Verslag Jaarlijks Onderzoek ROC Eindhoven Eindhoven; 15-5-2006 Bij een beknopt jaarlijks onderzoek stelt de inspectie vast of er sprake is van voortgang in de ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs. Tijdens het onderzoek komen tenminste de volgende onderwerpen aan de orde: · De algemene ontwikkeling van de instelling · De voortgang van de ontwikkeling van de kwaliteitszorg · Voortgang verbeteracties naar aanleiding van het vorig inspectieonderzoek Zowel van de zijde van de instelling als van de inspectie kunnen aanvullende onderwerpen aan de agenda worden toegevoegd. Van de zijde van ROC Eindhoven zijn geen onderwerpen toegevoegd. Het jaarlijks onderzoek bij ROC Eindhoven bestond uit het voeren van gesprekken met: het management van de Scholen voor Autobranche & Mobiliteit, Transport & Logistiek, ICT, Economie & Administratie, een gesprek met de concerncontroller van het bureau Beleidsevaluatie & Control en een gesprek met college van bestuur en het hoofd kwaliteitszorg. Hieronder worden allereerst de algemene ontwikkelingen die van invloed zijn op het onderwijs beschreven (a). Daarna komen de voortgang van de ontwikkeling van kwaliteitszorg aan bod (b) en de verbeteractiviteiten naar aanleiding van het vorig inspectieonderzoek (c).
In het toezichtarrangement tot slot geeft de inspectie aan hoe het toezicht voor deze instelling wordt voortgezet. a
De algemene ontwikkeling van de instelling
ROC Eindhoven heeft in het plan 'Sterke schakels 2006 -2010 ' haar strategische doelen voor de komende jaren vastgelegd. Er wordt met opzet gesproken over een strategisch uitvoeringsplan om aan te geven dat de beleidsdoelen zoals geformuleerd in het voorgaande strategische plan 'Inspireren tot leren' nog steeds actueel en geldig zijn. In het plan worden drie heldere ambities neergezet (meer deelnemers bereiken, meer gekwalificeerden en minder uitval, en betere doorstroom in de beroepskolom) die in concrete prestatieafspraken verder zijn uitgewerkt. ROC Eindhoven werkt hiermee op een consistente wijze verder aan het ingezet beleid en houdt daarbij vast aan de eerder vastgestelde uitgangspunten. Bij de start van de roc-vorming is gekozen voor duidelijk herkenbare branchegerichte scholen en heldere positionering en inrichting van diensten. Inmiddels wordt een nieuwe school ('school 23') ingericht waar via funderende programma's deelnemers worden toegeleid naar de scholen voor beroepsonderwijs of opgeleid worden tot Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent (AKA).
ROC Eindhoven werkt inmiddels al lange tijd volgens de beschreven bedrijfsprocessen en past deze consequent toe in de bedrijfsvoering bij zowel de Scholen als de diensten. Verdere detaillering van de beschrijving van deze bedrijfsprocessen vindt plaats voor wat betreft het primaire proces van de Scholen. Steeds meer accent wordt in de bedrijfsvoering gelegd op het maken en realiseren van prestatieafspraken. De ontwikkeling in resultaten is positief. Er is in de afgelopen drie jaar (2003 2005) een groei van de gediplomeerde uitstroom (van 60 naar 65 procent), het percentage voortijdig schoolverlaten is teruggedrongen van 14 procent (in 2004) naar 13 procent (in 2005) en de interne doorstroom naar hogere niveaus van opleidingen in het mbo steeg van 39 naar 46 procent. Niettemin vindt de instelling het aantal deelnemers dat voortijdig zonder diploma uitvalt nog steeds te hoog en blijft in haar beleid hieraan prioriteit geven. ROC Eindhoven verantwoordt haar prestaties onder andere in het jaarverslag en geeft hiermee invulling aan de meervoudige publieke verantwoording. Het jaarverslag 2005 geeft in vergelijking met voorgaande verslagen een verdere verdieping in de verantwoording. De School voor Volwasseneneducatie heeft een eigen