Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
EFFECT ONLINE LEEROMGEVING IN HET SBO Digitaal leren en werken in het SBO Tilburg Plan kennisontwikkeling versie 1.1 (20 februari 2007)
leerlingen van een SSOT SBO school
Pagina 1 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
1. Gegevens aanvrager Onderwijsinstelling Naam
Stichting Speciaal Onderwijs Tilburg (SSOT)
Postadres
Postbus 5134
Bezoekadres
Professor Goossenslaan 1-05
Postcode/plaats
5022DM Tilburg
Website schoolorganisatie
www.ssot.nu
Brinnummer
73114
Postbankrekeningnummer
-
Bankrekeningnummer
-
Volledige naam tekeningsbevoegde
Drs. J.H.F. van Gils, Algemeen directeur
Contactpersoon Naam
M.H.J. van de Ven
Functie
Adviseur ICT & onderwijs
Telefoon
0877-873888
Telefax
0877-873999
E-mailadres
[email protected]
Titel
Effect online leeromgeving in het SBO
Pagina 2 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
2. Samenwerking 1. Stichting Speciaal Onderwijs Tilburg (SSOT) Contactpersonen: de heer J. van Gils (algemeen directeur), de heer J. Vromans (beleidsmedewerker) en de heer F. Moerlands (didactisch medewerker rekenen & wiskunde) De Stichting Speciaal Onderwijs Tilburg brengt deels kennis/expertise in in de vorm van de inzet van een didactisch medewerker op het gebied van rekenen en wiskunde. In dit project wordt als startdomein het vakgebied Rekenen en Wiskunde genomen. Deze medewerker heeft ook nauwe samenwerkingsverbanden met het expertisecentrum Rekenen & Wiskunde, het Freudenthal Instituut. Status samenwerking: contract. 2. SOM Onderwijsadviseurs Contactpersoon: M.H.J. van de Ven, adviseur ICT & onderwijs SOM Onderwijsadviseurs beschikt over een brede expertise op het gebied van onderwijs en leren. Voor dit project wordt de volgende specifieke expertise ingezet die zich richt op: • ICT & onderwijs algemeen: visie, didactiek, voorwaarden (hardware/software), begeleiding en coaching. • Digitale elektronische leeromgevingen, m.n. Fronter, Ontdeknet en Whizzer. • Samenwerkend leren (coöperatief leren). • SOM Onderwijsadviseurs is landelijk actief in ontwikkelingstrajecten waarin online digitaal leren verbonden wordt met samenwerkend leren en meervoudige intelligentie. Deze expertise wordt eveneens in het project ingebracht. Status samenwerking: contract. SOM Onderwijsadviseurs draagt zorg voor de projectleider, de heer M.H.J. van de Ven. Competenties: • Ervaring met projectleiding op het gebied van ICT & onderwijs. • Breed georiënteerde en diepgaande kennis/expertise op het gebied van ICT & onderwijs. • Kennis van de situatie in het speciaal onderwijs, met name de twee SBO projectscholen, inclusief de teams van leraren en overige medewerkers.
3. Overige instellingen & ondersteuning
Dell Computer, contactpersoon: de heer H. Hansma Dell Computer heeft toegezegd voor dit kennisproject de benodigde apparatuur te leveren voor een sterk gereduceerde prijs.
KPN Nederland, contactpersoon: E. Hemmen KPN heeft voor dit project algemene expertise op het gebied van datacommunicatie toegezegd en ondersteuning in de vorm van datacommunicatieproducten.
Freudenthal Instituut, contactpersoon: de heer V. Jonker Het Freudenthal Instituut (FI) biedt ondersteuning op het gebied van webbased leerobjecten welke direct in de elektronische leeromgeving Fronter geïntegreerd kunnen worden.
IGI e-learning: Fronter Nederland, contactpersoon: de heer H. van Vlaanderen Fronter de leverancier van de online leeromgeving biedt algemene ondersteuning bij de inrichting en gebruik van Fronter.
Fontys Hogescholen: OSO (Opleidingen Speciale Onderwijszorg) en SOM onderwijsadviseurs stellen adviseurs en trainers beschikbaar. Waar mogelijk worden stagiaires voor het project ingezet. Pagina 3 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
3 Vraagstuk en achtergrond 3.1 Waar bent u in de praktijk mee bezig en waar loopt u tegen aan? De Stichting Speciaal Onderwijs Tilburg (SSOT) wil het onderwijs in haar scholen voor speciaal onderwijs optimaal blijven aanpassen aan de mogelijkheden die ICT voor deze groep scholen en leerlingen kan bieden. Naar ons idee (en de eerste toetsing door Kennisrotonde experts) is hierover nog weinig kennis ontwikkeld en beschikbaar. Twee SBO scholen van de SSOT willen concreet de effecten en het rendementen onderzoeken van een webbased leeromgeving (“online leeromgeving”) in het speciaal basisonderwijs (SBO). Uitgangspunt hierbij is dat de leerkrachten over optimale voorwaarden beschikken (training, coaching, apparatuur, didactische werkvormen) om de effecten en rendementen te maximaliseren. Bijvoorbeeld door een optimaal ingerichte lesruimte (digitaal leerlandschap) met Fronter/Smartboard/geïntegreerde computerwerkplekken, digitale educatieve content voor leerlingen, maar vooral duidelijke didactische werkvormen waarbinnen optimaal gebruik gemaakt kan worden van wat ICT te bieden heeft. Dit willen we onderzoeken aan de hand van een pilot met twee scholen voor speciaal basisonderwijs, SBO de Schans en SBO Bisschop Janssensschool. Wanneer blijkt dat er positieve effecten waarneembaar zijn, zal SSOT deze onderwijsvernieuwing voor beide pilotscholen SSOT-breed invoeren én overdragen naar de overige scholen voor speciaal onderwijs binnen de Stichting Speciaal Onderwijs Tilburg.
