OVERZICHT De Ronde 21-04-2015 Aanvang: 18:00 Tijd
Collegekamer 1.25
18:00 Fractievoorzittersoverleg
vrz: Huijdts secr: Pen
19:00 Tijd
externe locatie: De Observant
Raadzaal 1.02
19:00 De Ronde GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014: Basis & structuur van de basisinfrastructuur pfh: Imming secr: Bongers 20:30 21:00 21:30
Vermeerzaal 1.03
externe locatie: CNME
De Ronde
Werkbezoek
Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting vrz: Huijdts pfh: Houwing secr: Van Kan
Werkbezoek CNME
Raadsacademie Samenwerken met de stad – de gelote burgerraad
De Ronde Burgerinitiatief: Herbouw Oliemolen op Eemplein vrz: Paffen- Zeenni pfh: Van den Berg secr: Bongers
22:00
22:30
1
De Ronde Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors vrz: Van Hamersveld pfh: Tigelaar secr: Van Kan
Leicesterzaal Datum: Aanvang:
dinsdag 21 april 2015 19:00
De Ronde GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014: Basis & structuur van de basisinfrastructuur Rondetafelgesprek
GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014: Basis & structuur van de basisinfrastructuur Rondetafelgesprek Inhoud agendapunt GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014: Basis & structuur van de basisinfrastructuur (pdf) Raadsinformatiebrief 2014-70 Versterking van de sociale basisinfrastructuur (kwetsbare) mensen centraal, niet de systemen Raadsbesluit - Raadsvoorstel en -besluit Meerjarig beleidskader sociaal domein 2015-2018 Bijlage - Visie en uitgangspunten voor de beweging in het sociaal domein, 11 juni 2013 Raadsbesluit - Raadsvoorstel en -besluit Inrichting wijkteams 2015 sociaal domein Bijlage - amersfoort.nl/sociaaldomein *Presentatie De Ronde 21-04-2015 Sociale basisinfrastructuur (pdf) Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014 Basis en structuur van de basisinfrastructuur (pdf)
Agendapunt De Ronde Titel
Datum Van Portefeuillehouder Soort bijeenkomst Reden van aanbieding
Inhoud
Van de raadsleden wordt gevraagd
Vervolg
Reg.nr. 4953852 GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014: Basis & structuur van de basisinfrastructuur 21 april 2015 Fracties GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014 Ambtelijk contact Imming Lans (033-469 4341) Rondetafelgesprek De afgelopen periode is (terecht) veel aandacht uitgegaan naar de invoering van de wijkteams en de specialistische zorg. Ook de basisinfrastructuur is voor het slagen van de transitie van groot belang. De ontwikkeling van de basisinfrastructuur baart echter zorgen: er zijn veel betrokkenen aan de basis, maar de infrastructuur of structuur is ofwel weinig zichtbaar, ofwel niet voldoende aanwezig. De fracties van GroenLinks, de ChristenUnie en Amersfoort2014 willen graag met de betrokken partijen en de collega-raadsleden in gesprek over de manier waarop de basisinfrastructuur vorm krijgt en hoe verschillende partners in de basisinfrastructuur samenwerken. Wethouder Imming zal het rondetafelgesprek openen en aangeven wat de stand van zaken is met betrekking tot de basisinfrastructuur, met aandacht voor de drie functies van de basisinfrastructuur, te weten (1) informatie en advies, (2) ontmoeting, en (3) ondersteuning en toerusting. Zij zal ook ingaan op de ervaringen met de basisinfrastructuur in verschillende wijken in Amersfoort. Vervolgens gaan partners in de basisinfrastructuur en raadsleden aan verschillende tafels met elkaar in gesprek over welke stappen we kunnen zetten in de ontwikkeling van de basisinfrastructuur. De volgende vragen kunnen daarbij aan de orde komen: - Wat kan van ‘de’ basisinfrastructuur verwacht worden? - Kan ‘de basisinfrastructuur’ in die verwachting voorzien en zo ja, hoe? - Wie speelt welke rol(len) daarin? - Hoe verloopt samenwerking met partners binnen en buiten de basisinfrastructuur idealiter? - Welke valkuilen en voetangels zijn er en wat is ervoor nodig om deze te vermijden of te voorkomen? - Hoe zien de aanwezigen innovatie op dit gebied, en wie of wat is nodig om innovatie in de basisinfrastructuur te realiseren? Met elkaar, de wethouder en betrokkenen (o.a. Ravelijn, Welzin, Beweging 3.0, onderwijs, SOVEE, politie, sportverenigingen, STIPs, aanbieders dagbesteding, buurtzorg-initiatieven, wijkteams, GGD) in gesprek gaan over de basis-infrastructuur. Nader te bepalen
Advies presidium Bijbehorende documenten
Raadsinformatiebrief 2014-70 Versterking sociale basisinfrastructuur Raadsvoorstel en -besluit Meerjarig beleidskader sociaal domein, 28 oktober 2014 Visie en uitgangspunten voor de beweging in het sociaal domein, 11 juni 2013 Raadsvoorstel en -besluit Inrichting wijkteams, 15 juli 2014 amersfoort.nl/sociaaldomein
#4953852 v1 - AGENDAPUNT DR 21-4-2015 GROENLINKS, AMERSFOORT2014 EN CHRISTENUNIE BASIS & STRUCTUUR VAN DE BASISINFRASTRUCTUUR
Sociale basisinfrastructuur Dinsdag 21 april Fleur Imming
SBI in beleidskader 1 Wat verwachten we van de SBI? • Versterken zelf- en samenredzaamheid • Preventie & Vroegsignalering En: • Lichte steun in de rug als dat nodig is
SBI in beleidskader 2 • 2015 = continuïteit • 2016 = ruimte maken voor nieuwe partijen, initiatieven en innovatie • 3 basisfuncties: 1. Informatie en advies
2. Ontmoeting 3. (Lichte) Ondersteuning en toerusting Balans van de functies vergroot preventieve werking van de sbi en grotere kans op vroegsignalering • Ook: ondersteunen mantelzorgers
SBI in beleidskader 3 De ontwikkelopgaven, dwz. puzzels die we op te lossen hebben? 1. Hoe dragen we er zorg voor dat de 3 basisfuncties op een bij de wijk passende manier zijn ingevuld? 2. Hoe benutten we formele en informele initiatieven maximaal en zorgen we er ook voor dat ze elkaar versterken? 3. Hoe versterken we de SBI door een levendig leer – en ontwikkelklimaat 4. Hoe zorgen we voor een goed samenspel tussen het werk van de wijkteams en spelers in de SBI?
• …
Gooi het kind met het badwater niet weg!
Werken aan versterken SBI • Vraagt om inzicht in foto van SBI per wijk en op stedelijk niveau • De kansen en uitdagingen van de SBI
• Vraagt om een samenspel met vele partijen • Bepalen plan van aanpak • Waar op inzetten in 2015 • Waar op inzetten in 2016 en verder • Waar continue mee bezig zijn
VBL
Foto SBI in Vermeer, Berg en Leusderkwartier Van villa tot sociale huurflat, van nieuwe armoede tot AVbuurt. De drie functies: • Ontmoeting oa bij De Nieuwe Driehoek, in kerken en in wooncentra als De Eemgaarde, bij CJVV of bij het Senioren Trefpunt; • Informatie en advies: Buurtpunt Zuid, huisartsen;
• Ondersteuning en toerusting: oa via mantelzorgondersteuning, via kerken (maaltijdvoorziening), wooncentra, Buurtpunt Zuid en het Senioren Trefpunt.
Kansen + Ondersteuning & toerusting: wijk met in potentie veel buurtkracht voor lichte hulp + Informatie & advies: verbinding in gang gezet tussen formele en informele partijen via gezonde wijkaanpak die in partnerschap willen werken aan oplossen van speerpunten in de wijk + Ontmoeten: veel gelegenheid tot ontmoeten in kerken, scholen, woon(zorg)centra en toegankelijke sportvoorzieningen Uitdagingen - Ondersteuning & toerusting: meer en langer thuiswonende ouderen (wijk met meeste inwoners van 65 jaar en ouder) vraagt om sterkere netwerken en meer verbinding en voldoende vrijwilligers - Informatie & advies: centrale punt(en) voor ontmoeting, informatie en advies en bereik van de kwetsbare groepen - Ontmoeting: voldoende dagbesteding voor mensen met NAH, ontmoeting voor mensen met een verstandelijke beperking en ouderen zonder dementie
VATHORST
Foto SBI in Vathorst Jonge wijk tweeverdieners en groeiende groep jongeren De drie functies: • Ontmoeting oa bij ABC De Bron, De Kroon, in woonzorgcentra (Buitengewoon Zorgzaam) of door middel van eigen activiteiten door en voor de buurt;
• Informatie & advies via: digitale mogelijkheden (sociale kaart, sociale media) en via de ABC-scholen en het jongerenwerk; • Ondersteuning & toerusting: via sociale netwerken en mbv het sociaal werk.
Kansen + Ondersteuning & toerusting: sociale samenhang goed in veel wijken en buurtkracht in potentie aanwezig voor lichte hulp + Informatie & advies: beter benutten digitale mogelijkheden voor informatie en advies + Ontmoeten: voldoende animo en ruimte aanwezig voor activiteiten Uitdagingen - Ondersteuning & toerusting: - Activeren buurtkracht in de ‘nieuwere wijken’
- Hoog aantal gebroken gezinnen en psychische problematiek bij kinderen en jongeren (behoefte aan gerichte opvoedingsondersteuning); - Te weinig huisartsen - Informatie & advies: komen tot eenduidigheid in sociale kaart en informatie- en adviesvoorzieningen (advies voor mensen met schulden, nieuwe armoede) - Ontmoeten: bereikbaarheid van voorzieningen voor minder validen
KRUISKAMP KOPPEL
Foto SBI in Kruiskamp/Koppel Kleurrijke en initiatiefrijke naoorlogse wijk met een lange traditie van sociaal werk. Veel jonge mensen, grote gezinnen en relatief weinig ouderen. De drie functies: • Ontmoeting oa in de moskee, in de Adventkerk, Kruiskamp Onderneemt, bij APWC, bij de Buitenkast, in de speeltuinvereniging en in de ABC-school (het Kruiskampcafé); • Informatie en advies: bij de Stip (spreekuur Stadsring51) en het sociaal werk, maar ook via Buurtvaders, de ABC-school en de schoolbibliotheek; • Ondersteuning via oa sociaal werk, sportbuurtwerk, Atlas (Vrouw- en Kindcentrum), maar (nog) te weinig via buurtnetwerken
Kansen + Ondersteuning & toerusting: aanwezige netwerk van sociaal werk en samenwerking tussen scholen, welzijnswerk, bibliotheek, Orion en verenigingen binnen ABC-verband en de gezonde wijkaanpak + Informatie & advies: Goed lopende samenwerking tussen steun- en informatiepunt en wijkteam op de Neptunusplein en partnerschap binnen de gezonde wijkaanpak + Ontmoeting: compacte wijk voor verbinding met bereikbare voorzieningen voor ontmoeting, activiteiten en informatie Uitdagingen Ondersteuning & toerusting: -
Veel bewoners met LES (hoogste aantal huishoudens met laag inkomen) en problematiek waarbij professionele ondersteuning en meer buurtkracht nodig is.
-
Aandachtbuurten met lage sociale samenhang en buurtkracht
-
Opvoedproblematiek en scheidingen binnen 2E generatie migratiegezinnen, mede daardoor toename van eenoudergezinnen.
Plan van aanpak 1. Uitwerken inrichtingsplan SBI (juni / juli) •
Vanuit inzicht in de 3 basisfuncties SBI per wijk/op stedelijk niveau, bepalen inzet
2. Bepalen omvang/inzet van structurele en incidentele subsidiemiddelen (juni-nov)
•
Welke prestatieafspraken 2016 met gesubsidieerde instellingen (sept)
3. Faciliteren/ondersteunen van initiatieven (continue) 4. Extra inzet op samenspel wijkteams en SBI (kwartaal 3 en 4 2015)
Besluitenlijst De Ronde datum:
21-04-2015
vergaderruimte: De Observant Onderwerp Van Soort bijeenkomst Van de raadsleden werd gevraagd
Voorzitter Secretaris
Fractiewoordvoerders
Inspreker(s)/ genodigden
Samenvatting en afspraken
van
19.00 tot
aantal bezoekers:
21.00 uur 90
Reg.nr. 4966456 GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014: Basis & structuur van de basisinfrastructuur Fractie GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014 Rondetafelgesprek Met elkaar, de wethouder en betrokkenen (o.a. Ravelijn, Welzin, Beweging 3.0, onderwijs, SOVEE, politie, sportverenigingen, STIPs, aanbieders dagbesteding, buurtzorg-initiatieven, wijkteams, GGD) in gesprek gaan over de basis-infrastructuur. Collegelid Imming Ambtenaren Bongers Peltenburg, Kuipers, van Roon, Groosman, Lans Ballast-Tatarian (VVD), Bijlholt (D66), De la Combé (PvdA), El-Messaoudi (PvdA), Jongerman (SP), Kennedy-Doornbos (CU), Van Koningsveld (CDA), Land (GL), Langendam (BPA), Meijer (SP), Prins (GL), Van der Spoel (CU), Stoelinga (Amersfoort2014), Vijzelman (OPA), Van Wegen (BPA), Ruim 70 vertegenwoordigers van allerlei organisaties in de basisinfrastructuur: SOVEE, Stip’s, De Sportcombinatie, Stadsring 51, Humanitas, De Koperhorst, Duurzaam Soesterkwartier, Buurtzorg, Raad van Kerken, GGD, Present Amersfoort, Hooglandse Maatjes, SRO, Stichting Ravelijn, Weekendtref, Weekendtref, Parochiële Caritas Instelling OLV ter Eem, Schuldhulpmaatjes, BuurtpuntZuid, Bewonersinitiatief Soesterkwartier/Heb je even voor mij, Leger des Heils, NVA, Wijkteams Amersfoort en mantelzorgers. De portefeuillehouder heeft over aangeven wat de stand van zaken is met betrekking tot de basisinfrastructuur, met aandacht voor de drie functies van de basisinfrastructuur, te weten (1) informatie en advies, (2) ontmoeting, en (3) ondersteuning en toerusting. Zij zal ook ingaan op de ervaringen met de basisinfrastructuur in verschillende wijken in Amersfoort. Vervolgens zijn de aanwezigen aan 8 tafels met elkaar in gesprek gegaan. Na een uur is vanuit elke tafel een korte terugblik gegeven. Genoemd zijn: - Toegankelijkheid en bereikbaarheid: hoe zorgen we dat we mensen bereiken die van basisinfrastructuur gebruik maken (wat gebeurt er in vakantieperiode) - Scholing en toerusting vrijwilligers - Deze avond en de toekomst zorgt voor ontmoeten en informeren: is kans en uitdaging - Preventie: beter de brug repareren dan mensen uit het water vissen - Continuïteit in zorg en verbeteren wat goed gaat - Wat is er nodig voor mensen die gebruik maken van de basisinfrastructuur: bijvoorbeeld re-integratie van mensen met rugzakje, wat kun je doen om goed huishouden te hebben, koppeling mantelzorg-formele zorg - Samenwerking: ontschotten en stimuleren - Wijkgericht aan thema's werken met iedereen die in wijk werkt. - Inzetten op duurzaamheid en laagdrempeligheid Nuttig om netwerken te koppelen: buurtnetwerken kunnen goed werken om elkaar scherp te houden (Welzin in Soesterkwartier) - Ontmoeten, samenwerken en gebruik maken van elkaar: het gaat om leren samen leven. Valkuil is dat we te veel en te snel willen. - Relaties: verschillende aanpakken bij verschillende wijkteams - Wie heeft regie in basisinfrastructuur per wijk: wie gaat ontmoeting organiseren? - Hoe zorg je voor bovenwijkse regie?
Portefeuillehouder: het kennen helpt in het vinden van elkaar; verbinding is belangrijk. Partijen zijn al goed in staat om elkaar op eigen kracht te vinden. De gemeente heeft eind verantwoordelijkheid maar er is gezamenlijke inzet nodig. Toezeggingen Advies aan het presidium
Vervolgstap initiatiefnemers
Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014 . . .
De Ronde Datum: Aanvang:
dinsdag 21 april 2015 21:00
De Ronde Burgerinitiatief: Herbouw Oliemolen op Eemplein Voorbereiding besluit
Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 GroenLinks, ChristenUnie en Amersfoort2014 . . .
Burgerinitiatief: Herbouw Oliemolen op Eemplein Voorbereiding besluit Inhoud agendapunt Burgerinitiatief Herbouw Oliemolen aan de Eem (pdf) Burgerinitiatief: Herbouw Oliemolen aan de Eem’ Oliemolen aan de Eem, incl. bijlagen (pdf) Collegebericht 2015-031 Burgerinitiatief Oliemolen ’de rijzende zon’ Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 Burgerinitiatief - Herbouw Oliemolen aan de Eem (pdf) Bijlage - Audioverslag
Agendapunt De Ronde Titel Datum Van Portefeuillehouder Programma Soort bijeenkomst Reden van aanbieding
Inhoud
Van de raadsleden wordt gevraagd
Vervolg Advies presidium
Bijbehorende documenten
4955295 Burgerinitiatief: Herbouw Oliemolen aan Reg.nr. de Eem 21 april 2015 Presidium Ambtelijk contact Van den Berg Bongers (033-469 4302) 7. Ruimtelijke ontwikkeling Voorbereiding besluit Dit voorstel valt onder het initiatiefrecht voor burgers en voldoet aan de eisen gesteld in het Reglement van orde van de raad (artikel 20). De verordening vraagt van De Ronde om de gemeenteraad te adviseren over het wel of niet plaatsen op de agenda van Het Besluit. De Ronde kan het initiatief, vergezeld van haar standpunt, ter kennis van het college brengen. Een groep Amersfoorters gesteund door onder andere de Stamtafel “de Keientrekkers” maakt zich sterk voor herbouw van de Oliemolen op het Eemplein, daar waar het voornemen is om een appartementencomplex te ontwikkelen (“blok 3”). De herbouw op zijn historische plek van de Oliemolen zal voor Amersfoort en de provincie Utrecht een uitbreiding van het toerisme opleveren. Dit heeft de bouw van molens in Soest en Bunschoten reeds bewezen. Ook de verdere ontwikkeling van het Oliemolenkwartier kan een bijdrage leveren aan het toerisme en werkgelegenheid. Door de plaatsing van de Oliemolen wordt de recreatieve rol van de Eemhaven versterkt. Deze haven is niet voor niets ontwikkeld als vitaal onderdeel van het stadshart om een bijdrage te leveren aan de bevordering van het toerisme. Als er nog meer hoogbouw wordt uitgevoerd dan voegt dit niets toe aan de verdere toeristische ontwikkeling van dit gebied en doet eerder afbreuk aan ons cultureel erfgoed in dit gebied. Zij vragen de raad nog eens goed na te denken over hoe blok 3 te gaan bebouwen. Zij vinden dat de Oliemolen hierin een centrale plaats moet krijgen. Het college staat wel open voor het idee om de herontwikkeling van de Oliemolen op een andere manier en een andere locatie te doen en daarom blijft het aanbod staan voor de initiatiefnemers om hierover in gesprek te gaan met het college. De initiatiefnemers lichten hun voorstel kort toe. Daarna wordt van de raadsleden gevraagd zich uit te spreken over het vervolg: a. steunt De Ronde het voorstel? Zo ja: b. wil De Ronde het voorstel agenderen voor de raad en/of stuurt De Ronde het initiatief naar het college vergezeld van haar advies Afhankelijk van uitkomst bespreking. In deze De Ronde wordt gestart met een 1-minuutronde. Op 31 maart 2015 heeft het presidium geadviseerd om het initiatief toe te laten als burgerinitiatief en te agenderen in De Ronde. Burgerinitiatief Collegebericht 2015-031 Burgerinitiatief Oliemolen "de rijzende zon"
Burgemeester en Wethouders van Gemeente Amersfoort Stadhuisplein 1 3811 LM Amersfoort
Amersfoort, 25 maart 2015
Betreft: Burgerinitiatief Oliemolen aan de Eem Aanvulling reeds eerder ingediend burgerinitiatief van 5 maart 2015 omtrent ontwikkeling braakliggend stuk grond nabij Eemplein en Kleine Koppel (Blok 3 ). Wij zijn: Tegen hoogbouw Blok 3 ( en Oliemolenkwartier) Voor de herbouw Oliemolen “De Rijzende Zon” op haar historische plek Uitbreiding toeristische ontwikkeling rondom de Eemhaven.
Geachte Burgemeester en Wethouders, Insprekers hebben bij de ronde over het ambitiedocument van “De Nieuwe Stad” op 17 maart j.l. een stadsdiscussie opgang gebracht voor de bouw van een Oliemolen aan de Eem bij het Eemplein en tegen verdere hoogbouw direct aan de Eem. Er zijn door verschillende sprekers die avond verschillende redenen aangegeven om geen historisch foutieve beslissing te nemen met betrekking tot de verdere ontwikkeling van dit gebied. Ook werd er een ordner aan de voorzitter overhandigd met zo’n 140 adhesiebetuigingen van mensen, die voor de bouw van de molen en tegen hoogbouw zijn. Nadien zijn er nog verschillende adhesiebetuigingen bij gekomen. De herbouw op zijn historische plek van de Oliemolen zal voor Amersfoort en de provincie Utrecht een uitbreiding van het toerisme opleveren. Dit heeft de bouw van molens in Soest en Bunschoten reeds bewezen. Ook de verdere ontwikkeling van het Oliemolenkwartier kan een bijdrage leveren aan het toerisme en werkgelegenheid. Door de plaatsing van de Oliemolen wordt de recreatieve rol van de Eemhaven versterkt. Deze haven is niet voor niets ontwikkeld als vitaal onderdeel van het stadshart om een bijdrage te leveren aan de bevordering van het toerisme. Als er nog meer hoogbouw wordt uitgevoerd dan voegt dit niets toe aan de verdere toeristische ontwikkeling van dit gebied en doet eerder afbreuk aan ons cultureel erfgoed in dit gebied. Hoogbouw ter plaatse werpt een aanzienlijke schaduw op de Eemhaven en zelfs op de zijde van de Grote Koppel. Ook de nabij gelegen Koppelpoort komt in de verdrukking door de zichtlijnen vanaf de Kleine Koppel naar het Centrum.
In het Collegebericht aan de Raad ( reg. 4932554) geeft deze aan dat het college o.a. voorstander is van het idee om met de initiatiefnemers hierover in gesprek te gaan. Om verder met de Gemeente constructief dit gesprek te kunnen voeren is tijd nodig om een breed gedragen Amersfoortse werkgroep samen te stellen. Deze werkgroep zal bestaan uit verschillende partijen zoals de Stamtafel “de Keientrekkers”, Waterlijn, Amersfoort in C, Siësta, SGLA, Gilde Amersfoort en andere belangstellende. De uitkomst van deze stadsdiscussie kan dan worden meegenomen naar het overleg met het College. Wij roepen de Raad en het College op nog eens goed na te denken over hoe blok 3 te gaan bebouwen. Wij vinden dat de Oliemolen hierin een centrale plaats moet krijgen. Als de raad het met onze visie eens is dan kunnen zij de wethouder vragen de opdracht aan de Amersfoortse bouwcombinatie op te schorten.
Met vriendelijke groet, namens Stamtafel “de Keientrekkers”,
Jan van ’t Hof Schuilenburgerweg 50, 3816 TC Amersfoort E-mail:
[email protected]
Contact gegevens: Site Mail FB Twt
www.eemhaven033.nl
[email protected] Vrienden van de Eemhaven @eemhaven033
Stichting Vrienden van de Eemhaven (SVE) i.o. De stichting heeft als doel de historische, economische en duurzame waarden van het Eemhavenkwartier te behouden en te versterken waarbij de leefbaarheid en de schaal van de menselijke maat voelbaar is. De stichting beziet daarbij de Eemhaven in haar grotere context, vanaf de Havik tot en met de Kop van de Isselt. Amersfoort is ontstaan aan de oevers van de Eem, de rivier die haar economische levensader is geweest gedurende vele eeuwen. Na een periode van verwaarlozing en verarming, als gevolg van veranderende vervoerstromen, is de stichting van mening dat de recent opnieuw ontdekte cultuurhistorische, economische en sociale waarde van het Eemhavenkwartier gebaat is bij een zorgvuldige en duurzame stedenbouwkundige ontwikkeling. Er dient een goed evenwicht gezocht te worden tussen de waarden vanuit het verleden, het heden en de kansen voor- en behoeften van de stad Amersfoort in de nabije en verre toekomst. De stichting heeft bezwaar tegen plannen met intensieve en eenzijdige bebouwing direct aan de Eemhaven. Zij ziet dat dit van schadelijke invloed zou kunnen zijn op de ontwikkeling van omliggende omgeving op lange termijn en wil dat er meer kansen benut worden om meerwaarde voor het gebied te ontwikkelen. De stichting wil haar doelstellingen bereiken in co-creatie met de stad, ontwikkelaars en gebruikers. Zij streeft ernaar dat er een breed gedragen collectieve ambitie tot stand komt, waarbij ook de verbinding wordt versterkt tussen Stadshart, Eemplein, Eemhaven, Gildewijk, De Nieuwe Stad en kop van de Isselt.
Initiatiefnemers van de stichting zijn: Marjolein Demmers Elma van Beek Dave Kok Caroline Denijs Ruud Luchtenveld Roanne Woldendorp Raymond Bijen Martin Stoffer Laurens Olieman Gezina Tuinstra Jan van 't Hof Ab van der Noll
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Financiering Oliemolen Eemhavenkwartier Afgelopen weken is duidelijk geworden dat de financiële onderbouwing van de herbouwplannen van de oliemolen op het Eemplein om enige toelichting vraagt. In deze zijn drie zaken belangrijk om te weten. 1) De grond is van de Gemeente Amersfoort 2) De oliemolen zal nooit de grondopbrengst mogelijk kunnen maken die een massief en hoog appartementencomplex zal generen. 3) Met punt 2 in gedachte is een bewust besluit van de Raad nodig zodat de betrokken partijen weten dat een kostbare verdere ontwikkeling van de molenplannen kans van slagen heeft. De financiering van het historiserende molengebouw zal de investeerder HERMON erfgoed uit Zeist voor haar rekening willen nemen. http://www.hermonerfgoed.nl/ De bouw van het gebouw zal worden uitgevoerd door het Amersfoortse bedrijf Van de Burgt en Strooij. http://www.vandeburgtenstrooij.nl/ De bouw van de molen zal begeleid worden door Paul Groen, http://www.erfgoedadviesgroen.nl/ Als mogelijke uitbaters van het gebouw wordt er gesproken met onder andere de professioneel horeca ondernemer Remco van Maurik, https://culimatch.com/profiel/878 De molen zelf willen wij samen met en door de inwoners van Amersfoort financieren. Dit gaan wij doen door aandelen uit te geven zodat iedereen een stukje eigenaar kan worden van de molen. Hierdoor zal de molen ook hun molen worden en ontstaat er een betrokkenheid die ons trotser maakt op het Eemhavenkwartier en de stad in zijn geheel. Tevens zijn er contacten met werkloket regio Amersfoort, Hans Eijsink en de afdeling arbeidsintegratie René Brink van de gemeente Amersfoort. Samen met bouwmeester Kees Sars, http://www.sarshoutbouw.nl/ gaan wij de molen realiseren in een leer-werkproject. Omdat het werkloket regionaal georganiseerd is, is er een vooruitzicht op Europese subsidies van het ESF. Het gebouw met de molen zal maar zo'n 20% van het hele bouwkavel in gebruik nemen. De keuze van de invulling van de overige 80% zou moeten afhangen van de visie van de raad wat betreft het uiteindelijke karakter van het Eemhavenkwartier. Wij zien hier het ontwerp van Marco Tavenier met het nieuwe overgangsgebouw als een goede optie. Permanente markthallen of een kwalitatief goede groenvoorziening zijn ook opties. Nu snel geld verdienen en het karakter van het Eemhavenkwartier permanent veranderen of een duurzame geldstroom ambiëren waarbij het huidige karakter van Stad & Haven versterkt wordt. De keuze van Amersfoort zal een principiële keuze zijn waar toekomstvisie vereist is. Meer creatieve beleving zoals Schipbreuk en Zandfoort aan de Eem voor iedereen of meer luxe woningen voor de happy few.
