Verslag integratiesalon raadsleden maandag 17 mei 2010 Palet, adviseurs diversiteit Willemstraat 59, Eindhoven
Colofon Uitgave
Palet, adviseurs diversiteit Willemstraat 59, 5611 HC Eindhoven T. (040) 235 99 99 E.
[email protected] I. www.palet.nl
Projectleider
Eva Geelen, adviseur Palet
Met bijdragen van
Rubén Maduro, Eva Geelen, Ronald Hazelzet, Canan Yenice, Hatice Aydin, Mohamed Bouyanzari, Eefje Vonken (adviseurs Palet)
Eindredactie
Ronald Hazelzet, adviseur Palet
Lay-out en foto’s
Ingrid van Rooij, communicatieadviseur Palet
© Palet, mei 2010
De activiteiten van Palet zijn mede mogelijk dankzij subsidie van de provincie Noord-Brabant.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 2 van 18
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 3 van 18
Inhoud
Algemene terugblik op de bijeenkomst
pag. 5
Impressies rondetafelgesprekken: - Marokkaanse en Antilliaanse jongeren: slachtoffers of daders ?
8
- Sociale cohesie in de wijken: afzonderen of ontmoeten
9
- De power of peer mentoring
11
- Zorg en allochtonen: alle handen aan het bed
13
- Allochtone vrouwen: van kansloos naar koplopers
15
- Religie: moskee in uw stad, handig of lastig?
16
- De toon van het debat: tussen kopvoddenhaters en theedrinkers
17
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 4 van 18
Integratiesalon: het glas is 80% vol Beelden op Brabant 10 lieten het de volgende dag zien: de eerste Integratiesalon van 17 mei 2010 met 50 Brabantse raadsleden was een succes. De raadsleden gingen geanimeerd het gesprek aan met de drie plenaire gastsprekers en vervolgens met elkaar en met de specialisten van Palet tijdens zeven rondetafels en het wereldbuffet na afloop. Keynote speaker Wim Luijendijk, burgemeester van Loon op Zand, benadrukte dat Brabant als kennisintensieve economie verbindingen tussen burgers en bedrijven moet blijven versterken, en permanent moet investeren in de basis van de samenleving door onderwijs, arbeidsmarktdeelname en maatschappelijke participatie voor iedereen mogelijk te maken. Regionale samenwerkingsverbanden zijn noodzakelijk voor thema’s die in schaalgrootte de gemeenten overstijgen. Als voorbeelden van dergelijke thema’s noemde Luijendijk jeugdzorg en integratie.
Nieuwe handreiking integratie De volgende speaker, Mehmet Aközbek, senior beleidsadvisuer bij het Ministerie van Wonen, Wijken Integratie sloot hier naadloos op aan. Aközbek introduceerde de Gemeenschappelijke Integratie Agenda (GIA), ontstaan uit een interactief beleidsvormingsproces tussen Rijk en gemeenten. Palet en Centra voor Maatschappelijke Ontwikkeling in alle provincies organiseren sinds 2009 bijeenkomsten rond integratiethema’s (emancipatie, veiligheid, zorg, arbeid, onderwijs, sport, etc.) om de verticale afstemming tussen Rijk en gemeenten en de horizontale samenwerking tussen gemeenten rond integratieissues te versterken. De derde versie van de Handreiking GIA rolt volgende week van de persen, kondigde Aközbek aan. Deze zal worden toegezonden aan alle raadsleden aanwezig op de Integratiesalon. Een raadslid uit de zaal merkte op dat zelfs wanneer allochtonen 99% van het integratiewerk doen door zich aan te passen, te integreren, te emanciperen en te participeren, de laatste 1% van de autochtonen zal moeten komen, nl. de nieuwe Nederlanders te accepteren. It takes two to tango.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 5 van 18
Hoezo mislukt? Nederlandse allochtonen doen het prima Als laatste plenaire speaker nam Frans Verhagen, amerikanist en politiek journalist, het woord. Volgens de lijnen van zijn boek Hoezo mislukt? de nuchere feiten van de Nederlandse integratie, schetste hij de resultaten van het Nederlandse integratieproces. Verhagen’s stelling, gebaseerd op cijfers van CBS, SCP e.d.: Nederland doet het veel beter dan de VS, het immigratieland bij uitstek, maar politiek en media problematiseren integratie onnodig. “Waar ter wereld gaan kinderen van ongeletterde gastarbeiders naar de universiteit?”, vroeg Verhagen aan de raadsleden. 13% van de studenten aan HBO en universiteit zijn allochtoon, dat is meer dan hun aandeel in de bevolking. Allochtonen zijn goed vertegenwoordigd in gemeenteraden en parlement. Arbeidsmarktdeelname laat nog te wensen over maar gaat langzaam de goede kant op. Importbruiden nemen sterk af, en huwen buiten eigen kring is in opkomst—iets wat onder autochtonen ook pas sinds de ontzuiling gebeurt. Dus vanwaar ons sombere integratiedebat? Maatschappelijke problemen krijgen vaak ten onrechte een integratielabel, aldus Verhagen, terwijl het in feite sociaal-economische problemen zijn die met sociale stijging van immigranten mettertijd verdwijnen. Ook effecten van technologisering, individualisering, mondialisering en mediatisering worden vaak aan de multiculturalisering toegeschreven. “Maar zonder buitenlanders zou het leven ook ingewikkelder zijn geworden.”