Als voorbeeld: hoe denken we dat dit er in de praktijk uit kan zien? Een groep leerlingen van een SBO-school in de klasruimte. De groepsruimte is echter geheel ingericht op maximaal gebruik van ICT, vooral het Internet door de leerlingen en de leerkracht. Er hangt een digitaal schoolbord en verspreid enkele kleine whiteboards. Tussen de leerlingensetjes staan speciale ronde ICT- zuilen met telkens vier mini computerwerkplekken. Leerlingen hoeven zich alleen vanaf hun werkplek om te draaien om Internetwerkplek ter beschikking te hebben. Eerst staat er rekenen op het lesprogramma. Enkele leerlingen werken met gedrukte lesmaterialen van de rekenmethode, andere leerlingen werken met digitale rekenleermiddelen. Ze starten hun werk altijd via Fronter. Via hun eigen groepsmap in Fronter komen ze terecht bij een aantal Internet rekenprogramma’s van het Rekenweb. De keuze voor deze rekenprogramma’s die ze gebruiken is gebaseerd op leerlijnen rekenen en wiskunde. Via deze leerlijnen is het voor de leerkracht redelijk gemakkelijk te bepalen welke internetprogramma’s van het Rekenweb passen bij de leerdoelen van dat moment. Daarna mogen de leerlingen aan een opdracht gaan werken rondom het thema lezen, immers het is binnenkort kinderboekenweek met het thema “De leeuw is los”. De leerlingen gaan nu in teams van vier aan de slag. Daarbij maakt de leerkracht gebruik van de werkvormen uit de didactiek van coöperatief leren (samenwerkend leren volgens dr. Spencer Kagan). Leerlingen maken eerst met Kidspiration een woordveld (digitale BreinKaart) van de onderwerpen en items waarover ze het gaan hebben in hun opdracht. Pagina 4 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
Vervolgens verdelen ze de subonderwerpen onder elkaar en gaan ze met vieren aan een ICT- zuil met vier Internetwerkplekken zitten. Ze starten een nieuw Fronter document, waarin ze tegelijkertijd met vieren in kunnen typen en werken. De ICT zuilen met Internetwerkplekken zijn zó gemaakt dat de leerlingen elkaar kunnen zien én spreken terwijl ze aan de computer werken. Dat is ook nodig om met vieren tegelijk aan de opdracht te kunnen werken. In Fronter heeft de leerkracht ook enkele relevante Internetadressen klaar gezet die ze mogen bezoeken om informatie op te halen over het thema van de kinderboekenweek: de leeuw is los. Bijvoorbeeld de site van het Safaripark Beekse Bergen. De leerkracht laat vooraf met het digitale schoolbord in de klas kort zien welke websites ze mogen bezoeken en hoe de leerlingen deze kunnen vinden. De leerlingen gaan aan het werk. Soms individueel, soms en samenwerkend in groepjes. Behalve met elkaar praten, mogen ze ook met de Fronter Messenger (MSN) digitaal met elkaar praten en chatten. Uiteindelijk is de groepsopdracht klaar: een prachtig Fronterdocument met tekst maar vooral veel illustraties, foto’s en zelfs een filmpje. De leerlingen sturen de opdracht naar de inlevermap van de groep in Fronter. Als de leraar akkoord is met het resultaat mogen ze aan de andere leerlingen hun opdracht presenteren via het digitale schoolbord en de beamer.
3.2 Wat is uw vraagstuk? “Welke opbrengsten zijn er te behalen door ICT (Internet & digitale leermanagement systemen) integraal op te nemen in de dagelijkse leeractiviteiten van de leerlingen in het SBO?” Betrokken: directies (organisatie, beleid), leraren (de arrangeur van digitale leerarrangementen), de coördinator ICT (begeleiding binnen de school) en de leerlingen (die feitelijke consumenten van de digitale leerarrangementen). Rendementen en opbrengsten zijn voor ons meetbaar én waarneembaar. Meetbaar in de kwaliteit van leren, maar ook waarneembaar in de beleving van het leren door de leraren én de SBO leerlingen. In deze pilot worden de effecten/kennisopbrengsten gemeten door middel van interviews met leerlingen, leraren en andere betrokkenen, zowel voorafgaande aan de praktijkfase van de pilot als aan het einde van de pilot. Deze wijze van kennisverzameling wordt breed visueel onderbouwd met beeldmateriaal, eveneens voorafgaande aan de praktijkfase van de pilot als aan het einde van de praktijkfase. Om de pilot qua omvang hanteerbaar te maken zal het domein Rekenen & Wiskunde als eerste onderwerp gekozen worden. Deelvragen bij het vraagstuk: • Welke aanpassingen in het huidige klassenmanagement en de huidige didactiek en didactische werkvormen zijn noodzakelijk om ICT integraal op te nemen in de SBO onderwijspraktijk? Levert kennis op voor de school als organisatie, voor SSOT en voor met name de leraren die hiermee de juiste werkvormen in handen krijgen. SBO scholen werken met gedifferentieerde instructiegroepen, de kenniservaringen zijn interessant voor alle scholen voor primair onderwijs die adaptief onderwijs nastreven. •
Welke aanpassingen moeten er plaatsvinden in de huidige digitale educatieve content? We denken daarbij bijvoorbeeld aan de webbased content van RekenWeb, WisWeb en Pagina 5 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
Malmberg. Levert kennis op voor de school als organisatie, voor SSOT en voor met name de leraren. Veel scholen voor primair onderwijs werken met de content van RekenWeb waardoor de verworven kennis geschikt is voor bijna alle primair onderwijsscholen. •
In hoeverre sluit de huidige digitale educatieve content Rekenen en Wiskunde aan bij de methodes, de leerlijnen en kerndoelen zoals deze in beide SBO scholen worden ingezet? Levert kennis op voor de school als organisatie, voor SSOT, maar ook voor ander SBO-scholen. Veel scholen voor primair onderwijs werken met de content van RekenWeb, WisWeb en Speciaal Rekenen. De SBO scholen werken met reguliere methodes (Pluspunt en Wereld in getallen) waardoor de verworven kennis overdraagbaar is naar veel POscholen.
