ZORGPLAN Christelijk Lyceum Zeist 2013-2014 Inhoudsopgave 1. Zorgplan in samenhang 2. Visie op Onderwijs 3. Visie op Leerlingenzorg 4. Basispakket 5. Zorgaanbod a. Handelingsgericht werken b. Onderwijskundige ondersteuning c. Sociaal-emotionele ondersteuning d. Leerlingvolgsysteem/Dossiervorming e. Contacten met ouders f. Deskundigheidsbevordering g. Kwaliteitsbewaking 6. Zorgcyclus a. Signalering b. Hulpverlening - Eerstelijnshulp - Tweedelijnshulp c. Afstemming 7. Taakomschrijvingen a. Mentor b. Zorgcoördinator c. Interne Commissie Leerlingzorg (ICL) d. Zorgadviesteam (ZAT) e. Remedial Teacher (RT) f. Vertrouwenspersoon g. Verantwoordelijke Teamleider Bijlagen: 1. Handelingsplan 2. Kwantitatieve gegevens zorgleerlingen vanaf 2007
Zorgplan 2013-2014
-1-
1. Zorgplan in samenhang Het zorgplan voor het Christelijk Lyceum Zeist is een plan dat samenhang vertoont met andere al ontwikkelde en nog te ontwikkelen beleidsdocumenten. Te denken valt aan het zorgplan van het Samenwerkingsverband, de privacyregeling en klachtenregeling, maar ook aan schooleigen documenten zoals het Missie-Visiedocument van de school en het schoolplan. Het zorgplan is derhalve een beleidsdocument dat in haar opzet regelmatig zal verwijzen naar de genoemde beleidsdocumenten. Zorg voor leerlingen is een opdracht aan de school die eisen stelt aan zowel kwantitatieve en kwalitatieve capaciteiten. Een school moet die zorg bieden die op dat moment haalbaar is en een relatie vormt met het onderwijs waarvoor de school staat. 2. Visie op Onderwijs Uitgangspunt bij ons onderwijs is dat jonge mensen van nature gemotiveerd zijn om de mogelijkheden die zij hebben te ontwikkelen. We gaan ervan uit dat leerlingen medeverantwoordelijk zijn voor hun eigen ontwikkeling. Individuele verschillen in talenten en leerstijlen vormen een (belangrijk) vertrekpunt in ons onderwijs. Het Christelijk Lyceum Zeist als schoolgemeenschap wil leerlingen een veilig pedagogisch klimaat bieden, waarin duidelijk is en duidelijk wordt gemaakt wat er van leerlingen verwacht en gevraagd wordt. Zij ontvangen stimulans, ondersteuning en structuur bij het realiseren van de doelstellingen van ons onderwijs. Onze school wil leerlingen stimuleren, daarbij rekening houdend met hun mogelijkheden, door op positieve wijze hoge verwachtingen uit te spreken. Door succeservaringen wordt het zelfvertrouwen van leerlingen bevorderd. Wij spannen ons in de individuele èn de sociale ontwikkeling van leerlingen te bevorderen. Initiatieven van leerlingen met dit doel, ook op het gebied van culturele en sportieve activiteiten, worden waar mogelijk ondersteund. 3. Visie op leerlingenzorg Leerlingenzorg bestaat uit alle pedagogische en didactische maatregelen waarmee onze school leerlingen ondersteunt in hun leer- en /of ontwikkelingsproces. De leerlingenzorg moet eraan bijdragen dat de leerling zijn persoonlijke doelstellingen haalt, zijn competenties ontwikkelt en zich kwalificeert voor de periode na het voortgezet onderwijs. De zorgactiviteiten vinden plaats tijdens en buiten de onderwijsactiviteiten. Bij onze onderwijskundige visie past een systeem van integrale leerlingenzorg: we denken en handelen vanuit het belang van de leerling. Dit betekent dat er een goede afstemming dient plaats te vinden tussen het onderwijsproces en de leerlingbegeleiding. Zorg in het onderwijs is lastig omdat aan de éne kant onderwijs en zorg verschillende dingen zijn en dus niets met elkaar te maken hebben terwijl aan de andere kant onderwijs en zorg niet los van elkaar kunnen worden gezien. We zullen ervoor moeten zorgen dat onze leerlingen “goed in hun vel zitten” zodat ze zich volledig kunnen concentreren op hun leerproces en sociale activiteiten op school. Pas wanneer dit het geval is, kunnen zij zich zo volledig mogelijk ontplooien. Hierdoor zal het rendement ook hoger zijn waardoor een goede doorstroming en examenresultaten kunnen worden bevorderd. 