Schriftelijke vragen van de CDA-fractie aan het college van B&W Datum:
16 juni 2015
Betreft:
duurzaamheidslening
Geacht college, Op 30 oktober 2014 is tijdens de programmabegroting 2015 een motie van het CDA aangenomen om te onderzoeken of de duurzaamheidslening (lening tegen gunstige voorwaarden om je woning te verduurzamen) vanwege het steeds groter wordende succes doorgezet kon worden in de gemeente Achtkarspelen. Op de datum 4 december 2014 zijn er middels een memo 2 opties genoemd door het college om deze duurzaamheidslening door te zetten. Optie 1: de duurzaamheidslening blijft mogelijk voor particuliere huizenbezitters. Optie 2: de duurzaamheidslening wordt alleen mogelijk voor maatschappelijk vastgoed. In deze memo is aan het eind de volgende zinsnede opgenomen: “Het college neemt komende week een besluit over de mogelijke vorm en inhoud van het continueren van de duurzaamheidslening. Op basis hiervan zal een raadsvoorstel aan de raad worden voorgelegd.” In de collegebesluiten van 28 april 2015 moesten wij als fractie echter lezen dat het college zelfstandig en zonder overleg met de raad een besluit heeft genomen dat de duurzaamheidslening niet wordt doorgezet. Vragen van de CDA-fractie: 1. Was het college op de hoogte van de toezegging die is gedaan in de memo van 4 december 2014 om te komen met een nieuw raadsvoorstel? 2. Zo ja, waarom heeft het college dan zelfstandig en zonder overleg met de raad besloten om de duurzaamheidslening toch niet door te zetten? Was overleg in deze misschien niet verstandig geweest? 3. Zo nee, wanneer is het college van plan om met een raadsvoorstel naar de raad te komen zoals op 4 december is toegezegd? In de memo van 28 april 2015 staat verder beschreven: “Op 4 december 2014 is een memo naar de raad gestuurd over de mogelijkheden die het college besproken heeft. Hierin werd de mogelijkheid om de duurzaamheidslening te continueren voor particulieren uitgezet tegen de mogelijkheid om de lening in te zetten voor maatschappelijk vastgoed.” “Op basis hiervan is het college tot het besluit gekomen om de duurzaamheidslening niet te continueren/ opnieuw op te starten.” 4. Op basis waarvan heeft het college op 4 december 2014 een memo gestuurd waarin wordt aangegeven dat er 2 opties waren om de lening door te zetten? Welke informatie was op dat moment niet voorhanden die later wel voorhanden was waardoor het college af heeft gezien van voortzetting van de duurzaamheidslening? Jouke Spoelstra, CDA-fractie Bijlage 1: motie CDA 30 oktober 2014 Bijlage 2: memo 4 december 2014 Bijlage 3: memo 28 april 2015
P6 – M7
Motie
Agendapunt: 5. Programmabegroting 2015 / Programma 6 Onderwerp: Duurzaamheidslening De raad van de gemeente Achtkarspelen bijeen d.d. 30 oktober 2014 Roept het college op: met betrekking tot het voorgenomen besluit om de duurzaamheidslening stop te zetten, te onderzoeken en te kijken of het haalbaar is om deze lening alsnog op te nemen in de duurzaamheidsnota. Toelichting: De duurzaamheidslening heeft meerdere positieve effecten op de samenleving in de gemeente Achtkarspelen. In vergelijking met landelijke regelingen is de gemeentelijke duurzaamheidslening af te sluiten onder meer gunstige voorwaarden waardoor je als gemeente nog een extra stimulans biedt. Ook de voorgenomen ambitie om in de top 10 van meest duurzame gemeenten in Friesland te komen vormt een argument om de duurzaamheidslening te behouden. Positieve effecten van deze lening zijn onder andere: -
Besparing van energie (doelstelling van dit college) Vermindering van uitstoot van de CO2 Stimulerend effect op de lokale economie Verbetering van de bestaande particuliere woningen binnen de gemeente (doelstelling van dit college)
Ondertekening, naam en datum: Jouke Spoelstra, CDA 30 oktober 2014
Stemming: Voor CDA, CU, FNP, VVD en GBA (17) Tegen: PvdA (3) Motie aangenomen
