VERNIEUWEND ’ ’ VERBINDEN Economisch Beleidsplan Borger-Odoorn ’ November 2012
2 in h o ud s o p g a ve
’ Deel I Economisch beleid en projecten A B C D E F G H I
Inleiding Kaders Economische doelen Analyse: sterke- en zwakke punten Analyse: kansen en bedreigingen Onderzoek OVBO Visie, werkwijze en rol van de gemeente Uitvoeringsagenda Financieel beslag
5 6 8 8 9 10 10 13 17
’ Deel II Onderbouwing Hoofdstuk 1 ’ Borger-Odoorn in cijfers 1.1 Borger-Odoorn is dunbevolkt 1.2 Landbouw bepaalt het beeld 1.3 Toerisme is sterk gegroeid 1.4 Midden- en kleinbedrijf: veel ZZP-ers 1.5 ZZP-ers en starters 1.6 Bedrijfshuisvesting: tevreden met wonen+werken 1.7 Ondernemersklimaat: redelijk tevreden 1.8 Sociaal-economische situatie 1.9 Netwerken
19 19 19 20 22 23 24 25 27 28
Hoofdstuk 2 ’ Ontwikkelingen en trends 2.1 Inleiding 2.2 Landbouw blijft innoveren 2.3 Toerist is kritisch en vraagt beleving 2.4 Vraag naar lokale producten 2.5 Aandacht voor gezondheid 2.6 Vraag naar kwaliteit en maatwerk 2.7 Internationalisering 2.8 Internet en cottage industries 2.9 Bevolkingskrimp en bedrijfsconcentratie 2.10 Economische ontwikkelingen 2.11 Netwerkvorming
31 31 31 31 32 32 32 33 33 34 34 35
Hoofdstuk 3 ’ SWOT-analyse 3.1 Sterktes 3.3 Zwaktes 3.4 Kansen 3.5 Bedreigingen
37 37 38 39 40
Hoofdstuk 4 ’ Afsluiting
41
’3&
’ Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5
Bedrijventerreinen in Borger-Odoorn Regionaal Ondernemings Instituut Bijeenkomsten met ondernemers Informatie uit gesprekken Aantal inwoners per kern
42 43 43 44 47
Deel I ’ Economisch beleid en projecten A Inleiding Voor u ligt het economisch beleidsplan van de gemeente Borger-Odoorn, dat is gericht op behoud en uitbouw van de werkgelegenheid en de leefbaarheid binnen de gemeente. We willen dat bereiken door, in samenwerking met het bedrijfsleven, projecten uit te voeren op het gebied van landbouw, toerisme & promotie en midden- en kleinbedrijf.
Het economisch beleidsplan is daarom in nauwe samenspraak met de ondernemers opgesteld. Daarbij zijn de volgende stappen gezet:
- - - -
De economische uitgangspositie van Borger-Odoorn is gezien de ontwikkelingen van de laatste jaren over het algemeen goed te noemen. De landbouwsector is grootschalig en sterk; het toerisme heeft een forse banengroei laten zien en ook diverse andere sectoren hebben zich gunstig ontwikkeld. Ondernemers in de gemeente zijn tevreden over het werken en wonen. Borger-Odoorn heeft bovendien een bijzondere positie, als meest toeristische gemeente van Drenthe. Kijkend naar de toekomst, zijn er veel kansrijke ontwikkelingen. Jaarlijks worden er in de gemeente circa 1,2 miljoen overnachtingen doorgebracht. Dit biedt kansen voor verdere economische ontwikkeling en de leefbaarheid. Maar er zijn ook economische bedreigingen, zoals de verwachte demografische ontwikkelingen, concentratie van activiteiten in meer stedelijke gebieden en concurrentie vanuit andere regio’s.
er is literatuurstudie gedaan; er zijn diepte-interviews met ondernemers en deskundigen gehouden, met als doel om de belangrijkste aspecten van de economie van Borger-Odoorn te achterhalen; er zijn twee bijeenkomsten gehouden. De eerste was voor leden van ondernemers- verenigingen, aangevuld met enkele deskundigen. De bijeenkomst werd ondersteund met een systeem voor elektronisch brainstormen; als uitwerking van de eerste avond is in maart een openbaar toegankelijke bijeenkomst gehouden in het gemeentehuis. Hierbij waren naast ondernemers ook raadsleden aanwezig. Er is een eerste concept van het economisch beleidsplan gepresenteerd en er zijn projecten in conceptvorm uitgewerkt. Voor zover niet strijdig met ander beleid zijn wensen, ideeën en projectvoorstellen van ondernemers overgenomen. Deze samenwerking met bedrijven sluit aan bij de al lopende inspanningen van de gemeente om de lokale economie te versterken. Het economisch beleidsplan bestaat uit twee delen: deel I bevat de hoofdpunten van het economische beleid en de voorgestelde projecten, deel II bevat de onderbouwing van de analyse en van de projecten.
Om de genoemde kansen te benutten en de bedreigingen het hoofd te bieden is dit economisch beleidsplan opgesteld. Uitgangspunten daarbij zijn dat de economie wordt gemaakt door ondernemers, waarbij de gemeente vooral een faciliterende rol heeft. Op sommige thema’s, met name bij ontwikkelingen op het terrein van ruimtelijk ordening, heeft de gemeente echter veelal eveneens een initiërende rol. Maar economisch beleid is uiteraard breder dan alleen ruimtelijke ordening. Daarom richt de gemeente zich ook op het bevorderen en aan elkaar koppelen van netwerken van ondernemers en kennisinstellingen. Op die gebieden heeft de gemeente nauwe samenwerking met bedrijven nodig en past de gemeente een ondersteunende rol. Dit betekent dat een deel van de economische projecten door bedrijven zal worden getrokken.
De actualiteit laat zien dat de economische omstandigheden snel kunnen veranderen. Zo bevindt de Nederlandse economie zich weer in een recessie. Daarom moet economisch beleid regelmatig worden geactualiseerd en is de beleidsnota plus de uitvoeringsagenda een ‘levend document’, dat regelmatig wordt bijgesteld. De insteek is om daarbij nauw te blijven samenwerken met het lokale bedrijfsleven, vanuit de overtuiging dat de gemeente en de ondernemers elkaar nodig hebben om gezamenlijk tot een sterke economie te komen.
’5&
B Kaders Kader 2 ’ Structuurvisie
Belangrijke kaders voor het economisch beleid van de gemeente Borger-Odoorn zijn onder andere de Toekomstvisie Borger-Odoorn, de Structuurvisie, het gemeentelijk toeristisch beleid, het economisch beleid van het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) en de provincie Drenthe en visies van het lokale bedrijfsleven. We behandelen deze kaders nu kort.
Economisch relevante onderdelen van de Structuurvisie Economie en werken - Op knooppunten Mondenweg bedrijvigheid mogelijk maken - LOFAR als vestigingsfactor benutten - Kleinschalige bedrijvigheid/dienstverlening binnen bestaande structuren - Flexibel benutten voormalig agrarische bebouwing Landbouw - Ruimte voor ontwikkeling landbouw als economische pijler platteland - Verbreding van landbouw met natuur- en landschapsbeheer en verbreding van de landbouw met bio-energiewinning - Balans natuur en landbouw met het oog op recreatieve waarde platteland
Kader 1 ’ Toekomstvisie Borger-Odoorn Planet
Profit
People
- Natuur - Water - Landschap en cultuurhistorie
- Werk en economie - Landbouw - Recreatie en toerisme
- Leefbaarheid & Voorzieningen - Zorg & Welzijn - Wonen
Recreatie en toerisme - Goede verbindingen tussen bezienswaardigheden - Hoogwaardige recreatieve voorzieningen - Ontwikkeling Geopark op de Hondsrug
De Toekomstvisie geeft de ambitie van de gemeente weer, is richtinggevend en vormt de basis voor de ontwikkeling van de gemeente: “Vanuit deze visie kunnen [......] onderbouwde keuzes worden gemaakt ten aanzien van [.......] wonen, werken, voorzieningen, toerisme en natuur”. De toekomstvisie is ingedeeld in drie hoofdthema’s: “Planet, Profit en People” en een aantal subthema’s, zoals hierboven weergegeven. Het economische beleidsplan haakt vooral aan bij het thema Profit, maar heeft ook raakvlakken met o.a. Leefbaarheid & Voorzieningen (People) en Landschap & Cultuurhistorie (Planet).
Zorg en welzijn - Ruimtelijk maatwerk voor lokale zorg - Inspelen op toenemende vraag naar zorg - Benutten voormalige agrarische bebouwing
In 2011 is de ruimtelijke vertaalslag van de Toekomstvisie in de vorm van een Structuurvisie vastgesteld. Het economisch beleidsplan heeft diverse raakvlakken met de Structuurvisie, onder meer bij de onderwerpen vestigingsmogelijkheden voor bedrijven, centrumontwikkeling en infrastructuur. De Structuurvisie is uitgewerkt in een Uitvoeringsprogramma met daarin een reeks projecten en activiteiten.
In de Toekomstvisie is o.m. aangegeven dat de gemeente wil inzetten op:
- - - -
ontwikkeling tot hoogwaardige woongemeente; uitstekende dienstverlening aan burgers en bedrijven; veel werkgelegenheid voor de inwoners, vooral voor jongeren; voldoende ruimte voor ondernemen en nieuwe initiatieven;met nadruk op kleinschalige bedrijvigheid, dienstverlenende bedrijven en speciale aandacht voor woon-werk combinaties, startende bedrijven en leer-werkbedrijven.
’6&
mee rekening gehouden. Het zou te ver voeren om ze allemaal samen te vatten. Vanwege het regionale belang gaan we hieronder wel in op het economische beleid van de provincie Drenthe en van het SNN (Samenwerkingsverband Noord-Nederland).
Kader 3 ’ Toeristisch beleid Hoofdpunten toeristisch beleid Borger-Odoorn Doel Ontwikkeling en versterking van de drie-eenheid van het landschap, waarbij vooral wordt ingezet op kwaliteitsverbetering en vernieuwing van routegebonden- en overige dag- en verblijfsrecreatie. Hierbij moet in het bijzonder rekening worden gehouden met en ingespeeld worden op de ontstaansgeschiedenis van het gebied, de bestaande cultuurhistorische- en natuurwaarden en de toekomst.
Het begrip economische kernzone is hierbij van belang. Borger-Odoorn ligt niet in zo’n kernzone. Het gevolg is dat er geen mogelijkheden zijn om nieuwe bedrijventerreinen aan te leggen. We lossen dat op door te kijken naar andere woon-werk mogelijkheden en naar efficiënt ruimtegebruik. Prioriteiten 4 en 5 van het Drentse provinciale beleid komen overeen met onze keuzes voor het toerisme en de landbouw als speerpuntsectoren. De andere prioriteiten komen terug in onze projecten voor het MKB en de Overheidsprojecten. Inhoudelijk is er dus een goede aansluiting.
Toeristisch beleid 1. Uitbreiding en kwaliteitsverbetering infrastructuur ten behoeve van de routegebonden recreatie. 2. Uitbreiding en kwaliteitsverbetering van de infrastructuur ten behoeve van het overig dagtoerisme. 3. Stimuleren en richting geven aan de ontwikkeling van toeristische trekpleisters. 4. Optimaliseren van de marketing en het verbeteren van informatievoorziening. 5. Optimaliseren van de gemeentelijke organisatie en het faciliteren van ondernemers.
Kader 5 ’ Visies van het lokale bedrijfsleven OVBO en LTO
Vanwege het grote belang van het toerisme voor de Borger-Odoornse economie is voor deze sector een aparte beleidsnotitie opgesteld: “Het toppunt van Drenthe”. Deze notitie is vastgesteld in 2008 en is nog van kracht. Het toeristisch beleid en het economisch beleid vallen deels samen, om die reden is dit toeristisch beleid van groot belang. In de volgende tabel worden de doelstellingen en het beleid samengevat.
Hoofdpunten “OVBO-Meer ruimte voor vestiging van bedrijven in de gemeente Borger-Odoorn” (2009)” De OVBO zet in op nieuwe terreinen, uitbreidingen van bestaande terreinen, vrijkomende agrarische bebouwingen (VAB’s) en inbreidingen. De OVBO signaleert dat er op termijn tekorten op de terreinen ontstaan omdat er nog maar een beperkte voorraad is. “Kansen liggen echter niet op terreinen maar vooral in dorpen”. Als mogelijkheden worden aangedragen: bedrijvenkruispunten in veengebied (inmiddels gehonoreerd in de Structuurvisie), mogelijkheden tot hergebruik VAB’s (ook gerealiseerd) en ruimte voor vestiging bedrijven in leegkomende gebouwen in de dorpen. Grote lijn is dat de combinatie wonen/werken belangrijk is. Hoofdpunten “LTO - Landbouwvisie Borger-Odoorn 2009-2020” De landbouwvisie stelt dat de landbouw van groot belang is voor het landschap en de economie. De ontwikkelingen in de sector worden grotendeels bepaald door de EU De verwachting is dat de schaalvergroting doorgaat. Ook wordt verbreding verwacht: onder andere energieopwekking via windmolens, vergistingsinstallaties en zonnepanelen. Inzet van LTO-Noord is dat gemeentelijke bestemmingsplannen hier voldoende rekening mee houden. Ook wordt gepleit voor het hergebruik van vrijkomende panden. Dat is ook interessant voor de landbouwsector zelf omdat de bijbehorende grond dan sneller op de markt komt (nietagrarisch hergebruik betreft meestal het pand, terwijl de meeste grond dan wordt verkocht aan boeren). Daarnaast zijn nieuwe economische activiteiten goed voor de leefbaarheid in het gebied.
Kader 4 ’ Economisch beleid van het Samenwerkingsverband Noord-Nederland en de Provincie Drenthe Hoofdpunten van SNN-beleid en Economische beleidsagenda Provincie Drenthe 2010-2015 SNN wil bundeling van activiteiten in economische kernzones en inzet op een aantal speerpuntthema’s. De provincie Drenthe zet binnen het SNN-kader in op vijf prioriteiten: 1. Versterken van de regionale innovatiekracht 2. Optimale aansluiting bedrijfsleven, arbeidsmarkt en onderwijs 3. Optimaliseren vestigingsklimaat 4. Beter benutten van toeristisch-recreatieve mogelijkheden 5. Versterken van de agribusiness.
Als mogelijkheden worden aangedragen: bedrijvenkruispunten in veengebied (inmiddels gehonoreerd in de Structuurvisie), mogelijkheden tot hergebruik VAB’s (ook gerealiseerd) en ruimte voor vestiging bedrijven in leegkomende gebouwen in de dorpen. Grote lijn is dat de combinatie wonen/werken belangrijk is. Hoofdpunten “LTO - Landbouwvisie Borger-Odoorn 2009-2020”
Naast de genoemde gemeentelijke kaders Toekomstvisie, Structuurvisie en toeristische beleidsplan zijn er ook kaders van andere partijen, zoals de Europese Unie, het Rijk en de Provincie Drenthe. Bij de formulering van het economisch beleid is hier’7&
De landbouwvisie stelt dat de landbouw van groot belang is voor het landschap en de economie. De ontwikkelingen in de sector worden grotendeels bepaald door de EU De verwachting is dat de schaalvergroting doorgaat. Ook wordt verbreding verwacht: onder andere energieopwekking via windmolens, vergistingsinstallaties en zonnepanelen. Inzet van LTO-Noord is dat gemeentelijke bestemmingsplannen hier voldoende rekening mee houden. Ook wordt gepleit voor het hergebruik van vrijkomende panden. Dat is ook interessant voor de landbouwsector zelf omdat de bijbehorende grond dan sneller op de markt komt (niet-agrarisch hergebruik betreft meestal het pand, terwijl de meeste grond dan wordt verkocht aan boeren). Daarnaast zijn nieuwe economische activiteiten goed voor de leefbaarheid in het gebied.
Opmerkingen:
- -
Bovenstaande visies van het lokale en regionale bedrijfsleven (Meer ruimte voor vestiging van bedrijven in de gemeente Borger- Odoorn van de OVBO en de Landbouwvisie van LTO Noord) zijn relevant voor het economisch beleid. Deze uitgangspunten en wensen komen dan ook terug in het voorliggende economisch beleid.
ook niet-commerciële bedrijvigheid is van groot economisch belang, zoals bijvoorbeeld de zorgsector. In dit economisch beleidsplan wordt daar dan ook aandacht aan besteed bij de afbakening midden- en kleinbedrijf zijn kanttekeningen te plaatsen. Het begrip MKB is tegelijkertijd weinig zeggend, omdat er heel verschillende bedrijven onder vallen (van supermarkt tot ICT-bedrijf) en omdat bijna alle bedrijven klein of maximaal middelgroot zijn, zeker in Borger-Odoorn. Verder vallen ook de meeste agrarische en toeristische bedrijven in de categorie MKB. Een betere benaming zou dan zijn: niet-agrarisch en niet-toeristisch midden- en kleinbedrijf. Om aan te sluiten bij de beleidspraktijk (ministeries, provincies en de Europese Unie voeren beleid gericht op het MKB; er is de organisatie MBK-Nederland ) gebruiken we ondanks de bezwaren toch de term midden- en kleinbedrijf.
D Analyse: sterke- en zwakke punten In deze paragraaf is samengevat wat de economisch sterke en zwakke punten van de gemeente zijn en welke kansen en bedreigingen zich voordoen. Twee opmerkingen vooraf. Ten eerste merken we op dat niet alle sterke of zwakke punten beïnvloed kunnen worden. De ligging van Borger-Odoorn bijvoorbeeld is een gegeven. Ten tweede merken we op dat een sterkte/zwakte analyse voor een gemeente als geheel altijd wat ongenuanceerd is. Binnen iedere sector zijn er immers bloeiende maar ook minder goed lopende bedrijven. En factoren die die voor de ene sector een nadeel zijn zijn voor een andere sector juist een pluspunt. Zo is de ligging buiten de stedelijke gebieden voor sommige zakelijke dienstverleners negatief, maar voor het toerisme meestal juist positief. De sterke en zwakke punten zien er samengevat als volgt uit:
C Economische doelen De hoofdambitie van de gemeente Borger-Odoorn luidt:
een middelgrote, levendige woon- en werkgemeente zijn. Een gemeente die volop profiteert van haar unieke identiteit: ruimte, leefbaarheid, een prachtige (groene) omgeving. Kortom, een gemeente waar het voor inwoners, bedrijven en bezoekers goed toeven is. Uit deze ambitie en de genoemde kaders komen de volgende economische doelen: - de werkgelegenheid behouden en stimuleren; - het ondernemersklimaat verbeteren; - goede relaties met het bedrijfsleven onderhouden. Voor de genoemde doelen kunnen drie sectoren vanwege hun meer dan gemiddelde belang in de lokale economie als speerpunt worden aangemerkt: - het midden- en kleinbedrijf (MKB); - de agrarische sector; - de toeristisch-recreatieve sector.
