Notulen van de openbare vergadering van de commissie Samenlevingszaken van de gemeente Beemster, gehouden op donderdag 28 augustus 2003, in de raadzaal te Middenbeemster. Aanwezig Dhr. J.D. Abraham Dhr. H.A. Roenhorst
plv. voorzitter secretaris
Dhr. H. Boer Dhr. G. Heikens Me. H.E. Uitentuis-Knip Dhr. N.J.J. Buis
VVD PvdA BBP CDA
Op uitnodiging aanwezig: Dhr. H.N.G. Brinkman Mw. J.B.P. Benningen-Harlaar Mw. S.M. Ruys-Buskermolen Dhr. H.A.M. Widdershoven
Burgemeester wethouder Volksgezondheid c.a. wethouder Welzijn c.a. sectiecoördinator Onderwijs en Welzijn
__________________________________________________________________________ 1.
Opening De voorzitter opent de vergadering. Hij heet de portefeuillehouders Mw. BenningenHarlaar, Ruys-Buskermolen en dhr. Brinkman welkom. In verband met verplichtingen elders van mw. Ruys zal het agendapunt 3 eerst worden behandeld. Tevens staat in onder agendapunt 4 abusievelijk 12 juni vermeld, dit moet zijn 2 juni 2003.
2.
Inventarisatie insprekers Er hebben zich geen insprekers gemeld voor de vergadering.
3.
Vaststelling subsidies en subsidieplafond 2004 De voorzitter verwijst vooraf naar het begeleidend schrijven waarin de commissieleden worden verzocht hun gevoelens t.a.v. van het voorstel aan het college kenbaar te maken. Mw. Uitentuis krijgt het woord. Zij stelt dat de BBP reeds sedert 3 jaar haar gevoelens kenbaar maakt en tracht beleidsombuigingen onder de aandacht te brengen t.a.v. bezuinigingen. Nu het in 2003 duidelijk is geworden dat de bezuinigingen een feit zijn is zij van mening dat de BBP dit voorjaar al een voorzet hebben gegeven. In de vorm van een bezuinigingsnotitie hebben alle partijen hun best gedaan. De opdracht van de commissie middelen zal voor de BPP een aanleiding zijn om uiteindelijk een besluit te nemen over het subsidieplafond 2004. Zij is van mening dat het onhandig is hier over te spreken terwijl de discussie over bezuinigingen nog volop aan de gang is. Dit in de eerste instantie. Dhr. Boer zegt dat de VVD fractie in voorgaande vergaderingen, met name in de commissie middelen, heeft gesteld dat er minimaal 15% bezuinigd zou moeten worden op het subsidiebudget zoals dit thans voorligt. Hij concludeert dat die 15% niet gehaald wordt. In dat opzicht zal het college in de visie van de VVD nog verdergaand de
commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
1 van 12
subsidieposten op de diverse onderdelen moeten verminderen. Tevens is de VVD fractie verbaast dat er drie nieuwe partijen op de lijst zijn opgevoerd. Spreker is van mening dat de burgers inmiddels bekend zijn met het feit dat er bezuinigd moet worden. Hij is van mening dat indien er drie nieuwe groeperingen op de lijst staan de burger zich straks afvraagt hoe serieus men de uitgesproken voorgenomen bezuinigingen moet nemen. Hij trekt overigens het nut en het vrijwilligerswerk van de genoemde instanties absoluut niet in twijfel. De VVD fractie kan zich niet vinden in de nota zoals deze thans voorligt. Dit voor de eerste termijn. Dhr. Heikens zegt dat ook de PvdA fractie de link legt tussen dit stuk en de vorige week gevoerde discussie in commissieverband omtrent de bezuinigingen. Hij stelt de volgende elementen uit het stuk aan de orde waarover hij later specifieke vragen zal stellen: • Hij signaleert een pas op de plaats doordat de 3% trendverhoging niet doorgezet gaat worden. • Een forse subsidievermindering voor een tweetal instellingen, de bibliotheek en de kinderopvang. • Een verhoging voor een aantal instellingen. Dit is deels het gevolg van raadsbesluiten (b.v. muziekschool). De waarderingssubsidie is volgens hem een nieuw element is het stuk. Is het niet zo dat subsidie verleend wordt daar waar het nodig is? • De coulance t.o.v. het eigen vermogen van de verenigingen waarbij de indruk wordt gewekt alsof het eigen vermogen nooit heeft meegespeeld in de oude subsidieverordening. Volgens hem was dit in het verleden ook al het geval en het verbaast hem dat het nu lijkt alsof de coulance achterwege gelaten wordt. Spreker mist in het stuk een beleidsmatige visie op de keuzes die gemaakt zijn. Waarom is b.v. gekozen voor de kinderopvang en de bibliotheek. Waarom is niet met dezelfde blik gekeken naar andere instellingen. Daarnaast heeft hij een aantal specifieke vragen: 1. Waarom wordt er nu gesproken van coulance terwijl het eigen vermogen altijd meegespeeld heeft in de beoordeling van subsidiehoogte? 2. Mocht de bibliotheek kiezen waarop bezuiniging plaatsvindt. Had men daarin inspraak? Indien de bezuinigingen gevolgen hebben op het gebied van personeel, wat voor keuzes maakt het college daar in? Wat betekenen bezuinigen voor de kwaliteit? 3. Dhr. Heikens maakt een compliment over de het bezuinigingsbedrag m.b.t. de kinderopvang. 4. Voor wat betreft de muziekschool merkt hij op dat de commissie zelf de beslissing heeft genomen het aantal uren uit te breiden. Daarin komt men zichzelf nu tegen. Het is niet netjes om processen die in gang zijn gezet op korte termijn terug te draaien. Hij stelt voor om met de Muziekschool op middellange termijn afspraken te maken opdat zij rekening kunnen houden met inzet van vakkrachten of aanname van vakkrachten. Dit geeft weliswaar geen ruimte op de korte termijn, doch indien men inzet op een langere termijnvisie, beide partijen daar rekening mee kunnen houden. 5. Ook voor wat betreft jeugd- en jongerenwerk is recent een besluit genomen over de uitbreiding van uren. Hij vraagt of het mogelijk is om met dezelfde blik als richting bibliotheek is gekeken, te kijken of er wellicht toch ruimte te vinden is op een ander niveau. Dit kan zijn aan de uitgavenkant, of wellicht dat er meer inkomsten gegenereerd kunnen worden waardoor minder subsidie nodig is. Hij verzoekt zo iedere instelling kritisch te bekijken. 6. Wat is de basis van de toekenning van waarderingssubsidies? Dit in eerste termijn. commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
2 van 12
