 woningen in de gemeente opgeleverd. Daarnaast staan er voor 2015 nog 100 woningen op de planning. Als deze woningen dit jaar daadwerkelijk opgeleverd worden, dan is de gemeente erin geslaagd om de beoogde productie van 450 woningen uit de Woonvisie van 2011 (crisis-scenario) in de gestelde termijn van vijf jaar te realiseren.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
3
2.2 Migratiebewegingen De verhuisbewegingen zijn van grote invloed op de bevolkingsontwikkeling. Daarom zoomen we nu nader in op de migratiecijfers. Eerst werpen we een blik op de belangrijkste vestigings- en vertrekgemeenten. Tabel 2.1: Gemeente Bunschoten. Migratie van personen naar richting (2009-2013).
Vestiging 349 59 5 23 58 67 100 26 72 15 116 535 515
Amersfoort Baarn Eemnes Leusden Soest Utrecht Overig Utrecht Barneveld Nijkerk Putten Overig Gelderland Overig Nederland Buitenland
Vertrek 411 90 7 22 51 85 85 39 134 16 171 606 240
Saldo 2009-2013 -62 -31 -2 1 7 -18 15 -13 -62 -1 -55 -71 275
Bron: CBS (2015)
Net als bij het vorige woningmarktonderzoek uit 2010 zien we nog altijd een sterke uitstroom vanuit Bunschoten naar Amersfoort. Marktkenners geven aan dat Vathorst en Nieuwland nog steeds belangrijke alternatieven zijn voor jonge stellen die niet direct aan een (betaalbare) woning in Bunschoten kunnen komen. Verder zien we een vertrekoverschot met Baarn (in 2010 was er nog sprake van een vestigingsoverschot met deze gemeente). Het vertrekoverschot naar de gemeente Nijkerk is ten opzichte van het onderzoek uit 2010 verder toegenomen.
Vervolgens kijken we naar welke leeftijdsgroepen per saldo de gemeente verlaten en binnenkomen. Figuur 2.2: Gemeente Bunschoten. Vestiging en vertrek naar leeftijdscategorie (2004-2013).
50 0 -50 -100 -150 -200 2004
2005
2006
2007 0-14
15-24
2008 25-49
2009 50-64
2010
2011
2012
2013
65+
Bron: CBS (2015)
In het vorige woningmarktonderzoek zagen we dat in de jaren 2007-2008 er sprake was van een vestigingsoverschot van gezinnen (0-14 jarigen en 25-49 jarigen). Vanaf 2010 zien we weer een
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
4
vertrekoverschot onder met name de 25 tot 49 jarigen (vaak 1+2 persoonshuishoudens). Dit houdt mogelijk verband met de afgenomen woningproductie sinds 2010 (zie figuur 2.1). De afgelopen jaren was er nog wel een licht vestigingsoverschot van 0-14 jarigen. Dit duidt er op dat sprake was van een licht vestigingsoverschot van gezinnen (deze leeftijdsgroep verhuisd doorgaans mee met de ouders). Marktkenners geven aan dat dit veelal stellen zijn die in de jaren hiervoor zijn vertrokken (door werk, studie of beperkt woonaanbod) en bij gezinsuitbreiding weer terug willen keren naar hun oude gemeente. Jongere stellen (nog zonder kinderen) verlaten dan weer per saldo de gemeente. Wel is het vertrekoverschot aanzienlijk minder dan in de periode 2004-2006.
2.3 Toekomstige woningbehoefte Verwachte bevolkingsontwikkeling De afgelopen vijf jaar is het inwonertal verder gegroeid. We kijken nu naar de toekomstige trend. We hanteren daarbij een bevolkings- en woningbehoefteprognose op basis van het principe ‘migratiesaldo = 0’. Dit houdt in dat de prognose uitgaat dat het aantal vertrekkers en vestigers van en naar de gemeente in evenwicht zal zijn. De groei van de bevolking wordt daardoor volledig veroorzaakt door de natuurlijke aanwas. Dit komt min of meer overeen met de werkelijke situatie van de laatste jaren, waarbij de gemeente met een negatief binnenlands migratiesaldo te maken had, maar anderzijds wel een positief buitenlands migratiesaldo kende (door de komst van statushouders). Naar verwachting zal de bevolking van de gemeente Bunschoten ook de komende jaren verder groeien: Figuur 2.3: Gemeente Bunschoten. Toekomstige bevolkingsontwikkeling (2016-2036), vergeleken met de feitelijke ontwikkeling tussen 2010 en 2015.
23.000 22.500 22.000 21.500 21.000 20.500 20.000 19.500 19.000
Feitelijke ontwikkeling
2036
2035
2034
2033
2032
2031
2030
2029
2028
2027
2026
2025
2024
2023
2022
2021
2020
2019
2018
2017
2016
2015
2014
2013
2012
2011
2010
18.500
Prognose
Bron: CBS (2015), Woningmarktonderzoek Companen (2015).
Tussen 2016 en 2036 zal het aantal inwoners met ongeveer 1.985 inwoners toenemen tot 22.635 inwoners in 2036; een groei van gemiddeld 100 inwoners per jaar.
Ontwikkeling bevolkingssamenstelling We kunnen de toekomstige bevolkingsontwikkeling ook naar leeftijdsklasse uitsplitsten:
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
5
Tabel 2.2: Gemeente Bunschoten. Toekomstige bevolkingsontwikkeling naar leeftijdsklasse (2016-2031).
< 25 jaar 25 – 34 jaar 35 – 54 jaar 55 – 74 jaar 75 jaar en ouder Totaal
2016
2021
2026
2031
2036
6.920 2.780 5.575 4.240 1.135 20.650
6.875 2.790 5.600 4.510 1.335 21.110
6.950 2.675 5.630 4.695 1.750 21.700
6.980 2.685 5.590 4.950 1.995 22.200
7.030 2.720 5.650 5.070 2.160 22.630
20162036 +110 -60 +75 +830 +1.025 +1.980
% verschil +2% -2% +1% +20% +90% +10%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
De bevolkingsgroei concentreert zich sterk in de oudere leeftijdsklassen. Het aandeel 75-plussers zal met 75% toenemen in de komende 20 jaar. Wel zal de groep 0 tot 25 jarigen de grootste leeftijdsklasse blijven, maar hun groei is aanzienlijk kleiner dan bij de 55- en 75-plussers.
Verwachte woningbehoefte Op basis van de huishoudensontwikkeling kunnen we inzicht geven in de verwachte woningbehoefte naar huishoudenstype. Tabel 2.3: Gemeente Bunschoten. Toekomstige woningbehoefte naar huishoudenstype (2016-2031).
1+2 phh < 35 jaar 1+2 phh 35-54 jaar Gezinnen 1+2 phh 55-74 jaar 1+2 phh 75 jaar en ouder Totaal
2016
2021
2026
2031
2036
1.075 705 3.410 1.835 685 7.710
1.040 715 3.465 1.930 950 8.100
1.030 725 3.515 1.995 1.190 8.455
1.030 705 3.535 2.130 1.340 8.740
1.035 720 3.550 2.240 1.435 8.980
20162036 -40 +15 +140 +405 +750 +1.270
% verschil -4% +2% +4% +22% +109% +16%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
In de periode 2016-2036 neemt de woningbehoefte toe met ongeveer 1.270 woningen. Deze groei wordt met name veroorzaakt door de groeiende groep 55-plussers in de gemeente. Met name de groep 75-plussers zal sterk groeien. De gezinnen zullen het grootste deel van de woningvraag op zich blijven nemen. Maar hun omvang zal slechts in beperkte mate toenemen.
Extra woningbehoefte door statushouders In figuur 2.1 was te zien dat de gemeente Bunschoten de laatste jaren te maken had met een sterk positief buitenlands migratiesaldo. Dit wordt voor een groot deel veroorzaakt door de komst van statushouders. Het is lastig te bepalen hoe deze instroom zich de komende jaren gaat ontwikkelen. Dit is afhankelijk van de politieke stabiliteit in verschillende regio’s in de wereld. De verwachting is dat de eerstvolgende jaren de gemeente Bunschoten (net als vele andere Nederlandse gemeenten) nog te maken zal hebben met een sterke instroom van statushouders. In 2015 heeft de gemeente Bunschoten te maken met 35 te huisvesten statushouders (in 2011 lag dit aantal nog op 14 personen). Uitgaande van een gemiddelde woningbezetting van 2,5 betekent dit een extra woningbehoefte van 14 woningen.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
6
2.4 Samenstelling woningvoorraad Op 1 januari 2015 stonden er ongeveer 7.670 woningen in de gemeente Bunschoten. Ongeveer 80% daarvan is een koopwoning (6.145 woningen). Verder staan er ongeveer 1.520 huurwoningen in de gemeente; het merendeel is in bezit van de corporaties (ongeveer 1.050 woningen). Verder zijn er 1 ongeveer 355 particuliere huurwoningen . De verdeling naar woningtype en prijsklasse was daarbij als volgt: Figuur 2.4: Gemeente Bunschoten. Samenstelling woningvoorraad naar woningtype en prijs (2015)
Rij-/hoekwoning 2-1 kap Vrijstaand Appartement 0 < €175.000
500
1.000
€175-225.000
1.500
2.000
€225-300.000
2.500
3.000
€300-400.000
3.500
4.000
> €400.000
4.500 Huur
Bron: Gemeente Bunschoten (2015).
Ruim de helft (55%) van de woningvoorraad in Bunschoten bestaat uit rij- en hoekwoningen. Deze woningen zitten met name in de categorie €175.000 tot €300.000. Ruim een kwart van de woningvoorraad zijn ruime, grondgebonden woningen (tweekappers of vrijstaand). Het aantal tweekappers is duidelijk groter dan het aantal vrijstaande woningen. De meeste tweekappers kennen een prijs tussen de €225.000 en €400.000, terwijl veel vrijstaande woningen in het segment vanaf €400.000 zitten. Ongeveer 17% van de voorraad zijn appartementen. Het aandeel huurwoningen is daarbij groter dan de koopappartementen.
Sociale huurvoorraad In Bunschoten staan ongeveer 1.520 huurwoningen. Een groot deel daarvan is in bezit van de 2 woningcorporaties; Het Gooi en Omstreken (1.030) en Eemland Wonen (15) . Na raadpleging van het WOZ-bestand kan worden vastgesteld dat er circa 355 woningen tot de particuliere huursector kunnen worden gerekend. Onderstaande tabel geeft een overzicht van het woningbezit van de twee corporaties.
1
We baseren ons voor dit aantal op een analyse op het gemeentelijke WOZ bestand. Echter, waarschijnlijk zal het werkelijke aantal particuliere huurwoningen in de gemeente nog wat lager liggen, omdat een deel van de (vaak oudere) huishoudens de eigen woning op naam van een van de kinderen heeft laten zetten. Daarnaast worden sommige koopwoningen tijdelijk verhuurd op basis van de Leegstandswet. 2 Daarnaast worden 114 woningen verhuurd door Stichting Zorg- en Wooncentrum De Haven.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
7
Tabel 2.4: Gemeente Bunschoten. Woningvoorraad Het Gooi en Omstreken en Eemland Wonen (naar woningtype en prijsklasse).
Kern
Woningtype
Bunschoten
EGW MGW Sen. woning GGB Totaal EGW MGW Sen. woning GGB Totaal Totaal
Eemdijk
Gemeente
< €403 22 110 0 132 1 1 133 (13%)
€403€576 237 252 28 517 1 1 2 519 (50%)
€576€618 113 14 22 149 1 1 2 151 (14%)
€618€710 128 61 9 198 2 3 5 203 (19%)
>€710 10 29 0 39 39 (4%)
totaal 510 466 59 1.035 4 6 10 1.045(100%)
Bron: Het Gooi en Omstreken, Eemland Wonen (2015).
Het merendeel van het corporatiebezit bevindt zich in de prijsklasse tot €710. Slechts 4% zit boven de liberalisatiegrens. Iets minder dan tweederde van het corporatiebezit bevindt zich in de prijsklasse tot de eerste aftoppingsgrens (< €576). Het aantal eengezinswoningen (EGW) is iets groter dan het meergezinswoningen (MGW).
2.5 Toekomstige behoefte sociale huur Op basis van de bevolkingsprognose kunnen we inzicht geven in de huidige en toekomstige samenstelling van de huishoudens naar inkomensgroep. Daarmee kunnen we inzicht geven in de toekomstige behoefte aan sociale huur. De toekomstige omvang van de verschillende inkomensgroepen is sterk afhankelijk van de verwachte inkomensontwikkeling. We gaan hierbij uit van het langjarig 3 gemiddelde van 0,5% koopkrachtontwikkeling per jaar . Tabel 2.5: Gemeente Bunschoten. Huishoudensontwikkeling naar inkomensgroep (2016-2031). Inkomensklasse 2016 2021 2026 < €34.911 3.030 3.105 3.160 €34.911-€38.000 520 555 590 €38.000-€43.000 625 665 705 > €43.000 3.535 3.775 4.000 Totaal 7.710 8.100 Bron: Regionaal Inkomensonderzoek CBS (2013), bewerking Companen.
3
8.455
2031
2016-2031
3.190 615 740 4.195 8.740
+160 +95 +115 +660 +1.030
Op dit moment zijn er 3.030 huishoudens met een inkomen tot €34.911 (de primaire doelgroep voor de woningcorporatie) in de gemeente (38% van alle huishoudens in de gemeente). Naar verwachting zal deze groep in de komende vijftien jaar toenemen (met 160 huishoudens). De grootste groei zit hierbij duidelijk in de eerstkomende jaren (+65 huishoudens in de komende vijf jaar). Zo’n 520 huishoudens hebben een inkomen tussen de €34.911 en €38.000. Hoewel deze groep in eerste instantie niet tot de primaire doelgroep behoort, zien de corporaties in Bunschoten dit als een doelgroep waarvoor zij ook woningen beschikbaar willen houden, gezien hun beperkte mogelijkheden op de particuliere woningmarkt. Deze groep zal de komende vijftien jaar toenemen met 95 huishoudens.
Dit groeipercentage is gelijk aan het langjarig gemiddelde dat het CPB heeft berekend (1970 – 2010).
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
8
Huidige en toekomstige woonsituatie inkomensgroepen In de onderstaande tabel vertalen we de ontwikkeling van de inkomensgroepen in de huur en de koopvoorraad. Tabel 2.6: Gemeente Bunschoten. Ontwikkeling inkomensgroepen naar woonsituatie (2016-2031), afgeronde aantallen. 2016 2016 2031 2016-2031 (aantal) (%) Huishoudens < € 34.911
3.030
Waarvan in sociale huur Waarvan in koop
805 2.225
Huish. €34.911 - €38.000
515
Waarvan in sociale huur Waarvan in koop
60 455
Huish. €38.000 - €43.000
630
Waarvan in sociale huur Waarvan in koop
55 575
Huishoudens > € 43.000
3.535
Waarvan in sociale huur Waarvan in koop
125 3.410
Totaal aantal huishoudens
7.710
27% 73% 12% 88% 9% 91% 4% 96%
Waarvan in sociale huur 1.045 14% Waarvan in koop 6.665 86% Bron: Regionaal Inkomensonderzoek CBS (2013), bewerking Companen.
3.190
+160
845 2.345
+40 +120
615
+95
65 545
+5 +90
750
+115
70 675
+15 +100
4.195
+660
150 4.045
+25 +635
8.740
+1.030
1.130 7.610
+85 +945
Op dit moment woont 27% van de huishoudens met een inkomen tot € 34.911 in een huurwoning en circa 73% in een koopwoning. Het aandeel lage inkomens in een huurwoning is daarmee aanzienlijk lager dan het landelijk gemiddelde (63%). Wanneer we ervan uit gaan dat deze verhouding in de komende jaren gelijk blijft, zal het aantal huishoudens met een inkomen tot € 34.911 in de huur toenemen met 40 huishoudens. Van de inkomensgroep tussen de € 34.911 en € 38.000 woont ongeveer 12% in een huurwoning. Deze groep zal licht toenemen (+5 huishoudens). Als we ervan uitgaan dat het huidige aandeel scheefwoners in stand blijft, dan zal de behoefte aan sociale huurwoningen in de komende vijftien jaar toenemen met 85 woningen. Daarmee is een uitbreiding van het huidige aantal sociale huurwoningen wenselijk. Op dit moment ervaren de corporaties een behoorlijke druk op de vraag naar sociale huurwoningen in Bunschoten. De vraag is wel of dit aanhoudt op het moment dat de economische groei (en daarmee de koopkrachtontwikkeling) doorzet. Andere invloeden op omvang sociale huurvoorraad Zoals te lezen in paragraaf 2.3 is de kans reëel dat de gemeente Bunschoten de komende jaren te maken heeft met een instroom van statushouders. De extra woningbehoefte van deze doelgroep komt uit op ongeveer 14 woningen. Dit is een doelgroep die doorgaans in de sociale huursector wordt gehuisvest. Als de internationale spanningen in diverse regio’s aan blijven houden, betekent dit ook dat er meer vraag naar sociale huurwoningen zal zijn. Een andere factor van belang is de wens vanuit de Rijksoverheid om de goedkope scheefheid in de huursector terug te dringen. Er worden maatregelen onderzocht om hier de komende jaren werk van te gaan maken, hoewel nog niets vast staat. Het is daarom belangrijk om de ontwikkeling van de scheefwoners in de huur goed te blijven monitoren en de prognose zonodig bij te stellen als ontwikkelingen of nieuwe beleid daar aanleiding toe geven.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
9
2.6 Verkoopgegevens Sinds 2009 verkeerde de woningmarkt in crisis. De laatste twee jaar neemt het aantal woningverkopen landelijk weer licht toe. Deze trend zien we ook terug in de gemeente Bunschoten. Figuur 2.5 Gemeente Bunschoten. Ontwikkeling aantal woningtransacties in de bestaande voorraad per jaar naar woningtype (2003-2014).