’8&
Sterkte punten
Zwakke punten
- Uniek landschap/ruimte - Sterke landbouwsector - Sterke toeristische sector (veel gasten) - Woon-werkmogelijkheden - Veel ondernemerschap - Sociale betrokkenheid in dorpen - Cittaslow
- Te weinig verbindingen tussen ondernemingen en netwerken - Ver van grote stedelijke centra - Geen duidelijke kern, grote spreiding - Geringe aantrekkingkracht centrum Borger - Zwak imago en lage zichtbaarheid - Relatief laag inkomensniveau
Sterk is het unieke karakter van de gemeente (Hondsrug, hunebedden, Hunze, veen,
E Analyse: kansen en bedreigingen
heide) en de beschikbare ruimte om te ondernemen, vooral de goede woon-werkmogelijkheden. Twee sterke sectoren zijn de landbouw en het toerisme. De (grootschalige) landbouwsector in Borger-Odoorn loopt in dynamisch opzicht voorop, zo stelt de LTO in haar Landbouwvisie. En ook het toerisme is sterk: de sector heeft de laatste jaren in Borger-Odoorn een sterke ontwikkeling doorgemaakt. Qua werkgelegenheid is de sector belangrijker dan in alle overige Drentse gemeenten. Bovendien bevinden zich onder de gasten potentiele inwoners, potentiële ondernemers en potentiële afnemers, samenwerkingspartners en leveranciers. Daarmee biedt het sterke toerisme ook kansen voor het aantrekken van nieuwe bedrijvigheid en het versterken van het bestaande bedrijfsleven.
Voor de nabije toekomst zijn er meer kansen dan bedreigingen. We zien dan ook goede mogelijkheden voor een gezonde economische ontwikkeling. De volgende tabel vat de kansen en bedreigingen samen.
Andere sterke punten zijn de woon-werkmogelijkheden die door de ondernemers, waarvan ZZP-ers een steeds groter deel uitmaken, als aantrekkelijk worden gewaardeerd. En in de dorpen zijn veel (met name kleine) bedrijven aanwezig, die een sterke band met hun dorp hebben, net als de inwoners van de dorpen. Er zijn daardoor veel eigen dorpsinitiatieven. Een ander sterk punt is de dynamiek en het ondernemerschap, getuige de groei van het aantal ondernemingen en de vele uitbreidingsplannen. Ten slotte noemen we de Cittaslow-status van Borger-Odoorn, die gebruikt kan worden als uniek kwaliteitskeurmerk.
Kansen
Bedreigingen
- Vraag naar voedsel - Vraag naar alternatieve energie - Opkomst Biobased Economy - Groeiend toerisme - Vraag naar authenticiteit - Groeiende vraag naar zorg - Internet en kansen voor footloose - bedrijven / cottage industries - Toename ZZP-ers (wonen-werken) - Grote projecten: Geopark, LOFAR
- Demografische ontwikkelingen: minder marktvraag en personeel - Concentratie van bedrijven - Concurrentie uit stedelijke regio’s om toeristen en zorgklanten - Internationale concurrentie op prijs en kwaliteit - Windmolens kunnen toeristen afschrikken
Uit de tabel blijkt dat er kansen liggen op het gebied van de groeiende voedselvraag, de vraag naar alternatieve energie (zon, biomassa, wind) en de snel toenemende vraag naar plantaardige producten voor niet-voedseltoepassingen. De opkomst van deze zogenoemde Biobased Economy (BBE) biedt grote kansen aan de landbouwsector in Borger-Odoorn.
Zwakker is daarentegen de samenwerking tussen bedrijven onderling, tussen de
bedrijfsnetwerken en tussen de gemeente en het bedrijfsleven. Zowel het bedrijfsleven (onder andere de OVBO, LTO en de toeristische branche) als de gemeente werken aan verbetering. Ook de contacten met branche-organisaties en kennisinstellingen (essentieel in een kenniseconomie) kunnen beter. Een positieve uitzondering en goed voorbeeld voor andere sectoren is de landbouwsector, die heel actief kennis van buiten weet te mobiliseren en in te zetten. Andere zwakke punten zijn de perifere ligging (t.o.v. het economische hart van Nederland), de ruimtelijke spreiding van de kernen, het relatief lage inkomensniveau, het zwakke imago en de onzichtbaarheid van (het merk) Borger-Odoorn.
Ook het toerisme ziet een toenemende vraag, in het bijzonder naar authentieke omgevingen en producten. In combinatie met de Cittaslow-status kan hier gerichter op worden ingespeeld. De vraag naar zorg en wellness (trefwoorden: ouderenzorg, zorgtoerisme en healthy aging) vormt eveneens een kans. Een andere kans komt door veranderingen in de economie. Door de groei van de dienstensector en de opkomst van het internet kunnen landelijk of internationaal werkende bedrijven gemakkelijker vanuit Borger-Odoorn werken. Men spreekt wel van footloose bedrijvigheid: bedrijfstakken ‘zonder voeten’ die overal kunnen werken. Ook wordt wel van cottage industries gesproken.
’9&
F Onderzoek OVBO
Veel kansen kunnen worden benut door verschillende sectoren met elkaar te verknopen. Voorbeelden zijn er in de landbouw, die zich soms bezighoudt met zorg, toerisme of energie, en het toerisme, dat combinaties kan maken met zorg. Ten slotte noemen we projecten Geopark en LOFAR als kans. Deze projecten bieden veel mogelijkheden tot economische spin-off. Met name het Geopark De Hondsrug heeft ook een duidelijke koppeling met Cittaslow.
De OVBO heeft in 2011 parallel aan het opstellen van deze beleidsnota een onderzoek laten uitvoeren naar de economische stand van zaken in de gemeente. In de volgende tabel vatten we de uitkomsten samen. Belangrijkste punten uit de Economische analyse en aanbevelingen OVBO
Grote bedreigingen voor de lokale economie zijn de krimpende bevolking en de vergrijzing. Deze leiden tot een kleiner aantal klanten voor bedrijven en een krimpend arbeidspotentieel, vooral door het vertrek van goed opgeleide jongeren. Al zijn er ook bedrijfstakken die vooral middelbaar en lager opgeleid personeel inzetten, toch vormt dit een probleem voor de toekomstige vitaliteit van de economie als geheel. Door de krimp komt daarnaast het voorzieningenniveau en daarmee de leefbaarheid onder druk te staan. Er kan dan een negatieve sociaal- economische spiraal ontstaan. Overigens wordt er al volop beleid ingezet om deze negatieve gevolgen te voorkomen of te minimaliseren.
Analyse Belangrijkste sectoren in Borger-Odoorn zijn landbouw, toerisme en MKB. Netwerken is belangrijk, dit kan worden versterkt. De landbouw is divers van karakter. De organisatiegraad van het toerisme kan beter. Er wordt een groei in banen voorzien in de zorg en in de zakelijke diensten, maar krimp in de landbouw, de industrie en de financiële dienstverlening. Krimp en vergrijzing zijn belangrijke en niet te keren ontwikkelingen. Voorgestelde acties - netwerkvorming, met in het bijzonder aandacht voor het toerisme en ZZP-ers. Ook inventariseren van groeikansen bij ZZP-ers (en waar nodig ondersteuning) - promotie van de regio en aanhaking bij bredere netwerken - kansen voor de bouwnijverheid ten gevolge van vergrijzing (woningaanpassingen)
Een andere bedreiging is de sterkere concurrentie vanuit uit binnen- en buitenland. Zo zijn in Nederland vele regio’s bezig met de ontwikkeling van ouderendiensten en gezondheidstoerisme, regio’s die vaak veel gunstiger liggen ten opzichte van de grote bevolkingscentra. En ook is er (in verschillende sectoren) sterke concurrentie vanuit andere landen: het is nodig om heel alert te blijven op innovatie en de prijs/kwaliteitsverhouding.
De resultaten van het OVBO-onderzoek, de visie op lokale economische ontwikkelingsmogelijkheden en de voorgestelde acties komen op hoofdlijnen overeen met het voorliggende beleidsplan. Dat constateert ook de Kamer van Koophandel NoordNederland, die beide notities (in conceptvorm) heeft vergeleken. Daarmee is er een goed uitgangspunt voor vruchtbare samenwerking. De gemeente is verheugd over de actieve inzet van de OVBO.
Ten slotte noemen we de windenergie. Er zijn plannen voor twee grootschalige windmolenparken (> 100megawatt) in de Veenkoloniën. Of die parken daadwerkelijk verrijzen, hangt af van het effect op de leefomgeving, gezondheid en natuur van het gebied. De haalbaarheid wordt momenteel door het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie onderzocht. De voorstanders benadrukken het schone en duurzame karakter van windenergie. Dit past bij de energietransitie die Nederland moet maken. Bovendien zijn de molens voor landeigenaren en financiers een rendabele economische activiteit. Vanwege het grootschalige karakter zijn veel inwoners echter tegen de plannen, evenals de toeristische sector. Deze sector vreest dat de toeristische aantrekkingskracht van de gemeente wordt verminderd door de molens.
G Visie, werkwijze en rol van de gemeente Uit de analyses komt naar voren dat de economische uitgangspositie van BorgerOdoorn over het algemeen goed is. Zo is de sterke bedrijvendynamiek opvallend: er zijn veel oprichtingen, er is instroom van bedrijven vanuit andere regio’s en er zijn veel uitbreidingsplannen van gevestigde bedrijven. Het woon-werkmilieu wordt goed gewaardeerd. Ook het grote aantal vakantiegasten is een sterk punt, dat verder zou kunnen worden benut. Al met al komen we tot de volgende visie op de gewenste economische ontwikkeling. ’ 10 &
Visie - economie draagt bij aan leefbaarheid. Lokale werkgelegenheid en een bloeiend lokaal bedrijfsleven dragen positief bij aan de leefbaarheid. Werken aan een sterke economie is daarom ook werken aan de leefbaarheid in Borger-Odoorn. -
ondernemerschap als startpunt. Voor bedrijvigheid is ondernemerschap vereist. De ontwikkelingen van de laatste jaren laten zien dat het daar niet aan ontbreekt in onze gemeente. De gemeente wil dit ondernemerschap verder stimuleren en ondersteunen door middel van voorlichting en begeleiding. We zullen dat doen in samenwerking met het bedrijfsleven, de diverse netwerken en externe partijen.
-
blijvende inzet op een goed woon-werkmilieu. Het woon-werkmilieu is een van de sterkste kanten van de gemeente. Andere gemeenten en regio’s kunnen dit nauwelijks kopiëren. Met inzet van dit sterke wapen kunnen we de footloose bedrijvigheid aantrekken, de groeiende groep bedrijven die vrij is in hun vestigingskeuze, omdat ze hun klanten via het internet benaderen of omdat de klanten naar hun toekomen.
-
toerisme als drager voor de promotie van Borger-Odoorn. De gemeente trekt ieder jaar een groot aantal vakantiegasten. Daaronder bevinden zich ook mogelijke toekomstige bewoners, klanten, werknemers, ondernemers of leveranciers. Het toerisme biedt kansen. En daarmee bedoelen we niet alleen de uitbouw van de toeristische sector zelf, maar ook van toerisme als middel om de gemeente als geheel (dus ook andere bedrijfstakken) beter voor het voetlicht te brengen en te versterken.
slimme, creatieve manier de versterking van het merk Citta Slow gaan uitwerken. - verbinden en vernieuwen. Innovatie en kwaliteitsverbetering zijn nodig om om een hoge toegevoegde waarde te kunnen leveren en zo mee te blijven doen in de concurrentieslag. Bedrijven die een hoge toegevoegde waarde leveren kunnen hun werkgelegenheid in stand houden of uitbreiden en ook hogere lonen betalen. Dat is positief voor de leefbaarheid in Borger-Odoorn.
Op innovatiegebied is al veel kennis beschikbaar en zijn er vele initiatieven. Te denken is aan projecten van de Kamer van Koophandel, van kennisinstellingen, brancheorganisaties en vooruitstrevende bedrijven. Het vernieuwende van het voorliggende beleidsplan is dat wordt ingezet om de bedrijven in Borger-Odoorn meer aan te haken bij deze initiatieven. We halen de innovatie naar Borger-Odoorn, om het zo te zeggen.
Bij die vernieuwing zijn contacten en netwerken essentieel. Daarbij gaat het om allerlei vormen van samenwerking: tussen gemeenten in de regio, tussen gemeente en bedrijven, tussen bedrijven, met kennisinstellingen en tussen verschillende sectoren. Te denken valt bijvoorbeeld aan verbindingen tussen toerisme, landbouw, zorg (zorgboerderijen, zorgtoerisme) en tussen landbouw, energie en andere sectoren (Biobased Economy). Voor bedrijven in Borger-Odoorn is op de gebieden van deze dwarsverbindingen en contacten met andere regio’s winst te behalen. De inzet zal dan ook moeten liggen op netwerkvorming, binnenhalen van externe kennis en het leggen van contacten met partijen binnen en buiten de gemeente. Dit is een centraal thema. Om die reden heeft het economisch beleidspan de titel ‘Vernieuwend Verbinden’ gekregen.
Hierbij zal het Cittaslow-merk nadrukkelijk worden ingezet. Cittaslow is in potentie een ijzersterk merk. De inhoud sluit aan bij een behoefte die een groeiende groep consumenten en burgers ervaart (autheticiteit, duurzaamheid, eerlijkheid, transparantie, kwaliteit) en het label wordt maar aan weinig gemeenten gegund en is daarmee onderscheidend. Maar de naamsbekendheid en vooral de emotionele lading (de band die een consument met een merk heeft) zijn nog onvoldoende ontwikkeld. Bezoekers weten niet wat Citta Slow is, ze herkennen het logo niet en weten niet goed waarom het voor hun van belang is. De potentie is er, zoals gezegd wel. Dat vraagt dus om investeren in het merk Citta Slow. Tegelijkertijd zijn de financiële middelen beperkt. In de de uitvoering van dit economisch beleidsplan zullen we daarom op een
Hoe gaat de gemeente die verbindingen versterken?
De projecten zullen zijn gericht op de 3 speerpuntsectoren van het economisch beleid: landbouw, toerisme en promotie, midden- en kleinbe-drijf en daarnaast op ondersteunende acties van de overheid. Daarbij is er een sterke samenhang tussen de projecten: acties gericht op de ene sector hebben veelal ook invloed op de andere sectoren.
’ 11 &
Werkwijze en rol van de gemeente
- vernieuwend arbeidsmarktbeleid. Borger-Odoorn heeft te maken met vergrijzing en een krimpend aantal inwoners. Dat betekent dat er minder jonge, recent op geleide werknemers beschikbaar zullen zijn. Er is daarom alle noodzaak om mensen die kunnen werken ook daadwerkelijk naar de arbeidsmarkt te helpen, om oudere werknemers bij te blijven scholen en om ouderen te stimuleren om te blijven werken. De inspanningen zullen gericht zijn op zowel werknemers (blijven bij scholen, inzetbaar blijven), werkzoekenden en niet-participanten (om/bijscholen naar voorhanden werk) en werkgevers (belemmeringen en knelpunten wegnemen.
- Samenwerken met bedrijven
Om gericht te werken is een nauw contact tussen gemeente en bedrijven noodzakelijk, zowel als het gaat om ideeuitwisseling, om projectontwikkeling als om uitvoering. De gemeente zet daarom in op intensieve contacten met het bedrijfsleven, zowel indivi- dueel als via netwerken.
- Gemeente in een faciliterende rol
Samenwerking met scholen is een onderdeel van het beleid. Daarbij is te denken aan een betere aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt, aan stages, gastlessen en dergelijke. Doelen zijn dat jongeren kiezen voor opleidingen die aansluiten bij de vraag en maatschappelijke behoefte, en dat het niet nodig is om te verhuizen voor een interssante baan, maar dat Borger-Odoorn die wel degelijk ook biedt.
Dit beleid wordt in de komende periode uitgewerkt, in samenwerking met diverse stakeholders: scholen, werkgevers, UWV, werknemers en anderen.
De economie wordt gemaakt door ondernemers, waarbij de taak van de gemeente vooral ligt bij ruimtelijke ordening, maar ook bij het bevorderen en met elkaar verknopen van netwerken (van ondernemers en kennisinstellingen) en van het wegnemen van belemmeringen. De taakverdeling tussen gemeenten en ondernemers betekent ook dat het merendeel van de economische projecten door bedrijven zal worden getrokken. Uiteraard zijn er ook projecten waarbij de gemeente kansen dient op te pakken en optreedt als de initiatiefnemende partij.
- Regelmatig actualiseren
Deze beleidsnota is een levend document. Dat betekent dat er lopende het beleid wordt overlegd met het bedrijfsleven en dat de aanpak van de projecten kan worden aangepast op basis van nieuwe inzichten en omstandigheden. We willen geregeld (één keer per jaar) de stand van zaken bespreken met het bedrijfsleven. Op die manier blijft de uitvoering van het beleid goed passen bij de soms snel veranderende economische omstandigheden. De doelen, randvoorwaarden en taakverdeling van het economische beleid blijven daarbij wel onverkort van kracht. Met dit beleidsplan is er een basis voor de economische ontwikkeling van BorgerOdoorn. Het plan is in samenwerking tussen bedrijven en de gemeente tot stand gekomen. Het uitgangspunt is om deze samenwerking bij de uitvoering van projecten voort te zetten, waarbij de partijen samen werken aan een bloeiende economische ontwikkeling van Borger-Odoorn.
’ 12 &
H Uitvoeringsagenda
LANDBOUW: L1, L2, L3, L4
Op basis van onze economische visie, en de analyses komen we tot een aantal projecten. In de volgende tabellen wordt eerst een overzicht gegeven, daarna volgt meer detail per project.
Projectnaam
L1. Plattelandswegen
L2. Landbouw, energie en BBE
L1. Plattelandswegen
loopt
L2. Landbouw, energie en BBE
loopt en wordt uitgebreid
L3. Boeren Nieuw-Buinen
loopt
L4. Landinrichting
loopt
L4. Landinrichting
Doel: Zoeken naar oplossingen voor verbetering van de kwaliteit van de plattelandswegen in de gemeente.
Doel: Verbreding/innovatie landbouwsector. Aanhaken bij regionale inzet op Biobased Economy.