Dhr. Buis vraagt of het subsidieplafond te maken heeft met gelden die terugkomen vanuit de provincie dan wel vanuit het Rijk. Hij vraagt om een kleine uitleg. Het is goede zaak dat de 3% verhoging niet door gaat. Ook de bezuinigingen m.b.t. kinderopvang spreken aan. Daarnaast meent dhr. Buis dat subsidie ook zorgt voor leefbaarheid. We moeten inderdaad bezuinigen, maar enige coulance is wel gepast. Een bezuiniging van 15% zoals dhr. Boer bedoeld lijkt hem te hoog maar er moet wel gekeken worden of het niet minder kan. Als de Bibliobus weg moet wat voor alternatief wordt er dan geboden voor b.v. de scholen? Spreker is het eens met dhr. Heikens dat beter gekeken kan worden hoe de inkomsten verhoogd kunnen worden, in plaats van eerder genomen besluiten terug te draaien. Dit voor de eerste termijn. Mw. Ruys krijgt het woord. Vooraf merkt zij op dat pas vanmiddag is geconstateerd dat de cijfers bij het stuk helaas niet volledig zijn. Er werden een aantal uitgaven gemist die wel in 2003 geweest zijn o.a. voor wat betreft het jeugd- en jongerenbeleid die niet zijn opgenomen wat het totale beeld iets anders maakt. Zij heeft een nieuwe berekening gemaakt. De commissieleden krijgen dit alsnog zo snel mogelijk toegezonden. Na de nieuwe berekening komt spreekster op een bezuiniging op het hele subsidiebudget van bijna 12%. Zij constateert dat in de visie van dhr. Boer nog iets meer gevonden moet worden. Zij is het eens met de commissieleden dat de gemeente Beemster altijd een ruimhartig subsidiebeleid heeft gevoerd. Inderdaad is recent de subsidie aan de muziekschool uitgebreid. Het is niet mogelijk om dit in 2004 zonder meer terug te draaien. Mw. Ruys heeft de commissie middelen medegedeeld dat men met de muziekschool in gesprek is. Dit betreft dan het verhogen van de ouderbijdrage en b.v. ernaar kijken of het aanbod anders kan. De vraag is of je alles moet aanbieden. Men is aan het bekijken hoe subsidie naar beneden kan, doch dit heeft langere tijd nodig. Ook de bibliotheek ontvangt een hoog subsidiebedrag. De bibliotheek heeft de afgelopen jaren de mogelijkheid gekregen een goede collectie op te bouwen. Over de exploitatie van 2002 heeft de bibliotheek een bedrag van € 5.000 overgehouden. Dit is wellicht een teken dat het subsidiebedrag iets minder kan. Daar is met de bibliotheek over gesproken. Structureel is de bibliotheek van mening dat het niet binnen het eigen werk bezuinigd kan worden. De enige oplossing zou de bibliobus kunnen zijn. Men is hierover met elkaar in gesprek. Voor het jaar 2003 is wel geld voor de bibliobus beschikbaar. Voor wat betreft de toekomst is de wethouder met de bibliotheek in gesprek. De Stichting Kinderopvang ziet kans door het beleid wat zij voeren het geheel zodanig kostendekkend te maken dat er minder subsidie van de gemeente nodig is. De nieuwe Wet kinderopvang gaat er vanuit dat de kinderopvang kostendekkend wordt. Op dit moment is spreekster met hen in gesprek. De kinderopvang ziet kans om de kosten van de nieuwbouw in de vorm van huur terug te vergoeden, zodanig dat het de gemeente geen geld kost. Mw. Ruys is van mening dat het niet zo mag zijn dat door de bezuinigingsmaatregelen helemaal niets meer kan en dat er niets nieuws meer bij mag. Indien er nieuwe initiatieven komen is zij van mening dat je toch de mogelijkheid moet hebben om daar wat steun aan te geven. Alle subsidies onder de € 400 worden waarderingssubsidies genoemd. Zij is in gesprek met de St. Welsaen om te bezien waar gesnoeid kan worden in het jeugd- en jongerenwerk. Zij is van mening dat ook daar bezuinigingen gevonden kunnen worden. Indien de gesprekken met alle organisaties zijn afgerond komen we redelijk dicht in de buurt van 15% bezuinigingen. Mevr. Ruys spreekt de hoop uit dat de BPP een oordeel kan geven over de manier waarop men met de bezuinigingen omgaat op subsidiegebied. In het verleden heeft zij toegezegd dat naar het reserveringen en het eigen vermogen van verenigingen moet worden gekeken bij de subsidiebepaling. Op dit moment geeft commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
3 van 12
de criteriumnota daartoe niet voldoende houvast. Welk percentage mag men reserveren? Waar ligt de grens? Welke criteria leg je aan? Op dit moment ligt dit niet vast. Zij is van mening dat eerst de nieuwe subsidieverordening gereed moet zijn waarin e.e.a. goed vastligt. De verenigingen worden thans gekort omdat geen inflatieverhoging wordt toegepast. Men heeft er voor gekozen geen echte korting toe te passen. Een groot aantal verenigingen zou alsdan in de problemen komen en wellicht succesvol bezwaar kunnen aantekenen. Dhr. Widdershoven legt uit dat het subsidieplafond een onderdeel is van de subsidieverordening en is daarin aangebracht in verband met de Algemene Wet Bestuursrecht om te voorkomen dat gedurende het jaar op grond van de verordening nog grote subsidies aangevraagd worden. Het is noodzakelijk dat je een subsidieplafond inbouwt in de begroting. De mogelijkheid van nieuw beleid zit in de stelposten op het gebied van sport en algemeen. Dhr. Roenhorst vult in antwoord op de vraag van de heer Buis nog aan dat geen geld van de provincie of het rijk komt voor subsidies. Dit is puur een gemeentelijke uitgave. In tweede termijn. Mw. Uitentuis krijgt het woord. Naar haar mening is er een aantal posten waarbij met de kaasschaaf gewerkt moet en kan worden. De BPP wacht eerst de reactie af van het college op de begrotingsdiscussie. Zij vraagt hoe de gemeente omgaat met de federatiegemeenten m.b.t. subsidies. De voorzitter vraagt nogmaals hoe mw. Uitentuis over het thans voorliggende voorstel denkt. Hij benadrukt dat het college dit voorstel heeft voorgelegd en gevraagd heeft om een mening. Mw. Uitentuis persisteert bij de ingeslagen weg en wacht eerst op reactie. Zij is van mening dat er genoeg punten naar voren zijn gebracht. Dhr. Boer vindt het jammer dat de BPP zich thans niet uitspreekt. Zijn fractie is ingenomen met het feit dat de wethouder streeft naar een bezuiniging van 15%. Hij is van mening dat je niet meer