4. Basispakket Onze school kiest, net als de andere scholen binnen het Samenwerkingsverband, ervoor om te voldoen aan het basispakket van zorg. Dit basispakket omvat een aantal zaken waaraan de leerlingenzorg ten minste zal moeten voldoen: 1. Voorzieningen: 1.1 klassenmentoraat en mentoruur 1.2 systematische groeps- en leerlingbespreking 1.3 interne commissie leerlingenzorg (ICL) 1.4 orthotheek 1.5 vertrouwenspersoon van de school 1.6 veilige opvang van leerlingen met problemen 1.7 zorgadviesteam (ZAT) Van deze voorzieningen zijn de punten 1, 2, 3, 5, 6 en 7 gerealiseerd. Punt 4 is nog in ontwikkeling. 2. Zorgaanbod 2.1 signalering van opkomende problemen
Zorgplan 2013-2014
-2-
2.2 diagnostisch onderzoek onder leiding van de ICL met aandacht voor didactische, intellectuele en sociaal-emotionele achtergronden alsmede zelfredzaamheid, werkgeschiktheid, fysieke gesteldheid, de thuissituatie en dreigend schoolverlaten 2.3 opstellen van een handelingsplan of jaarhandelingsplan met betrekking tot leer- en sociaal-emotionele problemen 2.4 remediale hulp en sociaal-emotionele begeleiding met betrekking tot veel voorkomende pedagogische en functionele problemen 2.5 huiswerkbegeleiding / huiswerkwerkklas 2.6 training studievaardigheden 2.7 training faalangstreductie 2.8 training sociale vaardigheden. Van het zorgaanbod zijn de punten 1, 3, 4, 6 en 7 op school gerealiseerd. Voor de punten 2, 5 en 8 wordt op dit moment externe expertise ingeroepen. 5. Zorgaanbod De leerlingenzorg op onze school is een zaak van alle medewerkers. Natuurlijk zijn er “grenzen aan de zorg” die we kunnen verlenen. Ieder schooljaar zullen we de “balans” moeten opmaken en in ons zorgplan voor het nieuwe schooljaar aan moeten geven welke zorg we kunnen verlenen en welke inspanningen we daarvoor moeten plegen. Daarnaast doen zich lopende het schooljaar altijd nieuwe zorgvragen voor. Van alle medewerkers verwachten we een preventieve houding. Een positief pedagogisch klimaat, vroegtijdige signalering, een meer handelingsgerichte observatie en betrokkenheid en taakafstemming bij medewerkers vormen de basis om zorgvragen te voorkomen dan wel om leerlingen die zorg te bieden die zij nodig hebben. a. Handelingsgericht werken Om zowel de zorgvragen als de aanpak van deze zorgvragen volgens een vast stramien te laten verlopen zodat het voor alle partijen (leerlingen, ouders, hulpverleners, vakdocenten en mentoren) duidelijk is wat de vraag en de eventuele te verrichten hulp moet zijn, maken we gebruik van een Handelingsplan. Dit handelingsplan kan gericht zijn op een individuele hulpvraag of op een groepsaanpak. Bij LGF-geïndiceerde leerlingen schrijft de wet een individueel jaarhandelingsplan voor. Dit jaarhandelingsplan is een manier om de hulpvraag beter te kunnen formuleren en een gerichte aanpak aan te geven met concrete doelen. Het jaarhandelingsplan kan uitgangspunt zijn voor leerlingbesprekingen waarbij de resultaten gevolgd worden en eventueel nieuwe afspraken gemaakt kunnen worden. De persoonlijk begeleider is in principe verantwoordelijk voor het stellen van concrete doelen in het jaarhandelingsplan, het communiceren met de leerling en de ouders en het bijhouden van de resultaten van de verleende hulp in het leerlingvolgsysteem. De