[email protected] Geachte heer Van't Hoff, Ik kreeg een voorstel inzake een burgerinitiatief doorgestuurd. Wellicht dat het volgende u tot steun kan zijn. De stichting Levende Historie heeft zojuist een product afgeleverd met een waarde van meer dan €100.000: Lost in time aan de Eem. Bij het 'vernielen' van het oliemolenkwartier - lees minder aantrekkelijk maken voor bezoekers van de stad -, zal een deel van het product, een min of meer interactieve iPad-applicate een flink van haar waarde verliezen. Daarnaast meen ik als privé-persoon dat een samenhangende ontwikkeling veel slimmer is. Ik stel me een (kleinschalig) gebied voor als bijvoorbeeld Batavia-stad in Lelystad, of een kleinere uitgave van het Pablo Espagnol in Barcelona of... Wonen, werken, winkelen in een 'authentieke' omgeving met als middelpunt een replica van de oliemolen (bestemming kan duidelijk zijn) in plaats van appartementen (in Vathorst staat veel leeg). Het toeristisch 'vermogen' wordt versterkt door kleinschaligheid, knus, overzichtelijk met thema-winkels, kleine ondernemers, past veel beter en sluit aan bij enerzijds het grootschalige Eemplein en de kleinschaligheid van de Nieuwe Stad. Zandvoort a.d . Eem als Het lijkt er opnieuw op dat de stad haar oren laag hangen naar Vahstal-achtige (c.s.) ontwikkelaars die doen voorkomen alsof voor de stad snel geld te verdienen is (er valt in Vathorst nog genoeg te bouwen, Liendert kan vast nog wel wat afbraak-opbouw projecten gebruiken, appartementen aan de rand van Isselt, kan verloedering daar verder tegen gaan en komt de kritiek van de bedrijven aldaar tegemoeg, leegstaande kantoorgebouwen herschikken (ben je meteen van verlost van de druk van de provincie) Kortom: géén appartementen in het oliemolengebied is win-win voor bewoners van de stad in plaats van winst van een enkeling en een vermeende opbrengst voor de gemeente (dat is eerder gebeurd en ligt als een molensteen om de nek van de gemeente) De gemeente leert niet! Hoe wil je in zo'n druk stukje stad het verkeer regelen? Het is nu al een chaos. Neemt dat af? Wat kost het om dat zodanig aan te passen dat de beoogde bewoners hun auto het wijkje kunnen verlaten? Of verwacht men dat de beoogde bewoners allen de trein zullen nemen, de fiets op het balkon parkeren of .... Mocht er sprake zijn van appartementen voor studenten, langs de Amsterdamse Straatweg staat nog genoeg leeg (herhaling van zetten) We mogen toch hopen dat de gemeente na alle volhardende aannames toch gaat leren. Er liggen genoeg hoofdpijndossiers die door naïeve 'dorps'politiek keer op keer schuren (Kersenbaan, Westtangent) Misschien dat een behoorlijk uitgewerkt plan vanuit een burgerinitiatief opgesteld, de gemeente kan overtuigen. Er zijn genoeg stedenbouwkundige ontwikkelaars (en slimme leerlingen van de school die leerlingen aflevert waarvan het werk op 'promotie-onderzoek-niveau is beoordeeld) in de stad om samen op te trekken Ik denk graag mee. Met vriendelijke groet, Ed van der Veer From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: noodklok Date: Fri, 27 Feb 2015 15:47:19 +0100 Dag Jan van ‘t Hof, Gisteren kreeg ik van Joke S. een papier uitgereikt met uw mail-adres i.v.m. de hoogbouw bij het Eemplein. Hoewel er van mij niet direct een oliemolen hoeft te komen, hoop ik, dat eventuele hoogbouw ook geen doorgang zal vinden. Het hele karakter van Amersfoort gaat verloren op deze manier. Succes met deze actie. Met vriendelijke groet,
Nelleke Schoorel 3813GX/13 Amersfoort From:
[email protected] To:
[email protected] CC:
[email protected] Subject: Molen aan de Eem Date: Sun, 1 Mar 2015 15:02:24 +0100 Joke Sickmann gaf mij je emailadres om steun te betuigen voor het project om een molen te bouwen ipv appartementen aan het Eemplein. Ik ben geen actievoerder, maar steun zo’n project van harte. Sinds kort woon ik ook nog in het Gildekwartier, wat het voor mij extra belangrijk maakt, maar sowieso zou het vreselijk zijn als daar een woontoren komt. Ik hoor wel als ik iets doen kan. met vriendelijke groet, Loes van den Berg From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: NOOODKLOK Date: Sun, 1 Mar 2015 23:08:49 +0100 Beste meneer van 't Hof, Ik heb zojuist uw artikel in soesterkwartier info gelezen. Ook ik zou het jammer vinden als er (meer) hoogbouw komt aan het Eemplein. Ik wil uw initiatief daarom steunen. Misschien is het een idee om op de website soesrkwartier info ook nog aan te geven wat voor soort hulp u precies nodig heeft. En ook hoe men een burgerinitiatief kan ondertekenen. Vriendelijke groet, Paul Wareman From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: Molen aan de Eem Date: Mon, 2 Mar 2015 09:25:08 +0100 Goedemorgen, Ik hoorde via mijn moeder (zie beneden) over het plan de gemeente Amersfoort om op het Eemplein toch verder te gaan met het bouwen van de woontoren. Zoals veel mensen ben ik hier ook zwaar op tegen en zie ik veel meer heil in het plaatsen van een kleiner en knusser gebouw waar je bijvoorbeeld nog leuke horeca of winkeltjes in kwijt zou kunnen. Ik betuig dus ook mij steun voor het bouwen van de molen in plaats van zo een vreselijk appartementencomplex. Graag blijf ik op de hoogte van de ontwikkelingen en hoor ik ook graag als ik wat zou kunnen betekenen. Met vriendelijke groeten, Sophie Jansen From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: Oliemolen Date: Sat, 7 Mar 2015 17:17:54 +0100 Hallo Jan, In de nieuwsbrief van de OVF las ik de noodoproep mbt bebouwing bij de Eemhaven.
Het plan om de oliemolen te herbouwen wil ik graag ondersteunen! Ik ben geboren en getogen in Schiedam, waar ooit circa 24 molens stonden. Toen ik uit Schiedam vertrok stonden er nog 4, inmiddels zijn het er dankzij restauratie en nieuwbouw weer 7 of 8. Hoewel ik al bijna 25 jaar in Amersfoort woon, mis ik toch de aanblik van een molen. Succes met de actie, ik blijf graag op de hoogte. Met vriendelijke groet, Johann Schouten Date: Sat, 7 Mar 2015 18:21:28 +0100 Subject: Molen From:
[email protected] To:
[email protected] Ik sta achter het idee de molen weer te herbouwen. We missen de molen net in Culemborg geweest daar staan twee prachtige molens je kan ze bezoeken een aanwinst voor onze stad. Amersfoort ontbeert een molen. Geen vreselijke woontoren erbij. Date: Sat, 7 Mar 2015 18:23:08 +0100 Subject: Noodoproep From:
[email protected] To:
[email protected] Ik ben het geheel eens met het initiatief van Jan Hof. Geen horizonbevuiling in de buurt van onze Koppelpoort en Eemhaven. Bedankt Jan voor je oproep. Groet, Jan van der Linden Date: Sat, 7 Mar 2015 18:46:38 +0100 Subject: From:
[email protected] To:
[email protected] Bij deze steun ik dit initiatief om de oliemolen weer aan de eemhaven te realiseren. Fantastisch!!! Niet dichtbouwen met woningen. !! Vr.groet. Ruud Koeslag. From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: adhesie herbouw oliemolen Date: Sat, 7 Mar 2015 18:48:14 +0100 Geachte heer Hof, Via de OVF kregen we het adhesieverzoek .t.b.v. de herbouw van de oliemolen. Bij deze 2 maal!!!! Marjan & Jan Nekkers Veel succes!!!!!!! From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: Oliemolen Date: Sat, 7 Mar 2015 18:50:30 +0100 Ik ben een groot voorstander van de herbouw van de oliemolen in plaats van een appartementengebouw. Met vriendelijke groet, Eduard van Beyma From:
[email protected] To:
[email protected] CC:
[email protected];
[email protected]
Subject: adhesie betuiging Date: Sat, 7 Mar 2015 11:00:42 -0700 Geachte heer Jan van 't Hof, Ik wil me hierbij scharen bij de protesten tegen hoogbouw bij de Koppelpoort/Eemhaven. Mijn grootouders de Van Vollenhovens hadden een meelfabriek met opschrift "firma J.VANVOLLENHOVEN Koloniale Waren" aan de Koppel en woonden daar op nummer 14a (later zijn ze in Auschwietz vermoord). Ik kom nog twee keer per jaar In Amersfoort op die plek en zou het vreselijk vinden als daar flats voor worden gebouwd. Met al die viaducten en spoor rails is het toch al een heel spektakel, zonde voor die zeer unieke plaats. De voorgestelde herbouw van de oude oliemolen lijkt mij een heel goede vondst en passend in de sfeer. Voor die flats moet buiten Amersfoort ruimte genoeg zijn en het kortstondige financiele probleem van de stad mag geen reden zijn om te gaan knoeien aan het stadsbeeld. Alvast dank, Liesbeth van der Wal-Wories, Calgary, Alberta, C'da > Subject: Adhesiebetuiging > From:
[email protected] > Date: Sat, 7 Mar 2015 19:44:50 +0100 > To:
[email protected] > > Hierbij betuig ik mijn adhesie met de noodoproep. Ik vind het onbestaanbaar dat op de nog onbebouwde grond nabij het Eemplein en de Eemhaven een complex van hoogbouwappartementen komt. Veel liever zie ik de uit 1765 daterende oliemolen “De rijzende zon” op deze plek weer herbouwd worden. > > Met vriendelijke groet, > > mr F.W. Heijman, MSc > Schimmelpenninckstraat 84 > Amersfoort From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: Bouw de Molen! Date: Sat, 7 Mar 2015 20:51:17 +0100 Helemaal mee eens. Geen paniekoplossingen, maar oplossingen die iets brengen! Gerard A.Monkhorst Date: Sat, 7 Mar 2015 21:00:24 +0100 Subject: Fwd: molen From:
[email protected] To:
[email protected] Een geweldig idee om de Rijzende Zon te laten herrijzen, Jan. Hartelijke groet, Agnes Witte > -------- Oorspronkelijk bericht -------> Onderwerp: Koppel > Van: Wim van Beek <
[email protected]> > Aan:
[email protected] > Cc: >
> > Beste Jan, > Vanuit Amsterdam steun jouw initiatief voor de molen aan de Koppel. > Er is en gaat al genoeg naar de kloten in Amersfoort. > Heel veel succes > Amersfoorter Wim van Beek > Date: Sat, 7 Mar 2015 22:07:01 +0100 > From:
[email protected] > To:
[email protected] > Subject: molen > > Geachte Heer van 't Hof, > > Hierbij spreek ik mijn steun uit voor de herbouw van de molen. > > Ik ben tegen de door de gemeente geplande hoogbouw langs de Eem bij het > Eemplein. > > met vriendelijke groet, > > H. Woudenberg > vrijwilliger van Museum Flehite From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: Herbouw molen in Amersfoort Date: Sat, 7 Mar 2015 22:08:28 +0100 Jan, Bij deze geef ik je mijn stem voor de herbouw van de oliemolen aan de haven van Amersfoort !!! Je hebt een prima brief geschreven en actie ondernomen. Margreet Reiche From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: adhesiebetuiging Date: Sat, 7 Mar 2015 22:31:16 +0100 Geachte heer Hof, hiermee wil ik steun betuigen aan uw initiatief om molen De Rijzende Zon te herbouwen. In Bunschoten is een dergelijk initiatief succesvol geweest. Met vriendelijke groet, Wouter de Gans Amersfoort. > From:
[email protected] > Subject: Oliemolen > Date: Sun, 8 Mar 2015 10:29:56 +0100 > To:
[email protected] >
> Ha Jan, > > De Oliemolen moet weer terug! Geen lelijke hoogbouw langs de parel van Amersfoort. > > Met vriendelijke groet, > > Henk Jan de Gans Date: Sun, 8 Mar 2015 10:40:58 +0100 > From:
[email protected] > To:
[email protected] > Subject: Steunbetuiging > > Beste Jan, > > het is geen verrassing meer voor je dat ik de Oliemolen-plannen > ondersteun. Maar voor de telling en de statistiek laat ik het je nu ook > per e-mail weten. > > Vriendelijke groeten, > Liesbeth van Bruggen-Bakker [stamtafel-deelnemer] From:
[email protected] > Subject: Oliemolen > Date: Sun, 8 Mar 2015 11:40:24 +0100 > To:
[email protected] > > Ja!! De Oliemolen herbouwen! Ik ben daar een groot voorstander van! > De torenverlichting en het Mondriaanmonument zouden er niet geweest zijn zonder crowdfunding. Misschien idee voor de Oliemolen? > > Vera van Brakel > De Schutspatroon 45 > 3813GJ Amersfoort > 0631949550 From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: molen bij de Eemhaven Date: Sun, 8 Mar 2015 11:58:49 +0100 Een prima initiatief om deze molen weer terug te krijgen, doorzetten al zal de gemeente Amersfoort erg dwars gaan liggen. Met een vriendelijke groet, Erik (schipper / verteller Waterlijn) en Els van Zuijlen From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: Date: Sun, 8 Mar 2015 14:09:17 +0100 Uiteraard ben ik als “Watderlijner”een pertinent tegenstande rvan “ hoog”bouw op het Eemplein. Ik ondersteun van harte het idee de Oliemolen in ere te herstellen. J.A. Zijlstra
Moerbessenberg 15 3769 DB Soesterberg From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: noodklok Date: Sun, 8 Mar 2015 14:33:58 +0100 Hierbij protesteer ik tegen de bouw van Hoogbouwappartementen bij Eemplein-Eemhaven en vind ik de herbouw van de oliemolen een goed idee. Hans van den Heuvel, architectuurhistoricus Date: Sun, 8 Mar 2015 19:29:50 +0100 Subject: Herbouw molen From:
[email protected] To:
[email protected] Beste Jan, Ik juich het idee van herbouw van de oliemolen van harte toe. Herbouw van deze molen kan nu, er komt nooit een kans meer. Ik heb de plannen in het AD gelezen, de molen wordt een verrijking van de stad in het algemeen, een toeristische trekpleister, zal een plaatselijke producten produceren enz. Nu is er de gelegenheid om te bouwen, als er huizen komen is er geen weg meer terug. Vriendelijke groeten, Ineke Cupido. From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: oliemolen aan de haven i.p v appartementen Date: Sun, 8 Mar 2015 20:32:56 +0100 Hierbij betuigen wij onze steun aan het herbouwen van de oliemolen "de rijzende zon"aan de haven. Het bewaren van cultureel erfgoed geeft een positief beeld aan Amersfoort, het geeft ons als bewoners een gevoel van verbondenheid met al die Amersfoorters die ons voorgingen. Een rijtje appartementen doet dat niet. Succes met uw initiatief Herman en Elzeke Folmer-Volbeda From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: Rijzende Zon Date: Sun, 8 Mar 2015 20:36:39 +0100 Ja, ik ben voorstander van herbouw van de oliemolen. Met vriendelijke groet, Bas Liefferink Liefferink Advocatuur Stadsring 53 3811 HN AMERSFOORT Telefoon: (033) 463 12 50 Telefax: (033) 461 92 30 E-mail:
[email protected]
Website: www.keistadadvocatuur.nl Date: Mon, 9 Mar 2015 09:02:38 +0100 Subject: Oliemolen From:
[email protected] To:
[email protected] Beste Jan, Hiermee betuig ik mijn ondersteuning en waardering voor jullie Oliemolen-initiatief. Terecht tonen jjullie ook begrip voor de financiele problemen van de gemeente, maar dit zou eeuwig-zonde zijn van dat prachtige haven-profiel. Michiel van der Linden. From:
[email protected] > Subject: Luid de noodklok > Date: Mon, 9 Mar 2015 19:48:05 +0100 > To:
[email protected] > > Hierbij mijn adhesiebetuiging omtrent de plannen van de Eemhaven. > Ben voor de molen en tegen nog meer hoogbouw. > > Groet Will van Doorn > vrijwilliger Eemlijn From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: eemhaven Date: Mon, 9 Mar 2015 19:58:49 +0100 ik vind dat er geen leleijke appartementen moeten woren gebouwd, maar zaken die horen bij het historisch karakter van de eemhaven
Met vriendelijke groeten, Jacqueline Blommers, arts Date: Tue, 10 Mar 2015 11:16:51 +0100 Subject: Luid de NOODKLOK From:
[email protected] To:
[email protected] Goed initiatief helemaal mee eens Succes Betty de Vries From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: molen Date: Tue, 10 Mar 2015 11:47:54 +0100 Succes met de actie voor herbouw van de molen. Met vriendelijke groet, Theo Miltenburg Muurhuizen 80 3811 EL Amersfoort
From:
[email protected] Subject: Luid de noodklok. Date: Tue, 10 Mar 2015 14:11:14 +0100 CC:
[email protected] To:
[email protected] Dag Jan, De krapte in de financiële middelen bij de gemeente is helaas een feit. Om dit op te lossen door op deze plek te gaan bouwen lijkt mij geen goed plan. Een oliemolen om de historie levend te houden, zou een aanwinst zijn voor het aanzien van historisch Amersfoort. Voor de bouw van appartementen moet vast nog wel wat grond beschikbaar zijn elders in de stad. Met vriendelijke groet D. van der Veer Date: Tue, 10 Mar 2015 14:38:09 +0100 Subject: adhesie From:
[email protected] To:
[email protected] Beste Jan, Hoogbouw aan de kade bij de Koppelpoort? Dat mag niet gebeuren! Ik ondersteun daarom uw actie; liever de Oliemolen terug op die plek. Vriendelijke groet, Dirk de Wit. From:
[email protected] Date: Tue, 10 Mar 2015 16:01:08 +0100 Subject: Oliemolen To:
[email protected] Geachte Jan van ’t Hof, Uw noodkreet gelezen in de Stad Amersfoort van 4 maart j.l. en zojuist de petitie ondertekend om te voorkomen dat er een historische blunder gemaakt gaat worden over een historische plek in Amersfoort. Op de tekeningen waarvan de petitie vergezeld was, is te zien dat dit gebied aan de Eem volgeplempt gaat worden met appartementen voor de ‘happy few’. Het is tenslotte een kostbare plek op een toplocatie, voor minder zal het dus niet zijn. Projectontwikkelaars en bouwers hebben het liefst een lege plek die zij naar hartelust kunnen invullen. Hun naam is er voor altijd aan verbonden, evenals die van de verantwoordelijke wethouder. Maar vol is vol en deze historische plek is voor altijd verloren en is er een kans voorbij gegaan om nu eens echt iets bijzonders aan de stad na te laten. In datzelfde nummer van de Stad Amersfoort staat een noodkreet van een gewaardeerd gemeenteraadslid, Koos Voogt. Daarin spreekt hij zijn zorg uit over de leegstand van kantoren aan de van Asch van Wijckstraat. Dit is een verbindingsader vanaf het station Amersfoort naar de binnenstad.
Hoe aantrekkelijk te maken zou deze zijn als hierin appartementen gevestigd zouden kunnen worden, met op de begane grond winkeltjes en hogerop wonen. Wonen en werken heeft Koos Voogt kennelijk ook voor ogen en zou met een beetje goede wil te verwezenlijken moeten zijn. Laten onze wethouder, gemeenteraad en projectontwikkelaar zich er eens sterk voor maken en hier iets bijzonders van maken om zo voor eeuwig hier hun naam aan te verbinden als geschenk aan de stad. Hoe mooi zou dat zijn! Ik hoop van ganser harte dat er nog eens goed over het onzalige plan zoals het er nu ligt, wordt nagedacht. Het kan maar één keer voor altijd verknald worden en dat zou erg jammer zijn. Met vriendelijke groet, Henry Schotkamp (een betrokken Amersfoorter) From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: molen Date: Tue, 10 Mar 2015 16:12:26 +0100 Beste Jan Hof, Graag mijn steun voor de lijnzaadmolen. Harm Dane, F. v. Blankenheymstraat 36, 3817 AG Amersfoort. Date: Tue, 10 Mar 2015 16:23:53 +0100 Subject: bebouwing Eemplein From:
[email protected] To:
[email protected] Geachte heer Hof, uw initiatief - herbouw van historische molen - heeft mijn sympathie. Met vriendelijke groet, Gerrit Noordhuis From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: De Reizende Zon Date: Tue, 10 Mar 2015 17:39:11 +0100 Beste Jan, Een mooi initiatief om een poging te ondernemen om de oliemolen De Reizende Zon weer te doen herrijzen. Ik wens je hierbij veel succes toe en het zal geweldig zijn als het gaat lukken. Met een hartelijke groet Ton Blom freelance medewerker AD-Amersfoortse Courant. From:
[email protected] To:
[email protected] CC:
[email protected] Subject: Oliemolen Date: Wed, 11 Mar 2015 10:22:50 +0100 Jan, Ik ken het initiatief en weet zelfs wie een van de bedenkers is geweest.
Nu ben ik zelf als gids van Gilde Amersfoort eindverantwoordelijk voor beklimmingen van de OLVtoren. Dat is een ander monument, maar kan ik op een of andere manier bijdragen. In een andere hoedanigheid ben ik klokkenluider. Het gilde van de klokkenluiders kent veel invloedrijke personen. Ook op die manier kan ik wellicht bijdrage. Groet J.K. (Hans) van Rossum Coordinator OLV toren Gilde Amersfoort Tollenslaan 10 3818 VG Amersfoort Tel +31-(0)33-4630443 Mobiel +31-(0)6-38-820000 Skype jkvanrossum From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: luid de noodklok Date: Wed, 11 Mar 2015 11:32:21 +0100 Ik ben ook tegen hoogbouw aan de Eemhaven. E Croughs From:
[email protected] > Subject: Molen naast het Eemplein. > Date: Wed, 11 Mar 2015 13:05:34 +0100 > To:
[email protected] > > Beste Jan Hof, > > Ik steun het idee om te onderzoeken of het mogelijk is de Molen die tot 1940 langs de Eem stond te herbouwen. > > Groet, > > Nico Scheerder. Date: Wed, 11 Mar 2015 14:59:28 +0100 Subject: Fwd: FW: LUID DE NOODKLOK IN AMERSFOORT From:
[email protected] To:
[email protected] Beste Jan, Een mooi initiatief, ik steun het bij deze van harte! Met vriendelijke groet, Nanne Adriaans Jakob Niewegpad 20 3812 GW Amersfoort From:
[email protected] To:
[email protected] Subject: oliemolen Date: Thu, 12 Mar 2015 09:12:48 +0100 Hierbij onze adhesiebetuiging voor uw voorstel.
Wij steunen uw plan om nabij het Eemplein en de Eemhaven geen appartementen te bouwen, maar in plaats daarvan de uit 1765 daterende unieke oliemolen “De rijzende zon” weer te herbouwen. Vriendelijke groet, Ank Adriaans en Piet Adriaans Auteur : Han Gerlings (IP: 83.87.67.32 , 53574320.cm-6-8b.dynamic.ziggo.nl) E-mail :
[email protected] URL : http://nvt Whois : http://whois.arin.net/rest/ip/83.87.67.32 Reactie: Als actieve speler in toeristisch Amersfoort juich ik de Herrijzende Zon een luid welkom toe! Dit lijkt mij een geweldige bijdrage aan een interessanter havenfront (vanaf het water), maar het maakt de nog wat steriele bebouwing van het prachtige Eemplein een stuk acceptabeler. Er ontstaat een eye-catcher, die de moeite van het bekijken waard is. De locatie komt vrijwel overeen met de plek waar de Rijzende Zon eerder heeft gestaan. Ik weet niet of de lengterichting van de gebouwen overeenkomt met de vroegere situatie, dat zou mooi zijn. Tenslotte wordt het héél duidelijk waarom het spannende aangrenzende ontwikkelingsgebied 'Het Oliemolen Kwartier' wordt genoemd. De stad wordt daardoor leesbaarder. Het was misschien mooier geweest als wij eerder de visie hadden gehad om de Rijzende Zon te behouden, maar dit is volgens mij nu wél de kans om iets authentiek-Amersfoorts nog net op tijd 'terug te halen'! Ga eens kijken naar het Nautisch Kwartier in Huizen, de haven van 't Gooi! Zo mooi kan het worden. En als het ondergebouw dan ook nog eens publieksfuncties krijgt, draagt dat ook nog beter (dan in Huizen) bij aan de gezelligheid van het Eemplein/de Eemhaven. Een stad die bouwt aan zijn toekomst, moet ook in economisch minder-gunstige tijden toekomstgericht willen bouwen. Woonappartementen kunnen overal worden gebouwd, dat hoeft niet net op deze plek! Bouwlocaties genoeg, voorlopig nog in Amersfoort. Han Gerlings, Amersfoort Van: Jan Willem Slagt [mailto:
[email protected]] Verzonden: maandag 2 maart 2015 12:23 Aan:
[email protected] Onderwerp: Windhond Hi Laurens (neem ik aan), Ik vind het wel een mooi project, de olymolen, maar geen idee of ik kan bijdragen :-) Ik had je eerder al via Facebook gewezen op de windhond in Soest, had je dat gelezen? http://www.windhond.nl/ Zij zijn er in geslaagd om de herbouw voor elkaar te krijgen. De locatie in Soest was waarschijnlijk iets makkelijker, er was geen dreigende hoogbouw op komst. gr Jan Willem Auteur : R van Beek (IP: 77.169.15.155 , ip4da90f9b.direct-adsl.nl) E-mail :
[email protected] URL : http://olymolen@nl Whois : http://whois.arin.net/rest/ip/77.169.15.155 Reactie: In deze tijd van duurzaam investeren met het oog op de toekomst. Is het bouwen van de Olymolen de enige juiste oplossing die er is. Dit zou een winwin situatie zijn voor oud Amersfoort en het prestigieuze Eemplein. Hallo Laurens,
Heel veel dank voor je uitnodiging. Helaas, ja, dit is te kort dag, ik heb al een afspraak staan. Maar ik blijf graag op de hoogte van je plannen en als je op tijd uitnodigt (ik ben bezig met Johan van Oldenbarnevelt en met het Literair Diner) kan ik wellicht aanwezig zijn. Je weet, mijn grootvader was molenaar, mijn moeder was molenaarsdochter. Ik zou het ongelofelijk leuk en zinvol vinden als Amersfoort weer een molen zou krijgen. Met hartelijke groet, Guido Hi Laurens, Kunnen wij lid worden van Stichting Vrienden van de Oliemolen? Bedankt, Dico Kuiper Buitengewoon Raadslid PvdA Amersfoort www.DicoKuiper.nl 06 2442 1722 Van: Ep de Ruiter [mailto:
[email protected]] Verzonden: donderdag 15 januari 2015 19:07 Aan: Info Flehite Onderwerp: Re: FW: Aquarel, Ep de Ruiter Hallo Laurens, Wat een mooi project, natuurlijk krijg je de foto. Ik hoop niet dat je de foto op groot formaat wil gebruiken,deze is namelijk niet zo groot en een jpg. Wil je een groot formaat hebben dan moet ik de prent nog een keer fotograferen. Goed ik hoor het wel. Met vriendelijke groet, Ep de Ruiter. Janny Plugge-stahli Ik hoop echt dat het doorgaat , hoe geweldig zou dit zijn voor het eemplein en amersfoort ! Maar helaas denk ik diep in mijn hart dat het toch appartementen gaan worden, het draait toch alleen maar om geld Vind ik leuk · Beantwoorden · 15 maart om 9:52 Christina Kremer, Guido de Wijs heeft gelijk. Als Amersfoort een zijn smoel wil laten zien, moeten dit soort initiatieven worden toegejuicht. En er is niets mis met een middenweg. Er is altijd meer mogelijk dan mensen in de eerste instantie denken. En Guido de Wijs, je bent de Schipbreuk vergeten te vermelden Ook een prachtig initiatief! Peter Westerling Wat zou het mooi zijn als deze molen weer terug komt! Willem Bannink Whow dat ziet er mooi uit zou wel gaaf zijn als dat geraliseerd kan worden Peter Westerling Ik mag hopen dat het in het voordeel uitvalt van de bouw van de molen! Voor mij was deze hoogbouw hoofdreden om niet te huren op het eemplein, geen/beperkt zicht op de haven. Maar wat me met name opviel is het hippe buurtje dat aan de kade van de Eem ontstaan is. Een terrasje, een kindercrèche, wat moderne kantoren etc. Erg leuk. Ik begrip nu wel waarom je de oliemolen ter plaatse wilt bouwen. Dat geeft een dynamische sfeer die daar prima past.