jaarverslag 2005 uitgebracht. De mogelijkheid wordt overwogen om dit voor alle Scholen te doen. Onderwijskundige ontwikkelingen zijn gericht op de invoering van competentiegericht onderwijs. Dit gebeurt binnen de kaders van een roc-breed programma Safari. Via de Safari-stuurgroep, intranet (Safari-site) en het personeelsblad ROContact worden ervaringen uitgewisseld en beleid en uitgangspunten afgestemd. Via het instrument Clop-scan worden de vorderingen in kaart gebracht en gevolgd. De instelling voert een ruim aantal experimenten uit om nieuwe vormen voor opleidingen te ontwikkelen en beter te laten aansluiten op de vraag van de deelnemers. Initiatieven zijn genomen om voor alle locaties aan de Sterrenlaan een talencentrum te starten waarbij de deskundigheid van taaldocenten wordt gebundeld. Ruim 250 docenten hebben deelgenomen aan de training 'persoonlijk begeleider' om als loopbaanbegeleider de deelnemer beter te kunnen ondersteunen. Overwogen wordt om een ROC Academie op te richten waarin de scholing van medewerkers gecoördineerd en centraal wordt aangestuurd en meer synergie kan worden gerealiseerd. Met de vmbo-scholen zijn afspraken gemaakt over het hanteren van een doorstroomportfolio en de terugkoppeling van prestaties en intensiveren en het vervroegen van het beroepskeuzeproces in het vmbo. Met de Fontys Hogeschool zijn eveneens afspraken vastgelegd over de terugkoppeling van prestaties van de mbo-doorstromers. Met de overige hbo-scholen moeten deze afspraken nog worden gerealiseerd. Het opleidingenaanbod is verruimd met onder andere nieuwe opleidingen Sport en Bewegen, de opleiding Particulier Digitaal Rechercheur, de opleidingsdifferentiatie 'Fantasy Care' (SPW), de opleiding buschauffeur in samenwerking met Hermes Busonderneming en samenwerkingscontracten met ziekenhuizen in de regio.
Verslag jaarlijks onderzoek ROC Eindhoven, 15-5-2006
2
Het onderwijs vindt plaats in goed geoutilleerde moderne gebouwen. Er hebben verschillende nieuwbouw- en verbouwingsprojecten plaatsgevonden. Het betreft onder andere de nieuwbouw voor de School voor Uiterlijke Verzorging (Sterrenlaan 4) en de verbouwingen van het Montessori College, de locatie Frederiklaan, Karel Martelweg en Sterrenlaan 6. Momenteel liggen er een zestal plannen voor nieuwbouw respectievelijk verbouwing. Het gaat hier onder meer over nieuwbouw in Woensel-Noord (concentratie van de opleidingen Sport en Bewegen, Toerisme, Recreatie en Leisure, Geüniformeerde beroepen), nieuwbouw voor Techniek (locatie Fuutlaan of Strijp S) en nieuwbouw voor Welzijn. In ROC Eindhoven is sprake van een lichte daling van het aantal deelnemers (2005). De daling zit met name in de beroepsbegeleidende leerweg en het deeltijdonderwijs terwijl in de beroepsopleidende leerweg een lichte groei is vast te stellen. Het aantal gewogen deelnemers is daardoor iets toegenomen. De Scholen voor Economie & Administratie, Zorg en Welzijn groeien in deelnemersaantallen maar blijven in geringe mate achter op de landelijke trend. In de sector techniek is sprake van een daling van het deelnemersaantal. Door inrichting van een Techno College voor de zeven technische scholen waarbij sprake is van één gemeenschappelijk leerjaar (en drie technische domeinen) moet een extra instroom gerealiseerd worden van tweehonderd deelnemers. Een samenwerkingscontact met hogeschool Fontys én een aantal gereputeerde bedrijven waaronder Philips, DAF, Duotank en Axxicon) moet nog eens tot een extra instroom leiden. Ook binnen het Montessori College is sprake van geringe maar gestage groei van het deelnemersaantal. De School van Volwasseneneducatie staat evenwel onder druk. Door strenger vreemdelingenbeleid is sprake van daling van het deelnemersaantal NT2. De daling van het aantal anderstaligen wordt