•
Waar geeft het aanbieden van educatieve content via ICT een meerwaarde in de SBOsituatie? Levert kennis op voor de school, voor SSOT, maar ook voor andere SBO-scholen.
•
Tegen welke praktische hindernissen lopen de leraren aan? Levert kennis ervaringsgegevens op voor de school als organisatie, voor SSOT, voor met name de leraren zelf maar ook voor basisscholen en voor andere SBO-scholen.
•
Welke competenties hebben leraren nodig om met de online leeromgeving, de digitale content en didactische werkvormen aan de slag te gaan? Levert kennis op voor de school, voor SSOT, maar ook voor basisscholen en voor andere SBO-scholen.
•
Over welke basisvaardigheden dienen onze SBO leerlingen te beschikken? Levert kennis op voor de school, voor de leraren, maar ook voor andere SBO-scholen.
•
Welke eisen worden er aan de leeromgeving gesteld, zowel aan de groepsruimte (fysiek) als aan de online leeromgeving? Levert kennis op voor de school, voor SSOT, maar ook voor basisscholen en voor andere SBO-scholen.
•
Vergroot je de betrokkenheid van ouders bij het aanbieden van digitale content welke ook in de thuissituatie benaderbaar is? Levert kennis op voor de school, voor de leraren, maar ook voor basisscholen en andere SBO-scholen.
•
Vergroot je de mogelijkheid van ouders om te participeren wanneer er sprake is van een online leeromgeving waar ouders toegang toe hebben? Levert kennis op voor de school, voor de leraren, maar ook voor andere BAO en vooral SBO-scholen.
SSOT streeft er naar dat leraren van beide pilotscholen duurzaam en frequent onderling samenwerken om de benodigde kennis te ontwikkelen en te delen. Daarbij is deze vraag van belang: • Is het onderling samenwerken van leraren een succes bij onderwijsvernieuwing? Levert kennis op voor de school, voor de leraren, maar ook maar ook voor basisscholen en voor andere SBO-scholen.
Pagina 6 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
3.3 Welke rol speelt ICT bij het vraagstuk? ICT kan in dit geval de motor, de katalysator zijn tot de feitelijk beoogde onderwijsvernieuwing. ICT heeft wat ons betreft de volgende rollen in dit project/vraagstuk: • Als facilitator van de eigentijdse inrichting van de SBO groepsruimtes, waarin ICT en Internet maximaal geïntegreerd wordt in de vorm van apparatuur (computerzuilen, digitaal schoolbord etc), meubilair (draadloze datacommunicatie) en aangepaste leermiddelen. • De digitale webbased content specifiek op het gebied van Rekenen en Wiskunde, een domein wat als startdomein dient in de vak- en vormingsgebieden. • Een state-of-the-art elektronische leeromgeving voor leerlingen waarin zij behalve analoog vooral ook digitaal met elkaar kunnen samenwerken aan opdrachten en werkstukken. Soms op het gebied van Rekenen en Wiskunde, vaak op allerlei algemene terreinen, vak- en vormingsgebieden (Internet, schrijven, stellen, communicatie, werkstukken, presentaties etc.) • De juiste voorwaarden om leerlingen digitaal te kunnen laten samenwerken. Het is wel nodig dat bij digitale samenwerking van SBO-leerlingen de juiste didactische werkvormen worden gekozen en toegepast. Leerlingen gestructureerd digitaal/analoog laten samenwerken, vergt coöperatieve vaardigheden van de leerling en van de leraar.
3.4 Waarom is de kennis die u rondom uw vraagstuk wilt ontwikkelen, vernieuwend? Het vraagstuk is naar ons idee vernieuwend omdat er nu nog weinig bekend is over de effecten ten aanzien van leren die ICT kan betekenen voor de leerlingen in het speciaal basisonderwijs. Met name de beoogde maximale integratie van ICT in de lessen én de inzet van een digitale leeromgeving is in dit onderwijssegment nog nauwelijks verkend. Ook de koppeling van didactische werkvormen van coöperatief leren (S. Kagan) aan ICT en Internetopdrachten is nog nauwelijks verkend, zeker niet voor wat betreft het speciaal basisonderwijs. In het vraagstuk “Competenties bij digitaal leren met een ELO” wordt ingegaan op met name de ervaringen met Microsoft ClassServer. De feitelijke leerling en leraar competenties komen nauwelijks aan bod, deze ELO is niet echt geschikt voor SBO onderwijs. In het vraagstuk “Leerstijl bij aanleren ICT-vaardigheden” wordt wellicht kennis ontwikkeld welke aansluit op de kennis die we in dit project willen ontwikkelen: “welke didactische werkvormen uit coöperatief leren (Kagan) structureren het leren in een online leeromgeving. Tijdens de gehele kennisontwikkeling gebruiken we telkens de visie van Robert Marzano als leidraad om te toetsen of we tijd, energie en geld inzetten op de juiste topics. Marzano heeft op basis van dertig jaar onderwijsresearch een elftal aandachtspunten geformuleerd die onderwijsontwikkeling en onderwijsvernieuwing kansrijker maken (Robert Marzano, “What Works in schools?”). Omdat er duidelijk sprake is van onderwijsontwikkeling/onderwijsvernieuwing in deze SBO projectscholen worden deze ijkpunten als referentiekader ingezet. In die zin is de kennis vernieuwend omdat deze ook continu gedurende het project op deze wijze kwalitatief getoetst wordt.
