Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector metaal arbeiders (PC 111)
Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door:
De heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport; De heer Pascal Smet, Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke kansen en Brussel
en de sociale partners van de sector metaal arbeiders: met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
De heer Wilson De Pril, Directeur-generaal Agoria Vlaanderen
en als vertegenwoordigers voor de werknemers:
De heer Georges De Batselier, Ondervoorzitter ABVV-Metaal; De heer Walter Cnop, Algemeen secretaris ACV-CSC METEA
1
[Wordt overeengekomen wat volgt] Verbintenissen van de Vlaamse Regering Artikel 1. De Vlaamse Regering verbindt er zich toe in het kader van voorliggende overeenkomst tijdens de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014 een maximale toelage van bedrag 612.000,00 EUR ter financiering van 6 VTE sectorconsulenten evenredig uit te betalen aan de 7 hieronder opgelijste begunstigden. Dit komt overeen met een toewijs van ongeveer 0,8571 VTE per begunstigde of een bedrag van 87.428,57 EUR per opgelijste begunstigde. - vzw INOM - Instituut voor Naschoolse Opleiding van de Metaalverwerkende Nijverheid (August Reyerslaan 80 - 1030 Brussel; bankrekeningnummer: BE25 2100 0498 8882; ondernemingsnummer: 0409.845.289); - TOFAM Oost-Vlaanderen vzw (Archipel Business Center Gent, Tramstraat 61 - 9052 Zwijnaarde; bankrekeningnummer: BE78 3900 4419 6386; ondernemingsnummer: 0436.785.555); - TOFAM West-Vlaanderen vzw (Archipel Business Center Brugge, Leopold II laan 132B bus 7 - 8000 Brugge; bankrekeningnummer: BE23 4760 3507 5191; ondernemingsnummer: 0435.195.943); - FTMA vzw - Fonds voor Tewerkstelling en Opleiding in de Metaalverwerkende Nijverheid Antwerpen (Filip Williotstraat 9 - 2600 Berchem; bankrekeningnummer: BE52 7785 9139 4709; ondernemingsnummer: 0433.981.067); - FTML vzw - Fonds voor Tewerkstelling en Opleiding in de Metaalverwerkende Nijverheid Limburg (Ilgatlaan 3 (2de verdieping) - 3500 Hasselt; bankrekeningnummer: BE80 4586 5327 5177; ondernemingsnummer: 0434.112.117); - RTM Vlaams-Brabant vzw (Celestijnenlaan 300C - 3001 Heverlee; bankrekeningnummer: BE10 3101 6922 7704; ondernemingsnummer: 0474.431.354); - RTM Brussel - Regionaal Tewerkstellingsfonds voor arbeiders van de Metaalverwerkende nijverheid van Brussel (Maatschappelijke zetel: August Reyerslaan 80 – 1030 Brussel, Exploitatiezetel: Sint-Denijsstraat 95 - 1190 Brussel; bankrekeningnummer: BE17 3101 7597 0921; ondernemingsnummer: 0474.383.646)
Artikel 2. De Vlaamse Regering stimuleert en ondersteunt de uitvoering van voorliggende overeenkomst, door: 1. het organiseren van ad hoc- overleg met de sociale partners, op vraag van de sectoren; 2. het organiseren van klankbordvergadering waarbij knelpunten worden besproken en desgevallend beleidsaanbevelingen kunnen worden geformuleerd, op vraag van de sectoren; 3. het organiseren van netwerkbijeenkomsten met de sectorconsulenten, via de SERV, die fungeren als doorgeefluik van informatie en die in het teken staan van ondermeer ervaringsuitwisseling, opbouw van expertise, en sectoroverschrijdende samenwerking.
2
Verbintenissen van de sector Artikel 3. De sector metaal arbeiders verbindt zich ertoe om, op basis van het door de VESOC-partners goedgekeurde, inhoudelijk kader voor de sectorconvenants, een sectorale visie te ontwikkelen en vanuit deze visie prioriteiten te bepalen en er doelgerichte acties aan te koppelen. De sectorspecifieke maatregelen geformuleerd in dit convenant zijn inspanningsverbintenissen en hebben betrekking op het ondersteunen en uitvoeren van: -
de afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt;
-
een competentiebeleid, waaronder leven lang leren;
-
het beleid van evenredige arbeidsdeelname en diversiteit, vermeld in het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt.
Artikel 4. De sector verbindt er zich toe de werkingssubsidie uitsluitend aan te wenden ter uitvoering van deze sectorspecifieke maatregelen. Hiertoe worden effectief 6 VTEsectorconsulenten ingezet. Zij werken in de sector onder paritair toezicht en zijn er belast met het geheel van coördinerende, rapporterende en ondersteunende taken ter uitvoering van het sectorconvenant. De loon- en werkingskosten van deze sectorconsulenten komen in aanmerking als subsidiabele kosten voor zover zij betrekking hebben op de uitvoering van deze sectorspecifieke maatregelen en voor zover ze uitgevoerd worden binnen de looptijd van het sectorconvenant. Periodes van tijdskrediet of loopbaanonderbreking komen niet in aanmerking voor financiering tenzij wordt aangetoond dat de functie van de sectorconsulent(e) tijdelijk tijdens zijn of haar afwezigheid door een vervang(st)er wordt uitgeoefend. De sector zal de naam van de sectorconsulenten aan het departement Werk en Sociale Economie bezorgen, wijzigingen melden en een sectorconsulent(e) (per netwerk) aanduiden voor de SERV netwerkbijeenkomsten. Artikel 5. Ter verantwoording en ter evaluatie van deze overeenkomst bezorgt de sector ten laatste op 28 juni 2014 een voortgangsrapport en ten laatste op 31 januari 2015 een eindrapport aan het departement Werk en Sociale Economie. Het voortgangs- en het eindrapport omvatten: - de rapportering over de verschillende initiatieven ter realisering van het actieplan; - de toetsing van de realisaties aan de voortgangsindicatoren en de doelstellingen vermeld in het sectorconvenant en het actieplan; - de verantwoording van de aanwending van de ontvangen subsidiebedragen (enkel voor het eindrapport). Het departement Werk en Sociale Economie bezorgt tijdig aan de sector het modelformulier inzake de rapportering. De sector metaal arbeiders werkt vanuit volgende sectorale visie aan de uitvoering van de prioriteiten en acties van dit sectorconvenant:
3
Uitgangspunten Als basis voor deze nota zijn we vertrokken van onze huidige acties, de evaluatie van het aflopende sectorconvenant 2010-2011 (inclusief verlenging 2012), het kader dat de Vlaamse regering schetst, de nota Pact 2020, alsook de meest recente sectorfoto. De meest recente sectorfoto (groepssectorfoto 2012) duidt het volgende: de algemene economische situatie is er niet echt op verbeterd en in onze sector worden nog steeds zware klappen uitgedeeld. De uitdagingen zijn zo goed als hetzelfde gebleven maar de bewustwording om de problemen terdege aan te pakken is er wel degelijk. Daarom lijkt het ons belangrijk om de reeds ondernomen acties te bestendigen en er nieuwe innovatieve acties aan toe te voegen. Partnerschap tussen de verschillende sectorfondsen zal centraal staan als rode leiddraad doorheen dit sectorconvenant.
Sectorschets Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw. Het PC 111 is bevoegd voor de werknemers die hoofdzakelijk handarbeid verrichten en hun werkgevers, de ondernemingen welke hoofdzakelijk elementen in ijzerhoudend en nonferrometaal, edelmetaal, thermoplastische en thermoverhardende kunststoffen of hieruit samengestelde materialen en in elke andere vervangingsstof fabriceren, verwerken, bewerken, ineenzetten of slechts één dezer verrichtingen uitvoeren wanneer de aanwending van deze materialen technieken of kennis vereist eigen aan de metaal-, machine- en elektrische bouw, alsook de studiebureaus die hiermee verband houden en de ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit opslag en/of distributie van grondstoffen, goederen of producten voor rekening van ondernemingen die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw of voor rekening van in het buitenland gevestigde ondernemingen die behoren tot de bedrijfstakken van de vervaardiging van producten van metaal, van machines, apparaten of werktuigen, van elektrische of elektronische apparaten of instrumenten of van transportmiddelen, wanneer deze logistieke activiteiten een onlosmakelijk onderdeel vormen van een productieactiviteit. De volgende bedrijfssectors worden bij wijze van voorbeeld geacht aan deze definitie te beantwoorden: • ijzer- en staalvormgieterijen; •
draadtrekkerij, metaaltrekkerij, koudwalsen, profileren, kalanderen en de technieken die eraan verwant zijn;
•
smeden, persen, indrijven van grote stukken, vormgeving na verwarming, en aanverwante bedrijven waaronder profielijzers, kettingen en buizen, de ongelaste stalen buizen uitgezonderd;
•
plaatijzerbewerking en verschillende fabricages, zoals lichte en zware verpakkingen, plaatijzeren artikelen met industriële of niet-industriële bestemming, huishoudelijke toestellen, onderdelen voor het bouwbedrijf, metalen schrijnwerk, metalen meubelen, bedden, metalen ondermatrassen en matrassen;
•
de fabricage en tevens het plaatsen van metalen schrijnwerk, met uitzondering van de ondernemingen die met eigen personeel de plaatsing van meer dan de helft van hun jaarlijkse productie verrichten en op voorwaarde dat die plaatsing op de werven meer dan 35 pct. van de door het geheel van de werklieden van de onderneming gewerkte uren vereist;
•
bouw, montage en controle van bruggen, gebinten en liften;
4
•
ketelmakerij en ketels;
•
bouw van schepen en boten en de herstelling van zee- en binnenschepen;
•
spoorweg- en trammaterieel;
•
auto's, fietsen, vliegwezen en aanverwante bedrijven, waaronder de industriële fabricages van koetswerk, caravans, aanhangwagens en opleggers, alsmede de kinderwagens; de industriële fabricage veronderstelt de toepassing van industriële technieken zoals de productie aan de lopende band of in serie, met uitsluiting van kleine series of buiten series, en in tegenstelling met de ambachtelijke technieken;
•
drijfkrachtmachines, pneumatische en hydraulische machines, compressors, pompen, ventilators, werktuigmachines, textielmachines, machines en werktuigen voor het vormen van thermoplastische en thermo verhardende kunststoffen of hieruit samengestelde materialen, diverse machines en al de onderdelen ervan, gereedschap;
•
diverse mechaniekconstructies zoals voor raderwerk, kranenmakerij, algemene mechaniek, bandwerk;
•
hef-, behandeling- en weegtoestellen;
•
machines, toestellen en installaties voor verschillende nijverheidstakken, lichte machinebouw;
•
materieel voor landbouw, tuinbouw en veeteelt;
•
herstellen, onderhouden en controle van machines, apparaten, installaties en voertuigen voortgebracht door ondernemingen die afhangen van de metaal-, machine- en elektrische bouw, met uitzondering van die welke ressorteren onder het Paritair Comité voor het garagebedrijf of het Paritair Comité voor de handelsluchtvaart;
•
werken voor verbetering;
•
revisie van benzine- en dieselmotoren;
•
messenmakerij;
•
kroonluchterfabricage;
•
fabricage van alle verlichtings- en signalisatieapparatuur, inclusief hun plaatsing wanneer de onderneming het materieel dat zij installeert zelf geheel of gedeeltelijk vervaardigt;
•
industrieel elektrisch materieel, klein installatiematerieel, elektrische huishoudtoestellen, fabricage, zonder plaatsing, van gloei-, fluor-, neon-, kwikdampen straallampen, lampbuizen en andere lampen;
•
het aanleggen van elektrische installaties, met inbegrip van de neonisten, wanneer de onderneming het materieel dat zij installeert zelf geheel of gedeeltelijk industrieel vervaardigt;
•
batterijen, accumulatoren;
•
telecommunicaties, elektronica voor industrieel of algemeen gebruik;
•
radio- en televisietoestellen en de onderdelen ervan;
•
meet- en laboratoriumtoestellen en soortgelijke toestellen;
•
optiektoestellen;
•
speciale medische uitrustingen, met uitzondering van die welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid;
•
ritssluitingen;
•
metalen speelgoed;
5
•
fabricage van muziekinstrumenten;
•
galvanisatie, vernikkelen, chromeren, polijsten, emailleren, schilderen van machines, metalen stukken of elementen; metaalkleuren, overschilderen en verlakken in de oven, bedekken van metaal door indompeling, omvlechten, plastificeren en de technieken die daarvan zijn afgeleid;
•
verwerking en/of bewerking van plastische stoffen en aanverwante materialen voor het vervaardigen van producten voor de metaal-, machine- en elektrische bouw volgens technieken eigen aan de metaalverwerking;
•
fabricage van gewapende plastiek;
•
fabricage van elementen voor verluchtings- en luchtbehandelingsinstallaties;
•
installaties voor waterbehandeling, inbegrepen de waterzuiveringsinstallaties (het elektromechanisch gedeelte);
•
installaties voor afvalbehandeling (het elektromechanisch gedeelte);
•
industriële uurwerkmakerij en goudsmederij;
•
wapens en munitie, met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de wapensmederij met de hand;
•
studiebureaus betreffende voornoemde bedrijfssectors.
De metaalsector in Vlaanderen stelt ruim 94.548 arbeiders tewerk in 2011 (Bron: www.werk.be : sectoren interactief). Dit is een lichte daling van 0,7% t.o.v. 2010 waar de sector 95.203 arbeiders tewerkstelde. Hieronder de opsplitsing en vergelijking tussen 2010 en 2011 volgens geslacht:
Mannen
2010 83578
2011 83068
Vrouwen
11625
11480
Afname - 510 -
145
Volgens de cijfers van de sectorfoto 2012 Metaal arbeiders is de tewerkstelling in de sector van de metaal arbeiders gedaald met 15.786 werknemers tussen 2005 en 2010, oftewel een procentuele daling van 14.2 %. Over alle sectoren heen was er een toename in diezelfde periode met 4,6%. Iets meer dan de helft van de loontrekkenden is actief in grote vestigingen (meer dan 200 werknemers). Op vestigingsniveau is 6,4% van de werknemers werkzaam in een microvestiging, 21,3% in een kleine vestiging, 22,1% in een middelgrote vestiging en 50,2% in een grote vestiging. In alle sectoren samen is 16,7% actief in een microvestiging, 27,7% in een kleine vestiging, 26,7% in een middelgrote vestiging en 28,9% in een grote vestiging. Onderstaande tabel geeft een overzicht per leeftijd:
Jonger dan 25 Tussen 25 en 49 jaar Ouder dan 50
Absolute cijfers 8.821 64.615 21.111
procentueel 9.3 68.3 22.3
Deze cijfers geven duidelijk een van de structurele uitdagingen aan waar de sector voor staat. Met een jong/oud ratio van 1 is er voor elke voltijds werkende 50-plusser nog slechts een 0,41 voltijds equivalent jongere (jonger dan 25 jaar) aan de slag in de sector.
6
De jobmobiliteit in onze sector is relatief beperkt. Er komen jaarlijks relatief weinig werknemers bij (11,9%), en er gaan ook vrij weinig werknemers weg (12,3%) in vergelijking met de gemiddelde in- (17,5%) en uitstroom (15,8%) in Vlaanderen. De deelname aan opleidingen is dan weer iets meer dan het gemiddelde op Vlaams niveau. Volgens de sociale balansen heeft maar liefst 32,8% van de werknemers in de sector van de metaal arbeiders deelgenomen aan een formele opleiding in 2009. Over alle sectoren heen bedraagt de opleidingsdeelname 31,5%. In de loop van 2010 zijn 610 personen met een IBO gestart in de sector van de metaal arbeiders. Ongeveer 49,3% van de IBO's werd ingevuld door jongeren, 16,2% door allochtonen, 3,6% door personen met een arbeidshandicap, 39,2% door laaggeschoolden en 2,3% door 50-plussers. Over alle sectoren heen zijn er in 2010 11.114 personen met een IBO gestart. De sector van de metaal arbeiders is dus goed voor een aandeel van 5,5% . Sector
alle sectoren
49,3 16,2 3,6 39,2 2,3
55,8 12,8 7,0 36,4 3,0
Kenmerken van de opgestarte IBO's (Vlaams Gewest, 2010) in % (*) < 25 jaar Allochtoon Arbeidshandicap Laaggeschoold 50-plusser (*): Bron: sectorfoto 2012 metaal arbeiders
Onze visie PC 111 werkt vanuit volgende sectorale visie aan de uitvoering van de prioriteiten en acties van dit sectorconvenant: De continue stroom aan veranderingen dwingt onze sector tot het versterken van haar economische draagkracht, het aanscherpen van het innovatiepotentieel, het creëren en verhogen van organisatie- en loopbaanontwikkeling en de inzetbaarheid van mens en middelen te optimaliseren. De sectorfondsen behoren tot de actoren die hiertoe kunnen bijdragen. Gezien hun paritaire aansturing, sectorspecifieke knowhow en hun unieke plaats in het VTOlandschap zijn zij een van de belangrijke spelers om zowel individuele bedrijven als werknemers te stimuleren tot en te ondersteunen bij het verhogen van de inzetbaarheid van werknemers en de verdere ontwikkeling van bedrijven. Sectorfondsen hebben een belangrijke rol te spelen in de opleiding en competentieontwikkeling van werknemers en werkzoekenden. De verscheidenheid, complexiteit en onvoorspelbaarheid van ontwikkelingstrajecten voor arbeiders PC 111 maakt dat: • het primeren van kwaliteitszorg op kwantitatieve doelstellingen • het prevaleren van samenwerking op concurrentie • het ondersteunen van flexibele arbeidsloopbanen via VTO de kern vormt van de werking van een sectorfonds.
7
Sectorale uitdagingen “Werken aan instroom” Uit bovenstaande sectorschets blijkt duidelijk dat er te weinig jongeren kiezen voor onze sector. Bovendien blijkt uit de cijfers van de VDAB dat de lijst van knelpuntberoepen alleen maar langer wordt en dat dit verklaard wordt door o.a. een te geringe instroom van studenten in technische richtingen. Meer dan de helft van de beroepen (42 om precies te zijn) van de 75 beroepen zijn knelpuntberoepen. Bijna 1/3de van de ontvangen vacatures in de metaalsector zijn knelpuntvacatures, wat beduidend meer is dan het gemiddelde over alle sectoren heen. Volgens de VDAB-analyse zijn vooral technische beroepen klassiek knelpuntberoepen. De meeste zijn te vinden bij de beroepen technicus, insteller-bediener van werktuigmachines en lasser. Waar we ook mee geconfronteerd worden is dat de gevraagde profielen evolueren: vroeger was een diploma derde graad middelbaar onderwijs voldoende, nu verlangd men meer en meer een bachelorsdiploma. De evolutie in de richting van automatisering en informatisering verklaart mee de stijging van het gevraagde studieniveau. Niettegenstaande de voortdurende crisis blijven we nood hebben aan goed geschoold personeel, hebben we nood aan voldoende instroom om knelpuntberoepen en knelpuntcompetenties op te vangen. “Werken aan doorstroom” Werkenden blijven stimuleren om in de sector te blijven en vooral hun werk graag te blijven uitoefenen, door hen te motiveren, te ondersteunen en ervoor te zorgen dat hun competenties ten volle benut worden en ze getriggerd om mee te blijven evolueren is een grote uitdaging waar we voorstaan. Nu meer dan ooit zal de automotive sector en hun toeleveranciers ondersteund worden via het initiatief van INOM om ervoor te zorgen dat de kennis en de knowhow in de sector blijft en dat getroffen arbeiders terecht kunnen mits enige omscholing bij andere bedrijven. Autoconstructeurs die niet getroffen zijn door herstructurering of sluiting zullen nog steeds ondersteund worden via het Automotive-project. “Werken aan de uitstroom” De cijfers geven weer dat we vooral te kampen hebben met veel uitstroom (38%) naar andere sectoren. Spijtig genoeg worden we geconfronteerd met sluitingen of afslankingen van grote bedrijven met een hoge tewerkstellingsgraad van arbeiders. Dit is de uitdaging waar we voorstaan. We moeten vooral onze getroffen werknemers binnen onze sector een nieuwe tewerkstelling aanbieden die aansluit bij hun huidige werkervaring of mits omscholing ze aan de slag kunnen gaan in een andere functie. Zowel binnen Agoria als binnen de vakbonden wordt er gesensibiliseerd en gewerkt rond de problematiek van de oudere werknemers en het leeftijdsbewust personeelsbeleid. Binnen de sociale organisaties zijn er verschillende werkgroepen met deze thematiek bezig. Op dit
8
moment is deze problematiek geen deel van de opdracht van het paritair opleidingsfonds. Op termijn is het mogelijk / wordt onderzocht of ook INOM hieromtrent initiatieven kan nemen.