coulance kunt hebben dan de portemonaie dik is en verwacht meer ruggengraat van de andere fracties. Het is weliswaar lastig en ingrijpend in het openbaar bezuinigingsmaatregelen aan te kondigen, maar naar zijn mening wordt en te omzichtig met het subsidiebeleid en het onderhavige stuk omgegaan. Vooralsnog volgt de fractie de ingeslagen weg van het college en is content met het streven naar 15% bezuiniging. Dhr. Heikens is van mening dat het standpunt van de PvdA niet ingegeven is door coulance doch door behoorlijk bestuur. De basis is dat er ongeveer 15% ruimte gecreëerd moet worden. Uitgangspunt is dat percentage, doch het is onbehoorlijk om afspraken die op korte termijn gemaakt zijn, abrupt terug te draaien. Hij vindt het jammer dat de BPP niet inhoudelijk ingaat op de discussie. Het gaat hier om een oprechte poging om de begroting sluitend te krijgen. Het maakt het voor de andere partijen lastig om de discussie aan te gaan. Hij nodigt de BPP uit inhoudelijk op de discussie in te gaan. Spreker vraagt de wethouder om nog iets meer te vertellen over de methodiek die wordt toegepast n.a.v. het eigen vermogen of reserves van verenigingen. Voor de PvdA is 15% of om en nabij 15% uitgangspunt. Dit in tweede instantie. Dhr. Buis is van mening dat het van zwalkend bestuur getuigt indien men nu al terugkomt op afspraken die vlak voor het zomerreces zijn gemaakt. De CDA fractie vindt 15% aan de hoge kant. De wethouder zit thans op 12% bezuiniging, hetgeen als positief ervaren kan worden. Ook is hij van mening dat de nieuwe waarderingssubsidies een kans verdienen. Hij noemt in dit opzicht het VVO dat zich thans snel uitbreidt en in ras tempo donateurs werft. commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
4 van 12
Mw. Ruys krijgt in tweede instantie het woord. Zij antwoordt de heer Heikens dat de toetsing plaatsvindt op grond van de huidige criteriumnota. Er is inderdaad gekeken of met door middel van de reserves en eigen vermogen het subsidiebedrag kon verminderen. Dit bracht echter met de huidige regelgeving zo weinig op dat het op dit moment niet de moeite waard vond om die toe te passen. Je moet inderdaad behoorlijk besturen. Bezuinigen kan niet van de een op andere dag. Zij benadrukt dat gewerkt wordt om de 15% te halen. Zij kan dit uiteraard op dit moment niet garanderen. Voor wat betreft de nieuwe subsidies is zij van mening dat het beleid wel iets moet toestaan. Het kan niet zo zijn dat door bezuinigingen geen nieuwe subsidies mogelijk zijn. De VVO is wat dat betreft een goed voorbeeld. Zeker daar waar de buslijnen in het buitengebied steeds slechter worden. Het is belangrijk daarin te investeren. Voor betreft de samenwerking van de federatie gemeenten wordt op dit moment op ambtelijk niveau overlegd of men gezamenlijk naar een subsidiebeleid kan komen. Het is de vraag of men daar uit kan komen. Er wordt hard aan gewerkt. Mw. Uitentuis heeft desgevraagd geen behoefte nader op de subsidiering in te gaan zij wacht het huiswerk van het college af. Dhr. Buis vraagt of de raad vooraf iets kan betekenen in het pilotproject of kan zij samen met het college iets betekenen om diverse zaken vast te stellen. Mw. Ruys antwoordt dat zij komt met een voorstel en dat het aan de commissie is om het voorstel al dan niet over te nemen. Mw. Ruys verlaat de vergadering. 4.
Vaststelling van de verslagen van de vergadering d.d. 22 mei en 2 juni 2003 Het verslag van de commissievergadering van 22 mei 2003 wordt tekstueel ongewijzigd vastgesteld. Naar aanleiding van heeft Dhr. Buis de volgende opmerking. Het betreft de kinderopvang. Is er een mogelijkheid, gezien de huidige bezuinigingen, het geheel te versoberen. Het betreft hier de nieuwbouw. Zijn er reeds offertes binnengekomen of verbeterde offertes en zijn deze wellicht doorgesproken met aannemers? Dhr. Widdershoven antwoordt dat 4 of 5 aannemers zijn uitgenodigd offerte uit te brengen. Daarvan zijn er 3 afgewezen vanwege de hoge prijsopgave. Met twee aannemers wordt op dit moment verder gepraat. De door de TD geschatte kosten blijven uitgangspunt bij de nieuwbouw. Gelet op de wens van het college en de intentie van het bestuur van de kinderopvang om de gehele bouwkosten voor haar rekening te nemen in de vorm van huur is de vraag meer van toepassing voor de Stichting Kinderopvang. Het is weliswaar eigendom van de gemeente doch de financiering en exploitatie valt gunstig uit voor de gemeente. Dhr. Buis is van mening dat in de toekomst wellicht toch bezuinigd kan worden op dit gebied. In deze bezuinigingsperiode kan wellicht toch nog iets af van het bedrag van de TD. Dhr. Widdershoven is van mening dat dit een politieke discussie is. Dhr. Brinkman vult aan dat de portefeuillehouder op deze vraag antwoord moet geven. Hij merkt op dat het niet eenvoudig is in dit geval een ingeslagen weg te verlaten. Ook niet omdat de post kinderopvang nadrukkelijk bekeken is en is meegenomen in een bezuiningsvoorstel waarin de kinderopvang een eigen verantwoordelijkheid heeft en neemt. Spreker zegt toe de vraag aan de portefeuillehouder voor te leggen en dat de raad voor 11 september a.s. antwoord zal ontvangen. N.a.v. zijn verder geen vragen. De voorzitter gaat over tot het tweede verslag d.d. 2 juni 2003 van de vergadering van de gezamenlijke commissies van de 4 pilotgemeenten. Tekstueel wordt het verslag vastgesteld. Dhr. Heikens vraagt hoe de procedure is met betrekking tot de vaststelling van het verslag. Er zijn 4 verschillende commissie bij betrokken. Tevens vraagt hij wat de status is van het verslag. De voorzitter antwoordt dat dit verslag een vaststelling is van hetgeen de gemeentelijke vertegenwoordiging in
commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
5 van 12
die gezamenlijke commissievergadering te berde heeft gebracht en wat de mening is geweest. De andere raden en de raadscommissie hebben het verslag, in ieder geval voor wat hun tekst betreft, vastgesteld. Indien deze commissie ook akkoord gaat is het integraal vastgesteld.