Pagina 7 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
4. De planning 4.1 Wat wilt u doen om kennis te ontwikkelen rondom uw vraagstuk? 4.1.1. INRICHTING GROEPSRUIMTES
1-2007
12-2007
4.1.1.1 Toelichting De eerste fase bestaat uit het inrichten van de groepsruimtes. Samen met de leerkrachten en de coördinatoren ICT van beide scholen komen tot een digitaal leerlandschap met de volgende kenmerken: • Maximale en continu beschikbaarheid van ICT & Internet voor de leerlingen en voor de leraar. • Meubilair en apparatuurkeuze en lokaalinrichting gericht op het zelfstandig werken aan de computer maar ook aan digitaal samenwerken aan de computer. • Een groepsruimte waarin zowel leraren als leerlingen beschikken over digitaal schoolbord voor instructie en kennispresentatie. • Een uitdagend en uitnodigend ontwerp van de gehele groepsruimte, waarin digitaal leren vanzelfsprekend is. 4.1.1.2 Kennisopbrengsten Deze fase levert de kennis en ervaringsgegevens op: • Een digitaal leerlandschap in het speciaal basisonderwijs: Is een digitaal leerlandschap haalbaar? Tegen welke beperkingen lopen we aan? Welke kosten brengt dit met zich mee? Welke voordelen kan een digitaal leerlandschap bieden? Zijn er specifieke SBO eisen aan apparatuur, software, inrichting, beveiliging? • Welke eisen (technisch, ARBO) dienen er aan een digitaal leerlandschap gesteld? • Over welke vaardigheden en competenties dienen leraren te beschikken om met een digitaal leerlandschap in het SBO te kunnen werken? • Hoe ervaren leraren en leerlingen het om in deze lesruimtes te werken en te leren? 4.1.1.3 Fasen en activiteiten De stappen die voor dit onderwerp gezet worden: 1. Verkenning van bestaande bronnen en situaties als gedachtemateriaal voor een eerste brainstorm. 2. Gesprekken met leveranciers om nieuwe trends en nieuwe technologieën te screenen rondom een digitaal leerlandschap. 3. Brainstorm met de betreffende leerkrachten en partners om te komen tot ontwerpen voor een digitaal leerlandschap die aansluiten op de leer- en werksituatie van beide scholen en de betreffende leraren. Januari-februari 2007 4. Omzetten van ontwerpen naar offerteaanvragen (pakket van eisen), aanbesteding. Januari-maart 2007 5. Feitelijke inrichting van de groepsruimtes tot een digitaal leerlandschap. Maart-April 2007 6. Testen en aanpassing van de groepsruimtes/leerlandschap. Mei-juni 2007 7. Training, opleiding en coaching van leraren. maart-september 2007 8. Praktijktoets, incl. continu verzamelen van ervaringen middels interviews, vragen, beeldmateriaal. Vanaf augustus 2007 9. Verzamelde ervaringen en effecten omzetten naar kennisproducten welke voor anderen bruikbaar zijn. November-december 2007
Pagina 8 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
4.1.1.4 Knelpunten Mogelijke barrières: hoeveelheid beschikbare oppervlakte per groepsruimte, kwetsbaarheid van meubilair, apparatuur.
4.1.2. ELEKTRONISCHE LEEROMGEVING/LEERMANAGEMENTSYSTEEM
1-2007
12-2007
4.1.2.1 Toelichting Een elektronische leeromgeving zal het uitgangspunt vormen voor de digitale leerarrangementen in de groepen. SSOT heeft hier al geïnvesteerd door voor alle scholen een bestuursbreed Internetplatform aan te kopen, Fronter. Het digitale Internetplatform Fronter zal in dit project dienen als digitaal intranet voor de leraren voor kennisdeling en kennisuitwisseling. Het digitale Internetplatform Fronter zal dienen als elektronische leeromgeving voor de leerlingen van de pilotgroepen. 4.1.2.2 Kennisopbrengsten • Welke opbrengsten zijn er te behalen zijn door een elektronisch leermanagement systeem integraal op te nemen in de dagelijkse leeractiviteiten van leerlingen in het speciaal onderwijs? Kennisopbrengsten vooral in de beleving van het leren (aantrekkelijk, leuk, leerzaam, afwisselend, aansluitend bij ervaringen). Verzameling van de gegevens middels een nulmeting en eindmeting bij leerlingen. • Welke opbrengsten zijn te behalen zijn door een webbased intranetplatform integraal op te nemen in de dagelijkse werkzaamheden van leraren in het speciaal basisonderwijs voor kennisdeling en kennisuitwisseling? Wat levert dit de SBO leraar concreet op? tijdswinst, kwaliteitswinsten, werken als leraar wordt afwisselender en leuker? Verzameling van de gegevens middels een nulmeting en eindmeting bij leraren. • Tegen welke praktische hindernissen lopen de leraren aan? Beschikken zij over voldoende ICT vaardigheden? Sluit de werkwijze aan op de gestelde lesplanning? Biedt een ELO voldoende structuur voor de dagelijkse planning, uitvoering en evaluatie van lessen en leren? • Welke competenties hebben leraren en leerlingen nodig? Welke concrete ICT-competenties zijn nodig? Welke kennis over en ervaring met ELO’s is nodig? • Hoe ervaren leerlingen en leraren het leren met ICT/Internet via een elektronische leeromgeving? Kennisopbrengsten vooral in de beleving van het leren via een elektronische leeromgeving (aantrekkelijk, leuk, leerzaam, afwisselend, aansluitend bij ervaringen). Verzameling van de gegevens middels een nulmeting en eindmeting bij leerlingen
Pagina 9 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
4.1.2.3 Fasen en activiteiten De volgende stappen worden gezet: 1. Keuze en aanschaf elektronische leeromgeving/digitale werkomgeving. Inmiddels is Fronter voor alle SSOT-scholen beschikbaar (vanaf oktober 2006) als digitaal Intranet. Investering van SSOT zelf. 2. Inrichten van een educatief portal in Fronter voor beide SBOprojectscholen. In dit portal dienen tenminste de volgende functies beschikbaar te komen: - Webbased content (bijv. uit RekenWeb, Rekenen Speciaal) - Portalfuncties: leerling-toegang tot content. - Functies voor samen schrijven (werkstukken en opdrachten) - Functies voor samenwerken (Messenger, whiteboard etc.) - Functies voor eenvoudige toetsen - Leerling-mappen en groepsmappen. - Takenplanner. Planning: februari-maart-april 2007. Een deel van deze functies worden gerealiseerd vanuit het project “Educatieve contentketen”. 3. Verzamelen van webbased content. Planning maart-september 2007. Een deel van deze functies worden gerealiseerd vanuit het project “Educatieve contentketen”. 4. Nulmeting bij leraren 5. Opleiden van de leraren en coördinatoren ICT in het doelmatig inzetten van een online leeromgeving in de lessen. Planning: maart-april 2007, september 2007 6. Praktijktoets, incl. verzamelen van ervaringen (nulmeting leerlingen). Vanaf augustus 2007 7. Coaching on the job van leraren. September-oktober 2007 8. Eindmeting (leraren en leerlingen) 9. Verzamelde ervaringen en effecten omzetten naar kennisproducten welke voor anderen bruikbaar zijn. November-december 2007