Visie op deze uitdagingen De sector wil in dit convenant zich toeleggen op: “Werken aan instroom” Op het vlak van “Aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt” vinden wij het belangrijk de toekomstige werknemers zo veel mogelijk te begeleiden in het verder ontwikkelen van hun competenties, zij het op de schoolbanken of tijdens hun eerste werkervaring tijdens een stagebegeleiding of een specifieke beroepsgebonden opleiding. Zoals reeds aangegeven in het vorig sectorconvenant, blijft niet alleen de kwantitatieve maar ook de kwalitatieve instroom belangrijk om de nodige aandacht aan te besteden. Op kwantitatief vlak moeten we ervoor zorgen dat de link tussen de lijst openstaande knelpuntberoepen en de bewuste studiekeuze gelegd wordt. Dat men verder werkt aan het imago van de sector op te waarderen, alsook de bewuste keuze voor een technische richting. Op kwalitatief vlak moet er ook werk van gemaakt worden om het onderwijsniveau en de leerplannen beter te laten aansluiten bij de steeds vernieuwde technologische evoluties. Scholen volgen wegens gebrekkige budgettaire middelen niet altijd de technische evoluties in de industrie, laat staan dat ze de kans hebben om er kennis mee te maken. Daarin is er een belangrijke rol weggelegd voor ons als sector om ervoor te zorgen dat de leerkrachten en leerlingen kunnen blijven proeven en mee zijn met de nieuwste technologieën. Onze samenwerking met de RTC’s speelt hier al een belangrijke rol in. Ook wij als sector zullen via de sectorconsulenten de bedrijven stimuleren om werkplekleren aan te bieden aan de leerlingen alsook de leerkrachten. Vanuit onze sector is er ook de nodige aandacht voor kwaliteit van werkplekleren. Hiervoor verwijzen wij naar het open aanbod waar opleidingen zoals peter- en meterschap en coaching trajecten worden aangeboden. Ook de screening van de patroonsaanvragen om erkend te worden om ILW-leerlingen te begeleiden wordt van nabij opgevolgd en besproken binnen het paritair leercomité. Ook is er het mentorprincipe binnen acties zoals de samenwerking met Audi, en de kwaliteitseisen die gesteld worden aan bedrijven via het systeem van stagepremies voor bedrijven (ikv stages werkzoekenden). In het vorig convenant werden er nieuwe beroepscompetentieprofielen opgemaakt in samenwerking met de SERV via de tool “Competent”. In dit convenant wordt de samenwerking verdergezet in het kader van de beroepskwalificatiestructuur samen met AKOV. De samenwerking tussen de verschillende regionale sectorfondsen zal aangesterkt worden om zo duidelijk mogelijk één boodschap naar buiten te brengen. “Instroom vanuit werkzoekenden” Bij het scharniermoment van een werkzoekende naar werknemer, wensen wij hun maximaal blijven ondersteunen en begeleiden. Het blijft een welgekend fenomeen dat er spijtig genoeg heel wat laaggeschoolden moeilijk werk vinden. Blijven investeren in acties zoals bijvoorbeeld “het metaalbad” of “metaalmatch”
9
biedt een oplossing alsook het ondersteunen van derden organisaties die er in slagen de kansengroepen een geschikte opleiding te bezorgen. Een betere begeleiding en screening van de werkzoekenden is essentieel om de matching te optimaliseren. Heel wat werkzoekenden missen de nodige competenties om onmiddellijk ingezet te kunnen worden en staan vaak te ver af van de arbeidsmarkt, wat maakt dat er heel wat opleiding noodzakelijk is. Echter de competentiecentra voor de knelpuntberoepen in de metaal worden overbevraagd afhankelijk van het knelpunt en soms verschillend van regio tot regio, dus bijkomende opleidingscapaciteit is noodzakelijk. Hierin reikt de sector de hand via de opleidingscentra van de sectoren (Anttec, Limtec, Iristech+, talentenfabriek,…) of via opleiding op de werkvloer bij de bedrijven. Bovendien is het resultaat van de uitstroom van werkzoekenden bij deze bedrijfsopleidingen vaak zeer goed en dit uiteraard tot tevredenheid van alle partijen. Bedrijven worden van bij het begin betrokken bij de selecties en kunnen tijdens de opleiding bijsturen en de opleiding aanpassen aan hun noden. Werkzoekenden zijn van bij aanvang gemotiveerder omdat zij vaak zeer concreet een jobdoelwit hebben. Wanneer zij zich inzetten, kunnen zij vaak na de opleiding aan de slag in het opleidingsbedrijf. Wij als sector willen zeker ons steentje bijdragen in zo’n projecten. “Werken aan doorstroom” Het sectorale opleidings- en vormingsaanbod evolueert mee met haar tijd, de vraag en de behoefte van haar deelnemers. Niet enkel de KMO’s maar ook de grotere bedrijven kampen met afslankingsproblemen en herstructureringen. Tot nu toe was er de mogelijkheid indien er onvoldoende werk was, dat men de werknemers op opleiding stuurde, maar helaas is dit gezien de aanhoudende crisissituatie geen haalbare kaart meer en moeten wij ervoor zorgen dat de werknemers binnen onze sector aan de slag kunnen blijven. Wanneer vacatures moeilijk ingevuld geraken, loont het de moeite om er op een andere manier mee om te gaan. Uit de contacten met de bedrijven kunnen we concluderen dat in eerste instantie belang gehecht wordt aan de sectorspecifieke, technische opleidingen. Dit onderlijnt de aard van onze sector en ligt in lijn met het knelpuntkarakter van de vacatures in o.a. de productie- en onderhoudsafdelingen van de ondernemingen. Het domein "Veiligheid en welzijn" staat met stip op de tweede plaats. Op de derde plaats komen logistiek, algemene en sociale vaardigheden en kwaliteit. Een gratis open aanbod aanbieden, zodat de financiële drempel voor opleidingen is verlaagd, blijft een doelstelling die we blijven ondersteunen. Langs deze weg slagen we er dan in niet-vormingsbedrijven toch aan een opleiding te laten deelnemen. Wanneer ze één keer een opleiding hebben gevolgd, blijkt immers dat ze blijven interesse hebben. Het blijft belangrijk om regelmatig contact te onderhouden met de bedrijven en hun geïnformeerd te houden van de opleidingsmogelijkheden en stimuli. Want investeren in opleiding, investeren in human capital rendeert op langere termijn, is een boodschap die we graag blijven uitdragen naar onze bedrijven. Ook taalachterstand blijft in de verschillende bedrijven, omwille van veiligheidsaspecten, het knelpunt om over te gaan tot aanwerving. Daarom is het van groot belang te blijven investeren en inzetten op taalkennis bij werkzoekenden alsook werknemers uit de sector. Een werkzoekende met beperkte technische competenties, maar goede kennis van het Nederlands, heeft vaak meer kansen op de arbeidsmarkt, dan iemand met sterke technische competenties maar een beperkte taalkennis. De samenwerking met de verschillende partners wordt nog verder geïntensifieerd daar we ervan overtuigd zijn dat dit zijn vruchten zal afwerpen. Zowel met de VDAB, RTC’s maar ook met andere instanties worden overeenkomsten gesloten op regionaal vlak.
10
Op vestigingsniveau is 6,4% van de werknemers werkzaam in een microvestiging, 21,3% in een kleine vestiging, 22,1% in een middelgrote vestiging en 50,2% in een grote vestiging.(sectorfoto 2012 van dept. WSE) Via de sectorconsulenten zullen we de KMO’s blijven begeleiden door bedrijfsbezoeken waarbij de consulent de HR-Manager, bedrijfsleider, opleidingsverantwoordelijke zal wegwijs bieden in de verschillende mogelijkheden van opleiding, alsook subsidiëring. Tijdens deze bedrijfsbezoeken alsook telefonische begeleiding zal de sectorconsulent steeds een diversiteitscheck doen en nagaan of eventueel een mogelijkheid bestaat om een diversiteitsplan af te sluiten of niet. Op het vlak van competentieontwikkeling en begeleiding zijn het momenteel de sectoradviseurs van Agoria die de bedrijven hierin begeleiden al dan niet via een competentietool die werd ontwikkeld. Wat niet wegneemt dat er overleg wordt gepleegd tussen de consulenten en de adviseurs om mekaar aan te vullen zodat er meerwaarde gecreëerd wordt. “Werken aan de uitstroom” De uitdagingen waar we voor staan kunnen we als volgt samenvatten: • het professioneel begeleiden van de uitstroom omwille van de herstructureringen in onze sector. •
het kanaliseren van de uitstroom: in de mate van het mogelijke proberen de ontslagenen te heroriënteren naar een andere rol in het bedrijf/sector (binnen in onze sector).
•
het borgen van de kennis van de getroffen medewerkers omwille van herstructureringen en sluitingen. De sector verliest hierdoor heel wat technische kennis.
“Diversiteit en belang van kansengroepen” De sector biedt werkgelegenheid aan een zeer divers publiek; gaande van laaggeschoolden tot universitairen, mannen als vrouwen, van jonge tot oudere werknemers, allochtonen als arbeidsgehandicapten. Men kan dus stellen dat de sector werkt met heel wat risicogroepen. Binnen deze risicogroepen zit heel wat talent verscholen, dat we meer naar buiten willen laten komen door de nieuwe potentiële werknemers nog beter te screenen en hen via competentiebegeleiding nieuwe kansen te bieden binnen onze sector. Uiteraard zullen zowel de werknemers als de werkgevers hierin gestimuleerd worden.
Structuur van de sectorfondsen PC 111/1.2.3 De sectorfondsen in PC 111 zijn op niveau van de provincies en van het Gewest gestructureerd om tegemoet te komen aan de vraag van de bedrijven en de specifieke aard van iedere provincie. Elke provincie heeft een provinciaal sectorfonds PC 111/1.2; met daarnaast een nationaal sectorfonds (met een Nederlandstalige en Franstalige vleugel) PC 111/1.2.3. Elk van deze fondsen heeft een autonome en paritair samengestelde raad van bestuur die eigen prioriteiten en acties kan vastleggen. Inom-arbeiders bestrijkt gans Vlaanderen en coördineert acties voor het ganse Gewest. De zeven verschillende opleidingsfondsen werken met budgetten die onderling van elkaar verschillen. Op provinciaal vlak worden CAO’s afgesproken die de provinciale inningen
11
vastleggen. Bovendien kan ook de besteding van die middelen erg verschillen waardoor de opleidingsacties en het gekoppelde budget in zijn provinciale context moet worden bekeken. De sectorconsulenten voeren de beslissingen uit die binnen hun raad van bestuur werden genomen. De sectorconsulenten komen per trimester samen om elkaars werking voor te stellen of eventuele gezamenlijke initiatieven uit te werken. Enerzijds zullen om de versnippering tegen te gaan de zes provinciale fondsen en het ‘gewestelijk’ fonds (Inom-arbeiders) intensiever samenwerken. Waar kan, zal worden samengewerkt. Anderzijds heeft de specifieke toegespitste regionale werking ook al zijn sterkte bewezen en wensen we dit regionale karakter te behouden, daar sommige acties nu eenmaal regionaal sterk kunnen uitgebouwd worden en niet altijd kunnen worden toegepast op alle provincies. Vanuit de geschetste sectorale visie en vanuit de sectorspecifieke uitdagingen waar de sector op korte en langere termijn voor staat, maakt de sector van metaal arbeiders werk van het aanpakken van de volgende prioriteiten (zie prioriteitenfiches): Acties rond instroom o
Prioriteit 1: Sensibiliseren van jongeren: “Kies voor techniek!”
o
Prioriteit 2: Competentieversterking voor leerkrachten en leerlingen
o
Prioriteit 3: Instroom van werkzoekenden
Acties rond doorstroom o
Prioriteit 4: Organisatie, ondersteuning en stimulering van opleidingsinitiatieven
Acties rond uitstroom o
Prioriteit 5: Tewerkstellingscellen en outplacement
Acties rond samenwerking o
Prioriteit 6: Intersectorale samenwerking
12
Instroom
Motivatie door onderstaande omgevingsanalyse Zoals we reeds meegaven in onze sectorschets kiezen te weinig jongeren voor het technisch onderwijs en bijgevolg is de instroom naar onze sector onvoldoende t.o.v. de uitstroom. Bovendien blijkt uit de cijfers van de VDAB dat de lijst van knelpuntberoepen alleen maar langer wordt en dat dit verklaard wordt door een te geringe instroom van studenten in technische richtingen. Promoten van techniek bij alle schoolgaande jeugd blijft een rode draad door de jaren heen. Initiatieven zoals Boetiek Techniek, Techniek is chique, Talentfabriek, Technotrailer, Lassen met de klas...om er maar een paar op te noemen, zijn initiatieven die we blijven organiseren en ondersteunen omdat we ervan overtuigd zijn dat als we de ouders, de leerlingen, leerkrachten en directie kunnen triggeren via een laagdrempelige instap kennis te maken met techniek, dit gaandeweg vruchten zal afwerpen. Ook het stagebeleid is een belangrijke factor die meespeelt. Constant ervaringen uitwisselen tussen leerkrachten en bedrijven en de competenties hierop afstemmen blijft een uitdaging. Want de verwachtingen van de leerkrachten zijn daarom niet diezelfde als die van de bedrijven. Op het vlak van werkplekleren hebben scholen t.o.v. bedrijven een andere aanpak/wens. Als sector streven wij ernaar dat dit een win-win is voor beiden. Bedrijven stimuleren om in te zien dat als leerlingen en leerkrachten bij hen terecht kunnen om de laatste nieuwe ontwikkelingen te leren, zij er achteraf ook het resultaat van terugzien door meer kwalitatieve instroom. Anderzijds de leerkrachten en leerlingen duidelijk maken dat loutere basiskennis niet voldoende is en dat continue bijscholing noodzakelijk is om bij te blijven. Om leerlingen meer voeling te laten hebben met het beroep dat ze later zullen gaan uitoefenen is werkplekleren ideaal. Aangezien op school niet altijd de nodige infrastructuur als materiaal aanwezig is en de technologie in de sector zo snel evolueert, is het praktisch onmogelijk om de leerlingen de nodige knowhow aan te bieden op school. Uiteraard dienen we ervoor te zorgen dat de nodige competenties ook mee worden opgenomen worden via de leerplannen. Maar op korte termijn is werkplekleren de uitvalsbasis. Onze rol als sectorconsulent is vooral het faciliteren en coördineren van de contacten die gelegd worden tussen de scholen en de bedrijven. Dit geldt voor elke onderstaande actie al dan niet mede gefinancierd door het sectorfonds. De samenwerking met RTC is zeer goed op regionaal vlak, maar we zijn ervan overtuigd dat de verschillende initiatieven nog meer impact zullen hebben als we deze op Vlaams niveau mee ondersteunen.
13
PRIORITEIT 1 Sensibiliseren van jongeren: “Kies voor Techniek” Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten: Actie 1 (INOM): “Samenwerking tussen de regionale sectorfondsen en het gewestelijk fonds” Omschrijving: Tijdens dit sectorconvenant zullen alle hieronder vermelde regionale initiatieven naar het onderwijs onder de loep genomen worden en zal er worden nagekeken welke we zullen uitbreiden op Vlaams niveau en welke we niet meer zullen verderzetten. Dit wordt georganiseerd door regelmatig gezamenlijk overleg in te plannen tussen de regionale consulenten met INOM als trekker van het project. Timing: 2013-2014 Betrokken partners: alle regionale sectorfondsen binnen PC 111 Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: als één sector naar buiten treden met gemeenschappelijke initiatieven en zodoende het draagvlak verhogen.
ACTIES NAAR BASISONDERWIJS Actie 2 (RTM Br): woensdagnamiddagen van de jeugd Omschrijving: gedurende 10 woensdagnamiddagen, maken jongeren van 10 tot 16 jaar kennis met technologie. De jongeren zullen zelf kunnen deelnemen aan “doe-activiteiten” die georganiseerd worden bij IRISTECH+. Op een speelse manier zullen zij zelf alle noodzakelijke componenten van een robotachtig toestel samenstellen en leren kennen om uiteindelijk tot een volledig werkend geheel te komen. Zo zullen zij onbewust in contact komen met optische, elektronische, mechanische componenten en zodoende deze technieken kunnen proeven. Timing: 1ste en 2de trimester van het schooljaar Betrokken partners: RTM Brussel en jeugd en technologie Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: Jongeren warm maken voor technologische opleidingen. De sectorconsulent legt de contacten met de scholen en zorgt voor de coördinatie tussen de scholen en IRISTECH. Via een inschrijvingssysteem dat opgevolgd wordt door de sectorconsulent kunnen scholen intekenen op deze doe-namiddagen. Kwantitatieve streefcijfers: 1 à 2 groepen van 10 jongeren per schooljaar
14
Actie 3 (FTML): Techniek in het basisonderwijs Omschrijving: Het FTML is partner in het project “Ontdek Techniek Talent” van de provincie Limburg. Dit project met 2 halftijdse coördinatoren zorgt enerzijds dat 247 deelnemende basisscholen de beschikking krijgen over een techniekmobiel met gereedschappen en uitgewerkte lesbundels en anderzijds dat de ankerschool (nijverheidstechnische school) de nodige ondersteuning en begeleiding voorziet. Het FTML voorziet in een bijkomende financiering zodanig dat de techniekmobielen kunnen worden uitgerust met extra gereedschappen zodat klassen tot 28 leerlingen kunnen worden bediend. Timing: schooljaar 2012-2013. Indien blijvend succes wordt dit ook in het schooljaar 20132014 verdergezet. Bereik: 247 basisscholen Betrokken partners: FTML, provincie Limburg, RTC, andere sectoren Beoogde sectorale doelstelling - Attitudeverandering creëren t.o.v. de studiekeuze en oriëntatie bij leerlingen, ouders en leerkrachten via het inktvlekmodel. - Organiseren en onderhouden van netwerken tussen lagere school en technisch secundair onderwijs. Actie 4 (FTMA): Technotrailer Omschrijving: In samenwerking met de provincie Antwerpen heeft FTMA het concept Techno-trailer uitgewerkt. In en om de T²-trailer kunnen de leerlingen van het vijfde en zesde leerjaar gedurende één dag kennis maken met de wondere wereld van techniek. Via allerhande doe-activiteiten en proeven testen ze hun eigen technisch inzicht en praktische vaardigheden. Bovendien willen we hen een realistisch beeld geven van nijverheidstechnische opleidingen en de beroepsmogelijkheden nadien. FTMA zetelt in de stuurgroep van de Technotrailer en zal op die manier de werking en inzet van dit instrument constant kunnen evalueren en bijsturen. Het sectorfonds neemt tevens een stuk van de werkingsmiddelen voor haar rekening. Goed voor €15.000. Belangrijk is ook dat hier intersectoraal de handen in elkaar worden geslagen. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: een 80-tal lagere scholen bezoeken per schooljaar Betrokken partners: Provincie Antwerpen, RTC, Fondsen voor de chemie en Vormelek Actie 5 (FTMA): De Kr8/o/nauten Omschrijving: Het overdonderende succes van de Technotrailer en de vele reacties die we krijgen van de leerkrachten maakte duidelijk dat er nood is aan bijkomend aanbod in Antwerpen. De Technotrailer is immers de komende twee schooljaren volgeboekt. Om lagere scholen toch te laten werken rond techniek moet er dus een bijkomend aanbod worden gerealiseerd. In dit project gaan we samen met leerkrachten, ouders en de medeleerlingen op zoek naar de talenten van onze leerlingen. We starten vanuit de interessegebieden én de competenties van de leerlingen. Frank De Winne zet hier zijn schouders onder en daagt ons uit: “Wat heb jij in je Mars?” Dit project staat nog in zijn kinderschoenen en moet nog worden uitgewerkt. We gaan dit volgend schooljaar doen, om dan vanaf 2013-2014 van start te gaan. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: het eerste schooljaar 40 extra scholen motiveren en vanaf 2014-2015 hopen we op 80 extra scholen
15
Betrokken partners: Provincie Antwerpen, RTC, Fondsen voor de chemie en Vormelek. Net zoals bij de startfase van de Technotrailer zal de consulent mee in de stuurgroep zitten. Deze stuurgroep is van essentieel belang bij de opstart. Alle mogelijke acties en initiatieven worden daar onderzocht en geëvalueerd en indien nuttig gelanceerd. Bovendien is er zeker in de beginfase een voortdurende terugkoppeling nodig vanuit het onderwijsveld naar de stuurgroep over de effectiviteit van de uitgewerkte acties. Aanpassingen en verbeteringen zijn dan mogelijks weer nodig. Als het project dan op kruissnelheid is gekomen, zal de stuurgroep enkele keren per jaar samenkomen om de uitrol van Kr8nauten op de voet te volgen. Actie 6 (RTM Br): Dag van de technologie Omschrijving: Leerlingen uit het 5de of 6de jaar lager onderwijs gedurende een dag techniek laten ontdekken aan de hand van een aantal doeactiviteiten (samenbouwen van een didactisch robotje, uitvoeren van een aantal handelingen in de werkplaats enz.), gevolgd door een bedrijfsbezoek in een Brussels bedrijf. Bedoeling is om de nieuwsgierigheid van 11 en 12-jarigen te prikkelen op vlak van techniek. De sectorconsulent legt de nodige contacten met de scholen, ziet toe en helpt bij de uitvoering van de activiteiten. Timing: 1ste of 2de trimester van het schooljaar Betrokken partners: RTM Brussel en het Koninklijk Atheneum uit Ukkel Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: jongeren begeleiden bij een technologieontdekking Kwantitatieve streefcijfers: een 40 tal leerlingen/schooljaar Actie 7: Metaal en technologie, jouw toekomst? Omschrijving: De sensibiliserings- en promotiecampagne van TOFAM West-Vlaanderen: “Metaal en Technologie, jouw toekomst” wordt verder gezet ter verbetering van het imago van de sector naar jongeren, ouders, leerkrachten en CLB’s toe. Een interactieve informatiedrager is ontwikkeld, teneinde de sector op verschillende fora op een aantrekkelijke manier te kunnen voorstellen. De DVD is onderdeel van de informatieve KIOSK, een touchcomputer, waarop Tofam zijn aanwezigheid op opendeurdagen, doedagen en andere informatieve beurzen op een interactieve en hedendaagse manier wil bestendigen. Op de kiosk kunnen de doelgroepen interactieve informatie vinden waarbij studiekeuzes, beroepenfilms en vacatures aan elkaar gelinkt worden. De bestaande beroepengids en bijhorende website www.metaalmijnberoep.be wordt verder uitgebouwd en geïntegreerd in de kiosk. De ontwikkelde DVD kan ook afzonderlijk gebruikt worden als ondersteuning van studiekeuzemomenten vanuit zowel lager onderwijs, 1e graad SO en 2e graad SO. Aan de DVD wordt in de toekomst eveneens een handleiding gekoppeld zodat hier binnen een lessenpakket optimaal kan gewerkt worden tijdens lesmomenten. Timing: De actie “METAAL EN TECHNOLOGIE, JOUW TOEKOMST?” richt zich vooral op de periode van studiekeuze (maart tem juni). In deze periode heeft het onderwijs nood aan doelgericht informatie-en campagne materiaal teneinde een optimale doorstroming naar de studierichtingen die aansluiten bij onze sector te garanderen. Vooral tijdens de jaarlijkse opendeurdagen van de technische scholen wil Tofam een partnership aangaan en een ondersteunende functie uitoefenen binnen de richtingen aansluitend op de sector. De kiosk en bijhorende actie kan echter ook ingezet worden op diverse doedagen en beurzen gedurende het schooljaar.
16
Betrokken partners: De betrokken partners voor deze acties zijn voornamelijk de technische scholen met de richtingen Mechanica-elektriciteit maar ook andere partners zoals het RTC, beroepenhuis, VDAB, TECHNON en MYMACHINE kunnen met deze actie van Tofam gebruiken om hun doelstellingen te behalen. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng Met deze actie wil Tofam de kwalitatieve en kwantitatieve instroom in de sector vanuit het onderwijs bevorderen via deze gerichte acties? Tofam stelt de informatieve stand en kiosk ter beschikking van de technische scholen met richtingen aansluitend op de sector alsook aan organisaties die de doelstellingen aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt willen bevorderen. Daarnaast verspreidt Tofam de beroepengids, scholengids en interactieve DVD aan de betrokken partners. Kwantitatieve streefcijfers Met de actie wil Tofam West-Vlaanderen de 34 technische scholen met richtingen aansluitend op de sector ondersteunen in het behalen van hun doelstellingen door de aanwezigheid en participatie op opendeurdagen, doedagen, studiekeuze-en infomomenten allerhande Actie 8 (TOFAM W-Vl): TECHNON Omschrijving Technon is een interactieve doebeurs in de regio Ieper die een samenwerkingsplatform is tussen lager onderwijs, secundair onderwijs, hoger onderwijs en industrie en sectoren. Technon richt zich op jongeren van 12 jaar, 18 jaar en hun ouders. Gedurende een week worden jongeren ontvangen en kunnen via allerhande doeactiviteiten kennismaken met veschillende sectoren en studierichtingen. Timing: Technon wordt tweejaarlijks georganiseerd en wil jongeren kennis laten maken met de sectoren. 2012 is een voorbereidingsjaar, oktober 2013 is er de eerstvolgende Technon beurs. Tofam participeert in de VZW TECHNON door zijn mandaat in de Raad van Bestuur. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng Tofam wil door zijn participatie in de raad van bestuur en zijn aanwezigheid op de beurs, jongeren en hun ouders informeren over de sector en hun een trajectspoor binnen de sector aanbieden. Tofam is eveneens sponsor met een inbreng van € 3200. Actie 9 (TOFAM W-Vl): MY MACHINE Omschrijving My machine is een initiatief die het technisch onderwijs promoot. Dit initiatief werd uitgewerkt door Howest, Leiedal en Streekfonds West-Vlaanderen (beheerd door Koning Boudewijnstichting). My Machine is een project voor kleine én grote kinderen die een eigen 'droommachine' willen maken. Kinderen uit het basisonderwijs bedenken een 'machine' (een IDEE) die dan verder wordt uitgewerkt door hogeschoolstudenten (een ONTWERP) om tenslotte te worden gerealiseerd door leerlingen uit het technisch onderwijs (een MACHINE). Gedurende het ganse traject kunnen kinderen en studenten beroep doen op de expertise en ondersteuning van diverse bedrijven en organisaties om zo de knapste (of mafste) machines te realiseren. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng Tofam wil met zijn expertise, actieve medewerking en financiële ondersteuning een substantiële meerwaarde voor het project betekenen De rol van Tofam bij ‘My Machine’ is een financiële bijdrage. Jaarlijks sponsort TOFAM West-Vlaanderen € 3.000 aan My Machine. Kwantitatieve streefcijfers Bereik: 12 basisscholen, 8 secundaire scholen, 3 hoge scholen
17
Actie 10 (TOFAM W-Vl): Pedagogische studiedagen lager onderwijs Omschrijving Er zal vanuit TOFAM West-Vlaanderen onderzocht worden in hoeverre de sector zich kan voorstellen op de diverse pedagogische studiedagen voor leerkrachten van het lager onderwijs. Hierbij zal eveneens aandacht gegeven worden aan de verschillende competenties en vaardigheden die nodig zijn voor het aanleren van een technisch beroep. Timing Hiervoor zullen er in het najaar 2012 contacten gelegd worden met de pedagogisch begeleiders van het basisonderwijs om in het schooljaar 2013-2014 tot concrete acties te komen.