Geanimeerde discussies aan rondetafels Vervolgens gingen de raadsleden in gesprek met de specialisten van Palet en met elkaar in rondetafelgesprekken over thema’s zoals Marokkaanse jongeren, emancipatie van allochtone vrouwen, het maatschappelijk werk van moskeeën en de toon van het integratiedebat. (zie verderop in dit verslag)
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 6 van 18
Han Rijgersberg, directeur van Palet, memoreerde na afloop enkele saillante uitkomsten van de rondetafelgesprekkken: Antilliaanse en Marokkaanse probleemjongeren: zet in op praktische participatie in plaats de (subjectieve, ongrijpbare) heilige graal van integratie. Betrek hun gemeenschappen bij oplossingen.
Sociale cohesie in achterstandswijken: geef budgetten aan buurtraden/burgers, maak ze daarmee probleemeigenaar en spreek ze aan op hun kracht. Peer mentoring: schooluitval in Brabant is hoog. Mentoring is een eenvoudig en effectief instrument gebleken dat overvraagde scholen ontlast. Matching vraag en aanbod in de zorgarbeidsmarkt: allochtonen mogen niet voordringen bij de EHBO. Allochtone vrouwen: naast hun empowerment en praktische facilitering voor alle vrouwen (bv. betaalbare kinderopvang als in Frankrijk) verdient ook mannenemancipatie aandacht. Nederlandse moskeeën leveren 270.000 uur maatschappelijke activiteiten per jaar. Vooral houden zo.
Afsluiting met wereldbuffet De avond werd afgesloten met geanimeerde gesprekken rond een uitgebreid buffet van Marokkaanse, Turkse en Spaanse hapjes.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 7 van 18
Rondetafel ‘Marokkaanse en Antilliaanse jongeren: slachtoffers of daders?’ Inleiding Marokkaanse en Antilliaanse jongeren problematisch, delinquent? In feite gaat het om een kleine groep maar wel een met veel impact. Zijn het daders, zijn het slachtoffers of daders geworden slachtoffers? Wat weten wij eigenlijk van deze jongeren? Politieke druk, maatschappelijke verharding, wetenschappelijk onderzoek en projectie in de media kunnen heel sturend zijn in de manier waarop wij naar die sociale werkelijkheid kijken. Maar hoe kijken deze jongeren er zelf tegenaan? Discussie Aanwezigen zien ook de maatschappelijke verharding en culturalisering van de maatschappelijke problematieken van en met Antilliaanse en Marokkaanse jongeren. Veel van deze jongeren krijgen kansen aangeboden, maar laten die liggen of lopen daarin vast. Vaders afwezig, moeders zwak, de omgeving wantrouwend, zo komen ze in een vicieuze, neerwaartse spiraal. Media, politiek en politie projecteren het negatieve beeld over deze jongeren op de gehele gemeenschap, waardoor de dialoog stokt. Visies op mogelijke aanpak De problemen en probleemgroepen en betrokkenen (maatschappelijke actoren) moeten wel benoemd kunnen worden. Soms moet dat met naam en toenaam, zodat het voor iedereen helder is waar en om wie het gaat. Groepen en hun gemeenschappen moeten meedenken meepraten en meebeslissen over de (feitelijkheden van de) problematiek en de oplossingen ervoor. De sociale en economische factoren en problemen dienen aangepakt en opgelost te worden. Het ligt niet zozeer in de etnische / culturele factoren Er dient ingezet te worden op participatie in plaats van integratie, voorwaarde is wel dat in alle beleid integratie ingebouwd is.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 8 van 18
