Wethouder van Onderwijs en Dienstverlening RIS180443_16-MEI-2011
Ingrid van Engelshoven
Gemeente Den Haag
Retouradres: Postbus 12600, 2500 DJ Den Haag
De voorzitter van Commissie Samenleving
Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk
OBB/2011.17 Doorkiesnummer
070 - 353 45 01 E-mailadres Aantal bijlagen Datum
12 mei 2011 Onderwerp
beantwoording technische vragen Nieuw Spreidingsplan Haagse Bibliotheken
Geachte voorzitter, De fracties van VVD, D66, PvdA en het CDA hebben in de technische vragenronde vragen gesteld over het RV Nieuw Spreidingsplan Haagse Bibliotheken (RIS 180236, collegebesluit d.d. 12 april 2011). Die vragen worden hierna beantwoord. Vragen VVD 1) cf. de afspraken in het coalitieakkoord vindt een bezuiniging plaats van € 2,0 mln. specifiek op de wijkbibliotheken. Daar waar mogelijk wordt de bibliotheekfunctie ondergebracht in wijkgebonden voorzieningen en worden voor specifieke groepen ondersteunende maatregelen getroffen. Aan de ene kant wordt er dus bezuinigd, maar aan de andere kant worden voorzieningen elders ondergebracht en worden er voor specifieke groepen ondersteunende maatregelen getroffen; deze zaken gaan dus ook geld kosten. - Wat is de besparing uitgesplitst naar de te sluiten bibliotheekfilialen? Zie bijgaand overzicht 1, met gegevens van alle filialen en de centrale bibliotheek. - Wat zijn de kosten voor voorzieningen die elders worden ondergebracht en van de ondersteunende maatregelen voor specifieke groepen? Op dit moment is geen overzicht te geven van deze kosten In de planvorming is rekening gehouden met de periode tot 1 januari 2013 voor het realiseren ervan. De totale netto kosten zullen moeten beperkt blijven om de vereiste besparing te kunnen bereiken.
Inlichtingen bij
S. van der Meer Postadres: Postbus 12600, 2500 DJ Den Haag Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Internetadres: www.denhaag.nl
Telefoon: 070 - 353 3351 Fax: 070 - 353 3065
OBB/2011.17
2
- Wat is dan uiteindelijk de netto besparing? De totale netto besparing bedraagt € 2,0 mln. Meerkosten zullen deels bestaan uit incidentele uitgaven. - Is er al zicht op bij welke wijkgebonden voorzieningen, de bibliotheekfuncties van de te sluiten bibliotheekfilialen zullen worden onder gebracht? Zo ja, bij welke? Zo nee, wanneer dan wel? De mogelijkheden voor het kunnen onderbrengen van bibliotheekfuncties bij andere wijkgebonden voorzieningen worden momenteel onderzocht. De aandacht is gericht op o.a. scholen en welzijnsinstellingen. Gesprekken worden gevoerd met scholen in de werkgebieden van de filialen die sluiten om te verkennen of er mogelijkheden zijn; hierover zal duidelijkheid zijn voordat er daadwerkelijk filialen sluiten. - Worden de beoogde bibliotheekfilialen pas gesloten nadat de bibliotheekfunctie elders is ondergebracht in wijkgebonden voorzieningen en/of voor specifieke groepen ondersteunende maatregelen zijn getroffen? Het uitgangspunt is dat dit tegelijkertijd plaatsvindt. 2) Wat wordt er precies bedoeld met ondersteunende maatregelen voor specifieke groepen; zoals de jeugd, ouderen en migranten? Bij ondersteunende maatregelen voor de jeugd legt de bibliotheek met name aandacht bij het kunnen aanbieden van dienstverlening in relatie tot onderwijs. Bij ouderen ligt de aandacht bij alternatieve mogelijkheden voor beschikbaarheid van collecties en de ontmoetingsfunctie. Bij migranten is uitgangspunt dat de bibliotheek een bijdrage blijft leveren aan taal- en leesbevordering. De ondersteunende maatregelen zullen voor een deel via de vestigingen plaatsvinden die open blijven. 3) Is er een verband tussen het aantal bezoeken/uitleningen en de openingstijden? De argumenten voor de te sluiten filialen zijn gelegen, in het gering(ere) aantal bezoeken/uitleningen en beperkte openingstijden. Stel dat bij de beoogde te sluiten filialen de openingstijden zouden worden uitgebreid, zouden dan het aantal bezoeken/uitleningen ook significant toenemen, zoals bijv. bij het filiaal Bomenen Bloemenbuurt (in de 2e helft van 2010 maar liefst 22% meer leden vanwege de vestiging op de nieuwe locatie èn uitbreiding van de openingstijden)? In 2008 zijn de openingstijden van een aantal filialen, waaronder Bomenbuurt, verruimd. Het filiaal Bomenbuurt, toen nog gehuisvest in de Acaciastraat, ging van 24 uur naar 30 uur per week. Na een jaar is deze actie geëvalueerd. Er was sprake van een lichte stijging van het aantal uitleningen (2.3%) en het aantal leden (2.9%). Flink toegenomen is het aantal individuele bezoeken voor het lezen van een krant, tijdschrift, ontmoeting of deelname aan en activiteit: 14.4%. Geconcludeerd kan worden dat individuele bezoekers frequenter de bibliotheek bezochten. Bij de verhuizing van het filiaal Bomenbuurt naar de Fahrenheitstraat in 2010 is het aantal openingsuren opnieuw met 6 uur uitgebreid. De toename van het gebruik in deze vestiging is slechts in geringe mate toe te schrijven aan de uitbreiding van het aantal uren. De gunstige locatie en de uitstraling van deze nieuwe bibliotheek, in combinatie met de professionele horecavoorziening heeft geleid tot een stroom nieuwe gebruikers.