Met hartelijke groet, Paul Groen Geachte initiatiefnemers, Als oud- wethouder van de gemeente Amersfoort ben ik aangenaam verrast door uw initiatief. Tot 2010 was ik als wethouder Ruimtelijke Ordening verantwoordelijk voor het Masterplan Eemplein. Sindsdien volg ik de realisatie van het Eemplein en omgeving actief. Graag treed ik met u in gesprek over de verdere uitwerking van uw initiatief, waarvoor ik ook een aantal suggestie heb. Wilt u voor een oriënterend gesprek contact met mij opnemen? Ik wacht uw bericht met belangstelling af. Met vriendelijke groet, Mr. R(uud) Luchtenveld ”Ik woon en werk al 8 jaar in het OMK en hoor en zie het groeiend enthousiasme van de Amersfoorters over dit nieuwe stukje Amersfoort. Juist de kleinschaligheid van de activiteiten spreekt de mensen aan. Meer grootschalige stadsontwikkeling met grote volumes en hoogte zoals de HU is niet gewenst. Het versterken van dat wat er nu is met nieuwe publieksgerichte activiteiten zal het OMK verder laten bruisen. Historisch besef verstevigt de identiteit van onze stadbewoners. We willen nog trotser zijn op onze stad, een stad met veel zichtbare geschiedenis. Dit kunnen we versterken door bijvoorbeeld de herbouw van de Olymolen, refereren met straatnamen naar de tabaksschuren en de laken industrie. Matthias Withoos schilderde op het OMK zijn beroemde stadsgezicht. Uit toeristisch oogpunt zal een werkende Olymolen, toegankelijke ateliers met maakondernemers, horeca (ZadE) succesvoller blijken dan nog meer kantoren, winkels en woningen. Toerisme is een duurzame onuitputtelijke bron van inkomen. Het toerisme in Amersfoort ontwikkelt zich goed, laat we onze stad versterken met een gebied waar men uit den lande speciaal voor naar toe komt! De identiteit gebaseerd op haar geschiedenis”
Welstandsbeoordeling advies Commissie Ruimtelijke Kwaliteit d.d. 23 januari 2014 Onderwerp: Ambitiedocument De Nieuwe Stad Gasten: dhr. K. Koreman, stedenbouwkundig bureau ZUS dhr. M. de Bruin, ontwikkelaar SchipperBosch dhr Y. Grutters, gemeentelijk projectleider Toelichting De gemeente Amersfoort maakt in nauwe samenwerking met SchipperBosch en andere belanghebbenden een nieuwe visie op het gebied Oliemolenkwartier. Die visie wordt verwoord in een Ambitiedocument en heeft een globaal en uitnodigend karakter. Kristian Koreman van bureau ZUS geeft een toelichting op de aanpak, strategie en ruimtelijke uitgangspunten. De visie op het gebied berust op vijf pijlers: het streven naar een 18 uurs dynamiek; functiemenging; duurzaamheid; innovatie en ‘industriële poëzie’. Om stapsgewijs tot de herontwikkeling van het Oliemolenkwartier tot een levendig stadsdeel te komen worden vijf strategieën ingezet: verbindingen; plekken maken; transformatie; verdichting en programmering van het gebied. De ruimtelijke component van het plan bestaat uit vijf elementen: het Oliemolenkwartier als buitenplaats binnen de stad; het maken van stedelijk, publiek weefsel; een publiek binnenhof en plein; ontwikkelvelden (‘kamers’); een bouwenvelop voor het hele gebied, uit te werken per kamer. Als uitgangspunten voor de beeldkwaliteit is een ‘vocabulaire’ opgesteld met uitgangspunten voor materialisering, groen, verlichting en signage. Het eindbeeld ligt niet vast. Er is geen sprake van een ‘blauwdrukplan’, maar er wordt ingezet op een organische groei waarbij het mogelijke eindbeeld langzaam maar zeker een meer concrete gedaante aanneemt. In het Ambitiedocument zijn verschillende scenario’s opgenomen voor de mogelijke ontwikkeling, met minimale en maximale invullingen voor de verschillende kamers. De ontwikkeling wordt aangestuurd en begeleid door een intensief betrokken ‘regieteam’ waarin gemeente en SchipperBosch zijn vertegenwoordigd. Bureau ZUS fungeert als ‘urbaan curator’. Beoordeling De commissie neemt met belangstelling kennis van de inhoud en aanpak van deze ontwikkeling. Inhoudelijke opmerkingen gaan o.a. over de relatie met het Eemplein en de binnenstad. Daarbij spelen zichtlijnen vanaf de Koppelpoort een belangrijke rol. Dat geldt ook voor de oriëntatie van het gebied op de Eem(kade), als belangrijke verbindingslijn. Een en ander zal ook afhangen van de invulling van het laatste deel van het Eemplein, het zogenaamde blok 3. Geadviseerd wordt om die invulling in samenhang met het Oliemolenkwartier uit te werken. De binnenhof wordt gezien als een goed aanknopingspunt van de ontwikkeling. Er moet echter geen concurrentie ontstaan met het Eemplein. De bouwhoogten zijn afgeleid van het bestemmingsplan, maar vanwege het binnenplein wordt een hoogtedifferentiatie voorgesteld zodat er voldoende bezonning wordt gegarandeerd. De inzet van een zogenaamd ‘baugespann’, een staketsel waarmee de bouwhoogten op locatie daadwerkelijk zichtbaar worden gemaakt lijkt de commissie een helder middel om op bouwhoogte te kunnen sturen. Een deel van de vragen gaan over de ingrepen in de Prodentfabriek. De commissie onderschrijft het belang van de fabriek als aanjager voor de ontwikkeling van het Oliemolenkwartier en vraagt om een zorgvuldige, kwalitatieve afweging bij de diverse ingrepen. Het voorgestelde ‘vocabulaire’ is daarvoor een goed handvat. De strategie van ‘uitnodigingsplanologie’ en het werken zonder vastomlijnd eindplan maken het gebied mogelijk kwetsbaar voor minder wenselijke ontwikkelingen. Hoe kun je dat tegengaan? Het regieteam heeft daarin een belangrijke rol. CRK 2014-01-23 De Nieuwe Stad
Over de rol van de commissie en de stadsbouwmeester in dit dynamische ontwikkelingsproces zal nog een apart gesprek plaatsvinden. De aanpak vraagt om een specifieke invulling van de taken en verantwoordelijkheden van de verschillende betrokkenen: regieteam, urbaan curator en welstand. Conclusie De commissie beschouwt het Ambitiedocument en de daarin verwoordde visie, strategie en ruimtelijke uitgangspunten als een goede basis voor de ontwikkeling van het Oliemolenkwartier. De stadsbouwmeester en de commissie blijven graag aangehaakt bij het proces. Over de invulling van taken en verantwoordelijkheden zullen binnenkort afspraken moeten worden gemaakt. Een uitnodiging hiervoor, door de gemeentelijk projectleider, ziet de stadsbouwmeester graag op korte termijn tegemoet.
CRK 2014-01-23 De Nieuwe Stad
Besluitenlijst De Ronde datum:
21-04-2015
vergaderruimte: Raadzaal (1.02) Onderwerp Van Soort bijeenkomst Van de raadsleden werd gevraagd
Voorzitter Secretaris Fractiewoordvoerders
Inspreker(s)/ genodigden
Samenvatting en afspraken
van
21.00 tot
aantal bezoekers:
22.00 uur 15
Reg.nr. 4964793 Burgerinitiatief: Herbouw Oliemolen aan de Eem Presidium Voorbereiding besluit De initiatiefnemers lichten hun voorstel kort toe. Daarna wordt van de raadsleden gevraagd zich uit te spreken over het vervolg: a. steunt De Ronde het voorstel? Zo ja: b. wil De Ronde het voorstel agenderen voor de raad en/of stuurt De Ronde het initiatief naar het college vergezeld van haar advies Collegelid Paffen-Zeenni Van den Berg Ambtenaren Bongers Broekmeulen Aghina (CDA), Dijksterhuis (CU), El-Messaoudi (PvdA), Fousert (Amersfoort2014), Janssen (GL), Molenkamp (SP), Mulder (OPA), Sanders (D66), Voogt (VVD), Van Wegen (BPA) - de heer L. Olieman (initiatiefnemer) - de heer R. Luchtenveld (inspreker) - de heer F. van de Burgt (initiatiefnemer) - de heer J. van ’t Hof (inspreker en initiatiefnemer) Initiatiefnemer Olieman heeft het initiatief toegelicht en de raad gevraagd de stad te betrekken bij Blok 3 en daarbij de optie voor de herbouw van de molen te ondersteunen met alle middelen die de gemeente tot haar beschikking heeft. De woordvoerders hebben vragen gesteld. Fracties spreken hun waardering uit voor het plan. Een andere locatie voor de molen is voor de initiatiefnemers niet bespreekbaar en een gemoderniseerde variant van de molen ook niet. Daarna hebben de insprekers het woord gevoerd. In 1 minuut hebben de woordvoerders hun reactie gegeven op het voorstel. De portefeuillehouder heeft aangegeven wat de door de raad vastgestelde kaders voor blok 3 zijn: bestemmingsplan, beeldkwaliteitplan,gebruiksfuncties en financiën. Daar past dit plan niet in. De portefeuillehouder is voor de invulling van blok 3 in gesprek met een combinatie van partijen met financiële draagkracht. Aandachtspunten van de woordvoerders: - financiën - locatie
Uiteindelijk wordt het voorstel van de initiatiefnemers (a.) alleen door CDA, Amersfoort2014, BPA en SP gesteund en krijgt het voorstel geen vervolg in de raad en wordt het ook niet naar het college gestuurd. Toezeggingen Advies aan het presidium
Voldoende besproken
Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 Burgerinitiatief - Herbouw Oliemolen aan de . . .
De Ronde Datum: Aanvang:
dinsdag 21 april 2015 19:00
De Ronde Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting Informatie
Raadsacademie Samenwerken met de stad – de gelote burgerraad Informatie
De Ronde Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors Peiling
Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 Burgerinitiatief - Herbouw Oliemolen aan de . . .
Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting Informatie Inhoud agendapunt Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting (pdf) Agendapunt + bijlagen De Ronde 30-09-2014 Agenda - Presentatie Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting (pdf) Besluitenlijst De Ronde Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting (pdf)
Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 Burgerinitiatief - Herbouw Oliemolen aan de . . .
Samenwerken met de stad – de gelote burgerraad Informatie Inhoud agendapunt Samenwerken met de stad – de gelote burgerraad (pdf) Inhoud agendapunt Samenwerken met de stad Presentatie raadsacademie Samenwerken met de stad 2-12-2014 Inhoud agendapunt Experimenteren met werk- en vergadervormen in De Ronde Bijlage - Coalitieakkoord-2014-2018 Samen maken we de stad Bijlage - Kaderbrief 2015-2018 Raadsinformatiebrief - *RIB 2015-047 Bestuurlijke Ontwikkeling - ambitie aanpak en voortgang *Presentatie raadsacademie 21-04-2015 - Gelote burgerraad (pdf)
Besluitenlijst De Ronde 21-04-2015 Burgerinitiatief - Herbouw Oliemolen aan de . . .
Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors Peiling Inhoud agendapunt Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors (pdf) Peiling Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors incl. bijlagen (pdf) Bijlage - Visieontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wsw en RWA Amfors: Vertrekpunt uitgebreid Bijlage - Visieontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wsw en RWA Amfors: Vertrekpunt samenvatting Bijlage - Visieontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wsw en RWA Amfors: Betrokkenen Vraag aan het College - *Beantwoording feitelijke vragen SP, De Ronde 21-04-2015 - Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors (pdf) Bijlage - *De Ronde 10-03-2015 Vragen en antwoorden Toekomstvisie RWA-Amfors (pdf) Besluitenlijst De Ronde Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors (pdf)
Agendapunt De Ronde Titel Datum Van Portefeuillehouder Programma Soort bijeenkomst Reden van aanbieding
Inhoud
Van de raadsleden wordt gevraagd
Vervolg
Reg.nr. 4957204 Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting 21 april 2015 College van B&W Ambtelijk contact Houwing Wesselink (033-469 4806) 5. Onderwijs Informatie Deze bijeenkomst is een vervolgstap in de voorbereiding op de besluitvorming over het Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting (IHP) en de DoorDeCentralisatie (DDC). Schoolbesturen en college willen de raad in een gezamenlijke presentatie informeren over de huidige stand van zaken en de voortgang van het IHP en mogelijkheden voor DDC.
Sinds de vorige bijeenkomst op 30 september 2014 zijn stamkaarten gemaakt met feitelijke gegevens per schoolpand. Naast de bouwkundige staat (NEN2767) zijn ook leerling-prognoses, duurzaamheid en beheer- en exploitatiekosten opgenomen. De kosten voor de verbetering/vervanging van schoolgebouwen zijn inzichtelijk gemaakt. Kennis te nemen van de voortgang van het proces IHP-DDC, Vragen te stellen Peiling in De Ronde
Advies presidium Bijbehorende documenten Achtergronddocumenten
2Y90401!
Presentatie (wordt later toegevoegd) Zie Agendapunt De Ronde 30 september 2014
ONDERWIJSHUISVESTING IN AMERSFOORT
informatie IHP - DDC 21 april 2015 19.00 uur in Vermeerzaal
Agenda: 1. Waar staan we? •
Toelichting wethouder
2. Primair Onderwijs:Scholenlandschap •
Toelichting door W. Kuijpers (PO)
3. Voortgezet Onderwijs •
Toelichting door M. van Hattum (VO)
4. Besluitvormingsproces 5. Vragen
Waar staan we? 1. Eerste bevindingen 2. Visie 3. Financiële opgave
Bevindingen (1) verantwoordelijkheden: - veiligheid
GELD bekostiging (lump sum)
centrale overheid
- lesgeven - begeleiding
- onderhoud gebouwen - jpotloden - mentoren
-
- ruimtelijke ordenings
- onderwijshuisvesting - jeugdzorg - cultuur -
gemeente Amersfoort schoolbesturen
verantwoordelijkheden:
GELD uitkering gemeentefonds
5/12 titel van de presentaties
Bevindingen (2) Leerlingprognose
Bevindingen(3) : Stamkaart • Van ieder schoolgebouw in Amersfoort is een stamkaart gemaakt met gegevens over: • Bouwkundige staat van het pand (NEN2767) • Duurzaamheid • Leerlingaantal • Beheer en exploitatielasten
• Financiële gegevens
Bevindingen (4) • Aantal leerlingen blijft komende jaren gelijk • Panden voldoen aan norm sober en doelmatig. • Panden zijn gemiddeld veel ouder dan 40 jaar. • Functionaliteit van veel panden laat te wensen over. • Beheer- en exploitatielasten zijn hoger dan budget • Duurzaamheid
2. visie • Wij kiezen ervoor: › Onderwijs is meer dan stenen
› Scholenlandschap PO › VO verhaal
3. Financiële opgave › Gemeente heeft zorgplicht voor onderwijshuisvesting › Schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor beheer en onderhoud. › Komende 40 jaar investeringen nodig in onderwijshuisvesting › Normbedragen zijn te laag voor gebouwen die aan alle eisen voldoen. • Rekenmodel HEVO
• Second opinion AT Osborne
Conclusie: We hebben een flinke financiële opgave met ontoereikende middelen.
Doordecentralisatie • Doordecentralisatie: • bundeling van middelen voor onderhoud en (ver)nieuwbouw • Betere benutting van beschikbare middelen
• Model 1: Per schoolbestuur (vb Nijmegen) • Model 2: Naar collectief (vb Breda) • Amersfoorts model? • is waar Gemeente en Schoolbesturen aan werken
Historie en context IHP vanuit perspectief Primair Onderwijs • 2011: 4 van de 6 scholen in Schothorst onder de opheffingsnorm (anno 2013: 5). • 2013: Visie op onderwijshuisvesting: gezamenlijke verantwoordelijkheid schoolbesturen • 2014: Samenwerkingsovereenkomst • 2015: “Scholenlandschap 2030”
Belang van “Scholenlandschap 2030” • Legt vast: › duurzaamheid van onderwijs › continuïteit van basisscholen › bedrijfsmatige stabiliteit van scholen en overkoepelende organisaties
• Maakt IHP betaalbaar • Maakt doordecentralisatie mogelijk • Maar ook: IHP en doordecentralisatie maken Scholenlandschap mogelijk Scholenlandschap – IHP – doordecentralisatie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden!
Inhoud van “Scholenlandschap 2030” • Duurzaamheid van onderwijs › Schoolbesturen garanderen keuzevrijheid per wijk; elke denominatie blijft in stand › Schoolbesturen committeren zich om passend onderwijs(aanbod) te realiseren in de wijk › Uniform aanmeldbeleid: › faciliteert ouders in hun schoolkeuze › garandeert alle ouders evenveel recht op een plek op een school
We gunnen de stad goed onderwijs!
Inhoud van “Scholenlandschap 2030 • Continuïteit van scholen › Schoolbesturen leggen vast welke scholen in stand worden gehouden › Scholen hebben een optimale grootte, met een minimum van ca. 240 › Scholen gebruiken geen dislocaties meer
We gunnen de ouders betrouwbaar onderwijs! • Stabiliteit van scholen en overkoepelende organisaties › Regulatie van schoolgrootte en voorkomen leegstand › Inspanningsverplichting voor overname van personeel
We gunnen elkaar bestaansrecht!
Historie en context IHP vanuit perspectief Voortgezet Onderwijs • Tot heden: ieder bestuur heeft een eigen verantwoordelijkheid met betrekking tot onderwijshuisvesting en gaat daar ook verschillend mee om. • VO-kamer: samenwerking van de VO-besturen op verschillende thema’s (PR, profilering, leerlingregulatie, huisvesting)
• 2014: samenwerkingsovereenkomst • 2015: herijking samenwerking VO-besturen op 12 februari
Doel en uitgangspunten algemeen
• Collectieve verantwoordelijkheid • Garant staan voor kwaliteitsrijk en pluriform onderwijsaanbod • Wel competitie, geen concurrentie
IHP-VO • VMBO (Basis- en Kaderberoepsgericht) en Praktijkonderwijs eerst • Samenwerking Prisma-Vakcollege Amersfoort (Meerwegen Scholengroep en Meridiaan College) • In de toekomst mogelijk samenwerken via een campusconstructie met Onderwijsgroep Amersfoort • Betrekken van Guido de Brés en informeren van Van Lodenstein College en Wellantcollege • Afstemmen en samenwerken met praktijkonderwijs
Nodig: doordecentralisatie voor eigentijds onderwijs
Vervolgtraject • Q2 2015
Uitwerken en doorrekenen scenario’s IHP
• Juni
Peiling van de Raad
• Q3 2015
Vaststelling IHP gemeente/schoolbesturen
• Q2 2015
Onderzoek mogelijkheden DDC
• Q3 2015
Principekeuze scenario DDC
• Q3 / Q4 2015
Uitwerking DDC
• Q1 2016
Besluitvorming DDC
• Q2-Q4 2016
Vormgeving/invulling nieuwe situatie
•
VRAGEN?
Besluitenlijst De Ronde datum:
21-04-2015
vergaderruimte: Vermeerzaal (1.03) Onderwerp Van Soort bijeenkomst Van de raadsleden werd gevraagd Voorzitter Secretaris Fractiewoordvoerders Genodigden Samenvatting en afspraken
Toezeggingen Advies aan het presidium
van
19.00 tot
aantal bezoekers:
20.15 uur 20
Reg.nr. 4964839 Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting College van B&W Informatie - Kennis te nemen van de voortgang van het proces IHP-DDC - Vragen te stellen Collegelid Huijdts Houwing Ambtenaren Van Kan Wesselink Flikkema (VVD), Hos (GL), Keskin (PvdA), Koet-Minis (Amersfoort2014), Van de Kolk (CU), Molenkamp (SP), Noortman-Nieuwendijk (CDA), Sondorp (D66) - dhr. W. Kuijpers (namens PO schoolbesturen) - mevr. M. van Hattum (namens VO schoolbesturen) Achtereenvolgens hebben wethouder Houwing, de heer Kuijpers en mevrouw Van Hattum een gezamenlijke presentatie gegeven over het belang van het Integraal HuisvestingsPlan Onderwijshuisvesting en de doordecentralisatie, de opgave waar gemeente en schoolbesturen samen voor staan en de kansen voor onderwijs die er komen. Tevens zijn de vragen van woordvoerders beantwoord. Deze hadden o.a. betrekking op: - cijfers leerlingenprognoses per wijk - beschikbaarheid stamkaarten voor raadsleden - (veranderende) functionaliteit schoolgebouwen - verschillen in onderhoud door schoolbesturen aan gebouwen - initiatief uit bedrijfsleven voor verduurzaming schoolgebouwen - zicht op behoeften ouders / leerlingen voor onderwijs - percentage leerlingen van buiten Amersfoort op Amersfoortse scholen - uniform aanmeldingsbeleid scholen - communicatie met ouders en MR-en - identiteit van scholen - samenwerking Primair en Voortgezet Onderwijs - belang van VMBO Wethouder Houwing zegt toe om de cijfers van leerlingenprognoses per wijk aan de raad beschikbaar te stellen. Voldoende besproken
Raadsacademie De Raadsacademie wordt georganiseerd door ambtelijke organisatie en griffie en is bedoeld om feitelijke informatie te geven over beleid en uitvoering. Het is geen politieke bijeenkomst, daarom is de portefeuillehouder niet per se aanwezig. Titel Datum Ambtelijk contact Programma Inhoud
Vervolg Achtergronddocumenten
Reg.nr. 4956915 Samenwerken met de stad – de gelote burgerraad 21 april 2015 Van der Vlies (033-469 4910) 1. Bestuur en dienstverlening De bijeenkomst is een vervolg op de raadsacademie van 2 december jl. over de diverse vormen van participatie tussen overheid en burger als onderdeel van bestuurlijke ontwikkeling. Hier werd naar aanleiding van o.m. De Wagenwerkplaats, Het Nieuwe Samenwerken en de G1000 teruggekeken en vooruitgeblikt op vormen van samenwerking met de stad. Deze raadsacademie geeft de ins en outs van de gelote burgerraad als middel om de lokale democratie te versterken. De werkgroep Burgerraad verzorgt een presentatie over de verschillende vormen van gelote burgerraad en de rollen die daarbij raad en burgers innemen. Hierna gaan de aanwezigen (raadsleden, burgers, ambtenaren) met elkaar in gesprek over de consequenties voor alle betrokkenen. Het onderwerp bestuurlijke vernieuwing komt op verschillende manieren aan de orde in de raad. Inhoud agendapunt Raadsacademie 2 december 2014 Presentatie Raadsacademie 2 december 2014 Inhoud agendapunt Experimenteren met werk- en vergadering De Ronde 14 april 2015 Coalitieakkoord 2014 – 2018 Kaderbrief 2015 – 2018 *RIB 2015-047 Bestuurlijke Ontwikkeling - ambitie aanpak en voortgang
*Toegevoegd ten opzichte van eerdere publicatie
#4956915 v1 - AGENDAPUNT RAADSACADEMIE 21-4-2015 SAMENWERKEN MET DE STAD - DE GELOTE BURGERRAAD
#4956915 v1 - AGENDAPUNT RAADSACADEMIE 21-4-2015 SAMENWERKEN MET DE STAD - DE GELOTE BURGERRAAD
Democrat ie “In een democratie is de voltallige bevolking soeverein en is alle autoriteit gebaseerd op de (minstens theoretische) instemming van het volk. Deze bestuursvorm is gebaseerd op het menselijke gelijkheidsideaal. Als iedereen vrij en gelijk in rechten en plichten geboren is (zoals in het eerste artikel van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens staat) dan heeft ook niemand méér recht dan een ander om bepaalde wetten vast te stellen of beslissingen te nemen . Het implementeren van die theorie in de politieke praktijk is vaak niet eenvoudig en kent vele aspecten.” bron https://nl.wikipedia.org/wiki/Democratie
zwevende kiezers De vierde macht Kijkcijfers
commercie vs nieuwsmedia
p ola r i s a tie
populismeCoalitiedwang lobby
Partijdiscipline spin
Democrat isch tekort: ● Representat ie ● Machtsdeling ● Transparant ie
zwevende kiezers De vierde macht Kijkcijfers
commercie vs nieuwsmedia
p ola r i s a tie
populismeCoalitiedwang lobby
Partijdiscipline spin
N ieuwe ontw ikkelingen: ● Burgerpart icipat ie ● Taken van rijk naar gemeente
Democrat isch tekort: ● Representat ie ● Machtsdeling ● Transparant ie
zwevende kiezers De vierde macht Kijkcijfers
commercie vs nieuwsgaring
p ola r i s a tie
populismeCoalitiedwang lobby
Partijdiscipline spin
Democrat isch tekort: ● Representat ie ● Machtsdeling ● Transparant ie
LOTING
N ieuwe ontw ikkelingen: ● Burgerpart icipat ie ● Taken van rijk naar gemeente
Democrat isch tekort: ● Representat ie ● Machtsdeling ● Transparant ie Gelote burgerraad besluit zonder debat nodig: besluitbaar voorstel
Democrat isch tekort: ● Representat ie ● Machtsdeling ● Transparant ie Gelote burgerraad besluit zonder debat Gelote planraad produceert besluitbare alternatieven nodig: onderwerp, ambtelijke ondersteuning
Democrat isch tekort: ● Representat ie ● Machtsdeling ● Transparant ie Gelote burgerraad besluit zonder debat Gelote planraad produceert besluitbare alternatieven Interessegroepen kanaliseren niet-gelote invloed uit de samenleving nodig: onderwerp
Democrat isch tekort: ● Representat ie ● Machtsdeling ● Transparant ie Gelote burgerraad besluit zonder debat Gelote planraad produceert besluitbare alternatieven Interessegroepen kanaliseren niet-gelote invloed uit de samenleving Procedureraad ziet toe op transparantie proces en uitvoering experiment
Proces en doorloopt ijd
Verbetering op bestaand democrat isch instrument? Referendum
vs
Burgerraad
Raadgevend
Geïnformeerde besluitvorming
Peiling van onvrede
Creëert actieve betrokkenheid
Versterkt polarisatie
Doorbreekt impasses
Gebruik maken van bestaande kennis Sociale raad in gemeente Peel en Maas ● Grondwet in IJsland en Ierland ● Onderzoek door Terrill Bouricius: ●
bron https://equalitybylot.wordpress.com/2014/03/11/terry-bouriciuss-sortition-based-government-system/
Historisch perspect ief Samenlevingsvorm
Soort samenwerking Besluitvorming
Pre-modern (feodaal, imperiaal) veroverde of geërfde macht Modern (markt, industrieel) gekozen vertegenwoordiging P2P (netwerk, gedistribueerd) dynamisch, geloot?
Mot ivat ie vijandig
Spel-typologie Product iviteit zero sum: win-lose “Power Game”
extrinsiek negatief neutraal
laag: 1 + 1 < 2 zero sum: win-win “Money Game”
extrinsiek positief synergetisch
gemiddeld: 1 + 1 = 2 win-win-win-win “Wisdom Game”
intrinsiek positief
hoog: 1 + 1 > 2
bron http://www.slideshare.net/urbanlabs/understanding-p2p-presentation
Werkgroep lot ing Abel Hertzberger Annemarie de Bruijn Bert Veenstra Harmen Zijp Nicole Esteje
[email protected]
Agendapunt De Ronde Titel
Datum Van Portefeuillehouder Programma Soort bijeenkomst Reden van aanbieding
Inhoud
Van de raadsleden wordt gevraagd
Vervolg
Advies presidium Bijbehorende documenten
Achtergronddocumenten
Reg.nr. 4956179 Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors 21 april 2015 College van B&W Ambtelijk contact Tigelaar Promes (033-469 4506) 4. Sociaal domein Peiling De mening van de raad te peilen over de onderzoeksrichtingen voor de toekomst van de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en RWA Amfors om in het vervolg te kunnen komen tot een toekomstvisie. De toekomstvisie kan betekenen het wijzigingen van de inhoudelijke en/of financiële kaders en/of het wijzigen van de gemeenschappelijke regeling. Dit zijn bevoegdheden van de gemeenteraad. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wsw en Amersfoort is hiervoor de gemeenschappelijke regeling RWA aangegaan met vijf andere gemeenten. Door wijzigingen vanuit het Rijk (geen nieuwe instroom meer en een afnemend subsidiebedrag per sw-er) is een herbezinning nodig op de uitvoering van de Wsw. Hiertoe is het vertrekpunt bepaald en op 10 maart aan de betrokken gemeenteraden gepresenteerd. In de peiling zijn de mogelijke hoofdscenario’s in beeld gebracht. Binnen het meest kansrijke hoofdscenario zijn scenario’s benoemd die voor afzonderlijke bedrijfsonderdelen nader kunnen worden uitgewerkt. Ook is in de peiling een voorzet gedaan voor te hanteren criteria ter beoordeling van de scenario’s. - Zich uit te spreken over het uitgangspunt om bij het ontwikkelen van scenario’s voor de toekomstvisie te vertrekken vanuit de huidige constellatie RWA/Amfors - Zich uit te spreken over de criteria die zullen worden gebruikt voor de beoordeling van de scenario’s De portefeuillehouders Werk en Inkomen van de betrokken gemeenten vertalen de inbreng van de gemeenteraden naar een definitieve onderzoeksopdracht aan een extern bureau. De resultaten van het onderzoek zullen worden vertaald naar een toekomstvisie die ter besluitvorming aan de afzonderlijke gemeenteraden zal worden voorgelegd. In deze De Ronde wordt gestart met een 1-minuutronde. Peiling Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors *Feitelijke vragen SP Visieontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wsw en RWA Amfors: Vertrekpunt uitgebreid Visieontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wsw en RWA Amfors: Vertrekpunt samenvatting Visieontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wsw en RWA Amfors: Betrokkenen
*Toegevoegd ten opzichte van eerdere publicatie
#4956179 v1 - AGENDAPUNT DE RONDE ONTWIKKELING TOEKOMSTVISIE UITVOERING WET SOCIALE WERKVOORZIENING EN RWA AMFORS
PEILING Van Aan Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : gemeenteraad : Wethouder M. Tigelaar
Reg.nr. Datum
: 4921007 : 7 april 2015
TITEL Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors
PEILPUNTEN Van raadsleden wordt gevraagd zich uit te spreken over de volgende peilpunten: 1. Herkent u zich in ons uitgangspunt om bij het ontwikkelen van scenario’s voor de toekomstvisie te vertrekken vanuit de huidige constellatie RWA/Amfors? Per bedrijfsonderdeel willen we één of meer scenario’s nader uitwerken, hierbij rekening houdend met de onderlinge samenhang tussen de verschillende bedrijfsonderdelen. De uitkomst hoeft niet te zijn dat de constellatie RWA/Amfors in ongewijzigde vorm blijft bestaan. 2. Herkent u zich in de volgende criteria om de scenario’s te beoordelen en welke criteria zou u hier aan willen toevoegen? a) Maatschappelijke criteria Passend werk voor de doelgroep (de huidige sw-ers) Gevolgen voor de doelgroep op korte en langere termijn Mate waarin sprake is van werken bij reguliere werkgevers Effect op overige doelgroepen b) Financiële criteria Het exploitatieresultaat in de periode 2016 tot en met 2020, met een doorkijk naar 2025 De frictiekosten in de periode 2016 t/m 2020, met een doorkijk naar 2025 c) Sturingscriteria Regie/(aan)sturingsmogelijkheden voor gemeenten Ruimte voor ondernemerschap, commerciële slagkracht en innovatie Flexibiliteit van de sw-organisatie
1
AANLEIDING De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw). De gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Leusden, Soest en Woudenberg hebben ter uitvoering van deze wet de publiekrechtelijke rechtspersoon RWA opgericht. Op 1 januari 2015 hebben circa 1500 sw-ers (1145 fte) een arbeidsovereenkomst met RWA. De vennootschap Amfors biedt werkgelegenheid aan deze sw-ers. De gemeenten zijn aandeelhouder van de vennootschap. Vanaf 1 januari 2015 zijn door het Rijk een aantal ingrijpende veranderingen doorgevoerd: Onder de Participatiewet stopt de instroom in een Wsw-dienstverband. Het aantal Wswmedewerkers zal vanaf 2015 geleidelijk afnemen. De invoering van de Participatiewet gaan gepaard met een korting op de Rijkssubsidie voor de Wsw. Door het Rijk wordt een efficiencykorting toegepast op het budget Wsw. De subsidie per Wsw-er daalt van circa €26.000 in 2014 naar circa €22.700 in 2020. Tegelijkertijd blijft de Wsw onverkort van kracht voor de huidige sw-ers en behouden zij hun rechten. Dit betreft de rechten op basis van de arbeidsovereenkomst Wsw, alsmede de rechten op basis van de geldende Cao SW. Deze wijzigingen vanuit het Rijk vragen om een herbezinning op de wijze waarop wordt vormgegeven aan de werkvoorziening voor de huidige sw-ers. Enerzijds om te voorkomen dat de voorziening niet meer aansluit op de aard en grootte van de doelgroep. Anderzijds omdat de efficiencykorting er toe leidt dat het (negatieve) subsidieresultaat van RWA totaal voor de aangesloten gemeenten zal gaan oplopen van - €3.7 mln (schatting 2015) tot circa - €7.2 mln in 2018. Bij een negatief subsidieresultaat stroomt een eventueel positief bedrijfsresultaat van Amfors naar RWA om het subsidietekort aan te vullen1. In de huidige situatie varieert het bedrijfsresultaat van Amfors dat op deze wijze terugvloeit naar RWA tussen € 1.5 mln en 2.0 mln (bij ongewijzigde opdrachten vanuit de gemeenten). Voor Amersfoort betekent dit dat de aanvullende bijdrage aan RWA de komende jaren toe zal nemen van circa €1.4 mln in 2015 naar circa € 4.0 mln in 2018. In de gemeentelijke begroting 2015-2018 is in een dekking voorzien van € 2.3 mln (€ 1.5 mln uit het re-integratiebudget en € 0.8 mln uit de algemene middelen). Ook deze onafwendbare financiële ontwikkeling vraagt om een herbezinning op de wijze waarop op dit moment invulling wordt gegeven aan de taakstelling vanuit de Wsw.