vooral veroorzaakt door de daling van het aantal asielzoekers en sluiting van asielzoekerscentra in de regio. ROC Eindhoven beschikt over een bedrijfsplan dat anticipeert op de wijzigingen in het overheidsbeleid aangaande de inburgering waardoor een flinke reductie van het personeelsomvang bij de School voor Volwasseneneducatie moet worden opgevangen. ROC Eindhoven heeft inspanningen verricht om de samenwerking binnen de regio met bedrijven, instellingen en overheden te verbeteren. Hiertoe wordt onder andere geparticipeerd in Brainport Eindhoven. Daarnaast is gestart met deelname aan United Brains, een samenwerkingsverband met Fontys Hogescholen, Technische Universiteit Eindhoven en TNO. Dit samenwerkingsverband heeft geleid tot een aantal opdrachten waarin deelnemers onder begeleiding van docenten innovaties begeleiden bij bedrijven. Verder is samen met de ketenpartners het loket Werken en Kansen ingericht om deelnemers aan een passende leerwerkplek te helpen of in een passende bol-opleiding te plaatsen. Ook met de werkgeversorganisaties MKB en BZW (Brabantse-Zeeuwse Werkgeversorganisatie) is gezamenlijk de problematiek van de jeugdwerkeloosheid aangepakt.
Verslag jaarlijks onderzoek ROC Eindhoven, 15-5-2006
3
b
De voortgang van de ontwikkeling van de kwaliteitszorg
De planning- en controlcyclus is verder verbeterd. Op basis van de strategische ambities vindt verdere uitwerking plaats in jaarplannen en teamplannen. Verbeteringen zijn aangebracht in deelnemerbeheer en het managementinformatiesysteem functioneert naar behoren. Door regelmatige managementrapportages, kwartaalrapportages en managementgesprekken worden ontwikkelingen gevolgd en bijgestuurd. Hierin wordt een nauwgezet schema gevolgd waaruit duidelijk wordt welke informatie op welk moment beschikbaar moet zijn en wanneer verantwoording plaatsvindt. Er zijn veel en bruikbare instrumenten beschikbaar die de planning en control ondersteunen. Dit geldt ook op het terrein van kwaliteitszorg waar een omvattende hoeveelheid onderzoeken plaatsvinden. In de periode 2003 - 2005 hebben bij alle Scholen en ondersteunende diensten interne audits plaatsgevonden en zijn zelfevaluatieverslagen opgesteld die benut zijn voor verdere verbetering van de kwaliteit. De werkwijze van zelfevaluatie is geëvalueerd en wordt verder ontwikkeld als instrument dat onderdeel gaat uitmaken van de reguliere planning en controlcyclus. Ook de resultaten van de verschillende kwaliteitsonderzoeken worden in samenhang bijeengebracht en het geheel wordt met de managementrapportages beschreven in een managementreview als onderdeel van de cyclus. Het ROC is in staat om op basis van de beschikbare managementinformatie causale verbanden te leggen en de uitkomsten te verklaren. Door meer accent te leggen op 'het verhaal achter de cijfers' wil ROC Eindhoven verdere verbetering van de realisatie van prestatieafspraken bevorderen. Overwogen wordt om in toenemende mate externe organisaties in te zetten voor de beoordeling van de kwaliteit (audits op systeemniveau) waarmee tevens invulling gegeven wordt aan de eis tot inzet van 'onafhankelijke deskundigen' bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs. Dit naast participatie van collega's van andere ROC's bij interne audits. Er is zowel op centraal niveau als in de Scholen een goed bewustzijn van kwaliteitszorg en horizontale en verticale verantwoording. Er wordt alert gereageerd op de ontwikkelingen rondom governance, intern toezicht en meervoudige publieke verantwoording. Vanuit de instelling wordt daarbij sterk gepleit voor vereenvoudiging van de regelgeving, betere afstemming en integrale aanpak van toezichthoudende instanties en voldoende ruimte voor verdere ontwikkeling van een ondernemende regionale kennisonderneming.