140 120 100 80 60 40 20 0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Twee-onder-een-kap
Appartementen
Tussenwoningen
Vrijstaande woningen
2011
2012
2013
2014
Hoekwoningen
Bron: woningmarktcijfers.nl (2015)
Een groot deel van de woningtransacties in Bunschoten bestaat uit de verkoop van rijwoningen. In de eerste jaren van de crisis (2010-2012) zien we eerst nog een lichte stijging van het aantal transacties. Een mogelijk gevolg door oplevering van nieuwbouw in Rengerswetering, waardoor doorstroming in dit segment is ontstaan. Met name in 2013 valt de verkoop ver terug. In 2014 herstelt de verkoop zich enigszins weer. Bij de ruimere grondgebonden woningen (hoekwoningen, tweekappers) zien we tussen 2011 en 2013 een lichte terugval. De verkoop van appartementen neemt juist sterk toe in deze periode.
We kijken nu naar de gemiddelde transactieprijs per woningtype. Figuur 2.6. Gemeente Bunschoten. Ontwikkeling gemiddelde transactieprijs (bestaande voorraad) naar woningtype (2003-2014).
700.000 600.000 500.000 400.000 300.000 200.000 100.000 0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Twee-onder-een-kap
Appartementen
Tussenwoningen
Vrijstaande woningen
2011
2012
2013
2014
Hoekwoningen
Bron: Woningmarktcijfers.nl (2015).
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
10
Vooral de gemiddelde transactieprijs van 2-onder-1 kap- en vrijstaande woningen kende sterke schommelingen de afgelopen jaren. Wel gaat het hier om relatief kleine aantallen verkochte woningen. De gemiddelde transactieprijs van het meest verkochte woningtype in Bunschoten (rijwoning) is redelijk constant gebleven; rond de €225.000. Bij de appartementen zien we dat de gemiddelde transactieprijs tussen 2010 en 2013 een daling kende. Dit kan een verklaring zijn voor het toegenomen aantal transacties in dit segment. Het koopappartement is daarmee een alternatief geworden voor mensen die met beperkte hypotheekruimte toch een woning willen kopen.
Verkoop Rengerswetering Naast de verkoop van de bestaande voorraad is de verkoop van nieuwbouw een belangrijke graadmeter voor de situatie op de woningmarkt. We werpen daarom nu een blik op de verkoopontwikkelingen bij de locatie Rengerswetering. Figuur 2.7: Gemeente Bunschoten. Verkoop- en verhuurdata woningen Rengerswetering (naar jaar en woningtype) 2009-2014.
140 120 100 80 60 40 20 0 2009
2010
2011
2012
2013
2014
Eiland 1 - Fase 1 Eiland 1 - Fase Eiland 1 - Fase 4 Eiland 1 - Fase 5 Eiland 2 - Fase 1 Eiland 2 - Fase 2 2&3 Rijwoning
2-onder-1 kap
Vrijstaand
Appartement
Vrije kavel
Huur
Bron: Gemeente Bunschoten (2015).
Met name in 2010 zijn veel woningen in de verkoop gegaan (120 woningen). Daarna nam dit aantal jaarlijks af. In 2014 nam het aantal woningen dat op de markt kwam weer toe, mede door 33 huurappartementen van Het Gooi en Omstreken. Ongeveer de helft van de nieuwbouw in Rengerswetering bestond uit rijwoningen (48%). Alleen in 2012 kwamen er geen rijwoningen op de markt. Ongeveer een kwart van aangeboden woningen bestond uit koopappartementen (24%). Het aandeel ruime grondgebonden woningen (tweekappers en vrijstaand) lag op 13%.
We kijken naar de doelgroepen waaraan de woningen zijn verkocht.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
11
Tabel 2.7: Gemeente Bunschoten. Verkoop woningen Rengerswetering naar woningtype en doelgroep (2009-2014).
2-onder-1 kap / vrijstaand 1 25 0 5 0 15 46
Rijwoning Starter Doorstromer Senior Vestiger Corporatie (huur) Niet verkocht Totaal
101 30 0 19 16 13 179
Appartement
Totaal
73 1 1 8 33 0 116
175 (51%) 56 (16%) 1 (0%) 32 (9%) 49 (14%) 28 (8%) 341 (100%)
Bron: Gemeente Bunschoten (2015).
Ruim de helft van de woningen zijn verkocht aan starters. Het ging daarbij in de eerste plaats om rijwoningen, gevolgd door appartementen. Ruim 50 woningen zijn verkocht aan doorstromers. Het ging daarbij vrijwel uitsluitend om grondgebonden woningen. Er zijn niet of nauwelijks woningen aan senioren verkocht. Vestigers zijn met name in rijwoningen terechtgekomen. Ongeveer 30 woningen zijn (nog) niet verkocht (8%). Dat zijn met name woningen van Eiland 2 (de latere fasen in het project).
Onderstaand figuur laat zien dat de gemiddelde prijsstelling van de woningen in de loop der jaren is gedaald. Figuur 2.8: gemeente Bunschoten. Ontwikkeling gemiddelde transactieprijs Rengerswetering (naar jaar en woningtype) 20092014.
€ 400.000 € 350.000 € 300.000 € 250.000 € 200.000 € 150.000 € 100.000 € 50.000 €0 2009
2010
2010
2011
2012
2013
2014
Eiland 1 Fase 1
Eiland 1 Fase 2
Eiland 1 Fase 3
Eiland 1 Fase 4
Eiland 1 Fase 5
Eiland 2 Fase 1
Eiland 2 Fase 2
Starters - rijwoning
Starters - appartementen
Overig - doorstromers
Bron: Gemeente Bunschoten (2015).
Vanaf 2011 neemt de gemiddelde transactieprijs af. Dat is het eerst te zien bij de startersappartementen die in Fase 4 en 5 van Eiland 1 zijn verkocht. Vanaf 2013 zien we ook een duidelijk lagere gemiddelde transactieprijs bij de starters-rijwoningen en overige woningtypen. Mogelijk heeft deze prijsdaling te maken met de gevolgen van de economische crisis, waardoor hypotheekmogelijkheden (zeker bij starters) is afgenomen. Bovendien is het aandeel starters dat gebruikt maakt van een starterslening bij Eiland 2 (53%) fors toegenomen ten opzichte van Eiland 1 (28%).
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
12
2.7 Druk op de huurmarkt De afgelopen drie jaar is het aantal woningzoekenden in de huur licht afgenomen, net als de wachttijd. In 2014 waren er ruim 880 woningzoekenden in de gemeente. De gemiddelde wachttijd voor een huurwoning was in 2014 3,26 jaar. De vraagdruk in de huur lijkt met name bij de eengezinswoningen te zitten.
Mutatiegraad Bij de meeste woningtypen is te zien dat er na een dip in 2013 het aantal mutaties in 2014 weer is toegenomen. Tabel 2.8: Gemeente Bunschoten. Mutatiegraad naar woningtype 2012-2014.
Eengezinswoning Appartement Seniorenwoning Totaal
2012 23 (5%) 42 (9%) 5 (7%) 70 (7%)
2013 25 (5%) 23 (5%) 1 (1%) 50 (5%)
2014 20 (4%) 38 (8%) 5 (7%) 63 (6%)
Bron: Het Gooi en Omstreken (2015)
In 2014 lag de mutatiegraad van het woningbezit van Het Gooi en Omstreken in Bunschoten op 6%. Met name het aantal mutaties van appartementen en seniorenwoningen lag in 2013 wat lager dan in 2012 en 2014. De woningen van Eemland Wonen in de gemeente zijn nog zeer recent. Hier hebben nog geen mutaties plaatsgevonden.
Reactiegraad Het aantal reacties op vrijkomende woningen nam de afgelopen jaren iets toe. Tabel 2.9: Gemeente Bunschoten. Gemiddeld aantal reacties op vrijkomende woningen (naar woningtype) 2012-2014.
Eengezinswoning Appartement Seniorenwoning Gemiddeld
2012 13 12 6 11
2013 16 10 3 15
2014 34 12 7 18
Bron: Het Gooi en Omstreken (2015)
Deze toename komt vooral door de groei van het aantal reacties op eengezinswoningen in het laatste jaar. Het aantal reacties bij appartementen en seniorenwoningen is niet alleen lager, maar ook niet of nauwelijks toegenomen.
2.8 Wonen met zorg De behoefte van verschillende vormen van wonen met zorg wordt voor een belangrijk deel bepaald door demografische trends (stijgt het aantal ouderen?) en het Rijksbeleid (het op gang komen voor de extramuralisering, waardoor zorgbehoevenden steeds langer zelfstandig moeten blijven wonen). Op basis van deze trends hebben we de behoefte voor verschillende vormen van wonen met zorg in de gemeente Bunschoten in kaart gebracht. We maken hierbij onderscheid naar drie doelgroepen: Ouderen Mensen met een verstandelijke beperking Mensen met een psychische problematiek
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
13
Tabel 2.10: Gemeente Bunschoten. Behoefte aan wonen met zorg (naar doelgroep) 2016-2031*.
Ouderen Verstandelijke beperking Psychische problematiek
Intramuraal Extramuraal Intramuraal Extramuraal Intramuraal Extramuraal
2016 155 235 90 0 20 55
2021 165 350 90 5 15 60
2026 195 430 85 5 15 60
2031 230 505 85 10 15 65
2016-2031 +75 +270 -5 +10 -5 +10
Bron: Aedes/Actiz, WoON2012, CBS (2015), bewerking Companen *Intramuraal: behoefte naar aantal plaatsen, Extramuraal: behoefte naar aantal woningen.
Ouderen Bij de doelgroep ouderen stijgt met name de vraag naar extramurale vormen van wonen met zorg. Daarbij gaat het om mensen die intensieve zorg aan huis ontvangen of het zogenaamde ‘verzorgd wonen’; zelfstandige woningen die in de nabijheid van een verzorgings- of verpleeghuis staan, waardoor de bewoners gebruik kunnen maken van de faciliteiten van de intramurale setting en waardoor er ook in hun eigen woning 24-uurs toezicht is. Onder andere de aanleunwoning valt onder dit woningtype. In de periode 2016-2031 neemt de vraag naar deze woonvorm met 270 woningen toe. De behoefte aan intramurale huisvesting (verzorgings- en verpleeghuis) zal onder ouderen veel minder sterk toenemen. Dit komt omdat ouderen met een lichte zorgvraag in het huidige Rijksbeleid hiervoor niet meer in aanmerking komen. Anderzijds neemt door de vergrijzing het aantal ouderen met een zwaardere zorgvraag ook in de gemeente Bunschoten toe, waardoor er de komende 15 jaar per saldo wel een groei in deze vraag valt te verwachten. VG en GGZ De omvang van de andere cliëntgroepen is in de gemeente Bunschoten aanzienlijk kleiner, maar ook bij deze doelgroepen verschuift de behoefte aan wonen met zorg naar meer zelfstandige woonvormen. Op dit moment wonen er ongeveer 90 mensen met een verstandelijke beperking uit de gemeente in een beschermde woonvorm. Hun aandeel op de totale bevolking in Bunschoten blijft de komende jaren gelijk, waardoor het demografische effect op de veranderende vraag beperkt is. De toenemende vraag naar extramurale woonvormen (het geclusterd begeleid wonen) komt daarom vooral doordat VG-cliënten met een lichte zorgvraag niet langer in aanmerking komen voor beschermd wonen. De vraag naar geclusterd begeleid wonen (extramuraal) bij VG-cliënten neemt de komende jaren met 10 woningen toe. Voor GGZ-cliënten geldt hetzelfde. De vraag naar beschermd wonen (intramuraal) neemt beperkt af als gevolg van demografische effecten. Er is een kleine toename in de vraag naar geclusterd begeleid wonen te verwachten als gevolg van de extramuralisering (+10 woningen in de periode 2016-2031).
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
14
3 Woontevredenheid Hoofdstuk 3 tot en met 6 geven de resultaten op de woonwensen-enquête weer. Eerst kijken we naar de tevredenheid over de woning en woonomgeving.
3.1 Tevredenheid woning Een meerderheid van de huishoudens is tevreden over de huidige woning. Van de huishoudens tot 55 jaar vindt 53% dat er geen nadelen aan de woning zitten (in 2010 was dat 49%) en bij de 55-plussers lag dat op 61% (57% in 2010). Tabel 3.1: Gemeente Bunschoten. Nadelen aan de huidige woning naar leeftijdsklasse
Woning te groot Geen garage / parkeergelegenheid Geen tuin, of kleine tuin Woning te duur Te grote en bewerkelijke tuin Woning te klein Slechte kwaliteit keuken, badkamer enz. Woning vergt te veel onderhoud Ontbreken dubbel glas Slechte kwaliteit woning Ontbreken zorgvoorzieningen (beugels, traplift, etc.) Woning niet aan te passen aan mijn wensen Woning is gehorig / slecht geïsoleerd Slecht toegankelijk voor mensen met klachten Onvoldoende onderhoud Onderdelen van de woning zijn te klein Woning niet veilig genoeg Geen centrale verwarming Overig 0% > 55 jaar
2%
4%
6%
8%
10%
12%
14%
16%
< 55 jaar
*De respondenten konden meerdere antwoorden geven op deze vraag, waardoor een totaal van meer dan 100% mogelijk is. Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Voor huishoudens tot 55 jaar is het ontbreken van een tuin (of een te kleine tuin) het meest genoemde nadeel, gevolgd door het ontbreken van een garage en een te dure woning. Voor huishoudens vanaf 55 jaar is de te grote woning het meest genoemde nadeel, gevolgd door een te grote (bewerkelijke) tuin) en het onderhoud aan de woning. Ten opzichte van 2010 is het aantal huishoudens dat aangeeft de woning te duur te vinden toegenomen. Met name huishoudens tot 55 jaar in een huurwoning (hetzij van de corporatie, hetzij
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
15
particulier) vindt de hoge huurprijs van de woning een belangrijk nadeel. Slechts 9% van de huishoudens die dit nadeel heeft genoemd, is eigenaar van een woning. Bij de overige antwoorden worden met name omgevingsfactoren genoemd; de nabijheid van een drukke weg of een groot bedrijf, maar ook overlast van buurtbewoners.
3.2 Tevredenheid woonomgeving Ook over de woonomgeving zijn huishoudens positiever dan in 2010. Van de huishoudens tot 55 jaar ervaart 40% geen nadelen in de woonomgeving, bij 55-plussers is dat 58%. De belangrijkste nadelen zijn als volgt: Tabel 3.2: Gemeente Bunschoten: Nadelen aan de huidige woonomgeving naar leeftijdsklasse.
Te weinig parkeergelegenheid Slecht onderhouden groen Overlast van verkeer Winkels ver weg Overlast door vuil en/of stank Rondhangende jongeren Te weinig speelplekken kinderen tot 12 jaar Slechte inrichting woonomgeving Te weinig voorzieningen jongeren 12-18 jaar Overlast door criminaliteit, vandalisme Ontbreken van ontspanningsmogelijkheden Te ver van voorzieningen Overlast gemeentebomen (afval + uitzicht) De buurt is te druk Overlast van bedrijven Te ver van familie/ vrienden Te weinig groenvoorzieningen De buurt is te rustig Nadelige effecten nieuwbouw Overig 0%
5%
> 55 jaar
10%
15%
20%
25%
30%
35%
40%
< 55 jaar
*De respondenten konden meerdere antwoorden geven op deze vraag, waardoor een totaal van meer dan 100% mogelijk is. Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Te weinig parkeergelegenheid is net als in 2010 voor beide groepen huishoudens het meest genoemde nadeel aan de woonomgeving. Het percentage van de huishoudens dat rondhangende jongeren als nadeel heeft aangegeven is ten opzichte van 2010 afgenomen.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
16
Bij de open antwoorden hebben huishoudens tot 55 jaar soms de nadelige effecten van nabijgelegen nieuwbouwontwikkelingen genoemd (te denken valt aan het verdwijnen van vrij uitzicht en een toename van de parkeerdruk).