BEOOGD EFFECT Met de toekomstvisie beogen we: - Passend werk te realiseren voor de huidige Wsw-doelgroep, nu en in de toekomst, binnen de wettelijke kaders - Dit te realiseren tegen zo laag mogelijke kosten Met deze peiling beogen we: - Te komen tot de juiste keuze van de scenario’s die we nader gaan uitwerken - De criteria om de verschillende scenario’s ten opzichte van elkaar te kunnen afwegen nader te preciseren en scherp te krijgen 1
Op basis van de samenwerkingsovereenkomst tussen RWA en Amfors is er een verplichting tot aanvulling van het exploitatietekort bij RWA door Amfors. Deze verplichting geldt uitsluitend zolang het eigen vermogen van Amfors het bedrag van € 2.5 mln te boven gaat. Indien het eigen vermogen van Amfors ligt tussen € 2.5 mln en € 4.5 mln geldt dat Amfors voor 50% aansprakelijk is voor aanzuivering van bij RWA ontstane exploitatietekorten. Als het eigen vermogen van Amfors € 4.5 mln te boven gaat, zal al het meerdere beschikbaar zijn voor eventuele aanzuivering van bij RWA ontstane exploitatietekorten.
2
RANDVOORWAARDEN Voor het ontwikkelen van de toekomstvisie gaan we uit van de volgende leidende principes: De toekomstvisie gaat primair over de huidige Wsw-doelgroep en over de wijze waarop we de werkgelegenheid en participatie van deze doelgroep voor de toekomst zeker willen stellen. De tijdshorizon voor de toekomstvisie is het jaar 2020 met een doorkijk naar 2025. Eventuele wijzigingen in de juridische structuur/governance van RWA/Amfors volgen de inhoudelijke keuzes. De huidige juridische structuur of governance – de wijze waarop RWA en Amfors worden aangestuurd – heeft voor- en nadelen. De wens bestaat om hierin wijzigingen door te voeren. Binnen het proces van totstandkoming van de toekomstvisie wordt eerst gekeken naar wat nodig is om passend werk voor de huidige sw-doelgroep in de toekomst zeker te stellen tegen zo laag mogelijke kosten. Daarna kijken we of de inhoudelijke keuzes consequenties hebben voor de juridische structuur/governance. Daarbij betrekken we dan ook de analyse van de huidige juridische structuur/governance (zie vertrekpunt).
ACHTERGRONDINFORMATIE Op 10 maart jl. is de gemeenteraad door middel van een presentatie nader geïnformeerd over het vertrekpunt voor de toekomstvisie voor de uitvoering van de Wsw en RWA / Amfors. In de presentatie is ingegaan op het beleidsmatig vertrekpunt, de huidige situatie bij RWA / Amfors en de verwachte ontwikkelingen de komende jaren. De betreffende stukken zijn terug te vinden via deze link. In bijlage 1 is alle informatie opgenomen over het in het verleden vastgesteld beleid dat betrekking heeft op de uitvoering van de Wsw, de doelgroep, RWA / Amfors en de implementatie van de Participatiewet. In bijlage 2 is informatie opgenomen over verkenningen die zijn uitgevoerd naar de recente ontwikkeling van andere sw-bedrijven in den lande om inzicht te krijgen in de overwegingen van andere gemeenten en sw-bedrijven om tot bepaalde keuzes te komen. Deze verkenning heeft bijgedragen aan de totstandkoming en onderbouwing van peilpunt 1.
TOELICHTING BIJ DE PEILPUNTEN Peilpunt 1: Herkent u zich in ons uitgangspunt om bij het ontwikkelen van scenario’s voor de toekomstvisie te vertrekken vanuit de huidige constellatie RWA/Amfors? Per bedrijfsonderdeel willen we één of meer scenario’s nader uitwerken, hierbij rekening houdend met de onderlinge samenhang tussen de verschillende bedrijfsonderdelen. De uitkomst hoeft niet te zijn dat de constellatie RWA/Amfors in ongewijzigde vorm blijft bestaan. Toelichting Als we kijken naar de ontwikkelingen die we landelijk zien bij sw-bedrijven dan zouden er voor de regio Amersfoort de volgende drie hoofdscenario’s denkbaar zijn (zie schema in bijlage 3): 1. Directe ontbinding RWA/Amfors 3
Dit scenario houdt in dat het bestaande sw-bedrijf per direct in zijn geheel wordt opgeheven en/of overgedaan aan andere partijen. De gemeenten moeten op zoek naar andere uitvoerders voor de Wsw. 2. Vertrekken vanuit de huidige constellatie RWA/Amfors, waarbij we per bedrijfsonderdeel één of meer scenario’s nader uitwerken. 3. Samenvoeging Sociale Diensten en RWA/Amfors (één regionaal bedrijf voor werk en inkomen) Dit scenario houdt in dat de Wet sociale werkvoorziening en de Participatiewet door één organisatie worden uitgevoerd. Daarbij is variant I dat alleen de werk- en re-integratieactiviteiten worden uitgevoerd door de gefuseerde organisatie van Sociale Diensten en het sw-bedrijf. Variant II is dat ook de inkomenstaken (zoals het toekennen van de bijstandsuitkering) binnen dezelfde organisatie wordt uitgevoerd. Het hoofdscenario ‘directe ontbinding RWA/Amfors’ vinden we niet kansrijk om nader te onderzoeken: Ontbinding op korte termijn heeft een groot risico op zeer hoge frictiekosten: De frictiekosten bij directe ontbinding worden geraamd op ca. 23 tot 33 mln. o Afvloeiing personeel (49 fte ambtenaren, 123 fte facilifors), 20 tot 30 mln, afhankelijk van de grootte van de groep die opnieuw werk vindt. Het gemiddeld aantal dienstjaren van de groep ambtenaren is 26 jaar, de gemiddelde leeftijd is 58 jaar. o Afwaardering onroerende goed (hoge boekwaarde gebouw hangt samen met langlopend huurcontract Amfors), circa 2 mln. o Afkoop contracten (o.a. copiers mailfors en wagenpark 100 voertuigen), circa 1,1 mln. De sw-ers komen dan direct onder de gemeenten te vallen met de bijbehorende subsidieproblematiek. Het is geen reële opgave om op dat moment alternatief passend werk te vinden voor de 1500 sw-ers (1145 Arbeidsjaren). De problematiek van het subsidietekort is dan nog steeds niet opgelost. De prestaties van Amfors zijn in vergelijking met andere sw-bedrijven goed (de gemiddelde netto omzet per sw-er is anderhalf keer groter dan het landelijke gemiddelde). Amfors genereert jaarlijks gemiddeld €1.5 mln operationeel resultaat. In Nederland hebben een paar gemeenten besloten om het sw-bedrijf op te heffen omdat de uitvoering van de Wsw door het sw-bedrijf te duur werd bevonden. Het is onduidelijk of het gekozen alternatief kostentechnisch beter is. In de praktijk lukt het veelal niet om voor alle sw-ers alternatieve werkplekken te vinden en/of alle bedrijfsonderdelen te vervreemden omdat er geen match kan worden gevonden tussen marktpartijen en de voorwaarden die de gemeenten stellen (zie rapportage verkenning toekomst sw-bedrijven 2015, bijlage 2). Het hoofdscenario Samenvoeging Sociale Diensten en RWA/Amfors vinden we niet kansrijk om nader te onderzoeken: We willen de regie (gemeente) en uitvoering (Amfors) niet samen in één organisatie onderbrengen. Vanuit de regiewerkwijze is er een bewuste keuze gemaakt voor de knip tussen diagnose en keuze instrument/voorziening dat past bij een cliënt (ligt bij de Sociale Diensten) en de uitvoering (ligt bij marktpartijen waaronder Amfors). Het beste instrument tegen de laagste prijs blijft uitgangspunt. Het vormen van één bedrijf voor werk en inkomen en daarmee samenvoeging van de Sociale Diensten in de regio achten we niet wenselijk. De gemeenten hebben een verschillende visie 4
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 5
op de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de aansluiting bij het Sociale Domein. Dit betekent dat ook op verschillende wijze inhoud wordt gegeven aan de werkzaamheden binnen de Sociale Diensten. In het licht van de wens om aansluiting te houden bij het Sociale Domein willen we niet één bedrijf van werk (en inkomen) op afstand van de gemeenten organiseren. Een proces van reintegratie start veelal binnen het sociale domein. De meerwaarde van dit scenario – één werkgeversbenadering – is al gerealiseerd door de samenwerking binnen het Werkgeversservicepunt. De financiële voordelen zijn zeer beperkt (zie opmerking hierna).
In Nederland hebben een paar gemeenten gekozen voor deze variant teneinde te komen tot één aanspreekpunt voor de klant (werkzoekende en werkgever) en tot efficiëntere werkprocessen. In de regio Amersfoort wordt één aanspreekpunt gerealiseerd via de samenwerking in het Werkgeversservicepunt. Het voordeel van efficiëntere werkprocessen zit in de combinatie van de opdrachtgevers- en opdrachtnemersrol ten aanzien van re-integratie. In de regio Amersfoort is het totale opdrachtvolume aan Amfors wat betreft re-integratie klein; €550.000 voor Amersfoort en €20.000 voor Woudenberg. Het te behalen efficiëntievoordeel is zeer beperkt, omdat er toch een inhoudelijke overdracht nodig is tussen intake en uitvoering. Het hoofdscenario waarbij we vertrekken vanuit de huidige constellatie RWA/Amfors en per bedrijfsonderdeel één of meer scenario’s nader uitwerken, achten we het meest kansrijk: De huidige passende werkplekken en expertise worden benut. De onrust voor de doelgroep wordt beperkt. Kapitaalvernietiging door directe ontbinding wordt voorkomen. Uitgegaan wordt van geleidelijke krimp, waarbij kansen die zich voordoen worden gegrepen (zoals kansen in de markt voor vervreemding of het aangaan van joint ventures), om op deze wijze ook de afname van het aantal sw-ers op te vangen. Binnen de schaal van een bedrijfsonderdeel zijn er de beste mogelijkheden om te komen tot innovatie. Dit scenario biedt kansen om op termijn toe te werken naar een eenvoudiger constructie. Binnen dit hoofdscenario werken we per bedrijfsonderdeel één of meer scenario’s uit, rekening houdend met de onderlinge samenhang tussen de verschillende bedrijfsonderdelen. Dit hoofdscenario houdt niet op voorhand in dat de constellatie RWA/Amfors ongewijzigd wordt voortgezet. Binnen Amfors onderscheiden we de volgende bedrijfsonderdelen: Productie, Mailfors, Metafors, Eemfors, Cleanfors en Werksupport (individuele en kleine groepsdetacheringen en begeleid werken). Per bedrijfsonderdeel willen we één of meer van de volgende scenario’s uitwerken: Vervreemding (verkoop productieonderdeel in combinatie met groepsdetachering) Joint Venture (samenwerking met marktpartij in combinatie met groepsdetachering al dan niet in eigen gebouw) Samenwerking met zorginstelling Samenwerking met ander sw-bedrijf Passende alternatieve werkplekken Voortzetting als eigen bedrijfsonderdeel Verschillende scenario’s voor één bedrijfsonderdeel hoeven elkaar niet uit te sluiten, maar kunnen naast elkaar tot het beste resultaat leiden. 5
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 6
In bijlage 3 wordt nader toegelicht op welke wijze tot een keuze van de scenario’s per bedrijfsonderdeel die we nader onderzoeken. De kaders die door de gemeenteraden worden meegegeven zijn daarbij leidend. Het gaat dan om de criteria uit peilpunt 2. Zodra de eerste resultaten bekend zijn van de uitwerkingen van de scenario’s en zodra er een inschatting kan worden gemaakt wat ook op korte termijn gerealiseerd kan worden, wordt ook onderzocht wat de meest wenselijke juridische structuur/governance is.
Peilpunt 2: Herkent u zich in de volgende criteria om de scenario’s te beoordelen en welke criteria zou u hier aan willen toevoegen? Ons college nodigt de gemeenteraadsleden uit om zich uit te spreken over het belang dat zij aan de verschillende criteria hechten en hierop aanvullingen te doen. a) Maatschappelijke criteria Passend werk voor de doelgroep Het gaat erom of een sw-er optimaal kan functioneren en zich kan ontwikkelen (realiseren van de voor hem/haar optimale loonwaarde). Dit vraagt om een optimale balans tussen prestatie en welzijn, het gaat om werk passend bij de (ontwikkelings)mogelijkheden en ‘begeleiding’ passend bij de beperking. Gevolgen voor de doelgroep op korte en langere termijn We willen de hoeveelheid onrust door grote of frequente wijzigingen in werkplek, aard van het werk en/of de aansturing beperken. Het te kiezen scenario zal ook beoordeeld moeten worden op het perspectief dat geboden kan worden aan de doelgroep. De doelgroep is gebaat bij duidelijkheid en zekerheid op langere termijn. Mate waarin sprake is van werken bij reguliere werkgevers Zowel Rijk als gemeenten streven naar zoveel als mogelijk plaatsing van sw-ers bij reguliere werkgevers. Effect op overige doelgroepen Dit effect kan tweeledig zijn: Enerzijds kan een scenario betekenen dat een extra instrument wordt ontwikkeld dat ook inzetbaar is voor doelgroepen uit de Participatiewet of WMO. Anderzijds kan een scenario ook betekenen dat verschillende doelgroepen naast elkaar dezelfde werkzaamheden uitvoeren onder verschillende (arbeids)voorwaarden. b) Financiële criteria Het exploitatieresultaat in de periode 2016 tot en met 2020 met een doorkijk naar 2025 Welk scenario leidt tot het beste exploitatieresultaten in de periode 2016 t/m 2020. Wat is de verwachte ontwikkeling richting 2025. Het gaat om de bijdrage ter dekking van het subsidietekort vanuit het bedrijfsresultaat ofwel het beperken van de gemeentelijke bijdragen. De frictiekosten in de periode 2016 tot en met 2020 met een doorkijk naar 2025 Scenario’s zorgen mogelijk tot investeringen of desinvesteringen die frictiekosten met zich meebrengen. 6
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 7
Voor beide financiële criteria hanteren we dezelfde periode om de kosten/baten onderling vergelijkbaar te maken. We kijken niet alleen naar 2016/ t/m 2020, maar maken ook een doorkijk naar 2025. c) Sturingscriteria Regie/(aan)sturingsmogelijkheden voor gemeenten Het kan hierbij om verschillende zaken gaan: - In hoeverre kan de gemeente invloed uitoefenen op de inzet van het beste instrument voor een sw-medewerker (balans prestatie en welzijn) (Wsw-taakstelling); - In hoeverre heeft de gemeente invloed op het bedrijfsvoeringsresultaat (aandeelhoudersrol); - Vrijheid van opdrachtgeverschap. In hoeverre is het sw-bedrijf afhankelijk van opdrachten van de gemeenten en kunnen de gemeenten invloed uitoefenen op de prijs/kwaliteit van producten/diensten die ze afnemen bij de sw-voorziening (opdrachtgeversrol). In hoeverre is inbesteding mogelijk. In dit verband is het wenselijk dat er iets gebeurt met de het huidige construct RWA/Amfors eenvoudiger wordt. Ruimte voor ondernemerschap, commerciële slagkracht en innovatie Om tot een goed bedrijfsresultaat te komen moet een sw-bedrijf relatief zelfstandig kunnen functioneren als onderneming en nieuwe concepten kunnen uitproberen zonder dat dit vertraagd wordt door gemeentelijke besluitvormingsprocessen (o.a. benutting mogelijkheden in de markt, reactiesnelheid, wendbaardheid). Flexibiliteit van de sw-organisatie De sw-organisatie moet kunnen meebewegen met wijzigingen in de toekomst, zoals wijzigingen in Rijksbeleid en wetgeving en marktontwikkelingen. Bij de verschillende scenario’s onderzoeken we expliciet of ze invloed hebben op de keuzevrijheid ten aanzien van de juridische structuur/governance, of er een beperking is ten aanzien van de inbestedingsmogelijkheden en wat de consequenties zijn voor de vennootschapsbelasting.
FINANCIËN Deze peiling heeft geen financiële consequenties. Omdat de toekomstige financiën wel een belangrijke aanleiding zijn voor het ontwikkelen van een toekomstvisie worden de financiën wel nader toegelicht. Zoals beschreven in de aanleiding zal het negatieve subsidieresultaat van RWA, dit is het verschil tussen de Rijkssubsidie voor de uitvoering van de Wsw en de loonkosten voor de sw-ers die een arbeidscontract hebben bij RWA, de komende jaren toenemen als gevolg van Rijksbeleid. Dit negatieve subsidieresultaat wordt onder bepaalde omstandigheden (gedeeltelijk) gedekt uit het eigen vermogen/bedrijfsresultaat van Amfors (zie voetnoot 1 op pagina 2). Indien dit onvoldoende is wordt het subsidietekort aangevuld door gemeentelijke bijdragen. Op basis van de resultaten over de afgelopen jaren is ten behoeve van het vertrekpunt de aanname gedaan dat het operationeel resultaat van Amfors de komende jaren € 1.5 mln structureel is. Hierin is geen rekening gehouden met nieuwe maatregelen om het operationeel resultaat te verbeteren. In
7
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 8
onderstaande tabel zijn op basis van bovenstaande ontwikkelingen de geraamde gemeentelijke bijdragen herberekend. x€1000
Berekening subsidieresultaat*
Aanname Totaal gem. Bijdrage operationeel bijdragen Amersfoort resultaat 2015 -3.700 1.500 1.9592 1.362 2 2016 -4.700 1.500 3.160 2.197 2017 -5.400 1.500 3.900 2.712 2018 -6.100 1.500 4.600 3.198 2019 -6.700 1.500 5.200 3.616 2020 -7.200 1.500 5.700 3.963 *Voor de berekening van het subsidieresultaat is uitgegaan van de loonkosten zoals opgenomen in de RWA begroting 2015-2018. In de gemeentebegroting 2015-2018 is op basis van de toen bekende informatie dekking van de geraamde extra benodigde bijdrage van de gemeente aan de RWA opgenomen. In de begroting zijn de destijds ingeschatte bijdragen aan RWA deels gedekt uit de algemene middelen en voor het overige deel ten laste van het re-integratiebudget. Het college heeft in het kader van de continuering van het re-integratiebeleid 2015 besloten om de middelen in de voorziening Participatiewet te gebruiken voor de tekorten op de Wsw zodat de jaarlijkse budgetten voor re-integratie beschikbaar blijven voor de doelgroepen uit de Participatiewet (RIB 2015-18). Dit biedt de eerste jaren soelaas. Vanaf 2018 moet €1,5 mln bezuinigd worden op re-integratie, omdat de voorziening dan zal zijn uitgeput. x €1000 Geraamde bijdrage Amersfoort Jaar 2015 2016 2017 2018 2019 2020
1.362 2.197 2.712 3.198 3.616 3.963
Dekking opgenomen in gemeentebegroting 2015-2018 Toevoeging Re-integratie Tussenbalans
700 800 800 800 800 800
1.600 1.500 1.500 1.500 1.500 1.500
Verschil tussen geraamde bijdrage en in de begroting opgenomen dekking 938 103 -412 -898 -1.316 -1.663
Met de in begroting en de in de voorziening Participatiebudget opgenomen middelen zijn in de begroting op de langere termijn (vanaf 2017) structureel onvoldoende middelen opgenomen om de op basis van de huidige inzichten geraamde extra bijdrage van de gemeente aan de RWA te dekken. Dit is opgenomen in de risicoparagraaf van de begroting 2015. 2
In 2015 en 2016 is het eigen vermogen van Amfors Holding B.V. tussen € 2.5 en € 4.5 mln waardoor de aanvulling van Amfors op het exploitatietekort van RWA hoger is dan alleen het bedrijfsresultaat. Vanaf 2017 is het eigen vermogen € 2.5 mln en is de bijdrage van Amfors gelijk aan het bedrijfsresultaat (zie ook voetnoot 1, pagina 2).
8
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 9
Zoals in bovenstaande tabel weergegeven is bij huidig beleid sprake van een aanvullende dekkingsnoodzaak van ruim € 0,4 mln. in 2017, oplopend tot € 1,7 mln. in 2020. Het is de verwachting dat in de RWA-begroting 2016-2020 (in voorbereiding) een operationeel resultaat wordt opgenomen dat gunstiger is dan de aanname van € 1.5 mln in het vertrekpunt en in deze peilnota. In dat geval is de geraamde gemeentelijke bijdrage lager.
PREVENTIEF TOEZICHT PROVINCIE Niet van toepassing, deze peiling heeft geen financiële consequenties.
RISICOPARAGRAAF De verdere wijzigingen van het verdeelmodel voor het Participatiebudget kunnen in de toekomst leiden tot negatieve herverdeeleffecten waardoor het beschikbare budget voor re-integratie verder afneemt. In navolging van de huidige ontwikkelingen binnen de sector (lonen zijn bevroren) is bij de berekening van het subsidieresultaat de nullijn gehanteerd. Echter het is niet uitgesloten dat de loonkosten Wsw zullen stijgen als gevolg van af te sluiten Cao’s sw. Hierdoor kunnen de exploitatietekorten bij RWA en daarmee de gemeentelijke bijdragen verder oplopen.
COMMUNICATIEBOODSCHAP EN BETROKKEN PARTIJEN Deze peilnota is opgesteld in afstemming met de portefeuillehouders Werk en Inkomen van de gemeenten Baarn, Bunschoten, Soest, Leusden en Woudenberg. Over de peilnota zijn geconsulteerd de cliëntenraad Sociale Zekerheid en de cliëntenraad Wsw, de Raad van Commissarissen en de OR van Amfors. De cliëntenraad SZ vraagt om directe maximale druk op de verbetering van het operationeel resultaat. Tevens pleit de cliëntenraad SZ er voor dat eventuele tekorten niet ten laste komen van re-integratie, maar dat het re-integratiebudget volledig ter beschikking blijft voor alle groepen in de Participatiewet. De cliëntenraad Wsw heeft een aantal aanvullingen gedaan bij de toelichting op de criteria. Voorts pleit de cliëntenraad Wsw ervoor dat een frequente meting van de tevredenheid van de medewerkers gehanteerd wordt als sturingsinstrument in de toekomst.
VERVOLGSTAPPEN De portefeuillehouders Werk en Inkomen van de betrokken gemeenten vertalen de inbreng van de gemeenteraden naar een definitieve onderzoeksopdracht aan een extern bureau. Dit bureau zal in samenwerking met Amfors de geselecteerde scenario’s nader uitwerken. Zodra de eerste resultaten hiervan in beeld zijn zal ook worden gekeken naar welke juridische structuur/governance het beste past bij de scenario’s die het beste scoren op de criteria. Hierbij zal de eerder uitgevoerde SWOT van de juridische structuur/governance worden betrokken. Daarna zal een voorstel voor de vast te stellen toekomstvisie ter bespreking worden voorgelegd aan de afzonderlijke gemeenteraden. Het is het streven om dit voor de zomervakantie te doen.
9
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 10
Burgemeester en wethouders van Amersfoort,
de secretaris,
de burgemeester,
10
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 11
Bijlage 1
In het verleden vastgestelde beleidsuitgangspunten
In het verleden zijn de volgende beleidsmatige uitgangspunten vastgesteld die we als randvoorwaarde meenemen bij de ontwikkeling van de toekomstvisie: We streven de volgende doelen na (Visie op Sociale Werkvoorziening regio Eemland, 2008): o het realiseren van passend werk voor de huidige sw-ers binnen de wettelijke kaders die de Wsw daarvoor stelt o het bevorderen van arbeidsontwikkeling van de sw-ers o zo veel als mogelijk plaatsing van sw-ers op de reguliere arbeidsmarkt o behoud van de beschutte voorziening voor hen die daarop aangewezen zijn Ten aanzien van de bedrijfsvoering van Amfors wordt door de aandeelhouders gestuurd op: kostenreductie, efficiencyverbetering, commerciële slagkracht, marktconformiteit van de prijs/kwaliteitsverhouding (zie RIB 2012-44 en RIB 2012-76 over het bedrijfsplan). Inbesteding van opdrachten aan Amfors vindt plaats onder marktconforme condities (prijs/kwaliteit) om te voldoen aan de Europese mededingingswetgeving en ter verbetering van de prijs-kwaliteitverhouding (RIB 2011-13). Binnen ons inkoop- en subsidiebeleid stimuleren wij werkgelegenheid voor sw-ers bij reguliere werkgevers door de inzet van het instrument Social Return. In maart 2011 is het collegebesluit ‘Sociaal inkopen loont’ vastgesteld, dat beoogt bij te dragen aan de noodzakelijke verhoging van de arbeidsparticipatie van de onderkant van de arbeidsmarkt (o.a. WWB, Wsw, Wajong). Eind mei 2012 heeft het college dit beleid nader gepreciseerd voor aanbestedingen door de bouwblokkenmethode te introduceren. Het instrument Social Return is onderdeel van het Inkoopbeleid van de gemeente Amersfoort zoals vastgesteld door uw Raad op 28 januari 2014. Op 7 oktober 2013 heeft het college besloten om het instrument Social Return met ingang van het 2014 ook toe te passen voor subsidies, waarbij dezelfde drempelwaarden worden gehanteerd als in het inkoopbeleid. Voor de nieuwe doelgroepen uit de Participatiewet gelden de volgende uitgangspunten (RIB 2014-23 en RIB 2014-146): o We zetten instrumenten en/of voorzieningen in die aansluiten bij de behoefte van de doelgroep o Wat regulier kan, moet regulier worden uitgevoerd (reguliere markt, reguliere werkgevers) o We kiezen het beste instrument/de beste voorziening tegen de laagste prijs o We sluiten, afhankelijk van de doelgroep, aan bij het sociaal domein en de arbeidsmarkt Deze uitgangspunten houden ondermeer in dat de regie ofwel de diagnose welk instrument of welke voorziening het meest geschikt is voor iemand uit de Participatiewet-doelgroep bij de gemeente ligt. Daarbij kiezen we het beste instrument tegen de laagste prijs/kwaliteit verhouding. Amfors kan als één van de marktpartijen betreffende instrumenten/voorzieningen aanbieden.
11
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 12
Bijlage 2
Verkenning Sw-bedrijven: hoofdscenario’s
In 2012 is er ter voorbereiding op de Wet werken naar vermogen een aantal scenariostudies uitgevoerd om een toekomstvisie te ontwikkelen voor RWA/Amfors. Er is onder andere een verkenning uitgevoerd van sw-bedrijven in Nederland om inspiratie op te doen en inzicht te krijgen in de overwegingen van andere gemeenten en sw-bedrijven om tot bepaalde keuzes te komen (RIB 2012-75 en RIB 2012-150). Omdat de WWnV werd ingetrokken is indertijd niets meer met deze rapportage gedaan. Omdat er veel is veranderd sinds 2012, hebben we de verkenning begin 2015 laten actualiseren. Daarbij is de focus gelegd op bedrijven met een vergelijkbare arbeidsmarkt, omvang en omstandigheden.
2015 03 04 AME eindrapportage verkenning SW bedrijven.pdf
Verkenning sw-bedrijven landelijk Uit de verkenning komt naar voren dat er niet één ‘best practice’ is die gekopieerd kan worden. De geschiedenis en omstandigheden verschillen per SW-bedrijf. Het bepalen van de juiste strategie is daarom maatwerk. We zien de volgende overeenkomsten in den lande: Alle strategieën zijn er op gericht om het tekort op de uitvoering van de Wsw terug te dringen. De beweging van binnen naar buiten (o.a. door het aangaan van samenwerkingen met marktpartijen) wordt door de meeste sw-bedrijven voortgezet. Ongeacht de gekozen strategie blijven de (loon)kosten van de sw-ers gelijk (ongeveer 80% van de totale kosten van een sw-bedrijf). Ook bij vervreemding van bedrijfsonderdelen of het opheffen van het sw-bedrijf, behouden sw-ers hun aanstelling (en bijbehorende arbeidsvoorwaarden). Gemeenten houden hier vaak onvoldoende rekening mee. De mogelijkheden om het bedrijfsresultaat te verbeteren zijn beperkt. Het bedrijfsresultaat van sw-bedrijven kan verbeterd worden door de beschikbare infrastructuur ook voor andere doelgroepen in te zetten (arbeidsontwikkeling andere doelgroepen Participatiewet, arbeidsmatige dagbesteding). Gemeenten kiezen daar niet altijd voor, omdat ze een voorkeur hebben voor andere aanbieders voor deze diensten. Gemeenten streven naar integrale dienstverlening aan werkgevers, de oplossingen hiervoor lopen uiteen. In alle gemeenten speelt de vraag hoe werk en inkomen aan te sluiten op de sociale wijkteams. Iedereen worstelt met het sturingsvraagstuk; enerzijds willen gemeenten grip op de bedrijfsvoering, anderzijds verwachten ze ondernemerschap van het sw-bedrijf. De beperkte mogelijkheden om het bedrijfsresultaat te verbeteren versterken het gevoel van gebrek aan sturing.