Verslag jaarlijks onderzoek ROC Eindhoven, 15-5-2006
4
c Voortgang verbeteracties naar aanleiding van het vorig inspectieonderzoek In juni 2005 heeft bij ROC Eindhoven een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO) plaatsgevonden. Het onderzoek richtte zich op het centrale instellingsdeel en alle Scholen van de instelling. De resultaten van dit onderzoek waren over het algemeen positief. Uit het onderzoek bleek dat alle opleidingen van de School voor Mode en de opleiding Magazijnmedewerker van de School voor Handel & Marketing van onvoldoende kwaliteit zijn. In het toezichtsarrangement is afgesproken dat in 2006 tegelijk met het jaarlijks onderzoek bij deze opleidingen een onderzoek naar kwaliteitsverbetering zal plaatsvinden. Dit onderzoek heeft alleen plaatsgevonden bij de School voor Mode omdat de opleiding Magazijnmedewerker inmiddels niet meer wordt uitgevoerd. Het onderzoek heeft uitgewezen dat de kwaliteit van het onderwijs bij de School voor Mode voldoende is. De bevindingen van het onderzoek worden separaat in een rapport weergegeven. Een afzonderlijk (bureau)onderzoek heeft plaatsgevonden bij het Montessori College. In dit onderzoek zijn geen elementen aangetroffen die een risico inhouden voor de kwaliteit van het onderwijs. Ook deze bevindingen worden separaat in een verslag weergegeven. Op basis van een aantal kritische bevindingen in het periodiek kwaliteitsonderzoek (2005) zijn gesprekken gevoerd met het management van van de Scholen voor Autobranche & Mobiliteit, Transport & Logistiek, ICT, Economie & Administratie. De bevindingen zijn als volgt: School voor Autobranche & Mobiliteit De kritiek bij de School voor Autobranche & Mobiliteit betrof onvoldoende samenhang tussen de beroepspraktijkvorming en de theorie bij alle opleidingen, de lage studielast van de bbl-opleidingen vanwege een gering aantal contacturen en de trajectbegeleiding die onvoldoende is omdat de intake tekortschiet. Op alle terreinen zijn verbeteringen uitgevoerd. De meeste opleidingen zijn inhoudelijk aangepast waarbij nadrukkelijk rekening is gehouden met de afstemming tussen theorie en praktijk. De School heeft veel ontwikkelcapaciteit ingezet en is voor meerdere opleidingen binnen een consortium met andere roc's ontwikkelschool of volgschool. Er zijn betere koppelingen aangebracht tussen School en leerbedrijven en in sommige situaties wordt gewerkt met praktijkgerichte webbased opdrachten (learningbox). Ook in de beroepsbegeleidende leerweg wordt gewerkt volgens een nieuw concept op basis van praktijkgerichte opdrachten. De st udielast van deze opleidingen is nu evenwichtig. Voor alle opleidingen zijn mentoruren ingevoerd en vinden in kleine groepen deelnemersgesprekken plaats. De inhoudelijke beoordeling door de deelnemers over de opleiding krijgt hierdoor meer aandacht. Bovendien wordt nu beter gelet op het tijdig invullen van de BPV-praktijkwerkboeken. Door middel van alumni-onderzoek wordt aan afgestudeerden het oordeel gevraagd over de opleiding en vinden eventueel aanpassingen plaats. Het contact met de BPV-leerbedrijven is verbeterd door per leerbedrijf te werken met één contactpersoon. Verslag jaarlijks onderzoek ROC Eindhoven, 15-5-2006
5