Rondetafel ‘Sociale cohesie in de wijken: afzonderen of ontmoeten?’ Het beeld van de multiculturele samenleving wordt voor groot deel beplaad door het beeld dat ‘men’ heeft van groot stedelijke achterstandwijken, vogelaarwijken, krachtwijken, impulswijken. Outsiders kijken negatief tegen die wijken aan, bewoners zelf meestal niet. Voor zover dat wel het geval is zijn het meestal autochtone ouderen. Problemen hebben veelal te maken: parkeerdruk, hondenpoep, zwerfvuil en een ‘gebrekkige aanspreekcultuur’. Zowel allochtonen als autochtonen vinden dat er teveel allochtonen in de wijk wonen. Allochtonen willen op individueel niveau graag in de wijk wonen omdat er familie of ander netwerk dichtbij is. Als bewoners contact hebben, zijn er minder problemen (ook tussen etniciteiten). Raadsleden: o, woon ik in een achterstandwijk?! In de voorstelronde gaven deelnemers aan of ze zelf ervaring hadden als bewoners van een ‘achterstandswijk’. Deze benadering zorgde voor de nodige vrolijkheid: “Nooit geweten dat het een achterstandswijk was, ja iedereen zat altijd tot ’s avonds laat in de voortuin en er waren veel werklozen, ik dacht dat het gewoon gezellig was’ “Ik wist niet dat de wijk echt een slechte naam had, totdat ik erachter kwam dat er geen pizzakoerier in de wijk durfde te komen, daar schrok ik wel van’ Kortom, ook in dit selecte gezelschap werd bevestigd wat vele onderzoek reeds geconstateerd hadden, nl. dat bewoners van achterstandswijken er vaak prima wonen en er zelf geen last van hebben. Wat definieert dan een achterstandswijk? Veel allochtonen? Hoge werkloosheid? Onveiligheid? Een Marokkaans raadslid vertelde opgegroeid te zijn in een witte arbeidersbuurt die de landelijke pers haalde door alle onrust en ongeregeldheden, die niks met wit of zwart te maken hadden. Drie concrete vragen Hoe bereik je moeilijk bereikbare –lees: zwaar gesluierde of erg teruggetrokken levende— allochtone vrouwen? Reacties uit de groep: gewoon zelf benaderen, met een open houding benaderen via degenen waar je wel contact mee hebt waarom zou je dat überhaupt willen? laat mensen toch teruggetrokken leven versterk de contact-cultuur (lenen bij de buren, gesprekjes op straat) als smeerolie
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 9 van 18
Corporaties zetten allochtone bewoners bij elkaar. Wat kun je daar als gemeente tegen doen? Deze opmerking riep de nodige reacties op: corporaties mogen niet toewijzen op basis van etniciteit huurders mogen zelf kiezen waar ze willen wonen beperkte keuzevrijheid (inkomen) stapelt kansarme groepen op elkaar met spoed geplaatste huurders verstoppen vaak de doorstroom lokale politiek zou corporaties kunnen stimuleren tot spreiding (binnen de wet) Hoe bevorder je sociale cohesie in de buurt, contact tussen groepen? maak gebruik van actieve bewoners (al zijn dat vaak dezelfden) geef budgetten aan buurtraden/burgers, maak ze daarmee probleemeigenaar sluit aan bij wensen, behoeften en kracht van bewoners sluit niemand uit, zeker niet bij de voorbereiding
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 10 van 18
