Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang
Ieder jaar maakt FCB de zogenoemde ‘factsheets’. Deze bestaat uit cijfers over de branche in een bepaald jaar. De cijfers over 2010 worden met de ontwikkelingen ook in dit document behandeld. De volgende onderwerpen komen aan de orde: 1. Meerjarenoverzicht 2005 – 2010 2. Personeelsomvang 2010 en ontwikkeling van de werkgelegenheid 3. Instroom en verloop 4. Leeftijdsopbouw 5. Verzuim 6. Salaris 1. Meerjarenoverzicht 2005 – 2010 Voor de branche Kinderopvang zijn op basis van tabel 1 de volgende conclusies te trekken: De branche blijft groeien Het verzuim is in 2010 met 6% gestegen ten op zichtte van 2009 (van 4,9% naar 5,2%) De personeelssamenstelling is nauwelijks veranderd
Tabel 1: Kerncijfers Kinderopvang (2004 – 2010)
Kinderopvang Aantal werkzame personen Aantal arbeidsplaatsen Omvang gemiddelde werkweek Gemiddelde leeftijd in jaren Aandeel 50+ Aandeel vrouw Brutoverloop Aandeel WAO/WIA Ziekteverzuim (excl. zwangerschap) Bron: CBS en PGGM
2005 54.700 31.600 57,8% 35 13,4% 96% 13,4% 4,6%
2006 61.800 35.200 57,7% 35 14,1% 96% 11,1% 0,7% 4,4%
2007 71.000 40.600 57,7% 36 14,4% 96% 13,4% 0,6% 5,8%
2008 74.000 42.300 57,2% 36 14,2% 96% 10,8% 0,6% 5,5%
2009 80.400 44.800 55,7% 35 13,9% 96% 8,9% 0,6% 4,9%
2010 86.000 48.700 56,6% 35 14,3% 96% 8,8% 0,6% 5,2%
2. Personeelsomvang en Ontwikkeling werkgelegenheid Op 31 december 2010 zijn er in de branche Kinderopvang 86.000 banen. Bijna al deze banen worden door vrouwen bezet. Het aantal arbeidsplaatsen eind 2010 is 48.700 FTE. Deze arbeidsplaatsen worden voor 95% door vrouwen vervuld (tabel 2). Dit duidt er op dat de omvang van het dienstverband van mannen groter is dan dat van vrouwen.
1 van 7 Koningin Wilhelminalaan 3 • 3527 LA Utrecht • Postbus 2103 • 3500 GC Utrecht • T 030 2985350 • F 030 2985333 • www.fcbkinderopvang.nl •
[email protected]
Tabel 2: Personeelsomvang (2010)
Banen Arbeidsplaatsen Bron: CBS en PGGM
Totaal
Vrouwen
Mannen
86.000 48.700
96,0% 95,0%
4,0% 5,0%
In tabel 3 wordt dit beeld bevestigd. Drie van de vier fulltimebanen worden door mannen ingenomen. Vrouwen werken vaker in (middel)grote deeltijdbanen dan mannen (tussen 12 en 30 uur). De meest voorkomende baan in de kinderopvang is de kleine deeltijdbaan (tot 12 uur), dit geldt voor zowel mannen als vrouwen. Het gemiddelde dienstverband heeft een omvang van 20 uur per week. Tabel 3: Omvang dienstverband (2010)
Aantal uren Minder dan 12 tot 20 tot 25 tot 30 tot
12 uur 20 uur 25 uur 30 uur 36 uur 36 uur Totaal
Totaal
Vrouwen
Mannen
27,1% 17,0% 20,1% 14,2% 13,6% 8,0% 100%
27,0% 17,3% 20,3% 14,3% 13,6% 7,4% 100%
29,4% 12,1% 13,6% 11,0% 13,1% 20,8% 100%
Bron: PGGM
35% 30% 25% 20% Vrouwen
15%
Mannen
10% 5% 0% Minder dan 12 uur
12 tot 20 uur
20 tot 25 uur
25 tot 30 uur
30 tot 36 uur
36 uur
De werkgelegenheid in de branche Kinderopvang blijft groeien (zie tabel 1 en grafiek 1). De groei van het aantal werkzame personen in 2010 was 7%. Het aantal arbeidsplaatsen (FTE) groeide in 2010 nog harder (9%). Er zijn dus meer werknemers in de kinderopvang gaan werken en de werkenden zijn meer gaan werken. Als we kijken naar de groei van het aantal arbeidsplaatsen (FTE) dan gaat is de branche met 50% gegroeid vanaf 2004. (zie tabel 1).