12
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 13
Op basis van de (landelijke) verkenning onderscheiden we drie hoofdscenario’s voor de opgave in de regio Amersfoort: 1. Directe ontbinding RWA/Amfors Dit scenario houdt in dat het bestaande sw-bedrijf per direct in zijn geheel wordt opgeheven en/of overgedaan aan andere partijen. De gemeenten moeten op zoek naar andere uitvoerders voor de Wsw. 2. We vertrekken vanuit de huidige constellatie RWA/Amfors, waarbij we per bedrijfsonderdeel één of meer scenario’s nader uitwerken, hierbij rekening houdend met de onderlinge samenhang tussen de verschillende bedrijfsonderdelen. 3. Samenvoeging Sociale Diensten enRWA/Amfors (één regionaal bedrijf voor werk en inkomen) Dit scenario houdt in dat de Wet sociale werkvoorziening en de Participatiewet door één organisatie worden uitgevoerd. Daarbij is variant I dat alleen de werk- en re-integratieactiviteiten worden uitgevoerd door de gefuseerde organisatie van Sociale Diensten en het sw-bedrijf. Variant II is dat ook de inkomenstaken (zoals het toekennen van de bijstandsuitkering) binnen dezelfde organisatie wordt uitgevoerd.
13
Inlichtingen bij:
P.M. Promes, MO/SZ, (033) 469 45 06
Bijlage 3 Nadere toelichting bij het hoofdscenario uit peilpunt 1 Op basis van de discussie binnen de gemeenteraden over de criteria zal onderstaande matrix worden ingevuld. Behalve deze kaders die door de gemeenteraden worden meegegeven, is voor het invullen van onderstaande matrix ook (bedrijfsgevoelige) informatie op operationeel niveau nodig. Het is niet wenselijk om met onderstaand schema nu al en ten onrechte onrust te veroorzaken bij de doelgroep en bij huidige opdrachtgevers van Amfors, daarom zijn de meest kansrijke scenario’s niet ingevuld. De werkwijze kan wel aan de hand van voorbeelden worden toegelicht. Voorbeeld 1 Voortzetting van Cleanfors als eigen bedrijfsonderdeel is kansrijk: - Passend werk met goede arbeidsontwikkelingsmogelijkheden, biedt ook mogelijkheden voor tijdelijke opvang indien detacheringen eindigen - Zo regulier mogelijke werkomstandigheden - Gunstige toegevoegde waarde per medewerker/marktconform, niet reëel om te verwachten dat een hogere toegevoegde waarde kan worden gerealiseerd bij een andere ‘bedrijfsvorm’
Vervreemding (verkoop productieonderdeel, groepsdetachering) Joint Venture met groepsdetachering (binnen/buiten) Samenwerking met zorginstelling Samenwerking met ander Sw-bedrijf Passende alternatieve werkplekken Voortzetting als eigen bedrijfsonderdeel
Inlichtingen bij:
P.M. Promes, MO/SZ, (033) 469 45 06
Werksupport (individuele en kleine groepsdetachgeringen &begeleid werken)
Cleanfors
Eemfors
Metafors
Mailfors
Productie
Voorbeeld 2 Vervreemding van Productie is niet kansrijk: - Kwetsbare doelgroep, onrust zoveel mogelijk beperken - Specifieke begeleiding nodig - Niet reëel om te verwachten dat een marktpartij hier een aanbod voor zal doen onder voorwaarden die financieel gunstiger zijn dan de huidige situatie
Gemeente Amersfoort Peiling 4921007 pagina 16
Bij het selecteren van kansrijke scenario’s kunnen de volgende overwegingen betekenisvol zijn (deze zijn grotendeels af te leiden uit de criteria): We streven zo veel mogelijk naar tewerkstelling bij reguliere werkgevers o ‘Buiten’: via vervreemding, joint venture of via Werk Support o ‘Binnen’: via joint ventures (uitvoering op eigen locatie zodat eigen infrastructuur zoveel mogelijk wordt benut) Voor het behouden van een minimum aan bedrijfsactiviteiten in eigen beheer, met in het achterhoofd dat de sw-groep de primaire doelgroep is, kunnen de volgende overwegingen een rol spelen: o optimale kansen kunnen bieden op arbeidsontwikkeling, o tijdelijke werkvoorzieningsmogelijkheden hebben indien detacheringen eindigen, o werkplekken hebben voor mensen voor wie werken bij een reguliere werkgever niet haalbaar is (al dan niet in samenwerking met zorginstellingen, een ander sw-bedrijf of reguliere werkgevers). De eigen bedrijfsactiviteiten staan ten dienste van het verschaffen van werk en arbeidsontwikkeling van de primaire doelgroep. Het ontwikkelen/continueren van activiteiten voor nieuwe doelgroepen Participatiewet/WMO, is alleen kansrijk wanneer o het voor de doelgroep het beste instrument is tegen de laagste kosten, en o het kostenneutraal is voor of positief bijdraagt aan het bedrijfsresultaat.
16
Inlichtingen bij:
P.M. Promes, MO/SZ, (033) 469 45 06
Rapportage verkenning toekomst SW-bedrijven 2015
Inleiding Het veld van werk & inkomen is in beweging Nu de uitvoering van de Participatiewet een feit is en bezuinigingen moeten worden doorgevoerd, zijn veel gemeenten zich opnieuw aan het heroriënteren op de rol van het SW-bedrijf. Daarnaast kan het vraagstuk niet meer los gezien worden van de overige ontwikkelingen in het sociaal domein. Er wordt meer integraal aan oplossingen gewerkt. Deze ontwikkelingen maken dat het veld van werk & inkomen opnieuw in beweging is gekomen. Vragen die gemeenten hebben zijn: welke scenario’s zijn er voor de positionering van het SW-bedrijf? Wat zijn de voor- en nadelen? Welke strategie is het meest passend? Wat zijn de risico’s, kansen en ontwikkelingen? Verkenning positionering SW-bedrijf in 2012 levert vier scenario’s op In september 2012 is er een verkenning, in opdracht van de gemeente Amersfoort, uitgevoerd naar de strategische keuzes die gemeenten maken voor de positionering van hun SW-bedrijf. Destijds was de directe aanleiding voor de verkenning de Wet werken naar vermogen. Uit deze verkenning bleek dat de keuzes die gemeenten en SW-bedrijven maken te groeperen zijn in vier scenario’s. De scenario’s liepen uiteen van het SW-bedrijf opheffen tot het SW-bedrijf en Sociale Zaken volledig integreren (zie kader voor verdere toelichting scenario’s). De afgelopen jaren is er door de verschillende SW-bedrijven en Sociale diensten gewerkt om deze scenario’s in de praktijk uit te werken.
De vier scenario’s voor de toekomstige rol van het SW-bedrijf uit de verkenning van 2012 1. SW-bedrijf opheffen Het SW-bedrijf wordt opgeheven, opgedeeld en/of overgedaan aan andere partijen. In andere varianten stappen individuele gemeenten uit de Gemeenschappelijke Regeling voor de WSW of vervreemden gemeenten het SW-bedrijf in onderdelen. 2. SW-bedrijf wordt een bedrijf voor beschut werken De taak van het SW-bedrijf wordt beperkt tot beschut werken in het kader van de WSW. In andere varianten biedt het SW-bedrijf ook (naast beschut werken) arbeidsmatige dagbesteding of werken met behoud van uitkering (voor de onderkant van de WWNV-doelgroep) aan. 3. SW-bedrijf wordt een breed werk- en re-integratiebedrijf voor de hele doelgroep WWNV Het SW-bedrijf biedt zowel werk voor de doelgroep SW-beschut werken, als voor de overige Sw-ers, als voor de WWNV-doelgroep. Varianten zijn het SW-bedrijf dat ook verantwoordelijk is voor de ondersteuning van alle werkzoekenden die steun nodig hebben op het gebied van werk, als ook het werkbedrijf dat een van de bedrijven is waar zaken mee wordt gedaan. Sociale zaken beslist of individuele cliënten naar het werkbedrijf of naar een ander bedrijf worden gestuurd. 4. SW-bedrijf en Sociale Zaken volledig geïntegreerd De WSW en de WWNV worden door één organisatie uitgevoerd. Niet alleen werk en re-integratieactiviteiten, maar ook alle inkomenstaken worden uitgevoerd door een gefuseerde organisatie van het SW-bedrijf en Sociale Zaken. Actualisering van de verkenning Ook de gemeenten in de GR RWA zijn opnieuw bezig met de (her)positionering van RWA/Amfors. In dat kader heeft de gemeente Amersfoort gevraagd om de verkenning uit 2012 te actualiseren. De verkenning biedt inspiratie in dit zoekproces. De nieuwe verkenning anno 2015 geeft weer welke keuzes andere gemeenten en SW-bedrijven hebben gemaakt in 2012, hoe het er voor staat met de realisatie van de toen gekozen strategie, welke overwegingen er zijn voor (wijziging van) de strategie en hoe zij de toekomst voor zich zien. Voor de verkenning anno 2015 zijn we uitgegaan van de gemeenten en hun SW-bedrijven die waren opgenomen in de eerdere verkenning. Deze bedrijven hadden we geselecteerd op basis van: een vergelijkbare arbeidsmarkt, omvang en omstandigheden. Op grond van die criteria hebben we de volgende bedrijven uit de verkenning van 2012 niet opgenomen in in deze update: Pauw bedrijven, UW bedrijven en Breed. Toegevoegd zijn: Inclusief, IMpact, Wezo en Paswerk. Deze bedrijven zijn juist wel relevant voor de huidige situatie bij RWA/Amfors. Naast de SW-bedrijven zijn ook de bij het SW-bedrijf betrokken gemeenten benaderd. In bijlage A is er een respondentenlijst opgenomen. 2
Opbouw van het rapport Centrale vraagstelling bij de verkenning Voor het actualiseren van de verkenning hebben we de respondenten van de SW-bedrijven en de gemeenten tijdens een telefonisch interview de volgende vraagstelling (bestaande uit één hoofdvraag en zes deelvragen) voorgelegd: Hoe hebben andere gemeenten en SW-bedrijven de rol voor hun SW-bedrijf uiteindelijk vormgegeven? Welke overwegingen speelden daarbij een rol? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Welke keuze is uiteindelijk gemaakt met betrekking tot de rol van het SW-bedrijf: uitvoering WSW/beschut werk, werk en re-integratie voor andere doelgroepen van de Participatiewet, en ook: uitvoeren opdrachten van gemeenten (groen, schoonmaak, e.d.)? Is de indertijd geformuleerde bedrijfsstrategie ook doorgezet? Hoe ver zijn ze in de uitwerking/realisatie van de gekozen strategie? Waar staan ze nu? Welke juridische vorm is gekozen voor de uitvoering van de gekozen strategie? Welke overwegingen hebben bij de hierboven genoemde keuzes een rol gespeeld? Wat is de inschatting wat betreft kansen, risico’s of verdere ontwikkelingen? Uit te splitsen in doelgroep, gemeentelijke financiën en voor het bedrijf zelf. Staat het bedrijf open om in een later stadium benaderd te worden voor specifieke vragen die voortkomen uit de scenario-studie?
Per SW-bedrijf zijn de uitkomsten gestructureerd in een tabel De uitkomsten van de interviews zijn in de tabel gestructureerd in vier kolommen. In de tabel worden achtereenvolgens beschreven: • welke strategie in 2012 is gekozen en hoe groot is de organisatie; • welke strategie is ten uitvoer gebracht; • welke overwegingen hebben daarbij een rol gespeeld; • en tot slot welke kansen en risico’s worden waargenomen voor de doelgroep, de gemeentelijke financiën en het SW-bedrijf zelf. Koppeling uitkomsten verkenning naar de opgave van de gemeente Amersfoort In de kolommen is kort samengevat welke overwegingen gemaakt zijn door het SW-bedrijf en de gemeente(n) om te kiezen voor een bepaalde strategie. Onder de korte samenvatting is verdiepende informatie te vinden ter onderbouwing. Deze korte samenvattingen geven de gemeenten in de regio Amersfoort de gelegenheid om deze overwegingen te vertalen naar hun eigen opgave. Voorafgaand aan deze bedrijvingen is een kort hoofdstuk (pagina 4-5) toegevoegd waarin de rode draden uit deze verkenning worden samengevat. Op de pagina’s 6 t/m 18 zijn de uitkomsten per SW-bedrijf weergegeven.
3
Rode draden In 2012 is door veel SW-bedrijven in het kader van de herstructureringsfaciliteit WSW nagedacht over positionering en strategie. De meeste SW-bedrijven uit deze verkenning hebben flinke stappen gezet in het realiseren van de toen voorgenomen strategie. Nu wordt op veel plekken opnieuw nagedacht over de positionering en strategie van het SW-bedrijf. Hiervoor is aanleiding vanuit drie invalshoeken: • financiën: tekorten dreigen op te lopen nu de SW-subsidies daadwerkelijk teruggeschroefd worden, het aantal Sw-ers terugloopt en er aanzienlijk minder middelen zijn voor re-integratie; • inhoud: de decentralisaties in het sociaal domein en de uitvoering van de Participatiewet stelt gemeenten voor nieuwe vragen; • sturing: de wijze waarop gemeenten sturing willen geven aan het SW-bedrijf. Omdat de omstandigheden verschillen is het kiezen van een strategie maatwerk. We zien wel een aantal rode draden in de overwegingen en keuzes die gemaakt worden. Het kiezen van een strategie is maatwerk Er is niet één “best practice” die gekopieerd kan worden. De geschiedenis en omstandigheden verschillen per SW-bedrijf. Het bepalen van de juiste strategie is daarom maatwerk. Bijvoorbeeld: daar waar het ‘verzorgingsgebied’ van een SW-bedrijf samenvalt met het ‘verzorgingsgebied’ van een gemeente of sociale dienst is het makkelijker om te kiezen voor vergaande integratie van sociale zaken en SW-bedrijf. Financiële uitdaging • Alle strategieën van SW-bedrijven zijn er op gericht om het tekort op de uitvoering van de WSW terug te dringen. Door verhoging van de opbrengsten en door verlaging van de kosten wordt geprobeerd om de teruglopende subsidie per SW-er te compenseren. De wijze waarop SW-bedrijven en gemeenten dat doen verschilt. We zien wel over de hele linie dat de beweging van binnen naar buiten (onder andere door het aangaan van samenwerkingen met marktpartijen) door de meeste SW-bedrijven wordt doorgezet. • Ongeacht de gekozen strategie blijven de (loon)kosten van de Sw-ers gelijk. Deze kosten vormen zo’n 80% van de totale kosten van een SW-bedrijf. Ook bij vervreemding van bedrijfsonderdelen of bij het opheffen van het SW-bedrijf, behouden Sw-ers hun SW-aanstelling (en bijbehorende arbeidsvoorwaarden). In de verwachtingen van gemeenten over de terugdringing van het tekort op de uitvoering van de SW wordt hier vaak onvoldoende rekening mee gehouden. • Een aantal gemeenten besluit om het SW-bedrijf op te heffen, omdat de uitvoering van de SW door het SW-bedrijf te duur is. Het is de vraag of het gekozen alternatief kostentechnisch beter is . Deze vraag wordt niet altijd vooraf onderzocht. • Het bedrijfsresultaat van SW-bedrijven kan verbeterd worden door de beschikbare infrastructuur ook voor andere doelgroepen in te zetten (arbeidsontwikkeling van Wwb-ers, arbeidsmatige dagbesteding). Gemeenten kiezen daar niet altijd voor, omdat ze een voorkeur hebben voor andere aanbieders voor deze diensten. Verbinding met Participatiewet en ontwikkelingen in het sociaal domein • in het kader van de Participatiewet streven gemeenten naar integrale dienstverlening aan werkgevers. Sommige gemeenten beleggen deze taak bij het werkbedrijf (voormalig SW-bedrijf), vanwege hun goede netwerk bij ondernemers. Andere gemeenten trekken deze taak juist naar zich toe, omdat ze zelf flink geïnvesteerd hebben in re-integratie en werkgeversdienstverlening. • nu gemeenten een bredere verantwoordelijkheid hebben in het sociaal domein zien we dat meer SW-bedrijven samenwerking zoeken met zorginstellingen om dagbesteding aan te bieden in combinatie met beschut werken. • in alle gemeenten speelt de vraag hoe werk en inkomen aan te sluiten op de sociale wijkteams. Daar waar werk en inkomen ondergebracht is in een gemeenschappelijke uitvoeringsorganisatie buiten de gemeente levert dat extra afstemmingsvraagstukken op. Verschillende SW-bedrijven zijn actief als aanbieder op het gebied van de WMO. Met name als aanbieder van arbeidsmatige dagbesteding (voor diverse doelgroepen). In een enkel geval ook als aanbieder van huishoudelijke hulp. 4
Rode draden (vervolg) Sturing • Gemeenten vinden het belangrijk dat de kosten van de uitvoering van de WSW omlaag gaan. Dit maakt dat ze grip willen hebben op de bedrijfsvoering van hun SW-bedrijf. We zien in op een aantal plaatsen een paradox ontstaan: de gemeenten verwachten ondernemerschap van de SW-bedrijven, zodat de kosten omlaag gaan en de opbrengsten omhoog. Tegelijkertijd willen gemeenten de onderdelen van de SW-bedrijven dichterbij halen. Dit geeft gemeenten een gevoel van meer grip. • Daar waar SW-bedrijf en Sociale dienst geïntegreerd zijn, zijn betrokkenen tevreden over het resultaat: men benut elkaars expertises en de uitvoering is efficiënter. Voor andere gemeenten wegen deze voordelen niet op tegen de wens om per cliënt te kunnen kiezen voor de meest geschikte reintegratiepartner/uitvoerder. • We zien in nogal wat gevallen dat gemeenten die nu samenwerken in een GR een verschillende kant op willen met de uitvoering van de Participatiewet en (dus) met het SW-bedrijf. In een aantal gevallen heeft dit geleid tot opheffing van de GR. Elders leidt het tot een langdurig zoekproces naar een gezamenlijke koers. Het ontbreken van een heldere opdracht gaat ten koste van het resultaat. • De oplopende tekorten bij SW-bedrijven geven bestuurders een ongemakkelijk gevoel. De mogelijkheden om het bedrijfsresultaat van het SW-bedrijf te beïnvloeden zijn beperkt. Dit versterkt het gevoel bij bestuurders en raden dat “GR” synoniem is voor “gebrek aan sturing”. • In het verleden zijn NV’s en BV’s opgericht met het oog op een meer ondernemende uitvoering van de WSW. We zien nu ook dat er gekozen wordt om onder een GR een aparte BV te hangen om op een transparante manier onderscheid te kunnen maken in de dienstverlening aan verschillende gemeenten in de GR.
5
Verkenning per SW-bedrijf 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
TopCraft Baanstede Inclusief Groep Hameland Wezo Concern voor Werk IMpact IBN Tomingroep Paswerk BSW (onderdeel Atea Groep) Baanbrekers (voorheen WML)
6
Topcraft Gekozen scenario in 2012 Opheffen Bij de start van de transitie werkten er zo’n 700 Sw-ers bij Topcraft.
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Topcraft is in 2014 afgebouwd en per 1 januari 2015 opgeheven. De Sw-ers van de gemeente Oldenzaal zijn ondergebracht bij een daarvoor nieuw opgerichte stichting. Samenvatting van de besluitvorming uit het Transitieplan en de wijze waarop de gemeente Oldenzaal nu invulling geeft aan de uitvoering van de WSW: • Het werkgeverschap van de Sw-medewerkers wordt ondergebracht bij een daarvoor door de gemeente Oldenzaal op te richten stichting. • De afdeling Werk, Inkomen, Zorg (WIZ) voert de regietaken uit. • De afdeling WIZ van de gemeente Oldenzaal voert detachering en begeleid uit. • De organisatie en uitvoering van de werkzaamheden in groen worden ondergebracht bij de afdeling stadswerken van de gemeente Oldenzaal (gemeenten waren de grootste opdrachtgevers van Top Craft Groen). • De organisatie en uitvoering van de werkvorm beschut intern wordt opgedragen aan een externe partij. Deze opdracht is gegund aan: Larcom (SW bedrijf uit Ommen). • Het streven is om op termijn de arbeidsmatige dagbesteding samen te voegen met de beschutte interne werkplek WSW, dan wel de nieuwe voorziening beschut uit de Participatiewet. De GR WOT is opgeheven en het uitvoeringsbedrijf Topcraft BV is vanaf 1 januari 2014 gefaseerd afgebouwd. Eerst de detacheringstak, daarna groen, tot slot beschut werken. Bij de overheveling zijn ook de leidinggevenden meegegaan. Per 1 januari 2015 is Topcraft BV volledig opgeheven.
Overwegingen
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf)
Belangrijke overweging voor opheffing van Topcraft was de behoefte van gemeenten om meer sturing te krijgen op de uitvoering van de SW. De gemeente blijft verantwoordelijk voor de Sw-ers, maar wil ze niet rechtstreeks in dienst van de gemeente nemen.
Doorontwikkeling van de nieuwe stichting en het verlagen van financiële lasten hebben de focus van de gemeente Oldenzaal.
Overwegingen bij de opheffing waren: • De drie gemeenten in de GR wilden ieder op een eigen manier vorm geven aan de uitvoering van de sociale werkvoorziening; • Het krijgen van meer regie op de uitvoering van de WSW; • Het idee dat de gemeente met het eigen klantmanagement en de eigen werkgeversbenadering zelf de klanten uit de p-wet kan begeleiden naar werk; • Lagere financiële lasten. De nieuwe stichting valt onder de gemeente, waardoor deze enerzijds heel dichtbij gehouden kan worden, maar anderzijds zijn de medewerkers niet in dienst bij de gemeente. Vrees was dat medewerkers zich dan teveel vereenzelvigen met de gemeente en hierdoor minder flexibel zijn in te zetten.
Een uitdaging voor de gemeente is de doorontwikkeling van de nieuwe stichting. Ze zijn eigenlijk pas net begonnen, waardoor alles nog goed ingeregeld moet worden. Naast het door ontwikkelen van de nieuwe stichting ligt er vooral een financiële uitdaging/risico. Het financieel tekort mag niet groter worden. De opbrengst van medewerkers in detachering en groen wil de gemeente omhoog krijgen. Daarnaast wil de gemeente de medewerkers van beschut werken ontwikkelen en laten uitstromen naar werk buiten.
De aanbesteding van het beschut werken was nog een flinke klus volgens de gemeente Oldenzaal. Onbekendheid met de materie zorgde ervoor dat er veel uitgezocht moest worden. Uiteindelijk is Oldenzaal tevreden met het resultaat. Het gemiddelde kosten per SW-er zijn lager dan in de oude situatie.
Het liquidatieproces heeft positief uitgepakt. Op dit moment is men nog bezig met het verkopen van de inventaris en het gebouw. Hier zijn wel wat opties voor, waardoor Oldenzaal positief is over de verdere afhandeling. Doordat Topcraft in 2014 nog bestond zijn daar nog wat HRM-taken belegd. Dit zou de gemeente niet weer zo doen. Enerzijds wordt het bedrijf afgebroken, anderzijds moeten medewerkers met nieuwe dingen bezig zijn. Dit is voor sommige mensen lastig. Nu wordt gekeken of Larcom deze taken kan uitvoeren.
7
Baanstede Gekozen scenario in 2012 Afbouwen tot bedrijf voor beschut werken Bij Baanstede werken 1020 mensen, dit zijn ongeveer 860 fte Sw-ers
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Overwegingen
Strategie van vervreemding stokt doordat er geen marktpartij wordt gevonden voor detachering.
Afbouw strategie blijft gehandhaafd. Gemeenten denken na over alternatieve positionering voor detachering en groen .
Bij vervreemding van bedrijfsonderdelen behouden SWmedewerkers hun SW-aanstelling (bij de GR). Ze worden dan gedetacheerd naar de marktpartijen aan wie de activiteiten vervreemd worden. In het transitieplan is voorzien dat ook de detacheringsactiviteiten (zowel bestaande detacheringen als detacheringen naar de vervreemde onderdelen) door een marktpartij worden uitgevoerd. Deze opdracht voor detachering is destijds gegund aan een marktpartij die snel daarna failliet ging. Gemeenten willen nu zelf de detachering gaan doen vanaf 2016. Tot die tijd blijft Baanstede detacheren. De staf van Baanstede werd afgeslankt met het oog op uitbesteding van detachering. Dit wordt nu tijdelijk teruggedraaid.
Er is geen marktpartij gevonden die tegen de voorwaarden van de gemeenten in de GR de detachering uit wil/kan voeren. Daarom kiezen gemeente er nu voor om de detachering zelf uit te gaan voeren. Mogelijk als onderdeel van de gezamenlijke werkgeversdienstverlening. Onderdeel hiervan zal de bemiddeling naar garantiebanen zijn, wel of niet met inzet van detachering (afhankelijk van wat werkgevers willen: het risico uitsluiten of lagere kosten).
Baanstede bestaat uit ongeveer 1020 mensen (dit zijn zo’n 860 fte aan WSw-ers). Naar schatting 1/3 van de omzet van Baanstede zijn gemeentelijke opdrachten. Met name in het groen. Daarnaast zijn er incidentele gemeentelijke opdrachten in digitalisering. Tot ongeveer 3-4 jaar geleden deed Baanstede ook leer-werktrajecten voor Wwb’ers. Dit is stil komen te liggen door afname van de reintegratiebudgetten. Vervreemden van het hele groenbedrijf aan een marktpartij is niet haalbaar, omdat niet alle gemeenten bereid zijn om langjarig opdrachtgaranties mee te geven. Nu worden verschillende opties onderzocht voor groen: deels over naar gemeentelijke groenafdelingen, deels vervreemden aan een marktpartij, en/of deels in stand houden als afgeslankt groenbedrijf van Baanstede. Hier is nog geen besluit over genomen. Er wordt onderzocht hoe de functie (nieuw) beschut werken uitgevoerd gaat worden. Combineren met dagbesteding of combineren met werkervaringsplekken voor de bredere doelgroep van de P-wet wordt overwogen. De verwachting is dat Baanstede in de toekomst een negatief resultaat blijft boeken. Dit komt met name door de loonkosten. Deze zijn ver boven het landelijk gemiddelde: € 3000,- per fte. Dit is het gevolg van het in het verleden gevoerde personeelsbeleid. De hoop bij gemeenten is dat met een andere bedrijfsvoering (vervreemding) het gat dat ontstaat (door teruglopende subsidies) gedicht kan worden. In de praktijk blijkt dit minder makkelijk.
Het Werkgeversservicepunt (WSP) is een draaipunt in de contacten met werkgevers. Baanstede heeft, op basis van zijn track record in het verleden, niet de positie om in de regio de strategische partner voor gemeenten te zijn. Baanstede is één van de uitvoerders binnen het WSP. Volgens Baanstede zouden ondernemers juist wel positief staan tegenover intensievere samenwerking met Baanstede. Vervreemden van het groenbedrijf is alleen mogelijk als gemeenten opdrachtgaranties mee willen geven aan de marktpartij. De twee grootste gemeenten verwachten dat het goedkoper is om WSw-ers zelf aan te sturen en willen ze opnemen in het eigen groenbedrijf. Deze optie past niet alle gemeenten in de GR omdat niet alle gemeenten een eigen uitvoeringsafdeling voor groenonderhoud hebben. Een aandachtspunt volgens Baanstede is de aanname dat zelf aansturen van de groenmedewerkers goedkoper is. Dat wordt nu onderzocht. Daarnaast hebben gemeenten geen ervaring met de bedrijfsvoering van detachering. Denk daarbij met name aan de financiële risico’s als WSw-ers (tijdelijk) geen werk (meer) hebben, geen inkomsten meer genereren, maar wel salaris ontvangen. Baanstede is een GR, waarin alle deelnemende gemeenten een gelijke stem hebben. Voor de detacheringsactiviteiten is nog niet besloten of hiervoor een aparte organisatie wordt opgericht. Een gedeeld werkproces van de gemeenten lijkt wat licht, maar er lijkt bestuurlijk ook weinig animo voor nieuwe GR.