ACTIES NAAR SECUNDAIR ONDERWIJS Actie 11 (FTML): Verrassend metaal Omschrijving: Op de FTML website staat een overzicht van alle nijverheidstechnische scholen en BuSO-scholen in Limburg, met hun respectievelijke websites. Er wordt aandacht geschonken aan een goede communicatie naar jongeren uit kansengroepen en jongeren die voor een beroepskeuze staan. De interactieve website met beroepengids “verrassend metaal” is laagdrempelig qua taalgebruik en op deze manier toegankelijk voor jongeren. Betrokken partners: FTML, TOFAM Beoogde sectorale doelstelling: promotie van het technisch onderwijs en beroepsonderwijs bij het maken van de studiekeuze. Actie 12 (FTMA): Oproep naar scholen voor promotie BSO-TSO Omschrijving: FTMA lanceert een oproep via mail naar de scholen uit het technisch- en beroepsonderwijs: bedoeling is dat wanneer individuele scholen één of andere samenwerking aangaan met bedrijven uit de omgeving of met andere scholen met als doel de promotie van het technisch- en beroepsonderwijs, er beroep kan gedaan worden op FTMA voor financiële ondersteuning. Vaak gaat het over opendeurdagen of doe dagen, waar leuke werkstukken worden uitgewerkt door leerlingen van de lagere school. In de hoop dat zij de smaak voor techniek te pakken krijgen. De scholen moeten daarvoor een aanvraagformulier bij FTMA indienen. Per school kan € 3000 worden ontvangen. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: Minstens een 10-tal scholen deze ondersteuning kunnen bieden. Betrokken partners: FTMA in samenwerking met technisch- en beroepsonderwijs. Actie 13 (FTMA): Acties naar onderwijs binnen Talentenfabriek Omschrijving: Talentenfabriek is een gestructureerd samenwerkingsverband tussen verschillende partners die hun kennis, ervaring, mensen en middelen samenbrengen om samen één job– en opleidingspunt voor de industriesector te creëren. Als job- en opleidingspunt wil het een integrale dienstverlening bieden op het vlak van tewerkstelling, werkgelegenheid en opleiding. (zie meer bij intersectorale samenwerking). Rond onderwijs zijn er ook een aantal initiatieven die worden ontwikkeld: • een bijdrage leveren aan een gemotiveerde en positieve studie- en beroepskeuze voor ‘techniek’, die gebaseerd is op een breed en realistisch beeld van de mogelijkheden van een technische opleiding en technische beroepen.
18
• • •
streven naar een optimale aansluiting op en afstemming met bestaande initiatieven. Vanuit onze werking proberen om deze te versterken en er ook nieuwe aan toe te voegen. creëren van een sector- en netoverschrijdende meerwaarde voor leerlingen, leerkrachten, ouders en begeleiders. steeds uitgaan van de realiteit en de noden van de specifieke doelgroep (basisonderwijs, secundair onderwijs 1ste graad, secundair onderwijs technische opties, secundair onderwijs niet-technische opties), waarbij zoveel mogelijk wordt aangesloten op de structuren die geboden worden door de regelgeving en de overheid.
Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling • • • • •
Talentenfabriek wil 2 evenementen / studiedagen voor scholen organiseren vanuit de werking van het job- en opleidingspunt. Talentenfabriek wil een actie opzetten om wie secundair ASO of hoger onderwijs niet heeft voltooid te heroriënteren naar techniek. Talentenfabriek wil aanwezig zijn op 5 infoavonden van middelbare scholen met TSO / BSO richtingen in de Provincie Antwerpen. Talentenfabriek wil samen met partners uit het onderwijsveld de link leggen naar innovatieve opleidingstrajecten en hen bij de uitvoering betrekken. Talentenfabriek richt 2 adviesgroepen op rond de voor onderwijs relevante thema’s: leerloopbanen techniek enerzijds en opleidingsaanbod en infrastructuur anderzijds. Deze adviesgroepen zullen een tweetal keer per jaar worden samengeroepen en zijn bedoeld als multidisciplinair overlegorgaan. Naast deelnemers uit het onderwijsveld worden ook VDAB en de sectoren betrokken.
Betrokken partners: Stad Antwerpen, VDAB, RTC Antwerpen, FTMA, VIBAM, het paritair vormingsfonds voor de scheikundige nijverheid De engagementen van FTMA in Talentenfabriek - Een eventueel financieel engagement. Het financiële engagement voor het werkingsjaar 2012 is € 316.750. Het engagement en de omvang van het financiële engagement voor de volgende jaren wordt jaarlijks geëvalueerd en bepaald door FTMA en wordt opgenomen in de jaarlijks goed te keuren begroting. - De inzet van personeel om de werking van Talentenfabriek te ondersteunen en vorm te geven op het vlak van omkadering en op het vlak van de te realiseren onderwijsdoelstellingen. Het engagement en de omvang van de personeelsinzet voor de volgende jaren wordt jaarlijks geëvalueerd en bepaald door FTMA en wordt opgenomen in de jaarlijks goed te keuren begroting. - Een actieve rol in het beleid en de werking van Talentenfabriek op te nemen via een vertegenwoordiging in het directiecomité en deelname aan het dagelijks bestuur en andere eventuele relevante werkgroepen en platformen. - Het instrumentarium nodig voor het informeren van bedrijven, werknemers, werkzoekenden en scholen met betrekking tot de sectorale diensten ter beschikking te stellen.
19
Actie 14 (RTM Br): Kennismakingsweek met de metaalsector (nieuw) Omschrijving: studenten uit de 2de graad TSO krijgen gedurende 5 dagen een onderdompeling in de richtingen industriële plaatslagerij, lassen, verspannen, lifttechnieken, HVAC en elektriciteit, als voorbereiding op een latere keuze bij het einde van de tweede graad en dit onder de vorm van een soort werkplekleren waar de studenten mits begeleiding van erkende instructeurs zelf aan de slag zullen gaan. Een voorbeeld daarvan is bv: in de plaatslagerij, lasserij en het verspanningsatelier zullen zij zelf aan het werk gaan. Timing: in de loop van het schooljaar Betrokken partners: scholen en RTM Brussel Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: door middel van praktijkervaringen de leerling bewust maken van zijn eigen interesses en mogelijkheden. Kwantitatieve streefcijfers: een 50 tal studenten uit de 2de graad TSO en een 6 tal leerkrachten De sectorconsulent, stelt samen met de school en de RTM Brussel lesgevers het weekprogramma op. Hij zal de leerlingen tevens begeleiden tijdens de verschillende praktijksessies. Actie 15: Metaal mijn beroep Omschrijving: Op de website www.metaalmijnberoep.be staat een overzicht van alle technische scholen, beroepsscholen en BuSO-scholen in Vlaanderen, met hun respectievelijke websites. Er wordt aandacht geschonken aan een goede communicatie naar jongeren uit kansengroepen en jongeren die voor een beroepskeuze staan. De interactieve website met beroepengids is laagdrempelig qua taalgebruik en op deze manier toegankelijk voor jongeren en volwassenen uit de kansengroepen. Timing: 2013 en 2014 Betrokken partners: FTML, TOFAM Oost-Vl, TOFAM West-Vl, FTMA, RTM Vl Brabant, INOM-Arbeiders Beoogde sectorale doelstelling -
promotie van het technisch onderwijs en beroepsonderwijs bij het maken van de studiekeuze. Informeren over de beroepen in de sector
Actie 16 (TOFAM O-Vl): Metaal en Technologie, jouw toekomst Oost-Vlaanderen Omschrijving: De vernieuwde sensibiliserings- en promotiecampagne van TOFAM OostVlaanderen (2012): “Metaal en Technologie, jouw toekomst” wordt verdergezet in 2013 2014 ter verbetering van het imago van de sector naar jongeren, ouders, leerkrachten, CLB’s, en werkzoekenden toe. Hiertoe zal gebruik gemaakt worden van nieuw materiaal: een TOFAM-stand “Metaal & Technologie, jouw toekomst” met een infokiosk. Daarnaast wordt volgend materiaal verder aangeboden aan alle scholen: posters met een algemeen campagnebeeld, affiches van beroepen, een algemene gids, de beroepengids en een jongerenwebsite. De infokiosk met een vacaturedatabank, de scholen- en beroepengids (eveneens te raadplegen via de website) wordt verder geüpdatet in 2013 - 2014. De nieuwe tool (een project i.s.m. West-Vl.) een “interactieve informatiedrager”, gefinaliseerd in 2012, wordt in 2013 en 2014 voorgesteld aan alle scholen TSO- en BSO met studiegebied mechanica-elektriciteit. Bedoeling is de sector op verschillende fora op een aantrekkelijke manier voor te stellen aan de hand van beeldmateriaal van de 5 deelsectoren en de 8
20
activiteiten. De beelden van de interactieve dvd zijn eveneens te raadplegen via de TOFAMstand met infokiosk en de jongerenwebsite Metaal mijn beroep. In samenwerking met de verschillende technische scholen wordt in 2013 – 2014 de imagocampagne ‘Metaal & Technologie, jouw toekomst…’ geïmplementeerd in de verschillende opendeurdagen. Tijdens deze opendeurdagen wil TOFAM Oost-Vlaanderen de scholen ondersteunen om de verschillende richtingen binnen het studiegebied mechanicaelektriciteit te promoten. De stand met de infokiosk zal tevens ingezet worden op doedagen en diverse beurzen gericht naar jongeren, leerkrachten, ouders en CLB’s. Timing: schooljaar 2012 – 2013, 2013 -2014 Betrokken partners: Technische scholen met richtingen binnen het studiegebied mechanica – elektriciteit, auto, koeling en warmte. Partners van doedagen en beurzen: het RTC (Technologica), Het Beroepenhuis, VDAB. Beoogde sectorale doelstelling -
promotie van het technisch onderwijs en beroepsonderwijs bij het maken van de studiekeuze. Informeren over de beroepen in de sector
Kwantitatieve streefcijfers: Het standmateriaal met infokiosk en het promotiemateriaal zal jaarlijks ter beschikking gesteld worden van 34 scholen (BSO en TSO met een richting binnen mechanica-elektriciteit), 6 BuSO-scholen met een afdeling metaal, basisscholen (laatste graad) en secundaire scholen (eerste graad) via de bezoeken aan Het Beroepenhuis. Voorts zal het materiaal ter beschikking gesteld worden aan allerlei initiatieven voor werkzoekenden ifv de toeleiding van werkzoekenden naar opleidingen binnen de sector metaal & technologie. Actie 17 (TOFAM O-Vl): Promotie TSO/BSO – Deelname aan het Beroepenhuis Gent Omschrijving en beoogde sectorale doelstelling: TOFAM Oost-Vlaanderen zal verder in 2013-2014 deelnemen aan sectoroverstijgende initiatieven in het kader van de promotie TSO en BSO. TOFAM Oost-Vlaanderen zal verder participeren aan het project Het Beroepenhuis dat zich richt tot het lager onderwijs (laatste graad basis, eerste graad secundair) via haar actieve deelname aan het dagelijks bestuur en raad van bestuur. Dit initiatief wil leerlingen (11 – 14 jarigen), leerkrachten basis, CLB’s, ouders laten kennismaken met diverse sectoren en beroepen. Het sectorfonds neemt momenteel de functie van ondervoorzitter waar in Het Beroepenhuis. TOFAM Oost-Vlaanderen zal verder actief meewerken aan de uitbouw van Het Beroepenhuis. Een bezoek aan Het Beroepenhuis bestaat uit 2 onderdelen: uitvoeren van een beroepenatelier of workshop en een begeleid bezoek aan de interactieve tentoonstelling. In 2012 werd een nieuw beroepenatelier voor de metaal en technologie uitgewerkt als onderdeel van een bezoek aan Het Beroepenhuis: ‘productieproces van een USB-stick’. De nieuwe workshop van TOFAM bestaat uit 3 identieke mobiele settings. 1 setting kan gratis uitgeleend worden aan alle initiatieven met als doelstelling bevordering van aansluiting onderwijs – arbeidsmarkt (doedagen, opendeurdagen en beurzen). TOFAM organiseert ism andere sectoren en Het Beroepenhuis jaarlijks een materialenbeurs voor studenten leerkrachten, leerkrachten basis en secundair onderwijs. Beoogde sectorale rol/inbreng: TOFAM Oost-Vlaanderen heeft beslist om verder in 2013 en 2014 jaarlijks een bijdrage te schenken van € 7500 ifv de verdere ondersteuning van de begeleidingsmogelijkheden. Timing: schooljaar 2012 - 2013 en 2013 - 2014 Betrokken partners: Het Beroepenhuis en andere sectorfondsen
21
Kwantitatieve streefcijfers: Leerlingen en leerkrachten laatste graad basis, 1ste graad secundair. Het Beroepenhuis mikt jaarlijks op 8000 bezoekers tijdens schooluren (leerlingen en leerkrachten), 1000 bezoekers (leerlingen, niet-leerlingen en ouders) tijdens andere momenten (zondagen, infosessies). Actie 18 (RTM Vlaams-Brabant): Deelname aan de Doe Beurs te Leuven Omschrijving en beoogde sectorale doelstelling: RTM Vlaams-Brabant neemt deel aan de Doe Beurs te Leuven, georganiseerd door de provincie Vlaams-Brabant. De bedoeling is om leerlingen uit het 5de en 6het leerjaar lager onderwijs en het eerste jaar secundair onderwijs te laten kennismaken met diverse beroepen en beroepssectoren die minder of niet aan bod komen bij andere activiteiten. De beurs duurt drie dagen. RTM Vlaams-Brabant koos voor een opstelling van twee stations van de onderneming Festo (magazijn + transportband) die met elkaar gekoppeld werden. Er werden een aantal oefeningen opgegeven die de jongeren dienden uit te voeren. Door te experimenteren met de manuele sturing leren de jongeren spelenderwijs de basisbegrippen van automatisering. Kwantitatieve streefcijfers: in 2011 bezochten 358 leerlingen de stand van RTM VlaamsBrabant en namen actief deel aan de workshop ‘automatisatie technieker’. Ook voor volgende jaren zal deze opkomst meer dan voldoende zijn. Als je berekent dat de gemiddelde tijd aanwezig van drie leerlingen 20 minuten is, heb je voor 358 leerlingen geen tijd over. Timing: ieder jaar Beoogde sectorale rol/inbreng: Het kostenplaatje van deze deelname is gratis. Het didactisch materiaal van Festo in bruikleen is gratis. De enige kost bestaat uit het aanmaken van de getuigschriften en de fardjes met de oefeningen (+/- 1000 EUR). Betrokken partners: Festo, DIA Aarschot Rol van de consulent: De consulent zet de stand op, is drie dagen aanwezig op de beurs, informeert de kinderen over de oefeningen, helpt bij de uitvoering ervan, schrijft de getuigschriften uit en breekt achteraf de stand af. Actie 19 (INOM): Ondersteuning van het Industrieel Leerlingwezen Omschrijving: INOM-arbeiders blijft het ILW verder ondersteuning bieden. Tot 2012 was dit administratief, financieel en anderzijds via actieve participatie aan testings van jongeren, advies aan bedrijven en samenwerking met de CDO’s. INOM-arbeiders neemt ook verder deel aan de infoverspreiding van het ILW binnen de sector. En op dat vlak zal de infoverspreiding actiever worden toegepast op volgende manier: Bedrijven met openstaande vacatures voor knelpuntberoepen benaderen en overtuigen over de meerwaarde van ILW: • • •
Hoe: bedrijven pc111 met vacature opsporen via vacaturebank van VDAB Wat: bedrijf aanspreken op openstaande vacature Waarom: o opleiden naar behoefte van het bedrijf, o opvolging opleiding en tewerkstelling vanuit school o begeleiding bedrijf door INOM: wetgeving, tussentijdse evaluaties ifv modulaire lasopleiding, certificering Vinçotte en Europees lasdiploma via lassen met de klas, o bedrijfsopleidingenpremie voor bedrijf o stagebonus (maatregel RVA)
22
Ook zullen we de ILW-informatieverstrekking opfrissen: • Update ILW folder • Update ILW brochure • beknopte praktische gids • online kostensimulator Timing: 2013-2014 Bereik: streefdoel is 50 bedrijven om op te starten. Betrokken partners: INOM-arbeiders, het Paritair Leercomité, sociale partners, CDO’s, VDAB
Voortgangsindicatoren Totaal overzicht beoogde bereik geïnformeerde beroeps- en studiekeuze op jaarbasis
Scholen
jongeren
leerkrachten
Lager onderwijs
+/- 120
+/- 240
+/- 60
Secundair onderwijs
+/- 70
+/- 240
+/- 47
TOTAAL
+/- 190
+/- 480
+/- 147
Diversiteitscheck Op het vlak van instroom alsook competentieversterking van leerkrachten en leerlingen gaat onze aandacht niet louter naar TSO en BSO-onderwijs maar ook in het bijzonder naar BuSO-scholen alsook jongeren uit kansengroepen. Ook jongeren uit het DBSO worden aangesproken door o.a. de ILW-werking. Door middel van de acties omtrent instroom qua taalgebruik laagdrempelig op te stellen proberen we op die manier ook de jongeren uit de kansengroepen te bereiken.
23
Instroom
PRIORITEIT 2 Competentieversterking leerkrachten en leerlingen Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten: Actie 1 (RTM Vl-Br): Geïntegreerd Project Omschrijving: Geïntegreerd project CNC draaien en frezen, ASCP werkplekleren en DIM (duurzaam industriële metaalbewerking) automatiseringsproces: dit zijn 3 verschillende projecten die één geheel vormen. Zowel bij ASCP werkplekleren als bij het DIM project zetelt de consulent in de werkgroep. Op regelmatige tijdstippen wordt er bijeen gekomen om de acties te evalueren en bij te sturen. Het geïntegreerd project bevat vele facetten van het draaien en frezen. Het kan zowel leerlingen, leerkrachten, werkzoekenden en werknemers aanspreken. Het CNC draaien en frezen richtte zich vooral op leerkrachten. Deze fase is reeds achter de rug. Het ASCP werkplekleren is gefocust op leerlingen die de kans krijgen op verschillende locaties aan werkplekleren te doen, waarbij ze opspanmiddelen voor vliegtuigonderdelen bij ASCO te realiseren. Binnen het ASCP project vertrekt men vanuit de tekening van een hulpstuk voor het bouwen van vliegtuigonderdelen en worden de componenten van het opspanmiddel vervaardigd en tot een groter geheel geassembleerd. In 2011-2012 ging het om een opspanmiddel van de Boeing 787. De opdracht was hierbij het CNC verspannen van de stukken en 3D meten. Voor de editie 2012-2013 zijn de inschrijvingen reeds eind september afgesloten. De voorbereiding gebeurt samen met de leerkrachten. Daarna kunnen de leerlingen op verschillende locaties aan werkplekleren doen. Dit schooljaar ziet er dit als volgt uit: Okt 2012: Leerkrachten beslissen welk werkstuk ze willen maken en geven de maten door aan ASCO Z’tem. Nov 2012: Presentatie werkstukken en volgorde van de te frezen werkstukken. De instructeurs zijn de ondernemingen Sandvik en Asco. Jan/feb 2013: Opleidingsdag NX-cad en NX-cam voor leerlingen bij Siemens en werkplekleren i.v.m. oppervlakteruwheid bij Mitotoyo, ASCO of VDAB. Daarna is er mogelijkheid om tot eind april 2013 werkplekleren te doen elke vrijdag. April-mei 2013: Opstellen van meetrapport aan Asco. 24 mei 2013: Inleveren van stukken 31 mei 2013: Presentatie
24
Doelstelling ASCP 2013 - Leren om een project te plannen – industrialiseren - Materiaal kennis - Technologie en keuze van gereedschappen - NC programmatie - Precisie van nauwkeurige maten - Bewerkingen met 3 en 5 assen machines - Draaien - Speciale bewerkingen: slijpen van gehard staal - Speciale processen: QPQ en thermische behandelingen - Meettechnieken en 3D meten - Montage en assemblage - Evaluatie van het project - Levering van de stukken en meetrapporten Het DIM staat voor het automatiseringsproces. Bij het project DIM cc is de infrastructuur bij de VDAB Heverlee op 14 december 2011 officieel geopend. Leerkrachten konden zich reeds vanaf 2010 inschrijven maar het werkplekleren met leerlingen is pas gestart in maart 2012.Momenteel zijn er reeds 123 leerlingen ingeschreven (5 scholen) voor de opleiding robotprogrammatie.. Timing: 2010 – tot 2014 Betrokken partners: RTC Vlaams-Brabant, Asco, Siemens, Bühlmann, Fanuc Robotics, Mitutoyo, VDAB, Hogeschool De Nayer, Sandvik en Siemens PLM Software. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: Met deze projecten willen we alle leerlingen van het studiegebied mechanica, elektriciteit bereiken maar ook werkzoekenden en werknemers. Kwantitatieve streefcijfers: 330 leerlingen, 30 leerkrachten maar ook werkzoekenden en werknemers. Toekomst: wat het CNC draaien en frezen betreft, wordt naar schooljaar 2012 2013-2014 dit onderdeel aangepast. Het huidig modulair opleidingsaanbod wordt niet meer herhaald maar er zal een uitbreiding aan het opleidingstraject CNC aangeboden worden onder de vorm van meer gespecialiseerde CNC- onderwerpen (5-assig verspanen, 3D printing …). Wat DIM en ASCP betreft zal het voorgesteld modulair traject wel behouden blijven. Rol van de consulent: aanwezig zijn bij alle werkgroepvergaderingen, de contacten onderhouden met alle partijen en de projecten goed opvolgen Actie 2 (RTM Vl-Br): Brabant Last, Iedereen Wint Omschrijving: De doelgroep van dit project bestaat uit leerlingen uit het 6de en 7de TSO/BSO, de 5de leerjaren van het BuSO en DBSO. Ze krijgen de kans om zich een weg te lassen naar de zeer begeerde lascertificaten en internationale lasdiploma’s. De bedoeling is dat elke leerling een keuze maakt uit welk lasprocédé hij wil verbeteren en dat het niveau op het einde van de intensieve cursus hoger ligt dan ervoren. Betrokken partners: RTC Vlaams-Brabant, VDAB, VCL Nederoverheembeek, Vinçotte, IRISTECH+ Kwantitatieve streefcijfers: Er zijn 223 potentiële leerlingen lassen. In 2011 zijn er 110 leerlingen bereikt. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: Lasser is een knelpuntberoep en verdient dus de nodige aandacht. Een internationaal lasdiploma is een visitekaartje tot werk. Rol van de consulent: aanwezig zijn op de werkgroepvergaderingen
25
Actie 3 (RTM Vl-Br): Werkplekleren Duracell Omschrijving: RTM Vlaams-Brabant heeft met Duracell Aarschot en RTC Vlaams-Brabant een samenwerkingsakkoord afgesloten. Voor Duracell wordt de aankoop van didactisch materiaal voor hun opleidingscentrum financieel ondersteund door de sector. Eind januari 2012 was er een infomoment waarbij aan de leerkrachten de verschillende opleidingen en werkplekmogelijkheden werden uitgelegd. Deze modules richten zich vooral op toekomstige onderhoudsmecaniciens. De leerkrachten vonden het noodzakelijk eerst zelf opleiding te volgen. Wat er aangeboden wordt: - stageplaatsen voor 6de en 7de jaarsstudenten - ter beschikking stellen van het “technisch trainingscenter” en het bijhorende didactisch materiaal Er zijn vijf opleidingsmodules en werkplekleermogelijkheid: - opleiding “bevestigingsmiddelen” - opleiding “kogellagers” - opleiding “kettingen en riemen” - opleiding “pneumatica” - opleiding “reductoren” Betrokken partners: Duracell Aarschot, RTC Vlaams-Brabant, RTM Vlaams-Brabant Kwantitatieve streefcijfers: leerlingen elektriciteit/mechanica Actie 4 (RTM Vl-Br): Asco CNC draaien en frezen Omschrijving: buiten onze samenwerking in verband met het Geïntegreerd project wordt het opleidingscentrum van Asco gefinancierd om materiaal te kunnen aankopen en ter beschikking te stellen van leerlingen en leerkrachten. Betrokken partners: ASCO, Agoria Het trainingscenter A5 bij ASCO bestaat sinds 1985 en is erop gericht om CNC machines en lokalen ter beschikking te stellen aan de scholen uit de regio Zaventem. Reden van dit initiatief was duidelijk: op dat ogenblik kon geen enkele school een adequate CNC (Computergestuurde freesmachines of draaibanken) opleiding verstrekken aan zijn studenten. Sinds zijn ontstaan zijn er nieuwe industriële machines aangekocht: CNC Freesmachine, CNC draaibank, CMM Computergestuurde 3D meetbank, een pakket van alle meetinstrumenten die binnen ASCO gebruikt worden, software, … Nu werken de studenten met CAD-CAM pakketten waarbij ze hun machineprogramma’s via de intranet of internet kunnen versturen vanuit de school. Het 2de trainingscenter A1 (computerlokaal) gebruikt Asco om PC opleidingen te organiseren voor arbeiders en bedienden. In het 3de trainingscenter A5 (Metrologie) kunnen scholen en productieoperators via elearning (5 PC’s), meettechnieken aanleren en de 3D meetbank van Mitutoyo leren gebruiken. In het 4de en nieuwe (2009) trainingcenter A5 (CNC Sturing Siemens 840D) kunnen scholen en productieoperators kennismaken met de meeste aanwezige sturing op de machine binnen Asco en oefeningen doen op de software pakket Sinutrain van Siemens en ISO programmeren. Ze kunnen onder begeleiding van een Asco operator op de 5-assige machine naast de training lokaal werken.