OBB/2011.17
3
4) In het coalitieakkoord zet het college in op een Taaloffensief. De bibliotheek vervult daarin een sleutelrol met name inzake taal- en leesbevordering en mediawijsheid. Kan het college garanderen, dat deze zeer essentiële zaken niet in gevaar komen met de sluiting van een aantal bibliotheekfilialen? De bibliotheek zal haar inspanningen op het gebied van taal- en leesbevordering en mediawijsheid als gevolg van deze bezuiniging niet verminderen. Deze activiteiten behoren tot de kernactiviteiten van de bibliotheek. Voor de periode tot 2014 wordt zelfs uitgegaan van een intensivering op dit gebied. 5) De bibliotheek vervult ook een essentiële rol inzake ouderparticipatie en -betrokkenheid (zoals de cursus Ouder en School Plus), integratie (bij de inburgering wordt er gehamerd op bibliotheekbezoek) en emancipatie. Hoe gaat het college waarborgen, dat deze belangrijke doelstellingen niet in gevaar komen met de sluiting van de beoogde bibliotheekfilialen? De bibliotheek zal ouders verleiden om de bibliotheken te bezoeken, waar de dienstverlening wordt geconcentreerd. Gezien de omvang en openingstijden van die vestigingen kan dit opgevangen worden. Verwacht wordt dat daarin succes kan worden geboekt. Cursussen kunnen ook op andere locaties in de wijk worden gegeven. 6) Kan het college middels een kaartje de spreiding van de bibliotheekfilialen over de stad in de huidige situatie en in de toekomstige situatie laten zien? Zie bijgaand overzicht 2. Aanvullende vragen VVD Uitvoeren van het coalitieakkoord 1.1. Welke bezuinigingen kunnen worden gerealiseerd door het uitvoeren van de in het coalitieakkoord beschreven maatregelen (onderbrengen van kleine vestigingen van de bibliotheek bij wijkgebonden voorzieningen zoals brede scholen en verzorgingshuizen) De keuze in het spreidingsplan is conform het uitgangspunt van het coalitieakkoord. Uiteindelijk moet dit leiden tot de netto besparing van € 2 mln. structureel per jaar. Meerkosten van de ondersteunende maatregelen zullen geen afbreuk mogen doen aan dit resultaat. Afstoten overbodige ruimte centrale vestiging 1.2. Welke bezuinigingen kunnen worden gerealiseerd door het afstoten van overbodige ruimte in de Centrale Vestiging (de ruimte die ter beschikking van de NRC kon worden gesteld). In de Centrale Bibliotheek (CB) is geen sprake van overbodige ruimte. De grootte van de CB is in evenwicht met de bijna 1 miljoen jaarlijkse bezoekers. Ook in vergelijking met de andere grote steden is de CB niet aan de grote kant. Als het tot inhuizing van de NRC was gekomen, zou elders ruimte gezocht moeten worden om dit op te vangen. Terug naar de kerntaken 1.3. Geef aan welke bezuinigingen kunnen worden gerealiseerd indien (tijdelijk) de bibliotheek zich beperkt tot zijn kerntaak (uitlenen van boeken, ook in digitale vorm). Het uitlenen van boeken is geen kerntaak, maar een middel voor taal- en leesbevordering. Ook het bevorderen van mediawijsheid, het bieden van toegang tot kennis, informatie en cultuur behoort tot de kerntaken van de bibliotheek. De Haagse bibliotheek is onlangs opnieuw gecertificeerd en voldoet aan alle eisen die aan een moderne bibliotheek gesteld mogen worden.
OBB/2011.17
4
In landelijk verband zijn er afspraken over de bovengenoemde taken van bibliotheken en van de daarbij betrokken bestuurslagen (o.m. convenant OCW, IPO, VNG). De hoeveelheid energie (en dus geld), die in niet-kerntaken wordt gestoken is zeer beperkt. Efficiënter werken 1.4. Geef aan welke bezuinigingen kunnen worden gerealiseerd door doelmatiger werken, niet alleen in de wijkbibliotheken maar ook op de centrale vestiging. Bijvoorbeeld door vermindering van de overhead. De apparaatskostenbezuiniging betreft voor de DOB € 1,7 mln. Dit is dus bovenop de bezuiniging op de wijkbibliotheken van structureel € 2,0 mln. Dit kan gezien worden als een impuls van doelmatiger werken. Platter maken van het loongebouw 1.5. Geef aan welk draagvlak er is voor (tijdelijke) verlaging van de kosten door het (niet lineair) platter maken van het loongebouw. De bibliotheek is als onderdeel van de gemeente gebonden aan voor de gemeente geldende regelgeving. Er is een gemeentelijke CAO, er zijn rechtspositieregels, functiewaarderingsystemen, individuele aanspraken op- het nakomen van aanstellingsvoorwaarden etc. Deze maken een dergelijke (tijdelijke) verlaging onmogelijk. Geografische structuur 1.6. Geef aan op welke feiten, visies, studies en ervaringsgegevens de huidige geografische structuur van het netwerk van bibliotheken is gebaseerd. Ga daarbij expliciet in op de bij een deel van de leners levende overtuiging dat de afstand tot de bibliotheek de gebruiksbepalende factor is. Op basis van ervaringscijfers is het aantoonbaar dat een bibliotheekvestiging in de directe omgeving leidt tot een stijging van het aantal leden. Voorbeelden hiervan: Wateringse Veld, Ypenburg, Leidschenveen en Bomenbuurt. In het verleden is een aantal wijkbibliotheken gesloten c.q. verhuisd. Hieruit is gebleken dat een sluiting tot gevolg heeft dat per saldo het aantal leners daalt. Nabijheid is dus een element in het gebruik van de bibliotheek. In de huidige voorstellen is uitgegaan van een straal van ca 2 km rond een blijvende vestiging. In vergelijking met de andere grote steden behouden we een aanmerkelijk dichter netwerk van filialen. Prijselasticiteit van de vraag 1.7. Wat is de prijselasticiteit van de vraag naar het lidmaatschap van de bibliotheek. Geef op basis daarvan aan bij welk tarief de maximale bijdrage van de leners kan worden bereikt, en hoe hoog deze bijdrage is. Ga bij de berekeningen uit van een aantal varianten waaronder een variant waarbij ook van jongeren een bijdrage wordt gevraagd. De tarieven van de DOB zijn goed vergelijkbaar met die van de andere grote steden. Er is (enigszins gedateerd) onderzoek naar de prijselasticiteit van de tarieven. Daaruit blijkt dat lidmaatschapstarieven kunnen stijgen tot 40 à 45 euro. Dit betreft dan wel een all-in abonnement waarbij geen leengeld is verschuldigd voor bijvoorbeeld CD’s en DVD’s. Hierbij is echter niet specifiek gekeken naar lagere inkomens. Met name onder die laatste groep worden afhakers verwacht bij prijsverhogingen. De DOB volgt het gemeentelijk beleid inzake de jaarlijkse trendmatige verhoging.