Rondetafel ‘De power of peer mentoring’ Issues Met 1.870 schooluitvallers (4%) in 2008-9 ligt het Brabantse percentage vroegtijdig schoolverlaters (VSV-ers) boven het landelijk gemiddelde van 3,2%. De VSV-percentatges van allochtone leerlingen in Brabant liggen rond de 5-7%, bijna het dubbele van de autochtone percentages. Redenen voor verzuim en schooluitval zijn meestal problemen thuis (verwaarlozing, verslaving, schulden, mantelzorg voor ziek broertje/zusje), en ook wel op school (schoolkeuze, motivatie, uitsluiting) of in vrijetijdsdomein (foute vrienden, loverboys, verslavingen) Maatschappelijke effecten bij noninterventie zijn: schooluitval, geen startkwalificatie, werkloosheid, psychische problemen, slechte gezondheid, asociaal/crimineel gedrag, etc. De maatschappelijke kosten hiervan zijn hoog, tot eurotonnen per individu. De aanpakken van de VSVproblematiek laten zich onderverdelen in: preventief, curatief en handhavend, in oplopende volgorde van kosten en aflopende volgorde van opbrengsten. Vroeg investeren loont dus. De mentoringaanpak van Palet richt zich op die vroege fase waarin problemen nog klein, goed hanteerbaar en eenvoudig oplosbaar zijn. In opdracht van scholen of ook wel gemeenten werft, selecteert, koppelt en monitort Palet mentoren (veelal agogische studenten) en mentees (leerlingen bo-vmbo-mbo) volgens een strakke methodiek. De mentoringkoppels worden continu gemonitord en de mentoren ontvangen verplicht periodiek training en intervisie. De zorgadviesteams ontvangen feedback over de voortgang van de mentoring. Blijkens onderzoek (in Vs en VK, in Nederland door Movisie en Universiteit van Tilburg) heeft mentoring positief effect op het emotioneel kapitaal van de mentees (welbevinden, zelfvertrouwen), op hun academisch kapitaal (schoolpreataties, taalimpuls), sociaal kapitaal (betere relatie met ouders, leraren, leeftijdgenoten) en cultureel kapitaal (sociale vaardigheden, horizonverruiming).
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 11 van 18
Meningen rond de tafel Schoolmaatschappelijk werk en de jeugdzorgketen moeten beter samenwerken om jongeren binnen de boot te houden, op school en op (weg naar) de arbeidsmarkt Allochtone leerlingen/jongeren behoeven extra aandacht. Zij zijn immers ondervertegenwoordigd in de lichte zorg en oververtegenwoordigd in de zware zorg. De Eindhovense Sociaal-Maatschappelijke School (eSMS) vult dit zorggat op. Zijn scholengemeenschappen niet te groot geworden waardoor leerlingen met problemen te laat in het vizier komen? Of zijn de opdelingen in kleinere eenheden van meer menselijke maat: onderbouw, bovenbouw, groen, techniek e.d. voldoende? Overvragen maatschappij en politiek onze scholen niet? Scholen doen de ene vredesweek na het volgende milieuproject, tussen de verkeerslessen en wereldburgerweken door. Scholen lijken vandaag de dag nog de laatste en beste vindplaats te zijn voor jeugdigen, en hun ouders, met (tijdelijke) behoefte aan ondersteuning. Een heleboel andere maatschappelijke verbanden zijn verdwenen of verwaterd. Daarom zijn Brede Scholen (nu veelal in wording) ook zo belangrijk voor de wijken waarin zij staan. Brede Scholen zijn belangrijke schakels in het versterken van sociale cohesie in de wijken, en in het signaleren van begeleidingsvragen van kinderen en ouders en doorgeleiding naar de nieuwe Centra voor Jeugd en Gezin e.d. Peer mentoringprojecten als die van Palet betekenen eerder een ontlasting dan een belasting voor de school. Een peer mentor kan een motivatieboost geven die welwillende volwassenen niet altijd kunnen geven. Ook is het een kleine investering (euro 1,000 per leerling per jaar) met een flink rendement (euro 5,000 jaarlijkse leerlinggelden voor de school; en tienduizenden euro’s voorkomen maatschappelijke kosten geassocieerd met schooluitval).