26
Actie 5 (RTM VL-Br): Pick en Place Omschrijving en beoogde sectorale doelstelling Een geassembleerde Pick&Place unit maken (met transportband). •
Vervaardigen van mechanische onderdelen
•
Mechanisch ontwerpen
•
Elektriciteit
•
Pneumatiek
•
Besturing
•
Montage en kalibratie
•
Begeleid zelfstandig leren + evaluatie later
Doelgroep Leerlingen van elektr. Mech (238 leerlingen + een dertigtal leerkrachten van 23 scholen) Bekendmaking Via RTC Vlaams-Brabant Materiaal van volgende bedrijven •
SMC Pneumatics Wommelgem
•
SICK Sensoren Asse
•
Beckoff Hasselt
•
Narviflex Geel
•
PEC
•
Maxon Motors
•
Brammer
Voordelen •
Stof voor eindwerken voor leerkrachten
•
Samenwerking tussen verschillende scholen
•
Samenwerking met bedrijven
•
Zelfstandig leren voor leerlingen
•
De scholen kunnen, mits subsidie, goedkoop de pick&place unit aankopen. Ze betalen 300 EUR voor iets met een waarde van 4.200 EUR.
•
De leverancier schrijft CV uit voor meewerkende leerlingen
•
Project is makkelijk instapklaar
Start project November 2012 Mei 2013: certificatieplechtigheid Budget
scholen RTC RTM Vl. Br Totaal
Aantal
Incl. BTW
23 23 23
300 726 1174 2200
Tot incl. BTW 6.900 16.698 27.002 50.600
27
Financiering RTM Vlaams-Brabant: éénmalig 27.002 EUR incl. BTW RTC: 16.698 EUR De bedrijven geven aan de scholen extra materiaal voor een bedrag van 1.800 EUR/school (totaal: 41.400 EUR) Betrokken partners RTC Vlaams-Brabant, bovenvermelde bedrijven Actie 6 (RTM Vl.-Br.): leeratelier Fabricom Hoboken Omschrijving Alternerend leren = gedurende het volledige schooljaar 1 of 2 dagen bij Fabricom + stage gedurende een drietal weken. Het betreft hier pijpfitters en fotobuislassers. Doelgroep 6de jaars lasser constructie, 7de jaar pijpfitter, lasser, monteerder, 7de jaar fotolassen en IBO. Er zijn een tiental scholen bij betrokken. Bij IBO gaan de opleidingen eerst door op de sites van de VDAB, daarna in het leeratelier. Financiering RTM Vlaams-Brabant steunt het project éénmalig voor een bedrag van 41.600 EUR. Betrokken partners: Agoria, Fabricom Actie 7 (RTM Vl-Br): VDAB, 72 uren regeling e.d. Omschrijving: in samenwerking met RTC’s en VDAB worden verschillende opleidingen gratis aangeboden aan leerlingen van het 5de, 6de en 7de jaar in campus VDAB te Vilvoorde, Heverlee en Diest. Een nieuwigheid dit jaar is de mogelijkheid om “technische introductiedagen” te organiseren voor leerlingen uit de 1ste en 2de graad. Het opleidingsaanbod omvat alles in verband met elektromechanica, BA4, BA5 … Betrokken partners: RTC Vlaams-Brabant, VDAB Kwantitatieve streefcijfers: leerlingen elektriciteit/mechanica Actie 8 (RTM Brussel): EOLUS project Omschrijving: In augustus 2005 werd het EOLUS Charter afgesloten tussen 10 bedrijven, 5 Brusselse technische scholen niveau technisch secundair en Iris Tech+ met als doelstelling: de herwaardering van het TSO, verbeteren van het competentieniveau en een betere afstemming tussen de noden van de ondernemingen en de schoolse opleiding. Timing: in de loop van het schooljaar Betrokken partners: Scholen en RTM Brussel en een vijftal Brusselse bedrijven. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng Versterking van de schoolprogramma’s door: • Ter beschikking stellen van de infrastructuur van het referentiecentrum en indien nodig pedagogische begeleiding • Opleiding van het onderwijzend personeel • Kennis van de bedrijfswereld via stages en bedrijfsbezoeken. De betrokken bedrijven organiseren bedrijfsbezoeken en kennismaking met de beroepen. Ook IRISTECH biedt de nodige infrastructuur aan de scholen aan alsook instructeurs die de nodige opleiding organiseren. Het betreft hier stages, meestal van 5 dagen, waarbij een bedrijfsbezoek van de betroffen site veelal deel uit maakt van de week. • Sensibilisering van de beroepen
28
Kwantitatieve streefcijfers: +/- 60 leerlingen en 10 leerkrachten De sectorconsulent staat in voor de planning en de begeleiding van deze activiteit. Actie 9 (RTM Brussel): opleidingen Brusselse technische scholen: de pool Sint – Denijs Omschrijving: De opleidingsinfrastructuur van de Pool Sint - Denijs (eigen opleidingsinfrastrcutuur RTM Brussel) openstellen voor de Brusselse Technische scholen (TSO, Bachelor en Master) Timing: in de loop van het schooljaar Betrokken partners: Scholen en RTM Brussel Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng Versterking van de schoolprogramma’s door: • Ter beschikking stellen van de infrastructuur van het referentiecentrum en indien nodig pedagogische begeleiding • Opleiding van het onderwijzend personeel • Kennis van de bedrijfswereld via stages • Sensibilisering van de beroepen door het feit dat de infrastructuur duidelijk toegespitst is op een specifiek beroep: bv: lifttechnieken, lassen, .... • De opleidingsinfrastructuur is eigendom van RTM Brussel Kwantitatieve streefcijfers: Een 200 tal studenten uit de verschillende graden en een 15 tal leerkrachten De sectorconsulent staat in voor de planning en de begeleiding van deze activiteit. Actie 10 (RTM Br): Opleidingen robotica/laserlassen en voertuigelektronica bij Audi Brussels in de pool Automotive Omschrijving: De opleidingsinfrastructuur van de pool Audi Brussels openstellen voor de Brusselse Technische scholen (TSO, Bachelor en Master). De sectorconsulent begeleidt de scholen en Audi en zorgt ervoor dat de behoeftes en vragen op mekaar afgestemd worden. Tijdens heel de aanloop van het proces, zorgde de consulent dat er coherentie werd gevormd. Timing: vanaf schooljaar 2012-2013 Betrokken partners: Audi Brussels, Don Bosco Woluwe, RTM Brussel en Agoria Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng Versterking van de schoolprogramma’s door: • Ter beschikking stellen van de infrastructuur van de pool en indien nodig pedagogische begeleiding • Opleiding van het onderwijzend personeel • Kennis van de bedrijfswereld via stages: Audi biedt stageplaatsen aan in een tweejarige opleiding. (zie ook actie 20) • Sensibilisering van de beroepen Audi Brussels en Don Bosco Woluwe begeleiden en ondersteunen qua planning en opleiding Kwantitatieve streefcijfers: 10 à 15 leerlingen op jaarbasis en een 60 tal studenten uit de verschillende graden en een 10 tal leerkrachten
29
Actie 11 (RTM Br): opleidingen Brusselse technische scholen bij SABCA in de pool Aeronautiek Omschrijving: De opleidingsinfrastructuur van de pool SABCA openstellen voor de Brusselse Technische scholen (TSO, Bachelor en Master) Timing: in de loop van het schooljaar Betrokken partners: scholen, SABCA en RTM Brussel Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: Versterking van de schoolprogramma’s door: • Ter beschikking stellen van de infrastructuur van de pool en indien nodig pedagogische begeleiding • Opleiding van het onderwijzend personeel • Kennis van de bedrijfswereld via stages • Sensibilisering van de beroepen Kwantitatieve streefcijfers: een 20 tal studenten uit de verschillende graden en een 4 tal Leerkrachten De sectorconsulent staat in voor de planning en de begeleiding van deze activiteit. Actie 12 (FTMA): Bijscholingsprogramma’s voor leerkrachten aan uit TSO, BSO en BuSO Omschrijving: FTMA biedt bijscholingsprogramma’s voor leerkrachten aan uit TSO, BSO en BuSO. Leerkrachten kunnen gratis technische opleidingen, zoals lassen, VCA, CNC-draaien en frezen, PLC-technieken, elektriciteit, ICT-vaardigheden, enz. volgen bij een VDAB centrum bij hun in de buurt. Bovendien wordt er door ANTTEC (= Antwerps opleidingscentrum van de sector) jaarlijks rond bepaalde thema’s studiedagen en opleidingen georganiseerd voor leerkrachten en leerlingen. Anttec biedt extra opleidingen aan rond automatisering en mechanica. Bedoeling is dat wij met onze knowhow en moderne machines op die manier een aanvulling vormen op de leerstof in de scholen en bij VDAB. Timing: 2013 -2014 Beoogde sectorale doelstelling: 30 leerkrachten bijscholen per kalenderjaar uit 15 verschillende scholen en een 100-tal leerlingen. Betrokken partners: VDAB, Anttec, VCL, RTC Actie 13 (FTML): organiseert bijscholingsprogramma’s voor leerkrachten Omschrijving: Het FTML biedt bijscholingsprogramma’s aan voor leerkrachten uit TSO, BSO en BuSO. De leerkrachten kunnen gratis technische opleidingen volgen bij de VDAB en bij LIMTEC (opleidingscentrum van FTML-LIMOB). Bij de VDAB geldt een permanente instap gedurende het ganse jaar, bij LIMTEC gaat het om een aanbod van cursussen, studiedagen en workshops. LIMTEC overlegt jaarlijks met de directies van de technische scholen om te peilen naar de behoeften en hoe LIMTEC hierop kan inspelen. Er worden aparte opleidingen voor docenten ingericht en docenten met individuele opleidingsvragen kunnen aansluiten bij de bedrijfsopleidingen. Specifiek: Om leerkrachten praktijk lassen de mogelijkheid te bieden één of meerdere internationale lasdiploma’s in het kader van het IIW te behalen, organiseert het FTML 3 maal per jaar bij de VDAB een 10-daagse cursus. Leerkrachten hebben echter ook de mogelijkheid om permanent in te stappen om een lasdiploma te behalen. Bereik: 25 leerkrachten
30
Timing: schooljaar 2012-2013-2014 Betrokken partners: FTML, VDAB, LMTEC Beoogde sectorale doelstelling: de praktijkleerkrachten alle kansen geven om zich technisch bij te scholen. Actie 14 (FTML): Werkplekleren voor laatstejaarsleerlingen in Limburg Omschrijving: Voor laatstejaarsleerlingen TSO en BSO in verschillende bedrijven. Van elke werkplek werd voorafgaandelijk een analyse gemaakt met aandacht voor competenties, leerinhoud, doelstelling en evaluatie. De leerling blijft een halve of een ganse dag op dezelfde werkplek en wordt begeleid door de arbeider. Het FTML neemt deel aan de stuurgroepen bij LAG (Bree) en Hansen Transmissions (Lommel). Timing: schooljaar 2013-2014 Bereik: 100 leerlingen uit 10 scholen Betrokken partners: FTML, RTC, Kenniscentrum Noord-Limburg, scholen en bedrijven Beoogde sectorale doelstelling - De laatstejaarsleerlingen de nieuwe technieken en technologieën aanleren. - De arbeidsattitudes onder de aandacht brengen van de leerlingen. Actie 15 (INOM): “Lassen met de klas” Omschrijving: Jongeren uit DBSO kunnen met hun leerkracht een kosteloos 5-daagse opleiding volgen in het Vervolmakingscentrum voor Lassers dat toeleidt tot een Europees erkend lascertificaat. Het traject wordt gefinancierd door INOM-arbeiders. Dit wordt verdergezet in 2013-2014 met mogelijke uitbreiding naar voltijds onderwijs. (Dit wordt nog verder onderzocht en uitgewerkt in de loop van 2012). Betrokken partners: INOM-arbeiders, VCL Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: afstemmen van het niveau van het onderwijs met wat de arbeidsmarkt verwacht. We streven naar een deelname van telkens een 50-tal leerlingen en een 5-tal leerkrachten. De jongeren vallen allen onder de definitie van kansengroep in de sector. Actie 16 (TOFAM O-Vl): Opleidingsprojecten voor leerkrachten en leerlingen Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen organiseert opleidingsprojecten voor leerkrachten en leerlingen i.s.m. het RTC Oost-Vlaanderen. Het organiseert verder in 2013 en 2014 i.s.m. het RTC volgende projecten: - het VDAB project metaal en industriële automatisering voor leerkrachten van de 3de graad mechanica-elektriciteit. - Het project rolsteiger voor leerlingen 3de graad mechanica-elektriciteit - Het project GOMA (geavanceerde onderhoud-, montage en afsteltechnieken) voor leerlingen 3de graad mechanica-elektriciteit Timing: schooljaar 2012 – 2013 en 2013 – 2014 Betrokken partners: RTC Oost-Vlaanderen, scholen of antennepunten RTC (aanbieders van de opleidingen) en VDAB. Beoogde sectorale rol/inbreng: TOFAM voorziet hiervoor een cofinanciering van € 16.000. Kwantitatieve streefcijfers: Voor de organisatie van de opleidingen voor leerkrachten wordt gestreefd naar deelname van een 20-tal leerkrachten. Voor het project GOMA en rolsteiger wordt gestreefd naar een deelname van 10 klassen/sessies (12 leerlingen/sessie).
31
Beoogde sectorale doelstelling: het verbeteren van het competentieniveau van leerlingen en leerkrachten, een betere afstemming realiseren tussen de noden van de ondernemingen en het onderwijs. Actie 17 (TOFAM W-Vl): bijscholingen leerkrachten via TOFAM West-Vlaanderen en RTC West-Vlaanderen Omschrijving: TOFAM West-Vlaanderen organiseert in 2013-2014 in samenwerking met RTC West-Vlaanderen opleidingen voor leerkrachten uit het TSO/BSO en BuSO. Deze opleidingen worden afgestemd op de werkgroep mechanica van het RTC en worden georganiseerd binnen de budgettaire ruimte van het RTC. Het betreft hier een cofinanciering 50% TOFAM West-Vlaanderen en 50% RTC West-Vlaanderen. Betrokken partners: VDAB, RTC Kwantitatieve streefcijfers 2013: 2 opleidingen voor 12 leerkrachten, 2014: 2 opleidingen voor 12 leerkrachten Actie 18 (TOFAM W-Vl): Project meettechnieken en planlezen Omschrijving De ontwikkeling van een interactief leerplatform rond meettechnieken en planlezen gericht naar leerlingen uit TSO – BSO en eventueel BuSO. Het systeem zal halfweg 2012 operationeel zijn voor een tweetal testfases. TOFAM West-Vlaanderen is hierin co-financier en ondersteunt het project eveneens inhoudelijk door bedrijven voor het project aan te leveren en deel te nemen aan de werkgroep. Betrokken partners: RTC West-Vlaanderen RTC West-Vlaanderen | TOFAM WestVlaanderen | VHTI | WEMA | Tyco Electronics | Lasko | Bombardier Transportation Kwantitatieve streefcijfers: 34 scholen Actie 19 (TOFAM W-Vl): Werkplekleren leerkrachten Omschrijving Project werkplekleren: de voorbereiding tot het installeren van systemen als werplekleren en stage voor leerkrachten. Een interactieve website werd ontwikkeld waarop scholen en bedrijven elkaar kunnen vinden. Deze werkgroep resulteert in 2012 in het project ‘wie doet wat in de metaalsector’. Timing In 2013 is een website operationeel om bedrijfsbezoeken en scholen op elkaar af te stemmen. Tofam West-Vlaanderen is cofinancier en actief in de werkgroep. Tevens informeert Tofam de bedrijven en spoort aan om deel te nemen aan het project e te overtuigen van de meerwaarde (win-win). Kwantitatieve streefcijfers 34 scholen en 200 bedrijven Actie 20 (TOFAM W-Vl): Project Hydraulica Omschrijving: Een eerste luik richt zich op de aankoop van hoogtechnologische software rond hydraulica & pneumatica. Een TTT-opleiding om het gebruik ervan te optimaliseren is aangewezen. Aan de hand van een uitleensysteem kan iedere school de software gebruiken voor een periode van verschillende weken.
32
Deze software kan naadloos gekoppeld worden aan een aantal bestaande RTC-projecten rond hydraulica & pneumatica. Voorbereidingen & lessen a.d.h.v. de software, en dan die voorbeelden aan een praktijkvoorbeeld koppelen. Timing In 2013 kan de software verdeeld worden door de scholen. Tevens worden er een aantal licenties aangekocht. Kwantitatieve streefcijfers: 34 scholen Actie 21 (TOFAM W-Vl): Inzet van RX-mobiel Omschrijving: De RX Mobiel heeft alles wat nodig is om een RX-lasopleiding te ondersteunen: RX-gedeelte met een stralingsbron, uitgerust met een veiligheidszone met loden wanden en meetdetectoren voor mogelijke lekken en een labo. Ook een VDAB lasinstructeur komt mee. Tijdens de opleiding lassen de leerlingen in het eigen lasatelier van de school o.l.v. eigen leerkracht. De werkstukken worden destructief (macro's – breekproef – plooiproef) en non-destructief (RX (penetrant)) gecontroleerd. Zo krijgt de leerling de nodige feedback omtrent zijn ‘laskwaliteit’. De leerkracht, in overleg met de VDAB instructeur, stuurt de leerling bij in functie van de aanwezige onvolkomenheden en probeert hem of haar zo op een hoger niveau te brengen. Dit is dezelfde procedure als die om een certificaat te behalen. Betrokken partners: VDAB, RTC Timing: in samenspraak met VDAB CC’s wordt een planning opgemaakt waar alle scholen met lasopleidingen kunnen ingepast worden tijdens het schooljaar 2013-2014. Kwantitatieve streefcijfers:12 weken en 12 scholen. Actie 22: (RTM Br): Project “Duale Ausbildung Anlagentechniker” in de afdeling KAROBAU bij Audi Brussels Omschrijving: Audi biedt stageplaatsen / leerplaatsen aan in een tweejarig opleidingstraject. −
−
Vanaf scholjaar 2012, start Audi Brussels een opleidingsproject met een school uit Brussel (Don Bosco Woluwe) en een school uit Vlaams-Brabant ( KTA Halle). De leerlingen van het vijfde jaar TSO zullen gedurende de twee jaren van de derde graad een deel van hun praktijkuren bij Audi Brussels doorbrengen, waar de studenten enerzijds de technologieën gebruikt in de Plaatslagerij aangeleerd krijgen en ze anderzijds een deel van deze uren in de productie zullen meedraaien als eerstelijnstechnieker / installatietechnieker, tijdens hun productiestage wordt er per student een peter aangeduid. De totale hoeveelheid stage-uren bedraagt +/- 300 uur per schooljaar. RTM Brussel werd door Audi gevraagd om mee te helpen bij het ontwikkelen van een formule duale Ausbildung volgens Duits model
−
De sectorconsulent heeft tijdens de voorafgaande gesprekken de beide partijen (scholen en Audi) ondersteund naar inhoud en praktische invulling van de opleidingen tijdens deze stage.
−
Tijdens heel de aanloop van het proces, zorgde de consulent ervoor dat de coherentie tussen de partijen verzekerd was.
−
In tegenstelling tot het Duitse systeem, wordt hier geen individueel contract met verloning en persoonlijk engagement tussen bedrijf en student getekend, m.a.w.
33
de student ontvangt geen vergoeding voor deze tweejarige opleiding (de voorziene hoeveelheid praktijkuren, volstaan voor de nodige opleidingsuren bij Audi). Dit soort onderwijs wordt dan ook omschreven als geassocieerd onderwijs. −
De sectorconsulent zal op regelmatige basis deze opleidingen opvolgen.
−
Audi, verbindt er zich toe om de betroffen studenten een werkplek aan te bieden bij een gunstige eindbeoordeling.
Timing: vanaf schooljaar 2012-2013 Betrokken partners: Audi Brussels, Don Bosco Woluwe, KTA Halle, RTM Brussel en Agoria Beoogde sectorale doelstelling en rol / inbreng: versterking van de schoolprogramma’s door: • Het ter beschikking stellen van de infrastructuur van de pool Sint-Denijs indien nodig. • Opleiding van het onderwijzend personeel in de pool Automotive (Audi Brussels) • Opleiding van de betrokken studenten in de pool Automotive (Audi Brussels) aangaande de technieken gebruikt in de plaatslagerij. Kwantitatieve streefcijfers: 20 leerlingen jaar na jaar op jaarbasis en een 10 tal leerkrachten Actie 23: Opleidingen peter-en meterschap Omschrijving: In het kader van het kwalitatief werkplekleren worden er binnen de verschillende sectorfondsen opleidingen aangeboden aan de bedrijven rond peter- en meterschap, alsook coachingstrajecten. Enerzijds is dit op bedrijfsvlak een competentieversterking van de werknemers die de jongeren zullen begeleiden, anderzijds is het ook een vorm van kwaliteitsgarantie naar werkplekleren toe. Timing: 2013-2014 Betrokken partners: provinciale sectorfondsen Rol van de consulent: de sectorconsulent coördineert het opleidingsaanbod. Tijdens bedrijfsbezoeken wordt de mogelijkheid tot werkplekleren toegelicht alsook het aanbod vanuit de sector om de bedrijven hierin te begeleiden.