Pagina 10 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
4.1.3. DIGITALE REDZAAMHEID 4.1.3.1 Toelichting Leerlingen ontwikkelen zich tot “digitaal redzaam”. De digitale vaardigheden worden steeds belangrijker, zeker voor SBO leerlingen. De maatschappij vraagt om deze vaardigheden in de thuissituatie (e-mail, MSN, Internetbankieren en online winkelen) maar ook in de werksituatie (waar ICT een basisvaardigheid is). Om in de (toekomstige) maatschappij goed te kunnen functioneren dienen de SBO leerlingen van nu voldoende digitale vaardigheden te ontwikkelen. 4.1.3.2 Kennisopbrengsten In dit project willen de volgende kennis ontwikkelen rond digitale redzaamheid van leerlingen speciaal basisonderwijs: • Over welke concrete digitale vaardigheden dienen SBO leerlingen te beschikken om later in de (digitale) maatschappij te kunnen functioneren? Kapstok hiervoor vormt het curriculum van het ECDL, plus specifieke vaardigheden voor wat betreft maatschappelijke redzaamheid die voor SBO leerlingen gelden. Welke ICT vaardigheden dienen we SBO leerlingen integraal aan te bieden? • In hoeverre is de ontwikkeling van deze ICT vaardigheden in de reguliere lessen te integreren? Dienen deze vaardigheden apart worden aangeboden of kunnen deze in andere lessen geïntegreerd worden? • Zijn er voor SBO leerlingen ICT specifieke vaardigheden of specifieke ICT situaties die problemen opleveren? Dient er extra aandacht aan privacy en persoonlijke Internethygiëne besteed te worden? Zijn er risicosituatie voor SBO leerlingen waarop we hen kunnen voorbereiden? 4.1.3.3 Fasen en activiteiten 1. Bepalen van de lesactiviteiten digitale vaardigheden, zoveel als mogelijk aansluitend op de methodes, leerdoelen en het startdomein Rekenen en Wiskunde. Mei-Juni 2007 2. Ontwikkelen van een beperkte set lesactiviteiten digitale redzaamheid. Juni-augustus 2007 3. Praktijktoets, incl. verzamelen van ervaringen. Vanaf augustus 2007 4. Verzamelde ervaringen en effecten omzetten naar kennisproducten welke voor anderen bruikbaar zijn. November-december 2007
Pagina 11 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
4.1.4. DIDACIEK EN DIDACTISCHE WERKVORMEN 4.1.4.1 Toelichting Om ICT, met name Internet doelmatig en geïntegreerd in te zetten zijn er naar verwachting andere didactische werkvormen nodig dan nu. We denken dat de werkvormen van coöperatief leren een uitstekend koppelvlak biedt tussen huidig curriculum en ICT/Internet. Samenwerking tussen leerlingen wordt nagestreefd als nieuwe didactiek waarin redzaamheid van leerlingen in de toekomstige maatschappij centraal staat. In die maatschappij is het meer en meer noodzakelijk goed te kunnen samenwerken. Daarvoor kan als uitgangspunt de didactiek van Spencer Kagan genomen worden. Deze samenwerkingsstructuren worden gekoppeld aan de te ontwikkelen (digitale) lessen. 4.1.4.2 Kennisopbrengsten We willen de volgende kennisopbrengsten realiseren, antwoorden op de volgende vragen: • Welke didactische werkvormen om ICT te integreren in de dagelijkse lessen in de SBO scholen? • Is het voor de SBO leraren haalbaar om dit te organiseren (klassenmanagement)? • Kunnen de didactische werkvormen van coöperatief leren (Spencer Kagan) een brug slaan tussen ICT/Internet en de methodes/leerlijnen? Wordt het leereffect groter wanneer leerlingen samenwerken aan digitale opdrachten (Rekenen en Wiskunde) • Welke didactische werkvormen uit coöperatief leren (Spencer Kagan) zijn geschikt voor de SBO situatie en voor digitale opdrachten? • Over welke kennis, vaardigheden op het gebied van coöperatief leren en de bijbehorende didactische werkvormen dienen leraren te beschikken? • Tegen welke praktische hindernissen lopen we aan in het SBO onderwijs? • Welke eisen stelt dit aan de groepsinrichting? • Hoe ervaren leerlingen en leraren de didactische werkvormen van coöperatief leren in het werken met ICT en Internetopdrachten? 4.1.4.3 Fasen en activiteiten • Betrokken leraren informeren over de didactische werkvormen van coöperatief leren. Nulmeting. Maart-april 2007 • Bepalen van de beperkte set didactische werkvormen die we gaan inzetten. April 2007 • Opleiden van de leraren in coöperatief leren, de didactische werkvormen en koppeling aan Rekenen & Wiskunde: ICT/Internet in combinatie met de huidige methodes/leerlijnen. Mei-juni 2007 • Praktijktoets, incl. verzamelen van ervaringen. Vanaf augustus 2007 • Coaching on the job van leraren. September-oktober 2007 • Eindmeting (leraren en leerlingen) • Verzamelde ervaringen en effecten omzetten naar kennisproducten welke voor anderen bruikbaar zijn. November-december 2007
Pagina 12 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