zorgcoördinator houdt toezicht op een juiste toedeling en adequate inzet van de hulpverlening. b. Onderwijskundige ondersteuning De onderwijskundige ondersteuning op CLZ bestaat voornamelijk uit het geven van extra uitleg aan individuele of groepen leerlingen. Dit kan door iedere vakdocent binnen de reguliere vakles. Daarnaast verzorgen we in beperkte mate remediale hulp als er door middel van onderzoek een leerachterstand is aangetroffen op het gebied van begrijpend lezen, spelling of rekenen. Leerlingen met achterstanden, die tevens door de mentoren worden voorgedragen als zijnde leerlingen die in de problemen dreigen te geraken, kunnen in aanmerking voor RT komen. De remedial teacher beoordeelt of het noodzakelijk en mogelijk is de leerling tijdelijk extra ondersteuning te bieden. Voor dyslexie en dyscalculie is een protocol opgesteld met aanwijzingen voor de docenten hoe te handelen richting de leerlingen met deze handicap. c. Sociaal-emotionele ondersteuning De sociaal-emotionele ondersteuning is in eerste instantie een zaak van de mentor. Indien de mentor niet meer die begeleiding kan geven die nodig is om de leerling verder te helpen, kan de zorgcoördinator ingeroepen worden. De volgende stap is om via de zorgcoördinator een verzoek in te dienen voor tweedelijns hulp. Bijvoorbeeld via andere hulpverleners zoals een externe orthopedagoog, een ambulante begeleider, specifieke trainingen in kleine groepen zoals de faalangstreductie- of sociale vaardigheidstraining, maar ook door externe hulpverleners zoals schoolmaatschappelijk werk, de schoolarts, een jeugdcoach of psychosociale hulp via andere instanties.
Zorgplan 2013-2014
-3-
d. Leerlingvolgsysteem/dossiervorming Om de leerling in zijn vorderingen goed te kunnen volgen, worden, naast het bijhouden van een cijferregistratie, zoveel mogelijk gegevens in het leerlingvolgsysteem (SOM) ondergebracht. Te denken valt aan onderzoeksgegevens alsmede gespreksnotities en voortgangsrapportages. e. Contacten met ouders De mentor is in principe het eerste aanspreekpunt voor de ouders. Indien er door de mentor een hulpvraag wordt gesteld, bespreekt de mentor dit met de leerling en de ouders en legt de hulpvraag vast in een Handelingsplan. Als er een jaarhandelingsplan is opgesteld (voor LGF) spreekt de persoonlijk begeleider met de ouders en de leerling en de ambulante begeleider over de te nemen acties. De ouders ondertekenen het jaarhandelingsplan voor akkoord. Het jaarhandelingsplan wordt in het leerlingdossier opgeslagen. Ook de voortgang en eindrapportage worden met de leerling en ouders en ambulant begeleider besproken. In het geval van afname van onderzoeken wordt door de zorgcoördinator schriftelijk of mondeling uitleg gegeven aan ouders en wordt om schriftelijke toestemming gevraagd. Mochten leerlingen of ouders bezwaar willen maken tegen de gang van zaken dan kunnen zij terecht bij de teamleider van de afdeling. Mocht het probleem blijven bestaan dan kan er verwezen worden naar de directie of in voorkomende gevallen naar de externe vertrouwenspersoon.(zie de klachtenregeling) f. Deskundigheidsbevordering Onder verantwoordelijkheid van de zorgcoördinator stelt de ICL jaarlijks vast welke scholingsbehoefte er is ten aanzien van de nog te verwerven expertise van afzonderlijke leden of teams. De scholing moet in ieder geval passen binnen de kaders van de jaarlijkse zorgdoelstellingen. g. Kwaliteitsbewaking Om de kwaliteit van de zorgverlening, die onze school nastreeft, te bewaken worden regelmatig metingen verricht. Middels enquetes worden zorgleerlingen en hun ouders bevraagd over de kwaliteit van de zorgverlening. De zorgcoördinator is verantwoordelijk voor het op peil brengen en houden van de gewenste zorgkennis van de diverse teams en deskundigen door scholing en collegiale consultatie. 