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
17
4 Verhuisgeneigdheid In dit hoofdstuk gaan we in op de verhuisgeneigdheid en verhuismotieven.
4.1 Verhuisgeneigdheid Ten opzichte van het vorige woningmarktonderzoek uit 2010 is te zien dat de verhuisgeneigdheid in de gemeente is afgenomen. Tabel 4.1: Gemeente Bunschoten. Verhuisgeneigdheid naar leeftijd.
Leeftijdsklasse Starters Doorstromers
Totaal Tot 35 jaar 35-55 jaar 55-75 jaar 75 jaar en ouder Totaal
Zeker verhuisgeneigd 14% 9% 8% 10% 10%
Alleen bij geschikte woningen 4% 2% 8% 8% 5%
Misschien 17% 10% 15% 8% 13%
Verhuisgeneigd totaal (2015) 74% 35% 21% 31% 26% 28%
Verhuisgeneigd totaal (2010) 81% 58% 28% 39% 42% 39%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Op dit moment is 27% van de huishoudens in meer of mindere mate verhuisgeneigd. In 2010 lag dat percentage nog op 39%. Met name het aandeel mensen dat zegt misschien te zullen verhuizen is afgenomen. Met name het aandeel verhuisgeneigden onder jonge doorstromers en 75-plussers is sterk afgenomen. Mogelijk is onder de jongste groep de ergste vraagdruk weggenomen met de voortvarende ontwikkeling van Rengerswetering. Bij de oudere huishoudens is te zien dat steeds meer mensen langer zelfstandig blijven wonen. Deels omdat steeds minder mensen in aanmerking komen voor een verzorgings- of verpleeghuis, maar ook omdat zij dit zelf ook willen.
Wil men niet verhuizen, dan is dat met name omdat men al tevreden is over de huidige woonsituatie. Daarnaast heeft een klein deel (te) beperkte financiële mogelijkheden (deels door de onverkoopbaarheid van de huidige woning). Tabel 4.2. Gemeente Bunschoten. Belangrijkste redenen om niet te verhuizen
Reden om niet te verhuizen Ik woon naar tevredenheid in mijn huidige woning Ik wacht de ontwikkelingen van de economische situatie en mijn inkomenssituatie af Ik kan mijn huidige woning niet verkopen Mijn financiële mogelijkheden zijn te beperkt om een woning te kopen Ik kom niet in aanmerking voor een huurwoning Ik ga mijn huidige woning verbouwen Overig Totaal
Percentage 79% 5% 2% 4% 1% 2% 7% 100%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
18
4.2 Verhuismotieven Wat betreft de verhuismotieven, spelen bij doorstromers binnen de gemeente vooral persoonlijke redenen en woningmotieven een rol. Bij vertrekkers speelt de woonomgeving duidelijk meer mee.
Woning
Persoonlijk
Tabel 4.3: Gemeente Bunschoten. Vijf meest genoemde persoonlijke verhuismotieven naar doelgroep 1+2 phh <55 jaar 1+2 phh >55 jaar Gezinnen Vertrekkers uit Bunschoten Speelt mee: 44% Speelt mee: 42% Speelt mee: 51% Speelt mee: 75% Dichterbij vrienden / familie Verandering inkomen (6%) Gezondheid (24%) Kinderen uit huis (8%) (17%) Trouwen/samenwonen (5%) Verandering inkomen (8%) Verandering inkomen (4%) Gezondheid (16%) Gezondheid (5%) Speelt mee: 68% Geen / te kleine tuin (25%) Woning te klein (20%)
Overlijden partner (4%) Speelt mee: 57% Woning te groot (29%) Woning niet geschikt voor ouderen (24%)
Gezondheid (3%) Speelt mee: 67% Woning te klein (23%)
Dichterbij werk/studie (15%) Speelt mee: 33% Woning te groot (9%)
Woning te groot (13%)
Woning te klein (7%)
Te grote / bewerkelijke tuin (4%) Speelt mee: 38% Speelt mee: 17% Speelt mee: 26% Speelt mee: 61% Woon te ver van centrum Graag naar andere wijk / Graag naar andere wijk / Parkeergelegenheid (20%) (6%) kern (9%) kern (26%) Vandalisme / criminaliteit Inrichting huidige Woon te ver van centrum Overlast buurtbewoners (14%) woonomgeving (4%) (5%) (19%) Inrichting huidige Overlast buurtbewoners Inrichting huidige Verkeersoverlast (2%) woonomgeving (13%) (4%) woonomgeving (15%) *De respondenten konden meerdere antwoorden geven, waardoor een totaal van meer dan 100% mogelijk is Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015) Veel onderhoud (12%)
Woning te duur (12%)
Omgeving
Wil woning kopen (20%)
Voor 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar is het woningmotief de belangrijke verhuisreden. Als zij verhuizen is dat meestal omdat ze behoefte hebben aan een grotere woning met (meer) tuin. Wat betreft de woonomgeving is voor hen belangrijk om over voldoende (nabijgelegen) parkeergelegenheid te beschikken. 1+2 persoonshuishoudens van 55 jaar en ouder verhuizen vooral met het oog op hun toekomstige gezondheidssituatie. Zij zijn op zoek naar een woning die minder onderhoud vergt. Een deel van de gezinnen verhuist om nog een kwaliteitsstap te maken (grotere woning). Daarnaast verwacht een deel van de gezinnen dat hun kinderen op korte termijn het huis uit gaan. Zij oriënteren zich al op een kleinere woning. Daarbij houden ze soms ook al rekening met dat men in de nieuwe woning ook oud kan worden (ook als men te maken krijgt met fysieke beperkingen). Ook vertrekkers vormen een gedifferentieerde groep. Enerzijds jonge huishoudens die behoefte hebben aan een ruimere woning. Maar daarnaast ook ouderen die behoefte hebben aan een kleinere woning met minder onderhoud.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
19
5 Kwalitatieve woningbehoefte In dit hoofdstuk kijken we naar de woonwensen per doelgroep. We onderscheiden daarbij de starters en diverse groepen doorstromers (alleenstaanden, 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar en vanaf 55 jaar, gezinnen). Daarnaast kijken we naar een aantal aanvullende woonwensen, zoals locatievoorkeur, wens voor het kopen van een huurwoning en duurzaamheidswensen.
5.1 Woonwensen starters We beginnen met de woonwensen van starters. Het betreft hier verhuisgeneigde jongeren tussen de 18 en 30 jaar die op dit moment nog inwonend zijn. Omdat zij nog niet zelfstandig wonen, tonen we enkel het wensprofiel van deze groep. Tabel 5.1: Gemeente Bunschoten. Woonwensen starters.
Huurwoning < €403 €403-€576 €576-€618 €618-€710 >€710 Koopwoning Tot €130.000 (alleen appartementen) €130.000-€175.000 €150.000 tot €200.000 €200.000 tot €300.000 €300.000 tot €400.000 > €400.000 Woningtype Rij of hoekwoning 2^1 kap / geschakeld Vrijstaand Meergezinswoning Seniorenwoning Overig Nieuwbouwwoning Nieuwbouw Bestaande woning Geen voorkeur
Gewenst 24% 36% 48% 8% 8% 76% 7% 9% 21% 63% 52% 5% 2% 20% 21% 35% 1% 57%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Een ruime meerderheid van de starters zoekt een koopwoning. Daarbij zijn een rij- of hoekwoning het meest gewenst, gevolgd door een appartement. De meeste starters zoeken een woning tussen de 2 en 3 ton (63%), gevolgd door het segment tussen de €150.000 en €200.000. Een kleine groep (7%) zoekt een koopappartement tot €130.000. verderop zullen we zien dat deze vraag voor een belangrijk deel van alleenstaande starters komt (paragraaf 5.3). In de huursector zoeken starters uitsluitend een sociale huurwoning, waarbij de nadruk ligt op de goedkoopste prijsklassen binnen de sociale huur. 35% van de starters heeft een voorkeur voor een nieuwbouwwoning.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
20
Ten opzichte van 2010 is het aandeel starters dat een huurwoning wenst, toegenomen (was in 2016 nog 16%). Starters die een koopwoning zoeken, richten zich nu op iets duurdere woningen dan in 2010 (in 2010 zocht nog 44% een woning tussen de 2 en 3 ton).
5.2 Woonwensen doorstromers 1 + 2 persoonshuishoudens We kijken nu naar de wensen voor doorstromers. Naast hun woonwensen, brengen we ook hun huidige woonsituatie in beeld. We maken in de analyse onderscheid tussen huishoudens tot 55 jaar en daarboven. Tabel 5.2: Gemeente Bunschoten. Huidige en gewenste woning van verhuisgeneigde 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar en vanaf 55 jaar.
Huurwoning < €403 €403-€576 €576-€618 €618-€710 >€710 Koopwoning Tot €150.000 €150.000 tot €200.000 €200.000 tot €300.000 €300.000 tot €400.000 €400.000 tot €500.000 > €500.000 Woningtype Rij of hoekwoning 2^1 kap / geschakeld Vrijstaand Meergezinswoning Grondgebonden seniorenwoning Overig Nieuwbouwwoning Nieuwbouw Bestaande woning Geen voorkeur
1+2 phh < 55 jaar Huidig Gewenst 53% 34% 19% 39% 100% 42% 47% 66% 20% 4% 58% 48% 11% 31% 5% 5% 17%
1+2 phh > 55 jaar Huidig Gewenst 27% 62% 7% 59% 42% 8% 26% 13% 14% 21% 11% 73% 38% 1% 7% 14% 53% 56% 18% 16% 5% 6% 17% 8%
33% 3% 10% 54% -
49% 9% 31% 11% -
51% 18% 15% 7% 7% 2%
5% 4% 32% 51% 8%
-
42% 4% 54%
-
19% 16% 65%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar
Deze groep wil doorgaans van een huur naar een koopwoning verhuizen. Ze zoeken dan voornamelijk een rij- of hoekwoning, gevolgd door een appartement. Men zoekt voornamelijk in het segment tussen €150.000 en €200.000, gevolgd door 2 tot 3 ton. Ten opzichte van 2010 is de vraag naar huurwoningen iets toegenomen (destijds 22%). Daarnaast is er nauwelijks vraag naar vrijstaande woningen, terwijl dit in 2010 nog 10% van de verhuisgeneigde 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar naar dit woningtype zocht. Verder is de vraag naar een nieuwbouwwoning sterk toegenomen (in 2010 nog 17%). Mogelijk heeft de nieuwbouw van Rengerswetering onder deze groep interesse aangewakkerd.
1+2 persoonshuishoudens vanaf 55 jaar
Deze doelgroep maakt juist een verschuiving van de koop- naar een huurwoning bij verhuizing. Zij zoeken vooral een (levensloop)geschikte woning waar men zolang mogelijk kan blijven wonen, ook
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
21
bij afnemende gezondheid. Een grondgebonden woning is daarbij meer gewenst dan een appartement. In de huur zoekt ongeveer 11% een woning in de vrije sector. De rest van deze huishoudens wenst een huurwoning in het sociale segment. Echter, een aanzienlijk deel van deze groep zal vanwege de toewijzingsnorm (90% van de toewijzingen aan de inkomensgroep < €34.911) niet in aanmerking komen voor een sociale huurwoning. Ongeveer een op de vijf huishoudens zoekt een nieuwbouwwoning. Ten opzichte van 2010 zoekt een nog groter deel van deze groep een huurwoning (2010: 55%), maar het aandeel huishoudens dat in de vrije sector huur een woning zoekt is (ondanks de invoering van de verscherpte toewijzingsregels in de sociale huur) juist sterk afgenomen (was in 2010 nog: 24%). De verwachting is dat een groot deel van deze senioren met een wens voor sociale huur uiteindelijk niet zal verhuizen en in plaats daarvan de huidige koopwoning zal aanpassen zodat men hier zolang mogelijk zelfstandig kan blijven wonen.
5.3 Woonwensen alleenstaanden De groep alleenstaanden maakt onderdeel uit van de voorgenoemde groep 1+2 persoonshuishoudens. Maar hun financiële mogelijkheden om naar hun meest ideale woning te verhuizen zijn vanwege de huishoudenssamenstelling vaak aanzienlijk beperkter. Tabel 5.3: Gemeente Bunschoten. Verhuisgeneigd alleenstaanden (naar leeftijdsklasse)
Starters Doorstromers
Leeftijdsklasse Totaal Tot 35 jaar 35-55 jaar 55-75 jaar 75 jaar en ouder Totaal
Verhuisgeneigd 21% 3% 25% 12% 7% 46%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Van de alleenstaande starters is 21% verhuisgeneigd. Bij de alleenstaande doorstromers is dat 46%. De grootste groep alleenstaande doorstromers zijn 35 tot 55 jarigen (25%), gevolgd door de 55 tot 75 jarigen.
Belangrijk is ook om te weten hoe groot het aandeel alleenstaanden is op de totale groep verhuisgeneigden.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
22
Doorstromers Starters
Figuur 5.1: Gemeente Bunschoten. Aandeel alleenstaande huishoudens op totale groep verhuisgeneigden.
18 - 30 jaar > 55 jaar < 55 jaar 0%
10%
20%
30% Alleenstaand
40%
50%
60%
70%
80%
90%
Eenoudergezin
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Met name onder de starters is het aandeel alleenstaanden groot (82%). Bij de doorstromers is ongeveer een op de vijf huishoudens alleenstaand. Bij de alleenstaanden tot 55 jaar bestaat een deel van deze groep uit eenoudergezinnen. Bij de 55-plussers is deze groep nihil. Ook bij de woonwensen van alleenstaanden maken we onderscheid tussen doorstromers (huidig en gewenste woning) en starters (alleen de gewenste woning).
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
23
Tabel 5.4: Gemeente Bunschoten. Huidige en gewenste woning van verhuisgeneigde alleenstaanden (doorstromers) en wensprofiel startende alleenstaanden.
Huurwoning < €403 €403-€576 €576-€618 €618-€710 >€710 Koopwoning Tot €130.000 (alleen appartementen) €130.000-€175.000 Tot €150.000 €150.000 tot €200.000 €200.000 tot €300.000 €300.000 tot €400.000 €400.000 tot €500.000 > €500.000 Woningtype Rij of hoekwoning 2^1 kap / geschakeld Vrijstaand Meergezinswoning Grondgebonden seniorenwoning Overig Nieuwbouwwoning Nieuwbouw Bestaande woning Geen voorkeur
Doorstromers Huidig 50% 7% 71% 10% 9% 3% 50% n.v.t n.v.t 3% 26% 47% 9% 1% 14%
Gewenst 76% 12% 60% 21% 5% 2% 24% n.v.t n.v.t 10% 60% 17% 13%
Starters Gewenst 48% 36% 50% 7% 7% 52% 15% 8% n.v.t 31% 46% -
40% 4% 9% 36% 5% 6%
26% 0% 0% 43% 24% 7%
29% 3% 45% 23%
-
15% 17% 68%
69% 6% 25%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Alleenstaande doorstromers
Bij de alleenstaande doorstromers zoekt ongeveer driekwart een huurwoning. Slechts een enkeling (2%) zoekt daarbij een woning in de vrije sector huur. De meest gezochte woning is een appartement, gevolgd door een rij-/hoekwoning en grondgebonden seniorenwoning. Met name de vraag naar appartementen en grondgebonden seniorenwoningen hebben betrekking op de huursector. In de koopsector zoeken alleenstaanden met name een woning tot €200.000. In dat geval gaat het meestal om een rij- of hoekwoning.