4.1.5. SAMEN KUN JE MEER, SAMEN LEER JE MEER 4.1.5.1 Toelichting Een van de uitgangspunten is dat de leerkrachten van de pilotscholen en de overige betrokkenen samen een netwerk/werkgroep vormen voor de duur van de pilot. Leerkrachten van de pilotgroepen kunnen op deze wijze snel, digitaal en informeel ervaringen en ideeën uitwisselen. De ontwikkelaars van leeractiviteiten kunnen binnen dit netwerk snel en kort overleggen met de eindgebruikers om tot een optimaal product te komen. 4.1.5.2 Kennisopbrengsten • Is het onderling samenwerken van en kennisdeling door leraren een kansrijke succesfactor bij het realiseren van deze onderwijsvernieuwing? Welke aanpassingen dienen er gemaakt te worden om deze aanpak SSOT breed te realiseren? • In hoeverre kan samenwerken en kennisdeling digitaal via een Intranet (ELO) verlopen? Zijn alle materialen digitaal, zijn deze goed toegankelijk, is een ELO een geschikt platform voor samenwerken tussen SBO leraren? Kan digitaal kennisdeling tijdswinst betekenen? • In hoeverre zijn contactmomenten nodig? Hoe is de verhouding tussen digitaal contact en contactmomenten? Welke contactmomenten blijven nodig? Training, overleg, coaching en begeleiding op de werkvloer? Welke informatie kan digitaal uitgewisseld worden. • Welke ondersteuning is daarbij nodig van interne en externe begeleiders, directie? Welke ondersteuning is nodig van de SBO, locatiedirecties? Welke ondersteuning op het gebied van advisering is nodig? Welke coördinatie, projectleiding is nodig om samenwerking en kennisdeling op gang te brengen? 4.1.5.3 Fasen en activiteiten • Informeren leerkrachten, formeren van de werkgroep Januari 2007 • Plannen van de werkbijeenkomsten en kennisdeling bijeenkomsten voor de werkgroep. januari 2007 • Uitvoeren van de bijeenkomsten en ontvangsten. februari 2007-december 2007 • Publiceren en uitwisselen van de ervaringen en kennis op ELO/Intranet. februari 2007-december 2007 • Verzamelde ervaringen en effecten omzetten naar kennisproducten welke voor anderen bruikbaar zijn. November-december 2007 4.1.5.4 Knelpunten • Mogelijk knelpunt is digitale uitwisseling via een ELO/Intranet. Ervaringen hiermee geven aan dat er vaak geen echte drive bij de gebruikers te ontwikkelen is om ook digitaal uit te wisselen. Dit kan via de contactmomenten gestuurd worden.
Pagina 13 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
4.2 Doelgroep Het project is vooral gericht op leraren en leerlingen in het speciaal basisonderwijs (SBO). Primaire doelgroep vormen de leraren, de spil in het web, de feitelijke arrangeurs van digitale leerarrangementen. Op twee scholen van SSOT, SBO de Schans en SBO Bisschop Janssensschool gaan in totaal 6 leraren in het project deelnemen. Zij hebben zelf de ambitie uitgesproken om in hun groepen ICT, met name digitale leeromgevingen, in 2007 te willen verkennen. Daarmee komen we ook aan de leerlingen. Hoewel leerlingen niet de primaire doelgroep vormen zijn de activiteiten, de leerarrangementen, voor hen bestemd. Met het oog op kennisontwikkeling is het effect van de veranderende leeromgeving, de veranderende didactische werkvormen en het veranderende gedrag van de leraar op leerlingen wel een belangrijke indicatie van de verwachte effecten. Tot slot vormen ouders een secundaire doelgroep. Leerlingen krijgen vanuit de thuissituatie toegang tot de online leeromgeving. Dit betekent dat ouders indirect betrokken worden bij dit project.
5. De oplossing 5.1 Welke kennis zal er beschikbaar zijn na kennisontwikkeling? We denken dat de volgende kennis beschikbaar zal zijn: • Kennis van en praktische ervaring met de opbrengsten/rendementen wanneer ICT en Internet maximaal wordt geïntegreerd in de lessen van het speciaal basisonderwijs. Deze kennis is extra specifiek voor het domein Rekenen & Wiskunde, een van de basisvakken. Deelvragen in paragraaf 3.2 • Kennis van en ervaring met de voor- en nadelen om een elektronische leeromgeving (Leermanagementsysteem) structureel en frequent in te zetten in de dagelijkse lespraktijk van het speciaal basisonderwijs, vooral bij Rekenen en Wiskunde Deelvragen in paragraaf 4.1.2.2. • Kennis van de meerwaarde, maar ook de praktische aspecten en hindernissen wanneer groepsruimtes in het SBO zodanig worden aangepast dat ICT/Internet maximaal wordt geïntegreerd (digitaal leerlandschap). Deelvragen in paragraaf 4.1.1.2. • Kennis van meetbare opbrengsten/effecten bij geïntegreerde integratie van ICT en Internet in het SBO, met name Rekenen & Wiskunde, zowel bij leerlingen en bij leraren. Meetbare opbrengsten in de belevingskwaliteit van leren (leerlingen) en kwaliteit van werken (leraren). Deelvragen in paragraaf 3.2 • Kennis over en ervaring met de didactische werkvormen die nodig zijn om ICT/Internet maximaal te integreren in de reguliere lessen in het SBO. Kennis over de wijze waarop didactische werkvormen uit coöperatief leren (Spencer Kagan) hierin als katalysator kunnen werken. Welke specifieke didactische werkvormen coöperatief leren zijn geschikt voor de SBO situatie? Deelvragen in paragraaf 4.1.4.2 • Ervaringsgegevens over de leraren, de arrangeur van digitale onderwijsarrangementen. Kunnen leraren de benodigde competenties en vaardigheden hiervoor (tijdig) ontwikkelen? Welke inspanningen zijn nodig om deze competenties te verwerven? Denk aan scholing, consultatie en coaching op de werkplek in de groep. Deelvragen in paragraaf 4.1.1.2, 4.1.2.2, 4.1.4.2 Pagina 14 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
•
Kennis over de beleving van leerlingen wanneer zij gaan leren in een modern en eigentijds digitaal leerlandschap waarin de didactische werkvormen prima aansluiten op hun natuurlijke behoeftes. Sluit deze wijze van leren (digitaal leerlandschap, Internet, werkvormen) beter aan bij hun ontwikkeling en behoeften? Deelvragen in paragraaf 4.1.1.2, 4.1.2.2, 4.1.4.2
Dit kennisontwikkelingsproject genereert naar verwachting ervaringsgegevens welke voor andere scholen voor speciaal onderwijs eveneens relevant zijn. Daarnaast is een groot deel van de verworven kennis en ervaringsgegevens prima bruikbaar voor alle scholen in het basisonderwijs. De feitelijke inhouden digitaal leerlandschap, Rekenen & Wiskunde, ELO, Internet, RekenWeb zijn niet specifiek voor het SBO maar voor het gehele primair onderwijs. Per kennisvraag is in paragraaf 3.2 aangeduid of de kennis bruikbaar is voor basisonderwijs, speciaal basisonderwijs of voor beide onderwijssegmenten.