6. Zorgcyclus In de praktijk is de leerlingenzorg op het CLZ gericht op signalering, hulpverlening en afstemming. a. Signalering Bij signalering gaat het er om, dat de docent er snel bij is met de juiste pedagogische en didactische aanpak, eventueel met steun van de ICL. Na de start van het schooljaar levert iedere mentor binnen 3 weken een overzicht aan waarop de bijzonderheden van zijn leerlingen staan vermeld. Deze overzichten worden verspreid onder de docenten van de klas. Voor leerlingen die extra zorg behoeven, wordt de hulpvraag geformuleerd en vastgelegd in een handelingsplan of, als de problematiek reeds vastgesteld is, in een jaarhandelingsplan. b. Hulpverlening Bij hulpverlening gaat het om een structuur in de school, die erop gericht is om problemen op een doeltreffende wijze aan te pakken. Centrale personen zijn de docenten, de persoonlijk begeleiders en de mentor. Daarnaast heeft de ICL hierin een rol. ● Eerstelijnshulp Wanneer een leerling, een ouder of een medewerker signaleert dat een leerling mogelijk zorg nodig heeft, is het cruciaal, dat de mentor zo spoedig mogelijk geïnformeerd wordt. Hij verzamelt vervolgens aanvullende gegevens bij docenten en/of anderen en stelt een hulpvraag vast. De mentor legt de hulpvraag vast in een handelingsplan en treedt in contact met de leerling en ouders. Zonodig verzoekt hij de zorgcoördinator signaleringsinstrumenten af te nemen ter onderbouwing. Daarvoor vraagt hij eerst schriftelijk toestemming aan de ouders middels het Toestemmingsformulier. De mentor bespreekt het handelingsplan met de zorgcoördinator en betrokkenen en voert samen met hen het handelingsplan uit. In eerste instantie worden ouders aangespoord vervolgstappen te nemen en worden zij doorverwezen naar externe instanties (schoolmaatschappelijk werk, schoolverpleegkundige, leerplicht). De mentor informeert de overige docenten in de leerlingbesprekingen en rapportvergaderingen. De mentor legt de gegevens vast in het Leerlingvolgsysteem (SOM). ●
Tweedelijnshulp
Zorgplan 2013-2014
-4-
Als bovenstaande niet toereikend is of de hulpvraag onduidelijk of te complex is, overlegt de mentor met de teamleider over vervolgstappen. Zonodig wordt de zorgvraag voorgelegd aan de ICL. De ICL adviseert de mentor over vervolgstappen en legt de afspraken vast in het Leerlingvolgsysteem (SOM). De mentor onderhoudt het contact met ouders hierover en vraagt hen schriftelijk of mondeling toestemming de leerling in het ZorgAdviesTeam (ZAT) te bespreken. ● De teamleider brengt de (onderbouwde) hulpvraag in in het zorgadviesteam (ZAT). ● In het ZAT wordt vastgesteld welke weg moet worden bewandeld in het kader van de hulpvraag en wie hierin actie onderneemt. ● De zorgcoördinator kan ouders vervolgens adviseren over het inschakelen van externe deskundigen voor nader onderzoek en/of bij de aanvraag van een LGF-beschikking ● De zorgcoördinator meldt zonodig de leerling na overleg met ouders aan bij de Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL) voor indicatiestelling c. Afstemming Het begrip afstemming belicht het preventieve aspect: - werken aan betrokkenheid en taakafstemming bij docenten, - werken aan een positieve pedagogische houding - meer handelingsgericht observeren en signaleren - werken aan meer autonomie en groter gevoel van competentie bij leerlingen en - werken aan een sociaal klimaat en leerlinggedrag.