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 12 van 18
Rondetafel ‘Zorg en allochtonen: alle handen aan het bed’ De Brabantse bevolking vergrijst terwijl de jeugd verkleurt. Zonder meer allochtone vrouwen en jongeren in de zorg zullen er enorme personeelstekorten ontstaan. Allochtonen, net als veel autochtonen, zien werken in de zorg niet zitten wegens lage status en gebrek aan kennis over loopbaanmogelijkheden in de zorg. De zorg verandert. Een van de belangrijkste veranderingen van de afgelopen tijd is de komst van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verandert de zorg. Hierdoor moeten zorgketens op lokaal niveau dichter naar elkaar toegroeien, en zal de complexiteit van zorgmanagement en uitvoering toenemen. Competenties als coördineren, administreren, overzicht houden e.d. worden belangrijker, op alle niveaus in de zorg. Instellingen zouden erbij gebaat zijn, indien ze erin slagen de beroepen vanuit de professionele invalshoek te belichten én hun imago zodanig kunnen verbeteren dat zij medewerkers uit de allochtone doelgroep binnen kunnen halen en behouden (binden en boeien). De jongere generaties, zelfs de jongste, gestimuleerd moeten worden de zorg te kennen en die leuk, aantrekkelijk en interessant te (gaan) vinden. Jongeren moeten zich een concreet beeld kunnen vormen van wat hen te wachten staat en moeten vooral kunnen ervaren wat het met hen doet. Meningen rond de tafel Eerste ter tafel gebrachte punt aan deze rondetafel over het matchen van vraag en aanbod in de zorgarbeidsmarkt: allochtonen maken vaak heisa bij de eerste hulp, en hebben geen begrip voor wachten op je beurt. Zorgsystemen in het land van herkomst zijn anders ingericht (autochtone Nederlanders hebben ook moeite met andere (zorg)systemen over de grens). Meer voorlichting over het systeem hier kan zeker helpen. Allochtone meisjes kiezen wel vaker voor tandarts-, apothekers- en doktersassistente. Hoe komt dat? Wellicht omdat dit de nietfysieke, administratieve functies zijn binnen de zorg, met hogere status. Bovendien heersen er nog scheve beelden van zorgberoepen, gebaseerd op de situaties in het land van herkomst. Ook onwetendheid over doorstroommogelijkheden in de zorg speelt een rol. Allochtone vrouwen willen wel instromen in de zorg, via vrijwilligerswerk en opleidingen, maar vaak vormt taal een beletsel. Benaderingen als ‘Nederlands op de werkvloer’ en ondersteunend taalonderwijs in (volwassenen)vakopleidingen aan ROC’s en AOC’s werden door de raadsleden beslist van de hand gewezen, ondanks de grote successen die dit reeds jaar en dag oplevert.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 13 van 18
Voor andere vrouwen met belangstelling voor werken in de zorg liggen er soms andere belemmeringen, zoals: gebrek aan betaalbare kinderopvang tijdens opleiding en werk, en bezwaren vanuit de omgeving (echtgenoot, familie). Ouderenzorg loopt al enigszins voorop met zijn specifieke aanpak om meer allochtone vrouwen te werven met informatie over loopbaanperspectief over de komende tien jaar. Mannen worden nog te weinig geworven, terwijl er voor mannen ook plaats is: er zijn immers mannelijke zorgvragers die verzorgd willen worden door jongens/mannen. En sowieso zijn er veel meer zorgers nodig. Enkele raadsleden willen het onderwerp (investeren in instroom allochtonen in de zorg) op de agenda zetten in hun fractie, raadscommissie of partijoverleg.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 14 van 18
Rondetafel ‘Allochtone vrouwen: van kansloos naar koplopers’ Door de vergrijzing zal de vraag naar arbeidskrachten in verschillende sectoren in de komende jaren sterk groeien. Iedereen is de komende decennia nodig om de Nederlandse economie competitief en onze maatschappij draaiende te houden. Allochtone vrouwen willen werken maar hebben allerlei obstakels te overwinnen. Om te beginnen in veel gevallen taalachterstand. Verplichte deelname aan Nederlandse taallessen pakt positief uit voor groot deel van deze vrouwen. Vrouwen krijgen meer zelfvertrouwen en zien mogelijkheden voor zichzelf op de arbeidsmarkt. Na afronden van de taalles is het volgen van een vervolgopleiding een probleem. Dit gebeurt nog veel te weinig. Empowerment