5.2 Wat denkt u met de kennis in de praktijk te kunnen veranderen? Concrete resultaten en effecten in de onderwijssituatie • De combinatie van enerzijds individueel op maat werken maar anderzijds samenwerkend leren kan de effectieve leertijd/leerrendement hoger worden. • SBO leerlingen stapsgewijs leren om samen te werken in een online leeromgeving. • SBO leerlingen uitgedaagd worden om ook zelfstandig te leren (denkvaardigheden) • SBO leerlingen meer zelf verantwoordelijkheid krijgen voor hun eigen leerproces/arrangement. • Leerlingen gestructureerd ontwikkelen zich tot “digitaal redzaam”. • Leraren als arrangeur van digitale leerarrangementen Rekenen & Wiskunde.
Effect kennisontwikkeling op onderwijsvernieuwing in eigen school Door deze kennisontwikkeling denken wij het onderwijs van beide SBO scholen optimaal aan te passen aan de mogelijkheden die ICT voor deze groep scholen en leerlingen kan bieden. Dit betekent concreet: • Een start tot vernieuwing van het SBO onderwijsaanbod en onderwijssituatie. Steekwoorden daarbij: eigentijds onderwijs, uitdagende leeractiviteiten, zelfstandig werken maar ook kunnen samenwerken. • Leerkrachten groeien zelf mee…. Leerkrachten worden opgeleid, begeleid in de alle zaken die nodig zijn om effectief maar ook plezierig als leerkracht in deze leersituaties te kunnen werken. • Stimuleren dat leerkrachten onderling samenwerken zowel in de school als met andere SBO scholen om kennis te ontwikkelen en te delen.
Overdraagbaarheid naar andere onderwijsinstellingen De verworven kennis en ervaringsgegevens zijn overdraagbaar naar andere SBO scholen. Een groot deel van de kennisopbrengsten is ook voor andere onderwijsinstellingen in het primair onderwijs interessant. Met name het kennisopbrengsten rondom de koppeling van didactische werkvormen coöperatief leren met Internet/ICT. Ook de integrale inrichtingsmodellen van groepsruimtes (digitaal leerlandschap) biedt alle onderwijsinstellingen in het primair onderwijs nieuwe aanknopingspunten. De feitelijke inhouden digitaal leerlandschap, Rekenen & Wiskunde, ELO, Internet, RekenWeb zijn niet specifiek voor het SBO maar voor het gehele primair onderwijs. In beginsel wordt de kennis en de ervaringen gedurende en direct na de pilotperiode overgedragen aan de andere SBO scholen van de Stichting Speciaal Onderwijs Tilburg en de Kennisrotonde. De intentie van SSOT is dat wanneer deze pilot positieve opbrengsten Pagina 15 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
zichtbaar maakt, deze onderwijsinnovatie voor alle SSOT scholen ingevoerd zal gaan worden. Gepland is dat de kennisopbrengsten gedurende de projectperiode aan alle externe belangstellenden beschikbaar zal worden gesteld.
5.3 Hoe gaat u zorgen voor de verspreiding van de kennis en eventuele pilotproducten? Beschikbaar stellen van de resultaten door publicaties op websites van SSOT, Kennisrotonde en SOM onderwijsadviseurs. Publiceren van de kennisopbrengsten en leerervaringen en praktijktoets via een evaluatierapportage voor de Kennisrotonde. Het zou aardig zijn als dit een katern oplevert met praktische informatie voor SBO scholen. Ontvangen van maximaal tien scholen voor een bezoek op de SBO locatie gedurende de praktijktoets. Beschikbaar stellen van concreet beeldmateriaal. Digitale foto’s, videomateriaal. Deze worden digitaal via de websites van SSOT en Kennisrotonde beschikbaar gesteld als visueel voorbeeld van kennis, ervaring en good praktice. Publicaties in vakbladen zoals COS, Volgens Bartjens en Panama Post. Een deel van deze activiteit wordt gerealiseerd vanuit het project “Educatieve Contentketen”.
Verzorgen van een workshop/presentatie op de Panama conferentie in januari 2008 (jaarlijkse, 3 daagse conferentie voor onderzoekers, ontwikkelaars, opleiders en begeleiders op het gebied van reken-/wiskundeonderwijs. Meer info: http://www.fi.uu.nl/panama/ Een deel van deze activiteit wordt gerealiseerd vanuit het project “Educatieve Contentketen”.