Zorgplan 2013-2014
-5-
7. Taakomschrijvingen Taak Mentor ● Heeft speciale aandacht voor het welbevinden van de individuele leerling en voor de klas als geheel en is in deze het eerste aanspreekpunt. ● Heeft een actueel beeld van de vorderingen en prestaties van de leerling. ● ● ● ●
● ● ●
■ ■ ■ ■
■ ■
- contact met ouders: Participeert in de informatieavond aan het begin van het schooljaar. Neemt telefonisch of via de mail contact op met de ouders indien er problemen zijn (bijv. ten aanzien van het niet-bij-zich-hebben van boeken/schriften of het niet-maken van huiswerk) of dreigen te ontstaan Is aanwezig op mentorspreekavonden of nodigt zelf ouders hiervoor uit Is bereikbaar voor ouders (telefonisch of via de mail) voor zaken die belangrijk zijn voor het functioneren van de leerling of voor de behaalde resultaten - de klas als groep: Is de eerste schooldag aanwezig om zijn klas en de eventuele nieuwe leerlingen daarin op te vangen. Organiseert in overleg met de klas twee klassenactiviteiten per jaar (verplicht voor de onderbouw, facultatief voor de bovenbouw) Heeft een leidende rol bij de rapportvergaderingen van zijn klas en informeert de klas over hoe de uitslag van de overgangsvergadering bekendgemaakt wordt. - problemen: Signaleert leerpsychologische, sociaal-emotionele of psychiatrische problemen en bespreekt dit met de leerling en/of ouders. Stelt zonodig een hulpvraag op en legt dit vast in een handelingsplan Bespreekt met de ouders welke stappen zij op dit punt kunnen ondernemen. Raadpleegt zonodig de afdelingsteamleider om - in overleg met de ouders - de zorgcoördinator van de school te consulteren. - absentie Informeert de vakdocenten van zijn klas in geval van ernstige ziekte of langdurige absentie (meer dan een week) Stelt zich regelmatig op de hoogte van de mate van absentie en de redenen daarvan.
Taak Zorgcoördinator ● Adviseert de directie bij het ontwikkelen van een visie op de zorgbreedte van de school, bij het bewaken van de uitvoering van deze visie en bij het organiseren van een systematische evaluatie van het zorgbeleid. ● Coördineert het basispakket zorg: ○ Signaleren van knelpunten ● Adviseert, coördineert en bewaakt de zorgactiviteiten voor leerlingen: ○ inzet van remediërende hulp ○ inzet training sociale vaardigheden ○ inzet faalangstreductietrainer ● Coördineert aanmeldingen leerlingen bij Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) ● Adviseert en geeft feedback aan teamleiders, mentoren en vakdocenten in het omgaan met zorgleerlingen ● Coördineert deskundigheidsbevordering op het gebied van zorgverlening ● Stelt (samen met de ambulante begeleiding) nieuwe jaarhandelingsplannen op vanuit het begeleidingsplan van de ambulante begeleiding ● Ondersteunt mentoren bij het actualiseren van bestaande jaarhandelingsplannen ● Coördineert en stelt het onderwijskundig rapport op bij verwijzing leerling naar andere zorglocatie binnen het Regionaal Samenwerkingsverband ● Participeert in de ICL van de school ● Onderhoudt contacten met zorgcoördinatoren van andere scholen in het Samenwerkingsverband ● Onderhoudt contacten met toeleverende scholen voor zover het zorgleerlingen betreft ● Onderhoudt contacten met externe deskundigen en/of hulpverlenende instanties voor zover het zorgleerlingen betreft (Rebound, REC 1,2,3 en 4) ● Participeert in het netwerk zorgcoördinatoren van het SWV Zuidoost Utrecht (SWV 19-1) en het doorvertalen van de afspraken van het SWV naar de school (directie en medewerkers); waarborgt afstemming regionaal zorgbeleid op zorgbeleid school. Zorgplan 2013-2014
-6-
Taak Interne Commissie Leerlingzorg (ICL) De ICL bestaat uit de zorgcoördinator en de verantwoordelijke teamleider, uit de schoolleiding. ● ● ● ●
● ●
Stelt jaarlijks het zorgplan van de school op. De directie stelt uiteindelijk het zorgplan vast. Doet aanbevelingen voor het scholingsplan voortvloeiend uit het zorgplan Draagt bij aan ontwikkeling en implementatie van het zorgbeleid in de school Draagt zorg voor de activiteiten die voortvloeien uit het zorgplan zoals: ● (Laten) uitvoeren van testen ● Bijhouden van het Leerlingvolgsysteem inclusief handelingsplannen ● Casusbespreking ● Contacten met externe hulpverlening ● Remediale hulp ● Ambulante begeleiding ● Bewaken van het informatieprotocol voor contacten met ouders en derden Levert een bijdrage aan de jaarlijkse rapportages voor intern en extern gebruik betreffende: ● zorgverlening aan leerlingen Draagt mede zorg voor een juiste dossiervorming en privacy ten aanzien van leerlinggegevens.