Doel: Perspectief bieden aan agrarische bedrijven en beperken hinder in de lintbebouwing; verplaatsing bedrijven combineren met een nieuw energiebouwblok.
Doel: Verbeteren landbouwgronden en natuur- en landschapsontwikkeling; verharden van zandwegen en aanleggen van laaden losplaatsen.
Inhoud: Groot aantal partijen (gemeente, LTO, wegenbouw, hogeschool) onderzoeken gezamenlijk diverse alternatieve oplossingen o.b.v. prestatie/prijs.
initiatieven in BorgerOdoorn op het terrein van alternatieve energie. In kader van Biobased Economy samenwerking met regio ZO-Drenthe.
Inhoud: verplaatsingsmogelijkheden planologisch vastleggen.
Inhoud: Plan maken en realiseren.
Rol bedrijven: landbouwsector (LTO) en wegenbouwers (deels lokaal).
Rol bedrijven: Nemen initiatieven en worden in staat gesteld aan te haken bij Biobased Economy.
Rol bedrijven: Participerend en uitvoerend.
Rol bedrijven: Uitvoerend.
Rol gemeente: Eigenaar/ beheerder wegen.
Rol gemeente: Meedenkend, vergunningen, faciliterend.
Rol gemeente: Faciliterend.
Rol gemeente: Faciliterend en uitvoerend.
Budget (onder voorbehoud): € 480.000 voor de periode 2012-2015. Vast te stellen bij de bespreking van de Voorjaarsnota.
Budget: Inzet uren, bedrijven vragen subsidie aan.
Budget: Inzet uren.
Budget: Inzet uren.
Trekker: Gemeente samen met LTO.
Trekker: bedrijven, Provincie/Regio ZO Drenthe (Biobased Economy)
Trekker: Arcadis.
Trekker: Landinrichtingscommissie.
Overige: Gestart met Denktank in 2010, eerste rapportage 2011.
Overige: In het project Boeren Nieuw-Buinen wordt gewerkt aan het realiseren van een groot energieblok (biovergisting) en er zijn initiatieven voor zonneenergieparken. De gemeente staat hier positief tegenover. De plannen voor een grootschalig windmolenpark zijn daarentegen controversieel.
Overige: Andere participanten: Agenda voor de Veenkoloniën en de provincie Drenthe. Van het energiebouwblok kunnen bijna 8.000 huishoudens energie afnemen.
Overige: Plan is in uitvoering.
Fase van het project
L. Landbouw
L3. Boeren Nieuw-Buinen
T. Toerisme en promotie T1. Cittaslow / het merk Borger-Odoorn
loopt en wordt uitgebreid
T2. Geopark en Lofar
loopt
T3. Centrum Borger
in voorbereiding
T4. SBBO
loopt
M. Midden- en kleinbedrijf M1. Bedrijfsnetwerken
loopt en wordt uitgebreid
M2. Starters en doorstarters
loopt en wordt uitgebreid
M3. Onderzoek zorgsector
in voorbereiding
M4. Glasvezel
in voorbereiding
M5. Bedrijfshuisvesting/ Bedrijventerreinen
in voorbereiding
O. Overheid O1. Relatiebeheer en informatieverstrekking
loopt en wordt uitgebreid
O2. MKB-vriendelijk inkopen
in voorbereiding
O3. Arbeidsmarkt
loopt en wordt uitgebreid
’ 13 &
TOERISME EN PROMOTIE: T1, T2, T3, T4 T1. Cittaslow / merk Borger-Odoorn
T2. Geopark en Lofar
T4. Stichting Bestemming Borger-Odoorn
T3. Centrum Borger
Doel: Uitdragen en zichtbaar maken van het 'merk' Borger-Odoorn als Cittaslow-gemeente.
Bereiken van Unesco-status van Geopark; Lofarproject onder de aandacht brengen van een breed publiek.
Doel: Aantrekkelijk centrum, met als doel meer toeristen, een langer verblijf en hogere bestedingen.
Doel: Bevorderen recreatie en toerisme in Borger-Odoorn en de samenwerking tussen ondernemers in deze sector.
Inhoud: In nauwe samenhang met de Cittaslow-status onderzoeken en uitwerken hoe Borger-Odoorn beter vermarkt kan worden.
Samen met een groot aantal partijen de Hondsrug professioneel vermarkten met Unesco label. Creëren van kansen voor economie. Organiseren van activiteiten en het bij elkaar brengen van partijen om Lofar te promoten.
Inhoud: Herinrichting dorpscentrum, aantrekkelijk winkel / verblijfsgebied met regionale aantrekkingskracht.
Inhoud: Uitvoering geven aan de beleidsnota Toppunt van Drenthe. Meer dan 50 ondernemingen zijn bij SBBO aangesloten. Beheer/ontwikkeling van de TIP’s.
Rol bedrijven: inzet van de Cittaslow activiteitenwerkgroep (merendeels bestaande uit lokaal bedrijfsleven), de SBBO en de OVBO (bijvoorbeeld via de Cittaslow-ondernemersprijs).
Rol bedrijven: worden in staat gesteld/ verzocht om in te spelen op diverse initiatieven die vanuit Geopark worden ontplooid (bijv. Hondsrugexpedities); participerend in Lofartafel.
Rol bedrijven: Meedenken en meefinancieren, eventueel inbreng van onroerend goed.
Rol bedrijven: Bedrijven worden gestimuleerd samen arrangementen en promotieactiviteiten te ontwikkelen.
Rol gemeente: Initiëren en faciliteren, projectopdracht stagiaire.
Rol gemeente: Cofinanciering, deelnemer in project, meedenken.
Rol bedrijven: Meedenken en meefinancieren, eventueel inbreng van onroerend goed.
Rol gemeente: Uitvoering van gemeentelijk beleid, nauwe samenwerking en substantiële financiering van de stichting.
Budget: € 5.000,--
Budget: € 45.000,-(2011-2013); LOFAR p.m.
Budget: In planfase ontwikkelingskosten. Bekostigen uit exploitatieopzet.
Budget: € 39.000 plus salaris coördinator
Trekker: Gemeente, bedrijfsleven, SB-BO.
Trekker: Drents plateau / projectgroep Geopark / Lofartafel.
Trekker: Gemeente en bedrijven.
Trekker: Gemeente en bedrijven.
Overige: Borger-Odoorn maakt deel uit van Cittaslow Nederland en is als zodanig in samenwerking met andere Cittaslow-gemeenten doorlopend bezig met initiatieven uit te wisselen.
Overig: deelnemers zijn Coevorden, Emmen, Aa en Hunze, Tynaarlo, Prov. Drenthe, SBB, Drents Landschap, Recreatieschap Drenthe, Drents Archief, Hunebedcentrum, Waterschappen Hunze en Aa’s en Velt en Vecht. Tijdens de Lofardag (2011) werd aan inwoners en vakantiegasten informatie over het project verstrekt. Omlijsting door diverse activiteiten.
Overig: De beurs- en netwerkbijeenkomsten worden goed bezocht door het bedrijfsleven. SBBO werkt sinds 2011 nauw samen de Hunzevallei.
’ 14 &
MIDDEN- EN KLEINBEDRIJF: M1, M2, M3, M4, M5 M1. Bedrijfsnetwerken
M2. Starters en doorstarters
M3. Onderzoek zorgsector
M4. Glasvezelnetwerk
M5. Bedrijfshuisvesting / bedrijventerreinen
Doel: Bevorderen van bekendheid en kennis van bedrijfsleven onderling (dit kan op basis van sectoren, kernen, afzetmogelijkheden etc.).
Doel: Behoud/creatie van werkgelegenheid door voorkomen van faillissementen; aantrekken/faciliteren van kleinschalige bedrijvigheid.
Doel: Vergroten bedrijvigheid en werkgelegenheid in de combinaties van de zorg en toerisme en/of landbouw.
Doel: goed ondernemersklimaat, inclusief snelle internetverbinding. Ook voor de buitengebieden / toeristische sector van belang (klanten vragen om snel internet).
Doel: Inspelen op behoeften bedrijfshuisvesting. Structuurvisie Borger-Odoorn biedt ruimte aan kleinschalige bedrijvigheid op / bij bestaande bedrijventerreinen (inbreiding / afronding).
Inhoud: Vergroting van samenwerking van diverse netwerken en waar mogelijk het opzetten van nieuwe netwerken.
Inhoud: (1) aantal uren kosteloze ondersteuning van ondernemers in acute problemen. (2) switch-traject voor huishoudens vanuit elders die nadenken om een onderneming op te zetten.
Inhoud: informatie verzamelen (o.a. doelgroep, aanpak), netwerk zorgaanbieders opbouwen, zoeken oplossingen ihkv. decentralisatie sociale zekerheid (bijv. leerwerkrajecten) en AWBZ.
Inhoud: Inventariseren van behoefte aan een glasvezelnetwerk ten behoeve van snel internet. Glasvezel kan pas worden aangelegd bij voldoende deelnemers.
Inhoud: a) inventarisatie van het aanbod en de vraag b) actief ontwikkelen en vermarkten van locaties ATC en Strijkijzer
Rol bedrijven: verknopen + benutten bestaande netwerken (OVBO, GOC, TPBO, SBBO, KvK etc.).
Rol bedrijven: deelnemen.
Rol bedrijven: Bedrijfsleven uit zorgsector (kleine zorgaanbieders, zorgboerderijen en anderen).
Rol bedrijven: aangeven behoeften (inventarisatie door OVBO).
Rol bedrijven: Bedrijven worden betrokken (OVBO, makelaarsbijeenkomsten). Nieuwe initiatieven kunnen ontstaan.
Rol gemeente: Faciliterend, initiërend, informerend.
Rol gemeente: meefinanciering ROI (doorstarters).
Rol gemeente: Opdrachtgever en regisseur.
Rol gemeente: bij elkaar brengen bedrijven; inventariseren.
Rol gemeente: faciliteren en initiëren.
Budget: Inzet uren.
Budget: (1) € 6.500; voor (2) wordt naar financiering gezocht, in samenwerking met de KvK. Zonder financiering geen doorgang.
Budget: Inzet uren.
Budget: voor inventarisatie alleen tijd; de eventuele aanleg van een netwerk is een zaak van bedrijven en glasvezelaanbieders.
Budget: inzet van uren
Trekker: Gemeente/ bestaande netwerken.
Trekker: Gemeente en Drenthe Switch.
Trekker: gemeente.
Trekker: ondernemers. Waar nodig ondersteuning gemeente
Trekker: gemeente.
Overig: Uitvoering (1) door Regionaal Ondernemings Instituut (ROI), pilotproject gedurende 2012. (2) wordt uitgewerkt, in samenwerking met Molenvoort training en Uit producties.
Overig: Eerste bijeenkomst (najaar 2011) in kader van decentralisatie werd bezocht door ca. 20 zorgondernemers.
Overige: Ook andere gemeenten in Drenthe hebben hier behoefte aan. Borger-Odoorn wil het samen met Aa en Hunze oppakken.
’ 15 &
OVERHEID: O1, O2, O3. O1. Relatiebeheer en informatieverstrekking
Doel: Betrokkenheid gemeente bij bedrijfsleven; informeren bedrijfsleven.
O2. MKB-vriendelijk inkopen
O3. Arbeidsmarktprojecten
Doel: Gemeentelijke inkopen op een wijze waarbij het locale MKB maximaal kan meedingen.
Doel: Bevordering arbeidsparticipatie, faciliteren bedrijfsleven
Bedrijfsbezoeken zowel op eigen initiatief als op initiatief van de ondernemer. Inzet is 5 à 10 bezoeken per maand. Inhoud: Loonkostensubsidies, speeddaten tussen bedrijven en werkzoekenden, intensivering bedrijfsbezoeken UWV, voorlichting netwerken, startersavonden (starten vanuit een uitkering).
Ook bezoeken aan omliggende gemeenten. Deelname aan beurzen (o.a. BedrijvenContactdagen Drenthe, bouwplanbeurs etc.) en evenementen (zoals Gala Nova) gezamenlijk met lokale bedrijfsleven. Berichtgeving in de EZ-rubriek van Week In Week Uit (WiWu) over en bestemd voor het lokale bedrijfsleven, o.a. over subsidiemogelijkheden. In 2011 eerste gezamenlijke beursbezoek met lokaal bedrijfsleven aan Bedrijvencontactdagen Drenthe. Wordt in 2012 vervolg aan gegeven. Eerste helft 2012 pilot van 6 publicaties EZ rubriek Wiwu.
Inhoud: Inventarisatie van huidige knelpunten en mogelijkheden tot verbetering, altijd passend binnen landelijk en Europees beleid.
Samen met STAMM en het lokale bedrijfsleven is gestart met een pilotproject om beter te kunnen inspelen op toe-komstige arbeidsmarktontwikkelingen in relatie tot krimp/vergrijzing. Hierbij gaat het vooral om het aantrekkelijker maken van de lokale arbeidsmarkt voor jongeren.
Rol bedrijven: overlegpartner.
Rol bedrijven: meedenken.
Rol bedrijven: Inzicht geven in de vraag, aannemen personeel.
Rol gemeente: initiatief nemen.
Rol gemeente: Inventariserend.
Rol gemeente: Faciliteren, stimuleren.
Budget: € 4.500,--
Budget: Nihil.
Budget: p.m.
Trekker: gemeente.
Trekker: Gemeente.
Trekkers: Gemeente, werkplein Zuidoost Drenthe, UWV, Stamm, KvK.
Overig: bedrijven(verenigingen) en makelaars.
Overig: in nauwe samenwerking met MKB Noord.
Overige: In dit project wordt samengewerkt met de diverse netwerken. Werkplein ZOD is belangrijk.
’ 16 &
I Financieel beslag Inzet budgetten EZ en RT
In het volgende schema staan de budgetten voor economische zaken, recreatie en weergeven. Tevens staat aangegeven op welke wijze deze worden ingezet. I.toerisme Financieel beslag Voor een aantal projecten ligt de inzet voor het jaar 2012 reeds vast. Voor de jaren daarna is een en ander met on-zekerheid omgeven, aangezien de bijdragen (voor het InRecreatieschap het volgende schema de Recreatievoorzieningen) budgetten voor economische zaken, Drenthe en destaan Stichting worden vastgesteld naar aanleiding van in te dienen begrotingen. recreatie en toerisme weergeven. Tevens staat aangegeven op welke
omschrijving Lokale economie (MO) Bedrijfscontacten Uitvoering EBP a) Regionaal ondern. instituut Totaal EZ Restant
Met het oogworden op de uitvoeringsagenda opgemerkt eenvoor wijze deze ingezet. Voorwordt een nadrukkelijk aantal projecten ligtdat devoor inzet aantal projecten de kosten en/of inzet van uren niet ten laste vallen van de genoemde het jaar 2012 reeds Voor de jaren daarna isdie een en ander met budgetten EZ en R&T.vast. Ook zijn de kosten en activiteiten genoemd worden bijonRecreatie en Toerisme exclusief de salariskosten van de gebiedscoördinator, die werkzekerheid omgeven, aangezien de bijdragen (voor het Recreatieschap zaam is bij de SBBO.
Recreatie, toerisme (MO) St. Bestemming BO Recreatieschap, regulier Recreatieschap, fonds R&T Recr.schap, St. Recr. voorz. Uitvoering TBP b) Geopark Totaal RT Restant
Drenthe en de Stichting Recreatievoorzieningen) worden vastgesteld naar aanleiding van in te dienen begrotingen. Met het oog op de uitvoeringsagenda wordt nadrukkelijk opgemerkt dat voor een aantal projecten de kosten en/of inzet van uren niet ten laste
Totaal Restant
vallen van de genoemde budgetten EZ en R&T. Ook zijn de kosten en activiteiten die genoemd worden bij Recreatie en Toerisme exclusief de
cluster SEM budget
2012
2013
2014
2015
4.685 23.750
4.700
1.200
1.200
1.200
6.500 11.200 17.235
1.200 27.235
1.200 27.235
1.200 27.235
39.000 44.431 28.743 8.406
39.000 44.431 28.743 8.406
39.000 44.431 28.743 8.406
39.000 44.431 28.743 8.406
15.000 135.580 4.200
15.000 135.580 4.200
120.580 19.200
120.580 19.200
146.780 21.435
136.780 31.435
121.780 46.435
121.780 46.435
0 5.000
0 5.000
0 5.000
0 5.000
28.435
39.000 44.431 28.743 8.406 19.200 139.780
168.215
a) € 25.000 - 5% bezuiniging
salariskosten van de gebiedscoördinator, die werkzaam is bij de SBBO.
b) € 25.000 - dekking deel SBBO
Cittaslow Bijdragen Totaal Restant
’ 1 7&
5.000 5.000
Deel 2 ’ Onderbouwing Hoofdstuk 1 ’ Borger-Odoorn in cijfers
Dit deel bevat de onderbouwing van het economische beleid, dat is beschreven in deel I. In dit deel komen cijfers, statistische gegevens en opvattingen van bedrijven aan de orde. Er is daarbij gebruik gemaakt van cijfermateriaal van onder andere het CBS, het UWV Werkbedrijf, het Provinciaal Werkgelegenheidsregister (PWR), het Landelijk Informatiesysteem Arbeidsorganisatie (LISA) en de Kamer van Koophandel.
1.1 Borger-Odoorn is dunbevolkt Het oppervlak van Borger-Odoorn bedraagt 278 km2, de gemeente telt 26.000 inwoners. Inwoners van de gemeente hebben de ruimte: er wonen 78 mensen per km2, veel minder dan in Nederland gemiddeld (209). In bijlage 5 is een overzicht per kern gegeven.
Naast deze bronnen is gebruik gemaakt van gegevens uit de eind 2010 uitgevoerde enquête onder het bedrijfsleven van Borger-Odoorn. Aan dit onderzoek hebben ruim 400 bedrijven hun medewerking verleend. De resultaten geven een betrouwbaar en representatief beeld van de lokale bedrijvigheid.
1.2 Landbouw bepaalt het beeld Landbouw in cijfers ’ ’ ’ ’ ’
22.000 hectare = 78% van het oppervlak 270 (veelal grote) landbouwbedrijven + 40 ondersteunende bedrijven Omzet per akkerbouwbedrijf ligt 48% boven de gemiddelde omzet in Nederland Ruim 700 werkzame personen 13 agrotoeristische bedrijven, 3 zorgboerderijen
78% van de grond van Borger-Odoorn wordt gebruikt voor landbouw. Het is dan ook die sector die voor een groot deel het uiterlijke beeld van Borger-Odoorn bepaalt. De volgende tabel geeft aan hoe de grond in Borger-Odoorn, Drenthe en Nederland wordt gebruikt.