MEMO Datum Betreft
: :
04-12-2014 Opties continuering duurzaamheidslening
Motie Op 30 oktober 2014 is de volgende motie van het CDA aangenomen: Roept het college op: met betrekking tot het voorgenomen besluit om de duurzaamheidslening stop te zetten, te onderzoeken en te kijken of het haalbaar is om deze lening alsnog op te nemen in de duurzaamheidsnota. Toelichting: De duurzaamheidslening heeft meerdere positieve effecten op de samenleving in de gemeente Achtkarspelen. In vergelijking met landelijke regelingen is de gemeentelijke duurzaamheidslening af te sluiten onder meer gunstige voorwaarden waardoor je als gemeente nog een extra stimulans biedt. Ook de voorgenomen ambitie om in de top 10 van meest duurzame gemeenten in Friesland te komen vormt een argument om de duurzaamheidslening te behouden. Positieve effecten van deze lening zijn onder andere: Besparing van energie (doelstelling van dit college) Vermindering van uitstoot van de CO2 Stimulerend effect op de lokale economie Verbetering van de bestaande particuliere woningen binnen de gemeente (doelstelling van dit college) Wat is de duurzaamheidslening Met het oog op de stimulering van duurzaam energiegebruik is, in samenwerking met het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn), de afgelopen jaren een duurzaamheidslening beschikbaar geweest. Hiermee konden particuliere woningeigenaren geld lenen voor het treffen van energiebesparende maatregelen of duurzame energieopwekking. Het bedrag dat kon worden geleend was minimaal €2.500,- en maximaal €25.000,-. Het rentepercentage is 3% lager dan het reguliere tarief. De gemeente toetste hierbij op duurzaamheidscriteria aan de hand van haar eigen duurzaamheidsverordening. De SVn deed de bancaire toetsing en het beheer. Duurzaamheidsnota In de duurzaamheidsnota ‘Achtkarspelen Duorsum en Belutsen’ 2014-2018, is de duurzaamheidslening niet opgenomen als instrument vanwege de voorgenomen bezuiniging. De mogelijkheid van een lening wordt echter wel genoemd in ambitieproject 2: ‘Zon op maatschappelijk vastgoed’ Onder Maatschappelijk vastgoed verstaan we in dit geval gebouwen van de gemeenschap: sportaccommodaties, scholen, kerken, verenigingsgebouwen etc. Deze gebouwen hebben vaak hoge energielasten en deze worden door de gemeenschap betaald. Investeren in het verlagen van de energielasten levert dus winst op voor de hele gemeenschap. Het gaat hier niet alleen om zon maar nadrukkelijk ook om isolatie, energiezuinige verlichting en slimme constructies met een andere vorm van hernieuwbare energie, zoals restwarmte etc.
-2Mogelijke opties continuering lening
Optie 1: de duurzaamheidslening continueren in de huidige vorm In de huidige duurzaamheidsverordening kunnen particuliere woningeigenaren een duurzaamheidslening aanvragen voor energiebesparende maatregelen. Ze kunnen hiermee ‘goedkoop’ lenen om te investeren in maatregelen. Argumenten: Duurzaamheidsmaatregelen die moeilijk uit kunnen met een lening tegen een ‘gewone’ rente, kunnen vaak wel uit met het lage rentetarief van de duurzaamheidslening. Het helpt mensen over de streep om duurzaamheidsmaatregelen te treffen en daarmee behalen we een verbetering van de bestaande particuliere woningvoorraad binnen de gemeente.
De regeling neemt weinig risico met zich mee. Het fonds is revolverend en daarmee stroomt het uiteindelijk weer terug naar de gemeente.
Kantekeningen: Alleen particulieren die kredietwaardig zijn kunnen in aanmerking komen voor de duurzaamheidslening. Dit maakt hen een risicoarme groep, maar tegelijkertijd kan juist deze groep ook gebruik maken van andere financieringsmogelijkheden, zoals reguliere banken en de landelijke duurzaamheidslening.
Alleen individuele burgers kunnen van deze regeling profiteren. Het geeft wel een goed signaal naar de gemeenschap, maar het blijven individuele keuzes.