Taak Zorgadviesteam (ZAT) Het Zorgadviesteam bestaat uit de vertegenwoordiging van de school (ICL, betrokken teamleider en/of mentor), aangevuld met externe deskundigen, zoals schoolarts/jeugdverpleegkundige, leerplicht, sociaalmaatschappelijk werk, jeugdzorg en ambulante begeleiders uit het (speciaal) onderwijs. Het zorgadviesteam wordt voorgezeten door de verantwoordelijke teamleider en/of de zorgcoördinator. ● Bespreekt het zorgaanbod van de school ● Voert casusoverleg ● Maakt afspraken over wie actie gaat nemen Taak Remedial Teacher ● ● ● ● ● ● ●
Geeft hulp aan leerlingen die moeite hebben met moderne vreemde talen, spelling of begrijpend lezen Geeft uitvoering aan de aan hem/haar opgedragen RT Kan diagnosticerende toetsen toepassen Kan methodieken voor het wegwerken van leerachterstanden en omgaan met problematieken toepassen Verzorgt rapportages betreffende remediale hulp aan leerlingen Bewaakt een juiste dossiervorming en privacy ten aanzien van leerlinggegevens Rapporteert aan de ICL
Taak Vertrouwenspersoon ● Is een sleutelfiguur bij het bewaken en bevorderen van een veilig klimaat op school. ● Helpt bij de uitvoering van de Klachtenregeling. ● Is beschikbaar voor leerlingen en medewerkers. Taak Verantwoordelijke Teamleider ● Draagt bij aan de ontwikkeling en implementatie van het zorgbeleid in de school. ● Draagt bij aan het scholingsplan dat voortvloeit uit het opgestelde zorgplan. ● Voert structureel overleg met de zorgcoördinator. ● Draagt mede verantwoordelijkheid voor de activiteiten die voortvloeien uit het zorgplan (zie Taak Interne Commissie Leerlingzorg)
Zorgplan 2013-2014
-7-
Bijlage 1.
Handelingsplan schooljaar 2013-2014 Naam van de leerling:
Klas:
Geb.datum:
Mentor:
Beginsituatie: Hulpvraag: (welke ondersteuning behoeft de leerling? wat willen we onderzoeken?) Doelen: (wat willen we de komende periode bereiken?) Waarop gaat de begeleiding zich richten? (en bij welk vakgebied?) Wie is/zijn daarbij betrokken? Evaluatie
Tijdens leerlingbesprekingen, rapportvergaderingen en in onderling overleg tussen mentor en docent(en) zal de voortgang worden besproken.
Resultaat: (doelen bereikt? vervolg?)
Bijlage 2. Kwantitatieve gegevens
Totaal aantal leerlingen Zorgcategorie LGF Rec 1 LGF Rec 2 LGF Rec 3 LGF Rec 4 ASS (geen LGF) Overige leerstoornissen LWOO AD(H)D Dys lexie Dys calculie Dys grafie Dys praxie Medisch Faal angst Sova
Zorgplan 2013-2014
-8-
2007-2008 2008-2009 2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013 1189 1217 1223 1243 1254 1273 1 1 2 14 0
0 1 0 13 0
0 2 0 13 0
0 1 0 12 10
0 2 1 9 18
0 1 1 10 15 5
22 6 108 5 5 1
14 11 104 9 4 1
14 0 106 7 0 0
26 111 11 3 0
9 9 183
14 8 179
5 6 153
7 8 189
35 101 12 2 0 4 24 4 212
40 101 9 2 0 31 4 0 219
Zorgplan 2013-2014
-9-