1. Vanwege verschillende bronnen verschillen die cijfers soms. Zo hanteert het CBS voor begrippen als banen en vestigingen andere criteria dan PWR/LISA. Ook de afbakening van het begrip “toerisme” is lastig. Een snackbar bij een camping wordt tot de toeristische sector gerekend, maar een snackbar met louter lokale klanten weer niet.
’ 19 &
Benutting
Borger-Odoorn
Drenthe
Nederland
Landbouw
78%
72%
55%
Natuur
15%
16%
12%
Overig
7%
12%
33%
100%
100%
100%
Totaal oppervlak
lend aantal bedrijven, maar wel met een gelijkblijvende of stijgende pro-
In de
ductie) ook in de rest van Nederland plaatsvindt.
13 ag
Borge
Ontwikkeling landbouwbedrijven 2000-2010 (index jaar 2000=100) 100 90 80
1.3
Bron: CBS
70
In Borger-Odoorn gaat het in totaal om 22.000 hectare landbouwgrond. De landbouw bepaalt daarmee het landschap, maar ook een groot deel van de economie. De gemeente telde in 2010 ruim 270 landbouwbedrijven, plus ca. 40 dienstverlenende bedrijven, zoals loonwerk.
60 2000
2001
2002
2003
2004
2005
BO
De landbouwbedrijven in Borger-Odoorn zijn groot. In 2010 telde de gemeente 52 landbouwbedrijven met meer dan 100 hectare grond. Met dat aantal staat de gemeente op de derde plaats in Nederland. Als het gaat om aardappel- en suikerbietboeren komt Borger-Odoorn zelfs op de tweede plaats. Een andere indicator voor de bedrijfsomvang is de gemiddelde geldstroom (omzet) per bedrijf. Die bedraagt in de Nederlandse akkerbouw gemiddeld € 106.000, maar ligt in Borger-Odoorn met € 157.000 aanzienlijk hoger. Ook in de melkveehouderij is de geldstroom met € 288.000 hoger dan gemiddeld (€ 258.000).
2006
DR
2007
2008
2009
2010
Toer
NL
De landbouw biedt op dit moment aan bijna 730 mensen (incl. partti-
mers) werk: circa 10% van de totale werkgelegenheid. Daar komen nog
1.3 Toerisme is sterk gegroeid
in cijfers ruimToerisme 120 banen bij als de aan de landbouw verwante branches (zoals
’ en Omzet 2009: € 92 miljoen loonlandbouwmechanisatiebedrijven) worden meegerekend. ’ ’ ’ ’
Het aantal bedrijven neemt af, maar de overblijvende bedrijven breiden uit. Het blijkt dat 40% van de bedrijven uitbreidingsplannen heeft. Ze zijn overigens tevreden over hun huidige locatie, die gemiddeld met een rapportcijfer 8 wordt gewaardeerd (bedrijvenenquête). Al met al blijven ondanks een dalend aantal bedrijven de productie en het grondgebruik wel op peil. In de grafiek is aangegeven dat deze schaalvergroting (dalend aantal bedrijven, maar wel met een gelijkblijvende of stijgende productie) ook in de rest van Nederland plaatsvindt.
Omzetgroei 2001-2009: + 50% Aantal overnachtingen 2010: 1,2 miljoen ( 25% meer dan in 2000) Werkgelegenheid direct + indirect: 1.600 Banengroei 2006-2010: + 23%
Er is een kleine teruggang in de werkgelegenheid doordat boeren steeds meer machines inzetten (denk aan de maar melkrobot). Aantoeristische de andeBorger-Odoorn is niet alleen een landbouwgemeente, ook een zeer Het belang van de werkgelegenheid en de groei bij vanleveranciers de sector zijn nergens re gemeente. kant ontstaan daardoor ook nieuwe vacatures van in Drenthe zo groot als in Borger-Odoorn.
deze machines en bij het onderhoud er van.
Borge zeer
groei
Odoo
In 2010 werden er in Borger-Odoorn bijna 1,2 miljoen overnachtingen doorgebracht. Een forse stijging van ca. 25% ten opzichte van het jaar 2000. De 1,2 miljoen overnachtingen betekenen omgerekend bijna 3.300 extra “inwoners” van de gemeente Borger-Odoorn (26.000 inwoners). Door dit substantiële aantal extra “inwoners” heeft Borger-Odoorn een hoger voorzieningenniveau dan het anders zou hebben.
- 32 ’ 20 &
2000. De 1,2 miljoen overnachtingen betekenen omgerekend bijna
land en het Keramisch Museum Goedewaagen zijn jaarlijks goed voor
3.300 extra “ inwoners” van de gemeente Borger-Odoorn (26.000 inwo-
bijna een half miljoen bezoekers.
Bestedingen toerisme en recreatie Borger-Odoorn 2001-2009
ners). Door dit substantiële aantal extra “inwoners” heeft Borger-
(in miljoenen euro's)
De100 dagjesmensen en de verblijfsrecreanten geven natuurlijk geld uit. In
Odoorn een hoger voorzieningenniveau dan het anders zou hebben.
de 80 eerste plaats in de sector zelf, maar ook daarbuiten, bijvoorbeeld in de 60 detailhandel en de horeca. In totaalBorger-Odoorn is voor 2009 een besteding beBestedingen toerisme en recreatie 2001-2009
Ontwikkeling overnachtingen Borger-Odoorn
(in miljoenen euro's)
40 rekend van € 92 miljoen (ca. 50% meer dan in 2001).
1.400.000
100 20 80 0 60
1.200.000 1.000.000 800.000
2001
2004
40
600.000
2007
2009
Openbaa
Vakanties Dagtochten
Verhuur
20
400.000
Deze bestedingen leiden ook tot werkgelegenheid in andere bedrijfstak-
200.000
0
werkgelegenheid ken. Dit noemt2001 men indirecte 2004 2007 . Volgens 2009berekeningen
0
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
van onderzoeks-
Openbaar b
Vakanties Dagtochten
bureau Ecorys was de toeristisch-recreatieve sector inclusief deze indiDeze bestedingen leidenook ook tot tot werkgelegenheid werkgelegenheid in andere bedrijfstakken. Dit noemt Deze bestedingen leiden in andere bedrijfstakindirecte werkgelegenheid. Volgens onderzoeksbureau Ecorys rectemen werkgelegenheid goed voor berekeningen bijna 1.600van banen (in 2009). Al met was al werkgelegenheid . Volgens berekeningen ken. Ditdenoemt men indirecte toeristisch-recreatieve sector inclusief deze indirecte werkgelegenheid goed voor is dit bijna ongeveer één (in op2009). de vier banen in de gemeente; dat meerindan 1.600 banen Al met al is dit ongeveer één op de vierisbanen de gevan onderzoeks2 De overnachtingen worden geteld aan de hand van de toeristenbelasting. In 2010 is De dagjesmensen en de verblijfsrecreanten geven natuurlijk geld uit. In de eerste meente; dat is meer dan in andere Drentse gemeenten. De volgende grafiek geeft een in andere Drentse gemeenten. De volgende grafiek geeft een beeld van plaats de sector zelf, maar ook daarbuiten, de detailhandel endaardoor de beeld van de sterke groei in de werkgelegenheid (bron LISA). de in heffingsgrondslag daarvan gewijzigd. bijvoorbeeld De groei vanin2009 naar 2010 is bureau Ecorys was de toeristisch-recreatieve sector inclusief deze indihoreca. In totaal is voor 2009 een besteding berekend van € 92 miljoen (ca. 50% meer de sterke groei in de werkgelegenheid (bron LISA). meet-technisch van aard. In de periode voor 2010 was sprake van een onderdandeels in 2001). recte werkgelegenheid goed voor bijna 1.600 banen (in 2009). Al met al Naast verblijfsmogelijkheden zijn er veelbezochte dagattracties. Het Drouwenerzand, het Boomkroonpad, het Hunebedcentrum, Kabouterland en het Keramisch Museum Goedewaagen zijn jaarlijks goed voor bijna een half miljoen bezoekers.
schatting. De conclusie dat er trend tussen 2000 en 2010 sprake was van sterke groei blijft gehandhaafd.
Banengroei toerisme en recreatie 2006-2010
is dit ongeveer één op de vier banen in de gemeente; dat is meer dan
Verhuur va
Ad
Winning/D
30%
in andere Drentse 23% gemeenten. De volgende grafiek geeft een beeld van - 33 - 20% de sterke groei in de werkgelegenheid (bron LISA). 10% Banengroei toerisme en recreatie 2006-2010 8%
10% 30% 2. De overnachtingen worden geteld aan de hand van de toeristenbelasting. In 2010 is de heffingsgrond slag daarvan gewijzigd. De groei van 2009 naar 2010 is daardoor deels meet-technisch van aard. In de periode voor 2010 was sprake van een onderschatting. De conclusie dat er trend tussen 2000 en 2010 sprake was van sterke groei blijft gehandhaafd.
0% 20%
’ 21 &
4%
2% 23%
BorgerOdoorn
Aa en Hunze Coevorden
Emmen
10%
8%
10% 2%
Drenthe
4%
Nederland
Aa en Hunze Coevorden
Emmen
Drenthe
- 34 -
7%
0%
Borger-
Winning/Distr
7%
Nederland
- 34 -
009
Banen naar bedrijfstak Borger-Odoorn en Drenthe 2010 (in% van totaal)
Cultuur, sport en recreatie Gezondheids- en w elzijnszorg Onderw ijs Openbaar bestuur, overheidsdiensten en verpl. soc. verzek.
Naast de genoemde economische effecten heeft het toerisme echter meer gevolgen. Zo zouden veel winkels en voorzieningen in de Drentse dorpen verdwijnen als er geen toeristische bestedingen meer zouden zijn. Het toerisme levert daarmee een substantiële bijdrage aan de instandhouding van voorzieningen en de leefbaarheid van het platteland.
Verhuur van roerende goederen en overige zak. dienstverl.
rijfstak-
Advisering, onderzoek en ov. spec. zak. dienstverl.
ningen
Verhuur van en handel in onroerend goed Financiële instellingen
ze indi-
1.4 Midden- en kleinbedrijf: veel ZZP-ers
Informatie en communicatie
l met al
Logies-, maaltijd- en drankverstrekking
r dan
Midden- en kleinbedrijf in cijfers
Vervoer en opslag
eld van
’ ’ ’ ’
Groot- en detailhandel; reparatie van auto’s Bouw nijverheid
2.050 bedrijven in 2010 tegen 1.670 in 2005 (groei 23%) Merendeel (94%) telt minder dan 10 werknemers Met name landbouw, bouwnijverheid, detailhandel en zakelijke diensten 1 op de 7 (=850) fulltime-banen in de gemeente betreft een ZZP-er
Winning/Distr. v. w ater; afval-/afvalw aterbeheer en sanering
Er zijn in Borger-Odoorn ca. 2.050 ondernemingen. Het overgrote deel daarvan is midden- en kleinbedrijf: bij 94% van de bedrijven werken zelfs minder dan 10 mensen. In de volgende figuur is te zien dat 45% van de bedrijven 1 fulltimer telt, dat 43% van de bedrijven maximaal 5 fulltimers tellen en dat er maar weinig bedrijven (6% van het totaal) meer dan 10 mensen in dienst hebben.
Industrie
DR
Winning van delfstoffen
BO
Landbouw , bosbouw en visserij
0%
%
rland
Wat is nu het geheim van het toeristisch succes in Borger-Odoorn? Dat blijkt een aantal zaken te zijn: de investeringen in de kwaliteit van de voorzieningen; een succesvolle marktbewerking die heeft geleid tot hogere bezettingsgraden; de promotiecampagne “Drenthe doet wat met je”; en tenslotte het gegeven dat Nederlanders sinds de economische crisis meer in eigen land met vakantie gaan (bron: Ecorys). Vanwege het grote belang van de sector steekt de gemeente veel energie in het onderhouden van contacten met de bedrijven.
Overige dienstverlening
5%
10%
15%
20%
25%
- 34 -
’ 22 &
fulltimers tellen en dat er maar weinig bedrijven (6% van het totaal)
taurants); cultuur, sport en recreatie (zoals outdoor-bedrijven); vervoer
meer dan 10 mensen in dienst hebben.
en opslag (toeleveringen); overige dienstverlening (denk aan schoonmaak); verhuur van roerende goederen (onder andere fietsverhuur); groot- en detailhandel (zoals de supermarkten).
In welke
1.5 ZZP-ers en starters 10+ ft: 6%
6-10 ft: 7%
1 ft: 45%
1.5 ZZP-ers starterskent de gemeente Borger-Odoorn veel baIn vergelijking metenDrenthe Een groot deel van de bedrijven met 1 werkzaam persoon betreft zzp-
in de bo
Dit is in
Een groot deel bouwnijverheid, van de bedrijven methoreca 1 werkzaam persoon zzp-ers:De zelfstandineners: in de landbouw, en sport enbetreft recreatie. zelfstandigen zonder personeel. In Borger-Odoorn zijn dit 850 begen zonder personeel. In Borger-Odoorn zijn dit 850 bedrijven (2010, gezondheidszorg, grootste banenmotor vandaarmee Drenthe, duidelijk exclusief landbouwsector). Zzp-ers vormen bijnais14% van de drijven (2010,de de (fulltime) werkgelegenheid. Het aantal zzp-ers is sterk gestegen sinds 2005, zoals de
2-5 ft: 43%
minder goed vertegenwoordigd in Zzp-ers Borger-Odoorn. heeft te maken grafiek laat zien. exclusief de landbouwsector). vormen Dit daarmee bijna 14% van met het feit dat de grote zorginstellingen in de steden zijn gevestigd. Ontwikkeling ZZP-ers B-O (ex. Landbouw)
1000
De meeste bedrijven vinden we in de landbouw, de detailhandel, de bouwnijverheid
Ten opzichte van 2005 is in Borger-Odoorn de toeristisch-recreatieve 800
De meeste bedrijven vinden in de landbouw, detailhandel, de en de dienstverlening. Hetwe aantal vestigingen in de de gezondheidsen welzijnszorg ligt
sector het meest gegroeid. Ook de bedrijfstakken transport en opslag,
bouwnijverheid en de dienstverlening. Het aantal vestigingen in de gegen.
advisering en gezondheidszorg vertoonden een behoorlijke toename.
zondheids- en welzijnszorg ligt rond het landelijke niveau, maar het
De laatste sector is verhoudingsgewijs zelfs sneller toegenomen dan in
del relatief veelinwerk bieden, zoalsisinsterk de voorgaande grafiek is te zien. Eerder gaven aantal ondernemers deze sector gestegen.
Drenthe gemiddeld.
rond het landelijke niveau, maar het aantal ondernemers in deze sector is sterk gesteAls we kijken naar de werkgelegenheid, blijkt dat de landbouw, de bouw, de detailhanwe aan dat het toerisme direct en indirect circa 25% van de werkgelegenheid uitmaakt.
600 400 200 0
Als we kijken naarterug de te werkgelegenheid, blijktdedat de landbouw, de over verDit is niet zien in de grafiek, omdat genoemde 25% is verdeeld
2005
schillende branches: logies en maaltijdverstrekking (denk aan hotels en restaurants);
2006
2007
bouw, decultuur, detailhandel relatief veel werk bieden, zoals in de voorgaande sport en recreatie (zoals outdoorbedrijven); vervoer en opslag (toeleveringen);
de
rect circa 25% van de werkgelegenheid uitmaakt. Dit is niet terug te
2005, zoals de grafiek laat zien.
2008
2009
2010
Overigens ligt volgens de Kamer van Koophandel het aantal starters in BorgerOdoorn (circa 150 per jaar) op hetaantal gemiddelde Drentse niveau.gestegen Borger-Odoorn (fulltime) werkgelegenheid. Het zzp-ers is sterk sindstelt 6% van alle bedrijven in Drenthe en ook 6% van alle oprichtingen.
dienstverlening (denkwe aanaan schoonmaak); verhuur vandirect roerende grafiek isoverige te zien. Eerder gaven dat het toerisme engoederen indi- (onder andere fietsverhuur); groot- en detailhandel (zoals de supermarkten).
In vergelijking met Drenthe kent de gemeente Borger-Odoorn veel banen in de landzien in debouw, grafiek, omdat dehoreca genoemde is verdeeld over verschilbouwnijverheid, en sport25% en recreatie. De gezondheidszorg, de grootste banenmotor van Drenthe, is duidelijk minder goed vertegenwoordigd in Borgerlende branches: logies maaltijdverstrekking (denk aan hotels en Odoorn. Dit heeften te maken met het feit dat de grote zorginstellingen in deressteden zijn gevestigd.
Overigens ligt volgens de Kamer van Koophandel het aantal starters in Borger-Odoorn (circa 150 per jaar) op het gemiddelde Drentse niveau.
Ten opzichte van 2005 is in Borger-Odoorn de toeristisch-recreatieve sector het - 36 meest gegroeid. Ook de bedrijfstakken transport en opslag, advisering en gezondheidszorg vertoonden een behoorlijke toename. De laatste sector is verhoudingsgewijs zelfs sneller toegenomen dan in Drenthe gemiddeld.
Borger-Odoorn telt 6% van alle bedrijven in Drenthe en ook 6% van alle
Met me
oprichtingen.
heids- e
’ 23 &
- 37 -
In welke sectoren zitten die ZZP-ers? De meeste ZZP-ers zijn te vinden in de bouwnijverheid, de detailhandel en de zakelijke dienstverlening.
In welke sectoren zitten die ZZP-ers? De meeste ZZP-ers zijn te vinden in de grafiek aangegeven.
Verhuur/handel in onroerend goed
’ 93% zit niet op een bedrijventerrein ’ Tevredenheid met locatie: cijfer 7,7 ’ 78% van de ondernemers woont bij het bedrijf
0,8%
Financiële instellingen
1,8%
Logies-, maaltijd- en drankverstrekking
2,9%
ook de ZZP-ers in deOnderwijs bouwnijverheid flink in aantal toegenomen, net als 3,4% Informatie en communicatie 4,3% in de industrie (hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan amVerhuur van roerende goederen
bachtslieden zoals meubelmakers). Ook in de sectoren sport en recrea4,4%
Cultuur, sport en recreatie
6,3%
Industrie
6,4%
Een klein deel van de bedrijven in Borger-Odoorn (7%) zit op een bedrijventerrein, de rest (93%) dus niet. Deze bedrijven zijn gevestigd in de bebouwde kom (52% ) en in het buitengebied (16% in een boerderij, 24% in een ander pand). Er zijn 12 bedrijventerreinen (zie bijlage), waarop nog 4,1 hectare beschikbaar is, vooral op Zowel op de bedrijventerreinen als in de bebouwde kom en in het buiterrein Aan de Strengen.
tengebied zijn ondernemers tevreden over hun vestigingslocatie. GeZowel op de bedrijventerreinen als in de bebouwde kom en in het buitengebied zijn
tie en advisering zien we veel ZZP-ers. ZZP-ers werken meestal aan
ondernemers tevreden ze overdie hunmet vestigingslocatie. Gemiddeld ze die met middeld waarderen een rapportcijfer 7,7.waarderen In boerderijen en in
huis: 90% woont en werkt op dezelfde locatie. Overige dienstverlening 9,2%
het landelijk gebied is de waardering iets hoger. hoger.