trainingen zouden hier een oplossing voor kunnen zijn, zoals bijvoorbeeld het project 1001 Kracht, uitgevoerd door Palet. Ander obstakel is de stelselmatige onderadvisering van allochtone leerlingen: te lage schoolkeuze leidt tot stapelen van opleidingen: tijdrovend en kostbaar. Vooroordelen en negatieve beeldvorming door politiek en media. De ‘hoofddoekenkwestie’ zorgt dat moslimvrouwen die een hoofddoek dragen, minder kansen hebben op de arbeidsmarkt Voor vluchtelingenvrouwen vormt diplomawaardering een drempel voor snelle deelname op de arbeidsmarkt. Buitenlandse diploma’s worden bijna altijd lager gewaardeerd, vaak niet terecht. Extra bijscholing (lees: herhaling van Iraanse geneeskunde-opleiding of Egyptische pilotenopleiding) kost jaren nodeloze tijd. Minder snobistische waardering van buitenlandse diploma’s is nodig. Ook EVC (elders verworven competenties)-trajecten in andere dan alleen Europese talen zouden buitenlandse opleiding en ervaring beter kunnen converteren naar een Nederlands equivalent zodat vluchtelingen-migranten in Nederland snel aan de slag kunnen in plaats van een uitkering te moeten gaan ‘genieten’ terwijl ze supercompetente professionals zijn. Hoewel doelgroepenbeleid tegenwoordig not done is, zijn de raadsleden wel ervan overtuigd dat sommige groepen (zoals achterstandsvrouwen) een extra duwtje nodig hebben om maatschappelijk actiever te worden en in te stromen naar vrijwilligerswerk of betaald werk. Gelijke kansen is mooi, maar die moeten er dan ook wel echt zijn, of geschapen worden (vgl. handicaps die in golf een level playing field creëren). Ook (allochtone) mannenemancipatie moet niet worden vergeten, vonden de raadsleden. Wanneer vrouwen geëmancipeerder raken, moeten mannen niet als rem fungeren maar meebewegen met de nieuwe rollen die vrouwen gaan innemen. Bij autochtone mannen is dit een traag proces gebleken. Bij allochtone mannen zal dit ook tijd vergen. Des temeer reden om reeds nu in allochtone mannenemancipatie te investeren, zodat de vrouwenprojecten des te meer kunnen renderen..
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 15 van 18
Rondetafel ‘Religie: moskee in uw stad, handig of lastig?’ Dankzij activiteiten die vanuit moskeeën in Nederland worden geïnitieerd, bespaart de samenleving ruim 150 miljoen euro per jaar. De instellingen zijn onder meer verantwoordelijk voor sociale zorg in crisissituaties en activiteiten met kinderen, zo meldt het Nederlands Dagblad. Onderzoekers van Stichting Oikos deden onderzoek naar het werk van zestien moskeeën, verspreid over Nederland. Het onderzoek richtte zich onder meer op de Marokkaanse Masjid El-Kabir in Amsterdam, de moskee van de Turkse organisatie Milli Görüs in Amersfoort en de moskeeën voor van oorsprong Bosnische en Pakistaanse moslims in Rotterdam. Uit het onderzoek blijkt dat door de moskeeën in 2007 ruim 270.000 uren aan maatschappelijke activiteiten zijn besteed. Zo werden er taallessen gegeven, voorlichtingsavonden en andere activiteiten voor omwonenden georganiseerd. Volgens de onderzoekers bleek verder dat de moskeeën een belangrijke rol spelen bij de integratie van moslims in Nederland. De activiteiten in de moskee zijn voor veel gelovigen een stimulans om deel te nemen aan de samenleving. De deelnemers aan de rondetafel erkenden de positieve maatschappelijke bijdrage van moskeeën aan de Nederlandse samenleving, en waren ook enigszins verrast dat die zo groot was, blijkens het Oikos-onderzoek. Men was verdeeld over de vraag of de overheid maatschappelijke activiteiten van moskeeën moet verwachten, stimuleren of faciliteren. Kerkelijke organisaties doen veel goed maatschappelijk werk, en onbetwist. Bij moskeeën komt er huivering om de hoek kijken, terwijl dat in 99% van de gevallen geen grond heeft.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 16 van 18