Voortgangsindicatoren Totaal overzicht bereik competentieversterking leerkrachten en leerlingen op jaarbasis
Scholen
jongeren
leerkrachten
DBSO
+/- 50
+/- 350
+/- 10
BSO en TSO
+/- 45
+/- 350
+/- 15
TOTAAL
+/- 95
+/- 700
+/- 25
Totaal overzicht aantal stages/werkplekleren leerkrachten en leerlingen op jaarbasis
Scholen
jongeren
leerkrachten
DBSO
+/- 50
+/- 350
+/- 10
BSO en TSO
+/- 40
+/- 250
+/- 15
TOTAAL
+/- 90
+/- 500
+/- 25
34
PARTNERSCHAPPEN OP HET VLAK VAN ONDERWIJS
Actie 1 (TOFAM O-Vl): Samenwerking RTC Oost-Vlaanderen Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen zal verder betrokken zijn met het RTC Oost Vlaanderen in 2013 en 2014 via haar deelname in het dagelijks bestuur en raad van bestuur. Het sectorfonds neemt momenteel de functie van secretaris waar. De sector zal de door het onderwijs en bedrijven binnen de sector de gesignaleerde knelpunten opvolgen. De sector neemt in 2013 en 2014 verder deel aan de werkgroepen mechanica van het RTC om de knelpunten binnen onderwijs te bespreken en aan te pakken, om de opleidingsprojecten van onderwijs beter af te stemmen op de opleidingsnoden van de industrie. Actie 2 (TOFAM O-Vl): Samenwerking met het BuSO-onderwijs Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen zal de samenwerking met de 6 BuSO scholen met een richting metaal verder bekijken in 2013. Een kleinschalig onderzoek (bevraging van de scholen en stagebedrijven) naar opleidingsnoden en - mogelijkheden ifv toeleiding naar de sector wordt uitgevoerd tijdens schooljaar 2012-2013. Op basis van deze bevindingen kan dan beslist worden al dan niet tot een aantal acties over te gaan. Timing: schooljaar 2012 – 2013 Betrokken partners: TOFAM Oost-Vlaanderen en de 6 BuSO scholen Beoogde sectorale doelstelling - Analyse van de noden en mogelijkheden van zowel het BuSO-onderwijs als de sector ifv een betere aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt Kwantitatieve streefcijfers: 6 scholen BuSO met een richting metaal: lassen Actie 3 (TOFAM O-Vl): Platform Techniek Omschrijving en beoogde sectorale doelstelling: TOFAM Oost-Vlaanderen zal in 2013 – 2014 verder deel uitmaken van dit nieuw RTC-project. Sedert 2011 kunnen de RTC’s opnieuw projecten opzetten rond imagoverbetering/ promotie BSO & TSO. Het RTC OostVlaanderen wil met dit overlegplatform streven naar de nodige input om een afstemming te bewerkstelligen in Oost-Vlaanderen en mogelijk nieuwe projecten te lanceren. Het platform Techniek dient uit te groeien tot een continu overlegplatform. Het platform focust op sectoroverschrijdende initiatieven met als doelstelling continue beïnvloeding van de doelgroep, d.w.z. geen éénmalige acties, maar een keten van acties. De verschillende acties van de partners worden momenteel in kaart gebracht. Het platform kan op zoek gaan naar meer samenhang en afstemming van bestaande initiatieven. Mooi praktijkvoorbeeld: koppeling van Boetiek Techniek aan het event Technologica, open zondagen van Het Beroepenhuis/ bereik van verschillende doelgroepen (basis- en secundair). De acties worden netoverschrijdend gebracht. Beïnvloeding start in het basisonderwijs t/m het secundair onderwijs. Timing: 2013 - 2014 Betrokken partners: RTC, vertegenwoordigers van onderwijs, CLB’s en sectorfondsen.
35
Actie 4 (TOFAM W-Vl): SAMENWERKING RTC West-Vlaanderen Omschrijving: TOFAM West-Vlaanderen zal verder betrokken zijn met het RTC WestVlaanderen in 2013-2014 via haar deelname in het dagelijks bestuur en raad van bestuur. Het sectorfonds neemt momenteel de functie van penningmeester waar. De sector zal de door het onderwijs en bedrijven binnen de sector de gesignaleerde knelpunten opvolgen. De sector neemt in 2013-2014 verder deel aan de werkgroepen mechanica van het RTC om de knelpunten binnen onderwijs te bespreken en aan te pakken, om opleidingsprojecten van onderwijs beter af te stemmen op de opleidingsnoden van de industrie. Daarnaast is Tofam partner als cofinancierder in een aantal projecten voor de beheersovereenkomst Timing: Van 2013-2014 Actie 5 (RTM Vl-Br/RTM Br): Samenwerking met RTC Vlaams-Brabant Omschrijving De sectorconsulent neemt deel aan alle werkgroepen van het studiegebied “elektriciteitmechanica“ en alle werkgroepen rond de gezamenlijke projecten. Op basis van deze werkgroepen worden er dan opleidingen ingericht specifiek naar de jongeren in het TSO en BSO. Timing: reeds lopend Betrokken partners: RTC Vlaams Brabant en RTM Brussel Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: Opleidingen verzorgen voor Nederlandstalig Brusselse scholen Actie 6 (FTML): samenwerking met RTC Omschrijving: Het FTML werkt samen met het RTC inzake het aanbod voor opleidingen voor leerkrachten bij de VDAB. De sector neemt deel aan de werkgroepen mechanica van het RTC om de knelpunten binnen het onderwijs te bespreken en aan te pakken en om de opleidingsprojecten van onderwijs beter af te stemmen op de opleidingsnoden van de industrie. Actie 7 (FTML): samenwerking met LIMTEC Omschrijving: LIMTEC is een opleidingscentrum dat werd opgericht door FTML en LIMOB en subsidies ontvangt van deze organisaties. LIMTEC sluit een overeenkomst af met het RTC en stelt infrastructuur en instructeur ter beschikking van leerkrachten en leerlingen van TSO en BSO voor opleidingen in de domeinen nieuwe technologie zoals automatisatie, hydraulica en pneumatica. Actie 8 (FTMA): Samenwerking RTC Omschrijving: De sector participeert actief in de werking van RTC Antwerpen. Het RTC in Antwerpen focust zich samen met de sector op thema’s procestechnieken en onderhoudsmechanica. Komend jaar zal er vanuit FTMA dan ook een cofinanciering worden voorzien van € 40.000. FTMA zit ook in de raad van bestuur van het RTC en kan daar dus mee de werking van de organisatie bepalen. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: via de cofinanciering aanbieden van opleidingen aan leerkrachten en leerlingen
36
Betrokken partners: RTC Actie 9 (TOFAM W-Vl): Partnerschap pedagogische begeleidingsdienst lager onderwijs Omschrijving Via een platformfunctie wil Tofam West-Vlaanderen nagaan in welke mate Tofam een samenwerkingsverband kan opbouw tussen de pedagogische begeleidingsdiensten van het lager onderwijs over de verschillende netten heen. Tofam wil hiermee het behalen van de doelstellingen en eindtermen techniek in het lager onderwijs vanuit de sector ondersteunen. In 2014 zouden hieruit haalbare projecten moeten volgen. Actie 10: Samenwerkingsverband omtrent de beroepskwalificatiestructuur in samenwerking met AKOV/Verdere opvolging van beroepscompetentieprofielen (COMPETENT) Omschrijving De uitrol van de Vlaamse kwalificatiestructuur en de opmaak van de erkende beroepskwalificaties zijn volop aan de gang. Een beroepskwalificatie is een geheel van competenties waarmee men een beroep kan uitoefenen. De erkende beroepskwalificaties dienen als richtpunt voor kwalificerende trajecten bij onderwijs of andere opleidingsverstrekkers en voor EVC-procedures. De arbeidsmarktactoren stellen deze kwalificaties op, onder coördinatie van het Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming (AKOV). Ook wij als sector zullen meewerken aan de uitrol van deze kwalificatiestructuur. Er is een technische stuurgroep opgericht die zowel de beroepscompetentieprofielen als de beroepskwalificatiedossiers behartigt. Alle sociale partners zijn vertegenwoordigd in deze werkgroep.
WEDSTRIJDEN TER IMAGOVERSTERKING VAN DE SECTOR Het organiseren van wedstrijden is geen prioriteit op zich, maar het maakt wel deel uit van de “image building” van onze sector. Vandaar dat wij deze blijven organiseren. Wat dit jaar wel nieuw is, dat er een link gelegd wordt tussen de verschillende wedstrijden en dat dit jaar ook alle provincies er één organiseren met daarbovenop nog een doorstroom naar de Vlaamse finale, zijnde “Technobattle”. Actie 1 (INOM): “TECHNOBATTLE” Omschrijving Zoals reeds aangekondigd in het vorig sectorconvenant zal er een nieuwe Mecatrophy georganiseerd worden, weliswaar in een nieuw kleedje gestopt en onder een ander concept. De sterkte aan deze wedstrijd is dat er vanuit de regionale wedstrijden winnaars zullen doorstoten naar de Vlaamse wedstrijd. Opzet is zowel jongeren, leerkrachten als directie te bereiken, te motiveren en te stimuleren en ook te betrekken bij elk aspect van de wedstrijd. Externe juryleden (o.a. bedrijfsleiders, potentiële nieuwe werkgevers) zullen deze wedstrijd door hun technische bagage een extra boost geven. Elke laureaat (plaats 1, 2 en 3 uit de regionale wedstrijden) zal een team van 4 deelnemers dienen samen te stellen. Door verschillende “battles” zal er een afvallingsrace zijn naar de TOP Drie “Technotalenten van het jaar”. Hiervoor zullen alle regionale fondsen en INOM samenwerken, alsook zullen de bedrijven betrokken zijn in deze wedstrijd. Bereik: 15 laureaten van de regionale wedstrijden (TSO en BSO) (120 jongeren)
37
Timing: 25 juni Beoogde sectorale doelstelling: Technotalenten uit heel Vlaanderen in de kijker plaatsen. Nadien zullen de winnaars (Top Drie) gevolgd worden in hun verdere carrière en eventueel ingeschakeld worden als “ambassadeurs” van onze sector. Betrokken partners: INOM, FTMA, FTML, TOFAM Oost-Vlaanderen, TOFAM WestVlaanderen, RTM Vlaams-Brabant, RTM Brussel Actie 2 (FTMA): Gips 4Vips Omschrijving: FTMA organiseert samen met enkele andere partners een wedstrijd voor de best geïntegreerde proef van de laatstejaars BSO en TSO. FTMA gaat deze wedstrijd niet alleen financieel ondersteunen, maar zit ook mee in de stuurgroep die dit gehele initiatief uitwerkt. Ook de bedrijfswereld wordt betrokken bij deze proeven, door hen deel te laten uitmaken van de jury. De jury gaat tussentijds in alle scholen langs (februari/maart) om kennis te maken met de proeven en indien nodig bij te sturen. Vervolgens volgt er een schriftelijk rapport met aanbevelingen, bijsturingen en mogelijke aanvullingen, in de hoop dat de leerlingen en leerkrachten hun werk nog aanpassen. Er wordt geëvalueerd op het proces dat is doorlopen en niet alleen op het eindproduct. We gaan ook leerkrachten uit het lager onderwijs, die in een project zitten rond techniek van het RTC, laten participeren. Zij krijgen op het slotevent in de voormiddag een rondleiding langs de Gips en een korte workshop rond techniek. Zij beslissen ook welke school en leerling de “publieksprijs” gaat winnen. De school krijgt een uitgebreide evaluatie van de door hen ingediende proef, vaak wordt deze evaluatie ook doorgespeeld aan de leerlingen. Bereik: 20 scholen – 25 klassen (TSO en BSO) (ongeveer 125 jongeren) Timing: vanaf schooljaar 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: streven naar beter geïntegreerde proeven en zo de kwaliteit van het technisch- en beroepsonderwijs te bevorderen. Betrokken partners: Vibam, RTC, Agoria, Anttec Actie 3 (TOFAM O-Vl): Technologica-beurs Omschrijving: Tofam Oost-Vlaanderen ondersteunt de technologicabeurs. Dit evenement wordt verder in 2013 en 2014 georganiseerd i.s.m. het RTC Oost-Vlaanderen, de provincie Oost-Vlaanderen en Gsiw en draait rond de best geïntegreerde proef van de laatstejaarsstudenten TSO en BSO van het studiegebied mechanica-elektriciteit, auto en koeling & warmte. TOFAM Oost-Vlaanderen bekijkt i.s.m. het RTC in hoeverre Technologica kan geïntegreerd worden in het project Boetiek Techniek. Boetiek Techniek is een actie gericht naar het grote publiek. Boetiek Techniek werd voor het eerst georganiseerd in Gent op 12 mei 2012. Met deze actie wil TOFAM Oost-Vlaanderen alle lopende imago-acties van TOFAM (Het Beroepenhuis, Technologica, interactieve DVD TOFAM) koppelen aan één centrale publieke actie. Doelgroep: 11-14 jarigen en hun ouders, alle actoren die met deze jongeren en/of studiekeuze te maken hebben, media... Centrale gedachte: een herbruikbaar concept realiseren en lanceren op de dag van de Metaal & Technologie “Boetiek Techniek”. Bedoeling is de sector op een attractieve en leuke manier voor te stellen aan jongeren, ouders en toevallige voorbijgangers. Ouders informeren over de diverse opleidings- en tewerkstellingsmogelijkheden aan de hand van een standenmarkt “boetiek”. Jongeren laten kennismaken met de sector d.m.v. doe-activiteiten voor 11-14 jarigen. De doe-activiteiten worden uitgewerkt i.s.m. bedrijven uit de sector, partners zoals Het Beroepenhuis, het RTC, VDAB, onderwijs (scholen, hoger onderwijs, universiteit). De uitbreiding van Boetiek Techniek met Technologica wordt verder onderzocht i.s.m. de partners, bedrijven uit de sector en diverse partnersectoren.
38
Timing: schooljaar 2012 -2013 en 2013 – 2014 Betrokken partners: RTC Oost-Vlaanderen, Het Beroepenhuis, sectorfondsen, stad Gent, Provincie Oost-Vlaanderen, VDAB, onderwijs. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng - Koppeling van diverse sensibiliseringsacties aan een centrale publieksactie. Sensibilisering tav jongeren en ouders. - TOFAM Oost-Vlaanderen voorziet jaarlijks € 10.000 voor Technologica - TOFAM Oost-Vlaanderen voorziet bijkomend middelen voor organisatie van een publieksevent “Boetiek Techniek” Kwantitatieve streefcijfers: Er wordt voor de organisatie van het evenement Technologica gestreefd naar een deelname van 20-tal scholen met een wedstrijd van 50 GIPS. Elke school kan 3 GIPS tentoonstellen. Er wordt voor de organisatie van het publieksevent “Boetiek Techniek” gestreefd naar een deelname van 1000 bezoekers (jongeren 11 – 14 jaar, ouders, toevallige passanten). Actie 4 (FTML): Peter Heller prijs Omschrijving: Peter Hellerprijs: provinciale wedstrijd georganiseerd door LIMTEC (opleidingscentrum van FTML-LIMOB) voor de laatstejaarsleerlingen van TSO en BSO voor de beste GIP (geïntegreerde proef). Dag van de technologie: uitreiking Peter Hellerprijs, workshops, robotwedstrijd voor basisonderwijs, enz. Bereik: 15 scholen met 30 deelnemende leerlingen Timing: schooljaar 2012-2013 Betrokken partners: sectorfondsen FTML en LIMOB en hun opleidingscentrum LIMTEC, RTC Beoogde sectorale doelstelling • De metaalsector in de kijker plaatsen •
Een beeld geven van de sector die geëvolueerd is naar een technologische sector die werknemers vereist met een doorgedreven technische kennis
•
Jongeren – jongens en meisjes – stimuleren om te kiezen voor een industrieel technische richting in het TSO en BSO en later eventueel door te stromen naar graduaat of industrieel ingenieur. Een technische opleiding biedt immers een grote kans op werkzekerheid.
•
Het TSO en BSO opwaarderen als volwaardig onderwijs van eerste keuze met doorgroeikansen, zeker ook voor meisjes
•
De relatie tussen onderwijs en industrie ondersteunen
Actie 5 (TOFAM W-Vl): Wedstrijd van West-Vlaanderen GP Metal Award Omschrijving In het kader van de link die gelegd wordt tussen de Vlaamse wedstrijd (Technobattle) en de regionale provinciale wedstrijden organiseert Tofam W-Vl voor het eerst een event. Dit event draait rond de GIP van de laatstejaarsstudenten uit de studiegebieden metaalelektriciteit. Tijdens dit gebeuren kunnen scholen en hun leerlingen aan de buitenwereld tonen tot welke technische hoogstandjes ze in staat zijn. Op de wedstrijd-beurs worden eveneens de West-Vlaamse bedrijven uitgenodigd om aan employer-branding en jobmatching te doen. Eveneens worden hier de partners uitgenodigd uit de sector.
39
Beoogde sectorale doelstelling - Leerlingen uit de 38 scholen (ca. 1000 lln.) met doelgroepen metaal-elektriciteit (BSO-TSO-IW) in een positief daglicht plaatsen en tonen aan de buitenwereld tot wat ze in staat zijn. - Wedstrijd tussen de scholen waarbij de winnaar de provincie zal vertegenwoordigen op ”technobattle”, een wedstrijd op Vlaams niveau, georganiseerd door INOM Vlaanderen. - Naambekendheid TOFAM als sectorfonds vergroten. - Matchen van bedrijven aan scholen en hun leerlingen (employer branding). - Maximale media belangstelling voor sector, scholen, bedrijven en partners. Timing - Schooljaar 2012-2013: 24 mei met continuïteit in de komende jaren. Betrokken partners: VDAB, RTC, Provincie West-Vlaanderen, 38 scholen, ca. 1000 bedrijven. Actie 6 (RTM Vl-Br): Brabant Gipt Omschrijving: Leerlingen uit het TSO en het BSO kunnen deelnemen aan Brabant Gipt, waarbij ze hun GIP uit het ASCP project en/of het Pick&Place project kunnen voordragen en verdedigen voor een jury, samengesteld uit leden uit de bedrijfs- en onderwijswereld. Timing: 27 mei 2013 Bereik: 23 scholen
Voortgangsindicatoren Totaal overzicht bereik prioriteit 2
Scholen
jongeren
leerkrachten
Lager onderwijs
+/- 80
+/- 480
+/- 60
DBSO
+/- 52
+/- 400
+/- 5
BSO en TSO
+/- 216
+/- 676
+/- 103
TOTAAL
+/- 348
+/- 1959
+/- 168
Looptijd convenant
Diversiteitscheck Op het vlak van instroom alsook competentieversterking van leerkrachten en leerlingen gaat onze aandacht niet louter naar TSO en BSO-onderwijs maar ook in het bijzonder naar BuSO-scholen alsook jongeren uit kansengroepen. Ook jongeren uit het DBSO worden aangesproken door o.a. de ILW-werking. Door middel van de acties omtrent instroom qua taalgebruik laagdrempelig op te stellen proberen we op die manier ook de jongeren uit de kansengroepen te bereiken.
40
Instroom
PRIORITEIT 3 Instroom van werkzoekenden Motivatie door onderstaande omgevingsanalyse De lijst van knelpuntberoepen liegt er niet om. Nog steeds raken functies moeilijk ingevuld. Waar we vooral de klemtoon willen leggen in dit sectorconvenant is een betere screening en competentiedetectie van in het begin alsook ervoor te zorgen dat de werkzoekenden makkelijker de weg vinden naar de metaalsector.
Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten: Actie 1 (TOFAM O-Vl): Promotie instroominitiatieven Omschrijving: De sectorconsulent van TOFAM Oost-Vlaanderen zal in 2013 - 2014 verder volgende instroominitiatieven promoten bij zowel de bedrijven, opleidingsinstanties als werkzoekenden: - opleidings- en tewerkstellingspremies voor werklozen. Teneinde de instroom in opleidingen metaal en technologie te stimuleren geeft TOFAM Oost-Vlaanderen aan elke werkloze een opleidingspremie na beëindiging van de opleiding ( een opleiding erkend door TOFAM), een tewerkstellingspremie na 6 & 12 maand tewerkstelling in een bedrijf PC 111. Een nieuwe folder werd hiervoor ontwikkeld in 2012. De bekendmaking van dit initiatiatief gebeurt d.m.v. een promotiecampagne (verspreiding affiches en folders) bij al deze actoren betrokken bij opleiding en tewerkstelling van werkzoekenden in de metaalsector (CC VDAB, lokale werkwinkels, opleidingscentra voor kansengroepen – derdenorganisaties, …). - stagepremies voor bedrijven: TOFAM Oost-Vlaanderen voorziet in een premie voor de bedrijven voor de begeleiding van de stages van risicowerkzoekenden. TOFAM Oost-Vlaanderen wil met deze maatregel de opleiding van kansengroepen in de metaalsector stimuleren en bijdragen tot het realiseren van een duurzame tewerkstelling van werkzoekenden. Bedrijven die stages aanbieden aan risicowerkzoekenden ontvangen een financiële tussenkomst per stagedag voor de begeleiding van deze stagiairs. De stage en/of opleiding op de werkvloer dient deel uit te maken van een opleidingsovereenkomst i.s.m. de VDAB of een opleidingscentrum, erkend door TOFAM. De aanvraag tot deze premie wordt pas na voltooiing van ‘de opleiding op de werkvloer’ goedgekeurd. Een bedrijf dient een aanvraag in samen met een opleidingsplan; dit opleidingsplan wordt samen met TOFAM (tijdens de stage/opleiding) samen met het bedrijf en de kandidaat geëvalueerd ifv de toeleiding naar de job in het bedrijf. De stages worden enkel georganiseerd i.s.m. bedrijven met openstaande vacatures. De goedkeuring van de premie is gebaseerd o.b.v. de uitvoering van het opleidingsplan. Timing: 2013 en 2014 Betrokken partners: erkende opleidingsinitiatieven (MLWB en VDAB) en bedrijven PC 111.