Optie 2: de duurzaamheidslening inzetten voor maatschappelijk vastgoed Veel maatschappelijk vastgoed wordt beheerd door verenigingen en stichtingen, zoals sportverenigingen, dorpshuizen, verenigingsgebouwen etc. Deze gebouwen hebben vaak hoge energielasten. Argumenten: Investeringen in maatschappelijk vastgoed hebben vaak een korte terugverdientijd. De hoge energielasten van veel maatschappelijk vastgoed zijn vaak door redelijk eenvoudige maatregelen terug te brengen. Lagere energiekosten leveren direct voordeel op voor de gemeenschap. Het ontbreekt maatschappelijke organisaties echter vaak aan voldoende investeringskapitaal.
Het heeft breed maatschappelijk draagvlak. In de gemeente zijn meerdere verenigingen die aangegeven hebben graag gebruik te willen maken van een financiele regeling. Duurzame voorzieningen hebben een positief effect op de leefbaarheid van het dorp en het geeft een positieve boodschap naar de leden van de vereniging. Dit brede draagvlak kan aanzetten tot meer initiatieven.
Het past goed binnen de beleidskaders Zowel het coalitieakkoord als de duurzaamheidsnota gaan uit van de kracht fan de Mienskip. Maatschappelijk vastgoed wordt als ambitieproject genoemd.
Kanttekeningen De toetsingscriteria moeten aangepast worden Er zijn goede voorbeelden van verordeningen voor o.a. sportverenigingen. Door een goed beeld te creëren van de organisatie zijn risico’s te minimaliseren. Door middel van een energiescan is in beeld te brengen wat de te nemen maatregelen zijn. Voorwaarde is dat er gemeentegarantie afgegeven wordt of kan worden. Het college neemt komende week een besluit over de mogelijke vorm en inhoud van het continueren van de duurzaamheidslening. Op basis hiervan zal een raadsvoorstel aan de raad worden voorgelegd.
MEMO Van
:
Het college van B en W
Aan
:
Raad
Datum
:
28 april 2015
Betreft
:
Besluit duurzaamheidslening april 2015
Naar aanleiding van de motie van 30 oktober 2014 hebben wij de mogelijkheden om de duurzaamheidslening te continueren onderzocht. Na afweging van de voor en nadelen komen wij tot de conclusie dat het niet haalbaar is de lening alsnog op te nemen in de duurzaamheidsnota. In deze memo leggen wij u uit hoe tot dit besluit is gekomen. Wat is de duurzaamheidslening In samenwerking met het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn), is de afgelopen jaren een duurzaamheidslening beschikbaar geweest. Hiermee konden particuliere woningeigenaren geld lenen voor het treffen van energiebesparende maatregelen of duurzame energieopwekking. Het bedrag dat kon worden geleend was minimaal €2.500,- en maximaal €25.000,-. Het rentepercentage is 3% lager dan het reguliere tarief. De gemeente toetste hierbij op duurzaamheidscriteria aan de hand van haar eigen duurzaamheidsverordening. De SVn deed de bancaire toetsing en het beheer. Waarom is deze gestopt? In het coalitieprogramma 2014-2018 “In sosjaal, lokaal en belutsen mienskip” is afgesproken om, als bezuiniging/ombuigingsmaatregel, deze duurzaamheidslening stop te zetten per 31-12-2014. Er is nu € 600.000 in de pot gestort en de inleg stroomt in 15 jaar naar ons terug. Hiermee zullen ook de structurele kosten in 15 jaar afgebouwd worden. Naar aanleiding van deze beslissing is een motie ingediend. Motie Op 30 oktober 2014 is de volgende motie van het CDA aangenomen: Roept het college op: met betrekking tot het voorgenomen besluit om de duurzaamheidslening stop te zetten, te onderzoeken en te kijken of het haalbaar is om deze lening alsnog op te nemen in de duurzaamheidsnota. Toelichting: De duurzaamheidslening heeft meerdere positieve effecten op de samenleving in de gemeente Achtkarspelen. In vergelijking met landelijke regelingen is de gemeentelijke duurzaamheidslening af te sluiten onder meer gunstige voorwaarden waardoor je als gemeente nog een extra stimulans biedt. Ook de voorgenomen ambitie om in de top 10 van meest duurzame gemeenten in Friesland te komen vormt een argument om de duurzaamheidslening te behouden. Positieve effecten van deze lening zijn onder andere: Besparing van energie (doelstelling van dit college) Vermindering van uitstoot van de CO2 Stimulerend effect op de lokale economie Verbetering van de bestaande particuliere woningen binnen de gemeente (doelstelling van dit college)