De trajectbegeleiding is met de invoering van mentoruren verbeterd. Deelnemers van de opleidingen niveau 1 doorlopen tijdens de intake inmiddels een uitgebreid assessment. Met een extern bureau wordt voor alle niveau 1 en 2 opleidingen een volledig nieuwe intakeprocedure ontwikkeld. Met de dekanen VO worden de doorstroomdossiers van de deelnemers voor niveau 1 en 2 een voor een besproken. De inspectie beoordeelt deze werkwijze als 'good practice'. School voor Transport & Logistiek Bij de School voor Transport & Logistiek betrof de kritiek met name de kwaliteit van de begeleiding door het BPV-bedrijf Hermes voor de opleiding buschauffeurs. Dit had vooral betrekking op aanloopproblemen en is nu verholpen. De onderwijs- en examenregeling van deze opleiding is inmiddels aangepast aan de werkelijkheid en voldoet aan de wettelijke vereisten. School voor ICT De kritiek bij de School voor ICT betrof de afstemming van de bbl-opleidingen op de doelgroep en met name het vrijstellingenbeleid, de kwaliteit van de zorg en begeleiding in het bijzonder een goede taakafbakening en het systematisch en structureel vastleggen van de kwaliteitsborging en -verbetering en de afstemming met de beleidscyclus, De School heeft daarnaast op basis van de ODIN-enquête de aspecten boekenlijst en inspraak deelnemers en op basis van de KCE-audit de implementatie van het handboek examinering toegevoegd. Het probleem van de boekenlijsten is aangepakt; de lijst bevat nu alleen de boeken die voor de opleiding echt noodzakelijk zijn. Om de inspraak van deelnemers te verbeteren is voor de bol-opleidingen een deelnemersoverleg ingevoerd. Hiervan worden verslagen gemaakt die in het managementteam worden besproken en in voorkomende gevallen tot acties leiden. Deze verbeteracties worden vastgelegd, contactpersonen worden aangesteld, een tijdsplanning is opgenomen en resultaten worden verantwoord. In het managementteam worden de ontwikkelingen gevolgd en vindt eventueel bijstelling plaats. Hiermee zijn verbeteringen doorgevoerd in de systematische aanpak van kwaliteitszorg. Voor de implementatie van het handboek examinering is een invoeringsplan gemaakt. Inmiddels werken alle nog actieve eindtermgerichte opleidingen volgens dit handboek. In de bbl-opleidingen zijn inmiddels meer vakdocenten betrokken en wordt nadrukkelijk rekening gehouden met de wensen van deelnemers. De bblcoördinator voert minimaal tweemaal per jaar gesprekken met de deelnemers. Ook op het gebied van begeleiding zijn verbeteringen gerealiseerd. Deelnemers hebben inmiddels een persoonlijke coach. Hiervoor zijn alle docenten op cursus geweest en zij zijn nu beter in staat om de begeleidingsvragen te definiëren en sneller door te verwijzen bij specifieke problemen. De school werkt vanaf 2001 volgens het concept probleemgestuurd onderwijs (PGO) en vanaf 2004 met kerntaken en competenties. Voor de bol 3 en 4 opleidingen wordt binnen een consortium van roc's gewerkt aan nieuwe blokboeken waarbij contextrijk leren op basis van vakkenintegratie en examineren op basis van assessment centraal staan. Voor de bol 2 opleiding wordt gewerkt aan het project Saturnus waar beroepsgericht leren centraal staat. Verslag jaarlijks onderzoek ROC Eindhoven, 15-5-2006
6