Gezondheids- en welzijnszorg
een rapportcijfer 7,7. In boerderijen en in het landelijk gebied is de waardering iets Waardering vestigingslocatie
9,2%
Advisering, onderzoek, spec. zak. dienstverl.
15,8%
Groot- en detailhandel
0%
5%
10%
15%
7,7
Gemiddeld
16,3%
Bouwnijverheid 16,3% 1.6 Bedrijfshuisvesting: tevreden met wonen+werken
n
le
Bedrijfshuisvesting in cijfers
Verdeling ZZP-ers (ex. landbouw) naar bedrijfstak Borger-Odoorn 2010
n
.
1.6 Bedrijfshuisvesting: tevreden met wonen+werken
Dit is inbouwnijverheid, de volgende de grafiek aangegeven. detailhandel en de zakelijke dienstverlening. Dit is in de volgende
20%
Met meer dan een verdubbeling heeft het aantal ZZP-ers in de gezondheids- en welBedrijfshuisvesting cijfers zijnszorg de grootsteingroei doorgemaakt. Daarnaast zijn ook de ZZP-ers in de bouwnijverheid flinkverdubbeling in aantal toegenomen, in de industrie (hierbij bijvoorMet meer dan een heeft net hetalsaantal ZZP-ers in demoet gezond gedacht 93% zit niet op bedrijventerrein beeld worden aaneen ambachtslieden zoals meubelmakers). Ook in de sectoren heids- en grootste groei doorgemaakt. Daarnaast zijn aan sport enTevredenheid recreatie ende advisering zien wecijfer veel ZZP-ers. ZZP-ers werken meestal welzijnszorg met locatie: 7,7 huis: 90% woont en werkt op dezelfde locatie. 78% van de ondernemers woont bij het bedrijf
Boerderij
8,0
Landelijk gebied
8,0
Bebouwde kom
7,6
Bedrijventerrein
7,6
7
- 37 -
7,5
8
8,5
Het merendeel (78%) van de ondernemers woont overigens bij het be’ 24 &
Een klein deel van de bedrijven in Borger-Odoorn (7%) zit op een be-
drijf, soms ook op de bedrijventerreinen. Ze zijn erg tevreden over deze combinatie. Er komen nu al ondernemers speciaal hiervoor naar Bor-
Het merendeel (78%) van de ondernemers woont overigens bij het bedrijf, soms ook op de bedrijventerreinen. Ze zijn erg tevreden over deze combinatie. Er komen nu al ondernemers speciaal hiervoor naar Borger-Odoorn. Een vijfde van de bedrijven komt van buiten de gemeente en is gekomen vanwege de aantrekkelijke mogelijkheid van werken en wonen, de ruimte om uit te breiden en de betaalbare prijzen.
Op het gebied van vestiging in boerderijen doet de gemeente dat al. Ingevolge provinciaal beleid mocht bij herbestemming alleen het hoofdgebouw voor andere functies dan alleen wonen worden gebruikt. Maar dat beleid wordt nu verruimd. Daarop vooruitlopend wordt via maatwerk in Borger-Odoorn vast het volgende mogelijk gemaakt. Op percelen met nog een agrarische bestemming mag naast het hoofdgebouw ook een “losse” schuur als zodanig worden gebruikt. Nieuwbouw van een schuur is onder voorwaarden mogelijk nadat meer oppervlakte aan bestaande schuren wordt gesloopt.
Conclusie: een sterke kant van Borger-Odoorn is de combinatie wonen en werken, in de bebouwde kom en in het buitengebied. De bedrijven zijn tevreden over hun locatie.
Op percelen met al een woonbestemming kan eventueel een functioneel hergebruik toch mogelijk worden gemaakt, indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Welke ontwikkeling is hierin te verwachten? Ondernemers maken al plannen voor betere tijden: 28% van de bedrijven in Borger-Odoorn heeft plannen voor uitbreiding op de huidige locatie, of verhuizing naar een andere plek. Ze hebben doorgaans de voorkeur voor doorgroeien op de huidige plek. Een kwart van de bedrijven heeft het gevoel dat er op termijn onvoldoende geschikte uitbreidings- en vestigingslocaties in Borger-Odoorn aanwezig zijn. Daarbij speelt een rol dat de ontwikkeling van nieuwe terreinen niet wordt toegestaan door de provincie Drenthe, die de bedrijventerreinen wil concentreren in de economische kernzones.
- - -
In uiterlijkheid moet het om een agrarisch hoofdgebouw gaan. De laatste 15 jaar moet er een (agrarisch) bedrijfsmatig gebruik zijn geweest. Parkeren op eigen erf noodzakelijk en er mag geen hinder voor omwonenden ontstaan. Voor dergelijke veranderingen is normaliter een mini-bestemmingsplan nodig. 1.7 Ondernemersklimaat: redelijk tevreden
Anderzijds is er nog ruim 4 hectare beschikbaar en leert de ervaring dat ondernemers hun toekomstige ruimtebehoefte en hun verhuisplannen vaak te optimistisch (en te groot) inschatten. Daarnaast onderschatten ze soms de mogelijkheden voor uitbreidingen op de huidige locatie. En in Borger-Odoorn is er relatief veel mogelijk, vooral in het buitengebied (ruimte in vrijkomende agrarische bedrijven (VAB’s)) en in de lintdorpen (eenvoudig wisselen van woon- naar werkbestemming en omgekeerd). Ten slotte worden er wel degelijk nieuwe locaties ontwikkeld: er wordt namelijk gewerkt aan aanvullende nieuwe bedrijfsmogelijkheden bij de kruispunten van de Mondenweg.
In de bedrijvenenquête is gevraagd naar de sterke punten van het ondernemersklimaat in Borger-Odoorn. In de volgende grafiek staan de meestgenoemde sterke punten weergegeven. Te zien is dat 20% van de bedrijven “veel ruimte” als sterk punt noemt. Positief is dat de medewerking door de gemeente en het goede ondernemersklimaat als sterke punten worden genoemd. Bij verdere analyse blijkt dat de bedrijven grotendeels tevreden zijn over het contact met de gemeente en de wijze en snelheid waarop ze worden geholpen.
Bedrijfshuisvesting is traditioneel een belangrijk onderdeel van het economisch beleid van een gemeente. Bedrijven zijn tevreden over de huidige mogelijkheden, maar weten niet zeker of die in de toekomst voldoende zijn. De gemeente zal de vinger aan de pols moeten houden en kijken naar optimale benutting van de huidige mogelijkheden.
’ 25 &
– ook die van het bedrijfsleven – afgehandeld. Bedrijven kunnen, indien
Sterke punten ondernemersklimaat Ligging/bereikbaarheid
1.8 Sociaal-economische situatie
gewenst, terecht bij de balie voor persoonlijke dienstverlening. Wan-
7%
Sociaal-economische situatie in cijfers neer vragen complex zijn (20%) wordt door KCC de hulp van de back12%
Goede vestigingslocatie
’ Werkloosheid op of iets boven het landelijk gemiddelde
office ingeroepen. Het KCC werkt overigens niet alleen reactief maar is ’ Banengroei (2006-2010) sterker dan landelijk: +5,8% in Borger-Odoorn tegen + 4,7% landelijk
13%
Toer.recreatieve mogelijkheden
’ Arbeidsmarkt niet lokaal maar regionaal: 70% pendelt naar werk buiten de gemeente
ook pro-actief als hetisgaat ’ Inkomen per huishouden € 1.600om lagerde dan Nederlands gemiddelde ’ Relatief weinig hogere inkomens in de gemeente
periodieke bijeenkomsten met de Gemeentelijke Overleg Commissie
15%
Goed ondernemersklimaat Medew erking gemeente
19%
Bedrijven in Borger-Odoorn boden in 2010 bijna 7.400 (LTO) enendeinstellingen ondernemersvereniging OVBO. Tijdens dezebanen. overleggen
Goede w oon- leefomgeving
19%
worden diverse opinwoners het uitvoerende niveau buiten aan de gebracht. werken 70% van dezaken werkende van Borger-Odoorn de orde gemeente-
20%
1.8 Sociaal-economische situatie Veel ruimte
0% 1.8 Sociaal-economische situatie
10%
20%
Toch kan de gemeente nog wel wat zaken verbeteren. Borger-Odoorn scoort in on-
Sociaal-economische situatie in cijfers derzoek van MKB Nederland naar “MKB-vriendelijkheid” (2010) in de middenmoot. Toch kan de gemeente nog wel zaken verbeteren. Borger-Odoorn Bedrijven uit Borger-Odoorn willen datwat de gemeente niet alleen soepeler omgaat met Sociaal-economische situatie in cijfers Werkloosheid op of iets boven het landelijk gemiddelde regels, maar ook intensiever samenwerkt en meer informatie geeft. scoort in onderzoek van MKB Nederland naar “MKB-vriendelijkheid”
De groei in het aantal banen was de afgelopen jaren sterker dan landelijk. Overigens grenzen. Dit geeft aan dat in het economisch beleid samenwerking met buur-
Deze informatie wordt door de gemeente gebruikt om beter te kunnen van(AH), belangStadskanaal is. Aagemeenten en Hunze (SK), Emmen (EM), Coevorden (CV). anticiperen op toekomstige situaties. De reacties van het bedrijfsleven Ook de cijfers(AH), voor Drenthe en Nederland als geheel zijn weergegeven. werkloosheid bedroeg eind 2011 ruim 6%,Emmen waarmee Borger-Odoorn iets boven AaDe en Hunze Stadskanaal (SK), (EM), Coevorden (CV). hetdeze landelijk gemiddelde zat. In de volgende grafiek staat de werkloosheid in Borgerop nieuwe werkwijze zijn positief. Ook de cijfers voor en gemeenten Nederland geheel zijnStadskanaal weergegeven. Odoorn (BO) en in deDrenthe omliggende Aa als en Hunze (AH), (SK), Emmen (EM), Coevorden (CV). Ook de cijfers voor Drenthe en Nederland als geheel Niet-werkende werkzoekenden (NWW als % van zijn weergegeven. beroepsbevolking nov. 2011 Niet-werkende werkzoekenden (NWW als % van beroepsbevolking nov. 2011
Banengroei (2006-2010) sterker dan landelijk: +5,8% in Borger-
deze Werkloosheid op of de ietsgemeente boven het landelijk gemiddelde Aan zaken werkt al een tijd intensief. Zo is er een dere(2010) inlaatste de middenmoot. Bedrijven uit Borger-Odoorn willen dat de
guleringOdoorn met betrekking een aantal vergunningen ingezet. En in het kader van tegen +tot 4,7% landelijk Banengroei (2006-2010) sterker dan landelijk: +5,8% in Borger Arbeidsmarkt niet lokaalDaar maar regionaal: naar werk buiKlantenContactCentrum worden ca. 80%70% van pendelt alle vragen - ook die van Odoorn tegen + (KCC). 4,7% landelijk samenwerkt en meer informatie geeft. het bedrijfsleven - afgehandeld. Bedrijven kunnen, indien gewenst, terecht bij de balie ten de gemeente persoonlijke Arbeidsmarkt niet lokaalWanneer maar regionaal: 70% pendelt naar werk buivoor dienstverlening. vragen complex zijn (20%) wordt door Inkomen per huishouden is € 1.600 lager dan Nederlands gemiddelKCC deten hulp de backoffice ingeroepen. Het KCC werkt overigens niet alleen devan gemeente reactief maar is ook proactief als het gaat om de periodieke bijeenkomsten met de Aan deze de laatste zaken werkt de gemeente al een tijd intensief. Zo is er Inkomen per huishouden is € 1.600 dan NederlandsOVBO. gemiddelGemeentelijke Overleg Commissie (LTO) en de lager ondernemersvereniging Tijdens deze overleggen worden diverse zaken het uitvoerende niveau aaningezet. de orde deregulering Relatief weinig hogere inkomens inop deaantal gemeente een met betrekking tot een vergunningen de gebracht. Deze informatie wordt door de gemeente gebruikt om beter te kunnen En kader van hogere hetsituaties. streven dienstverlening werk anticiperen op toekomstige Denaar reacties vanoptimale het bedrijfsleven op deze nieuwe in het Relatief weinig inkomens ineen de gemeente werkwijze zijn positief.
het streven naar optimale dienstverlening werk de regels, gemeentemaar sinds 2009 het gemeente nieteen alleen soepeler omgaat met ook met intensiever
de gemeente sinds 2009 het KlantenContactCentrum (KCC). Daar Bedrijven en instellingen in met Borger-Odoorn boden in 2010 bijna 7.400
11,1%
12% 10% 12% 8% 10% 6% 8% 4% 6% 2% 4% 0% 2%
9,6% 11,1% 9,6%
6,3% 6,3%
4,4%
6,5%
6,6%
6,5%
6,6%
5,9% 5,9%
4,4%
BO AH SK EM CV DR NL 0% Zichtbaar is dat Borger-Odoorn het in regionaal perspectief goed doet. BO AH SK EM CV DR NL
worden 80% alle banen. Deca. groei in van het aantal banen was deboden afgelopen jaren sterker dan’ 27 & Zichtbaar is dat Borger-Odoorn het in regionaal perspectief goed doet. Bedrijven en instellingen in vragen Borger-Odoorn in 2010 bijna 7.400 landelijk. werken vanwas de werkende inwoners van Borbanen. DeOverigens groei in het aantal70% banen de afgelopen jaren sterker dan
is dat Borger-Odoorn het in regionaal perspectief goed doet. - 41Zichtbaar -
Vervolgens kijken we hoe Borger-Odoorn het doet bij een aantal andere sociaaleconomische thema’s. Hieruit komen een aantal zwakkere punten naar voren: - de demografische ontwikkeling: krimpende en vergrijzende bevolking; - een het beroep op een WAO/WIA-uitkering is relatief 25% hoger dan in Nederland gemiddeld. Het gaat hierbij om een “erfenis” uit het verleden toen in Zuidoost Drenthe veel mensen “afvloeiden” naar de WAO. Deze mensen hebben nog een wat hogere uitkering dan nu gebruikelijk is. Er is weinig nieuwe instroom in deze regelingen, zodat op termijn dit aantal weer omlaag zal gaan; - de inkomens. De koopkracht per huishouden ligt 1.600 euro per jaar onder het landelijk gemiddelde. In totaal “mist” Borger- Odoorn daarmee ruim 17 miljoen euro koopkracht per jaar. In de volgende tabel wordt dit toegelicht. ’ Besteedbaar inkomen per huishouden Type huishouden
Borger-Odoorn € 35.700
€ 37.400
Zelfstandigen
€ 44.700
€ 50.200
Uitkeringsgerechtigden + gepensioneerden
€ 24.000
€ 23.600
€ 32.700
€ 34.300
Inkomens ‘tekort’ van Borger-Odoorn
1.9 Netwerken Netwerken zijn belangrijk voor de economische ontwikkeling. In de gemeente is een aantal ondernemersnetwerken te noemen. Overkoepelend is er de OVBO: de Ondernemersvereniging Borger-Odoorn, die gevormd wordt door de lokale ondernemersverenigingen. De landbouwsector is georganiseerd in de LTO. Er is een groeiende samenwerking tussen de LTO en de OVBO. Daarnaast noemen we het Toeristisch Platform Borger-Odoorn en de Stichting Bestemming Borger-Odoorn (SBBO).
- € 1.600
- per huishouden - alle huishoudens samen
Gemeenten krijgen meer vrijheid om mensen te laten instromen op de arbeidsmarkt via reintegratie. Hiervoor krijgen ze één participatiebudget. Voorop staat dat mensen eerst zelf verantwoordelijk zijn om werk te vinden.
Nederland
Werknemers
Gemiddeld huishouden
De Wet werken naar vermogen. Om mensen meer te stimuleren zo veel mogelijk te werken en om de bestaande regelingen te vereenvoudigen, wordt er naar gestreefd om in 2013 de Wet werken naar vermogen in te voeren. Deze wet vervangt een aantal wetten (bijvoorbeeld Wet werk en bijstand) geheel en een aantal gedeeltelijk. In het kort zal de nieuwe wet op het volgende neerkomen: - wie kan werken, wordt geacht zo veel mogelijk in zijn eigen onderhoud te voorzien; - een ieder die kan werken valt onder de regels die gelden in de bijstand; - werkgevers krijgen ondersteuning om makkelijker mensen met een arbeidsbeperking aan te kunnen nemen.
- € 17,4 mln
Land en tuinbouworganisatie LTO Noord, afdeling Borger-Odoorn
Uit de achterliggende cijfers blijkt dat de inkomsten uit uitkeringen gemiddeld hoger zijn dan landelijk, maar de pensioenen wat lager. Al met al is het gemiddeld inkomen per huishouden in Borger-Odoorn € 32.700, tegen € 34.300 landelijk. Oftewel: de inkomens per huishouden liggen € 1.600 per jaar lager. In Borger-Odoorn zijn er in totaal 10.896 huishoudens (bron CBS), waarmee het totale koopkrachtverschil 17,4 miljoen euro is. Als de inwoners van Borger-Odoorn een even hoog inkomen hadden als in Nederland gemiddeld, zouden ze samen ieder jaar ruim € 17,4 miljoen meer te besteden hebben.
Aan de kant van de landbouw geldt dat de organisatiegraad zeer hoog is en dat het overgrote deel van de landbouwbedrijven lid is van LTO. Een onderdeel van de LTOafdeling is de Gemeentelijke Overlegcommissie (GOC), een commissie die namens de landbouwsector overleg voert met de gemeente. Ondernemersvereniging Borger-Odoorn (OVBO)
Deze vereniging heeft de gehele gemeente als werkgebied. De OVBO en de daarbij behorende verenigingen hebben circa 200 leden. Het bestuur bestaat uit de voorzitters van de lokale ondernemersverenigingen, te weten Borger (Ondernemersvereniging Borger e.o.); 1e en 2e Exloërmond (Ondernemersvereniging Exloërmonden); Exloo (Ondernemersvereniging Exloo); Odoorn (Ondernemersvereniging Odoorn e.o.);
3. Bron: CBS, gemeenten op Maat, 2010. Cijfers hebben betrekking op 2009.
Dit zijn op het moment van schrijven de meest recente beschikbare cijfers.