Memo duurzaamheidslening april 2015
1
Memo december 2014 Op 4 december 2014 is een memo naar de raad gestuurd over de mogelijkheden die het college besproken heeft. Hierin werd de mogelijkheid om de duurzaamheidslening te continueren voor particulieren uitgezet tegen de mogelijkheid om de lening in te zetten voor maatschappelijk vastgoed. Besluit Op basis hiervan is het college tot het besluit gekomen om de duurzaamheidslening niet te continueren/ opnieuw op te starten. Argumenten Voor wat betreft het opnieuw opstarten van de regeling voor particuliere woningeigenaren: 1. particuliere woningeigenaren kunnen ook op andere manieren lenen Alleen particulieren die kredietwaardig zijn kunnen in aanmerking komen voor de duurzaamheidslening. Juist deze groep kan ook gebruik maken van andere financieringsmogelijkheden, zoals landelijke duurzaamheidslening, via www.ikinvesteerslim.nl. Ook reguliere banken hebben soms speciale regelingen en de rentes zijn momenteel laag. Daarnaast zijn er subsidiemogelijkheden zoals de Friese Energiepremie, waarbij men tot 3100,- terug kan krijgen op energiebesparende maatregelen en rondom het woonoffensief geldt de renovatiesubsidie. Investeringen op dit gebied verdienen zich doorgaans terug in lagere woonlasten. Kortom wanneer iemand een lening wil om zijn woning te verduurzamen zijn hiervoor andere goede mogelijkheden. 2. De lening neemt structurele kosten met zich mee Door het stopzetten van de duurzaamheidslening stroomt de inleg in 15 jaar naar ons terug. Hiermee zullen ook de structurele kosten in 15 jaar afgebouwd worden. De lening nu weer opstarten strookt niet met het bezuinigingsbeleid en kan niet opgevangen worden met eenmalig geld voor duurzaamheid. Per € 200.000 uitstaande lening heeft de gemeente structurele rentekosten (afgelopen periode €7.000,-, momenteel €6.000,-) Daarnaast is personele capaciteit binnen de eigen organisatie nodig (toetsen van de aanvragen, communicatie en dergelijke). Op basis van de huidige ervaring komt dit neer op 0,1-0,2 fte. 3. De lening dient geen gemeenschappelijk doel Alleen individuele burgers kunnen van deze regeling profiteren. Het geeft wel een goed signaal naar de gemeenschap, maar het blijven individuele keuzes. Voor wat betreft de mogelijkheid om de duurzaamheidslening in te zetten voor maatschappelijk vastgoed 4. Dorpshuizen worden verduurzaamd Vanuit verschillende kanten worden oplossingen aangedragen voor sportverenigingen en maatschappelijk vastgoed om te verduurzamen De gemeente heeft momenteel al het initiatief genomen om alle dorpshuizen te verduurzamen, hierbij gebruik maken van de bestaande stimuleringsregelingen. Hierover komt het college binnenkort met een voorstel naar de raad. 5. Sportverenigingen krijgen een ondersteuningsstructuur Voor de sportverenigingen wordt gewerkt aan een pilot met sportstroom en sport Fryslân om sportverenigingen een EPA aan te bieden en een adviestraject. Op basis van dit advies kunnen wij ondersteuning bieden vanuit het duurzaamheidsbeleid.
Memo duurzaamheidslening april 2015
2
6. De teruggaafregeling Ecotax, wordt vervangen door een nieuwe subsidieregeling voor sportverenigingen Het doel van ecotax was het verminderen van CO2 uitstoot en bevorderen van duurzame energiebronnen. Sinds 2000 konden sportverenigingen een gedeelte van deze energiebelasting terugvragen. Minister Schippers van Sport wil de huidige teruggaafregeling omzetten in een subsidieregeling die energiebesparing bij sportverenigingen stimuleert. In de nieuwe regeling zit waarschijnlijk een subsidie voor duurzame investeringen in bijvoorbeeld zonnepanelen of LED-verlichting. Per maatregel die de vereniging neemt, wordt een vast percentage van de investering gesubsidieerd. Omdat verduurzaming vraagt om grote investeringen komt er een voorziening waar verenigingen tegen lage rentelasten een lening kunnen krijgen.
Memo duurzaamheidslening april 2015
3