Alleenstaande starters
Eerder was te zien dat het merendeel van de verhuisgeneigde starters nu nog alleenstaand is (82%). Maar gezien de geuite woonwensen lijkt deze woonsituatie veel meer voor de zeer korte termijn te gelden dan bij de doorstromers. Een kleine meerderheid van de alleenstaande starters zoekt een koopwoning, vooral tussen de 2 en 3 ton. In de huur is er geen vraag naar vrije sector huur. Ook hier geldt dat de vraag naar meergezinswoningen voornamelijk betrekking heeft op het huursegment. Niettemin is er wel een klein deel starters dat een koopappartement tot €130.000 wenst.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
24
Terughoudendheid bij toevoegen goedkope koopappartementen In de afgelopen jaren zijn er, met name in Rengerswetering goedkope koopappartementen (< €130.000) aan de woningvoorraad toegevoegd. Lokale marktkenners geven aan dat hiermee een leemte in de Bunschotense woningmarkt is opgevuld. Dit aanbod voorziet in de behoefte van met name alleenstaande jongeren tussen de 20 en 30 jaar die een eerste stap op de woningmarkt willen zetten. Ook uit het recente woningmarktonderzoek blijkt er onder (alleenstaande) starters enige vraag te zijn naar dit woningmarktsegment. Marktkenners geven wel aan dat de bewoners van deze goedkope koopappartementen de intentie hebben om hier voor slechts enkele jaren te wonen en daarna een vervolgstap te willen maken. De praktijk toont aan dat deze appartementen een hoge mutatiegraad kennen en vaak maar korte tijd te koop staan. De vraag die uit de woonwensen van de starters naar voren komt wordt herkend, maar is wel minder groot dan uit het wensprofiel naar voren komt. Ons advies is daarom om in de toekomst slechts in beperkte mate goedkope koopappartementen, zodat vraag en aanbod naar dit segment in evenwicht blijven. Daarbij is het vooral ook van belang om deze woningen gefaseerd op de markt te brengen, zodat er geen overschot ontstaat.
5.4 Woonwensen gezinnen Tot slot kijken we naar de woonwensen van gezinnen met een of meer thuiswonende kinderen. Tabel 5.5: Gemeente Bunschoten. Woonwensprofiel doorstromers gezinnen
Huurwoning < €403 €403-€576 €576-€618 €618-€710 >€710 Koopwoning Tot 150.000 150.000 tot 200.000 euro 200.000 tot 300.000 euro 300.000 tot 400.000 euro 400.000 tot 500.000 euro Vanaf 500.000 euro Woningtype Rij of hoekwoning 2^1 kap / geschakeld Vrijstaand Meergezinswoning Seniorenwoning Overig Nieuwbouwwoning? Nieuwbouw Bestaande woning Geen voorkeur
Huidig 35% 26% 16% 32% 26% 65% 4% 57% 18% 5% 16%
Gewenst 28% 12% 53% 35% 72% 2% 48% 11% 10% 29%
61% 14% 5% 11% 5% 5%
55% 11% 13% 5% 11% 5%
-
22% 14% 64%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Op dit moment woont ongeveer tweederde van de verhuisgeneigde gezinnen in een koopwoning. Na verhuizing zal dat aandeel bijna driekwart zijn. Meest gewenste woningtype is een rijwoning (55%), gevolgd door een ruime, grondgebonden woning (tweekapper of vrijstaand). Daarnaast sorteert een klein deel van de gezinnen al voor op een eventuele grondgebonden senioren woning of appartement; vaak gezinnen waarbij kind(eren) op het punt staat om het huis te verlaten.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
25
Het merendeel van de gezinnen zoekt in de klasse 2 tot 4 ton. Ongeveer een derde zoekt een woning in de hoogste prijsklasse. Ten opzichte van 2010 valt op dat de vraag naar huurwoningen iets is toegenomen. Daarnaast zoekt men veel vaker een luxe rij- of hoekwoning (> €300.000). Dit gaat ten koste van de vraag naar 2onder-1 kap- en vrijstaande woningen.
Liever een ruime hoekwoning dan 2-onder-1 kap woning Marktkenners herkennen de verschuiving onder doorstromers van 2-onder-1 kap en vrijstaande woningen naar een luxe rij- of hoekwoning. Dit is een groep waarvan de huidige woning niet zelden onder water is komen te staan. Zij zullen daarom een kleine pas op de plaats moeten maken en de volgende stap op de woningmarkt iets moeten bijstellen. De voorkeur van deze groep gaat dan uit naar een grote hoekwoning, mede gezien het (nog steeds) hoge prijsniveau van tweekappers en vrijstaande woningen in de gemeente. Bovendien zien veel mensen dat Rengerswetering in de loop der jaren een volwaardige woonwijk is geworden (niet enkel een nieuwbouwlocatie), waar deze ruime rij- en hoekwoning te vinden is.
5.5 Locatievoorkeuren Aan verhuisgeneigden is gevraagd in welke plaats zij zouden willen wonen. Hieruit blijkt een duidelijke voorkeur voor de bestaande bouw van Bunschoten-Spakenburg. Figuur 5.2: Gemeente Bunschoten. Gewenste woonlocatie verhuisgeneigden (naar huishoudenstype).
Totaal Starters 1+2 phh > 55 jaar Gezinnen 1+2 phh < 55 jaar 0% 20% 40% Bunschoten-Spakenburg Rengerswetering Gemeente Bunschoten; geen voorkeur
60% Eemdijk Zuyderzee Andere gemeente
80%
100%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Bijna de helft van de verhuisgeneigden wenst bij verhuizing in Bunschoten-Spakenburg te gaan wonen. Nog eens 26% wil in de gemeente blijven wonen, maar heeft geen specifieke voorkeur. Ongeveer 4% van de verhuisgeneigden heeft een voorkeur voor Rengerswetering; met name starters en jonge 1+2 persoonshuishoudens. Ongeveer 5% van de verhuisgeneigden heeft een voorkeur voor Eemdijk; met name 1+2 persoonshuishoudens van 55 jaar en ouder. Een op de tien verhuisgeneigden wil naar een andere gemeente verhuizen; vaak 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar.
Invloed Starterslening op interesse locaties Voor de nieuwbouwlocaties Zuyderzee en Rengerswetering kunnen starters gebruik maken van de Starterslening. In welke mate speelt de beschikbaarheid van de lening een rol in de interesse van starters voor deze nieuwbouwprojecten?
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
26
Van de starters die in eerste instantie geen interesse voor deze nieuwbouwlocaties hebben, zegt 33% alsnog interesse te hebben in een van beide locaties als men voor de aankoop van een woning op deze locatie gebruik kan maken van de Starterslening (21% interesse voor Rengerswetering, 12% interesse voor Zuyderzee). Daarnaast zegt 41% ook met een Starterslening nog steeds geen interesse te hebben voor een van beide locaties. De overige 26% twijfelt nog. Van de starters die al wel interesse in een van beide locaties hadden, zegt 72% dat de beschikbaarheid van de Starterslening een rol heeft gespeeld in hun interesse voor de betreffende locatie.
Woonwensen Rengerswetering en Eemdijk We zoomen nu in op de woonwensen voor Rengerswetering, Eemdijk en Zuyderzee. Per locatie is het aantal geïnteresseerden op basis van de enquête weergegeven. Dit zijn mensen die deze locatie als eerste voorkeur hebben genoemd (doorstromers en starters), inclusief starters die in tweede instantie (met gebruik van de Starterslening) alsnog interesse hebben voor Rengerswetering of Zuyderzee. Tabel 5.6: Gemeente Bunschoten. Kwantitatieve- en kwalitatieve woningbehoefte Rengerswetering en Eemdijk.
Aantal geïnteresseerden (5 jaar) Starters 1+2 phh < 55 jaar 1+2 phh > 55 jaar Gezinnen Huidige woonplaats geïnteresseerden Bunschoten Spakenburg Doorstromers Starters Eemdijk Doorstromers Starters Huurwoning < €403 €403-€576 €576-€618 €618-€710 >€710 Koopwoning Tot €130.000 (alleen appartementen) €130.000-€175.000 €150.000 tot €200.000 €200.000 tot €300.000 €300.000 tot €400.000 400.000 tot 500.000 euro Vanaf 500.000 euro Woningtype Rij of hoekwoning 2^1 kap / geschakeld Vrijstaand Meergezinswoning Seniorenwoning Overig Nieuwbouwwoning Nieuwbouw Bestaande woning Geen voorkeur
Woonwensen Rengerswetering 220 (100%) 115 (52%) 95 (43%) 10 (5%)
Woonwensen Eemdijk 95 (100%) 20 (21%) 55 (58%) 20 (21%)
Woonwensen Zuyderzee 115 (100%) 90 (78%) 5 (4%) 15 (14%) 5 (4%)
210 (97%) 105 (48%) 105 (48%) 10 (2%) 10 (2%) 7% 100% 93% 3% 55% 42% -
40 (42%) 40 (42%) 55 (58%) 35 (37%) 20 (21%) 16% 31% 31% 37% 84% 9% 9% 26% 10% 46%
105 (91%) 25 (22%) 80 (69%) 10 (9%) 10 (9%) 21% 100% 79% 24% 64% 12% -
85% 3% 13% -
25% 18% 10% 6% 20% 21%
67% 7% 20% 7% -
91% 9%
22% 13% 65%
62% 38% -
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
27
Tabel 5.7: Gemeente Bunschoten. Aanvullende woonwensen Rengerswetering en Eemdijk.
Invloed bouwproces gewenst? Voorkeur kant en klare woning Wil invloed op ontwerp Kavel om zelf te bouwen Samen met architect ontwerpen Woning met veel keuzemogelijkheden Gewenst kaveloppervlak < 300 m² > 300 m² Interesse voor CPO Parkeermogelijkheid Parkeren op eigen terrein Parkeren dichtbij eigen woning Geen voorkeur
Woonwensen Rengerswetering
Woonwensen Eemdijk
Woonwensen Zuyderzee
91% 9% 15% 53%
20% 80% 80% -
81% 19% 6% 13%
100% 18%
100% 36%
-
68% 29% 3%
84% 11% 5%
40% 48% 11%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Woonwensen Rengerswetering Op basis van de enquêteresultaten hebben ongeveer 220 huishoudens interesse om in de komende vijf jaar te verhuizen naar Rengerswetering. Deze wens komt met name van jonge 1+2 persoonshuishoudens uit Bunschoten-Spakenburg, gevolgd starters. Hun woonwensen gaan sterk uit naar een koopwoning tussen de €200.000 en €400.000; meestal gaat het daarbij om een rij- of hoekwoning. Ongeveer 10% wil invloed op het bouwproces hebben. Deze mensen zoeken vooral een woning met veel keuzemogelijkheden qua plattegrond. Ongeveer 18% van de mensen heeft interesse in CPO voor de locatie Rengerswetering. In dat geval wenst men een kavel van minimaal 300 m². Ten opzichte van het vorige woningmarktonderzoek zijn nu aanzienlijk minder mensen geïnteresseerd om een woning op eigen kavel te bouwen. Maar de mensen die hierin wel interesse hebben, zoeken ten opzichte van 2010 een grotere kavel (destijds wenste ongeveer tweederde een kavel tot 200 m²). Woonwensen Eemdijk Op basis van de enquêteresultaten hebben ongeveer 95 huishoudens interesse om in de komende vijf jaar te verhuizen naar of binnen Eemdijk. Onder deze geïnteresseerden bevinden zich 35 doorstromers uit Eemdijk. Deze groep laat ook een woning achter in de bestaande voorraad. Ook voor Eemdijk geldt dat de woonwensen met name gericht zijn op de koopsector. Maar het gewenste prijsniveau ligt aanzienlijk hoger dan in Rengerswetering. Ruim de helft van de geïnteresseerden zoekt een woning van meer dan €400.000. Qua woningtype zoekt men vooral een grondgebonden woning, zowel rij-/hoekwoning als een 2onder-1 kap of vrijstaande woning. Ongeveer 20% zoekt een grondgebonden seniorenwoning. Ongeveer een kwart van de geïnteresseerden zoekt een nieuwbouwwoning. Van de mensen die een nieuwbouwwoning zoeken, wenst 80% invloed te hebben op het bouwproces; vrijwel allemaal via zelfbouw op een kavel. Zo’n 36% van de mensen die een nieuwbouwwoning overweegt, heeft interesse om een woning via een CPO-project te ontwikkelen. Woonwensen Zuyderzee Op basis van de enquêteresultaten hebben ongeveer 115 huishoudens interesse om in de komende vijf jaar te verhuizen naar Zuyderzee. Geïnteresseerden zijn veelal starters uit Bunschoten.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
28
Ongeveer een op de vijf geïnteresseerden zoekt een huurwoning. In de koopsector zoeken geïnteresseerden ook hier vooral in het segment 2 tot 3 ton. Meest gewenste woningtype zijn rij- en hoekwoningen, gevolgd door meergezinswoningen. Geïnteresseerden voor een nieuwbouwwoning op deze locatie wensen het liefst een kant en klare woning. Veel invloed op het ontwerp hoeft men niet te hebben. Interesse voor CPO is er niet of nauwelijks. De bereidheid om de auto iets verder van de woning te parkeren is hier onder geïnteresseerden duidelijk groter dan bij de geïnteresseerden voor de andere nieuwbouwlocaties.
5.6 Interesse koopconstructies huurwoning Voor zittende huurders van de corporaties in Bunschoten is het mogelijk een huurwoning met korting te kopen. Bij Het Gooi en Omstreken wordt 10% korting op de getaxeerde waarde gegeven. Er geldt wel een terugkoopregeling. Wanneer de woning binnen vijf jaar wordt doorverkocht, dient de verkoper de korting weer terug te betalen aan de corporatie. De vraag is in welke mate zittende huurders interesse hebben om een huurwoning tegen deze korting te kopen. Figuur 5.3: Gemeente Bunschoten. Interesse zittende huurders Het Gooi en Omstreken om hun huurwoning tegen korting te kopen.
Totaal zittende huurders Gezinnen 1+2phh >55 jaar 1+2phh <55 jaar 0% 20% 40% 60% Ja Misschien Nee, ik woon nu prima Nee, ook met regeling onvoldoende financiële mogelijkheden Nee, wil binnen vijf jaar weer verhuizen Nee, overig
80%
100%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Ongeveer 30% van de zittende huurders heeft (misschien) interesse om met korting de eigen huurwoning te kopen. Met name onder gezinnen is er interesse om een huurwoning te kopen. Huurders die geen interesse hebben om de huurwoning te kopen, geven vooral aan dat hun financiële mogelijkheden te beperkt zijn of dat zij nu naar tevredenheid in een huurwoning wonen. Van de huurders die ook met de 10% kortingsregeling onvoldoende financiële mogelijkheden hebben, geeft 27% aan misschien interesse te hebben in de regeling Koopstart. In dat geval krijgen huurders 15% tot 25% korting op de getaxeerde waarde van de woning. Deze korting moeten zij dan wel weer terugbetalen aan de corporatie als zij de woning doorverkopen.
5.7 Gewenste duurzaamheidsmaatregelen Aan woningzoekenden is gevraagd of zij het belangrijk vinden dat hun toekomstige woning voldoet aan milieu- en duurzaamheidseisen.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
29
Figuur 5.4: Gemeente Bunschoten. Belang volgens verhuisgeneigden van duurzaamheidsmaatregelen in de toekomstige woning.
Dubbel glas HR ketel Dakisolatie Spouwmuurisolatie Vloerisolatie Orientatie op de zon Duurzame milieuvriendelijke materialen Energiebesp. maatregelen (warmtepompen,… Gescheiden afvalwater 0% Heel belangrijk
Belangrijk
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
Maakt niet uit
Onbelangrijk
Heel onbelangrijk
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Uit de antwoorden blijkt dat vrijwel alle verhuisgeneigden de ‘klassieke maatregelen’ als dubbel glas en een HR ketel als onmisbaar beschouwen. Ruim 90% van de verhuisgeneigden vindt deze maatregelen (zeer) belangrijk. Ook maatregelen als dak-, spouwmuur- en vloerisolatie worden door ruim 90% van de verhuisgeneigden als (zeer) belangrijk beschouwd. Ten opzichte van 2010 lijkt het gebruik van duurzame, milieuvriendelijke materialen in de woning nu belangrijker te worden gevonden (destijds vond 60% tot 70% van de verhuisgeneigden dit belangrijk tot zeer belangrijk).
De vraag is of mensen bereid zijn te betalen voor deze maatregelen. Figuur 5.5: Gemeente Bunschoten. Bereidheid om te betalen voor milieu- of duurzaamheidsmaatregelen.
Starter Gezinnen met kinderen 1+2 pers. hh vanaf 55 jaar 1+2 pers. hh tot 55 jaar 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
Ja, ook als woonlasten daardoor toenemen
Indien woonlasten gelijk blijven
Indien woonlasten afnemen
Geen bereidheid om daarvoor te betalen
100%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Net als in 2010 zijn huishoudens van 55 jaar en ouder het vaakst bereid om te betalen voor meer duurzaamheid. Wel is het aandeel dat bereid is te betalen, ook als de maandlasten omhoog gaan, afgenomen. De bereidheid om te betalen voor duurzaamheidsmaatregelen is onder 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar afgenomen ten opzichte van 2010 (destijds 11% niet bereid om te betalen, nu 20%). Mogelijk hangt dit samen met de aangescherpte hypotheekeisen en de moeilijke verkoopbaarheid van de huidige woning, waardoor er minder budget voor extra kwaliteitsinvesteringen voor de nieuwe woning over blijft.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
30
6 Kansrijke en kwetsbare marktsegmenten Door de woonwensen van de verschillende groepen verhuisgeneigden te confronteren met de woningen die in de komende jaren worden aangeboden, krijgen we inzicht in de potentieel kansrijk- en kwetsbare marktsegmenten in de gemeente Bunschoten. We kijken daarbij naar de periode 2016-2026. Kanttekeningen bij de interpretatie van de uitkomsten
De in de figuren weergegeven saldi dienen gezien te worden als theoretische woningtekorten en overschotten. Een woningoverschot in een bepaald woningtype hoeft in de praktijk niet te betekenen dat de woningen leegstaan.