41
Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng TOFAM wil met deze maatregelen de toeleiding naar de sectorale opleidingsinitiatieven en tewerkstelling in de sector stimuleren. TOFAM Oost-Vlaanderen financiert de premies: - opleidingspremie: € 3,58/dag, max. € 787,60/persoon (jaarlijks geïndexeerd in juli) - tewerkstellingspremies: € 215,21 (6 maand), € 430,40 (12 maand) (jaarlijks geïndexeerd in juli). - stagepremies: €100/dag eerste maand begeleiding van de werkzoekende (premie voor bedrijven voor de organisatie van de opleiding op de werkvloer). Kwantitatieve streefcijfers - Opleidings- en tewerkstellingspremies: de sector voorziet jaarlijks een 50-tal premies uit te betalen aan werklozen. - Stagepremies: Deze premie, wordt pas na de opleiding op de werkvloer/stage uitbetaald aan de bedrijven. TOFAM voorziet in 2013-2014 jaarlijks 10 – tal premies uit te betalen. Actie 2 (TOFAM O-Vl): MetaalMatch, instroomproject voor werkloze kansengroepen Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen zal in 2013-2014 haar instroomproject voor werkloze kansengroepen (kortgeschoolden, langdurig werklozen, andersgeschoolden, allochtonen, ervaren werknemers, …) in de metaalsector verderzetten. Dit project is een vervolgproject van het experiment opgestart in 2008 i.s.m. twee derden in Gent en Eeklo. Dit project werd in 2011 geëvalueerd en verder bijgestuurd door TOFAM en kreeg intussen de nieuwe naam MetaalMatch. MetaalMatch biedt begeleiding en opleiding op maat van werkzoekenden en bedrijven. De begeleiding kan los van de opleiding aangeboden worden door de permanente begeleidingscel van dit project. Op verschillende locaties in Oost-Vlaanderen kunnen werkzoekenden begeleiding krijgen bij hun zoektocht naar een best passende job of opleiding in de sector. Een begeleiding kan bestaan uit verschillende acties, zoals: kennismakingsgesprek, algemene screening, technische screening, begeleiding naar en tijdens een opleiding, bemiddeling naar een job in de sector, begeleiding op de werkvloer, ... MetaalMatch organiseert eveneens opleidingen op verschillende locaties i.s.m. scholen van het volwassenonderwijs (technisch luik) en MLWB (algemene vorming en begeleiding). De opleiding op de werkvloer vormt een vast onderdeel van het opleidingstraject. Volgend programma wordt op elke locatie aangeboden: - algemene vorming (sleutelcompetenties: rekenen, taal, ICT, sociale wetgeving, …), - attitudetraining, - opleiding op de werkvloer (werkplekleren), - begeleiding door een peter/meter + externe begeleiding door een jobcoach van de opleidingsorganisatie. Timing: 2013 – 2014 Betrokken partners: TOFAM Oost-Vlaanderen, VDAB, MLWB, bedrijven en scholen volwassenonderwijs. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng Opleiding en begeleiding ifv toeleiding naar de sector. MetaalMatch wordt gecoördineerd en gefinancierd door TOFAM Oost-Vlaanderen. Bijkomende financiering komt vanuit de lokale projectprogrammatie (LPP) van VDAB (30% van de totale kostprijs, 70% wordt betaald door TOFAM). Een TOFAM dossier wordt jaarlijks ingediend bij VDAB. TOFAM Oost-Vlaanderen voorziet jaarlijks € 115.080 voor de oriëntatie, opleiding, begeleiding en toeleiding van kansengroepen naar de metaalsector.
42
Kwantitatieve streefcijfers Opleidingen: 20 werkzoekenden op jaarbasis opleiden ifv de toeleiding naar de metaalsector. Er worden jaarlijks 2 opleidingen georganiseerd op verschillende locaties. In totaal willen we binnen de 4 regio’s van Oost-Vlaanderen 4 opleidingen aanbieden. Permanente begeleidingscel: 50 aanmeldingen op jaarbasis (spontane aanmeldingen van geïnteresseerde kandidaten en doorverwijzingen via VDAB of derden). Actie 3 (TOFAM O-Vl): Jobplatform Omschrijving: Om de organisatie van de stages en toeleiding naar de sector te vergemakkelijken heeft TOFAM Oost-Vlaanderen een jobplatform met een CV- en vacaturedatabank ontwikkeld. Het gaat hier over de opleiding op de werkvloer georganiseerd i.s.m. MLWB en TOFAM voor onze werkzoekendeprojecten. Maakt integraal onderdeel uit van het opleidingstraject naar werkzoekenden (zie actie hierboven). Dit jobplatform is te raadplegen via de website van TOFAM Oost-Vlaanderen. Alle bedrijven en kandidaten kunnen de vacatures en CV’s online doorvoeren. De vacaturedatabank is eveneens te raadplegen via de infokiosk op beurzen voor werkzoekenden en opendeurdagen van scholen. Dit jobplatform wordt verder in 2013 en 2014 gepromoot naar diverse actoren betrokken bij de opleiding en tewerkstelling in de sector. Timing: 2013 – 2014 Betrokken partners: opleidingsorganisaties voor werkzoekenden, scholen, outplacementkantoren, bedrijven. Kwantitatieve streefcijfers - 100 vacatures op jaarbasis - 40 CV’s op jaarbasis Actie 4 (TOFAM W-Vl): Premie voor werkzoekenden Omschrijving: Teneinde de instroom in metaalopleidingen van de VDAB te stimuleren voorziet TOFAM West-Vlaanderen in premie voor werkzoekenden die een metaalopleiding volgen. Daarnaast voorziet het fonds een tewerkstellingspremie teneinde de instroom in de sector te stimuleren. Timing Een eerste tewerkstellingspremie kan aangevraagd worden na 6 maanden tewerkstelling, een tweede premie na 12 maanden tewerkstelling binnen een referentieperiode van 2 jaar na het einde van de opleiding. Werkzoekenden die instromen na een niet metaalopleiding kunnen na 6 maanden tewerkstelling eveneens beroep doen op een beroepsopleidingenpremie. Met deze 3 premies wenst het fonds de inspanningen van werkzoekenden die opleiding volgen valideren. De sectorconsulent maakt dit initiatief bekend bij de bedrijven. Dit initiatief kadert niet binnen een samenwerking met VDAB. Kwantitatieve streefcijfers o Beroepsopleidingenpremie: 100 o Tewerkstelling premie 1 (na 6 maanden): 100 Tewerkstelling premie 2 (na 12 maanden): 100
43
Actie 5 (TOFAM W-Vl): VACATUREDATABANK Omschrijving Om de organisatie van de stages en toeleiding naar de sector te vergemakkelijken zal TOFAM West-Vlaanderen een vacaturedatabank verder ontwikkelen en uitbouwen. Deze vacaturedatabank is beschikbaar op de website maar eveneens op nieuwe kiosk die beschikbaar is op jobbeurzen. Zowel bedrijven als werkzoekenden kunnen hun vacatures bekend maken op de kanalen. Kwantitatieve streefcijfers 120 vacatures/ 50 CV’s Actie 6 (RTM Br): Diversiteit bij de bedrijven promoten Omschrijving: Tijdens zijn bedrijfsbezoeken zal de sector, diversiteit bepleiten zowel naar geslacht als naar herkomst. De diversiteitsplannen worden hierin meegenomen alsook is er afstemming met de PO’s. Timing: Continu, een 10 tal bedrijven op jaarbasis Betrokken partners: RTM Brussel Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: diversiteitbevordering in de Brusselse metaalsector Kwantitatieve streefcijfers: 10 bezoeken op jaarbasis Actie 7 (RTM Br): Samenwerking met VDAB voor basismetaalopleidingen en opleidingen lassen Omschrijving: samenwerking met VDAB Brussel voor basismetaalopleidingen en opleidingen lassen voor Nederlandstalige werkzoekenden Timing: reeds lopend voor basismetaalopleiding, binnen afzienbare tijd voor lassen Betrokken partners: VDAB en RTM Brussel Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: Opleiden van Nederlandstalige werkzoekenden Kwantitatieve streefcijfers: voor basismetaal een 40 à 50 tal werkzoekenden/jaar, voor lasopleiding nog geen cijfers De consulent staat in voor de begeleiding en de opvolging van de werkzoekenden. Actie 8 (FTML): participatie werkzoekenden uit kansengroepen Limburg Omschrijving: Het FTML wil de instroom van werkzoekenden en meer specifiek de kansengroepen binnen de werkzoekendengroep verhogen naar de sector. Het FTML zal in 2012 haar visie hieromtrent uitwerken. De acties die zullen worden uitgewerkt zullen passen binnen de opbouw van de kredietlijn met de VDAB. Het FTML deelt de strategische visie van de VDAB i.v.m. kansengroepen en wil samen met de VDAB streven naar een verhoging van de deelname van de werkzoekenden uit kansengroepen aan diverse toeleidings-, begeleidings- en opleidingsactiviteiten. Het doel is om de instroom te verbreden naar de kansengroepen, met specifieke aandacht voor de generieke competenties. Bijzondere aandacht zal worden besteed aan een realistische afstemming tussen de gevraagde profielen door de bedrijven en het aanwezige potentieel aan werkzoekenden. Timing: 2013-2014 Betrokken partners: FTML, VDAB
44
Beoogde sectorale doelstelling - Het FTML deelt de strategische visie van de VDAB i.v.m. kansengroepen en wil samen met de VDAB streven naar een verhoging van de deelname van de werkzoekenden uit kansengroepen aan diverse toeleidings-, begeleidings- en opleidingsactiviteiten. - Het doel is om de instroom te verbreden naar de kansengroepen, met specifieke aandacht voor de generieke competenties. Actie 9 (FTMA): Metaalbad Omschrijving: Samen met VDAB en de Stad Antwerpen heeft FTMA het “metaalbad” opgericht. Bedoeling is dat werkzoekenden die interesse voor metaal tonen gescreend worden op hun competenties en dit gedurende 10 dagen. Afhankelijk van de resultaten van de screening kunnen ze doorstromen naar een vooropleiding, een finaliteitsopleiding, werk, een werkervaringsplaats, stage... ! Uniek hier is dat alle partners (VDAB, stad, sector, derden,...) hier de handen in mekaar hebben geslagen, met als doel een juist beeld te krijgen van de competenties van alle werkzoekenden in het Antwerpse die ambitie hebben om in de metaalsector aan de slag te gaan. FTMA stuurt dit project samen met de andere partners. Bovendien is er per partner een financiering voorzien van €67.000 per jaar, na een positieve evaluatie. We werken nog steeds aan een nog adequatere screening. Werkzoekenden met de nodige competenties moeten nog sneller worden doorverwezen naar een vervolgopleiding of meteen naar werk. In samenwerking met de chemische sector en TF willen we deze tool uitbreiden en inhoudelijk aanpassen. Daar waar metaalbad nu ook nog de vooropleiding op zich neemt, gaan we deze trachten uit te besteden aan andere partners. Zo kunnen we de capaciteit verhogen. De werkzoekenden die deze screening passeren zijn voor 99% mensen uit de kansengroepen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. We gaan daar de expertise gebruiken van de ‘derden’ organisaties in Antwerpen om deze kansengroepen een reële toekomst op de arbeidsmarkt te bezorgen. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: screening van werkzoekenden: 300 per jaar Betrokken partners: VDAB, Stad Antwerpen, Sector Chemie, VZW De Lift, Steunpunt Tewerkstelling (=uitvoerder) Actie 10 (TOFAM O-Vl): opleiding op de werkvloer (werkplekleren) voor werkzoekenden van het project/opleiding MetaalMatch Omschrijving: MetaalMatch: begeleiding naar een job in de sector van Metaal & Technologie in Oost-Vlaanderen. TOFAM Oost-Vlaanderen biedt met dit project maatwerk aan bedrijven en werzoekenden d.m.v. de methodiek ‘werkplekleren’. MetaalMatch biedt twee maal per jaar een opleiding metaal aan binnen Oost-Vlaanderen, en dit op telkens andere locaties. Hier primeert maatwerk en worden werkzoekenden gedurende de volledige opleiding begeleid en opgevolgd. De werkzoekenden worden actief bemiddeld naar werk. De ‘opleiding op de werkvloer’ van gemiddeld 6 weken vormt een vast onderdeel van het opleidings- en begeleidingstraject. TOFAM biedt hiervoor een ondersteuning aan de werkzoekende: opleidings- en tewerkstellingspremie voor werkzoekenden. Bedrijven die via deze maatregel de nieuwkomer in hun bedrijf willen opleiden, worden hiervoor eveneens gecompenseerd: stagepremie voor de begeleiding. Naast de instroom van werkzoekenden wordt ook een actieve ondersteuning van het bedrijf voorzien. De begeleider van MetaalMatch zal het bedrijf bijstaan in de omgang met werkzoekenden uit de doelgroepen,
45
er wordt ondersteuning voorzien voor de peter of meter die binnen het bedrijf op de werkvloer de nieuwe werknemer zal begeleiden, en verder krijgt het bedrijf via de begeleider van MetaalMatch ook concreet advies met betrekking tot tewerkstellingsmaatregelen waarvoor deze nieuwe werknemer in aanmerking komt. Timing: 2013 -2014 Betrokken partners: VDAB en MLWB Kwantitatieve streefcijfers: toeleiding van 30 werkzoekenden/werklozen naar de sector (opleiding en tewerkstelling) Actie 11 (FTMA): Masterplan voor onderhoudstechnici Omschrijving: Vanuit FTMA willen we op korte termijn de focus leggen op onderhoudsmecanicien. Immers uit cijfers van VDAB en het marktonderzoek dat we hebben opgezet met Agoria en Vibam, blijkt dit hét knelpuntberoep bij uitstek. Daarom willen we op verschillende terreinen tegelijkertijd dit knelpuntberoep aanpakken. Hoe? - VDAB heeft nog 200.000 euro via de naturalijn die ze mogen investeren. Zowel het competentiecentrum in Herentals als Antwerpen wil machines aankopen die deze opleiding ondersteunen. Dit gebeurt in samenwerking met Anttec. - Een opleiding voor werkzoekenden i.s.m. Anttec: basisgerichte opleidingen bij VDAB en specialisaties bij ANTTEC. Dit in samenwerking met geïnteresseerde bedrijven, zodat er aan werkplekleren kan worden gedaan. - Deeltijds: proefproject onderhoudstechnieken i.s.m. CDO Don Bosco en/of Leonardo Lyceum, Anttec én VDAB. We richten ons hier op het schooljaar 20132014. - Belangrijke voorwaarde voor het slagen van zo’n projecten is de samenwerking met de bedrijven. Deze samenwerking heeft verschillende voordelen: • Bij functiegericht opleiden voor een bepaalde job bij een bepaald bedrijf heb je meestal een homogenere groep werkzoekenden. Cursisten zijn vaak door het bedrijf geselecteerd. • Als je al het engagement van een bedrijf hebt, kan je aan de opleiding makkelijker een stage of IBO koppelen. • Opleidingstraject kan gekoppeld worden aan een job. Dit zal meer geïnteresseerden trekken aangezien er een duidelijk einddoel en uitzicht op werk is. Hoe meer zekerheid in binding tussen werknemers en werkgevers hoe beter de kwaliteit van de werkzoekenden. • Bedrijven kunnen kandidaten mee selecteren en aan instroom werken. Bedrijf kan ook mee programma uitwerken. Zorgen dat opleiding wordt afgewisseld met korte stages: dit verhoogt de kwaliteit van de opleiding en dus van de uitstroom. Timing: 2013 – 2014 Betrokken partners: VDAB, Talentenfabriek, RTC, Scholen, Agoria, Anttec. Resultaten: Dit project zit nog maar in een opstartfase en kan dus alle richtingen uit. Met bovenstaande partners is er een werkgroep opgericht en er zijn ook al een pak geïnteresseerde bedrijven. In het najaar 2012 wordt het hele project concreet uitgewerkt, zodat er in 2013 kan gestart worden.
46
Actie 12 (TOFAM W-Vl): CONSORTIUMPROJECT Omschrijving Voor dit project sluit Tofam West-Vlaanderen een samenwerkingsovereenkomst met COBOT het fonds voor de textielnijverheid. Doelgroep: Operatoren met voldoende technische feeling en interesse die men wenst op te leiden tot onderhoudsmonteur. Beide fondsen hebben een tekort aan goed opgeleide onderhoudsmonteurs. Via deze gerichte, 1-jarige opleiding willen we tegemoetkomen aan het tekort. Door de intersectorale samenwerking is het mogelijk om de opleidingsplaatsen te bundelen zodat bedrijven een grotere spreiding in tijd en plaatsmogelijkheden hebben. Daarnaast willen we via deze samenwerking onderzoeken welke opleidingen samen kunnen georganiseerd worden alsook de toenadering tot andere fondsen (IPV). Betrokken partners Tofam - Cobot - Syntra Timing en kwantitatieve streefcijfers 2013 Onderhoudsmonteur: opleiding van 12 (6 Tofam - 6 Cobot) deelnemers BA4/BA5: opleiding van 20 (10 Tofam - 10 Cobot) deelnemers 2014 Onderhoudsmonteur: opleiding van 12 (6 Tofam - 6 Cobot) deelnemers BA4/BA5: opleiding van 20 (10 Tofam - 10 Cobot) deelnemers Actie 13 (FTMA): Oproep Tewerkstellingsprojecten Omschrijving: FTMA lanceert een oproep naar organisaties die concrete initiatieven nemen om de instroom van arbeidskrachten in onze sector te bevorderen. We denken daarbij in de eerste plaats aan de sociale tewerkstellingsinitiatieven en organisaties die werkzoekenden opleiden in een metaal gerelateerde opleiding. Bedoeling is dan dat FTMA deze projecten gaat subsidiëren, zodat de financiële drempel om een instroomproject te ontwikkelen wordt verlaagd. Concreet zal de raad van bestuur van FTMA een keuze maken tussen de ingediende projecten op basis van de volgende selectiecriteria: 1. Inhoudelijke uitwerking en timing van het project 2. Vertrouwdheid met de thematiek 3. Resultaten: de tewerkstellingsresultaten zijn een essentieel element. Instroom in de metaalsector is het belangrijkste criterium. 4. Financiën FTMA vraagt ook een financieel engagement van de indiener van het dossier. 50% van de totale kosten van het project kan door FTMA gefinancierd worden, voor de andere 50% moet de organisatie dus zelf zorgen. Deze initiatieven richten zich in de eerste plaats naar de kansengroepen en bovendien moeten initiatieven in het Antwerpse zich inschakelen in de doelstellingen van Talentenfabriek. Beoogde sectorale doelstelling: ondersteunen van een 7-tal projecten, goed voor de opleiding van 300 werkzoekenden Timing: 2013-2014 Betrokken partners: VDAB, Steunpunt Tewerkstelling, Werkvormm, Fietsatelier Mol, The New Belgica,…
47
Actie 14: RTM Vlaams-Brabant steunt jaarlijks 2 organisaties die zorgen voor instroom van werkloze kansengroepen in de metaalsector Dit zijn fietswerkplaats Groep Intro in Halle en Velo Leuven. Deze organisaties richten zich op kwetsbare jongeren, jongeren met mentale handicap, ouderen, laaggeschoolden en alle personen die buiten het normale arbeidscircuit vallen. Financiële inbreng: 25.000 EUR op jaarbasis voor elk Rol van de consulent: bezoek fietsenwerkplaats, jaarrapport van de organisaties opvragen en nazien
Voortgangsindicatoren Totaal overzicht bereik werkzoekenden looptijd convenant
500
Diversiteitscheck In het kader van instroom voor werkzoekenden proberen we als sector opleidingen naar kansengroepen te stimuleren en zodoende bij te dragen tot het realiseren van duurzame tewerkstelling van werkzoekenden. Er worden zeer specifieke instroomprojecten georganiseerd naar werkloze kansengroepen alsook wordt er een oproep gelanceerd naar organisaties die concrete initiatieven nemen om de instroom van arbeidskrachten en in het bijzonder werklozen uit kansengroepen om deze bekend te maken aan onze sector zodat wij deze mede kunnen ondersteunen.
48
Doorstroom
PRIORITEIT 4 Organisatie, ondersteuning en stimulering van opleidingsinitiatieven MOTIVATIE DOOR ONDERSTAANDE OMGEVINGSANALYSE In onze sector verandert de omgeving op het vlak van technologische ontwikkelingen zo snel dat levenslang leren een standaard is geworden. Voor onze bedrijven is het nu meer dan ooit...”Kennis is macht”. Naast de basiscompetenties, die toch nog niet altijd aanwezig zijn, zorgen we ervoor met ons opleidingsaanbod dat bedrijven verder kunnen groeien en dat cursisten kunnen doorgroeien en dit door een opleidingskalender aan te bieden toegespitst op de noden uit onze sector en waar nodig op maat kan uitgewerkt worden. Belangrijk is dat we de noden van de bedrijven kennen en hierop inspelen; •
Op de hoogte zijn van nieuwe technologieën
•
De bedrijven blijven informeren van opleidingsmogelijkheden
•
Respons krijgen van de opleidingen die we aanbieden: evaluatie !
•
Meer op maat werken
•
Rekening houden met de afstand die de arbeiders moeten afleggen om de opleiding te volgen.
De regionale sectorconsulent bezoekt de bedrijven of houdt hen op de hoogte van de opgestelde opleidingskalender en begeleidt hen bij de mogelijke subsidiëringskanalen. Naast het aanbieden van een toegespitst opleidingsaanbod waar de arbeiders op kunnen intekenen, wenst de sector het behoud en de verhoging van de kwaliteitsvolle en duurzame tewerkstelling van de arbeiders bij de bedrijven in de sector door te stimuleren, het coördineren en het ondersteunen van leren op de werkplek. Het is in eerste instantie de werkgever zelf, die zal kunnen duiden waar er nog lacunes zijn op het vlak van een bepaalde competentie. Algemene opleidingen zijn dan niet direct de meest aangewezen oplossing. Op de werkvloer zelf, in de reële werkomgeving, ervoor zorgen dat de arbeiders door collega’s of ploegbazen worden verder opgeleid is een sterkte op zich. De rol van de sectorconsulent bestaat erin ook deze vorm van opleiding/bijscholing te ondersteunen; niet alleen op financieel vlak via INOM-subsidiëring maar ook de bedrijven bij te staan in het organiseren van werkplekleren.