5.
Ingekomen stukken en mededelingen Er zijn twee ingekomen stukken. Brief van het college van B&W inzake de kosten van de brandweer Dhr. Buis krijgt het woord. Hij is geschrokken, gezien de voorgenomen vacaturestop, dat er een kracht bij moet komen. Op basis van de cijfers concludeert hij dat in 2004 10.000 euro bespaard wordt. De CDA fractie vraagt hoe het verder gaat na 2004. Wat is de verwachting? Dhr. Heikens constateert dat er net als bij de bibliotheek aan de ene kant sprake is van professionalisering en aan de andere kant inzet van vrijwilligers. Deze vrijwilligers leveren zeer hoge kwaliteit waardoor het ook moeilijk is de inzet te handhaven. Tevens is enerzijds sprake van decentralisatie en anderzijds centralisatie. Hij signaleert het gevaar dat beide kanten kosten met zich meebrengen. Hij vraagt wat het betekent voor de decentralisatie als een groot deel van de korpsen besluiten om een groot deel van de taken zelf te gaan uitvoeren? Voor het overige baseert de PvdA fractie zich op de deskundigheid van de brandweer. Er is wat hem betreft geen discussie over de inhoud. Helaas vormen de bezuinigingen een rode draad door de discussies in de toekomst. De PvdA fractie vraagt of het mogelijk is de uitbreiding van personeel te vinden binnen de personele bezetting van de gemeente (55 fte’s). Spreker stelt dat de kwaliteit van de dienstverlening wellicht binnen enige tijd aan de orde zou moeten komen. Die kwaliteit is op dit moment uitstekend maar kan wellicht in de toekomst onder druk komen te staan. Hij zou graag op korte termijn daarover van gedachten wisselen met de heer Brinkman over diens toekomstvisie op dit punt. Dhr. Boer is geschrokken van de kostenstijging bij de brandweer. Positief zijn de twee varianten die gegeven zijn. Hij vraagt of de vacature uit eigen huis te vervullen is. Hij is van mening dat, gezien de salarisschaal, het eenvoudig moet zijn iemand op te leiden voor het werk. Dit in eerste termijn. Mw. Uitentuis stelt dat de BPP hetgeen op blz. 2 staat m.b.t. de terugvordering van preventiegelden, steunt. Moeten de werkzaamheden m.b.t. de adembeschermingsmiddelen uitbesteed worden of kan de nieuwe medewerker dit doen? Moet dan alles dubbel aangeschaft worden? Ook de BPP vraagt te werven in de eigen organisatie. Is het mogelijk dat de pilotgemeenten gaan samenwerken op dit gebied waardoor meer fte hiervoor gebruikt kan worden? Dhr. Brinkman dankt voor de geboden mogelijkheid om op deze plek nader toelichting te kunnen geven op de brief van het college. Ook binnen het college was er sprake van een lang traject tot het voorliggende voorstel. Mede gezien het feit dat het inderdaad een ingewikkeld en technisch stuk is, is besloten de kwesties die belangrijk zijn uit te leggen en naar voren te brengen dat de werkzaamheden van de brandweer zeer veel omvattend zijn. Het is een keten van taken. Spreker benadrukt nogmaals dat voor wat de brandweer betreft er nog wel het een en ander te verwachten is. Dat is niet alleen het geval in Beemster doch dit geldt voor heel Nederland. Na de diverse rampen zoals in Volendam, Enschede en grote ongelukken op snelwegen is duidelijk geworden dat de Brandweer moet professionaliseren. De brandweer krijgt grotere en ingewikkelde taken waarbij in sommige gevallen samenwerking met andere korpsen moet worden gezocht. Dit proces is versneld door voornoemde rampen. Aan de ene kant moet het beter en groter, aan de andere kant goedkoper. Dit komt met elkaar in conflict en er moeten
commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
6 van 12
keuzes gemaakt worden. De keuzes worden echter gemaakt door de hogere overheden en daar moet men aan voldoen. De gemeenten moeten zorg dat e.e.a. gebeurt. De taken en verantwoordelijkheden moeten regionaal waargemaakt worden. In het regionaal college in Zaanstreek Waterland komen alle burgermeesters o.l.v. de burgemeester van Zaanstad regelmatig bijeen. Dhr. Brinkman benadrukt dat in dat overleg wel gekeken wordt of e.e.a. beter kan of goedkoper maar nooit of het minder kan. Dat is niet aan de orde. We zijn gebaat bij een goed veiligheidsbeleid. In de regio Zaanstreek-Waterland zijn de korpsen samengegaan tot een regionale brandweer. In het Regionaal overleg maakt men onderscheid tussen centraliseren van taken en decentraliseren van taken. Wat centraal kan doet men centraal. Dat is effectiever, goedkoper etc. Wat niet centraal gaat houden we binnen het eigen korps. Het college is na ampele overweging tot het voorliggende voorstel gekomen. Het aantrekken van een extra medewerker maakt de organisatie die vrijwel uit vrijwilligers bestaat minder kwetsbaar. Spreker benadrukt dat niet over een nacht ijs is gegaan met dit voorstel. Hij meent in antwoord op de reactie van de heer Buis dat laatstgenoemde niet echt geschrokken kan zijn van het plan omdat men reeds jarenlang de waarschuwing heeft meegekregen dat er zeker op brandweergebied nog wat te verwachten stond. Die waarschuwing geeft Dhr. Brinkman opnieuw mee. De nieuwe Regionale brandweerorganisatie wordt gehuisvest in een nieuw te bouwen kazerne in Zaanstad. Nu zijn de regionale taken nog verdeeld over Zaanstad en Purmerend. Dit zal samengevoegd worden. Zeker na 2004 komen er nog wel wat extra huisvestingskosten aan. Spreker benadrukt dat de brandweervrijwilligers uitmate professioneel zijn. Hij bedoelt te zeggen dat men vraagt aan de vrijwilligers dingen te doen in de eigen tijd, niet betaald, die eigenlijk door een betaalde kracht gedaan zouden moeten worden. We kunnen niet meer eisen van deze