Over het algemeen is het niet raadzaam om in segmenten met overschotten of evenwichtssituaties nieuwbouw te plegen, zonder dat er aanvullend een nader haalbaarheidsonderzoek is uitgevoerd.
De vraag-aanbodanalyse is gebaseerd op de geuite woonwensen en gaat daarmee uit van optimale doorstroming. Die woonwens wil men het liefst realiseren, maar in de praktijk is het niet altijd mogelijk en wijkt men uit naar een ‘second best’ oplossing. Met dit substitutiegedrag is rekening gehouden in paragraaf 6.3, waarin een vraag-aanbodanalyse op basis van een crisisscenario is uitgewerkt, waarin de invloed van de huidige economische crisis is verwerkt.
Een deel van de huishoudens met een inkomen van €34.911 of meer wenst bij verhuizing een sociale huurwoning. De kans om deze woonwens te realiseren is gezien de toewijzingsregels zeer klein. Daarom zijn deze woonwensen niet meegenomen in de frictietabellen.
Niet bij alle figuren is de schaalindeling gelijk. Er is gekozen voor schalen, die de fricties het best tot uitdrukking laten komen.
6.1 Huursector We werpen eerst een blik op de verwachte vraag en aanbod in de huursector voor de komende tien jaar. Figuur 6.1: Gemeente Bunschoten. Vraag en aanbod op de huurmarkt, naar woningtype (2016 – 2026).
Vraag
Aanbod
EGW <576 EGW 576-710 EGW >710 MGW <710 MGW >710 Seniorenwoning GGB <576 Seniorenwoning GGB 576-710 Seniorenwoning GGB >710 -300
-200
-100
0
100
200
300
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
De meeste dynamiek valt te verwachten bij de meergezinswoningen tot de liberalisatiegrens (< €710). Deze woningen worden gezocht door jonge 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar en starters.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
31
Het aanbod komt van 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar die willen doorstromen naar een grotere (koop)woning. Er is een duidelijke vraag naar dure grondgebonden seniorenwoningen, terwijl het verwachte aanbod beperkt is. Bij de eengezinswoningen zit de vraag voornamelijk bij de prijsklasse €576 tot €710. Deze vraag komt vooral van gezinnen die binnen de huursector willen doorstromen naar een iets grotere woning. Bij de goedkope eengezinswoningen is het potentiële aanbod iets groter dan de vraag. Dit komt doordat een relatief grote groep huurders in dit woningtype wil doorstromen naar een andere huur- of koopwoning. Daar staat tegenover dat slechts een kleine groep gericht op zoek is naar een goedkope eengezinshuurwoning (starters opteren liever voor het goedkope appartement, andere woningzoekenden zoeken vooral een koopwoning).
Fricties in de huursector Figuur 6.2: Gemeente Bunschoten. Potentieel kansrijke- en kwetsbare segmenten op de huurmarkt, verdeeld naar woningtype 2016 – 2026.
Potentieel kansrijk
Potentieel kwetsbaar
EGW <576 EGW 576-710 EGW >710 MGW <710 MGW >710 Seniorenwoning GGB <576 Seniorenwoning GGB 576-710 Seniorenwoning GGB >710 -100 -80 Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
-60
-40
-20
0
20
40
60
80
100
Potentieel kansrijk De meest kansrijke huursegmenten zijn de woningtypen die aantrekkelijk zijn voor senioren (de sterkst groeiende doelgroep in de gemeente). Grondgebonden seniorenwoningen zijn kansrijk gezien de grote vraag onder 1+2 persoonshuishoudens vanaf 55 jaar. Met name de duurdere huur (> €710) blijkt kansrijk. Deze vraag hoeft niet alleen via nieuwbouw te worden ingevuld. Mede gezien de (potentiële) kwetsbaarheid van de reguliere eengezinshuurwoningen kan transformatie van dit laatste woningtype ook een manier zijn om meer grondgebonden seniorenwoningen te creëren. Eengezinswoningen tussen de €576 en €710 zijn kansrijk. Deze moeten dan vooral gericht zijn op gezinnen die binnen de huursector willen doorstromen. Potentieel kwetsbaar Meergezinswoningen. Relatief veel kleine jonge huishoudens willen vanuit dit woningtype doorstromen naar een grondgebonden huur- of koopwoning. De kans is groot dat veel van deze meergezinswoningen de komende jaren op de markt komen. De vraag is echter beperkt. Senioren zoeken eerder een grondgebonden woning. Dure eengezinswoningen en meergezinswoningen (> €710). Woningzoekenden in Bunschoten zoeken in eerste instantie een koopwoning of anders een sociale huurwoning. Ondanks de strengere toewijzingsnormen met betrekking tot de sociale sector is de behoefte aan dure huur in
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
32
Bunschoten ten opzichte van het vorige onderzoek afgenomen. Uitzondering zijn de duurdere grondgebonden seniorenwoningen, gericht op senioren die vanuit een koopwoning willen verhuizen naar een meer geschikte huurwoning. De goedkope eengezinswoningen zijn een potentieel kwetsbaar segment, omdat een relatief grote groep huurders vanuit dit woningtype naar een grotere huur- of koopwoning wil doorstromen, terwijl de vraag die er tegenover staat beperkt is. In de praktijk zien we echter vaak dat de goedkope eengezinshuurwoning door veel woningzoekenden als een belangrijk alternatief wordt gezien (zeker voor starters die te weinig financiële mogelijkheden blijken te hebben om een woning te kopen), waardoor het potentiële tekort zich in de praktijk zich (nog) niet voordoet.
6.2 Koopsector We kijken nu naar de verwachte vraag en aanbod naar koopwoningen in de gemeente. Figuur 6.3: Gemeente Bunschoten. Vraag en aanbod op de koopmarkt, naar woningtype (2016 – 2026).
Vraag
Aanbod
Rijwoning <150.000 Rijwoning 150-200.000 Rijwoning 200-300.000 Rijwoning >300.000 2^1 kap <300.000 2^1 kap 300-400.000 2^1 kap >400.000 Vrijstaand <300.000 Vrijstaand 300-400.000 Vrijstaand >400.000 MGW <150.000 MGW 150-200.000 MGW 200-300.000 MGW >300.000 Seniorenwoning <150.000 Seniorenwoning 150.000-200.000 Seniorenwoning 200.000-300.000 Seniorenwoning >300.000 -1.000
-500
0
500
1.000
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
Er is vooral veel dynamiek binnen het segment van rij- en hoekwoningen tussen de 2 en 3 ton. De vraag komt vooral van starters, gevolgd door jonge 1+2 persoonshuishoudens en gezinnen. Ten opzichte van het vorige woningmarktonderzoek uit 2010 is de vraag naar dure rij- en hoekwoningen (> €300.000) toegenomen. Deze vraag komt vooral van gezinnen en (in mindere mate) jonge 1+2 persoonshuishoudens. Niet zelden betreft het huishoudens die terugkeren naar de gemeente, na eerst enkele jaren in een andere gemeente gewoond te hebben. Vaak zijn dit mensen die hun wooncarrière gestart zijn in Amersfoort. Er is vraag naar grondgebonden seniorenwoningen tussen de 2 en 3 ton. Maar het verwachte aanbod is zeer beperkt.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
33
Fricties in de koopsector Figuur 6.4: Gemeente Bunschoten. Potentieel kansrijke- en kwetsbare segmenten op de koopmarkt, verdeeld naar woningtype 2016 – 2026.
Potentieel kansrijk
Potentieel kwetsbaar
Rijwoning <150.000 Rijwoning 150-200.000 Rijwoning 200-300.000 Rijwoning >300.000 2^1 kap <300.000 2^1 kap 300-400.000 2^1 kap >400.000 Vrijstaand <300.000 Vrijstaand 300-400.000 Vrijstaand >400.000 MGW <150.000 MGW 150-200.000 MGW 200-300.000 MGW >300.000 Seniorenwoning <150.000 Seniorenwoning 150.000-200.000 Seniorenwoning 200.000-300.000 Seniorenwoning >300.000 -200
-150
-100
-50
0
50
100
150
200
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
Potentieel kansrijk Bijna alle prijssegmenten van de rij- en hoekwoningen zijn in meer of mindere mate kansrijk. Dat geldt met name voor de prijsklasse 2 tot 3 ton. Ook het segment tot € 150.000 en de prijsklasse vanaf 3 ton is kansrijk. In het laatste geval gaat het vaak om een luxe hoekwoning. De tendens is dat er meer vraag is naar duurdere woningen in het rij- en hoeksegment. Een vraag die vooral afkomstig is van starters en jonge 1+2 persoonshuishoudens. Ook kansrijk zijn grondgebonden seniorenwoningen tussen de 2 en 3 ton. Niet alleen 55-plussers zijn hierin geïnteresseerd, maar ook gezinnen, waarvan de kinderen in de komende jaren het huis zullen verlaten. Deze grondgebonden woningen moeten daarom vooral gericht zijn op de vitale senior die op zoek is naar een woning waar men nog voor langere tijd kan blijven wonen (ook als in de verre toekomst de fysieke gesteldheid minder wordt). Potentieel kwetsbaar Kwetsbaar zijn vooral de 2-onder-1 kap woningen boven de 3 ton. Hier wonen relatief veel oudere huishoudens die op termijn willen verhuizen naar een meer geschikte woning. Maar de interesse om deze woningen is beperkt, omdat veel jongeren toch opteren voor een rij- of hoekwoning in een prijssegment dat hier net iets onder ligt.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
34
6.3 Woonwensen bij aanhoudende economische crisis De fricties op de koop- en huurwoningmarkt inde gemeente Bunschoten, zoals genoemd in de voorgaande paragrafen, zijn gebaseerd op de uitkomsten van de woonwensenenquête die in 2015 onder verhuisgeneigde huishoudens in de gemeente is afgenomen. De uitkomsten laten zien dat met name in de koopsector de vraag naar duurdere prijsklassen is toegenomen ten opzichte van 2010, vooral als we kijken naar rij- en hoekwoningen. De geuite wensen lijken daarmee een bevestiging van eerdere signalen (o.a. woningtransacties in paragraaf 2.6) dat de woningmarkt uit het dal aan het kruipen is. Maar het herstel op de woningmarkt is nog broos. Dat geldt zeker buiten de grote steden in Nederland. Daarom presenteren we in dit woningmarktonderzoek, net als in 2010, een tweede scenario, waarbij de economische crisis langer aanhoudt en daarmee de woonwensen beïnvloedt. We hanteren daarbij de 4 volgende uitgangspunten : De verhuisgeneigdheid van alle doelgroepen is aanzienlijk kleiner. Vooral senioren en gezinnen zullen minder snel verhuizen, omdat zij hun relatief dure koopwoning moeilijk verkocht krijgen voor de prijs die zij in gedachte hebben. Starters zullen vaker dan in het originele scenario voor een huurwoning kiezen, omdat hun financiële mogelijkheden om een woning te kopen, beperkt zijn. Het 1+2 persoonshuishoudens van 55 jaar en ouder dat nog een woning wil kopen, neemt af. In plaats daarvan zullen zij een woning gaan huren of helemaal niet meer verhuizen en hun huidige woning aanpassen. De woonwensen zullen bescheidener van aard zijn. Met name in de koopsector betekent dit een toenemende vraag naar goedkope prijsklassen. De vraag naar rij- en hoekwoningen en grondgebonden seniorenwoningen in de koop zal met name gericht zijn op het segment tot €200.000.
Fricties huursector bij aanhoudende crisis We kijken nu in hoeverre de fricties op de woningmarkt veranderen als we de uitgangspunten van het crisisscenario hanteren. Om de verschillen met het oorspronkelijke scenario duidelijk te kunnen zien, hebben we tevens de fricties van het oorspronkelijke scenario weergegeven.
4
De gemeente Bunschoten beschikt ook over een groot aantal ZZP-ers. Tijdens de economische crisis is hun aantal toegenomen. Vaak wordt gesteld dat een toename van het aantal ZZP-ers leidt tot een toenemende vraag naar huurwoningen (gezien hun flexibele inkomen is het verkrijgen van een hypotheek lastig). Uit recent onderzoek (OTB, 2014) blijkt dat het merendeel van de ZZP-ers al in een koopwoning woont en dus al over een hypotheek beschikt.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
35
Figuur 6.5: Gemeente Bunschoten. Potentiële kansrijke- en kwetsbare segmenten op de huurmarkt 2016 – 2026 volgens het oorspronkelijke scenario en het crisisscenario.
Potentieel kansrijk
-
Potentieel kwetsbaar
EGW <576 EGW 576-710 EGW >710 MGW <710 MGW >710 Seniorenwoning GGB <576 Seniorenwoning GGB 576-710 Seniorenwoning GGB >710 -100
-80
-60
-40
-20
Crisis scenario
0
20
40
60
80
100
Oorspronkelijk scenario
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
De afnemende verhuisgeneigdheid van met name 1+2 persoonshuishoudens vanaf 55 jaar heeft grote invloed op de vraag naar huurwoningen in de gemeente. Hierdoor neemt de vraag naar grondgebonden seniorenwoningen sterk af. Zij zullen er eerder voor kiezen om hun huidige (vaak ruime grondgebonden koopwoning) aan te passen. Goedkope meergezinswoningen worden kansrijker. Dit komt vooral door een afnemend aanbod. Minder huishoudens kunnen de stap maken vanuit een huur- naar een koopwoning, waardoor het potentiële aanbod niet voldoende zal zijn om de vraag in te vullen. De vraag naar eengezinswoningen in het sociale segment neemt toe. Deels doordat starters lang niet altijd in aanmerking komen voor een koopwoning, deels doordat huurders niet hun gewenste doorstroom naar een koopwoning kunnen maken (waardoor deze eengezinswoningen niet vrijkomen). Meer vraag en minder aanbod, dus.
Fricties koopsector bij aanhoudende crisis
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
36
Figuur 6.6: Gemeente Bunschoten. Potentiële kansrijke- en kwetsbare segmenten op de koopmarkt 2016 – 2026 volgens het oorspronkelijke scenario en het crisisscenario.
Potentieel kansrijk
-
Potentieel kwetsbaar
Rijwoning <150.000 Rijwoning 150-20000 Rijwoning 200-300.000 Rijwoning >300.000 2^1 kap <300.000 2^1 kap 300-400.000 2^1 kap >400.000 Vrijstaand <300.000 Vrijstaand 300-400.000 Vrijstaand >400.000 MGW <150.000 MGW 150-200.000 MGW 200-300.000 MGW >300.000 Seniorenwoning <150.000 Seniorenwoning 150.000-200.000 Seniorenwoning 200.000-300.000 Seniorenwoning >300.000 -200
-150 Crisis scenario
-100
-50
0
50
100
Oorspronkelijk scenario
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015).
Het grootste verschil met het oorspronkelijke scenario doet zich voor bij de rij- en hoekwoningen. De vraag verschuift in het crisis-scenario naar het prijssegment €150.000 tot €200.000. De grote vraag naar het segment 2 tot 3 ton en + 3 ton (uit het oorspronkelijke scenario) neemt in het crisisscenario sterk af. Dit komt enerzijds door de afgenomen verhuisgeneigdheid van alle doelgroepen, anderzijds doordat mensen hun woonwensen bijstellen naar beneden (door verminderde financiële mogelijkheden). Daarnaast neemt de vraag naar grondgebonden seniorenwoningen tussen de 2 en 3 ton sterk af. Dit komt doordat de doelgroep voor dit woningtype minder snel verhuist (huidige woning raakt moeilijk verkocht) en een deel van de geïnteresseerden zal in het crisis-scenario opteren voor een huurwoning. De kwetsbaarheid van tweekappers tussen 3 en 4 ton zal in het crisis-scenario iets afnemen. Dit komt doordat deze woningen nu vaak bewoond worden door 1+2 persoonshuishoudens van 55 jaar en ouder en gezinnen. Zij zullen in dit scenario minder snel verhuizen. De verminderde kwetsbaarheid van dit segment komt daarom niet zozeer door een toenemende vraag, maar een verminderde toename van het aanbod.