’ 28 &
Nieuw-Buinen (Ondernemersvereniging Buinermond); Valthermond (Ondernemersvereniging Valthermond).
Ook de lokale ondernemers- en sociale netwerken in de gemeente zijn sterk. Zo heeft een aantal ondernemers het initiatief genomen voor de realisatie van winkelcentrum in Nieuw-Buinen. En er zijn, mede met inzet van de lokale bevolking, diverse Multifunctionele Accommodaties verrezen, die als ontmoetingsplaats dienst doen en zo de bestaande netwerken versterken.
Toeristisch Platform Borger-Odoorn (TPBO)
Het Toeristisch Platform Borger-Odoorn is een klankbordgroep waarin de gemeente op directe wijze met vertegenwoordigers van alle geledingen van het lokale toeristische bedrijfsleven in contact treedt. Tijdens de bijeenkomsten worden diverse actuele onderwerpen (Cittaslow, Geopark en andere lopende activiteiten/evenementen) besproken. De Stichting Bestemming Borger-Odoorn doet hierin tevens verslag van haar activiteiten.
Als illustratie van de resultaten van de geenoemde netwerken is het volgende artikel opgenomen, over de realisering van het winkelcentrum in Nieuw-Buinen. Ondernemers uit Nieuw-Buinen ontwerpen eigen winkelcentrum
De Stichting Bestemming Borger-Odoorn (SBBO)
NIEUW-BUINEN, 21 september 2011
Sinds 2010 is SBBO actief. Een onafhankelijke stichting waarin de gemeente en de toeristische sector samenwerken. Ruim 50 lokale toeristisch-recreatieve ondernemingen zijn inmiddels bij de stichting aangesloten. Door de verschillende R&T-ondernemingen met elkaar in contact te brengen kunnen zij elkaars ondernemingen leren kennen en mogelijk samen arrangementen ontwikkelen en hun gasten zo goed mogelijk doorverwijzen. Bestemming Borger-Odoorn wil dit bereiken door te bemiddelen, projecten te coördineren en ondersteuning te bieden aan de ondernemingen. Belangrijk zijn de periodieke thematische netwerkbijeenkomsten. De stichting werkt sinds kort nauw samen met de Stichting Hunzevallei die zich bezighoudt met de promotie van het gebied de Hunzevallei. - - - -
Een groep ondernemers uit Nieuw-Buinen heeft in samenwerking met de gemeente Borger-Odoorn en winkeliers een plan voor een nieuw winkelcentrum ontwikkeld, met appartementen erboven. Het winkelcentrum, dat plek biedt aan tien winkels en dertien appartementen, moet naast de zogenoemde multifunctionele accommodatie komen. De bouw kost naar schatting 3,1 miljoen euro. Het plan wordt woensdag 21 september van 17.00 tot 21.00 uur gepresenteerd tijdens een inloopbijeenkomst in De Noorderbreedte in Nieuw-Buinen. Bron: DvhN
Het overleg van de gemeente met de ondernemersnetwerken is als volgt: Een aantal keren per jaar is er bestuurlijk overleg met de OVBO, met de Gemeentelijke Overlegcommissies (GOC) van de LTO en met het Toeristisch Platform Borger-Odoorn (TPBO); daarnaast is er uitvoerende afstemming van de genoemde sectoren met het Klantcontactcentrum (KCC) van de gemeente. Hierin gaat het om praktische vragen, procedures en dergelijke; daarnaast zijn er zeer regelmatig individuele bedrijfsbezoeken, zowel op ambtelijk niveau als op bestuurlijk niveau; tenslotte zijn er regelmatig contacten in het kader van beurzen, bijeenkomsten, openingen en dergelijke, waaronder ook netwerkbijeenkomsten die door de OVBO zijn georganiseerd.
’ 29 &
Er is ook druk op de sector, onder andere door veranderingen in het Europese landbouwbeleid en nog meer invloed van de wereldmarkt. In aansluiting op de trends die later aan de orde komen, worden de antwoorden in Nederland in verschillende richtingen gezocht: - schaalvergroting; - verbreding (zorg, toerisme, energie, detailhandel); - specialisatie (telen of kweken volgens nauwgezette specificaties, van biologische en van alternatieve gewassen (gericht op de eerder genoemde Biobased Economy).
Hoofdstuk 2 ’ Ontwikkelingen en trends 2.1 Inleiding De economie van de gemeente Borger-Odoorn wordt sterk beïnvloed door factoren van buiten. In dit hoofdstuk behandelen we enkele belangrijke ontwikkelingen. Het gaat om thematische trends en om macro-economische ontwikkelingen. De trends zijn afgeleid uit literatuurstudie, uit interactieve bijeenkomsten met ondernemers en uit individuele gesprekken met ondernemers en andere deskundigen.
Ondernemers zien in Borger-Odoorn een goede toekomst voor de landbouw, gezien de wereldwijd stijgende vraag, zowel kwantitatief als kwalitatief. Over windenergie wordt heel verschillend gedacht door ondernemers. Ze zien de positieve kanten van schone energie en inkomsten en de negatieve kanten van horizonvervuiling en wellicht schaduw en geluid. Maar over zonne-energie, vergisting, energiegewassen en zelfs waterkracht (gebruikmakend van het verval van de Hondsrug naar de Hunze) zijn ze erg positief.
2.2 Landbouw blijft innoveren De landbouwsector in Borger-Odoorn is sterk. De Nederlandse landbouw is de tweede exporteur ter wereld en dankt die positie aan goede samenwerking in het cluster De landbouwsector in Borger-Odoorn is onderdeel van dit cluster. Interessant is dat er binnen de gemeentegrenzen, in Valthermond, het Kenniscentrum Agro NoordoostNederland (KANON) is gevestigd, een centrum dat zich richt op versterking van de concurrentiekracht en ondernemerschap, bioenergie (onder andere alternatieve gewassen voor bioraffinage en bioenergie) en water (beheer van kwaliteit en kwantiteit). Ook Avebe en daaraan gerelateerde bedrijven spelen een belangrijke rol in het landbouwcluster.
Gevolgen voor Borger-Odoorn: de sector is sterk, goed georganiseerd en actief. Men heeft vooral ruimte nodig om te kunnen blijven vernieuwen. Verdere winst (uitwisseling van ideeën, samen zaken ontwikkelen) kan wellicht worden behaald door meer samenwerking met niet-agrarische bedrijven. LTO en OVBO werken hier dan ook aan. 2.3 Toerist is kritisch en vraagt beleving
In dit verband is de opkomst van de zogenaamde Biobased Economy (BBE), waaraan de provincie Drenthe een belangrijke bijdrage wil leveren, van groot belang. BBE is gericht op de gehele productieketen en begint dus bij de productie van biomassa en eindigt bij de verwerking tot half- en eindfabricaat. Voor de regio ZO-Drenthe, met de aanwezigheid van een sterke agrosector in combinatie met industriële verwerkers (Emmen), biedt deze ontwikkeling volop kansen.
Wereldwijd is toerisme en recreatie de belangrijkste groeisector. Ook in Nederland is er sprake van een gestage groei. Sommige zaken blijven gelijk (verwacht wordt dat wandelen en fietsen de populairste buitenactiviteiten blijven), andere zaken veranderen. Zo is de consument kritischer en veeleisender geworden en vraagt hij vaker naar diversiteit, kwaliteit en maatwerk. Met daarbij grote onderlinge verschillen: sommigen willen meer comfort en luxe, anderen juist meer eenvoud.
4. Bestaand uit onderwijs (van vmbo-groen tot aan de Universiteit Wageningen), onderzoeksinstellingen, de sterke brancheorganisatie LTO, de verwerkende industrie en gespecialiseerde dienstverleners als banken, verzekeraars en transportbedrijven.
’ 31 &
Een andere trend is dat klanten veel willen betalen voor een belevenis en steeds minder voor een “kaal” product of dienst. Ze willen, ietwat gechargeerd gesteld, wel geld uitgeven aan een popconcert, maar niet aan een CD. Ondernemers herkennen het groeiende belang van de factor beleving in het toerisme (maar ook in andere sectoren)
en spelen daar op in. Zo was het Boomkroonpad een voorbeeld van beleving. Ook het Hunebedcentrum speelt hierop in. Het Geopark probeert nu voor de Hondsrug als geheel de beleving te vergroten.
De ondernemers in Borger-Odoorn zien deze trends ook. Klanten willen, zo zeggen ze, meer bewust leven, positief onthaasten in Borger-Odoorn en willen vaker streekeigen-producten. Ook vragen ze om bedrijven die maatschappelijk verantwoord ondernemen. Voor Borger-Odoorn liggen er duidelijke kansen om het eigen, unieke toeristische product te verkopen. Het Cittaslow-label kan hierbij helpen, de Cittaslow-werkgroep is al actief op dit gebied.
In Borger-Odoorn is de laatste jaren dus goed ingespeeld op deze veranderende marktbehoeften. Er is geïnvesteerd in kwaliteit en in beleving en er zijn aanzienlijke groeicijfers gerealiseerd. Toch zouden bedrijven met meer samenwerking (ook met andere sectoren) en het bieden van arrangementen op maat de klant een nog betere beleving en kwaliteit kunnen bieden. Een eenvormig aanbod van “rust en ruimte” is onvoldoende. Al met al dient de sector niet alleen te investeren in de “hardware” van haar producten, maar zeker ook in de dienstverlening. Dat geldt zeker voor de deelsectoren (zoals de kampeersector) die te maken hebben met teruglopende rendementen. Hier is vernieuwing nodig om het tij te keren.
2.5 Aandacht voor gezondheid Ondernemers in Borger-Odoorn zien kansen op het gebied van de gezondheidszorg en wellness. Er is een groeiende wens om gezond te zijn en te blijven en er komen steeds meer ouderen, met een zorgvraag en vaak ook budget. De ondernemers zouden graag de haalbaarheid van nieuwe zorgconcepten en wellness-diensten onderzocht willen zien. Hierbij moet dan ook rekening worden gehouden met de bezuinigingen op de zorg, die er anderzijds ook zijn. Er is dus een gemengd beeld: de vraag neemt toe, maar er is ook de wens om te bezuinigen. Dat betekent dat er kansen zijn voor producten en diensten die particulier gefinancierd zijn en/of goedkoper zijn voor de verzekeraars. De zorgsector is al sterk groeiend.
2.4 Vraag naar lokale producten Deels als tegentrend tegen de internationalisering is er een toenemende waardering voor locale, oorspronkelijke, kleinschalige, ambachtelijke producten en diensten. Daarom is Borger-Odoorn aangehaakt bij het Cittaslow-netwerk, een wereldwijd netwerk op het gebied van leefomgeving, landschap, streekproducten, gastvrijheid, milieu, infrastructuur, cultuurhistorie en behoud van identiteit. Een Cittaslow-gemeente is een plaats waar “mensen nieuwsgierig zijn naar vroeger, met een ongerept landschap en innemende ambachtslieden, met authentieke producten, smaak en gezondheid5 . Borger-Odoorn is één van de vier Nederlandse Cittaslow gemeenten en één van de ruim 140 wereldwijd.
2.6 Vraag naar kwaliteit en maatwerk Klanten willen meer en meer maatwerk: onderdelen op maat, een verzekering op maat, kleding met persoonlijke accenten, een nieuwbouwwoning met een indeling die ze zelf bepalen. Meestal gaat het om semi-maatwerk: zelf een pakket samenstellen uit standaardmodules, zodat het nauwelijks duurder is dan een massaproduct.
Uit gegevens van het LEI (Taskforce Multifunctionele Landbouw) blijkt dat de omzet van streekproducten toeneemt. Ook de voedings- en horecasector verwachten een sterke stijging van de vraag hiernaar. Voor deze producten is de term slow food6 ingevoerd: “lekker, puur en eerlijk eten”. Ook de gezondheid speelt een rol: slow food is eerlijk en gezond en de consument heeft het beeld dat je dat van “standaard” voedsel niet altijd kunt zeggen (of dit nu terecht is of niet).
5. Bron: Manifest
Ondernemers in Borger-Odoorn geven aan dat de steeds hogere eisen van klanten de belangrijkste trend van de komende jaren is. Ze stellen dat bedrijven daarom moeten werken aan kwaliteitsverbetering en dat bijscholing van personeel hierin noodzakelijk is. Enkele citaten: “het volgen van bijscholingen en trainingen zal moeten toenemen” en “de lat ligt steeds hoger”. Organisaties (ook de gemeenten) dienen dus op een flexibele manier te produceren en klantgericht te werk te gaan. In het verlengde daarvan zal er doorlopend aandacht moeten blijven voor bijscholing en vernieuwing.
6. zie slowfood.com en slowfood.nl
’ 32 &
2.7 Internationalisering
Ook in het toerisme is deze trend goed te zien. Boekingen komen binnen via het internet, klanten letten scherp op de prijs en boeken pas laat.
Een andere lange termijnontwikkeling is de internationalisering. Bedrijven uit BorgerOdoorn concurreren met bedrijven uit Europa en Azië, maar leveren ook aan klanten in die gebieden. En op de arbeidsmarkt concurreren Duitse en Poolse klussers met Nederlanders. De internationalisering is dus zowel bedreiging als kans. Dat geldt zeker voor de bedrijfstakken die in Borger-Odoorn belangrijk zijn. De landbouw concurreert op de wereldmarkt, het toerisme heeft door goedkope luchtvaart ook te maken met concurrenten in bijvoorbeeld Turkije en de bouw heeft de Duitse bouwers als concurrenten zien komen.
Omgekeerd biedt het internet ook kansen voor bedrijven op het platteland die nu een landelijke klantenkring kunnen aanboren. Een bedrijf uit Borger-Odoorn is bijvoorbeeld KPG Shipping uit Nieuw-Buinen, dat bemiddelt tussen zeeschepen en ladingen vracht en op deze manier een internationale klantenkring bedient. Om redenen van het belang van internet gaan we nadrukkelijk kijken naar nut en noodzaak van een glasvezelnetwerk voor snel internet. Verwant aan de opkomst van het internet is de herwaardering voor de zogenoemde cottage industries. Met dit begrip werd vroeger de ‘plattelandsnijverheid’ aangeduid (kleine, ambachtelijke bedrijven die werken in een cottage, een schuur), maar tegenwoordig zit in die schuur vaak een goed opgeleide zakelijke dienstverlener. Te denken is aan vertalers, coaches, webdesigners, financieel planners en dergelijke. Ze onderhouden contact met klanten en doen hun acquisitie deels via het internet.
In zijn algemeenheid geldt dat Nederlandse bedrijven het moeten hebben van kwaliteit, innovatie, maatwerk en efficiency. Diverse bedrijven uit de gemeente zijn hier succesvol mee, onder andere Queens Grass. Het bedrijf levert graszoden aan klanten in geheel Europa. Er is in Nederland en ook in Drenthe veel kennis en advies beschikbaar om bedrijven daarbij te helpen, bijvoorbeeld van branche-organisaties en kennisinstellingen. Het is dus zaak dat de Borger-Odoornse bedrijven goed aanhaken bij de vele initiatieven op het terrein van kwaliteit en innovatie. Het is overigens belangrijk dat deze trend tijdens de bijeenkomsten door het lokale bedrijfsleven nadrukkelijk werd onderkend.
Er is hierin groei te verwachten: de economie ontwikkelt zich steeds verder in de richting van kleine, flexibele bedrijven; de dienstensector groeit nog steeds en steeds meer zaken kunnen via het internet worden afgehandeld. Borger-Odoorn kan een deel van deze groei naar zich toetrekken met een goed aanbod aan woon-werkmogelijkheden.
2.8 Internet en cottage industries
De huidige ondernemers in Borger-Odoorn zien zowel de kansen als de bedreigingen van het internet: - “internet is een bedreiging voor lokale ondernemers maar ook een kans: je kunt verder van je werk wonen” - “bedreiging als we te weinig anticiperen op nieuwe ontwikkelingen” - “kans: wereld aan je voeten, nieuwe netwerken, maar zorg wel voor voldoende woon-werk mogelijkheden!”
Het internet blijft de markt doorzichtiger maken. Nieuwe bedrijven krijgen kansen, terwijl gevestigde bedrijven te lijden hebben onder forse concurrentie van nieuwe aanbieders. Overal zijn de trends: prijsdruk en kritische klanten. Illustratie: internet en de detailhandel In 2010 had de ‘klassieke’ non-food detailhandel een omzetdaling van 1,5%, terwijl de webwinkels met 15% groeiden. Voor de komende jaren wordt hetzelfde voorspeld: teruggang bij gewone winkels en groei van 10% of meer bij webwinkels (bronnen: CSB; Blauwresearch; Thuiswinkel.org). Er zijn twee succesvolle antwoorden van de klassieke detailhandel: ofwel schaalvergroting (zoals Mediamarkt), ofwel specialisatie. Overigens werken succesvolle specialisten vaak met een combinatie van winkel en internet.
Voor Borger-Odoorn houden deze trends dus bedreigingen in, maar ook kansen voor bedrijven om nieuwe markten aan te boren. Er is ruimte voor nieuwe bedrijven die via het internet een landelijke of internationale klantenkring bedienen, mits de bedrijven een goede kwaliteit en service bieden en/of gespecialiseerd zijn. Goede woonwerkmogelijkheden zijn essentieel. ’ 33 &
steden als Groningen en Zwolle geen geschikt werk meer in BorgerOdoorn. Ze keren dan dus na hun studie niet meer terug naar de gemeente.
ram
Er
Po
bin 2.9 Bevolkingskrimp en bedrijfsconcentratie
De bedrijven en instellingen doen dat om een aantal redenen. Banken en verzekeraars willen de kosten terug te dringen, en zien bovendien dat klanten steeds meer via het internet contact zoeken. En in de detailhandel stellen klanten steeds hogere eisen stellen en willen een zeer uitgebreide keuze. Klanten laten dan (voor de grote boodschappen) de kleine dorpswinkel links liggen en gaan naar de grote zaken in de steden. Dit soort concentraties heeft op zijn beurt invloed op de bevolkingskrimp. Als de werkgelegenheid zich steeds meer in de steden concentreert, zien jongeren uit BorgerOdoorn die zijn gaan studeren in steden als Groningen en Zwolle geen geschikt werk meer in Borger-Odoorn. Ze keren dan dus na hun studie niet meer terug naar de gemeente.