OBB/2011.17
5
1.8. Extra reiskosten Geef aan welke extra (reis) kosten leners moeten maken om in de voorgestelde nieuwe situatie de bibliotheek te bereiken. Neem de uitkomst van deze schatting mee bij het beantwoorden van vraag 9.3 Of er reiskosten gemaakt moeten worden hangt primair af van persoonlijke keuzes. De bibliotheken blijven te voet/fiets bereikbaar. In het geval men op ander vervoer is aangewezen kan bezoek aan de bibliotheek vaak gecombineerd worden met andere activiteiten, waardoor er geen extra reiskosten worden gemaakt. Overigens valt de gevraagde schatting niet te maken. Netto effect op aantal leners 1.9. Geef aan hoeveel leners naar verwachting in de voorgestelde nieuwe situatie geen gebruik meer zullen maken van de bibliotheek (welk deel van de 16850 leden van de te sluiten bibliotheken haken niet af). Voor het rekenmodel wordt geschat dat het verlies aan baten van de te sluiten vestigingen beperkt blijft tot 50%. Het uitgangspunt van de bibliotheek is overigens dat binnen enkele jaren weer een hoger ledenniveau kan worden bereikt. 1.10. Kosten van dienstverlening aan leners die niet wegblijven Geef aan welke kosten moeten worden gemaakt om de leners die als gevolg de voorgestelde sluitingen niet weglopen van dienst te zijn bij de vestigingen die open blijven. De verwachting is dat hiervoor geen meerkosten nodig zijn. 1.11 (On)omkeerbaarheid Geef aan welke kosten gemoeid zijn met het sluiten van de genoemde vestigingen en met het weer openen van deze (of gelijkwaardige) vestigingen nadat de rekening van de crisis is betaald. Het openen van een nieuwe wijkbibliotheek is sterk afhankelijk van de beschikbare panden in een bepaalde omgeving. De inrichtingskosten van een nieuwe vestiging bedragen gemiddeld minimaal € 0,6 mln. Voor wat betreft de structurele kosten kan worden uitgegaan van het huidige kostenniveau. 1.12 Financiële en operationele transparantie Geef een opsplitsing van het budget van de bibliotheek naar vestiging, naar activiteit (bijvoorbeeld kernactiviteiten, overige activiteiten) en naar kostensoort (bijvoorbeeld direct personeel, overhead, huisvesting, inrichting, ict, collectie). Geef daarnaast inzicht in de operationele kenmerken per bibliotheek (bijvoorbeeld aantal leners, aantal bezoekers, aantal uitleningen, kosten, inkomsten, klanttevredenheid). Neem in deze overzichten ook de centrale vestiging mee. Aantallen leners, aantal bezoekers en aantal uitleningen per vestiging worden vermeld in het Nieuw Spreidingsplan. De klanttevredenheid wordt tweejaarlijks in gezamenlijkheid met de G4-bibliotheken onderzocht. Den Haag scoort daarbij onverminderd hoog. Bij het laatste gezamenlijke onderzoek bedroeg de klanttevredenheid 8,3 (de hoogste score van de G4 bibliotheken). Zie voor overige gegevens het bijgaand overzicht 1. Vragen D66 1. Wat zijn de kosten per vestiging per jaar? Zie hiervoor bijgaand overzicht 1.