6.4 Vergelijking met regionale behoefte In 2014 is de lange termijn woningbehoefte voor de hele regio Amersfoort in beeld gebracht. Hierbij is de woningvraag naar eigendomstype (sociale huur, vrije sector huur en koop) en naar woningtype (eengezins- en meergezinswoningen) inzichtelijk gemaakt. Hiermee kunnen we de toekomstige woningvraag van Bunschoten (dus niet de fricties!) vergelijken met de regionale behoefte. Zowel voor de regionale als gemeentelijke woningbehoefte zijn bandbreedtes weergegeven. De uiteindelijke
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
37
woningvraag hangt af van demografische en economische trends (in Bunschoten uitgedrukt in het oorspronkelijke- en crisisscenario). Tabel 6.1: Gemeente Bunschoten. Toekomstige woningbehoefte gemeente Bunschoten vergeleken met regionale behoefte (naar eigendom en type).
Woningtype Sociale huur Vrije sector huur Koop Eengezins Meergezins Totaal
2013 (aanbod) 41.500 (27%) 11.500 (7%) 102.000 (66%) 120.500 (78%) 34.500 (22%) 155.000 (100%)
Regio Amersfoort 2020 25 tot 27% 8% 65 tot 67% 77 tot 78% 22 tot 23% 100%
2040 20 tot 26% 8 tot 11% 66 tot 69% 75 tot 77% 23 tot 25% 100%
Gemeente Bunschoten 2015 (aanbod) 2016-2026 1.045 (14%) 16 tot 20% 875 (11%) 6 tot 9% 5.750 (75%) 71 tot 78% 6.370 (83%) 83 tot 86% 1.300 (17%) 14 tot 17% 7.670 (100%) 100%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015), Verkenning woningbouwprogrammering Regio Amersfoort – lange termijn (EIB, 2014).
Op regionaal vlak zijn er twee tegengestelde trends zichtbaar. Enerzijds zorgt een stijging van de welvaart en het opleidingspeil voor een opwaarts effect op de woningmarkt. Hierdoor neemt de vraag naar koopwoningen en eengezinswoningen toe. Daarnaast zal de vergrijzing verder toenemen, net als de groei van het aantal eenpersoonshuishoudens. Dit resulteert in een groeiende vraag naar huurwoningen en meergezinswoningen. De vraag naar meergezinswoningen komt vooral vanuit Amersfoort, Baarn, Leusden en Soest. In Bunschoten zal de woningvraag veel meer gericht zijn op eengezinswoningen; iets wat bevestigd wordt door het huidige gemeentelijke woningmarktonderzoek. Ook de vraag naar sociale huurwoningen verschilt sterk per gemeente, aldus het regionale onderzoek. Regionaal zal de behoefte vooral nog toenemen in Amersfoort, Nijkerk en Woudenberg. In de andere gemeenten voldoet de huidige voorraad al voor een groot deel aan de toekomstige vraag. In het gemeentelijk woningmarktonderzoek zien we echter nog een toename van de vraag aan sociale huurwoningen in Bunschoten. Dit komt vooral door de bescheidener welvaartsgroei ten opzichte van wat het Regionale onderzoek prognosticeerde, maar ook door de groeiende behoefte als gevolg van de instroom van statushouders. Wel toont de vergelijking aan dat de toekomstige behoefte in Bunschoten veel meer gericht is op de koopsector dan gemiddeld in de regio Amersfoort.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
38
7 Wonen met zorg Zoals in paragraaf 2.8 al is beschreven, zullen in de toekomst steeds meer zorgbehoevenden langer zelfstandig blijven wonen. Dit heeft gevolgen voor de woningvoorraad (zowel nieuwbouw als bestaande bouw); deze zal aangepast moeten worden zodat dit langer thuis wonen ook daadwerkelijk mogelijk wordt.
Verhuizing vanwege gezond aanstaande? Aan niet-verhuisgeneigde 55-plussers is gevraagd of zij verwachten dat zij in de komende vijf jaar vanwege hun gezondheid moeten verhuizen. Tabel 7.1 Gemeente Bunschoten: Voorkeur voor een aangepaste woonsituatie indien men binnen vijf jaar zorgbehoevend wordt
Komende vijf niet aan de orde Zolang mogelijk zelfstandig wonen met zorg aan huis Verhuizen naar een verzorgingshuis / verpleeghuis
55-75 jaar 60% 39% 1%
75 jaar e.o. 3% 90% 7%
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
De uitkomsten van de groep 55 tot 75 jarigen verschillen niet veel van het woningmarktonderzoek uit 2010. Bij de groep 75-plussers zien we wel een verschuiving. Steeds meer ouderen verwachten zolang mogelijk zelfstandig te blijven wonen (in 2010 dacht 75% nog zolang mogelijk thuis te blijven wonen).
Mogelijkheid om zelfstandig te kunnen blijven wonen De voorkeur is er om zo lang mogelijk zelfstandig thuis te blijven wonen, de vraag is echter of dat ook mogelijk is. Tabel 7.2: Gemeente Bunschoten. Mogelijkheid om thuis te kunnen blijven wonen als de zorg aan de orde komt.
35% 48%
Ik kan in mijn huidige woning blijven wonen, zonder aanpassingen Ik kan in mijn huidige woning blijven wonen, want er hebben al aanpassingen plaatsgevonden
17%
Ik kan in mijn huidige woning blijven wonen als er aanpassingen gedaan worden
Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
Bijna de helft van de 55-plussers geeft aan dat er eerst nog aanpassingen moeten worden gedaan. In 2010 was dat nog ongeveer 36%. Meer en meer ouderen willen dus zolang mogelijk zelfstandig wonen, waardoor er ook steeds meer ouderen in niet-geschikte woningen blijven wonen. Dit betekent dat in de komende jaren meer woningen levensloopgeschikt moeten worden gemaakt. Als er dan aanpassingen nodig zijn, welke voorzieningen zijn dan gewenst?
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
39
Tabel 7.3: Gemeente Bunschoten. Gewenste voorzieningen indien de woning aangepast moet worden
Traplift Aanpassing badkamer, bijvoorbeeld douchestoel Aanpassing toilet, bijvoorbeeld verhoogd toilet Handgrepen (bijvoorbeeld in douche en toilet) Personenalarmering Drempels verwijderen / verlagen Aanpassing keuken Inbraakbeveiliging 0%
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%
*De respondenten konden meerdere antwoorden op deze vraag geven, waardoor een totaal van meer dan 100% mogelijk is. Bron: Woningmarktonderzoek Companen (2015)
De meest gewenste aanpassing is met 76% de traplift. Daarna volgen aanpassingen van badkamer en toilet. Het plaatsen van handgrepen stond in 2010 met ruim 50% op de tweede plaats, in het huidige onderzoek geeft een kleine 30% nog aan dat dit gewenst is.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
40
8 Samenvatting en conclusies Doel en aanpak van het onderzoek In 2015 stelt de gemeente Bunschoten haar nieuwe Woonvisie op. Om daarin de juiste beleidskeuzes te maken, heeft zij in het voorjaar van 2015 een woningmarktonderzoek uitgevoerd. Het onderzoek bestond enerzijds uit de analyse van statistische cijfers (zoals demografie en transactiecijfers) en anderzijds uit een enquête onder starters en zelfstandige huishoudens in de gemeente. De enquête is gehouden onder een aselecte steekproef onder alle zelfstandige huishoudens in de gemeente. De potentiële starters (inwonende kinderen tussen 18 en 30 jaar) en huishoudens in Eemdijk zijn allemaal in de gelegenheid gesteld om de enquête in te vullen. De uitkomsten van het onderzoek zijn getoetst aan de ervaringen en inzichten van enkele makelaars, ontwikkelaars, zorgaanbieders en de actieve corporaties in de gemeente.
Terugblik: bevolkingsgroei door natuurlijke aanwas en buitenlandse vestigers De afgelopen jaren kende de gemeente een redelijke bevolkingsgroei. Die is vooral te danken aan het hoge geboorteoverschot en (de laatste jaren) instroom van vestigers uit het buitenland. Net als in voorgaande jaren is er in Bunschoten nog steeds sprake van een vertrekoverschot naar andere gemeenten. Door de nieuwbouw die in de laatste jaren is toegevoegd is dit vertrekoverschot wel iets afgenomen. Het zijn vooral jongeren en jonge 1+2 persoonshuishoudens die wegtrekken. Het aantal gezinnen met jonge kinderen dat zich in de gemeente vestigt, is wel toegenomen. Dit zijn vaak gezinnen die in de jaren hiervoor zijn vertrokken (door werk, studie of beperkt woonaanbod) en bij gezinsuitbreiding weer terug willen keren naar hun oude gemeente. Tijdens de economische crisis nam het aantal woningtransacties in Bunschoten, net als elders in het land sterk af. Dit was vooral te zien aan de sterke verkoopdaling bij rijwoning, van oudsher het meest dominante woningtype in de gemeente. Sinds 2014 neemt het aantal verkopen weer licht toe. In de huursector is de mutatiegraad het afgelopen jaar iets toegenomen. Het aantal reacties per woning neemt de laatste jaren elk jaar licht toe.
Kwantitatieve woningbehoefte: toename van 745 woningen in komende tien jaar Als gevolg van het hoge geboortecijfer zal zowel het aantal huishoudens (en daarmee dus ook de woningbehoefte) in de gemeente Bunschoten de komende jaren verdere toenemen. In de periode 2016 – 2026 is een toevoeging van 745 woningen nodig om in de verwachte behoefte te voorzien. In de tien jaar daarna zijn nog eens 525 woningen nodig om in de behoefte te voorzien. De behoefte komt met name door de sterke groei van het aantal 1+2 persoonshuishoudens van 55 jaar en ouder. De gezinnen zullen het grootste deel van de woningvraag op zich blijven nemen. Maar hun omvang zal slechts in beperkte mate toenemen.
Behoefte aan sociale huur: toename van 85 woningen in komende vijftien jaar De vraag naar sociale huurwoningen is sterk afhankelijk van de economische ontwikkeling en wettelijke regelgeving met betrekking tot de toewijzing van huurwoningen. Als we ervan uitgaan dat het aandeel scheefwoners gelijk blijft, zal de vraag naar sociale huurwoningen de komende vijftien jaar met 85 woningen toenemen. Bovenop deze vraag komt de woningbehoefte van statushouders. Deze doelgroep is in haar huisvesting grotendeels toegewezen op de sociale huursector. Op dit moment gaan we uit van een extra woningbehoefte als gevolg van de instroom van statushouders van ongeveer 14 woningen. Dit is wel sterk afhankelijk van de politieke stabiliteit van diverse regio’s in de wereld.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
41
Verhuisgeneigdheid Ten opzichte van het vorige woningmarktonderzoek uit 2010 is de verhuisgeneigdheid afgenomen. In 2010 lag het percentage verhuisgeneigden nog op 39%. Nu is dat nog 27%. Met name het aandeel verhuisgeneigden onder jonge doorstromers en 75-plussers is sterk afgenomen. Mogelijk is onder de jongste groep de ergste vraagdruk weggenomen met de voortvarende ontwikkeling van Rengerswetering. Bij de oudere huishoudens is te zien dat steeds meer mensen langer zelfstandig blijven wonen. Deels omdat steeds minder mensen in aanmerking komen voor een verzorgings- of verpleeghuis, maar ook omdat zij dit zelf ook willen.
Vraag en aanbod; tekorten en overschotten De vraag van alle verhuisgeneigden tezamen gekoppeld aan de demografische ontwikkelingen geeft het vraagbeeld voor de komende 10 jaar. Dit levert het volgende beeld op:
In de huursector zien we dat er vraag blijft naar eengezins- en meergezinswoningen in het sociale segment, maar daar staat tegenover dat er ook veel huishoudens uit deze woningen willen verhuizen. Het is met name bij de grondgebonden seniorenwoningen in de huursector dat de verwachte vraag groter zal zijn dan het verwachte aanbod. In de koopsector is er een grote vraag naar rij- en hoekwoningen tussen € 200.000 en €300.000 en een redelijke vraag in het goedkope (< € 150.000) of juist dure prijssegment €300.000 van hetzelfde woningtype. Ook is er een redelijke vraag naar vrijstaande woningen vanaf 4 ton, maar hiervoor geldt dat het verwachte aanbod mogelijk nog groter zal zijn. Bij de grondgebonden seniorenwoningen tussen de 2 en 3 ton zien we wel een vraag die groter is dan het verwachte aanbod. Met name voor de koopsector geldt dat woningzoekenden gemiddeld genomen wat vaker in een hogere prijscategorie zoeken dan in 2010. In de huursector zien we dat een deel van de vraag afkomstig is van mensen (vaak ouderen) met een inkomen boven de €34.911. De kans dat zij in aanmerking komen voor een sociale huurwoning is gezien de Europese toewijzingsnorm, beperkt. Om de kansrijke en kwetsbare marktsegmenten voor de komende tien jaar te bepalen, hebben we deze niet realistische woonwensen buiten beschouwing gelaten. Als we deze potentiële vraag en aanbod naast elkaar leggen, zien we welke fricties er ontstaan en in welke segmenten dus nog ruimte zit om woningen toe te voegen in Bunschoten. In de huursector zijn met name de grondgebonden seniorenwoningen kansrijk. Dit wordt veroorzaakt door de groeiende groep ouderen die behoefte heeft aan een levensloopgeschikte woning. Deze vraag hoeft niet alleen via nieuwbouw te worden ingevuld. Ook transformatie van eengezinswoningen kan een manier zijn om meer grondgebonden seniorenwoningen te creëren. Daarnaast zijn eengezinswoningen (€576-€710) kansrijk. De eengezinswoningen zouden vooral gericht moeten zijn op gezinnen die binnen de huursector willen doorstromen. In de koopsector zijn vooral rij- en hoekwoningen vanaf € 200.000 kansrijk. Dit geldt ook voor de rijen hoekwoningen in de goedkope prijsklasse (< €150.000). Er is ook ruimte ook grondgebonden seniorenwoningen in de klasse 2 tot 3 ton toe te voegen. Deze woningen moeten dan wel voor meerdere doelgroepen aantrekkelijk gemaakt worden, zodat ze ook na de vergrijzingspiek (rond 2035) een aantrekkelijk marktsegment blijven vormen. Beperkt kansrijk zijn goedkope koopappartementen. Dit is wel een segment met een hoge mutatiegraad; bedoeld voor alleenstaanden (starters of mensen in scheiding) die voor een bepaalde tijd een kleine woonruimte zoeken. Hier is ook in de toekomst nog behoefte aan, maar door de hoge mutatiegraad moeten de nieuwbouwambities op dit vlak bescheiden blijven en moet nieuwbouw gefaseerd op de markt gebracht worden om de markt niet te overvoeren.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
42
Potentieel kwetsbaar in de huursector zijn de meergezinswoningen. Dit komt niet zozeer doordat er geen vraag naar is (een deel van de starters is naar dit woningtype op zoek), maar vooral doordat relatief veel jonge doorstromers vanuit dit segment willen verhuizen naar een grondgebonden huur- of koopwoning.
Dit geldt ook voor de tweekappers vanaf 3 ton. Hier wonen relatief veel oudere huishoudens die op termijn willen verhuizen naar een meer geschikte woning. De interesse in dit woningtype is te beperkt om dit potentiele aanbod geheel in te vullen.
Deze kansrijke en kwetsbare segmenten zijn een directe afgeleide van de woonwensen die men heeft geuit in de woonwensenenquête. Met name in het koopsegment vormt het woonwensprofiel een bevestiging van eerdere signalen dat de economie (en de woningmarkt) weer aantrekt. De vraag is of deze trend zich voortzet. Daarom hebben we naast het wensbeeld ook een crisisvariant van de kansrijke en kwetsbare segment doorgerekend (uitgaande van een stagnerende economie en daarmee bescheiden woonwensen en verhuisgeneigdheid). In dat scenario zien we een sterke verminderde vraag naar grondgebonden seniorenwoningen in de huursector (doordat senioren minder snel zullen verhuizen en eerder kiezen voor het aanpassen van hun huidige grondgebonden koopwoning). In de koopsector zien we vooral een verschuiving binnen de vraag naar rij- en hoekwoningen (in de crisisvariant veel meer gericht op het segment tot €200.000).
Vraag Rengerswetering en Eemdijk Op basis van de enquêteresultaten hebben ongeveer 220 huishoudens interesse om in de komende vijf jaar te verhuizen naar Rengerswetering. Deze wens komt met name van jonge 1+2 persoonshuishoudens uit Bunschoten-Spakenburg, gevolgd starters. Hun woonwensen gaan sterk uit naar een koopwoning tussen de €200.000 en €400.000; meestal gaat het daarbij om een rij- of hoekwoning. Ook voor Eemdijk geldt dat de woonwensen met name gericht zijn op de koopsector, maar het gewenste prijsniveau ligt aanzienlijk hoger dan in Rengerswetering. Ruim de helft van de geïnteresseerden zoekt een woning van meer dan €400.000. Qua woningtype zoekt men vooral een grondgebonden woning, zowel rij-/hoekwoning als een 2-onder-1 kap of vrijstaande woning. Ongeveer 20% zoekt een grondgebonden seniorenwoning.