vrijwilligers. Er is een kleine onderbezetting doch men is er in geslaagd 2 vrijwilligers aan te trekken en te benoemen. Daarmee is men bijna op de functionele sterkte. We moeten heel blij zijn als gemeente dat deze vrijwilligers dit werk belangeloos doen. Dit is in andere gemeenten vaak anders. Wij leunen en steunen op de vrijwillige inzet van brandweermensen die dit op uiterst professionele wijze doen. Voor wat betreft de technische termen heeft hij getracht uit te leggen wat men bedoelt. Dhr. Brinkman kan zich evenwel voorstellen dat het niet allesomvattend duidelijk is maar het grote verhaal moet toch duidelijk genoeg zijn. In reactie op de vraag van de heer Heikens m.b.t. het praten over de toekomst, antwoordt hij dat deze discussie in heel Nederland volop aan de gang is. Men realiseert zich heel goed dat men voor een dubbeltje op de eerste rang zit. Het is van belang dat men de werkzaamheden voor de vrijwilligers zo interessant mogelijk maakt. Voor wat betreft de vervulling van de vacature in eigen huis antwoordt spreker dat het zeer specialistisch werk betreft. Hij is van mening dat het niet zo simpel ligt als dat de heer Boer veronderstelt. Degene die fulltime bij het korps komt werken, moet in te zetten zijn voor preparatieve taken. Het moet een “brandweermens” zijn. Als deze beschikbaar is binnen de organisatie en die persoon is bereik te solliciteren zal men uiteraard geen nee zeggen. Hij schat de kansen hiertoe bijzonder klein maar sluit het niet uit. Voor wat betreft de preventiegelden antwoordt dhr. Brinkman dat de gemeente deze niet betaalt. De voorschriften m.b.t. adembeschermingsmiddelen zijn ook verscherpt wat veel geld kost. Dit is een van de dingen die de nieuwe medewerker gaat doen. Het pilotproject gaat over 2 regio’s. Dat maakt samenwerking vrijwel onmogelijk. De commissie krijgt het woord in tweede termijn. Dhr. Buis stelt de kwaliteit niet ter discussie. De portefeuillehouder heeft aangegeven dat er de komende jaren nog meer kosten komen terwijl onderaan blz. 6 staat: “we concluderen dan ook dat het al op korte maar ook op langere termijn financieel commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
7 van 12
voordeliger is, en daarmee ook op lokaal beleidsmatig kwalitatief vlak beter beheersbaar”. Dhr. Buis vraagt zich af waar de voordelen vandaan komen. Dhr. Heikens zegt dat het stuk een uitstekend inzicht heeft gegeven in de keten. Het is lastig te beoordelen of de taakverdeling de meest juiste is. Hij gaat voor de beoordeling van de kwaliteit op het advies van de brandweer af. Hij zou de toekomst van de brandweer in een breder perspectief willen plaatsen. Ruim een jaar geleden is in Purmerend het veiligheidsplan aan de orde geweest met de discussie over wat kwaliteit, veiligheid is. Wat voor grenzen zitten daaraan voor wat betreft draagkracht of wat betreft professionalisering? Dit is z.i. een belangrijke discussie. Voor wat betreft professionaliteit t.o. vrijwilligers heeft hij bedoeld dat de eisen zo hoog worden gesteld dat het steeds moeilijker wordt aan die eisen te voldoen. Ook spreekt hij zijn zorg uit over de kosten van overhead als taken weer naar de korpsen komen. Dhr. Boer wil graag een dringend beroep doen om de personeelsuitbreiding uit eigen geleding te halen. In het huidige bezuinigingsklimaat zou de concessie dan moeten zijn dat de opleiding wat meer tijd kost of dat het maximaal professionaliseren meer tijd kost. Het mag niet zo zijn dat in de ene kant van de organisatie fte moet afvloeien en in diezelfde organisatie een medewerker gaat aannemen. Dhr. Heikens steunt dit beroep. Mw. Uitentuis heeft een vraag uitleg over het op blz. 6 genoemde bedrag van € 30.888,--. Dhr. Roenhorst antwoordt dat indien een medewerker aangenomen wordt het werk niet uitbesteed hoeft te worden waardoor die kosten wegvallen. Mw. Uitentuis vraagt of niet alles dubbel aangeschaft moet worden als je dat in eigen huis doet. Dhr. Brinkman antwoordt ontkennend. Mw. Uitentuis vraagt of de nieuwe medewerker ook iets kan betekenen voor Zeevang waardoor deze gemeente bijdraagt in de kosten. Dhr. Brinkman antwoordt dat de gemeente Zeevang gaat beslissen om brandweertaken uit te besteden. In antwoord op de vraag van de heer Buis zegt spreker dat salariskosten beter beheersbaar zijn dan uitbestedingskosten. Zoals het nu berekend is, is het goedkoper en het zal structureel goedkoper blijven. Spreker antwoordt de heer Heikens dat hij ook op de bedoelde bijeenkomst in Purmerend aanwezig was. Er wordt volop gediscussieerd over de toekomst en in dat verband is de opmerking: “er zou ons nog wel wat boven het hoofd kunnen hangen” geuit. Hij benadrukt dat daar kritisch naar gekeken wordt. Dhr. Heikens heeft na de bijeenkomst niets meer vernomen en vreest dat er straks beslissingen worden genomen waar consequenties aan verbonden zijn. Dhr. Roenhorst antwoordt dat men bezig is met een integraal veiligheidsplan. Op dit moment wordt daar hard aan gewerkt. De bedoeling is dit stuk aan het einde van het jaar met de commissie te bespreken. Dit betreft de visie op lokale veiligheid in al zijn facetten. Dhr. Brinkman antwoordt dat het juist is dat anderen steeds meer eisen stellen aan de vrijwilligers. We moeten er voor waken dat er te veel eisen gesteld worden waardoor de mensen afhaken. Hier is aandacht voor. Hij benadrukt dat we de vrijwilliger moeten koesteren. Dhr. Brinkman heeft nota genomen van het beroep van de heren Boer en Heikens m.b.t. het werven van personeel. Spreker geeft aan dat hij wel voorrang geeft aan kwaliteit. Dhr. Buis vraagt waarom dit onderwerp niet als agendapunt behandeld wordt. De voorzitter antwoordt ontkennend omdat dit de bevoegdheid van het college betreft. Dhr. Heikens is mening dat er wel iets gevraagd wordt van de commissie. Dhr. Brinkman antwoordt dat het college bevoegd is om de organisatie zodanig in te richten dat de taken op de best mogelijke manier worden uitgevoerd. In het kader van het budgetrecht van de commissie vond hij het raadzaam om nu reeds het voornemen kenbaar te maken nu er straks meer geld nodig is. Dhr. Roenhorst licht toe dat straks in de conceptbegroting de brandweerkosten gestegen zullen zijn en dat men nu weet hoe dat komt. commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