OBB/2011.17
6
2. Wat zijn de openingstijden van de vestigingen? Zie hiervoor bijgaand overzicht 1. 3. Wat zijn de kosten per jaar om een vestiging doordeweeks één uur per week langer open te houden? Wat zijn de extra kosten voor opening in de avonduren, op zaterdag en op zondag? De extra kosten per openingsuur op jaarbasis overdag bedragen globaal € 4.000,-. In de avonduren bedraagt de overwerkvergoeding vanaf 20.00 uur 20% (op jaarbasis € 4.800,-). Op zaterdag is deze 75% (op jaarbasis € 7.000,-) en op zondag 100% (op jaarbasis € 8.000,-). 4. Wat is de spreidingsdichtheid voor de bibliotheken in Den Haag ten opzicht van de andere G4steden? De vier grote steden hebben in de huidige situatie het volgend aantal vestigingen: 1. Amsterdam: 28 = 1 bibliotheek per 28.747 inw. 2. Den Haag: 19 = 1 bibliotheek per 25.751 inw 3. Rotterdam: 26 = 1 bibliotheek per 23.468 inw. 4. Utrecht: 16 = 1 bibliotheek per 19.195 inw. Rotterdam heeft ook een nieuw spreidingsplan voorgesteld waarin de huidige 26 vestigingen op termijn worden vervangen door zes grotere bibliotheken, aangevuld met een aantal flankerende voorzieningen in de wijken. In onze voorstellen blijven 12 vestigingen, plus aanvullende wijkvoorzieningen op een veel minder grote oppervlakte van de stad in vergelijking met Rotterdam. 5. Voert u gesprekken met scholen en verzorgingshuizen om te informeren of deze bereid zijn om een deel van de collectie van de bibliotheken in hun school op te nemen en aan leerlingen en wijkbewoners aan te bieden? Momenteel worden gesprekken gevoerd met de scholen in de werkgebieden van de filialen die sluiten om te verkennen wat de mogelijkheden zijn. In de fase daarna zullen ook gesprekken plaatsvinden met verzorgingshuizen. 6. Zijn er voorbeelden van steden bekend die vervangende bibliotheekvoorzieningen ergens anders hebben ondergebracht? Er zijn verschillende voorbeelden van dergelijke voorzieningen. In Utrecht is er Plein Oost, een kleinschalige buurtbibliotheek en ontmoetingsplek voor senioren en buurtbewoners van de wijk Oost. De collectie is beperkt evenals de openingstijden. In Hilversum zijn - bij vier woonzorgcombinaties in wijken - een klein filiaal van de bibliotheek ingericht, gericht op de doelgroep van die wijk, vooral kinderen en ouderen. Deze servicepunten zijn 9 uur per week open. Vergelijkbare plannen zijn ook in ontwikkeling in Rotterdam en Den Bosch. In Etten-Leur, Rijnvaart en Willemstad is een kleine bibliotheek gehuisvest in een filiaal van de Rabobank, de Rabobieb. De bibliotheek is onafhankelijk, de bank runt en betaalt de bieb niet 7. Is het mogelijk om scholen en verzorgingshuizen een applicatie / uitleencomputer aan te bieden, waarmee online boeken besteld kunnen worden en door een bibliobus worden gebracht? Weet u of scholen en verzorgingshuizen hieraan willen meewerken? En wat de kosten hiervan zullen zijn? Een vanouds bestaande dienstverlening van de bibliotheek is boek-aan-huis voor m.n. ouderen, die niet meer zelfstandig een bibliotheek kunnen bezoeken.
OBB/2011.17
7
Vrijwilligers van de Boodschappen Begeleidings Dienst brengen de materialen aan huis. De verwachting is dat de vraag naar deze dienstverlening zal stijgen in de vestigingen die open blijven. Een soortgelijk product zijn de thema- en wisselcollecties voor de scholen en de wisselcollecties voor verzorgingshuizen. Sinds voor deze dienstverlening noodgedwongen kostendekkend moest worden, nam de belangstelling van de scholen sterk af. De kosten bedragen voor een wisselcollectie maximaal € 2.300,-, voor maximaal 20 themacollecties € 660,- op jaarbasis. Overigens is de techniek geen belemmering: via de website van de bibliotheek kan iedereen wereldwijd de collecties benaderen. 8. Kunnen de bibliotheekmedewerkers bij de scholen langsgaan om de bibliotheek- en mediawijsheid lessen te geven? In het kader van het GOA (Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid) geven medewerkers van de bibliotheek lessen op scholen. Deze lessen worden door de school ingekocht. Ook bij scholen met een leer- kansen profiel worden medewerkers van de bibliotheek door de school ingehuurd voor het geven van lessen. Deze voorziening kan uitgebouwd worden mits de in te zetten uren worden vergoed. 9. Hoeveel leerlingen nemen per vestiging deel aan huiswerkbegeleiding? Is het voor scholen (financieel) mogelijk om deze huiswerkondersteuning over te nemen? Huiswerkbegeleiding is een exclusieve onderwijstaak. In de bibliotheek wordt gesproken van huiswerkondersteuning: schooljeugd krijgt in de bibliotheek gelegenheid huiswerk te maken, over het algemeen op de pc in één van de telematicacentra. Personeel van de bibliotheek is hierbij in het telematicacentrum aanwezig. Met de basisscholen rond de op te heffen vestigingen wordt nu gesproken over het aanbieden van huiswerkbegeleiding, inclusief de ondersteuning op scholen in het kader van verlengde schooldag /leerkansenprofiel van de brede buurtschool. In 2010 namen in totaal 23.472 leerlingen deel aan huiswerkondersteuning. Deze wordt gegeven in de wijkbibliotheken: Transvaalkwartier (13.647), Schilderswijk (6.194), Bouwlust (1.104), Loosduinen (184), Laakkwartier (732), Morgenstond (145), Spoorwijk (473), Moerwijk (717), Segbroek (130) en Wateringse Veld (146). 10. Voor de jaren 2013 en 2014 is een bedrag van 500.000 euro beschikbaar voor de restyling en onderhoud van de wijkbibliotheken. Is het mogelijk een deel van dit budget in te zetten voor de aanschaf van bibliobussen of andere flankerende voorzieningen? Dit betreft de bedragen die zijn opgenomen in het Meerjarig Investeringsprogramma. Voor zover het eenmalige uitgaven betreft die geactiveerd moeten worden (duurzaam en minimaal € 50.000,-) behoort dit tot de mogelijkheden. Dus de aanschaf van een bibliobus wel, maar niet de exploitatie ervan. 11. Wat zijn de kosten voor de aanschaf en de inzet van een bibliobus? In Rotterdam wordt de bibliobus geleased van de Roteb. Exploitatiekosten op jaarbasis: lease € 25.000,-, collectie € 23.000,-, personeel € 117.000,- (2 fte). Totaal: € 165.000,De firma Karmac biedt ondersteunende bibliotheekdiensten, waaronder de inzet van een bibliobus. Exploitatielasten op jaarbasis globaal: € 200.000,-.