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf) Vermaatschappelijken van de dienstverlening Het oogmerk van vervreemding van bedrijfsonderdelen is tweeledig: efficiëntere uitvoering én WSW-medewerkers werken onder meer reguliere omstandigheden. Het vervreemden van bedrijfsonderdelen draagt in ieder geval bij aan het werken in een meer reguliere omgeving. Risico: Baanstede heeft gemerkt dat het onzeker is óf en onder welke voorwaarden bedrijfsonderdelen vervreemd kunnen worden. Doordat niet kan worden overgegaan tot overdracht moet een onderdeel draaiende gehouden worden. Ondertussen weten werknemers dat er wellicht een einde komt aan hun werkplek of dat hun werkzaamheden er anders uit gaat zien. Dit creëert onrust. Daarnaast kan je als SW-bedrijf geen nieuwe opdrachten aannemen. Risico: De verwachte besparingen als gevolg van afbouw van Baanstede vallen tegen in de ogen van de gemeenten. De afbouw van de organisatie Baanstede gaat niet gepaard met een evenredige afname van het tekort. Dit komt door (tijdelijke) schaalnadelen en de gelijkblijvende salariskosten van WSw-ers bij detachering van WSw-ers naar vervreemde bedrijfsonderdelen. Op de bedrijfsvoering is 1,5 miljoen bezuinigd. Vraag aan de gemeenten is wat zij strategisch gezien willen met de participatiewet. De infrastructuur die ontstaat door natuurlijk verloop WSW kan gebruikt worden voor p-wet. Financieel gezien is er volgens Baanstede een punt aangebroken dat extreme maatregelen nodig zijn. Bijv. met cao partijen aan tafel over reduceren van de loonkosten. Volledige afbouw is ook een scenario, waarbij ook de Sw-ers in beschut werken worden gedetacheerd. Uitdaging: De gemeente Zaanstad zoekt naar mogelijkheden om in het hele sociale domein de dienstverlening dichter bij de burger te organiseren. Daarbij gebruik makend van bestaande private en maatschappelijke initiatieven. “Uitzendbureaus staan dichter bij burgers dan het Werkplein. We willen marktconcepten benutten om garantiebanen te realiseren. We willen niet overal publieke voorzieningen voor creëren, maar vaker de rol spelen van initiator: partijen bij elkaar brengen. He SW-bedrijf is daar één van de spelers in”. Risico: gezamenlijke koersbepalen door de negen gemeenten is lastig door verschillen in grootte en omstandigheden.
8
Inclusief Groep Gekozen scenario in 2012
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Netwerkorganisatie voor sociale ondernemi ngen (alleen voor WSw-ers)
De Inclusief Groep is de uitvoeringsorganisatie voor de WSW. Om de bedrijfsvoering te verbeteren zijn kleine reorganisaties doorgevoerd (minder overhead). Focus op vier (winstgevende) bedrijfsonderdelen.
Bij Inclusief Groep werken zo’n 950 Sw-ers.
Inclusief Groep (IG) bestaat uit 950 WSw-ers. Hiervan zijn 100 personen afkomstig van een partnerorganisatie die specifiek de doelgroep blinden en slechtzienden met een SW-indicatie bedient. In 2013/2014 is er in samenspraak met de gemeenten gekozen het bedrijf te positioneren als een netwerkorganisatie van sociale ondernemingen. De verschillende bedrijfstakken zijn organisaties op zichzelf. Er is ten doel gesteld om winstgevende activiteiten te behouden en overige activiteiten af te stoten. Afgelopen jaren voor 4 specialismen gekozen waar IG goed in is: groen, schoonmaak, post en detachering. Andere onderdelen zijn vervreemd, zoals houtbewerking en detachering van een groep van 15 schilders. De afdeling verpakking en montage leidt verlies. IG zou deze afdeling eigenlijk moeten afstoten, maar dit doen ze niet. Reden hiervoor is dat de afdeling een belangrijke werkplek vormt voor een groep WSw-ers die anders nergens terecht kan. Ze kijken nu hoe ze het verlies kunnen verminderen. Zo zijn 100 van de 230 personen in een Flexpool gezet. Door de Flexpool probeert IG mensen flexibel inzetbaar te krijgen. Er zijn een aantal joint ventures aangegaan. Strategische samenwerkingen die inmiddels goed lopen (winstgevend). Ze hebben de afgelopen jaren continue kleine reorganisaties doorgevoerd om de efficiëntie te vergroten. Zo is de overhead teruggebracht: van 3 bv’s naar 1 bv gegaan. Hierdoor kon een directeur weg. In het verleden kreeg IG veel re-integratie-opdrachten van gemeenten, maar zo’n 3 jaar geleden is dit gestopt. De regio waar IG werkzaam is bestaat uit verschillende kleine gemeenten. Er is wel een GR, maar de gemeenten lijken meer autonomie te willen, de samenwerking verloopt niet soepel. De indruk is dat de gemeenten er daarom voor hebben gekozen Wwb’ers zelf te plaatsen en geen gebruik te maken van de infrastructuur van Inclusief Groep. Gem. Nunspeet geeft aan dat sommige gemeenten meer willen kunnen sturen.
Overwegingen
Totdat gemeenten anders bepalen continueert Inclusief Groep de koers die vorig jaar is gekozen: netwerkorganisatie met focus op 4 winstgevende bedrijfsonderdelen. Door gemeenten wordt nu een onderzoek uitgevoerd naar de toekomst van het SW-bedrijf en naar marktkansen. Het onderzoek is in mei afgerond. Scenario’s zijn o.a. • Vervreemding/verkopen; • Inzetten van IG bij uitvoering van de P-wet IG heeft een sterke voorkeur voor de laatste optie. De overwegingen daarvoor zijn: • IG biedt de mogelijkheid aan mensen om werkervaring op te doen • Door mensen een arbeidscontract te bieden IG bijdragen aan schadelastbeperking op het uitkeringsbudget; • Door inzet van mensen op participatieplekken of stageplaatsen kan ook op langere termijn het bedrijfsresultaat positief blijven. Samengaan van het SW-bedrijf met de Sociale Dienst(en) wordt door IG niet wenselijk geacht, omdat er dan verambtelijking zou kunnen optreden. De gemeente Nunspeet heeft een voorkeur voor het door ontwikkelen van IG waarbij IG het werkbedrijf wordt voor de bredere doelgroep van de P-wet. Huidige bedrijf niet vernieuwen is niet houdbaar. De overwegingen zijn: • Kosten van vervreemden onderdelen/opheffen en zelf organiseren. • Ondanks opheffen WSW blijft er een groep mensen die hulp nodig heeft bij arbeid. • Risico’s voor het oude bestand. Privaat bedrijf kan failliet gaan, waardoor WSw-ers geen werk meer hebben (maar wel hun arbeidscontract behouden). • IG is goedlopend bedrijf, met goede contacten en goede infrastructuur waar gemeente gebruik van kan maken. • Beperking van het aantal publieke uitvoeringsorganisaties. • Daadwerkelijk realiseren van extra banen voor garantiebanen is nog onzeker. Als een meerderheid van de gemeenten koerst op vervreemding/opheffing, dan is Nunspeet te klein om zelf met IG verder te gaan. Vervreemding van bedrijfsactiviteiten aan een private partij heeft als voordeel dat er geen bedrijfsrisico meer gelopen wordt. Maar de sturingsmogelijkheden worden ook kleiner.
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf) Zowel Inclusief Groep als gemeente Nunspeet zien financiële risico’s bij vervreemden/opheffen IG. Kans: De p-wet biedt de mogelijkheid om het SW-bedrijf opnieuw uit te vinden. Er zouden volgens IG zeker mogelijkheden zijn om dit vorm te geven, het SW-bedrijf als zakenpartner. Doordat er sprake is van verschillende gemeenten, acht IG een werkbedrijf op afstand van de gemeente, waarbij het SW-bedrijf met elke gemeente een contract afsluit, het meest efficiënt. Dan kan iedere gemeente zijn eigen wensen in het contract vastleggen. Zij kunnen zo zelf sturen op hoe zij het willen organiseren in de eigen gemeente, terwijl de infrastructuur van IG behouden blijft. Risico: IG is een goed lopend bedrijf. Mochten de gemeenten niet met IG verder willen gaan, dan kan het waarschijnlijk goed verkocht worden. Een risico acht IG hierbij dat gemeenten verlies kunnen leiden doordat zij wellicht minder kennis in huis hebben/ minder contacten hebben met ondernemers. Daarnaast zijn er nog frictiekosten. Huidige medewerkers dienen gedetacheerd te worden, tarieven sluiten niet aan bij zakkende subsidies. Risico: Meerdere gemeenten als aandeelhouder maakt besluitvorming soms moeilijk. Er is met de WWNV al eens gesproken over het vergroten van de samenwerking. Toen zijn de gemeenten er niet uitgekomen. Nu gaat P-wet mogelijk afzonderlijk uitgevoerd worden door de gemeenten, zonder GR. Gemeenten hebben voor hun gevoel te weinig sturing op het SW-bedrijf. Er zijn echter vraagtekens vanuit Nunspeet of de kosten en consequenties van het vervreemden van onderdelen/opheffen van het SW-bedrijf helder zijn. Er liggen ook kansen op samenwerking met zorginstellingen (dagbesteding), maar dit komt nog niet erg van de grond. Zorginstellingen zijn volgens IG druk met reorganiseren en nieuwe koers bepalen, hierdoor hebben andere zaken meer prioriteit. IG geeft aan dat er wel mogelijkheden zijn: zij bieden werk, de instellingen bieden begeleiding.
De samenwerking is moeilijk van de grond te krijgen. Sommige kleine gemeenten neigen naar andere grote gemeenten in de buurt.
9
Hameland Gekozen scenario in 2012
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Overwegingen
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf)
Rol: werk voor WSw-ers organiseren.
De in 2010 geformuleerde strategie is in 2014 voor een groot deel gerealiseerd.
De strategie anno 2015 is om de nieuwe doelgroep P-wet door de sociale dienst te laten detacheren.
Gemeenten willen beter kunnen sturen op het resultaat van de uitvoering van de Participatiewet.
Bedrijfsstrategie: bedrijfskosten verlagen door onderdelen te vervreemden of joint ventures te vormen voor bedrijfsonderdelen
De omslag van productiebedrijf naar detacheringsbedrijf is succesvol verlopen en heeft ook geleid tot verbetering van het financiële resultaat. Er zijn twee joint ventures gevormd (schoonmaak en groen). De rest van de bedrijfsonderdelen is vervreemd, een deel van de mensen is meegegaan. 1000 mensen werken nu buiten Hameland. 500 mensen werken in een beschutte omgeving in het eigen werkbedrijf. Hierdoor is het tekort op de uitvoering van de SW minder dan de helft van de oorspronkelijke begroting.
De overwegingen voor de strategie van 2010 waren: de overtuiging dat marktpartijen betere bedrijfsresultaten kunnen behalen dan een SW-bedrijf. De Sw-ers van Hameland zijn bij ruim 170 verschillende werkgevers aan het werk. Het principebesluit om de uitvoering van de P-wet desondanks niet bij Hameland onder te brengen is ingegeven door: • Gemeenten vinden dat ze te weinig grip hebben op het bedrijf Hameland. SDOA wordt meer beleefd als organisatie ván de gemeenten; • Het gegeven dat er nu veel geld uit het P-budget naar het tekort op de uitvoering van de WSW gaat; • Twijfels of alle activiteiten die Hameland nu uitvoert (diagnose, jobcoaching e.d.) nodig zijn in de huidige omvang; • SDOA heeft een team marktbewerking dat succesvol is bij het matchen van Wwb-ers op basis van een lokaal netwerk; • Creëren van één continuüm in de uitvoering van de Particpatiewet.
Belangrijke kans voor gemeenten is dat zij beter kunnen sturen op de uitvoering van de P-wet (incl. de huidige WSW).
Er werken 1000 mensen buiten Hameland en 500 mensen in een beschutte omgeving in het eigen werkbedrijf.
Het bestuur van Hameland heeft besloten om uiterlijk 1/1/17 Hameland op te heffen. Vier van de vijf gemeenten hebben het principebesluit genomen om de Participatiewet in zijn geheel uit te laten voeren door de regionale Sociale Dienst Oost Achterhoek (SDOA).Hameland zal worden opgesplitst in een ontwikkelbedrijf dat ondergebracht wordt bij SDOA en een werkbedrijf (voor beschut werken). Gemeenten onderzoeken nu wat nodig is om de Participatiewet uit te voeren. Gemeenten denken nog verschillend over welke voorziening nodig is voor beschut werken: handhaven en benutten als overloop-voorziening voor gedetacheerden die tijdelijk geen werkplek hebben? Of afbouwen en de bovenkant van beschut werken detacheren en de onderkant naar arbeidsmatige dagbesteding brengen?
Het is nog onzeker of de detachering van WSw-ers ook echt goedkoper wanneer dit uitgevoerd wordt door SDOA. Dit wordt nu onderzocht. Een risico is dat in het transitie-proces niet goed samengewerkt wordt tussen Hameland en de gemeenten. Een risico is dat er expertise van Hameland verloren gaat.
Er wordt op dit moment een onderzoek gedaan welke functies en expertises nodig zijn voor uitvoering van de Participatiewet en wat daarvan de kosten zijn. Het SW-bedrijf uit twijfels bij de vraag of de sociale dienst in staat is om detachering goedkoper uit te voeren dan Hameland nu en meldt dat werkgevers in de regio een voorkeur hebben om zaken te doen met Hameland. De juridische vorm is een GR. Vier van de partners in de GR Hameland zijn partner in de GR SDOA. Bij overgang van activiteiten zou één gemeente een inkoop-relatie aangaan met de SDOA.
Hameland heeft de ambitie om alle WSw-ers te detacheren en ziet het eigen werkbedrijf alleen als een overloopvoorziening voor gedetacheerden die tijdelijk geen werkplek hebben.
10
Wezo Gekozen scenario in 2012 Breed werkbedrijf Er zijn bij Wezo ongeveer 856 SE WSw-ers aan het werk.
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Overwegingen
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf)
De strategie van Wezo was doorontwikkeling en het vormen van joint ventures met zorginstellingen.
Zwolle is opnieuw koers aan het bepalen en gaat het komende jaar onderzoeken welk scenario het beste past. Wezo heeft de voorkeur voor een breed participatiebedrijf op afstand van de gemeente. Zwolle heeft aangegeven voornemens te zijn om per 1 januari 2016 op te houden met de GR en voor 100% aandeelhouder te worden van Wezo NV.
Ontwikkeling zichtbaar waarbij gemeenten door bezuinigingen focussen op eigen gemeente. Verwachting is dat de blik door afspraken over regionale uitvoering van de garantiebanen er op termijn weer meer regionaal gedacht wordt.
Wezo profileert zich als breed werk- en arbeidsontwikkelingsbedrijf. Tegelijkertijd wil Wezo zoveel mogelijk een normaal bedrijf zijn. Naast WSw-ers (856 SE), zijn er Wwb-ers, personen in reclassering en tbs-patiënten via Wezo aan het werk. De afgelopen jaren zijn er joint ventures gestart met twee AWBZ instellingen voor aansluiting met dagbesteding. Personen met een zelfde profiel op psychosociale problematiek werken daar samen. De gemeente Zwolle wilde dat Wezo zou koersen op zoveel mogelijk detacheren en reintegratietrajecten. Van alle medewerkers is de helft gedetacheerd en de andere helft werkt beschut. Er zijn drie terreinen waar de medewerkers binnen werkzaam zijn: voeding, verpakking en een metaalafdeling. Gemeenten zijn op dit moment terughoudend met het verstrekken van re-integratieopdrachten aan Wezo vanwege de onzekerheid over de besteding van het P-budget. Wezo is naar eigen zeggen redelijk succesvol geweest de afgelopen jaren door altijd op zoek te zijn naar commerciële kansen. Wezo blijft uit de rode cijfers dankzij bijdragen van de gemeenten aan de exploitatie.
Wezo heeft zich het afgelopen jaar voorbereid op verschillende toekomstscenario’s. In samenwerking met een adviesbureau heeft Wezo business cases ontwikkeld. Dit waren: 1. Afbouw van activiteiten. Op den duur de activiteiten staken en het bedrijf opheffen. Eventueel commercieel rendabele onderdelen worden bij de gemeente ondergebracht. 2. Wezo wordt gezien als beschut werkbedrijf en dat blijven ze. 3. Ze ontwikkelen zich als Wezo Participatiebedrijf. (Strategie 3: breed werk- en reintegratiebedrijf voor de hele doelgroep van de P-wet én deel van de WMO). De laatste optie was de enige die een positief financieel resultaat zou opleveren. Deze optie had de voorkeur van Wezo. Dit voorstel is begin 2014 ingebracht bij de gemeenten. Wezo kent 5 gemeenten/aandeelhouders. Daarvan is Zwolle verreweg de grootste. De gemeente Dalfsen heeft 1,5 jaar geleden aangegeven uit de GR en NV Wezo te willen stappen omdat ze kiezen voor lokale uitvoering van de P-wet. De vraag die toen werd voorgelegd was of Zwolle de enige aandeelhouder zou willen worden. Alle vijf de gemeenteraden hebben positief gereageerd op dit voorstel. Op dit moment bevinden de gemeenten zich in het proces om tot een akkoord te komen. De verwachting is dat dit aankomende zomer gerealiseerd is en dat vanaf 1 januari 2016 Zwolle de volledige eigenaar is van Wezo NV. Dan wordt ook de GR opgeheven. De gemeenten zien als voordeel dat op deze manier afscheid genomen kan worden van een dubbele bestuursstructuur. De komende maanden laat Zwolle een onderzoek uitvoeren om te bekijken welke opties de gemeente heeft. Hierbij gaat de aandacht uit naar mogelijkheden voor samenwerking en de kansen wat betreft overlap van activiteiten. Het onderzoek moet handvatten bieden aan de gemeenten om een nieuwe strategie te bepalen voor Wezo. Mogelijke scenario’s die uit het onderzoek naar voren kunnen komen: • Doelgroep WSW op wijkniveau/ in de eigen wijk inzetten om zodoende verbinding te zoeken met andere ontwikkelingen in het Sociaal Domein. • De re-integratie –activiteiten van de sociale dienst en het sw-bedrijf samenvoegen in één organisatie. Op dit moment is er geen voorkeur uitgesproken voor een bepaald scenario. Doel van de nieuwe strategie moet zijn dat de gehele re-integratie zo efficiënt mogelijk wordt neergezet en hierbij bepalen, vanuit ontwikkelingen in de doelgroep, middelen en capaciteit, welke activiteiten/opdrachten nodig zijn.
Risico: Wezo ziet als mogelijk risico dat de markt erg gefragmenteerd raakt wanneer alle gemeenten zelf de participatiewet gaan uitvoeren en er hierdoor niet gebruik wordt gemaakt van bestaande regionale infrastructuur of de commerciële relaties van Wezo. Dit kan uiteindelijk ten koste gaan van kwaliteit van arbeidsplaatsen en het leveren van maatwerk aan de doelgroep. Ontwikkeling: Wezo herkent de beweging dat gemeenten zich op dit moment richten op de eigen situatie. O.a. ingegeven door bezuinigingen en/of tekorten in het gehele sociale domein. Kans: Verwachting van Wezo is dat er op middellange termijn weer meer regionale blik ontstaat door o.a. het gesprek met sociale partners over de invulling garantiebanen. Dit wordt immers op regionaal niveau (in het Regionaal Werkbedrijf) georganiseerd.
Concern voor Werk Gekozen scenario in 2012 Breed werk/ re-integratie bedrijf Er werken ongeveer 600 Sw-ers bij Concern voor Werk.
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Een deel van de voorgenomen aanpassingen zijn doorgevoerd: fusie met Perspectief BV en het oprichten van een nieuwe organisatie waar de re-integratieactiviteiten van de Sociale Dienst en een deel van de werkcoaches van Concern voor Werk samenwerken. Voorgenomen strategie en stand van zaken: 1. Perspectief BV (het lokale leer/werk bedrijf van de gemeente Lelystad) is in de zomer van 2013 opgegaan in Concern voor Werk. 2. In 2013 is het Werkbedrijf gerealiseerd, maar in plaats van een stichting is voor een BV gekozen. Het nieuwe werkbedrijf is een fundamentele wijziging doordat deze samenwerking buiten de GR IJsselmeergroep valt. Concern voor Werk NV is de uitvoeringsorganisatie voor de GR. Concern voor Werk is als het ware opgesplitst in een uitvoeringsorganisatie voor de WSW en een deel dat opgegaan is in het Werkbedrijf. Omdat het SW-deel slinkt ontstaat er ruimte voor het werkbedrijf om de vrijgekomen infrastructuur te benutten. 3. Arbeidsmatige dagbesteding samenvoegen met Concern voor Werk: dit is (nog) niet gerealiseerd. 4. Gezamenlijke backoffice: is op dit moment nog niet gerealiseerd. Er zijn gesprekken gevoerd tussen Lelystad, Almere en Dronten, maar deze zijn vastgelopen. Lelystad verkent nu of een gezamenlijke backoffice mogelijk is met de Noordoostpolder/Urk. De opdrachten aan Concern voor Werk /Werkbedrijf blijven dezelfde als voorheen: groen, schoonmaak en dienstverlening in breedste vorm: voorlichting, buurtonwikkeling. De opdrachten vanuit de gemeenten nemen toe, omdat het Werkbedrijf dichter bij de gemeente staat en er daardoor meer vertrouwen is in de activiteiten. Aantal Sw-ers bij Concern voor Werk ligt rond de 600. Het hele bestand met klanten met een korte afstand tot de arbeidsmarkt die nu begeleid worden door het Werkbedrijf (loonwaarde 50% tot 80%) bedraagt zo’n 600700 mensen. Rond de 300 daarvan hebben inmiddels een verloningstraject of werkervaringsplaats. Met de komst van de participatiewet/garantiebanen wordt overwogen om ook de groep met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt te bedienen (vanaf een loonwaarde van 30%). Boven de 80% loonwaarde worden geen instrumenten ingezet (Workforce).
Overwegingen
De huidige strategie wordt als succesvol beschouwd en wordt daarom gecontinueerd. Overwegingen bij de plannen van 2012 waren: de teruglopende WSW-subsidies leiden tot een langlopend sterfhuistraject. Door de combinatie van het SW-bedrijf met re-integratie activiteiten wordt het tekort kleiner. En er wordt gebruik gemaakt van de bestaande infrastructuur, waardoor er minder frictiekosten zijn. De ervaringen met het nieuwe Werkbedrijf zijn positief. De samenwerking tussen de werkcoaches van Concern voor Werk en de re-integratieconsulenten van de gemeente verloopt beter dan verwacht. En wordt sneller geschakeld als de werkcoaches van Concern voor Werk een signaal geven voor een handhavings- of maatregelentraject. Als iemand afspraken niet nakomt, kunnen zij daar gelijk op acteren. Het werkbedrijf heeft het afgelopen jaar een hoge uitstroom weten te realiseren. Door de fusie heeft het werkbedrijf de beschikking over een belangrijk stuk van participatiebudget. Door voor de uitvoering van de p-wet gebruik te maken van infrastructuur van het SW-bedrijf, hield het werkbedrijf vorig jaar 10% over van het participatiebudget. Het resultaat van het werkbedrijf was daarmee positief, het SW-bedrijf draaide quitte. Voor de gemeente geldt dat er meer mogelijkheden zijn tot sturing. Het werkbedrijf is een samenwerking tussen Lelystad en Concern voor Werk en valt daarmee buiten de GR. Het staat daardoor dichter bij de gemeente. De gemeente en Concern voor Werk hebben de afgelopen jaren voor de WSW-tak strak gekeken naar huisvesting. Zoveel mogelijk panden zijn verkocht en alle activiteiten zijn ondergebracht in één pand. In het pand bevinden zich zowel Concern voor Werk, praktijkonderwijs, VSO en het werkbedrijf. Nu de meeste kapitaalgoederen zijn afgestoten, Lelystad samenwerkt met Concern voor Werk in een eigen Werkbedrijf en het SW-bedrijf krimpende is, rijst de vraag of er verder gegaan moet worden met de GR IJsselmeer. Noordoostpolder heeft ook zijn eigen werkbedrijf. Urk doet met Noordoostpolder mee en bij Zeewolde gaat het maar om zo’n 10-12 WSw-ers. Dit onderwerp staat voor komend jaar op de agenda van de gemeente Lelystad.
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf) De combinatie van onduidelijkheid vanuit de overheid, de noodzaak tot regionale samenwerking en het gebrek aan werk voor de onderkant van de arbeidsmarkt maakt het onderwerp garantiebanen lastig in te schatten/vorm te geven en hiermee risicovol. Uitdaging: De verschillende administratiesystemen van gemeente en Concern voor Werk vormen een uitdaging. Het is tot op heden niet gelukt om dit samen te brengen. Risico: Het invullen van de garantiebanen. Altijd gedacht: lokaal wat lokaal kan en regionaal wat aanvullend is. Maar garantiebanen kennen een andere systematiek, zijn niet gericht op uitstromen, hebben blijvend ondersteuning nodig en de loonkostensubsidie wordt vergoed uit het inkomensdeel. Lelystad kent hoge werkeloosheid. Veel mensen die niet al te hoog zijn opgeleid (MBO 2 niveau) werkten eerst ergens anders (forenzen), maar zijn door werkloosheid op de eigen gemeente aangewezen. MBO-functies zijn ook aan het verdwijnen, waardoor verdringing aan de onderkant van de arbeidsmarkt ontstaat. Mogelijke kansen hierbij zijn de ontwikkelingen m.b.t. bouw luchthaven Lelystad (6de baan Schiphol) en bouw aan de kuststreek. Uitdaging: door de gezamenlijke huisvesting van Werkbedrijf, Concern voor Werk, praktijkonderwijs en VSO kan de overgang van het (passend) onderwijs naar de arbeidsmarkt soepeler verlopen. Hier is dus actief gekeken hoe aansluiting gevonden kan worden tussen de twee d’s (p-wet en passend onderwijs). De positionering van het SW-bedrijf/Werkbedrijf in het gehele Sociale Domein vormt nog een uitdaging. Het idee was dat er één regeling zou ontstaan voor onderkant van de arbeidsmarkt, maar gemeente Lelystad ziet er vijf: Wwb, WSW, beschut werken, Wajong en arbeidsmatige dagbesteding. De gemeente Lelystad maakt voor de dagbesteding geen gebruik van de faciliteiten van Concern voor Werk. Overwegingen hiervoor zouden kunnen zijn (niet getoetst bij betrokkenen): • Zorginstellingen hebben infrastructuur voor dagbesteding die anders leeg komt te staan; • Te grote afhankelijkheid van één aanbieder (Concern voor Werk).
12
IMpact Gekozen scenario in 2012
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Rol: Breed werkbedrijf,
Breed werkbedrijf, allianties met bedrijven: gerealiseerd. Bedrijfsresultaat verbeterd.
Bedrijfsstrategie: allianties met bedrijven
In 2012 hebben de raden van Kampen en Dronten ingestemd met een strategie voor IMpact. Deze strategie is geïmplementeerd en verder ontwikkeld. In 2014 zijn nog enkele nieuwe partners aan IMpact verbonden: postbedrijf, schoonmaakbedrijf, cateraar (in onderzoek). Deze bedrijven nemen de orders over en IMpact detacheert WSw-ers, Wwb-ers en UWV-ers naar deze partner. Dit zijn vooral opdrachten in de markt. IMpact schakelt flexibel met zijn partners en zowel IMpact als de partners bewerken de markt. Voorbeelden van deze samenwerking: Asito schoonmaakbedrijf. Afhankelijk van de vraag profileren de partners zich als: Asito powered by Impact of Impact powered by Asito. Door de allianties groeit de omzet, terwijl de kosten dalen. Dit compenseert de teruggang in de rijkssubsidie.
Bij Impact werken ongeveer 350 Sw-ers
IMpact bedient de mens- en maakmarkt. Er werken 350 Sw-ers en er zijn zo’n 150 Wwb/UWVtrajecten. IMpact detacheert ook Wajongeren en garantiebanen, maar bemiddelt deze groepen ook rechtstreeks naar werkgevers. 45% van de Sw-ers is gedetacheerd. Groen blijft een eigen bedrijf. IMpact voert een deel van het gemeentelijk groenbeheer uit. 1/3 van de groen-omzet komt van private opdrachtgevers. IMpact is naar eigen zeggen succesvol in het uitplaatsen van kandidaten naar regulier werk doordat ze écht werk kunnen bieden om ervaring op te doen. In 2014 is deze keuze ter discussie gesteld door de gemeente Dronten.
Overwegingen
Ingegeven door bezuinigingen heroverwegen Kampen en Dronten hun visie op IMpact. Dronten wil de kosten van de WSW drukken door WSw-ers via het eigen werkgeversnetwerk te bemiddelen naar werk. De gemeente Kampen houdt vooralsnog vast aan het gekozen scenario voor een breed werkbedrijf en overweegt om hier de eigen re-integratie-activiteiten aan toe te voegen. De overwegingen van Dronten: het tekort op de uitvoering van WSW-oud drukt op het p-budget. Daardoor is er onvoldoende geld beschikbaar om de ambitie van de raad uit te voeren: een maatwerkoplossing bieden aan alle doelgroepen van de P-wet. Om te bepalen of er een omvorming van het huidige stelsel nodig is hebben Dronten en Kampen gezamenlijk een business case laten uitvoeren. Wat gebeurt er als je de uitvoering van WSW en p-wet samenvoegt/fuseert? Wat als je het uit elkaar trekt en in de markt weg zet/ opheft? Wat als je als gemeenten afzonderlijk of juist met elkaar optrekt? De voorkeuren van beide gemeenten lijken enigszins verschillend. De gemeente Dronten is succesvol in werkgeversdienstverlening voor de doelgroep Wwb. Daarnaast wil de gemeente Dronten het beslag van de oude WSW-doelgroep op het beschikbare P-budget terugdringen. Ze wil dat doen door via het lokale werkgeversnetwerk WSwers tegen loonwaarde aan het werk te zetten en dit combineren met de begeleiding van de huidige en nieuwe doelgroep van de P-wet naar werk. De gemeente Kampen neigt vooralsnog meer naar behoud van IMpact als uitvoeringsorganisatie. Het belang van Kampen in IMpact is groter: 77% van de WSwers bij IMpact komt uit Kampen. De werkgeversdienstverlening en re-integratieactiviteiten zijn in Kampen veel minder ontwikkeld. Kampen denkt dat ze de expertise, de zakelijke houding, het netwerk bij ondernemers van IMpact kunnen gebruiken om de werkgeversdienstverlening te organiseren. Ze hebben zelf die kwaliteiten niet in huis. Kampen zal dit voorjaar conclusies trekken over de wijze waarop ze de uitvoeringsorganisatie voor de P-wet wil vormgeven. De verwachting is dat gekozen wordt voor benutting van IMpact. IMpact en de gemeente Kampen hebben daarom een voorkeur om door te gaan met het uitvoeren van de in 2012 gekozen strategie. Als Dronten en Kampen een andere route kiezen kan dat gevolgen hebben voor de GR. De WSw-ers zijn in dienst bij de GR. Het bedrijf IMpact is ondergebracht in een stichting. Voor het aangaan van allianties hoeft er niets te wijzigen aan de juridische structuur. Kampen wil, bij voortzetting van de samenwerking met IMpact onderzoeken welke juridische vorm gewenst is. Men wil er enerzijds liever het ondernemerschap van IMpact behouden, maar wil anderzijds ook niet verplicht zijn tot het aanbesteden van de opdracht aan IMpact.