6. Benodigde investering 6.1 Wat is de benodigde investering in tijd?
SSOT
SBO scholen Ondersteuning/vervanging in de zes pilotgroepen tijdens de lessen. Zes pilotgroepen, acht uur ondersteuning/vervanging per week gedurende 10 weken. Tachtig uur projectgroep per groep
480 uur
SSOT
Training en opleiding. Rekenen Wiskunde: digitale leerobjecten, didactiek, ICT opdrachten. Twintig contacturen per school. Totaal aantal uren voor twee scholen incl. voorbereiding
100 uur
SOM Onderwijsadviseurs
Training en opleiding. Didactische werkvormen: samenwerkend leren, ICT in een online leeromgeving. Twintig contacturen per school. Totaal aantal uren voor twee scholen incl. voorbereiding
100 uur
SSOT & SOM Onderwijsadviseurs
Projectbegeleiding, incl. rapportage en evaluatie 100 uur extern, 75 uur intern
175 uur
SSOT & SOM Onderwijsadviseurs
Ontwerp groepsruimtes, aanbesteding en begeleiding van de inrichting groepsruimtes. Adviseur extern: 50 uur, Coördinator ICT per school: 50 uur
150 uur
Totale tijdsinvestering
1005 uur Pagina 16
Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
.
Pagina 17 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
6.2 Wat is de benodigde investering in geld? Personele kosten Aantal uren Bedrag per uur - Projectmanager 125 47 - Projectmedewerkers 150 47 - Externe loonkosten 250 100 - 0verige personeelskosten: ondersteuning/vervanging groepen 480 uur à 47,00 +
Totaal 5.875,7.050,25.000,-
Totale personeelskosten
60.485,-
15%
9.073,-
Apparaatskosten - opslagpercentage overhead
Activiteitenkosten - vergaderkosten - huur scholingsruimtes - PR- materiaal - Trainingsmateriaal - Implementatie: inrichten ELO - Evaluatie/monitoring - Groepsinrichting, per school 50.000,00 Computerapparatuur (werkstations, digitaal schoolbord,randapparatuur), meubilair, aanpassingen en installatie/aanpassing - Onvoorzien Totale activiteitenkosten
22.560,-
1000,1000,2.500,1000,5.000,100.000,-
5.000,120.500,+
120.500,-
Totale projectkosten
190.058,-
Financiering door partners - SSOT Overige inkomsten van derden -Dell Computer -KPN Gevraagde bijdrage Kennisrotonde
75.000,-
20.000,5.000,90.058,-
Als richtlijn voor de personele kosten kan een tarief worden gehanteerd van € 47,-- per uur en voor de overhead een opslagpercentage van 15%, ofwel een uurtarief van € 55,-inclusief overhead. Deze tarieven zijn gebaseerd op de Kerncijfers van OCW die jaarlijks worden gepubliceerd. Voor eventueel in te huren externe krachten kunt u een tarief hanteren van € 100,-- per uur excl. BTW. Deze tarieven gelden als richtlijn; er mag van worden afgeweken, maar een overschrijding van meer dan 10% moet u toelichten.
Pagina 18 Versie: 1.1, 20 februari 2007
Kennisrotonde, Onderwijsinnovatie met ICT Plan voor kennisontwikkeling
7. Opmerkingen Naast deze aanvraag is een aanvraag geplaatst bij Kennisnet voor een project Educatieve Contentketen. Inmiddels is deze gehonoreerd. Deze aanvraag richt zich op het volgende: “In dit project wordt beoogd de gehele digitale educatieve contentketen Rekenen en Wiskunde te realiseren en in de praktijk van het speciaal basisonderwijs te toetsen. Van de ontwerpfase, via de metadatering van een collectie digitale leerobjecten naar de feitelijke beschikbaarstelling aan leerkrachten en leerlingen via een digitaal educatief portal op basis van de elektronische leeromgeving Fronter.” Deze kennisaanvraag in complementair aan het project educatieve contentketen. Het project educatieve contentketen voorziet in de digitale webbased content Rekenen & Wiskunde, de metadatering en ontsluiting van deze content. De kosten hiervan vallen buiten deze aanvraag en begroting. Dit (Kennisrotonde) project heeft wel het voordeel dat een basis content beschikbaar komt voor beide SBO scholen inclusief de expertise daarachter.
8. Ondertekening Ondergetekende verklaart deze aanvraag namens de school/ het bestuur/ alle partnerorganisaties van het samenwerkingsverband in te dienen en dat hij/zij bekend is met de voorwaarden en procedures van de Regeling Stimuleringsbijdrage Kennisontwikkeling Kennisrotonde. Aldus naar waarheid ingevuld, Naam ondergetekende
Drs. J.H.F. van Gils
Functie
Algemeen directeur
Plaats
Tilburg
Datum
Handtekening
Het ondertekende aanvraagformulier kan gestuurd worden aan: Ict op school t.a.v. Bureau Kennisrotonde Bleijenburg 1 2511 VC Den Haag Bij eventuele vragen kunt u contact opnemen met de Kennisrotonde, telefoonnummer 070 311 78 38 Ict op School 2004 Overname is toegestaan onder bronvermelding Ict op School, belangenbehartiging Website: www.ictopschool.net E-mail:
[email protected] Ict op School belangenbehartiging, is onderdeel van Stichting Kennisnet Ict op School. Stichting Kennisnet Ict op School is de publieke ICT-ondersteuningsorganisatie die zich richt op dienstverlening (Kennisnet) en belangenbehartiging (Ict op School). Sinds 1 februari is de juridische fusie tussen beide stichtingen een feit. De missie voor de nieuwe ICT-ondersteuningsorganisatie luidt: ‘Leren vernieuwen met ICT’.
Pagina 19 Versie: 1.1, 20 februari 2007