2 van 7 Koningin Wilhelminalaan 3 • 3527 LA Utrecht • Postbus 2103 • 3500 GC Utrecht • T 030 2985350 • F 030 2985333 • www.fcbkinderopvang.nl •
[email protected]
Grafiek 1: Groei van de werkgelegenheid in Kinderopvang (2004 – 2010) 100.000 90.000 80.000 70.000 60.000 50.000 40.000 30.000 20.000 10.000 0 2004
2005
2006
2007
Aantal werkzame personen
2008
2009
2010
Aantal arbeidsplaatsen
3. Instroom en verloop In 2010 was het verloop in Kinderopvang 8,8%. Het verloop is hoger onder mannen (13,1%) dan onder vrouwen (8,6%). Tabel 3: Instroom en verloop (2010)
Instroom Uitstroom
Totaal
Vrouwen
Mannen
19,7% 8,8%
19,2% 8,6%
30,1% 13,1%
Bron: PGGM
Het bruto verloop in de branche Kinderopvang is na jaren van afname het afgelopen jaar op in 2010 ongeveer op hetzelfde niveau gebleven (8,8%) ten opzichte van (8,9%) 2009 (zie grafiek 3). Het bruto verloop is het percentage mensen dat het contract met hun werkgever beëindigd ten opzichte van het totaal aantal mensen dat werkzaam is in de branche. Dat betekent dus dat in 2010 van elke 100 werknemers er bijna 9 hun baan opzegden. Het is niet bekend waar mensen die hun baan beëindigden naar toe zijn gegaan. Dat kan een baan buiten de branche zijn, maar ook een baan bij een andere werkgever binnen dezelfde branche.
3 van 7 Koningin Wilhelminalaan 3 • 3527 LA Utrecht • Postbus 2103 • 3500 GC Utrecht • T 030 2985350 • F 030 2985333 • www.fcbkinderopvang.nl •
[email protected]
Grafiek 3: Verloop in de WJK branches 2004 – 2010 (in %) 25%
20%
15%
WMD Jeugdzorg
10%
Kinderopvang
5%
0% 2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Er is een groot verschil in de mobiliteit naar leeftijdscategorie. Het verloop is hoger onder de jongere medewerkers. Naarmate de leeftijd van werknemers toeneemt, daalt stapsgewijs het verloop. Onder 60 plussers neemt het verloop weer toe, dat is een logisch gevolg omdat deze groep werknemers uitstroomt naar pensioen. De instroom is hoog bij jongere medewerkers tot 25 jaar. Grafiek 4: Verloop naar leeftijdscategorie (2010) 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% < 20
20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59
> 60
4 van 7 Koningin Wilhelminalaan 3 • 3527 LA Utrecht • Postbus 2103 • 3500 GC Utrecht • T 030 2985350 • F 030 2985333 • www.fcbkinderopvang.nl •
[email protected]
4. Leeftijdsopbouw De gemiddelde leeftijd in de branche is 35 jaar. Ruim twee vijfde deel van de medewerkers is jonger dan 30 jaar. Ongeveer een zevende deel van de medewerkers is 50+. De branche is in zijn geheel nauwelijks gevoelig voor de effecten van de vergrijzing. In figuur 2 is goed te zien dat de Kinderopvang een jonge branche is. Tabel 5: Aandeel medewerkers naar leeftijdscategorie (2010) Leeftijdscategorie <20
Percentage medewerkers 1,8%
20-24
22,3%
25-29
19,0%
30-34
13,7%
35-39
10,5%
40-44
9,3%
45-49
9,1%
50-54
7,6%
55-59
4,9%
>=60
1,9%
Bron: PGGM
In grafiek 4 zien we de leeftijdsopbouw van de branche. De groep 50 plussers zijn de mensen die binnen nu en 15 jaar de branche verlaten omdat zij met pensioen gaan. De vergrijzing legt de komende jaren geen extra druk op de vervangingsvraag. Als in 15 jaar 13,9% van de werknemers uitstroomt naar pensioen is dat een gemiddelde jaarlijkse vervangingsvraag die toe te wijzen is aan de vergrijzing minder dan 1%.