8 van 12
•
Het jaarverslag 2002 van de Urgentiecommissie Beemster. De voorzitter vraagt of hier nog technische vragen over zijn die de secretaris wellicht kan beantwoorden. Dhr. Buis vraagt namens zijn fractie hoe het komt dat zo weinig woningzoekenden uit de Beemster reageren op oproepen in de Binnendijks. Kan dit onderzocht worden? De voorzitter antwoordt dat daar niet zo snel antwoord op te geven is en dat het ook geen taak is om dit te gaan onderzoeken. Het is heel duidelijk aangegeven aan de inwoners, er zijn oproepen gedaan en als de respons uit de eigen gemeente zo laag is weet spreker ook niet wat de raad daaraan zou kunnen doen. Spreker is van mening dat we door moeten gaan met voorlichting in de Binnendijks en overige lokale pers. Dhr. Buis vindt het toch tegenvallende cijfers en vraagt of het straks bij de toewijzing van nieuwbouw anders gaat. Dhr. Roenhorst antwoordt dat er bij nieuwbouwmogelijkheden zijn om eigen kandidaten voorrang te geven. Daar zal de nodige aandacht aan besteed worden. Er bestaat al een lijst met kandidaten voor de nieuwe woningen. Voor het overige zijn over dit ingekomen stuk geen vragen.
Tijdens de vergadering is bij de voorzitter alsnog een mededeling binnengekomen. Het college heeft het besluit genomen om een banklening aan SV Beemster ten bedrage van € 100.000 te garanderen. Dhr. Roenhorst licht toe dat deze mededeling aan de raad gedaan is omdat in het dualistische systeem de behandeling van gemeentegaranties de bevoegdheid van het college geworden. Voorheen was dit de bevoegdheid van de gemeenteraad. 6. Standpuntbepaling t.a.v. op te nemen gemeentelijke actiepunten in de conceptnota volksgezondheidbeleid Dhr.Boer heeft het stuk in de fractie besproken. De gezondheidsmonitor zou in het licht van de bezuinigingen naar de achtergrond geschoven moeten worden. Huiselijk geweld is geen hot item. Voor wat betreft de jeugdzorg is hij van mening dat al behoorlijk wat ingezet wordt in Beemster voor de jeugd. Ook het mogelijke vertrek van de huisartsen ziet hij niet als een probleem omdat hier sprake is van vrije markt. Hij kan zich niet voorstellen dat indien een van de huisartsen vertrekt deze plek niet opgevuld zou worden en dat de gemeente Beemster daar vervolgens een rol in zou moeten spelen. Ondanks het feit dat de kosten op de begroting niet hoog uitvallen loopt de fractie van de VVD niet warm voor deze nota. Dhr. Heikens memoreert de vergadering van januari jl. waarin deze nota ter discussie stond. De commissieleden hebben toen aangegeven dat het lastig was om met onderwerpen te komen en hebben de wethouder gevraagd met thema’s te komen. Behoudens de zorg over de huisartsen. Dhr. Heikens is van mening dat het voorzieningenpeil wel degelijk een zorg voor de lokale overheid is en niet alleen van de vrije markt. De heer Boer is klaarblijkelijk van mening dat de jeugdzorg hier uitstekend functioneert. Dhr. Heikens denkt dat de heer Boer hier doelt op de jeugd in algemene zin terwijl de jeugdzorg zich richt op de zorgkant. Ook dit punt zou hij op het lijstje willen houden. Voor wat betreft het onderdeel “gezonder leven” is dhr. Heikens van mening dat een zeer breed onderdeel is. Dit zou specifieker moeten. Hij noemt als voorbeeld het bewegen van 55+ers. Het onderdeel moet op zich wel blijven staan maar met meer nadrukkelijke onderdelen. Het eerste onderdeel heeft z.i. de minste prioriteit. Tevens vraagt hij hoe het woord “vooralsnog” geïnterpreteerd moet worden. Mw. Uitentuis vraagt zich af waar het gevraagde geld voor gebruikt gaat worden. Dit is niet per aandachtspunt gespecificeerd. Zij is van mening dat het onderdeel jeugdzorg ruimhartig op de begroting staat. Daar heeft de BPP wel wat voor over maar niet bij dit agendapunt. De BPP fractie zou het bijzonder betreuren indien de huisartsen vertrekken. Zij vraagt zich af wat hierin de inspanningen van de gemeente kan zijn. De BPP is tegen het vormen van een geldpotje. Zij zou graag een concreet voorstel zien. Dhr. Buis heeft de notulen van de vergadering van 13 commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
9 van 12