OBB/2011.17
8
12. Wat zijn de kosten om in alle bibliotheken in Den Haag gratis internet aan te bieden? Dit betreft een structureel bedrag van globaal € 70.000,-. Hiermee worden de huidige baten volledig gecompenseerd. Bij gratis aanbod zal congestie ontstaan in de grote vestigingen, waardor het gratis gebruik op piekmomenten in tijd gereguleerd moet worden. 13. Is er een regeling mogelijk waarmee leerlingen voordelig met het openbaar vervoer naar de bibliotheek kunnen gaan? Nee, een dergelijke regeling is er nog niet. Wel wordt er gesproken met de vervoerders of er collectieve abonnementen voor basisscholen mogelijk zijn. 14. Zijn er mogelijkheden om de huisvestingskosten terug te brengen, waardoor het mogelijk is om vestigingen beperkt open te houden? De enige reële mogelijkheid om de huisvestingskosten te verlagen, is het gebruik door meerdere gebruikers te delen, dus het aantal gehuurde m2 terug te brengen. In de praktijk is dit lastig te realiseren. De huisvestingskosten zelf zijn vrijwel onbeïnvloedbaar. Een mogelijke versobering van de schoonmaak wordt toegerekend aan de apparaatskostenbezuiniging. Vragen PvdA 1. Wat zijn de kosten per bibliotheekvestiging? Graag in ieder geval een uitsplitsing naar huisvesting, personeel, activiteiten en overige kosten. Zie bijgaand overzicht 1. 2. Welke bezuiniging wordt er gerealiseerd als de zes voorgestelde vestigingen sluiten? Hoeveel geld is er beschikbaar om voorzieningen elders onder te brengen? Zie bijgaand overzicht 1. Er is niet voorzien in geld om voorzieningen elders onder te brengen. Er wordt verwacht dat partnerinstellingen die een (beperkte) bibliotheekvoorziening opnemen, de huisvestingslasten betalen. 3. Wat is de afweging geweest om de vestiging in Spoorwijk te sluiten en niet de vestiging in Laak? Bij de bibliotheken die naar verhouding lager scoren op toegankelijkheid, gebruik en verzorgingsgebied hoort bibliotheek Spoorwijk, die t.o.v. bibliotheek Laakkwartier ongeveer de helft van het aantal openingsuren, leden, uitleningen en omvang verzorgingsgebied heeft. 4. U schrijft dat er op termijn wellicht mogelijkheden zijn voor nieuwbouw van een vestiging in Laak. Waar is dat van afhankelijk? Moeten daar extra middelen voor beschikbaar worden gesteld of kan dat op termijn uit de structurele middelen? Als de mogelijkheden zich voordoen en er op termijn weer extra middelen beschikbaar zijn, is de wens te komen tot een meer centraal gelegen grotere vestiging, niet per se nieuwbouw. Er is nog geen onderzoek gedaan naar de haalbaarheid. De kosten van een grotere vestiging vallen in het algemeen hoger uit.
OBB/2011.17
9
5. Zijn er elders in Nederland ervaringen met boekuitleenpunten in verzorgingshuizen? Zo ja, kunt u die voorbeelden noemen? Worden deze punten door vrijwilligers of betaalde krachten bemand? Bibliotheek Den Haag biedt verzorgingshuizen de mogelijkheid collecties te huren van de bibliotheek. Deze voorziening, die door vrijwilligers of een medewerker van de instelling wordt beheerd, is in eerste instantie gericht op de bewoners van de instelling, maar sommige tehuizen stellen de voorziening ook open voor oudere buurtbewoners. Ook elders in het land worden dergelijke servicepunten geëxploiteerd, meestal bemand door vrijwilligers. 6. Zijn er elders in Nederland ervaringen met moderne bibliobussen die scholen bezoeken? Zo ja, in welke gemeente gebeurt dit? Worden deze bussen bemand door vrijwilligers of betaalde krachten? In Rotterdam en in een aantal provincies, bijvoorbeeld Utrecht en Overijssel, wordt een bus ingezet in een aantal plaatsen waarbij specifiek scholen worden bezocht. Deze bussen worden door de provinciale of lokale bibliotheekorganisatie met eigen personeel ingezet, of (inclusief collectie en personele inzet) gehuurd. 7. Kent u het voorbeeld van Den Bosch waar iedere basisschool een eigen schoolbibliotheek heeft gekregen? Wat vindt u hiervan? In Den Bosch zullen in alle 43 basisscholen een schoolbibliotheek worden gerealiseerd ter vervanging van de vier wijkvestigingen. Daarnaast zijn er 2 Centrale Bibliotheken (Den Bosch en Rosmalen) en 7 Buurtbiebs in een Brede Buurt School. Bibliotheek Den Bosch concentreert zich daarmee geheel op een bibliotheekvoorziening voor kinderen in het primair onderwijs. Een bibliotheekvestiging in Den Haag bedient een ruimere doelgroep, jongeren, ouderen en de groep daar tussenin en richt zich niet alleen op lezen, maar ook op informatie, ontmoeting, en cultuur. Een collectie boeken in de school - door de bibliotheek samengesteld en onderhouden - kan één van de ondersteunende voorzieningen zijn, daar waar in het nieuwe spreidingsplan vestigingen gesloten worden. Een één op één kopie van het Bossche model zal niet mogelijk zijn gezien de investeringen (collecties, meubilair, ruimte) en exploitatie (medewerkers, collectieonderhoud). In Den Bosch is dit niet opgezet als bezuinigingsoperatie. Ook vanuit het onderwijs moet per leerling jaarlijks betaald worden aan de exploitatie van het systeem. 