Wonen en zorg In de toekomst zullen steeds meer zorgbehoevenden (waaronder naast een deel VG- en GGZ-cliënten, vooral veel ouderen) zelfstandig blijven wonen. Dit komt deels door het gevoerde Rijksbeleid, deels doordat mensen zelf ook in hun eigen vertrouwde omgeving willen blijven wonen. Zo is het aantal 75plussers in Bunschoten dat zolang mogelijk zelfstandig wil blijven wonen sterk gestegen ten opzichte van het vorige onderzoek uit 2010 (van 75% naar 90%). De woningvoorraad dient hierop te worden aangepast. Bijna de helft van de 55-plussers geeft aan dat er eerst nog aanpassingen moeten worden gedaan voordat hun woning geschikt is om ook bij afname van fysieke gesteldheid er te kunnen blijven wonen. In 2010 was dat nog ongeveer 36%. De behoefte aan intramurale huisvesting (verzorgings- en verpleeghuis) zal onder ouderen veel minder sterk toenemen. Dit komt omdat ouderen met een lichte zorgvraag in het huidige Rijksbeleid hiervoor niet meer in aanmerking komen. Anderzijds neemt door de vergrijzing het aantal ouderen met een zwaardere zorgvraag ook in de gemeente Bunschoten toe, waardoor er de komende 15 jaar per saldo wel een groei in deze vraag valt te verwachten.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
43
Duurzaamheid Vrijwel alle verhuisgeneigden beschouwen de ‘klassieke maatregelen’ als dubbel glas en een HR ketel als onmisbaar voor hun toekomstige woning. Ook maatregelen als dak-, spouwmuur- en vloerisolatie worden door de meeste verhuisgeneigden als (zeer) belangrijk beschouwd. Ten opzichte van 2010 lijkt het gebruik van duurzame, milieuvriendelijke materialen in de woning nu belangrijker te worden gevonden. De bereidheid om te betalen voor duurzaamheidsmaatregelen is onder 1+2 persoonshuishoudens tot 55 jaar afgenomen ten opzichte van 2010. Mogelijk hangt dit samen met de aangescherpte hypotheekeisen en de moeilijke verkoopbaarheid van de huidige woning, waardoor er minder budget voor extra kwaliteitsinvesteringen voor de nieuwe woning over blijft.
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
44
Bijlage I: Tabellenboek Zelfstandige huishoudens Verhuisgeneigdheid 1. Hoe is uw huishouden samengesteld? Alleenstaand (zelfstandig wonend) (Echt)paar zonder kind(eren) (Echt)paar met (een) thuiswonend(e) kind(eren) (Echt)paar met alleen uitwonende kind(eren) Eenoudergezin met kind(eren) Anders, namelijk Totaal 3. Bent u van plan om binnen 5 jaar te verhuizen naar een zelfstandige woning?? Ja Alleen als er in de komende jaren voor mij geschikte woningen worden gebouwd Misschien Nee Totaal
Perc. 14% 21% 47% 14% 3% 1% 100%
Perc. 10% 5% 13% 73% 100%
Vraag 4: Niet-verhuisgeneigden 4. Waarom wilt u (misschien) niet verhuizen? Ik woon naar tevredenheid in mijn huidige woning Ik wacht de ontwikkelingen van de economische situatie en mijn inkomenssituatie af Ik kan mijn huidige woning niet verkopen Mijn financiële mogelijkheden zijn te beperkt om een woning te kopen Ik kom niet in aanmerking voor een huurwoning
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 87% 10% 3% 9% 1%
Ik ga mijn huidige woning verbouwen Anders, namelijk: Weet niet Totaal
3% 8% 2% 100%
5. Hoe lang woont u al in de gemeente Bunschoten? Korter dan 5 jaar 5 – 10 jaar Langer dan 10 jaar Totaal
Perc. 3% 7% 90% 100%
6. In welke gemeente woonde u voordat u in de gemeente Bunschoten kwam wonen? Amersfoort Baarn Nijkerk Soest Andere gemeente, namelijk: Totaal
Perc. 34% 27% 5% 8% 26% 100%
Huidige woonsituatie 7. In wat voor soort woning woont u? Rijtjeswoning (eengezinswoning) Hoekwoning met garage Hoekwoning zonder garage 2-onder-1 kap / geschakelde woning Vrijstaande woning Appartement zonder lift Appartement met lift Grondgebonden seniorenwoning Zelfstandige woning bij een woonzorgcomplex Benedenwoning Bovenwoning Anders, namelijk Totaal
1
Perc. 36% 8% 9% 16% 12% 4% 7% 3% 1% 1% 2% 3% 100%
8. Kunt u uw woning in komen zonder trappen te hoeven lopen? Ja Nee Totaal
Perc. 91% 9% 100%
9. Zijn in uw woonruimte/woning de woonkamer, de keuken, het toilet, de badkamer/douche en tenminste 1 slaapkamer, allemaal gelijkvloers met elkaar, dus op dezelfde verdieping gelegen? Ja Nee Totaal
25% 75% 100%
10. Woont u in een huur- of een koopwoning? Huurwoning van Het Gooi en omstreken Huurwoning van Eemland Wonen Huurwoning particuliere verhuurder Koopwoning Totaal
Perc. 20% 0% 5% 75% 100%
11. Hoeveel kale huur (dus zonder servicekosten en zonder huurtoeslag) betaalt u per maand? Tot € 403,= € 403,= tot € 576,= € 576,= tot € 618,€ 618,= tot € 710,= Meer dan € 710,= Weet niet Totaal 12. Stel dat de woningcorporatie u de mogelijkheid biedt om uw huidige huurwoning te kopen. Zou u dan interesse hebben om uw huidige huurwoning te kopen? Ja Misschien Nee
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc.
Perc. 3% 42% 14% 19% 20% 2% 100%
Perc. 8% 23% 57%
Weet niet Totaal
12% 100%
13. Hoe hoog schat u de huidige verkoopwaarde van uw woning in? Tot € 150.000,= € 150.000,= tot € 175.000,= € 175.000,= tot € 200.000,= € 200.000,= tot € 225.000,= € 225.000,= tot € 250.000,= € 250.000,= tot € 300.000,= € 300.000,= tot € 400.000,= € 400.000,= tot € 500.000,= Meer dan € 500.000,= Weet niet Totaal
Perc. 1% 2% 6% 10% 21% 25% 18% 6% 7% 5% 100%
Tevredenheid woning en woonomgeving 14. Zitten er nadelen aan uw huidige woning? Er zijn geen nadelen aan mijn huidige woning Ja, de woning is te groot Ja, de woning is te klein Ja, de woning is te duur Ja, slechte kwaliteit van de woning Ja, slechte kwaliteit keuken, badkamer enz. Ja, de woning vergt te veel onderhoud Ja, een te grote en bewerkelijke tuin Ja, er is geen tuin of de tuin is te klein Ja, er is geen garage Ja, de woning/het wooncomplex is slecht toegankelijk voor mensen met fysieke klachten Ja, er ontbreken zorgvoorzieningen (zoals beugels, traplift, verhoogd toilet) Ja, de woning is niet veilig genoeg Ja, de woning is niet aan te passen aan mijn wensen Ja, er is geen centrale verwarming
2
Perc. 52% 7% 5% 6% 3% 5% 5% 5% 7% 7% 2% 2% 1% 2% 0%
Ja, de woning heeft geen dubbel glas Anders, namelijk Weet niet Totaal
3% 12% 5% 100%
15. Zijn er zaken in uw woonomgeving die u mist of niet prettig vindt? Ja Misschien Nee Weet niet Totaal
Perc. 38% 12% 48% 3% 100%
16. Welke zaken mist u, of vindt u niet prettig? De woonomgeving ligt te ver van de winkels De woonomgeving ligt te ver van voorzieningen (medisch, sociaal, kerk, school) De buurt is te druk De buurt is te rustig, te weinig levendig Overlast door criminaliteit, vandalisme Overlast door vuil en/of stank Overlast van verkeer Overlast van bedrijven Overlast door rondhangende jongeren Ontevredenheid over de inrichting van de woonomgeving Te weinig speelplekken voor kinderen tot 12 jaar Te weinig voorzieningen voor jongeren van 12 tot 18 jaar Te weinig groenvoorzieningen Slecht onderhouden groen Te weinig parkeergelegenheid De woonomgeving is te ver van familie/ vrienden Het ontbreken van ontspanningsmogelijkheden Anders, namelijk Weet niet Totaal
Perc. 13% 4%
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
3% 2% 5% 11% 15% 3% 11% 7% 8% 6% 2% 16% 29% 2% 5% 29% 4% 100%
Behoefte aan zorgaanpassingen en/of voorzieningen Vraag 17 t/m 19: niet verhuisgeneigde 55-plussers 17. Verwacht u in verband met gezondheid binnen 5 jaar te verhuizen naar een verzorgingshuis / verpleeghuis of wilt u zolang mogelijk thuis blijven wonen met eventueel zorg aan huis? De komende vijf jaar is dit nog niet aan de orde Ik wil zolang mogelijk zelfstandig wonen, eventueel met zorg aan huis Ik wil verhuizen naar een verzorgingshuis/ verpleeghuis Weet niet Totaal 18. Als zorg aan de orde komt, kunt u dan in uw huidige woning blijven wonen? Ik kan in mijn huidige woning blijven wonen, zonder aanpassingen Ik kan in mijn huidige woning blijven wonen, want er hebben al aanpassingen plaatsgevonden Ik kan in mijn huidige woning blijven wonen als er aanpassingen gedaan worden Weet niet Totaal 19. Welke aanpassingen dienen in uw woning te worden aangebracht? Handgrepen (bijvoorbeeld in douche en toilet) Drempels verwijderen/verlagen Traplift Aanpassing keuken Aanpassing toilet, bijvoorbeeld verhoogd toilet Aanpassing badkamer, bijvoorbeeld douchestoel Inbraakbeveiliging Personenalarmering Anders, namelijk Weet niet Totaal
3
Perc. 47% 46% 2% 5% 100%
Perc. 33% 15% 42% 10% 100%
Perc. 24% 8% 75% 3% 29% 39% 3% 20% 5% 6% 100%
Motieven om te verhuizen 20. Heeft u persoonlijke redenen om te verhuizen? Nee, geen persoonlijke redenen Ja, trouwen/samenwonen Ja, beëindiging samenwonen/huwelijk (scheiden) Ja, overlijden partner/echtgeno(o)t(e) Kinderen die uit huis gaan Ja, verandering inkomen (pensioen, VUT, uitkering) Ja, verandering van werk/studie Ja, dichterbij werk/studie willen wonen Ja, gezondheidstoestand Ja, ik wil dichterbij vrienden/familie willen wonen Ja, ik ga dichterbij een kennis/familielid wonen om hem/haar mantelzorg te verlenen Ja, ik ga dichterbij een kennis/familielid wonen om van hem/haar mantelzorg te krijgen Anders, namelijk Weet niet Totaal
22% 3% 100%
21. Is de woning voor u een reden om te verhuizen? Nee, de woning is voor mij geen reden Ja, de woning vergt veel onderhoud Ja, de woning is te groot Ja, de woning is te klein Ja, de woning is te duur Ja, ik wil een woning kopen Ja, ik wil een woning huren Ja, mijn huidige woning is niet geschikt voor ouderen Ja, geen of een te kleine tuin Ja, te grote of bewerkelijke tuin Ja, geen garage Anders, namelijk Weet niet Totaal
Perc. 42% 7% 18% 13% 5% 7% 2% 11% 9% 7% 4% 8% 2% 100%
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 51% 1% 1% 2% 5% 5% 2% 2% 13% 3% 1% 0%
22. Is de woonomgeving voor u een reden om te verhuizen? Nee, de woonomgeving is voor mij geen reden Ja, ontevredenheid over inrichting woonomgeving Ja, te weinig parkeergelegenheid Ja, te weinig speelplekken Ja, de buurt is te druk Ja, overlast door vandalisme/criminaliteit Ja, overlast door buurtbewoners Ja, overlast van verkeer Ja, overlast van bedrijven Ja, te weinig voorzieningen Ja, het is geen kindvriendelijke buurt Ja, ik wil graag naar een andere wijk of dorp Ja, vanwege de openbaar vervoerssituatie Ja, ik woon te ver van het centrum Anders, namelijk Weet niet Totaal
Perc. 70% 5% 6% 1% 0% 4% 5% 3% 2% 1% 1% 9% 1% 4% 6% 1% 100%
Woonwensen 23. Welk type woning zoekt u? Rijtjeswoning (eengezinswoning) Hoekwoning met garage Hoekwoning zonder garage 2-onder-1 kap / geschakelde woning Vrijstaande woning Appartement zonder lift Appartement met lift Grondgebonden seniorenwoning Zelfstandige woning bij een woonzorgcomplex Benedenwoning Bovenwoning Anders, namelijk
4
Perc. 15% 10% 1% 7% 8% 0% 12% 16% 5% 6% 1% 5%
Weet niet Totaal
13% 100%
Vraag 24 t/m 26: verhuisgeneigde 55-plussers 24. Vindt u het noodzakelijk, dat u uw woning binnen kunt gaan zonder trappen te hoeven lopen? Ja Nee Geen voorkeur Weet niet Totaal 25. Vindt u het noodzakelijk dat in uw gewenste woning de woonkamer, de keuken, het toilet, de badkamer/douche en tenminste 1 slaapkamer, allemaal gelijkvloers met elkaar, dus op dezelfde verdieping gelegen te zijn? Ja Nee Geen voorkeur Weet niet Totaal 26. Wilt u de mogelijkheid hebben om tegen betaling diensten aan huis te krijgen (zoals bijvoorbeeld bij een serviceflat) en zo ja, welke diensten? Nee, ik heb geen behoefte aan deze diensten Ja, maaltijden aan huis Ja, een boodschappendienst Ja, een wasserij/stomerij Ja, een alarmeringsysteem Anders, namelijk Weet niet Totaal
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 80% 12% 7% 1% 100%
Perc. 82% 9% 7% 2% 100%
Perc. 69% 7% 7% 5% 13% 4% 11% 100%
27. Vindt u het belangrijk dat uw gewenste woning voldoet aan milieu- en duurzaamheidseisen? A. Dubbel glas Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 62% 35% 2% 0% 0% 1% 100%
B. Spouwmuurisolatie Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 48% 43% 5% 1% 0% 1% 100%
C. Dakisolatie Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 51% 42% 3% 1% 0% 4% 100%
D. Vloerisolatie Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk
Perc. 45% 45% 5% 1%
5
Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
0% 4% 100%
Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
E. HR Ketel Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 53% 40% 5% 0% 0% 3% 100%
I. Energiebesparende zonnepanelen Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
F. Duurzame, milieuvriendelijke materialen Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 30% 48% 15% 3% 1% 4% 100%
G. Gescheiden afvalwater Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 16% 32% 35% 9% 2% 7% 100%
H. Oriëntatie op de zon Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 34% 41% 16% 5%
0% 5% 100% maatregelen,
zoals
warmtepompen,
Perc. 18% 31% 31% 13% 1% 5% 100%
28. Wilt u voor milieukwaliteiten of duurzaamheidsmaatregelen betalen? Ja, als de woonlasten maar gelijk blijven Ja, als de woonlasten daarmee naar beneden gaan Ja, ook al worden de woonlasten* daardoor hoger Nee, ik wil daar helemaal niet voor betalen. Weet niet Totaal
39% 35% 4% 13% 10% 100%
29. Wilt u verhuizen naar een huur- of een koopwoning? Huurwoning Koopwoning Geen voorkeur Weet niet Totaal
Perc. 34% 50% 8% 8% 100%
30. Wat wilt u maximaal aan huur betalen? Tot € 403,= € 403,= tot € 576,= € 576,= tot € 618,€ 618,= tot € 710,= Meer dan € 710,=
Perc. 8% 36% 22% 15% 7%
6
Perc.