februari 2003 nagelezen. De punten die thans besproken worden zijn daar reeds uitvoerig besproken. Hij is zeer content dat mw. Benningen alle punten die toen naar voren zijn gebracht thans heeft genoemd. Hij mist nog het onderdeel m.b.t. het vochtprobleem onder de huizen in Beemster. Voor wat betreft de financiën wil hij nog even de conceptbegroting afwachten. Mw. Benningen krijgt het woord. Zij herinnert de commissie er aan dat zij beloofd heeft dat zij punten zou aanreiken en dat zij van de commissie wil horen wat uiteindelijk op het lijstje moet komen. Tevens wijst zij er op dat het Rijk heeft gesteld dat wij een lokaal gezondheidsbeleid moeten hebben. Zonder gezondheidsmonitor is het onmogelijk te weten te komen of men op de goede weg zit als men iets gaat doen. De gezondheidsmonitor die is gehouden door de GGD betrof de leeftijdsgroep 18 tot 75. We weten dus in feite nog niet zoveel van de 0 tot 19 jarigen of van de 75+ers. Huiselijk geweld is inderdaad een heikel punt. In het regionaal college is dit ook aan de orde gesteld. De burgemeesters hebben gesteld dat het meldpunt huiselijk geweld ondergebracht zou moeten worden bij de GGD. Mw. Benningen is voorzitter van de GGD Zaanstreek-Waterland. Zij heeft het regionaal college geantwoord dat de GGD dit op zich kan nemen maar dat zij graag zou willen weten hoe dit financieel geregeld gaat worden. Zij wil hiermee benadrukken dat dit onderwerp een zwaarwegend punt is waar alle aandacht voor is. Het is op het bord van de GGD gelegd zonder financiële ondersteuning. Voor wat betreft de jeugdzorg doelt spreekster helemaal niet de hang- of BeeJee jeugd. Hier wordt bedoeld de hele jonge jeugd en de vroegtijdige signalering van gezondheidsproblemen waarbij het consultatiebureau (Evean) bij betrokken kan worden. Zij bestrijdt dat het onderdeel huisartsen een kwestie is van de vrije markt. Dit is slechts gedeeltelijk zo. De gemeente heeft een zorgplicht. Je moet hier wel huisartsen hebben. Indien de beide huisartsen stoppen met hun praktijk gaan ze zeer waarschijnlijk niet uit hun huis. Dan is er dus waarschijnlijk geen huisvesting. De vraag is wat we dan gaan doen. Zij heeft in het verleden reeds gesproken over de mogelijkheid om in de nieuwbouw van het Beatrixpark een gecombineerde huisartsenpraktijk te vestigen. Zij is het eens met de heer Heikens dat het onderdeel gezonder leven bijzonder breed is. Men zoekt naar de invulling van het lokale gezondheidsbeleid. Dan moet je kijken wat specifiek anders is voor Beemster dan die andere gemeenten. De enquete die gehouden is door o.a. de GGD wijst uit dat bewegen, de voeding, alcohol en drugs problemen zijn. Daar moet je dus wat mee. In antwoord op de vraag van mw. Uitentuis over de kosten zegt mw. Benningen dat daar op dit moment nog niets over gezegd kan worden omdat er in eerste instantie keuzes gemaakt moeten worden en de raad moet aangeven wat er in het lokale gezondheidsbeleid moet staan. Als we dat weten kunnen we bepalen wat we gaan doen en wat het kost. Vooralsnog is zij van mening dat € 0,50 per inwoner voldoende is voor het jaar 2004. Voor de aanpak van huiselijk geweld is uiteraard geld nodig. Daar komen deskundigen aan de pas. M.b.t. het vochtprobleem antwoordt mw. Benningen dat is gebleken dat deze problemen niet alleen voorkomen in Beemster. De gemeenten Edam-Volendam, Wormerland en Purmerend hebben dit probleem ook aangegeven. Dit wordt in het regionale gedeelte opgenomen. De voorzitter geeft het woord in tweede termijn. Hij verzoekt de commissieleden nadrukkelijk aan te geven wat zij er wel of niet op het lijstje willen. Dhr. Boer onderschrijft het nut en de noodzaak van een aantal onderdelen. Hij wil dit agendapunt nog eens terugnemen in de fractie. Hij voorziet dat men terugkomt met twee activiteiten die voor Beemster van belang zijn. Hij vraagt of er nog een andere specificatie komt op onderdelen dan de norm van € 0,50 per inwoner. Mw. Benningen antwoordt dat zij dan wel eerst de onderwerpen moet weten. Dhr. Boer komt nog op dit agendapunt terug. Dhr. Heikens zegt dat de PvdA fractie akkoord gaat met de financiële ruimte die gevraagd wordt met daaraan gekoppelde concretisering van de plannen. Mw. Uitentuis betreurt dat het groeiende aantal dementerende ouderen in het landelijk gebied niet in de voorstellen is meegenomen. Zij vraagt of de wethouder ook de visie en/of onderwerpen commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
10 van 12
heeft meegekregen van het regionale ziekenhuis. De BPP loopt nog niet warm voor dit voorstel. Dhr. Buis benadrukt nogmaals dat de punten die thans op het lijstje staan uitvoerig zijn besproken in februari. Hij is van mening dat je er thans niet veel meer over kunt zeggen. De punten die er staan zijn destijds goed besproken en min of meer voorgesteld om mee te nemen. Het voorstel wat er ligt is z.i. goed en de financiën komen terug in de begroting. Dhr. Boer wil nog zeggen dat de beletselen op het budgettaire vlak liggen. Als de plannen budgettair rondkomen kan men er makkelijker tegenaan kijken. Dit is voor de VVD fractie het meest zwaarwegende argument. Mw. Benningen heeft hier weliswaar begrip voor maar de noodzaak is gegeven door het feit dat dit door het Rijk wordt opgelegd. Het is goed opgepakt in de regio door een totaalbeeld te vormen. Dit heeft alle gemeentes veel geld gescheeld. Zij is van mening dat indien de gemeente dit plan zelf had moeten schrijven dit veel meer geld zou hebben gekost. Dhr. Boer antwoordt dat die argumenten duidelijk zijn en dat die ook ondersteund worden. Hij is van mening dat indien je de kosten van de brandweer en dit agendapunt naast elkaar zet er geen discussie is over wat echt noodzaak is. Hij is van mening dat het een luxe nota is. Hij vraagt zich af wat er gebeurt als Beemster niet overgaat tot actie Mw. Benningen betreurt het dat thans slechts over het geld wordt gesproken. Het is uiteraard belangrijk maar men moet zich wel realiseren dat hier gesproken wordt over de volksgezondheid. Het Rijk vindt dit ook van groot belang en heeft de gemeente gewezen op hun taak m.b.t. de volksgezondheid. Je kunt niet stellen dat volksgezondheid niet belangrijk is. Zij benadrukt nog eens dat getracht zal worden een en ander zo voordelig mogelijk te