Rondetafel ‘De toon van het debat: tussen kopvoddenhaters en theedrinkers’ De multiculturele samenleving komt sinds een jaar of 15 als ‘probleem’ in het debat voor, met als aanjagers Frits Bolkestein, Paul Scheffer, Pim Fortuyn, Ayaan Hirsi Ali, Theo van Gogh, Rita Verdonk en Geert Wilders. De agenda van het multiculturele debat wordt op dit moment door Wilders bepaald. Andere politici, zowel landelijk als lokaal, volgen en reageren vooral. Waar het debat eerst nog rationeel van aard was, veranderde dat na september 2001 en de moord op Theo van Gogh in een debat waarin emoties als angst, frustratie en woede de boventoon voeren. De sfeer is grimmig, de toon is hard en vol verwijten en de nauwkeurigheid is soms ver te zoeken. De beeldvorming over de multiculturele samenleving (en daarmee samenhangend ook vaak het stemgedrag) wordt vooral landelijk, in de politiek en in de media, bepaald. Daardoor kan het gebeuren dat in gemeenten met nauwelijks allochtone bewoners toch veel aanhangers van de PVV te vinden zijn. Integratie zelf vindt lokaal plaats: mensen wonen, werken en ontmoeten elkaar in gemeenten en in de buurt. De concrete ervaringen die mensen daar opdoen zijn vaak veel milder dan de situaties (incidenten) die in de landelijke politiek en media geschetst worden. Daardoor kan het debat in de lokale politiek vaak concreter, feitelijker en minder heftig gevoerd worden. Dit neemt niet weg dat lokale politici soms ook de ‘landelijke terminologie’ overnemen. Wanneer er lokaal incidenten zijn, komen er uiteraard ook felle emoties bij kijken. Juist dan kunnen lokale politici een belangrijke rol spelen door zowel in de communicatie als in de aanpak de complexiteit van de problematiek naar voren te brengen. Raadsleden hebben een rol om de nuance en feitelijkheid terug te brengen in het lokale debat. Een voorbeeld dat naar voren kwam was de overlast van Marokkaanse jongens in Oosterhout. In dat geval waren (landelijke) media geïnteresseerd in spannende verhalen. In zulke verhalen komt etniciteit vaak prominent naar voren. Oosterhout heeft ervoor gekozen om de media juist niet op te zoeken. Het is immers een probleem dat al jaren bestaat en waarin etniciteit niet de bepalende factor is. In het integratiedebat diskwalificeert men elkaar met grote regelmaat met uitspraken als ‘dat is natuurlijk onzin’, ‘u bent een racist’, ‘daar heb je de linkse kerk weer’, enz. Doordat de ander wordt gediskwalificeerd als volwaardige gesprekspartner, krijgt die de behoefte om die volwaardigheid wel te ‘bewijzen’. Het oorspronkelijke onderwerp van discussie wordt verlaten en degene die de ander heeft uitgemaakt voor bv. racist hoeft niet meer te onderbouwen wat hij zegt.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 17 van 18
Raadsleden vertegenwoordigen hun lokale achterban en vinden vaak dat ze de ‘stem van het volk’ moeten laten horen. Dat betekent echter niet: letterlijk overnemen wat burgers zeggen. Het is juist de rol van een raadslid om de uitspraken van burgers naar een ‘hoger plan te tillen’. Dat betekent dat je enerzijds verwoordt wat sommige burgers willen en niet willen, en anderzijds ook dat je oog houdt voor de bredere belangen van de gemeenschap. Er bestaat grote behoefte bij raadsleden om juist ook de positieve kanten van de multiculturele samenleving naar voren te brengen. Gelukkig heeft Frans Verhagen in zijn boek ‘Hoezo mislukt?’ deze positieve kanten helder, en met cijfers onderbouwd, naar voren gebracht. Ook Palet kan informatie bieden over ontwikkelingen in de multiculturele samenleving. Op die manier kunnen raadsleden de ‘nuchtere feiten’ naar voren brengen in een soms te verhit lokaal debat, laten zien hoe het werkelijk met de integratie in Nederland gaat en van daaruit beslissingen nemen. Als het gaat om problemen die in het multiculturele debat naar voren komen, dan gaat het vaak over complexe zaken en trage processen, waar vele factoren op inspelen en waarvoor een lange adem nodig is om ze op te lossen. De vraag kan dan wel ontstaan hoe lang die adem moet zijn? Is tien of twintig jaar lang om te emanciperen? Vraag het Nederlandse feministes eens. Is ons integratiebeleid niet effectief omdat het maar geleidelijk-aan effect sorteert? Kosten-batenanalyses kunnen investeringen op korte termijn in bv. onderwijs en emancipatie afzetten tegen de enorme besparingen op kosten op de lange termijn (uitkeringen, medische kosten re-integratie, veiligheid). Zulke feiten kunnen een zinvolle bijdrage vormen aan lokale debatten over integratie.
Verslag integratiesalon raadsleden / Palet 17 mei 2010
Pagina 18 van 18