Grafiek 5: Leeftijdsopbouw Kinderopvang (2010) 25,0%
20,0%
15,0%
10,0%
5,0%
0,0% <20
20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 >=60
Bron: PGGM
5 van 7 Koningin Wilhelminalaan 3 • 3527 LA Utrecht • Postbus 2103 • 3500 GC Utrecht • T 030 2985350 • F 030 2985333 • www.fcbkinderopvang.nl •
[email protected]
5. Verzuim In de branche Kinderopvang daalde het verzuimpercentage1 tot 4,9%. Daarmee is de dalende trend die in 2007 startte voortgezet. Er zijn nog steeds verschillen tussen de branches maar ook die lijken kleiner te worden. Nog steeds ligt het verzuimpercentage in de WJK sector (4,8%) iets hoger dan het verzuim in de Nederlandse economie. Daar schommelt het verzuim al jaren rond de 4,5%. Grafiek 6: Verzuimpercentage exclusief zwangerschap (in %) in de branches WJK (2004– 2010) 8,0% 7,0% 6,0% 5,0% 4,0% 3,0% 2,0% 1,0% 0,0% 2005
2006 WMD
2007 Jeugdzorg
2008
2009
2010
Kinderopvang
Het ziekteverzuimpercentage is inclusief het verzuim langer dan een jaar en exclusief zwangerschaps- en bevallingsverlof. 1
6 van 7 Koningin Wilhelminalaan 3 • 3527 LA Utrecht • Postbus 2103 • 3500 GC Utrecht • T 030 2985350 • F 030 2985333 • www.fcbkinderopvang.nl •
[email protected]
In tabel 6 zien we dat het verzuim in de WJK sector de laatste jaren is gedaald. Het verzuim in de Nederlandse economie is redelijk stabiel. Tabel 6:
Verzuimpercentage 2005 – 2010
Verzuim (exclusief zwangerschap)
2005
2006
2007
2008
WMD Jeugdzorg Kinderopvang WJK² Nederlandse Economie
7,1% 5,1% 4,6% 5,8% 4,3%
6,2% 5,0% 4,4% 5,3% 4,4%
5,5% 5,7% 5,7% 5,6% 4,6%
4,9% 6,0% 5,5% 5,4% 4,3%
Bron: Bron: Bron: Bron: Bron:
2009
4,31% 5,59% 4,91% 4,79% 4,3%
2010
5,76% 5,44% 5,20% 5,46% 4,4%
FCB (2008). Uit Arboconvenanten (2004 – 2006) FCB (2008). Verzuimcijfers 2007, schatting op basis van Verzuimspiegel, Vernet en MOgroep FCB (2010). Verzuimspiegel 2010² FCB (2008). Bewerking van Arboconvenanten, Vernet, MOgroep en Verzuimspiegel CBS (2011). Statline 2011
6. Salaris Gemiddeld salaris op basis van voltijdsloon is €2210. In de onderstaande tabel staat het percentage medewerkers dat in een bepaalde loonklasse valt. De loonklasse is gebaseerd op het voltijdssalaris waarop een medewerker is ingeschaald. Tabel 8: Verdeling medewerkers over de loonklassen (2010)
Loonklasse gebaseerd op voltijdsalaris < 500 500-1000 1001-1500 1501-2000 2001-2500 2501-3000 3001-3500 3501-4000 4001-4500 4501-5000 5001-6000 > 6000
Percentage medewerkers 21,7% 15,0% 25,1% 24,3% 9,4% 2,3% 1,0% 0,5% 0,3% 0,2% 0,1% 0,1%
Bron: PGGM
7 van 7 Koningin Wilhelminalaan 3 • 3527 LA Utrecht • Postbus 2103 • 3500 GC Utrecht • T 030 2985350 • F 030 2985333 • www.fcbkinderopvang.nl •
[email protected]