Borger-Odoorn is een vergrijzende gemeente. Ook wordt er een afname van de bevolking verwacht: in 2020 zullen er 5% minder mensen in de gemeente wonen. Het aandeel “mogelijk werkenden” (15-64 jaar) neemt zelfs met 12% af. En de krimp zal tot 2040 doorzetten, verwachten deskundigen (Compaenen, 2010). Deze afname pakt per dorp verschillend uit: van een sterke afname tot een meer stabiele ontwikkeling. Dit onderwerp krijgt politiek, zowel gemeentelijk als provinciaal, al veel aandacht, omdat krimp grote gevolgen voor de leefbaarheid kan hebben, zeker op het moment dat er een negatieve spiraal ingezet wordt, waarbij krimp de aantrekkingskracht vermindert en zo tot verdere krimp leidt. Denkbare gevolgen zijn sociaal (vermindering van voorzieningenniveau, sluiting van scholen en winkels, wegvallen van buslijnen), economisch (minder klanten, minder werknemers) en financieel (waardevermindering van huizen en andere panden). Om deze redenen worden er studies gedaan om preciezere voorspellingen te kunnen doen, en worden er projecten gestart om de negatieve kanten van de krimp op te vangen. Het op peil houden van het voorzieningenniveau is hierbij een belangrijk onderdeel, dit gebeurt onder andere door de ontwikkeling van Multifunctionele Accommodaties (MFA’s).
2.10 Economische ontwikkelingen
2.10 Economische ontwikkelingen De economie zit al een aantal jaren in een laagconjunctuur, zoals de De economiegrafiek zit al eenlaat aantal jarenWe in een laagconjunctuur, de volgende grafiek volgende zien. zitten weer volopzoals in een recessie. laat zien. We zitten weer volop in een recessie.
Een ander onderdeel is het aantrekkelijk houden van de arbeidsmarkt voor jongeren. In dit project werken de gemeente, ondernemers en STAMM samen. Andere actieve partijen zijn de woningcorporaties en banken, die belang hebben bij een beheerste teruggang, waarbij de waarde van woningen en de aantrekkelijkheid van buurten en dorpen zo veel mogelijk op peil blijven.
3,4 2,2
3,9
2
2003
he
he
ge
lijk
-d
lei
-e
bu
2.
On 1,8
1,7
Na
1,5
0 ,3
De ondernemers in Borger-Odoorn zien in de vergrijzing en in de voorspelde krimp echter niet alleen bedreigingen maar ook kansen. Citaten: “consumenten van 50/60plus hebben wel iets te besteden”; “meer ouderen is goed voor het toerisme”. Maar ook: “jongeren vertrekken en gaan buiten de gemeente wonen”; “plattelandswinkels en andere voorzieningen verdwijnen”. Niet alleen bij de bevolking, maar ook bij de bedrijven is sprake van een (relatieve) terugloop. Binnen Noord-Nederland concentreren bedrijven en instellingen zoals banken, verzekeraars, accountants, ziekenhuizen en industriële bedrijven zich namelijk steeds meer in een beperkt aantal plaatsen. De kleinere lokale vestigingen worden daarbij gesloten. Op landsdeelniveau zien we een concentratie in steden als Groningen en Zwolle.
ve
die -0 ,5
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
- 54 -
-3,5
Economische groei in procenten, 2003-2012
7. Bronnen: 2003-2010 CBS, conjunctuurbeeld); 2011 en 2012 CPB/MEV (2012 is een raming)
’ 34 &
Er moet rekening gehouden worden met een stagnerende marktvraag. Positief is evenwel dat laagconjunctuur in de regel gunstig is voor het binnenlands toerisme en dat in dat opzicht er een positieve invloed is te verwachten op de lokale sector. Door de economische crisis moeten het Rijk, de provincies en gemeenten bezuinigen. Drenthe heeft daarbij het nadeel dat het een sterk overheidsafhankelijke provincie is. Ook de gemeente Borger-Odoorn heeft een bezuinigingstaak en wel van jaarlijks een miljoen euro tot 2015. De gevolgen voor Borger-Odoorn: - de overheid moet een stap terugdoen en heeft minder geld voor beleid; - er wordt meer beroep gedaan op zelfredzaamheid van bedrijven en burgers 2.11 Netwerkvorming Ondernemen was altijd al: netwerken. Maar dat belang neemt toe. Naast de traditionele netwerken zijn er nu ook de virtuele netwerken, die veel groter zijn dan alleen lokaal: netwerken als LinkedIn en Facebook spelen een steeds grotere rol bij het leggen en onderhouden van contacten. Onderzoek van het economisch bureau van de ING Bank (2010) laat het volgende zien: MKB-ers zien omzet stijgen door netwerken ’ Online netwerken gebeurt door 71% van de ondernemers; regulier netwerken door 66% van de ondernemers. Meeste ondernemers doen beide. ’ Online = Linked-In, Facebook en dergelijke. Kost 2 uur per week, maar nauwelijks geld (circa € 100 per jaar). Slechts een klein deel doet dit planmatig en gericht. ’ Regulier netwerken = brancheverenigingen, congressen, workshops, seminars. Kost gemiddeld ook 2 uur per week en € 900 per jaar. ’ Opbrengst: 40% meldt omzetverhoging, met naar schatting gemiddeld 9% van de jaaromzet.
Met andere woorden: het netwerken van vroeger blijft belangrijk, maar wordt nu deels vervangen door online-netwerken. Zowel de oude als de nieuwe vormen van netwerken zijn noodzakelijk voor ondernemers. Dat geldt ook (misschien wel juist) in tijden van economische tegenwind. ’ 35 &
Hoofdstuk 3 ’ SWOT-analyse 3.1 Sterktes Onze SWOT8-analyse begint met de sterkte kanten van de economie van Borger-Odoorn.
’
Cittaslow. De gemeente Borger-Odoorn beschikt over het Cittaslow-label. Dat is een internationaal keurmerk voor gemeenten die tot de top behoren op het gebied van leefomgeving, landschap, streekproducten, gastvrijheid, milieu, infrastructuur, cultuurhistorie en behoud van identiteit. In Nederland zijn er slechts vier Cittaslow-gemeenten. Met deze erkenning kunnen bedrijven nog beter inspelen op de groeiende vraag (zie kansen) naar authentieke producten en diensten.
’
Het landschap van Borger-Odoorn is uniek, met de Hondsrug, de hunebedden, de Hunze, het veen, het bos en de heide. Het landschap en de cultuurhistorie zijn aantrekkelijk voor toeristen en bewoners. Andere regio’s kunnen dit landschap niet imiteren.
’
Sterke landbouw. De landbouwsector is innovatief, grootschalig en bovengemiddeld rendabel. Veel bedrijven hebben uitbreidingsplannen.
Sterke punten per sector
’
Sterke toeristische sector. De sector is sterk gegroeid en is een belangrijk onderdeel van de lokale economie. Bovendien zorgt deze toeristische positie dat BorgerOdoorn “gezien wordt”: onder de vakantiegasten bevinden zich potentiële inwoners, ondernemers, afnemers, samenwerkingspartners en leveranciers. Dit is een groot verschil met niet-toeristische regio’s, wat kansen biedt voor het aantrekken van nieuwe inwoners en bedrijven en het uitbouwen van bestaande bedrijven.
- - - -
’
Aantrekkelijke woon-werkmogelijkheden. De combinatie van het landschap, de ruimte, het aantrekkelijk geprijsde woningaanbod en een actief VAB-beleid (vrijstaande agrarische bebouwing) is sterk. Met VAB-beleid doelen we op de mogelijkheid voor niet-agrarische bedrijven om zich te vestigen in voormalige boerderijen. Voor een deel van de ondernemers is dit een aantrekkelijke woon-werk oplossing.
’
Landbouw grootschalige structuur, goede bodem. relatief hoge inkomens. ondernemerschap, innovativiteit. Organisatiegraad en netwerkvorming (vooral binnen de sector en rond bepaalde thema’s, zoals biobased of vergisting).
Toerisme en recreatie - forse banengroei. - belangrijk aandeel in de werkgelegenheid. - Hondsrug, Hunze en hunebedden: uniek landschap en geschiedenis. Midden- en kleinbedrijf - goede woon-werkmogelijkheden voor kleinere bedrijven. - ondernemerschap.
Ondernemerschap en sociale betrokkenheid in de dorpen. Er heerst in de gemeente een ondernemend klimaat: er zijn veel nieuwe bedrijven opgericht en veel bestaande ondernemingen hebben uitbreidingsplannen. Er zijn veel (kleine) bedrijven en de inwoners zijn bereid om zelf de handen uit de mouwen te steken om het dorp verder te helpen. 8. S.W.O.T. = Strengths (sterktes), Weaknesses (zwaktes), Opportunities (kansen), Threats (bedreigingen).
’ 37 &
3.2 Zwaktes ’
Te weinig samenwerking tussen ondernemers onderling, tussen netwerken, tussen bedrijfsleven en overige (kennis)instellingen en tussen sectoren. En er wordt te weinig gebruik gemaakt van elkaars kennis en netwerken. Ook de aanhaking bij kennis van onderwijsinstellingen, branche-organisaties en instellingen als de Kamer van Koophandel of Syntens kan beter. Goed werkende netwerken en een voortdurende instroom van nieuwe kennis zijn belangrijk om te blijven vernieuwen en verbeteren. En dat is nodig, omdat klanten steeds veeleisender worden en de concurrentie in veel markten fel is.
’
Ligging. Borger-Odoorn ligt ver van grote steden, waar je concentraties van afnemers en leveranciers vindt. Voor veel bedrijfstakken is dat een nadeel. We merken op dat dit voor andere bedrijfstakken juist een voordeel kan zijn, zoals voor sommige toeristische bedrijven. Hoewel ook hier geldt dat bijvoorbeeld dagattracties in Drenthe meer hun best moeten doen om klanten te trekken dan vergelijkbare attracties nabij de Randstad.
’
Relatief laag inkomensniveau Doordat de hogere inkomensgroepen ondervertegenwoordigd zijn mist de economie van Borger-Odoorn jaarlijks 17 miljoen euro koopkracht. Achterliggende oorzaken zijn de afstanden tot de grote steden maar ook de relatieve ondervertegenwoordiging van hoogproductieve, hoogwaardige bedrijven en de vergrijzing. Gepensioneerden hebben doorgaans een lager inkomen dan werkenden.
Zwakke punten per sector
’
Grote spreiding. De gemeente heeft geen duidelijke kern. De bedrijven liggen verspreid over de dorpen en in het buitengebied. Dit betekent dat bedrijven minder gemakkelijk met elkaar in contact komen. Voor toeristen betekent het dat er geen duidelijk centrum, geen duidelijke bestemming is.
’
Aantrekkelijkheid centrum Borger. Het centrum van Borger is niet aantrekkelijk en afwisselend genoeg voor toeristen om lang te verblijven. Er zijn relatief weinig gelegenheden om geld uit te geven (terrassen, horeca).
’
Het imago van Borger-Odoorn is relatief zwak en de zichtbaarheid is te gering. Buitenstaanders hebben geen duidelijk beeld bij de gemeente en ook niet bij de regio. De Hondsrug is veel minder bekend dan bijvoorbeeld de Veluwe. In de woorden van de projectleider van project Geopark (zie bij kansen): “Anders dan enkele tientallen jaren geleden bestaat de Hondsrug niet meer in de hoofden van mensen”. Ook blijft onzichtbaar wat de gemeente in huis heeft aan interessante bedrijven, aan kansen en aan woon/werkmogelijkheden. Die geringe zichtbaarheid is ook letterlijk het geval: wie over de N34 rijdt, krijgt geen beeld van wat de gemeente te bieden heeft in de zandgebieden, op het veen en in de overgangszone.
’ 38 &
Landbouw - samenwerking met niet-agrarische sectoren is te weinig ontwikkeld, de sector heeft vooral eigen netwerken. - - - -
Toerisme en recreatie samenwerking/ arrangementvorming/ routeontwikkeling in de sector schiet te kort. de zichtbaarheid is te gering. het ‘merk’ Borger-Odoorn is nog te vaag en zwak. centrum van Borger is te weinig aantrekkelijk.
- - - -
Midden- en kleinbedrijf inkomens in de gemeente liggen beneden landelijk gemiddelde, nadelig voor detailhandel. gebrekkige netwerkvorming binnen de sector. te weinig aanhaking bij bronnen van kennis en innovatie extern. regio is dunbevolkt, relatief weinig klanten (zakelijke en particulier).
3.3 Kansen ’
Groeiende vraag naar voedsel. Wereldwijd groeit de vraag naar voedsel. De landbouwsector in Borger-Odoorn profiteert hier direct of indirect van.
’
Groeiende vraag naar alternatieve energie en opkomst Biobased Economy. De vraag naar duurzame energie stijgt. De landbouw kan daarop inspelen met zonneen windenergie, alternatieve gewassen en vergisting. Ook is er een omslag van materialen op basis van aardolie naar materialen op basis van planten, zoals afbreekbare plastics op basis van zetmeel of suikerbieten. Men spreekt van de Biobased Economy. De sterke landbouw, in combinatie met de chemie in Emmen en de Noord-Nederlandse kennisinstellingen bieden de regio Zuidoost-Drenthe uitstekende kansen om hier op in te spelen.
’
Blijvende vraag naar toerisme en beleving. Het toerisme zal blijven groeien. Consumenten besteden meer geld aan ‘unieke’ ervaringen. Borger-Odoorn heeft met zijn landschap en geschiedenis een uniek aanbod, dat met de Cittaslow-status beter kan worden vermarkt.
’
Vraag naar authenticiteit. Consumenten zoeken producten en diensten die oorspronkelijk en echt zijn. Ambachtelijkheid en historie zijn weer in trek. BorgerOdoorn kan hierop inspelen met de unieke geschiedenis van hunebedden en het landschap, en met bedrijven die degelijke, echte, unieke producten en diensten maken.
’
Groeiende vraag naar (ouderen-)zorg. Door de vergrijzing zal de vraag naar aangepaste zorg en huisvesting toenemen. Dit kan gaan om ouderen uit de gemeente zelf, uit de regio of van verder weg.
’
Internet en footloose-bedrijven. De opkomst van het internet biedt (naast bedreigingen) kansen aan Borger-Odoorn. Het is nu eenvoudiger om een landelijke of internationale markt aan te boren. Een deel van de bedrijven is footloose: ze kunnen zich in principe overal vestigen, zolang ze maar (via het internet) contact kunnen houden met klanten. Dat geldt vooral voor dienstverlenende bedrijven. Voor BorgerOdoorn liggen er kansen om dit type bedrijven te trekken en te huisvesten.
’
Opkomst van ZZP-ers. De economie bestaat steeds minder uit grote bedrijven met life time employment, en steeds meer uit uit kleinere, los samenwerkende bedrijven en zelfstandigen (al dan niet zonder personeel: ZZP-ers). Kleine bedrijven en ZZP-ers kunnen goed vanuit huis werken. Dit biedt kansen voor BorgerOdoorn, met zijn aantrekkelijke woon-werkmilieu.
’
Projecten Geopark en Lofar. Binnen de gemeente worden deze twee projecten uitgevoerd. Het grootste is Geopark De Hondsrug, dat zich richt op het beter vermarkten van de Hondsrug en meer samenhang in het cultuurhistorische en toeristisch aanbod. Een ander groot project is Lofar: astronomische antennes in het veld, via een glasvezelverbinding gekoppeld aan een supercomputer. Beide projecten bieden mogelijkheden aan bedrijven in Borger-Odoorn en bieden kansen op economische spin-off. Er wordt dan ook hard gewerkt om deze spin-off te realiseren.
Kansen per sector
- - -
Landbouw gespecialiseerde teelten in het kader van de Biobased Economy. zonne- en windenergie, energiegewassen. zorg en agrotoerisme.
Toerisme en recreatie - vraag naar oorspronkelijkheid; vraag naar ouderenzorg. Midden- en kleinbedrijf - internet biedt kansen aan handel en dienstverlening (grote markt bedienen vanuit Borger-Odoorn) en voor werken vanuit huis.
’ 39 &
3.4 Bedreigingen ’
’
Negatieve spiraal door krimpende bevolking. Een krimpende bevolking kan leiden tot minder voorzieningen waardoor er weer minder mensen komen te wonen. Dan wordt de gemeente een leeglopend, verarmend gebied.
Bedreigingen per sector
Landbouw - wereldmarkt, Europees landbouwbeleid (afbouw sector-ondersteuning). - ruimteclaims van andere sectoren (in het bijzonder natuur).
Toenemende concentratie van bedrijven. Bedrijven hebben (ondanks de ontwikkelingen rond internet en footloose bedrijven) overwegend de neiging om zich te concentreren in een kleiner aantal plaatsen, veelal de steden9. Deze ontwikkeling is een bedreiging voor Borger-Odoorn omdat het gevaar bestaat dat bedrijven en instellingen hun vestigingen sluiten en het werk onderbrengen in andere delen van het land.
’
Concurrenten in tussenliggende gebieden in Nederland. Voor vele kansen zijn ook elders in Nederland regio’s bezig. Zo werken er veel gebieden aan de ontwikkeling van ouderendiensten en gezondheidstoerisme. Vaak gaat dan het om regio’s die gunstiger liggen ten opzichte van de grote bevolkingscentra.
’
Internationale concurrentie. Andere landen (in Europa en daarbuiten) bieden ook sterke producten, of goedkope arbeid en productiecapaciteit. Dat loopt uiteen van toeristische diensten (denk aan Turkije) tot landbouwproducten, diensten en industriële producten. De bedrijven in Borger-Odoorn kunnen het niet op prijs winnen. Daarom is een voortdurende inspanning tot kwaliteitsverhoging en innovatie nodig.
’
Windmolens. Er zijn plannen voor een windmolenpark op het grondgebied van de gemeente Borger-Odoorn. Dit past in de transitie naar duurzame energie en is rendabele voor landeigenaren en financiers. Om die reden is vooral de landbouwsector positief. Maar vanwege het grootschalige karakter zijn veel inwoners tegen de plannen, net als de toeristische sector. Deze sector vreest dat de molens de toeristische aantrekkingskracht van de gemeente verminderen.
9
Verzekeraars sluiten lokale kantoren en bedienen de klanten nu vanuit enkele landelijke vestigingen; banken concentreren zich in de grotere plaatsen; productiebedrijven brengen hun werk onder in minder vestigingen. En zelfs de overheid schrapt regionale kantoren en concentreert het werk in Den Haag of een kleiner aantal kantoren per landsdeel.
’ 40 &
- -
Toerisme en recreatie windmolens kunnen toeristen afschrikken andere regio’s werken ook hard aan hun toeristisch product, ontwikkelen ook ouderenzorg/ ouderentoerisme.