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf) IMpact ziet kansen om zich te profileren als sociaal bedrijf. IMpact ziet kansen zo lang er nog frictie zit in de onderkant van de arbeidsmarkt en mensen zich van A naar B moeten bewegen. Mocht de gemeente Dronten uit IMpact stappen dan biedt dat ook kansen om kosten terug te brengen door sluiting van de vestiging in Dronten. Kampen ziet kansen in de werkgeversbenadering door IMpact. Risico is dat het maken van matches toch niet lukt omdat het niet lukt om het bestand te ontsluiten. Risico volgens de gemeente Dronten is dat als ze koste wat het kost iedereen willen begeleiden (ook zorgklanten) ze niet uitkomen met hun P-budget. Vorig jaar 81 WSw-ers, in 2018 op 71. Het verloop is niet groot, maar het aantal is nog steeds klein. Dronten vraagt zich af of de infrastructuur voor een groep van deze grootte in stand gehouden moet worden. Kan het ook anders? Kijkt daarbij naar eigen organisatie en andere partijen (IMpact is in Dronten niet de enige re-integratiepartner). IMpact ziet ook andere marktkansen: • Arbeidsmatige dagbesteding samen met zorginstellingen • Jobcoaching voor Wajongeren • Re-integratie voor werkgevers, • Handhavingstrajecten, e.d. • Bedrijven helpen om zich te profileren als sociale onderneming
13
IBN Gekozen scenario in 2012
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Breed werk/ re-integratie bedrijf
IBN heeft zich doorontwikkeld naar een werkbedrijf voor de oude SW-doelgroep en de nieuwe doelgroep uit de P-wet.
Bij IBN werken 3000 Sw-ers
In de vorige rapportage stond beschreven dat er over de rol van IBN nog geen definitief besluit was genomen. De insteek was een rol als breed werkbedrijf voor de gehele WWNVpopulatie. IBN is vooralsnog een bedrijf voor Sw-ers. De strategie om een breed werk/reintegratiebedrijf te zijn geldt nog steeds. Er is niet veel gewijzigd aan deze koers. Ze hebben zich altijd geprofileerd als regulier bedrijf met een bijzondere opdracht. Ze hebben dit nog een stap verder gebracht door zich een Social Enterprise te noemen. Het gaat niet enkel om winst, maar er dient ook een maatschappelijke bijdrage te worden geleverd door personen te helpen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Er is sprake van een GR werkvoorzieningsschap. Hierin participeren 11 gemeenten. De gemeenten in de GR hebben de hele uitvoering van de WSW aan IBN opgedragen. Rond 2000-2001 is IBN verzelfstandigd (Holding BV). IBN kan hierdoor een ander belang hebben dan de gemeenten, er zijn echter veel verbindingen. Zo zitten de wethouders W&I in de AB/DB van de GR en zitten er in de raad van commissarissen van IBN zowel wethouders als mensen van buitenaf (bijv. uit bedrijfsleven). IBN is volgens de gemeente altijd een florerend SW-bedrijf geweest. IBN is tevens een grote werkgever in de regio. Er werken 3000 Sw-ers bij IBN, waarvan 1000 uit Oss. IBN wordt op sociaal en financieel vlak als een belangrijke partner gezien door gemeenten die ze niet zomaar willen of kunnen vervangen of opheffen.
Overwegingen
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf)
De strategie anno 2015 is niet veranderd. Door onzekerheden van de Participatiewet hebben zowel gemeente als IBN het afgelopen jaar gewacht met het opnieuw bepalen van de koers van het SW-bedrijf. Komend jaar wordt dit het speerpunt.
Op lange termijn is huidige strategie IBN niet houdbaar omdat de SWdoelgroep krimpt. Hierdoor ontstaat er een urgentie om strategie te wijzigen. Deze wijzigingen zijn politiek erg gevoelig waardoor er een risico bestaat dat besluitvorming moeilijk tot stand komt.
Tweede helft van 2014 is met gemeenten gesproken over de toekomst. De gemeenten hebben twee punten afgesproken:
Uitdaging voor de gemeente en het SW-bedrijf is om de juiste positie te bepalen van het SW-bedrijf voor de toekomst. IBN ervaart dat met de participatiewet het fundament onder het SW-bedrijf is weggeslagen. Wat de WSw-ers betreft is er sprake van een sterfhuisconstructie. IBN ziet zichzelf als Social Enterprise, maar ervaart dat de gemeenten haar soms nog als instelling zien De gemeente was voorheen opdrachtgever, maar nu zouden ze IBN als werkgever moeten zien. Dit gebeurt nog niet altijd.
Op korte termijn (0-2 jaar): Op 1 oktober 2014 is er een pilot gestart om WSW- ers te laten uitstromen (natuurlijk verloop) en mensen uit de participatiewet (Wwb en beschut werk nieuw) op die plekken in te laten instromen. Hier zijn inhoudelijk en financieel regionale afspraken over gemaakt zoals een vast bedrag voor begeleiding. Voor beschut werk is de pilot 2 jaar, voor Wwb 1 jaar met de mogelijkheid van verlenging voor 1 jaar. IBN merkt een verschil tussen de WSw-ers die uitstromen en de Wwb-ers die instromen. WSW was vrijwillig, nu worden mensen meer gestuurd door de gemeente. Hierdoor hebben mensen soms een gebrek aan motivatie. Proefplaatsing voor deze pilot betreft dit jaar gemiddeld 105 fte. Lange termijn (2017): Zonder ingrepen zal IBN krimpen vanwege de uitstroom uit de WSW. Gemeenten moeten de doelgroep WSW-oud wel kunnen blijven bedienen. IBN heeft een goede naam in de regio en wijzigingen doorvoeren kan gevoelig liggen. Met de ervaringen uit die pilot moet er voor 2017 een beslissing worden genomen over de toekomst van het sw-bedrijf. Gemeenten en IBN weten al wel dat de inhoudelijke en financiële afspraken die gemaakt zijn voor de pilots niet door te trekken zijn naar het hele bestand. Om het model haalbaar te maken binnen budget zal er meer dynamiek gecreëerd moeten worden in de groep door ze uit te plaatsen bij externe werkgevers en door de vergoeding voor de begeleiding flexibel te maken. Er wordt ook gedacht over samenwerkingsvormen tussen onderdelen van IBN en sociale diensten. Maar niet alle gemeenten in de GR hebben een eigen sociale dienst. Doordat gemeenten nog koers aan het bepalen zijn heeft IBN geen wijzigingen in de strategie doorgevoerd. IBN is van mening dat zij gezamenlijk, met gemeenten en werkgevers, antwoord moeten vinden op de volgende vragen: • Welke veranderingen zijn er in de doelgroep? • Welke begeleiding is nodig? • Kan voor de mensen met meer verdienvermogen dezelfde werksoorten worden gehanteerd? • Wat zijn de mogelijkheden om kosten te besparen? • We bieden nu activiteiten op het gebied van industrie, detacheren, groen, schoonmaak, verpakken, montage. Waar gaan we in de toekomst onze aandacht op richten?
Risico: Financieel gaat het nog steeds goed met IBN. IBN is voor een deel afhankelijk van WSW-subsidies. Per medewerker wordt dat minder, dit wordt door IBN als spannend ervaren. Zij staan los van de re-integratie van de gemeente, dus ze kunnen geen aanspraak maken op een deel van het participatiebudget. Risico volgens gemeente is dat het wellicht nog moeilijk is bestuurlijk draagvlak te vinden voor wijzigingen t.a.v. organisatie van/opdrachten aan IBN. Hierdoor wordt nu al een bestuurlijk traject opgestart, om te zorgen dat er voor 2017 een gedeelde visie is op de positie van het SWbedrijf in de toekomst. Kans: Doordat IBN een zelfstandig bedrijf is kunnen zij ook besluiten dat zij willen groeien en gaan kijken hoe zij hun vacatures op een andere wijze kunnen invullen/werknemers ergens anders vandaan halen.
Ontwikkelingen Sociaal Domein: Er wordt wel gesproken over de wisselwerking tussen dagbesteding en beschut werk. Arbeidsmatige dagbesteding is niet de missie van IBN, maar ze zijn wel met de gemeente aan het verkennen hoe dit mogelijk toch vorm kan krijgen in de toekomst. Het staat op de agenda van de gemeenten, maar een gedeelde visie op de positie van het SW-bedrijf heeft op dit moment de prioriteit. Je zou kunnen zeggen dat met de WWNV de koers vanuit de overheid duidelijk is geweest. Met pilot merkt de gemeente Oss hoe lastig het is om volledig zicht te hebben op alle veranderingen in het Sociale Domein. Zo zijn er financiële en inhoudelijke afspraken gemaakt voor de pilot met alle gemeenten. Door onduidelijkheden over garantiebanen/quotumwet/no-riskpolis komen deze afspraken op scherp te staan. Eventuele wijzigingen betekent dat er opnieuw onderhandeld moet worden. Gemeente Oss had niet verwacht dat na één maand pilot al gelijk dit soort dilemma’s zouden ontstaan.
14
Tomingroep Gekozen scenario in 2012
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Breed werk/ re-integratie bedrijf
Tomingroep heeft zich doorontwikkeld voor zowel de oude SWdoelgroep als de nieuwe doelgroep uit de P-wet. Regio Almere kiest andere koers dan regio Gooi- en Vechtstreek.
Bij Tomin werken nu ongeveer 1200 Sw-ers.
Tomingroep is een publieke BV in handen van de GR met 11 deelnemende gemeenten. O.a. gemeente Huizen is aandeelhouder. Winsten en risico blijven binnen de BV. Vorig interview was er nog geen knoop doorgehakt over de toekomstige rol van Tomingroep. De voorkeur bij Tomin ging uit naar grotere rol spelen bij het bieden van tijdelijk werk en begeleiding naar de reguliere arbeidsmarkt. Hierdoor zou de infrastructuur van Tomingroep benut blijven. Uiteindelijk is Huizen een jaar bezig geweest met het bepalen van de strategie. Feit is dat zij zowel aandeelhouder en opdrachtgever zijn maakt het soms lastig, sprake van een dubbele pet. Uiteindelijk is bestuurlijk uitgesproken dat het SW bedrijf met eigen werkbedrijf in stand wordt gehouden. Tomingroep geeft aan dat doorontwikkeling van het bedrijf nog steeds van toepassing is. Zeer recent (januari 2015) is besloten de infrastructuur in ieder geval voor de komende 4 jaar te handhaven voor een tweetal zaken: • Werkgeversdienstverlening • Arbeidsontwikkeling. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de gemeenten in de Gooi- en Vechtstreek enerzijds en Almere anderzijds. Voor de Gooi – en Vechtstreekgemeenten verzorgt de Tomingroep (naast WSWplekken) ook arbeidsontwikkeling en werkgeversdienstverlening. Voor Almere verzorgt de Tomingroep (naast WSW-plekken) alleen arbeidsontwikkeling . Almere organiseert de werkgeversdienstverlening zelf. Voor de Gooi- en Vechtstreekgemeenten is een essentiële wijziging van de strategie dat de gemeenten voornemens zijn de werkgeversdienstverlening te integreren met Tomingroep. Opdrachten vanuit gemeenten zijn nog steeds hetzelfde. Breed spectrum: schoonmaak, groen, etc. Zoals altijd de visie is geweest, wil Tomingroep gezien worden als regulier bedrijf. In het vorige rapport werd verwacht dat Tomingroep vanaf 2013 in de rode cijfers zou zitten. Dat is niet het geval geweest. Het resultaat is nog steeds positief. In 2014 tussen 1 en 1,5 miljoen. Er is voldoende eigen vermogen.
Overwegingen
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf)
De strategie anno 2015 is dat Tomin bedrijven zich blijft door ontwikkelen en dat er voor de Gooi- en Vechtstreek een integratie tot stand komt met de werkactiviteiten van de Sociale Diensten. Er is gekozen voor één gezicht naar werkgevers en één pakket aan instrumenten.
De integratie van de werkpoot van Sociale Diensten en de Tomingroep wordt een uitdaging omdat meerdere gemeenten in de nieuwe organisatie vertegenwoordigd dienen te worden.
De voorgestelde koers wijkt niet veel af van de huidige. De enige essentiële verandering is dat de werkgeversdienstverlening voor Gooi en Vechtstreek/Sociale Dienst integreert met Tomingroep. De uitvoering van de inkomensregeling (toekenning en uitkering) blijft bij de gemeenten. Tomingroep wordt met de integratie werkgever van zowel de huidige swdoelgroep als een leer-werkcentrum voor de doelgroep van de p-wet. Terwijl de relatief kleine Gooi- en Vechtstreekgemeenten voor hun werkgeversbenadering naar de Tomingroep kijken, wil de gemeente Almere dit juist zelf doen. Hierbij speelt mee dat Almere zelf flink geïnvesteerd heeft in relatie met werkgevers. Voor de gemeente Huizen geldt dus dat de arbeidsontwikkeling en werkgeversdienstverlening echt samen met Tomin georganiseerd gaan worden. Hier is het besluit al over genomen, maar hoe de vorm en inrichting eruit gaat zien is nog niet duidelijk. Daar wordt nu aan gewerkt. Overwegingen voor de gemeente Huizen voor deze strategie is dat zij één gezicht naar werkgevers willen en één pakket aan instrumenten. Tomin positioneert zich op langere termijn als mensontwikkelbedrijf. Hier wordt nu al aan gewerkt: door de deelnemende gemeenten is aan Tomingroep gevraagd om de komende 2-4 jaar 800 mensen met afstand tot de arbeidsmarkt te helpen. Tomin is preferred supplier van de gemeente Huizen. Het kunnen koppelen van arbeidsontwikkeling aan banen maakt Tomin volgens de gemeente een uniek bedrijf. Personen kunnen aan de slag bij eigen bedrijven van de Tomingroep en bij de werkgeverscontacten van de Tomingroep. In de toekomstvisie blijft de infrastructuur behouden. Uiteindelijk verdwijnt het traditionele SW-bedrijf: er werken nu 1200 Swers met hoge loonkosten. Die groep wordt door de jaren kleiner. Potentiële scenario’s zijn dan vervreemding/privatisering. Maar hier zijn nog geen concrete plannen voor. Om dit uiteindelijk te realiseren is het belangrijk dat het een gezond bedrijf blijft. Dat maakt de kans om het te verkopen groter.
Uitdaging: werkgeversdienstverlening vormgeven voor 10 gemeenten met ieder hun eigen visie op werkgeversdienstverlening. Er komt één organisatie, maar elke gemeenten wil zijn inbreng. Voordat het er zal staan zal dit nog wel wat voeten in de aarde hebben, maar wanneer iedereen het erover eens is verwacht Tomingroep gelijk aan de slag te kunnen gaan. Uitdaging: goede vorm vinden voor de governance van de Tomingroep, nu ze onderscheiden dienstverlening biedt aan de Gooi- en Vechtreekgemeenten enerzijds en Almere anderzijds. Tomingroep wil de bestaande infrastructuur blijven benutten voor de doelgroep van de P-wet. Tomin geeft aan dat de groep tot 40% loonwaarde niet rendeert. Dat zijn mensen voor dagbesteding. Tomin wil zich richten op de doelgroep 40 tot 80% loonwaarde.
Kans: Tomingroep werkt sinds een jaar intensief samen met zorginstellingen. Ze is daarmee nieuwe partner geworden in de overlap tussen arbeidsmatige dagbesteding en beschut werk. Inmiddels zijn er op locaties van Tomingroep mensen in het kader van dagbesteding aan de slag. Dit heeft huisvestingskosten voor de WSW verminderd. Infrastructuur voor werk is bij Tomingroep beter dan bij dagbesteding. Daarnaast missen dagbestedingsplekken vaak schaal om grote projecten op te zetten. Tomin werkt samen met zo’n 7 á 8 zorginstellingen.
15
Paswerk Gekozen scenario in 2012
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Overwegingen
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf)
Breed werkbedrijf
Paswerk: SW-bedrijf en partner voor gemeente Haarlem voor re-integratie
Benutten expertises bij het realiseren van doelstelling: minder mensen afhankelijk van uitkering
Kans: expertises en infrastructuur benutten ook voor nieuwe opgaven. Risico: organisatiebelang domineert.
Bij Paswerk werken 970 Swers.
Paswerk is het SW bedrijf voor de regio Haarlem en omgeving. Paswerk heeft 970 WSw-ers werken. Daarnaast is Paswerk de partner van de gemeente Haarlem en Zandvoort voor alle re-integratie-activiteiten. De eigen re-integratie activiteiten van de gemeente Haarlem zijn overgegaan naar Paswerk. Alle nieuwe opgaven uit de Particpatiewet worden in de ontwikkelfase door Paswerk opgepakt voor Haarlem. In beginsel voert Paswerk vervolgens ook alle taken op het gebied van werk uit. Om Paswerk scherp te houden gaat een deel (20%) van de re-integratiekandidaten naar een marktpartij.
Paswerk was altijd al een belangrijke re-integratiepartner van de gemeente Haarlem. Overwegingen om de re-integratieactiviteiten voor de gemeente Haarlem te concentreren bij Paswerk zijn: • Gezamenlijk sturen op één resultaat: volumereductie • Vermijden dubbelwerk (regie en uitvoering, diagnoses) • Erkennen en benutten van elkaars expertises • Besparing op transactiekosten (geen energie verspillen aan schijn-onderhandelingen en aanbestedingen) • Samen vernieuwen vanuit de praktijk. Er blijft behoefte om de prestaties van Paswerk te vergelijken met de prestaties van andere partijen. Vandaar dat een deel van de klanten begeleid wordt door een andere marktpartij.
Kansen: optimale benutting van expertises van Paswerk en Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) Haarlem. Samen ontwikkelen ze nieuwe dienstverlening en nieuwe aanpakken. Haarlem ziet hierbij ook kansen op nieuw terrein: het hele spectrum van dagbesteding – beschut werken – werken met blijvende ondersteuning.
Juridische vorm: omdat niet alle gemeenten in de GR dezelfde relatie met Paswerk willen hebben, is de re-integratietak ondergebracht in de aparte BV Pasmatch (eigendom van gemeente Haarlem en Zandvoort). De uitvoering van de WSW blijft in de GR. Geldstromen voor WSW en re-integratie zijn nu strikt gescheiden.
Risico: belang van Paswerk om organisatie in stand te houden domineert.
Deze lijn wordt naar verwachting ook doorgetrokken naar nieuwe activiteiten zoals het organiseren van de glijdende schaal van dagbesteding – beschut werken (nieuw). Bedrijfsvoering: Paswerk is breed werkbedrijf met eigen productie en dienstverlening. In het kader van de kadernota komt Paswerk in het voorjaar 2015 met een strategisch plan voor verbetering van de bedrijfsvoering om daarmee het tekort op de uitvoering van de WSW terug te dringen. Er is nog niet vastgesteld aan welke knoppen Paswerk dan wil draaien (van binnen naar buiten, optimaliseren werksoorten, acquireren werk, kosten begeleiding en staf, kosten infrastructuur, verlagen loonkosten SW).
Kans: maximaal het verdienvermogen van mensen, hoe klein ook, benutten. Risico: Paswerk is niet de beste partner voor een bepaald onderdeel. Als de prestaties van Paswerk tegenvallen heeft de gemeente slechts beperkt alternatief.
Het tekort van Paswerk op de uitvoering van de WSW werd deels gecompenseerd door re-integratie-activiteiten voor bredere doelgroep (dekking vaste kosten). Dit wordt nu apart verrekend. Dit past bij de transparante verhouding tussen de GR en de BV. Nieuwe taken (garantiebanen, dagbesteding, beschut werken, ) worden naar verwachting ondergebracht in een BV (niet in de GR).
16
BSW (onderdeel Atea Groep) Gekozen scenario in 2012 Integratie van sociale zaken en Sw bedrijf Bij BSW werken ongeveer 1380 Sw-ers.
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Sociale zaken en BSW-bedrijven zijn opgegaan in één uitvoeringsorganisatie: ATEA-groep. BSW is een gemeentelijke dienst, mens-ontwikkelbedrijf, dat naast de uitvoering van de WSW ook re-integratieactiviteiten uitvoert voor de gemeente Breda. De uitvoeringsdiensten SZW (sociale dienst van de gemeente Breda) en BSW werken samen in één uitvoeringsorganisatie: ATEA-groep. Atea-groep is april 2012 formeel ontstaan. Atea groep is een conglomeraat van juridische entiteiten. Men wilde geen tijd verliezen aan discussie welke rechtsvorm het beste zou zijn. Daarom bestaat de Atea-groep uit meerdere type organisaties: stichting/bv/gemeentelijke dienst. In de Atea groep werken samen: SW-bedrijf, sociale dienst, Stichting wijkgericht werken en Wijkzorg, Thuiszorg (levert verschillende vormen van hulp in de huishouding). Ze hebben met alle drie d’s te maken. De afstand tussen gemeente (in de rol van opdrachtgever) en Atea-groep is niet groot. Alle organisaties zitten in dezelfde straat. Ze hebben met elkaar te maken, gezamenlijke doelstellingen, maar tegelijkertijd wordt ook geprobeerd om diversiteit te behouden. De partners vinden elkaar op kruispunten van werkzaamheden. Dit vraagt om een flexibele opstelling en het managen van diversiteit. De gezamenlijke uitvoeringsorganisatie omvat: • 150 ambtenaren • 1380 sw-medewerkers • 40-50 andersoortig: regulier arbeidsovereenkomst • 800 alphahulpen • 400 cliënten uit allerlei groepen: verstandelijk gehandicapten, praktijkscholen, Wwb • Buiten de muren worden nog 350 – 500 cliënten activering begeleid • Op externe leerwerkplekken werken 170 Wwb’ers. • En in de kaartenbak van de sociale dienst zitten 5000 Wwbers. Daar is gemiddeld eens per maand contact mee.
Overwegingen
Overwegingen voor integratie waren het terugdringen van bureaucratie, ontdubbelen en maximaal benutten van de beschikbare infrastructuur. Het cultuurverschil tussen de verschillende onderdelen was en is een uitdaging. Koers richting bezuiniging/herstructurering. In de praktijk realiseert Breda de beoogde effecten: • Minder bureaucratie • Kortere lijnen • Meer plaatsingen bij reguliere werkgevers • Dubbelingen in de dienstverlening opheffen • Werk heeft prominentere plaats in begeleiding cliënten • Beter benutten beschikbare infrastructuur Het financieel resultaat is goed, net positief. Er is wel een tekort per WSW-plek (€ 400 á 500). Binnen de uitvoeringsorganisatie komen verschillende geldstromen samen. De overweging dat cultuurverschillen stimulerend werken heeft ook een andere kant: BSW stuurt daar actief op. Want welke cultuuraspecten wil je behouden en samenvoegen en van welke wil je af? Verschillen waren groter dan gedacht.
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf) Bij herstructurering ligt er een kans voor vergroten efficiëntie wanneer er meer wordt samengewerkt. Er is een herstructureringsopdracht / bezuinigingsopdracht gegeven aan de Atea-groep. Drie speerpunten: 1. Sw: vormgeven van de herstructurering die als gevolg van de krimp van het aantal Sw-ers; 2. Sz: Breda heeft een tekort op zijn I-deel en het aantal bijstandsklanten zal dus omlaag moeten. Naast slimmer werken zullen daar ook politieke keuzes (over inzet loonkostensubsidie) gemaakt moeten worden. Want de quick wins zijn al wel gerealiseerd. 3. Nieuwe P-wet: hoe komen wij tot invulling van de garantiebanen/het regionaal werkbedrijf? Gaat Breda dat regionaal of lokaal uitvoeren? Het is de insteek van de Atea-groep om steeds meer de regionale samenwerking op te zoeken. Dit stuit soms ook op weerstand. Risico’s/kansen: - In de regio zijn drie Sw-bedrijven met ieder soms kleine afdelingen. Er is mogelijk efficiencywinst te boeken door samenvoeging, waardoor de noodzakelijke sanering beter opgevangen kan worden. - De arbeidsmarkt is regionaal. Benadering vanuit werkgeversservicepunten samen doen, CRM delen biedt kansen. - Benutten van cultuurverschillen: het ondernemende uit de Sw-bedrijven en het formele van sociale zaken. Zo kunnen ook kansen als tijdelijk part time werk benut worden. Nu blijven die vaak nog liggen (omdat de nadruk ligt op de administratieve verwerking van herleving van de uitkering)
In het kader van de verbetering van het bedrijfsresultaat zijn een aantal bedrijfsonderdelen vervreemd: hout, grafimedia (teruggebracht naar een kwart van de grootte die het had). Schilders zijn als eenheid opgeheven, worden nu gedetacheerd.
17
Baanbrekers (voorheen WML) Gekozen scenario in 2012 Integratie SW bedrijf en Sociale Zaken Baanbreker s heeft ongeveer 620 SE Swers.
Daadwerkelijke uitvoering in 2015
Overwegingen
Kansen, risico’s en ontwikkelingen (doelgroep, gemeentelijke financiën en SW bedrijf)
De gekozen strategie is uitgevoerd: WML en ISD-Midden Langstraat zijn gefuseerd per 1-12013. Het nieuwe bedrijf heet Baanbrekers.
De gekozen strategie wordt voortgezet. Er wordt gezocht naar bezuinigingsmogelijkheden binnen Baanbrekers door herinrichting van bedrijfsonderdelen.
De integratie van het SW-bedrijf in het bredere sociale domein vormt een uitdaging. Zo ontstaat de vraag naar aanwezigheid van Baanbrekers in het wijkteam.
De fusie heeft 2 jaar geleden plaatsgevonden en is volledig gerealiseerd. Er is één concept van dienstverlening en een breed aanbod aan activiteiten (detachering, hele productielijnen). Baanbrekers is zowel een goede samenwerkingspartner voor gemeenten, als voor ondernemers. Het succes is zichtbaar door een omzetstijging in 2013 van 5% en in 2014 met 9%. Daarnaast zijn het aantal matches in 2013 toegenomen met 60% en in 2014 met 25%.
Overwegingen bij de fusie waren: 1. Komen tot één proces van dienstverlening; 2. Besparen van kosten. Beide zijn gerealiseerd. Gekozen strategie was ook in lijn met de ambitie in de Wet Werken naar Vermogen om de onderkant van de arbeidsmarkt als één groep benaderen. Daarnaast is positief aan de fusie dat er meer mogelijkheden zijn voor innovatie van de dienstverlening. Er wordt nu samen ontwikkeld.
Kans: Er waren al 35 plekken voor mensen met een verstandelijke beperking, maar Baanbrekers is nu een pilot gestart met een zorgaanbieder om het kijken hoe ze meer mensen met een verstandelijke beperking kunnen activeren. Het komende jaar willen ze ook gaan kijken of ze samen kunnen werken met GGZ-instellingen om voor deze doelgroep plaatsen te realiseren. Uitgangspunt is dat zij het werk regelen en dat de aanbieder de begeleiding organiseert.
De kern van het succes is dat het bedrijf enerzijds door de nieuwe organisatiestructuur korte lijnen heeft met de sociale dienst en daarbij een aantal efficiency-voordelen heeft (één backoffice, één systeem, schotten zijn weg). Anderzijds hangt de kans van slagen af van de mate waarin privaat omzet aangetrokken kan worden. Door een breed aanbod te hebben en maatwerk te kunnen bieden aan de ondernemer, kunnen meer mensen beter geplaatst worden. De gekozen strategie past goed bij de regio. Hiermee wordt bedoeld dat er sprake was van één sociale dienst, een ons-kent-ons mentaliteit waardoor het makkelijk is verbindingen te leggen, daarnaast lukte het redelijk gemakkelijk de belangrijkste spelers (ondernemers) in beeld te krijgen en tot slot verschilde de omvang van de gemeenten niet erg. Opdrachten vanuit de gemeente zijn dezelfde gebleven. Schoonmaak, Catering. Groen medewerkers zijn gedetacheerd/in dienst bij gemeente. Gemeente Heusden hecht daarnaast belang aan Social Return en dat is opgenomen in iedere inkoopopdracht. De invulling van Social Return kan via Baanbrekers. Baanbrekers blijft de aangewezen organisatie voor beschut werk.