Hoge verwachtingen zijn er van het project 'fastlane', een doorlopende leerlijn met het hbo met een studieverkorting van anderhalf tot twee jaar. School voor Economie & Administratie De belangrijkste opmerking in het periodiek kwaliteitsonderzoek bij deze school betrof de kwaliteitsborging- en verbetering die onvoldoende in de teams is geïmplementeerd, het ontbreken van onafhankelijke deskundigen bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs en onvoldoende mogelijkheden voor deelnemers om opleidingen te volgen die afgestemd zijn op hun eigen behoeftes. De School heeft maatregelen genomen om medewerkers meer te betrekken bij de kwaliteitszorg. Verbetervoorstellen op het gebied van toetsing en examinering worden in de onderwijsteams besproken. Het handboek toetsing en examinering vormt daarbij de leidraad en is steeds onderwerp van jaarlijkse bijstelling en verbetering. De School geeft jaarlijks haar bevindingen weer in een verslag toetsing & examinering. Ook de onderwijsontwikkeling die binnen de kaders van Safari in de school plaatsvindt, wordt systematisch binnen de teams besproken. In een 'blauwdruk' zijn de richtlijnen (beroepsproducten, leerlijnen en leerdoelen) aangegeven waarbinnen de ontwikkelingen moeten plaatsvinden. De onderwijskundige ontwikkeling wordt in de School aangestuurd door een werkgroep curriculum. Verder zijn er werkgroepen personeel, faciliteiten en beroepspraktijk die de gevolgen in beeld brengen voor de afzonderlijke terreinen. De coördinatie van alle activiteiten vindt plaats middels het jaarplan van de School. De bedoeling is dat op teamniveau jaarplannen ontwikkeld worden die leiden tot een gebundeld jaarplan van de School. Deze werkwijze moet leiden tot verdere verhoging van betrokkenheid van de medewerkers. De betrokkenheid van onafhankelijk deskundigen in de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs wil de School vormgeven door de interne auditcommissie te voorzien van een onafhankelijk voorzitter uit het bedrijfsleven. Bij nieuwe ontwikkelingen zal aangesloten worden bij het centrale beleid van de instelling. Voor wat betreft de flexibilisering van opleidingen maakt de school een onderscheid naar leertrajecten die in vorm of duur zijn aangepast aan de individuele behoeftes van deelnemers en leertrajecten die ingericht zijn op basis van individuele kwaliteiten en opgedane competenties van deelnemers. Bij de eerste vorm onderscheidt de School onder andere de verkorte opleidingen (voor HAVO -instromers), een gemeenschappelijk eerste leerjaar bij de opleiding bedrijfsadministratie (bol) waarna een snelle, langzame en normale variant kan worden gekozen en aangepaste programma's bij doorstroom naar een hoger niveau. De bbl-opleidingen bieden reeds de mogelijkheid van individuele maatwerktrajecten. In de nieuwe opleidingen worden mogelijkheden geboden voor meer keuzeruimte, inzet van eigen leerstijl in projecten, de keuze om een extra diploma te halen en gerichte ondersteuning vanuit het talencentrum. In de School is sprake van een integrale aanpak van de onderwijsvernieuwing die voldoende perspectief biedt om variëteit aan te bieden in de leertrajecten en goed in te spelen op de individuele behoeftes van deelnemers.
Verslag jaarlijks onderzoek ROC Eindhoven, 15-5-2006
7
Toezichtarrangement
De inspectie stelt vast dat de instelling op consequente en consistente wijze uitvoering geeft aan haar beleid en gericht werkt aan de verbetering van het onderwijs. Het jaarlijks onderzoek heeft geen aanleiding gegeven af te wijken van de reguliere planning van het volgende inspectieonderzoek. Dit betreft een jaarlijks onderzoek in 2007. Dit verslag is vastgesteld door mw. A.E.W. Nooij, coördinerend inspecteur van het onderwijs te Breda op 10 augustus 2006.
Verslag jaarlijks onderzoek ROC Eindhoven, 15-5-2006
8