- - -
Midden- en kleinbedrijf terugloop lokale bevolking. concurrentie vanuit andere regio’s en landen. consumenten winkelen in megawinkels of op internet.
Hoofdstuk 4 ’ Afsluiting In de volgende figuur vatten we alle onderdelen van het economisch beleidsplan samen. Deze onderdelen zijn in de voorgaande hoofdstukken aan de orde geweest. Waar staan we nu?
Wat komt op ons af?
Waar willen we heen?
Hoe komen we bij ons doel?
Wat gaan we dus doen?
Sterktes en zwaktes
Kansen en bedreigingen
Economische doelen
Visie, uitgangspunten, werkwijze
Projecten
Sterk: Uniek landschap/ruimte; sterke landbouwsector; sterke toeristische sector (veel gasten); woon/werkmogelijkheden; ondernemerschap; sociale betrokkenheid in de dorpen; Cittaslow.
Kansen: Vraag naar voedsel; vraag naar alternatieve energie en Biobased Economy; groeiend toerisme; vraag naar authenticiteit; groeiende vraag naar zorg; internet en kansen voor footloose bedrijven en cottage industries; toename ZZP-ers (wonen/werken); projecten Geopark en LOFAR.
Hoofdambitie: een middelgrote, levendige woon- en werkgemeente zijn. Een gemeente die volop profiteert van haar unieke identiteit: ruimte, leefbaarheid, een prachtige (groene) omgeving. Een gemeente waar het voor inwoners, bedrijven en bezoekers goed toeven is.
L1. Plattelandswegen L2. Landbouw en energie/BBE L3. Boeren Nieuw-Buinen L4. Landinrichting
Bedreigingen: demografische ontwikkelingen (--> minder marktvraag, slinkend arbeidspotentieel); toenemende bedrijvenconcentratie; concurrentie op de toeristische- en zorgmarkt vanuit regio’s dichter bij steden; concurrentie prijs/kwaliteit vanuit andere landen.
Economische doelen: - behouden en stimuleren van de werkgelegenheid; - verbeteren van het ondernemersklimaat; - onderhouden van goede relaties met het bedrijfsleven.
- economie draagt bij aan leefbaarheid; - ondernemerschap als startpunt; - blijvende inzet op een goed woon/werkmilieu; - toerisme als drager voor de promotie van Borger-Odoorn; - vernieuwend arbeidsmarktbeleid; - verbinden en vernieuwen; - gericht op landbouw, toerisme en promotie, midden- en kleinbedrijf.
Zwak: te weinig verbindingen tussen ondernemingen en netwerken; ver van grote stedelijke centra; geen duidelijke kern, grote spreiding; te lage aantrekkelijkheid centrum Borger; zwak imago en lage zichtbaarheid; zwakke sociaal-economische structuur.
Werkwijze en rol van de gemeente: - samenwerking met bedrijven; - gemeente faciliteert; - regelmatige actualisering.
Speerpunten: het midden- en klein-
T1. Cittaslow / het merk Borger-Odoorn T2. Geopark en Lofar T3. Centrum Borger T4. SBBO M1. Bedrijfsnetwerken M2. Starters en doorstarters M3. Onderzoek zorgsector M4. Glasvezel M5. Bedrijfshuisvesting/ Bedrijventerreinen O1. Relatiebeheer en informatieverstrekking O2. MKB-vriendelijk inkopen O3. Arbeidsmarkt
bedrijf (MKB); de agrarische sector; de toeristisch-recreatieve sector.
’ 41 &
Bijlagen Bijlage 1 Bedrijventerreinen in Borger-Odoorn Verkocht m2
Kern
Terrein
Uitg
Cat.
Opp. m2
2e Exloërmond
NoorderKijl I
1992
3
23.000
Noorderkijl II
2001
3
36.000
Noorderkijl II - uitbreiding
2011
3
5.422
Industrieterr.
1993
6
90.000
Drentse Poort
1993
4
96.600
Drentse Poort uitbreiding
2009
3
9.888
Valthermond
Hooistukken (part)
2000
4
50.000
Buinen
Buinen (part)
1993
5
46.000
Borger
Marslanden
1993
3
16.000
Nuisveen II
1994
4
32.000
Aan de Strengen
2008
2
25.900
Daalkampen (wonen + werken)
2008
2
10.091
6.709
1.967
1.415
440.901
9.082
5.391
4.275
Nieuw-Buinen
Totaal Bron: opgave gemeente Borger-Odoorn, oktober 2011
’ 42 &
2008
2009
2.373
1.426
2010
2011
Beschikbaar m²
420
5.010 5.422
1.998
7.890
2.860
23.040
420
41.362
Wat verwachten ondernemers van de gemeente? Samengevat: gehoord worden, partnerschap van gemeente en bedrijven. Bedrijven willen graag samen met de gemeente werken aan positieve ontwikkelingen. Ze zijn sterk betrokken bij de gemeente en de regio en willen de kans krijgen om een bijdrage te leveren; ruimte voor ondernemerschap: mogelijkheden, vergunningen en toestemming om activiteiten te ontplooien. En ook fysiek ruimte, dus mogelijkheden voor bedrijfshuisvesting; een beleid met een focus, dat kansrijke ontwikkelingen stimuleert; snellere en duidelijk onderbouwde beslissingen; aandacht voor de economische en werkgelegenheidsgevolgen van gemeentelijk beleid (waarbij het aanbestedingsbeleid vaak genoemd werd).
Bijlage 2 Regionaal Ondernemings Instituut De stichting Regionaal Ondernemings Instituut (het ROI) is opgericht ivm de destijds verslechterende werkgelegenheidssituatie als gevolg van de sluiting van PhilipsStadskanaal. Met als doel (ex-)werknemers te ondersteunen bij het oprichten van een onderneming. Financiële ondersteuning komt van gemeenten, NOM en diverse grote ondernemingen zoals Philips, Essent en de RABO–bank. Het huidige doel is het laagdrempelig bereikbaar maken van professioneel bedrijfsadvies voor die ondernemers die in de regel niet terecht kunnen bij commerciële adviesbureaus. De laagdrempeligheid komt neer op het “kosteloos” aanbieden van een aantal adviesuren. De daaropvolgende uren worden naar draagkracht aangeboden.
Ondernemers noemden de volgende ideeën, die vaak in een uitgewerkte vorm hun weg hebben gevonden naar onze uitvoeringsagenda. Een interessant punt is dat de ondernemers aangeven dat de projecten succesvoller worden als ze worden gedragen door een netwerk. De meeste ondernemers maken (soms actief) deel uit van een of meerdere netwerken. Op de bijeenkomsten kwam de meerwaarde van meer contact tussen ondernemers uit uiteenlopende sectoren duidelijk naar voren. Derhalve is het uitbouwen en verbinden van netwerken als project opgenomen in het beleid.
De dienstverlening is gericht op ondersteuning bij kredietaanvragen, ondernemingsplannen en bedrijfsdoorlichting. De adviestrajecten betreffen vooral startende ondernemers en ondernemers die in zwaar weer zijn terecht gekomen. Het uiteindelijke doel van de ondersteuning is het behouden en creëren van lokale werkgelegenheid. Uitgaande van dit doel neemt Borger-Odoorn deel aan ROI. Tevens wilde de gemeente hiermee haar betrokkenheid tonen met het bedrijfsleven.
Ideeën voor de landbouw ’ ’ ’ ’
Bijlage 3 Bijeenkomsten met ondernemers Uit de avonden voor ondernemers kwam een reeks aan ideeën naar voren. Deze vatten we als volgt samen. De ondernemers vinden het belangrijk om verbonden te zijn met andere ondernemers en met klanten. Ze willen de bestaande netwerken meer met elkaar verbinden en uitbreiden en ze willen aanhaken bij branche-organisaties en kennisinstellingen en ook via het internet meer contacten leggen.
Ruimtelijke ordening (ruimte voor wind/zonne-energie en dergelijke) Plattelands onderhouden Nieuwe teelten stimuleren Cittaslow uitbouwen
Ideeën voor het toerisme ’ ’ ’ ’ ’ ’
’ 43 &
Uitbouwen Geopark en LOFAR Samenwerking tussen toeristische bedrijven bevorderen, kwaliteit verbeteren Inrichting dorpen verbeteren Informatie verstrekken (infopunten, borden, TIP) Wellness als kans Gebiedsmarketing (Cittaslow maar ook breder)
Bijlage 4 Informatie uit gesprekken
Ideeën voor het midden- en kleinbedrijf ’ ’ ’ ’
Met 10 sleutelfiguren zijn individuele gesprekken gevoerd. Dat leverde de volgende aanvullende informatie op:
Stimuleren van netwerken, scholing, contacten, samenwerken, bij elkaar in de keuken kijken Bewegwijzering verbeteren Actief winkelbeleid, lege panden herbestemmen Onderlinge promotie (ondernemerskrant en dergelijke)
Ondernemerschap en sectoren
Een bedrijf kan nauwelijks meer van de lokale vraag in een dorp bestaan. Er is altijd een grotere klantenkring nodig, of je nu een brede markt aanspreekt of juist specialist bent.
Afstemming en samenwerking nodig met: ’ Andere projecten zoals, Geopark en Lofar ’ Intermediairs en kennisinstellingen: LTO, OVBO, Toeristisch Platform Borger-Odoorn, Recron, Horeca NL, Syntens, Kennisinstellingen, KvK, MKB Zuidoost Drenthe ’ Overheden: EDR, Provincie, EU ’ andere betrokkenen: klanten, buurgemeenten en regio’s (ook Twente, ook Duitsland), inwoners
Het niveau van het ondernemerschap zou omhoog kunnen en moeten. Sommige ondernemers zijn te weinig kritisch op hun dienstverlening en kwaliteit, terwijl klanten wel steeds kritischer worden. Er is een beginnende samenwerking tussen de landbouwsector (LTO) en andere sectoren (OVBO). Ze kunnen van elkaar leren op het gebied van ondernemerschap, productontwikkeling, financiering en dergelijke. Dit zou verder uitgewerkt kunnen worden. In praktische zin wordt er al samengewerkt als het gaat om gemeentelijke lasten.
Hulpmiddelen ’ Mond-tot-mondreclame, nieuwsbrieven, vaktijdschriften, social media, beurzen, face-to-face netwerken, Ondernemersplein
De landbouwsector is een sector met eigen organisaties en meer invloeden vanuit Brussel en Den Haag dan vanuit de gemeente. Toch wordt er nu ook met de gemeente veel meer overlegd dan vroeger. Wat de sector wil van de gemeente is: onderhoud en aanleg van plattelandswegen en vooral ruimte om te ondernemen. Grootschaliger landbouw, zonne-energie, windmolens; de mogelijkheid hebben om een gebouw neer te zetten of nevenactiviteiten te ontplooien. Er zijn veel kansen, de gemeente zou bijvoorbeeld samen met ondernemers kunnen investeren in zonne-energie, samen een energie-coöperatie opzetten. De dorpen
Het centrum van Borger wordt weinig aantrekkelijk gevonden. Deels zou dit liggen aan ondernemers en eigenaren van panden, die het niet eens kunnen worden over (her)bestemming en inrichting van de ruimte, deels aan de manier waarop de N374 Borger doorsnijdt. “De toerist kijkt uit op de achterkant van schuren en op een ver’ 44 &
zorgingsflat.” Anderzijds wordt deze weg ook wel als kans gezien: “als de weg door een tunnel had gelopen, hadden minder mensen Borger gezien.” Ook zijn er twijfels over de kracht van de detailhandel in Borger. Er zijn heel sterke winkels, maar als geheel zou het winkelbestand van Borger achterblijven.
Zichtbaarheid en promotie
“Opvallend dat het Hunzegebied zo onbekend is. Wie over de N34 rijdt ziet niet wat hij mist. En wij missen daar dus ook een kans, laten we beter tonen wat we allemaal in huis hebben”.
De krimp pakt verschillend uit per dorp. De zanddorpen vergrijzen het sterkste. In de veendorpen is minder vergrijzing en meer ondernemerschap (veel kleine bedrijven). Ondernemers kunnen er voor relatief weinig geld een woon-werklocatie vinden. Het veen kent echter ook lagere gemiddelde inkomens en sommige veendorpen dreigen leeg te lopen en inwoners en ondernemers te verliezen.
Gemeente en ondernemers zouden samen meer moeten doen aan de zichtbaarheid van de gemeente, bijvoorbeeld door met borden duidelijk te maken welke ondernemers waar zitten. Dat geldt in alle sectoren, zowel in de zakelijke markten maar ook in het toerisme. Het gebied zou meer als geheel moeten worden neergezet en ‘verkocht’. Met het Geopark, een project om de Hondsrug als samenhangend gebied ‘op de kaart te zetten’ zou je daarvoor een kader hebben.
Vanwege die krimp zijn zowel de ondernemers als de gemeente van mening dat niet meer elk dorp alle voorzieningen kan hebben, of het nu gaat over winkels of bijvoorbeeld sportvoorzieningen of scholen. Het MFA-beleid (multifunctionele accommodaties) is dan ook gericht op concentratie. Mogelijk zou men een aantal winkels kunnen concentreren, ergens centraal in de veendorpen, wellicht zelfs met een klein bedrijventerrein er bij. De moeilijkheid zit in de kosten: verhuizen van bedrijven is duur.
“Je moet de marketing van de gemeente afstemmen met Marketing Drenthe, dan heb je synergie. En kies vooral een eenvoudig beeld, nuances kun je later wel vertellen. Frankrijk is wijn en kaas, Nederland is klompen en tulpen, Borger-Odoorn is de Hondsrug en hunebedden. Later kun je laten zien dat er veel meer is, de veengebieden, de Hunze enzovoorts.” Je kunt bij de promotie drie doelgroepen onderscheiden: (nieuwe) bewoners, (nieuwe) bedrijven en bezoekers (toeristen). Je kunt je het beste op bezoekers richten, dat blijkt het meest effectief te zijn. Sommige bezoekers komen later in de gemeente wonen en/of werken.
Bedrijfshuisvesting
Er wordt verschillend gedacht over tekorten. Op korte termijn is er geen probleem, dat is duidelijk. Bestaande bedrijven en ook starters kunnen ruimte vinden, hetzij bij huis, hetzij in (onder)huur bij andere ondernemers, of in een VAB. In de lintdorpen zou omzetting van wonen naar werken en omgekeerd relatief gemakkelijk zijn. Om toch wat meer mogelijkheden te hebben, zijn ondernemers en de gemeente samen aan het denken over bedrijfsbestemmingen in panden aan de kruisingen van de Mondenweg.
Als Borger-Odoorn een merk is, moet het aan de eisen van een merk voldoen. Een sterk merk heeft focus (eenvoudig verhaal), is consistent (steeds hetzelfde verhaal), is onderscheidend (wat is echt uniek en bijzonder aan de gemeente) en is relevant (moet aanspreken, rationeel en emotioneel).
Vrijkomende agrarische bebouwing (VAB’s) lenen zich ook voor toeristische invullingen. De ondernemers zijn van mening dat nog niet alle kansen op dit gebied benut worden.
Rol van de gemeente
Een deel van de ondernemers heeft moeite met het gemeentelijke aanbestedingsbeleid. Ze vinden dat de gemeente voorrang moet geven aan locale ondernemers. Zeker omdat de gemeente wel de weg naar de ondernemers weet te vinden als het gaat om het opleiden of plaatsen van werkzoekenden.
Het bedrijventerrein langs de N34 bij Borger is beschikbaar, de verkoop verloopt langzaam. Mogelijk zou een publieks-/toeristische ontvangstfunctie passen, als visitekaartje van de gemeente.
’ 45 &
Er zijn goede ervaringen met het zelf uitvoeren van werk door dorpsbewoners, bijvoorbeeld de aanleg van een sportveld. Op die manier kunnen kosten beperkt blijven. Die aanpak zou vaker gevolgd kunnen worden. Er is een klantcontactcentrum van de gemeente, waarvoor de ondernemers waardering hebben. En de samenwerking tussen ondernemers en de gemeente verloopt over het algemeen goed. Wel is er sprake van onduidelijkheid rond de regels en procedures van de gemeente. Meer voorlichting op dit terrein is gewenst evenals goede digitale voorzieningen om informatie te verkrijgen en vergunningen aan te vragen. Overige kansen: zorgtoerisme, duurzaamheid en netwerken
Gezondheidstoerisme wordt als kansrijke ontwikkeling gezien. Wel wordt opgemerkt dat ook andere gemeenten en regio’s actief zijn op dit gebied. Ook duurzaamheid is als kans genoemd: de gemeente zou een voorbeeldgemeente kunnen worden op het gebied van energie en duurzaam bouwen. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door een aantal energieneutrale huizen te ontwikkelen en te bouwen en door de werken met zonne-energie, aardwarmte enzovoorts. Je zou als bedrijven en gemeente samen een project en financiering moeten opzetten. Mogelijk via de kavelprijzen: goedkopere kavels, maar met de verplichting om zeer energiezuinig te bouwen. En op die manier zet je ook een vooruitstrevend beeld van Borger-Odoorn neer. Ten slotte een pleidooi voor netwerkvorming: zowel de gemeente als de ondernemers weten te weinig wat er aan aanbod en kennis beschikbaar is binnen de eigen gemeentegrenzen. “We kennen elkaar niet, daar liggen kansen.”
’ 46 &
Bijlage 5. Aantal inwoners per kern
Bijlage 5 Aantal inwoners per kern Kern
Borger Bronneger Bronnegerveen Buinen Buinerveen Drouwen Drouwenermond Drouwenerveen Ees Eesergroen Eeserveen Ellertshaar Exloërveen Exloo Klijndijk Nieuw-Buinen Odoorn Odoornerveen Valthe Valthermond Westdorp Zandberg 1e Exloërmond 2e Exloërmond 2e Valthermond Totaal gemeente Borger-O doorn
Aant al inwoners 2000
4.996 118 87 804 401 479 594 265 391 152 139 37 109 1.739 788 4.964 1.733 459 1.259 3.570 142 56 382 2.417 109 26.190
Aant al inwoners 2011
4.705 112 83 848 429 491 543 267 356 162 153 33 95 1.652 785 5.052 1.855 430 1.263 3.485 133 50 395 2.442 122 25.941
’ 47 &
- 72 -
Verandering 2000-2011
-5,8% -5,1% -4,6% +5,5% +7,0% +2,5% -8,6% +0,8% -9,0% +6,6% +10,1% -10,8% -12,8% -5,0% -0,4% +1,8% +7,0% -6,3% +0,3% -2,4% -6,3% -10,7% +3,4% +1,0% +11,9% -1,0%
Notities
’ 48 &
Notities
’ 49 &