Weet niet Totaal
12% 100%
31. Wat mag de maximale koopprijs zijn? Tot € 150.000,= € 150.000,= tot € 175.000,= € 175.000,= tot € 200.000,= € 200.000,= tot € 225.000,= € 225.000,= tot € 250.000,= € 250.000,= tot € 300.000,= € 300.000,= tot € 400.000,= € 400.000,= tot € 500.000,= Meer dan € 500.000,= Weet niet Totaal
Perc. 2% 4% 11% 20% 15% 19% 15% 19% 6% 18% 100%
32. Denkt u dat u de gewenste woning voor die prijs in de gemeente Bunschoten kunt vinden? Ja Misschien Nee Weet niet Totaal
Perc. 38% 35% 19% 8% 100%
34. Heeft u belangstelling voor een kant en klare woning of wilt u invloed uitoefenen op het ontwerp? Kant en klare woning Ik wil invloed uitoefenen op het ontwerp Weet niet Totaal 35. Wat voor een soort invloed wilt u uitoefenen op het ontwerp? Ik wil zelf een woning ontwerpen Ik wil de woning samen met een architect ontwerpen Ik zoek een kavel waarop ik zelf een woning kan bouwen Ik zoek een cascowoning die ik zelf verder kan afbouwen Ik zoek een woning waarbij nog veel keuzemogelijkheden bestaan (keuze uit verschillende plattegronden) Anders, namelijk Weet niet Totaal 36. Bent u geïnteresseerd in het bouwen via Collectief Particulier Opdrachtgeverschap? Ja, ik ben geïnteresseerd Nee, ik ben niet geïnteresseerd. Weet niet Totaal
Perc. 35% 38% 27% 100% Perc. 7% 19% 11% 5% 41% 6% 12% 100% Perc. 30% 65% 5% 100%
Belangstelling invloed bouwproces Interesse koopconstructies 33. Bent u op zoek naar een nieuwbouwwoning? Ja Misschien Nee Weet niet Totaal
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 23% 12% 52% 14% 100%
37. Voor huurders is het mogelijk om een huurwoning met korting te kopen van de corporatie via de 90% kosten koper regeling. Verkoopt u binnen vijf jaar de woning, dan moet u de korting wel aan de corporatie terugbetalen. Heeft u interesse om een huurwoning te kopen met gebruik van deze kortingsregeling? Ja Misschien Nee, ik woon nu prima Nee, ook met deze regeling heb ik onvoldoende financiële
7
Perc.
3% 27% 22% 27%
mogelijkheden om een woning te kopen Nee, want ik wil waarschijnlijk binnen vijf jaar weer verhuizen Nee, anders namelijk… Weet niet Totaal 38. Huurders die ook met de 90% kosten koper regeling niet genoeg financiële mogelijkheden om een huurwoning te kopen, kunnen gebruik maken van de regeling Koopstart. Huurders krijgen dan 15% tot 25% korting op de getaxeerde waarde van de woning. Deze korting dient dan wel terugbetaald te worden aan de corporatie als de huurder de woning weer verkoopt. Heeft u interesse om een huurwoning te kopen met gebruik van Koopstart? Ja Misschien Nee, want… Weet niet Totaal
8% 8% 5% 100%
Perc.
0% 13% 75% 12% 100%
Behoefte aan woning op een bepaalde locatie 40. In welke plaats zou u willen wonen? Gemeente Bunschoten: kern Bunschoten-Spakenburg Gemeente Bunschoten: kern Eemdijk Gemeente Bunschoten: Rengerswetering Gemeente Bunschoten: Zuyderzee Gemeente Bunschoten: geen voorkeur Andere gemeente, namelijk Geen voorkeur Weet niet Totaal 41. Welke aspecten zijn belangrijk in de keuze voor uw toekomstige woonlocatie? De (loop)afstand tot het centrum van Spakenburg De afstand tot de A1/A28
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 45% 5% 3% 2% 25% 9% 5% 6% 100% Perc. 46% 10%
Ligging aan de rand van het dorp, met uitzicht op de polder Ligging aan / nabij het water Ligging aan de haven Anders, namelijk Geen van deze kenmerken Weet niet Totaal
28% 16% 6% 15% 16% 7% 100%
42. Hoeveel slaapkamers zou u willen in de toekomstige woning? 1 slaapkamer 2 slaapkamers 3 slaapkamers 4 slaapkamers 5 slaapkamers of meer Weet niet Totaal
Perc. 9% 37% 28% 15% 8% 4% 100%
44. Waar zou u uw auto willen parkeren? Ik wil mijn auto op eigen terrein kunnen parkeren Ik vind het voldoende als ik de auto dichtbij mijn woning kan parkeren Geen voorkeur Ik heb geen auto Weet niet Totaal
Perc. 52% 31% 4% 13% 1% 100%
Alternatieven voor de gewenste woning 45. Stel dat u de door u gewenste woning met de gewenste prijs niet kunt vinden, wat doet u dan? Ik blijf wonen waar ik woon, zonder verbouwing Ik blijf wonen waar ik woon, met verbouwing Ik ga zoeken in een andere prijsklasse Ik ga zoeken naar een ander woningtype Ik ga huren in plaats van kopen Ik ga kopen in plaats van huren Ik ga zoeken naar een kleinere woning
8
Perc. 49% 8% 2% 4% 2% 0% 2%
Ik ga zoeken naar een grotere woning Ik ga op zoek naar een woning in een andere buurt Ik ga op zoek naar een woning in een andere gemeente Anders, namelijk Weet niet Totaal 46. Hoe lang bent u bereid om te wachten op de door u gewenste woning? Korter dan een half jaar Tussen 6 en 12 maanden Tussen 1 en 2 jaar Tussen 2 en 5 jaar Langer dan 5 jaar Weet niet Totaal 47. Kijkt u ook buiten de gemeente Bunschoten naar de door u gewenste woning? Ja, namelijk in… Liever niet, maar ik ga wel buiten de gemeente zoeken als het me te lang duurt Nee, ik wil in de gemeente Bunschoten wonen Weet niet Totaal
0% 6% 8% 4% 14% 100% Perc. 4% 13% 16% 22% 16% 29% 100%
Perc. 10% 14% 70% 6% 100%
Invloed economie op verhuisgedrag 48. Wordt uw verhuiswens beïnvloed door de huidige economische situatie? Ja Misschien / een beetje Nee Weet niet Totaal
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 18% 23% 54% 5% 100%
49. Op welke manier beïnvloedt de economische situatie uw verhuiswens? Ik wil pas verhuizen als ik mijn huidige woning heb verkocht Ik wacht de prijsontwikkeling van de koopwoningen af Ik zoek een goedkopere woning dan dat ik voorheen zocht Ik wil huren in plaats van kopen Anders, namelijk Weet niet Totaal 50. Kunt u aangeven hoeveel uw totale gezamenlijke netto huishoudensinkomen per maand is? Tot € 600,= € 600 - € 1.200,= € 1.200 - € 1.600,= (tot modaal) € 1.600 - € 2.400,= (ca. 1 tot 1,5x modaal) € 2.400 - € 3.200,= (ca. 1,5 tot 2x modaal) Meer dan € 3.200,= (> ca. 2x modaal) Geen antwoord / weet niet Totaal
Perc. 46% 11% 10% 4% 18% 11% 100%
Perc. 1% 8% 14% 21% 20% 17% 20% 100%
Starters (inwonend 18 t/m 30 jaar) Verhuisgeneigdheid 1. Ben je van plan om binnen nu en vijf jaar te verhuizen naar een zelfstandige woonruimte? Ja Nee Nee, ik ga op kamers wonen Nee, ik ga bij familie/vrienden inwonen Weet niet Totaal
9
Perc. 74% 6% 3% 2% 15% 100%
2. Op welke termijn denk je te gaan verhuizen? Binnen een jaar 1 tot 2 jaar 2 tot 5 jaar Afhankelijk van het woningaanbod Weet niet Totaal
Perc. 18% 27% 40% 12% 4% 100%
Woonwensen 3. Welk type woning zoek je? Rijtjeswoning (eengezinswoning) Hoekwoning met garage Hoekwoning zonder garage 2-onder-1 kap / geschakelde woning Vrijstaande woning Appartement zonder lift Appartement met lift Benedenwoning Bovenwoning Overig Weet niet Totaal
Perc. 33% 16% 3% 5% 2% 7% 12% 1% 1% 4% 18% 100%
4. Vind je het belangrijk dat je gewenste woning voldoet aan milieu- en duurzaamheidseisen? A. Dubbel glas Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
Perc. 56% 39% 5% 0% 0% 0% 100%
B. Spouwmuurisolatie Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 33% 50% 14% 0% 0% 4% 100%
C. Dakisolatie Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 43% 52% 5% 1% 0% 0% 100%
D. Vloerisolatie Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 39% 48% 13% 0% 0% 1% 100%
E. HR Ketel Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 41% 41% 11% 0% 0% 8% 100%
10
Totaal F. Duurzame, milieuvriendelijke materialen Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 18% 33% 39% 6% 1% 3% 100%
G. Gescheiden afvalwater Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 15% 32% 40% 6% 2% 6% 100%
H. Oriëntatie op de zon Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet Totaal
Perc. 32% 46% 16% 5% 0% 2% 100%
I. Energiebesparende zonnepanelen Heel belangrijk Belangrijk Maakt niet uit Onbelangrijk Heel onbelangrijk Weet niet
maatregelen,
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
zoals
warmtepompen,
Perc. 10% 26% 47% 11% 3% 4%
100%
5. Wil je voor milieukwaliteiten of duurzaamheidsmaatregelen betalen? Ja, als de woonlasten maar gelijk blijven Ja, als de woonlasten daarmee naar beneden gaan Ja, ook al worden de woonlasten daardoor hoger Nee, ik wil daar helemaal niet voor betalen. Weet niet Totaal
39% 38% 3% 14% 7% 100%
6. Zoek je een huur- of een koopwoning? Huurwoning Koopwoning Geen voorkeur Weet niet Totaal
Perc. 18% 70% 7% 6% 100%
7. Hoeveel je maandelijks aan kale huur betalen? Tot € 403,= € 403,= tot € 576,= € 576,= tot € 618,€ 618,= tot € 710,= Meer dan € 710,= Weet niet Totaal
Perc. 36% 48% 8% 8% 0% 0% 100%
8. Wat vind je een reële aankoopprijs voor een koopwoning? Tot € 130.000,= (alleen voor appartementen) € 130.000,= tot € 175.000,= € 175.000,= tot € 200.000,= € 200.000,= tot € 225.000,= € 225.000,= tot € 250.000,= € 250.000,= tot € 300.000,= € 300.000,= tot € 400.000,= € 400.000,= tot € 500.000,=
Perc. 6% 9% 22% 34% 23% 0% 0% 0%
11
Perc.
Meer dan € 500.000,= Weet niet Totaal
0% 6% 100%
Anders, namelijk Weet niet Totaal
9. Ben je ook bereid om die prijs te betalen? Ja Nee Weet niet Totaal
Perc. 85% 1% 14% 100%
13. Ben je geïnteresseerd in het bouwen via Collectief Particulier Opdrachtgeverschap? Ja, ik ben geïnteresseerd Nee, ik ben niet geïnteresseerd. Weet niet Totaal
Belangstelling invloed bouwproces 10. Ben je op zoek naar een nieuwbouwwoning? Ja Nee, een bestaande woning Geen voorkeur Weet niet Totaal 11. Heb je belangstelling voor een kant en klare woning of wil je invloed uitoefenen op het ontwerp? Kant en klare woning Ik wil invloed uitoefenen op het ontwerp Weet niet Totaal 12. Wat voor een soort invloed wil je uitoefenen op het ontwerp? Ik wil zelf een woning ontwerpen Ik wil de woning samen met een architect ontwerpen Ik zoek een kavel waarop ik zelf een woning kan bouwen Ik zoek een cascowoning die ik zelf verder kan afbouwen Ik zoek een cataloguswoning (met keuze uit verschillende woningtypen) Ik zoek een woning waarbij nog veel keuzemogelijkheden bestaan (keuze uit verschillende plattegronden)
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
14% 7% 100% Perc. 36% 32% 32% 100%
Locatievoorkeuren Perc. 33% 7% 53% 7% 100% Perc. 30% 38% 32% 100% Perc. 11% 11% 4% 11% 4%
14. In welke plaats zou je willen wonen? Gemeente Bunschoten: kern Bunschoten-Spakenburg Gemeente Bunschoten: kern Eemdijk Gemeente Bunschoten: Rengerswetering Gemeente Bunschoten: Zuyderzee Gemeente Bunschoten: geen voorkeur Andere gemeente, namelijk Geen voorkeur Weet niet Totaal 15. Voor de nieuwbouwlocaties Zuyderzee en Rengerswetering kunnen starters gebruik maken van de Starterslening. Ben je toch geïnteresseerd in een nieuwbouwwoning op een van deze locaties als je gebruik kan maken van de Starterslening? Ja, ik ben geïnteresseerd in Rengerswetering Ja, ik ben geïnteresseerd in Zuyderzee Nee, ik ben nog steeds niet in een woning op deze locaties geïnteresseerd. Weet niet Totaal
39%
12
Perc. 29% 2% 14% 7% 30% 9% 7% 3% 100%
Perc. 21% 12% 42% 26% 100%
16. Voor de nieuwbouwlocaties Zuyderzee en Rengerswetering kunnen starters gebruik maken van de Starterslening. In welke mate speelt de beschikbaarheid van de Starterslening een rol in de keuze voor je gewenste woonlocatie? Het speelt een grote rol Het speelt enigszins mee Het speelt niet mee Weet niet Totaal
Totaal Perc.
Alternatieven voor de gewenste woning 21% 12% 42% 26% 100%
17. Welke aspecten zijn belangrijk in de keuze voor je toekomstige woonlocatie? De (loop)afstand tot het centrum van Spakenburg De afstand tot de A1/A28 Ligging aan de rand van het dorp, met uitzicht op de polder Ligging aan / nabij het water Ligging aan de haven Anders, namelijk Geen van deze kenmerken Weet niet Totaal
49% 21% 30% 22% 8% 21% 11% 6% 100%
18. Hoeveel slaapkamers moet jouw toekomstige woning hebben? 1 slaapkamer 2 slaapkamers 3 slaapkamers 4 slaapkamers 5 slaapkamers of meer Weet niet Totaal
Perc. 10% 26% 41% 15% 2% 7% 100%
19. Waar zou je jouw auto willen parkeren? Ik wil mijn auto op eigen terrein kunnen parkeren Ik vind het voldoende als ik de auto dichtbij mijn woning kan parkeren Geen voorkeur Ik heb geen auto Weet niet
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
100%
Perc.
Perc. 40% 45% 4% 11% 1%
20. Stel dat je de door jouw gewenste woning met de gewenste prijs niet kunt vinden, wat doe je dan? Ik blijf wonen waar ik woon Ik ga zoeken in een andere prijsklasse Ik ga zoeken naar een ander woningtype Ik ga huren in plaats van kopen Ik ga zoeken naar een kleinere woning Ik ga op zoek naar een woning in een andere buurt Ik ga op zoek naar een woning in een andere gemeente Anders, namelijk Weet niet Totaal 21. Hoe lang ben je bereid om te wachten op de door jouw gewenste woning? Korter dan een half jaar Tussen 6 en 12 maanden Tussen 1 en 2 jaar Tussen 2 en 5 jaar Langer dan 5 jaar Weet niet Totaal 22. Kijk je ook buiten de gemeente Bunschoten naar de door jouw gewenste woning? Ja, namelijk in… Liever niet, maar ik ga wel buiten de gemeente zoeken als het me te lang duurt Nee, ik wil in de gemeente Bunschoten wonen Weet niet Totaal
13
Perc. 18% 14% 15% 4% 5% 11% 20% 5% 10% 100% Perc. 7% 35% 35% 13% 2% 9% 100% Perc. 17% 30% 51% 2% 100%
Invloed economie op verhuisgedrag 23. Wordt je verhuiswens beïnvloed door de huidige economische situatie? Ja Misschien / een beetje Nee Weet niet Totaal 24. Op welke manier beïnvloedt de economische situatie jouw verhuiswens? Ik wacht de prijsontwikkeling van de koopwoningen af Ik zoek een goedkopere woning dan dat ik voorheen zocht Ik ga huren in plaats van kopen Ik ga kopen in plaats van huren Anders, namelijk Weet niet Totaal
Perc. 32% 32% 26% 10% 100%
27. Kun je aangeven hoeveel je totale gezamenlijke netto huishoudensinkomen per maand is? Tot € 600,= € 600 - € 1.200,= € 1.200 - € 1.600,= € 1.600 - € 2.400,= € 2.400 - € 3.200,= Meer dan € 3.200,= Geen antwoord / weet niet Totaal
Perc. 38% 14% 20% 6% 5% 18% 100%
Persoonlijke situatie 26. Met hoeveel personen wil je de woning betrekken? Alleen ik 2 personen meer dan 2 personen Weet niet Totaal
Perc. 30% 57% 3% 10% 100%
27. Heeft de tweede persoon een inkomen? Ja Nee Weet niet Totaal
Perc. 84% 6% 10% 100%
313.102 | Woningmarktonderzoek 2015
14
Perc. 9% 8% 19% 27% 11% 2% 24% 100%