8. Weet u hoeveel kinderen in welke vestigingen gebruik maken van de voorzieningen om huiswerk te maken / voor huiswerkbegeleiding in de bibliotheken? Welke leeftijd hebben deze kinderen? Weet u naar welke scholen zij gaan? Weet u iets over hun sociaaleconomische achtergrond? Zie antwoord op vraag 9 van D66. De scholen liggen in het verzorgingsgebied van de betreffende bibliotheken. Het leeuwendeel van de leerlingen komt uit een verzorgingsgebied met een zgn. achterstandsscore. 9. Welke scholen rondom de vestigingen die u wilt gaan sluiten bieden gratis huiswerkbegeleiding aan en/of stellen computers beschikbaar voor leerlingen na schooltijd? Hoeveel leerlingen maken daar gebruik van? In het werkgebied van bibliotheek Schilderswijk biedt De Koningin Beatrixschool een klassikale, schriftelijk vorm aan van huiswerkbegeleiding na schooltijd (niet bekend is voor welk aantal kinderen). De andere scholen bieden geen structurele huiswerkbegeleiding na schooltijd. De dertien scholen stellen geen computers beschikbaar na schooltijd.
OBB/2011.17
10
In het werkgebied van bibliotheek Bouwlust biedt de Anemaschool als enige de mogelijkheid van klassikale huiswerkbegeleiding na schooltijd (niet bekend is voor welk aantal leerlingen). De andere scholen bieden geen structurele huiswerkbegeleiding na schooltijd. De scholen stellen geen computers beschikbaar na schooltijd. In het werkgebied van bibliotheek Moerwijk bieden de scholen geen structurele huiswerkbegeleiding na schooltijd. De scholen stellen geen computers beschikbaar na schooltijd. In het werkgebied van bibliotheek Spoorwijk scholen bieden geen structurele huiswerkbegeleiding na schooltijd. De scholen stellen geen computers beschikbaar na schooltijd. 10. Hoe hebben scholen, welzijnsinstellingen en andere organisaties gereageerd op uw plannen om zes vestigingen te sluiten? Welke argumentatie gaven zij daarbij? Er zijn tot nu toe 7 burgerbrieven en gespreid in de tijd enkele tientallen mailberichten gericht aan wethouder en/of college binnengekomen. Deze zijn voor een deel afkomstig van organisaties in de wijken Spoorwijk, Schilderswijk, Benoordenhout en Statenkwartier. Eveneens van enkele basisscholen. Het merendeel is afkomstig van ouders met kinderen in de basisschoolleeftijd en individuele gebruikers. Vrijwel alle reacties hebben betrekking op de belangrijke functies van de bibliotheek voor de wijk en de kinderen cq ouderen. Daarbij wordt als belangrijk knelpunten genoemd de afstand tot een dichtstbij liggend filiaal en drukke verkeersroutes onderweg. Natuurlijk is het van belang dat mensen de bibliotheekfuncties kunnen blijven gebruiken. Daarom blijft in elk stadsdeel minimaal een grote wijkbibliotheek open. Iedere burger is welkom in deze bibliotheek, die een belangrijke educatieve taak in het stadsdeel heeft en zich bij uitstek richt op taalontwikkeling, leesbevordering, mediawijsheid en activiteiten gericht op integratie. Daarnaast worden met scholen en andere gebruikers van de te sluiten wijkbibliotheken overlegd welke aanvullende voorzieningen, zoals een klein uitleenpunt, een bibliotheekbus of dienstverlening vanuit een nabijgelegen filiaal op school, noodzakelijk zijn. De realisatie daarvan wordt na het raadsbesluit uitgewerkt. 11. Welke faciliteiten wilt u per vestiging in ieder geval behouden door ze elders onder te brengen? In het spreidingsplan wordt ervan uitgegaan, dat de spreiding van wijkvestigingen voor de meeste Hagenaars op niveau blijft. Kinderen in het voortgezet onderwijs en volwassenen kunnen terecht bij de dichtstbijzijnde wijkbibliotheek. Met name voor de volgende groepen wordt om specifieke aandacht gevraagd: kinderen in het primair onderwijs, ouderen en migranten (i.c. volwassenen). De situatie is per wijk verschillend. In Schilderswijk en Spoorwijk zal de nadruk liggen op taal- en leesbevordering voor kinderen in samenwerking met het primair onderwijs. In Statenkwartier/Duinoord met name de leesvoorziening voor ouderen. En in Bouwlust en Moerwijk beide groepen. De aandacht voor volwassen migranten in de betreffende wijken wordt niet ingevuld met vervangende voorzieningen in de betreffende wijken, maar zal georganiseerd worden vanuit de bibliotheken waar de dienstverlening wordt geconcentreerd. 12. Ziet u mogelijkheden om de huisvestingskosten van de huidige vestigingen terug te brengen? De enige reële mogelijkheid om de huisvestingskosten te verlagen, is het gebruik door meerdere gebruikers te delen. In de praktijk is dit lastig te realiseren.
