FORMULIER PERSOONLIJK ONTWIKKELINGSPLAN
Naam: Datum:
1. Werkervaringsverhaal: Rode draad in opleiding en ervaring (soort curriculum vitae).
Welke opleiding heb je genoten en welke werkervaring heb je? Wat vond je leuk en wat vond je niet leuk in je vorige banen? Noem per werkervaring minimaal 2 vaardigheden die je er hebt ontwikkeld. Welke thema’s/rode draad kenmerken je werkleven? (zie bijlage 1: werkervaringsverhaal)
2
2. Profiel: In het profiel wordt beschreven wie de persoon is en welke talenten hij bezit. Het is eigenlijk het antwoord op de vragen (in bijv. een sollicitatiegesprek): -
Stel jezelf een voor! Waar ben je goed in en waar ben je minder goed in? Waar liggen je mogelijkheden/talenten en je leerpunten? Wat zijn je kernkwaliteiten, valkuilen en uitdagingen?
Als hulpmiddel kun je bijvoorbeeld aan collega’s vragen een profiel van jou te schrijven en/of een competentielijst van jou in te vullen (Zie bijlage 2: profiel en competentielijst)
3
3. Organisatiebeeld: In het organisatiebeeld wordt beschreven hoe jij denkt dat de organisatie zich gaat ontwikkelen en wat je denkt wat dat van jou vraagt.
Wat is je visie op de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking? Hoe denk je dat de zorg zich ontwikkelt Wat denk je dat de organisatie / zorggebruiker(s) van jou vraagt? Hoe denk je dat jouw rol in de organisatie zich ontwikkelt? Hoe is de samenwerking met collega’s? Wat verwacht je van hen en wat denk je dat zij van jou verwachten?
4. Opvattingen/wensen: (=loopbaanwaarden) Hier worden je visies op werk weergegeven. Hierin mag je ook je idealen / dromen weergeven. Hoeft niet reëel te zijn.
Wat vind je belangrijk in het werk? Wat zijn belangrijke waarden voor jou in je werk? Wil je fulltime/parttime werken? Ben je gebonden aan een regio? Wat vind je belangrijk in samenwerking met collega’s? Wat zou je nou echt leuk werk vinden om te doen? (laat je niet belemmeren door je onmogelijkheden of je leeftijd of financiële en organisatorische obstakels)
4
5. Loopbaanperspectief (2-5 jr.) In het loopbaanperspectief wordt aangegeven welk doel / loopbaantraject op lange termijn wordt nagestreefd. Het moet reëel en haalbaar zijn.
Wat zijn je plannen in je werk over 2 – 5 jaar? Wil je binnen hetzelfde team werken of ergens anders? Wil je dezelfde of een andere functie?
6. Ontwikkelingsrichting: De ontwikkelingsrichting geeft aan welke ondersteuning / voorwaarden je nodig hebt om je werk goed te kunnen uitoefenen. Klopt jouw profiel met het organisatiebeeld? Wat heb je nodig om je perspectief te bereiken? De ontwikkelingsrichting geeft de richting aan waarin je je wilt ontwikkelen.
Wat wil je verbeteren / ontwikkelen / onderhouden? Wat heb je hiervoor nodig? Passen jouw kwaliteiten in deze organisatie? Heb je behoefte aan een opleiding of cursus? Wil je coaching, intervisie of werkbegeleiding? Ben je toe aan jobrotation of een stage? Wil je met computers leren werken? Wil je meer positieve feedback krijgen?
5
7. Doelen Op basis van het profiel, loopbaanperspectief en ontwikkelingsrichting worden doelen geformuleerd. Hierin wordt aangegeven waar de komende periode (van een jaar) aan gewerkt gaat worden. Moet begrijpbaar, in termen van gedrag, relevant, toetsbaar en haalbaar zijn (BIRTH).
Wat wil je binnen een jaar bereikt hebben?
8. Stappenplan: Hierin wordt een soort actieplan weergegeven. Wat ga je de komende tijd ondernemen en hoe ga je aan jouw persoonlijke doelen werken. (zie bijlage 3: actieplan)
Met welke stap begin je om je doelen te bereiken? Wie en wat heb je daarvoor nodig? Hoe en wanneer wordt het uitgevoerd?
9. Afspraken: Hoe evalueren we dat? (bijv. na 1 jaar, bij het volgende functioneringsgesprek).
Welke afspraken worden er gemaakt? Wanneer evalueren we?
Handtekening medewerker:
Datum:
Handtekening teammanager:
6
Bijlage 1:WERKERVARINGSVERHAAL Werk- en stageervaring/opleiding Werkervaring 1:
Wat vond je niet leuk?
Wat vond je leuk?
Werkervaring 2:
Werkervaring 3:
Werkervaring 4:
Werkervaring 5:
Werkervaring 6:
Werkervaring 7:
7
Minimaal twee vaardigheden die je hebt ontwikkeld
BIJLAGE 2A: PROFIEL Profiel van:……………………………………………….. Wat vind jij kwaliteiten van mij? Waar ben ik minder goed in volgens jou?
Welke werkzaamheden zie jij mij in de toekomst uitoefenen?
ingevuld door:
8
BIJLAGE 2B: Competenties van:…………………………………..
1= niet vakkundig 2= redelijk vakkundig 3= gemiddeld 4= vakkundig 5= zeer bekwaam
Samenwerking
1 2 3 4 5 Toelichting 0 0 0 0 0 ……………………………………………………
Kennis
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Inzicht
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Houding
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Bejegening
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Initiatief
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Zelfstandigheid 0 0 0 0 0 …………………………………………………….. Inzet/motivatie
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Uitdrukkingsvaardigheid
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Nauwkeurigheid 0 0 0 0 0 …………………………………………………….. Werktempo
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
Klantgerichtheid 0 0 0 0 0 …………………………………………………….. Identiteit
0 0 0 0 0 ……………………………………………………..
9
Wat ontwikkelingsdoel
Wie Vorm/hulpmiddelen/ ondersteuning mogelijke acties
Hoe
Wanneer Oefensituatie
Resultaat evaluatiemomenten
Bijlage 3- actieplan
10