49
Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten: Actie 1 (RTM Vl-Br): Open opleidingsaanbod voor arbeiders metaal Omschrijving: Wat betreft het open opleidingsaanbod dat RTM Vlaams-Brabant aanbiedt: de sectorconsulent gaat proactief op zoek naar de noden van de markt. Op regelmatige basis wordt er een nieuwsbrief verstuurd naar de bedrijven in verband met opleidingen die tegemoet komen aan deze noden. De sectorconsulent onderzoekt, samen met de opleidingsverstrekker, wat de noden zijn van het bedrijf en zorg dat de opleiding kan “gepersonaliseerd” worden. Dit kan natuurlijk alleen voor een grote groep van hetzelfde bedrijf. Wat betreft kansengroepen, wordt “Nederlands op de Werkvloer” sterk gecommuniceerd. Timing: het hele jaar door maar tweemaal per jaar een opleidingskalender Betrokken partners: OBMB, IVOC, FTMA, FTML Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: door op regelmatige basis contact te hebben met de ondernemingen, weten waar de noden liggen en hierop inspelen Kwantitatieve streefcijfers: 350 bedrijven Actie 2 (RTM Br): Open aanbod RTM Brussel Omschrijving: RTM Brussel geeft opleidingen in HVAC, koudetechniek, certificatie koeltechnieken, verspanning, pneumatica, hydraulica, elektriciteit, kogellagers, transmissies, lassen, IW certificatie lassen, elektrische risico’s, VCA, lifttechnieken en werken op hoogte, voor werknemers Zowel basistechnieken voor de beginners als meer toegespitste bijscholingen voor de gevorderden worden georganiseerd. Betrokken partners: RTM Brussel, INOM, Vormelek, Actie 3 (FTMA): Open aanbod Omschrijving: FTMA zal zelf een aantal opleidingen inrichten. Deze opleidingen worden in een opleidingskalender (afgestemd op de noden vanuit onze bedrijven, wordt er een opleidingskalender opgesteld, die beantwoordt aan de meest aangegeven behoeftes) gegoten om bedrijven te stimuleren in het ontwikkelen of bestendigen van hun politiek rond levenslang leren. Volgende opleidingen worden ondermeer voorzien: heftruckopleidingen / hoogwerker / BA4 en 5 / hydraulica / pneumatica / draaien / frezen / lassen / VCA / PLC opleidingen/ leidinggeven... Bedoeling is om kleinere bedrijven die geen volledige sessies kunnen vullen, ook deze veelgevraagde opleidingen kunnen aanbieden aan hun arbeiders. Vermits het voor kleinere bedrijven ook niet zo evident is om verschillende arbeiders tegelijkertijd op opleiding te sturen en ze vaak geen volledige sessie kunnen vullen, kunnen ze nu dus GRATIS hun arbeiders naar deze opleidingen sturen. Of deze opleidingen gratis blijven zal worden bekeken in het najaar 2012. In ieder geval zullen KMO’s altijd gratis kunnen gebruik maken van deze opleidingskalender. Het ‘gratis’ verhaal is vaak een doorslaggevend element om KMO’s kennis te laten maken met de werking van FTMA. Timing: 2013 – 2014
50
Beoogde sectorale doelstelling: jaarlijks 700 arbeiders opleiding laten volgen, waarvan de helft uit KMO’s Betrokken partners: opleidingsbedrijven Actie 4 (FTMA): Anttec: uitbouw technologisch opleidingscentrum Omschrijving: FTMA gaat verder met de uitbouw van het technologisch opleidingscentrum ANTTEC dat moet gefocust zijn op reële opleidingsbehoeften in de sector. Er worden in de eerste plaats opleidingen aangeboden met een specialisatie in onderhoudstechniek (dit beroep heeft al jarenlang een vaste plaats op de lijst van knelpuntberoepen). In het najaar 2012 gaat Anttec en FTMA een heus communicatieplan uitwerken met een externe partner (the oval office). Uit een bevraging aan de bedrijven blijkt dat de behoefte aan opleiding groot is, maar het aanbod van Anttec nog eerder ongekend. Met VDAB is er een task force opgericht die nadenkt over synergie tussen VDAB en Anttec opleidingen rond onderhoudsmechanica en elektriciteit. Bedoeling is om hier voor onderwijs, Werknemers én werkzoekenden een uitgebreid aanbod uit te werken, waarbij de basis bij VDAB wordt aangeboden en de specialisaties bij Anttec. FTMA is ook bereid om hiervoor fors te investeren in machines bij VDAB (200.000 euro uitgetrokken). Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: opleiding in de onderhoudstechnieken Betrokken partners: VDAB, The Oval Office Actie 5 (INOM): Actie Vlaanderen Omschrijving: INOM-arbeiders heeft een uitgebreid systeem van financiële ondersteuningen voor bedrijven die opleidingen aanbieden. Dit kan zowel via een interne als externe opleidingsverstrekker. Hierbij gaat veel aandacht naar basisvaardigheden, zo’n 10% van de dossiers betreffen basisopleidingen (basis van technische skills evenals basisinformatica, ...). Daarnaast heeft INOM-arbeiders een Open Aanbod dat gratis openstaat voor bedrijven uit de sector en waarmee onder andere de deelname van KMO’s wordt gestimuleerd. Voor KMO’s is opleidingen aanbieden aan hun werknemers geen organisatorische evidentie, het gratis aanbieden van opleidingen door het sectorfonds is voor KMO’s een belangrijke dienstverlening. Bereik op jaarbasis: Aantal bedrijven: 150 bedrijven waarvan 100 bedrijven met minder dan 150 arbeiders en 50 bedrijven met meer dan 150 arbeiders. Van die 150 zijn er een 60-tal niet-vormingsbedrijven (bedrijven die de voorbije 2 jaar geen gebruik van INOM-middelen hebben gemaakt). Aantal cursisten: ongeveer 10.000 KMO-toets: door de toekenning van een forfaitair bedrag (in 2010 € 3000) krijgen de KMO’s (alle bedrijven tot 150 arbeiders) een financiële stimulans om hun arbeiders op te leiden; voor bedrijven groter dan 150 arbeiders wordt € 20 per arbeider gerekend als maximum subsidiabel bedrag. Actie 6 (TOFAM O-Vl): Open aanbod Omschrijving en kwantitatieve streefcijfers: TOFAM Oost-Vlaanderen blijft zijn diverse acties ter stimulering van het levenslang en - breed leren verder zetten in 2013 en 2014. De sector voorziet jaarlijks in een gratis aanbod van volgende opleidingen: - Heftruck beginners: 25 opleidingen voor max. 180 deelnemers
51
- Heftruck voor gevorderden: 15 opleidingen voor max. 180 deelnemers - Opleiding rolbrug: 10 opleidingen voor max.120 deelnemers - Opleiding rolbrug + aanslagtechnieken: 10 opleidingen voor max. 60 deelnemers - Opleiding hoogwerker: 20 opleidingen voor max. 120 deelnemers - Opleidingen metaalbewerking en industriële automatisering i.s.m. VDAB: 15 opleidingen voor 30 deelnemers - Opleiding coaching en diversiteit i.s.m. VDAB: 3 opleidingen voor telkens 10– tal deelnemers - Opleiding ICT (kennismakingspakketten- en Excel): 2 opleidingen voor een 40-tal arbeiders. - Opleiding kunststoffen voor kunststofoperatoren i.s.m. Vion & Glorieux: 1 opleiding voor 10 deelnemers - Opleiding VCA: 2 opleidingen voor telkens 20 deelnemers - Opleiding EHBO: 2 opleidingen voor telkens 10 deelnemers - Opfrissing EHBO: 2 opleidingen voor telkens 10 deelnemers De sector voorziet jaarlijks in een tussenkomst voor volgende dossiers: - Bedrijfsopleidingen: 10 opleidingen voor 50 deelnemers - TIO (tussenkomst inschrijvingsgeld opleiding arbeiders): 50 opleidingen voor 50 deelnemers Timing: 2013 – 2014 Betrokken partners: Bedrijven en opleidingscentra: Training Solutions, Vion & Glorieux, VDAB, Het Vlaamse Kruis, centra voor volwassenonderwijs (TIO). Actie 7 (TOFAM O-Vl): Evaluatie van het opleidingsaanbod Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen engageert zich om verder bijkomende inspanningen te leveren op het vlak van opleiding en permanente vorming van arbeiders uit de risicogroepen. Dit kan verder uitgebreid worden met nieuwe opleidingspakketten en/of tussenkomsten, ontwikkeld op vraag van bedrijven en werknemers. TOFAM Oost-Vlaanderen heeft in 2012 besloten een eerste evaluatieonderzoek intern binnen de diverse organisaties te houden. Er werd beslist om de voorbereidingen van dit evaluatieonderzoek op te starten in 2012 - 2013 (d.m.v. verschillende evaluatiesessies) en de resultaten in een workshop verder te bespreken ifv de algemene evaluatie, bijsturing en uitbreiding van het TOFAM aanbod volgens de noden van de bedrijven en arbeiders. Op basis van deze resultaten wordt er een actieplan opgesteld ifv een betere match tussen de opleidings- en begeleidingsnoden en het aanbod binnen de sector. Tijdens de evaluatiesessies (binnen de diverse partnerorganisaties) zal de ontwikkelingsnoden onderzocht worden bij bedrijven en arbeiders. Timing: analyse d.m.v. evaluatiesessies (intern binnen elke organisatie) en een gemeenschappelijke workshop (bespreking resultaten van de partners) in 2013. Uitwerken van een actieplan: 2013 - 2014 Betrokken partners: De eerste sessies ifv een eerste evaluatie van het TOFAM aanbod wordt binnen de diverse partnerorganisaties van TOFAM uitgevoerd (Agoria en vakbonden). De resultaten worden voorgesteld en besproken in een workshop onder begeleiding van een deskundige. Deelnemers aan de workshop: bestuurders TOFAM (bedrijven, Agoria en vakbonden) en de sectorconsulent. Actie 8 (TOFAM O-Vl): bedrijfsbezoeken Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen zal bedrijven uit de sector bezoeken teneinde de initiatieven van het fonds bekend te maken. Kwantitatieve streefcijfers: minstens 25 bedrijfsbezoeken.
52
Actie 9 (RTM Vl-Br): Begeleiding van bedrijven Omschrijving Onze taak bestaat er dan in een oplossing te vinden voor de locatie van de opleiding (wat is het dichtste bij, kan het niet eventueel in de onderneming maar indien er een groot prijsverschil is, wat doen we dan?). Het is belangrijk de ondernemingen te informeren in verband met de verschillende mogelijkheden: KMO portefeuille, INOM subsidie, RTM Vlaams-Brabant enz. De ligging van waar een opleiding doorgaat speelt dikwijls een cruciale factor voor kleinere ondernemingen. Kwantitatieve streefcijfers: minstens 25 bedrijfsbezoeken. Actie 10 (FTML): Subsidie en organisatie opleidingen Elk bedrijf heeft een jaarlijks opleidingsbudget. Door de toekenning van een forfaitair bedrag krijgen de KMO’s een financiële stimulans om hun arbeiders op te leiden. Daarnaast is er een gratis opleidingsaanbod dat enerzijds georganiseerd wordt door het FTML en anderzijds wordt aangeboden in samenwerking met en bij de VDAB. Bereik: Aantal bedrijven: 150 Aantal cursisten: 1.500 Merk op: Bedrijven schakelen een externe consultant in voor de begeleiding en ondersteuning bij de opmaak van het bedrijfsopleidingsplan. Het bedrijf kan hiervoor tot € 5.000 subsidie krijgen van het FTML. Bereik aantal bedrijven: 5 Actie 11 (FTMA): KMO toetssteen in alle opleidingsinitiatieven Omschrijving: De medewerkers van FTMA staan permanent in voor de ondersteuning van het opleidings- en competentiebeleid van de ondernemingen, met specifieke aandacht voor KMO’s. Deze zijn niet altijd overtuigd dat het zinvol is een volwaardig opleidings- en competentiebeleid uit te werken. Ook al hebben we daar afgelopen jaren sterk op ingezet (en met resultaat) toch vinden KMO’s niet snel de weg naar het sectorfonds. De minimumgrens voor opleidingsondersteuning is opgetrokken tot 3000 euro. Dus een bedrijf dat slechts één arbeider heeft, krijgt een maximale ondersteuning van 3000 euro. Ook het open opleidingsaanbod van FTMA en Anttec is én blijft gratis voor KMO’s. Binnen Talentenfabriek (zie later) is er eveneens extra aandacht voorzien om KMO’s bij de acties te betrekken. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: elk jaar extra 20 niet-vormingsbedrijven, waarvan 15 KMO’s bereiken en in totaal 220 bedrijven Actie 12 (TOFAM O-Vl): opleidingsaanbod bekendmaken aan KMO’s Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen zal haar aanbod verder bekend maken aan KMO’s. Doelgroep zijn deze bedrijven (minder dan 50 werknemers) die momenteel geen gebruik maken van of binding hebben met TOFAM Oost-Vlaanderen. De sector stimuleert hierbij het gebruik van de TOFAM initiatieven en de diverse overheidsinitiatieven zoals diversiteitsplannen via o.m. het verlenen van informatie. Timing: 2013 – 2014 Kwantitatieve streefcijfers: 20 - tal bedrijven op jaarbasis
53
Actie 13 (TOFAM W-Vl): Opleidingsaanbod Omschrijving: TOFAM West-Vlaanderen engageert zich om verder bijkomende inspanningen te leveren op het vlak van opleiding en permanente vorming van arbeiders. Dit kan verder uitgebreid worden met nieuwe opleidingspakketten en/of tussenkomsten, ontwikkeld op vraag van bedrijven (n.a.v. de evaluatie en opleidingsbehoeftedetectie bij de bedrijven in het najaar 2010). TOFAM West-Vlaanderen zal 20 bedrijven waaronder 15 niet vormingsbedrijven uit de sector bezoeken teneinde de initiatieven van het fonds bekend te maken met de nadruk op KMO bereik. TOFAM West-Vlaanderen blijft zijn diverse acties ter stimulering van het levenslang en breed leren verder zetten. Daartoe zal het sectorfonds de samenwerkingsovereenkomst met de VDAB bestendigen. Via het investeren in technologisch materiaal wenst het sectorfonds, in overleg in samenwerking met VDAB een technologische opleidingsinfrastructuur uitbouwen. Door deze samenwerking kan het TOFAM aan arbeiders uit de sector 40 uren gratis opleidingen aanbieden. Teneinde de opleiding van de risicogroepen binnen de bedrijven te stimuleren voorziet TOFAM West-Vlaanderen in een financiële tussenkomst bij een opleiding (zowel externe opleidingen als on-the-job trainingen) van arbeiders die aan de voorwaarden van ‘risicoarbeider’ voldoen zoals deze omschreven zijn in de CAO. Door de samenwerking met Training Solutions kan het sectorfonds aan de bedrijven uit de sector gratis heftruck- en hoogwerkeropleidingen aanbieden. Teneinde werknemers die op eigen initiatief een opleiding volgen te stimuleren voorziet TOFAM West-Vlaanderen een tussenkomst in het inschrijvingsgeld van de opleiding (T.I.I.O.A.). Timing: 2013-2014 Kwantitatieve streefcijfers
VDAB opleidingen Heftruckopleidingen Opleiding hoogwerker Bedrijfsopleidingen T.I.I.O.A.
2013 120 deelnemers 160 deelnemers 40 deelnemers 150 deelnemers 300 deelnemers
2014 140 deelnemers 160 deelnemers 40 deelnemers 200 deelnemers 325 deelnemers
Actie 14 (FTMA): Provinciale samenwerking VDAB-FTMA: kredietlijn Omschrijving: VDAB blijft een belangrijke partner. In dit convenant zijn verschillende acties niet realiseerbaar zonder de ondersteuning van VDAB (zie andere punten). Bovendien heeft FTMA ook nog een kredietlijn overeenkomst afgesloten met volgende principes: - de kredietlijn kan voor 75% gerecupereerd worden; - door korting op werknemersopleidingen binnen de VDAB-competentiecentra in eigen beheer van de VDAB - de korting per factuur voor bedrijven bedraagt 50% (de overige 50% wordt door FTMA betaald, zodat het VDAB aanbod gratis is voor werknemers uit de sector) - het niet gebruikte saldo vervalt op het einde van het jaar - de kredietlijn wordt opgebouwd wanneer FTMA mee met VDAB investeert in competentieversterkende acties voor werkzoekenden. Deze samenwerking wordt geformaliseerd in de provinciale begeleidingscommissie, een overleg orgaan bestaande uit vertegenwoordigers van de VDAB en vertegenwoordigers van het provinciale sectorfonds. In dit overleg orgaan wordt de provinciale samenwerking geëvalueerd en eventueel bijgestuurd en kunnen er nieuwe initiatieven ontwikkeld worden. Beoogde sectorale doelstelling: gratis aanbieden van VDAB opleidingen aan werknemers uit de sector (een 200-tal per jaar) en VDAB investeert in werkzoekende opleidingen die leidden naar een job in de metaalsector (een 100-tal per jaar). Timing: 2013-2014 Betrokken partners: VDAB
54
Actie 15 (TOFAM O-Vl): Provinciale samenwerking VDAB-TOFAM Oost-Vlaanderen: kredietlijn Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen heeft een raamovereenkomst met VDAB rond organisatie van opleidingen voor bedrijven uit de sector. TOFAM Oost-Vlaanderen sluit jaarlijks een kredietlijn af voor de organisatie van de VDAB-opleidingen (metaal, industriële automatisering, coaching en ICT). De bedrijven kunnen op deze manier gratis gebruik maken van vraaggerichte opleidingen. De opleidingen worden jaarlijks gefactureerd aan TOFAM. TOFAM Oost-Vlaanderen zal in 2013- 2014 verder zetelen in de begeleidingscommissie Metaal met vertegenwoordigers van de VDAB. Deze commissie komt jaarlijks 3 maal samen. Timing: 2013 – 2014 Actie 16 (TOFAM W-Vl): Provinciale samenwerking VDAB-TOFAM West-Vlaanderen Omschrijving Door de samenwerking met VDAB kan TOFAM-West-Vlaanderen aan arbeiders uit de sector 40 uren gratis opleidingen aanbieden en stelt het fonds deze opleidingsinfrastructuur eveneens ter beschikking van werkzoekenden en leerlingen uit het TSO/BSO en BuSO. Hiermee worden drie doelgroepen bereikt. Eveneens wordt in 2013 nagegaan hoe de VDAB CC’s kunnen ingeschakeld worden in een instroomtraject voor kansengroepen. Actie 17 (INOM): ondersteunen van vormingsinitiatieven in bedrijven uit de automotive sector Omschrijving: INOM-arbeiders zal de opleidingsplannen, waar specifieke aandacht zal zijn voor blijvende competentieversterking en werkplekleren, uit de voertuigindustrie ondersteunen. INOM-arbeiders maakt hiervoor (bedrag nog nader te bepalen) € vrij voor de verwezenlijking van deze opleidingsplannen, naast de reguliere opleidingssubsidies. Aangaande de sluiting van Ford Genk, zal er specifiek een actieplan worden uitgewerkt om de getroffen arbeiders te begeleiden, alsook voor de mogelijks getroffen arbeiders van de toeleveranciersbedrijven. Aangezien dit pas duidelijk in kaart zal kunnen worden gebracht afhankelijk van de verdere gesprekken tussen de sociale partners, zal dit pas opgestart worden in de loop van 2013-2014. Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: competentieversterking van ongeveer 20.000 arbeiders die werkzaam zijn bij de voertuigenconstructeurs. Actie 18 (INOM): ondersteunen van vormingsinitiatieven bij toeleveranciers uit de automotive sector Omschrijving: Voertuigconstructeurs ontvangen bij opleidingsacties strategische opleidingssteun, toeleveranciers komen hiervoor niet in aanmerking. Vandaar dat we extra aandacht willen geven met dit initiatief aan de toeleveranciers. Om als toeleveranciers te kunnen genieten van deze steun moet het dossier aan volgende voorwaarden voldoen: -
Opleidingsnood in het kader van de lancering van een nieuw model
-
Indienen overlegd opleidingsplan met betrokken aantal arbeiders, geplande opleidingen en kostenraming
-
De gewone opleidingssubsidies van INOM-arbeiders en de provincies van het betrokken bedrijf moeten opgebruikt zijn.
55
Wanneer een bedrijf een dossier indient dat aan deze criteria voldoet, wordt een apart projectbedrag voorzien, basisbedrag x aantal arbeiders in dienst op 31/12 van het voorgaande jaar. Hiermee worden o.a. KMO’s bereikt. Actie 19 (FTML): Competentieontwikkeling en –versterking van arbeiders op eigen initiatief Omschrijving A) Bang van de muis: een basis- en een vervolgcursus computer en internet van telkens 12 u. Daarnaast ook workshops over Tax-on-web. De cursussen worden gegeven op zaterdag en de arbeiders schrijven zich rechtstreeks in bij het FTML. B) Leerrekening: De arbeidsmarktpositie van de arbeider versterken via opleiding of loopbaanbegeleiding: essentieel hierbij is dat de arbeider zelf het initiatief en de verantwoordelijkheid neemt. De Leerrekening bestaat sinds 2007 en heeft een vrij constant aantal gebruikers: ongeveer 400 arbeiders maken jaarlijks gebruik van deze subsidiemogelijkheid. Het FTML stelt alle arbeiders in de mogelijkheid om gebruik te maken van een Leerrekening. De Leerrekening is een persoonlijke subsidie van maximaal € 275 per jaar. Met een Leerrekening kunnen arbeiders zelf inschrijven voor een cursus. De onkosten die vergoed kunnen worden zijn de kosten voor: inschrijvingsgeld en leermiddelen, vervoer en kinderopvang. Voor de betaling van het inschrijvingsgeld is een cumul met de opleidingscheques van de Vlaamse overheid gewenst. Het FTML zal steeds nagaan of de cheques zijn gebruikt en zal het gebruik van de opleidingscheques van de Vlaamse overheid promoten. Bereik aantal cursisten: 400 Actie 20 (FTMA): Ondersteuning van opleidings- en competentiebeleid bij bedrijven Omschrijving: De medewerkers van FTMA staan permanent in voor de ondersteuning van het opleidings- en competentiebeleid van de ondernemingen. Ook de subsidiëringsmogelijkheden worden voortdurend onder de aandacht gebracht. Dit gebeurt door bedrijfsbezoeken, telefonische inlichtingen, nieuwsbrieven, enz. Toch zijn er nog een pak ondernemingen die tot de FTMA doelgroep behoren en niet worden bereikt. Vooral KMO’s zijn niet altijd overtuigd dat het zinvol is een volwaardig opleidings- en competentiebeleid uit te werken. Ook al hebben we daar afgelopen jaren sterk op ingezet (en met resultaat) toch vinden KMO’s niet snel de weg naar het sectorfonds. De minimumgrens voor opleidingsondersteuning is opgetrokken tot 3000 euro. Dus een bedrijf dat slechts één arbeider heeft, krijgt een maximale ondersteuning van 3000 euro (en gratis open opleidingsaanbod en VDAB aanbod). De eerste noden worden gedetecteerd en soms is een opleiding een remedie. Zo niet wordt er verder onderzocht welke diensten er door externen (Agoria adviseurs, consulenten, Resoc,…) kunnen worden aangeboden om een volwaardig competentiebeleid uit te voeren. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: elk jaar extra 20 niet-vormingsbedrijven (waarvan ¾ KMO’s) bereiken en in totaal 220 bedrijven
56
Actie 21 (INOM): Vervolmakingsopleidingen bij het VCL Omschrijving: INOM-arbeiders biedt tegen fors gereduceerde prijs lasopleidingen aan in het Vervolmakingscentrum voor Lassers. Gemiddeld duurt een opleiding vijf dagen waarbij op het einde van het traject de lasser zich kan laten certificeren volgens de Europese lasrichtlijnen. INOM leidt op die manier zo’n 220 lassers op uit een 30-tal bedrijven en voorziet ongeveer zo’n 300.000 €. Timing: 2013-2014
Actie 22 (INOM): Ondersteuning van het competentiebeleid in de bedrijven door INOM-Competentiecheques Omschrijving Elk bedrijf kan een aanvraag indienen voor adviescheques vóór aanvang van het initiatief: -
80% van de ingediende factuur krijgt men teruggestort (verhouding in bedrijven is 80% arbeiders, 20% bedienden), rekening houdend met onderstaand plafondbedrag
-
Het maximale budget per bedrijf aan adviescheques is 3000 €.