OBB/2011.17
11
De huisvestingskosten zelf zijn vrijwel onbeïnvloedbaar. Een mogelijke versobering van de schoonmaak wordt toegerekend aan de apparaatskostenbezuiniging. 13. Wat zijn de verwachte frictiekosten voor vestigingen die moeten sluiten? Bij sluiting van 6 wijkbibliotheken valt er niet aan te ontkomen dat medewerkers ontslagen moeten worden. Een globale benadering komt erop neer dat incidenteel € 2,8 mln. benodigd is om alle toekomstige uitkeringen gedurende de re-integratiefase en uitkeringsperiode af te dekken. Dit bedrag is sterk afhankelijk van het tempo waarin ontslagen medewerkers erin slagen een andere baan te krijgen. Voor de frictiekosten in verband met boventallig personeel is in het coalitieakkoord een budget opgenomen. 14. Op hoeveel bezoekers zijn de verschillende vestigingen berekend? De capaciteit van de vestigingen hangt af van verschillende factoren: de grootte, de collectie, de ruimte voor activiteiten, de personele bezetting en de openingstijden. Op deze vraag is geen standaard antwoord te geven. De vergroting van de openingstijden van wijkbibliotheken heeft geleid tot betere spreiding van het gebruik en dus tot een in theorie grotere gebruikscapaciteit. De grote vestigingen zijn met 100.000 bezoeken per jaar goed bezocht, maar gezien het feit dat er ruime openingstijden zijn, kan de gebruikscapaciteit bij een min of meer evenwichtige spreiding over de dag tot ongeveer het dubbele toenemen. De spreiding valt echter slechts beperkt te sturen, waardoor er op vestigingen als Transvaal en Loosduinen ook momenten zijn, waarop het zeer druk (te druk) kan worden genoemd. 15. Wat zijn de openingstijden van de nieuwe bibliotheek op de Leyweg? Openingstijden van de nieuwe bibliotheek Escamp (Leyweg) zijn, totaal 46 uur per week: Maandag 13.00 - 18.00 Dinsdag 10.00 - 20.00 Woensdag 10.00 - 18.00 Donderdag 10.00 - 18.00 Vrijdag 10.00 - 18.00 Zaterdag 10.00 - 17.00 16. De vestiging in de Bomenbuurt wordt (terecht) geroemd omdat ze in de tweede helft van 2010 maar liefst 22% meer leden kregen vanwege vestiging op een nieuwe locatie en uitbreiding van de openingstijden. Ruimere openingstijden kunnen dus leiden tot meer gebruik. In het spreidingsplan staat dat de openingsdagen van de centrale bibliotheek worden verruimd. Voor de andere vestigingen geldt dat niet. Hoe kijkt u aan tegen de huidige openingstijden? Vindt u deze toereikend? Ook buiten kantoortijden? Vindt u dat er name ’s avonds en op zaterdag voldoende mogelijkheden zijn om de bibliotheek te bezoeken? De groei in gebruik van Bomenbuurt heeft in beperkte mate ook te maken met de openstellingsduur, maar toch in eerste instantie met de betere locatie. De uitbreiding van openingstijden van de Centrale Bibliotheek is een gevolg van het feit dat VVV/Uitburo per 4 juni 2011 op deze locatie gehuisvest zijn. Dit heeft geleid tot een noodzakelijke harmonisering van openingstijden. In 2007 heeft er een grote verruiming van de openingstijden van de wijkbibliotheken plaatsgevonden, een uitbreiding met ongeveer 30%. Daarbij is toen rekening gehouden met de gebruiksdruk en het gebruikspatroon van de bibliotheken in de betreffende wijken. Nadien hebben op grond van nieuwe ervaringen kleine bijstellingen plaatsgevonden. De bibliotheken zijn nu open op momenten dat het meest intensieve gebruik plaatsvindt. In beginsel zijn de huidige openingstijden toereikend te achten.
OBB/2011.17
12
Verdere verruiming van de openingstijden leidt vermoedelijk tot een verdere spreiding in gebruik, maar nauwelijks tot verdere toename van het gebruik. De wijkbibliotheken hebben allemaal ook een zaterdagopenstelling en waar er daadwerkelijk behoefte aan bestaat is er ook een avondopenstelling. De Centrale Bibliotheek is als stedelijke voorziening op zondag open. 17. Op welk moment bent u van plan om te toetsen of de alternatieve voorzieningen inderdaad per 1 januari 2012 gereed zijn? Is dat ook het moment waarop de raad definitief beslist of een bibliotheekvestiging gesloten wordt? De alternatieve voorzieningen zijn gereed per 1 januari 2013. Het nieuwe spreidingsplan – en dus de sluiting van wijkbibliotheken – moet snel worden vastgesteld om met de noodzakelijke uitvoering te kunnen beginnen (opzegging huur, personele reorganisatie e.d.). 18. Welke veranderingen in bezoekersaantallen verwacht u bij de vestigingen die open blijven? Een minimale variant is dat 50% van de betalende leden van de vestigingen die worden gesloten, lid blijft en van een andere vestiging gebruik gaat maken. Navenant zal het aantal bezoekers bij de resterende wijkbibliotheken stijgen. Na een dip bij aanvang, is te verwachten dat dit aantal weer gaat stijgen. 19. Welke consequenties hebben de bezuinigingen voor vestigingen die openblijven? Hoeveel moeten zij bezuinigen? Hoe worden deze bezuinigingen opgevangen? Er is bewust voor gekozen om grote, sterke wijkvestigingen, met voldoende groeipotentie in stand te laten. Toch krijgen ook deze te maken met bezuinigingen. In de eerste plaats leveren zij een aandeel in apparaatskostenbezuiniging van € 1,7 mln. die aan de DOB is opgelegd. Deze bezuiniging wordt voor een deel opgevangen door het verder invoeren van automatisering. Zo wordt in deze periode de zelfservice inname van boeken uitgerold. In de bibliotheken wordt apparatuur geplaatst, waar de klanten straks zelf de handelingen verrichten, die nu nog door personeel aan de balie gebeuren. De bezuiniging wordt bereikt door vermindering van personeel. Op de tweede plaats zal een deel van deze bibliotheken een groter publiek moeten bedienen in verband met de sluiting van een wijkvestiging. En in de derde plaats zal de bibliotheek haar activiteiten op het gebied van taal- en leesbevordering intensiveren, hetgeen ook vanuit deze grotere wijkvestigingen georganiseerd zal worden. De facto zijn de laatste twee maatregelen efficiencykortingen. 20. Door alle bezoeken aan de bibliotheek de afgelopen weken hebben wij opnieuw gezien dat er zeer veel verschillende activiteiten in de bibliotheek worden aangeboden. Hoe wordt de raad hierbij betrokken? Voor de activiteiten, die vanuit de vestigingen worden ondernomen, is een beperkt budget beschikbaar. In veel gevallen wordt er samengewerkt met partners om kosten te drukken en in veel gevallen worden subsidies en/of fondsen aangesproken om de activiteiten mogelijk te maken. Een goed overzicht van komende activiteiten kan worden verkregen door raadpleging van de activiteitenkalender op de website van de bibliotheek. Daarbij wordt ook inzicht verkregen in activiteiten per vestiging. Het uitgebreide jaarverslag wordt jaarlijks aan de gemeenteraad toegestuurd.