concretiseren en dat de commissie uiteraard de plannen voorgelegd krijgt. Deze vergadering is er op gericht om van de commissie te horen of men het eens is met de opgesomde onderdelen. Wilt u nog iets toevoegen of weglaten? Zij constateert dat men het in het algemeen eens is met de genoemde punten. Zij zal deze opnemen in het lokale gedeelte van het volksgezondheidsplan en in het najaar krijgt de commissie het geheel onder ogen en dan kan er verder gediscussieerd worden. Daarna wordt gekeken hoe de verwerking gaan doen en wat het gaat kosten. Dhr. Heikens merkt op dat hij in eerste instantie heeft gesteld dat het eerste onderdeel minste prioriteit heeft. Mw. Benningen antwoordt dat zij heeft gezegd dat de commissie het in het algemeen eens is met de punten. Wat de vraag van mw. Uitentuis betreft, het ziekenhuis en nog een heleboel andere instellingen hebben een het regionale gezondheidsplan ter beoordeling ontvangen. Er is gevraagd aan deskundigen dit te bestuderen en eventueel op- of aanmerkingen te plaatsen. Deze organisaties zijn o.a. Achmea, De Breiderstichting, Bureau Jeugdzorg, de Heel, Het Waterland Ziekenhuis, de GGD etc. Dit betreft echter het regionale gedeelte. Het Beemster gedeelte dienen wij zelf in te vullen. Mw. Benningen benadrukt dat het aan de raad is om dat lokale gedeelte vast te stellen. Dit is de verantwoordelijkheid van de gemeente. Zij dankt de heer Buis voor zijn steun en spreekt de hoop uit dat men zich met het concept kan verenigen. De voorzitter gaat over tot het volgende agendapunt. Dhr. Buis heeft met betrekking tot dit punt geen stukken ontvangen en vraagt of dit misschien bij de andere leden ook het geval is. Dit blijkt niet het geval te zijn. Dhr. Buis heeft het stuk nu niet kunnen voorbereiden. De voorzitter antwoordt dat dit stuk behandeld moet worden omdat het naar de raad moet. DHr. Buis zegt toe het stuk alsnog in de fractie te bespreken en voor de raad antwoord te geven. 7. Voorstel tot benoeming van bestuursleden en leden van de raad van toezicht van SPOOR Dhr. Boer krijgt het woord. De VVD fractie gaat akkoord. Mw. Uitentuis: de BPP fractie gaat akkoord. Dhr. Heikens vraagt of de portefeuillehouder iets kan vertellen over de meest recente stand van zaken. De PvdA fractie gaat overigens akkoord. De voorzitter constateert dat de fractie van het CDA voor de raadsvergadering de mening over dit agendapunt zal geven. commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
11 van 12
Mw. Benningen heeft morgenochtend een vergadering met SPOOR waarin een aantal punten besproken worden. De bestuursmanager is de heer Jan ten Klei geworden. Er zijn een aantal bestuursleden benoemd. Het college is nog niet compleet, doch er kan wel mee gewerkt worden. De Raad van Toezicht zal waarschijnlijk bestaan uit de portefeuillehouders onderwijs van de aangesloten gemeentes. Bepalen van de agendapunten voor de raadsvergadering van 11 september Agendapunt 7 gaat naar de raad. 8. Rondvraag Dhr. Heikens vraagt of op korte termijn reactie kan worden verkregen van het college m.b.t. de plannen omtrent het pand Middenweg 171 i.c. de Smidse. Mw. Benningen antwoordt dat het recent aan de orde is geweest in het college van B&W. Dhr. Roenhorst vult aan dat wat in het college is behandeld eerst wordt teruggekoppeld naar het Historisch Genootschap Beemster en daarna wordt bepaald wanneer het in de commissie komt. Hij verwacht dat dit in de eerstvolgende commissievergadering het geval zou kunnen zijn. Dit heeft met een aantal factoren te maken. Dhr. Heikens heeft tevens een vraag n.a.v. een stuk in het NRC m.b.t. perikelen rondom Zuiderhof. De gemeente is hier in principe geen partij in. Het gaat tussen de bewoners van Zuiderhof en de verhuurder Woonzorg Nederland. Hij vraagt of er vanuit het college op wordt gereageerd of helemaal niet? Dhr. Roenhorst antwoordt dat er wel naar de bewonerscommissie toe ambtelijk gereageerd is. Primair is dit een zaak die bij Woonzorg ligt. Het is een zaak tussen verhuurder en huurder. Daar waar de mogelijkheid er is wil men Woonzorg Nederland op de hoogte stellen van het feit dat de gemeente zich over een aantal zaken zorgen maakt. Mw. Uitentuis vraagt of er acties zijn geweest van het college m.b.t. de afgelopen droogteperiode. De sportvelden waren enige tijd gesloten. Wat is de reden geweest om afgelopen dinsdag die criteria op te heffen? In Westbeemster is het kermiscomité op kosten gejaagd door deze handeling. Dhr. Roenhorst antwoordt dat van Rijkswege criteria en maatregelen zijn neergelegd ter bestrijding van droogtesituaties, maar dat deze niet specifiek van toepassing zijn geweest voor Beemster. Hij zal de vraag aan de portefeuillehouder voorleggen en dat krijgt de BPP schriftelijk antwoord. Tevens heeft mw. Uitentuis een vraag over Aangenaam. In dit project was het biljartpotje op. Dhr. Widdershoven antwoordt dat er is geen sprake van dat het potje op is, het valt onder het hoofd gastboerderij. Er zijn geen problemen. Dhr. Buis vraagt of binnenkort iets vernomen gaat worden over de ontwikkelingen en voortgang op het Beatrixpark. Dhr. Widdershoven antwoordt dat de projectgroep op volle gang draait. De planning is dat volgend jaar september begonnen wordt met de sloop en bouw. In de loop van dit najaar en voorjaar worden de schetsen die u gezien heeft in tekeningen omgezet. Wellicht dat er dan weer informatie naar u toekomt. 9. Sluiting De voorzitter constateert dat er geen vragen zijn en sluit de vergadering om 22.00 uur.
commissie samenlevingszaken d.d. 28 augustus 2003
12 van 12