Hiermee willen we vooral ook KMO’s betrekken en hen met deze financiële stimulans over de brug te trekken om een competentiegericht HR-beleid te voeren. De thema’s binnen aspecten van het opleidingsbeleid in het bedrijf waarmee met adviescheques een project kan uitgewerkt worden zijn: -
Competentiebeheer en opleidingsplanning
-
Leren op de werkvloer
-
Meten en verbeteren van leren
Hiervoor moet gewerkt worden met een externe partner. Timing: 2013-2014 (verderzetten van het project) Bereik: We voorzien een bereik van 30 bedrijven op jaarbasis. Promotie gebeurt door nieuwsbrieven, website, bij bedrijfsbezoeken door sociale partners en sectorconsulenten. Actie 23 (INOM): Ondersteunen van het ervaringsbewijs INOM-arbeiders: Er zal intern overleg gebeuren tussen sociale partners omtrent de strategie en positionering van het ervaringsbewijs. Actie 24 (INOM): “Nederlands op de werkvloer” Omschrijving: De opleiding Nederlands op de werkvloer wordt extra aangemoedigd aan de bedrijven. INOM betaalt de volledige factuur van deze opleiding. De opleidingsverstrekker kan vrij gekozen worden, met de VDAB werden prijsafspraken vastgelegd in de Raamovereenkomst. Men voorziet jaarlijks een bereik van 50 werknemers, voornamelijk bestaand uit laaggeschoolden en/of mensen van allochtone afkomst. Door het blijvend succes zal INOM wel nagaan of er niet kan gewerkt worden met een maximum bedrag per bedrijf of per arbeider. Timing: 2013-2014
57
Actie 25 (FTMA): Samenwerking met lascentrum Omschrijving: De campus De Naeyer van de Lessius hogeschool heeft in Sint-Katelijne Waver een lascentrum opgericht. Het opleidingscentrum bestaat uit drie lasateliers, een voorbereidingsruimte en een labo kwaliteitscontrole. Het lascentrum stelt zijn infrastructuur ter beschikking van verschillende doelgroepen, actief in het opleiden van lassers en lastechnici. Doelgroepen zijn ondermeer scholieren en hogeschoolstudenten. VDAB gebruikt één lasatelier permanent voor het opleiden van werkzoekenden. FTMA heeft in een eerste fase 100.000 euro gefinancierd in samenwerking met VDAB. Bedoeling is dat via een kredietlijn werknemers uit de sector gratis opleiding kunnen volgen. De sociale partners willen nog een bijkomende financiële impuls geven aan het lascentrum en dit voor opleidingen die nog niet worden aangeboden op de reguliere opleidingsmarkt. In het najaar 2012 wordt hier samen met Resoc Mechelen en vzw Lascentrum een planning uitgewerkt. Timing: 2013 Beoogde sectorale doelstelling: wordt nog geconcretiseerd Betrokken partners: VDAB, Lessius hogeschool, Resoc-Mechelen Actie 26 (FTMA): Diversiteitsaanpak met Resoc Omschrijving: FTMA zal binnen het kader van de diversiteitsplannen in samenspraak met de projectontwikkelaars van het Resoc de nodige informatie verzenden naar de bedrijven in de sector om deze plannen te promoten. Bovendien organiseert FTMA een arbeidsmarktonderzoek waarbij ook gepolst wordt naar de noodzaak van diversiteitsplannen. De bedrijven die interesse betonen worden doorgespeeld aan de diversiteitsconsulenten. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: Mee zoeken naar bedrijven die diversiteitsplannen willen ontwikkelen Betrokken partners: RESOC Antwerpen/Mechelen/Kempen Actie 27 (TOFAM O-Vl): promotie diversiteitsinitiatieven d.m.v. bedrijfsbezoeken Omschrijving: Via de TOFAM website en/of tijdens de TOFAM bedrijfsbezoeken worden volgende initiatieven gepromoot: - Het initiatief Nederlands op de werkvloer georganiseerd door INOM-Arbeiders. De opleiding Nederlands op de werkvloer wordt extra aangemoedigd aan bedrijven. - Het initiatief diversiteitplannen. TOFAM Oost-Vlaanderen zal in 2013 en 2014 binnen het kader van de diversiteitsplannen een omzendbrief ‘diversiteit’ verspreiden naar alle bedrijven van de sector. Aansluitend plant het fonds jaarlijks een 10-tal bezoeken, in samenwerking met de projectontwikkelaars diversiteit. Alle TOFAMinitiatieven, alsook de overheidsinitiatieven worden binnen dit kader gepromoot. Via deze bedrijfsbezoeken worden de TOFAM-initiatieven m.b.t. diversiteit meegenomen ( = instroomproject werkzoekenden, toolboxproject, acties leeftijdsbewust personeelsbeleid, coaching voor eerstelijnsleidinggevenden, jobplatform.... ). Deze TOFAM acties kunnen in de diversiteitplannen opgenomen worden. - TOFAM Oost-Vlaanderen zal de IBO-maatregel promoten wanneer een opleiding op de werkvloer noodzakelijk wordt geacht bij de toeleiding naar een job. De sector speelt in de op de IBO-maatregel door het verlenen van een opleidings- en een tewerkstellingspremie na beëindiging van een IBO in een bedrijf behorend tot onze sector. - Overheidsinitiatieven ter bevordering van de integratie van kansengroepen op de arbeidsmarkt. Hiervoor werd de toolbox verder geüpdatet en geüpgraded door
58
-
-
TOFAM Oost-Vlaanderen in 2011 (uitgebreid met alle maatregelen van toepassing in de sector metaal). In 2013 en 2014 wordt de update voorzien via de website van TOFAM. Op deze manier wil TOFAM Oost-Vlaanderen bedrijven aanmoedigen om gebruik te maken van diverse diversiteitsinitiatieven. Sectorspecifiek aanbod rond coaching en diversiteit voor direct leidinggevenden (ploegbazen, brigadiers, meestergasten, lijnverantwoordelijken) ifv de betere integratie van kansengroepen in het bedrijf. Voor 2013 en 2014 mikken we jaarlijks op 30 tal deelnemers. Teneinde de opleiding van risicogroepen te stimuleren voorziet TOFAM OostVlaanderen in een financiële tussenkomst van de loonkost bij een opleiding (zowel externe opleiding als on – the-job trainingen) van arbeiders die aan de voorwaarden van “risico-arbeider” voldoen, zoals deze omschreven zijn in de CAO.
Timing: 2013 – 2014 Betrokken partners: projectontwikkelaars EAD, opleidingspartners en VDAB (IBO). Kwantitatieve streefcijfers: TOFAM Oost-Vlaanderen plant jaarlijks een 10-tal bedrijfsbezoeken in samenwerking met de projectontwikkelaars diversiteit. Actie 28 (TOFAM W-Vl): Promotie van diversiteitsplannen Omschrijving Het initiatief diversiteitplannen. TOFAM West-Vlaanderen zal in 2013 en 2014 binnen het kader van de diversiteitsplannen een omzendbrief verspreiden naar alle bedrijven van de sector. Kwantitatieve streefcijfers het fonds plant jaarlijks een 10-tal bezoeken, in samenwerking met de projectontwikkelaars diversiteit. Alle TOFAM initiatieven, alsook de overheidsinitiatieven worden binnen dit kader gepromoot. Actie 29 (TOFAM W-Vl): Aandacht voor risicogroepen Omschrijving Teneinde de opleiding van risicogroepen te stimuleren voorziet TOFAM West-Vlaanderen in een financiële tussenkomst van de loonkost bij een opleiding (zowel externe opleiding als on - the-job trainingen) van arbeiders die aan de voorwaarden van “risico-arbeider” voldoen, zoals deze omschreven zijn in de CAO. Kwantitatieve streefcijfers 2013: 100 bedrijven 2014: 130 bedrijven Actie 30 (TOFAM O-Vl): opleiding coaching voor arbeiders in een leidinggevende positie Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen organiseert in 2013-2014 verder de opleiding coaching. Deze gratis opleiding van 5 dagen heeft tot doel direct leidinggevenden voor te bereiden als coach voor nieuwkomers of medewerkers uit de kansengroepen (lager geschoolden, allochtonen, ...). De centrale thema’s zijn: hoe omgaan met diversiteit op de werkvloer, groepsdynamica, introductie, inwerken en trainen van nieuwkomers (ervaringsgericht leren, coachen), communicatie en persoonlijke vaardigheden. Timing: 2013 -2014 Betrokken partners: VDAB Kwantitatieve streefcijfers: 3 opleidingen op jaarbasis
59
Actie 31 (TOFAM W-Vl): Coaching voor arbeiders Omschrijving Via het opleidingsaanbod wil Tofam West-Vlaanderen de module Coaching voor arbeiders aanbieden. Met praktische oefeningen wil de deelnemers stil laten staan in het communicatie proces met de mensen uit hun team. We leren de coaches processen toe te passen en signalen op te vangen. We realiseren de doelstellingen door het aanbrengen van een begrijpbaar theoretisch kader, gekoppeld aan een aantal praktische opdrachten vanuit de behoeften en noden van de trainer, de doelgroep en het bedrijf. Timing 2013: 2 sessies van 8 deelnemers 2014: 2 sessies van 8 deelnemers
Voortgangsindicatoren Totaal overzicht jaarlijks bereik bedrijven
Bedrijven
Arbeiders
+/- 650
17.000
en arbeiders Aantal
Diversiteitscheck In het kader van doorstroom organiseren wij als sector diverse coachingsopleidingen. In deze opleidingen wordt er ook omgegaan met thema’s als diversiteit en werken met arbeiders uit kansengroepen. Ook de taal vormt vaak nog een drempel. Daarom vinden wij het belangrijk dat “Nederlands op de werkvloer” gestimuleerd blijft. Ook samenwerkingen met Resoc-consulenten zijn in opmars. Tijdens bedrijfsbezoeken wordt promotie gemaakt rond diversiteitsinitiatieven zoals opmaak van diversiteitsplannen, opleidingen rond het thema “diversiteit en kansengroepen”.
60
Uitstroom
PRIORITEIT 5 Tewerkstellingscellen en outplacement Motivatie door onderstaande omgevingsanalyse “Werken aan de uitstroom” De uitdagingen waar we voor staan kunnen we als volgt samenvatten: het professioneel begeleiden van de uitstroom omwille van de herstructureringen in onze sector. het kanaliseren van de uitstroom: in de mate van het mogelijke proberen de ontslagenen te heroriënteren naar een andere rol in het bedrijf/sector (binnen in onze sector). het borgen van de kennis van de getroffen medewerkers omwille van herstructurering en sluitingen. De sector verliest hierdoor heel wat technische kennis. Zoals reeds aangegeven in de sectorale uitdagingen, is het duidelijk dat dit voor ons naast alle andere prioriteiten een belangrijk onderdeel zal uitmaken van onze werking voor de komende 2 jaar sectorconvenant. Het is enorm belangrijk dat bij afslanking en zelfs sluiting van een aantal grote bedrijven er een goede begeleiding wordt voorzien vanuit onze sector. Hoe kunnen we dit het beste kanaliseren als sectorconsulent? Door in de tewerkstellingscellen te zetelen, door zo veel mogelijk begeleiding vanuit de sector aan te bieden bij outplacement en ernaar te streven de getroffen arbeiders zoveel mogelijk te heroriënteren binnen onze sector. Actie 1 (FTML): Tewerkstellingscellen Omschrijving: Het FTML werkt in het kader van herstructureringen samen met de interventieadviseurs van de VDAB en neemt waar mogelijk en aangewezen haar verantwoordelijkheid op binnen de tewerkstellingscellen. Betrokken partners: FTML, VDAB, outplacementkantoor Actie 2 (FTML): Erkend outplacementkantoor Omschrijving: Het FTML is een erkend outplacementkantoor en voorziet een aanbod gericht aan alle ontslagen arbeiders in Limburg. De begeleiding na ontslag bestaat uit: eerste opvang, informatie door RVA en VDAB, groepsgesprekken, individuele gesprekken, schriftelijke en mondelinge sollicitatietraining, opsporen jobkanalen, enz. Dit gebeurt onder coördinatie van de medewerkers van het FTML. De begeleidingsactiviteiten worden ofwel uitgevoerd door de medewerkers van het FTML zelf ofwel door een extern outplacementbureau en dit afhankelijk van het aantal te begeleiden ontslagen werknemers. Beoogde sectorale doelstelling: elke arbeider heeft recht op ontslagbegeleiding
61
Actie 3: Opleidingsacties voor arbeiders in outplacement Antwerpen Omschrijving FTMA: aan alle arbeiders in outplacement wordt er een opleidingsbudget aangeboden van € 1500. Met deze ondersteuning kunnen deze arbeiders hun competenties bij spijkeren. We stellen zelf een opleidingsprogramma op en daar kunnen de werkzoekenden dan uit kiezen. Het betreft een aantal generieke opleidingen (leidinggeven, assertiviteit, software pakketten,…) maar ook technische opleidingen in samenwerking met Anttec (Elektrisch schema lezen, sensoren, storing zoeken, pneumatica, lagertechnieken,…) Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: competentieversterkende initiatieven organiseren voor arbeiders in ouplacement. Kwantitief moeilijk te zeggen hoeveel arbeiders we gaan bereiken, dit hangt af van de herstructureringen. Betrokken partners: opleidings- en outplacement bedrijven Actie 4 (TOFAM W-Vl): Outplacement-premie Omschrijving Tofam West-Vlaanderen wil in 2013 een premiesysteem ontwikkelen naar analogie van de tewerkstellingspremie (zie boven) om ontslagen werknemers, die in outplacementbegeleiding zitten, aan te moedigen in de metaalsector te blijven. Dit kan eventueel via een beroepsopleiding bij de VDAB of via de opleidingen in open aanbod. Timing 2013 Visieontwikkeling 2014 Operationeel Kwantitatieve streefcijfers 15 premies per werkjaar Actie 5 (TOFAM O-Vl): outplacementbegeleiding Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen biedt aan ondernemingen die geconfronteerd worden met meervoudig of individueel ontslag de mogelijkheid aan om gebruik te maken van outplacement via het outplacementbureau waarmee TOFAM Oost-Vlaanderen een contract heeft. Hierdoor wordt eveneens CAO nr. 82 toegepast. Teneinde de opgebouwde knowhow niet verloren te laten gaan zal de outplacementbegeleiding van ontslagen arbeiders maximaal ingezet worden teneinde deze arbeiders terug naar de sector te laten stromen. Hiertoe kan het volgend instrument ontwikkeld worden: de vacaturedatabank. TOFAM Oost-Vlaanderen zal in 2013-2014 verder deelnemen aan tewerkstellingscellen. In deze tewerkstellingscellen maak TOFAM het opleidingsaanbod voor arbeiders bekend. Dit opleidingsaanbod wordt opengesteld voor de werklozen van de tewerkstellingscellen. Timing: 2013 – 2014 Betrokken partners: Galilei Actie 6 (TOFAM W-Vl): Outplacementbegeleiding Omschrijving TOFAM West-Vlaanderen biedt aan ondernemingen die geconfronteerd worden met meervoudig of collectief ontslag de mogelijkheid aan om gebruik te maken van groepsoutplacement via het outplacementbureau waarmee TOFAM West-Vlaanderen een contract heeft. Hierdoor wordt eveneens CAO nr. 82 toegepast.
62
Enkel bij ontslag wegens dringende reden zal het sectorfonds niet tussenkomen. Hiervoor zal beroep gedaan worden op het outplacementbureau waarmee het sectorfonds een samenwerkingsovereenkomst heeft. Teneinde de opgebouwde knowhow niet verloren te laten gaan zal de outplacementbegeleiding van ontslagen arbeiders maximaal ingezet worden teneinde deze arbeiders terug naar de sector te laten stromen. Hiertoe kunnen een aantal instrumenten ontwikkeld worden zoals het invoeren van een opleidingenpremie en tewerkstellingspremie voor arbeiders in outplacement begeleiding. Tofam West-Vlaanderen zal eveneens zetelen in de diverse tewerkstellingscellen en het opleidingsaanbod beschikbaar ter beschikking stellen voor personen in outplacement. Actie 7 (RTM Vlaams-Brabant): Tewerkstellingscellen RTM Vlaams-Brabant zetelt in verschillende tewerkstellingscellen en geeft info over de opleidingen uit het open aanbod. In 2012 werden er in totaal volgende tewerkstellingscellen opgericht: Cegelec, Renault Industries, Duracell en Photovoltech Tienen. Vb.: Voor Photovoltech Tienen heeft RTM Vlaams-Brabant een dertigtal arbeiders persoonlijk ingelicht in verband met de opleidingsmogelijkheden van het open aanbod. Betrokken partners: VDAB, outplacementbureau Diversiteitscheck “Een actieve participatie in de tewerkstellingscellen waar het opleidingsaanbod kan worden toegelicht, het aanbieden van outplacement met al dan niet een bijhorende premie en het voorzien van opleidingsacties om de competenties van de getroffen arbeiders bij te spijkeren moet er voor zorgen dat de uitstroom omwille van herstructurering binnen het bedrijf of sector professioneel begeleid en/of geheroriënteerd wordt waarbij de kennis van deze medewerkers geborgen wordt.”
63
Samenwerking
PRIORITEIT 6 Intersectorale samenwerking Omgevingsanalyse Er werden reeds intersectorale samenwerkingen aangegaan, maar we merken dat we hier nog meer zouden kunnen uithalen.
Visie De huidige intersectorale samenwerkingen zijn heel positief en blijven we verderzetten. Daarenboven zijn er heel wat vergelijkingspunten met andere sectoren waar we graag zouden over uitwisselen. Waarom niet samen een stagebeleid uitwerken, samen bekijken hoe we meer aansluiting kunnen vinden tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt, opleidingen waar minder vraag naar is, maar die toch specifiek noodzakelijk zijn, openstellen voor andere sectoren. Dat zijn allemaal pistes die we graag zouden bespreken met andere sectoren die zeer nauw aansluiten bij onze activiteiten.
Motivatie De instroom is voor elke sector een heikel punt. Waarom niet onze krachten bundelen. Natuurlijk streeft elke sector ernaar om een maximale instroom naar hun sector leidt maar dat mag ons niet weerhouden om ideeën uit te wisselen, te leren van mekaar en waarom niet gezamenlijk een beleid uit te stippelen.
Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten:
Actie 1 (RTM Vl-Br): Samenwerking met IVOC Omschrijving RTM Vlaams-Brabant geeft een open opleidingsaanbod samen met IVOC (textielsector). Via overleg worden de thema’s bepaald die gezamenlijk op beide websites aangeboden worden. Zowel arbeiders vanuit de metaalsector als uit de textielsector kunnen hierop intekenen. Actie 2 (RTM Br): Samenwerking met 4 Brussels competentiecentra Omschrijving RTM Brussel, werkt samen met de 4 andere Brusselse competentiecentra (IRIS TL, Evoliris, Horeca en Bouw) en Vormelek Deelname aan verschillende job- en opleidingsbeurzen, samen met deze sectoren Timing: Verspreid over het ganse jaar Betrokken partners: IRIS TL, Evoliris, Horeca, Bouw en Vormelek
64
Beoogde sectorale doelstelling en rol/inbreng: Kennisuitwisseling en samenwerking in gemeenschappelijke opleidingstrajecten Kwantitatieve streefcijfers: afhankelijk van de aanvraag Actie 3 (FTMA): Talentenfabriek Omschrijving: Talentenfabriek is een gestructureerd samenwerkingsverband tussen verschillende partners die hun kennis, ervaring, mensen en middelen samenbrengen om samen één job– en opleidingspunt voor de industriesector te creëren. Als job- en opleidingspunt wil het een integrale dienstverlening bieden op het vlak van tewerkstelling, werkgelegenheid en opleiding. De doelgroepen van Talentenfabriek zijn werkzoekenden, bedrijven en hun werknemers, scholen en hun leerlingen. Het werkingsgebied van Talentenfabriek zal initieel vooral de brede Antwerpse regio zijn. In latere fase zullen de activiteiten uitgebreid worden naar de gehele provincie Antwerpen. Binnen elk prioriteit waar Talentenfabriek aan bod komt, wordt er meer gedetailleerd omschreven wat de specifieke acties zijn. Timing: 2013-2014 Beoogde sectorale doelstelling: • Positief imago van de sector ondersteunen en industriële beroepen in de kijker zetten (branding) • Monitoring en analyse van cijfers en tendensen • Centraal informatiepunt voor alle doelgroepen: toegankelijk, laagdrempelig, neutraal • Focus op knelpuntberoepen en kansengroepen • Tewerkstellingsgraad in de sector verhogen • Toeleiding naar industriegerichte opleidingen verhogen (afstemming opleiding versus arbeidsmarkt) • Scholen en opleidingsinstituten betrekken als partner om te anticiperen op tendensen van morgen • Stimuleren van een positieve studiekeuze voor techniek • Opzetten van innovatieve opleidingstrajecten. Vooral nieuwe vormen van werkplekleren samen met VDAB, bedrijven, scholen en andere opleidingsorganisaties • Opportuniteiten zoeken voor het delen van infrastructuur bij scholen, bedrijven, VDAB en andere opleidingsverstrekkers Al deze doelstellingen hebben in het jaaractieplan ook kwantitatieve streefcijfers gekregen. Betrokken partners: Stad Antwerpen, VDAB, RTC Antwerpen, FTMA, VIBAM, het paritair vormingsfonds voor de scheikundige nijverheid. Interessant is dat Talentenfabriek eveneens een bijdrage wenst te leveren tot behalen van de bedrijfsdoelstellingen van de partners van het samenwerkingsverband. Bovendien is het uniek dat zo een servicepunt een intersectoraal aspect heeft: de chemie en metaal werken samen. Actie 4 (TOFAM O-Vl): deelname aan intersectorale samenwerkingsverbanden Omschrijving: TOFAM Oost-Vlaanderen zal verder participeren aan de intersectorale samenwerkingsverbanden op vlak van: - Aansluiting onderwijs – arbeidsmarkt: RTC Oost-Vlaanderen, Het Beroepenhuis, Platform Techniek i.s.m. het RTC. - Organisatie opleidingen voor arbeiders: TOFAM Oost-Vlaanderen onderzoekt in 2013 verder de mogelijkheden om i.s.m. opleidingsorganisaties en andere sectoren sectoroverschrijdende opleidingen te organiseren (bv. organisatie van ICTopleidingen, BA4, BA5).
65
Timing: 2013 – 2014 Betrokken partners: Het RTC-Oost-Vlaanderen, Het Beroepenhuis, andere sectorfondsen. Actie 5 (TOFAM W-Vl): Partnerschap SERR-RESOC Omschrijving TOFAM West-Vlaanderen zal verder in 2013-2014 netwerken uitbouwen met projectontwikkelaars van de Serr-Resoc's waardoor gezamenlijke initiatieven kunnen worden opgezet. Tofam zal de diversiteitsplannen en de projectontwikkelaars van de partner promoten bij de bedrijven. Diversiteitscheck “Door het opleidingsaanbod te bundelen met andere sectoren en competentiecentra, de deelname aan verschillende job- en opleidingsbeurzen, samenwerkingsverbanden te onderhouden met diverse partners om een integrale dienstverlening te kunnen aanbieden, de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt te versterken, het nagaan of sectoroverschrijdende opleidingen aangeboden kunnen worden en de uitbouw van netwerken met de Serr-Resoc's geeft de sector aan intersectoraal samen te werken met als doel de instroom te maximaliseren. “
66
[Algemene bepalingen inzake beëindiging, wijziging, evaluatie, controle en toezicht van de overeenkomst] Beëindiging - Het sectorconvenant wordt afgesloten voor een periode van twee jaar. Het sectorconvenant kan niet stilzwijgend worden verlengd. - Het sectorconvenant eindigt hetzij bij het verstrijken van de looptijd, hetzij bij onderlinge overeenkomst tussen de partijen, hetzij door opzegging. De partijen kunnen op elk moment het sectorconvenant opzeggen, mits ze een opzegtermijn van 6 maanden in acht nemen. De kennisgeving van de opzegging gebeurt per aangetekende brief. De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste werkdag na de kennisgeving. Het sectorconvenant kan door de Vlaamse Regering worden beëindigd zonder inachtname van een opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding als het algemeen belang dat in buitengewone omstandigheden vereist. Als bij de evaluatie van het tussentijds rapport door het departement Werk en Sociale Economie van het Vlaams Ministerie voor Werk en Sociale Economie wordt vastgesteld dat de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties op ernstige wijze tekortschieten in de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen, kan de Vlaamse Regering het sectorconvenant eenzijdig beëindigen zonder opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding.
Wijzigbaarheid - De Vlaamse Regering bepaalt na voorafgaand overleg tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners in het Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité, de wijze waarop bijsturingen of wijzigingen van het actieplan of van de verbintenissen is het sectorconvenant tijdens de looptijd van het sectorconvenant worden doorgevoerd.
Evaluatie - Het departement Werk en Sociale Economie pleegt overleg met de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties over de bevindingen van het tussentijds rapport en van het eindrapport. Dit gebeurt aan de hand van formele en informele opvolgingsmomenten en fysieke en/of desk evaluaties. Het departement Werk en Sociale Economie voorziet hiertoe een sjabloon voor de inhoudelijke en financiële rapportage. Bij die opvolgingsmomenten en evaluaties wordt nagegaan of de aangegane verbintenissen ook effectief zijn bereikt.
Controle en toezicht - De sociaalrechtelijke inspecteurs van de administratie zijn belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van het decreet op de sectorconvenants en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan in het geval van een vastgestelde inbreuk het sectorconvenant opschorten.
67