OBB/2011.17
13
Vragen CDA 1. Is er bij de keuze voor het openhouden en sluiten van bibliotheken voornamelijk gekeken naar het aantal bezoekers? Nee, het aantal bezoekers was één van de aspecten om tot een weloverwogen keus te komen. 2. Waarom zijn de keuzes niet gebaseerd op de te bereiken doelgroepen? De te bereiken doelgroepen zijn niet als enige criterium gehanteerd om tot besluitvorming te komen. Het is nu eenmaal zo dat alle leners samen een dwarsdoorsnede van de samenleving vormen en dat er bewust voor gekozen is bepaalde doelgroepen niet te bevoordelen dan wel uit te sluiten. 3. Is er rekening gehouden met een afstandcriterium (tussen woning en bibliotheek)? Voor zover mogelijk is rekening gehouden met het afstandscriterium. Ook was een uitgangspunt dat er per stadsdeel minimaal een vestiging geopend moest blijven. 4. Zullen eventuele landelijke bezuinigingen nog invloed kunnen hebben op de Haagse Bibliotheken? Niet specifiek als gevolg van rijkskortingen op bibliotheekuitgaven, de gemeente Den Haag ontvangt geen structurele subsidie voor het bibliotheekwerk. 5. Ook bij bibliotheken kan er nog de nodige modernisering plaatsvinden, in het stuk is hier weinig over te lezen, is hier nog financiële ruimte voor? De zelfservice uitlenen is al in alle vestigingen gerealiseerd. In 2011 zal in alle vestigingen de zelfservice inname en het gebruik van betaalautomaten worden ingevoerd. In het verlengde hiervan zal ook de internetregulering (al dan niet betaald) worden geactualiseerd. Ook in brancheverband wordt gewerkt aan verdere innovatie op het gebied van digitale content en e-bookportals. 6. Wat zijn de gevolgen als er, i.p.v. het voorgestelde, een generieke korting wordt opgelegd aan de Haagse Bibliotheken? Bij een generieke korting valt er niet aan te ontkomen dat er meer moet worden bezuinigd op de personele inzet. Dit komt omdat op bijvoorbeeld huisvestingslasten en collectie vrijwel niet kan worden bezuinigd omdat de wijkbibliotheek open blijft. Wat er dan overblijft, is vooral een forse vermindering van het aantal openingsuren. De dienstverlening van de bibliotheek in heel Den Haag speelt zich dan op een lager niveau af. Een indicatie: Bij een korting van 2 mln. en een bedrag van 7.000,- per openingsuur op jaarbasis gaat het om 285 openingsuren. Dit gerelateerd aan het aantal openingsuren van 601 komt het erop neer dat het huidige aantal openingsuren bijna moet worden gehalveerd. 7. Waarom heeft het college er niet voor gekozen om alternatieven uit te werken? Het college heeft er bewust voor gekozen een eindvoorstel te presenteren. In de voorbereiding zijn natuurlijk wel verschillende alternatieven de revue gepasseerd en doorgerekend. Wij hebben moeten vaststellen dat de nadelen van de alternatieven te groot zijn.
OBB/2011.17
14
8. Acht het college het niet noodzakelijk om in het document meer nadruk te leggen op vervangende ruimte voor bibliotheken in bijvoorbeeld brede buurtscholen (onderdeel eigen portefeuille van betreffende wethouder), verzorgingshuizen, centra’s voor jeugd en gezin etc.? Bij de uitwerking wordt heel bewust ook rekening gehouden met vervangende ruimte voor bibliotheken in scholen, verzorgingshuizen e.d. Er is voor gekozen de besluitvorming over sluiting hierdoor niet te laten vertragen. In het plan is opgenomen dat in de periode tot 1 januari 2013 alternatieven worden onderzocht. 9. Met welke visie op de toekomst van bibliotheken heeft het college deze nota opgesteld? Dit is een meer beleidsinhoudelijke vraag die buiten de context van de beantwoording van technische vragen valt. Met vriendelijke groet, Ingrid van Engelshoven