Hierbij wordt opgemerkt dat: • Kosten gaan voor de baat uit: de efficiency voordelen van het samenvoegen van de twee organisaties zijn nu merkbaar, maar er moest de eerste 2 jaar ook veel geïnvesteerd worden (bijv. in ICT-systeem, goed functioneren HRM cyclus). • Elkaar vinden in de manier van werken vormt een uitdaging. De werknemers komen uit twee verschillende bedrijfsculturen. Bij Baanbrekers is een interne controller van oud-ISD aangesteld om synergie te creëren. Dit heeft goed gewerkt. Er is nu meer begrip voor elkaar, er wordt beter gescreend. En het over en weer factureren is weggevallen. Eind 2014 is er door Baanbrekers een nieuw strategisch plan ontwikkeld: • De visie van Baanbrekers op werk blijft dezelfde: kijken door de ogen van de ondernemer. Hiervoor is het contact met de ondernemers en het leveren van maatwerk erg belangrijk. • Daarnaast blijft de taal hetzelfde: ze hebben het over werk/maatwerk en mensen, niet over WSW/Wwb/of beperkingen. • Het komende jaar worden de bestaande activiteiten opnieuw tegen het licht gehouden om te bepalen of de bestaande infrastructuur ook voor de mensen uit de participatiewet gebruikt kan worden of dat bepaalde activiteiten moeten worden afgebouwd. Doel is een bezuiniging middels herinrichting van activiteiten. Gemeentelijk dilemma: moeten succesvolle onderdelen nu afgestoten worden of juist niet. Er is daar nog geen besluit in genomen. • Er wordt meer aansluiting gezocht met de regio Tilburg. Lastig hierbij is dat deze wel een scheiding kent tussen WSW/Wwb en Baanbrekers niet. Aanpak van Tilburg met werkgevers is daarmee niet dezelfde als Baanbrekers.
Er werken zo’n 620 SE WSw-ers bij Baanbrekers. Er is nog steeds sprake van een GR. Er is niets veranderd aan de juridische structuur.
Uitdaging: Baanbrekers heeft gemerkt dat de opdrachtformulering vanuit de gemeente erg belangrijk is. Het is met de participatiewet belangrijk dat de gemeenten weer opnieuw gaan nadenken wat ze met de verschillende doelgroepen willen om daar concrete opdrachten voor Baanbrekers te formuleren. Heusden geeft aan dat onderlinge samenwerking tussen de gemeenten een uitdaging is en dat Baanbrekers daar tussenin zit. Door de crisis en bezuinigingen willen gemeenten grip hebben op Baanbrekers. De monitoring van het huidige beleid van de gemeenten is nog niet goed op gang gekomen. Dat kan handvatten bieden om de koers opnieuw te bepalen. Risico: voorheen zat de Sociale Dienst bij de gemeente, nu zit deze meer op afstand. Hierdoor worden strategie en beleid van de gemeente (over bijv. wijkgericht werken) niet meer vanzelfsprekend gedeeld met de Sociale Dienst. Verbindingen moeten opnieuw worden vorm gegeven en dit vraagt ook om proactieve rol van Baanbrekers. Daarnaast is het lastig dat op de verschillende thema’s elke gemeente zijn eigen beleid maakt. Gemeente Heusden geeft aan dat het inderdaad een zoektocht is naar de mate waarin je als gemeenten samenwerkt binnen de decentralisaties. Er is geen blauwdruk voor de decentralisaties binnen het sociale domein. Door bezuinigingen zie je dat gemeenten naar binnen keren. Er is als het ware een tegengestelde beweging gaande. Uitdaging: Na de fusie is de volgende uitdaging het inbedden van Baanbrekers in het sociaal team. Eerst zijn taken centraal belegd (de nieuwe organisatie), maar door het wijkgericht werken in de andere decentralisaties, merk je dat er een roep ontstaat van wijkteams om mensen van Baanbrekers in het team. Dit vraagt weer om een geheel andere werkwijze. Inschatting is dat dit wel iets gaat betekenen in de opdracht naar Baanbrekers, maar daar is de gemeente Heusden nog niet over uit. Kans: door de samenwerking in Baanbrekers hebben de gemeenten een stevige stem in de regio tegenover Tilburg. De afzonderlijke gemeenten zou dit niet lukken.
18
Bijlage A. Respondenten SW-bedrijven
Gemeenten
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Baanstede Baanbrekers Hameland Concern voor werk Wezo IMpact Integrale Bedrijven Noord-Oost Brabant (IBN) Tomin Inclusief groep BSW Bedrijven
Zaanstad (Baanstede) Heusden (Baanbrekers) Achterhoek (Hameland) Lelystad (Concern voor Werk) Zwolle (Wezo) Dronten en Kampen (IMpact) Oss (IBN) Huizen (Tomin bedrijven) Nunspeet (Inclusief groep) Breda (BSW bedrijven) * Oldenzaal (TopCraft)* Haarlem (Paswerk)*
Voor dit onderzoek is gesproken met vertegenwoordigers van de betrokken SW-bedrijven en één van de bij het SW-bedrijf betrokken gemeenten. *) Uitzonderingen hierop zijn: • gemeente Breda: gesprek was niet tijdig in te plannen voor afronding van deze rapportage • Topcraft: bedrijf is opgeheven, daarom alleen interview met gemeente Oldenzaal • Paswerk: SW-bedrijf wilde niet meewerken aan deze verkenning.
19
Feitelijke vragen SP n.a.v. De Ronde 21 april 2015 Onderwerp
: Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA Amfors
Beh. afdeling
: DIR.SL.BSZ
Nr.
1.
Reg.nr.: 4962601
Naam fractie
Vraag
Antwoord
SP, Jongerman
1e tabel, pagina 8: De hier genoemde subsidieresultaten komen niet overeen met de getallen uit de RWA begroting 20152018. De verschillen zijn dusdanig fors dat dit niet alleen te verklaren is met de correctie inschaling medewerkers SW die eind 2014 is toegepast. Hoe zijn deze verschillen te verklaren?
Vergelijking peilnota en MJB 2015-2018 Naast de Rijkssubsidie voor de SW-ers zijn onder de post ‘Rijkssubsidie Wsw’ in de MJB 2015 – 2018 ook opbrengsten (loonkostensubsidie) voor de groep nieuw beschut medewerkers opgenomen. Bij het opstellen van de begroting 2015-2018 was nog veel onduidelijkheid over de wijze van opnemen van deze nieuwe groep in de begroting. Voortschrijdend inzicht heeft ertoe geleid dat deze nieuwe groep niet langer onder de groep van SW-ers wordt geschaard, en niet meer in de RWA-begroting wordt opgenomen maar in de Amforsbegroting. Dit vanwege onder meer de andere financieringssystematiek. Dit verschil verklaart waarom de subsidieresultaten in de RWA begroting 2015-2018 gunstiger zijn dan de berekende subsidieresultaten in de peilnota. In de peilnota is de subsidie voor nieuw beschut niet meegenomen, echter wel de loonkosten. Vergelijking peilnota en MJB 2016-2020 Bij de berekening van het subsidieresultaat in de tabel op pagina 8 van de Peilnota zijn de loonkosten gehanteerd zoals opgenomen onder ‘lonen SW-medewerkers’ in de MJB 2015 – 2018. Ook hiervoor geldt dat onder deze post zowel de SW-loonkosten zijn opgenomen als de loonkosten voor nieuw-beschut werkenden. Het subsidieresultaat in de tabel op bladzijde 8 is berekend door de verwachte Rijkssubsidie voor de SW-ers af te trekken van deze totale loonkosten. Omdat de loonkosten niet alleen betrekking hebben op de SW-ers, maar ook op nieuw beschut, leidt de tabel helaas tot onduidelijkheid. In de peilnota wilden we overigens vooral de consequenties in beeld brengen van de dalende rijkssubsidie voor de gemeentelijke bijdrage, bij gelijkblijvend operationeel resultaat. Inmiddels is de ontwerp-meerjarenbegroting RWA 2016-2020 gereed. Hieronder hebben wij de twee tabellen uit de peilnota (pagina 8) nogmaals toegevoegd waarbij wij zijn uitgegaan van de loonkosten en de subsidie van alleen de SW-ers zoals opgenomen in de meerjarenbegroting 2016-2020. Ook hebben wij de operationele resultaten verwerkt zoals geraamd in de meerjarenbegroting 2016-2020 (zie ook het antwoord op vraag 4).
Tabel 1
X €1000
Berekening subsidieresultaat
Operationeel resultaat
2015
-3.450
Totaal Bijdrage Amersfoort aanvullende gemeentelijke bijdragen 1.500 1.950 1.365
2016
-3.877
1.633
2.244
1.570
2017
-4.266
1.846
2.420
1.694
2018
-4.619
2.061
2.559
1.791
2019
-4.938
2.278
2.660
1.862
2020
-5.225
2.495
2.730
1.911
Tabel 2
x € 1000
Dekking in begroting 2015-2018 Saldo Bijdrage Amersfoort
Toevoeging Tussenbalans
Re-integratie
2015
1.365
700
1.600
935
2016
1.570
800
1.500
730
2017
1.694
800
1.500
606
2018
1.791
800
1.500
509
2019
1.862
800
1.500
438
2020
1.911
800
1.500
389
2.
SP, Jongerman
2e tabel, pagina 8: Hier staat dat er een dekking van 2.3 miljoen Euro totaal per jaar is opgenomen in de gemeentebegroting 2015-2018. In het gedetailleerde begrotingsoverzicht bij de gemeentebegroting staat echter voor 2015 een totaalbedrag van 2.4 miljoen Euro genoemd, voor 2016-2018 komen de bedragen van 2.3 miljoen Euro wel overeen. Hoe verklaart u het verschil van 100.000 Euro in 2015?
Het opgenomen bedrag van 2,4 miljoen in de gemeentebegroting van 2015 betreft niet het door de gemeente te dekken subsidietekort, maar het geraamde operationeel resultaat van Amfors ter dekking van het subsidietekort. Na 2016 zijn de operationele resultaten van Amfors in de gemeentebegroting structureel geraamd op € 2,3 miljoen. Deze resultaten zijn destijds ingeschat bij de gemeentebegroting van 2013. De opgenomen dekking in de 2e tabel, pagina 8 van de peilnota betreft het door de gemeente nog te dekken subsidietekort na verwerking van het operationeel resultaat. De dekking van de tekorten van RWA/Amfors bedraagt in de gemeentebegroting € 2,3 miljoen structureel. In de begroting zijn de bedragen als volgt geraamd:
( bedragen x € 1 mln.) Subsidietekort Operationeel resultaat Amfors Door gemeente te dekken subsidietekort Dekking opgenomen in begroting 2015-2018: Re-integratie Toevoeging tussenbalans Totaal geraamde dekking/ gemeentelijke bijdrage 3.
SP, Jongerman
4.
SP, Jongerman
2e tabel, pagina 8: In 2015 en 2016 leidt het verschil tussen de geraamde bijdrage en in de begroting opgenomen dekking mogelijk nog tot overschotten, in de jaren er na tot mogelijke tekorten. Worden de overschotten uit 2015 en 2016 toegevoegd aan de dekking van 2017 en later om zo de tekorten in deze jaren te kunnen verkleinen? Of vallen deze overschotten jaarlijks vrij ten gunste van het algemene rekeningresultaat? Pagina 9: Het is de verwachting dat in de RWA-begroting 2016-2020 een operationeel resultaat wordt opgenomen dat gunstiger is dan de aanname van 1.5 miljoen Euro in het vertrekpunt en in deze peilnota. Dat was ook al het geval in de RWA-begroting 2015-2018. In de peilnota staat ook dat het bedrag van 1.5 miljoen
2015
Vanaf 2016
-4,7 2,4 -2,3
-4,6 2,3 -2,3
1,6 0,7 2,3
1,5 0,8 2,3
Eventuele overschotten vallen vrij in het algemene rekeningresultaat. Bij de jaarrekening worden ten aanzien van het rekeningresultaat overhevelings- en bestemmingsvoorstellen gedaan aan de raad. De raad beslist over deze voorstellen.
De afgelopen tijd is gebleken dat het moeilijk is om het operationeel resultaat te verbeteren zonder ingrijpende maatregelen in de bedrijfsvoering van RWA-Amfors. In de Peilnota is vooralsnog uitgegaan van een voorzichtige schatting die gebaseerd was op de exploitatiegegevens ten tijde van het opstellen van de nota. Hierbij is geen rekening gehouden met nieuwe maatregelen om het operationele resultaat te verbeteren. Inmiddels is de ontwerpmeerjarenbegroting 2016-2020 aan uw raad gezonden. In deze begroting zijn de geraamde operationele resultaten gunstiger omdat in de begroting nieuwe maatregelen/uitgangspunten zijn gehanteerd die het operationeel resultaat verbeteren. Het gaat onder andere om het
5
SP, Jongerman
6.
SP, Jongerman
7.
SP, Jongerman
Euro is gebaseerd op resultaten over de afgelopen jaren. Waarom worden in de RWA-begrotingen en in deze peilnota niet dezelfde operationale resultaten gehanteerd? Bij de behandeling van de RWA-begroting 2015-2018 werd gemeld dat alle 140 tijdelijke contracten die in december 2014 verliepen in principe zouden worden verlengd, tenzij er aanleiding was dit niet te doen op individuele basis. Hoeveel van deze tijdelijke 140 contracten zijn uiteindelijk verlengd? Hoeveel tijdelijke contracten verlopen er in 2015? Is het uitgangspunt nog steeds dat alle tijdelijke contracten in principe verlengd worden? Op 15 april werd bekend gemaakt dat het Rijk 30 miljoen Euro beschikbaar stelt voor vernieuwing in sociale werkbedrijven, waarbij eenzelfde bedrag via cofinanciering (b.v. Vanuit de gemeenten of vanuit fondsen) moet worden bijgelegd. Kan de RWA/Amfors hier mogelijk ook gebruik van maken? Aan welke voorwaarden moet dan worden voldaan?
terugdringen van de overheadkosten. Zie ook de beantwoording op vraag 1. Hierbij zijn twee nieuwe tabellen opgenomen waarin de nieuw geraamde operationele resultaten zijn verwerkt.
Van de 140 contracten waarover bij de behandeling van de begroting 2015-2018 melding is gemaakt zijn er 127 verlengd of worden verlengd.(Sommige contracten liepen langer door dan december 2014).
In 2015 verlopen 80 tijdelijke contracten. Uitgangspunt is nog steeds dat alle tijdelijke contracten worden verlengd. Uitzondering zijn de arbeidsovereenkomsten van medewerkers die wegens langdurige arbeidsongeschiktheid, consequent disfunctioneren of ongewenst gedrag niet verlengd kunnen worden. RWA/Amfors kan hier waarschijnlijk gebruik van maken. De 30 miljoen euro wordt verdeeld over de 35 arbeidsmarktregio’s, waarbij gebruik wordt gemaakt van de WSW-verdeelsystematiek. Voor de arbeidsmarktregio Amersfoort is een bedrag van € 418.923 beschikbaar. Dit is inclusief de gemeente Nijkerk, die deelneemt in een ander SW-bedrijf dan de rest van de regio. Vóór 1 juli dient een aanvraag ingediend te worden vanuit de arbeidsmarktregio. De SW-bedrijven zijn daarbij hoofdaanvragers. Bestedingsdoelen zijn: 1. Ontwikkeling en plaatsing van SW-medewerkers en eventuele nieuwe werknemers vanuit de Participatiewet: - begeleiding WSW-ers van werk naar werk - begeleiding/werkfit maken van mensen op de wachtlijst met als doel het begeleiden naar een garantiebaan - zorgdragen voor voldoende passend werk 2. bevordering en ontwikkeling expertise medewerkers sociale werkbedrijven 3. bijdrage aan transformatie/innovatie van de regionale infrastructuur. De middelen kunnen worden ingezet voor activiteiten die bijdragen aan het ontwikkelen van nieuwe arrangementen onder de Participatiewet die voorzien in arbeidsontwikkeling en/of werkgelegenheid voor SW-medewerkers en de doelgroep Participatiewet. Toetsing van de aanvragen vindt plaats door de centrumgemeenten (toets op noodzakelijke cofinanciering van 50% vanuit de regio zelf) en brancheorganisatie Cedris (doel en inhoud van de plannen). De plannen worden door Cedris o.a. besproken met sociale partners op centraal niveau. Toegekende middelen worden in het najaar van 2015 via een decentralisatie-uitkering uitgekeerd aan de centrumgemeenten. De activiteiten dienen in het najaar van 2015 gestart te zijn en kunnen doorlopen tot medio 2016. Co-financiering kan vanuit diverse bronnen worden ingezet: natura (uren van gemeenten en/of SW-bedrijven), bedrijfsreserve SW-bedrijven, middelen van de GR, andere fondsen.
Vragen en antwoorden bij de informatiebijeenkomst voor raadsleden over het vertrekpunt bij de toekomstvisie RWA-Amfors op 10 maart 2014 in Leusden.
PROCES TOEKOMSTVISIE In het proces zijn veel gemeenten betrokken. Hoe komen we binnen de planning tot een eenduidig besluit? Dit vergt inderdaad veel van betrokkenen. Het regionale portefeuillehoudersoverleg Werk en Inkomen speelt een belangrijke rol in de afstemming. In de stukken staat dat de OR formeel betrokken wordt wanneer organisatieveranderingen worden voorbereid. Wordt de OR ook breder betrokken in dit proces? Ja, de OR wordt in alle fasen van het proces betrokken. Hoe kunnen raadsleden de situatie beoordelen als sommige gegevens vertrouwelijk en daarmee niet beschikbaar zijn? Zo nodig zal een vertrouwelijke vergadering worden belegd om gegevens te delen.
ONTWIKKELING SCENARIO’S Wordt bij het opstellen van scenario’s ook gekeken naar echt nieuwe oplossingen? Ja, afhankelijk van de sterktes en zwaktes van de verschillende bedrijfsonderdelen zal bijvoorbeeld ook gekeken worden naar mogelijkheden om het werk elders te laten uitvoeren. Kan een vergelijking worden gemaakt met andere regio’s en SW-bedrijven? Een aantal jaren geleden is onderzocht welke koers in een aantal andere regio’s gemeenten en swbedrijven gingen varen. Dit onderzoek is nu herhaald en uitgebreid. Duidelijk is wel dat keuzes sterk verschillen, waarbij de regionale geschiedenis en omstandigheden sterk bepalend zijn. Ook blijkt dat veel regio’s nog zoekende zijn. Het vergelijkend onderzoek zal straks bij de peiling over de scenario’s aan de raden worden aangeboden. Scenario’s die gunstig uitpakken voor RWA-Amfors en/of de SW-ers kunnen slecht uitpakken voor andere doelgroepen. Wordt dit punt meegenomen? Ja, dit punt zal worden meegenomen.
WERKWIJZE RWA-AMFORS Werkt RWA-Amfors ook met detacheringen? Ja, waar mogelijk worden medewerkers gedetacheerd, dit is ook afhankelijk van de toegevoegde waarde. Vormen daarbij zijn: groepsdetachering en individuele detachering. Daarnaast is er begeleid werken, waarbij de werknemer in dienst komt bij het externe bedrijf. Waarom wordt er gestuurd op de ontwikkeling van SW-ers? Men kan uiteindelijk toch niet doorstromen naar de reguliere arbeidsmarkt, dus het levert financieel niets extra’s op. Een van de uitgangspunten van het beleid is om de arbeidsontwikkeling van de SW-ers te bevorderen. Daarnaast stijgt de toegevoegde waarde van medewerkers wanneer zij stijgen op de werkladder, waarmee het ook financieel gunstiger is. 1
Hoe is het ziekteverzuim en het verloop daarvan in het bedrijf onder de niet-SW-ers? Het voortschrijdend verzuim (gemiddeld verzuim in de afgelopen 12 maanden) onder de niet-SWmedewerkers bij Amfors laat een positief verloop zien over de afgelopen 2 jaar. In januari 2013 stond het voortschrijdend verzuim op 9,0% (vlak na reorganisatie) en in december 2014 was dit teruggelopen tot 4,9%. Op welke manieren stuurt Amfors op de doorstroom van SW-ers naar regulier werk? Hoe heeft Amfors zicht op de mogelijkheden? Vanuit Amfors zijn er veel contacten met bedrijven, bijvoorbeeld met bedrijven waar groepsdetacheringen plaatsvinden, en met bedrijven waar op een andere manier opdrachten voor worden gedaan. Daarnaast participeert Amfors in het werkgeversservicepunt regio Amersfoort, waar ook voor de doelgroep WSW wordt bemiddeld naar werk. De invoering van de Participatiewet leidt ertoe dat meer bedrijven nadenken over de inzet van mensen met een arbeidsbeperking. Dat biedt kansen, maar ook bedreigingen, omdat bedrijven ook kunnen kiezen voor andere doelgroepen dan SW-ers.
KOSTEN, OPDRACHTEN EN COMMERCIEEL RESULTAAT Kan RWA-Amfors extra opdrachtvolume genereren door nieuwe taken die voortkomen uit de Participatiewet? Ja, bijvoorbeeld op het gebied van reïntegratie, loonwaardebepaling, en door plaatsing van mensen die onder de Participatiewet vallen in het eigen bedrijf. Voor gemeenten is Amfors één van de aanbieders. Steeds wordt gekozen voor het beste instrument tegen de laagste kosten. Hoe staat het precies met gemeentelijke opdrachten, hoe belangrijk zijn deze voor het bedrijf? Gemeentelijke opdrachten vormen een groot deel van het opdrachtenvolume van Amfors. De omvang van de gemeentelijke opdrachten verschilt sterk per bedrijfsonderdeel. Een overzicht is opgenomen in de (uitgebreide) presentatie. In hoeverre zijn er tussen de gemeenten onderling afspraken gemaakt over een vast deel inbesteding? Tot op heden zijn hier geen afspraken over gemaakt, maar maken de gemeenten hierin hun eigen keuzes (zie ook vorige vraag), zich daarbij bewust van het belang voor werkgelegenheid binnen Amfors. De omvang van het opdrachtvolume en de invulling van het begrip marktconformiteit is op dit moment onderwerp van gesprek in het portefeuillehoudersoverleg Werk & Inkomen. In de presentatie wordt uitgegaan van een gelijkblijvend operationeel resultaat, terwijl het aantal SW-ers en daarmee ook het werk afneemt. Is dit reëel? Verwacht wordt dat de komende jaren een verdere efficiencyslag gemaakt kan worden. Tot nu toe was er soms weinig werk voor de SW-ers. Door de afname van het aantal SW-ers en een lager ziekteverzuim zal naar verwachting de productiviteit toenemen. Daarnaast zal meer worden ingezet op stijging op de werkladder en individuele detacheringen, waarmee de toegevoegde waarde per werknemer zal stijgen. Verwachting is dat hiermee de komende jaren het operationeel resultaat op peil kan blijven, maar zeker is dat niet.
2
Er wordt gesproken over marktconformiteit. Tegelijkertijd wordt aangegeven dat SW-ers (gemiddeld) 130% van het minimumloon verdienen. Is dan wel sprake van marktconformiteit? Dit is afhankelijk van het bedrijfsonderdeel. Op sommige onderdelen is dit wel concurrerend, op andere niet. Er moet hierbij wel in het oog worden gehouden dat er sprake is van Rijkssubsidie op de loonkosten. Dat laatste maakt dat de vergelijking tussen marktpartijen en SW-bedrijven niet puur op lonen kan worden gebaseerd maar ook op de inzetbaarheid (loonwaarde) van de betrokken medewerkers. De markt werkt trouwens ook niet alleen met werknemers op WML-niveau. Zo kunnen Cao-afspraken per branche tot verschillen leiden in lonen. De commerciële slagkracht wordt als ‘zwak’ aangemerkt. Wat wordt daaraan gedaan? Klopt het dat de focus nu meer ligt op ‘de mens’, de SW-ers en de begeleiding daarvan, en minder op commercie? De focus ligt inderdaad sterk op de SW-er en de begeleiding daarvan. Er is wel steeds meer aandacht voor de commerciële slagkracht. Het kost tijd om dat verder uit te bouwen. De strategie hierin is om niet alles zelf te willen doen maar ook te kijken naar samenwerkingsmogelijkheden met reguliere bedrijven met meer expertise op dit vlak. DIVERSEN Wat zijn de consequenties van de nieuwe wetgeving m.b.t. de vennootschapsbelasting voor Amfors? Is het niet wenselijk om het operationeel resultaat naar beneden bij te stellen om de heffing van vennootschapsbelasting te voorkómen? Naar verwachting treedt de nieuwe wetgeving op 1 januari 2016 in werking. In de huidige structuur zou dat waarschijnlijk betekenen dat de BV Amfors vennootschapsbelasting moet afdragen. Bij de ontwikkeling van de toekomstvisie wordt met dit aspect rekening gehouden. Er zal gekeken worden hoe dit probleem, door de keuze van een andere structuur of anderszins, kan worden voorkómen. Aangegeven wordt dat problemen met de pensioenopbouw worden verwacht en dat gemeenten dit moeten oplossen. Kan dit worden toegelicht? In de presentatie werd er op geduid dat de pensioenen van de sw-ers zijn ondergebracht in het Pensioenfonds Werk en (re)Integratie (PWRI). Doordat in de toekomst de omvang van de populatie afneemt zal er, als er geen maatregelen worden getroffen, op langere termijn een dekkingsprobleem ontstaan. Het PWRI (met daarin werkgevers- en werknemersorganisaties) is daarover in gesprek met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het ministerie moet dit oplossen. Wat betreft de huidige dekkingsgraad van het pensioenfonds zijn er geen problemen. De huidige dekkingsgraad is ongeveer 108%. Het fonds zit nog wel in een herstelplan. Dat wordt in verband met de nieuwe wetgeving (het nieuwe financiële toetsingskader) aangepast. Er zijn nu geen gevolgen voor de sw-bedrijven. De pensioenpremie is stabiel (onderdeel van de Cao). De komende jaren zou de pensioenpremie kunnen stijgen in verband met de veroudering van de sw-populatie. Dat zal de komende jaren nog meevallen en er is een toezegging van uit het ministerie om dit te compenseren. In de presentatie werd het dekkingsvraagstuk op lange termijn benoemd als financieel risico voor de gemeenten, maar dat risico ligt bij het ministerie van SZW. Wordt als pensioenleeftijd 65 jaar aangehouden, of wordt rekening gehouden met een geleidelijke verhoging? De sw-medewerkers volgen de landelijke afspraken over de verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar. De Rijkssubsidie blijft gewoon ook doorlopen. 3
Besluitenlijst De Ronde datum:
21-04-2015
vergaderruimte: Vermeerzaal (1.03) Onderwerp Van Soort bijeenkomst Van de raadsleden werd gevraagd
Voorzitter Secretaris Fractiewoordvoerders
Inspreker(s)/ genodigden Samenvatting en afspraken
Toezeggingen Advies aan het presidium
van
21.30 tot
aantal bezoekers:
22.15 uur 25
Reg.nr. 4965531 Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale werkvoorziening en RWA/Amfors College van B&W Peiling - Zich uit te spreken over het uitgangspunt om bij het ontwikkelen van scenario’s voor de toekomstvisie te vertrekken vanuit de huidige constellatie RWA/Amfors - Zich uit te spreken over de criteria die zullen worden gebruikt voor de beoordeling van de scenario’s Collegelid Van Hamersveld Tigelaar Ambtenaren Van Kan Promes Bijlholt (D66), Van Bruggen (PvdA), Flikkema (VVD), Jongerman (SP), KennedyDoornbos (CU), Koet-Minis (Amersfoort2014), Van Koningsveld (CDA), Land (GL), Vijzelman (OPA) -
Tijdens een 1-minuutronde hebben woordvoerders zich uitgesproken over de peilpunten en enkele vragen gesteld. Op Amersfoort2014 na kunnen alle woordvoerders zich vinden in de peilpunten. Amersfoort2014 vindt de peilpunten niet concreet genoeg. De andere fracties waarderen juist de breedte van de zoekrichtingen en de balans tussen maatschappelijke en financiële criteria. Vervolgens heeft de wethouder vragen beantwoord en is men met elkaar in debat gegaan. Discussiepunten en vragen hadden o.a. betrekking op: - mogelijkheid om in de toekomst af te stappen van openeinderegeling - regierol sociale diensten - juridische splitsing RWA/Amfors in relatie tot sturingsmogelijkheden gemeenten - betrekken arbeidsintegratie en vrijwilligerswerk - focus op groei-indicatoren, op datgene waar we sterk in zijn Tot slot hebben woordvoerders aangegeven of zij een prioritering mee willen geven aan de criteria van peilpunt 2. ChristenUnie, VVD, D66, OPA en CDA vinden alle criteria uiteindelijk even belangrijk. Hierbij heeft OPA aangegeven dat commerciële slagkracht in verhouding moet staan tot het welzijn van werknemers. GroenLinks, SP en PvdA vinden dat het primaire doel (passend werk voor de doelgroep) voorop moet staan. Amersfoort2014 heeft geen expliciete prioritering meegegeven. Wethouder Tigelaar zegt toe de raad te informeren over wat de andere gemeenteraden uit de regio vinden. Vervolgstap college
Besluitenlijst De Ronde Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale . . .
Intern Datum: Aanvang:
dinsdag 21 april 2015 18:00
Fractievoorzittersoverleg Intern
Besluitenlijst De Ronde Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale . . .
Fractievoorzittersoverleg Intern
Besluitenlijst De Ronde Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale . . .
Datum: Aanvang:
dinsdag 21 april 2015 19:00
Werkbezoek Werkbezoek CNME Informatie
Besluitenlijst De Ronde Ontwikkeling toekomstvisie uitvoering Wet sociale . . .
Werkbezoek CNME Informatie Uitnodiging werkbezoek Centrum voor Natuur en Milieu (pdf)
Uitnodiging werkbezoek Centrum voor Natuur en Milieu (CNME)
Geachte raadsleden, Het nieuwe Groene Huis van de stad is volop in aanbouw. Vorige week werd het hoogste punt gevierd met een klein feestje. Tijd om u op de hoogte te brengen over de voortgang van de bouw, de circulaire inrichting/semi-permanente expositie en de samenwerking met partners in het nieuwe Groene Huis. Namens wethouder Tigelaar bent u van harte uitgenodigd op dinsdagavond 21 april as om 19.00 uur op de Schothorsterlaan 21. U krijgt een kijkje in het nieuwe gebouw en een korte presentatie over de stand van zaken. Graag horen we uw reactie hierop. De bijeenkomst duurt tot uiterlijk 20.30 uur. Graag uw aanmelding via
[email protected]. Vriendelijke groet,
Carla van Dorp-Emmink Directeur CNME